Nummer 42 | 22 november 2007 | Uitgave Directie Voorlichting en Communicatie Ministerie van Defensie
Pagina 3 Maritime Force op de proef gesteld
Pagina 4-5 Green Flag tilt Volkelse vliegers naar hoger plan
Pagina 6 Landbouwkenner neemt poolshoogte in Uruzgan
TIEN EXTRA BUSHMASTERS DEN HAAG - Het wagenpark Bushmasters wordt uitgebreid. Staatssecretaris Van der Knaap heeft 8,5 miljoen euro gereserveerd om tien exemplaren van het gepantserde wielvoertuig aan te schaffen, vooral voor de operatie in Uruzgan. Speciaal voor de Task Force daar zijn vorig jaar 25 van deze patrouillevoertuigen van Australische makelij aangekocht. Ze zijn extra beschermd tegen de uitwerking van explosieven, met name aan de onderkant. De Bushmaster-voertuigen worden intensief ingezet en er is geen reservecapaciteit. Tijdens de operationele manoeuvres zijn twee van deze wagens en een Patria verloren gegaan. Bovendien zijn twee Bushmasters zwaar beschadigd. “Hierdoor wordt de operationele taakuitvoering van de Task Force Uruzgan belemmerd”, schrijft de bewindsman aan de Kamer. Van der Knaap houdt er rekening mee dat in Uruzgan meer patrouillevoertuigen verloren zullen gaan. “Gezien de levertijd en de noodzaak van directe vervanging acht ik een voorraad van vier voertuigen noodzakelijk.” Ook bij de chauffeurs-
WAT EEN KABAAL OIRSCHOT - Geschikt of ongeschikt? Dat moet nog blijken, maar een fan van militaire muziek is dit jongetje blijkbaar niet. Vader of moeder bevond zich onder de circa zestig militairen van het Provinciaal Reconstructie Team (PRT) die vanaf maart in Afghanistan werkzaam zijn geweest. Zij ontvingen vorige week vrijdag in Oirschot de Nederlandse Herinneringsmedaille Multinationale Vredesoperaties voor hun
deelname aan de ISAF-missie in Afghanistan. De medailles werden uitgereikt door de commandant van 13 Gemechaniseerde Brigade, brigadegeneraal Hans Hardenbol. Ongeveer de helft van het team bestond uit militairen van 41 Pantsergeniebataljon onder leiding van luitenant-kolonel Gino van der Voet. De ploeg was verder aangevuld met militairen uit alle krijgsmachtdelen. Tijdens de missie van het PRT werden tweehonderd opbouwprojecten gestart. Foto: Fotoburo Brabant●
Een Bushmaster op patrouille in Afghanistan. Foto: Gerben van Es - AVDD
opleiding in Nederland komt een extra exemplaar te staan, naast de twee die al voor de instructie ter beschikking zijn.●
MINISTER STRANDT IN AFGHANISTAN KABOEL - “Ik had onze mannen en vrouwen in Uruzgan heel graag toegesproken. Nu blijkt maar weer eens hoe belangrijk het is dat Nederland over voldoende transportcapaciteit beschikt. Nu we niet naar Uruzgan kunnen, is dat helaas bevindingrijk aan mij gedemonstreerd.” Met deze woorden reageerde een teleurgestelde minister Eimert van Middelkoop vorige week op de pech die hij, in het zicht van de haven, ondervond toen hij de troepen wilde bezoeken in Tarin Kowt,
Van der Knaap voorgedragen als burgemeester van Ede DEN HAAG - Staatssecretaris Cees van der Knaap is aanbevolen als de nieuwe burgemeester van de gemeente Ede. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beslist over de voordracht en legt deze vervolgens voor aan de ministerraad. Daarna wordt in overleg met het kabinet bepaald wanneer hij begint in zijn nieuwe functie. De gemeenteraad van Ede sprak zijn voorkeur uit voor Van der Knaap als opvolger van burgemeester R.C. Robbertsen. Hij was één van de zestien kandidaten. Van der Knaap liet in een eerste reactie weten de krijgsmacht een prachtige organisatie te vinden waar hij nog steeds dagelijks met veel plezier werkt. Zijn sollicitatie naar het burgermeesterschap van Ede komt voort uit een lang gekoesterde wens om als bestuurder terug te keren naar de regio waar hij geboren en getogen is. Van der Knaap benadrukt echter dat hij zich de komende periode vooral zal bezighouden met de belangrijke beslissingen waar Defensie voor staat. Hij is sinds juli 2002 staatssecretaris van Defensie.●
Uruzgan. Met in zijn kielzog een ambtelijke delegatie en meereizende journalisten, strandde Van Middelkoop op het vliegveld van Kabul. Oorzaak: motorpech aan het Italiaanse Herculestoestel dat hem naar Khandahar had moeten vliegen. De delegatie besloot de volgende dag dan maar rechtstreeks van Kaboel naar Tarin Kowt te reizen met een Dash-7-vliegtuig. Helaas raakte de Canadese piloot in de lappenmand. En het Gulfstream zakenvliegtuig van Defensie? Dat kan niet landen op de ruwe landingsbaan van Tarin Kowt, nog een reden waarom de minister vastliep op de luchthaven van Kabul. Ondanks alle tegenvallers bleven er voldoende mogelijkheden over om zaken te doen. Zo voerde Van Middelkoop in Kabul onder meer gesprekken met president Karzai en minister Wardak van Defensie (foto). Hij vroeg extra garanties voor de komst van Afghaanse militairen en politiepersoneel naar de provincie Uruzgan. “In het verleden hebben mijn voorganger en premier Balkenende dit punt regelmatig aan de orde gesteld. Je ziet dat er nu steeds meer militairen van het Afghaanse leger naar het gebied komen, waar de Nederlanders actief zijn. Begin volgend jaar moeten het er ruim duizend zijn. Het is heel belangrijk dat we er bovenop blijven zitten. Vandaar dat ik het opnieuw bij Karzai en Wardak aan de orde heb gesteld.” Over de uitbreiding van het aantal Afghaanse politiefunctionarissen in Uruzgan is Van Middelkoop minder tevreden. Daarover sprak hij tijdens een werklunch met de Amerikaanse generaal Cone.●
VERKENNING BUDGET DUURT ANDERHALF JAAR DEN HAAG - De verkenningen naar het niveau van de defensiebestedingen op langere termijn, mede in relatie tot de ambities, beginnen officieel op 1 maart 2008. Anderhalf jaar later, nog voor de volgende verkiezingen, verwacht minister Van Middelkoop een samengevatte of gebundelde versie aan de Tweede Kamer aan te bieden. Tussentijdse resultaten kunnen ook eerder worden bekendgemaakt. Dat schrijft de bewindsman in een brief aan de Kamer. De Defensiebegroting is voor deze kabi-
netsperiode weliswaar sluitend, maar er zijn zorgen voor de langere termijn. “Defensie verricht grote inspanningen om de structurele inzetbaarheid van de krijgsmacht op peil te houden en hieraan zijn aanzienlijke kosten verbonden”, meldt Van Middelkoop. Hij stipt daarbij aan dat de bedrijfsvoering van Defensie gevoelig is voor externe, autonome ontwikkelingen die de kosten verder laten stijgen. Tegen deze achtergrond wil het kabinet in kaart brengen
hoe de defensiebestedingen zich op langere termijn zouden kunnen ontwikkelen, mede in relatie tot ambitieniveau en bondgenootschappelijk perspectief. Voor de verkenningen wordt een interdepartementaal project opgezet, waaraan de meest betrokken departementen deelnemen. De minister van Defensie voert namens het kabinet de regie over het project . De betrokken bewindslieden krijgen periodiek informatie.
Daarnaast komt er een klankbordgroep met onafhankelijke deskundigen die actief betrokken zijn bij de onderwerpkeuze en bij de methodes en de opzet van (deel)verkenningen. De komende maanden wordt de klankbordgroep samengesteld en het project opgezet. In interdepartementaal verband wordt een gedetailleerd plan van aanpak voor de verkenningen uitgewerkt. Daarin komen onder meer de deelonderwerpen te staan waarop de verkenningen zich richten.●❘
22 november | Pagina 2
DEN HAAG - De dozen staan al hoog opgestapeld in zijn kamer op het Plein-Kalvermarktcomplex in Den Haag. Generaal-majoor van de Koninklijke Luchtmacht Jouke Eikelboom, directeur Operaties van Defensie, bereidt zich voor op zijn nieuwe functie als Deputy Commander Air in Kabul. De Afghaanse hoofdstad kent weinig geheimen meer voor hem, maar er gloort nog een flinke voorbereidingsperiode eer hij de taken van een andere Nederlander, generaal-majoor Freek Meulman, kan overnemen. “Drukker dan hier kan het, denk ik, niet worden”, zegt Eikelboom.
