Transitie jeugdzorg Quick scan naar de procesopvattingen van gemeenten Provinciaal niveau
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken in opdracht van provincie Noord-Brabant Mevrouw F.E. van der Weg MSc Mei 2011
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
2
Colofon Transitie jeugdzorg Quick scan naar de procesopvattingen van gemeenten – Provinciaal niveau
Teksten en samenstelling:
Mevrouw F. van der Weg MSc
Eindredactie:
Drs. B. van der Schaft
Uitgave:
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken Koningsweg 2 Postbus 1430 5200 BL ’s-Hertogenbosch (073) 614 17 74
[email protected] www.K2.nl
De quick scan is uitgevoerd in opdracht van en gefinancierd door
de provincie Noord-Brabant
© Teksten in deze uitgave mogen alleen na toestemming van K2 worden overgenomen. Overname van beeldmateriaal is niet toegestaan.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
3
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
4
Inhoud
pagina
Inleiding
7
1.
Onderzoeksmethode: betrouwbaar en representatief
9
2.
Huidig beeld over transitieproces
11
3.
Deskundigheidsbevordering en ondersteuning
15
4.
Regio, provincie en maatschappij
19
5.
Conclusies en aanbevelingen
25
Bijlagen
27
Bijlage 1. Quick scan gemeenten
29
Bijlage 2. Antwoorden op open vragen
35
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
5
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
6
Inleiding In het Regeerakkoord (september 2010) is besloten tot een stelselherziening in de jeugdzorg: één financieringssysteem, overheveling van alle taken op het gebied van de jeugdzorg naar gemeenten, met de Centra voor Jeugd en Gezin als front office. Daarmee ontstaat voor de provincie Noord-Brabant en voor de Brabantse gemeenten een uitdagende beleidsopgave, door de provincie geschetst in het Uitvoeringsprogramma Jeugd 2011, “Puzzelen voor gevorderden”. In dit Uitvoeringsprogramma introduceert de provincie de regionale transitieagenda als middel om tot een door provincie en gemeenten gedragen kader voor de veranderingen te komen. De provincie heeft oriënterende gesprekken gevoerd met diverse belanghebbende partijen, waaronder de B5 en de Vereniging van Brabantse gemeenten. De provincie heeft zich van diverse kanten laten inspireren om te komen tot een kansrijke aanpak van het transitieproces. De provincie kiest nadrukkelijk voor het aangaan van een gezamenlijk proces met gemeenten, door strategische alliantievorming met gemeenten en door het versnellen van de provinciale inzet om op regionaal niveau partners te binden (Uitvoeringsprogramma Jeugd 2011). Inmiddels zijn de eerste uitgangspunten in overleg met de B5 verder uitgewerkt in een conceptvoorstel dat de afgelopen periode op draagvlak is verkend (Transitie Jeugdzorg Noord-Brabant: ‘samen uit, samen thuis’, ambtelijk concept d.d. 22 februari 2011). Dit proces loopt nog en komt de komende weken in RBO verband veelvuldig aan de orde. Van belang is nu een beeld te krijgen van de opvattingen, ideeën en verwachtingen van de Brabantse gemeenten over het transitieproces, hun rol daarin en de randvoorwaarden die van belang zijn voor een geslaagde transitie. De provincie voert hierover een regelmatige gedachtewisseling met de B5; de vraag is wat er op dit punt leeft bij overige 62 Brabantse gemeenten. Om deze vraag te beantwoorden heeft K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken in opdracht van de provincie Noord-Brabant een quick scan uitgevoerd, waarvan voorliggend rapport het resultaat beschrijft. De quick scan kan worden beschouwd als een nulmeting in het transitieproces en geeft een beeld van het denken op dit moment. De quick scan geeft inzicht in de veranderkundige condities waaronder de transitie wordt aangevangen, en biedt daarmee input voor volgende stappen in het proces. Leeswijzer In hoofdstuk 1 beschrijven we kort de aanpak die we hebben gehanteerd en de respons die we op de quick scan hebben gekregen. De resultaten in hoofdstuk 2 geven antwoord op de vraag welk beeld gemeenten hebben van het transitieproces en hoe ze daar tegenover staan. In hoofdstuk 3 gaan we in op de behoefte aan en ideeën over deskundigheidsbevordering ten aanzien van de transitie. Vervolgens beschrijven we in hoofdstuk 4 het schaalniveau waarop gemeenten de transitie bij voorkeur oppakken, de rol van de provincie met betrekking tot bovenregionale thema’s en het maatschappelijke effect van de transitie. Tot slot verbinden we in hoofdstuk 5 conclusies aan de resultaten en doen we een aantal aanbevelingen voor vervolgstappen. In bijlage 1 is de gebruikte vragenlijst terug te vinden. In bijlage 2 zijn alle antwoorden op de open vragen in de quick scan terug te vinden, ter informatie en inspiratie.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
7
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
8
1. Onderzoeksmethode: betrouwbaar en representatief Telefonische interviews De quick scan is uitgevoerd door middel van het afnemen van telefonische interviews bij beleidsmedewerkers jeugd bij gemeenten in Noord-Brabant, exclusief de B5 gemeenten. De interviews zijn afgenomen aan de hand van een gestructureerde vragenlijst (zie bijlage 1). Beleidsmedewerkers zijn via email op de hoogte gebracht van de quick scan, en konden aangeven op welk tijdstip zij bereikbaar waren voor een interview. Een aantal beleidsmedewerkers heeft dit gedaan. Met een groot deel is door K2 adviseurs een belafspraak ingepland en weer anderen zijn door K2 adviseurs gebeld en waren direct beschikbaar voor het interview. Totale respons In totaal is de quick scan bij 55 van de 62 gemeenten uitgevoerd. Dit komt neer op een respons van 88,7%. Berekend is hoe hoog de respons vanuit de steekproef moet zijn om betrouwbare informatie over de 1
gehele populatie op te leveren . Een respons van 54 gemeenten levert betrouwbare informatie op voor de gehele populatie van 62 gemeenten (betrouwbaarheidsniveau 95%). De respons op onze steekproef is niet alleen erg hoog, maar ook zeer betrouwbaar: de uitkomsten van de quick scan zijn representatief voor de 62 Noord-Brabantse gemeenten. Respons per regio en gemeentegrootte De respons is ongeveer gelijk verdeeld over de regio’s, al blijft deze in regio Zuidoost iets achter (zie tabel 1). Aan de quick scan deden alle zeven middelgrote gemeenten in Noord-Brabant mee. De overige 48 gemeenten zijn de kleine Noord-Brabantse gemeenten, aangezien de grote gemeenten (B5) niet in de quick 2
scan zijn meegenomen. Daar waar mogelijk en relevant nemen we deze verdelingen mee in de analyses . Tabel 1. Respons per regio t.o.v. totaal aantal gemeenten in de regio Frequentie
Aantal gemeenten
% respons
in regio Regio West-Brabant
15
17
88,2
7
7
100
Regio Noordoost-Brabant
18
19
94,7
Regio Zuidoost-Brabant
15
19
78,9
Totaal
55
62
88,7
Regio Midden-Brabant
1
Met behulp van de website: http://www.journalinks.be/steekproef/
2
Mogelijke significante verschillen tussen middelgrote en kleine gemeenten en gemeenten uit de verschillende regio’s zijn berekend. Men spreekt van een significante uitkomst als de uitkomst in sterke mate de veronderstelling ondersteunt dat het verschil niet door toeval is ontstaan, maar door iets anders.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
9
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
10
2. Huidig beeld over transitieproces In de quick scan is een aantal vragen opgenomen over het beeld dat gemeenten hebben over het transitieproces. Gevraagd werd bijvoorbeeld in hoeverre de transitie bij gemeenten, zowel bestuurlijk als ambtelijk, een thema is en wat hoe gemeenten hun rol op deze twee niveaus zien. De resultaten beschrijven we in dit hoofdstuk. Transitie jeugdzorg als thema De transitie van de jeugdzorg is op ambtelijk niveau vaker een centraal thema dan op bestuurlijk niveau – respectievelijk 36,4% en 23,6% (zie tabel 2). Hiermee hangt samen dat de transitie op bestuurlijk niveau volgens beleidsambtenaren vaak nog onvoldoende een thema is (23,6%). Zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau geeft ongeveer de helft van de gemeenten aan dat de transitie in redelijke mate een thema is. Tabel 2. Mate waarin transitie jeugdzorg op bestuurlijk en ambtelijk niveau een thema is Bestuurlijk thema
Ambtelijk thema
Frequentie
Percentage
Frequentie
Percentage
Nog helemaal niet
1
1,8
1
1,8
Nog niet voldoende
13
23,6
7
12,7
In redelijke mate
28
50,9
27
49,1
Centraal thema
13
23,6
20
36,4
De mate waarin de transitie op bestuurlijk en ambtelijk niveau een thema is bij gemeenten is niet significant afhankelijk van de gemeentegrootte. Ook tussen de regio’s zijn er geen significante verschillen. Wel wordt door Zuidoost Brabantse gemeenten het vaakst gezegd dat de transitie zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau een centraal thema is. Houding ten aanzien van het transitieproces Geen van alle gemeenten in de provincie Noord-Brabant neemt een negatieve houding ten aanzien van het transitieproces aan (zie figuur 1). De meeste gemeenten (38,2%) reageren positief afwachtend op de transitie, gevolgd door 32,7% actieve gemeenten. De houding van gemeenten ten aanzien van het transitieproces is niet afhankelijk van de gemeentegrootte. De 14,5% van de gemeenten die neutraal tegenover de transitie staan, zijn echter wel allemaal kleine gemeenten. Ook wat betreft regio indeling zijn er geen significante verschillen gevonden.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
11
Houding van gemeenten t.a.v. transitieproces 40% 38,2%
35% 30%
32,7%
25% 20% 15% 14,5%
10%
14,5%
5% 0,0%
0% Negatief afwachtend
Positief afwachtend
Neutraal
Actief
Proactief
Figuur 1. Houding van gemeenten t.a.v. transitieproces Bestuurlijke en ambtelijke acties ten aanzien van de transitie Gevraagd is wat gemeenten op bestuurlijk en ambtelijk niveau gaan doen aan de transitie van de jeugdzorg. De antwoorden op deze open vraag zijn gecategoriseerd en weergegeven in tabel 3. In bijlage 2 zijn de volledig gegeven antwoorden opgenomen. Een kleine greep uit de reacties:
“Informeren, overleggen, afstemmen, organiseren, deelnemen aan bijeenkomsten, bereidstelling rol als aanjager (trekker c.q. lid aanjaagteam).”
“Is nog niet precies duidelijk. Dat hangt af van wat er in de regio besloten wordt. Wordt zoveel mogelijk in de regio opgestart - niet los van elkaar processen starten.”
“Meedoen met regio, maar ook binnen de eigen organisatie kijken in wat voor omvang dat kan. Het vraagt een forse ambtelijke inspanning en daar moeten wel uren voor gevonden worden. En bestuurlijk uitgesproken worden dat uren daaraan besteed kunnen worden.”
Bestuurlijke en ambtelijke acties blijken niet veel van elkaar te verschillen. Op beide niveaus geven de beleidsmedewerkers het vaakst aan dat dit grotendeels afhankelijk is van wat er in de (sub)regio wordt afgesproken. Het grootste verschil tussen bestuurlijk en ambtelijk niveau is dat op ambtelijk niveau vaker al iets meer concreet is welke acties worden uitgezet (al dan niet vastgelegd in transitieagenda of Plan van aanpak).
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
12
Tabel 3. Wat gemeenten op bestuurlijk en ambtelijk niveau (gaan) doen aan de transitie Bestuurlijke acties
Ambtelijke acties
Freq.
%*
Freq.
%*
Afhankelijk van (sub)regio
37
67,3
41
74,5
Informatie verzamelen
15
27,3
18
32,7
Visie formuleren
13
23,6
12
21,8
Transitieagenda/PvA
4
7,3
12
21,8
Weet niet
6
10,9
1
1,8
*Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
Bestuurlijke en ambtelijke rol in het transitieproces Gevraagd is welke rol de gemeente op bestuurlijk en ambtelijk niveau verwachten te krijgen in het transitieproces. De antwoorden op deze open vraag zijn gecategoriseerd en weergegeven in tabel 4. De volledige antwoorden op deze vraag zijn opgenomen in bijlage 2. Voorbeelden van genoemde bestuurlijke en ambtelijke rollen zijn:
“Het ontwikkelen van eigen beleid en op onderdelen in relatie met andere gemeenten. Bestuurlijk moeten de lokale kaders van de transitie worden bepaald en wat bovenlokaal geregeld moet worden.”
“Meedenken in de ambtelijke overleggen. Concreet beeld van proactiviteit is nog niet duidelijk bijv. bij jeugdzorginstellingen op bezoek, zelf op pad gaan om informatie te verzamelen.”
Tabel 4. Welke rol gemeenten denken te krijgen op bestuurlijk en ambtelijk niveau Bestuurlijk niveau
Ambtelijk niveau
Freq.
%*
Freq.
%*
Regie/sturend
16
29,1
16
29,1
Actief participerend
11
20,0
12
21,8
Afwachtend/volgend
3
5,5
2
3,6
Zoekt (sub)regionale samenwerking
14
25,5
14
25,5
Weet niet
16
29,1
14
25,5
*Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
Ook hier blijken de verschillen tussen bestuurlijke en ambtelijke rollen zeer klein. Zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau verwacht een derde (29,1%) van de gemeenten een regierol te krijgen of te nemen. Ongeveer 20 procent van de beleidsambtenaren geven (zowel bestuurlijk als ambtelijk) aan een actieve, participerende rol ten aanzien van het transitieproces in te nemen. Een kwart van de gemeenten zegt vooral (sub)regionale samenwerking te zoeken en aan te sluiten op wat daaruit voortvloeit. Een kwart (25,5%) van de beleidsambtenaren heeft nog geen beeld van de rol van de gemeente op ambtelijk niveau, tegenover 29,1% op bestuurlijk niveau.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
13
Inzet in uren Aan de gemeenten die hebben aangegeven zich (pro)actief in te zetten in het kader van de transitie is gevraagd hoeveel tijd de gemeente daarvoor gaat vrij maken. 17 Van de 33 gemeenten aan wie deze vraag gesteld is (51,5%) zegt hier nog geen idee van te hebben. Zeven gemeenten zeggen uit te gaan van de vuistregel van de provincie, namelijk 1 uur ambtelijke inzet per jaar per 100 inwoners. Wel plaatst een aantal beleidsmedewerkers hier de kanttekening bij dat dit waarschijnlijk te weinig is. In negen gemeenten is de inzet in uren redelijk concreet. Genoemd worden: -
2011: 150 uur, 2012: minimaal 200 uur;
-
200 uur voor 2011;
-
8 uur per week voor 6 maanden vanaf april, daarna afhankelijk van keuzes;
-
4 uur extra per week om mee te denken over visie;
-
4 uur per week;
-
Voor 2011 is 540 uur vrijgemaakt. Inschatting is dat dit zeer waarschijnlijk te weinig is;
-
In 2011 niets, in 2012 200 uur. Indien dat voldoende is, blijft het voor de volgende jaren gehandhaafd;
-
Ongeveer 4 á 6 uur per week;
-
Op SRE niveau is ingeschat dat dit de gemeente ongeveer 4 uur per week tijd zou kosten. Het is natuurlijk nog lastig in te schatten, maar verwacht wordt dat dit aan de lage kant is. Men denkt eerder aan een halve formatie. Tenzij op intergemeentelijk niveau een projectleider aangesteld kan worden die deze kar trekt.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
14
3. Deskundigheidsbevordering en ondersteuning Een aantal vragen in de quick scan had betrekking op de behoefte van gemeenten aan deskundigheidsbevordering en ondersteuning. Allereerst werd gevraagd of gemeenten voldoende toegerust zijn om aan de transitie te beginnen. Vervolgens werd ingegaan op behoeften aan en ideeën over deskundigheidsbevordering, en ondersteuning door middel van een online kennisplatform. De resultaten bespreken we in dit hoofdstuk. Toerusting Bijna de helft van de gemeenten (49,1%) zegt enigszins toegerust te zijn (in kennis en vaardigheden) om aan de transitie te beginnen (zie figuur 2). Slechts vijf gemeenten (9,1%) zijn van mening er wat kennis en vaardigheden betreft helemaal klaar voor te zijn.
