Uitkomen met inkomen
Groepsmaatschappelijk werk Versa, februari 2007
Inleiding
Aanleiding Doelstelling Doelgroep Werkwijze
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Bijeenkomst 1
Klaarleggen: • Naambordjes • Stiften • Ordners • Pennen • Schrijfpapier • Flapover • Informatie “Administratie lastig”en “Papieren opruimen” • Maandbegroting • Thuisopdracht 2e bijeenkomst • Kasboek 1.
Welkom en toelichting op het programma • Voorstellen van de groepsbegeleiders • Korte voorstelronde: naam, gezinssamenstelling, hobbies/werk/opleiding • Doel en opzet van de cursus • Programma van bijeenkomst 1 doornemen • Tijdens de pauze; kan het cursusgeld worden betaald • Afspraken en mededelingen
2.
Wat wil je leren? Doel: Verder kennismaking met elkaar, ruimte geven aan (h)erkenning in de groep, de grenzen van de cursus aangeven en indien mogelijk extra stof in de cursus aanbieden.
• 3. • •
•
• 4.
Korte inventarisatie van wat een ieder wil leren in de cursus. Op flapover noteren. Post openmaken, inkijken en opruimen Doe: Inzicht in eigen manier van omgaan met papieren.l Budgetteren is begroten. Om te kunnen begroten heb je papieren nodig. Dus die moet je gemakkelijk kunnen (terug)vinden. Discussie aan de hand van de vragen: 1. Wie maakt zijn post open? 2. Wie leest zijn post? 3. Wat doe je met de post? a. Wie ruimt zijn papieren op? b. Waar doe je dat? c. Volgens welk systeem? Stappen van ordenen doornemen: Post openmaken, papieren in map opbergen per soort, wat te doen met papieren van kinderen met een eigen administratie (indien in van toepassing). Informatie “Administratie lastig”en “Post opruimen” meegeven. Inkomsten en uitgaven Doel: kennis vergroten omtrent inkomsten en uitgaven.
•
In twee groepen op flap laten inventariseren welke bronnen van inkomsten er zijn en met welke uitgaven men te maken heeft.
• 5.
Plenair nabespreken en nadruk leggen op het soort papieren waarnaar men op zoek gaat. Maandbegroting
• • • •
Doel: Kennis laten maken met de maandbegroting als middel om zicht en daarmee grip te krijgen op de financien. Waarom werken met een maandbegroting? Uitleg hierover laten geven door de groepsleden.
Maandbegroting uitdelen en deze plenair doornemen. Op deze maandbegroting vind je bijna alle inkomsten- en uitgavenposten. Niet alle posten zijn relevant voor een ieder. Extra stilstaan bij de inkomsten; Hoe kunnen ze die achterhalen? (bankafschriften, loonstroken, etc.) Deze informatie hebben ze nodig voor de thuisopdracht.
6.
Omrekenen van de niet-maandelijkse posten Doel: Deelnemers weten hun niet-maandelijkse posten om te rekenen naar maandelijkse bedragen. • Aan de hand van voorbeelden de manieren van rekenen laten zien: Verzekering wordt 1 keer per jaar betaald; Kinderbijslag ontvang je 1 keer in de drie maanden; Salaris wordt 1 keer in de 4 weken gestort. Eigen situaties ….. • Rekensom op de flapover maken met de groep.
7.
Huiswerkopdracht voor 2e bijeenkomst. Huiswerkopdracht uitdelen en bespreken. Behoefte inventariseren naar het lezen van brieven. Vragen wie er een “moeilijke”brief als voorbeeld meenemen!
8.
Afsluiting Iedereen vragen hoe ze de eerste bijeenkomst hebben gevonden. De deelnemers bedanken voor hun aanwezigheid en inzet.
KASBOEK
DE MAANDBEGROTING INKOMSTEN Netto salaris of uitkering € Vakantiegeld € Kinderbijslag € Tegemoetkoming schoolkosten € Voorlopige teruggaaf/heffingskorting€ Huurtoeslag € Zorgtoeslag € Alimentatie € Kostgeld € Overige inkomsten €
, , , , , , , , , ,
Totaal inkomsten
€
,
UITGAVEN Vaste lasten Huur/hypotheek Servicekosten Energie Water Onroerende-zaakbelasting (OZB) Afvalstoffenheffing Waterschapsheffing Rioolrecht Overige heffingen Ziektekostenverzekering Aansprakelijkheidsverzekering Inboedelverzekering Opstalverzekering Uitvaartverzekering Levensverzekering Overige verzekeringen Telefoon Mobiele telefoon Abonnement krant/tijdschrift Contributie vereniging Abonnement kabel Vaste kinderopvang Wegenbelasting Autoverzekering Onderhoud en APK
€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €
, , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,
Benzine Openbaar vervoer Alimentatie School- en studiekosten Afbetalingen
€ € € € €
, , , , ,
Totaal vaste lasten
€
,
Reserveringsuitgaven Kleding en schoenen Inventaris Onderhoud huis en tuin Extra ziektekosten Vakantie en vrije tijd Extra sparen
€ € € € € €
, , , , , ,
Totaal reserveringsuitgaven
€
,
Huishoudelijke uitgaven Voeding Was- en schoonmaakmiddelen Persoonlijke verzorging Zakgeld kinderen Overige huishoudelijke uitgaven
€ € € € €
, , , , ,
Totaal huishoudelijke uitgaven
€
,
TOTAAL UITGAVEN Totaal vaste lasten Totaal reserveringsuitgaven Totaal huishoudelijke uitgaven
€ € €
, , ,
Totaal uitgaven
€
,
KOMT U UIT? Totaal inkomsten Totaal uitgaven
€ €
, ,
Inkomsten min uitgaven
€
,
THUISOPDRACHT voor de 2e bijkomst
• Ordenen In de map die je hebt gekregen ga je je post ordenen. Daarvoor maak je gebruik van de tabbladen die je in de map vindt. Stap 1.: Papieren opzoeken Stap 2: Enveloppen openmaken en papieren op een stapel leggen Stap 3: De papieren lezen en ordenen Stap 4: De papieren geordend achter de tabbladen in de map stoppen.
