Mededelingen voor de vrienden van het belastingmuseum en de Stichting Geschiedenis van de overheidsfinancien in Nederland, 3e jaargang, nr. 7, december 1995.
BELASTING 1V1 V JL V 1V1l
't IMPOST In dit nummer o.a.
Door de mazen ..... FIOD 50 jaar Slachten in Groningen Unie van Utrecht Belasting op het trouwen
Pianola met inhoud Dranksmokkel aan De Dollard
Colofon Impost wordt uitgegeven vanwege het Belastingmuseurn en toegezonden aan alle vrienden en donateurs van het Belastingmuseum. Daarnaast aan alle leden van de Werkgroep Geschiedenis van de Overheidsfinancien in Nederland. Verschijnt ± 3x per jaar. Redactie: J.E. Vrouwenfelder en S. Ruitinga (museum) mw. dr. W. Fritschy (Stichting Geschiedenis van de Overheidsfinancien) Foto's: waar geen naam onder een foto is vermeld, is deze van de hand van Sijtse Ruitinga. ISSN 0929-8193
Bijdragen Artikelen, boekrecensies en andere mededelingen voor de redactie kunt u zenden aan: Redactie Impost p/a Belastingmuseum Parklaan 14-16 3016 BB Rotterdam Kopij voor het volgende nummer (verschijning april 1996) moet uiterlijk 18 februari binnen zijn, foto's voorzien van de negatieven. Stichting Vrienden Belastingmuseum Prof. dr. Van der Poel p / a Parklaan 14-16 3016 BB Rotterdam Postbankrekening 5269909 Stichting Belastingmuseum Prof. dr. Van der Poel Parklaan 14-16 3016 BB Rotterdam Postbankrekening 322056 tel.: 010-4365629 fax.: 010-4361254
Openingstijden museum: dinsdag t/ m zondag: 11.00 - 17.00 uur gesloten op maandag
TOEGANG GRATIS Voorplaat: Vooraanzicht Parklaan 1416 bij avond Foto Bastiaan Ingen Housz, Dordrecht
Inhoud Museumnieuws
blz
- Van de redactie - Column van de conservator: Over de grenzen - Door de mazen van het net, en verder: tentoonstelling fraude - Rondom de tentoonstelling - In naarn van de Fiod
Schatten uit het depot/de collectie - Borgemeesteren en de Raad to Groningen - Prentencollectie: Unie van Utrecht; Puntegaalstraat
50
51 52
56 57
58 59
Recente aanwinsten De belastingambtenaar Heffing van de bezittingen der ingezetenen Middel op het Trouwen Acte van Patent Tekeningen: Theo Gootjes en Len Munnik
Varia Pianola, la la Mevrouw Handels 20 jaar vrijwilliger Uit de vorige eeuw: Groninger Courant van 4 februari 1873 Andere tijden, andere zeden
60 60
61 61 62
63 63 64 65
Verkrijgbare publicaties
66
Aanmelding Vrienden
67
Van de redactie Na alle drukte bij het voorbereiden, inrichten en openen van de tentoonstelling over belastingfraude en wat daarmee samenhangt, verkeren wij (van Impost) even in wat rustiger tijden. Niettemin moet dit nummer als het even kan voor het einde van 1995 bij u in de bus liggen. Het is wat dunner dan gewoonlijk, omdat het katern van de Werkgroep Geschiedenis van de Overheidsfinancien ontbreekt. Het verslag van de Werkgroepbijeenkomst op 31 oktober 1995, waar gespoken is over de gewestelijke Fnancien van Groningen in de 17e en 18e eeuw, houdt u tegoed. Ook van de aanbieding van het pas verschenen boek "Doel en middel - Aspecten van Financieel overheidsbeleid van de 16e eeuw tot heden" aan mr H.E. Koning zullen wij nog verslag uitbrengen.
50 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Uit het depot selecteerden wij een plakkaat uit Groningen (1749) en een tweetal exemplaren uit de prentencollectie, met een dateringsverschil van bijna 100 jaar. De aanwinsten bestaan ditmaal uit papierwerk; spectaculaire voorwerpen ontbreken. Hoe een pianola in een Belastingmuseum terecht komt, wordt verklaard met een overgenomen artikel uit het FIOD-magazine. Een ander kranteartikel uit 1873 vertelt iets over het smokkelen van drank, en de treurige afloop daarvan. De redactie wil tot slot niet nalaten, U - mede namens bestuur en medewerkers van het museum - een goed en voorspoedig 1996 toe to wensen, met veel museumbezoek.