Mate van toerusting van gemeenten t.a.v. de transitie 50% 49,1% 40%
30%
20% 18,2% 10%
14,5% 9,1%
9,1%
Ik ben er klaar voor
Weet ik niet
0% Nog helemaal niet
Enigszins
In redelijke mate
Figuur 2. Mate van toerusting van gemeenten (in kennis en vaardigheden) ten aanzien van de transitie De mate waarin gemeenten zijn toegerust ten aanzien van de transitie is niet afhankelijk van gemeentegrootte. De 14,5% van de gemeenten nog helemaal niet zijn toegerust, zijn echter wel allemaal kleine gemeenten. Ook tussen de regio’s zijn geen significante verschillen gevonden. Wat helpt om op korte termijn stappen te zetten in het kader van de transitie? Aan de beleidsmedewerkers is gevraagd wat hen zou helpen om op korte termijn stappen te zetten in het kader van de transitie. De antwoorden op deze open vraag zijn gecodeerd en weergegeven in tabel 5. De volledige antwoorden op deze vraag zijn weergegeven in bijlage 2. Een greep uit de reacties is te vinden in de kaders op de volgende pagina. Het blijkt dat veel gemeenten allereerst behoefte hebben aan meer informatie, bijvoorbeeld over wat de transitie precies is, wat er op gemeenten afkomt, wat er in de regio wordt afgesproken en wat landelijke en wettelijke kaders zijn. Ook willen gemeenten graag meer weten over meer inhoudelijke kennis op het gebied van jeugdzorg, GGZ en LVG, het huidige aanbod en inkoop van zorg.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
15
Tabel 5. Wat helpt gemeenten om stappen te zetten in het kader van de transitie
Wat komt er op
Frequentie
Percentage*
23
41,8
18
32,7
11
20,0
26
47,3
17
30,9
14
25,5
gemeenten af? Wat zijn afspraken in de regio? Wat zijn landelijke kaders? Informatievoorziening
“ Meer informatie van het ministerie: beter weten waar we aan toe zijn, welke financiering, welke dingen worden opgelegd - verplicht? Regeerakkoord is heel abstract. Behoefte aan meer concreet wat van gemeenten gevraagd wordt.”
algemeen Ervaringen (bijv. jeugdzorg) delen (Uitvoerings)capaciteit (uren en mensen) *Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
Deskundigheidsbevordering Aan de gemeenten is gevraagd of zij gebruik zouden maken van een aanbod deskundigheidsbevordering bedoeld om gemeenten beter toe te rusten op het transitieproces. Vier gemeenten (7,3%) zeggen
“Informatie vanuit provincie over aanpak inkoopbeleid jeugdzorgaanbieders inclusief het kijken in de keuken: wat houdt jeugdzorg precies in, wat doen ze. deze info op tijd, zeker kijken in de keuken, voordat transitie afgerond is.”
hier geen belangstelling voor te hebben. Bijna de helft van de geïnterviewde beleidsmedewerkers (49,1%) zou misschien meedoen, mits aan bepaalde eisen wordt voldaan. Zo moet het aanbod bijvoorbeeld wel goed aansluiten op de vraag van gemeenten. Dit is voor een deel afhankelijk van waar gemeenten in het transitieproces zitten. Bovendien moet de meerwaarde duidelijk zijn. Een aantal beleidsmedewerkers zegt vooral behoefte te hebben aan deskundigheidsbevordering met een praktische, concrete insteek. Andere voorwaarden die genoemd worden zijn: tijdsinvestering, kosten en afstemming met regionale initiatieven. De overige ambtenaren (43,6%) geven aan dat ze zeker mee zullen doen aan een dergelijk aanbod deskundigheidsbevordering. De mate
“Wellicht dat er ingezoomd kan worden op hoe middelgrote en kleinere gemeenten met de transitie kunnen omgaan? Verder inzoomen welke gevolgen de transitie heeft voor het CJG. En wat dit financieel betekent voor gemeenten.”
waarin gemeenten behoefte hebben aan deskundigheidsbevordering is niet significant afhankelijk van gemeentegrootte of regio. Gevraagd is naar de ideeën van beleidsmedewerkers over de invulling van de deskundigheidsbevordering. De antwoorden zijn samengevat in tabel 6. Een volledige weergave van de antwoorden is te vinden in bijlage 2. De meeste beleidsmedewerkers (34,5%) geven aan (nog) geen beeld te hebben van een aanbod deskundigheidsbevordering. Iets meer dan 20% wil graag zicht op wat er op hen afkomt wat betreft het inregelen van hulp en ondersteuning en zouden daarvoor graag ervaringsdeskundigen aan het woord laten, of op werkbezoek gaan. In 20% van de gevallen geven beleidsmedewerkers aan graag een concrete en praktische invulling van het aanbod te willen. Voorbeelden hiervan zijn:
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
16
-
Duidelijke informatie over wat de transitie inhoudt. Wat komt er op gemeenten af?
-
Wat is precies je taak, wat moet ik gaan doen?
-
Naast een theoretisch gedeelte ook nadrukkelijk kijken naar praktijk: als gemeente naar je eigen omgeving kijken en deze ervaringen meenemen. Ook knelpunten die nu al naar boven komen met betrekking tot jeugdzorgbeleid. Ervaringen over problemen (en oplossingen) delen.
Tabel 6. Wat voor ideeën hebben beleidsmedewerkers over deskundigheidsbevordering? Frequentie
Percentage*
(Nog) geen beeld
19
34,5
Ervaring(sdeskundigen)
12
21,8
Concreet en praktisch
11
20,0
Overig, bijvoorbeeld financiën en omgaan
15
27,3
met instellingen (jeugdzorg, GGZ, LVG) *Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
Online kennisplatform Één van de manieren om gemeenten in het transitieproces te ondersteunen is via een online kennisplatform om informatievoorziening, kennisuitwisseling, (gezamenlijke) ontwikkeling en samenwerking te ondersteunen. Aan de respondenten is gevraagd naar hun ideeën hierover. Het grootste deel van de beleidsmedewerkers (70,9%) zal een dergelijk online kennisplatform incidenteel of frequent gaan volgen (zie figuur 3). Slechts vijf respondenten (9,1%) zeggen een actieve bijdrage aan het platform te willen leveren. Ongeveer 16% heeft geen behoefte aan een online kennisplatform. De mate waarin gemeenten belangstelling hebben voor een online kennisplatform is niet significant afhankelijk van gemeentegrootte of regio.
Mate waarin gemeenten belangstelling hebben voor een online kennisplatform 40 35
38,2
30
32,7
25 20 15
16,4
10 9,1
5
3,6
0 Niks voor mij
Zal ik incidenteel gaan volgen
Zal ik frequent gaan volgen
Wil ik een actieve bijdrage aan leveren
Weet ik niet
Figuur 3. Mate waarin gemeenten belangstelling hebben voor een online kennisplatform In de quick scan zijn twee voorbeelden van online kennisplatformen genoemd, namelijk een platform aangesloten bij de Brabantse Jeugdbalans en een ‘online vergaderzaal’ via de website www.pleio.nl. Ook is
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
17
aan de beleidsmedewerkers gevraagd of ze nog andere vormen van online kennis delen en samenwerken kennen. Tot slot is hen gevraagd naar hun voorkeur. De antwoorden zijn samengevoegd in tabel 7. Tabel 7. Kennisplatformen en de voorkeur van beleidsmedewerkers Frequentie
Percentage
Kent geen andere kennisplatformen
27
49,1
Andere kennisplatformen
28
50,9
Meest genoemd: -
VNG
7
-
LinkedIn
6
-
NJi/Samenwerken voor de jeugd
3
Geen voorkeur
14
25,5
Weet ik niet
15
27,3
Platform verbonden aan Jeugdbalans
11
20,0
Via Pleio.nl
1
1,8
Anders, namelijk:
14
25,5
-
LinkedIn
4
-
Landelijk aansluiten
2
-
VNG
2
-
Geen mening
2
-
Afzonderlijke website, up to date
1
houden informatie is het belangrijkst, helpdesk, nieuwsbrief De helft van de gemeenten (49,1%) kent geen andere kennisplatformen dan de in de quick scan genoemde platformen (verbonden aan de Jeugdbalans en Pleio.nl). De andere helft (50,9%) noemt verschillende platformen, waarvan LinkedIn de meest genoemde. Meer dan de helft van de gemeenten (52,8%) weet niet welk kennisplatform het beste gebruikt kan worden (27,3%) of heeft geen voorkeur voor een bepaald kennisplatform (25,5%). Elf gemeenten (20%) geven aan een platform verbonden aan de Jeugdbalans een goed idee te vinden, 14 gemeenten kozen voor de optie ‘anders’. Ook hier is LinkedIn het meest genoemde platform (4 keer).
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
18
4. Regio, provincie en maatschappij Aan gemeenten is gevraagd op welk schaalniveau zij de transitie willen oppakken. Ook zijn vragen gesteld over de invulling van regionale transitieteams en de rol van gemeenten, centrumgemeenten en de provincie daar in. Verder is gevraagd naar belangrijke bovenregionale thema’s en het maatschappelijke effect van de transitie van de jeugdzorg. De resultaten geven we weer in dit hoofdstuk. Schaalniveau Aan de beleidsmedewerkers is gevraagd op welk schaalniveau zij de transitie bij voorkeur oppakken. Als eerste blijkt dat alle gemeenten hier een beeld bij hebben (zie figuur 4). Vervolgens zegt bijna drie kwart van de gemeenten (72,7%) de transitie regionaal op te willen pakken. Veertien gemeenten (25,5%) willen dit doen met een subregio of een aantal andere gemeenten. Één gemeente zegt de transitie zelfstandig te willen oppakken. De voorkeur die gemeenten hebben voor het schaalniveau waarop de transitie plaatsvindt is niet afhankelijk van gemeentegrootte. Echter geven alle middelgrote gemeenten aan de transitie op regionaal niveau te willen oppakken. De veertien gemeenten die dit met een subregio willen doen en de gemeente die het zelfstandig wil doen zijn allemaal kleine gemeenten. Ook wat betreft regio-indeling zijn er geen significante verschillen gevonden in voorkeur voor schaalniveau. Wel opvallend is dat álle gemeenten in Midden-Brabant de transitie op regionaal niveau te willen oppakken. Voor de andere regio’s geldt dat tenminste 3 gemeenten aangeven dit op subregionaal niveau te willen doen.
Voorkeur voor schaalniveau transitie 80 70
72,7
60 50 40 30 20
25,5
10 1,8
0
0
Zelfstandig
Geen voorkeur
Weet ik niet
0 Met gemeenten op regionaal niveau
Met de volgende gemeenten, namelijk
Figuur 4. Voorkeur voor schaalniveau transitie Van de veertien (25,5%) gemeenten die de transitie op subregionaal niveau willen oppakken, hebben er vier nog geen concreet idee met welke gemeenten ze dit willen doen. Door de gemeenten die dit wel weten worden de subregio’s Land van Cuijk 3 keer genoemd, Peelland 2 keer en De Kempen 1 keer. Één gemeente wil de transitie samen met de gemeenten die samenwerken in CJG Maasland oppakken. Twee andere gemeenten geven aan samen te willen werken met gemeenten van waaruit al eerder nauwe samenwerking tot stand is gekomen. Tot slot geeft een gemeente aan graag samen te willen werken met een (grotere) buurgemeente.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
19
Regionale transitieteams Geen enkele gemeente staat negatief tegenover de vorming van ambtelijke transitieteams op regionaal niveau. De overgrote meerderheid (87,3%) staat hier positief tegenover en 7 gemeenten (12,7%) heeft er (nog) geen mening over gevormd. De houding van gemeenten ten aanzien van de vorming van ambtelijke transitieteams is niet afhankelijk van gemeentegrootte of regio. Wel zijn de 7 gemeenten die hier geen mening over hebben allemaal kleine gemeenten. Aan de beleidsambtenaren is gevraagd welk beeld zij hebben van zo’n regionaal transitieteam. De beelden die daarover bestaan zijn heel wisselend en gaan over verschillende aspecten van een team, namelijk samenstelling, rol en taken. De gegeven antwoorden (die overigens terug te vinden zijn in bijlage 2) hebben we onderverdeeld in deze drie categorieën. Vervolgens hebben we gekeken welke concrete zaken de respondenten bij de verschillende categorieën hebben genoemd. De verdeling is te vinden in tabel 8. Tabel 8. Beelden over regionale transitieteams Frequentie Samenstelling:
20
-
Vertegenwoordigers uit gemeenten
7
-
Aansluiten ROM/RBO
6
-
Provincie als deelnemer
4
-
Alle ambtenaren uit gemeenten aanwezig
3
-
Jeugdzorgaanbieders/BJZ betrekken
2
-
Centrumgemeente als kartrekker
2
Rol:
16
-
Trekker/aanjaagteam
9
-
Werkgroep, projectteam, kernteam, adoptieteam
7
Taken:
20
-
Kennisuitwisseling en – bundeling
9
-
Terugkoppeling naar gemeenten
6
-
Informatie geven en adviseren
5
-
Taken uitwerken en verdelen
4
-
Visie en koers bepalen
2
-
Overig (raadsvoorstellen schrijven, procesbegeleiding, aansluiten bij wat in regio
4
georganiseerd is, dichtbij uitvoering)
Gevraagd is naar de rol die gemeenten zien voor 1) de gemeente, 2) de centrumgemeente en 3) de provincie in zo’n regionaal ambtelijk transitieteam. Hieronder een weergave van de antwoorden (zie tabel 9 en bijlage 2). Bij Centrumgemeente geven acht gemeenten nadrukkelijk te kennen dat er ofwel oog moet zijn voor de kleine(re) gemeenten, ofwel de belangen van alle gemeenten gelijk moeten worden behartigd.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
20
Tabel 9. Rollen gemeenten, centrumgemeenten en provincie in regionale ambtelijke transitieteams Gemeente
Centrum-
Provincie
gemeente N
%*
N
%*
N
%*
Geen rol
4
7,2
1
1,8
1
1,8
(Passief) volgend
6
10,9
0
0
2
3,6
Deelnemer
17
30,9
6
10,9
6
10,9
Actieve bijdrage
17
30,9
4
7,2
5
9,1
Trekker
5
9,1
29
52,7
5
9,1
Overig
3
5,5
7
12,7
3
5,5
Weet niet
8
14,5
9
16,4
9
16,4
Ondersteuning en facilitering in kennis
-
-
-
-
34
61,8
en middelen *Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
Beleidsmedewerkers geven bij de rol voor gemeenten in regionale ambtelijke transitieteams aan dat deze vooral deelnemer zijn die een actieve bijdrage zullen leveren. De meeste beleidsambtenaren zien de centrumgemeente als trekker van de regionale ambtelijke transitieteams. Rol voor de provincie is met name ondersteuning en facilitering in kennis en middelen. Bovenregionale thema’s en verwachtingen van de provincie In de quick scan kwam ook aan de orde over welke thema’s volgens beleidsmedewerkers (ook) bovenregionale afspraken gemaakt moeten worden. Meer dan 40% van de beleidsmedewerkers vindt dat er met name afspraken gemaakt moeten worden over (de gevolgen voor) Bureau Jeugdzorg, jeugdzorgaanbieders en justitiële hulpverlening. Gemeenten hebben bovendien grote behoefte aan meer informatie hierover. Een samenvatting van de antwoorden is terug te vinden in tabel 10, de volledige antwoorden zijn weergegeven in bijlage 2. Een impressie:
“Over het deel van de jeugdzorg dat naar gemeenten komt, welk volume, hoe is het nu georganiseerd, hoe moet de indicatiestelling geregeld gaan worden (landelijk thema).”
