www.rotterdam.nl telefoon 14 010
Werk & Re-integratie Activiteitenprogramma 2011
P2 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
Inhoudsopgave
1. Inleiding
3
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Uitgangspunten 5 Bijdrage aan het programma Arbeidsmarktontwikkeling 5 Full Engagement 5 Pilots Full Engagement 5 Arbeidsmarktgerichte aanpak 6 Stimuleren van zelfredzaamheid 6 Integrale dienstverlening 6 Invoering Participatieladder 6
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Activiteiten 2011 Aan de slag! Activiteiten Werk Werken en leren! Activiteiten Re-integratie Werken aan ontwikkeling! Gesubsidieerde arbeid In beweging! Activiteiten Activering Ga gewoon door! Activiteiten jongeren Ondersteunende instrumenten voor een excellente uitvoering
4. Financieel kader 4.1 Begroting 2011 4.2 Toelichting op het financieel kader
9 9 9 10 11 11 12 14 14 14
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P3
1. Inleiding Voor u ligt het Activiteitenprogramma Werk en Re-integratie 2011. Dit programma is een concrete uitwerking voor het jaar 2011 van het Beleidskader Werk en Re-integratie 2011-2014. Het Activiteitenprogramma wordt jaarlijks door het College vastgesteld en ter kennisname aan de gemeenteraad aangeboden. Beide documenten zijn nauw verbonden met de ambities uit het collegewerkprogramma. De centrale doelstelling van zowel het Beleidskader als Activiteitenprogramma is dat zo veel mogelijk Rotterdammers – die een uitkering van de Gemeente Rotterdam ontvangen – economische zelfstandigheid verkrijgen en uitstromen uit de uitkering. Elke klant is – ook als betaald werk (nog) niet binnen het bereik ligt – actief door een nuttige bijdrage aan de stad te leveren. Tegelijkertijd werken zij aan hun ontwikkeling. Dat noemen we Full Engagement. Daarnaast moet in dit kader het programma Arbeidsmarktontwikkeling genoemd worden. Dit programma is een belangrijk onderdeel van het collegewerkprogramma en heeft tot doel de Rotterdamse arbeidsmarkt beter in balans te brengen. Het programma Arbeidsmarktontwikkeling omvat een integrale benadering van de arbeidsmarkt waarin verschillende aspecten, zoals de werkgelegenheid, de arbeidsparticipatie, de kwaliteit van het onderwijs en de maatschappelijke betrokkenheid van werkgevers worden samengebracht. Er is een gezamenlijke inzet nodig om de Rotterdamse arbeidsmarkt meer in balans te brengen en naar een hoger niveau te tillen. We stellen hiervoor met bedrijfsleven en onderwijs een gezamenlijke agenda op. In het genoemde Beleidskader Werk en Re-integratie 2011-2014 en dit voorliggende Activiteitenprogramma 2011 gaat het vooral om de participatie en ontwikkeling van mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Er staat in omschreven wat de gemeente doet voor de Rotterdammers die het nog niet lukt om volledig zelfredzaam mee te doen. Voor deze mensen zet de gemeente het Participatiebudget in. Er wordt flink bezuinigd op het Participatiebudget. We moeten meer doen met minder geld. Ook daarom zet de gemeente in op betere samenwerking met partners zoals het UWV WERKBedrijf, (zorg) verzekeraars, woningcorporaties en zorg- en onderwijsinstellingen en worden extra financieringsmogelijkheden vanuit sectorale O&O-fondsen en ESF uitdrukkelijk verkend. Niet alle re-integratietrajecten die worden ingezet komen ten laste van het Participatiebudget. De gemeente Rotterdam is er de afgelopen jaren goed in geslaagd om mensen die beroep moesten doen op een WWB-uitkering aan het werk te krijgen en te houden. Hier gaan we natuurlijk mee door en we doen er met Full Engagement een schepje bovenop. In het verlengde van de ambitie om Full Engagement te realiseren is in het collegewerkprogramma de volgende doelstelling opgenomen: In deze collegeperiode activeren we 20.000 bijstandsgerechtigde Rotterdammers. • 10.000 bijstandsgerechtigde Rotterdammers stromen uit naar betaald werk; • 10.000 bijstandsgerechtigde Rotterdammers die nog niet kunnen uitstromen naar werk, ontwikkelen zich een stap omhoog op de Participatieladder. Dat dit met de bezuinigingen in het achterhoofd een grote uitdaging is moge duidelijk zijn. Met ingang van 2011 introduceren we de Participatieladder om te meten of de klanten die nog niet kunnen uitstromen naar werk zich een stapje omhoog op de ladder ontwikkelen. Iedereen heeft een talent en iedereen kan een bijdrage leveren aan de stad!
