Verantwoordelijke uitgever: Dirk Smet, Dexia Bank, Pachecolaan 44, 1000 Brussel – RPR Brussel BTW BE 0403.201.185 – SDRA0910-2 JANUARI 2007
2007 Deze studie werd gerealiseerd in december 2006 (met de tot dan beschikbare informatie) door de Researchafdeling van Dexia Bank in samenwerking met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en de Union des Villes et Communes de Wallonie (UVCW).
uitdaging De financiële uitdagingen voor de nieuwe gemeentebesturen
gemeente
BANK & VERZEKERINGEN
Cover fichesNL.indd 1
25-01-2007 12:26:21
Uitgaven Ontvangsten
Personeel
Werking
Overdrachten
Schulden
Prestaties
Belastingen
Fondsen & toelagen
Schulden
fiche
8
De vrijmaking van de energiemarkt Waarover gaat het?
Regelgevend kader
De gemeenten hebben – vooral via de intercommunales – altijd een centrale rol gespeeld in het vervoer en de distributie van energie (door de wetten van 1 maart 1922 en 10 maart 1925). De gemeenten ontvingen als aandeelhouder in de intercommunales voor elektriciteits- en gasdistributie aanzienlijke dividenden. Zelf brachten ze in ruil hiervoor het vrij gebruik in van de openbare weg (voor de aanleg van gasleidingen en het elektriciteitskabelnetwerk) en hun monopolie op het cliënteel (in de gemengde intercommunales “immateriële” dividenden genoemd).
Verscheidene Europese richtlijnen leggen de principes vast voor de liberalisering van de energiemarkt in de lidstaten. Een van de grote principes van deze richtlijnen is de scheiding (boekhoudkundig, functioneel en juridisch) tussen de activiteit van het netbeheer (dat een natuurlijk monopolie blijft) en de activiteiten waarbij concurrentie mogelijk is, namelijk de productie en de levering. De diverse Europese richtlijnen werden op federaal en gewestelijk niveau omgezet naar Belgisch recht, rekening houdend met de verdeling van de bevoegdheden in ons land. Tabel 1 geeft een overzicht van de belangrijkste wetteksten.
Voor België heeft dit vrijmakingsproces er concreet toe geleid dat de energie-intercommunales zich gedwongen zagen hun activiteiten van netbeheer (activiteit “net”) en die van aanen verkoop van energie (activiteit “levering”) van elkaar te scheiden. In de vrijgemaakte markt spitst de rol van de gemeenten zich voortaan toe op de activiteit van distributienetbeheerder (DNB), waarvan de vergoeding strikt geregeld wordt door de CREG (op basis van vastgelegde tarieven). Ze verliezen daarentegen de vergoeding die verbonden was aan de commerciële activiteiten van de intercommunales.
Timing Elk gewest is bevoegd om het tijdschema te bepalen voor de openstelling van zijn energiemarkt (rekening houdend met de streefdata die de Europese Unie vastlegde). - Vlaanderen: volledige liberalisering sedert 1 juli 2003. - Wallonië en Brussel: • sinds 1 januari 2003 kunnen de grote professionele consumenten van elektriciteit (meer dan 10 GWh per jaar) een leverancier kiezen en sinds 4 januari 2004 geldt dit ook voor gas (meer dan 12 GWh per jaar); • verbruik exclusief bestemd voor beroepsdoeleinden en op vraag sinds 1 juli 2004; • alle andere consumenten (residentiële en professionele) kunnen een leverancier kiezen vanaf 1 januari 2007.
Tabel 1
Overzicht van het regelgevend kader voor de liberalisering van de energiemarkt Europees niveau Elektriciteitsmarkt
Gasmarkt
Richtlijn 2003/54/EG (die richtlijn 96/92/CE opheft) van 26 juni Richtlijn 2003/55/EG (die richtlijn 98/30/CE opheft) van 26 juni 2003 betreffende de gemeenschappelijke regels voor de binnen 2003 betreffende de gemeenschappelijke regels voor de binnen landse elektriciteitsmarkt. landse gasmarkt. Federaal niveau Elektriciteitsmarkt
Gasmarkt
Wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. Wet van 1 juni 2005 die de wet van 29 april 1999 wijzigt.
Wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de gasmarkt. Wet van 1 juni 2005 die de wet van 29 april 1999 wijzigt.
Gewestelijk niveau Elektriciteitsmarkt - Vlaanderen: decreet van 17 juli 2000. - Wallonië: decreet van 12 april 2001. - Brussel: ordonnantie van 19 juli 2001.