“Kennisoverdracht van BJZ met stip bovenaan. Verder procesmonitoring van de voortgang.”
“Nog zoekend want onbekend. Inhoud is leidend, organisatie volgt daaruit. Voorlopig denken wij aan thema’s als: Wat wordt precies overgedragen? Welke budgetten spelen daarbij? Waar ligt de regie van het proces en geldt dat voor het gehele proces? Volwaardig partnership alle partijen inclusief zorgaanbieders en cliëntenorganisaties. Bottom-up benadering. Financiering inzet tijdens transitie (fte’s bij alle partners). Ruimte maken voor inbreng professionals en cliënten/burgers”.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
21
Tabel 10. Bovenregionale thema’s Frequentie
Percentage*
Inhoudelijke en financiële kaders bieden
9
16,4
Monitoren voortgang**
18
32,7
BJZ, jeugdzorg en justitiële hulpverlening**
24
43,6
Kennisborging (behouden en overdragen)**
15
27,3
Lobby richting rijksoverheid**
19
34,5
Weet niet
15
27,3
Overig
5
9,1
Geen
1
1,8
*Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%. **Deze thema’s werden ook als voorbeeld in de vraag genoemd.
Naast deze bovenregionale thema’s is ook gevraagd wat gemeenten verwachten van de provincie. De antwoorden zijn weergegeven in tabel 11. Gemeenten wachten van de provincie vooral een warme overdracht van kennis en taken (61,8%). Ook ziet ongeveer een derde van de beleidsmedewerkers graag dat de provincie hen faciliteert, in geld (bijvoorbeeld een subsidieregeling) dan wel in menskracht. Verder worden ondersteuning in het gehele proces en gelijkwaardig met gemeenten meedenken en gemeenten zelf de ruimte bieden vorm te geven aan de transitie redelijk vaak genoemd. Tabel 11. Verwachting van de provincie Frequentie
Percentage*
Warme overdracht kennis en taken
34
61,8
Faciliteren (geld en/of menskracht)
18
32,7
Ondersteunen
13
23,6
Gelijkwaardig meedenken en gemeenten ruimte bieden
11
20,0
Initiatief, aanjager
8
14,5
Kaders stellen
3
5,5
Transparante communicatie
3
5,5
*Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
“Dat zij deskundigheid die ze hebben opgebouwd op een of andere manier overdragen naar gemeenten. Ruimte geven aan gemeenten om proefondervindelijk aan de slag te gaan en facilitering in uren.”
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
“Goede duidelijke communicatie over de kaders en gerichtheid op samenwerking tussen gemeentes en provincie met als doel een betere hulp en dienstverlening voor de burgers.”
“Gemeenten ruimte bieden! Actieve en ondersteunende rol (informatie delen). Deskundigheid inzetten / delen. Gemeenten zijn aan zet.”
22
Maatschappelijk effect Als laatste vraag is aan de beleidsmedewerkers gesteld wat de transitie wat hen betreft moet opleveren. De resultaten zijn gecategoriseerd en samengevat in tabel 12, een volledige weergave van antwoorden is te vinden in bijlage 2. Tabel 12. Maatschappelijke effecten van de transitie Frequentie
Percentage*
Eenvoudig en transparant – minder bureaucratie
18
32,7
Dichtbij, eigen kracht, preventief
31
56,4
Snel – geen wachtlijsten, geen indicaties
15
27,3
Goedkopere hulp
7
12,7
Passende zorg – inhoudelijke verbetering
4
7,3
Sluitende keten
10
18,2
*Gemeenten hebben vaak meerdere antwoorden gegeven. Het totaal komt dus hoger uit dan 100%.
“Kortere lijnen, verbetering van de aanpak van de jeugdzorg. Meer effectieve jeugdzorg als gemeente realiseren. Zoveel mogelijk lokaal, dichtbij het gezin en de jongere oplossen. Niet uit huisplaatsen en opvang bieden. Acceptatie samenleving ten aanzien van het functioneren van jongeren 'die anders zijn' in de samenleving. Er zijn nu eenmaal jongeren die anders zijn. Dat meer accepteren.”
“Ouders en kinderen/jeugd goed opvoeden/opgroeien en vaardig zijn het leven naar eigen inzicht in te richten en de levensuitdagingen op te pakken en aan te gaan. Opvoeding mede ondersteunt door eigen netwerken. Institutionele wereld gericht ondersteuning van natuurlijke omgeving van opvoeden en op doorgaande lijn, weg met lijn-denken.”
“Sanering van de jeugdzorg, omdat er teveel instellingen zijn met soms dezelfde doelen. Sanering leidt tot snellere hulp en eenduidige ingang tot de hulp. Minder loketten en meer service.”
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
“Duidelijkheid voor alle burgers. Betere samenwerking tussen de partijen, minder regelgeving, minder bureaucratie, minder hokjes denken, meer preventieve inzet en geen lacunes meer voor jeugdigen die te licht zijn voor BJZ en te zwaar voor het lokale veld. Opvoeden moet weer gewoon worden en niet geproblematiseerd.”
23
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
24
5. Conclusies en aanbevelingen De uitgevoerde quick scan geeft een betrouwbaar en representatief beeld van het transitieproces en het denken van gemeenten op dit moment. De grote betrokkenheid van de provincie Noord-Brabant bij het transitieproces draagt er toe bij dat de uitkomsten van het onderzoek (zeer) herkenbaar zijn. De quick scan biedt een gestructureerd overzicht van de huidige houding van gemeenten ten aanzien van de transitie. In dit hoofdstuk benoemen we de belangrijkste conclusies. Huidig beeld over het transitieproces: ook kleine gemeenten willen (mee) sturen De transitie is bij ongeveer de helft van de ondervraagde gemeenten in redelijke mate een thema, op zowel bestuurlijk als ambtelijk niveau. De transitie is op ambtelijk niveau vaker een centraal thema, waarmee samenhangt dat dit op bestuurlijk niveau vaker nog onvoldoende een thema is. Op zowel ambtelijk als bestuurlijk niveau kunnen acties worden ondernomen om de transitie centraler te stellen – met name op bestuurlijk niveau is nog terrein te winnen. Geen van de gemeenten staat negatief tegenover het transitieproces. Bijna veertig procent is positief afwachtend en bijna de helft van de gemeenten neemt een (pro)actieve houding aan. Gemeenten blijken vooral af te wachten op wat er in de regio gebeurt, en beschikken veelal nog niet over voldoende informatie (“wat komt er op gemeenten af?”) om actie te ondernemen. Duidelijke en concrete afspraken (in de regio) over de te ondernemen acties kunnen ook de afwachtende gemeenten over de streep trekken. Wat betreft de verwachte rol van gemeenten in het transitieproces, ziet ongeveer dertig procent een sturende, regievoerende rol voor de eigen gemeente weggelegd. Het gaat hier niet alleen om grote of middelgrote gemeenten. De B5 zijn immers niet meegenomen in de quick scan, en middelgrote gemeenten beslaan slechts 12,7% van de steekproef. Kortom, ook kleine gemeenten willen (mee) sturen. Deskundigheidsbevordering en ondersteuning: kennis en capaciteit zeer gewenst De helft van de gemeenten is enigszins toegerust qua kennis en ondersteuning om aan de transitie te beginnen. Veel gemeenten hebben behoefte aan meer informatie, bijvoorbeeld over wat de transitie precies is, wat er op de gemeenten afkomt, wat er in de regio wordt afgesproken en wat provinciale, landelijke en wettelijke kaders zijn. Ook willen gemeenten graag meer weten over inhoudelijke zaken op het gebied van jeugdzorg, GGZ en LVG, het huidige aanbod en de inkoop van zorg. Een kwart van de gemeenten zegt bovendien behoefte te hebben aan (uitvoerings)capaciteit, in de vorm van uren en/of mensen. De meeste beleidsmedewerkers hebben nog geen beeld van waar in een aanbod deskundigheidsbevordering aandacht aan besteed moet worden. Ambtenaren die hier wel een beeld van hebben noemen eerder genoemde thema’s, aangevuld met praktijk(ervaringen): een kijkje in de keuken van jeugdzorg, (ervarings)deskundigen aan het woord, kennisoverdracht van de provincie etc. Ongeveer zeventig procent van de respondenten zal een online kennisplatform over de transitie incidenteel of frequent gaan volgen. Slechts een klein deel (minder dan tien procent) zegt er een actieve bijdrage aan te willen leveren. Een eenduidig beeld over hoe een dergelijk platform vorm moet krijgen is er niet. Voordat een online kennisplatform in het leven wordt geroepen, is aan te bevelen een duidelijk plan op te stellen. De investering moet immers wel zinvol zijn. Een platform is pas nuttig als het actief is en veel leden bereikt. Zeker in het begin vraagt dit forse inzet van de beheerder(s). Ook de mogelijkheden om aan te sluiten bij bestaande platformen dienen van te voren grondig onderzocht te worden.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
25
Regio, provincie en maatschappij: het belang van regionale initiatieven Zoals eerder gezegd wachten veel gemeenten af op wat er in de regio gebeurt. Het is dan ook niet verrassend dat meer dan zeventig procent van de gemeenten de transitie op regionaal niveau wil oppakken. Ongeveer een kwart van de gemeenten wil dit op subregionaal niveau doen (genoemd worden o.a. Land van Cuijk, Peelland en De Kempen). Bijna negentig procent van de gemeenten staat positief tegenover de vorming van regionale transitieteams. Er bestaan wisselende beelden over dergelijke teams, zowel op het gebied van samenstelling als op het gebied van taken. Om de regionale transitieteams tot een succes te maken is het van belang duidelijke afspraken te maken over deelnemers, rollen en taken. In de teams zien gemeenten zichzelf met name als actief deelnemer, de centrumgemeente als trekker en de provincie als ondersteuner en facilitator in kennis en middelen. Gemeenten vinden het over het algemeen moeilijk om aan te geven over welke thema’s bovenregionale afspraken gemaakt worden. In de quick scan werden een aantal voorbeelden genoemd, waarin de meeste beleidsmedewerkers zich wel kunnen vinden, namelijk monitoren voortgang, gevolgen voor Bureau Jeugdzorg en jeugdzorgaanbieders, kennisborging (behouden en overdragen) en lobby richting de rijksoverheid. Daar werd nog aan toegevoegd: het bieden/opstellen van inhoudelijke en financiële kaders. Ook is gevraagd naar de verwachting van gemeenten ten aanzien van de rol en taken van de provincie in het transitieproces. Met name warme overdracht van kennis en taken is volgens hen van belang. Ook is het zaak om gemeenten de ruimte te bieden zelf aan de slag te gaan met de transitie en als gelijkwaardig partner met hen mee te denken. Op de vraag wat het maatschappelijke effect van de transitie is, geven de meeste gemeenten als antwoord dat hulp en ondersteuning dichterbij, preventiever en meer uitgaand van de eigen kracht van gezinnen en hun informele netwerk wordt georganiseerd. De transitie heeft bovendien tot gevolg dat hulp en ondersteuning eenvoudiger en transparanter wordt; er is minder bureaucratie. Ook wordt genoemd dat hulp sneller op gang komt, doordat indicaties niet meer nodig zijn. Een aantal beleidsambtenaren noemt een (beter) sluitende keten, goedkopere hulp en kwalitatief betere, passende zorg.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
26
Bijlagen
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
27
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
28
Bijlage 1. Quick scan gemeenten Quick scan voortgang transitie Brabantse gemeenten Inleiding Gemeenten en provincie staan samen voor de transitie van de jeugdzorg als belangrijke beleidsopgave in de komende jaren. Gemeenten hebben een belangrijke verantwoordelijkheid voor de transitie. Zij geven vorm en inhoud aan de transitie, samen met en gefaciliteerd door de provincie. Doel van dit gesprek is het verkennen van de opvattingen bij gemeenten over het transitieproces. Er kunnen geen goede of foute antwoorden gegeven worden; de quickscan is puur bedoeld om te achterhalen hoe ver een gemeente is in het transitieproces en wat hun wensen en behoeften zijn. Opzet en inhoud Het interview bestaat uit het doorlopen van deze vragenlijst met gesloten, halfopen en open vragen. De schuingedrukte tekst is een toelichting of nadere instructie voor de interviewer zelf. Gegevens gemeente Naam geïnterviewde: Naam gemeente: In welke regio ligt deze gemeente? Regio West-Brabant Regio Midden-Brabant Regio Noordoost-Brabant Regio Zuidoost-Brabant
Transitie jeugdzorg als thema Jeugdzorg wordt een gemeentelijke taak. Elke wethouder wordt daarmee ook verantwoordelijk voor het functioneren van het stelsel. 1a
Is de transitie jeugdzorg op bestuurlijk niveau (wethouder) een thema binnen uw gemeente? Nog helemaal niet Nog niet voldoende In redelijke mate Centraal thema Toelichting op uw antwoord:
1b
Is de transitie jeugdzorg op ambtelijk niveau (ambtenaar) een thema binnen uw gemeente? Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Nog helemaal niet Nog niet voldoende In redelijke mate Centraal thema
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
29
Toelichting op uw antwoord:
Houding, rol en inzet 2a.
Hoe staat uw gemeente tegenover het transitieproces? Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Negatief afwachtend Positief afwachtend Neutraal Actief Proactief Toelichting op uw antwoord:
2b.
Wat gaat de gemeente in 2011 doen aan de transitie op bestuurlijk niveau (wethouder)? Vul uw antwoord hier in:
2c.
Wat gaat de gemeente in 2011 doen aan de transitie op ambtelijk niveau niveau (ambtenaar)? Vul uw antwoord hier in:
2d.
