RIS157450a_14-JAN-2009
Mazen in de vergunningverlening? Onderzoek naar de fraudegevoeligheid en systematiek van de verstrekking van specifieke parkeervergunningen. Definitief
Opdrachtgever: Gemeente Den Haag; DSB afdeling Parkeren
ECORYS-AVM Marco Martens Ewald Dijkstra Joost Schafrat
Amsterdam, 14 juli 2008
E.D./ TA 18443
ECORYS-AVM Rhijnspoorplein 28 1018 TX Amsterdam T 020 638 97 56 F 020 638 98 36 E
[email protected] W www.avm.ecorys.nl K.v.K. nr. 24316726
Inhoudsopgave
1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Misbruik van vergunningen 1.3 De opgave 1.3.1 Vraagstelling 1.3.2 Aanpak 1.4 Leeswijzer
8 8 8 9 9 9 10
2 Gehandicaptenparkeerkaart 2.1 Bestaansrecht 2.1.1 Europese Gehandicaptenkaart 2.1.2 Stadsgewestelijke Gehandicaptenkaart 2.1.3 Relatie met betaald parkeren 2.1.4 Waarom is de gehandicaptenparkeerkaart aantrekkelijk? 2.2 Mogelijkheden tot misbruik 2.2.1 Door de gemeente niet direct beïnvloedbare manieren om de kaart illegaal te krijgen 2.2.2 Door de gemeente wel beïnvloedbare manieren om misbruik tegen te gaan 2.3 Ervaringen elders 2.4 Analyse en oplossingen (door de gemeente beïnvloedbaar) 2.4.1 Procedure bij aanvragen en verlengen 2.4.2 Controle op diefstal en verlies 2.4.3 Verbeterpunten 2.5 Conclusie
11 11 11 12 12 13 14
14 15 15 16 16 16 18
3 Bijzondere vergunningen 3.1 Bestaansrecht 3.1.1 Onderhoudsvergunning 3.1.2 Hotelvergunning 3.1.3 Algemene vergunning 3.1.4 Bedrijfsvergunning 3.1.5 De bewonersvergunning niet op kenteken. 3.1.6 Conclusies; nut en noodzaak van de vergunningen 3.2 Uitgifte van vergunningen 3.3 Mogelijkheden tot misbruik 3.4 Ervaringen elders 3.4.1 Amsterdam 3.4.2 Utrecht
19 19 19 20 21 22 24 24 25 26 27 27 28
14
3.4.3 Haarlem 3.4.4 Leiden 3.4.5 Conclusies 3.5 Analyse en oplossingen 3.5.1 Fysieke fraude 3.5.2 Misbruik van regels en foutief gebruik 3.5.3 Conclusies
29 29 29 30 30 30 33
Managementsamenvatting
Parkeervergunningen zijn al jaar en dag een bron van fraude en misbruik. De vraag is echter hoe dit te beperken. Dit onderzoek geeft daar een antwoord op voor wat betreft de Gehandicaptenparkeerkaart en een vijftal parkeervergunningen. Een van de problemen bij dit onderzoek is dat de omvang van de daadwerkelijke fraude c.q. het misbruik niet te kwantificeren is. Zelfs een beredeneerde gok is niet mogelijk. Wel is duidelijk dat het ene ‘artikel’ meer mogelijkheden voor fraude en misbruik biedt dan het ander. Het is daarom goed om te kunnen constateren dat DSB/Parkeren er alles aan doet om de procedures voor de uitgifte van parkeervergunningen en de Gehandicaptenparkeerkaart op een dusdanige wijze vorm te geven, om de kans op fraude en misbruik van binnenuit te minimaliseren. ECORYS - AVM is van mening dat zij daar goed in slaagt. De kwetsbaarheid ligt daarom voornamelijk in externe factoren. Een van de kansen voor de ‘fraudeur’ ligt in het feit dat de gemeente werkt met traditionele vergunningen. Een papiertje achter de ruit. De regels voor de uitgifte zijn gebaseerd op de tijd dat (letterlijk) alleen in een betaalautomaat kon worden betaald of men een vergunning nodig had. Met toepassing van bestaande technieken als GSMparkeren en digitale vergunningen is meer mogelijk met minder parkeerproducten. Wat verder opvalt, is dat Den Haag erg ruimhartig is met het vergeven van parkeervergunningen. Voor iedere uitzondering is er wel een parkeerproduct. Hiermee zet zij een aantal achterdeuren op een kier die de mogelijkheid vergroten om illegaal een parkeervergunning te verkrijgen. Het risico zit daarmee niet zozeer in de producten, maar in de veelheid van de producten en de eenvoud waarmee sommige van deze te verkrijgen zijn. Dit geldt overigens vooral voor vergunningen die buiten het blikveld van het onderzoek liggen, bijvoorbeeld de mogelijkheid om aan een bewonersvergunning te komen vergt slechts een beetje creativiteit en een inwoner van het betreffende gebied in Den Haag die wil meewerken met de aanvraag. De afstemming tussen de verschillende onderdelen van de regelgeving (Parkeerverordening – Verordening parkeerbelastingen – beleidsregels) is niet altijd sluitend. De benaming is niet consequent (60-vergunning = algemene vergunning = functionele vergunning). Ook is ‘gewenst’ beleid (het uitgeven van bewonersvergunningen op naam of kenmerk) niet vastgelegd in de regelgeving of is er over een bepaald aspect van een vergunning een besluit genomen door het verkeerde bestuursorgaan (lager tarief verloskundigen). Algemene maatregelen Om misbruik en fraude met parkeervergunningen tegen te gaan is een aantal maatregelen nodig op het vlak van de parkeerproducten en de bijbehorende regelgeving.