• Vul de inkomsten in op je maandbegroting Tijdens de cursus ga je je eigen maandbegroting maken. Voor volgende week vul je de inkomsten in. Indien nodig reken je om naar maandgemiddelde, bijvoorbeeld kinderbijslag en/of vakantiegeld. Kijk op de maandbegroting welke inkomsten er zijn. Aan de hand van je afschriften van je bank- of girorekening en/of van rekeningen zoek je de voor jou geldende inkomsten. Op de maandbegroting vul je de bijbehorende bedragen in.
• Wie schrijft, weet waar het blijft In de weken dat je de cursus volgt ga je een kasboek bijhouden. Op het lege kasboekformulier schrijf je de bedragen op die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, de kapper of een cadeautje. Het is vaak lastig deze uitgaven in de hand te houden. Daarom ga je ze de komende weken opschrijven. Aan het eind van de cursus kun je precies zien hoeveel je uitgeeft.
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Bijeenkomst 2
Klaarleggen: • Flapover • Stencil met informatie ordenen en rekeningen betalen • Formulier voor het opschrijven van tips uit de groep • Evt. kopie van nota Eneco en Nuon • Stencil met soorten uitgaven • Overzicht van uitgaven met kolom “moeten of mogen” met inleiding • Thuisopdracht 3e bijeenkomst • Kasboek • Maandbegroting 1.
Welkom en toelichting op het programma Kwitanties uitreiken Deze bijeenkomst staat in teken van de soorten uitgaven
2.
Ordenen Doel: Inzicht in de eigen (on)mogelijkheden vergroten. Thuisopdracht Hoe is het ordenen verlopen? Welke volgorde/ordening heb je toegepast? Uitwisseling van de ervaringen en uitkomsten. Deel de informatie over bewaren, rekeningen betalen, rekeningafschriften en reageren uit. Papieren lezen. Aan de hand van de nota van Eneco energie en Nuon bespreken wat er betaald moeten worden of ontvangen gaat worden.
3.
Maandbegroting Doel: Kennis laten maken met de maandbegroting als middel om zicht en daarmee grip te krijgen op de financien
Maandbegroting: de inkomsten. Is dit gelukt? Waar heb je de bedragen vandaan gehaald? Zitten deze papieren nu ook in de ordner? Maandbegroting: de uitgaven. • Drie soorten uitgaven: vaste lasten, reserveringsuitgaven en huishoudelijke uitgaven. Deze kort toelichten. • Flaps van bijeenkomst 1 met daarop inventarisatie van uitgaven gebruiken bij deze opdracht: Maak drie kolommen voor de drie soorten uitgaven en deel de uitgaven die in bijeenkomst 1 zijn geïnventariseerd, in. • Discussie naar aanleiding van huishoudelijke uitgaven en reserveringsuitgaven. Van de vaste lasten heeft iedereen papieren. Om een overzicht ter krijgen in de huishoudelijke uitgaven, wordt een aantal weken een kasboek bijgehouden. Hoe is dit verlopen? Voor reserveringsuitgaven moet gereserveerd worden. Daar komen we de volgende keer op terug.
4.
Over moeten en mogen Doel: Kennis over uitgaven die je moet uitgeven en uitgeven waarvoor je kan kiezen. En inzicht in je eigen uitgavenpatroon. • De uitgaven kunnen ook verdeeld worden in uitgaven die moeten en uitgaven die mogen. Deze kort toelichten. • Opdracht in tweetallen: de kolom “moeten of mogen?”op overzicht met uitgaven invullen. • Plenair nabespreken. Een aantal kosten zoals huur, gas, water en licht, ziektekostenverzekering maar ook een aantal huishoudelijke uitgaven en reserveren voor bijv. een wasmachine “moeten”. Maar vaak lijkt het als alles “moet”. De door jullie gemaakte overzichten laten zien dat dat niet zo is. Sterker nog elke uitgave is een keuze; het zorgt ervoor dat je van dat geld niet meer iets anders kan kopen. • Uitdelen informatie over de soorten uitgaven en “moeten”en “mogen”.
5.
Thuisopdracht • Vul je uitgaven in op je maandbegroting. De vaste lasten kun je via je papieren terughalen. Bij de reserveringsuitgaven en huishoudelijke uitgaven kan dat lastiger zijn. • Geef op je maandbegroting, bij jouw uitgaven, aan welke uitgaven moeten en welke mogen. Schrijf achter elke uitgave die jij hebt op of deze “moet” of dat deze “mag”. • Wie schrijft, die blijft Ook voor de komende week houd je de bedragen die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, een verjaardagskaartje of postzegels bij. Tip: bewaar de bonnetjes, bijvoorbeeld in een envelop of in je map! • Neem je verzekeringspapier door. Lees je verzekeringspapieren zodat je weet waarvoor je bent verzekerd.
6.
Slotronde
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Tips en ideeën
-
Bel direct met het bedrijf als je een rekening niet kunt betalen
-
Pin een keer per week je boodschappengeld en stop dit in je portemonnee
-
Pin op een vaste dag bijvoorbeeld maandag zodat je niet meer geld in het weekend uitgeeft dan je hebt
-
Loop je uitgavenpost na en kijk op eventuele dubbelheden bijv. je verzekeringen.
-
-
Soorten uitgaven In de maandbegroting staan veel uitgaven; de huur, de telefoonrekening, abonnement kabel, contributievereniging. De uitgaven worden verdeeld in drie groepen. Dit zijn: • • •
de vaste lasten; de reserveringsuitgaven; de huishoudelijke uitgaven.
De vaste lasten zijn bijvoorbeeld de huur, gas, water, licht en de telefoonrekening. Meestal heb je er iets voor ondertekend, zoals het huurcontract. De vast lasten betaal je met een vaste regelmaat. De reserveringsuitgaven zijn kleding, vakantie, meubels, de huishoudelijke apparaten, en ook de reparaties hieraan. Vaak zijn het hoge uitgaven die je niet zo maar van je maandinkomen kan betalen. Je moet er dus geld voor opzij zetten. De huishoudelijke uitgaven zijn bijvoorbeeld eten en drinken, tandpasta en shampoo, schoonmaakspullen, etc. Onder de huishoudelijke uitgaven vallen ook de strippenkaarten en postzegels. Deze uitgaven houd je de komende weken bij via je kasboek.
