T EN GELEIDE Het boek geeft een inzicht in het reilen en zeilen van ondernemingen. Het bestaat uit vijf hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk wordt het belang geschetst van “ondernemen”. België telt een klein miljoen ondernemingen van allerlei aard. Het belang van de onderneming in de maatschappij is dus groot. In deze inleiding wordt de onderneming geschetst binnen de maatschappij en wordt gewezen op de belangrijke rol die zij inneemt in het maatschappelijk weefsel. Meteen wordt aan de hand van een eenvoudig model de finaliteit van de onderneming uiteengezet. Kort wordt de waardeketen van de onderneming onder de loep genomen. Verder komen de verschillende vennootschapsvormen aan bod. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de “handelszaak” -ook eenmanszaak genoemd- en de vennootschap. We gaan in op de voor- en de nadelen van beide. Verder worden ook de verschillende ondernemingsvormen behandeld die courant zijn in België. Vergelijkende tabellen visualiseren de verschillen tussen de vennootschapsvormen. Volgende vennootschapsvormen worden kort besproken:
• vereniging zonder winstoogmerk (vzw) • gewone commanditaire vennootschap (gcv) • vennootschap onder firma (vof) • besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (bvba) • naamloze vennootschap (nv) In het gedeelte “Hoe een onderneming starten” wordt concreet meegegeven wat de opeenvolgende stappen zijn bij het opzetten van de eigen onderneming. In het tweede hoofdstuk worden de “Basisbegrippen van economie” behandeld, die een ondernemer dient te beheersen. Elke ondernemer heeft immers behoefte aan een goed begrip van de economie. De begrippen van vraag en aanbod, prijselasticiteit van de vraag, opportuniteitskost, internationale handel en kosten van “output” komen aan bod. Begrippen als perfecte competitie, monopolie, oligopolie en speltheorie worden eveneens behandeld.
XVI
T EN GELEIDE
|
Het tweede hoofdstuk begint met een definiëring van het begrip economie. Nadien wordt ingegaan op begrippen zoals bbp -bruto binnenlands product. We geven inzicht in wat verstaan wordt onder consumptie en productie. Verder wordt het belang van economische groei onderstreept. Economisten denken in modellen. Om deze modellen gemakkelijker te begrijpen, illustreren we enkele fundamentele begrippen, zoals opportuniteitskost en marginale kosten. Vele ondernemingen drijven handel op internationaal niveau. In het gedeelte “Worden we beter van handel drijven?” worden het belang en de voordelen van handel drijven uiteengezet. De begrippen comparatief en absoluut voordeel worden uit de doeken gedaan. We hebben het kort over de bestaande economische marktvormen. Het volgende gedeelte, “Vraag en aanbod”, beschrijft de essentie van het marktgebeuren. Er wordt inzicht gegeven in de werking van vraag en aanbod. Elke onderneming heeft te maken met markten waar goederen en diensten worden gekocht en verkocht. Kennis van de wet van vraag en aanbod is dan ook essentieel voor elke ondernemer. Deze materie wordt concreet geïllustreerd aan de hand van concrete voorbeelden. We illustreren het begrip prijselasticiteit van de vraag en bespreken de invloed van prijsveranderingen op de gevraagde hoeveelheid. Kennis over prijselasticiteit van de vraag is een “must” voor elke ondernemer. We leggen de link tussen prijsveranderingen en hun invloed op de gevraagde hoeveelheid en de omzet van de onderneming. Naast de gewone prijselasticiteit van de vraag komt het begrip kruiselingse prijselasticiteit aan bod en wordt de invloed van prijsveranderingen van bijvoorbeeld substitutieproducten of complementaire producten uiteengezet. De begrippen consumenten- en producentensurplus laten toe om invloeden op vraag en aanbod te evalueren. Verder wordt de rol van de overheid in onze gemengde economie toegelicht. In het gedeelte “Overheidsinterventies” zetten we onder andere de effecten van belastingen uiteen. Het gedeelte “Productiekosten...” richt zich uiteindelijk tot de onderneming en behandelt de productie en de productiekosten. Verder komen de begrippen korte en lange termijn en vaste en variabele kosten ter sprake.
