Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen 2014
Stichting Kinderopvang Waterland Uitgiftedatum: Herziene uitgiftedatum: Titel:
Peuterspeelzaal Juni 2012 Mei 2014 Pedagogisch beleid psz Pinokkio en ‘t Stokpaardje
Stichting Kinderopvang Waterland W. Claesdochterlaan 1 • 1141 JA Monnickendam • 0299 65 48 78 • 06 10 20 11 55 • www.kinderopvangwaterland.nl
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
2
Beste ouder, Een vaste uitspraak binnen onze organisatie is: ‘Het mooiste wat je kunt worden is jezelf’. Dat is niet zomaar. Wij staan daar voor de volle honderd procent achter. We geven uw kind heel bewust de ruimte zich te ontwikkelen. In een veilige en warme omgeving. Met voldoende uitdaging, op het niveau van het kind. Dat doen we mede vanuit de ideeën van Loris Malaguzzi (grondlegger van ‘Reggio Emilia’) en Rudolf Steiner (grondlegger van de antroposofie), twee grote inspirators voor ons. Reggio Emilia is vooral bekend om ‘de honderd talen van het kind’, het stimuleren van de fantasie en het optimaal ontwikkelen van de mogelijkheden en kwaliteiten van het kind. Dat is precies wat wij doen. En net als Rudolf Steiner denken wij dat kinderen natuur nodig hebben. Daarom werken we veel met natuurlijke materialen, binnen de seizoenen van het jaar. Dat is herkenbaar voor kinderen en gelijktijdig geven we ze mee dat we zuinig om moeten gaan met onszelf en onze omgeving. De peuterspeelzaal richt zich daarnaast ook op de theorie van Montessori. De zelfredzaamheid krijgt daarin extra aandacht en ook het werken met kleinere groepjes. Tevens is het aanbod van materiaal daarop aangepast. Het allerbelangrijkste is natuurlijk dat uw kind bij ons op de peuterspeelzaal een goede en fijne tijd krijgt. En dat u als ouder tevreden bent over onze dienstverlening. Daarbij realiseren we ons goed dat wij mogen werken met uw belangrijkste ‘bezit’. Uw kind!
Simone Dekker en Ilse Raasing directie Stichting Kinderopvang Waterland
In dit boekje vindt u informatie over het pedagogisch beleid van de Peuterspeelzalen van Stichting Kinderopvang Waterland. Wilt u praktisch informatie, lees dan onze publicatie ‘informatie voor ouders'. U kunt deze downloaden op onze website of aanvragen via
[email protected]. Voor een écht goede indruk van onze werkwijze en de sfeer op de verschillende locaties kunt u natuurlijk het beste zelf een kijkje komen nemen. U bent van harte welkom.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
3
Inhoud Inleiding
5
De basis: Steiner en Malaguzzi Rudolf Steiner, grondlegger van de antroposofie Maria Montessori Loris Malaguzzi, grondlegger van de Reggio Emilia
6
De pedagogische visie van SKW Het beste uit verschillende stromingen Natuurlijke ontdekkingstocht 'Help het mij zelf te doen' Belevingswereld van het kind
7 7
De speerpunten in ons pedagogisch beleid Samen met ouders Peuterspeelzaal: intensief contact Peuterspeelzaal: veilige basis met ruimte voor ontwikkeling Rekening houden met elkaar Met zorg ingerichte ruimtes Festiviteiten en speciale gelegenheden In de Praktijk
Extra dagdelen Normen en waarden Regels begrijpen en naleven
6 6
7 7 8 8 8 9 9 9 9 11
11 122 12
Peuterspeelzaal: actieve stimulering en begeleiding
12
Groepsindeling en personeelsinzet Peuterspeelzaal: twee medewerkers per groep
14 14
Wat wordt bedoeld met vier ogen principe?
14
Pedagogische scholing Stagiaires
16 16
Zorg voor het kind – observeren en signaleren Peuterspeelzaal: verslaglegging en observatiepunten Meldcode kindermishandeling
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
16 16 16
4
Inleiding Dit is het pedagogisch beleidsplan van Stichting Kinderopvang Waterland (SKW), goedgekeurd door de oudercommissie. Op verzoek geven we u het graag ter inzage. Voor ons is dit pedagogisch beleidsplan de basis van waaruit we werken. Onze pedagogisch medewerkers kennen dit beleidsplan en handelen ernaar. Dat gebeurt bij alle onderdelen van onze organisatie. Wel kunnen er verschillen zijn door specifieke aspecten als de ligging, omvang of sfeer van een locatie. Ook voor u kan dit pedagogisch beleidsplan waardevol zijn. Het geeft u meer inzicht in onze pedagogische visie en hoe we die vertalen in de dagelijkse praktijk van de omgang met uw kind.
