Jaarverslag 2010
INHOUDSOPGAVE V
voorwoord
3
K
Kerngegevens
5
Inleiding
9
Verantwoording Richtlijnen voor het opstellen van de jaarrekening Leeswijzer
9 9 9
1
I
1.1 1.2 1.3
2
Ontwikkelingen in 2010 Resultaten in 2010
De financiële positie per 31-12-2010
19
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Inleiding Het rekeningresultaat 2010 De ontwikkeling van het risicoprofiel De ontwikkeling van het weerstandsvermogen De ontwikkeling van het financieel perspectief De solvabiliteitspositie van Breda Het rekeningresultaat in relatie tot de prognose bij de 2e Bestuursrapportage 2010 Uitwerking van de versoberingstaakstelling 2009-2010
19 19 19 19 20 20 21 22
3
4
13
2.1
13
financiële rekening
27
4.1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 27 4.2 Balans met toelichting 29 4.3 Totaalbeeld taakvelden met toelichting 42 4.4 Bijlagen bij de jaarrekening 2010 4.4.1 Overzicht Single information Single audit (SiSa) 50 4.4.2 Overzicht verantwoording B-5 gelden 76 4.4.3 Overzicht reserves, voorzieningen en jaaroverstijgende subsidies 86 4.5 Controleverklaring 89
5
De programma’s, projecten, taakvelden 5.1 Inleiding 5.2 De beleidsrekening 5.2.1 De programma’s Programma 1 Wijkontwikkeling Programma 2 Teteringen Programma 3 Breda -Oost Programma 4 Via Breda Programma 5 Regio Programma 6 Veiligheid Programma 7 Dienstverlening, Vergunningverlening & Handhaving Programma 8 Externe betrekkingen, Subsidies en Citymarkering 5.2.2 De projecten Project 1 Bavelse Berg Project 2 Gemeentelijk Sportcentrum Project 3 Ontwikkeling Stadionlocatie Project 4 Ontwikkeling Claudius Prinsenlaan Project 5 Ontwikkeling Achter de Lange Stallen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 001
/ G e m e e n t e B r e da
93 93 93 94 94 108 114 117 127 131 136 140 147 148 150 151 153 155
5.2.3 De taakvelden Taakveld 1 Stadsbedrijven Taakveld 2 Buitenruimte Taakveld 3 Bredase Samenwerkende Bedrijven (BSW) Taakveld 4 Culturele instellingen Taakveld 5 Economische zaken en Grondbedrijf Taakveld 6 Maatschappelijke Ontwikkeling Taakveld 7 Ruimtelijke Ontwikkeling Taakveld 8 Publiekszaken Taakveld 9 Sociale Zaken Taakveld 10 Bestuur, Bestuursondersteuning en Veiligheid Taakveld 11 Programma- en Projectmanagement Taakveld 12 Algemene baten en lasten
6
De financiële positie anders belicht
7
Algemene inleiding Lokale lasten en overige tarieven Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Grondbeleid inclusief ontwikkeling weerstandsvermogen Grondbedrijf Verbonden partijen Financiering Bedrijfsvoering Rechtmatigheid (Concern)control
Investeringen en subsidies
8
7.1 7.2 7.3
Bijlage 8.1 Bijlage 8.2 Bijlage 8.3 Bijlage 8.4
263 264 267 276 279 285 287 291 294 301
305 309 311
263
Overzicht beschikbare kredieten Overzicht van verbonden partijen Verantwoording ISV III Lijst van afkortingen
315 317 323 331
Colofon
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
263
305
Investeringen Cost to complete Subsidies
Bijlagen
C
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.10
157 158 168 179 184 190 197 211 228 238 251 254 256
337
p 002
/ G e m e e n t e B r e da
VOORWOORD Hierbij presenteren wij u de jaarrekening 2010. Dit is het jaar van de financiële waarheid geworden. Halverwege het jaar bleek dat de Gemeente Breda op een enorm tekort zou afstevenen als we niet alle zeilen bij zouden zetten. Wij bedanken de raad en de ambtelijke organisatie voor de inspanningen die zij de afgelopen periode hebben geleverd om de uitgaven en inkomsten meer in balans te brengen. Vacatures worden niet meer ingevuld, de inhuur is beperkt, maar ook aan faciliteiten is gesleuteld.
V
Binnen de organisatie, maar ook in de stad is het motto ‘anders met minder’ afgelopen jaar van toepassing geworden. De discussie van de raad met de stad heeft ook geleid tot bezuinigings voorstellen die het komende jaar op de agenda staan. Het afgelopen jaar is heel strak gestuurd op de beperkte financiële middelen. In het college akkoord zijn concrete resultaten opgenomen. In het collegeprogramma hebben wij aangegeven op welke termijn en op welke wijze het College hieraan uitvoering geeft. De frequentie van managementrapportages is verhoogd en in de bestuursrapportages wordt adequater gestuurd op positieve en negatieve resultaten. De introductie van de voorjaarsnota in 2011 zorgt voor een nieuw weegmoment voor de Raad. Ondanks deze gezamenlijke inspanningen is het toekomstbeeld nog steeds niet positief. Voor de komende jaren moeten we nog grote inspanningen leveren om weer een financieel gezonde stad te worden. Wij zien het als een uitdaging om de beperkte middelen zo optimaal mogelijk in te zetten. 19 april 2011 Het college van burgemeester en wethouders van Breda
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 003
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 004
/ G e m e e n t e B r e da
KERNGEGEVENS Het grondgebied en de inwoners (per 1 januari)
Grondgebied
oppervlakte gemeente waarvan historische stadskern aantal ha verharding aantal ha openbaar groen
K
aantal woonruimten
2010
2009
2008
12.910 ha
12.910 ha
12.915 ha
42 ha
42 ha
42 ha
996 ha
989 ha
976 ha
1.161 ha
1.122 ha
924
82.979
82.735
82.241
173.304
171.916
170.960
29.419
Inwoners totaal aantal inwoners Leeftijdsklasse
0 - 14 jaar
29.344
29.346
15 - 24 jaar
23.056
22.519
21.986
25 - 34 jaar
23.244
23.158
23.310
35 - 49 jaar
38.586
38.708
38.914
50 - 64 jaar
32.187
31.776
31.362
65 - jaar en ouder
26.887
26.409
25.969
3.507
3.765
3.741
€ 569 miljoen
€ 569 miljoen
€ 531 miljoen
aantal uitkeringsgerechtigden gemiddeld* Financiële structuur
Uitgaven - per inwoner boekwaarde vaste activa
€ 3.286
€ 3.311
€ 3.106
€ 604 miljoen
€ 595 miljoen
€ 603 miljoen
- per inwoner
€ 3.485
€ 3.460
€ 3.526
€ 513 miljoen
€ 469 miljoen
€ 500 miljoen
€ 2.960
€ 2.731
€ 2.926
€ 110 miljoen
€ 150 miljoen
€ 183 miljoen
€ 635
€ 875
€ 1.069
€ 21 miljoen
€ 23 miljoen
€ 22 miljoen
- per inwoner
€ 124
€ 133
€ 130
Renteomslagpercentage
4,5%
4,5%
4,5%
vaste schuld - per inwoner Reserves - per inwoner Voorzieningen
* Met ingang van 2010 excl. uitkeringen aan personen ouder dan 65 jaar, in verband met de overheveling naar de Sociale Verzekerings bank (in 2009 ging het hierbij om 396 personen).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 005
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 006
/ G e m e e n t e B r e da
INLEIDING
1
Inleiding & samenvatting 1.1
VERANTWOORDING Het College van burgemeester en wethouders legt periodiek verantwoording af aan de gemeenteraad over de wijze waarop het door de raad opgedragen beleid is uitgevoerd. Dit gebeurt in de loop van het jaar onder andere via twee bestuursrapportages (in het voorjaar en in het najaar). Aan het eind van het jaar wordt het jaarverslag opgesteld. Dit is een totaalverantwoording over de uitvoering van alle programma`s, projecten en taakvelden zoals die in de begroting voor dat jaar staan. Het jaarverslag gaat ook in op de financiële positie van de gemeente.
1
De Jaarrekening 2010 wordt onder verantwoordelijkheid van het huidige college uitgebracht. De inhoudelijke doelstellingen stammen uit de coalitieperiode 2006-2010. Op grond van het coalitieakkoord @Breda waar het huidige college uitvoering aan geeft is de begroting, waar nodig, bijgesteld om deze aan te laten sluiten bij de uitgangspunten van de in april 2010 aan getreden coalitie. De ontwikkelingen op de woningmarkt hebben ook in 2010 geleid tot tekorten in de planresultaten van het Grondbedrijf. De grootschalige ontwikkelingen zoals in eerdere jaren is voorzien blijken niet haalbaar. In 2010 heeft de bijstelling plaatsgevonden door middel van de notitie Koers Gezet. In de zomer 2010 werd duidelijk dat hierdoor het opnieuw noodzakelijk was grondexploitaties te herzien en hiervoor extra voorzieningen te treffen en af te waarderen. Door dit inzicht was het mogelijk door een pakket van maatregelen het tekort (circa € 23,7 miljoen) zo veel moge lijk te beperken. Bij de 2e Bestuursrapportage werd het tekort met € 8,6 miljoen terugge bracht tot € 15,1 miljoen. In de laatste maanden van 2010 kwam een aantal eenmalige middelen, waaronder afwikke ling GSB III, beschikbaar die voor € 7,8 miljoen direct werden geblokkeerd voor uitgaven in 2011 en verder. Daarnaast leidden extra maatregelen tot lagere uitgaven en meer inkomsten. Uiteindelijk sloot 2010 af met een saldo van € 875.000 positief. Dit beeld is vertekend, want indien rekening wordt gehouden met de direct geblokkeerde middelen ad. € 7,8 miljoen bedraagt, het nettoresultaat € 6,9 miljoen negatief. Hiervoor wordt dekking gezocht in de beschikbare reserves. Bij de voorstellen voor de resultaatbestemming 2010 wordt hier nader op ingegaan.
1.2
RICHTLIJNEN VOOR HET OPSTELLEN VAN DE JAARREKENING De financiële rapportages van de gemeente, waaronder de jaarrekening, zijn gebonden aan de voorschriften van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV 2004) en de Financiële Verordening van de Gemeente Breda (ex artikel 212 Gemeentewet). Het belangrijkste oog merk van deze voorschriften is meer transparantie in de verslaglegging en kaderstelling daar voor, voor de gemeenteraad en belanghebbende derden, waaronder het rijk, de provincie Noord-Brabant en het Centraal Bureau voor de Statistiek.
1.3
LEESWIJZER Hoofdstuk 2 biedt een overzicht van inhoudelijke resultaten van 2010. Dit hoofdstuk is ook de samenvatting van de jaarrekening, die voor de stad is gemaakt en in het blad Breda Nu wordt gepresenteerd. Hoofdstuk 3 bevat een beeld van de financiële positie van de gemeente en gaat kort in op het financieel resultaat 2010. In hoofdstuk 4 van dit jaarverslag staat de financiële rekening met alle onderwerpen waarop de controleverklaring van de accountant betrekking heeft (voor heen accountantsverklaring). De beleidsverantwoording van de programma`s, projecten en taakvelden uit de Begroting 2010 staat in hoofdstuk 5, met een gedetailleerde weergave van de voortgang per doelstelling en de resultaten van de beleidsactiviteiten.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 009
/ G e m e e n t e B r e da
Hoofdstuk 6 belicht de financiële positie van de Gemeente Breda op een andere wijze. Negen paragrafen, met ieder een specifieke invalshoek: •
lokale lasten en overige tarieven;
•
weerstandsvermogen;
•
onderhoud kapitaalgoederen;
•
grondbeleid;
•
verbonden partijen;
•
financiering;
•
bedrijfsvoering;
•
rechtmatigheid;
•
(concern)control.
Hoofdstuk 7 gaat in op de ontwikkelingen op het gebied van de investeringen en subsidies in 2010. De bijlagen staan in hoofdstuk 8.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 10
/ G e m e e n t e B r e da
ONTWIKKELINGen IN 2010
2
2
ONTWIKKELINGEN IN 2010 2.1 RESULTATEN IN 2010 Wat wilde het college in 2010 bereiken? Welke doelen stonden voor ogen met het coalitie akkoord @Breda? Een greep uit de resultaten: Bestuur@Breda en Zuinig@Breda Takenbreda: Een nieuw jaar, nieuwe reacties in het kader van de takendiscusie toegevoegd aan de website: http://bit.ly/dIrhLU.
2
In 2010 is de nieuwe coalitie van start gegaan. Een nieuw bestuur maakte een enthousiaste start. Financiële tegenvallers en politieke onzekerheid vanuit Den Haag wierpen hun schaduw vooruit. Onder deze omstandigheden en in financieel zwaar weer kregen dienstverlening, bedrijfsvoering, begroting en bezuinigen veel aandacht. Het college reageerde actief en vroegtijdig en stuurde op financiën, toen bleek dat een fors negatief resultaat dreigde. Leren@Breda Ik heb nooit zo goed gesnapt dat in jonge groeiwijken elk type school moet worden vertegenwoordigd. Het wordt tijd om het verzuilde denken achter ons te laten. Mensen die een bijzondere school willen opzetten, moeten dat zelf betalen. In het nieuwe jeugdbeleid staat talentontwikkeling van alle jongeren centraal. De Brede School maakt dat bereikbaar. De relatie met alle jeugdpartners is sterk, vooral met primair en hoger onderwijs. Enthousiast werken we samen om de doelen te behalen. Grotere zelfstandigheid creëert ruimte en een rol voor belangrijke groepen in samenleving. Werken@Breda Winkels dicht, parkeermeters dicht en meer koopzondagen Na sluitingstijd van de winkels is parkeren gratis in de grote straten naar het centrum. Met de Winkeltijdenverordening Breda 2011 zijn de koopzondagen vrijgegeven. Ondernemers hebben meer vrijheid om op zondag open te zijn. Dat betekent meer service voor de burger en creëert mogelijk meer banen. Detailhandel biedt veel werk aan parttimers en laag opgeleiden en heeft daarmee een belangrijke functie voor de lokale arbeidsmarkt. Iedereen kan iets, iedereen doet iets Breda zet er op in dat meer mensen mee doen en dat werken loont. Iedereen kan iets en ieder een doet iets: werken naar vermogen voor wie dat kan en zorgen voor wie dat niet kunnen. Doel is een besparing van € 5 miljoen. Meer individuele verantwoordelijkheid vraagt van de gemeente om aan de juiste knoppen te draaien. Waar organiseren, waar ondersteunen, waar laten en wat inzetten? In 2010 is een start gemaakt met versoberen van een aantal voorzieningen in armoedebeleid en maatschap pelijke ondersteuning. De bijzondere bijstand blijft het vangnet. In 2011 maakt een sturings model inzichtelijk waar de inzet op gericht is: keuzes maken met oog voor participatie van Bredase burgers. Wonen@Breda RT: Debat ‘Koers gezet’ etc. afgerond. Kop in BN DeStem morgen: ‘Krimp in Brabant stropt bouw Breda’ (twitter.com/bndestem, 9 december 2010) In december 2010 heeft de raad de nota ‘Koers gezet’ vastgesteld. Uitgangspunt is om samen met partijen in de stad woningbouwprogramma en -behoefte voortdurend op elkaar af te stemmen. Verwachting voor de komende jaren is een gestage groei en een woningbouw programma van 7.350 woningen tot 2020.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 013
/ G e m e e n t e B r e da
Met de drie woningbouwcorporaties zijn er afspraken gemaakt over hun woningbouw programma tot 2020. Plannen die het college met hen maakte voor wijkontwikkeling in Breda-Noord, Driesprong en Heuvel worden volledig uitgevoerd. Belangrijke stappen zijn gezet voor de gebiedsontwikkelingen: 1. Molenkwartier: overleg met de buurt leverde een gedragen plan op; het bestemmingsplan is in procedure. 2. Klokkenberg: streven is minimale nieuwbouw, nodig voor een goed functionerende woon zorgfunctie in Landgoed De Klokkenberg. De planologische procedure is gestart. Vitalis WoonZorg Groep en gemeente maken afspraken over de locatie Berkenhofschool en kosten van aanleg infrastructuur. 3. Scheperij: een toekomstig winkelcentrum met een volwaardig winkelprogramma voor Teteringen, passend bij het dorpse karakter van Teteringen en met een volwaardig parkeer terrein voor bezoekers. 4. Steenakker-Zuid: de Raad van State stemde in met het bestemmingsplan, de bouw van de megasuper start voorjaar 2011. 5. Heuvel: de Visie Nolensplein is in overleg met omwonenden opgesteld en het bestemmings plan Dr. Struyckenplein is vastgesteld. De besluitvorming over de nota Koers Gezet en de crisis op de woningmarkt hebben hun weer slag op de positie van het Grondbedrijf. Forse afwaardering van de waarde van het gemeentelijk grondbezit bleek nodig, om een reëel beeld te krijgen. Afhankelijk van het moment wanneer de woningmarkt zich herstelt, zijn verdere bijstellingen in de toekomst misschien nog nodig. Leven@Breda Samen met bewoners, verenigingen en instellingen legde het college de basis voor het beleid voor sport, diversiteit, mantelzorg en vrijwilligers. De voorstellen worden in de eerste helft 2011 ter goedkeuring voorgelegd aan de raad. De nieuwe atletiekbaan en accommodatie van Sprint wordt in 2011 opgeleverd. De cultuur in de Factor C is uitgewerkt in het uitvoeringsprogramma 2011-2012 overeenkomstig de afspraken in het coalitieakkoord: consolideren en versterken, gestoeld op het uitgangspunt “niet meer maar beter”. Besluiten over versobering van het armoedebeleid en maatschappelijke ondersteuning gaven uitvoering aan het coalitieakkoord: meer eigen verantwoordelijkheid van de burger. De beoorde ling van aanvragen voor bijzondere bijstand verlopen via de verantwoordelijkheidsladder in het coalitieakkoord @Breda. De aanvrager moet aantonen de kosten niet te kunnen opbrengen. Uiteraard houdt de gemeente rekening met persoonlijke omstandigheden en ondersteunt mensen waar dit nodig is, bij voorkeur met mogelijkheden voor betaald werk, dé manier om maatschappelijk mee te doen. Veilig@Breda RT: Functie ‘stadsmarinier’ in de maak: BREDA – Wethouder Alfred Arbouw komt in oktober met een conceptvoorstel voor de stadsmarinier (Twitter.com/bredavandaag, 20 september 2010) De functie van stadsmarinier kreeg in 2010 vorm. Vijf stadsmariniers zijn aangesteld en hebben mandaat om te handelen, met korte lijnen naar het gemeentebestuur en een eigen budget. De stadsmarinier speelt een cruciale rol bij álle veiligheidsmaatregelen en zorgt voor kordate afstemming en coördinatie binnen het netwerk van het stadsdeel: politie, woningbouwcorporaties en maatschappelijke instellingen. Het team stadsmariniers heeft een belangrijke stem bij de inzet van toezicht in de wijk en is nauw betrokken bij de voorbereiding van het programma integrale handhavingsacties. De stadsmarinier speelt in de wijkveiligheidsplannen een cruciale rol, zorgt voor overleg met bewoners, bedrijven en relevante veiligheidspartners en vertaalt dit naar een actieplan.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 14
/ G e m e e n t e B r e da
Groen@Breda BMC “De biomassacentrale is een toonaangevend voorbeeld van duurzame energieopwekking uit biomassa.” (www.bmcmoerdijk.nl ) BN/DeStem “Wij hebben sowieso belangstelling” (woordvoerder Bert Hendriks van Essent op 10-07-2010 op www.bndestem.nl over de mogelijke samenwerking voor een biomassacentrale in Breda.) “Terecht wordt er op de noordelijk rondweg opgeschaald en wordt er naar gestreefd het aantal kruisingen te minimaliseren. Of, zoals in dit geval, ongelijkvloers gemaakt. Het komt de doorstroming ten goede.” (Reactie van ‘Breda’ op 04-10-2010 op www.bndestem.nl) Met woningbouwcorporaties, Essent, Atero en Staatsbosbeheer is gezocht naar mogelijke samenwerking bij warmtevoorziening in de vorm van een biomassacentrale voor nieuwbouw woningen in Teteringen, Breda-Noord en Driesprong. Voorjaar 2011 volgt een besluit over de realisatie van een biomassacentrale en de locatiekeuze. De tunnelbak in de noordelijke rondweg bij Teteringen is in 2010 opgeleverd en is een belang rijke schakel voor de toekomstige HOV Breda-Oosterhout en een veilige kruising voor fietsers. De doorstroming van het autoverkeer is hierdoor flink verbeterd. Samen@Breda De noodzakelijk bezuiniging op het taakveld Maatschappelijke Ontwikkeling van € 1,7 miljoen is voor 2011 geheel gerealiseerd, na overleg met de betrokken partijen in de stad. De taakstelling is gerealiseerd door bezuinigingen op diverse aspecten van het welzijns- en onderwijsterrein waaronder welzijnssubsidies (Surplus), leerlingenvervoer; schoolzwemmen en maatschappelijk werk (IMW).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 015
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 16
/ G e m e e n t e B r e da
DE FINANCIËLE POSITIE PER 31-12-2010
3
3
DE FINANCIËLE POSITIE PER 31-12-2010 3.1 INLEIDING Het jaarverslag heeft primair tot doel verantwoordingsinformatie te geven over het gevoerde beleid en beheer over 2010. Vooral kijkend naar de financiële positie van de Gemeente Breda is het van belang hier een beeld te schetsen van de financiële positie.
3.2 HET REKENINGRESULTAAT 2010
3
Rekeningresultaat beter dan in de prognose bij de 2e bestuursrapportage Naar aanleiding van de signalen in het voorjaar 2010 dat er opnieuw afwaarderingen moesten plaatsvinden op de grondexploitatie heeft het college maatregelen genomen om de effecten hiervan zoveel als mogelijk te beperken. Al bij de 2e Bestuursrapportage 2010 werd een ver wacht tekort van € 23,7 miljoen teruggebracht naar € 15,1 miljoen. Omdat dit nog steeds aanzienlijk is, is in de rest van 2010 verder gezocht naar dekkingsmogelijkheden. In de laatste maanden van 2010 kwam een aantal eenmalige middelen, waaronder afwikke ling GSB III, beschikbaar die voor € 7,8 miljoen direct werden geblokkeerd voor uitgaven in 2011 en verder. Daarnaast leidden extra maatregelen tot lagere uitgaven en meer inkomsten. Uiteindelijk sloot 2010 af met een saldo van € 875.000 positief. Dit beeld is vertekend, want indien rekening wordt gehouden met de direct geblokkeerde middelen ad. € 7,8 miljoen bedraagt, het nettoresultaat € 6,9 miljoen negatief. Hiervoor wordt dekking gezocht in de beschikbare reserves. Bij de voorstellen voor de resultaatbestemming 2010 wordt hier nader op ingegaan. In hoofdstuk 4 wordt uitvoerig ingegaan op de resultaten per taakveld en wordt tevens een totaalbeeld gepresenteerd. De in dit hoofdstuk opgenomen dashboards geven een beeld van de ontwikkelingen.
3.3 DE ONTWIKKELING VAN HET RISICOPROFIEL Risico`s toegenomen De risico`s zoals gemeld bij de Begroting 2011 kunnen enerzijds positief worden bijgesteld vanwege de overeenstemming die met de Belastingdienst is bereikt over afwikkeling van voor gaande jaren. Anderzijds zijn de risico’s met betrekking tot bijvoorbeeld Via Breda, en de Bavelse Berg toegenomen. Zo heeft Provinciale Staten recent besloten geen subsidie toe te kennen voor de ontwikkeling van de Bavelse Berg waardoor de ontwikkel risico’s groter zijn geworden. Ook de risico’s binnen het Grondbedrijf blijven substantieel vanwege de maar langzaam verbeterende economische situatie. Zoals ook uit meters in het dashboard blijkt neemt de totale risicopositie van de gemeente toe.
3.4 DE ONTWIKKELING VAN HET WEERSTANDSVERMOGEN Weerstandsvermogen afgenomen Als er rekening wordt gehouden met de hierboven genoemde blokkeringen van € 7,8 miljoen en toevoegingen aan specifieke (bestemmings)-reserves, dan resulteert dat in een bedrag van circa € 15 miljoen ten gunste van de algemene reserve. Door de resultaten van het Grond bedrijf zal de reserve Grondbedrijf uitkomen op circa € 22,0 miljoen negatief. Omdat er in de algemene reserve geen middelen beschikbaar zijn, zal dit uiteindelijke tekort (van per saldo € 7 miljoen negatief), indien geen aanvullende maatregelen worden getroffen, moeten worden opgevangen binnen de buffer voor onbekende risico`s van € 18 miljoen. Bij de voorstellen voor de resultaatverdeling zal hier nader op worden ingegaan.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 19
/ G e m e e n t e B r e da
De vermogenspositie van de gemeente is verslechterd. Het volledig realiseren van de € 30 miljoen aan bezuinigingen in de jaarschijven 2011 en 2012 levert weliswaar een van 2013 extra ruimte op van € 20,5 miljoen maar bij de Begroting 2011 is besloten deze ruimte volledig te blokkeren voor het verhoogd risicoprofiel van de gemeente. Daarnaast zijn de komende jaren géén middelen beschikbaar om de risico’s af te kunnen dekken anders dan met de algemene blokkering in de algemene reserve van € 18 miljoen. Het getoonde dashboard geeft dan ook aan dat er minimaal een bedrag van circa € 12 tot € 13 miljoen aan de algemene reserve zal moeten worden toegevoegd.
3.5 DE ONTWIKKELING VAN HET FINANCIEEL PERSPECTIEF Beeld begint te ontstaan over effecten rijksbezuinigingen In de exploitatie voor de jaren na 2011 begint langzamerhand een beeld te ontstaan van de effecten van de rijksbezuinigingen op het Gemeentefonds. Voor 2011 zijn deze nog beperkt. Vanaf 2012 moet oplopend tot 2015 rekening worden gehouden met € 14 miljoen minder aan beschikbare algemene middelen. Dit bedrag is exclusief de effecten van andere rijksbezuinigingen zoals efficiencymaatregelen bij het overhevelen van taken en kortingen op specifieke rijksbijdragen. Meer concrete informatie daarover wordt niet eerder ver wacht dan in de meicirculaire 2011 van het Gemeente fonds. Als de nu bekende ontwikkelingen in relatie worden gebracht met de eerdere bezuinigingsscenario`s dan blijkt dat het totaal van de noodzakelijke ombuigingen in 2018 € 38 miljoen bedraagt. Dit is in overeenstemming met de bij de Begroting 2011 geschetste verwachting op basis waarvan is besloten om de € 30 miljoen bezuiniging in tijd naar voren te halen.
3.6 DE SOLVABILITEITSPOSITIE VAN BREDA Bredase solvabiliteit onder het landelijk gemiddelde: Met solvabiliteit wordt aangegeven in hoeverre een onderneming de financiële verplichtingen (betalingen) aan verschaffers van vreemd vermogen (leningen) kan nakomen met behulp van alle activa. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bepaalt de solvabiliteit, door het eigen vermogen te delen op de totale passiva. Er is geen objectieve maatstaf voor gemeenten voor de gewenste/benodigde hoogte van de solvabiliteit. Gemeenten zijn inkomensbestedende organisaties, budgetgestuurd met een vrij constante omzet. Budgetten worden doorgaans goed beheerst. Daardoor zijn grote schommelingen in verplichtingen onwaarschijnlijk en dat is mede bepalend voor de hoogte van de benodigde solvabiliteit. Uit onderzoek blijkt dat Breda een lagere solvabiliteit heeft dan het gemiddelde van alle gemeenten. Dit houdt in een hoger vreemd vermogen (geleend kapitaal) dan gemiddeld waardoor er in Breda sprake is van een relatief hoge rentelast. 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10%
Breda
5% 0%
Landelijk 2000
2001
2002
2003
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
2004
2005
p 020
2006
2007
2008
/ G e m e e n t e B r e da
2009
2010
3.7 HET REKENINGRESULTAAT IN RELATIE TOT DE PROGNOSE BIJ DE 2E BESTUURSRAPPORTAGE 2010 Het resultaat 2010 is in sterke mate beïnvloed door de ontwikkelingen in de woningmarkt die effecten heeft op de grondexploitaties. Door bezuinigingsmaatregelen en een aantal inciden tele meevallers konden de gevolgen hiervan in 2010 voor een belangrijk deel worden opge vangen. Ontwikkeling negatieve planresultaten Grondbedrijf Na het in de 2e Bestuursrapportage gemelde tekort € 23,7 miljoen zijn de grondexploitaties in het laatste kwartaal van 2010 verder geactualiseerd. Hieruit is gebleken dat er nog eens een voorziening van € 9,1 miljoen getroffen moest worden.. De belangrijkste oorzaken liggen in de complexen Woonakker, Bouverijen, Vlaszak, landschappelijke driehoek en Meulenspie. Daarnaast bleek het in 2010 mogelijk voor een aantal grondexploitaties winstnemingen te realiseren. Verder is in 2010 het resultaat op overige gronden € 2 miljoen lager dan bij de 2e Bestuursrapportage nog werd verwacht door uitblijvende verkoopopbrengsten ter dekking van structurele exploitatielasten. Gebaseerd op de hiervoor door de raad vastgestelde kaders kon een bedrag van € 10,9 miljoen ten gunste van de exploitatie worden gebracht. Ook zijn bijdragen met betrekking tot de grondexploitaties van wijkontwikkeling en Tripple O geëffectueerd. Respectievelijk € 1,9 en € 1,0 miljoen. Effecten bezuinigingsmaatregelen et cetera Na de 2e bestuursrapportage is veel energie gestoken in het treffen van (aanvullende) bezuinigingsmaatregelen. De (selectieve) vacaturestop, eenmalige (subsidie)afrekeningen met derden en beperking van de lasten leverde per saldo € 4,5 miljoen meer op dan bij de 2e Bestuursrapportage was aangenomen. Verder is gebleken dat in de budgetten ten onrechte een bijstelling van € 1,2 miljoen was opgenomen voor de dekking van de tekorten bij de bouwleges. Bij deze jaarrekening wordt deze omissie gecorrigeerd. Diverse (éénmalige) meevallers Een onderzoek naar beschikbare middelen, met name in balansposten, heeft resultaat gehad. Daarnaast was, zoals gemeld, aan het eind van 2010 sprake van een aantal incidentele mee vallers c.q. `technische` resultaten tot een bedrag van € 7,8 miljoen. In totaal is het tekort 2010 hierdoor nog eens met bijna € 10 miljoen teruggebracht. In het kort betreft dit de volgende onderwerpen. (bedragen x € 1 miljoen)
Diverse centrale baten en lasten inclusief effecten opschoning balans
1,0
Correctie afschrijving gronden
0,8
Diverse overige posten
1,4
Afwikkeling GSB en diverse stelposten (deels te blokkeren)
5,4
Afwikkeling belastingen (te blokkeren ten behoeve van Sprint)
1,4 € 10,0
Totaal
Van dit bedrag moet in de resultaatbestemming € 7,8 miljoen geblokkeerd worden voor uitgaven in 2011 en verdere jaren. Dit zijn de volgende onderwerpen: (bedragen x € 1 miljoen)
Afwikkeling afspraken GSB-periode III
2,4
Het Stedelijk Kompas en het project huiselijk geweld
2,1
Investeringen Sprint
1,6
Diverse overhevelingen van 2010 naar 2011
0,9
Diverse in 2010 ontvangen bedragen met een besteding in 2011
0,8 € 7,8
Totaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 021
/ G e m e e n t e B r e da
Gelet op de drie bovenstaande ontwikkelingen is het resultaat van de Jaarrekening 2010 uit komen op € 875.000 positief. In hoofdstuk 4 (`Financiële Rekening`) is een analyse van het totaalresultaat opgenomen. Overigens blijven er grote verschillen tussen prognoses en werkelijke resultaten bestaan wat inhoudt dat het voorspellend vermogen binnen de organisatie nog steeds voor verbetering vatbaar is.
3.8 UITWERKING VAN DE VERSOBERINGSTAAKSTELLING 2009-2010 Tegen de achtergrond van de uitvoering van het beleidsprogramma 2006-2010 heeft het toen malig college de gemeentesecretaris/algemeen directeur in 2009 de opdracht gegeven voorstellen te doen voor het duurzaam beheersen van kosten die (in hoofdzaak) de bedrijfsvoering van de gemeente aangaan. In totaal bedroeg de taakstelling in de bedrijfsvoering € 15,2 miljoen waarvan € 4,2 miljoen structureel, oplopend tot structureel € 5,8 miljoen in 2013. Daarnaast moest in de periode 2009-2010 een taakstelling worden gerealiseerd van € 5 miljoen door het verkrijgen van positieve aanbestedingsresultaten bij investeringen en onderhoud. Invulling van de financiële taakstelling bedrijfsvoering De invulling van de taakstelling in de bedrijfsvoering voor de jaren 2009 en 2010 is als volgt: (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
2009
2010
totaal
Directie Shared Service Center
746
1.654
2.400
Directie Stadsbedrijven
794
1.106
1.900
Directie Buitenruimte
749
1.091
1.840
Directie Publiekszaken
587
913
1.500
Directie Sociale Zaken
480
620
1.100
Directie Maatschappelijke Ontwikkeling
520
120
640
Directie Ruimtelijke Ontwikkeling
300
300
600
Concernstaf
360
120
480
Directie Economische Zaken/Grondbedrijf
120
180
300
25
25
50
Totaal directies
4.681
6.129
10.810
Centrale maatregelen
2.375
2.000
4.375
€ 7.056
€ 8.129
€ 15.185
Directie Programma- en Projectmanagement
Totaal
De hierboven genoemde totaalbedragen zijn in de begroting van betrokken jaren verwerkt. Uit de analyse van de resultaten is gebleken dat de opgenomen taakstelling is gerealiseerd zowel in 2009 als in 2010. Invulling van de taakstelling in het kader van aanbestedingsvoordelen In de aanloop naar de uitwerking van de realisatie van de taakstelling door aanbestedings voordelen is in 2009 besloten een bedrag van € 0,2 miljoen te reserveren voor professionalisering van de kostenramingen en de taakstelling werd hierdoor verhoogd tot € 5,2 miljoen. In 2009 was in totaal € 3,2 miljoen gerealiseerd zodat voor 2010 een bedrag resteerde van € 2 miljoen hetgeen als volgt is gerealiseerd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 022
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
Onderdeel
Gerealiseerd in 2010
Wanneer gerealiseerd
250
Bij 2e Bestuursrapportage
1.230
Idem
140
idem
Culturele instellingen
10
Bij afwikkeling jaarrekening
Economische zaken
270
Idem
Publiekszaken
40
Idem
Ruimtelijke Ordening
70
Idem
Reserve riolering Stadsbedrijven Buitenruimte
€ 2.010
Totaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 023
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 024
/ G e m e e n t e B r e da
financiële rekening
4
4
FINANCIËLE REKENING 4.1
GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING EN RESULTAATBEPALING Algemeen De voor de jaarrekening gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op de verslaggevingvoorschriften van het Besluit Begroting en verantwoording (BBV) en de Verordening ex artikel 212 van de Gemeentewet (de Financiële Verordening Gemeente Breda).
4
In de geconsolideerde cijfers van deze jaarrekening zijn alle tot de Gemeente Breda behorende organisatieonderdelen inclusief de gemeenteraad en de rekenkamer betrokken. Per 1 januari 2010 is de Gemeentelijke Brandweer overgedragen aan de Veiligheidsregio Middenen West Brabant. De roerende zaken zijn per die datum overgedragen. De onroerende zaken zijn vooralsnog in beheer gebleven bij de Gemeente Breda. Hierdoor zijn de effecten op de balans minimaal. Waardering De activa zijn in beginsel gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Voor materiële vaste activa geldt dat de verkrijgingsprijs, waar van toepassing, is verminderd met ontvangen bijdragen van derden die in directe relatie met het actief staan, subsidies en bijdragen uit reserves. De financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen nominale waarde. De geleasde activa in het kader van financiële lease worden gewaardeerd op basis van economische waarde, onder schulden wordt de contante waarde van de nog resterende leasetermijnen verantwoord. Opera tionele lease wordt als huur beschouwd. In uitzonderingssituaties wordt de marktwaarde als waarderingsgrondslag gehanteerd, namelijk wanneer deze voor voorraden en deelnemingen lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Uitgangspunt is dat de materiële vaste activa met economisch nut altijd worden geactiveerd. Investeringen met een maatschappelijk nut worden slechts geactiveerd indien daarvoor onvol doende financiële middelen bestaan voor dekking uit reserves of via de exploitatierekening. Hiermee wordt volledig aangesloten op het BBV. Indien investeringen met een maatschappelijk nut worden afgeschreven gelden de termijnen uit de Afschrijvingsverordening. In 2004 heeft de gemeenteraad een Afschrijvingsverordening vastgesteld met daarin actuele afschrijvingstermijnen. De jaarlijkse afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte econo mische levensduur en worden in principe lineair bepaald. In uitzonderingssituaties wordt de annuïtaire afschrijvingsmethode gehanteerd maar dan wordt dat gerechtvaardigd vanuit externe omstandigheden, bijvoorbeeld vanuit een match met rijkssubsidies. In deze Afschrijvings verordening heeft de raad uit praktisch oogpunt bepaald dat investeringen met een aanschaf waarde onder de € 10.000 niet hoeven te worden geactiveerd. De grondvoorraden en onderhanden werken worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs verminderd met al ontvangen verkoopopbrengsten. Voor verliesgevende grondexploitaties is een voorziening gevormd. De gemeente heeft extracomptabel inzichtelijk gemaakt welke winstpotentie aanwezig is voor de complexen die naar verwachting afsluiten met een batig saldo. Winstneming gebeurt op het moment dat de winst daadwerkelijk is gerealiseerd. Vaak zal dat zijn als het complex in financiële zin is afgerond. Tussentijds kan echter ook al winst worden genomen. In dat geval moet ervan uitgegaan kunnen worden dat het deel van de winst dat wordt onttrokken aan de exploitatie en toegevoegd aan de weer standscapaciteit, ook daadwerkelijk is gerealiseerd. Om dat te bepalen, wordt gekeken naar de boekwaarde, de nog te ontvangen inkomsten uit grondaankopen en de nog te betalen kosten van bouwrijp maken. Criteria zijn ontwikkeld voor het tussentijds nemen van winst van grondexploitaties. De overige kortlopende activa, zoals debiteuren, overige vorderingen en liquide middelen, zijn opgenomen tegen de nominale waarde, verminderd met een voorziening voor oninbaarheid.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 027
/ G e m e e n t e B r e da
Kortlopende passiva, zoals crediteuren en overige schulden zijn eveneens opgenomen tegen nominale waarde. Voorzieningen zijn onderbouwd door een meerjarenperspectief. In mindere mate geldt dit voor bestemmingsreserves. De algemene reserves dienen als algemeen financieel weerstands vermogen. Op bijzondere waarderingsgrondslagen van specifieke balansonderdelen wordt bij het des betreffende onderdeel in de toelichting op de balans nader ingegaan. Resultaatbepaling De Gemeente Breda hanteert een bestendige gedragslijn als het gaat om de grondslagen voor resultaatbepaling. De lasten en baten worden daarbij toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. De afschrijvingen vinden plaats in overeenstemming met de vigerende Afschrijvingsverordening, waarbij voor rendabele activa geldt dat de eerste afschrijving plaats heeft in het jaar van de investering. Bij onrendabele activa wordt in het jaar van activering niet afgeschreven. Wel wordt in dat jaar de halve omslagrente berekend. Afschrijving vindt eerst in het volgende jaar plaats. Resultaatbestemming De mutaties in reserves waartoe de gemeenteraad bij begroting(swijziging) al heeft besloten, worden pas verantwoord nadat het bruto resultaat volgens de rekening van baten en lasten is bepaald. Het resultaat volgens de rekening van baten en lasten leidt, samen met de mutaties in de reserves waartoe de raad al besloten heeft, tot een nog te bestemmen nettoresultaat. Het nettoresultaat is als afzonderlijke post opgenomen op de balans. De gemeenteraad neemt bij de behandeling van de jaarrekening ook een besluit over de resultaatbestemming.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 028
/ G e m e e n t e B r e da
4.2 BALANS MET TOELICHTING De balans per 31 december 2010 (bedragen x € 1.000)
activa
31 december 2010
Vaste activa
31 december 2009
603.815
Immateriële vaste activa
13
594.868 313
Materiële vaste activa
405.757
382.017
Investeringen met economisch nut
373.910
334.900
31.847
47.117
198.045
212.538
Investeringen met maatschappelijk nut Financiële vaste activa Vlottende activa
206.169
Voorraden
138.767
217.605 148.734
- nog in exploitatie te nemen gronden
46.317
12.086
- gronden in exploitatie
92.672
136.196
- onderhanden werk
-590
39
- magazijnvoorraden
368
413
22.835
21.751
1.548
3.780
0
0
22.287
17.971
2.451
2.074
42.116
45.046
Vorderingen - vorderingen op openbare lichamen rekening-courantverhouding met niet financiële instellingen - overige vorderingen Liquide middelen Overlopende activa
809.984
Totaal activa passiva
31 december 2010
Eigen vermogen
812.473 31 december 2009
110.724
Reserves
109.849
150.359 175.529
- algemene reserves
27.790
50.702
- bestemmingsreserves
82.059
124.817
875
-25.170
Nog te bestemmen resultaat Voorzieningen
21.425
22.854
Vaste schulden
512.995
469.447
Vlottende passiva
164.840
169.813
Kortlopende schulden
82.578
83.403
Overlopende passiva
82.262
86.410 809.984
Totaal passiva
812.473
Toelichting op de balans: Activa Vaste activa Vaste activa zijn zaken die meerjarig hun nut en waarde behouden. Uitgaven aan deze zaken worden in beginsel geactiveerd en vervolgens gedurende de gebruiksduur afgeschreven ten laste van de rekening van baten en lasten. Er wordt onderscheid gemaakt in immateriële, materiële en financiële vaste activa. Immateriële vaste activa zijn kosten, gemaakt voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief. De materiële activa zijn stoffelijk van aard (bijvoorbeeld gebouwen, computers, sportvelden en
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 029
/ G e m e e n t e B r e da
voertuigen). De financiële vaste activa tenslotte omvatten geldleningen, beleggingen en vor deringen op lange termijn. Het verloop van de boekwaarden van de vaste activa was in 2010 als volgt: (bedragen x € 1.000)
Immaterieel
Boekwaarde per 1 januari 2010
Materieel
313
382.017
7
79.076
Financieel
212.538
Totaal
594.868
Bij: vermeerderingen ... Investeringen in het afgelopen jaar ... Verstrekte geldleningen Subtotaal
2.544
81.627
10.008
10.008
320
461.093
225.090
686.503
307
21.173
173
21.653
Af: verminderingen ... Afschrijvingen ten laste van de rekening van baten en lasten ... Afschrijvingen ten laste van reserves
11.142
11.142
... Bijdragen van derden
20.357
20.357
2.664
2.664
… Desinvestering ... Ontvangen aflossingen 13
405.757
26.872
26.872
198.045
603.815
In de balans van 2009 maakte de Brandweer nog onderdeel uit van de gemeentelijke organisatie. Per 1 januari 2010 is zij opgegaan in de Regionale Brandweer. Een deel van de activa van de Brandweer is in 2010 overgedragen aan de Regio. Een deel, met name de panden is bij de gemeente gebleven. Onderstaand worden per onderdeel in het kort de belangrijkste ontwikkelingen in 2010 weer gegeven. In hoofdstuk 7 is een overzicht opgenomen van de investeringen in 2010. Immateriële vaste activa De immateriële activa betreffen planontwikkelingskosten en merkrechten. Het activeren van uitgaven in de sfeer van immateriële vaste activa is - gegeven de aard ervan - bewust gelimiteerd. De gedragslijn is deze uitgaven zoveel mogelijk in een keer als kosten te verantwoorden en slechts in uitzonderingssituaties te activeren. Het afschrijven vindt plaats op zo kort mogelijke termijn. Materiële vaste activa Zoals in de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling is verwoord, wordt onderscheid gemaakt tussen investeringen met een economisch nut en investeringen met een maatschappelijk nut.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 030
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
Specificatie investeringen economisch / maatschappelijk nut:
31 december 2010
Investeringen met een economisch nut Investeringen met een maatschappelijk nut Totaal materiële vaste activa
31 december 2009
373.911
334.900
31.846
47.117
405.756
382.017
Uitgangspunt is dat de materiële vaste activa met economisch nut altijd worden geactiveerd. Investeringen met een maatschappelijk nut worden slechts geactiveerd indien onvoldoende financiële dekkingsmiddelen beschikbaar zijn in reserves of via de exploitatierekening. Hiermee wordt volledig aangesloten op het BBV. Indien investeringen met een maatschappelijk nut worden afgeschreven gelden de termijnen uit de afschrijvingsverordening. De materiële vaste activa zijn verder als volgt te specificeren: (bedragen x € 1.000)
Specificatie materiële vaste activa
31 december 2010
Gronden en terreinen
31 december 2009
26.372
26.230
173
189
Gebouwen inclusief ondergrond
218.959
192.731
Infrastructurele werken
101.769
93.744
Woonruimten
Vervoermiddelen
4.543
5.613
Bedrijfsmiddelen
19.099
11.942
Overige investeringen
34.842
51.568
405.756
382.017
Totaal materiële vaste activa
In 2010 is gebleken dat, in tegenstelling tot de richtlijnen van het Besluit Begroting en Verantwoor ding de afgelopen jaren afschrijvingen hebben plaatsgevonden op gronden. In 2010 is dit gecorri geerd en is een bedrag van € 0,8 miljoen aan de boekwaarde gronden toegevoegd. Ook zijn in 2010 voor € 8,6 miljoen investeringen met een maatschappelijk nut eenmalig afgeschreven ten laste van de investeringsreserve. De vrijgekomen kapitaallasten zijn ingezet ter dekking van de afschrijvingslasten van investeringen met economisch nut. In hoofdstuk 7 wordt ingegaan op de investeringen in 2010, de restantkredieten en de bestedings planning van deze restantkredieten in de komende jaren. Financiële vaste activa De tot de financiële vaste activa behorende vorderingen zijn opgenomen tegen de nominale waarde en zijn als volgt te specificeren: (bedragen x € 1.000)
Specificatie financiële vaste activa
31 december 2010
Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen Leningen aan woningbouwcorporaties Leningen aan deelnemingen
31 december 2009
5.729
3.185
159.567
180.318
17.061
15.151
Overige langlopende leningen
8.319
5.773
Overige langlopende vorderingen
4.614
5.183
Bijdragen aan activa in eigendom van derden
2.755
2.928
198.045
212.538
Totaal financiële vaste activa
De geactiveerde leningen aan de woningbouwcorporaties zullen in de jaren tot en met 2015 als gevolg van de aflossingsverplichtingen met circa € 15 miljoen per jaar afnemen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 031
/ G e m e e n t e B r e da
Kapitaalverstrekkingen De kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen zijn als volgt te specificeren: (bedragen x € 1.000)
Specificatie kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen
31 december 2010
31 december 2009
Brabant Water NV
735
735
Bank Nederlandse Gemeenten NV
644
644
3.655
1.111
23
23
Stadsherstel NV
204
204
Chassé Theater Beheer NV
227
227
Bredase Investeringsmaatschappij NV (BrIM)
225
225
16
16
5.729
3.185
Intergas NV Enexis / Essent NV
Rewin Totaal kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen
Intergas Aandeelhouders van Intergas Holding BV hebben in 2010 een kapitaalinjectie gedaan van € 40 miljoen ter verbetering van de solvabiliteit van de onderneming. Het aandeel van de Gemeente Breda bedroeg € 2,55 miljoen. Op basis van de kaders van de splitsingswet / Wet onafhankelijk Netwerkbeheer was de solvabiliteit van de onderneming te gering. Naar verwachting wordt Intergas Holding BV in 2011 overgenomen door Enexis holding NV. Leningen De uitstaande leningen betreffen voornamelijk woningbouwleningen. Hierbij heeft de Gemeente Breda uitsluitend een intermediaire rol. De gemeente heeft leningen afgesloten met derden en deze gelden vervolgens onder dezelfde condities doorgeleend aan de woning bouwcorporaties. Leningen aan deelnemingen (bedragen x € 1.000)
Specificatie leningen aan deelnemingen
31 december 2010
Chassé Theater Beheer N.V. Stadsherstel NV Totaal overige leningen aan deelnemingen
31 december 2009
15.914
14.651
1.147
500
17.061
15.151
Overige langlopende vorderingen en leningen De overige langlopende vorderingen en leningen bestaan uit: (bedragen x € 1.000)
Specificatie overige langlopende vorderingen en leningen
31 december 2010
31 december 2009
Leningen Gemeentelijke Kredietbank
4.170
4.079
Leningen Sociale Zaken
1.396
1.694
Nationaal Museum voor Grafische Vormgeving
2.753
Deposito voormalige HNG
4.613
5.075
Belanghebbenden binnenstad
0
96
Overige leningen
1
12
12.933
10.956
Totaal overige langlopende leningen en vorderingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 032
/ G e m e e n t e B r e da
Bijdragen aan activa in eigendom van derden Bijdragen voor de activa in eigendom van derden zijn voornamelijk restauratiesubsidies en bijdragen voor aanpassingen voor mindervaliden in welzijnsaccommodaties. Vlottende activa Vlottende activa zijn bezittingen waarin het vermogen in principe voor een periode korter dan een jaar is vastgelegd, zoals voorraden, vorderingen en liquide middelen. Voorraden De voorraden en het onderhanden werk zijn als volgt te specificeren: (bedragen x € 1.000)
Voorraden
31 december 2010
Nog in exploitatie te nemen gronden
31 december 2009
46.317
46.379
Gronden in exploitatie
147.082
136.196
.. Voorziening negatieve planresultaten
-53.610
-33.493
.. Voorziening grondexploitatie wijkontwikkeling
-800
-800
Onderhanden werk
-590
71
0
-32
368
413
138.767
148.734
.. Voorzieningen onderhanden werk Magazijnvoorraden Totaal voorraden
De voorraden betreffen hoofdzakelijk de grondexploitatie. Op de onderhanden grondexploi taties is een verliesvoorziening in mindering gebracht. Voor een nadere toelichting met betrek king tot de grondexploitatie wordt verwezen naar hoofdstuk 5.2 onder taakveld 5 en naar hoofdstuk 6.5 (paragraaf grondbeleid). Waardering onderhanden werk grondexploitaties: De bouwgrondexploitatie is een meerjarig proces, waarbij aanzienlijke investeringen aan de geplande grondopbrengsten vooraf gaan. De mutaties die in de loop van de jaren in de voor raad plaatsvinden, moeten niet gezien worden als eindresultaat, maar als totaal resultaat van activiteiten die tot dan zijn gerealiseerd. Daar waar de planrealisatie het toelaat, wordt winst genomen of indien er verliezen worden verwacht, een voorziening getroffen. Elk halfjaar worden de grondexploitaties herzien. In het kader van de jaarrekening 2010 zijn alle grondexploitaties opnieuw herzien binnen vooraf vastgestelde kaders van ondermeer de stedelijke programmering, de kaderbrief grondprijzen en aannames met betrekking tot rente en kosten- en opbrengststijgingen. Bij verwerking van de resultaten wordt aangesloten bij het BBV. Op basis hiervan worden voor verliesgevende grondexploitaties voorzieningen gevormd op het moment dat deze voorzienbaar en onafwendbaar zijn. Wanneer geplande ontwikke lingen geen doorgang meer zullen vinden of eerst op termijn gerealiseerd gaan worden, vindt afwaardering van de gronden naar economische waarde van de verwachte bestemming plaats. Na de afboekingen en het treffen van aanvullende voorzieningen in 2009 bleek het in 2010 opnieuw noodzakelijk voor een bedrag van € 10,3 miljoen gronden af te waarderen, een bedrag van € 8,8 miljoen van gronden in Bavel Zuid en € 1,5 miljoen voor diverse kantoor locaties. Daarnaast was het noodzakelijk voor een bedrag van € 18,5 miljoen aan aanvullende voorzieningen te treffen. Na de toevoeging in 2010 zijn de belangrijkste voorzieningen voor negatieve planresultaten: Teteringen
€ 28,6 miljoen
Via Breda
€ 10,3 miljoen
Breda Oost
€ 5,2 miljoen
Gasthuispoort
€ 4,1 miljoen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 033
/ G e m e e n t e B r e da
In hoofdstuk 6 van dit jaarverslag wordt in de paragraaf Grondbeleid uitvoerig ingegaan op de ontwikkelingen in 2010 en is een specificatie opgenomen van de voorziening voor negatieve planresultaten. Vorderingen Bij de vorderingen zijn de tegoeden per 31 december 2010 met een looptijd van minder dan één jaar opgenomen. De vorderingen zijn als volgt te specificeren: (bedragen x € 1.000)
Vorderingen
31 december 2010
31 december 2009
Debiteuren
18.010
..Voorziening dubieuze debiteuren
-1.029
-1.688
Debiteuren verhaal en terugvordering WWB
16.789
16.843
..Voorziening debiteuren verhaal en terugvordering Wwb
-10.897
-11.286
-38
-2.221
22.835
21.751
Overige vorderingen Totaal vorderingen
20.103
Het totaal saldo van debiteuren bedraagt € 23,6 miljoen. Het grootste deel hiervan bestaat uit debiteuren verhaal en terugvordering Wet werk en bijstand (Wwb). Deze debiteuren zijn conform de BBV-voorschriften gewaardeerd. Onder de overige debiteuren bevinden zich vorderingen voor belastingen, bouwleges, afval stoffenheffing en rioolrechten. Deze post bevat ook een aantal vorderingen als gevolg van subsidierechten voor in het boekjaar uitgevoerde investeringsprojecten. Deze rechten zijn op de desbetreffende activa als bijdragen van derden in mindering gebracht. Met het oog op mogelijke oninbaarheid zijn voor het totaal debiteurensaldo per balansdatum voor € 11,9 miljoen voorzieningen noodzakelijk geacht. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen de kasmiddelen en de tegoeden op de bank rekeningen, inclusief kruisposten. (bedragen x € 1.000)
Liquide middelen
31 december 2010
Kasgelden Banktegoeden Kruisposten Totaal liquide middelen
31 december 2009
79
69
2.248
1.966
124
39
2.451
2.074
Overlopende activa Overlopende activa zijn posten die aan het verslagjaar toegerekend zijn maar waarvan de feitelijke afwikkeling pas in het jaar daarna plaatsvindt. (bedragen x € 1.000)
Overlopende activa
31 december 2010
31 december 2009
Nog te ontvangen posten
39.539
42.273
Vooruitbetaalde bedragen
2.577
2.773
Totaal overlopende activa
42.116
45.046
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 034
/ G e m e e n t e B r e da
De nog te ontvangen posten bestaan onder meer uit € 20,7 miljoen nog te ontvangen compen sabele BTW en voor € 2,3 miljoen nog te ontvangen gemeentelijke belastingen. In deze post zit ook voor € 4,7 miljoen overlopende rente van leningen. Dit is het bedrag aan renteopbrengsten dat op 31 december 2010 te vorderen is, maar pas op de vervaldatum van de leningen in 2011 wordt ontvangen. Passiva Aan de passivakant van de balans staan het vermogen en de schulden van de gemeente gerangschikt. Hieronder wordt ingegaan op de verschillende bestanddelen daarvan. Eigen vermogen Het eigen vermogen van de gemeente wordt gevormd door de reserves en het rekeningresultaat. Nog te bestemmen resultaat Verderop in dit hoofdstuk Financiële Rekening is een samenvatting gegeven van het ontstaan en de samenstelling van het rekeningresultaat. Over de verdeling van het nog te bestemmen resultaat 2010 (€ 875.000) wordt afzonderlijk door de raad besloten. Reserves Onder de reserves vallen enerzijds vermogensbestanddelen die vrij ter beschikking staan en anderzijds delen waarover al een bestedingsbeslissing is genomen. Het verloop van de reserves ziet er voor 2010 als volgt uit: (bedragen x € 1.000)
Boekwaarde Resultaatper bestemming 31-12-2009 2009
Algemene reserve
50.702
Bestemmingsreserve Nog te verdelen resultaat 2009 Totaal reserves
Bij
Mutaties met andere reserves
af
Boekwaarde per 31-12-2010
-20.444
5.925
1.793
-6.600
27.790
124.827
-4.726
4.398
49.040
6.600
82.058
-25.170
25.170
150.359
0
0 10.323
50.833
0
Nog te verdelen resultaat 2010
109.849 875 110.724
Hieronder zijn de reserves verder uitgesplitst. Het nog te verdelen resultaat 2010 zal na het besluit van de raad over de bestemming, worden toegevoegd aan de algemene- of bestemmings reserve. Algemene reserve De algemene reserve van Breda wordt als een geheel gepresenteerd. Deze algemene reserve is opgebouwd uit diverse onderwerpen. (bedragen x € 1.000)
Boekwaarde Resultaatper bestemming 31-12-2009 2009
Algemene reserve
Bij
Mutaties met andere reserves
af
Boekwaarde per 31-12-2010
50.702
-20.444
5.925
1.793
-6.600
27.790
45.045
-16.225
5.450
1.353
-6.600
26.317
858
-858
4.799
-3.361
Onderverdeeld in: Algemene reserve Reserve Grondbedrijf Reserve BSW
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 035
475
/ G e m e e n t e B r e da
115
-115
325
1.588
De verschuiving van € 6,6 miljoen van de Algemene reserve naar de bestemmingsreserves is gedaan om de afwikkeling van bedragen op de juiste manier te kunnen verwerken. Bij resultaat bestemming van jaarrekening 2009 zijn de € 6 miljoen geblokkeerde middelen voor het sport centrum, vrijgevallen ter dekking van het tekort grondbedrijf. In de besluitvorming is uitgegaan van vrijval van de investering, en is de investeringsreserve genoemd. In werkelijkheid maakte het bedrag onderdeel uit van de Algemene reserve. De oorspronkelijke resultaatbestemming is gevolgd en vervolgens is de € 6 miljoen vanuit de algemene reserve gecorrigeerd naar de Investeringsreserve. Tevens is bij jaarrekening 2009 € 600.000 in de algemene reserve geblokkeerd voor de verdere investeringen in de basisregistratie. Dit bedrag is ter afwikkeling overgeboekt naar de investering reserve. Bestemmingsreserve De bestemmingreserve bestaat uit de volgende onderwerpen. (bedragen x € 1.000)
Boekwaarde Resultaatper bestemming 31-12-2009 2009
Bestemmingsreserve
124.827
-4.726
Exploitatiereserve
12.845
12.586
Begrotingsreserve
21.685
Bij
Mutaties met andere reserves
af
4.398
49.040
6.600
2.000
Boekwaarde per 31-12-2010
82.059
Onderverdeeld in:
Bedrijfsreserve Investeringsreserve Huisvesting onderwijs Afvalservice Parkeren
4.882
-908
43.198
-15.088
5.035
-657
Fonds maatschappelijke ontwikkeling Armoedebestrijding Risicoreserve bijstand/Wmo
Overige bestemmingsreserves
7.049
14
8.364
2.021
1.953 4.600
1.334
24.360 3.044
154
55
481
-1.487
438
-547
0
-78
-78
8.142 5.030
8.142 -2.000
762
374
3.842
-1.435
2.072 550
586
2.216
2.691
800
3.453
14.362
44
219
4.181 17.015 631
4.181
-368
De verschuiving van € 4,6 miljoen naar de Investeringsreserve komt voor € 6,6 miljoen conform de toelichting hierboven uit de Algemene reserve. Daarnaast is bij Kaderbrief 2011 € 2 miljoen uit het investeringsvolume beschikbaar gesteld voor de exploitatie kosten van de Stadsmariniers (4 X € 500.000). Dit geld is van de investeringsreserve overgeboekt naar de exploitatiereserve om van daaruit de komende 4 jaar ingezet te worden. In de exploitatiereserve worden bedragen gereserveerd voor exploitatie-uitgaven in volgende jaren. Dit kan enerzijds gaan om bedragen waarvan is besloten deze over te hevelen naar een volgend jaar. Anderzijds zijn het gereserveerde middelen, zoals voor Stadsmariniers, die een besteding kennen in volgende jaren. De begrotingsreserve is gevormd om het wegvallen van structurele middelen geleidelijk in het meerjarenperspectief te verwerken. Vanuit de eenmalige middelen wordt een jaarlijks afbouwende inzet ten gunste van de begroting gebracht.
p 036
958
2.500
De toelichting op de bestemmingsreserve is hieronder per onderwerp gegeven.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
5.987 15.719
382
Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wijkontwikkeling
21.444
1.378
Riolering Sociale werkvoorziening
0 1.084
/ G e m e e n t e B r e da
De bedrijfsreserve is bedoeld om schommelingen in de bedrijfsvoering op te vangen. Het gehele saldo is geblokkeerd ten behoeve van de afwikkeling in 2011 van diverse projecten. De investeringsreserve is gekoppeld aan het meerjareninvesteringsplan (MIP) en is bestemd voor uit te voeren projecten. Deze reserve wordt gevoed uit bij kadernota of begroting beschikbaar gestelde eenmalige middelen. In 2010 is onder andere € 8 miljoen ten gunste van de exploitatie gebracht ter dekking van de afschrijving ineens van investeringen met maatschappelijk nut. Daarnaast is € 2 miljoen overgebracht naar de Exploitatiereserve in verband met de inzet voor stadmariniers. De reserve huisvesting onderwijs is bestemd om overschotten en tekorten op de investerings gelden binnen het onderwijsveld te houden. Een deel van deze reserve is in het verleden ingezet voor de opvang van de extra afschrijving van € 5,6 miljoen, als gevolg van een verlaging van de afschrijvingstermijn van 60 naar 40 jaar van de onderwijsgebouwen. Via de reserves voor afvalservice, riolering en parkeren worden overschotten en tekorten binnen deze bedrijfsonderdelen verrekend. Daarmee worden sterke jaarlijkse schommelingen in de tarieven voorkomen. De huidige negatieve stand van parkeren en riolering zal worden betrokken bij de voorstellen voor de resultaatbestemming. De reserves voor sociale werkvoorziening zijn gevormd in het kader van de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening, de Wet werk en bijstand en de afwikkeling van de oude regelingen WIW en I/D. Het Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling wordt afgebouwd. Na de afwikkeling van de laatste verplichtingen in 2012 wordt deze reserve opgeheven. De reserve armoedebestrijding is bestemd om financiële gevolgen van de economische crisis op het armoedebeleid op te kunnen vangen. De risicoreserve bijstand/Wmo is gecreëerd bij de invoering van de Wwb (Wet werk en bijstand) en Wmo om een degelijk financieel fundament te hebben. De reserve dient om risico’s en wijzigingen in de uitvoering van de wet op te vangen. Tevens dient de reserve om financiële gevolgen van de economische crisis op het Wwb Inkomensdeel op te kunnen vangen. Bij resultaatbestemming 2009 is de reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid gevormd met de in 2009 vrijgevallen middelen als gevolg van de omzetting van uitgaven naar het Participatie budget. Hierdoor wordt terugbetaling aan het Rijk voorkomen. Formeel dienen de middelen gereserveerd te blijven tot het moment waarop het Rijk de uitgaven voor Re-integratie in 2009 definitief heeft vastgesteld. Dit zal naar verwachting in het tweede kwartaal 2011 gebeuren. De reserve is in 2011 benodigd om de forse (verdere) bezuinigingen bij de verschillende beleidsterreinen van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op te vangen. Het beroep op de rege lingen blijft, onder andere als gevolg van de economische crisis, nog steeds toenemen. De reserve Wijkontwikkeling is gevormd ten behoeve van de financiering van de integrale aanpak volgens het programma Wijkontwikkeling. Daarnaast wordt het programma gefinancierd met subsidies. In het uitvoeringsprogramma Wijkontwikkeling 2010-2014 dat eind 2009 door de gemeenteraad is vastgesteld, zijn alle middelen toegewezen aan de diverse projecten, waaronder de uitvoering van de prestatieafspraken met de woningbouwcorporaties. De reserve BCF (BTW-compensatiefonds) is in 2010 opgeheven. Conform de begroting is het saldo € 215.000 ten gunste van de rekening van baten en lasten gebracht.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 037
/ G e m e e n t e B r e da
Voorzieningen Onder voorzieningen worden verplichtingen en verliezen als gevolg van risico’s opgenomen waarvan de omvang onzeker, maar toch redelijkerwijze in te schatten is. Tevens zijn voor zieningen gevormd voor uitgaven die in een volgend jaar gedaan zullen worden, maar hun oorzaak vinden in of vóór het verslagjaar. (bedragen x € 1.000)
Voorzieningen
Onderhoud gebouwen Personeelsvoorzieningen
31 december 2009
18.332
Aanwending
Vrijval
31 december 2010
5.571
5.613
4.090
216
294
1.416
2.596
432
230
24
99
539
1.515
21.425
Overige voorzieningen Totaal voorzieningen
Dotaties
22.854
6.017 5.931
18.290
Hieronder worden de bijzonderheden per voorziening nader toegelicht. Voorziening onderhoud gebouwen Voor het toekomstig onderhoud van de gemeentelijke gebouwen is een onderhoudsvoorziening gevormd, waaraan jaarlijks een bedrag wordt gedoteerd. In 2010 heeft een eerste onderzoek op hoofdlijnen plaatsgevonden van de voor de onderhoudsramingen gehanteerde prijzen ten opzichte van de huidige marktprijzen en de over 2010 gerealiseerde aanbestedingsresultaten. Gebleken is dat de werkelijke prijzen lager zijn dan de door Breda gehanteerde prijzen. In 2011 zal meer gedetailleerd onderzoek plaatsvinden, mede op basis van historische prijsgegevens en aanbestedingsresultaten. Mogelijk leidt dit tot een structureel lagere jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening. Personeelsvoorzieningen Het totaal van € 2,6 miljoen aan personeelsvoorzieningen bestaat voor € 1,5 miljoen uit pensioenvoorzieningen voor politieke ambtsdragers (Wet Appa) en voor € 1,1 miljoen uit kosten voor voormalig personeel en verlofsparen. Uit de voorziening Appa heeft een vrijval plaatsgevonden van € 974.000. Dit wordt veroor zaakt doordat de pensioenen van oud wethouders op het moment dat zij de leeftijd van 65 jaar bereiken binnen de reguliere exploitatie wordt gedekt en niet meer ten laste komen van de voorziening Appa. Bij de resultaatbestemming zal worden voorgesteld dit resultaat te blok keren ten behoeve van de jaarlijkse kosten. Omdat een aantal verplichtingen zijn komen te vervallen kon de centrale personeelsvoorziening worden teruggebracht met € 443.000. Overige voorzieningen De overige voorzieningen zijn in 2010 voornamelijk gestegen door een storting in het Parkeerfonds.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 038
/ G e m e e n t e B r e da
Vaste schulden Onder de vaste schulden zijn schulden opgenomen met een looptijd van meer dan één jaar. De vaste schulden zijn als volgt te specificeren: (bedragen x € 1.000)
Specificatie vaste schulden
31 december 2010
31 december 2009
Onderhandse leningen van: binnenlandse pensioenfondsen en
24.225
24.405
482.464
436.062
5.681
8.232
verzekeringsinstellingen binnenlandse banken overige binnenlandse sectoren Subtotaal
512.370
468.699
625
748
512.995
469.447
Waarborgsommen Totaal vaste schulden
Per ultimo 2010 heeft de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) 59% van de schuld in portefeuille en de Nederlandse Waterschapsbank (NWB) 32%. De rest is ondergebracht bij algemene banken en een enkel pensioenfonds. Bovenstaande tabel is in overeenstemming met de voorgeschreven indeling in het BBV. Onder staande tabel geeft aan waar de leningen zijn ingezet. (bedragen x € 1.000)
Specificatie onderhandse leningen
31 december 2010
31 december 2009
Leningen ten behoeve van de eigen financiering
358.136
292.167
Leningen ten behoeve van de woningbouw
148.553
168.300
506.689
460.467
Besluit woninggebonden subsidies
1.829
4.089
Ministerie van Sociale Zaken
1.703
1.994
Prorail
2.149
2.149
Subtotaal
5.681
8.232
625
748
512.995
469.447
Subtotaal Overige leningen en langlopende vorderingen:
Waarborgsommen Totaal vaste schulden
Leningen ten behoeve van de eigen financiering Ten behoeve van de eigen financiering zijn in 2010 leningcontracten afgesloten voor totaal € 120 miljoen, waarvan € 80 miljoen ook in 2010 is gestort. De overige € 40 miljoen wordt in de komende jaren gestort. Daarnaast is een storting van € 15 miljoen ontvangen conform een in 2008 gesloten contract. In 2010 is voor € 29 miljoen aan leningen afgelost. Op de restant hoofdsom van de opgenomen geldleningen wordt in 2011 € 31 miljoen afgelost. Leningen ten behoeve van de woningbouw Bij de woningbouwleningen heeft de Gemeente Breda uitsluitend een intermediaire rol. De gemeente sluit leningen af met derden en leent deze bedragen vervolgens tegen dezelfde voor waarden door aan de woningbouwverenigingen. Op de restanthoofdsom van deze opgenomen geldleningen wordt in 2011 € 13,8 miljoen afgelost.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 039
/ G e m e e n t e B r e da
Overige leningen en langlopende vorderingen Het onder de post Besluit Woninggebonden Subsidies opgenomen bedrag betreft de contante waarde van de tot en met 2004 afgegeven beschikkingen die uitgevoerd moeten worden. De schuld aan Prorail heeft betrekking op nog af te wikkelen grondaankopen. De vorderingen van het Ministerie van Sociale Zaken bestaat uit een combinatie van bedragen betreffende de uitvoering van diverse sociale wetten. Waarborgsommen Dit zijn bedragen ingehouden op de koopsommen van onroerend goed. Deze bedragen worden uitgekeerd bij ontruiming c.q. oplevering. Kortlopende schulden De specificatie van de kortlopende schulden is als volgt: (bedragen x € 1.000)
Kortlopende schulden
31 december 2010
Crediteuren
31 december 2009
17.601
21.608
1.197
1.518
Schulden aan publiekrechtelijke lichamen Rekening-courant met niet financiële instellingen
57
20
Schulden aan bankinstellingen
63.723
60.257
Totaal kortlopende schulden
82.578
83.403
Op basis van de raamovereenkomst met de NV Bank voor Nederlandse Gemeenten heeft de Gemeente Breda een kredietfaciliteit in rekening-courant van maximaal € 50 miljoen. De schuld aan de bankinstelling bestaat uit dag- en kasgeldleningen. Overlopende passiva Het totaaloverzicht van de overlopende passiva is als volgt: (bedragen x € 1.000)
Overlopende passiva
31 december 2010
31 december 2009
Te betalen kosten
52.198
51.168
Vooruitontvangen*1
30.064
35.242
Totaal overlopende passiva
82.262
86.410
*1 waarvan jaaroverstijgende subsidies
18.235
26.536
(bedragen x € 1.000)
Jaaroverstijgende subsidies
31 december 2009
BDU-uitkeringen/ISV
Toevoegingen
Aanwending
31 december 2010
2.659
10.350
635
8.326
Wwb werkdeel
5.799
3.497
3.502
5.794
Verbetering luchtkwaliteit
1.312
558
642
1.228
Jeugd
1.117
1.621
6
2.732
Overige subsidies
7.958
6.413
8.549
5.822
26.536
12.724
21.025
18.235
Totaal overlopende subsidies
In een afzonderlijke bijlage in dit hoofdstuk is een specificatie opgenomen van de jaaroverstijgende subsidies.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 040
/ G e m e e n t e B r e da
Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen Gewaarborgde geldleningen (bedragen x € 1.000)
Gewaarborgde geldleningen
31 december 2010
Geldleningen voor het verkrijgen/ verbeteren van woningen Waarborgfonds sociale woningbouw Overige leningen Totaal gewaarborgde geldleningen
31 december 2009
1.460
1.642
1.337.233
1.061.892
16.977
17.387
1.355.670
1.080.921
Bij de geldleningen voor het verkrijgen/verbeteren van woningen en bij de overige leningen staat de gemeente 100% garant. Bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw heeft de gemeente een achtervangpositie. De leningen die de gemeente rechtstreeks verstrekt heeft aan de woningbouwcorporaties zijn ook onder garantie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw gebracht (€ 149 miljoen). Deze leningen zijn in de balans verantwoord. Het aantal verstrekte garanties door de Gemeente Breda is al jaren zeer beperkt (= post overige leningen in bovenstaande tabel). Dit is mede het gevolg van landelijk opererende garantie fondsen die op specifieke beleidsterreinen garantiestellingen verlenen en daarmee een goed alternatief zijn voor directe gemeentegaranties. Voorbeelden zijn het Waarborgfonds Sociale Woningbouw, Stichting Waarborgfonds Sport, Waarborgfonds Eigen Woningen, Waarborg fonds voor de Zorgsector en het Nationaal Restauratiefonds. Het huidige gemeentelijke garan tiebeleid is in 2009 op onderdelen herijkt in het licht van de actualiteit. De belangrijke uit gangspunten zoals de terugtredende overheid, de landelijk opererende garantiefondsen, en het eisen van afdoende zekerheden bij het verstrekken van garanties, staan niet ter discussie. Verkoop Essent Met de verkoop in 2009 van het Productie- en Leverings Bedrijf van Essent aan RWE heeft de Gemeente Breda een belang gekregen in een viertal B.V.’s welke ter zekerheid dient van mogelijke claims, voortvloeiende uit de transactie of rechtshandelingen van de verkoop. In de komende tien jaar zullen deze claims afgewikkeld worden en zullen hier opbrengsten uit voortvloeien voor de gemeente. Gezien de onzekerheid omtrent de hoogte en het tijdstip van de uiteindelijke opbrengsten (totaal geschat op circa € 300.000) zijn deze niet als vordering in de balans verwerkt. Vakantiegelden, nog op te nemen verlofuren, overuren en ADV-spaarcontracten Voor de opgebouwde aanspraken van werknemers op vakantiegeld is geen voorziening gevormd. Evenmin voor de nog op te nemen reguliere verlofuren. De verplichtingen zijn wel per organisatieonderdeel in beeld. Per balansdatum is er voor een bedrag van € 3 miljoen aan vakantiegeld opgebouwd. Deze verplichting zal in mei leiden tot uitbetaling. FPU 58+ regeling In 2005 hebben 136 medewerkers gebruik gemaakt van de 58+ FPU-regeling. De door de gemeente te verstrekken aanvulling op de FPU-regeling van het ABP is verwerkt in de meer jarenbegroting 2006-2009. De kosten bedragen in deze periode circa € 2 miljoen per jaar. Na 2010 lopen deze kosten terug tot € 0 in 2013. Langlopende contracten De bedragen, gemoeid met langlopende contracten zoals huur, lease, onderhoud, leveringen en diensten zijn per directie bekend, maar niet in het totaal geconsolideerd. Verplichtingen uit lopende projecten en kredieten De overlopende kredieten en het investeringsplan geven een indicatie van de middellange en lange termijn verplichtingen. Voor deze verplichtingen is financiële dekking aanwezig.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 041
/ G e m e e n t e B r e da
4.3 TOTAALBEELD TAAKVELDEN MET TOELICHTING Algemeen In hoofdstuk 5 van dit jaarverslag wordt uitvoerig ingegaan op de inhoudelijke en financiële ver antwoording van de programma`s, projecten en de taakvelden. In dit hoofdstuk `De Financiële rekening` een verkorte weergave gegeven van de exploitatieonderdelen, reserves en investe ringen zoals is opgenomen binnen de taakvelden. Exploitatie Het totaal van de taakvelden en de algemene middelen vormt het totaal van de begroting. Onderstaand wordt een financieel beeld gegeven van de taakvelden. (bedragen x € 1.000)
Totaaloverzicht per taakveld
1
saldo jaarrekening 2009
Lasten en baten uit reserves Totaal
Stortingen in en onttrekkingen uit reserves Totaal
baten
Lasten en baten uit reserves Totaal
-27.487
-23.789
954
1.718
-26.533
-22.071
-36.817
-40.127
71.070
48.253
-22.817
972
1.742
1.742
24
71.083
50.007
-21.075
996
57.472
16.628
-40.844
-717
1.696
1.696
1.696
2.701
-34.116
-40.127
57.472
18.324
-39.148
979
718
505
49.262
49.695
433
-72
114
-150
475
325
-150
0
832
355
49.737
50.020
283
-72
-13.777
-14.051
17.159
3.292
-13.867
184
0
0
Culturele instellingen Lasten en baten Stortingen in en onttrekkingen uit reserves Totaal
5
-13.777
-14.051
17.159
3.292
-13.867
184
-33.633
-30.044
74.526
47.879
-26.647
3.397
-11.086
1.965
152
152
-1.813
-44.719
-28.079
74.526
48.031
-26.495
1.584
-63.729
-56.886
71.257
16.635
-54.622
2.264
4.815
2.344
2.267
2.267
-77
-58.914
-54.542
18.902
-52.355
2.187
Economische zaken en Grondbedrijf Lasten en baten Stortingen in en onttrekkingen uit reserves Totaal
6
saldo
Bredase Samenwerkende Bedrijven Stortingen in en onttrekkingen
4
lasten
Buitenruimte Lasten en baten
3
wijzigingen)
saldo rekening 2010 t.0.v. begroting
jaarrekening 2010
Stadsbedrijven Stortingen in en onttrekkingen
2
saldo begroting 2010 (na
Maatschappelijke Ontwikkeling Lasten en baten Stortingen in en onttrekkingen uit reserves Totaal Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 042
71.257
/ G e m e e n t e B r e da
Totaaloverzicht per taakveld
7
saldo jaarrekening 2009
Lasten en baten uit reserves Totaal
Lasten en baten uit reserves Totaal
baten
Stortingen in en onttrekkingen uit reserves Totaal
-16.345
-16.727
20.573
5.136
-15.437
1.290
647
3.390
14
652
638
-2.752
-15.698
-13.337
20.587
5.788
-14.799
-1.462
-14.685
-16.977
30.459
15.001
-15.458
1.519
0
0
608
-14.077
-16.977
30.459
15.001
-15.458
1.519
-49.142
-61.519
138.764
79.255
-59.509
2.010
4.998
1.060
2.500
2.614
114
-946
-44.144
-60.459
141.264
81.869
-59.395
1.064
-23.890
-23.266
25.061
3.111
-21.950
1.316
0
0
Bestuur, bestuursondersteuning en veiligheid Lasten en baten Stortingen in en onttrekkingen uit reserves -23.890
-23.266
25.061
3.111
-21.950
1.316
-6.098
-5.235
9.196
4.306
-4.890
345
4.467
3.095
800
3.569
2.769
-326
-1.631
-2.140
9.996
7.875
-2.121
19
252.479
243.410
4.197
240.170
235.972
-7.437
-982
31.284
6.534
37.816
31.282
0
Totaal
251.497
274.694
10.730
277.986
267.256
-7.438
Totaal lasten en baten
-32.406
-44.706
568.996
529.361
-39.635
5.071
7.236
44.706
10.323
50.833
40.510
-4.196
-25.170
0
579.319
580.194
875
875
p 043
/ G e m e e n t e B r e da
Totaal
11
Project- en programmamanagement Lasten en baten Stortingen in en onttrekkingen uit reserves Totaal
12
saldo
Sociale zaken Lasten en baten
10
lasten
wijzigingen)
Publiekszaken Stortingen in en onttrekkingen
9
saldo rekening 2010 t.0.v. begroting
jaarrekening 2010
Ruimtelijke Ontwikkeling Stortingen in en onttrekkingen
8
saldo begroting 2010 (na
Algemene baten en lasten programmamanagement Lasten en baten Stortingen in en onttrekkingen uit reserves
Totaal mutaties in reserves Totaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
In onderstaande grafiek wordt een beeld gegeven van de uitgaven in de diverse taakvelden. Wat heeft het gekost in 2010 Stadsbedrijven (€ 71 miljoen = 12,5%) Buitenruimtebeheer (€ 57 miljoen = 10,1%) BSW (€ 49 miljoen = 8,7%) Culturele instellingen (€ 17 miljoen = 3,0%) Econ. Zaken en Grondbedrijf (€ 74 miljoen = 13,1%) Maatschappelijke Ontwikkeling (€ 71 miljoen = 12,5%) Ruimtelijke ontwikkeling (€ 19 miljoen = 3,6%) Publiekszaken (€ 30 miljoen = 5,3%) Sociale Zaken (€ 139 miljoen = 24,4%) Bestuur en veiligheid (€ 25 miljoen = 4,4%) Project en programmaman. (€ 9 miljoen = 1,6%) Algemene baten en lasten (€ 2 miljoen = 0,8 %) 0
20
40
60
80
100
120
De ontvangsten van de gemeente komen uit diverse bronnen. Hiervan is het gemeentefonds met € 187 miljoen de belangrijkste inkomstenbron.
h a g
b f
e
d
a b c d e f g h
Gemeentefonds (€ 187 miljoen = 35,3%) Onroerende Zaak Belasting (€ 29 miljoen = 5,5%) Afvalstoffen en riolering (€ 36 miljoen = 6,9%) Doeluitkeringen (€ 6 miljoen = 1,1%) Tarieven (€ 33 miljoen = 6,2%) Grondexploitatie (€ 46 miljoen = 8,6%) Bijdragen rijk en derden (€ 141 miljoen = 26,6%) Overige inkomsten (€ 50 miljoen = 9,9%)
c
Rekeningresultaat 2010 Na het tekort in de Jaarrekening 2009 bleek het in het voorjaar 2010 onvermijdelijk dat opnieuw een aanzienlijke voorziening en afboeking op de grondexploitatie noodzakelijk was. Ditmaal tot een totaalbedrag van circa € 28,9 miljoen. Door het direct treffen van bezuinigings maatregelen kon dit geraamde tekort bij de 2e Bestuursrapportage 2010 worden terug gebracht met circa € 10 miljoen tot € 15 miljoen negatief. Omdat dit tekort een aanzienlijk beslag legt op het weerstandvermogen is vervolgens onderzocht welke maatregelen mogelijk waren om dit verder terug te dringen. Door een opschoning van de balans en een correctie op afschrijving van gronden kon een bedrag als eenmalig voordeel van circa € 1,8 worden gereali seerd. De selectieve vacaturestop, (eenmalige) subsidieafrekeningen met derden en een verdere beperking van de lasten leverde een positieve bijdrage aan het resultaat van circa € 3,3 miljoen. Met de afwikkeling van het Grotestedenbeleid over de periode 2005-2009 kon € 4,5 miljoen ten gunste van de exploitatie worden gebracht. Dit bedrag moet meteen worden geblokkeerd voor de afwikkeling van een aantal projecten; het Stedelijk Kompas en tegengaan van huiselijk geweld. Ook kon door de afwikkeling met de Belastingdienst een bedrag van € 1,4 miljoen als een voordeel worden ingeboekt. Dit bedrag is geblokkeerd voor de dekking van de investeringen bij de gemeentelijke atletiekbaan en Sprint. Het uiteindelijk resultaat 2010 bedraagt € 875.000 positief. Wordt rekening gehouden met de resultaten die direct geblokkeerd moeten worden (€ 7,8 miljoen)1 dan is sprake van een negatief resultaat van € 6,9 miljoen. Hierna een overzicht van de bijzondere en incidentele resultaten 2010.
1 Zie voor de specificatie van het bedrag van € 8,7 miljoen hoofdstuk 3 onderdeel rekeningresultaat
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 044
/ G e m e e n t e B r e da
140
(bedragen x € 1.000)
Bijzondere en incidentele resultaten 2010
Lasten
Eenmalig lagere kosten parkeerbedrijf
Baten
Resultaat
250V
250V
586V
586V
naar aanleiding van de invoering van een nieuw systeem Ontvangen terugbetaling Regionaal Ambulance Vervoer 2008 Afwikkeling GSB 2005-2009
5.400V
5.400V
Afwikkeling BTW/BCF met Belastingdienst tot en met 2008
1.400V
1.400V
800V
800V
7.600V
8.436V
Correctie afschrijving gronden 836V
Totaal
Eenmalig lagere kosten bij invoering nieuw parkeersysteem Met de invoering van het nieuwe vergunningensysteem Permit is gebroken met de bestendige gedragslijn de opbrengsten te splitsen over de diverse jaren. Dit levert een eenmalig voordeel op van € 250.000. Ontvangen terugbetaling Regionaal Ambulance Vervoer 2008 In 2010 is een terugbetaling ontvangen over 2008 van de Regionale Ambulance Voorziening, waaronder de terugstorting van de voorfinanciering meerkosten Regeling Bezwarende Beroepen. Deze terugbetaling is eenmalig. Afwikkeling GSB 2005-2009 Bij de Jaarrekening 2009 was een reservering opgenomen voor (mogelijke terugbetalings) verplichtingen. Eind 2010 is van het rijk een aantal definitieve beschikkingen ontvangen waar door € 5,4 miljoen van de gereserveerde middelen ten gunste van het resultaat 2010 kunnen vrijvallen. Er wordt door het rijk echter wel van uitgegaan dat niet gerealiseerde doelstellingen in het kader van Fysiek en Economie alsnog worden gerealiseerd. Omdat er geen verplichting meer is om deze activiteiten bij het rijk financieel te verantwoorden, ontstaat technisch gesproken een resultaat. Dit moet wel gelijk voor een bedrag van € 2,4 miljoen worden geblokkeerd, voor realisatie van bedoelde doelstellingen. Verder zijn er besluiten genomen om vanuit resterende middelen uit de GSB-periode 2005-2009 het Stedelijk kompas en doel stellingen in het kader van het tegengaan van huiselijk geweld te financieren, tot een totaal bedrag van € 2,1 miljoen. Van de vrijvallende middelen van € 5,4 miljoen wordt hierdoor € 4,5 miljoen geblokkeerd voor uitgaven in 2011 en verdere jaren. Afwikkeling BTW/BCF met Belastingdienst Met de Belastingdienst zijn afspraken gemaakt over de afwikkeling van de controlejaren 2002 tot met 2008. Door deze afspraken is een eenmalig voordeel ontstaan van € 1,4 miljoen. Conform de bestuurlijke besluitvorming worden deze middelen geblokkeerd ten behoeve van de investeringen bij de atletiekvereniging Sprint. Correctie afschrijving gronden Volgens het Besluit Begroting en Verantwoording is het niet toegestaan op geactiveerde gronden af te schrijven. Bij controle van de balans is gebleken dat dit een aantal jaren, naar nu blijkt ten onrechte, wel is gebeurd. De afschrijving is teruggedraaid hetgeen een eenmalig voordeel in de exploitatie oplevert van € 0,8 miljoen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 045
/ G e m e e n t e B r e da
Overige resultaten Naast de bijzondere/incidentele baten en lasten zijn de resultaten over 2010 in grote lijnen als volgt te verklaren. (bedragen x € 1.000)
Bij de taakvelden
Lasten
Baten
Resultaat
Stadsbedrijven Lagere kwijtschelding afvalstoffen dan verwacht
160V
160V
Hogere vergoeding inzameling bruingoed 2008 en 2009
196V
196V
Lagere opbrengst parkeren
200N
200N
Diverse lagere kosten parkeerbedrijf
230V
230V
Buitenruimte Lagere kosten aanleg kunstgrasvelden
293V
Hogere kapitaallasten/ inkomsten uit reserve investeringen
293V
1.696N
1.696V
-
2.074N
2.475V
401V
BSW-bedrijven Diverse bedrijfsmatige activiteiten Culturele Instellingen Diverse lagere kosten bibliotheek
127V
127V
Economische zaken en Grondbedrijf Winstneming diverse grondexploitaties
10.900V
Bijdragen grondexploitaties wijkontwikkeling en Triple O)
10.900V
2.900V
2.900V
800N
4.400N
Diverse grondexploitatie
3.600N
Aanvullende dotatie verliesgevende complexen
6.800N
6.800N
400N
400N
Afwikkeling voorbereidingskosten winkelconcentratie Teteringen Lagere kosten / inzet reserves bedrijventerreinen
789V
789N
-
Maatschappelijke Ontwikkeling Lagere subsidies onderwijsbeleid
145 V
145 V
Vrijval dagarrangementen
167V
167V
Lagere subsidies participatie
138V
138V
Vertraging uitvoering beleidsplan informele zorg
105V
105V
Niet benodigde middelen GWI
288V
288V
Vrijval diverse budgetten sociale infrastructuur
206V
206V
Ruimtelijke Ontwikkeling Lagere kapitaallasten/ lagere onttrekking uit reserves
2.738V
2.738N
-
Biomassacentrale
1.550N
1.550V
-
1.707V
1.351V
Publiekszaken Hogere kosten afwikkeling baatbelasting
160N
Hogere kosten en opbrengsten Bouw- en woningtoezicht
356N
Lagere kosten invoering WABO
254V
Hogere opbrengsten omgevingsgebruik
160N 254V 281V
281V
Sociale zaken Intensivering re-integratie
2.230N
2.104V
126N
Lagere kosten participatie (agenda/ jeugdwerkloosheid)
2.610V
1.525N
1.085V
Lagere kosten/ ontvangsten inburgering
3.496V
3.316N
180V
56N
364N
420N
956N
970V
14V
Hogere kosten/ ontvangsten uitvoering diverse regelingen Hogere kosten/ ontvangsten uitvoering WMO
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 046
/ G e m e e n t e B r e da
Bij de taakvelden
Lasten
Baten
Resultaat
Bestuur, Bestuursondersteuning en Veiligheid Diverse lagere kosten veiligheid
288V
288V
Vrijval voorziening Appa
974V
974V
Terugbetaling vakantiegelden Regionale Brandweer
104V
104V
272N
291V
19V
2.425V
1.783N
642V
298N
426V
128V
Programma- en projectmanagement Diverse verschillen waaronder bedrijfsvoering Algemene baten en lasten Lagere kosten/ doorbelasting SSC Inzet/ afwikkeling brede doeluitkeringen Vrijval centrale personeelsvoorziening
443V
Aanvullende dotatie onderhoudsvoorzieningen
2.700N
Resterende stelposten Voor 2011 e.v. gereserveerde middelen Diverse overige posten
421V
421V
1.071V
1.071V
317V
Afwikkeling prognose bij 2e Bestuursrapportage*1
443V 2.700N
446V
15.133N
763V 15.133N
Overige (diverse taakvelden) Diverse verschillen waaronder bedrijfsvoering Subtotaal Incidentele en bijzondere resultaten Totaal
3.293N
1.797V
1.496N
25.306N
17.745V
7.561N
836V
7.600V
8.436V
24.470N
25.345V
875V
*1 In de 2e Bestuursrapportage 2010 is uitvoering ingegaan op de tekorten op de grondexploitatie en de genomen maatregelen om het uiteindelijk tekort 2010 te beperken. De budgetten van de diverse directies zijn op deze ontwikkelingen aangepast en verzameld tot een geprognosticeerd negatief saldo van € 15,1 miljoen. Voor een compleet beeld in deze jaarrekening staat hieronder een specificatie van dit saldo.
Resultaat bij 2e Bestuursrapportage (bedragen x € 1.000)
Nadelige resultaten grondexploitaties
Resultaat
Planresultaten, overige kosten en resultaten bedrijfsvoering afdelingen Overige niet ten laste van de planresultaten komende kosten Bijdragen Grondbedrijf project Westflank
22.134N 500N 1.061N 23.695N
Totaal geraamd resultaat Grondbedrijf 2010
(bedragen x € 1.000)
Taakveld/Genomen maatregelen
Financieel effect
Stadsbedrijven
3.455 V
Temporiseren van onderhoudswerkzaamheden en aanpassing van de start van de afschrijvingsdatum onderwijsgebouwen. (€1,23 miljoen wordt ingezet voor het te realiseren aanbestedingsresultaat (taakstelling aanbesteding). Buitenruimte
422 V
Uitstel herstel vorstschade, aanbestedingsvoordelen en diverse efficiëntiemaatregelen. (€ 0,24 miljoen wordt ingezet voor het te realiseren aanbestedingsresultaat (taakstelling aanbesteding).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 47
/ G e m e e n t e B r e da
Taakveld/Genomen maatregelen
Financieel effect
BSW
355 V
Het resultaat heeft betrekking op de bedrijfsactiviteiten Culturele Instellingen
10 V
Diverse efficiëntiemaatregelen. Economische Zaken en Grondbedrijf
318 V
Beperking projecten en initiatieven Maatschappelijke Ontwikkeling
4.304 V
Beperking subsidie-uitgaven en diverse overige maatregelen Ruimtelijke Ontwikkeling
38 V
Stoppen/ temporiseren van projecten en diverse efficiëntiemaatregelen Publiekszaken
881 N
Dekking van de tekorten bouwleges en een aantal genomen efficiëntiemaatregelen Sociale Zaken
638 V
Diverse maatregelen en hogere ontvangst rijk Bestuur, Bestuursondersteuning en Veiligheid
277 N
Wachtgeldverplichtingen voor voormalige wethouders Programma- en projectmanagement
93N
Dekking van de tekorten bouwleges en een aantal genomen efficiëntiemaatregelen Shared Service Centrum
2.710 V
Efficiëntiemaatregelen bedrijfsvoeringsactiviteiten. Algemene baten en lasten
965 N
Aanpassing van de uitkeringsbasis binnen het Gemeentefonds € 10.034 V
Totaal netto effect van de maatregelen
(bedragen x € 1.000)
Recapitulatie
23.695N
Totaal geraamd resultaat Grondbedrijf Effecten maatregelen
10.034V
Inzet maatregelen voor taakstelling aanbestedingsresultaten
1.470N
Geprognosticeerd tekort bij de 2e Bestuursrapportage 2010
15.131N
Een deel van de bij de 2e Bestuursrapportage genomen maatregelen heeft betrekking op de invulling van de resterende taakstelling in verband met aanbestedingsvoordelen. In hoofdstuk 3 is een tabel opgenomen met de verdeling van deze taakstelling.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 048
/ G e m e e n t e B r e da
Verschillen ten opzichte van het geprognosticeerd resultaat bij de 2e Bestuursrapportage 2010 Bij de 2e Bestuursrapportage 2010 de begroting door middel van een begrotingswijziging is aangepast aan de geprognosticeerde ontwikkelingen. Hierdoor is het resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging gelijkertijd het verschil ten opzichte van deze prognose bij de bestuursrapportage. Bij de diverse taakvelden is de analyse van de verschillen opgenomen. Mutaties in reserves Hieronder is een totaalbeeld gegeven van de werkelijke mutaties in reserves in de taakvelden ten opzichte van de in de Begroting 2010 geraamde mutaties. (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010 Storting
Jaarrekening 2010
onttrekking
Mutaties in reserves
11.337
Per saldo gemuteerd
44.706
56.043
Storting
Jaarrekening 2009
onttrekking
10.323
50.833
40.510
Storting
46.486
onttrekking
53.722
7.236
Bij de taakvelden is een toelichting gegeven op de verschillen tussen de geraamde en de werkelijke mutaties. De belangrijkste verschillen zijn ontstaan bij de grondexploitatie en investeringen, waarvan de afschrijving ten laste komt van de investeringsreserve. Investeringen Met ingang van 2010 kent de presentatie van de investeringen per taakveld dezelfde vorm als in de Cost-to-complete rapportage. Hierdoor ontstaat een beeld van de activiteiten die zijn uitgevoerd in het afgelopen jaar en welke investeringsprojecten in de komende jaren nog moeten worden afgewikkeld. In hoofdstuk 7 van dit jaarverslag wordt ingegaan op de ontwikkeling van het meerjaren investeringsprogramma. Voor het complete beeld van de financiële rekening is hieronder het totaal van de investeringen genoemd. (bedragen x € 1.000)
totaaloverzicht per taakveld
Totaal Begroting 2010
Werkelijke Uitgaven 2010
Nog af Te wikkelen
In de jaren 2011
2012
1 Stadsbedrijven
57.749
38.399
89.614
57.931
2 Buitenruimte
25.580
22.180
468
468
750
234
516
516
271
609
440
440
2.642
639
2002
2002
72
72
11.112
5.510
5.512
3 Bredase Samenwerkende
2013 e.v.
31.682
Bedrijven 4 Culturele instellingen 5 Economische zaken en Grondbedrijf 6 Maatschappelijke Ontwikkeling 7 Ruimtelijke Ontwikkeling
1.072 15.912
8 Publiekszaken
2.810
691
2.130
944
10
9 Sociale zaken
962
143
819
472
347
471
446
0
4.365
376
4.141
4.141
4.758
2.187
1.675
1.675
117.342
77.016
107.387
74.173
10 Bestuur, bestuursondersteuning
1.176
et cetera. 11 Project- en programmamanagement 12 Algemene baten en lasten/SSC Totaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 049
/ G e m e e n t e B r e da
357
32.858
Departement
C3
Brede doeluitkering Sociaal, Integratie en Veiligheid (GSB/SIV)
Verzameluitkering Justitie
Specifieke uitkering
BZK
A1
Gemeenten
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 050
1
Besluit bre- Gemeenten de doeluit- G31 kering sociaal, integratie en veiligheid (SIV) en Uitvoeringsregeling brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid
Regeling verzameluitkering
Juridische grondslag
V&J
Ontvanger
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da
Realisatie Toelichting afwijVerantwoording king Verantwoording in SiSa 2010 is in SiSa 2010 is facultatief. In facultatief. In SiSa 2011 is verSiSa 2011 is ver- antwoording verantwoording ver- plicht. plicht.
Afspraak
Hieronder per regel één doelstelling / prestatieafspraak / (sub)indicator invullen en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Aard controle n.t.v. Aard controle D1 Aard controle D1 Aard controle n.t.v.
In 2010 en 2011 alsnog te realiseren doelstellingen en prestatieafspraken in aantallen die met het Rijk zijn overeengekomen o.b.v. het stedelijk meerjaren ontwikkelingsprogramma (MOP), die zijn vastgelegd in het GSB-convenant per stad (prestatielijst) en in de GSB III-periode (deels) niet zijn gehaald.
€ 125.057
Aard controle R
Besteding 2010
4.4.1 OVERZICHT SISA
Juridische grondslag
Onderdeel inburgering BDU SIV: Regeling inburgering G31. N.B. Inburgeringsindicatoren niet zelf toevoegen, maar uitsluitend de hiernaast vermelde indicatoren invullen.
Ontvanger
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 051
/ G e m e e n t e B r e da
Realisatie
Realisatie
Indicator verantwoorden in SiSa 2011 op basis van gegevens in het Informatie Systeem Inburgering (ISI); verantwoording in SiSa 2010 is facultatief.
