Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan
EUROFREEZ Stad POPERINGE
maart 2007
TOELICHTINGSNOTA – GRAFISCHE PLANNEN - STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan
EUROFREEZ Stad Poperinge
maart 2007
TOELICHTINGSNOTA – GRAFISCHE PLANNEN - STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Plan_id: 2.13_00051_00001 verloop − 23/03/06 − 26/04/06 − 28/09/06 − 23/10/06 – 22/12/06
goedgekeurd door de deputatie ten behoeve van de plenaire vergadering plenaire vergadering voorlopig vastgesteld door de provincieraad van West-Vlaanderen openbaar onderzoek
Gezien en voorlopig vastgesteld door de provincieraad van West Vlaanderen in vergadering van 26/04/07,
De provinciegriffier, H. Ost
De voorzitter, J. de Bethune
Dienst Ruimtelijke Planning en Mobiliteit Koning-Leopold III-laan 41 8200 Sint-Andries (Brugge) t 050/ 40 35 33 f 050/ 40 33 76
[email protected] www.west-vlaanderen.be Diensthoofd: F. Van de Sande
Projectbegeleider: Stephaan Barbery
Projectcoördinator: Bart Verbeke
ONTWERPER
West-Vlaamse Intercommunale - dienstverlenende vereniging Baron Ruzettelaan 35 8310 Brugge tel. (050)36 71 71 fax (050)35 68 49 Algemeen directeur
Geert Sanders
Coördinator cel ruimtelijke planning
Ruimtelijk planner
David Vandecasteele
Johan Michielssens
Inhoud A. UITVOERING VAN HET PROVINCIAAL RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN WEST-VLAANDEREN
4
1.
Beslissing tot opmaak provinciaal RUP door de Bestendige Deputatie
4
2.
Ligging van het plangebied
4
B. FEITELIJKE EN JURIDISCHE BESTAANDE TOESTAND 1.
Feitelijke bestaande toestand
2.
Probleemstelling
3.
Juridisch bestaande toestand
5 5 6 10
3.1
Juridisch kader
10
3.1.1
Ligging t.o.v. gewestplan
10
3.1.2
Ligging t.o.v. goedgekeurde nog geldende BPA’s
10
3.1.3
Ligging t.o.v. goedgekeurde nog geldende verkavelingen
10
3.2
Vergunningen
10
3.2.1
Stedenbouwkundige vergunningen
10
Milieuvergunningen
11
3.2.2 4.
Oppervlakte
11
C. PLANNINGSCONTEXT EN OVERIGE BELEIDSPLANNEN
12
1.
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)
12
2.
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen (PRS-WV)
13
3.
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan POPERINGE (GRS) goedgekeurd B.D. 04-11-2004
19
D. OPZET PLAN
23
1.
Maatregelen m.b.t. het vermijden van schadelijke effecten m.b.t. de waterhuishouding
23
2.
Habitat- en vogelrichtlijngebieden
23
3.
Biologische waarderingskaart
23
4.
Watertoets
24
5.
Opzet plan
24
E. RUIMTEBALANS EN OP TE HEFFEN VOORSCHRIFTEN
25
F. PLANPROCES
26
1.
Beslissing tot opmaak RUP
26
2.
Voorontwerp
26
3.
Ontwerp
26
4.
Goedkeuring Vlaamse Regering: ……………
26
G. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
27
Artikel 0. Algemene bepalingen
27
Artikel 1. Zone voor bedrijfsactiviteiten van het bestaande groentenverwerkend bedrijf
29
Artikel 2. Zone toeritten, verharding, stapelruimte, parking
31
Artikel 3. Acheruitbouwzone
32
Artikel 4. Bufferzone
33
BIJLAGE
WVI – MAART 2007
34
PRUP EUROFREEZ PROVEN
3
A.
UITVOERING VAN HET PROVINCIAAL RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN WEST-VLAANDEREN
1. Beslissing tot opmaak provinciaal RUP door de Bestendige Deputatie De provincie is bevoegd voor het bepalen van de ontwikkelingsperspectieven en het opmaken van provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen voor bedrijven van bovenlokaal niveau na de toekenning van een positief * planologisch attest . Het bedrijf NV Eurofreez uit Poperinge verkreeg van de Bestendige Deputatie in zitting op 21 april 2005 een gedeeltelijk positief planologisch attest. Hiermee engageert de Deputatie zich tot de opmaak van een provinciaal RUP. De tekst van het gedeeltelijk positief planologisch attest luidt als volgt: Dit gedeeltelijk positief planologisch attest wordt afgegeven onder de volgende voorwaarden:
Bij de uitbreiding op korte termijn dient het bedrijf rondom de volledige site een buffer aan te leggen op het eigen terrein. Deze buffer moet het bedrijf beter inkleden in functie van de omwonenden, maar ook naar het agrarisch gebied. Bij de uitbreiding op lange termijn dient het bedrijf de locatie beter te onderzoeken. De site voor deze uitbreiding dient zo gekozen te worden dat ze beantwoordt aan de verwachtingen van zuinig ruimtegebruik, compact en duurzaam bouwen, landschappelijke integratie en waterbeheer.
2. Ligging van het plangebied Het plangebied is gelegen ten noordwesten van de kern van Proven. Het gebied heeft een oppervlakte van 05ha73a20ca.
*
4
Zie bijlage PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
B.
