TABIJN: DE BESTE BASIS! Leren op hoog niveau
STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
MEI 2014
Me
Inhoud Voorwoord ................................................................................................................................. 1 1.
Inleiding............................................................................................................................... 2
2.
Evaluatie vorige beleidsplan en sterke en ontwikkelpunten van Tabijn ............................ 3
3.
2.1
Evaluatie vorige meerjarenplan ............................................................................... 3
2.2
Sterke en ontwikkelpunten van Tabijn ..................................................................... 4
Analyse van de interne en externe ontwikkelingen ........................................................... 5 3.1
Externe ontwikkelingen ........................................................................................... 5
3.2
Interne ontwikkelingen ............................................................................................ 6
4.
De missie en visie van Tabijn voor 2014-2018 .................................................................... 9
5.
Strategische doelen van Tabijn ......................................................................................... 10
6.
5.1
Hoofddoel 1: alle leerlingen leren op hoog niveau ..................................................10
5.2
Hoofddoel 2: leraren leren van elkaar en professionaliseren zich continu ...............11
5.3
Hoofddoel 3: Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT...........................12
5.4
Hoofddoel 4: Tabijn werkt met teams als basis voor uitstekend en innovatief onderwijs ................................................................................................................12
5.5
Hoofddoel 5: Tabijn versterkt de rol van ouders en andere partners ......................13
5.6
Hoofddoel 6: bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders ..........................13
Roadmap voor de realisatie van de strategische doelen.................................................. 15
Afronding .................................................................................................................................. 27
Voorwoord Er is de afgelopen jaren veel bereikt binnen Tabijn. Het vorige meerjarenbeleidsplan kreeg nog de titel “Tabijn: focus op kwaliteit” mee. Vier jaar later blijkt dat deze focus er niet alleen is gekomen, maar ook dat deze effectief is geweest. Er is veel geïnvesteerd in de opleiding en begeleiding van (startende) leraren 1, in management development, in het ontwikkelen van een lerende organisatie, in het verbeteren van de leeropbrengsten en in huisvesting. De kernwaarden van de organisatie: verbinding, inspiratie, vertrouwen en ambitie, zijn zichtbaar geworden in het handelen van de medewerkers. Tabijn loopt in veel opzichten voorop bij het realiseren van nieuwe ontwikkelingen, zoals bij de invoering van ICT. Naar de normen van de Onderwijsinspectie is de kwaliteit van het onderwijs op alle Tabijnscholen van goed niveau. Voortbouwend op deze solide fundering, zijn we er als Tabijn-organisatie aan toe om de volgende stap te gaan zetten. De stap naar kwalitatief hoogwaardig onderwijs en innovatie, waarbij we er naar streven dat Tabijn-scholen tot de beste basisscholen in de regio behoren. Dat zijn scholen waar een innovatieve cultuur bestaat, waar het maximale uit leerlingen wordt gehaald en op hoog niveau geleerd wordt. Er werken professionals die uitgedaagd en gestimuleerd worden ook het beste uit zichzelf te halen. Over die ambitie gaat dit nieuwe strategische meerjarenplan voor de jaren 2014-2018. Wij hebben de afgelopen jaren gemerkt dat de visie en de strategische doelen van Tabijn onvoldoende verankerd zijn in alle lagen van de organisatie. Deze zijn wel bekend bij het bestuur, het bovenschools management en schooldirecteuren, maar onvoldoende bij andere geledingen, zoals de leraren. Dat moet naar onze mening anders met dit nieuwe strategische plan. Wij zullen ons er maximaal voor inspannen dat onze visie en de doelen op hoofdlijnen bekend zijn en ook gedragen worden door alle medewerkers van onze scholen! Jonne Gaemers Voorzitter College van Bestuur
1
Omwille van de leesbaarheid schrijven we “leraren” maar bedoelen uiteraard alle leden van de teams die onderwijs verzorgen, dus ook begeleiders, assistenten enz.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
1
1. Inleiding Voor u ligt het nieuwe meerjarenbeleidsplan van Tabijn. Bij de vorming van dit beleidsplan zijn vertegenwoordigers van de gehele organisatie van Tabijn betrokken. Dat past bij een organisatie als de onze die het delen van kennis en leren van elkaar hoog in het vaandel heeft staan. Het proces begon met het samenstellen van een regiegroep waarin Jonne Gaemers, Wim Noom, Franciska Loth en Arlette Kock van het bestuursbureau en schooldirecteuren Peter Laan en Hans Groot zitting namen. René Immers van het CBE had als externe adviseur ook zitting in de regiegroep. De regiegroep stelde ontwerpgroepen in die - voorgezeten door regiegroepleden - bestonden uit vertegenwoordigers van onze leraren, intern begeleiders, (adjunct-)directeuren, personeelsadviseurs, ict-coördinatoren en de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. De ontwerpgroepen hebben een belangrijke rol gespeeld in de uitwerking van het strategische beleid. Zij concentreerden zich op een specifiek strategisch thema: de leerling, de leraar, de leider, de ouder en het team. Op 21 januari 2013 vond de startbijeenkomst plaats, waarin de ontwerpgroepen en regiegroep gezamenlijk brainstormden over de eerste contouren van het strategische beleid en waarin zij gezamenlijk het meerjarenbeleidsplan 2010-2014 hebben geëvalueerd. De directeuren van Tabijn - gezamenlijk met het bestuur en leden van de ontwerpgroepen hadden een belangrijke stem in de vorming van het strategische beleid tijdens de Tabijn Werkplaats van 22 april 2013. Deze Tabijn Werkplaats leverde de bouwstenen voor het eerste concept meerjarenbeleidsplan dat in mei 2013 tot stand kwam. Dit concept is in verschillende vergaderingen van de regiegroep bijgesteld en vervolgens in het najaar van 2013 in diverse gremia binnen de stichting besproken, zoals het directeurenberaad, het IB-netwerk, het netwerk van adjunct-directeuren, gemeenschappelijke medezeggenschapsraad en de Raad van Toezicht. Tot slot vond op 27 januari 2014 de slotbijeenkomst plaats, waarin directeuren, ontwerpgroepen en de regiegroep het concept meerjarenbeleidsplan hebben besproken en verder hebben uitgewerkt richting de toekomst. Leeswijzer Het eerste hoofdstuk bevat deze inleiding, waarna in hoofdstuk 2 de evaluatie van het vorige meerjarenplan aan bod komt, zoals deze verricht is tijdens de Startbijeenkomst op 21 januari 2013. Deze evaluatie biedt waardevolle inzichten in de vraag wat Tabijn de afgelopen vier jaren deels of helemaal heeft gerealiseerd. Ook komen in de evaluatie de sterke en ontwikkelpunten van Tabijn aan de orde. Een ander ingrediënt voor onze strategische doelen is de analyse van de omstandigheden waarin Tabijn verkeert (die u aantreft in hoofdstuk 3). Daarbij maken we onderscheid in externe en interne ontwikkelingen. Daaropvolgend komt in hoofdstuk 4 de visie van het college van bestuur en de algemene directie aan de orde. Deze visie vormt een belangrijk uitgangspunt voor de formulering van de strategische doelen van Tabijn, die u in hoofdstuk 5 aantreft. Hoofdstuk 5 vormt daarmee het zwaartepunt van dit meerjarenbeleidsplan van Tabijn. In hoofdstuk 6 zijn de doelen uitgewerkt in concrete succesmaatstaven voor de vier jaren die dit meerjarenbeleidsplan beslaat.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2
2. Evaluatie vorige beleidsplan en sterke en ontwikkelpunten van Tabijn 2.1
Evaluatie vorige meerjarenplan
Tijdens de Startbijeenkomst op 21 januari 2013 werd met behulp van de versnellingssessiemethodiek de doelen van het vorige beleidsplan geëvalueerd. Voor de geïnteresseerde lezer die de details wil weten, verwijzen wij graag naar het gehele verslag van de sessie 2. Als grotendeels of geheel gerealiseerd werden genoemd: investeren in de opleiding van (startende) leraren en in permanente, op de professionaliteit van leraren gerichte scholing; de investering in de continue ontwikkeling van professioneel management; het ontwikkelen van beleid dat de continuïteit van Tabijn moet waarborgen; een slagvaardig, op resultaten gericht en gedragen besturingsmodel; het ontwikkelen van een lerende organisatie; het investeren in de verdere professionalisering van de bedrijfsvoering en tot slot het realiseren van moderne en aan onze ambities antwoordende huisvesting en inrichting daarvan. Het oordeel ‘deels wel, deels niet gerealiseerd’ werd uitgesproken voor: het realiseren van een passend arrangement voor iedere leerling dat het in staat stelt zijn of haar talenten maximaal te ontwikkelen; ten minste gemiddeld te scoren voor de opbrengsten voor rekenen en taal; het aangaan van relevante relaties met het voortgezet onderwijs voor doorlopende leerlijnen; het op bestuurlijk en schoolniveau aangaan van relaties met externe organisaties voor onderwijs, opvoeding en zorg zodat het passend onderwijsconcept en het schoolprofiel worden gerealiseerd; een aantrekkelijk en op ontwikkeling gericht loopbaanbeleid realiseren; een gerichte aanpak realiseren gericht op het aantoonbaar en duurzaam vergroten van het welbevinden, en het in kaart brengen van de factoren die een te hoge werkdruk veroorzaken. Het bestuur en de directie van Tabijn kunnen zich in grote lijnen goed vinden in deze evaluatie die de meningen van de aanwezige deelnemers weerspiegelt. Het bestuur plaatst wel een kanttekening bij het feit dat enkele doelstellingen rondom “leren”, “ontwikkelen” of “opleiden” tijdens de Startbijeenkomst als grotendeels of geheel gerealiseerd werden beschouwd; in deze doelstellingen moet naar de mening van het bestuur ook in de toekomst nog veel worden geïnvesteerd. We zijn er niettemin in geslaagd om een aanzienlijk deel van de strategische doelen grotendeels of geheel te realiseren. Die doelen komen in het nieuwe beleidsplan dan ook niet of in een andere, aangescherpte vorm terug. De thema’s waar de deels gerealiseerde doelen zich op richten, zullen in het nieuwe meerjarenbeleidsplan zeker een rol spelen.