Over de grenzen
Van 6 tot 8 september vond in Helsinki de derde Conferentie van Europese Douane- en Belastingmusea plaats. Samen met Geert Nieman was ik de gast van Seppo Malkki, hoofd van het Finse Douanemuseum. Er waren 12 deelnemende landen. Rusland was er voor het eerst bij. In Sint Petersburg is Vladimir Sharahov bezig een douanemuseum op to zetten. Het ontmoeten van collega's uit andere landen is inspirerend. De onderlinge sfeer is heel plezierig en ontspannen. Er wordt in allerlei talen en vaak met handen en voeten veel informatie uitgewisseld. Verrassend is telkens opnieuw om to constateren dat de musea qua collectie zoveel overeenkomst vertonen. Overal ter wereld smokkelt men alcohol en gedistilleerd in borst- en scheenbeenflesjes en worden wandelstokken uitgehold en gevuld met contrabande. Opvallend zijn toch ook de nationale verschillen. Naarmate men in Europa van Noord naar Zuid trekt, wordt bij voorbeeld het uiterlijk vertoon dat tot uitdrukking komt in onder meer de uniformen, sterker. De meeste musea zijn onderdeel van de douane, zonder een zelfstandige rechtspersoon to zijn. Dit heeft alles to maken met de ontstaansgeschiedenis. Wat ooit begon als het bewaren van wat oude spullen groeide uit tot een bijzondere collectie: een museum waardig. Groot Britannia en Nederland zijn als musea veruit het meest geprofessionaliseerd en het zelfstandigst, in die zin dat zij door de overheidsorganisatie waarvan zij het stoffelijke cultuur-historisch verleden beheren en tonen, zijn erkend als officieel museum met een eigen verantwoordelijkheid en doelstellingen. Wanneer een douanemuseum die erkenning niet heeft en alleen een afdeling is van de douane-organisatie, is het kwetsbaar. Een verandering in het beleid van algemene aard kan verstrekkende gevolgen hebben. Een voorbeeld daarvan zagen wij in Helsinki. Het Told-Skat Museet in Kopenhagen, dat twee jaar geleden nog het initiatief kon nemen tot het organiseren van de eerste Europese conferentie, wordt thans met sluiting bedreigd. Reden hiervoor is de verhuizing van de Deense douane naar een voor de museumbezoeker onaantrekkelijke lokatie. De plaats waar het museum thans is gevestigd, bevindt zich in het toeristisch centrum van Kopenhagen en het trekt in de zomerrnaanden duizenden bezoekers. Omdat men verwacht dat dit in het nieuwe gebouw niet het geval zal zijn, is besloten het museum voor het publiek to sluiten. Een vanuit de organisatie begrijpelijke beslissing, maar museaal gezien to betreuren. De douane- en belastingmusea hebben immers een eigen taak en verantwoordelijkheid tegenover het publiek wanneer het gaat om het tonen van de geschiedenis en de cultuur van eeuwenoude
overheidsinstanties. Afgezien van deze dissonant was de conferentie in Helsinki een succes. Er werden verschillende werkgroepen gevormd om de internationale samenwerking concreet vorm to geven. Nederland werkt mee aan het vaststellen van een thema voor een gezamenlijke reizende tentoonstelling. Deze en andere zaken worden september volgend jaar besproken in Rotterdam, wanneer het Belastingmuseum de Europese collega's hoopt to ontvangen. Meer hierover leest u in een volgend nummer van Impost! Jammer trouwens dat het Esperanto nooit van de grond kwam...
Loes A. Peeperkorn-van Donselaar
51 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
52 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Door de mazen van het net, en verder... Onder deze titel werd op 29 september j.l. de tentoonstelling over belastingfraude in het Belastingmuseum geopend. Na een inleiding door het hoofd van het museum kreeg de beer P. Dankert, lid van het Europese parlement, het woord. Zijn betoog kwam erop neer, dat fraude niet alleen de fout is van de fraudeurs, maar dat de wettenmakers, de regelgevers, zich mede aangesproken mogen voelen. Ook Europese richtlijnen zijn soms zo ingewikkeld, onduidelijk of onpraktisch dat men als het ware de kat op het spek bindt. Bij de openingshandeling verrichtte het hoofd van het museum een test met merkenfraude en koos daarvoor als proefpersoon de heer Dankert. Diens reukonderscheidingsvermogen bleek maar gebrekkig ontwikkeld to zijn.... Uiteraard maakten de genodigden een rondgang langs de tentoongestelde attributer. Geert Nieman verzorgde daarbij een toelichting.
John Vrouzuenfelder en Geert Nieman, de makers van de tentoonstelling, in gesprek met de heren Dankert en Gohres Foto Belastingmuseum Een gitariste en een fluitiste, voor de gelegenheid in douaneharmonie-uniform gestoken, luisterden de aansluitende receptie op. De tentoonstelling is to bezichtigen tot en met 11 februari 1996.
De tekst van de tentoonstellingsbrochure volgt hierna.
met bijvoorbeeld vervalste documenten aan de fiscus een verkeerde voorstelling van financiele zaken geven. Daarnaast kunnen zelfs deskundigen over het begrip belastingfraude geen overeenstemming bereiken. Wel geven de bestaande definities een beeld van wat als belastingfraude kan worden aangemerkt.
Belastingfraude Wat is belastingfraude, -ontduiking en -ontwijking? Wat is het verschil tussen belastingontwijking en -ontduiking? Belastingontwijking is dankbaar gebruik maken van de mazen in de fiscale wetgeving (hetgeen in beginsel niet strafbaar is), en tegelijk regelingen verder oprekken dan de wetgever voor ogen stond. Belastingontduiking is tot eigen voordeel, met vooropgezette bedoeling en
De Commissie Van den Dries stelde in 1936 onomwonden vast dat het frauderen met belastingen in welke vorm dan ook een misdrijf was. Minister van Financien, mr. P. Lieftinck verstond in 1952 onder belastingontdiking:..."het ontgaan van belasting, dat niet zou slagen, indien de belastingadministratie de feiten kende". De gezaghebbende Commissie Van Bijsterveld verstond in 1979 onder belastingfraude:..."het bewust verstrekken van onjuiste of onvolledige gegevens of het onthouden van gegevens, welke nodig zijn voor de vaststelling van de belastingschuld". De totale samenleving ondervindt van belastingfraude grote schade. De overheid heeft de zorg voor de juiste uitvoering van de belastingwetten. Een instelling die hierbij in de huidige tijd een belangrijke rol speelt is de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD).
53 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Belastingfraude is van alle tijden. De strijd hiertegen ook.
Controle-diensten in opkomst In 1274 verleent graaf Floris V van Holland de stad Haarlem het recht om accijnsen to heffen. Accijnsen zijn belastingen op o.a. voedings- en genotsmiddelen. Uit deze opbrengsten werd het onderhoud van wegen, muren en verdedigingswerken betaald, maar ook onder andere salarissen van de controlerende ambtenaren (accijnsmeesters). Nieuwe controle-mogelijkheden ontstonden in de volgende eeuwen door meer kennis. Als gevolg daarvan een betere wetgeving voor meet- en weegwerktuigen, en voor de handel in en fabricage van produkten. Er kwamen steeds meer controle-functionarissen in dienst bij lokale en later landelijke overheden. In 1579 werden bij de Unie van Utrecht de convooien en licenten (een soort in-, uit- en doorvoerrechten) als enige belasting geldig in de gehele Republiek der Zeven Provincien. Het onderzoek naar fiscale delicten, en de straffen hiervoor waren nog een onoverzichtelijke zaak. In 1725 volgde het Generaal-Placaat van de convooien en licenten, oftewel de "eerste douanewet". Hierin staan bepalingen van strafrechtelijke aard, onder meer over beslaglegging, boete, geseling, brandmerking en verbanning. Rond 1500 werden er in de steden belastingen op "gedistilleerd" geheven. Het branden, distilleren, voorhanden hebben en verkopen van produkten was uitsluitend toegestaan binnen de stadsmuren. Bij accijns-ontduiking werd er zelden gesproken over illegaal stoken maar eerder over het vervalsen van moutwijn door branders of het venten van de moutwijn op plaatsen, waar het niet was toegestaan. Toezicht op naleving van de accijnswetgeving gebeurde door de pachter van de accijns, maar ook schepenen en de baljuw van de stad werden hierbij ingeschakeld. Overtreders werden zwaar gestraft. In 1607 kregen twee branders in Schiedam wegens venten van gedistilleerde produkten bij het "Leprooshuys deser stede" en buiten de stadspoort een forse boete. Zij moesten in het openbaar om vergiffenis bidden.