FEITELIJKE EN JURIDISCHE BESTAANDE TOESTAND
1. Feitelijke bestaande toestand
In het beeld van Proven is het silhouet van Eurofreez nadrukkelijk aanwezig. Het Eurofreez-complex is van verre te zien. Dit heeft vooral te maken met de witte kleur van de gebouwen en het gebrek aan een gepaste ingroening. Lineaire begroening mist vaak zijn doel. Er gaat in het algemeen zeer weinig aandacht naar de architectuur van de gebouwen. De aard van de activiteiten vraagt ook grootschalige gebouwen, daarenboven is de witte kleur vooral te wijten aan het feit dat een groot gedeelte van de gebouwen bestaat uit diepvriescellen.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
5
2. Probleemstelling Ruimtelijk economische benadering Eurofreez NV is een fabrikant van diepgevroren voeding, gevestigd in Proven, deelgemeente van Poperinge. Eurofreez is een historisch gegroeid regionaal bedrijf op een bedrijventerrein opgericht via de wet op de economische expansie. Alle activiteiten zijn geconcentreerd op één site te Proven, waar een totale oppervlakte van ±4,3 hectare ingenomen wordt. Binnen het productiegedeelte van het bedrijf worden 4 productielijnen onderscheiden: Diepvries frites, diepvries aardappelspecialiteiten (pureeproducten), diepvries snacks en diepvries maaltijden. In Vlaanderen zijn een vijftal gelijkaardige bedrijven actief. De voornaamste spelers zijn Eurofreez (Poperinge), Clarebout Potatoes (Heuvelland), Farm Frites Belgium (Lommel), Primeur (Waregem) en Agristo (Harelbeke). Het bedrijf neemt zowel wat het productievolume als de omzet betreft een plaats in bij de topdrie van de sector in Vlaanderen. In vergelijking met Nederlandse concurrenten blijven zij evenwel een bescheiden speler op de markt. Eurofreez NV kende na een aantal ingrijpende herstructureringen sinds einde jaren negentig een forse groei: Evolutie van het personeelsbestand: ° 1998: 89 medewerkers ° 2000: 98 medewerkers ° 2004: 128 medewerkers, telkens aangevuld met heel wat interim-arbeid Indirecte tewerkstelling: Eurofreez betrekt haar basisgrondstof bij een 200 tal landbouwers en heeft een 60 tal onderaannemers. Evolutie van het zakencijfer: • 1998: 22.000.000 € • 2000: 25.000.000 € • 2003: 37.000.000 € Evolutie van het productievolume: • 1998: 35.000 ton • 2000: 40.000 ton • 2003: 55.000 ton Deze groei werd mogelijk gemaakt door de bouw in 2001 van een nieuwe productiehal voor aardappelspecialiteiten, snacks en diepvriesmaaltijden. Dit marktsegment wordt steeds belangrijker. Een aanzienlijk deel van de groei wordt verklaard door de fel gestegen export. Het bedrijf exporteerde in 1998 nog maar naar “slechts” 30 landen. Dat zijn er in 2004 reeds 68 geworden. 90 % van de productie is bestemd voor de export. Het is de ambitie van Eurofreez om verder te groeien binnen het marktsegment van de snacks en diepvriesmaaltijden, evenwel zonder de meer traditionele fritesproductie af te bouwen of stop te zetten. Beide productielijnen zijn bedrijfsmatig immers onlosmakelijk met elkaar verbonden. De belangrijkste concurrentie komt van Nederlandse bedrijven, die wat productievolume betreft gemakkelijk een veelvoud van de capaciteit van Eurofreez (tussen de 100.000 en 250.000 ton) halen. Om op termijn de positie te kunnen handhaven moet Eurofreez om prijstechnische redenen kunnen groeien tot een productievolume van 75.000 ton. Dit kan gerealiseerd worden indien zij er in slagen om de productiecapaciteiten in de “niet-friet” lijnen te verdubbelen.
6
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Een dergelijke aangroei van productievolume en een verdere specialisatie in het marktsegment van de diepvriesmaaltijden zal gekoppeld gaan met een aangroei van ongeveer 20 arbeidsplaatsen. De omzet zal onder normale omstandigheden groeien tot om en bij de 50.000.000 €. Momenteel realiseert Eurofreez een toegevoegde waarde van 4,3 en op termijn voorzien zij 4,72 (70/61).
Ruimtelijke behoefte: "Eurofreez wordt op vandaag geconfronteerd met een drievoudige uitdaging:" • Enerzijds wordt de productiecapaciteit maximaal benut. Er wordt reeds gewerkt in een volcontinu systeem en binnen de bestaande bedrijfsgebouwen kunnen geen nieuwe productielijnen worden bijgeplaatst. Om de huidige marktpositie als belangrijk producent op de nationale en internationale markt te kunnen behouden, moet op korte termijn de productiecapaciteit kunnen verhoogd worden. •
De stockagecapaciteit voor afgewerkte producten is ontoereikend, zelfs met het huidige productieniveau. Een stijgende capaciteit zal dit probleem enkel versterken.
•
De bestaande bedrijfsinfrastructuur beantwoordt bovendien nog slechts ten dele aan de strengste normen inzake voedselveiligheid. Het gebouw waarin momenteel de frietlijn is in ondergebracht, is tot op de draad versleten. Momenteel voldoet het nog aan de controlevoorschriften, doch bij de minste verstrenging van deze voorschriften loopt het bedrijf heel veel kans om de HACCP-keuring te verliezen, wat uiteraard nefaste gevolgen zou hebben voor het bedrijf.
Om aan deze problemen een antwoord te bieden, had het bedrijf in eerste instantie geopteerd om een volledig nieuwe productiehal te bouwen waarin ruimte was voor zowel het verplaatsen van de bestaande frietlijn, het verhogen van de capaciteit van deze lijn als voor het verhogen van de productie van aardappelspecialiteiten. Het was de bedoeling om tezelfdertijd het bestaande waterzuiveringsstation te vervangen door een nieuw te bouwen geheel. Deze oplossing was weliswaar de goedkoopste oplossing voor het bedrijf doch gelet op de grote ruimte-impact van een dergelijke uitbreiding (een totale ruimtebehoefte van meer dan 4 hectare) werd in overleg met alle betrokken partijen een alternatief voorstel uitgewerkt. Hierbij dient opgemerkt te worden dat een opsplitsing van het bedrijf over meerdere vestigingen en bijgevolg een delokalisatie van één productielijn, economisch niet verantwoord kan worden. Immers, de grondstoffen die verwerkt worden in de aardappelspecialiteiten en diepvriesmaaltijden, worden voor 75 % betrokken uit de productie van frites. Via een intern transportsysteem recupereert het bedrijf immers alle ondermaatse frieten en aardappelen, iets wat met vervoer over de weg niet haalbaar is wegens niet kostenefficiënt. Concreet worden de behoeften op korte termijn als volgt ingevuld: •
De bouw van een nieuwe productiehal, bedoeld voor de beoogde productieverhoging van diepvriesmaaltijden, snacks en aardappelspecialiteiten. Vooraleer deze hal in te richten, zal het bedrijf ze evenwel gebruiken als tijdelijke huisvesting voor de frietlijn.
•
Deze lijn zal fasegewijs verhuisd worden naar de nieuwe productiehal. Door het opzetten van interne overpompsystemen kan het bedrijf de productie dermate organiseren dat deze niet moet stilgelegd worden, wat een uitsluitende voorwaarde is voor elke investering.
•
De vrijgekomen gedeeltes van de bedrijfsruimte “friet” worden telkenmale volledig gerenoveerd, waarna de productielijn wordt teruggeplaatst.
•
Eens de volledige frietlijn gemoderniseerd is, wordt de nieuwe productiehal ingericht en kan de productieverhoging in aardappelspecialiteiten en diepvriesmaaltijden starten.
•
De nieuwbouw zal uitgevoerd worden in een betonnen pijlerstructuur omkast met sandwichpanelen, identiek aan de bestaande bebouwing. Rond het gebouw komt een verharde weg die voldoende breed is
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
7
om brandweerwagens een vlotte toegang tot het terrein te verzekeren. •
Deze nieuwe productiehal is voldoende groot om op korte termijn het productieniveau te verdubbelen. Hiermee moet het bedrijf voldoende gewapend zijn om gedurende de eerstkomende 5 jaar haar marktpositie te behouden.
•
Van zodra de frietlijn terug verhuisd is naar haar huidige locatie, nemen zij ook een aanvang met de uitbreiding van de diepvriesopslag. Deze uitbreiding dient parallel te lopen met de productieverhoging.
•
Het bestaande waterzuiveringsstation wordt behouden en verder gemoderniseerd.
•
Het geheel wordt landschappelijk gebufferd door een groenscherm met een breedte van 10 meter.
