Transitievisie regio Amersfoort
Transitievisie „zorg voor jeugd‟ Regio Amersfoort
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 | Aanleiding: kind en gezin zijn ondergeschikt geraakt 2 Hoofdstuk 2 | Onze visie: eigen kracht en eigen behoeften 3 Hoofdstuk 3 | Het moet anders! 4 Hoofdstuk 4 | Op weg in de transitie: de eerste acties 6 Hoofdstuk 5 | Disclaimers 7 Bijlage 1: transitie regio Amersfoort Doelgroep Aanpak Matrix 8
Redactie en projectleiding: Saartje Sondeijker | Bureau Buhrs Derk Loorbach | DRIFT
ism
1
Inleidende woorden van de Transitie Arena „Zorg voor Jeugd‟ Voorliggend document schetst onze visie op de toekomstige zorg voor jeugd in de regio Amersfoort. Een zorg voor jeugd die maximaal inspeelt op de eigen kracht van burgers en professionals, die present is en op de meeste effectieve en menselijke manier sociale veerkracht realiseert. Onze visie moet in de praktijk richting en ruimte geven aan al die goede initiatieven die hier nu al op gericht zijn, om deze verder tot bloei te laten komen, richting te geven en te versnellen. Daarnaast schetst de visie randvoorwaarden om nieuwe manieren van denken en werken structureel met elkaar te organiseren. We zien dit document als paraplu voor de toekomst: om nieuw beleid en initiatieven aan te toetsen en richting te blijven geven aan ons gezamenlijke zoeken leerproces. We streven ernaar maximaal aan te sluiten bij de bestaande kracht van het Amersfoortse en de regio, maar schuwen ook niet aanwezige knelpunten en barrières in de jeugdzorg te benoemen en aan te pakken. We hopen dat deze visie de basis biedt om samen met het veld de komende jaren de Transitie Jeugdzorg in te gaan. Deze visie is een gezamenlijke productie van: Gerard Aanstoot [Team Menskracht] Roger Caubo [SOVEE] Jeroen Crasborn [AGIS] Gert van Dijk [Stichting Welzijn Amersfoort] Brigitta Gadella [Stichting Speciaal Onderwijs] Peter van den Hoek [AGIS] Eddy Karrenbelt [gemeente Amersfoort] Tanno Klijn [Bureau Jeugdzorg Utrecht] Ans van de Maat [Stichting De Rading] Ewout Nonhebel [Centrum Maliebaan] Lieke de Rond [gemeente Soest] Annemiek Schooten [GGD Midden-Nederland] Barbra Velthuizen [Centrum Maliebaan] Frank Vissers [Arbeids Trainings Centrum Amersfoort]
Transitievisie regio Amersfoort
Mensen voelen zich het beste in hun eigen vertrouwde omgeving, met familie en vrienden in de buurt. Mensen zijn ook gelukkiger als ze zoveel mogelijk op eigen benen kunnen staan. We gaan uit van de eigen kracht van mensen, jong en oud. Iedereen kan en wil het goede voor zichzelf en zijn of haar omgeving. Als dit om wat voor reden dan ook niet lukt, dan willen we er zijn. Dichtbij, zo vroeg mogelijk en met een aanpak op maat. De ‘Transitie Jeugdzorg’ geeft ons de kans de mens weer echt te zien en de zorg te benutten om jongeren mee te laten doen aan de maatschappij. We streven naar een prettig opvoed- en opgroeiklimaat voor jeugd en gezin. De menselijke maat in de zorg wordt nu teveel overschaduwd door regels, protocollen en procedures. De eigen kracht van professional en burger komen niet tot hun recht. Wij staan voor een zorg voor jeugd die mensgericht is, aanwezig, op maat, en op tijd.