P4 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P5
2. Uitgangspunten 2.1 Bijdrage aan het programma Arbeidsmarktontwikkeling Het programma Arbeidsmarktontwikkeling richt zich op de gehele arbeidsmarkt. In het meerjarig beleidskader Werk en Re-integratie en het daaruit voorvloeiende activiteiten-programma 2011 wordt het zwaartepunt gelegd bij de ontwikkeling van mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt en de verhoging van de (arbeids-) participatie. Daarmee wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan het programma Arbeidsmarktontwikkeling. In de geest van het programma wordt onder meer ingezet op werken en leren, een bredere uitvoering van de 5%-regeling en op arbeidsmarktgerichte re-integratie met een duidelijke focus op de kansrijke sectoren op de arbeidsmarkt. Ook gaan we door met verbeteren van de werkgeversbenadering en hebben we oog voor het gegeven dat de arbeidsmarkt steeds duidelijker om een regionale in plaats van lokale benadering vraagt. Het werkgevers-servicepunt DAAD speelt daarin een belangrijke rol. 2.2 Full Engagement Full Engagement wordt ingevoerd voor alle Rotterdammers met een uitkering of inkomensvoorziening van de gemeente. Zij zijn primair zelf verantwoordelijk om te werken aan hun arbeidsparticipatie en worden geacht een tegenprestatie te leveren. De gemeente zal klanten daarbij waar nodig bijstaan. Voor groepen zoals ouderen en dak- en thuislozen worden meer specifieke afspraken gemaakt. Om Full Engagement te realiseren worden ook activiteiten ontplooid die niet vanuit het Participatiebudget gefinancierd (kunnen) worden. Klantmanagers van SoZaWe maken zelf afspraken met klanten over hun re-integratie cq. activering. Het feit dat een klant beschikt over een trajectplan houdt dus niet automatisch in dat een ingekochte re-integratie-voorziening wordt ingezet. De in de volgende hoofdstukken opgenomen tabellen hebben betrekking op de in hoofdstuk 4 begrote reintegratie-voorzieningen. De aanpak van Full Engagement kan de dienst SoZaWe niet alleen. Er zijn meer mogelijkheden tot participatie nodig, dan nu direct ter beschikking zijn voor Rotterdamse uitkeringsgerechtigden. Dat vraagt een creatieve en onorthodoxe aanpak, met een meerjarig perspectief. Zeker in een periode van krimpende budgetten zal meer moeten worden geïnvesteerd in samenwerking met ketenpartners op stedelijk en deelgemeentelijk niveau. Er zit een gedeeld belang en een gedeelde verantwoordelijkheid in de aanpak. Deelgemeenten, werkgevers, woningcorporaties, zorg-
& welzijnsinstellingen, opleidingsinstellingen, sport- & recreatieve organisaties moeten betrokken worden om meer participatie te realiseren. Met een aantal deelgemeenten zijn gesprekken gaande voor de specifieke invulling van Full Engagement in de wijk. Als zodanig kenmerkt Full Engagement zich ook door een gebiedsgerichte aanpak met ruimte voor lokale inkleuring. Tenslotte zal ook de betrokkenheid van andere gemeentelijke diensten noodzakelijk zijn, met name van de Roteb. Daarover zijn reeds afspraken gemaakt, onder meer in het kader van een meer gestandaardiseerde aanpak van klanten richting werk. 2.3 Pilots Full Engagement Er vinden twee pilots – in Overschie en Tarwewijk – plaats waarin ervaringen worden opgedaan met de aanpak Full Engagement. De ervaringen uit beide pilots zijn nuttig om de uitrol over de stad goed. In Overschie wordt de uitvoering in eigen beheer gedaan en in de Tarwewijk wordt de uitvoering uitbesteed. Ten tijde van het aanbieden van dit programma is de aanbesteding Pilot Full Engagement Tarwewijk nog gaande. Over ervaringen valt daarom nog niets te zeggen. In februari 2010 is gestart met de pilot Overschie aan de slag. Met een klein team vanuit Werkplein Schiekade is een aanpak gemaakt, waarbij met alle klanten wordt gesproken en afspraken worden gemaakt over participatie. Het gaat om circa 600 klanten met een uitkering van de dienst SoZaWe. Centraal in de aanpak staat, dat de klant zelf actie moet ondernemen en actief moet zijn. Dat kan zijn een toeleidingstraject naar werk of scholing, werkervaring, werken met behoud van uitkering of vrijwilligerswerk. Bij de realisatie van meer participatiemogelijkheden wordt samengewerkt met gemeentelijke diensten (m.n. de Roteb), de deelgemeente en andere maatschappelijke organisaties (zoals woningcorporatie, sport- en welzijns organisaties, speeltuinen en wijkorganisaties). De pilot dient nadrukkelijk als experiment om ervaringen op te doen waarmee vervolgens in andere wijken volgens deze systematiek kan worden gewerkt. Tot op heden is met nagenoeg alle klanten gesproken en zijn met circa 450 klanten afspraken over hun participatie gemaakt en zijn zij actief. Er zijn tot op heden 50 klanten uitgestroomd naar werk. De pilot wordt volgend jaar doorgezet om de ervaringen voor andere gebiedsgerichte projecten Full Engagement te kunnen gebruiken.
P6 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
Eind 2010 wordt besloten over de wijze van implementatie van Full Engagement. In deze collegeperiode worden afspraken gemaakt voor alle Rotterdamse wijken, zodat er eind 2014 in alle wijken Full Engagement wordt uitgevoerd. Er wordt begonnen met oud-Crooswijk en het Oude Noorden.
2.6 Integrale dienstverlening Op de werkpleinen staan UWV en gemeente voor een integrale dienstverlening met teams op de beursvloer die bestaan uit medewerkers van zowel UWV als SoZaWe. Samenwerken om het samenwerken mag geen doel op zich zijn. Het adagium hierbij is: elkaar versterken om de klant zo snel mogelijk aan de slag te krijgen.
2.4 Arbeidsmarktgerichte aanpak Het uiteindelijke doel is meedoen in betaald werk. Het perspectief ligt dan ook primair op de arbeidsmarkt. Er wordt ingezet op de combinatie van leren en participeren. De vroegtijdige betrokkenheid van werkgevers is onmisbaar.
