Vakblad voor diakenen / 20e jaargang, nummer 6 / december 2007
Themanummer: Diaconaat in de buurt Diaconale praktijk uit Ermelo / Winkel / Nieuw-Lekkerland / Veendam / Maartensdijk / Neede / Pakistan / Amsterdam / Raalte / Gouda / Breda Antenne: Hoe zichtbaar is de diaconie? / Hulp voor asielzoekers zonder pardon
Colofon
4
DIAKONIA, 20E JAARGANG, NO. 6, DECEMBER 2007 Tijdschrift voor hen die plaatselijk actief zijn op diaconaal gebied.
UITGEVER Diakonia verschijnt zesmaal per jaar en is een uitgave van de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk in Nederland voor het diaconale programma van Kerk in Actie. Kerk in Actie is het missionaire en diaconale werk in binnen- en buitenland van de Protestantse Kerk in Nederland. Delen van dit werk worden uitgevoerd mede namens tien oecumenisch georiënteerde kerken en organisaties in Nederland.
REDACTIERAAD Sjon Donkers, Jac Franken, Henk van IJken, Riet van der Kooij, Gerda van Leeuwen, Henny Nagelhout (eindredacteur), Jan Ritman, Corinth van Schaik, Ruud Slabbertje (voorzitter), Irene Stok, Carla van der Vlist.
14
24
OPMAAK EN DRUK Roto Smeets GrafiServices, Utrecht.
ADMINISTRATIEADRES Adressen- en periodiekenadministratie, Postbus 8504, 3503 RM Utrecht, tel. (030) 880 17 25, fax (030) 880 15 84, e-mail:
[email protected]
REDACTIEADRES Postbus 456, 3500 AL Utrecht, tel. (030) 880 17 90, fax (030) 880 14 57, e-mail:
[email protected]
ABONNEMENTEN
26
De abonnementsprijs bedraagt € 12,70 per jaar. Losse nummers € 2,65.
GESPROKEN DIAKONIA Diakonia is ten behoeve van visueel gehandicapten ook verkrijgbaar in gesproken vorm op audiocassettes. Voor een abonnement of een proefcassette kunt u terecht bij de CBB, Postbus 131, 3850 AC Ermelo, tel. (0341) 56 54 77. Daar kunt u ook informatie krijgen over de uitgave in brailleschrift.
WEBSITE www.kerkinactie.nl ISSN 0167 - 1472
2
Diakonia - december 2007
Van de redactie
Inhoud Van de redactie
3
Antenne: Hoe zichtbaar is de diaconie?
4
Uit de praktijk: Neede actief voor Pakistan
8
Actueel: Armoede overwinnen in Pakistaanse sloppenwijken
10
Ontmoetingen in Maartensdijk
11
Op de stoep bij: Fie Freriks in Raalte 12 Uit de praktijk: “Ieder individu is anders, ook binnen de groep van moslims”
14
Bezoek aan gevangenen in Breda 16 Ermelose diakenen zetten inloophuis op
17
Bidden en werken in Winkel
19
Op zoek naar een plek in een nieuwe leefwereld
21
Actueel: Geen pardon maar wel perspectief
23
Diakenenpanel: weten inwoners uw diaconie te vinden?
24
Achtergrond: Diaconale Allianties van Hoop in achterstandswijken
25
DiaKoos
27
De Verbinding: Aanloophuis Veendam geeft al zestien jaar geborgenheid
27
Korte berichten
30
Gebed: Goede God
32
Diakonia - december 2007
Zoektocht Hoe weet je waar je als diaken nodig bent? Dit themanummer van Diakonia biedt daarvoor tal van aanknopingspunten. Of je nu diaken bent in een dorp of in een stad, kwetsbare mensen zijn er overal. De kunst voor diakenen is om hen te vinden en in hun buurt te zijn, met aandacht, een helpende hand of een andere manier van diaconale nabijheid. Evert Jan Hazeleger van Kerk in Actie zegt het op pagina 4 zo: “Dé primaire opgave van elke diaconie: wees diaconaal aanwezig bij wat je in je eigen omgeving ziet. Dus houd je oren en ogen open en wees diaken in je eigen, directe buurt. Als kerk sta je letterlijk middenin je woonomgeving. Op die manier bén je al in de buurt van mensen. Daarmee heb je als kerk een enorme voorsprong… Je moet alleen laten zien dat er iets gebeurt vanuit dat kerkgebouw, vanuit de diaconie.” Dat iedere diaconie deze zoektocht op een eigen manier invult, blijkt wel uit dit praktisch getinte themanummer van Diakonia. Veendam, Neede, Ermelo, Winkel, Texel, tot Gouda, NieuwLekkerland en Breda: in dit nummer komen tal van diaconieën en diaconale initiatieven in beeld. Om ideeën op te doen voor wie niet weet waar te beginnen. Om te zien dat je niet de enige diaconie bent die worstelt met zichtbaar zijn. En om te ontdekken dat iedere diaconie alleen maar kan uitgaan van haar eigen mogelijkheden. Want wat in Ermelo bijvoorbeeld nog mogelijk is, kan misschien niet in een stad. En wat in een stad als Gouda wel lukt, is ondenkbaar in een dorpsdiaconie. Daarom biedt dit nummer een variatie aan manieren om als diaconie in de buurt te zijn van mensen die dat nodig hebben.
Waaróm doen diakenen dat allemaal? Pietie Voogd uit Winkel (pag. 19): “Lid zijn van een geloofsgemeenschap brengt verantwoordelijkheid met zich mee. Als we allemaal wachten tot de ander iets gaat doen, gebeurt er niets. We houden van aanpakken, actie, we willen iets betekenen voor onze medemens. Hoe kan dat beter, mooier, dan vanuit het geloof in de God die liefde is?” En de Goudse diaken Josette Broekman haalt haar bemoediging uit een boek (pagina 14): “Mijn verlangen is dat in de harten van mensen hoop wordt gewekt, verzoening, vrede en liefde. Ik hoop dat God ook in onze dagen iets nieuws schept, een nieuwe manier van samenleven, een nieuwe vorm van evenwicht tussen de mensen.” Henny Nagelhout eindredacteur
Bij de voorpagina: Inloophuizen geven diaconaat in de buurt gezicht. foto: Kerk in Actie
3
Antenne
Diaconaat in de buurt. Wat betekent dat? Evert Jan Hazeleger, adjunct programmamanager van Kerk in Actie, vertelt over de betekenis van deze nieuwe invulling voor eeuwenoud diaconaal werk.
Hoe zichtbaar is de diaconie? “De eerste diaconale actie zie ik bij Jezus en zijn discipelen die zakgeld bij zich hadden voor de armen die ze in hun buurt tegen kwamen. Zo zie ik diaconaat in de buurt, het oudst denkbare diaconale thema. Ook nu is dé primaire opgave van elke diaconie: wees diaconaal aanwezig bij wat je in je eigen omgeving ziet. Dus houd je oren en ogen open en wees diaken in je eigen, directe buurt”, zegt Evert Jan Tekst Henny Nagelhout Hazeleger. Heb je als diaconie een speciale plek in de samenleving? “Als diaconie zie je wat er maatschappelijk allemaal aan de hand is. In je eigen wijk, in Nederland en wereldwijd. Tegelijk sta je als kerk letterlijk in die maatschappij. Het kerk-
gebouw staat immers midden in je woonomgeving. Op die manier bén je al in de buurt van mensen. Daarmee heb je als kerk een enorme voorsprong op veel andere organisaties die ook hulp verlenen. Bij de kerk staan de mensen
Boven: Evert Jan Hazeleger
DIACONAAT IN DE STAD In de Utrechtse Geuzenwijk staat inmiddels meer dan zestig jaar de Roobolkapel, een huisje tussen de huizen in de Cornelis Roobolstraat. Toen zeiden de mensen van de ‘Stadszending’: als de mensen niet naar de kerk komen, moet de kerk naar de mensen gaan. En dat is nog altijd het uitgangspunt van het buurtpastoraat in de Geuzenwijk, een combinatie van diaconaat en pastoraat.
En maandagmorgen is het open huis in de Roobolkapel. Voor de één is ‘naar de Roobol’ onderdeel van het weekprogramma. Een ander komt even binnenwippen als ze tijd heeft. Een derde om even iets te vertellen of te vragen. We houden elkaar op de hoogte van wel en wee. En soms worden er onderlinge afspraken gemaakt om elkaar te bezoeken of samen iets te gaan doen.
Twee keer per maand wordt een viering gehouden: zingen, bidden, kaarsjes aansteken en ons afvragen wat de bijbel ons vandaag te zeggen heeft. De aanwezigen doen mee. En als er wat te vieren valt - van Sinterklaas tot Pasen - dan doen we dat. Ds. Erna Treurniet, buurtpastor Geuzenwijk met een buurtbewoner.
Dit buurtpastoraat is present bij mensen en groepen mensen in de buurt, met aandacht voor wel en wee, voor waardigheid en zeggenschap, voor geloof en ongeloof. Oprechte, belangeloze aandacht krijgen, doet goed, is heilzaam. Het is ook een schaars goed in onze samenleving. Ik ontmoet mensen op straat, bij hen thuis, in de speeltuin, in de Roobolkapel. Of bij activiteiten in de buurt, zoals het buurtfeest, de commissie die zich bezighoudt met de sloop- en nieuwbouwplannen in de wijk, het voedseluitdeelpunt. Het buurtpastoraat bestaat uit een netwerk van contacten: medewerkers, buurtbewoners, groepen buurtbewoners. Ik probeer mensen met elkaar in contact te brengen, als een soort verbindingsofficier.
4
Diakonia - december 2007
DIACONAAT IN EEN DORP - TEXEL Op Texel leent de diaconie scootmobiels uit. Voorzitter Jantine Brouwer en adviseur ds. Caroline der Nederlanden vertellen vol enthousiasme over dit werk van hun diaconie in Waddengemeente Cocksdorp, Oudeschild en Oosterend: “Op een gegeven moment merkte een diaken op dat iemand geen scootmobiel had, terwijl hij ‘m wel nodig had. Bij navraag bleek dat je als gehandicapte moest kiezen: of een autovergoeding of een scootmobiel. Toen bleek dat er ook iemand was die oude scootmobiels opknapte. De diaconie heeft er toen een gekocht.”
in feite op de stoep. Je moet alleen laten zien dat er iets gebeurt vanuit dat kerkgebouw, vanuit de diaconie. Je kunt je letterlijke positie in de buurt gebruiken door zichtbaar te zijn. Niet alleen via het kerkgebouw, maar ook met activiteiten: een inloophuis, een kraam op de markt, een maaltijdvoorziening, een voedselbank, formulierenhulp en ga zo maar door. Op dit moment is er veel te doen rond het verbeteren van achterstandswijken. Ook als kerk kun je een rol spelen in het verbeteren
Diakonia - december 2007
“Op een zeker moment stond er op de jaarlijkse rommelmarkt een scootmobiel te koop. Een van onze diakenen kreeg toen het idee om deze scootmobiel te kopen en beschikbaar te stellen aan mensen die tijdelijk zonder zaten, of in afwachting waren van een eigen scootmobiel. Langzaam groeide het project. Nu heeft de diaconie er zes. Met grote regelmaat worden deze uitgeleend. Iedereen op Texel weet ervan.” De scootmobiel kun je zien als een manier van de diaconie om nadrukkelijker naar buiten te treden, in de buurt aanwezig te zijn.
Daarnaast richtte de diaconie de werkgroep ‘Kerk en Minima’ op, eilandbreed. Van hieruit organiseert de diaconie nu jaarlijks een soort Lagerhuis. Zo komen de boeren, de vissers en de vissersvrouwen aan het woord. In 2008 komt er een Lagerhuis-avond met de detailhandel. Deze avonden worden door veel mensen binnen en buiten de kerk bezocht. Ze leiden ertoe dat mensen openhartiger zijn over hun zorgen. Intussen is nu ook de Voedselbank Texel opgericht. De diaconie geeft financiële ondersteuning.
van die wijken. Het thema is oud maar nu ook weer nieuw. Je kunt het als diakenen oppakken. Laat je stem plaatselijk horen. Laat merken dat je weet wat er in de buurt speelt en dat de kerk daar een rol speelt.”
wijkenbeleid. Dit is niet gelukt, maar de kerken zijn daar al tientallen jaren zichtbaar met diaconaal werk voor randgroepjongeren. Het Groningse project Neon (zie projectenboek Geloof in uitvoering) is daar een voorbeeld van. Het is een uitdaging voor andere kleine diaconieën om hun krachten te bundelen en diaconaal in de buurt te zijn. Op Texel is ook een prachtige diaconale activiteit ontstaan. En zo zijn er meer kleine diaconieën die zich zichtbaar maken in hun buurt.
Hoe kunnen kleine diaconieën zich zichtbaar maken? “Ook op het platteland zijn achterstandswijken. Enkele gemeenten in Oost-Groningen hebben onlangs minister Vogelaar gevraagd ook hen op te nemen in het pracht-
Siep Rienstra, diaconaal gemeenteadviseur Noord-Holland.
5
Antenne
Aan de andere kant speelt het thema van de leefbaarheid van het platteland. Ook daarin heeft de diaconie een rol, omdat de kerk als een van de weinige sociaal getinte organisaties nog aanwezig is. De diaconie kan, samen met anderen, in buurt- of dorpshuizen aanwezig zijn om ook als kerk daar een post te hebben. Allerlei vormen van inloophuizen spelen zo een rol in het vergroten van de leefbaarheid van het platteland. Dat gebeurt juist op het platteland.”
Wat is de rol van de diakenen hierin? “Ik denk dat de diaken initiatief moet nemen als er geen laagdrempelige, zichtbare diaconale post is, of dat nou een inloophuis, een spreekuur, of een meldpunt is. Zo’n diaken schept de een of andere mogelijkheid waar mensen kunnen aankloppen. Hij of zij bewaakt dat de kerk in de buurt aanwezig is. Aan de uitvoering van dat werk mag iedereen meedoen, maar de diaken is aanspreekbaar op het bestaan van zo’n punt. Diakenen moeten de ogen open houden en aanzwengelen dat de kerk er is voor mensen die in het nauw zitten.”
Is ‘diaconaat in de buurt’ ook een manier om mensen in de knel op te sporen? “Jazeker, ik zie zo’n diaconale post als een heel toegankelijke manier om in de buurt aanwezig te zijn, waar iedereen kan binnenkomen om een kop koffie te drinken. Achter de behoefte aan koffie en een praatje gaan soms andere dingen schuil. Zo kun je als diaken problemen op het spoor komen en samen bedenken welke mogelijkheden je hebt als diaconie. Zoals materiële hulp, ondersteuning in hulpbemiddeling, ontlasten van mantelzorgers, allerlei vormen van aandacht.”
sociale functie hebben. Het hoeft niet per se om financiële hulp te gaan.”