Om dit alles te kunnen realiseren, wordt de totale ruimtebehoefte op korte termijn op ±1,4 hectare geraamd
Het planologisch attest voorzag ook in een aanvraag op lange termijn. Het betrof een gebouw in de zuidwestelijke uitstulping van het plangebied. Het bedrijf ziet echter af van deze lange termijn aanvraag. De uitstulping blijft echter behouden in het plangebied omdat ondertussen op deze plaats een waterbufferput werd vergund. Investeringsnota De totale investering op korte termijn wordt geraamd op ongeveer 3,5 miljoen €. Hierin zitten zowel de gebouwen als de machines en de noodzakelijke uitrusting als de aanleg van bijhorende wegenis en groenscherm begrepen. Gedurende de laatste 5 jaar realiseerde het bedrijf telkenmale een gemiddelde cashflow voor belastingen van 12 % tot 15 %, wat ruim voldoende is voor de financiering van deze investering. De uiteindelijke financiering zal gebeuren met een mix van eigen middelen en bankkredieten.
Te verwachten mobiliteitsprofiel Personeel: Eurofreez werkt in een 4 ploegensysteem (inclusief weekends) 1. 2. 3. Weekend
Zaterdag Zondag
05h00 13h00 21h00
13h00 21h00 05h00
05h00 17h00
17h00 05h00
Zij werken met 130 mensen (115 arbeiders + 15 bedienden). De arbeiders komen 15 min. voor de aanvang van hun shift aan op de site en verlaten de site ongeveer 30 minuten na het einde van hun shift. Per shift werken er gemiddeld 40 arbeiders waarvan ongeveer 10 % met de fiets naar het werk komt. Per shift betekent dit dus ongeveer 35 aanrijdende en 35 vertrekkende bewegingen met auto’s en dit om 04.45 uur – 05.30 uur – 12.45 uur – 13.30 uur – 20.45 uur en 21.30 uur.
8
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Na de beoogde uitbreiding voorzien ze de aanwerving van een 20-tal arbeiders, verdeeld in twee shifts. Het totale aantal bewegingen zal bijgevolg stijgen tot een 40-tal. De bedienden werken in hoofdzaak in de dagploeg waardoor tussen 8.00 uur en 9.00 uur en 17.00 uur en 18.00 uur een 10-tal bewegingen ontstaan. Na de beoogde uitbreiding blijft dit aantal stabiel. Leveranciers Zij receptionneren per dag (07.00 uur – 19.00 uur) ongeveer: - 20 vrachtwagens en tractors met aardappelen - 12 vrachtwagens met ingrediënten (bv. kaas, olie, boter), verpakkingsmateriaal (bv. folie, dozen) - 4 vrachtwagens die afgewerkt product komen afhalen Na de uitbreiding voorzien zij ongeveer 6 à 10 bewegingen meer per dag. - aardappelen - grondstoffen - afgewerkt product
± 1-2 ± 2-4 ± 3-4
Daar zij meer frites uitval gaan recupereren zal het wegvoeren van uitval verminderen, waardoor het aantal bewegingen wellicht zal zakken van 4 naar 2. Alle bewegingen, zowel van personeel als leveranciers, sluiten aan op het secundaire wegennet via de N308, hetzij in de richting Poperinge, hetzij in de richting Roesbrugge om daar via de N364 aan te sluiten op de N8.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
9
3. Juridisch bestaande toestand 3.1
Juridisch kader
3.1.1
Ligging t.o.v. gewestplan in het gewestplan Ieper-Poperinge dd. 14-08-1979 ingekleurd als gebieden voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen & agrarisch gebied landschappelijk waardevol .
Gewestplan Ieper-Poperinge
3.1.2
K.B. 14-08-1979
Ligging t.o.v. goedgekeurde nog geldende BPA’s
nihil. 3.1.3
Ligging t.o.v. goedgekeurde nog geldende verkavelingen
nihil
3.2
Vergunningen
3.2.1
Stedenbouwkundige vergunningen♦
Nr.
Verlener
datum
1 2 3 4 5 6 7 8 9
CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S
31/05/1979 16/04/1987 4/06/1987 18/08/1988 15/03/1994 4/10/1995 2/05/1996 25/09/1996 8/04/1998
inhoud
diepvriesopslag uitbreiden bedrijfsgebouw oprichten waterzuivering uitbreiden & verbouwen bedrijfsgebouw uitbreiden bedrijfsgebouw uitbreiden bedrijfsgebouw uitbreiden & verbouwen bedrijfsgebouw aanpassen bestaande waterzuivering uitbreiden industriebouw
♦
Op het plan bestaande toestand worden de vergunningen in de mate van het mogelijke weergegeven, diverse vergunningen overlappen elkaar, zijn verbouwingen of slopingen en dus moeilijk op het plan aan te duiden.
10
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 3.2.2
CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S CB&S
17/02/1999 1/09/1999 29/08/2001 30/01/2002 30/01/2002 5/03/2003 6/03/2003 6/08/2003 13/01/2004 31/03/2004 21/04/2004 28/07/2004 28/07/2004 18/05/2005 29/06/2005 5/10/2005
verbouwen losruimte & plaatsen berging machines uitbereiden opslagruimte met laad- en loskade slopen diepvriesruimte & uitbreiden kartonberging slopen berging & uitbreiden compressielokaal bouwen productielijn uitbreiden bestaande opslagruimte bouwen lokaal clarks 2 plaatsen stikstoftank geluidsmuur rond technische ruimten plaatsen technisch verdiep boven productielijn plaatsen dak op waterzuivering tijdelijke werfweg overbouwen productie frietlijn verwijderen binnenstructuur van bestaande frietlijn geluidsdempende schermen uitbreiding specialiteitenlijn & opslag waterbuffering
Milieuvergunningen verlener
datum
GOUV BD CB&S GOUV GOUV GOUV BD BD BD BD BD BD BD BD BD BD BD BD BD MB
7/09/1979 10/02/1981 18/04/1985 25/05/1988 26/10/1988 20/03/1991 21/05/1992 29/10/1992 31/03/1994 25/08/1994 4/07/1996 24/10/1996 2/07/1998 16/12/1999 4/10/2001 18/04/2002 13/02/2003 24/03/2003 9/06/2005 24/12/2005
einddatum
1/09/2011 1/09/2011 1/09/2011 1/09/2011 1/09/2011
18/04/2007 1/09/2011 1/09/2011 18/04/2007 18/04/2007
inhoud
stoomketel stoomketel propaangas opslagtank stoomgenerator e.a. stoomketel mobiele stoomketel exploiteren aardappelverwerking uitbreiden aardappelverwerking opslag papier & eindproducten uitbreiden waterzuivering & vernietiging industrieel afval aardappelverwerkend bedrijf e.a. zuiveringsinstallatie uitbreiden koelinst. & opslag + verpakkingsmachines aktememing kleine wijzigingen opslag papier & koelinstallaties boorput & machines productieafdeling ventilatoren boorput stopzetten boorput
4. Oppervlakte Het plangebied heeft een oppervlakte van 05ha73a20ca.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
11
C.
PLANNINGSCONTEXT EN OVERIGE BELEIDSPLANNEN
Op Vlaams, provinciaal en gemeentelijk niveau worden in structuurplannen uitspraken gedaan over de gewenste ruimtelijke structuur vanuit een geïntegreerde benadering. Deze uitspraken binnen de diverse structuurplannen vormen het uitgangspunt voor de genomen planopties.
1. Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) Het RSV is vastgesteld door de Vlaamse regering op 23 september 1997. Het omvat een informatief, richtinggevend en bindend gedeelte. In het RSV wordt de gewenste ruimtelijke ontwikkeling aangegeven voor vier structuurbepalende elementen en componenten op Vlaams niveau: stedelijke gebieden en stedelijke netwerken, elementen van het buitengebied, economische knooppunten en lijninfrastructuren. Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen vormt een kader voor de provinciale en gemeentelijke structuurplannen. Elementen uit het richtinggevend gedeelte en bindende bepalingen werken door op het provinciale en gemeentelijke niveau. In wat volgt wordt een overzicht gegeven van elementen die betrekking hebben op onderhavig provinciaal RUP. Poperinge is aangeduid als kleinstedelijk gebied op Provinciaal niveau (c3; zwak uitgerust). In deze voor Vlaanderen strategische locaties worden de economische ontwikkelingen gestimuleerd en geconcentreerd. De verdeling van het pakket aan bijkomende bedrijventerreinen over de verschillende kleinstedelijke gebieden en de economische knooppunten behoort tot de taak van de provincie. Gave landschappen: Een gaaf landschap is er één waarvan de samenhang slechts in een beperkte mate gewijzigd is door ingrepen. Het gaat hier onder meer over relicten in de duinen, de kustpolders, de Zeeuws-Vlaamse polders, de Scheldepolders, het Meetjesland, het Houtland, de oude veldgebieden, cuesta Oedelem-Zomergem, het plateau van Izenberge, Hoppeland van Poperinge, de West-Vlaamse Heuvels, de Douvevallei, de Zwalmstreek, de Vlaamse Ardennen, het Pajottenland, het Kempisch Plateau, de Vlakte van Bocholt, het Maasland, het Hageland, Haspengouw, het Land van Herve, de Brabantse bossen en in een aantal grote valleien. Bij de gave landschappen staan het behoud en de versterking van de structurerende landschapselementen en componenten voorop.
12
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Het RSV geeft volgende ontwikkelings- en uitbreidingsmogelijkheden voor bestaande bedrijven buiten bedrijventerreinen ( het bedrijf is gedeeltelijk gelegen in agrarisch gebied): Een maximale verwevenheid van de economische activiteiten met de activiteiten in haar (bebouwde of onbebouwde) omgeving wordt nagestreefd; goed nabuurschap moet het uitgangspunt vormen; goed nabuurschap is afhankelijk van het ruimtelijk functioneren van het gebied, de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van het gebied en van de aard en het karakter van het bedrijf en de bedrijfsactiviteit. Alle mogelijkheden en voorzieningen (op milieuhygiënisch vlak, qua mobiliteitsproblematiek, …) voor ontwikkeling op de bestaande locatie worden uitputtend aangewend. De ruimtelijke implicaties bij een herlocalisatie (bijkomende infrastructuur voor nieuwe lokale en regionale bedrijventerreinen, bijkomend ruimtegebruik, versnipperen van onbebouwde ruimte, vermindering van de ontwikkelingsmogelijkheden voor natuur, …) worden afgewogen tegenover de ruimtelijke implicaties van een ontwikkeling op de bestaande locatie. De ruimtelijke draagkracht van de omgeving mag niet worden overschreden Er wordt t.a.v. de ontwikkeling van de economische activiteit een maximale beleidszekerheid en beleidscontinuïteit nagestreefd, zowel in de ruimte als in de tijd.
2. Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen (PRS-WV) Het PRS-WV is goedgekeurd bij Ministerieel Besluit van 06/03/2002. Het omvat een informatief (bestaande ruimtelijke structuur), een richtinggevend (visie en gewenste ruimtelijke structuur) en een bindend gedeelte (bindende bepalingen). De visie en gewenste ruimtelijke ontwikkeling geschetst in het PRS-WV sluiten aan bij het RSV en geven een nadere uitwerking en invulling aan de elementen die vragen om een samenhangend beleid over de gemeentelijke grenzen heen. De bindende bepalingen vormen het kader voor de maatregelen waarmee de provincie de gewenste structuur wil realiseren. De gewenste ruimtelijke ontwikkeling wordt uitgewerkt volgens gewenste deelstructuren; de nederzettingsstructuur, de natuurlijke structuur, de agrarische structuur, de structuur bedrijvigheid, de structuur kleinhandel, de structuur toerisme en recreatie, de structuur van verkeer en vervoer en de structuur van het landschap en diverse deelruimtes. Enkel de deelstructuren van belang voor onderhavig provinciaal RUP komen aan bod. Poperinge is qua gebiedsgerichte benadering gelegen in de Heuvel-Ijzerruimte. De Heuvel-Ijzerruimte maakt deel uit van één van de belangrijkste gebieden van de agrarische structuur op Vlaams niveau. De dynamische grondgebonden landbouw en de natuurlijke structuur nemen er een belangrijke plaats in. De deelruimte biedt tevens plaats aan gedifferentieerde toeristisch-recreatieve plattelandsontwikkeling.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
13
Binnen de gewenste nederzettingsstructuur is Poperinge geselecteerd als kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau (bij de afbakening zal de deelgemeente Proven naar alle waarschijnlijkheid niet in het kleistedelijk gebied van Poperinge opgenomen worden)
14
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
De ontwikkelingsrichting voor het deelgebied waartoe Poperinge behoort nl. ‘plattelandsgebied met verspreide kernen’ is als volgt: “Een herkenbaar en hiërarchisch patroon van kernen is nog aanwezig. Het gaat om (dunbevolkte) gebieden rondom kleinstedelijke gebieden zoals Ieper, Poperinge, Diksmuide en Veurne. Een aantal kernen hebben tevens een ruimtelijk ondersteunende rol voor lokale voorzieningen die de economische functies van het buitengebied ondersteunen”. Het provinciaal structuurplan selecteert de kernen van Poperinge als volgt (bindend gedeelte): Kleinstedelijk gebied op Provinciaal niveau: Poperinge Bedrijfsondersteunend hoofddorp: Proven Woonkern: Reningelst, Roesbrugge, Watou en Krombeke
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
15
Gewenste ruimtelijke structuur bedrijvigheid De bestaande ruimtelijk-economische structuur van West-Vlaanderen is de basis voor de ruimtelijk-economische ontwikkelingen in de toekomst. Deze ontwikkelingen dienen geoptimaliseerd te worden door een verscheidenheid aan bedrijvigheid te creëren zowel ruimtelijk als naar de aard van de activiteiten. De dynamiek en de aard van de bedrijvigheid verschillen in West-Vlaanderen van regio tot regio. Voor wat betreft de bestaande bedrijven staat in het PRS de doelstelling voorop deze te evalueren en te optimaliseren. De endogene ontwikkelingen en de clustervorming moeten ruimtelijk ondersteund worden enkel als de impact op de omgeving toelaatbaar is. Gezien de mogelijkheid voor endogene ontwikkeling van regionale bedrijven, behoort het tegemoet komen aan een uitbreidingsbehoefte van het bedrijf Eurofreez tot de mogelijkheid. Het komt de Provincie toe om voor regionale bedrijven gelegen in het buitengebied van kleinstedelijke gebieden de ontwikkelingsperspectieven te bepalen. Poperinge is binnen het RSV geselecteerd als kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau. Het bedrijf situeert zich echter nabij Proven, een kern in het buitengebied die in het PRS geselecteerd werd als bedrijfsondersteunend hoofddorp. Het bedrijf Eurofreez kan bestendigd worden op de bestaande bedrijfssite en ook de voorgestelde uitbreiding op korte termijn is ruimtelijk aanvaardbaar, mits het groenscherm op eigen terrein wordt aangelegd en het wordt uitgebreid tot de hele site. Een uitbreiding, zoals voorgesteld in het deel ruimtelijke behoeften op lange termijn in functie van de verdere uitbouw en differentiatie van de bedrijfsactiviteiten kan, volgens het planologisch attest, in het kader van een provinciaal RUP onderzocht worden, doch hierbij is compactheid van de uitbreiding en landschappelijke inkleding essentieel.
