SAMEN MET JOU ZIJN ER VOOR ONS GEEN DREMPELS Assadaaka Community is een laagdrempelige organisatie die verschillende groeperingen in de samenleving wil samenbrengen om wederzijds begrip te bevorderen. Wij bieden een ontmoetingsplek aan en organiseren activiteiten die participatie, emancipatie en sociale cohesie bevorderen met behoud van eigenheid in persoon en achtergrond. Laten we samen zorgen dat iedereen zichzelf kan zijn in Amsterdam en in Nederland. Daar staan wij voor!
Terugblik ‘Herdenken en vieren’, mei 2014
Foto Adrià Páez Forteza - Het genieten van lekker eten
Auteur: Lies Bierenbroodspot, beleidsmedewerker van Assadaaka Community
EEN GESLAAGDE STRAATDINER AMSTERDAM-OOST 2014
BUURTBEWONERS LEKKER AAN TAFEL OP DE MAKASSARPLEIN
ASSADAAKA COMMUNITY HEEFT VOOR 500 MENSEN LEKKER GEKOOKT
Foto Adrià Páez Forteza
1
4 & 5 mei herdenkingen Het project Herdenken en vieren begon dit jaar voor Assadaaka Community op 29 april ’s avonds met een workshop naambordjes maken met buurtbewoners in Rumah Kami op het Makassarplein. Deze naambordjes zouden op 4 mei worden gebruikt in het project Namen en Nummers, een initiatief van kunstenares Ida van der Lee. Voor dit project zou het Kastanjeplein tijdelijk worden ingericht als een ritueel parcours, in de vorm van een grote plattegrond met alle locaties die betrekking hebben op de Jodendeportaties in de Oosterparkbuurt tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ida van der Lee, die zelf jarenlang in de Oosterparkbuurt woonde, had gemerkt dat in het dagelijks leven deze periode en de gebeurtenissen daarvan voor deze buurt in de vergetelheid zijn geraakt. Duizenden Joden zijn toen weggehaald en bijna niemand weet daar meer van. Zij wilde die vergetelheid doorbreken door middel van een ritueel waar buurtgenoten en andere bezoekers zelf actief aan konden meewerken*.
Foto Adrià Páez Forteza
Tijdens deze workshop in Rumah Kami, die goed werd bezocht door jong en oud, sprak de voorzitter van Assadaaka Ahmed El Mesri de volgende woorden: ‘Dames en heren, van harte welkom op deze zeer speciale workshop. We gaan hier met elkaar naamborden schrijven. Naamborden van Joodse mensen die in de Oosterparkbuurt in een straat in een huis woonden waar ze in de Tweede Wereldoorlog zijn weggehaald door de Duitse bezetters. Weggehaald omdat ze Joods waren. Weggehaald om naar een kamp gebracht te worden. Weggehaald om nooit meer terug te keren. Waarom? Omdat er in die tijd een leider was in Duitsland, Hitler, die het hele Joodse ras wilde uitroeien. Omdat hij, en velen met hem, dachten dat zij Het Kwaad waren. 2
Foto Adrià Páez Forteza
* Zie ook de persoonlijke ervaring van dit project bij 4 mei Het Duitse leger had in 1940 Nederland bezet en na een tijd werden Joodse mensen in Amsterdam eerst apart gezet in hun eigen wijk, de getto’s. Ze mochten niet meer in andere wijken komen, ze mochten niet met de tram rijden, ze mochten niet meer in sommige winkels komen en kinderen mochten alleen nog maar naar Joodse scholen. Maar het werd nog erger: op ’n gegeven moment kwamen er grote Duitse vrachtauto’s straten in gereden, er werd aangebeld bij huizen waarvan ze wisten dat er Joden woonden en ze werden overvallen in hun huis terwijl ze zaten te eten, of ze werden van hun werk opgehaald en meegenomen. En allemaal omdat Hitler had bevolen dat alle Joodse mensen moesten worden ‘opgeruimd’. Die man is gek! zou je zeggen. Toch waren er veel mensen die zijn opvattingen deelden. Nederland was toen bezet door de Duitse machthebbers en als je je tegen ze verzette kon je zelf worden doodgeschoten of gevangengezet. Daar paste je wel voor op, dus soms kon je maar het beste doen of je niks zag en van niks wist. Er waren Joodse mensen die gingen onderduiken: sommigen