uitgave in samenwerking met het Seiss-Planetarium Haagsche Courant Bestuur JWG Willem Dekker? Meanderhof 201 , Middelburg Wim Gielingh, Burg. Egginkstraat 42, IJaarssen Hans Grond, Leeuv/endaallaan 62, Rijswijk Theo de Klerk, Pastoor Jansenstraat 18, Weesp Ellen Mook, van Uvenweg 239? Hoevestein IA, Wageningen Jaap Oudman, Hofstede de Grootkade 43? Groningen Bert van Sprang, Prunuslaan 13, Pijnacker Redactie-adres: Jaap Oudman, Hofstede de Grootkade 43? Groningen Vaste medewerkers: Saskia Bosman, Harry Crapels, Jean Meeus, Jan Moerman, Hans Potters en Ron van 't Veer. Het volgende nummer verschijnt eind mei. Kopij moet binnen zijn vódr 1 april 1976, doch liefst eerder. Verslagen van afdelingsaktiviteiten moeten worden gestuurd naar de voorzitter vak de kontaktraad, Willem Dekker, Meanderhof 201, Middelburg. Abonnementsprijs: gratis voor leden; niet-leden ƒ 3*95 per nummer. Oplage 1250 ex. Bureau JWG: Prunuslaan 13, Pijnacker 2224 (tel. 01736 - 2547) "Giro: 2 53 98 57 t.n.v. penningmeester Jongerenwerkgroep NVWS, Prunus laan 13, Pijnacker. Secr. kampgroep: Ingrid Hendriks, Weezenhof 44-55? Nijmegen (080-443779). K ONTAKTP ER SONEN Amsterdam: Preek Jan Klingeman, Lijsterbeslaan 5? Amstelveen Arnhem: Roland Mees, W. Barendtssstraat 55, Rheden Breda: Hennie Pouwels, Brechtlenstede 12, Teteringen Den Haag: Romke v.d. Veen, Nieuwendamlaan 116, Den Haag Eindhoven: Johan Kant, Hortensialaan 60, Helmond Friesland: Jurre Yntema, Pier Panderstraat 6, Heerenveen 't Gooi: Charles Versnick, Rode Kruislaan 905? Diemen Groningen: Gert Wilkens, Meerweg 98, Haren Nijmegen: Peter v.d. Heide, Gelderhorstlaan 7, Beek (bij Nijmegen) Rotterdam: Rik Grandia, Beukelsv/eg 15a, Rotterdam Twente: Paul Assen, Deppenbroekstraat 72, Enschede Utrecht: Rob van Dorland, Prof. R. Boslaan 125, Utrecht Tilburg: Peter van lersel, van Goorstraat 50, Tilburg Vlaardingen: Saskia Bosman, LIcJLucdreef.27? Vlaardingen Zaanstreek: Ron van 't Veer, Mooriaanstraat 29, Wormer Zeeland: Geert Jan Roebers, van Kleffenslaan 82, Middelburg Zoetermeer: oudei-en: vacant jongeren: Pieter Tuinstra, Sophiaplaats 2, Zoetermeer Zuia-Limburg: vacant Zuid-Drenthe: Ellen Papenburg, Postbus 135? Hoogeveen
Willen die leden, die de kontributie over 1976 nog steeds niet voldaan hebben, deze nu binnen enkele dagen overmaken op postrekening 2 53 98 57 t.n.v. penningmeester Jongerenwerkgroep NVWS, Prunuslaan 13, Pijnacker.
J. Meeus
1 mrt 1976 4 mrt 4 mrt 6 mrt
8 mrt 9 mrt 10 mrt 12 mrt 12 mrt 13 mrt 16 mrt 16 mrt
16 mrt 17 mrt
20 mrt 20 27 28 30
mrt mrtmrt mrt
14h, Juno in oppositie. Planetoïde nummer 3 is nu van visuele magnitude 8,8. 1976 Titan, de helderste maan van Saturnus, in zijn grootste oostelijke elongatie. 1976 21h, maan in conjunctie met Jupiter, 2 graden ten noorden van de planeet. 1976 19h, Mars 0 03 ten zuiden van 125 Tauri, een ster van magni tude 5,0. Bekijk deze nauwe samenstand met een binoculair kort na zonsondergang. 1976 21h34m, de ster 312 B. Tau (magn. 6,2) verdwijnt aan de onverlichte maanrand. 1976 20h, maan in conjunctie met Mars, 6 graden ten zuiden van de. planeet. » 1976 23h32m, de ster 74 B. Gern (magn. 6,2) verdv/ijnt aan de onverlichte rand van de maan. 1976 5h, maan in conjunctie met Saturnus, 6 graden ten zuiden van de planeet. 1976 Titan in zijn grootste westelijke elongatie. 1976 19h03m, Omega leo, een ster van magnitude 5,5, verdv/ijnt «nn de donkere maanrand. 1976 2h, Neptunus stationair. 1976 14h, Uranus zeer dicht bij lambda Vir, een ster van magnitude 4",6. Uranus zelf i3 van magnitude 5,7, dus één magnitude zwakker dan de ster. Ook op 8 januari is Uranus in conj\mctie met deze ster geweest, maar nu heeft de planeet een retrograde (teruglopende) bev/eging. Vandaag loopt Uranus 1109" ten noorden van de ster, terwijl het op 8 januari slechts 8" ten zuiden ervan was. Volg de conjunctie van vandaag met een binoculair of een kleine kijker. Van 10 tot 21 maart staan de twee hemel lichamen op minder dan 10 boogminuten van elkaar. 1976 20h, Mars 0 09’ ten zuiden van 139 Tau, een ster van magnitude 4,9. 1976 23h, maan in conjunctie met Spica. In Spanje, de zuide lijke helft van Frankrijk, het zuiden van Italië, Hoord en Centraal-Afrika wordt Alfa Vir door de maan bedekt. In Nederland moeten we ons tevreden stellen met een mooie conjunctie: Spica loopt ten noorden van de voor 95$ verlichte maanschijf, en de kortste afstand gebeurt om streeks 22h38m. Alhoewel Spica een ster van de eerste grootte is, zal de samenstand waarschijnlijk niet te zien zijn met het blote oog wegens de grote helderheid van de maan; gebruik een binoculair of een kleine kijker. 1976 I2h50m, equinox; begin van de astronomische lente; het middelpunt van..de zon trekt van zuid naar noord door het vlak van de equator. 1976 Titan in zijn grootste oostelijke elongatie. 1976 19h, Saturnus stationair. 1976 Titan in zijn grootste westelijke elongatie. 1976 2.3h, Pluto in oppositie.
1 apr 1976
15h, maan in conjunctie mot Jupiter. Te observeren tijdens de avondschemering, desnoods met een binoculair. 1 apr 1976 19h, Meresurius in bovenconjunctie. 5 apr 1976 Titan in zijn grootste oostelijlce elongatie. 7 apr 1976 4h, maan in conjunctie met Mars, 7 graden ten zuiden van de planeet. 7 apr 1976 20h55m, de ster Lambda Gem (nagn. 3,6) verdwijnt aan de onverlichte maanrand. 8 apr 1976 2h, Mars bedekt een heldere ster! Het gaat om Epsilon Geminorum, een ster van magnitude 3,2. Mars zelf zal van magnitude +1,2 zijn, met eer. schijnbare diameter van 6,3. boogseconden. Alleen voor een gedeelte van het aardoppervlak zal Mars de ster bedekken (Mars is immers kleiner dan de aarde). Het bedekkingsgebied omvat het noordoosten van de Stille Oceaan (overdag), geheel Noord- en Centraal-Amerika, het noorden van Zuid-Amerika, een groot deel van de Atlan tische Oceaan, en het uiterste v/esten van Europa. Volgens de berekening lopt de noordelijke grens van het gebied over Ierland, het zuidwesten van' Groot-Brittannië, en in Frankrijk nabij Parijs. Nederland zou dus even buiten het bedekkingsgebied liggen en geen bedekking, doch een zéér nauwe conjunctie meemaken. Een zeer interessante conjunctie, die met een kijker moet worden gevolgd. Helaas zijn de omstandigheden in Nederland ongunstig: op het moment van de kortste afstand (2h00m MET) zal de planeet in onze streken laag boven de noordwestelijke horizon staan. Enkele uren tevoren, dus op de avond van 7 april, kun je met een binoculair of met een kleine kijker vaststellen hoe Mars geleidelijk dichter bij de ster komt. Op 7 april te 21 h zal Mars op 6 boogminuten van de ster staan. Maar 2rg uur later zal dit tot 3 boogminuten zijn verminderd. 8 apr 1976 13h, maan in conjunctie met Saturnus, 6 graden ten zuiden van de planeet. 13 apr 1976 Titan in zijn grootste westelijke elongatie. 14- apr 1976 11h, maan in conjunctie met Spica. In een deel van de Stille Oceaan en in Centraal- en Zuid-Amerika wordt de ster door de maan bedekt. 16 apr 1976 11h, Mars C°26 ten noorden van Omega Gem, een ster van magnitude 5,2. 17 apr 1976 Bedekking van Beta Sco (magn. 2,9) door de maan. Ver dwijning aan de verlichte rand te Oh37m, wederverschijning te 1h45m aan de donkere rand van de maan. 21 apr 1976 Titan in zijn grootste oostelijke elongatie. 25 apr 1976 6h, Uranus in oppositie. 27 apr 1976 21h, Jupiter in conjunctie met de zen* 28 apr 1976 3h, Mercurius in zijn grootste oostelijke elongatie, op 21 graden van de zon. Een gunstige avondverschijning. 29 apr 1976 Titan in zijn grootste westelijke elongatie. 29 apr 1976 Zonsverduisterinff. liet gaat om een ringvormige zoneclips. De strook waarbinnen de ringvormige fase te zien is loopt over Afrika (Mauretanië, Algeritf, Libië), over het uiterste zuiden van Griekenland, een deel van Kreta, vervolgens over Aziatisch Turkije en verder naar China. Deze strook is maximaal 302 km breed (nabij/Griekenland 226 km). De maximale duur van de ringvormige fase zal 6 minuten en 41 seconden bedragen. - In Nederland zal de verduistering een
29 apr 1 mei 3 mei 5 mei
7 mei 9 mei 11 mei
11 mei
12 mei 13 mei
14 15 17 20 25
mei mei mei mei mei
28 mei
gedeeltelijks zijn: begin omstreeks 10h06m, maximum omstreeks 11h21m, einde omstreeks 12h41m. Grootte van de verduistering ongeveer 0,45- Kond het tijdstip van het maximum zal dus iets minder dan de helft van de zonnediameter door de maan bedekt zijn. 1976 12h, Pallas in conjunctie met do zon. 1976 5h, maan in conjunctie met Mercurius. 1976 22h02m, de ster 19 B. Gem (magn. 6,2) verdwijnt aan de onverlichte maanrand. 1976 5h, Mars 5 graden ten zuiden van Pollux. Laat je niet misleiden door het tijdstip: Mars i-5 's avonds te zien! 15h, maan in conjunctie met Mars, 7 graden ten zuiden ervan. 22h, maan in conjunctie met Saturnus, 6 graden ten zuiden ervan. 1976 Titan in zijn grootste oostelijke elongatie. 1976 17h, Mercurius stationair. 1976 15h, Venus in conjunctie met Jupiter. Dit zou een prachtige samenstand zijn: de twee planeten staan slechts 10 boogminuten van elkaar. Maar helaas staan zij op slechts 10 graden van de zon, en zijn dus niet waarneem baar. 1976 21h, maan .in conjunctie met Spica. In Nederland gebeurt de kortste afstand tussen Spica en de rand van de maan een twintigtal minuten na zonsondergang. Bekijk de samenstand met een binoculair of een kleine kijker vóór het volledig donker wordt. De maanschijf zal voor 94 procent verlicht zijn. In Spanje en in Koord- en Centraal-Afrika wordt de hoofdstel' van de Maagd door de maan bedekt. 1976 3h, Mars 1 171 ten nöcrden van Saturnus. 1976 Gedeclteli.jke naansverdui•:toring. Vanavond heeft een kleine maaneclips plaats. le 20h16m MET gebeurt de eerste aan raking van de maan met de aardschaduw; omdat de maan dan net is opgekomen, zal dit begin van de verduistering in Nederland niet waarneembaar zijn, ook al omdat het dan nog klaarlichte dag is: de zon gaat eersx enkele minuten later onder. Het maximum van de verduistering gebeurt te 20h54rr.. En te 21h33a eindigt de eclips met de laatste aanraking met de schaduw. De grootte van deze kleine eclips bedraagt slechts 0,12. Dit betekent dat op het moment van het maximum slechts 12 procent van de maandiameter in de schaduw gedompeld zal zijn. 1976 14h, Vesta in conjunctie net de zon. 1976 Titan in zijn grootste westelijke elongatie. 1976 Saturnus in "rechte lijn" met Pollux en Castor. 1976 13h, Mercurius in benedenconjunctie. 1976 14h, Mars 0°02' ten zuiden van Eta Cnc, een stervan magnitude 5i5» 1976 22h, Mars 0 21' ten noorden van Epsilon Cnc. Deze avond kun je met je kijkertje, Mars in de onmiddellijke nabijheid van de open sterrenhoop Praesepe (de Kribbe) zien.
Gebruikte afkortingen van namen van sterrenbeelden (dit zijn de officiële afkortingen, aangenomen door de Internationale Astronomische Unie - IAU):
Tau Gem Leo Vir Sco Cnc
= = = = = =
= = = =
Taurus Gemini Leo Virgo Scorpius Cancer
=
Stier Tweelingen Leeuw Maagd Schorpioen Kreeft
Opmerkingen Alle tijdstippen zijn uitgedrukt in Midden-Europese Tijd (LIET), dit is Wereldtijd + 1 uur en de in ons land gebruikelijke tijd. De tijdstippen van de sterbedeklcingen gelden strikt genomen voor Utrecht. De afkorting h is de officiële aanduiding voor uur (van het Latijn hora). Conjunctie = camenstand: de twee hemellichamen hebben dezelfde rechte klimming of, in het geval van de zon + een planeet, dezelfde lengte langs de ecliptica gemeten. Elongatie = schijnbare afstand van een planeet tot de zon (in graden), of van een satelliet tot zijn planeet. ‘ Magnitude.= maat voor de (schijnbare) helderheid van een hemellichaam. De zwakste sterren die we onder de beste omstandigheden met het blote oog kunnen waarnemen zijn van magnitude +6. De helderste sterren zijn van magnitude 0 of -1. Enkele hemellichamen zijn nog helderder: Jupiter -2, Venus -4, de Volle Maan -12, de zon -27» SCHIJNGESTALTEN V M DE KAAN Nieuwe Maan 1 30 29 29
mrt mrt apr mei
Eerste Kwartier 9 7 7 5
mrt apr mei jun
Volle Kaan 16 14 13 12
mrt apr nei jun
Laatste Kwartier 22 21 20 19
mrt apr mei jun
DE PLANETEN Mercurius is 's avonds waarneembaar van midden-april tot de allereerste dagen van mei. De laatste zeven dagen van april gaat de planeet twee uren na de zon onder — een gunstige omstandigheid om de vlugge planeet te kunnen ontwaren! Je moet er echter wel rekening mee houden dat de planeet eind april merkbaar lichtzwakker zal zijn dan midden-april: zijn magnitude zal bedragen:-1,3 op 12 april, -0,3 op 22 april, +0,9 op 2 mei. Venus is begin maart moeilijk waarneembaar, laag boven de zuidoostelijke horizon en korte tijd vóór de zon opkomt. Daarna staat de planeet te dicht bij de zon en is niet meer waarneembaar. Mars is 's avonds te zien, eerst in de Stier, dan in de Tweelingen, en eind mei in de Kreeft. De rode planeet verwijdert zich van de aarde en wordt lichtzwakker: magnitude +0,6 begin maart, +1,7 einde mei. Nabij Saturnus omstreeks 12 mei. De heldere Jupiter is in maart 's avonds in het zuidwesten te zien, daarna in het westen. Begin april verdwijnt de planeet in de avond schemering. Saturnus is 's avonds en tot na middernacht in de Tweelingen te zien.
GESCHIEDENIS DER STERRENKUNDE
Harry Crapels Venuslaan 121-5 Groningen
Griekenland 350 - 300 v. Chr. en Alexandria 300 - 150 v. Chr.
Een astronoom leeft niet in een ivoren toren, maar wordt in zijn denken over de sterren ook beïnvloed door de aardse werkelijkheid om hem heen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ingrijpende veranderingen in de politieke toestand weerspiegeld worden in de ontwikkelingen van de astronomie. Het Athene van 431 tot 362 v. Chr. zag zich geconfronteerd met bloedige oorlogen, een afbrokkelende macht en een Perzische en Macedonische bedreiging. De chaos op aarde vond haar spiegelbeeld in de chaos in de planetenbanen: volgens Socrates ( 4 6 9 - 399 v. Chr.) en Plato (427 - 347 v. Vhr.) kan geen planeet de daar door de natuur opgelegde ideale baan volgen, maar moet aan de alles overwoekerende chaos toegeven en onregelmatig bewegen» Wel vereist het zogenaamde Platoonse postulaat dat alle planeetbanen ontbonden kunnen worden in cirkels met de aarde als centrum. Eudoxos van Cnidos (408 - 355 v. Chr'.) wist een systeem van in elkaar draaiende schalen te ontwerpen, dat zowel aan Plato's postulaat als (in benadering) aan de waarnemingen voldeed. Later bleek het noodzake lijk om het oorspronkelijke aantal schalen (27) te verdubbelen om aan de waarnemingen te blijven voldoen en daar het aantal vergelijkingen die men bij planeetvoorspellingen moet oplossen zo van 19683 op 1 5 7 4 6 4 kwam, waren de astronomen nu niet direct enthousiast over Plato. Deze werd echter beschermd door machtige Atheense politici, maar toen deze laatsten in 362 v. Chr. met de dood van de Thebaanse generaal Epaminondas hun kans schoon zagen Athene's macht te herstellen, bemoeiden ze zich verder niet meer met de ruzies op de academie. Plato stond er nu alleen voor en moest uiteindelijk toegeven, dat hij ook al eens met de gedachte gespeeld had van een om haar as wentelende aarde! lat was voor de astronomen het teken dat de weg voor nieuwe theorieën open lag, maar nog voor zij deze ont wikkeld hadden v/as het weer uit met het nieuwe Atheense rijk: in 338 v. Chr» versloeg Phillippus II van Macedonië (Noord-Griehenland) een AtheensThebaans leger. De Atheense politici raakten zo hun hobby, het Atheense. rijk, kwijt en moesten zich tevreden stellen met stadspolitieke kwesties, zoals de ruzies op de academie. Om de Atheners tenminste iets te geven, waar zij trots op konden zijn, zorgde men voor een soort Plato-cultus: alles wat Plato ooit gerr.egd of geschreven had stond als onveranderlijke waarheid vast. Niet alleen zijn staatkundige theorieën, die inderdaad waardevol waren, maar ook z\jn sforcppJrLiE/iiga. theorieën. Klachten van astronomen over veel en moeilijk i^cenwerk dat^Lu^dgze theorieën zou voortvloeien werden niet gewaard^rü: in moeilijke tijden worden nu eenmaal offers verlangd. Tot de ,j.*irig3te verdedigers van Plato behoorde zijn leerling Aristoteles vanJ&agira (384 - 322 v. Chr.), die hoopte dat iets van de glorie van zip-sr^o'ide meester op hem zou afstralen, hetgeen hij hard nodig had daar de Jrbhemrs hem eerst hadden willen lynchen (hij had nl. Phillippus' zoon Alexander III les gegeven). Het verschil tussen Plato's theorie en de waargenomen werkelijkheid wuifde hij luchtig weg als onbe langrijk. Volgens de astronomen werd dit verschil voortdurend groter en was er dus iets principieel fout. Zekerheid hierover kreeg men pas toen Alexander III ("de Grote") het Perzische rijk veroverde met een GrieksMacedonisch leger (334 - 338 v. Chr.) en de Grieken in contact kwamen met de Assyrisch-Mesopotamische waarnemers die een ontstellende hoeveelheid astronomische notities meebrachten over een tijdvak van 15 eeuwen! Uit dit materiaal bleek ."onneklaar dat de astronomen gelijk hadden: in de nieuwe stad Alexandria verkten Grieken en Assyriërs, Mesopotamiërs, Babyloniërs,
enz.., samen met ais basis de C-riekse wiskunde en de Babylonische waar nemingen. Beide waren echter onvolledig: de Grieken hadden altijd be paalde wiskundige problemen vermeden en de waarnemingen waren onnauw keurig vanwege de gebrekkige instrumenten. Zo hebben de Aleandrijnen nooit begrepen welke wezenlijke verbetering de hypothese van Aristarchos van Samos (ca. 310 - 230 v. Chr.) bracht, die de zon centraal stelde en alle planeten (ook de—agr&e) hier in cirkels om heen xiet wentelen. Al leen de maan hield als middelpunt van haar baan de in 24 uur om haar as draaiende aarde. De Alexandrijnen konden Aristarchos idee niet op haar juiste waarde schatten, want alhoewel de wetenschap toendertijd al vrij ver was ontbrak er toch iets wezenlijks en dat wezenlijke zouden de middeleeuwen pas meebrengen. Ondertussen kwamen in Alexandria enkele astronomen tot opmerkelijke prestaties. Zo bedacht Aristarchos een methode om de afstand en grootte van de maan te bepalen, alhoewel hij de uitvoering achterwege moest laten bij gebrek aan technische middelen. V/el lukte het hem om de ver houding afstand aarde-maan : afstand aarde-zon te bepalen. De methode was goed, maar leidde bij geringe onnauwkeurigheid licht tot grote afwijkingen in de uitkomst (Aristarchos vond 19; werkelijke waarde' 400). Pas in de 18de eeuw werd een betere bepaling uitgevoerd- Eratosttienes (ca. 275 195 v. Chr.) mat als eerste de omtrek van de aarde (Pythagoras en Aristo teles hadden dit al eens geprobeerd, maar dat was gedaan met een natte vinger in de lucht) en kwam tot 250000 stadiën = 39300 Ion (2# te weinig). Hipparchos (ca. 190 - 125 v. Chr.) voerde Aristarchos' methode ter bepa ling van de maansafstand door* HtS bekendste werd hij echter door zijn epicykel-theorie: een gewijzigde versie van Eudoxos' schalentheorie. Ook voerde hij een kalenderhervorming door die 80 jaar na zijn dood een politieke aardverschuiving veroorzaakte in Rome. Ook een politicus leeft nitet in een ivoren toren, maar wordt beïnvloed door de astronomische werkelijkheid om hem heen. Hoe bepaalt men de grootte van de aardo? Eratosthenes bemerkte dat als de zon loodrecht in Aleandria staat, hij te Assoean 83° boven de horizon staat. Hij concludeert daaruit (fig* 1) dat beide steden ?c uit elkaar liggen en daar die afstand 4860 stadiën bedraagt is dvi aardomtrek 360/7 x 48ó0 stadiën. De afstand tot de maan bepaalt men door vast te stellen dat de schijnbare grootte van de zon 0,5° bedraagt en van de aardschaduw bij een maans verduistering 1 . -Ia een beetje geometrie komt men tot een maansaf stand van 30 aardmiddellijnen (werkelijke Wc.arde variërend tussen 28 en 32. (fig. 2). De afstand tot dr- zon kan men meten door.’ op te merken dat als de maan bij Eerste Kwartier te Alexandria in het zenith staat, de zon nog 3 boven de horizon staat. De conclusie dat de zon 19 maal verder v/eg staat dan de maan (fig. 3) is sterk afhankelijk van de nauwkeurigheid van die 3°. '
ZONNEVLEKKEN IN AUGUSTUS 1975
Eugenio van Mierlo Benedenven 2 GOIRLE
Ondanks het zonncvlekkenminimum verschenen er in augustus 1975 plotse ling weer zonnevlekken op de zon. Dit is weer é é n van de vele vraag stukken die de zon ons nog steeds geeft. Er zijn theorieën over de invloed van de zonnevlek tènalctivit eit op het weer op aarde. Dit jaar (197 5) zijn hier weer aanwijzijgen voor: in augustus leek een hogedrukgebied boven
Scandinavië vastgespijkeJrC te zijn en bracht tropisch weer voor Europa. Zodra de zonnevlekken echter aan de achterkant van de zon verdwenen, ver slechterde het weer. Ook het slechte weer van vorig jaar kan te wijten zijn geweest aan het ontbreken van zonnevlekken, evenals de zachte winter.
Men neemt aan, dat zonnevlekken grote magna uxon op de zon zijn. Door de enorme hitte van de fotosfeer verliezen de atomen hun stabiliteit, en vallen uiteen in positieve kernen en negatieve elektronen. Deze zijn steeds in beweging, en vormen stromingen, die op hun beurt magnetische velden veroorzaken. Opstijgende gassen verliezen hierdoor energie, en q krijgen een lagere temperatuur. Deze temperatuur bedraagt ongeveer 4600 C, terwij1 het zonneoppervlak 5800°C is. Daarom lijken de zonnevlekken zwart. Een periode dunrt 11 jaar, het laatste maximum was in 1969» In zo'n periode (die weer een onderdeel is van een periode van 22 jaar) wisselt het hele magnetische veld van de zon,'zodat de noordpool in een zuidpcol^yerandert. De vlekken komen voor in twee gordels, gelegen tussen 10 en 35 afstand van de evenaar, waarbij ze zich langzaam naar de evenaar toe verplaatsen. De levensduur van een vlek is maximaal 50 dagen, maar de vlekken volgen elkaar steeds op. Op het ogenblik is de geografische noordpool van de zon een magnetisch zwakke zuidpool, terwijl de geografische zuidpool een sterker wordende noordpool is. Op het halfrond met de magnetische zuidpool heeft de voorste vlek van een paar een zuidpool polariteit, de achterste een noordpool polariteit. Op het andere halfrond is dit precies omgekeerd. Uit de tekeningen is de aswenteling van de zon af te leiden: ca 25 dagen’. Deze tijd is echter niet overal gelijk, omdat de zon een grote gasmassa is: aan de polen is zij 33 dagen, asji de evenaar 25,33 dagen. Daar de zonne vlekken vanwege deze aswenteling van oost naar west bewegen, zal een groep zonnevlekken als het v/are uiteengerukt worden omdat de verschillende vlekken een verschillende rotatietijd hebben. (Dit is ook gedeeltelijk te danken aan het feit dat vlekken in een groep verschillende eigenbewegingen uit voeren) . Door mijn kijker was te zien dat het oppervlak van de zon niet egaal verlicht is, maar een vlekkerige struktuur vertoont. Met grote telescopen blijken dit hete gasbellen te zijn, die een zeer korte levensduur hebben, met een gemiddelde diameter van 1000 km, granulen genaamd. Verder nam ik waar dat er zich direct om de zonnevlekken, een relatief heet
MU.U.C*
öcui^. ü O
si. v*. o
-•
••••:
w
\c.\ , ■■..•;•••.« ..... n i
" 0«* • *r- »e
*•% ik s'i'
f e i s f c
(Si: . •0 & „
v J *** 1* *• • F '
ft
life ?
V ' \ « .-*•••
•'
é f e S v : ï ; .'
lO 0^X0. v>
------- - - - - ,. •* Iv &'.YSkSjSS ' *"’ •*•*
{r v m
m
4 auf)
1 ?.■••••- * ;t l * /t v ;i
Z J iP
f s *.V
6 «a *».
7 “ *vpi
•Mb «•-'J*
• /••••v. ^ . * 4 \ y V
i % V " ¥
$
•
* •
:';v'-y-v: . tfTV’ v \ '«■*
, C f
V
;:ï i\
f .
f %
.'i **
• ( fa j- a .
