Waterschao Roer en Overmaa's
UW WATERSCHAP Sitech Services B.V. De heer G. Kastelijns Postbus 27 6160 MB GELEEN
Sittard, l3APR2016 uw kenmerk : -
behandeld door doorkiesnummer
uw schrijven van: ons kenmerk 2ol6o4as4lllllillilllillllilllilllllillillllilllillllllllll
:
onderwerp
e-mail
ir. M.E.A. Gerits 046-4205831
[email protected]
:
gedoogbeschikking vooru¡tlopend op vergunning Geachte heer Kastelijns, Sitech Services B.V. heeft tot en met 15 april 2016 een vergunning in het kader van de Waterwet voor het lozen van effluent, afkomstig van de lAZl, op het oppervlaktewater genaamd de Zijtak Ur (V05-124). Deze vergunning is diverse malen gewijzigd. De meest recente wijziging d.d. 25 maart 2016 betreft het lozen van pyrazoolhoudend afvalwater.
Vanwege het expireren van de vergunning heeft Sitech Services B.V. op 9 juni 2015 een aanvraag ingediend voor een nieuwe vergunning voor het lozen van effluent van de lAZl Als gevolg van de pyrazoolproblematiek heeft deze procedure vertraging opgelopen. lnmiddels is een ontwerpbesluit van de lozingsvergunning gepubliceerd op 25 februari 2016 (2015.0122). Dit ontwerpbesluit heeft tot en met 7 april 2016 ter inzage gelegen. Wij hebben van een aantal partijen zienswijzen ontvangen. Omdat wij een zorgvuldige afweging willen maken van deze zienswijzen, komt het voor 16 april 2016 verlenen van de vergunning in het gedrang. Dit betekent dat er na 15 april 2016 tijdelijk sprake is van een niet vergunde situatie. U heeft het waterschap per brief van 4 april 2016, ontvangen op 5 april 2016, verzocht om juridische maatregelen te treffen opdat Sitech Services B.V. haar huidige bedrijfsvoering onverkort op legale wijze kan continueren tot het moment van inwerkingtreding van de nieuwe vergunning Legalisatie van de situatie kan door middel van het verlenen van een gedoogbeschikking op grond van het Nalevingsbeleid van het waterschap dat mede gebaseerd is op de landelijke gedoogstrategie (Nota Grenzen aan gedogen). Gedogen is mogelijk als er een vergunning is aangevraagd en duidelijk is dat een vergunning kan worden verleend. Aangezien er reeds een ontwerpbesluit is gepubliceerd, is deze situatie aan de orde. ln het ontwerpbesluit heeft het waterschap aangegeven voornemens te zijn de door Sitech Services B.V. aangevraagde lozing onder vooruvaarden te vergunnen. Waterschap Roer en Overmaas
Postbus 185, 6130 AD Sittard . Parklaan 10, 6131 KG Sittard
42057 0O . nfo@overm aas. nl . www.overm aas. nl Nederlandse Waterschapsbank N.V. IBAN NL42NW480636752658 BIC NWABNL2G. btw-nummer NL8123.61.155.801 . KVK 0 46-
i
14130516
ISO 9001 :2008 GECERTIFICEERD
Waterschap Roer en Overmaas en Waterschap Peel en Maasvallei zijn op weg naar Waterschap Limburg in 2O17
Waterschap Roer en Overmaas
Bij het opstellen van het ontwerpbesluit heeft het waterschap naast de kwaliteit van het oppervlaktewaterlichaam en de belangen van de waterleidingbedrijven, die gebruik maken van het Maaswater, ook rekening gehouden met de bedrijfsbelangen van Sitech Services 8.V.. Deze belangen komen niet altijd met elkaar overeen. ln het ontwerpbesluit zijn deze belangen afgewogen op grond van de actuele situatie. Het waterschap is van mening dat de voorschriften uit het ontwerpbesluit ook deze overgangssituatie het meeste recht aan doen. Hierdoor wordt tevens aangesloten bij de gebruikelijke werkwijze in dit soort gevallen.
Wij hebben dan ook besloten om de overtreding van de Waterwet, zoals die vanaf 16 april 2016 zal optreden, te gedogen onder de voorwaarde dat de voorschriften uit het ontwerpbesluit 2015.0122 - welke als bijlage bij dit schrijven is toegevoegd - worden nageleefd. Het waterschap onderkent dat de tekst van de vergunning op punten mogelijk gewijzigd wordt als gevolg van de ingediende zienswijzen. U kunt dan ook wat betreft de definitieve vergunning geen rechten ontlenen aan de voorschriften uit het ontwerpbesluit.
Wij streven er naar om de vergunning geregistreerd onder nummer 2015.0122 zo spoedig mogelijk te verlenen, om zo de looptijd van deze gedoogbeschikking zo kort mogelijk te houden. Wij hebben besloten om de gedoogbeschikking te verlenen vanaf 16 april 2016 tot de datum van inwerkingtreding van de vergunning geregistreerd onder nummer 2015.0122. lndien de voorwaarde van deze gedoogbeschikking wordt overtreden, en dus een of meerdere voorschriften uit het ontwerpbesluit niet worden nageleefd, kan deze beschikking worden ingetrokken. Daarnaast kan per omgaande een bestuursrechtelijke maatregel worden opgelegd. Een afschrift van deze beschikking wordt verstuurd naar: 1. NVWML, Postbus'1060,6201 BB Maastricht 2. Dunea, Postbus 756,2700 AT Zoetermeer 3. Evides Waterbedrijf, Postbus 4472,3006 AL Rotterdam 4. Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, Postbus 25,62Q0 MA Maastricht 5. RUD Zuid Limburg, Postbus 5700, 6202MA. Maastricht 6. Provincie Limburg, Postbus 5700, 6202MA. Maastricht 7. De Scheepvaart, Havenstraat 44, 8-3500 Hasselt (België), 8. Gemeente Stein, Postbus 15, 6170 AA Stein 9. Gemeente Sittard-Geleen, Postbus 18, 6130 AA Sittard Het dagelijks bestuur, de secretaris/d irecteu r,
ing. J.M.G. ln den Kleef
201604854
rijen
2t3
Waterschap Roer en Overmaas
Bezwaar Naar aanleiding van dit besluit kan op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen 6 weken na de dag van de bekendmaking daarvan door belanghebbenden een bezwaarschrift worden ingediend. Bezwaarschriften dienen te worden gericht aan het dagelijks bestuur van het Waterschap Roer en Overmaas, Postbus 185, 6130 AD Sittard. Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend en bevat ten minste: de naam en het adres van de indiener; de dagtekening; de vermelding van de datum en het nummer van het besluit waartegen het bezwaar is gericht; motivering van het bezwaar.
L
lnwerkinqtredinq
De beschikking treedt in werking bij toezending aan aanvrager. Op grond van artikel 6:16 van de Algemene wet bestuursrecht schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan, indien tegen dit besluit bezutaar wordt aangetekend, gedurende de bezwaartermijn tevens een verzoek om een voorlopige voorziening worden ingediend. De voorzieningenrechter kan dan uitspreken dat de werking van het besluit wordt opgeschort
2.
Voorlopiqevoorzienino
Een verzoek om een voorlopige voorziening dient te worden gericht aan de Voorzieningenrechter rechtbank Limburg, sector bestuursrecht, Postbus 950, 6040 AZ Roermond. Voor het treffen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd Het verzoekschrift dient te worden ondertekend en bevat ten minste: de naam en het adres van de indiener; de dagtekening; de vermelding van de datum en het nummer van het besluit waar het verzoek betrekking op heeft; motivering van het verzoek. Een dergelijk verzoek kan slechts worden ingediend indien bezwaar is gemaakt.
3.
Diqitale voorlopi
voorzieninoen
U kunt ook digitaal voorlopige voorzieningen instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht.aspx. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Wij verzoeken u vriendelijk om een afschrift van het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening toe te zenden aan het Waterschap Roer en Overmaas, Postbus 185, 6130 AD Sittard.
201604854
3t3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
O N T W E R P B E S L U I T I N G E V O L G E DE W A T E R W E T Nummer 2015.0122 1
Sittard,
Onderwerp aanvraag
Het dagelijks bestuur van het W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s heeft op 9 juni 2 0 1 5 e e n a a n v r a a g (kenmerk 2 0 1 5 0 6 0 2 0 , d.d. 9 juni 2 0 1 5 ) o n t v a n g e n v a n Sitech Services B.V., Postbus 27, 6 1 6 0 MD G e l e e n , o m een v e r g u n n i n g als b e d o e l d in hoofdstuk 6 van d e W a t e r w e t ( W t w ) voor het verrichten van h a n d e l i n g e n in e e n w a t e r s y s t e e m . De a a n v r a a g is a a n g e v u l d op 7 s e p t e m b e r 2 0 1 5 (kenmerk C S P - 1 5 - 2 2 9 (7.047)), d.d. 1 s e p t e m b e r 2 0 1 5 ) , 25 januari 2 0 1 6 (kenmerk C S P - 1 6 - 0 1 0 4 (7.047)), d.d. 2 5 j a n u a r i 2016) en op 28 j a n u a r i 2 0 1 6 (kenmerk W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 J L ) , d.d. 28 j a n u a r i 2 0 1 6 . De a a n v r a a g betreft: het b r e n g e n van afvalwater, afkomstig van de Integrale A f v a l w a t e r Zuiverings Installatie (hierna: IAZI), gelegen a a n de Dalerveltweg 5 te Stein in d e zijtak Ur; het h e b b e n e n b e h o u d e n van een lozingswerk in de zijtak Ur, w a a r v o o r krachtens v e r o r d e n i n g van het w a t e r s c h a p v e r g u n n i n g is vereist; het lozen van meer dan 2 0 m A j u r in de zijtak Ur, w a a r v o o r krachtens v e r o r d e n i n g v a n het w a t e r s c h a p v e r g u n n i n g is vereist; het b e h o u d e n van installaties en g e b o u w e n b e h o r e n d e bij de IAZI in het rivierbed v a n de M a a s en/of de bijbehorende b e s c h e r m i n g s z o n e ; het onttrekken van g r o n d w a t e r ter plaatse van de Maurits Deponie. 3
2
Conclusie
Met het in de v e r g u n n i n g o p n e m e n van voorschriften en het tijdelijk verlenen van de v e r g u n n i n g k a n w o r d e n g e w a a r b o r g d dat de te bereiken doelstellingen zoals b e d o e l d in artikel 2.1 van de W a t e r w e t in voldoende mate w o r d e n b e s c h e r m d .
3
Besluit
Gelet op de bepalingen van de Waterwet, het Waterbesluit, de W a t e r r e g e l i n g , de Keur v a n het W a t e r s c h a p Roer e n O v e r m a a s (2014), d e A l g e m e n e w e t bestuursrecht e n d e h i e r o n d e r v e r m e l d e o v e r w e g i n g e n besluit het dagelijks bestuur als volgt: a. -
de door Sitech Services B.V., Postbus 27, 6 1 6 0 M D G e l e e n , g e v r a a g d e v e r g u n n i n g te v e r l e n e n tot en met 31 d e c e m b e r 2 0 1 8 onder de in dit besluit te stellen voorschriften voor: het brengen van afvalwater, afkomstig van d e Integrale A f v a l w a t e r Zuiverings In stallatie, g e l e g e n aan d e Dalerveltweg 5 te Stein in d e zijtak Ur w a a r v o o r v e r g u n ning is vereist op g r o n d van artikel 6.2, lid 1 s u b a v a n de W a t e r w e t ; het b e h o u d e n van w e r k e n in de zijtak Ur w a a r v o o r v e r g u n n i n g is vereist op g r o n d van artikel 6.13 v a n de W a t e r w e t juncto artikel 4 . 1 , lid 1, sub b van de Keur v a n het W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s (2014);
2015.0122
1/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
3
-
het lozen meer d a n 20 m water per uur in e e n primair w a t e r w a a r v o o r v e r g u n n i n g is vereist op g r o n d van artikel 6.13 van de W a t e r w e t j u n c t o artikel 4.5, lid 1, s u b a van de Keur van het W a t e r s c h a p Roer e n O v e r m a a s (2014); het g e b r u i k m a k e n v a n het rijkswaterstaatswerk het rivierbed van de rivier de Maas of de daartoe behorende b e s c h e r m i n g s z o n e w a a r v o o r v e r g u n n i n g is vereist op g r o n d van artikel 6.5, onder c v a n de W a t e r w e t door, a n d e r s d a n in o v e r e e n s t e m m i n g met d e functie, daarin, daarop, d a a r b o v e n , d a a r o v e r of d a a r o n d e r w e r k z a a m h e d e n te verrichten, w e r k e n te m a k e n of te b e h o u d e n , d a n wel vaste substanties of v o o r w e r p e n te storten, te plaatsen of neer te l e g g e n , of deze te la ten staan of liggen, te weten het b e h o u d e n van installaties en g e b o u w e n b e h o rende bij de IAZI, op het perceel kadastraal b e k e n d g e m e e n t e Stein, sectie A, n u m m e r 3507, aan d e rechteroever van de rivier de M a a s , k i l o m e t e r n u m m e r 36,6, in de g e m e e n t e Stein; het onttrekken v a n grondwater ter plaatse van d e Maurits D e p o n i e . d e g e v r a a g d e v e r g u n n i n g voor het m e e r d e r e ( o n b e p a a l d e tijd, n o r m pyrazool, d r e m p e l w a a r d e n A B M , kwik) te w e i g e r e n .
b.
Het gestelde in deel 1 van de aanvraag deel uit te laten m a k e n van de v e r g u n n i n g met uitzondering van bijlage 1.1, bijlage 5 . 1 , bijlage 7.2, bijlage 7.3, bijlage 7.5, bijlage 7.6 en bijlage 1 0 . 1 ;
c.
Het plan van a a n p a k d.d. 21 oktober 2 0 1 5 met k e n m e r k W T W - 2 0 1 5 - J L 0 0 1 4 (ontvangen 25 j a n u a r i 2016) en a a n g e v u l d met k e n m e r k W T W - 2 0 1 5 - J L 0 1 6 ( o n t v a n g e n 25 j a n u a r i 2016) e n het plan van a a n p a k van 11 j a n u a r i 2 0 1 6 met k e n m e r k W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 JL (ont v a n g e n 28 januari 2016) deel te laten uitmaken van d e v e r g u n n i n g ;
d.
De g e w a a r m e r k t e t e k e n i n g e n deel te laten uitmaken van d e v e r g u n n i n g ;
e.
De v o l g e n d e aan Sitech Services B.V., Dalerveltweg 5 te Stein v e r l e e n d e w a t e r v e r g u n ningen in te trekken met ingang van het m o m e n t van inwerkingtreding v a n dit besluit: -
4
de op 23 februari 2 0 0 6 onder n u m m e r V 0 5 - 1 2 4 v e r l e e n d e v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de W a t e r w e t (voorheen: W e t verontreiniging o p p e r v l a k t e w a t e r e n ) ; de op 19 februari 1999 onder n u m m e r 9 9 . 0 0 3 v e r l e e n d e v e r g u n n i n g o p g r o n d van de W a t e r w e t (voorheen: W e t op de w a t e r h u i s h o u d i n g ) ; de op 19 februari 1999 onder n u m m e r 9 9 . 0 0 4 v e r l e e n d e v e r g u n n i n g o p g r o n d van d e Keur van het W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s e n ; de op 17 januari 2 0 1 1 met kenmerk R W S / D L B - 2 0 1 1 / 2 1 6 v e r l e e n d e v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de W a t e r w e t . Ondertekening
het dagelijks bestuur, de secretaris/directeur,
de voorzitter,
ing. J . M . G . In den Kleef
dr. J.J. Schrijen
2015.0122
-2/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
5
Voorschriften
5.1
Voorschriften van algemene aard
3
Voorschrift 1 Begripsbepaling In d e z e v e r g u n n i n g w o r d verstaan onder: Distributed Control S y s t e m (DCS): s y s t e e m bij de IAZI w a a r i n t e m p e r a t u u r g e g e v e n s v a n het effluent w o r d e n geregistreerd; Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van het W a t e r s c h a p Roer e n O v e r m a a s ; Effluent: het gezuiverd afvalwater afkomstig uit de IAZI; IAZI: Integrale A f v a l w a t e r Zuiveringsinstallatie van Sitech Services B.V.; I n n a m e p u n t influent IAZI: het m o n s t e r n a m e p u n t met d e R D - c o ö r d i n a t e n X = 1 8 0 . 8 3 1 , Y =332.202, Lozingspunt effluent IAZI: het lozingspunt met de R D - c o ö r d i n a t e n 80.790, Y=332.323; M o n s t e r n a m e p u n t 19-P-108 (API-EPT): p r o c e s a f v a l w a t e r ter plaatse v a n A P I - E P T met de RD-coördinaten 8 3 . 9 0 3 en Y = 329.933 ( m o n s t e r n a m e d e e l s t r o o m EPT-fabriek); M o n s t e r n a m e p u n t 2 8 - P - 1 1 3 (overnameput IBL/OBL: p r o c e s a f v a l w a t e r ter plaatse v a n m o n s t e r n a m e p u n t 2 8 - P - 1 1 3 met de R D - c o ö r d i n a t e n X - 1 8 4 . 2 5 8 e n Y = 329.771) ( m o n s t e r n a m e deelstroom PVC-fabriek); M o n s t e r n a m e p u n t A E 9 0 (Put 115-P-53): p r o c e s a f v a l w a t e r ter plaatse van m o n s t e r n a m e p u n t A E 9 0 , Put 115-P-53 met R D - c o ö r d i n a t e n X = 183.774 e n Y = 3 3 3 . 1 4 3 (monstern a m e deelstroom A C N - f a b r i e k ) ; Netto vracht: de vracht van e e n stof in het effluent v e r m i n d e r d m e t d e vracht van die stof in het ingetrokken kanaalwater; Procesafvalwater: het afvalwater afkomstig van d e e l s t r o m e n ; Totaal stikstof: s o m van Nitraat/nitriet-stikstof en stikstof v o l g e n s Kjeldahl; V o o r z i e n b a r e bijzondere b e d r i j f s o m s t a n d i g h e d e n : a n d e r e d a n d e reguliere bedrijfsom s t a n d i g h e d e n , niet zijnde een o n g e w o o n voorval, zoals o n d e r h o u d s - e n reparatiewerk z a a m h e d e n , storingen, korte stilleggingen en het opstarten of het definitief buiten bedrijf stellen van een proces- of afvalwaterzuiveringsinstallatie of o n d e r d e l e n hiervan. Voorschrift 2 Omschrijving van het
afvalwater
De ingevolge deze v e r g u n n i n g in oppervlaktewater te b r e n g e n afvalstoffen, verontreinigende en/of schadelijke stoffen, m o g e n uitsluitend bestaan uit het effluent van de IAZI, welke g e l e g e n is aan de Dalerveltweg 5 te Stein. Voorschrift 3 Algemeen Het dagelijks bestuur kan de vergunning en de d a a r a a n v e r b o n d e n voorschriften en beper kingen wijzigen of aanvullen of geheel of gedeeltelijk intrekken w a n n e e r het nodig is op grond van een waterstaatkundig belang zoals bedoeld in artikel 6.22 lid 1 en lid 3 sub b v a n de W a t e r w e t .
2015.0122
-3/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
Indien dit tot gevolg heeft dat de v e r g u n n i n g h o u d e r daardoor de a a n w e z i g e w e r k e n moet a a n p a s s e n of verwijderen, d a n zal de v e r g u n n i n g h o u d e r dit voor eigen rekening en risico m o e t e n d o e n , waarbij geen recht o p s c h a d e v e r g o e d i n g bestaat, tenzij d e z e s c h a d e redelij kerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voor z o v e r de v e r g o e d i n g niet of niet v o l d o e n d e anderszins is v e r z e k e r d , zoals bedoeld in artikel 7.14 v a n de W a t e r w e t . Voorschrift 4 Contactpersonen 1.
De v e r g u n n i n g h o u d e r is verplicht é é n of meer p e r s o n e n a a n te wijzen die in het bijzonder belast is (zijn) met het toezicht op de naleving v a n het bij deze v e r g u n n i n g bepaalde of bevolene, met wie in s p o e d g e v a l l e n , ook buiten k a n t o o r u r e n , overleg kan w o r d e n g e voerd.
2.
De v e r g u n n i n g h o u d e r deelt schriftelijk binnen 14 d a g e n nadat d e z e v e r g u n n i n g inwerking is g e t r e d e n of voor a a n v a n g v a n de w e r k z a a m h e d e n aan het dagelijks bestuur m e d e , de n a a m , het adres en het t e l e f o o n n u m m e r van d e g e n e ( n ) die d o o r of v a n w e g e h e m is (zijn) a a n g e w e z e n . Dit is niet van t o e p a s s i n g indien e e n c o n t a c t p e r s o o n in d e v e r g u n n i n g a a n vraag is v e r m e l d .
3.
Wijzigingen ten opzichte van t w e e d e lid m o e t e n binnen 14 d a g e n schriftelijk w o r d e n gemeld.
Voorschrift 5 Ongewoon voorval 1.
Indien als gevolg van calamiteiten en/of andere uitzonderlijke o m s t a n d i g h e d e n niet aan de voorschriften wordt voldaan of naar v e r w a c h t i n g niet kan w o r d e n v o l d a a n , d i e n e n door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r terstond m a a t r e g e l e n te w o r d e n getroffen t e n e i n de een nadelige beïnvloeding van het oppervlaktewater z o v e e l mogelijk te v o o r k o m e n of te b e p e r k e n .
2.
V a n calamiteiten en/of andere uitzonderlijke o m s t a n d i g h e d e n , als b e d o e l d in het eerste lid van dit artikel, dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r het dagelijks bestuur o n middellijk op de hoogte w o r d e n gesteld. De melding gebeurt aan handhavinq(õ)overmaas.nl e n aan het M e l d p u n t water 0 8 0 0 0341
3.
De door of v a n w e g e het dagelijks bestuur g e g e v e n a a n w i j z i n g e n met betrekking tot d e calamiteiten en/of andere uitzonderlijke o m s t a n d i g h e d e n als b e d o e l d in het eerste lid v a n dit artikel, dienen door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r stipt te w o r d e n o p g e v o l g d .
4.
Indien het dagelijks bestuur dit eist, dient de v e r g u n n i n g h o u d e r betreffende het voorval schriftelijk rapport uit te brengen met v e r m e l d i n g van de oorzaak, d a t u m e n tijd v a n a a n v a n g en beëindiging van het voorgevallene e n de g e v o l g e n ervan v o o r de kwaliteit van het g e l o o s d e afvalwater, a l s m e d e van de v o o r g e n o m e n m a a t r e g e l e n ter v o o r k o m i n g van herhaling.
2015.0122
-4/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Voorschrift 6 Voorzienbare bijzondere
bedrijfsomstandigheden.
1.
Bij voorzienbare bijzondere bedrijfsomstandigheden niet zijnde e e n o n g e w o o n v o o r v a l , die g e v o l g e n k u n n e n h e b b e n op de kwaliteit van het lozen te afvalwater m o e t e n voor z o r g s m a a t r e g e l e n zijn g e n o m e n om nadelige g e v o l g e n voor het o p p e r v l a k t e w a t e r te v o o r k o m e n dan wel z o v e e l mogelijk te b e p e r k e n .
2.
V a n een dergelijke voorzienbare bijzondere o m s t a n d i g h e i d moet d o o r of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r het dagelijks bestuur vooraf in kennis stellen.
3.
De tot: -
4.
v e r g u n n i n g h o u d e r verstrekt aan het dagelijks bestuur de g e g e v e n s met betrekking de betreffende situatie, de a a n v a n g en de tijdsduur v a n d e uitvoering; de g e v o l g e n van de situatie op de kwaliteit van het v r i j k o m e n d e afvalwater; de v o o r z o r g s m a a t r e g e l e n die w o r d e n g e n o m e n o m nadelige g e v o l g e n van de lozing voor het oppervlaktewater te v o o r k o m e n d a n wel te b e p e r k e n ; de alternatieven die o v e r w o g e n zijn o m nadelige g e v o l g e n van d e lozing voor het o p p e r v l a k t e w a t e r te v o o r k o m e n dan wel b e p e r k e n ; de g e v o l g e n o p de kwaliteit van het te lozen afvalwater.
De in het derde lid g e n o e m d e m a a t r e g e l e n b e h o e v e n voor d e a a n v a n g van de uitvoering de schriftelijke g o e d k e u r i n g v a n het dagelijks bestuur.
5.2
V o o r s c h r i f t e n gerelateerd a a n w a t e r s c h a p s t a k e n
Voorschrift 7 Debiet 1.
De te lozen hoeveelheid afvalwater m a g ter plaatse v a n het 'lozingspunt effluent IAZI' m a x i m a a l 5.834 m per uur bedragen met e e n m a x i m u m v a n 124.000 m per e t m a a l . 3
3
2.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient d e h o e v e e l h e i d a f v a l w a t e r als bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift te w o r d e n g e m e t e n e n te w o r d e n geregistreerd.
3.
De meting als bedoeld in het tweede lid van dit voorschrift dient d o o r of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n uitgevoerd volgens bijlage I, sub A , paragraaf 1 en 2 van d e v i g e r e n d e verordening verontreinigingsheffing.
4.
De geregistreerde g e g e v e n s als bedoeld in het t w e e d e lid van dit voorschrift dienen d o o r de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste v i j f j a a r te w o r d e n b e w a a r d .
Voorschrift 8 Normering zuurgraad 1.
Het afvalwater dient ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI' te v o l d o e n aan de v o l g e n d e eis:
2015.0122
- 5/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Minimaal
Maximaal
6,5
9,0
pH (zuurgraad) 2.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient door c o n t i n u m e t i n g en registratie e e n controle plaats te vinden op de in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e p a r a m e t e r op de daarbij a a n g e g e v e n plaats.
3.
De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e lid van dit voorschrift, d i e n e n door de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste v i j f j a a r te w o r d e n b e w a a r d .
Voorschrift 9 Normering temperatuur 1.
De t e m p e r a t u u r van het geloosde afvalwater, ter plaatse v a n het 'lozingspunt effluent IAZI', m a g niet meer b e d r a g e n dan 3 2 , 9 C als d a g g e m i d d e l d e . 0
2.
De in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e d a g g e m i d d e l d e t e m p e r a t u u r w o r d t bepaald op basis van de w a a r d e n in het 'Distributed Control S y s t e m ( D C S ) ' t u s s e n 0:00 en 2 4 : 0 0 van de betreffende dag.
V o o r s c h r i f t 10 Algemene normen 1.
voor het effluent
van de IAZI
Het gehalte aan de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stoffen m a g in het afvalwater ter plaatse v a n het 'lozingspunt effluent IAZI', de daarbij v e r m e l d e w a a r d e n niet overschrij den. Stoffen
C h e m i s c h zuurstof verbruik Biochemisch zuurstofverbruik Totaal-stikstof ^ s o m v a n Kjeldahlstikstof en nitriet/ n it ra atst i kstof) Totaal-fosfor Onopgeloste bestanddelen
C o n c e n t r a t i e in v o l u m e proportioneel e t m a a l m o n s t e r in mg/1
C o n c e n t r a t i e in v o o r t s c h r i j d e n d g e w o g e n g e m i d d e l d e v a n 10 e t m a a l m o n s t e r in mg/l
150
85
15
7,5
40
25
3,0
1,5
75
30
2.
De jaarvracht aan totaal-stikstof mag in het afvalwater, ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI', niet m e e r d a n 7 7 0 ton per kalenderjaar b e d r a g e n .
3.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het afvalwater ten minste é é n m a a l per drie d a g e n d o o r volumeproportionele b e m o n s t e r i n g en analyse te w o r d e n g e c o n t r o l e e r d o p de in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e parameters op de daarbij a a n g e g e v e n plaats.
2015.0122
-6/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
4.
De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het derde lid v a n dit voorschrift, dienen door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n g e r e g i s t r e e r d .
5.
De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het vierde lid van dit voorschrift, d i e n e n d o o r de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste vijf jaar te w o r d e n b e w a a r d .
V o o r s c h r i f t 11 Norm voor stikstof 1.
van de IAZI tijdens
Totaal-stikstof
C o n c e n t r a t i e in v o l u m e p r o portioneel e t m a a l m o n s t e r in mg/l 70
van de IAZI
C o n c e n t r a t i e in v o o r t s c h r i j d e n d g e w o g e n g e m i d d e l d e v a n 10 e t m a a l m o n s t e r in mg/l
-
Uiterlijk 48 uur v o o r a f g a a n d e aan de dag w a a r o p door noodzakelijk o n d e r h o u d e e n zuiveringsstraat buiten gebruik wordt gesteld, dient dit d o o r of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n g e m e l d aan het dagelijks bestuur via het mailadres h a n d h a v i n g ® o v e r m a a s . n l . Het lozen van afvalwater met een v e r h o o g d e concentratie stikstof behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 12 Normen voor PAK, EOX in het effluent 1.
de onderhoudsstop
In afwijking van het b e p a a l d e in voorschrift 10 van d e z e v e r g u n n i n g m a g met betrekking tot de normering voor totaal-stikstof, uitsluitend in het geval dat ten g e v o l g e van n o o d z a kelijk o n d e r h o u d e e n zuiveringsstraat van d e IAZI buiten gebruik is, het gehalte a a n t o taal-stikstof in het afvalwater, ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI', de in onder s t a a n d e tabel v e r m e l d e w a a r d e niet overschrijden. Stof
2.
in het effluent
van de IAZI en analyseverplichting
overige
stoffen
Het gehalte aan de in d e onderstaande tabel g e n o e m d e stoffen m a g in het afvalwater ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI', d e daarbij v e r m e l d e w a a r d e n niet overschrij den. Stoffen Polycyclische a r o m a t i s c h e koolwater stoffen (PAK) (16 v a n d e EPA-lijst) Extraheerbare organohalogeenverbind i n g e n uitgedrukt als organochloor (EOX)
C o n c e n t r a t i e in enig s t e e k m o n s t e r in ug/l 2,0
5,0
2.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het a f v a l w a t e r ten minste é é n m a a l per k a l e n d e r m a a n d door s t e e k b e m o n s t e r i n g en analyse te w o r d e n g e c o n t r o l e e r d op d e in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e parameters op d e daarbij a a n g e g e v e n plaats.
3.
Door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r dient het a f v a l w a t e r ten minste é é n m a a l per kwartaal door analyse in e e n w e e k o p b o u w m o n s t e r te w o r d e n g e c o n t r o l e e r d op persisten te en b i o a c c u m u l e e r b a r e stoffen in het effluent van de IAZI ter plaatse van het 'lozings punt effluent IAZI' volgens de D 3 - a n a l y s e m e t h o d e .
2015.0122
- 7/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
4.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het afvalwater ten minste é é n m a a l per kalenderkwartaal door s t e e k b e m o n s t e r i n g en analyse te w o r d e n g e c o n t r o l e e r d op vluch tige en niet-vluchtige polaire stoffen in het influent ter plaatse v a n het i n n a m e p u n t influent en in het effluent van de IAZI ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI'.
5.
De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e , derde en vierde lid v a n dit voorschrift, dienen door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n g e r e g i s t r e e r d .
6.
De geregistreerde g e g e v e n s , als b e d o e l d in het vijfde lid van dit voorschrift, dienen door de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste vijf j a a r te w o r d e n b e w a a r d .
V o o r s c h r i f t 13 Normen voor metalen 1.
in het effluent
van de IAZI
Het gehalte aan de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stoffen m a g in het afvalwater ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI', de daarbij v e r m e l d e w a a r d e n niet overschrij den. Stoffen
C o n c e n t r a t i e in v o l u m e -
C o n c e n t r a t i e in voort
proportioneel w e e k m e n g -
schrijdend gewogen
m o n s t e r (ug/l)
g e m i d d e l d e v a n 10 w e e k m e n g m o n s t e r s (pg/l)
6,0
4,0
Nikkel
60
40
Zink
120
80
Arseen
2.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het afvalwater wekelijks door v o l u m e p r o p o r tionele w e e k b e m o n s t e r i n g e n analyse te w o r d e n g e c o n t r o l e e r d o p de in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e parameters op de daarbij a a n g e g e v e n plaats.
3.
D o o r of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het afvalwater ter plaatse van het 'lozings punt effluent IAZI' é é n m a a l per k a l e n d e r m a a n d door v o l u m e p r o p o r t i o n e l e w e e k b e m o n stering en analyse aanvullend te w o r d e n g e m e t e n op d e p a r a m e t e r s kwik, c a d m i u m e n vanadium.
4.
De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e en derde van dit voorschrift, dienen door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n geregistreerd.
5.
De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het vierde lid v a n dit voorschrift, d i e n e n door d e v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste vijf jaar te w o r d e n b e w a a r d .
V o o r s c h r i f t 14 Normen voor zouten
in het effluent
van de IAZI
1. De netto vrachten van de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stoffen m o g e n per k a l e n d e r j a a r in het afvalwater, ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI', de daarbij v e r m e l d e w a a r d e n niet overschrijden.
2015.0122
-8/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Stoffen Sulfaat Chloride
H o e v e e l h e i d (ton/ k a l e n d e r j a a r ) 11.000 4.000
2. Door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r dient het afvalwater wekelijks door v o l u m e p r o p o r tionele w e e k b e m o n s t e r i n g en analyse te w o r d e n g e c o n t r o l e e r d op de in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e parameters op d e daarbij a a n g e g e v e n plaats. 3. De vracht per kalenderjaar wordt bepaald d o o r d e in het t w e e d e lid verkregen w e e k v r a c h ten te s o m m e r e n . 4. De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e lid v a n dit voorschrift, dienen door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n g e r e g i s t r e e r d . 5. De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het vierde lid van dit voorschrift, d i e n e n door de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste v i j f j a a r te w o r d e n b e w a a r d . V o o r s c h r i f t 15 Normering pyrazool 1.
Het gehalte aan de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stof m a g in het afvalwater ter plaatse v a n het 'lozingspunt effluent IAZI', de daarbij v e r m e l d e w a a r d e n niet over schrijden. Stof
Volumeproportioneel e t m a a l m o n s t e r (ug/l)
V o o r t s c h r i j d e n d g e m i d d e l d e v a n 10 volumeproportionele etmaalmonsters (ug/l)
30
10
Pyrazool De in de tabel opgenomen
lozingseisen
zijn empirische
lozingseisen
2a. De v e r g u n n i n g h o u d e r dient dagelijks v o l u m e p r o p o r t i o n e l e e t m a a l m o n s t e r s te n e m e n van zowel het effluent als van het influent van de IAZI en d e z e te laten a n a l y s e r e n op d e stof pyrazool. b. De resultaten van deze analyses zoals v e r m e l d in het t w e e d e lid s u b a van dit voorschrift d i e n e n uiterlijk 24 uur na m o n s t e r n a m e te w o r d e n g e r a p p o r t e e r d aan het dagelijks bestuur via handhaving(5)overmaas.nl. 3. Zolang er g e e n d o o r het Nederlands Normalisatie Instituut vastgestelde a n a l y s e m e thode voor pyrazool v o o r h a n d e n is, dienen d e a n a l y s e s zoals v e r m e l d in het t w e e d e lid sub a v a n dit voorschrift te w o r d e n uitgevoerd v o l g e n s de U P L C - M S / M S - m e t h o d e die g e h a n t e e r d wordt door het N E N - I S O 17025 gecertificeerde laboratorium A g u a l a b Z u i d , verder g e n o e m d de referentiemethode. De resultaten d i e n e n te w o r d e n afge rond conform N E N 1047. V o o r s c h r i f t 16 Plan van aanpak
pyrazool
reguliere
bedrijfsvoering
1. T e n e i n d e e e n stabiele bedrijfssituatie te bereiken voor w a t betreft het lozen van pyraz o o l h o u d e n d afvalwater dient de werkwijze te w o r d e n g e v o l g d zoals b e s c h r e v e n in het
2015.0122
- 9/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
rapport met kenmerk W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 J L , d.d. 11 j a n u a r i 2 0 1 6 (plan van aanpak reguliere bedrijfsvoering A C N - I A Z I ) zoals o p g e n o m e n in bijlage 5 v a n d e z e v e r g u n n i n g . 2. Wijzigingen in de w e r k w i j z e zoals beschreven in het eerste lid v a n dit voorschrift d i e n e n vooraf te w o r d e n g e m e l d a a n het dagelijks bestuur en b e h o e v e n de schriftelijke g o e d keuring van het dagelijks bestuur. V o o r s c h r i f t 17 Plan van aanpak 1.
2.
verminderen
pyrazoolemissie
Door d e v e r g u n n i n g h o u d e r is een plan van a a n p a k o p g e s t e l d v o o r het structureel v e r m i n d e r e n van het gehalte aan pyrazool in het effluent d.d. 21 oktober 2 0 1 5 met merk W T W - 2 0 1 5 - J L 0 0 1 4 (Plan van aanpak studies v e r m i n d e r e n pyrazool emissie) a a n g e v u l d m e t k e n m e r k W T W - 2 0 1 5 - J L 0 1 6 zoals o p g e n o m e n in bijlage 6 van deze gunning. De in dit plan b e s c h r e v e n studies d i e n e n te w o r d e n uitgevoerd te w o r d e n nen de a a n g e g e v e n tijdsplanning.
ken en ver bin
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient v a n a f 1 juli 2 0 1 6 e n vervolgens elke drie m a a n d e n de voortgang v a n de uitvoering van het plan v a n a a n p a k zoals v e r m e l d in het eerste lid van dit voorschrift schriftelijk te w o r d e n g e r a p p o r t e e r d a a n het dagelijks be stuur.
3. Wijzigingen in de werkwijze zoals b e s c h r e v e n in het e e r s t e lid v a n dit voorschrift d i e n e n vooraf te w o r d e n g e m e l d aan het dagelijks bestuur e n b e h o e v e n d e schriftelijke g o e d keuring van het dagelijks bestuur. V o o r s c h r i f t 18 Deelstroomnorm 1.
voor de
EPT-fabriek
De vracht van de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stof m a g in het procesafvalwater, ter plaatse v a n het ' m o n s t e r n a m e p u n t 19-P-108 ( A P I - E P T ) ' , d e daarbij v e r m e l d e w a a r d e niet overschrijden. Stof Vanadium
H o e v e e l h e i d (kg/week) 70
2.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient é é n m a a l per k a l e n d e r m a a n d een tijdsproportioneel w e e k m o n s t e r te w o r d e n s a m e n g e s t e l d en te w o r d e n g e a n a l y s e e r d op de in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e parameter o p d e daarbij a a n g e g e v e n plaats.
3.
De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e lid van dit voorschrift, d i e n e n door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n geregistreerd.
4.
De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het derde lid v a n dit voorschrift, dienen d o o r de v e r g u n n i n g h o u d e r ten m i n s t e vijf jaar te w o r d e n b e w a a r d .
2015.0122
- 10/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
V o o r s c h r i f t 19 Deelstroomnorm 1.
voor de
3
PVC-fabriek
Het gehalte aan de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stof m a g in het p r o c e s a f v a l w a ter, ter plaatse van het ' m o n s t e r n a m e p u n t 2 8 - P - 1 1 3 ( o v e r n a m e p u t IBL/OBL)', de daarbij v e r m e l d e w a a r d e niet overschrijden. C o n c e n t r a t i e in e n i g s t e e k m o n s t e r (mg/l)
Stof Monovinylchloride ( M V C )
1,0
2.
Het procesafvalwater, als bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift, dient t e n m i n s t e é é n m a a l per k a l e n d e r m a a n d door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r door s t e e k b e m o n stering en analyse te w o r d e n gecontroleerd op de in het eerste lid van dit artikel g e n o e m d e parameter op de daarbij a a n g e g e v e n plaats.
3.
De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e lid v a n dit voorschrift, dienen door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n g e r e g i s t r e e r d .
4.
De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het derde lid van dit voorschrift, d i e n e n d o o r de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste vijf j a a r te w o r d e n b e w a a r d .
V o o r s c h r i f t 20 Deelstroomnorm 1.
ACN-fabriek
De vracht v a n de in de o n d e r s t a a n d e tabel g e n o e m d e stoffen m a g in het p r o c e s a f v a l w a ter, ter plaatse van het ' m o n s t e r n a m e p u n t A E 9 0 (Put 115-P-53)', de daarbij v e r m e l d e w a a r d e n niet overschrijden. Stof
H o e v e e l h e i d in k g / w e e k
H o e v e e l h e i d in k g / w e e k
tot en met 31-12-2017
v a n a f 1-1-2018
Molybdeen
34
34
Nikkel
20
15
2. Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient é é n m a a l per k a l e n d e r m a a n d een v o l u m e proportioneel w e e k m o n s t e r te w o r d e n s a m e n g e s t e l d en te w o r d e n g e a n a l y s e e r d op de in het eerste lid van dit voorschrift g e n o e m d e p a r a m e t e r s op d e daarbij a a n g e g e v e n plaats. 3. De a n a l y s e g e g e v e n s , als bedoeld in het t w e e d e lid van dit voorschrift, dienen d o o r of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n geregistreerd. 4. De geregistreerde g e g e v e n s , als bedoeld in het d e r d e lid van dit voorschrift, dienen d o o r de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste vijf j a a r te w o r d e n b e w a a r d . V o o r s c h r i f t 21 Bemonsteringsen
analysemethoden
1. Het (proces)afvalwater dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n b e m o n sterd volgens N E N 6 6 0 0 - 1 .