SKW committeert zich aan de Beleidsregels Kwaliteit Kinderopvang van de Wet Kinderopvang peuterspeelzalen. De GGD controleert jaarlijks of we deze regels goed naleven. SKW is aangesloten bij de klachtencommissie SKK en is lid van de Brancheorganisatie Kinderopvang. Onze oudercommissie is aangesloten bij de Belangenvereniging van Ouders in de Kinderopvang (BOinK)
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
5
De basis: Steiner, Montessori en Malaguzzi SKW laat zich sinds jaren inspireren door de ideeën van Loris Malaguzzi en Rudolf Steiner. Dat wil niet zeggen dat we volledig en dogmatisch volgens hun uitgangspunten werken. We benutten de sterke punten ervan, als basis voor een eigen werkwijze. Rudolf Steiner, grondlegger van de antroposofie Een belangrijk uitgangspunt van Steiner is dat elk kind uniek is en de gelegenheid moet krijgen zich volledig te ontwikkelen. De nadruk ligt op werken met natuurlijke materialen in een natuurlijke omgeving. Het achterliggende idee is dat kinderen leren hoe de natuur in elkaar zit terwijl tegelijkertijd de zintuiglijke ontwikkeling wordt gestimuleerd. Ook hecht Steiner veel waarde aan expressie en fantasie, om kinderen te leren zich te uiten en zich te ontwikkelen tot creatieve mensen. Een derde kernwaarde in de theorie van Steiner is ritme. Hij ziet het leven als één en al ritme. Ritme in een dagindeling, het weekritme en het ritme van de jaarindeling (seizoenen) geven houvast, veiligheid en herkenning. Emilia Maria Montessori De kern van het montessorionderwijs wordt meestal samengevat in de uitspraak: "Help mij het zelf te doen". Uitgangspunt is dat een kind een natuurlijke, noodzakelijke drang tot zelfontplooiing heeft. Opvoeding en onderwijs moeten onderkennen wat de behoeften van een kind op een gegeven moment zijn en daarop inspelen door de juiste omgeving en materialen te bieden. Loris Malaguzzi, grondlegger van de Reggio De Reggio Emilia-visie is vernoemd naar de Italiaanse stad Reggio Emilia, waar sinds 1964 enkele tientallen centra voor jonge kinderen zijn opgericht. Ze hanteren allemaal dezelfde pedagogische visie van grondlegger Loris Malaguzzi. Hij spreekt over de honderd talen van kinderen. Daarmee bedoelt hij dat kinderen niet alleen in woorden ‘spreken’. Ze communiceren ook met de wereld om hen heen via het lichaam, en via creativiteit en fantasie. De nadruk van de Reggio Emilia-visie ligt op de relatie tussen kinderen, volwassenen en de omgeving. Het kind moet alle ruimte krijgen om te bouwen aan zijn eigen identiteit, om te kijken naar zichzelf en de ander. Door kinderen te laten observeren en door hen bewust te maken van hun omgeving begrijpen ze de wereld beter, is het idee. Dat gebeurt onder meer door hen materialen aan te bieden en de fantasie te prikkelen. Dit versterkt tevens hun ontwikkeling en hun vermogen om zich emotioneel te uiten.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
6
De pedagogische visie van SKW Los van elke pedagogische visie vindt SKW het erg belangrijk dat u uw kind met een gerust gevoel en met het volste vertrouwen achterlaat bij onze mensen. Uw kind is kostbaarste ‘bezit en dat is het ook voor ons. We bieden daarom een veilige omgeving, met uitdagingen die aansluiten op de ontwikkelingsfase van het kind. Samen spelen met andere kinderen is hiervan een belangrijk onderdeel. Net als ‘rust, reinheid en regelmaat’, een thema dat voor kinderen nog steeds een goede basis is om te groeien. Het beste uit verschillende stromingen SKW wil zich niet committeren aan één bepaalde stroming of theorie. Tenslotte is ieder kind verschillend! Onze kracht is dat we het kind écht willen volgen. Door niet te kiezen voor één stroming kunnen we blijven kijken naar de manier van opvoeden en begeleiden die het beste bij uw kind past. Bovendien: het aanbod van peuterspeelzalen is klein in Waterland. Door uit alle stromingen het beste te kiezen, hoeven we niemand teleur te stellen. Natuurlijke ontdekkingstocht We volgen Rudolf Steiner in zijn ideeën over de natuurlijke ontdekkingstocht die kinderen kunnen maken. Bij de psz geven we dat onder meer vorm door te werken met natuurlijke materialen en bijvoorbeeld seizoenstafels te maken. Werken met natuurlijke materialen geeft duidelijkheid en herkenning, werken in de natuur geeft rust en uitdaging. Op zoek naar een diertje in de grond, bollen planten in de tuin, kastanjes zoeken in het bos – daar hechten we veel waarde aan. Televisiekijken of een kleurplaat inkleuren? Dat soort activiteiten bieden we minder snel aan. ‘Help mij het zelf te doen’ Maria Montessori laat kinderen graag zelf de dingen te ervaren en uit te voeren met behulp van de begeleider. Er is veel aandacht binnen de psz-en voor het ontdekken van materialen, het aanbod is groot. We stimuleren kinderen zelf de dingen te doen en ze op te lossen. Dat geeft kinderen een goed gevoel van eigenwaarde. Belevingswereld van het kind Van de Reggio Emilia-benadering nemen we het werken vanuit het kind over. Onze pedagogisch medewerkers ‘luisteren’ naar alle talen die een kind ‘spreekt’, zoals hart, emotie, woord en gebaar. Op die manier komen we dicht bij de belevingswereld van het kind en kunnen we activiteiten aanbieden die daarop aansluiten. We stimuleren kinderen zich creatief te uiten door ze te leren omgaan met materialen, kleuren en vormen. Ook moedigen we de kinderen aan hun emoties te uiten met drama, muziek, dans, mimiek, geluid en ook met taal natuurlijk.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