Welke rol verwacht uw gemeente te krijgen op bestuurlijk en ambtelijk niveau in het transitieproces? Vul in het tekstblok in welke rol de gemeente wil gaan spelen in de transitie. Als ze geen rol verwachten te spelen, vul hier dan 'geen' in. Selecteer alle toepasselijke antwoorden en geef uw commentaar Op bestuurlijk niveau: Op ambtelijk niveau: Weet ik niet
2e.
Als de gemeente actief gaat inzetten op de transitie, hoeveel tijd denkt u dat uw gemeente daarvoor zal vrijmaken (uitgedrukt in uren en/of Fte)? Als de ambtenaar dit niet weet, vul dan 'weet niet' in. Vul uw antwoord hier in:
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
30
Toerusting en ondersteuning 3a
Is uw gemeente voldoende toegerust (kennis, vaardigheden) om aan de transitie te beginnen? Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Nog helemaal niet Enigszins In redelijke mate Ik ben er klaar voor Weet ik niet
3b.
Wat helpt u op korte termijn stappen te zetten in de transitie? Met andere woorden: aan welke vorm van facilitering heeft u wat? Dit is een open vraag, eerst de ambtenaar laten antwoorden. Voorbeelden die de interviewer naast het gegeven antwoord kan noemen zijn: informatievoorziening, advies, startconferentie, werkbezoek, deskundigheidsbevordering, uitvoeringscapaciteit, afstemming op (sub)regionaal niveau, regionale aanjaagteams. Vul uw antwoord hier in:
Deskundigheidsbevordering 4a.
Hoe staat u tegenover een aanbod deskundigheidsbevordering, bedoeld om uw gemeente beter toe te rusten op dit transitieproces? Dit aanbod kan meerdere dagdelen beslaan, verspreid over meerdere dagen. Een deel kan samen met de bestuurder worden gevolgd. Toelichting: genoemd aanbod kan regionaal en op maat worden uitgevoerd. Gedacht wordt aan een investering van 4 dagen, waarvan 1 in combinatie met de bestuurders. In het tekstblok kan het antwoord op de tweede antwoordmogelijkheid worden ingevuld. Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Geen belangstelling Misschien wel, als ... Doe ik zeker aan mee Plaats voor een antwoord op tweede antwoordmogelijkheid (misschien wel, als…):
4b.
Wat zijn uw eigen ideeën over de invulling van een aanbod deskundigheidsbevordering? Beantwoord deze vraag alleen als ze ‘misschien’ of ‘doe ik zeker aan mee ‘ hebben ingevuld bij 4a. Vul uw antwoord hier in:
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
31
Online kennisplatform 5a.
Wat vindt u van een online kennisplatform over transitie om informatievoorziening, kennisuitwisseling, (gezamenlijke) ontwikkeling en samenwerking te ondersteunen? Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Niks voor mij Zal ik incidenteel gaan volgen Zal ik frequent gaan volgen Wil ik een actieve bijdrage aan leveren Weet ik niet
5b.
Een online kennisplatform kan bv. worden verbonden met de Brabantse Jeugdbalans of met www.pleio.nl (op pleio kun je een online vergaderzaal openen om met anderen samen te werken). Dit zijn twee middelen, welke andere online kennisplatformen kent u? Vul een ander kennisplatform in bij 'anders'. Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Ik ken geen andere kennisplatformen Anders, namelijk
5c.
Welk online kennisplatform heeft uw voorkeur? * Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Geen voorkeur Platform verbonden aan de Jeugdbalans Via Pleio Weet ik niet Anders, namelijk:
Schaal 6a.
Op welk schaalniveau zou u de transitie bij voorkeur willen oppakken? De toelichting opschrijven in het tekstblok. Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Met gemeenten op regionaal niveau (RBO) Met de volgende gemeenten, namelijk: Zelfstandig Geen voorkeur Weet ik niet Plaats voor een toelichting op uw antwoord:
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
32
Regionale transitieteams 7a.
Hoe staat u tegenover de vorming van ambtelijke transitieteams op regionaal niveau? Vul in het tekstblok de toelichting van de ambtenaar in. Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Positief Negatief Heb ik geen mening over/weet ik niet Plaats voor een toelichting op uw antwoord:
7b.
Welk beeld heeft u van een regionaal transitieteam? Vul uw antwoord hier in:
7c.
Welke rol ziet u in een transitieteam op regionaal niveau voor uw gemeente, voor de centrumgemeenten en voor de provincie? Vul de rol in in het tekstvlak. Als ze er geen rol voor zien, vul dan 'geen' in. Selecteer alle toepasselijke antwoorden en geef uw commentaar De rol van uw gemeente: De rol van de centrum-gemeente: De rol van de provincie: Weet ik niet
Bovenregionale thema's 8.
Over welke thema's vindt u dat er (ook) op provinciaal niveau afspraken gemaakt moeten worden? Dit is een open vraag. Voorbeelden die door de interviewer kunnen worden genoemd zijn: het monitoren van de voortgang, gevolgen voor Bureau Jeugdzorg en de jeugdzorgaanbieders, kennisborging (behouden en overdragen), lobby richting Rijksoverheid. Als een ambtenaar het niet weet, dan dat invullen. * Vul uw antwoord hier in:
Provincie 9.
Wat verwacht u van de provincie met betrekking tot de transitie? Welke bijdrage moet de provincie leveren? Vul uw antwoord hier in:
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
33
Maatschappelijk effect 10.
Welk maatschappelijke winst moet de transitie wat u betreft opleveren? Vul uw antwoord hier in:
Chatsessie 11.
K2 organiseert in opdracht van de provincie een chatsessie over de inhoudelijke visie die ten grondslag ligt aan de transitie. U bent van harte uitgenodigd. Doet u mee? Toelichting: de chatsessie is een digitaal groepsgesprek van achter uw eigen pc met andere beleidsmedewerkers jeugd. U wordt gevraagd te reageren op een aantal stellingen en met elkaar argumenten uit te wisselen. Het duurt ongeveer een uur en zal waarschijnlijk in april plaatsvinden. Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden: Ja Misschien Nee
Overige opmerkingen in relatie tot de transitie 12.
Overige opmerkingen in relatie tot de transitie: Vul uw antwoord hier in:
K2 stuurt een eindrapportage met de resultaten van de quickscan op aan de geïnterviewde voor de zomervakantie. Hartelijk dank voor uw medewerking.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
34
Bijlage 2. Antwoorden op open vragen 1.
Wat gaat de gemeente doen aan de transitie op bestuurlijk niveau? Afhankelijk van de regio, middelen inzetten Is nog niet precies duidelijk. Dat hangt af van wat er in de regio besloten wordt. Wordt zoveel mogelijk in de regio opgestart - niet los van elkaar processen starten. Laten informeren door ministerie, provincie, SRE, gemeente Eindhoven. In najaar visie op papier. Bezig met opstellen transitieagenda. Zorgen om goed geïnformeerd te zijn, in contact met de zorgaanbieders, in regionaal verband. Er is al wel een visie maar die moet nog goed uitgekristalliseerd worden. Uitwerking convenant RAP Plus, zomer 2011: Plan van Aanpak;afspraken transitieproces Visie op transitie formuleren en voorleggen aan de Raad Kartrekker werkgroep voortvloeiende activiteiten Weet nog niet RAP maken (waarschijnlijk in zomer bestuurlijk vastgelegd). Afstemming op Peelland en SRE niveau. De gemeenten pakken de transitie bij voorkeur op op Peelland niveau, maar is wel afhankelijk van financiële middelen en ondersteuning vanuit provincie. Volgen Visievorming Steentje bijdragen, volgen op RBO Hangt af van wat er in de regio georganiseerd wordt. Presentatie voor de raad al geweest; provincie uitgenodigd bij poho welzijn op subregionaal niveau LvC. Mede trekker van het proces in Midden-Brabant. Aandachtswethouder. Het maken van een voorbeschouwing op de transitie richting college. Wat komt er op de gemeente af en hoe gaat de gemeente er op insteken. Welke gevolgen heeft de transitie voor de gemeente ook in relatie met andere beleidsterreinen. Op regionaal niveau eens worden, visie ontwikkelen. Verder voor ambtenaar nog niet duidelijk wat bestuurlijke acties zijn. Regionale visie Informeren, overleggen, afstemmen, organiseren , deelnemen aan bijeenkomsten, bereidstelling rol als aanjager (trekker c.q. lid aanjaagteam Kennisvergaring, informatie volgen, met name in regionaal verband meedoen. Daar waar nodig besluiten nemen. Bespreken in regionaal bestuurlijk overleg. De Raad wordt geïnformeerd. Participeren in portefeuille houders overleg op SRE niveau, Daar zullen plannen gemaakt worden en gezamenlijke besluiten genomen worden. Mening vormen en planvorming, informeren. Zoeken naar de schaalgrootte wat kan en wat moet op welk niveau opgepakt worden. Bestuurders informeren over transitie, wat het precies inhoudt. Mijn ontwikkelingen volgen en daar op inspelen
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
35
Op dit moment nog niet duidelijk. Verwacht dat er na de zomer wel stappen gezet worden door de bestuurder (in de zin van informeren college en raad, in kennis stellen). Ook afhankelijk van uitkomst in poho in de regio Actief meedoen in de regio. Wat de stappen precies worden hangt wel af van regionale standpunt. Gisteren ambtelijke sessie gehad. Halverwege april is RBO daarin worden verdere stappen besproken. Regionaal in oriëntatiefase. Vervolgstappen zijn afhankelijk van wat daar uit komt. Ook lastig door onduidelijkheid over planning, financiering. Komende periode ook kijken naar capaciteit die ervoor nodig is. Vanuit werkgroep is voorstel gekomen voor ambtelijke capaciteit per gemeente vanaf 2012. Voor de gemeente is dat 4 uur per week. Dat is in tijd van bezuinigingen wel lastig. Want staan nu nog geen middelen tegenover. Regionaal organiseren, op basis van een startdocument voor de regio, ervoor zorgen dat visie gedragen wordt door heel het RBO Aansluiten op Oss, op de hoogte laten houden door Oss (partner in CJG) Is onderwerp op het regionaal bestuurlijk vlak, maar gezien de problemen houdt de ambtenaar zijn hart vast. Volgen/monitoren programma Oost West Thuis Best in Noordoost. Wim Hoven (provincie) heeft in een presentatie over transitie de planning weer gegeven voor ambtenaren en bestuurders van transitieproces. Monitoren en bestuurlijk meedraaien in regio Regionale lijn volgen die de regio Noordoost (RBO)inzet Het volgen van de ontwikkeling binnen SRE. Deelname aan overige bijeenkomsten. Samenwerking met de regio zoeken. Verder doorontwikkelen CJG. Rap:pilot 4 Nog niets, wel oriënteren. De eigen principes worden geformuleerd, de ontwikkelingen binnen de regio Midden-Brabant worden gevolgd. In samenwerking met regio ons inhoudelijk laten informeren en processen uitzetten. (Antwoord niet kunnen afstemmen met de wethouder ivm vakantie) Op regionaal niveau de samenwerking c.q. afstemming c.q. collegiale consultatie zoeken met andere gemeenten. Bijwonen landelijke bijeenkomsten omtrent dit onderwerp. Bepalen bestuurlijke visie op dit terrein,. Binnen het regionaal overleg wordt regionale samenwerking gezocht. We zijn al voor de transitie begonnen met thema's als: versterking lokaal aanbod. Overleg op regioniveau voor visiebepaling, voordat de provincie zelf met een groot plan komt. Het volgen van de ontwikkelingen en participeren in de overleggen. En hopelijk lokaal capaciteit beschikbaar stellen. De wethouder is betrokken, nieuwsgierig, in Peellandverband sparren, benen op tafel sessies. Startnotitie opstellen en vaststellen Nog niet bekend Nog niet bekend. Voorlopig alleen veranderen van contracten Wij zijn overeengekomen dat we minimaal de huidige middelen zullen inzetten voor lok. jeugdzorg en opvoedingsondersteuning. Vanuit CJG Maasland zal gestart worden met de inzet van de eigen kracht conferenties.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
36
Oost West Thuis Best verhaal: kartrekker geworden. Ook terugkerend agendapunt op POHO overleg Land van Cuijk. Uitwerking van subsidie Oost West Thuis Best Wordt regionaal opgepakt. 2.
Wat gaat de gemeente doen aan de transitie op ambtelijk niveau? Middelen inzetten Idem bestuurlijk niveau. Laten informeren door ministerie, provincie, SRE, gemeente Eindhoven. Zie 2b, ook op SRE niveau bezig met 4 daagse Masterclass te ontwikkelen. Zorgen om goed geïnformeerd te zijn, in contact met de zorgaanbieders, in regionaal verband Mee in RAP-traject, regionaal volgend Pilots uitvoeren (2a) en bilaterale afstemming met collega gemeenten. Voorbereiden werkgroep en eventuele activiteiten Voorbereiding Regionaal actieplan sluit aan bij transitie. - Besproken in regionaal overleg; verwachting is dat Tilburg met ideeën komt. Gemeente wil daar (pro)actief in meedenken. - Voor de zomer is redelijk duidelijk na de zomer is een ander verhaal. Wat er dan gaat gebeuren is afhankelijk van wat er in het RAP komt te staan. Afstemming op Peelland en SRE niveau. Daarnaast overleg tussen beleidsmedewerkers. Volgen. 2011 vooral in beeld brengen. Daarna op regioniveau verder. Verwacht vooral 2012 veel te doen. Informatie verzamelen; waar hebben we het over; welke organisaties, hoeveel mensen, aanbod! regionaal Plan van Aanpak (ROM) Via ambtelijk rom jeugd volgen en meedoen literatuur volgen In SRE ambtelijk overleg wordt er een werkgroep geformeerd. Hieraan gaat de gemeente niet deelnemen, wel de uitkomsten van werkgroep volgen. Plan oost west thuis best (voorbereiding op transitie)-> ambtelijk voorstel besproken in alle gemeenten, wethouder getekend voor alle gemeenten LvC beleidsoverleg LvC samen met BJZ transitie is onderwerp Het proces mee volgen en vormgeven. Het voorstel is om werkgroepen in te gaan richten. Hopelijk kan beleidsmedewerker meedoen aan regionale werkgroep. Maar niet duidelijk is of dat de wens is van de regio. Daar hoopt ze vanmiddag meer duidelijkheid over te krijgen. Een hoofdthema binnen de gemeente is het herbezien van de keten jeugd, met daarin de positie van het CJG, de samenwerking en de positie van jeugd (met als onderdeel de transitie). Regionaal visie samen bepalen en vaststellen. Daarna is nog onduidelijk. Kadernota jeugdbeleid krijgt transitie specifieke plaats in Informeren, overleggen, afstemmen, organiseren , deelnemen aan bijeenkomsten, bereidstelling rol als aanjager (trekker c.q. lid aanjaagteam) Idem. Wellicht in een team of werkgroep. Daar waar mogelijk een actieve rol in mee te pakken, maar is maar net hoe het loopt.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
37
Regionaal actieplan ten aanzien van zorg naar voren, waarin transitie een onderdeel van is. Daarnaast maakt de gemeente een nieuwe notitie jeugdbeleid waarin de transitie een onderdeel gaat worden. SRE ambtelijk niveau, meningvormen, plan maken en afstemmen met de Kempen gemeenten Kijken of we dit jaar de regionale visie op jeugdbeleid kunnen aanvullen met jeugdzorg. Dit wordt opgesteld door een van de ambtenaren vanuit regio. Vervolgstappen bepalen. Nu nog geen zicht op. Mn ontwikkelingen volgen, en daar op inspelen. onderzoek naar ontwikkelingen (nauwgezetter volgen dan bestuurlijk). Binnen SRE werkgroep, daardoor automatisch nauwer betrokken. in kader van preventieve zorg al extra inzetten op zorg in lokale veld (ook vooruitlopend op meer zorg naar voren) Wil kijken wat er verwacht wordt, en wat er al kan. Nadrukkelijk ook kijken met regio-gemeenten, wat kan, wat samen kan en wat realiseerbaar is. Op dit moment nog niet duidelijk wat dit precies betekent. Idem bestuurlijk niveau. Meedoen met regio, maar ook binnen organisatie in wat voor omvang dat kan. Het vraagt een forse ambtelijke inspanning en daar moeten wel uren voor gevonden worden. En bestuurlijk uitgesproken worden dat uren daaraan besteed worden. Afhankelijk van uitkomsten werkgroep. Zie antwoord bij bestuurlijk. Daarnaast ook investeren in betrokkenheid van kleinere gemeenten (dit vraagt veel tijd van de grote gemeenten, kleine gemeenten lijken dat ook te verwachten (respondent merkt op dat er bij kleine gemeenten niet altijd voldoende bestuurlijke continuïteit is, waardoor zij ook niet altijd voldoende op de hoogte zijn - kartrekkers proberen daar ook bewustwording op gang te brengen) Volgt Oss. Denk en doet wel mee in ambtelijk niveau. We gaan K2 flink achter de broek zitten. Inventarisatie huidige aanbod aan hulp, coördinatie. Wat zetten we zelf in de markt. Wat is er, wat ontbreekt en wat is dubbel. Geen nieuwe wijn in oude zakken Ambtenaren voeren uit: programma oost west thuis best Noordoost. Experimenteren met jeugdzorg zonder indicatie. Zie vraag 2a en meedraaien in de regio Volgend en landelijke informatie volgen. Op ambtelijk niveau wacht men het bestuurlijk akkoord af, voordat acties ondernomen worden. Het volgen van de ontwikkeling binnen SRE. Deelname aan overige bijeenkomsten. idem 2b. Subregionaal meierij. Nog niets, wel oriënteren. De eigen principes worden geformuleerd, de ontwikkelingen binnen de regio Midden-Brabant worden gevolgd. In samenwerking met regio ons inhoudelijk laten informeren en processen uitzetten. Bestuurders voorbereiden hierop. Meenemen in beleid. Eigenlijk idem 2b, maar dan op ambtelijk niveau. Binnen het regionaal overleg wordt regionale samenwerking gezocht. De gemeente participeert in de regionale werkgroep. Daarnaast heeft ze regelmatig overleg met CJG en BJZ om afspraken te maken over de transitie. Verder loopt een onderzoek van Tender met het voortgezet onderwijs in de Zuidwest Hoek over de aansluiting op de zorgstructuren (overleg in het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs). We zijn al voor de transitie begonnen met thema's als: versterking lokaal aanbod. Overleg op regioniveau en in de week leggen bij lokale organisaties (waaronder het onderwijs).