Aantal inburgeringsplichtigen en vrijwillige inburgeraars voor wie in de jaren 2007 t/m 2009 voor het eerst een inburgeringsvoorziening is vastgesteld èn Indicator verantwoorden in SiSa die binnen 3 ka2011 op basis van gegevens in het lenderjaren na Informatie Systeem Inburgering (ISI); vaststelling van verantwoording in SiSa 2010 is fade inburgeringscultatief voorziening hebben deelgenomen aan het inburgeringsexamen
Aantal inburgeringsplichtigen en vrijwillige inburgeraars voor wie in de jaren 2007 t/m 2009 voor het eerst een gecombineerde inburgeringsvoorziening is vastgesteld èn die binnen 3 kalenderjaren na vaststelling van de inburgeringsvoorziening hebben deelgenomen aan het inburgeringsexamen
Indicator verantwoorden in SiSa 2011 op basis van gegevens in het Informatie Systeem Inburgering (ISI); verantwoording in SiSa 2010 is facultatief.
Aantal geestelijk bedienaren voor wie in de jaren 2007 t/m 2009 voor het eerst een inburgeringsvoorziening is vastgesteld èn die binnen 3 kalenderjaren na vaststelling van de inburgeringsvoorziening hebben deelgenomen aan het inburgeringsexamen
Indicator verantwoorden in SiSa 2011 op basis van gegevens in het Informatie Systeem Inburgering (ISI); verantwoording in SiSa 2010 is facultatief. Realisatie Realisatie
Aantal inburgeringsplichtigen, als bedoeld in het besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 12 juni 2007, nr. 2007/11, voor wie een inburgeringsvoorziening is vastgesteld in de jaren 2007 t/m 2009 èn die binnen 3 kalenderjaren na vaststelling van de inburgeringsvoorziening hebben deelgenomen aan het inburgeringsexamen (gepardonneerden).
Realisatie
Indicator verantwoorden in SiSa 2011 op basis van gegevens in het Informatie Systeem Inburgering (ISI); verantwoording in SiSa 2010 is facultatief.
Aantal geestelijk bedienaren voor wie in de jaren 2007 t/m 2009 voor het eerst een inburgeringsvoorziening is vastgesteld èn die binnen 3 kalenderjaren na vaststelling van de inburgeringsvoorziening hebben deelgenomen aan het aanvullend praktijkdeel van het inburgeringsexamen
Departement
BZK
C4
Specifieke uitkering
Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009 tweede tranche
Juridische grondslag
Nummer
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 52
/ G e m e e n t e B r e da
2
1
Tijdelijke sti- Gemeenten muleringsregeling woningbouwprojecten 2009 tweede tranche
Ontvanger
€0
€ 1.801.346
SWP09002532U De Bladerpoort SWP09002564U Minister Kanstraat
Aard controle n.v.t.
0
0
Aard controle D1
Hieronder per regel één beschikAantal woningen kingsnummer en in de kolommen er- waarvan de naast de verantwoordingsinformatie bouw voor 1 juli 2010 is gestart of voortgezet
Aard controle R
Openstaande verplichting voor gerealiseerde prestaties/activiteiten BDU SIV (incl. inburgering) die tot en met 2010 reeds zijn uitgevoerd (en in 2011 nog tot betaling komt). Dit bedrag maakt onderdeel uit van “Besteding 2010 inclusief inburgering” en wordt in onderstaande cel afzonderlijk zichtbaar gemaakt. Aard controle R
Besteding 2010 (inclusief inburgering) ten laste van de Rijksmiddelen
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
C5
Departement
Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009 derde tranche
Specifieke uitkering
BZK
5
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 053
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da
6
5
4
3
2
1
Tijdelijke sti- Gemeenten muleringsregeling woningbouwprojecten 2009 derde tranche
Juridische grondslag
4
3
Ontvanger
SW07583902 Groote Schans te Breda SW07583903 Città Verde SW07583904 Waterdonken 2e fase SW07583905 Waterdonken Parkwoningen SW07583906 Meulenspie 57 woningen SW07583901 De Buitenplaats BLS 2008 en 2009
Aard controle n.v.t.
SWP09002551U Woonpark Sculptura SWP09002517U De Heuvelsprong, 21 woningen SWP09002530U De Heuvelsprong, 5 woningen Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
€ 915.220
0
0
29
0
0
0
Aard controle D1
Aantal woningen waarvan de bouw voor 1 januari 2011 is gestart of voortgezet
5
21
84
ja
Specifieke uitkering
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Regeling brede scholen 2009
Regeling verbetering binnenklimaat primair onderwijs 2009
OCW D5
Nummer
OCW D4
Regionale meld- en coordinatiecentra voortijdig schoolverlaten
p 054
/ G e m e e n t e B r e da
Regeling Gemeenten verbetering binnenklimaat primair onderwijs 2009
Regeling sti- Gemeenten mulering aanpassing huisvesting brede scholen
Besluit regi- Gemeenten onale melden coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten
Juridische grondslag
OCW D1
Ontvanger
Aard controle n.v.t. Nee
Aard controle R
€ 51.526
Eindverantwoording Ja/Nee Zie Nota batenlastenstelsel
Besteding tot en met 2010 ten laste van rijksmiddelen
Aard controle R € 7.285.964
Aard controle R
Besteding 2010
1
Aantal afgeronde projecten in 2010
Aard controle R € 1.029.490
Aard controle R
€0
Nee
Aard controle n.v.t.
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R €0
Uitgaven van Eindverantwoording vóór 2010, waar- Ja/Nee van besteding in 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Opgebouwde re- Bestedingen van serve ultimo vóór 2010, waar2009 van de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€ 1.042.819
Besteding 2010
E3
Specifieke uitkering
Departement
I&M
Juridische grondslag
Brinnummer
Alleen invullen bij eindverantwoording:
Alle activiteiten afgerond Ja/Nee
Alleen invullen bij eindverantwoording:
Alleen invullen bij eindverantwoording:
Nummer
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 055
/ G e m e e n t e B r e da
€0
€0
Bestedingen van vóór 2010, waarUitgaven van van de uitgave in of na 2010 plaats- vóór 2010, waarvindt van besteding in 2010 plaatsvindt Zie Nota baten-lastenstelsel Zie Nota batenlastenstelse Aard controle R Aard controle R
Toelichting per brinnummer welke activiteit(en) niet zijn afgerond en daarbij het bijbehorende bedrag exclusief 40% cofinanciering noemen 1 Aard controle n.v.t. Aard controle D2 Aard controle n.v.t. Subsidiere- Subsidiere- Provincies, Hieronder per regel één beschikBesteding 2010 Overige besteEindverantwoorgeling sane- geling sane- gemeenten kingsnummer en in de kolommen er- t.l.v. rijksmidde- dingen 2010 ding ja/nee ring verring veren gemeen- naast de verantwoordingsinformatie len keerslawaai keerslawaai schappelijke (incl. bestrijregelingen ding spoor(Wgr) weglawaai) Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. 1 0 €0 €0 Nee
Ontvanger
Departement
E6B
Bodemsanering (excl. Bedrijvenregeling)
Verzameluitkering VROM
Specifieke uitkering
I&M
E5
Tussen provincie en gemeenten afgesloten convenanten/overeenkomsten voor onderzoek en sanering van ernstig verontreinigde locaties
€ 39.586
Aard controle R
Besteding t/m 2010
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1
Nummer
p 056
/ G e m e e n t e B r e da €0
Aard controle R
€0
€0
€0
Aard controle R
Besteding 2010 Besteding 2010 ten laste van pro- aan samenloop vincie of Wgr+ middelen
Bestedingen van vóór 2010, waarUitgaven van van de uitgave in of na 2010 plaats- vóór 2010, waarvindt van besteding in 2010 plaatsvindt Zie Nota baten-lastenstelsel Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R Aard controle R
0
Aard controle n.v.t.
Gemeenten Hieronder per regel één beschik(SiSa tussen kingsnummer en in de kolommen ermedeovernaast de verantwoordingsinformatie heden)
Regeling Provincies, verzameluit- gemeenten kering
Juridische grondslag
I&M
Ontvanger
€0
Aard controle R
Besteding 2010 excl. samenloop
€0
Aard controle R
Aard controle n.v.t. Ja
Aandeel provincie in Eindverantwoorde besteding 2010 na ding Ja/Nee aftrek van de lasten van samenloop
Aard controle n.v.t.
Toelichting
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 057
I&M
E9B
E7A
/ G e m e e n t e B r e da
Programma Externe Veiligheid (EV)
Innovatieprogramma Klimaatneutrale Steden (Proefprojecten)
Innovatieprogramma Klimaatneutrale Steden (Planstudies)
Specifieke uitkering
I&M
E7
Provinciale beschikking en/of verordening
€0
Aard controle R
Besteding 2010 als bedoeld in artikel 11 van de Regeling ten behoeve van het proefproject.
Aard controle n.v.t. Nee
Eindverantwoording ja/nee
Aard controle n.v.t. Nee
Aard controle R
0
Eindverantwoording ja/nee
Aantal planstudies gereed
Nummer
€ 160.082
Aard controle R
Aard controle n.v.t. Ja
Gemeenten Besteding 2010 ten laste van provin- Eindverantwoor(SiSa tussen ciale middelen ding ja/nee medeoverheden)
Regeling Gemeenten eenmalige uitkering planstudies en proefprojecten IKS
Regeling Gemeenten eenmalige uitkering planstudies en proefprojecten IKS
Juridische grondslag
I&M
Ontvanger
€0
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
Departement
I&M
Nummer
E11B
Specifieke uitkering
Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL)
Juridische grondslag
Provinciale beschikking en/of verordening
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 058
/ G e m e e n t e B r e da
1
€0
3de tranche
€ 409.999
Hieronder per regel één beschikBesteding 2010 kingsnummer en in de kolommen er- t.l.v. provincie naast de verantwoordingsinformatie Aard controle n.v.t. Aard controle R
€ 562.059
Aard controle n.v.t. Nee
Eindverantwoording ja/nee
€0
€0
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Teruggestort/verrekend in 2010 in verband met niet uitgevoerde maatregelen
Besteding 2010 Besteding 2010 uit bijdragen uit rentebaten door derden = gemeente op contractpartners door provincie (niet rijk, provin- verstrekte bijdracie of gemeente) ge NSL
Hieronder per regel één beschikPercentage van Toelichting afwijkingsnummer en in de kolommen er- de verstrekte bij- king naast de verantwoordingsinformatie drage 2010 dat is gebruikt voor het in dienst nemen vast personeel EV Aard controle n.v.t. Aard controle D2 Aard controle n.v.t. 1620628 64,00%
Gemeenten Besteding 2010 uit eigen middelen en gemeenschappelijke regelingen (Wgr) (SiSa tussen medeoverheden) Aard controle R
1
Ontvanger
Nee
Aard controle n.v.t.
Eindverantwoording ja/nee
€0
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 059
I&M
Nummer
E27B
E25
/ G e m e e n t e B r e da
Brede doeluitkering verkeer en vervoer
Beleidsregeling subsidies Budget Investeringen Ruimtelijke Kwaliteit (BIRK)
€ 473.447
Aard controle R
Provinciale beschikking en/of verordening
2
1
Alleen in te vullen na afloop project
Aantal gerealiEindverantwoording seerde kwaliteits- ja/nee dragers
Nee
Aard controle n.v.t.
Eindverantwoording ja/nee
€ 2.099
€ 10.712
Ja
Ja
Aard controle n.v.t.
Aard controle n.v.t.
Aard controle R
Aard controle R
Toelichting afwij- Eindverantwoording king Ja/Nee
Nee
Aard controle D1 Aard controle D1 Aard controle n.v.t.
Alleen in te vullen na afloop project
Aantal gerealiseerde projecten
Aard controle R
Alleen in te vullen na afloop project
Alleen in te vullen na afloop project
Aard controle R
Aantal gerealiseerde projecten realisatie
Aantal gerealiseerde projecten afspraak
Besteding 2010 Overige besteten laste van pro- dingen 2010 vincie
B-W-23-09 € 45.024 Verkeersmaatregelen Lange Bunder, Gilzeweg en Roosbergseweg B-W-18-09 € 45.126 Verbeteren fietsoversteken Boeimeersingel
Gemeenten Hieronder per regel één beschik(SiSa tussen kingsnummer en in de kolommen ermedeovernaast de verantwoordingsinformatie heden) Aard controle n.v.t.
€0
Aard controle R
Alleen in te vullen na afloop project Aard controle R
Berekende bate boven drempelwaarde ten behoeve van benefit sharing
Alleen in te vullen na afloop project Aard controle R
Besteding 2010 excl. Bestedingen uit Berekende bate baten exploitatie boven drempelAard controle R waarde ten behoeve van benefit sharing
Beleidsrege- Provincies Besteding 2010 excl. Bestedingen uit ling subsien gemeen- baten exploitatie dies budget ten investeringen ruimtelijke kwaliteit (BIRK)
Nieuwe Wet Ruimte- Gemeenten Sleutel Pro- lijke Ordejecten (NSP) ning Besluit Ruimtelijke Ordening
Specifieke uitkering
I&M
E12
Juridische grondslag
I&M
Ontvanger
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
7
6
5
4
3
Ontvanger
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 060
/ G e m e e n t e B r e da
B-W-20-09 Bromfietsers op rijbaan B-O-19-09 Reconstructie Bernard de Wildestraat B-N-04-09 Mensgerichte maatregelen 2009 B-N-31-10 Mensgerichte maatregelen 2010 Toegankelijke halten: * 7200213 Overkroetenlaan * 7200214 Overkroetenlaan * 7200133 ovensdijkstraat * 7200315 Marialaan * 7200316 Marialaan * 7200595 Hogeschoollaan * 7200598 Hogeschoollaan * 7200609 Westerhagelaan * 7200610 Westerhagelaan * 7200770 Gr Hendrik III laan * 7200911 Mariaplein * 7200912 Mariaplein *7200915 Muiderslotstraat * 7200916 Muiderslotstraat * 7200919 Walenburgstraat *7200920 Walenburgstraat *7204190 Dorpsplein U’hout * 7204200 Dorpsplein U’hout * 7210074 Middenweg * 7210184 Middenweg € 250.000
€ 223.167
€ 12.212
€ 285.669
€ 15.713
€0
€ 6.091
-€ 14.710
€ 9.630
-€ 12.322
Ja
Nee
Ja
Ja
Ja
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 061
/ G e m e e n t e B r e da
10
9
8
Ontvanger
Toegankelijke halten: * 7200324 Schorsmolenstr * 7200318 Schorsmolenstr * 7200761 Markendaalseweg * 7200762 Markendaalseweg * 7200013 Fellenoordstraat * 7200016 Fellenoordstraat * 7200793 Heuvelplein * 7200794 Heuvelplein * 7200022 Argusvlinder * 7200023 Argusvlinder * 7200530 Biesdonkweg * 7200529 Biesdonkweg * 7200518 Hamdijk * 7200517 Hamdijk * 7200781 Bontekoestraat * 7200782 Bontekoestraat * 7200769 Grote Spie * 7200727 Lage Kant * 7200281 Lage Kant * 7200773 Langendijk * 7200774 Langendijk * 7200657 Nw Ginnekenstr * 7200658 Nw. Ginnekenstr B-F-21-09 € 550.253 Oosterhoutseweg fase 2 in Teteringen, fietsvoorzieningen B-N-047-07 € 976.237 Dynamisch Parkeer Route Informatie Systeem / B-N-22-09 Dynamisch Parkeer Route Informatie Systeem fase 3 € 136
€ 596.108
Ja
Nee
Ja
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 062
HOV-01-08 1e tranche deelprojecten van de HOV-as Oosterhout - Breda - EttenLeur
B-W-F-05-10 Fietspad Zanddreef B-O-02-10 Openbaar vervoer-maatregelen lijn 1 Tuinzigt B-W-03-10 Verkeersdoorstroming Claudius Prinsenlaan, Loevesteinstraat en Beverweg B-W-04-10 Noordelijke Rondweg, verbeteren doorstroming B-F-01-10 Fietsenstalling Concordia-garage Nog geen beschikking Zwijnsbergenstraat verkeersveiligheidsmaatregelen Nog geen beschikking Fietsbeugels bij winkelcentra Nog geen beschikking Aanleg 30km-zone Hoge Vucht, gedeelte 4 (Biesdonk)
12
13
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
/ G e m e e n t e B r e da
20
19
18
17
16
15
14
HOV-01-08 1e tranche deelprojecten van de HOV-as Oosterhout - Breda - EttenLeur
11
Ontvanger
€0
€ 54.649
€ 262.821
€ 66.742
€ 2.443.382
€ 2.408.082
€ 13.812
€ 306.028
€ 535.969
€ 4.174.696
€ 2.832
€ 16.574
€ 272.106
€ 11.133
€ 553.612
€ 655.568
€ 5.047
€ 218.829
€ 1.604.905
€ 669.377
Voor het onderdeel ‘2de fase Oosterhoutseweg’ zijn aparte afspraken gemaakt. Opgave onderdeel ‘2de fase Oosterhoutseweg’.
Nee
Nee
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee
Nee
Nee
Nee
Departement
I&M
Nummer
E28C
Specifieke uitkering
Regionale mobiliteitsfondsen
Juridische grondslag
Provinciale beschikking, verordening of overeenkomst
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 063 €0
Aard controle R
€0
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
€ 3.032
€ 142.910
€0
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Zie Nota baten-lastenstelsel
Nog geen beschikking Aanleg 30km-zone Hoge Vucht, gedeelte 5 (Linie) Nog geen beschikking Aanleg 30km-zone Hoge Vucht, gedeelte 3 (Wisselaar Nog geen beschikking Fietspad langs de Mark Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt € 4.076
€ 74.390
€ 6.113
/ G e m e e n t e B r e da
1
Zie Nota baten-lastenstelsel
RMB-09 Aanleg ongelijkvloerse kruising Noordelijke Rondweg Breda (Oosterhoutseweg 2de fase) Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
Aard controle n.v.t.
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
Wel
Aard controle R €0
Aard controle R
Gemeenten Hieronder per regel één beschikGerealiseerd wel/ Besteding 2010 (SiSa tussen kingsnummer en in de kolommen er- niet medeovernaast de verantwoordingsinformatie heden)
23
22
21
Ontvanger
€0
Aard controle R
Te verrekenen met provincie
Aard controle n.v.t.
Toelichting
Nee
Nee
Nee
Aard controle n.v.t. Nee
Eindverantwoording Ja/Nee
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
E35
p 064
Tijdelijke re- Tijdelijke regeling een- geling eenmalige uit- malige uitkering bekering bestrijding re- strijding regionale wa- gionale wateroverlast teroverlast
Tijdelijke re- Tijdelijke regeling een- geling eenmalige uit- malige uitkering stekering stedelijke sydelijke synergiepronergieprojecten Kajecten Kaderrichtlijn derrichtlijn Water Water
Specifieke uitkering
I&M
E29
Juridische grondslag
I&M
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da
Waterakkers
Prinsenbeek
Hoogeind III
Heuvel
A. Klaasenstraat
3
4
5
€ 39.874
€ 926.901
€0
€0
€ 830.138
Aard controle R
Aard controle n.v.t.
2
Besteding 2010
Aard controle n.v.t. Nee
Eindverantwoording Ja/Nee
€0
Aard controle R
Hieronder per regel één projectkenmerk en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
€ 1.342.023
Aard controle R
Besteding 2010 ten laste van rijksmiddelen
€0
Aard controle R
1
Gemeenten
Gemeenten
Ontvanger
Ja
Ja
Ja
Ja
Aard controle n.v.t. Ja
Eindverantwoording Ja/Nee
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€ 28.224
€ 106.776
€ 57.426
€ 255.967
€ 154.080
Aard controle R
Bij eindverantwoording: te verrekenen bedrag met het rijk
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
Departement
EL&I
F6
Specifieke uitkering
Besluit subsidies herstructurering Topprojecten bedrijventerreinen (TOPPER-regeling)
Juridische grondslag
Besluit subsidies Topprojecten herstructurering bedrijventerreinen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 065
1
Gemeenten
Ontvanger
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da € 5.722
€ 11.445
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R €0
Zie Nota baten-lastenstelsel
€0
Aard controle R
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
Aard controle R
Marktconforme gerealiseerde totale baten, incl. bijdragen van derden en subsidies van andere bestuursorganen en de Commissie van de Europese Gemeenschappen. Aard controle R
Besteding 2010
€0
Bedrijvenontsluiting Terheijdenseweg en Spinola Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
Aard controle n.v.t.
Hieronder per regel één projectkenmerk en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
€0
Bestedingen van vóór 2010, waarUitgaven van van de uitgave in of na 2010 plaats- vóór 2010, waarvindt van besteding in 2010 plaatsvindt Zie Nota baten-lastenstelsel Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R Aard controle R
Aard controle n.v.t.
Alleen in te vullen bij afronding project
Nee
Aard controle n.v.t.
Toelichting afwij- Eindverantwoording king Ja/Nee
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
G1C
p 066
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
G1-1
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
Specifieke uitkering
SZW
G1
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
Juridische grondslag
SZW
Gemeente die uitvoering geheel of gedeeltelijk heeft uitbesteed aan Openbaar lichaam o.g.v. Wgr
Gemeenten
Ontvanger
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da
Aard controle R
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december 2010, exclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R
In te vullen in SiSa 2011
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren, exclusief deel openbaar lichaam Aard controle R
exclusief deel openbaar lichaam Aard controle R
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren,
Aard controle R 78,29
1.428,00
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners van uw gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december 2010 Aard controle R
Departement
SZW
Nummer
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
G2
G1C-2
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Gebundelde Wet werk en Gemeenten uitkering bijstand (WWB + (WWB) WIJ + IOAW + IOAZ + levensonderhoud beginnende zelfstandigen Bbz 2004 + WWIK)
Ontvanger
p 067
/ G e m e e n t e B r e da in te vullen in SiSa 2011 Aard controle R
inclusief deel openbare lichamen
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geindiceerde inwoners in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren
5,03
€ 46.286.118
Aard controle n.v.t.
Aard controle n.v.t. € 1.693.779
€0
Aard controle R
€0
Aard controle R
Besteding 2010 WWB-inkomensdeel Baten 2010 Bestedingen Uitgaven WWBWWB-inkomens- WWB-inkomens- inkomensdeel deel (excl. Rijk) deel van vóór van vóór 2010, 2010, waarvan waarvan bestede uitgave in of ding in 2010 na 2010 plaats- plaatsvindt vindt Zie Nota batenZie Nota baten- lastenstelsel lastenstelsel
Aard controle R
inclusief deel openbare lichamen in te vullen in SiSa 2011
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in 2010, uitgedrukt in arbeidsjaren
19,00
Juridische grondslag
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
p 068
/ G e m e e n t e B r e da
Wet inkoGemeenten mensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Gemeenten Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Wet investe- Gemeenten ren in jongeren (WIJ)
Ontvanger
Aard controle n.v.t. € 3.777
Aard controle n.v.t.
Besteding 2010 IOAZ
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Bestedingen IOAW van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Zie Nota batenlastenstelsel
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven IOAZ van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven IOAW van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
€0
Bestedingen WIJ Uitgaven WIJ van van vóór 2010, vóór 2010, waarwaarvan de uit- van besteding in gave in of na 2010 plaatsvindt 2010 plaatsvindt Zie Nota batenZie Nota baten- lastenstelsel lastenstelsel Aard controle R Aard controle R
Baten 2010 IOAZ Bestedingen (excl. Rijk) IOAZ van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
Aard controle n.v.t. € 17.505
Aard controle n.v.t.
€ 1.237.684
Baten 2010 IOAW (excl. Rijk)
Besteding 2010 IOAW
€ 2.482.584
Baten 2010 WIJ (excl. Rijk)
Besteding 2010 WIJ
Juridische grondslag
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 069
Wet werk en Gemeenten inkomen kunstenaars (WWIK)
Besluit bij- Gemeenten standverlening zelfstandigen 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen (Bbz 2004)
Ontvanger
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
/ G e m e e n t e B r e da
Aard controle n.v.t. € 795
€ 508.281
Aard controle n.v.t.
Besteding 2010 WWIK
€ 115.917
Aard controle n.v.t. €0
Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R
Bestedingen Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Baten 2010 Bestedingen WWIK (excl. Rijk) WWIK van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt Aard controle Aard controle R n.v.t. € 181.195 €0
Aard controle n.v.t. € 6.403
Besteding 2010 Bbz 2004 levenson- Baten 2010 Bbz derhoud beginnende zelfstandigen 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
€ 187.663
Aard controle n.v.t.
€0
Aard controle R
Uitgaven WWIK van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
€0
Aard controle R
Departement
G4
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Wet Werkloosheidsvoorziening (WWV)
Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)
Specifieke uitkering
SZW
G3
Wet Werkloosheidsvoorziening (Wwv)
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004
Juridische grondslag
SZW
Gemeenten
Gemeenten
Ontvanger
Nummer
p 070
/ G e m e e n t e B r e da
€ 590
Aard controle R
Baten 2010
€ 122.405
Aard controle R
Besteding 2010 levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (excl. Bob
€ 40.595
Aard controle R
€ 43.347
Aard controle R
Besteding 2010 Baten 2010 lekapitaalverstrek- vensonderhoud king (excl. Bob) gevestigde zelfstandigen (excl. Bob) (excl. Rijk)
€ 283.857
Aard controle R
Baten 2010 kapitaalverstrekking (excl. Bob) (excl. Rijk)
€ 70.108
Aard controle R
€0
Aard controle R
Besteding 2010 aan Besteding 2010 onderzoek als beBob doeld in artikel 56 Bbz 2004 (excl. Bob)
€0
Aard controle R
Baten 2010 Bob (excl. Rijk)
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt Zie Nota ba- Zie Nota baten-lasten- ten-lastenstelsel stelsel
Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt
€0
€0
€0
Aard contro- Aard contro- Aard controle R le R le R
Besteding 2010 aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
G5
Specifieke uitkering
Departement
Wet partici- Wet partici- Gemeenten patiebudget patiebudget (WPB) (WPB)
Juridische grondslag
SZW
Ontvanger
Nummer
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 071
/ G e m e e n t e B r e da
Besteding 2010 participatiebudget
Waarvan beste- Baten 2010 Waarvan baten ding 2010 van (niet-Rijk) partici- 2010 van educaeducatie bij roc’s patiebudget tie bij roc’s
(bij overheveling van een tekort wordt een negatief getal ingevuld)
Reserveringsregeling: Terug te betalen overheveling overaan rijk schot/tekort van 2010 naar 2011 Omvang van het aan het rijk terug Omvang van het in te betalen behet jaar 2010 niet-be- drag, dat wil zegstede bedrag dat gen het in het wordt gereserveerd jaar 2010 nietvoor het participatie- bestede bedrag budget van 2011. Dit voor zover dat de bedrag is exclusief het reserveringsregebedrag dat een geling overschrijdt, meente ten onrechte alsmede het in niet heeft besteed aan het jaar 2010 ten educatie bij een roc; onrechte niet-behiervoor geldt geen stede bedrag aan reserveringsregeling educatie bij roc’s (het ten onrechte nietbestede wordt teruggevorderd door het rijk). óf Omvang van het in het jaar 2010 rechtmatig bestede bedrag participatiebudget als voorschot op het participatiebudget van 2011
Besteding 2010 Regelluw
Dit onderdeel dient uitsluitend Dit onderdeel ingevuld te moet door alle worden door gemeenten wor- de gemeenden ingevuld. In- ten die in dien ingevuld 2009 duurmet een nul, dan zame plaatbestaat er voor singen van 2011 geen recht inactieven op regelluwe be- naar werk stedingsruimte hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk.
Het aantal in 2010 gerealiseerde duurzame plaatsingen naar werk van inactieven
Departement
SZW
G6
Specifieke uitkering
Schuldhulpverlening
Juridische grondslag
Kaderwet SZW-subsidies
Gemeenten
Ontvanger
Nummer
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 072
/ G e m e e n t e B r e da
Het aantal personen uit de doelgroep ten behoeve van wie het college in 2010 een duale inburgeringsvoorziening of een taalkennisvoorziening heeftvastgesteld, dan wel met wie het college in dit jaar een duale inburgeringsvoorziening of een taalkennisvoorziening is overeengekomen Aard controle D1
Het aantal personen uit de doelgroep ten behoeve van wie het college in 2010 een inburgeringsvoorziening heeft vastgesteld, dan wel met wie het college in dit jaar een inburgeringsvoorziening is overeengekomen Het aantal personen uit de doelgroep in de gemeente dat in 2010 de toets gesproken Nederlands, bedoeld in artikel 3,9, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, heeft behaald
€0
Aard controle R
Het aantal personen uit de doelgroep in de gemeente dat in 2010 het examen in de kennis van de Nederlandse samenleving, bedoeld in artikel 3,9, eerste lid, onderdeel c, van het Besluit inburgering, heeft behaald
€ 5.794.050
Aard controle R
Aard controle D1 Aard controle D1 Aard controle D1
Het aantal personen uit de doelgroep in de gemeente dat in 2010 het elektronisch praktijkexamen, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel a, van het Besluit inburgering, heeft behaald
€0
Aard controle R
€ 469.115
Aard controle R
Besteding 2010
Bovenstaande indicatoren verantwoorden op basis van gegevens in het Informatie Systeem Inburgering (ISI)
Aard controle D1
€ 1.433.634
Aard controle R
€ 23.306.920
Aard controle R
Het aantal personen uit de doelgroep in de gemeente dat in 2010 het staatsexamen NT2 I of II heeft behaald
€0
Aard controle R
Aard controle D1 Aard controle D1
Het aantal personen uit de doelgroep in de gemeente dat in 2010 het praktijkdeel van het inburgeringsexamen, bedoeld in artikel 3,7, eerste lid, van het Besluit inburgering, heeft behaald
€0
Aard controle R
Aard controle R €0
H2
Specifieke uitkering
Departement
Regeling Buurt, Onderwijs en Sport (BOS)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 073
2
1
Tijdelijke sti- Gemeenten muleringsregeling buurt, onderwijs en sport
Juridische grondslag
VWS
Ontvanger
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da
DMO/SSO 2698265 Haagse Beemden
DMO/SSO 2698265 Haagse Beemden
Aard controle n.v.t.
Hieronder per regel één beschikkingskenmerk invullen en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Realisatie
Uitvoering van de Ja activiteiten conform projectplan. I.v.m. vertrek medewerker is het project in november 2010 gestopt. De activiteiten zijn grotendeels ingepast in het activiteitenplan van de combinatiefunctionarissen.
Ja
Aard controle n.v.t.
Toelichting afwij- Eindverantwoording king Ja/Nee
0 = niet uitgevoerd 1 = gedeelte uitgevoerd 2 = uitgevoerd Aard controle D2 Aard controle n.v.t. 2 nvt.
Aard controle n.v.t. Naschoolse Opvang, huiswerkbegeleiding en educatieve activiteiten. Sportactiviteiten 1
Activiteit
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 74
Brede doel- Tijdelijke reuitkering geling CJG Centra voor jeugd en gezin (BDU CJG)
Gemeenten
Verzameluit- Regeling Gemeenten kering JenG verzameluitkering
Specifieke uitkering
H10
H9
Juridische grondslag
VWS
VWS
3
Ontvanger
Nummer
/ G e m e e n t e B r e da Bestedingen van vóór 2010, waarvan de uitgave in of na 2010 plaatsvindt Zie Nota batenlastenstelsel Aard controle R €0
Aard controle R
€ 4.452.682
WhoZnext
Besteding 2010 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
€ 100.000
Aard controle R
Besteding 2010
DMO/SSO 2698265 Haagse Beemden
€0
Aard controle R
Zie Nota batenlastenstelsel
Uitgaven van vóór 2010, waarvan besteding in 2010 plaatsvindt
1
Er was bij de ten- Ja nisvereniging Haagse Beemden een WhoZnextteam opgericht. Dit is echter opgeheven wegens onvoldoende animo.
Ontvanger
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 075
/ G e m e e n t e B r e da
Project omschrijving
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B10.01
B10.02
B10.03
B10.04
B10.05
B10.06
B10.07
Stadsas Claudius Prinsenlaan
Verlengde Stationslaan
Oosterhoutseweg- Noordelijke rondweg
Crogtdijk Konijnenberg
Reconstructie krp Nieuwe Kadijk (vh Voetgangerstunnel Nieuwe Kadijk)
AV Cluster Breda
Broedplaats podium Bloos
Bereikbaar
Bereikbaar
Bereikbaar
Bereikbaar
Bereikbaar
Dynamisch
Dynamisch
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
N
N
N
J
5.000.000
15.900.000
18.977.179
5.000.000
1.300.000
1.000.000
589.876
Realisatie t/m 2009
-
2.253.784
8.600.400
-
93.462
-
430.141
realisatie totaal 2010
-
-
8.444.357
-
235.802
550.000
159.735
Aandeel PNB obv eschikking b
2.500.000
5.000.000
4.615.876
2.500.000
660.000
300.000
100.000
Initiële planning rapportage jaar
1.250.000
2.500.000
3.999.600
1.250.000
400.000
300.000
50.000
Realisatie t/m 2009
-
-
1.000.400
-
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
-
-
2.892.564
-
-
50.000
50.000
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
-
-
2.892.564
-
-
50.000
50.000
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
-
-
-
-
2.500.000
9.300.000
9.628.951
2.500.000
640.000
500.000
239.876
Realisatie t/m 2009
-
2.253.784
4.191.000
-
93.462
-
180.141
realisatie totaal 2010
-
-
4.466.672
-
235.802
500.000
59.735
Aandeel derden obv beschikking
-
1.600.000
4.732.352
-
-
200.000
250.000
Realisatie t/m 2009
-
-
3.409.000
-
-
-
200.000
realisatie 2010
-
-
1.085.121
-
-
-
50.000
planning mijlpaal 2010
nvt
nvt
Oplevering
nvt
Vaststellen definitief ontwerp/aanbesteding/ gunning
Eind 2010 oplevering
nvt
rea mijlpaal 2010
nvt
nvt Doorgeschoven naar 2011 vanwege vorst.
nvt
Gerealiseerd
Oplevering volgt in 2011.
Feestelijk geopend.
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
4.4.2 OVERZICHT VERANTWOORDING B-5 GELDEN SAMEN INVESTEREN-PROJECTEN
Project nr.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 76
/ G e m e e n t e B r e da
50.000
Project nr.
B10.08
Project omschrijving
De Beyerd (reizende tentoonstelling)
Festivals beeldcultuur, graphic design
Filmfestival
ZIOS ROC
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Perspectief
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B10.09
B10.10
B10.11
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
N
475.000
309.622
620.089
289.040
Realisatie t/m 2009
275.000
168.811
620.089
117.893
realisatie totaal 2010
-
140.811
-
49.144
Aandeel PNB obv eschikking b
250.000
100.000
250.000
144.520
Initiële planning rapportage jaar
-
31.189
-
38.625
Realisatie t/m 2009
250.000
68.811
250.000
33.892
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
31.189
-
38.625
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
31.189
-
38.625
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
-
25.000
100.000
200.000
144.520
Realisatie t/m 2009
25.000
100.000
200.000
84.001
realisatie totaal 2010
-
-
-
10.519
Aandeel derden obv beschikking
200.000
109.622
170.089
-
Realisatie t/m 2009
-
-
170.089
-
realisatie 2010
-
109.622
-
-
planning mijlpaal 2010
Grootschalige reizende tentoonstelling
Mei/juni: nvt Graphic Design Festival, sept/ okt: Breda Photo
Zorgstructuur bij 3 colleges ROC WB en op De Rooi Pannen
rea mijlpaal 2010
Conform afspraak in 2011
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
nvt
p 077
/ G e m e e n t e B r e da
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B10.16
B10.17
B10.18
Biomassacentrale Teteringen
Luchtkwaliteit
LWSG
Schoon
Schoon
Dynamisch
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
800.000
7.961.990
300.000
Realisatie t/m 2009
679.540
109.200
-
realisatie totaal 2010
120.460
1.265.135
150.000
Aandeel PNB obv eschikking b
400.000
2.961.990
300.000
Initiële planning rapportage jaar
60.230
1.541.040
150.000
Realisatie t/m 2009
339.770
40.950
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
60.230
696.627
150.000
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
60.230
696.627
150.000
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
400.000
2.000.000
Realisatie t/m 2009
339.770
68.250
realisatie totaal 2010
60.230
562.059
Aandeel derden obv beschikking
-
3.000.000
-
Realisatie t/m 2009
-
-
-
realisatie 2010
-
6.449
-
planning mijlpaal 2010
Intentie - overeenkomst januari 2010, gezamenlijke businesscase zomer 2010
rea mijlpaal 2010
intentieovereenkomsten woningcorporaties en Essent getekend 1e kwartaal 2010 en intentie-overeenkomsten Staatsbosbeheer, Attero en Waterschap Brabantse Delta getekend medio 2010. Gezamenlijke businesscase nog niet gereed agv stedelijke herprogrammering (Bouverijen) en opschaling project door samenwerking met Essent. Samenwerkingsovereenkomst met Essent zal in februari 2011 getekend worden.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 078
/ G e m e e n t e B r e da
Start diverse projecten
nvt
nvt
B20.01a
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B20.01b
Herstructurering fysieke infrastructuur (Erfgoedhal Breda)
Herstructurering fysieke infrastructuur (Heilige Hartkerk)
Perspectief
Perspectief
B20.01
Restauratie Monumenten
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
-
-
Realisatie t/m 2009
-
realisatie totaal 2010
B20.02
B20.03
B20.04
B20.05
AV Cluster Breda
De Beyerd (reizende tentoonstelling)
Festivals beeldcultuur, graphic design
Filmfestival
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
N
N
N
N
34.644.162
560.000
500.000
1.023.103
1.504.474
-
-
-
-
-
-
-
-
1.491.868
200.000
300.000
623.103
704.474
Aandeel PNB obv eschikking b
-
-
2.500.000
300.000
250.000
200.000
500.000
Initiële planning rapportage jaar
-
-
3.925.000
250.000
200.000
100.000
250.000
Realisatie t/m 2009
-
-
-
-
-
-
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
-
-
598.177
200.000
250.000
100.000
250.000
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
-
-
598.177
200.000
250.000
100.000
250.000
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
-
-
-
-
12.935.000
100.000
50.000
209.263
400.000
50.000
109.263
200.000
Realisatie t/m 2009
realisatie totaal 2010
1.491.868
Aandeel derden obv beschikking
-
-
19.209.162
160.000
200.000
613.840
604.474
Realisatie t/m 2009
-
-
-
-
-
-
-
realisatie 2010
-
-
1.956.878
-
-
413.840
254.474
planning mijlpaal 2010
nvt
nvt
Projecten gestart
Organisatie AV Concept cluster operati- gereed oneel
mei/juni: Graphic Design Festival, sept/ okt: Breda Photo
2e editie maart 2010
rea mijlpaal 2010
nvt
nvt
Gerealiseerd
Volgt in 2011.
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 079
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B20.06
B20.07
B20.08
B20.09
B20.10
B20.26
B20.11
Broedplaats podium Bloos
Centrum beeldcultuur
Colin
Festival Verse Waar
Creatieve eco- Internationale nomie Electron programmering Chassé
Evenementen complex Bavel
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Dynamisch
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
N
N
N
N
817.667
1.250.542
480.000
117.985
676.693
461.384
11.500.000
Realisatie t/m 2009
219.202
307.350
65.000
12.500
177.714
-
-
realisatie totaal 2010
348.465
191.902
35.000
105.485
263.979
226.384
-
Aandeel PNB obv eschikking b
150.000
500.000
75.000
37.500
225.000
200.000
4.000.000
Initiële planning rapportage jaar
50.000
225.930
40.000
37.500
103.728
100.000
2.000.000
Realisatie t/m 2009
50.000
74.070
40.000
46.272
-
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
50.000
100.000
10.000
37.500
103.728
100.000
-
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
50.000
100.000
10.000
37.500
103.728
100.000
-
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
-
-
-
-
231.202
541.193
75.000
37.500
347.358
181.483
4.000.000
Realisatie t/m 2009
84.202
225.280
25.000
12.500
130.242
realisatie totaal 2010
77.000
70.553
25.000
25.000
107.116
66.483
-
Aandeel derden obv beschikking
436.465
209.349
330.000
42.985
104.335
79.901
3.500.000
Realisatie t/m 2009
85.000
8.000
-
-
1.200
-
-
realisatie 2010
221.465
21.349
-
42.985
53.135
59.901
-
-
planning mijlpaal 2010
Broedplaats podium kunsten operationeel
Centrum voor Regionaal netbeeldcultuur werk operatiovolledig opera- neel tioneel
Literair eenakter Operationeel festival
Programma opgesteld
nvt
rea mijlpaal 2010
Gerealiseerd.
Volledig operationeel, de verbouwing loopt.
Gerealiseerd.
Gerealiseerd
nvt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Gerealiseerd.
p 080
Gerealiseerd.
/ G e m e e n t e B r e da
Project nr.
B20.12
Project omschrijving
Kenniscentrum leisure NHTV Bavelse Berg
Avans ondernemersVersterken Hucentrum (Con-Nex techno- mansCapital in logy and Business) de wijk
Dynamisch
Dynamisch
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B20.13
B20.14
Dynamisch
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
770.000
-
500.000
Realisatie t/m 2009
-
-
-
realisatie totaal 2010
-
-
100.000
Aandeel PNB obv eschikking b
500.000
-
-
Initiële planning rapportage jaar
-
17.136
-
Realisatie t/m 2009
-
-
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
-
-
-
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
-
-
-
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
100.000
-
-
Realisatie t/m 2009
-
-
-
realisatie totaal 2010
-
-
-
Aandeel derden obv beschikking
170.000
-
-
Realisatie t/m 2009
-
-
-
realisatie 2010
-
-
-
planning mijlpaal 2010
Opzetten en onderhouden netwerk
Ontwikkelen Ontwikkelplan van R&D, inno- internationaal vatie en instru- kenniscentrum mentatieagen-
Ontwikkelen instrumenten voor locatieontwikkeling
Symposia en workshops
nvt
nvt
rea mijlpaal 2010
Gerealiseerd
Gestart
Gestart
Gerealiseerd
nvt
nvt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Gestart
p 081
/ G e m e e n t e B r e da
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B20.15
B20.16
B20.17
B20.18
B20.19
Leerstoel Maintenance en logistiek
Via Breda Havenkwartier/ Markoevers
Centrum jeugd en gezin
Geschikt wonen voor iedereen
Waarderen en vernieuwen
Dynamisch
Mooi
Perspectief
Perspectief
Perspectief
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
N
N
-
-
9.772.476
3.438.871
3.867.928
Realisatie t/m 2009
-
-
2.335.410
1.202.236
2.124.458
realisatie totaal 2010
-
-
3.020.543
1.272.988
1.299.083
Aandeel PNB obv eschikking b
250.000
-
2.198.192
450.000
500.000
Initiële planning rapportage jaar
150.000
-
1.091.315
168.277
218.369
Realisatie t/m 2009
-
-
451.354
131.723
71.631
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
-
-
344.974
168.277
330.959
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
-
-
344.974
168.277
330.959
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
-
-
100.000
-
7.376.081
2.988.871
3.283.089
Realisatie t/m 2009
-
-
1.792.450
1.070.513
1.988.569
realisatie totaal 2010
100.000
-
2.613.972
1.104.711
962.027
Aandeel derden obv beschikking
150.000
-
198.203
-
84.839
Realisatie t/m 2009
-
-
91.606
-
64.258
realisatie 2010
-
-
61.597
-
6.097
planning mijlpaal 2010
ondertekening intentie verklaring
voorlopig koopcontract
fysieke inlooppunten 12+; telefonische frontoffice gestructureerd gekoppeld aan backoffice; digitaal loket; digitale sociale kaart; aansluiting zorg in en om de school
UitvoeringsDoorontwikkeling Haagse Beemden, plannen: 10 en Brabantpark en andere wijken symposium: 1
rea mijlpaal 2010
Gerealiseerd
zie toelichting vooraan
Gerealiseerd
UitvoeringsGebiedsvisie Brabantpark gereed, plannen: 10 en doorontwikkeling Haagse Beemden symposium: 2 en Hogt Vught gedaan en sociaal programma Heuvel opgesteld.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 082
/ G e m e e n t e B r e da
B20.20
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B20.21
B20.22
B20.23
CombinatieVeiligheidshuis functionarissen
Groenblauwe raamwerk bavel
Biomassacentrale Teteringen
Perspectief
Schoon
Schoon
Perspectief
Project Gereed J/N Totale project kosten
N
N
N
N
2.048.711
3.600.000
3.932.322
4.909.000
Realisatie t/m 2009
666.650
256.700
-
-
realisatie totaal 2010
974.061
374.790
1.982.022
750.729
Aandeel PNB obv eschikking b
400.000
1.200.000
1.500.000
1.600.000
Initiële planning rapportage jaar
133.000
714.433
1.500.000
300.000
Realisatie t/m 2009
133.000
85.567
-
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
133.000
124.930
600.000
370.365
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
133.000
124.930
756.050
370.365
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
- 156.050
-
1.568.711
1.200.000
2.432.322
3.309.000
Realisatie t/m 2009
533.650
85.567
-
-
realisatie totaal 2010
841.061
124.930
1.225.971
380.365
Aandeel derden obv beschikking
80.000
1.200.000
-
-
Realisatie t/m 2009
-
85.567
-
-
realisatie 2010
-
124.930
-
-
planning mijlpaal 2010
7 FTE
Aanbesteding
Besluitvorming over business case in 1e helft 2010. Start met aanleg hoofddistributienetwerk tbv MFA De Mandt vóór 31/12/2010
rea mijlpaal 2010
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gezamenlijke businesscase nog niet gereed agv stedelijke herprogrammering (Bouverijen) en opschaling project door samenwerking met Essent. Samen werkingsovereenkomst met Essent zal in februari 2011 getekend worden. Dit moet leiden tot gezamenlijk bedrijfsplan in eerste halfjaar 2011. In 2010 is de opdracht tbv aanleg hoofddistributienetwerk tbv De Mandt verstrekt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 083
/ G e m e e n t e B r e da
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
B20.24
B20.25
Waterakkers
Landschappelijke inpassing Bavelse Berg
Schoon
Schoon
Project Gereed J/N Totale project kosten
15.755.291
-
-
-
-
Realisatie t/m 2009
8.265.131
-
-
-
-
realisatie totaal 2010
561.775
-
-
-
-
Aandeel PNB obv eschikking b
3.500.000
-
-
-
-
Initiële planning rapportage jaar
373.771
-
-
-
-
Realisatie t/m 2009
1.834.859
-
-
-
-
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
124.714
-
-
-
-
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
124.714
-
-
-
-
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
-
-
-
-
-
8.884.452
-
-
-
-
Realisatie t/m 2009
5.443.512
-
-
-
-
realisatie totaal 2010
313.698
-
-
-
-
Aandeel derden obv beschikking
3.370.839
-
-
-
-
Realisatie t/m 2009
986.760
-
-
-
-
realisatie 2010
123.363
-
-
-
-
planning mijlpaal 2010
DO stedebouw- kundig ontwerp Bouverijen gereed. Dd 9/4/2010 is dit aangevuld met uitgraven schoonwatervoorziening + gedeelte vuilwatervoorziening tussen Werkdonken en Waterdonken + DO vaststellen en ontgrondingsvergunning in gang zetten + start contractvoorbereiding.
rea mijlpaal 2010
DO stedebouwkundig ontwerp Bouverijen is nog niet gereed vanwege een herontwikkelingsstudie. Uitgraven schoonwatervoorziening en gedeelte vuilwatervoorziening verloopt volgens planning. Het vaststellen DO, in gang zetten ontgrondingsvergunning en start contractvoorbereiding is eveneens volgens planning gestart in 2010.
N
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 084
nog niet bekend
/ G e m e e n t e B r e da
Project nr.
Project omschrijving
Indicatoren
Aandeel derden in projectkosten (Euro)
Gemeentelijk aandeel in projectkosten (Euro)
Provinciaal aandeel in projectkosten (Euro)
Totale projectkosten (Euro)
programma
Dutch Institute for Advanced Logistics Majeure projecten
Project Gereed J/N Totale project kosten
10.300.000
Realisatie t/m 2009
571.704
realisatie totaal 2010
2.704.064
Aandeel PNB obv eschikking b
8.000.000
Initiële planning rapportage jaar
2.950.000
Realisatie t/m 2009
521.127
Real. 2010 obv jaarverantwoording feb
2.076.083
real. 2010 obv jaarrek. gemeente
2.076.083
Mutaties ‘10 tov jaarverantwoording Aandeel gemeente obv beschikking
0 1.700.000
Realisatie t/m 2009
50.577
realisatie totaal 2010
480.802
Aandeel derden obv beschikking
600.000
N
Realisatie t/m 2009
realisatie 2010
147.179
planning mijlpaal 2010
faciliteren van facilteren huishet topinstituut vesting Topinstuut Logistiek
masterplan Supply Chain Campus
rea mijlpaal 2010
instituut Dinalog is een zelfstandige organisatie met bestuur
masterplan is opgeleverd
huisvesting is voor 2010 t/m 2013 geregeld (pand + inrichting)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 085
/ G e m e e n t e B r e da
4.4.3 BIJLAGE Overzicht reserves, voorzieningen en jaaroverstijgende subsidies Overzicht reserves voor resultaatbestemming 2010 (voor resultaatbestemming) (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Boekwaarde per Toevoeging 1-1-2010
Algemene reserve
28.820
Onttrekking
Mutaties t.o.v. andere reserves
Boekwaarde per 31-12-2010
26.317
5.450
1.353
-6.600
Exploitatiereserve (overhevelingen)
25.431
0
21.444
2.000
5.987
Begrotingsbeeld
21.685
1.084
7.049
0
15.719
215
0
BTW-compensatiefonds Bedrijfsreserve
3.974
Investeringsreserve Onderwijshuisvesting Afvalservice Parkeerbedrijf reserve Riolering
0
0
215
2.021
0
1.953
28.110
14
8.364
4.600
24.360
4.378
0
1.334
0
3.044
536
0
55
0
481
-109
0
438
0
-547
-78
0
0
0
-78
Algemene reserve B.S.W.
1.438
475
325
0
1.588
Reserves BSW
8.142
0
0
0
8.142
43
0
43
0
0
0
0
115
0
-115 958
Artistieke Werken Algemene reserve Grondbedrijf Fonds maatsch ontwikkeling
3.030
0
2.072
0
Armoedebestrijding
1.136
0
550
0
586
Risicoreserve Bijstand/WMO
2.407
2.500
2.216
0
2.691
Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wijkontwikkeling Reserve Rekenkamer Subtotaal
4.181
0
0
0
4.181
17.015
800
3.453
0
14.362
5
0
0
0
5
150.359
10.322
50.833
0
109.849
Nog te verdelen resultaat 2010
875 110.724
Totaal generaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 086
/ G e m e e n t e B r e da
Overzicht voorzieningen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Boekwaarde per 1-1-2010
Toevoeging
Onttrekking
Boekwaarde per 31-12-2010
vrijval
Centrale personeelsvoorziening
1.885
294
442
Centrale onderhoudsvoorziening
6.443
-2.734
89
0
3620
Onderhoud stadskantoren, inboedel
2.243
0
188
0
2.055
Voorziening wet AppA
2.205
216
0
973
1.448
25
0
0
25
0
Voorziening overige lasten Vluchtelingenwerk
1.148
74
0
0
74
0
Pand Vlaszak
314
0
3
0
311
Onderhoud wijkbibliotheken
-88
384
68
0
228
Onderhoud Breda's Museum
19
642
143
0
518
Onderhoud Nieuwe Veste
-8
838
185
0
646
Onderhoud MEZZ
98
-66
32
0
0
309
0
47
0
262
1.798
0
419
0
1.379
180
0
19
0
161
Cameratoezicht
15
0
17
0
-2
Onderhoudsvoorziening MEC
76
137
79
0
134 1.079
Huisvesting Slingerweg Groot onderhoud parkeergarages Onderhoud fietsenstallingen
Onderhoud Stadskantoren, opstal
1.690
-186
425
0
Onderhoud welzijnsgebouwen
2.057
-279
601
0
1.177
Onderhoud gebouwen Onderwijs
3.462
2.086
1.686
0
3.862
Onderhoud Graphic Design Museum
-34
74
40
0
0
-344
3.203
870
0
1.989
Tennisparken
38
0
0
0
38
Wielerbaan
41
0
0
0
41
Onderhoudsvoorziening Wolfslaar
163
56
45
0
174
Onderhoudsvoorziening Buitenruimte
-47
727
274
0
406
Groenfonds Buitengebied
45
65
8
0
102 360
Onderhoud gebouwen Sport
195
165
0
0
VGB Kindercentrum
Parkeerfonds
0
457
153
0
304
VGB Cultuurgebouw
0
-105
69
0
-174
VGB Overige gebouwen
0
268
146
0
121
MO Cultuur
0
69
31
0
38
22.854
6.017
5.931
1.515
21.425
Subtotaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 087
/ G e m e e n t e B r e da
Overzicht jaaroverstijgende subsidies (bedragen x € 1.000)
Jaaroverschrijdende subsidies: Omschrijving
Boekwaarde per 1-1-2010
Toevoeging
Vooruitontvangen BDU: economie
1.056
Vooruitontvangen BDU: fysiek
2.984
Vooruitontvangen BDU: sociaal
5.252
Subsidie Provinciale bijdrage sociale veiligheid
1.056 463
219
ISV
1.003
Subs. Goedkope koopwoningen
234
Subs. WBB Buitengebied
156
Subs. IPSV Noord-Oost
-23
Subs. ISV Heuvel
172
0
2.627
2.625
208
11
1.175
0 156
1.454
1.324
34
1.751
1.705
764
1.312
558
642
1.228
311
693
7
Subs. verbetering LKP Subs. lokaal openbaar vervoer
107
21
718
Subs. Corp. Energie studie
0
3.447
234
55
Subs. winkelplein gemeente
Boekwaarde per 31-12-2010
Onttrekking
7 818
186
Subs. plusproject de Schone ambitie
64
64
0
Subs. educatieve games in NME
14
14
0
104
207
703
3.497
3.502
5.794
Subs. Wet Inburgering
806
Subs. inkomenvoorzieningen
6
Subs. Wwb-Werkdeel
5.799
Subs. extra middelen schuldhulp (Klijnsma)
6
264
7
271
Subs. Generaal Pardon
437
437
Subs. Jeugdwerkloosheid (regio)
745
745
Subs. Jeugdwerkloosheid (werkplein B)
89
89
Subs. West-Brabant
95
Subs. zorg maatschappelijke begeleiding
95
4
341
4
Subs. sociaal cultureel Werk
82
67
124
25
Subs. volksgezondheid
82
66
16
Subs. onderwijskansenbeleid Subs. jeugd Subs. jeugdgezondheidszorg
341
599
307
507
399
1.117
1.621
6
2.732
214
214
Subs. cultuureducatie
25
25
Subs. beeldende kunst
9
Subs. Perspectiefrijk en dynamisch Brabant B5
1.231
Subs. Stimuleringsmaatregel woningbouw
2.936
9
Subs. Nazorg Ex gedetineerde
528
44
2.980
125 26.536
Totaal jaaroverschrijdende subsidies
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
154
p 088
12.724
/ G e m e e n t e B r e da
857 0 125
21.025
18.235
4.5 CONTROLEVERKLARING CONTROLEVERKLARING van de onafhankelijke accountant
Aan de gemeenteraad van de gemeente Breda Postbus 90156 4800 RH BREDA
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de jaarrekening 2010 van de gemeente Breda gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de programmarekening over 2010 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. De jaarrekening is opgenomen in hoofdstuk 4 De financiële rekening. Verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven, en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving waaronder gemeentelijke verordeningen. Het college van burgemeester en wethouders is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 213, lid 2 van de Gemeentewet. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden, en met inachtneming van bet controleprotocol voor de jaarrekening 2010 zoals dit op 12 februari 2009 door de gemeenteraad is vastgesteld. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeente. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 089
/ G e m e e n t e B r e da
Deze financiële rechtmatigheidscriteria zijn vastgesteld met het normenkader door de gemeenteraad op 12 februari 2009 en de operationalisering van het normenkader voor rechtmatigheid in de beheersorganisatie van de gemeente. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten en toevoegingen aan reserves. Deze goedkeuringstolerantie is door de gemeenteraad bij raadsbesluit van 12 februari 2009, registratienummer 33618, vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van de gemeente Breda een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2010 als van de activa en passiva per 31 december 2010 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving waaronder gemeentelijke verordeningen.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 213, lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening.
Breda, 22 april 2011 Deloitte Accountants B.V.
Was getekend: W.A. de Leeuw MGA RA
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 090
/ G e m e e n t e B r e da
DE PROGRAMMA’S, PROJECTEN, TAAKVELDEN
5
5
DE PROGRAMMA’S, PROJECTEN EN TAAKVELDEN 5.1
INLEIDING In dit hoofdstuk wordt inzicht gegeven in de beleidsverantwoording en de financiële verant woording. Er is geen sprake van een hiërarchie tussen en binnen de programma`s, de belangrijkste projecten en de taakvelden. Het onderscheid tussen de drie onderdelen heeft vooral te maken met de wijze van aansturing en het beslag op de financiële middelen. De bestuurlijke aandacht
5
zal voor programma’s en projecten, vanwege de complexiteit, groter zijn dan voor de taakvelden. Ten behoeve van een kwaliteitsverbetering van de cyclische producten in de periode 20072010 is met name veel aandacht besteed aan het meer SMART formuleren van doelstellingen en activiteiten. Bij de Jaarrekening 2010, die een spiegeling is van de Begroting 2010, is beter dan andere jaren een relatie te leggen tussen de begrote score en de mate van realisatie. De autorisatie door de raad van de begroting en de wijzigingen hierop gebeurt op basis van de taakvelden. De cijfers genoemd bij programma`s en projecten zijn uitsluitend van informa tieve aard waarbij is aangegeven onder welk taakveld de baten en lasten zijn geautoriseerd.
5.2 DE BELEIDSVERANTWOORDING 5.2.1
DE BELEIDSVERANTWOORDING PROGRAMMA'S
De beleidsverantwoording bestaat uit een aantal programma’s, de belangrijkste projecten en taakvelden. In het eerste gedeelte van dit hoofdstuk worden de programma’s weergegeven. De programma`s worden gekenmerkt door activiteiten die veelal meerdere doelen beogen, verschillende activiteiten en projecten kunnen omvatten en waar meerdere interne en externe disciplines bij zijn betrokken. Die disciplines moeten samenwerken om de doelstellingen te realiseren. Een voorbeeld hiervan is het programma Wijkontwikkeling waarbij volkshuisvesting, milieu, onderwijs, economie en welzijn op elkaar worden afgestemd om te komen tot de ontwikkeling van Heuvel, Hoge Vucht, Doornbos en Linie en Driesprong. Verder zijn programma’s voorzien van een tijdsindicatie. De programma’s in deze jaarrekening zijn gelijk aan de in de Begroting 2010 opgenomen programma`s. Bij de programma’s is waar mogelijk ook financiële informatie opgenomen. De financiële gegevens geven daarmee een integraler inzicht in de programma’s dan voorheen het geval was. De financiële informatie betreft overigens alleen de direct aan de programma’s gerelateerde informatie. Deze informatie is dan ook een afgeleide van de informatie van de taakvelden en is hier additioneel weergegeven.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 093
/ G e m e e n t e B r e da
PROGRAMMA 1 | WIJKONTWIKKELING
A) Programmaomschrijving Het programma Wijkontwikkeling streeft de vijf hoofddoelen uit de drie gemeentelijke visies na: in Breda is het (1) goed toeven, alle bewoners krijgen de kans om (2) te groeien en kun nen (3) meedoen. Bredanaars zijn (4) gezond en zorgzaam. Ze wonen in een (5) aantrekkelijke en concurrerende woonomgeving, waar ze elkaar ontmoeten en samenleven. In die wijken waar het realiseren van deze doelen niet vanzelf gaat, ondersteunt het programma Wijkont wikkeling en wordt samengewerkt met de andere stakeholders, zoals de bewoners en de drie Bredase woningcorporaties. Op dit moment zijn de wijken Hoge Vucht, Doornbos en Linie, Heuvel en Driesprong aangewezen als wijkontwikkelingswijken. Het programma Wijkontwik keling beschrijft de aanpak per wijkontwikkelingswijk. Daarin wordt recht gedaan aan de spe cifieke kenmerken van een wijk, aan afspraken uit het verleden, aan de spelers in het veld en aan de fase van wijkontwikkeling.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) De vijf beoogde maatschappelijke effecten zijn vertaald in specifiekere doelen. Per doel zijn indicatoren benoemd en is aangegeven welke bewegingsrichting ze moeten volgen: toene men of afnemen. Op basis van de uitkomsten van de wijkmonitor 2010 is de mate van realisa tie ingevuld. De mate van realisatie op 'maatschappelijk effect' is voor de Driesprong niet aan wezig aangezien de Driesprong onderdeel uitmaakt van Brabantpark en niet apart is uitgesplitst. Beoogd maatschappelijk effect
1 Geeren Goed toeven, leefbaarheid zonder zorgen
Te behalen doelstelling
1.1 Verbetering van de leefbaarheid
Activiteiten in 2010
1.1.1 Jongeren Geeren-Noord,
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Indicator Leefbaarheid +
Begrote score
mate van realisatie
Benedengemiddelde score is constant gebleven
Lusten en Lasten Jongeren GN: Extra openstellingen jongerenlocaties ( 5 GN / 2 GZ) Start meidengroep Inzet jongeren kortlopende activiteiten Lusten en Lasten: 21 projecten uitgevoerd 1.2 Verbetering van het levensloop bestendig woningaanbod: Gedifferentieerder woonmilieu. Verbetering wooncarrière van jong tot oud in de buurt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.2.1 Projecten Wisselaar: • Ik blijf in mijn wijk wonen
1.2.1.1 Indicator Levensloop- + bestendigheid woning
• Wonen en zorg Postzegel bestemmingsplan Geeren Zuid (versnelde nieuwbouw)
p 094
/ G e m e e n t e B r e da
Gemiddelde score is constant gebleven
Nieuwbouw in afronding Postzegelbestemmingsplan afgerond
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1.3 Beter samenleven
Activiteiten in 2010
1.3 .1 Sociaal Makelaar,
Indicator omschrijving
Begrote score
1.3.1.1 Indicator Samen leven +
vrouwenstudio’s,
mate van realisatie
Benedengemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verdere daling
participatie Wisselaar, Sociaal makelaars: begeleiding 2 nieuwe buurtpreventie
Lusten en Lasten
Projecten en begeleiding lopende projecten in uitvoering / ongeveer 25 bewoners actief 3 Vrouwen-studio’s actief, 600 deelnemers per vrouwenstudio Participatie Wisselaar 1 buurtsite en actieve bewonersvereniging Lusten en Lasten: 21 projecten uitgevoerd. 1.4 Betere voorzieningen: Betere kwaliteit van voorzieningen en een betere aansluiting van de voorzieningen op de vraag van de bewoners
1.4.1 Zorgkruispunten
1.4.1.1 Indicator (nabijheid) voorzieningen
+
Brede school GeerenNoord
Bovengemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verdere verbetering
Haalbaarheidsonderzoek Brede school Geeren-Zuid
3 Zorgkruispunten gereed. Tielrodestraat wordt in 2011 opgeleverd.
Hart voor de Wijk
Brede school GN Bouw in afronding Haalbaarheidsonderzoek Brede school Geeren Zuid in afronding. Hart van de Wijk Haalbaarheidsonderzoek nog niet afgerond.
1.5 1.5.1 Verbetering van de Kindroute veiligheid en vermindering van de overlast Voetgangerstunnel Nieuwe Kadijk
1.5.1.1 Indicator Veiligheid
Activiteiten Edisonplein
+
Benedengemiddelde score is constant gebleven Kindvriendelijke route afgerond. Voetgangerstunnel niet uitgevoerd: alternatief voor kruispunt in uitvoering Activiteitenprogramma uitgevoerd
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 095
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
1.5.1.2 Indicator Verkeers veiligheid 1.6 Een goed onderhoud van de openbare ruimte
1.6.1 Collectief beheer openbare ruimte,
Begrote score
+
1.6.1.1 Indicator verloedering -
Werk aan de Wijk: de zwerfvuilbrigade,
mate van realisatie
Gemiddelde score is constant gebleven
Benedengemiddelde score is constant gebleven Collectief Beheer: 25 bewoners actief
Water B. de Wildestraat,
Werk aan de wijk: zwerfvuilbrigade in uitvoering
Masterplan openbare ruimte
Water B. de Wildestraat in voorbereiding
Aanpak buitenruimte Edisonplein Snelheid en aandacht bij klachten
Masterplan openbare ruimte fase 1 vrijwel afgerond. Openbare ruimte Lelystraat in voorbereiding. Aanpak buitenruimte Edisonplein gerealiseerd Snelheid en aandacht bij klachten: 15 bewonersinitiatieven uitgevoerd.
Een beter gebruik van de openbare ruimte: •• Beter gedeeld •• Beter herkenbaar •• Duurzamer 2 Groeien: zicht op vooruitgang
2.1 Meer kansen voor de jeugd: •• stijging van de kans op werk •• daling van de werkloosheid onder de jeugd •• daling van de jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit •• stijging van de participatie aan sport en cultuur
2.1.1 Brede school Geeren-Noord
1.6.1.2 Indicator gebruik openbare ruimte
-
Bruikbaarheid heeft gemiddelde score, ontwikkelingen zijn nog niet bekend
2.1.1.1 Indicator Onderwijs Arbeidsmarkt
+
Sterk benedengemiddelde score is constant gebleven
Zorg op Maat Get started Grote Broer project
Brede school GN Bouw in afronding / huurovereenkomst en beheerafspraken gereed Zorg op Maat: ongeveer 40 trajecten uitgevoerd Get started 40 jongeren uit HVDL in traject Grote Broer project 20 jongeren per jaar in traject van minimaal 3 maanden
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 096
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.1.1.11 Indicator sociale omgeving • jeugd in armoedegezinnen
2.2 Aantrekkelijke omgeving: betere kwaliteit van voorzieningen voor de jeugd, betere aansluiting van de voorzieningen op de vraag van de jeugd, verkeersveiligere buurt
Begrote score
+
mate van realisatie
Sterk beneden gemiddelde score is constant gebleven
• jeugdoverlast
Benedengemiddelde score is constant gebleven
Indicator Participatie
Sterk beneden gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
2.2.1 2.2.1.1 Kindvriendelijke route, Indicator jeugd voorzieningen Masterplan openbare ruimte,
+
Voetgangerstunnel Nieuwe Kadijk
Gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verdere verbetering Kindvriendelijke route afgerond Masterplan openbare ruimte fase 1 vrijwel afgerond: Openbare ruimte Lelystraat in voorbereiding. Voetgangerstunnel niet uitgevoerd: alternatief voor kruispunt in uitvoering.
3 Meedoen: zicht op vooruitgang
3 .1 Verhoging van de economische participatie
3.1.1 Màrshé Breda
3.1.1.1 Indicator economische participatie
Ondernemerscoach Get started Werk aan de Wijk
Sterk beneden gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verdere daling Màrshé Breda: Integrale begeleiding van 40 ondernemers Ondernemerscoach: Begeleiding van 10 ondernemers Get started: 40 jongeren uit HVDL in traject Werk aan de Wijk: Ongeveer 100 mensen gereactiveerd (re-integratie, participatieplaatsen en opleiding)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 097
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
3.2 Bevordering van de buurteconomie
3.2.1 Ondernemerscoach
Indicator omschrijving
Begrote score
3.2.1.1 Indicator buurteconomie +
mate van realisatie
Benedengemiddelde score is constant gebleven Begeleiding van 10 ondernemers
3.3 Verhoging van de maatschappelijke participatie
3.3.1 Inloopcentrum Antwerpenstraat en Edisonstraat,
3.3.1.1 Indicator maatschappelijke participatie
+
Faciliteren Wijktafels
Gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend Inloopcentra: Ongeveer 30 klantcontacten per dag
Snelheid/aandacht bij klachten,
Wijktafels: 8 wijktafels uitgevoerd
Collectief beheer Biesdonk, Sociaal makelaar,
Snelheid /aandacht bij klachten: 15 bewonersinitiatieven uitgevoerd
jongeren GeerenNoord, Participatie Wisselaar,
Collectief beheer Biesdonk: 25 bewoners actief
Lusten en Lasten
Sociaal Makelaar: In uitvoering/ 2 nieuwe buurt preventieprojecten Jongeren GN:: Extra openstellingen jongerenlocaties ( 5 GN / 2 GZ) Start meidengroep Inzet jongeren: kortlopende activiteiten Participatie Wisselaar 1 buurtsite en actieve bewonersvereniging Lusten en Lasten: 21 projecten uitgevoerd 3.4 Verhoging van de sociale participatie
3.4.1 Vrouwenstudio’s
3.4.1.1 Indicator sociale participatie
+
Gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend 3 vrouwenstudio’s actief, 600 deelnemers per vrouwenstudio
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 098
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
4 4.1 Gezond en zorgzaam: Zorg is beter bereikzicht op vooruitgang baar en toegankelijk. Voor iedereen, die het niet op eigen kracht redt, is een vangnet beschikbaar.
Activiteiten in 2010
4.1.1 Zorg op Maat
Indicator omschrijving
4.1.1.1 Indicator gezondheid volwassenen
Begrote score
-
De formulierenbrigade (Werk aan de Wijk)
mate van realisatie
Benedengemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend Zorg op Maat: ongeveer 50 trajecten uitgevoerd
Zorgkruispunten
Formulierenbrigade Ongeveer 150 trajecten 3 Zorgkruispunten gereed. Tielrodestraat wordt in 2011 opgeleverd
Stijging van de gezondheid onder de jeugd
5 Aantrekkelijk concurreren en duurzaam wonen en woonomgeving
4.1.1.2 Indicator gezondheid ouderen
+
Benedengemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
4.1.1.3 Indicator gezondheid jongeren
+
Sterk beneden gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
5.1 Verbetering imago van de buurt bij mensen buiten de buurt
5.1.1 5.1.1.1 Alle projecten dienen Indicator imago HVDL, + bij te dragen aan in de rest van de stad verbetering imago; geen acties opgenomen gericht op imago
5.2 Verbetering van het beeld dat de inwoners van de eigen buurt hebben
5.2.1 Inloopcentrum Antwerpenstraat en Edisonstraat,
5.2.1.1 Indicator beeld + inwoners van de eigen buurt
Gemiddelde score is verbeterd
Benedengemiddelde score is constant gebleven Inloopcentra: Ongeveer 30 klantcontacten per dag
5.3 Verbetering van de duurzaamheid
5.2.1.2 Indicator duurzaamheid
+ Gemiddelde score is qua geluidsoverlast constant gebleven
Driesprong 6 6.1 Goed toeven, leefbaar- Verbetering van de heid zonder zorgen leefbaarheid
6.1.1.1 Renovatie 92 Molukse Indicator Leefbaarheid + woningen
6.2 6.2.1 Verbetering van het Sloop 142 woningen levensloopbestendig woning aanbod: Gedifferentieerder woonmilieu, verbetering wooncarrière van jong tot oud in de buurt
6.2.1.1 Indicator Levensloop- + bestendigheid woning
6.3 Beter samenleven
6.3.1.1 Indicator Samen leven +
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
6.3.1 Sociaal-culturele activiteiten
p 099
/ G e m e e n t e B r e da
Renovatie in gang gezet Sloop afgerond
Programma doorgeschoven naar 2011
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
6.4 6.4.1 Betere voorzieningen: Bouw woonzorgBetere kwaliteit van voorziening voorzieningen en een betere aansluiting van de voorzieningen op de vraag van de bewoners
6.4.1.1 Indicator (nabijheid) voorzieningen
6.5 6.5.1 Verbetering van de veiligheid en vermindering van de overlast
6.5.1.1 Indicator Veiligheid
6.5.1.2 Indicator Verkeers veiligheid 6.6 Een goed onderhoud van de openbare ruimte
Meer kansen voor de jeugd: •• stijging van de kans op werk •• daling van de werkloosheid onder de jeugd •• daling van de jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit -stijging van de participatie aan sport en cultuur
Stedenbouwkundig plan afgerond
-
-
Jongerenspreekuur jongerenloket Flits
6.6.1.2 Indicator gebruik openbare ruimte
-
7.1.1.1 Indicator Onderwijs Arbeidsmarkt
-
7.1.1.2 Indicator sociale omgeving
+
Advisering 30 jongeren
Extra inzet op empowerment/ toeleiding jongeren
7.1.1.3 Indicator Participatie 7.2 Aantrekkelijke Stedenbouwkundig omgeving: plan •• betere kwaliteit van voorzieningen voor de jeugd, •• betere aansluiting van de voor- zieningen op de vraag van de jeugd, •• verkeersveiligere buurt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
+
mate van realisatie
6.6.1.1 Indicator verloedering -
Een beter gebruik van de openbare ruimte: •• Beter gedeeld •• Beter herkenbaar •• Duurzamer 7 Groeien: zicht op vooruitgang
Begrote score
p 0 10 0
7.2.1.1 Indicator jeugd voorzieningen
/ G e m e e n t e B r e da
-
+
Stedenbouwkundig plan gereed
Beoogd maatschappelijk effect
8 Meedoen: zicht op vooruitgang
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
8.1 Verhoging van de economische parti cipatie
Jongerenspreekuur jongerenloket Flits
Indicator omschrijving
Begrote score
8.1.1.1 Indicator economische participatie
Extra inzet op empowerment/toeleiding jongeren 8.2.1.1 Indicator buurt economie
+
8.3 Verhoging van de maatschappelijke participatie
8.3.1.1 Indicator maatschappelijke participatie
+
8.4 Verhoging van de sociale participatie
8.4.1.1 Indicator sociale parti- + cipatie 9.1.1 Zorg op Maat
10 Aantrekkelijk concurreren en duurzaam wonen en woonomgeving
9.1.1.1 Indicator gezondheid volwassenen
-
Onderzoek zorgarrangementen ouderen
Stijging van de gezondheid onder de jeugd
Advisering 30 jongeren Extra inzet gepleegd
8.2 Bevordering van de buurteconomie
9 9.1 Gezond en zorgzaam: Zorg is beter bereikzicht op vooruitgang baar en toegankelijk. Voor iedereen, die het niet op eigen kracht redt, is een vangnet beschikbaar.
mate van realisatie
Ongeveer 25 trajecten uitgevoerd Onderzoek uitgevoerd
9.1.1.2 Indicator gezondheid ouderen
+
9.1.1.3 Indicator gezondheid jongeren
+
10.1 10.1.1 Verbetering imago van Prijsvraag motto de buurt bij mensen Driesprong buiten de buurt
10.1.1.1 Indicator imago Driesprong, in de rest van de stad
10.2 10.2.1 Verbetering van het beeld dat de inwoners van de eigen buurt hebben
10.2.1.1 Indicator beeld + inwoners van de eigen buurt
11.1 Verbetering van de leefbaarheid
11.1.1.1 Indicator Leefbaarheid +
+
Motto vastgesteld
Heuvel 11 Goed toeven, leefbaarheid zonder zorgen
11.1.1 Sociaal fysiek beheer
Benedengemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verbetering. Heuveldag (10/6) Heuvel aan zet: 8 projecten. Project opgroeien in de Heuvel loopt. Aanpassing speelplek dr. Kuijperstraat.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 0 10 1
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
11.2 Verbetering van het levensloopbestendig woning aanbod: Gedifferentieerder woonmilieu
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
11.2.1 11.2.1.1 Oplevering nieuwIndicator Levensloop- + bouwwoningen bestendigheid woning (Talmazone, Dr. Struyckenplein, Dr. Struyckenstraat 100, F1/F2, Vos-terrein)
mate van realisatie
Sterkbeneden-gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verbetering
11.3 Verbetering wooncarrière van jong tot oud in de buurt 11.4 Beter samenleven
11.4.1 Huis van de Heuvel
11.4.1.1 Indicator Samen leven +
Benedengemiddelde score is constant gebleven. Aanbesteding afgerond. Start 2011.
11.5 Betere voorzieningen: Betere kwaliteit van voorzieningen en een betere aansluiting van de voorzieningen op de vraag van de bewoners
11.5.1 Huis van de Heuvel, brede school, revitalisering Mgr. Nolensplein, Dr. Struyckenplein, vos-terrein
11.5.1.1 Indicator (nabijheid) voorzieningen
+
Gemiddelde score is verbeterd Revitalisering is gestart. Dr.Struyckenplein. Bestemmingsplan procedure loopt. Vos terrein is gestart
11.6 Verbetering van de veiligheid en vermindering van de overlast
11.6.1 Veiligheidsregisseur, revitalisering Mgr. Nolensplein
11.6.1.1 Indicator Veiligheid
11.6.1.7 Indicator Verkeers veiligheid
11.7 Een goed onderhoud van de openbare ruimte
Sociaal fysiek beheer
+
Gemiddelde score is constant gebleven. Stadsmarinier aanwezig. Revitalisering gestart.
+
Gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot daling.
11.7.1.1 Indicator verloedering -
Gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot daling. Buurtmeester actief in de wijk.
11.7.1.2 Indicator gebruik openbare ruimte
Een beter gebruik van de openbare ruimte: •• Beter gedeeld •• Beter herkenbaar •• Duurzamer
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 10 2
/ G e m e e n t e B r e da
-
Gemiddelde score, ontwikkelingen zijn nog niet bekend
Beoogd maatschappelijk effect
12 Groeien: zicht op vooruitgang
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
12.1 12.1.1 Meer kansen voor de Brede school jeugd: •• stijging van de kans op werk •• daling jeugdwerkloosheid •• daling jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit •• stijging sport- en cultuurparticipatie
Indicator omschrijving
12.1.1.1 Indicator Onderwijs Arbeidsmarkt
12.1.1.2 Indicator sociale omgeving: •• jeugd in armoedegezinnen 12.1.1.3 •• jeugdoverlast
Begrote score
+
Gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot daling
+
Benedengemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verbetering
Gemiddelde score is constant gebleven met tendens tot verbetering
12.1.1.4 Indicator Participatie
13 Meedoen: zicht op vooruitgang
Gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
12.2 12.2.1 Aantrekkelijke Huis van de Heuvel omgeving: •• Betere kwaliteit van voorzieningen voor de jeugd •• Betere aansluiting van de voor zieningen op de vraag van de jeugd ••Verkeersveiligere buurt
12.2.1.1 Indicator jeugd voorzieningen
13.1 Verhoging van de economische participatie
13.1.1.1 Indicator economische participatie
13.1.1 Werk aan de Wijk
mate van realisatie
+
Gemiddelde score is constant gebleven. Huis van de Heuvel is aanbesteed.
Sterk beneden gemiddelde score is constant gebleven. Locatie Werk aan de Wijk aan Nolensplein geopend.
13.2 Bevordering van de buurteconomie
13.2.1 Buurteconomie
13.2.1.1 Indicator buurt economie
+
Gemiddelde score is verbeterd
13.3 Verhoging van de maatschappelijke participatie
13.3.1 Inloophuis Nolensplein. Sociaal Makelaar
13.3.1.1 Indicator maatschappelijke participatie
+
Gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
13.4 Verhoging van de sociale participatie
13.4.1 13.4.1.1 Werkgroep Communi- Indicator sociale catie Dr. Struikenplein. participatie
+
Gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend Loopt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 10 3
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
14 14.1 Gezond en zorgzaam: Zorg is beter bereikzicht op vooruitgang baar en toegankelijk. Voor iedereen, die het niet op eigen kracht redt, is een vangnet beschikbaar.
Activiteiten in 2010
14.1.1 Revitalisering Mgr. Nolensplein Zorgcentrum Talmazone GWI convenanrt.
Indicator omschrijving
14.1.1.1 Indicator gezondheid volwassenen
Begrote score
-
mate van realisatie
Gemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend. Revitalisering gestart. Zorgcentrum gereed. GWI convenant afgesloten.
Stijging van de gezondheid onder de jeugd 15 Aantrekkelijk concurreren en duurzaam wonen en woonomgeving
Programma Brede School
14.1.1.2 Indicator gezondheid ouderen
+
Benedengemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
14.1.1.3 Indicator gezondheid jongeren
+
Sterkbenedengemiddelde score is qua ontwikkeling onbekend
15.1 Verbetering imago van de buurt bij mensen buiten de buurt
15.1.1.1 Indicator imago + Heuvel, in de rest van de stad
15.2 Verbetering van het beeld dat de inwoners van de eigen buurt hebben
15.2.1.1 Indicator beeld + inwoners van de eigen buurt
15.3 Verbetering van de duurzaamheid
15.2.1.2 Indicator duurzaamheid
+
C) Bijzondere ontwikkelingen Afgelopen jaar hebben er een aantal bijzondere ontwikkelingen plaatsgevonden die leiden tot een heroriëntatie van de Wijkontwikkeling. Het betreft het coalitieakkoord, de stedelijke herprogrammering zoals vastgelegd in 'gedeelde koers' en de financiële crisis. Ook de wijkmonitor die eind 2010 gereed is gekomen leidt tot gewijzigde inzichten. Deze heroriëntatie vindt begin 2011 plaats en zal uiterlijk voor de zomer 2011 gereed zijn.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 10 4
/ G e m e e n t e B r e da
Benedengemiddelde score is constant gebleven
Bovengemiddelde score is verbeterd
Gemiddelde score is qua geluidsoverlast constant gebleven
D) Wat heeft het gekost? a) uitvoeringsprogramma (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Algemeen Heuvel Hoge Vucht Doornbos Linie Driesprong
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
425
-
425
-
419
4
417
267
2.539
1.938
2.278
890
4.814
2.064
4.215
1.570
3.055
1.619
198
198
83
-
78
23
Pleinen
1.224
1.224
940
940
1.904
1.734
Subtotaal
7.078
3.753
8.202
4.448
7.734
4.270
3.325
800
3.744
800
3.454
7.078
9.002
8.192
8.534
7.724
Reserves 7.078
Totaal exploitatie
-
Bijdrage uit algemene middelen
810
810
Toelichting exploitatie: In 2010 is € 7,7 miljoen uitgegeven binnen de diverse projecten die vallen binnen het pro gramma wijkontwikkeling. In de laatste bestuursrapportage uit het najaar van 2010 was nog uitgegaan van € 8,2 miljoen Dit bedrag is vervolgens via een begrotingswijziging opgenomen in de begroting 2010 na wijziging. Het verschil, te weten € 0,5 miljoen minder uitgaven dan begroot in 2010, is het gevolg van verschuivingen over de jaargrens 2010/2011. De inzet van de reserve wijkontwikkeling is in 2010 per saldo uitgekomen op € 3,5 miljoen. De bijdrage uit algemene middelen is ingezet zoals begroot. Het betreft de overheveling van de al eerder toegekende subsidie van € 0,8 miljoen voor de revitalisering van het Mgr. Nolensplein vanuit de algemene middelen naar de reserve wijkontwikkeling. De financiële informatie maakt onderdeel van de volgende taakvelden: (bedragen x € 1.000)
NR.
Exploitatie
Taakveldnaam
11
Product
Investering
Bedrag
PMP
naam
Bedrag
8,5
bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Reserve wijkontwikkeling
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
17.015
storting
800
onttrekking
-3.454
Totaal reserves
17.015
-2.654
14.361
Toelichting reserves: De reserve wijkontwikkeling is de belangrijkste financieringsbron van het programma Wijkont wikkeling. Deze reserve wordt ingezet om in de periode tot en met 2014 alle voorgenomen projecten in het uitvoeringsprogramma te kunnen realiseren.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 10 5
/ G e m e e n t e B r e da
Grondexpl. bedrag
De storting in de reserve bestaat uit een tweetal subsidies ten gunste van het programma. Het betreft de subsidie wijkeconomie (€ 0,8 miljoen ten behoeve van het Mgr. Nolensplein). De onttrekking, in totaal € 3,5 miljoen, is ingezet op de diverse projecten uit het uitvoerings programma. Circa 50% hiervan, in totaal € 1,9 miljoen is conform de ‘8+8 prestatieafspraken’ ingezet binnen de grondexploitatie van het Dr. Struijckenplein. Eind 2014 is het saldo van de reserve naar verwachting nihil.
b) Grondexploitaties
23,1
8,7
8,7
4,5
5,7
0,4
0,1
0,0
0,2
0
Hoge Vucht, Doornbos en Linie: Wisselslag (*)
3,1
3,1
1,7
0,0
0,1
0,6
0,7
Realisatie 2010
DEKKING 2011
DEKKING 2012
DEKKING vanaf 2012
51,2
45,7
25,4
8,6
6,7
5,9
4,5
Hoge Vucht, Doornbos en Linie: B de Wildestraat A/B
0,8
0,8
0,5
0,3
0,0
Hoge Vucht, Doornbos en Linie: Wisselslag (*)
2,2
2,2
0,0
0,0
0,0
2,1
BAten (obv eindwaarde)
2,3
-0,1
0,4
0,4
0,3
-0,2
-0,9
-0,9
-1,7
0,0
-0,1
Hoge Vucht, Doornbos en Linie: Wisselslag (*)
-2,0
1,4
-1,1
1,5
-0,7
saldo
Saldo
Uitgaven vanaf 2012
-1,0
0,4
DEKKING 2012
0,1
Hoge Vucht, Doornbos en Linie: B de Wildestraat A/B
(obv eindwaarde)
DEKKING 2011
Realisatie 2010
Heuvel ('Cash flow')
Saldo (Baten - Lasten)
GevoteerD
Realisatie tot 2010
BESCHIKBARE DEKKING
Heuvel ('Cash flow')
GevoteerD
Realisatie tot 2010
BESCHIKBARE DEKKING
Heuvel ('Cash flow')
(obv contante waarde per 1/1/2011)
Heuvel ('Cash flow')
-0,170
Hoge Vucht Doornbos en Linie: B de Wildestraat A/B
0,419
Hoge Vucht Doornbos en Linie: Wisselslag (*)
-0,750
(*) de Grondexploitatie Wisselslag komt voor risico en rekening van het Grondbedrijf Toelichting Grondexploitaties: Naast het uitvoeringsprogramma maken ook diverse grondexploitaties deel uit van het pro gramma Wijkontwikkeling. Het zwaartepunt ligt daarbij bij een aantal grondexploitaties in Heuvel. In 2006 werd hierover een intensieve samenwerkingsovereenkomst gesloten met Wonen Breburg (‘Cash flow Heuvel’). Een mogelijke ‘plus’ bij de genoemde projecten wordt ingezet voor andere projecten binnen de wijkontwikkeling. In de samenwerkingsovereenkomst is echter geen rekening gehouden met een mogelijke ‘min’. Toen deze ‘min ‘zich in 2009 inderdaad openbaarde is besloten tot het instellen van een voorziening ter grootte van het negatieve saldo (€ 0,8 miljoen). Op basis van de huidige inzichten wordt in de Jaarrekening 2010 - en inclusief de voorziening van € 0,8 miljoen - voor de cash flow Heuvel een resultaat verwacht van € 67.000 positief (op basis van eindwaarde). Teruggerekend naar contante waarde per 1/1/2011 - de wijze waarop cijfers worden gepresenteerd door het grondbedrijf - is het resultaat van de ‘cash flow heuvel’ € 170.000 negatief. Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 10 6
/ G e m e e n t e B r e da
Saldo
Uitgaven vanaf 2012
46,7
0,4
(obv eindwaarde)
Saldo
Uitgaven 2012
51,1
Hoge Vucht, Doornbos en Linie: B de Wildestraat A/B
lasten
Saldo
Uitgaven 2011
Realisatie 2010
Realisatie tot 2010
GevoteerD
Totaal investering
(bedragen x € 1 miljoen)
Ook binnen Hoge Vucht, Doornbos en Linie ligt een tweetal grondexploitaties. Eén ervan (B. de Wilde straat) komt voor risico en rekening van het programma. De andere (Wisselslag) voor rekening van het grondbedrijf.
E) Risico’s Uitvoeringsprogramma De financiële dekking voor het programma bestaat grotendeels uit eenmalige gemeentelijke middelen (reserve wijkontwikkeling) en specifieke subsidies. In het uitvoeringsprogramma 2010/2014 is weergegeven dat deze middelen binnen deze periode volledig zijn ingezet. Dat geldt ook voor de door de raad toegekende € 1,7 miljoen voor algemene programmakosten in deze periode. Daarmee is er vooralsnog geen geld beschikbaar voor het invullen van de openbare ruimte in Geeren Zuid en Linie (samen een nu voorzienbaar tekort van € 3,5 miljoen: € 1,0 miljoen tekort voor Geeren en € 2,5 miljoen tekort voor Linie). De inzet van specifieke subsidies brengt het risico met zich mee dat middelen niet tijdig of onterecht worden ingezet. In het eerste geval zullen de middelen moeten worden terugbe taald, in het tweede geval zullen de onterecht ingezette gelden uit gemeentelijke middelen moeten worden gefinancierd. Grondexploitaties(Grex) Alle grondexploitaties die deel uitmaken van het programma Wijkontwikkeling zijn recent her zien ten behoeve van de jaarrekening. Wat betreft de ‘cash flow’ Heuvel wordt momenteel een nadelig saldo voorzien van € 170.000. (contante waarde per 1/1/2011). Dat is inclusief de voorziening voor negatieve planresultaten (€ 836.000, contante waarde per 1/1/2011) die in het kader van de Jaarrekening 2009 is getroffen. Vooralsnog hoeft voor dit extra nadelige saldo geen aanvullende voorziening te worden getroffen. Hiervoor zijn de mee- en tegenvallers nog te veel in beweging. Tijdens de tweede bestuursrapportage 2011 zal dit wederom worden bezien. Het eerder opgenomen positieve planresultaat voor Vlieren is met ingang van deze Jaarreke ning 2010 op nul gesteld. De GREX is nog niet geopend en de plannen voor dit project in het kader van de stedelijke herprogrammering zullen niet eerder dan in 2020 kunnen worden gerealiseerd. Bij de herziening van de grondexploitaties zijn ook de diverse risicokaarten tegen het licht gehouden. Dit leidt tot een reservering in het weerstandvermogen van € 1,6 miljoen voor mogelijke toe komstige tegenvallers. Bij de Jaarrekening 2009 werd nog uitgegaan van een reservering in het weerstandvermogen van € 1,5 miljoen. De reeds bestaande reservering dient feitelijk dan ook met € 0,1 miljoen te worden opgehoogd. Voorgesteld wordt om deze ophoging op dit moment achterwege te laten (vanwege het rela tief beperkte bedrag alsmede de eerdergenoemde grote fluctuaties in mee- en tegenvallers. Ook dit punt zal specifiek worden beoordeeld in de tweede bestuursrapportage van 2011.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 10 7
/ G e m e e n t e B r e da
PROGRAMMA 2 | TETERINGEN
A) Programmaomschrijving Het programma Teteringen kent veel, bestuurlijk vastgestelde, doelstellingen. Deze doelstellingen zijn te aggregeren tot onderstaande 4 hoofddoelstellingen: 1. Het zodanig vormgeven aan de uitbreidingslocatie Teteringen dat het een plek blijft waar huidige en toekomstige bewoners prettig wonen; 2. het zorg dragen voor een verkeersveilig en bereikbaar Teteringen; 3. het maken en bewaken van de businesscase Teteringen; 4. het creëren van draagvlak voor de nieuwe ontwikkelingen met begrip voor elkaar en elkaars eigen gewenste leefomgeving.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Het zodanig vormgeven aan de uitbreidings locatie Teteringen dat het een plek blijft waar huidige en toekomstige bewoners prettig wonen
Te behalen doelstelling
1.1 Ontwikkelen Bouwen 2030 woningen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.1.1 1.1.1.1 procedurele afhandeling Onherroepelijke 3 bestemmingsplan bestemmingsplannen:
mate van realisatie
De raad van State heeft 3 bestemmingsplannen (Waterdonken/ Waterakkers + Meulenspie/ Valkenstraat + Bouverijen/ Woonakker, behoudens Woonakker wonen) onherroepelijk verklaard. Daarnaast zijn 2 bestemmingsplan herzieningen ter inzage gelegd.
1.1.2 Onteigening perceel
1.1.2.1 Aangekochte percelen 1
1.1.3 Grond bouwrijp opleveren
1.1.3.1 Bouwrijpe gronden
3
Gerealiseerd: Deel Waterdonken, Werkdonken, Meulenspie.
1.1.4 Afgeven bouwvergunning
1.1.4.1 Bouwvergunning
123
Gerealiseerd: 96 Baas & Groen 36 ABB 57 Heja
1.1.5 Opstellen/tekenen contract realisatoren
1.1.5.1 Contracten:
1.1.6 Supervisie
1.1.6.1 Ontwerp woningen
p 10 8
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd
Gerealiseerd: ABB en Baas & Groen in Waterdonken, Heja in Meulenspie, 2 woon-werkkavels in Werkdonken 65
Gerealiseerd: 96 Baas & Groen 36 ABB 10 Haenen Nrd 57 Heja Meulenspie
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1.2 Winkelconcentratie Teteringen Winkelcentrum
Activiteiten in 2010
1.2.1 Opstellen/kiezen ontwikkelingsstrategie
Indicator omschrijving
1.2.1.1 Ontwikkelingsstrategie
1.2.2 1.2.2.1 Samenwerkings Samenwerkingsoverovereenkomst (indien eenkomst nodig) 1.2.3 Realiseren stedenbouwkundig plan SO/VO
1.2.3.1 Stedenbouwkundig plan SO/VO
1.2.4 1.2.4.1 Opstellen inrichtings- Inrichtingsplan plan openbare ruimte 1.3 MFA de Mandt Opleveren MFA de Mandt inclusief 38 appartementen
1.4 MFA Rombouts Opleveren MFA Rombouts
Begrote score
1
In samenwerking met het Bouwfonds is een ontwikkelingsvisie opgesteld en bestuurlijk vastgesteld
1
Volgt in 2011 op basis van ontwikkelingsvisie Projectplan met onder andere producten en planning volgt op/ gaat samen met SO
1
1
1.3.1 Bouwvoorbereiding
Gerealiseerd
1.3.2 Bouwrijp maken
1.3.2.1 Bouwrijpe grond
1
Gerealiseerd
1.4.1 Aanbesteden
1.4.1.1 Contract
1
Aanbesteding is afgerond, contract is nog niet getekend
1.4.2 Bouwvoorbereiding
1.4.2.1 Bestek
1
Gerealiseerd
1
Niet gerealiseerd. Vertraging bestemmingsplan-procedure in verband met ontvangen zienswijzen en bezwaren.
1.5 1.5.1 1.5.1.1 Sport Start 1e fase uitbreiding Uitbreiding parkeeraccommodaties plaats Realiseren uitbreiding sportcomplex de Gouwen
1.5.1.2 Aanleg natuurgrasveld 1 1.5.1.3 Uitbreiding kleed- en wascombinatie 1.6 Composteerlocatie Beschikbaar stellen (deel) huidige locatie ten behoeve van waterakkers en biomassacentrale onder waarborging dienstverlening
1.6.1 1.6.1.1 Optimalisatie bedrijfs- Verlengde (tot 2012) voering en gebruik WM-vergunning huidige locatie op- en overslag
1.6.1.2 Nieuwe (tot 2012) WVO-vergunning
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
mate van realisatie
p 10 9
/ G e m e e n t e B r e da
Idem
1
Idem
1
Gerealiseerd
1
Gerealiseerd
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
1.6.1.3 Deels ontruimde locatie (noordelijk en oostelijk deel)
1.7 Biomassacentrale Opleveren biomassacentrale
Begrote score
mate van realisatie
2
Is afhankelijk van de voortgang BMCB planontwikkeling. Doorgeschoven naar 2011 en ten behoeve van de planologische borging is bestemmingsplan Waterakkers in procedure gebracht
1
Idem
1.6.2 Procedurele voorbereiding definitieve invulling huidige op- en overslaglocatie
1.6.2.1 Stedenbouwkundig plan op- en overslaglocatie
1.7.1 Afronden aanbesteding
1.7.1.1 Participatieover1 eenkomst met corporaties en/of provincie
Is overgeheveld naar taakveld Ruimtelijke Ontwikkeling.
1.7.2 1.7.2.1 Afsluiten/ Programma van eisen 1 ondertekenen contract biomassacentrale 1.8 Zorgkruispunt Woon-zorgkruispunt
1.8.1 1.8.1.1 Afsluiten/ ondertekenen Contract contract
1
1.8.2 Opstellen voorlopig ontwerp
1
2 2.1 2.1.1 Het zorg dragen voor Oosterhoutseweg Start bouw een verkeersveilig en Reconstrueren Oosterbereikbaar Teteringen houtseweg (2e fase) + tunnelbak 3 Het creëren van draagvlak voor de nieuwe ontwikkelingen met begrip voor elkaar en elkaars eigen gewenste leefomgeving
1.8.2.1 Voorlopig ontwerp
2.1.1.1 Gereconstrueerde Oosterhoutseweg (incl. tunnelbak)
1
3.1 Integraal dorpsontwikkelingsplan Realisatie actieplan
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C)
Bijzondere ontwikkelingen Beknopt weergegeven zijn de bijzondere ontwikkelingen van of ingezet in 2010: •
Beëindigen stimuleringsregeling nieuwbouw;
•
Ontwikkelingsvisie Bouverijen met nadruk op flexibiliteit, faseerbaarheid en financiële
•
Het herdefiniëren of aanscherpen van het GWI-programma Teteringen en het stopzetten
haalbaarheid; van het project Zorgkruispunt; •
Het kiezen voor een ontwikkelingsrichting voor de Scheperij en het loskoppelen van het Willem Alexanderplein;
•
De concernopgaven, koers gezet en de reorganisatie (contouren notitie).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 1 10
/ G e m e e n t e B r e da
Gemeentelijke bijdrage is met vaststellen Jaarrekening 2009 afgeroomd, waarmee project niet haalbaar werd. Inmiddels is bestuurlijk ingestemd met een andere invulling. Gerealiseerd
Sommige van bovenstaande ontwikkelingen zijn ontwikkelingen binnen het programma zelf. Anderen zijn ontwikkelingen die buiten de invloedssfeer van het programma liggen en (moge lijk) consequenties voor het programma hebben.
D) Wat heeft het gekost?