Hoofdstuk 1 | Aanleiding: kind en gezin zijn ondergeschikt geraakt De huidige jeugdzorg is erop gericht iedereen van de beste zorg te voorzien. De professionalisering van de jeugdzorg heeft daar de afgelopen jaren flink aan bijgedragen. Het systeem jeugdzorg wordt vaak getypeerd met termen als „specialisatie‟, „beheersing‟ en „verantwoordingsmechanismen‟. Misschien mede hierdoor zijn het vaak de meervoudige probleemgezinnen die tussen wal en schip vallen. Daarnaast leidt de nadruk op zorgverlening niet altijd tot minimaliseren van de zorgbehoefte. Kortom, de aandacht van het systeem voor het verbeteren en professionaliseren van de jeugdzorg levert veel kwaliteitswinst. Het leidt echter niet tot een effectieve aanpak van meervoudige problemen en effectieve vermindering van de zorgvraag, bijvoorbeeld door preventie en vroeginterventie. Het systeem is in die gevallen belangrijker geworden dan de behoeften en kwaliteiten van het kind en het gezin. Het doet tevens geen recht aan de kwaliteiten van de professional om te doen wat nodig is. De afgelopen jaren is de sector juist op deze onderwerpen steeds verder verkrampt, doordat de focus ligt op dat wat niet goed gaat. Hierop wordt door het systeem gereageerd met het uitoefenen van meer controle. Incidenten in de media, oplopende kosten en bezuinigingen versterken dit patroon. Veel negatieve energie komt terecht in overleg, afstemming en controle. Het patroon leidt bovendien tot een voortdurende handelingsverlegenheid bij professionals .
ism
2
UITGELICHT – Afhankelijkheid van het systeem jeugdzorg Zorgverleners en zorgvragers zijn in de regio Amersfoort steeds afhankelijker van elkaar geworden doordat het systeem is gebaseerd op het recht op zorg. De zorgverlener wordt gefinancierd op basis van contactmomenten, hoeveelheden cliënten of behandelingen. De zorgvrager is in zekere mate ook afhankelijk van het systeem: financieel, wat betreft ondersteuning en in termen van aandacht. Er zijn geen prikkels om deze onderlinge afhankelijkheid te doorbreken, dus het bestaande systeem blijft in stand. In het contact met de cliënt zien we allerlei problemen: Concurrentie en gebrekkige afstemming tussen zorginstellingen: zorginitiatieven werken elkaar tegen en de cliënt is hiervan vaak de dupe. Een focus op deelproblemen: een gezin krijgt vaak met meerdere instellingen te maken die allemaal vanuit hun eigen expertise ‘het beste’ willen voor het gezin. Alsmaar voortdurende zorgverlening: mensen worden niet aangesproken op hun eigen kracht. Handelingsverlegenheid: niet tijdig ingrijpen waar dat hard nodig is, omdat de vele verschillende problemen binnen één gezin niet echt doorgrond worden.
De komende jaren bieden de kans om zorg voor jeugd in de regio Amersfoort fundamenteel te vernieuwen. De nationale overheid gaat de komende jaren de jeugdzorg decentraliseren, inclusief de financiële middelen die hierbij horen. Deze verandering geeft ons als regio de ruimte om met elkaar tot een nieuwe manier van denken en werken te komen. Vooral als het gaat om het voorkomen of vroeg oplossen van problemen en het effectief aanpakken van complexe multiprobleemsituaties. We behouden het goede van de jeugdzorg en de verbeteringen die de afgelopen jaren zijn gerealiseerd, en vullen dat aan met het beste uit tal van recente experimenten. Zo laten we de te late ingrepen, de negatieve energie, de miscommunicatie, de inefficiënties en de zwaarte van het systeem achter ons.
Transitievisie regio Amersfoort
3
Hoofdstuk 2 | Onze visie: eigen kracht en eigen behoeften Wij geloven in de eigen kracht van iedere burger en professional. Zowel mensen die in sterke mate ondersteuning en hulp nodig hebben als diegenen die geen beroep doen op jeugdzorg, worden naar onze mening vaak onvoldoende op deze eigen kracht aangesproken. In lijn hiermee zijn we eensgezind over het standpunt dat beschikbare zorg in de toekomst moet ontstaan op basis van de maatschappelijke behoefte: Waar vragen burgers zelf om? Wat leeft er in gemeenschappen? Welke hulp vragen zij? En wordt dit door professionals ook opgepikt als een opgave waarbij zij kunnen ondersteunen? We willen toe naar een zorg voor jeugd die mensgericht, stimulerend en ontwikkelend werkt. Het doel is te komen tot een prettig opvoed- en opgroeiklimaat voor jongeren. We streven naar een aanpak op maat, die proactief is en mensen zo veel mogelijk mee laat doen in de maatschappij. We willen tijdig ter plekke zijn als het nodig is, maar ook durven loslaten wanneer dat kan. VOORBEELD: In de praktijk kan dit bijvoorbeeld betekenen dat verschillende professionals gekoppeld worden aan een jongere of gezin. Afhankelijk van het type en de zwaarte van de problematiek opereren deze professionals in een multidisciplinair team. Zij kunnen snel advies of consult inwinnen. Het team bepaalt vervolgens welke (professionele) zorg en ondersteuning nodig is en spreekt instellingen hierop direct aan. Deze instellingen zijn zo georganiseerd dat ze flexibel en snel zorg op maat kunnen bieden.