vluchtten de provincie in en kwamen op een boerderij terecht; anderen gingen schuilen bij betrouwbare mensen in de stad, ergens op een oude zolder, in een kast of, zoals Anne Frank, in een achterhuis van een grachtenpand in Amsterdam. Maar niet iedereen kon op tijd wegkomen of vond een geschikt onderduikadres. En soms werden ze toch nog gevonden, zoals Anne en haar familie en de andere onderduikers. En zo kon het gebeuren dat er in straten in Amsterdam hele gezinnen werden opgehaald en meegenomen om later met een goederentrein naar Duitsland te worden gebracht, naar een kamp. Daar werden ze meteen gedood of langzaam uitgehongerd. Ze stierven massaal aan ondervoeding en ziektes en er kwamen maar heel weinig mensen weer terug na de oorlog. Dit verhaal, dat geen verhaal is maar de gruwelijke werkelijkheid van toen was!, kent iedere Nederlander. Alle kinderen leren dit op school en iedereen weet welke dingen er zijn gebeurd in die tijd. De vraag die dan altijd weer opnieuw opkomt – ook en vooral nù –is: Wat moeten we met de herinnering aan deze gebeurtenissen en wat kunnen we van er van leren voor onze tijd? 3
Op de eerste plaats is het goed om stil te staan bij de gedachte aan die mensen: stuk voor stuk gewone mensen. Mensen zoals u en ik, die gewoon hun leven leefden, toevallig Joods waren en die hun eigen verleden hadden en hun eigen dromen voor de toekomst. Een toekomst die er voor hen nooit zou komen. Ze woonden in een huis, in een straat in Oost of in een andere wijk in Amsterdam. Ze waren hier naar toe gekomen, gevlucht voor het Nazi-gevaar in Duitsland, of ze woonden hier al generaties lang. Gewone mensen. Wij kunnen daar nu niets meer aan veranderen. Maar wat wij wel kunnen doen is blijven opkomen voor de vrijheid die we nu hebben in ons land. De vrijheid om jezelf te zijn, je eigen geloof te hebben, je eigen seksuele voorkeur, je eigen afkomst en je eigen kleur. En de vrijheid om te weigeren om die vrijheid te laten aantasten door leiders die ons voeden in onze voor-oordelen over mensen die ‘anders’ zijn dan wij. Iedereen is anders. Maar iedereen is als mens hier in deze wereld gelijk aan anderen. En laten we vooral niet vergeten dat vrijheid niet vanzelfsprekend is: vrijheid moet je voor blijven opkomen! Dus laten we vooral waakzaam blijven en zien hoe makkelijk het is om vanuit vooroordelen en wat genoemd wordt het ‘onderbuikgevoel’, naar andere mensen te kijken en ze over één kam te scheren. Laten we blijven zien hoe makkelijk het is om in te spelen op gevoelens van angst voor het onbekende en dan te scoren met kreten. Laten we blijven zien hoe makkelijk het is om mensen in te delen in groepen en ze vervolgens als groep in z’n geheel weg te zetten. Laten we dat niet pikken!!! Laten we solidair blijven met elkaar en vooral blijven praten met elkaar. Laten we elkaar blijven ontmoeten, blijven uitspreken wat we moeilijk vinden en waar we niet goed weg mee weten. Maar laten we nóóit mensen in groepen apart zetten en ze veroordelen louter omdat ze ánders zijn!!! Als jullie bezig zijn met het maken van de naamborden, denk hier dan eens aan. Laten we er een gezamenlijk werk van maken en zo een eerbetoon geven aan de mensen die we hiermee gedenken. Veel succes!’ Toespraak Ahmed El Mesri 29 april
Bij de 4 mei herdenking 2014-Vrijheid geef je door! Op 4 mei was er ’s middags een herdenkingsbijeenkomst in de Rumah Kami op het Makassarplein. Ook deze bijeenkomst werd goed bezocht. Bij deze gelegenheid sprak de voorzitter van Assadaaka Community, Ahmed El Mesri, de volgende woorden: 4