Opbouw Afghaans leger in Uruzgan stap verder Boven: Zijn nieuwe standplaats Kabul kent voor Eikelboom (rechts) weinig geheimen meer. Archieffoto’s: Hennie Keeris Eikelboom in Afghanistan in gesprek met de Nederlandse diplomaat Everts.
TEKST: EVERT BROUWER
DIRECTEUR OPERATIES EIKELBOOM NAAR AFGHANISTAN
’Uruzgan telt nu ook mee in Kabul’ Dat is echter bepaald geen verzuchting, zo laat de oud- F16-vlieger weten. Door het werk bij het Defensie Operatie Centrum (DOC) is hij bij vrijwel het gehele Defensieproces betrokken. “Daarbij komt dat alle circa twintig medewerkers geweldig bij hun werk zijn betrokken. Je bent hier dus ook nog eens in een zeer plezierige omgeving, waarin iedereen bereid is dat stapje meer te doen, dan strikt noodzakelijk.” Toen Eikelboom een kleine drie jaar geleden in Den Haag arriveerde, kende hij een flinke internationale bagage. De generaal was onder meer detachementscommandant op de vliegbasis Villafranca (Italië) tijdens de aanval van de Serviërs op Srebrenica in 1995. Ook fungeerde Eikelboom enige tijd als contingentscommandant in Kabul. De contacten kwamen hem van pas in Den Haag. In Afghanistan was er immers steeds nauwer contact met de Nederlandse ambassade en dus met vertegenwoordigers van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking. “Een niet meer weg te denken driehoek”, oordeelt de directeur Operaties. DRIEHOEK
Dat bleek ook bij zijn aantreden. Nederland had net het besluit genomen de internationale missie in Zuid-Afghanistan te ondersteunen. Hij mocht de Task Force vorm geven. “Dat was een vliegende start”, omschrijft de luchtmachtgeneraal. “Een bijzonder complexe operatie. Denk alleen maar aan de logistieke ondersteuning en de situatie in het gebied zelf.” De inzet van Defensiepersoneel was niet genoeg. “De an-
dere ministeries spelen ook een grote rol bij het slagen of falen”, zegt Eikelboom stellig. “Vanuit Uruzgan alleen kun je bijna niets. De politiek adviseur (Polad), zowel in de provincie als in Kabul, is bijzonder belangrijk. De civiele component van de Task Force Uruzgan is met vijf man uitgebreid, waar we met een kleine groep zijn begonnen. De Nederlandse ambassade is versterkt met personeel. Dat is om het bestuur in het land op gang te krijgen.” De inzet van de Nederlandse driehoek heeft z’n uitwerking niet gemist, vindt Eikelboom. “Uruzgan was bij wijze van spreken onbekend bij de regering in Kabul. Nu staat het echt op de kaart en we hopen dat dit met de komst van de nieuwe gouverneur, Hamdan, nog verder verbetert. Hij moet in mijn ogen wel meer armslag krijgen vanuit de hoofdstad. Als de gouverneur telkens met lege handen uit Kabul terugkeert, krijgt hij nooit de steun van de plaatselijke leiders.” Generaal Eikelboom denkt dat de opbouw van de politie in de regio nu even de voorrang dient te krijgen. “Een goede leiding, onafhankelijk toezicht, adequate uitrusting en vooral regelmatige betaling zijn hiervoor een voorwaarde. De argwaan van de bevolking zal dan afnemen, maar het is wel een kwestie van de lange adem.” ZORGEN
Dat geldt ook voor de opbouwwerkzaamheden in de zuidelijke provincie. Het gaat met vallen en opstaan. “Ik had nooit verwacht dat Chora al zo snel tot de zogenoemde inktvlek zou behoren. Daar kunnen
we nu al goed werk doen. Anderzijds is de situatie rond Deh Rawod verslechterd. Dat baart ons zorgen.” De generaal meent dat de Nederlandse eenheden het, in samenwerking met de Australiërs, zeer goed doen. De combinatie van Battle Group en PRT (Provinciaal Reconstructieteam) werkt. “Het voorbereidingstraject zit uitstekend in elkaar. Onze militairen kunnen de taken goed aan. We zijn in Nederland te vaak gericht op fouten te sturen, terwijl we het daar echt geweldig doen. Dat kun je staven met de uitspraken van hoogwaardigheidsbekleders van andere landen die zeer lovend spreken over onze manier van optreden in Afghanistan.” Te land en ter zee (Libanon) zal in Afghanistan uit het pakket gaan vallen van Eikelboom, het luchtaspect blijft over. “Ik heb tot nu toe geen nieuwe dingen gehoord die er spelen. Dat is maar goed ook, want dat had betekend dat ik hier in het DOC heb zitten slapen. Dat ik goed voorbereid kan aantreden, heeft te maken met de hoge kwaliteit van het personeel dat zich hier 24 uur per dag, zeven dagen per week inzet.” Een verschil met zijn ervaring in Bosnië is dat de tegenstander geen vliegtuigen heeft. Het Afghaanse leger moet die wel krijgen. “Het is de bedoeling dat de Afghaanse luchtmacht weer op poten wordt gezet. Ze hebben wel wat, hoor: transporthelikopters (Mi-8, Hip), een enkele Mi-24 (Hind) en transportvliegtuigen (An-32). Die heb je straks alleen al nodig om de Afghaanse soldaten naar huis te kunnen brengen.”●
TARIN KOWT - Met de aankomst van nog eens vierhonderd Afghaanse militairen in Uruzgan is weer een zichtbare bijdrage geleverd voor de opbouwmissie in de zuidelijke provincie. “Deze versterking met een tweede bataljon van het Afghaanse leger, vult een van de belangrijke voorwaarden in om de plaatselijke autoriteiten meer verantwoordelijkheid te laten nemen voor de veiligheid in de provincie”, zegt de commandant der Strijdkrachten, generaal Dick Berlijn. Het Afghaanse leger (Afghan National Army; ANA) vormt een van de speerpunten waar het gaat om de veiligheid in het gebied. Eerder arriveerde een groot aantal militairen. Zij lieten zich tijdens operatie Spin Ghar niet onbetuigd. Met twee compagnieën vormden deze soldaten het Afghaanse gezicht bij het doorzoeken van verdachte Quala’s. Berlijn noemt het ‘goed nieuws’ dat de toegezegde ANA-militairen zijn aangekomen in het gebied. “Ze worden nu, zoals afgesproken, door onze speciale opleidingsteams op het vereiste niveau gebracht.” Zeventig Nederlandse militairen van de Operational Mentoring en Liaison Teams (OMLT) begeleiden de ANA-eenheden. Dat gebeurt inmiddels tijdens operaties in het gebied, waarbij de troepen dus worden getraind tijdens daadwerkelijke missies (train as you fight). De Australiërs hebben Afghanen opgeleid tot constructiegenisten die nu aan opbouwprojecten werken. De 4e Brigade van het 201ste ANA Legerkorps bestaat uit een brigadehoofdkwartier en vijf sub-eenheden van bataljons- (Kandak) grootte. Dit zijn drie infanterie-, één gevechtssteun en een logistiek bataljon. Het brigadehoofdkwartier, evenals twee infanteriebataljons en het logistieke bataljon zijn gevestigd in Uruzgan. Het gevechtssteunbataljon arriveert medio december en neemt zijn intrek in Kamp Holland. In Helmand zit het derde infanteriebataljon. De brigade-eenheden zijn voor het merendeel gevuld met nieuw, onervaren personeel van soldaat tot niveau junior leadership. De brigadecommandant beschikt wel over uitgebreide gevechtservaring en is zowel operationeel als bestuurlijk ingesteld. Hij kent de gouverneur van Uruzgan goed en ziet zijn eenheid als onderdeel van de veiligheidsstructuur in de provincie. De basistraining voor de al eerder aangekomen militairen is nu afgerond en de aanvullende opleiding volop in gang. De brigade wordt al
Foto’s: Gerben van Es - AVDD
operationeel ingezet. Zo bewaakt deze de bazaar in Deh Rawod die fungeert als vluchtelingenkamp. Tevens patrouilleren Afghaanse militairen in de omgeving van Deh Rawod, dat gedeeltelijk in de invloedssfeer van de Opposing Military Forces (OMF) ligt. Samen met ISAF-eenheden moeten zij de situatie verbeteren. In Tarin Kowt beveiligt de ANA het onderkomen van de nieuwe gouverneur.●
Van den Broek nieuwe tweede man landmacht DEN HAAG - Generaal-majoor Marcel van den Broek is sinds afgelopen maandag de nieuwe plaatsvervangend commandant Landstrijdkrachten. Hij volgt generaal-majoor Lex Oostendorp op die directeur Operaties van de Defensiestaf is geworden. Als tweede man van de landmacht fungeert Van den Broek tevens als gouverneur van de hoofdstad en als inspecteur van het reservepersoneel van de Koninklijke Landmacht. Daarnaast mag hij zich de nieuwe genderambassadeur van het Commando Landstrijdkrachten noemen. De genist Van den Broek was eerder in de rang van brigadegeneraal chef-staf van genoemd commando.