De zorgbehoeften van cliënten verschillen in hoge mate. Toch kunnen we in de regio Amersfoort vier groepen onderscheiden (zie de figuur hieronder en bijlage 1): - Geen hulp: verreweg de meeste mensen hebben geen hulp nodig en kunnen met de reguliere contactmomenten prima hun eigen leven invullen. Deze groep staat al in de eigen kracht en preventie en voorlichting voorkomen problemen. Eerste signalen van verergering worden vanuit het eigen netwerk opgepikt. Tijdelijke ondersteuning/lichte hulp: een kleinere groep heeft soms behoefte aan tijdelijke ondersteuning bij een enkelvoudig probleem. Deze behoefte moet gericht preventief worden (h)erkend, op maat en vroegtijdig worden beantwoord. Vaak verlenen 1e lijns zorgverleners deze lichte vorm van zorg, waarna zo snel mogelijk weer wordt losgelaten.
ism
-
-
Multi-problem: een nog kleinere groep heeft behoefte aan langdurige (of zelfs oneindige) vormen van ondersteuning en hulp. Het gaat dan vaak om gezinnen met een opeenstapeling van problemen. Vroegsignalering en vroeginterventie zijn hierbij van belang. Waar nodig moet professionele hulp worden ingeschakeld. Ook hier zijn de interventies mede gericht op het zo snel mogelijk loslaten en zelfredzaam maken van het gezin. Achter de voordeur: tenslotte blijft er de kleinste groep van gezinnen over waar sprake is van onmacht of onwil betreffende de opvoeding van kinderen. Ingrijpen achter de voordeur en het erbij halen van bevoegde instanties zoals politie, AMK etc, is hier vaak hard nodig.
In de basis benadrukken we dat alle zorg erop gericht moet zijn om mensen maximaal te ondersteunen in hun ontwikkeling en eigen kracht om participatie in de maatschappij naar vermogen mogelijk te maken.
Transitievisie regio Amersfoort
Hoofdstuk 3 | Het moet anders! De vraag die we onszelf nu stellen is: “Hoe vertalen we deze manier van denken naar efficiënte en slimme manieren van doen?” Wanneer we de problematiek en het eerder beschreven perspectief tegen elkaar aan houden, moeten we constateren dat ons „ideaalplaatje‟ niet binnen de spelregels van het huidige systeem past. Dit systeem stimuleert de preventieve zorgkant, het loslaten en de eigen regie van de burger te weinig. Het toekomstige systeem rondom zorg voor jeugd in de regio Amersfoort heeft andere randvoorwaarden nodig. We realiseren ons dat dit voor onze organisaties betekent dat we fundamenteel andere structuren en werkwijzen moeten ontwikkelen. We zullen de eigenheid die we sinds jaar en dag kennen, deels moeten loslaten.
De praktijk gaat er anders uit zien In de praktijk zien we dat de relatie tussen burger en professional niet alleen moet veranderen, maar ook meer centraal moet komen te staan. Meer concreet willen we toe naar een zorg voor jeugd waarin we in de basis uitgaan van onderstaande houding van burger en professional.