13,57
11,72
17,36
17,43
0,10
0,18
0,08
0,02
0,03
Uitgaven 2011
2e fase Oosterhoutseweg
21,43
21,75
8,60
8,44
4,39
MFA De Mandt
13,80
13,60
0,90
1,00
7,90
MFA Om de Haenen
12,87
12,00
0,80
2,70
9,37
3,20
1,60
0,40
1,10
1,70
0,60
0,95
1,46
0,45
0,30
0,11
0,04
Zorgkruispunt
0,00
0,00
0,00
0,00
Programmamanagement
1,95
0,40
0,30
0,30
0,22
0,22
0,51
197,68
112,08
28,35
36,96
22,80
17,68
83,68 DEKKING 2014 e.v. jaren
22,99
0,80
0,45
DEKKING 2013
2,70
28,70
Op- en overslagbedrijf
DEKKING 2012
1,50
DEKKING 2011
2,50
Realisatie 2010
Biomassacentrale
58,68
Realisatie tot 2010
Sportcomplex De Gouwen
uitgaven 2014 e.v. jaren
99,98
0,00
Uitgaven 2013
147,48
0,41
Uitgaven 2012
218,74
Realisatie 2010
GevoteerD
Ontwikkelen Centrale detailhandelsvoorzieningen
Realisatie tot 2010
lasten
Totaal investering
(bedragen x € 1 miljoen)
301,55
baten
BESCHIKBARE DEKKING
GevoteerD
Totaal lasten
Ontwikkelen
190,56
149,16
48,02
8,22
14,72
21,67
22,08
0,40
0,00
0,10
0,18
0,08
0,02
0,02
Centrale detailhandelsvoorzieningen 2e fase Oosterhoutseweg
21,43
21,75
8,60
8,44
4,39
MFA De Mandt
13,60
13,60
0,90
1,00
7,90
MFA Om de Haenen
12,00
12,00
0,80
2,70
8,50 1,70
Sportcomplex De Gouwen
2,50
1,30
2,70
22,99
3,20
1,60
0,40
1,10
28,70
0,80
0,20
1,35
1,46
Op- en overslagbedrijf
0,45
0,45
0,30
0,11
0,04
Zorgkruispunt
0,00
0,00
0,00
0,00
Programmamanagement
1,06
0,40
0,30
0,25
0,08
0,03
Biomassacentrale
75,85
Totaal baten
271,40
199,36
59,72
23,40
39,04
26,97
22,13
100,14
Saldo (Baten - Lasten)
-30,15
1,68
-52,36
-4,95
2,08
4,17
4,45
16,46
Toelichting baten en lasten: Het saldo kan als volgt worden gespecificeerd: 28,18 miljoen op eindwaarde (€ 16,07 Netto Contante Waarde (NCW) 1/1/2010)
Ontwikkelen Centrale detailhandelsvoorzieningen
0,01 miljoen
MFA De Mandt
0,20 miljoen
MFA Om de Haenen
0,87 miljoen
Programmamanagement
0,89 miljoen 30,15 miljoen
Totaal
Het resultaat voor het project Ontwikkelen is ten opzichte van Jaarrekening 2009 met € 24,48 miljoen verslechterd, namelijk van € 3,7 miljoen tot € 28,18 miljoen (op eindwaarde). Zoals in eerdere rapportages reeds gemeld heeft de toename van dit tekort met name betrekking op Bouverijen en voor het resterende deel op Woonakker.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 111
/ G e m e e n t e B r e da
De cijfers voor alle projecten zijn cost-to-complete weergegeven, met uitzondering van het project Centrale detailhandelsvoorzieningen. Voor dit project zijn hierboven slechts de histori sche kosten tot en met 2010 en de doorbelasting van de kosten voor programmamanage ment voor de komende jaren opgenomen. De projecten Biomassacentrale en Zorgkruispunt maken vanaf 2011 geen deel meer uit van het programma Teteringen. De financiele informatie maakt onderdeel uit van de volgende taakvelden: (bedragen x € 1 miljoen)
Exploitatie
Investering
Grondexpl.
NR.
Taakveldnaam
5
EZ&Grondbedrijf
Ontwikkelen, lasten
-218,74
5
EZ&Grondbedrijf
Ontwikkelen, baten
190,56
5
EZ&Grondbedrijf
Winkel concentratie
0,41
2
Buitenruimte
2e fase Oosterhoutseweg
21,43
1
Stadsbedrijven
MFA De Mandt
13,80
1
Stadsbedrijven
MFA Om de Haenen
12,87
1
Stadsbedrijven
Sport complex De Gouwen
3,20
7
RO
Biomassacentrale
28,70
2
Buitenruimte
Op- en overslag bedrijf
0,45
6
MO
Zorgkruispunt
0,00
Product
Bedrag
naam
Bedrag
bedrag
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Ontwikkelen (Onderdeel van voorziening voor negatieve planresultaten grondexploitatie)
12.770
13.973
Totaal voorzieningen
12.770
13.973
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 112
/ G e m e e n t e B r e da
Eindstand 31-12-10
Zie taakveld 5
Toelichting voorzieningen: In het taakveld EZGB is een voorziening voor negatieve planresultaten opgenomen voor € 55,0 miljoen. Hiervan is, zoals hierboven wordt aangegeven, € 26,7 miljoen bestemd voor het project Ontwikkelen Teteringen. Het gaat hier met name om de grondexploitaties Bouverijen en Woonakker. Voor beide projecten is het geprognosticeerde negatieve resultaat groter geworden ten opzichte van de Jaarrekening 2009. Daarom heeft er een behoorlijke dotatie aan de voorziening moeten plaatsvinden. Voor verdere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
E) Risico’s In onderstaande opsomming zijn de belangrijkste risico’s gekoppeld aan de voor programma’s te hanteren indicatoren: 1. Tempo: •
Het geringe absorptievermogen van de markt, de strakkere voorkeuren van de koper, aan staande wijzigingen in NHG-richtlijnen, de aanpak van tophypotheken en het wegvallen van stimuleringsrichtlijnen, werken (meer) vertraging en (mogelijke) rentelasten in de hand.
•
De woningverkopen in 2010 zijn wel hoger dan in het voorgaande jaar, maar zij concen treren zich niet in het middensegment. Juist daarin ligt het merendeel van het Teteringse aanbod.
2. Haalbaarheid: •
Er is sprake van onderdekking bij de projecten Scheperij en Op- & Overslag;
•
De programmakosten zijn, onder de in deze begroting benoemde omstandigheden,
•
Er zijn diverse discussies met betrekking tot de realisatie van de MFA’s (onder andere inrichting
gedekt tot en met 2011; openbare ruimte de Stee, bouwrijp maken de Mandt, energiekosten de Mandt); •
Het project Ontwikkelen heeft voor de Waterakkers te maken met een subsidierisico als
•
Relatie met en draagvlak bij omwonenden van beide MFA’s nog niet stabiel.
gevolg van het niet mee kunnen nemen van alle gedane verwevingen;
3. Efficiency: •
Groeiende behoefte aan kennis en ervaring. Dit is enerzijds het gevolg van uitstroom en verloop. Anderzijds is dit het gevolg van een redelijk unieke situatie qua markt omstandigheden (dalende verkopen + vraaggericht) en qua de wijze waarop creativiteit (producten + realisatiestrategie) nodig is. Hoe verstandig hierop in te springen is de open staande vraag.
4. Flexibiliteit: •
Hoewel er zeker progressie wordt geboekt waar het gaat om de plannen voor de Scheperij, omvat de afwikkeling van de IOK met Bouwfonds een omvangrijke investering in vast goed. Deze is slechts goed af te ronden en af te sluiten indien op de Scheperij een goed plan in samenwerking met Bouwfonds tot ontwikkeling kan komen.
5. Doelgerichtheid: •
Niet van toepassing
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 113
/ G e m e e n t e B r e da
PROGRAMMA 3 | BREDA-OOST
A) Programmaomschrijving De doelstelling van het programma Breda-Oost is het ontwikkelen van een stedelijk landschap waarin rood (wonen, werken en voorzieningen) en groen (natuur en landschap) in onderlinge samenhang worden ontwikkeld.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat WILLEN WE BEREIKEN?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1 1.1 Het binnen het kader De realisatie van 650 van het Structuurplan 850 woningen. ‘Bavel, beek en berg’ (doen) realiseren van een aantrekkelijk woon- en werkmilieu in Bavel-Zuid.
Indicator omschrijving
1.1.1 Toetsen en adviseren bij ontwikkelen deelgebied Roosbergseweg Oost (waarin groot deel collectief particulier opdrachtgeverschap).
1.1.1.1 Definitief stedenbouwkundig plan voor deelgebied Roosbergseweg Oost.
1.2 1.2.1 De realisatie van ca. 53 Verder uitwerken van ha netto bedrijfsterrein. ontwerpfase naar stedenbouwkundige verkaveling per deelgebied (naar verwachting Eikberg en Bolberg, afhankelijk van beschikbaarheid gronden).
1.2.1.1 Stedenbouwkundige verkaveling Bolberg en Eikberg.
1.3 Waterberging ten gevolge van de ontwikkeling van Breda-Oost.
1.3.1 Opstellen van een definitief bestemmingsplan Bolberg en Eikberg.
1.3.1.1 Uitgewerkt bestemmingsplan Bolberg en Eikberg.
1.4 Realisatie benodigde infrastructuur.
1.4.1 1.4.1.1 Voltooien van het Beeldkwaliteitplan beeldkwaliteitplan van bebouwing en openbare ruimte.
1.5 1.5.1 Realisatie van benodigde Het opstellen, bewaken geluidswallen. en actualiseren van de grondexploitatie.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.5.1.1 Exploitatieplan jaarlijks bijstellen.
1.6.1 Het verder verwerven van gronden c.q. het aangaan van samen werkingen met grondeigenaren.
1.6.1.1 Koopovereenkomst en/ of samenwerkings overeenkomst
1.7.1 Het selecteren van ontwikkelende partijen indien nodig.
1.7.1.1 Selectieprocedure starten.
p 1 14
/ G e m e e n t e B r e da
Begrote score
In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011. In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011.
In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011. In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011. In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011. In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011. In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt dit project opnieuw gedefinieerd voor 2011.
Beoogd maatschappelijk effect
2 Het transformeren van dat deel van het groenblauwe raamwerk dat parallel loopt aan de Gilzewouwerbeek vanaf de Bavelse Berg tot aan de A58.
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.1 Herinrichting beekdal als compensatie voor verstedelijking omgeving.
2.1.1 Grondexploitatie opstellen, bewaken en actualiseren en zo nodig opstellen van een exploitatieplan.
2.1.1.1 Grondexploitatie
2.2 Waterhuishouding op peil brengen.
2.2.2 2.2.2.1 Bestemmingsplan Nota van commentaar. procedure voorbereiden en afronden. 2.2.2.2 Ontwerp bestemmingsplan.
2.1.1.2 Exploitatieplan indien noodzakelijk
2.3 2.3.1 Een aantal buitenplaat- Verder uitwerken sen in de vorm van ontwerpfase. woningen / landgoederen realiseren.
2.3.1.1 Inrichtingsplan
2.4 Een aantrekkelijk recreatief netwerk.
2.4.1.1 Koopovereenkomst en/ of samenwerkings overeenkomst.
2.4.1 Het verder verwerven van gronden c.q. het aangaan van samenwerkingen met grond eigenaren.
2.5 2.5.1 2.5.1.1 Verbinden stad met een Voorbereiden en starten Start aanleg 1e fase. toegankelijk buiten met realisatie van gebied. uitvoering 1e fase (strook van circa 250 m parallel aan beek in midden gebied). 3 Het op termijn kunnen voorzien in de behoefte aan woningbouw locaties van de Gemeente Breda (Lijndonk-Tervoort).
3.1 3.1.1 3.1.1.1 De realisatie van Inventariseren behoefte Starttermijn plannen maximaal 3.000 en planning. voor ontwikkeling woningen en bedrijvenLijndonk-Tervoort. terreinen.
4 Het ontwikkelen van een adequaat voorzieningenniveau voor de (nieuwe) bewoners.
4.1 Een samenhangend geheel aan maatschappelijke voorzieningen
Begrote score
Vastgesteld door de Raad op 16-12-2010. N.v.t.
Gereed medio 2011.
Is reeds aanbesteed, eind 2011 gereed.
Afhankelijk van marktomstandigheden.
E ind 2011 begin 2012 gereed.
In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt afgezien van realisatie
4.1.1 4.1.1.1 Het verder definiëren Bestuurlijk besluit ten Met het IDOP is in 2010 welke voorzieningen op aanzien van een een start gemaakt. welke locatie kunnen programma maatschapworden gerealiseerd. pelijke voorzieningen Breda Oost.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen Dit programma heeft als gevolg van de besluitvorming in het kader van de stedelijke herpro grammering op 16 december jongstleden door de Raad over Koers Gezet een wijziging onder gaan. De besluitvorming leidt ertoe dat het programma voor 2011 opnieuw wordt gedefini eerd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 115
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat gaat het kosten? De realisatiekosten Breda Oost van het programma waren nog niet voorzien. Per deelproject zouden deze in beeld gebracht worden. Herdefiniëring leidt tot nieuwe kostenopzet. De plan kosten worden hierin meegenomen. Met betrekking tot de plankosten voor de IDOP is subsidie ontvangen van de Provincie.
e) risico's De verwachte risico´s zijn ingehaald door de besluitvorming in het kader van de her programmering.
f) Relevante notities, beleidsdocumenten en plannen •
Structuurvisie Bavel, Beek en Berg
•
Structuurplan Lijndonk-Tervoort
•
MER Breda Oost
•
Ontwerp bestemmingsplan Bavel-Zuid
•
Voorontwerp bestemmingsplan Gilzewouwerbeek
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 1 16
/ G e m e e n t e B r e da
PROGRAMMA 4 | VIA BREDA
A) Programmaomschrijving Hoofddoel van het programma Via Breda is de transformatie van de Spoorzone conform de doelstellingen en het beleidskader zoals in 2005 vastgesteld door de gemeenteraad in de Structuurvisie Spoorzone 2025. Het doel van de transformatie is om in ongeveer twintig jaar tijd en in nauwe samenwerking met de betrokken eigenaren, marktpartijen en bewoners, een nieuw stadsdeel tot stand te brengen. In dit stadsdeel zal door een mix van functies een duur zaam, attractief en levendig gebied moeten ontstaan, met een hoge ruimtelijke kwaliteit en goed bereikbaar voor alle vormen van vervoer. De versterking van de sociaaleconomische structuur van de stad is daarbij als hoofddoelstelling benoemd en staat met het verbeteren van de bereikbaarheid en het versterken van de bestaande buurten voor het beoogde effect.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1 Versterken van de Transformatie van een sociaal-economische zestal deelgebieden structuur van de stad. Transformatie van de Spoorzone naar een duurzaam, attractief en levendig gebied met een mix van functies, verbeteren ruimtelijke kwaliteit. 1.1 Stationskwartier Het realiseren van onge veer 450 woningen aansluitend op de Belcrum en Spoorbuurt. Het realiseren van totaal 150.000 m2 kantoren, voorzieningen en nader te bepalen functies, die de economische functie van het gebied als internationaal zakencentrum versterken met daarbinnen het OVTC met eigen woningen, kantoren en voorzieningen. In 2016 dient het project gereed te zijn (geactualiseerd 2018)
Met de besluitvorming over de Verkenning van het Havenkwartier heeft het college op 2 maart 2010 besloten vooralsnog af te zien van de grootschalige herontwikkeling van het Havenkwartier 1.1.1 Bouwrijp maken, afronden stedenbouwkundige uitwerkingen te realiseren bouwlocaties, reparatie bestemmingsplan, herijking businesscase, intensiveren marketing en acquisitie, opdrachten tot realisering fase 1 buitenruimte.
1.1.1.1 Afronding bestemmingsplan Stationskwartier.
1.1.1.2 Realisatie deelgebied Spoorstraat: • Woningen • Werken • Voorzieningen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
mate van realisatie
p 1 17
/ G e m e e n t e B r e da
Goedgekeurd
Ontwerp bestemmingsplan is vrijgegeven voor inspraak
• Aantal wonen, werken, voorzieningen gerealiseerd
Buiten Singelveste en hotel geen andere wonen,werken of voorzieningen gerealiseerd
• Singelveste in gebruik
Singelveste in gebruik genomen
• Hotel in gebruik
Hotel in gebruik genomen. Nieuw aanbod van derde partij ingediend voor ontwikkeling Spoorstraat.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.1.1.3 Verkenningen Belcrum Oost
Goedgekeurd
Opzet gewijzigd, geen plan opgesteld
1.1.1.4 Subsidies EFRO op Zuid.
Toegekend
Toegekend
1.1.1.5 Definitieve opdrachtfase Buitenruimte.
Gereed
Gereed
1.1.1.6 Herijking Businesscase Goedgekeurd 1.1.1.7 Verwerving Belcrum Oost 1.2 Nieuw sleutel project (NSP); Voldoen aan de financiële randvoorwaarden (zogenaamde businesscase) voor de gebiedsontwikkeling en het station, en de afspraken die daaromtrent met de betrokken overheden en marktpartijen daaromtrent zijn vastgesteld.
1.2.1 Bewaking subsidievoorwaarden en afstemming met Rijkspartners.
1.3 Drie Hoefijzers; Het realiseren van ongeveer 530 woningen, waarvan 125 in de categorie bereikbaar; Het realiseren van ca 15.000m2 kantoren, ca. 12.000 m2 overige functies, en 18.500 m2 nog flexibel in te vullen ruimte
1.3.1 Begeleiding herontwikkeling Drie Hoefijzers Noord.
1.3.1.1 Noord: Haalbaarheids- Intentie-overeenstudie ontwikkelings- komst en aanvulling vraag AM raamovereenkomst
1.3.3.1 Zuid: Realisatie fase • Woningen • Werken • Voorzieningen
1.3.3.2 Oplevering openbare ruimte zuid
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 118
Afgesloten
1.2.1.1 Periodieke opstelling van voortgangsrapportages tbv stuurgroep. • Structurele Voort4 x per jaar gangsrapportages. • Structurele overleg- 4 x per jaar structuur.
1.3.2 1.3.2.1 Voorbereiding realisatie Opstellen verlengde bestemmingsplan Stationslaan. 1.3.3 Begeleiding realisatie Drie Hoefijzers zuid
mate van realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
Vastgesteld bestemmingsplan
Goedgekeurd Gesprekken gestart
Gerealiseerd In overleg met partners lagere frequentie gerealiseerd
Vertraagd. De IOK en aanvulling Raamovereenkomst wordt begin 2011 verwacht.
Schuift door naar 2011. Wordt begin 2011 verwacht.
Eerste bebouwing, Aantal wonen, werken, Oranjekwartier is voorzieningen opgeleverd. Den Hertogh (59 appartementen) en 13 stadswoningen worden gebouwd en in 2011 opgeleverd. Start Brouwhof en 21 herenhuizen staat gepland voor 2011. Opgeleverd
Vertraagd. Wordt gefaseerd opgeleverd vanaf 2011
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1.4 Havenkwartier e.o.; Uitwerking van de randvoorwaarden uit de Verkenning; ten aanzien van programma, ruimte en realisatie voor de start van de transformatie van het Havenkwartier in samenwerking met subsidiepartners en marktpartijen
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
1.4.1 Op basis van besluit over verkenning Havenkwartier: Uitwerken van een flexibel stedenbouwkundig plan voor het gebied
1.4.1.1 Stedenbouwkundig plan
1.4.2 Consultatie stedenbouwkundig plan
1.4.2.1 Consultatie plan
Begrote score
Goedgekeurd
Het college heeft besloten vooralsnog af te zien van grootschalige herontwikkeling en tevens tot het opstarten van transformatiemanagement.
Gereed
N.v.t.
1.4.3 1.4.3.1 Opstelling van een Ontwerp Goedgekeurd Structuurvisie (Wro) Structuurvisie, vrij te incl. K+K-programma geven voor consultatie en grondexploitatie. Voor het totaal en de deelgebieden 1.4.3.2 Verkenning pps-en met marktpartijen 2 Verbeteren van de bereikbaarheid voor alle vervoerswijzen
2.1 OV-Terminal Realisatie kwalitatief hoogwaardig stationscomplex (trein- en busstation) excl. Infrastructuur. Conform vastgesteld DO. Oplevering busstation: 1 oktober 2010 Oplevering OVTC complex: 1 juli 2012 (geactualiseerd 2014)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
2.1.1 2.1.1.1 Voorbereiding van de Aanbesteding OVTC realisatie van het DO voor de OV-Terminal binnen de daartoe gestelde kaders en vanuit de inmiddels aangepaste vertraagde planning.
p 1 19
mate van realisatie
N.v.t.
Concept documenten/ overeenkomsten gereed Gereed
Aanbestedingsstukken gereed november 2010. Gunning nu voorzien in tweede helft 2011 en aansluitend een bouwtijd van 39 maanden.
2.1.1.2 Opdrachtverstrekking
Gereed
Is nu gepland in tweede helft 2011.
2.1.1.3 Bouwvergunning
Gereed
Conceptbouwvergunning gepubliceerd in december 2010; definitieve bouwvergunning 1e halfjaar 2011.
2.1.1.4 Start bouw OVTC
Gereed
Is nu gepland in november 2011
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
2.2 Infrastructuur buitenruimte; Vormgeven aan bereikbaarheid en integrale ruimtelijke kwaliteit van de buitenruimte. Tijdige realisatie (toeleidende) hoofdstructuur Stationskwartier, Drie Hoefijzers
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.2.1 2.2.1.1 Voorbereiding van DO Fase 1 infrastrucrealisatie infrastructuur Stationskwartier. tuur voor fase 1 van Stationskwartier en Drie Hoefijzers waar mogelijk gevolgd door de concrete aanbesteding van werken en start realisatie
2.2.1.2 Drie Hoefijzers: DO Verlengde Stationslaan.
Begrote score
Goedgekeurd
80% gereed; pleinen worden opnieuw ontworpen. Planning is niet gehaald; Goedkeuring DO Stationslaan voorzien in voorjaar 2011
Goedgekeurd
Idem Planning is niet gehaald; Goedkeuring DO Stationslaan voorzien in voorjaar 2011
2.2.1.3 Aanbesteding werken Goedgekeurd en start realisatie
3 Versterken bestaande buurten, veilig, leefbaar en bereikbaar tijdens bouw + integrale programmaactiviteiten.
2.3 Faseringsplan; Opstellen van een faseringsplan voor de samenhang en aanleg van de hoofdinfrastructuur in de Spoorzone
2.3.1 Afstemming achterliggende planningen van diverse actoren gericht op een optimale bereikbaarheid tijdens de realisatiefase.
2.3.1.1 Periodieke goedkeuring faseringsplan (2 maal per jaar).
3.1 Sportaccommodaties ISV/GSB. De gebiedsontwikkeling Via Breda levert een bijdrage aan de afspraken die met het Rijk gemaakt zijn voor de stedelijke vernieuwing (ISV/GSB 2005-2009) wat betreft wonen, zorgvuldig ruimte gebruik, verbetering van de milieukwaliteit en het verbeteren van de omgevingskwaliteit.
3.1.1 Voorbereiden herinrichting straten en pleinen en realisatie fase 1
3.1.1.1 Het geven van een kwaliteitsimpuls aan de openbare ruimte door het realiseren van 70.000 m2 openbare ruimte
3.1.2 Continuering van KOP/ Electron, bijdrage aan expeditie Belcrum en podium Bloos.
3.1.2.1 Het geven van een cultuurimpuls aan de wijken Emer Zuid (Electron) en Belcrum (Huis der Kunsten)
3.2 Omgevingsmanagement Gericht op veilig, leefbaar en bereikbaar gedurende de realisatieperiode.
3.2.1 Uitvoering omgevingsmanagement beheer bouwprotocol en faseringsplan
3.2.1.1 Voorstellen tot gerichte Aantal acties maatregelen in buurten, periodieke opstelling van een faseringsplan, beoordeling bouwinitiatieven op veilig en leefbaar
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 120
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Bestekfase westzijde stationslaan is opgestart Voorzien in 2011
2 x per jaar
In 2010 eenmaal vastgesteld
Aantal m2 gerealiseerd
Als gevolg van vertraging OVTC verschuift realisatie naar 2011 en volgende jaren; gereserveerdemiddelen blijven geblokkeerd
Continuering activiteiten in 2010
Gerealiseerd
Diverse acties, waaronder bouwprotocollen, buitendienststellingen treinen, voorbesprekingen/ omgevingsoverleg bouw OVTC, ver-beteren telefonische bereikbaarheid Via Breda buiten kantooruren.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
3.3 Communicatie Een integrale communicatie over alle activiteiten rond het programma; Marketing en acquisitie, werven van (Inter) nationale gebruikers werven voor Via Breda
3.4 Activiteiten Belcrum en Spoorbuurt Monitoring van de effecten van de ontwikkeling op de buurten en Belcrum en Spoorbuurt
Activiteiten in 2010
3.3.1 Uitvoering communicatieplan 2010
3.4.1 Opstelling compacte buurtmonitor
Indicator omschrijving
3.3.1.1 Inzet communicatiemix met onder andere •• Website •• Overleg omgeving in ontwerpateliers en overlegplatform. ••Via Breda Update. •• Operationeel informatiecentrum ••Twitter
Begrote score
82.427 hits 16 keer
mate van realisatie
100% 100%
3 keer 75% Vanaf december 2010 100% 1 24 volgers (samen 100% met Gemeente Breda ruim 800 volgers) In 2010 74 tweets
Rondleidingen
21 keer
100%
Gerichte mails aan‘Vrienden van Via Breda’ (ruim
84 keer
100%
Vastgesteld
Opdracht verleend
Aantal
Expeditie Belcrum en oversteekbaarheid Speelhuislaan
3.4.1.1 Vaststelling jaarlijkse buurtmonitor
3.4.2 3.4.2.1 Inspelen op actualiteit Kleinschalige in gebied en wensen maatregelen Belcrum door gerichte maatregelen en activiteiten in de beide buurten. 3.4.2.2 Kleinschalige maatregelen Spoorbuurt
Aanvraag verbetering speelvoorzieningen
3.4.2.3 Buurtactiviteiten 4 Overige (met name lijnactiviteiten)
4.1 HSSD Internationale (subsidie-) samenwerking gericht op optimale profilering van middelgrote steden en omliggende regio’s op het netwerk van hogesnelheidstreinen in Noord West Europa.
4.1.1 Uitvoering geven aan in 2009 goed te keuren projectvoorstel
4.2 Verkenning WTC
4.2.1 Vertaling van intentieovereenkomst naar concrete samen werking gericht op realisatie.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
4.1.1.1 Eerste gezamenlijke procesactiviteit partners. 4.1.1.2 Concrete project voorstellen.
p 121
1e helft 2010
Aanvraag is afgewezen
Gereed
4.2.1.1 Door externe partijen SamenwerkingsVertraagd, op te stellen marktovereenkomst gereed concretisering verkenning + voorstel 2010 volgt in 2011 lokatie en samen werking.
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
4.3 Ontmanteling geluidscontour Emer-Zuid
4.3.1 Doorlopen van bestemmingsplanprocedure
4.3.1.1 Vastgesteld bestemmingsplan
Gereed
Gerealiseerd
4.4 Realisatie Josephschool
4.4.1 Bouw
4.4.1.1 Oplevering en ingebruikname
Gereed
Gerealiseerd
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Het project OV-Terminal-complex bevindt zich nu in de realisatiefase. Het bestek is opgeleverd in november 2010. Aanbestedingsprocedure is gestart. Gunning is voorzien in september 2011. Ontwerp-bestemmingsplannen OVTC en Stationslaan zijn in december 2010 ter inzage gelegd, waarna de vaststelling in de Raad is voorzien in 2e kwartaal 2011. Zoals reeds gemeld bij de 1e bestuursrapportage 2010 heeft het college begin dit jaar een besluit genomen over de Verkenning van het Havenkwartier en daarmee over een fasering van de ontwikkeling na 2020. Tegelijkertijd heeft het college besloten tot het opstellen van een plan van aanpak voor transformatiemanagement. De aanvraag voor het project HSSD is afgewezen; dit heeft geen consequenties voor het programma Via Breda. De lijnactiviteiten-ontmanteling geluidscontour Emer-Zuid en de realisatie Josephschool zijn afgerond. Nieuw binnen het project Stationskwartier is een aangekondigde koerswijziging van NS Poort die haar ontwikkelingsrechten wil vervreemden. Dit heeft tot een aantal aanbiedingen van derde partijen geleid.
C) Bijzondere ontwikkelingen Stationskwartier De meeste doelstellingen zijn gehaald. Omdat NS Poort , als ontwikkelpartner heeft aangegeven geen activiteiten meer in het gebied te willen ontplooien, zijn er verder nog geen plannen ontwikkeld en tot realisatie gebracht. Het bestemmingsplan is later in procedure gebracht dan gepland, omdat dit gekoppeld is aan de bouwvergunning OVTC door middel van coördinatie besluit. Verwervingen in Belcrum Oost zijn langzamer verlopen dan gepland, omdat mogelijk heden zijn onderzocht om kosten te besparen, waarbij toch mogelijke ontwikkelingen in de toekomst afgesproken konden worden. Tot slot zijn nieuwe subsidies toegekend voor het Stati onskwartier, veelal subsidies, die voor andere projecten in de stad waren bestemd, maar die niet tijdig tot realisatie worden gebracht. OVT Op basis van een bestuursakkoord in februari 2010 is het proces naar aanbesteding gestart. Havenkwartier Voor de totale kosten voor het realiseren van de randvoorwaarden van de toekomstige ont wikkeling van dit project is eerder een subsidie vanuit de provincie toegekend. In het 4e kwar taal van 2010 is duidelijk geworden dat niet aan de subsidievoorwaarden kan worden vol daan. Aan de provincie zal worden gevraagd of het subsidiebedrag op een ander project van het programma Via Breda kan worden ingezet. Voor een compleet overzicht van de ontwikkelingen wordt verwezen naar de voortgangs rapportage Via Breda nummer 5 die verscheen in januari 2011.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 122
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
lasten
Begroting 2010 na Wijziging
baten
lasten
Jaarrekening 2010
baten
lasten
baten
61770 programmabudget Via Breda
600
600
-
534
-
61771 informatiecentrum Via Breda
-
-
-
-
1
1
61779 projectplan transformatie management
-
-
-
-
6
6
61779 onothodoxe maatregelen Via Breda
-
-
-
-
4
4
kapitaallasten
269
-
269
-
102
-
Subtotaal
869
-
869
-
647
11
stortingen
onttrekkingen
stortingen
stortingen
onttrekkingen
mutaties reserves
MIR Verlengde Stationslaan
151 151
onttrekkingen
151 869
-
Totaal exploitatie
869
151
647
Bijdrage uit algemene middelen
718
718
636
waarvan programmabudget
600
600
534
waarvan kapitaallasten
118
118
102
Toelichting exploitatie: Voor 2010 is een budget uit algemene middelen beschikbaar gesteld van € 718.000. Bij de tweede bestuursrapportage 2010 werd nog verwacht dat het budget voor 2010 volledig kon worden uitgenut. Nu bij de jaarrekening is het budget niet volledig besteed; het (voordelig) budgetresultaat bedraagt € 82.000. Dit resultaat maakt onderdeel uit van het taakveld PMP. Het programmabudget Via Breda van € 600.000 is beschikbaar gesteld voor de bekostiging van programma-overstijgende activiteiten, te weten omgevingsmanagement, communicatie, activiteiten voor Belcrum en Spoorbuurt, aansturing van het programma en overige (programma)kosten De werkelijke uitgaven in 2010 zijn lager dan begroot en bedragen in totaal € 534.000. De lagere uitgaven zijn toe te schrijven aan minder uitgaven voor communicatie (€38.000), activi teiten voor Belcrum en Spoorbuurt (€ 67.000) en overige programmakosten (€ 34.000); daar entegen zijn de kosten voor de aansturing hoger uitgevallen (€ 71.000). Voor het onderdeel communicatie was in de begroting rekening gehouden met de jaarlijkse lasten voor een informatiecentrum. Doordat echter pas eind 2010 een geschikte locatie is gevonden en voorbereidingen zijn getroffen, zijn de werkelijke uitgaven voor dit onderdeel lager. Met het oog op de latere start van de realisatie voor de OVTC en het Stationskwartier hebben in 2010 minder activiteiten voor de buurten kunnen plaatsvinden. Tenslotte zijn minder externe adviezen gevraagd. Voor de aansturing van het programma is in 2010 de aandacht vooral extern gericht geweest, waardoor een grotere inzet van met name de programmanager noodzakelijk was. Vanaf medio december 2010 wordt het pand aan de Willemstraat gehuurd voor het informatie centrum voor een periode van 5 jaar. In 2010 is een plan van aanpak voor het transformatiemanagement opgesteld. Eind 2010 is gestart met de voorbereidingen van een werkconferentie onorthodoxe maatregelen, welke in februari 2011 heeft plaatsgevonden. Daarnaast is gewerkt aan een projectvoorstel voor trans formatiemanagement en de voorbereiding van een subsidie-aanvraag OP-Zuid. Naar verwach ting zal in mei 2011 een aanvraag kunnen worden ingediend.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 123
/ G e m e e n t e B r e da
11
Bij de Kadernota 2005/2006 is voor de Verlengde Stationslaan uit het MIP een bijdrage van € 1,5 miljoen uit het onrendabele volume toegekend. Voor de jaarlijkse kapitaallasten is bud get beschikbaar, de werkelijke kapitaallasten zijn iets lager.
Realisatie tot 2010
Uitgaven 2011
Uitgaven 2012
Uitgaven vanaf 2012
Saldo nog te voteren
154,80
57,60
28,30
4,10
25,20
30,50
66,70
97,20
35,10
33,00
3,50
0,50
pm
pm
pm
2,10
0,99
0,80
0,80
0,09
0,10
0,00
0,00
0,19
12,62
3,90
3,73
0,19
pm
pm
pm
8,72
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
203,51
95,30
36,33
4,88
pm
pm
pm
108,21
lasten
Realisatie 2010
GevoteerD
Totaal investering
(bedragen x € 1 miljoen)
Business Case: Stationskwartier OVT Drie Hoefijzers
Realisatie tot 2010
dekking vanaf 2012
Saldo nog te voteren
baten
GevoteerD
Beschikbare dekking
Totaal lasten
140,20
31,40
27,20
1,20
3,00
6,90
101,90
108,80
33,00
33,00
3,50
0,50
pm
pm
pm
0,00
Dekking 2012
Randvoorwaarden Havenkwartier
dekking 2011
Verlengde Stationslaan
Realisatie 2010
Plankosten
Business Case: Stationskwartier OVT Drie Hoefijzers Plankosten
0,85
0,80
0,70
0,00
0,05
0,00
0,00
0,05
12,62
3,90
3,88
0,00
pm
pm
pm
8,72
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
15,00
Totaal baten
186,67
69,10
35,28
1,70
pm
pm
pm
132,57
Saldo (Baten - Lasten)
-16,84
-26,20
-1,05
-3,18
pm
pm
pm
24,36
Verlengde Stationslaan Randvoorwaarden Havenkwartier
Toelichting baten en lasten: Voor het totale programma Via Breda wordt een geprognosticeerd resultaat voorzien van 16,8 miljoen, bestaande uit: Stationskwartier
€ 14,6 miljoen
OVT
€
2,1 miljoen
Drie Hoefijzers
€
0,1 miljoen
Business case Voor de Jaarrekening 2010 is de business case opnieuw geactualiseerd. De nieuwe actualisatie leidt tot een geprognosticeerd resultaat van € 10,3 miljoen met prijspeil 1-1-2011. Ten opzichte van de tweede bestuursrapportage 2010 is het geraamde resultaat voor de business case glo baal gelijk gebleven. Stationskwartier De nieuwe prognose voor deze grondexploitatie bedraagt € 10,3 miljoen. Per 1-1-2011 op netto contante waarde per 1-1-2011 en € 14,6 miljoen op eindwaarde 31-12-2018. Bij de 2e bestuursrapportage 2010 werd nog uitgegaan van een negatieve prognose van - € 11,1 miljoen per 1-1-2011 en € 17,0 miljoen op eindwaarde 31-12-2018. Ten opzichte van
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 124
/ G e m e e n t e B r e da
de vorige prognoses (bij de Jaarrekening 2010 en berap september 2010) is er sprake van een lichte verbetering. Bij deze herziening zijn de planningen voor de infrastructuur en de gronduitgifte geactuali seerd en de nieuwe prognoses voor verwervingen, plankosten en infrastructuur verwerkt. Daarnaast is op grond van de toezegging van de provincie het hogere subsidie meegenomen. Tenslotte zijn de algemene uitgangspunten voor de grondexploitaties van het Grondbedrijf overgenomen. Met het oog op de negatieve prognose van deze grondexploitatie is bij het Grondbedrijf een bedrag van € 6,8 miljoen in de voorziening aanwezig. Op basis van het nieuwe resultaat wordt aan de voorziening een bedrag van € 3,5 miljoen toegevoegd. Vanwege de toegenomen onzekerheid omtrent de inkomsten en onduidelijkheid over de toe komstige ontwikkelingen is met behulp van scenarioberekeningen de mogelijke bandbreedtes voor de prognoses in beeld gebracht. Openbaar Vervoer Terminal (OVT) Op basis van de huidige prognose ontstaat er een tekort van bijna € 2,1 mln (op eindwaarde 2015) op het investeringskrediet voor de OVT. In dit tekort is reeds rekening gehouden met aan ProRail in opdracht gegeven en te geven verzoeken tot wijziging ( VTW’s) voor € 0,7 mil joen, de optimalisatie van de buitenruimte aan de noordzijde van het OVTC (€ 0,5 miljoen), veiligheidsmaatregelen tunnel ivm fietsen (€ 50.000) en een bedrag voor onvoorziene kosten van € 1,8 miljoen. Of dit tekort zich daadwerkelijk voor zal doen is in belangrijke mate afhankelijk van het aan bestedingsresultaat dat op de OV-Terminal gerealiseerd zal gaan worden. Een eerste indicatie daarvan wordt in voorjaar 2011 bekend. Vanwege de aanbestedingsprocedure zijn in de jaarschijven de ramingen als p.m.-posten vermeld. In lijn met het onderhandelingsakkoord van februari 2010 heeft het college eerder aangege ven geen extra geld in het project te willen stoppen en is de inzet erop gericht om in de aan bestedingsprocedure zo snel mogelijk duidelijkheid te verkrijgen. Drie Hoefijzers In 2010 zijn met AM nadere afspraken gemaakt over de dekking van de gemeentelijke afspra ken. Dit heeft geleid tot een offerte welke door AM is geaccordeerd en in 2011 zal worden betaald. Naar verwachting zullen niet alle kosten kunnen worden doorberekend aan AM. Kos ten voortkomend uit door AM voorgestelde wijzigingen op de Raamovereenkomst komen voor rekening van AM. Kosten uit hoofde van afspraken op programmaniveau komen voor rekening van de gemeente. Deze laatste kostenpost wordt voor de komende jaren ingeschat op ca. € 140.000; hiervoor is in het kader van deze jaarrekening binnen het project/programma een oplossing uitgewerkt. Voor de Verlengde Stationslaan zijn eerder kredieten tot een bedrag van € 3,9 miljoen beschikbaar gesteld. Begin 2011 is een kredietaanvraag voor het restant aan investeringen ingediend. Het Definitief Ontwerp is nagenoeg afgerond; vaststelling wordt in het voorjaar van 2011 voorzien. Met het oog op de komende aanbestedingsprocedure zijn de cijfers voor de jaarschijven van de komende jaren als p.m.-posten opgenomen. Randvoorwaarden Havenkwartier In het kader van 'Mooi Brabant' is in 2008 een subsidie toegekend van € 15 miljoen voor de invul ling van de randvoorwaarden van dit gebied. In het kader van de stedelijke programmering is besloten het Havenkwartier vooralsnog niet tot ontwikkeling te brengen. Daarnaast zijn de markt omstandigheden onzeker. Om deze redenen is het subsidie niet binnen de gestelde subsidievoor waarden te realiseren. Met de provincie is overleg opgestart om een deel van het subsidie (ad € 9 miljoen) op een andere wijze te mogen aanwenden in het programma Via Breda.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 125
/ G e m e e n t e B r e da
De financiële informatie maakt onderdeel uit van de volgende taakvelden: Exploitatie NR.
Taakveldnaam
Product
Bedrag
Investering naam
Grondexpl.
Bedrag
5
EZGB
Stationskwartier OVT gem. deel € 35,1 mln.
1
STAB
5
EZGB
Drie Hoefijzers € 0,99 mln.
11
PMP
Drie Hoefijzers € 12,6 mln.
bedrag
€ 154,8 mln.
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Niet van toepassing Totaal voorzieningen
-
-
Toelichting reserves: Niet van toepassing.
E) Risico’s Voor een compleet overzicht van de risico’s wordt verwezen naar de voortgangsrapportage Via Breda nummer 5 die verscheen in januari 2011. Duidelijk is dat de risico’s zijn toegenomen als gevolg van de marktomstandigheden (stagnatie afname vastgoed) en de aangekondigde koerswijziging van NS kan leiden tot een grotere verantwoordelijkheid voor de gemeente. Op grond hiervan is een actualisatie van de businesscase opgesteld met als peildatum 1 januari 2011. Hierin ontstaat een kwantitatief beeld van de risico’s. Daarnaast is voor een aantal activiteiten nog aanvullende dekking te realiseren. Het niet realiseren van deze dekking vormt een risico voor de activiteiten waartoe besloten is. (NB een overzicht is opgesteld ten behoeve van de voorjaarsnota 2011).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 126
/ G e m e e n t e B r e da
-
PROGRAMMA 5 | REGIO
A) Programmaomschrijving Het strategische doel van dit programma is Breda in haar centrumfunctie te positioneren en te versterken in de diverse regio’s (Stadsregio, West-Brabant, BrabantStad, Zuidwest-Nederland, corridor Rotterdam-Antwerpen.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1 Voor het gebied van de stadsregio Breda (Etten-Leur, Breda en Oosterhout), wordt door middel van samen werking, de bereikbaarheid, woningbouw en ruimtelijke ontwikkeling versterkt .
1.1 Voor het gebied van de Stadsregio is vanuit de respectievelijke visiedocumenten van de drie gemeenten een ruimtelijk visie document opgesteld
Activiteiten in 2010
1.1.1 In 2010 ligt er een eerste uitvoerings voorstel Landschapspark Teteringen Oosterhout
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
1.1.1.1 De bereikbaarheid van de Stadsregio Breda wordt door haar gebruikers (inwoners, bezoekers en bedrijfsleven als goed ervaren.
Tevredenheid over kwaliteit voorzieningen Stadsregio wordt gewaardeerd met een 7,5
Plan is gereed. Eerste uitvoeringsfase is in de maak. Is één van de majeure projecten WB waarvoor uit het fonds majeure projecten WB van 50 miljoen een bijdrage van € 1.3 miljoen beschikbaar komt.
1.1.2 In 2010 is de tunnel Oosterhoutseweg – Nieuwe Kadijk gereed mede ten behoeve van de HOV verbinding Breda - Oosterhout
Opgeleverd
1.1.3 In 2010 is voor de Stadsregio Breda aangegeven op welke onderwerpen de drie gemeenten zich gezamenlijk gaan richten. 2 De Bredase centrumfunctie in West Brabant verstevigt in de periode 2007-2011
2.1 Breda neemt het voortouw in de opzet van een 'Overlegtafel West Brabant' voor de strategische agendapunten van WestBrabant
2.1.1 Onder leiding van Breda wordt de ruimtelijke visie WestBrabant in 2010 als hoeksteen ingebracht in de provinciale structuurvisie
Wordt in voorjaar 2011 met Etten-Leur en Oosterhout opgepakt
2.1.1.1 De verbindende rol van Tevredenheid Bredase Breda voor Westpartners wordt met Brabant in BrabantStad, een 7,5 gewaardeerd Sociaal Economische Samenwerking WestBrabant (SES), Pieken in de Delta, Europese structuurfondsen, Project Mainport corridor Zuid en RijnSchelde Delta wordt door haar partners als positief ervaren
2.1.2 Breda trekt in 2010 de discussie over de spoorlijn Breda Utrecht
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 127
/ G e m e e n t e B r e da
Ruimtelijke visie is in juli 2010 door de BRG vastgesteld en definitief bij GS ingediend.
Breda is bij het proces één van de majeure partners vanuit WB in de landelijke aanpak.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.1.3 In 2010 implementeert Breda als gastgemeente de nieuwe voorstellen voor de intergemeentelijke samenwerking in West-Brabant 2.1.4 Regionaal personeel komt op basis van een dienstverleningsovereenkomst in dienst van de Gemeente Breda 2.1.5 Breda/West-Brabant is in 2010 goed herkenbaar terug te vinden in de MIRT verkenning Antwerpen - Breda
2.1.6 Breda beoordeelt de vraag of zij participeert in het Logistiek Park Moerdijk en het om te vormen Havenschap Moerdijk 2.1.7 Een monitor is uitgebracht 2.1.8 Breda maakt zich sterk voor de vestiging van het Topkennisinstituut Maintenance
2.1.9 Breda/West-Brabant is aanwezig op de Wereldexpo in Shanghai
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 128
/ G e m e e n t e B r e da
Begrote score
mate van realisatie
GR is op 1 januari 2011 van start gegaan
Gekozen is om WB-huis in Etten-Leur te vestigen. Rechtspositie E-L is dan van toepassing. Per 1 januari 2011 gerealiseerd Breda/West-Brabant heeft samen met Stadsregio Rotterdam en de Drechtsteden regie wat naar zich toe getrokken om inhoud beter te kunnen bepalen. Breda en GS trekken schouder aan schouder op Verkenningen zijn afhankelijk van voortgang rond Logistiek Park. Voor Breda nog geen issue
Versoberingsmaat regelen hebben geleid tot temporisering De voorloper ervan is inmiddels bij Dinalog gehuisvest. Vestigingsplaats wordt Breda. Businesscase is in voorbereiding Eind september is in relatie tot bezoek aan Yangzhou ook expo bezocht.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
2.1.10 Breda/ rpA/ SES nemen coördinatie op zich van de bestrijding van de jeugdwerkloosheid en het realiseren van 1.100 duale trajecten voor werkzoekenden en 200 voor jongeren zonder startkwalificatie in de regio West Brabant, waarvoor vanuit rijk en Provincie subsidies zijn aangevraagd en verkregen voor 2009 en 2010 3 BrabantStad, een verbond van 5 grote steden en de provincie Noord-Brabant, komt tot een duurzame groei van de kwaliteit van het bestaan in het stedelijk netwerk Brabant-Stad in economisch, sociaal en cultureel opzicht
3.1 Via Breda komt mede door inspanningen van BrabantStadpartners tot stand, conform planning.
3.1.1 Breda verzorgt de inbreng van West-Brabant in de nationale ruimtelijke visie voor BrabantStad.
Trajecten lopen en liggen op schema
3.1.1.1 De zes partners hebben minimaal een keer per jaar overleg met een kabinetsdelegatie over de uitvoering van het programma BrabantStad
Ruimtelijke visie WB is als bouwsteen ingebracht in Structuurvisie Brabant
3.1.2 De Bredase projecten in 'Samen investeren in Brabant' zijn in 2010 in uitvoering gebracht
Bavelse Berg en aankoop Nemijtec zijn afgevoerd van lijst
3.1.3 Een monitor is ontwikkeld 4 Zuidwest-Nederland; Breda vervult een regierol als centrumstad in West-Brabant bij de ontwikkelingen betreffende het RijnSchelde-Deltagebied
4.1 Breda is de internationale vestigingsplaats voor Benelux en West-Europese hoofdkantoren
Versobering: temporisering
4.1.1 Voor het Topkennis instituut Maintenance wordt de steun van BrabantStad geregeld
4.1.1.1 Voorzieningen/ bedrijven met (inter-) nationaal belang vestigen zich in Breda
4.1.2 Een monitor is ontwikkeld
4.1.2.1 De West-Brabantse partners vragen Breda te participeren in fora als PMZ en ruimtelijke visie Deltagebied
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen Geen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 129
mate van realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
Bestuurders van overheden, bedrijfs leven en onderwijs waarderen Bredase inzet met 7,5
GS hebben topkennisinstituur WCM als één van de majeure WB-projecten benoemd, die in aanmerking komen voor een bijdrage uit het WB-fonds van € 50 miljoen. Versobering: temporisering
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 lasten
Bestuurlijke samenwerking
Begroting 2010 na Wijziging
baten
lasten
Jaarrekening 2010
baten
lasten
baten
-
-
-
-
1
1
- Breda +
368
77
428
68
613
347
- Bijdrage en deelnemingen
415
5
499
Subtotaal
783
82
927
68
1.197
347
Totaal exploitatie
783
82
927
68
1.197
347
Bijdrage uit algemene middelen
701
584
859
850
Toelichting exploitatie: Voor de jaarlijkse bijdrage voor de G32 van € 44.000 die voorheen uit GSB geld is gefinancierd zijn nog geen structurele middelen beschikbaar. De financiële informatie maakt onderdeel uit van de volgende taakvelden: Exploitatie NR.
10
Taakveldnaam
Bestuur, Bestuurondersteuning en Veiligheid
Product
Bestuurlijke samenwerking
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 130
Investering
Bedrag
naam
850
/ G e m e e n t e B r e da
Bedrag
Grondexpl. bedrag
PROGRAMMA 6 | VEILIGHEID
A) Programmaomschrijving Begin 2009 heeft de Gemeente Breda het Programma Veiligheid 2009-2012 vastgesteld. Het programma Veiligheid 2009-2012 geeft invulling aan een meerjarig veiligheidsbeleid. In het programma worden de trends en ontwikkelingen in Breda beschreven, wordt de visie op veiligheid en de beleidsdoelen weergegeven en wordt ingegaan op de wijze waarop in samenwerking met verschillende partijen de komende vier jaar invulling aan het programma wordt gegeven. Het pro gramma dient als basis voor het opstellen van een jaarlijks uitvoeringsplan (het Jaarplan Veiligheid). Het motto ‘Goed toeven’ is belangrijk bij het vormgeven van het veiligheidsbeleid. Een veilig gevoel voor inwoner, ondernemer, forens en toerist is een essentiële bijdrage voor goed toeven. De gemeente werkt samen met haar partners aan een prettige woon- en werkstad: het veilig zijn van en in de stad is onderdeel én randvoorwaarde voor die prettige woon-, werk- en leef milieus. De missie van de Gemeente Breda op het terrein van veiligheid luidt dan ook: ‘Breda versterkt samen met partners de veiligheid van de stad en het veiligheids gevoel van haar inwoners en bezoekers zodat het goed toeven is.’ Vertrekpunt bij het werken aan veiligheid is dat veiligheid begint bij de eigen leefomgeving van inwoners en ondernemers. Dat betekent dus ook dat naast de ‘professionele partners’, de inwoners van de stad zelf ook een belangrijke bijdrage leveren aan de veiligheid en het veiligheidsgevoel in de stad. Daarbij wordt ook rekening gehouden met de differentiatie van de stad. De kracht van Breda is de eigenheid van elke wijk, dorp en buurt.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Jongerenoverlast Minder overlast die door jongeren wordt veroorzaak
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1.1 1.1.1 De jongerenoverlast is Overlastoverleggen in 2012 gedaald tot < 1.400 meldingen
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Aantal meldingen
1.1.2 Casusoverleggen Veiligheidshuis 1.1.3 Kwaliteitsimpuls aan analyse van (jeugd) groepen in de stad 1.1.4 Gecombineerde preventieve, curatieve en repressieve aanpak middelengebruik op/ rond ‘vindplaatsen van jongeren’
-< 1.500 (1.400 in 2012)
mate van realisatie
Nog niet inzichtelijk
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Nog niet volledig gerealiseerd
1.1.5 Grote broerproject
Gerealiseerd
1.1.6 Project Buurtvaders
Gerealiseerd
1.1.7 Project Samen Er Tegenaan 1.1.8 Inzet Buurtcoaches
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Begrote score
p 131
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.1.9 Project KICK 1.2 Het percentage jeugdige beginners (12-24 jaar) is in 2012 lager dan in 2007
2 Veilige wijken Burgers voelen zich veilig in hun eigen woonomgeving
2.1 Het gevoel van veiligheid in de woonbuurt stijgt, zodanig dat in 2012 minder dan 28% van de Bredase bewoners zich weleens onveilig voelt in de eigen buurt
Gerealiseerd 1.2.1.1 Percentage jeugdige beginners
1.3 Het alcoholgebruik door jongeren tot 23 jaar is in 2012 gedaald ten opzichte van 2007
mate van realisatie
-< 2007
Gerealiseerd
1.2.1.2 Percentage drinkende -< 2007 jongeren 12-15 jaar
Nog niet inzichtelijk
1.3.1.1 Percentage drinkende -< 2007 jongeren 16-23 jaar
Nog niet inzichtelijk
2.1.1 2.1.1.1 Voortzetten buurt Aantal aangiften preventie en onderwoninginbraken steunen en promoten van nieuwe initiatieven tot buurtpreventie in de stad
2.1.2 Casusoverleggen veelplegers Veiligheidshuis 2.1.3 Verdere ontwikkeling nazorg ex-gedetineerden 2.1.4 Uitvoeren pilot bestuurlijke informatievoorziening ex-gedetineerden 2.1.5 Inzet Veiligheids regisseurs 2.1.6 Ontwikkelen en implementeren van nieuwe preventieve en leefbaarheidbevorderende methoden en technieken. 2.1.7 Inzet Buurtbemiddeling
-< 1.300
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
2.1.8 Inzet Inbraakpreventieteam 2.1.9 Verdere implementatie Keurmerk Veilig Wonen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 132
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
2.1.10 Uitvoering geven aan veiligheid- en leefbaarheidoverleg in Breda-Noord
Gerealiseerd
2.1.11 Opleggen huisverboden in verband met huiselijk geweld
Gerealiseerd
2.1.12 Beleggen wijktafels
Gerealiseerd
2.1.13 Uitvoering Alliantie Wonen 2008-2012 3 3.1 Veilige binnenstad Het blijft veilig Bewoners en bezoeuitgaan en winkelen kers voelen zich veilig in de Binnenstad van in de binnenstad van Breda, waarbij het Breda aantal relevante delicten in 2012 niet hoger zal zijn dan in 2007
Gerealiseerd
3.1.1 3.1.1.1 Invoering en uitbreiding Aantal aangiften van het collectief winkeldiefstal winkel- en horeca verbod
-< 2007
Gerealiseerd
3.1.1.2 Aantal aangiften uitgaansgeweld
Nog niet inzichtelijk
3.1.1.3 Aantal aangiften straatroof
Nog niet inzichtelijk
3.1.2 Uitvoering Convenant Veilig uitgaan
Gerealiseerd
3.1.3 Uitvoering VASTproject
Gerealiseerd
3.1.4 Waarborgen van veiligheid bij evenementen via EVO-aanpak 3.1.5 Uitvoering handhaving arrangement horeca
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
mate van realisatie
Gerealiseerd
Gerealiseerd
3.1.6 Uitvoering deurbeleid horeca
Gerealiseerd
3.1.7 Uitvoering Actieplan Drugs
Gerealiseerd
p 133
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
4 Veilige bedrijven Bedrijventerreinen zijn veilig en de onder nemer voelt zich veilig. Veiligheid in winkelcentra wordt groter.
4.1 De veiligheid op de bedrijventerreinen blijft in 2012 op het niveau van 2007 De veiligheid in winkelcentra stijgt, het aantal winkeldiefstallen bedraagt in 2012 niet meer dan 585
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
4.1.1 4.1.1.1 Uitrol KVO in diverse Aantal bedrijfsinbraken -< 540 winkelcentra en uitvoering maatregelen in bestaande KVO-gebieden
4.1.1.2 Veiligheidsgevoel ondernemer
> 6,2
4.1.1.4 Aantal winkeldiefstallen -< 580 4.1.2 Pleinenproject (Edisonplein) 5 Beheersbare risico’s en crisis Waar het gaat om externe veiligheid, rampenbestrijding en evenementen
5.1 De crisisbeheersing en rampenbestrijding moet optimaal functioneren en voldoen aan de Wet Veiligheidsregio’s
5.1.1 Houden van oefeningen, regionaal en lokaal
5.1.1.1 Resultaat alarmeringsoefeningen en praktijktoetsen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
5.1.3 Implementatie risicocommunicatie
Gerealiseerd
Gerealiseerd
5.2.1 Waarborgen van veiligheid bij evenementen via EVO-aanpak 5.2.2 Uitvoeren convenant Veilig Voetbalk
6.1 6.1.1 Voorkomen van Uitvoeren Actie vermenging tussen programma Drugs onderwereld en bovenwereld. Daartoe aanpak van criminele infrastructuur
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Gerealiseerd
5.1.2 Aanbieden opleidingen.
5.1.4 Extra advisering over brandveiligheid bij risicovolle bedrijven
6 Integere samenleving Een onaangetast(e) maatschappelijk bestel en rechtsorde
Gerealiseerd
Gerealiseerd
5.1.1.2 Organisatie rampenbestrijding conform basisvereisten en convenant met BZK
5.2 Evenementen in Breda verlopen zonder calamiteiten
mate van realisatie
p 134
Gerealiseerd
5.2.2.1 aantal meldingen ordeverstoringen
Gerealiseerd
6.1.1.1 Aantal hennep ruimingen
Gerealiseerd
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
6.1.2 6.1.2.1 Intensivering uitvoering Aantal bibob-zaken Wet Bibob 6.1.3 Integrale handhavingsacties; aanpak ‘shops’
mate van realisatie
Gerealiseerd
6.1.3.1 Aantal handhavingsacties
Gerealiseerd
6.1.4 Aanpak vrijplaatsen
Gerealiseerd
6.1.5 Uitvoeren project Onrechtmatige bewoning
Gerealiseerd
6.1.6 Ontwikkelen informatieknooppunt 6.1.7 Uitvoeren analyses door RIEC
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen Geen bijzondere ontwikkelingen.
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
Openbare orde en veiligheid
2.575
76
3.135
556
3.060
762
Subtotaal:
2.575
76
3.135
556
3.060
762
Totaal exploitatie
2.575
76
3.135
556
3.060
762
Bijdrage uit algemene middelen
2.499
2.579
2.298
Toelichting exploitatie: De projecten zoals die zijn opgenomen in het jaarplan Veiligheid 2010 zijn opgepakt en uitge voerd. Het merendeel van de projecten is structureel en loopt door in 2011. Eind 2010 is het veiligheidshuis Breda naar een nieuwe locatie verhuisd. Er hebben zich in 2010 geen bijzon dere ontwikkelingen voorgedaan. Toelichting baten en lasten: De financiele informatie maakt onderdeel uit van de volgende taakvelden: (bedragen x € 1.000)
Exploitatie NR.
10
Taakveldnaam
Product
Bestuur, bestuursondersteuning et cetera
Investering
Bedrag
naam
2.298
E) Risico’s Geen risico’s. Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 135
/ G e m e e n t e B r e da
Bedrag
Grondexpl. bedrag
PROGRAMMA 7 | DIENSTVERLENING
A) Programmaomschrijving Hoofddoelstelling is de gemeentelijke dienstverlening op een hoger niveau te brengen. Het programma Dienstverlening ‘gewoon doen’ streeft naar excellente dienstverlening, die door burgers als betrouwbaar, toegankelijk en eenvoudig wordt ervaren. Op basis van de ontwikkelingen zal het accent dit jaar wat verlegd worden naar de integratie van de kanalen en naar een gewenste verandering in houding en gedrag van aanbod gericht naar vraag (lees: klant) gericht. Ook de kwaliteit en borging van dienstverlening zullen meer aandacht krijgen. Daarnaast zullen initiatieven op het gebied van vermindering van de regel druk en de invoering van de basisregistratie binnen de gehele Gemeente Breda vanuit het pro gramma Dienstverlening worden gemonitord. De doelstellingen van vergunningverlening en handhaving zijn met ingang van deze begroting opgenomen onder het taakveld publiekszaken.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
Gemeente wordt toegankelijker voor klanten1. 1 Snel en eenvoudig informatie vinden en producten aanvragen
1.1 Verbeterde website
1.1.1 Verbeteren nieuwe website
1.1.1.1 Plaatsing ranglijst advies.overheid.nl
1.2 Burgers bewegen naar internet, door middel van aanbieden van meer digitale producten
1.2.1 1.2.1.1 Bepalen welke Aantal digitale producten toegevoegd producten gaan worden 1.2.1.2 % dienstverlening aangeboden via internet 1.2.2 Ontwikkelen nieuwe digitale producten
1.2.1.1 Voorkeur volgorde levering producten
Top 25
52
85
85
60%
60,18
1 Internet 2 Telefoon 3 Post 4 Balie
1 Telefoon 2 Balie 3 Internet 4 Post
1.2.3 1.2.1.1 Promotie voor gebruik Gemiddeld aantal internet bezoekers website per maand 1.3 Eén telefoonnummer voor de klant
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.3.1 1.3.1.1 Overgebleven 14 076 publieksnummers geïmplementeerd omleiden naar 14 076 1.3.2 Informatievragen die in organisatie terecht komen af laten door servicepunt (door middel van script handelen)
1.3.2.1 Opnamesnelheid telefoon 14 076
1.3.3 Verbeteren scripts waardoor meer vragen bij servicepunt kunnen worden afgehandeld.
1.3.3.1 Klantvragen inhoudelijk beantwoord door team 14 076
p 136
/ G e m e e n t e B r e da
63.628
1-1-2010
Gereed
90% binnen 3x overgaan
96% bereikbaarheid
80%
94% Meldpunt 76% Burgerzaken 67% I-BWT 61% Parkeerbedrijf.
Beoogd maatschappelijk effect
2 Snel, vriendelijk en deskundig geholpen bij de balie
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.4 Ontvangst bevestiging brief versturen naar de klant
1.4.1 1.4.1.1 Uitvoeren van afspra- % verstuurde ontvangst 100% ken over ontvangst bevestigingen bevestiging
1.5 Beantwoording brieven binnen afgesproken servicenorm
1.5.1 Stimuleren afhandeling binnen afgesproken servicenorm
1.6 Ontvangst bevestiging mail versturen naar de klant
1.6.1 1.6.1.1 Uitvoeren van afspra- % verstuurde 100% ken over ontvangstontvangst bevestiginbevestiging gen binnen 1 dag
1.7 Beantwoording e-mail (van centrale en functionele mailboxen)
1.7.1 Stimulering afhandeling binnen afgesproken servicenorm
2.1 2.1.1 Verminderen wachttijd Integreren overige bij de balies balies
1.5.1.1 % afgehandelde 90% brieven binnen afhandelingstermijn
1.7.1.1 % afgehandelde e-mail binnen afhandelingstermijn
90%
Belangrijk deel van de indicatoren zoals oorspronkelijk opgenomen in dit programma voor 2010 is tevens onderdeel van taakveld 8 Publiekszaken. In aanvulling hierop zijn bovenstaan de indicatoren hier opgenomen.
C) Bijzondere ontwikkelingen Nagenoeg alle ontwikkelingen op het gebied van Dienstverlening zullen invulling krijgen via de businesscase. Het programma Dienstverlening dat van 2006 tot en met 2010 invulling gaf aan de verbetering van onze dienstverlening is ondergebracht in deze businesscase. Kernpunten voor 2011 en 2012 zijn de transitie van de gemeentelijke dienstverlening van aanbod gericht naar vraaggericht. Met het programma Dienstverlening hebben we de transitie van fase 1 naar fase 2 van het Antwoord© vorm gegeven. Breda heeft per kanaal één duidelijke ingang. Onder meer door de invoering van het 14076 nummer, integratie van balies en opzet van een range aan digitale producten en de ontwikkeling van een kennismanagement systeem. Eind 2012 voldoet Breda aan de servicenormen zoals opgenomen in Antwoord© fase 3. In één zin: één ingang voor onze klanten waar ze met alle vragen aan de gemeente terecht kunnen, en naar volle tevredenheid geholpen worden. Eind 2012 is er een totaalbeeld van de klant en is in alle gevallen de status van zijn (aan)vraag beschikbaar. Zodat in 80% van de gevallen een klant direct antwoord krijgt op zijn vraag, de overige vragen goed worden doorgezet, er statusinformatie beschikbaar is voor de klant en hij maar 1 keer zijn gegevens hoeft door te geven.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 137
In 2010 is er geen Burgerenquête gehouden 84%
In 2010 is er geen Burgerenquête gehouden. 88%
2.1.1.1 Wachttijd balie zonder Maximaal 30 minuten 4:38 Bouwen &W afspraak 6:09 Parkeren 10:27 BZ 9:18 Loket Wegw 5:21 Vergunn. 2:26 Afspraken
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: 1
mate van realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 lasten
Begroting 2010 na Wijziging baten
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
504
-
491
-
Dienstverlening
513
Subtotaal
513
-
504
-
491
-
Totaal exploitatie
513
-
504
-
491
-
Bijdrage uit algemene middelen
513
Reserves
504
491
Toelichting exploitatie: De uitgaven van het structurele budget van het programma vallen uiteen in drie componenten: Inhuur van personeel:
€ 128.000
Kapitaallasten
€ 254.000
Bijdrage aan de gemeentelijke website
€ 109.000
De inhuur betreft detachering van een projectmanager ten behoeve van de implementatie van het programma. De kapitaallasten betreft de rente en afschrijving van de (investerings)projecten die zijn opge start zoals: •
Website
•
Kennismanagementsysteem
•
Telefonie
•
Communicatie
Saldo
1,83
1,83
0,96
0,31
0,56
0,00
0,00
0,00
Baten
Totaal baten Saldo (Baten - Lasten)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 138
Saldo
Uitgaven vanaf 2012
Totaal lasten
dekking vanaf 2012
Uitgaven 2012
0,56
dekking 2012
Uitgaven 2011
0,31
dekking 2011
Realisatie 2010
0,96
Realisatie 2010
Realisatie tot 2010
1,83
Realisatie tot 2010
GevoteerD
1,83
GevoteerD
Dienstverlening
lasten
beschikbare dekking
Totaal investering
(bedragen x € 1 miljoen)
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
-1,83
-1,83
-0,96
-0,31
-0,56
0,00
0,00
/ G e m e e n t e B r e da
0,00
Toelichting baten en lasten: De financiële informatie maakt onderdeel uit van de volgende taakvelden: (bedragen x € 1.000)
Exploitatie NR.
9
Taakveldnaam
Product
Publiekszaken
INVESTERINGEN
Investering
Bedrag
naam
Grondexpl. Bedrag
491
Begroting 2010
JAARREKENING 2010
lasten
lasten
baten
Programma Dienstverlening
Jaarrekening 2009
baten
lasten
baten
-
-
-
310 -
Totaal investeringen
-
310
Toelichting investeringen: De uitgaven in 2010 van het programma dienstverlening hebben betrekking gehad op het reali seren van de (€ 39.000). In 2011 zullen de reeds aangegane verplichtingen worden afgewikkeld. Verder zijn er kosten gemaakt ten behoeve het opzetten van kennismanagementsysteem (€ 143.000, telefonie (€ 48.500) en communicatie over het programma (€ 20.000). Dit zijn ook de projecten die in 2011 worden voortgezet.
E) Risico’s
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
bedrag
p 139
/ G e m e e n t e B r e da
PROGRAMMA 8 | EXTERNE BETREKKINGEN, SUBSIDIES EN CITYMARKETING A) Programmaomschrijving Het programma Externe betrekkingen, Subsidies en Citymarketing heeft tot doel het sociaal, cultureel en financieel rendement van de stad duurzaam te vergroten door het imago van Breda als Internationale netwerkstad middels lobby en netwerken te versterken op basis van een stra tegische agenda. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met strategische partners in de stad.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt? Beoogd maatschappelijk effect
1 Citymarketing
Te behalen doelstelling
1.1 Internationaal profileren Bredaas imago middels Strategische lobby en netwerk Agenda Citymarketing in samenwerking met externe partners
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.1.1 1.1.1.1 Internationaal profileren Samenwerking Bredaas imago Triple-O middels Strategische lobby en netwerk Agenda Citymarketing in samenwerking met externe partners
1.1.1.2 Verhouding publiekprivate financiering citymarketing activiteiten
mate van realisatie
Strategisch Beraad Breda operationeel. Lobbydossiers in uitvoering. Opdracht is verstrekt voor ontwikkeling internationale toolkit op basis van de strategische agenda Citymarketing Breda. 80-20
Elke partner uit SB draagt de eigen kosten van gezamenlijke lobbyactiviteiten (uren en kosten derden) Er is een praktische toolkit voor lobby- en citymarketingactiviteiten in productie, die in het voorjaar van 2011 gereed zal zijn.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 0
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1.2 Externe relaties en internationale samenwerking inzetten als vitale instrumenten voor realiseren programma missie en marketingdoelstellingen Breda
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
1.2.1 1.2.1.1 Externe relaties en Meetings internationale samenwerking inzetten als vitale instrumenten voor realiseren programma missie en marketingdoelstellingen Breda
Begrote score
3
mate van realisatie
Strategisch Beraad Breda congres 'Synergie' met achterbannen Viering Chinees Nieuwjaar NL Eurocities congres ENHSR Stakeholder meeting NL Amerikaanse handelsmissie in Breda-W-Br. Bestuurlijk overleggen met Rotterdam en Antwerpen Deelname Open Days van Comité van de Regio’s (EU) KMA netwerkbijeenkomst Jaarcongres VNG Europa Decentraal Raad van Europa Contacten met NL vertegenwoordiger Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland in Brussel
1.2.2 Regie en coördinatie ‘Strategisch Beraad Citymarketing Breda’
1.2.1.1 Marketing events Breda (SB)
2
Internationaal Filmfestival Breda Breda Photo Spanjaardsgatconcert Breda Hippique Cultuurnacht Boarte gala Grote Kerk diner
1.3 Aangaan van nieuwe strategische coalities met bijv. kennisinstituten, hsl -steden en vergelijkbare economische regio’s
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.3.1 Proactief netwerken en lobbyen voor aantrekken congressen en evenementen naar Breda
p 14 1
/ G e m e e n t e B r e da
ENHSR congres Nederland
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1.3.2 Lobby en relatie marketing in Den Haag en Brussel
Indicator omschrijving
1.3.2.1 EU strategie Breda (en BrabantStad)
Begrote score
2
mate van realisatie
EU strategie en internationale agenda van BrabantStad is herijkt. Breda is trekker voor uitwerking Public Affairs strategie van BrabantStad.
1.4 Deelname Breda aan BrabantStad Culturele Hoofdstad
1.3.3 Deelname inter nationale (vastgoed) beurzen
1.3.3.1 Deelname aan World Expo 2010 in Shanghai
1.4.1 Regie en coördinatie op samenstelling Bidbook Breda in 2011 voor Culturele Hoofdstad 2018
1.4.1.1 Organisatie bijeenkomsten in stad door Cultuurmakelaar
Door financiële crisis niet deelgenomen aan: World Expo 2010 MIPIM Provada Floriade 4
Werkbezoek raad Breda aan ‘Ruhr 2010’. Culturele veld in Breda en ommelanden is via overlegtafels, ateliermeetings, cultuurmakelaar en website 2018 Brabant geïnformeerd en betrokken bij totstandkoming Bredase koers 2018 Brabant. Congres BCH2018 Op LinkedIn is discussiegroep ‘Culture forum Breda’ gestart en operationeel.
2 Externe Betrekkingen
2.1 Euregionale en internationale positie van Breda versterken
2.1.1 Eurocities, Culture forum
2.1.1.1 Aantal nieuwe (inter) nationale samen werkingsverbanden
2.1.2 Network 'High Speed Regions'
1
Lidmaatschap burgemeester Congres voor Lokale en Regionale overheden van Raad voor Europa. Op basis van werkprogramma ENHSR is in Breda een 1e netwerk- bijeenkomst georganiseerd met alle in Nederland betrokken partijen bij HSL (overheid, ondernemers, bedrijfsleven) Uitbreiding ENHSR netwerk met regio Nord-Rhein Westfalen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 2
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
2.2 2.2.1 Het fenomeen 'lobby' Operationaliseren van maakt nadrukkelijk deel lobbyagenda uit van de strategische visie op externe betrekkingen en internationale samenwerking
Indicator omschrijving
2.2.1.1 Aantal nieuwe (inter) nationale netwerken, meetings of events waarin Breda deelneemt
Begrote score
2
mate van realisatie
Gestart met opzet van een internationaal Virtual Design Network in samenwerking met Avans en NHTV met partners in BE, FR en ENG. Grensoverschrijdend stedelijk netwerk met Antwerpen, Kortrijk (BE), Medway en Brighton & Hove (ENG) in het kader van Europees subsidie project DNA (aanpak achtergestelde buurten) Rotterdam - Antwerpen
2.2.2 Professionaliseren relatiemanagement
2.2.2.1 Implementatie CRM systeem voor relatiebeheer
2.2.3 2.2.3.1 Intern en extern Organiseren themabevorderen van kennis, lunches deskundigheid en attitude bevordering met betrekking tot internationale positionering en grensoverschrijdende samenwerking
1
Breda heeft nog geen CRM systeem ingevoerd.
2
Themalunch over relatiemanagement en lobby op basis van casus Dinalog. Voorts zowel intern als extern maatwerkadviezen aan lijndirecties en bestuur. Smenwerking met Erkuhulen
2.2.3.2 Netwerk- en lobby5 agenda operationeel in vorm van lobbydossiers voor topics uit de strategische agenda
Uitwerking lobbyaanpak Bredase topdossiers in samenwerking met het Strategisch Beraad is eind 2010 gestart. Eerste lobbydossiers operationeel in 2011.
3 EU subsidies
3.1 Internationale oriëntatie Breda vergroten in Brussel
3.1.1 Regie en coördinatie Shortlist EU subsidies 2010
3.1.1.1 Aantal ingediende EU subsidieaanvragen in 2010
INTERREG Enhance OP-ZUID Noordplein Station HOV Oosterhout WCM (Connex) NHTV (kenniscentrum Leisure) Dinalog Institute Human Capital in de Wijk ESF Re-integratie trajecten
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 3
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
3.2 Op basis van strate gische agenda Breda gericht netwerken en lobby voeren bij het rijk en Brussel
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
3.2.1 Inzet lobbyist op basis van Strategische agenda in Brussel en Den Haag
Begrote score
mate van realisatie
Uitwerking lobby aanpak Bredase topdossiers in samenwerking met het strategisch Beraad is eind 2010 gestart. In 2010 (nog) geen externe ondersteuning nodig geweest. Public Affairs agenda op basis van de strategische agenda van BrabantStad is in voorbereiding Deelname aan kernteam lobby strategie BrabantStad alsook Public Affairs strategie BrabantStad
3.3 Proactief opsporen van Haagse en Europese Programma’s en financieringsmogelijk heden voor projecten uit Strategische agenda Breda
3.3.1 Medewerking verlenen en kennisuitwisseling bevorderen tussen gemeente, onderwijs en bedrijfsleven inzake Europese lobby en subsidietrajecten
3.3.2 Inzet Bureau Europa Provincie NoordBrabant
3.4 Beleidsbeïnvloeding op Europese beleid na 2013 gericht op uitwerking Bredase issues uit Strategisch programma Breda
Strategische afstemming en organisatie subsidielobby Breda + W-Br (Rewin, NHTV, Avans, ROC) ten behoeve van de laatste ronde OP-Zuid subsidies periode 2007-2013 3.3.2.1 Voorbereiding shortlist 1 EU subsidies voor 2011
3.4.1 Faciliteren werkbezoeken aan Brussel, cursussen en trainingen gericht op betrokkenheid bij internationale ontwikkelingen 3.4.2 Mogelijk inhuren specialistische lobby en kennis op deel onderwerpen strate gische agenda Breda
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 4
/ G e m e e n t e B r e da
Brede subsidiescan PROV, RIJK en EU op lobbydossiers van Breda is eind 2010 gestart. Oplevering shortlist kansrijke projecten gereed in 1e kwartaal 2011. Deelname aan 3-jaarlijks netwerkcongres ‘Brabant in Brussel’
Uitwerking lobbyaanpak Bredase topdossiers in samenwerking met het Strategisch Beraad is gestart.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
3.4.3 Groenboek Territoriale Cohesie (regionale samenwerking)
Via G32 lobby wordt invloed uitgeoefend op NL standpunten op EU groen- en witboeken, waaronder Territoriale Cohesie. Idem voor wat betreft de kandidatuur van Nederland en België voor de Olympische Spelen in 2028.
3.4.4 Groenboek Creatieve Economie
Idem
3.4.5 Groenboek TEN-T
4 Monitoring
4.1 Effectmeting en evaluatie programma activiteiten
Toekomst van Europees transport beleid wordt nauwgezet gevolgd door Breda en ENHSR partners.
4.1.1 Meten en evaluatie output
4.1.1.1 2e evaluatierapport gereed
1
Programma-monitor ESC 2010 gereed.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen Geen bijzondere ontwikkelingen.
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 lasten
Begroting 2010 na Wijziging baten
lasten
Jaarrekening 2010
baten
lasten
baten
6
Externe betrekkingen, subsidies en citymarketing
318
327
312
Brabantstad culturele hoofdstad
100
120
70
Subtotaal
418
-
447
-
382
6
Totaal exploitatie
418
-
447
-
382
6
Bijdrage uit algemene middelen
418
447
376
Toelichting exploitatie: In 2010 is sprake van een voordelig exploitatieresultaat van € 71.000, bestaande uit twee onder delen: a. Werkbudget Externe betrekkingen, Subsidies en Citymarketing, positief exploitatieresul taat € 21.000. Belangrijkste verklaring is dat twee lopende opdrachten voor een gemeentebrede subsi diescan en productie van een internationale lobby toolkit niet volledig zijn afgerond in 2010. Dit heeft tot consequentie dat 50% van deze opdrachten ten laste komt van het werkbudget 2011.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 5
/ G e m e e n t e B r e da
b. Brabant Culturele Hoofdstad, positief exploitatieresultaat € 50.000. In 2010 is besloten niet over te gaan tot het inrichten van een culturele ambassade in Bre da, maar deze functie in het voorjaar van 2011 onder te brengen bij het Centrum voor Beeldcultuur. Hierdoor is bespaard op geraamde huisvestingskosten en loonkosten.
E) Risico’s Geen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 6
/ G e m e e n t e B r e da
5.2.2
DE BELEIDSVERANTWOORDING PROJECTEN
Naast de programma’s bevat de jaarrekening ook een aantal projecten. Kenmerken van de (belangrijkste) projecten zijn onder meer: eenduidige doelstelling, eenmalig karakter, eenmalig budget, tijdelijke organisatie en specifieke werkprocessen. Voorbeelden zijn: de Nieuwe Mark en het Gemeentelijk Sportcentrum. In het bijzonder zijn tijd, kwaliteit en geld sturingsaspecten.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 147
/ G e m e e n t e B r e da
PROJECT 1 | BAVELSE BERG
A) Projectomschrijving De herontwikkeling van de Bavelse Berg behelst de recreatieve en publieksgerichte inrichting van de voormalige afvalstort, respectievelijk de realisatie van een evenementencomplex (hal en buitenterrein) op nabijgelegen gronden. Het is een grotendeels private ontwikkeling, waar voor Grontmij, als eigenaar en beheerder van de afvalstort, initiatiefnemer is. De Gemeente Breda draagt zorg voor de aanleg van de infrastructuur en de ontwikkeling van een bedrijfska vel in de oksel van de A27 en de nieuwe ontsluitingsweg.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat willen we bereiken? Beoogd maatschappelijk effect
1 Het faciliteren en realiseren van de recreatieve en publieksgerichte herinrichting van de Bavelse Berg en nabijgelegen gronden.
Te behalen doelstelling
Activiteiten 2010
1.1 1.1.1 Privaat herontwikkelde Vaststelling Ontwerp Bavelse Berg rondom Bestemmingsplan een leisure concept genaamd Theaterpark de Bavelse Berg. De Berg zelf omvat een skihal, detailhandel rondom het thema 'outdoor & sport' en leisure. In de huidige planvorming is tevens een helihaven.
Indicator omschrijving
1.1.1.1 MER
Begrote score
Gereed
1.1.1.2 Nota van commentaar In concept gereed 1.1.1.3 Voorlopig / definitief stedenbouwkundig ontwerp 1.1.1.4 Ontwerp Bestemmingsplan 1.1.1.5 Voorontwerp / definitief ontwerp ontsluitingsweg
In concept gereed Vertraagd
In ontwikkeling
Vertraagd
In ontwikkeling
Vertraagd
Vertraagd
1.3 Een deels publiek/ deels privaat gefinancierde landschappelijke inpassing van de ontwikkelingen rondom de Bavelse Berg.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Gereed
In ontwikkeling
1.2 1.2.1 Een publiek gerealiStart aanleg ontsluiting seerde en gefinancierde Bavelse Berg toegangsweg (inclusief zonodig een gereconstrueerd viaduct over de A27).
1.4 Een publiek ontwikkeld bedrijventerrein aan de A27, ten zuiden van de private ontwikkelingen.
mate van realisatie
Vertraagd
1.4.1 1.4.1.1 Ontwikkeling Bedrijfs- Voorlopig stedenkavel bouwkundig ontwerp bedrijfskavel
p 14 8
/ G e m e e n t e B r e da
In ontwikkeling
Vertraagd
Beoogd maatschappelijk effect
2 Het realiseren van een evenementen complex met internationale uitstraling, welke mede als basis dient voor Breda Evenementenstad.
Te behalen doelstelling
Activiteiten 2010
Indicator omschrijving
2.1 2.1.1 2.1.1.1 Privaat ontwikkeld Start bouw Voorlopig ontwerp evenementen complex evenementencomplex evenementenhal (onder andere hal én buitenterrein), waartoe de gemeente de gronden zal leveren.
Begrote score
In ontwikkeling
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: In navolging op het Collegebesluit van november 2009 het project strategisch te heroverwe gen wordt met betrokken marktpartijen overleg gevoerd.
C) Bijzondere ontwikkelingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 14 9
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Vertraagd
PROJECT 2 | GEMEENTELIJK SPORTCENTRUM
A) Projectomschrijving Realisering van een nieuw gemeentelijk sportcentrum op de locatie Molengracht (voormalig Jeka-terrein) in combinatie met de vervangende nieuwbouw van het Vitaliscollege door het ROC West-Brabant. Het project Sportcentrum heeft een relatie met het taakveld Stadsbedrij ven, onderdeel sport.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat willen we bereiken?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Het creëren en optimaliseren van de sociale infrastructuur
Te behalen doelstelling
Activiteiten 2010
1.1 1.1.1 Ingebruikname nieuw Uitwerking Definitief gemeentelijk sportOntwerp nieuwbouw centrum medio 2012 gemeentelijk sportcentrum
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Definitief ontwerp gemeentelijk sportcentrum.
1.1.2 1.1.2.1 Voorbereiding en Aanbestedingsuitvoering aanbesteding document
Begrote score
mate van realisatie
Gerealiseerd
Op basis van het coalitieakkoord Leven@Breda is project beëindigd.
Gerealiseerd
Niet gerealiseerd
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen Op basis van het coalitieakkoord Leven@Breda is het project ontwikkeling nieuw Gemeentelijk Sportcentrum in combinatie met nieuwbouw voor het Vitaliscollege op de voormalige Jeka-locatie beëindigd. Voor de revitalisering van het Gemeentelijk Sportcentrum aan de Topaasstraat is in voornoemd coalitieakkoord € 2 miljoen opgenomen. In het najaar 2010 is gestart met een bouwkundig onderzoek van het Gemeentelijk Sportcentrum.
D) Wat heeft het gekost?
0,00
0,00
0,00
0,00
BATEN
GevoteerD
Realisatie tot 2010
Realisatie 2010
DEKKING 2011
DEKKING 2012
DEKKING vanaf 2012
Gemeentelijk sportcentrum
11,00
Totale baten
11,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
Saldo (Baten-Lasten)
-3,00
0,00
0,10
0,00
0,00
0,00
0,00 - 2,90
E) Risico’s .
p 150
13,90
11,00
Toelichting baten en lasten:
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
13.90
Saldo
0,10
Saldo
0,10
Uitgaven vanaf 2012
0,00
Uitgaven 2012
14,00
Uitgaven 2011
Totale lasten
Realisatie 2010
14,00
Realisatie tot 2010
Totaal investering
Gemeentelijk sportcentrum
GevoteerD
lasten
BESCHIKBARE DEKKING
(bedragen x € 1 miljoen)
/ G e m e e n t e B r e da
11,00
PROJECT 3 | ONTWIKKELING STADIONLOKATIE
A) Projectomschrijving Het betreft hier de ontwikkeling van Steenakker-Zuid (begrensd door Lunetstraat, Wester parklaan en spoorlijn), evenals de upgrading en uitbreiding van het NAC-stadion. De basis voor het project is gelegen in de intentieovereenkomst tussen de gemeente Breda enerzijds en een consortium, bestaande uit de NAC-houdstermaatschappij B.V., Heja Projectontwikkeling en Hof wegen Projectontwikkeling, welke als doel heeft in samenwerking en samenspraak een onder zoek te doen naar de mogelijkheden tot herontwikkeling van het NAC-stadion en zijn directe omgeving. Deze overeenkomst heeft geleid tot besluitvorming in de raad in april 2009 rond een gefaseerde upgrading en uitbreiding van het stadion in opdracht van de gemeente en besluit vorming in juli 2009 rond overeenkomsten met HEJA Projectontwikkeling BV inzake een gefa seerde gebiedsontwikkeling op Steenakker-Zuid.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Het ontwikkelen van een hoogwaardig gebied met stedelijke functies langs een van de belangrijkste stadsassen in Breda, tevens onderdeel van de spooras tussen de A16 en de A27.
Te behalen doelstelling
Activiteiten 2010
1.1 1.1.1 Gefaseerde ontwikke- Procedure ling van het plangebied, bestemmingsplan in de periode 2009-2015.
1.1.2 Start bouwrijpmaken 1ste fase (detailhandel en kantoren)
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Onherroepelijk bestemmingsplan Steenakker-Zuid
1.1.2.1 Start activiteiten bouwrijpmaken 1ste fase gebiedsontwikkeling
1.1.3 1.1.3.1 Voorbereiden 2de fase Koopovereenkomst (kantoorontwikkeling) fase 2 gebieds ontwikkeling 1.1.4 Aanbestedingsgereed maken DO Buitenruimte 1.2 Upgrading en uitbreiding van het NAC-stadion.
1.2.1 Aanbesteding en realisatie fase 2 upgrading en uitbreiding van het stadion
1.2.1.1 Fase 2 upgrading en uitbreiding stadion uitgevoerd
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 151
/ G e m e e n t e B r e da
Begrote score
Afhankelijk van de planning zoals opgenomen in samenwerkingsovereenkomst van juli 2009 (gebiedsontwikkeling) en de planning van de twee opeenvolgende fasen van upgrading en uitbreiding stadion
mate van realisatie
D) Wat heeft het gekost?
Saldo
2,20
0,60
0,00
Totale lasten
24,50
24,50
5,62
8,20
4,80
2,20
3,68
0,00
BATEN
Saldo
Uitgaven vanaf 2012
0,00
4,80
DEKKING vanaf 2012
Uitgaven 2012
3,08
5,00
DEKKING 2012
Uitgaven 2011
3,20
0,40
DEKKING 2011
Realisatie 2010
5,22
13,00
Realisatie 2010
Realisatie tot 2010
11,50
13,00
Realisatie tot 2010
GevoteerD
11,50
Bouwgrondexploitatie
GevoteerD
Stadioninvestering
BESCHIKBARE DEKKING
lasten
Totaal investering
(bedragen x € 1 miljoen)
Stadioninvestering
11,50
11,50
5,22
3,20
3,08
0,00
Bouwgrondexploitatie
14,40
14,40
4,30
0,70
2,70
4,40
2,30
0,00
Totale baten
25,90
25,90
9,52
3,90
2,70
4,40
5,38
0,00
1,40
1,40
3,90
-4,30
-2,10
2,20
1,70
0,00
Saldo (Baten -Lasten)
Toelichting baten en lasten: Stadioninvestering De investeringen 2010 ad € 3,2 miljoen betroffen met name fase 3a. Over de uitvoering van de laatste fase (3b), waarvoor nu nog € 3,08 miljoen beschikbaar is, is nog overleg gaande met NAC. Een snelle herstart van de bouwwerkzaamheden wordt niet voorzien. Bouwgrondexploitatie De investeringen in 2010 betroffen met name verwerving van gronden om de ontwikkeling te faciliteren. Naar verwachting krijgt het project in 2011 het geplande vervolg. De financiële informatie maakt onderdeel van de volgende taakvelden: (bedragen x € 1 miljoen)
Exploitatie NR
Taakveldnaam
1
Stadsbedrijven
5
Economische Zaken en Grondbedrijf
Product
Bedrag
Investering naam
Uitbreiding NAC-stadion
Grondexpl.
Bedrag
3,2
0,4
E) Risico’s Stadioninvestering Momenteel is er min of meer sprake van een bouwpauze en zijn er in het kader van de bouw kundige werkzaamheden geen actuele risico’s. Als fase 3b van start gaat wordt een op dat plan uitgewerkte risico-inventarisatie opgesteld. Wat betreft het project zelf wordt het risico ingeperkt doordat het totaal beschikbare krediet ad € 11,5 miljoen taakstellend is. Elke euro die boven dat bedrag wordt uitgegeven is voor rekening van NAC. De afspraak met NAC is dat de lasten van de investeringen via een evenre dige aanpassing van de huursom door NAC worden betaald. In dit kader mag niet onvermeld blijven dat de gemeente een risico loopt zodra NAC in de situatie komt dat de club (tijdelijk of permanent) financieel onvermogend is om de huur (tijdig) te betalen. Gebiedsontwikkeling Het waarborgen van de omgevingsveiligheid is bij de gebiedsontwikkeling het belangrijkste aandachtspunt. Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
bedrag
p 1 52
/ G e m e e n t e B r e da
PROJECT 4 | ONTWIKKELING CLAUDIUS PRINSENLAAN
A) Programmaomschrijving Het VIP Project Claudius Prinsenlaan heeft als doel om de regie te voeren op de gewenste ontwikkelingen in het gebied Claudius Prinsenlaan en afstemming te bereiken tussen de afzon derlijke gemeentelijke projecten, de gemeentelijke lijnactiviteiten en de externe ontwikkelingen. Als gemeentelijke projecten zijn in 2010 gepland: • Herontwikkeling oude Jeka-terrein • MER/Structuurvisie • Bouwplan sportcentrum ROC (zie hiervoor project 2 gemeentelijk sportcentrum) • Parkeergarage oude Jeka-terrein
B) Bestuurlijke doelstelling (wat willen we bereiken?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Hoogwaardige ontwikkeling van de stedenbouwkundige as, bereikbaarheid binnenstad waarborgen.
Te behalen doelstelling
Activiteiten 2010
Begrote score
1.1 1.1.1 Overeenstemming met Overleg met stakeholders (project- stakeholders. ontwikkelaar, Amphia, Avans, Defensie) over aanpak gebieds ontwikkeling.
1.1.1.1 Participatie StakeMet de stakeholders holders bij totstand- zijn gesprekken koming structuurvisie. geweest over de voortgang
1.2 1.2.1 MER / Structuurvisie Aanvaarding MER. gebiedsontwikkeling Claudius Prinsenlaan.
1.2.1.1 MER in consultatie voor burgers en bedrijven.
1.2.2 Afronding structuurvisie. 1.3 1.3.1 Herontwikkeling oude Vrijgeven VO stedenJeka - terrein. bouw.
2 Openbare parkeergarage ten behoeve van parkeerbehoefte Jeka-terrein.
Indicator omschrijving
2.1 Bouw parkeergarage en sportcentrum (zie project 2).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.2.2.1 Vaststelling door Gemeenteraad 1.3.1.1 Consultatie VO stedenbouw.
1.3.2 DO fase stedenbouw.
1.3.2.1 Vaststelling DO stedenbouw door College B&W.
1.3.3 Overleg met markt partijen over vestiging op oude Jeka-terrein.
1.3.3.1 Intentie- / samenwerkingsovereenkomst met 1 of meer marktpartijen.
2.1.1 Bestekvoorbereidingen en aanbesteding parkeergarage.
2.1.1.1 Mijlpalen in bouw parkeergarage.
p 153
In het kader van de stedelijke herprogrammering is een pas op de plaats gemaakt en wordt het project in 2011 opnieuw geformuleerd
/ G e m e e n t e B r e da
In het kader van de stedelijke herprogrammering wordt deze ontwikkeling niet voor 2020 voorzien
In het kader van de stedelijke herprogrammering is een pas op de plaats gemaakt en wordt het project parkeergarage in 2011 opnieuw bezien in relatie tot de planontwikkeling Amphia ziekenhuis
mate van realisatie
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen:
C) Bijzondere ontwikkelingen Dit project heeft als gevolg van de besluitvorming in het kader van de stedelijke her programmering op 16 december jongstleden door de Raad over Koers gezet een wijziging ondergaan. De besluitvorming leidt ertoe dat het programma voor 2011 opnieuw wordt gede finieerd. Daarnaast is met het Amphia ziekenhuis afgesproken dat de over de verdere concentratie en uit breiding van het ziekenhuis aan de Molengracht een apart ontwikkelingstraject wordt gelopen. Vanuit het uitvoeringsprogramma Verkeer en vervoer is op de Claudius Prinsenlaan de groene golf gerealiseerd hetgeen tot een beter afwikkeling van het verkeer heeft geleid.
D) Wat heeft het gekost? De plankosten voor 2010 zijn als gevolg van een aanvullende opdracht In het kader van de stedelijk herprogrammering boven het geraamde budget gekomen. Voor de herdefiniëring van het project en de planvoortgang zijn aanvullende middelen noodzakelijk die bij de begroting 2011 worden meegenomen De afhandeling van de kosten van het Jekaterrein worden bij de actualisering van de grondex ploitaties meegenomen
E) Risico’s De verwachte risico´s zijn ingehaald door de besluitvorming in het kader van de stedelijke her programmering.
F) Relevante notities, beleidsdocumenten en plannen •
Koers Gezet, raadsbesluit december 2010
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 154
/ G e m e e n t e B r e da
PROJECT 5 | ACHTER DE LANGE STALLEN
A) Projectomschrijving Versterken van de economische structuur van de zuidzijde van de binnenstad met complementaire retail ten opzichte van de bestaande detailhandel en horeca. Invulling van de laatste grote ‘achterkant’ van de binnenstad met retail, wonen en parkeren en het vormen van een goede aansluiting tussen de historische binnenstad en het Chassépark. Het betreft een particuliere ontwikkeling van Unibail-Rodamco, MAB Development en Wonen-Breburg. De gemeente is inhoudelijk sterk verbonden en eigenaar van een beperkt deel van de te ontwikkelen gron den.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1 Gemeentelijke inspanning om het particuliere bouwinitiatief te faciliteren en tot realisatie te laten komen. Start bouwactiviteiten staat gepland voor 2011
1.1 Realisatie van een plan met ca. ••1.200 parkeerplaatsen ••30.000 m2 detailhandel/ horeca •• circa 100 woningen •• aanleg openbare ruimte
Activiteiten 2010
1.1.1 Toetsen vo en do bouwplannen en plannen openbare ruimte
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Integraal getoetst voorlopig ontwerp gebouwen1 en openbare ruimte
1.1.1.2 Integraal getoetst definitief ontwerp gebouwen en openbare ruimte
Begrote score
mate van realisatie
Gereed
Niet gereed
Gereed
Niet gereed
Gereed
Niet gereed
1.1.2 Begeleiden ontwikkelingsproces 1.1.3 Communicatie met betrekking tot het project met belanghebbenden ter vergroting van het draagvlak 1.1.4 Opstellen ontwerp bestemmingsplan
1.1.4.1 Opgesteld bestemmingsplan
1.3.3 1.3.3.1 Overleg met markt Intentie- / samenpartijen over vestiging werkingsovereenkomst met 1 of meer marktpartijen. 1.2 KBB definitief onderdeel van de plannen.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Door discussie tussen Unibail-Rodamco en MAB Development met betrekking tot hun onderlinge verhoudingen en door de onzekerheden op de vastgoedmarkt staat dit project momenteel al meer dan een jaar stil en is dus geen voortgang geboekt. Unibail -Rodamco heeft aan de burgemeester aangegeven in januari 2010 weer van start te willen gaan en de haalbaarheid van het project opnieuw te toetsen. Dit heeft echter nog steeds niet plaats gevonden. Half april is een nieuw gesprek tussen 2 leden van de Board of Directors van Unibail-Rodamco en de burgemeester ingepland. Onderscheid dient gemaakt te worden tussen Lange Stallen/Molsterrein en het KPN gebouw
1
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 155
/ G e m e e n t e B r e da
Zoals is gemeld in de jaarrekening 2009, hebben de lasten met betrekking tot het begeleidings proces de beschikbare dekking overschreden. In afwachting van de voortgang van het project is de overschrijding voorgefinancierd vanuit het grondbedrijf. Aangezien de ontwikkeling op dit moment stil ligt, worden nagenoeg geen kosten (uren) gemaakt. Op het moment dat het project weer voortgaat, moet worden bepaald welke budgetten nodig zijn en op welke wijze deze zullen worden gedekt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 156
/ G e m e e n t e B r e da
5.2.3
DE BELEIDSVERANTWOORDING TAAKVELDEN
De taakvelden vormen het centrale deel van de beleidsverantwoording. In de taakvelden wordt aan de hand van de drie W-vragen (wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat mag het kosten) inzicht gegeven in de voornamelijk reguliere werkzaamheden van de Gemeente Breda. De taakvelden zelf zijn ten opzichte van de Begroting 2010 niet gewijzigd, maar hebben in de presentatie ten opzichte van voorgaand jaar een aanzienlijke transformatie ondergaan. Per taakveld is een overzicht opgenomen van de bij het taakveld behorende reserves en voor zieningen waarin de mutaties gedurende het jaar zijn opgenomen. In de taakvelden zijn toelichtingen opgenomen op de belangrijkste financiële afwijkingen ten opzichte van de Begroting 2010. Binnen de taakvelden zijn de cijfers van de oorspronkelijke Begroting 2010 opgenomen, aangevuld met de door de raad vastgestelde wijzigingen. Het stedenbeleid 2010-2014 In het kader van het stedenbeleid 2010-2014 is een Meerjaren Ontwikkelingsprogramma (MOP) opgesteld en vastgesteld gelijktijdig met de Begroting 2010. In dit MOP is een aantal afspraken gemaakt voor de periode 2010-2014 die bijdragen aan de drie rijksdoelstellingen. 1. Vergroten van de kwaliteit en differentiatie van de woningvoorraad: 2. Verbeteren van de fysieke kwaliteit van de leefomgeving: 3. Verbeteren van een gezonde en duurzame leefomgeving. Inmiddels is een aantal afspraken uit het MOP aangescherpt (meer SMART gemaakt). In bijlage 8.3 is te zien welke projecten in 2010 bijgedragen hebben aan de drie doelstellingen. Daarbij is zoveel mogelijk verwezen naar de programma’s en taakvelden zoals genoemd in de begroting en jaarrekening 2010. Het is echter op basis van de weergegeven stand van zaken (bijlage 8.3) nog niet mogelijk een goed beeld te geven van het effect van het beleid in 2010 op de ISV doelstellingen. Een groot deel van de nulmeting is gedaan in 2007 en 2008 en de meting daarna in 2009 en 2010. Er zijn dus nog onvoldoende gegevens beschikbaar om conclusies te kunnen trekken. In de jaarrekening van 2012 zal wel een goed beeld gegeven kunnen worden, omdat dan wel voldoende gegevens beschikbaar zullen zijn. In 2012 hebben we ook de beschikking over de wijkmonitor die meer indicatoren heeft dan dat er nu gebruikt zijn. De gegevens uit de wijkmonitor zullen dan een beter beeld geven van hoe een wijk zich ontwikkelt op het gebied van de kwaliteit van de woning en de fysieke kwaliteit van de leefomgeving. Naast de afspraken en doelstellingen die zijn vastgelegd in het MOP 2010-2014 heeft de Gemeente Breda (middels de vaststellingsbeschikking Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing periode 2005-2009) de verplichting gekregen alsnog een 4-tal afspraken te realiseren die afkomstig zijn uit de vorige ISV-periode. Daarbij is aangegeven dat voor de verantwoording van deze aanvullende vier verplichtingen voor de periode 2010-2014 het regime van de decentralisatieuitkering van toepassing is. Dat betekent dat verantwoording wordt afgelegd aan de gemeente raad via de planning en controlcyclus en niet aan het Rijk. In bijlage 8.3 wordt van deze 4 verplichtingen een stand van zaken weergegeven.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 157
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 1 | STADSBEDRIJVEN
A) Taakveldomschrijving Stadsbedrijven realiseert concrete en tastbare producten in de directe dagelijkse leefomgeving van de burger, zoals afvalinzameling, exploiteren parkeervoorzieningen in de binnenstad, natuur- en milieueducatie, onderwijshuisvesting en sport- en welzijnsaccommodaties.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 'Goed toeven'; schoon, leefbaar en bereikbaar Breda
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1.1 Behoud hoge kwaliteit van de service op niveau van 2009 bij Afvalservice (AVS), Parkeerbedrijf (PB)
1.1.1 Regulier werkzaam heden uitvoeren Afvalinzameling: • wekelijks ophalen van huishoudelijk afval, GFT en restafval • vierwekelijks ophalen van papier • zes dagen per week brengmogelijkheid van afval bij milieustations • inzamelen bedrijfsafval • op afroep ophalen van hout, snoeihout, ijzer, grofvuil, wit/ bruingoed en big bags
1.1.1.1 Klanttevredenheidscore producten / diensten afval inzameling
1.1.2 Digitalisering van diensten
1.1.2.1 Digitale Breda kalender
1.1.3 Parkeren • Uitvoeren lopende activiteiten op gebied van garageparkeren, straatparkeren en fietsparkeren • Exploiteren en beheren gemeentelijke parkeergarages en fietsenstallingen • Verstrekken van parkeervergun ningen en bezoekerspassen, gehandicapten parkeerplaatsen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 158
Indicator omschrijving
1.1.3.1 Klanttevredenheid score producten parkeerbedrijf
/ G e m e e n t e B r e da
Begrote score
7,8
mate van realisatie
Niet gemeten in verband met bezuiniging burger enquête.