Hoe kun je in een nieuwbouwwijk, of een vinexwijk als diaconie present zijn? “Bundel je krachten met andere kerken, als dat kan. Probeer van het begin af aan samen op te trekken. Zoek een vorm waarin je als kerk laat zien dat je er bent. Ga bijvoorbeeld de markt op met een kraam, presenteer je mogelijkheden, denk mee in de wijkontwikkeling met de gemeenteraad. Probeer het kerkgebouw een sociale functie voor de hele wijk te geven, zoals in Weidevenne, de vinexwijk van Purmerend.”
DIACONAAT IN EEN NIEUWBOUWWIJK Toen de wijk Weidevenne zo’n tien jaar geleden aan Purmerend toegevoegd werd, stonden de plaatselijke oecumenische kerken voor de vraag hoe zij aanwezig konden zijn. Aan de noodzaak van aanwezigheid in de nieuwbouwwijk werd niet getwijfeld, maar een nieuw kerkgebouw was geen optie. Daarom werd het Weidekerkhuis opgezet, gehuisvest in een van de woningen in de wijk. Het biedt ruimte voor ontmoeting en gesprek, al dan niet in relatie met geloof en godsdienst. Vieringen worden in het Weidekerkhuis niet gehouden omdat daar elders in de stad genoeg mogelijkheden voor zijn. Ook wordt er niet geëvangeliseerd, een bewuste keuze, kort weergegeven in de bijbelse woorden ‘doe wel en zie niet om’.
Voor werelddiakenen ligt het misschien niet zo makkelijk. Hoe kan een werelddiaken in de buurt zijn van de mensen in het Zuiden? “Werelddiakenen en zwo-groepen hebben sinds dit jaar de mogelijkheid om een relatie aan te knopen met een project dat Kerk in Actie steunt. Letterlijk zelfs, met contacten en wederzijdse bezoekmogelijkheden en al. Met deze nieuwe werkwijze van Kerk in Actie (Kerk in Actie Interactief) ontstaat er meer betrokkenheid tussen onze plaatselijke gemeenten en het project waarvoor ze zich inzetten. Ze brengen het geld bij elkaar én hebben contact over hoe het de mensen daar vergaat, wat hun hulp oplevert. Zo komen de mensen uit het Zuiden als het ware toch dicht in je buurt.
In het Weidekerkhuis werkt kerkelijk werker Mario Boelen. Mario: “Dit is een belangrijke plek in de wijk waar mensen zich thuis kunnen voelen, als wijkbewoner, als mens, als buur. We willen open en gastvrij zijn voor iedereen, ongeacht afkomst.” Gevraagd naar de resultaten van dit project reageert Mario: “Natuurlijk is kwantiteit belangrijk, maar minstens zo belangrijk is het spirituele van het samenzijn in dit huis. Een themamiddag is niet alleen maar succesvol als er een x-aantal bezoekers komt. Het succes wordt ook bepaald door het contact onderling, door de gesprekken die gevoerd worden, door de veiligheid die met deze plek geboden wordt. Dat zijn geen meetbare resultaten.” Irene Versnel, redacteur Diakonia.
Voor diakenen in een ‘welvarende’ omgeving is het soms moeilijk om mensen te vinden die het moeilijk hebben. Hoe kunnen zij diaken in hun buurt zijn? “Je hoeft geen problemen te zoeken als ze er niet zijn. Toch wil ik deze diakenen meegeven hun ogen goed open te houden en zich zichtbaar te maken, bijvoorbeeld met een inloopmogelijkheid. In een situatie waar het mensen schijnbaar goed gaat, durven zij hun problemen misschien niet bespreekbaar te maken. Op hulp van de diaconie ligt soms nog een levensgroot taboe. Maar als je op een natuurlijke wijze aanwezig bent, ontdek je soms andere problemen bij de bezoekers. Eenzaamheid is zo’n voorbeeld. Zo kan een inloophuis een
6
Diakonia - december 2007
Antenne
Er zijn al gemeenten mee bezig. In Neede is er bijvoorbeeld een relatie met het Kerk in Actie-project St. Thomas Health in Pakistan. (zie pagina 8, red.) Maar ook met het meedoen aan de veertigdagentijdcampagne helpen werelddiakenen onze partners in het Zuiden. “De kracht van de projecten van Kerk in Actie is de samenwerking met kleine en kerkelijke partners in het Zuiden. We werken nauw samen met kerken die daar in hun eigen omgeving geworteld zijn, temidden van problemen. Via die partners ben je heel direct in hun buurt, ook in rampsituaties. Door deze kerkelijke banden hebben we, namens onze plaatselijke gemeenten, een infrastructuur die andere
VERGETEN WORDEN IS OOK EEN RAMP Met deze campagneboodschap vraagt Doekle Terpstra (voorzitter van ICCO en spreker tijdens de Landelijke Diaconale Dag op 17 november 2007) aandacht voor ontheemden in Sudan. Hij vindt dat wij hier in Nederland altijd moeten uitdragen dat de wereld groter is. Terpstra reisde afgelopen zomer naar het door burgeroorlog verscheurde land waar hij diverse vluchtelingenkampen bezocht. De bezoeken en gesprekken hebben diepe indruk op hem gemaakt. “Armoede kun je via media zien en horen, maar nooit ruiken. Daarom is het belangrijk om er aanwezig te zijn. Dat
Diakonia - december 2007
hulporganisaties niet hebben. Het voordeel van de samenwerking met ICCO is dat kerkelijke en niet-kerkelijke projecten in een zelfde buurt elkaar kunnen aanvullen en versterken. Het effect is dan nog groter.”
Diakenen hebben het vaak erg druk. Hoe kunnen zij dit allemaal voor elkaar krijgen? “Mijn advies is om zo min mogelijk te vergaderen. Een diaken die graag vergadert, kan de vertegenwoordigingen doen, omdat het diaconale geluid moet blijven klinken in kerkenraden, classes en synode. Laat de andere diakenen vooral concreet werk opzetten. Vraag voor de uitvoering hulp van vrijwilligers en zoek samenwerking met an-
sterkt mij in mijn besef dat je armoede niet moet willen accepteren, want armoede stinkt.” Schrikbarend, zo omschrijft Terpstra de leefsituatie van de ruim 2 miljoen Sudanese ontheemden. Deze ontheemden worden nagenoeg vergeten door de internationale gemeenschap. “Ze zijn de landsgrenzen niet overgestoken. Daarom kan de VNVluchtelingenorganisatie UNHCR minder daadkrachtig zijn voor de belangen van de ontheemden,” legt Terpstra uit. In de Nederlandse kerken en tijdens de Landelijke Diaconale Dag vraagt Terpstra namens Kerk in Actie & ICCO aandacht
dere kerken en organisaties van buiten de kerk. Denk dan bijvoorbeeld aan maatschappelijke organisaties en sleutelfiguren in de buurt en Youth for Christ, jongeren, Hulp in de Praktijk, dat bemiddelt tussen hulpvragers en hulpbieders zoals in Diakonia van augustus 2007 te lezen was. Dat zijn hulptroepen die je als diaconie kunt gebruiken. Als je je ogen open houdt, ontdek je dat er veel anderen bij jou in de buurt zijn die een stukje met je willen op lopen. De Protestantse Kerk heeft posters gemaakt met Iedere zondag open! Ik denk dat iedere kerk ook een poster kan maken met de tekst: ‘Diaconie bij u in de buurt’ (met de contactgegevens daarbij). Maak het diaconaat zichtbaar in je eigen buurt!”
voor deze ontheemden. Een rol voor de kerk ziet Terpstra weggelegd in de 40dagentijdcampagne ‘Vergeten worden is ook een ramp’. “Bewustwording is de rode draad. De kerk kan bijdragen aan het besef dat wij de meest bevoorrechten in de wereld zijn. We kunnen ons niet permitteren om niets te doen, terwijl miljoenen mensen creperen van de honger en armoede.” In dat licht wil hij aan diakenen meegeven dat ze zich niet alléén moeten fixeren op de eigen werkelijkheid. “Er is een grotere werkelijkheid en die moeten we niet uit het oog verliezen.” Hanan Nhass, bedrijfsjournaliste ICCO.
7
uit de praktijk Neede actief voor Pakistan Actief voor zending, werelddiaconaat en ontwikkelingshulp; de zwo-commissie in Neede doet dit al ruim tien jaar. De groep wil de wereld ver weg in de buurt van de eigen gemeenteleden brengen. Jaarlijks organiseert ze een oranjemarkt en adventsmarkt om geld in te zamelen voor een project van Kerk in Actie. In augustus staat ze bovendien op de Nationale Jammarkt. De komende twee jaar zet Neede zich in voor poliklinieken in de sloppenwijken van de Pakistaanse stad Islamabad. De inzet van één kerk in Nederland maakt in een ontwikkelingsland verschil. Tekst en foto Alie Toonstra Een kennismaking met Neede én het project in Islamabad. “Elk jaar bakken we 2400 kniepertjes.” Deze zoete, dunne wafel eten de Achterhoekers traditioneel rond de jaarwisseling. Op de adventsmarkt van de Protestantse Gemeente in Neede worden de wafels verkocht om geld in te zamelen voor het Kerk in Actie-project St. Thomas Community Health Network. Met een team van 35 medewerkers verleent deze organisatie gezondheidszorg aan vierduizend families in negen sloppenwijken van Pakistan. Naast de adventsmarkt houdt de gemeente ook ieder jaar een oranjemarkt en is de gemeente actief tijdens de Nationale Jammarkt in Neede. De succesvolle markten zijn een initiatief van de zwo-
8
commissie. Tiny Appeldoorn (62) en Aly van Baal (67) delen het voorzitterschap van de commissie. Dat in Neede een actieve zwo-groep aan het werk is, blijkt al snel als deze voorzitters aan het woord zijn.
Markten in Neede “Heel veel mensen werken mee aan de voorbereiding van de markten. Door middel van draaiboeken proberen we alles goed te laten verlopen”, legt Tiny uit. Zo zijn voor de jammarkt bijvoorbeeld het hele jaar mensen druk met het verzamelen van lege potten, het verzorgen van de bessenstruiken en weer anderen met het verbouwen van pompoenen en kalebassen. Aly: “We pro-
beren ook dit jaar aan de 8.000 euro te komen. Maar we houden het bij wat de markten opleveren; daarin moet je ook vertrouwen hebben.” “Elk jaar ben ik weer ontroerd dat je zo’n bedrag bij elkaar brengt door de inzet van de mensen”, vertelt Tiny.
Voorlichting over St. Thomas Health Naast het organiseren van de markten bevordert de zwo-groep bewustwording onder kerkleden. Tiny: “Als zwo-groep leggen wij de ‘derde wereld’ op het bordje van de gemeente.” Elke zondag wordt aandacht gevraagd en voorbede gedaan voor zwo-
Diakonia - december 2007
speerpunten uit de Gebedsbrief van Kerk in Actie. Ook doet de commissie zoveel mogelijk aan voorlichting over het Pakistaanse project om gemeenteleden warm te maken voor het werk daar. Zo ligt er bijvoorbeeld een uitgebreide beschrijving van het werk van het St. Thomas Community Health in de kerkhal. Op die manier probeert de zwogroep Pakistan een beetje dichterbij te brengen. Een keer per jaar is er een bijzondere zendingsdienst, aan het begin van de 40-dagentijd. Tijdens de afgelopen zendingsdienst introduceerde de zwo-groep het project in Pakistan in de gemeente. Via een beamer werden informatie en foto’s getoond. Ook wordt op deze zondag gecollecteerd voor het Pakistaanse project. De opbrengst van de Pinkstercollecte gaat naar Kerk in Actie voor het gekozen project. Voor de toekomst hoopt de commissie op meer interactie met Pakistan. ‘Het lijkt ons goed om echt contact te hebben, zodat je dat ook in de dienst kunt communiceren’.
Zwo en diaconie De zwo-commissie bestaat op dit moment uit negen leden. Tiny maakt vier jaar deel uit van de commissie en Aly is sinds twee jaar voorzitter. In het verleden was Aly als diaken actief in de kerk: “In de tien jaar dat de zwo-groep actief is, zijn de banden met de diaconie aangescherpt. Daarvoor werkte de commissie zelfstandig. Men kwam hooguit eens per jaar bij elkaar op bezoek.” Toen de zwo-groep en de diaconie het nodig vonden om te integreren, heeft een diaken zich bij de commissie gevoegd. Dit lid is inmiddels diaken-af. Daarom zoekt de commissie naar een andere invulling. Aly: “Je hebt elkaar nodig en je wilt ingebed zijn in het kerkelijke geheel. Je mag wel een eigen gezicht hebben, maar je werkt onder de vleugels van de kerkenraad.”
Jongeren “Als commissie moet je op zoek gaan naar jongeren. Het is belangrijk om jonge mensen enthousiast te maken voor onze activiteiten. Je moet het niet gezellig onder ons houden en laten doodbloeden, maar er juist
steeds anderen bij betrekken”, vindt Aly. “We moeten niet wachten tot jongeren zich aanmelden, we moeten hun vragen: “kun je wat voor en met ons doen?”
Inzet van talenten “Vertel me eens, wat hebt u nog in huis?” Deze vraag stelt Eliza in de Bijbel aan een arme weduwe, die haar schuldeiser verwacht en zich geen raad weet. Het enige wat de weduwe bezit is een kruikje olie. Maar door met de olie te doen wat Eliza haar opdraagt, is zij in staat haar schuld af te betalen. Voor de zwo-commissie is dit bijbelverhaal een duidelijke richtlijn. “Je moet dicht bij de gaven en talenten van de mensen blijven. Je moet binnen de gemeente kijken wat je hebt.” Aly vult aan: “Een beetje van jezelf en heel veel van God. Gebruik je talenten, dan ontvang je zegening van God.” Op de volgende pagina vertelt directeur Sholmeat Robin van het St. Thomas Community Health Network over hun werk in Islamabad.
Onder: Tiny Appeldoorn (links) en Aly van Baal
Diakonia - december 2007
9
Actueel
Armoede overwinnen in Pakistaanse sloppenwijken ”Dankzij de genade van God en de steun van partners en vrienden, hebben we de gemeenschap van de sloppenwijken al 25 jaar kunnen dienen”, schrijft Sholmeat Robin, directeur van het St. Thomas Health Community Network in Pakistan. Sinds 1982 is dit project in de hoofdstad Islamabad actief op het gebied van gezondheidszorg en gemeenschapsopbouw. In 2007 helpen de 35 medewerkers bijna 4.000 families uit negen sloppenwijken. Tekst: Alie Toonstra, Foto Dick Kleinhesselink n een e-mail schrijft mevrouw Sholmeat Robin dat ze zeer dankbaar zijn en verheugd te horen dat de protestantse gemeente in Neede bidt en geld inzamelt voor hun project. “Het is bemoedigend dat, ook al zijn de gemeenteleden niet lijfelijk aanwezig in ons land, wij in gedachten en gebed één zijn.”