Internet alleen voor ‘binnenliggers’ DEN HAAG - De komende maanden worden de netwerken van de grote schepen, binnenliggend in Den Helder, gekoppeld aan de walinfrastructuur. Zowel Intranet/MULAN als internet komt daarmee in walkwaliteit aan boord. De kleinere schepen volgen in de loop van 2008 en 2009. Schepen op zee zijn voor hun netwerken afhankelijk van satellietverbindingen. Deze hebben een beperkte capaciteit, zijn soms zeer kostbaar en zijn, door weergevoeligheid, niet altijd erg robuust. Afhankelijk van het type missie krijgt een schip een bepaald volume satellietcapaciteit toegewezen, waarop, als de dienst het toelaat, de bemanning kan internetten. In sommige gevallen kan die capaciteit groot genoeg zijn om tot soms wel zes werkstations tegelijk te bedienen. Het spreekt voor zich dat hiermee geen zware webtoepassingen, zoals YouTube en games gedraaid kunnen worden. De komende jaren zal de beschikbare bandbreedte via de satelliet worden uitgebreid.●
22 november | Pagina 3
De Johan de Witt kan verschillende typen helikopters meenemen.
Hr.Ms. Johan de Witt, gezien vanuit het dok van Hr.Ms. Rotterdam.
NIEUWE MARINETROEF NLMARFOR DRAAIT WARM IN ‘ BRIGHT ARCHER’ De nagelnieuwe Johan de Witt komt eind deze maand officieel in de vaart.
VEILIGHEID OP EN VANUIT ZEE CASTLE MARTIN (WALES) - Onder dekking van de duisternis manoeuvreert een landingsvaartuig van het Korps Mariniers naar de kust bij Castle Martin, Wales. Twee spiritusblauwe lampjes op het strand verraden de plek waar de landing van het bakbeest is voorzien. Een schok, een zakkende laadklep, bepakte mariniers die in ganzenpas door het kniehoge en bitterkoude water naar het strand waden. Daar moeten ze een radar- en telefooninstallatie onschadelijk zien te maken. Bij wijze van oefening dan, Bright Archer. De nieuwe maritieme speerpunt van Defensie, de Netherlands Maritime Force, draait daarin warm voor het grote werk. ‘veiligheid op en vanuit zee’ maar uit de verf komt.
TEKST: JACK OOSTHOEK FOTO’S: SJOERD HILCKMANN - AVDD
FOR
De Netherlands Maritime Force (NLMARFOR), een vrucht van het Defensieplan 2003, is de snel inzetbare staf van het Commando Zeestrijdkrachten. NLMARFOR vormt het maritieme equivalent van het gezamenlijke hoofdkwartier van de Nederlandse en Duitse landmacht. Opgericht in 2005, herbergt hij specialisten uit alle lagen van de marine. Zoals de Groep Onderzeeboten, de wereld van de mijnenjagers, het Korps Mariniers en de grote schepen. Met andere woorden: NLMARFOR verenigt alle ‘varende’ en marinierseenheden, een unicum. Zodoende is hij in staat manoeuvres van grote groepen schepen en marine-infanterie te stroomlijnen. Eventueel aangevuld met verscheidene scheepstypen, helikopters en onderdelen van andere krijgsmachtdelen. Samenwerken weegt nu eenmaal zwaar binnen het militaire apparaat.
HAKEN EN OGEN
De Netherlands Maritime Force draagt het stempel expeditionair. En hoe. Hij kan overal ter wereld aan de slag, in alle denkbare crisissituaties en onder elke politieke vlag. NAVO, Europese Unie, Verenigde Naties; het maakt niet uit. Zolang het motto van NLMARNachtelijke blik in het zenuwcentrum boven het dok in de buik van de Johan de Witt.
Om het expeditionaire karakter te onderstrepen, oefende de nieuweling de afgelopen weken in het zeegebied bij de Zuid-Engelse kust. Vrijwel de voltallige amfibische familie kwam opdraven. Het moet het feest der herkenning geweest zijn. In een virtueel draaiboek oefende vooral de staf van NLMARFOR met grote groepen schepen en hordes mariniers. Buitenlandse militairen, onder wie Britten, deden ook
mee. Om over het arsenaal virtuele deelnemers nog maar te zwijgen. Van alles passeerde de revue, variërend van schermutselingen, gijzelingen, epidemieën tot en met het kanaliseren van vluchtelingenstromen. Alles bij elkaar een misschien wat overdreven scenario, maar zo kon NLMARFOR tenminste realistisch trainen. Dat is een belangrijke voorwaarde om in de toekomst beslagen ten ijs te komen bij zogeheten ‘embargo’ operaties tegen wapensmokkel, zoals op dit ogenblik voor de kust van Libanon, en bij amfibische landingen
Behalve met mariniers, landingsboten en helikopters, kwamen in Bright Archer andere oefeningen aan de orde, zoals het blussen van binnenbranden.
NLMARFOR deed in Bright Archer een stap vooruit, vooral wat het altijd cruciale planningsproces betreft.
van een zwaar kaliber, licht commandant NLMARFOR, commandeur Pieter Bindt toe. Volgens hem kan een oefening als Bright Archer nooit te vaak
worden gehouden. Het coördineren van alle basistrainingen tot en met het complexe scenario kent vele haken en ogen. Kolonel der mariniers Marco Hekkens, commandant amfibische operaties van NLMARFOR, beaamt dat. Vooral de communicatie verdient in zijn ogen verbetering, om zo misverstanden in de toekomst te voorkomen. “Doordat sommige woorden in het Engels meer betekenissen hebben, praten we soms langs elkaar heen. We moeten meer rekening houden met de grote getijverschillen en de weersinvloeden. Het verschil met een oefening in de beschermende Noorse fjorden is groot.” Andere hiaten waren het ontbreken van Britse en Duitse helikopters, merkt Bindt op. Toch heeft NLMARFOR volgens hem in Bright Archer een stap voorwaarts gedaan. Vooral als het om het vitale planningsproces gaat. “In juli 2008 zijn we klaar voor acties in het hogere deel van het geweldsspectrum.”●
De Landing Platform Docks Hr.Ms. Rotterdam en de toekomstige ‘Harer Majesteits’ Johan de Witt vormden de spil waarom het in Bright Archer draaide. Beide amfibische troepentransportschepen kunnen grote hoeveelheden militairen en materieel naar alle uithoeken van de wereld transporteren. De nagelnieuwe Johan de Witt vormt het grootste schip van de marine en komt eind deze maand officieel in dienst. Het ‘kroonjuweel’ van maritiem Nederland is 176 meter lang, 29 meter breed en heeft een diepgang van 5 meter. De vaste bemanning telt 146 koppen. In zijn hoedanigheid van stafschip kan de Johan de Witt 400 man extra meenemen, of 555 militairen voor amfibische operaties. De voortstuwing van het gevaarte bestaat uit twee dieselgeneratoren van elk 3.780 KW. Ze zorgen voor een maximum snelheid van 19,5 km/u. De actieradius van het schip bedraagt 6.000 nautische mijlen. Als de Johan de Witt een aanval te verduren krijgt, kan hij zich verweren met twee Goalkeeper snelvuurkanonnen en tien .50 mitrailleurs. Het dok aan de achterzijde, onder het helikopterdek, biedt plaats aan onder meer 4 landingsvaartuigen voor voertuigen en personeel. De Johan de Witt kan 6 middelgrote helikopters of 4 grote transporteren. Nog wat cijfers: zet alle voertuigen aan boord op de wal achter elkaar en er ontstaat een file van 1,2 kilometer. Verder slingert zich zo’n slordige 500 kilometer kabel door het schip. Commandant kapitein-ter-zee Ed Veen. “De Johan de Witt is ‘marktleider’ binnen de NAVO-marines.”●
22 november | Pagina 4
LAS VEGAS - Kapitein Bram is niet voor één gat te vangen. Zodra de vlieger bij het opstarten merkt dat zijn F-16 kuren vertoont, zet hij de motor af, holt naar een ander toestel en kiest even later het luchtruim. Tijdens Green Flag is de nood soms hoog. De Amerikaanse grondtroepen die aan deze realistische training in de woestijn van Californië deelnemen, schreeuwen geregeld om Close Air Support. Het personeel van de vliegbasis Volkel gaat ver om aan die vraag te voldoen. Hup, gashendel naar voren en gaan.