Het "roeien" van een wijnvat, to zien op de tentoonstelling Foto Robert J. Tiemann
Een andere vorm van belasting in de Middeleeuwen en daarop volgende eeuwen was het heffen van tol(belasting) op personen- en goederenverkeer over rivieren, bruggen en wegen. In de Middeleeuwen nam de tolheffing in West-Europa een grote vlucht en de tolgelden werden tot het uiterste opgevoerd. Waar water- en landwegen samen kwamen, was er een zekere concurrentie. Deze voorkwam een to hoog opvoeren van de toltarieven. Deze situatie bleef bestaan tot aan de Franse revolutie. Handelaren en schippers protesteerden tegen de hoge toltarieven en
54 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
trachtten de heffing to ontduiken door bij voorbeeld goederen in geheime bergplaatsen aan de onderzijde van het schip mee to nemen. Houtvlotten, afkomstig uit Duitsland, werden belast naar het aantal zogenoemde doorgangen, een bepaald aantal voet in lengte, breedte en diepte. Met door de provinciale Rekenkamer aan de tollen geleverde kettingen,onder toezicht van de gezworen landmeter gemaakt, werden de vlotten door "zieners" en tollenaars opgemeten. Met de diepte van het aantal doorgangen werd weleens gesjoemeld. Handelaren en kooplieden werden bij
ontduiking van tolgelden gesommeerd om "in de tol" to komen en zich tot de Provinciale Rekenkamer to wenden om wegens het "frauderen van de to]" de daarop staande boeten en kosten van achtervolging to voldoen. Doorvaren met een snelle zeilboot in het donker was een andere manier van frauderen. Maar ook tollenaars gingen niet vrijuit. In 1734 werden tolpachters to Zaltbommel beschuldigd van afpersing, door hogere belastingen en borgstellingen to vragen dan volgens de richtlijnen verschuldigd waren. In de Bataafs-Franse tijd (1795-1813) werden zowel douane als belastingdienst gecentraliseerd. Hierdoor werd een efficienter heffings- en controlebeleid mogelijk. Als sympathiek aspect van de veranderende politiek uit die tijd is de bepaling to vermelden, dat inbeslaggenomen goederen aan de armen uitgereikt moesten worden. In 1815 nam het Koninkrijk der Nederlanden een aantal moderniseringen over. Zo ontstonden er controlediensten, zoals het Kadaster (een openbaar register van onroerende goederen) en de Dienst van de Waarborg. De door het Kadaster verzamelde gegevens dienden ondermeer voor de vaststelling en controle van de grondbelasting. De dienst van de Waarborg kontroleerde het gehalte van gouden en zilveren voorwerpen.
Links de beer Dankert, in het midden niw Peeperkorn en rechts de beer Gohres Foto Belastingmuseuun
Op basis daarvan vond de belastingheffing plaats. Eind vorige eeuw slaagde minister van Financien mr. N.G. Pierson erin een vermogensbelasting en een soort inkomstenbelasting tot stand to brengen, met soepele strafbepalingen. Het was zijn wens om aan de belastingen een niet al to fiscaal en hatelijk karakter to geven. Hij had vertrouwen "in de eerlijkheid van het Nederlandsche volk". De praktijk pakte anders uit! In de inkomstenbelastingwet van 1914 werd dan ook op het doen van een onjuiste aangifte een straf van geldboete gesteld. Ook kreeg de fiscus het recht boekhoudingen to controleren. In de eerste helft van de twintigste eeuw zorgden de inkomsten-, de motorrijtuigen-, de omzet- en de vennootschapbelasting voor een noodzakelijke uitbreiding van de controlewerkzaamheden.
DE FIOD
De beer A. Miedema, destijds hoofd van de donanerecherche, poseert hij een geheime distilleerderij (foto to zien op de tentoonstelling)
Enige tientallen jaren voor de oprichting van de FIOD (26 juni 1945) beschikte de Belastingdienst al over een afdeling Inlichtingen. Het 2e bureau van de Accountantsdienst to 's-Gravenhage verzamelde namelijk voor de belastinginspecteurs gegevens o.a. over inschrijvingen en wijzigingen in de registers van Kamers van Koophandel en Fabrieken. Die taak van dat 2e bureau behoort nu
55 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
nog tot de funkties van de huidige FIOD: het verzamelen, ordenen en verstrekken van informatie aan de belastingdienst. Deze door minister Lieftinck in het Leven geroepen dienst, toen samengesteld uit drie onderdelen (douanerecherche, inlichtingen- en opsporingsdienst) is inmiddels vijftig jaar oud. In de media lijkt het alsof de FIOD uitsluitend bezig is met grote zaken, die in het brandpunt van de belangstelling staan. Maar in de praktijk doen velen (in stilte) bun work achter een bureau. De afgelopen decennia is de FIOD in het nieuws geweest met een aantal fraudezaken op het terrein van: deviezensmokkel, illegale stokerijen, horeca, EEG-fraude inzake vlees en melkpoeder, koppelbazen, bank-en sportwereld, etc. De doelstellingen van de voorgangers en de huidige FIOD blijven vrijwel eender".
Rondom de tentoonstelling
• Vissen door de mazen van het net, een spel voor jong en oud, iedere zondag van 14.00 - 16.00 en in schoolvakanties iedere dag van 14.00 - 16.00 uur.