‘Vandaag is het de 4e mei, en op die dag herdenken wij in Nederland de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Die oorlog duurde van mei 1940 tot mei 1945, en in sommige delen van de wereld nog zelfs tot augustus van ’45. Dat lijkt nu erg lang geleden, bijna 70 jaar intussen, een heel mensenleven lang. De meeste overlevenden van die oorlog zijn inmiddels dan ook al overleden en er zijn nog maar weinig mensen over die die oorlog aan den lijve hebben meegemaakt en die met eigen ogen hebben gezien welke gruwelijkheden zich hebben afgespeeld tijdens de Duitse Bezetting. Toch blijft het heel nodig om de slachtoffers van die Bezetting te blijven gedenken. De prijs die zij hebben moeten betalen voor onze vrijheid nu is onvoorstelbaar hoog en gruwelijk geweest en het blijft nodig ons dat te realiseren. Vrijheid krijg je niet vanzelf, ook nu niet. Vrijheid is geen gegeven waar je naar eigen ingeving mee om kunt gaan. Vrijheid betekent in de eerste plaats verantwoordelijkheid. De ver-antwoord-elijkheid om een sterk bewustzijn te ontwikkelen van de samenhang van het grotere geheel waar we als mens deel van uitmaken. De verantwoordelijkheid om je eigen daden en uitingen te erkennen. En de verantwoordelijkheid als mens om respect in te zetten voor het anders-zijn van de ander, hoezeer die ander ook verschilt van jouzelf en van de groep waar jij je mee vereenzelvigt. Vrijheid maak je sàmen. Alleen dat kan vrijheid voor iederéén garanderen. In de Tweede Wereldoorlog is er letterlijk gevòchten voor die vrijheid. Letterlijk, door soldaten aan het front. Maar ook door mensen in ondergrondse verzetsbewegingen die stiekem krantjes drukten en verspreidden met het èchte nieuws, en die persoonsbewijzen (ID-kaarten, zou je die nu noemen) vervalsten om te zorgen dat Joodse bewoners niet konden worden opgepakt. Of ze regelden onderduikadressen her en der in de stad of ver buiten de stad, voor mensen die een oproep hadden ontvangen om naar Duitsland te worden gebracht naar een ‘werkkamp’. Pas heel veel later zou blijken dat ze daar helemaal niet naar toe werden gebracht om te werken, maar dat hen een heel ander, veel gruwelijker lot wachtte. Deelname aan zo’n ondergrondse verzetsactiviteit was bepaald niet zonder gevaar. Als het uitkwam wat je eigenlijk deed kon je alsnog worden opgepakt. En velen van deze dappere mannen en vrouwen zijn dan ook zonder pardon neergeschoten.
Foto Adrià Páez Fortez
Bijeenkomst 4 mei in de Rumah Kami
5
Het is goed dat we ons realiseren, ook – juist – vandaag de dag, dat al deze mensen een enorm hoge en onmenselijke prijs betaalden voor onze vrijheid nu. Een delegatie van Assadaaka is op dit moment op het Kastanjeplein hier in Oost, waar vandaag door buurtbewoners en anderen, naamborden worden gemaakt van mensen die in de Oorlog zijn weggevoerd. Gewone mensen, zoals u en ik, die toevallig Joods waren. Maar ook homoseksuelen, zigeuners en invaliden, en mensen uit het verzet. Het ging om mannen, vrouwen, kinderen, oude mensen, gebrekkige mensen – het maakte niet uit. Iedereen die in de ogen van de bezetter toen niet voldeed aan bepaalde kenmerken werd zonder pardon opgepakt en weggevoerd in veewagens, naar de vernietigingskampen in Duitsland en Polen. Dat kunnen we ons nu nog nauwelijks voorstellen. Maar laten we ons realiseren dat deze geest van afscheiding, van discriminatie, haat en wreedheid met deze oorlog niet ten einde is gekomen. Was het maar waar!!! Er zijn nog steeds plekken op de wereld waar mensen worden uitgesloten, gediscrimineerd, uitgebuit, gemarteld en vermoord. Want de geest van afscheiding kan te allen tijde worden gewekt in mensen die het bijvoorbeeld zelf slecht hebben; die geloven wat machthebbers roepen en beloven; die niet dóór hebben tot hoe ver een onmenselijke houding kan voeren; en die bevelen uitvoeren die zijn uitgedacht door fanatici die zich niet willen inzetten voor vrijheid van àllen maar die uit zijn op macht. Laten we daarom deze dag en deze herdenking gebruiken om tot ons door te laten dringen wat er toen is opgeofferd voor onze vrijheid nu. Laten we zien dat uit dat deel van onze wereldgeschiedenis een heel belangrijke les te trekken is voor ons en onze samenleving nu. En laten we dit moment aangrijpen om in ons eigen hart te kijken en te zien wat we, persoonlijk èn als samenleving, willen inzetten voor het doorgeven van die o zo kostbare vrijheid. Want vrijheid geef je door! Vrijheid geef je door!’ Toespraak Ahmed El Mesri 4 mei