GREEN FLAG STREEFT NAAR PERFECTIE IN CLOSE AIR SUPPORT
Nederlandse F-16’s klaar om Close Air Support te verlenen.
ADVOCAAT IN DE COCKPIT Links: Kapiteinvlieger Emile geeft in de ACMI-ruimte tekst en uitleg bij de manoeuvres boven het 120 mijl verder weg gelegen operatiegebied.
Majoor Ruben treedt tijdens Green Flag op als commandant van het vaste detachement op ‘Nellis’.
Rechts: Naast 311 zijn ook de Volkelse 312 en 313 Squadrons vertegenwoordigd. TEKST: ANDRÉ TWIGT FOTO’S: HENRY WESTENDORP - AVDD
Kapitein Emile vindt Green Flag eng realistisch. Collega majoor Ruben meent dat vliegers die aan de land- en luchtmachtoefening deelnemen, boven Afghanistan nauwelijks verrassingen meer Links: Pre flighten: inspectierondje langs het vliegtuig.
Links: Personeel van 900 Onderhoudssquadron maakt lange dagen om de tien overgevlogen toestellen in perfecte conditie te houden.
zullen tegenkomen. Om de kwaliteit van Close Air Support (CAS) naar een hoger plan te tillen, deed de luchtmacht vorige week voor het eerst mee aan Green Flag. De exercitie biedt eenheden op de grond en in hogere sferen de illusie betrokken te zijn bij een conflict in Afghanistan of Irak. Om
die verbeelding te voeden, bouwde men bij het National Training Center te Fort Irwin een niet van De verschillende detachementen van vliegbasis Volkel werken tijdens Green Flag nauw samen met 421st Fighter Squadron, gestationeerd op Hill Air Force Base (Florida).
echt te onderscheiden stuk inzetgebied na. Steden, dorpen, wegen, moskeeën, winkels, enzovoorts werden zodanig neergezet dat allerlei scenario’s perfect zijn uit te beelden. De Amerikaanse 4th Cobra Brigade maakt hiervan dankbaar gebruik. Ter voorbereiding op de komende uitzending
22 november | Pagina 5
Twee keer per dag gaan Nederlandse F-16’s de lucht in om boven het 120 mijl verderop gelegen National Training Center op Fort Irwin Close Air Support te verlenen. Op de achtergrond twee startende F-4 Phantoms.
terroristen het aantal aanslagen opvoeren. Daarbij vallen dagelijks twee tot drie slachtoffers, zo meldt het oefenbulletin The Green Flag Journal. Macaber maar waar worden de deelnemers in een vroeg stadium vertrouwd gemaakt met onvermijdelijke personele verliezen. EMOTIES
Chef-staf van de 4th Brigade, kolonel Phillip Battaglia, laat zich door tegenslagen niet klein krijgen. Hij moet en zal opbouwwerkzaamheden ontplooien en de veiligheid in zijn provincie vergroten. Daarbij is hulp van boven onontbeerlijk. Een opstandje op een dorpsplein vereist show of force. Enkele runs met de naverbrander volstaan om de betogers te verspreiden. Ook armed overwatch komt goed uit de verf. De toestellen vliegen dan voor een konvooi uit om mogelijke aanslagen te smoren. Bij andere events liggen grondtroepen onder vuur en zijn de vliegers genoodzaakt een JDAM (GPS-geleide bom) of een LGB (lasergeleide bom) af te werpen. Dat gebeurt uiteraard met inachtneming van de Rules of Engagement die de NAVO hanteert. Daarmee leren omgaan is een van de leerdoelen. Uitgangspunten zijn schade aan omliggende gebouwen en aan eigen eenheden voorkomen. Ook een positieve identificatie van het doelwit hoort erbij.
De J063 op weg naar de startbaan.
naar Irak worden de infanteristen in een realistische omgeving voorbereid op bermbommen, gemene overvallen en allerlei ander ongerief. Stijgen de gewelddadigheden hen boven het hoofd, dan staan Franse, Canadese, Amerikaanse én Nederlandse toestellen paraat om luchtsteun te verlenen.
Dat gebeurt vanaf de 120 mijl verderop gelegen Nellis Air Force Base in Las Vegas. Constant hangen er zo’n acht ‘paartjes’ boven
de ontplooide, vierduizend man sterke Army-eenheid. Die zit geregeld om CAS te springen. Vooral halverwege Green Flag, wanneer
Het toepassen van Rules of Engagement gebeurt tijdens Green Flag bijna net als in het echt. Moeilijker zijn allerlei emoties in te sleutelen. Liggen troepen daadwerkelijk onder vuur, dan staat de radio bol van meldingen over slachtoffers en schreeuwen de mannen op de grond om Close Air Support. Vooral in zo’n situatie moet de vlieger koel blijven. De eerste bom die Emile boven Afghanistan afwierp, was bedoeld om Noorse militairen te ontzetten. “Op het moment dat ik hun Forward Air Controller (FAC’er) aan de lijn had, werd zijn maat neergeschoten. Toch bleef de FAC’er
kalm en samen wisten we de LGB op de juiste plek te krijgen. Mijn emoties kwamen pas achteraf.” BOORDKANON
Ter voorbereiding op het echte werk doen de Amerikanen regelmatig een greep uit hun rijke voorraad casussen. Beschieten terroristen de coalitietroepen bijvoorbeeld vanuit een moskee, dan heeft de vlieger een dilemma. Is het ‘uitnemen’ van zo’n heiligdom de enige oplossing om eigen eenheden te beschermen? Of kunnen ze eventueel terugtrekken om vijandelijk vuur te ontlopen. Boven alles geldt proportionaliteit. Een moskee beschadigen, schaadt vaak de relatie met de lokale bevolking en daarmee het doel van een vredesmissie. Dergelijke afwegingen wegen zwaar en het werk van de man in de cockpit lijkt dan ook soms op dat van een advocaat. Zo kreeg Emile boven Afghanistan het verzoek om op ongeveer 150 meter van de eigen troepen een vijfhonderd ponder af te werpen. “Ondanks de ernst van de situatie, vond ik het gevaar voor onbedoelde slachtoffers zwaarder wegen. Ik besloot uiteindelijk op veilige afstand een salvo met het boordkanon te geven. Die 20 millimeter patronen brengen de boodschap doorgaans goed over.” Kennis van de bewapening komt tijdens Green Flag ook geregeld om de hoek kijken. Bij het quasi bestoken van een gebouwtje op Fort Irwin mag een belendende school geen schade oplopen en dus zet Emile een JDAM in. Deze GPS-geleide bom heeft een ontsteking die eventueel tijdens de vlucht wordt vertraagd. Het projectiel bezit daardoor de mogelijkheid zich door het gebouwtje, in de grond te boren en pas daarna te detoneren. De drukgolf blijft zo beperkt, evenals de nevenschade. Staat een doel in een wijds gebied, dan volstaat een LGB. Dit projectiel klapt bij contact met een hard oppervlak meteen uit elkaar. ERVARING
Munitiespecialist sergeant 1 Guus en beheerder én ranggenoot Noud raken van Green Flag niet direct overwerkt. Samen met een assemblage crew voorzien zij de nodige ‘domme’ bommen van
een ‘slimme’ control unit en staartvinnen. Tijdens de eerder op ‘Nellis’ afgewerkte oefening Red Flag en de vooraf gehouden luchtmachtoefening op Hill Air Force Base (Florida) lag het verbruik hoger. Toch vormt het totaal zeven weken durende verblijf aan de rand van Las Vegas voor hen een regelrechte eye opener. Neem het munitiepark, dat met een omtrek van ruim elf kilometer net zo groot is als de gehele vliegbasis Volkel. Of de enorme lading veiligheidsregeltjes, die telkens bij het betreden van kracht zijn. Des te opmerkelijker is het dat de Amerikanen aan sommige details geen aandacht schenken. Sluit het luikje van de ontsteking niet, dan laten ze dat ongemoeid. “Volgens de Nederlandse eisen moet dat altijd dicht zijn, maar daarover maken ze zich niet druk”, vertelt Guus. “Ze hebben hier een enorme ervaring met munitie. Daardoor ontstaan afwijkingen in de regels meestal.” DENKTANK
Ter voorbereiding op Green Flag nam ‘Volkel’ deel aan Bold Quest, een op ‘Nellis’ gehouden denktank bedoeld als opstap naar verdere digitalisering van CAS. Daardoor kun je risico’s nog verder verkleinen en de effectiviteit vergroten. Maakt men voor de onderlinge communicatie nu nog veelvuldig gebruik van spraak, in de toekomst komen er volledig geautomatiseerde systemen, waarmee je naast gegevens ook stilstaande en zelfs bewegende beelden kunt verzenden. De Amerikanen en de Canadezen werken al met deze apparatuur. Tijdens Bold Quest werd de aanzet gegeven om tot afspraken te komen voor gebruik op bredere schaal. Om er volgens majoor Ruben “uit te halen, wat er in zit”, is het van belang de ontwikkelingen op het gebied van CAS te blijven volgen. Deelname aan realistische trainingen als Green Flag vormt volgens plaatsvervangend commandant Operaties (vliegbasis Volkel), luitenant-kolonel Wido van de Mast, een voorwaarde om de kwaliteit van vliegers te vergroten en te garanderen dat ze voorbereid worden uitgezonden. “Wie verantwoord wil deelnemen aan internationale vredesoperaties kan niet zonder.”●