Over “moeten” en “mogen” De uitgaven in de maandbegroting kunnen ook verdeeld worden in: uitgaven die moeten uitgaven die mogen. Uitgaven die moeten Er zijn veel uitgaven waar je niet onderuit kunt. De huur zal altijd betaal moeten worden, net al de energierekening. En ook aan voeding, kleding, schoonmaakspullen en wc-papier ben je sowieso geld kwijt. Een jas kopen, kun je wel een paar maanden uitstellen. Maar er komt een tijd dat je echt een nieuwe nodig hebt. Uitgaven die mogen Daarnaast zijn er uitgaven waarbij je kunt kiezen. Denk bijvoorbeeld aan vakantie, cadeautjes, tijdschrift en het lidmaatschap van een vereniging. Je beslist zelf of je hieraan geld uitgeeft, en hoeveel. Ook de telefoon hoort in dit rijtje thuis. Want ook hierbij heeft u een keuze. Je kunt besluiten om een telefoonabonnement op te zeggen, zeker als je er meer dan 1 hebt. En minder bellen scheelt sowieso direct op je rekening
Trix en Jaap wonen samen. Ze hebben een kat: Pluis. Trix en Jaap leven van een uitkering. Hun inkomen is 1.214,= euro per maand, inclusief de huursubsidie. Trix en Jaap hebben vaak ruzie over geld. Trix heeft een dure hobby. Zij schildert. Trix koopt vaak kwasten en verf. Jaap vindt dat Trix daar te veel geld aan uitgeeft. “Er ligt nog een telefoonrekening, die eerste betaald moet worden”, zegt Jaap. “Zo’n rekening is veel belangrijker dan die kwasten van jou”. “Tja, maar ik wil gewoon lekker schilderen”, zegt Trix.
Opdracht Trix en Jaap hebben de afgelopen maand veel geld uitgegeven. Hieronder staat de lijst met hun uitgaven. Schrijf bij elke uitgaven of de uitgave “moet”of “mag”. Voorbeeld Uitgave Abonnement krant Huur
Uitgave Reparatie fiets Jaap Bioscoopkaartjes Aardappelen Afbetaling postorderbedrijf Water Sigaretten Jaap Brood Tochtstrips raam slaapkamer Aspirine Strippenkaart Waspoeder Nieuwe koekenpan Stofzuigerzakken Energierekening Tandpasta Contributie sportvereniging Trix Postzegels Kwasten Trix Sokken Kattenvoer Ziektekostenverzekering Bloemetje verjaardag buurvrouw Pak koffie Lot Sponsorloterij
Moeten of mogen? Uitgave die mag Uitgave die moet
Moeten of mogen?
THUISOPDRACHT voor de 3 bijeenkomst
•
Vul je uitgaven in op je maandbegroting. De vaste lasten kun je via je papieren terughalen. Bij de reserveringsuitgaven en huishoudelijke uitgaven kan dat lastiger zijn.
•
Neem je maandbegroting door op welke uitgaven ” moeten” en welke “mogen”. Bedenk bij elke uitgave die je doet, of je deze uitgave moet doen of dat je het mag doen.
•
Wie schrijft, die blijft Ook voor de komende week houd je de bedragen die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, een verjaardagskaartje of postzegels bij. Tip: bewaar de bonnetjes, bijvoorbeeld in een envelop of in je map!
•
Neem je verzekeringspapier door. Lees je verzekeringspapieren zodat je weet waarvoor je bent verzekerd.
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Bijeenkomst 3
Klaarleggen: • • • • • • •
1.
2.
Flap-over Informatie over verzekeringen Opdracht: quiz verzekeringen Informatie “bezuinigen” Thuisopdracht 4e bijeenkomst Kasboek Maandbegroting
Welkom en toelichting op het programma Deze bijeenkomst staat in teken van jullie maandbegroting, verzekeringen en bezuinigen. Maandbegroting Doel: Kennis laten maken met de maandbegroting als middel om zicht en daarmee grip te krijgen op de financien
Maandbegroting: de inkomsten. Deze hebben jullie vorige week ingevuld. Maandbegroting: de uitgaven. Drie soorten uitgaven: vaste lasten, reserveringsuitgaven en huishoudelijke uitgaven. Als huiswerkopdracht hadden jullie het invullen van de uitgavenposten op de maandbegroting: Is iedereen hiermee bezig geweest? Waar ben je tegenaan gelopen? Wat lukte niet om in te vullen? Heeft al iemand uit kunnen rekenen at er over blijft aan huishoudgeld en eventuele reserveringsuitgaven? Wie is tot de ontdekking gekomen dat er bezuinigd moet worden? 3.
Bijzondere uitgaven Doel: Kennis over uitgaven die je niet snel in de maandbegroting meeneemt maar die wel vaak voorkomen. • Vraag de deelnemers of er bijzondere uitgaven zijn die zij niet terug kunnen vinden op de maandbegroting, denk hierbij aan verjaardagen, kinderpartijtjes, bezoek van familie of vrienden, vakantieperiode als de kinderen vrij zijn, logeerpartij van de kleinkinderen, etentje met collegae of met de (sport)vereniging. • Schrijf de bijzondere uitgaven die genoemd worden op op een flap-over. Op deze wijze wordt duidelijk wat een ieder daaronder verstaat. Bovendien zijn er vaak bijzondere uitgaven waar niet direct aan gedacht wordt. • Neem deze uitgaven mee op je maandbegroting. • Deel nieuwe maandbegrotingen uit.
3.
Verzekeringen Doel: Kennis over de verschillende soorten verzekeringen en welke daarvan noodzakelijk zijn.
Iedereen heeft een andere situatie. Niet iedereen is voor hetzelfde verzekerd. Er zijn zelfs mensen die geen of heel weinig verzekeringen hebben. • Vraag de deelnemers welke verzekeringen zij belangrijk vinden en welke zij hebben. Schrijf de antwoorden op een flap-over. • Loop de verzekeringen door en geef een korte toelichting. De belangrijkste verzekeringen zijn: * Inboedelverzekering; * Aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren; * Ziektekostenverzekering: licht kort de nieuwe ontwikkelingen toe. • Deel de informatie over de verzekeringen uit. De laatste bladzijde gaat over verzekeringen algemeen. Neem deze plenair door. 4.
Quiz verzekeringen Doel: de deelnemers leren welke addertjes onder het gras liggen bij verzekeringen. • Deel aan de deelnemers de opdracht uit. • Geef kort aan wat de bedoeling is. In groepen van twee of drie personen gaan de deelnemers de meerkeuzevragen over verzekeringen beantwoorden. • Het goede antwoord moet omcirkeld worden. • Na ongeveer 10 minuten wordt de quiz plenair nabesproken.