CBE, Tabijn op weg naar nieuw strategisch beleid voor 2014-2018, verslag van de startbijeenkomst, februari 2013. 2
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
3
2.2
Sterke en ontwikkelpunten van Tabijn
Als de hoogst gewaardeerde sterke punten van Tabijn worden genoemd: Leraren hebben de mogelijkheden zich te ontwikkelen. Tabijn heeft grote stappen gemaakt in het monitoren van de resultaten van de scholen (van de leerlingen). Scholingsambities worden gestimuleerd en gehonoreerd. Toekomstgerichte ICT-mogelijkheden. Tabijn laat zien dat de leraar ertoe doet. Communicatie met Tabijn. Tabijn heeft een gezicht gekregen: zinvolle schoolbezoeken en waardering voor leraren. (Tabijn is een) Transparante lerende organisatie. De top aan ontwikkelpunten luidt: Tabijn kan (al) aanwezige kennis en kwaliteiten specifieker (op meerdere scholen) inzetten. Onderlinge kwaliteiten in kaart brengen en gebruiken. Tabijn heeft nog onvoldoende zicht op het functioneren van directeuren. Passend onderwijs op alle scholen realiseren. Krimpende scholen, met alle kwetsbaarheid vandien. Blijvende aandacht voor werkdruk. Monitoren, PDCA volledig doorlopen.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
4
3. Analyse van de interne en externe ontwikkelingen In deze contextanalyse staan we stil bij de omgevingsfactoren die een sterke invloed uitoefenen op het onderwijs, de besturing en de organisatie van Tabijn en haar scholen. We stellen eerst de externe en daarna de interne ontwikkelingen aan de orde.
3.1 Externe ontwikkelingen Ontwikkeling 1: meer druk op scholen om de onderwijsresultaten te verhogen De overheid is de laatste jaren steeds meer nadruk gaan leggen op het versterken van de prestaties van het (primair) onderwijs. Voor een belangrijk deel wordt dit ingegeven door de prestaties van ons onderwijssysteem in vergelijking met andere landen (weergegeven in de PISA-ranglijsten 3). De positie van het Nederlandse onderwijs is relatief verslechterd. Onder Minister Van Bijsterveldt werd daarom het Actieplan Basis voor Presteren in 2011 gelanceerd en in hetzelfde jaar het Actieplan Leraar 2020. Beide beleidsplannen vormden de basis voor het tussen de PO-Raad en de Minister voor OCW gesloten bestuursakkoord. Het bestuursakkoord van 17 januari 2012 legde de volgende afspraken tussen de sector en overheid vast: Ambities gericht op opbrengstgericht werken 1. Schoolbesturen hebben meetbare doelstellingen geformuleerd gericht op leeropbrengsten taal en rekenen; 2. Scholen werken opbrengstgericht; 3. Scholen werken met de opbrengsten van vroegschoolse educatie; 4. Scholen bieden maatwerk voor excellente leerlingen, waaronder hoogbegaafde leerlingen; 5. Geen onderpresterende scholen meer; 6. Scholen stimuleren ouders om thuis activiteiten te ondernemen die bijdragen aan leerprestaties; 7. Scholen maken hun opbrengsten transparant. Ambities gericht op professionalisering 8. De bekwaamheid van leraren in afstemmen van het onderwijs op verschillen binnen de klas is op orde; 9. De bekwaamheid van leraren met betrekking tot opbrengstgericht werken is op orde; 10. Alle leraren onderhouden hun bekwaamheden systematisch en worden gestimuleerd zich te registreren; 11. Scholen voeren een goed en effectief HRM-beleid; 12. Verbetering begeleiding en ondersteuning beginnende leraren; 13. Schoolleiders in regulier en speciaal onderwijs voldoen aan geactualiseerde bekwaamheidseisen.
Ontwikkeling 2: van de professionaliteit van scholen en besturen wordt meer verwacht Het bestuursakkoord van 2012 vat heel treffend samen dat de verdere professionalisering van de sector van het grootste belang is voor een hogere onderwijskwaliteit. De professionaliteit van schoolbesturen en de wijze waarop interne toezichthouders (Raad van Toezicht) daar toezicht op houden, staat door een aantal affaires weer sterk in de belangstelling. De laatste jaren is de autonomie van schoolbesturen ter discussie komen te staan en is er met de nieuwe wet op het Primair Onderwijs een aantal bevoegdheden voor de Minister gecreëerd om bij tegenvallende prestaties in te kunnen grijpen. Als gevolg van de Amarantis-casus zijn de mogelijkheden voor de Minister om in te grijpen verder vergroot.
3
De OECD (organisatie voor economische en sociale ontwikkeling van de EU) brengt regelmatig de PISAonderzoeken uit. PISA staat voor Programme for International Student Assessment, een grootschalig internationaal vergelijkend onderzoek. De resultaten van het in 2012 gehouden onderzoek (hoofdonderwerp: wiskunde) komen eind 2013 beschikbaar. TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
5
Onderdeel van de professionaliteit van de wijze waarop scholen worden geleid en bestuurd, is een toegenomen nadruk op transparantie. In 2012 is het project Vensters PO gestart, waarbij schoolbesturen opbrengsten in beeld brengen. Dit dient verschillende doelen: verantwoording naar de omgeving, van elkaar leren en elkaar te stimuleren tot kwaliteitsverbetering. In 2015 maken alle schoolbesturen van basisscholen de opbrengsten van hun basisscholen openbaar in Vensters PO. Ontwikkeling 3: op naar passend onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 zijn scholen verplicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Leerlingen worden alleen nog door speciale scholen voor basisonderwijs aangenomen als bestuurlijke samenwerkingsverbanden daartoe toestemming geven. Deze samenwerkingsverbanden bestaan uit vestigingen van basisscholen, scholen voor speciaal basisonderwijs en scholen voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs. Het samenwerkingsverband heeft tot doel een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen binnen en tussen de scholen te realiseren. Daarbij staat het ononderbroken ontwikkelingsproces van leerlingen centraal die extra ondersteuning nodig hebben. Het dossier is zeer complex en heeft vergaande consequenties, bijvoorbeeld voor de bekostiging, benodigde professionaliteit van leraren op onze scholen en het samenwerken door Tabijn in het samenwerkingsverband IJmond (PO2711) en samenwerkingsverband Noord-Kennemerland (PO2703). Ontwikkeling 4: krimp eerder regel dan uitzondering Tabijn heeft basisscholen in de regio Midden- en Noord-Kennemerland. In deze brede regio is over het algemeen sprake van krimp, dat wil zeggen dalende leerlingenaantallen. Dit heeft gevolgen voor het personeelsbestand, de huisvestingsituatie en de inkomsten van onze organisatie. Samenvattend: de lat komt hoger te liggen Samenvattend kunnen we concluderen dat de lat voor het primair onderwijs de laatste jaren telkens een beetje hoger wordt gelegd. De onderwijsprestaties van het primair onderwijs in het algemeen moeten beter en dat houdt in dat de professionaliteit van leraren, leidinggevenden en toezichthouders aandacht moet krijgen. De rijksoverheid tracht dit te bereiken door aan de ene kant te stimuleren met extra geld, en aan de andere kant stelt zij ook strakkere wetgeving vast. We zijn als Tabijn – door hard werken - in de gelukkige omstandigheid dat onze scholen al kwalitatief goed onderwijs bieden. Daarmee stellen we de rijksoverheid meer dan tevreden. Maar wij willen méér dan voldoen aan externe eisen: vanuit onze passie voor de optimale ontwikkeling van het kind de lat hoger gaan leggen en uitstekend en innovatief onderwijs realiseren. Dat in een situatie van krimp te realiseren, vergt verstandig optreden in de komende jaren.