Foto Adrià Páez Forteza - Stille tocht van Rumah Kami naar Ceramplein
Lees ook het nu volgende verslag van een persoonlijke ervaring: 6
Een persoonlijke ervaring bij het 4 mei-project ‘Namen en nummers – tijdelijk monument voor een oneindig verlies’ op het Kastanjeplein, Oosterparkbuurt, Amsterdam. Alles klopte aan dit project. Om te beginnen de locatie: het Kastanjeplein in Oost, één van de vriendelijkste pleinen van Amsterdam. De bomen die met hun zachtgroene schaduw de rustige sfeer van dit project prachtig omsluiten. De gastvrouwen die bezoekers op een rustige, open manier ontvingen en uitleg gaven. Met Therese ontstond meteen een gesprek dat van hart tot hart ging. Ze liet me het begin zien van de route over het plein: de kastjes met stenen en scherven*, het ladekastje met landkaarten** dat ik onmiddellijk herkende van mijn eigen Lagere School, het kastje met de namenboekjes per straat in Oost. De bedoeling was dat je zelf eerst een straat uitkoos en dan een namenboekje van die straat. Daaruit kon je een naam kiezen die je op een ruwhouten plankje (van uitsluitend Amsterdamse bomen) kon tekenen om het daarna in de stratenplattegrond op het plein te leggen, op het adres waar die mens gewoond had en was weggehaald. De plankjes lagen in oude open koffers – net zulke koffers die je in films over de Oorlog ziet waarin de weggevoerde mensen nog gauw wat spulletjes hadden gepakt. Dit soort details. Die meteen binnenkomen. Dit alles maakte me stil van binnen en dat zag ik bij meer mensen. Ik zag hoevéél namen er waren om uit te kiezen. Eigenlijk wilde ik niet kiezen. Of ze allemaal kiezen. Al deze mensen verdienen het om uit de kaartenbak te komen en dat hun naam wordt geschreven. Ik besloot een naam te kiezen die me op de een of andere manier zou opvallen. Er waren veel namen van families op één adres, gezinnen met kinderen– sommige nog heel jong waarschijnlijk. * stenen en scherven: Joden leggen als eerbewijs stenen op de graven van hun doden. De scherven staan voor gebrokenheid – de talloze voortijdig afgebroken levens en de durende pijn van verlies. ** kastje met landkaarten: symboliseert dat de Joden overal vandaan kwamen. Tussen al die namen viel me ergens het woord ‘alleenstaand’ op bij een vrouwennaam uit de 2e Oosterparkstraat. Haar koos ik. Zij had niet, zoals bij de gezinnen van één adres, de illusie kunnen hebben dat ze tenminste niet alléén ging. Dat raakte me. Misschien ook wel omdat ik zelf sinds ’n poos weer alleenstaand ben. Daarin zijn we zusters. Waren, want zij is er allang niet meer. Want toen, daar, weggehaald uit haar woning op 2 hoog in die straat in de Oosterparkbuurt. Die buurt waar ik zelf lang daarna ruim twintig jaar gewoond heb zonder ooit te hebben geweten wat zich daar in de Oorlog heeft afgespeeld en om hoevéél mensen dat ging. Aan een materialentafel schoof ik aan bij andere bezoekers. Ik nam de tijd om haar naam op het bordje te schrijven. We werkten in stilte.
7
Af en toe kwam iemand iets toelichten of aanwijzen. Ik gebruikte een sjabloon en een grote viltstift voor het schrijven van de naam. En daaronder schreef ik in mijn eigen handschrift een opdracht aan haar: ‘Wat ik je nog kan geven is dat je naam is geschreven.’