I
Leven in de sloppenwijken Ongeveer 165 miljoen mensen wonen er in het islamitische Pakistan. De verschillen tussen rijk en arm zijn erg groot. In de moderne hoofdstad staan grote gebouwen. In de valleien bevinden zich uitgestrekte sloppenwijken. Hier wonen veel mensen die op zoek naar geluk en een baan vanuit het platteland naar de stad zijn vertrokken. De meesten behoren tot de laagste inkomensgroep van de stad. Ze werken voor een laag loon als schoonmaker of straatveger voor rijke families of bij overheidskantoren. Het bestaan van de sloppenwijken wordt door de overheid ontkend, waardoor geen voorzieningen worden aangelegd. Er is gebrek aan schoon water, gezondheidszorg, infrastructuur, riolering en elektriciteit. Deze mensen kunnen zich machteloos voelen en hun eigenwaarde verliezen. Hun mentaliteit kan verslechteren; steeds vaker ontstaan vechtpartijen in de gemeenschappen.
St. Thomas Health Community Network Het doel van dit project is het verbeteren van de levensstandaard van de inwoners in de sloppenwijken, met kwalitatief goede en betaalbare onderwijs- en gezondheidsvoorzieningen. Het St. Thomas Health Community Network beschikt over negen
10
poliklinieken waar inwoners terecht kunnen voor medische zorg, consultatie en voorlichting. Het netwerk is onderdeel van het protestants verenigde bisdom Lahore, dat op 250 kilometer van de hoofdstad ligt. Er wordt veel gewerkt met vrijwilligers die betrokken zijn bij de kerkelijke gemeenschap. St. Thomas Church ligt aan de rand van de stad. Deze lokale gemeente steunt de werkzaamheden ook financieel, maar sinds ‘9/11’ zijn de inkomsten van de kerk aanzienlijk gedaald. Ambassades en internationale bedrijven zijn namelijk weggetrokken, met als gevolg dat er bijna geen buitenlandse christenen meer naar deze kerk gaan.
Gemeenschapsopbouw Naast de activiteiten op het gebied van gezondheidszorg werken de medewerkers ook aan gemeenschapsopbouw. Bij de landelijke overheid en de gemeente wordt gelobbyd voor betere voorzieningen. Met sport -en spelactiviteiten wil men de eentonigheid van het leven in de sloppenwijk doorbreken. Het project houdt daarnaast diverse bijeenkomsten, vergaderingen en discussies voor de inwoners, zodat ze inzicht krijgen in hun problemen.
Strijd tegen armoede Mrs. Sholmeat Robin schrijft dat mensen moeten begrijpen dat, ook al zijn ze arm, ze de armoede kunnen overwinnen. Daarom organiseerde St. Thomas op 17 oktober een seminar voor de medewerkers en de gemeenschap. De deelnemers kwamen tot de conclusie dat ze hun armoedeproblemen te boven kunnen komen door ‘te weigeren arm te zijn’. En dat ze daarvoor de juiste stappen moeten nemen bij onderwijs, kostenbesparing en gemeenschapsopbouw. Deze mentaliteitsverandering zal tijd kosten, maar de inwoners zijn bereid de eerste kleine stappen te zetten.
Medische zorg Binnen het project gaat de aandacht met name uit naar de zorg voor moeders en kinderen. Ze kunnen in één van de klinieken terecht voor prenatale zorg, vaccinatie, voedingsadvies, advies voor geboorteplanning en hygiëne en eenvoudige medische behandelingen. De hulpverleners gaan ook regelmatig langs de deuren voor zorg en advies. Zo houdt men zicht op de ontwikkelingen in de gemeenschap. Het bezoek aan huis biedt ook een goede gelegenheid voor het opbouwen van relaties met nieuwkomers, in de hoop dat zij in het vervolg ook naar de klinieken komen voor hulp en gezondheidsvoorlichting. Ruim tien jaar is er binnen het project speciale zorg voor verstandelijk en lichamelijk gehandicapte kinderen. Het St. Thomas werkt aan de acceptatie van deze kinderen binnen de gemeenschap.
Diakonia - december 2007
uit de praktijk
Ontmoetingen in Maartensdijk
Al zestien jaar vindt in de Ontmoetingskerk in Maartensdijk elke laatste donderdag van de maand een gezamenlijke maaltijd plaats. Initiatiefneemster Maartje Siemons en één van de medewerkers Wil van ’t Land vertellen over de oprichting van Samen Eten en geven tips over de aanpak van het project. Tekst Ellen van der Kemp Foto Han Siemons “In de jaren tachtig had je het Conciliair Proces”, begint Maartje haar verhaal over de start van het project Samen Eten. “We waren toen heel bezinnend bezig. Op een gegeven moment wilden we er iets concreets mee doen. Het leek mij leuk een eetproject te starten. Ik had dat gezien in Utrecht Overvecht en het sprak mij erg aan.” Sommige mensen in Maartensdijk waren sceptisch. Lukt dat wel in een dorp? Maar Maartje zette door. Via het kerkblad vroeg ze mensen die wilden helpen. De eerste die zich aanbood was Wil van ’t Land. Al snel was er een werkgroep gevormd van vijf mensen. Wil: “We hebben adressen verzameld van mensen van wie we dachten dat ze wel interesse hadden om te komen en die hebben we benaderd. Ook hebben we berichten geplaatst in de plaatselijke bladen. De eerste keer kwamen er 28 mensen!”
Diakonia - december 2007
Iedereen is welkom Nu, zestien jaar later, komen er gemiddeld zo’n veertig mensen per keer. “Iedereen is welkom”, zegt Maartje. “We organiseren het vanuit de Ontmoetingskerk”, maar dat betekent niet dat alleen mensen uit onze kerk mogen komen. Er komen ook mensen van de katholieke kerk. Zo heb je contact met elkaar en hoef je niet moeilijk te doen met oecumene, dialoog en dergelijke. Er komen alleengaanden, mensen met een beperking en mensen die niks met de kerk hebben. Dat er zoveel mensen komen, is voor ons een teken dat er behoefte aan is.”
Goedkoop Maartje legt uit hoe Samen Eten in zijn werk gaat. “Twee leden van de werkgroep hebben eens in de zoveel tijd kookbeurt. Samen met een van de gastkokers die we hebben, verzinnen ze de gerechten en stellen een lijst
Geheel rechts: Maartje Siemons met boodschappen op. Vervolgens worden de taken en boodschappen verdeeld. We beginnen de avond met een sapje in de kring. Dan gaan we aan tafel en opent iemand met een gedicht. Na het toetje volgt de sluiting en daarna is er koffie. We zijn altijd om 19.15 uur klaar met het nagerecht, zodat mensen ’s avonds nog op tijd weg kunnen. Tijdens het afruimen gaat de geldtrommel rond. Daarna wassen we af en schuiven we alle tafels aan de kant, want de volgende dag is er sport in die ruimte.” Wil: “Voor 3,50 euro krijgen mensen een sapje, voorgerecht, hoofdgerecht, nagerecht en koffie. Doordat we op koopjes letten en alles zelf klaarmaken, kost het niet veel. We houden zelfs nog wel eens wat geld over. Dat schenken we dan aan de kerk, want we gebruiken per slot van rekening ook het gas, water en licht van de kerk. Daarnaast geven we zo mogelijk eens in het jaar een gift aan een ander sociaal project.”
Diaconie Maartje: “Het maaltijdproject valt onder de verantwoordelijkheid van de diaconie.” Zo is de diaconie ook in Maartensdijk zichtbaar. De dames hebben zelf ook tips voor kerken die een eetproject willen beginnen: zorg voor publiciteit; we hangen altijd affiches op, plaatsen een bericht in het kerkblad en we worden elk jaar vermeld in de MEE-gids voor mensen met een beperking. Het succes zit ‘m in de eenvoudige formule: we eten samen en als opening en sluiting wordt een mooi gedicht of een kort gebed voorgedragen. Dat is het. Het gaat puur om de ontmoeting.”
11
Op de stoep bij: Fie Freriks in Raalte Fie Freriks is voorzitter van het inloophuis in Raalte. “Je wordt geboren uit God met een taak en een opdracht om er samen iets van te maken, om de schepping leefbaar te maken voor iedereen. Een plek waar je moet omzien naar elkaar. Iedereen heeft daarin zijn eigen verantwoordelijkheden en talenten gekregen om er iets van te maken. Daarom doe ik dit”, zegt ze welbewust. Tekst en foto Sjon Donkers “Leiding geven en beleidmatige zaken passen bij mij,” zegt Fie. Ik zie een zelfverzekerde en daadkrachtige vrouw die goed weet wat ze wil. Iemand die volop in de maatschappij staat en die zich vanuit haar geloof laat voeden door andere mensen. “Ik vind het heel belangrijk dat je mensen waardeert en respecteert om wat ze zijn. Ieder mens is een schepsel Gods en mag er zijn zoals hij of zij is. Iedereen is uniek”, zegt ze. “Ik vind het daarom belangrijk te luisteren naar elkaar en niet star vast te houden aan je eigen mening. Je moet je eigen mening en levenswijze durven toetsen aan die van een ander, en de dingen die bij jou horen eventueel durven te veranderen. Het verruimt je blik als je argumenten en mogelijkheden Handen heb je om te geven van je eigen overvloed, en een hart om te vergeven, wat een ander jou misdoet. Open je oren om te horen, open je hart voor iedereen. Ogen heb je om te zoeken naar wat mensen nog ontbreekt, en een hart om uit te zeggen, wat een ander moed inspreekt. Schouders heb je om te dragen zorg en pijn van alleman, en een hart om te aanvaarden, wat een ander beter kan. Voeten heb je om te lopen naar een mens die eenzaam is, en een hart om waar te maken, dat geen mens een eiland is. Oren heb je om te horen naar een mens die vrede is en een hart om te geloven in zijn God die liefde is! Henk Jongerius Uit Geroepen om te zingen, nr.94
12
van de ander ziet. Zo werkt het ook in het inloophuis: je geeft iets en je ontvangt er altijd veel voor terug. En je rijpt er zelf door.” Veel heeft ze van huis uit meegekregen. Ook haar ouders waren maatschappelijk betrokken. “Zij leerden mij dat je altijd moet bedenken hoe iets overkomt bij de ander als je iets doet.” In de kerk heeft ze in veel commissies gezeten en is acht jaar ouderling geweest. Inmiddels doet ze, als vrijwilliger, diaconaal werk.
Leuk werk Haar instelling en ervaring kan ze als voorzitter van het inloophuis goed gebruiken. Fie vindt het belangrijk dat vrijwilligers plezier hebben in hun werk. “Het leuke van vrijwilligerswerk is dat je kunt kiezen wat bij je past.” Ze verwijst naar het bijbelverhaal over de talenten. “Je kunt er je talenten in ontwikkelen.” De club van zo’n dertig vrijwilligers ervaart Fie als een gezellige groep. Vier keer per jaar is er een bijeenkomst waarop zij ook zelf hun verhaal kwijt kunnen. Er wordt dan gesproken over een onderwerp dat te maken heeft met het inloophuis, bijvoorbeeld hoe je om kunt gaan met agressieve bezoekers. En er is een jaarlijks uitje met elkaar.
Inloophuis Het inloophuis in Raalte krijgt subsidie van de protestantse en rooms-katholieke kerken, maar is formeel niet kerkelijk gebonden. Fie ziet het inloophuis als een plek waar iedereen welkom is, onafhankelijk van een geloofsovertuiging. “Zo maken we de drempel zo laag mogelijk, je hoeft geen lid van een kerk te zijn. In een inloophuis komen gelovigen en niet-gelovigen samen en daar moet ruimte zijn voor iedereen.” De relatie met de kerken blijkt onder meer uit het feit dat de predikant en de pastorale medewerkers vanuit beide kerkgenootschappen regelmatig langs komen om een kop koffie te drinken. Zo kunnen ze horen wat er leeft én laten zien dat zij er zo nodig zijn. En de diakenen? “Zij weten dat het inloop-
huis er is. Als zij mensen ontmoeten van wie ze denken dat het inloophuis iets voor hen is, geven zij dat aan. En van ons verwachten ze dat wij naar hen terugkoppelen als we iets signaleren op diaconaal vlak. Net als diakenen zijn ook wij geen professionele hulpverleners. We bieden een luisterend oor, en als iemand hulp nodig heeft verwijzen we door. Wij hebben de hele sociale kaart van Raalte. En de Adviesraad voor Werk & Inkomen komt bijvoorbeeld regelmatig langs.” Fie voelt zich thuis in deze combinatie van pastoraat en diaconaat, zo blijkt.
luie kerkganger Naast het werk voor het inloophuis is ze ook gemeenteraadslid en werkt ze in een basisschool als intern begeleidster en remedial teacher. Een druk bestaan dus. Als ik haar vraag hoe ze het volhoudt, zegt ze: “Natuurlijk heb ik af en toe de behoefte om even alleen te zijn. Even buiten te zitten of een boek te lezen.” Ze noemt de zegenbede van St. Patrick als voorbeeld van een tekst waardoor ze zich kan laten troosten in moeilijke tijden. “En verder mag ik graag breien, wandelen of fietsen in omgeving.” Haar nuchterheid blijkt als ze zegt: “En gewoon de dingen stukje voor stukje te doen. Je agenda goed in de gaten te houden én je van te voren niet te druk maken. Heel eenvoudig dus.” Dan introduceert ze de term ‘luie kerkganger’. “Ook de kerk heb ik nodig voor mijn inspiratie. Ik ga naar de kerk omdat mijn geloof gevoed moet worden. Want als ik niet zou gaan, dan moet ik op een andere manier aan mijn inspiratie komen, en dat kost veel meer moeite dan ’s zondags naar de kerk gaan. Ik ben dus een luie kerkganger. Met een goede preek of een lied als ‘Handen heb je om te geven’ (zie kader) kan ik er dan weer even tegenaan.”
www.protestantsegemeenteraalte.nl
Diakonia - december 2007
“Zo werkt het ook in het inloophuis: je geeft iets en je ontvangt er altijd veel voor terug.”
Diakonia - december 2007
13
uit de praktijk Diaken Josette Broekman brengt allochtone en autochtone Goudse buurtbewoners bij elkaar
“Ieder individu is anders, ook binnen de groep van moslims” Josette Broekman (36) is diaken met een bijzondere taak. Ze legt en onderhoudt contacten met allochtone bewoners in de wijk Korte Akkeren in Gouda. Zij is verbonden aan de Westerkerk, een protestantse wijkgemeente in wording, die midden in deze wijk staat. Tekst Henk van IJken foto’s Josette Broekman en Henk van IJken
at kan onze kerk betekenen voor jongeren uit de buurt? Met die vraag stapte diaken Josette Broekman een tijdje geleden af op Noeri, Marokkaans jongerenwerker voor de gemeente Gouda. Hij reageerde meteen: “heel veel”. Ze spraken af om dit concreter te maken met een activiteit voor de jeugd. Samen kwamen ze uit op een besloten optreden van Marokkaanse rappers en een praiseband uit Gouda. Een avondvullend programma voor jongeren uit de Westerkerk en vrienden van de rappers, waarbij er ook voldoende gelegenheid zou zijn om met elkaar te praten. “We hopen
W
14
dat de muziek een samenbindende factor wordt”, zegt Josette. Het concert staat nog op stapel.