Daarbij is eigen verantwoordelijkheid het uitgangspunt. Mensen met weinig afstand tot de arbeidsmarkt worden vooral gefaciliteerd. Mensen die niet zelfredzaam zijn, krijgen ondersteuning. Ook de dienstverlening aan werkgevers wordt via het servicepunt DAAD gezamenlijk vormgegeven. Om de klant beter in beeld te krijgen en de efficiency tussen de beide organisaties te bevorderen worden de belangrijkste systemen van UWV (Sonar) en SoZaWe (RMW en Socrates) gekoppeld.
We investeren ontwikkelingsgericht in mensen. Dat geldt ook voor de extra steun van loonkostensubsidie, die een (reguliere) werkgever kan krijgen om iemand in dienst te nemen die niet (direct) volledig productief is. Die loonkostensubsidie wordt in principe alleen nog ingezet, gekoppeld aan de ontwikkeling van de loonwaarde van de bewuste werknemer. Jongeren doen mee op school of zijn aan het werk. Als dat niet zelfstandig lukt doen we een aanbod waarbij het behalen van een startkwalificatie voorop staat (‘school first’). Voor taaltrajecten geldt dat zij gericht zijn op het bevorderen van de participatie. Waar nodig is er aandacht voor de gezondheid. Bij klanten met gezondheidsklachten leggen we de focus op wat de klant wèl kan. Dit stellen we vast aan de hand van arbeidsmedische keuringen. 2.5 Stimuleren van zelfredzaamheid Zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van de klant zijn richtinggevende waarden. De klant moet zelf actief zijn om participatie in de samenleving en op de arbeidsmarkt te realiseren. Lukt dat niet zelfstandig dan wordt ondersteuning geboden. Een excellente uitvoering is cruciaal voor het behalen van succes. De professional van de gemeente fungeert dan als coach en regisseur en pleegt ontwikkelingsgerichte interventies om het traject van de klant zo effectief mogelijk te laten verlopen. Mensen die wel kunnen maar niet willen, krijgen een sanctie opgelegd. Het huidige maatregelenbeleid zal daartoe worden verscherpt. De voorstellen daartoe worden nog in 2010 aan de gemeenteraad voorgelegd.
2.7 Invoering Participatieladder Het WWB-bestand wordt op dit moment ingedeeld volgens de doelgroepen Werk, Re-integratie en Activering. Met deze indeling wordt de afstand van de klant tot de arbeidsmarkt geduid. Voor SoZaWe-klanten uit de doelgroep Werk is deze afstand relatief klein (6 maanden), voor Re-integratie groter (tot 2 jaar) en Activering het grootst (langer dan 2 jaar). Medio 2010 kende het bestand (35.323 personen: het toenmalige WWB-bestand inclusief hun partners) die in mei 2010 een WWB of WIJ-uitkering ontvingen) de volgende kenmerken: Leeftijdsverdeling < 27 jaar 27-44 jaar > 45 jaar
aandeel in bestand 10% 42% 48%
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P7
Uitkeringsduur 100%
Uitkeringsduur De uitkeringsduur is sterk verbonden met de leeftijd van de uitkeringsgerechtigde. Hoe ouder, hoe langer de uitkerings duur. Er is eveneens een sterke relatie tussen leeftijd en de doelgroepindeling. Jongeren vallen vaker onder de categorie
80%
Werk, ouderen (die ook langer uitkeringsafhankelijk zijn), behoren vaker tot de doelgroep Activering.
60%
< 1 jaar
1 - 5 jaar
> 5 jaar
40%
20%
0% < 27 jaar 27-44 jaar > 44 jaar
Totaal
Klantsegment 100%
Klantsegment Met ingang van 1 januari 2011 is de Participatieladder in gevoerd. Het klantenbestand van SoZaWe wordt volgens de principes van deze ladder ingedeeld. Aan de hand van de ladder meten we of de klanten die nog niet kunnen
80%
uitstromen naar werk zich ontwikkelen en een stap omhoog op de participatieladder maken. Zo bepalen we ook de inzet van het re-integratie-instrumentarium. De Participatiel adder
60%
bestaat in totaal uit zes niveaus, met als hoogste trede regulier ‘betaald werk’ zonder ondersteuning en onderaan een ‘geïsoleerd’ bestaan zonder sociale contacten.
40%
20%
Werk
Re-integratie
Activering
0% < 27 jaar 27-44 jaar > 44 jaar
Participatieladder*
Participatieladder Voor het zittend bestand is eind 2010 een nulmeting gedaan, gevolgd door de trede-indeling op basis van de actuele situatie. Nieuwe klanten worden op basis van een eerste intake (de quickscan) ingedeeld op de trede van de
6 Betaald werk
ladder die voor hen van toepassing is. Het tweede meet moment volgt één jaar na de eerste meting, of bij uitstroom
5 Betaald werk met ondersteuning
4 Onbetaald werk
(de situatie die ontstaat als de uitkeringssituatie wordt beëindigd). Zo wordt de ontwikkeling van de klant gevolgd. *Meer informatie is te vinden op www.participatieladder.nl, een website van VNG.
