Nieuwe energie heeft ruimte nodig
Tim van der Hagen Innovatieconferentie, 2 oktober 2013, Ridderzaal, Den Haag
Dames en heren, Dit is Crijn. Crijn Bouman studeerde Industrieel Ontwerpen in Delft en hij bedacht tijdens zijn studietijd, samen met de studenten Elektrotechniek Wouter Smit en Wouter Robers een revolutionaire manier om de accu’s van elektrische auto’s supersnel op te laden. Met behulp van een slim algoritme lukt het om in 15 minuten voor 2 euro een volle accu te hebben. In 2005 startte hij het bedrijf Epyon dat met steun van de TU Delft incubator YES!Delft razendsnel uitgroeide, in 2011 werd gekocht door ABB, nu marktleider in Europa is en naar verwachting eind volgend jaar marktleider in China zal zijn. Crijn wist – met hulp van wat ervaren rotten in het ondernemersvak – technologie en commercie aan elkaar te knopen.
1
Stelt u zich eens voor hoe ingewikkeld het is om van een schip, op volle zee, over te stappen naar een boorplatform of een windturbine. Dat dacht ook Jan van der Tempel op een terras in Berlijn. Hij was daar voor een conferentie in het kader van zijn promotieonderzoek op het gebied van de offshore windenergie aan de TU Delft. Jan realiseerde zich dat de techniek die wordt gebruikt voor het nabootsen van bewegingen in vliegtuigsimulatoren hier uitkomst kan bieden: compenseer de bewegingen van het schip met een platform gesteund door hydraulische zuigers. Het platform blijft doodstil staan – net zo stil als de windturbine – doordat de zuigers precies meebewegen met het schip.
In 2002 werd dit als project met de codenaam Ampelmann gestart. Met steun van het ministerie van Economische Zaken, een groot aantal bedrijven en YES!Delft richtte hij in 2008 het bedrijf Ampelmann op. Ampelmann groeide de afgelopen 5 jaar met 100% per jaar en heeft nu 25 overstapmachines in bedrijf over de hele wereld. U hebt afgelopen zomer kunnen lezen dat IK Investment Partners meer dan 100 miljoen in het bedrijf investeert.
2
Crijn en Jan bleken in staat te zijn om hun slimme ideeën extreem snel op te schalen naar mondiale toepassingen. Daarvoor hadden ze wel ruimte nodig; ruimte in de zin van vertrouwen, bewegingsvrijheid, een omgeving van gelijkgezinden, en ja, geld om een vliegende start te maken. Zoals Jan het zei: ‘ik had een baas die het wel leuk vond’. Meestal gaat het helaas niet zo snel. Het kost tientallen jaren tot wetenschappelijke doorbraken zijn uitgegroeid tot een significante bijdrage aan de maatschappij. Kijken we naar de energiesector, dan werd de eerste fotovoltaïsche zonnecel al in 1954 door Bell Labs gedemonstreerd. Het duurde nog tot de jaren zeventig tot er – geholpen door de oliecrisis – echt schot kwam in de ontwikkeling van zonne-energie en tot eind jaren negentig voor zonnepanelen op flinke schaal op onze daken verschenen. Op dit moment heeft zonne-energie een bescheiden bijdrage van 0,04 % aan de Nederlandse energievoorziening. Windmolens kennen we natuurlijk al eeuwen, maar onze moderne industriële windturbines zijn ook al in ontwikkeling sinds de jaren 70 van de vorige eeuw.
3
En zelfs kernenergie, de snelst groeiende energieoptie van de laatste 50 jaar, heeft lang nodig gehad. De eerste gecontroleerde nucleaire kettingreactie dateert uit 1942.