2015.0122
- 11/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
2. Een uitgegeven aanvulling respectievelijk correctieblad van e e n N E N - n o r m met betrek king tot de m o n s t e r n e m i n g als bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift wordt v a n t o e passing op 1 j a n u a r i van het jaar volgende op dat w a a r i n de uitgifte heeft p l a a t s g e v o n den. 3.
De analyses van de in de voorschriften 8, 10 tot en met 15, 18, 19 en 20 g e n o e m d e stoffen d i e n e n te w o r d e n uitgevoerd o v e r e e n k o m s t i g d e voorschriften zoals o p g e n o m e n in bijlage 1 g e n a a m d 'analysevoorschriften stoffen'.
4. Indien a n a l y s e s w o r d e n uitgevoerd voor c o m p o n e n t e n die niet zijn g e n o e m d in d e voorschriften 8, 10 tot en met 15, 18, 19 en 2 0 dienen de a n a l y s e s te w o r d e n uitgevoerd conform de n o r m e n , die door het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) zijn a a n v a a r d . Indien nog g e e n door het N E N a a n v a a r d e n o r m e n b e s c h i k b a a r zijn kan het dagelijkse bestuur op v e r z o e k van de v e r g u n n i n g h o u d e r die de analyses uitvoert of laat uitvoeren, toestaan dat a n a l y s e m e t h o d e s w o r d e n t o e g e p a s t die g e r e l a t e e r d zijn aan: - O n t w e r p - n o r m v o o r s c h r i f t e n van het N e d e r l a n d s Normalisatie Instituut ( N E N ) ; - Standard M e t h o d s for the Examination of W a t e r and W a s t e w a t e r , A m e r i c a n Public Health A s s o c i a t i o n Inc., N e w York, NY; - A n n u a l Book of S T M standard (part 31); - Deutsche Einheitsverfahren z u m W a s s e r - , A b w a s s e r - und S c h l a m m u n t e r s u c h u n g , W e i s s h e i m , Verlag C h e m i e . - A n d e r e (eigen of afgeleide) methodes. V o o r s c h r i f t 22 Wijzigen van de meetfrequentie
en/of
analysemethoden
1.
Indien e n v o o r zover de verstrekte analyses, als bedoeld in de voorschriften 8 tot e n met 15, 18, 19 en 20 van deze vergunning naar het oordeel van het dagelijks bestuur e e n representatief inzicht g e v e n in de samenstelling van het (proces)afvalwater kan het d a gelijks bestuur, o p schriftelijk verzoek van de v e r g u n n i n g h o u d e r , besluiten tot het beper ken van de meetfrequentie, als vermeld in het betreffende voorschrift van deze v e r g u n ning.
2.
Op verzoek van de v e r g u n n i n g h o u d e r kan het dagelijks bestuur besluiten tot het g o e d keuren van het t o e p a s s e n van een gewijzigde of alternatieve a n a l y s e m e t h o d e als b e doeld in voorschrift 15 en bijlage 1 van d e z e v e r g u n n i n g . Bij het verzoek verstrekt de aanvrager e e n beoordeling van de gelijkwaardigheid van de te g e b r u i k e n a n a l y s e m e t h o de c o n f o r m N E N 7 7 7 8 . De aanvrager verstrekt daarbij alle relevante g e g e v e n s die zijn gebruikt voor het beoordelen van de g e l i j k w a a r d i g h e i d .
V o o r s c h r i f t 23 Onderzoeksverplichting 1.
vanadium
Uiterlijk 6 m a a n d e n na in werking treding v a n deze v e r g u n n i n g dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r een o n d e r z o e k s v o o r s t e l te w o r d e n ingedient. Het o n d e r z o e k moet gericht zijn op vermindering van d e stof v a n a d i u m in het te lozen effluent v a n de IAZI met behulp van de beste b e s t a a n d e t e c h n i e k e n ;
2015.0122
- 12/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
2.
Het in het eerste lid bedoelde o n d e r z o e k s v o o r s t e l m o e t in overleg met het dagelijks bestuur w o r d e n opgesteld en behoeft voor uitvoering van het o n d e r z o e k de schriftelij ke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur;
3.
Uiterlijk 24 m a a n d e n na goedkeuring van het o n d e r z o e k s v o o r s t e l d o o r het dagelijks bestuur moet het o n d e r z o e k zijn uitgevoerd e n d e u i t k o m s t e n va het onderzoek (het o n d e r z o e k s r a p p p o r t ) bij het dagelijks bestuur zijn i n g e d i e n d ;
4.
Het in het derde lid g e n o e m d e o n d e r z o e k s r a p p o r t behoeft de schriftelijke g o e d k e u ring van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 24 Onderzoeksverplichting
nikkel
1.
Uiterlijk 1 oktober 2 0 1 6 dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r een o n d e r z o e k s voorstel te w o r d e n ingediend. Het onderzoek moet gericht zijn op vermindering v a n de stof nikkel in het te lozen effluent van de IAZI met b e h u l p v a n d e beste b e s t a a n d e technieken;
2.
Het in het eerste lid bedoelde o n d e r z o e k s v o o r s t e l m o e t in overleg met het dagelijks bestuur w o r d e n opgesteld en behoeft voor uitvoering v a n het o n d e r z o e k de schriftelij ke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur;
3.
Uiterlijk 18 m a a n d e n na g o e d k e u r i n g van het o n d e r z o e k s v o o r s t e l door het dagelijks bestuur moet het o n d e r z o e k zijn uitgevoerd e n d e u i t k o m s t e n va het onderzoek (het o n d e r z o e k s r a p p p o r t ) bij het dagelijks bestuur zijn i n g e d i e n d ;
4.
Het in het derde lid g e n o e m d e o n d e r z o e k s r a p p o r t behoeft de schriftelijke g o e d k e u ring van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 25 Onderzoeksverplichting
kwik
1.
Uiterlijk 2 m a a n d e n na in werking treding v a n deze v e r g u n n i n g moet door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r een o n d e r z o e k s v o o r s t e l indienen. Het o n d e r z o e k moet gericht zijn op vermindering van de stof kwik in het te lozen effluent van de IAZI met behulp v a n de beste b e s t a a n d e t e c h n i e k e n ;
2.
Het in het eerste lid bedoelde o n d e r z o e k s v o o r s t e l m o e t in overleg met het dagelijks bestuur w o r d e n opgesteld e n behoeft voor uitvoering v a n het o n d e r z o e k de schriftelij ke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur;
3.
Uiterlijk 6 m a a n d e n na goedkeuring van het o n d e r z o e k s v o o r s t e l door het dagelijks bestuur moet het o n d e r z o e k zijn uitgevoerd en d e u i t k o m s t e n va het o n d e r z o e k (het o n d e r z o e k s r a p p p o r t ) bij het dagelijks bestuur zijn i n g e d i e n d ;
4.
Het in het derde lid g e n o e m d e o n d e r z o e k s r a p p o r t behoeft de schriftelijke g o e d k e u ring van het dagelijks bestuur.
2015.0122
- 13/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
V o o r s c h r i f t 26 Onderzoeksverplichting
3
toxiciteit
1.
V o o r 31 d e c e m b e r 2 0 1 6 dient het effluent van de IAZI door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r g e s c r e e n d te zijn op (organisch) polaire c o m p o n e n t e n e n toxiciteit op 5 trofische niveaus o v e r e e n k o m s t i g de in de a a n v r a a g beschreven m e e t m e t h o d e n voor toxiciteit (viseitjes, daphnia, luminiserende bacteriën, duck w e e d en algen).
2.
Het rapport van de in het eerste lid van dit voorschrift b e d o e l d e screening dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r , uiterlijk binnen één m a a n d na de in het eerste lid van dit voorschrift vermelde termijn voor het uitvoeren van de s c r e e n i n g , schriftelijk te w o r d e n o v e r g e l e g d aan het dagelijks bestuur.
3.
Het rapport als bedoeld in het t w e e d e lid v a n dit voorschrift behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 27 Onderzoeksverplichting
AMPA
(aminomethylfosfonzuur)
1.
V o o r 31 d e c e m b e r 2 0 1 6 dient, overeenkomstig de a a n v r a a g , d o o r of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r een onderzoek te zijn verricht naar het v e r m i n d e r e n van d e lozing van A M P A via het effluent de IAZI. Hierbij dient het ontstaan e n d e afbraak van A M P A , m o gelijk toe te passen alternatieven en de t o e p a s b a a r h e i d van mogelijke alternatieven te w o r d e n onderzocht.
2.
Het rapport van het in het eerste lid van dit voorschrift b e d o e l d e o n d e r z o e k dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r , uiterlijk binnen één m a a n d na de in het eerste lid van dit artikel vermelde termijn voor het verrichten van het o n d e r z o e k , schriftelijk te w o r d e n o v e r g e l e g d aan het dagelijks bestuur.
3.
Het rapport als bedoeld in het tweede lid van dit voorschrift behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 28 Onderzoeksverplichting
monitoring
effluent
1.
Uiterlijk 3 m a a n d e n na inwerkingtreding van deze v e r g u n n i n g moet door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r een o n d e r z o e k s v o o r s t e l indienen. Het o n d e r z o e k moet gericht zijn naar m o n i t o r i n g s m e t h o d e n die gericht zijn o p het verkrijgen v a n inzicht in d e s a m e n s t e l ling van het effluent en het o n d e r k e n n e n v a n dagelijks v e r a n d e r i n g e n in de samenstelling van het effluent.
2.
Het in het eerste lid bedoelde onderzoeksvoorstel moet in overleg met het dagelijks bestuur w o r d e n opgesteld en behoeft voor uitvoering van het o n d e r z o e k de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur.
3.
Uiterlijk 6 m a a n d e n na g o e d k e u r i n g van het o n d e r z o e k s v o o r s t e l d o o r het dagelijks bestuur moet het o n d e r z o e k zijn uitgevoerd e n de uitkomsten va het o n d e r z o e k (het o n d e r z o e k s r a p p p o r t ) bij het dagelijks bestuur zijn ingediend.
2015.0122
- 14/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
4.
Het in het derde lid g e n o e m d e o n d e r z o e k s r a p p o r t behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 29 Bemonstering door het bevoegd
gezag
1.
Het afvalwater, ter plaatse v a n het 'lozingspunt effluent IAZI', dient te allen tijde te k u n n e n w o r d e n o n d e r w o r p e n aan e e n continue debietmeting e n proportionele b e m o n stering. De v e r g u n n i n g h o u d e r dient het afvalwater daartoe via e e n d o e l m a t i g f u n c t i o n e r e n d e meetvoorziening te leiden.
2.
Het procesafvalwater, als bedoeld in d e voorschriften 18 tot e n met 20 van deze v e r g u n n i n g , dient te allen tijde te k u n n e n w o r d e n b e m o n s t e r d .
3.
Het procesafvalwater, als bedoeld in voorschrift 20 van d e z e v e r g u n n i n g , dient te allen tijde te kunnen w o r d e n o n d e r w o r p e n a a n e e n continue d e b i e t m e t i n g . De v e r g u n n i n g h o u d e r dient het procesafvalwater daartoe via d o e l m a t i g f u n c t i o n e r e n d e m e e t v o o r z i e n i n g e n te leiden.
4.
Het procesafvalwater dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r via v o o r z i e n i n g e n te w o r d e n geleid die te allen tijde geschikt zijn voor b e m o n s t e r i n g s d o e l e i n d e n .
5.
De in dit voorschrift bedoelde m e e t v o o r z i e n i n g e n d i e n e n z o d a n i g te w o r d e n geplaatst dat deze te allen tijde g o e d bereikbaar, toegankelijk en g e s c h i k t zijn voor een r e p r e s e n tatieve bemonstering van het afvalwater en dienen te v o l d o e n a a n a l g e m e n e veilig heidsaspecten.
V o o r s c h r i f t 30 Acceptatieen verwerkingsbeleid controle (IC)
(AV-beleid),
administratieve
organisatie(AO)
en
interne
1.
De acceptatie en de verwerking van de te a c c e p t e r e n afvalstoffen d i e n e n plaats te vinden conform de in de v e r g u n n i n g a a n v r a a g b e s c h r e v e n a c c e p t a t i e - e n v e r w e r k i n g p r o c e d u r e s en de ' R a n d v o o r w a a r d e n voor d e m o n s t e r n a m e e n a n a l y s e p r o c e d u r e ' , z o als w e e r g e g e v e n in de bijlagen 2, 3 en 4 van deze v e r g u n n i n g .
2.
De administratieve organisatie en interne controle ten b e h o e v e van d e acceptatie en v e r w e r k i n g van afvalstoffen dienen te w o r d e n uitgevoerd c o n f o r m d e in de v e r g u n n i n g a a n v r a a g beschreven procedures.
3.
Wijzigingen van het in het eerste en t w e e d e lid bedoelde a c c e p t a t i e - en v e r w e r k i n g s b e leid (AV) en administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) d i e n e n te voldoen aan de uitwerking hiervan in het Landelijk A f v a l b e h e e r p l a n 2 ( L A P 2 2 0 0 9 - 2 0 2 1 ) .
4.
Wijzigingen van de in het eerste en t w e e d e lid bedoelde p r o c e d u r e s dienen in overleg met en na schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur d o o r g e v o e r d te w o r d e n .
5.
De ter g o e d k e u r i n g te o v e r l e g g e n g e g e v e n s dienen ten minste te bevatten: - de reden tot wijziging;
2015.0122
- 15/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
-
de aard van de wijziging; de gevolgen van de wijziging van het A V - b e l e i d en A O / I C ; de d a t u m w a a r o p de wijziging zal w o r d e n i n g e v o e r d ; eventuele afwijkingen van de A O / I C uitwerking in het L A P 2 en /of d e ' R a n d v o o r w a a r d e n voor de m o n s t e r n a m e - en a n a l y s e p r o c e d u r e ' , zoals w e e r g e g e v e n in de bijlagen 2, 3 en 4 van deze vergunning. A f w i j k i n g e n d i e n e n te w o r d e n g e m o t i v e e r d .
6.
De v e r g u n n i n g h o u d e r dient binnen e e n termijn van 3 m a a n d e n na d a t u m van publicatie van e e n wijziging van het LAP, het A O / I C aan te p a s s e n aan de herziene methodiek.
7.
Het in het vierde lid van dit voorschrift b e d o e l d e herziene A O / I C dient door of v a n w e g e d e vergunninghouder, uiterlijk binnen é é n m a a n d na de in het z e s d e lid v e r m e l d e ter mijn schriftelijk te w o r d e n overgelegd aan het dagelijks bestuur.
8.
Het in het eerste en t w e e d e lid van dit voorschrift b e d o e l d e A O / I C dient voor het b e v o e g d g e z a g ter inzage te liggen.
9.
Het in het eerste en t w e e d e lid van dit voorschrift bedoelde A O / I C dient door de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste v i j f j a a r te w o r d e n b e w a a r d
V o o r s c h r i f t 31 Algemene beoordelingsmethodiek
1.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het gebruik van a n d e r e d a n bij de a a n v r a a g o m v e r g u n n i n g vermelde g r o n d - en/of hulpstoffen en t u s s e n - en/of e i n d p r o d u c t e n te wor den getoetst conform de A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor stoffen en/of de A l g e m e n e beoordelingsmethodiek voor p r e p a r a t e n (bijlage 7) ( A B M - t o e t s ) . De toetsing dient ten alle tijden te zijn g e b a s e e r d op d e m e e s t e actuele stofinformatie.
2.
Het gebruik van de in het eerste lid van dit voorschrift bedoelde nieuwe g r o n d - en/of hulpstoffen en t u s s e n - en/of eindproducten dient uiterlijk één m a a n d vóór d e ingebruik n a m e ervan door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r schriftelijk w o r d e n g e m e l d a a n het dagelijks bestuur.
3.
Het gebruik van de g r o n d - en/of hulpstoffen en t u s s e n - en/of e i n d p r o d u c t e n , als b e d o e l d in het t w e e d e lid van dit voorschrift, behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het Dagelijks Bestuur. De nieuwe g r o n d - en/of hulpstof en/of het t u s s e n - en/of e i n d p r o d u c t wordt na schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur g e a c h t te zijn v e r g u n d op g r o n d v a n deze vergunning.
4.
De in het t w e e d e lid van dit voorschrift b e d o e l d e melding dient ten m i n s t e de onder s t a a n d e g e g e v e n s te bevatten: a. het toetsingsresultaat (waterbezwaarlijkheid en s a n e r i n g s i n s p a n n i n g ) , zoals b e s c h r e ven in de A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor stoffen en/of d e A l g e m e n e b e o o r d e lingsmethodiek voor preparaten (bijlage 7); b. d e s t o f e i g e n s c h a p p e n (carcinogeniteit, mutageniteit, toxiciteit, biologische afbreek b a a r h e i d , bio-accumulatie) die nodig zijn voor de uitvoering v a n de A l g e m e n e beoor d e l i n g s m e t h o d i e k voor stoffen en/of de A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor pre paraten (bijlage 7);
2015.0122
- 16/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
c. d. e. f.
3
de n a a m , de c h e m i s c h e samenstelling en de hoeveelheid van d e g r o n d - en/of hulp stoffen, t u s s e n - en/of eindproducten; een beschrijving van de verwerking van de g r o n d - en/of hulpstoffen, t u s s e n - en/of eindproducten; een beschrijving v a n de getroffen m a a t r e g e l e n o m d e lozing v a n schadelijke c o m p o nenten te beperken en het effect van de m a a t r e g e l op de lozing; de b r o n v e r m e l d i n g van bovenstaande g e g e v e n s .
5.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r dient het gebruik van de in het eerste lid v a n dit voorschrift bedoelde g r o n d - en/of hulpstoffen e n t u s s e n - en/of e i n d p r o d u c t e n in e e n regi stratiesysteem te w o r d e n bijgehouden en b e w a a r d , w a a r i n ten minste de g e g e v e n s , z o als bedoeld in het vierde lid v a n dit voorschrift zijn v e r m e l d .
6.
De v e r g u n n i n g h o u d e r dient de daarvoor d o o r het dagelijks bestuur a a n g e w e z e n p e r s o nen te allen tijde inzage in het in het vijfde lid van dit voorschrift bedoelde registratiesys t e e m te g e v e n .
7.
De v e r g u n n i n g h o u d e r dient binnen e e n termijn van 6 m a a n d e n na d a t u m van publicatie van een wijziging van de A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor stoffen en/of de A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor preparaten een nieuwe A B M toets uit te v o e r e n v o o r alle stoffen en preparaten.
8.
De in het z e v e n d e lid van dit voorschrift bedoelde herziene A B M - t o e t s e n dienen d o o r of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r , uiterlijk binnen é é n m a a n d na d e in het z e v e n d e lid ver melde termijn voor het uitvoeren van de herziene toets, schriftelijk te w o r d e n o v e r g e l e g d aan het dagelijks bestuur. De herziene toetsen dienen te w o r d e n g o e d g e k e u r d door het dagelijks bestuur. Indien d e herziene toets leidt tot een hernieuwde indeling van e e n stof en/of preparaat wordt d e z e na g o e d k e u r i n g g e a c h t te zijn vergund op g r o n d v a n d e z e v e r g u n n i n g .
9.
V o o r de stoffen die na de herziene A B M - t o e t s onder s a n e r i n g s i n s p a n n i n g A vallen, dient aanvullend binnen e e n termijn van 6 m a a n d e n na het v e r s c h i j n e n van de nieuwe A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor stoffen en/of de A l g e m e n e b e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor p r e p a r a t e n , o n d e r z o e k te w o r d e n verricht naar d e beëindiging dan wel v e r m i n d e r i n g van deze stoffen o p basis van de meest v e r r e g a a n d e s a n e r i n g via d e B B T t e c h n i e k e n .
10. Het rapport van d e in het n e g e n d e lid van dit voorschrift b e d o e l d e o n d e r z o e k dient d o o r of v a n w e g e d e vergunninghouder, uiterlijk binnen é é n m a a n d na de in het n e g e n d e lid v e r m e l d e termijn voor het verrichten van het o n d e r z o e k , schriftelijk te w o r d e n o v e r g e l e g d aan het dagelijks bestuur. 1 1 . Het rapport als bedoeld in het negende lid van dit voorschrift behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur. 12. Uiterlijk 24 m a a n d e n na de inwerkingtreding v a n deze v e r g u n n i n g dient door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r de A B M - t o e t s uitgevoerd te zijn op de stoffen w a a r v a n de h o e v e e l heden onder d e in de a a n v r a a g g e n o e m d e d r e m p e l w a a r d e n blijven. 13. De resultaten van d e onder het twaalfde lid g e n o e m d e toets d i e n e n ter g o e d k e u r i n g v o o r g e l e g d te w o r d e n aan het dagelijks bestuur.
2015.0122
- 17/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
V o o r s c h r i f t 32 Zeer Zorgwekkende
Stoffen
3
(ZZS)
1.
V o o r 1 april 2 0 1 7 dient het registratiesysteem zoals v e r m e l d in voorschrift 3 1 , vijfde lid van deze v e r g u n n i n g te zijn g e s c r e e n d op d e a a n w e z i g h e i d v a n Z Z S en dient e e n plan van a a n p a k t e zijn opgesteld en overgelegd a a n het dagelijks bestuur. Het plan van a a n pak dient uitvoering te g e v e n aan de minimalisatieverplichting w e l k e voor deze stoffen geldt.
2.
Het rapport van de in het eerste lid van dit voorschrift b e d o e l d e screening dient d o o r of v a n w e g e de vergunninghouder, uiterlijk binnen één m a a n d na de in het eerste lid van dit voorschrift v e r m e l d e termijn voor het uitvoeren van de s c r e e n i n g , schriftelijk te w o r d e n o v e r g e l e g d a a n het dagelijks bestuur.
3.
Het rapport als bedoeld in het tweede lid v a n dit voorschrift behoeft de schriftelijke g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 33 Risico-analyse 1.
O m de d o e l m a t i g e werking v a n de IAZI en het a f v a l w a t e r v e r z a m e l s y s t e e m (rioleringen en bergingen) te k u n n e n w a a r b o r g e n d i e n e n de risico's en g e v o l g e n van mogelijke ver storingen v a n de reguliere bedrijfsvoering inzichtelijk te w o r d e n g e m a a k t . 2. In deze risicoanalyse d i e n e n tenminste de n a v o l g e n d e a s p e c t e n te w o r d e n o p g e n o m e n : e e n overzicht van de installatieonderdelen v a n d e IAZI e n per installatieonderdeel e e n beschrijving van de gevolgen van e e n storing v a n dat installatieonderdeel op het zuiveringsproces. Een overzicht van het a f v a l w a t e r v e r z a m e l s y s t e e m e n e e n beschrijving van de g e v o l g e n van een verstoring in dat s y s t e e m ; e e n beschrijving van de m e e t s y s t e m e n w e l k e m o e t e n z o r g e n v o o r de borging v a n de d o e l m a t i g e werking van de IAZI e n het a f v a l w a t e r v e r z a m e l s y s t e e m en de kwaliteit van het effluent; de uitgangspunten e n a f w e g i n g e n die als basis zijn gebruikt v o o r het opstellen v a n het m o n i t o r i n g s s y t e e m inclusief d o o r m e l d i n g e n naar d e regelkamer; e e n beschrijving van het o n d e r h o u d s c o n c e p t van d e installatieonderdelen e n het afvalwaterverzamelsysteem; d e wijze van controle op de uitvoering v a n het o n d e r h o u d s c o n c e p t . 3. De in het eerste lid v e r m e l d e risicoanalyse dient b i n n e n 6 m a a n d e n na de inwerkingtre ding van deze vergunning ter goedkeuring a a n het dagelijks bestuur te w o r d e n o v e r g e legd. V o o r s c h r i f t 34 Actualiseren registers 1.
van fabrieken
en lozingsgegevens
in de
stamkaarten
In het geval dat d e bedrijfsvoering van e e n fabriek d e r m a t e wijzigt dat (de tekst van) het register a a n p a s s i n g behoeft, dient deze a a n p a s s i n g m i n i m a a l 6 w e k e n voor invoering d o o r middel van een geactualiseerd register v a n e e n fabriek, zoals is o p g e n o m e n in deel 2 van de a a n v r a a g , ter goedkeuring te w o r d e n o v e r g e l e g d a a n het dagelijks bestuur.
2015.0122
- 18/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
2.
Jaarlijks voor 1 april dient door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r , een actuele versie v a n de s t a m k a a r t e n van alle registers van de fabrieken zoals v e r m e l d in deel 2 van de a a n vraag schriftelijk te w o r d e n overgelegd aan het dagelijks bestuur.
V o o r s c h r i f t 35 Overige aangevraagde
stoffen
A n d e r e dan d e in de voorschriften 10 tot en met 15, 18, 19 e n 2 0 van deze v e r g u n n i n g g e n o e m d e stoffen die zijn v e r m e l d in de v e r g u n n i n g a a n v r a a g m o g e n in het afvalwater, ter plaatse van het 'lozingspunt effluent IAZI', uitsluitend v o o r k o m e n in concentraties die onschadelijk zijn voor de biologische zelfreiniging v a n o p p e r v l a k t e w a t e r e n , dan wel m o g e n g e e n nadelige gevolgen h e b b e n voor de g e z o n d h e i d van d e m e n s , flora en f a u n a . V o o r s c h r i f t 36 B estrijdingsmiddelen 1.
O v e r het gebruik van bestrijdingsmiddelen in e e n k a l e n d e r j a a r d i e n e n door of v a n w e g e d e v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste de v o l g e n d e g e g e v e n s te w o r d e n geregistreerd: a. n a a m en concentratie w e r k z a m e stof; b. effectief gebruikte hoeveelheid w e r k z a m e stof per kalenderjaar; c. soort t o e p a s s i n g van het bestrijdingsmiddel.
2.
Door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r d i e n e n de g e g e v e n s , als bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift, te w o r d e n gerapporteerd in het integraal P R T R - v e r s l a g .
3.
G e w a s b e s c h e r m i n g s m i d d e l e n , w a a r o n d e r o n k r u i d b e s t r i j d i n g s m i d d e l e n , w o r d e n slechts op half-open en gesloten verhardingen gebruikt, indien: a. sprake is van pleksgewijze behandeling d o o r middel v a n selectieve t o e p a s s i n g s t e c h n i e k e n ; en b. de k a n s op neerslag voor een periode van 24 uur na het v o o r g e n o m e n gebruik niet groter is dan 40 7o v o l g e n s het weerbericht, bedoeld in voorschrift 3, eerste lid, onderdeel a, v a n d e W e t taken meteorologie e n s e i s m o l o g i e voor de d e s b e t r e f f e n d e regio v a n het land. 0
4.
G e w a s b e s c h e r m i n g s m i d d e l e n , w a a r o n d e r o n k r u i d b e s t r i j d i n g s m i d d e l e n , w o r d e n niet gebruikt in of nabij straatkolken of putten.
V o o r s c h r i f t 37 Beheer en onderhoud
lozingswerk
1.
Het lozingswerk voor het lozen van effluent afkomstig v a n d e IAZI is g e l e g e n op de locatie met de coördinaten X = 180.790; Y = 3 3 2 . 3 2 3 . De lozingsbuis is verwerkt in d e overkluizing van de zijtak Ur.
2.
Het lozingswerk heeft e e n maximale diameter van 1,5 m e n is verwerkt in e e n put van beton.
3a. Het op grond van deze vergunning a a n w e z i g e lozingswerk m o e t doelmatig f u n c t i o n e r e n , in g o e d e staat van o n d e r h o u d verkeren en met zorg w o r d e n b e d i e n d .
2015.0122
- 19/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
b. Het b e h e e r en het o n d e r h o u d van het lozingswerk d i e n e n z o d a n i g te zijn dat e e n nadelige invloed op de oppervlaktewaterkwaliteit, als g e v o l g v a n slijkophopingen in het lozingswerk, wordt v o o r k o m e n . c. De v e r g u n n i n g h o u d e r dient de zijtak Ur vrij te h o u d e n v a n z a n d - en slibafzettingen, w e l k e optreden als g e v o l g van de lozing. 4.
V e r o n d i e p i n g e n in het o n t v a n g e n d e oppervlaktewater die het g e v o l g zijn v a n het onderwerpelijke lozingswerk, dienen op eerste a a n z e g g i n g v a n het dagelijks bestuur door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r te w o r d e n verwijderd.
5.
Door het dagelijks bestuur kunnen bij het o n d e r h o u d v a n het lozingswerk nadere aanwijzigingen w o r d e n g e g e v e n . De v e r g u n n i n g h o u d e r zorgt ervoor dat g e g e v e n a a n wijzingen terstond w o r d e n opgevolgd.
6.
Indien het lozingswerk niet m e e r w o r d e n gebruikt, d a n dient d e v e r g u n n i n g h o u d e r het dagelijks bestuur zo spoedig mogelijk d a a r v a n in kennis te stellen.
7.
De v e r g u n n i n g h o u d e r dient, tenzij het dagelijks bestuur dit niet nodig acht, het binnen e e n d o o r het dagelijks bestuur te stellen termijn o p te r u i m e n en de zijtak Ur ter plaatse in e e n door het dagelijks bestuur te bepalen t o e s t a n d te b r e n g e n .
V o o r s c h r i f t 38 Beheer en onderhoud 1.
voorzieningen
De in de aanvraag en in deze vergunning bedoelde z u i v e r i n g s t e c h n i s c h e v o o r z i e n i n g e n en de m e e t - e n controlevoorzieningen m o e t e n d o e l m a t i g f u n c t i o n e r e n , in g o e d e staat van o n d e r h o u d verkeren en met zorg w o r d e n b e d i e n d en o n d e r h o u d e n .
2. T e n aanzien van het gestelde in het eerste lid v a n dit voorschrift dient de v e r g u n n i n g h o u d e r e e n logboek bij te h o u d e n , w a a r i n t e n minste zijn v e r m e l d : - de d a t u m , aard en tijdsduur van de o n d e r h o u d s w e r k z a a m h e d e n ; - uitvoerende firma en/of medewerker; - de d a t u m , aard en tijdsduur van storingen. 3.
Het logboek als bedoeld in het t w e e d e lid v a n dit voorschrift dient d o o r de v e r g u n n i n g h o u d e r ten minste v i j f j a a r te w o r d e n b e w a a r d .
5.3
Voorschriften
V o o r s c h r i f t 39 Plaatsbepaling werken
gerelateerd
in rivierbed
aan taken Rijkswaterstaat
(RWS)
van de Maas
De w e r k e n d i e n e n te w o r d e n g e m a a k t en b e h o u d e n ter plaatse zoals is a a n g e g e v e n op bijlage 8 van deze v e r g u n n i n g .
2015.0122
- 20/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
V o o r s c h r i f t 40 Wijziging werken 1.
Indien ten behoeve van d e belangen, ter b e s c h e r m i n g w a a r v a n het vereiste van v e r g u n ning is gesteld, wijziging nodig is in de plaats of de feitelijke t o e s t a n d van d e w e r k e n , d a n dient de v e r g u n n i n g h o u d e r zodanige wijziging c o n f o r m e e n d o o r of n a m e n s het dagelijks bestuur te verstrekken aanschrijving uit te voeren.
2.
In geval van gehele of gedeeltelijk wijziging, v e r n i e u w i n g , uitbreiding of opruiming van d e in deze v e r g u n n i n g o m s c h r e v e n w e r k e n op verzoek van d e v e r g u n n i n g h o u d e r , dient d e v e r g u n n i n g h o u d e r direct e e n aanvraag te d o e n t o e k o m e n a a n het dagelijks bestuur van het w a t e r s c h a p . De a a n v r a a g dient te zijn toegelicht m e t t e k e n i n g e n , w a a r o p de situa t i e ^ ) , doorsnede(n) en constructie(s) zijn a a n g e g e v e n .
3.
Met de uitvoering m a g pas worden b e g o n n e n nadat op d e o n d e r het t w e e d e lid g e n o e m de a a n v r a a g na g o e d k e u r i n g door het dagelijks bestuur v a n het w a t e r s c h a p .
4.
O n d e r g e h e l e of gedeeltelijke wijziging wordt m e d e v e r s t a a n e e n wijziging in gebruik of wijziging van functie van d e w e r k e n .
5.
Bij g e h e l e of gedeeltelijke wijziging, v e r n i e u w i n g of o p r u i m i n g van de w e r k e n d i e n e n d e w e r k e n die krachtens deze vergunning in d e b o d e m a a n w e z i g zijn en door d e g e h e l e of gedeeltelijke wijziging, vernieuwing of opruiming van d e w e r k e n functieloos zijn g e w o r d e n , door of v a n w e g e de v e r g u n n i n g h o u d e r binnen z e s m a a n d e n na (gedeeltelijke) w i j ziging, vernieuwing of opruiming van het w e r k g e h e e l uit d e b o d e m te w o r d e n v e r w i j d e r d .
V o o r s c h r i f t 41 Technische voorschriften 1. De v e r g u n n i n g h o u d e r dient zorg te dragen dat het werk o n d e r alle o m s t a n d i g h e d e n stabiel en van een d u s d a n i g e constructie is, dat het te allen tijde op zijn oorspronkelijke positie w o r d t g e h o u d e n . 2. Het w e r k dient zodanig te w o r d e n uitgevoerd dat de b e s t a a n d e w a t e r b o u w k u n d i g e constructies ter plaatse niet wordt verzwakt. 3. De op g r o n d van deze v e r g u n n i n g a a n w e z i g e w e r k e n m o e t e n in g o e d e staat van onder houd v e r k e r e n .
2015.0122
- 21/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
V o o r s c h r i f t 42 Uitvoeringsvoorschriften Als beheerder van de w a t e r s t a a t s w e r k e n dient R W S te allen tijde d e w a t e r s t a a t s w e r k e n te kunnen bereiken. De v e r g u n d e w e r k e n en of w e r k z a a m h e d e n m o g e n dit o p generlei wijze verhinderen. Voorschrift 43 Gebruik 1. Door of n a m e n s het dagelijks bestuur k u n n e n met betrekking tot de w e r k z a a m h e d e n aanwijzingen w o r d e n g e g e v e n ter b e s c h e r m i n g v a n de betrokken b e l a n g e n . De v e r g u n ninghouder zorgt ervoor dat de g e g e v e n a a n w i j z i n g e n t e r s t o n d w o r d e n o p g e v o l g d . 2. De v e r g u n n i n g h o u d e r zorgt ervoor dat het uitvoeren v a n w e r k z a a m h e d e n door of n a m e n s de w a t e r b e h e e r d e r o n g e h i n d e r d kan plaatsvinden. 3. De te gebruiken materialen m o g e n niet schadelijk zijn voor d e instandhouding v a n het waterstaatswerk. 4. Het dagelijks bestuur kan in het belang v a n het w a t e r s t a a t s w e r k te allen tijde aanvullende eisen stellen. 5. A f v a l en bouwafval in w e l k e vorm d a n o o k m o g e n in g e e n geval op of nabij het water staatswerk a l s m e d e in het w a t e r w o r d e n achtergelaten. 6. Na afloop van de w e r k z a a m h e d e n dient de v e r g u n n i n g h o u d e r alle a a n w e z i g e w e r k t u i g e n terstond op te ruimen.
2015.0122
- 22/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
6
T o e t s i n g v a n de a a n v r a a g
6.1 A l g e m e e n 6.1.1
Inleiding
De W a t e r w e t omschrijft in artikel 2.1 het toetsingskader voor d e beslissing op d e a a n v r a a g . In dit artikel zijn d e a l g e m e n e doelstellingen a a n g e g e v e n die richtinggevend zijn bij d e uitvoering v a n het waterbeheer: a. v o o r k o m i n g e n w a a r nodig beperking v a n o v e r s t r o m i n g e n , wateroverlast en waterschaarste; b. b e s c h e r m i n g e n verbetering v a n de c h e m i s c h e en e c o l o g i s c h e kwaliteit v a n w a t e r s y s temen; c. vervulling v a n maatschappelijke functies d o o r w a t e r s y s t e m e n . Deze doelstellingen v o r m e n in onderlinge s a m e n h a n g het toetsingskader bij v e r g u n n i n g v e r lening. Een v e r g u n n i n g wordt g e w e i g e r d indien de doelstellingen v a n het w a t e r b e h e e r niet v e r e n i g baar zijn met d e v e r g u n n i n g a a n v r a a g en het niet mogelijk is o m d e belangen v a n het w a t e r b e h e e r d o o r het verbinden v a n voorschriften of beperkingen a a n de v e r g u n n i n g , v o l d o e n d e te b e s c h e r m e n . De doelstellingen zijn geconcretiseerd via n o r m e n e n beleid t e n aanzien van veiligheid, waterkwantiteit, waterkwaliteit en maatschappelijke functievervulling door w a t e r s y s t e m e n . De uitwerking hiervan vindt plaats in d e W a t e r w e t , in aanvullende regelgeving, in water- e n b e h e e r p l a n n e n o p grond van hoofdstuk 4 van d e W a t e r w e t en in beleidsregels v a n het waterschap. O p 2 3 februari 2 0 0 6 is aan Sitech Services B.V. e e n v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de W e t verontreiniging oppervlaktewateren verleend m e t n u m m e r V 0 5 - 1 2 4 . Deze v e r g u n n i n g wordt op g r o n d v a n de W a t e r w e t g e a c h t een w a t e r v e r g u n n i n g te zijn. De v e r g u n n i n g heeft e e n geldigheidsduur v a n 10 j a a r en is v e r l e e n d tot 16 april 2 0 1 6 . O p 9 juni 2 0 1 5 is e e n aanvraag voor een nieuwe v e r g u n n i n g ingediend. Deze a a n v r a a g is a a n g e v u l d o p 7 s e p t e m b e r 2 0 1 5 (kenmerk C S P - 1 5 - 2 2 9 (7.047)), d.d. 1 s e p t e m b e r 2 0 1 5 ) , 25 januari 2 0 1 6 (kenmerk C S P - 1 6 - 0 1 0 4 (7.047)), d.d. 25 januari 2 0 1 6 ) en o p 2 8 j a n u a r i 2 0 1 6 (kenmerk W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 J L ) , d.d.28 j a n u a r i 2 0 1 6 . Naar aanleiding v a n de aanvraag e n de aanvullingen is o n d e r l i g g e n d besluit o p g e s t e l d , w e l k e zowel de waterkwaliteitsaspecten, de w a t e r k w a n t i t e i t s a s p e c t e n als de k e u r a s p e c t e n reguleert. D a a r n a a s t zijn in deze vergunning, in het kader v a n de s a m e n l o o p , o o k voorschrif ten o p g e n o m e n w e l k e gerelateerd zijn a a n de t a k e n v a n Rijkswaterstaat. Met het verlenen v a n deze vergunning w o r d e n d e volgende v e r g u n n i n g e n ingetrokken: de op 2 3 februari 2006 onder n u m m e r V 0 5 - 1 2 4 verleende v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de W a t e r w e t ( v o o r h e e n : W e t verontreiniging o p p e r v l a k t e w a t e r e n ) ; de op 19 februari 1999 onder n u m m e r 9 9 . 0 0 3 verleende v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de W a t e r w e t ( v o o r h e e n : W e t op de w a t e r h u i s h o u d i n g ) ;
2015.0122
- 23/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
de op 19 februari 1999 onder n u m m e r 9 9 . 0 0 4 verleende v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de Keur v a n het W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s e n ; de op 17 januari 2 0 1 1 met kenmerk R W S / D L B - 2 0 1 1 / 2 1 6 v e r l e e n d e v e r g u n n i n g op grond van de Waterwet. V a n a f de locatie Elserheide, gelegen op het terrein van C h e m e l o t , wordt overstortwater g e l o o s d in de H e m e l b e e k . V o o r deze lozing is bij besluit v a n het dagelijks bestuur v a n W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s d.d. 18 februari 2 0 1 3 onder n u m m e r 2 0 1 2 . 0 1 0 2 e e n v e r g u n n i n g ingevolge de W a t e r w e t verleend. Deze v e r g u n n i n g blijft separaat v a n kracht. 6.1.2 Reikwijdte
van de vergunning
en
vergunninghouder
De v e r g u n n i n g is a a n g e v r a a g d voor het lozen v a n effluent v a n d e IAZI. De IAZI verwerkt het afvalwater v a n bedrijven die gelegen zijn op het industrieterrein C h e m e l o t . De bedrijven op het Chemelotterrein zijn op basis v a n service level a g r e e m e n t s en site regelgeving voor w a t betreft de lozing v a n afvalwater via de IAZI g e h o u d e n d e voorschriften te volgen die de beheerder v a n de IAZI, Sitech Services B.V., voorschrijft. H i e r d o o r zijn de individuele afvalwaterlozingen van de bedrijven e n de lozing v a n het effluent v a n de IAZI onlosmakelijk v e r b o n d e n . De vergunning voor de lozing v a n het effluent v a n d e IAZI is op grond hiervan d o o r Sitech Services B.V. a a n g e v r a a g d . De v e r g u n n i n g voorziet o o k in d e lozingen v a n de individuele bedrijven naar d e IAZI t o e . De IAZI verwerkt tevens afvalwater van bedrijven die buiten C h e m e l o t g e l e g e n zijn. Dit zijn C e d o recycling B.V. en C e l a n e s e Emulsions B.V.. De lozingen v a n deze bedrijven zijn geregeld in d e o m g e v i n g s v e r g u n n i n g e n op g r o n d v a n de W e t a l g e m e n e b e p a l i n g e n o m g e vingsrecht ( W a b o ) en vallen buiten het bestek v a n deze w a t e r v e r g u n n i n g . O m d a t de lozing v a n deze bedrijven plaatsvindt via de IAZI is Sitech Services B.V. als eindlozer verantwoordelijk voor de totale lozing v a n het afvalwater, inclusief het afvalwater van b o v e n v e r m e l d e bedrijven. Door middel v a n service level a g r e e m e n t s is o o k de sturing van deze a f v a l w a t e r s t r o m e n door Sitech Services B.V. g e b o r g d . 6.1.3
Tijdelijkheid
Op g r o n d v a n artikel 6.20, eerste lid van de W a t e r w e t k u n n e n a a n e e n v e r g u n n i n g voor schriften en b e p e r k i n g e n w o r d e n v e r b o n d e n . B e p e r k i n g e n k u n n e n de reikwijdte v a n d e v e r g u n n i n g naar plaats en tijd begrenzen. In het t w e e d e h a l f j a a r van 2 0 1 5 heeft zich de problematiek r o n d o m pyrazool v o o r g e d a a n . Deze p r o b l e m a t i e k heeft landelijk de discussie o p g a n g g e b r a c h t h o e o m te g a a n m e t o p k o m e n d e stoffen. Binnen t w e e jaar zal e e n landelijk protocol voor o p k o m e n d e stoffen w o r d e n v a s t g e s t e l d . Daarnaast zal de k o m e n d e periode, door m i d d e l van het t e n uitvoering b r e n g e n v a n d e hiervoor ingediende plannen v a n aanpak, s t e e d s meer inzicht w o r d e n v e r k r e g e n in de lozing van pyrazool. In de v e r g u n n i n g zijn diverse onderzoeksverplichtingen o p g e n o m e n voor o.a. nikkel, v a n a d i u m , A M P A , Z Z S en kwik. O o k dient het effluent g e s c r e e n d te g a a n w o r d e n op toxiciteit.