3 Deelname georganiseerde activiteiten
2 Sociale contacten buitenshuis
1 Geïsoleerd
P8 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P9
3. Activiteiten 3.1 Aan de slag! Activiteiten Werk Klanten uit de doelgroep Werk moeten op korte termijn regulier (betaald) kunnen werken en op hun eigen benen staan. Een goede samenwerking met werkgevers is daarbij cruciaal. ‘Vraaggericht’ houdt in dan ook in dat de behoefte naar personeel centraal staat. Met een intensieve werkgeversbenadering streven wij ernaar het bereik op de arbeidsmarkt te vergroten en zodoende toegang te krijgen tot een zo groot mogelijk aantal vacatures en tevens een zo gedifferentieerd mogelijk aanbod: differentiatie op het gebied van sectoren, werkzaamheden en instroomniveaus. We zetten voor deze groep nadrukkelijk in op de combinatie van werken en leren (‘learning on the job’). SoZaWe biedt deze klanten faciliteiten om een baan te vinden en treedt op als coach. Op de werkpleinen worden klanten met hulp van jobcoaches en kortdurende intensieve begeleiding in de DAADwerkt-groepen gestimuleerd om hun weg naar de arbeidsmarkt zo snel mogelijk terug te vinden. Het werkgeversservicepunt DAAD fungeert als schakel tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. DAAD werkt daarbij vanuit de vraagzijde. DAAD werft vacatures, selecteert klanten en matcht vraag en aanbod. DAAD kan werkgevers stimuleren om werklozen met een korte afstand tot de arbeidsmarkt in dienst te nemen door hen kortdurende arrangementen verstrekken voor bijvoorbeeld loonkosten, opleiding, proefplaatsingen of reiskosten. Door de bezuinigingen op het Participatiebudget zijn hiervoor echter minder middelen beschikbaar dan voorheen. Zeker nu de kans op werken in loondienst door de crisis kleiner is, biedt ook ondernemen een goede kans op economische zelfstandigheid. Regionaal Bureau Zelfstandigen (RBZ) zal 100 mensen met een WWB-uitkering een voorbereidingstraject op het ondernemerschap bieden. Als dit voorbereidingstraject leidt tot een levensvatbaar ondernemingsplan kan een deelnemer met een microkrediet en/of tijdelijke levens ondersteuning zijn/haar onderneming starten. Activiteiten werk Arbeidsmarkt Vraaggerichte trajecten DAADwerkt/WERKloont DAAD arrangementen - Werk Stimuleren ondernemerschap
8.750 750 6.960 955 85
3.2 Werken en leren! Activiteiten Re-integratie Klanten uit de doelgroep Re-integratie hebben een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Zij hebben onder steuning nodig bij hun ontwikkeling naar werk. SoZaWe zet daarbij in op arbeidsmarktgerichte interventies. Dit zijn bij voorkeur trajecten waarin werken en leren gecombineerd wordt. Dit geeft invulling aan het speer punt ‘Inzet op de combinatie werken en leren’ uit het Beleidskader Werk & Re-integratie 2011-2014. De samenwerking met werkgevers (zeker ook op sector niveau) wordt gezocht. De contracten voor de huidige trajecten voor deze doelgroep lopen dit jaar af. De aanbesteding voor het nieuwe traject Arbeidsmarkt Vraaggerichte Re-integratie wordt medio 2011 afgerond. Bij de ontwikkeling van de klanten (en hun daarmee samenhangende loonwaarde) uitdrukkelijk gekeken naar de vraag op de arbeidsmarkt. De combinatie van werken en leren voor arbeidsmarktgerichte kwalificering (indien nodig), motivatie en sollicitatie- en werknemers vaardigheden zijn belangrijke onderdelen. De samenwerking met de Roteb als mens-ontwikkel bedrijf en aanbieder van re-integratietrajecten – zoals Participatieplaatsen, Ro-trajecten, assessments – wordt uitgebouwd. Participatieplaatsen zijn eenvoudig additioneel werk met behoud van uitkering, gericht op ontwikkeling van werknemersvaardigheden en uitstroom naar werk. Ro-trajecten zijn bedoeld om de afstand tussen het niveau van de klant en het gevraagde aanvangsniveau met sectorspecifieke trainingen te overbruggen. Voor klanten die als gevolg van multiproblematiek niet in staat zijn werk te vinden dan wel te behouden is het traject ExIT (Extra Intensieve Trajectbegeleiding) beschikbaar. Deze intensieve multidisciplinaire aanpak (met aandacht voor sociaal-psychische belemmeringen en werk) bestaat uit een intake, een duidelijke diagnosestelling, individuele klantgesprekken en vervolgens bemiddeling naar werk. Het Erasmus MC doet onderzoek aan de hand van ExIT naar de effecten van re-integratie op sociaal-economische gezondheidsverschillen. Wanneer in het reguliere aanbod geen passend traject is te vinden, kan besloten worden dat de klant een traject Rotterdamse Individuele Overeenkomst (RIO) gaat doen. De invulling van activiteiten wordt per individu beoordeeld, altijd met betaald werk als doel.