•
•
•
•
•
Beperk het aantal uitzonderingen. Achterdeuren in de regelgeving zijn vaak ideaal om ‘illegaal’ een vergunning te krijgen. Het feit dat een bewonersvergunning op naam wordt uitgegeven, terwijl in de belastingverordening uitsluitend van een bewonersvergunning op kenteken geeft aan dat de regelgeving niet sluitend is. Beperk het aantal vergunningen. Hoe meer vergunningen, hoe meer mogelijkheden tot misbruik. Een deel van de vergunningen zijn met de komst van GSM parkeren overbodig geworden. Stap over op digitale vergunningen. Met digitale vergunningen wordt het mogelijk om op straat de geldigheid van iedere vergunning te controleren. Ook wordt het onterecht verkrijgen van een vergunning moeilijker door de intensievere controle bij aanvraag en tussendoor. Formuleer stringent beleid met betrekking tot parkeren op eigen terrein. Dit is niet de taak van DSB/Parkeren, maar DSB/Parkeren moet er wel mee werken. Een juiste beoordeling van een vergunningaanvraag kan uitsluitend als verificatie van de aanvraag mogelijk is. Van achter de PC moet beoordeeld kunnen worden of een pand is voorzien van POET. Introduceer een generieke dagkaart. Deze kaart moet verkrijgbaar zijn uit de automaat. Personen die langdurig moeten parkeren, ongeacht of dat beroepsmatig is of privé, of personen die op één dag op verschillende plaatsen in de stad moeten zijn, worden zodoende gefaciliteerd. Desnoods kunnen twee kaarten worden geïntroduceerd. Één kaart die geldig is in de hele stad tegen een hoog tarief, en één kaart die geldig is in het gebied waar het parkeren 1,50 per uur kost.
Maatregelen voor de specifieke producten Voor de afzonderlijke producten adviseren wij het volgende: • Gehandicaptenparkeerkaart − Extern medisch advies bij verlenging De verlenging is nu automatisch na 5 jaar. Wij adviseren daarom om bij verlenging steeds een extern medisch advies te vragen ter beoordeling van het nut en de noodzaak voor verlenging van de kaart. − Vignet in plaats van gehandicaptenparkeerkaart achter de ruit. − De vraag is of vrijstelling noodzakelijk is op basis van het door de gemeente gewenste beleid. Als dat niet het geval is kan men als alternatief ervoor kiezen om alleen gratis parkeren op gehandicaptenparkeerplaatsen te faciliteren en op alle overige gefiscaliseerde parkeerplaatsen gewoon te laten betalen. • Onderhoudsvergunning; Afschaffen. Deze doelgroep kan gebruik maken van GSM parkeren of van de generieke dagkaart. De gebruiker dient zelf te beoordelen wat voor hem de beste oplossing is. • Hotelvergunning; Handhaven, maar de criteria dusdanig aanpassen dat er in relatie tot het aantal bedden een maximaal aantal vergunningen kunnen worden gekocht per jaar. Het hotel kan deze dan naar believen inzetten, afhankelijk van de drukte en de gebruikte vervoermiddelen van de gasten op dat moment. Uitvoering kan ook op basis van kraskaarten (waarmee verschrijvingen worden voorkomen) of op met behulp van digitale vergunningen. • Algemene vergunning; Afschaffen. Voertuigen met een CD nummerbord vrijstellen van parkeerbelasting; Artsen die gebruik maken van de esculaap
• •
vrijstellen van parkeerbelasting. De overige gebruikers van deze vergunning dienen het normale tarief te betalen. Zij kunnen uiteraard gebruik maken van de bestaande producten. Bedrijfsvergunningen; Handhaven. Winst ligt in bestrijding van misbruik, in de ontwikkeling van beleid op POET en de toepassing van digitale vergunningen. Bewonersvergunning zonder kenteken; Afschaffen. Digitale vergunningen maken het wel makkelijker om het kenteken te wijzigen. Het is niet wenselijk dit onbeperkt toe te laten.