5.
Sterke kanten in het huishoudgeld Doel: Deelnemers leren dat je bij bezuinigen nog steeds iets kan doen en deel kan nemen aan de samenleving. • Vraag de deelnemers wie er tips heeft om op te letten bij het doen van boodschappen. Al eerder zijn het werken met een boodschappenlijstje en niet met een lege maag boodschappen doen, genoemd. Welke sterke kanten heeft men hierin? • Bespreek of er alternatieven zijn om geld uit te sparen. • Wie heeft er tips op het winkelen in Huizen, Hilversum of Bussum?: * Waar zijn bijvoorbeeld goedkope en leuke cadeautjes te koop? * Welke winkels zijn goedkoop? * Zijn er goedkope uitgaansmogelijkheden? * Wie koopt er wel eens in tweede hands winkels of koopt via Marktplaats.nl? • Schrijf alle tips op en geef aan dat de volgende bijeenkomst hiervan een overzicht wordt verstrekt. • Deel de informatie over bezuinigen uit.
5.
Thuisopdracht • Vul je uitgaven –indien nodig- verder in op je maandbegroting. De vaste lasten kun je via je papieren terughalen. • Wie schrijft, die blijft Ook voor de komende week houd je de bedragen die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, een verjaardagskaartje of postzegels bij. Tip: bewaar de bonnetjes, bijvoorbeeld in een envelop of in je map! • Geld besparen Vraag de deelnemers of ze de komende week willen nagaan wat ze aan de tips hebben gehad en ook willen bekijken of de overige tips om geld te besparen
•
6.
bruikbaar zijn. Eventuele nieuwe tips opschrijven en volgende week meenemen. Reclamefolders van de supermarkt Neem voor de volgende bijeenkomst de reclamefolders van de supermarkt(en) van deze week mee.
Slotronde
Bezuinigen Op uitgaven die mogen en uitgaven die moeten In de vorige les hebben we het gehad over uitgaven die moeten en uitgaven die mogen. Bezuinigen gaat het gemakkelijkst bij de uitgaven die mogen. Stel dat je geld uitgeeft aan internet. Vraag je dan af of internet echt zo belangrijk is. Heb je het geld er echt voor over? Misschien kun je wel internetten voor minder geld. In veel bibliotheken staan computers met internet. Als je daar gebruik van maakt, kan je je eigen abonnement opzeggen. Het is belangrijk dat alle gezinsleden hierover meepraten. Misschien is thuis internetten voor een van de gezinsleden heel belangrijk. Dat is een kwestie van overleggen en samen kiezen. Ook op de uitgaven die moeten kan soms worden bespaard. Je kunt bijvoorbeeld zuiniger stoken. De verwarming 1 graad lager zetten, scheelt 7% op de energierekening. Bij uitgaven als kleding en schoonmaakspullen kan je nog mee gaan letten op aanbiedingen of goedkopere merken kopen.
Op reserveringsuitgaven Het is verleidelijk om minder geld opzij te zetten voor grote uitgaven aan huishoudelijke apparaten of meubilair. Het effect is meteen zichtbaar; je hebt meer geld voor de rekeningen en de boodschappen. Maar op de langere termijn houdt minder sparen een risico in. Het is belangrijk voldoende geld achter de hand te houden voor een nieuwe (andere) wasmachine of een noodzakelijke reparatie (aan het huis). Moet je daarvoor op dat moment gaan lenen dan ben je uiteindelijke duurder uit. Over de lening betaal je immers rente. (We kopen daar in de laatste bijeenkomst op terug). Bovendien neem je een nieuwe verplichting op je; je moet de lening uiteraard ook weer aflossen. Minder opzij zetten voor kleding of een voor een nieuwe eettafel is wat minder risicovol. Maar over het algemeen is sparen voor grote uitgaven een onvermijdelijke uitgave waarop moeilijk valt te bezuinigen.
Op huishoudelijke uitgaven De huishoudelijke uitgaven zijn tot slot vaak wel gemakkelijk te beïnvloeden. Waarop kan je bezuinigen? Er zijn veel mogelijkheden. De een zal een tijdje minder roken of snoepen, de ander koopt een paar maanden minder of geen kleding. Weer anderen bellen minder, rijden minder auto, of kopen minder cadeautjes. Er zijn ook mensen die abonnementen (tijdelijk) opzeggen. Bijvoorbeeld door een apparaat – als dat nog kan – te laten maken in plaats van een nieuwe te kopen. Je kunt nog meer letten op aanbiedingen, goedkope merken aanschaffen en met een boodschappenlijstje naar de winkel gaan. Door dit soort keuzes zijn vaak flinke besparingen mogelijk.
THUISOPDRACHT voor de 4e bijeenkomst
•
Vul je uitgaven –indien nodig- verder in op je maandbegroting. De vaste lasten kun je via je papieren terughalen.
•
Wie schrijft, die blijft Ook voor de komende week houd je de bedragen die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, een verjaardagskaartje of postzegels bij. Tip: bewaar de bonnetjes, bijvoorbeeld in een envelop of in je map!
•
Geld besparen Ga de komende week na wat je aan de tips hebben gehad en of de overige tips om geld te besparen bruikbaar zijn. Eventuele nieuwe tips opschrijven en volgende week meenemen.
•
Reclamefolders van de supermarkt Neem voor de volgende bijeenkomst de reclamefolders van de supermarkt(en) van deze week mee.
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Bijeenkomst 4
Klaarleggen: • • • • • • • •
Flap-over Jaarplanning Voorbeeld jaarplanning Informatie “Jaarplanning” Informatie “uitgaven betalen” Informatie “Twee betaalrekeningen” Thuisopdracht 5e bijeenkomst Kasboek
1.
Welkom en toelichting op het programma Deze bijeenkomst staat in teken van jullie jaarplanning, twee betaalrekeningen en bezuinigen. Vorige week werd – naar aanleiding van de maandbegroting – duidelijk dat binnen deze groep verschillen zijn. Verschillen met betrekking tot de hoogte van de inkomsten en het verschil in uitgaven. Een doorsnede van de maatschappij waarin deze verschillen ook zijn. Wij zullen erop letten op beiden behoeften in te gaan zoals waarop kun je bezuinigen en wat als je niet meer kunt bezuinigen. De laatste les zullen we daarbij uitgebreid stil staan bij hoe houd je het vol! Zowel hoe zorg je ervoor dat je overzicht houd en hoe houd je het vol als je van een minimum moet rondkomen. Wie wil hier nog wat over kwijt.