Klantonderzoek (begin Gerealiseerd 2009) wijst uit dat de behoefte hieraan erg klein is. De papieren kalender wordt in 2010 verspreid Streefcijfer eind 2010 20% van Bredanaars heeft gebruik gemaakt van digitale producten Afvalservice
Niet gerealiseerd. 10% gerealiseerd, dit is wel een stijging ten opzichte van 2009
Minimaal 7
Niet gemeten in verband met bezuiniging op onderzoek burgerenquete
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1.1.4 Optimalisatie digitaal aanvragen van parkeervergunningen 1.2 1.2.1 Een milieuhygiënische Afvalscheiding afvalinzameling
Indicator omschrijving
Begrote score
1.1.4.1 Klanttevredenheids onderzoek digitale parkeervergunningaanvragen
Stijging digitale Gerealiseerd vergunningaanvragen met 15% ten opzichte van 2009
1.2.1.1 Aantal tonnen GFT
13.500 ton
Gerealiseerd 55%
1.2.1.3 Inzameling plastic verpakkingsafval
Bijna gerealiseerd; 2,6 kg per inwoner
3 kg per inwoner
1.3.1 Verdere vervanging minst schone voertuigen
1.3.1.1 Percentage dat aan de 60% voldoet aan de norm voldoet norm
1.4 Toename van ondergrondse glasinzamelings locaties
1.4.1 Ondergrondse glascontainers (circa 50%) worden geplaatst. In 2009 is de andere 50% geplaatst
1.4.1.1 Aantal ondergrondse glasvoorzieningen
1.5.1.1 Aantal vergunning gebieden
1.5.1.2 Digitalisering
1.5.1.3 Planontwikkeling fietsenstalling Concordiagarage
1.6 Bevordering fiets gebruik door goede stallingsmogelijk heden voor de fiets
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd 60% voldoet aan de norm
Alle bovengrondse glasbollen zijn vervangen
Gerealiseerd
1
Gerealiseerd In het gebied Drie Hoefijzers is onderzoek uitgevoerd
Software voorbereid 2009, invoering 1-1-2010
Gerealiseerd
Besluitvorming (2009) Gerealiseerd Fietsenstalling is eind 2009 geopend en in 2010 definitief opgeleverd
1.6.1 1.6.1.1 Uitvoeren verbeterGebruik fietsenstalling Stijging 5% totale punten uit klanttevregebruik denheidsonderzoek Stijging gebruik fietsenstalling stalling met 5% ten opzichte van 2009
p 159
Niet gerealiseerd. 10.839 ton GFT ingezameld Zie toelichting
1.2.1.2 Scheidingspercentage Van 51% naar 53% in 2010
1.3 In 2015 voldoet 100% van de inzamelwagens aan de landelijke norm meest schone voertuigen (EEV of euro 5)
1.5 Inspelen op maatschappelijke ontwikkeling inzake regulier parkeren
mate van realisatie
Ruim gerealiseerd
Beoogd maatschappelijk effect
2 Het bevorderen van bewustzijn op het gebied van natuur en milieu
Te behalen doelstelling
2.1 Behoud hoge kwaliteit natuur- en milieu educatie basisschoolleerlingen, jongeren en volwassen
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.1.1 2.1.1.1 Aanbieden van Elke basisschool passende educatie en maakt gebruik van informatie op het een NME-activiteit gebied van ecologische basisvorming, klimaat, afval, water, lucht en verkeer 2.1.2 2.1.2.1 Ontwikkelen van Score klanttevredencomplete leerlijnen heid ten behoeve van primair basisonderwijs
Begrote score
100%
Gerealiseerd
Tenminste 7,5
Gerealiseerd Leerlijnen zijn in ontwikkeling volgens landelijk format Klanttevredenheid NME 8,3
2.1.3 Aansluiting met erfgoed en kunst en cultuureducatie
Gerealiseerd Afstemming en waar mogelijk gezamenlijk aanbod richting scholen
2.1.4 Projectweken en workshops voor Voortgezet Onderwijs
Gerealiseerd
2.1.5 Educatieve bezoeken voor scholen begeleiden op milieustation 3 Meewerken aan het creëren en optimaliseren van de sociale infrastructuur (onderwijshuisvesting en sport-, welzijns- en cultuur accommodaties en verhuurde gebouwen)
3.1 In stand houden van de kwaliteit maatschappelijk en gemeentelijk vastgoed, zodat de gemiddelde bezetting en het gebruik van de accommodaties stabiliseert of verbetert
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
3.1.1 Optimaliseren of vergroten van de beschikbare capaciteit voor sport- en welzijnsaccommodaties zoals:
mate van realisatie
Gerealiseerd
3.1.1.1 Kwaliteit van de accommodaties via uitvoering van een klanttevredenheids onderzoek
Score minimaal gelijk aan of hoger dan de score in 2009
Uitbreiding kunststofatletiekbaan op het sportcomplex Dr. Schaepmanlaan en de bijbehorende trainingsfaciliteiten, alsmede realisatie van de vervangende kleedwasaccommodaties
Niet gerealiseerd. Voorbereiding gereed. Aanbesteding en uitvoering uitgesteld naar 2011 in verband met financiële risico’s dekking van de investering
Voorbereiding van de vervangende nieuwbouw van het Gemeentelijk Sportcentrum, tot en met definitief ontwerp
Niet gerealiseerd. Project beëindigd overeenkomstig coalitieakkoord 'leven @Breda'
Voorbereiding en realisatie van een opblaasbare boarding langs de 400 mtr-baan in de Hero Kunstijsbaan Breda
Gerealiseerd
p 16 0
/ G e m e e n t e B r e da
Opgeleverd december 2010
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
Voorbereiding en realisatie uitbreiding sportcomplex De Gouwen met een extra natuurgrasveld en extra parkeercapaciteit
Niet gerealiseerd Vertraging bestemmingsplan procedure in verband met ontvangen zienswijzen en bezwaren
Voorbereiding en realisatie van de 3e fase aanpassing en uitbreiding NAC-stadion
Gedeeltelijk gerealiseerd Fase 3a uitgevoerd Zie toelichting
Voorbereiding en uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden aan uit het jaarplan onderhoud sportaccommodaties 2010
Gerealiseerd
Opstellen en uitvoeren van het bestedingsplan MIP welzijns accommodaties jaarschijf 2010.
Gedeeltelijk gerealiseerd Merendeel is uitgevoerd, enkele projecten zijn nog in uitvoering.
Voorbereiding en aanleg van een kunstgrasvoetbalveld op het gemeentelijk sportcomplex De Roosberg.
Gerealiseerd Opgeleverd augustus 2010
Realisatie van de vastgestelde projecten in het bestedingsplan inzet eenmalig investeringsvolume € 2 miljoen voor welzijnsaccommodaties
Gedeeltelijk gerealiseerd. Besluitvorming met betrekking tot Pekhoeve en Kraaienest uitgesteld tot 2011 3.1.1.2 Huuropbrengsten sport- en welzijns accommodaties
De totale huuropbrengst voor de sporten welzijnsaccommodaties minimaal gelijk aan of hoger dan de opbrengst in 2009
Gerealiseerd Huuropbrengsten 2010 4% hoger dan 2009
3.1.1.3 Score klanttevreden2010>_ score Niet gemeten in heid. Waardering nulmeting 2008/2009 verband met bezuiniVoorziening Verhuurde (score 6,9) ging op meten klantGebouwen tevredenheid
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 1
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
3.1.2 Oplevering van ondermeer: • Nieuwbouw Brede School GeerenNoord (inclusief CJG) • Nieuwbouw Apolloschool/ Griffioen Prinsenbeek (eind 2009/ begin 2010; incl. BSO) • Uitbreiding St. Maerte, Princenhage (incl. BSO) • Uitbreiding Weilust (incl. BSO)
Indicator omschrijving
3.1.2.1 Oplevering 2 scholen en 3 uitbreidingen (verantwoording via Monitor)
Begrote score
Gerealiseerd Niet gerealiseerd Wordt opgeleverd in april 2011 Gerealiseerd Officieel geopend op 30 september 2010
Gerealiseerd Opgeleverd in juli 2010 Gerealiseerd Wordt in mei 2011 officieel geopend Gerealiseerd Officieel geopend op 17 september 2010 Gerealiseerd Officieel geopend op 26 november 2010
• Uitbreiding J.F. Kennedy • Huisvesting Nutsschool Teteringen 3.1.3 Bouw van onder meer: • Nieuwbouw Huis van de Heuvel (incl. CJG) • Nieuwbouw Brede School de Stee Teteringen • Nieuwbouw school Viandenlaan
3.1.3.1 Voortgang en start bouw volgens planning Gehaald (verantwoording via Monitor)
Planning gehaald
• Uitbreiding Eerste Rith Princenhage
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Afvalservice 1.2.1.1 Afname ingezameld groente-, fruit- en tuinafval (gft afval) door: •
Het scheidingsgedrag. Uit sorteeranalyses van het huishoudelijk restafval blijkt dat er meer
•
De strenge wintermaanden. Hierdoor meer bevriezing van het gft afval en daardoor ander
keukenafval (groente en fruit) in het restafval wordt gedaan. scheidingsgedrag. •
Er is sprake van een landelijke dalende trend van gft afval.
1.2.1.3 De inzameling van het kunststof verpakkingsafval is vertraagd door niet tijdige levering van de containers. Vanaf maart 2010 is de inzameling van start gegaan. Hierdoor is doelstelling van 3 kg per inwoner niet helemaal gehaald (2,6 kg). Sport- en Welzijnsaccommodaties 3.1.1.1 Aanpassing Rat Verlegh stadion Vanwege onzekerheden met betrekking tot de bouwkundige en financiële haalbaarheid van de 3e fase van aanpassing van het Rat Verlegh stadion is het besluit genomen fase 3 op te split sen in fase 3a en 3b. Fase 3a is volledig gerealiseerd in 2010. De uitvoering van fase 3b is nog onderwerp van gesprek.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 2
mate van realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd Start bouw in februari 2011 Gerealiseerd Bouw gestart in september 2010 Niet gerealiseerd In verband met levering postkantoor en afwikkeling bezwaarprocedure Gerealiseerd Bouw gestart in november 2010
C) Bijzondere ontwikkelingen D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Afvalservice
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
25.298
24.453
26.596
22.277
25.131
22.192
Welzijnsaccommodaties
4.438
1.663
1.923
265
2.059
238
Natuur, milieueducatie en -informatie
1.065
151
1.229
321
1.154
280
Onderwijshuisvesting
21.227
212
19.875
369
19.837
501
Parkeren
13.120
13.555
11.998
12.882
11.401
12.576
Sportaccommodaties
10.500
4.354
9.758
3.966
9.572
4.061
4.855
5.443
Vastgoedbeheer Stadsbedrijven algemeen Subtotaal: reserves
38
38
4.967
5.454
-339
202
-
-150
74.502
46.771
72.027
48.238
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
-145 71.070 Storting
48.252 Onttrekking
Afvalservice; reserve afvalservice
-
289
24
55
-
55
Reserve onderwijshuisvesting
-
2.013
-
1.249
-
1.249
Parkeren; reserve parkeren
-
320
-
438
-
438
Sport; centrale investeringsreserve
-
-
-
-
-
-
Totaal exploitatie
74.502
49.393
72.051
49.980
71.070
49.994
Bijdrage uit algemene middelen
25.109
22.071
21.076
Toelichting exploitatie: Het totaal van het taakveld laat een positief resultaat zien van bijna € 1 miljoen. Het voordeel wordt verder uitgesplitst in onderstaande toelichting per product. Aanvullend is bij de tweede bestuursrapportage een positief saldo van ruim € 3,4 miljoen ten gunste van de algemene middelen gebracht ter dekking van het verwachte tekort en het nog te realiseren aanbestedingsresultaat. Dit voordeel is behaald door het niet storten in de onderhoudsvoor ziening bij Afvalservice, Parkeerbedrijf, NME en Sport en Welzijnaccommodaties en door het geprognosticeerde voordeel bij onderwijs ad € 762.000 af te dragen. Afvalservice Het jaarrekeningresultaat 2010 van afvalservice is € 276.000 voordelig. Dit komt door de volgende zaken: 1. In de tweede bestuursrapportage is er van uit gegaan dat de kwijtscheldingen, gezien de economische crisis, minimaal het begrote bedrag zouden zijn. Per ultimo 2010 blijkt dit voor € 160.000 mee te vallen. 2. De Nederlandse Vereniging Metalektro Producenten (NVMP) heeft in 2010 ook de bijdrage voor het inzamelen van wit- en bruingoed over 2008 en 2009 uitbetaald. Hiermee was bij de tweede bestuursrapportage geen rekening gehouden, wat een voordeel oplevert van € 196.000. 3. Diverse kleinere verschillen op andere producten van Afvalservice leveren samen een nadelig verschil van € 80.000. Welzijnsaccommodaties Het feitelijke resultaat op welzijnaccommodaties is circa € 25.000 negatief. Cijfermatig is er bij de jaarrekening nu een nadeel van € 163.000 waarbij op welzijnaccommodaties kosten zijn geboekt voor € 140.000 welke betrekking hebben op verhuurde panden die overgegaan zijn naar de afdeling Vastgoed. Daar is er dan ook een evenredig positief saldo. De kosten houden verband met de gemaakte uren bouwkundig onderhoud voor de verhuurde panden. Verder is
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 3
/ G e m e e n t e B r e da
er een nadeel van € 48.600 dat wordt veroorzaakt door lagere inkomsten op het pand Pastoor Pottersplein 12a als gevolg van een afrekening van een over de periode 2008 tot en met 2010 ten onrechte ontvangen huurvergoeding. NME Overschot van € 34.000 is te danken aan met name kostenbesparing op projecten en extra binnengehaalde betaalde opdrachten van derden in 4e kwartaal. Onderwijshuisvesting Voor Onderwijshuisvesting is het resultaat 2010 € 170.000 voordelig. De lagere lasten ontstaan enerzijds door goedkoper realiseren van het project asbestverwijdering (€ 86.000). Anderzijds is nog voor een bedrag van € 37.000 uitgegeven aan externe inhuur ter verdere afronding en overdracht van werkzaamheden. De baten zijn hoger dan verwacht. Dit wordt onder andere veroorzaakt door het deel van de subsidie binnenklimaat wat in 2010 is ingezet ter dekking van de subsidiabele kosten (€ 83.000). Daarnaast zijn bij het verwijderen van asbest ook werk zaamheden uitgevoerd die op grond van de verordening onderwijshuisvesting voor rekening van de schoolbesturen moeten komen. Deze kosten zijn alsnog doorberekend naar de school besturen, wat ook heeft geleid tot een hogere opbrengst dan verwacht (€ 60.000). Parkeren Het resultaat 2010 van het Parkeerbedrijf is € 291.000 voordelig. Dit verschil is voor het grootste deel te verklaren door de volgende punten: 1. De elektriciteitskosten zijn voornamelijk door enkele restituties over voorgaande jaren € 130.000 lager. 2. Met de invoering van het nieuwe vergunningensysteem Permit is besloten om van de ont vangsten van parkeervergunningen in 2010 geen correctie te maken voor het deel ontvangst welke betrekking heeft op 2011. Dit levert een voordeel op van € 250.000. 3. Bij de tweede bestuursrapportage zag het er naar uit dat de opbrengsten uit kort parkeren ongeveer € 500.000 lager zouden zijn dan begroot. In het laatste kwartaal van 2010 zijn de opbrengsten nog verder teruggevallen waardoor een nadelig verschil ontstaat van ongeveer € 200.000. 4. Over heel 2010 zijn minder toezichtsuren van Stadstoezicht ingehuurd dan geprognosti ceerd, dit levert een voordeel op van € 100.000. Sportaccommodaties Het positieve resultaat op het product sportaccommodaties bedraagt € 281.000. Dit resultaat wordt in hoofdzaak bepaald door een aantal voordelen, te weten lagere kosten van inzet BSW (€ 54.000), het niet uitvoeren van nieuwe investeringen in de zwembaden in 2010 en voor gaande jaren (€ 83.328), de lagere kosten van gasverbruik in de accommodaties (€ 42.000), hogere inkomsten uit verhuur van gemeentelijke binnen- en buitensportaccommodaties (€ 172.500). Tegenover deze voordelen staat een nadeel van € 94.887 door de extra inzet van oproepkrachten in de binnensportaccommodaties als gevolg van ziekte van vast personeel en extra uren beheer door de toegenomen verhuur van accommodaties. Vastgoedbeheer Het feitelijke resultaat van Vastgoedbeheer is circa € 30.000 nadelig. Het cijfermatige resultaat van Vastgoedbeheer is € 101.000 voordelig. Het verschil wordt met name veroorzaakt door een lagere doorbelasting van uren voor onderhoudsmanagement (€ 140.000). Deze uren hebben betrekking op de verhuurde panden die voorheen waren ondergebracht bij het onderdeel Welzijnsaccommodaties en zijn voor het jaar 2010 abusievelijk ook op dat onderdeel van het taakveld verantwoord. Hierdoor wordt op dat onderdeel een nadeel van € 140.000 op de uren gerapporteerd. Andere afwijkingen zijn diverse kleinere voor- en nadelen waarvan de lagere opbrengsten voor de doorbelasting van onder andere energiekosten (€ 11.000) de grootste is.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 4
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Reserve Afvalservice Reserve Onderwijshuisvesting Reserve Parkeerbedrijf Totaal reserves
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
536
-55
481
4.378
-1.334
3.044
-109
-438
-547
4.805
-1.827
2.978
Toelichting reserves: Reserve Onderwijshuisvesting De reserve Onderwijshuisvesting dient ter egalisatie van de jaarlijkse kapitaallasten en overige exploitatielasten. Naast de begrote onttrekking is € 85.000 ten laste van de reserve gebracht ter dekking van de programmakosten Teteringen. (zie taakveld 5) Egalisatiereserve Parkeerbedrijf Het saldo van de reserve is per ultimo 2010 € 547.000 negatief. In de Begroting 2011, die door de Raad is vastgesteld, zijn maatregelen opgenomen die er voor zorgen dat het saldo vanaf 2013 weer positief is. Egalisatiereserve Afvalservice De reserve Afvalservice dient ter egalisatie van het jaarlijkse exploitatieresultaat. (bedragen x € 1.000)
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
1.798
-419
1.379
Onderhoud fietsenstallingen
180
-19
161
Huisvesting Afvalservice
309
-47
262
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Groot onderhoud parkeergarages
Onderhoudsvoorziening BCW Onderhoud Stadskantoren
76
58
134
1.690
-611
1.079
Onderhoud VGB Kindercentra
304
304
Onderhoud VGB Cultuurgebouwen
-174
-174
Onderhoud VGB Overige gebouwen
122
122
400
3.862
Onderhoud gebouwen Onderwijs
3.462
Onderhoud welzijnsgebouwen
2.057
-880
1.177
-344
2.333
1.989
Onderhoud MEZZ
98
-98
-
Onderhoud Graphic Design Museum
-34
34
-
Onderhoud tennisparken
38
-
38
Onderhoud gebouwen Sport
Onderhoud wielerbaan Parkeerfonds Totaal voorzieningen
41
-
41
195
165
360
9.566
1.168
10.734
Toelichting voorzieningen: Onderhoudsvoorzieningen De mutaties betreffen de onttrekkingen in 2010 en de mutaties die zijn voortgekomen uit de verdeling van de centrale onderhoudsvoorziening over de diverse onderdelen. In 2010 is de geraamde storting niet verwerkt, maar aangewend voor de bezuinigingstaakstelling 2010. Eind 2010 is een uitgebreide toets verricht op de toereikendheid van de onderhoudsvoorzie ningen van de afzonderlijke afdelingen in het taakveld Stadsbedrijven. Over een periode van de komende 10 jaar is de dekkingsgraad nagenoeg toereikend.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 5
/ G e m e e n t e B r e da
Een kanttekening die hierbij gemaakt wordt zijn de panden die in exploitatie zijn bij Optisport (drie zwembaden, kunstijsbaan en racketcentrum). Bij de verlenging van de exploitatie overeenkomst met Optisport is gebleken dat de (contractuele) afspraken met betrekking tot het onderhoud in de afgelopen periode niet goed zijn uitgewerkt. Daardoor is er gelet op de planning van de komende tien jaren een dreigend tekort. Dit is ook gemeld bij de verlenging met de mededeling dat hierop teruggekomen zal worden. Dit zal in 2011 opgepakt worden. Parkeerfonds In 2010 is bij 10 aanvragen voor een bouwvergunning een ontheffing verleend voor de parkeer normering. Totaal is voor 33 vervangende parkeerplaatsen € 165.000 in het Parkeerfonds gestort.
Sport- en Welzijnsaccommodaties
7.840
7.951
2.896
2.896
Brede Scholen Teteringen
10.289
3.634
20.199
20.199
Onderwijshuisvesting
12.640
13.094
16.493
16.493 14.408
Brede school
9.592
5.817
14.408
Nutsschool
1.200
1.218
218
218
Afvalservice
3.225
4.604
1.183
1.183
Parkeren
300
1.132
1.151
1.151
Vastgoedbeheer
500
452
1.163
1.163 112
Natuur- en Milieu-educatie OVT (zie programma 4: Via Breda)
63
23
112
11.700
474
31.282
0
108
109
Bedrijfsmiddelen Graphic Design Museum Totaal investeringen
400 57.749
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
31.282
400 38.399
89.614
400 57.931
0
31.682
Toelichting investeringen: Afvalservice Aan het project Glas Ondergronds is in 2010 € 2,1 miljoen uitgegeven, het project is daarmee bijna afgerond. De renovatie van de wasplaats is eveneens bijna afgerond, in 2010 is € 0,5 miljoen geïnvesteerd. Aan de vervanging van vuilniswagens en andere voertuigen is in 2010 € 1,6 miljoen besteed, aan andere bedrijfsmiddelen € 0,4 miljoen. Parkeerbedrijf Het project DPRIS is in 2010 opgeleverd, het geïnvesteerde bedrag in 2010 bedraagt € 657.000. Voorts is het vergunningensysteem vervangen, waarmee in 2010 € 202.000 is gemoeid. Aan overige bedrijfsmiddelen is € 273.000 uitgegeven. Natuur- en Milieueducatie De investeringen hebben betrekking op de afronding van de bouw van het duurzame leslokaal. Sport- en Welzijnsaccommodaties De investeringen hebben vooral betrekking op de uitbreiding van het Rat Verlegh stadion (€ 3,2 miljoen), afwikkelen grondtransactie uitbreiding Jeka (€ 1,1 miljoen), aankoop sporthal Nieuwe Inslag (€ 1 miljoen), renovatie tennisbanen (€ 0,5 miljoen) en diverse reguliere vervangingsinvesteringen. Onderwijshuisvesting De investeringen van Onderwijshuisvesting hebben, naast specifiek genoemde investeringen, betrekking op de realisatie van de Brede school in Prinsenbeek en een aantal uitbreidingen, te
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 6
/ G e m e e n t e B r e da
weten voor onder andere de basisscholen Sinte Maerte, John F. Kennedy en Weilust. Daarnaast zijn tijdelijke voorzieningen getroffen voor onder andere basisschool de Zandberg en Springplank. Hierbij waren de (tijdelijke) uitbreidingen van de Sinte Maerte, Weilust en Zandberg inclusief voorzieningen voor buitenschoolse opvang, waarvan de kapitaallasten worden gedekt uit verhuuropbrengsten van de schoolbesturen. Tevens is gestart met de voorbereidingen voor de realisatie van de Brede school aan de Viandenlaan. Vastgoedbeheer De investeringen van Vastgoedbeheer hebben onder andere betrekking op de stadskantoren. Daarnaast zijn investeringen gedaan voor verhuurde panden, waarvan de kapitaallasten worden gedekt door een verhoging van de verhuuropbrengst.
E) Risico’s Subsidieaanvraag atletiekcomplex In het kader van de renovatie en uitbreiding van het atletiekcomplex aan de Dr. Schaepman laan is in 2009 een eenmalige financiële bijdrage ter grootte van € 0,8 miljoen gevraagd aan de provincie De gemeente investeert uit eigen middelen € 2,1 miljoen Van de provincie is recent bericht ontvangen dat een definitief besluit en beschikking niet eerder dan in juni 2011 te verwachten is. Indien de provincie besluit om slechts een beperkt gedeelte van het gevraag de bedrag beschikbaar te stellen dan wel de aanvraag niet met een bijdrage te honoreren dan heeft dat tot gevolg dat een onderdeel van het totale project (vervangende nieuwbouw club huis en kleedwasaccommodatie) niet kan worden uitgevoerd. Afval De verlaging van het GFT tarief, zoals overeengekomen met de verwerker Atterro, wordt op dit moment in een juridische (bodem) procedure bestreden door een andere partij. Afhankelijk van de uitspraak van de rechter kan dit betekenen dat de verlaging van het GFT tarief wordt ingetrokken. Hiermee lopen we het risico dat we alsnog het oude hogere tarief moeten betalen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 7
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 2 | BUITENRUIMTE
A) Taakveldomschrijving De openbare ruimte van Breda is het visitekaartje van de stad, daar zijn we ons steeds meer bewust van. De nieuwe Visie openbare ruimte vertaalt dit inzicht naar het nieuwe beleids kader. Beheer, inrichting en gebruik van de openbare ruimte hebben er een prominente plek in, aan de hand van de kernwaarden: gedeelde ruimte, herkenbare ruimte en duurzame ruimte. In 2010 gaat Buitenruimte de implementatiestrategie voor de visie vaststellen. Vanzelfsprekend blijven de begrippen schoon, heel, veilig en bruikbaar voor het beheer van de openbare ruimte belangrijk. De basis daarvoor blijft in 2010 nog het bestaande Buitenruimte plan. Speerpunten zijn het schoonhouden van de Buitenruimte (vegen, graffiti, onkruid), de aanpak van slechte verhardingen (met name hoofdwegen), veiligheid van langzaam verkeer, tegengaan verloedering in het openbaar groen en een goed rioleringsnet.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1 De Bredase openbare ruimte is mooi ingericht, goed onderhouden en uitnodigend
1.1 1.1.1 De Bredase openbare Uitvoering ruimte is in de van de activiteitenprogramma Bredanaars minimaal 2010 even schoon, heel en veilig als in 2006
1.1.1.1 Meten waardering Schoon = min. 88% burgers (%Bredanaars Heel = min. 89% dat stad als voldoende Veilig = min. 85% beoordeelt) via burgerenquête / voorjaarsenquête op de onderdelen schoon, heel en veilig
2 Er is een kwalitatief en kwantitatief goed functionerend rioleringssysteem
2.1 Conform het beleid omschreven in het verbrede Gemeentelijk Rioleringsplan 2009-2013. Terugbrengen van het achterstallig onderhoud, uitvoeren van het regulier onderhoud en behalen van het gestelde kwaliteitsniveau
2.1.1.1 % bewoners dat in burgerenquête niet aangeeft zich te ergeren aan functioneren riolering
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
2.1.1 Inspectie en reiniging hoofdriolering 2.1.2 Kolken zuigen 2.1.3 Lijngoten reinigen Huis- en 2.14 kolkaansluitingen Vervanging 2.1.5 putranden, op basis van meldingen 2.1.6 Gemalen reinigen. planmatig en op basis van meldingen 2.1.7 Klein onderhoud drukriolering 2.1.8 Investeringsprojecten conform Activiteitenprogramma 2010
p 16 8
/ G e m e e n t e B r e da
95%
mate van realisatie
Geen significante afwijkingen van doelstelling gemeten: • Schoon: 87% • Heel: 89% • Veilig: 83%
99%
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
3 Er is geen sprake van maatschappelijke overlast veroorzaakt door water op straat of in woningen
3.1 Waterwegen Conform afspraken met Waterschap Brabantse Delta en beleidsuitgangspunten van de gemeente (o.a. V-GRP en GWO) terugdringen van het achterstallig onderhoud, uitvoeren van het regulier onderhoud en behalen van het gestelde kwaliteitsniveau
3.1.1 Afvoeren berm- en slootmateriaal 3.1.2 Uitmaaien van keursloten (Waterschap) 3.1.3 Onderhoud duikers en sloten op basis van meldingen 3.1.4 Investeringsprojecten conform Activiteitenprogramma 2010
3.1.1.1 % bewoners dat in burgerenquête niet aangeeft overlast te hebben van water op straat
4 Plantvakken, bomen en gazons zijn in zodanige staat dat burgers er tevreden over zijn
4.1 Openbaar groen Handhaven en in standhouden van de kwaliteit van de groene openbare ruimte
4.1.1 Reconstrueren technisch versleten plantvakken 4.1.2 Herinrichten en/ of reconstrueren plantvakken naar aanleiding van meldingen van burgers 4.1.3 Rooien en daar waar mogelijk vervangen van dode en zieke bomen 4.1.4 Cyclisch onderhoud uitvoeren aan bomen, beplantingen en gazons 4.1.5 Inspecteren van het bomenareaal op gezondheid en veiligheid
4.1.1.1 4.1.1.2 4.1.1.3 Via effectrapportages bepalen % voldoende en goed voor wat betreft: Technische staat • Beplanting • Gazon • Bomen Netheid • Onkruid • Zwerfvuil • Hondenpoep
5.1.1 Uitvoeren van niet chemische onkruid bestrijding op verhardingen 5.1.2 Verwijderen van zwerfvuil van plantsoen en verharding en legen afvalbakken
5.1.1.1 Via effectrapportages bepalen % voldoende en goed voor wat betreft: 5.1.1.2 Technische staat • Afvalbakken 5.1.1.3 Netheid • Graffiti/stickers • Onkruid • Zwerfvuil • Hondenpoep • Blad
5 De burgers zijn tevreden over de netheid van de stad
5.1 Reiniging zorgen voor een duurzaam schone stad
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 16 9
/ G e m e e n t e B r e da
Begrote score
mate van realisatie
95%
99%
Minimaal te behalen score per indicator:
Gemeten:
• 90% • 90% • 90%
• 91% • 92% • 99%
• 90% • 90% • 80%
• 93% • 89% • 95%
Minimaal te behalen score per indicator:
Gemeten:
• 90%
• 95%
• 90% • 90% • 90% • 80% • 90%
• 94% • 93% • 89% • 95% • 91%
Beoogd maatschappelijk effect
6 Er is een veilige speelomgeving voor kinderen in alle leeftijdscategorieën
7 Weggebruikers kunnen zich veilig over de wegen, straten, pleinen, trottoirs en fietspaden verplaatsen
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
6.1 Spelen Duurzaam in stand houden van kwalitatief goede en veilige speelvoorzieningen
6.1.1 Vervanging en/of repareren speel toestellen 6.1.2 Inspecteren veiligheid speeltoestellen en waar nodig herstellen Inspecteren veiligheid speeltoestellen en waar nodig herstellen 6.1.3 Aanleggen (kunstgras) speelvelden
Indicator omschrijving
6.1.1.1 Uitvoering veiligheids- E r zijn geen onveilige inspectie en daaruit speeltoestellen voortvloeiende noodzakelijke acties
7.1 7.1.1 Verhardingen Uitvoeren van inspecties In stand houden van 7.12 verkeersveilig wegen- Klein onderhoud net, met zo weinig n.a.v. inspecties of mogelijk schade aan meldingen, zoveel de verhardingen mogelijk via planmatige en wijkgerichte werkwijze 7.1.3 Planmatig schade aan de gesloten asfaltverharding herstellen ter waarborging van veilige situaties 7.1.4 Uitvoeren van groot onderhoud en vervangingen
7.1.1.1 Via effectrapportages bepalen % voldoende en goed voor wat betreft: 7.1.1.2 Technische staat Rijbaan Voetpad/ trottoir Fietspad 7.1.1.3 % tevreden mensen in burgerenquête neemt toe
8 Weggebruikers kunnen zich tijdens winterse omstandigheden veilig over de wegen en fietspaden van de strooiroutes verplaatsen
8.1 Gladheidbestrijding Waarborgen van veilig gebruik (hoofd)wegen in geval van gladheid door winterse omstandigheden
8.1.1 Strooien van vooraf bestuurlijk vastgestelde routes, met name hoofdwegen en hoofdfietspaden
8.1.1.1 Een gladheidsbestrijdingsronde rijden binnen de gestelde normtijd
9 Burgers zijn tevreden over de staat van onderhoud en de kwaliteit van de lichtvoorziening
9.1 Openbare verlichting Instandhouding van het areaal openbare verlichting, conform het vastgestelde beleidsplan
9.1.1 Inspectie van masten en armaturen 9.1.2 Verhelpen van storingen 9.1.3 Uitvoeren van reparaties 9.1.4 Vervangen van oude masten en armaturen 9.1.5 Reguliere vervanging van (kapotte) lampen en armaturen
9.1.1.1 % bewoners dat niet in de burgerenquête aangeeft overlast te hebben van niet functionerende openbare verlichting 9.1.1.2 Aantal te vervangen masten /armaturen in 2010
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 0
Begrote score
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Gerealiseerd
Minimaal 2 nieuwe kunstgras-speelvelden
1 in 2010 5 in 2011 (zie toelichting)
Percentage voldoende en goed uit effectwaarneming
Gemeten:
• 80% • 80% • 80%
• 78% • 78% • 88%
P ercentage tevreden in burgerenquête neemt toe
Niet (geheel) gerealiseerd, zie toelichting
1 00% voldoet aan de normtijd
Gerealiseerd
95%
Gerealiseerd: 99%
400 stuks vervangen
Gerealiseerd: 746 stuks vervangen (zie toelichting)
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
10 Burgers zijn tevreden over de staat van onderhoud en de kwaliteit van de verkeersvoorzieningen
10.1 Verkeer Instandhouding van het areaal verkeers voorzieningen, conform het vastgestelde beleidsplan
10.1.1 Preventief onderhoud aan de verkeersregelinstallaties 10.1.2 Regulier onderhoud en klein onderhoud n.a.v. inspecties of klantvragen
10.1.1.1 Via effectrapportages • Percentage bepalen % voldoende voldoende en goed en goed voor wat uit effectwaarnebetreft: ming 10.1.1.2 Technische staat • 93% bebording • 80% 10.1.1.3 Aantal meldingen bij Niet gerealiseerd: het Servicepunt over • Aantal meldingen 2009: 548 slechte staat bebording neemt af 2010: 550
11 Er is een gedragen implementatieplan voor de nieuwe Visie openbare ruimte
11.1 Beleid Vaststellen implementatieplan Visie OR
11.1.1 Organiseren bijeenkomsten 11.1.2 Opstellen notitie
11.1.1.1 Bijeenkomsten met burgers 11.1.1.2 Opnemen input
12 Bij graafwerkzaam heden ontstaat geen onnodige overlast als gevolg van gebrekkige informatie
12.1 WION De digitale informatie verstrekking is actueel en voldoet aan de landelijke voorwaarden
12.1.1 Invoeren in systeem 12.1.2 12.1.2.1 Leveren van gegevens Informatieverstrekking • Maximaal 5% van Gedeeltelijk aan uitvoerders van aan uitvoerders de gevallen melden gerealiseerd graafwerkzaamheden uitvoerders dat de informatieverstrekking niet accuraat is
13 Er is een maatschappelijk gedragen plan van aanpak voor de herstructurering van de Haagweg e.o.
13.1 Haagweg, Nieuwe Haagdijk, dr. Jan Ingenhouszplein, fietspad Vincent van Goghstraat Vaststellen plan van aanpak herstructurering Haagweg
13.1.1 Organiseren bijeenkomsten
13.1.1.1 Bijeenkomsten met burgers
13.1.2 Opstellen notitie
13.1.2.1 Verwerking input
• Er zijn 2 bijeenkom- Gerealiseerd sten met maat schappelijke partners • De op de bijeen0 foutmeldingen komsten geleverde ontvangen input is herkenbaar verwerkt.
• Er zijn minimaal 2 bijeenkomsten met omwonenden en ondernemers
• De op de bijeenzie toelichting komsten geleverde input is herkenbaar verwerkt.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: 4: Het cyclus deel ten aanzien van bomen is in zijn geheel uitgevoerd. Wat betreft groenrecon structies is het beoogde programma niet geheel uitgevoerd, vanwege de tussentijdse bezuinigingsronde in het najaar. Voor wat betreft het cyclisch onderhoud zijn de activiteiten in zijn geheel uitgevoerd. 4 en 5 en 7: Effectrapportage metingen hebben in 2010 een hoge mate van voldoende en goed aangegeven voor wat betreft de (technische) staat en netheid van de gemeten aspecten op verharding, groen en meubilair. Alleen bij verhardingen wordt (net) onder de afgesproken norm gemeten. Dit laatste is in lijn met de gerapporteerde risico’s van kwaliteitsteruggang. Voor de overige aspecten is gelijk aan of licht boven de norm gescoord. Dit is met name te danken aan de grote inzet van het personeel buiten. 5: Onkruidbestrijding, ledigen afvalbakken en verwijderen zwerfvuil zijn voor 100% conform plan uitgevoerd. Het graffiti project in het stadshart is conform pilot uitgevoerd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 1
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd
6.1.3.1: Vanwege de vroege winterse omstandigheden vanaf november is slechts één kunstgrasveld gerealiseerd voor het einde van het jaar. De overige geplande velden zullen in het eerste kwar taal van 2011 aangelegd worden door de uitvoerende aannemers. 7.1.1.3: De beoordeling op de aspecten schoon en veilig is voor wat betreft fietspaden en hoofd wegen vrijwel gelijk gebleven met vorig jaar. Voor het aspect veilig is de tevredenheid licht afgenomen. Dit sluit aan op het eerder gerapporteerde beeld dat de algehele kwaliteit van de verhardingen in Breda onder druk staat (zie verder onderdeel C). 9.1.1.2 In de bestuursrapportages in 2009 en 2010 is gemeld dat bij de vervanging van lichtmasten en armaturen aanvankelijk werd uitgegaan van het principe dat de oudste masten als eerste vervangen moesten worden. In overleg met onderzoeksbureau TNO is in 2009 een methode ontwikkeld om naast de leeftijd ook de stabiliteit van de masten te gebruiken als vervangings criterium. Om het beschikbare budget (€ 1 miljoen uit Kadernota 2009) zo efficiënt en effectief mogelijk in te zetten is besloten het te splitsen in twee jaarschijven. Door deze aanpak zijn uiteindelijk in 2009 ruim 700 oude masten met een oud armatuur vervangen. Voor 2010 is dat 746 stuks geworden. 13: Tijdens twee informatiebijeenkomsten zijn de plannen met de omwonenden doorgenomen. Met een klankbordgroep is in 5 avonden een ontwerp uitgewerkt. Het college heeft in juli 2010 besloten om niet over te gaan tot uitvoering van de reconstructie. De mogelijke komst van de Rooi Pannen kan betekenen dat het Dr. Jan Ingenhouszplein alsnog opnieuw wordt ingericht.
C) Bijzondere ontwikkelingen Gladheidbestrijding Zoals in de eerdere bestuursrapportages al aangekondigd is de benodigde inzet op gladheid bestrijding in zowel het begin als het einde van 2010 extreem geweest. In totaal zijn in 2010 circa 100 strooirondes uitgevoerd. Dit heeft voor grote overschrijding van het budget gezorgd. In de Bestuursrapportages is hierover reeds gerapporteerd. In het 4e kwartaal was wederom veel inzet nodig. Hierdoor zijn extra overschrijdingen ontstaan. De totale overschrijding ten opzichte van de oorspronkelijke begroting bedraagt circa € 1,17 miljoen, waarvan € 470.000 reeds gemeld bij de 2e berap. In de laatste maanden van 2010 is hier nog eens € 700.000 tekort bijgekomen door extra kosten van strooibeurten, extra inzet personeel en zoutinkoop. Tegenover de extra kosten staan ook extra inkomsten, omdat meer in opdracht van bedrijven en instellingen gestrooid is. De overschrijding door extra inzet van eigen personeel (reiniging, groen voorziening) wordt deels gecompenseerd doordat zij hun reguliere werk niet hebben kunnen uitvoeren en op die producten dus geld overblijft. Vorstschade gesloten verhardingen Door de extreme winterse omstandigheden is in de eerste maanden van 2010 veel vorstschade ontstaan aan de asfaltverhardingen in Breda. Op dit moment wordt de omvang van de schade geïnventariseerd. Direct na het verdwijnen van de vorst zijn de meest onveilige situaties door middel van noodreparaties veiliggesteld. De aanpak van de resterende schades vergt meerdere jaren, zeker gezien de zeer beperkte financiële ruimte op dit moment. Hierdoor zijn kapitaalvernietiging vanwege schade-uitbreiding en overschrijdingen van de beschikbare onderhoudsbudgetten voor de volgende jaren te ver wachten. Het risico op ongelukken (bijvoorbeeld letsel bij motorrijders die in een kuil rijden, schade aan auto’s) en schadeclaims neemt toe.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 2
/ G e m e e n t e B r e da
Schadeclaims Door de opgelopen schade aan met name de verhardingen was de verwachting dat het aantal schadeclaims in 2010 mogelijk sterk zou stijgen. Verrassend genoeg heeft het aantal toegekende claims zich gestabiliseerd op het niveau van 2009, hetgeen een beperkte budgetoverschrijding inhoudt. Inrichtingstafel De Inrichtingstafel heeft als doel om inrichtings- en verkeersvragen van klanten integraal te beoordelen. De werkwijze is in 2009 van start gegaan en is in de proefperiode succesvol gebleken, met als gevolg dat de inrichtingstafel in 2010 zonder wijzigingen is voortgezet. In 2010 is het proces wederom uitstekend verlopen. De ontvangen verzoeken worden behandeld in maandelijkse bijeenkomsten. Uiteindelijk zijn met het beschikbare budget zo’n 30 verzoeken gehonoreerd en uitgevoerd. De klanten zijn erg te spreken over de deskundigheid, communicatie en snelheid van handelen. Krouwelaarhaven Naar aanleiding van klachten van gebruikers over de te geringe vaardiepte op bepaalde plaat sen in de Krouwelaarhaven is een project opgestart om de meest dringende problemen op te lossen. Vergunning voor de uit te voeren werkzaamheden is aangevraagd bij het waterschap. De uitvoering wordt voorzien in 2011, kosten vallen binnen de exploitatiebegroting stedelijk water.
D) Wat heeft het gekost? Buitenruimte (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
lasten
Begroting 2010 na wijziging baten
lasten
Jaarrekening 2010
baten
lasten
baten
Beheer van de buitenruimte
32.395
2.368
42.951
2.380
46.871
5.255
Riolering en waterzuivering
10.382
10.646
10.467
10.911
10.601
11.105
-
-
-
-
-
268
42.777
13.014
53.418
13.291
57.472
16.628
Buitenruimte algemeen Subtotaal: Reserves
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Reserve riolering
-
-
-
-
-
-
Centrale investeringsreserve
-
-
-
-
-
1.696
Totaal exploitatie
42.777
13.014
53.418
13.291
57.472
18.324
Bijdrage uit algemene middelen
29.763
40.127
39.148
Toelichting exploitatie: De Begroting 2010 is substantieel gewijzigd ten opzichte van de oorspronkelijke begroting. De belangrijkste mutaties zijn ten eerste overhevelingen projecten 2009 (Dreef Princenhage, vervanging lichtmasten). Ten tweede is er bij de 2e berap een forse correctie geweest: aan de ene kant een tussentijdse bezuiniging, aan de andere kant zijn een aantal tegenvallers gecompenseerd. Het resultaat daarvan was dat Buitenruimte circa € 425.000 aan budget ingeleverd heeft. Ten derde is er concernbreed aan het eind van het jaar een grote eenmalige afschrijving van maatschappe lijke investeringen doorgevoerd. Een groot deel daarvan is geboekt op het Civiele deel van Buitenruimte (openbare verlichting, verhardingen, civieltechnische kunstwerken). Ook zijn bij de jaarrekening de lasten hoger, met name door de grote overschrijding op gladheidbestrijding, hogere kapitaallasten en de inhuur van projectleiders voor (ruimtelijke) projecten in opdracht van andere directies. Hier staan hogere baten tegenover, met name gerealiseerd op gladheid (meer strooien tegen vergoeding bij bijvoorbeeld ziekenhuis, zorg
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 3
/ G e m e e n t e B r e da
instellingen en busbedrijf) en door de ingehuurde projectleiders (hun uren worden uiteindelijk betaald vanuit de projecten waarop ze worden ingezet). Tenslotte is de afschrijving kapitaal lasten nogmaals hoger uitgevallen dan voorzien en gecompenseerd door een onttrekking aan de investeringsreserve. Ook dit verhoogt zowel de uiteindelijke lasten als de baten. Het uiteindelijk resultaat op de jaarrekening van Buitenruimte (inclusief Riolering) is € 979.000 positief. De grootste en meest opvallende tegenvallers zijn: de hoge koste van glad heidbestrijding door twee extreme winterperiodes en het negatieve resultaat op groot onder houd openbare verlichting door hogere eenheidsprijzen en meerwerk. De grootste en meest opvallende meevallers zijn: positief resultaat projectgestuurde afdelingen door extra opdrachten gedurende het jaar, positief resultaat groen op- en overslag door goede bedrijfsvoering en lagere kosten, positieve aanbesteding project Dreef Princenhage, overschot bij groenonderhoud en reiniging (gerelateerd aan gladheid). Deze mee- en tegenvallers staan nader beschreven onder de Bijzondere Ontwikkelingen of Risico’s in deze rapportage. In bovengenoemd resultaat bevindt zich tevens een bedrag van € 293.000 aan extern verplichte eenmalige werkzaamheden (met name. aanleg kunstgras speelvelden). Deze konden niet meer in 2010 afgerond worden. De hiervoor niet bestede middelen worden nu in 2011 hiervoor aangewend. De begroting van riolering laat een overschot zien van € 570.000. Voornaamste oorzaken hier voor zijn een late storting in het kader van de uitruil Luchtkwaliteitsplan en een beperkt over schot op regulier (klein) onderhoud. Het overige deel wordt gevormd door een overschot op de bedrijfsvoering van Stedelijk Water. Bij de resultaatsbestemming zal worden voorgesteld om het totale overschot te storten naar de reserve riolering. Na correctie voor deze bedragen komt het uiteindelijke positieve resultaat voor Buitenruimte op € 105.000 positief. Het grootste deel hiervan wordt veroorzaakt door het feit dat een deel van de extern verplichte werkzaamheden niet overgeheveld kon worden naar de Begroting 2011. Deze hebben nu een positieve uitwerking op het resultaat 2010, maar de te betalen facturen zullen ten laste vallen van het budget 2011. De financiële taakstelling 2010 is in de begroting Buitenruimte verwerkt. De tussentijdse bezuiniging is middels een begrotingscorrectie doorgevoerd. Deze taakstellingen zijn binnen het huidige resultaat gerealiseerd. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Reserve riolering
Totaal reserves
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
-78
-
-78
-
-
-
-78
-
-78
Toelichting reserves: Er hebben geen mutaties in de reserve riolering plaatsgevonden in 2010. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare VOORZIENINGEN
Onderhoudsvoorziening Buitenruimte
Totaal reserves
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
-47
453
406
-
-
-
-47
453
406
p 174
/ G e m e e n t e B r e da
Toelichting voorzieningen: In 2010 zijn de decentrale en centrale onderhoudsvoorziening van de directie Buitenruimte samengevoegd, waarbij de centrale voorziening is vervallen. Vandaar dat er in 2010 een zeer groot bedrag (€ 870.000) is gedoteerd in de decentrale onderhoudsvoorziening. €72.000 hiervan is gestort vanuit de begroting Buitenruimte, de rest (€ 798.000) is afkomstig uit de centrale onderhoudsvoorziening. Het meerjarenonderhoudsplan van de gemeente is leidend geweest voor het onderhoudsprogramma dat bij de Buitenruimte gebouwen is uitgevoerd. In 2010 hebben meer werkzaamheden plaatsgevonden dan gemiddeld. Dit komt met name omdat er een inhaalslag in het onderhoud aan het gebouw aan de Nieuwe Kadijk heeft plaats gevonden. Aan dit gebouw is de laatste jaren terughoudend onderhoud uitgevoerd omdat het gebouw op de nominatie stond om afgestoten te worden. Dit als gevolg van de ontwikke lingen in Teteringen. Het resultaat van al deze handelingen zorgt er voor dat in 2011 een bedrag van € 406.000 beschikbaar is voor onderhoud.
Diverse investeringen in de buitenruimte Riolering Oosterhoutseweg fase 2 (progr.Teteringen) Bedrijfsmiddelen buitenruimte Totaal investeringen
3.232
3.232
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
0
0
9.500
9.176
324
324
11.377
8.445
2.932
2.932
0 0
1.471
1.327
144
144
0
25.580
22.180
3.400
3.400
0
Toelichting investeringen: Diverse investeringen Buitenruimte: Deze post omvat een grote diversiteit aan investeringsprojecten, verdeeld over de hoofdgroepen civiel, groen en stedelijk water. Hieronder een overzicht van de meest in het oog springende investeringen. Civiel De geplande vervanging van lichtmasten en armaturen is uitgevoerd, voor de laatste keer in combinatie met het beschikbare Kadernota 2009 budget. Bij verhardingen zijn de volgende 15 projecten (geheel of gedeeltelijk) uitgevoerd: Herinrichting Dreef Princenhage (budget Kadernota 2009), afronding herinrichting Zwijnsbergen straat, herinrichting en groot onderhoud Loevesteinstraat, onderhoud Verloren Hoek / Strijpen seweg, onderhoud Allerheiligenweg, onderhoud Fatimastraat / Eggestraat, onderhoud Rijnauwenstraat / Pennendijk, groot onderhoud kruispunt Loevesteinstraat / Zwijnsbergen straat, onderhoud kruispunt Lunetstraat / Tramsingel, onderhoud Willem de Bruinstraat / Heilaarstraat, onderhoud voetpad Weerijssingel, onderhoud fietspad Fellenoordstraat / Maria laan, onderhoud Steenen Hoofd, onderhoud Elzenbroek, onderhoud voegen Tolbrugstraat / Grote Markt / Kerkstraat. Groen De investeringsbudgetten zijn voornamelijk uitgegeven aan de volgende zaken: rooien en ver vangen van bomen, reconstructies van plantvakken naar aanleiding van maatschappelijke ver zoeken, enkele kleine ecologische projecten, aanleg van een kunstgras trapveld, aanpak wor telopdruk en tenslotte aanpak van graffiti in de binnenstad. Stedelijk water De voor deze groep beschikbare investeringsbudgetten zijn ingezet voor baggerwerkzaamheden in gemeentelijke waterlopen, onderhoudswerkzaamheden aan duikers en sloten en het verbeteren van de waterafvoer van wegbermen in het buitengebied door afplaggen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 5
/ G e m e e n t e B r e da
0
Riolering Rioleringsprojecten duren gemiddeld tussen de 2 en 4 jaar. De lengte is mede afhankelijk van de opbouw van het project (aantal fasen), omvang en het type project. Voor de totale investe ringen kan worden aangegeven dat de uitvoering van werkzaamheden is verlopen conform de jaarschijf van het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2009-2013. De uitgaven zijn op een groot aantal projecten gedaan. Hieronder wordt ingegaan op de meest relevante of grote projecten. 1. Drukrioolvervanging Bij dit project worden 580 drukrioolpompjes vervangen en wordt de energieaansluiting volgens wettelijke verplichting bemeterd aangesloten. Dit meerjarig project bevindt zich in de pilotfase. Tijdens de pilotfase zijn 16 locaties gerealiseerd, de daadwerkelijke uitrol van alle locaties zal plaatsvinden in 2011 en 2012. 2. Rioolvervanging/verbetering Koraalstraat e.o. en Olmstraat e.o. In 2010 zijn deze rioolvervangingsprojecten verder voorbereid, aanbesteed en voor een deel in uitvoering gegaan. Hierbij wordt het bestaande gemengde riool vervangen door een hemelwaterriool en een vuilwaterriool. Voor beide projecten is de burger benaderd om in het kader van duurzaamheid hun dakoppervlak tevens af te koppelen op het hemel waterriool. 3. Procesautomatisering Riolering Bij het project procesautomatisering wordt de besturing van de grote gemalen in de stad vervangen. Voorheen werden de gemalen bestuurd op 4 verschillende manieren. Bij dit project worden de 3 oudste methoden vervangen voor een nieuwe. Bij deze nieuwe methode wordt ingespeeld op sturen met water om droge voeten te houden, maar ook met het op afstand bestuderen en aansturen van de gemalen zodat de werkzaamheden voor de gemalenmonteurs efficiënter worden. 4. Gemaal Markendaalseweg De vervanging van de onderbouw van gemaal Markendaalseweg heeft in 2007 en 2008 plaatsgevonden. Daarna is in combinatie met de aanleg van de Nieuwe Mark ook de bovenbouw van het gemaal ontworpen. De uitvoering van dit ontwerp heeft tot een aantal problemen geleid met goedkeuring van het ontwerp bij welstand en het rekening houden met de aanleg van diep riool ten behoeve van een mogelijke verdieping van de Nieuwe Mark. In 2010 is de uitvoering voor een deel gerealiseerd. In 2011 zal het gemaal worden voltooid, inclusief watergordijn en visualisatie van vijzels, pompen en ontvangstkelder. 5. Reliningsprojecten In 2010 zijn een aantal reliningen voorbereid en uitgevoerd. Bij reliningen wordt de bestaande rioolleiding voorzien van een kunststof kous van binnen uit waardoor de lei ding voor ca 30 jaar weer voldoet aan de vereiste kwaliteit. Voordeel van de methode is dat de wegverharding hierbij niet verwijderd hoeft te worden. Nadelen van deze uitvoe ringswijze zijn dat de hemel- en afvalwaterstromen niet gescheiden kunnen worden en dat er geen onderhoud aan huisaansluitingen wordt gepleegd. Voorbeelden van relinings projecten zijn Galderseweg, Zandberg en Mortelweg 6. Herstelpunten gemalen Bij het project herstelpunten gemalen worden een groot deel van alle ca 150 grote gemalen in de stad hersteld, pompen worden vervangen. Daarnaast worden de gemalen uitgevoerd conform de huidige Arbo-eisen, hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan het plaatsen van valroosters. 7. Steenen Hoofd Bij dit project wordt naast de relining van de leiding tevens een hemelwaterleiding bijgelegd. Bij dit project wordt op verschillende niveaus samengewerkt met in- en externe partijen, bijvoorbeeld Hornbach en projectmanagement. Oosterhoutseweg 2e fase In 2010 is de tunnelbak onder de Oosterhoutseweg opgeleverd en in gebruik genomen. Het project wordt in de eerste helft van 2011 afgerond, met de Provincie is afgesproken dat de subsidie ook in 2011 ingezet mag worden, door het intreden van de vorst is het project niet in december 2010 afgerond. Van het resultaat is afgesproken dat € 1.000.000 wordt ingezet voor kruispunt Aanstede, dit heeft geen consequenties voor de subsidie.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 176
/ G e m e e n t e B r e da
Bedrijfsmiddelen Buitenruimte In 2010 heeft een aantal reguliere vervangingen binnen het wagenpark plaatsgevonden van voertuigen die het eind van de levensduur hadden bereikt, samen met enkele huisvesting- en automatiseringsprojecten. Er is een uitgebreidere kleine veegmachine aangeschaft, waardoor de werkzaamheden efficiënter kunnen worden uitgevoerd. Gevolg is dat in 2011 één grote veegmachine minder hoeft te worden vervangen. Dit levert structureel een besparing op. Tevens is de markt geraadpleegd op de mogelijkheid om één integraal beheersysteem voor alle beheerelementen aan te schaffen. Gebleken is dat het op basis van de geformuleerde doelstellingen niet mogelijk is om binnen nu en drie jaar een dergelijk (bewezen) systeem aan te schaffen. Derhalve is nu besloten om vooralsnog alleen het groensysteem in 2011 te ver vangen. Enkele investeringen zijn in een aanbesteding/inkooptraject aan het eind van 2010 gestart en daarmee doorgeschoven naar 2011 (bijvoorbeeld busjes).
E) Risico’s In het kader van het Risicomanagement zijn bij Buitenruimte voor 2010 en verder de volgende zaken als grootste risico’s benoemd. •
Productiviteit projectgestuurde afdelingen
Aan het begin van het jaar bestond er grote onzekerheid over de inzet die gevraagd zou worden van de afdelingen IBB en OOr en bureau RI, vanwege de economische crisis. Over de gevraagde inzet geven opdrachtgevers vaak pas in een laat stadium duidelijkheid, wat dit tot een moeilijk beheersbaar risico maakt. Het totaal resultaat van de afdelingen ten opzichte van de oorspronkelijke begroting is positief, hiervoor zijn twee hoofdoorzaken. Ten eerste is naar aanleiding van de 2e berap het budget van bureau RI en OOr aangevuld, vanwege de verwachte tekorten bij deze afdelingen. Ten tweede zijn er er gedurende het jaar bij IBB veel extra opdrachten binnengekomen. Daardoor zijn er meer productieve uren gerealiseerd dan verwacht en is er zelfs nog aanvullende capaciteit ingehuurd. Dit heeft tot een sterk positief resultaat bij die afdeling geleid. Totaal projectgestuurde afdelingen: circa € 545.000 •
Nieuwbouw toezichthoudersgebouw Galderse meren
In verband met de vergunningprocedure is de realisatie van het gebouw niet voor het zwemseizoen gerealiseerd. In overleg met de reddingsbrigade is er vervolgens voor gekozen om de bouw uit te stellen tot na het zwemseizoen. De veiligheidsvoorschriften rondom het gebouw zouden te veel druk hebben gezet op de zwemmogelijkheden. Eind 2010 is opdracht gegeven om de bouw op te starten. Inzet is nu om het gebouw voor het zwemseizoen 2011 te hebben gerealiseerd •
Wortelopdruk Haagse Beemden
Het was de bedoeling om de wortelopdruk in Noortberghmoeren en de Paradijslaan grondig aan te pakken. De ervaring leert echter dat in de uitwerking bezwaren of andere wensen van bewoners tot vertraging kunnen leiden. Naar aanleiding van bezwaren van omwonenden is bij Noortberghmoeren inderdaad vertraging ontstaan. In overleg met bewoners is naar een oplossing gezocht. Voor de uit te voeren werkzaamheden is in november vergunning verleend. •
Kunstgras trapvelden
Afstemming met omwonenden heeft niet tot vertraging geleid. Door cofinanciering van en samenwerking met meerdere maatschappelijke partners zouden zelfs meer dan 2 kunstgras velden gerealiseerd gaan worden. Helaas is vanwege de vroege winterse omstandigheden vanaf november uiteindelijk maar één kunstgrasveld nog in 2010 gerealiseerd. De overige vijf geplande velden zullen in het eerste kwartaal van 2011 aangelegd worden. •
Groen op- en overslag Teteringen
Rapportage: Voor 2010 is er een inkoopcontract afgesloten voor het afvoeren van snoei afval. De hiermee gerealiseerde kostenreductie en de hoger dan verwachte opbrengst heeft er voor gezorgd dat het verwachte tekort van € 300.000 een overschot geworden is van circa € 85.000. Het wordt voor 2011 niet meer als een risico gezien.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 7
/ G e m e e n t e B r e da
•
Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netten
In het kader van deze Wet is de gemeente verplicht de gegevens van diverse elementen in de ondergrondse openbare buitenruimte in een vooraf vastgesteld formaat digitaal beschikbaar te stellen aan het Kadaster/Klic. Dit is een omvangrijke operatie. We zijn er desondanks in geslaagd om tijdig aan de wettelijke verplichtingen te voldoen. Afronding en financiële afwikkeling van het project vinden plaats in 2011. Vervolgwerkzaamheden zijn inmiddels onderdeel van het reguliere werk. •
Bedrijfsinvesteringen
Door pieken in de noodzakelijke vervanging van voertuigen (bijvoorbeeld strooiwagens) worden de kapitaallasten op termijn mogelijk zo hoog dat dit niet meer binnen de regu liere begroting is op te vangen. De noodzakelijke investeringen worden voortaan structu reel meerjarig in beeld gebracht om knelpunten vroegtijdig in beeld te krijgen en zo moge lijk te ondervangen. •
Academie Buitenruimte
Door opleidingen van medewerkers onder te brengen in een academie, kan voor de werk gever een korting verkregen worden op de belastingafdracht voor die medewerkers. De administratieve handelingen rondom deze belastingkorting bleken in de praktijk zo hoog te zijn, dat het niet wenselijk was om op deze manier door te gaan met opleiden van medewerkers. Momenteel wordt gekeken of het mogelijk is om wel de uitgangspunten van de Academie Buitenruimte in een andere vorm te handhaven. Door het wegvallen van de belastingteruggave zijn er in 2010 meer kosten gemaakt dan er budget voor begroot stond. Financiële afwikkeling heeft inmiddels plaatsgevonden. Het wordt voor 2011 niet meer als een risico gezien. •
Groot onderhoud openbare verlichting
Het benoemde risico is opgetreden, doordat de aannemer vertraagd is begonnen met het uitvoeren van dit meerjarige onderhoudscontract. Hierdoor is de uiteindelijke uitvoering van het werk niet in lijn met de vooraf gemaakte meerjarenplanning en daaraan gekoppelde jaarlijks beschikbare financiële middelen. In 2010 zijn door deze oorzaken hogere kosten ontstaan dan er exploitatiebudget beschikbaar was, waardoor op dit beheerelement een tekort van € 440.000 ontstaan is. Dit tekort is opgevangen binnen de totaalbegroting van de directie. De directie stuurt in 2011 op het voorkomen van nieuwe overschrijdingen. •
Inkomende subsidies
Alle subsidietrajecten zijn dit jaar naar tevredenheid afgerond, op één traject na: de Oosterhoutseweg. Dit loopt nog door. Hier worden geen subsidietegenvallers verwacht. Het wordt voor 2011 niet meer als een risico gezien.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 8
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 3 | BREDASE SAMENWERKENDE BEDRIJVEN
A) Taakveldomschrijving Het voorkomen van maatschappelijke uitsluiting door verhoging van de (arbeids)participatie. Dit door het vergroten van de arbeidscapaciteit en het probleemoplossend vermogen van mensen, in het bijzonder door ondersteuning bij het werken met een arbeidsbeperking of -handicap én met als doel een duurzame arbeidsplaatsing onder zo regulier mogelijke omstandigheden.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Het voorkomen van maatschappelijke uitsluiting door verhoging van de (arbeids) participatie
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Aantal Wsw plaatsen uitgedrukt in standaardeenheden binnen toegekend Rijksbudget Wsw en BSW exploitatie
Begrote score
1.1 Realiseren van de ministeriële taakstelling binnen het toegekende rijksbudget Wsw, vermeerderd met het commercieel resultaat en de inzet van eigen middelen
1.1.1 Het continueren van de reguliere bedrijfsvoering
1.2 Realiseren van extra detachering- en begeleid werkenplaatsen
1.2.1 Het stimuleren en ontwikkelen van een extra contingent SW’ers van binnen naar buiten
1.2.1.1 Toename aantal 20 detacheringen en detachering- of begeleid 20 begeleid werken werkenplaatsen plaatsingen
1.3 Activeren van personen op de wachtlijst naast de ministeriële taakstelling
1.3.1 Afspraken met UWV en subsidie verstrekkers maken ter realisatie van extra activeringstrajecten
1.3.1.1 Aantal Wsw15 personen activeringsplaatsen boven de ministeriële taakstelling
1.4 Versterken van de positie in de keten van zorg en inkomen door het realiseren van een geïntensiveerde aansluiting bij het lokale zorg- en onderwijsveld
1.4.1 1.4.1.1 Het initiëren en reali- Het realiseren van een 1 infra-structurele seren van overleg- en tussenvoorziening tussenvoorziening informatie tussen zorginstellingen 'Scharnierpunt' structuren en het en BSW Bedrijven aanpassen van de organisatie aan de veranderende persoonlijkheids structuur van de SW-doelgroep
1.032,2 SE
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Ad 1.1 De in de begroting gehanteerde taakstelling ten aanzien van het aantal te plaatsen Wsw medewerkers in 2010 is gebaseerd op een prognose van brancheorganisatie Cedris van medio 2009. De definitieve taakstelling voor 2010 van het ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid is pas eind 2009 bekend gemaakt en is 14 SE’s hoger dan de eerdere prognose van Cedris. Het betreft de gemiddelde bezetting in aantal SE’s over 2010.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 17 9
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Breda: 1.021,5 SE Baarle Nassau: 23,3 SE Totaal: 1.044,8 SE
32 detacheringen en 2 begeleid werken plaatsingen
17 Wajongers
In 2010 is de basis gelegd voor een gezamenlijke voorziening voor sociale werkvoorziening, verstandelijk gehandicaptenzorg en geestelijke gezondheidszorg. De noodzaak om samen te werken wordt door partijen onderkend. Dit heeft er toe geleid dat er concrete afspraken gemaakt zijn over een gezamenlijke voorziening binnen de muren van BSW Bedrijven.
Ad 1.2 Ten aanzien van het aantal begeleid werken plaatsingen moet worden opgemerkt dat in 2010 meer externe plaatsingen werden beëindigd dan voorheen en verwacht. Het effect van de economische crisis laat zich hier direct gelden. Bovendien stellen werkgevers zich zeer terug houdend op om personeel in vaste dienst te nemen. Het aantal nieuwe plaatsingen kon de terugval net compenseren waardoor er per saldo sprake is van een stabilisatie van het aantal personen bij begeleid werken. Ook bij detacheringen zijn een relatief groot aantal plaatsen beëindigd, maar kon een toename worden gerealiseerd door het detacheringsbeleid toe te spitsen op de zogenaamde branche gerichte detacheringen. Werkgevers wensen hun flexibiliteit in personele bezetting te behouden. BSW Bedrijven heeft met succes op deze wens in kunnen spelen. Per saldo steeg het aantal groeps- en individuele detacheringsplaatsen met 32. Ad. 1.3 Gedurende 2010 zijn 17 Wajongers in dienst genomen en tegen minimum loon te werk gesteld. Financiering vond grotendeels plaats via het UWV Werkbedrijf. Via Neovita B.V. heeft BSW een 2-tal overeenkomsten met de directie Sociale Zaken van de gemeente Breda afgesloten met als doel uitvoering te geven aan de doelstelling om deel nemers te activeren gedurende hun wachttijd voor de Sociale Werkvoorziening en gedurende deze activeringsperiode zo regulier mogelijk te laten werken in het kader van de Wsw. Gedurende 2010 hadden gemiddeld 39 personen uit hoofde van deze overeenkomsten een dienstverband met Neovita B.V.
C) Bijzondere ontwikkelingen Korting op wsw -rijkssubsidie De jaarlijkse aanpassing van de wsw-rijkssubsidie ter compensatie van onder meer de stijging van de wsw-loonkosten is in 2010 niet verstrekt. Voor 2010 betreft dit een gederfd bedrag van ongeveer € 450.000. Ook de daarop volgende jaren zal deze niet worden verstrekt. Deze korting maakt deel uit van de zogeheten Adviezen Brede Heroverweging en vormt een onder deel van de kortingen waarop de Gemeente Breda acties pleegt. Economische situatie De economische crisis heeft in 2010 een minder sterk negatieve invloed gehad op de ontwik keling van het bedrijfsresultaat van BSW Bedrijven dan in het jaar 2009. De industriële omzet van het Werkbedrijf steeg licht, echter problemen blijven zich voordoen in een aantal sectoren. Detachering van personeel steeg verder, terwijl werkgevers, mede ingegeven door de onzekere economische vooruitzichten, zeer terughoudend waren om mensen in begeleid werken in vaste dienst te nemen. Arbeidsmarktontwikkelingen De externe plaatsing van medewerkers (van binnen naar buiten) stond met name in de 1e helft van 2010 vooral in het teken van het behoud van het huidige aantal plaatsen. Werk gevers kozen voor het niet verlengen van tijdelijke dienstverbanden, het afstand doen van tijdelijke krachten en in sommige gevallen zelfs het ontslaan van vaste medewerkers. Gedurende de 2e helft van 2010 is herstel in de markt opgetreden en is, mede door de commerciële inzet op de branchegerichte detacheringen van personeel, het aantal externe plaatsen met 34 gestegen. Kosten begeleidingsorganisatie Een strategisch vraagstuk blijft de uitstroom (veelal pensionering) van de betere SW-ers uit vooral meewerkende, ondersteunende en leidinggevende taken. Deze uitstroom aan betere SW-ers leidt tot een vervangingsvraag die niet langer uit het interne SW-aanbod kan worden ingevuld. Daardoor zou vervanging/aanvulling vanuit de reguliere arbeidsmarkt moeten worden gerealiseerd. Dit zou echter een zeer forse kostenverhoging door ongedekte loonkosten tot gevolg hebben. Gedurende 2010 werden diverse mogelijkheden benut om de uitholling van de begeleidingsorganisatie en de daaraan gekoppelde kostenstijging tegen te gaan (bijvoor beeld door: toename van detacheringen en begeleid werken, overgang van SW-medewerkers van begeleidings- en kapitaalsintensieve werksoorten naar minder begeleidings- en kapitaals
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 180
/ G e m e e n t e B r e da
intensieve werksoorten, toepassen van het principe van verdergaande arbeidsdeling, inzet van alternatieve gesubsidieerde arbeid, gedeeltelijke inhuur van gepensioneerde betere SW’ers en dergelijke). Een belangrijk speerpunt hierbij was de inzet op de 55+-regeling. Hiermee konden meerdere doelen worden gediend; het realiseren van de activerende 55+ doelstelling, het handhaven van de kwaliteit van de begeleidingsorganisatie van BSW Bedrijven tegen accep tabele kosten én zeker niet op de laatste plaats een maatschappelijk zinvolle bijdrage door en zinvolle baan voor de 55+ cliënt/medewerker.
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Werkbedrijf Kringloopcentrum ‘Vindingrijk’ Leerwerkbedrijf
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
34.388
34.434
33.614
33.366
35.265
34.405
1.915
1.963
1.968
2.125
1.803
1.918
11.596
11.660
11.130
11.724
12.194
13.370
-
-
49.262
49.693
BSW Algemeen 47.899
Subtotaal: reserves
Storting
Reserves B.S.W. Totaal exploitatie
48.057 Onttrekking
46.712 Storting
47.215 Onttrekking
Storting
327
475
327
475
325
48.284
48.384
47.187
47.542
49.737
50.018
100
Exploitatieresultaat
355
Toelichting exploitatie: In 2010 was binnen het Werkbedrijf de doorwerking van de economische crisis nog steeds duidelijk merkbaar. Dit jaar trok dit echter niet alleen een wissel op het resultaat van de sector Industrie maar ook op het resultaat bij de sector Diensten die in 2009 nog redelijk gespaard bleef. Het Werkbedrijf, waar het leeuwendeel van de SW-medewerkers werkzaam is, werd in september 2010 ook geconfronteerd met het uitblijven van de landelijke ‘compensatiemaatregel WSW-rijkssubsidie’ waardoor ‘het gat tussen de SW-lonen en de WSW-rijkssubsidie’ verder toenam c.q. verder verslechterde. Dit betreft een structurele verslechtering van circa € 450.000 per jaar en is één onderdeel van het geheel aan maatregelen / kortingen op de WSW-rijkssubsidie dat uiteindelijk in 2014 ongeveer € 3.200.000 per jaar structureel moet beslaan. Het Leerwerkbedrijf, inclusief het Werkgewenningsbedrijf en Begeleid Werken, en de verschillende projecten (SW&MKB, energie, inbraakpreventie, VSO/SVO, graffiti- en wildplak project), lieten daarentegen een positiever resultaat zien dan begroot. Ook Vindingrijk realiseerde, evenals voorgaande jaren, een positief resultaat. Gezamenlijk behaalden de BSW Bedrijven dan ook een beter exploitatieresultaat dan begroot. Door de netto groei (totale groei van het aantal externe plaatsingen verminderd met het aantal beëindigde plaatsingen) van 34 nieuwe externe plaatsingen verbeterde de verhouding van ‘binnen’ naar ‘buiten’. Het relatief grote aantal beëindigde externe plaatsingen (met name begeleid werkplekken) ten gevolge van de slechte economische omstandigheden waarin diverse bedrijven in 2010 verkeerden heeft helaas een sterke doorwerking gehad op genoemde netto groei. Zonder dit negatieve effect was door de groei in het aantal externe plaatsingen de Cedris-doelstelling reeds in 2010 bereikt. Dit zal naar verwachting in 2011 gebeuren. Het bij de begroting geraamde resultaat van € 475.000 is conform de begrotingscijfers toege voegd aan de reserve. Bij de uiteindelijke voorstellen voor de resultaatbestemming zal het restant van het resultaat worden verwerkt.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Onttrekking
385
p 181
/ G e m e e n t e B r e da
281
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Algemene reserve B.S.W.
1.438
150
1.588
Bestemmingsreserve Wsw
8.142
-
8.142
Bestemmingsreserve Wwb
-
-
-
Bestemmingsreserve WGP
-
-
-
9.580
150
9.730
Totaal reserves
Toelichting reserves: De mutaties in 2010 betreffen de onttrekkingen uit hoofde van de financiering van de functie Beleidsmedewerker Sociale Werkvoorziening bij de afdeling Sociale Zaken van de Gemeente Breda. Daarnaast vonden onttrekkingen plaats welke betrekking hebben op niet gesubsidieerde loon kosten van medewerkers uit de ex-ID regeling. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Voorziening overige lasten
Totaal voorzieningen
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
25
-25
-
-
-
-
25
-25
-
Toelichting voorzieningen: n.v.t.
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
BSW bedrijfsmiddelen
750
234
516
516
Totaal investeringen
750
234
516
516
0 0
Toelichting investeringen: BSW Bedrijven voert een zeer terughoudend beleid als het gaat om investeringen in de vervanging of uitbreiding van gebouwen en bedrijfsmiddelen. Jaarlijks stelt de directie de hoogte van de budgettaire investeringsruimte vast en gedurende het jaar worden investerings aanvragen op hun meerjarige rentabiliteit beoordeeld. De investeringsruimte voor 2010 bedroeg € 0,750 miljoen. Deze ruimte werd benut voor € 0,234 miljoen. Dit betrof met name vervangingsinvesteringen in automatisering, gebouwen en transportmiddelen.
E) Risico’s De volgende risico’s worden onderscheiden: •
Het kabinet wil toe naar een regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt, die de WWB/WIJ, Wajong en de Wsw hervormt en die decentraal wordt uitgevoerd door gemeenten en/of werkpleinen. De nieuwe Wet Werken naar Vermogen heeft ingrijpende gevolgen voor BSW Bedrijven, Wsw medewerkers en de re-integratie doelgroepen. De plannen worden in 2011 uitgewerkt. Het kabinet heeft de bezuinigingen voor 2012 taakstellend ingeboekt. Deze komen boven op de bevriezing van de Wsw subsidie in 2010 en de korting op de subsidie in 2011. Duidelijk is dat de bedrijfsvoering van BSW Bedrijven verder zal moeten worden aangepast aan de veranderende regelgeving. Het programma van kosten besparingen is reeds ingezet. Het tempo van de voorgenomen bezuinigingen gaat echter
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 182
/ G e m e e n t e B r e da
0
sneller dan de verwachte besparingen in de toekomstige bedrijfsvoering. Gedurende de overgangsperiode dat de bedrijfsvoering moet worden aangepast zullen substantiële exploitatietekorten ontstaan. Pas als de nieuwe regelgeving afgerond is zal de omvang van deze tekorten duidelijk worden. •
Het extern plaatsen van de SW-doelgroep wordt bemoeilijkt doordat de instroom vanaf de wachtlijst diverser en problematischer wordt als gevolg van veelal psychische aandoeningen. Bovendien wordt de begeleiding van intern geplaatsten intensiever en stelt andere eisen aan het kader. Hierdoor wordt de begeleiding van zowel intern geplaatsten als de ontwikkeling naar externe plaatsing duurder terwijl de inkomende subsidie per hoofd naar verwachting zal dalen. Naar verwachting ontstaat het risico dat de continuïteit van een aantal specifieke activiteiten en het rendement in het algemeen onder druk komen te staan, aangezien deze ontwikkeling zal leiden tot hogere personeelskosten.
•
Op dit moment wordt het benodigd kader van BSW Bedrijven overwegend ingevuld door SW-medewerkers. Door de toenemende vergrijzing zal het aantal SW-leidinggevenden af gaan nemen. Hierbij komt dat SW-mederwerkers in toenemende mate via detacheringen en begeleid werken bij reguliere werkgevers worden geplaatst. SW-leidinggevenden zijn hiervan niet uitgezonderd. Een aantal leidinggevende functies zal moeilijk of niet ingevuld kunnen worden door de nieuwe generatie SW-ers. Bovendien zullen er vervangende functies gevonden moeten worden voor Wsw-kadermedewerkers die niet meer voldoen aan de huidige eisen voor deze functies. Voor BSW Bedrijven heeft deze ontwikkeling hogere personeelskosten tot gevolg als het Wsw-kader zal moeten worden vervangen door ambtenaren.
•
Een aantal commerciële activiteiten van het Werkbedrijf is afhankelijk van een beperkt aantal grote private opdrachtgevers. Het risico is aanwezig dat bij het wegvallen van een of meerdere grote opdrachtgevers er niet direct vervangend werk kan worden gevonden. Dit heeft een mogelijk bezettingverlies tot gevolg.
•
Het Leerwerkbedrijf K.Pabel is in haar re-integratie activiteiten in grote mate afhankelijk van de Gemeente Breda en het UWV Werkbedrijf. De contracten hebben een beperkte looptijd. Voor K.Pabel is het risico aanwezig dat bij het wegvallen van een of meerdere contracten er niet direct vervangend werk kan worden gevonden. Dit heeft een mogelijk bezettingsverlies tot gevolg of kan leiden tot frictiekosten indien de bestaande capaciteit niet kan worden ingezet voor vervangend werk. Bovendien bestaat de kostenstructuur van K.Pabel voornamelijk uit vaste kosten. Deze vaste kosten, i.c. personeelskosten, zijn niet snel en veelal slechts tegen hoge kosten (wachtgeldverplichtingen) aan te passen aan wijzigingen in afzetmogelijkheden.
•
BSW Bedrijven loopt de risico’s van ondernemerschap in brede zin. Door de economische crisis is dit nog eens duidelijk manifest geworden. Productievolumes namen af en marges stonden onder druk, met name in 'Industrie' binnen het Werkbedrijf. Bij 'Vindingrijk' ondervindt men het probleem van verminderde beschikbaarheid en aanvoer van bruikbare (duurdere) goederen. De externe plaatsing van medewerkers (van binnen naar buiten) stond meer in het teken van het behoud dan de uitbreiding van het huidige aantal plaatsen. Hierdoor is het risico aanwezig dat de (rendements-) doelstellingen voor BSW Bedrijven niet volledig worden gerealiseerd.
•
De Raad van de Gemeente Breda stelt de specifieke beleidsdoelstellingen van de gemeente op het terrein van sociale zaken vast. Voor BSW Bedrijven heeft dit tot gevolg dat zij ten opzichte van haar private concurrenten niet alleen te maken heeft met financiële doelstel lingen, maar ook met maatschappelijke doelstellingen. Het voldoen aan deze maatschap pelijke doelstellingen kan voor BSW Bedrijven het gevolg hebben dat zij enerzijds een lagere omzet genereert en anderzijds te maken heeft met een hogere kostprijs dan haar directe concurrenten. Hierdoor is het risico aanwezig dat de rendementsdoelstelling voor BSW Bedrijven niet volledig wordt gerealiseerd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 183
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 4 | CULTURELE INSTELLINGEN
A) Taakveldomschrijving Met de gemeentelijke culturele instellingen verbinden wij blijvende waarden met de vernieuwing en dynamiek van de Bredase samenleving. Wij stimuleren een zo breed mogelijke deelname aan cultuur in de stad. Met informatie, confrontatie en uitdaging creëren we steeds nieuwe banden tussen individuen en groepen.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Participatie Grotere deelname van burgers aan de diverse cultuuruitingen, zowel actief als passief.
Te behalen doelstelling
1.1 Consolidatie actieve participatie, toename bezoekersaantallen
Activiteiten in 2010
1.1.1.2 •• Leden
•• 48.000
•• Uitleningen
••1.325.000
•• Bezoekers van activiteiten
•• 4.000
1.1.3 Breda’s Museum: Project fotografie in Breda 150 jaar en participatie Breda Photo
1.1.1.3 •• Bezoekers hoofdvestiging •• Dependances •• Bezoekers website
1.1.4 Nieuwe Veste: Uitbreiden activiteiten The Loads en meer samenwerkings projecten
1.1.1.4 •• Leerlingen / cursisten •• Bezoekers •• Deelname activiteiten amateurs
1.2
1.2.1 Alle drie Continuering aandacht voor PR/ marketing en communicatie:
2.1 Consolidatie (basis onderwijs) en lichte groei (v.o.) van het aantal cultuurconfrontaties bij leerlingen in het basis- en voort gezet onderwijs
2.1.1 De Ontdekking •• Leesbevorderings projecten •• Rode Draad •• Kunstprojecten op maat
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Begrote score
mate van realisatie
1.1.1 Projecten gericht op diversificatie van publiek/deelnemers:
1.1.2 Bibliotheek: Projecten leesbevordering
2 Educatie: Toename belangstelling bij alle kinderen/ jongeren in de leeftijd tot 18 jaar voor zelf actief zijn in een culturele discipline of meer halen uit passief ondergaan van diverse kunstuitingen
Indicator omschrijving
p 184
••30.000 •• 50.000 ••130.000
••29.000 (19.849) •• 64.000 (65.168) ••110.000 (117.975) (Tussen haakjes is realisatie Jaarrekening 2009)
••3.976
•• 4.185
••39.750 •• 950
•• 41.000 (41.000) ••1.025 (1.150) (Tussen haakjes is realisatie Jaarrekening 2009)
2.1.1.1 Totaalbereik leerlingen basisonderwijs: •• Bibliotheek •• 95% •• Breda’s Museum ••7.500 •• Nieuwe Veste •• 6.200
/ G e m e e n t e B r e da
•• 49.405 (49.629) ••1.284.766 (1.348.434) •• 5.623 (5.814) (Tussen haakjes is realisatie Jaarrekening 2009)
(4.180)
•• 96% (95%) •• 9.300 (3.500) ••12.694 (13.930) (Tussen haakjes is realisatie Jaarrekening 2009)
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.1.1.2 Waarvan deelname de Ontdekking •• Bibliotheek •• Breda’s Museum •• Nieuwe Veste
Begrote score
•• 6.000 •• 5.200
2.1.1.3 Bereik leerlingen voortgezet onderwijs: •• Bibliotheek ••75% •• Breda’s Museum ••1.500 •• Nieuwe Veste ••2.200
2.2 Toename van cultuurontmoetingen in de voor- en naschoolse opvang
2.2.1 Intensiveren van contacten en programma’s in de voor- en naschoolse opvang
2.2.1.1 Aantal bereikte kinderen •• Bibliotheek
500 (nulmeting in 2009) •• Kinderdagverblijven/ 50% peuterspeelzalen •• Digitaal prenten 403.000 boek bekeken •• Lezingen 9
3.1.1.1 Bezoekers fysiek en digitaal Bibliotheek: •• fysiek •• digitaal
•• 650.000 •• 410.000
• 706.411 (683.745) • 532.678 (443.461)
• 75%
• 75%
• 100
• 300
• 3
4
4.1.1 Herinrichting depots, voortgang digitaal registratieproject
4.1.1.1 Percentage geregistreerde collecties
4.1.2 Aanwinsten
4.1.2.1 Aantal verwervingen
5.1.1 5.1.1.1 Ondersteunen/ uitvoe- Aantal activiteiten ren van projecten met mede een bovenlokale uitstraling
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Bibliotheek Breda Het totaal ledental van Bibliotheek Breda is gedaald met 0,5% ten opzichte van 2009 naar 49.405 leden. In de leeftijdsgroep tot 20 jaar en boven 65 jaar is een kleine stijging waar te nemen, terwijl in de groep volwassenen een daling (3,6%) valt op te merken. 28% van de Bredase bevolking is lid van de bibliotheek.
p 185
(50%)
1.085 (862) 1.300 (1.740) (400+1.340) (Tussen haakjes is realisatie Jaarrekening 2009)
4 Collectievorming: Vormen en in stand houden van de collectie van Breda’s Museum
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
75% (75%) 500 (425) 2.532 Incidenteel (2.788) 585 stuctureler (339) (932 festival)
•• Brede school •• BSO
3.1.1 Reguliere informatiebemiddeling
5 5.1 Imagoverbetering Verhoogde culturele Breda: Podiumactivi- identiteit van de stad teiten* van de drie instellingen dragen bij aan het op de kaart zetten van Breda als culturele stad
••3.430 (3.424) •• 6.500 (3.372) ••2.894 (6.783)
•• Nieuwe Veste
3 3.1 Informatiebemiddeling: Groei van gebruik/ Bevorderen van het bezoek vrije verkeer van informatie 4.1 Verbeterde samen stelling, staat en ontsluiting van de collectie
mate van realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
De uitleningen zijn teruggelopen met 4,7% naar 1.285.000. Het bezoek aan de bibliotheek is echter toegenomen met 3,3% naar 706.500 bezoekbewegingen. Datzelfde geldt voor het digitale bezoek dat een forse toename kent (532.678 digitale bezoekers ten opzichte van 443.461 in 2009). Participatie van het onderwijs is op vergelijkbaar niveau gebleven. Nieuwe Veste De prestaties laten weer een lichte stijgende lijn zien, maar voor 2011 zal die lijn niet automatisch zo doorlopen. De cijfers betreffen het kalenderjaar 2010, behalve voor de cijfers met betrekking tot de leerlingen die betreffen het schooljaar 2009-2010. De cijfers voor het schooljaar 2010-2011 kunnen iets lager uitvallen in verband met de vermindering van het aantal lesuren. Het verdwijnen van de cultuurkaart kan ook in 2011 gevolgen hebben voor het aantal leerlingen voortgezet onderwijs dat wordt bereikt. Breda’s Museum In het jaar 2010 heeft het Breda’s Museum zijn doelstellingen gerealiseerd. De doelstelling participatie werd ruimschoots gehaald, het museum, inclusief de dependances, ontving 94.000 bezoekers. Dat is een record aantal bezoekers sinds de opening van het pand aan de Parade in 1998. De groei van het bezoek aan de dependances die in 2009 werd gerea liseerd, kon in 2010 worden bestendigd. Het aantal bezoekers aan de hoofdvestiging bleef met 4% achter bij de prognose. Dat de oorspronkelijke raming niet werd gehaald, is terug te voeren op het feit, dat het museum in november gesloten was in verband met renovatie van vloeren en wanden, de ontmanteling van de vaste expositie Tijdspiegels, en de opbouw van de nieuwe expositie Passage. Desondanks is het werkelijke aantal fysieke bezoekers aan de hoofdlocatie uitgekomen op 29.000, en ook dat is een record. Ten opzichte van het jaar 2009 nam het aantal bezoekers op de hoofdloca tie toe met bijna 50%. Dat laat zich vooral verklaren uit de samenwerking met Breda Photo en uit de positieve publieke respons op de exposities The Picture Show, Kapitein Van Waegeningh en Passage. De toename van het aantal virtuele bezoekers dat zich in de afgelopen periode aftekende zet door. De doelstelling educatie werd gerealiseerd. De gehanteerde registratie in categorieën bezoe kers maakt een eenduidige vergelijking met voorgaande jaren echter onvolkomen; voor een aantal indicatoren moest met aannames, gebaseerd op totaalcijfers- worden gewerkt. Dat beperkt de interpretatiewaarde. Onder die aantekening blijkt, dat het bereik van het aantal leerlingen basisonderwijs substantieel is toegenomen. Niettemin registreert het museum ook een bepaald percentage ’no show’, en meldt een aantal scholen zich alsnog af (vaak omdat die het vervoer niet georganiseerd krijgen). Ook na correctie voor die trend resteert een toename van het aantal bereikte leerlingen. Het bereik van het voortgezet onderwijs blijft achter bij de raming. Dat is in lijn met de lande lijke trend. Daaruit blijkt, dat met name het instrument CKV -de stimulus voor cultuurpartici patie door jongeren- niet leidt tot een toename van museumbezoek. Daarop vormt Breda’s Museum geen uitzondering. De doelstelling collectievorming werd ruimschoots gerealiseerd. Dat was voor het onderdeel registratie met name mogelijk door de projectmatige inzet van externe krachten, die voor een deel werd bekostigd uit een provinciale doelsubsidie. Het Breda’s Museum was ook actief op het gebied van collectieacquisitie: zo’n 300 objecten werden verworven, waaronder enkele schilderijen, 50 bisschoppelijke prenten, 100 foto’s, 80 glasnegatieven, en uiteraard de collec tie Hamers-IJsebrand (450 objecten). De doelstelling imagoverbetering Breda werd ook gehaald: met de participatie in de Cultuurnacht, in Breda Photo, met het in samenwerking met de provincie Noord-Brabant georganiseerde symposium Brabant Brands, en met de slotmanifestatie Onder onze voeten (eveneens in samenwerking met de genoemde provincie).
C) Bijzondere ontwikkelingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 186
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 na Wijziging
lasten
baten
Bibliotheek
7.270
Breda's Museum
2.545
Nieuwe Veste Subtotaal: reserves
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
893
7.465
1.059
7.338
1.054
505
2.663
396
2.634
359
6.623
1.484
7.009
1.631
7.187
1.879
16.438
2.882
17.137
3.086
17.159
3.292
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
-
-
-
-
-
-
Totaal exploitatie
16.438
2.882
17.137
3.086
17.159
3.292
Bijdrage uit algemene middelen
13.556
14.051
13.867
Toelichting exploitatie: Bibliotheek Het resultaat van de bibliotheek over 2010 is € 122.000 positief. Dit resultaat wordt beïnvloed door het uitblijven van de uitspraak in hoger beroep op de restitutie op leengelden waardoor ook niet tot een uitbetaling van € 116.000 heeft geleid. De belang rijkste meevallers die dit nadeel dus ruimschoots compenseren zijn: •
Minder werkplekken en daarmee lagere kosten voor circa € 61.000
•
Niet besteden van de resultaatbestemming 2009 van € 60.000 voor de afspraken met de Rabobank ten aanzien van Bibliotheek Hoge Vucht (Schatkamer). Dit vanwege afwijzing van de bouwaanvragen en uitgestelde ingebruikname Dienstencentrum Ulvenhout. Aan beide zaken wordt momenteel gewerkt. In het Masterplan zal worden voorgesteld de verhuizing in Ulvenhout snel te realiseren.
•
De extra inkomsten uit leesbevordering van € 35.600. Deze zijn ontstaan door ontvangen subsidies, hogere bijdragen van deelnemers en een balanspost uit het vorig boekjaar.
•
Lagere huisvestingskosten op diverse posten bij alle vestigingen voor in totaal € 28.500
•
Lagere kosten voor € 24.000, welke worden veroorzaakt door een beperkte culturele jaar
•
Lagere kosten (doorbelasting) in verband met waarnemend directeur
•
Het restant aan voordelen van circa € 15.000 betreft diverse kleine posten.
programmering en de lagere kosten voor promotie.
Breda’s Museum Het Breda’s Museum sluit het begrotingsjaar 2010 met een nagenoeg ‘nihil’-resultaat af. Het bescheiden negatief resultaat van € 8.000 (= 0,3% van het totale budget) op de reguliere exploitatie is het saldo van een voordelig en nadelig resultaat als gevolg van respectievelijk lagere lasten (€ 29.000) en lagere baten (€ 37.000). Het achterblijven van de baten is met name te herleiden tot achterblijvende fondsen/subsidies ten behoeve van collectieversterking/-ontwikkeling en overige inkomsten. Het overschot op de lasten is de resultante van onder meer minder werkplekken en daarmee lagere kosten (€ 13.000), en van een overschrijding op enkele posten (toerusting, collectieacquisitie, exposities) enerzijds en voordelen op diverse kleine posten anderzijds (€ 16.000). Nieuwe Veste Het resultaat 2010 van de Nieuwe Veste bedraagt € 70.000 positief. Dat is het saldo van € 178.000 hogere lasten, waar € 248.000 hogere baten tegenover staan. Deze verschillen zijn ontstaan doordat enkele gerealiseerde projecten zoals Ongekend Talent en De Marktplaats Cultuur & Onderwijs niet in de begroting van de Nieuwe Veste waren opgenomen. Deze projec ten verhoogden zowel de inkomsten als de uitgaven.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 187
/ G e m e e n t e B r e da
In de begrotingswijziging naar aanleiding van de 2e Bestuursrapportage is een aantal lasten en baten gesaldeerd opgenomen. Dat is in de werkelijkheid niet het geval, waardoor zowel lasten als baten in de jaarrekening afwijken van de begroting. Van het bij de 2e Bestuursrapportage bestemde resultaat ad € 131.000 voor verbouwing van The Loads is per 31 december € 97.000 uitgegeven. Het restant ad € 34.000 is eind februari 2011 geheel uitgegeven en wordt daarom in de cijfers 2010 zichtbaar als een positief resultaat op de lasten. Daarnaast kon per saldo € 30.000 aan bijzondere baten worden opgenomen als het positieve saldo van de aanpassing van het BTW-regime voor de kosten in de bedrijfsvoering aan het beleid van de gehele gemeente. Toelichting reserves: Niet van toepassing. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Onderhoud wijkbibliotheken
-88
316
228
Onderhoud Breda`s Museum
19
499
518
Onderhoud Nieuwe Veste
-8
653
645
-77
1.468
1.391
Totaal voorzieningen
Toelichting voorzieningen: De mutatie in 2010 is groot. Dit wordt veroorzaakt door een grote toevoeging door het opsplitsen van de centrale onderhoudsvoorziening uit het taakveld algemene middelen naar diverse taak velden. Voor taakveld 4 betekende dat voor 2010 een extra toevoeging van bijna € 1,66 miljoen waarvan € 186.000 betrekking heeft op 2010 en het overige de opgebouwde voorziening betreft van 2002 t/m 2009. Voor de gezamenlijke instellingen bedraagt de aanwending in 2010 bijna € 400.000. Wanneer de onderhoudsvoorzieningen van de Culturele Instellingen worden afgezet tegen de meer jarige onderhoudsplanningen blijkt dat deze voorzieningen niet toereikend zijn op basis van de jaar lijkse stortingen. Vanaf 2012 worden forse tekorten verwacht. De toereikendheid van de onder houdsvoorzieningen zal onderdeel uitmaken van de reeds lopende verzelfstandigingstrajecten.
Breda`s Museum
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Totaal begroting 2010
Investeringen
Werkelijke uitgaven 2010
(bedragen x € 1.000)
6
86
149
149
0
Nieuwe Veste
38
155
119
119
0
Bibliotheek
27
168
172
172
0
The Loads
200
200
0
0
0
Totaal investeringen
271
609
440
440
0
Toelichting investeringen: Voor de drie culturele instellingen is jaarlijks € 70.000 beschikbaar voor instandhoudings investeringen. Daarnaast wordt uit de vrijval op eerdere bedrijfsmiddeleninvesteringen opnieuw in bedrijfsmiddelen geïnvesteerd. De Bibliotheek heeft in 2010 € 23.000 geïnvesteerd in de nieuwe bibliotheek Brabantpark. Daarnaast is € 140.000 uitgegeven voor bedrijfsmiddeleninvesteringen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 188
/ G e m e e n t e B r e da
0
De Nieuwe Veste heeft, naast de investering voor The Loads, € 18.000 uitgegeven voor instandhoudingsinvesteringen en € 137.000 voor investeringen in bedrijfsmiddelen. Het Breda’s Museum heeft € 65.000 uitgegeven voor instandhoudingsinvesteringen en € 21.000 geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen.