De oplossing voor het tegengaan van fraude en misbruik van parkeervergunningen ligt in onze optiek in het saneren van de hoeveelheid parkeervergunningen en het toepassen van nieuwe technieken voor het betalen van parkeergeld en het verstrekken van vergunningen. Dit in combinatie met een dagkaart die uit de parkeerautomaat verkrijgbaar is. Bij de gehandicaptenparkeerkaart ligt het grootste risico in het feit dat bij verlenging van de kaart geen herkeuring van de aanvrager meer plaats vindt. Eenmaal een kaart, altijd gratis parkeren. Een controle door een instantie als de GG+Gd op de beperking moet bij verlenging van de gehandicaptenparkeerkaart de regel worden.
1 Inleiding
1.1
Aanleiding De gemeente Den Haag geeft in het kader van haar parkeerbeleid een veelheid aan parkeervergunningen uit. Het vermoeden bestaat dat niet alle kaarten worden gebruikt op de wijze waarvoor ze bedoeld zijn. Uit het BING-onderzoek dat in 2007 is uitgevoerd bij Parkeren, bleek bijvoorbeeld dat de gehandicaptenparkeerkaarten zeer in trek zijn om te stelen en te verhandelen. In het verlengde hiervan heeft de gemeente geconstateerd dat ook andere speciale vergunningen aantrekkelijk (kunnen) zijn om mee te frauderen. Dit geldt met name voor de vergunningen die niet op een kenteken worden uitgegeven. In het door de gemeente opgestelde memo ‘Doorlichting systematiek verstrekking specifieke vergunningen’ (d.d. 28 februari 2008) zijn de volgende 6 vergunningen bekeken op de mogelijkheden tot misbruik: • Gehandicaptenparkeerkaart1; • Onderhoudsvergunning • Hotelvergunning; • Algemene vergunning; • Bedrijfsvergunningen; • Bewonersvergunning zonder kenteken. Een van de conclusies van het memo is dat de grootste problemen zich voordoen bij de Bedrijfsvergunning en de Gehandicaptenvergunning. Voor DSB/Parkeren is er alle aanleiding om onderzoek te laten doen naar de risico’s die de genoemde vergunningen met zich mee brengen als het gaat om fraude en misbruik. En om maatregelen te nemen die de risico’s terug kunnen brengen of, beter nog uitsluiten. De gemeente heeft ECORYS gevraagd een deze gevoeligheidsanalyse te uitvoeren en aanbevelingen te geven voor het terugdringen van de mogelijke risico’s.
1.2
Misbruik van vergunningen Parkeerregulering, fraude en misbruik gaan hand in hand. Een bekend voorbeeld is de klok achter de parkeerschijf om zodoende oneindig in een blauwe zone te kunnen parkeren. Met de invoering van betaald parkeren wordt het ook financieel aantrekkelijk om te frauderen.
1
Formeel gesproken is hier geen sprake van een vergunning. Voor de leesbaarheid bedoelen we met ‘vergunningen’ de vijf genoemde vergunningen en de gehandicaptenparkeerkaart.
risicoanalyse vergunningen
8
ECORYS - AVM onderscheid drie vormen van fraude en misbruik: 1. Fysieke fraude (zonder medeweten van aanvrager). Hierbij gaat het om diefstal van vergunningbewijzen of parkeerkaarten, zoals heeft plaatsgevonden bij de gehandicaptenparkeerkaarten. 2. Misbruik van de regels (met medeweten van aanvrager). Hierbij is door een creatieve interpretatie van de regels of door het selectief doorgeven van gegevens onterecht een parkeervergunning bemachtigd. 3. Foutief gebruik. De kaart wordt gebruikt binnen de wettelijke kaders maar het gebruik is niet meer conform de intenties van de kaart zelf. Bijvoorbeeld een bezoekersvergunning die wordt gebruikt om een tweede auto te parkeren. Omkoping en het leveren van vriendendiensten zijn ook vormen van misbruik. De handhaver signaleert een overtreding van een bekende en besluit daarom geen sanctie op te leggen. Deze vorm van misbruik valt buiten de scope van dit onderzoek.