22 november | Pagina 6
LANDBOUWSPECIALIST PIET WIT GING BOER OP IN URUZGAN
ONGEDURIG BAASJE IN MILITAIR PAK KESTEREN (GLD.) - “Ik ben een ongedurig baasje met een door mijn leeftijd brede ervaring”, lacht Piet Wit. De zestigjarige energiekeling, doorgewinterd op het gebied van onder meer akker- en weidebouw, bivakkeerde als ‘functioneel specialist’ van Defensie tweeënhalve maand op Kamp Holland in Tarin Kowt, Uruzgan. Als tijdelijk kapitein van de landmacht adviseerde hij boeren over de wederopbouw van hun door de Russen en Taliban geteisterde bedrijfjes. Ligt het aan de globetrotter, dan gaat hij ‘op herhaling’. Met zijn markante grijze hangsnor en gestoken in woestijnpak gaat hij vrijwel moeiteloos door voor beroepsmilitair. TEKST: JACK OOSTHOEK FOTO: PETER LAARAKKER
Behalve van akker- en weidebouw, weet de landbouwkundig ingenieur Wit alles af van het beheer van natuurlijke graslanden. Zijn achtergrond liegt er niet om. In Nederland verdiende hij zijn brood bij het Waterloopkundig Laboratorium en als directeur van het IPC Groene Ruimte, de praktijkschool voor bosbouw, cultuurtechniek en de ‘groene’ sector. Tegenwoordig leidt hij een eigen landbouwkundig onderzoeks- en adviesbureau vanuit zijn fraai gelegen boerderij in Kesteren in de Neder Betuwe. Alsof hij nog niet genoeg werk aan de winkel heeft, maakt hij deel uit van nationale en internationale (VN)commissies op het vlak van natuurbeheer en bescherming, en eco-systemen. Verder maakte hij samen met schrijfster Inge Bouwman een kleurig Engelstalig boek over Przewalskipaarden in Mongolië. De afgelopen decennia croste Wit met zijn arsenaal kennis en ervaring de halve aardbol over voor het adviseren van nationale en internationale organisaties. De lijst met namen van (binnen)landen waar hij langdurig werkte en opleidingen gaf, telt veertig namen. Een greep: Nigeria, Mauretanië, Mongolië, Kameroen, de Sahellanden, Guinee-Bissau. En nu dus Afghanistan. Binnenkort komen Brazilië en Peru erbij. CONFRONTERENDE MANIER
Wit maakte voor het eerst kennis met de krijgsmacht op een studiedag van de Universiteit van Utrecht en Defensie gezamenlijk, met als thema ‘Natuur in Oorlog’. Zijn betoog leverde hem de belangstelling op van een groep reserveofficieren van de landmacht. Of de landbouwspecialist een aandeel wilde leveren in projecten op het gebied van civiel militaire samenwerking (CIMIC)? Wit’s leeftijd vormde geen obstakel; zijn brede deskundigheid, die telde. Hij zei ‘ja’ omdat hij in het leger iets van de hem kenmerkende bevlogenheid en idealisme verwachtte terug te vinden. “Militairen vervullen in onze maatschappij een voorbeeldfunctie. Ze nemen risico’s voor het verbeteren van de wereld. Zo denk ik ook een beetje; ben een doener en probeer in mijn geval een brug te slaan tussen wetenschap en boeren. Overigens gedraag ik me niet altijd even diplomatiek; zeg de
dingen soms op een confronterende manier. Daardoor raken mensen wel eens in hun wiek geschoten.” Wit’s missie in Tarin Kowt, waar hij de oudste militair was, omvatte het adviseren en het maken van een landbouwplan voor boeren, en het ondersteunen van het werk van de militairen van het Provinciaal Reconstructieteam. Dat liep allerminst van een leien dak omdat hij vanwege de onveiligheid op het kamp moest blijven en zodoende moeilijk aan informatie kon komen. Bestond wel de mogelijkheid om op pad te gaan, dan bleef Wit (heel) kort ter plekke. “Je trekt snel vuur aan.” Dat Uruzgan zwanger is van het gevaar, merkte hij aan den lijve. Zo stuitte een Mercedes Benz terreinwagen in één van de konvooien waarin hij uit bescherming altijd meereed, op een bermbom. Met gewonden als gevolg. Wit bleef er relatief kalm onder. “Ik ben geen paniekvogel en heb in mijn werk overal in de wereld geleerd alert te zijn en de zintuigen wijd open te zetten. Bovendien voelde ik me door de Nederlanders goed beschermd.” Om toch aan gegevens te komen, nodigde Wit boeren uit de omgeving van Tarin Kowt voor overleg uit op Kamp Holland. Zelf leverde hij een aandeel door om de tafel te gaan zitten met de directeur van de Afghaanse Landbouwdienst, zijn Britse militaire collega, civiele adviseurs, en door internet te raadplegen. “Hoewel technisch goed, zijn de landbouwers in Uruzgan keuterboeren met slechts een klein stukje land”, inventariseert Wit. “Ze leven in een onveilige omgeving en kunnen hun gezin nauwelijks onderhouden van de opbrengst van hun grond. Dat lukt alleen met twee oogsten per jaar en de verkoop van verbouwde gewassen die goed geld opbrengen. Verder ontbreekt het ze aan voldoende productiemiddelen en water. Om te overleven telen ze opium, wat dus niet gebeurt om de International Security Assistance Force te pesten, of om blijk te geven van zogenaamde loyaliteit aan de Taliban. Nee, de meeste boeren moeten niets van deze lui hebben. Als je bij ze op bezoek komt zijn ze vanwege represailles bang om met je te praten. De boeren willen graag met de vredesmacht samenwerken, zolang die maar blijft. Dan leven ze veiliger en kunnen zonder al teveel proble-
men in hun bedrijfje investeren.” Ondanks de allesbehalve rooskleurige toestand ligt er voor de boeren in Uruzgan toch een betere toekomst in het verschiet, denkt Wit. Met genoeg geld kan die binnen drie tot vijf jaar verbeteren. En de landbouwers moeten zich bereid tonen om de huidige individuele manier van werken te verwisselen voor samenwerking in bijvoorbeeld coöperaties. Er dient onder meer een gezamenlijk systeem van waterbeheer en van inkoop van zaden en materieel op poten te worden gezet. Kortom, er moet een nieuw fundament voor de landbouw in Uruzgan komen. In de ogen van Wit is daarvoor de hulp onontbeerlijk van civiele landbouworganisaties als de Afghan Development Association en de Central Asian Development Group. En kredietmaatschappijen en militaire missieteams voor het escorteren van civiele specialisten. “Trekt Nederland zich terug uit Urzugan, dan verdwijnt de veiligheid en stort de provincie in.” ACHTERSTE MEM
Terugblikkend omschrijft Wit, die rapporteerde aan de CIMIC-or-
ganisatie van het Ministerie van Defensie, het Nederlandse contingent van de International Security Assistance Force als ‘een professionele en geoliede machine’. “Maar de Provinciale Reconstructieteams hangen ten opzichte van de Battle Group wel een beetje aan de achterste mem. Verder zou nog meer gebruik mogen worden gemaakt van de functioneel specialisten. Oké, je woont vergaderingen bij; je mening en rapporten worden op prijs gesteld. Maar er kan méér. Kenne-
lijk heerst er onder militairen geen ‘leescultuur’. De grote werkdruk zal daarbij een rol spelen. Jammer. Toch ondervond ik gevoelsmatig waardering voor mijn werk. Bijvoorbeeld de Amerikanen toonden belangstelling voor mijn verslagen. Als ‘positivist’ heb ik me opnieuw opgegeven voor Afghanistan. Met wederopbouw kun je nooit te vroeg beginnen, anders draait het uit op symptoombestrijding. Mijn eerste missie kwam bij wijze van spreken al te laat.”●
Alleen met twee oogsten per jaar en de verkoop van verbouwde gewassen lukt het de boeren in Afghanistan het hoofd boven water te houden. Foto: Richard Frigge - AVDD
In Nederland leidt Piet Wit vanuit zijn boerderij in Kesteren in de Neder Betuwe een eigen onderzoeks- en adviesbureau.