Gasmarkt - Vlaanderen: decreet van 6 juli 2001. - Wallonië: decreet van 19 december 2002. - Brussel: ordonnantie van 1 april 2004.
Belangrijke evoluties met impact op de ontvangsten
Vanaf het midden van de jaren 90 gaf de Europese Unie de aanzet om het proces van liberalisering van de energiemarkt op gang te brengen. De vrijmaking wilde een einde maken aan wat historisch gegroeid was, nl. de afscherming van de natio nale markt waarop één enkele speler domineerde. Daartoe werd er door het opleggen van Europese regels voornamelijk een opsplitsing gemaakt tussen de diverse activiteiten (productie, vervoer, distributie en levering). Gewoonlijk werden al deze activiteiten binnen een nationale markt uitgevoerd door een bedrijf met een feitelijk monopolie.
Fiche 8 I De vrijmaking van de energiemarkt
Figuur 1
Voornaamste spelers op de elektriciteitsmarkt na de volledige liberalisering Regulering CREG Nationaal
VREG Vlaanderen
CWaPE Wallonië
BIM Brussel
Productie
Transport
Distributie
Levering
Concurrentie
Monopolie
Monopolie
Concurrentie Leveringsvergunning
Producent met overheidsparticipatie SPE
ELIA
30 % Publi-T
Privéproducenten Electrabel e.a.
Belangrijke evoluties met impact op de ontvangsten
Distributienetbeheerders
Gemengde intercommunales
40 % Free Float
Buitenlandse producenten
Zuivere intercommunales
27,45 % Electrabel
Zelfproducenten
• ALE – Trading • City Power • Echte Energie Belgïe • Ecopower • EDF Belgium • Electrabel • Electrabel Customer Solutions • Elektriciteitsbedrijf Merksplas • Eneco Energie International • Energo • E.ON Belgium • Essent Belgium • Lampiris
EANDIS Infrax Metrix Indexis Netmanagement
2,55 % Publipart
Figuur 2
Voornaamste spelers op de gasmarkt na volledige liberalisering Regulering CREG Nationaal
VREG Vlaanderen
CWaPE Wallonië
BIM Brussel
Import
Transport
Distributie
Levering
Concurrentie
Monopolie
Monopolie
Concurrentie
Transportvergunning Distrigas e.a.
FLUXYS (nog niet officieel aangesteld)
Leveringsvergunning Distributienetbeheerders
Gemengde intercommunales Zuivere intercommunales EANDIS Infrax Metrix Indexis Netmanagement
• ALG – Négoce • City Power • Distrigas • EDF Belgium • E.ON Ruhrgas AG • Electrabel Customer Solutions • Elektriciteitsbedrijf Merksplas • Eneco Energiehandelsbedrijf • Energo • E.ON Belgium • Essent Belgium • Gaz de France • Intergas Levering • Luminus • Nuon Belgium • RWE Energy Nederland • SPE • Wingas Belgium GmbH
Fiche 8 I De vrijmaking van de energiemarkt
Financiële impact
Grafiek 1
Voor Wallonië en Brussel is het verlies over dezelfde periode duidelijk kleiner (gemiddeld -6,3 % volgens de gemeente begrotingen) omdat de vrijmaking zich beperkte tot alleen de professionele cliënten (en dan nog uitsluitend voor wie er uitdrukkelijk voor koos). De markt zal pas in 2007 volledig vrijgemaakt zijn.
-13 %
500 400 300
-50 % 200
-20 %
100 0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
Elektriciteit Gas
Grafiek 2
Evolutie van de energiedividenden voor de Waalse en Brusselse gemeenten – begrotingen 2000-2005 (gedeeltelijke vrijmaking van de markt) 250 200 150 100 50 0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
Elektriciteit Gas
Tabel 2
Niveau en evolutie van de energiedividenden die gemeenten ontvangen – begrotingen 2000 en 2005 2000
2005
Verschil 2000-2005 (in %)
Elektriciteit
414 205 979
132 726 592
-68,0 %
Gas
127 149 880
49 118 250
-61,4 %
Totaal
541 355 859
181 844 842
-66,4 %
114 782 810
105 047 285
-8,5 %
Vlaanderen
Wallonië Elektriciteit Gas Totaal
37 707 258
41 313 326
9,6 %
152 490 068
146 360 611
-4,0 %
Brussel Elektriciteit
52 889 393
47 155 522
-10,8 %
Gas
19 032 568
16 671 000
-12,4 %
Totaal
71 921 961
63 826 522
-11,3 %
Belangrijke evoluties met impact op de ontvangsten
De financiële impact verschilt echter zeer sterk per gewest (zelfs per gemeente). In Vlaanderen is de financiële impact zeer aanzienlijk geweest omdat de markt al volledig vrijgemaakt is sinds 1 juli 2003 en de “immateriële” dividenden verhoudingsgewijs hoger lagen dan voor de overige gewesten van het land (7,9 % van de totale gewone ontvangsten – vóór de liberalisering – tegen 4,6 % voor Brussel en 4,0 % voor Wallonië). Voor de gezamenlijke Vlaamse gemeenten bedroeg het verlies aan dividenden tussen 2000 en 2005 (tijdens de periode dat de markt werd opengesteld) bijna 360 mil joen EUR, d.i. een daling van meer dan 66 % (tabel 2).