2015.0122
- 24/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
B o v e n s t a a n d e ontwikkelingen en de uitkomsten van de o n d e r z o e k s v e r p l i c h t i n g e n h e b b e n tot gevolg dat a a n p a s s i n g van de vergunningvoorschriften v a n dit besluit de k o m e n d e j a r e n met e e n a a n z e k e r h e i d g r e n z e n d e waarschijnlijkheid noodzakelijk zal zijn. O p grond v a n b o v e n s t a a n d e wordt deze v e r g u n n i n g verleend tot en met 31 d e c e m b e r 2018. G e z i e n het feit dat de aanvraag niet is a a n g e v r a a g d voor b e p a a l d e tijd en er derhalve vanuit wordt g e g a a n dat de v e r g u n n i n g voor o n b e p a a l d e tijd wordt a a n g e v r a a g d , leidt dit tot e e n w e i g e r i n g van de vergunning op dit punt. 6.2 T o e t si n g sk a d e r 6.2.1 Actĩviteitenbesluit
milieubeheer
Het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna: A B ) bevat a l g e m e n e milieuregels voor inrichtin g e n . Het A B bevat d a a r m e e ook regels voor lozingen vanuit inrichtingen. D e z e regels h e b b e n betrekking op lozingen ten gevolge v a n verschillende activiteiten binnen e e n inrichting en in b e p a a l d e gevallen op lozingen vanuit e e n I PPCinstallatie binnen e e n inrichting. O p het terrein v a n C h e m e l o t zijn ongeveer e e n 50tal procesinstallaties g e l e g e n w e l k e s a m e n op basis v a n technische, functionele en organisatorische s a m e n h a n g é é n inrichting v o r m e n . Bij het overgrote gedeelte van de procesinstallaties k u n n e n a f v a l w a t e r s t r o m e n ontstaan. S o m m i g e d a a r v a n vallen binnen de reikwijdte v a n het A B ( h e m e l w a t e r niet afkomstig v a n e e n b o d e m b e s c h e r m e n d e voorziening (Ş3.1.3) en afvalwater afkomstig uit e e n b o d e m s a n e r i n g (Ş3.1.1)), andere lozingen blijven vallen onder d e vergunningplicht van artikel 6.2 van de W a t e r w e t . De verschillende a f v a l w a t e r s t r o m e n w o r d e n via de g e z a m e n l i j k e v o o r z i e n i n g e n naar d e IAZI g e t r a n s p o r t e e r d . Hierdoor treedt m e n g i n g v a n d e a f v a l w a t e r s t r o m e n o p voordat d e z e w o r d e n b e h a n d e l d in de IAZI. Het scheiden van het afvalwater afkomstig v a n verschillende activitei ten is niet d o e l m a t i g . Gelet hierop en d e aard e n karakter v a n het afvalwater verzet d e b e s c h e r m i n g van het milieu zich niet t e g e n behandeling v a n het g e m e n g d e afvalwater in de g e a d a p t e e r d e IAZI. Alle a f v a l w a t e r s t r o m e n zijn bij het opstellen v a n dit besluit d e r h a l v e b e o o r d e e l d o p g r o n d van de W a t e r w e t . 6.2.2 Milieuverslaglegging
en de Europese
PRTR-verordening
C h e m e l o t vormt é é n inrichting in het kader v a n de W e t milieubeheer. Hierdoor is er s p r a k e van e e n g e m e e n s c h a p p e l i j k e , locatiebrede uitwerking e n implementatie v a n e e n aantal b e h e e r s m a a t r e g e l e n , voorzieningen en rapportages. In dit kader wordt jaarlijks e e n gezamenlijk integraal v e r s l a g op g r o n d v a n het E u r o p e a n Pollutant Release Transfer Register ( P R T R ) ingediend t e n b e h o e v e v a n de b e v o e g d e overheden. De E u r o p e s e P R T R verordening is op 18 januari 2 0 0 6 v a n kracht g e w o r d e n en betreft de instelling v a n een Europese register inzake de uitstoot e n o v e r b r e n g i n g v a n verontreinigde stoffen. De P R T R verordening is rechtstreeks w e r k e n d .
2015.0122
- 25/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
De bedrijven die in bijlage I van de E-PRTR verordening w o r d e n g e n o e m d , zijn verplicht de uitstoot van verontreinigde stoffen, die de in bijlage II v e r m e l d e d r e m p e l w a a r d e n overschrij d e n , te rapporteren V o o r Sitech Services B.V. betekent dit dat jaarlijks, vóór 1 april, e e n rapportage a a n het b e v o e g d g e z a g dient te w o r d e n overgelegd over het v o o r a f g a a n d e jaar. De g e g e v e n s die voortvloeien uit de E - P R T R - r a p p o r t a g e s zullen o n d e r d e e l g a a n u i t m a k e n van de nationale emissieregistratie; een belangrijke g e g e v e n s b r o n v a n de overheid o m inzicht te krijgen in emissies naar het milieu. 6.2.3 Bescherming
natuur
Het terrein v a n C h e m e l o t is gelegen nabij het a a n g e w e z e n Natura 2 0 0 0 g e b i e d ' G r e n s m a a s ' . De feitelijke lozing v a n de IAZI vindt via de zijtak Ur plaats op v o o r n o e m d Natura 2 0 0 0 gebied. In het kader v a n d e W a t e r w e t kan rechtens g e e n beoordeling plaatsvinden v a n d e (mogelij ke) g e v o l g e n van handelingen op de natuurlijke k e n m e r k e n v a n e e n Natura 2 0 0 0 - g e b i e d en b e s c h e r m d e soorten flora- en f a u n a . In v o o r k o m e n d geval dat handelingen (mogelijk) negatieve g e v o l g e n h e b b e n voor de natuurlijke k e n m e r k e n v a n e e n Natura 2 0 0 0 - g e b i e d en/of b e s c h e r m d e soorten flora- en fauna, is d a a r v o o r e e n v e r g u n n i n g op g r o n d v a n de N a t u u r b e s c h e r m i n g s w e t 1998 respectievelijk e e n ontheffing op g r o n d v a n de Flora- e n f a u n a w e t vereist en w o r d e n bedoelde g e v o l g e n in dat v e r b a n d b e o o r d e e l d . Het w a t e r s c h a p is in zoverre g e e n b e v o e g d g e z a g . Daarnaast is in zoverre e v e n m i n sprake v a n wettelijk verplichte b e t r o k k e n h e i d van het w a t e r s c h a p . A c h t e r g r o n d d a a r v a n is dat de w e t g e v e r niet heeft voorzien in e e n procedurele of inhoudelijke coördinatieverplichting bij de v e r g u n ning/ontheffingverlening op grond van d e W a t e r w e t , de N a t u u r b e s c h e r m i n g s w e t 1998 e n de Flora- en f a u n a w e t . 6.2.4 Acceptatieen verwerkingscriteria interne controle (IC)
(AV), administratieve
organisatie
(AC) en
O m de beschikbare capaciteit in de IAZI z o g o e d mogelijk te k u n n e n benutten, w o r d e n externe s t r o m e n verwerkt. In de IAZI treden s o m s sterke fluctuaties op in het a a n b o d v a n c h e m i s c h zuurstofverbruik ( C Z V ) en stikstof. Het v e r w e r k e n v a n externe s t r o m e n biedt g o e d e m o g e l i j k h e d e n o m op de variaties v a n C Z V e n stikstof in te k u n n e n s p e l e n . Hierdoor w o r d t de IAZI e c o n o m i s c h efficiënter b e d r e v e n . Als gevolg van het v e r w e r k e n van externe stromen wordt Sitech Services B.V. b e s c h o u w d als e e n v e r w e r k e r v a n afvalstoffen. Het h i e r m e e g e p a a r d g a a n d e en in de a a n v r a a g o p g e n o m e n A V - b e l e i d is getoetst aan het rapport 'De v e r w e r k i n g v e r a n t w o o r d ' . Dit rapport beslaat alle a s p e c t e n v a n de bewerking en verwerking v a n (gevaarlijk en niet-gevaarlijk) afval. Specifiek voor v e r w e r k e r s v a n de waterfractie v a n gevaarlijke en niet-gevaarlijke afvalstoffen heeft de C o m m i s s i e Integraal W a t e r b e h e e r richtlijnen o p g e s t e l d . Deze zijn v e r w o o r d in het rapport 'verwerking waterfractie gevaarlijke e n niet-gevaarlijke afvalstoffen', april 2 0 0 1 . In v o o r n o e m d rapport zijn aanbevelingen o p g e n o m e n tot harmonisatie v a n de acceptatie- e n verwerkingscriteria (AV) en de administratieve organisatie (AO) en is de interne controle (IC) beschreven. In de o n d e r h a v i g e vergunning is rekening g e h o u d e n met b o v e n s t a a n d e .
2015.0122
- 26/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
6.2.5 Kaderrichtlijn W a t e r ( K R W ) Algemeen De K R W , die sinds d e c e m b e r 2 0 0 0 van kracht is, richt zich o p de b e s c h e r m i n g v a n w a t e r en stelt zich t e n doel dat alle E u r o p e s e w a t e r e n e e n 'goede t o e s t a n d ' bereiken. Daarnaast heeft d e z e richtlijn het d u u r z a a m o m g a a n met water tot doel. De Nederlandse implementatie v a n de voorschriften en doelstellingen uit de K R W heeft p l a a t s g e v o n d e n in het Besluit Kwaliteitseisen e n Monitoring W a t e r 2 0 0 9 ( B k m w 2 0 0 9 ) . De d o e l e n voor de g o e d e c h e m i s c h e en ecologische t o e s t a n d v a n o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a m e n zijn wettelijk vastgelegd in de vorm van milieukwaliteitseisen. Het B k m w en de W e t milieube heer ( W m ) g e v e n d a a r n a a s t e e n nadere uitwerking v a n d e KRW-doelstelling v a n g e e n achteruitgang. Het B k m w brengt uitdrukkelijk geen directe koppeling tot stand t u s s e n individuele besluiten (bijvoorbeeld vergunningen) en de v a s t g e l e g d e milieukwaliteitseisen. De milieukwaliteitseisen w o r d e n alleen g e k o p p e l d a a n d e b e v o e g d h e i d tot het vaststellen van plannen in het kader van de Waterwet. Dit betekent dat d o o r w e r k i n g v a n de eisen uit het B k m w n a a r individuele besluiten indirect gebeurt via de w a t e r ( b e h e e r ) p l a n n e n . In de w a t e r ( b e h e e r ) p l a n n e n w o r d e n de doelstellingen specifiek uitgewerkt naar w a t e r l i c h a m e n e n wordt a a n g e g e v e n hoe hierop voor nieuwe activiteiten wordt getoetst. Toetsing lozing effluent Het effluent v a n d e IAZI w o r d t geloosd in de zijtak Ur. D e zijtak Ur is e e n regionaal opper vlaktewater w a a r v o o r W a t e r s c h a p Roer e n O v e r m a a s b e v o e g d g e z a g is. De w a t e r g a n g is niet a a n g e w e z e n als K R W waterlichaam. De zijtak Ur m o n d t na circa 100 meter uit in de G r e n s m a a s . De G r e n s m a a s is a a n g e w e z e n als K R W - l i c h a a m en valt o n d e r de b e v o e g d h e i d v a n R W S . De kwaliteitseisen van de G r e n s m a a s v o r m e n derhalve in belangrijke mate het referentieka der voor dit besluit. Het onderliggende besluit en de thans nog vigerende lozingsvergunning met k e n m e r k V 0 5 124 zijn in n a u w overleg m e t R W S opgesteld. R W S is in de g e l e g e n h e i d gesteld het effect v a n de lozing o p de G r e n s m a a s te b e o o r d e l e n e n inhoudelijk advies uit te b r e n g e n naar aanleiding v a n de i n g e d i e n d e a a n v r a g e n . R W S heeft zowel naar aanleiding van de v e r g u n n i n g uit 2 0 0 6 (V05-124) als naar aanleiding van de aanvraag voor het onderliggende besluit e e n advies uitgebracht. In het advies dat in 2 0 0 5 door R W S is uitgebracht is v e r z o c h t o m voor enkele p a r a m e t e r s (totaal stikstof, totaal fosfor, nikkel, zink) aanvullende eisen o p te n e m e n in de v e r g u n n i n g . T e n aanzien van de te behalen KRW-doelstellingen w a s in het advies a a n g e g e v e n dat n o g niet inzichtelijk w a s w a t het effect zou zijn v a n de lozing v a n het effluent v a n de IAZI op het behalen v a n de K R W - d o e l s t e l l i n g e n v a n de G r e n s m a a s . D e r h a l v e w e r d in het advies g e c o n c l u d e e r d dat de lozing op middellange termijn niet wenselijk w e r d geacht. C o n f o r m de K R W is in 2 0 0 9 het s t r o o m g e b i e d b e h e e r s p l a n M a a s 2 0 0 9 - 2 0 1 5 opgesteld. Hierin zijn de doelstellingen voor de G r e n s m a a s bepaald v o o r w a t betreft het behalen v a n de K R W doelstellingen en zijn de significante belastingen en effecten van menselijke activiteiten in kaart g e b r a c h t G e b l e k e n is dat IPPC-industrieën in m i n d e r e mate e e n belasting v o r m e n voor het oppervlaktewater. Vooral diffuse bronnen zoals stoffen vanuit d e l a n d b o u w g r o n d e n en a f s t r o m e n d w e g w a t e r v o r m e n e e n belasting. V a n puntbronnen zijn met n a m e d e lozingen vanuit rioolwaterzuive1
2015.0122
- 27/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
1
ringsinstallaties e n riooloverstorten belastend voor het o p p e r v l a k t e . Het s t r o o m g e b i e d b e heerplan Maas 2 0 1 6 - 2 0 2 1 bevestigt dit beeld. Het advies van R W S dat in 2 0 1 5 is uitgebracht naar aanleiding v a n het o n d e r l i g g e n d e besluit spitst zich t o e op enkele specifieke parameters (nikkel en v a n a d i u m ) en a l g e m e n e a a n d a c h t s p u n t e n zoals de drinkwaterfunctie v a n de G r e n s m a a s , toxiciteit en Z e e r z o r g w e k k e n d e stoffen (ZZS). Uit het advies volgt, in tegenstelling tot het advies zoals a f g e g e v e n in 2 0 0 5 , niet dat de lozing van het effluent het behalen van de KRW-doelstellingen v a n d e G r e n s m a a s in g e v a a r brengt en de lozing v a n het effluent er toe zou leiden dat de kwaliteit v a n de G r e n s m a a s in kwaliteit achteruit z o u g a a n d a n w e l dat de lozing beëindigd dient te w o r d e n . Uitspraak Hof van Justitie O p 1 juli 2 0 1 5 heeft het E u r o p e s e Hof v a n Justitie e e n uitspraak g e d a a n inzake de uitvoering van de Kaderrichtlijn Water. In d e uitspraak heeft het Hof b e p a a l d dat o v e r h e d e n g e e n v e r g u n n i n g m o g e n afgeven w a n n e e r de te v e r g u n n e n activiteit leidt tot e e n 'achteruitgang van de t o e s t a n d ' v a n een w a t e r l i c h a a m . Uit het arrest volgt dat hiervan sprake is z o d r a de t o e s t a n d v a n t e n minste e e n v a n de kwaliteitselementen op g r o n d w a a r v a n de klasse-indeling w o r d t b e p a a l d , in klasse achteruit gaat, zelfs als die achteruitgang niet tot gevolg heeft dat het o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a a m in het a l g e m e e n wordt ingedeeld in e e n lagere klasse. Indien het betreffende kwaliteitselement zich reeds in de laagste klasse bevindt, vormt iedere achteruitgang v a n dat e l e m e n t e e n "achteruitgang v a n de t o e s t a n d " van e e n o p p e r v l a k t e w a terlichaam. Door het ministerie v a n Infrastructuur en Milieu is b e o o r d e e l d dat d e K R W op correcte wijze is g e ï m p l e m e n t e e r d in de Nederlandse w e t g e v i n g en dat de huidige wijze v a n indirecte toetsing via W a t e r b e h e e r s p l a n n e n volstaat. Uit de s t r o o m g e b i e d b e h e e r p l a n n e n Maas en uit het advies v a n R W S is niet g e b l e k e n dat d e a a n v r a a g voor het onderliggende besluit met betrekking tot t o e s t a a n v a n het lozen van het effluent vanuit de IAZI het behalen van d e K R W - d o e l s t e l l i n g e n in d e w e g staat. 6.2.6
Drinkwater
Algemeen In artikel 2.1 W a t e r w e t zijn de doelstellingen v a n de W a t e r w e t o p g e n o m e n : v o o r k o m e n en w a a r nodig beperken van o v e r s t r o m i n g e n , wateroverlast e n w a t e r s c h a a r s t e , in s a m e n h a n g met b e s c h e r m i n g en verbeteren v a n de c h e m i s c h e en e c o l o g i s c h e kwaliteit v a n w a t e r s y s t e m e n en vervulling v a n maatschappelijke functies door w a t e r s y s t e m e n . De vervulling van maatschappelijke functies door w a t e r s y s t e m e n o m v a t ook de drinkwater functie, dat wil z e g g e n de b e s t e m m i n g v a n diverse w a t e r l i c h a m e n als leverancier v a n grondstof voor de o p e n b a r e drinkwatervoorziening. Die drinkwaterfunctie is zo z w a a r w e g e n d dat hiertoe in de Drinkwaterwet e e n specifieke zorgplicht, gericht tot alle b e s t u u r s o r g a n e n , is o p g e n o m e n (art. 2 Drinkwaterwet). Bij de uitoefening v a n h u n t a k e n en b e v o e g d h e d e n m o e t e n b e s t u u r s o r g a n e n er rekening m e e h o u d e n dat de d u u r z a m e veiligstelling van de o p e n b a r e drinkwatervoorziening als een d w i n g e n d e reden v a n groot belang geldt. Karakterisering Nederlands Maasstroomgebied (2005), rapportage volgens artikel 5 van de kaderrichtlijn water (2000/60/eg), VenW.
2015.0122
- 28/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Vanuit de K R W en de Drinkwaterrichtlijn zijn verschillende t o e t s i n g s k a d e r s voor d e b e s c h e r m i n g van d r i n k w a t e r b r o n n e n afgeleid. V o o r de waterkwaliteitsbeheerder zijn deze terug te v i n d e n in het B k m w 2009. In het B k m w 2 0 0 9 zijn milieukwaliteitseisen o p g e n o m e n w e l k e de b e o o g d e kwaliteit v a n w a t e r l i c h a m e n in N e d e r l a n d w e e r g e v e n . Deze v o r m e n het vertrekpunt voor het w a t e r b e heerplan op g r o n d v a n de W a t e r w e t zoals dat door het w a t e r s c h a p wordt o p g e s t e l d . In het W a t e r b e h e e r s p l a n w o r d e n maatregelen o p g e n o m e n o m de m e t het B k m w 2 0 0 9 b e o o g d e waterkwaliteit te verwezenlijken. Bij (dreigende) overschrijding v a n de milieukwaliteitseisen is het verplicht m a a t r e g e l e n in het W a t e r b e h e e r s p l a n o p te n e m e n . In het W a t e r b e h e e r s p l a n voor de periode 2 0 1 6 - 2 0 2 1 , zijn geen specifieke m a a t r e g e l e n t e n b e h o e v e van de b e s c h e r ming van drinkwater o p g e n o m e n . O p 1 januari 2 0 1 6 is het B k m w 2 0 0 9 gewijzigd. De wijziging voorziet onder andere in de implementatie v a n bepalingen van de K R W over de b e s c h e r m i n g v a n drinkwater. C o n c r e e t houdt dit in dat de verschillende n o r m e n k a d e r s die g o l d e n op grond v a n de Drinkwaterwet en het B k m w 2 0 0 9 beter op elkaar zijn a f g e s t e m d . D a a r n a a s t voorziet de wijziging in nadere uitwerking v a n artikel 7 v a n de K R W via artikel 12 en 12a v a n het B k m w 2 0 0 9 . In artikel 12a, d e r d e lid is de inspanningsverplichting o p g e n o m e n die voorziet in het v o o r k o m e n v a n achteruitgang v a n de waterkwaliteit. D a a r n a a s t is in artikel 12a B k m w 2 0 0 9 d e resultaatsverplichting o p g e n o m e n die leidt tot verbetering v a n de waterkwaliteit met als doel o m de zuiveringsinspanning voor de bereiding v a n drinkwater te v e r m i n d e r e n . Het gebruik v a n signaleringswaarden is nog niet in d e z e wijziging m e e g e n o m e n , m a a r zal w o r d e n uitgewerkt o p grond van het B k m w 2 0 0 9 in het kader v a n het m o n i t o r í n g s p r o g r a m ma. Pyrazool/opkomende stoffen Als gevolg v a n e e n tijdelijke verminderde werking v a n d e IAZI o m pyrazool af te b r e k e n heeft er vanaf medio juli 2 0 1 5 e e n meetbare lozing v a n pyrazool via het effluent p l a a t s g e v o n d e n in de zijtak Ur. De zijtak Ur mondt vervolgens uit in de G r e n s m a a s . Uit d e M a a s w o r d t o p e e n aantal punten water o n t t r o k k e n voor d e bereiding v a n drinkwater. Op g r o n d v a n de Drinkwaterwet dragen de drinkwaterbedrijven z o r g voor de d u u r z a m e veiligstelling v a n d e o p e n b a r e drinkwatervoorziening. V o o r pyrazool is m o m e n t e e l geen wettelijk t o e t s i n g s k a d e r v o o r h a n d e n . Dit heeft ertoe geleid dat er landelijk de discussie op g a n g is g e k o m e n h o e o m te g a a n m e t z o g e n a a m d e ' o p k o m e n d e stoffen'. O m d a t er, buiten d e zorgplicht op g r o n d v a n de Drinkwaterwet, g e e n t o e t s i n g s k a d e r is v o o r pyrazool heeft het Ministerie v a n Infrastructuur e n Milieu o p 27 a u g u s t u s 2 0 1 5 e e n h a n d e lingsperspectief opgesteld voor w a t betreft de i n n a m e e n productie v a n drinkwater op korte termijn. In deze brief, die gericht is aan de drinkwaterbedrijven, geeft het ministerie a a n dat m a a s w a t e r m e t e e n v e r h o o g d e concentratie pyrazool ( m a x . 15 ug/l) k a n w o r d e n i n g e n o m e n en w o r d e n benut ter bereiding van drinkwater voor e e n periode v a n m a x i m a a l 2 jaar. V o o r de langere termijn zal door het ministerie, in s a m e n s p r a a k met betrokken partijen, e e n protocol voor o p k o m e n d e stoffen w o r d e n opgesteld en zal bezien w o r d e n of a a n p a s s i n g v a n de w e t - en regelgeving op dit punt noodzakelijk is.
Overige voorschriften In dit besluit zijn t e v e n s andere voorschriften o p g e n o m e n die voorzien in de borging v a n d e d r i n k w a t e r k w a l i t e i t . Het betreft e e n onderzoeksverplichting naar de mate v a n toxiciteit v a n het effluent (voorschrift 26), een onderzoeksverplichting naar het gebruik van A M P A
2015.0122
- 29/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
(voorschrift 27) en dient o n d e r z o c h t te w o r d e n op welke wijze v e r a n d e r i n g e n in het effluent op een snelle wijze o n d e r k e n d kunnen w o r d e n (voorschrift 2 8 ) . Door b o v e n s t a a n d e wordt invulling g e g e v e n a a n de zorgplicht die voor w a t e r s c h a p p e n geldt op grond v a n de Drinkwaterwet. 6.2.7 Overweging met betrekking tot de Richtlijn beste beschikbare technieken
Industriële
Emissies/beoordeling
Algemeen O p grond v a n artikel 6.26 lid 1 sub a van de W a t e r w e t is op e e n v e r g u n n i n g voor het lozen of storten v a n stoffen artikel 2.14, eerste lid en derde tot e n m e t z e s d e lid v a n d e W e t a l g e m e n e bepalingen o m g e v i n g s r e c h t van o v e r e e n k o m s t i g e t o e p a s s i n g . O p g r o n d v a n dit artikel n e e m t het w a t e r s c h a p bij het opstellen v a n e e n w a t e r v e r g u n n i n g v o o r het lozen v a n stoffen t e n minste de beste beschikbare technieken in a a n m e r k i n g . Een hoog niveau v a n b e s c h e r m i n g van het milieu wordt g e r e a l i s e e r d door a a n deze v e r g u n ning voorschriften te v e r b i n d e n , die nodig zijn o m de nadelige g e v o l g e n die d e lozing voor het milieu k a n v e r o o r z a k e n , te v o o r k o m e n of, indien dat niet mogelijk is, zoveel mogelijk te b e p e r k e n en o n g e d a a n te m a k e n . O p grond v a n bijlage 1 van de Richtlijn industriële e m i s s i e s (RIE) is er in casu sprake v a n een IPPC-inrichting. De R I E is in 2011 in w e r k i n g g e t r e d e n e n heeft de z o g e n a a m d e ' B B T conclusies' g e ï n t r o d u c e e r d . De implementatie v a n de B B T - c o n c l u s i e s zal geleidelijk plaats vinden. O p basis v a n de RIE moet bij het opstellen v a n de v e r g u n n i n g rekening g e h o u d e n w o r d e n met de BBT-conclusies w e l k e onderdeel uitmaken v a n e e n B B T - r e f e r e n t i e d o c u m e n t ( B R E F ) . In de BBT-conclusies zijn de beste beschikbare t e c h n i e k e n b e s c h r e v e n . Deze v o r m e n de referentie voor toetsing en vaststelling v a n v e r g u n n i n g s v o o r w a a r d e n en actualisatie v a n d e z e voorschriften. De B R E F ' s bevatten a c h t e r g r o n d i n f o r m a t i e en d i e n e n ter verduidelijking voor de BBT-conclusies. Totdat het m o m e n t dat in alle B R E F ' s B B T - c o n c l u s i e s zijn o p g e n o m e n zullen er tijdelijk t w e e typen d o c u m e n t e n g e h a n t e e r d zullen w o r d e n v o o r het vaststellen van de beste beschikbare technieken. De v o l g e n d e B R E F ' s zijn v a n toepassing: -
Large V o l u m e Inorganic Chemicals - A m m o n i a , Acids S Fertilizers (aug 2 0 0 7 ) ; Large V o l u m e Organic Chemicals (feb 2003, draft april 2 0 1 4 ) ; Production of Polymers (aug 2007); W a s t e W a t e r a n d W a s t e G a s Treatment (final draft juli 2 0 1 4 ) ; Industrial Cooling S y s t e m s (dec 2001).
De a a n p a k o m te k o m e n tot e e n acceptabele en b e h e e r s b a r e lozingssituatie bestaat uit d e volgende elementen: - B r o n m a a t r e g e l e n / v o o r k o m e n van verontreiniging; In-proces m a a t r e g e l e n ; - Z u i v e r i n g s t e c h n i s c h e maatregelen op d e e l s t r o m e n , e n Z u i v e r i n g s t e c h n i s c h e maatregelen op de e i n d s t r o o m . Elke installatie is getoetst a a n d e daarop betrekking h e b b e n d e B R E F ' s . Deze toetsen zijn o p g e n o m e n in de registers in deel 2 van de a a n v r a a g .
2015.0122
- 30/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Extra back-up voorziening in centraal rioolstelsel Het centrale rioolstelsel is op strategische plaatsen voorzien v a n klaarinstallaties. Deze klaarinstallaties d i e n e n voornamelijk als b a c k - u p voor de scheiders op de plants. Het effluent van deze installaties wordt s a m e n met het overige afvalwater b e h a n d e l d in de IAZI. De centrale afvalwaterbehandeling IAZI. In d e IAZI vindt e e n v e r r e g a a n d e verwijdering plaats v a n o r g a n i s c h e c o m p o n e n t e n . Uit m e t i n g e n blijkt dat de IAZI in staat is o m ook c o m p o n e n t e n af te breken die in d e literatuur als matig biologisch afbreekbaar zijn gekwalificeerd. Dit is het gevolg v a n adaptatie van het actief slib in d e IAZI aan het a a n g e v o e r d e afvalwater. O o k w o r d e n stikstof en f o s f a a t v e r b i n d i n g e n in de IAZI verwijderd. De verwijdering v a n verontreinigingen uit het water in de IAZI vindt deels plaats door afbraak en deels d o o r inbouw in het lAZI-slib en deels d o o r vervluchtiging. De v e r h o u d i n g t u s s e n afbraak en i n b o u w in het slib e n vervluchtiging is onder andere afhankelijk v a n de verontreiniging, d e procesvoering en d e k e u z e v a n hulpstoffen. De IAZI is getoetst aan de B R E F 'Waste W a t e r a n d W a s t e G a s T r e a t m e n t (final draft juli 2014)'. Er w o r d t voldaan a a n het gestelde in d e z e B R E F . De g o e d e w e r k i n g v a n de centrale afvalwaterbehandeling w o r d t g e m o n i t o r d d o o r middel v a n continue in-line m e e t s y s t e m e n . Indien e e n afwijking in de samenstelling v a n het afvalwater wordt g e c o n s t a t e e r d , welke niet g o e d door de IAZI kan w o r d e n verwerkt, bestaat d e mogelijkheid o m delen van het centrale rioolsysteem tijdelijk te bergen in speciaal d a a r v o o r ingerichte bassins. Het in de IAZI g e z u i v e r d e afvalwater wordt periodiek g e m o n i t o r d op niet alleen de s t a n d a a r d c o m p o n e n t e n zoals C Z V , stikstof, m e t a l e n , z o u t e n e n t e m p e r a t u u r m a a r ook op stoffen die (matig)polair en p e r s i s t e n t / b i o a c c u m u l e e r b a a r z i j n . Conclusie stand der techniek O p basis v a n het bovenstaande m a g g e c o n c l u d e e r d w o r d e n dat m e t de v o o r z i e n i n g e n op de plants, a a n g e v u l d met de centrale voorzieningen (rioolstelsels m e t klaarinstallaties en de IAZI), in v o l d o e n d e mate wordt voldaan a a n d e u i t g a n g s p u n t e n v a n het begrip 'Best Available T e c h n i q u e s (BAT)'. Pyrazool Pyrazool komt vrij in het A C N - p r o d u c t i e p r o c e s . V a n deze stof zijn o n v o l d o e n d e g e g e v e n s beschikbaar. V o l g e n s huidige inzichten w o r d t d e IAZI als B B T b e s c h o u w d . In e e n stabiele bedrijfssituatie bedraagt het v e r w i j d e r i n g s r e n d e m e n t meer d a n 99 zó. V o o r w a a r d e hierbij is dat de microbiologie van de IAZI g e a d a p t e e r d is a a n het v e r w e r k e n v a n pyrazool. Alternatie ve t e c h n i e k e n die in onderzoek zijn, laten v o o r a l s n o g niet e e n vergelijkbaar verwijderings r e n d e m e n t v a n 99 Zo z i e n . 0
0
2
Medio 2 0 1 5 is tijdens een g e p l a n d e productiestop v a n m e e r d e r e w e k e n v a n de A C N - f a b r i e k , g e b l e k e n dat het v e r m o g e n v a n de microbiologie in de IAZI o m pyrazool te v e r w e r k e n , sterk achteruitgegaan was. M e e t g e g e v e n s vanaf juni 2 0 1 5 tot nu laten zien dat het v e r m o g e n o m pyrazool te verwijde ren zich w e e r herstelt. B e h o u d e n s enkele o n g e w o n e en herleidbare voorvallen, ligt het v e r w i j d e r i n g s r e n d e m e n t w e e r b o v e n de 99 7o. 0
2
K W R Watercycle Research Institute, oktober 2015 Verwijdering van pyrazool uit oppervlaktewater.
2015.0122
- 31/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
In deze periode is w e l g e b l e k e n dat incidenten v a n diverse a a r d e e n negatieve invloed h e b b e n op de pyrazoolverwijdering. Een verhoogd a a n b o d a a n m e t h a n o l a a n de IAZI resulteerde in e e n hogere pyrazoolconcentratie in het effluent. Tijdelijke stilstand van de A C N - f a b r i e k als gevolg van e e n brand op het terrein en de afwikkeling daarvan had e e n negatieve invloed op de pyrazoolverwijdering. Hoewel de IAZI op zichzelf e e n g o e d e pyrazoolverwijdering laat zien, is toch g e b l e k e n dat het e e n proces is dat gevoelig is voor verstoringen. De a a n v r a g e r geeft a a n nog in e e n leerproces te zitten. De lozing v a n p y r a z o o l h o u d e n d afvalwater wordt te allen tijde via e e n buffer g e v o e d a a n d e IAZI. Hierdoor w o r d e n pieken in het influent afgevlakt en w o r d t het uiteindelijke lozingsbeeld van het effluent constanter en robuuster. Dit is ook b e s c h r e v e n in het in het rapport met k e n m e r k W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 J L , d.d. 11 januari 2 0 1 6 (plan v a n a a n p a k reguliere bedrijfsvoering A C N - I A Z I ) dat is o p g e n o m e n in bijlage 5 v a n dit besluit. Plannen van aanpak De lozing v a n p y r a z o o l h o u d e n d afvalwater dient zo snel mogelijk g e r e d u c e e r d te w o r d e n . Derhalve zijn er de afgelopen periode door Sitech Services B.V. diverse m a a t r e g e l e n getroffen o m het gehalte pyrazool op korte termijn terug te b r e n g e n . Deze m a a t r e g e l e n en d e actuele w e r k w i j z e zijn b e s c h r e v e n in het rapport m e t k e n m e r k W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 J L , d.d. 11 januari 2 0 1 6 (plan v a n a a n p a k reguliere bedrijfsvoering A C N - I A Z I ) . O p g r o n d v a n voorschrift 16 v a n dit besluit dient deze werkwijze g e v o l g d te w o r d e n t e n e i n d e e e n stabiele bedrijfssituatie te bereiken voor w a t betreft het lozen v a n p y r a z o o l h o u d e n d afvalwater. Daarnaast dient ook de voor d e langere termijn o n d e r z o c h t te w o r d e n of v e r d e r e reductie van pyrazool mogelijk is. Hiertoe heeft het bedrijf e e n plan v a n a a n p a k o p g e s t e l d . Dit plan behelst zowel o n d e r z o e k naar a a n p a k bij de bron, optimalisatie v a n de v e r w e r k i n g in de IAZI en eventuele na d e IAZI g e s c h a k e l d e technieken. Het o n d e r z o e k moet leiden naar inzichten of alternatieve technieken die als B B T in a a n m e r k i n g k o m e n . Bij d e uitvoering v a n het plan v a n aanpak dient de daarin o p g e n o m e n tijdsplanning in acht t e w o r d e n g e n o m e n (voorschrift 17). 6.2.8 Risico's
van onvoorziene
lozingen
D e site C h e m e l o t is op grond v a n het besluit B R Z O '99 verplicht tot het opstellen en indienen van een veiligheidsrapport (VR). D e fabrieken o p de site d i e d a a r t o e verplicht zijn h e b b e n een Milieu Risico A n a l y s e ( M R A ) opgesteld die o n d e r d e e l uitmaakt v a n de a a n v r a a g voor d e z e v e r g u n n i n g . Met de M R A w o r d e n de risico's voor o n v o o r z i e n e lozingen in kaart gebracht. D e z e risico's zijn g e m o d e l l e e r d met het m o d e l Proteus III. Het V R en in het bijzonder de M R A ' s zullen in de praktijk w o r d e n b e o o r d e e l d tijdens inspecties in het kader van B R Z O . D a a r o m w o r d e n er in onderhavige v e r g u n n i n g g e e n nadere voorschriften o p g e n o m e n t e n aanzien v a n risico's v a n o n v o o r z i e n e lozingen.