Piet Wit is nooit als dienstplichtige onder de wapenen geweest. Dat kwam doordat hij in die tijd met zijn ouders in de Tropen woonde, reden voor Defensie om hem het stempel ‘buitengewoon dienstplichtig’ op te drukken. In tegenstelling tot veel anderen koesterde Wit geen aversie tegen het militaire apparaat. Wel fronste hij de wenkbrauwen over de manier waarop het Westen zich in de periode van de Koude Oorlog tegen de Russen afzette. “Alsof het beesten waren.” Om zijn opvatting over Defensie te staven, maakt Wit een vergelijking met de krijgsmacht van Nigeria, een land waar hij vaak vertoefde. “Ik leerde er het belang van een goed georganiseerd, adequaat functionerend en op democratische rechtsgronden gevestigd leger kennen. Veel Nigeriaanse militairen bezondigen zich aan machtsmisbruik en corruptie. Ze verstaan alleen de taal van de macht. Zo’n systeem moet niemand willen.” Na een positieve reactie op de uitnodiging van Defensie om naar Afghanistan af te reizen, belandde de tijdelijk tot militair gebombardeerde Wit voor (slechts) een week in de schoolbanken van de Koninklijke Militaire Academie in Breda. En schopte het met de snelheid van een F-16 van soldaat 3 tot kapitein. “En die cadetten maar jaren blokken...” Van de aansluitende militaire training van veertien dagen op het Bakhuizen Rozenboomkamp van het Korps Commandotroepen in Rucphen, trok Wit in Uruzgan veel profijt, vooral van de lessen in veiligheid. Voor het overige was het vaak ‘lachen, gieren, brullen’, grinnikt hij. “Daar loop je dan als kerel midden in een bos bij gebrek aan losse flodders bos pief, paf, poef te roepen …. ”●
22 november | Pagina 7
DEKAATJES heten de gratis advertenties in de Defensiekrant. De tekst van een Dekaatje mag niet langer zijn dan veertig woorden en kan alleen schriftelijk of per e-mail worden ingediend. Plaatsing geschiedt zo spoedig mogelijk. De redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud, noch voor de gevolgen van de plaatsing. Op de envelop of in de e-mail graag ‘Dekaatje’ vermelden. Dekaatjes kunnen worden ingestuurd naar de Defensiekrant, postbus 20701, 2500 ES Den Haag of
[email protected], onder vermelding van naam, adres, woonplaats eventueel telefoonnummer, onderdeel en registratienummer.
MARINIERS OEFENEN IN ‘RIVERINE WARFARE’ WASPIK - Een binnenvaartschipper op de kruising van de Bergsche Maas en de Amer krijgt de schrik van zijn leven. Vanuit het niets jagen plots snelle rubberboten (LCRM - Landing Craft Rubber Motorized) om zijn met zand geladen platbodem met aan boord gecamoufleerde en flink schietende mariniers. En dat bij een van ’s lands mooiste natuurgebieden, de Biesbosch. Het Tweede Mariniersbataljon koos die omgeving om de Riverine operaties onder de knie te krijgen. “Het leren staat voorop”, meldt het hoofd Operaties van het bataljon, majoor der mariniers Harro de Vries. TEKST EVERT BROUWER FOTO’S RUUD MOL - AVDD
De activiteiten binnen de krijgsmacht richten zich voornamelijk op de huidige missie in Afghanistan. Wat daarna komt, weet je maar nooit. In het politieke strijdperk is toch al menig keer ‘Afrika’ genoemd en de landen die daar hulp kunnen gebruiken, liggen niet direct aan zee. Er is echter wel sprake van
NA HET ZILT KOMT HET ZOET
flinke meren en rivierendelta’s. “Dan is het handig als je de kennis daarvoor in huis hebt”, stelt De Vries. Om meteen daarbij te melden dat zo’n ervaring in de Biesbosch, waarbij alle drie de compagnieën een week in het natuurgebied mochten bivakkeren, ook direct helder maakt wat eraan schort om dit soort operaties goed uit te voeren. Het hoeft niet meteen te worden aangeschaft, maar als er al een verlanglijstje ligt na een politiek besluit, maakt dat de zaken wel wat overzichtelijker. Vanzelfsprekend hadden de mariniers het standaardwerk Riverine Warfare (RW) uit de kast kunnen trekken, waarin vooral de oorlog in Vietnam ter sprake komt. De Vietcong en de Amerikanen bevochten elkaar herhaaldelijk en met zware middelen in de Mekong-Delta. De tijden, het materieel en de doctrines zijn echter sterk veranderd. Het Korps Commandotroepen, dat vanuit het Trainingsentrum Waterrijkgebied als gastheer fun-
geerde, is ook bekend met RW. “Maar op een heel andere manier dan wij”, legt de majoor uit. “Zij proberen contact met de vijand zoveel mogelijk te ontlopen, terwijl wij met onze zwaardere wapens juist de aanval kunnen kiezen.” BRONZEN KRUIS
Vandaar dat kapitein der mariniers Jort van den Berg met zijn compagnie van het Amfibisch Ondersteuningsbataljon (AMFOSTBAT) is ingehuurd voor de verplaatsing door het doolhof. Want dat is het. De Biesbosch werd niet voor niets tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikt als schuilplaats voor het verzet. De passage langs de plaquette voor verzetsstrijders op de burg van Sint Jan is dan ook welhaast vanzelfsprekend tijdens het bezoek. Met speels gemak vaart marinier 1 Arjan Keizer de rubberboot door de kreekjes, waarbij hij behendig de zandbanken ontwijkt. “Ik ben hier geboren en getogen”, meldt de inwoner
van Werkendam. “Sterker nog”, voegt majoor De Vries toe, “zijn opa heeft in de Tweede Wereldoorlog hier in het verzet gezeten en het Bronzen Kruis verdiend.” Ervaren schippers dus bij het Tweede Bataljon, vooral de 22ste Infanteriecompagnie, die zorgvuldig met de natuur om- ging. Schieten mocht alleen op open water en het waarom werd duidelijk gemaakt tijdens een bezoek aan het Biesbosch-museum. Met die kennis van flora en fauna in de bagage, en dus met beperkende maatregelen, gingen de toegestane remmen los. “Normaal gesproken zorgen we als AMFOSTBAT alleen voor het vervoer”, weet kapitein Van den Berg, “maar nu zijn we actief betrokken bij de landing en de beveiliging. De pelotonscommandanten en hun opvolgers moeten gaan nadenken over hoe het materieel in te zetten, wat hebben we en waar laat je tijdens de actie op het land de boten?” Met de LCVP (Landing Craft Vehicle, Personell) Mark-III bijvoor-
WONINGEN