IA Hift
25 AUGUSTUS '75
i l l l i l R
I
.*%**•'.*•fvv
t e * *
■&
fi * V» °•
*
’.> •
&
gebied bevindt (te zien aan de lichtere tint). Dit v/as alleen aan de rand te zien, vanwege de zgn. randverzwakking, waardoor deze gebieden beter contrasteren met de achtergrond. De hoek die de aardas maakt met het eclipticavlalt is 23a'°> en die van de zon 7
Alle onderstaande prijzen - behalve'voor de verkopen onder Diversen - zijn Inclusief porto- en verzendkosten. Bij bestelling beneden de ƒ 10.— wordt ƒ 2.50 extra berekend. Bestelling geschiedt door overmaking van het verschuldigde bedrag op postrekening 2 53 98 57 t.n.v. penningmeester Jongerenwérkgroep NVffS, Prunuslaan 13, Pijnacker. Alleen cnderstaand materiaal is voorradig! Levertijd 2 a 6 weken, afhankelijk van de drukte. Vorige lijsten zijn hiermee vervallen! BOSKEIJ
leden niet prijs leden
021 Miller - Van sterrewichelarij tot ruimtevaart 072 Brotherton - Masere en Lasers ' ' 074 Gailleux - Anatomie van de aarde 079 van Diggelen - van Raket tot ruimtevaart 087 Parool/Life •- -de wetenschappelijke onderzoeker 093 Charon - Eeuwen verkennen het heelal 095 Teleweerboek 096--Mendelssohn - Jacht naar het abs. nulpunt , 097 Beek - Telecommunicatie 100 del Rey - de onbekende wereld van de zee 104 -Time/Life - Weather 106 Time/Life - Energy 105 Time/Life - Water (engels) 107- Sawyer - Aanschouwelijke'algebra 108 Spar - Aarde, zee en lucht 132 Life - De wereld waarin wij leven 133 de Vries - Geland'op de maan 141 Times Atlas of the moon (zeer aan te bevelen!) 142 Reinaerts systematische encyclopedie deel 6: sterrenkunde 143 V/anders - Het raadsel Mars 144 Alfvén - Atóom, mens, heelal 147 Bergamini - Het heelal
7.50 10.— 7.— 9.— 7.50 10.— '11.50 16.50 11 .— 15.— 7.'50 10.— 5.— 7.— 7.50 10.— 7.50 10.— 1.25 '1.50 4.50 6.50 4.50 6-5P 4.50 6.50 3.10 2.25 2.— 1.50 6.— 8.— 10.— 15-17.5° .25.—
15.50 12.50 15 — 26.50 20.50 15.— 9.90 15.— 15 — 1.75 8.75 8.75 8.75 4.50 2.90 10.— 20.— 40.—
22.50 2.25 6.— 6.50
44.— 4.50 11.90 10.—
35-3.25 8.— 8.—
winke] prijs
FOTO'S formaat 9 x 1 4 BF BP BP BP
1 3 6 8
(prijs per stuk ƒ 0.35)
Mars Saturnus Maan, omgeving Clavius M 15 in Hercules
BP 2 Jupiter BP 5 Maan, Copernicus vanaf 48 km hoogte 3F 7 Orionnevel
formaat 1 ü x 15 cm (prijs per stuk ƒ 0 .4 5 ) BW 3 BV/ 7
M 13 in Hercules Twee botsende sterrenstelsels
B\7 4 Planetaire nevel NGC 7293
formaat 13 x 18 cm (prijs per stuk ƒ 0.85) BG BG BG BG BG
1 5 7 10 12
Ringnevel Orionneve-l • . Krabnevel . Andromedanevel Rozettenuvel
BG 4 BG 6 BG 8 BG 1T BG 13'
Saturnus Olifantslurf in Eenhoorn Paardekopnevel M 13 in Hercules Planetaire nevel NGC 7293
BG 14
M 101, NGC 5457
formaat 18 x 24 cm
BG 15
Nevels in de Eenhoorn
(prijs per stuk ƒ 1. 75)
BS 1 Krabnevel BS 3 Ringnevel BS 5 Sluiernevel in de Zwaan BS 7 NGC 7331> spiraalnevel BS 11 NGC 5128
BS 2 BS 4 BS 6 . BS 9 BS 12
Orionnevel NGC 2841, spiraalnevel Andromedanevel NGC 4594, M 101 NGC 253, spiraalnevel
BROCHURES 01 Het verzilveren van telescoopspiegels door F. Fennema, 3de druk, 3 pag., prijs ƒ 0.40 02 Y/elke kijker voor welk doel, P.P. Israël, 3de druk, 3 pag., ƒ 0.40 03 Eenvoudige sterrenkundige berekeningen door Bert van Sprang, 3de druk, 13 pag., ƒ 1.25 07 Het waarnemen van sterbedekkingen onder redactie van P.P. Israël, 32 pag'., ƒ 4.— (niet-leden ƒ 5.— )• 10 STERKATALOGUS. Deze katalogus bevat gegevens over 3500 sterren. Samen stelling Bert van Sprang, 2de druk, 71 pag., ƒ 7*50 (niet-leden ƒ 10.— ). 11 Het' ontstaan van het zonnestelsel door Jah van Huuksloot Kuilenburg, 5 pag., ƒ 0.50 13 Dubbelsterren voor binoculairs dooi’ Jean Meeus en T. Dethier, 9 pag., prij3 ƒ 1 14 Soyuz tabellen door Jean Meeuw, 7 pag., prijs ƒ 1 . — 15 Het waarnemen van kunstmanen door het Lab. v. Ruimteonderzoek, 14 pag., prijs ƒ 1.50 16 Het inbinden van Hemel & Damp lering-jaargangen en het ordelijk bewaren van losbladige brochures door Theo de Klerk, 10 pag., ƒ 1.— 17 Fotografische films- en emulsies in de hemelfotografie door L. Delvoye, 56 pag., prijs ƒ 5.— (niet-leden ƒ 7*50). 19 DIA-CATALOGUS "De maan naderbij". Bevat gegevens bij 120 prachtige ruimtevaartdia's, 17 pag., prijs ƒ 2.50 20 DIA-CATALOGUS "Oog voor het heelal". Samenstelling Bert van Sprang. Bevat omschrijvingen van 400 dia+s welke eveneens door de leden kunnen worden geleend; 25 pag., prijs ƒ 3-50. 21 Geboorte, leven en dood van de sterren. Samenvatting van een lezing van Tj. E. de Vries voor de JY7G afd. Utrecht d.d. 3 februari 1973? 6 pag., prijs ƒ 0.75 22 DIA-CATALOGUS "Retourtje ï.üaan". Bevat'gegevens bij 72 dia+s van de Apollovluchten 13 t.m. 16. Bovendien gegevens over de maanstenen. 14 pag., prijs ƒ 1.75. 23 Boekenlijst van Nederlandse literatuur over (populaire) astronomie; samenstelling Theo de Klerk; 48 pag., prij3 ƒ 4*50 24 Y/erkgroepsverslag int. astronomisch jongerenkamp 1972 (Sauerland). Alle verslagen zijn in het duits. Totaal 45 pag., prijs ƒ 4- — 25 Werkgroepsverslag "Meteors" door Hétjo Becker (int. kamp 1973), engels, 38 pag., ƒ 2.50 26 Y/erkgroepsverslag General practical astronomical course "Spectral Classification" door H.J, Palenschat, engels, 11 pag., prijs ƒ 0.75 27 Werkgroepsverslag Gen. prak. astr. course "Cornets" door H.J. Palenschat, engels, 10 pag., ƒ 0-75 28 Y/erkgroepsverslag "Trajectories of artificial SATELLITES in vector representation" door Alfred Ender, engels, 16 pag., ƒ 1.— . 29 Y/erkgroepsverslag "SUN" door Rainer Beek, engels, 33 pag*> f 2.25 30 Y/erkgroepsverslag Y/orking with aross-wire eyepieces and stopwatches door K.P. Haupt, engels, 12 pag., ƒ 0.75.
31 Werkgroepsverslag "Variables-Stars" door Hartmut Unger, engels, 2 delen, totaal 186 pag., ƒ 10. — . 32- Elementary Astrophysik door Theo de Klerk, engels, 1 2 5 pag., ƒ 7.50 34 "Maansverduisteringen" door Govert Schilling, 49 pag., ƒ 5 .— (riet-leden ƒ 7.50) NIEUWE BROCHURES 35 Het maken van een eenvoudige sterrenkijker door Bert van Sprang en Charles Fiiss, 2 2 pag., prijs ƒ 5* — • In 1975 zijn onder leiding 55 van deze kijkers gebouwd. 36 Sterrenkunde voor jongeren door Bert van Sprang, 140 pag.. prijs ƒ ‘11.50. Het boek is afgestemd op een leeftijd van 8 - 13 'jaar. De be doeling is een brug te slaan tussen de eenvoudige en wat moeilijkere literatuur. 37 DIACATALOGUS "Oog voor het heelal" deel 2. Samenstelling Bert van Sprang. Deze catalogus is een aanvulling op brochure 20. 11 pag.,prijs ƒ 2.—— . DIVERSEN 01 08 DS ZP ZF 01 02 03 OB TR
De studie in de sterrenkunde, 3 pag., ƒ O1.40 (incl. verzendkosten) Kursus melkwegstelsel door drs. A.G. Jansen, 25 pag., ƒ 3 . 5 0 (incl. verzendkosten). Draaibare sterrenkaart ƒ 13.90 (plus ƒ 2.— verzendkosten) Zenithprisma ƒ 27.— (plus ƒ 2.— verzendkosten) Zonnefilter ƒ 1 3 .— (plus ƒ 2.— verzendkosten) R 25^mm oculair ƒ 27.— (plus ƒ 2.— verzendkosten) R 12^ mm oculair ƒ 22.— (plus ƒ 2.— verzendkosten) R 9 mm oculair ƒ 22.— (plus ƒ 2.— verzendkosten) 60 mm achromatisch objectief, brandpuntsafstand 1000 mm, prijs ƒ 68,— (plus ƒ 5.— verzendkosten). Tralie voor het maken van een eenvoudige spectroscoop ƒ 2.— (plus ƒ 1.— verzendkosten).
MET de KIJKER OP JACHT
door Saskia Brsman Malusdreef 27 VLAARDINGEN (Holy-noord) Boötes nader bekeken Delta Boötis: Deze dubbelster, met een onderlinge afstand van 1 0 5 " (boogseconden), helderheden van 3,2 en 7,4 magnituden, is beslist de moeite waard. Hier enkele ervaringen met Delta van enkele JWG'ers: Een gemakke lijke mooie dubbelster. De helderste komponent zag ik goudgeel en de zwakste blauw van kleur, aldus Ron van 't Veer uit Wormer. Ikzelf zag de konponenten ook in deze kleuren en vind dat ze'in een mooie sterrenomgeving staan. Jos Haring uit Zwijndrecht zag de komponenten echter oranje en wit. Kijk dus uit| geringe stoornissen in de dampkring kunnen de kleuren beïnvloeden. Zie waarnemingen 1, 2 en 3, fig. 1. (Delta Boötis heeft spectraaltype KO 'en is dus wel degelijk oranje - Bert van Sprang). Nu1 2 Boötis: Jongeren, opgelet!•Deze optische dubbelster is al met een „ verrekijker te zien. De berekende onderlinge afstand bedraagt ongeveer 790 , de helderheden 5,2 en 5 magnituden. Ron van 't Veer zag Nu wit en Nu oranje. Ik zag Nu? roodachtig en Nu blauwwit. (Spectraaltype Nu is &5, dus de kleur is oranje-rood; spectraaltype Nu2 A2, dus kleur wit - Bért van
Sprang). In mijn prismakijker zag ik hem zeer wijd. Ron zag ten zuidoosten vai Hu nog een dubbelsteretje. Deze zijn duidelijk blauw (ster 1) en rood (ster 2 Zie fig. 1, waarneming 4 en 5. M 44 = NGC 2632 = Kribbe = Praesepe in de Kreeft
Deze open sterrenhoop, met een afmeting van 90 (boogminuten) is erg mooi. Hij.is al met de verrekijker te zien. Op figuur 1, nr. 6, een waarneming, ged) door Jos Haring. Alcor en dubbelster Mizar in de Grote Beer
Alcor (80 UMa) en Mizar (Zeta) vormen een optische dubbelster. Alcor is de zwakste van de twee. Als je goede ogen hebt, zie je ze zonder kijker al dubbel. Voor wie een kijker heeft, is Mizar weer interessant, omdat ze dobbel is. De helderheden zijn 2,1 en 4 ,-2 magnituden en de komponenten staan 14,5 Uit elkaar. Het is een erg mooie dubbelster! Mizar is een fysische dubbelster, .dat wil zeggen dat de beide komponenten bij elkaar horen'. Maar een optische dubbelster (zoals Mizar en Alcor), zien wij als dubbelster. Ze horen echter niet. bij elkaar. Eén van de twee staat een heel eind achter de andere. Ze staan alleen beide in dezelfde richting aan de hemel. Laat je, als je Mizar
Alcorjo-fHBnar
~
•r
|
GROTE BEER
V - ---------
*Y //
•*
'. N pT
y/
TWckrfr
^
N\ «u
'
^
V - """
BOOTES
y.
-nï
%s
*| *
/
y
^
; * p
^•.35 M < > * V i
KREEFT
* s
^
<* ƒ *9
*•
dubbel wilt zien, niet bedriegen door dat gemene sterretje ongeveer tussen Alcor en Mizar, op fig. 1, waarneming 7 aangegeven met een G-. De waarneming is gedaan door Dirk Jan Kissing uit Almelo. Het is een aardig beeld zoals Alcor, Mizar en het sterretje er tussen eruit zien. Zelf heb ik er ook een waarneming bij gedaan, waar Mizar wel gescheiden is. Ik zag Mizar fel lichtblauw, Mizar's begeleider wit en Alcor lichtrood. Hier staat weer het bedrieglijke sterretje aangegeven met een G (fig. 1, waarneming 8). (opm. Spectraaltype Mizar en begeleider beiden A2, spectraaltype Alc*r A5; de drie sterren hebben dus een witte kleur - Bert van Sprang). Oproep: Iedereen die wil, en een kijker heeft kan deelnemen aan de Messieraktie. Dit houdt in alle objecten die met een M zijn aangeduid gaan waarnemen# Zo is de Orionnevel M 42, De Andromedanevel M 31, enz. Ik hoop met behulp van deze waarnemingen een Messier-boek samen te kunnen stellen van waar nemingen en iedere keer in UniVerSum een object uitvoerig te beschrijven. Ook de waarnemingsaktie voor allerlei objecten gaat nog steeds door. Nog bedankt voor de medewerking van al vele JÏÏG'ers en veel succes met het waarnemen. Let er wel op dat ik naar de andere kant van Vlaardingen verhuisd ben! Bij figuur 1 1. Waarnemer: Ron van 't Veer, Wormer. 30-06-1975 00.30 uur. Object: Delta Boötis. Telescoop: 4 5 mm lenzenkijker, vergroting 20 x. V/eer goed. 2. Waarneemster: schrijfster van dit artikel 14.07.1975 ca 22.30 uur. Weer: goed. Telescoop: 12 x 50 prismakijker op statief. Object: Delta-Bootis. 3. Waarnemer Jos Haring, Zwijndrecht gedaan op een gunstig gelegen camping op 1-7-1975 van 22.30 - 22.40. Newton-spiegelkijlcer 76 mm spiegel, brand-
a p y 8 e £ V
e i K \ M
A lfa Bèta G am m a D elta Epsilon Z êla Êta Th êta Iota K ap p a L am bda Mti
V
0 JI g
ct r u
Nu Ksi O m ikron Pi R ho Sigma Tau Upsilon Fi Chi Psi O m éga
puntsafstand 700 mm, vergroting 35 x. Weer: goed. Object: Delta Boötis. 4. Waarnemer: Eon van 't Veer, Wormer 30-6-1975, 00.20 uur, 45 mm lenzen kijker, vergroting 20 keer. Weer: goed. Object: Nu ? Boötis, 5. Waarneemster: Schrijfster van dit artikel, 13-7-1975 om 23.11. Weer: goed, telescoop 12 x 50 prisaakijker op statief. Object: Nu. „ Boötis. 6. Waarnemer: Jos Haring, Zwijjidrecht. 30-4-1975, 21-30 - 21.50’uur. Nev/tonkijker als bij waarneming 3* Weer: uitstekend, waarneming gedaan op gunstig gelegen camping. Object: M 44 (open sterrenhoop de Kribbe). 7. Waarnemer: Dirk Jan Kissing, Almelo, 1-6-1975 tussen 22.30 en 23-30 uur. 60 ram lenzenlti jker, branf puntsaf stand 700 mm, vergroting 35 x. Objecten: Alcor en Mizar. 8. Waarneemster: Schrijfster van dit artikel, 9-4-1975, 20.52 min. Newtonspiegeltelescoop als bij waarneming 3 en 6. Weer: goed. Objecten: Alcor en Mizar.
Dé Jupitermanen In deze rubriek maakten wij eerder melding van de ontdekking van Jupiter XIII, de dertiende maan van de grootste planeet van ons zonnestelsel, zie UniVersum mrt.-mei 1975* De ontdekker was Charles Kowal. Op platen die eind september 1975 met de 48 inch Schmidt-camera van Mount Palomar zijn gemaakt heeft hij wederom een ongelooflijk zwak object gevonden, dat waar schijnlijk ook weer een maan van Jupiter is. De ontdekking is bevestigd door een waarnemer van Kitt Peak.
In totaal waren er begin 1976 vijf posities gefotografeerd en berekeningen laten er weinig twijfel over bestaan dat de veertiende begeleider van Jupiter een feit is. Tegen de tijd dat dit artikel verschijnt zal alle twijfel hieromtrent zeker weggenomen zijn. Dan is men nu ook zover, dat de Jupitersatellieten nu alle zijn voorzien van een naam. De vier manen van Galileï (de grootsten) hadden al een naam: I = Io, II = Europa, III = Ganymedes, IV = Callisto. De Internationale Astronomische Unie heeft nu ook de namen voor de reste rende satellieten voorlopig aangenomen (in 1976 bij de algemene vergadering ■goed te keuren): V = Amalthea (deze naam is al tientallen jaren officieus gebruikt), VI = Iiimalia, VII = Elara, VIII = Pasiphae., IX = Sinope., X = Lysithea, XI = Carme, XII = Ananke, XIII = Leda. De namen eindigend op e zijn van de satellieten met retrograde baanbeweging, dat wil zeggen: tegen de beweging van de vier grote manen in. c-l-u-s-t-e-r Röntgenstraling van Sirius
De Astronomische Nederlandse Satelliet (ARS) heeft weer een succes geboekt. Aan boord .van de ANS is een röntgendetcctor, en deze heeft zachte röntgen straling ontdekt, afkomstig van Sirius, de helderste ster aan?de hemel. In een golflengteband van 44-62 Xngström zendt de ster 9 x 10 Watt uit. Het ontstaan van de straling kan worden verklaard door de aanwezigheid van een hete corona rond Sirius, volgens voorlopige berekeningen met een tem peratuur van enige miljoenen graden Celcius. Zoals je weet is Sirius een zeer nauwe dubbelster, bestaande uit de heldere component Sirius A, en de met het blote oog niet zichtbare bege leider Sirius Bf een witte dwerg. In eerste instantie heeft men getracht het ontstaan van de röntgenstraling te verklaren door aan te nemen dat de sterrewind (heet, geïoniseerd gas) van Sirius A ingevangen werd door de begeleider, en dat door de enorme snelheid die het gas verkrijgt de röntgen straling wordt opgewekt. Dit mechanisme zou echter duizend tot miljoen maal zoveel sterrewind ver eisen. Deze theorie is daarom verworpen. c-l-u-s-t-e-r De Venusatmosfeer Tijdens- net jaarlijkse congres van COSPAR (Comnittee on Space Research) dat duurde van 2 tot 7 juni 1975» is een model geaccepteerd voor de atmos feer van Venus. Het model bestaat uit veel numerieke gegevens, zoals temperatuur,.druk, deeltjesconcentratie, versnelling van do zwaartekracht etc. als functie van de hoogte. Dergelijke gegevens zijn ook verzameld van de aardatmosfeer, onder r.ieer met balonnen en raketten. De getallen zijn voornamelijk afkomstig van metingen van de Venera's 4, 7 en 8, die alle afdaalden in de equatoriale streken van onze gesluierde buurplaneet. Hierom zou je kunnen vermoeden’dat met name do temperatuur aan do polen wel eens aardig kan verschillen met die aan de equator, net zoals dat op de aarde het geval is. Men verwacht echter dat dit niet zo zal zijn, omdat in de lage delen van de Venusiaanse atmosfeer het warmto-geleidingsvermogen erg groot is. Dit betekent dat er een goede warmte-uitwisseling is. De doordringing van het zonlicht in de atmosfeer is zeer gering: naar schatting bereikt slechts een procent ervan het oppervlak van de planeet. Hieronder enkele numerieke gegevens, zoals die zijn geponeerd in het COSPAR-model. Daar aan elke meting een onzekerheid kleeft, wordt de mogelijke fout aangegeven, en wel met ±.
straal van Venus: oppervlaktetemperatuur: atmosferische druk aan hetoppervlak: versnelling van de zwaartekracht aan hetoppervlak:
6050+- 5ckm (tussen 6045en 6055) 447 - 15 105 kgf/cm ^ 8,88 m/s ; een persoonvan 75 kg weegt op Venus ongeveer 68 kg.
Er zijn in de atmosfeer drie wolkentypen ontdekt: hoge sluier, polarisatiewolken en reflecterende wolken. De eerste is een soort dunne mistlaag met een dikte van een kilometer of acht, op een hoogte tussen 70 en 80 kilometer boven het oppervlak. Vermoedelijk bestaat de laag uit deeltjes met een middellijn van 0,002 millimeter. Het bestaan van een hoge sluierlaag als deze was al onder meer bekend uit waarnemingen van overgangen van Venus over de zonneschijf, De polarisatiewolken bestaan naar de huidige opvatting uit vloeibare druppeltjes,bij een druk van 50 millibar (aan het aardoppervlak is de luchtdrukongeveer 1000 mb) en een temperatuur van corca - 40 C. De reflecterende wolken, tenslotte, zijn de oorzaak van de helderwitte aanblik van Venus. De temperatuur van deze wolken is ca. -20 C., op een hoogte van ruim 60 kilometer. Uit spectroscopische gegevens volgt, dat de reflecterende wolken bestaan uit waterdruppeltjes waarin zwavelzuur is opgelost. Misschien zijn de druppeltjes bevroren tot ijskristallen. Deze laag reikt tot een diepte van ongeveer 45 a 50 kilometer.
Noot redactie: Bovenstaande gegevens zijn vrij goed.in overeenstemming met de recente resultaten van de Russische Venera’s 9 en 10, die oppervlaktetemperaturen van 485 en 465 C registreer den en een druk aan het oppervlak van ca. 90 atm. (1 atmos feer = 1 kg/cm = 98100 H/n'.
c-l-u-s— t-e-r VLA in New U a x i c ^
Om met een radiotelescoop een redelijk scheidend vermogen te halen is een gigantisch grote spiegeldiameter nodig. Technisch zijn zulke con structies onmogelijk, en daarom maakc men tegenwoordig gebruik van radiointerferometers, een aantal schotelantennes van betrekkelijk kleine door snede, opgesteld in een rij. Door de draaiing van de aarde wordt op d 2 n duur een volledig beeld gesynthetiseerd. In Westerbork staat een voorbeelc van een radio-interferometer. In de Verenigde Staten, New Mexico, wordt momenteel gewerkt aan een interferometer bestaande uit 27 spiegels, opgesteld in de vorm van de letter Y. waarvan de drie armen elk 21 kilometer lang zijn. Op elke arm komen spiegels (elk met een diameter van 25 meter) te staan. De radiotelescoop is VLA (Very Large. Array) gedoopt. Hij moet kunnen opereren bij. windsnelheden van 65 kilometer per uur, en de schotel antennes moeten 175 km/u kunnen doorstaan. Het signaal van elke antenne gaat naar het controlegebouw bij het snij punt van de drie armen. Daar kan het worden gecombineerd met dat van elk der andere antennes. Aldus kunnen uit 27 antennes 351 paarcombinaties worden gevormd (nl. 27 x (27-1) / 2), elk fungerend als interferometer. De VLA zal werken bij golflengtes van 18-21 cm, 6 cm, 2 cm en 1,3 cm. In het laatste geval is het oplossend vermogen 0','13* Langs de drie armen van de Y liggen spoorrails. Met een speciaal gecon strueerde transportwagen kan elke antenne worden opgelicht en met een snelheid van 8 km/u worden verplaatst. Zo kunnen - al naar gelang de waarneming het wil - verschillende schotelgroeperingcn worden gebruikt. In 1981 moet de VLA operationeel zijn, maar reeds in 1977 kan een gedeelte in gebruik worden genomen. c-l-u-s-t-e-r
BERICHTEN UIT DE AFDELINGEN Op diverse plaatsen in ons land hebben we nieuwe, aktieve, JWG-kernen gekregen. Als men er enthousiast.blijft doorgaan zullen dit ongetwijfeld nieuwe afdelingen worden. Eerst even meer gegevens. In V/est-Fries1and zijn Jan en Dik .Steen, Noorderweg 24 te Enkhuizen be gonnen met plaatselijke aktiviteiten. Ka een succesvolle tentoonstelling die zij in Enkhuizen hebben georganiseerd, is hun enthousiasme overgeslagen op andere jongeren. Ken heeft er nu al een eigen clubruirate en er wordt o.a. een cursus astronomie gogeVën. Op Rozenburg/Yoorne-Putten is Henny Radstaak, Aschoff Stiermanlaan 31 te Rozenburg gestart met plaatselijke bijeenkomsten. Hemelsbreed zijn de afstanden daar niet zo groot, maar als je vanuit de eilanden naar Vlaardingen moet valt dit via de weg behoorlijk tegen. Veel aantrekkelijker dus om zelf met aktiviteiten te beginnen. Tot slot is in Dordrecht, door Henle Huisman, Callistolaan 11 te Dordrecht het initiatief genomen de sinds enige 'jaren opgeheven afdeling aldaar weer nieuw leven in te blazen. Met de medewerking van alle leden uit die omgeving moet deze afdeling v/eer zijn op te richten. In heb bewust de adressen van de initiatiefnemers vermeld zodat leden uit die omgeving die het nog niet wisten, kontakt met hen kunnen opnemen. Als je trouwens in een gebied woont waar nooit bijeenkomsten worden ge organiseerd, terwijl je dat v/el zou willen, moet je mij maar eens een briefje schrijven. Als ik dit niet weet, kan ik er immers ook niets aan doen. Schrijf het dus gerust naar mij (ïïillem Dekker).Zo’n gebied v/aar niets gebeurt (tenminste officieel) is de afdeling ZuidLimburg. Dc kontaktpersoon is gaan studeren buiten de provincie en heeftgeen andere kontaktpersoon aangesteld. Resultaat: de boel plat! Daarom nu mijn vraag: ï.illen de leden in Zuid-Limburg die weer aktiviteit in de afdeling willen zien en die zelf eventueel kontaktpersoon willen worden mij een briefje sturen met hun opmerkingen en vragen? Alle benodigde informatie krijg je dan van mij. Het is toch te gek dat jullie afdeling-er zo bij staat! . . . Dat het echt v/el anders kan bewijst Groningen. Deze afdeling heeft de laatste tijd een ware verjonging ondergaan i.v.m. de leeftijd van de leden. Zoals vaak gaven, ook hier de jongeren hun enthousiasme door aan dé toch al niet stil zittende afdëling. Resultaat: meer werk, maar daardoor ook meer aktie in de bijeenkomsten en waarnemingsavonden. Tot slot, let op andere afdelingen!, onverwacht veel succes met dolcamiddag. De afdeling Breda bngint na .een vrij rustige periode wéér helemaal in derunning te.komen. Nu Tilburg en Eindhoven kon Breda gewoon nièt meer achterblijven. Henri:.e heeft zijn schouders er danig ondergezet. Y/aarnemingsakties, cursussen, lezingen, doka en excursies maken deel uit van zijn programma. Y/at excursies betreft woon je. heel gunstig in Zuid-Nederland. Echter nièt. alleen iaar want ook bij jou valt vast iets te bezoeken. In Tv/ente wil het maar niet boteren. Kontaktpersoon Paul klaagt dat hij alles zelf moet doen. Zijn alle andere JY/G-leden in die omgeving, dan zo vreselijk passief? Y/ie geeft mij hier eens uitsluitsel over? Ik kan niet begrijpen dat je lid wilt zijn van een vereniging waar je verder niets voor wilt doen zode.t er in een hele afdeling niets gebeurt. Y/at is de zin van zo'n afdeling? ' . Zeer positieve geliiden uit i'-iinmegen. De JY/G' ers aldaar hebben samen met de Jonge Onderzoekers esn kursus gevolgd om een nauv/keurige electronische klok te bouwen. Nocit v/eg natuurlijk voor allerlei sterrenkundige waar nemingen. De kursus viel steeds op het eerste deel van een avond, het tweede deel v/as gereserveerd voor de astronomie. Voor de jóngste leden van de afdeling wordt er extra bijeengekomen op gunstiger tijden en met een begrijpelijker programma.