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
38
Volgen van de ontwikkelingen en participeren in de overleggen en oppakken. Afhankelijk van de capaciteit die beschikbaar wordt gesteld, al dan niet een actieve rol. In het ambtenarenoverleg van Peelland, maandelijks, is transitie jeugd een vast onderwerp. Koppelen aan CJG ontwikkeling en passend onderwijs( gemeente geen verantwoording)volgen. Maandag van start, uitgangspunten formuleren We volgen in regionaal verband Visieontwikkeling en keuzes maken. Visie op CJG bijstellen Volgen algemene ontwikkelingen en specifiek volgen van de uitwerking van de regionale actieprogramma's in BNO. Hierbij zullen we i.s.m. gemeenten Maasdonk, Oss en het CJG Maasland kijken of het aanbod van het CJG afdoende is en welke aanvulling/ hiaten er nog zijn. Concretisering van Oost west Thuis Best verhaal met plan van aanpak. In de kerngroep (ambtelijk en instellingen) Jeugd land van Cuijk is transitie een vast agendapunt. Uitwerking van subsidie Oost West thuis best Wordt op regionaal niveau Land van Cuijk verder uitgewerkt. 3.
Welke rol verwacht uw gemeente te krijgen op bestuurlijk en ambtelijk niveau in het transitieproces?
Bestuurlijk niveau: Gemeente moet regie houden - wat is voor de gemeente de beste wijze waarop jeugdzorg geregeld wordt. Is dat lokaal of samen met één of meerdere andere gemeentes. Dat staat nog open. Regierol sowieso, en ook een aansturende rol. Anders stort het als een kaartenhuis in elkaar. Actieve rol Keuze om een rol te spelen, niet alleen volgend maar proactief Regionale regie Afwachtend Visie vormend, lead nemen Regionaal oppakken Verwacht rol te krijgen in de invulling (dus niet óf het gaat gebeuren), hoe je vorm geeft aan regelen tussen gemeenten. Verwacht daar wel sturing in te kunnen aanbrengen. Nauw betrokken, korte lijnen en eventueel afspraken Nauw betrokken, vooraanstaan in transitieproces In regio verband Gesprekspartner zijn regionaal Volgend Aanhaken bij de regio. Geen voortrekkersrol Gezamenlijk optrekken, met één kartrekker, ieder een eigen rol Hoop/verwachting medevoorbereidend en uitvoerend en bepalend tav de manier waarop het opgepakt gaat worden. als tweede gemeente in MB. maar: niet duidelijk wat regio verwacht. Grote gemeenten zullen waarschijnlijk meer trekken. verder nog niet duidelijk.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
39
Niet zo groot, wel grote gemeenten In 2011 onvoorziene uren (100 totaal) infomeren, studie/lezen, visie vormen, overleggen, organiseren, deelnemen bijeenkomsten, bereidstelling rol als aanjager (trekker c.q. lid aanjaagteam). Is nog niet duidelijk Regierol Geen voortrekkersrol (vanwege kleine schaalgrootte), optrekken met regio (bijdrage leveren aan samenwerking) Eindpunt: bestuurlijk verantwoordelijk worden voor totale veld dat betrokken (ook LVG en Jeugd-GGZ) is in de transitie. Eindverantwoordelijk. Proces: regisserende, voortrekkende rol. Kijken wat kan lokaal/regionaal, eenduidigheid in proces Parallel lopen aan ambtelijk proces - rol voor grotere gemeenten (ook de eigen) om wethouders van kleine gemeenten mee te krijgen Op (sub) regioniveau samenwerken en actief trekken Regionaal oppakken omdat we gewoon te klein zijn. We kunnen voldoende creativiteit inbrengen. Actieve inbreng Trekker transitie voor regio LvC, gemeenten ieder eigen rol Gemeente wil verantwoordelijkheid op regie krijgen Het ontwikkelen van eigen beleid en op onderdelen in relatie met andere gemeenten. Bestuurlijk moeten de lokale kaders van de transitie worden bepaald en wat bovenlokaal geregeld moet worden. Betrokkenheid, ervoor zorg dragen dat de "kleinere gemeenten" een stem hebben Actief partijen benaderen, samenwerking opzoeken en nieuwe vormen van hulp ontwikkelen. Binnen elke afdeling van de drie decentralisaties, komen de transities aan de orde. Regierol Regie Regierol Regierol, kartrekker Regie Meeparticiperend als transitie regionaal opgepakt wordt Regionale samenwerking in transitie Ambtelijk niveau: Idem Regierol sowieso, en ook een aansturende rol. Anders stort het als een kaartenhuis in elkaar. Actieve rol Idem Regionale regie Voortrekkersrol op subregionaal niveau Voorbereidend, verantwoordelijkheid eigen rol
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
40
Regionaal oppakken Idem. adviseren van wethouder over wat er besproken wordt in RAO. Vooraan meedoen in proces Nauw betrokken, deelname aan overleg Vooral lokaal meer voor elkaar krijgen Gesprekspartner zijn regionaal Volgend, eventueel werkgroep Hetzelfde Gezamenlijk optrekken, met één kartrekker, ieder een eigen rol Hoop/verwachting: wat kan er op lokaal en wat moet regionaal georganiseerd worden? Hoopt dat gemeente betrokken wordt als 2e grootste gemeente mee willen sturen: niet afwachtend! Meedenken in de ambtelijke overleggen, concreet beeld van proactiviteit is nog niet duidelijk - bijv. bij jeugdzorginstellingen op bezoek, zelf op pad gaan om informatie te verzamelen. Niet zo groot, grote gemeenten trekkende rol Deelnemen bijeenkomsten, aanjager Proberen een actieve rol spelen Regierol lokaal afstemming en aansluiting Geen voortrekkersrol (vanwege kleine schaalgrootte), optrekken met regio (bijdrage leveren aan samenwerking) Idem. Zelfde pad moeten lopen. Voorbereiding om bestuurlijk te kunnen waarmaken. Regisseur i.s.m. regiogemeente, verbinder Kartrekker, lid van regionaal aanjaagteam Hetzelfde Creatieve ambtelijke inbrengen wel op subregio als op regio Noordoost. Trekker transitie voor regio LvC, gemeenten wel ieder een eigen rol Idem als bestuurlijk, Het ontwikkelen van eigen beleid en het voorbereiden en uitwerken van besluiten op gemeentelijk niveau. Actief bijdrage leveren aan de ontwikkelingen Ondersteunen van intergemeentelijke samenwerking bevorderen. Actieve rol in het vormgeven van de transitie en bijdragen in de regionale discussies Regierol Aanschuiven bij regionale ontwikkelingen Subsidierelatie Regierol Bewaken aanbod irt lokale vraag i.s.m. CJG Maasland
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
41
Participerend als transitie regionaal opgepakt wordt. Nog onduidelijk wat dit inhoud voor ambtelijke capaciteit Regionale samenwerking in transitie 4.
Wat helpt u op korte termijn stappen te zetten in de transitie? Kennis verzamelen, conferentie VNG bezoeken, afstemmen regionaal niveau Weet niet precies wat het voor de gemeente gaat betekenen. Kan dus niet goed inschatten. Eerst dit duidelijk; dan pas kunnen zeggen welke stappen nodig zijn. Wel interesse in faciliteren op allerlei manieren. Input vanuit werkgroep transitie SRE en directe informatie van o.a. VNG. Mee bezig, bezig met vergaren kennis. Waar hebben we het over? Behoefte aan ondersteuning aan informatieverzameling. Belangrijk dat er gezamenlijk komt in de regio. Met name aan informatievoorziening en werkbezoeken, werkconferenties. Werkveld heeft de nodige ervaring, graag aansluiten bij wat goed gaat en verdiepen en borgen. Informatievoorziening o.a. nieuwe sectoren GGZ, Gehandicapten, welke instellingen in beeld, welke problematieken, verkenning, voor vervolgstappen Duidelijkheid over: gaan we solo of subregionaal of zelfs met Eindhoven als grote broer? Dus wat is de schaalgrootte van het proces? * duidelijkheid over: wat komt er op de gemeente af? Nu is de info versnipperd. We hebben info nodig (cijfermatig) over de consequenties van de transitie: wat wordt er verwezen naar de zorgaanbieders, wie slaan op dit terrein de handen in elkaar? Keuzes nog niet gemaakt, impact nog niet duidelijk. kennis, samenwerking, duidelijke kaders over rol/ verantwoordelijkheden / verplichtingen, wetgeving duidelijk. Ondersteuning met name in menskracht Lastig om te zeggen of ze toegerust zijn: afhankelijk van of beleidsmedewerker blijft of niet. Zij zit er heel goed in, genoeg kennis. Nieuwe mensen weten mogelijk minder. - Meer informatie van het ministerie: beter weten waar we aan toe zijn, welke financiering, welke dingen worden opgelegd - verplicht? Regeerakkoord is heel abstract. Behoefte aan meer concreet wat van gemeenten gevraagd wordt. - Masterclass provincie spreekt heel erg aan. - Niet alles neer laten komen op centrumgemeenten. Tilburg moet niet namens de gemeente gaan spreken. Niet afhankelijk van welke informatie Tilburg doorschuift. Ook voor regiogemeenten alle informatie beschikbaar stellen. Duidelijke, tijdige informatie. Bijvoorbeeld een folder waarin duidelijk wordt wat er op gemeenten afkomt, en wat financiële consequenties zijn. Daarnaast workshops over transitie, praktische insteek. Ondersteuning K2. Afhankelijk van wat lokaal of regionaal wordt geregeld. Deze vraag komt erg vroeg. De gemeente wil wel een sturende rol lokaal behouden. 4 Uur uit voorjaarsnota; tijd waar hebben we het over? visieontwikkeling; hoe willen wij, het als gemeente het Uitwerken rap Regionale acties, zoals in kaart brengen wat we nu regionaal aanbod is en hoe we dit aankoop kunnen blijven garanderen. Samen naar inkoopmodel toewerken. Voor mij nu: wat houdt het in, wat betekent het voor mijn gemeente?