7
De speerpunten in ons pedagogisch beleid We zetten ons in om het de kinderen naar hun zin te maken. Het is immers essentieel dat ze hun tijd op het PSZ als plezierig ervaren en de ruimte voelen om zich te laten zien zoals ze zijn. Want ons uitgangspunt is en blijft: het mooiste dat je kunt worden is jezelf! Daarnaast werken we vanuit deze speerpunten: We doen het samen met ouders. We bieden een veilige basis en ruimte voor ontwikkeling. We maken de kinderen vertrouwd met normen, waarden en cultuur. We stimuleren kinderen om zich te ontwikkelen. Samen met ouders We vinden een goede band met ouders zeer belangrijk om de kinderen optimaal te kunnen verzorgen, begeleiden, opvoeden en stimuleren. Zonder een goede samenwerking met de ouders, begrijpen we de kinderen minder goed en doen we ze dus tekort. Bovendien blijven de ouders eindverantwoordelijk. Onze rol is aanvullend en ondersteunend. Peuterspeelzalen: intensief contact Om een goede band met ouders te onderhouden, zorgen we bij de psz voor een diversiteit aan, formele en informele, contactmogelijkheden:
het dagelijks contact tijdens het koffie/theemoment of bij de groep; gesprekken op verzoek van ouders of van de groepsleiding, thuis of op de psz; ouderavonden (2 x per jaar), georganiseerd door de oudercommissie; thema-avonden rond onderwerpen als kinder-EHBO, lezen met kinderen, de emotionele ontwikkeling van kinderen, kind en muziek; het contact tijdens speciale dagen, zoals bijvoorbeeld een feest of een activiteit waarbij ouders meehelpen; het jaarlijks ‘zomerfeest’ waarbij we ouders, kinderen, medewerkers, bestuurders en andere SKWbetrokkenen uitnodigen voor een hapje en een drankje. Wij streven ernaar een goed contact te onderhouden met de ouders omdat de ontwikkeling van het kind ten goede komt. Het begint al met een goede voorlichting bij de aanmelding. Via een speciale uitnodiging krijgen de ouders en de peuter een oproep voor de peuterspeelzaal. De eerste ochtend wordt de peuter door de ouder(s) gebracht en maken ze kennis met de leiding en de kinderen. Er wordt bij de ouders geïnformeerd naar eventuele bijzonderheden van het kind op bijvoorbeeld het gebied van eten & drinken, zindelijkheid, gezondheid of gedrag. e We stellen er prijs op dat de ouders even de tijd nemen voor hun kind op deze 1 dag. Dat ze samen met hun kind de ruimte verkennen en even een spelletje doen of iets dergelijks. Wij vinden het heel belangrijk dat de ouder duidelijk afscheid neemt. We vragen altijd een telefoonnummer waarop ze te bereiken zijn en adviseren om het kind vroeg op te halen, nog voor de andere ouders er zijn. Anders ziet de peuter allerlei ouders/oppas etc arriveren, zonder dat de zijne erbij is. Als het kind moeite heeft om afscheid te nemen, en dat gebeurt vaak in het begin, nemen wij het altijd onder onze hoede en zwaaien wij de ouder gezamenlijk uit. Mocht het echt een groot probleem zijn
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
8
dan vragen wij de ouder er de rest van de ochtend bij te blijven en werken dan in een paar keer naar het afscheid nemen toe (eerst een uurtje weg en dan steeds wat langer). Een goede band met de ouders geeft ook een prima ingang tot een gesprek mocht er iets bijzonders zijn met de ontwikkeling van het kind. In de meeste gevallen kan dat heel informeel tussen de bedrijven door maar het komt voor dat er een aparte afspraak wordt gemaakt. Ouders vinden het prettig om ruggenspraak te houden over dingen die de opvoeding en de ontwikkeling betreffen. Dat gebeurt vooral tijdens het koffie drinken met de andere ouders, maar ook de leidsters worden regelmatig geraadpleegd. Wij kunnen zelf suggesties doen of eventueel doorverwijzen naar andere instanties. PSZ: veilige basis met ruimte voor ontwikkeling We stimuleren kinderen zich te ontplooien binnen de groep, maar zonder het kind te passeren in zijn behoeften zich terug te trekken. Emotionele veiligheid is namelijk een voorwaarde voor ontwikkeling. We proberen ieder kind in het groepsproces te betrekken, waarbij we het kind goed volgen en begeleiden. We bieden diverse mogelijkheden om deel te nemen aan het groepsproces én we bieden tijd en gelegenheid om lekker alleen te spelen of om even weg te kruipen op de bank. Kinderen die het moeilijk vinden zich in een groep staande te houden geven wij extra aandacht, nemen wij vaker bij ons en proberen het kind contacten met de groep aan te laten gaan. Rekening houden met elkaar We leren de kinderen rekening met elkaar te houden: samen spelen, samen delen en wachten op je beurt. Meestal gebeurt dit binnen de groep. Bij uitzondering, bijvoorbeeld wanneer er weinig kinderen zijn (ziekte of terugloop van een bepaalde ochtend) spelen de kinderen ook met de kinderen uit de andere groep. Dat