Instrumenten ‘Werk’ gefinancierd uit het Participatiebudget
In de Pilot Full Engagement Tarwewijk van het Werkplein Dynamostraat wil SoZaWe bereiken dat een complete doelgroep uit de Tarwewijk zoveel als mogelijk actief is en duurzaam uitstroomt naar de arbeidsmarkt. Naast
P10 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
de positieve effecten voor de deelnemers willen we ook de sociale kwaliteit van de wijk versterken. Deelnemers aan de pilot krijgen een tijdelijke arbeidsovereenkomst die aansluit op hun capaciteiten. Voor de uitvoering zijn marktpartijen ingeschakeld. Activiteiten re-integratie Arbeidsmarkt Vraaggerichte trajecten DAAD arrangementen - Re-integratie Roteb participatieplaatsen / scholing/assessment ExIT 1.190 Rotterdamse Individuele Overeenkomst Pilot Full engagement Tarwewijk
7.085 1.610 770 2.495 520 500
Instrumenten ‘Re-integratie’ gefinancierd uit het Participatiebudget
3.3 Werken aan ontwikkeling! Gesubsidieerde arbeid Gesubsidieerde arbeid is een verzamelterm voor de vormen van arbeid die worden gerealiseerd met inzet van een (langdurige) loonkostensubsidie. Het verstrekken van loonkostensubsidie heeft als doel mensen van wie de arbeidsproductiviteit op dit moment te laag is om de bruto loonkosten voor een werkgever terug te verdienen toch te laten participeren op de arbeidsmarkt. De toepassing van loonkostensubsidies wordt fors verminderd. Dit instrument wordt alleen ingezet als het onmisbaar is voor het re-integratieproces of wanneer de kosten lager zijn dan de kosten van de uitkering. Uitgangspunt is dat gewerkt wordt aan de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit en dat de hoogte van de subsidie wordt afgestemd op de loonwaarde van de klant. We voeren hiervoor een werkwijze in waarmee de loonwaardeontwikkeling van de klant periodiek wordt gemeten. Dit geeft invulling aan het speerpunt ‘Ontwikkelingsgericht investeren in mensen’ uit het Beleidskader Werk & Re-integratie 2011-2014. Rotterdam kent verschillende vormen van gesubsidieerde arbeid. We werken verder om alle huidige verschillende regelingen rondom loonkostensubsidie beter op elkaar te laten aansluiten. ID/WIW De kosten van de “klassiek” gesubsidieerde arbeid (de voormalige ID- en WIW) leggen een groot beslag op het beschikbare budget. In Rotterdam leveren medio 2010 ongeveer 1.500 mensen in zogenaamde ID-banen met loonkostensubsidie een nuttige maatschappelijke bijdrage. Deze subsidies kunnen echter niet gevrijwaard blijven van de bezuinigingen. In de komende vier jaar wordt een taakstellende bezuiniging doorgevoerd, waarmee gemiddeld 10% per jaar wordt bespaard.
Afbouw ID/Wiw ID Wiw
Prognose 2011 Afname tot 1.420 Afname tot 781
Sociale Werkvoorziening Het jaar 2011 wordt een belangrijk jaar voor de Wsw en de ‘onderkant van de arbeidsmarkt’. Gestart wordt met de pilot loondispensatie, waarvoor Rottedam samen met 31 gemeenten in Nederland is geselecteerd. De pilot (naar aanleiding van de voorstellen van de commissie De Vries) moet inzichten opleveren voor de totstandkoming van één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt, waarvoor het vorige Kabinet de eerste schreden heeft gezet en waarvoor het huidige Kabinet de lijn onveranderd doorzet. Rotterdam loopt daarbij dus duidelijk voorop. Verder wordt onverminderd uitvoering gegeven aan de Beleidsnota Wsw van 2009. Overeenkomstig de ambities van het beleidskader voor de Wsw “Maatwerk en dynamiek aan de onderkant van de arbeidsmarkt” verschuift in de sociale werkvoorziening de aandacht van het verrichten van (deels) productieve arbeid verder in de richting van arbeidsontwikkeling. De scheiding tussen regie en uitvoering wordt verder geëffectueerd door de overgang van Detacheren en Begeleid Werken en de Wsw’ers van Stadstoezicht naar Roteb. De omschakeling van Roteb naar een bedrijf dat zich primair richt op mensontwikkeling gaat door. In toenemende mate zal deze opgave worden aangestuurd en gemonitord door SoZaWe als regisseur. Door de bezuinigingen zal geen nieuwe instroom vanaf de wachtlijst kunnen plaatsvinden. Het Kabinet zet enerzijds in op een spoedige stelselherziening aan de onderkant van de arbeidsmarkt en laat dit anderzijds gepaard gaan met majeure bezuinigingen op de Sociale Werkvoorziening. Reeds in 2011 wordt Rotterdam geconfronteerd op een korting van € 3,5 miljoen. Daar bovenop komt een vermindering van het aantal arbeidsplaatsen waarmee een bedrag van € 2,3 miljoen is gemoeid. Deze bezuinigingen lopen in komende jaren door naar kwart tot eenderde van het Rijksbudget. Een ambtelijke werkgroep werkt aan scenario’s om de gevolgen van deze bezuinigingen op te vangen. Sociale Werkvoorziening Prognose 2011 Wsw-werkplek Gemiddeld 2.250 Rotterdammers
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P11