Spelletjes met de kinderen uit de buurt Een ander opvallend initiatief speelde zich deze zomer af. Samen met de commissie Kerk naar buiten, die kerkelijke jeugd en jongeren uit de wijk Korte Akkeren aan elkaar wil koppelen, nam Josette afgelopen zomer het voortouw voor een sport- en spelmiddag voor kinderen van de drie basisscholen in de wijk: rooms-katholiek, protestants en openbaar. Ook de beheerder
van de speeltuin was enthousiast. Op de spelletjesmiddag deden uiteindelijk rond de zestig kinderen mee aan schminken, koekhappen, het bekende werk. Ouders bakten pannenkoeken. De algemene teneur van de reacties was: dit moeten we vaker doen. “Misschien gaan we dit volgend jaar een aantal zondagen na elkaar doen”, zegt Josette.
Zichtbaar met een kerststal Het contact met de scholen had ze al eerder gelegd voor de ‘levende kerststal’, december vorig jaar bij de Westerkerk. “Zo’n idee gaat ineens groeien”, zegt Josette. “Het begon met een wild plan om de kerk met een kerstmarkt zichtbaar te maken in de buurt. Ze vroeg de katholieke basisschool om hulp bij de inrichting van de levende kerststal. Van oorsprong is dit immers een katholieke traditie. Het enthousiasme van Josette werkte zo aanstekelijk dat de directeur van de katholieke basisschool zelf de stal bouwde. Met een
Diakonia - december 2007
Linksboven: Spelmiddag voor kinderen in de wijk Onder: Josette Broekman juf van de school sprak ze af dat deze de kinderen erbij zou betrekken. De plaatselijke kinderboerderij wilde dieren in bruikleen geven. Josette regelde ook een paardentrailer. Een diaconaal doel in de zin van: financiële hulp geven aan mensen die het slechter hebben dan wij, ontbrak nog. Josette riep de hulp in van de Westerschool voor het vullen en versieren van schoenendozen met bruikbare artikelen voor kinderen, ergens op de wereld. Voor dit doel werd ook geld ingezameld. Ook het wijkteam droeg een steentje bij door de verkoop van zelfgemaakte kaarten.
Ieder individu is anders “Mijn motivatie voor het werk met allochtone buurtbewoners heeft te maken met mijn verleden”, zegt Josette. “Ik ben doktersassistente en werkte twaalf jaar in de Haagse Schilderswijk. Daar heb ik een verwijdering tussen allochtonen en autochtonen ervaren. Mensen hadden zo hun ideeën over elkaar, en soms ook terecht. Van mijn broer die bij de politie werkte, hoorde ik wel het een en ander over de criminaliteit in de wijk. Maar ik ben in dezelfde tijd ook steeds meer de mooie kant van mensen uit een andere cultuur gaan zien. Ieder individu is anders, ook binnen deze groep. Daarom gaat het mij aan het hart als deze mensen
Diakonia - december 2007
in het nieuws steeds op een negatieve manier en als groep worden weggezet. Ook voor degenen die rotzooi trappen, hoop ik dat ze contact krijgen met hun diepere bronnen en ontdekken wie ze zelf zijn.” Uit ‘Boek van verlangen’ van Anselm Grün leest ze een paar zinnen voor: “Mijn verlangen is dat in de harten van mensen hoop wordt gewekt, verzoening, vrede en liefde. Ik hoop dat God ook in onze dagen iets nieuws schept, een nieuwe manier van samenleven, een nieuwe vorm van evenwicht tussen de mensen.”
Liefde delen Over haar motivatie zegt Josette: “De problemen rond Marokkaanse jongeren zijn groot in Gouda. Er is een hoop aversie en angst tegenover deze jongens, soms begrijpelijk. In de zomer is het in Korte Akkeren weer flink geëscaleerd. Deze jongeren zijn, net als wij allemaal, beelddragers van God, ook al is dat beeld niet altijd even helder meer - dat geldt trouwens voor iedereen. God maakt geen onderscheid. Zijn liefde biedt Jezus ons aan en hij nodigt ons uit die in ons leven zichtbaar te maken. Zo hoop ik dat er iets van die liefde mag gaan groeien onder ons, Westerkerkers en jongeren uit Korte Akkeren, als wij elkaar leren kennen. Henri Nouwen zegt in een van zijn boeken
dat Jezus ons uitnodigt om uit het huis van de angst te komen en bij hem in het huis van de liefde te komen wonen. Als kerk zijn we er denk ik om die liefde te delen. Het is heel idealistisch: bijna de hemel op aarde. Maar toch drijft dat diepe verlangen mij. Soms zo erg dat het me boven het hoofd dreigt te groeien. Na mijn ervaringen in de Schilderswijk werd ik gebeld met de vraag of ik diaken wilde worden. Dat wilde ik, maar dan speciaal als ik met allochtone wijkbewoners kon werken. Omdat ik het gevoel heb dat God mij steeds op hun pad zet, heb ik geantwoord. Dit verzoek werd met open armen ontvangen. Nu heb ik het gevoel dat ik op mijn plek ben.”
Ontmoetingsgroep Josette zette ook een multiculturele vrouwengroep op. “Dat idee was hier nieuw. Daarom belde ik eerst de beheerster van buurthuis De Speelwinkel op. Zij vond het goed dat ik aanschoof bij de naailes met allochtone vrouwen. Ik vertelde wie ik was en dat ik als diaken van de Westerkerk contact zocht met mensen uit andere culturen en met een ander geloof.” Daaruit is een ontmoetingsgroep ontstaan. “We praten met elkaar over bijvoorbeeld opvoeding, gezondheid, geloof en traditie”, zegt Josette. “Sinds december 2005 komen we maandelijks bij elkaar, met 15 tot 25 vrouwen. Een voorbereidingsgroep van allochtone moslimvrouwen en autochtone vrouwen zorgt voor een gelijkwaardige inbreng. Afgelopen zomer hebben we met onze groep en een soortgelijke vrouwengroep uit de Goudse wijk Bloemendaal, in totaal vijftig vrouwen, het Museumpark Oriëntalis in Nijmegen bezocht. Naast de vrouwengroep is er vier keer per jaar een dialooggroep. Vorig jaar hebben we tijdens de ramadan gezamenlijk de iftarmaaltijd gehouden. En dit jaar opnieuw in september. Het mooiste moment vond ik dat waarop onze dominee bij het verbreken van het vasten voor de christenen een gebed uitsprak, terwijl een imam aan de andere kant van de zaal een islamitisch gebed uitsprak. Zo denk ik dat we met elkaar om moeten gaan. Elkaar respecterend, elkaar stimulerend in geloof en liefde. Ik geloof dat God daarbij aanwezig wil zijn, zoals het staat in Psalm 133 vers 3, waarmee ik die avond begon: Waar liefde woont, gebiedt de Heer de zegen. Daar woont Hij zelf, daar wordt Zijn heil verkregen, en ’t leven tot in eeuwigheid.
15
uit de praktijk
Links: Frans Spronk en André Roovers (links) werken mee met justitiepastoraat Breda.
Met bezoek en paasgroeten tóch in de buurt van gevangenen
Bezoek aan gevangenen in Breda Elk jaar rond Pasen sturen gemeenteleden een paasgroet naar politieke en criminele gevangenen in binnen- en buitenland als teken dat zij hen niet vergeten. Er zijn ook gemeenteleden die een gevangenis in de buurt hebben en vaste vrijwilliger zijn van de justitiepastor van die gevangenis. Een gesprek met Frans Spronk (diaken) en André Roovers (vrijwilliger) van de protestantse gemeente Breda Prinsenbeek. Tekst en foto Mieke Brak
Zo’n vijftien jaar geleden sprak gevangenispredikant Arie Poldervaart op een gemeenteavond van de protestantse gemeente Breda Prinsenbeek over zijn werk als justitiepastor. Toen hij gemeenteleden vroeg hem daarbij te helpen, wist gemeentelid André Roovers dat hij dat werk wilde doen: “Ik heb me aangemeld en ben gewoon begonnen.” Frans Spronk was diaken, en sneed het onderwerp aan in zijn kerkenraad. “We vonden het belangrijk om daar als gemeente achter te staan en mensen daarvoor te zoeken. Zelf ben ik het ook gaan doen, en blijven doen.” Op dit moment zijn er vier mensen die regelmatig een bajesviering in de vrouwengevangenis Breda bezoeken. Bovendien zingt er regelmatig een jongerenkoor Pro-Deo vanuit Kappelle Biezelingen (Zeeland).
Tranen bij de koffie Frans: “Bij elke viering is een van ons aanwezig. Aan het begin van de dienst staan we bij de deur, en delen de liturgie uit.” Na de dienst is er koffiedrinken: “Daar gaat het ons eigenlijk om”, vult André aan, “want dan komen de gesprekken los. In elke dienst komen er zo’n 20 à 30 vrouwen, maar je hebt maar tijd voor één echt goed gesprek.” André en Frans vragen nooit waarom een vrouw gevangen zit: “Wij kunnen hen, juist
16
omdat we alleen bezoekers zijn, onbevangen tegemoet treden.” Zij hoeven niet te weten hoe, wat en waarom, maar praten over wat de vrouwen van de dienst vonden, hoe het met de familie thuis gaat, hoe ze zich voelen. “Soms vertellen de vrouwen spontaan hun verhaal. Er stromen wel eens wat tranen”, bekent Frans, “Niet alleen bij de vrouwen, maar ook bij mij.” Frans en André weten natuurlijk wel in het algemeen waarvoor mensen zitten: “Meestal voor drugssmokkel, of voor een diefstal voor drugs. In een enkel geval voor moord, maar ook wel omdat ze hun schulden niet kunnen betalen. Laatst was een vrouw erg blij dat ze vrijkwam. Hadden ‘ze’ nog weer een schuld ontdekt en moest ze nog een maand langer zitten...”
Paasgroetenactie Hun gemeente doet elk jaar mee aan de Paasgroetenactie, maar daarin spelen beiden geen rol. André: “Dat bezoekwerk dat kan ik nog wel goed combineren met m’n werk, maar een mens moet keuzes maken, je kunt niet alles.” Frans kijkt nadenkend: “Misschien kunnen we bij die Paasgroetenactie eens vertellen over ons bezoekwerk, en wat het gevangenispastoraat voor gevangenen doet. Het zou geen kwaad kunnen als gemeenteleden een beter beeld krijgen van de gevangenen aan
wie ze een Paasgroet sturen. Het zijn geen lieverdjes, maar er zit wel een verhaal achter. De verhalen die je te horen krijgt, zijn soms zo intriest. En juist zij kunnen een bemoediging goed gebruiken! Dat is ook waarom ik dit werk al zo lang doe en volhoud. Het is nuttig, ik ben blij dat ik iets voor die vrouwen kan betekenen, gewoon door naar hen te luisteren, en hen te laten praten.”
PAASGROETENACTIE 2008 Elk jaar organiseren plaatselijke diaconieën, zwo-groepen en kerkenraden de Paasgroetenactie, die wordt gecoordineerd door Kerk in Actie: rond Pasen sturen gemeenteleden een paasgroet naar politieke gevangenen en mensenrechtenorganisaties in het buitenland, aan Nederlandse gevangenen in het buitenland en aan gevangenen in Nederlandse gevangenissen. Kerk in Actie werkt hierbij samen met Amnesty International, Epafras en het Nederlandse Justitiepastoraat. Alle informatie over deze actie is te vinden op www.kerkinactie.nl/paasgroetenactie. Hier is ook de evaluatie te lezen van de Paasgroetenactie 2007. Vanaf 1 januari 2008 vindt u hier de informatie over de Paasgroetenactie 2008.
Diakonia - december 2007
uit de praktijk Diaconale ‘parasol’ in de buurt van kwetsbare mensen
Boven: Henriëtte van Gils en Joke Pieters
Ermelose diakenen zetten inloophuis op In Ermelo zijn twee diakenen bezig met het opzetten van een inloophuis. Van de gemeente hebben ze een startsubsidie ontvangen en de woningcorporatie betaalt het eerste half jaar de huur van het pand. In januari 2008 hopen ze van start te gaan met het inloophuis. Henriëtte van Gils en Joke Pieters vertellen over het hoe en waarom.
netwerk zelf op te bouwen. Ik kom vaak mensen tegen die buiten de boot vallen en te maken hebben met complexe problematiek, zoals ziekte, scheiding, weinig geld. Dat staat in een schril contrast met mijn eigen leven. Voor deze mensen willen we iets diaconaals doen.”
Tekst Ellen van der Kemp foto Rob van den Eijnde
Voordat Joke en Henriëtte aan de slag gingen, hebben ze zich eerst uitgebreid georienteerd. “We zijn in de inloophuizen in Zwolle en Harderwijk gaan kijken en hebben op internet informatie opgezocht over inloophuizen”, vertelt Joke. “We hebben ook mensen gevraagd om met ons mee te denken. Daarna hebben we het even op een laag pitje gezet. Na driekwart jaar kregen we een verzoek vanuit de gereformeerde diaconie of we serieus verder wilden gaan met onderzoeken. We hebben toen een werkgroep gevormd van zeven mensen. Vervolgens hebben we contact gezocht met de katholieke kerk. Ook daarvan sloten zich een paar mensen aan bij de
oen Henriëtte van Gils diaken werd in de gereformeerde kerk van Ermelo merkte ze dat het in de diaconie vaak ‘over cijfertjes’ ging. “Ik wilde graag iets concreets doen als diaken.” Ook Joke Pieters vond dat haar diakenwerk concreter kon. Joke is acht jaar diaken geweest in de Lukaskerk, de kerk van psychiatrisch Ziekenhuis Meerkanten. Ambtsdragers van deze kerk zijn gedetacheerde ambtsdragers van de plaatselijke hervormde en gereformeerde kerk. Eén van de belangrijkste taken is het bezoekwerk aan de afdelingen van Meerkanten. In die
T
Diakonia - december 2007
zin was ik al heel concreet bezig als diaken, maar ik wilde diaconaat ook in het dorp in de praktijk brengen.”
Het begin De twee diakenen raakten met elkaar in gesprek en al gauw kwam het idee van een inloophuis ter sprake. Henriëtte: “In en rond Ermelo zijn veel instellingen; voor mensen met psychische problemen, voor blinden, voor mensen met een beperking. Steeds meer mensen komen zelfstandig wonen in de wijk, maar hebben geen sociaal netwerk en zijn ook niet in staat zo’n
17
Onder: Inloophuis
werkgroep. De groep groeide groter. Uiteindelijk zijn we nu met z’n twaalven. Daarvan vormen zeven mensen het bestuur en vijf de initiatiefgroep.”
De plaats van het inloophuis De eerste stap die de initiatiefgroep ondernam, was het houden van een enquête onder diverse instanties, zoals de politie, het maatschappelijk werk en de vrijwilligerscentrale om te peilen wat zij van het initiatief vonden. “Daar kwam uit dat het hen erg zinvol leek, maar dat ze dachten dat het moeilijk zou zijn om mensen over de drempel te krijgen. Maar ze willen wel naar ons doorverwijzen”, vertelt Henriëtte. “We hebben in de enquête ook gevraagd naar de plek waar het inloophuis zou moeten komen. Omdat er in het centrum al een Welzijnsinstelling actief is met een inloopfunctie, en in Oost de Stichting Welzijn Ouderen goed vertegenwoordigd is, kwam Wijk West naar voren als mogelijke locatie. In Wijk West zijn weinig voorzieningen. Er
is alleen een wijkcentrum, maar dat wordt weinig gebruikt. Bovendien zijn in deze wijk alle doelgroepen vertegenwoordigd: slechtzienden, ex-psychiatrische patiënten, ouderen. Daarom lijkt ons dit een geschikte plek waar mensen naar toe kunnen komen om te kletsen, hun verhaal kwijt te kunnen, een kopje koffie te drinken.”
