MEMO/06/174 Brussel, 27 april 2006
Tolken: hoe uitbreiding?
ver
staan
we
twee
jaar
na
de
De Europese Unie werkt nu sedert twee jaar met 25 lidstaten en 20 officiële talen. Geen enkele organisatie ter wereld heeft een zo uitgebreide meertalenregeling. Hoewel volgens sommigen de voordelen daarvan op het eerste gezicht niet opwegen tegen het extra werk voor de instellingen, zijn er voor deze regeling goede redenen. De EU-wetgeving is rechtstreeks bindend voor burgers en bedrijven. Het is dan ook niet meer dan billijk dat deze wetgeving voor de burgers en de bedrijven die ze moeten naleven en voor de rechtbanken die ze moeten handhaven in een begrijpelijke taal beschikbaar is. Iedereen in de Unie heeft ook het recht en wordt aangemoedigd om in zijn eigen taal aan de opbouw van de Unie mee te werken. De integratie in het systeem van negen nieuwe officiële talen tegelijk in mei 2004 – Ests, Hongaars, Lets, Litouws, Maltees, Pools, Sloveens, Slowaaks en Tsjechisch – was voor de Commissie een precedent en haar taaldiensten moesten innovatieve oplossingen vinden om aan deze uitdaging het hoofd te bieden. Nu we hiermee al een heel eind gevorderd zijn, is het tijd om de balans op te maken.
1. Wie is verantwoordelijk voor vertolking in de EU-instellingen? De EU-instellingen kunnen ook worden gezien als organisaties waar de levendigste permanente politieke en technische conferentie ter wereld plaatsvindt. Het directoraat-generaal Tolken (ook bekend onder de ingeburgerde afkorting SCIC1) biedt vertolking van hoge kwaliteit in vergaderingen die worden georganiseerd door de Europese Commissie, de Raad van de Europese Unie, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio’s, de Europese Investeringsbank en andere in de lidstaten gevestigde organen en agentschappen van de Europese Unie. DG Tolken kan voor de diensten van de Commissie ook conferenties organiseren. Het Europees Parlement en het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen hebben elk hun eigen tolkendienst.
2. Hoe is het directoraat-generaal Tolken georganiseerd? DG Tolken levert tolken voor 50 tot 60 vergaderingen per dag in Brussel en elders. Iedere werkdag staan 700 tot 800 tolken klaar om de afvaardigingen van de lidstaten en van andere landen te helpen elkaar te begrijpen.
1
DG Tolken heette tot 2003 Service Commun Gemeenschappelijke tolken-conferentiedienst.
Interprétation-Conférences
–
De taalregelingen voor deze vergaderingen zijn heel verschillend, gaande van consecutief tolken tussen twee talen, waarvoor wellicht slechts één tolk nodig is, tot simultaantolken in en uit 20 of meer talen, waarvoor ten minste 60 tolken nodig zijn. DG Tolken heeft 500 tolken in dienst en beschikt over talrijke freelancetolken die op contractbasis werken. Wereldwijd zijn in totaal 2 700 freelancetolken geaccrediteerd om voor de drie EU-tolkendiensten te werken.
3. Wat is de situatie twee jaar na de uitbreiding? Hoeveel tolken hebben we nodig? Volgens de planning van de Europese instellingen voor de uitbreiding van 2004 waren er na de volledige integratie van de nieuwe talen voor alle instellingen samen dagelijks gemiddeld 80 tolken per nieuwe taal nodig. Deze moesten bijna allemaal door de toekomstige lidstaten worden opgeleid. DG Tolken zou ongeveer de helft hiervan nodig hebben om de gelijke verhouding tussen ambtenaren en freelancetolken te kunnen bewaren. Sinds mei 2004 kan DG Tolken drie volledige tolkenteams (20-20) per dag laten werken. Voor vergaderingen waar DG Tolken voor vertolking zorgt, zijn vijf vergaderzalen met het vereiste aantal cabines voor vertolking in alle talen beschikbaar. Na de uitbreiding heeft de Raad van de Europese Unie voor vertolking prioriteiten gesteld. Bij vergaderingen van ministers en in bepaalde werkgroepen wordt in en uit alle talen getolkt, terwijl dit voor andere groepen varieert, afhankelijk van de verzoeken van de lidstaten. In de voltallige vergaderingen van het Comité van de Regio's en van het Europees Economisch en Sociaal Comité wordt nog steeds in en uit alle talen getolkt. De werkgroepen en comités van de Commissie werken met tolkenteams die de feitelijke behoeften aan vertolking dekken, zoals in de afgelopen twintig jaar in de praktijk al het geval was. In het college van commissarissen wordt zoals tevoren in drie talen (Engels, Frans en Duits) getolkt. Hoe ziet de situatie voor de nieuwe talen eruit? De onderstaande tabel geeft een overzicht van alle tolken voor de nieuwe talen waarover DG Tolken beschikt en van alle freelancetolken die geaccrediteerd zijn om voor de drie EU-tolkendiensten te werken. Momenteel is de best vertegenwoordigde nieuwe taal bij DG Tolken het Pools met in totaal 110 tolken, vast en tijdelijk personeel en freelancetolken samen. Voor de andere nieuwe talen, met uitzondering van het Maltees (zie hieronder), zijn er per taal tussen 47 en 86 tolken. Wat het aantal bij de uitbreiding beschikbare tolken betreft was de Commissie beter voorbereid dan voor alle voorgaande uitbreidingen, ook al moeten de lidstaten voor vele talen nog steeds grote inspanningen leveren om meer hooggekwalificeerde tolken op te leiden. Uitbreiding is duidelijk een proces, geen gebeurtenis.