E) Risico’s In 2009 werd een onderzoek aangekondigd naar het pand De Parade 10-14 in verband met de benodigde aanpassingen voor veiligheid en klimaatbeheersing. Inmiddels verkeert dat traject in een nadere fase ter voorbereiding van uiteindelijke besluitvorming. Dat traject is gekoppeld aan een verdere verkenning van exploitatiemogelijkheden van het pand en aan de verzelfstan diging van Breda’s Museum. Voor eventueel benodigde nieuwe investeringen die uit dit traject voortvloeien, is nog geen dekking geregeld.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 189
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 5 | ECONOMISCHE ZAKEN EN GRONDBEDRIJF
A) Taakveldomschrijving Het taakveld heeft tot doel het scheppen van fysieke ruimte om gewenste ruimtelijke ontwik kelingen mogelijk te maken, waar mogelijk in samenwerking met private partijen en met inachtneming van de marktwerking en het accommoderen van economische groei.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Het bevorderen van maatschappelijk gewenst ruimtegebruik
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1.1 1.1.1 Gewenste bestemmin- Uitvoeren Aankoopgen en sectorale programma 2010 beleidsdoelstellingen bereiken 1.1.2 Uitgifte bouwrijpe grond
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Gerealiseerde Aankoopprogramma aankopen volgens het 2010 aankoopprogramma in euro’s 1.1.2.1 Uitgegeven bouwrijpe 761 woningen grond ten behoeve van start bouw woningen 1.1.2.2 Uitgegeven m² bouwrijpe grond ten behoeve van start bouw kantoren- en bedrijven
2 Het bevorderen van een rechtvaardige verdeling van de kosten en opbrengsten over gebruikers, eigenaren, ontwikkelaars en overheid
2.1 Optimalisatie rendement grond bedrijf
2.1.1 Opstellen, bijstellen en beheersen van grondexploitaties op basis van de door de raad goedgekeurde plannen of door de raad gewijzigde kaders
Begrote score
3.1 Het creëren van een goed ondernemers klimaat en werkgelegenheid
2.1.1.1 Afdracht aan de 2010 algemene middelen €0 volgens het MPG (meerjarenperspectief grondbedrijf)
3.1.1 3.1.1.1 Uitvoering SER-ladder Groei aantal arbeidsplaatsen
3.1.2.1 Hectare terstond 10 ha uitgeefbaar bedrijventerrein (netto) 3.1.2.2 Aantal hectare geher- In 2010 structureerd bedrijven- 15 ha terrein
3.1.3 3.1.3.1 Voldoende aanbod van Opname kantoormeters 25.000 m2 gewenste kantoren
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 0
/ G e m e e n t e B r e da
182
0
€ -21,4 miljoen
Meer dan gemiddelde Aantal banen is in groei t.o.v. G31 Breda in 2010 met 0,7% gedaald. Vergelijkingscijfers zijn nog niet beschikbaar.
3.1.1.2 Aantal nieuw geves- 8 bedrijven tigde bedrijven in Breda via bemiddeling NV BrIM 3.1.2 Tijdige ontwikkeling nieuwe bedrijven terreinen
20%
••7 ha bedrijventerrein •• 0,5 ha ••17.579 m2 kantoor bedrijventerrein •• 0 m2 kantoor
2.1.1.2 Weerstandsvermogen 2010 grondbedrijf volgens € 3,5 miljoen MPG 3 Versterken van het vestigingsklimaat
mate van realisatie
12 bedrijven
22 ha
9 ha in 2010
34.000 m2
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
3.1.4 Uitvoering Bedrijventerreinennota 3.1.5 Uitvoering Kantorennota 3.1.6 Acquisitieactiviteiten gebaseerd op de Economische Impulsnota en toekomstvisie Brim Breda 3.1.7 Accountmanagement 3.1.8 Regionale samen werking 4 4.1 4.1.1 Versterken van de Meer kennisintensieve Topinstituut logistiek economische structuur bedrijven en Supply Chain Campus
4.1.2 Maintenance University
4.1.1.1 Mate van innovatie van het bedrijfsleven
65% in de categorie innovatief en zeer innovatief
4.1.2.1 Aantal hoger opgelei- Binnen de top 10 van den als percentage van de G50 de beroepsbevolking
Vooralsnog is bekend dat van de bedrijven met meer dan 10 werk nemers, 60% zichzelf als innovatief ziet. Benchmark is momenteel niet beschikbaar. Breda zit wel boven het landelijk gemiddelde
4.1.3 Cluster beeldcultuur 4.1.4 Cluster zorg 4.1.5 Kenniscentrum vrijetijdseconomie
5 Versterking Breda als gastvrije stad
4.2 Meer startende bedrijven
4.2.1 Uitvoering Nota kleinschalig ondernemerschap
4.2.1.1 Aantal starters
4.3 Versterking concurrentiekracht lokale bedrijfsleven
4.3.1 Accountmanagement
4.3.1.1 Uitvoering van een aantal innovatieve clusterprojecten
5.1 5.1.1 Breda nog attractiever Uitvoering actieplan voor toeristen en 2010 bezoekers: meer toeristen en bezoekers en hogere waardering
5.1.1.1 Aantal toeristischrecreatieve bezoeken aan Breda
5.1.1.2 Waardering Bredase Binnenstad 5.1.2 Toeristisch actieplan 2010-2014
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 1
/ G e m e e n t e B r e da
Aantal starters: 900
1.310 starters in 2010
In 2010 5 clusters
6 clusters
In 2010 toename van 5% (ten opzichte van 2009)
Cijfers nog niet beschikbaar (Continue Vakantie Onderzoek, verwacht in april 2011)
7,7
Idem
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
5.2 5.2.1 Instandhouding Uitvoering fijnmazige detailhandelsbeleid detailhandelstructuur
Indicator omschrijving
5.2.1.1 Groei van het aantal banen in de detailhandelssector
Begrote score
Doelstelling is een Een afname van 2,4% jaarlijkse toename van 2,5
5.2.1.2 Groei van de regionale Groei met 5% bestedingen in Breda (t.o.v. 2009) 5.2.2 Stimulering wijkcentra 5.2.3 Promotie 5.2.4 Accountmanagement
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Grondbedrijf: De in 2008 geformuleerde missie van het Grondbedrijf “Het initiëren, faciliteren en stimuleren van de ontwikkeling van de stad door zijn bedrijfsvoering en het strategisch adviseren op alle schaalniveaus middels het inbrengen van expertise en middelen”, is in de huidige tijd van eco nomische recessie en de overprogrammering van woningen en kantoren moeilijk waar te maken. In de tweede bestuursrapportage is reeds gemeld dat de begrote doelstellingen met betrekking tot de afzet van bouwrijpe grond en de opbouw van weerstandsvermogen onder invloed van de markt niet zouden worden gehaald. In 2010 lag de focus op risicomanage ment en het beheersen van kosten. Economische zaken: In 2010 daalde de werkgelegenheid in Breda met 0,7%. Het gaat hierbij om 735 banen. De belangrijkste dalers vormen de sectoren industrie, openbaar bestuur en horeca. Groeisectoren waren advisering en onderzoek, zakelijke dienstverlening, onderwijs en informatie en commu nicatie. In totaliteit zijn in Breda in 2010 38 nieuwe bedrijven van buiten Breda gevestigd. Hiervan zijn 12 bedrijven als gevolg van bemiddeling door de NV BrIM in Breda geland. In de Gemeente Breda is nog 22 ha bedrijventerrein vrij beschikbaar. Hiervan is zo’n 6 ha in handen van de gemeente. Het betreft hier naast de Werkdonken, een versnipperd aanbod over diverse bedrijventerreinen. De overige 16 ha is in handen van private partijen. Hierbij moet onder andere gedacht worden aan het Digit Park en de Greenery. In 2010 is 9 hectare bedrijventerrein gerevitaliseerd. Dit is minder dan het streefgetal. Een aantal processen die in 2010 afgerond zouden moeten worden, kennen door omstandig heden een langere doorlooptijd. Veelal gaat het hierbij om het verkrijgen van overeenstemming met de betrokken bedrijven. In 2010 is 34.000 m2 kantoorruimte opgenomen. Dit was 1.500 m2 meer dan in 2009. De opname van bedrijfsruimten is aanmerkelijk minder positief. Lag het niveau in 2009 nog op 60.000 m2, in 2010 is dit gedaald naar slechts 29.000 m2. In 2008 kende Breda een score wat betreft hoger opgeleiden van 44%. Bij de benchmark steden lag destijds het gemiddelde op 40%. Breda zat daarmee bij de kopgroep. Actuele cij fers zijn nog niet beschikbaar. In 2010 zijn in Breda 1.310 bedrijven gestart. Het ging hierbij om 2.670 arbeidsplaatsen. De sector Detailhandel heeft zich in 2010 qua omzetniveau redelijk gehandhaafd. Desalniettemin zien we in deze sector het aantal banen met 2,4% teruglopen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 2
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Cijfers nog niet beschikbaar
C) Bijzondere ontwikkelingen Grondbedrijf: Door aanhoudende stagnatie in de woningmarkt in combinatie met de effecten van de stede lijke programmering is ook 2010 in financieel opzicht een zeer moeizaam jaar geweest voor het grondbedrijf. Uit de herziening van de diverse grondexploitaties komt naar voren dat de geraamde resultaten van de grondexploitaties opnieuw zijn verslechterd. In dit kader zijn in 2010 voor € 18,6 miljoen extra voorzieningen gevormd (totaal € 53,6 miljoen) om in de toe komst de geraamde verliezen te kunnen afdekken. Daarnaast zijn als gevolg van gemaakte keuzes met betrekking tot de stedelijke programmering afwaarderingen gedaan voor € 10,3 miljoen. Omdat nog geen enkele zekerheid gegeven kan worden hoe lang de malaise in de onroerend goed wereld aanhoudt, heeft een continue monitoring van de markt en een gedegen risicomanagement op lopende en toekomstige planontwikkelingen de hoogste prioriteit. Economische zaken: In 2010 is de economie licht hersteld, waarbij moet worden geconstateerd dat het herstel nog tamelijk broos is. Er vanuit gaande dat dit in 2011 verder doorzet, mag de conclusie worden getrokken dat geschetste doemscenario’s wat betreft daling van werkgelegenheid geen waar heid zijn geworden. Neemt niet weg dat sommige sectoren een daling laten zien en dat deze nog steeds met veel onzekerheden te maken hebben. Het is zaak onze economie in deze lastige tijd zoveel mogelijk te ondersteunen en te stimule ren. In dit kader zijn een aantal bijzondere ontwikkelingen te noemen: In de sfeer van kennis en innovatie heeft Dinalog in 2010 veel aandacht gevergd. Breda bouwt steeds meer positie op als logistieke kennisstad: het topinstituut draait op volle toeren met een uitgebreid innovatieprogramma waar toonaangevende logistieke bedrijven in participeren. Daarnaast is in 2010 het Masterplan voor de Campus tot stand gekomen als belangrijke bouwsteen voor concrete realisatie. In 2010 heeft Breda eveneens het Topinstituut World Class Maintenance binnengehaald, zijn onderhandelingen afgerond waar het gaat om het realiseren van een AV Huis op de Triple O Campus, en zijn sessies georganiseerd voor ontwikkelingen in de zorgeconomie. Op het gebied van vastgoed zijn twee aspecten te constateren. Enerzijds het gebrek aan bedrijventerreinen, ondanks een forse revitaliseringsinzet, anderzijds een overschot op de kan torenmarkt. Voor dit laatste is in 2010 een Kantorenmarktnota opgesteld, die begin 2011 wordt gepresenteerd. Breda blijft het goed doen als vrijetijdsstad. Alhoewel de bezoekersaantallen naar alle waar schijnlijkheid licht zijn gedaald, is onze relatieve positie nog steeds sterk. Elementen die ook in de toekomst deze positie moeten waarborgen zijn detailhandel (detailhandelsnota), toerisme (water- en vrijetijdsvisie) en evenementen (alliantie). Overigens hebben de inspanningen vanuit Citymarketing (Breda Beste Binnenstad) aan deze positie bijgedragen. Belangrijk doel van het economisch beleid is het stimuleren van ondernemerschap. De afgelopen jaren is hier onder andere aandacht aan besteed in de wijk Heuvel. In 2010 is het project 'Human Capital in de Wijk' op de rails gezet. Inmiddels is hiervoor subsidiegeld ontvangen, waardoor het project in 2011 van start kan gaan. Hetzelfde geldt voor ConneX, een bedrijfs verzamelgebouw voor innovatieve kleinschalige bedrijven, dat samen met Avans Hogeschool wordt opgezet. Ook hiervoor is inmiddels subsidiegeld toegezegd, waardoor in 2011 met de bouw kan worden gestart. Tot slot nog enkele ontwikkelingen: •
De Internationale School heeft in 2010 erkenning gekregen van het ministerie van OCW
•
In de acquisitiesfeer constateren we een toegenomen belangstelling voor Breda
•
In 2010 zijn veel inspanningen verricht om de dienstverlening aan bedrijven te verbeteren, in de vorm van account- en casemanagement
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 3
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Grondexploitaties Woningexploitatie beheer en onderhoud Openbaar groen
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
73.729
74.019
54.491
29.436
64.863
43.423
1.560
1.225
2.017
1.231
2.103
1.110
150
180
150
180
135
198
5.489
228
7.688
3.442
7.133
3.148
Algemeen
-67
60
173
186
292
-
Subtotaal:
80.861
75.712
64.519
34.475
74.526
47.879
Economische zaken
reserves
Storting
Bijdrage centrale investeringsreserReserve Grondbedrijf
Onttrekking
Storting
Onttrekking
-
2.557
-
855
973
1.305
60
1.170
Storting
Bijdrage uit algemene middelen
81.834
79.574
2.260
64.579 28.079
36.500
-
85
74.526
48.031
26.495
Toelichting exploitatie: Grondbedrijf: In de tweede bestuursrapportage van 2010 is reeds aangegeven dat de resultaten van het Grondbedrijf onder druk blijven staan als gevolg van de aanhoudende stagnatie van de woningmarkt in combinatie met de gevolgen van de keuzes in stedelijke programmering. Daarom werd bij de tweede bestuursrapportage op basis van tussentijdse herzieningen de jaarschijf van de grondexploitaties al significant neerwaarts bijgesteld en werd er voor € 22,1 miljoen aanvullende voorzieningen aangekondigd. Voor de Jaarrekening 2010 zijn de grondexploitaties opnieuw herzien. Deze herzieningen zijn uitgevoerd op basis van vooraf bepaalde kaders van onder meer stedelijke programmering, kaderbrief grondprijzen en aannames met betrekking tot rente en kosten- en opbrengst stijgingen. Op basis van de uitkomsten is uiteindelijk besloten om € 18,6 miljoen toe te voe gen aan de voorziening negatieve planresultaten tot een totaal van € 53,6 miljoen en daar naast voor € 10,3 miljoen aan gronden af te waarderen. De gerealiseerde lasten van grondexploitaties zijn € 10,4 miljoen hoger dan bij de tweede bestuursrapportage voorzien. Dit valt deels te verklaren door € 1,6 miljoen afwijkende realisatie van de jaarschijf van grondexploitaties, hetgeen gezien het meerjarige karakter van grondex ploitaties neerkomt op een verschuiving tussen jaarschijven. De dotatie aan de voorziening negatieve planresultaten op basis van de laatste herziening van de grondexploitaties is € 6,8 miljoen hoger dan geraamd bij de tweede bestuursrapportage. In algemene zin leidden aan names met betrekking tot looptijd en kosten- en opbrengststijgingen tot verslechtering van de ramingen, waarbij vooral ontwikkelingen waar reeds veel geïnvesteerd is, kwetsbaar zijn voor optredende stagnatie. Tot slot is ook het resultaat op overige gronden € 2,0 miljoen lager dan bij de bestuursrapportage nog werd verwacht door uitblijvende verkoopopbrengsten ter dekking van structurele exploitatiekosten. De gerealiseerde baten van grondexploitaties zijn € 14,0 miljoen hoger dan bij de tweede bestuursrapportage geraamd. Dit vloeit met name voort uit het feit dat in lijn met voorgaande jaren bij de jaarrekening het gerealiseerd deel van de winst op lopende grondexploitaties is verantwoord (€ 10,9 miljoen). Ook zijn bijdragen met betrekking tot de grondexploitaties van Wijkontwikkeling (€ 1,9 miljoen) en Triple-O ( € 1,0 miljoen) geëffectueerd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 4
/ G e m e e n t e B r e da
67 115
Reserve Onderwijshuisvesting Totaal exploitatie
Onttrekking
-
Per saldo bedraagt het resultaat van het grondbedrijf in 2010 € 21,3 miljoen negatief. Bij de 2e bestuursrapportage is gemeld dat dit negatief resultaat € 23,7 miljoen zou bedragen voor 2010. Het resultaat komt ten laste van de Algemene Reserve Grondbedrijf welke daarmee € 21,3 miljoen negatief bedraagt. Bij de resultaatbestemming zullen voorstellen worden gedaan voor de dekking dit negatieve resultaat. In de paragraaf Grondbeleid worden de ontwikkelingen in 2010 binnen het grondbedrijf nader toegelicht. Economische Zaken: Op het onderdeel Economische Zaken zijn € 0,6 miljoen minder lasten en € 0,3 miljoen minder baten gerealiseerd dan begroot. De onderbesteding is hoofdzakelijk toe te rekenen aan € 0,8 miljoen minder inzet van gemeentelijke reserves aan de herstructurering van bedrijventerreinen. Dit wordt veroorzaakt door verschuiving in planning van werkzaamheden aan de Terheijdenseweg/Spinola en de revitalisering van Emer-Noord Hintelaken en doordat cofinanciering van derden is verkregen. In 2010 is een delegatie uit de regio naar China afgereisd. Economische Zaken heeft aan deze reis € 0,2 miljoen uitgegeven. De kosten zijn doorbelast aan de deelnemende partners. De uit gaven en inkomsten waren niet begroot. Voor Dinalog en de campus is in 2010 door de provincie een subsidie van € 8 miljoen beschikt. Grotendeels is deze subsidie doorbeschikt aan het instituut Dinalog. Begroot was dat in 2010 € 3,15 miljoen van de subsidie besteed zou worden. Doordat projecten die Dinalog initieert later worden of zijn opgestart dan gepland en verschuiving van cofinanciering heeft plaats gevonden, zal van de provinciale subsidie € 0,55 miljoen later in de projectperiode besteed worden. Een hoge productiviteit op het onderdeel Economische Zaken veroorzaakt een extra last van € 250.000 maar heeft geen resultaateffect voor het taakveld, omdat de hoge productiviteit een positieve bijdrage levert aan het bedrijfsvoeringresultaat, welke verwerkt is in onderdeel 'Algemeen'. De businesscase 'Bruisend Waterplein' wordt
begin 2011 opgeleverd. Het budget van
€ 50.000 dat in 2010 hiervoor was gereserveerd wordt overgeheveld naar 2011. Uit de cost-co complete rapportage is gebleken dat ten behoeve van de winkelconcentratie Teteringen noodzakelijke kosten zijn gemaakt zonder dat hiervoor voldoende dekking beschik baar is. Deze kosten zijn voor een bedrag van € 400.000 ten laste van het jaarrekeningresultaat gebracht. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Algemene reserve Grondbedrijf
-
-115
-115
Totaal reserves
-
-115
-115
Toelichting reserves: Grondbedrijf: Bij de resultaatbestemming 2009 is de stand van Algemene Reserve Grondbedrijf aangevuld tot nul. Door de noodzakelijk geachte afwaarderingen en dotatie aan de voorziening negatieve planresultaten vindt in 2010 een onttrekking aan de Algemene Reserve Grondbedrijf plaats van € 21,3 miljoen. Uitgangspunt is om bij de resultaatbestemming 2010 voorstellen te doen om deze opnieuw tot nul aan te zuiveren.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 5
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
174
Onderhoudsvoorziening Wolfslaar
163
11
Onderhoudsvoorziening Vlaszak
314
-3
311
34.293
20.117
54.410
34.770
20.125
54.895
Voorziening negatieve planresultaten Totaal voorzieningen
Toelichting voorzieningen: Grondbedrijf: In 2010 is € 1,5 miljoen gedoteerd aan de voorziening negatieve planresultaten, gelijk aan de opgebouwde rente. Naar aanleiding van de herziening grondexploitaties in het kader van de Jaarrekening 2010 is over eenkomstig de richtlijnen van het BBV besloten de voorziening negatieve planresultaten aan te vullen met € 18,6 miljoen. De voorziening negatieve planresultaten wordt in de gemeentelijke balans in mindering gebracht op de onderhanden grondexploitaties.
Terheijdenseweg Spinola
450
41
409
Emer-Hintelaken
848
125
723
65
40
25
1.098
384
714
181
50
131
2.642
640
2.002
Krouwelaarshaven Entree Douaneterrein Steenen Hoofd Overige Totaal investeringen
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
0
0
0
Toelichting investeringen: Economische zaken De benoemde investeringen hebben allen betrekking op de herstructurering van bedrijven terreinen. Een aantal processen voor de revitalisering van bedrijventerreinen die volgens ver wachting in 2010 afgerond hadden moeten zijn, kennen door omstandigheden een langere doorlooptijd. Veelal gaat het hierbij om het verkrijgen van overeenstemming met de betrokken bedrijven.
E) Risico’s Grondbedrijf Op alle grondexploitaties zijn opnieuw risicoanalyses uitgevoerd conform de methodiek en uitgangspunten zoals bestuurlijk vastgesteld bij de Nota Risicomanagement 2008. De uitkomst van dit onderzoek laat zien dat op basis van de risicoinventarisaties een weerstandsvermogen noodzakelijk is van € 25 miljoen. Dit weerstandsvermogen is noodzakelijk om eventueel zich manifesterende risico’s vanuit grondexploitaties in de toekomst af te kunnen dekken. Mede ten gevolge van het treffen van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor verlies gevende grondexploitaties en de gedane afwaarderingen is er binnen het Grondbedrijf een negatieve Algemene Reserve ontstaan die juist moet dienen als weerstandsvermogen. Dit betekent dat er vooralsnog geen buffer is om nieuwe tegenvallers op te vangen wanneer deze zich voordoen. Om een bedrijfseconomisch acceptabel financieel meerjarenperspectief Grond bedrijf te bewerkstelligen zullen maatregelen genomen moeten worden om het weerstands vermogen op het vereiste niveau van € 25 miljoen te brengen. De verwachting is dat dit niet voor 2017 het geval zal zijn. Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 6
/ G e m e e n t e B r e da
0
TAAKVELD 6 | MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELING
A) Taakveldomschrijving Het taakveld Maatschappelijke Ontwikkeling draagt bij aan de maatschappelijke en culturele ontwikkeling van alle inwoners van Breda, aan de sociale samenhang in de stad en aan de culturele profilering van Breda. Dit in samenspraak met de kennis en inzichten van de organisaties en burgers van de stad.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Bredase jongeren en volwassenen zijn met een startkwalificatie in staat maatschappelijk te functioneren en in hun levensonderhoud te voorzien
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
1.1 1.1.1 Alle jongeren (tot 27) Gemeentelijke taak gaan naar school of openbaar onderwijs werk of zitten in een (goedkeuring begroschoolvervangend- of ting, jaarrekening en zorgtraject. jaarverslag)
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
1.1.1.1 Aantal leerlingen • 2.102 en 2.761 VO 2.134 (primair onderopenbaar primair wijs en 2.819 voortonderwijs (po) en gezet onderwijs. aantal leerlingen openbaar voortgezet onderwijs (vo) per jaar
1.1.2 Bekostiging programma’s Vroegen Voorschoolse Educatie (VVE)
1.1.2.1 Aantal peuters in VVE • 400 programma’s per jaar
1.1.3 Bekostiging Schakelklassen
1.1.3.1 Aantal leerlingen in schakelklassen per jaar
• 95
1.1.4 1.1.4.1 Laten vervoeren van Aantal te vervoeren • 1.100 leerlingen naar speci- leerlingen naar sbo en aal onderwijs s(v)o per jaar
437 peuters in VVE.
117 leerlingen.
Vervoer van 900 leerlingen. De begrote score was gebaseerd op een verwachte toename van het aantal te vervoeren leerlingen in het schooljaar 2009 – 2010. Er is geen toename geweest.
1.1.5 1.1.5.1 Bekostiging leerlingen Plan van aanpak ZIOS/ • 0-meting 2009 zorg primair onderwijs, SMW voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs 1.1.6 1.1.6.1 • 1 plan Ondersteuning en Vaststellen strategisch ontwikkeling inhoude- plan Brede scholen lijke programma’s Brede Scholen in Breda (incl. herijking strategisch plan) 1.2 Jaarlijks gemiddeld 10% minder voortijdige schoolverlaters
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.2.1 Toezicht houden op uitvoering leerplichtwet en RMC wetgeving
p 19 7
1.2.1.1 Aantal dossiers per jaar
/ G e m e e n t e B r e da
• Leerplichtwet 1.300 en RMC 300
Niet gerealiseerd in 2010. De beleidsvisie is vastgesteld door het college op 11 januari 2011. Schooljaar 2008/2009: Leerplicht: 1.812 dossiers RMC: 645 dossiers.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1.3 Verhogen van de arbeids- en maatschappelijke participatie van laag opgeleide volwassenen
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.3.1 1.3.1.1 Bekostiging program- Het aantal deelnemers • Cursus basisvaardigma’s volwassenendat per jaar is gestart heden: 250 deeleducatie (VE). met een onderwijstranemers Uitvoering actie ject VE / en het aantal programma behaalde diploma’s Laaggeletterdheid.
• VAVO: 70 deelnemers; behaalde VAVO diploma’s: 50 • NT2, I en II: deelnemers 80, behaalde certificaten staatsexamen 40 1.4 Maatschappelijke Stage: leerlingen V.O. ontwikkelen sociale competenties, maken kennis met en ervaren een andere dan de eigen sociale omgeving en leveren een actieve bijdrage aan de samenleving
1.4.1 Betrokken partners, te weten het onderwijsveld, stagebieders, de makelaar (Breda Actief) en de gemeente onderschrijven een convenant, gekoppeld aan een plan van aanpak
1.4.1.1 Aantal leerlingen dat • 500 voldoet aan de eis van 72 uur stage
1.4.2 Inventariseren van stageplaatsen
mate van realisatie
Gerealiseerde aantallen: 160 deelnemers VAVO. Er is een verschuiving van het aantal deelnemers aan de cursus basisvaardigheden naar deelnemers NT2. 70 deelnemers; 50 diploma’s. 240 deelnemers; 20 certificaten.
500 leerlingen
In 2010 hebben 938 leerlingen via Breda Actief deelgenomen aan een maatschappelijke stage.
1.4.3 Inventariseren van schoolgegevens en coördineren van wensen van scholen Jeugd 2 Kinderen, jongeren en jongvolwassenen (met name ook jongeren in kwetsbare positie) groeien op tot zelfredzame zelfbewuste en betrokken burgers, waarbij specifiek aandacht wordt besteed aan de positie van kwetsbare jongeren.
2.1 Bieden van bereikbare en laagdrempelige informatie en advies over opvoeden en opgroeien aan Bredase ouders en jeugd
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
2.1.1 Uitvoering actie programma Stad vol Jeugd
p 19 8
/ G e m e e n t e B r e da
Beleidskader Jong@Breda vastgesteld in college op 14 december 2010.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
2.1 Opsporen en ondersteunen van de 15% van de jeugdigen in Breda die opgroeien in een voor hun ontwikkeling risico volle omgeving
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
2.1.2 Uitvoering Plan van Aanpak Centrum Jeugd en Gezin Breda • opening inlooppunten CJG in brede scholen Vlierenbroek en Geeren Noord • aansluiting CJG voor jongeren (12+) bij bestaande jongerenvoorzieningen • 24u telefonische bereikbaarheid CJG • uitvoering Zorg voor Jeugd tbv coördinatie van zorg en hulp
2.1.2.1 Aanwezigheid cjg in brede school
2.1.3 Alle kinderen van 0-4 jaar zijn systematisch in beeld en krijgen waar nodig ondersteuning
2.1.3.1 Aantal kinderen dat via het DMO in beeld is en wordt gevolgd
Begrote score
Vlierenbroek: 2009 Geeren-Noord: 2011 De Heuvel: 2012
2.1.2.2 Aantal jongeren• CJG bekend via voorzieningen met cjg Surplus, Tracks, uitstraling / inzet IWMO, Kick 2.1.2.3 Aantal contacten via tel/web/face to face bij kernteam
Gerealiseerd
Gerealiseerd bij Surplus, Tracks en Kick.
• Registratie op aantal en inhoud vindt plaats en stuurt inzet CJG kernteam
Gerealiseerd
• 8.200 kinderen van 0-4 jaar via DMO 0-4 systematisch in beeld en gevolgd 15.000 kinderen 4-12 jaar via DMO4+ systematisch in beeld en gevolgd
8.200 kinderen 0-4 jaar in beeld en 15.000 kinderen 4-12 jaar in beeld.
2.1.3.2 Aantal gezinnen met • 160 gezinscoaching, BSO+, Boddaert, GPO+, GPO, Voorzorg 2.1.4 Preventieve licht pedagogische ondersteuning
mate van realisatie
2.1.4.1 Aantal gezinnen met • Totaal 600 een Nanny, Moeders gezinnen informeren Moeders, Homestart, Spel aan Huis en Verpleeg kundige ondersteuning zwangeren
160 gezinnen bereikt.
600 gezinnen bereikt.
2.1.5 Integrale hulp en intensieve ondersteuning aan risicogezinnen 2.1.6 Verhogen signaleringsen systeemsensitiviteit PO 2.1.7 Versterken Zorgadviesteams (ZAT’s) door inzet JGZ 2.1.8 Implementatie DMO prenataal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 19 9
2.1.8.1 Aantal zwangeren dat • 25 via het DMO-prenataal in beeld is en wordt gevolgd
/ G e m e e n t e B r e da
250 zwangeren in beeld.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
2.1.9 Deskundigheids bevordering hulpverleningspartners
Indicator omschrijving
Begrote score
2.1.9.1 Aantal getrainde • 12 verloskundigen. Aantal getrainde organisaties in CARE.nl
mate van realisatie
In totaal 15 verloskundigen getraind.
Participatie 3 Inwoners nemen vanuit een eigen verantwoordelijkheid, op gelijkwaardige wijze deel aan de samenleving. Burgers die daartoe niet in staat zijn, worden ondersteund bij het hervinden van zelfstandigheid en zelfredzaamheid
3.1 3.1.1 3.1.1.1 Vergroten deelname De SOB krijgt in het Aantal bereikte aan de samenleving kader van beleids ouderen door specifiek gestuurde contract benoemde groepen financiering (BCF) (ouderen, chronisch opdracht om ouderen zieken, dak- en thuis- in de risicogroep actief lozen, allochtonen te benaderen en te algemeen en alloch betrekken bij activiteiten. tone vrouwen, in het Dit gebeurt door bijzonder mantel 1. Regie-onderzorgers) steuning 2. Ontmoeting 3. Praktische hulp 3.1.2 Steunpunt informele zorg Breda krijgt via de BCF-methode de opdracht uitvoering te geven aan de drie beleidslijnen van het Beleidsplan informele zorg: • erkennen en herkennen • meedoen • ondersteuning
3.1.2.1 Monitor die is • 1 ontwikkeld samen met mantelzorgers
3.1.3 3.1.3.1 Bevorderen samenConvenant werking tussen organisaties teneinde informele zorg minder belastend te maken
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 200
• 6.600
/ G e m e e n t e B r e da
• 1
Op basis van voorlopige cijfers van WIJ zijn er 6.600 ouderen bereikt.
De monitor is gerealiseerd en de nulmeting in 2011 gehouden.
Niet gerealiseerd in de vorm van convenant. Samenwerking op dit thema is geregeld via de Welzijnstafel. De hierin deelnemende organisaties adviseren gezamenlijk hoe in de informele zorg om te gaan met de gevolgen van de wijzigingen in de AWBZ. Dit advies komt in voorjaar 2011 af.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
3.1.4 Het IMW krijgt in het kader van BCF opdracht om basisdienstverlening te realiseren. Dit gebeurt door: 1 Sociaal raadsliedenwerk 2 Psychosociale hulpverlening 3 Hulpverlening bij materieel-sociale problematiek 4 Psychosociale hulpverlening buiten kantooruren
Indicator omschrijving
3.1.4.1 Aantal contacten sociaal raadsliedenwerk
Begrote score
• 2.200 - 2.500 contacten
3.1.4.2 Aantal bereikte cliënten • 6.000 - 6.800 psychosociale cliënten hulpverlening
3.1.4.3 Aantal interventies in acute crisissituaties buiten kantooruren
3.2 Via stadsgesprekken diversiteit gezamenlijk bepalen van actie punten ter bevordering van de sociale cohesie in de stad
3.2.1 3.2.1.1 Uitwerken ‘Samen aan Aantal stadsgesprekken • 4 de slag’ nota diversiteitsbeleid
3.2.1.2 Aantal deelnemers
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
• 150 - 200 crisisinterventies
p 201
/ G e m e e n t e B r e da
• 240
mate van realisatie
Genoemde cijfers zijn niet correct. Het moet gaan om 4.200-4.800 contacten. Dat aantal is gerealiseerd. Op basis van extrapolatie van de cijfers van IMW over het eerste half jaar, waarin er 4.190 contacten zijn geweest.
Genoemde cijfers zijn niet correct. Het moet gaan om 2.200 2.500 contacten. Dat aantal is gerealiseerd. Op basis van extrapolatie van de cijfers van IMW over het eerste half jaar, waarin er 1.303 contacten geweest. Op basis van extra polatie van de cijfers van IMW over het eerste half jaar, waarin er 124 contacten zijn geweest. Deels gerealiseerd. Het College actualiseert haar diversiteitsbeleid. Op 1 december heeft daartoe een grote consultatiebijeenkomst plaatsgevonden waarin onder andere de thema’s inburgering en diversiteit in personeelsbeleid met ‘de stad’ zijn besproken. Op de bijeenkomst van 1 december waren ruim 100 mensen aanwezig.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
3.3 In stand houden van bestaande voor zieningen (opvang, steunpunt huiselijk geweld, welzijn (o.a. vrijwilligerswerk), zorg (o.a. mantelzorg), educatie)
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
3.3.1 3.3.1.1 Uitvoering programma Aantal deelnemende plan Afhankelijk en reguliere instellingen Veilig (aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling regio WestBrabant)
3.3.2 Uitvoering wet tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld
3.3.2.1 Aantal tijdelijk huisverboden en trajecten
3.3.2.2 Aantal verwerkte aanvragen
3.3.2.3 Uitkomst nulmeting onder mantelzorgers
Begrote score
• 4
Er is reguliere samenwerking tussen gemeente, IMW, GGD, Valkenhorst, Jeugdzorg, Novadic-Kentron, Politie, GGZ Breburg, OM en de Reclassering.
• 75
Deels gerealiseerd. In 2010 zijn er door de politie 52 huisverboden opgelegd. De begrote score was gebaseerd op de eerste ervaringen met het huisverbod in 2009 en betrof een voorlopige inschatting.
• 80
Het Meldpunt Huiselijk Geweld heeft 258 telefonische meldingen verwerkt.
• Resultaat nulmeting Niet gerealiseerd De monitor betreft een waarderingsmeting waarvoor de nulmeting in 2011 gehouden wordt.
3.3.2.4 Aantal actieve combi- • 24,5 fte natiefunctionarissen onderwijs, sport en cultuur
3.4 Geïntensiveerde aanpak Maatschappelijke Opvang, OGGz en Verslavingszorg
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
3.4.1 Implementatie stedelijk kompas Start 1-10-2010 (4 mnd. uitgesteld ten opzichte van 2009)
p 202
mate van realisatie
3.4.1.1 Aanbieden en uitvoeren • Intake en start 135 van integrale trajecten naar zelfredzaamheid voor dak- en thuislozen
Deels gerealiseerd. Er is 16,07 fte combinatiefunctionarissen actief, uitbreiding naar 24,5 fte heeft conform College besluit (27 juli 2010) in 2010 niet plaats gevonden. Niet gerealiseerd. Bestuurlijke vaststelling Uitvoeringsplan Stedelijk Kompas vond op 14-12-2010 plaats. De start van de trajectplan aanpak is uitgesteld naar 1 maart 2011.
3.4.1.2 Residentiële dak- en thuislozen
• Intake en start 80
Zie 3.4.1.1
3.4.1.3 OGGz restgroep met huisvesting
• Intake en start 100
Zie 3.4.1.1
/ G e m e e n t e B r e da
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
In de nota Beter Breda 2008 t/m 2011 staan zeven speerpunten van beleid genoemd. Doelstelling per speelpunt
Algemeen: realisatie uitvoeringsplan nota Beter Breda 2010-2011 Het uitvoeringsplan 2010-2011 wordt in de tweede helft van 2009 opgesteld aan de hand van de tussenevaluatie
4.1 Roken, voorkomen dat jongeren gaan roken en terugdringen van aantal rokers
4.1.1 Per speerpunt zal een integraal programma met activiteiten worden uitgevoerd of worden in kleine samenwerkingsverbanden gericht op een doelgroep in een setting (wijk, school, vereniging, ...) activiteiten in samenhang met elkaar uitgevoerd
4.1.1.1 Aantal programma’s of samenwerkings verbanden
4.2 De gezondheid van de burger is zo optimaal mogelijk beschermd, bewaakt en bevorderd.
4.2.1 Deskundigheidsbevordering op het terrein van toegankelijkheid, integraal werken en vroegsignalering; door ondersteunende activiteiten uit te voeren voor netwerkpartners (professionals), zoals trainingen, begeleide intervisie, workshops e.d.
4.2.1.1 Aantal trainingen, bijeenkomsten voor netwerkpartners (professionals).
Begrote score
mate van realisatie
Volksgezondheid
4 De gezondheid van de burgers is zo optimaal mogelijk beschermd, bewaakt en bevorderd
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 203
/ G e m e e n t e B r e da
• 7
In het programma Breda in Balans is in samenwerkings verbanden gewerkt aan het terugdringen van overgewicht bij jeugd; 1. School en kinderdagverblijven 2. Verstandelijk gehandicapten 3. Wijkaanpak 4. Keten samenwerking In het programma Jeugd en Alcohol is in samenwerkingsverbanden gewerkt aan preventie van (overmatig) alcoholgebruik: 1. Jeugdige Stappers 2. Sportverenigingen 3. Vismarkt. Er is een stedelijke werkgroep Gezonde School en er is wijkgerichte samenwerking in Hoge Vucht en de Haagse Beemden.
• 5
Gerealiseerd. Er vonden 2 bijeenkomsten plaats over de wijkaanpak (Haagse Beemden), 3 intervisiebijeenkomsten over Jeugd en Alcohol, 2 intervisiebijeenkomsten over Breda in Balans en 1 bijeenkomst over integraal gezondheidsbeleid bij de gemeente.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
4.3 Alcohol: voorkomen dat jongeren onder 16 jaar alcohol drinken, terugdringen van schadelijk alcohol gebruik.
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
4.3.1 4.3.1.1 Realisatie en uitvoering (Zie jeugd) van integrale jeugd gezondheidszorg.
Begrote score
mate van realisatie
• Zie jeugd
4.4 Diabetes, voorkomen van diabetes bij burgers 4.5 Depressie, voorkomen dat burgers een depressieve stoornis ontwikkelen
De doelstellingen betreffen inhoudelijke speerpunten van het gemeentelijk beleid. Alle programma’s en activiteiten die de gemeente in samenwerking met partners heeft ontwikkeld en in uitvoering heeft, richten zich op één of meerdere van deze speerpunten.
4.6 Seksueel overdraagbare aandoeningen (soa), voorkomen dat burgers soa ontwikkelen 4.7 Psychosociale problematiek, voorkomen van risicovolle opvoedingssituaties en gedrags- en emotionele problemen bij kinderen en jongeren Cultuur 5 Burgers en bezoekers genieten actief dan wel passief van het Bredase culturele spectrum
5.1 Consolideren en uitbouwen breed fundament
5.1.1 5.1.1.1 Verlenen van subsidies Aantal subsidie culturele hoofdstructuur beschikkingen en amateurkunst
5.1.2 Cultuur in stedelijke ontwikkelings projecten
5.1.3 Regionale /landelijke samenwerking
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 204
• 350
5.1.2.1 Aantal ontwikkelings- • Via Breda, Hoge gebieden waar cultuur Vucht, Heuvel, concreet onderdeel Doornbos Linie uitmaakt van de ontwikkelingsvisie
5.1.3.1 Aantal bovenlokale samenwerkings projecten
/ G e m e e n t e B r e da
• 5
Er zijn 264 aanvragen ingediend en dus ook evenveel beschikkingen afgegeven. Via Breda: transformatie havenkwartier Hoge Vucht: Kindvriendelijke route, brede school, kunsttoepassing
5 gerealiseerd, te weten: Interreg. Cultuuroverleg WestBrabant B5: culturele atlas B5: congres ICC cultuureducatie B5: AV-makelaar
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
5.2 Breda positioneren als stad voor de beeld cultuur en stad van de Nassau’s
5.2.1 Uitbreiden faciliteiten/ voorzieningen / activiteiten
Indicator omschrijving
Begrote score
5.2.1.1 Aantal activiteiten / • 5 beeldcultuur te ontwikkelen facili- • 3 erfgoed teiten in het kader van beide thema’s
mate van realisatie
Gerealiseerd International Film Festival Breda; Graphic Design Festival; Breda Photo; Ontwikkeling Graphic Design Museum. 600 jaar Grote Kerk; Open Monumentendag; Nassaudag Erfgoed en beeld cultuur: Allerzielen alom Erfgoedgame van Lumineus producties
5.3 5.3.1 Versterken professio- Subsidiëren professionele vaardigheden van naliseringstrajecten culturele (amateur) kunstorganisaties
5.3.1.1 Aantal ondersteunde professionaliseringstrajecten
5.3.2 5.3.2.1 Faciliteren workshops Aantal deelnemende / trainingen en organisaties netwerkbijeenkomsten
• 5
4, op basis van specifieke vragen uit het veld.
• 100
95 organisaties.
5.3.2.2 Aantal bijeenkomsten • 2 netwerk bijeenkomsten
Gerealiseerd. 4 netwerkbijeenkomsten op het terrein van beeldcultuur, AK en educatie • 1 workshop training 2 trainingen, één op het terrein van marketing en één op het terrein van fondsenwerving en sponsoring.
5.4 Bevorderen cultuurparticipatie
5.4.1 Cultuureducatie
5.4.1.1 Percentage scholen dat participeert in de ontdekking/ culturele en kunstzinnige vorming (ckv) 5.4.1.2 Aantal deelnemende leerlingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 205
/ G e m e e n t e B r e da
• 95% po en 80% vo • 95% primair onderwijs en 80% voortgezet onderwijs.
• 16.500 po en 1.100 vo
• 17.296 primair onderwijs en 1.342 voortgezet onderwijs.
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
5.4.2 Verstrekken subsidies tlv fonds presentatie en fonds productie
Indicator omschrijving
Begrote score
5.4.2.1 Aantal mensen dat via • 800.000 de subsidies bereikt wordt als deelnemer en/of publiek
5.4.3 5.4.3.1 Realiseren Kunst in de Aantal gerealiseerde openbare ruimte kunstwerken
• 6
mate van realisatie
In totaal hebben de culturele activiteiten die mede door de Gemeente Breda zijn gesubsidieerd circa 862.000 bezoekers getrokken en een veelvoud aan digitale bezoekers in 2010. Daarbij is het publieksbereik van de gemeentelijke culturele instellingen niet meegerekend. 6 gerealiseerd.
Sport 6 Het stimuleren en mogelijk maken dat burgers aan sport beoefening kunnen deelnemen, zo mogelijk in eigen wijk/ dorp, tenminste in eigen stad
7 Het creëren van een samenhangend aanbod in de sectoren onderwijs, sport en cultuur om kinderen en jongeren een rijke leeromgeving te bieden met maximale ontplooiingsmogelijkheden
6.1 Sportparticipatie en het beweeggedrag van de burger zijn minimaal gelijk aan het landelijk gemiddelde
6.1.1 Financiële en organisatorische ondersteuning van sportverenigingen en sportinitiatieven, stimulering van doelgroepen en uitbreiding van het aanbod middels inzet van combinatiefuncties
6.1.1.1 Het aantal personen • 12.700 en 350 waarvoor jeugdledenen mindervalide leden subsidie wordt verstrekt
Voor 14.100 jeugd leden en 400 mindervalide leden is subsidie verstrekt.
6.1.1.2 De sportparticipatie en beweeggedrag te meten bij burger enquête 2009
Volgens de burger enquête 2009 ligt het percentage op 67%.
6.1.1.3 Landelijke gegevens • 65% ‘richtlijn sportdeelname onderzoek’ sportparticipatie en beweeg gedrag
Nagenoeg gerealiseerd. Volgens landelijke gegevens ligt het percentage op 61%.
6.1.1.4 Aantal sportstimulerings-activiteiten
Het aantal activiteiten betreft 2.650.
7.1 7.1.1 Lokale uitwerking Zie paragraaf Impuls brede scholen, participatie participatie sport en cultuur, conform de doelstellingen van het rijk
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 206
• 65%
/ G e m e e n t e B r e da
• 2.500
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
8 Een gunstig klimaat bieden voor talent ontwikkeling en het bedrijven van topsport
8.1 Integrale aanpak voor topsportbeleid in Breda
8.1.1 Uitwerken topsport ambities door stuurgroep topsport
8.1.1.1 Topsportambities in nieuwe nota
9 Diversiteit in de sport
9.1 Vergroten van de participatie van allochtonen in de sport en het vrijwilligerswerk
9.1.1 Uitvoering project Sport en Diversiteit, voortzetting Women fit en Kleurrijk promotieteam
9.1.1.1 Deelname allochtone • Nulmeting inwoners aan sport-en beweegactiviteiten
10 Het initiëren, realiseren en in stand houden van passende en bereikbare gebouwde maatschappelijke voorzieningen in consolidatie-, herstructurering- en transformatiegebieden
10.1 De basisvoorzieningen in een woongebied op het gebied van onderwijs, jeugd, participatie, zorg, cultuur en sport sluiten aan bij de wensen en behoeften van de Bredanaars en stellen hen in staat optimaal te partici peren in de samen leving
10.1.1 Overleggen per gebied met wijkbewoners, wijken dorpsraden, corporaties, gesubsidieerde instellingen
10.1.1.1 Programma maatschappelijk vastgoed Bavel
11 Bevorderen van leefbaarheid in wijken en dorpen door in een samenhangend aanbod aan gesubsidieerde activiteiten op gebied van onderwijs, jeugd, zorg, participatie, sport en cultuur
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
10.1.1.2 Haalbaarheidsonderzoek brede school Geeren Zuid
• Nieuwe sportnota
Niet gerealiseerd. Gereed 1e kwartaal 2011.
• Wijktafels: 10
Er hebben 10 wijktafels plaatsgevonden.
11.1.2.1 Jaarschijf 2010 sociaal Gereed programma Hoge Vucht Doornbos en Linie
11.1.3 Uitvoering sociale paragraaf integrale dorpsontwikkelingsplannen Teteringen
11.1.3.1 Jaarschijf 2010 sociale Gereed paragraaf integrale dorpsontwikkelingsplannen Teteringen
p 207
/ G e m e e n t e B r e da
Sportdeelname van allochtone inwoners bedraagt 55%.
• Gereed
11.1.2 Uitvoering sociaal programma Hoge Vucht Doornbos en Linie
11.1.4.1 Jaarschijf 2010 WIP Haagse Beemden
Niet gerealiseerd. Besluitvorming over nieuwe sportnota is uitgesteld tot behandeling Voorjaarsnota 2011.
Niet gerealiseerd. Planning is aangepast op besluit heroverweging woningprogrammering Bavel-Zuid. (besluitvorming over Koers Gezet, notitie stedelijke programmering) In 2011 wordt binnen dit kader een IDOP opgesteld.
11.1.1.1 Bijeenkomsten (Wijktafels/ werkgroepen sociaal beheer)
11.1.4 Uitvoering WIP Haagse Beemden
mate van realisatie
• Vastgesteld
11.1.1 Organiseren wijktafels en werkgroepen sociaal beheer
11.1.3.2 Opstellen sociale paragraaf nota van uitgangspunten Brabantpark
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Begrote score
Gerealiseerd.
Gerealiseerd.
Gereed
Gerealiseerd.
Gereed
Gerealiseerd.
C) Bijzondere ontwikkelingen Geen ontwikkelingen
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
lasten
Cultuur
Begroting 2010 na wijziging baten
lasten
Jaarrekening 2010
baten
lasten
baten
11.380
737
13.416
2.325
13.459
2.253
8.469
3.509
10.770
4.828
8.876
3.089
Onderwijs
21.689
13.033
12.182
3.721
11.664
3.440
Participatie
28.717
5.790
28.537
6.273
28.070
5.936
Sociale infrastructuur
3.320
133
4.104
518
3.366
370
Sport
2.246
-
2.682
133
2.538
134
Volksgezondheid
3.999
85
3.805
921
3.284
986
919
-
109
-
-
427
Subtotaal:
80.739
23.287
75.605
18.719
71.257
16.635
Reserves
Jeugd
Maatschappelijke ontw. algemeen
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Fonds Maatschappelijke ontw.
-
3.285
-
2.080
-
2.072
Risicoreserve bijstand/Wmo
-
69
-
221
-
152
Reserve Fonds Artistieke Werken
-
-
-
43
-
43
Totaal exploitatie
80.739
26.641
75.605
21.063
71.257
18.902
Bijdrage uit algemene middelen
54.098
54.542
52.355
Toelichting exploitatie: Het totale saldo van het taakveld Maatschappelijke Ontwikkeling bedraagt € 2,2 miljoen voor delig. Per product worden hieronder de grootste verschillen van € 20.000 en meer ten opzichte van de begroting benoemd en toegelicht: Cultuur
- € 115.086 -106.000
Jeugd
Meer uren dan begroot. € 155.990
117.000
Minder uren dan begroot. Tevens is ten opzichte van de oorspronkelijke begroting bij het Centrum Jeugd en Gezin een onderbesteding opgetreden (vooral in 2008 en 2009) omdat er later dan gepland met de uitvoering CJG is gestart en omdat tussentijds de koers is bijgesteld (minder fysieke invulling, meer uitwerking netwerkorganisatie). De niet bestede middelen zijn gereserveerd voor eventuele terugbetaling aan de Provincie.
Onderwijs 145.000
€ 235.959 Lagere subsidiebeschikkingen voor o.a. onderwijsachterstandenbeleid, brede scholen, vsv, laaggeletterdheid, verlaging ouderbijdrage, versterking peuterspeelzaalwerk en schoolmaatschappelijk werk primair onderwijs.
-109.000
Meer uren dan begroot.
167.000
Vrijval dagarrangementen in verband met terugbetalingsverplichtingen.
35.000
Vrijval voorziening dubieuze debiteuren en lagere vaststelling subsidies oude jaren.
-20.000
Hogere uitgaven leerlingenvervoer.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 208
/ G e m e e n t e B r e da
Participatie
€ 121.359 -215.000
Meer uren dan begroot.
138.000
Er is een aanzienlijk lagere subsidieverlening, met name in het kader van de nota Samen aan de slag (minder aanvragen en ingediende aanvragen voldeden niet aan criteria). Daarnaast is sprake van terugvordering subsidies voorgaande jaren. Terugvordering subsidies en lagere kosten / subsidiering vanwege uitgestelde besluitvorming invoering Stedelijk Kompas (14-12-10). Uitvoering Beleidsplan informele zorg is op onderdelen (onder andere. nulmeting mantelzorg) vertraagd en proces uitvoering onderzoek gevolgen pakketmaatregel AWBZ is vertraagd. Bovendien terugvordering verstrekte subsidies voorgaande jaren.
43.000 105.000
29.000 Sociale Infrastructuur
Terugvordering verstrekte subsidies van diverse onderwerpen. € 520.867
288.000 54.000 40.000
Geschikt Wonen voor Iedereen: Budgetoverheveling van voorgaande jaren is niet aangewend en kan vrijvallen. Hart voor je Buurt: In 2010 zijn er minder aanvragen ingediend dan verwacht en daarvan ook minder gehonoreerd. Opstellen sociale gebiedsvisie Brabantpark, sociaal programma is echter vooralsnog bestuurlijk ingetrokken.
47.000
Sociaal Culturele Centra: terugvorderingen subsidies en achterblijven subsidieaanvragen.
35.500
Knelpunten Driesprong: In 8+8 regeling is financiering opgenomen waardoor beroep op dit budget niet meer nodig was.
30.000
Vrijval budget voor integrale dorpsontwikkelingsplannen.
Sport
€ 144.790 116.000
Volksgezondheid
Terugvordering verstrekte subsidies voorgaande jaren in het kader van de combinatiefunctionarissen. € 585.388
99.000
586.000
-100.000 MO algemeen
Verwachte subsidieverlening / kosten zijn lager uitgevallen dan verwacht omdat: activiteiten binnen reguliere werkzaamheden van organisaties plaatsvonden en enkele activiteiten (met name in het onderwijs/Gezonde School) zijn doorgeschoven naar 2011. Ontvangen terugbetaling Regionale Ambulance Voorziening naar aanleiding van jaarrekening 2009. Waaronder de terugstorting van de voorfinanciering meerkosten Regeling Bezwarende Beroepen. Meer uren dan begroot. € 536.387
468.000 43.000
Betreft dekking uren. Verwachte extra kosten pensioenpremie, CAO en functiehuis vallen weg tegen lagere werkelijke salariskosten dan begroot.
-23.000
Hogere kosten (dan verwacht) uitstroom personeel.
27.000
Vrijval oude verplichting WW-uitkering.
Totaal
€ 2.185.654
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Fonds Maatschappelijke Ontw. Fonds Artistieke Werken Totaal reserves
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
3.030
-2.072
958
43
-43
-
3.073
-2.115
958
Toelichting reserves: Vanuit het Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling is in 2010 € 2.072.105 onttrokken. Dit is € 8.120 minder dan begroot vanwege het terugvorderen van subsidiebedragen naar aanleiding van een lagere definitieve vaststelling van de subsidie.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 209
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Onderhoud cultuurgebouwen
Totaal voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
-
38
38
-
-
-
-
38
38
Bedrijfsmiddelen
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
72
0
72
72
Zorgkruispunt Teteringen
1.000
0
0
0
0
0 0
Totaal investeringen
1.072
0
72
72
0
0
Toelichting investeringen: Het beschikbare bedrag voor bedrijfsmiddelen 2010 is volledig onbenut gebleven. Het beschikbare bedrag van € 1.000.000 voor het Zorgkruispunt Teteringen is bij de resultaatbestemming 2009 ingeleverd ter dekking van het gemeentebrede negatieve resultaat over 2009. In 2011 en verder is er geen bedrag meer beschikbaar voor de investering.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 10
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 7 | RUIMTELIJKE ONTWIKKELING
A) Taakveldomschrijving De gemeente werkt aan een evenwichtige ruimtelijke structuur van de stad die via een inter actieve en integrale wijze tot stand wordt gebracht. Het taakveld Ruimtelijke Ontwikkeling is gericht op het bevorderen van de groei van Breda en de centrumpositie in de regio, het zorgen voor een complete en duurzame stad (buurten en wijken) en kwaliteit en duurzaamheid in ons handelen gericht op een aantrekkelijke, dynamische stad in sociaal-cultureel en zakelijkeconomisch opzicht met respect voor de identiteit van de stad.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
Stedelijke Planning & Programmering 1 1.1 Het scheppen van een Het bevorderen van planologisch kader de groei van Breda. (ontwikkeling, planning en programmering) voor een evenwichtige ruimtelijke ontwikkeling van de stad Breda.
1.1.1 De actualisatie van de structuurvisie Breda 2020.
1.1.1.1 Een geactualiseerde visie waarbij invulling wordt gegeven aan een evenwichtige groei van Breda.
1.1.2 Het opstellen van een uitvoeringsprogramma 2010-2014.
1.1.2.1 Een realistisch planningsscenario waarin een goede balans tot stand gebracht is tussen programma, ruimte en realisatie.
1.1.3 Het opstellen van een investeringsprogramma dat is gekoppeld aan het uitvoerings programma van de structuurvisie.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 211
/ G e m e e n t e B r e da
De vastgestelde geactualiseerde structuurvisie.
De effecten van de stedelijke planning en programmering zijn in beeld gebracht. Op basis hiervan heeft het college de nota Koers Gezet opgesteld, waarin de kaders en keuzes voor de stedelijke programmering zijn opgenomen. Koers Gezet is behandeld in commissie en raad en is op 16 december 2010 door de raad vastgesteld. De notitie vormt de basis voor de actualisatie van de Structuurvisie 2020. Deze actualisatie vindt dus eerst in 2011 plaats. De acties die voortkomen uit de notitie Koers Gezet en de wijze waarop die acties worden uitgezet zijn vastgelegd in het zogenaamde regie- en actie plan. Aan de actualisatie van de structuurvisie zal een uitvoeringsprogramma worden gekoppeld.
Het investerings programma maakt deel uit van de actualisatie van de structuurvisie.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.2 Een adequaat planologisch kader.
1.2.1 1.2.1.1 Het opstellen van een Een integrale visie op De vastgestelde visie visie op de binnenstad. de binnenstad die een op de binnenstad. ruimtelijke planologisch kader schetst als opmaat voor de actualisatie van het bestemmingsplan.
1.3 Het versterken van de Brabantse en Europese positie van Breda.
1.3.1 1.3.1.1 Participeren in samen- De regionale afspraken. werkingsverbanden op lokaal, regionaal, landelijk en internationaal niveau binnen het programma Breda Plus.
Op dit moment wordt gewerkt aan een zogenaamd conserverend bestemmingsplan. Het maken van een integrale visie op de binnenstad zal gelijk oplopen met de actualisatie van de Structuurvisie. In 2010 is het RRO van start gegaan op West-Brabants niveau. Regionale afspraken wonen / werken zijn herbevestigd. Andere overlegverbanden geen bijzonderheden.
1.3.1.2 De bijdrage van Breda Minimaal 1 advies. ten behoeve van de adviescommissie Nijpels.
1.3.1.3 De bijdrage aan (inter-)nationale congressen.
mate van realisatie
In samenwerking met de provincie NoordBrabant en andere regionale partners is uitwerking gegeven aan de adviezen van de commissie Nijpels over het oprichten van een regionale organisatie en het definiëren van het ‘niet-onmogelijk maken’ van de spoorlijn. In december 2010 heeft de Tweede Kamer een rondetafelgesprek gehouden over de MKBA van de spoorlijn Breda - Utrecht.
Minimaal 3 congressen. Gerealiseerd
1.3.1.4 Deelname in gemeen- Minimaal 5 regelingen Gerealiseerd schappelijke regelingen c.q. verbanden. en samenwerkings verbanden. 1.3.1.5 Het aantal subsidieaanvragen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 212
/ G e m e e n t e B r e da
Minimaal 3 aanvragen. Gerealiseerd
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
Wonen 2 Breda groeit naar 185.000 inwoners met keuze aan variëteit aan woonmilieus met bouw- en woontechnisch goede woningen in een prettige en goed beheerde woonomgeving.
2.1 Het faciliteren dat 30% van de nieuwbouwproductie bestaat uit financieel bereikbare woningen.
2.1.1 2.1.1.1 Het 30% faciliteren Het % financieel Minimaal 30% bereik- Het college stuurt niet middels borging in bereikbare woningen. bare woningbouw. meer op het percentaplannen en processen. ge bereikbare nieuwbouw (minimaal 30%), maar op een gevarieerd aanbod van woningen voor verschillende doelgroepen.
2.2 De groei naar 185.000 inwoners.
2.2.1 Door middel van de Taskforce Woningbouw.
2.2.1.1 De bouwproductie.
2.2.2 Het sturen van de nieuwbouwproductie middels de prioritaire lijst bouwprojecten.
2.2.2.1 Het aantal nieuwbouwwoningen.
2.2.3 Het samen met de provincie en het rijk ondersteunen van woningbouwprojecten.
2.2.3.1 Het inzetten van (financiële) maatregelen ter stimulering van nieuwbouw.
2.2.4 Het uitwerken van de prestatieafspraken.
2.2.4.1 De realisatie van het Het opzetten van een uitvoeringsprogramma. factsheet Wonen en het actualiseren van de Nota Kwaliteit Wonen.
2.3.1 Het faciliteren van bouwen in Eigen Beheer.
2.3.1.1 Het aantal te realiseren Het opstarten van woningen c.q. het minimaal 4 collectieven. aantal op te starten collectieven .
2.3 Een variëteit aan woonmilieus met aandacht voor specifieke doelgroepen.
Indicatief: de start van De voorlopige cijfers 650 nieuwbouw laten een start bouw woningen. zien van 688 woningen. De bereikbare nieuwbouw bedraagt ruim 50% hiervan. Van de 688 woningen zijn er 145 gestart met bouwen door de tweede en derde tranche van de stimuleringsmaatregelen. Het vaststellen van de Gerealiseerd prioritaire lijst nieuwbouwprojecten 2010 (650 woningen). Maatgerichte aanpak van minimaal 3 geselecteerde nieuwbouwprojecten .
De score is ruimschoots gehaald. Er zijn in 2010 9 projecten opgestart. Het format voor de factsheet Wonen is gerealiseerd en wordt permanent actueel gehouden. Actualisatie van de Nota kwaliteit. Met 5 collectieven is intensief overleg omtrent de realisatie van de projecten (3 in Bavel-Zuid en 2 in Prinsenbeek). De projecten zij gestart in 2010. Daarnaast is overleg opgestart met 5 nieuwe collectieven.
2.3.2 2.3.2.1 Het stimuleren van Het aantal te realiseren Het realiseren van Gerealiseerd wonen boven winkels. woningen boven minimaal 25 woningen winkels. boven winkels.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 213
/ G e m e e n t e B r e da
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
2.3.3 Het verstrekken van starterleningen.
Indicator omschrijving
2.3.3.1 Het aantal te verlenen Het verlenen van starterleningen. minimaal 40 starter leningen.
2.3.4 2.3.4.1 De aanpak ten aanzien Onderzoek naar de van MOElanders. huisvesting van MOElanders en arbeidsmigranten. 2.3.5 2.3.5.1 Het faciliteren van Het bieden van studentenhuisvesting. woonruimte voor studenten.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Begrote score
Het in het leven roepen van een regiegroep Studentenhuisvesting voor de huisvesting van internationale studenten. Daarnaast het inzetten op de realisering van 100 studenten woningen aan de Beverweg.
2.3.6.1 Het opstellen van een Conceptvisie eind nieuwe woonvisie met december 2010 daarin opgenomen de gereed. beleidsuitgangspunten voor Wonen.
2.3.7 Opstellen van een nieuwe Huisvestingsverordening (t.a.v. de verdeling van woonruimte).
2.3.7.1 De vergroting van de slaagkansen van woningzoekenden.
/ G e m e e n t e B r e da
Alle starterleningen zijn inmiddels uitgegeven. In de eerste helft van 2011 vindt de evaluatie van de starterleningen (met aanbevelingen) plaats.
Het verrichten van een Gerealiseerd. regionaal onderzoek naar de huisvestingssituatie om de behoefte in beeld te krijgen.
2.3.6 Het actualiseren van de Woonvisie.
p 2 14
mate van realisatie
Vergroting van de slagmannen ten opzichte van 2009 conform de termijnen zoals genoemd in de Woonvisie en het uitvoeringsprogramma Wonen.
De regiegroep is in 2010 in het leven geroepen. Het actieplan en uitvoeringsprogramma is niet in 2010 vastgesteld, maar zal in het eerste kwartaal van 2011 vastgesteld worden. Zoals in de 2e bestuursrapportage al is gemeld heeft de realisatie van woningen aan de Beverweg in 2010 niet plaats gevonden (er is vanuit de markt onvoldoende interesse). Conceptvisie (speerpunten) is in februari 2011 gerealiseerd.
Het zogenaamde nieuwe Woonloket is vanaf medio november 2010 ingevoerd. Het is daarom nog moeilijk een uitspraak te doen over de daadwerkelijke vergroting van de slagkracht. Een eerste indicatie is dat de reacties overwegend positief zijn. Mensen komen echter niet sneller aan een woning maar hier liggen andere oorzaken aan ten grondslag.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
mate van realisatie
Milieu 3 Het behouden en/of versterken van een schoon, groen, veilig en gevarieerd milieu, gericht op duurzaamheid.
3.1 De bodem is geschikt voor het beoogde gebruik.
3.1.1 3.1.1.1 Het initiëren, De aanpak van 134 voorbereiden en spoedlocaties. uitvoeren van bodemsaneringen.
3.2 3.2.1 Meer veiligheid met Nauwe betrokkenheid betrekking tot het bij de uitwerking van gebruik, de opslag en regelgeving ten het transport van aanzien van (ontwerp-) gevaarlijke stoffen. basisnetten voor spoor, weg en water.
3.2.1.1 Het aantal vervoer bewegingen van gevaarlijke stoffen over het water, de weg en het spoor.
Minimaal 10% gerea- Het aantal spoed liseerd. locaties is terug gebracht naar 115 (>10% gerealiseerd).
Het vervoer per weg van gevaarlijke stoffen blijft binnen de, in het Basisnet Weg vast gelegde, PR-contouren en GR waarden.
Bij de score (afnemende trend) zijn we afhankelijk van anderen; ook wat betreft de nieuwe indicatoren. De laatste informatie is dat de Het vervoer per spoor basisfeiten voor weg-, van gevaarlijke stoffen: water- en spoorvereen afnemende trend keer naar verwachting om te komen tot de in 2011 zullen worden ProRail vervoers vastgesteld. prognoses uit 2003.
3.2.2 3.2.2.1 Nauwe betrokkenheid De mate van invloed Bestuurlijke standbij het Project Zuidop de besluitvorming. puntbepaling. West 380 kV.
3.3 Stand stil situatie ten aanzien van geluid creëren.
3.2.3 Het evalueren van de gemeentelijke route gevaarlijke stoffen uit 2001.
3.2.3.1 Het maken van een aantal risico berekeningen.
3.3.1 De nulsituatie Geluid in beeld brengen om een actieplan op te kunnen stellen.
3.3.1.1 De mate van beleving Minder dan 10% Gebleken is dat de van geluidshinder. toename ten aanzien beleving van geluidhinvan voorgaande jaren. der is gedaald van 20% in 2009 naar 17% in 2010. Uitgesplitst in vormen van geluid hinder is bij horeca lawaai, evenementen met ernstige hinder en bij geluidshinder van treinen de toename meer dan 10% ten opzichte van 2009.
3.4 3.4.1 3.4.1.1 Stabilisering van de Het realiseren van een De hoeveelheid CO2 uitstoot van CO2 ten biomassacentrale. uitstoot. opzichte van 2009 (met het oog op een CO2 neutrale stad in 2044). * Zie voor de biomassa centrale ook de aanvullende toelichting.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Gemeentelijk bestuurlijk standpunt is bepaald. Besluit op rijksniveau wordt voor de zomer 2011 verwacht.
p 215
/ G e m e e n t e B r e da
15 berekeningen. Voor de magneetveldzones van de hoogspannings lijnen de trend naar verkleinende zones inzetten.
Minder dan 15 gerealiseerd in verband met vertraging en / of niet doorgaan van projecten (1 door gemeente zelf, 4 door externe partijen).
Het stabiliseren van Alle gegevens hierover de uitstoot van CO2 van 2010 zijn op dit ten opzichte van 2009. moment nog niet beschikbaar. De projecten en maatregelen in 2010 zijn gericht op het stabiliseren van de CO2 uitstoot.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
3.4.2 Het realiseren van energiebesparing bij particulieren.
3.5 3.5.1 Een afname van de Het optimaliseren van luchtverontreiniging. de stedelijke distributie. * Zie voor de biomassa centrale ook de aanvullende toelichting.
Indicator omschrijving
3.4.2.1 De hoeveelheid CO2 uitstoot.
3.5.1.1 Het aantal dagen overschrijding van de fijn stofnorm (op jaarbasis).
3.5.2 Een algemene verbete- Zie hetgeen hierover ring van de doorstro- opgenomen is onder mingsmaatregelen. 4.3.1.
Begrote score
mate van realisatie
Het stabiliseren van Alle gegevens hierover de uitstoot van CO2 van 2010 zijn op dit ten opzichte van 2009. moment nog niet beschikbaar. De projecten en maatregelen in 2010 zijn gericht op het stabiliseren van de CO2 uitstoot. Minder dan 35 dagen De norm is gehaald; per jaar. Bastenakenstraat 20 dagen overschrijding en de Tilburgseweg 32 dagen.
Zie hetgeen hierover opgenomen is onder 4.3.1.
Zie hetgeen hierover opgenomen is onder 4.3.1.
Mobiliteit 4 Faciliteren van de diverse mobiliteiten van, naar en binnen Breda, om ruimte te geven aan een duurzame ontwikkeling en groei van de stad in evenwicht met leefbaarheid, milieu, verkeersveiligheid en economie.
4.1 Meerjaren uitvoerings programma Mobiliteit 2010-2014.
4.1.1 4.1.1.1 Het opstellen van een De realisatie van het Vastgesteld uitvoerings meerjaren uitvoerings- uitvoeringsprogramma. programma. programma Mobiliteit 2010-2014 op basis van het nieuwe coalitieakkoord
4.2 Nieuw beleidskader Mobiliteit.
4.2.1 Het formuleren c.q. bijstellen van nieuw mobiliteitsbeleid op basis van de evaluatie in 2009.
4.2.1.1 De nieuwe c.q. bijgestelde beleidsnota mobiliteit.
4.3 Optimale doorstroming van het stedelijk hoofdwegennet realiseren.
4.3.1 Het nemen van doorstromingsmaat regelen op het stedelijk hoofdwegennet.
4.3.1.1 De realisatie van een Minder stops op groene golf op de kruisingen ten opzichte Noordelijke Rondweg, van 2009. de Claudius Prinsenlaan en de Zuidelijke Rondweg.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 16
/ G e m e e n t e B r e da
Vastgestelde beleidsnota mobiliteit.
Gerealiseerd. De jaarschijf 2011 is opgenomen in de begroting.
Er is in 2010 geen nieuwe beleidsnota opgesteld in verband met de bezuinigingen. Deze zal worden gekoppeld aan de actualisatie van de structuurvisie. Bezien wordt op welke wijze dit kan plaatsvinden. NRW fase 1: Gerealiseerd. De groene golf werkt. Minder stops zijn gerealiseerd. NRW fase 2: Hele NRW is gerealiseerd. CPL fase 2: Gerealiseerd. In het najaar van 2010. ZRW: Voorlopig ontwerp groene golf ZRW gestart.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
4.4 Meer reizigers in het openbaar vervoer.
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
4.3.2 Het uitvoeren van het renovatieprogramma verkeersregelinstallaties.
4.3.2.1 Het optimaliseren van 3 nieuwe verkeers de verkeerslichten regelinstallaties in regelingen. 2010.
4.4.1 De realisatie van het toegankelijk maken van de OV haltes.
4.4.1.1 De ombouw van de haltes.
4.4.2 Het realiseren van hoogwaardig OV.
4.4.2.1 Het opstellen van een nieuwe dienstregeling.
4.4.3 4.4.3.1 Het verbeteren van de Uitvoering van de HOV dienstregeling. maatregelen.
mate van realisatie
In voorbereiding genomen: • Kruispunt Emerparklaan / Koeieweide. • Kruispunt Baronie laan / Wilhelminastraat is onzeker in verband met de heroverweging van het college in het kader van de bezuinigingen. In 2010 gerealiseerd: kruispunt LunetstraatTramsingel, kruispunt Boschstraat-Vlaszak en kruispunt LoevesteinstraatZwijnsbergenstraat.
In 2010 zijn 30 haltes Gerealiseerd. toegankelijk gemaakt en zullen de In mei zijn 30 haltes maatregelen voor de gerealiseerd. nieuwe dienstregeling en HOV zijn uitgevoerd. Gerealiseerd. Op 12 december is de dienstregeling geoptimaliseerd. Tunnel Oosterhoutseweg is gerealiseerd. Het ontwerpproces Busbaan langs het spoor (vanaf nieuw station tot de Oosterhoutseweg) is gestart. HOV inpassing in de binnenstad Oost: de tracékeuze is vastgesteld en het ontwerpproces is gestart. Prioriteit HOV in VRI Fellenoordstraat / Markendaalseweg is gerealiseerd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 17
/ G e m e e n t e B r e da
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
4.5 4.5.1 4.5.1.1 Toename van het fiets- Het treffen van fiets- Het aantal fietsen gebruik. voorzieningen en stallingen in de stad. stimuleren van het gebruik van de fiets door het ondersteunen van promotiemaat regelen voor de fiets.
Begrote score
mate van realisatie
Toename van het fietsgebruik en het aantal fietsvoorzieningen ten opzichte van voorgaande jaren.
Tellingen laten vooralsnog geen toename van fietsers zien. In 2009 en 2010 is er geen burger enquête door MGW uitgevoerd. Definitief ontwerp uitbreiding fietsenstallingen bij wijk en buurt winkelvoorzieningen gereed. In 2010 zijn bewaakte fietsenstallingen Concordiagarage en Achter De Lange Stallen gerealiseerd.
4.6 4.6.1 Het verbeteren van de Aanpak van de Black verkeersveiligheid. spots en een educatief programma ten aanzien van verkeersveiligheid.
4.6.1.1 Het aantal letselonge- Afname van het vallen en dodelijke aantal verkeersongeslachtoffers. vallen en slachtoffers ten opzichte van 2009.
Er wordt een duidelijke afname van (slachtoffer-) ongevallen gemeten.
4.6.1.2 Het aantal Black spots Afname van het In 2010 afname van 4 in de stad. aantal Black Spots ten BS in plaats van 5 zoals opzichte van 2009. in voorgaande jaren. Groen & Water 5 Het creëren van een duurzame groen- en waterstructuur in en om de stad.
5.1 Het behouden en versterken van de structuur, verbindingen en de kwaliteit van groen en water in en om de stad.
5.1.1 Het opstellen van het meerjarenuitvoeringsprogramma 2010-2014 op basis van het nieuwe coalitieakkoord
5.1.1.1 Het Uitvoeringsprogramma Groen & Water.
5.2 Het watersysteem op orde brengen zowel kwalitatief (goede basiskwaliteit) als kwantitatief (geen wateroverlast).
5.2.1 5.2.1.1 Het uitvoeren van de De realisatie van de projecten uit het projecten. uitvoeringsprogramma 2010.
Vastgesteld Gerealiseerd. uitvoeringsprogramma Groen & Water.
Gerealiseerde projecten.
Inrichtingsplan 4e Bergboezem; 1e fase gerealiseerd. Door financiële heroverweging op rijksen provinciaal niveau is de EVZ WeerijsNoord uitgesteld. Door vertraging van de verkoop van de Landgoederenzone Haagse Beemden is de financiering van het uitvoerings programma onder druk komen te staan (vulling Groenfonds).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 218
/ G e m e e n t e B r e da
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
5.3 Een robuust ecologisch systeem door het verbinden en verbeteren van de bestaande natuur gebieden.
Activiteiten in 2010
5.3.1 Plan van aanpak ecologische verbindingszones inclusief faunapassages.
Indicator omschrijving
5.3.1.1 De verwerving, het ontwerp en de aanleg van ecologische verbindingszones.
Begrote score
mate van realisatie
Aanleg ecologische verbindingszone (Zanddreef en WeerijsNoord) en de faunapassage Zanddreef en Weerijs.
Uitvoering Zandreef is gestart. Realisatie van de Weerijs-Noord is afhankelijk van de bijdrage van de provincie. In verband met het uitblijven van de subsidie is de realisatie onbekend. Faunapassage Loevesteinstraat is gerealiseerd.
5.4 Toename en behoud van het aantal inheemse soorten flora en fauna (makkelijk te inventariseren soorten zoals planten, vlinders, libellen en vissen, etc.).
5.4.1 Het monitoren van het aantal soorten flora en fauna.
5.4.1.1 De verwerving, het ontwerp en de aanleg van ecologische verbindingszones.
6.1 Breda is in 2015 bekend als Nassaustad in Europa.
6.1.1 6.1.1.1 Starten met de realisa- Het aantal gerealitie van een samenseerde plannen. hangend erfgoedpakket voor de binnenstad (o.a. verlichtingsplan, reclamebeeld, bordjes op monumenten).
6.2 Inwoners betrekken bij hun erfgoed.
6.2.1 6.2.1.1 Open MonumentenHet aantal festiviteiten Minimaal 4 festiviteidag 2010 in het teken en lezingen. ten en 9 lezingen. van 600 jaar Grote Kerk.
De vastgestelde rapportage van de 3e monitoringsronde. Behoud dan wel toename van het aantal inheemse soorten flora en onder andere reukgras, riviergrondel, bloedrode heidelibelle en de alpenwatersalamander ten opzichte van de voorgaande jaren).
In 2010 is de nulmeting gerealiseerd. Pas daarna (2013) volgt de 1ste vervolgmeting en kan pas iets over de toec.q. afname worden gezegd.
Minimaal 2 plannen.
Het verlichtingsplan komt in 2011 opnieuw op de agenda; het reclamebeleid wordt aangepast; het budget voor Bordjes op monumenten is ingeleverd in de bezuinigingsdoelstelling van 2010.
Cultureel Erfgoed 6 Het versterken van de bestaande identiteit en het creëren van voorwaarden om die identiteit uit te bouwen, waarbij erfgoed wordt toegepast in nieuwe ruimtelijke ordeningsprocessen (onveranderd).
6.2.2 Dag van de Architectuur.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 19
6.2.2.1 Realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
Is geweest, echter niet in het kader van 600 jaar Grote Kerk omdat de Stichting Grote Kerk de festiviteiten heeft afgelast (21.500 bezoeken geregistreerd).
Zodanig ondersteunen Gerealiseerd; de dag dat de dag een succes was een succes. wordt.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
6.3 De inventarisatie van het aanwezige erfgoed.
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
6.2.3 Dag van Breda Nassaustad.
6.2.3.1 Realisatie
6.2.4 Eindemaandlezingen erfgoed worden opengesteld voor belangstellenden.
6.2.4.1 Aantal lezingen.
Minimaal 9 lezingen.
In 2010 hebben 9 eindemaandlezingen plaatsgevonden over diverse thema’s, waarbij ook belangstellenden uit de stad en daarbuiten zijn uitgenodigd.
6.3.1 Inventarisatie van de wederopbouw architectuur.
6.3.1.1 Het aantal inventarisaties.
Eén inventarisatie wederopbouw.
Gerealiseerd.
6.3.2 Inventarisatie van het industriële erfgoed.
6.3.2.1 Het aantal gerealiEén inventarisatie. seerde inventarisaties.
6.3.3 Inventarisatie van de cultuurhistorische relicten.
6.3.3.1 Het aantal gerealiEén inventarisatie. seerde inventarisaties.
6.3.4 Bouwhistorisch Onderzoek in de Binnenstad.
6.3.4.1 Het aantal onderzoch- Zes bouwblokken. te bouwblokken.
6.4 6.4.1 6.4.1.1 Alle monumentale Het aanwijzen van Het aantal aanwaarden gewaardeerd. circa 200 gemeentelijke wijzingen. monumenten.
Zodanig ondersteunen Gerealiseerd; de dag dat de dag een succes was een succes. wordt.
200 aanwijzingen.
6.4.2 6.4.2.1 Realisatie van beleids- Aantal beleidskaarten Twee beleidskaarten. advieskaart BBE-2 gereed. Monumenten.
6.4.3 6.4.3.1 Realisatie van beleids- Aantal beleidskaarten Eén beleidsarm. advieskaart BBE-3 gereed. Industrieel Erfgoed.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
mate van realisatie
p 220
/ G e m e e n t e B r e da
Gerealiseerd.
Inventarisatie van cultuurhistorische relicten is gerealiseerd, maar wordt in 2011 nog aangevuld met monumentaal groen en blauw. Er is in 2010 een nieuwe werkwijze overeengekomen waarbij niet meer van bouwblokken wordt uitgegaan; project start voorjaar 2011. Geen afwijkingen verwacht. Aanwijzingen vinden ten dele ook nog in 2011 plaats. BBE-2 en -3 kaarten komen samen in de nieuwe BBE-2 kaart Gebouwd Erfgoed, het onderzoek is gereed. Presentatie kaart in voorjaar 2011. Gaat deel uitmaken van BBE-2.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
6.4.4 6.4.4.1 Realisatie van beleids- Aantal beleidskaarten Eén beleidskaart. advieskaart BBE-4 gereed. Cultuurhistorische Relicten.
6.5 Goed geoutilleerd en publieksvriendelijk erfgoeddepot.
6.5.1 Haalbaarheidsonderzoek hieromtrent uitwerken.
6.5.1.1 Het realiseren van het Het vastgestelde uitvoeringsprogramprogramma. ma.
7.1.1 Het realiseren van stedenbouwkundige plannen in de transformatiegebieden: Teteringen, Breda-Oost en Via Breda.
7.1.1.1 Het opstellen van Drie vastgestelde plannen voor o.a. de plannen. Bouverijen, Bavel-Zuid en het Molenkwartier.
7.1.2 Het opstellen van ruimtelijke verkenningen en structuurvisies.
7.1.2.1 Het opstellen van Twee verkenningen en verkenningen voor o.a. één vastgestelde visie. Breda-West en het Havenkwartier en de Structuurvisie Claudius Prinsenlaan.
7.2.1 Het realiseren van Ruimtelijke Verkenningen, Structuurvisies en stedenbouwkundige plannen in het programma Wijkontwikkeling.
7.2.1.1 Het opstellen van een Eén vastgestelde visie Structuurvisie voor o.a. en één vastgesteld Linie-Doornbos en het plan. stedenbouwkundig plan eerste fase Driesprong.
mate van realisatie
De nieuwe BBE-3 kaart Cultuurhistorie wordt doorgeschoven naar 2011, omdat er naast relicten ook aandacht komt voor monumentaal groen en blauw. Besluitvorming vindt plaats binnen de takendiscussie en is doorgeschoven naar 2011.
Ruimtelijke Ordening 7 7.1 Het scheppen van een Het bevorderen van ruimtelijk en juridisch de groei van Breda. planologisch kader voor een evenwichtige ruimtelijke ontwikkeling van de stad Breda.
7.2 Een gedifferentieerd leefmilieu.
7.2.2 7.2.1.1 Het uitvoeren van het Het uitvoeren van de beleid voor het planvorming Weerijsbuitengebied: landin- Noord. richtingsprojecten en de implementatie van het beleid Rood voor Groen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 221
/ G e m e e n t e B r e da
Concrete grondruil ten behoeve van natuurontwikkeling (minimaal 1 gerealiseerd plan).
De planvorming van Bouverijen loopt nog volop. De opgave Bavel-Zuid wordt geherformuleerd in het kader van Koers Gezet. Voor het Molenkwartier is het stedenbouwkundig plan afgerond. Verkenning Havenkwartier is vastgesteld. Naar aanleiding van Koers Gezet zijn de verkenning BredaWest en de Visie Claudius Prinsenlaan niet afgerond, maar worden herbezien. De ontwerpStructuurvisie Linie Doornbos is afgerond; besluitvorming begin 2011. Het stedenbouwkundig plan Driesprong is afgerond; besluitvorming begin 2011. Het stedenbouwkundig plan Dr. Struijckenplein loopt conform planning. Loopt nog onder leiding van de grondruilcoördinator Voor de inbreng van gemeentelijke gronden is een oplossing gevonden.
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
7.2.1.2 Het realiseren van postzegelplannen ten aanzien van concrete Rood voor Groen projecten. 7.3 Een adequaat planologisch kader.
Begrote score
De score is afhankelijk Er zijn ca. 12 concrete van het aantal aanvra- initiatieven, waarvoor gen (minimaal 5). anterieure overeenkomsten worden gesloten.
7.3.1 7.3.1.1 Het actualiseren van de Het aantal vastgestelde 8 vastgestelde Er zijn in 2010 7 bestemmingsplannen. grote bestemmingsbestemmingsplannen. gebiedsplannen, 2 plannen. partiële herzieningen en 5 wijzigings- en uitwerkingsplannen vastgesteld. 7.3.2 7.3.2.1 Inspelen op de actuele Het aantal postzegel ruimtelijke initiatieven bestemmingsplannen. en kansen.
Score afhankelijk van Er zijn in 2010 12 het aantal initiatieven, postzegelbestemmingsongeveer 3 tot 6. plannen vastgesteld.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: In het verslagjaar heeft een heroriëntatie plaatsgevonden op het stedelijke programma voor wonen, kantoren en bedrijventerreinen. Veranderende demografische ontwikkelingen, effec ten van de crisis en dynamiek in de stad laten hun effect zien op huidige en toekomstige ont wikkelingen. Hierdoor is het nodig ontwikkelingen in een nieuw perspectief te plaatsen en nog meer als voorheen een integrale benadering te kiezen in de planning en programmering van wonen, kantoren, bedrijventerreinen en (maatschappelijke) voorzieningen. De heroriënta tie heeft vorm gekregen in de nota Koers Gezet, waarvan de kaders in december 2010 door de Raad zijn vastgesteld. De heroriëntering heeft ook betrekking op lopende plannen en pro jecten en leidt tot extra scenariostudies om de stedelijke opgave opnieuw te definiëren (o.a. Bavel-Oost, Claudius Prinsenlaan, Teteringen en Via Breda). Daarmee vormt dit de basis voor de actualisatie van de Structuurvisie Breda 2020. Voorts is aan Koers Gezet een regie- en actieplan verbonden. Dit plan geeft de maatregelen aan die moeten worden genomen om tot uitvoering te komen en schept een organisatorisch kader waarbinnen deze plaats zal vinden. De start van de actualisatie van de Structuurvisie Breda 2020 staat gepland voor 2011. In de tweede bestuursrapportage 2010 is aangegeven dat de toenmalige verwachte realisatie van de bouw van woningen op 500 werd gesteld (in plaats van 650), maar dat al het mogelij ke ingezet zou worden (d.m.v. de inzet van Task Force Wonen, rijkssubsidies, startersleningen en specifieke projecten als Wonen boven Winkels en studentenhuisvesting). Geconstateerd kan worden dat deze inzet, met de startbouw van 865 woningen, effect heeft gehad. Met name de 2e en 3e tranche van de stimuleringsmaatregelen van het Rijk hebben geleid tot de start bouw van 145 woningen. Het product Postzegelbestemmingsplannen kent een negatief resultaat, waarvoor meerdere oorzaken zijn: •
De intakeprocedure, de zogenaamde Koninklijke Weg, waarin initiatieven worden voor zien van een principe-uitspraak door het College, is niet kostendekkend. Per initiatief wordt consequent een bedrag van ca. € 1.100,- in rekening gebracht (conform de leges verordening). Dit is slechts kostendekkend bij relatief eenvoudige aanvragen.
•
Bij dossiers die complex en tijdrovend zijn door bijvoorbeeld hun integraliteit, te maken keuzes bij tegenstrijdige belangen, maatschappelijke en/of politieke gevoeligheid, kunnen de kosten hoog oplopen. Voor de zorgvuldigheid worden integrale dossiers aan alle rele vante disciplines binnen de gemeente voorgelegd en derhalve aan meerdere bestuurders.
•
De effectuering van de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening (nWro) heeft op 1 juli 2008 plaatsgevonden. Vervolgens is op 1 oktober 2010 de Wet Algemene Bepalingen Omge vingsrecht (Wabo) in werking getreden. In het kader van deze wetgeving is ontoereikend overgangsrecht opgenomen. Dit heeft er toe geleid dat, conform de jurisprudentie,
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
mate van realisatie
p 222
/ G e m e e n t e B r e da
verleende vrijstelling op grond van art 19.2 WRO niet mag worden gebruikt voor het ver lenen van een omgevingsvergunning voor bouwen. De enige manier om dit op korte ter mijn te herstellen, is door middel van postzegelbestemmings-plannen. Deze kosten waren niet voorzien, zijn het gevolg van een juridische interpretatie van de wetgeving en hebben tot een grote niet verhaalbare kostenpost geleid. In de Postzegelbestemmingsplannen opgenomen post onvoorziene plannen is eveneens overschreden. Ook het doordenken en implementeren van de Wabo, is in deze post opgenomen. Voor deze activiteiten was onvoldoende budget in de begroting gereserveerd (niet verhaalbare kosten). •
Op gebied van de artikel 19.1 procedures is in de periode 2009 - 2010 een dubbelboeking gedaan, die moet worden gecorrigeerd en tot een forse kostenpost heeft geleidt.
C) Bijzondere ontwikkelingen Middels Koers Gezet heeft de kaderstelling plaatsgevonden waarbinnen de stedelijke planning en programmering verdere invulling krijgt. Aan de hand van de uitkomsten van de opdrachten die in het regie- en actieplan zijn opgenomen zullen keuzes voor ontwikkelingen en locaties worden gemaakt. Het proces voor actualisatie van de Structuurvisie Breda 2020 wordt gestart en de raad wordt de projectdefinitie voor de actualisatie ter vaststelling aangeboden. Nieuw is dat aan de structuurvisie een uitvoeringsprogramma wordt verbonden, waarmee de ont wikkelingen in de programmering worden gezet en waarbij een relatie wordt gelegd met de investeringsopgave. In de herziening van de structuurvisie worden tevens de visies op de open bare ruimte en de maatschappelijk visie nader beschouwd. Hiermee krijgt de herziening van de structuurvisie het karakter van een stadsontwikkelingsvisie. De 3e tranche van de stimuleringsmaatregelen van het Rijk is de laatste geweest. Gelet op het feit dat de effecten van de crisis op de woningmarkt zich nog steeds doen gelden, zal het niet meer voorhanden zijn van stimuleringsmaatregelen een negatief effect hebben op de woning bouwproductie. Het Rijk heeft bezuinigingen aangekondigd op de ecologische hoofdstructuur. De verkoop van het landgoed Haagse Beemden is op het laatste moment door de Provincie afgeblazen. Op 1 oktober 2010 is de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht in werking getreden. Het college heeft de mogelijkheid om voor activiteiten die strijdig zijn met het bestemmingsplan een afwijking toe te staan, mits deze activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke orde ning. Dit zogenaamde afwijkingsbesluit wordt voorbereid. Het is nog niet duidelijk hoeveel aanvragen er in 2011 ingediend zullen worden, waarbij deze procedure gevolgd zal moeten worden. Derhalve zijn de financiële gevolgen voor de directie ook nog niet geheel te overzien. Temeer daar nog besluitvorming moet plaatsvinden over de exacte route van deze afwijkings besluiten in 2011, ofwel wanneer is het College bevoegd en wanneer moet de Raad een 'verklaring van geen bedenking' afgeven.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 223
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 na Wijziging
lasten
baten
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
Wonen
3.174
125
5.752
2.933
2.723
1.484
Verkeer & Vervoer
4.543
91
4.438
63
3.845
-3 1.498
Milieu
2.892
494
2.911
836
3.119
Cultureel erfgoed
2.372
186
3.093
164
2.708
59
Stedelijke ontwikkeling
4.391
2.342
2.047
-13
1.437
377
689
500
342
16
440
97
-
-
2.608
465
2.753
74
Groen & Water Ruimtelijke Ontwikkeling algemeen Algemeen
1.998
Biomassacentrale Breda
1.550
1.550
20.573
5.136
18.061
Subtotaal: reserves
Storting
3.738 Onttrekking
21.191 Storting
4.464 Onttrekking
Storting
Onttrekking
Wonen: Centrale investeringsreserve
-
1.846
-
1.386
14
Verkeer en Vervoer: Centrale investeringsreserve
-
1.128
-
739
-
-
Milieu: Centrale investeringsreserve
-
635
-
364
-
261
Cultureel erfgoed: Centrale investeringsreserve
-
300
-
439
-
4
Centrale investeringsreserve algemeen
-
-
-
462
-
106
Totaal exploitatie
18.061
7.647
21.191
7.854
20.587
5.788
Bijdrage uit algemene middelen
10.414
13.337
Toelichting exploitatie: In de begroting was een 'spanning' opgenomen van € 1,2 miljoen (onvoldoende dekking). Dit heeft ertoe geleid dat de directie de operatie “eROp of eROnder” opgestart heeft, met als doel kostenbesparing realiseren, het genereren van additionele inkomsten en het creëren van meer efficiency en effectiviteit. De hieruit voortvloeiende acties hebben opgeleverd dat het verwachte tekort medio 2010 was teruggebracht tot € 700.000. In de tweede helft van 2010 hebben echter diverse oorzaken ervoor gezorgd dat het uiteindelijke tekort is toegenomen tot € 1,4 miljoen Deze oorzaken zijn: •
Een taakstelling vanuit het concern in de begroting van € 350.000
•
Extra loonkosten als gevolg van de invoering van het nieuwe functieboek van € 200.000
•
Extra loonkosten als gevolg van de stijging van pensioenpremies en CAO compensatie van € 150.000
•
Correcties in de boekhouding van afgelopen jaren (art. 19.1 procedures en niet verhaal
•
Overschrijding van de variabele doorbelastingen (o.a. werkplekken) van € 200.000
bare kosten) van € 300.000
Daarnaast heeft de verslechtering van de marktsituatie ervoor gezorgd dat er een aanvullend dekkingstekort van € 1,1 miljoen is ontstaan. Dit is onder andere te merken in de programma’s en projecten Via Breda, Bavel-Oost, Teteringen en Claudius Prinsenlaan. Dit heeft een directe weerslag op de werkzaamheden (onder andere bestemmingsplannen en gebiedsplannen) van de bureaus Juridische Plannen, Ruimtelijke Plannen, Cultureel Erfgoed en de afdelingen Strategie & Programmering en Mobiliteit, Groen & Water. Een deel van deze ontstane tekorten wordt gecompenseerd door structurele maatregelen en incidentele 'meevallers' ter grootte van € 2 miljoen. Deze bestaan onder andere uit middelen die nog beschikbaar zijn door de vertraging in de uitvoering van Wonen Boven Winkels, het aanwenden van andere middelen in plaats van de SLOK-gelden voor milieudoeleinden (als reservering voor de toekomst) en restanten van de ISV-gelden voor Geluid, de Woonvisie en Bodem. Ten aanzien van een deel van deze
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 224
/ G e m e e n t e B r e da
14.799
281
gelden is een voorstel tot budgetoverheveling gedaan. Afhankelijk van de beslissing van het College hieromtrent is dit van invloed op het uiteindelijke jaarresultaat van de directie. In zijn algemeenheid kan geconcludeerd worden dat de verwachte opbrengsten vanuit initia tieven van derden (het zogenaamde 'rendabele' werk) het afgelopen jaar meer dan gehal veerd is. Voor het taakveld is de afgelopen jaren een begroting gehanteerd met een indeling voor dekking van de kosten van 40% ten laste van de algemene middelen (onrendabel) en 60% rendabel. Er is gebleken dat deze verhouding sinds 2010 omgedraaid moet worden (60% van de dekking is onrendabel en slechts 40% rendabel). Financieel gezien is dit het afgelopen jaar een niet te matchen probleem geweest. Daarnaast kan gesteld worden dat een deel van het tekort veroorzaakt wordt door het niet invullen van vacatures (geen dekking), de externe detacheringtarieven dekken niet de interne kosten (regio afspraken), te weinig productieve uren onder andere door verkoop van verlof, significant gebruik van zwanger schaps-, ouderschaps- en bijzonder verlof regelingen, de nog noodzakelijke inhuur en een overschrijding van de algemene adviesuren. Het onderdeel Milieu kent een positief resultaat van € 230.000. De voorgestelde budgetover heveling SLOK (€ 115.000) wordt hierop in mindering gebracht. Dit voorstel is ingegeven door het feit dat anders het klimaatuitvoeringsprogramma niet kan worden uitgevoerd, afspraken niet worden nagekomen met het Rijk en er een grote kans bestaat dat de subsidie terug betaald moet worden. Er is een eenmalig voordeel van € 58.000,- op de kapitaallasten en een terugvordering in het kader van bodemsanering van € 256.000. Er heeft een overschrijding plaatsgevonden op het thema geluid in verband met klachten over de HSL. In verband met de verantwoording van de kosten van de Biomassacentrale Breda zijn in 2010 de tot nu toe gemaakte kosten opgenomen. De dekking wordt gevonden uit bijdragen van de provincie. Toelichting reserves: Een belangrijke reserve in het kader van Ruimtelijke Ontwikkeling is de Reserve Wijkontwikkeling (zie toelichting bij taakveld 11). (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Groenfonds
45
57
102
Totaal voorzieningen
45
57
102
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 225
/ G e m e e n t e B r e da
Wonen
2013 e.v.