Ook Amsterdam begint weer goed op gang te komen. Een grote stad is wel niet zo gunstig voor een sterrenkundige, maar gelukkig mag men gebruik maken van het observatorium in Muiderberg. Het aantal bijeenkomsten en daarmee ook de aktiviteit is hier geruime tijd vrij minimaal geweest. Gelukkig wordt hier nu flink aan gewerkt. Ik ben blij dat steeds meer afdelingen lekker gaan draaien. Het lidmaatschap van de JWG kun je pas echt benutten als je mee kunt doen aan afdelingsaktiviteiten. Je dreigt als amateur-sterrenkundige toch al veel te veel alleen te moeten doen. Het kontakt met anderen maakt de hobby zo veel leuker. Je leert anderen kennen waartegen je enthousiast over je hobby kunt praten, terwijl die je dan ook nog begrijpen (iets wat doorgaans nou niet bepaald vaak voorkomt). Je wordt weer enthousiast gemaakt op een moment dat je het niet meer ziet zitten. Kortom, regelmatig kontakt is voor een JïïG-er bijna onmisbaar voor een goede beleving van de hobby. Daarom nogmaals: als er bij jou in de buurt nooit eens iets wordt georga niseerd: schrijf mij een briefje. Het is een kleine moeite en het kan veel veranderen! Willem Dekker Meanderhof 201 Middelburg VRAGENRUBRIEK VOOR JONGEREN De antwoorden op de vragen, gesteld in het vorige nummer, luiden als volgt: 1. De donkere gebieden in de melkweg zijn donkere gas- en stofwolken die het licht van de daarachter gelegen sterren tegenhouden. 2. Op 20 januari 1976 was Saturnus in oppositie met de zon. 3. M 42 is de grote Orionnevel. 4. Het sterrenbeeld Jachthonden kun je vinden onder de staart van de Grote Beer* 5- De winterzeshoek wordt gevormd door de sterren Capella (Voerman), Aldebaran (Stier), Rigel (Orion), Sirius (Grote Hond), Procyon (Kleine Hond) en Castor - of Pollux - (Tweelingen). 6. De Volle Maan staat in de winter hoog in het zuiden. De Volle Maan be vindt zich tegenover de zon aan de hemel. In de winter staat de zon om middernacht ver onder de noordelijke horizon. De maan staat dan hoog boven de zuidelijke horizon. 7. Neptunus heeft 2 manen. 8. Een maan beschrijft een baan om een planeet. Dat komt doordat een maan kleiner is (minder massa heeft) en dus ook minder aantrekkingskracht heeft. 9. Een cirkel kan niet alleen verdeeld v/orden in 360 graden, maar ook in 24 uren. Zo wordt de rechte klimming in uren uitgedrukt. 10. In een van de volgende nummers hopen wij weer eens een uitgebreid ar tikel te publiceren over kometen. De uitslag is als volgt: 10 punten: Nel Korfage, Den Haag (1966); Hans de Vries, Eindhoven (1964); Ida Korfage, Den Haag (1963); Baptist Boumans, Bergeyk (1963); Mariët Westerman, Bussum (1962); Peter Vullings, Meijel (1961); Saskia Verheyen, Rotterdam (1960). 9~g punt: Jéröme de Jong van Lier, Denekamp (1964); Quirijn de Jong van Lier, Denekamp (1963); Hans Rodenburg, Sint-Oedenrode (1962); Hubert Linders, Geldrop (1962); Werner Mulders, Den Haag (1960). 9 punten: Wim Bijl, Zwijndrecht (1964); Arnoud Cornelissen, Best (1963)» Kees Scheidt, Velp (1960); Willy Peeters, Blerick (1959)-
8-g punt:
8 punten: 7-g punt7~ 7 punten: 6^ punt:
Eelco van Kampen, Rijswijk (196‘ 3) ; Dany Post, Delft (1 964); Huib de Graaf, Leidschendam (1963); Peter Finke, Koog aan de Zaan (1960). Rob Biemond, Bergen (1962); Sander van de V/al, Dordrecht (1961) Rinus Dekker, Arnhem (1962) Marcel Bosch, Eindhoven (1965) Ronald Mante, Leiden (1963)
Na loting is een prijs gewonnen door Ida Korfage uit Den Haag. Zij krijgt de prijs binnenkort thuisgestuurd. De vragen voor de volgende keer luiden: 1. Wat verstaan we onder een fysische dubbelster? 2. Welke planeet staat tussen Uranus en Neptunus? 3. Wat is helderder: een ster van magnitude 1 of een planeet van magnitude 1? 4. V/at is een astronomische eenheid? 5. Noem enkele kraters op de maan. 6. Welk sterrenbeeld “vormt het lentetrapezium? 7. Wanneer vindt de eerstvolgende zonsverduistering plaats? 8.- Zend een zonnevlek licht uit? 9. Welke nevel wordt aangeduid met M 31? 10. Hoe heet het punt waar de zon staat bij het begin van de lente? De antwoorden kunnen vdór 1 april gezonden v/orden aan Bert van Sprang, Prunuslaan 13, Pijnacker. Wij hopen dat meer jongeren mee werken aan déze rubriek.
Zonsverduistering: 29 april 1976
Pierre van Baal Hildebranddreef 38 Utrecht
In dit artikeltje, opgesplitst in twee delen, over de komende zonsver duistering van 29 april 1976, sal ik het eerste deel trachten besteden door te trachten enkele begrippen uiteen te zetten op een manier die naar ik hoop ook voor de- jongeren onder ons te begrijpen vallen. Ook worden hierin enkele gegevens over de verduistering vermeld en wordt iets over het waarnemen verteld. Het tweede deel is meer afgestemd op de wiskundig geïnteresseerden en ik aal hierin wat diepen op bepaalde berekeningen ingaan, iets waarover ik natuurlijk in het kader van dit artikeltje niet volledig kan zijn. Aan de orde zullen konen, voorwaarde voor een verduis tering, het fundamentele vlak en de grootte van de verduistering. I
Algemeen
a. Zonsverduistering; wat en hoe? We spreken van een zonsverduistering, ook wel (zonne-) eclips genoemd, als we kijkende naar de zonneschijf zien hoe een gedeelte hiervan door de maan wordt afgedekt. Net alsof er een hap uit de zon is. Aan de hand hier van kunnen we drie soorten verduisteringen onderscheiden, en wel: de totale, ringvormige en de partiële of gedeeltelijke eclips. We spreken van een totale eclips, als de hele zonneschijf door de maan wordt afgedekt, dus als de schijnbare diameter van de maan gelijk aan of iets groter is dan de diameter van de zon (= ca ^ graad). Dan is een verduistering op zijn mooist, omdat het felle licht van de fotosfeer wordt afgedekt door de maan en we de prachtige chromosfeer en de corona direkt kunnen waarnemen. Het is dan ook zo donker geworden dat we heldere sterren en planeten tot vlak bij de zon
met het blote oog kunnen zien. Bij een ringvormige verduistering is de middellijn van de maan iets kleiner dan die van de zon, zodat om do donkere maan een ring van licht zichtbaar blijft. Dit zal 29 april op enkele plaatsen op aarde waarneembaar zijn. Bij een partiële (gedeeltelijke) eclips komt gedurende de verduistering geen van beide bovengenoemde verschijnselen vo,or en zien we hoe eerst do grootte van de hap uit de zonneschijf groeit, om na een maximum weer af te nemen. Het maximum van een verduistering kunnen we dan ook definiëren als het tijdstip waarop de schijnbare afstand tussen de middelpunten van de maan en de zon minimaal is, want dan is de hap uit de zon het grootst. De grootte van een eclips wordt dan ook berekend als be trekking hebbende op dit tijdstip en is de^t gedeelte van de zonsdiameter (en dus niet van de zonneschijf) dat door de maan wordt bedekt; in figuur 1 is dit nog eens verduidelijkt. Hierbij is de grootte dus x / d . We gaan nu eens bekijken hoe een zonsverduistering ontstaat. Het zal bij de meesten van ons wel bekend zijn dat zon, maar en aarde, in genoemde volgorde, ongeveer op een rechte lijn moeten staan. Het moet dus in ieder geval nieuwe maan zijn, want de achterkant van de maan wordt verlicht door de zon. Dit is echter niet voldoende, immers dan zouden we iedere maand een verduistering hebben. Meestal zijn er over de gehele aarde maar 1 a 2 per jaar v/aar te nemen.QDit is in te zien doordat de baan van de maan een hoek van ongeveer 5,9 maakt met de aardbaan ( = ecliptica). Als dus met Nieuwe Maan de maan net op maximale hoogte boven de ecliptica staat, dan • is de hoekafstand tussen zon en maan ongeveer 6 maal de diameter van zon en maan en is een verduistering uitgesloten. Het is dus makkelijk in te • zien dat de schijnbare afstand tussen de middelpunten van zon en maan minimaal de som van de stralen van beide 'lichamen moet zijn. Dat houdt dus in dat de maan minstens een afstand kleiner dan ongeveer 5 graad tot de zon moet hebben en dus in de buurt van een der snij-punten van de maanbaan met de ecliptica moet staan. Deze snijpunten noemt men de knopen van de maanbaan; de dalende knoop als de maan van ten noorden naar ten zuiden van de ecliptica beweegt; de andere knoop heet de klimmende knoop. Als maan en zon dus dichtbij dezelfde knoop staat is de kans op een verduiste ring groot. We bekijken nu eens figuur 2 om het verschijnsel op een andere manier te be studeren. Hierin is SS* de zonneschijf en MM' de maan. Om het werkelijke beeld te krijgen moeten we de figuur eigenlijk om de as door 0 en C wen telen, verder is voor de duidelijkheid de figuur niet op schaal getekend. Zouden we dit wel doen, dan zou bij een maan met een diameter van 1 cm een afstand aarde - maan van ongeveer 1 meter en aarde z- zon van ongeveer 400 meter behoren!'Men noemt het gebied binnen de driehoek MM'G de kernschaduw of umbra (in de figuur is het zwart). In dit gebied komt geen licht van de zonneschijf. Een waarnemer in de umbra ziet dus een totale zonsver duistering. Het gestippelde gebied ontvangt slechts ten dele zonlicht, des te groter naarmate men zich van de as door 0 0 verwijdert, van het zonlicht van dc schijf en men noemt dit gebied daarom de bijschaduw of penumbra, De waarnemer binnen de driehoek ACA' ziet een ringvormige eclips, zoals ge tekend voor E die het gedeelte DD' door de maan bedekt ziet. Voor een waar nemer in 0 valt het middelpunt van de zon samen met het middelpunt van de * maan en hier vindt men de eclips met de maximale grootste fase, dat wil zeggen, de eclips waarbij de kleinste afstand tussen de middelpunten minimaal is. Dit hoeft niet altijd in te houden dat bij de maximale grootste fase de middelpunten samenvallen. Dat is zo als de as door 00, ook wel de schaduw-as genoemd, nergens het aardoppervlak snijdt, zoals op 11 mei 1975 het geval was. Tenslotte neemt een waarnemer in B een partiële eclips v/aar met grootte S'S'/S'S als aangegeven in figuur 2. Omdat de aarde om de zon, de maan om de aarde, de aarde om zijn as en zelfs de knopen van de maanbaan draaien, is de aard van de verduistering sterk afhankelijk van de onderlinge positie van de hemellichamen maar ook en vooral van de positie van de waarnemer, wat een groot verschil is met een
maansverduistering, waarbij het alleen van belang is dat de maan in de schaduwkegel van de aarde komt en de waarnemer zich aan de nachtzijde van de aarde bevindt. Berekeningen aan een zonsverduistering zijn dan ook veel uitgebreider dan bij een maansverduistering, waar de positie van de waarnemer geen rol speelt. Hoe belangrijk de positie van de waar nemer is blijkt uit het feit dat op 29 april in Nederland een partiële eclips, maar in 'o.v. de zuidelijke punt van Griekenland een ringvormige eclips waarneembaar is. De beweging van de knopen van de maanbaan zijn voor eer. groot gedeelte verantwoordelijk voor het feit dat zowel een ringvormige als een totale eclips kunnen voorkomen. De maanbaan is een vrij sterk elliptische baan, zodat de afstand tot de aarde nogal aanzienlijk kan variëren en dus ook 1 ' de schijnbare diameter van de maan, die maximaal 33'30" en minimaal 29'22" is. Om volledig te zijn vermelden we nog de maximale diameter van de zon: 32'36" en de minimale: 31'32". Het is nu dus wel duidelijk dat het voorkomen van een zonsverduistering op één bepaalde plaats op aarde vrij zeldzaam is. V/e zullen in Nederland dan ook tot 1982 moeten wachten totdat we er hier weer een kunnen waar nemen. Er volgen tenslotte nog enkele begrippen, die makkelijk aan de hand van figuur 2 zijn te zien. De centrale lijn van e^n verduistering, is het pad van de schaduw-as over het aardoppervlak, een waarnemer op deze lijn zal het middelpunt van de maan, het middelpunt van de zon zien passeren. Deze centrale lijn ligt precies midden in de totaliteitsgordel of de gordel van ringvormigheid, afhankelijk van de soort eclips. De uiterste begrenzingen hiervan worden gevormd door de paden van de lijnen SC en S»C over het aardoppervlak. Als in fig. 2 PP' een deel van het aardoppervlak is dan ligt dus 0 op de centrale lijn en vormt AA' de gordel van ring vormigheid (zie ook b.v. fig. 11 van de sterrengids van 1976 voor de verduistering van 29 april). Verder vormen dc- paden van de lijnen S'P en P'S de uiterste begrenzing van het gebied waarbinnen iets van de ver duistering merkbaar zal zijn. Hoe verder men van de centrale lijn ver wijderd is des te kleiner is de grootte van de eclips. b. V/aarnemingsgegevens. De waarden worden gegeven als geldende voor midden-Nederland (5?5 0L, 52° NB) de waarden van a, b zijn in seconden en zijn de differentiële cnrrerties voor de tijdstippen, volgens: t = t + a A A + b A V’ ; t is de tijd uit de tabel voor midden-Nederland, A X i§ het verschil in geBgrafische lengte in bcogminuten, positief gerekend naar het westen, & 'f is het ver schil in geografische breedte, ''uk in boo^minuten. p en q zijn de diffe rentiële correcties voor de grootte van eclips volgens M = M + pó^ + qA*f , De tijdstippen zijn gegeven in Midden-Europese Tijd. tQ Eerste contakt (l) Maximum (2 ) Laatste contakt (3 ) Grootte: 0,44562
a
I0h06m08^38 11 21 41,51 12 41 00,63 p = -0,0001241
-0,69665 -1 , 5 3 4 8 4 -2,10341 q
b +2,82808 +1,45181 -0,70769
= -0,0003251
De nummers tussen haakjes verwijzen naar fig. 3- De gordel van ringvormig heid is tussen 226 kin en 302 km breed en loopt over Afrika, Turkije en eindigt bij China. e. Het waarnemen. Allereerst moet ik natuurlijk waarschuv/en voor beschadiging van de ogen, welke altijd het belangrijkste instrument voor de sterrenkundig geïnteres seerde zijn gev/eest en zullen blijven. Y/ees daarom zuinig op je ogen en
NOORD R IC H T IN G Z E N IT H TÜ D E N S M AXIMUM
kijk nooit rechtstreeks naar de zon. Gebruik b.v. een zeer zwart negatief of liever meerdere tegelijk. Kijk natuurlijk ook nooit met een kijker naar de zon zonder goede filters te gebruiken die toch zeker minstens 99$ van het zonlicht moeten tegenhouden. Een ongevaarlijke en veel gebruikte methode is de projectie van het zonsbeeld op een wit scherm dat achter het oculair geprojecteerd is, dan kunnen anderen ook nog mee kijken. Hoewel aan een partiële verduistering niet veel spectaculairs te beleven valt, kan men er toch veel plezier aan beleven door b.v. mooie foto’s te maken; natuurlijk werken we dan net zeer korte belichtingstijden, maar ik wilde hier echter niet verder op in gaan omdat mijn kennis hieromtrent nogal in gebreke blijft. V/at de visuele waarnemingen betreft vil ik verwijzen naar mijn artikel over de zonsverduistering van 11 mei 1975 in het derde nummer van UniVersun van hetzelfde jaar. , Ik wil hier graag van de mogelijkheid gebruik naken om nog een correctie hierop aan te brengen. Carl Koppeschaar heeft mij geschreven met de mede deling dat de helling van de schijnbare maanbaan op de ecliptica wel degelijk bijna 0 v/as, terwijl ik in. nijn artikeltje aannam dat deze 5°9 noest be dragen, maar dit geldt natuurlijk alleen gezien vanuit het middelpunt van de aarde. V/e zien hier weer hoe belangrijk de positie van de waarnemer is. Als gevolg daarvan is de correctie die aangebracht is in de berekeningen niet neer relevant en werd op deze manier overgecorrigeerd en is het begrijpelijk dat dc waarde ook wat lager dan 5^ uitviel. Dus ook als we net -een azimuthal^ opstelling werken hebben we zonder correctie een heel goed resultaat en dat alles maakt de bewerking van de waarnemingen veel eenvoudiger en ik hoop daarom dat velen hun geluk ook eens zullen beproeven op deze’ waarnemings» nethode. Laat eens van je horen en ik ben eventueel ook wel bereid de bere keningen uit te voeren als je het te moeilijk vindt. Veel waarnemingsplezier! II Berekeningen. Een groot deel van deze berekeningen heb ik ontleend aan "The Explanatory Supplement o f the Astronomical Ephemeris"; zij die zich wat meer in deze 3 tof willen verdiepen, raad ik dan ook aan om dit boek te raadplegen. Het leest echter niet erg gemakkelijk, omdat het meerbedoeld is als een uitleg van de tabellen in "The Astronomical Ephemeris" en dus functioneel van opzet is. Formules worden vaak alleen vermeld en niet afgeleid. a. Voorwaarde voor een eclips. Voor de berekening hiervan gebruiken we fig. 4. Hierin zijn Mo en So de posities van de middelpunten van resp. de maan en de zon op het tijdstip van geocentrische conjunctie in de lengte (= X ), welke gemeten wordt langs de e c l i p t i c a . i s de breedte van de maan op verneld tijdstip. M en S zijn de posities van de middelpunten na enige tijd. V/e definiëren nu q als de verhouding van de snelheden in de lengte van maan en zon, dus geldt: v a 1 " (a x /4 X'z (1 ) . Dit wordt uit de tabellen voor zon en uaan gehaald door voor b.v. de konende zonsverduistering de lengte van 30 april OhOO E.T. (=A ) te verninderen met de lengte van 29 april OhOO E.T. ( =A 1) aldus geldt:
q = (A ° -X “ ) / (A g -A 2 ) = (49°59115','3^•- 34°711 3','28) f (39°46'42y67 38 48* 24','7) = 16,33 Het -tijdstip van conjunctie vinden we uit: A® + t xA m
+ ^ x t
oftewel
t = (A ® - \ * ) / { % ^ - k ' j
(dagen)
(2 )
En or geldt aldus voor conjunctie in lengte: t = 7^44E.T. ’ Om te bekijken of een verduistering plaats kan vinden moetenwe deminimale afstand van SM weten. Vanwege de definitie van q geldt nu: MoC=qxSoS. Uit de rechthoekige driehoek
#
MoSoS volgt: SoS=/*tg Jf 'lus geldt dat BC= f (q-l)tg f (=MoC-SSo) verder is MC = tgI.MoC=/> ' a.tgl.tg / dus MD=/3'(1-qitgltg j ) zodat uit de recht- hoekige driehoek SMD’volgt: SM'= p (l-q) tg y +(1-q.tgI.tg ƒ) ) (3 ) On de berekeningen te vereenvoudigen definiëren we: (q^1 ).tgl'=qtgl (4 ) zodat formule (3 ) overgaat in: SM = P 1U ( ( q - O V r +Ci-C
gelijk is aan nul, dus als zon en raaan elkaar in de knopen paoaerc-n. Dat dan een verduistering optreedt is evident; we laten dit daarom buiten beschouwing en nemen dus SM/O. SM minimaal als SM na^r f gedifferentieerd gelijk nul is, dus als dSM/d f =0 oftewel d(SM) /d x =0 en men kan nu dus makkelijk met formule (5 ) nagaan dat dan geldt: (q-l)tg/ =sinl1cósl1 (ö) Substitutie hiervan in formule (5 ) geeft dus de minimale waarde van SM:Sm=G ^cosl1 dit is echter voor het centrum van de aarde afgeleid en correctie voor de horizontale parallax van zon en maan geeft Sm= cosl'm~ *r J dcae afstand moet kleiner zijn dan de som van de stralen van zon'en maan wil er een verduistering plaats vinden, dus voorwaarde hier voor wordt gegeven door: f i < (s +s +'Tr -*Tr )/cosI* (7 ) Noem de uitdrukking achter Set ongelxjktefëen y. Nemen we voor 1/cosI' de gemiddelde waarde dan is de maximale afwijking ongeveer 0,05% en dus verwaarloosbaar. Vullen we voor s , s r- en"7r de maximale en voor'"' de minimale waarde in tdan levert daï de'''maximale waarde voor y, analoog wordt de minimale waarde voor y bepaald, zodat het onderstaande eenvoudige criterium voor een eclips ontstaat: P0 1 34'46" q - zeker geen eclips 1 24'36"< f i n < 1 34*46" - misschien, en om het uit te zoeken moeten de n y o actuele waarden in (7 ) worden ingevuld r 1 24'36" - zeker een eclips. UjLt de tabel kunnen we door lineaire interpolatie m.b.t. 29 april 1976, 7,44 E.T. de verschillende waarden bepalen. Zo geldt/3 „=44'4", en ër is dus zeker een eclips. I = 5,1453964, ^ , = 3','7365, a= 54'6','3104, sr/ = 15154V2 4 2 5 —2 y5 en s„( wordt berekend uit sin(s_))=ê.3in'ir__ waarin k = 0,272274 dit is de verhouding tussen de straal"*(equatoriaal) van maan en aarde, dus s^=14'43"8886. Invullen van deze waarden geeft: y=1°24'56" wat dus dichterbij de minimaal mogelijke waarde ligt. b. Het fundamentele vlak. Het fundamentele vlak is het vlak loodrecht op de schaduw-as en door het middelpunt van de aarde, als aangegeven in fig. 5» Alle berekeningen worden teruggebracht tot dit vlak, vandaar ook de naam. Zijn positie in de ruimte is natuurlijk veranderlijk en wordt aangegeven door de richting van de z-as, welke gegeven wordt door de rechte klimming a en declinatie d van het snij punt vari de verbindingslijn tussen de middelpunten van maan en zon met de hemelbol. Er geldt dan de volgende betrekkingen: g.cosd.cosa=cos S .cos^ -b.cos S .cos<* , g.cosd.sina=cos & z.sina* ^-b.coso U .sin*(n ,z z m m g.sind =sin ö -b.sinS, met g=G/R, waarinzG de afstand tussen de centra van zon en maan is, R de afstand aarde - zon; beide in A.E. b=rm/rt=Sin^ / 3in^ m =8"8/R'sin^ ’'i ’ r-i is de afstand aarde-maan in A.E. ïïe kunnen dus uit de drie formules"van (o) de waarden van a, d en g berekenen. Heel belangrijk bij verdere berekeningen is de rechthoekige coördinaten van het middelpunt van de maan, welke in eenheden van de equatoriale aardstraal gegeven' worden door: x = (cos£ .„.sin(<* ,.-a) )/sin y = (sin^ ' .cosd-c'ósi r .sind.cos(^ -a))/sin'"' (9 ) z = (sinf " -J. ‘ ^a-a) )/sin'"'m n ei.sind+cos£ i‘.cosd.coe( n r Nu zijn (x,y) juist de coördinaten van het snijpunt van de schaduw-as met het fundamentele vlak. Een logische stap verder is nu te berekenen
hoe groot de soorsnijding van de umbra en de'penumbra met dit vlak is. ze doorsnijding is natuurlijk een cirkel en de stralen noemen we resp. liidp"n\'v 1 behulp van fig. 6 kunnen we dan de volgende formules af1^-id^n. ik z&j. Gaar m e u al te diep op in gaan: l = c 1.tgf1 en 1 =c .tgf (10) L ° T : rr nf eT
nS hiermee is dat \
neSatief gekozen wordt bij een
en p o s i t i e f b iJ een
ei=a+k/sinf en c„=z-k/sinf Verder geldt nog sin f9=(E.sir oftewel sinf9=fsin s -~k. sin-77 sinf~=(sin s + k.ein^ Waarin s en -rr resp. de schijnbare diameter (15* 59V63) en de horizontale equatoriale parallax (8','8) van de zon zijn op 1 A.E.. Tot slot nog iets over do rechthoekige coördinaten van de waarnemer welke eenvoudig zijn te S V E . ? ' f 0^ 13 i S d° b re e d t e «S t e h e d ™ ïfr, L P1Jatfel;LJke Sterrentijd van de waarnemer (=T) zodat in een heden van de equatoriale aardstraal geldt: x' = cos V.sin(T-a) y' = sinlp .cosd-cos ^ .sind.cos(T-a) (-j-O z' = sin (? .sind+cos lp .cosd.cos(T-aJ Vergelijk met formule (9 ), Het effect t.g.v. He afplatting van de aarde is Ï S
£el e?'vHet 13 d'llae:li» dat ^ voorafgaande al in »lï I T ™ « P berekend kan worden, „aar ik echter niet verder op xn «dl gaan, op é é n eenvoudig voorbeeld na, nl. de grootte van de eclips. C. De grootte van de eclips. Hiertoe bekijken we weer fig. 2, waarbij nu PP' in het. vlak ligt door de waarnemer en evenwijdig aan het fundamentele vlak. In deze situatie gëïlt, L
J ï t l ' . Z f
V£m
.
en ’I1 d±e Y aU -de Penumbra is op bedoelde ylic:
L2 = ^ 2 ~ Z ' ' t s £ 2 ' Met het oog op gelijkvormigheid geldt voor een waarnemer die een partiële PB/S?
5 dat de gr0°tte ^geven wordt door, M1=S?
S
= dus:
18 o S ) on 0 A ' ^ <»-««• Strikt genomen geldt dit alleen als C tussen 0 en F ligt maar omdat in het anaere geval Lg negatief is geldt ook dan formule.??5a)?
^ e n ° ? a Ev“ geL°°r-ee“ ringVOrnlgG °f totele * « = « « *e grootte (*,) geM . / S S ' = (S .D-S.B .)/SS. . (BW,J/tA' = V A / ™ M2 = (1^-LgJ/C^+I ) (i5b)
due:
1
forLle iPn S^°ntaa? ! dG afleidinS weliswaar, maar toch blijkt , t \ 1 '/''' “,?r £GldlS omdat dan negatief wordt. Verder blink hieruit ë r 0 t t ° ln dit onafhankeli jk van de waarnemer U , Z o * 1 7 zonder deze berekeningen al evident is. • Tot slot nog enkele gegevens ais voer voor rekenaars: reocentrigche conjunctie in rechte klimming: 10 33 21?34 E T =
“ “ ‘/ - ■ W i s ’
9f518/H’ 'C
46!40/h A M
t
. 6150','36/h
L A N D E L I J K E
B I J E E N K O M S T
Deze zal worden gehouden op zaterdag 3 april 1976 in het gebouw "De Lantaern", Utrechtsestraatweg 4, Jutphaas-Nieuwegein van 10.30 - 17*00 uur. Het programma ziet er voorlopig als volgt uit: 10.30 Algemene ledenvergadering JY/G 11.15 Enkele korte voordrachtles 12.00 - 14.00 uur Lunchpauze. Zij die. aan de gezamenlijke lunch willen deelnemen worden verzocht zo spoedig nogelijk ƒ 4.50 over te maken op postrekening 2 53 98 57 t.n.v. penn. J’ <7G, i’runuslaan 13? Pijnacker. 1'UOO Voordracht drs. Chriet Titulacr over de landing van de Viking op Mars en de mogelijkheid van leven op deze planeet. 15*00 Korte pauze 15*30 Voordracht van Dany Cardoen.over de bouw van een protuberansen kijker. Natuurlijk is er weer een ten toonste11ing. Ditmaal over de planeet Mars.Deze expositie zal laten zien: de geschiedenis en waarnemingen van Mars van verleden tot heden. Aan de hand van schaalmodellen van het oppervlak van Mars en zijn manen, de Vikinglander, enz. Verder waarnemingen zoals tekeningen, kaarten en foto's, vanaf de eerste schetsen van Huygens tot de opnamen van Mariner 9, maar ook waarnemingen gedaan door amateurs. D§ze expositie wordt voorbereid en verzorgd door leden van de afd. Utrecht. De tentoonstelling'is geopend: van 12.50 t.m.. 14.00 uur . van 16.30 t.m. 17*30 uur "De Lantaern" is vanaf Utrecht CS met de bus naar Jutphaas te bereiken; vooral vragen aan bestuurder of de bus door de oude kern van Jutphaas gaat. Uitstappen halte Gemeentehuis Jutphaas. Vandaar 50 meter teruglopen naar de Lantaern dat aan dezelfde weg ligt. Natuurlijk zal er ook weer een verkoopstand aanwezig zijn.