komt bij de psz weinig voor. Op die manier kunnen ze ook leren contact te maken met andere kinderen en volwassenen, in een andere omgeving. Een extra voordeel is dat de kinderen bij ziekte of ander verzuim van een medewerker al enigszins vertrouwd zijn met de andere medewerkers. Met zorg ingerichte ruimtes De ruimtes zijn met zorg ingericht en zijn voorzien van veel glas. Peuters hebben een enorme bewegingsdrang en hebben dus ruimte nodig om zich vrij te kunnen bewegen met en zonder speelmateriaal. Het moet een veilige ruimte zijn zodat de peuters zichzelf en elkaar niet kunnen bezeren of andermans spullen beschadigen. De peuterspeelzaal ruimte is een flinke ruimte waar de peuters zich goed kunnen bewegen; het klimhuis nodigt uit tot klimmen, klauteren en glijden. De bank biedt peuters die (nog) niet willen deelnemen aan het bewegingsspel een veilige plaats om de andere kinderen te kunnen observeren en om te kunnen genieten van het spel van de anderen. Het is onze zorg dat het speelmateriaal veilig is en dat het materiaal en de aankleding van de ruimte bij de belevingswereld van het kind past. De peuterspeelzaalleidster is aanwezig om het spel te observeren en laat in principe het kind het eigen spel bepalen, in hun eigen tempo, op hun eigen manier. Waar nodig geeft zij grenzen aan of biedt mogelijkheden tot het ontstaan van een nieuw spel. Verder helpt zij bij het omgaan met conflicten (en die zijn, gezien het ontwikkelingsniveau, talrijk). Daarnaast zijn er in de ruimte diverse duidelijk afgebakende speelhoekjes voor kinderen die behoefte hebben aan veilige en rustige speelruimten. Er is een ruimte tafel om aan te zitten en te werken; een open kieskast met allerhande materiaal (hamertje tik, insteekmozaïek, puzzels, klei, tekenmateriaal, papier) waaruit de peuters zelf hun keuze kunnen maken. Er is een bouwhoek waar met autootjes en lego gespeeld kan worden; een aparte poppenhoek met knuffels en poppen, een fornuis, wasmachine en veel verkleedkleren. Verder is er een binnenzandbak en een watertafel, naast ander uitnodigend materiaal als een winkeltje en een werkbank.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
9
Ook hier laat de leidster het kind zelf zijn spel bepalen, uiteraard binnen duidelijk gestelde grenzen. Peuters die niet goed kunnen kiezen of om welke andere reden niet zelf tot spel kunnen komen, helpt zij op weg en laat op speelse wijze zien dat er heel veel verschillende manieren zijn op met het materiaal om te gaan. De ervaring is dat wanneer sommige peuters de peuterspeelleidsters iets zien doen, zij dat ook gaan doen en dat de andere kinderen dan vaak en snel volgen. Vooral bij creatieve activiteiten werkt dat goed. Er is een flinke buitenspeelruimte. Er is een speelhuis/heuvel met een trap en een glijbaan. Op de tegels rondom het speelhuis kan naar hartenlust worden gefietst, gestept of met stoepkrijt worden gekleurd. Er is ook een zandbak en toegang tot het naastgelegen speelterrein van het kinderdagverblijf waar soms met de andere kinderen wordt samen gespeeld. Een van de leidsters is altijd buiten bij de kinderen om te observeren en te begeleiden. Aansluitend aan de binnenruimte is een toilet en verschoonruimte. De wasbak en het toilet zijn op peuterhoogte gemaakt. De zindelijkheidstraining is een onderdeel van de ontwikkeling van de peuter. Het initiatief van de training ligt bij de ouders, de peuterspeelzaal werkt mee aan de training en stimuleert daar waar mogelijk de zindelijkheid. Festiviteiten en speciale gelegenheden Verjaardagen De verjaardag is voor elk kind een bijzondere dag. Dat vieren we dus! Er is een vast ritueel voor. De jarige krijgt een feestmuts en een speciale plaats op een verhoging. En natuurlijk is er taart, met drie of vier kaarsjes. De andere kinderen zingen en dansen. Eén voor één feliciteren ze de jarige en dan krijgen ze een traktatie van de jarige: iets lekkers of een klein cadeautje. Vaak zijn ook de (groot)ouders erbij. Als een kind niet zo graag in de belangstelling staat, houden we daar uiteraard rekening mee en passen we het ritueel aan. Kerstmis Een aantal dagen voor de kerstviering op de speelzaal versieren we de ruimten en plaatsen we een kerstboom. De leidsters vertellen regelmatig het kerstverhaal, de kinderen maken knutselwerkjes en leren kerstliedjes. Op 'kerstmorgen' gaan de kaarsjes aan tijdens het vertellen van het kerstverhaal en zijn er lekkere dingen. Sinterklaas Wanneer Sinterklaas in het land is, besteden we aandacht aan het sinterklaasfeest. De kinderen maken creatieve werkjes, zingen sinterklaasliedjes en luisteren naar elkaars verhalen. De speelzaal is in Sinterklaassfeer versierd en er zijn Sinterklaas-verkleedkleren. Tijdens het eigenlijke sinterklaasfeest op de speelzaal kunnen de kinderen zich laten omtoveren tot kleine pietjes. Ze krijgen cadeautjes en snoepgoed. *De laatste schooldag voor de zomervakantie wordt altijd met alle groepen samen gevierd. Met behulp van ouders worden er activiteiten georganiseerd als drophappen, blikgooien, schatgraven, bellen blazen, knutselen, patatjes en iets lekkers te drinken. We maken er een echt feestje van.