Ook de doorlooptijden in de energiemarkt zijn geheel anders dan die in zeg de PC-markt. We vinden het heel gewoon om elke 3 jaar een nieuwe mobiele telefoon of een nieuwe PC aan te schaffen, dat drijft de innovatie in die sector. Dat is voor zonnepanelen en windturbines wel anders: die horen zo’n 20 jaar mee te gaan. Je moet er niet aan denken om al na 5 jaar de turbines op zee te moeten vervangen omdat er betere systemen op de markt zijn. Dat alles betekent dat we moeten werken aan oplossingen op lange termijn en voor de lange termijn. We moeten nu de ideeën genereren en de technologieën ontwikkelen om onze energiehuishouding van na 2050 zeker te stellen. Dat betreft zeker niet alleen de bètasector, want ook maatschappelijke en juridische innovaties zijn hard nodig. Voor de windparken-op-zee, waar Jan zijn Ampelmann voor bouwde, is er behoefte aan een gunstig investeringsklimaat, een vergunningen/concessiesysteem en nieuwe wetgeving voor een energienet op zee. Het probleem zit bovendien niet alleen aan de kant van energievoorziening, we gebruiken ook veel te veel. Simpel gezegd, wonen we in de verkeerde huizen, werken we in de verkeerde fabrieken en rijden we in de verkeerde auto’s. De huidige samenleving is ontwikkeld vanuit technische mogelijkheden, die uitgingen van schier onbeperkte hoeveelheden
4
energie en grondstoffen en die steeds weer nieuwe kansen en welvaart boden. Waar we nu tegen aan lopen, is een gigantisch probleem dat alleen opgelost kan worden met fundamenteel nieuwe technologieën. Want 16% hernieuwbare energie in Nederland in 2023 is natuurlijk een goed begin, maar ik heb het over de resterende 84% en ik heb het vooral over die miljarden mensen wereldwijd die nu voor hun warmte en voor de bereiding van hun voedsel zijn toegewezen op een houtvuurtje. Ook die mensen hebben recht op elektriciteit, een koelkast, een magnetron, een auto en noem maar op. Zo zal het aantal auto’s binnen 25 jaar verdubbelen. In eigen land zullen we ons systeem versneld moeten ombouwen: we kunnen al uitstekend energie-neutrale woningen bouwen, maar in het huidige tempo duurt het in Nederland meer dan 100 jaar totdat alle woningen zijn aangepast. Zo lang kunnen we niet wachten. Tegelijkertijd willen we het elders in een keer goed doen, maar dat moet dan wel betaalbaar zijn. Dat betekent twee innovatietrajecten en twee typen markten, waar we als Nederland en Europa wel een hoofdrol in zouden kunnen spelen. Juist vanwege die enorme complexiteit, die enorme urgentie, die enorme grootschaligheid en het belang voor het welzijn van de generaties na ons, is het belangrijk dat we bij elke stap die we zetten het uiteindelijke doel voor ogen houden. En dat doel is niet het installeren van zoveel mogelijk windturbines,
5
zelfs niet zoveel mogelijk zonnepanelen. Dat zijn afgeleide doelen. Het hoofddoel van energiebeleid is m.i. voorzieningszekerheid: de zekerheid dat energie in de juiste vorm, op het juiste moment, op de juiste plaats beschikbaar is, betaalbaar voor wie het nodig heeft, zowel burgers als de industrie, met als randvoorwaarde dat het klimaat niet onherstelbaar wordt belast. Het energiebeleid raakt zo aan economiebeleid, aan klimaatbeleid en aan wetenschapsbeleid. Wat het klimaat betreft, is de CO2uitstoot het hoofdprobleem. De Club van Rome waarschuwde in zijn rapport “De grenzen aan de groei” uit 1972 al voor de gevolgen van CO2uitstoot en voorspelde toen een concentratie in de atmosfeer van 380 ppm in het jaar 2000. Nu, 40 jaar later, stijgt niet alleen de CO2concentratie nog steeds, maar neemt ook het mondiale CO2emmissietempo nog toe en ‘vierden’ we op 10 mei jongstleden het sinistere record van een concentratie van 400 ppm. Dat is hoger dan het ooit in de afgelopen 800 duizend jaar is geweest! Het Internationaal Energie Agentschap kwam onlangs met het alarmerende bericht dat de meest sombere opwarmingsscenario's realiteit dreigen te worden.
6
Desondanks ben ik niet somber. Integendeel, ik ben optimistisch. Want we hebben de oplossingen in huis: Nederland telt minstens 2500 onderzoekers in het energieveld. Slimme koppen, met slimme ideeën die we hard nodig hebben en waar we ook economisch ons voordeel mee kunnen doen. Zo wordt op een aantal plaatsen in ons land gewerkt aan volledig nieuwe, nanogestructureerde materialen voor de opslag van elektriciteit, voor de omzetting van zonlicht in chemicaliën die opgeslagen kunnen worden en voor betere zonnecellen. Het rendement van zonnecellen kan op die manier in theorie stijgen tot 66%, voor een lagere kostprijs. Dat is 4x beter dan de huidige commerciële systemen! Helaas zie ik te vaak dat onze wetenschappers hun tijd moeten verdoen met bureaucratische rompslomp. Benut die brain power beter en geef die mensen, zoals Crijn en Jan - en ook Leo Kouwenhoven, waar de minister zojuist over sprak -, de ruimte, laat ons daarin vooral niet kinderachtig zijn. Nogmaals, dan bedoel ik ruimte in de zin van vertrouwen, van bewegingsvrijheid, een omgeving van gelijkgezinden, en geld om die vliegende start te maken.
Dames en heren, een ding moge duidelijk zijn: Nieuwe energie heeft ruimte nodig.
7