■ ALGEMENE LDENVERGADERING 1976 Evenals in voorgaande jaren houdt do JV/G haar algemene ledenvergadering weer-in het gebouw "Be Lantaern", Utrechtsestraatweg 4 te JutphaasNieüwegein. De agenda voor deze vergadering, welke op 3 april 1976 te 10.30 aanvangt is als volgt: 1 Opening 2 Notulen van de vorige jaarvergadering 3 Ingekomen stukken 4 Jaarverslag 1975 5 Financieel verslag 1 9 7 5 6 Verslag van de leaseomissie over 1975 7 Bestuursmutaties en periodiek aftreden: Aan de beurt van aftreden zijn Eert van Sprang en Theo de Klerk. Beiden stellen zich her kiesbaar. Jaap Oudman (hoofdredacteur UniVersum) en Hans Grond zijn door het bestuur in het bestuur opgenomen. De vergadering moet hieraan haar goedkeuring geven. 8 Goedkeuring huishoudelijk reglement (reeds goedgekeurd d«or de kóntaktraad). 9 Rondvraag 10 Sluiting » Voor zover niet in dit nummer vermeld kunnen de agendastukken bij het bureau worden aangevraagd. Jaarverslag Jongerenwerkgroep 1975
Theo de Klerk (secr.)
Aan het eind van 1975 blijkt de JY/G zijn 9e levensjaar er al weer op te hebben zitten. Een terugblik op dit jaar: Een van de belangrijkste aktiviteiten was wel de kijkerbouwkursus. Reeds enkele jaren zijn door het bestuur initiatieven ontwikkeld om tot een ontwerp van een eenvoudig te bouwen, doch goede en stevig opgestelde kijker te komen. In het voorjaar van 1975 is Charles Füss uit Rotterdam erin geslaagd een dergelijke kijker te ontwerpen. Met zijn medewerking is hierop in Den Haag gestart met een kursus kijkerbouw voor jongeren. Mede door het succes van deze kursus is hier een landelijke aktie op gevolgd. Het resultaat is dat in 1975 in zo'n 25 weekends in een aantal plaatsen (waaronder Den Haag, Amstelveen, Rheden, Rozenburg, Leiden, Best, Zwijndrecht, Bilthoven, Eindhoven, Utrecht, Assen, Denekamp, Maassluis, Hilver sum en Enkhuizen) onder leiding van Bert van Sprang zo'n 55 kijkers zijn gebouwd. De jongste deelnemer aan deze kursus v/as 8 jaar, de oudste 13. De kursus kostte ƒ 150.— (materiaalkosten). De lensdiamter van de kijker bedraagt 60 mm, de brandpuntsafstand 1000 mm. In het kader van doze kursus is door Bert van Sprang en Charles Füss een brochure verschenen onder de titel "Het zelf bouwen van een eenvoudige sterrenkijker", met Vele tekeningen eh een bespreking die van schroef tot schroef de opbouw volgt in plaats van een ruwe beschrijving. Daarnaast verscheen nok de uiteindelijk definitieve uitgave van de brochure "Sterrenkunde voor Jongeren" door Bert van Sprang. Bedoeling was het gat op te vullen voor de jongeren die het superpopulaire boekje-te boven zijn, maar het ingewikkelde inleidende werk voor ouderen nog niet begrijpen, blijkens reacties van de leden lijkt hij daarin geslaagd te zijn. Bij de leden blijkt steeds meer belangstelling te bestaan voor het lenen van dia's. Werden er in 1973 en 1974 resp. 916 en 1401 dia+s aangevraagd, in 1975 steeg dit aantal tot liefst 3048. Door deze sterk gestegen belang stelling werd het ook noodzakelijk over meer dia's te kunnen beschikken. Hierin is het bestuur eveneens geslaagd. Eind 1975 verscheen brochure 37 Oog voor het heelal - deel II" welke een aanvulling geeft op de in voor raad zijnde sterrenkundige dia's. Overigens zijn alle dia's geen eigendom
van de JY/G, maar in bruikleen afgestaan door een van de bestuursleden. Voor de neer v/is- en natuurkundig gelntei-esseerden schreef Govert Schilling de 34ste brochure uit de reeks van eigen publicaties van de JY/G. Ditnaal was het onderwerp de naansverduistcringen en berekeningen aan zo’n ver duistering uit te voeren. Het aantal theoretisch geïnteresseerden binnen de JY/G blijkt echter beperkt. Het 7de internationale jongérenkanp werd ditnaal weer in Havelte gehouden in de Volkshogeschool. 54 deelnemers vormden de internationale ingrediënten van dit kamp, o.n. uit dc USA, Canada, Polen, Zweden, Brittanië, Dene marken, Israël, Zwitserland, Italië, Duitsland en Nederland. De deelnemers konden uit 5 werkgroepen kiezen op astronomisch terrein, terwijl de Volkshogeschool hot vrijetijdsprogramma wist te vullen. Helaas werkte het weer overdag niet erg mee, omdat 35 te v/arm is om erg aktief te zijn. De avonden waren zondermeer de beste uit de 7-jarige geschiedenis van het kamp: velen waren bijzonder helder. Meer over dit kamp in UV 75-4. Als waarnemingsaktie gold de Eros-aktie van Y/im Gielingh als één der grootste. 0ndank3 het vele slechte waarnemingsv/eer is zij toch geslaagd. De resultaten leidden o.n. tot een nauwkeuriger bepaling van de rotatieperiode van deze planetoïde. Een technischer verslag is te vinden in Zenit 75-11'pag. 384. Ron Huisman, eveneens uit de afdeling Utrecht, tracht nu aan de hand van waarncningen aan Jupiter-naantjes een schatting van de lichtsnelheid te maken. Tevens wil hij het omgekeerde proberen. Hoewel de nauwkeurigheden hierin niet bepaald groot zijn, is het toch een aardige peiling om te zien hoever een amateur kan komen. De ledenvergadering van 22 maart was goed bezocht, en werd gevolgd door een succesvolle middag, die ook al door de afdeling Utrecht was georgani seerd. Zeker 140 leden v/aren hierbij aanwezig, en zeker niet alleen uit de omgeving van Utrecht! Op het programma stonden o.a. een fabuleuze diavertoning van Danny Cardoen, die een aantal 6 x 6 cm dia's liet zien, die hij- door zijn eigenhandig gebouwde telescoop had genomen. Dit toont het summum van waartoe een anateur-astronoon op fotografisch gebied in staat kan zijn. Een applaus was direct ook de uitnodiging voor een reprise op dit gebied bij de konende ledenvergadering/bijeenkomst. Verder had men een aantal uiteenzettingen geprogrammeerd van Saskia Dosman, Pierre van Baal en Jos de Bruijn waarbij deze enthousiaste mensen hun specifieke interes■segebied nader toelichtten. Het geheel werd besloten met een Skylab-film van de NASA. Tussendoor en tij'dens de grote lunch kon men de tentoonstelling bewonderen, waarbij de resultaten van de gehouden Jupiter aktie werden getoond evenals Skylab foto's. Hulde aan de afdeling Utrecht voor deze voortreffelijke organisatie. De gemiddelde leeftijd van de JY/G-er is sinds 1968 danig gedaald: via 17.5; 16.3; 16.1; 16.3; 16.4; 16.5; 16.4 naar 15.7 op 1 januari 1975. Deze verjonging zette zich door en aan het eind van 1975 was zij gedaald tot 15.0. Deze verjonging komt met name door een sterke toename van jongere leden terwijl die van de ouderen stagneert. De toename is ook met name te danken aan een propaganda voor de JY/G gemaakt in het Planetarium. Landelijk is een record van 250 bijeenkonsten gehouden. De coördinatie van het wel en wee van de afdelingen geschiedt ten dele tijdens de cp-bijeenkomsten. Deze cp-raad is ingesteld tijdens de afgelopen ledenvergadering, en blijkt vruchtbaar te kunnen werken. Het huishoudelijk reglement is - hierin ook na vele concept reglementen in een uiteindelijke gestalte ge goten, en moet op de komende vergadering worden goedgekeurd door de leden. In verschillende plaatsen met een groot aantal jongeren, is op initiatief van het bestuur een aantal aktiviteiten gestimuleerd of opgezet. Hieruit is de afdeling Vlaardingen o.l.v. Saskia Bosman voortgekomen.
Tezamen met de vele brochures die zijn gedrukt heeft UniVersum voor een papierstapel'gezorgd van 230 000 vel. De grootste problemen beginnen echter pas bij de sortering en bundeling hiervan^ Iets, waar met name de portier van het Planetarium, ‘de heer Verbeek, bijzonder veel werk in heeft geïnvesteerd, waarbij vanaf deze plaats nogmaals onze hartelijke dank. Daarnaast is het respectabele aantal van 5000 fotocópieen gemaakt. Een aantal JWG— leden sluimert nog tot grotere aktiviteit gebracht te kunnen worden. Een doel, waaraan we hopelijk het volgend jaar nog meer tegemoet kunnen komen. FINANCIEEL VERSLAG Inkomsten
begroot 1975
uitkomst 1975
Kontributies Kursusgelden kijkerbouw Rente Verkopen Kampgelden Steun de Koepel » é
ƒ
-ƒ
2 700.—
4 500.—
ƒ ƒ
6 000.—
ƒ 10 101.93
ƒ 10 101.93
550.— 600.— 4 500.— ƒ 13 267.84
ƒ 15 855.17
ƒ 29 417.84
ƒ ƒ
ƒ 14 %
ii
4
571.42 595.11
f
i 1 UI 1 1. I
550.— . 800.—
4 586.71
begroot 1976
Uitgaven
•
Bestuurskosten Porto/Universum - . Reiskosten Vergaderkosten Adm, de Koepel Kampen Int. kontakten Uitwisselingsprogramma Bijeenkomsten Afschr. schrijfmachines Kursus kijkerbouw. Diversen Verlies 1973/1974 Batig saldo 1975
ƒ f f f f f f
400.— 4 500.— 300.— 600.— 1 000.— 1 485.— 400.—
f f
5 000.— 162.84
f f
250.— ' 54.09 •
f
14 151.93
ƒ ƒ
f f f f f f f
562.11 5 362.72 286.75 763-20 1 (K )0 ---1 2-34.14 360.20 295.— 4 859-41 162.84
f
672.—
f
296.80
f
15 855.17
ƒ ƒ ƒ
1.) specificatie post diversen: Kontr. en abonn. prijzen UniVersum Res. schrijfmachine met Gr. letters
f f
'f f f f f
450.— 5 100.— 325.— 660.— 1 000.— 6 7 2 0 .— 400.— 250.— 5 500.— 162.84 8 600.— 250.—
f
29 417.84
ƒ ƒ ƒ ƒ ƒ ƒ ƒ
1)
ƒ 54-50 ƒ 117.50 ƒ 500.— ƒ 672.—
Bericht kampgroep Enkele dagen na verschijning van het vorige nummer van UniVersum waarin het JWG-kamp 1976 in Ootmarsum was aangekondigd, v/as het kamp reeds hele maal volgeboekt. Le kampgroep betreurt het dat veel aanmeldingen nièt geho noreerd kunnen worden en onderzoekt de mogelijkheid om met ingang van 1977 twee kampen te organiseren. de kampgroep
UVO - 1
te koop aangeboden: jaargang 70 Hemel & Dampkring (1972); jaargang 71 Hemel & Dampkring (1973) waarvan ontbreken de nummers 2 en 11/12. Jaargang 1 Zenit (1974)- Prijs ƒ 25__ _ te koop aangeboden:•dc boeken: Rusland in de ruimte (7.— ); Eerste maandag (3 .— ); Sprong zonder einde (6 .— ); Geland op de maan ( 8 -- ); Operatie maan (12.— ); Geschiedenis der ster renkunde (6 ,— ); geschiedenis van de raket en ruimtevaart ( 6 .— ). Minstens 2 boeken per bestelling. M.A. SMIT, van Gochstraat 1b, 1 s-Gravezande, tel. 01748-2289.
UVO - 2
te koop aangeboden: Polarex 50 mm refr., f = 900 mm, f*'cusseerinrichting met fi jnbev/eging, compleet met 15 mm oculair. Eventueel als volgkijker te gebruiken (bevestiging en schroe ven aanwezig). N.B. geen statief. Te bevragen bij: André Roeleven, Kiesheidstraat 4 , Rotterdam-22, tel. 010-291842.
UVO — 3
Te koop gevraagd: Volgmotor voor 10 cm Polarex-refractor met bevestigingsbeugels. J.A.v.d.Maarel, Pachtersdreef 126, Den Haag, tel. 070-673545.
UVO - 4
Gevraagd: een zoeker voor mijn Apollo-kijker. ïïie kan mij hieraan helpen? Jan ter Horst, Mariënpoort 2, Bolsward.
UVO - 5
Te koop aangeboden: 110 mm Uewton, f = 900 mm «p parallactische Elori-II montering met zoeker 4 x 20 mm, grote vangspiegel, oculairen 5, 12-g-, 25 mm en maanfilter 6%. W. van der Velde, Hoofdstraat 6, Roderv/olde, tel. 05908-32298.
9
•
VERSLAG VAN BOOTIDENKAMP
Loo Maaswinkel
De afdeling Nijmegen van de JWG had voor 1-1-1976 t.m. 4-1-1976 een Boötidenwaarnemingslcamp gepland. Op 31 december hadden we de caravan op onze vaste waarnemingsplaats (een stuk land in do buurt van Leuth - Ooypolder) geplaatst. Op 1 januari (donderdag) «m 14*30 uur 's middags arriveerden 'wij (6 mensen) met twee tenten en bagage. In allerijl zetten v/ij dc tenten op omdat het v/eer slecht begon te worden. Tot onze grote verrassing namen wij nog enkele bijzonnen waar. Toen het donker werd gingen wij in de caravan zitten. Om 23.00 uur v/as het weer erg slecht: storm met windkracht 8-10. We zetten de wekker op 3 uur in de hoop dat v/o dan nog konden waarnemen.Nadat v/e na veel moeite in on3 0 slaapzakken lagen, bemerkte we-dat de tenten lekten. Zo vlug mogelijk brachten we alles naar de caravan. Tot onze ontzetting begon het steeds harder te v/aaien zodat de voortent van-de caravan afgebroken moest worden. Om 4 uur gingen v/e slapen (nog steeds storm). Vrijdagmiddag sleepten we de caravan naar een betere plaats en verankerden dit.Jceer de tenten in de grond. De tweede stormnacht begon met onheilspellende weerberichten (wind kracht 12), Het waaide.zo hard dat we om het half uur de tenten moesten kontroleren. Om half twee sloeg het noodlot toe: de voortent begon te steigeren en scheurde. In allerijl werden de twee kleine tenten afgebroken en alles in de caravan geperst. We gingen naar een boer om te vragen of we daar mochten slapen. De boer (waarschijnlijk wegens het stormlav/aai) reageerde niet op onö bellen, dus gingen we maar naar een loods op balen stro slapen. Ha twee uur gingen we daar wegens de grote kou weer v/eg. Terug bij de caravan probeerden v/e onder zeer onprettige omstandigheden wat te slapen. Toen het licht werd besloten we het kamp maar voortijdig af te breken. On half vier v/aren de laatste mensen vertrokken. Toen we hoorden dat een heel caravanpark in de buurt in puin v/as gewaaid, bliezen we v/el even stoom af. Afgezien van alle stormschade en de waarnemingsloze nachten v/as het kamp toch een succes. noot redactie: Wie schrijft eens een verslag van een volkomen geslaagde meteorencampagne.........
1» de periode van 15 'juli t.m. 4' aug. 1976 zal het 8 e 'int. astr. Jongeren kamp worden georganiseerd, ditmaal in Israël. De organisatie is in handen van de I.A.Y.C. in na"Uwe samenwerking met de Universiteit van Tel-Aviv en Duitse, Nederlandse en Canadese studenten sterrenkunde. Het kamp zal plaatsvinden in Beit-Berl, een studie- onderzoek'en opleidings centrum van de Universiteit van Tel-Aviv of in Sdeh-Boker, vlakbij het Wise Astr. Observatory in midden Israël. Beide plaatsen bezitten een uitstekende accomodatie alsmede voor Europese maatstaven uitnemende waarnemingscondities: coxx. al omdat r±ier de zuidelijke sterrenhemel waarneembaar is. Verondersteld wordt dat de deelnemers de beginselen van de sterrenkunde cnder de knie hebben en zich zonder moeite in redelijk engels kunnen uitdrukken. Doel van net kamp is de mogelijkheid te scheppen onder leiding van experts op hun gebied, waarnemingen te doen, en deze te evalueren. Daartoe worden de volgende werkgroepen geboden: galactische structuur, bedekkingeveranderlijke, metepr.en, een algemene groep en een werkgroep satellieten. Elk van de groepen heef.t z'n eigen ruimte. Een tweede doel van het kamp is vele nationaliteiten bijeen te brengén, en contacten tussen amateur-astronomen uit verschillende landen tot stand te orengen en zo mogelijk na het kamp te handhaven. Hiertoe wordt een nietastronomisch programma aangeboden. Buiten de programma's zijn ook voldoende mogelijkheden voor vrije tijdsbe steding aanwezig: een zwembad en sportfaliciteiten staan ter beschikking alsmede 3 vrije dagen om zelf door Israël 'te zwerven, als men dat wil. ’ De capaciteit van het kamp bedraagt ca. 50 deelnemers, zodat bij overver tegenwoordiging van een bepaald land, een aantal aanvragers zal moeten worden teleurgesteld. Om voor deelname in aanmerking te komen moet men voldoen aan ae v.olgende eisen: 1 . Tussen de 16 en 22 jaar oud zijn; 2. Zonder al te veel moeite zich in het engels verstaanbaar kunnen maken omdat dit de officiële voer,taal is van het kamp. Geïnteresseerden wordt aangeraden zo snel mogelijk te schrijven aan: International Astronomical Youth Camp 1976 (iAYC 1976), c/ó'E.J. Nathaniel, ocnqol of Education, Tel-Aviv University, Remat-Aviv, Israël. Deze zal dan verdere informatie en aanmeldingsformulieren toezenden. Dergelijke aanmel dingsformulieren moeten, logischerwijze in het engels worden geschreven. Rest nog de pri^s van het kamp, exclusief de vliegreis naar Israël, ca ƒ 250.-. Theo de Klerk Komeet V/est (1975 n) De 14de ontdekte komeet in 1975 staat op naam van Richard M. West, die het object vond op een 60 min. belichte plaat met de één meter Schmidt telescoop van-de sterrenwacht, te La Silla (Chili). Onderstaande baanelementen en efe meriden zijn ontleend.aan I.A. U.-circulaire no. 2871. Ze geven aan dat de icomeet m het midden van maart goed te zien moet zijn m.b.v. een veldkijker of telescoop met lage vergroting. Misschien zelfs met het blote oog. Observeer de komeet js. ochtends rond half vijf of half zes'in het O.Z.O. als het zich langzaam yan legasus naar het kleine sterrenbeeldje Sagitta beweegt. Tussen ca. ; en 15 april bevindt komeet West zich tussen de helderste sterren van het typische sterrenbeeld Dolfijn als een vaag "vlekje" van magnitude 7 a 8 . A 1976 U.1V R.K. 1950 Deel. 1950 r elong, magn.03 mrt 22h04,“o + 04°09' 0.810 0.318 17° 1.6 03 mrt 21 3 6 . 3 . + 07 39 13 mrt 21 t9»4 + 09 3 7 0.941 0.587 35 4.6 18 mrt 21 08 . 4 •+ 1 0 56 23 mrt 21 00.4 +11 59 1.056 0.833 48 6.3 02 apr 20 48.1 +1 3 ^ 4 2
1 2 apr 2 2 apr
02 mei
20 36.4 2 p 22.8 20 06.1
+ + +
15 11 16 29 17 30
1.191
1.262
7.0
8.4
1,251
1.638
. 92
9.6
Ondergetekende zou het zeer op prijs stellen ervaringen in briefvorm te ont vangen van mensen die de komeet gezien, getekend en/of gefotografeerd hebben. Stuur die dan op naar: „ ^ Gert ïïilkens Meerweg 98 Haren 8100 I n h o u d Belangrijke adressen Hemelverschijnselen - Jean Meeus Geschiedenis der sterrenkunde - Harry Crapels Zonnevlekken in augustus 1975 - Eugenio van Mierlo Verkopen Jongerenwerkgroep Met de kijker op jacht - Saskia Bosman Cluster Berichten uit de afdelingen - Y/illem Dekke'r Vragenrubriek voor jongeren - Bert van Sprang Zonsverduistering: 29 april 1976 - Pierre van Baal Landelijke bijeenkomst: 3 april 1976 Aigemene ledenvergadering 1976 Jaarverslag JY/G 1975 - Theo de Klerk Financieel verslag Bericht lcampgroep UVO Verslag van Boötidenkamp - Leo Maaswinkel 8 e Internationale Astronomische Jongerenkamp - Theo de Klerk Komeet Y/est - Gert Y/ilkens Inhoud
pag. Pag. pag. pag. pag. pag. Pag. Pag. pag. pag. Pag. pag. pag. pag. Pag. pag. pag. Pag. Pag. pag.
2
3 7 9 13 15 18 21 22
23 30 31 31 33 33 34 34 35 35 36
ZEISS-PLANETARIUM |:HAAGSCHE COURANT" DOOR BRAND VERWOEST Op donderdag 29 januari is het Zeiss-Planetarium Haagsche Courant volledig door brand verwoest. Op dit moment (3 februari) valt over een eventuele herbouw nog niets te zeggen. Gelukkig heeft de brand zich vrijwel beperkt tot de zaal en de hal van het Planetarium. Deze ruimten zijn volledig verwoest. Het projectie-instrument is onherstel baar beschadigd. Het kantoor van het Planetarium, waar ook het bureau van de JY/G gehuisvest is, is gespaard gebleven. Wel is voor honderden guldens schade aangericht aan verkopen van de JY/G welke in een stalen kast in de hal waren opgeslagen. Het Zeiss-Planetarium, in februari 1934 geopend door prins Hendrik, is diestijds opgericht op initiatief van de heer A.V/. Sijfhoff. Het .was een geschenk aan de bevolking van Den Haag ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Haagsche Courant. In de popularisering van de sterrenkunde heeft het Planetarium een zeer belangrijke rol gespeeld. Tot 1972 v/as het bureau van de NVY7S er gehuisvest. Vanaf 1968 tot heden heeft het Planetarium ook als bureau voor de Jongerenwerkgroep gefungeerd. Y/at de Jongerenwerkgroep in 9 jaar tijd is geworden, was zonder het Planetarium een volkomen onmogelijkheid geweest. In dit stadium valt over de gevolgen voor de JY/G nog weinig te zeggen. Y/ellicht zullen volgende nummers van Uni versum vertraagd verschijnen. Voorlopig kunnen we echter weinig doen dan afwachten.
J O N G B R E N W E R K G R O E P Nederlandse Vereniging voor Weeren Sterrenkunde Aanmeldingsformulier voor de algemene lrdenvergadering en landelijke bijeenkomst op 3 april 1976 in Jutphaas/Nieuwegein. Ondergetekende, NAAM: ADRES: WOONPLAATS: GEBOORTEDATUM: TELEFOON:
zal wel/niet 1^ aanwezig zijn op 3 april 1976 bij de algemene leden vergadering en de landelijke bijeenkomst van de Jongerenwerkgxoep. Nij neemt wel/niet ^ deel aan de gezamenlijke lunch. Indien wel deelge nomen v/ordt, wordt dringend verzocht de kosten hiervan, zijnde ƒ 4,50 zo spoedig mogelijk over te maken op postrekening 2 5 3 98 5 7 t.n.v. penningmeester Jongerenwerkgroep te Pijnacker. V/at onze jongere leden betreft is het natuurlijk mogelijk dat je ouders ook meekomen. Vermeld dat wel hoeveel personen komen!
Speciale wensen:
1 ) doorhalen wat niet van toepassing is.
s.v.p. vóór 2 0 maart a.s., maar liefst eerder sturen naar het bureau van de JWG, Primuslaan 13, Pijnacker 2224.
Heb je je kontributie over dit jaar al betaald? Zo niet, doe dit dan nu zo spoedig mogelijk ! !!!! !!! !! !!!!!!! !! !!
D R I E M A A N D E L 'J K S O R G A A N
VAN D E O O N G S R E N W E R K C Ö O E ’P N . V . W .6
OONt 1976
uitgave in samenwerking met het Zeiss-Planetarium Haagsehe Courant Bestuur JWG Willem Dekker, Meanderhof 201, Middelburg Wim Gielingh, Burg. Egginkstraat 42, Maarssen Hans Grond, Leeuwendaallaan 62, Rijswijk Theo de Klerk, Pastoor Jansenstraat 18, Weesp Ellen Mook, van Uvenweg 239, Hoevestein 1A, Wageningen Bert van Sprang, Prunuslaan 13, Pijnacker. Redactie-adres: voorlopig: Hans Grond, Leeuwendaallaan 62, Rijswijk ZH Vaste medewerkers: Saskia 3osman, Harry Crapels, Jan Moerman, Hans Potters en Ron van 't Veer. Het volgende nummers verschijnt omstreeks 1 september. Kopij moet binnen zijn vódr 1 juli- Kopij van de vaste rubrieken inleveren liefst vóór 15 juni. Verslagen van afdelingsaktiviteiten moeten worden gestuurd naar de voor zitter van de kontaktraad, Willem Dekker, Meanderhof 201, Middelburg. Abonnementsprijs: gratis voor leden; niet-leden ƒ 3,95 per nummer. Oplage 1250 ex. Bureau JWG: Prunuslaan 13, Pijnacker 2224 (tel. 01736-2347 - alleen voor dringende gevallen!!. Giro: 2 53 98 57 t.n.v. penningmeester Jongerenwerkgroep NVWS, Prunuslaan 13, Pijnacker 2224. Secr. Kampgroep: Ingrid Hendriks, Weezenhof 44-55, Nijmegen (080-443779). Kontaktpersonen: Amsterdam: Pi-eek Jan Klingeman, Lijsterbeslaan 5, Amstelveen Arnhem: Roland Mees, W. Barendtszstraat 55, Rheden Breda: Hennie Pouwels, Brechtlenstede 12, Tetcringen Den Haag: Ton Berendes, Oranje Nassaustraat 22, 's-Gravezande Eindhoven: Johan Kant, Hortensialaan 60, Helmond Eriesland: Peter Veenstra, Irenestraat 56, Buitenpost 't Gooi: Charles Versnick, Rode Kruislaan 905, Diemen Groningen: Ronald Mulder, Rijksstraatweg 381, Haren Nijmegen: Peter v.d. Heide, Gelderhorstlaan 7, Beek (bij Nijmegen) Rotterdam: Rik Grandia, Beukelsweg 15a, Rotterdam Twente: Paul Assen, Deppenbroekstraat 72, Enschede Utrecht: Rob van Dorland, Prof. R. Boslaan 125, Utrecht Tilburg: Peter van Ierse!, van Goorstraat 50, Tilburg Vlaardingen: Saskia Bosman, Malusdreef 27, Vlaardingen Zaanstreek: Ron van 't Veer: Mooriaanstraat 29, Wormer Zeeland: Geert Jan Roebers, van Kleffenslaan 82, Middelburg Zoetermeer: ouderen: vacant jongeren: Pieter Tuinstra, Sophiaplaats 2, Zoetermeer Zuid-Limburg: vacant Zuid-Drenthe: Ellen Papenburg, Postbus 135, Hoogeveen
In dit nummer - als v/e daarvoor tijd hebben - een lijst van leden dis over 1976 nog geen kontributie hebben betaald. Wij verzoeken je deze nu binnen enkele dagen over te ma,ken op postrekening 2 53 98 57 t.n.v. oenn. Jongerenwerkgroep NVWS, Prunuslaan 13- Pijnacker. Wij rekenen op je medewerking.