T EN GELEIDE
| XVII
Daarna worden in het kort volgende marktvormen behandeld: • volmaakte concurrentie • monopolie • monopolistische concurrentie • oligopolie In het gedeelte dat de oligopolie behandelt, wordt een sprong gemaakt naar de speltheorie. Elementen van de speltheorie laten immers toe het gedrag van producenten en consumenten beter te begrijpen. In het derde hoofdstuk “Financial accounting” wordt ingegaan op de basisbegrippen van financieel management. Elke manager of elke startende ondernemer wordt vroeg of laat geconfronteerd met financiële gegevens over de onderneming. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen twee soorten van financiële rapportering. De opmaak van financiële cijfers, bestemd voor louter intern gebruik, wordt Management Accounting of interne financiële berichtgeving genoemd. De rapportering die bestemd is voor extern gebruik, wordt Financial Accounting genoemd. Eerst worden de “boekhoudkundige principes” behandeld. Er wordt stilgestaan bij de zaaktheorie en de boekhoudkundige vergelijking. De begrippen rekening, balans en resultatenrekening worden eenvoudig uitgelegd. De techniek van dubbel boekhouden en afschrijven wordt eveneens besproken. Dan volgt een inleiding tot de “kosten”. Omdat de loonkost voor elke ondernemer een belangrijke kostenpost is, wordt een ommetje gemaakt naar de personenbelasting en vennootschapsbelasting. Nadien worden de belangrijkste “posten” van de balans één na één besproken. Ook het begrip btw komt uitvoerig aan de orde. Zowel de betekenis als de boekhoudkundige verwerking ervan worden behandeld. Na de balans komt de resultatenrekening aan de orde, die uitvoerig wordt toegelicht. Aan de hand van de jaarrekening van de onderneming Sioen Industries nv, worden de zonet aangebrachte elementen van balans en resultatenrekening concreet besproken.
XVIII
T EN GELEIDE
|
Door de theorie heen worden cases aangebracht die toelaten de opgedane kennis in boekhouden te toetsen. Naast de rapportering van de bedrijfsgegevens die bestemd zijn voor extern gebruik, zal elke onderneming ook een interne bedrijfsboekhouding bijhouden. Hoofdstuk vier gaat over de belangrijke materie van “Management Accounting”. Deze technieken geven het management inzicht in de kostprijs van de geproduceerde goederen en diensten. We zijn thans aangeland in het domein van de kostprijscalculatie. Hier worden de begrippen productiekosten, bedrijfskosten, beheerskosten en verkoopkosten ingevoerd. Aan de hand van enkele cases wordt een eerste inleiding gegeven in kostprijscalculatie. We geven een concreet beeld van wat de fabricage- en verkoopkostprijs inhouden. Het begrip contributie komt uitvoerig aan bod. Gelet op het feit dat de meeste ondernemingen meer dan één product in hun portfolio hebben, wordt ook aandacht besteed aan de optimale productmix. Bij dit laatste wordt gebruik gemaakt van de techniek van “lineaire programmering”. Het verdelen van de indirecte kosten over de eindproducten blijkt een heet hangijzer te zijn in de kostprijscalculatie. De versleuteling van deze indirecte kosten blijkt één van de beperkingen van de klassieke kostprijsberekening te zijn. Deze beperkingen worden weggewerkt in de techniek van Activity Based Costing, afgekort tot “ABC”. Aan de hand van twee cases wordt “ABC” geïllustreerd. Gezien vele ondernemingen betrokken zijn bij het produceren van producten op massa-basis, wordt een gedeelte gewijd aan de techniek van kostprijsberekening bij massaproductie. Er zijn ook ondernemingen die werken op order. Ook dit soort kostprijsberekening komt kort aan de orde. Ook