3.2 Interne ontwikkelingen Onderwijsprestaties zijn op orde In het jaarverslag over 2012 hebben wij met tevredenheid mogen constateren dat al onze scholen een basisarrangement van de inspectie hebben gekregen. De gang van zaken is dat wanneer scholen volgens het early warning system (EWS) van Tabijn in de gevarenzone dreigen te komen met hun citoscores, er door directie en schooldirecteur direct actie ondernomen wordt. Op die manier houdt Tabijn de vinger aan de pols en zorgen wij er met elkaar voor, dat onze scholen ook in de toekomst het basisarrangement verkrijgen. Ouders, leerlingen en medewerkers zijn tevreden Tabijn heeft in 2012 een zogenaamde driehoeksmeting verricht naar de leerling-, ouder- en personeelstevredenheid. Ouders van leerlingen van Tabijn scoren 7,49 op een tienpuntschaal. Dat sluit aan bij het landelijk gemiddelde rapportcijfer voor oudertevredenheid van 7,5. TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
6
Leerlingen gaven in 2012 in Nederland gemiddeld een 8 aan hun school en de medewerkers waarderen hun school landelijk met gemiddeld een 7,6. Opvallend is dat leerlingen van Tabijn de scholen gemiddeld lager (7,8) waarderen dan het landelijk gemiddelde. Medewerkers van Tabijn zijn met hun 7,8 gemiddeld meer tevreden. Naar aanleiding van deze meting zijn in 2012 acties ingezet om de tevredenheid te verbeteren. HRM beleid: speerpunt van Tabijn Er is in de vorige beleidsperiode veel aandacht geweest voor kwalitatief hoogwaardige opleiding en scholing van (startende) leraren. Twee interne praktijkopleiders houden zich hier intensief mee bezig en er is een Tabijnbeurzenprogramma opgezet voor leraren en (adjunct-) directeuren om aan een masteropleiding deel te nemen. Ook management development is een speerpunt, en Tabijn wenst te komen tot een nog meer gezamenlijk en samenhangend MD-traject. Het is verder gewenst meer zicht op de kwaliteiten in de organisatie, op het niveau van leidinggevenden, maar ook op teamniveau te verkrijgen. Om meer samenhang te creëren in de professionalisering van de verschillende functiegroepen is de oprichting van de Tabijn Academie in januari 2014 van groot belang. De ervaren werkdruk is nog steeds actueel binnen Tabijn. De werkgroep werk en gezondheid gaat hier de komende jaren vervolg aan geven in combinatie met het vormgeven en uitvoeren van duurzaam verzuimbeleid. De nadruk komt te liggen op preventie, inzetbaarheid, gedrag en eigen regie. Daarna kan de scope worden verbreed in de richting van duurzaam gezondheidsbeleid. De financiën: gezond maar krimp geeft zorgen Aan het eind van 2012 kon Tabijn de boeken afsluiten wetende dat de financiële positie sterk is. Tabijn beschikt bijvoorbeeld over voldoende reserves en liquide middelen en voldoet aan de gestelde financiële normen van de rijksoverheid. De krimp die Tabijn de komende jaren treft, zal van ons vergen dat we de zeilen goed naar de wind blijven zetten. Huisvesting: op orde, krimp heeft ook hier invloed Schoolbesturen zijn op 1 januari 2015 verantwoordelijk voor het volledige onderhoud van de schoolgebouwen. Een organisatie als Tabijn is op huisvestingvlak verder volop in beweging: er worden renovaties uitgevoerd, noodvoorzieningen getroffen en nieuwbouw gepleegd. De krimp zal er in toenemende mate toe gaan leiden dat de huisvestingsituatie kritisch afgewogen wordt. Wanneer scholen bijvoorbeeld worden opgeheven of fuseren met andere scholen, heeft dat al snel forse financiële gevolgen. Tabijn zal daarop de komende jaren proactief inspelen. Tabijn werkt regionaal nauw samen Tabijn staat op diverse manieren in nauw contact met andere partijen in de regio. Als voorbeelden daarvan gelden de samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School (WSNS), de samenwerking tussen de scholen in het PO en VO om de informatieoverdracht te verbeteren wanneer leerlingen doorstromen naar het vervolgonderwijs, het Bestuurlijk Netwerk Inspectietoezicht (waarin wordt samengewerkt met de Onderwijsinspectie), en ‘Playing for Success Alkmaar’ in samenwerking met de gemeente Alkmaar, voetbalclub AZ en een aantal besturen voor primair en voortgezet onderwijs. Tabijn heeft met het Centrum Brein & Leren van de Vrije Universiteit van Amsterdam (VU) in september 2013 een driejarige overeenkomst getekend. Het doel is het samen uitvoeren van praktijkgericht onderwijsonderzoek in het primair onderwijs. Met hun samenwerking willen Tabijn en de VU een kwaliteitsimpuls geven aan onderwijsinnovaties in het basisonderwijs door toepassing van nieuwe wetenschappelijke inzichten over de ontplooiing van kinderen en de rol van biologische, psychosociale en culturele factoren. Uitbreiden van buitenschoolse opvang Het aantal Tabijnscholen dat de buitenschoolse opvang (BSO) in eigen beheer uitvoert is in 2012 gestegen van vier naar zeven scholen. TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
7
Onderwijs en kwaliteitszorg In 2012 heeft de werkgroep Onderwijskwaliteit een draaiboek kwaliteitszorgsysteem Tabijn op schoolniveau ontwikkeld. De inspectie van het onderwijs reageerde positief op het draaiboek en het is nu zaak dat de scholen er ook goed mee gaan werken. Met het directeurenberaad is afgesproken dat het thema kwaliteitszorg twee keer per schooljaar op de agenda van het beraad wordt gezet. Leren van elkaar in netwerken Met als doel meer van elkaar te leren binnen de organisatie, wordt sinds 2012 binnen Tabijn gewerkt met netwerken. In 2011 is Tabijn gestart met netwerken voor leraren van de groepen 1/2, 3/4, 5/6 en 7/8. Netwerken voor intern begeleiders, (adj.)directeuren, ICT-coördinatoren, interne contactpersonen en rugzakbegeleiders bestaan al veel langer binnen Tabijn. Een digitale omgeving moet het delen van kennis en het ontwikkelen daarvan makkelijker maken. De toepassing van ICT Tabijn loopt voorop in de toepassing van ICT in het onderwijs en de bedrijfsvoering. De belangrijkste resultaten die we in de periode 2010-2014 op onderwijskundig gebied hebben geboekt zijn dat alle klassen van de Tabijn-scholen een digitaal schoolbord hebben, het gebruik van de tablets in de klassen sterk is uitgebreid en de intensiteit van het gebruik van de onderwijskundige pakketten sterk is vergroot. Leerlingen die meerbegaafd zijn, maken in de Digitale Topschool achter de computer opdrachten die door een virtuele leraar worden nagekeken. Ook communiceren ze op het zgn. Tabijnplein met leerlingen van andere Tabijnscholen. Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van de mogelijkheden van sociale media. Op het gebied van de bedrijfsvoering zijn ook belangrijke resultaten geboekt in de afgelopen periode. Het gebruik van ESIS is uitgebreid en het gebruik van SharePoint is toegenomen om kennis en ervaringen met elkaar te delen. Op alle scholen wordt er op digitale wijze met ouders gecommuniceerd. Door deze ontwikkelingen ligt er een grote uitdaging om de capaciteit van het netwerk op niveau te houden en de lat zelfs hoger te leggen. Zodat alle functies onderwijskundig en administratief beschikbaar blijven wanneer bovengenoemde ontwikkelingen zich verder uitbreiden. Hierbij valt vooral te denken aan uitbreiding van het gebruik van tablets en sociale media. Samenvattend: Tabijn heeft haar zaken goed op orde Natuurlijk stemt deze conclusie tot tevredenheid. De krimp en de invoering van het passend onderwijs zijn echter onzekere factoren, die een groot beslag op onze exploitatie kunnen leggen. De opdracht die wij met elkaar stellen is om intern sterk georganiseerd en professioneel te blijven. Wij willen ons optimaal concentreren op onze missie om uitstekend en innovatief onderwijs te verzorgen.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
8
4. De missie en visie van Tabijn voor 2014-2018 Missie Tabijn als organisatie voor primair onderwijs staat voor hoge kwaliteit. Het bestuur en de scholen van Tabijn staan garant voor uitstekend, modern onderwijs in een inspirerende leeromgeving. Vanuit de kernwaarden verbinding, inspiratie, vertrouwen en ambitie worden medewerkers en leerlingen voortdurend gestimuleerd te leren van elkaar en te werken aan hun eigen ontwikkeling en resultaten. Tabijn ziet ouders 4 in dit verband als educatieve partners. Visie De Tabijn-scholen realiseren in de periode 2014-2018 leren op hoog niveau en gaan behoren tot de beste scholen in de regio. Onder leren op hoog niveau verstaan wij onderwijs waarbij er sprake is van: leerlingen die zich maximaal ontwikkelen, betrokken ouders, professionele leraren en teams, effectieve en inspirerende leiders en innovatie met behulp van ICT. 1. Leerlingen ontwikkelen zich maximaal Leerlingen ontwikkelen hun talenten en leren (naar hun mogelijkheden) op hoog niveau. Leerlingen worden daarbij goed voorbereid op hetgeen de samenleving van de 21e eeuw van hen vraagt. 2. Betrokken ouders Ouders zijn betrokken bij het leerproces van de leerling. Wij zien de school en ouders als educatieve partners. 3. Professionele leraren en teams Leraren leren van elkaar en professionaliseren zich continu. Leraren werken in teamverband nauw samen aan het realiseren van kwalitatief hoogwaardig onderwijs. 4. Effectieve en inspirerende leiders Leidinggevenden spelen een belangrijke rol bij het realiseren van hechte, lerende teams. Effectieve en inspirerende leiders zijn nodig om de talenten van leraren te ontwikkelen en optimaal te benutten. 5. Innovatie met behulp van ICT In het kader van 21e eeuwse vaardigheden is de inzet van ICT in het onderwijsproces onmisbaar. Leraren maken in hun didactisch handelen en bij de organisatie van hun onderwijs optimaal gebruik van de modernste ICT-middelen.