Regierol van de burger We willen de burger meer eigen verantwoordelijkheid geven in de zorg voor zichzelf en anderen. Zorg voor jeugd moet in lijn daarmee veel sterker uitgaan van de vraag van de cliënt. De burger moet weten dat deze verwachting er ligt maar ook gefaciliteerd worden in het pakken van deze „macht‟. De vraagarticulatie wordt uitgangspunt om oplossingsgericht te werken. Dit betekent dat de professional de zorgvraag (op de echt specialistische zorg na) los bekijkt van het zorgaanbod en de producten die we nu kennen. Dit vraagt verwachtingenmanagement aan de kant van de professional, maar ook stimulering van eigen kracht. Burgers mogen niet langer in een afhankelijkheidsrol worden gebracht. Een professional staat meer als coach naast de cliënt en neemt zo min mogelijk zorg over. Hiermee wordt de huidige prikkel „recht op zorg‟ omgebogen naar „recht op participatie‟.
ism
4
UITGELICHT - De professional heeft andere competenties nodig Ons beeld betekent dat de burger in de regio Amersfoort aan het stuur staat en bepaalt welke vraag hij/zij nodig heeft. Een professional onderzoekt vervolgens tot waar en wanneer de zorg moet reiken. Een dergelijke aanpak vraagt nieuwe kwaliteiten van een professional: In staat zijn de ‘toegangspoort’ te bedienen; bepalen of er zorg nodig is en tot hoever die reikt. de zorgvragen agenderen en aanpakken op het geëigende schaalniveau en in het juiste volume. De cliënt niet in een afhankelijkheidsrol plaatsen: niet voor maat met mensen werken. Versterken wat de cliënt wel kan en niet enkel kijken naar wat niet goed gaat. Zorg zoveel mogelijk preventief en in de directe omgeving van de cliënt organiseren. Professionele zorg raakt naar de achtergrond en wordt gast in de wijk. Tegelijk hard ingrijpen als een specialist nodig is en niet koste wat kost alles in de 1e lijn willen oplossen. Tekenen van zorgbehoefte snel(ler) oppakken: niet wachten met het benoemen van een probleem, maar tijdig doen wat nodig is. Continu een passend perspectief voor de cliënt voor ogen houden Grenzen aan zelfredzaamheid kennen; afstemming zoeken in luisteren naar de wensen van cliënt in het bepalen wat nodig is. Vooruitkijken, de tijd nemen en de ruimte voelen om te doen wat nodig is.
Ruimte voor de relatie tussen burger en professional Centraal in ons toekomstperspectief staat de relatie tussen burger en professional. Zij moeten de ruimte krijgen om samen zo snel mogelijk problemen en belemmeringen weg te nemen. Alles is hierbij gericht op het naar vermogen meedoen van het kind of gezin in de maatschappij. Het systeem is dienend en ondersteunend hieraan. De burger bepaalt de vraag, de professional bepaalt of er behoefte is aan zorg en wat de juiste aanpak is. De professional bepaalt ook de grens van loslaten en begeleiden.
Transitievisie regio Amersfoort
5
Samen komen tot een plan van aanpak Met name bij multi problem gezinnen en kwesties als huiselijk geweld en kindermishandeling is het belangrijk dat het gezin samen – face-to-face - met de verschillende professionals komen tot een integraal plan van aanpak. Momenteel komt een plan geïsoleerd van het gezin en gefragmenteerd (iedere professional heeft zijn eigen rol en aanpak) tot stand. Met deze verandering verwachten we een stap in de goede richting te zetten in het bevorderen van de ontschotting.
jeugd moeten hierop „meeliften‟ om de ingezette verandering te versnellen en richting te geven. -
Ons doel is zorg voor jeugd meer tijdig en dicht bij het gezin te realiseren. We delen met elkaar dat we de noodzaak voor specialistische zorg vóór kunnen zijn (in ieder geval bij meer enkelvoudige problematiek) als we in een vroeg stadium veel sterker inzetten op preventie en vroegsignalering. Centraal daarbij staat de rol van ouders en het faciliteren van de professional dat zij uit hun situatie van onmacht worden getild.