1.3
De opgave
1.3.1
Vraagstelling In deze rapportage staan de volgende vragen centraal: 1. In welke behoeften (moesten destijds) deze vergunningen voorzien? 2. Voorzien zij nog steeds in deze behoeften? En zo ja, is het nog steeds de meest effectieve wijze om in die behoeften te voorzien? 3. In hoeverre geven de vergunningen aanleiding tot misbruik bij gebruikers c.q. ander gedrag dan wenselijk is. En hoe is dit te voorkomen? In het bijzonder: is het noodzakelijk dat er overal in de stad gratis parkeren wordt aangeboden voor kaarthouders? 4. In hoeverre geven de vergunningen aanleiding tot frauduleus gedrag bij medewerkers en hoe is dit te voorkomen?
1.3.2
Aanpak Op basis van de door de gemeente beschikbaar gestelde documentatie en een aanvullend interview met een van de senior medewerkers vergunningen, is een analyse gemaakt van de genoemde parkeerproducten. In deze analyse is specifiek gezocht naar mogelijkheden om de betreffende vergunningen illegaal te verkrijgen c.q. de vergunning voor andere zaken te gebruiken dan waar deze voor is bedoeld. Deze analyse heeft zowel betrekking op: • De regelgeving zelf. In hoeverre is de regelgeving sluitend, zijn er hiaten • De verstrekking van de vergunningen. Wat zijn de mogelijkheden voor de medewerkers van de afdeling op te frauderen c.q. vergunningen te ontvreemden • Foutief gebruik. Is de vergunning voor iets anders te gebruiken • Diefstal. Is de vergunning aantrekkelijk om te stelen • Verhandelbaarheid. Is de vergunning eenvoudig te verhandelen Hierbij is gekeken naar de theoretische mogelijkheid op misbruik. Het kwantificeren van de omvang van het misbruik behoort niet tot de scope van het onderzoek. Deze is
risicoanalyse vergunningen
9
overigens nauwelijks te bepalen voor alle producten. Alleen indien er sprake is van diefstal, is bij aangifte sprake van een objectief criterium voor het vaststellen van de omvang. In de mate waarin vergunningen worden verkocht of het onrechtmatig worden verkregen, is geen inzicht te verkrijgen zonder rechercherend onderzoek. Aangenomen moet worden dat iedere theoretische kans zal worden geprobeerd. Voor de vergelijking met andere steden zijn interviews gehouden met vertegenwoordigers van Amsterdam, Utrecht, Delft en Leiden. In voorkomende gevallen is ook de regelgeving van deze steden, en van de gemeente Rotterdam, vergeleken met de Haagse regelgeving. In bijlage 1 is een bronnenoverzicht opgenomen van geraadpleegde documenten en personen.
1.4
Leeswijzer De rapportage is verdeeld in twee blokken. Het eerste blok gaat over de Gehandicapten parkeerkaart; het tweede blok over de parkeervergunningen. De blokken zijn als volgt opgebouwd. • Bestaansrecht. Hier gaan we in op het product, wat is het product en waar is het voor bedoeld. • Mogelijkheden tot misbruik. Welke mogelijkheden zijn er om het product te misbruiken binnen de scope van dit onderzoek. Hierbij doen we eerst een algemene beschouwing, om vervolgens meer specifiek op de Haagse situatie in te zoomen. • Ervaringen elders. Hoe gaan andere gemeenten om met het product en voorzien ze er eigenlijk wel in. Hoe verhoudt dat zich tot Den Haag? • Analyse en oplossingen. Deze afsluitende paragraaf gaat in op de mogelijkheden om te komen tot verbeteringen. Dit kunnen zowel aanpassingen in de procedure zijn, het aanpassen van het product of het aanpassen van het beleid.