4
Onder het begrip ‘ouders’ verstaan wij ook: verzorgers en/of andere betrokkenen bij de leerling.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
9
5. Strategische doelen van Tabijn Leren op hoog niveau Tabijn versterkt een op ontwikkeling gerichte en ambitieuze cultuur op het niveau van de leerling, leraar, ouder, team, schoolleider en bestuur. Deze cultuur binnen Tabijn wordt gekenmerkt door een samenspel van een aantal elementen van effectief onderwijs. Leren op hoog niveau vindt plaats in een cultuur van hoge verwachtingen, het bieden van een hoge mate van ondersteuning en het werken in vertrouwen en respect, waarbij fouten maken mag en leren hiervan wordt gestimuleerd. Dit geldt op alle niveaus, van leerling tot bestuur: • Hoge verwachtingen: iedereen binnen Tabijn wordt gestimuleerd en uitgenodigd om ambitieuze leerdoelen voor zichzelf te stellen. Hierin staan het ontdekken van de eigen talenten, een onderzoekende houding en het bevorderen van creativiteit centraal; • Hoge mate van ondersteuning: om de ambitieuze leerdoelen te kunnen realiseren heeft een leerling, leraar, ouder, schoolleider en bestuurder ondersteuning nodig. We bieden elkaar deze ondersteuning door onder meer goed te luisteren naar de inbreng van de ander, afspraken te maken welke ondersteuning deze persoon nodig heeft, en hiernaar te handelen. Dit betekent dat degene die de ondersteuning geeft, een arsenaal aan vaardigheden heeft om verschillende personen hierin te kunnen begeleiden; • Hoge mate van vertrouwen en respect: onmisbaar is daarbij dat in wederzijds respect en in vertrouwen gewerkt wordt. Tabijnscholen waarborgen dan ook een veilig klimaat, waarin een positief mensbeeld en respectvol met elkaar en anderen leren omgaan centraal staan. Zonder vertrouwen kan geen enkel talent tot ontwikkeling komen. Zelfkennis, zelfsturing, eigenaarschap, (eigen) verantwoordelijkheid en de dialoog zijn op alle niveaus van Tabijn vanzelfsprekend. Deze op ontwikkeling gerichte en ambitieuze cultuur van Tabijn is de context waarbinnen we werken aan het behalen van zes ambitieuze hoofddoelen. Ze zijn hieronder opgenomen en zoveel mogelijk concreet uitgewerkt.
5.1 Hoofddoel 1: alle leerlingen leren op hoog niveau Alle leerlingen kunnen binnen de scholen van Tabijn vanuit nieuwsgierigheid en verwondering hun talenten ontwikkelen en op hoog niveau leren. Het resultaat van dit doel is dat de leerrendementen bij Tabijn-scholen hoog zijn. Dat wil zeggen dat we kijken naar hoge (eind)cijfers op de kernvakken, maar ook naar vaardigheden die zich niet of lastig in cijfers laten uitdrukken, zoals sociale (burgerschaps)vaardigheden, leren te leren (metacognitie) en (sommige) 21e eeuwse vaardigheden. We benadrukken dat het gaat om alle leerlingen. We leren onze leerlingen zoveel mogelijk zelf hun leren vorm te geven. Metacognitie 5 gaat ervan uit dat het onderwijs zo is ingericht dat leerlingen uitgedaagd worden te achterhalen op welke manier zij het beste hun eigen leren kunnen reguleren. Er zijn vele manieren om metacognitie tot stand te brengen. Gemeenschappelijke deler is dat de leraren zo vroeg mogelijk leerlingen leren verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerresultaten en hen daarin ondersteunen. Leren op hoog niveau betekent ook dat leerlingen weten waarom zij iets (moeten) leren. Als leerlingen begrijpen waarom zij iets leren, dan gaan zij het leren meer als een uitdaging zien en wordt hun intrinsieke motivatie om te leren groter. Tabijn zal de komende jaren benutten om deze benadering op leren - in samenspraak met de scholen - verder vorm te geven. 5
Voor een beschrijving van wat metacognitie is, zie bijvoorbeeld Robert J. Marzano, A theory-based metaanalysis of research on instruction, 1988. Metacognitie kunnen we het best omschrijven als zelfregulerende vaardigheden van personen (waaronder het oriënteren op een taak, plannen, procesbewaking, diagnose stellen, bijsturen en evalueren). TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
10
Leren op hoog niveau bevat - naast het aanleren van kennis - ook het verwerven van de vaardigheden die nodig zijn om in de 21e eeuw een zinvolle plek in de samenleving te kunnen innemen. De scholen van Tabijn bereiden leerlingen door het - in interactieve onderwijsvormen - aanbieden van 21e eeuwse vaardigheden hierop voor zodat ze als toekomstige generatie de verantwoordelijkheid kunnen nemen voor zichzelf, mens en milieu. Dit hoofddoel – alle leerlingen leren op hoog niveau – hebben we geconcretiseerd in drie doelen: 5.1.1
Uiterlijk in 2018 kunnen onze leerlingen - met hulp van onze leraren - aangeven hoe zij het beste leren, zijn zij zoveel mogelijk zelf in staat om op basis van deze zelfkennis leerstof tot zich te nemen, hebben daarbij plezier en weten aan te geven hoe ver zij van hun eigen leerdoelen verwijderd zijn.
5.1.2
Om het leren op hoog niveau te stimuleren wordt een onderzoekende houding bij leerlingen gestimuleerd (leerlingen leren o.a. samen te vatten, aantekeningen te maken, gebruik te maken van schema’s en mind maps, kritisch te denken, creatief en innovatief te zijn en hypothesen te ontwikkelen en te toetsen).
5.1.3
In het werk van leerlingen zijn onder meer de volgende (21e eeuwse) vaardigheden terug te zien: (intercultureel) kunnen samenwerken en in staat zijn om verantwoord om te gaan met digitale middelen en media.
5.2 Hoofddoel 2: leraren leren van elkaar en professionaliseren zich continu De voorgaande strategische doelen van Tabijn die zijn gericht op leerlingen, gelden óók voor onze leraren. Immers: ook leraren versterken hun effectiviteit wanneer zij leren te leren en 21e eeuwse vaardigheden ontwikkelen. Tabijn ontwikkelt de komende jaren opvattingen over de gewenste professionaliteit van onze leraren om de doelen van ons strategisch beleid waar te kunnen maken. Onder professionele leraren verstaan we in ieder geval: 1. Professionele leraren bij Tabijn hebben, door het systematisch analyseren van het onderwijsleerproces, zicht op het talent van elke leerling en kunnen dit vertalen naar een leerlinggerichte aanpak; 2. Professionele leraren zien ouders als educatieve partners en communiceren vol zelfvertrouwen, open en constructief met hen; 3. Professionele leraren bij Tabijn zijn lifelong learners door systematisch op het eigen handelen en ontwikkeling te reflecteren. Om deze professionaliteitskenmerken van leraren te ontwikkelen, stelt Tabijn zich voor de komende vier jaren de volgende doelen: 5.2.1
Leraren van Tabijn nemen verantwoordelijkheid voor hun eigen professionele ontwikkeling. Tabijn versterkt en ondersteunt de professionaliteit van leraren door hen intensief te begeleiden en te faciliteren om competenties te versterken en talenten te ontwikkelen. Tabijn gebruikt hiertoe een instrument waarmee de kwaliteiten en talenten van leraren in beeld wordt gebracht.