beeld als gepantserde beveiliging met vier MAG’s aan boord voor voldoende vuursteun. “Rubberboten, dat kan tijdens deze operaties eigenlijk niet meer. Die zijn bij wijze van spreken al met een kogel naar de diepte”, oordeelt majoor der mariniers Jacob Admiraal, de commandant van de (22ste) compagnie. Nu was het dan ook letterlijk roeien met de riemen die er zijn, want het Korps mag rekenen op beter beschermde boten de komende tijd. De training voor de mariniers in de Biesbosch krijgt dan ook zeker een vervolg, verwacht majoor De Vries. De band met het KCT is uitstekend. “De commando’s hebben hier de contacten, met Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer. Wij hebben het KCT geholpen bij de elementaire opleiding door de deelnemers aan een overlevingsbivak op te pikken met de Landing Craft Vehicles Personel. Het is toch mooi als we elkaar zo kunnen aanvullen.”●
Te koop: Enschede, Aureliavlinder 16, royaal vrijstaand herenhuis met zeer grote garage gelegen in een nieuwe moderne wijk aan Duitse grens met zonnige tuin, Bjr 2003, 5 riante slpkmrs, DCHR & toekomstig CIMIC op nog geen 10 km, Münster 65 km. Vr.pr. N 368.000,- k.k. Info: www.dewoonkamermakelaardij.nl of www.funda.nl Te koop: Kampen, parallelstraat 7, charmante tussenwoning in centr. 3 slpkmrs badkmr bad, aparte douche (2004) cv (2004) Vr.pr. N 157.500,- k.k. zie www. funda.nl of www.sinkebv.nl Te koop: Middenmeer (NH), Wulk 16, 2/1 kapwoning. Bjr 2001, perc.opp 247m2, woonopp. 450m2. Keuken, 3 slpkmrs, zolderkmr, woonkmr. Badkmr met bad, douchecab., toilet. Tuin v.v. sierbestrating. Parkeergel. voor 3 auto’s op eig. terrein. Vrij uitzicht. Vr.pr. N 269.500,- k.k. Inf: 06 442 943 78 of www.funda.nl Te koop: Nieuwegein, Holterschans 19. Goed onderh. gunstig gel. royale tussenwoning. Ind: hal, woonkmr/open keuken, achterhal met toilet. 1ste verd.: drie slpkmrs, badk./ligbad, toilet, douchecab. 2de verd.: voorzolder, ruime slpkmr. Tuin 15 mtr diep, stenen berging. Inh. 375 m3. Vr.pr N 245.000,- k.k. Info: 030-606 63 72. Te koop: Oldemarkt (bij Havelte), Broeksteeg 8. 2/1 kap woning bj 1995, 282 m2, inh. 400m3 met aangeb. garage carport, nw aangeb. bijkeuken en aangelegde tuin 1e verd. 3 slkmrs, grote zolder. Vr.pr. N 239.000 k.k. Makelaar 0521 - 52 10 05 of zie www.funda.nl Te koop: Waddinxveen, Chopinlaan 18, kinderrijke buurt, goed onderhouden tussenwoning. Inh. 430m3, tuin op westen. 4 slpkmrs, eenvoudig 5e te realiseren. Div. recente vernieuwingen, voll. dubbelglas. Vr.pr. N 249.000,- k.k. Info: makelaar 018 261 80 55 of zie www.funda.nl Te koop: Wezep, Boekweitakker 16. Zeer ruime 2/1 kapwoning met garage, schuur en tuinhuisje. In rustige zeer kindvr. buurt vlakbij winkelcentrum, scholen, subtropisch zwembad, bossen en sportmogelijkheden. Vr.pr. N 335.000,- k.k. Inf.: 038 - 376 56 71 of zie www.funda.nl Te huur: Julianadorp, Malzwin 2311, 2/1 kap, Bjr 2001, gunstig gelegen nabij winkels en scholen. Ruime woonkmr, keuken v.v div. inb. app., vier slpkmrs, luxe badk. en ruime zolder. Tuin met div. terrassen, o.m. op ZW. Beschikbaar vanaf 07-2008 voor 3 jaar. Info: 06 - 249 025 07.
DIVERSEN Gezocht: Stageplaatsen. Defensie doet op 12 dec. mee aan het Double-Click event dat zich richt op allochtone ouderejaars WO-studenten van div. studierichtingen met doel hen kennis te laten maken met de div. ministeries. Duur van een stage is 3-6 mnd. Heeft u een stageplaats beschikbaar of wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Tessa Hanevelt: 070 - 339 66 41
[email protected]
RECREATIE Te koop: Portugal, Algarve. Als gevolg van overplaatsing een prachtig appartement met schitterend uitzicht en alles erop en eraan. Vr.pr. N 98.000,- k.k. Inf.: 06 - 200 028 20.●
22 november | Pagina 8
LEZEN & GAMEN
Empire Earth gaat verder DEN HAAG - De Empire Earth-serie is alweer aan het derde deel bezig en dat geeft meteen aan hoe succesvol deze wereldveroverende game is. Op de cover zien we de beeltenis van de gouverneur van Californië, ooit een ge-
vierde wereldredder in allerhande films. De relatie is duidelijk, want Arnold Schwarzenegger deed dat in scenario’s vanaf het stenen tijdperk (Conan de Barbaar) tot en met de verre toekomst (Terminator, Total Recall). Net als in deel I en II (The Art of Supremacy) moet de gamer de wereldgeschiedenis doorlopen en verder gaan dan de dag van vandaag. Een verandering die is toegepast, vormt de toevoeging van een wereldkaart. De makers hebben goed gekeken naar de Total War-serie. De eerste test op de al wat oudere PC verloopt niet helemaal vlekkeloos. Deze game vraagt in alle opzichten veel aandacht. Om een populair gezegde te bezigen: het kost veel tijd, maar dan heb je ook wat. Hoewel de basis van het spel in deze derde editie nog wel herkenbaar is, kun je toch spreken van een vrijwel nieuwe game. Het zal de verwende gamer plezieren en ook de beginner kan er - mits er voldoende geheugen en een snelle processor voorhanden zijn - goed mee uit de voeten. Let vooral op de effecten bij de explosies! ‘Empire Earth’III’ is vorige week verschenen. Het betreft een uitgave van Vivendi, in ons land vertegenwoordigd door Sierra Entertainment. Ieder-
een mag er bij Defensie op spelen, want de leeftijdsbeperking geldt voor kinderen jonger dan 12 jaar. EAIII is alleen verkrijgbaar voor de pc. Kosten 50 euro.●
Essay over Armeense kwestie DEN HAAG - De Armeense kwestie speelde eind vorig jaar ook in Nederland weer op bij de samenstelling van de lijsten voor de verkiezingen. Ugur Ümit Üngör heeft via uitgeverij Aspekt een uitermate lezenswaardig essay voor de zogenoemde Monografieserie geschreven over deze periode in de Europese geschiedenis tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ungor is niet zomaar iemand. Pas 27 jaar oud heeft hij een studie sociologie en geschiedenis aan de universiteiten van Groningen, Utrecht en Toronto (Canada) achter de rug. In 2005 studeerde hij cum laude af aan het Masterprogramma Holocaust en Genocidestudies van de UvA. In 2006 won hij de Thesisprijs voor zijn beschouwing over de Armeense kwestie. Hij legt haarfijn uit wat er in die
periode is gebeurd met de Armenen in het toenmalige Ottomaanse Rijk en vooral waarom. ‘Vervolging, Onteigening en Vernietiging’ luidt de veelzeggende titel. Het boek is verschenen bij Aspekt onder ISBN 905911535X. Prijs N 14,95.●
Wereldwijd geplaatste Defensieattachés bijeen
Colofon De Defensiekrant is een wekelijkse uitgave van de directie Voorlichting & Communicatie van het Ministerie van Defensie bestemd voor het gehele Defensiepersoneel.