Subsidie De diakenen verwachten in januari van start te gaan met het inloophuis, maar eerst zal er nog een verbouwing plaatsvinden. “Vorig jaar vlak voor Kerst stond er een bericht in de krant: gemeente Ermelo heeft 100.000 euro over. De wethouder had bedacht dat er een prijsvraag moest komen,
18
hoe het bedrag goed besteed kon worden. Het bedrag werd verdeeld over vier wijken. Voor elke wijk was er dus 25.000 euro beschikbaar. Het plan moest wel binnen een week ingeleverd worden.” Ze ging aan de slag en diende het plan voor het inloophuis in. Daarna hoorde ze niets. Tot ze een half jaar later hoorde dat het geld toegewezen werd. De gemeente stelde wel een paar eisen: het inloophuis is voor iedereen toegankelijk en er mag geen evangelisatie plaatsvinden. “Nou, dat komt helemaal overeen met onze doelstelling. We hebben wel binding met de kerk, maar we hoeven geen zieltjes te winnen. We willen gewoon een Open Deur zijn. Uiteindelijk was de toezegging heel makkelijk”, zegt Henriëtte, maar nu moeten we ervoor zorgen dat we alle declaraties inleveren en de papieren in orde maken.” Het geld van de gemeente wordt gebruikt voor de verbouwing en de inrichting. Bovendien betaalt woningcorporatie De
Groene Zoom de huur van het pand, omdat ook zij belang heeft bij sociale cohesie in de wijk. Toch is er meer geld nodig. Daarom schreef de initiatiefgroep ook fondsen en kerken aan. “We zijn op bezoek geweest bij het Overleg Kerken Ermelo. Daar werd zeer geïnteresseerd en welwillend geluisterd en gereageerd.”
Werving vrijwilligers Ook het werven van vrijwilligers lijkt voorspoedig te verlopen. “In het kerkblad hebben we een oproep geplaatst voor vrijwilligers”, vertelt Henriëtte. “We willen starten met een openingstijd van drie dagdelen en per dagdeel willen we twee vrijwilligers hebben. In oktober hadden zich al acht
mensen aangemeld.” Henriëtte neemt, samen met een vrijwilliger van katholieke komaf, de coördinatie van de vrijwilligers op zich. In het dagelijks leven is zij coördinatrice bij het Servicepunt Vrijwilligerswerk in Nunspeet. Ze vindt het niet erg om in haar vrije tijd hetzelfde soort werk te doen. “Je zit er als niet-betaalde kracht anders in. Bovendien kom ik gemakkelijk aan documenten en weet ik welke praktische dingen op de weg kunnen komen”, zegt Henriëtte. Uit ervaring weet ze bijvoorbeeld dat het handig is om richtlijnen op te stellen voor vrijwilligers en een informatieavond te houden. “We geven ook een introductiecursus aan vrijwilligers. Die cursus wordt opgezet door de werkgroep scholing. In die werkgroep zit iemand die dit soort cursussen vaker geeft. Zij is pas in Ermelo komen wonen en sloot zich al snel bij ons aan. Toevalligerwijs was ze in de plaats waar ze vandaan kwam ook coördinatrice in een inloophuis.”
De Parasol De werkgroep is op dit moment bezig met het inrichten van de ruimte. “Er komen zitjes en ook een grote tafel waaraan mensen een krant kunnen lezen, een spel doen en koffie kunnen drinken. Eventueel kunnen we ook activiteiten gaan organiseren, tekenen bijvoorbeeld”, fantaseert Henriëtte. “Als het eenmaal loopt willen we ook een eetgroep starten. Wat er in ieder geval komt, is een stiltehoek. Misschien gaan we iets met zingeving doen. Maar daar zijn we nog niet uit.” Waar de dames al wel uit zijn is de naam. Het inloophuis heeft de naam De Parasol gekregen. “Waarom deze naam? De Parasol is veelkleurig, zonnig, je kunt eronder schuilen en weer onder vandaan lopen wanneer je wilt, je zit beschut, maar je bent wel vrij”, zegt Joke. “En als we open zijn, zetten we een parasol buiten”, vult Henriëtte aan. “We hopen dat het gebouw en de plek ook een uitstraling zullen hebben. Verder schrijven we straks de lokale pers aan en vertellen we iedereen dat we er zijn.” Tips van Joke en Henriëtte: “Zoek contact met allerlei geledingen in de samenleving. Iedereen vindt het prettig om mee te denken en zo creëer je een draagvlak. Ook buiten de kerken. Zoek contact met de gemeente en met de politie. De start is het lastigst. Als het tegenzit, kan je het even laten sudderen, maar ga wel door. Pak je kansen en wees niet te bescheiden. Soms moet je zelfs een beetje hoog inzetten. Je zult dan merken dat er veel welwillendheid is en dat er behoefte is aan frisse nieuwe projecten.”
Diakonia - december 2007
Foto Irene Versnel
uit de praktijk
Boven vlnr: Pietie Voogd, Anyke Rienstra (achter), en Jeanne van der Kleij.
Bidden en werken in Winkel Hoe ben je diaconaal in de buurt voor mensen in de knel in een gemeente die uit vijf dorpen en een aantal gemeenteleden elders bestaat? Diakonia vroeg het Pietie Voogd (voorzitter), Anyke Rienstra (secretaris) en Jeanne van der Kleij (penningmeester). Zij vormen samen met nog drie andere diakenen de diaconie van de Protestantse Gemeente Winkel en omstreken, een gemeente met ongeveer 350 leden. Een gesprek met nuchtere aanpakkers. Tekst Irene Versnel
Nood opsporen Doordat de gemeente Winkel uit verschillende dorpen bestaat, valt het niet altijd mee om mensen in de knel op te sporen. Ze wonen niet zomaar om de hoek, waardoor het moeilijk zichtbaar is als iemand in het nauw zit. Daarnaast is hulp vragen moeilijk. Het vergt wat van een diaken om in deze omgeving te werken. Toch wordt een indrukwekkende rij activiteiten opgesomd: van zeepactie tot regionale ontmoetingsdagen, van schrijfacties voor Amnesty International tot stofzuigen bij hulpbehoevenden en van bezoekwerk tot inzamelingsacties, het gebeurt allemaal.
Diakonia - december 2007
Hulpvragen komen doorgaans via de predikant bij de diaconie terecht. Anyke: “De predikant is voor veel mensen hier een logisch en ook toegankelijk aanspreekpunt. Zonder hem zouden we nooit zoveel te horen krijgen. Je hebt de oren en de ogen van de ander nodig, dan is er veel mogelijk.”
Wet Maatschappelijke Ondersteuning De invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning heeft het werk van de diaconie iets gemakkelijker gemaakt als het gaat om het opsporen van mensen in de knel. Pietie is namelijk vanuit de protestantse kerken in de gemeente Niedorp afge-
vaardigd naar de WMO-adviesraad die onlangs officieel geïnstalleerd werd. In deze adviesraad komen diverse hulpverlenende instaties samen om te overleggen en het werk te verdelen. Pietie: “We vinden het belangrijk om daar aanwezig te zijn. Om signalen af te geven, maar ook om ze te krijgen.” Jeanne is op het moment van het interview klant van haar eigen diaconie: door een operatie aan haar knie kan ze nauwelijks een kant op. Ook haar man behoeft zorg na een herseninfarct, enige jaren geleden. Jeanne: “Gek genoeg werd de aanvraag voor thuiszorg, na de operatie aan mijn knie, afgewezen. Mijn man moest me maar helpen, en dat wil hij graag, maar dat kan hij niet omdat hij halfzijdig verlamd is. Ik kon wel voor zes weken in een verpleeghuis terecht, maar ook dat is geen mogelijkheid, mijn man redt zich niet alleen. Nu komen we er met wat kunst- en vliegwerk ook wel, en we zijn ontzettend blij met al die mensen die met ons meedenken en meewerken. Maar we leggen het nog wel neer bij de adviesraad van de WMO,” zegt ze strijdvaardig. “Hulp vragen is niet zo ge-
19
Onder: Met de flessenactie op een open dag is de diaconie present.
makkelijk, dus het zou wel prettig zijn als de hulp er gewoon is als het nodig is. Zonder dat zouden wij het nooit redden hier.”
Oplossingen voor lange termijn Er komt van alles op de weg van de diaconie. Zo werd er ruim een jaar lang gezorgd voor een Irakees echtpaar met twee kleine kinderen. Het gezin was in financiële moeilijkheden geraakt na een bedrijfsongeval. De groenteboer werd ingeschakeld om twee maanden lang voor voldoende verse groenten en fruit te zorgen, iemand hielp bij het invullen van allerlei papieren en weer een ander zorgde voor taallessen. En in de kerk stond de ‘was- en plaspot’, een spaarpot waar gemeenteleden een bijdrage in konden doen voor duurdere boodschappen, zoals wasmiddelen en luiers.
Hulp is gericht op structurele oplossingen. Als iemand eenzaam is, knopen we bijvoorbeeld een bezoekmedewerker aan het kerstpakket vast. Desgewenst, natuurlijk! Het spreekt vanzelf dat we daar de mensen zelf bij betrekken.”
Vrijwilligers genoeg De inzet van mensen buiten de diaconie is belangrijk. Dat geeft geen problemen, aan vrijwilligers is bijna nooit gebrek. De diaco-
20
Pietie: “We werken het liefst samen met anderen, binnen, maar ook buiten de kerken, om te voorkomen dat dingen dubbel gebeuren en om te zorgen dat de hulp die we bieden zo efficiënt mogelijk is. Dat het grotere noodfonds er niet komt, zegt niet dat de onderhandelingen nutteloos ge-
“De ogen en oren van iedereen zijn nodig”
keer te willen helpen, schrijf ik hun namen thuis direct op. Dat ga ik niet vragen, dat doe ik gewoon. Dat heeft nog nooit iemand erg gevonden. We hebben zo altijd mensen genoeg. Belangrijk is ook durven delegeren. Als we alles zelf zouden willen doen, kwamen we aan het meeste niet toe. Samen maak je het!”
Noodfonds De diaconie beschikt over een eigen noodfonds. Er zijn plannen geweest om samen
Foto Siep Rienstra
Bij het geven van ondersteuning wordt altijd de lange termijn in de gaten gehouden. Anyke: “Iemand uit de brand helpen met een gift is één, maar zorgen dat het allemaal weer financieel op de rails komt is twee. We kijken altijd of er meer nodig is dan een eenmalige bijdrage van onze kant.
nie beschikt over een flinke lijst van mensen die zich wel een keer willen inzetten als het nodig is en die door Jeanne nauwkeurig bijgehouden wordt. Jeanne: “Ik praat regelmatig over het werk dat ik voor de diaconie doe, bijvoorbeeld op verjaardagen of in de supermarkt. Als iemand dan zegt wel een
weest zijn. We weten elkaar te vinden en dat kan altijd van pas komen. Netwerken is ontzettend belangrijk. Weten waar je terecht kunt, maakt je slagvaardiger dan wanneer je alleen werkt.”
Verantwoordelijkheid nemen Waarom doen jullie dit werk? Die vraag levert eerst een diepe stilte op. Daar moeten de diakenen eerst even over nadenken. Anyke: “Het is geen vraag, je doet het gewoon. Waar nood is, is hulp nodig. Daar denk ik niet over na.” Pietie: “Zelf zou ik geen ouderling kunnen zijn. Ik heb respect voor het werk dat zij doen, maar ik ben niet geschikt voor ‘alleen maar’ huisbezoek, ik wil wat dóen.” Jeanne vat het kort en krachtig samen: “Het is niet alleen bidden, het is werken én bidden!” Dat zij zich inzetten om als diaconie in de buurt te zijn van mensen in problemen hangt nauw samen met het besef dat zij leden zijn van een geloofsgemeenschap. Pietie: “Dat brengt verantwoordelijkheid met zich mee. Als we allemaal wachten tot de ander iets gaat doen, gebeurt er niets. We houden van aanpakken, actie, we willen iets betekenen voor onze medemens. Hoe kan dat beter, mooier, dan vanuit het geloof in de God die liefde is?”
met andere geloofsgemeenschappen binnen de burgerlijke gemeente een groter noodfonds op te zetten. De burgerlijke gemeente zou de inkomende bedragen verdubbelen zodat er grotere financiële armslag zou zijn voor het bieden van ondersteuning in noodgevallen. Het lijkt erop dat dit initiatief (nog) niet van de grond zal komen omdat er onvoldoende draagvlak is.
Diakonia - december 2007
uit de praktijk Diaconaat in het Zuid-Hollandse Nieuw-Lekkerland
Boven: Wilma Neven en Ad van Wingerden.
Op zoek naar een plek in een nieuwe leefwereld In Nieuw-Lekkerland bundelen diaconieën hun krachten om in hun woonplaats present te zijn voor asielzoekers. Ze richtten samen de stichting ISN op: Interkerkelijk Samenwerkingsverband Noodhulp Nieuw-Lekkerland. Een gesprek met Ad van Wingerden (59), diaken en secretaris van de ISN en met Wilma Neven (54), coördinator vluchtelingenwerk die bij de diaconieën aanklopte om hulp. Tekst Alie Toonstra Foto’s Diaconie Nieuw-Lekkerland “Het invullen van een doktersformulier, naar het ziekenhuis voor medische zorg, jezelf verstaanbaar maken of het doen van de dagelijkse boodschappen; voor een vluchteling in een vreemd land als Nederland zijn deze taken, zeker in het begin, een moeilijke opgave. Je zult maar in een land komen waar alles anders is. Hoe zou het zijn als ikzelf werd opgejaagd? Zodra je de huisdeur achter je dicht slaat, snap je de samenleving niet”, zegt Wilma Neven.
Diakonia - december 2007
Ruim twaalf jaar geleden maakte Wilma, met een zelfgebakken cake onder de arm, kennis met haar buren die vluchteling waren. Sinds die ontmoeting met een volstrekt onbekende cultuur zet zij zich samen met vrijwilligers uit de kerk onvermoeibaar in voor vluchtelingen. Het vluchtelingenwerk in Nieuw-Lekkerland is vorig jaar zelfs ondergebracht onder de stichting ISN.