Kantelpunten in het systeem in relatie tot de omgeving We zien al jaren de voorbodes van de hierboven beschreven nieuwe manier van werken: in experimenten, in beleidsstukken, in gesprekken en in intenties. Tot nu toe is een grootschalige en gezamenlijke omslag in de regio nog niet gekomen. Van experimenten liep de financiering af, organisaties konden het niet met elkaar eens worden en bestuurlijke en financiële onduidelijkheid leidde tot vertragingen. Nu is het moment om wél de gewenste snelheid, richting en gezamenlijkheid te ontwikkelen. De wil en bereidheid is er vanuit de sector en de professional. De bestuurlijke noodzaak wordt gevoeld en de stelselwijziging biedt een mooie opstap. We stellen voor dat de komende overgangsperiode in de regio Amersfoort wordt aangegrepen om veranderingen te stimuleren op tenminste de volgende onderwerpen. We zien deze als cruciale kantelpunten op weg naar onze visie. - Verbinding zoeken met andere domeinen Het realiseren van eigen kracht vraagt meer van het pedagogische klimaat en informele netwerk rondom het kind of gezin, zoals de school, de voetbalclub, het veiligheidshuis en het consultatiebureau. Zorg voor jeugd moet aansluiting zoeken bij (of zelfs zorg overhevelen naar) dergelijke domeinen voor het waarborgen van integrale zorgverlening en het stimuleren van eigen regie. Ook in het kader van de bezuinigingen is dit een wenselijke ontwikkeling. - Aansluiten bij ingezette beleidsontwikkelingen Op beleidsniveau spelen allerlei ontwikkelingen die het goede voorbeeld geven en nauwkeurig passen binnen het beeld wat we schetsen in deze visie. Een voorbeeld hiervan is het gemeenschappelijk pedagogisch kader waar momenteel aan gewerkt wordt. De toekomstige ontwikkelingen in de zorg voor
ism
Haal zorg voor jeugd meer naar de voorkant, slank specialistische zorg af
-
Klimaat van samenwerken, kruisbestuiving en leren Handelingsverlegenheid van professionals ontstaat daar waar de competenties niet ver genoeg reiken voor de complexe situaties waarmee zij moeten dealen. Juist door synergie te zoeken tussen de eerste en tweede lijn en expertise en kennis van specialistische zorg (bijvoorbeeld de goede dingen die in de GGZ momenteel plaatsvinden) door te laten sijpelen aan de voorkant wordt het systeem als geheel kracht bij gezet.
-
Beleidstransitie binnen gemeenten De gemeenten in de regio Amersfoort worden voor meer domeinen verantwoordelijk: provinciale jeugdzorg, jeugd GGZ, jeugd LVG, AWBZ, jeugdbescherming en –reclassering. Dit maakt samenwerking tussen professionals makkelijker en motiveert om verdere ontschotting (financieel en organisatorisch) te realiseren. Ingezet moet worden op een regierol die randvoorwaarden creëren om samenwerking, verbinding en bundeling van geldstromen te faciliteren. Dit kan bijvoorbeeld doordat gemeenten een Programma van Eisen opstellen waar dergelijke randvoorwaarden onderdeel van uitmaken en gekoppeld worden aan kwalitatieve doelen. Hiermee hebben gemeenten een instrument in handen om een professionele cultuur te creëren gericht op [1] het faciliteren van ruimte en creativiteit voor de professional, [2] het sturen op betrokkenheid en kwaliteit van de oplossing en [3] het benutten van kansen en ontwikkelen van eigen kracht.
Transitievisie regio Amersfoort
Hoofdstuk 4 | Op weg in de transitie: eerste acties Resumerend zien we een aantal thema‟s die een kansrijke richting bieden om de visie die we in dit document hebben neergelegd te praktiseren. Deze thema‟s willen we tezamen en met elkaar oppakken zodat we in de regio Amersfoort de beweging die is ingezet, kunnen versnellen en richting geven. Het betreffen de volgende thema‟s: 1. Cultuur van samenwerken en kennis uitwisselen: expertise en kennis naar de voorkant halen ter voorkoming van handelingsverlegenheid van de professional 2. Ouders hun positie van macht teruggeven: naast de burger staan om eigen kracht en eigen regie te versterken 3. Vraagarticulatie van de klant benutten om oplossingsgericht te werken 4. Samen met het gezin, de professional en het omliggende netwerk komen tot een integraal plan van aanpak 5. Afslanking specialistische zorg: inzetten op preventie en vroeginterventie in relatie tot een wijkgerichte aanpak en verbinding met het pedagogische klimaat van het gezin en kind 6. Financiële ontschotting van domeinen Er is de afgelopen jaren genoeg geëxperimenteerd: we weten waar we naartoe willen en hoe we dat in experimenten realiseren. De vraag is nu hoe we een gewenste beweging inzetten waarin successen zich steeds verder uitbreiden. Een beweging die niet losstaat van het bestaande, maar de zorg voor jeugd van binnenuit vernieuwt. Net zoals ieder mens uniek is, is iedere professional dat ook. De oplossing zit dan ook niet in nieuwe blauwdrukken of protocollen. We moeten met elkaar een effectieve, warme en aanwezige zorg voor jeugd uitvinden. Bovenstaande thema‟s dekken wat ons betreft de lading van deze visie en vormen dan ook onze rode draad voor verdere acties. We stellen voor onderstaande experimenten aan te grijpen en
erop voort te borduren.