3.4 In beweging! Activiteiten Activering Onze focus ligt op arbeidsparticipatie, maar als dat niet meteen kan, dan is maatschappelijk participeren een goed begin. Het stimuleren van de ontwikkeling naar een hogere trede op de participatieladder en het bevorderen van het meedoen van klanten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt is een belangrijke doelstelling. Deze klanten worden – vanuit het streven naar Full Engagement – aangespoord om ‘zichzelf te activeren’ en in het vrijwilligerswerk aan de slag te gaan. In 2011 wordt op ieder werkplein een loket ‘Voorwerk’ ingericht. Het doel hiervan is de inzichtelijkheid in het aanbod van niet-regulier werk te vergroten en het proces van het bij elkaar brengen van vraag en aanbod van niet-regulier werk te verbeteren. Dit loket is een ondersteunende faciliteit voor zowel de klant die op de beursvloer komt, als voor de klantmanager. SoZaWe ondersteunt klanten uit de doelgroep ‘Activering’ in hun ontwikkeling op de participatieladder. De focus ligt daarbij altijd op wat de klant wèl kan. Indien nodig wordt samengewerkt met zorg- en welzijnsinstellingen. Als sprake is van een multiprobleemsituatie – op gebied van persoonlijkheid, sociaal-economische factoren, demoralisatie, werkervaring en uitkeringsduur – wordt de klant geholpen de juiste zorg- en hulpvraag te formuleren, echter zonder de zorg over te nemen. Als er sprake is van een samenloop van problemen kan een Lifecoach worden ingezet. Die ondersteunt mensen uit de doelgroep bij het zelfstandig hanteerbaar maken van hun belemmeringen. Waar nodig zetten we in op gezondheidsinterventies en intensieve begeleiding om klanten te activeren en motiveren (bijvoorbeeld met het traject Fit4work). Hiervoor benutten we de mantelovereenkomst die we voor de WWB-klanten met zorgverzekeraar Achmea/ Zilveren Kruis hebben afgesloten. Gezondheidsinterventies kunnen dan vergoed worden vanuit de zorgverzekering. In het kader van de Persoonsgerichte Aanpak (PGA) en het plan van aanpak Maatschappelijke Ontwikkeling (MO) levert SoZaWe een bijdrage aan de re-integratie van overlast gevende veelplegers en dak- en thuislozen. Hiervoor worden onder meer dagbestedingstrajecten ingezet. Activiteiten activering 5.162 Participatieplaatsen 710 Vrijwilligersplaatsen: Sociale activering / OK klassiek 2.420 Gezondheid (Fit4work, lifecoaching, dagbesteding) 2.032 Instrumenten ‘Activering’ gefinancierd uit het Participatiebudget
3.5 Ga gewoon door! Activiteiten jongeren Het is cruciaal dat jongeren een goede basis voor de arbeidsmarkt meekrijgen en hun eigen kracht benutten. Zonder diploma neemt de kans op werk af en wordt het risico op een uitkering groter. Jongeren zijn daarom als speerpunt benoemd in het Beleidskader Werk & Reintegratie 2011-2014. De WIJ (Wet Investeren in Jongeren) verplicht de gemeente jongeren die een beroep doen op een uitkering een werkleeraanbod te doen, in de vorm van werk, scholing of een werkleerbaan. Pas wanneer de jongere dit aanbod accepteert, ontstaat het recht op een inkomensvoorziening. Als niet actief meegewerkt wordt, kan die ook weer ingetrokken worden. De WIJ is op 1 oktober 2009 ingevoerd. In de loop van 2011 wordt de invoering van de WIJ in Rotterdam geëvalueerd. Meer dan tweederde van de jongeren in de WIJ heeft geen startkwalificatie. Jongeren die passen binnen het reguliere onderwijs worden dwingend terugverwezen naar school. Deze beleidskeuze noemen we ‘school first’. De Rotterdamse aanpak van jeugdwerkloosheid voor 20112012 wordt beschreven in ‘Ga gewoon door!’. Uw Raad wordt hierover separaat nader geïnformeerd. Er wordt extra aandacht besteed aan kwetsbare jongeren, zoals zwerfjongeren, tienermoeders en voortijdig schoolverlaters (VSV-ers). Voor hen kan een werkleeraanbod ook bestaan uit zorg- en of hulpverleningstrajecten om tot scholing of werk te komen. Jongeren die nog geen opleiding of werk hebben, gaan tijdelijk bij de gemeente werken voor een uitkering onder de noemer ‘Work First’. Daar doet de jongere werkervaring op en leert waar zijn of haar belangstelling ligt. De specialistische trajecten zijn specifieke uiteenlopende trajecten die doorgaans gericht zijn op uitstroom naar werk. Hiertoe kan bijvoorbeeld het Traverse-traject worden gerekend, waarbij jongeren stage lopen bij een winkelier in de binnenstad en gelijktijdig een start kwalificatie behalen. Ook trajecten specifiek gericht op werk in de haven, of voorbereiden op het onder nemerschap (gericht op empowerment van jongeren zonder startkwalificatie) worden hiertoe gerekend. Doelgroep jongeren DAAD arrangementen - Jongeren Work first Specialistische trajecten - Jongeren Eerste aanbod jongeren
3.946 975 800 651 1.520
Instrumenten voor jongeren gefinancierd uit het Participatiebudget
P12 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