In het kader van de tentoonstelling organiseert het Belastingmuseum een aantal activiteiten:
• Demonstratie douanespeurhonden, woensdag 18 en zondag 22 oktober om 14.00 en 15.00 uur. • Smokkelfilmdagen, 19 en 20 oktober, aanvang 13.30 uur. Vertoond wordt o.a. "De vijf, en de geheime doorgang". • "De Ark van Noach in het Belastingmuseum". Een verteller vertelt het verhaal van de Ark van Noach in relatie tot de beschermde uitheemse diersoorten. Tweede Kerstdag, aanvang 13.30 en 15.00 uur. • Tekenwedstrijd "Stop de dierensmokkel", vanaf 26 december t/m 7 januari 1996, museumactie tegen de handel van met uitsterven bedreigde diersoorten, dagelijks van 11.00 tot 16.30 uur. (Als u dit hummer van Impost onder ogen krijgt, zijn sommige gebeurtenissen alweer voorbij). Voorts heeft de heer mr H. Mobach op 5 november een voordracht gehouden voor de Vrienden over het onderwerp Belastingontduiking en -ontwijking. Een weergave daarvan treft u in het volgende nummer aan.
Vissen door de mazen van het net Foto Belastingmuseum
Speurhond Sheila met begeleider
Foto Belastingmuseum
56 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
In naam van de FIOD Tegelijk met de opening van de tentoonstelling verscheen "In naam van de FIOD..., een impressie van vijftig jaar fraudebestrijding", een boekwerk van de hand van de historici J.P. Schellekens en A. Schweitzer. In samenwerking met een redactiecommissie samengesteld uit FIOD-ambtenaren en andere deskundigen, schetsen de auteurs de geschiedenis van de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst gedurende de vijftig jaren dat doze dienst be-ta,it. Uit de inhoud: - Belastingfraude is van alle tijden - De geboorte van een oorlogskind (1945-1952) -De FIOD in rustiger vaarwater (19521975) -Met het nodige elan... (1975-1995) Het boek is van een aantrekkelijke vormgeving en ruim geillustreerd. Het is to koop in het Belastingmuseum voor f 9,95 exclusief f 6,00 verzendkosten.
De beide auteurs: links J.P. Schellekens, rechts A. Schweitzer
57 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Uit het depot Bijgaand een afbeelding van een plakkaat van Burgemeesteren en de Raad to Groningen uit 1749 over het slachten buiten de gemeentelijke slachtbank met als doel ontduiking van de geslachtsaccijns. De tekst luidt als volgt:
"BORGEMEESTEREN ENDE RAADT IN GRONINGEN DOEN TE WEETEN Hoe wij geinformeert sijn dat verscheiden lieden / buiten de knokenhouwer Gilde sig onderwinden / het Slagten van Vee in de Stad en Stads Tafel to doen / sonder de behoorlijke en van ouds gewone Eedt afgelegt to hebben / strekkende tot nadeel en praejudice van `s Lands en Stads middelen / en tegens het 7. Art. van de Provinciale Ordonnantie op het Bestiael; alwaerom wij bij desen ernstig interdiceren, alle en een iegelijk / het Slagten en Steken van eenig Vee / in de Stad of Stads Tafel to doen / ten sy deselve alvorens sijn Naem en woonplaets ter Stads Secretarie sal hebben laten anteikenen / en vervolgens den behoorlijken Eedt gepraesteert / bij de breuke van 25 Car. Guldens voor een iegelijk Contraventeur, by parate Pandhalinge to innen. EN OP DAT NIEMANT HIER VAN EENIGE ONWETENHEIDT VOORWENDE / HEBBEN WIJ DESEN ALOMME LATEN VERKONDIGEN EN AENPLACKEN.
BORGEMEESTEREN E N D fi
R A A D T IN f.R (1NIn f:EV D0EN 7E IrEETEN
3I1
D ii g iit#'urtrteLrt 1 bat it'r C Cr 1C11 IC Ci1J ' buftrit tic volt t ou rr C'Ubr fin tnnbrtlutnbru/ i'jrt, Cagtrii No re ttt be ;stab to htab^ afrj tr bttrn/ tonbrt be be. tjoozlplie ell bat) t^ubt Itrbtonr rbt aft clt t to DEW"/ jjrr11= lieutir tot naberi ru prv;udicc bail '0 LanbC rn htabq nttbbrlrn / -rn tegrne lict 7. Art. lien br Provinc ale Ordonnantie tip tjrt Tit 1€tl, Ii arrunl UUxi tin be4rlt rrn!tfg 'I vi liceren, i ftr ell rett irttrtnll / ljrt tf ^Ia trrt cii ttllrtt ban rentrg i tr/ in be stab of stab. afrl tr born/ ten jit br3ettlt albrstelt jit Sarin rit IuuomWtart ter tab SccrCtarie fiI tjelllirtt Ia, till anicilicurn/ ett betbalo end ben beljun^lijben 'ebt ,frJHvftrrrt / tin be nlbrtl ban, rest lerr14dlt Contraventeur, bnt prate , Wrnltt bait 2 . Car. 053 ntt^
DrJtdn99e tt inncn.
tan
ap tin t nirnh int ljirr rrni an t1jrftlItIr trit nlbc'/ t; cElurn Icy rt n alallnnr i trii brr1iaty Clt l tC rn.
Groningen den . November 17 49,
IUNTI GIIE,:. 'er Ordoniiantie der H. Herren voor^j^,, H,
Groningen den 3. November 1749. H. Muntinghe, vt. Ter Ordonnantie der Heeren voorsr. H. van Gesseler, Secret."
58 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
vnnGESSE LER,S
Uit de prentencollectie ditmaal een litho uit ± 1850 en een ets van een kleine honderd jaar later. De Unie van Utrecht In 1579 sluiten Gelderland (Jan van Nassau), Holland, Zeeland, Utrecht en de Ominmelanden een verbond tegen de Spanjaarden in de kapittelzaal van de Dorn to Utrecht. (litho van A.A. Nunnink, naar T.C. Bruining, 1850, Cat. 10.325).