6.2.9 Voorzienbare
bijzondere
bedrijfsomstandigheden
In de praktijk kan het v o o r k o m e n dat de v e r g u n n i n g h o u d e r bijzondere voorzienbare activitei ten, in afwijking v a n de reguliere bedrijfsvoering, gaat uitvoeren die g e v o l g e n k u n n e n h e b b e n v o o r d e kwaliteit v a n het in het oppervlaktewaterlichaam te b r e n g e n afvalwater. Hieronder wordt verstaan o n d e r h o u d s - e n r e p a r a t i e w e r k z a a m h e d e n , s t o r i n g e n (niet zijnde e e n o n g e w o o n voorval), korte stilleggingen en het opstarten of het (definitief) buiten bedrijf stellen
2015.0122
- 32/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
van e e n p r o c e s - of afvalwaterzuiveringsinstallatie of o n d e r d e l e n hiervan. V o o r een dergelijke situatie moet het bedrijf z o d a n i g e v o o r z o r g s m a a t r e g e l e n n e m e n o m de nadelige g e v o l g e n voor het oppervlaktewaterlichaam te v o o r k o m e n d a n w e l zo veel mogelijk te b e p e r k e n . In de v e r g u n n i n g is voorschrift 6 o p g e n o m e n dat voorziet in het reguleren v a n deze bedrijfsom standigheden. 6.2.10
Volksgezondheid
O p grond van artikel 2.1 van de W a t e r w e t heeft de W a t e r w e t als doel o v e r s t r o m i n g e n , wateroverlast e n w a t e r s c h a a r s t e te v o o r k o m e n en te b e p e r k e n , in s a m e n h a n g met de b e s c h e r m i n g en verbetering v a n de c h e m i s c h e en ecologische kwaliteit v a n w a t e r s y s t e m e n en de vervulling v a n maatschappelijke functies door w a t e r s y s t e m e n . De W a t e r w e t voorziet d a a r m e e niet in directe a a n k n o p i n g s p u n t e n o m d e v o l k s g e z o n d h e i d tot haar toetsingskader te r e k e n e n . Indien e e n o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a a m dient als bron v o o r de bereiding v a n drinkwater is er e e n relatie met de v o l k s g e z o n d h e i d . O p grond van de Drinkwaterwet geldt er voor het water s c h a p e e n zorgplicht w a a r d o o r het w a t e r s c h a p bij de uitoefening v a n haar t a k e n en b e v o e g d h e d e n rekening dient te h o u d e n met drinkwater. Het vervullen van de functie v a n bron voor de bereiding v a n d r i n k w a t e r is de meest g e v o e l i g e functie die a a n een oppervlaktewaterlichaam kan w o r d e n t o e g e k e n d . De in de D r i n k w a terwet o p g e n o m e n normering die door de drinkwaterbedrijven bij de bereiding van drinkwater in acht g e n o m e n dient te w o r d e n , is zeer streng. De d u u r z a m e veiligstelling v a n d e openbare drinkwatervoorziening geldt immers als e e n d w i n g e n d e reden van groot belang. 6.2.11
Risicoanalyse
Naar aanleiding van recente verstoringen in de d o e l m a t i g e w e r k i n g v a n de IAZI als gevolg v a n extra stikstoflozingen, gebruik van bergingen en de bediening v a n p o m p e n , dienen de risico's en g e v o l g e n van mogelijke verstoringen v a n de reguliere bedrijfsvoering inzichtelijk te w o r d e n g e m a a k t . Dit is g e b o r g d in voorschrift 33. 6.3 A d v i e s R i j k s w a t e r s t a a t 6.3.1
Waterkwaliteit
De zijtak Ur m o n d t uit in de G r e n s m a a s , w a a r d o o r d e waterkwaliteit v a n de G r e n s m a a s m e d e bepaald w o r d t door de lozing v a n de IAZI. Hierdoor is Rijkswaterstaat als w a t e r k w a l i teitsbeheerder v a n de G r e n s m a a s , b e l a n g h e b b e n d e . O p grond hiervan is overleg g e p l e e g d met R W S . Naar aanleiding van d e aanvraag is op 27 juli 2 0 1 5 schriftelijk advies uitgebracht. S a m e n v a t t e n d adviseert R W S het volgende:
Samenloop Er is sprake v a n s a m e n l o o p op g r o n d van artikel 6.17. Het advies v a n R W S is op dit punt integraal o p g e n o m e n in deze W a t e r v e r g u n n i n g . Functie drinkwater Een groot deel v a n het rivierengebied w a a r o n d e r het w a t e r l i c h a a m G r e n s m a a s heeft o.a. d e functie voor de bereiding van drinkwater. Dit betekent dat de lozing v a n het effluent IAZI
2015.0122
- 33/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
deze functie niet m a g b e l e m m e r e n . Er geldt e e n inspanningsverplichting voor verbetering van de waterkwaliteit in de richting van de s t r e e f w a a r d e n . Emissie-immissietoets Uit de a a n v r a a g blijkt dat v a n a d i u m en binnenkort (geldt al sinds wijziging B k m w 2 0 0 9 d.d. 1 januari 2016) ook nikkel (door strengere norm) niet voldoet a a n d e e m i s s i e - i m m i s s i e t o e t s . Er is sprake v a n e e n significante verhoging ^'\0 Zo) ten opzichte v a n de M T R respectievelijk M K N . R W S verzoekt e e n onderzoeksverplichting op te n e m e n t e n a a n z i e n v a n de reductie van beide stoffen met behulp v a n best beschikbare t e c h n i e k e n . 0
Temperatuur R W S verzoekt t e n aanzien v a n t e m p e r a t u u r het voorschrift en de daarbij b e h o r e n d e o v e r w e g i n g e n uit het besluit v a n het w a t e r s c h a p v a n 23 d e c e m b e r 2 0 1 4 met k e n m e r k 2 0 1 4 . 0 2 2 3 over te n e m e n . Toxiciteit In het effluent IAZI k o m e n stoffen voor die niet g e n o r m e e r d zijn (o.a. polaire stoffen), m a a r mogelijk schadelijke effecten k u n n e n v e r o o r z a k e n in het o n t v a n g e n d oppervlaktewater. Met behulp v a n toxiciteitsonderzoek en G C M S k a n meer inzicht w o r d e n v e r k r e g e n in de milieu schadelijkheid en identificatie v a n deze stoffen. R W S verzoekt in het besluit e e n onder zoeksverplichting daartoe op te n e m e n . Zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) Door R I V M is e e n niet-limitatieve lijst v a n z e e r z o r g w e k k e n d e stoffen opgesteld (februari 2015). Z Z S zijn stoffen die gevaarlijk zijn v o o r m e n s en milieu o m d a t z e bijvoorbeeld k a n k e r v e r w e k k e n d zijn, de voortplanting b e l e m m e r e n of zich in d e v o e d s e l k e t e n o p h o p e n . De lozing v a n Z Z S dient te w o r d e n g e m i n i m a l i s e e r d e n v e r g a a n d e e m i s s i e b e p e r k e n d e m a a t r e g e l e n dienen in de vergunning te w o r d e n o p g e n o m e n . E e n aantal v a n de a a n g e v r a a g d e stoffen k o m e n voor op d e z e lijst: verbindingen met nikkel, lood, v a n a d i u m en m o l y b d e e n . R W S verzoekt derhalve e e n o v e r w e g i n g in het besluit o p te n e m e n met betrek king tot de lozing v a n deze stoffen. Naar aanleiding van de aanvullingen op d e aanvraag v a n 2 5 e n 2 8 j a n u a r i 2 0 1 6 is voorals nog g e e n advies o n t v a n g e n v a n R W S . 6.3.2 Samenloop:
bouwwerken
in bergend
gebied
Maas
De hoofdlijnen v a n het nationale waterbeleid t e n aanzien v a n veiligheid en het doelmatig gebruik van rijkswaterstaatswerken en de m a n i e r w a a r o p daarbij rekening moet w o r d e n g e h o u d e n met d e ecologische doelstellingen die g e l d e n voor K R W - w a t e r l i c h a m e n zijn v a s t g e l e g d in het Nationaal W a t e r p l a n ( N W P ) , planperiode 2 0 1 6 - 2 0 2 1 . E e n nadere uitwerking en o n d e r b o u w i n g v a n de b e l e i d s k e u z e s en de realisatie op het g e b i e d v a n waterveiligheid vindt plaats in de Beleidsnota Waterveiligheid. Specifieke eisen t e n aanzien van het veilig en d o e l m a t i g gebruik van rijkswaterstaatwerken en/of bijbehorende b e s c h e r m i n g s z o n e s zijn uitgewerkt in de Beleidslijn Grote Rivieren. Het Beheer- en ontwikkelplan voor de Rijkswateren 2 0 1 6 - 2 0 2 1 ( B P R W ) vertaalt dit beleid door naar het beheer v a n de rijkswateren, met e e n onderverdeling naar functie en naar w a t e r s y s t e e m . Bovendien bevat het B P R W 2 0 1 6 - 2 0 2 1 e e n
2015.0122
- 34/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
toetsingskader voor individuele besluiten, dat gebruikt wordt bij het toetsen en beoordelen v a n v e r g u n n i n g e n voor het gebruik van w a t e r s t a a t s w e r k e n . Hierin is vastgelegd op welke manier d e z e a a n v r a g e n getoetst w o r d e n a a n de ecologische doelstellingen die op grond v a n het B P R W 2 0 1 6 - 2 0 2 1 g e l d e n v o o r K R W - w a t e r l i c h a m e n . O m overstromingen in het rivierengebied te v o o r k o m e n is b e h a l v e e e n netwerk van f u n c t i o n e r e n d e keringen o o k e e n goede afvoer v a n water, s e d i m e n t e n ijs via de rivieren naar z e e nodig. Obstakels en natuurlijke begroeiing in het rivierbed vertragen de afvoer en v e r o o r z a k e n een verhoging van de w a t e r s t a n d . Actief b e h e e r van het w i n t e r b e d is nodig o m deze opstuwing te b e p e r k e n . D a a r n a a s t w o r d e n activiteiten in e n gebruik v a n het winterbed g e r e g u l e e r d . De toelaatbaarheid v a n activiteiten in het rivierbed v a n de g r o t e rivieren is beoordeeld a a n d e h a n d v a n het a f w e g i n g s k a d e r dat is o p g e n o m e n in de Beleidslijn Grote Rivieren ( B G R ) en d e bijbehorende Beleidsregels grote rivieren (de beleidsregels). Doelstelling v a n d e beleidslijn en de beleidsregels is de b e s c h i k b a r e afvoer- e n bergingscapaciteit van het rivierbed te b e h o u d e n e n o n t w i k k e l i n g e n tegen te g a a n die de mogelijkheid tot rivierverruiming door verbreding en v e r l a g i n g nu en in de t o e k o m s t feitelijk onmogelijk m a k e n . De beleidsregels zijn v a n t o e p a s s i n g op alle nieuwe activiteiten ( w a a r o n d e r wijziging van b e s t a a n d e activiteiten) in het rivierbed van rivier de M a a s . O p 17 januari 2 0 1 1 (kenmerk R W S / D L B - 2 0 1 1 / 2 1 6 ) is e e n w a t e r v e r g u n n i n g verleend voor het oprichten v a n installaties en g e b o u w e n b e h o r e n d e bij de IAZI. Uit de huidige a a n v r a a g blijkt dat er geen wijziging is o p g e t r e d e n t e n opzichte v a n de reeds v e r g u n d e situatie. E e n toets aan de beleidslijn Grote Rivieren is derhalve niet aan de orde e n d e huidige reeds vergunde situatie zal in d e o n d e r h a v i g e v e r g u n n i n g w o r d e n o v e r g e n o m e n / v a s t g e l e g d . Door de verlening van d e z e v e r g u n n i n g wordt d e g e n o e m d e v e r g u n n i n g v a n 17 januari 2011 ingetrokken. 6.4 R e g u l e r i n g effluent 6.4.1
Inleiding
O p de site C h e m e l o t is e e n grote diversiteit a a n fabrieken a a n w e z i g . Het afvalwater v a n deze fabrieken wordt via de IAZI geloosd op het o p p e r v l a k t e w a t e r g e n a a m d de zijtak Ur. In het influent v a n de IAZI k o m e n veel stoffen voor die voor het grote gedeelte a f g e b r o k e n w o r d e n in de IAZI. In de IAZI k u n n e n daarbij ook a f b r a a k p r o d u k t e n ontstaan. O m dit g e h e e l aan stoffen die voor k u n n e n k o m e n in het effluent te k u n n e n reguleren is de v o l g e n d e werkwijze g e v o l g d : 1.
Stoffen n o r m e r e n . V a n e e n aantal stoffen zijn concrete n o r m e n o p g e n o m e n in d e v e r g u n n i n g . Dit zijn in het algemeen parameters die inzicht g e v e n in de w e r k i n g v a n de z u i v e r i n g s t e c h n i s c h e voorziening. In de gevallen dat d e IAZI niet de best beschik bare techniek is, zijn d e e l s t r o o m n o r m e r i n g e n o p g e n o m e n direct na de f a b r i e k e n . Bij voorbeeld nikkel en m o l y b d e e n na de A C N - f a b r i e k e n e n v a n a d i u m na de E P T fabrieken.
2.
Alle stoffen die uiteindelijk in het effluent k u n n e n k o m e n zijn o n d e r w o r p e n a a n de A B M - t o e t s . H i e r m e e wordt de s a n e r i n g s i n s p a n n n i n g b e p a a l d o m betreffende s t o f t e verwijderen uit het afvalwater. In veel gevallen betreft het hier gemakkelijk a f b r e e k b a re stoffen die in de IAZI vergaand verwijderd w o r d e n .
2015.0122
- 35/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3.
Stoffen die uiteindelijk nog in het effluent a a n w e z i g zijn d i e n e n te w o r d e n b e o o r d e e l d met e e n screening. O m te k o m e n tot e e n a d e q u a t e s c r e e n i n g op is e e n o n d e r z o e k s verplichting o p g e n o m e n . Dit onderzoek richt zich op z o w e l d e alarmering bij wijziging in d e samenstelling v a n het effluent als o p het o n d e r z o e k naar de samenstelling v a n het effluent op langere termijn. De uitkomsten hiervan k u n n e n gebruikt w o r d e n voor optimalisatie v a n de IAZI e n de a a n g e v o e r d e s t r o m e n
4.
Het effluent wordt t e v e n s onderzocht op toxiciteit op 5 trofische niveau's. H i e r m e e wordt het effluent als totaal beoordeeld o p biologische e f f e c t e n . Hiervoor is e e n o n derzoeksverplichting o p g e n o m e n . Het o n d e r z o e k is reeds opgestart.
5.
Door Sitech Services w o r d t het afvalwater v o l g e n s e e n vast s c h e m a g e a n a l y s e e r d op voorgeschreven parameters
6.
Door W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s w o r d t het afvalwater g e p l a n d en o n g e p l a n d bemonsterd en geanalyseerd.
7.
O n g e w o n e voorvallen w o r d e n zo spoedig mogelijk g e m e l d a a n het b e v o e g d g e z a g en aan het meldpunt water. Vanuit het m e l d p u n t water w o r d e n b e l a n g h e b b e n d e n g e ï n formeerd.
8.
In geval v a n o n g e w o n e voorvallen en afwijkingen in het effluent is het v a n belang dat dit snel o n d e r k e n d wordt. In deze v e r g u n n i n g wordt d a a r o m e e n o n d e r z o e k s v e r p l i c h ting o p g e n o m e n voor onderzoek naar m o n i t o r i n g s m e t h o d e n die v e r a n d e r i n g e n in de samenstelling v a n het effluent snel k u n n e n signaleren.
6.4.2
Immissietoets
V o o r de lozing naar e e n oppervlaktewaterlichaam is de immissietoets uitgewerkt in het C I W rapport 'Emissie-immissie, prioritering v a n b r o n n e n en de immissietoets'. Met de i m m i s s i e toets wordt n a g e g a a n of de restlozing leidt tot o n a a n v a a r d b a r e concentraties in het water s y s t e e m , nadat d e beste beschikbare t e c h n i e k e n ( B B T ) zijn t o e g e p a s t o m de emissie te reduceren. D a a r n a a s t geldt voor nieuwe lozingen dat d e i m m i s s i e t o e t s gebruikt moet w o r d e n voor de toets a a n het stand-still-beginsel. Bij b e s t a a n d e lozingen k u n n e n a a n v u l l e n d e eisen b o v e n o p B B T alleen o p g r o n d v a n de immissietoets w o r d e n v o o r g e s c h r e v e n als de g e w e n s te toestandseis bedoeld in het s t r o o m g e b i e d b e h e e r s p l a n M a a s in het o n t v a n g e n d e opper v l a k t e w a t e r l i c h a a m wordt o v e r s c h r e d e n . Er is vastgesteld dat de G r e n s m a a s voor e e n aantal stoffen n o g niet voldoet a a n de g e w e n s te waterkwaliteitsdoelstelling. Het betreft met n a m e de v o l g e n d e stoffen: -
De s o m P A K benzo(g,h,i)peryleen en i n d e n o ( 1 , 2 , 3 - c , d ) p y r e e n ;
Koper, zink en kobalt; Thallium Koper, zink en kobalt voldoen w e l aan de norm na correctie v o o r b i o b e s c h i k b a a r h e i d . Uit de immissietoets blijkt dat de lozing vanuit de IAZI g e e n significante bijdrage levert a a n het overschrijden van de waterkwaliteitsdoelstelling v o o r d e b o v e n g e n o e m d e stoffen. O o k leidt de lozing niet tot acuut toxische effecten voor w a t e r o r g a n i s m e n en/of in het s e d i m e n t levende o r g a n i s m e n .
2015.0122
- 36/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
V o o r de stoffen zink, nikkel, c h r o o m , koper, m o l y b d e e n en v a n a d i u m is de immissietoets uitgevoerd. De toetsing is uitgevoerd met e e n debiet van 15 m Zs (90-percentielwaarde) v a n de G r e n s m a a s met e e n morfologie van 50 meter breed e n 0,7 m e t e r diep. Toetsing heeft p l a a t s g e v o n d e n op de rand v a n de m e n g z o n e v o o r prioritaire stoffen. 3
o
Uit de immissietoets blijkt dat voor de stof v a n a d i u m de o n d e r h a v i g e lozing m e e r d a n 10 7o bijdraagt a a n het overschrijden v a n de waterkwaliteitsdoelstelling in het o n t v a n g e n d e w a t e r s y s t e e m . D a a r o m is e e n verdere sanering nodig en w o r d t er in voorschrift 23 v o o r g e schreven dat d e v e r g u n n i n g h o u d e r een o n d e r z o e k s p l a n m o e t indienen. Dit plan is gericht op het v e r m i n d e r e n van de in het oppervlaktewaterlichaam b r e n g e n hoeveelheid v a n a d i u m . De maatregelen b e h o e v e n de g o e d k e u r i n g van het dagelijks bestuur. Met ingang v a n 1 januari 2 0 1 6 is het B K M W 2 0 0 9 gewijzigd. De J G - M K N ( J G - M K E ) voor nikkel in zoet oppervlaktewater is per 1 januari 2 0 1 6 v e r l a a g d v a n 2 0 ug/l naar 4 ug/l (voor biologisch b e s c h i k b a a r nikkel). O p grond hiervan wordt a a n v u l l e n d in voorschrift 2 4 e e n verplichting o p g e n o m e n voor onderzoek naar aanvullende m a a t r e g e l e n voor het r e d u c e r e n van de lozing v a n nikkel. 6.4.3 Algemene
beoordelingsmethodiek
voor grond-
en
hulpstoffen
Algemeen V o o r een g o e d e uitvoering v a n het waterkwaliteitsbeleid is het noodzakelijk o m inzicht te h e b b e n in de mate w a a r i n de in het o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a a m te b r e n g e n g r o n d - en hulpstof fen, t u s s e n - e n eindproducten e e n potentieel g e v a a r v o r m e n v o o r het aquatisch milieu. In mei 2 0 0 0 is hiervoor door d e C o m m i s s i e Integraal W a t e r b e h e e r (CIW) de A l g e m e n e B e o o r d e l i n g s m e t h o d i e k voor stoffen en preparaten (hierna: A B M ) vastgesteld. De A B M deelt voor alle bedrijfstakken op een t r a n s p a r a n t e e n e e n d u i d i g e wijze de in het o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a a m te b r e n g e n stoffen en preparaten in o p g r o n d van de e i g e n s c h a p pen. Daarbij geeft de m e t h o d i e k aan w e l k e s a n e r i n g s i n s p a n n i n g ( e m i s s i e b e p e r k e n d e maatregel) bij e e n bepaalde stof, gezien de e i g e n s c h a p p e n , wenselijk is. Uit de A B M volgt een aanduiding v a n de waterbezwaarlijkheid en e e n suggestie v o o r de s a n e r i n g s i n s p a n n i n g (BBT, of w a t e r k w a l i t e i t s a a n p a k ) . De A B M is e e n hulpmiddel bij het vaststellen v a n de g e w e n s t e s a n e r i n g s i n s p a n n i n g en gaat niet in op het w e l of niet g e b r u i k e n v a n e e n stof, of het beoordelen v a n de restlozing. Toetsing In de registers v a n de deelinrichtingen b e h o r e n d e bij de a a n v r a a g zijn de resultaten v a n d e A B M - t o e t s o p g e n o m e n . Deze zijn per deelinrichting b e s c h r e v e n e n uitgevoerd volgens de huidige A B M - m e t h o d i e k . De A B M - t o e t s e n van de deelfabrieken zijn b e o o r d e e l d op basis v a n de a a n g e l e v e r d e informatie. De afgeleide s a n e r i n g s i n s p a n n i n g e n vallen z o w e l onder a a n p a k A, B en O De biologische zuivering v a n de IAZI kan in d e meeste gevallen, mits v o l d o e n d e egalisatie v a n de vracht, a a n g e m e r k t w o r d e n als zijnde best uitvoerbare techniek (sinds in w e r k i n g treden v a n de IPPC-richtlijn Best beschikbare techniek of B B T g e n o e m d ) . De A B M toets dient uitgevoerd te w o r d e n op g r o n d v a n d e m e e s t recente stofinformatie. T e v e n s dient de m e e s t e actuele versie van de A B M gebruikt te w o r d e n . Ontwikkelingen
2015.0122
- 37/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
3
De A B M gebruikt criteria die n a u w aansluiten bij de criteria voor het indelen v a n c h e m i s c h e stoffen en preparaten volgens Europese regelgeving (Stoffen- e n preparatenrichtlijn). Met de komst v a n de E U - G H S zijn bepaalde criteria gewijzigd. De Stoffenrichtlijn 6 7 / 5 4 8 / E E G en Preparatenrichtlijn 1 9 9 9 / 4 5 / E G zijn per 1 juni 2015 ingetrokken. E v e n e e n s is d e richtlijn 7 6 / 4 6 4 / E G voor de aanwijzing van zwarte-lijststoffen (deels) vervallen en v e r v a n g e n door de richtlijn prioritaire stoffen (bijlage X van kaderrichtlijn W a t e r 2 0 0 0 / 1 1 / E G ) . D a a r n a a s t is door de inwerkingtreding v a n de E U - G H S e v e n e e n s het begrip Z Z S g e ï n t r o d u c e e r d . Als g e v o l g v a n b o v e n s t a a n d e wijzigingen in de regelgeving is m o m e n t e e l e e n actualisatie van de A B M toets in voorbereiding. Naar v e r w a c h t i n g zal in de loop v a n 2 0 1 6 e e n nieuwe A B M m e t h o d i e k w o r d e n g e p u b l i c e e r d . Sitech Services B.V. dient o p g r o n d v a n voorschrift 31 v a n d e z e v e r g u n n i n g binnen e e n termijn v a n 6 m a a n d e n na publicatie v a n e e n herziene A B M n i e u w e A B M t o e t s e n uit te v o e r e n voor alle stoffen en preparaten. E v e n e e n s is t e n aanzien v a n deze nieuwe A B M - t o e t s e e n onderzoeksverplichting o p g e n o m e n t e n aanzien van de beëindiging d a n w e l d e v e r m i n d e r i n g v a n d e stoffen die vallen onder saneringsinspanning A. Door het ministerie v a n Infrastructuur en Milieu is in 2 0 1 5 het beleid t e n aanzien v a n Z Z S voor w a t e r vastgesteld. Z Z S zijn geclassificeerd als de m e e s t gevaarlijke stoffen voor m e n s e n milieu die met voorrang a a n g e p a k t d i e n e n te w o r d e n . Het regeringsbeleid is erop gericht ernaar te streven deze stoffen uit de l e e f o m g e v i n g te w e r e n of t e n minste b e n e d e n e e n v e r w a a r l o o s b a a r risiconiveau te brengen (minimalisatieverplichting). De Z Z S zijn niet o p g e n o m e n in de huidige A B M toets. Gezien het landelijke beleid t e n a a n z i e n van Z Z S is in deze vergunning e e n onderzoeksverplichting o p g e n o m e n t e n aanzien van Z Z S . Uit het o n d e r z o e k moet volgen w e l k e Z Z S door Sitech Services B.V. g e l o o s d w o r d e n e n er dient e e n plan v a n aanpak opgesteld te w o r d e n m e t daarin de a a n p a k h o e de lozing v a n deze stoffen te beëindigen d a n w e l te minimaliseren. Drempel ABM -toets De A B M dient uitgewerkt te w o r d e n voor stoffen en preparaten die in het afvalwater ter plekke v a n de o v e r n a m e p u n t e n (IBL/OBL), a a n w e z i g zijn. In het v e r l e d e n zijn u i t g a n g s p u n ten voor het uitvoeren v a n de A B M toets opgesteld (bijlage 2.1 v a n de a a n v r a a g ) . Per criterium van de toets (acute toxiciteit, biologische a f b r e e k b a a r h e i d , drijflaagvorming, bio-accumulatie en type stof) zijn d r e m p e l w a a r d e n bepaald w a a r b o v e n de A B M toets uitgevoerd dient te w o r d e n . De problematiek r o n d o m pyrazool en d e introductie v a n het beleid t e n aanzien v a n Z Z S h e b b e n er toe geleid dat d e door Sitech Services B.V. a a n g e v r a a g d e d r e m p e l w a a r d e n voor de uitvoering van de A B M toets zijn h e r o v e r w o g e n . Hieruit volgt dat de d r e m p e l w a a r d e n voor het uitvoeren van de A B M toets w o r d e n losgelaten e n dat v a n a f de inwerkingtreding v a n dit besluit voor alle stoffen en preparaten e e n A B M toets uitgevoerd dient te w o r d e n . H i e r m e e wordt a f g e w e k e n van de a a n v r a a g . De A B M - t o e t s e n die in de registers van f a b r i e k e n (deel 2 v a n de a a n v r a a g ) zijn o p g e n o m e n , zijn uitgevoerd conform de vergunning m e t k e n m e r k V 0 5 - 1 2 4 , d u s met inachtneming v a n e e n d r e m p e l w a a r d e . Dit houdt in dat de stoffen die onder de d r e m p e l w a a r d e blijven n o g b e o o r d e e l d en gerapporteerd moeten w o r d e n . Voorschrift 31 twaalfde lid voorziet hierin. 6.4.4 Screening
effluent
M e d e naar aanleiding v a n de problematiek met de lozing van pyrazool in d e z o m e r v a n 2 0 1 5 is g e b l e k e n dat wijzigingen in de samenstelling van het effluent niet snel o n d e r k e n d w o r d e n .
2015.0122
- 38/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Pas ter plekke v a n het innamepunt voor de bereiding van drinkwater is ontdekt dat er pyrazool in het m a a s w a t e r aanwezig w a s w a t na verder o n d e r z o e k terug te leiden w a s naar de lozing v a n de IAZI. Het is van belang dat het bedrijf v e r a n d e r i n g e n in het effluent snel detecteert en op g r o n d hiervan het bevoegd g e z a g en e v e n t u e e l b e l a n g h e b b e n d e n op de hoogte stelt. M o m e n t e e l is deze d e t e c t i e m e t h o d e nog niet v o o r h a n d e n . G e z i e n het belang hiervan wordt een onderzoeksverplichting o p g e n o m e n o m te k o m e n tot e e n a d e q u a t e d e t e c t i e m e t h o d e voor v e r a n d e r i n g e n in het effluent. Detectie op korte termijn O n d e r z o c h t dient te w o r d e n hoe veranderingen binnen 2 4 uur g e d e t e c t e e r d k u n n e n w o r d e n . O m w e l k e stof het gaat is hierbij ondergeschikt a a n de snelheid v a n a l a r m e r i n g . Kort nadat e e n wijziging in het effluent heeft p l a a t s g e v o n d e n dient e e n alarmering g e d a a n te w o r d e n . Het o n d e r z o e k naar de identiteit v a n de stof en d e o o r s p r o n g dient hierna plaats te vinden. O p dit m o m e n t is er nog geen concreet zicht in de m o g e l i j k h e d e n die er zijn o m dit te realiseren. G e d a c h t wordt aan een m e t h o d e die a n a l o o g is a a n de ingangscontrole bij de drinkwaterbedrijven. In het kader van de o n d e r z o e k s v e r p l i c h t i n g dient dit verder uitgewerkt te w o r d e n . Hierin is a f s t e m m i n g met de drinkwaterbedrijven v a n belang. Onderzoek naar de samenstelling van het effluent Ook op de langere termijn is het van belang o m de samenstelling v a n het effluent te w e t e n en v e r a n d e r i n g e n zichtbaar te maken op stofniveau en toxiciteit. Door bijvoorbeeld e e n maandelijkse screening v a n het effluent w o r d t inzicht o p g e b o u w d over de v o o r k o m e n d e stoffen e n de v e r a n d e r i n g e n die er plaatsvinden. In eerste instantie gaat het hierbij o m d e c h e m i s c h e samenstelling. Daarbij dient o o k het herleiden naar de diverse f a b r i e k e n plaats te vinden. De uitkomsten hiervan kunnen gebruikt w o r d e n o m het proces v a n d e IAZI of v a n de fabrieken te optimaliseren. Onderzoek naar toxiciteit Daarnaast zal e e n regelmatig uitvoeren v a n e e n bioassay e e n indruk g e v e n v a n de toxiciteit van het effluent. M o m e n t e e l lopen er al o n d e r z o e k e n . In 2 0 1 5 is e e n o n d e r z o e k opgestart naar d e s c r e e n i n g van het effluent o p organisch polaire c o m p o n e n t e n en toxiciteit (5 trofische niveaus. Deze o n d e r z o e k e n zullen a f g e r o n d worden binnen de looptijd v a n deze v e r g u n n i n g .
6.4.5
Effluentnormeringen
Met betrekking tot de n o r m e r i n g e n van de verontreiniging is, met uitzondering van de gehaltes a a n pyrazool en kwik, beschikt c o n f o r m de a a n v r a a g . Er zijn met Sitech Services B.V. en Rijkswaterstaat Limburg diverse v o o r o v e r l e g g e n g e w e e s t , waarbij d e n o r m e r i n g e n v e r s c h e i d e n e malen b e s p r o k e n zijn. Hierbij is rekening g e h o u d e n met het o p dit m o m e n t g e l d e n d e beleid, w a a r o n d e r het rapport v a n d e C o m m i s s i e Integraal W a t e r b e h e e r (CIW) g e n a a m d 'Emissie-immissie'. In de a a n g e v r a a g d e n o r m e n is rekening g e h o u d e n met de d y n a m i s c h e en mogelijk w i s s e l e n d e bedrijfsvoering v a n d e fabrieken op de site C h e m e l o t en in de IAZI zelf. De n o r m e n v o o r d e parameters p H , C h e m i s c h zuurstofverbruik, B i o c h e m i s c h
2015.0122
- 39/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
zuurstofverbruik, Totaal stikstof, onopgeloste b e s t a n d d e l e n , P A K , E O X , arseen, nikkel, zink, sulfaat en chloride zijn niet gewijzigd t e n opzichte v a n het besluit m e t k e n m e r k V 0 5 - 1 2 4 . Totaal-P T e n opzichte van de vorige watervergunning m e t k e n m e r k V 0 5 - 1 2 4 is d e norm voor totaal-P v e r r u i m d . R e d e n hiervoor is dat in geval v a n lage concentraties a a n totaal-P in de IAZI, extra fosfor t o e g e v o e g d dient te w o r d e n om de biologische w e r k i n g v a n d e IAZI te k u n n e n blijven w a a r b o r g e n . Tijdens het t o e v o e g e n en kortstondig d a a r n a , k u n n e n v e r h o o g d e concentraties in het s y s t e e m v a n d e IAZI en dus ook in het effluent o n t s t a a n . V a n w e g e het kortstondige karakter is er g e e n invloed op de norm voor het voortschrijdend g e w o g e n g e m i d d e l d e v a n 10 e t m a a l m o n s t e r s . Deze n o r m wordt d a a r o m in deze beschikking niet g e w i j z i g d . Chloride en sulfaat Chloride e n sulfaat zijn verontreinigingen w a a r v o o r de w a t e r k w a l i t e i t s a a n p a k geldt. De concentraties chloride e n sulfaat die g e l o o s d w o r d e n zijn m e d e afhankelijk v a n d e kwaliteit van het ingetrokken kanaalwater. Daar Sitech Services B.V. g e e n invloed heeft op de kwaliteit v a n het ingetrokken k a n a a l w a ter, zijn g e e n c o n c e n t r a t i e n o r m e n in het effluent v a n d e IAZI voor chloride e n sulfaat o p g e n o m e n . De o p g e n o m e n netto j a a r v r a c h t e n voor chloride en sulfaat zijn g e b a s e e r d o p de huidige geloosde vrachten. De K R W kent het principe v a n 'geen achteruitgang'. Het uitgangspunt v a n d e K R W is dat er in heel Europa e e n z e e r g o e d e tot g o e d e waterkwaliteit a a n w e z i g is. W a a r dat het geval is m o e t achteruitgang w o r d e n v e r m e d e n , w a a r de g o e d e kwaliteit nog niet a a n w e z i g is, is het v o o r k o m e n v a n achteruitgang e e n eerste logische v o o r w a a r d e . In d e K R W is het begrip 'geen achteruitgang' g e k o p p e l d a a n het begrip ' c h e m i s c h e en ecologische t o e s t a n d ' . V o o r k o m e n moet w o r d e n dat de toestand v a n het w a t e r verslechtert. O m d a t de K R W de 'toestand' beschrijft o p het niveau van w a t e r l i c h a m e n , is dit in principe o o k het niveau w a a r o p 'geen a c h t e r u i t g a n g ' wordt toegepast. E e n nieuwe emissie is d u s niet in strijd m e t 'geen achteruitgang', indien die niet leidt tot n o r m o v e r s c h r i j d i n g . Bij de beoordeling v a n de lozing van sulfaat v a n Sitech Services B.V. is van belang dat o p het m e e t p u n t dat representatief wordt g e a c h t voor het b e o o r d e l e n v a n de t o e s t a n d v a n het w a t e r l i c h a a m Maas, d e M K N nu niet w o r d t o v e r s c h r e d e n e n ook ingeval v a n de extra lozing niet zal w o r d e n o v e r s c h r e d e n . Er is derhalve g é é n s p r a k e v a n achteruitgang in het licht v a n de wijze, w a a r o p dat in de K R W is v e r w o o r d . Uit de toetsing v a n het B A T Reference D o c u m e n t ( B R E F ) 'large v o l u m e organic c h e m i c a l s ' blijkt dat voor sulfaat w o r d t voldaan aan d e u i t g a n g s p u n t e n v a n t o e p a s s i n g v a n de beste b e s c h i k b a r e t e c h n i e k e n (BBT). Norm voor stikstof tijdens onderhoudsstop van de IAZI C o n f o r m a a n v r a a g is in de vergunning rekening g e h o u d e n met het g e p l a n d e o n d e r h o u d v a n de IAZI. G e d u r e n d e 3 à 4 w e k e n per t w e e j a a r kan noodzakelijk o n d e r h o u d plaatsvinden a a n één straat van de IAZI. G e d u r e n d e deze periode kan niet w o r d e n v o l d a a n a a n de reguliere norm voor stikstof, z o d a t het noodzakelijk is o m voor dergelijke o m s t a n d i g h e d e n e e n a f w i j k e n d e norm in het besluit o p te n e m e n . Normering temperatuur Sinds 21 juni 2 0 0 5 is het C I W rapport ' b e o o r d e l i n g s s y s t e m a t i e k w a r m t e l o z i n g e n ' v a s t g e s t e l d . Dit rapport beoordeelt t h e r m i s c h e lozingen op basis v a n de e m i s s i e - i m m i s s i e a a n p a k . Belangrijke uitgangspunten zijn minimalisatie v a n de e c o l o g i s c h e g e v o l g e n van de o p w a r -
2015.0122
- 40/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
ming van het oppervlaktewater en van de inname van o p p e r v l a k t e w a t e r voor k o e l d o e l e i n d e n . In het rapport wordt g e c o n c l u d e e r d dat minimalisatie van het debiet grotere v o o r d e l e n voor het aquatische milieu lijkt op te leveren dan strikte limitering van d e lozingstemperatuur. Door minimalisatie van het debiet w o r d e n minder o r g a n i s m e n i n g e z o g e n , wordt het gebruik van chemicaliën g e r e d u c e e r d en wordt er minder energie verbruikt. In dit rapport w o r d e n e e n aantal b e r e k e n i n g s m e t h o d e s a a n g e d r a g e n o m de lozing van w a r m t e te b e o o r d e l e n . A l s eerste beoordeling van de koelwaterlozing wordt de sneltoets gebruikt (bijlage 3 en 4 van het ClW-rapport). De sneltoets bestaat uit een m e n g z o n e - e n e e n o p w a r m i n g s t o e t s . D e m e n g z o n e t o e t s vergelijkt, op basis van een w o r s t c a s e b e n a d e r i n g , de grootte van de w a r m t e p l u i m met de grootte van het o n t v a n g e n d e o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a a m . V o l g e n s deze toets m a g de natte d w a r s d o o r s n e d e ( T ^ 3 0 C ) van de pluim niet m e e r zijn d a n V* van de natte d w a r s d o o r s n e d e van het o n t v a n g e n d e o p p e r v l a k t e w a t e r l i c h a a m . Indien de lozing lager scoort d a n Va voldoet de lozing Zelfs o n d e r de slechtste o m s t a n d i g h e d e n wordt dan v o l d a a n aan het beoordelingskader uit het C l W - r a p p o r t . Als d e lozing hoger scoort dan Va kan het zijn dat de lozing niet voldoet. De w a t e r b e h e e r d e r kan in dat geval aanvullende eisen aan de lozing stellen zoals het koppelen v a n de o m v a n g van de w a r m t e lozing aan de actuele afvoer e n de temperatuur van het oppervlaktewater. D e o p w a r m i n g s t o e t s brengt d e o p w a r m i n g van het o p p e r v l a k t e w a t e r na volledige m e n g i n g in kaart. Er wordt rekening g e h o u d e n met de andere w a r m t e l o z i n g e n die plaatsvinden o p hetzelfde w a t e r s y s t e e m . Het oppervlaktewater m a g per lozer niet m e e r d a n 3 C w o r d e n o p g e w a r m d . Bij de o p w a r mingstoets wordt uitgegaan van e e n m a x i m a l e t e m p e r a t u u r v a n 2 8 C (water a a n g e w e z e n voor karperachtigen), w e l k e 98 Zo van de tijd niet m a g w o r d e n o v e r s c h r e d e n . De a c h t e r g r o n d t e m p e r a t u u r w o r d t per s t r o o m g e b i e d a a n g e w e z e n . Indien de lozing hoger scoort d a n 3 graden o p w a r m i n g of als d e o p w a r m i n g van de achterg r o n d t e m p e r a t u u r leidt tot e e n overschrijding van de m a x i m a l e t e m p e r a t u u r ( 2 8 C v o o r w a t e r a a n g e w e z e n v o o r karperachtigen) voldoet de lozing niet. De w a t e r b e h e e r d e r kan in dat geval a a n v u l l e n d e eisen aan de lozing stellen. Sinds het vaststellen van het Beheer- en Ontwikkelplan voor d e Rijkswateren 2 0 1 0 - 2 0 1 5 ( B P R W ) in d e c e m b e r 2 0 0 9 zijn alle rijkswateren a a n g e w e z e n als water voor k a r p e r a c h t i g e n . D a a r d o o r heeft d e G r e n s m a a s d e status verloren van w a t e r v o o r z a l m a c h t i g e n met d e d a a r a a n v e r b o n d e n eisen ten aanzien van de o p w a r m i n g v a n het oppervlaktewater. o
D
G
0
Q
De geloosde w a r m t e v r a c h t wordt berekend met de f o r m u l e :
P = Q xAT x p x c
p
waarin: P = Warmtevracht (W ) Q = Koelwaterdebiet ( m / s) A T = T e m p e r a t u u r v e r s c h i l over het koelsysteem ( C ) p - Soortelijke m a s s a water (1000 kg / m ) c = Soortelijke w a r m t e (4187 J / k g ^ C ) tn
3
C
3
p
D o o r g a a n s wordt de w a r m t e v r a c h t uitgedrukt in M W P (MW,h) Q x Ŭ T x 4.187
t h
en d a n wordt de formule:
:
2015.0122
- 41/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
Mengzonetoets De m e n g z o n e wordt berekend aan de h a n d van v o l g e n d e formule: Qkoelwater Mengzone
(Tlozinp " T E R ) *
(1+
Qafvoer
) ( T E R ~ T chterqrond) a
W a a r b i j de v o l g e n d e w a a r d e n w o r d e n ingevuld: M e n g z o n e = 0,25 Qkoelwater - 1,43 IT^/S (maximaal v e r g u n d lozingsdebiet IAZI) Q a f v o e r 1 0 r r ŕ / s (minimale afvoer G r e n s m a a s ) T R = 30 C (ernstig risico t e m p e r a t u u r w a a r d e ) 0
E
Tachtergrond - 26,1 " C (98 percentiel ponton Eijsden tijdens w a r m e z o m e r a u g u s t u s 2003) 0
Bij e e n m e n g z o n e v a n 0,25 ^ 2 5 / ) ) volgt e e n kritische w a a r d e v a n T|
0
0zin
g v a n 32,9 C .