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
42
Informatie vanuit provincie over aanpak inkoopbeleid jeugdzorgaanbieders inclusief het kijken in de keuken: wat houdt jeugdzorg precies in, wat doen ze. deze info op tijd, zeker kijken in de keuken, voordat transitie afgerond is. Alle genoemde voorbeelden! Dit heb je allemaal nodig voor zo'n groot proces. Beginnen met startconferentie waar duidelijk wordt uitgelegd wat er exact moet gaan gebeuren. Online platform. Aanjaagteams. Stuurgroep --> verbinding stakeholders. Regionale maatplas: uitdrukkelijk uitwisselen van informatie. Dan visievorming en strategie. Informatievoorziening om te komen tot beeldvorming (wat moet ik me precies voorstellen bij transitie). Uitvoeringscapaciteit: er is een verbod op invoer van derden, maar wel de capaciteit nodig. K2 heeft aangeboden interim-ondersteuning te kunnen bieden. Was het afdelingshoofd geïnteresseerd in. Planning welke stappen moeten ondernomen worden: houvast - wanneer welke fases doorlopen. Meedenken in fases. - Weet verder niet zo goed wat georganiseerd kan worden. Kennis en capaciteit 3a Nee, niet geheel. Geldt voor meeste gemeenten. Gaat dan vooral om kennis en inzicht op inhoud: visie, gemeenschappelijke taal als het gaat om gehele veld van de jeugdzorg, maar het huidige provinciale deel in het bijzonder.: jeugdbescherming, jeugdreclassering, jeugd-ggz (ZvW) en de zorg voor lichtverstandelijk gehandicapte jeugd (AWBZ) Wel als het gaat om projectdeelname, projectleiding, aanjager zijn. Hebben veel ervaring en overzicht, op lokaal regionaal en provinciaal niveau, met ontwikkeling van naar gemeenten overgedragen taken. Beschikken over een goed geïnformeerd netwerk. Weten vernieuwingen in beleid op basis van sterke visie om te zetten in uitvoering, ook weer in lokale, regionale en provinciale context. Zijn in staat partijen en thema’s met elkaar te verbinden. Worden daarin ook in erkend. Je weet niet wat er op je afkomt, dus moeilijk om er iets over te zeggen, concreet te maken. Informatie & kennisoverdracht over huidige gang van zaken, vanuit de provincie. Aanjaagteams - ondersteuning voor die teams: secretariële ondersteuning, verslaglegging: zou fijn zijn als hiervoor zorg gedragen wordt. Dat is faciliteren waar ze blij van worden. Informatievoorziening, invoeringsbudget, warme overdracht (van elkaar kunnen leren), medewerking van partners (wa het zorgkantoor, BJZ, Jeugdzorgaanbieders) Informatie voorziening, werk bezoek, desk bev, uitvoeringscapaciteit. Vervolg geven aan startconferentie. uitwerken op sre /en ambtelijk op Kempen niveau. Vraag: met welke partijen heb ik dadelijk van doen. bv zorgverzekeraars. financiële stromen en wettelijke kaders/verplichtingen Kennisdeling is nodig. Informatiebijeenkomst gehad in regio. Vervolgstappen nog bekijken wat precies nodig is, ook aan facilitering. Zoveel mogelijk regionaal in op te trekken. Vooral behoefte aan duidelijkheid van ministerie. Daar ligt met name vraag. niet zozeer behoefte aan facilitering Deelnemen aan bijeenkomsten, veel lezen, informatie. Op dit moment nog vooral informatiebehoefte. Gaandeweg zal duidelijk worden wat aan facilitering nodig is (of waar behoefte ligt) Voldoende tijd krijgen om toe te rusten in kennis en vaardigheden: uitvoeringscapaciteit. Ook kennis vergroten door versch. werkvormen. Verdiepen in écht weten wat er in de jeugdzorg speelt. Werkbezoeken kunnen daar in helpen. Afhankelijk van hoe het georganiseerd word, er is nog onduidelijkheid. Nu nog niet echt stappen kunnen zetten. Eerst duidelijkheid hebben over wat er precies op jullie afkomt. Meer capaciteit (in uren) nodig. Ondersteuning van aanjaagteam (dit is voldoende, andere dingen niet nodig) Dat de gemeente Oss hen op de hoogte houdt. Met name wat en wanneer er keuzes gemaakt moeten worden.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
43
Inventarisatie wat er nu aan de hand is. Bv. door K2 of ander onderzoeksbureau. Goede projectleider die voortrekkersrol vervult. Goed voorbeeld is de projectleiding door K2 in het regionaal CJG Gemeente en regio Noordoost zijn nu binnen Oost West Thuis Best aan het experimenteren met jeugdzorg zonder indicatie. Binnen dit traject wordt de voorbereiding op de transitie meegenomen. Het RBO wordt ondersteund door K2. Een kader waarbinnen de transitie gaat spelen. Nu blijft het heel breed en vaag. 1. Duidelijk landelijk besluit over de wijze waarop de transitie wordt vormgegeven. Welke taken gaan exact over??? 2. Regionale samenwerking. Schaal is nog niet zo van belang. 3. Bij alles heb je informatie, deskundigheid en uitvoeringscapaciteit. Eerst afwachten tot er een akkoord is. De groep verstandelijke gehandicapten (IQ 70 - 75) van de GGZ ziet de ambtenaar als een heikel punt. Het is een groep die de meeste aandacht vraagt. Gemeente wil voldoende middelen om in te zetten voor vraaggerichte hulp om gezinnen te versterken en professionele effectieve sturing. Een preventief vraaggericht aanbod is voor deze doelgroep niet eenvoudig. Inzicht over wat er naar de gemeente toekomt, met name het provinciale deel. En inzicht over de ruimte wat er mogelijk veranderd kan worden. Informatie, helderheid over wat er op je af komt. Wat valt onder de transitie. De wijze waarop het gaat gebeuren is onbelangrijk. digitaal of desk bev. middel moet aansluiten op doel Informatie wat er verwacht wordt en wat er aan beleidsverantwoordelijkheid over komt; regionaal aanjaagteam. Hebben al een verkennend gesprek gehad met een adviseur die voorheen in de jeugdzorg heeft gewerkt. Ambtenaar heeft behoefte aan deskundigheidsbevordering op de inhoud van de jeugdzorg. Aan de ene kant meer duidelijkheid, kennis. Aan de andere kant een goede visie. Hoe gaan we dit oppakken? En hoe gaan we het anders doen? Wat betekent dit? Op ambtelijk niveau; Nog eens helder op een rijtje hoe de jeugdzorg nu allemaal precies is geregeld inclusief de gehandicaptenzorg en hoe de financieringsstromen nu lopen inclusief AWBZ etc. Vooral informatievoorziening. Daarnaast zal het niet een proces zijn dat individuele kleinere gemeenten alleen kunnen doorlopen denk ik. Informatie over de stappen die gezet moeten worden. Binnenkort start er een projectleider voor de regio West-Brabant die gaat onderzoeken wat de gemeenten willen, wat de overheid wil, welk deel van de jeugdzorg moet worden overgenomen en welke mogelijkheden er zijn (welke taken moeten op welke manier worden overgenomen). Ondersteuning zoals we van K2 gewend zijn: neutraal en met inzicht in de strategische positie van kleine gemeente. Duidelijkheid wat de landelijke kaders zijn, wat moet er gebeuren. Randvoorwaarden moeten geregeld zijn. Gemeenten kunnen dit niet alleen. Gezamenlijk moet het lukken door onder andere krachtenbundeling van kennis bij de verschillende betrokkenen. Aansluiten bij wat er al is en meer duidelijkheid van het Rijk. Ondersteuning gewenst bij uniforme processen (gemeenten zullen dezelfde basisstappen moeten zetten). Informatievoorziening, masterclass, uitvoeringscapaciteit koppelen aan inzicht in middelen, mogelijk externe deskundigheid inhuren, afstemming regionaal is er nu al. In de startnotitie wordt het stappenplan beschreven, regionale aanjaagteams, afstemmen op regionaal niveau Informatie, regionale samenwerking
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
44
Ondersteuning bij afstemming: inkoop zorg en functioneren keten. Twijfels want het is noch de provincie, noch landelijk gelukt om sluitende hulp te realiseren. Ik heb behoefte aan een overzicht van taken die (Mogelijk) op ons afkomen met daarbij: de te regelen zaken door gemeente (in juridische zin/ faciliterend/ financiën) de te regelen zaken voor het CJG (welke hulp moet aangeboden worden binnen het CJG?) voormalige financiering van de extra taken Mate waarin ruimte is voor maatwerk op lokaal/ subregionaal niveau bij de uitvoering van taken. Heel basaal, maar met dit sporenboekje kunnen we ook de raad meenemen bij de 'op handen zijnde' transitie en kunnen we zelf eenvoudiger bepalen waar we staan. Ondersteuning in de vorm van procesbegeleiding of projectleiderschap. Deskundigheid van BJZ inzetten in de transitie, in het voorliggende veld naar de instelling. Het proces is onduidelijk. De gemeente weet momenteel nog niet welke vaardigheden nodig zijn. Begeleiding in het proces - werkbezoeken 5.
Wat zijn uw eigen ideeën over de invulling van een aanbod deskundigheidsbevordering? Nog geen idee Mogelijk zijn er al pilot projecten; ervaringsdeskundigen daaruit iets laten vertellen. Of mensen die bij de provincie de taak hebben uitgevoerd: wat heeft dat bij de provincie ingehouden? -> Ervaringsdeskundigen aan het woord. Thema’s als, wat komt er op ons af, welke stappen moeten we nemen, financiële kaders, en wat kunnen we afdwingen (Gaan we volgzaam zijn in wat instellingen aanbieden, of gaan we dingen afdwingen). Begin met cijfers en huidige situatie in beeld brengen. Daarna bedenken waar je naar toe wil en hoe. Graag handvatten voor de praktijk. Transitie is waarschijnlijk meer omvattend dan je denkt. Belangrijk om zo concreet mogelijk aan de slag te gaan. Infovoorziening, op regionaal niveau, dan deel je de kennis en kun je gelijk discussiëren, stappen concretiseren Informatie over de landelijke en provinciale kaders. Zodat gemeentes weten wat hun speelruimte is en wat er van hen wordt verwacht. Er ligt al een half programma. iedereen zelfde informatie, bijpraten over thema's. komen tot 1 visie. SRE niveau, 21 gemeenten Weet niet Geen ideeën over. Mensen aan het woord die precies weten wat er op gemeenten afkomt. Vooral praktisch, Duidelijke informatie over wat de transitie inhoudt. Wat komt er op gemeenten af? Iemand die proces volgt en dit vertaalt voor gemeenten: Informatie Resultaat: volwaardige gesprekspartner; met kennis van zaken, visie om het proces in te gaan. Wat is precies je taak, wat moet ik gaan doen? Dat is voor mij nu echt nog niet duidelijk. Zie hierboven vraag 4a Naast een theoretisch gedeelte ook nadrukkelijk kijken naar praktijk: als gemeente naar eigen omgeving kijken en deze ervaringen meenemen in desk.bevordering. Ook knelpunten die nu al naar boven komen mbt jeugdzorgbeleid. Ervaringen over problemen (en oplossingen) delen.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
45
Beeldvormend. Weet ik niet. Weet niet Zie 4a In praktische zin: voorkeur voor 1 hele dag ipv 2 halve dagen (ivm reistijd). Niet in één keer heel veel maar ene paar keer verspreid over maanden/jaren om up to date te houden. liever 3 keer een dag dan 1 keer 3 dagen. Inhoudelijk: toegevoegde waarde hebben. Kritisch kijken naar inhoud. Hoe het veld van de jeugdzorg er uit ziet: welke kinderen met welke problematiek en welk aanbod en sluit dit aanbod aan bij de vraag in de gemeente. Zie 4 a Kan nog niet concreet zeggen Ik laat me verrassen Zie vorige vraag Presentatie provincie: regionale masterclasses. Dergelijke opzet gecombineerd met werkbezoeken om beter beeld te krijgen van werkveld sprak erg aan. Discussie/gesprek voor definiëren van uitgangspunten met/door provincie en betrokken partners. Op basis daarvan een soort blauwdruk voor alle Brabantse gemeenten, over hoe je het transitieproces kan oppakken. Inventarisatie van de huidige inzet jeugdzorg/lokale hulp. Hierbij de financiering verduidelijken. Op ambtelijk, bestuurlijk en op uitvoerend niveau (bijv. CJG en lokale veld) Uitvoerders in het lokale veld krijgen veel ontwikkelingen voor de kiezen en weten niet goed waar alles over gaat, zien door de bomen het bos niet meer. Meer informatie en uitleg is noodzakelijk. 1. Inhoud van het uiteindelijke plan transitie jeugdzorg 2. Advies over hoe dit aan te pakken en waar rekening mee moet worden gehouden. 3. Processtappen in beeld. De ambtenaar wil vooral niet dat er tijd gaat zitten in bureaucratische overleggen. Kern is dat ik het gevoel moet krijgen bij (het doel van) de transitie: de invoering opbouwen vanuit de parijktijd (Jeugd/Gezin), waarbij de vraag centraal staat en het (instellings)aanbod volgend is. Zie 4a Duidelijkheid wat de zorgaanbieders nu bieden in relatie tot de gemeentelijke vraag. Dekt het huidige aanbod de vraag? Duidelijkheid gewenst in de inhoud van de jeugdzorg. Hoe is de routing binnen de jeugdzorg, wat is er op welke manier geregeld. Wat houden de taken precies in die nu geformuleerd zijn in de transitiestukken. De inhoudelijke processen zijn nodig om een vertaalslag te kunnen maken. Organiseer een bijeenkomst met ambtenaren en de jeugdzorg (bijvoorbeeld uitvoerders) om het te hebben over de transitie en waar ze tegen aan lopen, waar moet de gemeente rekening mee houden? Gaat het over hoe het nu georganiseerd is (beperkt) of gaat het over anders organiseren en andere domeinen (LVG, jeugd-GGZ). Dit laatste heeft voorkeur! Nog geen ideeën over. Weet nog niet Door bijvoorbeeld de VNG die verteld wat er op de gemeenten af komt, wat ze moeten doen. Het moet een meerwaarde bieden en geen verkooppraatje zijn.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
46
De transitie wordt nu al een beetje als melkkoe gebruikt. Geen behoefte aan een aanbod van verschillende dagdelen. Bezien wie de beste know how heeft om de transitie te begeleiden. Afhankelijk van 'welke problemen willen we oplossen'. De verwachting richting CJG die een centrale rol hebben als het gaat om deskundigheidsbevordering. Kennisuitwisseling Ik heb nu nog geen concrete vragen Wellicht dat er ingezoomd kan worden op hoe middelgrote en kleinere gemeenten met de transitie kunnen omgaan? Verder inzoomen welke gevolgen de transitie heeft voor het CJG. En wat dit financieel betekent voor gemeenten. Praktische en pragmatische insteek - taken en verantwoordelijkheden gemeenten verduidelijken Welke plaats neemt CJG in het transitieproces in. Neen 6.