2012
2011 excl. vrijval
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010 gewijzigd
(bedragen x € 1.000)
982
574
408
408
0
11.446
8.818
3.224
3.224
0
294
4
290
290
0
2.407
1.459
948
948
0
Stedelijke ontwikkeling
480
141
339
339
0
Groen en water
295
107
302
302
0
8
9
15.912
11.112
5.511
5.511
Verkeer en Vervoer; algemeen Cultureel Erfgoed Milieu
Bedrijfsmiddelen Totaal investeringen
0
Toelichting investeringen: Uitgaven 2010: Een aantal onderdelen uit het werkplan Mobiliteit hebben meer inzet aan uren vereist dan aanvankelijk was voorzien. De regionale aanpak wordt steeds belangrijker in de programma’s en projecten (samenwerking vanuit West-Brabant en BrabantStad). Samen met de regio en de Provincie is de studie de 'Ruit van Breda' gestart. Doel is om de ruit van snelwegen rondom Breda in samenhang met het stedelijk hoofdwegennet maximaal te benutten. Een extern bureau voert deze analyse uit (financiering vindt plaats door de Provincie), het project is complex en het opstellen van het plan van aanpak heeft meer inzet gekost dan verwacht. Het onder zoek naar de omvang van doorgaand verkeer op de Ginnekenweg (VCP) door een extern bureau is onvoldoende betrouwbaar gebleken. In overleg wordt bekeken op welke wijze nieuw onderzoek kan plaatsvinden. De achterstand op het onderhoud aan de verkeers installaties wordt groter. Er zijn meer klachten en daardoor meer inzet nodig ten aanzien van het functioneel beheer. De huidige terugval in de investeringen legt bovendien een zware druk op het uitvoeringsprogramma c.q. de projecten. Er is een saldo tekort van € 463.000 op de projecten (geen dekking vanuit het uitvoeringsprogramma 2007-2010), veroorzaakt door: •
Leurse Baan: als gevolg van dodelijke ongevallen onvoorziene aanpassingen (niet opgenomen
•
(H)OV Oostflank: veel inzet inpassing openbaar vervoer door binnenstad (onvoldoende
•
Ettensebaan: de subsidiebijdrage was lager dan verwacht en op onderdelen van het project
in het uitvoeringsprogramma); dekking vanuit Via Breda); zijn meerkosten gemaakt; •
Spoorlijn Breda-Utrecht: dit project is aangemeld als subsidieproject vanuit 'Samen Inves teren', de subsidie is vooralsnog niet verkregen;
De kredieten van het programma Groen & Water zijn nagenoeg uitgenut. Het programma is afhankelijk van toekomstige inkomsten (Groenfonds) vanuit groen en rood ontwikkelingen. Op het restantkrediet (ca € 50.000) lopen aangegane verplichtingen. Het project Vierde Berg boezem wordt gefinancierd uit het waterplan. In het project werken een aantal partijen samen waarbij op hoofdlijnen (bestuurlijke) afspraken zijn gemaakt over de verdeling van de kosten. Het project kent een langere doorlooptijd dan van tevoren bedacht. Tevens kwamen aspecten in het project naar voren die vooraf niet voorzien waren zoals het doorlopen van een MER. Dit heeft geleid tot een kostenoverschrijding van € 165.000. Het College heeft besloten het pro ject EVZ Zanddreef uit te voeren vooruitlopend op de vulling van het Groenfonds. Uitgangs punt was een gemeentelijke bijdrage van € 137.500 (exclusief subsidie), de huidige verwachting is dat er € 100.000 aan eigen middelen benodigd zijn. De Biomassacentrale is in voorbereiding, om de risico’s te verminderen en optimalisatie van de keten te bewerkstelligen, dienen overeenkomsten met externe partijen gesloten te worden. Op dit moment zijn er intentie- en samenwerkingsovereenkomsten afgesloten met mogelijke part ners, zijnde Waterschap Brabantse Delta, Attero, ELES, Woningcorporaties en Staatsbosbeheer.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 226
/ G e m e e n t e B r e da
0
Een participatieovereenkomst met de provincie is niet afgesloten, wel zijn de subsidies Samen Investeren en Unieke Kansen Programma (project Biogas RWZI de Nieuwe Veer) verkregen, voor resp. € 1,6 miljoen en € 240.000. In het kader van de financiële haalbaarheid is een businesscase opgesteld voor een 4 MegaWatt centrale, welke getoetst is door Arcadis in geval we zelf de BMC en het warmtebedrijf willen ontwikkelen zonder partners (momenteel terug valscenario). Door de koerswijziging (zoeken naar mogelijke partners) is de realisatieplanning naar 2011 opgeschoven. Ten aanzien van de kredietoverschrijding van € 750.000 is een verschoningbesluit ingediend. De BMC is echter een rendabele investering, waardoor de over schrijding ten laste van de toekomstige exploitatie van de BMC kan worden gebracht. Nog af te wikkelen 2010: Ten aanzien van de volgende projecten dient de financiële afwikkeling vanuit 2010 nog plaats te vinden. Dit betreft vanuit het investeringsprogramma Verkeer & Vervoer de projecten Noordelijke Rondweg en Claudius Prinsenlaan. Vanuit Wonen heeft dit betrekking op het zorgkruispunt, de kindvriendelijke routes en de Alliantie gelden. Vanuit Milieu het LKP MIP, de sanering van het voormalige gemeentelijke vervoersbedrijf en de bodemprestaties. Daarnaast dient in het kader van Cultureel Erfgoed nog afwikkeling plaats te vinden van het bouwhistorisch onderzoek binnenstad.
E) Risico’s In de begroting waren, naast algemene bedrijfsvoeringsrisico’s, een aantal specifieke risico’s opgenomen. Deze risico’s zijn grotendeels nog steeds actueel en raken de Ruimtelijke Ontwikkeling over de volle breedte. Gewijzigde inzichten op de demografische ontwikkelingen en de effecten van de economische crisis hebben onmiskenbaar gevolgen gehad voor de stedelijke planning en programmering (Koers Gezet). Vertraging van ontwikkelingen hebben directe gevolgen voor de bedrijfsvoering (zowel ontwikkelingen vanuit gemeentelijke (grond-) exploitaties als van externe partijen waardoor toerekening van kosten van een veel lager niveau is). Deze effecten komen in verschillende beleidsvelden in de jaarrekening terug. Daar naast mag duidelijk zijn dat het proces van stedelijke herprogrammering veel inzet van de organisatie heeft gevergd en nog zal vergen. De uitkomsten van opdrachten in het Regie- en Actieplan vormen de basis voor keuzes die in de programmering van ontwikkelingslocaties zullen worden gedaan. Financiële effecten van deze keuzes zullen in ieder geval op reguliere momenten van de beleidscyclus naar voren komen. Het interactief werken in consolidatiegebieden levert een risico op voor de actualiseringsslag van bestemmingsplannen (tijdrovender processen). Deze manier van werken wordt zo efficiënt mogelijk toegepast om in 2013 alle bestemmingsplannen in Breda geactualiseerd te kunnen hebben. In december 2010 heeft de Gemeenteraad besloten tot een meer efficiënte werkwij ze t.a.v. bestemmingsplannen. Het mogelijk voorzien van diverse lopende en op te starten bestemmingsplanprocedures van een exploitatieplan zal eveneens gevolgen hebben voor de voortgang van de projecten. Hier ligt zowel een financieel risico als een mogelijk risico voor genoemde actualiseringsslag. Tevens zorgen juridische procedures ten behoeve van gebieds ontwikkelingen (onder andere Via Breda en Teteringen) voor meer vraag aan externe juridische ondersteuning (onvoorziene kosten). De kosten van juridische procedures voor onder andere bestemmingsplannen zullen ten laste worden gebracht van de projecten en programma’s die het betreffen, de kosten van juridische procedures in het kader van de actualisatie van bestem mingsplannen zullen voor rekening van de exploitatie van de directie komen. Daarnaast is er een stevige investeringsopgave met betrekking tot Mobiliteit tot 2012 vanuit de Provincie en het Rijk (Quick Wins en Samen Investeren). De planning van deze projecten staat onder druk, hetgeen ook geldt voor de cofinancieringmaatregelen, dit is en blijft een risico.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 227
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 8 | PUBLIEKSZAKEN
A) Taakveldomschrijving Publiekszaken draagt zorg voor een snelle, deskundige en vriendelijke wijze van dienstverlening. De Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) wordt beheerd en hierop gebaseerde producten zoals paspoorten en rijbewijzen worden afgegeven. Voor de Burgerlijke Stand worden akten opgemaakt en daarnaast worden de verkiezingen georganiseerd. Het opleggen en innen van gemeentelijke belastingen. Het genereren, beheren en registreren van de in de basisregistra ties adressen, gebouwen en waarden (BAG en WOZ) opgenomen gegevens. De uitvoering van de vergunningverlening (Wabo) en het toezicht en de handhaving hierop zijn in Publiekszaken georganiseerd en vormen een instrument voor de beleidsdirecties om hun beleidsdoelstellingen te halen. Daarnaast draagt Publiekszaken zorg voor een klantgerichte, integrale en kwalitatieve behandeling van aanvragen van vergunningen en handhaving van de wetten en regels voor de fysieke leefomgeving.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat willen we bereiken?) omschrijving doelstelling
1 De burger en het bedrijfsleven ervaren een goede dienst verlening van de Gemeente Breda
Te behalen resultaat
1.1 Gemeentelijke dienstverlening op een hoog niveau brengen met als instrument het programma dienst verlening en vergunningverlening & handhaving
Activiteiten in 2010
1.1.1 Het op elkaar afstemmen van de contactkanalen (post, telefoon, internet en balie) (programma dienstverlening loopt tot in 2010)
Indicator omschrijving
Begrote score
1.1.1.1 Voldoen aan de 100% doelstellingen van Publiekszaken binnen het programma dienstverlening
1.1.2 Klantgerichte integrale en kwalitatieve behandeling van vergunningen en handhaving van de wetten en regels voor de fysieke leefomgeving
1.2 1.2.1 De manier waarop de Verdere integratie van directie Publiekszaken de balies haar werk doet is snel, deskundig en vriendelijk 1.2.2 Verruimen van de openingstijden
1.2.1.1 Maximale wachttijd voor klanten zonder afspraak 1.2.2.1 Maximale wachttijd voor klanten met afspraak
Maximaal 30 minuten
In 94% van de gevallen binnen 30 minuten.
Maximaal 5 minuten
In 88% van de gevallen binnen 5 minuten.
20%
5.5% gerealiseerd. Zie toelichting1
1.2.4 1.2.4.1 Implementatie van het Beantwoording van de 80% 14 076 nummer klantvraag in 1e contact
p 228
Het programma Dienstverlening is vanaf 2011 ondergebracht in de Business case Dienstverlening. Zie betreffende programma verantwoording. Vanaf 1 oktober 2010 is de wet WABO in werking. Casemanagement en account-management is ingevuld en functioneren ruim voldoende. Ook zijn er intern afspraken gemaakt over de gecoördineerde afhandeling van meervoudige verzoeken om handhaving.
1.2.3 1.2.3.1 Verruimen van werken Klanten op afspraak op afspraak
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
mate van realisatie
/ G e m e e n t e B r e da
70%
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
Begrote score
1.2.5 Implementatie van het kennis-managementsysteem
Implementatie van KMS is in 2010 gestart , verdere uitrol in 2011.
1.2.6 Aansluiten van vijf nieuwe disciplines aan Servicepunt 1.2.7 Periodieke klanttevreden heidsonderzoeken
Realisatie 2009 en 2010 1.2.7.1 Tien onderzoeken per jaar
1.2.8 1.2.8.1 Implementatie van een Publicatie van het kwaliteitshandvest handvest 2 Een schone, hele, veilige, duurzame, leefbare en bereikbare stad
2.1 Veilige bouwkundige werken, veilige evenementen en milieuvriendelijke bedrijven
2.1.1 Toezicht houden op basis van het toezichtsprogramma 2010
2.1.1.1 Percentage tijdig afgehandelde bouwaanvragen en omgevings vergunningen
Score minimaal 7
Zie toelichting 2
1e kwartaal 2010
Zie toelichting 3
> 99%
99,6%
2.1.2 2.1.2.1 Het verlenen van Overige vergunningen 85% vergunningen op basis van bestaande wetten en verordeningen 2.1.2.2 Bedrijfscontacten (milieu) 2.1.2.3 Naleefgedrag na eerste controle, gemiddeld over alle bedrijfscontacten (milieu)
2.1.2.5 Klanttevredenheid
2.1.2.6 Betalingsbereidheid betaald parkeren 3.1 Heffen en innen van gemeentelijke belastingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
758, zie toelichting 4
80%
83%
/ G e m e e n t e B r e da
Er is optimaal ingezet op verbetering van het naleefgedrag bij risicovolle bedrijven. Resultaat voor 2010 is kwalificatie goed tot zeer goed.
7,0 (Bedrijvenenquête)
In 2010 vindt geen bedrijvenenquête plaats
85%
> 90%
3.1.1 3.1.1.1 Opleggen en innen Percentage opgelegde 98% aanslagen gemeente- belastingaanslagen lijke belastingen
p 229
OG: 88% BWT: 87,6%
900
2.1.2.4 Het naleefgedrag bij Van goed in 2004 risicovolle bedrijven naar uitstekend in vallende onder het RIS 2010
3 Zorgdragen voor medefinanciering t.b.v. uitvoering gemeentelijke taken
mate van realisatie
99,9%
omschrijving doelstelling
4 Zorgdragen voor persoonsgegevens t.b.v. welzijn en welvaartsontwikkeling van de stad
5 Optimale bereikbaarheid binnenstad
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
4.1 4.1.1 Het zorgdragen voor Uitvoeren van een een betrouwbare GBA kwaliteitsplan GBA (gemeentelijke basisadministratie)
4.1.1.1 Jaarlijks wordt 30% van de processen geaudit
5.1 Zorgen voor een betalingsbereidheid betaald parkeren van minimaal 85%
Begrote score
Maximale foutenklasse A 1% B 5% C 10% (conform landelijke norm)
mate van realisatie
De resultaten uit de interne audit van september 2010 per klasse zijn: A: 0,4 % B: 1,3 % C: 5,3 %
4.1.2 Voorbereidingen implementatie GBA
Realisatie
4.1.3 4.1.3.1 Ketengerichte aanpak Baliemedewerkers zijn onrechtmatige gecertificeerd in 2010 bewoning
Realisatie. Baliemedewerkers volgen opleiding .
5.1.1 5.1.1.1 t/m 5.1.1.4 Controle in gereguleerd Leveren afgesproken > 90% parkeergebied ureninzet aan parkeerbedrijf, voor 2010 5.1.2 geraamd op 26026 Controle op overige uur excl. Meldkamer parkeerovertredingen 4.500 uur
95,08%
5.1.3 Wegslepen van notoire wanbetalers 5.1.4 Toezicht en handhaving in het voetgangersdomein op stilstaand en rijdend verkeer 6 Verhogen leefbaarheid en veiligheid in de openbare ruimte
6.1 Naleving (vergunning) voorschriften op gebied van: •• Evenementen ••Terrassen •• Speelautomaten •• Markten
6.1.1 6.1.1.1 • Evenementencontrole Uitvoeringsprogramma Ureninzet 1.640 uur GOR • Terrassencontrole
• Speelautomaten controle
6.1.2 Vervanging Marktmeester (PM)
6.1.1.2 Uitvoeringsprogramma GOR
Ureninzet 1.640 uur
6.1.3 6.1.1.3 Ad Hoc verzoeken Uitvoeringsprogramma Ureninzet 1.640 uur Toezicht en Handhaving GOR 6.2 Terugdringen overlast en onveiligheids gevoel in VaSt gebied (Park Valkenberg/ Station)
Is reeds eerder gerealiseerd
Alle verzoeken zijn tijdig afgehandeld Inzet 936 uur conform opdracht Kabinet.
7 Gemeente wordt eenvoudiger voor klant
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Alle opdrachten uitgevoerd met uitzondering van speel automatencontrole (is geen gemeentelijke taak meer)
p 230
/ G e m e e n t e B r e da
omschrijving doelstelling
8 Verbetering van de waardering van vergunningverlening en toezicht en handhaving fysieke leefomgeving
Te behalen resultaat
Activiteiten in 2010
8.1 Invoering Wet algemene bepalingen omgevingsrecht/ werken op wabomanier.
Indicator omschrijving
8.1.1.1 Burgerenquête: waardering dienst verlening op gebied van vergunning verlening 8.1.1.2 Burgerenquête: waardering dienst verlening op gebied van vergunning verlening
8.2 Effectiever toezicht op naleving van de regels door bedrijven en burgers met minder lasten voor de bedrijven en burgers
Begrote score
7,0
Zie toelichting 5
7,0
Zie toelichting 5
8.2.1.1 Burgerenquête: 7,0 Waardering voor inspanningen van de gemeente om naleefgedrag op gebied van fysieke leefomgeving te bevorderen 8.2.1.2 Bedrijvenenquête: 7,0 Waardering voor inspanningen van de gemeente om naleefgedrag op gebied van fysieke leefomgeving te bevorderen
9 Deregulering vermindering van administratieve lasten voor burgers en bedrijven
9.1 Vergunningen afschaffen, of vervangen door algemene regels of vereenvoudigen
9.1.1.1 Regeldrukbarometer ‘Red tape’
-/- 25%
9.1.1.2 Afname administratieve -/- 25% lasten (van de klant) als gevolg van deregulering activiteiten in 2008 9.1.1.3 Reductie aantal typen 1 x jr. vergunningen als gevolg van deregulering activiteiten in 2008 10 Zorgdragen voor het genereren, beheren en registreren van adres-, gebouw en waardengegevens (BAG en WOZ)
10.1 Het zorgdragen voor een volledige, actuele en juiste Basisregistratie: adressen en gebouwen (BAG)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
10.1.1 Nadat aansluiten op de Landelijke voorziening (LV) BAG in 2010 gerealiseerd is en er een inzage- en terugmeldvoorziening is, starten met het laten aansluiten van zoveel mogelijk in- en externe afnemers.
p 231
10.1.1.1 Alle BAG levensloop- 100% processen worden ten minste jaarlijks intern geaudit. Tevens start na de aansluitaudit door VROM het traject van de beheeraudit. Normen op basis de wet BAG
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Zie toelichting 5
Zie toelichting 5
Betrof afwikkeliong activiteiten uit 2009
Betrof afwikkeliong activiteiten uit 2009
Betrof afwikkeliong activiteiten uit 2009, recentelijk is de bomen verordening gedereguleerd Aansluiting op de LV BAG is gerealiseerd (concreet per: 30-12-2010)
omschrijving doelstelling
Te behalen resultaat
10.2 Het zorgdragen voor een volledige, actuele en juiste Basisregistratie waarden op basis van de Wet waardering onroerende zaken (WOZ)
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
10.1.2 10.1.2.1 Het vaststellen van de Vastgestelde waarden en het WOZ-beschikkingen beschikken hiervan en beschikbaar maken (inclusief een terugmeldvoorziening) van alle onroerende zaken.
Begrote score
98% Binnen 8 weken na 1 januari.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: 1 Doelstelling 1.2.3.1 - 20% van de klanten komt op afspraak. Deze doelstelling is in 2010 niet gehaald. Via een raadsbesluit is er vanaf 1 januari 2011 sprake van een wijziging van de openingstijden in combinatie met terugdringen van de mogelijkheid voor vrije inloop. De mogelijkheden om een afspraak te maken worden ver groot. Ter indicatie cijfers tot en met week 6 2011: ruim 24% van de klanten komt op afspraak. 2 Doelstelling 1.2.7.1 - 10 klanttevredenheidsonderzoeken per jaar met score van minimaal 7. Naar aanleiding van de resultaten en omvang van eerdere onderzoeken is besloten in 2010 geen onderzoeken op te starten. 3 Doelstelling 1.2.8 - publicatie kwaliteitshandvest in eerste kwartaal 2010. Besloten is – gezien de veelheid aan (organisatorische) wijzigingen - het kwaliteitshand vest niet in 2010 te publiceren. 4 Doelstelling 2.1.2.2 900 bedrijfscontacten (milieu). Deze doelstelling is in 2010 niet gehaald, als gevolg van vacatures, ziekte en taakstelling kosten derden. 5 Doelstellingen 8 - verbetering van de waardering van vergunningverlening en toezicht & handhaving fysieke leefomgeving. Per 1 oktober 2010 is de Wabo ingevoerd, in 2011 zullen klanten op de dienstverlening bevraagd worden.
C) Bijzondere ontwikkelingen Inleiding In de Begroting 2010 nog niet opgenomen organisatorische wijzigingen, die voortvloeien uit de vorming van een regionale belastingdienst, zijn alsnog verwerkt in deze jaarrekening. Meer concreet: de rol en doelstellingen van de begin 2010 nieuw gevormde afdeling Registratie & Beheer zijn expliciet opgenomen. De ontwikkelingen over 2010 zijn voor een belangrijk deel in lijn met de ontwikkelingen zoals eerder aangegeven in de Bestuursrapportages. Deze geschetste ontwikkelingen betreffen onder meer: het proces rondom de vorming van regionale uitvoeringsdiensten, de nieuwe regionale belastingdienst en de vervroegde Tweede Kamerverkiezingen. Burgerzaken Een aantal projecten binnen het programma dienstverlening zijn in 2010 afgerond en financieel afgesloten. De overige projecten zijn vanaf 2011 ondergebracht in de businesscase, zie programma 7 Dienstverlening. Realisatie van het programma heeft plaatsgevonden binnen de financiele kaders. Naast de voorziene gemeenteraadsverkiezingen heeft door het vallen van het kabinet een extra verkiezing plaatsgevonden voor de Tweede Kamer. Als gevolg van waterschade moest het archief Burgerzaken in Ulvenhout gereinigd en verplaatst worden naar de locatie aan de Vlaszak. De kosten van deze operatie waren ca. € 25.000.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 232
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
Op objectniveau is 98% gerealiseerd. Op waardeniveau is 95% gerealiseerd.
Servicepunt is voor een toenemend aantal afdelingen het eerste aanspreekpunt voor de klanten. Met de betreffende afdelingen zijn eind 2010 definitieve afspraken gemaakt over de financië le bijdragen. Met name door de invoering van de nieuwe telefooncentrale was het echter gerui me tijd niet mogelijk om over de hiervoor noodzakelijke onderliggende cijfers te beschikken. Bouw- en Woningtoezicht De realisatie legesopbrengsten zijn over 2010 ruim 17% (€ 844.000) hoger uitgekomen in vergelijking met de in de begroting opgenomen bedragen. Door een adequate invordering van legesnota’s kon ruim € 100.000 worden toegevoegd aan de opbrengst door vrijval uit de voorziening dubieuze debiteuren. Naast de meeropbrengst leges zijn de kosten lager dan begroot. Het aantal ingekomen aanvragen en de omzet in bouwkosten lijkt zich te stabiliseren. Aan de meeropbrengst van de leges kan niet ontleend worden dat het structureel beter gaat dan geraamd. De stedelijk programmering op basis van het regieplan 'Koers Gezet 2020' gaat uit van een lager woningbouwvolume dan we in de afgelopen jaren hadden. Ook in de kantoren sector zijn geen grote volumes te verwachten. Er zijn een 3-tal langlopende discussies die nu nog onderdeel zijn van de jaarrekening. Op korte termijn verwachten wij deze discussies af te ronden. De 1e post betreft de kosten die door de Brandweer in rekening worden gebracht voor advie zen, In de begroting is een bedrag opgenomen van € 220.000 tegenover een raming van de Brandweer van ca. € 360.000. Uit de gemeenschappelijke regeling ten behoeve van de regio nale brandweer is niet duidelijk of en hoe kosten worden vergoed. Thans voeren we overleg met de Brandweer over dit onderwerp. 2e post betreft een doorbelasting van de kosten bestuursondersteuning (€ 275.000), die ons inziens niet ‘thuishoren’ bij de kosten bouwleges. De 3e post heeft betrekking op de structurele omzetting van de FPU-kosten (€ 290.000) in een bijdrage aan DMA-kosten. Registratie & Beheer In 2010 is in het kader van de uitwerking van de gevolgen van de invoering van het Stelsel van Basisregistraties met betrekking tot het beheer van de basisregistraties adressen, gebouwen en waarden een nieuwe organisatorie-eenheid gevormd, de afdeling Registratie & Beheer. De afdeling Registratie & Beheer is per 1 januari ontstaan na afsplitsing van de voormalige sectie WOZ van de afdeling Belastingen en de samenvoeging met de projectgroep BAG. Door middel van het samenvoegen van het registratiebeheer van de basisregistraties adressen, gebouwen en waarden, wordt optimaal gebruik gemaakt van de kennis en ervaring zoals deze is opgedaan in de afgelopen dertien jaar bij de uitvoering van de Wet WOZ in het kader van registratiebeheer van vastgoedgegevens, waarbij alle interne afnemers gebruik kunnen maken van een verbeterde gegevenshuishouding van de Gemeente Breda, hetgeen een wezenlijke bijdrage levert aan de dienstverlening richting klanten. Tevens wordt hierdoor ook de gegevensuitwisseling tussen de verschillende overheidsorganen (externe afnemers) verbeterd en bevorderd. Doordat formatie-uitbreiding heeft plaatsgevonden gedurende het jaar, is er sprake van een meevaller als gevolg van lagere loonkosten en geen SSC doorbelasting in 2010. Hier tegen over staan enkele tegenvallers die samenhangen met de inzet van medewerkers ten behoeve van aansluiting Landelijke voorziening BAG (toetsing 'Zelfcontrole Kwaliteit' en de 'Toelatings audit'), met als gevolg extra kosten inhuur en met extra kosten als gevolg van nieuwe releases software. Vanaf december 2010 is Breda aangesloten op de Landelijke voorziening BAG. In 2011 wordt aan gevangen met het laten aansluiten van afnemers en verder integreren van taken en activiteiten.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 233
/ G e m e e n t e B r e da
Omgevingsgebruik Er is een positief afdelingsresultaat ontstaan als gevolg van een meeropbrengst van de totale belasting, leges, markt- en havengelden. In het voorjaar van 2009 is landelijk een gesprek op gang gekomen rondom de vorming van Regionale Uitvoeringsdiensten voor de uitvoering van de zogenaamde VROM-taken. Breda is hierbij bestuurlijk en ambtelijk nauw betrokken. Hiernaast loopt ook de discussie over ver schuiving van bevoegdheden van provincies naar de gemeenten. In 2010 is Breda wederom ambtelijk en bestuurlijk betrokken geweest. Het accent heeft zich hierbij verlegd van landelijk naar provinciaal/regionaal. Zo is er in het najaar van 2010 gewerkt aan een strategische verkenning van de samenwerkingsmogelijkheden in de regio West-Brabant. In 2011 zal hier meer duidelijkheid in komen wat dit regionaal en vervolgens voor Breda gaat betekenen. De Wabo is per 1 oktober 2010 in werking getreden. Dit betekent een toename van milieu vergunningplichtige bedrijven onder gemeentelijk bevoegd gezag. Het betreft bedrijven waar voor 1 oktober GS bevoegd was. Hierdoor zal het aantal te behandelen aanvragen voor een milieuvergunning toenemen. Dit werk is opgevangen binnen de huidige financiële kaders. Stadstoezicht De kerntakendiscussie binnen de politie heeft tot gevolg dat er meer en meer een beroep is gedaan op de gemeente voor toezicht en handhaving in de openbare ruimte. In dat kader is er in 2010 in toenemende mate een beroep gedaan voor ondersteuning bij grote evenementen (Harley Dag – WK). Deze trend zal zich in 2011 voortzetten. Het aantal evenementen zal ook toenemen.
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Belastingen
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
5.438
1.630
3.065
969
3.038
1.004
Registratie & Beheer
3.271
884
3.274
917
Baatbelasting
1.195
1.355
Burgerzaken (incl servicepunt)
5.582
2.559
6.633
3.132
6.816
3.382
Bouw en woningtoezicht
5.313
4.846
8.828
4.880
7.790
5.804
513
-
504
-
491
-
6.618
3.455
7.119
3.282
6.579
3.559
606
499
462
335
-
1.275
Programma Dienstverlening Omgevingsgebruik Stadstoezicht
609
166
Publiekszaken; Bedrijfsvoering
-
-
Publiekszaken; Algemeen
-
-
-3.111
-2.514
-623
24.073
12.656
28.110
11.131
30.458
Subtotaal: reserves
Storting
Centrale investeringsreserve
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
15.001 Onttrekking
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Totaal exploitatie
24.073
12.656
28.110
11.131
30.458
15.001
Bijdrage uit algemene middelen
11.417
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 234
/ G e m e e n t e B r e da
16.979
15.457
Toelichting exploitatie: Directie Publiekszaken Het resultaat op het onderdeel Publiekszaken Bedrijfsvoering geeft het bedrijfsvoeringsresultaat weer van de Directie. Dit negatieve resultaat wordt veroorzaakt door hogere opleidingskosten en minder productieve uren. Het resultaat onder Algemeen wordt veroorzaakt door lagere rentelasten en bevat verder een correctie ten aanzien van de lasten en baten. Dit laatste is een neutraal resultaat. Voor de toelichting op het programma dienstverlening wordt verwezen naar de aparte toevoeging van het programma in deze jaarrekening. Belastingen Het resultaat van belastingen (exclusief de baatbelasting) bedraagt € 82.000 positief. Bij het onderdeel heffingen zijn minder kosten gemaakt tbv controle hondenbelasting en perceptie kosten. Bij het onderdeel inning betreft dit lagere automatische incassokosten. Aan de batenkant is een hogere doorbelasting aan het parkeerbedrijf van € 66.000 de oorzaak van het positieve opbrengstenresultaat. Registratie & Beheer Geen opmerkingen. Baatbelasting Er is meer uitgekeerd (ruim € 160.000) aan baatbelasting dan aanvankelijk was ingeschat. Deze post is apart zichtbaar gemaakt omdat het geen onderdeel uitmaakt van het reguliere bedrijfsvoeringsresultaat. Bouw- en Woningtoezicht Het totaal voordelig saldo van de afdeling bedraagt € 1.605.484; dit bedrag is onder te verde len in een nadelig resultaat voor Bedrijfsvoering van € 356.463, een voordelig resultaat voor Producten ad € 1.707.188 en een voordelig resultaat voor de implementatie van de WABO ad € 254.764. • Bedrijfsvoering Het aantal productieve uren geeft een afname te zien ten opzichte van de begroting van ruim 6% als gevolg van vacatures, ziekte en zwangerschaps- en ouderschapsverlof. De hogere kosten van de ter compensatie ingehuurde krachten pleegden een forse aanslag op de vacature gelden. De hier geraamde versoberingstaakstelling is echter wel gerealiseerd. • Producten Dit resultaat valt uiteen in: Handhaving: voordeel € 451.124 en Vergunningverlening: voordeel € 1.256.064. Handhaving: Het voordeel wordt grotendeels veroorzaakt door minder bestede uren € 370.000. Met de krappe bezetting is voorrang gegeven aan het tijdig behandelen van de lopende bouwaanvragen en het toezicht op de uitvoering. Tevens zijn enkele dwangsommen opgelegd, waar in de begroting geen opbrengst voor was geraamd € 81.000. Vergunningverlening: Bij het opstellen van de begroting 2010 is rekening gehouden met een forse terugloop van de legesinkomsten. Het tekort zou op nacalculatiebasis worden bijgepast uit de Algemene Middelen, waartoe een bedrag van maximaal € 1.100.000 werd opgenomen als risico binnen het weerstandsvermogen. De gerealiseerde legesinkomsten (incl. ontheffingen, slopen etc.) komen € 844.000 hoger uit dan de aangepaste begroting. Hierin is tevens de vrijval uit de voorziening dubieuze debiteuren van ruim € 100.000 begrepen. Ook de lasten laten een overschot zien € 412.000. De kopieer- en plotkosten als gevolg van het invoeren van de WABO zijn voor het gehele jaar begroot. De werkelijke ingangsdatum werd echter 1 oktober 2010. Verder is op de lasten een besparing gerealiseerd door de (advies)kosten derden terug te brengen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 235
/ G e m e e n t e B r e da
Voor de implementatie van de WABO is voor 2010 € 921.391 beschikbaar gesteld vanuit de daartoe geoormerkte gelden binnen de Algemene Reserve. Het project is nog niet afgerond en loopt door in 2011. Het resterende bedrag (€ 254.764) zal via begrotingswijziging in 2011 hiervoor weer beschikbaar worden gesteld. Omgevingsgebruik Het aantal productieve uren geeft een forse afname te zien ten opzichte van de begroting van ruim 13% als gevolg van vacatures, ziekte en zwangerschaps- en ouderschapsverlof. De hogere kosten van de ter compensatie ingehuurde krachten pleegden een forse aanslag op de vacaturegelden. De lagere productiviteit leidt automatisch tot overschotten in de exploitatie en verklaart daarmee voor een groot deel het behaalde voordeel. Daarnaast zijn er op diverse onderdelen hogere opbrengsten gerealiseerd. De meest in het oog springende posten zijn: staangelden kermissen/markten € 66.000, hondenbelasting € 60.000, reclamecontracten € 134.000, precariorechten € 58.000 en vrijval voorziening dubieuze debiteuren € 83.500. Stadstoezicht Zoals reeds in eerdere rapportages is gemeld, zijn de PV-vergoedingen aanmerkelijk lager dan geraamd, namelijk € 200.000. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Cameratoezicht
Totaal voorzieningen
Mutaties in 2010
15
-15
-
-
15
-15
Eindstand 31-12-10
-
-
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Totaal begroting 2010
Investeringen
Werkelijke uitgaven 2010
(bedragen x € 1.000)
Wet op de basisregistratie
836
369
467
457
Dienstverlening
873
310
563
487
10
0 76
Stadstoezicht
0
0
Belastingen
0
0
0
Dierenasiel
1.100
1.100
1.100
Bedrijfsmiddelen Totaal investeringen
0
12 2.809
691
2.130
944
10
1.176
Toelichting investeringen: In 2010 is er een aanvullend krediet beschikbaar gesteld voor basisregistratie van € 600.000 waardoor het totale volume komt op € 2,1 miljoen. Hiervan is reeds € 1,2 miljoen uitgegeven in de periode tot en met 2009. Het project Basisregistratie zal naar verwachting in 2011 worden afgerond en zal het resterende volume van € 467.000 uitgegeven gaan worden. De uitgaven in 2010 hebben betrekking op de basisregistratie personen (€ 53.000), ondersteuning (€ 59.000), basisregistratie adressen/gebouwen (€ 192.000) en BAG fase 2 ( € 64.500) De uitgaven in 2010 van het programma dienstverlening hebben betrekking op de deel projecten website (€ 39.000), opzetten van een kennismanagementsysteem (€ 143.000), tele fonie (€ 48.500) en communicatie over het programma (€ 20.000). Dit zijn de projecten die in 2011 worden voortgezet.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 236
/ G e m e e n t e B r e da
De afdeling Omgevingsgebruik is belast met de wettelijke taak om zwerfdieren in onze gemeente op te vangen. Nieuwbouw van het asiel is noodzakelijk en daarover zijn reeds bestuurlijke gesprekken gevoerd met een aantal regio gemeenten. Gezamenlijk met de andere regiogemeenten zijn afspraken gemaakt met het dierenasiel Breda en omgeving. In 2012 dient het asiel te voldoen aan nieuwe wettelijke normen. Breda investeert hierin een bedrag van € 1,1 miljoen. Dit bedrag moet nog gevoteerd worden door de gemeenteraad. Dit zal naar verwachting in de loop van 2011 gebeuren op het moment dat de planvorming zover is dat definitief duidelijkheid bestaat over de doorgang van de nieuwbouw.
E) Risico’s In aanvulling op de eerder door ons aangegeven relevante ontwikkelingen 2010, bleken de volgende risico’s relevant: •
Terugval in Bredase bouwactiviteiten met als gevolg verminderde legesopbrengsten. Hoewel minder dan begroot zal toch een beroep worden gedaan op de algemene reserve. Er is sprake van een claim uit de algemene middelen ten behoeve van het negatieve resultaat bouwvergunningen van ruim € 1.000.000.
•
Nieuw beleid derden, in 2009 heeft Enexis (netwerkbeheerder) het beleid over tijdelijke stroomvoorzieningen veranderd. Uiterlijk 2011 dienen alle tijdelijke stroomvoorzieningen aangepast te zijn naar permanente stroomvoorzieningen. Voor de afdeling Omgevings gebruik heeft dit vooral effect op de kermissen. Om te voldoen aan de gewijzigde eisen van Enexis zal een eenmalige investering nodig zijn van ongeveer € 300.000. Ook zal als gevolg van deze beleidswijziging van Enexis een maandlast ontstaan in de vorm van vastrechtkosten van ongeveer € 25.000 (€ 300.000 per jaar). Hieromtrent is bestuurlijke besluitvorming in voorbereiding.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 237
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 9 | SOCIALE ZAKEN
A) Taakveldomschrijving Integrale dienstverlening gericht op bevordering van (arbeids-)participatie en, zo nodig, tijdelijke inkomensondersteuning aan Bredase burgers. Tevens (financiële) ondersteuning van Bredase burgers in een minimasituatie en/of van burgers met een lichamelijke beperking dan wel met een chronisch-psychisch/psychosociaal probleem. Eveneens het aanpakken van misbruik van sociale zekerheid.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
1 Participatie Het toeleiden naar werk vanuit de Wet werk en bijstand (WWB) en het bevorderen van arbeids participatie van niet werkende werkzoekenden in Breda en in de regio, in samenwerking met de ketenpartner UWV WERK-bedrijf
1.1 Het opvangen van de gevolgen van de financiële crisis binnen de marges van het budget WWB I-deel dan wel een bestands ontwikkeling die gelijk is aan de gemiddelde ontwikkeling van het WWB-bestand van de grote gemeenten1
Activiteiten in 2010
1.1.1 Ketensamenwerking met integrale dienstverlening aan werkgevers en werkzoekenden
Indicator omschrijving
1.1.1.1 Budget i-deel
Begrote score
Geen overschrijding
1.1.1.2 Vervulde vacatures door 1.000 ketensamenwerking Sociale Zaken- UWV WERKbedrijf 1.1.2 1.1.2.1 Inzet van re-integratie Aantal re-integratie 1.000 trajecten trajecten (exclusief Werk Nu, Wij Werken) 1.2 Stijging van de arbeidsparticipatie in Breda en in de regio West-Brabant
1.2.1 1.2.1.1 Regionale, sectorale Extra duale trajecten samenwerking (Regionaal platform arbeidsmarktbeleid) 1.2.1.2 Meer toepassing EVC-trajecten 1.2.1.3 Niet-uitkeringsgerechtigden aan het werk
1.3 Stijging uitstroom uitkeringsgerechtigden naar zelfstandig ondernemerschap
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
1.3.1 Bevorderen inzet microkredieten en trajecten zelfstandig ondernemerschap
p 238
1.3.1.1 Nieuwe trajecten zelfstandigheid
/ G e m e e n t e B r e da
mate van realisatie
overschrijding
1.693
1.280
75
230
100
26
100
172
50
51
Beoogd maatschappelijk effect
2 Het activeren van personen die nog niet kunnen werken en vrijgesteld zijn van sollicitatie- en arbeidsverplichtingen
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
2.1 2.1.1 Alle personen die voor Herijking groep een activeringstraject vrijgestelden in aanmerking komen, volgen een traject gericht op maatschappelijke participatie dan wel sociale activering/ zorg
Indicator omschrijving
Begrote score
2.1.1.1 Aantal screeningen 400 (onder andere diagnose, assessment)
mate van realisatie
236
2.1.2 Activeringstrajecten voor WWB-bestand
2.1.2.1 Aantal gestarte trajecten
500
321
2.1.3 Inburgeringstrajecten
2.1.3.1 Aantal gestarte trajecten
580
660
10
9
35
36
20
17
2.1.4 2.1.4.1 Trajecten voor dak- en Aantal gestarte thuislozen (exclusief trajecten Stedelijk Kompas) 2.1.5 2.1.5.1 Activering wachtlijst Aantal WWB- klanten Sociale Werkvoorziening 2.1.5.2 Aantal klanten op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) Inkomensondersteuning en armoedebestrijding 3 Het bieden van inkomensondersteuning aan Bredase burgers die niet (kunnen) beschikken over een minimuminkomen en daar recht op hebben
3.1 Personen die recht hebben op inkomensondersteuning, ontvangen deze
4 4.1 Het voorkomen en 90% van de armoedetegengaan van armoede. groep maakt gebruik van één of meer armoederegelingen.
3.1.1 Het snel, deskundig en klantvriendelijk behandelen van aanvragen levens onderhoud
3.1.1.1 Aantal aanvragen op 2.600 grond van WWB, Ioaw, (2.400 WWB Ioaz, Bbz en Wwik 5 en 200 overig)
3.1.2 Het doen van poortwachtersonderzoeken in verband met vermoeden van fraude
3.1.2.1 700 verrichte onder- 120 zoeken met als resultaat aantal niet verstrekte uitkeringen
3.1.3 Het verrichten van (strafrechtelijke) onderzoeken
3.1.3.1 170 verrichte onderzoeken met als resultaat bedrag terug te vorderen uitkering
4.1.1 Het snel, deskundig en klantvriendelijk behandelen van aanvragen bijzondere bijstand
4.1.1.1 Aantal aanvragen bijzondere bijstand
4.1.2 Outreachende werkwijze
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 239
/ G e m e e n t e B r e da
2.320 (2.056 WWB en 264 overig)
228
€ 0,55 miljoen
€ 0,39 miljoen
6.250
6.023
Beoogd maatschappelijk effect
Te behalen doelstelling
Activiteiten in 2010
4.1.3 Het verstrekken van BredaPassen
Indicator omschrijving
4.1.3.1 Aantal verstrekte Breda Passen
Begrote score
mate van realisatie
10.500
10.606
2.400 70%
2.396 70%
750 80%
493 80%
4.1.4 Het geven van voorlichting / informatie om niet-gebruik tegen te gaan 4.2 2.400 afgewerkte aanvragen schuldhulpverlening, waarvan 70% met een positief resultaat
4.2.1 Het snel, deskundig en klantvriendelijk behandelen van aanvragen schuldhulpverlening
4.2.1.1 Aantal afgewerkte aanvragen schuldhulpverlening en percentage met positief resultaat afgewerkt
4.3 750 dreigende woningontruimingen, waarvan 80% wordt voorkomen
4.3.1 Het snel, deskundig en klantvriendelijk behandelen en begeleiden van (dreigende) woningontruimingen
4.3.1.1 Aantal dreigende woningontruimingen en percentage voorkomen woningontruimingen
Zorg/Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 5 Het bevorderen van zelfredzaamheid door het compenseren van beperkingen die burgers met een lichamelijke beperking, een chronischpsychisch probleem of een psychosociaal probleem ondervinden
5.1 Mensen met beperkingen: • kunnen zich in en om de woning verplaatsen • kunnen zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel • kunnen hun woning normaal bereiken en normaal gebruiken • kunnen een goed huishouden voeren
5.1.1 Het snel, deskundig en klantvriendelijk behandelen van aanvragen om voorzieningen
5.1.1.1 Aantal aanvragen: • rolstoelen 800 • vervoers 2.200 voorzieningen • woonvoorzieningen 1.700 • huishoudelijke hulp 2.400
6 Klanttevredenheid
6.1 Klanten zijn tevreden over dienstverlening
6.1.1 Snelle, deskundige en klantvriendelijke uitvoering van activiteiten
6.1.1.1 Waardering klanten
7
Afwijkingen met betrekking tot gerealiseerde scores: 1: Doelstelling: participatie / toeleiden naar werk Te behalen resultaat: het opvangen van de gevolgen van de financiële crisis binnen het budget I-deel dan wel een bestandsontwikkeling die gelijk is aan de gemiddeldontwikkeling van het WWB-bestand van de grote gemeenten. Scores: •
per 31 december 2010 een bestandsontwikkeling die gelijk is aan het gemiddelde van de grote gemeenten.
Deze score is ruimschoots gehaald.
Volgens de meest recente gegevens (per 1 december 2010) van het CBS is het Bredase WWBbestand in 2010 gestegen met 4,98%. Deze stijging is minder dan de gemiddelde stijging van het WWB-bestand van de G32. Deze bedraagt namelijk 7,59%. De gemiddelde landelijke stijging bedraagt 9,07%.
Deze minder dan gemiddelde stijging in Breda is een gevolg van de inzet van een breed palet aan instrumenten, netwerken en middelen om de kansen van klanten op de arbeids
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 240
/ G e m e e n t e B r e da
673 2.116 1.305 2.141
- Wmo: 80/90% tevreden - KB: 7,2 - Werkplein Breda: 7,2
markt te verbeteren en / of de maatschappelijke positie te versterken. Hiertoe behoren ook het armoedebeleid, schuldhulpverlening, handhaving, inburgering, social return, mantel zorg, vrijwilligerswerk, educatie en voorzieningen op het terrein van huishoudelijke verzorging. Met daarnaast nog de inzet richting werkgevers om de match tussen vraag en aanbod zo slagvaardig mogelijk te maken.
Dit alles vanuit het centrale motto uit het coalitieakkoord “Iedereen kan iets, iedereen doet iets“. Zo veel mogelijk Bredanaars zijn aan het werk of op weg naar werk.
•
Het opvangen van de gevolgen van de financiële crisis binnen het budget I-deel. In 2010 hebben gemeenten fors minder budget van het Rijk ontvangen. Zij hebben een budget van € 4 miljard gekregen. Aanvankelijk was € 4,4 miljard gemeld. Dit was een forse tegenvaller. Niet alleen was minder geld beschikbaar, ook het tijdstip waarop het ministerie dit naar buiten heeft gebracht en tegelijkertijd de toename van het aantal uitkeringen stelde gemeenten voor grote problemen.
Voor Breda betekende dit een korting van € 4,3 miljoen op het budget. Door de minder dan gemiddelde stijging van het WWB-bestand in Breda is het financiële resultaat op het budget I-deel 'beperkt' gebleven tot € 1,8 miljoen negatief. Dit bedrag is binnen de lopende begroting 2010 opgevangen. Voor meer info zie de toelichting bij onderdeel D) Wat heeft het gekost?
• 75 extra duale trajecten.
In 2010 zijn 230 duale trajecten gerealiseerd. Dit aantal ligt ruim boven het begrote aan tal. De redenen hiervan zijn het intensief promoten van de combinatie Leren en Werken, de aanpak van de jeugdwerkloosheid en de opzet van steeds meer nieuwe (duale) projec ten in samenwerking met de werkgevers in de regio.
• 100 EVC-trajecten.
Er zijn in 2010 26 EVC-trajecten gerealiseerd.
Voor deelname aan een EVC-traject gelden specifieke criteria waaraan aantoonbaar vol daan moet zijn. Deze aantoonbaarheid vormt in de praktijk een drempel om te kunnen deelnemen. Daarnaast zijn er minder aanvragen ingediend. Hierdoor is het totaal aantal uitgevoerde EVC-trajecten lager dan begroot.
•
100 niet-uitkeringsgerechtigden aan het werk
In de regio West-Brabant hebben partners in het programma 'West-Brabant werkt door!'
De Gemeente Breda heeft eerder aangegeven dat zij de ambitie heeft om in de periode
afgesproken om tot 2011 1.250 niet-uitkeringsgerechtigden aan werk te helpen. tot 2011, 250 nuggers (waarvan 100 nuggers in 2010) aan een baan te helpen. In 2010 zijn 172 nuggers uitgestroomd naar werk. Over de gehele periode (september 2008 tot en met december 2010) is een aantal van 290 gerealiseerd. 2: Doelstelling: participatie / activering van personen Te behalen resultaat: alle personen die daarvoor in aanmerking komen, volgen een traject gericht op maatschappelijke participatie dan wel sociale activering / zorg Scores: •
400 screeningen (onder andere diagnose, assesment)
In 2010 zijn 236 screeningen door BSW Bedrijven uitgevoerd. De overige zijn uitgevoerd door de klantmanagers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
•
500 activeringstrajecten voor WWB-bestand
Naast de reeds lopende activeringstrajecten zijn 321 personen voor een dergelijk traject
•
580 inburgeringstrajecten
In 2010 is aan 660 personen een inburgeringsvoorziening aangeboden. Dit is een hoger
aangemeld. Het voor 2010 begrote aantal is te hoog ingeschat.
aantal dan eerder verwacht. 3: Doelstelling: inkomensondersteuning Te behalen resultaat: het bieden van inkomen aan Bredase burgers die niet over een minimuminkomen beschikken en daar recht op hebben Scores: •
2.600 aanvragen op grond van WWB, IOAW, IOAZ, Bbz en Wwik.
In 2010 zijn 2.320 aanvragen ingediend (2.056 aanvragen op grond van de WWB en 264 aanvragen op grond van de overige regelingen). De versterking van de poortwachtersfunctie
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 241
/ G e m e e n t e B r e da
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is de belangrijkste reden op grond waarvan het aantal werkelijke aanvragen (vooral in het kader van de WWB) over 2010 achtergebleven is bij het begrote aantal. •
170 verrichte onderzoeken met als resultaat € 0,55 miljoen terug te vorderen uitkeringen en 700 poortwachtersonderzoeken met als resultaat 120 niet verstrekte uitkeringen.
Het vastgestelde fraudebedrag is ongeveer € 170.000 lager dan begroot. Dit is een gevolg van het feit dat in het kader van handhaving de prioriteit verschoven is van opsporing naar preventie. Deze preventieve activiteiten hebben er toe geleid dat er in 228 gevallen geen uitkering is toegekend.
4: Doelstelling: het voorkomen en tegengaan van armoede Te behalen resultaat: 80% van de dreigende woningontruimingen zijn voorkomen. Scores: •
750 dreigende woningontruimingen waarvan 80% wordt voorkomen.
750 aanzeggingen tot woningontruiming zijn begroot. 493 zijn er gerealiseerd. De (in feite positieve) afwijking wordt verklaard door het feit dat, bij een huurachterstand, huis eigenaren het instrument van woningontruiming als een laatste middel gebruiken. Steeds vaker heeft een betalingsregeling de voorkeur boven een daadwerkelijke ontruiming.
Van de 493 aanzeggingen tot woningontruiming zijn er 97 daadwerkelijk uitgevoerd. Hiermee is door Sociale Zaken en Werkgelegenheid de doelstelling gerealiseerd om 80% van de dreigende woningontruimingen te voorkomen.
5: Doelstelling: het bevorderen van zelfredzaamheid Te behalen resultaat: mensen met beperkingen kunnen zich verplaatsen, hebben normaal gebruik en bereikbaarheid van de woning en kunnen een huishouden Scores: •
800 rolstoelen
Er zijn 127 rolstoelen minder verstrekt dan begroot. De reden hiervan is dat in de uitvoering extra aandacht besteed is aan de mogelijkheid van een voorliggende voorziening, te weten een tijdelijke uitleen dan wel financiering op grond van de AWBZ.
•
1.700 woonvoorzieningen
Er zijn 1.305 woonvoorzieningen gerealiseerd. Deze onderschrijding heeft de volgende oorzaken:
1. voor losse douche- en toiletstoelen, badplanken en drempelhulpen hebben veel men
2. kleine woonvoorzieningen zijn vanaf het vierde kwartaal 2010 aangemerkt als algemeen
sen gebruik gemaakt van de mogelijkheid van de uitleen voor 6 maanden; gebruikelijk waardoor deze voorzieningen door de aanvragers zelf gefinancierd moesten worden.
3. meer en meer wordt er een beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid.
•
2.400 huishoudelijke verzorging (HV)
Er zijn 2.141 aanvragen gehonoreerd. 259 aanvragen minder dan begroot.
De reden van deze onderschrijding is een te hoge raming.
6: Doelstelling: klanttevredenheid Te behalen resultaat: klanten zijn tevreden over dienstverlening Scores: •
waardering klanttevredenheid 7
Met betrekking tot de uitvoering van de individuele voorzieningen van de Wmo geeft 80 tot 90% van de klanten aan dat ze tevreden of zeer tevreden zijn. De Kredietbank WestBrabant krijgt voor zijn totale dienstverlening (zowel aan Bredanaars als aan niet-Breda naars) een 7,2. Het gemiddelde tenslotte van de klant- en werkgeverstevredenheid van het Werkplein Breda is eind 2010 (landelijke meting per 1 oktober 2010) een 7,2.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 242
/ G e m e e n t e B r e da
C) Bijzondere ontwikkelingen Werken@Breda Werk is dé manier om maatschappelijk mee te doen. Het college zet in op het maximaal betrekken van mensen bij het arbeidsproces. Mensen met een bijstandsuitkering doen mee door met zinvol werk in het eigen onderhoud te voorzien of door een maatschappelijke bijdrage te leveren. Arbeidsmarkt Volgens de gegevens van het UWV WERKbedrijf Arbeidsinformatie Zuidwest-Nederland zijn er in Breda eind 2010 5.828 personen werkloos. Dit zijn 225 personen minder dan in december 2009. Eind 2010 is het werkloosheidspercentage van het Werkplein Breda 6,8% van de beroeps bevolking (landelijk 6,4% en voor de arbeidsregio West-Brabant 5,8% ). Bestrijding jeugdwerkloosheid Namens de regio West-Brabant heeft Breda in 2009 een convenant getekend met het ministerie van SZW om de jeugdwerkloosheid te bestrijden. Sindsdien is er in de regio ingezet op het terugleiden van jongeren naar werk en het ondersteunen van kwetsbare jongeren. Een in het oog springende maatregel is de invoering van de Baan Bonus geweest, een effectieve loon kostensubsidie voor werkgevers die jongeren aannemen. Ook is er extra geïnvesteerd op de werkpleinen in capaciteit voor werkzoekende jongeren. De maatregelen uit het convenant lopen nog tot en met 2011. Daarna eindigt de looptijd van het convenant en eindigen de (tot nu toe succesvolle) activiteiten. Servicepunt Starters en Ondernemers Op 15 juli 2010 is het Servicepunt Starters en Ondernemers gerealiseerd. Dit servicepunt stimuleert vanuit de één loketgedachte onder andere ondernemerschap vanuit de werken doelstelling, begeleidt bestaande ondernemers en zet microfinanciering in. In samenwerking met het UWV Werkbedrijf, de Kamer van Koophandel, landelijke micro financiering en de Belastingdienst wordt het servicepunt verder uitgebouwd. Samen@Breda Ons college doet een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van mensen. Bij het tegemoet komen aan de zorgvraag van de Bredanaars gaan we uit van de kracht van mensen zelf en hun omgeving. Inkomensondersteuning aan de Bredase minima op grond van de WWB Door het college is eind 2010 besloten om enkele versoberingen door te voeren in het armoedebeleid. Deze versoberingen hebben betrekking op de BredaPas, langdurigheids toeslag, bijzondere bijstand en de collectieve ziektekostenverzekering voor minima. Armoedebestrijding De integrale bestrijding van de armoede in Breda is, in samenwerking met de organisaties die kwetsbare burgers ondersteunen, in 2010 verder verstevigd. In het kader van het Europees jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting heeft de startbijeenkomst van de landelijke Stedenestafette op 22 februari 2010 - waaraan de vertegenwoordigers van ongeveer 40 hulpverleningsorganisaties deelnamen - een vervolg gekregen in een bijeenkomst op 27 mei 2010 over Jongeren en schulden. Het Europees Jaar van de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting is op 16 september 2010 afgesloten met een bijeenkomst. Tijdens deze bijeenkomst hebben wij en de lokale partners de Sociale Agenda ondertekend waarin afspraken vastgelegd zijn om armoede en sociale uitsluiting verder te bestrijden. Armoedeambassadeur De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft in 2010 een speciale 'Armoedecoalitie' gevormd. Dit team wil een impuls geven richting gemeenten hoe zij ervoor kunnen zorgen dat mensen 'meedoen' en gebruik maken van de voorzieningen waar zij recht op hebben. De coalitie bestaat uit de wethouders voor Sociale Zaken van de gemeenten Bergen op Zoom, Breda, Enschede en Utrecht, de voorzitter van Divosa en de directeur van het Jeugdsportfonds.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 243
/ G e m e e n t e B r e da
Schuldhulpverlening Op 1 april 2010 bedroeg de wachttijd voor schuldhulpverlening nog 8 weken. Het aantal aanvragen schuldhulpverlening is in 2010 in vergelijking met 2009 gestegen met 16,6%. Ondanks deze stijging is de directie Sociale Zaken en Werkgelegenheid er in geslaagd, mede door de inspanningen van de opgezette Taskforce Schuldhulpverlening, deze wachttijd op 31 december 2010 terug te brengen naar 3,5 week. Hierdoor wordt reeds voldaan aan de nog vast te stellen nieuwe landelijke richtlijn waarbij de wachttijd, naar alle waarschijnlijkheid, vastgesteld zal worden op maximaal 4 weken. Wmo Het Rijk heeft het voornemen om vanaf 2011 een nieuw financieel arrangement met de gemeenten af te sluiten in het kader van de Wmo. In het bedrag van € 1,2 miljard (landelijk) voor huishoudelijke verzorging in 2011 heeft het Rijk onder andere een neerwaartse bijstelling verwerkt van € 200 miljoen. Voor Breda betekent dit een verlaging van het budget 2011 ten opzichte van 2010 met € 0,8 miljoen (budget 2010 € 16,4 miljoen / voorlopig budget 2011 € 15,6 miljoen). Door het college zijn in 2010 besluiten genomen om versoberingen in Wmovoorzieningen door te voeren. Zuinig@Breda In 2010 zijn door ons college al diverse besluiten genomen, onder andere de versoberingen in het kader van het armoedebeleid en de Wmo, om de taakstelling van € 5 miljoen (vanaf 2012) op de sociale pijler te kunnen realiseren. Ook over de invoering van het systeem van de alfa cheque en de Baan Bonus Breda zijn reeds besluiten genomen. In de loop van 2011 zal duidelijk moeten worden wat de exacte (financiële) effecten van deze maatregelen zijn.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 244
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 na Wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
22.650
20.499
21.098
19.397
23.328
21.501
880
4.020
Werken@Breda Participatie: Re-integratie Participatie: Participatie-agenda
1.200
Participatie: Jeugdwerkloosheid
5.545
115 -645
Samen@Breda Participatie: Inburgering Wet werk en bijstand: Wwb i-deel, Wij
3.209
2.263
8.309
4.308
4.813
992
53.530
46.010
55.830
47.075
56.682
47.342
2.665
2.463
3.282
3.197
2.835
3.285
Wet werk en bijstand: Ioaw, Ioaz, Bbz, Wwik Bijzondere bijstand
6.167
575
6.989
575
6.831
702
Schuldhulpverlening
4.527
1.811
5.727
2.756
5.476
2.840
BredaPas
794
Overige regelingen: Kinderopvang, Lijkbezorging
499
844 10
556
867 9
594
25 110
Wmo: Vervoersvoorzieningen
8.356
8.253
8.292
Wmo: Woonvoorzieningen
3.805
4.667
3.837
Wmo: Huishoudelijke verzorging
19.878
1.700
19.326
1.700
21.073
2.560
Sociale Zaken en Werkgelegenheid algemeen SZ&W algemeen
-567
-210
125.513
Subtotaal: reserves
Storting
Risicoreserve Bijstand/Wmo
75.331 Onttrekking
2.500
Reserve Armoedebestrijding
1.900
141.416 Storting
2.500
240
541 79.897 Onttrekking
2.900
138.763 Storting
2.500
660
79.253 Onttrekking
2.064 550
Reserve SZ&W Totaal exploitatie Bijdrage uit algemene middelen
128.013
77.471
50.542
143.916
83.457
60.459
141.263 59.396
Toelichting exploitatie: Ten opzichte van de presentatie van de producten in de Begroting 2010 hebben een tweetal wijzigingen plaatsgevonden. Enerzijds is het onderdeel Jeugdwerkloosheid afzonderlijk gepresenteerd. Als gevolg van de invoering van de Wet bundeling uitkeringen (BUIG) zijn anderzijds de onderdelen Ioaw, Ioaz, Bbz en Wwik als aparte regel opgenomen. Tezamen met het onderdeel Wwb i-deel, WIJ vormen zij de uitkering BUIG. Ook de bedragen zijn conform deze nieuwe indeling aangepast. Werken@Breda Re-integratie Er is een nadelig verschil van € 126.000 ten opzichte van de begroting. De reden hiervan is dat er meer productieve uren gerealiseerd zijn dan begroot, mede als gevolg van de extra personele inzet om de gevolgen van de economische crisis op te vangen. Het verschil tussen begroting en jaarrekening, zowel met betrekking tot de lasten als de baten, wordt voor een bedrag van € 3,4 miljoen verklaard door meer uitgaven re-integratie dan begroot. Voor deze uitgaven is namelijk € 17,6 miljoen begroot en € 21,0 miljoen gerealiseerd. Om de gevolgen van de economische crisis op te vangen is extra ingezet op verdere intensive ring van de uitstroom van mensen die een uitkering ontvangen. Het bedrag van € 3,4 miljoen is daarom ten laste gebracht van de reserveringsregeling van het Participatiebudget. Dit heeft een budgettair neutraal resultaat tot gevolg.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 245
/ G e m e e n t e B r e da
81.867
Participatieagenda Bij het onderdeel Participatieagenda is het resultaat € 1,085 miljoen positief. Hiervan wordt € 185.000, zijnde een subsidie voor de 2e helft van het schooljaar 2010/2011 voor het project DoeSpraak, gereserveerd voor 2011. Het resterende bedrag komt ten gunste van de algemene middelen. Jeugdwerkloosheid In 2010 was € 5,6 miljoen beschikbaar voor de regionale bestrijding van de jeugdwerkloosheid. Van dit bedrag is ongeveer € 1,5 miljoen nog niet besteed. Dit bedrag zal in 2011 worden ingezet. (Het bedrag is toegevoegd aan de balanspost vooruitontvangen subsidie Jeugdwerkloosheid Samen@Breda Inburgering Het resultaat met betrekking tot het product inburgering is € 180.000 positief. Aan de berekening van dit positieve resultaat ligt het volgende ten grondslag: a. de kosten van de instapcursussen inburgering ten bedrage van € 500.000 zijn (gedeeltelijk) ten laste gebracht van het product Participatieagenda. b. € 101.000 is besteed aan kosten inburgering die betrekking hebben op de GSB-periode tot en met 2009. Deze zullen worden verrekend met de GSB-budgetten. c. Er is een negatief resultaat van € 219.000 met betrekking tot de post productieve uren. Dit resultaat is een gevolg van de extra personele inzet om de met het Rijk overeengekomen taakstellingen te realiseren. Het verschil tussen begroting en jaarrekening, zowel met betrekking tot de lasten als de baten, wordt voor een bedrag van € 3,4 miljoen verklaard door lagere uitgaven voor inburgerings trajecten dan begroot. Enerzijds worden deze lagere uitgaven veroorzaakt door een hoger van het Rijk ontvangen normbedrag dat gebaseerd is op 800 trajecten. Anderzijds door het feit dat de meeste in 2010 gestarte taaltrajecten eerst in 2011 betaald hoeven te worden. Het bedrag van € 3,4 miljoen is toegevoegd aan de reserveringsregeling van het Participatiebudget. Dit heeft een budgettair neutraal resultaat tot gevolg. Wet werk en bijstand (BUIG/Wwb ideel, WIJ, Ioaw, Ioaz, Bbz 2004 en Wwik) Het budget dat door het Rijk beschikbaar gesteld is om de genoemde regelingen uit te voeren, heeft een negatief eindresultaat van € 49.000. Hierbij spelen de volgende factoren een rol: a. de verlaging van het Rijksbudget 2010 met € 4,3 miljoen. Hierdoor is een negatief resul taat behaald van € 1,8 miljoen (dit is inclusief een positief resultaat met betrekking tot de debiteuren van € 100.000). Naar aanleiding van de 2e Bestuursrapportage is overigens eind 2010 besloten om de extra verkregen middelen voor inburgering van ongeveer € 1,5 miljoen in te zetten ten behoeve van dit tekort. Daarnaast zijn er hogere opbrengsten voor de voor de regiogemeente uitgevoerde fraudeonderzoeken en de inkomsten van diverse posten tot een bedrag van € 338.000. b. door meer productieve uren zijn de indirecte lasten € 86.000 hoger dan begroot. Wij stellen voor om bij resultaatbestemming het positieve resultaat op de overige directe lasten van € 37.000 toe te voegen aan de Risicoreserve Bijstand/ Wmo. Daarnaast zal ook de tegemoet koming voor de reeds gemaakte kosten in 2009 en 2010 voor het experiment alleenstaande ouders van € 166.000 ten gunste worden gebracht van deze risicoreserve. Omdat dit bedrag was opgenomen op de stelpost doorwerkende effecten maakt dit geen onderdeel uit van het hierboven genoemde resultaat.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 246
/ G e m e e n t e B r e da
Bijzondere bijstand Er is een voordelig resultaat van € 175.000 in vergelijking met de begroting. Dit is veroorzaakt door minder productieve uren dan begroot. Op het moment van de tweede bestuursrapportage werd een overschrijding op het budget bijzondere bijstand verwacht van ongeveer € 200.000, vooral veroorzaakt door een toename van de verstrekkingen langdurigheidstoeslag. De dekking voor dit tekort is gevonden in de Reserve Armoedebestrijding. Onder andere door hogere inkomsten debiteuren (verstrekte geldleningen) is dit tekort teruggebracht tot € 90.000. Het verschil van € 110.000 is toegevoegd aan de Reserve Armoedebestrijding. Schuldhulpverlening Het resultaat op het product schuldhulpverlening is € 335.000 positief. Dit is te herleiden tot de volgende factoren: a. een bedrag van € 202.000 veroorzaakt door minder productieve uren dan begroot. b. De realisatie van minder huishoudens in budgetbeheer genomen dan begroot als gevolg van een kritisch acceptatiebeleid. Dit levert een nadelig resultaat op van € 96.000. c. een voordeel van € 163.000 als gevolg van beduidend meer aanvragen schuldhulp verlening door de huidige economische crisis d. een positief resultaat van € 76.000 op de post rente e. een negatief resultaat van € 10.000 met betrekking tot diverse overige posten. BredaPas Er is een nadelig resultaat van € 23.000 in vergelijking met de begroting. Dit wordt voor een bedrag van € 26.000 veroorzaakt door meer productieve uren dan begroot. De overige uitgaven zijn nagenoeg conform de begroting. Lijkbezorging/ Kinderopvang Minder aanvragen voor en lagere kosten dan begroot van uitvaartverzorging leveren een voordeel op van € 19.000. Bij het product kinderopvang is het resultaat € 41.000 negatief. Dit wordt vooral veroorzaakt door meer productieve uren dan begroot. De overige uitgaven zijn nagenoeg conform de begroting. Wmo: Vervoersvoorzieningen Er is een voordelig verschil van € 71.000 ten opzichte van de begroting. Door minder productieve uren zijn de indirecte lasten € 69.000 lager dan begroot. De uitgaven voor rolstoelen, scoot mobiels en deeltaxi zijn nagenoeg conform de begroting. Ondanks dat er minder (duw-) rolstoelen zijn verstrekt dan begroot, heeft dit (nog) niet geresulteerd in een positief resultaat op het totaal onderdeel rolstoelen. Dit komt omdat ook andere onderdelen (bijv. individuele aanpassingen, elektrische rolstoel) deel uitmaken van dit resultaat. Wmo: Woonvoorzieningen Bij het product woonvoorzieningen is het resultaat € 6.000 negatief. Dit is veroorzaakt door meer productieve uren dan begroot. Op het product woonvoorzieningen werd op het moment van de tweede bestuursrapportage nog een extra tekort voorzien van circa € 300.000 (eerder werd al een tekort verwacht van € 500.000). Dit omdat de woningaanpassingen in de eerste 6 maanden verder waren toe genomen. In het 2e halfjaar zien we echter een sterke daling van met name (kleine) woning aanpassingen en het plaatsen van trapliften. Dit wordt onder andere veroorzaakt doordat kleine woningvoorzieningen zijn aangemerkt als algemeen gebruikelijk waardoor deze door de aanvragers zelf gefinancierd moesten worden. Meer en meer wordt er een beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid. Dit heeft geresulteerd in een overschot van ruim € 800.000. De begrote onttrekking uit de Risicoreserve Bijstand/Wmo van € 800.000 kan daarom achter wege blijven. Wmo: Huishoudelijke verzorging Er is een nadelig resultaat van € 787.000 in vergelijking met het begrote bedrag. Voor een bedrag van € 668.000 wordt dit veroorzaakt door de negatieve bijstellingen over de jaren 2008, 2009 en 2010 van de maatstaven van het verdeelmodel Wmo. Het resultaat van deze negatieve bijstellingen is ten laste gebracht van het Wmo-budget 2010. Met betrekking tot
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 47
/ G e m e e n t e B r e da
het product Huishoudelijke Verzorging (inclusief persoonsgebonden budget) is de afwijking per saldo € 152.000 negatief. Ten opzichte van de begroting is deze afwijking van 0,87% marginaal. Minder productieve uren dan begroot levert tenslotte een positief resultaat op van € 31.000. Bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld het negatieve resultaat op de directe lasten van € 820.000 te onttrekken aan de Risicoreserve bijstand/ Wmo (dit is inclusief een bedrag van € 96.824 zijnde een verhoging van de Wmo-uitkering 2010 zoals toegekend in de december circulaire gemeentefonds 2010). Sociale Zaken en Werkgelegenheid algemeen Het resultaat op de bedrijfsvoering Sociale Zaken en Werkgelegenheid bedraagt € 331.000 positief. Dit bedrag is als volgt tot stand gekomen. Op personele kosten is per saldo een positief resultaat zichtbaar van € 102.000. Dit wordt voor een bedrag van € 694.000 veroorzaakt door niet ingevulde vacatures die onder andere gereserveerd zijn voor de invulling van diverse taakstellingen. Hierop zijn in mindering gebracht de kosten van inhuur personeel van derden (€ 202.000) voor tijdelijke invulling van deze vacatures en de invulling (€ 390.000) naar aanleiding van de tweede bestuursrapportage 2010, van het maatregelenpakket loonbudget en inhuur. Het resultaat met betrekking tot de bijkomende personeelskosten is € 103.000 nadelig. Dit wordt vooral veroorzaakt door de invulling van het maatregelenpakket overige posten ten bedrage van € 90.000, als gevolg van de bestuursrapportage eind 2010. Meer productieve uren dan begroot levert tenslotte tot slot een positief resultaat op van € 32.000. (Het resultaat op de productieve uren is overigens per saldo budgettair neutraal). Extra formatie voor een bedrag van € 300.000 is ten laste gebracht van het Participatiebudget, onderdeel Re-integratie. Dit om terugbetaling aan het Rijk te voorkomen in verband met maxi male hoogte van de reserve. Omdat in de begroting hiermee geen rekening is gehouden, leidt dit nu tot een voordeel van € 300.000. Bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld dit bedrag toe te voegen aan de Reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In 2011 en 2012 kan hiervan een bedrag van € 150.000 worden ingezet voor nieuwe initiatieven ter bestrijding van armoede bij kinderen, zoals door uw gemeenteraad in een motie is vastgesteld. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Risicoreserve Bijstand/Wmo
2.407
284
2.691
Reserve Armoedebeleid
1.136
-550
586
Reserve Arbeidsmarktbeleid
4.181
Totaal reserves
4.181
7.724
-266
7.458
Toelichting reserves: Risicoreserve Bijstand/Wmo De mutaties in 2010 van per saldo € 284.000 betreffen in eerste instantie de stortingen en onttrekkingen conform de begroting 2010. Dit is een storting van € 2 miljoen zijnde een bijdrage uit de algemene reserve en een storting van € 500.000 zijnde het positief resultaat debiteuren Wwb i-deel. Een bedrag van € 1,9 miljoen is onttrokken als bijdrage in het tekort Wmo/ HV en een bedrag van € 500.000 is verminderd ten gunste van de Wmo/ Woonvoorzieningen. Vervolgens zijn naar aanleiding van de bestuursrapportage eind 2010 een tweetal extra onttrekkingen gedaan als gevolg van de te verwachten tekorten op woonvoorzieningen (€ 300.000) en huishoudelijke verzorging (€ 200.000). Achteraf blijkt, als gevolg van een sterke daling van de uitgaven woonvoorzieningen in het 2e halfjaar, dat de onttrekking van € 800.000 achterwege had kunnen blijven. Er kan zelfs een bedrag worden gestort van € 36.000 (zie ook de toelichting Wmo: woonvoorzieningen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 248
/ G e m e e n t e B r e da
hierboven). Tenslotte is er een bedrag verminderd van € 152.000 voor een subsidie coördinatie vrijwillige thuiszorg en mantelzorg. Samen met de effecten vanuit de bestemming van het resultaat 2010 (€ 616.000) en de verwachte mutaties zoals opgenomen in de begroting 2011 (€ 1,6 miljoen) leidt dit tot een verwachte stand van de reserve per eind 2011 van circa € 450.000 positief. Dit bedrag is benodigd om eventuele negatieve financiële gevolgen van de economische crisis, op het Wwb Inkomensdeel en mogelijke nieuwe bezuinigingen op het budget Huishoudelijke verzorging te kunnen opvangen. Reserve Armoedebestrijding De mutaties van per saldo € 660.000 in 2010 betreffen als eerste de stortingen en onttrekkingen conform de begroting 2010. Dit is een vermindering van € 460.000 ten gunste van het budget Bijzondere Bijstand. Als gevolg van een (bij de 2e Bestuursrapportage eind 2010) verwacht tekort op het product Bijzondere Bijstand heeft er een extra onttrekking plaatsgevonden van € 200.000. Achteraf blijkt dit tekort een bedrag van € 90.000 te zijn, zodat er een correctie van € 110.000 heeft plaatsgevonden. In de Begroting 2011 is een verwachte mutatie opgenomen van minus € 476.000. Derhalve kan bij resultaatbestemming een bedrag van € 110.000 worden overgeheveld naar de algemene saldireserve. De verwachte stand van de reserve per eind 2011 komt daarmee uit op € 0. Reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid Bij resultaatbestemming 2009 is de reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid gevormd door de vrijgevallen middelen in 2009 als gevolg van de omzetting van uitgaven naar het Participatiebudget. Dit om terugbetaling aan het Rijk te voorkomen. Formeel dienen de middelen gereserveerd te blijven tot het moment waarop het Rijk de uitgaven Re-integratie 2009 definitief heeft vastgesteld. Dit zal naar verwachting in het tweede kwartaal 2011 gebeuren. De extra uitgaven in 2010 voor re-integratie (om de werkloosheid in verband met de economische crisis op te vangen) zijn ten laste gebracht van de reserveringsregeling Participatiebudget (zie hierboven bij toelichting exploitatie, product Re-integratie). De reserve is in 2011 benodigd om de forse (verdere) bezuinigingen bij de verschillende beleidsterreinen van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op te vangen. Dit in tijden dat het beroep op de regelingen nog toeneemt, onder andere als gevolg van de economische crisis. Voor een bedrag van € 300.000 is extra formatie ten laste gebracht van het Participatiebudget, onderdeel Re-integratie. Dit om terugbetaling aan het Rijk te voorkomen in verband met maxi male hoogte van de reserve. Omdat in de begroting hiermee geen rekening is gehouden, leidt dit nu tot een voordeel van € 300.000. Bij resultaatbestemming zal worden voorgesteld een bedrag van € 300.000, als gevolg van het brengen van extra formatie ten laste van het Participatiebudget, toe te voegen aan de reserve Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In 2011 en 2012 kan hiervan een bedrag van € 150.000 worden ingezet voor nieuwe initiatieven ter bestrijding van armoede bij kinderen, zoals door uw gemeenteraad in een motie is vastgesteld. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Vluchtelingenwerk
Totaal voorzieningen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
74
-74
-
-
-
-
74
-74
-
p 249
/ G e m e e n t e B r e da
Toelichting voorzieningen: De mutatie betreft een subsidie ten behoeve van het project psychosociale hulpverlening.
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
Bedrijfsmiddelen Sociale zaken
962
143
819
472
347
0
Totaal investeringen
962
143
819
472
347
0
Toelichting investeringen: Door de organisatieontwikkeling in 2010 van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn de activiteiten in het kader van een aantal projecten verminderd. Hierdoor zijn de bedrijfsmiddelen niet volledig uitgenut. Het restant van € 819.000 zal gedeeltelijk in 2011 en 2012 worden uit gegeven. Een en ander volgens de I en A- plannen voor de jaren 2011 en 2012.
E) Risico’s Zoals aangegeven worden er op verschillende beleidsterreinen forse bezuinigingen vanuit het Rijk (verder) doorgevoerd. Genoemd kunnen worden de neerwaartse bijstelling van het budget voor huishoudelijke hulp, het fors mindere bijstandsbudget en de verlaging van het Participatiebudget. Dit in tijden dat het beroep op deze regelingen nog toeneemt, onder andere als gevolg van de economische crisis. Naast deze landelijke bezuinigingen speelt ook de financiële opgave van € 5 miljoen op de sociale pijler Arbeidsparticipatie, Zorgvoorzieningen Wmo en Armoedebeleid die is opgenomen in de Kaderbrief 2011 en die versneld in 2012 zal moeten worden ingevuld. Belangrijk daarbij is de samenhang met de beoogde bezuiniging van € 5 miljoen op de domeinen van onder andere maatschappelijke ontwikkeling. Deze taakstelling kan niet los worden gezien van de enorme inspanningen die in dezelfde periode moeten worden verricht om de bezuinigingen van rijkswege (onder andere Participatiebudget) en de eigen (bedrijfsvoerings-) taakstellingen/opgaven op te vangen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 250
/ G e m e e n t e B r e da
TAAKVELD 10 | BESTUUR, BESTUURSONDERSTEUNING EN VEILIGHEID
A) Taakveldomschrijving De doelstelling van bestuur en bestuursondersteuning is het samen met de burgers beleid ontwikkelen en uitvoeren. De gemeentelijke overheid is een betrouwbare partner: integer en transparant door burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties tijdig, adequaat en volledig te informeren en hen te betrekken bij beleidsontwikkeling en uitvoering. De doelstelling op het gebied van veiligheid is het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt alsmede het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en die ren bij ongevallen anders dan bij brand en het beperken en bestrijden van rampen.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Beoogd maatschappelijk effect
1 Burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties zien de gemeente Breda als een betrouwbare partner
Te behalen doelstelling
1.1 Burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties voelen zich betrokken bij de wijze waarop het bestuur hen betrekt bij visieontwikkeling stad en grootstedelijke projecten zoals Teteringen en Via Breda
Activiteiten in 2010
Indicator omschrijving
1.1.1 1.1.1.1 Met burgers, bedrijven Aantal gesprekken en maatschappelijke organisaties wordt op verschillende wijze gecommuniceerd, t.w. individuele gesprekken, wijkgesprekken, wijkbezoeken, inspraakavonden. Nieuwsbrieven etc.
Begrote score
800
1.1.1.2 Waardering gesprekken Voldoende 1.1.1.3 Maatschappelijk draagvlak visies 1.1.1.4 Mate van betrokkenheid bij stedelijke ontwikkelingen 1.2 Samen met burgers inhoud en vorm geven aan maatschappelijke ontwikkelingen
1.2.1.1 Aantal wijkbezoeken
1.2.1.2 Waardering wijkbezoeken
6
Voldoende
1.2.1.3 Aantal nieuwsbrieven 300 1.2.1.4 Waardering nieuwsbrieven
C) Bijzondere ontwikkelingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 251
/ G e m e e n t e B r e da
Voldoende
mate van realisatie
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Begroting 2010 na wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
2.534
-
2.498
-
2.756
13
210
-
209
-
162
-
College
2.496
277
2.866
284
2.778
1.260
Bestuursondersteuning
3.265
99
2.939
84
3.564
668
Ontwikkelingssamenwerking
212
-
346
91
294
55
Bestuurlijke samenwerking
783
82
937
68
1.197
347
2.575
76
3.135
556
3.059
762
418
-
447
-
382
6
Brandweer
10.631
376
10.973
-
10.869
-
Subtotaal:
23.124
910
24.350
1.083
25.061
3.111
Raad, raadscommissies en griffie Rekenkamer
Preventie en bestrijding criminaliteit ESC; Europese betrekkingen, subsidies en citymarketing
reserves
Storting
Bijdrage reserve …
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Totaal exploitatie
23.124
910
24.350
1.083
25.061
3.111
Bijdrage uit algemene middelen
22.214
23.267
21.950
Toelichting exploitatie: College Het resultaat bedraagt € 1,1 miljoen positief, dit ontstaat voor € 90.000 door lagere salarislasten, als gevolg van vermindering aantal wethouders van 6 naar 5. Verder is € 973.000 vrijgevallen uit de voorziening Appa. Deze middelen zullen bij de resultaatbestemming worden gereserveerd voor pensioenkosten van oud wethouders. Bestuursondersteuning Het resultaat bedraagt € 42.000 negatief, bestaat door hogere kosten variabele doorbelasting (€ 65.000), lagere kosten salarislasten (€ 56.000), advieskosten/advocaat (Nac/Steenakkers) € 33.000,- (= overstijgende concernkosten) Ontwikkelingssamenwerking Het resultaat bedraagt € 15.000 positief, is invulling taakstelling. Preventie en bestrijding criminaliteit Het resultaat bedraagt € 280.000 positief, dit komt onder andere door lagere uitgaven op veilig heid gemeente. Hierin verwerkt is de niet geëffectueerde verkoop van de Haagdijk voor een bedrag van € 88.000, is hogere opbrengsten verwijdering hennep.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 52
/ G e m e e n t e B r e da
Programma ESC
Het resultaat bedraagt € 71.000 positief, bestaat uit:
a. Werkbudget Externe betrekkingen, Subsidies en Citymarketing, positief exploitatieresultaat € 21.000.
Belangrijkste verklaring is dat twee lopende opdrachten voor een gemeentebrede subsidie scan en productie van een internationale lobby toolkit niet volledig zijn afgerond in 2010. Dit heeft tot consequentie dat 50% van deze opdrachten ten laste komt van het werk budget 2011.
b. Brabant Culturele Hoofdstad, positief exploitatieresultaat € 50.000
In 2010 is besloten niet over te gaan tot het inrichten van een culturele ambassade in Breda, maar deze functie in het voorjaar van 2011 onder te brengen bij het Centrum voor Beeldcultuur. Hierdoor is bespaard op geraamde huisvestingskosten en loonkosten.
Brandweer Het resultaat bedraagt € 104.000 positief, ontstaan door terugbetaling vakantiegelden brandweer personeel door Regio. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Reserve Raad
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
-
-
Reserve Rekenkamer
5
-
5
Totaal reserves
5
-
5
Toelichting reserves: (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Voorziening Wet AppA
Totaal voorzieningen
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
2.205
-757
1.448
-
-
-
-
2.205
- 757
1.448
Toelichting voorzieningen: Naast de reguliere storting in 2010 van € 200.000 is er uit de voorziening een bedrag van ruim € 900.000 vrijgevallen.
Brandweer Bedrijfsvoering en instandhouding
471
446
0
totaal investeringen
471
446
0
Toelichting investeringen:
E) Risico’s
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 253
/ G e m e e n t e B r e da
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
0
0
0
TAAKVELD 11 | PROGRAMMA- EN PROJECTMANAGEMENT
A) Taakveldomschrijving In dit taakveld zijn de financiële gegevens opgenomen van programma’s en projecten die niet zijn gekoppeld aan een van de andere taakvelden.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) Voor doelstellingen en activiteiten wordt verwezen naar de programma’s en projecten.
Aanvullende toelichting realisatie bovenstaande doelstellingen: Voor doelstellingen en activiteiten wordt verwezen naar de programma’s en projecten.
C) Bijzondere ontwikkelingen D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
lasten
baten
Nieuwe Mark
Subtotaal reserves
lasten
baten
lasten
baten
-
-
80
-
193
-
-
870
-
677
36
3.902
-
8.202
4.448
7.734
4.270
-
-
750
-
817
-
-230
-
-219
-
-225
-
4.542
-
9.683
4.448
9.196
4.306
Haagse Beemden Overig
Jaarrekening 2010
870
Via Breda Wijkontwikkeling
Begroting 2010 na wijziging
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Centrale investeringsreserve
-
151
-
151
-
-
Algemene reserve Grondbedrijf
-
-
-
-
-
115
Wijkontwikkelingsfonds
-
3.902
800
3.744
800
3.454
4.542
4.053
10.483
8.343
9.996
7.875
Totaal exploitatie Bijdrage uit algemene middelen
489
2.140
2.121
Toelichting exploitatie: Het verschil in lasten van de Nieuwe Mark heeft betrekking op de afrondende werkzaam heden van de Nieuwe Mark, welke gedekt wordt door een onttrekking uit de algemene reserve Grondbedrijf, conform de besluitvorming in 2010. Voor de toelichting op Wijkontwikkeling en Via Breda wordt verwezen naar de toelichting van de respectievelijke programma’s (1 en 4). Voor het Wijkimpulsplan Haagse Beemden is in 2009 een meerjarig uitvoeringsprogramma vastgesteld, dat doorloopt tot en met 2011. Door het ministerie van Wonen, Werken en Inte gratie is hiervoor een subsidie beschikt van € 2 miljoen. Voor 2010 was € 0,75 miljoen aan inzet van deze middelen begroot. Werkelijk is in 2010 € 67.000 meer uitgegeven aan Doegeld voor jongeren en Select DNA. Dit heeft geen financiële consequenties voor het totale project, omdat het verschil veroorzaakt wordt door het tijdsaspect (opstartvolgorde van projecten) en niet door budgetoverschrijdingen. Van de € 2 miljoen subsidiemiddelen resteert voor 2011 nog € 972.412 (uitgaven 2009: € 210.406) Het project Park de Bavelse Berg bevindt zich, na het Collegebesluit van 2009 om het project strategisch te heroverwegen, in de fase van afwikkeling van dit besluit. Dit houdt in dat er met
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 254
/ G e m e e n t e B r e da
marktpartijen gesproken wordt over de wijze van afwikkeling. De werkzaamheden die in 2010 hieraan zijn besteed (€ 33.000) zijn verantwoord onder het onderdeel 'Overig'. Deze lasten zijn niet begroot. Het tekort wordt opgevangen door een positiever bedrijfsvoeringresultaat dan begroot. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Wijkontwikkeling
17.015
-2.653
14.362
Totaal reserves
17.015
-2.653
14.362
Toelichting reserves: Voor de toelichting wordt verwezen naar programma 1 Wijkontwikkeling.
Via Breda; Verlengde Stationslaan
4.365
Nieuwe Mark
224
4.141
4.141
4.141
4.141
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Werkelijke uitgaven 2010
Investeringen
Totaal begroting 2010
(bedragen x € 1.000)
149
Overig
3
Totaal investeringen
4.365
376
0
Toelichting investeringen: Voor de toelichting op de Verlengde Stationslaan wordt verwezen naar programma 4 Via Breda. De uitgaven van de Nieuwe Mark hebben betrekking op de afrondende werkzaamheden van het project.
E) Risico’s Voor taakveld 11 zijn geen risico’s benoemd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 255
/ G e m e e n t e B r e da
0
TAAKVELD 12 | ALGEMENE BATEN EN LASTEN
A) Taakveldomschrijving In dit taakveld worden de algemene lasten en baten van de gemeente verantwoord, waaronder de algemene uitkering Gemeentefonds, de OZB opbrengst, de doeluitkering vanuit het rijk en de verrekeningen met centrale reserves.
B) Bestuurlijke doelstelling (wat hebben we bereikt?) In dit taakveld worden geen doelstellingen beschreven
C) Bijzondere ontwikkelingen Geen ontwikkelingen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 256
/ G e m e e n t e B r e da
D) Wat heeft het gekost? (bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Exploitatie en mutaties in reserves
Shared Service Centrum
Begroting 2010 na wijziging
Jaarrekening 2010
lasten
baten
lasten
baten
lasten
baten
4.321
1.067
2.702
1.783
277
-
-
-
Algemene uitkering
-
181.649
-
187.237
-
186.779
Bijdrage uit Financiering
-
-
-
2.250
-
2.449
Doeluitkeringen
-
463
-
463
-
5.826
Opbrengst deelnemingen
-
719
-
656
-
660
OZB
-
28.416
-
28.964
-
28.946 -
Stelpost onderuitputting
-
2.000
-
-
-
960
-
146
-
2.846
463
-
463
1.764
761
1.764
Mutaties BCF
-
-
-
100
-
207
Overige baten en lasten
-
225
300
1.437
756
3.563
Rente eigen financieringsmiddelen
-
10.000
-
8.556
-
9.976
Onvoorzien
385
-
201
-
-
-
Kapitaallasten investeringen
160
-
37
-
-
-
Nominale kostenontwikkelingen
-165
-
-
-
-
-
Doorwerkende effecten algemene uitkering
183
-
183
-
-
-
Nog te verwerken besluiten Begroting 2009
871
-
490
-
-
-
Nog te verwerken Kadernota 2009
-115
-
-
-
-
-
Overheveling naar directiebegrotingen
495
-
-
-
-
-
Nog te verwerken Kadernota 2010
995
-
730
-
-
-
-
-
-15.133
-
-
-
52
-
-318
-
-
-
8.605
224.539
-10.199
233.210
4.197
240.170
Dotatie aan onderhoudsvoorziening Centrale personeelsvoorziening
-443
Inzet van diverse BDU-uitkeringen
Begrotingssaldo bij Berap september 2010 Begrotingstekort/overschot Subtotaal: reserves
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Storting
Onttrekking
Algemene reserve
1.524
-
2.239
2.295
1.298
1.353
Bijdrage aan reserve ivm bespaarde rente
8.149
-
4.152
-
4.152
7.049
Reserve begrotingsbeeld
-
5.291
1.084
7.050
1.084
258
-
-
-
-
Bijdrage uit exploitatiereserve (overheveling)
-
7.378
-
21.444
-
21.444
Bijdrage uit centrale bedrijfsreserve
-
220
-
2.021
-
2.021
Centrale investeringsreserve
-
870
-
5.949
-
5.949
18.536
238.298
-2.724
271.969
10.731
277.986
Reserve BCF
Totaal exploitatie Bijdrage uit algemene middelen
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
-219.762
p 257
-274.693
/ G e m e e n t e B r e da
-267.255
Toelichting exploitatie: SSC Het SSC sluit het boekjaar 2010 af met een positief saldo van € 643.000. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn: •
Heroverweging van een aantal investeringen waardoor € 220.000 minder aan kapitaallasten nodig was;
•
Externe opdrachten van de afdeling Onderzoek en informatie leverde een positief resultaat van € 125.000;
•
Diverse HRM-activiteiten voor een bedrag van € 160.000 zijn in 2010 wel gepland maar uit
•
Voor een bedrag van € 140.000 minder kosten eigenrisicodragerschap WAO.
eindelijk niet uitgevoerd;
Algemene uitkering gemeentefonds In de rekeningcijfers 2010 is verwerkt de lagere uitkering van € 457.000 op de uitkering in verband met de doorwerking van het aantal bijstandsgerechtigden. Bijdrage uit financiering Het treasuryresultaat bestaat uit het saldo tussen de werkelijke rentekosten en de doorbelasting daarvan (= de rentebaten). De rentekosten worden toegerekend aan de activa per 1 januari van het jaar. Er is een klein voordelig verschil tussen het renteresultaat begroot en werkelijk van € 0,2 miljoen. Opbrengst deelnemingen De dividendopbrengsten komen overeen met de begrote bedragen. Onroerende zaak belastingen De opbrengst onroerende zaak belasting is vrijwel conform de begroting. Onderhoudsvoorziening De centrale onderhoudsvoorziening en de daarbij behorende dotaties zijn in 2010 verdeeld naar de taakvelden. Bij de afwikkeling van de Jaarrekening 2010 is gebleken dat voor het totaal van de onderhoudsvoorzieningen een aanvullende dotatie noodzakelijk was van € 2,7 miljoen. Bij het haalbaarheidsonderzoek naar het op afstand zetten van de Culturele Instellingen wordt beoordeeld of de te verwachten tekorten op het onderhoud bij de Culturele Instellingen kan worden gecompenseerd door jaarlijks hogere stortingen. Indien dit inderdaad zo is het mogelijk (een deel van) de extra dotatie in 2010 ten gunste van de algemene middelen te brengen. Centrale personeelsvoorziening Door een herberekening van de toekomstige verplichtingen voor (voormalig) personeel en verlofspaaruren kon een bedrag van € 443.000 vrijvallen uit de centrale personeelsvoorziening. BDU: uitkeringen en inzet De Brede Doeluitkeringen zijn meerjarige van het rijk ontvangen subsidies. De ontvangst en inzet hiervan is met behulp van de post 'vooruitontvangen subsidies' neutraal in de begroting en jaar rekening verwerkt. In 2009 heeft de afwikkeling van de periode 2005-2009 plaatsgevonden. In 2010 zijn een aantal nog lopende projecten afgewikkeld. Hierdoor is een resultaat ontstaan van € 5,4 miljoen waarvan wordt voorgesteld dit te blokkeren voor de afwikkeling van een aantal GSBafspraken en de benodigde middelen voor het Stedelijk Kompas en het tegengaan van huiselijk geweld. Bijzondere baten en lasten De bijzondere lasten bestaan voornamelijk uit extra loon- en pensioenkosten 2009 en 2010. Bijzondere baten zijn de vrijval van een aantal BTW-posten blokkeringen doordat met de fiscus overeenstemming is bereikt over afwikkeling van oude jaren. Een andere eenmalige bate is het conform BBV terugdraaien van eerder ten onrechte afgeschreven gronden.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 258
/ G e m e e n t e B r e da
Rente eigen financieringsmiddelen Deze post bevat de opbrengsten van de bespaarde rente en de halve omslagrente op de nieuwe investeringen (begroot). Het eerste deel is conform begroting ten gunste van diverse centrale en decentrale reserves gebracht. Het tweede deel is ingezet ten gevolge van de algemene middelen. Stelposten Het negatieve saldo is veroorzaakt door de voorlopige resultaatverwerking van de Bestuurs rapportage. Stelpost Onvoorzien De inzet van de stelpost onvoorzien in 2010 is als volgt: Stelpost Onvoorzien
385.000
Loods Carnavalswagens
-22.000
Planschade
-92.040
Bestemmingsplan Ulvenhout
-70.000 200.960
Mutaties via reserves De bijdragen aan of uit de reserves zijn conform de begroting. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare reserves
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Algemene reserve
28.820
-2.504
26.316
Reserve begrotingsbeeld
21.685
-5.966
15.719
Exploitatiereserve (overhevelingen)
25.431
-19.444
5.987
3.974
-2.021
1.953
28.110
-3.750
24.360
108.235
-33.685
74.550
Bedrijfsreserve Reserve BCF
215
Investeringsreserve Totaal reserves
215
Toelichting reserves: De centrale reserves worden in hoofdstuk 5.3 Financiële rekening, Toelichting op de balans, nader toegelicht. (bedragen x € 1.000)
Beschikbare voorzieningen
Stand 01-01-10
Mutaties in 2010
Eindstand 31-12-10
Centrale personeelsvoorziening
1.885
-737
1.148
Centrale onderhoudsvoorziening
6.443
-2.823
3.620
Onderhoud stadskantoren (intern)
2.243
-188
2.055
10.571
-3.748
6.823
Totaal voorzieningen
Toelichting voorzieningen: Uit de centrale personeelsvoorziening worden kosten gedekt van voormalig personeel. De centrale onderhoudsvoorziening is in 2010 verdeeld naar de taakvelden. Omdat voor het totaal van de onderhoudsvoorzieningen een onderdekking is geconstateerd heeft een extra (aanvullende) dotatie plaatsgevonden van € 2,7 miljoen. De voorziening voor onderhoud Stadskantoren betreft een voorziening voor onderhoud.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 259
/ G e m e e n t e B r e da
Bedrijfsmiddelen SSC
3.188
1.240
1.094
1.094
Bedrijfsmiddelen SSC restantkredieten
1.570
947
581
581
Totaal investeringen
4.758
2.187
1.675
1.675
Toelichting investeringen: De investeringen betreffen alleen bedrijfsmiddelen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 260
/ G e m e e n t e B r e da
2013 e.v.
2012
2011
Nog af te wikkelen
Totaal begroting 2010
Investeringen
Werkelijke uitgaven 2010
(bedragen x € 1.000)
0
0
DE FINANCIËLE POSITIE ANDERS BELICHT
6
6
DE FINANCIËLE POSITIE ANDERS BELICHT 6.1
ALGEMENE INLEIDING Het BBV verplicht de gemeenten om in de begroting en jaarrekening zeven paragrafen op te nemen. Daarnaast staat het de gemeente vrij om zelf naar eigen inzicht paragrafen aan dit zevental toe te voegen. De paragrafen zijn bedoeld om de transparantie voor de raad in de gepresenteerde begroting en jaarrekening te vergroten. Daartoe biedt elke paragraaf een dwarsdoorsnede door de begroting en jaarrekening, telkens vanuit een ander gezichtspunt.
6
De verplichte paragrafen zijn: •
lokale lasten en overige tarieven;
•
weerstandsvermogen;
•
onderhoud kapitaalgoederen;
•
grondbeleid;
•
verbonden partijen;
•
financiering;
•
bedrijfsvoering.
Elke paragraaf begint met een korte algemene inleiding. Daarin wordt ingegaan op de betekenis van de paragraaf en op de belangrijkste aandachtspunten. Vervolgens wordt per paragraaf inge gaan op de actuele stand van zaken van het desbetreffende onderwerp, zo mogelijk voorzien van de nodige financiële informatie. Dit laatste is van belang voor de beoogde dwarsdoorsnede van de jaarrekening, steeds volgens een ander gezichtspunt. In Breda is aan de verplichte paragrafen een 8e en 9e paragraaf, respectievelijk ‘Rechtmatig heid’ als een onderdeel van het integraal risicomanagement en (Concern)control toegevoegd. Zo wordt benadrukt dat de gemeente met deze onderwerpen actief aan het werk is.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 263
/ G e m e e n t e B r e da
6.2 LOKALE LASTEN EN OVERIGE TARIEVEN Inleiding Gemeentelijke heffingen zijn in diverse taakvelden te vinden. De afvalstoffenheffing en par keerbelastingen staan in het taakveld Stadsbedrijven, de rioolheffing in het taakveld Buiten ruimte et cetera. In Breda zijn alle lasten en baten, dus ook gemeentelijke heffingen, te vinden in de taakvelden die in de begroting en jaarrekening zijn opgenomen. De paragraaf ‘lokale lasten en overige tarieven’ biedt een integraal overzicht daarvan. De volgende onderwerpen komen aan de orde: •
De jaarlijkse aanpassing van de tarieven;
•
De lokale lastendruk zijnde OZB, riool- en afvalstoffenheffing en de ontwikkeling daarvan;
•
De overige gemeentelijke opbrengsten en tarieven (rechten en leges).