3.6 Ondersteunende instrumenten voor een excellente uitvoering Ondersteunende instrumenten zijn bedoeld om de inzet van het instrumentarium voor werk, re-integratie en activering zo effectief mogelijk te maken. De klant manager zet ze onder de noemer ‘losse modules’ voorafgaand of flankerend aan een ander instrument in. Het gaat er dan vooral om de juiste randvoorwaarden te scheppen voor zowel klant, klantmanager als werkgever, waardoor de kans op een positieve afronding van het traject maximaal is. Taal en gezondheid zijn in het Beleidskader Werk & Re-integratie 2011-2014 benoemd als speerpunten voor alle klantgroepen. Daar worden specifieke activiteiten op ingezet. Begin 2011 zal de generieke arbeidsdiagnose zijn ingevoerd. Deze diagnose is bedoeld voor klanten waarvan tijdens de quick scan is geconstateerd dat zij niet direct voor regulier werk in aanmerking kunnen komen. Om specifieke belemmeringen in kaart te brengen kunnen diverse instrumenten benut worden zoals een op werknemersvaardigheden gericht assess ment bij de Roteb, een arbeidsmedische keuring en een psychologisch onderzoek. De mentale en fysieke fitheid van de klant heeft immers invloed op het al dan niet succesvol afronden van een re-integratietraject. Omdat kwalificatie een belangrijke randvoorwaarde voor toetreding op de arbeidsmarkt is, kan scholing onderdeel van een re-integratietraject zijn. Indien nodig wordt daarom bijvoorbeeld ingezet op de oriëntatie ter voorbereiding op scholing, het verkrijgen van een EVC (Erkenning Verworven Competenties) of een EVP (ErvaringsProfiel). Ook het in woord en geschrift beheersen van de taal is belangrijk. Het leren van de taal gaat hand in hand met het aanleren, uitbreiden of behouden van vaardigheden die nodig zijn voor deelname aan de samenleving. Hiervoor worden duale inburgeringstrajecten (met zowel participatie als taalbeheersing als doel) ingezet. Handhaving neemt een belangrijke plek in. SoZaWe maakt namelijk bindende afspraken met de klant over de activiteiten die deze in het kader van zijn of haar re-integratie gaat verrichten. Deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd in een trajectplan dat door beide partijen wordt ondertekend. Indien de klant zich niet houdt aan deze afspraken en er is sprake van verwijtbaar gedrag dan legt SoZaWe direct een maatregel op. De uitkering wordt dan – afhankelijk van de zwaarte van de overtreding – gekort of (tijdelijk) opgeschort. SoZaWe ziet toe op een strikte handhaving van dit lik-op-stuk beleid. Daarnaast biedt WerkDirect werk aan klanten waarvan, door hun houding en gedrag, het vermoeden bestaat
dat ze er niét op uit zijn zo snel mogelijk aan het werk te komen. Deze personen krijgen een kortlopend dienstverband aangeboden bij de Roteb of een andere werkgever. Wanneer dit niet wordt geaccepteerd, dan wordt de uitkering beëindigd.
Handhaving en ondersteunende instrumenten Handhaving - WerkDirect Arbeidsmedische dienstverlening Losse modules
4.637 750 2.600 1.287
Ondersteunende instrumenten gefinancierd uit het Participatiebudget
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P13
P14 • Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011
4. Financieel kader 4.1 Begroting 2011 De onderliggende begroting Participatiebudget 2011 is sluitend gemaakt met doorrekening van bezuinigingen tot en met de laatste Miljoenennota van het kabinet Balkenende IV. Naast de afname van middelen uit het Participatiebudget, krimpt ook het budget voor WSW stevig.
Activering Gemeentelijke Trajectactiviteiten zijn uitvoeringskosten die worden gemaakt om klanten te activeren op weg naar werk. De daarmee verbonden uitvoeringskosten worden zoveel mogelijk ten laste gebracht van het Participatiebudget, om andere gemeentelijke budgetten te ontzien.
Voor 2011 zijn nog geen extra bezuinigingen als gevolg van het Regeerakkoord van het kabinet Rutte voorzien. Voor de jaren 2012, 2013 en 2014 zijn echter ingrijpende kortingen te verwachten. De contouren van die Rijksbezuinigingen zijn weliswaar bekend. Over de invulling is ten tijde van het opstellen van dit programma nog veel onduidelijkheid. De concretisering – zeker de vertaling naar gemeenten – zal in de loop van de regeerperiode nog plaats moeten vinden. Dit werpt zijn schaduw al over 2011. Voor aanvullende bezuinigingen zullen opties voorgelegd worden als impact en omvang duidelijk zijn. Wij monitoren de feitelijke realisatie en komen met nadere voorstellen als dat nodig is.
Gesubsidieerde arbeid Hieronder wordt de traditioneel gesubsidieerde arbeid (ID en Wiw) verstaan. De activiteiten en budget met betrekking tot Sociale Werkvoorziening vormen geen onderdeel van deze begroting.
4.2 Toelichting op het financieel kader Inkomsten Het Participatiebudget bestaat uit het voormalige werk deel WWB en de middelen inburgering en educatie. De bedragen zijn door het ministerie voorlopig vastgesteld voor 2011. De overige inkomsten bestaan uit ESF en de inleenvergoeding voor gedetacheerde werknemers. Werk Bij de DAAD-trajecten geldt dat naarmate de klant die wordt bemiddeld kansrijker is, het gemiddelde trajectbudget afneemt. In de teams Werk worden alle klanten door klantmanagers van SoZaWe begeleid. Klanten worden via korte intensieve begeleiding in DAADwerktgroepen gestimuleerd om hun weg op de arbeidsmarkt te vinden. Re-integratie Gemeentelijke Trajectactiviteiten zijn uitvoeringskosten die worden gemaakt om klanten aan het werk te helpen. De daarmee verbonden uitvoeringskosten worden zoveel mogelijk ten laste gebracht van het Participatiebudget, om andere gemeentelijke budgetten te ontzien. Voor Re-integratie-klanten zijn DAAD-trajecten beschikbaar. Per persoon is een groter bedrag beschikbaar dan voor Werk-klanten. ExIT-trajecten worden door SoZaWe zelf uitgevoerd.