2.
Maandbegroting Doel: Kennis laten maken met de maandbegroting als middel om zicht en daarmee grip te krijgen op de financien
Maandbegroting: de uitgaven. • De vorige keer had nog niet iedereen de maandbegroting ingevuld of nog niet volledig. Hoe is dat nu? Waar ben je tegenaan gelopen? Wat lukte niet om in te vullen? Heeft al iemand uit kunnen rekenen at er over blijft aan huishoudgeld en eventuele reserveringsuitgaven? Wie is tot de ontdekking gekomen dat er bezuinigd moet worden? Johan: is alles ingevuld? Margareth: hoe staat het bij jou? Mevr. Dik: is alles ingevuld? • Hoe verloopt het omrekenen en werken met gemiddelden? • Plus overstap naar het ordenen. 3.
Overzicht krijgen en houden Doel: De kracht zit hem in de herhaling plus kennis over het werken met een jaarplanning voor diegene die met niet-maandelijkse posten te maken heeft. • We zijn begonnen met de post op te ruimen en te ordenen. Op donderdagavond is er op RTL 4 een programma waarin mensen worden geholpen hun financiën weer op orde te krijgen. Wie heef dit wel eens gezien? En daarin zie je ook dat ze eerst beginnen met de post te openen, te lezen en op te ruimen in bakjes en mappen.
• •
•
• • •
•
• •
• •
Hoe zit het met jullie systeem? Hoe verloopt het post opruimen? Daarna hebben jullie een maandbegroting ingevuld om te zien hoeveel je uitgeeft en hoeveel je ontvangt en of dat met elkaar overeenkomt. Jaarplanning Naast een maandbegroting heb je ook een jaarplanning nodig. Een jaarplanning is een goede manier om overzicht te houden op het tijdstip waarop (in elke maand) bepaalde rekeningen moeten worden betaal en om welk bedrag dat gaat. Deel de formulieren van de jaarplanning uit. Loop de jaarplanning door en leg uit dat zij moeten nagaan (in hun order) wanneer de rekeningen worden ontvangen of wanneer er moet worden betaald. De rekening van de verzekering komt vaak 1 keer per jaar. Ga nu na in welke maand deze rekening komt en betaald moet worden. Vul hem daar ook in bijv. april. Wellicht komen er in die maand ook nog andere rekeningen zoals bijvoorbeeld de telefoon. April zal dan een dure maand worden. Omdat je dat nu weet, kan je er rekening mee gaan houden. Een andere maand zal goedkoper zijn. In deze goedkope maand moet je dan geld opzij zetten voor de dure maand. Dit is een moeilijk verhaal; is het nog duidelijk voor jullie? Met behulp van de maandbegroting en de jaarplanning kan uitgerekend worden hoeveel er maandelijks moet worden gereserveerd om steeds de nietmaandelijkse rekeningen te kunnen betalen. Zie voorbeeld jaarplanning. Informatie jaarplanning uitdelen.
4.
Twee betaalrekeningen Doel: Een manier om overzicht te houden op het huishoudgeld, de vaste lasten door te kunnen betalen en een middel om je te begrenzen in het uitgeven van je huishoudegeld. • Een goed systeem om te reserveren is het gebruik van een aparte bankrekening voor het wegzetten van het te reserveren geld. Iedereen kan in principe bij zijn/haar eigen bank een tweede rekening openen. Het advies is om deze rekening alleen als hulpmiddel te gebruiken dus geen pasjes, en geen roodstanden. Het is natuurlijk altijd mogelijk om het geld op te nemen voor andere zaken maar hiervoor moet je discipline op gaan brengen. • Je kunt ook kiezen om het huishoudgeld en het kleedgeld op een aparte rekening te zetten. Van de andere rekening betaal je dan alle rekeningen. • Informatie over twee betaalrekeningen uitdelen. • Informatie over uitgaven betalen uitdelen.
5.
Sterke kanten in het huishoudgeld Doel: Deelnemers leren dat je bij bezuinigen nog steeds iets kan doen en deel kan nemen aan de samenleving. • Vraag de deelnemers wie er tips heeft om op te letten bij het doen van boodschappen. Al eerder zijn het werken met een boodschappenlijstje en niet met een lege maag boodschappen doen, genoemd. Welke sterke kanten heeft men hierin? • Bespreek of er alternatieven zijn om geld uit te sparen. • Wie heeft er tips op het winkelen in Huizen, Hilversum of Bussum?:
• •
* Waar zijn bijvoorbeeld goedkope en leuke cadeautjes te koop? * Welke winkels zijn goedkoop? * Zijn er goedkope uitgaansmogelijkheden? * Wie koopt er wel eens in tweede hands winkels of koopt via Marktplaats.nl? Schrijf alle tips op en geef aan dat de volgende bijeenkomst hiervan een overzicht wordt verstrekt. Zijn er nog vragen naar aanleiding van de informatie over bezuinigen?
6.
Thuisopdracht • Vul jaarplanning in.. Lees de informatie over de jaarplanning door en vul met behulp van je maandbegroting en je order de jaarplanning in. • Wie schrijft, die blijft Ook voor de komende week houd je de bedragen die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, een verjaardagskaartje of postzegels bij. Tip: bewaar de bonnetjes, bijvoorbeeld in een envelop of in je map! Neem voor volgende week je vier volle kaspapieren mee!. • Twee betaalrekeningen Lees de uitgedeelde informatie goed door en noteer de vragen die je hebt. Ga bij je bank na of je een twee betaalrekening kan openen. Als je dat wilt – en het kan – kun je direct een tweede betaalrekening openen. • Reclamefolders van de supermarkt Neem ook voor de volgende bijeenkomst de reclamefolders van de supermarkt(en) van deze week mee.
7.