risicoanalyse vergunningen
10
2 Gehandicaptenparkeerkaart
2.1
Bestaansrecht Ten behoeve van gehandicapten geeft de gemeente Den Haag twee soorten gehandicaptenparkeerkaarten uit; te weten de Europese en de stadsgewestelijke Gehandicaptenkaart. De kaarten onderscheiden zich slechts door de vormgeving en door de geldigheid. In tegenstelling tot de Europese gehandicaptenparkeerkaart is de Stadsgewestelijke kaart alleen geldig binnen het stadsgewest Haaglanden. Beide hebben ten doel om het parkeren van de gehandicapte te faciliteren door onder andere het reserveren van specifieke parkeerplaatsen die uitsluitend de houders van een betreffende kaart mogen gebruiken. Daarnaast wordt de mobiliteit van de gehandicapten gefaciliteerd doordat zij zijn vrijgesteld van het betalen van parkeerbelastingen. De gehandicaptenparkeerkaarten worden zowel verleend ten behoeve van ‘zelfrijdende’ gehandicapten, als gehandicapten die uitsluitend als passagier met een auto meekunnen. Men heeft een gehandicaptenparkeerkaart nodig om aanspraak te kunnen maken op een individuele gehandicaptenparkeerplaats.
2.1.1
Europese Gehandicaptenkaart De Gehandicaptenparkeerkaart is formeel bezien geen vergunning maar een extra parkeerfaciliteit voor gehandicapten. De criteria voor het verkrijgen van de kaart zijn vastgelegd in de ‘regeling gehandicaptenparkeerkaart2’. Met deze kaart kunnen gehandicapten zonder betaling gebruik maken van de parkeerplaatsen voor gehandicapten en mogen zij zonder sancties o.a. parkeren bij een parkeerverbod en (langer) in een blauwe zone. Achterliggende gedachte is dat gehandicapten, meer dan nietgehandicapten, van een auto afhankelijk zijn voor hun verplaatsingen. Dit is de reden dat in veel gemeenten (waaronder Den Haag) gehandicapten zijn vrijgesteld van het betalen van parkeerbelasting (zie ook Verordening parkeerbelastingen 2008; art. 4) De kaart wordt uitgegeven volgens een Europees model. De informatie die hierop staat is beperkt. Op de achterzijde staan de persoonsgegevens en pasfoto van de eigenaar; op de voorzijde alleen het type kaart, registratienummer, vervaldatum en de instantie (gemeente) die de kaart heeft uitgegeven. De kaart is persoonsgebonden en bevat geen aanduiding van een kenteken. Het aantal Europese gehandicaptenparkeerkaarten dat door de gemeente Den Haag is uitgegeven bedraagt circa 8000 stuks. Omdat ook andere gemeenten
2
Regeling gehandicaptenparkeerkaart, minister van V&W d.d. 1 oktober 2001; zie voor volledige tekst van dit besluit bijlage 2.
risicoanalyse vergunningen
11
Gehandicaptenkaarten voor hun (toenmalige) bewoners uitgeven (-gaven). Is het aantal in omloopzijnde gehandicapten parkeerkaarten hoger dan dat aantal. De toets op het bestaansrecht is op de Europese gehandicapten parkeerkaart niet van toepassing. Het gaat om Europese regelgeving die verder niet ter discussie staat. 2.1.2
Stadsgewestelijke Gehandicaptenkaart Naast de landelijke (of beter gezegd Europese) Gehandicaptenparkeerkaart geeft de gemeente Den Haag ook een stadsgewestelijke gehandicaptenparkeerkaart uit. Deze kaart wordt verstrekt aan personen met een mindere handicap die niet voor een ‘normale’ gehandicaptenparkeerkaart in aanmerking komen. Dat gebeurt op basis van art. 87 van het RVV3. In tegenstelling tot de Europese gehandicaptenparkeerkaart is deze kaart uitsluitend geldig in het stadsgewest Haaglanden. De werking is verder gelijk aan het Europese model. De stadsgewestelijke kaart is specifiek voor het Stadsgewest ontwikkeld. In tegenstelling tot het Europees model bevat de voorzijde van de kaart wel een of meerdere (maximaal 3) kentekens. Voor voertuigen die niet kentekenplichtig zijn, wordt het woord “gehandicaptenvoertuig” vermeld. De Stadsgewestelijke Gehandicaptenkaart wordt voornamelijk in stand gehouden voor de kleinere gemeenten binnen het stadsgewest. Binnen Den Haag is de uitgifte van deze kaart beperkt.