2
Algemeen overzicht van het aantal tolken waarover DG Tolken voor de nieuwe talen beschikt (april 2006) (vast en tijdelijk personeel en freelancers) Talen
Tolken dienst
CS ET HU LT LV PL SK SL MT Totaal
6 8 11 6 10 18 7 7 0 73
in
Tolken binnenkort in dienst
Freelance
TOTAAL
2 1 2 5 4 6 3 0 2 25
58 41 72 44 35 86 47 40 11 434
66 50 86 55 49 110 57 47 13 507
In de dagelijkse praktijk is gebleken dat de vraag van taal tot taal verschilt. Voor de 15 “oude” lidstaten kan bij de Raad2, de instelling die van het grootste aantal nieuwe talen gebruikmaakt, worden voldaan aan vrijwel 100% van de behoeften om vertegenwoordigers in hun taal te laten spreken en luisteren (actief) of alleen te laten spreken (passief). Voor de talen van de nieuwe lidstaten dekt DG Tolken de behoeften voor ongeveer 80%. Voor sommige nieuwe talen (Ests, Hongaars, Pools, Sloveens en Tsjechisch) kan DG Tolken al aan meer dan 90% van de behoeften voldoen, terwijl dat voor andere nieuwe talen tussen 53% (Lets) en 74% (Slowaaks) ligt. Er worden inspanningen geleverd om hierin voor alle talen verbetering te brengen maar de lidstaten hebben tijd nodig en moeten bereid zijn om zich verder voor opleiding in te zetten. De instellingen bieden bij deze opleiding ondersteuning. Percentage van de behoeften aan tolken in de talen van de nieuwe lidstaten, waaraan bij de Raad is voldaan – Januari – maart 2006. Taal
CS
ET
LV
LT
HU
MT
PL
Actief
83,5
94,9
56,5
72,6
97,8
22,2
91
95,8
52,9
60,7
99,5
14,1
Passief
99
SK 73,4
SL 91,1
Totaal* 81,2
99
74,4
69
78,4
* Inclusief Maltees.
Maltees vormt in dit verband een bijzondere uitdaging omdat het vergelijkend onderzoek voor Maltese tolken in november 2003 geen geslaagde kandidaten heeft opgeleverd en het aantal beschikbare freelancetolken zeer beperkt is. DG Tolken onderhoudt voortdurend contact met de Maltese overheid om deze situatie te verhelpen. Een opleiding in Londen in 2004-2005 leverde vijf extra tolken op en de universiteit van Malta verzorgt nu een postacademische opleiding, wat betekent dat we momenteel aan 14 à 22% van de verzoeken voor het Maltees kunnen voldoen. Wat zijn de regelingen voor het Iers en voor de Spaanse regionale talen? Op 13 juni 2005 hebben de lidstaten in de Raad besloten dat Iers vanaf 1 januari 2007 een officiële taal van de Unie wordt. Om aan de verwachte vraag voor deze taal te kunnen voldoen, bereidt DG Tolken zich hierop in samenwerking met de Ierse autoriteiten en andere instellingen voor.
2
De behoefte aan tolken voor bepaalde talen verschilt in de Raad volgens de vraag van de lidstaten. Hoe groter de vraag, hoe meer tolken vereist zijn en omgekeerd.