Slotronde
Informatie Jaarplanning
THUISOPDRACHT voor de 5e bijeenkomst
• Vul jaarplanning in.. Lees de informatie over de jaarplanning door en vul met behulp van je maandbegroting en je order de jaarplanning in. • Wie schrijft, die blijft Ook voor de komende week houd je de bedragen die je dagelijks uitgeeft aan bijvoorbeeld boodschappen, een verjaardagskaartje of postzegels bij. Tip: bewaar de bonnetjes, bijvoorbeeld in een envelop of in je map! Neem voor volgende week je vier volle kaspapieren mee!. • Twee betaalrekeningen Lees de uitgedeelde informatie goed door en noteer de vragen die je hebt. Ga bij je bank na of je een twee betaalrekening kan openen. Als je dat wilt – en het kan – kun je direct een tweede betaalrekening openen. • Reclamefolders van de supermarkt Neem ook voor de volgende bijeenkomst de reclamefolders van de supermarkt(en) van deze week mee.
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Bijeenkomst 5
Klaarleggen: • • • • • • • • • • •
Flapover Jaarplanning Voorbeeld jaarplanning Formulier met “Tips” Rekenmachine Artikel “De stille verleiding van de supermarkt” Lijm Schaar Opdracht “Inkoopspel” Stiften Thuisopdracht
1.
Welkom en toelichting op het programma Deze bijeenkomst staat in teken van jullie jaarplanning, het kasboek, deel ik de tips uit die we vorige week geïnventariseerd hebben en doen we een spel “het inkoopspel”.
2.
Jaarplanning Doel: Deelnemers kunnen hun ervaringen met het werken met een jaarplanning uitwisselen waardoor ze het nog beter kunnen toepassen. • Vorige keer zijn we verder gegaan met manieren waarop je goed overzicht kan houden op inkomsten en uitgaven. We hadden al post ordenen, de maandbegroting besproken en hebben vorige de de jaarplanning en het werken met twee betaalrekeningendoor ingebracht. Dit is nogal taaie kost en ik kan me voorstellen dat jullie hierover vragen hebben. • Twee betaalrekeningen Ik wil beginnen met de twee betaalrekeningen. Wie heeft hier vragen over? Wie denkt erover na om dit te gaan doen? Deana vertelde ons vorige week al dat je een twee rekeningen niet automatisch kan openen. Wie heeft al contact opgenomen met zijn/haar bank? • Jaarplanning Dit is een groot formulier om in te vullen. Hoe was het om hiermee bezig te zijn? Wat lukte niet om in te vullen? Welke vragen heb je nog? 3.
Kasboek Doel: Inzicht in je huishoudgeld en of je moet bezuinigen. • Jullie zijn nu vier weken bezig geweest met het invullen van het kasboek en het bijhouden van de bonnetjes. Is het gelukt om het deze weken vol te houden? Hoe was dat? Wat het heeft het je tot nu toe opgeleverd? • Pak je formulieren erbij Als je het nog niet heb opgeteld, tel je eerst per week op wat je aan contant geld hebt uitgegeven en wat je hebt gepind. Dit tel je per week bij elkaar op. • De vier bedragen (van elk week) tel je bijelkaar op. Je hebt nu het bedrag van de huishoudelijke uitgaven van de afgelopen 4 weken.
• •
• • •
LET OP! Dit is dus nog niet per maand. Hoe kom je daarachter? Het maandbedrag vul je in op je maandbegroting. Komt dit overeen met wat je had al had berekend? Je telt nu dit bedrag bij de vaste lasten en reserveringsuitgaven op. Wat komt hieruit? Als er bezuinigd moet worden en dat zal voor velen van jullie gelden waarop zou je dan kunnen bezuinigen. Pak hiervoor je bonnetjes erbij. Je zou per bonnetje kunnen bekijken welke uitgaven moeten en welke uitgaven mogen. Wat levert dit je dan op. Dit bedrag kun je ook op je jaarplanning invullen. Uitdelen van de tips n.a.v. de opmerkingen uit de groep op het onderdeel “sterke kanten in het huishoudgeld”.
4.
Inkoopspel Doel: Leren goedkoop boodschappen te doen en inzicht in hoeveel je nodig hebt voor gezonde maaltijd voor 2 personen. Zie bijlage
5
Thuisopdracht •
•
•
7.
Vul jaarplanning verder in.. Lees de informatie over de jaarplanning door en vul met behulp van je maandbegroting, de uitkomst van de kaspapieren en je ordner de jaarplanning in. Naar aanleiding van het kasboek Neem de bonnetjes door en probeer te achterhalen wat de reden is/redenen zijn dat je meer uitgeeft dan je wilt. Bijvoorbeeld de supermarkt die dichtbij is, is duur of ik doe vaak boodschappen. Volgende week gaan we hier een actieplan voor maken. Volgende bijeenkomst is alweer de laatste! Alle vragen die je hebt, kun je dan nog stellen. Dus loop de map met de uitgereikte papieren en overzichten nog een keer goed door. Is alles je duidelijk? Ook of juist als je twijfelt, zorg dan dat je het zeker komt te weten. Schrijf je vragen en/of opmerkingen op papier en neem het naar de volgende bijeenkomst mee.
Slotronde
Tips goedkoop winkelen
Boodschappen en aanbiedingen bij de Lidl en de Aldi
Turkse winkels (onder andere goedkoop vlees)
Advertenties in de winkels, op de kabeltv en op internet
Kleding bij de Wibra en de Zeeman
Tip: Niet met kinderen winkelen in deze winkels
2e Hands kledingswinkels: In Hilversum: Koningsstraat (zijstraat van de Havenstraat), ook speelgoed. In Bussum: T.B. Huurmanlaan, verderop in de straat ook 2e hands merkkleding.
Kringloopwinkels
Market
Dirk van de Broek (reclamekrantje in de gaten houden!)
Leuke en goedkope cadeautjes: Steengoed in Hilversum, Zeedijk in het oude BCCgebouw.
Algemene opmerkingen bij het winkelen: o Altijd met boodschappenlijstje o Prijzen vergelijken o Niet met honger gaan winkelen o (Vooraf) goedkoop cadeaus inkopen. o Maak van goedkoop winkelen een sport (in plaats van een strijd) !!