MOEILIJKS WOORDEN IN SE STERRENKUNDE
Hans Grond Bert van Sprang
In dit artikel, dat buiten de verantwoordelijkheid van de redactie valt, hebben we een keuze gemaakt uit de veelvoud van sterrenkundige woorden en begrippen. Een aantal belangrijke woorden ontbreekt, aangezien we hiervoor voor jongeren geen duidelijke omschrijving hebben kunnen vinden. Opmerkingen, verbeteringen en aanvullingen zijn van harte welkom. Zij zullen worden ge bruikt bij het samenstellen van een definitieve brochure over dit onderwerp. Reacties graag naar Bert van Sprang, Prunuslaan 13, Pijnacker.
Aantrekkingskracht: De kracht die alles naar het middelpunt van een lichaam trekt. Dank zij deze kracht kunnen we op aarde lopen en komen we, alswe springen, weer op de grond terecht. Andere woorden voor aantrekkingskracht zijn zwaartekracht en gravitatiekracht. Achromatische lens: Lezenstelsel, waarbij het brandpunt voor alla kleuren licht ongeveer hetzelfde is. Dit heeft tot gevolg dat er praktisch geen kleurfouten optreden. Het stelsel bestaat uit een holle en een bolle lens van twee verschillende glassoorten die gewoonlijk met optische lijm aan elkaar gelijmd zijn. Afplatting: De afwijking van de bolvorm bij eeh hemellichaam. Dit is een gevolg van de draaiing van het hemellichaam rond zijn as. De af platting van de aarde bedraagt 1 / 2 9 8 . Dat betekent dus dat de polaire middellijn van de aarde 1/ 2 9 O kleiner is dan de equatoriale middellijn. De equatoriale middellijn bedraagt 12 757 km. Le polaire middellijn is dus 12 757 : 298 is bijna 4 3 km korter. De polaire middellijn is dus 12 757 - 43 = 12 7 1 4 km. Almanak: Een samenvatting van astronomische gegevens voor het lopende jaar. êngstrïmeenheid: Lengte-eenheid waarin de golflengte van het licht wordt uitgedrukt. 1 ftngströmeenheid ( 1 1 ) = 1 / 1 0 0 . 0 0 0 0 0 0 cm = 1 0 cm. De golflengte van rood licht is ca. 6 5 OO fi; die van violet licht ca. 4 0 0 0 . ft. --' Apex: Ten opzichte van nabij gelegen sterren beweegt het zonnestelsel zich met een snelheid van 2 0 km/sec, naar een punt ergens in het sterren beeld Hercules. Dit punt noemen we apex. Het tegenoverliggende punt heet Antapex. Aphelium: Grootste afstand van een hemellichaam in zijn baan rond de zon (ap^ betekent veraf; helios betekent zon). Apogeum: Grootste afstand van do maan tot de aardeof van een kunstmaan tot de aarde (apo betekent veraf; geo betekent aarde). Asgrauwe licht: Wanneer we, enkele dagen vóór of na Nieuwe Maan, naar de maansikkel kijken, zien we behalve de hel verlichte sikkel van de maan, vaak ook het overige deel flauw verlicht. Dit noemen v/e het asgrauwe licht. Het wordt veroorzaakt door licht dat van de aarde naar de maan wordt gekaatst, en van de maan weer terug naar de aarde. Vanaf de maan gezien is de aarde bijna "vol". Bij Volle Maan wordt de aarde immers ook door het maanlicht (teruggekaatst zonlicht) verlicht. Astronomische Eenheid (A.E.): Lengemaat die gebruikt wordt voor afstanden binnen het zonnestelsel. Een Astronomische Eenheid komt overeen met de gemiddelde afstand aarde - zon (ongeveer 1 5 0 miljïen km). De afstand van de zon tot Neptunus bedraagt ongeveer 30 Astro nomische Eenheden. Dat wil dus zeggen dat Neptunus ongeveer 3 0 keer.zo ver van de zon staat dan de aarde. Astrofysica: Natuurkunde van de zon en andere sterren (astro betekent ster; fysica betekent natuurkunde). Aswenteling: De draaiing van een hemellichaam cm een denkbeeldige as. De punten v/aar het oppervlak door deze as wordt gesneden, noemt men de polen.
Atmosfeer: Gasvormig omhulsel dat zich soms om een hemellichaam bevindt. Een andere naam is dampkring. Bij de zon is er geen duidelijke grens tussen atmosfeer en lichaam zoals bij de planeten. Dit komt doordat de hele zon uit gassen bestaat en de verschillende delen geleidelijk in elkaar overgaan. Atoom: Kleine deeltjes, waaruit materie is opgebouwd. Er zijn iets meer dan-100 verschillende atomen bekend. Een hoeveelheid dezelfde atomen bij elkaar geeft een element. Er zijn dus ook iets meer dan 100 elementen bekend. Een hoeveelheid verschillende atomen geeft samen een verbinding. Bijvoorbeeld water, koolzuur, suiker. Nièt lucht, dat is weer een mengsel van verbindingen en elementen (namelijk zuurstof, stikstof, koolzuur en argon). Een atoom zelf bestaat uit een aantal nog kleinere deeltjes. Er is een kern, die weer is opgebouwd uit protonen en neutronen. Om die kern draaien nog veel kleinere deeltjes: elektronen. •Het verschil tussen de atomen zit hem alleen in het aantal protonen, neutronen en elektronen. Gewoonlijk zijn er evenveel elektronen als protonen. Zo heeft het atoom helium 2 protonen, 21 neutronen en 2 elektronen. Het atoom ijzer heeft 26 protonen, 30 neutronen en 26 elektronen. Soms kan het gebeuren, dat er bijvoorbeeld maar 25 elektronen om het atoom ijzer draaien: we noemen -het atoom dan een "ion" en we zeggen dat het atoom geïoniseerd is. De grootte van atomen ligt in de orde van 0,000 000 000 01 meter. . . ...Het gewicht van een atoom ligt tussen de 0,000 000 000 -000 000 000 000 1 en de 0,000 000 000 000 000 000 000 001 gram. Het atbom waterstof komt erg veel voor in de .sterrenkunde. Het is het kleinste en lichtste element. Atoomgetal: Geeft het aantal protonen in de kern van een atoom aan. Avond stejif: Andere naam voor Venus, wanneer de planeet zich vrij ver ten • -1 oosten van de zon bevindt. De planeet is dan 's' avonds na zons ondergang als een zeer héldere ster in het westen zichtbaar. Barlowlens: Een lenzencombinatie welke tussen oculair en kijker kan worden geplaatst waardoor de vergroting 2 a ; maal zo sterk wordt. Hier door wordt natuurlijk het beeld veel lichtzwakker. Benedenconjuncüie: Een binnenplaneet (Mercurius of Venus) bevindt zich bij een benedenconjunctie tussen de zon en d'e aarde. De planeet bereikt dus zijn kortste afstand tot de aarde. De planeet is echter niet waarneembaar omdat hij vanaf de aarde gezien schijn baar te dicht bij de zon staat. : Binnenplaneet: Planeet die binnen de aardbaan 'm de zon beweegt. Die dus dichter bij de zon staat dan de aarde. Binnenplaneten zijn Mer curius en Venus. Binoculair: Twee-oogige verrekijker (prismakijker). Bolide: Zeer heldere meteoor. in het algemeen helderder dan magnitude -5. Een andere benaming is vuurbol. Eolvormige sterrenhoop: Verza.meling van vele tienduizenden sterren die vanaf de aarde schijnbaar zo dicht bijeen staan dat we ze niet meer van elkaar kunnen scheiden. De dichtheid naar het centrum neemt zeer sterk toe. In werkelijkheid staan de sterren ook in z V n sterrenhoop lichtjaren van elkaar. De sterren in zo'n bblvormige sterrenhoop zijn ongeveer gelijktijdig ontstaan en behoren tot de oudste objecten in ons melkwegstelsel. Hun leeftijd wordt geschat op ongeveer 1 5 miljard jaar. , Boogminuut: l/60 deel(van een graad. Het teken voor boogminuut is . Dus 1 graad is 6 0 ), Boogseconde: l/60 deel van een boogminuut of het 1 / 3 6 OO deel van een graad. Het teken is ". Dus 1^graad = 60 = 3 6 0 0 ". Bovenconjunctie: Een binnenplaneet bevindt zich bij een bovenconjunctie
achter de zon. De zon staat dus tussen de planeet en de aarde. Bij een boven- en een benedenconjunctie is de planeet niet zichtbaar daar de planeet in dezelfde richting staat als de zon. Buitenplaneet: Planeet die buiten de aardbaan om de zon beweegt. Ze staan dus verder van de zon dan de aarde.-Buitenplaneten zijn: Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus, Neptunus en Pluto. Cepheïden: Veranderlijke sterren, genoemd naar de ster 5 (Delta)-Cepheï. De Amerikaanse sterrenkundige mej. Leavitt heeft ontdekt dat de periode van deze soort veranderlijke sterren verband houdt met de gemiddelde absolute magnitude van de ster. Hoe langer de periode, des te helderder de ster (Cepheïden-wet). Met behulp van een grafiek of e e n formule kan men de absolute magnitude van een cepheïde vinden als de periode bekend is. Uit de absolute en schijnbare magnitude is dan weer de afstand te berekenen. De C e p h e ï d e n bleken voor de astronomie buitengewoon belangrijk te zijn, omdat ze zelfs afstandsbepaling mogelijk maken van objecten ver buiten ons melkwegstelsel. Cepheïdenwet: \ïet die het verband aangeeft tussen de periode en de absolute helderheid van een bepaalde klasse van veranderlijke sterren, de Cepheïden. Dit verband wordt gebruikt bij de afstandsbepaling. Een andere, veel gebruikte naam voor Cepheïdenwet is periode-lichtkrachtwet. Chromatische aberatie: Beeldfouten in een kijker, veroorzaakt doordat de brandpunten van de verschillende kleuren licht, niet in één punt samenvallen. Hierdoor ontstaan kleurfouten en krijgt men geen goed scherp beeld. Zie ook achromatische lens. Chrosmosfeer: Dunne laag van de zon, vlak boven het oppervlak. Dus de laag tussen fotosfeer en corona. Circompolaire sterren: Sterren die altijd boven de horizon staan. Ze gaan dus nooit onder. Dat komt doordat ze dicht bij de hemelpool staan# Componenten: De afzonderlijke sterren van een dubbelster. De hoofdster (helderste) krijgt de letter A, de andere component(en) B en eventueel C, D, enz. - .... Conjunctie: Samenstandj de beide hemellichamen bereiken schijnbaar de kortste afstand tot elkaar. Contraheren: Samentrekken. In de sterrenkunde het samentrekken van gas wolken door de zwaartekracht van het gas zelf. Hierdoor ontstaan verdichtingen in de gaswolk die door verdere samentrekking steeds compakter worden. Hieruit ontstaan gasbollen, welke "proto-sterren" genoemd v/orden. Deze gasbollen stralen nog geen licht uit. Het zijn dus nog geen echte sterren. Door het nog verder samentrekken van de gasdeeltjes stijgt de temperatuur in het centrum van de proto-ster dusdanig, dat rp een gegeven moment in het centrum van de gasbol kernreacties op gaan treden en licht en warmte wordt uitgestraald. De proto-ster is een echte ster geworden. Convectie: Beweging van een vloeistof of gas veroorzaakt door een verschil in temperatuur. Corona: Het deel van de zonneatmosfeer dat ligt buiten de chromosfeer. Het is met het blote oog alleen zichtbaar tijdens een totale aonsverdui stering als een stralenkrans rond de zon. Coronograaf: Instrument om de corona van de zon cok buiten een totale zonsverduistering waar te nemen. Culminatiehoogte: De hoogte in graden die een hemellichaam heeft wanneer hij culmineert. Zie ook culmineren. Culmineren: Het bereiken van de grootste mogelijke hoogte bowen de horizon van een hemellichaam in graden, ten gevolge van de dagelijkse beweging van de aarde. Bij circompolaire sterren heet dit bovenste culminatie, terwijl het bereiken van de laagste hoogte boven de horizon onderste culminatie wordt genoemd. Bovenste culminatie
vindt altijd plaats precies in het zuiden, onderste culminatie altijd precies in het noorden. Dampkring: zie Atmosfeer. Dauwkap: Een om het objectiefeinde van een lenzenkijker bevestigde, naar voren Uitstekende koker..Deze voorkomt het beslaan van de lens. Diameter: Ander woord voor middellijn. Dichtheid: De massa van een lichaam, gedeeld door het volume. Gowoonlijk wordt water als eenheid gehanteerd. Dichtheid water is 1 gram/cm. Dat betekent dat 1 cnr water 1 gram weegt of 1 liter (= 1000 cm^j 1 0 0 0 gram of 1 kilogram. Dierenriem: Reeks van 12 sterrenbeelden waar doorheen de zon in de loop van het jaar lijkt te schuiven. Dit komt doordat de aarde om de zon beweegt. De sterrenbeelden van de dierenriem zijn: Ram, Stier, Tweelingen, Kreeft, Leeuw, Maagd, Weegschaal, Schorpioen, Schutter, Steenbok, Waterman on Vissen. Diffuse nevels: Onregelmatige wolken van gloeiend stof on gas die tot lichten worden gebracht door in de buurt staande helders en jonge sterren. Donkere wolken: Donkere stof- en gaswolken in de melkweg die het licht van de daar achter gelegen sterren absorberen (tegenhouden). Dopplerreffect: Wordt waargenomen als een trillingsbron nadert, of zich er van verwijdert. Als de trillingsbron nadert, nemen we per seconde meer trillingen waar dan per seconde v/orden uitgezonden. Zo horen v/e het fluitsignaal van een trein die ons nadert op een hogere toon dan wanne ex* die trein stil zou staan. Als de trein zich van ons verwijdert horen we een lagere toon. Bij het licht uit zich het naderen van een lichtbron in het verschuiven van de spectraal lijnen naar de violette kant, het.verwijderen van de lichtbron in een roodverschuiving. De relatieve snelheid van de lichtbron is uit de verschuiving van de spectraallijnen te berekenenDubbelsterren: Sterren, waar je met het blote oog niets bijzonders aan ziet, maar in een kijker zie je in plaats van één ster, twee sterren. Dubbelsterren worden onderscheiden in optische dubbelsterren en fysische dubbelsterren. Dwergster: Ster die veel kleiner is dan de zon. Eclips: Verduistering. Ecliptica: De schijnbare weg die de zon in de loop van een jaar aan de hemel beschrijft door de draaiing van de aarde om de zon. Een andere benaming is zonswe;;. De zonsweg loopt door de sterrenbeelden van ...... . de dierenriem, Efemeride: Een tabel van berekende posities aan de hemel van een of ander hemellichaam voor een reeks van toekomstige tijdstippen. De posities worden per jaar vooruit berekend en bijvoorbeeld voor de zon, de planeten en de maan opgegeven in de verschillende sterrenkundige almanakken. Eigenbeweging: De beweging van de sterren tan opzichte van de zon. Ondanks het feit dat de sterren ten opzichte van de zon snelheden hebban van vele kilometers per seconde, kunnen we zonder hulpmiddelen niets van deze beweging merken. Dat komt doordat de sterren zo ontzettend ver weg staan. De ster met verre\veg de grootste bekende eigenbeweging is de "Ster van Barnard". Deze ster verplaatst zich per jaar over aen afstand van 10,3 boogseconden. Dat betekent dat de ster in ongeveer 350 jaar zich één graad verplaatst. De meeste sterren hebben hier 1 0 0 0 0 0 jaar of langer voor nodig. Electron: zie Atoom. Element: zie Atoom. Ellips: Wiskundige figuur, die de vorm heeft van een afgeplatte cirkel. Je kimt zelf een ellips tekenen door een stukje touw te nemen, de uiteinden aan elkaar ta knopen en het geheel nu losjes om twee vastgoprikta punaises te leggen. Door nu met een potlood steeds
het draadje strak proberen te trekken en zo helemaal rond te gaan, ontstaat een ellips. Hoa verder je de punaises uit elkaar zet, hoe platter de ellips. Als de punaises heel dicht tij elkaar komen te staan, lijkt het bijna een cirkel. Haal je één punaise weg, dan is het een cirkel (een cirkel is niets anders dan een bijzondere ellips). Elongatie: Schijnbare afstand in graden (hoekifstand) van een planeet tot de zon, of van een maan tot aijn planeet. Emissienevel: Gasnevel in het melkwegstelsel dat zo dicht bij een of meerdere hete sterren staat dat het gas in de' novel zodanig wórdt verhit, dat het zelf licht gaat uitstralen. EquatorDenkbeald.ige lijn die de aarde .in-een noordelijk en een zuidelijke ■ helft verdeelt. Equatoriale middellijn; De lengte van de denkbeeldige lijn die van de ene kant van de equatrr (= evenaar) via het middelpunt van de aarde naar de andere kant van de equator gaat. Etmaal: De tijdsduur die de aarde nodig heeft om precies éénmaal rond zijn as te draaien. Gewoonlijk wordt dit "dag" genoemd. Evenaar: Andere naam voor equator. Extragalactische stelsels: Sterrenstelsels buiten ons eigen melkwegstelsel (extra betekent buiten; galaxis betekent melkweg). Slechts één sterrenstelsel kan als een wazig vlekje onder gunstige omstandig heden aan de noordelijke hemel met het blote oog worden waarge nomen: de Andromedanevel. Het is een melkwegstelsel zoals het onze, alleen wat groter. De afstand tot de Andromedanevel bedraagt 2 2 0 0 0 0 0 lichtjaar. Fotografische helderheid: Helderheid (if magnitude) gemeten met een foto grafische plaat die gevoeliger is voor blauw en violet licht dan .ons oog. Daardoor v/ijkt de fotografische helderheid in het alge meen af van dé visuele helderheid (de helderheid zoals we die met ons oog waarnemen). Fotosfeer: Het deel van de zonneatmosfeer dat wij kunnen "zien". Hier komt dus al het zichtbare licht vandaan. Fysica: Ander woord voor natuurkunde. Fusische dubbelsterren: Dubbelsterren die echt bij elkaar horen. Ze staan zo dicht bij elkaar dat ze elkaar aantrekken. Door deze aantrek kingskracht draaien beide sterren om elkaar heen. De tijd dieze nodig hebben om éénmaal cm elkaar te draaien hangt af van de afstand tussen beide sterren. Hre groter de afstand, hoe langer het duurt. In het zonnestelsel is het net zo. Mercurius draait veel sneller rond de zon dan de aarde, maar de aarde draait y/eer met een grotere snelheid rond dan de bui tenp1 ane ten. Galactisch: Behorend tot ons melkwegstelsel. Galactische navels: Plaatselijke verdichtingen van interstellaire materie in ons melkwegstelsel, bestaande uit stof en gas. De galactische nevels v/orden onderverdeeld in donkere nevels, reflectienevels en emissleneveIs. Een bekend voorbeeld van een emissienevél, met het blote oog als een wazig vlekje te zien, is de Orionnevel. Galileï: Galileo Galileï, geboren in 1564 en gestorven in 1 6 4 2 was een Italiaans natuurkundige en aanhanger van de leer van‘het helio centrisch wereldbeeld, waarin de planeten zich in banen om de zon bewegen. Galileï hoorde in 1609 van de uitvinding van de kijker. Hij bouwde er zelf een en ontdekte hiermee.de bergen.op het oppervlak van de maan, de schijngestalten van de planeet Venus en de vier helderste manen van Jupiter. De in Florence bewaarde kijkertjes van Galileï hebben lenzen van .4 en 4 , 4 cm middellijn met brandpuntsafstanden van 9 5 en 1 2 5 cm. Geocentrisch wereldbeeld: Wereldbeeld met de aarde (= geo) ih het centrum van het heelal. Vroeger dachten de mensen dat de zon, maan, planeten en sterren om de aarde heen draaiden..
Getijden: Op aarde de dagelijks tweemaal terugkerende hoog- (vloed) en laagwaterstanden (eb). Za worden veroorzaakt door de aantrek kingskrachten van zon en maan. Vroral door de maan die immers veel dichter bij de aarde staat dan de zon. Dubbelsterren ver oorzaken cp eikaars oppervlakken op dezelfde wijze getijden. Gewicht: zie Massa. Graad: 1 / 3 6 O deel van een cirkel. Het taken 0 geeft graad aan. Granulatie: Lichtere plekken op ean donkerder achtergrond van de fotosfeer van de zon. Het zijn delen die hoger van temperatuur zijn dan de rest van de oppervlakte. De afmetingen zijn gemiddeld 30G-1500 km. De granulatie is het gevolg van de kokende beweging van de bovenste 1 0 0 0 0 0 km dikke onstabiele laag van het zonnelichaam. Gravitatie: Zie Aantrekkingskracht. Grootte: zie Magnitude. Grootte van een verduistering: Het deel van de middellijn van de zonneschuif dat door de maan wordt bedekt (bij een zonsverduistering), of het deel van de middellijn van de maan dat in de aa.rdschaduw komt (bij een maansverduistering). De grootte wordt altijd ge geven in procenten. Grote getallen: Zie Wiskundige Notaties. h: Internationale aenduiding voor uur. Afkomstig van het latijnse woord Hora dat uur betekent. Hale-telescoop: Reflector of spiegelkijker met een spiegel van ruim 5 meter middellijn die geplaatst ia op-Palomar Mountain cp een hoogte van 1700 meter in de staat Californië in do Verenigde Staten van Amerika ten noorden van de stad San Diego. De Hale-telescoop was tot voor kort de grootste optische kijker ter wereld. In 1923 werd 6 miljoen Dollar bestemd voor deza kijker, De constructie werdevergedragen aan het California Ijistitue of Technology. Op 3 oktober 1947 was de spiegel klaar (gedurende 11,5 jaar was ar meer dan 4 ton glas afgeslepen) on in december van dat jaar werd de eerste blik door de kijker op de hemel gericht. Het instrument werd genoemd naar de astronoom George ülllery Hale. De koepel heeft een hoogte van 41 meter en een middellijn van 42 meter. De telescoop weegt 530 ton. Het gewicht van de spiegel bedraagt 1 4 , 5 ton. Heliocentrisch wereldbeeld: Wereldbseld zoals wij dat momenteel kennen. Dus met de zon (= helios) m het centrum van het zonnestelsel en de aarde en de overige planeten die om de zon bewegen. De aarde neemt in dit wereldbeeld dus een zeer ondergeschikte plaats in. Heliofysica: Natuurkunde van de zon (helos betekent zon; fysica betekent natuurkunde). Hemelequator: Denkbeeldige lijn die de hemelbol in een noordelijke en een zuidelijke helft verdeelt. Hemelevenaar: Ander woord voor hemelequator. Hemelpool: Het punt aan de hemel dat zich precies boven de noordpool van de aarde bevindt. De as van de aarde v/ijst dus naar de hemel pool. Vlakbij de hemelpool staat de Poolster. Herfstpunt: Plaats waar de zon staat bij het begin van de herfst. Herfstvierkant: Het sterrenbeeld Pegasus. Het vierkant van dit sterrenbeeld staat in de herfst 's avonds hoog in het zuiden. Hoekafstand: Zie Elongatie. Inch: Lengtemaat, precies gelijk aan 2,512 cm. De middellijn van een ob.jactief wordt vaak in inches aangegeven. De kijker op de Mount Palomar heeft een objectiefmiddellijn van 200 inch. Dat is dus 200 x 2,512 is 502.4 cm of ruim 5 meter. Infrarood: Vcor hot oog onzichtbare straling van langere golflengte dan het rood (warmtestraling). Intergalactisch: Tussen de melkwegstelsels gelegen (inter betekent tussen; galaxis = melkwegstelsel)o
Intergalactische materie: Bevindt zich in de ruimte tussen de extra-galac tische stelsels. Op foto's is deze soms zichtbaar als..vage lichtendi slierten die deze stelsels verbinden. Interplanetaire ruimte: De ruimte tussen de planeten. Interstellaire ruimte: De ruimte tussen de sterren. Ion: Zie Atoom. Ioniseren: Zie Atcom. Ionosfeer: Deel van de aardse atmosfeer op een hoogte van ongeveer 100 tot 4 0 0 km, waarin zich vrij elektrisch geladen deeltjes bevinden. Jaar: De tijd die de aarde nodig heeft om éénmaal haar baan om de zon af te leggen. Men onderscheidt: a) het siderische jaar: de tijd die begrepen is tussen twee op eenvolgende eon.juncties van de aardemet eenzelfde ster, voor een in het middelpunt van de zon geplaatste waarnemer; lengte 3 6 5 , 2 5 3 6 zonnedagen of 3 6 5 dagen 6 uur 9 minuten en 9 seconden. b) het tropische jaar; de tijd die verloopt tussen twee opeenvol gende doorgangen van de zon door het lentepunt. Dit jaar is korter dan het eerstgenoemde doordat in verband met de precessiebaweging het lentepunt zich aan de hemel verplaatst in tegongestelde richting als de zonsbeweging. De gemiddelde duur is 3 6 5 , 2 4 2 2 0 dagen of 3 6 5 dagen 5 uur 4 8 minuten en 4 6 seconden. e) het- anomalistische jaar: de tijd begrepen tussen twee opeen volgende periheliumdoorgangen van de aarde. Gemiddelde lengte 3 6 5 , 2 5 9 6 4 dagen of 3 6 5 d^gen 6 uur 1 3 minuten en 5 3 seconden. Doordat het perihelium zich in langzaam verplaatst in dezelfde richting als de aarde in haar baan, is het anomalistische jaar ongeveer 5 minuten langer dan het siderische jaar. Juliaanse Dag: Dagnummering die onafhankelijk is van maanden en jaren. Volgens afspraak begint de Juliaanse Dag om 12 uur Wereldtijd, du3 's middags. Men gebruikt de Juliaanse Dag bijvoorbeeld 0 bij opgaven van de helderheid van veranderlijke sterren. Voorbeeld: Op 28 maart 1976 te 12.00 uur Wereldtijd is de Juliaanse Dag 2 442 866,0. Op 29 maart 1976 te 12.00 uur Wereldtijd is de Juliaanse Dag 2 4 4 2 867,0. Jupiterfamilie : zie ICometenfamilie. Kalenderjaar: Het jaar dat wij normaal gebruiken en dat verdeelt is in 12 maanden. Het kalenderjaar wijkt per jaar ongeveer 6 uur af met het tropische .jaar. Dit is de reden waarom we bij ons kalenderjaar de schrikkeldag hebben ingevoerd: iedere 4 jaar komt er één dag bij (29 februari). Kern: Het binnenste van een voorwerp, b.v. kern van de aarde. Voor de kern van een atoom: zie Atoom. Kiloparsec: 1 000 parsec. Kilo = duizend. Komeet: Hemellichaam bestaande uit een kop en vaak een staart. De kop bestaat weer uit een dichte kern en een omhulsel dat coma genoemd wordt. In de kern van een kometenkop bevindt zich gruis en be vroren gassen. Het gruis zit door die bevroren gassen aan el kaar gekit. Als de komeet in de buurt van.de zon komt, smelten de bevroren gassen door de zonnewarmte en het gruis raakt los. Door de zonnewind (de zon zendt nièt alleen licht en v/armte uit, maar ook deeltjes, welke de zonnewind genoemd wordt) blijven deel tjes van de komeet achter waaruit een staart gevormd kan worden. Een andere naam voor komeet is staartster. Kometenfamilie: Een groep kometen die onder invloed staan van een bepaalde planeet. De Jupiterfamilie is een groep van ongeveer 35 kometen die banen volgen waarvan het aphelium zich in de buurt van de Jupiterbaan bevindt. Kometenzoeker: Kijker met grote opening, zwakke vergroting en een groot ge zichtsveld. Bijzonder geschikt om niet-puntvormige hemellichamen (zoals kometen en nevels) te onderzoeken.