Gezicht op het belastinggebouw in aanbouw aan de Puntegaalstraat to Rotterdam in het oorlogsjaar 1942, kennelijk in de winter. (ets door Bas van der Sinits, cat. 10.364)
In 1997 zal in Rotterdam een nieuw Centraal Belastinggebouw in gebruik worden genomen. De bouw van dit project op de z.g. "Kop van Zuid"is al gestart. Zal de geschiedenis zich 50 jaar na 1997 (in of omstreeks 2047) herhalen?
59 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
De Belasting ambtenaar In het vorige nummer plaatsten wij een foto van de overhandiging van het beeldje "De Belastingambtenaar" door de maker Jos de Wit aan onze conservator. Daarop kwam het beeld zelf niet erg duidelijk uit de verf. Derhalve hier nog een impressie, gesitueerd in de tuin van het museum.
Heffing van de bezittingen Een "Quitantie van Een Hondert Guldens, ter voldoening van den 2en Termijn der voorschrevene Heffing", betaald to Leijden op 10 december 1801. In de Bataafs-Franse tijd volgden allerlei bijzondere heffingen elkaar op tot 1805, het jaar waarin het befaamde Algemene Belastingstelsel van Alexander Gogel werd aanvaard.
QUITANTIE N' Ontvangen by my Ondergetekenden, fpeciaal •gequalificeerd tot de Recepte der H E F F I N G van TWEE ten H ONDERD van de BEZITTINGEN der Ingezetenen, b wyze van Don Gratuit, in den -___. _ Aden Ring van bet Departement van
van woonende to
f--
-
de Somma van Guldens, ter voldoening van den.? ' Termyn der voorfchrevene Heffing, volgends Publicatie van het Uitvoerend Bewind van den r9den Juny i8or. r -- den "Xe i8oi. A? 7. L. B. Comptatit Geld -aelersb.n
.
Geu . .
J fGY^ _ . •
Bdecua en Inert - coeponi. w for benaling op do aegroetisg der Stutabeover is boe en ttot • geconi nteerd . . . .
f bet rooreafaande Fournufement Nevena is, iogerolge Art. a. der opgemelde wet, overgegeven un Decaratoiren , gefprooten nit do Vrywifige Negotiatie do dato so rebrury iBot , do (owns
'an
f
NOTA. Een ieder zy verdacbt deeze Quitantie to bewaaren, om b bet to doen Onderzoek to kunnen
ekken tot bewyt van Betaaling.
60 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995 1
Middel op het trouwen Een "Biljet van aangevinge, wegens het Middel van Trouwen". In Rotterdam werd in 1771 een snort huwelijksbelasting geheven. Voor zes gulden mocht men aangifte doen van het voorgenomen huwelijk
r8o8.
Biljet van aangevinge, we ens het Middelvan T R O U W E N,
J C T E Vet N `Pd T E-A
K ondergefchreve,...my z lende begevp ten Huwelyke I State met Atz, ✓l e .
Departcment
ende ten opzigte vanhet Middel op het Trouwen geemaneert volgens den Inhoude van de Ordonnantie daar van zynde, behoorendeonderde Claliisvan e,r gulden, verklare my diceconforniaantegeven,omvervolgenshetvoorfz.re t to voldoen. Gedaan in Rotterdam dezen,z'3 171"1 A r.^'r cf
A M S T E LL A`N D.
STAfD AMSTERDAM.
C O M1H SSA'1 1 5S
Oetfangen by ,ey ondergef St. Setretaris eaa Rotterdam, de bovengemeldc i^. c ^ , ' gulden, op data all haven.
iaCHT ZINNIN
N Ovc& DEN OPHEP VAN HET PATEN?
TERDAM E:1 DEEZELYEi JURISDICTIE,
geziei1 de de aanvrage van
L
woonende binnea doze Stad of derzelver Jurisdidic, ziab t)abben aangigccyen als ^
4(^ on van ow gevraagd Patent cot de uitbeffeniag van voornoemd Bedrijf, voer den djd-vaa iwaatflelaai ien, jttgaande den IRcn Januarij, en ciadymdi den gtften December r8o8. noisier dot ons eeaige redenen ter eonuarie zijn voargekomea, hsb-
Acte van Patent
ben wij dezc Ao a tot aitbeffening van voormeld Bedrijf binnen die Koningrijk , ingevolge de Ordonnantie van Hun Hoog hiogenden op bet
Rccht can Patent , in data a December t8ob, aati denzelven
'afgcgeeven, am tc Itrckkea daar on to bet behoort; met verzoek aaa c!k ca een iegclijk, wien zulks zouden mogen aangaan, denzclven all zodanig to erkennen, en bet elied der voornoemde Ordonnanue to doen en tc laaten geniecen, mids zich onderwerpende aan,• en gedtaa-
Op aanvraag van F.C.A. Gallietzy ver-
Wetten in dic Koning'ijk befaande,.of vervolgends
lenen "Commissarissen over den
gendc nou de
Ophef van het Patentrecht binnen
zallende warden geEmmeerd, on de exteerende Reglemcncen ban Mel &
Amsterdam en derzelver Jurisdictie"het patent tot "uitoeffe-
ni ng van het Bedrij f van Clerck" o p 1 januari 1808 voor den tijd van Twaalf Maanden. De patentbelasting werd door Koning Willem I overgenomen, en is geheven tot de belastinghervorming van minister van financien Pierson in 1892/93.
tlmflerdam den cafletJaatrmli :gob. otvlt zeael . I I c -: a Sta it Belastn-g - -I to: Leges . . - - . r: 8 f
I: ta:
61 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Tekeningen Van de tekenaars Theo Gootjes en Len Munnik word een aantal originele in de pers gepubliceerde tekeningen op fiscaal gebied verkregen. Portretten van beide tekenaars volgen hieronder.
Theo Gootjes (1942) Is afkomstig uit een artistiek milieu. Studeerde respectievelijk aan de Grafische School en de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam. Was aanvankelijk werkzaam in de reclame, maar stapte in 1970 als illustrator over naar Het Vrije. Volk. Na het vertrek van Frits Muller volgde hij deze op als vast politiek tekenaar. Na de opheffing van Het Vrije Volk in 1991 stapte Gootjes over naar de opvolger van dat blad, het Rotterdams Dagblad. Zijn zeer karakteristieke tekeningen worden ook geplaatst in de Haagsche Courant. Gootjes tracht het beeld voor zich to laten spreken. Verklarende onderschriften ontbreken dan ook meestal. Zijn tekeningen zijn soms zo scherp dat ze tot opzeggingen van abonnementen leiden. Naast zijn politieke werk verzorgt hij illustraties voor bladen en boeken. Het tekenwerk doet hij veelal aan de keukentafel. In zijn atelier is hij actief als vrij beeldend kunstenaar. Theo Gootjes woont en werkt in Schiedam.