Opwarmingstoets De o p w a r m i n g w o r d t berekend a a n de h a n d van v o l g e n d e f o r m u l e : Plozing AT=
-k * B * X *
Exp
Q *p*Cp
Q *p*Cp
v
v
W a a r b i j de v o l g e n d e w a a r d e n w o r d e n ingevuld: A T = 3 C ( m a x i m a l e o p w a r m i n g van het oppervlaktewater) Q = 10 m Is (minimale afvoer G r e n s m a a s ) p = 1000 k g / m c ^ 4 1 8 7 J/kgrC De e x p o n e n t (exp) heeft de w a a r d e 1 bij e e n rivier C
v
3
p
De m a x i m a l e o p w a r m i n g wordt bereikt bij e e n w a r m t e v r a c h t P|
0Zin
g v a n 126 M W . t h
Vergunningseis Uit b e r e k e n i n g e n blijkt dat vanaf e e n w a t e r t e m p e r a t u u r bij Eijsden v a n 2 0 "C en hoger, het m e n g z o n e c r i t e r i u m bepalend wordt bij e e n lage M a a s a f v o e r v a n 10 m Zs. Als g e v o l g hiervan m a g er minder w a r m t e v r a c h t w o r d e n g e l o o s d . Uit e f f l u e n t g e g e v e n s blijkt dat tijdens de w i n t e r m a a n d e n de w a r m t e v r a c h t v a n 126 M W nooit wordt o v e r s c h r e d e n . In de worst case situatie bij e e n M a a s a f v o e r v a n 10 r r ŕ / s en e e n a c h t e r g r o n d t e m p e r a t u u r van 26,1 C v a n de M a a s bij Eijsden geldt op basis v a n de o p w a r mingstoets e e n m a x i m a l e lozingsvracht v a n 4 1 M W . Dit komt o v e r e e n met e e n A T v a n 6,8 C t u s s e n de t e m p e r a t u u r van het g e l o o s d e effluent v a n de IAZI en de M a a s t e m p e r a t u u r . Dit k o m t o v e r e e n m e t e e n t e m p e r a t u u r van 32,9 C v a n het g e l o o s d e effluent v a n de IAZI. Op basis v a n g e n o e m d e o v e r w e g i n g e n is het o p n e m e n v a n e e n w a r m t e v r a c h t niet zinvol. Derhalve wordt in de deze vergunning enkel e e n eis o p g e n o m e n v a n e e n m a x i m a l e t e m 3
t h
0
th
D
Q
2015.0122
- 42/50
3
Waterschap Roer en O v e r m a a s
0
peratuur v a n 3 2 , 9 C als d a g g e m i d d e l d e w a a r d e . Bij deze eis wordt voldaan a a n zowel de m e n g z o n e t o e t s als op de o p w a r m i n g s t o e t s . O v e r w e g i n g v o o r de norm v o o r pyrazool Algemeen Pyrazool w a s tot juni 2015 e e n vrij o n b e k e n d e stof in afvalwaterlozingen. In d e loop v a n de tijd zal meer b e k e n d w o r d e n over pyrazool en de effecten ervan op het milieu e n de drinkwa tervoorziening. D e vergunning heeft d a n o o k e e n beperkte looptijd. In s e p t e m b e r 2 0 1 5 is e e n wijziging v a n de vergunning m e t kenmerk V 0 5 - 1 2 4 g e v r a a g d . Hierin zijn op g r o n d van toen h e e r s e n d e opvattingen n o r m e n gesteld v a n 5 0 ug/l in e e n v o l u m e p r o p o r t i o n e e l e t m a a l m o n ster en 30 ug/l als voortschrijdend rekenkundig g e m i d d e l d e v a n 10 a c h t e r e e n v o l g e n d e etmaalmonsters. Aangevraagde normen O p 25 j a n u a r i 2 0 1 6 en op 2 8 j a n u a r i 2 0 1 6 heeft het w a t e r s c h a p e e n aanvulling op de a a n v r a a g o n t v a n g e n van Sitech Services B.V. voor het lozen v a n p y r a z o o l h o u d e n d afvalwa ter. De a a n g e v r a a g d e normen in d e z e a a n p a s s i n g zijn: Periode
E t m a a l m o n s t e r (ug/l)
V R G 10 (ug/l)
t/m s e p t e m b e r 2 0 1 6 V a n a f oktober 2 0 1 6
70 70
45** 30
Pieklozingen per maand 1* 0
*: met w a a r s c h u w i n g s r e g e l i n g waarbij N V W M L vroegtijdig w o r d t g e ï n f o r m e e r d **: exclusief pieklozingen > 7 0 ug/l. De pieklozing bedraagt volgens aanvraag m a x i m a a l 4 0 0 ug/l. Advies Rijkswaterstaat Over de aanvulling van de a a n v r a a g is advies g e v r a a g d a a n Rijkswaterstaat. A a n g e z i e n de aanvullingen pas o p 25 en 28 j a n u a r i 2 0 1 6 zijn o n t v a n g e n e n d a a r n a zijn d o o r g e s t u u r d naar Rijkswaterstaat heeft Rijkswaterstaat t e n tijde v a n het opstellen v a n dit besluit n o g g e e n advies k u n n e n uitbrengen. In deze o v e r w e g i n g wordt m e d e gebruik g e m a a k t v a n het advies dat Rijkswaterstaat heeft uitgebracht naar aanleiding v a n de aanvraag v o o r d e w i j z i g i n g s v e r g u n n i n g Rijkswaterstaat baseert dat advies op e e n indicatieve M K N (milieukwaliteitsnorm) v a n 70 ug/l totdat e e n definitieve M K N is vastgesteld. Normering drinkwater in Duitsland In Duitsland wordt een 'Gesundheitlicher Oriëntierungswert' voor drinkwater (verder: Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e ) voor pyrazool g e h a n t e e r d . Deze indicatieve oriëntatiewaarde is afgeleid uit d e : 'Empfehlung d e s U m w e l t b u n d e s a m t e s nach A n h ö r u n g d e r T r i n k w a s s e r k o m mission beim U m w e l t b u n d e s a m ť z u r ' B e w e r t u n g der A n w e s e n h e i t teil- oder nicht b e w e r t b a rer Stoffe im T r i n k w a s s e r aus gesundheitlicher Sichť, in Duitsland k o r t g e n o e m d : het G O W Konzept. Het G O W - k o n z e p t kent 5 effect g e b a s e e r d e g e z o n d h e i d s o r i ë n t e r i n g s w a a r d e n . Deze k u n n e n w o r d e n gebruikt als b e o o r d e l i n g s m a a t s t a f ter b e a n t w o o r d i n g v a n de vraag: of d e a a n w e z i g h e i d v a n een stof z o n d e r ( b e k e n d e ) g r e n s w a a r d e in drinkwater s c h a d e a a n de menselijke g e z o n d h e i d zou k u n n e n g e v e n . Met b e o o r d e l i n g s m a a t s t a f is in d e z e e e n op te leggen criterium bedoeld dat als e e n w a a r s c h u w i n g s n i v e a u gebruikt kan w o r d e n . De Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e wordt al daar t o e g e p a s t voor stoffen die (nog) niet of niet volledig
2015.0122
- 43/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
h u m a a n toxicologisch zijn onderzocht. Deze arbitraire w a a r d e is z o d a n i g hoog g e k o z e n dat e e n latere volledige toxicologische studie m e t z e k e r h e i d leidt tot e e n Duitse a c c e p t a b e l e g e z o n d h e i d s n o r m ( L W : gesundheitlicher Leitwert) die te allen tijde hoger zal zijn d a n de Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e . De Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e is d a a r m e e te beoordelen als e e n conservatieve veilige oriëntatiewaarde voor drinkwater e n niet als e e n harde n o r m . De Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e is als z o d a n i g niet gerelateerd a a n e e n l o z i n g s c o n c e n t r a tie. Uitgaande v a n e e n lage (worst-case) v e r d u n n i n g s f a c t o r v a n 10 voor de M a a s (in d e praktijk eerder m i n i m a a l ca. 11 a 12 bij e e n laag debiet i lage w a t e r s t a n d ) z o u e e n l o z i n g s c o n c e n t r a tie v a n ca. 30 ug/l door Sitech nog leiden tot e e n i n n a m e c o n c e n t r a t i e v a n m a x i m a a l ca. 3 ug/l door de drinkwaterbedrijven. Bij e e n v e r w a a r l o o s b a a r v e r w i j d e r i n g s r e n d e m e n t in de d r i n k w a terzuiveringen z o u dit k u n n e n leiden tot e e n drinkwaterconcentratie v a n m a x i m a a l ca. 3 ug/l, hetgeen nog in lijn z o u zijn met de Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e . Afweging van de normstelling M o m e n t e e l ziet het w a t e r s c h a p zich g e c o n f r o n t e e r d met de situatie dat voor d e stof pyrazool een kader ontbreekt met betrekking tot normstelling. Het Ministerie v a n l & M is d o e n d e e e n norm te b e p a l e n voor pyrazool. M o m e n t e e l is er bijgevolg s p r a k e v a n e e n overgangssituatie. V o o r deze v e r g u n n i n g van Sitech Services B.V., zijn n o r m e n g e s t e l d op basis v a n de volgende overwegingen. O m d a t er nog geen wettelijke norm v o o r h a n d e n is, is d o o r de v o o r z i e n i n g e n r e c h t e r e e n voorlopige norm vastgesteld v a n 5 0 ug/l in e e n v o l u m e p r o p o r t i o n e e l e t m a a l m o n ster e n 30 ug/l als voortschrijdend r e k e n k u n d i g g e m i d d e l d e v a n tien a c h t e r e e n v o l g e n de volumeproportionele e t m a a l m o n s t e r s ; De IAZI heeft e e n v e r w i j d e r i n g s r e n d e m e n t v a n meer d a n 99 7o en w o r d t v o o r a l s n o g b e s c h o u w d als B B T . Alternatieve t e c h n i e k e n die in o n d e r z o e k zijn laten m o m e n t e e l g e e n hoger rendement zien; De drinkwaterbedrijven hanteren e e n s i g n a l e r i n g s w a a r d e voor a n t r o p o g e n e stoffen van 1 ug/l ter plaatse v a n het innamepunt; Door de Minister van l & M is een h a n d e l i n g s p e r s p e c t i e f voor de korte termijn o p g e steld. In dit handelingsperspectief, gericht a a n de d r i n k w a t e r b e d r i j v e n , geeft het minis terie a a n dat m a a s w a t e r met een v e r h o o g d e concentratie pyrazool ( m a x . 15 ug/l) k a n w o r d e n i n g e n o m e n e n w o r d e n benut ter bereiding v a n drinkwater v o o r e e n periode van m a x i m a a l 2 jaar; De Duitse G O W - o r i ë n t a t i e w a a r d e ; O p basis v a n m e e t g e g e v e n s van Sitech Services B.V. zijn de n o r m e n op statistische wijze b e r e k e n d . 0
-
Statistische berekening van de norm voor een volumeproportioneel etmaalmonster V o o r het afleiden v a n de norm is gebruik g e m a a k t v a n a n a l y s e r e s u l t a t e n uit de periode van 2 4 n o v e m b e r 2 0 1 5 tot en met 9 februari 2 0 1 6 . V e r h o o g d e a n a l y s e r e s u l t a t e n o p 17 en 18 d e c e m b e r 2 0 1 5 zijn niet m e e g e n o m e n in het afleiden v a n d e norm o m d a t d e z e te herleiden zijn naar een aanwijsbare oorzaak. In deze periode is g o e d te zien dat er sprake is van e e n trend naar lagere concentraties a a n pyrazool in het effluent v a n de IAZI. De n o r m is b e p a a l d door het g e m i d d e l d e v a n de g e n o e m d e reeks v a n analyseresultaten te n e m e n en daarbij driemaal de standaardafwijking o p te tellen. Dit geeft e e n w a a r d e van 11,5 ug/l. Door gebruik te m a k e n v a n driemaal de standaardafwijking is er s p r a k e v a n e e n kans van 99,73 7o dat d e norm niet o v e r s c h r e d e n wordt, uitgaande v a n de m e e t w a a r d e n . 0
2015.0122
- 44/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
In de o v e r w e g i n g is m e e g e n o m e n dat er sprake is v a n e e n n e e r w a a r t s e trend in a n a l y s e r e sultaten. De norm is t e v e n s bepaald met de landelijk t o e g e p a s t e lozingseisassistent. Dit is p r o g r a m matuur o m op basis v a n analyseresultaten e e n norm te b e r e k e n e n . O p basis v a n de zelfde uitgangspunten als b o v e n s t a a n d e berekening is met de lozingseisas sistent e e n norm berekend v a n 13,5 ug/l. De norm v a n 7 0 ug/l die door Sitech Services B.V. is a a n g e v r a a g d is d a a r o m te ruim e n wordt g e w e i g e r d . Het bedrijf dient inspanningen te doen o m de pyrazoolconcentratie in het effluent tijdens reguliere productie nog verder te verlagen. De norm voor e e n e t m a a l m o n s t e r is g e b a s e e r d op historische g e g e v e n s v a n de lozing, d a a r o m is er s p r a k e van e e n e m p i r i s c h e lozingseis. Dit houdt in dat tijdens het vergelijken v a n m e e t r e s u l t a t e n met de n o r m g e e n rekening g e h o u d e n dient te w o r d e n met e e n m e e t o n n a u w k e u r i g h e i d . Deze is al verdisconteerd in de norm. Het bedrijf geeft aan nog in e e n leerfase te v e r k e r e n voor w a t betreft de lozing v a n pyrazool. Uit de m e e t g e g e v e n s vanaf juli 2 0 1 5 blijkt e e n duidelijke n e e r w a a r t s e trend voor wat betreft de concentratie pyrazool in het effluent. O p basis van b o v e n s t a a n d e b e r e k e n i n g e n en o m l e e r m o m e n t e n mogelijk te m a k e n wordt d e norm voor pyrazool in e e n v o l u m e p r o portioneel e t m a a l m o n s t e r gesteld o p 30 ug/l. Statistische berekening van de norm voor het voortschrijdend rekenkundig gemiddelde van 10 achtereenvolgende etmaalmonsters De concentratie o p langere termijn wordt g e b o r g d m e t het o p n e m e n v a n e e n norm voor het voortschrijdend rekenkundig g e m i d d e l d e van 10 a c h t e r e e n v o l g e n d e e t m a a l m o n s t e r s . V o o r het afleiden v a n de norm is gebruik g e m a a k t v a n a n a l y s e r e s u l t a t e n uit de periode van 24 n o v e m b e r 2 0 1 5 tot en met 9 februari 2016. V e r h o o g d e a n a l y s e r e s u l t a t e n op 17 en 18 d e c e m b e r 2 0 1 5 zijn niet m e e g e n o m e n in het afleiden v a n de n o r m . In deze periode is g o e d te zien dat er sprake is v a n e e n trend naar lagere concentraties a a n pyrazool in het effluent v a n de IAZI. De norm is bepaald door het g e m i d d e l d e v a n de g e n o e m d e reeks v a n 1 0 - d a a g s e g e m i d d e l den te n e m e n e n daarbij driemaal de standaardafwijking op te tellen. Dit geeft e e n w a a r d e van 7,1 ug/l. Door gebruik te m a k e n van driemaal d e s t a n d a a r d a f w i j k i n g is er s p r a k e v a n e e n kans v a n 99,73 Zo dat de norm niet o v e r s c h r e d e n wordt, uitgaande v a n d e m e e t w a a r d e n . In de o v e r w e g i n g is m e e g e w o g e n dat er sprake is v a n e e n n e e r w a a r t s e t r e n d in a n a l y s e r e sultaten. De norm is t e v e n s bepaald met de landelijk t o e g e p a s t e lozingseisassistent. Dit is p r o g r a m matuur o m op basis v a n analyseresultaten e e n n o r m te b e r e k e n e n . Op basis van de zelfde uitgangspunten als b o v e n s t a a n d e b e r e k e n i n g is met de lozingseisas sistent e e n n o r m g e v o n d e n v a n 5,9 ug/l. 0
De a a n g e v r a a g d e normen van 4 5 ug/l en 30 ug/l zijn te ruim en w o r d e n d a a r o m g e w e i g e r d . De norm voor het voortschrijdend g e m i d d e l d e v a n 10 e t m a a l m o n s t e r s is g e b a s e e r d o p historische g e g e v e n s v a n de lozing, daarom is er s p r a k e v a n e e n e m p i r i s c h e lozingseis. Dit houdt in dat tijdens het vergelijken v a n m e e t r e s u l t a t e n m e t de norm g e e n rekening g e h o u d e n dient te w o r d e n met e e n m e e t o n n a u w k e u r i g h e i d . D e z e is al v e r d i s c o n t e e r d in de n o r m . Op basis van b o v e n s t a a n d e berekeningen wordt de norm voor pyrazool als voortschrijdend g e m i d d e l d e v a n 10 e t m a a l m o n s t e r s gesteld op 10 ug/l. V o o r het afleiden v a n de norm is uitgegaan van de b e s c h i k b a r e a n a l y s e r e s u l t a t e n , ook o m d a t er g e e n andere g e g e v e n s v o o r h a n d e n zijn.
2015.0122
- 45/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
De afgeleide norm is getoetst a a n zowel de belangen v a n de b e h e e r d e r zijnde Rijkswaterstaat, als a a n d e belangen van de d r i n k w a t e r b e d r i j v e n . ug/l voor e e n voortschrijdend g e m i d d e l d e van 10 e t m a a l m o n s t e r s w o r d t lozing structureel onder de 10 ug/l blijft en met de norm v a n 30 ug/l voor oneel e t m a a l m o n s t e r wordt rekening g e h o u d e n met het leerproces w a a r
2
van de G r e n s m a a s , Met de norm v a n 10 g e b o r g d dat d e een volumeproporti het bedrijf n o g in zit.
Piekwaarde O p basis v a n analyseresultaten vanaf m e d i o n o v e m b e r blijkt dat het proces steeds m e e r in control is voor w a t betreft de lozing van pyrazool. Uitschieters zoals o p 17 e n 18 d e c e m b e r 2 0 1 5 zijn te herleiden tot specifieke r e d e n e n . Het o p n e m e n v a n e e n p i e k w a a r d e is op dit m o m e n t niet m e e r te v e r a n t w o o r d e n . Het verzoek tot o p n e m e n v a n e e n p i e k w a a r d e w o r d t g e w e i g e r d . In de norm is e e n m a r g e v a n meer dan drie m a a l de standaardafwijking o p g e n o m e n . Dit houdt in dat in reguliere situatie d e norm m i n i m a a l 99,7 7o o n d e r s c h r e d e n wordt. Dit geeft ruimte voor pieken die tot de normale bedrijfsvoering b e h o r e n . 0
Actualisering normstelling De g e g e v e n s die bekend zijn tot het m o m e n t van het opstellen van dit besluit v o r m e n d e basis v a n de normstelling zoals o p g e n o m e n in dit besluit. A a n g e z i e n het bedrijf aangeeft m o m e n t e e l in e e n leerfase te verkeren, is de v e r w a c h t i n g dat op d e n duur het gehalte v a n pyrazool in het effluent nog verder zal dalen. O p basis v a n nieuwe g e g e v e n s en de o n d e r z o e k s r e s u l t a t e n uit het plan v a n a a n p a k z a l periodiek b e o o r d e e l d w o r d e n of ambtshalve a a n s c h e r p i n g v a n d e norm voor pyrazool noodzakelijk is. W e i g e r i n g kwik Kwik is e e n prioritaire gevaarlijke stof. Dit houdt in dat d e emissie naar nul g e b r a c h t dient te worden. V o o r kwik w o r d e e n norm a a n g e v r a a g d van 1,0 ug/l voor e e n w e e k m e n g m o n s t e r en 0,5 ug/l voor het voortschrijdend g e w o g e n g e m i d d e l d e ( V G G ) v a n 10 e t m a a l m o n s t e r s . O p g r o n d v a n de immissietoets leidt lozing met e e n concentratie als g e n o r m e e r d tot e e n grote overschrij ding v a n de waterkwaliteitsnormen. Uit de jaarlijkse milieuverslaglegging blijkt dat d e lozing v a n kwik d e laatste j a r e n steeds gelijk is a a n 0 kg/jaar. Alleen in 2 0 1 2 is 2 kg kwik/jaar g e l o o s d en in 2 0 1 1 0,5 kg/jaar. De a a n g e v r a a g d e n o r m e n voor kwik w o r d e n g e w e i g e r d e n e e n onderzoeksverplichting w o r d t o p g e n o m e n o m een nullozing a a n kwik te bereiken voor 31 d e c e m b e r 2 0 1 8 . G e z i e n de g e g e v e n s van afgelopen jaren moet dit te realiseren zijn. 6.4.6 Deelstroomnormeringen V o o r e e n vijftal parameters (monovinylchloride, v a n a d i u m , chloride, m o l y b d e e n en nikkel) is een d e e l s t r o o m n o r m e r i n g o p g e n o m e n . Deze normering is voor de d e e l s t r o o m o p g e n o m e n o m het doelmatig beheer v a n de installaties en v a n de eventueel t o e g e p a s t e z u i v e r i n g s t e c h nische w e r k e n , die deze verontreinigingen a a n de bron t e r u g h o u d e n , te k u n n e n w a a r b o r g e n . Deelstroomnorm monovinylchloride voor de PVC-fabriek V o l g e n s Staatsblad 2 0 0 0 , 325 'Regeling v a n de Minister v a n V o l k s h u i s v e s t i n g , Ruimtelijke O r d e n i n g e n Milieubeheer van 7 juli 2000, nr. M J Z 2 0 0 0 0 7 7 4 6 5 , h o u d e n d e g r e n s w a a r d e n voor b e p a a l d e stoffen die v o o r k o m e n in afvalwater dat vrijkomt bij de productie van s-PVC',
2015.0122
- 46/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
is voor het m e e t p u n t na effluent-stripper en voor s e c u n d a i r e zuivering (IAZI) e e n n o r m gesteld v a n 1 m g per liter. Sitech Services B.V. heeft e e n dergelijke n o r m a a n g e v r a a g d . T e v e n s is in dit staatsblad e e n norm gesteld van 5 g r a m monovinylchloride per t o n g e p r o d u ceerd P V C . Uit b e r e k e n i n g e n is gebleken dat de P V C - f a b r i e k v e r o n d e r deze norm blijft. D a a r o m is er g e e n v r a c h t n o r m , gerelateerd aan de h o e v e e l h e i d g e p r o d u c e e r d product, opgenomen. Deelstroomnorm vanadium voor de EPT-fabriek Bij de EPT-fabriek is e e n vanadiumverwijderingsinstallatie a a n w e z i g . De a f v a l w a t e r s t r o o m met e e n hoge concentratie a a n v a n a d i u m wordt geleid via de v a n a d i u m v e r w i j d e r i n g s i n s t a l l a tie, w a a r het v a n a d i u m voor circa 95 procent wordt v e r w i j d e r d . De l a a g g e c o n c e n t r e e r d e v a n a d i u m h o u d e n d e afvalwaterstroom wordt echter niet geleid via d e v a n a d i u m v e r w i j d e r i n g s installatie v a n w e g e de geringe capaciteit v a n deze installatie. Derhalve is de norm vastgesteld op het m o n s t e r n a m e p u n t v a n de A P I (American Petrol Institute, scheider van afvalwater) van de EPT-fabriek, w a a r beide s t r o m e n bij elkaar k o m e n . D M C B.V. heeft voor v a n a d i u m e e n norm a a n g e v r a a g d v a n 75 kg per w e e k . G e b l e k e n is dat v o l g e n s de emissie-immissietoets s p r a k e is v a n e e n significante v e r h o g i n g (MOTo) t e n opzichte v a n de M T R . In de v e r g u n n i n g w o r d t d a a r o m e e n o n d e r z o e k s v e r p l i c h ting o p g e n o m e n voor het v e r m i n d e r e n v a n de lozing v a n v a n a d i u m . A a n g e z i e n v a n a d i u m alleen vrijkomt bij de EPT-fabriek, w o r d t alleen o p deze d e e l s t r o o m v a n a d i u m g e n o r m e e r d en niet in het effluent v a n d e IAZI. Naar aanleiding v a n het i m p l e m e n t e r e n v a n de A C E - t e c h n o l o g i e bij d e EPT-fabrieken w a s in de v e r g u n n i n g met k e n m e r k V 0 5 - 1 2 4 e e n norm o p g e n o m e n v o o r kobalt. In 2013 heeft o n d e r z o e k p l a a t s g e v o n d e n naar het v o o r k o m e n v a n kobalt in het afvalwater v a n de E P T fabrieken. G e b l e k e n is dat op é é n meting na g e e n kobalt is a a n g e t r o f f e n . D a a r o m w o r d t in dit besluit g e e n norm meer o p g e n o m e n voor kobalt. Deelstroomnorm nikkel en molybdeen voorde ACN-fabriek O m d a t er grote h o e v e e l h e d e n nikkel en m o l y b d e e n bij de A C N - f a b r i e k w o r d e n g e l o o s d in het afvalwater, is op d e z e d e e l s t r o o m een v r a c h t n o r m voor z o w e l nikkel als m o l y b d e e n o p g e n o m e n . M o m e n t e e l loopt e e n project om vaste s t o f t e v e r w i j d e r e n uit het afvalwater v a n de A C N . H i e r m e e z o u e e n nikkelreductie v a n 30-40 7o g e r e a l i s e e r d k u n n e n w o r d e n . In dit besluit wordt e e n norm o p g e n o m e n v a n 2 0 kg/week a a n nikkel op het m o n s t e r n a m e p u n t 115-P-53, Put A E 9 0 tot 31 d e c e m b e r 2 0 1 7 en van 15 kg/week v a n a f 1 j a n u a r i 2 0 1 8 . Met ingang v a n 1 j a n u a r i 2 0 1 6 is het B K M W 2 0 0 9 g e w i j z i g d . De J G - M K N ( J G - M K E ) voor nikkel in zoet oppervlaktewater is per 1 j a n u a r i 2 0 1 6 v e r l a a g d v a n 2 0 ug/l naar 4 ug/l (voor biologisch beschikbaar nikkel). O p grond hiervan w o r d t a a n v u l l e n d e e n verplichting o p g e n o m e n voor o n d e r z o e k naar aanvullende m a a t r e g e l e n voor het r e d u c e r e n v a n de lozing v a n nikkel. o
6.5 G r o n d w a t e r T e r plaatse v a n d e Deponie Maurits op het C h e m e l o t t e r r e i n te G e l e e n wordt g r o n d w a t e r onttrokken. Het betreft e e n onttrekking voor het creëren v a n e e n g e o h y d r o l o g i s c h s c h e r m . Door dit s c h e r m w o r d e n verontreinigingen a f g e v a n g e n die mogelijk in de o n v e r z a d i g d e z o n e onder de deponie aanwezig zijn. Z o wordt de uitlogende effect o p d e grondwaterkwaliteit t e g e n g e g a a n . Per jaar wordt maximaal 8 7 . 6 0 0 m onttrekken. Hierbij w o r d t niet m e e r d a n 10 m per uur onttrokken. De onttrekking ligt niet in e e n v e r d r o o g d n a t u u r g e b i e d inclusief bufferzone. O o k wordt niet onttrokken onder de bovenste B r u n s s u m k l e i . 3
3
2015.0122
- 47/50
Waterschap Roer en Overmaas
De onttrekking valt onder d e vrijstelling onder v o o r w a a r d e n v o o r grondwateronttrekking of infiltratie. Dit is een vrijstelling die hoort bij de Keur van W a t e r s c h a p Roer en O v e r m a a s (2014). De g r e n z e n v a n deze a l g e m e n e regel zijn zodanig g e k o z e n dat d e grondwateront trekking of infiltratie g e e n significante invloed heeft op d e bij het g r o n d w a t e r onttrokken b e l a n g e n . Deze belangen zijn: D u u r z a a m en s p a a r z a a m gebruik v a n het grondwater; V o o r k o m e n van s c h a d e a a n g e b o u w e n en infrastructuur t e n g e v o l g e van zetting en verzakking; V o o r k o m e n v a n s c h a d e a a n g e w a s s e n in land en t u i n b o u w t e n g e v o l g e v a n v e r a n derd waterpeil; V o o r k o m e n v a n s c h a d e a a n archeologische objecten t e n g e v o l g e v a n drooglegging; V o o r k o m e n v a n s c h a d e a a n grondwaterafhankelijke natuur t e n g e v o l g e van v e r a n derd waterpeil; O n g e w e n s t e verspreiding van g r o n d - en g r o n d w a t e r v e r o n t r e i n i g i n g e n ; O n g e w e n s t e effecten o p de hoeveelheid en kwaliteit v a n d e o p e n b a r e drinkwatervoorraden; O n g e w e n s t e effecten op het oppervlaktewater; e n O n d e r l i n g e beïnvloeding v a n andere onttrekkingen. V a n w e g e de grenzen speelt het doel w a a r v o o r wordt o n t t r o k k e n g e e n rol. O m d a t de onttrekking valt onder de vrijstelling is deze niet registratieplichtig. D a a r o m w o r d e n in deze w a t e r v e r g u n n i n g g e e n verdere kwantitatieve of kwalitatieve voorschriften t e n aanzien van de grondwateronttrekking o p g e n o m e n . Het onttrokken g r o n d w a t e r w o r d t geloosd op de bedrijfsriolering v a n D S M . Het water van d e bedrijfsriolering wordt b e h a n d e l d door de IAZI. 6.6 K e u r a s p e c t e n Het lozen v a n effluent afkomstig v a n de IAZI in de zijtak Ur o m v a t b e h o u d e n waterkwaliteits a s p e c t e n ook w a t e r k w a n t e i t s a s p e c t e n . De w a t e r k w a n t i t e i t s a s p e c t e n zijn gereguleerd in de Keur v a n het W a t e r s c h a p R o e r e n O v e r m a a s 2009. V o o r het lozen v a n h o e v e e l h e d e n water v a n meer d a n 2 0 m per uur, het b e h o u d e n van e e n lozingswerk in de zijtak Ur e n het b e h o u d e n v a n e e n leiding in de b e s c h e r m i n g s z o n e van de zijtak Ur is op grond v a n de Keur en artikel 6.13 van de W a t e r w e t e e n v e r g u n n i n g vereist. 3
Met de inwerkingtreding v a n d e W a t e r w e t w o r d e n alle w a t e r a s p e c t e n z o v e e l mogelijk in e e n v e r g u n n i n g verleend. In o n d e r h a v i g e v e r g u n n i n g w o r d e n al d e z e a s p e c t e n d a n ook g e r e g u leerd. De afzonderlijke v e r g u n n i n g e n die hiervoor in het verleden zijn v e r l e e n d w o r d e n bij dit besluit ingetrokken. Dit betreft het besluit van 19 februari 1999 o n d e r n u m m e r 9 9 . 0 0 4 voor het b e h o u d e n v a n e e n lozingswerk in de zijtak Ur en het b e h o u d e n v a n e e n leiding in de b e s c h e r m i n g s z o n e v a n de zijtak Ur en het besluit van 19 februari 1999 m e t n u m m e r 99.003 voor het lozen v a n effluentwater (kwantitatief) in de zijtak Ur.
2015.0122
- 48/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
7
2
Procedure
Aanvraag De a a n v r a a g is op 9 juni 2 0 1 5 bij het w a t e r s c h a p ingediend e n door het w a t e r s c h a p g e r e g i streerd onder n u m m e r 2 0 1 5 0 6 0 2 0 . Het w a t e r s c h a p heeft d e a a n v r a a g c o n f o r m artikel 6.15 van d e W a t e r w e t d o o r g e s t u u r d naar b u r g e m e e s t e r en w e t h o u d e r s v a n d e g e m e e n t e Stein en de G e m e e n t e Sittard-Geleen. De brief naar b u r g e m e e s t e r e n w e t h o u d e r s v a n de G e m e e n t e Stein is geregistreerd onder n u m m e r 2 0 1 5 0 6 2 4 0 . De brief naar b u r g e m e e s t e r en w e t h o u d e r s v a n de G e m e e n t e Sittard-Geleen is geregistreerd onder n u m m e r 2 0 1 5 0 7 2 5 9 . O p 7 s e p t e m b e r 2 0 1 5 ( k e n m e r k C S P - 1 5 - 2 2 9 (7.047), d . d . 1 s e p t e m b e r 2 0 1 5 ) , 25 j a n u a r i 2 0 1 6 ( k e n m e r k C S P - 1 6 - 0 1 0 4 (7.047), d.d. 25 januari 2 0 1 6 ) , e n o p 2 8 j a n u a r i 2 0 1 6 (kenmerk W T W - 2 0 1 6 - 0 2 2 J L , d.d.28 januari 2016) heeft het w a t e r s c h a p e e n aanvulling op de a a n v r a a g ontvangen. De aanvullingen zijn geregistreerd onder respectievelijk n u m m e r B i j l 5 0 5 6 0 5 e n Bij 1600874. Verlengen
beslistermijn
Indien de aanvraag e e n z e e r ingewikkeld of o m s t r e d e n o n d e r w e r p betreft, k a n het bestuurs o r g a a n op grond v a n artikel 3:18 A w b , alvorens e e n o n t w e r p ter inzage te l e g g e n , binnen acht w e k e n na ontvangst v a n de aanvraag de beslistermijn m e t e e n redelijke termijn verlengen. V a n w e g e de complexiteit v a n v e r g u n n i n g a a n v r a a g is de beslistermijn o p 4 augustus 2 0 1 5 met 6 w e k e n verlengd ( 2 0 1 5 0 7 4 8 0 ) . A l v o r e n s hiertoe besloten is, is Sitech Services B.V. op 14 juli 2 0 1 5 in de g e l e g e n h e i d gesteld t e g e n het v o o r n e m e n z i e n s w i j z e n naar voren te b r e n g e n ( 2 0 1 5 0 6 7 7 6 ) . Naar aanleiding v a n het v o o r n e m e n zijn g e e n z i e n s w i j z e n naar voren gebracht. Toepassing van afdeling 3.4 Awb De W a t e r w e t bepaalt dat op de voorbereiding v a n e e n beschikking tot het verlenen van e e n v e r g u n n i n g voor het lozen of storten v a n stoffen de uniforme o p e n b a r e v o o r b e r e i d i n g s p r o c e dure v a n afdeling 3.4 van d e A w b en afdeling 13.2 van d e W e t m i l i e u b e h e e r v a n t o e p a s s i n g zijn. In het Waterbesluit zijn hierop uitzonderingen g e m a a k t . E e n dergelijke uitzondering is in dit geval niet van t o e p a s s i n g . Het ontwerpbesluit wordt v a n 26 februari 2 0 1 6 tot en m e t 7 april 2 0 1 6 ter inzage g e l e g d . Naar aanleiding van deze terinzagelegging kunnen schriftelijke of m o n d e l i n g e zienswijzen naar voren w o r d e n gebracht. Gecoördineerde voorbereiding met vergunning op grond van Wabo De Regionale Uitvoeringsdienst Zuid Limburg (hierna: R U D ) is naar aanleiding van de ingediende aanvraag o m e e n w a t e r v e r g u n n i n g en de daarbij b e h o r e n d e aanvullingen, c o n f o r m het gestelde in de artikelen 6.27, lid 4 v a n de W a t e r w e t en artikel 3.19 W a b o , in d e g e l e g e n h e i d gesteld o m advies uit te b r e n g e n in het kader v a n mogelijke s a m e n h a n g met de v e r g u n n i n g op grond v a n de W a b o . O p 5 oktober 2 0 1 5 (ontvangen 8 oktober 2 0 1 5 ) heeft de R U D e e n advies uitgebracht in het kader v a n de s a m e n h a n g . Uit het advies blijkt dat de a a n v r a a g o m w a t e r v e r g u n n i n g , bezien vanuit de o m g e v i n g s v e r g u n n i n g , betrekking heeft op de lozing vanuit d e deelinrichting IAZI.
2015.0122
- 49/50
Waterschap Roer en O v e r m a a s
De inrichting site C h e m e l o t beschikt over e e n o m g e v i n g s v e r g u n n i n g , waarbij de specifiek voor de deelinrichting IAZI g e l d e n d e voorschriften o p g e n o m e n zijn in hoofdstuk 4 v a n de o m g e v i n g s v e r g u n n i n g . De R U D komt tot de conclusie dat in deze a a n v r a a g g e e n nieuwe activiteiten m e t betrekking tot de installaties binnen de inrichting site C h e m e l o t a a n g e v r a a g d w o r d e n . Dit betekent ook dat er g e e n v e r a n d e r i n g e n a a n g e v r a a g d w o r d e n die g e v o l g e n h e b b e n voor de activiteiten binnen de deelinrichting IAZI e n er derhalve g e e n a a n v r a a g hoeft te w o r d e n g e d a a n voor het wijzigingen v a n de o m g e v i n g s v e r g u n n i n g . Er is d a n o o k g e e n s p r a k e van coördinatie t u s s e n d e w a t e r v e r g u n n i n g en de o m g e v i n g s v e r g u n ning. O o k de a a n v u l l e n d e g e g e v e n s zijn beoordeeld in het kader v a n de c o ö r d i n a t i e . Naar aanleiding v a n d e aanvullende g e g e v e n s heeft de R U D o p 4 februari 2 0 1 6 ( o n t v a n g e n 5 februari 2 0 1 6 ) e e n aanvullende advies uitgebracht. De R U D concludeert hierin dat de a a n v u l l e n d e g e g e v e n s van 25 e n 2 8 januari 2 0 1 6 g e e n aanleiding g e v e n tot a a n p a s s i n g v a n het eerder a f g e g e v e n advies omtrent d e s a m e n h a n g t u s s e n de w a t e r v e r g u n n i n g e n d e o m g e v i n g s v e r g u n n i n g . Er is g e e n sprake v a n coördinatie. Samenloop van bevoegdheden De v e r g u n n i n g a a n v r a a g heeft betrekking op e e n handeling t e n aanzien w a a r v a n R W S b e v o e g d g e z a g is. R W S is op 9 juli 2015, c o n f o r m artikel 6.15, d e r d e lid, v a n de W a t e r w e t , in de g e l e g e n h e i d gesteld advies uit t e b r e n g e n naar aanleiding v a n d e a a n v r a a g . O p 2 7 juli 2 0 1 5 heeft het w a t e r s c h a p e e n advies in d e z e v a n R W S o n t v a n g e n . 8
Mededelingen
O p g r o n d v a n de A l g e m e n e w e t bestuursrecht kan e e n ieder, g e d u r e n d e e e n periode v a n zes w e k e n vanaf de d a g w a a r o p d e o n t w e r p v e r g u n n i n g ter inzage is g e l e g d , schriftelijk of mondeling zijn zienswijze over d e o n t w e r p v e r g u n n i n g naar voren b r e n g e n . E e n zienswijze moet w o r d e n gericht a a n het dagelijks bestuur v a n het W a t e r s c h a p R o e r en O v e r m a a s , Postbus 185, 6 1 3 0 A D Sittard. U kunt d e z e zienswijze o o k per e-mail d o o r s t u r e n naar
[email protected].
Afschrift Een afschrift v a n deze v e r g u n n i n g is g e z o n d e n a a n : 1. N V W M L , Postbus 1060, 6 2 0 1 BB M A A S T R I C H T , 2. D u n e a , P o s t b u s 756, 2 7 0 0 A T Z O E T E R M E E R , 3. Evides Waterbedrijf, Postbus 4 4 7 2 , 3006 A L R O T T E R D A M , 4. Rijkswaterstaat Z u i d - N e d e r l a n d , Postbus 25, 6 2 0 0 M A M A A S T R I C H T , 5. R U D Zuid L i m b u r g , Postbus 5700, 6 2 0 2 MA M A A S T R I C H T , 6. Provincie L i m b u r g , Postbus 5700, 6 2 0 2 MA M A A S T R I C H T , 7. De Scheepvaart, Havenstraat 4 4 , B-3500 H A S S E L T (België), 8. G e m e e n t e Stein, Postbus 15, 6170 A A S T E I N , 9. G e m e e n t e Sittard-Geleen, Postbus 18, 6 1 3 0 A A S I T T A R D
2015.0122
- 50/50
ARCHIEF
f\
"' īîãg©;i
Bijlage 1
Behoort bíj hei besiuŭ van het .dagelijks Bestuur van het waterschap d . d frergunningnr. 2o\S o 122. )
^ # R
o
e
r
e
n
Waterschap Overmaas
—
Analy s evoor s chriften
Analysevoorschriften stoffen stoffen pH (zuurgraad) chemisch zuurstofverbruik biochemisch zuurstofverbruik stikstof volgens Kjeldahl nitraatstikstof nitrietstikstof totaalfosfor onopgeloste bestanddelen PAK's EOX (uitgedrukt als EOCI) matig vluchtige tot niet vluchtige en matig polaire tot niet polaire (persistente en bioaccumuleerbare) stoffen vluchtige en nietvluchtige polaire stoffen kwik arseen nikkel zink aluminium cadmium vanadium chroom koper lood molybdeen sulfaat chloride BTEX monovinylchloride (MVC)
analysevoorschrift NENENISO 10523:2012 Dr.Lange conf. NEN ISO 15705/NEN 6633 NENEN 18991 en NENEN 18992 NENISO 5663 NENISO 159231 NENISO 159231 NENISO 159231 NEN 6621 GCMS Polychemlab code:2215 NEN 6402 D3 methode (LCDAD)
NPR GCMS NEN 6953 of NENENISO 12846 of NENEN 1483 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 NEN EN I SO 172942:2004 EN I SO 1030402 ionchromatografie NEN 6651 NEN 6407:1997 ISO 15680
49/60 •OCUMENT2
B
'j'agdf 2
Behoort bij het besluit van het dagelijks Bestuur van het waterschap d d ( V e r 9 U n n i n 9 n r
^I—11ĒF"
Bijlage V I
'
Z
o
' ^ otz
z '
)
Randvoorwaarden voor de monstername- en analy seprocedure
Monstername- en analy semethoden 1. Van elke aanlevering van een afvalstof dient een monster genomen te worden. De monstername dient gebaseerd te zijn op de norm N V N 5860: "Afvalstoffen, bemonstering van afval". Indien ook vluchtige componenten in het monster geanalyseerd moeten worden, moet verdamping voorkomen worden: monsterfles volledig vullen, niet schudden o f roeren, juiste wijze van transport en opslag. Indien afscheiding van de verschillende fasen uit een monster moeilijk is, dient de scheiding overeenkomstig de norm A ST M D4007 (Standard testmethod for water and sediment in crude-oil by centrifuge [laboratory procedure]) te worden uitgevoerd. 2.
Analyses moeten worden uitgevoerd conform de geldende NEN en AS TM-normen. Indien niet gewerkt kan worden volgens normen voor analysetechnieken o f indien de analyses niet uitgevoerd worden door een S TERLAB geaccrediteerd laboratorium, dient de gehanteerde analysetechniek gevalideerd te zijn. De analysemethodiek voor analyses waarvoor geen officiële norm bestaat, dient in overleg met het bevoegd gezag te worden vastgesteld.
IJkpunten in het proces voor monstername en/of analy se 3. In de monstername- en analyseprocedure moet zijn weergegeven op welke punten in het proces monstername en/of analyse aan de orde is. Hierbij moet tevens, per route, worden aangegeven op welke standaard- en aanvullende parameters analytisch wordt getoetst. 4.
Afgescheiden afvalstoffen die intern ontstaan (bijvoorbeeld slib van DAF o f biologische waterzuivering) dienen per batch (container, tank, . . . ) bemonsterd te worden, voorafgaand aan eventueel mengen met andere (aŕval)stoffen, hetzij voor verdere be-Zverwerking. Indien de ontstane afvalstof niet separaat opgevangen/opgeslagen wordt, bijvoorbeeld bij een continu proces, dient voorafgaand aan menging en voorafgaand aan afvoer periodiek bemonsterd te worden. De monstername dient {afhankelijk van de te produceren hoeveelheid en de verwachte samenstelling (expertsysteem), bijvoorbeeld: dagelijks I l x per 2 dagen Z wekelijks} plaats te vinden op vaste momenten (i.v.m. aselectheid monster).