16
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Voor de gewenste agrarische structuur zijn er door de provincie geen specifieke selecties bepaald. Poperinge situeert zich in een gebied met grondgebonden agrarische structuur als ruimtelijke drager. Dit groot aaneengesloten gebied (met zowel grondgebonden als intensief gedifferentieerde landbouw) moet behouden en versterkt worden.
Bij het uitwerken van een gewenste ruimtelijke structuur van verkeer en vervoer bestaat een belangrijke taak voor het provinciaal niveau erin tot een selectie te komen van de secundaire wegen. Er wordt gekozen voor een verdere subcategoriesering van de secundaire wegen in drie types (I, II en III)†. In de omgeving van Poperinge gelden volgende selecties: Primaire wegen II
De hoofdfunctie van primaire wegen II is verzamelen naar hoofdwegennet en primaire wegen I. Hun functie zal geoptimaliseerd dienen te worden (onder meer door het beperken van de erfontsluitingen). •
N 38 Ieper Poperinge
Secundaire wegen categorie II: ruimtelijk beleid:hoofdfunctie verzamelen op bovenlokaal en lokaal niveau; • N321, Poperinge Vleteren •
N308, Poperinge Alveringem
•
R 33 Ring Poperinge ; N38 Poperinge-Frankrijk
†
Sec. I: verbindingsfunctie op bovenlokaal niveau primeert; Sec.II: verzamelfunctie op bovenlokaal niveau primeert; Sec.III: verbindingsfunctie van het openbaar vervoer en het fietsverkeer op bovenlokaal niveau primeert. WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
17
Binnen de gewenste landschappelijke structuur staat het behouden en het versterken van de landschappelijke diversiteit en herkenbaarheid (zowel traditionele landschapskenmerken als kenmerken uit recente ingrepen) centraal. In de omgeving van Poperinge worden volgende elementen en componenten aangeduid:
Het plangebied ligt op de grens tussen een gaaf en een verschraald landschap Het beleid voor gave landschappen is gericht op het behouden en het versterken van de traditionele kenmerken en de karakteristieke relicten; dit impliceert niet dat nieuwe ingrepen worden uitgesloten. Wel dient verhoogde aandacht uit te gaan naar de wijze waarop de ingreep rekening houdt met de landschappelijke draagkracht van het gebied en dit in samenhang met de structurerende componenten en elementen. Verschraalde landschappen Het beleid streeft naar een behoud en versterking van de nog resterende traditionele kenmerken en zorgt voor een sturing van nieuwe ingrepen. Landschapverschralende processen moeten worden gekeerd.
18
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
3.
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan POPERINGE (GRS) goedgekeurd B.D. 04-11-2004
Aspecten uit het GRS van toepassing op het provinciaal RUP Eurofreez worden in onderstaande tekst aangehaald.
Conceptelement voor de gemeente
Bestaande ruimtelijke structuur
Beleidsvisies uit het GRS van belang voor de opmaak van het RUP Eurofreez Aan de hand van kaarten worden de belangrijkste opties weergegeven.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
19
Gewenste ruimtelijke structuur
20
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Een nieuw lokaal bedrijventerrein wordt gelokaliseerd in de ingesloten zone tussen landelijk woongebied langs de Molendreef, ambachtelijke zone Eurofreez en de centrumstraat. Rond het bedrijventerrein zal een groene mantel gerealiseerd worden. Hierbij moet rekening gehouden worden met de uitbreidingsbehoeften van het bedrijf Eurofreez, met een goede ontsluiting via de Molendreef en de bestaande bebouwing langs de Terenburgseweg. ECONOMISCH
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
21
VERKEER
Wat de verkeersontsluiting betreft is de bereikbaarheid optimaal verzekerd via de N 308 In de bindende bepalingen van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) van Poperinge staat: “Op het moment dat het lokaal bedrijventerrein, aansluitend op de bestaande industriezone Sappenleen voor 50 % effectief is ingenomen, wordt een lokaal bedrijventerrein gerealiseerd te Proven van ca. 3 ha tussen de Molendreef, het bedrijf Eurofreez en de Terenburgseweg voor de herlokalisatie van lokale al dan niet zonevreemde bedrijven en nieuwe lokale bedrijven. De ontsluiting zal gebeuren via de Molendreef. De locatie en inrichting wordt vastgelegd via de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan voor de volledige kern van Proven (zie ook bindende bepalingen i.v.m. de gewenste woon- en leefstructuur); er zal hierbij rekening worden gehouden met de mogelijke uitbreidingsbehoeften van het bestaande bedrijf Eurofreez. Dit laatste wordt evenwel niet opgenomen in het gemeentelijk RUP, aangezien dit een taak is voor de provincie.” De problematiek van de lokale bedrijvenzone wordt in een gemeentelijk RUP bekeken, los van de uitbreidingsmogelijkheden voor Eurofreez wat tot de provinciale bevoegdheid behoort. Beide plannen worden wel op elkaar afgestemd.
22
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
D.
OPZET PLAN
1. Maatregelen m.b.t. het vermijden van schadelijke effecten m.b.t. de waterhuishouding In de voorschriften van de diverse bebouwbare zones zijn maatregelen ingeschreven om het waterbergend vermogen van het plangebied te behouden of te vergroten. Het hemelwater afkomstig van daken van nieuwe gebouwen, verhardingen dient opgevangen in reservoirs. Ook bufferbekkens dienen, indien noodzakelijk, aangelegd om versnelde afvoer van hemelwater afkomstig van verhardingen tegen te gaan.
2. Habitat- en vogelrichtlijngebieden Nihil
3. Biologische waarderingskaart
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
23
4. Watertoets
Ter hoogte van de Kerkhofbeek (3de categorie) wordt een zone aangeduid als risicogebied. De Klijtebeek is een de beek van 2 categorie. Achter de kerk wordt infrastructuur voorzien voor waterberging om problemen van wateroverlast te voorkomen.