Trouw, 16 september 1986
Len Munnik (1945) Volgde de grafische school en werkte daarna als ontwerper op een drukkerij. In die tijd begun hij zich niet alleen to interesseren voor de politiek, maar ook voor het maken van politieke prenten. Hij tekende voor veel plaatselijke en landelijke actiegroepen. De bekende tekening voor het antikernwapenaffiche van het IKV is van zijn hand. Maakte vooral naam als vaste tekenaar bij het dagblad Trouw, het weekblad Hervormd Nederland en het het maandblad Opzij. Zijn in sobere stijl uitgevoerde tekeningen laten een tot het minimum teruggebrachte voorstelling zien. In veel gevallen ook zonder tekst of slechts met een summiere verklaring. In 1991 ontving hij de Ton Smits penning van de Nederlandse Cartoonistenvereniging De Tulp. Verzorgt verder illustraties voor
Theo Gootjes Foto Robert J. Tiernanu
publikaties van ministeries, bedrijven en instellingen. Len Mumlik woont en werkt in Vlaardingen.
Len Murnrik Foto Robert J. Tiemann
Het Vrije Volk, september 1990
62 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Varia Op de tentoonstelling "Door de mazen van het net, en verder... " neemt een pianola een prominente plaats in. Een zodanig instrument wordt niet dikwijls in fiscale musea aangetroffen. Het "waarom" ontlenen wij aan het FIOD magazine van februari 1995.
Piano la la, la la, la la
pianomaker, door de technische recherche van de FIOD gedemonteerd. Tot grote verbazing van de opsporingsambtenaren werd de waarde van de pianola getaxeerd op circa 500 gulden! Na de demontage werd een hoeveelheid van ca. 33 kilogram cocaine aangetroffen, waarvoor de drie verdachten zich nog steeds in hechtenis bevinden. Lef met grote gevolgen. Zo blijkt weer dat de lef van een ambtenaar om een gaatje in een pianola van 22.000 gulden to boren, grote gevolgen heeft. Zo werd een pianola van weinig waarde na het aanbrengen van de cocaine heel veel waard, door het boren wat minder waard en na demontage minder dan 500 gulden waard. Een actie, genaamd 'cocionola', om nooit to vergeten! Cor Zoontjes
Amsterdam - Op 13 januari van dit jaar werd in de Amsterdamse haven een container gelost, waarin, volgens de bijbehorende scheepsdocumenten, een antieke pianola verpakt zou zijn. Volgens de factuur betrof het een originele Wurlitzer Pianola uit 1879 met een waarde van 22.000 gulden. Het douaneteam van CTA stelde samen met de collega's van de douanepost Surveillance Amsterdam een onderzoek in naar de aanwezigheid van verdovende middelen in deze pianoIa. Na een intensieve speurtocht en een lange discussie besloot men uiteindelijk om alsnog een gaatje in het deksel to boren. Tot grote verbazing en ook vreugde van de ambtenaren bleek er een ongebruikelijk wit poeder achter het houten schotje to zitten en kon het onderzoek door het team Douanerecherche Amsterdam worden overgenomen. Met medewerking van het ondersteunend rechercheteam van de FIOD werd vervolgens de pianola onder controle gehouden en na veel touwtrekken door de verdachten werd het apparaat uiteindelijk op 19 januari douanetechnisch ingeklaard en in opdracht vervoerd naar het opgegeven adres in Amsterdam. Om technische redenen werd vervolgens direct overgegaan tot aanhouding van de drie verdachten, waarbij voor alle zekerheid een specialistisch team van de Amsterdamse politie werd ingeschakeld. Het voorwerp van onderzoek, de pianola, werd de volgende dag op zijn waarde getaxeerd en professioneel, onder begeleiding van een
De bewuste pianola, op de tentoonstelling to zien
Mevrouw Handels 20 jaar vrijwilliger In september 1995 was mevrouw C. Handels-Versteegden 20 jaar als vrijwillig medewerkster aan het Belastingmuseum verbonden. In Impost nr 3 (april 1994, blz. 11) plaatsten wij een interview met haar. Daarom volstaan wij nu met een foto, vergezeld van onze gelukwensen.