*Broek in Waterland
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
10
In de praktijk Hoe gaat dat nu n de praktijk? Om 08.30 uur (Broek) 08.20 uur (M’dam) is de leiding aanwezig om koffie en thee te zetten, materiaal klaar te leggen en om dingen door te spreken. Er is geen vast spelprogramma, maar er is wel een vast verloop van de ochtend. Vanaf 08.45 uur (Broek) 08.30 (M’dam) uur worden de peuters gebracht door de ouders of oppas. De kinderen kunnen al gaan spelen. Voor ouders/oppas is er gelegenheid om met elkaar koffie of thee te drinken. Daar wordt veel gebruik van gemaakt; ouders wisselen veel ervaringen uit en soms worden er openlijk problemen besproken. De leiding zijn met de kinderen of andere zaken bezig maar worden ook persoonlijk aangesproken door de ouders over de zorg en/of problemen. Vaak kan de leiding ondersteuning bieden; informatie verstrekken, ervaringen uitwisselen en of doorverwijzen naar instanties. Rond 09.15 uur start het programma. De ouders zijn uitgezwaaid en weg; de kinderen komen nu pas echt aan hun spel. Er is gelegenheid tot vrij spelen, daarnaast gaat een van de peuterspeelzaalleidsters aan tafel met knutselspullen of een gezelschapsspelletje. De peuters schuiven vaak snel aan. Rond 10.15 uur worden de stoeltjes in een kring gezet, gaan de kinderen naar het toilet en wordt alvast het grootste deel van het speelgoed opgeruimd. Aansluitend zo om gaan wij in de kring zitten. De namen van de kinderen worden genoemd, vaak door middel van een spelletje, een liedje of een grapje. De kring is echt een rustpunt, veel kinderen gapen dan ook. Het is een goed moment om even te praten naar aanleiding van belangrijke gebeurtenissen uit de belevingswereld van de peuters. Onderwerpen als vakantie, uitstapje, ziekte van een familielid, geboorte of het thema waar we in die periode mee bezig zijn, komen aan de orde. In de kring worden liedjes gezongen, gedanst en bewegingsspelletjes gedaan. Twee kinderen mogen de bakker en melkboer zijn. Ze krijgen een bakkersmuts op en een schortje voor en mogen de komst van het eten & drinken aankondigen door luid met bellen te rammelen. De peuters mogen dan de koekjes en het drinken uitdelen. Dat is niet alleen een grote eer, het is ook een goede oefening in het (her)kennen van de groepsgenoten. Tenslotte wordt in de kring voorgelezen. Meestal is rond 11.00 uur afgelopen maar dit is een richttijd. Het kan namelijk gebeuren dat het wat langer duurt omdat het zo gezellig is of omdat er iets belangrijk wordt besproken. Na de kring is er gelegenheid tot buitenspelen of, als het slecht weer is, om nog even vrij te spelen binnen. Vanaf 11.30 uur /11.45 uur worden de kinderen weer opgehaald. Er is dan een korte overdracht met de ouders over de ochtend en eventuele bijzonderheden.
Extra dagdelen: Het is mogelijk dat ouders extra dagdelen aanvragen op het peuterspeelzaal. Deze dagen kunnen uitsluitend worden afgenomen op de eigen groep van het kind. Kinderen moeten de veiligheid van de groep kunnen behouden. Sommige kinderen vinden het vreemd of onwennig wanneer ze op een andere dag naar het kinderdagverblijf toe gaan. We geven het kind dan wat extra aandacht en ondersteuning. Bijna altijd zijn er wel groepsgenootjes in de groep en bekende pedagogisch medewerkers. * Onze klanten zijn aangesloten op het software systeem van de SKW. Hierdoor worden wijzigingen, aanpassingen, nieuwsbrieven etc. per mailing aan hen doorgegeven. Daarnaast hangen wij dit soort informatie ook op in de groepen/locaties. De SKW plaatst ook berichten op haar website.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
11
Normen en waarden Bij het overbrengen van normen en waarden hebben we een belangrijke voorbeeldfunctie. Kinderen spiegelen zich immers aan oudere kinderen en volwassenen. In onze dagelijkse manier van omgaan met kinderen zijn we dan ook altijd positief. We stimuleren, begeleiden en ondersteunen. We vermijden negatieve aandacht en richten ons bovenal op wat een kind wel goed doet. Dat gedrag stimuleren we. Daarnaast benadrukken we dat ieder kind, ongeacht de achtergrond, gelijk is en dezelfde aandacht en zorg krijgt. Voor ons is trouwens ook elke klant en elke medewerker gelijk. Voor iedereen gelden regels gebaseerd op normen en waarden. Regels begrijpen en naleven We houden ons, in wat we zeggen en in wat we doen, aan de regels die gelden op de locatie. We verwachten van ouders dat zij zich ook aan deze regels houden. Ook de kinderen hebben met regels te maken. We zorgen er wel voor dat die aansluiten op de leeftijd en ontwikkeling van het kind, dat de regels moet kunnen begrijpen en aanvoelen. Vaak gaat het leren van regels spelenderwijs: ‘op je beurt wachten tijdens het drinken of ‘even wachten want er zit nu een ander kind op dat fietsje’. Eén van onze regels is: als we spelen, ruimen we ook samen weer op. We zijn verantwoordelijk voor de ruimte en we houden die samen schoon. Bijvoorbeeld als er met zand gespeeld is, helpen ze mee schoonmaken met stoffer en blik. Er zijn ook regels voor de hygiëne. Bijvoorbeeld: na een wc-bezoek en voor het drinken/koekje, wassen we de handen. Ook voor hoe we met elkaar omgaan, zijn er vanzelfsprekende regels: we doen elkaar geen pijn, we pakken geen spullen van elkaar af. We laten elkaar uitpraten, pesten elkaar niet en we respecteren elkaars mening, afkomst en cultuur. We gooien niet met spullen en gaan voorzichtig om met kwetsbare spullen en met planten en dieren. Daarbij leren we de kinderen ook waarom we deze regels hebben en hoe ze problemen op kunnen lossen met woorden. Als kinderen zich niet houden aan de afspraken en elkaar pijn doen, plagen, pesten etc dan spreken we ze aan op hun gedrag. In eerste instantie kijken wij of kinderen zelf het conflict op kunnen lossen en grijpen niet direct in. Kunnen kinderen het conflict niet oplossen met elkaar dan ondersteunen we ze daarbij. In sommige gevallen laten we kinderen even op een stoel zitten voor een ‘time-out’ zodat ze even tot rust kunnen komen. Daarna ga we opnieuw het gesprek met ze aan. Natuurlijk op het niveau van het kind. Een kind van bijvoorbeeld 2 jaar kan minder goed een conflict oplossen dan een kind van bijna vier. Kinderen mogen het best oneens zijn met elkaar maar we gebruiken geen geweld en doen elkaar geen (geestelijk) pijn.