Met de neus op de feiten gedrukt In de tijd voor de oprichting van de ISN moest Wilma twee keer bij een kerk aankloppen, omdat vluchtelingen acuut financiële steun nodig hadden. Deze steun kon door de burgerlijke gemeente niet direct gegeven worden. De eerste keer deed Wilma een beroep op haar eigen kerk en de tweede keer benaderde ze een andere gemeente. “Zo ontstond het idee om een stichting op te richten”, vertelt diaken en stichtingssecretaris Ad van Wingerden. “Met de stichting kan direct geholpen worden als de nood aan de man is.” De burgerlijke gemeente is enkele jaren geleden begonnen met het begeleiden van vluchtelingen bij het integratieproces, als aanvulling op de hulp van de sociale dienst. Deze dienstverlening bestaat uit het wegwijs maken van vluchtelinggezinnen in het dorp. Vrijwilligers vanuit de kerken ervoeren dit initiatief van de gemeente Nieuw-
21
Onder: Op de pannenkoekenboot
Lekkerland als onvoldoende en besloten ook strúctureel hulp aan de gezinnen te geven. Ad vervolgt: “Toen de hulpvraag door Wilma bij onze diaconie was neergelegd ben ik gaan nadenken. Ik werd met de neus op de feiten gedrukt. Vluchtelingen hebben echt helemaal niets en leven in een vreemd land. Dat was de aanleiding om de diaconieën samen te brengen. We wilden er zíjn voor de vreemdelingen.”
opdracht om uit liefde voor de naaste te zorgen, in het bijzonder voor de vreemdelingen en de mensen die het moeilijk hebben. In het logo van ISN is naar aanleiding van Genesis 8:8-12 een duif verwerkt. Zoals Noach de duif na de zondvloed losliet om
gens pakken we aan. Dan gebeurt er wat voor mensen.” De werkwijze van ISN is niet gericht op procedures, maar heeft oog voor de mensen die hulp nodig hebben. Als tip voor vergelijkbare initiatieven geeft Ad: “Probeer kleinschalig te beginnen, met
te zien of ze een plekje kon vinden om neer te strijken, zijn vluchtelingen na een zware tijd op woelig water op zoek naar een plekje in een nieuwe leefwereld. Op de vraag of vluchtelingen meegaan naar de kerkdienst antwoordt Wilma: “Wij zijn er om hulp te geven en niet om onze geloofsovertuiging bij hen neer te leggen. We helpen vanuit onze geloofsovertuiging. We helpen vanuit een opdracht, maar geven geen getuigenis met de bijbel in de hand.”
twee diaconieën en later meerdere. Richt na een jaar of twee een stichting op, zodat je wettelijk steviger staat.” Het werk van ISN is een mooi voorbeeld van diaconaat in de buurt, en een aanmoediging voor andere diaconieën die in hun buurt zichtbaar willen zijn.
Aanpak In het bestuur zitten diakenen, afkomstig uit alle deelnemende kerkelijke gemeenten. De stichting verleent de nodige financiële zorg aan vluchtelingen, door een beroep te doen op de diaconieën die naar draagkracht geld beschikbaar stellen. Ad geniet van de manier waarop de diaconieën samenwerken: “De band is heel goed. Tien jaar geleden konden we ons een dergelijke samenwerking niet voorstellen. De samenwerking heeft ook effect op de rest van het kerkelijke leven.” Bovendien creëert dit samenwerkingsverband volgens Ad en Wilma openheid in het dorp. Zo ontvangt ISN regelmatig steun van de middenstanders. En maakte Wilma gebruik van de lokale radio-omroep om haar dorpsgenoten aan te sporen zegels te sparen voor een levensmiddelenpakket. Uiteindelijk werden 33 pakketten uitgedeeld onder de vluchtelingen.
Hulpverlening Het daadwerkelijk helpen van vluchtelingen, zoals de begeleiding tijdens een tandartsbezoek, is in handen van vrijwilligers uit de kerk. Elke kerkelijke gemeente is betrokken bij een of meer vluchtelingengezinnen. Er gebeurt van alles door in totaal tien vrijwilligers: opvoedingsondersteuning, taallessen, meehelpen met formulieren invullen, enz. Elk gezin heeft een vast aanspreekpunt, maar alle vrijwilligers zijn bereid voor elke vluchteling de handen uit de mouwen te steken. Hoewel niet allemaal even intensief, ontvangen alle gezinnen begeleiding. “De gezinnen zijn blij dat ze een aanspreekpunt hebben. Ze zijn blij dat er iemand naar hun omziet”, geeft Wilma aan. Ook wanneer gezinnen zelfstandig functioneren in de samenleving, blijft de ISN betrokken. “Je weet dat ze leven van een uitkering en dat het nog steeds elk dubbeltje omkeren is. Je houdt een gezin in de peiling door eens op bezoek te gaan. Je zegt niet dat ze het zelf maar moeten uitzoeken.”
Drijfveer Drijfveer van de stichting is de diaconale
22
Dagje uit Dankzij giften, met name een bijdrage van het fonds Stichting Rotterdam, is het ISN gelukt deze herfst een bijzondere activiteit te organiseren voor de gezinnen. In de ochtend stond er een bus klaar voor een gezamenlijke reis naar Scheepswerf ‘De Delft’ in Rotterdam. Afghanen, Irakezen, Armeniërs en Ugandezen kregen deze dag een rondleiding door een prachtig herbouwd VOC schip uit de 18e eeuw. “Aansluitend hebben we op de pannenkoekenboot gegeten, al varende. Ontzettend leuk!”, vertelt Wilma enthousiast. Dit bezoek aan Rotterdam is één van de activiteiten om de gezinnen een plek te geven in hun nieuwe leefwereld. “Je hoopt dat mensen uit hun isolement komen”. Ad: “Wij zien wat, Wilma ziet wat en vervol-
Alie Toonstra werkt voor Kerk in Actie.
GENESIS 8: 8-12 Vervolgens liet hij een duif los om te zien of het water verder gedaald was. Maar de duif kon nergens een plekje vinden waar ze kon neerstrijken om te rusten en kwam bij hem terug in de ark, want overal op aarde was nog water. Hij stak zijn hand uit, pakte haar en nam haar weer bij zich in de ark. Hij wachtte nog zeven dagen en liet de duif toen opnieuw los. Tegen de avond kwam ze weer bij hem terug, met een jong olijfblad in haar snavel. Toen wist Noach dat het water op de aarde verder gedaald was. Weer wachtte hij zeven dagen en daarna liet hij de duif nogmaals los. Ze kwam niet meer bij hem terug.
Diakonia - december 2007
actueel
Links: Doet u mee om terugkeerders te helpen?
Kerk in Actie zoekt diaconieën voor asielzoekers ‘zonder pardon’
Geen pardon maar wel perspectief Na jaren volhouden en tomeloze inzet van vele asielzoekers, vrijwilligers, kerken en organisaties is de pardonregeling voor asielzoekers tot stand gekomen. Niet iedere asielzoeker kan gebruik maken van deze regeling. Er zullen mensen zijn die gedwongen worden tot terugkeer. Hoe blijven we in de buurt van asielzoekers ‘zonder pardon’? Tekst Geesje Werkman Foto Joke Steeneveld
Een uitgeprocedeerde jonge man uit Kosovo werd na enkele dagen in een politiecel en een dag in een uitzetcentrum in ons land gedwongen uitgezet. Een chartervliegtuig dropte hem in Pristina, de hoofdstad van Kosovo. Hij bezat nog wat geld dat hij gebruikte om met de bus naar zijn ouders in Albanië te gaan. Aan de grens moest hij vijftig euro betalen voor een visum. Daarna was zijn geld op. Zonder geld en illusies kwam hij bij zijn arme ouders aan. Als kerken zouden we deze asielzoekers ‘zonder pardon’ niet moeten loslaten. Ze moeten gedwongen terugkeren. Toch kunnen we hen helpen om te zoeken naar perspectief, ook als ze terug gaan. Er zijn immers ook voorbeelden waaruit blijkt dat het anders kan gaan dan bij de jonge man uit Kosovo. Een christelijke gereformeerde kerk uit Emmeloord hielp een Roma-gezin bij terugkeer aan huisvesting en een terugkeerplan. Na verloop van tijd had het gezin werk en startte het met de terugbetaling van het geld dat de kerk in de aankoop van een appartement had gestoken. De gezinsleden hadden weer perspectief en bovendien contacten met ons land.
Bagage Ook Kerk in Actie wil de terugkeerder ‘bagage’ meegeven die de vooruitzichten voor hem/haar, familieleden en het land van herkomst kan verbeteren. Dit doen we in samenwerking met de interkerkelijke organi-
Diakonia - december 2007
satie voor ontwikkelingssamenwerking ICCO en Inlia Groningen. Het gaat om gedwongen uitzetting van asielzoekers naar landen waar ICCO en Kerk in Actie ontwikkelingsprojecten steunen. Uw hulp hiervoor is hard nodig. Vanzelfsprekend gaat het hierbij niet om mensen die terug moeten naar onveilige landen. Kerk in Actie, ICCO en de Stichting Inlia zullen nooit meewerken aan terugkeer van asielzoekers als er maar enige twijfel bestaat aan hun veiligheid.
U kunt helpen Helpen bij terugkeer kunnen we niet alleen. Daarom willen we diaconieën, zwo-groepen en lokale kerken vragen om de mensen ‘zonder pardon’ niet los te laten, maar hen te helpen zoeken naar perspectief als ze terug moeten. We zoeken diaconieën en zwo-groepen die één of meer terugkeerders willen adopteren. Daarbij kan het gaan om iemand met wie u als diaconie al contact hebt. Maar u kunt er ook voor kiezen om een terugkeerder te adopteren uit een land waarmee u al banden hebt. Door u op te geven als geïnteresseerde diaconie ontstaat bij Kerk in Actie een lijst van deelnemende diaconieën aan dit project.
Training Als u zich opgeeft, krijgt u een training, waarin u allereerst leert hoe terugkeerders zijn te motiveren. De mensen die moeten
terugkeren omdat ze niet onder de pardonregeling vallen, zullen dat meestal niet graag doen. Aan hen zal niet alleen moeten worden duidelijk gemaakt dat er geen andere mogelijkheid meer is, maar ook dat zij door hun terugkeer iets kunnen betekenen voor hun omgeving, in het land waarnaar ze terug gaan. Deze motivatie is voorwaarde voor een geslaagde terugkeer. Daarnaast leren de deelnemers hoe ze erachter kunnen komen welke ontwikkelingsorganisaties in het land van herkomst werken. Daarom maken de deelnemers tijdens de training kennis met het werelddiaconale werk van Kerk in Actie en ICCO. Het is vooral belangrijk om te bedenken op welke manieren de kansen van de terugkeerder én het land van herkomst kunnen toenemen. Daardoor krijgen diaconieën die meedoen duidelijk hoe ze de ‘bagage’ van de terugkeerder kunnen vergroten.
Goede banden Wij hopen dat we samen het perspectief van mensen zonder pardon kunnen vergroten, zodat zij kunnen zeggen: we hebben geen verblijfsvergunning, maar we zijn blij dat we in Nederland zijn geweest, en we hebben er nog steeds goede banden. Belangstelling? Neem dan contact op met Geesje Werkman, Kerk in Actie, tel. (030) 880 17 56,
[email protected].
23
1 vraag, 3 diakenen In deze rubriek geven drie diakenen verschillende antwoorden op dezelfde vraag.
Weten de inwoners van jouw woonplaats de diaconie te vinden? Hoe heeft jullie diaconie de publiciteit geregeld?
Nely Molengraaf-Groeneveld, diaken in Emmen
Wim Prins, diaken in Sliedrecht
Maarten de Vries, diaken in Leusden
Aan de ene kant moet je duidelijk maken wie en waar je bent. Aan de andere kant moet je er zijn waar je nodig bent. En dat laatste zet je niet in de krant. Voor mij heeft de diaconie dus meer gezichten.
Het zal niet zo zijn dat iedereen in onze gemeente de weg naar de protestantse diaconie weet te vinden. Wel is het zo dat heel veel instanties weten dat er diaconieën bestaan. Als protestantse diaconie zijn we vertegenwoordigd in de Interkerkelijk Diaconale Commissie (IDC), een diaconaal samenwerkingsverband van acht kerken in onze woonplaats. Vanuit dit IDC hebben we contacten met de Voedselbank, Vluchtelingenwerk, Sociale diensten, WMO-raad, thuiszorg, schuldsanering, CDAombudsman enz.
Zou onze diaconie bekend zijn in ons dorp? Ik vrees van niet. Want wie weet er tegenwoordig nog wat er binnen de kerken plaatsvindt. Laat staan dat men weet wat een diaconie doet en wat het woord diaconaat betekent.
In de gemeente Emmen hebben we een centrale diaconie en wijkdiaconieën. De centrale diaconie zorgt voor inhoudelijke en algemene artikelen in het kerkblad ‘Op Weg’ voor heel Emmen. Daar kan iedere wijkdiaconie naar verwijzen. De centrale diaconie heeft met andere kerkgenootschappen een diaconaal contact naar bijvoorbeeld de burgerlijke gemeente Emmen. Dat contact heet Dabar, intern voor velen wel duidelijk maar naar buiten heeft dat woord nog wel naamsbekendheid nodig. Onze wijkdiaconie is daarom veel meer gericht op de directe omgeving en het ondersteunen van bijvoorbeeld collectes. De zondagsbrief is de eerste directe lijn naar de gemeente. Hierin wordt een week van te voren het doel van de collecte voor de volgende week uitgelegd. Ook worden er oproepen en vragen in vermeld. In breder verband wordt gebruik gemaakt van Op Weg. Contacten naar buiten vinden plaats via de huis-aan-huisbladen, de lokale omroep of het Dagblad van het Noorden. Dit geldt o.a. voor ons inloopspreekuur, maaltijdenproject en een project Mantelzorg. Onze wijkgemeente Bargeres/Delftlanden heeft een eigen website. Hier kun je ook alle informatie over de diaconie vinden. Centraal is men bezig een website te maken met een link naar alle wijkgemeenten.
24
Via de eerstkomende gemeentegids van Sliedrecht, die huis aan huis wordt bezorgd, zal de Interkerkelijke Diaconale Commissie met de doelstelling ook worden vermeld. In de kerkbladen van de aangesloten IDCkerken wordt regelmatig een stukje geplaatst waarin wordt uitgelegd wat het doel van deze Commissie is, namelijk diaconale hulp verlenen aan mensen die geen lid zijn van een plaatselijke kerk. Doordat er een vertegenwoordiger van de IDC in de WMO-raad zit, zijn alle instanties die hier zijn vertegenwoordigd, op de hoogte van het bestaan van de diaconie in onze woonplaats. Juist ook door de oprichting van de voedselbank (een stichting), hebben we inzicht gekregen in de armoede van een aantal mensen en kunnen we daardoor via andere wegen, soms tijdelijk, hulp bieden.
Totaal onbekend zijn wij echter ook niet. Onze eigen gemeenteleden weten de weg te vinden naar het gemeentediaconaat als zij enkele handen nodig hebben. Ook weten zij de weg te vinden naar ons noodfonds. Nog belangrijker, de ambtenaren op het gemeentehuis weten de weg naar dat fonds te vinden. Dat is niet verwonderlijk want de betrokken ambtenaren en enkele diakenen stippelen samen het beleid van dit noodfonds uit. Bij acute problemen, kan het fonds direct reageren. Dan geldt het oude gezegde ‘snelle hulp is dubbele hulp’. Onze folders voor het noodfonds zijn op verschillende plaatsen in het dorp beschikbaar. Dat geldt ook voor de informatie over ons vakantiefonds en het gemeentediaconaat. Timmeren wij daarmee aan de weg? Neen, want wij schenken weinig aandacht aan publiciteit. Het kost ons al moeite om tijdig de stukjes voor het kerkblad te schrijven. Dus aan de plaatselijke kranten of regionale omroep komen wij helemaal niet toe. Onze website moet nodig verbeterd worden. Veel informatie delen wij via informele contacten. Diakenen, leden van werkgroepen participeren actief in allerlei andere verbanden in ons dorp. Dat geldt ook voor de bezoekdames, de ouderlingen en de kerkrentmeesters.