Foto Adrià Páez Forteza - Lies Bierenbroodspot
Toen het bord af was bracht ik het naar het stratenplan onder de bomen en zocht daar naar de straat. Terwijl ik aan ’t zoeken was kwam Isa naast me staan en vroeg ‘Wie komt u naar huis brengen?’ Ik kon even geen antwoord geven. Mijn Judith kan nooit meer thuiskomen… zij is er al lang niet meer. En toch was het ook mooi dat zij hier nu weer een naam zou krijgen, bij de straat waar zij ooit woonde. Nooit meer anoniem of de zoveelste van velen. Zij was Judith Polak. Het voelde goed dat Isa naast me stond om dit moment te delen. Zij legde me voorzichtig het volgende ritueel uit. Ik kon nu een bel uitzoeken en die laten horen vóór ik haar naambordje neer zou leggen op haar adres. Ik dacht meteen aan een andere bel en ik voelde me heel even bijna misselijk worden: de laatste bel die zij gehoord had toen er bij haar werd aangebeld om haar op te halen. Maar ik besloot dat dit de omgekeerde bel was: juist om haar naam terug te brengen. Klank is, net als taal, zo’n krachtige bron, die je ten kwade maar ook ten goede kunt gebruiken. Ook hier gaat het om intentie. Ik luidde de bel en legde haar naambord neer. Dag lieverd, hier hoorde je thuis, hier was je een vrouw met een naam, jouw eigen naam. Dag Judith. Ik heb je nooit gekend maar heb je naam geschreven. En die naam zal ik nu met me meedragen. Ter afsluiting voor mezelf wilde ik heel graag het vragenformulier invullen. Ik vond een hoekje met een ouderwets servieskastje waar ik bij het formulier ook een kopje thee kreeg aangeboden. Een theepot en kopjes uit die tijd. Een afwasteiltje zoals mijn oma had en een houten droogrekje voor de theedoeken. En weer een lief mens die me te woord stond en me haar loden jas liet zien, ook uit die tijd, zo eentje die ik zelf als kind had in de jaren ’50. Ik ging op een bankje zitten om van harte het formulier uitgebreid te beschrijven aan voor- en achterkant.
8
Het hele project had me erg geraakt, door precies de juiste toon van alle elementen. De sfeer, de rust, de aandacht, de intentie, de verbinding, de spullen, de details, het zelf individueel ermee bezig kunnen zijn en daarin een eigen vorm vinden. Alle elementen van dit project voelden ontworpen vanuit liefdevolle intentie. Dat ontroerde me. Het maakte dat mijn eigen kleine aandeel ook voelde als een heel eigen eerbetoon. Heel veel dank daarvoor! Dit lijkt mij een prachtig ritueel om in de toekomst in ere te houden. Je zou willen dat alle herdenkingen zo zouden kunnen zijn. Vooral waar je niet alleen toeschouwer bent bij iets dat georganiseerd is door anderen, maar waar je er zèlf actief je eigen vorm aan kunt geven, vanuit je eigen intentie en met je eigen gedachten. Dat doet iets met je, met je hart. En dat tilt de handeling uit boven het individuele en geeft het ook een verbindende dimensie. Dat is de kracht van een ritueel – dat de handeling bezield wordt door innerlijke intentie. En in dit geval: wat een prachtige tegenkracht tegen discriminatie, ontstaan en vormgegeven vanuit verbindende vrijheid voor iedereen. Lies Bierenbroodspot Buurtgenoot en beleidsmedewerker Assadaaka Community
Afsluiting 4 mei met Dodenherdenking Ceramplein Vanaf het Makassarplein vertrokken ’s avonds buurtbewoners en bezoekers van de herdenkingsbijeenkomst naar het Ceramplein, voor de jaarlijkse gezamenlijke Dodenherdenking. Onderweg werden witte rozen uitgedeeld. Wit is de kleur van zuiverheid en hoop. Rozen zijn het symbool van universele liefde.
Foto Adrià Páez Forteza
4 mei op de Ceramplein
Bij het monument op het Ceramplein werd een kernboodschap uitgesproken door Ahmed El Mesri:
9
Kernboodschap 4 mei – Dodenherdenking Laten we deze dag en deze herdenking gebruiken om tot ons door te laten dringen wat er toen is opgeofferd voor onze vrijheid van nu. Laten we tot ons door laten dringen dat uit dat deel van onze wereldgeschiedenis een heel belangrijke les valt te trekken voor ons en onze samenleving nu. En laten we dit moment aangrijpen om in ons eigen hart te kijken en te zien wat we – persoonlijk èn als samenleving – willen inzetten voor het doorgeven van die o zo kostbare vrijheid. Want vrijheid geef je door! Vrijheid geef je door! Kernboodschap door Ahmed El Mesri 4 mei
Foto Adrià Páez Forteza
Hierna werd er in Rumah Kami nagepraat over de indrukken van deze dag.