Het bewaren van monsters 5. Monsters van partijen afvalstoffen dienen ten minste bewaard te worden: » voor monsters van inkomende partijen bij acceptatie: totdat volledige interne be-/verwerking heeft plaatsgevonden; » voor monsters genomen bij ijkpunten in het proces: tot en met 2 weken nadat de bijbehorende afvalstoffen intern be-Zverwerkt zijn en getoetst zijn aan de criteria; » voor monsters van afvalstoffen die worden afgevoerd naar derden: tot en met een maand na de datum dat de partij door derden geaccepteerd is. 6.
Het bewaren van monsters dient onder geschikte condities (zoals koeling, conservering met chemicaliën) plaats te vinden. De condities zijn afhankelijk van de verwachte componenten in het monster.
7.
Monsters dienen geëtiketteerd te worden op een zodanige wijze, dat ten allen tijde snel traceerbaar is van welke afvalstoffen het monster afkomstig is. Indien van toepassing dient de gevarenklasse duidelijk op het etiket te zijn vermeld.
18
De verwerking verantwoord
Bÿâ îöôř 2» ARCH IE F
Behoort bij het besluit van het dagelijks Bestuur van het waterschap d.d. (vergunningro; 2 o ' s V / ? -
ļļļjj^įļj^
Bijlage V I I I Richtlijn basis acceptatie - en verwerkingsbeleid
Inhoudsopgave 2
1. INLEIDING
2
23
2. H E T A C C E P T A T I E B E L E I D 2.1 H E T A C C E P T A T I E P R O C E S
23
2.1.1 De vooracceptatiefase.
23
2.1.1.1 De vooracceptatiefase van een nieuwe afvalstof.
23
2.1.1.2 De vooracceptatiefase bij een vervolgafgifte
24
2.1.2 De acceptatiefase
24
2.1.3 Het moment van feitelijke acceptatie
25
2.1.3.1 Opslag partij afval voorafgaand aan feitelijke acceptatie
25
2.1.3.2 De omvang van het acceptatieonderzoek
25
2.1.3.3 Het acceptatieonderzoek voor afval dat alleen visueel controleerbaar is
26
2.1.3.4 Het acceptatieonderzoek bij de de inzameling van afvalstoffen
26
2.1.3.5 Het acceptatieonderzoek voor de inzameling van klein gevaarlijk afval
26
2.1.3.6 Het acceptatieonderzoek voor overige kleine partijen afval
26
2.1.3.7 Het acceptatieonderzoek op basis van de positieve stoffenlijsten
27
2.1.3.8 Het uit te voeren acceptatieonderzoek bij een vervolgafgifte.
27
2.1.3.9 Het acceptatieonderzoek bij een eerste afgifte of een eenmalige afgifte
29
2.1.3. lOHet acceptatieonderzoek voor afvalwaterstromen op basis van de positieve stoffenlijstaanpak
29
2.2 HET A F V A L DAT H E T BEDRIJF A C C E P T E E R T
29
2.3 DE T E H A N T E R E N A C C E P T A T I E P A R A M E T E R S
30
2.3.1 Het onderscheid tussen de olie/chemicaliën-, water- en sedimentfase
31
2.3.2 Parameters voor de .. die wordt be-Zverwerkt tot/door middel van
31
2.3.3 Parameters voor afvalstromen die alleen visueel te controleren zijn
31
2.4 D E T E H A N T E R E N CRITERIA
31
2.4.1 Criteria voor .. die wordt be-A^erwerkt tot í door middel van
31
2.4.2 Criteria voor de opslag als zelfstandige activiteit
32
2.4.3 Algemene criteria voor de acceptatie van afvalstoffen
32
2.5 D E A C C E P T A T I E V A N AFVALSTOFFEN IN R E L A T I E TOT EMISSIES NAAR DE LUCHT
32
3. H E T V E R W E R K I N G S B E L E I D
33
3.1 M O G E L I J K E VERWERKINGSKEUZES
33
3.2 D E VERWERKINGSSTRATEN
34
3.2.1 De verwerkingsroutes
34
3.2.2 De minimaal aanwezige controlepunten
34
3.2.3 Relaties met andere verwerkingsroutes
35
3.3 OPSLAG ALS ZELFSTANDIGE A C T I V I T E I T
35
3.4 D E AFVOER VAN RESTSTOFFEN
35
4. MONSTERNAME EN A N A L Y S E
37
4.1 H E T NEMEN VAN MONSTERS.
37
4.2 H E T UITVOEREN VAN ANALYSES
37
4.3 H E T GEBRUIK VAN S N E L T E S T E N
37
5. A L G E M E N E EISEN
38
De verwerking verantwoord
21
1.
INLEIDING
In dit document treft u richtlijnen aan die leiden tot het door de in het rapport "De verwerking verantwoord" geformuleerde 'acceptatie- en verwerkingsbeleid'. Onderstaande richtlijnen zijn in principe bindend. Het afwijken van de richtlijn is alleen toegestaan als dit beargumenteerd plaatsvindt. B i j het vooroverleg over de aanvraag zullen de punten waarop is afgeweken ter sprake komen. De richtlijnen hebben betrekking op: — het acceptatiebeleid; — het verwerkingsbeleid; — monstername en analyse; — algemene eisen. Een toelichting op de richtlijnen is te vinden in het rapport "De verwerking verantwoord".
22
De verwerking verantwoord
2.
HET ACCEPTATIEBELEID
Besteed in het acceptatiebeleid in ieder geval aandacht aan de volgende zaken: — het acceptatieproces; — het te accepteren afval; — de te hanteren acceptatieparameters; — de te hanteren criteria; — monstername en analyse; — de acceptatie van afvalstoffen in relatie tot emissies naar de lucht; — de wijze van vastlegging. Deze zaken worden hieronder nader uitgewerkt.
2.1
Het acceptatieproces
Maak ten aanzien van het acceptatieproces onderscheid in een vooracceptatiefase en een acceptatiefase. Ga daarnaast in ieder geval in op de volgende specifieke onderwerpen die bij de acceptatie van afval een rol spelen, te weten: — het moment van feitelijke acceptatie; — de omvang van het acceptatieonderzoek. Geef aan hoe omgegaan wordt met situaties waarbij de vooracceptatie niet plaatsvindt. In deze gevallen moet minimaal zijn aangegeven dat de zaken opgenomen onder het onderdeel vooracceptatiefase onverkort van toepassing zijn op de acceptatiefase.
2.1.1
De
vooracceptatiefase
Maak bij de vooracceptatiefase onderscheid in twee situaties. Ten eerste de vooracceptatie van een nieuw aangeboden afvalstof en ten tweede de vooracceptatie in het geval van een vervolgafgifte.
2.1.1.1 De vooracceptatiefase
van een nieuwe
afvalstof
Geef aan wanneer de vooracceptatie start. Houd hierbij rekening met de in de begrippenlijst van het rapport "De verwerking verantwoord" opgenomen definities. Geef aan wat wordt beoogd te bereiken met de vooracceptatie. Besteed hierbij in ieder geval aandacht aan de volgende vragen: 1. mag de aangeboden afvalstof conform de wet- en regelgeving (inclusief vergunningen) geaccepteerd worden? 2. welke be- en verwerking is mogelijk? 3. wat is de kostprijs van de verwerking? 4. is de acceptatie en/of verwerking logistiek mogelijk? Geef aan op welke wijze het vooracceptatieonderzoek plaatsvindt. Maak hierbij onderscheid in een administratief en een analytisch deel. Met betrekking tot het administratieve onderzoek moet in ieder geval de volgende informatie een rol spelen: — de herkomst van de afvalstof (soort bedrijf en proces); — de aard en samenstelling van de afvalstof (al dan niet met behulp van een monster); — de hoeveelheid aangeboden afval; — de wijze van verpakking van het afval; — een eventuele frequentie van levering; — ervaringen met vergelijkbare afvalstromen en de daarop gebaseerde inschatting van het risico-gehalte; — eerdere ervaring met de ontdoener. Geef aan op welke gronden wordt beslist om als aanvulling op het administratieve onderzoek een analytisch onderzoek uit te voeren en waar dit onderzoek uit bestaat. Maak daarbij een onderscheid in karakteristieke parameters, aanvullende parameters en overige parameters. De verwerking verantwoord
23
«
» »
Karakteristieke parameters zijn parameters die worden geanalyseerd met als doel een fingerprint te maken van de afvalstof, eventueel aangevuld met specifieke verwerkingscriteria. Met behulp van deze parameters kan worden nagegaan o f de afgegeven afvalstof overeenkomt met de stof die tijdens de vooracceptatie o f eerdere aanlevering is beoordeeld. Aanvullende parameters zijn EOX, dioxines, kwik, cadmium en thallium die op basis van milieu-effecten bij verbranding ten behoeve van nuttige toepassing zijn geplaatst op lijst C. Overige parameters zijn de overige stoffen als genoemd in het verdrag van Stockholm.
Sluit hiertoe conform onderstaande tabel aan bij de gehanteerde risico-indeling.
Risico inschatting
Te ondernomen a c e .
Hoog
Een analytisch onderzoek van alle karakteristieke parameters. Een analytisch onderzoek van de aanvullende parameters, tenzij aan de hand van het administratieve onderzoek kan worden aangetoond dat dit voor één of meerdere aanvullende parameters niet zinvol is. Een analytisch onderzoek van alle karakteristieke parameters en de aan de hand van het administratieve onderzoek aangewezen zinvolle aanvullende karakteristieke parameters.
Matig Laag
Een analytisch onderzoek van alle karakteristieke parameters. Een administratief onderzoek waarin wordt geverifieerd o f de afvalstof afkomstig is van dezelfde ontdoener en hetzelfde proces als de eerste afgifte.
Tabel 1: Uit te voeren analytisch onderzoek tijdens de vooracceptatie in relatie tot een ingeschat risicogehalte Geef aan welke informatie met betrekking tot de vooracceptatiefase wordt vastgelegd in het acceptatiedossier. In ieder geval moet bovenstaande informatie worden vastgelegd. Geef aan hoe wordt omgegaan met de situatie dat geen monster beschikbaar is tijdens de vooracceptatiefase. Geef aan wat het eindpunt van deze fase is; zaken die hierbij in ieder geval aan de orde moeten komen, zijn: — dat een goed beeld van de aangeboden afvalstof is verkregen; — dat karakteristieke, aanvullende en overige parameters (analytisch dan wel administratief) van het afval zijn getoetst; — dat één of meerdere karakteristieke aanvullende parameters zijn vastgesteld die nodig zijn voor de controle van het afval tijdens de acceptatiefase, tenzij sprake is van afval dat alleen visueel controleerbaar is;dat de definitieve risicokwalificatie van het afval bekend is; — dat een beslissing omtrent de vooracceptatie van de aangeboden afvalstof is genomen; vooracceptatie: 1. is financieel mogelijk; 2. is procestechnisch mogelijk; 3. is binnen de wet- en regelgeving mogelijk; 4. geeft een indicatie voor de logistieke mogelijkheid; — dat een voorstel is gemaakt voor de te hanteren opslaglocatie met de bijbehorende verwerkingsmethode, conform tabel 10 van paragraaf 3.1 'de verwerkingskeuze'; — dat instructies voor de acceptatiefase zijn opgesteld; — dat afspraken hierover met de klant zijn gemaakt.
2.1.1.2 De vooracceptatiefase
bij een
vervolgafgifte
Geef aan hoe wordt omgegaan met de vooracceptatie bij een vervolgafgifte. Besteed bij een vervolgafgifte van een afvalstof met een hoog risico, in ieder geval aandacht aan: — de herkomst van de afvalstof (soort bedrijf en proces); — de aard en samenstelling van het afval.
2.1.2
De
acceptatiefase
Geef aan wanneer de acceptatiefase start. Houd hierbij rekening met de in de begrippenlijst van het rapport "De verwerking verantwoord" opgenomen definitie. 24
De verwerking verantwoord
Geef aan dat een aanlevering uit één o f meerdere fracties kan bestaan en dat de werkzaamheden voor de acceptatiefase worden uitgevoerd per aanwezige fractie. Geef aan welke werkzaamheden worden verricht om de tijdens de vooracceptatiefase verkregen informatie te verifiëren. De volgende activiteiten moeten hier in ieder geval deel van uit maken: — een administratieve controle van de administratie (met name het geleidedocument); — een visuele controle van het afval, aan de hand van een tijdens de acceptatiefase te nemen monster; — een chemisch analytische controle van de karakteristieke parameters; — een chemisch analytische controle van één o f meer van de karakteristieke aanvullende parameter(s) en voor zover noodzakelijk van de overige parameters; — een administratieve controle aan de hand van de positieve stoffenlijsten (indien van toepassing). Geef aan hoe wordt omgegaan met partijen afval waarbij het niet mogelijk is een monster te nemen. Geef aan welke beslissingen worden genomen aan de hand van de tijdens de acceptatiefase verkregen informatie neemt. Besteed in ieder geval aandacht aan: — de definitieve beslissing omtrent acceptatie van de afvalstof (indien van toepassing per fractie); — de te gebruiken opslaglocatie met bijbehorende be-Zverwerkingsmethode, conform tabel 10 van paragraaf 3.1 'de verwerkingskeuze' (hierbij moet worden bedacht dat de beslissing voor de verwerkingsmethode voor alle afzonderlijk voorkomende fracties wordt gemaakt); — instructies voor de opslag enZof be-Zverwerking. Geef aan hoe wordt omgegaan met een aanlevering waarvan tijdens de acceptatiefase blijkt dat de gegevens niet overeenkomen met de vooracceptatie. Geef aan dat de resultaten van de acceptatiefase worden vastgelegd in het acceptatiedossier.
2.1.3
Het moment van feitelijke
acceptatie
2.1.3.1 Opslag partij afval voorafgaand aan feitelijke
acceptatie
Geef aan hoe wordt omgegaan met situaties waarbij het acceptatieonderzoek dusdanig veel tijd in beslag neemt dat wordt besloten de partij afval voorlopig separaat in opslag te nemen, zonder deze partij feitelijk te accepteren. Ga hierbij uit van onderstaande handelwijze: Tabel 2: Termijn van opslag in relatie tot te ondernemen acties 0 tot 7 dagen 7 tot 30 dagen > 30 dagen
Geen extra acties. Schriftelijke bevestiging aan de klant dat de partij afval in opslag is genomen, niet is geaccepteerd, waarbij is aangegeven wat de te volgen stappen zijn. Melding aan bevoegd gezag dat een partij afval die nog niet is geaccepteerd, meer dan 30 dagen in opslag is met daarbij vermeld: soort en hoeveelheid afval; herkomst van het afval; de reden van opslag.
2.1.3.2 De omvang van het
acceptatieonderzoek
Geef aan dat de omvang van het acceptatieonderzoek tenminste is gekoppeld aan: — de vraag o f sprake is van afval dat alleen visueel controleerbaar is; — de risico-indeling; — de vraag o f de afvalstoffen tijdens inzameling worden opgebulkt; — de vraag o f de partij al dan niet opgebulkt mag worden; — de vraag of het al dan niet een vervolgafgifte betreft; — de vraag o f de afvalstoffen via de positieve stoffenlijstenaanpak kunnen worden getoetst.
De verwerking verantwoord
25
2.1.3.3 Het acceptatieonderzoek
voor afval dat alleen visueel controleerbaar is
Geef aan welke afvalstoffen uitsluitend visueel worden beoordeeld. Geef aan dat het acceptatieonderzoek voor deze afvalstoffen beperkt blijft tot een administratieve en visuele controle.
2.1.3.4 Het acceptatieonderzoek
bij de de inzameling van afvalstoffen
Geef aan hoe wordt omgegaan met de acceptatie van afvalstoffen die worden ingezameld, dan wel die in opdracht van de vergunninghouder worden ingezameld. Ga daarbij uit van de volgende werkwijze voor de beoordeling tijdens de acceptatiefase (nadat een vooracceptatiefase heeft plaatsgevonden): — van iedere in te zamelen partij afval wordt een monster genomen; — van iedere in te zamelen partij afval vindt, voorafgaande aan de inzameling, de administratieve en de visuele controle (eventueel alleen van de verpakking) plaats; — na administratieve en visuele controle vindt de feitelijke acceptatie plaats; — indien opbulking: — opbulking vindt uitsluitend plaats met afvalstoffen waarvan op grond van de administratieve en visuele toetsing is gebleken dat eenzelfde route van be-Zverwerking of verwijdering van toepassing is; — van de in het inzamelmiddel samengevoegde afvalstoffen wordt een verzamelmonster genomen; — het verder uit te voeren acceptatieonderzoek wordt volledig uitgevoerd op het verzamelmonster; — afgewerkte olie mag worden samengevoegd tot maximaal 30 rrf alvorens analyse op PCB's, organische halogeenverbindingen, het vlampunt en het watergehalte moet plaatsvinden; — Voor andere afvalstoffen dan afgewerkte olie, worden de in tabel 3 beschreven opbulkgroottes gehanteerd. — indien geen samenvoeging mogelijk is, wordt een volledig acceptatieonderzoek op de afzonderlijke monsters uitgevoerd. Geef aan hoe wordt gehandeld bij onregelmatigheden. Ga hierbij uit van de volgende werkwijze: — de verdachte, individuele monsters worden onderzocht; — de uitkomst van de individuele analyses wordt vastgelegd in het acceptatiedossier, inclusief de gemaakte keuze met betrekking tot de vervolgbestemming; — het bedrijf is vergunningtechnisch verantwoordelijk voor de ontstane situatie.
2.1.3.5 Het acceptatieonderzoek
voor de inzameling van klein gevaarlijk
afval
Geef aan hoe wordt omgegaan met de acceptatie van klein gevaarlijk afval (afval dat in hoeveelheden kleiner dan 200 kg per afvalstof per afgifte wordt aangeboden). Ga daarbij uit van de volgende werkwijze: — Geef aan welke afvalstoffen uitsluitend met een visuele en administratieve controle worden getoetst. — Maak een risico-indeling van de overige afvalstoffen. — Beschrijf per categorie afval welke criteria (risico-indeling, partijgrootte, soort afval, analysekosten etc.) bepalend zijn voor de vraag welke analyses, sneltesten, opbulking etc. worden uitgevoerd.
2.1.3.6 Het acceptatieonderzoek
voor overige kleine partijen afval
Geef aan of het voorkomt dat voor kleine partijen afval een afwijkende acceptatieprocedure wordt gehanteerd. Als dit het geval is dient te worden aangegeven hoe hiermee wordt omgegaan. Ga daarbij in ieder geval uit van de volgende werkwijze: — beschouw een partij olieZchemicaliën o f sediment als klein als deze maximaal 2 ton bedraagt; — beschouw een partij afvalwater als klein als deze maximaal 5 ton bedraagt; — van iedere aangeleverde partij afval wordt een monster genomen; — van iedere aangeleverde partij afval vindt voorafgaande aan de lossing de administratieve en de visuele controle plaats; — na administratieve en visuele controle vindt de feitelijke acceptatie plaats; — opbulking vindt uitsluitend plaats met afvalstoffen waarvan op grond van de administratieve en visuele toetsing is gebleken dat eenzelfde route van be-Zverwerking o f verwijdering van toepassing is; — als de maximale opbulking (of zoveel eerder als het bedrijf wenst) is bereikt (zie tabel 3) wordt een verzamelmonster genomen; — het verder uit te voeren acceptatieonderzoek wordt volledig uitgevoerd op het verzamelmonster.
26
De verwerking verantwoord
Bij onregelmatigheden: — worden de verdachte, individuele monsters onderzocht; — wordt de uitkomst van de individuele analyses vastgelegd in het acceptatiedossier, inclusief de gemaakte keuze met betrekking tot de vervolgbestemming; — is het bedrijf vergunningtechnisch verantwoordelijk voor de ontstane situatie en zal het bedrijf eventuele financiële consequenties proberen te verhalen op de klant die de schade heeft veroorzaakt. Het bedrijf zal partijen afval maximaal opbulken tot de in tabel 3 genoemde hoeveelheden. Tabel 3: Maximale opbulking in relatie tot het risicogehalte van een partij afval
1 Maximale opbulking afvalwater 1 Maximale opbulkinp sediment o f drijflagen
2.1.3.7 Het acceptatieonderzoek
0 ton 0 ton
op basis van de positieve
50 ton 30 ton
50 ton 30 ton
1
stoffenlijsten
Geef aan o f afvalstoffen worden geaccepteerd aan de hand van een toetsing aan de positieve stoffenlijsten. Als dit het geval is dient te worden aangegeven hoe hiermee wordt omgegaan. Ga daarbij in ieder geval uit van de volgende werkwijze: Het acceptatieonderzoek op basis van de positieve stoffenlijstenaanpak bestaat uit de volgende werkzaamheden: — een administratieve controle van de administratie; — een visuele controle van het afval, aan de hand van een tijdens de acceptatiefase te nemen monster; — een administratieve controle aan de hand van de positieve stoffenlijsten; — eventueel een aanvullende analytische controle van een aantal parameters.
2.1.3.8 Het uit te voeren acceptatieonderzoek
bij een vervolgafgifte
Een vervolgafgifte is een nieuw aangeleverde partij afval van een bekende afvalstof. Met betrekking tot de vervolgafgifte kunnen zich twee situaties voordoen: -
een grote hoeveelheid afval wordt in een beperkte tijdseenheid aangeleverd;
— een afgifte van een periodiek terugkomende afvalstof. Geef aan hoe met bovenstaande situaties wordt omgegaan. Hanteer voor grote hoeveelheden afval die in een beperkte tijdseenheid (een aantal dagen) worden aangeleverd in ieder geval de in onderstaand schema opgenomen richtlijnen. Tabel 4: Pc vervolgafgifte in relatie tot het acceptatieonderzoek Van iedere geleverde aanlevering afval wordt een monster genomen Voor iedere aanlevering wordt een volledig acceptatieonderzoek Afvalstoffen met een hoog risico uitgevoerd (toets 1 van tabel 5). Sediment: Voor de eerste aanlevering van een partij op een dag wordt Afvalstoffen met een matig risico een volledig acceptatieonderzoek uitgevoerd (toets 1 van tabel 5) en vervolgens wordt voor iedere derde aanlevering van die partij het volledige acceptatieonderzoek uitgevoerd. Van iedere levering vindt een visuele controle van een monster plaats. Water en olie/chemicaliën: Voor de eerste aanlevering van een partij op een dag wordt een volledig acceptatieonderzoek uitgevoerd (toets 1 van tabel 5) en vervolgens wordt van die partij per dag een dagverzamelmonster gemaakt waarop het volledige acceptatieonderzoek plaatsvindt. Van iedere levering vindt een visuele controle van een monster plaats. Administratieve toetsing overeenkomstig de positieve Afvalstoffen met een laag risico stoffenlijstaanpak. Indien dit niet mogelijk is, vindt dezelfde beoordeling plaats als voor afvalstoffen met een matig risico. Als tijdens een visuele controle van een monster blijkt dat dit afwijkt van het monster van de eerste levering moeten de vervolgieveringen beoordeeld worden als een afvalstof met een hoog risico De verwerking verantwoord
27
De verwerking verantwoord
Hanteer voor partijen afval die periodiek worden aangeleverd in ieder geval de volgende richtlijn. Op de eerste aanlevering wordt een volledig acceptatieonderzoek uitgevoerd, op de tweede en derde een acceptatieonderzoek exclusief de standaard parameters, op de vierde weer een volledig acceptatieonderzoek, etc. Vanaf aanlevering 20 wordt uitsluitend iedere tiende aanlevering aan een volledig acceptatieonderzoek onderworpen. Alle tussenliggende aanleveringen worden onderzocht door een acceptatieonderzoek exclusief de standaard parameters. Geef aan dat als tijdens een controle van een monster blijkt dat dit afwijkt van het monster van de eerste levering de vervolgieveringen beoordeeld worden als een afvalstroom met een verhoogd risico.
2.1.3.9 Het acceptatieonderzoek
bij een eerste afgifte of een eenmalige
afgifte
Geef aan of het accepatieonderzoek van een eerste afgifte o f een eenmalige afgifte afhankelijk is gesteld van de grootte van de aanlevering en de risicokwalificatie. Zo ja, hanteer hierbij de in onderstaand schema opgenomen richtlijnen. Tabel 5: Soort onderzoek in relatie tot het risicogehaltc van een parti j afval Risico gehalte, aņ part, aftal
Verhoogd
Volledig acceptatieonderzoek, dat bestaat uit (toets 1): » een administratieve controle « een visuele controle een controle van de karakteristieke parameter(s), inclusief aanvullende karakteristieke paramaters. Een acceptatieonderzoek dat bestaat uit (toets 2): « een administratieve controle » een visuele controle » een controle van de karakteristieke parameter(s) Een acceptatieonderzoek dat bestaat uit (toets 3): « een administratieve controle » een visuele controle
HMCO
Maugns.co
Laag
R.MCO
ļ
> 15 ton
> 0 ton
Ï-15 ton
0-15 ton
0-15 ton
Leeswijzer: Bepaal de risico-groep van een partij afval en het tonnage van de aangeleverde partij, bepaal vervolgens in welk deel van de tabel u zich bevind. In de linker kolom kunt u nu de omvang van het tenminste uit te voeren acceptatieonderzoek aflezen. Geef aan dat voor de beoordeling van afvalwater altijd een volledig acceptatieonderzoek wordt uitgevoerd, tenzij sprake is van een kleine partij (zie paragraaf 2.1.4.4.). Geef aan dat in alle gevallen waarin uit het uitgevoerde acceptatieonderzoek blijkt dat er onduidelijkheden omtrent een partij afval bestaan automatisch wordt overgegaan op een volledig acceptatieonderzoek.
2.1.3. lOHet acceptatieonderzoek stoffenlijstaanpak
voor
afvalwaterstromen
op
basis
van
de
positieve
Geef aan of afvalwaterstromen op basis van de positieve stoffenlijstaanpak worden geaccepteert. Geef aan voor welke afvalwaterstromen deze beoordelingswijze wordt gehanteerd en beschrijf het acceptatieonderzoek voor deze afvalwaterstromen (deze afvalwaterstromen mogen worden beschouwd als afvalstoffen met een laag risico). Ga daarbij in ieder geval uit van de volgende werkwijze: Het acceptatieonderzoek op basis van de positieve stoffenlijstenaanpak bestaat uit de volgende werkzaamheden: — een administratieve controle van de administratie (met name het geleidedocument); — een visuele controle van het afval, aan de hand van een tijdens de acceptatiefase te nemen monster; — een administratieve controle aan de hand van de positieve stoffenlijsten; — eventueel een aanvullende analytische controle van een aantal parameters.
2.2
Het afval dat het bedrijf accepteert
Deel het afval dat wordt aangeboden in aan de hand van de mate van risico die het bedrijf loopt bij het accepteren van het afval. Let voor de indeling op basis van risico op de definities in de begrippenlijst zoals vastgelegd in het rapport "De verwerking verantwoord". Verwerk de geaccepteerde afvalstromen in een afvalstromenregister en verwerk hierin de volgende gegevens: — de naam van de klant (de ontdoener); — de afvalstromen die deze klant aanbiedt, waarbij per afvalstof is vermeld: De verwerking verantwoord
29
1. 2. 3. 4. 5. 6.
aard en samenstelling; afvalstofcode; de gehanteerde risicogroep; de gehanteerde verwerkingsroute (zie hoofdstuk 3); eventuele aanvullende karakteristieke parameters eventuele wijzigingen ten opzichte van het verleden.
— afvalstromen die het bedrijf nog niet heeft geaccepteerd, maar wel zal accepteren als ze worden aangeboden. De in dit afvalstromenregister opgenomen indeling is niet statisch. De indeling van afvalstromen in een bepaalde risicogroep komt door ervaring in de praktijk tot stand. Een afvalstof kan dan ook veranderen van de ene riscogroep naar een andere risico-groep. Hanteer voor het indelen van een bepaalde afvalstof in een risicogroep in ieder geval de volgende gegevens: — de herkomst van de afvalstof (soort bedrijf en proces); — de aard en samenstelling van de afvalstof; — de hoeveelheid aangeboden afval; — de wijze van verpakking van het afval; — een eventuele frequentie van levering; — ervaringen uit het verleden in het geval het een reguliere afvalstof betreft; — ervaringen met vergelijkbare afvalstromen; — eerdere ervaring met de ontdoener; — o f het een primaire o f secundaire ontdoener betreft. Geef aan welke criteria ten aanzien van bovenstaande gegevens worden gebruikt voor het maken van een bepaalde keuze. Geef in het register aan hoe wordt omgegaan met het wijzigen van het register, besteed hierbij aandacht aan: — hoe wijzigingen worden bijgehouden (bijvoorbeeld de datum waarop de wijziging ingaat, de reden van wijziging, e.d.); — hoe wijzigingen worden verspreid in de organisatie; — wie bevoegd is (zijn) tot het doorvoeren van wijzigingen; — wie verantwoordelijk is voor het register; — hoe ervoor wordt gezorgd dat het register gedurende de openingstijden van het bedrijf ter inzage ligt voor het bevoegde gezag. Geef aan dat de actuele overzichten ter inzage beschikbaar zijn voor het bevoegde gezag o f te raadplegen zijn in een geautomatiseerd bestand. Geef aan welke afvalstoffen het bedrijf niet accepteert.
2.3
De te hanteren acceptatieparameters
In onderstaande paragrafen wordt per fase aangegeven welke acceptatieparameters gebruikt worden. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen karakteristieke parameters, aanvullende en overige parameters. Karakteristieke parameters zijn parameters die tijdens zowel de vooracceptatie - als tijdens de acceptatiefase analytisch moeten worden getoetst en vormen een fingerprint van de afvalstof. Aanvullende parameters zijn parameters die tijdens de vooracceptatie moeten worden beoordeeld aan de hand van analytisch dan wel aan de hand van administratief onderzoek. Geef per fase de te hanteren parameters aan en maak daarbij onderscheid in: — de mate van risico van een afvalstof; — karakteristieke, aanvullende, aanvullende karakteristieke en overige parameters. Geef aan hoe bij het vaststellen van de parameters wordt omgegaan met de in het rapport "De verwerking verantwoord" geformuleerde negatieve lijsten. Doe hetzelfde voor opslag als zelfstandige activiteit. Geef tevens aan hoe wordt omgegaan met stromen die alleen visueel te controleren zijn. Houd bij het vaststellen van de acceptatieparameters rekening met onderstaande richtlijnen. 30
De verwerking verantwoord
2.3.1
Het onderscheid
tussen de olie/chemicaliën-,
water- en
sedimentfase
De te accepteren partijen afval bestaan uit één of meer van de volgende fasen: een olie/chemicaliën fase, een waterfase en een sedimentfase. Geef aan wanneer ervan wordt uitgegaan dat een bepaalde fase aanwezig is. Sluit hiervoor aan bij het aanwezige volume van een bepaalde fase en bij de mate van risico die een bepaalde afvalstof met zich meebrengt. Ga voor de olie/chemicaliën- en sedimentfase uit van de volgende richtlijn: Ga ervan uit, dat een drijflaag o f sedimentfase in een aanlevering afval aanwezig is indien voor de betreffende fase een volumepercentage van 5"A wordt overschreden. Voor de waterfractie wordt het niet noodzakelijk geacht om een percentage te hanteren. Ga in het A&V-beleid ervan uit dat op het moment dat de fasen waaruit een aanlevering bestaat geaccepteerd kunnen worden, ook de interface geaccepteerd kan worden.
2.3.2
Parameters
voor de.. die wordt be-Zverwerkt
tot/door
middel
van „
Tabel 7: Parameters voor de .. die wordt beVverwerkt tot/door middel van ... Laag risico
Matig risico
Hoog risico
X
X
X
X
X
X
karakteristiek Aanvullend en overig
Werk de acceptatieparameters voor de beschikbare, routes van opslag, be-Averwerking of verwijdering per afvalstoffen(fracties) uit.
2.3.3
Parameters
voor afvalstromen
die alleen
visueel
te controleren
zijn
Geef aan welke werkwijze het bedrijf hanteert bij afvalstromen die alleen visueel te controleren zijn. Sluit aan bij de hierna vermelde richtlijn. Vermeld tevens welke afvalstoffen het betreft.Voor afvalstromen die alleen visueel te controleren zijn wordt in het acceptatiedossier aangegeven dat de afvalstof visueel is gecontroleerd en dat is vastgesteld dat het daadwerkelijk de aangegeven afvalstof betreft.
2.4
De te hanteren criteria
Geef per parameter aan welke criteria worden gehanteerd voor de acceptatie van afvalstromen. De aangegeven criteria worden gezien als bovengrens, tenzij nadrukkelijk anders is aangegeven. Geef per parameter de te hanteren criteria aan en maak daarbij onderscheid in: — algemene criteria; — specifieke criteria voor een bepaalde verwerkingsroute (zie hoofdstuk 3). Doe hetzelfde voor opslag als zelfstandige activiteit. Maak hierbij gebruik van onderstaande indeling.
2.4.1
Criteria
Algemene
voor..
die wordt be-Zverwerkt
criteria voor be- en/of verwerking
of
tot Zdoor middel
van ,.
verwijdering
De .. mag: » »
geen stoffen bevatten die genoemd zijn in lijsten ABCDE (afhankelijk van eindbestemming) conform de systematiek van het rapport "De verwerking verantwoord"; etc.
Specifieke
criteria voor de ..fase die intern
Tabel 8: Criteria voor .. concentratiegrenswaarde (eenheid)
wordt opgewerkt
tot..
acceptabele afwijking grenswaarde
karakteristiek Aanvullend
De verwerking verantwoord
31
Werk de acceptatiecriteria voor de, bij uw bedrijf beschikbare routes van opslag, be-Averwerking of verwijdering van afvalstoffen uit.
2.4.2
Criteria
voor de opslag
als zelfstandige
Algemene criteria voor de opslag als zelfstandige (CPR-opslag, tanknr. voor specifieke stromen)
activiteit
activiteit
Specifieke criteria voor de opslag als zelfstandige activiteit (indien opslag aan specifieke eisen dient te voldoen).
2.4.3
Algemene
criteria
voor de acceptatie
van
van
afvalstoffen
Geef aan dat onderstaande afvalstoffen niet worden geaccepteerd met als oogmerk deze afvalstoffen op te slaan, te be-Averwerken o f te vernietigen
2.5
De acceptatie van afvalstoffen in relatie tot emissies naar de lucht
Geef aan in welke gevallen een relatie bestaat tussen de acceptatie van afvalstoffen en de emissies naar de lucht. Uitgangspunt hierbij is dat het bedrijf moet aangeven wat de vigerende Wm-vergunning en/of het huidige beleid aangeeft over de emissies naar de lucht waarbij een relatie bestaat met de acceptatie van afvalstoffen. Het bedrijf moet vervolgens aangeven op welke wijze er bij de acceptatie van afvalstoffen rekening wordt gehouden met de emissies naar de lucht.
32
De verwerking verantwoord
3.
HET V E R W E R K I N G S B E L E I D
De opslag, be-Zverwerking en/of verwijdering vindt plaats conform de tijdens de acceptatie gemaakte keuzes. B i j afwijking hiervan wordt de reden van afwijking vastgelegd. Afwijken is echter alleen mogelijk indien het bedrijf b l i j f t voldoen aan het gestelde in het acceptatiebeleid. Geef aan hoe de opslag, be-Zverwerking enZof verwijdering van afval procedureel is verwerkt in de organisatie, besteedt hierbij in ieder geval aandacht aan: — mogelijke verwerkingskeuzes; — de water- sediment en oliestraat; — opslag als zelfstandige activiteit; — de afvoer van reststoffen; — de gehanteerde beheersingsmechanismen; — de wijze van vastlegging.
3.1
Mogelijke verwerkingskeuzes
Bij het bepalen van de mogelijke verwerkingskeuzes moet worden aangesloten bij de in de Wm-vergunning opgenomen voorschriften. Maak een duidelijke koppeling tussen het verwerkingsresultaat en de verwerkingsmogelijkheden die het bedrijf heeft. Maak hierbij gebruik van onderstaande tabel. Verwijs steeds naar de paragraaf waar een bepaald onderwerp is terug te vinden. Verwerkingsstraat
Acceptatieparameters
Acceptatiecriteria
V erwerkings routes
.Negatieve lijst
Opslag als zelfstandige activiteit Opslag als zelfstandige activiteit
g
8
8
8
Ş
8
8
8
8
8 8
8 8
8 8
ş
8 8
ŝ 8
8 8
Sedimentstraat
Ş
8 8
8 8
8 8
Opslag als zelfstandige activiteit
s
8
8
8
opslag als zelfstandige activiteit Sedimentstraat
ŝ
8
s
8 8
ŝ
8 8
8
Opslag als zelfstandige activiteit Waterstraat
8
8
ŝ
8
8
8
8
8
8
ļ Verwerkingsresultaat producthergebruik materiaalhergebruik
minimumstandaard ....
Nuttige toepassing met hoofdgebruik als brandstof Nuttige toepassing Verwijdering door verbranding
verwijdering door ONO Verwijdering door storten
Verwijdering door lozing na IAF en biologische zuivering Verwijdering door lozing na DAF en biologische zuivering Verwijdering door lozing na voorbehandeling, DAF en biologische zuivering Overig afvoer derden
Samenvoegen Opslag als zelfstandige activiteit Samenvoegen Oliestraat
s
Samenvoegen
Waterstaat
Waterstaat
8
8
8
8
Opslag als zelfstandige activiteit
8
8
8
n.v.t.
De verwerking verantwoord
33
Tabel 10: het verwerkingsresultaat in relatie tot de gehanteerde wijze van opslag, be-Averwerking o f verwijdering.
3.2
De verwerkingsstraten
Geef een gedetailleerde beschrijving van het proces o f verwijs hiervoor naar de relevante hoofdstukken van de vergunningaanvraag. Beschrijf de verwerkingsstraten en bijbehorende verwerkingsroutes. Besteed, voorzover van toepassing, in ieder geval aandacht aan de waterstraat, de sedimentstraat, de oliestraat de opslag als zelfstandige activiteit en het mengen van afvalstoffen. Daarnaast moet per verwerkingsstraat aandacht gegeven worden aan: — de mogelijke verwerkingsroutes in relatie tot de gebruikte opslagtanks voor de geaccepteerde stromen en de reststoffen, waar deze reststoffen heen gaan en wat hiervoor de criteria zijn; — de minimaal aanwezige controlepunten; — relaties tussen de routes. Hanteer hierbij onderstaande richtlijnen.
3.2.1
De
verwerkingsroutes
Geef aan welke routes van opslag als zelfstandige activiteit, be-Averwerkihg en verwijdering worden gehanteerd. Geef per route aan: — welke opslagtanks daarbij in gebruik zijn voor de acceptatie van stromen en de afvoer van reststoffen; — waar naartoe de afvoer van reststoffen van een bepaalde route plaatsvindt; — wat de criteria voor de afvoer van de reststoffen zijn. Hiervoor kan het volgende format worden gebruikt: Tabel 11: de verwerkingroutes in relatie tot de gebruikte tanks, afvoerbestemming (inclusief afvoercriteria). Verwerkingsroute
Opslagtanks acceptatie
Opslagtanks reststoffen
Afvoer naar (in- en/of
Criteria afvoer
De werkelijke verwerkingsroutes dienen overeen te komen met de tijdens het acceptatieonderzoek en de bij de uitvoering van de mengregels vastgestelde routes.
3.2.2
De minimaal
aanwezige
controlepunten
Geef per verwerkingsroute aan welke controlepunten voor het beheersen van het verwerkingsproces worden gehanteerd. Geef hierbij aan: — welke parameters worden gecontroleerd; — welke norm hierbij wordt gehanteerd; — wat de controlefrequentie is. Hiervoor kan het volgende format worden gebruikt: Tabel 12: de aanwezige controlepunten per verwerkingsroute. Rout
Controle punten
Te controleren parameters
Te hanteren norm
Controle frequentie
Acceptabele aľwijkingsnorm
Daarnaast moet worden aangegeven hoe wordt omgegaan met afwijkingen van de norm (per parameter): — wie bevoegd is tot het treffen van corrigerende maatregelen; — welke alternatieven er mogelijk zijn; — op welke wijze de vastlegging is geregeld; — op welk moment dan wel in welke situaties melding wordt gedaan aan het bevoegd gezag. Hanteer voor de controle van de intern vrijkomende reststoffen, die intern worden be-verwerkt o f vernietigd, de volgende richtlijn:
34
De verwerking verantwoord
Afvalstoffen die intern ontstaan (bijvoorbeeld slib van DAF o f de biologische waterzuivering) dienen per batch bemonsterd te worden, voorafgaand aan eventueel mengen met ander afval. Indien de ontstane afvalstof niet separaat opgevangen/opgeslagen wordt, bijvoorbeeld bij continu proces, dient voorafgaand aan menging en voorafgaand aan afvoer periodiek bemonsterd te worden. De monstername dient, afhankelijk van de te produceren hoeveelheid en de verwachte samenstelling, plaats te vinden op vaste momenten.