63 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
'Groninger Courant'van 4 februari 1873. Het gaat over een 5-tal personen die zich in het jaar 1873, zo'n 122 jaar geleden bezig hielden met het smokkelen van drank. Het is in feite een droevig verhaal, het geeft een beeld van wat zich vroeger afspeelde, om een paar centen extra to verdienen. Twee van de vijf personen moesten dit avontuur met de dood bekopen. De weduwe van Jan Beekhuis vroeg acht jaar later een officiele doodsverklaring aan bij de gemeente Bierum, zij wou nI. opnieuw in het huwelijk treden. Het verslag in de genoemde krant luidde: Bierum, 25 april 1873. Voor een paar dagen is alhier aan den dijk bij Hoogwatum aangespoeld het lijk van een man van oogenschijnlijk 30 jaren in eenigszins ontbindenden toestand. Op last van den burgerneester is het
daar ter plaatse begraven. Naar men verneemt moet de man van Woldendorp zijn en een van die smokkelaars wezen, die zich, in januari reeds, bij nacht op de Eems in eene boot hebben gewaagd en van welke, zooals de couranten toen gemeld hebben, twee zijn omgekomen. Het lijk was slechts van eene laars voorzien en een laars moet toenmaals opgevischt zijn en to Woldendorp worden bewaard. Nagenoeg een vierendeel jaars heeft dan dat lijk in zee omgezwalkt. Jan Beekhuis was geboren 11 januarij 1843 to Woldendorp, getrouwd 20 mei 1868 to Termunten met Geerdina Landman. Verdronken 28 januarij 1873. Beroep boerenknecht; slachter en arbeider. Zoon van Hindrik Beekhuis en Sijke Jans Holthuis. Volgens verhalen in de familie had hij
Douanekantoor (links) en douanepost (rechts) niet rijkszuapenbord to Delfzijl omstreeks 1900 Fete eollectie Piet de Greef, Delfzijl
64 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
rood haar. Hij dronk veel en verdobbelde op een keer zijn twee schapen. Hij Bing niet naar de kerk, maar of en toe bladerde hij wel eens in de familiebijbel die op de kast lag. Daar moest ik toch nog eens een keer in gaan lezen, zei hij dan. De ware toedracht van hetgeen in de koude winternacht gebeurde, vinden we in de krant van 4 februari: Groninger Courant, dinsdag 4 februari 1873. Termunten 2 februari. Tot uitbreiding en rectificatie van het berigt over het droevige uiteinde van een paar smokkelaars, voorkomende in het vorig nummer van dit blad, diene het volgende: Tegen de avond van Zondag den 26sten Januarij j.l. begaven J. Beekhuis, A. Schudde, K. v.d. Laan en F. Zandman zich gezamenlijk in het bootje van zekeren Evert .. nit Oost Friesland om met laatstgenoemde als schipper 82 kroes voorloop van brandewijn ons land binnen to smokkelen. Het bootje was echter to klein om vijf volwassen personen en zulk eene hoeveelheid gedestilleerd behoorlijk to kunnen dragen: bij iedere slingerende beweging schepte het water, zoodat
het eindelijk zonk. Gelukkig geschiedde dit op eene plaats, waar de Dollard geene aanmerkelijke diepte heeft, zoodat de bemanning, ofschoon met het grootste gedeelte van hun lichaam in het water staande, toch gelegenheid had het water weer uit de boot to scheppen om daarna de gevaarlijke reis to vervolgen. Al spoedig daarna zonk de boot echter opnieuw, ditmaal boven een net of geul, waar to veel water stond om den grond met hunne voeten to bereiken. Uit vrees voor verdrinken hielden zij zich met hunne handen aan weerszijden van de boot vast en moesten zich stroomafwaarts laten zakken, tot ze eindelijk op een minder diepe plaats kwamen, waar de boot vast raakte. Dit geschiedde omstreeks 1 uur na middernacht. Ofschoon niet ver meer van het punt, waar ze dachten to landen op het ogenblik dat de stroom hen in zijne magt kreeg, waren ze nu zo ver weggedreven, dat niemand met juistheid kon opgeven, waar ze zich bevonden. Later bleek, dat dit punt naar gissing omstreeks anderhalf uur van den Reiderwolderpolderdijk verwijderd is. Daar de vorst hun natte kleederen deed bevriezen, besloot de een na de ander met hunne vracht door de slijk to waden om zoo den vasten wal to bereiken. Schudde ging het eerst then gevaarlijken togt in den duisteren nacht ondernemen, daarna Zandman, die aanvankelijk het spoor van zijnen makker volgde, tot hij kwam bij een dikken keisteen, die in den Dollard ligt op de grenzen van Nederland en Pruissen. Hieraan bemerkte hij, dat ze beide een geheel verkeerde rigting hadden genomen: hij keert dus terug, doch bukt zich op then terugweg gedurig naar beneden om zich in den duisternis good to overtuigen, op welke wijze de voetstappen in het slijk zijn afgedrukt. Het gelukt hem op die wijze terug to komen bij Beekhuis en v.d. Laan, die inmiddels ook hun bootje hadden verlaten, doch op dat ogenblik niet verder konden komen, omdat Beekhuis zoo duchtig de flesch en een blaas had aangesproken, dat hij niet meer gaan of staan kon en dus op het sluik ging liggen. V.d. Laan en Zandman beproefden tot driemaal toe hun dronken makker, tusschen hen beide in, naar land to sleuren; maar daar Beekhuis zelf niets meer kon uitrigten en de beide anderen, half verkleumd bovendien door hunne bevrorene kleederen en het slijk zeer in hunne loop werden belemmerd, vorderden
ze luttel weinig. Daar komt de vloed: nog eenmaal wijzen ze hun kameraad op het groote gevaar, waarin ze bevinden, ze sporen hem nogmaals aan alle krachten bijeen to zamelen ten einde een anders wissen dood to ontgaan, maar alles tevergeefs. Hij zegt nog: 'Laat mij maar liggen: Geerdina (zijne vrouw) zal straks wel komen en mij helpen'. De dood spookt hem reeds op het
aangezigt en nu op eigene redding bedacht zoeken ze den dijk, then ze eindelijk na veel moeite en inspanning ook bereiken. Beekhuis bleef op het slijk liggen en is even als Schudde verdronken. Beiden laten eene vrouw en drie jeugdige kindertjes na. (Vorenstaand artikel zverd oiis op 30 juni 1995 toegezonden door de beer 1. Westenbrink, Douanepost Groningen to Del fzi jl ).
Andere tijden, andere zeden Tijdens registratiewerkzaamheden stuitten we onlangs op een merkwaardig stuk met het opschrift "Staat van de vonnissen van enkele polities waarbij dagen van gevangenisstraf zijn uitgesproken" van het kantoor der Registratie to 's Gravenhage uit 1847. In het register komen personen voor met vermelding van hun beroep, die de hun opgelegde boete voor een overtreding niet hebben betaald en daarvoor in de plaats gevangenisstraf krijgen opgelegd. De overtredingen ontlokken aan ons nu een glimlach, maar werden toen kennelijk ernstig genomen. Zo werd het zitten op een hondekar gestraft
met drie dagen hechtenis, evenals het laten loslopen van een paard op een wandelplaats. Het niet vegen van de straat vergde een dag gevangenisstraf. Tappen na elf uur betekende een tot drie dagen opsluiting. Zich als publieke vrouw gedragen zonder aangifte werd gestraft met drie dagen opsluiting. Het doen van "natuurlijke behoeften op een verboden plaats" werd mild beoordeeld met slechts een dag, dezelfde straf als voor het uitslaan van een vloerkleed of het "bleeken van goed op een openbare plaats". De politie heeft vandaag de dag wel met andere problemen to maken.