5 mei Bevrijdingsdag–dat vier je sámen in de buurt! ’s Avonds was er op het Makassarplein buiten een Bevrijdingsdiner georganiseerd. Heel veel vrijwilligers hebben zich daarbij ingezet voor de organisatie van dit grote evenement. Er werden gezamenlijk door alle vrijwilligers maaltijden bereid, er werden lange tafels opgezet met stoelen, de inschrijvingen werden geregeld en de kaartjes voor het diner verkocht (lage en aangepaste prijzen), er kwamen bandjes spelen om het geheel muzikale fleur te geven – van oer-Hollands tot Surinaams en Afrikaans. Het was gezellig druk en de sfeer was los en open. Men ontmoette elkaar, luisterde samen swingend naar de aanstekelijke muziek en men schoof geduldig aan in de rij voor een goed gevuld bord met allerlei zeer smakelijk eten! En dan lekker zitten eten en praten aan de lange tafels.
Er werd een kind- Burgemeester gekozen en een loco- Burgemeester. 10
Hamza Iallouchen 10 jaar oud Kinder-Burgemeester en Jannat Afkir 11 jaar oud LocoBurgemeester. Deze kinderen hebben ieder zichzelf in 2 tot 3 minuten gepresenteerd tussen nog 7 andere kandidaatjes. Ze vertelden hun oplossing voor een van Amsterdams grote uitdagingen aan het publiek. Daarna gingen ze op eigen gekozen muziekjes dansen om aan de mensen te tonen dat ze zich lekker vrij in hun lijf voelen. Belangrijk was ook een goede slotzin of actie.
Foto Adrià Páez Forteza - Kind- Burgemeester - loco- Burgemeester en hun raadsleden
En Ahmed El Mesri las bij dit speciale Bevrijdingsdiner de volgende woorden voor: ‘Dames en heren, ik heet u allen van harte welkom hier op deze speciale dag! Wat fijn dat u er allemaal bent!! Vandaag is het voor Nederland een bijzondere dag: het is vandaag Bevrijdingsdag! Op deze dag vieren we met elkaar dat we sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog vrijheid kennen. Nu bijna 70 jaar geleden kwam er een einde aan vijf jaar Duitse Bezetting van ons land, en sindsdien vieren we ieder jaar op deze dag dat we in Nederland vrijheid kennen. We vieren daarmee dat we in vrijheid leven. De vrijheid om bij elkaar te komen zonder angst om vervolgd of afgewezen te worden om geloof, ras, huidskleur, seksuele geaardheid, lichamelijke of geestelijke beperking of welke andere scheidslijn je ook maar kunt bedenken tussen mensen. De vrijheid voor een ieder om te zijn wie je bent, zonder angst voor uitsluiting, en met het vertrouwen dat je hier je eigen leven kunt leven en dat onze kinderen hun eigen leven hier kunnen opbouwen. Toch is die vrijheid niet vanzelfsprekend. Ook niet in deze tijd. Vrijheid wil niet zeggen dat alles maar kan en mag; en het betekent ook niet dat de vrijheid van de één, onvrijheid of onveiligheid oplevert voor de ander. Vrijheid maak je sámen! En vrijheid betekent ook dat je verantwoordelijk bent voor je eigen gedrag en dat je respect hebt en laat zien aan anderen. Want in een samenleving die zo veelkleurig en gevarieerd is als de Nederlandse – en zeker als de Amsterdamse samenleving – zul je met elkaar rekening moeten houden. Vrijheid vraagt van je om je niet af te sluiten voor anderen en je in je eigen wereldje terug te trekken, maar juist om te proberen om in gesprek te gaan met elkaar en te zoeken naar wat je bindt in plaats van wat je scheidt. 11