Peuterspeelzaal: actieve stimulering en begeleiding We spannen ons in om de kinderen op te laten groeien als sociaal voelende mensen die vertrouwen hebben in zichzelf en in hun omgeving. We benoemen emoties en laten het kind merken dat emoties oké zijn. We ondersteunen de kinderen bij het aangaan van contacten en uitdagingen, op diverse terreinen: Sociaal- emotionele ontwikkeling: door te spelen en door het functioneren in een groep leren de peuters hoe ze zich moeten gedragen en hoe leuk het kan zijn iets met een ander te doen. Peuters zijn in eerste instantie zeer op zich zelf; ze zijn er in principe op uit om zo snel mogelijk hun eigen behoeftes te bevredigen. Op de peuterspeelzaal ontdekken ze dat zij niet alleen zijn, maar dat zij ook rekening moeten houden met anderen (op je beurt wachten, delen van materiaal, anderen geen pijn
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
12
doen, enzovoort). Ze leren dat er regels zijn en dat er afspraken gemaakt moeten worden; ze leren dat bepaald bedrag wordt beloond en gaan zich daarna gedragen. Tevens krijgen ze zicht op hun gevoelens en die van anderen (blijdschap, verdriet, angst, trots, boosheid, verlegenheid) en leren daarmee omgaan door erover te praten, tekenen of na te spelen. Zo krijgen ze meer grip op de wereld om hen heen en dat vergroot het gevoel van veiligheid en zelfvertrouwen. In het spel komt ook de fantasieontwikkeling op gang. Jonge peuters hebben nog weinig ervaring met hoe de dingen werkelijk zijn, wat er wel kan en wat nog niet; dat werkelijkheid en fantasie in elkaar overlopen. Alles lijkt nog te kunnen, alles is gewoon. Naarmate ze ouder worden, krijgen ze meer vat op de werkelijkheid en krijgen meer plezier in het ‘’doen alsof’’. Lichamelijke ontwikkeling: als kinderen spelen ontwikkelen zij hun grove motoriek. Door bijvoorbeeld klauteren, springen, rollen, kruipen en rennen oefenen zij hun lijf (armen, benen, handen en voeten). Door deze grote bewegingen worden ze steeds behendiger en leren hun lijf steeds beter kennen. Het samenspel tussen ogen en handen, de fijne bewegingen van de vingers worden bijvoorbeeld geoefend door priegeldingetjes op te pakken en ergens in te steken, op hun tenen te lopen en naar de stem te luisteren. Cognitieve ontwikkeling: Door te kijken, horen, tasten, ruiken en proeven ervaren kinderen dat dingen heel verschillend zijn. Het verschil tussen groot en klein, hard en zacht, nat en droog, warm en koud, hoog en laag, enzovoort. Peuters leren de vormen en kleuren kennen, maar ook optellen en verstoppen (middels een verstopspelletje met een doek en klein materiaal). De kinderen leren oorzaak en gevolg (als ik dit doe, dan gebeurt er dat); middels allerlei speelmateriaal kunnen zij telkens nieuwe ervaringen opdoen. Ook de taalontwikkeling is erg belangrijk. Door bij alles wat er gebeurt te praten, vertellen, uit te leggen, liedjes te zingen, voor te lezen, te benoemen en plaatjes te kijken; leren peuters dat alles in hun omgeving een ‘’naam’’ heeft. Alles wat er gebeurt en ook wat zij voelen kan worden benoemd. Vaak gaan de peuters die situaties naspelen en oefenen hiermee het benoemen van de dingen. Tevens leren zij ook dat taal belangrijk is om dingen te laten gebeuren; om iets voor elkaar te krijgen. We dragen bij aan het gevoel van eigenwaarde van de kinderen door ze te laten zien en voelen dat het goed is wat ze doen en wie ze zijn. Zo geven we bijvoorbeeld een compliment wanneer een kind zelf zijn schoenen aandoet. Meer in het algemeen belonen we het kind als het uitdagingen aangaat. Want kinderen ‘groeien’ van het succesvol aangaan van uitdagingen en durven daarna sneller een nieuwe stap te nemen. Creatieve ontwikkeling: door te spelen met verschillend materiaal ontwikkelen peuters hun mogelijkheden om zelf vorm te geven en om zich middels het materiaal uit te drukken. Het plezier in het ontdekken van de verschillende materialen (klei, zand, water, lijm, verf, kleurpotloden, et cetera) staat voorop. Het aanbieden van verschillende technieken (met de vingers/handen, kwast, mengen van kleuren) geeft hen de mogelijkheid om hun eigen nuancering aan te brengen. Door een positieve respons op hun werk worden de peuters gestimuleerd zich op die manier te uiten en weer nieuwe mogelijkheden te ontdekken.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