de kost-volume-prijs theorie wordt behandeld en we zullen snel een break-evenanalyse kunnen maken. Hier is het dat de begrippen veiligheidsmarge, sensitiviteitsanalyse en winstobjectief worden toegelicht. Er wordt ook stilgestaan bij de techniek van prijsbepaling. In een boek over bedrijfskunde kunnen de beginselen van investeringsanalyse niet ontbreken. De investeringsbeslissing komt voor elke ondernemer op zeker moment op de proppen. De beperkingen van de pay-back methode worden aangegeven. Verder wordt de tijdswaarde van geld behandeld en wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de tijdswaarde van geld en het begrip inflatie. De techniek van netto contante waarde wordt aan de hand van enkele cases toegelicht. Verder gaat het boek in op de techniek van het budgetteren. Eén van de belangrijke managementtaken is immers plannen en budgetteren. Het opstellen van een sluitend budget, het opvolgen ervan en de interne rapportering erover, zijn “sleutels tot succes” in elke onderneming. We geven een case waarin de begrippen van variabele of flexibele budgettering aan bod komen.
T EN GELEIDE
| XIX
In het stuk over budgetteren wordt gewag gemaakt van het begrip “forecasten”. Er is een apart gedeelte gewijd aan deze belangrijke materie. Hoofdstuk vijf behandelt de “Analyse van de jaarrekening”. Aan de hand van de jaarrekening van de onderneming Sioen Industries nv wordt de performantie van een onderneming geanalyseerd. Er wordt ingegaan op financiële begrippen zoals liquiditeit, solvabiliteit en rentabiliteit. We analyseren de jaarrekening en stellen de kengetallen van de onderneming op. We maken een horizontale- en verticale analyse van de jaarrekening en produceren het contributieschema. Er wordt ook kennisgemaakt met de kasstromenanalyse. We zullen zien dat ook winstgevende ondernemingen toch in de problemen kunnen komen, als zij niet de nodige “cash” bezitten om leveranciers en andere schuldeisers tijdig te vergoeden. Dat doen we aan de hand van concrete cases. Het begrip DuPont analyse komt eveneens aan bod. In dit hoofdstuk werd ook plaats gemaakt voor de techniek van falingspredictie. Aan de hand van een eenvoudige formule kunnen bestaande ondernemingen een “ruwe” schatting krijgen van de kans op faling binnen de twee jaar. We voegen na elk hoofdstuk een literatuurlijst toe die gelinkt is aan begrippen uit de tekst. Er is tevens een lijst met alle cases die in het boek werden besproken. Zie hiervoor pagina 737. Verder zijn in het boek enkele appendices opgenomen. Appendix A gaat over de vaardigheden die een ondernemer in het algemeen bij voorkeur onder de knie heeft. Tevens wordt in de eerste appendix een test aangeboden -gecreëerd door Unizo- die toelaat de ondernemersvaardigheden na te gaan. Appendix B bevat het Minimum Algemeen Rekeningstelsel (MAR) dat in België gangbaar is. Appendix C bevat de balans en resultatenrekening van de onderneming Sioen Industries nv voor de jaren 2011-2010. Appendix D bevat de balans en resultatenrekening van de onderneming Sioen Industries nv voor de jaren 2012-2011. Er werd ook een lijst van frequent gebruikte afkortingen met hun betekenis opgenomen.
De van alle cases boek stellenbalans we u ook ter beschikking viavan http://dl.garant-uitgevers.eu. Op rekenbladen de voor- en achterflap van uit het dit boek werden en resultatenrekening Sioen Industries nv weerOp deze website kunt u inloggen met de persoonlijke code die u op pagina II vindt. gegeven. Aan de binnenzijde van de voor- en achterflap van het boek werden balans en resultatenrekening van Sioen Industries nv weergegeven.