5.2.2
Tabijn investeert in proactieve en inspirerende netwerken waarin leraren kennis, vaardigheden, talenten en specialismen delen en ontwikkelen. Alle teamleden van elke school maken actief deel uit van deze netwerken in de lerende organisatie van Tabijn en delen kennis en ontwikkelen kennis met elkaar. Voor een deel zijn deze netwerken al gerealiseerd.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
11
5.2.3
Leraren hebben structureel voldoende tijd om leerlingen te volgen, collegiale consultaties te plegen en zich te scholen. De scholen maken hierover met leraren afspraken.
5.3 Hoofddoel 3: Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT Tabijn heeft de afgelopen jaren flink geïnvesteerd in het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT), zowel in het onderwijsproces als in de ondersteunende processen. Onze ambities maken duidelijk dat doorontwikkeling van de kwaliteit en het gebruik van ICT hoognodig is, op drie gebieden: 5.3.1
Onderwijs: in het kader van 21e eeuwse vaardigheden zal de rol van ICT in het onderwijsproces steeds belangrijker worden. Leraren bij Tabijn maken in hun didactisch handelen optimaal gebruik van de beschikbare ICT-hulpmiddelen. Deze hulpmiddelen worden ook ingezet om het werk te organiseren en te verantwoorden, leerlingen te volgen en met ouders te communiceren. Leraren bij Tabijn zetten ICT ook in om de eigen vakbekwaamheid te ontwikkelen en onderhouden. Er wordt geïnvesteerd in de ICT-vaardigheden van leraren, of dit nu onderwijskundige toepassingen betreft of toepassingen in de bedrijfsvoering (bijvoorbeeld leerlingvolgsystemen, digitale portfoliosystemen enzovoorts).
5.3.2
Bedrijfsvoering: (a) Tabijn investeert in de uitbreiding van het bestaande geïntegreerde ICTsysteem, waarin de leerlingen cognitief en sociaal-emotioneel optimaal kunnen worden gevolgd; (b) Tabijn investeert in een passende ondersteuning voor ICT-gebruikers.
5.3.3
Communicatie met ouders: naast de huidige vormen van informatievoorziening realiseert Tabijn een ICT-platform voor ouders waar actuele leerinhouden en resultaten van de kinderen geraadpleegd kunnen worden.
5.4 Hoofddoel 4: Tabijn werkt met teams als basis voor uitstekend en innovatief onderwijs Uit onze ervaringen en internationaal onderzoek 6 komt duidelijk naar voren dat uitstekend en innovatief onderwijs niet het resultaat is van enkele bevlogen en zeer goed presterende leraren. Uitstekend en innovatief onderwijs vindt plaats dáár waar de leerling te maken heeft met een serie aan zeer goed presterende leraren, die gezamenlijk werken in een professioneel samenwerkingsverband: het team. 5.4.1
Tabijnscholen realiseren professionele teams met een veilig en professioneel klimaat, waarin leraren met elkaar reflecteren op de kwaliteit van het onderwijs, leerprestaties van leerlingen en hun eigen functioneren. Zij stellen de juiste vragen en geven professionele feedback. Binnen de scholen worden mogelijkheden gecreëerd voor leraren om te participeren in collegiale consultaties en intervisie, klasbezoeken bij elkaar en het samen voorbereiden van verschillende activiteiten.
5.4.2
Elk team van een Tabijn-school erkent, herkent en versterkt de kwaliteiten van de teamleden en benut deze om uitstekend en innovatief onderwijs te geven en te borgen. Om tot een optimale mix van kwaliteiten te komen stimuleert Tabijn vrijwillige mobiliteit tussen scholen.
6
Zie bijvoorbeeld Fullan & Hargreaves, Professional Capital, Transforming teaching in every school, 2012 en Miedema & Stam, Leren van innoveren: wat en hoe leren docenten van het innoveren van het eigen onderwijs?, 2008.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
12
5.5 Hoofddoel 5: Tabijn versterkt de rol van ouders en andere partners Om het uitstekende en innovatieve onderwijs te bieden dat in dit meerjarenbeleidsplan centraal staat, staan scholen er niet alleen voor. Er zijn vele andere maatschappelijke partners rondom de school – zoals ouders, peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, voortgezet en hoger onderwijs, welzijn- en zorginstellingen, Centra voor Jeugd en Gezin, sportinstellingen, gemeentelijke organisaties, woningbouwcorporaties, bibliotheken, musea en overige educatieve organisaties. Onderzoek en ervaring laat zien dat samenwerken in een keten van werken, wonen/ recreëren, leren en zorg, kansen creëert voor kinderen. Daarom is soms intensieve samenwerking met ouders en andere partners (stakeholders) van groot belang. Ook geven deze stakeholders in hun feedback aan in welke mate de Tabijn-scholen uitstekend en innovatief onderwijs bieden en legitimeren daarmee (naast bijvoorbeeld de inspectie van het onderwijs) de inspanningen van de scholen. De uitdaging waar we voor staan is samenwerkingsrelaties te organiseren die onze leerlingen verder helpen (of dat nu op het gebied van de kerndoelen is, of in een bredere maatschappelijke context). In de komende beleidsperiode stelt Tabijn zich de volgende doelen: 5.5.1
Tabijn zet zich in om het educatief partnerschap met ouders te versterken. In 2018 hebben alle scholen een school-ouderovereenkomst met ouders afgesloten. In een school-ouderovereenkomst worden de verantwoordelijkheden, rechten en plichten van scholen en ouders vastgelegd. Deze overeenkomst schept duidelijkheid, bevordert een gemeenschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel en voorkomt dat de betrokkenheid van ouders (te) vrijblijvend is.
5.5.2
Uiterlijk in 2018 zijn op school- en stichtingsniveau afspraken vastgelegd over doorgaande leerlijnen van de peuterspeelzaal tot en met VO, waarin (mede) verantwoordelijkheden zijn omschreven van ouders, Tabijn-scholen en andere partners. Door samen te werken worden (bestaande) hobbels in de doorgaande ontwikkelingslijnen van leerlingen voorkomen. Ook de ontwikkeling van passend onderwijs speelt hierin een rol. Activiteiten waaraan gedacht kan worden zijn bijvoorbeeld bijeenkomsten met regionale partners, het gezamenlijk ontwikkelen van overdrachtsprotocollen, wederzijdse uitwisseling van personeel enz. Tabijn zal zich inspannen om dit te realiseren.
5.6 Hoofddoel 6: bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders Uit onderzoek blijkt dat leiders een grote invloed hebben op lerlingprestaties, zoals in onderstaande figuur is verduidelijkt 7: Leiderschapskwaliteiten
Teampresteren
Leerkracht gedrag
Leerprestaties van leerlingen
Wij werken gezamenlijk aan het vormgeven van effectief en inspirerend leiderschap binnen Tabijn, opdat onze leidinggevenden met vertrouwen en gevoel van eigenwaarde leiding geven. Tabijn zal zich ervoor inspannen om de randvoorwaarden te creëren waarbinnen het leren op hoog niveau en van elkaar plaats kan vinden. Op die manier kunnen leidinggevenden zich vanuit hun intrinsieke motivatie en verantwoordelijkheidsbesef verder professionaliseren met als belangrijkste doel: de leerprestaties van leerlingen blijvend te verhogen.
7
Dufour & Marzano, Leaders of learning, 2011.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
13
De doelen op het gebied van leiderschap zijn: 5.6.1
Transparantie in het leiderschapsprofiel: de doelen die gesteld zijn op het gebied van het onderwijs, professionaliteit van leraren, teampresteren, het vormgeven van samenwerkingsrelaties met ouders en andere partners en het versterken van de kwaliteit en gebruik van ICT vragen effectief en inspirerend leiderschap. Om het leiderschap in de komende beleidsperiode een kwaliteitsimpuls te geven, zal Tabijn de eisen aan leiderschap inzichtelijk en concreet maken en leiders ondersteunen aan deze eisen te voldoen.
5.6.2
Zicht op leiderschapstalent en -kwaliteit: Tabijn investeert in het creëren van inzicht in de eigen talenten en kwaliteiten van de leider (persoonlijk leiderschap), de kwaliteiten van collega’s en het eigen team. Het doel daarvan is een optimale mix te kunnen maken, waarbij de school het leiderschap verkrijgt waar zij op dat moment gezien haar ontwikkeling behoefte aan heeft.
5.6.3
Uit onderzoek blijkt dat de leidinggevenden van scholen die excellent presteren een cultuur realiseren van leren met en van elkaar. Dit betekent dat zij een cultuur stimuleren in hun team waarin van en met elkaar wordt geleerd en dat zij zelf hierin het voorbeeld geven. Binnen Tabijn begeleiden de leidinggevenden hun teamleden op een stimulerende, constructieve manier. Daarnaast leren de leidinggevenden binnen Tabijn van en met elkaar. Dit wordt meegenomen in het leiderschapsprofiel en het zicht krijgen op leiderschapstalenten en -kwaliteiten.