Vrijheid vraagt om een verdraagzame houding aan te nemen en niet alleen voor jezelf en je eigen kringetje vrijheid en veiligheid te verlangen maar ook bereid te zijn om dat aan anderen te géven. Dat is als het ware het wisselgeld van vrijheid: dat je je mede- verantwoordelijk voelt voor je naasten, voor je medeburgers, je buurt- en stadgenoten. Dat je je realiseert: oké, ik leef hier in vrijheid, maar hoe werk ik samen met mijn buren en met mijn buurtgenoten aan een sfeer van vrijheid voor iederéén? En dat is méér dan dat je je onverschillig opstelt tegenover de ander of dat je er stiekem het jouwe van denkt en lekker je eigen gang gaat. Dat màg natuurlijk altijd! Maar kun je het ook opbrengen om een ander echt aan te kijken, echt naar een ander te luisteren en dan echt te horen wat de ander zegt zonder meteen je eigen oordeel al klaar te hebben? Kun je het ook opbrengen om de ander echt als mens te zien en dan van harte te zeggen: ik zie jou, jij bent anders en dat is goed, ik ben anders en dat is ook goed. Dat is niet iets wat vanzelf gaat en soms is dat ook best moeilijk. Je moet soms echt je best doen om een ander te erkennen in zijn of haar anders-zijn. Om te durven kijken naar diens menselijke kwaliteiten en om niet te blijven hangen in wat jou vreemd is of bang maakt of ergert – je vooroordelen dus. Laten we wel wezen, we zijn allemaal mensen, en we hebben allemaal oordelen of vooroordelen over anderen en elkaar. De uitdaging is niet om die te ontkennen en om je mond te houden, maar om die gedachten bij jezelf te erkennen en dan te kijken of je oprecht vanuit je hart contact kunt maken met de ander. Dàt levert wat op. Je terugtrekken niet. Wat ik bedoel is ook: De vrijheid die we hier in Nederland met elkaar hebben is niet gratis: je moet er wat voor doen, ieder voor zich en allen met elkaar. Vrijheid vraagt om onderhoud en werk aan de winkel. Het vraagt om bereidheid, van iederéén, om elkaar te erkennen in het anders-zijn, om verdraagzaam te zijn en bereid om er samen echt het allerbeste van te maken. In de buurt, in de stad, in heel Nederland. Laten we die vrijheid waar zo hard voor is gevochten in de Oorlog niet als vanzelfsprekend beschouwen maar laten we die vrijheid blijven benutten door bruggen te bouwen naar elkaar toe, bruggen naar gezamenlijke doelen. Want we willen allemaal dat we hier in vrede met elkaar samen kunnen leven en dat we samen een toekomst kunnen maken die ook voor onze kinderen goed is om in te leven. Lang leve de vrijheid die we vandaag hebben voor het bouwen aan de toekomst van morgen!’ Toespraak Ahmed El Mesri 5 mei
Foto Adrià Páez Forteza
12
STRAATDINER OOST
Foto Adrià Páez Forteza
Foto: Thijs Gerbrandy
Vier uur. Links staat Alaadine bliksemsnel sla te snijden. Alsof hij het vaker heeft gedaan. Dat is ook zo, vertelt hij lachend: hij werkt bij een cateringbedrijf. Maar in de keuken van buurtcentrum Jav’art gaat het er wel even anders aan toe dan op zijn werk. Er klinkt Portugees, Frans, Marokkaans, Engels, Spaans, Nederlands, Egyptisch en nog wat kleurrijke vormen van Arabisch. Voor ons, op het grote kookeiland, staan bakken, schalen, hele containers vol met blokjes, schijfjes, bouten, rijst en tempé. Om ons heen, in de heerlijke geuren uit drie enorme ovens, staat een tiental vrijwilligers opgewekt maar vlijtig te koken. Zelf is Alaadine in Marokko geboren, maar hij is al zo’n – ‘wat is het inmiddels?’ – dertig jaar in Nederland. 4 en 5 mei betekent voor hem wat het voor alle Nederlanders betekent, zegt hij beslist. Hij heeft gisteren bloemen gelegd bij een oorlogsmonument, dat doet hij elk jaar. Rechts van ons heft Nordin, de chef die het culinaire werk aanstuurt, een vrolijk lied aan. Opeens staan mannen en vrouwen uit vele windrichtingen samen te klappen in opzwepende ritmes, worden de prachtige klanken van de kok met vlakke hand op de afzuigkap en lepels op de pannen begeleid.