Kosmografie: Wetenschap die zich bezig houdt met de beweging van de hemel lichamen. Kosmologie: Wetenschap welke zich bezig houdt met de bouw van het heelal. Lentepunt: Plaats waar do zon staat bij het begin van de lente. Lentetrapezium: Het sterrenbeeld de Leeuw, aaagezien dit sterrenbeeld wel wat lijkt op een trapezium. liet staat in de lento hoog in het zuiden ('s avonds). Lichtjaar: De afstand die het licht in één jaar aflegt. De snelheid van het licht bedraagt ongeveer 3 0 0 000 km/sec.. Een lichtjaar komt dus overeen met 60 x 6 0 x 2 4 x 3 ^5 >25 x 3 0 0 000 km is ongeveer 9,5 biljoen ( 9 500 000 000 000) kilometer. Lichtkromme: Geeft het verband aan tussen lichtwisseling en tijd van ver anderlijke sterren, door middel van de verbindingslijn van in een grafiek uitgezetta punten, die de helderheid op een bepaald ogenblik aangeven. Lichtsnelheid: 299 796 kilometer per seconde, vaak echter afgerond tot 3 0 0 0 0 0 km/sec. Lunatie: Het tijdsverloop tussen twee opeenvolgende Nieuwe Manen. M: 1. Afkorting voor "absolute magnitude". 2. Afkorting voor Messier. Messier was een franse astronoom, die bij het zoeken naar nieuwe kometen steeds weer gasnevels voor kometen aanzag. Daarom maakte hij een lijst waarop al die nevels voorkomen Dit is de beroemd geworden "Messier-lijat". Nagenoeg alle voor de amateur zichtbare nevels of sterrenhopen staan erin, bijvoor beeld de Andromedanevel (M 31); Orionnevel (M 4 2 ); Ringnevel (M 57). m: Afkorting voor schijnbare magnitude. Maan: Hemellichaam dat een baan om een planeet beschrijft. De aarde heeft slechts één maan, Mars en Neptunus hebben er ieder twee, Uranus heeft er 5, Saturnus 10 en bij Jupiter zijn tot nu toe 1 4 manen ontdekt. Mercurius, Venus en Pluto hebben geen manen. Maansverduistering: Komt voor wanneer Maan, Aarde en Zon op één lijn staan. Het is dan Volle Maan, want het zonlicht valt op de naar de aarde toegokeerde kant. Vanaf de maan gezien schuift de aarde voor de zon. Een waarnemer op de maan ziet dus een zonsverduiste ring. Vanaf de aarde zien we hoe de maan in de. schaduw van de aarde komt. Er kan geen zonlicht meer op de maan vallen omdat de aarde het zonlicht tegenhoudt. Maanzeeën: Donkere vlekken op da maan waarvan men vroeger dacht dat het echte zeeën waren. Tegenwoordig weten we dat er op de maan geen druppel water voorkomt. De namen van de zeeën zijn echter blijven bestaan. Het zijn in werkelijkheid grote vlakten. Magnitude: Maat voor de helderheid van een hemellichaam. De zwakste sterren die we onder de beate omstandigheden nog met het blote oog kunnen waarnemen hebben een schijnbare magnitude van +6 . De helderste sterren zijn van magnitude 0. Enkele hemellichamen zijn nog helderder: Jupiter -2, Venus -4 » de Volle Maan -12 en de zon -27. Eén magnitude verschil is een verschil van 2-g-. Twee magnituden verschil dus 2 ^ x 2 2 = 64 , Drie magnituden verschil 2i x 2i x 2i = ongeveer 16. In plaats van het woord magnitude ge bruikt men ook wel het woord "grootte". Mare: Naam van de donkere vlekken die wij met het blote oog op de maan waar nemen. Het zijn grote vlakten. Mare is het latijnse woord voor zee. Massa: Op aarde duidt men massa aan met het begrip "gewicht". Bijvoor beeld: jij weegt 3 6 kg. Zou je echter op de maan staan, dan weeg je nog maar 6 kg. Toch ben je niet magerder gev/orden of zo. Je massa is nog steeds 36 kg. Massa is dus een kreet voor het gewicht van iets, als
Materie: Verzamelnaam voor alle stoffen in het heelal. Megaparsec: -1 000 000 parsec (Mega betekent miljoen). Melkweg: Lichtende band aan 'de hemel die v/e op een heldere, maanloze herfstnacht 's avonds van zuid naar noord aan de hemel kunnen zien. De melkweg bestaat uit miljoenen sterren die echter zo ver weg staan, en daardoor zo zwak lijken, dat we ze niet af- zonderlijk kunnen zien. Maar omdat er miljoenen sterren bij elkaar staan zien we een lichtende band aan de hemel. Melkwegstelsel: Stelsel van sterren, gas en stof, waarvan de zon deel uitmaakt. Het melkwegstelsel heeft de vorm van een platte schijf met een middellijn van ongeveer 100 000 lichtjaar. Het aantal sterren in ons melkwegstelsel wordt geschat up ongeveer 1 0 0 miljard ( 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 J. Meridiaan: Denkbeeldige lijn die van het zuiden «ver het zenit (= hoogste punt boven de waarnemer) en de hemelpool naar het noorden loopt. De meridiaan verdeelt de hemelbol in een oostelijke en een v/estelijke helft. Messier: zie M. MET: Afkorting voor Midden Europese Tijd, Dit is de in Nederland gebrui kelijke tijd en gebaseerd op de meridiaan van 15 graden ooster lengte. Meteoor: Vallende ster; stofdeeltje uit de ruimte dat met grote snelheid in de dampkring van de aarde komt en daar door de, wrijving verbrandt. De lichtflits die we door het verbranden zien heet meteoor. Het deeltje zelf heet, wanneer het zich nog in de ruimte bevindt meteoroïde. Is het deeltje zo groot dat het niet helemaal verbrandt, dan komt het restant op aarde neer. Dat noemen v/e een meteoriet. Meteoriet: Zie Meteoor. Meteoroxde: Zie Meteoor. Meteoorzwermen: Als de aarde in zijn baan rond de- zon door een gebied komt met veel meterrolden (vaak snijdt de aarde dan de baan van een vroegere komeet), zijn er veel meer meteoren (vallende sterren) te zien dan gewoönlijk. We spreken dan van een ster renregen of meteorenzwerm. De meteorenzwerm krijgt meestal de naam van het sterrenbeeld waarin zich het radiant bevindt. Bekende meteoorzwermen zijn: naam
radiant in
maximum op
aantal tijdens maximum
Boötiden Boötes 100 5 jan Lyriden Lier 21 apr. 10 Eta-Aquariden Waterman 5 mei 20 juni-Draconiden Draak 28 jun 10 Perseïden Perseus 1 2 aug 80 •kt.-Draconiden Draak 2 2 okt 0-20 Orioniden Orion 2 2 okt 25 Leoniden Leeuw 1 6 n.iv 10 Geminiden Tweelingen ,13 dec 60 Ursiden Kleine Beer 2 2 dec 20 Micro-mete»rieten: Zeer kleine stofdeeltjes die binnen vallen in de atmosfeer van de aarde. Midden-Europese Tijd: Zie MET. Mrunt Palomar: Haam van de berg, waarop de tot voor kort grootste teles coop ter wereld i3 cpgesteld. De spiegel in deze telescoop heeft een middellijn van liefst 5 meter. Sinds kort staat er in P.usland zelfs een telescoop met een spiegel van 6 meter doorsnede. Mount Palomar ligt ongeveer 100 km ton oosten van Los Angeles in de Verenigde Staten van Amerika. Neutron: Zie Atoom.
eindresultaat^van^er^suDernrtvfl0 3 1 U “ or—
aautroneS bi>staat. Het 3tralan, na taruggekaatat
o n d e r aQn h o ek van 45 g r a f e n ’ b u i t e n g a v l a k k e sp ie g e l b ra ch t, zodat het g e i o S £ e * ïï d « r d o c f h e ï ^ gG' w o rd en w aargen om en. De m eest e d o o r I p ^ u l a i r kan
WO: A f k o r S ^ * 8 ^
TOlg” s dIt
g8” aakte aPiegel'
■ O a t a l o ^ s / L ? ? r e e \ eS ? t e £ a i „ H et b etak an t « • ” «> g e m e n e S
S
^
S
-
W
X
-
.
I , le u w
S
-
-
da a a r d a
tanen we Ce T J n ï t t
m
5K S S
d° ->■
VerlioM-
*L n .
t in M aaftraL eta 1 a e r L ir ïa n '’ efn n r ^ “ “
s -
^
de aarde
t “ le eass°h il
™ünte
3 K ï ï ^ T ï o 1o o V L ï ^ ffova (meervoud: novae) betekent^'ook'’"8*01’ “ V " k ™ " 1 te 3ta£m' V
d a gen neemt a e h e l d « t a ? f a l
helderheid
„ .
2
t
is b e r e i k t
„„
'
to ÏÏaS T
er"'
* “ 8 n k elB
totdat de o o r s p r o n k e l i j k e
( o f « k e n ) z l o M t e ï ! ' " en nOVa 13
-n
aantal dagen
M '5 " *
1— “ * " « °f ^ . « . 1 * , een bservatorium^Andere naam voor sterrekwaoUt (observeren betekent waar-
Oehtendster^toder^naam ™ o r ' V e n u ^ wanneer de planeet 2ioh vrij ver Oculairs Hj f ^ T S T ^ f c ^ ^ " ^ t“ d‘ Occultatia: Ander woord vtor sterbóajllf doorlw<m ” 8 waarnemen. Onderste culminatie, Z r V c S m i n 1 : “ ^ w ln ? r z T ^ L S
S
i ï L : c f i h^
Li e r n ? ? * “ * « • *
De o n t s n a p p i n ^ s s r e l h e i d i 3 o ü -u Gn ®m Q l - lch a a m los te komen, uit de r u i m t e k o m e n d l i c h a a m de snelheid, w a a r m e e een g r o o t t e v a n de o n t s n a p h e m e l l i c h a a m valt, De de m a s s a van de p l a n e e t fr ± ! ï ? an gt v o ° r n a m e l i j k af van
- •
—
i s
s s ;
r s
Oppositie!Pï f daa) r
s
a
^
«
-
g
r& S S m Z *«
***
* « —
tegenover^de^oa aan°de°Sme! s*“a* baTi“a t ^ ■
s
s
r
z
z
i
^
»
r
l
£
r
'
%
als de Kon in het westen p l a n e e t in het z u i d e n en
- _________ het * 8stea « * ”
i
* "»»
<*
Planeet zich
ï
°P in het 00sterl '~
*
middernacht
st a a t de
- Is *e zon in £ ? 0’ o S £ opkom??08* * * “
goed. Jo k £ n t er v e ^ ^ p S z i e r ^ ^ h e b b a T ?r d e r * B e w a a r d e 2 e lijst over h e t a l g e m e e n een e i g e n b e s c h r i i v i n ï ' T° °n d ö r s t r e e P to b o r d e n h e b b e n a a n v u l l i n g e n , s c h r i j f dan even' 8‘ 1 3 n i e t d u i delijk, w e e t je
MET DE KIJKER OP JACHT
Saskia Bosman Malusdreef 27 Vlaardingen
Beste JWG-leden! Jullie hebben waarschijnlijk al in het vorige nummer gelezen dat ik een Messier-aktie houd. Messierobjeeten zijn objecten die voorkomen in de catalogus die de franse astronoom Messier heeft opgesteld. De objecten worden met de hoofdletter M aangeduid. M 57 is dus object 57 uit de catalogus van Messier. Hartelijk bedankt voor de leuke reacties die al zijn binnengekomen. Voortaan zal ik mijn artikel beginnen met het Messier«b jec.t. Als nog wat ruimte over is komt daarna nog wat over andere objecten. Het doel is meer te weten te komen over M-objecten gezien door cnze eenvoudige kijkers. In de meeste populaire boeken gaan ze daar namelijk niet op in. Bolvormige sterrenhoop M 13 (NGC 6205) in Hercules.
Deze sterrenhoop staat bekend als de mooiste en schijnbaar grootste bolvormige sterrenhoop aan onze noordelijke sterrenhemel. Bovendien is hij onder hele goede omstandigheden met het blote oog te zien. Zelf heb ik hem in de zomer van 1975 als een wazige stip waargenomen. Hij is van de zesde magnitude en zijn schijnbare middellijn is 2 3 boog minuten (1 graad = 60 boogminuten; schijnbare middellijn Volle Maan = graad of 30 boogminuten). M 13 i3 te vinden op de lijn Zêta-Eta Hercules (twee sterren van het vierkantje van dit sterrenbeeld), twee derde van deze afstand in de richting van Eta, tussen de sterren in. Met een veldkijker zullen we een lichtende bol waarnemen. Met optiek met spiegel- (of lens-)middellijn groter dan 10 cm kun je misschien al een bol van glinsterende diamantjes zien. ïïij zien M 13 zoals hij er 335 eeuwen geleden uitzag, want zijn licht doet er 335 eeuwen over om ons te bereiken. De afstand bedraagt immers 335 lichteeuwen ofwel 33 500 lichtjaar. De bolvormige sterrenhopen bevinden zich rond onze melkweg. Laten we nu onze kijkers eens op M 13 richten (zie waarnemingen op de volgende bladzijde): V/aarneming 1: Saskia Dosman; 19 augustus 1974, 12 x 50 prismakijker. Weer: goed. De hoop ziet er nevelachtig uit. In het centrum helder en van daar uit naar de buitenkant zwakker, ïïaarneming 2: Ron van 't Veer, ïïormer, 29 juni 1975 23.50 uur MET met een 45 mm lenzenlcijker, F = 630 mm, F = 30 mm, Vergroting 21 keer. M 13 is helderder dan M 5°(ook een bolvormige sterrenhoop) en blijkt iets groter te zijn. Bij een vergroting van 20 keer is de hoop niet in losse sterren te splitsen, ook niet bij 70x. Toch blijft het een interessant object om waar te nemen. ïïaarneming 3: Saskia Bosman, 28 juli 1975, 22.55 uur MET, 60 mm lenzen kijker, F = 1000 mm, F = 25 mm, Vergroting 40 x (dit is de zelfbouwkijker van de JV/G), met zenitprisma. Plaats: JV/G kamp Ootmarsum. ïïeer: helder, maar vochtig; melkweg goed te zien. Een prachtige, duidelijke, mooie ronde nevel, waar van de helderheid naar de kern steeds toeneemt. De kern is mooi vuilwit. Van de omgevingssterren zijn alleen de helderste opgetekend. ïïaarneming 4: E. ïïestenberg, Breda. 2 juni 1975, 02.50 uur. Seeing: uit stekend. 60 mm lenzenkijker, F = 710 mm, Vergroting 47 x. V/aarneming 5: M. ïïillemse, Krimpen aan de IJssel, 22 sept. 1975 20.30 uur MET tot 21.15 uur. 75 mm Newton-telescoop, F = 700 mm, Vergroting 35 x. Atmosfeer: redelijk doorzichtig. Een gloeiende "biljardbal" tussen twee twinkelende lichtjes, het v/as een v/aar genoegen om te zien. In de bolhoop was duidelijk een
;/
0 ,7
V
v
/* •
\
y ••
*
X
^
! ---- -—,— • / lürodM Vief ee-rwpodia +e viy\d*n !
^
s
geV^lc-a aA -
r ! ! 1
w fs fe
> " ^ N
‘
•
4—
^
» 5r
•
'
* V '
.
,< -
•
.
•
\
>
W
•
i
r
w
r
R
Vr\>V\>^X\/N/v^ fs v r - * -------------
heldere kern te zien die niet helemaal in het centrum scheen te liggen. Ook meende ik twee verdichtingen te zien die ik dan ook in de tekening heb aangegeven. Bij een vergroting van 116 x werd M 13 te zwak om waar te kunnen nemen. Waar schijnlijk randsterren gezien, ïïaarneming 6 : Jos Haring, Zwijndrecht, 28 mei 1975, 22.25 MET tot 22.40 I/ET, 76 mm Newtontelescoop, F = 700 mm, Vergroting 117 x. De doorzichLigheid van de lucht was goed. M 13 was goed te zien bij sterke vergroting vanwege zijn grote oppervlaktehelderheid. Dit waren dan enkele "blikken'1 op M 13. Veel vermeldingen komen overeen met elkaar, zoals: M 13 is helder, duidelijk, zijn helderheid neemt naar buiten toe af. M 13 is zoals je las, beslist de moeite waard!! Dubbelster Nu Draconis Dubbelster Nu in de Draak is een mooie, duidelijk dubbelster, goed voor de kleine kijker. Zo zag Ron van 't Veer uit ïïormer hem: "Door een 7 x 50 verrekijker is het stelsel het mooist. De beide sterren lijken dan dicht op elkaar te staan, doch ook bij. een vergroting van ongeveer 2 0 x ( 4 5 mm lensenkijker, F = 630 mm) is het. stelsel de moeite waard. De sterren lijken «ok dan zeer dicht op elkaar te staan. Beide sterren zijn witachtig van kleur (waarneming 7 ). Nacht van 10fl1 juni 1975 te ïïormer. ïïeer: heiig, geen bewolking". Zelf zag ik twee heldere blauwwitte sterren dicht bij elkaar staan, als een duidelijke dubbelster. Volgens hun spectraalklasse behoren ze wit achtig te zijn. Van de omgeving heb ik alleen naar de helderste sterren opgetekend (waarneming 8), 5 aug. 1975, 22.55 uur MET, JY/G-kamp Ootmarsum. Weer: helder en rustig, 6 0 mm lenzenkijker, F = 1000 mm, vergroting 40 x, met zenitprisma, grensmagnitude zenit ca 5f.» Nog een paar gegevens van Nu Draconis: onderlinge afstand 61,9 boogseconden, helderheden: magnitude 4 . 6 voor beide sterren. De "dubbele dubbele" Epsilon in de Lier Deze merkwaardige meervoudige ster kan men met het blote oog al dubbel zien. Met een behoprlijke amateurkijker is elk van de sterren weer dubbel. Het is mij wel eens gelukt met een 76 mm kijker (Newton-spiegel). In UV 75/2 en UV 75/3 heb ik al eerder deze sterren beschreven. Juist toen ik mijn artikel voor de laatstgenoemde UV ingezonden had, kv/am er een interes sante waarneming uit Utrecht, die ik alsnog v/il beschrijven. Hij is van Robert ïïielinga uit Utrecht: ^De lucht is'kraakhelder en het weer aangenaam. Bij een vergroting van 36x: epsilon is fraai gescheiden en bij Epsilon 1 is een iets rose rode kleur te onderscheiden. Epsilon 2 heeft geen kleur. Vergroting 72 x: Een fan tastisch gezicht! Epsilon is viervoudig, maar.er zijn duidelijke buigingsringen (dit zijn ringen die er niet zijn, maar in de telescoop ontstaan; ze zijn in spiegeltelescopen meestal opvallender dan in lenzenkijkers) te zien, hier tussen de sterren, die oplossen wanneer de seeïng even goed is, kleur nièt te onderscheiden. Bij .een vergroting van 150 x is ook geen kleur meer te zien en Epsilon Lyrae is de hele tijd (op drie keer slechte see.mg na) duidelijk viervoudig (waarneming 9). Gransmagnitude 6 a 6,5, 1 juni i975, 01.55 MET tot 02.15 MET. Plaats: Rhenen (Veluwe), 115 mm Newtonkijlcer, F = 900 mm, Vergroting 3 6 x (oculair 25 mm), 72 en 115 x. ïïeersomstandigheden: erg gunstig, goed doorziehtbare lucht. Epsilon Lyrae gegevens: afstand tussen Epsilon 1 en Epsilon 2: 207 boogseconden, beide sterren magnitude 5« Epsilon 1, afstand 3 boogseconden, magn. 5 en 6; Epsilon 2: afstand 2 boogseconden, beide sterren magnitude 5 (v/aarneming 9) •" ( Behalve M 13 bevindt zich in Hercules rok M 92. Ook M 92 is een mooie bolvormige sterrenhoop. Hij is slechts iets zwakker dan M 13 - Bert van Sprang).
ASTRONOMISCHE KALENDER JUiil-AUGUSTUS 1976
Wim Gielingh
Door tijdgebrek kon de samensteller van de rubriek "hemelverschijnselen" van UniVersum, Jean Meeus, zijn medewerking aan ons tijdschrift niet langer v'oortzetten. Het bestuur van de JY/G wil hem namens ons allen nogmaals hartelijk danken voor het vele werk dat hij voor ons verzet heeft'. De rubriek zal door ondergetekende in dezelfde geest worden voortgezet, zij het dat hier en daar wat kleine wijzigingen aangetroffen kunnen worden, De gegevens zijn ontleend aan de "Sterrengids" van de Nederlandse Vereniging voor Weer- en Sterrenkunde, welke eveneens door Jean Meeus is samengesteld. 1 jun
18h (h = afkorting van uur), Mercurius stationair. Het binnenplaneetje verandert rond dit tijdstip vrijwel niet van rechte klimming. Met het opzoeken van Mercurius kun je beter nog even wachten. 2 jun 07h, Maan in conjunctie met Saturnus. De kleine sikkel vinden we 6 graden ten zuiden van de planeet. Bekijk het tv/eetal op 1 en 2 juni 's avonds. 3 jun 02h, Neptunus in oppositie met de zon. Het gehele jaar 1976 treffen we Neptunus in het sterrenbeeld d? Slangendrager (Ophiuchus) aan. Het hemellichaam van magnitude +8 zal moeilijk waarneembaar zijn, daar het niet meer dan 17 graden boven de horizon komt, en bovendien moet optornen tegen de schemering van de "grijze nachten" (zie opmerkingen). 3 jun 02h, Maan in conjunctie met Mars,.7 graden ten zuiden van de rode planeet. 5 jun 13h20m, Maanstand Eerste Kwartier. 12 jun 05h15m, Volle Maan, 15 jun 10h, Mercurius in grootste westelijke elongatie. De planeet staat vandaag 23 graden ten westen van de zon. Opzoeken van het object blijft nog een hele klus, waarvoor je vroeg uit de veren moet: 's morgens, nog vóór zonsopgang (03h20m), moet je de oostelijlce hemel afsoeken met een binoculair (prismakijker). Als de lucht goed doorzichtig is heb je een redelijke kans het planeetje van magnitude +0,7 te vinden! 18 jun 05h, Venus in bovenconjunctie met de zon. Vanaf de earde gezien staat Venus nu achter de zon, en is dus niet waarneembaar. Niettemin is deze bovenconjunctie een bijzondere: Venus wordt namelijk bedekt door de zon! Zulke bedekkingen komen ééns in de 8 jaar voor. Overgangen van Venus voor de zon langs zijn véél zelfzamer. De erstvolgende vindt plaats in het jaar 2004» 19 jun 14h15m, Laatste Kwartier. 21 jun 07h24m, Solstitium. Officieel begint nu de zomer: de zon gaat door het zonerpunt van de ecliptica (lengte 90 graden). Rond het middaguur bereikt de zon tevens haar hoogste stand aan de hemel: voor Utrecht is dat 61 21',5- De dag duurt nu het langst: voor Utrecht 16 uur en 44 minuten. Plaatsen op aarde met een noorderbreedte van meer dan 66 graden zien de zon nièt meer onder gaan: de middernachtszon! 22 jun Mercurius 3 graden ten noorden van Aldebaran, de helderste ster van de Stier. Zeer moeilijk waarneembaar (zie opmerking bij 15 juni). Mercurius is echter wel ietsje helderder geworden. 24 jun OOh, De smalle maansikkel staat nabij Jupiter. Aan de andere zijde van onze aardbol kan men getuige zijn van een bedekking. Kijk zelf 's morgens vroeg! 27 jun 15h50m, Nieuwe Maan. jul
15h, Maan in conjunctie met Mars. Als je om 22h met een binoculair de westelijke avondhemel afzoekt, vind je beide hemellichamen 9 van elkaar.
1 jul
3 jul
4 jul
4 jul 5 jul 5 jul 11 jul 11 jul 15 jul
19 21 24 27
jul jul jul jul
01h48m, Zeer nauwe conjunctie van Neptunus met een sterretje van magnitude +8 ,4 . I>e verre planeet en het sterretje (SAO 184579) staan slechts 39 boogseconden van elkaar! Voor de wat oudere leden met niet al te kleine kijkers is dit een gelegenheid bij uitstek om Neptunus eens op te zoeken. 05n, De aarde staat het verst van de zon! De ons zo dierbare planeet staat nu in het aphelium van haar baan rond de zon. De afstand aarde - zon is nu 152,1 miljoen kilometer. Het wordt er echt niet veel kouder door! 00h18m, Minimum Algol. Algol is een veranderlijke ster in het sterrenbeeld Perseus (Beta Per), die ééns in de 69 uur vrij plotseling minder helder wordt. De helderheid van de "duivelsster" zakt dan van magnitude +2,2 naar +3,5. Schat enkele uren tevoren de helderheid, en maak om de 20 minuten een nieuwe schatting. 18h28m, Eerste Kwartier. 12h, Maan in conjunctie met Spica, de helderste ster van het sterrenbeeld Maagd. 19h, Mars in nauwe conjunctie met Regulus, de helderste ster van het sterrenbeeld Leeuw. De afstand bedraagt 43 boogminuten. Gebruik een kijker met kleine vergroting. 13h, Uranus stationair. V/e vinden Uranus in het sterrenbeeld Maagd. Hij is alleen met een kijker op te sporen. 14h09m, Volle Maan. 16h, Mercurius in bovenconjunctie met de zon. De planeet be weegt nu achter de zon langs van west naar oost, en zal de volgende maand aan de avondhemel te vinden zijn. Helaas is Mercurius' augustusverschijning zeer ongunstig. 07h29m, Laatste Kwartier. 18h, Maan in conjunctie met Jupiter. 02h, Minimum Algol, zie opmerking 4 juli. 02h39m Nieuwe Maan.
Van ca. 20 juli tot ca. 5 augustus kunnen we 's nachts getuige zijn van een ieder jaar weer terugkerend spektakel: de meteorenzwermen. Meteoorzwermen onderscheidt men door het denkbeeldige punt aan de hemel waar de meteoren vandaan lijken te komen, de radiant. De zwermen worden genoemd naar het sterrenbeeld waarin hun radiant ligt.Als er meerdere radianten in één sterrenbeeld liggen, dan noemt men vaak ook nog het meest nabije, met het blote oog zichtbare, sterre tje van dat sterrenbeeld. Er zijn van 20 juli tot 5 augustus vijf be langrijke zwermen aktief. Hun naam, en het sterrenbeeld waarin de radiant ligt, vind je in onderstaand staatje. Alpha Cygniden Capricorniden Delta-Aquariden Iota-Aquariden Perseïden
-
Zv/aan Steenbok Waterman Waterman Perseus
Eigenlijk zouden in de periode van 5 tot 17 augustus de meeste meteoren zichtbaar zijn, maar helaas worden we dan enorm gehinderd door het grijnzende gelaat van buurman (volle) maan. Je kunt meteoren op twee manieren waarnemen: visueel (met het oog) en fotografisch. Als je visueel wilt waarnemen, dan ga je gewoon in een ligstoel 1s avonds naar de hemel kijken, en de gegevens van de meteoren die je ziet opschrijven. Ook kun je de baan van een meteoor tekenen op een kaart, zodat je na verloop van tijd een aardig idee krijgt van de plaats van de radiant. Hiervoor bestaan speciale kaartjes, die je kunt verkrijgen bij de werkgroep meteoren der NVY/S, p/a P. Koning, Corn. Hendrikxstraat, Loenen-Veluwe. Je kunt ook fotograferen met een gewoon
URANUS 1976
W EE GSC H AA L
M jAAG D W EF6SC H AAL
M A AG D
De. baan van Uranus In 1976 .
Links een overjich+skaartje (naar Norton Star A tla s ) , waarvan Viel
kaiier in Vict midden v-ecVits veraroot is weergegeven.
,fflars'
O p 2S a p r il *oas Uranus von magn. + s,?. Ki
D it jaar zijn er drie ncujioe conjuncties m et de s h & r ?l (Laynbdaj V irgim s, ^ d a r 'J as, fk Laatste
ynedio oktober.
NEPTUNUS
SLANGENDRAGER
1976
SLANGENDRAGER
Antares l*> baan van Neptunus'in ',9 1 b .
Neptunus !5
' s 4e verre planeet \Jan magnitude
-t"?/? .
Denk er om: Cp deze. kaarten is z u id boven1.