ism
6
Experiment
Sluit aan bij thema's
Doelgroep
Vroeginterventie en wijkgericht werken
Samenwerking en uitwisseling Preventief werken Verbinden met pedagogisch klimaat Bundeling financiering
Geen hulp Lichte hulp Tijdelijke ondersteuning
Menskracht
Financiele en organisatorische ontschotting Regionale opschaling
Multi problem Achter de voordeur
Indicatiearme trajecten
Vraagarticulatie van de burger benutten Samen met gezin tot integraal plan komen Preventief werken Financiele en organisatorische ontschotting
Lichte hulp Tijdelijke ondersteuning
Vreedzame wijken en brede school
Gemeentelijk pedagogisch kader Ouders positie van macht geven Vraagarticulatie van de burger benutten Oplossingsgericht werken
Geen hulp Lichte hulp Tijdelijke ondersteuning
Signs of safety
Handelingsverlegenheid van de professional Samen met gezin tot integraal plan komen
Multi problem Achter de voordeur
Het doel is te verkennen hoe we deze initiatieven kunnen doorontwikkelen en opschalen, passend binnen de uitgangspunten van onze visie. Doordat de gemeenten in de regio Amersfoort parallel aan elkaar verschillende experimenten oppakken, zijn we in staat om van elkaar te leren. We ontwikkelen in relatief korte tijd zicht op het totale palet aan noodzakelijke veranderingen voor de zorg voor jeugd in onze regio.
Transitievisie regio Amersfoort
Hoofdstuk 5 | Disclaimers Disclaimer gemeente We zijn met elkaar op zoek gegaan naar nieuwe manieren van denken en handelen voor een efficiënter, effectiever en slimmer zorg voor jeugdsysteem. Deze visie vormt een weerslag van de gevoerde discussie en de aangedragen ideeën. Het is nog geen omsloten of dicht getimmerd verhaal. We zoeken nog steeds en dat blijven we de komende periode ook doen. Om zaken scherper te krijgen helpt het om samen gewoon aan de slag te gaan! Ook hiervoor dragen we concrete ideeën aan. Bestuurlijk draagvlak vanuit de gemeente en de regio voor de gewenste veranderingen is belangrijk. Deze biedt ruimte en geeft de betrokken partijen in de regio Amersfoort meer kracht in hun handelen. De vraag is welk signaal de bestuurders naar de deelnemende (zorg)partijen in de regio afgeven.
Disclaimer Transitie Arena „Zorg voor Jeugd‟ We delen de woorden en achterliggende ideeën in deze visie, maar erkennen dat we nog veel hobbels moeten nemen. Het begint met dezelfde taal spreken en de rust nemen om nader tot elkaar te komen. We willen hier graag mee aan de slag om deze nieuwe beweging vanuit het bestaande in gang te zetten. We zien hiervoor voldoende aanknopingspunten en acties zoals verwoord in dit document.
.