13
Groepsindeling en personeelsinzet De aanwezigheid van andere kinderen maakt ook deel uit van een optimaal speelklimaat. Dit geeft peuters de mogelijkheid hun wereld uit te breiden en te ontdekken hoe leuk het is om iets samen te doen met anderen…. En om te leren omgaan met alle conflicten die daaruit voortvloeien. Ze kunnen observeren hoe andere kinderen hiermee omgaan en daarin hun eigen weg bepalen. Om ervoor te zorgen dat de peuters zich, ondanks de aanwezigheid van een grote groep andere kinderen toch veilig voelen, hebben wij een maximum van een aantal kinderen per ochtend, namelijk 16 kinderen, en laten wij elk kind op vaste dagen komen. Er is (indien mogelijk) een maandag/donderdaggroep, een dinsdag/vrijdaggroep en daarnaast een woensdaggroep. Deze groepen hebben ook vaste leidsters; twee per ochtend. De groepen worden naar leeftijd ingedeeld. We houden geen rekening met de samenstelling wat betreft het aantal jongens en meisjes. De leeftijdsindeling geeft de kinderen de mogelijkheid zich te spiegelen aan leeftijdsgenootjes. Het ‘opendeuren-beleid’ biedt daarvoor nog meer mogelijkheden. De groepsindeling is gebaseerd op de norm en maximale omvang zoals voorgeschreven in de Beleidsregels Kwaliteit Kinderopvang en de cao kinderopvang. Het komt alleen in zeer uitzonderlijke situaties, zoals bij een calamiteit, voor dat een groep groter is dan eigenlijk is toegestaan. Wel is het mogelijk dat er tijdens vakanties of op bepaalde momenten van de dag wanneer er weinig kinderen zijn, verschillende groepen samen een ruimte delen. Stichting Kinderopvang Waterland hanteert de door de sector vastgestelde normen ten aanzien van de beroepskracht - kind ratio en van de groepsgrootte. De beroepskracht - kind ratio die door de SKW wordt gehanteerd is conform de regelgeving in het convenant kwaliteit kinderopvang. In dit convenant worden de kwaliteitseisen in de Wet kinderopvang (www.minocw.nl/kinderopvang) uitgewerkt en gepreciseerd. Deze normen zijn in het convenant kwaliteit kinderopvang als volgt beschreven: De kinderen kunnen bij activiteiten de groepsruimte verlaten. Dan wordt de maximale omvang van de stamgroep tijdelijk losgelaten. Wel blijft het aantal kinderen per pm-er van kracht, toegepast op het totaal aantal aanwezige kinderen op de locatie.
Peuterspeelzaal: twee medewerkers per groep Bij de peuterspeelzalen zijn er in principe altijd twee gediplomeerde pedagogisch medewerkers per groep aanwezig. Op bepaalde momenten of dagen kan één van beide medewerkers een stagiair zijn, maar alleen als deze voldoet aan de kwaliteiten voor pedagogisch medewerker en de daaraan verbonden regels. Dit gebeurt overigens slechts incidenteel. De psz medewerkers hebben vrijwel allemaal een VVE training gehad (Voorschoolse en Vroegschoolse Educatie). Zij zijn hierdoor prima in staat uw kind, zo nodig, extra ondersteuning te bieden bij de ontwikkeling. Op deze manier proberen wij het kind op een zo’n goed mogelijke manier voor te bereiden op de basisschool. De pedagogisch medewerker zijn nooit alleen in het gebouw en worden daarbij extra ondersteund door stagiaires, oproepkrachten en huishoudelijk medewerkers. Er is altijd overleg met de hoofdlocatie, coördinator of directie. De SKW beschikt over voldoende Bedrijf Hulp Verleners.