Welk beeld heeft u van een regionaal transitieteam? Praktisch toepasbaar, voor kleine gemeenten te volgen, dichtbij de uitvoering Dat zij het namens de gemeenten gaan doen en dat gemeenten dan meer op afstand komen te staan. Voortrekker. Met vertegenwoordigers van grote en kleine gemeenten, verspreid over subregio's. Ambtenaren die te maken hebben met jeugdzorg regionaal bij elkaar, veel beleidkennis bij instellingen zelf bv. BJZ, erbij betrekken * Niet alleen samen visie formuleren, maar ook actief aan de slag en van elkaar leren * Sterke speler naar de provincie Kartrekkersrol In rom verband Alle regiogemeenten zijn vertegenwoordigd in dit team. Samen kijken hoe je het het best in de regio kan organiseren: zo goed mogelijk aansluiting zoeken bij wat er al geregeld is, wat goed werkt en wat niet goed werkt. De ideeën van alle gemeenten bij elkaar – en niet alleen van de centrumgemeente! Centrumgemeente is kartrekker, en bereidt transitieoverleg voor. Kennis bundelen, en onderwerpen/vervolgacties verdelen over teamleden. Wel positief, goede dingen doen. Het is nu te vroeg. Vast punt agenda van ROM of apart team Zoals in stuk provincie aan regio staat beschreven: transitie jeugdzorg Noord-Brabant samen uit samen thuis. Werkgroep bereidt onderdelen voor, lokaal besluitvorming. Zoals de structuur nu is in regio noordoost en de subregio's: subregionaal ambtelijk overleg met daarboven het RBO en een regionaal ambtelijk overleg Teams die multidisciplinair zijn samengesteld waarin gemeenten, provincie en jeugdzorgaanbieders gezamenlijk deel van uitmaken. Samenwerking tussen verschillende partijen. Ook BJZ en JZA erbij betrekken. Uitgaan van gemeenschappelijke taken en deze in een transitieteam uitwerken.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
47
Niet echt - van de provincie iemand erbij & beleidsmedewerkers jeugd. Maar de manier waarop, of het een soort projectteam is, daar heeft ze geen beeld van. Afvaardiging regionaal en provincie die regionaal een aanjaagrol hebben Aanjager zijn, informerend, kennisverzamelend en verspreidend, adviserend richting partners op alle niveaus (bestuurlijk, managerial, en uitvoerend). 4 tot 6 mensen uit de regio: gemeenten. Trekker vorm schakel met provinciale groep. Daarbij wel denken aan invloed van alle spelers buiten de overheid welke in dit traject als partners fungeren: BJZ, zorgaanbieders, zorgverzekeraars, zorgkantoor, CIZ, VVH, onderwijs, CJG etc.) Een trekkersrol, zaken uitzoeken en in gang zetten. Waar nodig voorleggen (informatief of besluitvorming) aan degenen die niet in het team zitten. Daarbij wel van belang om partijen die niet in het team zitten wel goed te informeren. Het moet geen ver-van-m'n-bed-show worden; er moet niks aan de niet-deelnemende gemeenten voorbij gaan. Gemengd transitieteam Niet echt een beeld.. (krijg wel beetje jeuk van de naam :)) Aantal gemeenten, met name grotere, zijn kartrekker. Vraag hoe verhoudt dit tot proces in (sub)regio. Moet aanvullend zijn, en niet dubbel. Regio moet leidend zijn. Werkgroep zoals bij sre zouden een soort kwartiermakers moeten zijn, ook richting organisaties. Zoiets als de werkgroepen rondom de pilots die nu in de regio lopen. Dat een groepje op een bepaald thema aan de slag gaat. De deelnemende gemeenten samen met deskundigen vanuit de provincie bemannen dit team en geven de transitie de komende jaren gezamenlijk vorm. De eerste lijnen uitzetten. Paar mensen verdiepen zich in transitie. Positief dat dit gebeurt. Vooralsnog voldoet dit. Opdracht komt vanuit regionaal RBO, gebruiken ook de bestaande RBO-overlegstructuur voor terugkoppeling en creëren betrokkenheid Zie 7a Adoptie/penvoerdersteam. Raadsvoorstellen enz. worden dan door deze teams gemaakt. Op dit moment lijkt mij een regionaal transitieteam zoiets als het regionaal ambtelijk overleg: het projectmatig nadenken over de transitie). De huidige overlegstructuur in de regio Ik zie dit als een projectteam die stappen gaat zetten in dit proces, zoals ook andere projectteams actueel zijn. Zoals in het verleden in West-Brabant het ambtelijk is opgepakt bij de transitie WGG is prettig. Zo ook gewenst bij deze transitie Vertegenwoordiging van steden platteland en middengemeenten. Zie 7a Centrumgemeente een leidende rol, leren van elkaar, deskundigheidsbevordering. Een kernteam van 3 personen dat regelmatig terugkoppelt aan de gemeenten in Midden-Brabant. Voorbereidend werk. Vooraf gesprekken voeren met provincie, gemeenten, organisaties in regio. Koers uitzetten, en nemen daar andere ambtenaren in mee. Zie 7a. Bezig met een vraaginventarisatie wat de gemeenten zelf willen.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
48
Aanjager Een kernteam dat aan de slag gaat en terugkoppelt aan de gemeenten in de regio, zeker in de beginfase. Gezamenlijk optrekken in het proces en krachtenbundeling. Alle gemeenten moeten vertegenwoordigd zijn (evt. onderlinge afspraken om als kleine gemeenten krachten te bundelen). Sleutelfiguren van jeugdbeleid met kennis van CJG en onderwijs. Een trekkersrol en aanjaagteam Aanjager Moet informatie vergaren en op regionaal niveau partijen betrekken/afspraken maken. Mogelijk dat zij kunnen informeren over de actuele ontwikkelingen van de transitie, voortgang transitie per (sub)regio kunnen toetsen / bewaken en vragen/ knelpunten vanuit (sub)regionale veld kunnen terugkoppelen. Pro-actief ontwikkelteam waarin procesbegeleiding of projectleiding is toegevoegd Schakelend tussen regionaal (RBO) naar subregionaal en omgekeerd. Aandacht voor lokale accenten is essentieel. 7.
Welke rol ziet u in een transitieteam op regionaal niveau voor uw gemeente, voor de centrumgemeenten en voor de provincie?
Rol voor gemeente: Volgend Eigen mening moet daarin wel kenbaar gemaakt kunnen worden Kleinere rol, voor de kleinere gemeenten. Dus geen kartrekker. Nemen deel In samenwerking met coördinator CJG Meedenkend Voortrekkersrol Nu kartrekker, later 1 van de partners Deelnemer Meedenken en een stem hebben Deelname Deelname Meedoen, opkomen voor belangen Actief gesprekspartner Volgend Er moet iemand van de kleinere gemeente bij zitten, hoeft niet perse onze gemeente te zijn Taken uitvoeren op deelgebieden Als 2e grote gemeente in regio actieve deelname
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
49
Mee voorbereidend Deelnemen, meedenken en actief zaken uitvoeren en ondernemen; gemeenten moeten zelf ook actie ondernemen Deelnemer en meedenker Trekker op (sub)regionaal niveau Als er ruimte cq capaciteit is een actieve rol Beperkt gezien het aantal beschikbare uren. wel geïnformeerd blijven Deelname , ervaring delen Steentje bijdragen Participeren als er een andere groep komt. geen voortrekkersrol Nog lastig in te schatten (evt. een afvaardiging namens een aantal regio-gemeenten) Actief deelnemer Participant Trekker Geen, wel belangrijk dat er aandacht is voor kleine gemeenten Participerend, steunend en volgend Geen kartrekker Volgen van de ontwikkeling en lokaal stappen zetten. Voorbereiding, lokale informatie verstrekken. Actief betrokken binnen de taakverdeling Het volgen van de regionale lijn. Deelnemer in het transitieteam Geen rol Als één van de participanten Het CJG is vertrekpunt, met i.i.g. Werkendam optrekken Wil eigen inbreng hebben, niet laten vertegenwoordigen door een ander. Op onderdelen Aanjaagrol Gelijkwaardig binnen team. Geen grotere rol voor centrumgemeente Lid? gebruiker? Afhankelijk van de capaciteit kan de gemeente in meer of mindere mate een rol spelen Aanleveren van lokale accenten met terugkoppeling naar de lokale situatie. Continue schakelen
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
50
Rol voor de centrumgemeente: Wordt de trekker van de plannen Grote rol Eindhoven trekkende rol ism Helmond (G32) Gezamenlijke zorgaanbieders Initiërend, regievoering Niet te groot: niet afhankelijk opstellen Zaken die niet op lokaal niveau geregeld kunnen worden Kartrekker Zien als gelijke aan alle andere gemeenten in de regio Kartrekker Kartrekker Trekkende rol, maar wel ruimte voor kleine gemeenten Aanjager, voorzitter Kartrekken Grotere rol Afstemming tussen de verschillende subregio's Zal leidend zijn, maar niet zo dat zij alles bepaald wat vormgegeven wordt - ook kleinere gemeenten aandacht: lokaal wat kan en regionaal wat moet Projectleider Trekkersrol Trekkersrol Actief en trekkersrol Vaste deelname en terugkoppeling aan regiogemeenten Bredere kijk Waarschijnlijk kartrekker Voortrekkersrol, goed naar omliggende gemeentes kijken Initiatiefnemend, coördinerend Trekker Gespecialiseerde organisaties, regionale aanbod oppakken, inzet plegen om eenduidige uitgangspunten te definiëren Trekker Mensen leveren en kartrekker Kartrekkend, voorbereidend, kwartiermaker Kartrekker voor de regio. Specifieke positie van de grote stad; wel als partner van het grote geheel.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
51
Inzet uren, voorbereiding uitrollen... faciliteren Kartrekker Niet te groot, er moet voldoende aandacht zijn voor de kleinere gemeenten Deelname aan transitieteam Actief in de afstemming met de andere gemeenten Verbinding tussen provincie en rijk Kartrekker Aanjager Geen Secretaris Idem, misschien ook toetser/ bewaker en informant Kartrekker Kartrekker met goede verbindingen naar de lokale gemeentelijke situatie Rol voor provincie: Hier moet het team de ervaring en kennis halen om de jeugdzorg op goed niveau (kwaliteit) uit te gaan voeren Grote rol, constructief op gelijkwaardig niveau met gemeenten overleggen. Naar voorbeeld van proces basisbibliotheken Ondersteunend vanuit kennis en ervaring Faciliteren Deskundigheid inbrengen, faciliterend Gericht op samenwerking in dit proces Kennisoverdracht, ondersteunend Grote rol Duidelijke overdracht van kennis en adviserende rol Deelname of regelmatig, kennisdeling, proactieve houding Deelname (regelmatig), kennisdeling, proactief Faciliterend Kennisoverdracht, vaardigheden Kartrekkers, gelijkwaardig aan gemeenten Wil zelf graag rol houden, ik zie eerlijk gezegd hun meerwaarde niet zo Aanjager en aanstuurder + hulp bij proces Leidende rol in aangeven wat ze op dit moment doen, wat ze over gaan dragen, aantallen, middelen en warme overdracht naar gemeentes toe. dus moet zeker in eerste instantie betrokken zijn. Adviserend
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
52
Ondersteuner Trekkersrol Actief en trekkersrol Warme overdracht, kennisoverdracht, uitwisseling best practices, IPO nieuws Expertise, ervaring , kwaliteitsbewaking/onafhankelijkheid Samenwerkingspartner, deelname aan regionaal transitieteam, samen doen Richting lvg, GGZ duidelijke afspraken maken. Betrokkenheid in proces bij 'doorschuifmomenten' (als zaken van provincie naar regio of gemeente gaan) Begeleidend, ondersteunend, faciliterend Deelnemer Informatie, komen met uitgangspunten en blauwdruk Gelijkwaardig deelnemer, op basis van kennis en kunde Samen met centrum gemeente Faciliterend en volgend. Geen participerende rol Sturende rol, interne afstemming bij provincie Ondersteunend omdat ze de regie die ze nu hebben moeten overdragen aan de gemeenten De provincie heeft nu de kennis Informatie verstrekken over hun ervaringen als financier van de jeugdhulpverlening. Ondersteunen in geld en uren etc. 2 Keer per jaar een bijeenkomst met alle transitieteams voor uitwisseling. informatie delen, en gemeenten ruimte bieden om het op andere manier te organiseren. Verwacht ook dat ze deelnemen. Samenwerking op basis van gelijkwaardigheid. Deskundigheidsbevordering en het verstrekken van subsidie Gemeenten moeten uiteindelijk zelf de richting kunnen bepalen. Wel de kennis van de provincie inbrengen. Kennis/ expertise inbrengen Samen optrekken, expertise, constructieve samenwerking Goede overdracht Informant, vertalen ontwikkelingen naar subregionale situatie. Pro-actief d.m.v. facilitering (subsidieregeling) Begeleidend, adviserend en toetsende rol, monitoren proces en inhoud 8.
Over welke thema's vindt u dat er (ook) op provinciaal niveau afspraken gemaakt moeten worden? Weet niet, wel ondersteunen met middelen Ambtenaar weet het in eerste instantie niet. VNG heeft sterkere positie en die moet de kolen uit het vuur halen.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
53
Ontmanteling BJZ. Financiering residentiële jeugdzorg Stappenplan, kaders, monitoren voortgang, kennisborging, lobby richting rijksoverheid. Lobby rijksoverheid, kennisuitwisseling tussen de regio's In de 1e instantie kwam ze niet op antwoorden. Toen ik de mogelijke opties noemde zei ze dat ze dit vanzelfsprekende zaken vond in dit proces. Waarbij ze wederom de hoop uitsprak dat provincie en gemeentes samen optrekken, waarbij het effect en het doel van het proces voorop moet staan. Sluit bij hierboven gegeven voorbeelden aan Meer moeite mee. liever op regionaal nivo landelijk: vng vertegenwoordiger Lobby richting rijksoverheid met name Overgang van provincie naar gemeenten zowel inhoudelijk als financieel Afspraken over inhoudelijk en financiële deel. Heeft nog geen beeld bij inhoudelijke thema's. Niet laten hinderen door provinciale grens, afstemming met Limburg, oa over financiering. Nee Voorbeelden als hierboven Weet ik niet. Na toelichting: misschien lobby richting rijksoverheid. Provincie is volgens mij zoekende naar hun rol. Maar volgens mij voegen ze op dit moment niet meer zo veel toe. Alle genoemde voorbeelden in de vragenlijst Alle genoemde voorbeelden. Warme overdracht gemeenten. Kennisborging (behouden en overdragen). Gevolgen voor Bureau Jeugdzorg springt er echt uit. - Andere thema's ook belangrijk; maar overdracht van kennis van Bureau Jeugdzorg is het meest belangrijk Weet niet Nog zoekend want onbekend. Inhoud is leidend, organisatie volgt daaruit. Voorlopig denken wij aan thema’s als: Wat wordt precies overgedragen? Welke budgetten spelen daarbij? Waar ligt de regie van het proces en geldt dat voor het gehele proces? Tempo van realisatie van wettelijke regels. Tempo van overdracht en fasering van de overdracht. Bestuursakkoord VNG-Rijk. Projectontwerp, uitgaan van de inhoud, volwaardig partnership alle partijen inclusief zorgaanbieders en cliëntenorganisaties. Bottomup benadering. Financiering inzet tijdens transitie (fte’s bij alle partners). Ruimte maken voor inbreng professionals en cliënten/burgers. Lobby richting Rijksoverheid Kennisoverdracht Monitoren van de voortgang (ook in eigen provinciaal belang - verantwoordelijk blijven voelen totdat het helemaal anders is geregeld) Kennisborging, lobby De gevolgen voor BJZ en Jeugdzorg aanbieders. De bewaking van de kwaliteit van het aanbod, bewaking van een soort basisniveau voor de regio's. Ambtenaar weet het niet Zie vorige vraag Zoveel mogelijk. genoemde voorbeelden zijn allen zinvol om vanuit provincie op te pakken. Is ook voor iedereen het meest duidelijk Zwaardere vormen van residentiële hulpverlening moeten op provinciaal niveau afspraken gemaakt worden. - ook op genoemde voorbeelden zou iets kunnen.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
54
Over de gespecialiseerde zorg. En daar waar het landelijke ontwikkelingen raakt, zoals anorexia of obesitas. Zie ook antwoorden hierover. In ieder geval ook: moment van overdracht taken naar lokale veld, afstemming tussen verschillende regio's in Brabant Afspraken over de financiering, overgang. Verder weet niet Weet ik niet Voor of na de transitie? Bovengenoemde voorbeelden mag de provincie afspraken over maken. Eigenlijk is dit er al: de rollen van gemeente en provincie staan beschreven in een sheet van de Powerpoint over de transitie van Wim Hoven. Alle voorbeeldthema's zijn in meer en mindere mate belangrijk om op provinciaal niveau afspraken over te maken. Kennis moet niet verdwijnen, vuist maken richting Rijksoverheid. Monitoren van de voortgang. Belangen van de jeugdzorgpartners in het oog houden en meewegen in de besluitvorming. Er zijn vast thema's die zo specifiek zijn dat er provinciale afspraken over gemaakt moeten worden. Bij het opnoemen van de opties: 'gevolgen voor Bureau Jeugdzorg en jeugdzorgaanbieders'. BJZ is een indicatiefabriek die weg moet. Weet ik niet Link met justitieel trajecten..... trajecten die nu binnen bjz vallen afstemmen en een lobby naar het rijk Onder meer op het terrein van jeugdreclassering. Even geen beeld bij. Zie regionaal actieplan 18 West Brabantse gemeenten Over het deel van de jeugdzorg dat naar gemeenten komt, welk volume, hoe is het nu georganiseerd, hoe moet de indicatiestelling geregeld gaan worden (landelijk thema). Een belangrijk stuk van de justitiële zorg Informatie bieden over de voortgang, planning, nieuwe ontwikkelingen en het duidelijk maken van hun eigen rol. Is afhankelijk wat er gaat spelen. Monitoren van voortgang (zoals jeugbalans), toekomst van Bureau Jeugdzorg, wat gebeurt er met de kennis van BJZ De taken van Bureau Jeugdzorg op een zorgvuldige overdragen en begeleiden Weet ik nog niet. Is het nog te vroeg voor Weet niet In ieder geval over opheffen wachtlijsten BJ/ overgang BJ. Verder zou provincie de landelijke transitie meer op maat (gevolgen voor provincie/ regio's eventueel afwijkingen per subregio) kunnen vertalen voor gemeenten. Kennisoverdracht van BJZ met stip bovenaan Procesmonitoring van de voortgang Wordt gaandeweg het proces duidelijk. Monitoring is van belang.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
55
9.