2.1.3
Relatie met betaald parkeren De speciale parkeerkaarten en hun mogelijkheden tot misbruik kunnen niet begrepen worden zonder een kort begrip van de context van het parkeerbeleid van de gemeente Den Haag. De gemeente reguleert het parkeren met behulp van parkeerbelastingen. Deze vorm van betaald parkeren geldt inmiddels in een gebied dat tot ver buiten het centrum reikt. Bezoekers in dit betaald parkeergebied dienen aan de meter of mobiel te betalen; bewoners en werknemers beschikken (deels) over een vergunning. De tarieven in Den Haag op straat variëren tussen de 1,50 en 2,40 per uur. Voor vergunningen bedragen de kosten tussen de 5,47 en de 27,14 per maand, afhankelijk van het soort vergunning. Een vergunning is maximaal een half jaar geldig. Het loont dus om manieren te vinden om de parkeerbelasting uit te sparen. De regulering in de vorm parkeerbelastingen is geregeld in lid 1a en lid 1b van artikel 225 van de Gemeentewet. Lid 1a regelt het ‘betalen betalen bij de meter’, terwijl lid 1b het parkeren met vergunningen regelt. De vergunning is dus geen vrijstelling of ontheffing van het betalen van parkeerbelasting. Vergunningen zijn enkel een andere vorm van parkeerbelastingen voor een andere doelgroep.
3
Ontheffing parkeerverbod om te parkeren om te parkeren op een parkeerplaats dat is voorzien van bord E6 (gehandicaptenparkeerplaats)
risicoanalyse vergunningen
12
De gehandicaptenparkeerkaart daarentegen is geen vergunning in de zin van art. 225 van de gemeentewet. Het is een voorziening die is gebaseerd op (inter)nationale regelgeving en staat in beginsel los van het al dan niet toepassen van parkeerbelastingen. 2.1.4
Waarom is de gehandicaptenparkeerkaart aantrekkelijk? Omdat gehandicaptenparkeerkaarten los staan van het al dan niet fiscaliseren van parkeerbeleid, zien we dat gemeenten in Nederland er verschillend mee omgaan. Er zijn drie stromingen te onderscheiden. • Gehandicapten moeten overal het normale tarief betalen (ook op algemene gehandicaptenparkeerplaatsen). • Gehandicapten parkeren gratis of tegen een gereduceerd tarief op gehandicapten parkeerplaatsen en tegen een normaal tarief op de reguliere parkeerplaatsen. • Gehandicapten zijn vrijgesteld van het betalen van parkeerbelastingen Gehandicapten tegen een lager tarief laten parkeren op reguliere parkeerplaatsen is niet mogelijk in verband met het gelijkheidsbeginsel. Ze betalen op deze plaatsen of het normale bedrag (als de gemeenteraad vindt dat het parkeren door gehandicapten op deze plaatsen moet worden gereguleerd), of ze betalen niets (als de gemeenteraad van mening is dat regulering voor deze groep niet gewenst is). Een tussenweg is niet mogelijk. Veel steden hanteren inmiddels de laatste variant: gehandicapten hoeven nergens te betalen. Zij kunnen daar veel geld mee uitsparen. Uitgaande van 150 uur per jaar tegen een tarief van 2, - per uur gaat het om een bedrag van 300, - per jaar. Omdat de kaart 5 jaar geldig is bedraagt het voordeel al snel 1.500, -. Hoe meer men parkeert en hoe hoger het tarief, des te groter is de besparing. De aantrekkelijkheid van de kaart komt voort uit: • Aanzienlijke besparing in de parkeerkosten in een groot aantal plaatsen in het gehele land • Mogelijkheid om op gehandicaptenparkeerplaatsen te kunnen staan, waarmee het parkeerareaal toeneemt • Mogelijkheid om te kunnen parkeren op plaatsen waar dat voor niet-kaarthouders is verboden. Zeker het financiële aspect maakt het bezit van een gehandicaptenparkeerkaart aantrekkelijk. Een gebruikelijk tafereel bij de introductie van betaald parkeren is dat rondom de invoeringsdatum de aanvragen voor gehandicapten parkeerkaarten en -plaatsen stijgen. Men beseft dat met een gehandicaptenparkeerkaart een vergunning niet nodig is, en dat een eigen plaats voor de deur ook wel zo handig is.