- I R-
O p de 3e lu m '
fototoestel, mits je de sluitersnelheid ook op stand B kunt zetten. Doe dan een gevoelige film in de camera (van bijvoorbeeld 27 DIN of 400 ASA, zoals Kodak Tri-X), zet de camera op een stevig statief, en schroef een draadontspanner in het daarvoor bestemde gaatje. Als je de sluiter nu op B zet, kun je tijdopnamen maken van vijf minuten tot een half uur. ■V/ie dicht bij (of erger nog: in) een stad woont, moet korter belichten dan iemand die ver van de grote steden woont. Zorg er voor dat er geen lichtbronnen rechtsstreeks in de lens kunnen schijnen! Wees niet teleurgesteld als het niet spoedig lukt: meteorenfotografie is een sport van doorzetters! Eventueel kun je samen met andere JY/G-leden meteoren waarnemen. In veel afdelingen zijn groepjes leden aktief op dit gebied! Mocht jè niemand kennen, neem'dan kontakt op met je kontaktpersoon. 1 aug
*
2 10 13 16 18 18
aug aug aug aug aug aug
23 aug 23 aug
25 aug
Maan bedekt Spica! Dit opmerkelijke gebeuren vindt plaats midden op de dag, zodat je minstens een kijker nodig hebt om het tè volgen. Om 16h47m verdwijnt de heldere ster aan de onverlichte maanrand, en komt om 18h00m weer tevoorschijn aan de verlichte maanrand. Naast het feit dat sterbedekkingen van dergelijke heldere sterren vrij zeldzaam zijn, is dit voor de meesten waarschijnlijk de eerste keer dat ze in staat zijn een ster overdag waar te nemen! 22h07m, Eerste Kwartier. 00h44m, Volle Maan 03h36m, Minimum Algol, zie opmerking 4 juli. 00h24m, Minimum.Algol, zie opmerking 4 juli. 01h13m, Laatste Kwartier.. 10h, Maan in conjunctie met Jupiter. Zoek het tweetal 's morgens v<56r het aanbreken van de dag op in het oosten, en probeer ze. met een binoculair zo lang mogelijk na zonsopkomst te volgen. 09h, Neptunus stationair. Hiermee sluit ook Neptunus zijn oppositielus af. 11h, Mercurius bereikt zijn grootste oostelijke elongatie, doch is nu niet zichtbaar. Het planeetje gaat namelijk deze maand nooit meer dan 45 minuten na de zon onder. 12h01m, Nieuwe Maan.
'Opmerkingen:
• Alle tijdstippen zijn uitgedrukt in Midden Europese Tijd, dat is de tijd die v/ij in Nederland gebruiken. De tijdstippen voor sterbedekkingen gelden voor Utrecht. V/ie ver van de domstad woont moet rekening houden met geringe afwijkingen van de gegeven tijdstippen. De afkorting h.is de officiële aanduiding van uur (van het latijn hora).
Grijze nachten: Het verschijnsel, dat het 's zomers tijdens de nacht niet helemaal donker wordt. Zoland de zon niet meer dan 18 graden onder de horizon staat,'spreken de astronomen nog van "schemering". In ons land komt de zon tijdens de zomernachten rond 21 juni nooit meer dan H f - graad onder de horizon, zodat het eigenlijk de hele nacht blijft "schemeren"! Vanaf begin augustus worden de uren rond middernacht weer helemaal donker. Stationair: Stilstaan van een planeet in rechte klimming. STERRENKUNDIGE BEREKENINGEN III
Het berekenen van de maanterminator.
Ron van 't Veer Mooriaanstraat 29 ïïormer
Je hebt vast wel eens naar de maan gekeken. Wist je dat je de maanfasen heel gemakkelijk kunt voorspellen? 'De vier belangrijkste maanfasen zijn je vast wel bekend: Nieuwe Maan (NM), Eerste Kwartier (EK), Volle Maan (VM), Laatste Kwartier (LK)j De terminater is de grens tussen het verlichte en het donkere deel van de maan. V/e gaan nu de maanfase van 8 februari 1976 voorspellen, met de tijd: 16.45 uur BIET. Laten we onthouden dat we van de grootste tijdeenheid (dus hier het jaar) afwerken. Dus eerst 1976, we lezen in tabel I: 257,65. Nu komen de maanden. We zien in tabel II twee keer februari staan, neem die v/aar de (S) achter staat (want. S = schrikkeljaar = 1976). De tussen haakjes staande getallen sijn correcties en moeten voorlopig achterwege gelaten worden. V/e lezen feb(s) = 5,72 (en niet 25,6), dit is de correctie!). V/e hebben de maand, dus moeten we nu het aantal dagen hebben. In tabel lil zien we dat één dag gelijk aan 12,191 is (dat wil zeggen de terminator verschuift 12,191 per dag). Voor acht dagen is dit 8 x 12,191 = 97,53. Het getal tussen haakjes (0,9855) is weer de correctie en hebben we nog niet nodig. Zo, nu de uren en minuten. Maar.... de tabel werkt met U.T. (= Universal Time = Wereldtijd = MET - 1 uur), en we hebben' 16.45 uur MET. Omgezet in UT: UT = MET - 1 uur, dus 16.45 -1 uur - 15.45 UT (MET = Midden Europese Tijd = Nederlandse Tijd). In tabel III vinden we de uurwaarde: 1 uur = 0,508. Voor 15 uur is dit dus 15 x 0,508 = 7,62. Nu nog de minuten. In tabel III vinden we voor de minutenv/aarde: 1 minuut = 0,0085- Voor 45 minuten wordt dit 45 x 0,0085 = 0,38. " Zo, we zijn klaar. Tel nu alles op! Nu moeten v/e alleen nog de correctie 1976 = 257,65 hebben. Voor feb (s) is die 25,6 (zie feb(s) = 5,72 tabel II) en voor 8 dagen is die 8 x 8 dagen= 97,53 0,9855 = 7 , 9 (afronden tot é é n cijfer 15 uur 7,62 achter de komma, aan 0,9855 kom je door 45 min 0,38 de correctie v^or één dag op te zoeken in tabel III, voor 8 dagen dus 8 x 0,9855). 368,90 Tel beide correcties op: 25,6 + 7,9 =' ' 33,5. Dit getal opzoeken in tabel IV. Doe dit als volgt: Zoek eerst waartussen onze totale correctie (van 33,5) valt. Dit is tussen 30 en 40. Lees de kolommen echter wel van boven naar beneden, of van beneden naar boven! De correctiewaarde staat in de middelste kolom. Dus een totale correctie van 33,5 geeft een correctie waarde van ongeveer -0,77. Dus trek van 368,90 het getal 0,77 af: 368,90 - 0,77 = 368,13 ( t o o m is 0,77 nu negatief? Heel eenvoudig, de kolom waartussen 23,5 lag, stond links van de middenkolom, de correctiewaarde is dan altijd negatief. Stond de kolom rechts, dan was de correctiewaarde positief geweest = optellen). •We zien dat de uiteindelijkeuitkomst boven de 360° ligt, trek daarom steeds360 af, totdat hetgetal kleiner is als 360. Dus 368,13 - 360 = 8,^3, Deze uitkomst opzoeken in de "Fasen-lengtegraden-tabel". 8,13 ligt tussen de 0 - 90. In de tabel staat dat we 8,13 van 0 af moeten trekken, dus 0 - 8,13 = -8,13 en dat dit de morgenterminatór moet voorstellen tussen Eerste Kwartier en Volle Maan. De morgenterminator ligt dus op de lengtegraad van —8^15- In figuur 1 zien we de maan met deQdaarop verlopende lengtegraden. V/e zien dus dat -8,15 tussen -10 en 0 ligt. Daar bij de morgèntèrminator dé 'rechterkant verlicht is (van de maan) zien we de maan op 8 februari 1976 te 16.45 MET als in figuur 2.
NOTULEN ALGEMENE LSDENV5RGAD.^?,ING DER JV/G- d.d. 3 april 1976 in "De Lantaern te Jutphaas-Nieuwegein. 1. De vergadering werd om 10-56 uur geopend door de voorzitter. 2. De notulen -van de afgelopen vergadering hebben gepubliceerd gestaan in UniVersum en v/erden met algemene stemmen aanvaard. 3* Ingekomen stukken: Een tweetal ingekomen stukken waren voor deze verga dering ingediend: 1. Brief van Jaap Oudman, waarin hij meedeelt niet langer in het bestuur te vallen zitten door de onwerkzame sfeer nadat was gebleken dat hij, zonder de overige bestuursleden daarvan in kennis te hebben gesteld, had meegewerkt aan een moxie van de afdeling Gro ningen, het tweede ingekomen stuk. 2. Motie Groningen: deze hield een tweetal wijzigingen op het op deze vergadering ter goedkeuring voorgelegde reglement v^n de JV/G in. Allereerst wenste men de opname van de eis dat d^^ieerdex’heid van het JWG-bestuur uit stemgerechtigde leden bestond, en als tweede eis de opname van een maximum leeftijd van 25 jaar voor een bestuurslid. In de toelichting hierop werd meegedeeld, dat jongeren zelf een jongeren werkgroep moeten besturen, en bovendien gemaJckeli jker aanspreekbaar zijn voor leeftijdgenoten die "gewone" leden zijn. Een enkel ouder lid was noodzakelijk i.v.m. optreden naar buiten toe of verkrijgen van subsidie. Beide stukken zouden verder afgewerkt worden in é é n van de onderstaande nog ter sprake komende agenda-punten. 4- Jaarverslag 1975: Werd door de vergadering zonder aanmerkingen goedge keurd in de vorm zoals in UniVersum gepubliceerd. 5*-J?inanciëel verslag: Het op de balans voorkomende batige saldo zal worden terugge3tort op rekening van de Koepel. De voor het nieuwe jaar aange vraagde subsidie a ƒ 13»267?84 zal worden toegekend als de begroting van de stichting "De Koepel" door CRM zal worden geaccepteerd, en als de be scheiden van de JWG door de Koepel nog eens gecontroleerd kunnen worden. 6. Kascommissio: Bestaande uit Dik vaa den Oudenalder en Romke van der Veen hadden de boeken van de JV/G gecontroleerd en in orde bevonden, en ver zochten de vergadering de penningmeester decharge te verlenen. De ver gadering ging hiermee accoord. Begroting 1976: Gert V/ilkens (Haren) vroeg een verklaring voor de ƒ 2600.— subsidie die de JWG gaf op een 40-tal kijkers a ƒ 150__ die.op de begroting waren opgevoerd tot een totaalbedrag van ƒ 8600.-. Hij vond deze "gift" van ƒ 65-- per persoon bijzonder hoog, en onver antwoord. De penningmeester deelde hierop mede, dat de kijkerbouwaktiviteit een landelijke aktiviteit was, en als zodanig subsidiabel door de Koepel. Temeer daar er inkomsten tegenover staan (een eis voor verkrij ging van subsidie, volgens de regels van CRM). De kijkerbouw kost de J’i/G niets, omdat dit gaat om een'bedrag van ƒ 2600.- die wèl beschikbaar gesteld kon worden door de Koepel voor deze landelijke activiteit, maar niet bijv. gekregen zou zijn voor subsidie aan de afdelingen, omdat CRM dit niet als een landelijke aktiviteit accepteei’t. De JWG zelf is met deze extra inkomsten dus niets beter-of slechter geworden. Volgens de penningmeester zou men ook van het standpunt zoals al eens verkondigd door de afd. Groningen (dit Blijkt achteraf niet door Gro ningen maar een einder gezegd te zijn - red.) kunnen huldigen door zo weinig mogelijk te organiseren, want is er ook geen geld nodig. Ronald Mulder (Haren) maakte bezwaar tegen deze aantijging op de afdeling Groningen.
De kijkerprijG zou, aldus de penningmeester, voor 1976 dezelfde blijven als in 1975 en eventuele prijsverhogingen (materiaal, vervoerskosten e.d.) zijn subsidiabel. Henk Nieuwenhuis (Nieuwegein) begreep niet waarom men zo reageerde op de kijkerbouwkursus. De bezwaar-makenden waren grotendeels aanwezig op de laatste kontaktraad van de JT/G, en hadden daar het probleem moeten aansni jden. Hierop beëindigde de voorzitter de discussie, en werd het financiëel verslag door de kascomrr.issie voorgelezen en door de vergadering goed gekeurd. 7. Bestuursmutaties: De beide aan de beurt zijnde leden voor periodieke aftreding werden algemeen herkozen (Bert van Sprang, Theo de Klerk). Gezien de aktiviteiten voor de jongeren was Hans Grond aan het bestuur toegevoegd. Ook hij werd algemeen door de vergadering als bestuurslid geaccepteerd. Jaap Oudman had zich inmiddels teruggetrokken via zijn ingekomen stuk. 8. Huishoudelijk reglement: De kontaktraad had, in opdracht van de vorige ledenvergadering, een concept-reglement opgesteld, dat nu moest worden goedgekeurd door de ledenvergadering. Met uitzondering van 4 supporters van de motie Groningen werd het reglement dpor alle leden aanvaard. Vervolgens kwam de motie tot wijziging van het reglement, zoals opge steld door de afd. Groningen, en ondersteund door leden uit Rotterdam en Vlaardingen, ter stemming. Jaap Oudman wenste argumenten te horen tegen de motie, die voor het bestuur blijkbaar onaanvaardbaar was- De voorzitter zag als directe consequentie de aftreding van twee bestuurs leden, die beiden zeer aktief zijn, en wier taken niet direct door ande ren zouden kunnen worden overgenomen. Bij gebrek aan nieuwe kandidaten voor het bestuur zou er van een verjonging van het bestuur bovendien geen sprake zijn. De penningmeester vond de toelichting op de motie nièt geheel juist. Zelf werkte hij veelvuldig met de jongste leden, maar had nooit een spoor van kritiek bespeurd. Jaap Oudman vond dit juist een bewijs voor zijn stelling met betrekking tot de aanspreekbaarheid van bestuursleden voor gewone leden. De penningmeester vond de ideeën van Jaap, zoals uitgesproken op een bestuursvergadering, omtrent in stelling van een minimum-leeftijd van 12-13 jaar voor de JV/G ook in strijd met de belangen voor de jongeren binnen de JV/G. Jaap ontkende deze limiet ooit genoemd te hebben. Jos van der Maarel (Den Haag) vond dat een vereniging activiteiten moest tonen, en dat problemen tijdens de contac'traad besproken diende te worden, alvorens op een ledenvergadering ter tafel te komen. Hierop vroeg Jaap Oudman zich af v/at dan de zin was van een ledenvergadering.. De voorzitter deelde mee dat een dergelijke vergadering niet de meest geschikte plaats was voor deze problemen, omdat de meeste aanwezigen zeer gebrekkig waren geïnformeerd over deze zaken en niet te voren al hadden kunnen kennis nemen ervan. Henk Nieuwenhuis (Nieuwegein) stelt voor dat de groep de kontaktraad eerst goed informeert en dan volgend jaar goed beslagen, na werderzijdse uiteenzettingen in UniVersum, terug komt. Jaap is nog niet tevreden met de argumenten tegen de motie. De penning meester stelt hierop de vraag hoe men denkt de huidige aktiviteiten te continueren bij aanname van de motie. De kontaktraad zou in eerste instantie het beleid van de J\.’G moeten bepalen. Jan Moerman (Vlaardingen) vindt dat de ledenvergadering dit moet doen. Ook Jaap vindt niet dat de kontaktpersonen de enige gerechtigden zijn het beleid uit te stippelen. Hiermee stemt de penningmeester in, maar hij vindt wel, dat zij als vertegenwoordigers van de leden in de afdeling, moeten weten wat onder hen leeft, on als zodanig hun wensen moet kunnen kenbaar maken op zo'n kontaktraad. De voorzitter besluit hiermee de discussie, en brengt het
voorstel van Groningen in stemming. Met 6 tegen en de grote meerder heid voor en enkele onthoudingen is het voorstel verworpen. Ter verduidelijking stelt' de penningmeester nog dat het verenigingsjaar, zoals bedoeld in de reglementen, samenvalt met het kalender jaar. Deze definitie was niet expliciet opgenomen in het reglement. 9. Rondvraag: Een aantal mensen wilde bij een volgende ledenvergadering een positiebeschrijving van de locatie. Gert Uilkens (Haren) wilde zeker 2 a 3 uur uittrekken voor een leden vergadering voor voldoende tijd voor discussie. Dit verzoek werd met 8 stemmen voor, de rest tegen, verworpen. Harry Crapels (Groningen) vindt dat er te weinig belangstelling be staat voor bestuurs- en verenigingszaken bij de leden, en verzocht dit te bevorderen via UniVersum. 10. Sluiting. De voorzitter sloot de vergadering om 11,45 uur. . .
Weesp, 4 april 1976 Theo de Klerk.
VRAGEMRUBRIEK VOOR JONGEREN De antwoorden op de vragen, gesteld in het vorige nummer, luiden als volgt: 1. Onder een fysische dubbelster verstaan we een echte dubbelster. Dus twee sterren die zo dicht bijeen staan dat ze om een gemeenschappelijk punt draaien. 2. Tussen Uranus en Neptunus staat natuurlijk geen planeet. Een aantal leden schreven dat Pluto soms tussen Uranus en Neptunus kan staan. Dat is natuurlijk juist, maar het was niet nodig dit te noemen. 3* Magnitude is een maat voor de helderheid. Een ster van magnitude 1 is dus even helder als een planeet van magnitude 1. Zo weegt 1 kilogram veren precies evenveel als 1 kilogram lood. 4. Een astronomische eenheid is de gemiddelde afstand aarde - zon en komt overeen met ongeveer 150 miljoen kilometer. 5- Op de maan bevinden zich duidenden kraters. Enkele bekende kraters zijn Tycho, Copernicus, Plato, Kepler. 6 . Het lentetrapezium wordt gevormd door het sterrenbeeld de Leeuw. Deze vraag hadden veel jongeren foutiei beantwoord. In de lente staat dit sterrenbeeld 's avonds hoog in het zuiden. 7. De gevraagde zonsverduistering vond plaats op 29 april 1976. 8 . Natuurlijk zend een zonnevlek licht uit. Zonnevlekken zijn donkere gebieden op de zon. Ze lijken donker doordat de temperatuur zoJn 2000 graden lager ligt dat de rest van de zon. De temperatuur bedraagt dan echter nog altijd ruim 4000 graden! 9. De Andromedanevel wordt aangeduid met M 31. Het is dus nummer 31 uit de catalogus van Messier* 10. Het punt waar de zon staat bij het begin van de lente wordt het lente punt genoemd. De uitslag is als volgt: 10 punten: Louis van Veenendaal, Jutphaas-Nieuwegein (1966); Michael van Possum, Den Hoorn (1965); Denise de Jong van Lier, Denekamp (1965); Eeleo van Kampen, Rijswijk (1965); Hans de Vries, Eindhoven (1964); Mark Boeder, Enkhuizen (1964); Jéröme de Jong van Lier, Denekamp (1964); Peter van Rooijen, Voorburg ( 1 9 6 4 ); Albert Hoff, Amsterdam (1963); Jean-Coert Schotanus, Velp (1963); Jan Y/illem Sluyters, Velp (1963) ï Henny Radstaalc, Rozenburg (1963)> Albert Samen, Hilversum (1963); Quirijn de Jong van Lier, Denekamp (19 6 3 )5 Rolf Korff de Gidts, Den Haag (1963); Erik Boslooper, Rotterdam (1962); Han Hameleers, Maas tricht (l96i); Hans Lourens, Rotterdam (1961); André van Winssen, Maastricht (1961); René Tuytel, Rotterdam (1961).
9 punten: Nel Korfage, Den Haag (1966); V/in Bijl, Zwijndrecht (1964); Dany iJnst, Delft (1964); Fren Smulders, Middelburg (1964); Ida Korfage, Den Haag (1963); Jeppe IJzinga, Pi jnaclcer (1963); Baptist Bounans, Bergeyk (1963); Ad van der Kroft, Velp (1962); Hans Rodenburg, Sint Oedenrode (1962); Robert ï/ielinga, Utrecht (1962); Frans Carbaat, Santpoort (1962)j Geert Broekgaarden, Son on Breugel (1961); Henk van Loosbroek, Tilburg (1961 ); B. van Slooten, Amersfoort (1960); John V/agenaar, Hoogkarspel (1960); Jan Klijnstra, V/inschoten (1960); Ben Swaluw, Delft (1960); ïïilly Peeters, Blerick (1959); Hans Swierts, Maassluis (1959) 8-gr punt: Mark Houtzager, Delft (1966); Hans Pnls, Assen ('1964); Hubert Linders, Geldrop (1962). 8 punten: Marcel Bosch, Eindhoven (1965); Martin Bosch, Eindhoven (1965); Richard Keesmaat, Den Hoorn (1964); Peter Kiers, Nootdorp (1964); Ronald Mante, Leiden (1963 )} Huib de Graaf, Leidschendam (1963); Frank van ’ Jnen, Alkmaar (1963); V/.K. Verdoold, Vollenhove (?). 7 punten: Edwin Fernandes, Zoetermeer (1966); Eric den Draak, Rozenburg (1 9 6 4 ); Dirk van Gelsdorp, Buscum (1963)6-g punt: Breus BIon, Zoetermeer (1962) 6 punten: Jacob Pronk, T/inschoten (1961). Na loting is een prijs gewonnen door Louis van iVeenendaal uit JutphaasNieuwegein. Hij krijgt de prijs binnenkort thuisgestuurd. De vragen voor de volgende keer luiden: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7 . 8. 9.
Hoe noemen we de scheidingslijn op de maan tussen licht en donker? V/at is de latijnse benaming voor het sterrenbeeld Steenbok? In welk sterrenbeeld bevindt zich M13? V/at zijn circonpolaire sterren? Geef een andere naam voor evenaar! V/at is het verschil tussen een meteoroide en een meteoriet? Hoeveel maantjes heeft Jupiter? Hoeveel sterren bevinden zich in ons zonnestelsel? Een ster is 16 keer zo helder dan oen andere. Hoeveel magnituden is dit? 10. Wat verstaan we bij een kijker onder het objectief? De antwoorden kunnen vóór 1 juli gezonden worden aan Bert van Sprang, Prunuslaan 13, iijnacker. V/ij hopen dat meer jongeren mee v/erken aan deze rubriek. In het vervolg zullen ook twee pri.jzea beschikbaar v/orden ge steld. Eén wordt - zoals nu - verloot onder de juiste inzendingen. De extra-prijs wordt verloot onder alle deelnemers. Dus ook al heb je niet alle vragen goed beantwoord, dan nog kun je een prijsje v/innen. WAARNEMIITGSPROGRAMMA J.ïï.G. VOOR DE ZOMER VAN 1976. Evenals in voorgaande jaren willen we ook nu weer enkele hemelverschijn selen gaan waarnemen en deze in groepsverband verder uitwerken. Niemand is echter verplicht hieraan mee te werken, naar we zullen het erg op prijs stellen als vele jongeren eraan zullen meedoen. 10 juni: Rond 21h38m verdwijnt de ster Beta Scorpi achter de maan en aal rond 22h46m weer te voorschijn komen. Ook hier zullen wij graag •veel waarnemingen van willen zien. Probeer zo goed mngelijk de tijden van verdwijnen en verschijnen te bepalen, de zon: Mochten we deze zomer op de zon grote zonnevlekken te zien zijn, neem deze dan eens goed v/ar en teken de positie en grootte van de'vlekken zo goed mogelijk op en natuurlijk datum en tijd ver melden. Van de ingezonden waarnemingen zal een verslag gepubli ceerd worden in UniVersum. (Denk aan je ogen: dus een goed fil ter gebruiken of het beeld projecteren).
de caan: Het object aan de hemel dat voor de amateur toch altijd weer aantrekkelijk is om naar te kijken. Maak dit seizoen eens een tekening of foto van de onderstaande maanformaties. POSIDONIUS, een grote oude walvlakte met heldere kratertjes op de bodem.- ERATOSTHEÏIUS en de omgeving rond deze betrek kelijk jonge krater. De half verzonden krater DOrPELMAYER en omge 'ing. BULLIALDUS en omgeving, lijkt op de krater Eratosthenes. De walvlakte SCHICKARD, waarvan de bodem veel helderheidsverschillen vertoont. Probeer eens mee te doen aan dit programma of aan een deel ervan. De afdeling Utrecht zal ervoor zorgen dat deze ingezonden waarnemingen in verslagen worden verwerkt en zij zullen zeker gepubliceerd v/orden in UniVersum. Als iedereen eens zijn beste beentje'voorzet, dan komt er zeker genoeg uit voor een artikel in Zenit. Vergeet niet de nodige gegevens 'e vermelden, zoals: datum, tijd, gebruikte kijker, fototoestel} vergroting en weersomstandigheden als ook je naam en adres zodat wij weten van v/ie de waarnemingen afkomstig zijn. Allen veel sukses en heldere waarnemingsnachten toegewenst, namens de afdeling Utrecht van de JY7G. Insturen tot 15 augustus 1976 naar: Waarnemingaaktie J.ïï.G., afd. Utrecht p/a Schoolstraat 8, Jutphaas-Nieuwegein.
1'RIJSVRAAG (ingezonden d-'-or Rolf Korff de Gidts, Den Haag) Het is de bedoeling dat onderstaande vragen v/orden beantwoord. Dan neem je van alle antwoorden de eerste letter. Zet je die letters op de juiste volgorde dan vormen se de naam van een sterrenbeeld. Hier zijn de vragen: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 1.3
Helderste ster van het sterrenbeeld Schorpioen Afkorting van Lunar Module Eén van de vier helderste manen van Jupiter Het punt tegenover het zenit Behorend tot het melkwegstelsel noemen we ...... Punt waar de zon naar toe beweegt New General Catalogue (afkorting) Hoekafstand tot de .ion Reeks van 12 sterrentekens waarin de zon kan staan Schijnbare baan van de zon aan de hemel Naam voor Beta Crioms Bij zonderheid van Saturnus Een ster die zichzelf opblaast
Antwoorden op een briefkaart naar bureau Jongerenwerkgroep: Prunuslaan 13» i'ijnaeker (véór 15 ;;vni 1975). Onder de goede inzenders wordt een prijsje verloot. U V 0
te koop: 50 mm lenzenkijker, vergroting 20 tot 60 keer (zoom), fijnznstelling oculair, fijninstelling horizontaal en verticaal, tafelstatief. prijs ƒ 100.-te bevragen bij: Marco Brinkman, van Mierislaan 14, Loosdrechttelr 02158 4378.
Binnengekomen mededeling : Als penningmeester van de werkgroep weeramateurs wil ik de aandacht van de JV/G vestigen op de brochure die wij eind februari 1976 laten drukken. Deze brochure zal ca. 16 pagina's groot zijn en de orkaan van 2/3 jan. 1976
behandelen. Er wordt gebruik gemaakt van weerkaartjes en van waarnemingen van de werkgroep. V/anneer er belangstelling van de JïïG'ers voor deze brochure is kunnen exemplaren besteld worden bij Rob Langhorst, Titaniastraat 12, Helmond. De prijs bedraagt ƒ 1.— per exemplaar. Na ontvangst van de brochure overmaken op postrekening 3202051 t.n.v. ïï.D. van den Berg, Santpoort. Voor meer informatie: tel. 030-714-333 (vragen naar ïï. van den Berg) of schrijf een briefje naar onderstaand adres. ÏÏ.D. van den Berg Zandhofsestraat 77 Utrecht. Sterrenkundige berekeningen (vervolg van bladzijde 20. Onthoud het volgende: Als Als Als Als
de de de de
uitkomst 0° is, uitkomst 90 is, uitkomst 180° is, uitkomst 270 is,
dan dan dan dan
is is is is
het het het het
Eerste Kwartier Volle Maan Laatste Kwartier Nieuv/e Maan
Fasen/Lengtegraden tabel 0 -
90
90 - 180
180 - 270
Ligt de uitkomst tussen 0 en 90 graden dan trekt men de uitkomst van 0 af en verkrijgt men zo de Oosterlengte van de morgenterminator, dus tussen Eerste Kwartier en Volle Maan. Ligt de uitkomst tussen 90 en 180, dan trekt men de uit komst van 180 af en verkrijgt men de Westerlengte van de avondterminator, dus tussen V«lle Liaan en Laatste Kwartier. Ligt de uitkomst tussen 180 en 270, dan trekt men de uitkomst. van 180 af en verkrijgt men de Oosterlengte van de avond terminator tussen Laatste Kwartier en Nieuwe Maan.