Tips Dagelijkse boodschappen o Producten van het seizoen o Geen kinderen mee met boodschappen doen o Niet teveel geld meenemen o Grotere verpakking o Eigen merk of vergelijk de prijzen met elkaar o Let op 35% korting; voor sluitingstijd winkelen! o Bij aanbiedingen bedenken of je het wel nodig hebt. o Voor de hele week boodschappen doen Goedkope winkels: o Nettorama, o C1000 o Savers
Lidl, Supercoop
o o o o o
Kringloopwinkel (Naarden) 2e hands kledingwinkel 2e hands cdwinkel Leger des Heils Ruilhandel: gebruik maken van elkaars vaardigheden en kwaliteiten
o o o o
Cadeautips Kruidvat Wibra Xenos Zelf iets maken
Zeeman Trekpleister
Uitgaan/recreatie o Fietsen o Wandelen o Concert in een kerk o Open monumentendag (begin september) o Museumdag o Aanbod wijkcentra o Tentoonstellingen o Stenenmuseum (tussen Laren en Hilversum) o Uitzending bijwonen o Deelname aan een canterij o Tijdschriften/kranten lezen in de bibliotheek o Kapperschool o Eten bij college “De Brink” in Laren of ROC of “La Place” tussen Laren en Hilversum (is tegenover het stenenmuseum en aan de hei en het bos) o Open dagen o Kamperen o Vakantie: op iemands huis passen of woningruil o Filmhuis o Picknicken
Artikel “De stille verleiding van de supermarkt”
INKOOPSPEL Inleiding: De bedoeling is dat jullie in groepjes van 2 tot 3 personen op papier zo voordelig mogelijk inkopen gaan doen. Jullie maken daarbij gebruik van de reclamekrantjes. Jullie gaan zo voordelig mogelijk inkopen doen voor een gezin bestaande uit twee volwassenen (zonder kinderen). Het is begin december dus het weer is koud en dat bevordert de eetlust. Het gaat hier om de avondmaaltijd die bestaat uit een warme maaltijd en een toetje. Opdracht (Maak gebruik van de reclamekrantjes, knippen mag!) • Kies met de ander(en) wat er gaat worden gegeten. • Stel voor de gekozen maaltijd een boodschappenlijstje samen met: 1.
Welke boodschappen a. Geef aan in welke verpakking met hoeveelheidaanduiding (liter gewicht) b. Geef aan welk merk c. Geef aan wat het kost (de prijs van de verpakking) d. en in welke winkel e. tel de totale kosten van de boodschappenlijst op.
Voorbeeld: 1 zak macaroni van 1 kg, Euroshopper, €0,99, AH 1 pot tomaten saus …. 2.
Bereken: a. Hoeveel je van een verpakking (van dit zak macaroni bijv) nodig hebt voor je gekozen gerecht; de hoeveelheid b. Hoeveel deze hoeveelheid kost c. Hoeveel de totale kosten van de bereiding van de gekozen maaltijd zijn.
Voorbeeld: 200 gram macaroni, € 0,20 (€ 0,99 gedeeld door 5) 400 gram saus …. 3.
Bereken hoeveel geld je omgerekend overhoudt van de gekochte
boodschappen door de uitkomst van 2c af te trekken van 1 e, dus: Bedrag 1 e
4.
-
bedrag 2c
=
€
…..
Schrijf alle antwoorden op een flap-overvel en plak daar de plaatjes van de boodschappen bij. Begin daarbij met de gekozen maaltijd!
Welk groepje is het goedkoopst uit?
THUISOPDRACHT voor de 6e bijeenkomst
•
Vul jaarplanning verder in.. Lees de informatie over de jaarplanning door en vul met behulp van je maandbegroting, de uitkomst van de kaspapieren en je ordner de jaarplanning in.
•
Volgende bijeenkomst is alweer de laatste! Alle vragen die je hebt, kun je dan nog stellen. Dus loop de map met de uitgereikte papieren en overzichten nog een keer goed door. Is alles je duidelijk? Ook of juist als je twijfelt, zorg dan dat je het zeker komt te weten. Schrijf je vragen en/of opmerkingen op papier en neem het naar de volgende bijeenkomst mee.
•
Naar aanleiding van het kasboek Neem de bonnetjes door en probeer te achterhalen wat de reden is/redenen zijn dat je meer uitgeeft dan je wilt. Bijvoorbeeld de supermarkt die dichtbij is, is duur of ik doe vaak boodschappen. Volgende week gaan we hier een actieplan voor maken.
Cursus “Uitkomen met inkomen”
Bijeenkomst 6
Klaarleggen: • Jaarplanning • Voorbeeld jaarplanning • Actieplan Kasboek • Rekenmachine • Stiften • Evaluatievragen op flapover • Evaluatieformulier • Certificaten • Informatie kostgeld 1.
Welkom en toelichting op het programma 5 minuten Deze bijeenkomst staat in teken van jullie jaarplanning, het kasboek, “Bezuinigen; Hoe houd je het vol?!”en de evaluatie van deze cursus.
2.
Jaarplanning 15 minuten • Alvast in evaluatiestijl: Het belangrijkste doel van de cursus is het krijgen van het overzicht en het houden van overzicht over wat er aan geld binnenkomt en wat er uitgaat. Daarvoor zijn we gestart met het openen, lezen en opruimen van de post. Het ordenen van de papieren is een voorwaarde om te weten waar je wat kunt vinden en dus te weten wat je waaraan betaalt. Daarna hebben jullie kennisgemaakt met de verschillende soorten uitgaven: vaste lasten, reserveringsuitgaven en huishoudelijke uitgaven. Jullie hebben jullie eigen inkomsten en uitgaven verwerkt in een maandbegroting. En voor wie dat handig is – met name als je te maken hebt met niet-maandelijkse uitgaven – hebben jullie de jaarplanning ingevuld. • Jaarplanning Dit is een groot formulier om in te vullen. Hoe was het om hiermee bezig te zijn? Wat lukte niet om in te vullen? Welke vragen heb je nog? • Kasboek De opdracht was om uit te rekenen hoeveel je per maand kwijt bent aan huishoudelijke uitgaven door: Vier weken kasboek te delen door 4 keer 52 gedeeld door 12 of Vier weken kasboek te vermenigvuldigen met 13 en te delen door 12. Welke vragen heb je hierover?
3.
Actieplan kasboek 30 minuten Aan hand van het actieplan stellen de deelnemers in twee-/drietallen hun actieplan voor de komende periode op. Na 15 minuten komt iedereen weer bij elkaar en worden de actieplannen plenair uitgewisseld. Eventueel nog verder gaan op het thema:Bezuinigen: hoe houd je het vol? • Maak duidelijk aan de groep dat ze na het volgen van deze cursus nu kritische consumenten zijn geworden. De kunst is om dit vol te houden.