Diakonia - december 2007
Achtergrond
Diaconale Allianties van Hoop in achterstandswijken De Protestantse Diaconie van Amsterdam is sinds 2004 betrokken bij een bijzonder project onder de naam “Samenwonen = Samenleven”. Samen met stichting Ihsan, instituut voor islamitisch maatschappelijk activeringswerk, zet de Protestantse Diaconie zich in voor het verbeteren van de sociale samenhang in zogenaamde achterstandswijken en voor het welzijn van (groepen) bewoners in een kwetsbare positie. Tekst Hans Krikke Foto’s Olivier Fourniquet De Protestantse Diaconie en Ihsan proberen zoveel mogelijk organisaties en individuen bij Samenwonen=Samenleven te betrekken. Het project zet in op het (her)winnen van het vertrouwen in elkaar. En dat is lastig, want in stadsdelen als Bos en Lommer en Slotervaart is zichtbaar welke sporen het maatschappelijke en politieke debat van de afgelopen jaren over migratie, integratie en islam heeft nagelaten. In deze stadsdelen leven de bewoners als het ware op eilanden. Zij houden hun eigen eilandje gaande, trekken zich terug in de eigen gemeenschap. Ze schuilen waar ze zich veilig voelen en zich niet hoeven te bewijzen en te verdedigen. Uit onderzoek blijkt dat
tweede generatie allochtonen minder sociale contacten heeft met autochtonen dan de eerste generatie.
Bruggenbouwers Bij het herwinnen van het wederzijdse vertrouwen is de inzet van bruggenbouwers essentieel. Deze bruggenbouwers worden gevraagd zich in te zetten voor ontmoeting, kennismaking en debat. En dat niet op een vrijblijvende manier. Ontmoeting en kennismaking hebben als doel: samen iets te betekenen voor het verbeteren van de sociale samenhang en voor buren die het alleen niet redden. Door samen te werken groeit het vertrouwen en
leer je elkaar beter kennen. En wel zo dat je elkaar ook kritisch kunt bevragen. Vertrouwen is onlosmakelijk verbonden met hoop. Het zal duidelijk zijn dat de bij het project betrokken organisaties al vele jaren tegen de stroom in zwemmen. Met minimale middelen moet het maximale worden gepresteerd, omdat ze gevestigd zijn in wijken waar de bewoners op tal van levensterreinen een achterstand hebben. Daarom zou je de allianties die door het project Samenwonen=Samenleven worden gesmeed, “Allianties van Hoop” kunnen noemen.
Luisterend oor In veel gemeenschappen en organisaties zijn vertrouwenspersonen actief die de ander een luisterend oor bieden en helpen bij het formuleren van hulpvragen en ondersteuning bieden bij het doorverwijzen naar juiste vormen van zorg en dienstverlening. Vooral in achterstandswijken is er sprake van dat hulpvraag en hulpaanbod elkaar niet weten te vinden. Het zijn deze vertrouwenspersonen die vraag en aanbod aan elkaar koppelen. Daarmee verbinden zij de leefwereld van de hulpvrager en de wereld van de beroepskrachten. Dat verbinden is niet altijd even eenvoudig omdat beide werelden elkaar dikwijls niet goed begrijpen en aanvoelen. Bovendien, in het kader van de Wet Maatschappelijk Ondersteuning (WMO), neemt de druk op deze informele helpers toe. Steeds meer taken en verantwoordelijkheden worden in het kader van de WMO uitbesteed aan het onbetaalde circuit van vrijwilligers. Dit onder de noemer van ‘zelfredzaamheid’, ‘eigen verantwoordelijkheid’ en ‘minder zorgafhankelijk’. In achterstandswijken pakt de inzet van de WMO niet zelden uit als bezuinigen op zorg en maatschappelijke dienstverlening.
Twee tradities Het project draait in twee Amsterdamse stadsdelen - Slotervaart en Bos en Lommer - en inspireert vele andere initiatieven in de stad en daarbuiten. In het project “Samenwonen= Samenleven” bundelen de Links: Jongeren op zoek naar wat hen bindt.
Diakonia - december 2007
25
Achtergrond
Rechts: Buurtbewoners leveren hun bijdrage aan de feestmaaltijd na de Ramadan.
Protestantse Diaconie en stichting Ihsan twee tradities van barmhartigheid en het streven naar gerechtigheid. Deze tradities worden in de praktijk gebracht ten behoeve van de leefbaarheid van de directe woonen leefomgeving en voor bewoners zonder helper. De armen, de vereenzaamden, de dak- en thuislozen, de jonggedetineerden, maar ook mensen die gebukt gaan onder psychosociale zorgen en klachten. Op basis van de christelijke en islamitische tradities worden in het project de intenties erkend en herkend en - samen met leden van religieuze gemeenschappen in de wijk vertaald in ambities en vervolgens omgezet in concrete actie.
Aanwezig in de buurt In stadsdeel Bos en Lommer, waar het project in 2004 is gestart, is een waaier aan initiatieven gerealiseerd. Een voedselbank waarin moslims en christenen samenwerken. Een bezoekgroep jonggedetineerden waarin jongeren uit het stadsdeel leeftijdsgenoten in de gevangenis bezoeken en hen na detentie welkom heten om aansluiting te vinden bij vrije-tijdsactiviteiten en gebruik te maken van een sociaal vangnet. Een steungroep steunvrouwen die voorziet in het ondersteunen van vrijwilligers in hun zorg voor individuele bewoners. Een maandelijkse debatavond voor buurtbewoners. Een samenwerkingsverband tussen kerken en moskeeën. Er zijn vrijwilligersdagen georganiseerd waarop per dag zo’n tweehonderd vrijwilligers, actief in religieuze gemeenschappen, vrouwen en organisaties, met elkaar van gedachten wisselen over ‘de agenda van de toekomst’. Lezingen en activiteiten voor ontmoeting, kennismaking en debat.
Debatavonden Tijdens de ramadan - de vastenmaand van moslims - worden debatavonden gehouden waar het vasten wordt gebroken en waar over lastige en niet zelden taboeonderwerpen wordt gesproken: over man-vrouw verhoudingen, over racisme in de samenleving en in kerk en moskee. Naar aanleiding van christelijke feestdagen worden symposia en debatten gehouden. Bijvoorbeeld over de veelkleurigheid in onze gemeenschap en over de maatschappelijke rol van het gebedshuis. Praktische ondersteuning wordt geboden aan moskee- en kerkorganisaties, maar ook
26
aan organisaties van migranten, vrouwenorganisaties en bewonersinitiatieven. Dit in de vorm van een wekelijks spreekuur voor vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. Er wordt omgezien naar bewoners zonder helper.
Stadsdeel Slotervaart In het voorjaar heeft het project Samenwonen=Samenleven een start gemaakt in het stadsdeel Slotervaart. Daarbij wordt gewerkt volgens de werkwijze die in het stadsdeel Bos en Lommer is gevolgd. Projectmedewerkers hebben een rondgang gemaakt langs kerken, moskeeën, instellingen, vrouwen- migranten- en jongerenorganisaties en lokale overheden. In de eerste plaats wordt kennisgemaakt met sleutelpersonen in het stadsdeel en in verschillende gemeenschappen. In deze ontmoetingen wordt gesproken over het verbeteren van de sociale samenhang en het welzijn van (groepen) bewoners. Een kennismaking en het delen van zorgen leidt tot een inventarisatie van behoeften en noden. Van kerk, van moskee, van andere organisaties die zich inzetten voor een leefbare, veilige buurt en zich het lot van kwetsbaren aantrekken. En dat is weer aanleiding tot het maken van een inventarisatie van gemeenschappelijk en gedeelde tradities, intenties, ambities.
Op zoek naar wat ons bindt Samenwonen=Samenleven. In het stadsdeel Bos en Lommer heeft dat tot vele praktische initiatieven geleid. Initiatieven die een permanente zoektocht garanderen. Samen zoeken naar wat ons bindt en hoe gedeelde intenties en ambities gerealiseerd kunnen worden. Hoewel de projectmedewerkers van Samenwonen=Samenleven pas een half jaar in Slotervaart aanwezig zijn, zijn al de nodige allianties gesmeed. Zo doet het
project mee aan het initiatief “Geloven in Slotervaart”. Vijftien jongeren met verschillende religieuze achtergronden gaan op onderzoek in de religieuze gemeenschappen en leggen hun bevindingen vast in een boek. Het project neemt deel aan de organisatie van iftar-bijeenkomsten (de gezamenlijke maaltijden die tijdens de vastenmaand ramadan door moslims direct na zonsondergang worden genuttigd). Er wordt een cursus opgezet voor vrijwilligersorganisaties. Vrijwilligers worden getraind in het verbeteren van de eigen organisatie en ondersteund in beleidsvorming en fondswerving. Met een organisatie van eerste generatie Marokkanen worden koffieochtenden voor de buurt geïnitieerd.
Wezenlijk Winstpunt van de werkwijze en inzet van het project in de twee Amsterdamse stadsdelen is niet alleen de concrete bijdrage aan het verbeteren van de sociale samenhang en het vergroten van de betrokkenheid van buren en bewoners onderling. Maar ook de erkenning van instellingen en lokale overheden dat initiatieven op levensbeschouwelijke, christelijke en islamitische, inspiratie er wezenlijk toe doen in de samenleving. Hans Krikke werkt voor de Protestantse Diaconie Amsterdam
www.diaconie.org www.ihsannet.nl
Diakonia - december 2007
DiaKoos
Diakonia - december 2007
Tekst Sjon Donkers Tekeningen Lex Dirkse
27
De Verbinding
In Veendam bestaat het aanloophuis al zestien jaar. Aan het woord zijn bezoeker Meindert Buurmeijer (75), vrijwilligster Ina van Dijk (47) en oud-diaken Nan Keizer, destijds betrokken bij de oprichting en nog steeds in functie in het aanloophuis.
Aanloophuis Veendam geeft al zestien jaar geborgenheid In het aanloophuis in Veendam is het gezellig. En voor die gezelligheid komen de gasten. Zij doen er elke zondagmiddag spelletjes en gebruiken een broodmaaltijd. De vrijwilligers zijn er voor een goed gesprek en de gasten leren elkaar, ook buiten het aanloophuis om, kennen. “Op zondag is dit een uitkomst”, aldus bezoeker Meindert Tekst Henk van IJken Foto’s Peter Stevens Buurmeijer (75). et aanloophuis in Veendam, opgericht door de plaatselijke Raad van Kerken, verhuisde dit najaar naar het gebouw van de plaatselijke Turkse vereniging Turk Der. Het aanloophuis betaalt de huur voor gebruik op zondagmiddag. Voorheen zat het in het centrum van Veendam, maar de burgerlijke gemeente gaat dat gebouw gebruiken voor de uitbreiding van het gemeentehuis.
H
Veel meegemaakt Of het met de verhuizing te maken heeft, is niet helemaal duidelijk, maar Meindert Buurmeijer mist zijn klaverjasmaatjes de laatste weken in het aanloophuis. Toch blijft hij er komen, als bezoeker van het eerste begin. Hij vindt het nog wel wennen in het nieuwe gebouw. Buurmeijer lijdt aan parkinson. Een aantal jaren geleden werd hij tien weken opgenomen in een instelling voor geestelijke gezondheidszorg in Winschoten. “Mijn toenmalige bovenbuurman maakte erg veel lawaai en dat was voor mij de druppel.” Buurmeijer heeft veel meegemaakt. Van zijn vrouw is hij dertig jaar geleden gescheiden. Zijn broer en schoondochter hebben zelfmoord gepleegd. Van zijn twee kinderen is een zoon in 1983 overleden, op slag, door een auto-ongeluk. Daarmee heeft Buurmeijer het moeilijk. “Je kunt er niet elke dag bij stil staan”, zegt hij en steekt een sigaretje op. “Ik ben niet zo iemand die binnenkomt en die de frustraties uit zijn hele leven op tafel gooit. Doet een andere gast dat wel, dat is dan zijn zaak. Van mij hoeft het niet.”
Eenzaamheid
Foto boven: Meindert Buurmeijer Foto vorige pagina: vlnr. Nan Keizer, Meindert Buurmeijer en Ina van Dijk
28
“Mijn hulp is van de Heer”, zegt Buurmeijer. “Dat staat op een bord boven mijn deur. Op zondagochtend ga ik naar de Baptistenkerk in Muntendam. Daarna naar mijn dochter en dan hierheen. Ik woon hier vlak bij en ben blij dat het aanloophuis er is.” “Vanuit de bijbel hebben we de opdracht om het geloof handen en voeten te geven”, vult Ina van Dijk (47) aan. “Daarom moeten we eenzame mensen niet vergeten.” Ze is
vrijwilligster in het Veendamse aanloophuis en ook in de dagopvang voor thuis- en daklozen ‘De Kostersgang’ in de stad Groningen. “Juist in de weekenden kan het thuis stil zijn”, zegt Nan Keizer (66), oud-diaken, kerkenraadslid, bestuurslid en vrijwilligster in het aanloophuis. Ze bezoekt gemeenteleden in haar wijk van de protestantse gemeente. Toen dat het aanloophuis werd opgericht, was ze diaken. “We hebben er destijds bewust voor gekozen om niet in een kerkgebouw te gaan zitten als aanloophuis. We wilden de drempel zo laag mogelijk houden. In die tijd was ik zelf alleenstaand. Je weet daardoor hoe belangrijk het is om eenzame mensen aandacht te geven.” Buurmeijer: “De meeste eenzaamheid komt niet naar buiten.”