600
in miljoenen EUR
In 2000, dus vóór de liberalisering, inden alle gemeenten van het land in totaal 765,8 miljoen EUR aan dividenden, wat overeenkomt met 7,0 % van hun gewone ontvangsten. In 2005 beliepen de energiedividenden nog slechts 392,0 miljoen EUR, d.i. 3,0 % van hun gewone ontvangsten. De gemeenten verloren dus in absolute waarde voor 373,8 miljoen EUR opbrengsten, wat overeenkomt met een daling van nagenoeg 50 %.
Evolutie van de energiedividenden voor de Vlaamse gemeenten – begrotingen 2000-2005 (volledige vrijmaking van de markt)
in miljoenen EUR
De dividenden van de energie-intercommunales (eventueel toegekend via de financieringsintercommunales) worden door de gemeenten bij de zogenaamde gewone schuld ontvangsten geboekt, d.w.z. bij de weerkerende financiële ontvangsten.
Fiche 8 I De vrijmaking van de energiemarkt
Sommige gewestregeringen riepen echter compensatie mechanismes in het leven.
Belangrijke evoluties met impact op de ontvangsten
Heffing wegennet Het decreet van het Waalse Gewest en de ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de organisatie van de vrijmaking van de elektriciteitsmarkt voorzien beide de invoering van een heffing voor het wegennet (voor het gebruik van het openbaar domein). Deze heffing valt ten laste van de netbeheerders en komt ten gunste van de gemeenten. In Wallonië slaat deze heffing alleen op elektriciteit. Het mechanisme is sinds 2003 in voege en genereert jaarlijks ±35 miljoen EUR aan opbrengsten. Deze opbrengsten worden doorgestort aan de gemeenten, hetzij rechtstreeks onder de vorm van een concessierecht (ontvangsten uit prestaties) hetzij onrechtstreeks in de vorm van een dividend (schuldontvangsten) dat de financieringsintercommunales via een financiële pooling van de gezamenlijke ernergieontvangsten aan de gemeenten bezorgen. Over het instellen van een gelijkaardige heffing voor gas wordt nog onderhandeld. In Brussel hebben de 19 gemeenten regels uitgevaardigd voor het invoeren van een heffing voor elektriciteit en gas. Dit mechanisme trad op 1 juli 2004 in werking. De begrotingsopbrengst voor 2005 wordt geraamd op 14,4 miljoen EUR en zal, eens op kruissnelheid, wanneer alle cliënten in aanmerking komen, vermoedelijk 27 miljoen EUR bedragen.
De Vlaamse regering is van plan om deze bijdrage vanaf 2008 vervroegd af te schaffen en heeft er zich (zo nodig) toe verbonden om het financieel verlies voor de gemeenten te compenseren. De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden heeft echter de gemeenten in zijn rondzendbrief van 20 juli 2006 over de begrotingsonderrichtingen voor 2007 gevraagd, om met deze hypothese geen rekening te houden in de meerjarenprognoses. Het Waalse en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die reeds over hun eigen compensatiemechanisme beschikken, hebben om een vrijstelling gevraagd van deze federale heffing op hun grondgebied.
Deelneming in de activiteiten “transport” en “levering” Terwijl de intercommunales verplicht zijn om hun activiteit toe te spitsen op het beheer van de distributienetten (DNB), belet niets de gemeenten om hun belangen in andere “activiteiten” te behouden, wat een extra vergoeding oplevert. Zo hebben de gemeenten belangen genomen in: - Elia en Fluxys, dit zijn transportnetbeheerders(1); - bedrijven die energie leveren (ECS, Luminus …). De gemeenten namen daarnaast nog een participatie in het productiebedrijf SPE (49 %, Centrica en Gaz de France hebben samen 51 %) en in Distrigas (31,2 %).