5. Opzet plan Het provinciaal RUP tracht een antwoord te geven op het voorwaardelijk gunstig planologisch attest. De opzet van het plan laat toe dat het bedrijf Eurofreez ter plaatse kan bestendigd worden en uitbreiden op korte termijn, op voorwaarde dat dit compact gebeurt. In het kader van zuinig ruimtegebruik dient het bedrijf in eerste instantie te kijken of het herinrichten van de bestaande gebouwen de uitbreidingsbehoeften kan ondervangen. Proven kan op termijn ook voorzien in een lokaal bedrijventerrein (LO-zone) , het bedrijf Eurofreez moet hier naadloos op aansluiten.De ontsluiting naar de LO zone over de gronden van Eurofreez is een van de mogelijkheden. Deze mogelijkheid wordt voorzien en treedt pas in werking als de LO zone er komt. Aan de mogelijkheid tot uitbreiden wordt een groeninkleding gekoppeld (groenaanplant dient gerealiseerd op het eigen terrein). Rondom rond wordt een bufferzone voorzien van 10.00 meter breed op eigen terrein ( het perceel e 39 palend aan de koepelloods aan de oostzijde werd hiervoor aangekocht) behalve op de plaatsen waar dit niet meer mogelijk is, daar wordt d.m.v. een kwalitatieve haag of een houten afsluiting of een muur het beoogde doel nagestreefd. Dit is het geval aan de oostelijke toegangsweg tot het bedrijf, palend aan bestaande woningen. De groenzone omvat 3 deelzones, • Gewone bufferzone • De deelzone aangeduid met een asterisk kan weggelaten worden als buffer op voorwaarde dat de aanpalende gronden de bestemming lokaal bedrijventerrein krijgen. Deze vrijgekomen zone kan in dat geval ingericht worden overeenkomstig artikel 1. •
De deelzone aangeduid met een bolletje kan weggelaten worden als buffer op voorwaarde dat de aanpalende gronden de bestemming lokaal bedrijventerrein krijgen. Deze vrijgekomen zone kan in dat geval ingericht worden overeenkomstig artikel 2.
Het bedrijf dient de regels van het integraal waterbeleid te volgen.
24
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
E.
RUIMTEBALANS EN OP TE HEFFEN VOORSCHRIFTEN
Benaderende oppervlaktes: onderhavig RUP is volgens het vigerende gewestplan Ieper Poperinge (M.B. 14-08-1979) gedeeltelijk bestemd als: • gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebied voor kleine en middelgrote ondernemingen; • agrarisch landschappelijk waardevol gebied ; • woongebied met landelijk karakter. Bijkomend wordt er netto 01ha11a83ca♦ gebied bestemd in functie van de bedrijfsactiviteiten van het bedrijf Eurofreez Bestemde woongebied met landelijk karakter en het agrarisch landschappelijk waardevol gebied wordt opgeheven Het totale plangebied heeft een oppervlakte van 05ha73a20ca. Gewestplan Op te heffen voorschriften Agrarisch gebied Landschappelijk waardevol
Benaderende oppervlakte 01ha11a83ca 00ha05a05ca 00ha06a79ca 00ha31a87ca 00ha24a24ca
Woongebied met landelijk karakter gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebied voor kleine en middelgrote ondernemingen,
♦
Wordt in Provinciaal RUP
Bedrijvenzone achteruitbouwzone zone toeritten, verharding opslagruimte en parking bufferzone bufferzone met specifieke voorschriften
0ha08a64ca
zone toeritten, verharding opslagruimte en parking
03ha50a63ca 00ha03a32ca 00ha10a51ca 00ha20a33ca
Bedrijvenzone zone toeritten, verharding opslagruimte en parking achteruitbouwzone bufferzone
een gedeelte van deze oppervlakte (oostzijde van het bedrijf) is nu reeds ingenomen door het bedrijf en vergund.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
25
F.
PLANPROCES
1. Beslissing tot opmaak RUP Bestendige deputatie in zitting van 21 april 2005
2. Voorontwerp Het voorontwerp, goedgekeurd door de deputatie in zitting van 23 maart 2006, werd voor advies overgemaakt aan onderstaande instanties:
AROHM, Afdeling Ruimtelijke Planning
ROHM West-Vlaanderen, Afdeling Ruimtelijke Ordening, planologisch ambtenaar
College burgemeester en schepenen Poperinge
AMINAL, Afdeling Land
AMINAL, Afdeling Milieuvergunningen
Administratie Economie
AWV West-Vlaanderen
Provincie West-Vlaanderen, technische dienst water
Voorzitter PROCORO
Het plan werd besproken op een plenaire vergadering dd. 26 april 2006;
3. Ontwerp Voorlopige vaststelling provincieraad: 28/09/06 Openbaar onderzoek: Het plan ligt ter inzage van 23/10/06 tot 22/12/06 Behandeling bezwaren in de PROCORO Behandeling in zitting van 01/02/07 Definitieve vaststelling Provincieraad: 26/04/07
4. Goedkeuring Vlaamse Regering: ……………
26
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
G.
STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
VERORDENENDE VOORSCHRIFTEN
TOELICHTING EN VISIE
Artikel 0. Algemene bepalingen
0.1 Algemeen bedrijfsplan Bij elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning dient het bedrijf een algemeen bedrijfsplan te voegen. Het algemeen bedrijfsplan dient zowel de huidige als de gewenste lay-out van de gehele bedrijfssite weer te geven.
Beoordelingscriteria Bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning moet de aanvrager aantonen dat voldaan is aan volgende vereisten: • Zuinig en compact ruimtegebruik, • kwalitatieve en positief beeldondersteunende groeninkleding • Waterbeheersing
0.1 Algemeen bedrijfsplan Het algemeen bedrijfsplan dient op een duidelijke wijze de beoogde lay-out van de volledige bedrijfssite gelegen binnen onderhavig provinciaal RUP grafisch, eventueel vergezeld van een toelichting, weer te geven. In het bijzonder dienen de maatregelen naar waterbeheersing, milieutechnische maatregelen, de visuele integratie van het bedrijf in het landschap en de impact van de beoogde werken op de omgeving nauwkeurig weergegeven. Gedetailleerde aanplantingsplannen van de niet bebouwde en verharde zones, in het bijzonder de zones voor schermgroen, voor groene puntaccenten en voor lineaire groenelementen, dienen opgenomen of gevoegd bij het algemeen bedrijfsplan, teneinde op een afdoende wijze te kunnen aantonen dat een integratie van het bedrijf in het landschap wordt beoogd.
• Duiding van de aanplant van het buffergroen, zodat duidelijk blijkt waar en op welke wijze de geëiste integratie van het bedrijf in zijn omgeving bekomen wordt.
0.2 Bestaande constructies Bestaande verhardingen en andere elementen die regelmatig werden vergund, kunnen gehandhaafd blijven in hun huidige toestand. Bij grondige veranderingen dienen de voorschriften van onderhavig provinciaal RUP te worden nageleefd. Instandhoudings- of onderhoudswerken aan bestaande, regelmatig vergunde constructies zijn toegelaten.
WVI – MAART 2007
0.2 Bestaande constructies Bedoeling is om bestaande, regelmatig vergunde elementen in stand te kunnen houden, zij het tijdelijk, daar waar de voorschriften een andere inrichting in de toekomst voor ogen hebben. Bv een bestaande regelmatig vergunde loods die in het provinciaal RUP gedeeltelijk in een bufferzone of bouwvrije zone komt te liggen; bestaande woningen, andere dan de bedrijfs- of conciërgewoning die in een zone voor bedrijfsactiviteiten komen te liggen. Instandhoudings- of onderhoudswerken zijn werken die het gebruik van het gebouw voor de toekomst ongewijzigd veilig stellen door het bijwerken, herstellen of vervangen van geërodeerde of versleten materialen of onderdelen. Hieronder kunnen geen werken begrepen worden die betrekking hebben op de constructieve elementen van het gebouw, zoals het vervangen van dakgebinten of dragende balken van het dak (met uitzondering van plaatselijke herstellingen) of het geheel of gedeeltelijk herbouwen of vervangen van buitenmuren.