3
Daarnaast – en in een andere juridische context dan voor het Iers – heeft de Raad een aantal conclusies over het officieel gebruik van bijkomende talen in de Raad en eventueel in andere instellingen en organen van de Europese Unie goedgekeurd. Spaanse regionale talen (Baskisch, Galicisch en de taal van Catalonië, de Balearen en Valencia) zijn de eerste voorbeelden van talen die in een regio van een lidstaat officieel zijn en die tot op zekere hoogte bij EU-vergaderingen kunnen worden gebruikt. Wanneer bekend is dat een regionale vertegenwoordiger in een vergadering een van deze talen wil spreken, kan DG Tolken in een beperkt aantal vergaderingen, op verzoek van de Spaanse autoriteiten, voor vertolking zorgen. De daaruit voortvloeiende extra kosten voor vertolking worden gedragen door de Spaanse regering, die ook een organisatie voor het vertalen van documenten in deze drie talen heeft opgezet (zie MEMO/06/173). Hoe vinden we de nodige tolken? In de nieuwe lidstaten en de kandidaat-lidstaten zijn talrijke voorlichtingsacties georganiseerd. DG Tolken staat de universiteiten en tolkenopleidingen in die landen op vele manieren bij: met advies over het leerplan tijdens de planningfase en, zodra de opleiding is opgezet, met subsidies, beurzen voor studenten, opleiding voor opleiders, didactische hulp en leermiddelen. Een postacademische opleiding wordt voor de opleiding van conferentietolken van topkwaliteit het meest geschikt geacht. Referentiepunt is de European Masters in Conference Interpreting (EMCI: www.emcinterpreting.net). DG Tolken is sinds 1998 bezig met het opbouwen van interne capaciteit voor de nieuwe talen. In alle nieuwe lidstaten en toetredende landen zijn er nu postacademische opleidingen. Dit is een rechtsreeks gevolg van de inspanningen van DG Tolken. De voorbereidingen zullen nog lang na de volgende verwachte uitbreiding in 2007 worden voortgezet. De jaarlijkse conferentie DG Tolken – universiteiten is een forum voor iedereen die bij de opleiding van tolken overal in Europa betrokken is. Voor nadere informatie: http://europa.eu.int/comm/scic/interpreter/assuniversities_en.htm Een eerste reeks interinstitutionele vergelijkende onderzoeken werd in het laatste kwartaal 2004 afgerond en elk van de drie tolkendiensten kreeg een aantal geslaagde kandidaten toegewezen. Voor ervaren tolken wordt in de loop van dit jaar een tweede reeks georganiseerd. DG Tolken heeft in 2004-2005 48 tolken in vaste dienst genomen en dat is minder dan verwacht. Om deze leemte aan te vullen worden in 2006 bijkomende tolken met tijdelijke contracten geworven. DG Tolken heeft niet alleen talrijke voorlichtingsactiviteiten georganiseerd en steun aan opleidingen verleend, maar heeft de afgelopen zes jaar in vrijwel alle nieuwe lidstaten ook accrediteringstests voor freelancetolken gehouden.
4. Hoe wordt de kwaliteit van de vertolking gecontroleerd? De kwaliteit van vertolking wordt gecontroleerd door middel van regelmatig toezicht op de prestaties van de tolken. Ieder hoofd van een tolkeneenheid organiseert het toezicht op zijn personeel (in samenhang met het jaarlijkse loopbaanontwikkelingsrapport) en op de freelancetolken. Daarnaast dient het hoofd van het tolkenteam voor elke vergadering een verslag in over de kwaliteit en over de technische en organisatorische aspecten van de vertolking. Voor de Commissievergaderingen houdt DG Tolken een permanente enquête over de gebruikerstevredenheid, waarbij ook de kwaliteit van de vertolking aan bod komt.
4
5. Welke inspanningen levert DG Tolken op het gebied van interne opleiding? DG Tolken investeert op lange termijn in opleiding en de resultaten daarvan worden pas geleidelijk zichtbaar. Vijf personeelsleden hebben eind 2005 een taal van een nieuwe lidstaat aan hun talenpakket toegevoegd. Momenteel volgen 58 tolken uit de 15 oude lidstaten (43 ambtenaren en 15 freelancers) cursussen in een taal van de 10 nieuwe lidstaten of in het Bulgaars, Roemeens of Turks. Ten minste zes deelnemers aan deze cursussen zullen in 2006 een taal aan hun pakket toevoegen en nog eens twaalf zullen dat naar verwachting in 2007 doen.
6. Hoe bereidt de Commissie zich op de volgende nieuwe talen voor? DG Tolken leidt sinds begin jaren negentig tolkenopleiders uit Bulgarije en Roemenië op. Sinds 2002 krijgen de universiteiten van de twee toetredende landen meer gestructureerde bijstand (zie hierboven). In maart 2005 heeft commissaris Ján Figel’ beide landen bezocht en met de autoriteiten en universiteiten besprekingen gevoerd die tot een consolidering van de opleidingsactiviteiten hebben geleid. DG Tolken heeft in het voorjaar 2006 de eerste vier tolken voor het Bulgaars en het Roemeens in tijdelijke dienst genomen. In november 2004 is de samenwerking tussen DG Tolken en Kroatië begonnen, wat in oktober 2005 geresulteerd heeft in de eerste voltijdse postacademische opleiding voor conferentietolken in Kroatië aan de universiteit van Zagreb.
7. Hoeveel besteedt de EU aan vertolking? De totale jaarlijkse kosten beliepen voor DG Tolken in 2005, gespreid over de begrotingen van de instellingen en de organen waarvoor het tolken levert, 100 miljoen euro, ofwel jaarlijks 0,21 euro per burger van de uitgebreide Unie. De Commissie heeft de kosten van de afzonderlijke tolkendiensten van het Europees Parlement en het Europees Hof van Justitie op ongeveer 76 miljoen euro in 2005 geraamd. De totale kosten voor vertolking bedroegen in 2005 dus 0,38 euro per burger en kunnen in 2007-2010 oplopen tot 0,50 euro per burger per jaar (238 miljoen euro), in de veronderstelling dat een voldoende aantal tolken kan worden geworven. Nadere informatie: http://europa.eu.int/languages/en/home http://europa.eu.int/comm/scic/index_en.htm
5