De hoofddoelen en doelen in dit hoofdstuk beschrijven de ambities die Tabijn in 2018 wil realiseren. Daar zullen we vanuit onze passie en (toenemende) professionaliteit aan werken. Niet elke school staat op hetzelfde punt in haar ontwikkeling, en het realiseren van de doelen zal van de ene school meer inzet vragen dan de andere. Daarom heeft Tabijn in hoofdstuk 6 de doelen uitgewerkt in ontwikkelingstappen per schooljaar en in de tabel hieronder opgenomen. Het is een handreiking aan de scholen en de bovenschoolse organisatie om de doelen te vertalen in concrete activiteiten die de scholen kunnen ondernemen. Ook kan de school aan de hand van deze ontwikkelingstappen monitoren hoe het met de eigen voortgang staat op een bepaald doel. Dit maakt het mogelijk planmatig en doelgericht te werken aan de realisatie van onze ambities.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
14
6. Roadmap voor de realisatie van de strategische doelen Hoofddoel 1: alle leerlingen leren op hoog niveau Doel 1 2014-2015 Uiterlijk in 2018 kunnen onze leerlingen - met hulp van onze leraren - aangeven hoe zij het beste leren, zijn zij zoveel mogelijk zelf in staat om op basis van deze zelfkennis leerstof tot zich te nemen, hebben daarbij plezier en weten aan te geven hoe ver zij van hun eigen leerdoelen verwijderd zijn.
Selecteren van 4 pilotscholen: in de pilot wordt aandacht besteed aan het voeren van het echte gesprek tussen leraren en leerlingen (kennisen vaardigheidsontwikkeling van leraren), aan het voorbereiden van leerlingen om een gesprek te voeren met de leraar aan de hand van een format, aan het ontwikkelen van een format (leidraad voor gesprek) te gebruiken voor het digitaal portfolio, aan het ontwikkelen van een digitaal portfolio.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016 Uitrol naar andere scholen en aandacht in netwerken van de leraren.
2016- 2017-2018 2017 Idem 1. In de lespraktijk in 2018 wordt aan het begin van een blok met de kinderen gesproken over de te behalen doelen van die periode. Middels vragen (wat weet jij er van?) wordt de beginsituatie van elke leerling bepaald. 2. Naast de gezamenlijke instructie is meer variatie te zien in wijze van verwerking door de leerlingen en in het gebruik van materialen voor de verwerking. 3. Elke leerling heeft dus met de leraar periodiek een gesprek over de (lange termijn) doelen van lezen, rekenen en spelling, die de leerling moet halen en over de manier waarop de leerling deze doelen wil behalen (leerproces). 4. In het digitaal portfolio wordt opgetekend wat de leerling op welke wijze nodig heeft om de doelen te bereiken. Hiervoor is een format ontwikkeld. Evaluatie (wat ging goed en wat minder goed) wordt ook in het digitaal portfolio opgenomen. Het portfolio bevat de leerlijnen met de doelen (toelichting: in de leerlijnen zijn tussendoelen opgenomen die voor de leerlingen duidelijk en concreet zijn, zodat zij weten aan welke tussendoelen zij werken om uiteindelijk het einddoel te behalen).
15
Hoofddoel 1: alle leerlingen leren op hoog niveau Doel 2 2014-2015 Om het leren op hoog niveau te stimuleren wordt een onderzoekende houding bij leerlingen gestimuleerd (leerlingen leren o.a. samen te vatten, aantekeningen te maken, gebruik te maken van schema’s en mind maps, kritisch te denken, creatief en innovatief te zijn en hypothesen te ontwikkelen en te toetsen).
In de netwerken van leraren worden ideeën uitgewisseld waarna deze kunnen worden uitgeprobeerd. Er wordt in de netwerken een inspirerende deskundige spreker uitgenodigd die de leraren inspireert en enthousiasmeert om de onderzoekende houding bij kinderen verder te ontwikkelen.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016 In 2015 kan het concept van de doorgaande lijn in concept klaar zijn, waarna de implementatie plaats vindt. Elke school heeft schoolafspraken/ doorgaande lijn presenteren van leerlingen. Deze schoolafspraken/doorgaande lijn worden omgebogen naar de doorgaande lijn onderzoekende houding vanaf groep 1. Inventarisatie wat al aanwezig is en hulp van externe/interne deskundigen is gewenst.
20162017
2017-2018 1. Er is een doorgaande lijn onderzoekende houding van groep 1 tot en met groep 8. Leerlingen weten wat nodig is om een onderzoekje uit te voeren. In deze leerlijn zijn de vaardigheden opgenomen die in een onderzoek mogelijk en noodzakelijk zijn. In het curriculum van elke school worden structureel uren (onderzoek uren) opgenomen voor dit onderdeel. Hierbij is een koppeling gemaakt met de zaakvakken (onderwerpen uit de methoden) en wetenschap en techniek (losse onderwerpen). 2. Leerlingen geven een presentatie over hun onderwerp. Er zijn verschillende presentatievormen mogelijk. In de presentatie komt aan de orde wat de leerling zelf geleerd heeft en wat hij/zij anderen kan leren (evaluerend en reflecterend vermogen). 3. In de lespraktijk op de school zijn de onderwerpen waaraan in elke groep gewerkt wordt goed zichtbaar. 4. In het echte gesprek (zie 5.1.1) tussen leraar en leerling komt ook de vraag aan de orde welk onderwerp de leerling wil onderzoeken en presenteren.
16
Hoofddoel 1: alle leerlingen leren op hoog niveau Doel 3 2014-2015 In het werk van leerlingen Samenwerken = coöperatief zijn onder meer de volleren. gende (21e eeuwse) 1. Scholing leraren op het vaardigheden terug te gebied van Coöperatieve zien: (intercultureel) kunwerkvormen. nen samenwerken en in 2. Scholingsaanbod in de staat zijn om verantTabijnacademie: woord om te gaan met digitale middelen en me- Verantwoord omgaan met digitale middelen (er is een dia. relatie met leerdoel 5.3.1 ICT vaardigheden van de leraren) Zie 5.1.1: het ontwikkelen van format portfolio door een aantal pilotscholen, waarbij ook de rol van ouders en leraren en het gedragsprotocol Tabijn van belang is.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016 2016-2017 Samenwerken = coöperatief leren. Scholen bepalen waar ze staan ten aanzien van coöperatieve werkvormen en wat zij wanneer nodig hebben om te scholen.
2017-2018 Samenwerken = coöperatief leren. 1. In de klassen zijn coöperatieve werkvormen frequenter te zien. De indeling in heterogene groepen wordt door de leraar bepaald en is noodzakelijk om samen leren effectief te laten verlopen. 2. Leerlingen zijn hierdoor bewuster van hun eigen kennis en vaardigheden en weten ook wat de medeleerlingen kennen en kunnen en houden hier rekening mee. Het doel is vertrouwen in elkaar te verhogen en meer respect te ontwikkelen voor verschillen tussen leerlingen. 3. Na elke periode/opdracht vindt een evaluatie plaats over het bereiken van het leerdoel en het proces (aandacht voor rollen en verantwoordelijkheden van een ieder).
Verantwoord omgaan met digitale middelen (er is een relatie met leerdoel 5.3.1 ICT vaardigheden van de leraren) Elke school geeft in het jaarplan aan welke activiteiten op dit vlak zij per jaar gaat ondernemen, aangezien er grote verschillen zijn tussen scholen wat betreft leerlingpopulatie en schoolcultuur.
Verantwoord omgaan met digitale middelen (er is een relatie met leerdoel 5.3.1 ICT vaardigheden van de leraren) 1. Leerlingen hebben kennis van verschillende digitale middelen (hardware, software en digitale communicatieplatforms) en leren hier verantwoord mee om te gaan. Zij zijn mediawijs en kunnen met digitale middelen een presentatie houden. 2. Het vehikel om aan dit doel handen en voeten te geven is het digitaal portfolio.
17
Hoofddoel 2: leraren leren van elkaar en professionaliseren zich continu Doel 1 2014-2015 Leraren van Tabijn nemen verantwoordelijkheid voor hun eigen professionele ontwikkeling. Tabijn versterkt en ondersteunt de professionaliteit van leraren door hen intensief te begeleiden en te faciliteren om competenties te versterken en talenten te ontwikkelen. Tabijn gebruikt hiertoe een instrument waarmee de kwaliteiten en talenten van leraren in beeld wordt gebracht.