Jaarlijkse aanpassing tarieven In het coalitieakkoord 2006-2010 was het beleid met betrekking tot de stijging van de lokale lastendruk vastgelegd. Conform dit beleid is bij de bepaling van de riool- en de afvalstoffenhef fing kostendekkendheid het uitgangspunt geweest. De onroerende zaakbelasting (OZB) is in 2010 geïndexeerd voor de inflatie met 2%, het gewogen gemiddelde van de loon- en prijsindex. De OZB-tarieven zijn eerst verlaagd om de gevolgen van de periodieke hertaxaties te compen seren. Daarna is de inflatiecorrectie in de OZB-tarieven verwerkt. Zo is voorkomen dat de her taxatie tot gevolg heeft dat de OZB-opbrengst stijgt. In 2010 heeft de herwaardering van alle onroerende zaken plaatsgevonden naar de waardepeil datum 1 januari 2009. De waardepeildatum die in het kalenderjaar waarvoor de WOZ-waarde wordt vastgesteld wordt gebruikt is steeds 1 januari van het jaar voorafgaand aan het kalenderjaar. De lokale lastendruk en de ontwikkeling daarvan De lokale lastendruk wordt bepaald door de OZB, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. De tarieven en opbrengsten hiervoor waren in 2010 als volgt: Overzicht lokale lasten 2010
Tarief Breda 2009
Tarief Breda 2010
Opbrengst 2010
OZB Woningen Niet woningen
0,0783 %
0,0808 %
eigenaars
0,1366 %
0,1370 %
gebruikers
0,1093 %
0,1103 %
(bedragen x € 1.000)
Begrote opbrengst 2010 (na begrotingswijziging)
€ 28.964
Opbrengst OZB 2010
€ 28.946
Rioolheffing Categorie 1 (tot en met 500 m3 afvalwater)
€ 122,88
€ 133,92
Categorie 2 (501 m3 tot en met 1.000 m3)
€ 260,64
€ 284,04
Categorie 3 (1.001 m3 tot en met 10.000 m3)
€ 0,25
€ 0,27
Categorie 4 (vanaf 10.001 m3)
€ 0,23
€ 0,25
Begrote opbrengst rioolrechten 2010
€ 10.407
Opbrengst rioolrechten 2010
€ 10.386
Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing voor huishoudens bedroeg: Meerpersoonshuishoudens
€ 343,20
€ 341,40
Éénpersoonshuishoudens
€ 287,88
€ 286,44
€ 62,76
€ 63,96
Reinigingsrecht per extra afvalcontainer Begrote opbrengst afvalstoffenheffing
€ 22.097
Opbrengst afvalstoffenheffing 2010
€ 22.348
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 264
/ G e m e e n t e B r e da
Overzicht lokale lasten 2010
Tarief Breda 2009
Tarief Breda 2010
Opbrengst 2010
Totaal lokale lasten begroting 2010
€ 61.468
Totaal lokale lasten jaarrekening 2010
€ 61.680
Jaarlijks presenteert het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Over heden) een belastingoverzicht van de grote gemeenten. Uit dit overzicht blijkt dat de woonlas ten in Breda (OZB, rioolrecht en afvalstoffenheffing) in 2010 bijna 8% boven het gemiddelde van de grote gemeenten in Nederland zit. De woonlasten blijken uit het Coelo-overzicht gemid deld € 610 per jaar te zijn. De woonlasten zijn in 2010 in de duurste van de grote gemeenten € 698 per huishouden, de goedkoopste € 480. Breda staat met € 658 op de achtste plaats (net als in 2009). Uit de Coelo-overzichten blijkt verder dat Breda met de OZB en de rioolrechten onder het lande lijk gemiddelde zit (circa 4%). De afvalstoffenheffing ligt echter 24% boven het landelijk gemid delde. Dit wordt veroorzaakt doordat de Bredanaar gratis grof huisvuil kan aanbieden. De kos ten van deze service zijn verwerkt in de tarieven. Overige gemeentelijke opbrengsten en tarieven Overige gemeentelijke opbrengsten (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Opbrengst begroot
Opbrengst werkelijk
Leges
€ 7.788
€ 8.113
Precario
€ 631
€ 689
Hondenbelasting
€ 865
€ 925
Havengelden
€ 37
€ 38
Marktgelden
€ 179
€ 201
Overige staangelden Parkeren Rechten Lijkbezorging Totaal
€ 880
€ 982
€ 13.362
€ 13.055
€ 73
€ 90
€ 23.815
€ 24.093
Legestarieven en opbrengsten burgerzaken In 2010 bedroeg de tariefstijging van de leges en opbrengsten bij burgerzaken, rekening hou dend met de wettelijk voorgeschreven maximumtarieven, voor de meeste tarieven 2%, gelijk aan het algemeen indexcijfer voor 2010. Legestarieven bouwvergunningen en opbrengsten artikel 19 WRO procedures Voor de bouwvergunningen geldt dat de meeste tarieven ten opzichte van 2009 ongewijzigd zijn gebleven. De tarieven zijn gebaseerd op een in 2009 ingevoerde berekeningswijze. Parkeertarieven In 2010 heeft slechts een beperkte aanpassing van de tarieven plaatsgevonden. De fietsen stallingen zijn vanaf 2009 gratis. Vergunningverlening en handhaving De tarieven voor vergunningverlening en handhaving zijn op een enkele uitzondering na gelijk gebleven in 2010 ten opzichte van 2009.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 265
/ G e m e e n t e B r e da
Cultuur Nieuwe Veste Conform de Algemene Voorwaarden van Nieuwe Veste zijn de tarieven voor het schooljaar 2010/2011 verhoogd met het geprognosticeerde percentage van de Consumenten Prijs Index (CPI) 2011 (1,5%). In het kader van de bezuinigingen zijn de tarieven met 1% extra verhoogd. In totaal zijn de tarieven 2010/2011 hierdoor verhoogd met 2,5%. Bibliotheek In 2010 heeft een extra tariefsverhoging plaatsgevonden (dekkingsmaatregel uit het vastge stelde beleidsplan Bibliotheek 2009-2013). De contributievrijdom tot 18 jaar is gerealiseerd en de overige tarieven zijn met € 2,00 gestegen (studenten naar € 12,50, volwassenen naar € 28,50, 65+ naar € 19,50 en het groot abonnement naar € 44,50). Voor 2011 is een geheel nieuw tariefstelsel door het College vastgesteld. Uitgangspunt hierbij is de transformatie van de lenerspas naar een ledenpas en de afschaffing van het leengeld. Breda’s Museum Breda’s Museum heeft in 2009, op grond van een vergelijking met andere musea en gerela teerd aanbod, de toegangstarieven aangepast. In 2010 zijn die herziene tarieven ongewijzigd gebleven. Wel was Breda’s Museum tijdens de looptijd van Breda Photo gratis toegankelijk, dit als onderdeel van de promotie en -marketinginspanningen in dat boekjaar. Op dit moment bezint het museum zich op een verdere actualisering van de tarifering. Die nieuwe tarifering gaat in per het culturele seizoen 2011/2012.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 266
/ G e m e e n t e B r e da
6.3 WEERSTANDSVERMOGEN 6.3.1
INLEIDING
Het weerstandsvermogen geeft aan hoe goed de gemeente bestand is tegen financiële tegen vallers en geeft daarmee inzicht in de financiële positie. Daarvoor is een actueel beeld nodig van de omvang van de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. Overigens worden tegenvallers en meevallers eerst zoveel mogelijk verwerkt binnen de begroting. Bij zowel de begroting als de jaarrekening vindt een actualisatie plaats van het weerstands vermogen zodat inzicht ontstaat in de actuele financiële positie van de gemeente. Het weerstands vermogen wordt bepaald door een confrontatie van de weerstandscapaciteit met de geactua liseerde risicopositie. In deze paragraaf zal ingegaan worden op het beleid dat de gemeente hanteert ten aanzien van de weerstandscapaciteit, een actualisering van de risicopositie en een confrontatie van beiden om zo een actueel beeld van het weerstandsvermogen te kunnen weer geven. Het gaat in deze paragraaf om die risico’s waarvoor (nog) geen maatregelen zijn getroffen. Verzekerde risico’s zoals schade, brand en aansprakelijkheid worden daarom buiten beschou wing gelaten. Als voor alle gebouwen een brandverzekering is afgesloten, dan hoort het risico van brandschade hier niet thuis. Ongedekte risico’s kunnen op vrijwel alle gemeentelijke beleidsterreinen aanwezig zijn. Het bestaan van die risico’s is pas een probleem als ze niet in evenwicht zijn met de beschikbare weerstandscapaciteit. Hierna wordt de risicopositie van de Gemeente Breda weergegeven, de weerstandscapaciteit bepaald en worden beiden met elkaar geconfronteerd en daarmee een beeld gegeven van het weerstandsvermogen. Het hieraan ten grondslag liggende beleid en de opbouw/uitgangs punten ten aanzien van de weerstandscapaciteit worden aansluitend nader toegelicht. Aan gezien niet alle risico’s zich naar verwachting gelijktijdig voor zullen doen is het gerecht vaardigd om voor de normering hiervan in de weerstandscapaciteit een inschatting te maken van de kans van voordoen en deze mee te wegen in de bepaling van de vrije ruimte. Hiermee wordt de één op één relatie van risico’s aan het weerstandsvermogen losgelaten maar wordt een betere inschatting bereikt waardoor het inzicht in de financiële positie verbeterd wordt. Dit beleidsuitgangspunt zal overigens ook in een nota verder uitgewerkt worden en vastge legd. Hoe groter de kans van optreden van een risico hoe groter de financiële impact kan zijn. Logisch gevolg is in dat geval dan ook dat er meer ruimte voor gereserveerd wordt in het weerstandsvermogen. Voor de bepaling van deze reservering voor voorziene risico’s wordt dan ook een dekkingspercentage gehanteerd op basis van de volgende verdeling: Kans (gemiddeld)
Dekkingspercentage
Groter dan 90%
100%
Tussen 75% en 90%
80%
Tussen 25% en 75%
60%
Tussen 10% en 25%
40%
Tussen 5% en 10%
20%
Kleiner dan 5%
10%
De kans van optreden kent een causale relatie met de daarbij benodigde afdekking van risi co’s. Om te voorkomen dat ieder kanspercentage individueel gekoppeld moet worden aan een financieel effect wordt gewerkt met bandbreedtes waar een vast dekkingspercentage voor wordt gebruikt. Door het koppelen van de kans van optreden aan de financiële impact kan de normering voor voorziene risico’s worden bepaald. Naast voorziene risico’s is een inherent kenmerk van risico’s dat zo ook niet voorzienbaar kunnen zijn. Voor onvoorziene risico’s is het daarom ook nood zakelijk een normering te hanteren. Hiervoor wordt een norm gehanteerd van 10% van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds, gecorrigeerd voor OZB-inkomsten, als buffer voor mogelijke tekorten in de jaarrekening en de algemene weerstandscapaciteit. Deze norm voor onvoorziene risico’s bedroeg € 18 miljoen in 2010.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 267
/ G e m e e n t e B r e da
6.3.2
DE RISICOPOSITIE VAN DE GEMEENTE BREDA
Voor de bepaling van het weerstandsvermogen moeten de gekwantificeerde risico’s van de gemeente bij elkaar opgeteld worden en moet rekening gehouden worden met de kans dat de onderkende feiten zich zullen voordoen. Voor het bepalen van de kans dat een risico geëf fectueerd wordt dient per risico een analyse beschikbaar te zijn. Uit die analyse blijkt ook welk effect wordt verwacht in het geval een risico zich voordoet. In deze jaarrekening wordt de noodzakelijke analyse gemaakt met gebruik van de op dit moment beschikbare informatie. Voor de beoordeling van de risico’s is hierbij gekeken naar het meest recente risicoprofiel van de Gemeente Breda welke is weergegeven in de Begroting 2011. Het risicoprofiel is in deze jaarrekening geactualiseerd. De situatie is nu als volgt: Risicopositie (bedragen x € 1 miljoen)
Uitwerking CAO Brandweer
1,0 (incidenteel)
Realisering Composteerbedrijf Teteringen
1,3 (incidenteel)
Realisatie Biomassacentrale
0,6 (incidenteel)
Realisatie Multifunctionele accommodaties Teteringen
0,6 (incidenteel)
Lagere opbrengst bouwleges 2011
2,0 (incidenteel)
Via Breda/Bavelse Berg/NAC
26,7 (incidenteel)
Uitvoering 'Stedelijk kompas'
pm (incidenteel)
Realisatie OV-terminal
pm (incidenteel)
Gevel Brandweerkazerne Tramsingel
pm (incidenteel) 32,2 (+ pm).
Risicopositie
Gemeentebrede risico’s Ten opzichte van de Begroting 2011 is het risicoprofiel verder onder druk komen te staan. Er zijn risico’s vervallen maar daarentegen zijn andere risico’s toegenomen. Het risico met betrekking tot de integratieheffing bij het sportcomplex JEKA zal zich niet voor doen. Met de Belastingdienst is overeenstemming bereikt over het met 'gesloten beurzen' afwikkelen van het verleden. De Belastingdienst zal geen boekenonderzoeken uitvoeren over de jaren tot en met 2008 zodat een mogelijke naheffing op dit vlak achterwege zal blijven. De blokkering die hiervoor was opgenomen in het risicoprofiel kan daarmee komen te vervallen. Hetzelfde geldt voor het risico van herziening van de BTW-mengpercentages welke als pmrisico opgenomen was. Het risico voor het Nieuw Stedenbeleid was eveneens als pm-post opgenomen. Inmiddels is de nieuwe periode ingegaan en zijn doelstellingen en beschikbare middelen met elkaar in overeenstemming gebracht. Het risico kan daarmee uit het profiel vervallen. Wel moet worden geconstateerd dat risico’s met betrekking tot Via Breda, de Bavelse berg en NAC groter zijn geworden. Voor wat betreft de Bavelse berg heeft de provincie besloten een subsidie van € 4 miljoen niet toe te kennen waardoor het moeilijk zal zijn de gemaakte kosten voor het project terug te verdienen. Voor wat betreft NAC zijn de risico’s toegenomen door een verslechtering van hun financiële positie. De gemeente is grotendeels eigenaar van het voetbalstadion en verhuurt dit aan NAC tegen een kostprijsdekkende huur. De investering die in het pand is gedaan bedraagt ± € 20 miljoen. Mocht de financiële positie van NAC verder verslechteren dan kan de verhuurbaarheid van het stadion in het gedrang komen. In het uiter ste geval blijft de gemeente zitten met een object waarvoor nauwelijks gebruiksmogelijkheden zijn. Daarnaast heeft NAC recent besloten zijn claim jegens de gemeente door te zetten. Het risico is aanwezig dat deze claim (deels) gehonoreerd zal/moet worden. Binnen Via Breda is vooral sprake van toegenomen marktrisico’s. Tenslotte kunnen zich ook risico’s voordoen van uit de cost to complete rapportage. Voor het overige zijn de bij de Begroting 2011 genoemde risico’s nog actueel. De resterende risico’s zijn nog steeds manifest. Een korte toelichting op deze risico’s wordt hieronder weergegeven. Uitwerking CAO Brandweer De CAO kent voor het brandweerpersoneel bepalingen met betrekking tot functioneel leef tijdsontslag (FLO). Met dit FLO zijn mogelijk extra lasten gemoeid wanneer onvoldoende mid
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 268
/ G e m e e n t e B r e da
delen zijn opgebouwd. Dit kan zich voordoen op het moment dat daadwerkelijk aanspraak hierop wordt gemaakt. Vanwege deze onzekerheid in de uitwerking van de regeling wordt dit als een risico gezien. Voor dit effect is een bedrag van € 1,0 miljoen ingeschat. De kans dat dit risico zich daadwerkelijk voordoet wordt geschat op 80%. Composteerbedrijf Teteringen De wijze waarop het op- en overslagbedrijf (voorheen composteerbedrijf Teteringen) zal wor den voortgezet is gerelateerd aan de besluitvorming met betrekking tot de realisatie van de biomassacentrale. Dit is mede bepalend voor de uiteindelijke vorm waarin het op- en overslag bedrijf voortgezet wordt. Mede in relatie tot de biomassacentrale is er sprake van een risico. De kans dat dit risico zich daadwerkelijk voordoet wordt geschat op 50%. Realisatie Biomassacentrale De besluitvorming met betrekking tot de realisatie van de biomassacentrale in Breda vordert. Inmiddels is een voorkeur voor realisatie van deze centrale aan de Nieuwe Kadijk uitgespro ken. De verdere realisatie kent echter nog wel risico’s. Mocht de biomassacentrale uiteindelijk niet gerealiseerd worden dan kunnen de voorbereidingskosten niet terugverdiend worden en dient dit als verlies genomen te worden. Dit vormt een risico van € 550.000 (afgerond € 0,6 miljoen) en is opgenomen in het risicoprofiel. De kans dat dit risico zich daadwerkelijk voor doet wordt geschat op 50%. Multifunctionele accommodaties Teteringen De realisatiemogelijkheden van de MFA’s in Teteringen zijn afhankelijk van de ontwikkelings opgaven van Teteringen als geheel. De verhuur van de MFA’s zal wel gerealiseerd kunnen wor den echter er zijn nog geen overeenkomsten gesloten c.q. intenties uitgesproken waardoor er nog sprake is van risico’s. De risico’s worden ingeschat op € 0,6 miljoen. De kans dat dit risico zich daadwerkelijk voordoet wordt geschat op 80%. Lagere opbrengst bouwleges De financiële crisis heeft ook zijn weerslag op het aantal bouwactiviteiten in Breda en in het verlengde hiervan op het aantal aanvragen voor bouwvergunningen. Naar aanleiding hiervan zal worden gekeken naar maatregelen om de inkomstendaling te compenseren. Het risico bestaat echter dat de bijsturingsmaatregelen (kostenreductie) onvoldoende mogelijkheden bieden om de inkomstendaling volledig te compenseren. Met het oog hierop is voor 2011 een bedrag van € 2,0 miljoen als risico opgenomen. De kans dat dit risico zich daadwerkelijk voor doet wordt geschat op 95%. In 2010 was een bedrag van € 1,1 miljoen opgenomen in verband met lagere inkomsten voor bouwleges. Dit bedrag is daadwerkelijk benodigd en wordt aangewend in deze jaarrekening. Via Breda/Bavelse Berg/NAC Zoals hiervoor aangegeven zijn de (markt-)risico’s op deze gebieden de laatste tijd toegeno men. Hoewel moeilijk afzonderlijk te kwantificeren wordt ingeschat dat deze risico’s tot een bedrag van € 26,7 miljoen kunnen oplopen. Voor wat betreft de cost to complete risico’s betreft dit ondermeer programma-management en de winkelconcentratie Teteringen. De kans dat deze risico’s zich voordoen wordt ingeschat op 50% Stedelijk Kompas Het Stedelijk Kompas betreft een intensivering van de aanpak in de maatschappelijke opvang, verslavingszorg en de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGz). Met het Stedelijk Kom pas gaat de gemeente er van uit dat ieder die op straat leeft een zorgaanbod nodig heeft. Om passende zorg aan te bieden gaat de gemeente in de komende jaren werken met een indivi duele aanpak en gaat zij de samenwerking tussen de betrokken organisaties verbeteren. De realisatie van het Stedelijk Kompas kan alleen plaats vinden wanneer er voldoende middelen aanwezig zijn. Aangezien onvoldoende zekerheid hieromtrent bestaat is dit als risico gesigna leerd. Een kwantificering hiervan is echter niet te maken.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 269
/ G e m e e n t e B r e da
OV-terminal De ontwikkeling van Via Breda is het grootste project wat momenteel in Breda ter hand is genomen. Door de grote alleen al is dit ook een risicovolle ontwikkeling. De OV-terminal vormt de centrale spil hierin en kent een groot aantal betrokken partijen die deze terminal gaan realiseren. De realisatie van de terminal kent door het groot aantal participanten en financieringsbronnen ook de nodige onzekerheden. Deze onzekerheden zijn niet eenvoudig kwantificeerbaar, bovendien aan mutaties onderhevig maar worden wel onderkend middels het opnemen van een p.m.-post. Risico gevel Brandweerkazerne Tramsingel Sinds 1 januari 2010 vormt de brandweer geen onderdeel meer van de gemeentelijke organi satie maar de brandweerkazernes zijn nog in eigendom van de Gemeente Breda. Aan de brandweerkazerne aan de Tramsingel zijn echter ernstige gebreken in de muur van het bin nenterrein geconstateerd. De exacte herstelkosten hiervan zijn nog niet bekend evenals de aansprakelijkheid. Dit risico wordt daarom pro memorie opgenomen in het risicoprofiel. Specifieke risico’s grondexploitatie De exploitatie van gronden heeft een ander karakter dan de andere activiteiten en werkzaam heden van een gemeente. Dit brengt ook specifieke risico’s met zich mee. Voor wat betreft grote en complexe vastgoedontwikkelingen doen zich tijdens de ontwikkeling en uitvoering ontwikkelingen voor met risico’s waardoor gestelde doelen en resultaten later dan voorzien of in het geheel niet gehaald worden. Dit wordt veroorzaakt door de kenmerken die grond c.q. vastgoedexploitatie eigen zijn, namelijk kapitaalintensieve en procedureel lange complexe pro cessen die daarnaast sterk markt- conjunctuurgevoelig zijn. Ten behoeve van de risico’s Grond bedrijf wordt een actief risicomanagement gevoerd en het weerstandsvermogen bepaald. Periodiek wordt een afzonderlijke risicorapportage opgesteld. Een belangrijk risico bij het Grondbedrijf betreft de ontwikkeling van Teteringen. Het later tot ontwikkeling komen van diverse bouwplannen betekent dat in de betrokken grondexploitaties rekening moet worden gehouden met hogere rentelasten. De effecten en risico’s van de economische crisis zoals die zich momenteel op zowel het grondbedrijf als de overige gemeentelijke onderdelen voordoen zijn in de Jaarrekening 2010 verwerkt. Voor de overige, op dit moment voorziene gevolgen, heeft zoveel mogelijk een ver taling plaatsgevonden van deze effecten in de Begroting 2011 en wordt dit hier in deze jaar rekening geactualiseerd. Voor de nog niet voorzienbare effecten is in de algemene reserve geen vrije ruimte meer beschikbaar. De actuele omstandigheden met betrekking tot de ontwikkelingen van de markt en de stedelij ke programmeringsvraagstukken blijven bovendien voor onzekerheden zorgen. De contouren van de effecten van de rijksbezuinigingen op de gemeentelijke begrotingen worden wel dui delijker. Zo zijn de effecten op de algemene uitkering nagenoeg gelijk aan de eerdere inschat tingen die door ons gemaakt zijn. Wel zullen een aantal taken vanuit het rijk gedecentrali seerd worden die impact zullen hebben op de Gemeente Breda. De uitwerking van deze decentralisatie van taken is echter nog niet bekend zodat op dit vlak onzekerheden blijven bestaan. Totaalbeeld risicoprofiel Het totale berekende gemeentebrede risico komt in deze jaarrekening uit op afgerond € 25,5 mil joen. Alle risico’s hebben, zoals blijkt, een incidenteel karakter. Zij moeten dus alle vanuit de inci dentele weerstandscapaciteit (de algemene reserve) worden gedekt. Voor wat betreft de risico’s van de grondexploitatie zijn de risico’s momenteel groot als gevolg van de huidige economische ontwikkelingen. Binnen de grondexploitatie wordt ter beperking van deze risico’s een actief risico management gevoerd. De komende tijd is de verwachting dat de risico’s groot blijven.
6.3.3
DE WEERSTANDSCAPACITEIT VAN DE GEMEENTE
Om gevolgen van niet gedekte risico’s financieel te kunnen verwerken dient de gemeente te beschikken over voldoende weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit heeft zowel een incidentele als een structurele component. Hiermee wordt aansluiting gezocht op dit onder scheid in de exploitatie. Ook daar is sprake van een onderscheid in eenmalige (dus incidentele)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 270
/ G e m e e n t e B r e da
en terugkerende (dus structurele) uitgaven. Het uitgangspunt dat structurele uitgaven moeten worden afgedekt met structurele inkomsten gaat dus ook op voor de afdekking van risico’s. Een incidenteel risico wat zich voordoet kan, indien nodig, afgedekt worden vanuit de inci dentele weerstandscapaciteit terwijl structurele gevolgen van een risico opgevangen dienen te worden vanuit de structurele weerstandscapaciteit. Binnen de incidentele weerstandscapaciteit wordt een onderscheid gemaakt in de algemene reserves, bestemmingsreserves en stille reserves. Normering weerstandscapaciteit voorziene risico's (bedragen x € 1 miljoen)
Financieel effect
Kansclassificatie
Dekkingspercentage
Risico
Genormeerd aandeel weerstandsvermogen
Composteerbedrijf Teteringen
1,3
50%
60%
0,80
Uitwerking CAO Brandweer
1,0
80%
80%
0,80
MFA Teteringen
0,6
80%
80%
0,50
Lagere opbrengst bouwleges
2,0
95%
100%
2,00
Realisatie Biomassacentrale
0,6
50%
60%
0,40
26,7
50%
60%
Cost to complete, Via Breda, Bavelse Berg c.a./ NAC
1
Exclusief de P.M-posten voor de uitvoering van het Stedelijk Kompas, de realisatie van de OV-terminal en de gevel van de Brandweerkazerne aan de Tramsingel.
De dekkingspercentages zijn niet altijd gelijk aan de kansclassificatie. Om te voorkomen dat ieder kanspercentage individueel gekoppeld moet worden aan een financieel effect wordt gewerkt met een bandbreedte met een vast dekkingspercentage. Voor de gemeentebrede algemene reserve wordt daarnaast voor onvoorziene risico’s een norm gehanteerd van 10% van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds, gecorrigeerd voor OZBinkomsten, als buffer voor mogelijke tekorten in de jaarrekening en de algemene weer standscapaciteit. Deze norm voor onvoorziene risico’s bedroeg € 18 miljoen in 2010 en moet worden opgeteld bij de normering voor voorziene risico’s. De benodigde incidentele weer standscapaciteit bedraagt dus op dit moment totaal € 38,5 miljoen. Door de versnelling van de taakstelling en toevoeging van dit incidentele voordeel aan het weerstandsvermogen kan de verslechterde risicopositie worden opgevangen. De algemene reserve van het grondbedrijf kent momenteel eveneens geen vrije ruimte (zie hiervoor de paragraaf grondbeleid). In de komende jaren zal deze reserve wel in omvang groeien als gevolg van winstnemingen. De gewenste omvang van € 25 miljoen zal, op basis van de huidige informatie, echter op zijn vroegst pas na 2016 worden bereikt. De algemene reserve van de BSW kent naar aanleiding van een onderzoeksrapportage uit 2008 mogelijk vrije ruimte. Om hier zekerheid over te verkrijgen dient echter nader onderzoek verricht te worden. Wel staan de resultaten van de BSW de komende jaren onder druk als gevolg van de economische omstandigheden en de rijksbezuinigingen die op het terrein van de sociale werk voorziening plaats zullen gaan vinden. De bestemmingsreserves en stille reserves leveren geen beschikbare ruimte ten behoeve van de weerstandscapaciteit. In paragraaf 6.3.5 wordt de opbouw, in het bijzonder van de algemene reserves, nader uiteengezet. Binnen de structurele weerstandscapaciteit worden de post onvoorzien, de onbenutte belasting capaciteit, de aanwezige structurele begrotingsruimte en het vermogen om bezuinigingen door te voeren onderscheiden. De beschikbare structurele weerstandscapaciteit bedraagt € 6,6 miljoen; € 0,2 miljoen vanuit de post onvoorzien en € 6,4 miljoen vanuit de onbenutte belastingcapaciteit.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
16,00 20,501
Totaal generaal
p 271
/ G e m e e n t e B r e da
6.3.4
CONFRONTATIE WEERSTANDSCAPACITEIT EN RISICO’S
Het voorziene risico dat de gemeente op dit moment (genormeerd) loopt, bedraagt € 20,5 miljoen + p.m. posten. Voor onvoorziene risico’s wordt een normbedrag van € 18 miljoen gehanteerd. De omvang van de algemene reserve concern ligt op dit moment echter lager (± € 26 miljoen) dan deze norm zodat er geen vrije ruimte beschikbaar is. De risico’s zijn alle incidenteel van aard en zullen zich niet allemaal gelijktijdig manifesteren. De gevolgen van de economische crisis blijven een belangrijke onzekere factor. De bezuinigings opgave waar Breda voor staat bedraagt € 30 miljoen. In de Begroting 2011 is besloten deze taakstelling versneld te realiseren. In 2012 moet deze volledig ingepast zijn. Zoals geconstateerd is de omvang van de algemene reserve concern op dit moment ontoe reikend. Onderstaande grafiek geeft het verloop van de vrije ruimte weer vanaf de Begroting 2008 tot aan deze jaarrekening. Het groene deel van de kolommen geeft de beschikbare ruimte weer. De blauwe en rode vlakken geven de norm voor onvoorziene risico’s en de bekende risico’s weer. De rode lijn geeft de stand van de algemene reserve weer. Bij deze jaarrekening blijkt dat de risicopositie inmiddels groter is dan de beschikbare omvang van de algemene reserve concern: 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 2008
2009
2010
2011
jaar 2010
6.3.5 RISICOMANAGEMENT EN BELEID TEN AANZIEN VAN WEERSTANDSCAPACITEIT Aan de bepaling van de risicopositie en de weerstandscapaciteit liggen beleidsmatige uitgangs punten ten grondslag. Deze uitgangspunten zijn nog niet verwoord in een beleidsnotitie en dus is een nadere uiteenzetting in deze paragraaf op zijn plaats. Vanuit het rijk zijn er geen specifieke normen geformuleerd in relatie tot de risico’s op gemeen telijk niveau. Binnen Breda wordt zowel voor de voorziene als onvoorziene risico’s een norm bedrag gehanteerd. De bepaling van deze normen wordt in de inleiding nader uiteengezet en vervolgens 'geconfronteerd' met het risicoprofiel. Jaarlijks wordt het risicoprofiel van de gemeente herijkt. Het geactualiseerde profiel wordt daarbij weergegeven in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting en de jaarrekening. Risico’s worden geïnventariseerd, voor zover mogelijk voorzien van financiële gevolgen en indien nodig worden er maatregelen aan verbonden om het risico in te perken. Deze risico analyses moeten regelmatig herhaald en geactualiseerd worden en de benodigde maatrege len moeten een integraal onderdeel van de activiteiten gaan vormen. Bij de jaarrekening en de begroting worden de resultaten in de paragraaf weerstandsvermogen weergegeven en in de kadernota en bestuursrapportages worden specifieke ontwikkelingen met betrekking tot risi co’s zonodig nog toegelicht. Het risicomanagement moet dus bestaan uit: •
de identificatie van risico’s;
•
de analyse en beoordeling van risico’s;
•
beheersing van risico’s en
•
structurele inpassing in het beleid.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 272
/ G e m e e n t e B r e da
De toegevoegde waarde van deze risicoanalyses is dat de raad zich voortdurend bewust kan zijn van de aard en de omvang van de risico’s en daardoor tijdig in staat is maatregelen te tref fen om de mogelijke effecten daarvan beheersbaar te maken. Het gaat er hierbij om de kans dat het risico optreedt te beïnvloeden en het financiële gevolg te beperken. Om een risico beheersbaar te maken kan een aantal maatregelen genomen worden. De mogelijke manieren waarop dit kan zijn: •
vermijden/voorkomen: het beleid dat het risico veroorzaakt wordt stopgezet, op een ande re manier vorm gegeven of niet opgestart;
• verminderen: de kans op optreden en/of het gevolg hiervan worden afgezwakt. Dit kan bijvoorbeeld door het afsluiten van een verzekering, het treffen van een voorziening of een budget in de begroting; • overdragen/uitbesteden: hierbij wordt er voor gekozen om het beleid dat het risico met zich meebrengt uit te laten voeren door een andere betrokken partij die daarbij ook de financiële risico’s overneemt; •
accepteren: als een risico niet kan worden vermeden, verminderd of overgedragen dan dient dit geaccepteerd te worden en de eventuele financiële gevolgen opgevangen te worden met het weerstandsvermogen.
Middels het periodiek analyseren van de risico’s wordt zo een actueel beeld van de risicoposi tie verkregen. Uiteraard komen in deze paragraaf alleen risico’s aan de orde die niet op een andere wijze afgedekt zijn. Begin 2009 is het plan van aanpak risicomanagement opgesteld en is een start gemaakt met de implementatie hiervan. Als eerste concreet resultaat heeft iedere directie de top-10 van de belangrijkste risico’s uitgewerkt. Vervolgens is het zaak om de analyse verder te verdiepen en uit te breiden zodat het risicomanagement verder inhoud wordt gegeven. Naast de uitrol van risicomanagement wordt ook het beleid met betrekking tot weerstands vermogen invulling gegeven. Momenteel wordt in een beleidsnota uitgewerkt hoe de norme ring voor het weerstandsvermogen ingevuld dient te worden. De uitgangspunten ten aanzien van de weerstandscapaciteit en de bepaling van de hoogte hiervan worden hier per onderdeel toegelicht.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 273
/ G e m e e n t e B r e da
Algemene reserves De algemene reserves behoren tot de incidentele weerstandscapaciteit voor zover deze vrij beschikbaar zijn. De totale algemene reservepositie bestaat uit de algemene reserve welke gemeentebreed ingezet kan worden, de algemene reserve van het grondbedrijf en de alge mene reserve van de BSW. Bij de behandeling van de Begroting 2011 is besloten de realisatie van de taakstellingen te versnellen en in 2012 volledig te realiseren. Door de versnelling van de taakstelling wordt vroegtijdig geanticipeerd op de financiële opgave waarvoor gemeenten staan. (bedragen x € 1 miljoen)
2011
2012
2013
2014
Stand algemene reserve per 31-12 (1e jaar 2010)
26,3
19,5
32,2
39,4
Af: blokkering brandweer
-11,1
-0,5
-0,2
-0,1
A) Algemene reserve Concern
Af: blokkeringen basisregistraties en wijkontwikkeling.
4,3
13,2
7,4
2,8
Gecorrigeerde stand algemene reserve
19,5
32,2
39,4
42,1
Af: norm voor onvoorziene risico’s1
18,0
18,0
18,0
18,0
Af: voorziene risico’s
20,5
20,5
20,5
20,5
0,0
0,0
0,9
3,6
Vrije ruimte per 31-12 B) Algemene reserve Grondbedrijf Omvang reserve per 31-12 Af: norm weerstandsvermogen Vrije ruimte per 31-12
-0,1
-1,2
-1,9
5,2
25,0
25,0
25,0
25,0
0,0
0,0
0,0
0,0
1,4
1,4
1,4
1,4
C) Algemene reserve BSW Omvang reserve per 31-12
1
Af: norm voor risico’s
1,4
1,4
1,4
1,4
Vrije ruimte per 31-12
0,0
0,0
0,0
0,0
Naast de gekwantificeerde en p.m. risico`s wordt op basis van een norm een bedrag voor onbekende/onvoorziene risico`s opgenomen. Deze norm is bepaald op 10% van de algemene uitkering gecorrigeerd voor OZB-inkomsten. Voor Breda komt dit voor 2011 neer op € 18 miljoen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 74
/ G e m e e n t e B r e da
Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves worden in beginsel ook gerekend tot de incidentele weerstandscapaciteit. De reden hiervan is dat de bestemming door de raad bepaald wordt en te allen tijde kan worden gewijzigd. De bestemmingsreserves hebben ultimo 2010 een omvang van € 81,8 miljoen. Het wij zigen van een bestemming van dit soort reserves kan overigens niet meer zonder gevolgen. Veelal zijn in de loop van de tijd ontwikkelingen gestart die het zondermeer wijzigen van een bestem ming onmogelijk maken zonder dat dit financiële en maatschappelijke effecten heeft. Gelet hierop wordt er voor gekozen de bestemmingsreserves niet te betrekken bij de weerstandscapaciteit. De afgelopen jaren is de omvang van de bestemmingsreserves ook reeds sterk gedaald waardoor de mogelijkheden deze bij het weerstandsvermogen te betrekken sterk gedaald zijn. Inzet van bestemmingsreserves om negatieve effecten op te vangen is niet meer mogelijk zonder daarbij bestemmingen van reserves af te halen en de oorspronkelijke doelstellingen bij te stellen. Stille reserves Van stille reserves wordt gesproken op het moment dat bezittingen - veelal activa - een markt waarde hebben die hoger ligt dan de boekwaarde van dat moment. Deze stille reserves zitten daarbij wel besloten in de activa waardoor de opvoering hiervan in de weerstandscapaciteit min der voor de hand ligt. De mate van verhandelbaarheid is hierin leidend. De Gemeente Breda bezit de nodige panden en gronden (vaste activa) en aandelen. Zowel de vaste activa als de aandelen hebben stille reserves in zich. De omvang hiervan is echter niet direct te bepalen maar de boekwaarde hiervan bedraagt ultimo 2010 € 251,1 miljoen. Om te kunnen bepalen of er vanuit stille reserves bijdragen aan het weerstandsvermogen kunnen worden geleverd is het allereerst benodigd om hier dus een totaalbeeld van te vormen. Om dit beeld te kunnen bepalen zal hiertoe een onderzoek worden uitgevoerd. Onvoorzien De post onvoorzien bedroeg in de Begroting 2010 € 385.000. Hiervan resteert eind 2010 een bedrag van € 200.960. Onbenutte belastingcapaciteit De onbenutte belastingcapaciteit geeft een indicatie van de mogelijkheden die een gemeente heeft om haar inkomsten via extra belastingopbrengsten te verhogen. Voor Breda is bekeken welke mogelijkheid er nog is om de OZB te verhogen tot het normtarief-OZB voor ‘toelating’ tot artikel-12 van de financiële verhoudingswet (Fvw). Het normtarief artikel-12 bedroeg voor 2010 0,1164% WOZ-waarde. Het gewogen Bredase OZB-tarief lag voor 2010 op 0,0962%. De onbenutte belastingcapaciteit bedroeg dus 0,0202% WOZ-waarde wat overeenkomt met een ruimte van € 6,4 miljoen. De structureel beschikbare vrije ruimte in de begroting Zonder aanvullende maatregelen is in de begroting van Breda geen structureel vrije ruimte beschikbaar. Uitgangspunt is dat de beschikbare ruimte in de meerjarenbegroting reeds geoor merkt is voor nieuw beleid en nieuwe investeringen in de toekomst. Het vermogen om bezuinigingen door te voeren Als de geïnventariseerde structurele risico’s zich voordoen en zodanige gevolgen zouden hebben dat deze niet kunnen worden gedekt, dient de gemeente om te buigen of te bezuinigen teneinde de meerjarenraming voor de toekomst opnieuw sluitend te maken. Tijdelijke inzet van de incidentele weerstandscapaciteit om meer tijd te creëren voor het bereiken van een definitieve oplossing kan een snelle voorlopige dekking voor dit probleem bieden, in afwachting van het vinden van een zorgvuldig afgewogen oplossing. Risicomanagement heeft nadrukkelijke aandacht. De beleidsmatige uitgangspunten zoals die hier voor weergegeven zijn zullen verder worden ontwikkeld waardoor een beter zicht op de risico positie ontstaat. De uitrol en implementatie hiervan zal echter de nodige tijd vergen. Met name de bewustwording van het belang hiervan en de implementatie organisatiebreed zullen intensieve trajecten betekenen. Een verdere uitwerking van het beleidskader risicomanage ment en weerstandsvermogen vormen tevens onderdeel van dit ontwikkelingsproces. In dit beleidskader zal ondermeer in worden gegaan op de organisatie van risicomanagement en zullen de normen voor de weerstandscapaciteit verder worden uitgewerkt.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 275
/ G e m e e n t e B r e da
6.4 KAPITAALGOEDEREN 6.4.1
INLEIDING
De paragraaf kapitaalgoederen gaat over het onderhoudsniveau van kapitaal investeringen en is met name gericht op kapitaalgoederen in de openbare ruimte of ten behoeve van het openbaar belang. Kapitaalgoederen zijn investeringen met een langdurig economisch of maatschappelijk nut. Deze kapitaalgoederen kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën: •
infrastructurele kapitaalgoederen zoals wegen, rioleringen en kunstwerken;
•
voorzieningen zoals openbaar groen, verlichting of sportfaciliteiten;
•
gebouwen en installaties.
In deze paragraaf wordt tevens ingegaan op de wijze van onderhoud van met name de zwaardere voertuigen. De mate van onderhoud bepaalt de kwaliteit van de kapitaalgoederen. Omdat kapitaal goederen een meerjarig nut kennen, wordt het onderhoud structureel gepland.
6.4.2
BEHEER EN ONDERHOUD BUITENRUIMTE
Beleidskader Het beleidskader waarin de omgang met de kapitaalgoederen van Buitenruimte is vervat, is opgebouwd in een raamdocument (Buitenruimteplan, 1998) waarin prioriteit gelegd wordt bij een buitenruimte die schoon, heel, veilig en bruikbaar is. In dit plan is de basis gelegd voor planmatig beheer en onderhoud. Gekoppeld aan dit raamdocument zijn deelplannen opge steld in twee categorieën: •
gebiedsplannen: deze bevatten de gebiedsgerichte uitwerking van het Buitenruimteplan, met een optimale afstemming van enerzijds de behoeften van burgers en bedrijven en anderzijds de technische, financiële en juridische mogelijkheden;
•
elementplannen: hierin wordt het beleid ten aanzien van het beheer van de verschillende elementen op stedelijk niveau uitgezet.
In 2009 is een nieuwe visie op de openbare ruimte vastgesteld. Daarin hebben naast het beheer van de openbare ruimte (schoon - heel - veilig) ook de inrichting en het gebruik een plaats, aan de hand van de kernwaarden: gedeelde ruimte, herkenbare ruimte en duurzame ruimte. Voor de Begroting 2010 vormt het Buitenruimteplan nog het beleidskader. In 2010 krijgt de implementatie van de nieuwe visie alle aandacht en in 2011 zal deze implementatie terug te vin den zijn in de bestuurlijke doelstelling. Hieronder het overzicht van de bestaande plannen: Gebiedstypeplannen
Elementplannen
Hoofdwegen- en hoofdfietspadenstructuur
Verhardingen
Stadshart
Civieltechnische kunstwerken
Centrumgebieden
Verkeersvoorzieningen
Woongebieden
Verlichting
Bedrijventerreinen
Riolering (Gemeentelijk Rioleringsplan, GRP)
Bijzondere gebieden (natuurgebieden, recreatieplassen en parken)
Openbaar groen / Speelvoorzieningen
Buitengebied
Sierende elementen
Financiële consequenties In de gebiedstype- en elementplannen wordt aangegeven hoe een adequaat beheer van de voorzieningen in de openbare ruimte eruit ziet. De realisatie van deze kwaliteit is afhankelijk van de toewijzing van middelen. Besluitvorming door de raad over de mate van toewijzing van middelen vindt plaats binnen de gemeentelijke planning- en controlcyclus en meer in het bij zonder bij de uitwerking van het coalitieakkoord. De daadwerkelijke uitvoering van het beheer en onderhoud van de voorzieningen in de openbare ruimte wordt jaarlijks via het uitvoerings programma geprogrammeerd. De toegewezen begrotingsmiddelen zijn daarmee maatgevend voor het realiseren van het ambitieniveau uit het beleidskader.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 2 76
/ G e m e e n t e B r e da
In 2010 zijn enkele substantiële taakstellingen verwerkt in de begroting van Buitenruimte, het gevolg van de financiële krapte veroorzaakt door de wereldwijde economische crisis. Hierdoor waren de beschikbare investeringsmiddelen veel lager dan in de afgelopen jaren. Als gevolg zijn bij verhardingen slechts enkele groot onderhoudprojecten uitgevoerd. Bij openbare ver lichting is het geplande onderhoud volledig uitgevoerd. De beperkte beschikbare middelen bij groenonderhoud zijn eveneens zo goed mogelijk ingezet op het in stand houden van de duur zame kapitaalgoederen (m.n. bomen). In het algemeen zijn de onderhoudsachterstanden ech ter niet verkleind, vanwege de beperkte middelen.
6.4.3
BEHEER EN ONDERHOUD RIOLERING
Het beheer en onderhoud van de gemeentelijk riolering wordt bepaald aan de hand van het nieuwe Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (V-GRP) 2010-2013. Binnen dit V-GRP is er naast aandacht voor de afvalwaterzorgplicht (de duurzame instandhouding van de riolering), tevens aandacht voor de nieuwe hemelwaterzorgplicht en grondwaterzorgplicht. Binnen de afvalwa terzorgplicht wordt het afvalwater getransporteerd naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie. De gemeente dient daarvoor het rioolstelsel en de gemalen te onderhouden. Bij de zorgplicht hemelwater is er een aantal opties om er voor te zorgen dat het regenwater minimale overlast veroorzaakt door het transporteren naar de zuivering, naar het oppervlaktewater of door het te infiltreren in de grond. Bij de zorgplicht grondwater heeft de gemeente de rol om bij vast gestelde overlast de burger naar de juiste instantie te verwijzen (gemeente, waterschap, pro vincie of particulier) en indien het overlast betreft, op gemeentegrond, dit probleem binnen haar vermogen op te lossen. Binnen het nieuwe verbrede GRP worden projecten uitgevoerd om aan de verschillende zorgplichten invulling te geven. Hierbij kan gedacht worden aan het aanleggen van een gescheiden rioolstelsel in bepaalde wijken, het vervangen van riolering, die niet meer aan de kwaliteitseisen voldoet, en het onderhouden van gemalen en drukriolering. De burgers en bedrijven van Breda betalen een rioolheffing. De opbrengst hiervan dient geheel aan het vervullen van de drie zorgplichten besteed te worden. De uitgevoerde werkzaamhe den in 2010 zijn verlopen conform het beleid welke is verwoord in het V-GRP 2009-2013. In 2010 is circa € 9,2 miljoen euro uitgegeven in het kader van de drie zorgplichten uit het V-GRP. Het grootste deel (circa € 8,5 miljoen) hiervan gaat naar de afvalwaterzorgplicht (riole ring en waterzuivering).
6.4.4
BEHEER EN ONDERHOUD ACCOMMODATIES
Voor het uitvoeren van planmatig onderhoud aan de gemeentelijke accommodaties wordt gebruik gemaakt van het Planon onderhoudssysteem. Met behulp van dit systeem wordt, naast het opstel len van de planning van het onderhoud, met de hieraan verbonden kosten ook de dotatie aan voorzieningen bepaald. In 2007/2008 is een traject gestart van herinspecties en actualisatie van de onderhouds planningen voor alle gemeentelijke gebouwen. Dit traject is begin 2009 afgerond. Op basis van deze informatie is een rapportage opgesteld. De conclusie van de rapportage is dat na toepassing van een aantal sturingsmaatregelen sprake is van toereikende onderhouds voorzieningen voor de komende 10 jaar. Dit vraagt wel een strakke sturing en monitoring van planning versus realisatie. Hiervoor zijn een aantal instrumenten beschikbaar in de vorm van rapportages en periodieke evaluaties. De gemeentebrede strakke sturing heeft in 2010 geleid tot aanpassingen in zowel de plannin gen als in de realisatie, waardoor de bevindingen en conclusies uit 2009 nog steeds actueel zijn. Gebleken is dat de nauwgezette afstemming tussen de vastgoedeigenaren en de onder houdsinspecteurs daarbij van cruciaal belang is.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 277
/ G e m e e n t e B r e da
6.4.5
BEHEER EN ONDERHOUD VOERTUIGEN
Brandweer Vanaf 1 januari 2010 is de Brandweer geregionaliseerd. Het onderhoud en beheer van de brandweervoertuigen komt vanaf dat moment onder verantwoordelijkheid van de Regionale Brandweer te vallen. Afvalstoffen De onderhoudstoestand van het wagenpark is goed. Aan de hand van de technische staat van de voertuigen wordt jaarlijks een onderhoudscontract afgesloten voor normaal onderhoud, banden et cetera. Indien de technische staat van het voertuig dat nodig maakt, worden er daarnaast ook nog kosten voor revisies/modificaties geraamd. Momenteel wordt gewacht op milieuvriendelijke motoren/technieken. De vervanging van alle tractiemiddelen is voor de komende jaren uitgewerkt in een gefaseerd vervangingsplan. Overige Voor overige voertuigen geldt een afschrijvingstermijn die gelijk is aan de economische levens duur; 5 jaar voor lichte voertuigen, 7 tot 8 jaar voor zwaardere voertuigen, zoals vuilniswa gens en 10 jaar voor tractoren.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 278
/ G e m e e n t e B r e da
6.5 GRONDEXPLOITATIE Algemeen Het grondbeleid binnen de gemeente is vastgelegd in de Nota Grondbeleid die in 2008 bestuurlijk is vastgesteld. Met de nota wordt bewerkstelligd dat op transparante wijze inzicht wordt geboden in de voor de gemeente geldende hoofdlijnen van beleid bij de door de gemeente gewenste rol bij de realisatie van ruimtelijke plannen. Hierbij dient op transparante wijze inzicht geboden te worden in de interne spelregels en beleidskaders voor de manier waarop de gemeente uitvoering geeft aan voornoemde rol. Om haar rol optimaal en transparant te kunnen blijven uitvoeren is het Grondbedrijf continu bezig haar bedrijfsvoering af te stemmen op gewijzigde regelgeving en marktverhoudingen. Op 14 december 2010 heeft het college van burgemeester en wethouders voor de eerste keer de kaderbrief grondprijzen vastgesteld. De aanleiding om deze kaderbrief grondprijzen op te stellen is tweeledig. Enerzijds is in de Nota Grondbeleid aangegeven dat de gemeente meer inzicht wil bieden in de wijze waarop haar grondprijzen tot stand komen en met welke grond prijzen in zijn algemeenheid wordt gewerkt. Als zodanig is het opstellen van een kaderbrief grondprijzen ook opgenomen in het uitvoeringsprogramma behorende bij deze nota. Daar naast is het vanuit de grondexploitatiewet gewenst dat de gemeente beschikt over een uitgif teprijsbeleid waarin de uitgangspunten en criteria voor de geschatte uitgifteprijzen zijn opge nomen. Dit als deugdelijke motivatie voor vast te stellen exploitatieplannen. De kaderbrief grondprijzen zal jaarlijks vastgesteld worden, waarbij eens per vier jaar de grondprijsmethodieken opnieuw tegen het licht worden gehouden en de kaderbrief voorzien zal zijn van een uitgebreide beschrijving van de vastgoedmarkt. Ontwikkelingen 2010 Behalve de reguliere projectrisico’s die zich voordoen in het productieproces van het Grondbe drijf zijn in 2010 net als in 2009 twee ontwikkelingen bepalend geweest voor de financiële positie van het Grondbedrijf. Dit betreft enerzijds de aanhoudende stagnatie in de vastgoed markt en anderzijds de impact van bestuurlijke keuzes die zijn gemaakt in het kader van de stedelijke programmering. De verkoop van grond ten behoeve van de realisatie van nieuwe woningen en kantoren ver loopt trager dan voorzien als gevolg van de nasleep van de economische recessie. De afzet van nieuwbouwwoningen is lastig, aangezien de woonconsumenten de financiering van een woning moeilijker rond krijgt en in veel gevallen nog een bestaande woning verkocht moet worden. De bouw van nieuwe kantoren is ook gestagneerd aangezien ook hier de financie ring een probleem vormt en alleen gebouwd wordt als grote delen van het kantoor op voor hand zijn verhuurd. Gezien de nog beperkte beschikbaarheid van uitgeefbaar bedrijventerrein zijn ook hier weinig inkomsten uit afkomstig. Daarnaast zijn in 2010 keuzes gemaakt met betrekking tot de stedelijke programmering. Op 16 december 2010 heeft de gemeenteraad de beleidsregels ‘Stedelijke programmering 2020, Koers gezet’ vastgesteld. Demografische ontwikkelingen laten een ander beeld zien dan waar destijds bij de vaststelling van de structuurvisie Breda uit 2007 rekening mee was gehouden. In ‘Koers gezet’ heeft de gemeenteraad aangegeven welke locaties binnen het provinciaal kader (7.350 woningen tot 2020) ontwikkeld mogen worden, welke locaties pas na 2020 tot ontwikkeling mogen worden gebracht en van welke ontwikkelingen in zijn geheel wordt afgezien. Dit heeft aanzienlijke financiële consequenties voor het Grondbedrijf, aangezien locaties die waren aangekocht op basis van de structuurvisie Breda 2020 voor ontwikkeling op middellange termijn hierdoor niet of pas op een later moment tot ontwikkeling kunnen worden gebracht. Na aanpassing resteren tot 2020 circa 2.500 woningen binnen gemeente lijke grondexploitaties.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 279
/ G e m e e n t e B r e da
Recapitulerend: Provinciaal woningbouwcontingent 2009-2020
7.350
Gerealiseerd 2009-2010
1.800
Te realiseren 2011-2020
5.550
Binnen de 2.500 woningen bevinden zich veel locaties die opgenomen zijn in de zogeheten ‘groene lijst’ oftewel locaties waarbij het gaat om harde woningbouwplancapaciteit. In deze lijst zijn echter ook locaties opgenomen, waaronder Bavel Zuid, waar de woningbouwontwik keling nog moeten worden vastgelegd in een bestemmingsplan. Daarnaast heeft het Grondbedrijf nog diverse locaties in voorbereiding waar mogelijk ook woningbouw is voorzien voor 2020, die niet meegenomen zijn in dit overzicht (vb. rechtbank/belastingkantoor).” Daarnaast is in de Kantorenstrategie Breda 2020 omschreven dat sprake is van een aanzienlijke overprogrammering op het gebied van kantoren. De locatiekeuzes die in dit kader voorgesteld worden, hebben ook financiële consequenties voor diverse gronden van het Grondbedrijf. In 2010 is de notitie 'Pakket van maatregelen Grondbedrijf' opgesteld. Deze zal in nauwe samenwerking met alle directies worden uitgewerkt in 2011. Het pakket maatregelen is er met name op gericht om verdere verslechtering van de financiële positie van het Grondbedrijf c.q. de gemeente zoveel als mogelijk te beperken en voorkomen. Onderdeel hiervan is het in kaart brengen van het totale gemeentelijke grondbezit en de mogelijkheden tot ontwikkeling of verkoop. Hoofdzaak blijft om ondanks de huidige marktomstandigheden binnen de ramingen tot realisatie van ontwikkelingen te komen. Voorzieningen Elk halfjaar worden de grondexploitaties herzien. In het kader van de jaarrekening 2010 zijn alle grondexploitaties opnieuw herzien binnen vooraf vastgestelde kaders van ondermeer de stedelijke programmering, de kaderbrief grondprijzen en aannames m.b.t. rente en kosten- en opbrengststijgingen. Daarmee is een zeer actueel beeld verkregen van de gemeentelijke grond exploitaties. Door wijziging van bovenstaande uitgangspunten (fasering van verkopen, aanpassing van grondprijzen en bijstellen van indexatieparameters) veranderen de verwachte planresultaten. Wanneer sprake is van verliesgevende grondexploitaties schrijft het BBV voor dat hiervoor voorzieningen gevormd dienen te worden op het moment dat deze voorzienbaar en onaf wendbaar zijn. In onderstaand overzicht wordt nader gespecificeerd voor welke ont wikkelingen voorzieningen gevormd zijn.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 280
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
Voorziening negatieve planresultaten
-/- planresultaat eindwaarde
eindjaar
-/- planresultaat ncw 31-12-2010
25.788
2018
18.134
2.491
2017
1.830
70
2015
56
236
2015
189
15.300
2018
10.320
2.348
2016
1.803
Vastgestelde grondexploitaties Bouverijen Meulenspie Haenen-Noord Haenen-Zuid Stationskwartier Saval Apolloschool Landschappelijke Driehoek
274
2011
262
2.158
2015
1.732
Triple O
865
2015
694
Wisselslag
895
2013
784
Grondexploitaties in voorbereiding Woonakker
14.822
2023
8.364
Gilzewouwerbeek
7.829
2014
5.180
Gasthuispoort
5.135
2015
4.120
Douaneterrein
162
2020
105
Totaal voorziening negatieve planresultaten 31-12-2010
53.573
Saldo reeds eerder getroffen voorzieningen 31-12-2009
35.000
Saldo extra dotatie aan voorzieningen ultimo 2010
18.573
In 2010 zijn de voorzieningen aangevuld met € 18,6 miljoen tot een totaalbedrag van € 53,6 miljoen om in de toekomst de geraamde verliezen in de genoemde grondexploitaties te kunnen afdekken. De totale voorziening voor de gebiedsontwikkeling Teteringen bedraagt inmiddels € 28,6 miljoen. Het aandeel van Bouverijen bedraagt € 18,1 miljoen en Woonakker € 8,4 miljoen. Beide complexen kennen door hun omvang en looptijd inmiddels een zeer substantiële boekwaarde waardoor (extra) vertragingen grote impact hebben op het vlak van rentebijschrijving. In de besluitvorming rondom deze complexen dient hier nadrukkelijk rekening mee gehouden te worden. De geactualiseerde Business Case Via Breda kent een nadelig resultaat van € 10,3 miljoen. Voor dit bedrag is een voorziening genomen. Bij de actualisatie zijn planningen voor infra structuur en gronduitgifte geactualiseerd en nieuwe prognoses voor verwervingen, plankosten en infrastructuur verwerkt. Daarnaast is op grond van de toezegging van de provincie een hogere subsidie meegenomen. De voorziening voor Breda Oost van € 5,2 miljoen is gevormd voor het geraamde negatieve planresultaat van Gilzewouwerbeek. Hier wordt vooralsnog gerekend met het scenario waarbij is uitgegaan van realisatie van buitenplaatsen, landgoederen en vrije kavels op basis van wonen aan linten. De voorziening voor de grondexploitatie Bavel Zuid is komen te vervallen. Hier is gekozen om de gronden buiten het plangebied definitief af te waarderen tot economische waarde. Binnen de overige grondexploitaties is met name het geraamde planresultaat van het complex Gasthuispoort naar beneden bijgesteld op basis van recente marktrapporten. De gevormde voorziening bedraagt inmiddels € 4,1 miljoen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 281
/ G e m e e n t e B r e da
Afwaarderingen De waardering van de gronden van nog niet in exploitatie genomen ontwikkelingen dient in zijn algemeenheid afgestemd te zijn op marktwaarde van de gronden. Naarmate meer duidelijkheid is over de toekomstige bestemming mag dit meewegen in de bepaling van de marktwaarde. In onderstaand overzicht wordt nader gespecificeerd binnen welke ontwikkelingen in dit kader afwaarderingen hebben plaatsgevonden omdat naar verwachting geplande ontwikkelingen geen doorgang meer zullen vinden of eerst op termijn gerealiseerd gaan worden. ( bedragen x € 1.000)
afwaardering gronden
bedrag
Grondexploitaties in voorbereiding: Bavel-Zuid (gronden buiten plangebied voorkeursmodel)
8.815
Verspreid liggende gronden: Diverse kantoorlokaties (conform nota Kantorenstrategie)
1.487
Totaal afwaardering gronden ultimo 2010
10.302
De afwaardering van gronden in Bavel Zuid heeft betrekking op het gemeentelijke grondbezit dat buiten het voorkeursmodel valt. De eerder voor het complex gevormde voorziening komt te vervallen en er wordt € 8,8 miljoen uitgetrokken voor het afboeken van de gronden tot economische waarde. In de nota Kantorenstrategie zijn de financiële effecten met betrekking tot de overprogrammering van kantoren in beeld gebracht. Onderdeel hiervan is het terugbrengen van het aantal gemeen telijke planlocaties. De betreffende gronden worden afgewaardeerd tot economische waarde. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen zijn de beschikbare vrije middelen die eventueel benodigd zijn om risico’s vanuit de gemeentelijke grondexploitatie af te kunnen dekken. Om een goed inzicht te hebben in het verloop en de beheersing van mogelijke risico’s in de diverse grondexploitaties wordt gewerkt vanuit een systematisch opgezet risicomanagement. In het kader van de herzieningen van de grondexploitaties voor de jaarrekening zijn alle risico’s opnieuw in kaart gebracht. Het totaal van de risico’s bedraagt circa € 37 miljoen hetgeen op basis van de bij de nota risicomanagement vastgestelde bandbreedte leidt tot een vereist weerstandsvermogen van € 25 miljoen. Dit is circa € 10,0 miljoen minder dan eerder bere kend bij de nota risicomanagement 2009, hetgeen te verklaren valt door het grote aantal risico’s dat zich inmiddels daadwerkelijk heeft voorgedaan, welke nu zijn ingerekend in de grondexploitaties (en gevormde voorzieningen). Mede ten gevolge van het treffen van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor verliesge vende grondexploitaties en de gedane afwaarderingen is er binnen het Grondbedrijf een negatieve Algemene Reserve ontstaan. Dit betekent dat er vooralsnog feitelijk geen weer standsvermogen is om nieuwe tegenvallers op te vangen wanneer deze zich voordoen. Om een bedrijfseconomisch acceptabel financieel meerjarenperspectief Grondbedrijf te bewerk stelligen zullen maatregelen genomen moeten worden om het weerstandsvermogen op korte termijn op het vereiste niveau te brengen. Conform Collegebesluit wordt als uitgangspunt genomen dat het saldo van de reserve Grond bedrijf per 1-1-2011 een saldo heeft van € 0. Bij de resultaatbestemming worden voorstellen gedaan om dit te effectueren.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 282
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
weerstandsvermogen grondbedrijf
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
0
-21.306
-23.458
-25.159
-19.097
-15.232
-13.485
115
946 50
50
50
50
115
996
50
50
50
895
6.177
8.464
2.348
10.900
1.161
405
7.349
-402
-5.032
9.991
-959
-1.056
-1.132
-859
-685
-607
Stand Algemene Reserve Grondbedrijf per 1-1 Onttrekkingen: Westflank Bijdrage Bress Totaal onttrekkingen Dotaties: Vrijval risicovoorziening Planresultaten
274
Toegerekende rente Overige resultaten GB incl. bedrijfsvoering
-3.216
-1.633
-1.000
-1.000
-1.000
-1.000
-1.000
Totaal dotaties
7.684
-1.156
-1.651
6.112
3.915
1.747
10.732
Saldo mutatie verwerkt conform begroting
7.569
-2.153
-1.701
6.062
3.865
1.747
10.732
-23.458
-25.159
-19.097
-15.232
-13.485
-2.753
Resultaatbestemming 2010: Afboekingen en dotaties voorzieningen
-28.875
Totaal resultaatbestemming 2010
-28.875
Stand Algemene Reserve Grondbedrijf per 31-12
-21.306
Planresultaten Volgend overzicht geeft inzicht in de verwachte planresultaten voor de periode tot 2016. De berekende resultaten bieden, in samenhang met de geïdentificeerde risico’s, een juist beeld van de financiële positie van het Grondbedrijf. Zoals in de in 2009 bestuurlijk goedgekeurde Notitie Resultaatbepaling is vastgelegd komen voordelige planresultaten ten gunste van de Algemene Reserve Grondbedrijf die dienst doet als weerstandsvermogen voor lopende en toekomstige planontwikkelingen. Voor de toekomstige negatieve planresultaten zijn voorzieningen gevormd waaruit de verliezen te zijner tijd kunnen worden opgevangen. Het afdragen van overwinsten is niet aan de orde tot het vereiste weerstandsvermogen van € 25 miljoen is bereikt. Op dit moment is de verwachting dat dit niet voor 2017 het geval zal zijn.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 283
/ G e m e e n t e B r e da
(bedragen x € 1.000)
planresultaten per jaar op eindwaarde
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
Vastgestelde grondexploitaties: Adriaan Klaassen wonen
1.900
Steenakker Noord
2.250
1.432
882
2.000
1.848
Steenakker Zuid Hazeldonk III Hoogeind III
3.432
Lanschappelijke Driehoek
-2.158
Triple O
-865
Nieuw Wolfslaar
3.724
Roosberg
4.164
Bavel Zuid
-8.815
Gilzewouwerbeek
-6.177
Asterd
1.000
3.660
Neel Oost
750
Neel West
3.843
Kloosterkazerne
64
Wisselslag
-895
Saval
-2.348
Adriaan Klaassen bedrijven
1.224
Apolloschool
-274
Mark Berkenhof
15
Waterdonken
3.581
Waterakkers
16
Meulenspie Haenen-Noord
-70
Golfstrip
2.500
405
Haenen-Zuid
-236
Grondexploitaties in voorbereiding: Vlaszak
-5.135
Adriaan Klaassen landgoed
1.169
Heilaar Noord
1.099
Sportpark De Gouwen
350
Afboeken diverse kantoorlocaties
322
-1.487
Totaal positieve planresultaten per jaar
10.900
1.435
Totaal negatieve planresultaten per jaar
-10.302
-274
598
1.161
Totaal planresultaten per jaar
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 284
/ G e m e e n t e B r e da
405
405
8.244
5.775
3.432
12.339
-895
-6.177
-8.464
-2.348
7.349
-402
-5.032
9.991
6.6 VERBONDEN PARTIJEN Inleiding Een verbonden partij is een instelling buiten de eigen organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk èn een financieel belang heeft. Verbonden partijen zijn in elk geval alle gemeen schappelijke regelingen waaraan de gemeente deelneemt en alle NV’s en BV’s waarvan de gemeente aandeelhouder is. Een verbonden partij is één van de drie vormen voor de Gemeen te Breda om haar taken uit te (laten) voeren: door een eigen directie, een commerciële partij of door een verbonden partij. Verbonden partijen kunnen bestuurlijk complexe verhoudingen opleveren, omdat de gemeen te zowel bestuurder is als klant. Bovendien nemen meestal meerdere partijen deel aan de ver bonden partij. In dat geval is de Gemeente Breda niet de enige bestuurder en niet de enige klant. Zij moet dus haar bestuurlijke doelen en ‘klantwensen’ afstemmen met die van de andere deelnemers. Dit alles kan de aansturing complex maken. Voordelen van verbonden partijen kunnen zijn de kostenvoordelen van een grotere schaal en de regionale aanpak van een regionaal onderwerp.
6.6.1
DE VERBONDEN PARTIJEN IN BREDA
De Gemeente Breda participeert in vele verbonden partijen met verschillende rechtsvormen. Uitgangspunt daarbij is dat samenwerking de gemeente kansen biedt bij het realiseren van doelstellingen. De tegenhanger is dat bepaalde vormen van samenwerking ook risico’s met zich meebrengen. In algemene zin valt hierbij te denken aan bestuurlijke en politieke risico’s, maar ook aan financiële risico's. Rechtspersonen In 2010 is als uitvloeisel van de verkoop van de aandelen Essent (2009) aan RWE deelgeno men in de Stichting Essent Sustainability Development. Deze stichting ziet toe op de nako ming van de afspraken met RWE inzake de investeringen in duurzame energie. Aandeelhouders van Intergas Holding BV hebben in 2010 een kapitaalinjectie gedaan van € 40 miljoen ter verbetering van de solvabiliteit van de onderneming. Het aandeel van de Gemeente Breda bedroeg € 2,55 miljoen. Op basis van de kaders van de splitsingswet / Wet onafhankelijk Netwerkbeheer was de solvabiliteit van de onderneming te gering. Naar ver wachting wordt Intergas Holding BV in 2011 overgenomen door Enexis holding NV. Aan Chasse Theater Beheer NV is in 2010 een lening verstrekt voor de aanschaf van een nieu we trekkerwand. NV stadsherstel Breda heeft een achtergestelde lening opgenomen bij de Gemeente Breda van € 647.000. Andere aandeelhouders van NV Stadsherstel Breda staan garant voor een deel van de lening. Het verstrekken van de lening is een uitvloeisel van colle gebesluit 31646 (2007) om de financiële armslag van NV stadsherstel te vergroten door het verstrekken van achtergestelde leningen tot een bedrag van € 1.147.000. In 2009 is al een achtergestelde lening van € 500.000 verstrekt. Gemeenschappelijke regelingen In 2010 is hard gewerkt aan het instellen van de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant. In Breda is door de Raad toestemming verleend aan het College voor het aangaan van de deze gemeenschappelijke regeling. Alle 18 gemeenten uit West-Brabant plus de gemeente Tholen hebben hun goedkeuring gegeven aan de nieuwe gemeenschappelijke regeling. De regeling heeft tot doel om gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten te behartigen onder meer door te komen tot de opstelling, vaststelling en uitvoering van de strategische agenda en de strategische visie voor West-Brabant. De gemeenschappelijke belan gen omvatten tenminste, Sociaal Economische Zaken, Ruimtelijke ontwikkeling en Volkshuis vesting, mobiliteit, Zorg welzijn en Onderwijs, Duurzaamheid en middelen. Gelijktijdig met de instelling van deze gemeenschappelijke regeling worden die gemeenschap pelijke regelingen die op een deelaspect (belang) werkzaam waren opgeheven. Dit betreft onder anderen de gemeenschappelijke regelingen Overlegplatform Regio Breda (regiobureau),
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 285
/ G e m e e n t e B r e da
Sociaal Economische Samenwerking (SES), Kleinschalig Collectief Vervoer (KVC) een deel van Marb (Milieu en Afval regio Breda). Deelnemende gemeenten kunnen bevoegdheden aan het bestuur van de gemeenschappelijke regeling overdragen. Ook kan de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant van (deel nemende) gemeenten en organisaties opdrachten aannemen om diensten en taken uit te voeren. De gemeenschappelijke regeling beoogt verdere bestuurlijke samenwerking te bevorderen. Van de belangrijkste verbonden partijen wordt een aantal kerngegevens verstrekt in bijlage 8.2 bij dit jaarverslag. Per verbonden partij is daar een aantal voor de gemeente relevante gegevens opgenomen, waaronder het gemeentelijke financiële belang in een partij.
6.6.2
SAMENVATTING
Hierna is een samenvattend overzicht gegeven van bijdragen aan en dividend van verbonden par tijen, zodat in één oogopslag duidelijk is wat de jaarlijkse uitgaven zijn voor taken die door verbon den partijen worden uitgevoerd (mede) namens de Gemeente Breda en welke opbrengsten wor den verkregen uit deelnemingen waarvan de gemeente aandeelhouder is. Verbonden partijen
Betaalde bijdrage
Ontvangen bijdrage
Rechtspersonen NV Bredase Investeringsmaatschappij (BrIM)
€ 218.302
NV Werkgelegenheidsinstituut West-Brabant (REWIN)
-
Chassé Theater Beheer NV
-
Enexis Holding (+ 6 overige NV’s/BV’s)
€ 69.659
Brabant Water NV
-
Intergas Holding BV
-
NV Stadsherstel Breda
-
NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)
€ 365.563
Neovita bv
-
Gemeenschappelijke regelingen GR Beheer en ontwikkeling Kleinschalig Collectief Vervoer West-Brabant (KCV)
€ 3.008.588
GR Gezondheidsdienst West-Brabant (GGD)
€ 3.119.100
GR Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden - West - Noord
-/- € 313.540
GR Milieu en Afval regio Breda (MARB)
€ 158.146
GR Overlegplatform Regio Breda (regiobureau)
€ 250.137
GR Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
€ 1.501.036
GR Belasting samenwerking
-
GR Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant (SES)
€ 485.082
GR Belgisch Nederlands Grensoverleg (BeNeGo)
€ 3.390 € 8.211.939
Totaal
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 286
/ G e m e e n t e B r e da
€ 435.222
6.7 FINANCIERING 6.7.1
KADERS
De treasuryfunctie bestaat uit de taken financiering, cashmanagement en rente risicobeheer met als doel de organisatie te voorzien in de behoefte aan vreemd vermogen tegen zo laag mogelijke kosten en te beschermen tegen ongewenste financiële risico’s. Het financierings beleid van de Gemeente Breda stelt dat binnen de kaders van de wet Financiering Decentrale Overheden (kasgeldlimiet en renterisiconorm) bij een normale rentestructuur maximaal gebruikt wordt gemaakt van de mogelijkheid financieringsmiddelen met een korte looptijd aan te trek ken. Immers in normale marktverhoudingen geldt: hoe korter de looptijd, des te lager is de te betalen rente. De kasgeldlimiet beperkt het renterisico op de netto vlottende schuld. De rente risico norm beperkt het renterisico op de vaste schuld. Sturingsvariabelen bij de uitvoering van het financieringsbeleid zijn het gemiddeld renteper centage van het vreemde vermogen, het renterisico, het renteresultaat en de omslagrente. Het gaat hierbij om grote volumes, forse bedragen aan rente en aflossingen en omvangrijke geldstromen. De treasuryfunctie is ondergebracht bij het SSC-Financiën, omvat 0,75 fte en is verdeeld over 2 functionarissen (borging van de procesgang).
6.7.2
ONTWIKKELINGEN OP GELD- EN KAPITAALMARKT
2010 was het jaar van de schuldenproblematiek bij de Europese overheden. Overheden heb ben enorme financiële impulsen in de economie gedaan en soms veel geld gestoken in het overeind houden van het financiële systeem. Griekenland en Ierland zijn via noodfondsen gehol pen en een aantal andere landen hebben problemen om de staatsschuld te financieren. In 2010 was weer sprake van economische groei maar een aantal ontwikkelingen hebben voor de nodige turbulentie op de financiële markten gezorgd. De schuldenproblematiek, de niet teruglopende hoge werkloosheid, de terughoudendheid bij de consument en de noodza kelijke besparingen van overheden die in 2011 moeten worden gerealiseerd zorgen voor veel onrust. In 2010 heeft de ECB de (refi)rente gelijk gehouden op 1%. Het financiële systeem heeft ech ter veel liquiditeit achter de hand gehouden waardoor de tarieven op de geldmarkt vaak nog lager lagen dan de refirente die normaliter de bodem in de geldmarkt legt.
Op de kapitaalmarkt zijn de tarieven de 1e drie kwartalen fors naar beneden gegaan. Ondanks aankondigingen eind 2010 van extra monetaire impulsen (quantitative easing) in onder ande re de VS en Japan is de kapitaalmarktrente echter het 4e kwartaal fors opgelopen. In 2010 zijn er nieuwe eisen geformuleerd voor de reserves die banken moeten aanhouden. Deze voorschriften (Basel III) worden gefaseerd (tot 2019) ingevoerd en moet het financiële systeem robuuster maken.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 287
/ G e m e e n t e B r e da
6.7.3
TREASURY RESULTAAT EN RENTERISICOBEHEER
Het treasury resultaat bestaat uit het saldo tussen de werkelijke rentelasten en de doorbelas ting daarvan (= de rentebaten). De rentelasten worden toegerekend aan de activa per 1 janu ari van het jaar. Kengetallen
Begroting 2010
1. Rente resultaat
Jaarrekening 2010
Jaarrekening 2009
€ 1,1 miljoen
€ 2,4 miljoen
€ 1,5 miljoen
4,42%
4,05%
4,40%
4,5%
4,5 %
4,5 %
2. Gemiddelde rente lang vreemd vermogen 3. Omslag rente 4. Kasgeldlimiet
Limiet = 50 miljoen
Limiet niet overschreden
Limiet niet overschreden
& Rente risiconorm
Limiet = 100 miljoen
Limiet niet overschreden
Limiet niet overschreden
Het renteresultaat bedraagt € 2,4 miljoen en ligt € 1,3 miljoen hoger dan bij de Begroting 2010 is geraamd. Dit is grotendeels veroorzaakt door de lagere geldmarktrente. Daarnaast zijn de rentelasten over het eigen vermogen lager dan bij de begroting 2010 was geraamd. De Wet Fido begrenst via de kasgeldlimiet het maximale bedrag aan vlottende schuld. Het is niet toegestaan 3 kwartalen achtereen de kasgeldlimiet te overschrijden. Dit is in 2010 niet gebeurd. De renterisiconorm is eveneens niet overschreden.
6.7.4
RENTEVISIE
Bij de Begroting 2010 werden rentepercentages ingezet van 2,5% voor kort geld (geldmarkt) en gemiddeld 5% voor lang geld (kapitaalmarkt). In 2010 zijn de gemiddelde percentages uit gekomen op: 0,82% voor 3 maands euribor en 3,6% voor de 10 jaars benchmarklening.
Rente
Werkelijke rentetarieven (gem. 2010)
Raming tbv Begroting 2010
3 maands euribor Tarief 10 fix lening (BNG)
2,5%
0,82%
5%
3,6 %
6.7.5 FINANCIERINGSBEHOEFTE, FINANCIERINGSACTIVITEITEN EN KENGETALLEN In 2010 is de gemiddelde financieringsbehoefte ruim € 36 miljoen hoger uitgekomen dan bij de begroting is geraamd. Het verschil wordt veroorzaakt door een hoger volume aan gerealiseerde investeringen en de financiering van het exploitatietekort. Vorig jaar (2009) zijn geen lang lopende leningen aangetrokken maar enkel aflossingen gedaan.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 288
/ G e m e e n t e B r e da
Financieringsbehoefte: raming en realisatie Financieringsinstrument
Volume Begroting 2010
Realisatie 2010
Daggeld + kasgeldleningen
€ 41 miljoen*
€ 60 miljoen*
Kapitaalmarktleningen
€ 17 miljoen*
€ 34 miljoen*
€ 58 miljoen
Totaal
€ 94 miljoen
*Betreft gemiddelde volume.
In 2010 is voor nominaal € 120 miljoen aan langlopende leningen vastgelegd. Hiervan is € 80 miljoen in 2010 daadwerkelijk gestort en wordt € 40 miljoen in de komende 3 jaar gestort (voorfinanciering). Daarnaast is medio 2010 een lening (€ 15 miljoen) gestort die medio 2008 contractueel is vastgelegd. Tot voorfinanciering is overgegaan in verband met de lage rentestanden in 2010. Door voor een substantieel deel de rente voor zeer lange looptijd vast te leggen (€ 60 miljoen met loop tijden van 50 jaar) is het renterisico in de schuldportefeuille verder verlaagd. De 50 jarige lenin gen zijn vastgelegd via het instrument basisrentelening. Dit instrument heeft als eigenschap dat het een variabele component in zich heeft (liquiditeitsopslag) die jaarlijks wordt vastge steld. De rentecoupon van de leningen (de basisrente) ligt wel voor 50 jaar vast. Financieringsinstrument
Volume
Gemiddelde rente
50 jaar
€ 60 miljoen
3,21%
1, 6, 7, 8, 9 jaar
€ 60 miljoen
2,99 %
€ 120 miljoen
Totaal
De financieringsactiviteiten die in 2010 zijn uitgevoerd hebben een verlenging van de gemiddelde looptijd van de schuldportefeuille tot gevolg gehad en een daling van de gemiddelde rente over de komende jaren (van 4,42% naar 3,9%). Daarmee is het renterisicoprofiel van de Gemeente Breda weer gunstiger geworden. (bedragen x € 1 miljoen)
Saldo 31-12-2010
Kengetallen financiering
Saldo 01-01-2010
Mutatie in 2010
Gemiddeld rente % 2010
Schulden Langlopende. leningen ten behoeve van eigen financiering
358,2
292,2
+ 66
4,05 %
Langlopende leningen ten behoeve van woningbouw (neutrale portefeuille)
148,6
168,3
-19,7
4,96 %
60
58,2
1,8
0,5%
148,6
168,3
-19,7
4,96 %
30,8
29,8
+1
Kort vreemd vermogen (BNG) Verstrekte leningen Langlopende leningen ten behoeve van woningbouw (neutrale portefeuille) Overige leningen Gewaarborgde leningen Aan woningbouwcorporaties
1.337
Overige rechtspersonen
1.049
17
De langlopende schuld van de gemeente is toegenomen met 66 miljoen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
5 Zekerheden
p 289
/ G e m e e n t e B r e da
17,3
+ 288
100 % WSW
-0,3
grotendeels hyp. zekerheid
Verstrekte leningen en garanties Er zijn leningen verstrekt aan Chassé Theater Beheer NV ( € 1.450.000, B&W besluit nr.36723, dd. 28/6/2010) en aan NV Stadsherstel (€647.000, B&W besluit nr. 31646 dd.15-1-2008). Er zijn 2 garanties versterkt respectievelijk Tennisvereniging Markant en de Stichting Sport en Recreatie 'De Baronie van Breda'. Achtervangfuncties Per 1/1/2011 zal de Gemeente Breda geen achtervangpositie hebben in het Waarborgfonds Eigen Woningen. Dit waarborgfonds verstrekt de Nationale Hypotheek Garantie. De achter vangpositie is per 1 januari 2011 overgenomen door het Rijk. De Gemeente Breda heeft nog wel de achtervangpositie op Nationale Hypotheek Garanties verleend tot 1 januari 2011. De achtervangpositie die de Gemeente Breda inneemt bij het WSW is verder toegenomen met ruim € 288 miljoen. Deze forse toename heeft betrekking op de investeringen die in 2010 en latere jaren worden uitgevoerd. Deels hebben de woningbouwcorporaties volumes voorgefi nancierd. Overige bedrijfsvoering ontwikkelingen De treasury functie maakt gebruik van een leningbeheersysteem en het elektronisch betaling verkeer van de Bank Nederlandse Gemeenten. Het leningbeheersysteem is in 2010 uit huis geplaatst. De Applicatie Service Provider (ASP) neem het onderhoud en de plaatsing van updates van het systeem over. Naast het BNG betalingsverkeersysteem is in 2010 ook het betalingsverkeersysteem van de ING geïmplementeerd. Doel is het – weliswaar zeer gering in omvang – betalingsverkeer buiten de BNG te automatiseren en om een uitwijk te hebben ingeval een banksysteem plat gaan.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 290
/ G e m e e n t e B r e da
6.8 BEDRIJFSVOERING Inleiding Als men de gemeente ook als bedrijf ziet is het vanzelfsprekend dat het goed georganiseerd moet worden. Dat is een kant die wat verder van de raad afstaat, waar ook het college niet dagelijks mee bezig is. Die vooral aan de managerial kant zit, maar toch belangrijk is. Politieke doelen en ambities kunnen zó gerealiseerd worden. Met een bestuur dat de koers uitzet en een management dat dat vertaalt naar dagelijks prioriteiten stellen en medewerkers die de maatschappelijke opgave en de politieke richting daarvoor begrijpen en volgen. Het jaar 2010 was in dit licht een bijzonder jaar. Met het aantreden van een nieuwe raad, een andere coalitie, een nieuw college. Een nieuwe koers. Met een andere modus van collegiaal besturen. In een andere periode van financiële druk. Ontwikkeling bedrijfsvoering De crisis in het topmanagement die kort na aantreden van het college ontstond is snel aan gepakt. Dat heeft weer rust gebracht in de gemeentelijke organisatie. Met een nieuwe secre taris is het vertrouwen tussen bestuur en management hersteld en is continuïteit van sturing en beheersing gewaarborgd. Dat was cruciaal om de basis te leggen voor uitwerking van het programakkoord in een collegeprogramma. En daarmee zijn scherpe prioriteiten gesteld en keuzen gemaakt die richtinggevend zijn voor het ambtelijk apparaat. Het jaar 2010 was ook het jaar van de vernieuwing van de bedrijfsvoering door een nieuwe kijk op rol van de gemeente als uitvloeisel van de verantwoordelijkheidsladder en daarmee een heroriëntatie op gemeentelijke functies/takenpakket en de gemeentelijke financiën. Afgelopen jaar zijn er tal van initiatieven geweest om de gemeentelijke bedrijfsvoering verder te versterken. De belangrijkste ontwikkelingen en resultaten waren: •
de keuze van het college om het thema dienstverlening nog belangrijker te maken en
•
het opstellen van het collegeprogramma: de aansturing en richting van de activiteiten van
daarmee de relatie naar burgers en bedrijven; de gemeente en de prioriteiten en ambities daarin; •
de keuze voor een nieuwe organisatievorm: versterking van de sturing en beheersing van
•
de opdracht om te starten met initiatieven om de taakstelling van € 10 miljoen op de
•
een versterking van de financiële beheersing via de opdracht om in te grijpen in de lopen
•
het verder inhoud geven aan de regionale samenwerking met betrekking tot HRM, ICT,
•
de verbetering van allerlei bedrijfsvoeringsinstrumenten.
de werkzaamheden binnen de organisatie; bedrijfsvoering in te gaan vullen vanaf 2011; de exploitatie om tekorten te beperken; Inkoop en Belastingen.
De impuls in dienstverlening van de gemeente naar burgers en bedrijven heeft vorm gekre gen in de door de raad vastgestelde business case, waarin als doelstelling is opgenomen het toegroeien naar fase 3 van het Antwoordconcept voor eind 2012. In de praktijk betekent dit: •
burgers en bedrijven krijgen één ingang tot de gemeente (via één gemeentelijk klant con tact center);
•
voorrang aan digitale dienstverlening;
•
andere vormen van communicatie tussen burgers/bedrijven en de gemeente (sneller/effi
•
het digitaliseren van gemeentelijke informatiestromen, processen en documenten;
ciënter); via een andere website, nu ook als stadsforum voor alle partijen in de stad;. •
het terugdringen van overbodige overheidsbemoeienis, herstel van vertrouwen in de eigen redzaamheid van de maatschappij (verantwoordelijkheidsladder), herstel van vertrouwen in de burger, of vereenvoudiging van eisen aan burgers (verdergaande deregulering).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 291
/ G e m e e n t e B r e da
Voor het versterken van de sturing op de organisatie en het kunnen monitoren van de rea lisatie van de doelstellingen van de coalitie was het uitwerken van de kaderbrief in een colle geprogramma van groot belang. Ten aanzien van de gemeentelijke organisatie heeft het college in 2010 gevraagd om een contourennota. Tegelijk is het besluit genomen tot het opheffen van de directieraad. Op basis van de contouren voor een nieuwe organisatie is besloten tot een vermindering van het aantal directies. De organisatie gaat – onder leiding van een nieuwe gemeentesecretaris - vorm krij gen binnen 4 domeinen: dienstverlening, ontwikkeling, beheer en een concernstaf. In 2011 zal de uitwerking hiervan plaatsvinden. De taakstelling op bedrijfsvoering is – conform de uitgangspunten als genoemd in de Begroting 2011 - voor € 5,3 miljoen ingevuld bij de directiebegrotingen 2011. Er is een project gestart onder de naam innovatie bedrijfsvoering. Daar binnen wordt gewerkt aan 25 (qua impact verschillende) thema’s, die allen moeten leiden tot kostenreductie en een slimmere manier van werken. Voorbeelden zijn het zoveel als mogelijk stopzetten van externe inhuur, het in eigen beheer door de BSW/leerwerkbedrijf laten uitvoeren van de schoonmaak, schil derwerk en catering van gemeentelijke accommodaties en het gaan inrichten van een eigen opleidingsinstituut. Andere voorbeelden zijn het integreren van het vastgoedbeheer, het wagenparkbeheer, het centraliseren van het applicatiebeheer. Organisatiewijzigingen die enige tijd vergen, in 2011 tot besluitvorming moeten leiden en waarvan de opbrengsten ten gunste van de taakstelling op bedrijfsvoering in 2011 en 2012 worden gebracht. Naast deze initiatieven is er in 2010 in de loop van het jaar nadrukkelijk ingegrepen in de bedrijfsvoering. Ter beperking van het per 1 juli 2010 voorziene tekort op de exploitatie is vooruitlopend op de 2e bestuursrapportage de opdracht gegeven om alle lopende uitgaven tegen het licht te houden en ze daar waar mogelijk te temporiseren of volledig stop te zetten. Dit heeft ondermeer geleid tot een procedure vacaturemanagement gericht op het beperken van externe instroom en het zoveel als mogelijk herbezetten van vacatures door interne kandi daten. Hierdoor is de externe instroom in de 2e helft van 2010 teruggebracht tot 1 functiona ris (tegen 30 in de 2e helft van 2009). Ook is nadrukkelijk ingezet op afbouwen van externe inhuur. Lopende contracten zijn daar waar mogelijk beëindigd. Tussen 1 augustus en 31 december 2010 zijn slechts 4 aanvragen voor uitzendkrachten ingediend, tegen 110 in dezelf de periode in 2009. De taakstelling 2010 op de bedrijfsvoering bedroeg € 4,2 miljoen structureel. Deze is volledig gerealiseerd door aframing van budgetten voor personeelskosten, inhuur derden, overige goe deren en diensten. Aanvullend is door de extra ingreep in de bedrijfsvoering in de loop van 2010 - vanwege de geprognosticeerde tekorten in verband met de verliesgevende grondexploitaties - € 4 miljoen incidenteel extra gerealiseerd; ook deze is vooral gevonden op bovengenoemde kostensoor ten en - door het uitstellen van investeringen - op de post kapitaallasten. In totaal heeft de bezuinigingstaakstelling in 2010 derhalve geleid tot een vermindering van de kosten op de bedrijfsvoering met € 8,2 miljoen. Op het terrein van regionale samenwerking zijn er tal van initiatieven geweest om concreet invulling te geven aan de samenwerking met betrekking tot HRM, ICT, Inkoop en Belastingen. Op HRM gebied heeft Breda actief bestuurlijk de lead genomen doordat de wethouder bedrijfsvoering tot regionaal trekker van dit thema is benoemd. Verder heeft op HRM gebied een gezamenlijke aanbesteding plaatsgevonden door 25 gemeenten van uitzend- en inhuur krachten, die heeft geleid tot lagere tarieven met ingang van 2011 en een innovatief (markt plaats-)concept. Ook is het besluit genomen om de West Brabantse regio te zien als één arbeidsmarkt. Dit komt tot uitdrukking in een gezamenlijk mobiliteitscentrum, het initiatief om te komen tot een gezamenlijk opleidingscentrum en het besluit om eventuele vacatures eerst regionaal zo veel als mogelijk regionaal in te vullen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 292
/ G e m e e n t e B r e da
Op ICT gebied zijn afspraken gemaakt over de architectuur van automatiserings- en informa tiesystemen, waardoor regionale koppelingen en gezamenlijke aanschaf van applicaties moge lijk wordt. Verder wordt er actief kennis gedeeld. Op inkoopgebied is gewerkt aan de totstandkoming van één regionale inkoopagenda, die moet leiden tot meer gezamenlijke regionale aanbestedingen. Ten aanzien van de regionale belastingorganisatie is in 2010 de bestuurlijke besluitvorming afgerond voor de oprichting van een gezamenlijke organisatie van waaruit de heffing en inning van de gemeentelijke belastingen wordt georganiseerd. Er wordt gewerkt naar een start op 1-1-2012. Door deze initiatieven groeien de deelnemende gemeenten de komende jaren qua bedrijfs voering steeds meer naar elkaar toe. Ter verbetering van de kwaliteit van de bedrijfsvoering zijn tal van instrumenten (door)ont wikkeld dan wel in voorbereiding genomen. Het betreft onder andere. een modernisering van het HRM beleid, een nieuw functieboek, afspraken over het vastleggen van verplichtingen, tijdschrijven, (financiële) projectbeheersing, het verder inhoud geven aan mediation, het evalu eren van de bezwaarschriftenprocedure, voorbereiden van een nieuw communicatiebeleid, van een nieuwe subsidieverordening en het versterken van de verantwoordingsstructuur door middel van het vanaf 2011 invoeren van maand- en kwartaalrapportages. Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) Op 1 maart 2006 is de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) in werking getreden. Krachtens deze wet moeten organisaties en instellingen die onder deze wet vallen, van eenieder, van wie de som van het belastbaar loon en de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn het gemiddeld belastbaar loon van ministers te boven gaat, de totale loonsom in hun jaarrekening of jaarverslag opnemen: •
het belastbaar loon verslagjaar en voorgaand jaar;
•
de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
•
de functie of functies;
•
de duur van het dienstverband.
Het gemiddeld belastbaar loon van ministers is voor het verslagjaar 2010 vastgesteld op € 193.000. In 2010 is geen salariëring boven deze norm uitgekomen. 2009
2010
36 uur
n.v.t.
Directeur Gemeentelijke dienst (uit dienst 1-1-2010) Arbeidstijd week Belastbaar loon
€ 130.008
Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn
€ 39.654*1
Werkgeversdeel
€ 20.372 € 190.034
Totaal Duur van het dienstverband
1 jaar
*1 Betreft een storting in de levensloopregeling in het kader van de in de CAO vastgelegde FLO-regeling.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 293
/ G e m e e n t e B r e da
6.9 RECHTMATIGHEID 6.9.1
INLEIDING
Met rechtmatigheid wordt bedoeld het voldoen aan interne en externe wet- en regelgeving. De externe regelgeving omvat alle regelgeving van hogere overheidsorganen. De interne regelgeving omvat minimaal alle door de raad genomen besluiten. Dit zijn bijvoorbeeld sepa rate raadsbesluiten, maar ook verordeningen en besluiten rondom jaarrekeningen, begrotin gen, kadernota’s en bestuursrapportages. De raad heeft in Breda via het controleprotocol met het bijbehorende normenkader alle voor de betreffende gemeente relevante wet- en regelge ving vastgesteld. Het normenkader fungeert daarmee als belangrijkste uitgangspunt voor de rechtmatigheidcontrole door de accountant. In artikel 213 van de Gemeentewet staat dat de accountant jaarlijks een verklaring moet afge ven over de mate waarin de gemeenten rechtmatig handelen. Dit betreft de rechtmatig heidverklaring. Deze heeft uitsluitend betrekking op de financiële rechtmatigheid en dekt dus niet de rechtmatigheid van al het gemeentelijk handelen af en beoogt dus geen volledige juri dische control.
6.9.2
DE FOCUS VAN DE ACCOUNTANT IN RELATIE TOT RECHTMATIGHEID
In het controleprotocol, voor meerdere jaren vastgesteld door de raad op 12 februari 2009, is geregeld wat de accountant, in opdracht van de raad, doet om zich een oordeel te vormen over de Jaarrekening 2010 van de Gemeente Breda, voor wat betreft de onderdelen getrouw heid en rechtmatigheid. In dit onderdeel gaat het primair om de bevindingen van de accoun tant inzake de financiële rechtmatigheid van het gemeentelijk handelen in 2010. Daarnaast richt de accountant zich op: •
de risico’s die de gemeente loopt bij handelingen en beslissingen van niet financiële aard
•
eventuele tegenstrijdigheden in het jaarverslag ten opzichte van de jaarrekening.
die op termijn een financieel risico met zich meebrengen;
Het kader dat de accountant beschikbaar heeft is het bij het controleprotocol gevoegde nor menkader waarin opgenomen is: •
wet- en regelgeving die van hogerhand is opgelegd (Europa, rijk, en provincie);
•
verordeningen en andere kaderstellende raadsbesluiten (inclusief de begroting en de ver ordeningen 212 en 213);
•
hiervan afgeleide kaderstellende collegebesluiten.
Het normenkader wordt jaarlijks gescreend op gewijzigde, interne en externe, regelgeving. Aan de hand van deze screening wordt het normenkader bijgesteld en door de raad vastge steld. Het controleprotocol heeft een meerjarige werking. Alleen wanneer er wijzigingen in de uitgangspunten worden geformuleerd door het Platform Rechtmatigheid Provincies en Gemeenten wordt het controleprotocol hierop aangepast. De criteria die de accountant hanteert bij de beoordeling van de rechtmatigheid zijn: •
het voorwaardencriterium;
•
het begrotingscriterium;
•
het criterium misbruik en oneigenlijk gebruik.
Deze criteria zijn met ingang van 2004 toegevoegd aan de reeds bestaande criteria die betrek king hebben op de getrouwheidaspecten.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 294
/ G e m e e n t e B r e da
De goedkeuringstoleranties voor de accountant die de raad in het controleprotocol heeft vast gesteld zijn: Strekking accountantsverklaring Goedkeuringstolerantie
Goedkeurend
Beperking
Oordeel-onthouding
Afkeurend
Fouten in de jaarrekening (% lasten)
≤ 1%
>1%<3%
-
≥ 3%
Onzekerheden in de controle (% lasten)
≤ 3%
>3%<10%
≥ 10%
-
Tenslotte zijn de rapporteringtoleranties van belang. Uitgangspunt bij de rapporteringtoleran ties is dat geconstateerde fouten en onzekerheden in principe in het verslag van bevindingen vermeld worden zodra deze de vermelde percentages overschrijden. Het staat de accountant daarnaast vrij om naar eigen inzicht ‘belangrijke’ bevindingen in het verslag op te nemen. Hierna wordt ingegaan op de bevindingen van de in 2010 uitgevoerde rechtmatig heidonderzoeken (6.9.3) en, naar aanleiding van het onderzoek, naar de begrotings rechtmatigheid (6.9.4). Naar aanleiding van deze bevindingen is, voorafgaand aan de vast stelling van de jaarrekening, een zogenaamd verschoningsbesluit aan de raad voorgelegd waarmee handelingen achteraf door de raad beoordeeld worden en geaccordeerd zijn.
6.9.3
DE ONDERZOEKEN IN 2010
Ook in 2010 zijn diverse onderzoeken uitgevoerd zodat voortdurend actief wordt beoordeeld of de belangrijkste gemeentelijke bedrijfsprocessen worden uitgevoerd binnen het normen kader. Gemeente Breda heeft daarbij gekozen om de kaders te handhaven, ondanks de moge lijkheid tot versoepeling op basis van de kadernota rechtmatigheid. Via het normenkader zijn de risico’s geïnventariseerd die de gemeente loopt bij de toepassing van de voor haar relevan te wet- en regelgeving. De rapportages vanuit de gerichte tussentijdse onderzoeken zorgen ervoor dat de raad kan beoordelen of deze risico’s organisatiebreed in voldoende mate wor den beheerd en beheerst. In 2010 zijn de volgende onderzoeken uitgevoerd: •
Inkoop en aanbesteding;
•
Mandatering;
•
Gemeentelijke belasting en heffingen;
•
Grond aan- en verkopen;
•
Investeringsprojecten
•
Subsidieverstrekking;
•
Subsidieontvangsten;
•
Bouwleges;
•
Bijstandsverlening;
•
Leges Burgerzaken;
•
Verhuur en pacht van school- en sportaccommodaties;
•
Personeel: berekenen, betaling van salaris, declaraties;
•
Financiële administratie, invordering, betalingsorganisatie en BTW/BCF;
De werkwijze van de gemeente, die via de methode van tussentijdse onderzoeken een actief rechtmatigheidbeheer uitvoert, ondersteunt de accountant bij de uitvoering van de rechtma tigheidcontrole. Over 2010 ontvangt de Gemeente Breda wederom een goedkeurende accountantsverklaring bij de jaarrekening met betrekking tot de rechtmatigheid van het financieel handelen. Gezien deze continuïteit in het afgeven van de goedkeurende verklaring en de verdergaande aan scherping van de ingestelde (en in de toekomst in te stellen) onderzoeken toont de gemeente aan in staat te zijn een continue kwaliteit te leveren. Wel zijn constateringen gedaan, waaruit blijkt dat wij niet in alle gevallen binnen de externe en interne regels hebben gewerkt. Deze constateringen blijven echter binnen de gestelde goedkeuringstoleranties, betreffen een fractie van de totale lasten respectievelijk baten, en zijn sporadisch te noemen in vergelijking met de veelheid aan processen en financiële handelingen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 295
/ G e m e e n t e B r e da
Daarbij is er een duidelijke trend waarneembaar, waarbij de kwaliteit van onze financiële hande lingen elk jaar toeneemt. De accountant heeft deze constateringen in zijn rapportage verwerkt, maar het college is van mening dat de raad deze informatie uit de eerste hand dient te verkrijgen. Deze constaterin gen komen voort uit de rechtmatigheidscontrole vanuit de interne controle. Hieronder zijn de constateringen omtrent de externe en interne werking opgenomen: Externe werking Er zijn afwijkingen geconstateerd ten aanzien van de Europese aanbestedingsrichtlijnen. Bin nen het totale inkoopvolume van ±160 miljoen zijn er 8 opdrachten (€ 2.334.364) verstrekt die niet conform de Europese aanbestedingsrichtlijnen zijn aanbesteed. Interne werking Via het verschoningsbesluit zijn er enkele handelingen binnen de kaders van de rechtmatigheid gebracht. Het betreft hier vijf opdrachtenverstrekkingen waarbij de interne inkoop- en aanbestedings richtlijnen niet zijn gehanteerd (€ 416.290) en een tweetal grondverkopen waarbij er niet vol gens het Mandaatbesluit is ondertekend (€ 800.000). Daarnaast is een kleine afwijking op de legesverordening geconstateerd door het tijdelijk hanteren van het verkeerde legestarief (€ 1.600). Als gevolg van onvolledige en niet-actuele ondermandaatregelingen zijn er afwijkingen ten aanzien van het aangaan van inkoopverplichtingen en ten aanzien van de ondertekening van personele declaraties geconstateerd. In 2010 zijn er, zoals hiervoor aangegeven, 8 afwijkingen op de Europese aanbestedingsregels geconstateerd, ter waarde van € 2.334.364. Van deze afwijkingen hebben 5 afwijkingen (€ 1.243.572) betrekking op reeds eerder in 2009 geconstateerde foutieve aanbestedingen, waarvan het effect nog in 2010 naijlde. Ondertussen hebben er diverse acties plaatsgevonden die ervoor zorgen dat deze oude fouten in de toekomst niet meer voor zullen komen. Zo is er door de directie Sociale Zaken een nieu we aanbesteding gedaan voor de re-integratiediensten, wordt het bedrijf Krauthammer niet meer ingehuurd voor Management Development-trajecten, is er een aanbesteding opgestart door de directie Buitenruimte voor het onderhoud en levering van gereedschappen en is er een nieuwe aanbesteding gedaan om in toekomstige inhuur te voorzien. Voor de ontwikkeling van de biomassacentrale is reeds in 2009 expertise ingehuurd bij G3 Advies voor het opstellen van een adviesrapportage. Om de kennis en ervaring niet te verlie zen en omdat de Gemeente Breda deze expertise (nog) niet in huis had is besloten om G3 Advies in 2010 opnieuw in te huren, deze keer voor het projectmanagement. Naar verwach ting zal Breda in de toekomst het projectmanagement zelf ter hand kunnen nemen. De effec ten van deze maatregelen zullen vanaf 2011 zichtbaar worden.