Andere impact Eliaheffing - In Vlaanderen krijgen de gemeenten een compensatie via de “Eliaheffing” die door het federale niveau werd ingesteld. Technisch gezien neemt deze heffing de vorm aan van een extra belasting op het distributienet (DNB). De opbrengst wordt gecentraliseerd in een fonds dat beheerd wordt door de CREG (federale regelgever), die vervolgens overgaat tot een verdeling aan de gemeenten op een manier die samen met de gewestelijke instanties wordt bepaald. Deze compensatie wordt geboekt als een toelage van de federale overheid aan de gemeenten (ontvangsten uit overdrachten).
-
Dit compensatiemechanisme, dat slaat op het verlies van elektriciteitsdividenden en op 1 mei 2004 in werking trad, is echter degressief: - 4,91 EUR/MWh tot 1 juli 2007; - 2,50 EUR/MWh tot 1 juli 2010; - 0 EUR vanaf 1 juli 2010. - Concreet gezien, kunnen de verwachte ontvangsten voor de Vlaamse gemeenten jaarlijks als volgt worden geraamd: - 2004: 107,9 miljoen EUR; - 2005-2006: 161,3 miljoen EUR; - 2007: 120,8 miljoen EUR; - 2008-2009: 80,6 miljoen EUR; - 2010: 40,3 miljoen EUR.
Aankoopvoorwaarden van energie voor eigen behoef ten: de gemeenten zijn zelf energieconsumenten en dus verplicht om een leveringscontract af te sluiten via de procedure van de overheidsopdracht (indien nodig via de formule van gegroepeerde aankoop). Beheer van de openbare verlichting: voor de vrijmaking van de markt verzorgden de intercommunales tegen gunstige voorwaarden de straatverlichting op het grondgebied van de aangesloten gemeenten. Naargelang van het gewest werd deze service op een uiteenlopende manier ondergebracht bij de openbaredienstverplichtingen (ODV), zodat de financiering min of meer door de distributienetbeheerder (DNB) wordt gewaarborgd (via de extra belasting die aan de consument wordt verrekend). Op basis van de omvang van de kosten die niet door de ODV’s worden gedragen, dreigen de kosten van de gemeenten voor de verwezenlijking van deze opdracht de komende jaren gevoelig te zullen oplopen. Geografische verschillen inzake energiekosten: de vrijmaking van de markt leidt tot radicale wijzigingen in de manier waarop de elektriciteitsprijzen worden vastgesteld. In plaats van een eenvormige prijs die tot de liberalisering voor het hele grondgebied van kracht was, verschilt de distributieprijs (die slechts een bestand-
Via de Gemeentelijke holding (en op zijn beurt via Publi-T) voor Elia en via Publigas voor Fluxys.
(1)
Fiche 8 I De vrijmaking van de energiemarkt
deel van de totale prijs is) geografisch volgens de DNB’s (toepassing van het “cost-plus-systeem”, bepaald door de regelgevende instantie (CREG)). De geografische verschillen op het vlak van de energieprijs kunnen dus gevolgen hebben voor de concurrentiekracht, voornamelijk voor de attractiviteit van de ondernemingen, en bijgevolg ook voor de toekomstige economische dynamiek van bepaalde gebieden.
Verwante dossiers -
-
Bijkomende informatie -
-
-
-
Informatie over de organisatie van de energiemarkt is beschikbaar op de websites van de verschillende regulatoren: • CREG: www.creg.be • VREG: www.vreg.be • CWaPE: www.cwape.be • BIM: www.ibgebim.be. Dossier beschikbaar op de website van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG): www.vvsg.be (rubriek Beleidsthema’s – Werking & Organisatie – Finan ciën – Liberalisering energiesector). Trimestriële publicatie van Dexia Bank Lokale Financiën over de intercommunales (februari 2006) beschikbaar op de website: www.dexia.be (rubriek Professioneel – Public Finance – Publicaties). Artikels over energie in het informatieblad van de Gemeentelijke Holding Holding News: www.gemhold.be (rubriek Publicaties)
Belangrijke evoluties met impact op de ontvangsten
-
Toekomstig beleid van deelnemingen in de energie sector (implicaties voor de Belgische markt van de herstructurering Suez – Gaz de France, bestemming van de opbrengst “Suez – Electrabel”, versterking van de deelneming van de gemeenten in Elia, Fluxys, GRD …). Herstructurering van de overheidsbedrijven (EANDIS, Infrax, SEGE/DISTRIWAL, SIBELGA, hervorming van de intercommunales in Wallonië …). Energiebegeleiding (door OCMW’s) en problematiek van de openbaredienstverplichtingen (ODV).