13
'Ze zingen “ik word nooit moe, ik kom er aan”’ vertaalt Mostafa Admi uit het Arabisch. Hij is coördinator bij Assadaaka, de buurtvereniging die een flinke hand had in de organisatie van de maaltijd vanavond. Trots vertelt hij dat de voorzitter van Assadaaka hem persoonlijk heeft geholpen van een dakloos bestaan tot waar hij nu is. Assadaaka betekent vriendschap of broederschap, ‘maar eigenlijk meer nog: solidariteit en eenheid’, zegt Mostafa. Mensen komen omdat ze ziek zijn geworden, of met een formulier dat ze niet begrijpen, maar worden op een onverwachte manier in hun kracht gezet - bijvoorbeeld hier in de keuken. Zes uur. Links, rechts, overal zijn mensen in de weer. De marktkramen op het Sumatraplantsoen worden omgebouwd tot eettafels met feestelijke gele lopers. De band is alvast begonnen, een haag van meedansende kinderen om ze heen. Al het eten uit de keuken wordt uit grote containers gehaald en omgetoverd tot een hoog opgetast buffet. Blonde kapsels en zwarte vlechtjes, zonnebrillen, feestelijke paarse Afrikaanse jurken, scootmobiels en kinderwagens bewegen langs en met elkaar. Terwijl ik het zittend een stoepje opschrijf, schuift Jeanette van rechts gezellig tegen me aan (‘hè? Kun jij je eigen handschrift lezen?!’). Jeanette is elf, en wil vandaag Kinderburgemeester van Amsterdam worden. ‘Je moet eerst een presentatie geven, en daarna dansen. Dat moeten alle kinderen, ik weet echt niet of we wel goed genoeg kunnen dansen’, vertrouwt ze me toe. Met de presentatie zit het wel snor. ‘Over Geert Wilders, dat hij niet hoort te discrimeneren.’ Voor haar vriendin Esma (10) is het vooral groot feest. ‘Ik woonde eerst in Beverwijk, daar was het zó saai! Hier is het altijd gezellig. Er komen vaak mensen naar dit pleintje, ook al kennen ze elkaar niet. Ze maken vaak muziek, en er is nu een grote glijbaan. Je verveelt je nooit.’ Van achter ons springt Hamza (10) ons op de schouders. Hij is ook kandidaat in de burgemeestersrace. ‘We mochten ook praten over jeugdcriminaliteit. Ik zie kinderen hier op het plein soms op scooters rijden, of drugs gebruiken’, vertelt hij. ‘Zelfs een keer een schietpartij. Waarom zou je dat doen, als je er toch niets mee bereikt?’ Hamza wil wel veel bereiken: zijn juf zegt dat hij professor kan worden. ‘Als dat niet lukt, iets met technologie. En burgemeester natuurlijk!’ Zeven uur. Voor ons is het feest verrezen. Nordin zingt even niet, omdat hij met een geconcentreerde blik borden opschept voor de eindeloze rij mensen die op zijn etensgeuren af is gekomen. Een nieuwe band speelt op trommels, de dames in de Afrikaanse feestjurken bereiden hun optreden voor. Eindelijk mag ik een bord van het lekkere eten proeven. ‘Hier herdenken we 4 en 5 mei’ stelt het servetje naast mijn bord gedecideerd. Maar de Indische buurt doet dat op vele, eigenzinnige manieren. Tegenover me vertelt een buurtbewoonster over een oorlogsherinnering. Esma is alvast aan het indansen. Voor Alaadine zijn het bloemen om te herdenking, voor Jeanette een speech over Geert Wilders. Voor Mostafa, verbroedering. Naast me schuift een nieuwe buurvrouw aan. ‘Nou, eet smakelijk!’ zegt ze. ‘Op de vrijheid, hè?’ Tekst: Bob van Toor
14
Assadaaka Community Links Ahmed El Mesri, voorzitter en rechts Adrià Páez Forteza, medewerker van Assadaaka
Foto Yasmine El Mesri
Voor meer informatie: T 020 7525131 F 020 7525101 E
[email protected] www.assadaaka.nl Plantage Middenlaan 14-1 1018 DD Amsterdam
Deze straatDiner en bijeenkomsten werden mogelijk gemaakt door het stadsdeelOost en ondersteund door Bitme en 4 & 5 mei Comité. Onze grote dank gaat ook naar alle vrijwilligers van Assadaaka Community die altijd klaar staan om dit soort klusjes te klaren. (Petje af voor ons allen)
Volgende jaar weer…….. namens Assadaaka Community
Dhr. A. El Mesri, voorzitter
15