Een veldwachter bekeurt em rnelkmeisje met hondekar. Naar de overtreding moeten we gissen. Heeft ze crop gezeten? Is de hondenhelasting met voldaan? Anorrieme schildering op palet, ea. 1910 Foto Belastingrnuseum
65 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
,Ir,
i
^
I
it I
i
Bij het museum zijn de volgende publicaties to bestellen:
Afgerekend moet worden met alle geld dat tijdens de bezetting op laakhare wijze is verdiend, over de geldzuivering in de periode-Lieftinck; door werkgroep Lieftinck; 1991; 20 blz. (prijs 12,50) Alva en de Tiende Penning; door Prof. dr. F.H.M. Grapperhaus; 1984; 399 blz. (prijs 45,-) Belastingen in Nederland 1848-1893, de strijd om een modernisering van het stelsel; door dr. A.C.J. de Vrankrijker; 1967; 161 blz. (prijs 20,-) Catalogus "Penningen voor de Hondenbelasting"; 1982; 88 blz. (prijs 5,-) Convoyen en licenten; door Prof. dr. F.H.M. Grapperhaus; 1986; 48 blz. (prijs 15,-) Daer compt de Lotery met trommels en trompetten! Loterijen in de Nederlanden tot 1726; door Anneke Huisman en Johan Koppenol; 1991; 125 blz. (prijs 20,-) Fiscaal-historische documentatie. Een selectie, bijeengebracht in trefwoorden en plaatsnamen; door mr. J. Lamens; 1987; 344 hlz. (prijs 5,-) Fiscale cartoons en causerieen; door E.H.J. Volkmaars; 157 blz. (prijs 5,-) Fiscaliteit in Nederland. Vijftig jaar Belastingmuseum "Prof. dr. Van der Poel" onder redaktie commissie I.Th. de Smidt (voorzitter) e.a.; 1987; 182 blz. (prijs 19,95) Focus op Fiscus - Het reilen en zeilen van de belastingdienst in de jaren 1940-1985; door een commissie onder voorzitterschap van J. de Koning; 1990; 560 blz. (prijs 49,-) De grens bepaald; De Nederlandse grens en grenspaal in historisch perspectief; door J.W. Bieze; 1992; 64 blz. (prijs 5,-) In naam van de FIOD, een impressie van 50 jaar fraudehestrijding; door J.P. Schellekens en A. Schweitzer; 1995; 104 blz. (prijs f 9,95) 650 Jaar belastingen in Rotterdam; door A.E. Dekker, mr. J.G.E. Gieskes, drs. M.G.J. de Gunst, mr. J.P. Kruimel, drs. W. de Leeuw, mr. J.A. Monsma; 1990; 158 blz. (prijs 47,50) Jaarboekje voor de amhtenaren der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnzen 1833; door P.L.H. Crasborn; 1983; 103 b17. (prijs 1,-) Over de drempel van ..., brochure over het Belastingmuseum; 28 blz. (prijs 2,50) De Pelgrimstocht naar het draagkrachtheginsel; door Ferdinand H.M. Grapperhaus; 1993; 88 hlz. (prijs 12,50) De Pen in de aanslag, 100 jaar belasting in de politieke prent; door drs. Klaas Kornaat; 1995; 156 blz. (prijs f29,90, voor de Vrienden van het Belastingmuseum - met bon - 123,90) Plaatje met een gaatje; het Nederlandse Rijwielbelastingmerk 1924-1941; 2e druk 1991;
28 blz. (prijs 2,50) Smokkelen langs de Nederlandse grens; door J.E. Vrouwenfelder; 1992; 35 hlz. (prijs 2,50) De Speelkaarten collectie van het Belastingmuseum; door P.L.H. Crasborn en J.E. Vrouwenfelder; 1993; 88 blz. (prijs 5,-) Vijf gulden eeuwen, momenten uit 500 jaar gemeente financien Amsterdam 1490-1990; door Eric Slot; 1990; 112 blz. (prijs 120,-) De wederzijdse heinvloeding van de heffing der accijnzen op alcoholische dranken en de natuurkunde; door dr. ir. J. Mac Lean; 1980; 42 blz. (prijs f 2,50) Prentbriefkaart "Betaling van de kerkelijke tienden"; door J. Lice, 19e eeuw (prijs 0,50) Prentbriefkaart °Betrapt bij het smokkelen van alcohol in darmen'; door C.F. Coene (1780-1841) (prijs 0,50) Prentbriefkaart "Douanehuisje aan het IJ bij het veerhoofd van Schellingwoude"; door W. Gruyter (1817-1880) (prijs 0,50) Prentbriefkaart "19e eeuwse douane-uniformen" (prijs 0,50) Prentbriefkaart " Halbank, Cornelis Tromp" (prijs (1,50) Prenthriefkaart "Het aanslaghiljet"; door T. van de Muijsenherg, 1935 (prijs 0,50) Prenthriefkaart "Invoering rijwielhelasting"; tekening door Johan Braakensiek, 1924 (prijs 0,50) Prenthriefkaart "Voldoening van de schatting in de Romeinse tijd"; door Jan de Braij (1627-1697) (prijs 0,50) Prentbriefkaart "Smokkelaars van lompen betrapt aan de grens hi) Hulst, 1861"; door J.A.M. Haak (1831-1903) (prijs 0,50) Prentbriefkaart "Verhinding van de gebouwen Parklaan 14 en 16 met rijkswapenborden, illegale distilleerkolom en smokkelfiets" (prijs 0,50)
)De genoemde prijzen zijn exclusief verzendkosten
66 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995
Aanmelding
Ik geef mij op als vriend van de "Stichting Vrienden Belastingmuseum Prof. dr. Van der Poel".
❑
Bijdrage van f 20,- per jaar Bijdrage van f ......- per jaar
Naam
Straat
Postcode/ Woonplaats
❑
Ik wacht uw acceptgiro of
Datum
Handtekening
Door bovenstaand formulier of een zelfgemaakte copie in to vullen kunt u Vriend worden en meewerken het museum verder uit to bouwen. U kunt het formulier zonder portokosten opsturen naar:
VRIENDEN BELASTINGMUSEUM PROF. DR. VAN DER POEL Antwoordnummer 3634 3000 WB Rotterdam
67 IMPOST NR. 7 DECEMBER 1995