De kaart is daarmee niet alleen een faciliteit, maar bezit daarmee ook waarde. De gehandicaptenparkeerkaart, Europees of Stadsgewestelijk, is een waardepapier, waar ook als zodanig mee moet worden omgegaan.
risicoanalyse vergunningen
13
2.2
Mogelijkheden tot misbruik Iemand die niet in aanmerking komt voor een Gehandicaptenparkeerkaart kan trachten er een via de illegale weg te verkrijgen. Daarvoor staan hem een aantal mogelijkheden ter beschikking. Op een aantal daarvan kan de gemeente invloed uitoefenen.
2.2.1
Door de gemeente niet direct beïnvloedbare manieren om de kaart illegaal te krijgen Diefstal uit auto. Sinds de overgang van het Nederlandse model voor de gehandicaptenparkeerkaart naar het Europese model, is het aantal diefstallen van kaarten fors toegenomen. Dit is een direct gevolg van het feit dat de gehandicaptenparkeerkaart niet meer is gekoppeld aan de auto door vermelding van het kenteken op de kaart. In reactie daarop zijn een aantal gemeenten (waaronder ook Den Haag) gestart met het op vrijwillige basis vermelden van het kenteken op de kaart. Naar het zich laat aanzien scheelt dit in het aantal diefstallen. Het verstrekken van onjuiste gegevens. Men kan valsheid in geschrifte plegen om ervoor te zorgen dat men toch een gehandicaptenparkeerkaart krijgt. Een gebrek voorwenden of erger voordoen dan het daadwerkelijk is. Uit het gesprek met een van de senior medewerkers en uit ervaring is bekend dat dit zaken zijn die met enige regelmaat voorkomen. Vervalsing van de kaart. Het vervalsen van een gehandicaptenparkeerkaart is ongetwijfeld mogelijk. Gelet op de beveiliging op de kaart, is dat echter niet voor iedereen mogelijk. Zo is de kaart voorzien van een hologram. Vervalsing zal voorkomen, maar niet frequent. Als het al voorkomt, dan zal men trachten dit in grote hoeveelheden af te zetten. Het kost immers moeite en geld om deze kaarten na te maken. Lenen van de eigenaar. In dit geval wordt de kaart na afloop weer terug gebracht. Zo bespaar je op een bezoekje aan de Amsterdamse binnenstad 4,20 per uur.
2.2.2
Door de gemeente wel beïnvloedbare manieren om misbruik tegen te gaan Gebrek aan integriteit kan werknemers er toe zetten om fraude te plegen. Dit kan door: Diefstal van blanco kaarten. Indien de blanco kaarten niet worden beschouwd als waardepapier, is ook niet bekend hoeveel kaarten er in voorraad moeten zijn, en staat het iedereen die toegang heeft tot de kaarten vrij om deze te ontvreemden en te verhandelen. Gehandicaptenparkeerkaarten verstrekken waarvan men weet dat de aanvrager er geen recht op heeft. Of men dit nu doet als vriendendienst, of uit financieel gewin, het mag niet. Om dit te kunnen doen moet men wel betrokken zijn in het uitgifte proces. Bij een ongecontroleerde uitgifte van Gehandicaptenparkeerkaarten, kunnen deze, al dan niet in opdracht, worden verstrekt aan willekeurige personen.
risicoanalyse vergunningen
14
Op deze laatste twee vormen van potentieel misbruik wordt nader ingegaan in 2.4.