270 -
360 Ligt de uitkonst tussen 270 en 360, dan trekt nen de uitkomst van 360 af en verkrijgt nen de Westerlengte van de Morgenterninator, dus tussen Nieuwe Maan en Eerste Kwartier.
Opm.; Bij de morgenterminator is het deel links van de terninator donker en het deel rechts ervan verlicht. Bij de avondterminator is het linkerdeel verlicht en het rechterdeel donker. Controleer: Dat de uitkonst van 3 naart 1976 06.00 MET gelijk aan 296,01 is, correctie van -1,61(54,2 + 3,0 in tabel IV) wordt dan 294,40. Volgens de Pasen/lengtegradentabel is dit de norgenterminator van +65,6, de fase ligt tussen Nieuwe Maan en Eerste Kwartier (zie fig. 3)* Tabel I 1975 1976 1977 1978
= = = =
Tabel II
Jaren 115,83 257,65 27,27 156,89
= 286,52 = 68,33 = 197,95 «= 201,76
Opn.: De tabel leun je verlengen door, on op elk gewoon jaar te karnen 129,62 op te tellen. Om op een schrikkeljaar te komen tel dan 141,82 op. (Zie zelf in de tabel!).
Maanden
Jan. 0,00 Jan (s) 347,81 Feb. 17,91 Feb (s) 5,72 Mrt 359,25 Ape 17,17 Mei 22,89 Tabel III
1979 1980 1981 2000
(356,0) (.355,0) (; 26,6) (,25,6 I,54,2) I;84,7) (,114,3)
Jim Jul Aug Sep Okt Nov Dec
40;80 46,53. 64,44 82,35. 88,07 105,99 111,71
(„144,8) (.174,4 ('204,9) I'235,5) <:265,1 ) ('295,6) I[325,2)
Dagen, Uren, Minuten
1 Dag = 12,191 (corr.’ = 0,9855) 1 üuur = 0,508 1 Minuut = 0,0085 Tabel IV
Correctjetabel
Totale correctie 0 10 20 30 40 50 6.0 70 80 90
180 170 160 150 140 130 120 110 100 90
correctiewaarde
-
0,00 0,34 0,66 < ,96 1,23 1,47 1,66 1,85 1,89 1,92
+ + + + + + + + +
totale correctie 180 190 200 210 220 230 240 250 260 270
360 350 34C 330 320
310 300 2?0 280 270
!
Opn.: Als je niet op een uitkonstverschil van 2 graden let, leun je de correctietabel -?ok laten vervallen! Appendix De tabellen I t/n III zijn gebaseerd op de terninatorsnelheid die 0^508 per uur is. De getallen die nen uiteindelijk, na optelling, krijgt, duiden de selenografische colongitude aan (dit is plaats van de zon aan de henel voor een 'Waarnemer op de naan). Na alle correcties kan de colongitude ongezet worden in selenograf ische lengten d.ra.v. de Fase/ Lengtegraden tabel.
Tabel IV stelt de middelbare anomalie (= g) van de aaan voor (g = gem. geometrische lengte van de zon - gea. lengte van het perigeun van de zon) en is als volgt.deforauleerd: 9 g = 358^475845 + 0°985600267 d - 0?0000112D^ - 0°00000007 D'> D = 0,0001 d ; d = interval in Juliaanse dagen (j.D.) tussen J.D. van waarneming en J.D. van epoch = 2415020.0. (bijv.: d is op 7 aaart 1960 Oh UT: 2457000,5 - 2415020.0 = 21980.5 2437000,5 = J.D. van 7 aaart 1960!). Tabel V bevat (als functie van g) de niddelpuntsvergelijking (= C) en de se is negatief genaakt. - C = lengte ware zon - lengte middelbare zon. p lengte aiddelbaro son = L = 279?696678 + 0,9856473354 d + 0°00002267 D ( a = interval in J.D. aet als epoch 2415020,0 D = 0,0001 d) Houdt men nog rekening met de elongatie van de aaan gezien van de zon, tel dan alle uitkoasten van^tabellen I t.a. IV op, vermenigvuldig dan de cosinus hiervan net + 0.147, en tel deae correctie op bij de uitkoasten van-.rtab ellen I t.a. IV. (dus 0°147 cos I t.a. IV). Met aldus verkregen waarden krijgt aen zéér goede uitkoasten van de selenografische colongitude. Deze kun je oazetten in selenografische lengte d.n.v. de Pasen/Lengte gradentabel. t Correctie Op pagina 20 van de vorige aflevering van UniVersua staat in de "Noot van de redactie" een fout^ 1 atmosfeer / 1 kgf/n , naar 1 atmosfeer = 76 ca Hg, de druk van een kwikkoloa van 76 centimeter hoogte. De soortelijke nassa xan Hg is 13,6, _ dus 76 ca Hg levert een druk van 76 x 13,6 = 1033,6 gf/ca = 1,0336 kgf/a . Met de versnelling van de zwaartekracht g = 9,-81 a/s krijgen we: „ 1 kgf = 9,81 Newton, ofwel: 1 atn = 1,0336 x 9,81 N/ca = 101400 N/a'. Iet ook op het verschil tussen kg en kgf. De laatste is een kilogramkracht, geen massa. Eén kgf is het gewicht van één kilogram, en dit is afhankelijk van de versnelling van de zwaartekracht. Opmerking: de door de redactie gebruikte 1 kgf/ca is per definitie de technische atmosfeer, en deze wordt niet afgekort tot atm, , maar tot at.
Nieuwe planetoïde De eerste in 1976 ontdekte planetoïde, 1976 AA, is de eerste waarvan de gemiddelde afstand tot de zon minder is dan die van de aarde. Het object is gevonden op platen van Palomar Observatory, gemaakt op drie achtereen
volgende nachten begin januari. Ze was van magnitude 13 of 14? vlakbij Gamma Geminorum (de op één na helderste ster van de Tweelingen). Ze bewoog net een schijnbare snelheid van niet minder dan 2 graden per dag langs de hemel, op een afstand van ongeveer 20 miljoen kilometer van de aarde. Ook een Japans instituut en een andere Amerikaanse sterrenwacht, en tevens een amateur fotografeerden de planetoïde. Hen heeft de omloopstijd van de planetoïde berekend oj. 346,8 dagen. Op 20 mei 1976 zal zij de zon het dichtst naderen (perihelium) tot een afstand van slechts 0,79059 Astronomische Eenheden, dat is net ietsje buiten de baan van Venus. Het aphelium wordt bereikt op 9 november, op 1,14141 AE. In de jaren '90 zal het object de aarde zeer dicht naderen. Een medewerker van het California Institute of Technology loopt hierop vooruit door te benadrukken dat deze rots van twee kilometer doorsnede een geschikt hemellichaam voor een (bemande?) ruimtevlucht is, omdat het op de maan na het gemakkelijkst te bereiken is.
c-l-u-s-t-e-r Galileï-satellieten
l In 1973 ging de aarde door het vlak van de equator van Jupiter, en aangezien de manen van deze planeet ook nagenoeg in dit vlak bewegen, konden we toen enkele maanden het onderling bedekken van de manen waarnemen. Lowell Observatory was het hoofdkwartier van een internationale campagne met betrekking tot foto-elektrische metingen van deze bedekkingen. Onlangs is een verslag verschenen van deze aktie, en het resultaat blijkt een grote toename van onze kennis omtrent de Jupitermanen te zijn. Enkele cijfers voor de diameters van de grote satellieten neemt men nu aan: Io: 3640 km (berekend uit een bedekking van de 3ter Beta Scorpii in 1971), Europa: 3066 ± 54 km, Ganymedes: 5216 ± 64 km, en Callisto: 4890 - 150 km. Callisto is dus zo groot als Mercurius, en Ganymedes is zelfs groter. Uit de metingen heeft men tevens moeten concluderen dat de baanparameters belangrijk verschillen van de tot op heden aangenomen waarden. c-l-u-s-t-e-r Lijst van leden die volgens de administratie van de penningmeester op 1 mei 1976 nog geen kontributie hebben betaald over het lopende jaar. Deze leden worden verzocht de verschuldigde kontributie van ƒ 10.— nu zo spoedig mogelijk over te maken op postrekening 2 53 98 57 t.n.v. penningmeester Jongerenwerkgroep, ïrunuslaan 13? Pijnacker. Mej. S.M. v.d. Akker, Rotterdam Johan Algoed, Y/aregen Sjoerd Andringa, Emmen Ronald Assihk, Leidschendam R.v.d.Assun, Dongen René Auping, Deventer Jelle Baak, Den Haag Daan Bargerboseh, Zoetermeer Bram Basseleur, Volendam Ingvild v.d. Beek, Zoetermeer Etienne Beems, Den Haag Oscar Behrens, Hilversum Maurice Beks, Naarden Heidi v.d. Berg, Wassenaar Irma v.d. Berg, Vf'assenaar
Roeland Jan Bergers, Zeist Cas Besselink, Eindhoven Rob Biemond, Bergen Peter Blom, Soest Carla Blijleve, Hilversum Peter Paul Blijleve, Hilversum Harry Jan Boomgaard, Heerenveen Adrie ae Booij, Walsoorden Geert Bosman, Rotterdam Arno Brand, Sliedrecht Hans Brants, Apeldoorn Niels de Bree, Maarssen Erwin v.d. Broek, Berkel-Enschot Peter Brouwer, Rijswijk A.H.v.d.Brugge, Schoonhoven
Perry Bruins, Nieuwegein Jan Kees liottentot, Westzaan Jos de Bruyn, Walsoorden Erik Jan v.d. Hout, Huizen Richard Buis, Rijswijk Hans van Hulst, Amsterdam Jan Bussink, Denekamp Tobias Hutter, Zeist Eric Canjels, Budel Paul Hijnans, Rijswijk Allard Cinjee. Delft •Th. v.d. Jagt, Grootsbroek Peter Coebergh, Schiedam iiobert Jansen, Geervliet Joop Corstjens, Enschede Just Jansz, Den Haag William Cortvriendt, Biddinghuizen Jan Willem de Jong, Bome Karei .Creutzberg, Heiloc Rolly Foeng Jong, Den Haag Patrick Delanghe, Leidschendam Henle Jongepier, Middelburg Tammo Delhaas, Scharendijke Arjan van Kampen, Rijswijk Bert Drlfing, Westerbork Eelco van Kampen, Rijswijk Rob Doolaard, Rotterdam Mevr. M.P. Kaptein, Hoofddorp Hernan van Dooren, Den Haag Peter Kiers, Nootdorp Kees van Dooren, Den Haag Peter Kint, Vlissingen Rob van Dorland, Utrecht Reinier Kleipocl, Rotterdam Michiel Driedonks, Zeist Robert Jan Kloppenburg, Zoetermeer Peter van Driel, Den Haag P.L. Kole, Enschede Bram v.d. Drift, Maassluis Frank de Koning, V/alsoorden Jan Krijn van Dijke. Den Haag Peter de Koning, Sleewijk Maurice Dijkman, Vlaardingen Henk Kosters, Middelburg Hans Dijkstra, Utrecht Mundi Joe Kouwenhoven, Maassluis Fred van Eek, Alphen aan de Rijn Ar ie van Krimpen, Lekkerlcerk Ad van Erp, Tilburg Lourens van Krimpen, Rotterdam Ton Everts, Nootdorp Rob Kuiper, Velp Ronnie Faber, Papendrecht Sjaal: Lage waard, Sliedrecht Mat Farret Jentinl:. Den Haag Gijs de Leeuw, Ewijk Joost Filbri, Gouda Richard Legué, Den Haag Paul Fischer, Berkel-Enschot Gottfried Leibbrandt, Den Haag Anita Gallé, Tilburg Wouter Leibbrandt, Den Haag Dirk. Gardenier, Veenwouden Wempie Liao, Den Haag Jan Garnier, Hoevelaken Cajetan Liehsner, Zwijndrecht Erik van Geel, Valkenswaard Jan Henle ter Linde, Den Haag Clemmy Geldof, Valkenswaard John de Maat, Amersfoort David van Gent, Deventer Eelco Marinlcelle, Assen C.M. van Gestc-l, 3on Wiggert Mathol, Den Haag Ron de Graaff, Zoetermeer Eddie v.d. Meer, Rozenburg Rik Grandia, Rotterdam Jaap Jan Mobron, Koog a.d. Zaan Mevr. A.S. 's-Gravendijk-Pols, Den HaBgul Mol, Haarlem Dirk Jan Griffioen, Rotterdam Marco Morgenstern, Eindhoven Erik Groeneveld, Voorburg Marcel Mostert, Vlaardingen Casper Groenhuysen, Rotterdam Arend Muis, Hilversum Margreet de Haan, Rotterdam Kees Mulder, Den Haag Jan Haas, Papendrecht Werner Mulders, Den Haag Louisa Harmer, Bergochenhoek Peet Mijjer, Boxtel ïïijanto Harsono, Egmond-Binnen René Nelcmans, Tilburg Ronald Helmerhorst, Amstelveen Fèriké Németh, Zeist Plans Hendriks, Delft Mark Niederer, 3ergen op Zoom Ingrid Hendriks, Nijmegen Frank Hieuwenhuis, Den Haag Johan Hendriksen, Voorschoten P-H. Nieuwenhuis, Amsterdam Kees Hessels, Amstelveen Rob Noordanus, Den Haag Gerrit Heuff, Rotterdam Robin van ïïoordt, Schiedam Arno van Heijst, Wierden Heleen Nijehhuis, Delft Ernst-Peter Heijt, Almelo Martineke Nijenhuis, Delft Ben Hilgers, Rottex-dam Peter de Nijs, Utrecht Albert Hilvers, Arnhem René van Onna, Amsterdam Frank den Hollander, Middelburg Erwin van Oosterhout, 1s-Gravezande Henle ter Holt, Hengelo Frank van Otterdijle, Middelburg Klaas Honders, Sassenheim Tonie van Otterdijk, Middelburg
Jacob Pronk. Winschoten Erik Pruisken, Pijnacker Patrick Pruisken, Pijnacker Marjan Raasveld, Halfweg Frank Marti jr. van Ree, Zeist Arthur Reekers, Oosterhout Lidwien Reuser, Groenlo Raymond Rietveld, Rotterdam Mona Riphagen, Boxtel André Roeleven, Rotterdam Ernst Roelofs, Rotterdam Huub Ros, Hengelo Henk Ruiter, Zoetermeer Anton van Rijn, Doetinchem Wim van Rijswijk, Den Haag Emile Schoffelen, Brunssum Henk Schouten, Zwammerdam Harma Schrage. Eelderwolde Eric van Schravendijk, Rijswijk Joost van Sckijndel, Dongen Evert v.d, Sluis, Poppingawier Erik Sluiter, Eindhoven Olaf Smeets; Nijmegen Michiel Smits, Rotterdam A« Th. Son, Zeist Miel Stapel, Castricum Jolm v.d. Starre, Sliedrecht Ronald Steenvoorden, Son Henk Stolk, Hendrik Ido Ambacht Mark Sterk, Roelofarendsveen ieter Stroo, Oost--Souburg
Paul van Suylichem, Leiden Ben Swaluw, Delft Walter Tak, Eefde Wilbert Thijssen, Nijmegen Alfons van Toledo, Bussum Richard Tijsma, Zoetermeer Bertu? Urgert, Den Haag 1'eter Veenstra, Buitenpost Klaas Verboom, Vlaardingen Marcel Verboort, Den Haag Ronald Verwij, Rijswijk Charles Vierling, Rotterdam Hera Visse, Zoetermeer Ineke Visse, Zoetermeer Wilfried Visser, Ulft Peter Vlaandre, Bolsward Xander v.d. Voort, Rijswijk Frans Vrauwdeunt, Doorn Kans Vroon. Tilburg Jitze Vuurboom, Wassenaar Sander de Waal, Huizen Ton Willekee, Den Haag Rogier ¥indhorst, Dordrecht Klare v.d. Woude, Laren Rcsiet v.d. Woude, Laren Rense v.d. Woude, Jutphaas Sander Wijnja, Den Haag Wim Zeegers, Emmen Eeleo de Zwaan, Den Haag
Nieuwe leden (per- 1-l--1976)die nog geen kontributie hebben betaald: Hans Auer, Den Haag Jelle Abbenea, Hilversum Paul Bayens, Ber ïekom Johan van Dam, Swifterbant J- Eindhoven, Enschede Dick Groen, Rotterdam Richard Goossens, Vlaardingen Bert Jan van Herwaarden, Zeist Coen van Hoboken, Nootdorp Jan v.d. Hoef, Zeisü Linda Janszen, Delft Rijk Jan Koppejan, Middelburg Johan Kant, Eindhoven
Remko Kok, Wageningen Marcel Linschoten, Utrecht Eddie de Leest, Alphen a.d. Rijn Dennis Lankers, Den Haag Henk van Loosbroek, Tilburg Ellen Mook, Wageningen Ned• Jeugdv. v. R. en S., Oss Rorrny Oostveen, Amersfoort flanneke Rombouts, Kaa tsheuvel Eric Jan van Ree, Tilburg Maarten v.d^ Sman, Nootdorp Martijn Spijk, Groningen Evert Jan van ïïely, Markelo
Leden die ƒ 7 .50 in plaats van ƒ 10 .— hebben overgemaakt. Zij worden verzocht het resterende bedrag van ƒ 2 •50 bij te storten: Michel Berkhout, Delft Arno Bravo, Bodegraven Roeland Franck, de Bilt Rob Kleissen, Almelo René Kley, Zevenaar Lenus Kroes, Middelburg Peter Krom, Hoogkarspel Norman Mackaay; Schiedam Marcel Merk, Maastricht Harm van Oosten, Hilversum Paul Overkaap, Nijmegen Martin Pöhlkamp, Leidsohendam
Arno v.d. Sleen, Hoogeveen Jo Sijben, Horn Harry Verkerk, Den Haag Tjalling Vis, Alcelo Martijn van Calmthout, Eindhoven Valentijn van Dijk, Amsterdam Roland Mollerus, Hilversum Peter Menne, Tilburg Ronny Oostveen, Amersfoort Jaap Parqui, Voorburg Linda Riemens, Arnhem
BERICHTEN UIT DE APDELI1TC-EN Naar aanleiding van mijn vorige opnorkingen over Linburg heb ik gelukkig een aantal reacties gehad van jongeren die me vertelden dat er toch v/el wat gebeurde. Er blijken aktievc groepen te zijn met als centra Maas tricht en Brunssun. Ongetwijfeld gebeurt er nog voel meer, maar dat heb ik nog niet van hun zelf gehoord. V/e werken nu aan een samenwerkingsver band waaruit dan de oude afdeling weer kan ontstaan. Eirmenkort hopen v/e een bijeenkomst in Zuid-Limburg te houden on dan net alle betrokkenen te bepalen wat or moet gebeuren en wie wat gaat doen. Behoor jij tot een aktief groepje wat ik nog niet ken, stuur no dan nog vlug even bericht. De afdeling kont best van do grond, naar iedereen zal noeton noewerken. Uit de afdeling Twente ontving ik een protest van oen van de jongere leden die nij schreef dat hij na twee jaar nog nooit iots van de contactpersoon gehoord had. i'aul reageerde niet op een brief van nij waarin ik hem dit schreef on het lijkt no daarom nuttig eens uit te kijken naar een nieuwe contactpersoon. V/ie, o wie? ïïaarön gebeurt het nog steeds dat contactper sonen plotseling inaktief worden en sons zelfs geheel stoppen zonder een opvolger tc vinden on zonder nij ook naar in to lichten? Kost dat briefje zoveel noeito? Do afdeling in oprichting ',/est-Eriesland (Enkhuizen en ongeving) heeft van 10 tot on net 17 april net 7 leden (+ é ó n noeder) oen storrehkunde-lcanp georganiseerd in Hellendoorn. Het kanp word natuurlijk een groot succcs, net zoveel inzet moet zoiets toch lukken! Ha afloop word een 13 pagina's lang verslag uitgegeven net een van dag tot dag weergave van de gebeurte nissen. Do groep in V/est friesland draait enorm enthousiast en lijkt mo menteel wel de aktiefste van het helo land. Ongetwijfeld speelt, al dan niet achter de schermen, een enthousiaste ouder een grote rol ais stimu lator. (iroficiat mevrouw Steen!). De ofdieling ffryslan rint noch hyltied good. Jurre Yntema nat syn lcontaktpersoanfunksje fanwegen syn stüdzje oc-rdroegon oan Carol de Jong. Tagolyk is in bistjür foarne. Op it stuit tinkt nen ek oengoarkonste to Ljouv/ert hwant de toch nei it pakhüs yn Hoarronfean is fear de neastepart to djür. Ik hoopje dat goarkonste yn de twa p:akke dv/aonlik blykt. Ook Eindhoven noldt mij dat doafdeling lekker draait. De bijeenkonsten v/orden druk bezocht. Het zomerprogranna staat weer voor do deur en do leden gaan dan naast hun sterrenkundige aktivitoiten het uiterlijk van de (ihilips) sterrenwacht opknappen. Onderhoud is nu eennaal een steeds terug kerend kwaad van een vaste ruimte. De afdeling heeft dit probleem al eerder neegenaakt en ook nu zal hot wel opgolost worden. ïïaaron hoor ik niks neer uit de Zaanstreek? Als ienand no dat eens kan verklaren, nou erg graag! Jan Mocrnan ncent het lcontaktporsoonschap van Vlaardingen over van Saskia Bosnan. Y/egens omstandigheden kan Saskia dit niet neer doon. Saskia heeft de afdeling net groot enthousiasne opgericht en bestuurd. Het is erg jammer dat zij het kontai:tpersoonschap nu noest overdragen. Ik hoop dat ze zich in ieder geval kan blijven bezig houden not de vele waarneningsakties waar de nict-Vlaaraingers haar van kennen. Saskia bedankt voor alles wat je voor de afdeling al gedaan hobt! Het afdelingsblaadje van Vlaardingen is gefuseerd net dat van Rozenburg/ Voorno-I’utten. Rotterdam on Maassluis gaan hoogstwaarschijnlijk ook nog meedoen zodat Nova-Tiros een regio blad gaat worden voor hot nieuwe water weggebied. Nadere info: ITova-Tiros, Alb. Agneslaan 11, Vlaardingen 3170 of, J.A. Stiermanlaan 31, Rozenburg 3208. Ook Rozenburg/Voorne-i’utten is een afdeling in oprichting die or nag zijn. Op allerlei manieren wordt er door Henny en zijn vrienden reklane voor hun vereniging genaakt. Het meest vindingrijke vind ik hun stunt
net Koninginnedag. Op een grote geschilderde planeet kon nen ballen gooien en ernaast deed nen aan ringwerpen, natuurlijk cn een uodel van Saturnus! V/ellce afdeling haalt er nu de volgende stunt uit? Op het progranna voor de konende tijd o.a. een kursus planeten en een grote tent oons teH i n g . In Zcc-land buitenom het normale gebeuren in en on de sterrenwacht te Middel burg een speciale JV/G bijeenkomst waarin na een prachtige diaserie van Jack Suurnond vorige keer nu aandacht werd besteed aan het zendamateurisme. De zendamateur PA/ÓKU/H gaf een interessante uiteenzetting net denonstratie. Weliswaar geen stcrrcnlcur.de naar waarom niet eens een keer? De samenwerking Arendonk _(b ), Breda. Eindhoven, Tilburg en Zeeland begint na een winterslaap weer op gang te konen. Ook rondom de Nieuwe 'waterweg vinden Rotterdam, Hogenbur^-VT, Maassluis on Vlaardingen elkaar. Dit soert samenwerking lijkt voorlopig alleen voor te konen in zuidelijk Nederland. V/aarom gebeurt dat (nog) nièt in de rest van het land. Graag jullie reacties! Niet allo afdelingen zijn wegens plaatsgebrek de revue gepasseerd. Volgende keer weer anderen erbij. Willem Deld'.er Meariderhof 201 MIDDELBURG 3500 TENTOONSTELLING: De planeet Mars Op vrijdag 25 en zaterdag 26 juni 1976 in het gebouw "De Lantaern", Utrecht se straatweg 4? Jutphaas-ilieuwegein. Openingstijden van: 10.00 t.n. 12.00 uur 13*30 t.m. 17-00 uur 18.00 t.m. 22.00 uur Deze expositie laat je het volgende zien: In v/oord en beeld de geschiedenis en waarnemingen van de "Rode" planeet van verleden tot heden. Aan de hand van schaalmodellen van het oppervlak van Mars en zijn manen, de VildLnglandor en telescopen waarmee Mars waarnemingen zijn en worden gedaan. Ook waarnemingen zoals tekeningen, kaarten en foto's vanaf de eerste schetsen van Chr. Huygens uit 1659 tot de prachtige foto's van de NASA gemaakt door het ruimtevaartuig Mariner 9 en do Russische foto's genaakt door de Mars 5S zijn aanwezig, evenals natuurlijk waarnemingen door amateurs, o.a. van de Jongerenwerkgroep van de af deling Utrecht. Verder uitgebreidc informatie over de onbemande landingen van de Amerikaanse Vikingen op de planeet Mars (de eerste op 4 juli 1976). Deze toestellen sullen levc-n op deze planeet aan kunnen tonen; als dat er mocht zijn. Vanzelfsprekend zijn van de x*uintevaartuigen en raketten waarmee deze werden gelanceerd ook vele foto's uit Rusland en Anerika te bewonderen. Ook is er een informatiemap verkrijgbaar over het Viking-project. Daarin vindt men o.a. een overdruk van "Vilcingvlucht en naar de planeet Mars" van Drs. Chr. Titulaer. Vier kleurendia's over de vlucht net beschrijving en een grote wandplaat net foto's on gegevens over de komende landing op Mars. Uitgave Stichting De Koepel, prijs ƒ 4*75Verder is er documentatie on informatie gratis te krijgen over sterrenkunde, ruimtevaart en verenigingen op dit gebied in Nederland. Het tentoonstellingsmateriaal is beschikbaar gesteld door: Het Ruimtevaart Laboratorium te Utrecht, Drs. Chr. Titulaer, Kees Loseman, Govert Schilling, en Amateur Sterrenwacht "Sortja" te Jutphaas. Organisatie: Stichting do Koepel in samenwerking met de Jongerenwerkgroep ÏÏVV/S, speciaal de afdeling Utrecht.
Verkopen Mede door de brand in het Zeiss-Planetarium Haagsche Courant vervalt de gehele lijst van boeken. Boeken kunnen dus tot nader order niet meer worden besteld, De lijst brochures, foto's en diversen blijft ongewijzigd. Zie hiervoor het vorige nummer van UniVersum. Kursus Kijkerbouw Het is waarschijnlijk dat iedereen die zich voor de kursus kijkerbouw heeft opgegeven de kijker vóór de grote vakantie zal hebben gebouwd. Vandaar dat alle jongeren (geboren in of na 1962) zich vanaf heden weer voor de kijkerbouwkursus op kan geven. Na de grote vakantie zal dan met de bouw worden begonnen. De kosten zijn nog steeds hetzelfde: ƒ 177*— (inclusief 60 mm achromafisch objectief van ƒ 68.— , 25- mm oculair van ƒ 27.— , zenitprisma van ƒ 27»-- en een stevige opstelling). Aanmelding voor de kijkerbouwkursus moet geschieden vóór 1 augustus (doch liefst eerder) bij Bert van Sprang, Prunuslaan 13, Pijnacker 2224* Inhoud:
pag.
Moeilijke woorden in de sterrenkunde - Hans Grond en Bert van Sprang Met de kijker op jacht - Saskia Bosman , Astronomische kalender juni - augustus 1976 - Wim Gielingh Sterrenkundige berekeningen III - Iton van 't Veer Notulen algemene ledenvergadering d.d. 3 april 1976 Vragenrubriek voor jongeren - Bert van Sprang Waarnemingsprogramma voor de zomer van 1976 - afd. Utrecht Prijsvraag - Rolf Korff de Gidts UVO . Binnengekomen mededeling • . Sterrenkundige berekeningen III (vervolg) Cluster Lijst van leden die nog geen kontributie hebben betaald Berichten uit de afdelingen - Willem Lekker Tentoonstelling: de planeet Mars Verkopen Kursus kijkerbouw Inhoud
3 13 16 19 21 23 24 25
Het bestuur wenst al haar leden een prettige vakantie met veel mooi waarnemingsweer!!!
25
25 26 28 29 32 33 34 34 34