DEN HAAG - De conferentie voor Nederlandse Defensieattachés zit er op. De bijeenkomst was onlangs in Den Haag. Alle in het buitenland verblijvende Nederlandse Defensieattachés waren ervoor uitgenodigd.●
Hoofd Defensiemedia Ellen Eggink (070 - 318 83 35)
STICKER BIJ DE LUNCH DEN HAAG - De stickeractie onder het motto ‘Steun de troepen’ die sinds 12 oktober loopt, blijkt een groot succes. De campagne is een initiatief om mensen te laten tonen dat ze de militairen op missie steunen, ongeacht of men voor- of tegenstander
is van een missie en zonder zich te mengen in de politieke discussie over de verlenging van de operatie in Uruzgan. Minister Eimert van Middelkoop en staatssecretaris Cees van der Knaap bieden al het Defensiepersoneel de sticker aan.
GRAVENDIENST ZOEKT ONBEKENDE OORLOGSSLACHTOFFERS SOESTERBERG - De Gravendienst van de Koninklijke Landmacht heeft onlangs opgravingen gedaan in Herveld. Hier zouden op het oude ‘drenkelingenkerkhof’ nog enkele onbekende oorlogsslachtoffers liggen, zo bleek uit onderzoek van amateur-historicus J. van Boeijen. De Gravendienst voerde de opdracht uit op verzoek van de gemeente Overbetuwe. Oorspronkelijk was de kleine begraafplaats aangelegd om aangespoelde personen uit Waal en Rijn een laatste rustplaats te geven. In 1944 is in deze streek zwaar gevochten, waarna in Herveld tenminste 68 Duitse militairen, een Amerikaanse en een Britse vliegtuigbemanning zijn begraven. Officieel zijn alle slachtoffers na de bevrijding naar militaire begraafplaatsen overgebracht. Toch bestaat in de registers nog onduidelijkheid over acht graven van onbekende personen. Deze zijn nu door de Gravendienst geopend. Drie
slachtoffers zijn voor nader onderzoek overgebracht naar het laboratorium van de Gravendienst in Soesterberg. Die probeert in samenwerking met het Nederlandse Rode Kruis, afdeling Oorlogsnazorg, hun identiteit te achterhalen. Foto: Gravendienst KL●
BUITENLAND BEKIJKT BUSHMASTER OIRSCHOT – Bij het Opleidings- en Trainingscentrum Rijden (OTCRIJ) in Oirschot is vorige week donderdag de Bushmaster gedemonstreerd. Dit gebeurde in het kader van het Weens Document 1999 (WD 99), één van de wapenbeheersingsverdragen waarin Nederland partij is. Het WD is overigens een van de eerste overeenkomsten en dateert al uit de jaren zeventig. Met het WD wordt een atmosfeer van vertrouwen en veiligheid op het Europese vaste land (en een deel van Azië) nage-
streefd. Daarom ‘bepaalt’ het document onder meer dat de verdragspartner die als eerste een bepaald hoofdwapensysteem in dienst neemt, zoals de Bushmaster, dat aan de overige landen demonstreert. Uitvoering geven aan dit soort taken behoort tot het werkterrein van de Defensie Wapenbeheersingsorganisatie (DWBO). Ongeveer veertig bezoekers uit 24 landen kwamen naar de Bushmaster-demonstratie, die de DWBO samen met OTCRIJ organiseerde. Foto: Marc Strijbos●
Met het verstrekken van het plakplaatje willen beide bewindslieden nog eens uitdrukkelijk hun steun en waardering onderstrepen voor alle militairen die uitgezonden zijn, waren of dat in de toekomst nog worden. Van 28 tot en met 30 november worden in alle bedrijfsrestaurants en kantines van Paresto ‘Steun de troepen’ stickers aangeboden. (zo lang de voorraad strekt) De minister en staatssecretaris hopen zo meer mensen te motiveren om hun steun voor militairen in missiegebieden te laten zien. Personeel dat op een locatie werkt zonder Paresto-voorzieningen, krijgen de sticker via het eigen onderdeel. De verstrekking is eenmalig. Op is op. Voor wie de actie mist of meer stickers wenst: ze zijn niet via het Ministerie van Defensie verkrijgbaar, maar via www.ondersteuntroepen.nl. De stickers mogen overigens niet op militaire voertuigen en dienstvoertuigen worden geplakt.●
Nieuwe commandant voor De Zeven Provinciën DEN HELDER - Kapitein-terzee Maarten Stenvert heeft onlangs het commando over Hr. Ms. De Zeven Provinciën overgedragen aan kapitein-ter-zee Ruud Ramaekers. Onder Stenvert’s commando is het eerste luchtverdedigings- en commandofregat van de marine opgewerkt. Aansluitend werd de Zeven Provinciën in de Arabische Golf voor operatie Enduring Freedom ingezet als stafschip van CTF 150. Het fregat is momenteel in onderhoud tot begin volgend jaar. Dan wordt het wederom opgewerkt voor inzet. Mogelijk gaat het schip de tweede helft van 2008 naar Libanon voor operaties in het kader van de maritieme UNIFILmissie (United Nations Interim Forces in Lebanon).●
DEFENSIE EVENEMENTENKALENDER De verkorte versie van de Defensie Evenementenkalender vermeldt voor de komende tijd de volgende evenementen:
23 november: Concert Fanfarekorps Koninklijke Landmacht ‘Bereden Wapens’, Gouda 24 november: Vierkleurenconcert door orkest Koninklijke Luchtmacht, Koudum
25 november: Napoleontische tijd in Legermuseum, Delft 25 november: Cultureel programma ‘Decemberfeesten in Nederlands-Indië’ in Museum Bronbeek, Arnhem 2 december: Lezing ‘Gamelan ontmoet wajang’ in Museum Bronbeek, Arnhem
5 december: Kinderworkshop ‘Vliegen’ in het Militaire Luchtvaartmuseum, Soesterberg Voor meer informatie surf naar www.defensie.nl en klik via ‘actueel’ op de link Evenementen. Voor veel medewerkers van Defensie ook bereikbaar via intranet.●
Redactie: Evert Brouwer (070 - 318 83 30) Jack Oosthoek (070 - 318 83 41) Monique van Rijen-Bos (070 - 318 83 74) André Twigt (070 - 318 83 36) Redactiesecretariaat en administratie: Marianne Beck Telefoon: (070) 318 83 26, via het militaire net: 501, tst. 88326 Fax (070) 318 74 32 Defensiesite: www.mindef.nl E-mail:
[email protected] Bezoekadres: Spui 32, 2511 BS Den Haag Postadres: Postbus 20701, 2500 ES Den Haag, MPC 58B De inhoud van de artikelen in de Defensiekrant hoeft niet noodzakelijkerwijs de mening van de minister van Defensie of de krijgsmachtleiding weer te geven. Ingezonden brieven dienen betrekking te hebben op eerder in de Defensiekrant geplaatste artikelen. Zij geven uitsluitend de mening van de inzender weer en kunnen door de redactie worden bekort. Overname van artikelen of delen daarvan is alleen toegestaan met toestemming van de redactie. Aan rechtspositionele informatie kan geen recht worden ontleend. Deze informatie wordt in algemene bewoordingen en met terzijde lating van details weergegeven. Voor volledige informatie wordt verwezen naar de officiële stukken. Abonnementen: Per jaar N 13,61. Voor het buitenland N 15,88. Opgave schriftelijk bij administratie Defensiekrant (zie boven), in het geval van een dienstabonnement. Particuliere abonnees kunnen zich opgeven bij: Abonnementenland, postbus 20, 1910 AA Uitgeest, tel. 0900 - 226 52 63 of www.aboland.nl, waarna een acceptgirokaart wordt toegezonden. Adreswijziging: Het verdient aanbeveling adreswijzigingen vroegtijdig en uitsluitend schriftelijk op te geven; het kost enkele weken voor het nieuwe adres in het verzendbestand is opgenomen. Layout: Theo Olsthoorn (UnitedGraphics, postbus 659, 2700 AR Zoetermeer) Druk: DeltaHage, Den Haag ISSN: 0167-0808