1. Op Tabijnniveau vindt er onder auspiciën van de Tabijnacademie een inventarisatie plaats van collega's met talenten/ specialismes die bovenschools/ op beleidsniveau van toegevoegde waarde kunnen zijn. Deze collega's moeten ook over de competenties beschikken om dit over te brengen op anderen. 2. Leraren worden binnen de gesprekkencyclus gestimuleerd aan te geven wat zij willen bereiken/ wat zij willen ontwikkelen. 3. Leraren nemen zelf de verantwoordelijkheid voor de benodigde stappen richting de Tabijnacademie. 4. Tabijn zoekt en selecteert een instrument waarmee leraren hun competenties in kaart brengen ten dienste van hun professionele ontwikkeling.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
20152016
20162017
2017-2018 1. Binnen de Tabijnacademie is er een actueel en goed werkend platform waar vraag naar en aanbod van scholing samenkomen. 2. Het is inzichtelijk welk aanbod voor scholing er intern, maar ook "in company" en extern is. 3. De eerste stap van directies, teams en individuele leraren bij een scholingsvraag is richting de Tabijnacademie. 4. Iedere leraar heeft via het gekozen instrument zicht op de eigen kwaliteiten en ontwikkelpunten.
18
Hoofddoel 2: leraren leren van elkaar en professionaliseren zich continu Doel 2 2014-2015 Tabijn investeert in proactie- Het is vanzelfsprekend dat alle leraren ve en inspirerende netwerdeel nemen aan de netwerkbijeenkomken waarin leraren kennis, sten. Scholen nemen de bijeenkomsten vaardigheden, talenten en van de netwerken op in hun jaarplanning specialismen delen en onten stellen alle leraren in staat aan deze wikkelen. Alle teamleden van netwerken deel te nemen. elke school maken actief deel uit van deze netwerken in de lerende organisatie van Tabijn en delen kennis en ontwikkelen kennis met elkaar. Voor een deel zijn deze netwerken al gerealiseerd.
2015-2016 In het Personeelstevredenheidsonderzoek '15'16 worden vragen opgenomen die zicht geven op de tevredenheid van leraren over de netwerken en -bijeenkomsten.
2016-2017
Hoofddoel 2: leraren leren van elkaar en professionaliseren zich continu Doel 3 2014-2015 2015-2016 Leraren hebben structureel Op Tabijnniveau wordt In het Personeelstevredenheidsonderzoek '15-'16 voldoende tijd om leerlingen onderzoek gedaan worden vragen naar de tijd die leraren krijgen om te volgen, collegiale consulnaar de mogelijkheden leerlingen te volgen en collegiale consultaties te pletaties te plegen en zich te om meer tijd in te gen opgenomen. scholen. De scholen maken ruimen voor collegiale hierover met leraren afspra- consultatie door leraBinnen de Jaarplanning wordt voor iedere leraar miren. ken. nimaal een keer per jaar substantieel tijd ingepland om collegiale consultaties te plegen/ een klassenbezoek te doen a.d.h.v. gerichte vragen/ kijkwijzers.
2016-2017
Binnen de Jaarplanning wordt duidelijk gemaakt hoe en op welke wijze leraren in staat worden gesteld om leerlingen te volgen.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2017-2018 Uit het Personeelstevredenheidsonderzoek blijkt dat deelnemers tevreden zijn over de netwerken en dat deze netwerken aan het doel beantwoorden.
19
2017-2018 Uit het Personeelstevredenheidsonderzoek wordt duidelijk dat leraren tevreden zijn over de tijd die zij krijgen om leerlingen te volgen en collegiale consultaties te plegen en de kwaliteit daarvan.
Hoofddoel 3: Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT Doel 1 2014-2015 2015-2016 Onderwijs: in het kader van 21e eeuwse Binnen de gesprekkencyclus zijn de voor vaardigheden zal de rol van ICT in het onde school benodigde ICT-competenties derwijsproces steeds belangrijker worden. een vast gespreksonderwerp en worden Leraren bij Tabijn maken in hun didactisch leraren gestimuleerd aan te geven wat handelen optimaal gebruik van de beschikzij nodig hebben om aan deze compebare ICT-hulpmiddelen. Deze hulpmiddelen tenties te voldoen. Het instrument worden ook ingezet om het werk te organiwaarmee leraren hun competenties in seren en te verantwoorden, leerlingen te kaart brengen, zal ook ingaan op de volgen en met ouders te communiceren. mate waarin zij zich op ICT-gebied ontLeraren bij Tabijn zetten ICT ook in om de wikkeld hebben. eigen vakbekwaamheid te ontwikkelen en onderhouden. Er wordt geïnvesteerd in de Zij nemen zelf de verantwoordelijkheid ICT-vaardigheden van leraren, of dit nu voor de benodigde stappen richting de onderwijskundige toepassingen betreft of Tabijnacademie. toepassingen in de bedrijfsvoering (bijvoorbeeld leerlingvolgsystemen, digitale portfoliosystemen enzovoorts). Hoofddoel 3: Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT Doel 2 2014-2015 Bedrijfsvoering: (a) Tabijn investeert in de Er wordt een inventarisatie uitgeuitbreiding van het bestaande geïntegreer- voerd naar de mogelijkheden van de ICT-systeem, waarin de leerlingen cogni- ESIS in relatie tot de strategische tief en sociaal-emotioneel optimaal kunnen doelen van Tabijn. worden gevolgd; (b) Tabijn investeert in een passende ondersteuning voor ICTgebruikers.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016 Alle scholen van Tabijn maken hun DGO's, Groepsplannen en OPP's binnen ESIS.
2016-2017
2017-2018 De voor de school benodigde ICT-competenties zijn bij alle leraren aanwezig.
2016-2017
2017-2018 Alle scholen van Tabijn maken gebruik van alle mogelijkheden binnen ESIS, voor zover die op Tabijnniveau zijn afgesproken.
20
Hoofddoel 3: Tabijn versterkt de kwaliteit en het gebruik van ICT Doel 3 2014-2015
2015-2016
Communicatie met ouders: naast de huidige vormen van informatievoorziening realiseert Tabijn een ICTplatform voor ouders waar actuele leerinhouden en resultaten van de kinderen geraadpleegd kunnen worden.
Na 1 jaar is op minstens 25% van de scholen de leerinhoud van een periode te raadplegen evenals de resultaten.
1. Alle scholen maken gebruik van DigiDUIF als ICT-platform voor de ouders. Voor het einde van dit planjaar wordt een discussie afgerond en bepaald hoe en binnen welke grenzen Tabijn dit ICTplatform gaat gebruiken. 2. Na 1 jaar gebruikt minstens 25% van de scholen een digitaal rapport.
20162017
2017-2018 1. Ouders hebben een account dat de mogelijkheid biedt om op elk moment de resultaten van hun kind te bekijken (de methode gebonden toetsen, cito etc.). Scholen maken gebruik van een vorm van een digitaal rapport. 2. Op dit account kunnen de ouders tevens de leerinhouden van de betreffende periode voor de groep van hun kind raadplegen.
Hoofddoel 4: Tabijn werkt met teams als basis voor uitstekend en innovatief onderwijs Doel 1 2014- 2015-2016 2016-2017 2017-2018 2015 Tabijnscholen realiseren professioElk team brengt in beeld wat de Het hele team van elke school 1. Elke school heeft in een schooldocument nele teams met een veilig en prospeerpunten, de kwaliteiten en de neemt deel aan een feedbackstructurele afspraken vastgelegd over collefessioneel klimaat, waarin leraren prioriteiten van het team zijn. De training, waar collegiale consulgiale consultaties, klassenbezoeken, intervimet elkaar reflecteren op de kwaliresultaten van het instrument tatie, intervisie en een terugkopsie en het gezamenlijk voorbereiden van acteit van het onderwijs, leerprestawaarmee leraren hun competenpeling in het team een onderdeel tiviteiten of lessen. ties van leerlingen en hun eigen ties in kaart brengen, wordt op van zijn. 2. Er wordt gebruikt gemaakt van kijkwijzers functioneren. Zij stellen de juiste en/of leervragen. Het uitgangspunt is de teamniveau daarbij betrokken. vragen en geven professionele goede praktijk van de eigen of de andere Vervolgens wordt er een plan met feedback. Binnen de scholen worscholen. De resultaten worden regelmatig teeen tijdpad geformuleerd. den mogelijkheden gecreëerd voor ruggekoppeld/gereflecteerd op teamniveau. leraren om te participeren in colle3. De voorwaarden: het kunnen geven en ontgiale consultaties en intervisie, vangen van feedback en de facilitering in tijd klasbezoeken bij elkaar en het saen mogelijkheden zijn vervuld. men voorbereiden van verschillende activiteiten. TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
21
Hoofddoel 4: Tabijn werkt met teams als basis voor uitstekend en innovatief onderwijs Doel 2 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Elk team van een Tabijn-school Alle teamleden wisselen op teamniveau hun erkent, herkent en versterkt de kwaliteiten en specialismen uit. Zij brengen kwaliteiten van de teamleden en deze in kaart in een format dat in een digibenut deze om uitstekend en innotaal platform op Tabijn-niveau wordt gevatief onderwijs te geven en te plaatst. borgen. Om tot een optimale mix Elke directeur bespreekt dit onderwerp in van kwaliteiten te komen stimude gesprekscyclus. leert Tabijn vrijwillige mobiliteit
2017-2018 Over vier jaar worden op elke school de talenten op de eigen school, op andere scholen en bovenschools aantoonbaar ingezet en uitgewisseld. De Tabijnacademie heeft hier een centrale plaats in.
tussen scholen.