ism
7
Transitievisie regio Amersfoort
8
Bijlage 1: transitie regio Amersfoort Doelgroep Aanpak Matrix Doelgroep
Kantelpunten in de transitie
1)
Ouders, opvoeders en kinderen die het zelfstandig en zonder hulp redden
2)
Ouders, opvoeders en kinderen waar sprake is van enkelvoudige problematiek
3)
Ouders, opvoeders en kinderen waar sprake is van meervoudige problematiek en/of multiproblem gezinnen
ism
Versterken professionals in de eerste lijn (leerkrachten, medewerkers kinderopvang, medewerkers van de JGZ) Sturen door professionals op zelfredzaamheid van opvoeders en kinderen én het inzetten van het eigen netwerk (dus niet overnemen of vragen exporteren naar andere professionals) Meer vertrouwen in de professional en minder gedetailleerde verantwoording Idem punten bij doelgroep 1) Gerichte preventie en vroeg interventie
Idem punten bij doelgroep 1) Vroeg interventie Vroeg signalering en schakelen naar specialistische zorg Inzet van zorg en ondersteuning waarbij wordt gewerkt met de WRAP principes
Doelstelling van de Jeugdzorg (in brede zin)
Actieagenda Jeugdzorg (in brede zin)
Schatting omvang doelgroep
Zorgen dat eenvoudige vragen over opvoeden en opgroeien kunnen worden opgevangen door professionals die dagelijks of regelmatig met kinderen werken
Versterken van pedagogische kennis van eerste lijnprofessionals Of te wel deskundigheidsbevordering door medewerkers van de jeugdzorg, JGGZ, LVG (voorbeeld Alert4you) Algemene voorlichting over opvoed- en opgroeivragen (door de JGZ of CJG)
+/- 85% van de gezinnen
Zorgen dat professionals die dagelijks of regelmatig met kinderen werken in staat zijn signalen van enkelvoudige problematiek te onderkennen Zorgen voor gerichte preventieactiviteiten en kortdurende interventies die beschikbaar zijn in de wijk en/of op school Zorgen dat professionals die dagelijks of regelmatig met kinderen werken in staat zijn signalen van ernstige problematiek onderkennen Zorgen dat er in de wijk en op school “jeugdzorgwerker of gezinscoaches” zijn die binnen
Deskundigheidsbevordering eerste lijnprofessionals Gerichte preventieactiviteiten voor specifieke doelgroepen (door de JGZ of CJG) Beschikbaar zijn van kortdurende interventies (denk hierbij aan lichte ambulante zorg en trainingen omgaan met faalangst)
+/- 10% van de gezinnen
Deskundigheidsbevordering eerste lijnprofessionals Beschikbaar zijn generalisten die brede kennis hebben van de jeugdzorg en algemene kennis van andere domeinen (zoals werk, wonen en inkomen) Beschikbaar zijn van specialisten
+/- 3 à 5% van de gezinnen
Transitievisie regio Amersfoort
4)
Ouders, opvoeders en kinderen waar er spraken is van onmacht of onwil betreffende opvoeding (of te wel waar de veiligheid in het gedrang is)1
9
Idem punten bij doelgroep 1) Vroeg signalering en inschakelen bevoegde instanties (politie, AMK, jeugdbescherming en – jeugdreclassering) door burgers en professionals Inzet van zorg en ondersteuning waarbij wordt gewerkt met de WRAP principes
het “gezinssysteem” dat kunnen doen met nodig is Zorgen voor de benodigde specialistische zorg (denk hierbij aan de inzet van J-GGZ, LVG en zwaardere vormen van jeugdzorg als pleegzorg en residentiële zorg) Zorgen dat professionals die werken met jeugdigen en opvoeders (zowel eerste lijns- als tweedelijns professionals) in staat zijn signalen van “niet pluis” of veiligheidsrisico „s te onderkennen en bevoegde instanties in te schakelen Zorgen dat er bevoegde medewerkers zijn voor het doen van onderzoek, bieden van bescherming (indien nodig binnen 24 uur) én organiseren van de benodigde zorg en andere ondersteuning Zorgen dat er specialistische zorg is (denk hierbij aan de inzet van J-GGZ, LVG en zwaardere vormen van jeugdzorg als pleegzorg, residentiële zorg en jeugdzorgPlus)
die snel inzetbaar zijn
Deskundigheidsbevordering eerste en tweede lijnprofessionals Beschikbaar zijn bevoegde medewerkers die kennis hebben van het gedwongen kader, die kunnen werken op scheidsvlak van drang en dwang, brede kennis hebben van de jeugdzorg en algemene kennis van andere domeinen (zoals werk, wonen en inkomen) Beschikbaar zijn van specialisten die snel inzetbaar zijn
+/- 1 à 2% van de gezinnen
1 Bij onmacht kan je denken aan ouders met een lichte verstandelijke beperking en allerlei vormen van Kindermishandeling. Bij onwil kan je denken aan zwaardere vormen van
echtscheidingsproblematiek (de zogenaamde “vechtscheidingen”); jongeren die overlast veroorzaken en dreigen op het criminele pad te komen; jongeren die structureel schoolverzuim vertonen én allerlei vormen van Kindermishandeling.
ism