3.2.3
Relaties
met andere
verwerkingsroutes
Geef aan welke reststoffen die bij de verwerking vrijkomen worden afgevoerd naar een andere interne verwerkingsroute. Hiervoor kan het volgende format worden gebruikt: Tabel 13: de vrijkomende reststoffen met hun vervolgbcstcmming. RouU
Proces reststoffen
Afvoer naar
Route
Tijdens de acceptatie van de behandelde afvalstoffen is reeds vastgesteld dat bovenstaande reststoffen mogen worden afgevoerd naar hun hterne vervolgbestemming. Geef aan welke acties worden ondernomen op het moment dat wordt afgeweken van de tijdens de acceptatie vastgestelde verwerkingsroute voor een bepaalde reststof. Besteed hierbij in ieder geval aandacht aan: — de wijze waarop de afwijking wordt gemotiveerd; — welke consequenties dit heeft voor het A&V-beleid (bijv. analysefrequentie, risico-indeling); — hoe de resultaten van deze beoordeling administratief worden vastgelegd.
3.3
Opslag als zelfstandige activiteit
Geef aan hoe wordt omgegaan met de opslag van afvalstoffen als zelfstandige activiteit.
3.4
De afvoer van reststoffen
Geef aan hoe wordt omgegaan met de afvoer van reststoffen. Besteed hierbij aandacht aan: — welke reststof het betreft; — waar de reststof vrijkomt; — een specificatie van de reststof; — de externe bestemming van de reststof. Hiervoor kan het volgende format worden gebruikt: Tabel 14: een overzicht van de af te voeren reststoffen met hun in- o f externe bestemming Reststof
Afkomstig van
Specificatie
Bestemming
Geef aan hoe de reststoffen worden gecontroleerd. Hiervoor dient de volgende richtlijn te worden gebruikt: — De reststoffen dienen te worden geanalyseerd op de componenten waarvoor de externe vergunninghouder acceptatiecriteria hanteert, tenzij: 1. al analysegegevens beschikbaar zijn voor deze componenten; 2. uit administratieve gegevens blijkt dat deze componenten op grond van de herkomst van de afvalstof en de wijze van ontstaan niet aanwezig kunnen zijn in de afvalstof. — Van de binnen Nederland af te voeren vergelijkbare reststoffen moeten tenminste de eerste drie transporten worden geanalyseerd op de componenten waarvoor de externe vergunninghouder acceptatiecriteria hanteert. Indien deze transporten voldoen, mogen de volgende transporten met een frequentie van minimaal 25Vo worden geanalyseerd (transport 6, 9, 12 etc). Indien bij een van de transporten een overschrijding van de acceptatiecriteria plaatsvindt, begint de telling van vooraf aan c.q. de eerste drie volgende transporten moeten worden geanalyseerd. Indien nodig, dient een hogere analysefrequentie te worden gehanteerd. — De te exporteren afvalstoffen moeten overeenkomstig de tabel 15 worden beoordeeld: Tabel 15: de beoordeling van te exporteren afvalstoffen bemonstering en analyse' [ vloeibare afvalstoffen
homogene partij groter dan 50 m3
per partij
De verwerking verantwoord
35
overige partijen niet vloeibare afvalstoffen
per transport per transport
Voor afvalwaterstromen die worden geloosd en afvalstoffen die als bouwstof o f als product worden afgevoerd, gelden afwijkende criteria.
36
De verwerking verantwoord
4.
MONSTERNAME EN ANALYSE
Besteed ten aanzien van de onderwerpen monstername en analyse in ieder geval aandacht aan de volgende zaken: — het nemen van monsters; — het uitvoeren van analyses; — het gebruik van sneltesten. Maak hierbij gebruik van onderstaande richtlijnen.
4.1
Het nemen van monsters
Geef aan dat voor het nemen van monsters in principe wordt gewerkt conform de NVN5860 norm "Afvalstoffen Bemonstering van afval". Geef aan aan welke onderdelen van de norm niet kan worden voldaan. Geef voor elk onderdeel de reden waarom hieraan niet kan worden voldaan en de oplossing die is gekozen om de kwaliteit van de monstername te garanderen. Geef aan op welke wijze en hoe lang monsters worden bewaard. Alle monsters moeten tenminste worden bewaard totdat be-Averwerking van de betreffende afvalstoffen heeft plaatsgevonden. Indien het afval niet wordt geaccepteerd, moeten de monsters worden bewaard totdat het acceptatieonderzoek is afgerond.
4.2
Het uitvoeren van analyses
Geef aan welke analyses in eigen beheer worden uitgevoerd en welke analyses worden uitbesteed aan derden. Geef aan welke algemeen erkende normen (bijvoorbeeld NEN en ASTM normen) worden gehanteerd voor de analyses die zelf worden uitgevoerd en voor de analyses die worden uitbesteedt. Vermeld bij de analysemethodiek de nauwkeurigheid. Geef duidelijk aan voor welke analyses die worden uitgevoerd geen officiële norm wordt gehanteerd. In dit geval dient de gehanteerde methodiek in overleg met het bevoegde gezag te worden vastgesteld. Geef aan of, en in welke situaties, de waterfase een voorbewerking ondergaat voorafgaand aan de analyse. Geef aan hoe de voorbewerking plaatsvindt, besteed hierbij in ieder geval aandacht aan: — de te verrichten handelingen; — de gebruikte chemicaliën (welke en in welke hoeveelheid); — de wijze van administratieve vastlegging.
4.3
Het gebruik van sneltesten
Geef aan o f en zo ja welke sneltesten worden gebruikt voor het uitvoeren van analyses. Geef hierbij in ieder geval aan welke parameter(s) met de sneltest kunnen worden vastgesteld en zover bekend wat de afwijking ten opzichte van de algemeen erkende analysemethode is. Geef aan hoe wordt omgegaan met uitkomsten van de sneltest die dicht bij de normwaarde liggen. Hanteer hierbij de volgende richtlijn. Als uit de sneltest blijkt dat de uitkomst van de analyse dicht bij de normwaarde ligt (85 7o) mag acceptatie pas plaatsvinden nadat de uitkomst van de sneltest is gecontroleerd aan de hand van de normale analysemethode. 0
De verwerking verantwoord
37
5.
A L G E M E N E EISEN
Neem een lijst met definities en afkortingen op. Maak hiervoor gebruik van de in het rapport "uitvoering aanbevelingen van de commissie H O ľ s en inspectieonderzoek" opgenomen lijst. Beschrijf de beschikbare voorzieningen om de hoeveelheid of het volume van de te accepteren en de af te voeren afvalstoffen te bepalen. Beschrijf de maatregelen die genomen worden indien na definitieve acceptatie blijkt, dat het afval onterecht is geaccepteerd. Geef aan dat het A&V-beleid regelmatig wordt geëvalueerd. Evaluatie dient tenminste eenmaal per jaar te worden uitgevoerd. Beschrijf in de A&V-procedure een 'raamprocedure' waarin is vastgelegd hoe wordt gehandeld indien sprake is van een 'onvoorziene situatie' (een calamiteit etc. die afwijkt van de situaties die in het A & V en AO/IC zijn beschreven en gedekt), wie ervoor verantwoordelijk is en welke follow-up gegeven dient te worden.
38
De verwerking verantwoord
Bijlage
Behoort bij het besluit van het dagelijks Bestuur van het waterschap d.d. (vergunningnr.
Bijlage I X
o;a? -
l t t a ľ
J
Richtlijn opstellen administratieve organisatie en interne controle
De beschrijving van de AO/IC dient de volgende gegevens te bevatten en aan de volgende eisen te voldoen: A Algemeen 1. Een beschrijving van de structuur van de organisatie (inclusief de daaraan gelieerde vennootschappen). 2. Het (milieu)beleid (inclusief concretisering in doelstellingen) ten aanzien van: a) de bedrijfseconomie b) de milieuzorg Hierbij dient tevens het sanctiebeleid (sanctioneren van het niet naleven van interne procedures en instructies) te zijn uitgewerkt. 3. Een beschrijving van de interne organisatie (organogram waarin vermeld de afdelingen en sleutelfunctionarissen). 4. Functie - en taakbeschrijvingen (met taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden). 5. Een functiescheiding met betrekking tot de afdelingen commercie, acceptatie en verwerking. Deze functiescheiding dient tevens aangebracht te zijn in de geautomatiseerde systemen. 6. Een beschrijving van de administratieve processen en geautomatiseerde systemen (inclusief de relatie tussen beide en de verschillende deelsystemen). 7. Een beschrijving van de opleiding en training van het personeel . 8. Een calamiteitenplan (meldingen, noodfaciliteiten, hulporganisaties). 9. Een beschrijving van de wijze van beveiliging van geautomatiseerde systemen en van computerbestanden tegen ongeautoriseerd gebruik of verlies (back up). 10. Milieuzorgsysteem (optioneel): a) Initiële milieubeoordeling (milieuaspecten/milieueffecten); b) Milieubeleidsverklaring; c) Milieuprogramma; d) Meten en registreren; e) Interne audits. 11. Binnen de inrichting moet een registratiepost aanwezig zijn. 12. De gebruikte weeginstallatie moet overeenkomstig de daarvoor geldende voorschriften van het Nederlands Meetinstituut zijn geijkt. 13. De geregistreerde gegevens moeten binnen een werkdag worden bijgehouden. 14. De geregistreerde gegevens moeten gedurende ten minste zeven jaar in de inrichting worden bewaard. B Bedrijfsprocessen en risico's 1. Een beschrijving van de routes die afvalstoffen kunnen doorlopen binnen het bedrijf en de schematische weergave van deze routes. 2. Een beschrijving van de risicoanalyse (per processtap de risico's inventariseren) en de beheersingsmaatregelen waarmee de risico's zijn o f worden afgedekt. Met processtappen worden in ieder geval bedoeld acceptatie, ontvangst, opslag, afvoer, lozing, emissie en de be/verwerkingsprocessen van de afvalstoffen. Beheersingsmaatregelen kunnen worden onderscheiden in fysieke maatregelen, procedures, interne controles en monitoring en audits. 3. Een beschrijving van de meet- en registratiepunten (plaats, wijze van meting, parameters, normen, nauwkeurigheid) ten behoeve van de procesbeheersing en de transparantie van de bedrijfsvoering.
C Administratie 1. Een beschrijving van de administratieve organisatie waarin in ieder geval C7 t/m C l l opgenomen. De verwerking verantwoord
zijn
36
2. In de administratieve organisatie moet naar de primaire vastleggingen worden verwezen (documentnummers) zodat een zoekspoor ontstaat. 3. In de administratie dienen partijen van een identificatienummer te zijn voorzien, voorzover deze afvalstoffen niet in het continue verwerkingproces zijn gebracht; 4. Tracering van partijen dient met locatiecodes plaats te kunnen vinden, voorzover de afvalstoffen niet in het continue be-/verwerkingsproces zijn gebracht. 5. Een beschrijving van de financiële administratie waarmee de verwerkingsprocessen transparant in beeld kunnen worden gebracht. De financiële administratie moet aan de volgende voorwaarden voldoen: »
De financiële administratie (de personen die er werken) dient controletechnisch gescheiden te zijn van de afdelingen/functionarissen die directe betrokkenheid hebben bij het acquireren, accepteren, analyseren, opslaan en be- en verwerken van afvalstoffen. » De financiële administratie, in het bijzonder de grootboekadrninistratie, dient zodanig ingericht te zijn dat hieruit blijkt: « Wat de kernactiviteiten zijn van het bedrijf (dit betekent dus dat de omzet van de verschillende activiteiten is gespecificeerd door bijvoorbeeld grootboekrekeningen te creëren voor de verschillende omzetcategorieën). » Welke afvalstoffen (aard en samenstelling) het bedrijf ontvangt. Hiertoe dienen voor de verschillende afvalstoffen (of de te onderscheiden be- en verwerkingsroutes) afzonderlijke grootboekrekeningen te worden gecreëerd waarop de omzet van de afvalstoffen wordt geregistreerd. » Welke hoeveelheid afvalstoffen (financieel bezien) door het bedrijf is ontvangen. Hiertoe dienen zowel hoeveelheden als de opbrengsten per afvalstof in de administratie te worden opgenomen. In de administratie moeten zowel hoeveelheden als opbrengsten worden getotaliseerd. « Welke afvalstoffen (aard en samenstelling) door het bedrijf afgegeven zijn. Hiertoe dienen voor de verschillende afvalstoffen afzonderlijke grootboekrekeningen te worden gecreëerd waarop de omzet van de afvalstoffen wordt geregistreerd. » Hoeveel de voorraad afvalstoffen bedraagt (deze betreft de voorraad welke eigendom is van het bedrijf dan wel voor rekening van het bedrijf nog verwerkt moet worden. De voorraad kan zich zowel op eigen als op locatie van derden bevinden) en op welke locaties deze voorraad zich bevindt (tank 123, depot, vak a, etc). » Hoeveel de omzet, de kostprijs en de brutowinstmarge bedraagt voor het verwerken van de afvalstoffen. Hierbij dient onderscheid gemaakt te worden in de verschillende soorten afvalstoffen danwel de door het bedrijf onderscheiden be- en verwerkingsroutes. » Op welk tijdstip de afvalstoffen in be- o f verwerking zijn genomen. » De subadministratie voorraden dient integraal onderdeel te zijn van de financiële administratie. Het totaal van deze subadministratie (qua geldwaarde) dient overeen te komen met het saldo van de grootboekrekeningen voorraden in de financiële administratie. In de subadministratie en financiële administratie dienen bij voorkeur alle fysieke voorraadlocaties te zijn opgenomen. « De mutaties tussen de verschillende voorraadlocaties dienen in de financiële administratie geregistreerd te worden. » De financiële administratie moet zodanig ingericht zijn dat per deelproces (kritische activiteiten) een stromenbalans (beginvoorraad + inkomende - eindvoorraad = uitgaande stromen) kan worden opgesteld dan wel de intern opgesteld stromenbalans op een efficiënte en eenvoudige wijze op juistheid en volledigheid kan worden gecontroleerd door de toezichthouder. « In een handboek financiële verslaggeving dient beschreven te zijn welke waarderings- en resultaatbepalingsgrondslagen het bedrijf hanteert ten aanzien van de ontvangst, bewerking, afvoer en voorraadhouden van afvalstoffen.
37
De verwerking verantwoord
»
»
In de AO/IC dient beschreven te zijn hoe het financiële proces m.b.t. afvalstoffen is vormgegeven en welke interne beheersingsmaatregelen (AO/IC) het bedrijf heeft getroffen om een juiste, tijdige en volledige verantwoording in de financiële administratie te bewerkstelligen. Indien voor de operationele bedrijfsvoering gebruik wordt gemaakt van verschillende geautomatiseerde systemen dienen de volgende eisen gesteld te worden: « Beschrijving van de geautomatiseerde systemen en de onderlinge relaties tussen de deelsystemen. » Indien de systemen onderling gekoppeld zijn, dient periodiek te worden vastgesteld dat koppeling ook juist werkt (oftewel zijn alle verzonden mutaties door systeem A ook ontvangen door systeem B. Dit hoeft per definitie niet altijd het geval te zijn). »
Periodiek (kwartaal, maandelijks, of wekelijks) dienen de cijfermatige verbanden die m.b.t. de geld- en goederenbeweging bestaan respectievelijk onderkend kunnen worden tussen de verschillende deelsystemen, schriftelijk vastgesteld te worden. Verschillen dienen nader geanalyseerd te worden. 6. Een sluitend verband dient te bestaan tussen goederenadministratie en financiële administratie. 7. Van alle inkomende en uitgaande partijen moeten de volgende gegevens worden vastgelegd: a) opdrachtnummer (toegekend door de planning in de (voor)acceptatiefase); b) ontdoener (naam, adres, woonplaats, relatienummer); c) aard, samenstelling en stofcode; d) proces van herkomst; e) gewicht; f) tijdstip aanlevering o f afvoer; g) initiële locatiecode; h) indien van toepassing: voorgenomen route van opslag, be-Zverwerking o f verwijdering; i) indien van toepassing: afgifte aan het proces van bewerking, verwerking o f verwijdering (registratie in verwerkingsdossier); j) indien van toepassing: ontvangsten uit het proces van bewerking, verwerking o f verwijdering; k) afgifte aan bewerkers, verwerkers o f vernietigers (naam, adres, woonplaats, relatienummer). 8. Ten aanzien van het acceptatiebeleid moeten de volgende zaken worden vastgelegd: a) aard, herkomst en samenstelling van het afval; b) uitgevoerde onderzoeken gedurende de acceptatie; c) gemaakte keuzes tijdens de acceptatie; d) de beoogde eindbestemming van de reststoffen; e) afwijkingen van gemaakte keuzes; f) de gehanteerde functiescheiding; g) met de klant gemaakte afspraken. 9. Ten aanzien van het verwerkingsbeleid moeten de volgende zaken worden vastgelegd: a) uitgevoerde onderzoeken gedurende de be-Zverwerking o f verwijdering); b) gemaakte keuzes tijdens de be-Zverwerking o f verwijdering; c) tijdstip waarop de afvalstof in het be-Zverwerkingsproces is gebracht; d) per route de hoeveelheden be-Zverwerkte o f vernietigde (grond)stoffen en/of afvalstoffen; e) per route de hoeveelheden van de diverse (rest)stoffen die bij de be-Zverwerking o f verwijdering vrijkomen; f) de eindbestemming van de reststoffen; g) afwijkingen van tijdens het acceptatieonderzoek gemaakte keuzes; h) de gehanteerde functiescheiding; i) met de klant gemaakte afspraken. 10. Ten aanzien van de op- o f overslag van afvalstoffen moeten de volgende zaken worden vastgelegd: a) het gebruikte materiaal bij ompakken en eventuele hulpstoffen; De verwerking verantwoord
38
b) de exacte positie van de goederen. 11. Van alle geweigerde partijen afvalstoffen moeten in ieder geval de volgende gegevens worden geregistreerd: a) naam, adres en woonplaats ontdoener; b) naam, adres en woonplaats transporteur; c) locatie van herkomst; d) datum van ontvangst; e) de hoeveelheid (tonnen); f ) omschrijving aard en samenstelling; g) afvalstoffencode; h) reden van weigering; i) naam, adres, woonplaats geadresseerde van aangeboden partijen die geweigerd zijn. D Interne Controle Een beschrijving van de activiteiten met betrekking tot de interne controle van de werkprocessen. Essentiële controles zijn in dit verband: 1. controleren dat de registratie van afvalstoffen correct heeft plaatsgevonden; 2. periodiek in de goederen- en de financiële administratie per afvalstof balansen opstellen voor de hoofd- en deelprocessen tussen enerzijds beginvoorraad + ontvangen (afval)stoffen H- additieven en anderzijds eindvoorraad ± afgifte (afval)stoffen -t- lozingen + emissies), waarbij de verschillen moeten worden geanalyseerd. Per balans moet de foutenmarge worden vermeld; 3. periodiek controleren o f de fysieke voorraad afvalstoffen, de voorraad volgens de goederenadministratie en de voorraad volgens de financiële administratie overeenkomen; 4. controleren van de juistheid van metingen en van de registratie van metingen; 5. controleren dat tijdige en volledige melding van ontvangen en afgegeven afvalstoffen heeft plaatsgevonden; 6. controleren dat afwijkingen van A&V-beleid onder de juiste autorisatie zijn uitgevoerd; 7. controleren dat mutaties van bestanden onder de juiste autorisatie zijn uitgevoerd; 8. calibratie van de meetapparatuur. E monitoring Een beschrijving van de monitoringsactiviteiten met betrekking tot de realisatie van doelstellingen, de naleving van het A&V-beleid, de toereikendheid van interne beheersingsmaatregelen en de naleving van interne procedures en richtlijnen.
39
De verwerking verantwoord
jijiaaâļ
Behoort bij het besluit van het dagelijks
S
Bestuur van het waterschap d.d. (vergunningnr. lol s~, a i Z.Z.
ARCHIEF
)
Sitech Park Services I IAZI BV
SITECH S E R V I C E S
Aan het Dagelijks Bestuur van het Waterschap Roer en Overmaas Parklaan 10 6131 KG Sittard
Uw kenmerk
Ons kenmerk
Behandeld door
Doorkiesnr
201511739
WTW-2016-022JL
R.Borman/D. Bakker
0622698869
Onderwerp
Datum
E-mail
Nieuw plan van aanpak naar reguliere bedrijfsvoering A C N IAZI
11 januari 2016
[email protected]
Aanleiding Op 4 september jl. is een wijzigingsvergunning (kenmerk 2015-WTW-001 JL) aangevraagd ten behoeve van de lozing van pyrazolen via het effluent van de IAZI. Onderdeel van deze aanvraag was een beschrijving van een plan van aanpak om te komen tot een normale, reguliere bedrijfsvoering van de IAZI en ACN fabrieken. Op 4 september ontvingen wij uw gedoogbeschikking met kenmerk 201508835 met geldigheidsduur 4 september 2015 tot en met 14 september 2015. Op 14 september is een nieuwe gedoogbeschikking (kenmerk WTW-2015-007JL) aangevraagd. Onderdeel van deze aanvraag was een nadere en meer actuele beschrijving van de invulling van het plan van aanpak Fase A en B uit de wijzigingsvergunningsaanvraag, om gecontroleerd over te gaan naar stabiele bedrijfsvoering. Op 15 september ontvingen wij uw gedoogbeschikking met kenmerk 201508879, waarvan het plan van aanpak in WTW-2015-007JL onderdeel was. Op 8 oktober ontvingen wij van u een intrekking van de gedoogbeschikking (kenmerk 201510105), een beschikking dwangsom opleggen overschrijding norm pyrazool (kenmerk 201510097) en een aanschrijving toezicht vorderen meetgegevens en informatieverstrekking inzake lozing pyrazool (kenmerk 201510104). In de aanschrijving toezicht wordt gerefereerd naar het plan van aanpak in WTW-2015-007JL. Op 23 oktober stuurden wij een reactie op uw aanschrijving (kenmerk WTW-2015-JL015) waarin wij m.b.t. het plan van aanpak uit WTW-2015-007JL aangaven dat dit plan inmiddels ziet op een achterhaalde situatie en dat strict rapporteren conform de in de vordering genoemde 4 veranderingen niet zinvol is en dat wij dit graag nader willen toelichten. Op 10 november ontvingen wij uw brief (kenmerk 201511739) met het verzoek om een nieuw plan/voorstel te maken ter bespreking.
Bezoek adres: Urmonderbaan 22 6167 RD Geleen Post adres: Postbus 27 6160 MB Geleen KVK 14084884 BTW NL814416317B01 1/7
SITECH S E R V I C E S Onderstaand concept plan van aanpak is een nadere en meer actuele invulling (op basis van de huidige inzichten en met toepassing van BBT technieken) van de plannen zoals beschreven in 2015-WTW-001JL en WTW-2015-007JL en dient in deze zin te worden gezien als vervanging hiervan. Het concept plan vormt de overgangsperiode om gecontroleerd over te gaan naar stabiele bedrijfsvoering zoals beschreven in onze aanvraag met kenmerk 2015-WTW-001 JL. Huidige situatie Inmiddels is duidelijk dat het pyrazool verwijderingsrendement van de IAZI behoudens enkele pieken ten gevolge van bijzondere omstandigheden optimaal is. Zie bijlage 1. Beide A C N fabrieken hebben gedurende langere periode (17-22 oktober) op vollast geproduceerd waarbij gedurende meerdere dagen alle pyrazoolhoudend afvalwater verwerkt is op d e IAZI met een verwijderingsrendement ^9 Zo. In de periode 26 november tot 15 december is er een grotere pyrazoolhoudende stroom op de IAZI verwerkt t.o.v. die bij vollast van A C N fabrieken met een verwijderingsrendement ^ 9 Z o . De IAZI kan derhalve de volledige afvalwaterstroom bij vollast ACN verwerken. 0
0
De afvalwaterstromen van de A C N staan deels rechtstreeks naar de IAZI geschakeld en deels via berging C. Beschrijving verderop in deze notitie. Bergingsbassin A heeft de reguliere functie voortijdelijke opslag van afvalwater van de locatie in geval van calamiteiten of zware regenval om een ontregeling van het afvalwaterzuiveringsproces te voorkomen. Bergingsbassins B en C zijn in gebruik als opslag/buffervoorziening voor pyrazoolhoudend afvalwater van de A C N fabrieken. Beschrijving verderop in deze notitie. Beoogde eindsituatie In de eindsituatie is het doel om geen pyrazool houdend afvalwater meer in berging B en C opgeslagen te hebben en verwerking van de afvalwaterstromen bij vollast van de A C N fabrieken met ^9Vo pyrazool verwijderingsrendement. Of er zonder tussenbuffer gewerkt kan worden is nog onderwerp van studie. De uitkomst hiervan zal worden gedeeld met het bevoegd gezag. Na evaluatie en met instemming van het bevoegd gezag zal besloten worden in hoeverre zonder tussenbuffer gewerkt kan worden. De status van onderzoek hoe de inhoud van berging B en C het meest optimaal verwerkt kan worden is dat biologische afbraak via verwerking in de IAZI op dit moment de enige optie op korte termijn is. Het is in de periode 26 november tot 15 december ook bewezen dat geleidelijke verwerking via de IAZI mogelijk is. Andere onderzochte alternatieven blijken niet haalbaar om reden van schaalgrootte (adsorptie), overblijven van een alsnog te verwerken reststroom (reversed osmose) of zijn nog in validatie op laboratoriumschaal (biologische afbraak in aparte zuivering). Het plan van aanpak richt zich hierom op uiteindelijke verwerking van de opgeslagen hoeveelheid afvalwater via biologische afbraak in de IAZI als additionele toevoer bovenop de reguliere verwerking van de A C N afvalwaterstroom.
2/7
SITECH S E R V I C E S Plan van Aanpak Beheersing van de pyrazool lozing via IAZI effluent middels: a) Beheersing van de toevoer van pyrazolen naar de IAZI b) Beheersing van de procesvoering van de IAZI tav het afbreken van pyrazolen c) Het toepassen van gerichte en directe monitoring van de concentratie pyrazool in het effluent van de IAZI middels de analyse van periodieke steekmonsters Ad a) beheersing toevoer van pyrazolen -
-
Bergingen B en C fungeren als opslag/buffervoorziening voor pyrazoolhoudend afvalwater van de A C N fabrieken Bergingen B en C hebben voorzieningen waardoor deze zijn afgesloten van riolen, hiermee zijn eventuele ongecontroleerde lekstromen richting IAZI uitgesloten Middels een pompvoorziening kan de inhoud van berging B en C overgepompt worden tussen deze twee bergingen Van de 4 deel afvalwaterstromen zijn er 2 rechtstreeks geschakeld naar de IAZI (Bkolommen A C N fabrieken). De 2 overige deelstromen (A-kolommen ACN-fabrieken) staan via een tijdelijke leiding geschakeld naar Berging C. Middels een pompvoorziening wordt via een gemeten en geregelde stroom de toevoer van pyrazoolhoudend afvalwater vanuit berging C naar de IAZI ingesteld en beheerst
Voor een schematisch overzicht wordt verwezen naar bijlage 3 bij dit schrijven. Op basis van ervaring in de afgelopen maanden worden bij verhoging van het aanbod van pyrazool naar de IAZI kleine stapgroottes aangehouden (max 3 kg/uur pyrazool toename) en wordt aan de hand van de respons op steekmonsters in het IAZI effluent bepaald wanneer volgende stap mogelijk is. In het geval dat pyrazool verwijderingsrendementsdalingen voorzien of gedetecteerd worden, dan wordt de toevoer vanuit berging C naar de IAZI verminderd. Opmerking: Ten einde voldoende bergingscapaciteit in berging B en C te garanderen wordt mogelijk een tijdelijke voorziening geïnstalleerd waarmee middels Reversed Osmose (RO) het gebufferde afvalwater in de bergingen geconcentreerd wordt. Op het concept en de beheersing van toevoer van pyrazolen heeft dit geen invloed. Ook heeft deze voorziening geen functie in pyrazoolverwijdering aangezien het slechts tot een indikking van de concentratie van het afvalwater resulteert. Voor de volledigheid is in bijlage 3 schematisch weergegeven hoe deze RO in het processchema komt. Momenteel vindt een test op pilot niveau plaats. Bij gebleken geschiktheid wordt, afhankelijk van de op dat moment heersende situatie rond de bergingen, besloten'om al dan niet over te gaan tot het installeren en in gebruik nemen van een RO-unit. Ad b) beheersing procesvoering IAZI tav afbraak pyrazolen Naar de huidige inzichten is maximaliseren van de biologische adaptatie in de afbraak van pyrazolen in de IAZI essentieel:
3/7
SITECH S E R V I C E S -
-
-
Beheersing van dosering van het pyrazool aanbod is hierboven beschreven onder a. Optimale beluchting, middels reguliere en dosering van zuivere zuurstof wordt het zuurstofgehalte in de IAZI bassins gestuurd Fluctuaties in de toevoer van andere componenten aan de IAZI kunnen van invloed zijn. Voor toenames in de gemeten IAZI procesvariabelen ammoniak, nitraat en CZV worden continu beoordeeld of deze aanleiding zijn een maatregel te treffen vanwege verwacht effect op pyrazool verwijderingsrendement. Maatregelen zijn het verminderen van de toevoer van pyrazool naar de IAZI (zie a) en/of buffering in berging A van deelstromen van de locatie welke vervolgens geleidelijk op de IAZI verwerkt worden zonder effect op pyrazool verwijdering In de bestaande procedure van voormelding en beoordeling van incidentele lozingen naar de IAZI vanuit installaties op Chemelot wordt naast de algemene werking van de IAZI specifiek de invloed voor pyrazool verwijderingsrendement meegenomen. De beoordeling kan leiden tot weigering van lozing of acceptatie onder voorwaarden (timing, debiet, buffering).
Ad c) gerichte en directe monitoring middels steekproeven Monitoring van de concentratie pyrazool in het IAZI effluent vindt plaats middels meting van periodieke steekmonsters. Hierdoor kunnen de maatregelen genoemd onder a) en b) bij een dreigende overschrijding direct genomen worden. De benodigde frequentie voor het nemen en analyseren van de periodieke steekmonsters is afhankelijk van de procesvoering. In stabiele situatie rond de IAZI zal deze lager kunnen zijn dan in dynamische omstandigheden. Momenteel wordt een frequentie aangehouden van elke 6 uur, middels evaluatie van de doelmatigheid kan deze frequentie in overleg en onder goedkeuring van het bevoegd gezag aangepast worden. De pyrazool lozing per 24 uur wordt gemeten middels analyse van representatieve 24 uurs opbouwmonsters van het IAZI effluent. Een puntsgewijze samenvatting van de stappen en uitgangspunten van dit plan van aanpak vindt u in Bijlage 2 bij dit schrijven. Hierbij hebben wij ons gebaseerd op de huidige stand van zaken en kennis welke wij voorhanden hebben om de pyrazoolverwijdering te maximaliseren en de effluentconcentratie van de IAZI te laten voldoen aan de gestelde normen. Indien calamiteiten of (onvoorziene) omstandigheden leiden tot aanpassing, dan zullen wij u hierover nader berichten. Wij nemen aan dat middels dit schrijven aan uw verzoek van 10 november om een nieuw plan van aanpak aan te leyerénźls voldaan.
telijns
4/7
SITECH S E R V I C E S Bijlage 1 Rendement pyrazool verwijdering IAZI
V e r w i j d e r i n g pyrazole in de IAZI o.b.v. a n a l y s e s R e s o l v e / A Q Z 1C0K
"fS.
5
4056
0% 20-jun
I 10-jul
30-jul
19-aug
8-sep
28-sep
18okt
7-nov
27-nov
17-dec
—•—Verwijdering in IAZI
Tot begin augustus was het verlaagde verwijderingsrendement het gevolg van een zich nog herstellende microbiologische activiteit in de IAZI. Hierna zijn er verschillende situaties opgetreden waarin bijzondere omstandigheden in pieklozingen geresulteerd hebben.
5/7
SITECH S E R V I C E S
Bijlage 2: Samenvatting Plan van Aanpak dd 20 december 2015
Uitgangspunten en randvoorwaarden Bergingen/Buffer: Berging A ten alle tijden geschikt om opvang Calamiteiten (e.g. vanuit de site of meteorologisch) te garanderen; Berging B en C geschikt om buffercapaciteit pyrazoolhoudend afvalwater van de A C N fabrieken te garanderen en gerichte toevoer pyrazoolhoudende stroom naar de IAZI te reguleren Uitgangspunten en randvoorwaarden IAZI: Optimale beluchting in werking gezet: lucht- en/of zuurstofdosering Ingrijpen op rendementsdalingen via sturing vracht naar IAZI en/of buffering van deelstromen locatie Uitgangspunten en randvoorwaarden monitoring: Periodieke steekmonsters effluent, responstijd 2 uur. Toetsing lozingsnorm - * sturing vracht naar IAZI via afvoer Berging C of buffering deelstroom van locatie Indien relevant periodiek steekmonster Berging A. T.b.v. berekening in te stellen debiet uit Berging A indien verantwoord dan wel om calamiteitenbuffer te garanderen Periodiek steekmonster Berging C. T.b.v. berekening in te stellen debiet uit Berging C voor beoogde vracht Periodiek steekmonster Berging B 24 uurs opbouwmonster influent en effluent Uitgangspunten en randvoorwaarden regelstrategie: In gecontroleerde stappen (maximaal 3 kg/uur pyrazool aanbod aan IAZI verhogen vanuit Buffer of A C N fabrieken. Respons op steekmonsters IAZI effluent bepaald wanneer volgende stap gemaakt kan worden Via meetsysteem IAZI pyrazoolconcentratie effluent bewaken Bij dreigende overschrijding lozingsnorm pyrazoolbelasting naar IAZI vanuit Berging C verlagen en/of buffering van deelstromen locatie, indien noodzakelijk A C N belasting terugregelen
6/7
SITECH S E R V I C E S
jlage 3: S c h e m a t i s c h overzicht afvalwater verwerking A C N fabrieken
Situatie
AlvJwdt«rtuXom B
AfvaJw Jtęrholom A
9 Afualwaterkolom A
Ũebietrmettrig en regeling
Pomp
ŞjįuaUe.rnetjŖP
Aívű^iícrkororn Q MM
MUI EÍĪIucni
i Atv.ìlw.itcfRCMm A
Aív.ilw,iteiltclom 8
Gebietrmeling en regeling
Aív.llwJWrkuíorn A
7/7
Behoort bij het besluit van het dagelijks Bestuur van het waterschap d.d. (vergunningnr. Z o / Ç , c i 2JZ
)
ICHIEF
SITECH S E R V I C E S
Memo Onderwerp
Van
Datum
Haalbaarheid korte termijn pyrazool emissie reductie opties
R. Borman
3 november 2015
Aan
Afschrift
Kenmerk
Waterschap Roer en Overmaas
WTW-2015-JL-016
1. Achtergrond In dit memo wordt toegelicht welke opties zijn onderzocht om op korte termijn de pyrazool emissie reductie structureel te verlagen, naast de inzet van de Integrale Afvalwaterzuiveringsinstallatie (IAZI) en de bergingen op de site. Deze memo is in aanvulling op WTW-2015-JL0014.
2. Opties in de Acryionitril (ACN) fabriek
Productie: In de ACN fabriek wordt pyrazool geproduceerd als onvermijdelijk bijproduct van de propeen ammoxidatie. Optie Vervangen katalysator propeen ammoxidatie die minder pyrazool als bijprodukt produceert. Wijzigen reactor condities zodat minder pyrazool als bijprodukt wordt gemaakt.
Problemen bij deze optie Een katalysator met wezenlijk andere pyrazool productie is niet commercieel beschikbaar. Ontwikkeling van een dergelijke katalysator wordt door derde partijen gedaan en betreft een lang meerjarentraject. Conclusie: geen korte termijn optie Binnen het huidige operating window van de reactor is er geen mogelijkheid om de produktie van pyrazool te verminderen. Conclusie: geen korte termijn optie
Nascheiding: Het in de reactor gevormde pyrazool komt uiteindelijk deels in het afvalwater van de ACN fabriek en deels in een andere afvalstroom (ZA-olie). Verschillende technieken om pyrazool hier uit af te scheiden zijn op korte termijn niet implementeerbaar.
Optie Reversed Osmose (RO) om pyrazool verder af te scheiden uit de afvalwaterstroom naar de IAZI
Problemen bij deze optie De toepassing voor RO tav het verwijderen van pyrazool is onbekend en er zijn beperkt data over het rendement. Daarnaast zal de afgescheiden stroom met pyrazool moeten worden teruggeleid in het ACN proces omdat deze te veel water bevat om als afvalstof gericht te kunnen worden afgevoerd. Het effect hiervan is onbekend en kan majeure effecten hebben op de bedrijfsvoering van de ammonium sulfaat (kunstmest) sectie; zowel op het gebied van produktkwaliteit van deze kunstmest als op de stabiliteits-
SITECH S E R V I C E S
Toepassen actieve kool om pyrazool af te vangen in afvalwaterstroom naar de IAZI
Toepassen lonenwisselaars om pyrazool uit de afvalwaterstroom te verwijderen Separate biologische afvalwater zuiveringsinstallatie nageschakeld aan de ACN
eigenschappen van de in deze sectie afgescheiden ZA-olie Dit zijn grote operationele bedrijfsrisico's. Conclusie: geen korte termijn optie Het afvalwater van de ACN installatie bestaat naast pyrazool uit diverse andere organische componenten (CZV). Deze worden ook gefilterd met deze techniek hetgeen van invloed is op de bedrijfsvoering van de IAZI, die actief stuurt op een CZV- Tot N balans Mede door de overige organische componenten is er naar verwachting een zeer grote hoeveelheid actieve kool nodig (-10 vrachtwagens per dag actieve kool) plus externe regeneratie. Conclusie: geen korte termijn optie. Er zijn geen ionenwisselaars bekend welke pyrazool met voldoende hoog rendement kunnen verwijderen. Hier zal eerst onderzoek naar gedaan moeten worden. Conclusie: geen korte termijn optie. Ook bij deze optie (evenals actieve kool) zal de bedrijfsvoering van de IAZI - CZV/KjN balans negatief beïnvloeden. Echter wat voor deze optie cruciaal is of de bestaande microbiologische organismen danwel andere organismen van de IAZI in staat zijn om deze specifieke (hoog geconcentreerde, anders samengestelde) afvalwaterstroom met voldoende rendement tav pyrazool te verwijderen. Conclusie: geen korte termijn optie.
3. Microbiologische opties; opties in de IAZI
In memo WTW-2015-JL0014 is beschreven wat al op korte termijn is gedaan om de emissie van pyrazool te reduceren. Daarnaast: Optie Andere bedrijfsomstandigheden IAZI
Problemen bij deze optie Er is op dit moment geen analysetechniek beschikbaar die met voldoende nauwkeurigheid en snelheid is gevalideerd om de invloed van de vele variërende bedrijfsomstandig heden van de IAZI direct en onafhankelijk vast te stellen. Daarnaast is er relatief weinig specifieke wetenschappelijke kennis over het gedrag van pyrazool afbrekende micro organismen. Hiervoor is additioneel laboratorium onderzoek nodig Dit onderzoek is gestart en is in het plan van aanpak beschreven. Conclusie: geen korte termijn optie
SITECH S E R V I C E S 4. Nabehandeling van afvalwater uit de IAZI
Optie Behandeling met UV, ozon om pyrazool additioneel te verwijderen na de IAZI
Actieve kool om pyrazool additioneel te verwijderen na de IAZI
5.
Problemen bij deze optie Het afvalwater van de IAZI heeft een andere samenstelling en debiet dan waar deze technieken normaal gesproken bij waterzuiveringsmaatschappijen op worden ingezet. Het is onduidelijk hoe effectief deze technieken gaan zijn. Gezien de omvang van de te behandelen stromen zijn er grote installaties nodig, waarmee geen ervaring is op de Chemelot site. Conclusie: geen korte termijn optie Evenals bij de optie benoemd in paragraaf 2 gaat het ook hier om een zeer grote installatie om een effectieve pyrazoolverwijdering te kunnen garanderen. Er is een grote hoeveelheid actieve kool nodig omdat de waterstroom van de IAZI heel groot is (1 rn^s) en de concentratie pyrazool erg klein is naast de overige organische componenten aanwezig in deze stroom. Deze techniek is niet in staat om enkel pyrazool af te vangen en niet de overige organische componenten. De inschatting is dat ook hier meerdere vrachtwagens per dag nodig zijn om de actieve kool te vervangen en regenereren. Conclusie: geen korte termijn optie
Conclusies
De enige techniek die op korte termijn tot vermindering van de pyrazool emissie gaat leiden is het inzetten van de IAZI als best beschikbare techniek in combinatie met het flexibel inzetten van de bergingen om de IAZI zo constant mogelijk te belasten. Bij alle overige technologieën zijn er vraagtekens ten aanzien van de technische haalbaarheid in de specifieke omstandigheden in de ACN en/of de IAZI en/of de kosteneffectiviteit.