Wat wordt bedoeld met vier ogen principe De definitie zoals opgenomen in de wetgeving: de houder van een kindercentrum/psz organiseert de dagopvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
14
werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Dit betekent dat altijd iemand moet kunnen meekijken of meeluisteren op het kinderdagverblijf/psz. Dat betekent dat met vier ogen, ook vier oren kunnen worden bedoeld. Richtlijnen voor de uitvoering: De uitvoering van het vier ogen principe moet pedagogisch verantwoord en bedrijfseconomisch haalbaar zijn; De wijze waarop invulling wordt gegeven dient opgenomen te worden in het pedagogisch beleidsplan; Ouders en oudercommissies worden jaarlijks geïnformeerd over de invulling van het vier ogen principe op hun locatie; Hoe doen wij dat in de praktijk? Wij dragen zorg voor de uitvoering van het vier ogen principe op diverse vlakken. Zowel qua inrichting als personele bezetting. Binnen de SKW staan medewerkers nooit alleen op een locatie. Tijdens de start van de dag en de sluiting van de zijn ook altijd minimaal 2 beroepskrachten aanwezig om elkaar te kunnen ondersteunen wanneer nodig. Zelfs op onze kleine locaties als bijvoorbeeld de BSO op Marken, werken wij nog altijd, de volledige tijdsduur van opening, met twee pedagogisch medewerkers. In de kinderopvang/psz zijn alle ruimtes voorzien van grote hoeveelheden glas. Vanuit de binnen ruimtes kan direct toezicht worden gehouden op de buitenruimtes en andersom. Maar ook de verschoonruimtes, slaapkamers en andere ruimtes zijn voorzien van doorkijkgedeeltes. Zo kan iemand altijd direct gezien worden door een andere collega of andere volwassenen. Vanuit de groepen hebben wij ook direct toezicht op de slaapkamers. Bij de groep Rupsje Nooitgenoeg is de slaapkamer op een verdieping (direct grenzend aan de groepsruimte dmv open trap) gelokaliseerd. Bij deze groep gebruikt, die ook voorzien is van een glazen strook naast de deur, wordt ook gebruik gemaakt van een babyfoon. De pedagogisch medewerkers weten dat hun collega ten alle tijden kan meekijken. Ook onze locatiehoofden lopen regelmatig door de vestiging om het werk te bekijken. Binnen de locaties zijn ook regelmatig twee huishoudelijk medewerkers aanwezig die ook regelmatig de groepen betreden. Binnen de SKW is de aanspreekcultuur van de medewerkers een belangrijk punt. Collega’s spreken elkaar onderling aan op hun functioneren en bij situaties waar onduidelijkheden over zijn. Medewerkers hebben een korte lijn met hun locatiehoofd of coördinator en zo nodig vragen zij deze om ondersteuning. De SKW werkt niet met camera’s op de groepen maar richten, zoals hierboven al omschreven, de ruimtes zo in dat er een goed overzicht is en de groepen goed toegankelijk zijn voor toezicht van de medewerkers en de kinderen.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
15
Stagiairs Zowel bij de kinderdagverblijven als bij de BSO zijn er regelmatig stagiairs aanwezig. SKW is namelijk een erkend leerbedrijf.
Pedagogische scholing We bieden onze medewerkers regelmatig de mogelijkheid zich pedagogisch te scholen en hun kwaliteiten verder te ontwikkelen. Standaard bieden we ook elke twee jaar een EHBO-cursus en een cursus over het signaleren van, en het omgaan met een vermoeden van, kindermishandeling aan. Meer in het algemeen volgen we de persoonlijke competenties van onze medewerkers en faciliteren we hun ontwikkeling en ontplooiing.
Zorg voor het kind – observeren en signaleren Wij zorgen ervoor dat we elk kind goed 'zien', zowel wat betreft individuele ontwikkeling als de ontwikkeling binnen de groep. Hierdoor kunnen we ons pedagogisch handelen afstemmen op het kind. Als kinderen ‘opvallen’, signaleren we dat tijdig en passen we ons handelen daarop aan. Peuterspeelzaal: verslaglegging en observatiepunten Wanneer er vragen zijn over de ontwikkeling van een kind in de groep, bespreekt de pedagogisch medewerker dit met collega’s en met het hoofd van de peuterspeelzaal. Vervolgens zullen wij met de ouder in gesprek gaan en samen bekijken hoe we het kind het beste kunnen observeren, begeleiden en steunen. Ouders kunnen zelf actie ondernemen richting SKW voor extra zorg en ondersteuning maar ook de pedagogisch medewerkers kunnen de ouders verzoeken om extra zorg en ondersteuning. We proberen vroegtijdig te signaleren en het kind zo snel mogelijk te begeleiden als dat nodig is. Wanneer er reden toe is zal een pedagogisch medewerker op de volgende punten een kind observeren en hier verslag van maken: Sociaal, emotioneel, motorisch, cognitief en taalontwikkeling. De observatie wordt besproken met de ouder en in overleg met de ouder bespreken wij de verdere stappen. Wanneer het nodig is externe hulp in te schakelen zullen wij ouders hierin adviseren en begeleiden. Wanneer een kind de peuterspeelzaal verlaat, maken we een eindverslag. We geven dat mee aan de ouder met het verzoek het aan de basisschool te geven. De basisscholen in Waterland willen graag beschikken over het eindverslag/overdrachtformulier. Als daar aanleiding voor is, vragen zij de ouders toestemming voor een overleg met SKW.
Meldcode kindermishandeling Vanaf het voorjaar 2011 is de wet ‘Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk geweld’ van kracht. Deze meldcode is wettelijk vastgesteld door de Branchorganisatie Kinderopvang. Binnen de Kinderopvang blijven de AMK’s (Advies- en Meldpunt Kindermishandeling’ het meldpunt voor (vermoedelijke) kindermishandeling. Binnen de SKW is een opgeleid Aandachtfunctionaris aanwezig en worden de medewerkers regelmatig getraind in het signaleren van kindermishandeling.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
16
De veiligheid voor uw kind(eren) vinden wij van groot belang. Ook medewerkers binnen de SKW worden gescreend (continue screening). Alle medewerkers moeten beschikken over een VOG waarop aangetoond is dat een medewerker geen strafbare feiten heeft gepleegd. Deze screening is sinds 1 maart 2013 verplicht. Dan nog is dit een moment opname. Wanneer een werkgever aanwijzingen heeft dat een medewerker seksueel of ander geweld gebruikt tegen een kind dan zullen wij direct overleggen met de vertrouwensinspecteur van de Inspectie van Onderwijs. Dit is verplicht sinds 1 juli 2013. Binnen de SKW zal gehandeld worden volgens deze Meldcode.
* Om een compleet beeld te krijgen van onze organisatie adviseren wij u het informatieboekje van de SKW ook goed door te nemen. Deze zijn te vinden op locatie en/of website.
Pedagogisch beleid Peuterspeelzalen
17