Op zoek naar gezelligheid Nan vertelt dat een van de regelmatige gasten, een zwerver, is overleden. “Als aanloophuis konden we zijn begrafenis niet regelen. Dat deed de gemeente. Maar na de teraardebestelling hebben we het aanloophuis wel opengesteld voor familie en vrienden. Dat werd zeer gewaardeerd. Over het algemeen komen de gasten hier gewoon voor de gezelligheid. Als het nodig is, halen we mensen op die slecht ter been zijn. Het aantal gasten variëert, gemiddeld 12 à 13 personen. Het gezelschap is gemengd, het zijn vooral mensen uit de buurt. Sommigen kennen elkaar, anderen leren elkaar hier kennen. We krijgen ook bezoekers uit omliggende plaatsen. De meesten zijn ouder dan veertig en hebben een ‘achtergrond’, een ‘rugzakje’. Ze hebben het nodige meegemaakt. De mannen zijn iets in de meerderheid.” “Dat is maar goed ook”, grapt Meindert Buurmeijer. Ina van Dijk: “Als meneer Buurmeijer een keer niet komt, bellen we hem. De gasten komen voor een kopje koffie. De een neemt de ander mee. Om te klaverjassen, te sjoelen of te darten. Maar er zijn ook mensen
Diakonia - december 2007
die zitten te praten. Met Kerst bieden we een warme maaltijd aan en met Pasen doen we ook iets extra’s. Zwarte Piet komt altijd rond 5 december. Dan krijgen de gasten een cadeautje en een chocoladeletter. Jaarlijks is er ons uitje, maar ook dat moet zo goedkoop mogelijk, want er is geen budget voor. Ook hier neemt het aantal kerkleden af, en daardoor kunnen de kerken minder bijdragen. Door het samengaan van hervormd en gereformeerd in Veendam en Wildervank zijn de inkomsten sterk gedaald. Kregen we voorheen geld uit meer potjes van deze kerken, nu komt dit alleen van onze protestantse gemeente.” Het aanloophuis ontvangt verder inkomsten van donateurs en giften, bijvoorbeeld van de plaatselijke Vereniging van Huisvrouwen. Er is ook een stille gever.
Vrijwilligers Het aanloophuis heeft in 2006 de vrijwilligersprijs Lokaal Compliment gewonnen. “We hebben een stel enthousiaste medewerkers”, glundert Nan. “En een bestuur waar je altijd een beroep kunt doen”, vult Ina aan. In de loop van de jaren is het aantal vrijwilligers in het aanloophuis afgenomen. Bij de start waren er drieëntwintig, nu nog maar negen. “Ze zijn moeilijker te krijgen”, vindt Nan.“Vooral op zondag, juist als het aanloophuis open is, kun je lastig mensen vinden.” Ina legt uit wat ze daaraan doen: “In het weekend komen studerende kinderen vaak thuis. De ouders willen dan thuis zijn. Daarom plaatsen we nu advertenties in de kerkbladen. Maar het beste werkt nog
steeds om mensen persoonlijk te vragen. Om als vrijwilligers bij elkaar betrokken te blijven, houden we één keer per jaar een gemeenschappelijke maaltijd. Ook hebben we viermaal per jaar een vrijwilligersavond, om onze ervaringen te delen en te overleggen.” Door de terugloop aan vrijwilligers daalde het aantal dagdelen waarop het aanloophuis open is, van drie naar één. “We zijn al blij dat we als aanloophuis draaien zoals we draaien”, zegt Nan. “Het vrijwilligerswerk is hier heel anders dan bij de dagopvang voor thuis- en daklozen in de stad Groningen”, merkt Ina van Dijk op. “Als ik daar aan de slag ben, zijn de meeste bezoekers onder invloed van drank of drugs. Ze mogen daar niets gebruiken, maar er gebeuren wel onverwachte dingen waarop je als vrijwilliger moet inspringen. Hier, in Veendam, hoef je daar niet op te letten, ben ik gastvrouw voor onze gasten. Het vrijwilligerswerk voor beide groepen - in Groningen en Veendam - vind ik plezierig om te doen.”
Warm thuis Het aanloophuis in Veendam fungeert niet als doorverwijsplek naar andere instanties. Er zijn geen formulierenbrigades die mensen helpen met het invullen van officiële documenten, want dat hebben professionele instellingen en de burgerlijke gemeente geregeld. “Het belangrijkste vind ik dat je hier als gastvrouw je medemens een warm thuis en een luisterend oor kunt bieden“, vat oud-diaken Nan Keizer samen.
Foto boven: Nan Keizer Foto links: Ina van Dijk
Diakonia - december 2007
29
korte berichten
40DAGENTIJD 2008 ‘Vergeten worden is ook een ramp’ is de slogan voor de 40dagentijdcampagne in 2008. Kerk in Actie en ICCO vragen aandacht voor vergeten rampen. Miljoenen mensen lijden nog dagelijks door de gevolgen van de ramp die hen ooit trof. Zij leven al jaren als vluchteling. De 40dagentijd van inkeer en bezinning is een goed moment om opnieuw bij hen stil te staan. Want mensen mogen nooit vergeten worden. Het buitenlandwerk van Kerk in Actie en ICCO komt in beeld in de voorbeeldprojecten voor noodhulp en wederopbouw in Soedan en Birma. Miljoenen vluchtelingen zijn hier al jaren op drift. Het zendingswerk van Kerk in Actie toont het verzoeningswerk in Congo en
Colombia. Zich al jaren voortslepende conflicten hebben zowel daders als slachtoffers verwond. Het binnenlands diaconaat vestigt de aandacht op de situatie van chronisch zieke vluchtelingen en hun kinderen in Nederland. De gelukkig succesvolle acties voor een generaal pardon en ‘Geen kind in de cel’ lieten andere zaken noodgedwongen onderbelicht. De campagnepakketten voor de
30
40dagentijd 2008 zijn te bestellen via de webwinkel van Kerk in Actie: www.kerkinactie.nl en de campagnewebsite www. kerkinactie.nl/40dagentijd2008. U kunt ook telefonisch bestellen bij brochureverkoop/servicedesk, tel. (030) 880 1724.
JONGERENUITZENDPROGRAMMA TOGETTHERE De verschillende jongerenuitzendprogramma’s van Kerk in Actie en ICCO - Factor TIEN, Diaconaal Jaar, Young professional en Durf over je Grens zullen voortaan onder één naam gepresenteerd gaan worden: Togetthere. Togetthere wil jongeren meer betrekken bij ontwikkelingssamenwerking en heeft daarvoor verschillende programma’s ontwikkeld. Voor vrijwilligers en professionals. Voor individuen en groepen. Voor jongeren van 16 tot 32 jaar. Van Nederland tot Zimbabwe. In alle programma’s van Togetthere doen jongeren veel levens- en werkervaring op in een andere cultuur. Togetthere begeleidt hen tijdens hun deelname door een trainings- en coachingsprogramma, dat gericht is op hun persoonlijke en spirituele ontwikkeling. Jongeren kunnen zich hierdoor bewust worden van hun eigen kwaliteiten, inspiratie en inspiratiebronnen. Op www.togetthere.nl staat uitgebreide informatie over de Togetthereprogramma’s, voorbeelden van projecten en de mogelijkheid om jongeren aan te melden. Togetthere werkt nauw samen met JOP, het jeugdwerk van de Protestantse Kerk.
VREDE IN DE BUURT? Vanaf november van dit jaar is bij Kerk in Actie een publicatie verkrijgbaar over de rol van overheid, burgers en kerken bij het voorkomen en aanpakken van ‘geweld op straat’. De uitgave geeft veel achtergrondinformatie over het verschijnsel publiek geweld en is bedoeld om kerken en vredesbeweging te ondersteunen bij het opzetten van projecten tegen geweld. ‘Vrede in de buurt?’ verschijnt als co-productie van Kerk in Actie, de stichting SOM (Samenwerkende Organisaties voor Maatschappelijk activeringswerk) en de projectgroep
DE GEMEENTEADVISEUR IS ER VOOR U Na de sluiting van alle Protestantse Dienstencentra per 1 januari 2008 kunt u als diaconie met vragen en wensen voortaan terecht bij de PKN-gemeenteadviseur in uw classis. De gemeenteadviseur onderhoudt relaties met de plaatselijke kerkelijke gemeenten en is er voor advisering en begeleiding op úw maat. Ook over diaconale kwesties. Hij of zij beschikt, naast de nodige kennis en vaardigheden, over een netwerk van collega’s en andere deskundigen. De gemeenteadviseur is op de hoogte van wat er in andere gemeenten speelt en kan zo ook samenwerking, vernieuwing en uitwisseling bevorderen. Daarom wil de gemeenteadviseur een goede relatie met u opbouwen. Ook op de langere termijn. Voor u kan de
‘Geweld niet gewild’ van de Raad van Kerken in Nederland en is geschreven door Kees Tinga. Nadere informatie: Kees Tinga, tel. (030) 880 18 82 (k.tinga@ kerkinactie.nl) of Marijke Gaastra, tel. (030) 880 18 86 (
[email protected]).
gemeenteadviseur een adviseur, consulent of vraagbaak zijn, en soms ook een coach of gespreksleider. Voor contact met de PKN-gemeenteadviseur en ook met andere vragen kunt u terecht bij onze Servicedesk, tel. (030) 880 18 80, e-mail
[email protected]
Diakonia - december 2007
korte berichten
ARMOEDEONDERZOEK DIACONIE AMERSFOORT Kerk in Actie hield vorig jaar en het jaar ervoor een landelijke Armoedeonderzoek onder diaconieën. In navolging hiervan stuurde de diaconaal opbouwwerker van de protestantse diaconieën van Amersfoort-Stad aan het begin van dit jaar een vragenlijst aan alle negen diaconieën in haar werkgebied. Deze vragenlijst kwam in grote lijnen overeen met de vragenlijst die werd gebruikt in het Armoedeonderzoek van Kerk in Actie in 2006. Doel van het onderzoek was om inzicht te krijgen in de hulp die (protestantse) diaconieën bieden in armoedesituaties in Amersfoort. De conclusie van het onderzoek is dat armoede hoog staat op de Amersfoortse prioriteitenlijst. Ruim de helft van de diaconieën maakt ook echt werk van het opsporen van armoedesituaties. Predikanten, ouderlingen of andere pastorale contactpersonen spelen een belangrijke rol bij het op het spoor komen van armoede. Financiële en materiële hulp is, net als in het landelijke onderzoek, veruit de meest geboden vorm van ondersteuning aan mensen die financieel in de knel zitten. Maar ook in de formulierenhulp en begeleiding naar instanties zetten de Amersfoortse diaconieën hun beste beentje voor. In deze persoonlijke vormen van hulp en ondersteuning zijn de Amersfoortse diaconieën duidelijk actiever dan het landelijk gemiddelde, zo blijkt uit dit onderzoek. Voor andere diaconieën kan deze Amersfoortse aanpak een
Diakonia - december 2007
inspirerend voorbeeld zijn. Meer informatie: Joke Koolhof, diaconaal opbouwwerker, tel. (033) 463 77 95 (ma.di.do.), e-mail
[email protected]
MICHACURSUS VAN START Een nieuwe cursus over een diaconale en duurzame levensstijl voor groepen gemeenteleden. Meer info: www.michacursus.nl
COLLECTE WERELDDIACONAAT FEBRUARI 2008 Kerk in Actie collecteert tijdens de werelddiaconaatscollecte op 3 februari 2008 voor vredesopbouw en democratisering in Liberia. Er is goed nieuws uit Liberia. De stabiliteit in het land keert langzaam terug, na de lange en wrede burgeroorlog die het land jarenlang teisterde. Partnerorganisaties van Kerk in Actie en ICCO maken nu de stap naar vredesopbouw en democratisering. Een van die partners is de YMCA, hét internationale christelijk netwerk voor jongeren. De YMCA zet zich hard in voor Liberiaanse jongeren. Na de oorlog kunnen zij hun leven moeilijk oppakken. Werk is er niet, ze zijn niet geschoold, hun familie is straatarm. Samen met drie partner-
TIP OVER GLUTENVRIJ AVONDMAAL Diaconaal consulente Irene Stok uit Gouda gaf de volgende tip door: “Soms kan iemand geen gluten verdragen. Voor hen zou een diaconie voor het avondmaal glutenvrij brood kunnen kopen. Dit maakt het voor deze mensen mogelijk om aan het avondmaal mee te doen. De diaconie zou hierop alert kunnen zijn. Op de website www.glutenvrij.nl kunt u informatie vinden over manieren waarop u glutenvrije producten kunt verkrijgen.”
organisaties van ICCO en Kerk in Actie werkt de YMCA aan het programma ‘jeugd en ontwikkeling’. Liberiaanse jongeren kunnen er praktische beroepstrainingen volgen. Jonge ondernemers als metselaars en timmerlieden kunnen rekenen op een startkrediet. Maar ook worden de jongeren gestimuleerd om te helpen bouwen aan de democratie. De YMCA laat zich hierbij niet onbetuigd en voert een actieve lobby bij de locale en nationale politici voor de verbetering van de positie van jongeren. Er is veel geld nodig voor dit programma. Wilt u in uw gemeente een steentje bijdragen aan het mooie werk van de YMCA? U kunt terecht bij de servicedesk van Kerk in Actie voor het aanvragen van collectemateriaal, tel. (030) 880 18 80, e-mail
[email protected]
GEZINSHUIZEN VAN START De Rudolphstichting in De Glind begon bijna een eeuw geleden met een unieke vorm van diaconale jeugdzorg. Zij startte met de formule ‘gezinshuis’. Kwetsbare kinderen werden opgevangen in ‘gewone gezinnen’. Deze vorm van jeugdzorg werkt nog altijd bijzonder goed. Daarom heeft de Rudolphstichting het initiatief genomen om de formule breder op te zetten, in heel Nederland. Onder de naam Gezinshuis.com bundelen zij nu, samen met andere instellingen in de jeugdgezondheidszorg hun kennis en ervaring met gezinshuizen. Doel is het realiseren van minstens vijftig gezinshuizen in Nederland binnen vijf jaar. Gezinshuis.com ontwikkelt gezinshuizen voor kinderen en jongeren die aangewezen zijn op vierentwintiguurszorg. Een aanzienlijke groep kinderen en jongeren kan, om uiteenlopende redenen, niet meer thuis wonen. De wachtlijsten in de jeugdzorg zijn hoog, ook voor kinderen die vierentwintiguurszorg nodig hebben. Voor deze kinderen en jongeren biedt een gezinshuis een veilige en betrokken leefsituatie, en daarmee perspectief voor de toekomst. Onderdelen van het programma Gezinshuis.com zijn een opleidingsprogramma, een vacaturebank en een databank. Kerk in Actie steunt De Rudolphstichting met uw diaconale bijdragen. Meer informatie in Geloof in Uitvoering 2008. Zoe ook www.kerkinactie.nl/ wereldwijde/ hulp/diaconaat.
31
Goede God wees aanwezig bij uw mensen in handen die vasthouden en verzorgen in voeten die niet haasten maar meegaan richt ons op naar elkaar en naar de ander open onze ogen om te zien de blik in de ogen van de ander om te horen de stem achter wat wordt verteld God van alle mensen, voor al Uw mensen bidden wij dat deze wereld een plek mag zijn waar ruimte is voor ieder mens verbonden met de ander in kleur en leeftijd in ras en geloof een grenzeloze veelkleurige bewoonbare wereld een plaats voor iedereen waar mensen U herkennen in ontmoeting met elkaar waar mensen er zijn voor elkaar door barmhartigheid te tonen waar klank en kleur geen toegang hebben door recht te doen waar licht verduisterd wordt door te werken aan gerechtigheid waar mensen beroofd zijn van hun stem om zo Uw Stem te versterken tot menswaardig bestaan voor ieder mens beziel ons daarom met Uw Geest en geef ons Adem opnieuw Geestkracht om te vieren het leven in liefde en genade moge het zo zijn Sjon Donkers, uitgesproken tijdens de Landelijke Diaconale Dag 17 november 2007
24
Diakonia Diakonia -december - februari 2007