Jongeren Onder de post ‘Voorkomen schooluitval risicojongeren’ wordt de bijdrage aan de ROC’s om schooluitval van risicojongeren te voorkomen verstaan. Inburgering Het genoemde aantal klanten heeft betrekking op de SoZaWe-klanten. De dienst JOS is voor inburgering de regievoerende dienst, maar werkt nauw samen met de dienst SoZaWe. Ondersteunende instrumenten De post Kinderopvang betreft de gemeentelijke tegemoet koming in (het werkgeversdeel van) de kosten voor klanten die in een re-integratietraject zitten en daarom gebruik moeten maken van kinderopvang. De post Woonfoyers/ Kamers met Kansen betreft een begeleid wonenproject voor jongeren om schooluitval (en daarmee instroom in de WIJ) te beperken.
Verantwoording In de viermaands-rapportage Werk en Reintegratie 2011 wordt over de stand van zaken van het activiteitenprogramma Werk en Reintegratie 2011 gerapporteerd. Full Engagement wordt in deze collegeperiode gefaseerd in de stad ingevoerd. Wanneer de definitieve besluitvorming over de implementatiestrategie plaats vindt, wordt ook duidelijk hoe over Full Engagement gerapporteerd wordt.
Werk & Re-integratie • Activiteitenprogramma 2011 • P15
Participatiebudget
Prognose 2010
Inkomsten
€
228.716.410
€
207.390.382
Werkdeel Inburgering educatie Overig (ESF en inleenvergoeding)
€ € € €
183.021.356 34.000.000 8.595.054 3.100.000
€ € € €
165.539.315 28.973.393 6.677.674 6.200.000
Kosten
€ 266.469.680
Activiteiten werk Arbeidsmarkt Vraaggerichte trajecten DAADwerkt/WERKloont DAAD arrangementen - Werk Stimuleren ondernemerschap
€ € € € €
25.790.000 0 10.600.000 15.000.000 190.000
8.750 750 6.960 955 85
€ € € € €
15.694.149 2.850.000 10.201.649 2.387.500 255.000
Activiteiten re-integratie Arbeidsmarkt Vraaggerichte trajecten DAAD arrangementen - Re-integratie Roteb participatieplaatsen / scholing / assessment ExIT Rotterdamse Individuele Overeenkomst Pilot Full engagement Tarwewijk Basisre-integratie en overige re-integratie Gemeentelijke trajectactiviteiten - Re-integratie
€ € € € € € € € €
65.551.320 15.900.588 10.000.000 11.356.500 2.000.000 900.000 300.000 8.394.232 16.700.000
7.085 1.610 770 2.495 1.190 520 500 0 0
€ € € € € € € € €
53.675.600 9.925.000 4.235.000 6.334.500 2.320.500 2.340.000 8.450.000 897.000 19.173.600
Gesubsidieerde Arbeid ID-werknemers WIW-werknemers Gemeentelijke trajectactiviteiten
€ € € €
62.600.000 40.500.000 21.200.000 900.000
2.201 1.420 781 0
€ € € €
54.419.587 35.457.400 18.062.187 900.000
Activiteiten activering Participatieplaatsen Vrijwilligersplaatsen: Sociale activering / OK klassiek Gezondheid fit4work, life coaching, dagbesteding Gemeentelijke trajectactiviteiten
€ € € € €
30.557.300 120.000 3.600.000 8.951.300 17.886.000
5.162 710 2.420 2.032 0
€ € € € €
29.667.872 2.769.000 4.840.000 12.482.872 9.576.000
Doelgroep jongeren DAAD arrangementen - Jongeren Work first Specialistische trajecten - Jongeren Eerste aanbod jongeren Voorkomen schooluitval risicojongeren Gemeentelijke trajectactiviteiten
€ € € € € € €
30.888.426 5.000.000 5.182.426 4.456.000 6.550.000 7.000.000 2.700.000
3.946 975 800 651 1.520 0 0
€ € € € € € €
24.729.080 3.900.000 4.222.500 6.510.000 2.128.000 5.000.000 2.968.580
Doelgroep inburgering en educatie Activiteiten inburgering en educatie
€ €
28.510.054 28.510.054
1.940 1.940
€ €
35.651.067 35.651.067
Handhaving en ondersteunende instrumenten Handhaving - WerkDirect Arbeidsmedische dienstverlening Losse modules Gemeentelijke trajectactiviteiten Kinderopvang + Woonfoyers/ Kamers met Kansen
€ € € € € €
22.572.580 4.096.000 600.000 10.976.580 2.300.000 4.600.000
4.637 750 2.600 1.287 0 0
€ € € € € €
15.914.875 4.200.000 600.000 3.544.875 2.270.000 5.300.000
€
7.500.000
Baten inkomensdeel Tarwewijk
Aantal 2011 Begroting 2011
31.520
€ 229.752.230
Begrotingssaldo
€
-37.753.270
€
-14.861.848
saldo reserve ultimo jaar saldo voorziening ultimo jaar
€ €
24.284.430 23.424.515
€ €
9.422.582 23.424.515
Colofon: Uitgave: SoZaWe Rotterdam, 1e druk, januari 2011 Grafische vormgeving: Vers Ontwerp Fotografie: © Jan van der Ploeg, Totenmetontwerpen, Claire Droppert, Ben Wind, Max Dereta / Rotterdam Imagebank en Jan Nass.