PRUP EUROFREEZ PROVEN
27
0.3 Werken/constructies in functie van openbaar nut, milieutechnische ingrepen Constructies/gebouwen en werken in functie van openbaar nut en milieutechnische ingrepen kunnen in alle zones toegelaten worden voor zover de schaal en bouwkarakteristieken (inplanting, gabariet, materiaalgebruik, ...) ervan geen fundamentele afbreuk doen aan de kwaliteit van de betreffende bestemmingszone en mits ze qua uitbating geen abnormale hinder en/of risico betekenen voor de omgeving.
0.4 Ontsluiting Het aantal ontsluitingen naar het openbaar domein dient tot het strikt noodzakelijke beperkt en dient correct te worden gedimensioneerd.
28
0.4 Ontsluiting Om te oordelen of het aantal ontsluitingen (op- en afritten) naar de openbare wegenis beperkt is tot het strikt noodzakelijke en of deze correct zijn gedimensioneerd, worden deze getoetst aan volgende criteria: • Verkeersveiligheid: zichtbaarheid op het openbaar domein, invloed van in- en uitrit naar bedrijfswoning, naar kantoren, en naar de parkeerruimte voor bezoekers op de verkeersveiligheid op het openbaar domein en vice versa, zichtbaarheid bij in- en uitrijden, … • Bedrijfsvoering: de bedrijfsvoering dient op een werkbare en efficiënte wijze te kunnen gebeuren, waarbij op- en afrijden, circuleren, parkeren, laden en lossen, …. vlot en efficiënt kunnen gebeuren. • Overgang bedrijfszetel naar openbaar domein: deze dient op een kwalitatieve manier te gebeuren, waarbij het niet de bedoeling is om verharding van het openbaar domein over de volledige lengte van de bedrijfssite door te trekken in de site, waarbij er ruimtelijk geen interessante (groene) afscheiding is tussen privaat en publiek domein.
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Artikel 1. Zone voor bedrijfsactiviteiten van het bestaande groentenverwerkend bedrijf 1.1 Bestemming Deze zone is bestemd voor het behoud en de uitbreiding van - de bestaande bedrijfsactiviteiten met link naar de landbouw in de sector van de groentenverwerkende industrie. - activiteiten in het verlengde van de groentenverwerkende sector - noodzakelijke voorzieningen in functie van de bestaande bedrijfsvoering alsook waterzuivering en –berging.
Het betreft hier behoud en uitbreiding van het grootschalig bedrijf “Eurofreez”, gespecialiseerd in het verwerken van groenten tot diepvriesproducten en gerelateerde activiteiten, Om juridische betwistingen te voorkomen wordt de naam van het bedrijf niet vermeld in de verordenende voorschriften. Activiteiten in het verlengde van de groentenverwerkende sector: bv. bereiden van panklare gerechten o.b.v. groenten voor grootwarenhuizen, vermenging van groenten met kaas voor pizza’s, … Onder noodzakelijke voorzieningen in functie van de bestaande bedrijfsvoering wordt ondermeer verstaan kantoren, EHBOruimte, sociale uitrustingen, milieutechnische installaties, toeritten, bedieningswegen, parkeerplaatsen, laad- en losplaatsen en stapelplaatsen, groenbufferstroken, … De infrastructuur voor de zuivering van afvalwater en de bijhorende voorbehandeling van het slib, inhoudende: dienstgebouw, pompstations, gemalen en bekkens, collectoren, overstorten, effluentleidingen, silo’s, tanks of andere aanverwante voorzieningen. Definitieve slibopslag of de nabehandeling van slib.
1.2. Inrichting en beheer Voor de gebouwen en stapelvolumes gelden volgende principes: Inplanting: binnen de zone aangeduid op het bestemmingsplan. Nieuwe bebouwing, stapelplaatsen, (water)technische constructies dienen compact aan te sluiten bij de bestaande bebouwing. Afstand t.a.v. de rooilijn: zie plan Bouwhoogte: Het aanzetpeil van de inkomdorpel ligt max. 0,40 meter hoger dan het peil van het openbaar domein op de rooilijn en aan de inkomdorpel gemeten.
Inplanting In het kader van compact ruimtegebruik dient elke nieuwe constructie (zowel bebouwing als verhardingen (stapelplaatsen, parkeerplaatsen, milieutechnische constructies) zo goed mogelijk aan te sluiten bij de bestaande constructies. Uitbreidingen kunnen dus gebeuren in oostelijke en in westelijke richting, maar dienen de bestaande constructies als vertrekpunt te hebben. Compact ruimtegebruik wordt beoordeeld a.d.h.v. het algemeen bedrijfsplan. In eerste instantie moet gezocht worden naar een optimalisatie van de bestaande gebouwen.
De maximale hoogte van de nieuwe bedrijfsgebouwen/stapelvolumes bedraagt 12,00 meter. Voor 10 % kan afgeweken worden van de maximum toegelaten hoogte, onder voorwaarde dat de hoogte van de bebouwing of stapeling op minimum een afstand gelijk verwijderd zijn van de perceelsgrens en dat kan aangetoond worden dat deze hoogten geen hinder veroorzaken voor naburige percelen.
Het is de bedoeling dat de aanvrager via verschillende alternatieve 3D simulaties weergeeft hoe dergelijke hoge bouwvolumes zich zullen integreren in het landschap. Geen hinder voor naburige percelen: het betreft hier allerlei soorten van hinder: schaduw, geluid, geur, lawaai, zicht…
Esthetiek van de bebouwing: WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
29
Binnen onderhavige zone dient een kwalitatieve architectuur gehanteerd. Materiaal- en kleurgebruik dienen bovendien kwalitatief te zijn, en dermate gekozen zodat de bouwvolumes zich maximaal integreren in de omgeving en landschapsbeeldondersteunend zijn. De niet-bebouwde, niet voor groenaanplant dienende en niet voor waterberging dienende perceelsdelen mogen volledig verhard worden ten behoeve van stapelplaatsen, circulatieruimte, parkeerplaatsen, toeritten, laad- en losplaatsen en weegbrug. Het waterbergende vermogen van het plangebied mag door de aanleg van de bedrijvensite niet verminderd worden. Nieuwe verhardingen, inclusief de verhardingen van de interne wegenis en van parkeeroppervlaktes op vaste grond, moeten waterdoorlatend zijn tenzij dit verboden wordt vanuit een andere regelgeving. De afvoer van het hemelwater op de daken van de gebouwen moet worden opgevangen in voldoende gedimensioneerde reservoirs. Deze reservoirs worden verplicht voorzien van een pompinstallatie zodat het hemelwater kan aangewend worden voor gebruik. Om te snelle afvoer van hemelwater ten gevolge van de verharding tegen te gaan moeten de reservoirs afdoende uitgebreid worden of moeten bufferbekkens worden aangelegd, teneinde dit hemelwater voldoende te kunnen opvangen.