Wat verwacht u van de provincie met betrekking tot de transitie? Welke bijdrage moet de provincie leveren? Aandacht voor de implementatie, faciliteren van transitie. Deskundigheidsoverdracht en open communicatie zijn heel belangrijk. Menskracht, inhoud en geld. Kennis en informatie. Verder in het proces samen zorgen voor een goede overdracht 'de winkel moet wel open blijven' Faciliteren en kaders Warme overdracht, faciliterende rol, meedenken met gemeenten, middelen, kennis en ervaring die ze hebben inbrengen bij gemeenten Goede duidelijke communicatie over de kaders en gerichtheid op samenwerking tussen gemeentes en provincie met als doel een betere hulp en dienstverlening voor de burgers. Kennisoverdracht, positie handhaven, financiële inzet niet stop zetten Staande organisatie overdragen. Kennisoverdracht en initiatief nemen in het proces van overdragen van kennis: bijvoorbeeld masterclasses, themadagen etc. Zij hebben zicht op de inhoud dus kunnen dit het beste regelen. Het initiatief van de overdracht (VAN KENNIS) ligt bij de provincie. Deelname aan team, goede overdracht, proactief, meedenken, kennisdeling Kennisdeling, proactief, meedenken met gemeenten: wat werkt wel/niet. Goede overdracht. Belang kinderen voor belang instellingen. Kennisoverdracht, regionale visie daar in meedoen, ook al wijkt die af van die van de provincie Gelijkwaardigheid aan gemeenten. zie stuk samen uit samen thuis. Goede overdracht (tips, let hierop of daarop). Verder niets. Aanjagende en sturende rol in proces, goede samenwerking; zie verder 7c en vraag 8. Zowel inhoudelijk als financieel. Inzage in knelpunten bij BJZ en jeugdhulpverlening op dit moment. Dat gemeente weet waar ze voor komen te staan. Niet dat ze een verrassingspakketje krijgen waar ze geen oplossing voor weten. Provinciale capaciteit vrijmaken voor warme overdracht van kennis en kunde. Ondersteuning: meedenken in discussies en knelpunten. Kennis bijv. van BJZ mee over te dragen naar gemeenten zodat zij die kennis ook bezitten. Capaciteit en kennis inzetten voor de transitie regionaal Ondersteunend partner voor gemeente en regio. Gemeenten en regio de vrijheid laten zelf de koers te bepalen. Inbreng expertise en netwerken. Organisatie proces, faciliterend, kennisdelend, tools ontwikkelen. Kennisoverdracht: hoe is het nu georganiseerd en hoe werkt het? Meetrekken van transitieproces Financiering en menskracht overdragen of inzetten?? invoerbudget (of van het rijk)warme overdracht, kennisoverdracht, uitwisseling best practices, IPO nieuws Inbreng kennis en ervaring. Ondersteuning bij het proces. Samenwerkingspartner, kennisdeling, faciliteiten voor extra capaciteit om transitie door te voeren
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
56
Slagvaardigheid Deskundigheidsbevordering. initiatiefnemende, begeleidende rol, proces monitoren (met name ook kijken of het realiseerbaar is binnen gestelde termijnen) Actief participeren, kennis die daar aanwezig is rondom jeugdzorg overdragen naar de gemeenten. En misschien faciliteren, wellicht in financiële zin. De uitgangspunten, blauwdruk en duidelijke planning. Zie ook eerdere antwoorden verder: -dat zij deskundigheid die ze hebben opgebouwd op een of andere manier overdragen naar gemeenten. Dat kan op verschillende manieren. - ruimte geven aan gemeenten om proefondervindelijk aan de slag te gaan (wat bv. in RAP al gebeurt) - facilitering in uren Ondersteunen van gemeente met kennis en ervaring. Geen keurslijf. Stimuleringsregelingen ‘subsidie’ Voorlichtend, faciliterend. Bijdrage van de provincie is het begeleiden van het proces van de transitie. Graag ziet de gemeente dat wanneer de gemeenten extra ambtelijke capaciteit nodig hebben (handjes) dat de provincie hun overtollige capaciteit hiervoor inzet. Provincie zal moeten regisseren en de schakel zijn tussen gemeenten en het Rijk. Vooral ook financieel de transitie goed borgen. 1. Warme overdracht van de gehele jeugdzorg. Zowel op niveau van inhoud van casuïstiek als wel financiële middelen. dus het totale pakket moet warm worden overgedragen. De Provincie heeft zich nadrukkelijk teruggetrokken. Moet nu overdragen aan de gemeenten. Wat bereikt is benoemen en als vorstel bij de gemeente neerleggen. Voor gemeenten zorgdragen voor best practices en tips en tricks. De provincie is nu probleemeigenaar, hetgeen de gemeenten in de nabije toekomst worden. Nadrukkelijk is daarbij aan de orde: een nette overdracht. Ondersteuning, lobby naar rijk mbt de justitiële trajecten Ondersteunend informerend, inbreng eigen ervaringen. Een actieve rol in de overdracht. Oog hebben voor een andere manier van organisatie. Gemeenten ruimte bieden!! Actieve en ondersteunende rol (informatie delen). Deskundigheid inzetten / delen. Gemeenten zijn aan zet. Vooral transparantie. Kennisoverdracht en een actieve rol in het meedenken over een succesvolle transitie. Samenwerking op basis van gelijkwaardigheid. De provincie is nu actief bezig zonder gemeenten daarin te kennen. De gemeente wil niet dat de provincie eigenstandig aan de slag gaat. Meedenken en dat doen ze nu al goed. Nemen hun verantwoordelijkheid. Op tijd duidelijke afspraken met hen maken, de gemeente wil geen kant en klaar plan van de provincie. Een flexibele houding ten aanzien van subsidieverzoeken en een structurele honorering. Inbrengen van de kennis en niet te bepalend zijn. Het is een gezamenlijk proces ieder vanuit de eigen rol. Transitie jeugdzorg is breder dan alleen provinciale jeugdzorg. Vooral kennisoverdracht. Huidige subsidieregeling is de ambtenaar blij mee. Ook graag een oplossing voor 2012-2015 De opgebouwde expertise overdragen Actief overdragen en verantwoordelijkheid nemen.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
57
Soepel afspraken, geleidelijke overdracht, eventueel bemiddeling Zie vragen 7 en 8. Faciliteren gemeenten dmv expertise-inzet Monitoren - Adviseren en begeleiden - Zorgdragen voor goede overdracht. 10. Welk maatschappelijke winst moet de transitie wat u betreft opleveren? Eenvoudiger,toepasbaar en dichtbij Snellere indicering (ivm koppeling CJG), BJZ is meer beschikbaar voor de eerste lijn. Snelle adequate hulp, zoveel mogelijk aangestuurd via het CJG. CJG als portaal naar de jeugdzorg. Beter passend aanbod Op preventie gericht aanbod, verbeteren kwaliteit van de opvoeding. wel binnen realistische termijnen. Jeugdzorg, voorkomen dat er gebruik van moet worden gemaakt, eigen kracht, preventie versterken, als meer nodig is dat jeugdzorg makkelijk en op maat toegankelijk is, kostenbesparend. Burgers krijgen sneller, efficiënter en dichtbij hulp. Minder bureaucratie, noodzakelijke hulp in de leefomgeving van het kind Geen wachtlijsten meer goede lokale inbedding en herkenbaarheid Goedkoper: reorganisatie is winst op snellere trajecten, geen nodeloze indicaties (tijd en geld besparen); - Aanbod sluitender: zorg beter aansluiten op geïndiceerde zorg, zowel in- als uitstroom; Overgangen worden mogelijk beter als beide zorgvormen (geïndiceerd en niet-geïndiceerd) bij de gemeente liggen. Geen overdiagnosticering - Tijdige inzet van lichte hulp - Geen wachtlijst-problematiek - Terugdringen van dure, zware zorg Hulp dicht bij huis. Zo nel en dichtbij als mogelijk. Minder bureaucratie. Meer openheid tussen instellingen. Inhoudelijke verbeterslag; geen knip tussen vrijwillig en gedwongen hulp, geen onnodige verwijzingen over en weer, transparantie in de jeugdhulpverlening Eerder stadium hulp bieden, gemeente regie, meer lichte hulp, meer samenhang vormen hulp, eigen kracht gezinnen en jongeren aangesproken Meer geld en energie stoppen in preventieve deel, zodat minder curatieve zorg nodig is. Zorg snel, dichtbij huis; één gezin één plan, minder bureaucratie, voor ouders 1 toegang voor alle hulp en zorg voor hun kind Kortere lijnen, verbetering van de aanpak van de jeugdzorg. Meer effectieve jeugdzorg als gemeente realiseren. zoveel mogelijk lokaal, dichtbij het gezin en de jongere oplossen. NIet uithuisplaatsen en opvang bieden. Acceptatie samenleving ten aanzien van het functioneren van jongeren 'die anders zijn' in de samenleving. Er zijn nu eenmaal jongeren die anders zijn. Dat meer accepteren. Verbetering van dienstverlening aan de profijtgroep door kortere lijnen en betere samenwerking. Beter afgestemd aanbod voor jeugdzorg - Duidelijke keten Minder indicatie meer preventie en snel kind en gezin voorop zicht op problematiek; wat speelt er in de gemeente
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
58
Ouders en kinderen/jeugd goed opvoeden/opgroeien en vaardig zijn het leven naar eigen inzicht in te richten en de levensuitdagingen op te pakken en aan te gaan. Opvoeding mede ondersteunt door eigen netwerken. Institutionele wereld gericht ondersteuning van natuurlijke omgeving van opvoeden en op doorgaande lijn, weg met lijn-denken. Snellere en betere hulp voor kinderen en ouders die het nodig hebben. Vereenvoudiging van het systeem 0 - 1- 2e lijn. Dicht bij ouders en jongeren gaan staan. Zo min mogelijk doorverwijzing en zorg dicht bij huis. Snelheid, effectiviteit, efficiëntie in ondersteuning daar waar nodig.. maar ook kwaliteitsverbetering waar nodig/mogelijk Nog niet over nagedacht. Dat gezinnen minder snel in jeugdzorg terecht komen, eerder aan voorkant worden geholpen (preventief). Laagdrempeligere hulpverlening, zonder indicaties. Zonder daarbij uitgangspunt van laagdrempeligheid CJG te schaden, want dat risico is er Betere organisatie jeugdzorg. Vereenvoudiging van proces voor doelgroep, snellere hulp. Jongeren minder tussen wal en schip (doordat alles vanuit 1 bestuurslaag wordt aangestuurd) Betaalbare zorg - Jeugdzorg op een totaal andere manier vormgeven - Mensen aanspreken op hun eigen kracht - Minder centraal dat problemen worden overgenomen door instanties - Kortom: beweging naar voren. Voor de hulpvraag een goed gestroomlijnd proces, zonder schotten, en zonder wachtlijst. Dat voor jeugdigen en hun ouders heel snel gespecialiseerde hulp dichtbij is als het nodig is. zonder indicaties en lange wachttijden Jeugd en ouders sneller kunnen helpen, waardoor ook financieel winst wordt behaald. Sanering van de jeugdzorg, omdat er teveel instellingen zijn met soms dezelfde doelen. Sanering leidt tot snellere hulp en eenduidige ingang tot de hulp. Minder loketten en meer service. Meer hulp in en versterking van sociale verbanden; minder medicalisering van de jeugdzorg Meer vraaggericht aanbod Inzet zo licht als mogelijk en zo zwaar als nodig. Hulp voor de voordeur (in plaats van achter de voordeur). Mensen moeten zelf de regie krijgen (empowerment). Opvoeden moet gewoon worden. Nog meer vanuit het gezin denken en handelen; aanbod van instellingen daaropvolgend en een meer efficiënte werkwijze. Effectiever, efficiënter, kwaliteit passend aanbod Betere en goedkopere zorg, minder jeugdigen in de (specialistische) zorg. Zorg dichtbij geregeld, in de omgeving van de jeugdige. Ik denk dat de winst is, een nieuw systeem. Dat niet op incidenten en problemen is ingestoken, maar op versterking van eigen kracht van gezinnen en organisaties. Minder afrekencultuur zal zijn. Meer ruimte. Alle kinderen in beeld. De toegang verbeteren, minder bureaucratie. Door de transitie moet er beter zicht komen op wat de jeugdzorg aanbiedt en hoe zich dat verhoud tot wat er lokaal aangeboden wordt. In plaats van concurrentie, moet het aanbod aanvullend en transparant worden.
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
59
Ik hoop dat de aandacht weer naar de inhoud gaat. De laatste jaren ging de jeugdzorg alleen maar over beheersen en zorgen dat de maatschappij zo min mogelijk last heeft van de problemen van jeugdigen. Duidelijkheid voor alle burgers. Betere samenwerking tussen de partijen, minder regelgeving, minder bureaucratie, minder hokjes denken, meer preventieve inzet en geen lacunes meer voor jeugdigen die te licht zijn voor BJZ en te zwaar voor het lokale veld. Opvoeden moet weer gewoon worden en niet geproblemiseerd. Minder bureaucratie, ontschotting. Sneller de juiste hulp inzetten. Zorg rond het kind organiseren (zo veel mogelijk in de eigen omgeving) In termen van zorg, minder zorg exporteren, meer importeren van zorg. Zo efficiënt, zo effectief, zo snel mogelijk zorg verlenen en integraal benaderen Dat het lokale veld beter benut wordt. Vermindering van de instroom in geïndiceerde zorg. Betere keten, maar of de gemeente het beter kan dan de provincie? Twijfel. Ik vraag me af of er direct een maatschappelijke winst te boeken is. Winst zou kunnen zijn: een ingang voor jeugdzorg, minder tijd voor overdracht, voor gezinnen minder 'leuren ' bij verschillende instanties, hulp dichter bij huis en mogelijk sneller ingrijpen. Hulp dichterbij, niet meer getrapt, zonder wachtlijsten en zonder tijdrovende indicatietrajecten. Sneller schakelen - Bezuiniging zou weleens belemmerende factor kunnen zijn. Gemeenten zijn nog onervaren op het terrein van jeugdzorg. -
K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken
60