6.9.4
DE BEGROTINGSRECHTMATIGHEID
Het begrotingscriterium is het laatste toetsingscriterium in het kader van het rechtmatigheids beheer dat in deze paragraaf aan de orde wordt gesteld. Zaken die niet passen binnen dit cri terium en derhalve als niet rechtmatig kunnen worden aangemerkt zijn eveneens via het ver schoningsbesluit vooraf aan de raad voorgelegd. In de Kadernota Rechtmatigheid van 12 juli 2010 van het Platform Rechtmatigheid Provincies en Gemeenten (PRPG) wordt begrotingsrechtmatigheid omschreven als: “Financiële beheershandelingen, die ten grondslag liggen aan de baten en lasten, alsmede de balansposten, dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting en hiermee samenhangende programma’s (begrotingscriterium). In de begroting zijn de maxima voor de lasten vermeld die door de raad zijn vastgesteld. Dit houdt in dat de financiële beheershandelingen dienen te passen binnen de begroting, waarbij het juiste pro gramma, de toereikendheid van het begrotingsbedrag, alsmede het begrotingsjaar van belang zijn.”1 1
Uit: Kadernota rechtmatigheid van 12 juli 2010 van het Platform Rechtmatigheid provincies en gemeenten (PRPG), blz. 19.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 296
/ G e m e e n t e B r e da
Door een systeem te ontwikkelen met voldoende waarborgen voor tijdige melding van bud getoverschrijdingen aan de gemeenteraad dienen de risico’s met betrekking tot de uitoefe ning van het budgetrecht van de raad te worden beheerst. Uit het hierna gepresenteerde overzicht blijkt bij welke taakvelden zich de relevante te beoordelen verschillen voordoen, tus sen de realisatie in 2010 en de bijgestelde Begroting 2010.
Begroting 2010 Taakveld
Na wijziging Lasten
Baten
Begrotingafwijking
Jaarrekening 2010
Saldo
Waarvan lastenoverschrijding
Na wijziging Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Lasten
Baten
(bedragen x € 1 miljoen)
Stadsbedrijven
72.027
48.238
23.789
71.070
48.253
22.817
957
-15
-
-
Buitenruimte
53.418
13.291
40.127
57.472
16.628
40.844
-4.054
-3.337
-4.054
-3.337 -2.480
BSW
46.712
47.215
-503
49.265
49.693
-433
-2.550
-2.480
-2.550
Culturele instellingen
17.137
3.086
14.051
17.159
3.292
13.867
-22
-206
-22
-206
EZ & Grondbedrijf
64.519
34.475
30.044
74.526
47.879
26.647
-10.007
-13.404
-10.007
-13.404
Maatschappelijke ontwikkeling
75.605
18.719
56.886
71.257
16.635
54.622
4.348
2.084
-
-
Ruimtelijke ontwikkeling
21.191
4.464
16.727
20.573
5.136
15.437
618
-672
-
-
Publiekszaken
28.109
11.132
16.977
30.459
15.001
15.458
-2.350
-3.869
-2.350
-3.869
Sociale zaken
141.416
79.897
61.519
138.764
79.255
59.509
2.652
642
-*
-
24.350
1.083
23.267
25.061
3.111
21.950
-711
-2.028
-711*
-2.028
9.683
4.448
5.235
9.196
4.306
4.890
487
142
-
-
233.210 -243.409
4.197
240.170 -235.973
-14.736
-6.960
-14.396
-6.960
529.813
39.639
-25.484
-30.555 -34.090
-32.284
10.323
50.833
-40.510
1.012
5.209
-
-
0 579.319
580.194
-875
-24.472
-25.346
-34.090
-32.284
Bestuur, bestuursondersteuning en veiligheid Programmamanagement en projecten Algemene baten en lasten Totaal lasten en baten Totaal mutaties in reserves
-10.199
543.968
499.258
11.334
56.044
555.302
555.302
44.710 569.452
-44.710
In het algemeen kan worden gesteld dat de hier gepresenteerde extra uitgaven en inkomsten door het college zijn gedaan c.q. gerealiseerd binnen het door de raad uitgezette beleid. Alleen de met een * gemarkeerde taakvelden komen voor verschoning in aanmerking. De toe lichtingen op alle belangrijke verschillen tussen begroting en jaarrekening in hoofdstuk 5 van deze jaarrekening leiden tot die conclusie. Met het vaststellen door de raad van de (jaar)reke ning, waarin die uitgaven zijn opgenomen, worden de uitgaven alsnog geautoriseerd. Over het algemeen zal de accountant deze overschrijdingen dan ook niet betrekken bij de beslis sing of al dan niet een goedkeurende accountantsverklaring kan worden gegeven. Waar deze algemene regel niet toepasbaar is kan de rechtmatigheid via verschoning worden geborgd. Daarbij is de werkwijze gehanteerd dat eerst de te nemen verschoningsbesluiten, gespecificeerd op hoofdlijnen, zijn toegelicht. Daarna zijn, ter afronding, de budgetverschillen waar geen verschoning voor wordt gevraagd opgesomd met vermelding van de reden waar om op die onderdelen geen verschoning nodig is. Afzonderlijk worden vervolgens de te ver schonen bedragen vermeld. Deze redenen sluiten aan bij de in het Normenkader van het PRPG genoemde mogelijkheden.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 297
/ G e m e e n t e B r e da
De te nemen verschoningsbesluiten in verband met de begrotingsonrechtmatigheid zijn: Taakveld 9: Sociale Zaken en Werkgelegenheid Het taakveld Sociale Zaken en Werkgelegenheid kent weliswaar geen kostenoverschrijding welke een verschoningsbesluit vereist maar bij een begrotingswijziging in 2010 is abusievelijk een bedrag begrotingstechnisch onttrokken uit de reserve armoedebestrijding terwijl dit de risicoreserve Bijstand/WMO had moeten zijn. In de jaarrekening is dit bedrag ook daadwerke lijk uit de risicoreserve Bijstand/WMO onttrokken. Deze mutatie vereist als gevolg van de ver wisseling wel verschoning. Taakveld 10: Bestuur, bestuursondersteuning en veiligheid Bij bestuur, bestuursondersteuning en veiligheid is een overschrijding van de kosten van € 711.000 ontstaan (2,9% van de totale kosten). Hiertegenover staat een hogere inkomst van € 2.028.000. Voor het overgrote deel hangen de hogere uitgaven direct samen met de hogere opbrengsten. Zo zijn de uitgaven voor bestuursondersteuning € 625.000 hoger maar zijn de baten eveneens € 584.000 meer en is er bij bestuurlijke samenwerking € 270.000 meer uit gegeven maar ook € 429.000 meer ontvangen. Voor wat betreft bestuursondersteuning wor den de hogere uitgaven veroorzaakt door personele lasten die in de begrotingsbedragen gesaldeerd waren opgenomen. De Jaarrekening 2010 bevat echter zowel de bruto lasten als de bruto baten. Bij bestuurlijke samenwerking worden de hogere lasten veroorzaakt doordat er meer inzet heeft plaatsgevonden dan voorzien bij de vorming van de regio West Brabant. Omdat de extra werkzaamheden voor de gehele regio plaats hebben gevonden staan hier ook extra bijdragen tegen over. Alleen bij de raad, raadscommissies en griffie is sprake van een hogere uitgave dan begroot waartegenover geen extra bate staat. De hogere uitgaven bedra gen € 256.000 en wordt voor het merendeel veroorzaakt door hogere raadsvergoedingen. De hier tegenoverstaande middelen zijn bij de algemene lasten en baten begroot waardoor er optisch sprake is van een overschrijding terwijl wel middelen hiervoor beschikbaar zijn. Daar naast zijn extra kosten gemaakt in verband met de inhuur van een interimgriffier en werving van een nieuwe griffier. Tot slot zijn er extra uitgaven geweest op het gebied van het bestuur lijk informatiesysteem in de raadszaal. Doordat de uitgaven niet (volledig) begroot waren die nen deze daarom verschoond te worden. De hierna volgende budgetverschillen tasten de begrotingsrechtmatigheid niet aan: Taakveld 2: Buitenruimte De uitgaven bij Buitenruimte zijn € 4.054.000 hoger uitgevallen dan begroot (7,6% van de totale kosten) daar staan, in directe relatie daarmee, hogere opbrengsten van € 3.337.000 tegen over. De hogere uitgaven zijn veroorzaakt door het uitvoeren van meer projecten voor derden dan begroot en tegenvallende uitgaven voor gladheidsbestrijding als gevolg van de winterse omstandigheden aan begin en eind van 2010. De extra opbrengsten zijn afkomstig van derden waarvoor de projecten uitgevoerd zijn. Tevens zijn er ook meer bijdragen ontvan gen voor gladheidsbestriijding bij bedrijven en instellingen. Naast de hogere baten is er nog een bijdrage vanuit de investeringsreserve die zorgt voor volledige afdekking van de lasten overschrijding. Van onrechtmatigheid is dan ook geen sprake. Taakveld 3: BSW De uitgaven bij de BSW zijn in 2010 met € 2.550.000 overschreden (5,5% van de uitgaven). Daartegenover staan daarmee samenhangende hogere baten van € 2.478.000. Wanneer hier bij de stortingen en onttrekkingen in de reserves worden betrokken dan dekken de hogere baten de hogere lasten volledig af. Binnen het werkbedrijf is een negatief resultaat geboekt. Er zijn weliswaar meer externe plaatsingen geweest waarvoor vergoedingen ontvangen zijn maar de rijkssubsidie WSW is in 2010 € 450.000 lager uitgevallen dan begroot. Binnen het leerwerkbedrijf is echter een positief resultaat geboekt waardoor er per saldo een positief resultaat is geboekt. Aangezien de baten (inclusief reservemutaties) navenant hoger zijn en de hogere uitgaven binnen het vigerende beleid passen is geen verschoning vereist.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 298
/ G e m e e n t e B r e da
Taakveld 4: Culturele Instellingen De uitgaven bij Culturele Instellingen zijn met € 22.000 overschreden (0,1% van de uitgaven). Hiertegenover staan hogere opbrengsten van € 206.000. De hogere lasten en baten zijn met name binnen De Nieuwe Veste terug te vinden. Het aantal lesuren laat hier een lichte stijging zien wat tot hogere lasten en baten leidt. Bij de Bibliotheek is een aantal uitgaven lager uitge vallen dan begroot. In totaliteit blijft er voor de Culturele Instellingen dan ook een beperkte overschrijding over. De hogere baten dekken deze lastenoverschrijding ruimschoots af en han gen hiermee bovendien direct samen waardoor verschoning niet benodigd is. Taakveld 5: Economische Zaken en grondbedrijf Bij Economische zaken en grondbedrijf is een overschrijding ontstaan van € 10.007.000 (15,5 % van de uitgaven). Dit is een gevolg van de afboeking van gronden per 31 december 2010 en het vormen van voorzieningen voor negatieve planresultaten. Als gevolg van de economische crisis is de terugverdiencapaciteit van de gronden aanzienlijk gedaald en zijn enkele projecten stopgezet waardoor het verlies op deze gronden, op grond van de verslagleggingsvoorschrif ten, dient te worden genomen. Verschoning is als gevolg van de wettelijke verplichting tot afboeking c.q. het vormen van voorzieningen niet nodig. Tegenover de extra afboekingen staan overigens extra winstnemingen waar de lastenoverschrijdingen volledig mee 'opgevan gen' worden. Taakveld 8: Publiekszaken Bij publiekszaken is een overschrijding van € 2.350.000 ontstaan (8,3% van de uitgaven). De opbrengsten zijn ook hoger en bedragen € 3.869.000 meer dan begroot. De hogere uitgaven hebben bijna allen betrekking op Burgerzaken en Bouw- en woningtoezicht. De hogere uitga ven voor burgerzaken en bouw- en woningtoezicht worden volledig afgedekt door de hogere opbrengsten en hebben hiermee tevens een direct verband. De vraag naar producten en dien sten is hoger geweest dan voorzien en als gevolg hiervan zijn ook de kosten voor het leveren van hetgeen gevraagd wordt hoger uitgevallen. De baten zijn als gevolg hiervan eveneens hoger. Deze hogere inkomsten dekken voor deze afdelingen de extra uitgaven volledig af. Verschoning van de lastenoverschrijding kan als gevolg hiervan achterwege blijven. Taakveld 12: Algemene lasten en baten De uitgaven bij de algemene lasten en baten zijn € 14.839.000 hoger dan begroot. Daar staan hogere opbrengsten van € 7.403.000 tegen over. Het begrotingssaldo van de 2e bestuurs rapportage, - €15,1 miljoen, is debet aan deze begrotingsoverschrijding. Het resultaat is name lijk centraal geplaatst op dit taakveld. Dit negatieve resultaat van de 2e bestuursrapportage werd met name veroorzaakt door de verplichte verliesneming op een aantal complexen bin nen de grondexploitaties. Doordat de verliezen genomen moeten worden is verschoning niet noodzakelijk. De hogere opbrengsten op dit taakveld hebben overigens geen relatie met de lastenoverschrijding. De extra inkomsten zijn eenmalig van aard en zijn afkomstig uit vrijval lende middelen uit de GSB-III periode en het met gesloten beurzen afwikkelen van het verle den met de Belastingdienst. Naast de hogere uitgaven op de taakvelden is er ook een aantal kredieten waar onvoorzien extra uitgaven hebben plaatsgevonden. Ook hiervoor geldt dat deze in zijn algemeenheid zijn gepleegd/gerealiseerd binnen het door de raad uitgezette beleid. Op de navolgende kredieten zijn uitgaven gepleegd welke in 2010 slechts ten dele of überhaupt nog niet voorzien waren: •
Biomassacentrale
De voorbereidingen voor de realisatie van de Biomassacentrale zijn in volle gang. Om de voorbereiding mogelijk te maken is door de raad een voorbereidingskrediet van € 800.000 beschikbaar gesteld. Tot en met 2010 is hierop € 1.550.000 uitgegeven. Voor de meeruitgaven boven het gevoteerde krediet wordt verschoning gevraagd. Om een sub sidie van de provincie te kunnen verkrijgen moesten enkele investeringen in energievoor zieningen naar voren worden gehaald. Er is dus alleen sprake van verschuiving van uitga ven in de tijd. De ontwikkeling van de biomassacentrale heeft bovendien een scopewijziging ondergaan (van realisatie in eigen beheer naar een participatiemodel samen met een marktpartij). Daarnaast is een risico-analyse op de markt voor grondstof fen uitgevoerd en zijn stappen gezet in onderhandelingen met Essent die hebben geleid
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 299
/ G e m e e n t e B r e da
tot een samenwerkingsovereenkomst. Verder is met Essent local energy solutions een uit gebreide verkenning gemaakt om tot een goede koppeling van de centrale op het warm tenet te komen.
Alle gemaakte kosten worden ingebracht en terugverdiend in de nog op te richten entiteit 'Biomassacentrale Breda'.
•
Winkelconcentratie Teteringen
Eind 2010 is aan Bouwfonds opdracht gegeven één van de door hen voorgestelde model len voor de realisatie van een nieuwe winkelconcentratie in Teteringen nader uit te wer ken. De realisatie van een nieuw winkelcentrum is noodzakelijk vanwege de groei/uitbrei ding van Teteringen. Ervaring heeft geleerd dat toekomstige bewoners, in hun afweging naar Teteringen te willen verhuizen, de aanwezigheid van een interessant winkelaanbod laten meewegen. Om de verkoopbaarheid van de woningen te bespoedigen is een snelle ontwikkeling van de Scheperij van groot belang. Voor deze ontwikkeling zijn derhalve reeds kosten gemaakt waarvoor nog geen krediet beschikbaar is. De totale lasten welke in deze jaarrekening zijn meegenomen bedragen € 350.000. Voor € 280.000 hiervan is ver schoning benodigd.
•
Dynamische reisinformatie OVT
Voor het systeem van dynamische reizigersinformatie binnen de OV-terminal is een provin ciale subsidie toegekend. De voorbereidende werkzaamheden zijn reeds uitgevoerd voor een totaalbedrag van € 27.000. Deze uitgaven passen binnen de provinciale subsidie toekenning. Er heeft echter nog geen kredietvotering plaatsgevonden waardoor verscho ning van deze uitgaven benodigd is.
•
Project Biogas
Met waterschap Brabantse Delta is medio 2010 een samenwerkingsovereenkomst geslo ten en wordt in het kader van het 'Unieke kansen programma Verduurzaming Warmte en Koude' gewerkt aan het project Biogas. Het project kent een samenhang met de Biomas sacentrale. Zodra de verdere uitwerking van het project bekend is zal een krediet worden aangevraagd. Er zijn echter wel enige voorbereidingskosten gemaakt van ongeveer € 22.000 waarvoor verschoning wordt gevraagd.
•
Verlengde Stationslaan De Verlengde Stationslaan maakt onderdeel uit van het project Drie Hoefijzers. De ont wikkeling van dit gebied geschiedt door AM. De aanleg van de Verlengde Stationslaan wordt gerealiseerd door de gemeente. Voor de voorbereiding waren kredieten gevoteerd tot een totaalbedrag van € 3,9 miljoen. De uitgaven tot en met 2009 bedragen € 3.838.666, waardoor het restantkrediet per 1-1-2010 € 61.334 bedroeg. In 2010 zijn uitgaven gedaan tot een totaalbedrag van € 223.942 ofwel € 162.608 meer dan het beschikbare restantkrediet.
Eind 2010 is een aanvullende kredietaanvraag voor de kosten voor de resterende looptijd voorbereid. De doorlooptijd van deze kredietaanvraag is echter langer geweest dan voor zien waardoor de raad op 17 maart pas het aanvullend krediet heeft gevoteerd. De kre dietaanvraag is overigens voorzien van een sluitende projectbegroting. Met de kredietaan vraag zijn de uitgaven 2010 alsnog beschikbaar gesteld. Middels deze jaarrekening en het beschikbaar stellen van het krediet worden de uitgaven tevens verschoond.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 300
/ G e m e e n t e B r e da
6.10 (CONCERN)CONTROL Inleiding Sinds de Jaarrekening 2008 informeert het college van B&W de gemeenteraad over de ont wikkeling en de uitvoering van de concerncontrolfunctie. Hiermee wordt feitelijk gerappor teerd over de uitvoering van de opdracht van de gemeenteraad aan het college van B&W tot het doeltreffend en efficiënt sturen en beheersen van de gemeentelijke organisatie. Het orga niseren en uitvoeren van activiteiten binnen de programma’s, projecten en taakvelden kennen elk hun specifieke sturings- en beheersingsopgaven. Deze paragraaf over concerncontrol vervangt dus de paragraaf ‘Onderzoeken ex artikel 213a Gemeentewet’. In die opzet werd alleen ingegaan op onderzoeken die het college van B&W moest voeren naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur. De huidige paragraaf ‘(concern)control’ richt zich op de integrale sturing en beheersing van de gemeentelijke organisatie en heeft daarmee een bredere scope. Ontwikkelingen 2010 De afgelopen jaren zijn op het terrein van control verschillende initiatieven gestart om te komen tot de gewenste en noodzakelijke sturing en beheersing van de organisatie. Onder werpen die in dat verband zijn opgepakt zijn onder andere de financiële opzet en beheersing van programma’s en projecten, de ontwikkeling van projectcontrol met als belangrijke pilot Via Breda, onderzoek naar en ontwikkelen van juridische kwaliteitszorg, ontwikkelen en ver beteren van sturings- en managementinformatie via bestaande en nieuw te ontwikkelen instrumenten, de invoering van voortgangsbesprekingen tussen de directieraad en directeu ren. Begin 2008 is de versterking van concerncontrol opgepakt vanuit de ontwikkeling van een managementcontrolsysteem waarbinnen een zeven onderwerpen worden onderscheiden, te weten: •
kaderstelling
•
risicomanagement
•
procesmanagement
•
informatievoorziening
•
interne controle
•
evaluatieonderzoeken en audits
•
rapportagestructuur
In 2010 is specifiek vanuit de functie concerncontrol gewerkt aan de verdere ontwikkeling en versterking van: 1. (Financieel) Risicomanagement In 2010 is verder gewerkt aan het versterken van het risicomanagement door de door ontwikkeling van de risicoparagraaf in de directiebegrotingen 2011 en de bespreking daarvan door de gemeentesecretaris en de betreffende directeur. De kaderstelling omtrent risicomanagement is nog niet afgerond omdat een aantal stu rings- en beheersingselementen die onderdeel uitmaken van de kaderstelling nauw samenhangen met de wijze waarop de gevolgen van de doorontwikkeling van de organi satie worden ingebed in de interne organisatie. Over risicomanagement, en andere onder werpen, vindt regelmatig informatie-uitwisseling plaats met de concerncontrollers van een aantal regiogemeenten. In 2010 zijn ook voorbereidingen getroffen om het financieel risicomanagement in 2011 scherper aan te zetten. De directies leggen dan maandelijks verantwoording af aan de gemeentesecretaris over een onderwerpen die direct invloed hebben op het financieel resultaat, per kwartaal wordt gerapporteerd aan het college en de raad.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 301
/ G e m e e n t e B r e da
2. Interne controle De afgelopen twee jaar is een kwaliteitsimpuls gegeven aan de interne controle door een ande re sturing op de keuze van onderwerpen; naast de reguliere controle op de belangrijkste finan ciële processen, worden aspecten toegevoegd die een relatie hebben met de verbeteringen in de sturing en beheersing van werkprocessen op concernniveau. Het controleplan en de uitein delijke resultaten van de onderzoeken en audits zijn besproken met de gemeentesecretaris en concerncontroller. Door controles waar mogelijk te vervroegen worden de resultaten ook van steeds meer waarde voor de werkzaamheden van de accountant. 3. Rapportagestructuur In juni 2009 is een notitie opgesteld met als doel structuur en kwalitatieve verbeteringen aan te brengen in de vele vormen van verantwoordingsrapportages. De uitgebrachte noti tie bevat tevens aspecten die worden benut voor versterking van de functionele relatie tussen de functies concerncontrol van de Concernstaf en de decentrale controlfunctie van het SSC. De ontwikkeling van de financiële maandrapportages past in dit streven. Verdere stappen om tot verbetering van de rapportagestructuur te komen, zullen afgestemd worden op de concrete aanpassingen naar aanleiding van de doorontwikkeling van de organisatie.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 302
/ G e m e e n t e B r e da
INVESTERINGEN EN SUBSIDIES
7
7
INVESTERINGEN EN SUBSIDIES 7.1
INVESTERINGEN De besluiten van de raad met betrekking tot toekomstige investeringen zijn verwerkt in een meerjareninvesteringsplan (MIP). In deze planning zijn de beschikbare investeringsvolumes verdeeld. Op een later tijdstip, te weten het jaar van uitvoering, worden de bijbehorende investeringskredieten door de raad beschikbaar gesteld. Voor kredieten lager dan € 1 miljoen vindt de votering plaats bij het vaststellen van de begroting.
7
Op basis van een investeringsplanning vindt jaarlijks in de begroting van de directies een actuali satie van de jaarschijven plaats. Hiermee ontstaat zicht op de in een begrotingsjaar te realiseren investeringen. Op basis van de door de raad vastgestelde Financiële Verordening Breda ex artikel 212 van de Gemeentewet is het mogelijk dat de raad met het vaststellen van de begroting in principe ook de gehele jaarschijf van de investeringskredieten van het desbetreffende begrotingsjaar auto riseert. Hierbij heeft de raad de mogelijkheid om bij de begroting expliciet aan te geven welke investeringsprojecten in de loop van het jaar ter besluitvorming terug moeten komen. Voor 2010 is op deze wijze bij de begroting een bedrag van € 23,5 miljoen gevoteerd: € 5,5 miljoen voor bedrijfsmiddelen, € 12,1 miljoen voor instandhoudingsinvesteringen en € 5,9 miljoen voor overige investeringen. Daarnaast is in de loop van 2010 door de raad een bedrag van € 44,1 miljoen voor diverse projecten gevoteerd, zodat in totaal in 2010 een bedrag van € 67,6 miljoen aan nieuwe kredieten beschikbaar was. Het betreft de volgende kredieten: In 2010 gevoteerde kredieten (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Bedrag
Bij begroting 2010
Bedrijfsmiddelen Diverse instandhoudingsinvesteringen
5.460 12.124
Overige investeringen < € 1 miljoen
5.876 23.460
In de loop van het jaar gevoteerd
Brede school Viandenlaan
4.084
Bedrijventerreinen
5.057
Businesscase dienstverlening
1.700
Huis van de Heuvel
11.781
Onderwijshuisvesting
11.231
Biomassacentrale voorbereiding
800
Upgrading NAC-stadion
6.250
Basisregistratie
600
DPRIS
949
Overige investeringen (met name bedrijfsmiddelen)
1.543 43.995
Subtotaal
€ 67.455
Totaal
Naast de nieuw gevoteerde kredieten in 2010 resteerde per 31 december 2009 een bedrag van € 139,7 miljoen aan restantkredieten. Ook zijn er in 2010 kredietbedragen opgehoogd voor een totaalbedrag van € 13 miljoen in verband met subsidietoekenningen die in een eerder stadium nog niet bekend waren. Daarnaast zijn er tussentijds (onder andere bij de tweede bestuurs rapportage) restantkredieten afgeraamd voor een totaalbedrag van € 7,6 miljoen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 305
/ G e m e e n t e B r e da
Totaal beschikbaar investeringsvolume in 2010 In totaal was er voor 2010 een investeringsvolume beschikbaar van € 212,6 miljoen, waarvan in onderstaande tabel een specificatie is opgenomen. (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
a) Restantkredieten uit 2009
Onderwijshuisvesting
22.193
MFA’s Teteringen (om de Haenen + de Mandt)
23.838
MFA Prinsenbeek (Apollo)
1.709
Brede School Geeren Noord
7.008
OV-terminal
29.543
vastgoedbeheer
735
Welzijnsaccommodaties
2.310
Sport
3.389
Afvalservice
5.913
Parkeerbedrijf
2.123
Riolering
3.748
Oosterhoutseweg 2e fase
13.144
Buitenruimte
4.816
Revitalisering bedrijventerreinen
1.282
SSC
1.870
Verkeer & vervoer
5.804
Milieu
3.136
Wonen
1.264
Programma- en projectmanagement
1.135
Publiekszaken
1.205
Overige restantkredieten
3.539
Totaal restantkredieten 2009
€ 139.704
Nieuw gevoteerde kredieten in 2010
67.455
Aanpassing i.v.m. subsidietoekenningen
12.976
Reeds afgeraamde restantkredieten
-7.503
Totaal beschikbaar in 2010
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
€ 212.632
p 306
/ G e m e e n t e B r e da
Investeringen in 2010 Van het in totaal beschikbare investeringsbedrag van € 212,6 miljoen is in 2010 € 79 miljoen besteed. Van deze uitgaven is € 8,4 miljoen gedekt door subsidies van rijk en provincie, € 2,4 miljoen is onttrokken uit de investeringsreserves en € 9,1 miljoen wordt gedekt uit overige bijdragen. In hoofdstuk 5 van deze jaarrekening treft u per taakveld een specificatie aan van de investeringen. In dit hoofdstuk wordt volstaan met het benoemen van de belangrijkste investeringsprojecten in 2010: (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Uitgaven in 2010
Ondergrondse glasvoorzieningen
2.142
Overige afvalservice
2.533
MFA Om de Haenen, de Mandt en Apollo
5.278
BS Geeren Noord
5.572
BS Weilust
1.811
Ste. Maerte
1.900
Nutsschool Breeschot
1.218
J. Nieuwenhuyzenstraat
2.172
Overige onderwijshuisvesting en vastgoed
7.954
Parkeerbedrijf
1.451
Uitbreiding Nac-stadion
3.203
Overige sport- en welzijnsaccommodaties
4.988
Reconstructie Oosterhoutseweg
8.449
Riolering
9.176
Overige beheer buitenruimte
4.627
Revitalisering bedrijventerreinen
640
Biomassacentrale
1.344
Verkeer & vervoer
8.818
Overige investeringen ruimtelijke ontwikkeling
951
Bedrijfsmiddelen SSC
2.187
Overige investeringen
2.634 € 79.048
Totaal
Restantkredieten per 31-12-2010 Per 31-12-2010 resteerde (na vrijval van - € 3,6 miljoen) in totaal een restantvolume van € 129,9 miljoen. Hier staan bijdragen uit reserves en bijdragen van derden tegenover voor een totaalbedrag van € 52,9 miljoen. In het volgende overzicht is een specificatie van deze bedragen opgenomen. In het kader van beheersing van de restantkredieten is in 2009 gestart met de uitwerking van de volgende onderwerpen. •
Cost to complete: welke middelen zijn er eventueel aanvullend nodig om de investering af te kunnen ronden? In de volgende paragraaf wordt dit onderwerp nader toegelicht.
•
In welk jaar vindt de afronding van de investering plaats?
Het merendeel van de investeringen zal worden afgerond in 2011 en 2012. Met name de bouw van de OV-terminal kent een langere looptijd.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 307
/ G e m e e n t e B r e da
Specificatie restant investeringsvolume en inkomsten (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Nog beschikbaar bedrag
Dekking uit reserves en
ultimo 2010
inkomsten derden na 2010
Viandenlaan
8.731
0
20.198
798
OV-terminal
31.282
31.048
Huis van de Heuvel
12.135
758
Overige restanten onderwijs en vastgoed
14.232
-2.617
MFA’s Teteringen (om de Haenen + de Mandt)
Uitbreiding Nac-stadion
2.701
0
Overige restanten Sport en welzijn
3.573
93
Afvalservice
1.183
-12
Parkeerbedrijf
1.189
827
Riolering
1.860
5
Oosterhoutseweg 2e fase
4.699
4.699
Overige restanten buitenruimte
3.204
485
Revitalisering bedrijventerreinen
6.395
6.395
SSC
1.675
-18
Verkeer & vervoer
3.341
3.231
948
-521
Milieu Wonen
308
415
5.851
5.905
719
719
Publiekszaken
2.822
270
Overige restantkredieten
2.869
414
€ 129.915
€ 52.924
Verlengde Stationslaan Overige restanten Programma- en projectmanagement
Voor een overzicht restantkredieten wordt verwezen naar bijlage 8.1 In dit overzicht is opgenomen het oorspronkelijke krediet, de uitgaven tot en met 2009, de uitgaven 2010, de vrijval in 2010 en het restantbedrag per 31 december 2010. Voor een groot aantal kredieten, zoals bij de kredieten onderwijshuisvesting, geldt dat deze wachten op een administratieve afwikkeling met derden, zoals bijvoorbeeld het indienen en het verwerken van einddeclaraties.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 308
/ G e m e e n t e B r e da
7.2 COST TO COMPLETE In het kader van de projectbeheersing is voor alle projecten die een groter kostenbudget hebben dan € 1 miljoen en afzonderlijk door de Raad zijn gevoteerd een zogenaamde ‘cost-to-complete’ raming opgesteld. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen projecten die al in uitvoering zijn en projecten die die status nog niet hebben. Het onderscheid concentreerde zich daarbij op de volgende punten: •
Bij projecten die in uitvoering zijn, is er beoordeeld of er voldoende financiële middelen beschikbaar zijn om het project tegen de afgesproken kwaliteit af te ronden. Bijvoorbeeld: een project bestaat uit 5 fases, twee ervan zijn afgerond. De vraag die gesteld werd luidde: is er nog voldoende geld om de komende 3 fases te realiseren?
•
Voor projecten die nog niet in uitvoering zijn, maar waarvoor al wel kosten zijn gemaakt, moeten er voldoende financiële middelen beschikbaar zijn gesteld om het project financieel af te kunnen wikkelen waarbij voor reeds gemaakte kosten alsnog dekking gezocht wordt.
Als voor beide categorieën voldoende middelen beschikbaar zijn, worden er - voor wat betreft dit onderdeel - geen risico’s gelopen die de financiële draagkracht van de gemeente te boven gaan. Buiten het voordeel dat de financiële uitkomsten hiermee beter voorspeld kunnen worden, ontstaat ook het voordeel van financiële sturing. Buiten de grondbedrijfproblematiek op grond van deze analyse door het college besloten een bedrag van € 0,4 miljoen ten laste van de exploitatie een voorziening te treffen voor het project Winkelconcentratie Teteringen. Projecten en grondexploitaties vormen voor wat betreft de risico’s en weerstandsvermogen een apart hoofdstuk. De huidige lijn is dat projectcalculaties/kostprijsopzetten uitgaan van min of meer theoretische uitgangspunten/aannames. Echter, deze aannames zullen in de werkelijk heid niet altijd kloppen. Zo kan het project - vanwege lange inspraakprocedures of archeologische vondsten - langer lopen dan ingeschat met als gevolg extra rentekosten. Grondverwervingen kunnen duurder uitpakken dan verwacht. Ook kan de grond slapper zijn dan aanvankelijk aangenomen, waardoor extra palen geslagen moeten worden, gevolg extra kosten. Ook het economisch getij kan ver slechteren, waardoor de inkomsten dalen. Omdat het onzeker is of deze risico’s zich daad werkelijk voordoen worden zij niet meegenomen in projectramingen. Echter, het financiële risico ligt er wel. Het BBV stelt in dit kader een aantal eisen aan de financiële gegevens. Een daarvan is ‘voorzichtigheid’ en dat beginsel stelt dat voorziene verliezen en risico’s, die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, in acht moeten worden genomen bij het opstellen van de jaarrekening. Simpel gezegd: voor deze verliezen en risico’s moeten voldoende financiële middelen beschikbaar zijn. Vanuit het voorzichtigheidsbeginsel gaan we verschillend om met gecalculeerde verliezen en risico’s. Artikel 70 van het BBV stelt dat zodra kostprijsopzetten van (vastgestelde) grond exploitaties een verlies laten zien, hiervoor een voorziening moet worden gevormd ten laste van het resultaat. Immers: calculaties laten zien dat dit een onvermijdbaar verlies is. Risico’s leiden niet met 100% zekerheid tot een uitgaaf. Desondanks zullen er middelen aan wezig moeten zijn om - indien de risico’s zich voordoen - deze niet begrote kosten te dekken. Bij het vaststellen van de Nota Risicomanagement van het Grondbedrijf is door de Raad besloten dat voor 65% van de gekwantificeerde risico’s geld beschikbaar moet zijn. Echter, het verlies nemen we nog niet vanwege de onzekerheid. Deze benodigde financiële middelen noemen we het weerstandsvermogen. Dit weerstandsvermogen bevindt zich in de Algemene Reserve (Grondbedrijf). Artikel 11 van het BBV behandelt deze problematiek. Zoals uit het bovenstaande blijkt zit er een relatie tussen de verwachte risico’s, gecalculeerde resultaten en het beschikbare weerstandsvermogen. Een voorbeeld maakt dit het best duidelijk: verwachte risico’s worden geblokkeerd in de Algemene Reserve (Grondbedrijf). Zodra de risico’s die zich hebben voorgedaan, worden deze opgenomen in de gecalculeerde resultaten. Dit zal het resultaat verslechteren en dus vloeit er - bij het beeindigen van het project - minder geld in de Algemene Reserve. Maar omdat we deze risico’s geblokkeerd hadden binnen de Algemene Reserve, verslechtert de financiele situatie van de gemeente niet. De voorziene risico’s en weerstandsvermogen vormen zodoende communicerende vaten.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 309
/ G e m e e n t e B r e da
Overeenkomstig de eisen van het BBV heeft het college besloten een bedrag van € 10,3 miljoen af te boeken van reeds geleden verliezen van project Bavel-Zuid en drie kleinere locaties. Verder zijn, in aanvulling op reeds bestaande voorzieningen, voor € 18,6 miljoen voorzieningen gevormd voor de nadelige planresultaten van onder andere Teteringen (Woonakker en Bouverijen), gebiedsontwikkeling Via Breda, Saval, Vlaszak/Gasthuispoort en Landschappelijke Driehoek.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 3 10
/ G e m e e n t e B r e da
7.3 SUBSIDIES De Gemeente Breda maakt gebruik van inkomende subsidieregelingen vanuit Europa, het Rijk en de provincie. Deze middelen zijn een belangrijke inkomstenbron voor de dekking en uit voering van beleid en projecten en vertegenwoordigen zo’n € 277 miljoen (31-12-2010) aan inkomsten verdeeld over 180 subsidies. Deze subsidies kunnen als volgt worden onderverdeeld: (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
subsidiebedrag
(Pre-) aanvraagfase Uitvoeringsfase Verantwoordingsfase Totaal
aantallen
€ 41.583
34
€ 152.847
110
€ 82.233
36
€ 276.663
180
Bovenstaande subsidies welke zich in de verantwoordingsfase bevinden, zijn richting de subsi dieverstrekker reeds verantwoord. Van het hierboven vermelde bedrag is inmiddels een bedrag van € 67 mln definitief beschikt. Het merendeel van dit bedrag (66 mln) heeft van doen met de ontvangst van de definitieve GSB III /SIV beschikking. Van de subsidietrajecten bevinden zich 34 subsidies in de aanvraagfase of pre-aanvraagfase. Dit betekent dat hiervoor wordt bekeken of we een subsidieaanvraag kunnen gaan indienen of is de aanvraag inmiddels ingediend.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 311
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 312
/ G e m e e n t e B r e da
BIJLAGEn
8
8
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 315
/ G e m e e n t e B r e da
Bruto
4.027
*1 Wordt gedekt uit de jaarschijven van het gemeentelijk rioleringsplan (GRP).
850
10.163
2.147 639 112
248
609
234
22.252
107
9.176
815
10.826
1.327
40.245
0
1.451
25.905
23
8.191
4.675
3.000
1.103
169
42.802
462
74.692
Culturele instellingen
Maatschappelijke ontwikkeling
2.385 25.467
1.397
Bedrijventerreinen
1.486 13.003
697
36.399
BSW
Totaal buitenruimte
Stedelijk water
Riolering
Groen
4.254 29.315
65.764
203.798
Civieltechnische werken
189
4.243
46.952
244
11.492
2.645
2009
en met jaar
vrijval tot
73
128
-4
478
-124
0
-104
25
15
-61
2.414
0
426
-196
0
187
1.997
gen 2010
Vrijval en verschuivin-
Werkelijke
uitgaven en uitgaven 2010
Werkelijke
226
7.309
159.239
379
Bedrijfsmiddelen
Buitenruimte
Totaal stadsbedrijven
Diversen
Parkeerbedrijf
Onderwijs en vastgoed
Natuur- en milieueducatie
10.501 26.143
Afvalservice
exclusief btw
Investering
Sport en welzijnsaccommodaties
Stadsbedrijven
Omschrijving
(bedragen x € 1 miljoen)
Nog
417
6.395
440
516
9.763
128
1.860
802
5.471
1.502
95.374
37
1.189
86.578
112
6.274
1.183
bedrag 2010
beschikbaar
Wat is meer/
0
-452
0
0
13.076*1
0
13.016
57
3
0
261
0
0
241
0
20
0
complete
voor cost to
minder nodig
417
4.557
440
516
18.287
128
10.819
859
5.070
1.412
66.903
108
1.189
58.988
112
5.322
1.183
2011
uitgaven in
Verwachte
0
1.386
0
0
4.065
0
4.065
0
0
0
13.180
0
0
13.180
0
0
0
2012
uitgaven in
Verwachte
0
0
0
0
0
0
0
0
0
8.788
0
0
8.788
0
0
0
2013
uitgaven in
Verwachte
0
0
0
0
487
0
-9
0
405
90
6.763
-71
0
5.862
0
972
0
verder
2014 en
uitgaven in
Verwachte
193
6.395
0
0
5.189
25
5
26
5.133
0
30.824
-71
827
29.987
0
93
-12
2010
inkomsten na
realiseren
Nog te
BIJLAGE 8.1 OVERZICHT BESCHIKBARE KREDIETEN
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 3 16
/ G e m e e n t e B r e da
Bruto
vrijval tot
439
Totaal
Bedrijfsvoering SSC
Projectmanagement
Programma en
388.979
8.383
39.689
446
2.065
Sociale zaken
176.347
3.643
32.591
0
1.103
1.859
79.048
2.187
376
446
143
691
11.113
24.065
107
1.459
39.977
5.372
Brandweer
141 574
8.818
Publiekszaken
Totaal ruimtelijke ontwikkeling
4 9
10.504
21.950
734
Verkeer en vervoer
Groen en water
1.533
3.940
Milieu
8.341 1.384
8.821
2.366
123
1.740
2009
en met jaar
Wonen
131
Werkelijke
uitgaven en uitgaven 2010
Werkelijke
Strategie en stedelijke planning
2.035
Bedrijfsmiddelen
exclusief btw
Investering
Cultureel erfgoed
Ruimtelijke ontwikkeling
Omschrijving
Vrijval en
3.669
879
153
0
0
0
-327
-712
50
0
100
236
-1
0
gen 2010
verschuivin-
Nog
129.915
1.675
6.570
0
819
2.822
5.126
3.341
137
948
308
103
0
290
bedrag 2010
beschikbaar
Wat is meer/
12.900
0
0
0
0
15
0
0
0
0
0
0
0
0
complete
voor cost to
minder nodig
Verwachte
104.416
1.693
4.200
0
472
1.421
5.510
3.224
302
948
408
338
0
290
2011
uitgaven in
Verwachte
21.928
0
2.370
0
0
928
0
0
0
0
0
0
0
0
2012
uitgaven in
Verwachte
9.007
0
0
0
0
219
0
0
0
0
0
0
0
0
2013
uitgaven in
Verwachte
7.848
-18
0
0
347
270
0
0
0
0
0
0
0
0
verder
2014 en
uitgaven in
Nog te
52.924
-18
6.624
0
0
0
4.014
3.718
190
-521
445
108
0
265
2010
inkomsten na
realiseren
BIJLAGE 8.2 OVERZICHT VAN VERBONDEN PARTIJEN 1. Rechtspersonen NV Bredase Investeringsmaatschappij (BRIM)
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De NV BrIM is opgericht ter bevordering van industrievestiging in Breda. De belangrijkste taken zijn het verkopen van bedrijventerreinen, de begeleiding van bedrijven bij vestiging en uitbreiding en verstrekken van informatie over vestigingsmogelijkheden.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-10:
€ 2.199.437
2009:
€ 2.468.833
Vreemd vermogen 31-12-10:
€ 214.037
2009:
€ 171.789
Resultaat
Resultaat over 2010
€ -269.396
2009:
€ -/- 292.670
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft 99% van de aandelen van de BrIM, KVK 1%.
Bijdrage
Ontvangen bijdrage over 2010: € 218.302
Ontwikkelingen 2010
Het aantal verkooptransacties (2) is mede vanwege de economische crisis historisch laag te noemen. Desondanks oriënteren (internationale) partijen zich nog steeds op Breda en blijft er vraag naar vestigingslocatie. NV BrIM is hierbij steeds vaker betrokken bij het begeleiden van bedrijven naar bestaande bedrijfs- en kantoorpanden in plaats van uitsluitend verkoop van nieuwe kavels bedrijven terrein. De financiële situatie vraag aandacht. In 2011 zal met bestuurders van de Gemeente Breda afspraken gemaakt worden over de toekomstige ontwikkeling en financiële situatie van de NV BrIM.
(2009 € 218.302)
NV Werkgelegenheidsinstituut West-Brabant (REWIN)
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
REWIN heeft als doelstelling het bevorderen van de werkgelegenheid en het versterken van de economische structuur van de regio West-Brabant. De 18 West-Brabantse gemeenten, SES en de Kamer van Koophandel Midden- en West-Brabant zijn aandeelhouders van NV REWIN West-Brabant.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
565.634
2008:
€
552.375
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
724.594
2008:
€
731.024
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
13.259
2008:
€
45.422
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft 10,3% van de aandelen.
Bijdrage
Niet van toepassing
Ontwikkelingen 2010
Naast de nodige acquisitie-inspanningen voor de regio, heeft REWIN in 2010 veel energie gestoken in het ontwikkelen van structuurversterkende projecten in het kader van het nationale programma Pieken in de Delta. Speerpunt sectoren zijn hierbij Logistiek, Maintenance, Biobased Energy en Procesindustrie.
Chassé Theater Beheer NV
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Algemeen uitgangspunt voor de Gemeente Breda is dat het Chassé Theater een breed, gevarieerd cultureel aanbod van theater-, muziek-, dans- en filmproducties dient te bieden en dat het theatercomplex zelf actief gepresenteerd wordt. Daartoe wordt door het theater jaarlijks een artistiek plan opgesteld en ter toetsing aan burgemeester en wethouders aangeboden.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 5.738.000
2008:
€ 5.735.000
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 14.846.000
2008:
€ 15.517.000
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
2008:
€
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft een 100% belang.
Bijdrage
Niet van toepassing
Ontwikkelingen 2010
Het Chassé theater heeft financieel een zwaar jaar gehad. Teruglopende bezoekersaantallen en krapper wordende marges zijn daar debet aan. In het licht van deze ontwikkelingen zijn de uitbreidingsplannen van het Chassé Theater uitgesteld. Wel is al een bouwvergunning afgegeven voor de uitbreiding. In 2010 is een nieuwe lening verstrekt door de gemeente voor de aanschaf van een nieuwe trekkerwand. De vervanging is in 2010 gerealiseerd. De investeringen in de koude warmte opslag zijn gepland in 2011.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 3 17
4.000
/ G e m e e n t e B r e da
239.000
Enexis Holding NV ( + 6 overige NV’s/BV’s)
Vestigingsplaats
Rosmalen
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Het instand houden, beheren, exploiteren en uitbreiden van distributie en transportnetten. Het distribueren en het transporteren van energie. Het uitvoeren van alle taken die ingevolge de elektriciteitwet 1998 en gaswet zijn toebedeeld aan een netbeheerder zoals daarin bedoeld.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
2.849
2008:
€ 2.236 miljoen
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
2.005
2008:
€ 192 miljoen
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€ 263,1 miljoen
2008:
€ 147,5 miljoen
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft 0,016 % van de aandelen. (23.510 aandelen)
Bijdrage
Dividend 2009 essent: : € 69.659
Ontwikkelingen 2010
De minister van VROM heeft besloten dat op 1 juni 2007 het voorzieningsgebied van de Tilburgse Waterleiding Maatschappij N.V. (TWM) overgaat naar Brabant Water. De juridische over de overdrachtswaarde, te betalen aan de gemeenten Tilburg en Goirle, zijn partijen het niet eens. De rechter zal hierover naar verwachting een uitspraak moeten doen. De termijn waarop dit gaat gebeuren is 2011.
Brabant Water NV
Vestigingsplaats
‘s-Hertogenbosch
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Brabant Water is belast met de winning, productie en distributie van drink- en industriewater in de provincie Noord-Brabant.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 322.2 miljoen
2008:
€ 313,6 miljoen
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 314,6 miljoen
2008:
€ 284,2 miljoen
€ 8,7 miljoen
2008:
€ 33 miljoen
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft 8,6 % van de aandelen. (238.511 aandelen)
Bijdrage
Niet van toepassing
Ontwikkelingen 2010
De minister van VROM heeft besloten dat op 1 juni 2007 het voorzieningsgebied van de Tilburgse Waterleiding Maatschappij N.V. (TWM) overgaat naar Brabant Water. De juridische over de overdrachtswaarde, te betalen aan de gemeenten Tilburg en Goirle, zijn partijen het niet eens. De rechter zal hierover naar verwachting een uitspraak moeten doen. De termijn waarop dit gaat gebeuren is 2011.
Intergas Holding BV
Vestigingsplaats
Oosterhout
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Het primaire doel van Intergas is een goed functionerend gasnetwerk dat de veiligheid, doelmatigheid en betrouwbaarheid van gastransport waarborgt en het milieu ontziet. De aandelen van Intergas Holding BV zijn in handen van 20 Brabantse gemeenten waaronder Breda.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 24,1 miljoen
2008:
€ 23,6 miljoen
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 143,8 miljoen
2008:
€ 143,9 miljoen
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€ 2,2 miljoen
2008:
€ 1,2 miljoen
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft een belang van 6,4%. (1.307 aandelen)
Bijdrage
Geen dividend over 2009
Ontwikkelingen 2010
Op basis van de kaders van de splitsingswet / Wet Onafhankelijk netwerkbeheer is de solvabiliteit van de vennootschap te gering. In 2010 hebben de aandeelhouders besloten een kapitaalinjectie van € 40 miljoen te doen ter verbetering van de solvabiliteit. Het aandeel van de Gemeente Breda was daarbij € 2,55 miljoen. In 2011 zal naar alle waarschijnlijkheid Intergas worden overgenomen door Enexis Holding NV.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 318
/ G e m e e n t e B r e da
NV Stadsherstel Breda
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Breda is een stad met een rijke historie. Zoals in vele andere steden leeft ook hier de wens om een extra impuls te geven aan het in stand houden en revitaliseren van beeldbepalende objecten. Om die reden is in 1995 door een tiental bedrijven en instellingen, waaronder de Gemeente Breda, de NV Stadsherstel Breda opgericht.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 1.933.942
2008:
€ 1.908.564
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 2.539.632
2008:
€ 2.398.968
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
2008:
€ 6.042
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft 18,2% van de aandelen.
Bijdrage
Nvt
Ontwikkelingen 2009
NV stadsherstel Breda heeft een achtergestelde lening opgenomen bij de Gemeente Breda van € 647.000. Andere aandeelhouders van NV Stadsherstel Breda staan garant voor een deel van de lening.
25.378
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG)
Vestigingsplaats
Den Haag
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. De aandelen van de BNG zijn voor de helft in handen van de Staat, de andere helft is geplaatst bij gemeenten, provincies en een hoogheemraadschap.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 2.253 miljoen
2008:
€ 1.984 miljoen
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 102.059 miljoen
2008:
€ 99.386 miljoen
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€ 278 miljoen
2008:
€ 158 miljoen
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft 0,46% van de aandelen. (257.439 aandelen)
Bijdrage
Dividend over 2009 bedraagt € 365.563
Ontwikkelingen 2010
De BNG heeft in 2010 ondanks de crisis goed gedraaid. De kredietverlening - zowel in het korte als in het zeer lange segment - is fors toegenomen. Ook de marktaandelen van de Bank zijn in 2010 toegenomen. De funding positie van de BNG is in 2010 verbeterd.
Neovita BV
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Deze vennootschap is in het leven geroepen met als doel de coördinatie van het creëren van werkgelegenheid voor SW-bedrijven en het deelnemen aan, samenwerken met en het oprichten van andere ondernemingen.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
347.022
2008:
€
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
559.097
2008:
€ 2.096.884
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
74.102
2008:
€
Belang gemeente
De Gemeente Breda heeft een 100% belang.
Bijdrage
Niet van toepassing
Ontwikkelingen 2010
In 2010 was sprake van administratieve uitvoerende diensten, waarbij reïntegratie cliënten als tijdelijke medewerkers worden verloond in het kader van met name de contracten Werk NU en Wij Werken die zijn afgesloten tussen de directie Sociale Zaken en BSW bedrijven. Neovita BV realiseert naar verwachting in 2010 met een zeer beperkt risicoprofiel een positief exploitatiesaldo en een gezonde balansverhouding.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 3 19
/ G e m e e n t e B r e da
272.920 66.030
2. Gemeenschappelijke regelingen (GR) GR Beheer en ontwikkeling Kleinschalig Collectief Vervoer West-Brabant (KCV)
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Het betreft een samenwerkingsverband tussen 16 West-Brabantse gemeenten, dat vooral zorg draagt voor de ontwikkeling en het contractbeheer van het deeltaxivervoer.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
268.637
2008:
€
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 3.335.987
2008:
€ 1.714.971
473.636
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
30.435
2008:
€
Bijdrage
Bijdrage over 2009 bedraagt:
€ 3.008.588
2008:
€ 3.193.783
166.671
In 2009 is het Deeltaxivervoer West-Brabant Europees aanbesteed. De implementatie van dit nieuwe contract heeft zonder problemen plaatsgevonden. Met oog op een meer gelijkmatige uitvoeringskwaliteit is een scherpere financiële prikkel ingebouwd. In 2010 is de kwaliteit ook daadwerkelijk verder toegenomen.
Ontwikkelingen 2010
In 2009 is intensief overleg gepleegd tussen het samenwerkingsverband, andere regio’s en de provincie Noord-Brabant over de omvang, verdeling en inzet van provinciale middelen voor deeltaxivervoer. Dit heeft begin 2010 geleid tot een Samenwerkingsovereenkomst Regiotaxi Noord-Brabant 2011-2015, die op 5 juli 2010 mede door de Gemeente Breda ondertekend is. Door aangescherpt beleid van de provincie, ondersteund door haar wettelijke bevoegdheden, heeft in overleg met de gemeenten een herschikking van middelen plaatsgevonden. Voor Breda betekent dat de provinciale bijdrage van 2011 tot 2015 in fases zal dalen met totaal 32%. In 2010 heeft het samenwerkingsverband voorstellen ten behoeve van te nemen bezuinigingsmaatregelen uitgewerkt en doorgerekend. Het Algemeen Bestuur heeft besloten tot een collectief en individueel pakket van maatregelen. Belangrijk onderdeel van het collectieve pakket is een beperking van het aantal te bereizen zones door Wmo-pashouders tot 5. Verder werken gemeenten incl. Breda samen met de provincie aan een stimuleringspakket om huidige en toekomstige Wmo-cliënten zoveel mogelijk met het lijngebonden OV te laten reizen, hetgeen voor alle partijen financiële voordelen oplevert. Maatregelen zijn bijv. doelgroepgerichte voorlichtingsbijeenkomsten over het OV en de werking van bijv. de OV-chipkaart. Per 2011 gaat het samenwerkingsverband KCV West-Brabant op in de nieuwe gemeenschappelijke regeling regio West-Brabant.
GR Openbare gezondheidszorg West-Brabant (GGD)
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Inhoud geven aan de voor de deelnemende gemeenten noodzakelijke en de gewenste samenwerking op het terrein van de openbare gezondheidszorg en de preventieve gezondheidszorg. Hechte samenwerking in regionaal verband met betrekking tot de openbare gezondheidszorg is gewenst en noodzakelijk.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
3.213.000
2008:
€ -/- € 784.000
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 17.269.000
2008:
€
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
3.996.000
2008:
€ -/- 1.216.000
Bijdrage
Bijdrage over 2010 bedraagt: (exclusief teruggave)
€
3.119.100
2009:
€
Ontwikkelingen 2010
Het basistakenpakket van de GGD is voor de jaren 2009 t/m 2012 vastgesteld. Tevens is vastgesteld dat voor een aantal taken meer inzet nodig is. Deze extra inzet wordt in vier jaar (gefaseerd) opgebouwd. De noodzaak tot bezuinigingen hebben binnen het algemeen bestuur van de GGD geleid tot een hernieuwde discussie over het basistakenpakket. Deze discussie zal in 2011 gevoerd worden en moet leiden tot een verantwoorde bezuiniging bij de GGD. De GGD heeft een uitkering ontvangen van het College Sanering Zorginstellingen. De sanering van de ambulancevoorziening is destijds met o.a. gemeentelijk geld betaald. Het college Sanering Zorginstellingen heeft de GGD een uitkering verstrekt ter dekking van de kosten van de sanering. De Gemeente Breda heeft een bedrag van € 834.694 terug ontvangen in 2010.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 320
/ G e m e e n t e B r e da
23.912.000
2.858.314
GR Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord
Vestigingsplaats
Tilburg
Welk openbaar belang wordt behartigd?
Het verlenen of doen verlenen van ambulancezorg
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 10.462.181
2008:
€ 3.866.282
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 14.681.315
2008:
€ 22.959.391
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€ 6.664.611
2008:
€ 3.094.930
Bijdrage
Bijdrage over 2010 bedraagt: -/- € 313.540 (inclusief teruggave)
2009:
€
Ontwikkelingen 2010
De ambulancevoorziening (RAV) wordt grotendeels gefinancierd door de zorgverzekeraar, die voor het ambulancevervoer per rit een kostenvergoeding betaalt (tariefstelling). De problematiek van de Regeling Bezwarende Beroepen (voorheen functioneel leeftijd ontslag), die al speelt sinds de start van de RAV in januari 2006 en de afgelopen jaren heeft geleid tot extra kosten voor gemeenten is grotendeel opgelost in het voordeel van de ambulancevoorzieningen. Dit heeft geleid tot verdere verlaging van de kosten voor de gemeenten in 2010. Tevens heeft in 2010 nog restitutie plaatsgevonden van de gemeentelijke voorfinanciering over de afgelopen jaren. Breda heeft in 2010 een bedrag van € 417.400 terugontvangen.
412.000
GR Milieu en Afval regio Breda (MARB)
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De MARB, een samenwerkingsverband van 12 gemeenten, richt zich op de afstemming op onderdelen van het gemeentelijk milieu- en afvalbeleid, de behartiging van de gezamenlijke belangen en uitwisseling van informatie tussen samenwerkende gemeenten.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 1.596.113
2008:
€ 1.542.790
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
644.211
2008:
€
247.691
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
83.216
2008:
€
121.128
Bijdrage
De door de Gemeente Breda betaalde bijdrage over 2009 bedraagt:
€
158.146
2008:
€
158.146
Ontwikkelingen 2010
In 2010 heeft de beleidsmatige samenwerking tussen MARB en de Regionale Milieudienst (RMD) daadwerkelijk vorm gekregen. Per 3 januari 2011 is deze samenwerking omgezet naar een samenwerking op schaal van de 19 West Brabantse gemeenten onder de nieuwe Gemeenschappelijke Regeling Regio West-Brabant. Bij de overgang naar de nieuwe GR zal het beheer van de twee gesloten stortplaatsen worden ondergebracht in de ‘oude’ GR MARB, die wordt gewijzigd in GR Nazorg gesloten stortplaatsen Bavel-Dorst en Zevenbergen.
GR Overlegplatform Regio Breda (regiobureau)
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De doelstelling luidt: het organiseren en ondersteunen van het platform voor intergemeentelijk bestuurlijk overleg. Binnen dit platform functioneert voor elk beleidsveld een portefeuillehouderoverleg. De twaalf gemeenten die samen de regio Breda vormen, nemen deel aan de gehele regeling
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ -31.507
2008:
€ - 35.437
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
337.504
2008:
€
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€ -31.507
2008:
€ - 35.437
Bijdrage
Bijdrage over 2009 bedraagt:
€
2008:
€
Ontwikkelingen 2010
Het regiobureau Breda is met haar werkzaamheden bezig geweest op het terrein van volkshuisvesting, verkeer en vervoer en ruimte. Voornaamste activiteit was de voorbereiding van de gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 321
250.137
/ G e m e e n t e B r e da
352.897 250.890
GR Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
Vestigingsplaats
Tilburg
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De GR veiligheidsregio heeft tot doel de samenwerking bij de voorbereiding en de uitvoering van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde hulpverlening in het werkgebied (rampenbestrijding). In de GR veiligheidsregio nemen 26 gemeenten deel, waaronder Breda.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€ 2.996.924
2008:
€ 2.379.092
Vreemd vermogen 31-12-09:
€ 16.065.119
2008:
€ 15.329,910
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€ 1.267.775
2008:
€
Bijdrage
Totale bijdrage over 2009:
€ 1.501.036
2008:
€ 1.279.536
Ontwikkelingen 2008
In 2010 is de Wet Veiligheidsregio´s en het Besluit Veiligheidsregio´s aangenomen en per 1 oktober 2010 van kracht. In de wet zijn onder meer de bestuurlijke inbedding en de basisvereisten voor de organisatie van de hulpverleningsdiensten opgenomen, welke taken het bestuur van een veiligheidsregio heeft en wat de minimumeisen zijn voor hulpverleners als de regionale brandweer en geneeskundige diensten en het materieel dat ze gebruiken. Inmiddels zijn een ambitieuze visie voor de jaren 2008-2018 en een Beleidsplan 2009-2012 vastgesteld door het bestuur en een convenant met BZK, waarvan de doorontwikkeltrajecten onderdeel uitmaken.
286.327
GR Belasting samenwerking Breda- Oosterhout
Vestigingsplaats
Breda
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De Gemeente Breda verricht voor de gemeente Oosterhout de beleidsvoorbereiding op basis van de door de gemeente Oosterhout geformuleerde uitgangspunten, de uitvoering van de wet WOZ, de heffing en Inning van de gemeentelijke belastingen. De medewerkers Belastingen zijn in dienst getreden bij de Gemeente Breda.
Vermogenspositie
Er vindt een jaarlijkse afrekening plaats.
Resultaat
In 2010 is zijn de afgesproken prestaties gerealiseerd binnen het budget. Verdeling van het geringe verschil vindt plaats op basis van het aantal vastgoedobjecten.
Bijdrage
Zie hiervoor
Ontwikkelingen 2010
De gemeenschappelijke regeling is gewijzigd in verband met de oprichting van de Belastingsamenwerking West-Brabant (BWB). Per 01-01-2012 gaan heffen en innen van Breda en Oosterhout naar deze samenwerking. De opzegtermijn voor WOZ is aangepast, voor het geval dat in de toekomst ook de WOZ van Oosterhout zou overgaan naar de BWB.
GR Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant (SES)
Vestigingsplaats
Roosendaal
Welk openbaar belang wordt behartigd?
De gemeenten in West-Brabant werken intensief samen aan de sociaaleconomische ontwikkeling van de regio. In SES West-Brabant komen deze activiteiten samen. Op een breed terrein wordt beleid ontwikkeld in nauwe samenspraak met bedrijfsleven, provincie en Rijk.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
36.670
2008:
€
112.082
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
66.390
2008:
€
251.234
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt: - € 80.826
2008:
-€
11.630
Bijdrage
Betaalde bijdrage over 2009:
2008:
€
398.106
Ontwikkelingen 2010
Belangrijk onderwerp in 2010 betrof de organisatorische samenvoeging in het West-Brabant huis. Doel is meer samenhang en sturing wat betreft regionale activiteiten.
€
485.082
GR Belgisch Nederlands Grensoverleg (BeNeGo)
Vestigingsplaats
Turnhout
Welk openbaar belang wordt behartigd?
26 gemeenten in de grensstreek Antwerpen-Bergen op Zoom-Turnhout-Tilburg vormen samen het Belgisch-Nederlands Grensoverleg (BENEGO). Benego werd opgericht in 1967 om een aantal informele contacten in een meer formele vorm te gieten. Op 12 november 1993 werd het samenwerkingsverband officieel een grensoverschrijdend openbaar lichaam. Er wordt onder meer samengewerkt op het gebied van bejaardenzorg, cultuur, toerisme, sport en onderwijs.
Vermogenspositie
Eigen Vermogen 31-12-09:
€
47.504
2007:
€ -/- 11.709
Vreemd vermogen 31-12-09:
€
55.039
2007:
€
57.572
Resultaat
Resultaat over 2009 bedraagt:
€
59.212
2007:
€
19.904
Bijdrage
2009:
€
3.390
2007:
€
3.310
Ontwikkelingen 2010
In 2010 krijgt de communicatie een nieuwe impuls door een nieuwsbrief en een website. Ook de gebruikelijke thema-avonden vinden doorgang.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 322
/ G e m e e n t e B r e da
8.3 BIJLAGE Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
1 Vergroting van de kwaliteit en differen tiatie van de woningvoorraad
1.1 In 2015 is de beleving van de kwaliteit van de woningen door de bewoners verbeterd in de wijken Hoge Vucht, Heuvel, Linie, Driesprong en Brabantpark. De beleving van de kwaliteit is ten minste evenredig gestegen als die van het gemiddelde van Breda
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
3 In 2015 is de toegankelijkheid en geschiktheid van woningen in Breda verbeterd
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
0-meting (voor 2010)
Hoge Vucht: projecten Zie programma 1: 1.2.1 gericht op sloop, nieuwbouw en renovatie. Herijking Ontwikkelingsvisie
Beleving van de kwali- Biesdonk 7,6 teit van de woning Geeren-Zuid 7,3 Hoge Vucht Wisselaar 7,7 Geeren-Noord 7,5
Biesdonk 7,4 Geeren-Zuid 6,8 Wisselaar 7,6 Geeren-Noord 7,1
Heuvel: projecten gericht op sloop, nieuwbouw en renovatie. Herijking Ontwikkelingsvisie
Beleving van de kwaliteit van de woning in Heuvel
Heuvel 6,9
Zie programma 1: 11.2.1
Heuvel 7,4
Linie: projecten gericht Gevelrenovatie Edisonplein Beleving van de kwali- Doornbos-Linie 7,3 op sloop, nieuwbouw teit van de woning in en revitalisereing Linie
Doornbos-Linie 7,4
Driesprong: nieuwbouw en renovatie
Beleving van de kwali- X teit van de woning in Driesprong
Driesprong 5,5
Beleving van de kwali- Brabantpark 7,5 teit van de woning in Brabantpark
Brabantpark 7,5
Zie programma 1: 6.2.1
Brabantpark: sloop en Opstellen gebiedsvisie nieuwbouw. Opstellen Brabantpark als opmaat integrale gebiedsvisie naar bp (gebiedsvisie is in 2010 vastgesteld)
2 In 2015 is de energiekwaliteit van de woningen in Breda verbeterd
Indicator Omschrijving
Maatregelen op stads- Zie taakveld RO: 2.1.1 t/m Beleving van de kwali- Breda 7,7 niveau 2.2.4 teit van de woning op stadsniveau
Breda 7,8
Aanpassing woningen uit onderhoudsprogr corporaties krijgen B-label en woningen met eindige termijn C- label
Sluit aan op afspraak prestatieafspraak 2.1.3. uit De Alliantie 2008-2012 meer perspectief voor mensen.
Percentage van de woningvoorraad van de woningbouwcorproratie in Breda met een afgegegeven energielabel
Nieuwe labels in jaar rekening 2011 bekend.
Label A: 1% Label B: 5 % Label C: 20 % Label D: 34 % Label E: 21% Label F: 10% Label G: 9%
Nieuwb/herstruct vanaf 250 won. EPL-norm 7,2
Afspraken gemaakt met projectontwikkelaars en corporaties over de energievoorzieing in nieuwe wijken op basis van energiestudies. (o.a. intentieovereenkomst biomassacentrale)
Aantal nieuwbouwen herstructurerings projecten die voldoen aan een EPL norm 7,2
De woningen die in 2010 in Hoge Vucht, Waterdonken en Teteringen in aanbouw zijn genomen hebben een EPL van 7. Dat komt overeen met de ambitie-afspraken van het moment van contractvorming van de energievoorziening die op dat moment nog minder scherp waren dan nu.
Afspraken uit manifest en convenant GWI 2007-2010 nakomen. In 2011 zal er een geactualiseerd manifest zijn voor de periode 2011-2014.
Afspraken uit manifest en convenant GWI 20072010 nakomen. In 2011 zal er een geactualiseerd manifest zijn voor de periode 2011-2014.
De mate waarin afspraken zijn nagekomen.
Begin 2011 evaluatie n.v.t. GWI-beleid gereed: hieruit is stand van zaken af te leiden.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 323
/ G e m e e n t e B r e da
Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
15 uitvoeringsplannen / Zie taakveld MO 12.1.1.1 convenanten en uitvoering voor GWI gebieden
4 In 2015 is er een gedifferentieerdere woningvoorraad in Breda
Collectief bouwen faciliteren, ten minste 10 projecten
Indicator Omschrijving
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
Aantal gesloten uitvoeringsplannen
15 afgesloten convenanten n.v.t. en uitvoeringsplannen
0-meting (voor 2010)
Registratiesysteem ontwik- Registratiesysteem is kelen voor geschiktheid voor 2010 opgezet van woningen (nog geen afspraken voor vervolg). Mate van geschiktheid woningvoorraad (percentage van totaal, meting 1-1-2010)
23% van de woningn.v.t. voorraad is geschikt (0-treden en levensloopbestendig)
Zie taakveld RO 2.3.1
In 2010: Met 5 n.v.t. collectieven is intensief overleg omtrent de realisatie van 3 projecten in Bavel zuid (26 woningen), 2 projecten Prinsenbeek ( 32 en 7 woningen)Daarnaast is overleg opgestart met 5 nieuwe collectieven.
Aantal projecten collectief bouwen
Faciliteren studenten- Zie taakveld RO: 2.3.5 huisvesting: oprichting regiegroep
Oprichting regiegroep De regiegroep is in 2010 n.v.t. in het leven geroepen. Het actieplan en uitvoeringsprogramma is niet in 2010 vastgesteld maar zal in eerste kwartaal 2011 vastgesteld worden.
100 studenten woningen Beverweg
Aantal studenten woningen
Ivm faillissement ontGeen studenten wikkelaar is het onzeker woningen Beverweg. of er nog studenten woningen worden gerealiseerd op de Beverweg.
Faciliteren studenhuis- Faciliteren studentenhuisvesting (anders dan vesting Beverweg)
Aantal studenten woningen
Easy street, Tuinzichtlaan Fase planvorming 14. Realisatie van 200 studentenwoningen (huur) en 146 startersappartementen (koop). Bouw in september 2010 gestart. Opl. 3e kwartaal 2012.
25 woningen boven winkels
Zie taakveld RO: 2.3.2
Aantal woningen boven winkels
Doelstelling van 25 woningen behaald.
Actualisatie van Woonvisie
Zie taakveld RO: 2.3.6
Stand van zaken woonvisie
Ipv woonvisie is er in n.v.t. 2010 gestart met een actieplan wonen. Moet voor de zomer 2011 zijn afgerond.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Zie taakveld RO: 2.3.5
p 324
/ G e m e e n t e B r e da
n.v.t.
Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
2 Verbetering van de fysieke kwaliteit van de leefomgeving
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
5 In 2015 is het oordeel over de fysieke kwaliteit van de woonomgeving door de bewoners in ieder geval verbeterd in de wijken Hoge Vucht, Heuvel, Linie, Driesprong en Haagse Beemden. De verschillende indicatoren voor de woonomgeving zijn ten minste evenredig gestegen als dat van het gemiddelde van Breda.
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
Indicator Omschrijving
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
Opstellen gebieds doelen wonen
Stand van zaken gebiedsdoelen wonen
Concept is door vorig planvorming college vastgesteld. Moet in november 2011 door Raad zijn vastgesteld. Nog onduidelijk op welke wijze gebiedsdoelen worden uitgerold.
geen
0-meting (voor 2010)
Actualisatie structuur- Zie taakveld RO: 1.1.1 visie
Stand van zaken struc- Taakveld RO: 1.1.1 tuurvisie
Plannen ombuigen waar nodig
Kaders zijn vastgeGereed, er zijn nu kaders Nog geen kaders in steld door de gemeende stedelijke herproteraad en opgetekend grammering in “stedelijke programmering 2020 “koers gezet”.
De hoofdkeuzes voor de stedelijke herprogrammering zijn vastgesteld, kaders zijn bekend
Hoge Vucht: Opgaven uit Masterplan Openbare Ruimte en ontwikkelingsvisie 20102015 en projecten van Lusten enn Lasten (bewonersbudget).
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Zie programma 1: 1.1.1, 1.4.1, 1.5.1, 1.6.1, 2.1.1, 2.2.1. Daarnaast zijn er in Hoge Vucht diverse projecten uitgevoerd met bewonersbudget “Lusten en Lasten”, zoals uitbreiding en verfraaiing terras kinderboerderij, speelvoorziening voor kleine kinderen in Wisselaar , vlaggen en bloembakken Groenedijkplein, barbecueplaatsen met broodoventjes.
p 325
n.v.t.
Indicator woning voorraad
-4
n.v.t.
Rapportcijfer woon omgeving
Biesdonk 6,6 GeerenZuid 6,4 Wisselaar 6,5 Geeren-Noord 6,3
Biesdonk 6,4 Geeren-Zuid 6,5 Wisselaar 6,7 Geeren-Noord 6,4
Beleving (schaalscore) Biesdonk 4,9 Geerenverloedering (meting Zuid 5,5 Wisselaar 4,8 2009) Geeren-Noord 5,6
Biesdonk 5,4 Geeren-Zuid 5,5 Wisselaar 5,1 Geeren-Noord 5,5
% buurtbewoners dat Biesdonk 19 Geerentevreden is over de Zuid 19 Wisselaar 16 voorzieningen voor Geeren-Noord 32 jongeren in de buurt
Biesdonk 28 Geeren-Zuid 23 Wisselaar 33 GeerenNoord 25
% tevreden over het winkelaanbod in de buurt
Biesdonk 99 GeerenZuid 93 Wisselaar 97 Geeren-Noord 97
Biesdonk 98 Geeren-Zuid 89 Wisselaar 94 GeerenNoord 98
% tevreden over parkeermogelijkheden in de buurt
Biesdonk 60 GeerenZuid 77 Wisselaar 65 Geeren-Noord 69
Biesdonk 58 Geeren-Zuid 76 Wisselaar 58 GeerenNoord 68
% tevreden over openbaar vervoer in de buurt
Biesdonk 86 GeerenZuid 88 Wisselaar 87 Geeren-Noord 86
x
% dat vindt dat er vol- Biesdonk 75 Geerendoende openbaar Zuid 83 Wisselaar 88 groen is op korte af- Geeren-Noord 77 stand
x
% dat vindt dat de buurt schoon is
x
/ G e m e e n t e B r e da
Biesdonk 28 GeerenZuid 36 Wisselaar 31 Geeren-Noord 25
Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
Heuvel: Talmazone, VOS terrein, Bewoners Heuvel aan Zet, kleine initiatieven, Dr. Struyckenplein, Mgr.Nolensplein, F1/F2 blokken, Dr. Struyckenstraat 100, Huis van de Heuvel en Heuvel aan zet projecten (bewonersbudget)
Doornbos-Linie: Edisonplein heeft een vernieuwde inrichting van de buitenruimte
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
Zie programma 1: 11.2.1, 11.5.1 en Heuvel aan zetproject (bewonersbudget): aanpak overlast hondenpoep
Edisonplein heeft een vernieuwde inrichting van de buitenruimte (gereed in 2010)
p 326
Indicator Omschrijving
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
0-meting (voor 2010)
rapportcijfer woonom- Heuvel 6,5 geving
Heuvel 6,4
beleving (schaalscore) Heuvel 5,4 verloedering (meting 2009)
Heuvel 5,3
% buurtbewoners dat tevreden is over de voorzieningen voor jongeren in de buurt
Heuvel 10
Heuvel 16
% tevreden over het winkelaanbod in de buurt
Heuvel 77
Heuvel 68
% tevreden over Heuvel 57 parkeermogelijkheden in de buurt
Heuvel 57
% tevreden over openbaar vervoer in de buurt
Heuvel 80
x
% dat vindt dat er vol- Heuvel 65 doende openbaar groen is op korte afstand
x
% dat vindt dat de buurt schoon is
x
Heuvel 33
rapportcijfer woonom- Doornbos-Linie 6,5 geving
Doornbos-Linie 6,4
beleving (schaalscore) Doornbos-Linie 4 verloedering (meting 2009)
Doornbos-Linie 3,8
% buurtbewoners dat tevreden is over de voorzieningen voor jongeren in de buurt
Doornbos-Linie 21
Doornbos-Linie 17
% tevreden over het winkelaanbod in de buurt
Doornbos-Linie 88
Doornbos-Linie 91
% tevreden over parkeermogelijkheden in de buurt
Doornbos-Linie 64
Doornbos-Linie 54
% tevreden over openbaar vervoer in de buurt
Doornbos-Linie 21
x
% dat vindt dat er vol- Doornbos-Linie 21 doende openbaar groen is op korte afstand
x
% dat vindt dat de buurt schoon is
x
/ G e m e e n t e B r e da
Doornbos-Linie 21
Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
Driesprong: projecten Zie programma 1: 6.4.1, en producten uitvoe- 9.1.1, 10.2.1. ringsprogramma, zie p27 structuurvisie Driesprong uitvoeringsprogramma fysieke ingrepen
Brabantpark: integrale Integrale gebiedsvisie gebiedsvisie wordt Brabantpark wordt gemaakt en gemaakt. (gereed gekomen in 2010)
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 327
Indicator Omschrijving
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
0-meting (voor 2010)
rapportcijfer woonom- X geving
Driesprong 6,7
beleving (schaalscore) Driesprong 3,8 verloedering (meting 2009)
Driesprong 4,8
% buurtbewoners dat tevreden is over de voorzieningen voor jongeren in de buurt
Driesprong 11
Driesprong 31
% tevreden over het winkelaanbod in de buurt
Driesprong 85
Driesprong 68
% tevreden over parkeermogelijkheden in de buurt
Driesprong 53
Driesprong 59
% tevreden over openbaar vervoer in de buurt
Driesprong 80
x
% dat vindt dat er vol- x doende openbaar groen is op korte afstand
x
% dat vindt dat de buurt schoon is
x
x
rapportcijfer woonom- Brabantpark 6,8 geving
Brabantpark 6,8
beleving (schaalscore) Brabantpark 4,6 verloedering (meting 2009)
Brabantpark 4,7
% buurtbewoners dat tevreden is over de voorzieningen voor jongeren in de buurt
Brabantpark 22
Brabantpark 34
% tevreden over het winkelaanbod in de buurt
Brabantpark 85
Brabantpark 81
% tevreden over parkeermogelijkheden in de buurt
Brabantpark 46
Brabantpark 55
% tevreden over openbaar vervoer in de buurt
Brabantpark 80
x
% dat vindt dat er vol- Brabantpark 77 doende openbaar groen is op korte afstand
x
% dat vindt dat de buurt schoon is
x
/ G e m e e n t e B r e da
Brabantpark 38
Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
Haagse Beemden: Uitgevoerd in 2010: projecten en producten Aanleg kunstgrasveld uitvoeringsprogramma Moerenpad, Verbetering beheer achterpaden,Uitvoering veiligheidsplan winkel centra de Berg, Donk en Heksenwiel, Verbeteren leefomgeving Paradijslaan (parkeerprobleem en wortelopdruk),Ruimen zwerfvuil, Herinrichting openbare ruimte rondom winkelcentrum de Donk,Rondom de Elzenbroek is veiligheid eigen woning verbeterd met o.a. select DNA en is een sociaal controle netwerk onder de bewoners/ politie opgezet.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 328
Indicator Omschrijving
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
0-meting (voor 2010)
rapportcijfer woonom- Kesteren 6,4 Muizengeving berg 7,0 Heksenwiel 7,3 Overkroeten 7,5 Kroeten 7,4 Gageldonk 6,9 Kievitsloop 6,9
Kesteren 6,7 Muizenberg 7,0 Heksenwiel 7,4 Overkroeten 7,5 Kroeten 7,6 Gageldonk 7,0 Kievitsloop 6,9
beleving (schaalscore) Kesteren 5,4 Muizenverloedering (meting berg 5,5 Heksenwiel 5,2 2009) Overkroeten 4,6 Kroeten 3,2 Gageldonk 4,5 Kievitsloop 5,0
Kesteren 5,4 Muizenberg 5,6 Heksenwiel 4,8 Overkroeten 4,8 Kroeten 3,4 Gageldonk 4,3 Kievitsloop 5,7
% buurtbewoners dat Kesteren 26 Muizenberg tevreden is over de 11 Heksenwiel 10 Overvoorzieningen voor kroeten 17 Kroeten 17 jongeren in de buurt Gageldonk 17 Kievitsloop 17
Kesteren 20 Muizenberg 14 Heksenwiel 17 Overkroeten 21 Kroeten 23 Gageldonk 18 Kievitsloop 13
% tevreden over het winkelaanbod in de buurt
Kesteren 64 Muizenberg 80 Heksenwiel 94 Overkroeten 93 Kroeten 94 Gageldonk 79 Kievitsloop 91
Kesteren 77 Muizenberg 85 Heksenwiel 100 Overkroeten 95 Kroeten 94 Gageldonk 86 Kievitsloop 94
% tevreden over parkeermogelijkheden in de buurt
Kesteren 44 Muizenberg 54 Heksenwiel 48 Overkroeten 53 Kroeten 47 Gageldonk 38 Kievitsloop 42
Kesteren 45 Muizenberg 50 Heksenwiel 52 Overkroeten 52 Kroeten 48 Gageldonk 37 Kievitsloop 47
% tevreden over openbaar vervoer in de buurt
Kesteren 79 Muizenberg x 85 Heksenwiel 82 Overkroeten 78 Kroeten 53 Gageldonk 79 Kievitsloop 74
% dat vindt dat er voldoende openbaar groen is op korte afstand
Kesteren 71 Muizenberg x 82 Heksenwiel 80 Overkroeten 81 Kroeten 76 Gageldonk 82 Kievitsloop 81
% dat vindt dat de buurt schoon is
Kesteren 33 Muizenberg x 29 Heksenwiel 49 Overkroeten 36 Kroeten 55 Gageldonk 36 Kievitsloop 35
/ G e m e e n t e B r e da
Omschrijving Rijksdoelstelling Stedelijke Vernieuwing
Te behalen resultaat in periode 2010-2014, ISV3 afspraken met het Rijk
maatregelen genoemd in Meerjaren ontwikkelings Activiteiten 2010 programma (MOP) stedenbeleid 2010-2014 fysieke pijler
Het fonds doorontwik- Geen keling openbare ruimte maakt onderdeel uit van de visie openbare ruimte (vastgesteld 2009). Er zullen wijkgesprekken gehouden worden zodat in samenspraak met de bewoners de plekken benoemd worden waar een verbetering van de kwaliteit van de openbare ruimte het hardst nodig is. Dit kan dan betaald worden uit het fonds. 3 Verbetering van een gezonde en duurzame leefomgeving
Indicator Omschrijving
Mate van realisatie (METING 2010/2009)
n.v.t.
Het Fonds was voor n.v.t. 2010 niet gevuld en daarom hebben de wijkgesprekken niet plaatsgevonden.
0-meting (voor 2010)
5 De resterende 102 Uiterlijk in 2015 moet spoedlocaties gesaalle risicovolle bodem- neerd of beheerst vervuiling zijn aan gepakt
Zie taakveld RO: 3.1.1
aantal resterende spoedlocaties
115
134
6 Sanering 127 A-lijst Eind 2014 is de sane- woningen ring gereed van de resterende te saneren A-lijst woningen
Er is een plan van aanpak Aantal resterende opgesteld om tot akoesA-lijst woningen tisch onderzoek in 2011 te komen dat zal leiden tot het nemen van maatregelen in 2012.
127
127
7 Uitvoeringsprogramma Zie taakveld RO: 3.4.1, Voor de periode 20103.4.2 2014 is de CO2 uitstoot met ten minste 100 kiloton teruggebracht
Hoeveelheid kiloton teruggebrachte CO2uitstoot
In 2010 is gewerkt aan Nog onbekemd het op orde krijgen van de monitor. In 2011 zullen eerste uitkomsten bekend worden.
Uit de rijksbeoordeling van de door de Gemeente Breda ingediende ISV2 verantwoording is gebleken dat nog niet alle pretatieafspraken, zoals vastgeleg in de GSB-prestatielijst, volledig zijn gerealiseerd.In de vaststellingsbeschikking investeringsbudget stedelijke vernieuing (ISV2) Grotestedenbeleid 2005-2009 worden daarom de volgende nadere verplichtingen voor de periode 2010-2014 aan de gemeente opgelegd: 1. Het alsnog realiseren 3662 woningen (waarvan 2363 nieuwbouw op uitleglocaties1085 nieuwbouw bestaand stedelijk gebied en 214 vervanging.) 2. Het alsnog realiseren van 11 ha Groene geledingszone en 27 ha waterakkers. 3. Het alsnog realiseren van het gemeenschapshuis Heuvel, Brede school Heuvel en Brede school Noord Oost. 4. Het alsnog afronden van de kwaliteitsverbetering van het bedrijventerrein VOS In de vaststellingsbeschikking is aangegeven dat het regime van de decentralisatie-uitkering van toepassing is. Dit betekent dat de verantwoording over een opgelegde verplichting niet aan het Rijk moet worden afgelegd, maar aan de gemeenteraad via de planning en control cyslus van de gemeente. Dit betekent dat de gemeenteraad via de jaarrekening op de hoogte wordt gehouden van de stand van zaken van de opgelegde verplichtingen.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 329
/ G e m e e n t e B r e da
Stand van zaken aanvullende verplichtingen: Ad 1. Op het woningbouwprogramma wordt gestuurd vanuit ‘koers gezet”’. Daarin is aangegeven dat er voor Breda een woningbouwopgave tot 2020 ligt van 7.350 woningen. Dit is conform regionale afspraken. De voortgang hiervan wordt vanuit taakveld Ruimtelijke Ontwikkeling bekend gemaakt. Ad 2. De bouw van Gemeenschapshuis en Brede school Heuvel is gestart, oplevering eind 2011/ begin 2012 (Zie taakveld 1 3.1.3.) Brede school Noord Oost wordt in mei 2011 opgeleverd (Zie taakveld 1 3.1.2). Ad 3. In de loop van 2011 vindt de aanbesteding van de werkzaamheden plaats voor waterakkers. De uitvoering staat gepland voor 2012. De definitieve afronding is voor eind 2013 gepland. De Groene Geledingszone is onderdeel van het kavelruil project Weerijs-Zuid. Voor dit project vinden nu de kavelruilgesprekken plaats zodat een definitief plan voor de inrichting kan worden opgesteld. Na de defini tieve toedeling kan ook het resterende deel van de Groene Geledingszone worden uitgevoerd. Ad 4. WonenBreburg heeft noordelijk VOS gebied aanbesteed. In eerste kwartaal 2010 wordt gestart met de bouw. Als bouw is afgerond dan is doelstelling behaald. Stand van zaken wordt via programma Wijkontwikkeling verantwoord. Jaarrekening 2010, programma 11.2.1.
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 330
/ G e m e e n t e B r e da
BIJLAGE 8.4 LIJST VAN AFKORTINGEN Afkorting
Omschrijving
ABP
Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds
ACCU
Actieplan Cultuurbereik
ACI
Advies, Control en informatie
ADV
ArbeidsDuurVerkorting
APPA
Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers
AREA
Actieprogramma Ruimte voor Economische Activiteiten
ASHG
Advies- en steunpunt Huiselijk Geweld
A&S
Architectuur en Stedebouw
ANW
Algemene Nabestaanden Wet
AREA
Actieprogramma Ruimte voor Economische Activiteiten
AVA
Algemene Vergadering van Aandeelhouders
AVO
Algemeen Vormend Onderwijs
AVV
Adviesdienst Verkeer en Vervoer
AWB
Algemene Wet Bestuursrecht
AWBZ
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
B&W
Burgemeester en wethouders
BAG
Basisregistratie Adressen en Gebouwen
BBV
Besluit Begroting en Verantwoording
BBZ
Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen
BCH2018
Brabant Culturele Hoofdstad 2018
BCF
BTW-Compensatie Fonds
BDU
Brede DoelUitkering
BENEGO
Belgisch Nederlands GrensOverleg
BIBOB
Bevordering Integriteit Beoordeling Openbaar Bestuur
BIRK
Besluit Investeringen Ruimtelijke Kwaliteit
BMC
Biomassacentrale
BLS
Besluit Locatiegebonden Subsidies
BNG
Bank Nederlandse Gemeenten
BOB
Bouwhistorisch Onderzoek Binnenstad
BOM
Brabantse Ontwikkel Maatschappij
BOS
Buurt, Onderwijs en Sport
BPS
BedrijfsProcessen Systeem Politie
BRIM
Bredase InvesteringsMaatschappij
BRG
Bestuurlijke Regiegroep
BRV
BuitenRuimte Verordening
BSN
Burger Service Nummer
BSO
BuitenSchoolse Opvang
BSW
Bredase Samenwerkende Bedrijven
BTW
Belasting over de Toegevoegde Waarde
BW
Burgerlijk Wetboek
BW
Boekwaarde
BWS
Besluit Woongebonden subsidies
BZK
Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties
BZW
Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging
CAR /(B)UWO
Collectieve Arbeidsvoorwaarden Regeling /(Bredase) UitwerkingsOvereenkomst
CAO
Collectieve ArbeidsOvereenkomst
CBIN
Commissariaat Buitenlandse Investeringen in Nederland
CBS
Centraal Bureau voor de Statistiek
CIZ
Centrum Indicatiestelling Zorg
CKB
Collectieve kwaliteitsnormering bouwvergunningen
CKV
Culturele en Kunstzinnige Vorming
COELO
Centrum voor Onderzoek van de Economie van lagere Overheden
CRIB
Centrale Registratie en Inlichtingen Bureau
CRM
Customer Relationship Management
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 331
/ G e m e e n t e B r e da
Afkorting
Omschrijving
CRS
Cliënt Registratie Systeem
CVO
Continue Vakantie Onderzoek
CWI
Centrum voor Werk en Inkomen
DLG
Dienst Landelijk Gebied
DMA
Document Management en Archief
DMS
Document Management Systeem
DO
Definitief Ontwerp
DPO
Distributie Planologisch Onderzoek
DPRIS
Dynamisch ParkeerRoute Informatie Systeem
ECB
Europese Centrale Bank
EFRO
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling
EKD
Elektronisch KindDossier
ENHSR
European Network for High Speed Regions
ESC
Externe betrekkingen, subsidies en citymarketing
ESF
Europees Sociaal Fonds
EU
Europese Unie
EZ
Economische Zaken
FAZA
Facilitaire Zaken
FIDO
wet Financiering Decentrale Overheid
FMO
Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling
Fte
Functie eenheid
FPU
Flexibele Pensioen Uittreding
GAK
Gemeenschappelijk Administratie Kantoor
GBA
Gemeentelijke Basis Administratie
GDU
Gebundeld Doel Uitkering
GDV
Grootschalige Detailhandels Vestiging
GGD
Gemeentelijke Gezondheids Dienst
GGZ
Geestelijke Gezondheids Zorg
GR
Gemeenschappelijke Regeling
GROGZ
Gemeenschappelijke regeling Openbare Gezondheidszorg
GHOR
Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen
GKB
Gemeentelijke Kredietbank
GMK
Gemeenschappelijke meldkamer
GMS
Gemeenschappelijk Meld Systeem
GS
Gedeputeerde Staten
GSB
Grotestedenbeleid
GWI
Geschikt Wonen voor Iedereen
HBO
Hoger Beroeps Onderwijs
HGIS
Homogene Groep voor Internationale Samenwerking
NHTC
Hoge school Toerisme en Verkeer
HKJ
Harde Kern Jongere
HNG
Hypotheekbank Nederlandse Gemeenten
HOV
Hoogwaardig Openbaar Vervoer
HPO
HuisvestingsProgramma Onderwijs
HSL
Hogesnelheidslijn
HV
Huishoudelijke Verzorging
I&A
Informatie en Automatisering
ICT
Informatie- en Communatietechnologie
IEGG
In exploitatie genomen gronden
IDOP
Integraal Dorps Ontwikkelings Plan
IMW
Instituut voor Maatschappelijk Werk
IPSV
Innovatie Programma Stedelijke Vernieuwing
ISV
Investeringen Stedelijke Vernieuwing
IOAW
Wet Inkomensvoorziening voor oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
IOAZ
Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte en gewezen zelfstandigen
IV
InformatieVoorziening
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 332
/ G e m e e n t e B r e da
Afkorting
Omschrijving
JGZ
JeugdGezondheidsZorg
KCV
Kleinschalig Collectief Vervoer
KIS
KlantInformatie Systeem
KMA
Koninklijke Militaire Academie
KMS
Kennis Management Susteem
KNA
Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie
KVO
Keurmerk Veilig Ondernemen
KvK
Kamer van Koophandel
KUS
Kunst uit de Stad
LADIS
Landelijk Alcohol en Drugs Informatie Systeem
MARB
Milieu & Afval Regio Breda
MBO
Middelbaar Beroeps Onderwijs
MEC
Milieu Educatief Centrum
MER
Milieu Effect Rapportage
MFA
Multi Functionele Accomodatie
MIP
Meerjaren Investeringsplan
MIR
Meerjaren InvesteringsReserve
MIT
Meerjarenprogramma Infrastructuur en Transport
MKB
Midden- en Klein bedrijf
MOP
Meerjaren Ontwikkelingsplan
MTS
Milieu Technische Samenwerking
MUBB
Meerjaren Uitvoeringsplan Beheer Buitenruimte
MUSEC
Multiplying Sustainable Energy Communities
NAW
Naam Adres Woonplaats
NBTC
Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen
NIEGG
Niet in exploitatie genomen gronden
NME
Natuur Milieu Educatie
NSAW
Nederlandse Stichting Aangepaste Woonvormen
NSP
Nieuw SleutelProject
NT2
Nederlands als Tweede taal
NOVEM
Nederlandse Organisatie voor Energie en Milieu
NUG
Niet Uitkeringsgerechtigden
NWB
Nederlandse Waterschaps Bank
O&I
Onderzoek en Informatie
OAB
Onderwijs Achterstanden Beleid
OBD:
Onderwijs Begeleidings Dienst
OCW
Onderwijs Cultuur en Wetenschappen
OGGZ
Openbare Geestelijke Gezondheidszorg
OPO
Openbaar Primair Onderwijs
OV
Openbaar Vervoer
OVTC
Openbaar Vervoer Terminal Complex
OZB
Onroerende Zaak Belasting
P &O
Personeel en Organisatie
PGB
Persoons Gebonden Budget
PMP
Programma- en Project Management
PPP
Public Privat Partnership
PPS
Publieke Private Samenwerking
PSZ
PeuterSpeelZaal
PDV
Perifere Detailhandels Vestiging
RACM
Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten
RAV
Regionaal Ambulance Voorziening
RAV
Regionale Arbeidsvoorziening
RBA
Regionaal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening
REAP
Regionaal Economische ActiePlan
REKO
Regionaal Keten overleg
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 333
/ G e m e e n t e B r e da
Afkorting
Omschrijving
REWIN
Regionale Ontwikkelingsmaatschappij voor West Brabant
RGD
Rijks GebouwenDienst
RIO
Regionaal Indicatie Orgaan
RIO
Regionaal Indicatie Orgaan
RMC
Regionaal Meld- en Coördinatiepunt
RO
Ruimtelijke Ordening
ROS
Regionaal Overslag Station
RPCP
Regionaal Patiënten Consumenten Platvorm
RSD
Rijn-Schelde Delta
RvS
Raad van State
RWS
Regionale stichting voor Werk en Scholing
SBBB
Stichting Beveiliging Bedrijventerreinen
SE
Standaardeenheden
SES
Sociaal Economische Samenwerking
SET
Samen Er Tegenaan
SISA
Single Information Single Audit
SIV
Sociaal, Integratie en Veiligheid
SOK
Samenwerkingsovereenkomst
SSC
Shared Service Centrum
SW
Sociale Werkvoorziening
SWOB
Stedelijke Woonconsumenten Organisatie Breda
SZW
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
TNS NIPO
Nederlands Instituut voor de Publieke Opinie
TIPP
Tender Investeringsprogramma's Provincies)
TRILL
Transformatie resultaatgerichte Informatie voorziening Lokaal en Landelijk
TOV
Teteringse Ondernemings Vereniging
VAST
Valkenberg-Station
VCP
VerkeersCirculatiePlan
VINAC
Actualisering Vinex
VINEX
Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra
VMBO
Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs
VNG
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
VO
Voorlopig Ontwerp
VOS
Verbeetenstraat/ Oosterstraat/ Scheldestraat
VO/SVO
Voortgezet Onderwijs/Speciaal Voortgezet Onderwijs
VRI
Verkeersregelinstallatie
VROM
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu
VSO
Vereniging voor Statistiek en Onderzoek
VVE
Voor- en Vroegschoolse Educatie
VWS
Volksgezondheid Welzijn en Sport
Wabo
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
WBB
Wet Bodem Bescherming
WB huis
West-Brabant huis
WGB
Werk Gewennings Bedrijf
WI
Wet Inburgering
WIHCC
Water in historic city centers
WILL
Welzijn Informatievoorziening Lokaal en Landelijk
WIN
Wet Inburgering Nieuwkomers
WIW
Wet Inschakeling Werkzoekenden
WKPB
Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen
Wmo
Wet maatschappelijke ondersteuning
WO
Wetenschappelijk Onderwijs
WODC
Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatie Centrum
WOPT
Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens
WOZ
Waardering Onroerende Zaken
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 334
/ G e m e e n t e B r e da
Afkorting
Omschrijving
WRO
Wet Ruimtelijke Ordening
WSNP
Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen
WSW
Wet Sociale Werkvoorziening
WSW
Waarborgfonds Sociale Woningbouw
Wvg
Wet Voorzieningen Gehandicapten
WWB
Wet Werk en Bijstand
WWIK
Wet Werk Inkomen Kunstenaars
ZLTO
Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie
ZMLK
Zeer Moeilijk Lerende Kinderen
ZRW
Zuidelijke Rondweg
ZVK
Zuidelijk VervoersKnooppunt
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 335
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 336
/ G e m e e n t e B r e da
C
COLOFON Uitgave
Gemeente Breda
Tekstbewerking
Shared Service Center Gemeente Breda
Fotografie en vormgeving
Shared Service Center Gemeente Breda
Correspondentieadres Gemeente Breda 0465_10 Jaarverslag 2010 Gemeente Breda
Postbus 90156 4800 RH Breda
[email protected] nr. KvK
20169706
Bezoekadres Claudius Prinsenlaan 10 Telefoon (076) 529 30 00 Fax (076) 529 32 40 www.breda.nl
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 337
/ G e m e e n t e B r e da
Ja a rv e r s l a g 2 0 1 0 /
p 338
/ G e m e e n t e B r e da