SITECH S E R V I C E S
Memo Onderwerp
Van
Datum
Plan van Aanpak Studies verminderen Pyrazool emissie
R. Borman
21 oktober 2015
Aar
Afschrift
Kenmerk
Waterschap Roer en Overmaas
WTW-2015-JL0014
1. Aanleiding In juni 2015 werd een onbekende stof in de Maas aangetroffen via de analyse op polaire stoffen van het Maaswater Nader onderzoek wees uit dat het hoogst waarschijnlijk een stof was afkomstig van het Chemelot terrein Aanvullende monsternames en gericht onderzoek leidde 24 juli 2C15 tot de conclusie dat het de stof Pyrazool betrof Het is bekend dat Pyrazool wordt gevormd bij de productie van A C N en wordt afgevoerd o.a. via de afvalwaterstromen van de fabriek naar de IAZI. De verhoogde lozing van Pyrazool was het gevoig van een verstoring van de biologische activiteit van de IAZI Vanuit het overleg met o a. W R O , RWS en WML/Evides is vervolgens gezien de op dat moment aanwezige concentratie van Pyrazool in de Maas aangegeven dat op korte termijn maatregelen getroffen dienden te worden om de Pyrazoollozingen als gevolg van de verstoring van de IAZI te reduceren. Periode
augustus-september
Op 4 augustus is een eerste plan van aanpak in werking gesteld waarbij. de ACN-fabrieken fors zijn teruggeschakeld in hur produktiecapaciteit waarmee het aanbod van Pyrazool naar de IAZI per direct werd gereduceerd, er gebruik la gemaakt van de strategische voorraad (mei) van lAZl-siib welke in de IAZI is gesuspendeerd ter versnelde revitalisering v a r de biologische activiteit er een tijdelijke leiding is aangebracht om de afvalwaterstromen van de A C N te verdelen over de IAZI en de bergingen welke zijn gebruikt om een deel van de afvalwaterstromen van de ACN-fabrieken te bufferen. Dit heeft per direct geleid tot een significante reductie van de Pyrazoollozingen naar de Maas Het betrof hier echter geen structurele maatregelen. Periode
september-oktober
Om deze tijdelijke maatregelen vervolgens weer om te zetten naar structurele maatregelen zijn in deze periode verschillende ceelstappen genomen, te weten Deelstap in beheersing Pyrazool Vaststelling dat de ACN-fabrieken de enige bron zijn van Pyrazool toevoer naar de IAZI oc de Chemeict locatie Gen'cnte monitoring rendement IAZI tav Pyrazoolverwijdering 7s Detering van de responstij van de r
Huidige stand van zaken {21 oktober 2015) Status quo
Het rfkieni en effluent van de IAZI wordt nog 3teeds bemonste-d en gemeten . Intertek is inmiddels ir staat om Pyi azool te runnen
SITECH S E R V I C E S ana ysetechnie* om Pyrazcol te detecteren
Verhoging van de meetfrequentie
Aanpassing dosering vanuit de bergingen naar de IAZI Vaststelier van de staDgroctte waarmee de Pyazooltoevoer naar de IAZI verhoogd kan worden
OvsrwaKíng zuustofgenalte ^ -saus :o' bijsturen additionele zu j-stof
analyseren in de noodzakelijke concentratie range H erdoor kan op de Chemelot site sneller gemeten worden. Dit is overeengekomen met WRQ De anaiyse is nog in ontwikkeling en nog niet definitief gevalideerd Naast 24 uurs dagopbouwmonsters worden om de 6 uur steekmonsters genomen met een zo Kort mogelijke responstijd. Er is een. pomp geplaatst om de toevoer van (Pyrazoolhoudend afvalwater gericht te doseren. Een verhoging van de Pyrazooltoevoer naar de IAZI met een stapgrootte van 3 kg/uur is mogelijk zonder overscnnjding van de waarden weixe met WRO zijn overeengeKomen Grotere stappen zijn de afgelopen weKen nog niet nader genomen. De toevoer van additionele zuurstof bovenop de beluchting van de afvalwaterzuivering heeft een mogelijke invloed op het rendement van de IAZI Zie hieronder
Technisch onderzoek naar potentiële (additionele) Pyrazool verw ijd eri ngstech n ieken Technisch onderzoek naar mogelijkheden Zie hieronder om de Pyrazoolproduktie in de ACN fabrieken te reduceren Zie hieronder Technisch onderzoek naar de mogelijkheden om de Pyrazool verwijdering in de IAZI te vernogen Bovenstaande is aís input gebruik' om de vervolgstappen in het plan van aanpak ten behoeve van onderzoeK naar verdere reductiemogelijkheden ten aanzien van Pyrazolen te definiëren De vraag naar de noodzaak daartoe blijft m dit plan van aanpak buiten b e s c h o u w i n g Pyraicle concentratie Effluent
ÌAZI ug/l
h i
i
i
Ce goede res jltaten van de maatregelen die getroffen z'jn .vm de in juli 2015 ontstane situatie zi r n bovenstaande grafie* zichtbaar De aanvankelijk noge Pyrazoc concentraties .an ĮUH en ;uii zijn vanaf augustus sterk gedaala J e 'aatste ^oge piekwaarde in oktober oetreřt net gevolg v a r een calamiteit zie * a d e h eronder) r
,.
..
..
.
-
....
,,
SITECH S E R V I C E S 2.
Plan van Aanpak
Er zijn in totaal 4 potentiële sporen voor studie geïdentificeerd naar de m o g e l i j k h e d e n tot reductie van Pyrazool naar het oppervlaktewater Het betreft studie naar: (1) reductie van de produktie van Pyrazool dan wel reductie van de afvoer van Pyrazool naar het afvalwater van de ACN fabrieken naar de IAZI (spoor 1) (2) plaatsing van een nageschakelde techniek tussen de A C N fabrieken en de I A Z I (spoor 2) (3) verbeteren van de performance van de IAZI (spoor 3) (4) plaatsing van een nageschakelde techniek na de IAZI (spoor 4) Schematisch
overzicht afvalwaterstromen
irt reductie
Pyrazolen
Ovarig* fabrieken Chamofot
ACN produIctia-aiatatJatta nu
d»
(2)
(3)
(4)
Spoor 1 e n 2: Studies inzake technologie om de e m i s s i e van Pyrazool vanuit de A C N te verminderen Er is nader onderzocht door technologische specialisten van het A C N produktieproces naar de mogelijkheden om de produktie van Pyrazool te reduceren Voor structurele reductie van de emissie van Pyrazool zonder de capaciteit van de fabriek te reduceren, is ontwikkeling van technologie nodig. De oijproductie van Pyrazool in de propeen ammoxidatie is rechtstreeks gekoppeld aan de produktie en afhankelijk van het type katalysator en de procesomstandigheden m de reactor Wijziging van deze factoren vergt een meerjarig onderzoek door externe partijen (o.a. katalysator producenten), en hebben naar verwachting grote serieuze bedrijfseconomische consequenties voor oijvoorbeeid grondstofverbruik Tevens is er grote onzekerheid in de haalbaarheid var deze maatregelen Daarom zal het onderzoek naar reductie van Pyrazoolaanbod naar de IAZI beschouwd vanuit de ACN-fabrieken zich richten op het -sduceren van Pyrazool m de warenge stromen ín de fabriek. Pyrazool wordt op 2 manieren afgevoerd van de ACM fabrieken via de afvalwaterstroom naar de IAZI en via de ZA-one welke als afval wordt afgevoerd van de locatie Uit een lopende inventarisatie van technologieën lijkt sen combinatie van de plaatsing
SITECH S E R V I C E S van een nageschakelde techniek en een andere bedrijfsvoering van de Z A V i n s t a l l a t i e (ammonium sulfaat kristallisatie fabriek) van de ACN fabrieken het meest kansrijk. B i j deze technologie worden Pyrazool en ook andere organische componenten meer r i c h t i n g d e ZAolie afvalstroom van de A C N fabriek gestuurd. Voor de nageschakelde techniek k o m e n Reversed Osmose of ionenwisseling vooralsnog als meest haalbaar naar voren • e complexiteit van dit onderzoek wordt gevormd door de volgende factoren: » Er zijn geen referenties ten aanzien van het verwijderen v a n Pyrazool m i d d e l s Reversed Osmose of een íonenwisselingunit in afvalwaterstromen van A C N produktie-installaties. « De productkwaliteit van het geproduceerde ammoniumsulfaat ( k u n s t m e s t ) in de ZAV-installatie dient niet negatief beïnvloed te worden. » Er zijn belangrijke veiligheidsrandvoorwaarden waar de geproduceerde Z A - o l i ë aan dient te voldoen. De samenstelling en daarmee gerelateerde chemische stabiliteit van deze olie mag niet onacceptabel wijzigen. « De samenstelling van het afvalwater richting IAZI zal niet alleen q u a P y r a z o o l gehalte drastisch wijzigen, maar betreft ook het totale C Z V gehalte Dit kan mogelijk zeer ingrijpende gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering van de IAZI s
Het plan van aanpak voor dit onderzoek spoor is: A. Alternatieven onderzoeken met als doel vast te stellen welk alternatief d e h o o g s t e kans van slagen heeft en het meest kosteneffectief is (doorlooptijd 3 m a a n d e n ) . B. Nadere uitwerking van de toepasbaarheid van het geselecteerde alternatief (of de geselecteerde alternatieven), bijv. Reversed Osmose of ionenwisseling in c o m b i n a t i e met chemische eigenschappen van Pyrazool (doorlooptijd 5 maanden) C. Uitontwikkelen ontwerp tot conceptual engineering en vaststellen h a a l b a a r h e i d inclusief kosteneffectiviteit en risico's (doorlooptijd 4 m a a n d e n ) Deze stappen zijn sequentieel. Daarmee wordt de totale doorlooptijd v a n dit traject bij succesvol afronden van stap A, 12 maanden. Bij verdere implementatie van e e n kosteneffectief en technisch haalbare technologie moet rekening gehouden w o r d e n met een doorlooptijd van 1-3 jaar, afhankelijk van ae o m v a n g en Turn-Around cyclus.
S p o o r 3: Studie naar het verbeteren van d e performance v a n de IAZI 0
Met een rendement ten aanzien van Pyrazoolverwijdering tot ^9 Zo is de IAZI op C h e m e l o t op dit moment d e Best Beschikbare Techniek voor het verwijderen van Pyrazool uit afvalwater Voor zover bekend zijn er geen andere afvalwaterzuiveringsinstallaties welke een dergelijke afbraak van Pyrazool kunnen realiseren. Dit onderzoekspoor richt zich op de mogelijkheden om deze B B T technologie verder te verbeteren. Belangrijke randvoorwaarde voor dit onderzoek spoor is dat de A C N fabrieken in bedrijf zijn m e t e e n stabiele bedrijfsvoering. T e n aanzien van de afbraak van Pyrazool in de IAZI zijn 2 factoren van belangverwijderingsrendement en stabiliteit. Het verwíjderingsrenaement (omzetting van Pyrazool) van de IAZI kan van vele parameters afhangen. » » *
Absolute belasting vanuit de A C N en/of de bergingen Wijziging in belasting vanuit de A C N en/of de bergingen Belasting var de IAZI met verschillende stoffen vanuit andere fabrieken op Chemelot
SITECH S E R V I C E S «
Er zijn * » » »
Microbiologische activiteit (concentratie verschillende stoffen, inhibitie, toxiciteit, pH, temperatuur, samenstelling slib, etc.) meerdere reguliere bedrijfsvoeringen van de ACN en de I AZI : Normaal, maximaal bedrijf van de ACN fabrieken Al dan niet verwerken bergingen Opstart/shutdown A C N fabrieken Al dan niet bijstaan van andere fabrieken op Chemelot
Naast voorgenoemde wordt de complexiteit van dit onderzoek gevormd door de v o l g e n d e factoren, « De I AZI van Chemelot is uniek in haar combinatie van aanbod en microbiologische activiteit. Er is geen tweede gelijke combinatie in de wereld. Dat betekent d a t alle ervaring ten aanzien van Pyrazoolverwijdering zelf zal moeten worden o p g e b o u w d en geïmplementeerd. » Er zijn vele invloeden die niet allemaal onafhankelijk te controleren zijn waarbij slechts kleine deelstappen genomen kunnen worden » Het kan dagen duren voor het effect van elk klein stapje helder is, b e s c h o u w d vanuit het lage microniveau waarop de concentratie zich bevindt « Het verbeteren van het rendement tav Pyrazoolven.vījdering m a g geen negatieve invloed hebben op de vergunningsvoorwaarden van de I AZI (o.a. CZV, TotN) » De meetmethodieken verschillen en zijn in nog in ontwikkeling
Het plan van aanpak voor dit onderzoek spoor ís: A. Bepalen gauge R&R van de analyse methoden hoe reproduceerbaar, kwantitatief en geschikt zijn de beschikbare analyse methoden. Doorlooptijd 2 maanden B. Onderzoeken invloed wi|zigingen in de bedrijfsvoering op het Pyrazool verwijderingsrendement van de I AZI Doorlooptijd 10 maanden C. Opbouwen fundamentele kennis microbiologie in samenwerking met instituten/universiteiten Doorlooptijd 6 maanden D. Toepassen en toetsen fundamentele kennis in de I AZI Doorlooptijd 6 m a a n d e n . Randvoorwaarde is dat hier geen significante hardware wijzigingen voor nodig zijn Naast het verkrijgen van diepgaander inzicht in de werking van de I AZI kan dit onderzoek ook tot de conclusie leiden dat een specifieke (mini)afvalwaterzuiveringsinstallatie nageschakeld aan de A C N fabriek een optie is. Deze optie zal specifiek onderzocht worden en vergeleken met opties uit de andere onderzoekssporen. I mplementatie hier van zal 12 ļaar duren i.p.v. de 6 maanden genoemd in stap D van het plan van aanpak Totale doorlcootijd van dit onderzoekstraject met twee parallelle sporen (A/B en C/D) is 12 maanden.
S p o o r 4: Studie naar technologie o m het afvalwater uit de IAZI na te behandelen Er is een studie uitgevoerd door een externe consultant welke technologieën heeft geïdentificeerd, analoog aan technologie gebruikt door waten,vinbedrijven, die mogeiijk Pyrazool verder kunnen reduceren. A a n de hand van deze studie zijn de voigende technologieën gedefinieerd: « Behandeling met UV
SITECH S E R V I C E S « * «
Behandeling met ozon, Actieve kooffiltratie, Filtratie middels zand- en/of netbedden
In het onderzoek spoor wordt gekeken of en welke van deze technologieën e e n s t r u c t u r e l e oplossing zouden kunnen bieden. De complexiteit van dit onderzoek wordt gevormd door de volgende factoren: » Er is binnen Chemelot geen ervaring met deze technologieën. » De concentratie van Pyrazool e n andere stoffen in het water İ3 heel a n d e r s d a n waar de technologieën bij andere bedrijven worden ingezet. » De hoeveelheid water (ca 1 rrŕVs) is erg groot e n zal veel vergen van d e t e c h n o l o g i e Het plan van aanpak voor dit onderzoekspoor is: A. Haalbaarheidsstudie van genoemde alternatieven (incl. schatting kosteneffectiviteit) (doorlooptijd 4 maanden) B. Uitontwikkelen ontwerp tot conceptual engineering en evaluatie h a a l b a a r h e i d (incl. kosteneffectiviteit) en nadere beschouwing risico's (doorlooptijd 4 m a a n d e n ) Doorlooptijd van dit onderzoek is 8 maanden. Bij verdere implementatie v a n e e n kosteneffectief en technisch haalbare technologie moet rekening g e h o u d e n w o r d e n met e e n doorlooptijd van 1-2 jaar.
3. Evaluatie van de alternatieve onderzoek sporen Schematisch kunnen de genoemde onderzoek sporen met milestones als volgt w e e r g e g e v e n worden: !
Uitvoerings -stap 1 Evaluatie punt 1 Uitvoerings -stap 2
Evaluatie punt 2 Uitvoerings -stap 3
Evaluatie punt 3 Evaluatie punt 4
Onderzoek spoor 1 sn 2: Reductie Pyrazooltoevoer van ACN naar IAZI Alternatievenonderzoek
Onderzoek spoor 3. Verbeteren performance IAZI (2 parallelle deelonderzoeken)
Onderzoek spoor 4: Nabehandeling afvalwater IAZI
Vaststellen monitoring A analyse
Alternatievenonderzoek
•Na 3 maanden
Na 2 maanden
Opbouwen fundamentele kennis microbiologie Na 6 maanden
Toepasbaarheid uitkomst alternatievenonderzoek
Onderzoek invloed wijzigingen in de bedrijfsvoering IAZI op Pyrazool verwijderfngsrendement 10 maanden na evaluatiepunt 1
Toepassen en toetsen fundamentele kennis in de IAZI
Haalbaarheid tot conceptual engineering en vaststellen haalbaarheid t a v jmpjementaiie 4 maanden na evaluatiepunt l
5 maanden na evaluatiepunt 1 Ontwikkeling ontwerp naar conceptual engineering en vaststellen haalbaarheid 5 risico's implementatie 4 maanden na evaluatiepunt 2
8 maanden na evaluatiepunt 1
Totaalevaluatie
Na 4 maanden
«5^ SITECH S E R V I C E S Van de gedefinieerde onderzoek sporen, wordt onderzoek naar het beter f u n c t i o n e r e n van de IAZI ais meest haalbaar gezien (onderzoek spoor 3). Al e sporen worden parallel uitgevoerd. De doorlooptijden zijn op basis van een inschatting van de omvang en complexiteit van genoemde deelstappen van het uit te voeren o n d e r z o e k Ma afronding van het plan v a r aanpak kan een integrale afweging worden g e m a a k t o p basis van o a haalbaarheid, risico s en (kosten)effectiviteit. Voorgesteld wordt om de voortgang van het totale onderzoek elke 3 maanden te b e s p r e k e n met het Waterschap
?
Behoort bij het besluit van het dagelijks Bestuur van het waterschap d.d. (vergunningni; z o i Ç ^ n i
Waterschap Roer en Overmaas
2
CHEF Algemene Beoordelings Methodiek stoffen en preparaten Figuur 1, 2 en de toelichting uit het ClW-rapport 'Het beoordelen van stoffen en preparaten voor de uitvoering van het emissiebeleid water: methodiek en p r o c e d u r e ï m e i 2000). Toelichting op het A B M - s c h e m a voor stoffen Afbraakproducten Indien uit onderzoek en/of de literatuur bekend is, dat bij de afbraak van een stof schadelijke afbraakproducten ontstaan, dienen ook deze afbraakproducten de A B M te doorlopen. Een voorbeeld hiervan is de afbraak van nonylfenol-ethoxylaat in het meer schadelijke nonylfenol. Anorganische stoffen De A B M is van toepassing op zowel organische als anorganische stoffen en preparaten. Voor anorganische stoffen, zoals zouten en metalen, mogen de volgende aannamen worden gemaakt: gemakkelijk afbreekbaar - ) ja log Pow s3,0 nee Het is bekend dat een aantal anorganische stoffen (met name metalen) zeer wel kan accumuleren en niet gemakkelijk afbreekbaar is. Omdat de meest bezwaarlijke, anorgani sche stoffen (zoals kwik en cadmium) ook zijn aangewezen als zwarte-lijststof, zijn de bovenstaande aannamen milieuhygiënisch te rechtvaardigen. E U-classificaties Bijlage 1 van de Stoffenrichtlijn (67/548/EEG) bevat een lijst van ruim 1400 stoffen die in het kader van deze richtlijn als gevaarlijk zijn aangeduid. Per stof zijn onder andere de gevarenzinnen vermeld die aan een stof zijn verbonden. De gevarenzinnen in bijlage 1 van de Stoffenrichtlijn, zijn volgens de onderstaande tabel rechtstreeks te vertalen in aanduidingen waterbezwaarlijkheid uit de A B M . Gevaaraanduiding Aanduiding waterbezwaarlijkheid (EU) {3} Kan kanker veroorzaken. {2} Kan erfelijke schade veroorzaken. R45 {5} Zeer vergiftig voor in water levende organismen. R46 {4} Zeer vergiftig voor in water levende organismen: kan in het R50 aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorza R 50/53 ken. {6} Vergiftig voor in water levende organismen: kan in het aquatisch R 51/53 milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken. {8} Schadelijk voor in water levende organismen: kan in het aqua R 52/53 tisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken. {9} Schadelijk voor in water levende organismen. R52 {10} Weinig schadelijk voor in water levende organismen kan in het R53 aquatisch milieu op de lange termijn schadelijke effecten veroorzaken. Het ontbreken van de gevarenzinnen R 50, R 5 1 , R 52 en/of R 53 betekent niet dat de stof onschadelijk is voor waterorganismen en/of op lange termijn geen schadelijke effecten veroorzaakt in het watermilieu. Indien voor een stof geen volledige kennisgeving is toege-
Waterschap Roer en Overmaas
zonden (inclusief een technisch dossier overeenkomstig bijlage VII A van de Stoffenrichtlijn), bestaat er immers geen duidelijkheid of de acute aquatische toxiciteit, de degradatie en het vermogen tot bio-accumulatie zijn onderzocht. Ondergrens stoffen Er hoeft geen rekening te worden gehouden met stoffen (additieven, onzuiverheden) wanneer hun gewichtspercentage lager is dan de grenswaarden in onderstaande tabel, tenzij bijlage I van Richtlijn 67/548/EEG lagere grenswaarden heeft vastgesteld. Zwarte lijststoffen Stoffen die erfelijke schade kunnen veroorzaken (R 46) Stoffen die kanker kunnen veroorzaken (R45) Stoffen met een acute toxiciteit kleiner dan 1 mg/liter (R50) Stoffen met een acute toxiciteit tussen 1 en 10 mg/liter (R51) Overige stoffen
0,1 "/o 0,1 "/o 0,1 "/o 0,1 "/o 0,1 "/o 1 7o 0
Zwarte-lijststof 'Zwarte-lijststoffen' zijn stoffen die voorkomen op de bijlage van de Mededeling van de Commissie aan de Raad (van 22 juni 1982) inzake gevaarlijke stoffen die opgenomen moeten worden in lijst I van Richtlijn 76/464/EEG. Deze bijlage bevat thans 132 stoffen. Kan erfelijke schade veroorzaken en Kan kanker veroorzaken Stoffen worden beschouwd als mutageen (kan erfelijke schade veroorzaken) en carcinogeen (kan kanker veroorzaken) als dit bewezen is. Bijlage 1 van de Stoffenrichtlijn (laatstelijk gewijzigd bij richtlijn 94/Ĉ9/ EG) bevat een lijst van gevaarlijke stoffen en noemt bijzonderhe den over de wijze van indeling, de verpakking en het kenmerken van iedere stof. Er wordt vermeldt of een stof carcinogeen (R 45) of mutageen (R 46) is. De A B M negeert een mogelijke afbraak van een carcinogene en mutagene stof. Die afbraak zal namelijk -zeker binnen een beperkte tijd- nooit volledig zijn, terwijl elke restlozing zeer bezwaarlijk is. Acute toxiciteit Onder acute toxiciteit wordt verstaan: de directe giftigheid van een bepaalde stof voor waterorganismen welke al optreedt na kortdurende blootstelling. Wil men een goed inzicht krijgen in de acute toxiciteit van een bepaalde stof, dan moet die acute toxiciteit bepaald te worden voor proeforganismen uit vier trofische niveaus (vissen, kreeftachtigen, algen en bacteriën). Deze organismen zijn geselecteerd op grond van aspecten als ecologische relevantie, de beschikbaarheid van de organismen en de beschikbaarheid van operationele protocollen. Voor de uitvoering van de A B M moet de acute toxiciteit voor het gevoeligste organisme worden ingevoerd (het trofische niveau met de laagste LCsn/ECsn/E^Cao) Vooral van bestaande stoffen zijn de toxiciteitgegevens voor organismen uit vier trofische niveaus niet altijd bekend. Weliswaar dienen bij de kennisgeving van nieuwe stoffen toxici teitgegevens voor proeforganismen uit ten minste drie trofische niveaus te worden verstrekt, maar voor bestaande stoffen bestaat deze verplichting niet (Stoffenrichtlijn). O m te voorkomen dat op korte termijn veel aanvullend onderzoek moet worden verricht, wordt voorlopig genoegen genomen met de bepaling van de acute toxiciteit voor vis ( L C , 96 h) of kreeftachtige ( E C , 48 h). I ndien bekend is dat een stof een specifieke werking heeft op een organisme uit een ander trofisch niveau dan vis of kreeftachtige, dient de acute toxiciteit 50
5Ũ
Waterschap Roer en Overmaas
2
voor een organisme uit dit trofische niveau te worden bepaald. Voorbeelden hiervan zijn bactericiden en algiciden. Als uit experimenteel onderzoek en/of de literatuur toxiciteitgegevens voor organismen uit meer trofische niveaus bekend zijn, dan is de acute toxiciteit voor het gevoeligste organisme maatgevend. Als de acute toxiciteit niet te bepalen is, dient men dit bij het onderzoeksresultaat te motive ren. Na een overgangstermijn van 13 jaar nadat de Kaderrichtlijn water in werking treedt, wordt de Europese richtlijn 76/464/EEG ingetrokken. Als deze wordt ingetrokken, vervalt het onderscheid tussen zwartelijststoffen en overige stoffen. 7
Gemakkelijk afbreekbaar Stoffen gelden als gemakkelijk afbreekbaar als de volgende criteria gelden: A. Wanneer in biodegradatiestudies van 28 dagen de volgende degradatieniveaus worden bereikt: in op opgeloste organische koolstof gebaseerde testen: 7ũ fo, in op zuurstofdepletie of koolstofdioxideontwikkeling gebaseerde testen: 60 7o van de theoretische maxima. Deze biodegradatieniveaus moeten worden bereikt binnen tien dagen na het begin van de degradatie ^ het moment waarop K Ĵ T o van de stof is afgebroken). 0
0
Of: B. In die gevallen waarin alleen gegevens over CZV en BZV5 beschikbaar zijn, indien het BZVõ/CZV-quotiënt groter of gelijk is aan 0,5; Of: C. Als ander overtuigend wetenschappelijk bewijs aantoont dat de stof in het aquatische milieu kan worden afgebroken (biotisch en/of abiotisch) tot meer dan 70 Zo binnen een periode van 28 dagen. o
Het afbreekbaarheidcriterium is niet van toepassing op anorganische stoffen. Log
P
ow
De log Pow is de logaritme van de verdelingscoëfficiënt van een stof over de fasen n-octanol en water. Het is een maat voor het bio-accumulerend vermogen van een stof. Het criterium is niet van toepassing op anorganische stoffen. BCF Het vermogen van een stof om te bio-accumuleren wordt in zijn algemeenheid aangegeven door middel van de bioconcentratiefactor (BCF) oftewel de verhouding van de concentratie van een stof in een organisme én de concentratie van die stof in het water (in evenwichtssituatie). De bioconcentratiefactor dient altijd experimenteel te worden vastgesteld. Overigens is de bepaling van de BCF facultatief. Aanvullend wetenschappelijk bewijs Aanvullend wetenschappelijk bewijs is bewijs met betrekking tot degradatie en/of toxiciteit om afdoende zekerheid te bieden dat noch de stof, noch zijn degradatieproducten een potentieel lange termijn en/of vertraagd gevaar voor het watermilieu vormen. De producent of leverancier krijgt de mogelijkheid door middel van aanvullend wetenschap-
Waterschap Roer en Overmaas
Sa
pelijk onderzoek aan te tonen dat de te verwachten langetermijneffecten niet zullen optreden. Oplosbaarheid Onder oplosbaarheid wordt verstaan: de oplosbaarheid van een stof in water. Stoffen die niet oplossen In water, maar wel mengbaar of emulgeerbaar zijn in water, worden beschouwd als niet oplosbaar. Komŕ een stof van nature voorin oppervlaktewaterlichaam? Het betreft hier relatief onschadelijke verontreinigingen die van nature in het oppervlaktewa terlichaam voorkomen en een geringe mate van toxiciteit hebben. Momenteel worden alleen de stoffen sulfaat en chloride beschouwd als van nature in het oppervlaktewaterlichaam voorkomend. Testmethoden De eigenschappen van stoffen moeten in beginsel worden bepaald volgens methoden die zijn omschreven in bijlage V van de Stoffenrichtlijn. Andere, maar vergelijkbare én genorma liseerde (OECD, NEN, CEN, DIN, 150) methoden zijn toegestaan. Bijlage 6 van dit rapport noemt een aantal geaccepteerde testmethoden. Ook is het onder bepaalde voorwaarden toegestaan eigenschappen van stoffen te schatten. Hiervoor zijn verschillende schattingsme thoden ontwikkeld, de zogenaamde QSAR's (kwantitatieve structuur-activiteit-relatie). Het Technical Guidance Document van de Europese Unie voor de risicobeoordeling van nieuwe en bestaande stoffen vermeldt een aantal QSAR's om fysisch-chemische parameters (zoals log P w ) en ecotoxicologische effecten (zoals acute toxiciteit) van stoffen met een nietspecifieke werkingsmechanisme te schatten. Deze aanbevolen QSAR's mogen gebruikt worden ter uitvoering van de A B M . Het gebruik van QSAR's ter schatting van de BCE is niet toegestaan. 0
Ontbreken van gegevens Ontbreken gegevens, dan moeten de volgende aannamen gemaakt worden: bij het ontbreken van informatie over de afbreekbaarheid wordt de stof als niet gemakke lijk afbreekbaar beschouwd; bij het ontbreken van informatie over de log P w wordt aangenomen dat deze groter is dan 3,0; bij het ontbreken van informatie over de BCF wordt aangenomen dat deze groter is dan 100 (indien log P ž3,0); bij het onbekend zijn of het ontbreken van informatie over de acute toxiciteit (rekening houdend met hetgeen gesteld is over de oplosbaarheid) wordt deze verondersteld kleiner te zijn dan 1 mg/l. 0
o w
Figuur 1, Stofintrinsieke toets voor stoffen
Start beoordeling van component of afbraakproduct (1)
aanduiding waterbezwaarlijkheid
zwarte lijststof ļ ja
—*-
kan erfelijke schade veroorzaken
saneringsinspanning
(11 Zwarte-lijststof
(2) Kan erfelijke schade veroorzaken
it)
[3] Kan kanker veroorzaken Facultatief onderzoek, indien gegevens ontbreken volgt nee-
t acute luxiciteit ,1 mg/l
(4Į ' Zeer vergiftig voor in het water levende organismen: kan in het aquatisch miheu op lange íchadeli|ke effecten veroorzaken
termijn
( a ]
Aanpak A a-inpak overeenkomstig zwarte lijststoffen of stoffen met vergelijkbare eigenschappen
Aanpak C aanpak overeenkomstig relatie) onschadelijke stoffen
—a»
Į (51 Zeer vergiftig voor in water levende organismen.
j acute toxiciteit 1-10 mg/l
{6} Vergiftig voor in water levende o-ganismen: kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken
log Pow i 3,0
ja»-
0 0
Als een stof/atbraakproduct geen potentieel langete mijn en/of vertraagd gevaar voor het aquatisch rokeu vormt, kan de indeling in sanenngsmspannmg A vervallen Het aanvullend wetenschappelijk bewijs kan de volgende studies omvatten. i) een bewezen vermogen tot snelle degradatie bi het aquatisch milieu: ii) het ontbreken van chronische toiKiteitseffecten bq een concentratie van 1 mg/l (Zie ook de toelichting op aanvullend wetenschappelijk
BCF» 100
(71 Vergiftig voorin het water leven'Ie organismen
te toxiciteit 10-100 mg/l
aanvullend , wetenschappelijk nee bewijs (2)
Schadelijk voor in water levende )rganismen; kan in het aquatisch milieu op lange termijn *hadeii|ke effecten veroorzaken
nee. of met te bepalen
oplosbaarheid < 1 mg/l
Zn onder 2. met dien verstande dat chronische touciteitseffeelen dienen te ontbreken bų de oplos te arheidsg re ns in plaats van bij 1 mg/l (Zie ook de toelichting op aanvullend wetenschappelijk bewijs )
(9) Schadelijk voor in het water levende organismen
neea-
log Pow * 3.0 ; |a a Į I
BCF s 100
aanvullend neemiwetenschappelijk ļr : bewps (3) |
(10) Weinig schadelijk voor in water Wende organismen: kan in het aquatisch milieu op lange te schadelijke effecten veroorzaken
, komt stot van nature voor in oppervlaktewater
(11) Weinig schadelqk voorin waterl-vende organismen.
0 0 0
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat RIZA Rijksmsũtuut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling
in.ken uit onderzoek en/of de literatuur bekend is k t er t ļ de afbraak van een stot schadelijke al iraak producten ontstaan, dienen ook deze afbraakproducten de siohntrinsieke toets te doorlopen
Waterschap Roer en Overmaas
Toelichting op het A B M - s c h e m a voor preparaten Berekening aanduiding waterbezwaarlijkheid preparaten De vaststelling van de aanduiding waterbezwaarlijkheid van preparaten geschiedt op basis van concentratie-grenzen (uitgedrukt in gewichtspercentages) in samenhang met de aanduiding waterbezwaarlijkheid van de afzonderlijke in het preparaat aanwezige stof(fen). Hierna wordt aangegeven op welke wijze de aanduiding(en) waterbezwaarlijkheid en de saneringsinspanning voor een preparaat tot stand komt. Een samenvatting hiervan vindt u in bijgaande tabel. Algemene opmerkingen De nummers tussen {} verwijzen naar de aanduidingen waterbezwaarlijkheid van tabel 2 ; P ^ het gewichtspercentage van elke in het preparaat aanwezige stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijkheid ^ @ @ @ * } x
:
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid Bevat zwarte-lijststoľ en 'Saneringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die ten minste één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {1}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 0,1 žo. 0
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Mutageen' en 'sane ringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die ten minste één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid { 2 } , bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 0,1 žo. 0
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'kankerverwekkend' en 'Saneringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die ten minste één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {3} bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 0,1 "/o. De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Zeer vergiftig voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu' en 'saneringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {4}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 2b f ; b. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {4}, bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan 2 5 7 0 , maar waar voor: 0
0
I ( Pa I 25) ž1 De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Zeer vergiftig voor in water levende organismen' en 'saneringsinspanning B' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid { 5 } . bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 25 7 ; b. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {4} of { 5 } , bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan 25 7o, maar waarvoor: 0
0
0
I(P *P )Z25â1 4
5
Waterschap Roer en Overmaas
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Vergiftig voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu' en 'Sane ringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {4}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 2,5*70, maar lager is dan 25 zó; b. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {6}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 25 Z ; c. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {4} of {6}, bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan de onder a) en b) vastgestelde grenzen, maar waarvoor: 0
0
0
1.
XPW2,5s1of
2.
I
( P * Pe ) I 25 ž1 4
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Vergiftig voor in water levende organismen' en 'Saneringsinspanning B' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {5}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 2,5*TÓ, maar lager is dan 25*TÓ;
b. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {7}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 25*TÓ; c. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met d e aanduiding waterbezwaarlijk heid {4}, {5}, {6) of {7}, bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan de onder a) en b) vastgestelde grenzen, maar waarvoor: 12.
X ( P 4 * P ) Z 2 , 5 ž 1 of ( Pa + P + P * Pr ) f 25 ă1 5
I
5
6
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Schadelijk voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu' en 'Sane ringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {4}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 0. 25 zó, maar lager is dan 2,5*TÓ; b. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {6}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 0
2,5*70, maar lager dan 25*7o;
c.
Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid {8}, bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 25*TÓ; d. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid {4}, {6} of {8}, bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan de onder a), b) en c) vastgestelde grenzen, maar waarvoor: 1. 23.
1 P 1 0,25 4
I (P I (P * 4
4
ž1 of * P ) I 2,5 ž1 of P * P s ) I 25 ă1 6
5
De volgende preparaten
krijgen de aanduiding
waterbezwaarlijkheid
'Schadelijk
voor in water
Waterschap Roer en Overmaas
levende organismen' en 'Saneringsinspanning B' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid { 5 } , bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 0 . 2 5 . ó , maar lager is dan 2,5 fo\ b. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid { 7 } , bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 2,5 zo, maar lager dan 25 /»; c. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduidingen waterbezwaar lijkheid { 9 } , bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 25 Zo; d. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid { 4 } , { 5 } , { 6 } , { 7 } , { 8 } of { 9 } , bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan de onder a), b) en c) vastgestelde grenzen, maar waarvoor: 0
0
0
0
0
1. 2. 3.
I (P I (P * I (P * 4
4
4
P ) Z 0 , 2 5 ž 1 of P * P e * Pi ) I 2 , 5 P + P e * P? * Pa * 5
5
5
ž1
of I
Pg )
25 ž1
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Weinig schadelijk voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu' en 'Saneringsinspanning A' toegekend: a. Preparaten die één of meer stoffen, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid { 1 0 } , bevatten in een concentratie die afzonderlijk gelijk is aan of hoger is dan 25 Zo; b. Preparaten die meer dan één stof, geclassificeerd met de aanduiding waterbezwaarlijk heid { 4 } , { 6 } , { 8 } of { 1 0 } , bevatten in concentraties die afzonderlijk niet hoger zijn dan 25 zó, maar waarvoor: 0
0
I (P
4
* Pe * P s * Pio )
I
25 ž1
De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Weinig schadelijk voor in water levende organismen; bevat stoffen die van nature in het oppervlaktewaterlichaam voorkomen' en 'Saneringsinspanning C' toegekend: a. Preparaten die uitsluitend stoffen bevatten die geclassificeerd zijn met de aanduiding waterbezwaarlijkheid { 1 2 } . De volgende preparaten krijgen de aanduiding waterbezwaarlijkheid 'Weinig schadelijk in water levende organismen' en 'Saneringsinspanning 8' toegekend: a. Preparaten die niet onder de bovenstaande criteria in dit hoofdstuk vallen.
voor
Uit het voorafgaande blijkt dat op een preparaat meer dan één aanduiding van waterbe zwaarlijkheid van toepassing kan zijn. Hieronder wordt aangegeven welke aanduidingen waterbezwaarlijkheid bij het preparaat moeten worden vermeld. De onderstaande aanduidingen waterbezwaarlijkheid dienen altijd bij het preparaat te worden vermeld: Bevat een zwarte-lijststof Mutageen Kankerverwekkend Naast de hierboven genoemde aanduidingen waterbezwaarlijkheid (voorzover van toepas sing) dient van de onderstaande aanduidingen waterbezwaarlijkheid alleen de eerstgenoem-
Waterschap Roer en Overmaas
de aanduiding te worden vermeld: Zeer vergiftig voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu. Vergiftig voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu. Schadelijk voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu. Weinig schadelijk voor in water levende organismen; bevat stoffen die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu. Zeer vergiftig voor in water levende organismen; Vergiftig voor in water levende organismen; Schadelijk voor in water levende organismen; Weinig schadelijk voor in water levende organismen; Weinig schadelijk voor in water levende organismen; stof komt van nature in het opper vlaktewaterlichaam voor. Saneringsinspanning Nadat de aanduidingen waterbezwaarlijkheid (die van toepassing zijn op het preparaat) zijn bepaald, kan de saneringsinspanning voor het preparaat worden vastgesteld. Aan elke aanduiding waterbezwaarlijkheid is een saneringsinspanning gekoppeld, bijvoorbeeld saneringsinspanning A' aan de aanduiding Mutageen' De saneringsinspanning voor het preparaat is gelijk aan die van de aanduiding(en) met de meest stringente saneringsinspan ning. De volgorde waarin de saneringsinspanningen staan vermeld, is tevens de volgorde waarin de mate van inspanning afneemt. Saneringsinspanning A; Saneringsinspanning B; Saneringsinspanning C.
Figuur 2: Storïi
preparaten Aanduiding waterbeiwaarllļkhrHd preparaat (saneringsinspanning) Kanker verwekkend
Aanduiding waterbezwaarlijkheid
2eer vergiftig voot In water
7. eer vergiftig voor In water
Vergiftig
organismen; bevat sloffen die gevaarlijk lijn voor het aquatisch milieu
organismen;
organismen; bevat stoften die gevaarlijk zijn voor het aquatisch milieu
(A)
vergiftig voor In water levende
Schadelijk voor In water
Schadelijk voor In water levende
organismen, bevat stoffen e gevaarlijk zljnv ii hal
Weinig schadelijk voor In water levende
schadelijk voor In water levende
bevat stoffen dia gevaarlijk ZUII H M aquatisch milieu
(A)
(O
(1}Zwarte-liĽ,tstot
«Obl
(2) Kan erfelijke schade veroorzaken
-:0.1
(3) Kan kanker veroorzaken 0,25SconcO.Í^
(4j Zeer vergiftig, voor in water levende organismen, kan in het aquatich milieu op lange ter mijn schaòehļke efecten veroorzaken (5) Zeer vergiftig levende organismen (eventueel in combinatie met f,41) (6) Vergiftig, voor in water levende organismen, kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken (eventueel in combinatie met (4)) (7) Vergiftig levende organismen (eventeel in combinatie met (4), |5Į en (6)) 18} Sthad«b)íc7~ voor in water levende organismen. kan ui het aquatisch mikeu op lange termiin schadelijke effecten veroorzaken (eventueel in combinatie met (4) en (6j) (9) Schadelijk voor in water levende organismen ķyentueei m combinatie met (4). (5), (6). (7j en (8j) (10) Weinig schadelijk, voor in water levende organismen, kan in het aquatisch mibeu op lange termiiri schadelijke effecten veroorzaken (eventueel in combinatie mei (4). (bļ cn ld|) ( l i j Weinig schadelijk voor in water levende organismen (12) Weinig schadelijk voor in water levende organismen, stol komt van nature m het oppervlaktewater voor
Weinig schadelijk voor In water levende organismen; beval stoften die van nature In het opper vlakte water voorkomen
2,5Sconc-;25*
0,25SconcO^
0
2,5Sconc05X
2,5ícon^25'Jt
Behoort bij het besluit van het dagelijks Bestuur van het waterschap d.d.
ARCHIEF
(vergurmingnr.
'Zot
5
f
-
«
^
Bijlage 11.4.A
Et*ôŕ-
^
\ A » VA -
VXvOs