30
Esthetiek van de bebouwing De gebruikte materialen dienen qua kleur, textuur en schaal passend te zijn t.o.v. de omgeving, en aangepast aan het globale landschapsbeeld. De materialen dienen de belevingswaarde en de beeldkwaliteit van het landschap, en in het bijzonder van de onmiddellijke omgeving, te ondersteunen en te versterken. Er dient zo veel als mogelijk gestreefd naar het gebruik van donkere kleuren voor de gevelafwerking.
Teneinde over voldoende waterbergend vermogen te beschikken op de site, worden volgende zaken opgelegd: Waterdoorlatende verhardingen, tenzij dit om bepaalde redenen niet mogelijk is (vb indien er gevaar optreedt voor bodemverontreiniging) Afvoer van hemelwater afkomstig van daken naar reservoirs, voorzien van de nodige installatie om hergebruik van dit propere water af te dwingen. Afvoer van hemelwater afkomstig van verhardingen naar diezelfde bovenvernoemde reservoirs of bijkomende bufferbekkens (indien dit hemelwater door bepaalde verontreiniging niet herbruikbaar is) Voor de dimensionering van de reservoirs en de bufferbekkens worden de codes van goede praktijk en de richtlijnen van de overheid gebruikt.
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Artikel 2. Zone toeritten, verharding, stapelruimte, parking 2.1 . Bestemming Private parkeerplaatsen Toeritten stapelruimte Groenvoorzieningen Waterpartijen, waterbuffers 2.2 . Inrichting en beheer De verhardingen binnen deze zone moeten zoveel als mogelijk aangelegd worden in waterdoorlatende materialen. Indien niet waterdoorlatende materialen gebruikt worden moet voorzien worden in waterberging op eigen terrein. De niet verharde delen binnen onderhavige zone dienen vakkundig aangeplant en ingericht te worden met groen. Indien de gronden gelegen tussen het plangebied en het centrum van Proven de bestemming lokaal bedrijventerrein krijgen, waarvan de ontsluiting via zone 2 (zone toeritten, verharding, stapelruimte, parking) gebeurt, kan een weg ter ontsluiting in zone 2 aangelegd worden. Deze openbare weg dient minimum 12 meter breed te zijn.
Waar de zone 2 rechtstreeks paalt aan particuliere eigendommen (aangeduid met het symbool ++++++) wordt een afsluiting geplaatst.
WVI – MAART 2007
De private parkeerplaatsen betreffen zowel parkeerplaatsen voor personenwagens als voor vrachtwagens.
De Vlaamse verordening dd 01-10-2004 (BS 8-11-04) en latere wijzigingen kan hier als handleiding dienen. Groen karakter = ofwel waterpartijen ofwel gras, levende hagen, hoogstammen, …
Het GRS van Poperinge voorziet in een lokaal bedrijventerrein op de gronden gelegen tussen het plangebied en het centrum van Proven. De mogelijkheid wordt opengelaten om dit lokaal bedrijventerrein te ontsluiten via zone 2. De ontsluitingsproblematiek dient echter bekeken te worden bij de opmaak van het gemeentelijk RUP voor het lokaal bedrijventerrein. Dit betekent dat ook andere ontsluitingen mogelijk zijn. De afsluiting moet voldoende afscherming bieden als vervanging van de groene buffer die op deze plaats niet mogelijk is. Deze afsluiting kan bestaan uit een geluidsmuur in metselwerk, een houten afsluiting of een levende haag.
PRUP EUROFREEZ PROVEN
31
Artikel 3. Acheruitbouwzone 3.1 . Bestemming Achteruitbouwzone bestemd voor groenaanleg onder de vorm van hoog- en laagstamming groen en max. 2/3 verhardingen.
3.1 Bestemming Bedoeling is de activiteiten van het grootschalig bedrijf afdoende in te kleden en op een esthetisch verantwoorde manier te laten aansluiten op het openbaar domein.
3.2 Inrichting en beheer Onderhavige zone dient als groenzone aangeplant te worden. Binnen deze zone is elke vorm van stapelen verboden max 2/3 van de oppervlakte mag verhard worden als toegang tot de gebouwen.
32
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
Artikel 4. Bufferzone 4.1 . Bestemming Onderhavige zone is bestemd voor groenaanleg, onder de vorm van een dichte groenbuffer, eventueel waterberging en afsluitingen.
4.1 Bestemming Bedoeling is de activiteiten van het grootschalig bedrijf afdoende te bufferen naar de omgeving toe.
4.2 Inrichting en beheer Binnen onderhavige zone dient een dichte groenbuffer aangeplant van 10.00 meter breed. Binnen deze groenbuffer is elke vorm van stapelen verboden en zijn alle vormen van verhardingen en toeritten voor mechanisch verkeer verboden. De groenaanplant dient vakkundig te gebeuren, zodat een afdoende buffering wordt bekomen. Het buffergroen dient gerealiseerd uiterlijk binnen de 15 maanden na de publicatie van de goedkeuring van onderhavig RUP in het Belgisch Staatsblad. De groenaanplant dient op een ordentelijke en vakkundige manier in stand gehouden te worden, zodat deze ten allen tijde haar functie kan vervullen. Indien in deze bufferzone infrastructuur voor waterberging aangelegd wordt moet de visuele afscherming verzekerd blijven.
4.2 Inrichting De groenelementen dienen te bestaan uit een doorlopende combinatie van streekeigen traag- en snelgroeiende hoogstammen en struiken. Het groenscherm moet minimum 20% bladhoudende planten bevatten. Het kan niet de bedoeling zijn een haag aan te planten bestaande uit uniforme struiken. De buffer dient om: Het bedrijf visueel af te schermen, in te kleden in de omgeving en om een efficiënte landschappelijke inkleding te bekomen Een milieuhygiënische buffer te vormen t.o.v. de omgeving Te beletten dat dit bedrijf zijn activiteiten (stapelen, parkeren, verkeersontsluiting...) uitbreidt naar aanpalende percelen
De deelzone aangeduid met een asterisk kan weggelaten worden als buffer op voorwaarde dat de aanpalende gronden de bestemming lokaal bedrijventerrein krijgen. Deze vrijgekomen zone kan in dat geval ingericht worden overeenkomstig artikel 1.
Het GRS Poperinge voorziet in een lokaal bedrijventerrein op de aanpalende gronden. Buffering tussen 2 bedrijvenzones heeft weinig zin.
De deelzone aangeduid met een bolletje kan weggelaten worden als buffer op voorwaarde dat de aanpalende gronden de bestemming lokaal bedrijventerrein krijgen. Deze vrijgekomen zone kan in dat geval ingericht worden overeenkomstig artikel 2. Voor de deelzones treedt de nabestemming in werking bij de goedkeuring van het gemeentelijk RUP voor het lokaal bedrijventerrein.
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
33
BIJLAGE
34
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
35
36
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
37
38
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
39
40
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
41
42
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
43
Adviezen en verslag Plenaire vergadering
44
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
45
46
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
47
48
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
49
50
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
51
52
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
53
54
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
55
56
PRUP EUROFREEZ PROVEN
MAART 2007 - WVI
WVI – MAART 2007
PRUP EUROFREEZ PROVEN
57