•
• •
Hebben ze bedacht of hebben ze een tip hoe ze de bezuinigingen – maar ook het werken aan overzicht - vol kunnen houden. Hoe houd je jezelf scherp. Maak een rondje langs alle deelnemers. Geef aan dat ieder zijn eigen manier moet vinden want als je het probeert te doen zoals anderen het doen houd je het vaak niet vol! Je kunt denken aan: - steun van vrienden en familie of van elkaar; - sla de informatie en tips uit de cursus er af en toe weer eens op na; - houd de maandbegroting bij de hand en houd het up-to-date; - het uitrekenen wat je per week/maand te besteden hebt aan huishoudgeld geeft vaak rust; - indien mogelijk: gebruik van twee betaalrekeningen en/of een vast bedrag per week in je portemonnee.
4.
Vragen die er leven De deelnemers kunnen nog vragen ter verduidelijking stellen. Informatie kostgeld.
15 minuten
5.
Sociale druk 15 minuten • Bespreek met de deelnemers hoe zij omgaan met het feit dat zij weinig geld hebben en verwachtingen van hun omgeving. Hierbij kun je denken aan : de verjaardag van de (klein)kinderen, eigen verjaardag, familieleden en vrienden, uitgaan, ziekenbezoek. • Vraag de deelnemers hoe zij daar mee omgaan of ze het moeilijk vinden om nee te zeggen tegen hun omgeving. Het gevaar is dat je namelijk op een gegeven moment nergens meer naar toe durft te gaan. Het is moeilijk om er in je directe omgeving vooruit te komen maar het levert meestal wel resultaat op. Wie herkent dit? • Wat heb je aan de tips en ideeen over goedkoop uitgaan en cadeautjes kopen? • Durf je “nee” te zeggen tegen je kinderen, vrienden of de buren?
6.
Evaluatie 20 minuten • Geef aan dat er eerst een aantal vragen wordt gesteld. Het verzoek is om een eerlijk kritisch antwoord te geven. De cursus kan altijd worden verbeterd. • Laat een begeleider de vragen stellen en de ander de antwoorden opschrijven: 1. Met welk beeld ben je naar de cursus gekomen? Hoe ziet dat beeld er nu uit? 2. Heeft de cursus voldaan aan je verwachtingen? 3. Wat vind je er ervan dat er niet expliciet is ingegaan op je eigen persoonlijke situatie? 4. Welke onderdeel van de cursus sprak je het meeste aan? Wat het minste? • Deel het evaluatieformulier uit. Houd goed in de gaten of iedereen alles invult en de vragen goed begrijpt.
7.
Afsluiting 5 minuten • Bedankt alle deelnemers voor het invullen van het evaluatieformulier. • Bedank daarna iedereen voor de deelname aan de cursus en deel de certificaten uit. • Bied (indien nodig) de mogelijkheid van een follow-up aan voor over ongeveer drie maanden. • Voor vragen kunnen ze terecht bij het maatschappelijk werk en/of afdeling Sociale Zaken in hun gemeente. • Wens alle deelnemers veel succes en sterkte in de toekomst met hun financiën.
Actieplan Kasboek
Uitkomen met inkomen
Hoe komt het dat je meer hebt uitgegeven dan kan/gepland?
Wat ga je anders doen? Wat moet je hiervoor doen? Tip: maak gebruik van de tips uit de groep naar aan leiding van de sterke kanten van het huishoudgeld!
Wanneer ga je dit doen? (Plan een tijdstip of een dagdeel voor de komende week)
Wie kan je hierbij helpen?
Evaluatie ( na een week) Wat is gelukt? En waardoor is het gelukt?
Wat is niet gelukt? Wat kun je hiervan leren voor een volgende keer?
Evaluatie cursus “Uitkomen met inkomen”
Vraag 1. Wat vond je in het algemeen van deze cursus? o Zeer goed o Goed o Voldoende o Onvoldoende o Slecht
Vraag 2 Wat vond je van de opdrachten? o Zeer goed o Goed o Voldoende o Onvoldoende o Slecht
Vraag 3 o o o o o o o o o o o o
Welk(e) onderwerp(en) vond je het meest interessant? (Je mag meerdere onderwerpen aankruisen) Post ordenen Maandbegroting Bijzondere uitgaven Kasboek Verzekeringen Sterke kanten in het huishoudgeld (uitwisselen van tips en ideeën) Overzicht houden op financiën Jaarplanning Twee betaalrekeningen Supermarkten Sociale druk Bezuinigen; hoe houd je het vol
Vraag 4 o o o o o o o o o o o o
Welk(e) onderwerp(en) vond je het minst interessant? (Je mag meerdere onderwerpen aankruisen) Post ordenen Maandbegroting Bijzondere uitgaven Kasboek Verzekeringen Sterke kanten in het huishoudgeld (uitwisselen van tips en ideeën) Overzicht houden op financiën Jaarplanning Twee betaalrekeningen Supermarkten Sociale druk Bezuinigen; hoe houd je het vol
Vraag 5 Waren de onderwerpen herkenbaar? o Zeer herkenbaar o Herkenbaar o Een beetje herkenbaar o Niet herkenbaar
Vraag 6 Hoe vond je de uitleg bij de onderwerpen? o Zeer moeilijk o Moeilijk o Redelijk gemakkelijk o Gemakkelijk o Te gemakkelijk
Vraag 7 Vond je de inhoud van de onderwerpen te snel gaan? o Veel te snel o Te snel o Goed o Te langzaam o Veel te langzaam
Vraag 8 Heb je nieuwe informatie gehoord? o Zeer veel o Veel o Voldoende o Niet veel o Nauwelijks
Vraag 9 Heb je iets gehad aan het materiaal dat is uitgereikt tijdens de cursus? o Zeer veel o Veel o Voldoende o Niet veel o Nauwelijks
Vraag 10 Vond je de cursus boeiend? o Zeer boeiend o Boeiend o Voldoende boeiend o Onvoldoende boeiend o Saai
Vraag 11 Vond je de presentatie van de cursusleiders boeiend? o Zeer boeiend o Boeiend o Voldoende boeiend o Onvoldoende boeiend o Saai
Vraag 12 Vond je het aantal bijeenkomsten voldoende? o Te veel o Veel o Voldoende o Te weinig o Veel te weinig
Vraag 13
Heb je suggesties voor verbetering?
Vraag 14
Heb je nog andere opmerkingen?
Bedankt voor het invullen!