Hoofddoel 5: Tabijn versterkt de rol van ouders en andere partners Doel 1 2014-2015 Tabijn zet zich in om het educatief partnerschap met ouders te versterken. In 2018 hebben alle scholen een school-ouderovereenkomst met ouders afgesloten. In een school-ouderovereenkomst worden de verantwoordelijkheden, rechten en plichten van scholen en ouders vastgelegd. Deze overeenkomst schept duidelijkheid, bevordert een gemeenschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel en voorkomt dat de betrokkenheid van ouders (te) vrijblijvend is.
Er liggen voorbeelden voor het opstellen van een concept overeenkomst.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016
2016-2017
Elke school heeft de inhoud met zijn team en MR besproken en staat achter de invoering.
2017-2018 Alle scholen hebben met hun ouders een schoolouderovereenkomst afgesloten. Rechten en plichten zijn hierin omschreven.
Met het team en de MR liggen er afspraken over de route die gevolgd gaat worden tot een schoolbrede invoering.
22
Hoofddoel 5: Tabijn versterkt de rol van ouders en andere partners Doel 2 2014-2015 Uiterlijk in 2018 zijn op school- en stichtingsniveau afspraken vastgelegd over doorgaande leerlijnen van de peuterspeelzaal tot en met VO, waarin (mede) verantwoordelijkheden zijn omschreven van ouders, Tabijnscholen en andere partners. Door samen te werken worden (bestaande) hobbels in de doorgaande ontwikkelingslijnen van leerlingen voorkomen. Ook de ontwikkeling van passend onderwijs speelt hierin een rol. Activiteiten waaraan gedacht kan worden zijn bijvoorbeeld bijeenkomsten met regionale partners, het gezamenlijk ontwikkelen van overdrachtsprotocollen, wederzijdse uitwisseling van personeel enz. Tabijn zal zich inspannen om dit te realiseren.
Peuterspeelzalen en overige voorschoolse organisaties: Tabijn bespreekt en omschrijft de “startbekwaamheid” van een 4 jarige. (Wat zouden we graag zien, zindelijk bijv.).
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016
2016-2017
VO: Het Povo overlegt en omschrijft de afspraken over de inhoud van een vorm van voortgangsoverleg
2017-2018 1. Wat de peuterspeelzalen en overige voorschoolse organisaties betreft liggen de afspraken over de overdracht vast waarbij de partnerorganisatie op de hoogte is van de eisen die gesteld worden aan de “startbekwaamheid” van een 4-jarige. De verwachte “startbekwaamheid” is op alle Tabijnscholen omschreven. 2. Wat het VO betreft liggen de inhoud en de uitvoering van de overdracht vast en worden door beide partijen als zodanig toegepast. Het VO is op de hoogte van de wijze waarop Tabijnscholen al hun leerlingen begeleiden. Het OKR is leidend bij de warme overdracht, waarin de genoemde begeleiding expliciet besproken wordt. Er liggen afspraken over een voortgangsoverleg na enkele maanden (3 á 4) in het schooljaar.
23
Hoofddoel 6: bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders Doel 1 2014-2015 Transparantie in het leiderschapsprofiel: de doelen die gesteld zijn op het gebied van het onderwijs, professionaliteit van leraren, teampresteren, het vormgeven van samenwerkingsrelaties met ouders en andere partners en het versterken van de kwaliteit en gebruik van ICT vragen effectief en inspirerend leiderschap. Om het leiderschap in de komende beleidsperiode een kwaliteitsimpuls te geven, zal Tabijn de eisen aan leiderschap inzichtelijk en concreet maken en leiders ondersteunen aan deze eisen te voldoen.
8
1. Het CvB, de algemene directie en de sector HRM komt met een voorstel hiertoe, vraagt advies aan relevante geledingen in de organisatie.
2015-2016
2016-2017
Start 8 vastleggen professionalisering: 1 januari 2016.
2017-2018 1. Een transparant leiderschapsprofiel voor alle leidinggevenden binnen Tabijn met ruimte voor het formuleren van organisatie- en school specifieke vraagstukken. De kwaliteitscriteria van het schoolleidersregister worden hierbij geïntegreerd. 2. Op basis van de transparantie in het leiderschapsprofiel en de uitkomsten van het zicht op de huidige talenten en kwaliteiten van leidinggevenden binnen Tabijn (doel 6.2), worden voor alle leidinggevenden binnen Tabijn afspraken vastgelegd over hun professionalisering en vastgelegd in de gesprekkencyclus.
In de tussentijd worden afspraken over professionalisering van leidinggevenden conform eerdere werkwijze vastgelegd (gesprekkencyclus).
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
24
Hoofddoel 6: bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders Doel 2 2014-2015 Zicht op leiderschapstalent en kwaliteit: Tabijn investeert in het creëren van inzicht in de eigen talenten en kwaliteiten van de leider (persoonlijk leiderschap), de kwaliteiten van collega’s en het eigen team. Het doel daarvan is een optimale mix te kunnen maken, waarbij de school het leiderschap verkrijgt waar zij op dat moment gezien haar ontwikkeling behoefte aan heeft.
1. Keuze maken in een instrument(en) (zoals bijvoorbeeld 360 graden feedback) die de organisatie helpen om dit zicht op talenten en kwaliteiten van leidinggevenden te verkrijgen en te ontwikkelen. 2. Keuze maken in een instrument(en) (zoals bijvoorbeeld 360 graden feedback) die de organisatie helpen om dit zicht op talenten en kwaliteiten van potentiële leidinggevenden te verkrijgen en te ontwikkelen. 3. Hierbij wordt de koppeling gemaakt met de instrumenten voor leraren/alle medewerkers. 4. Het CvB, de algemene directie en de sector HRM komt met een voorstel van aanbieders, vraagt advies aan relevante geledingen in de organisatie.
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016
2016-2017
Het opzetten van een kweekvijver voor potentiele leidinggevenden binnen Tabijn.
25
2017-2018 Een transparant totaaloverzicht van alle (potentiële) leidinggevende kwaliteiten en talenten binnen Tabijn.
Hoofddoel 6: bij Tabijn werken effectieve en inspirerende leiders Doel 3 2014-2015 Uit onderzoek blijkt dat de leidinggevenden van scholen die excellent presteren een cultuur realiseren van leren met en van elkaar. Dit betekent dat zij een cultuur stimuleren in hun team waarin van en met elkaar wordt geleerd en dat zij zelf hierin het voorbeeld geven. Binnen Tabijn begeleiden de leidinggevenden hun teamleden op een stimulerende, constructieve manier. Daarnaast leren de leidinggevenden binnen Tabijn van en met elkaar. Dit wordt meegenomen in het leiderschapsprofiel en het zicht krijgen op leiderschapstalenten en -kwaliteiten.
Er vindt een analyse plaats van de behoefte van leidinggevenden, van wat de meest effectieve manieren zijn om van elkaar als leidinggevenden in het onderwijs te leren (betrekken wetenschappelijke kennis hierover en tijdsinvestering) en hoe de vertaalslag hiervan naar de praktijk van Tabijn als organisatie gemaakt kan worden. Tevens wordt in de eerste helft van 2015 een eerste vorm hiervan uitgevoerd (mogelijk als pilot).
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
2015-2016
2016-2017
2017-2018
Verdere uitrol van activiteiten en evaluatie van het effect van deze activiteiten op de cultuur van leren en de onderwijskwaliteit.
Verdere uitrol van activiteiten en evaluatie van het effect van deze activiteiten op de cultuur van leren en de onderwijskwaliteit.
Leidinggevenden binnen Tabijn zijn onderdeel van en stimuleren een lerende cultuur in de organisatie. Alle leidinggevenden binnen Tabijn hebben goed zicht op de effectiviteit van de werkvormen die hiervoor worden ingezet.
26
Afronding Het betrekken van de organisatie van Tabijn in brede zin is een belangrijke voorwaarde voor het creeren van eigenaarschap voor het strategisch beleid. Het College van Bestuur is daarom in oktober en november 2013 gesprekken aangegaan met verschillende platforms binnen onze organisatie, te weten het Directeurenberaad, het IB-netwerk, het Adjunctennetwerk, de GMR en de RvT. Ook werden externe partners bevraagd naar hun mening over onze ambities. Al deze gesprekken hebben veel opgeleverd en de meest voorkomende commentaren zijn verwerkt in het plan. Zo maken we er samen een gedragen stuk van, waar we in kunnen geloven en waar we met elkaar voor willen gaan. We zien de toekomst van Tabijn dan ook met vertrouwen tegemoet!
TABIJN: DE BESTE BASIS! STRATEGISCH MEERJARENPLAN 2014-2018
27