2.3
Ervaringen elders Vrijwel alle gemeenten in Nederland hebben regels gesteld aan het gebruik van de Europese Gehandicaptenkaart. Problematisch is dat elke gemeente dat op zijn eigen wijze doet. Een overzicht dat door de stichting Belangenorganisatie Houten is gemaakt (www.sgh.belangenorganisatie.nl) bevat een overzicht van de aanvullende regels die gemeenten stellen. Gratis gebruik gehandicaptenparkeerplaatsen Met slechts enkele uitzonderingen laat geen enkele gemeente gehandicapten in het bezit van de Europese parkeerkaart betalen voor het gebruik van een algemene gehandicaptenparkeerplaats. In Zuid-Holland zijn alleen Dordrecht en Gouda de uitzonderingen. Buiten Zuid-Holland gaat het om gemeenten Eindhoven, Deurne, Helmond en Woerden. In totaal gaat het om 8% van de gemeenten in de centrale provincies. Iets meer gemeenten (21%) stellen een maximum aan het aantal uren dat op een openbare gehandicaptenplaats geparkeerd kan worden. Vaak wordt de grens gelegd bij 3 of 4 uur. In Zuid-Holland stellen gemeenten als Hardinxveld-Giessendam, Vlaardingen, Wassenaar een grens aan het vrij staan op gehandicaptenparkeerplaatsen. Gratis gebruik van betaald parkeerplaatsen Een duidelijke stap verder in het bieden van faciliteiten is het (op vertoon van de Gehandicaptenkaart) gratis laten parkeren op betaald parkeerplaatsen. Iets meer dan 16% van de gemeenten laat gehandicapten betalen als ze parkeren in het fiscale gebied. In Zuid-Holland gaat het om gemeenten als Rotterdam, Dordrecht, Gouda en Leidschendam. Ook buiten de provincie zijn het vooral de grotere gemeenten die grenzen stellen aan het vrij parkeren in de fiscale zone. Een kwart van de gemeenten stelt een grens in aantal uren aan het gebruik van een betaalde parkeerplaats. In Amsterdam (waar ook gratis geparkeerd mag worden) is het gebruik van een Amsterdamse Gehandicaptenkaart verplicht die eerst nog moet worden aangevraagd (zie hierna). Conclusie De gemeente Den Haag is ruimhartig als het gaat om het faciliteren van gehandicapten. In Den Haag kan een gehandicapte zonder begrenzing in de tijd gratis parkeren op gehandicaptenplaatsen én op betaald parkeerplaatsen.
2.4
Analyse en oplossingen (door de gemeente beïnvloedbaar) De Gemeente Den Haag plaatst reeds op vrijwillige basis het kenteken op de Gehandicaptenparkeerkaart. Tevens controleert de handhaving wanneer zij een kaart in de auto zien liggen of de kaart niet als gestolen of vermist staat opgegeven. Hiermee doet de gemeente op straat en voor de gebruiker wat zij kan om misbruik van de kaart door diefstal te minimaliseren. Omdat de gemeente geen invloed heeft op de vormgeving van
risicoanalyse vergunningen
15
de kaart, zijn de sturingsmogelijkheden verder beperkt. Alleen op haar eigen procedure kan zij verbeteringen aanbrengen indien noodzakelijk. 2.4.1
Procedure bij aanvragen en verlengen De gehandicaptenparkeerkaart wordt in Den Haag digitaal aangevraagd. De aanvrager wordt vervolgens door de GG+GD opgeroepen voor een keuring. De uitslag van de keuring wordt verstrekt aan DSB/Parkeren die voorts de kaart aanmaakt of een afwijzingsbrief stuurt. De kaart wordt via het stadhuis verzonden naar de stadsdelen waar de aanvrager deze kan ophalen. Bij de overdracht van DSB/Parkeren naar Burgerzaken tekenen beide afdelingen voor ontvangst van het juiste aantal kaarten. De kaart is 60 maanden geldig. De gemeente vraagt bij de verlenging van de kaart geen herkeuring aan. In feite geldt: eens een kaart, altijd een kaart. Voor uitgifte van gehandicaptenparkeerkaarten hanteert DSB/Parkeren een strikt protocol waarbij de medewerkers elkaar controleren en periodiek ook externe controle plaatsvindt. Voor het totale bestand gehandicaptenparkeerkaarten is bekend: - hoeveel er op voorraad zijn - hoeveel er zijn uitgegeven. - hoeveel er zijn uitgegeven als duplicaat - hoeveel er zijn vernietigd. Omdat de kaarten door de uitgever zijn voorbedrukt met een uniek nummer, is na te gaan wat er met een specifieke kaart is gebeurd.
2.4.2
Controle op diefstal en verlies De basisvoorraad ligt in de grote kluis bij DSB/Parkeren. Hiervan worden er 100 als werkvoorraad door persoon A uitgehaald en overhandigt aan persoon B, die hiervoor tekent. Deze worden op de afdeling in de kluis opgeslagen. Per kaart wordt geregistreerd aan wie deze toebehoort. Indien een kaart als vermist (of gestolen) wordt gemeld, wordt dit doorgegeven aan het centrale registratiepunt in Delft. Bij de controle op straat worden de kaartnummers gecontroleerd en/of de kaart nog actief is. De overtreder krijgt in ieder geval een naheffingsaanslag of een mulderbon opgelegd, afhankelijk van de overtreding. Of een kaart terecht is verstrekt is terug te vinden in het digitale dossier. Er wordt thans gewerkt aan een methodiek waarbij voor de externe controle van de administratie van de uitgifte van de gehandicaptenparkeerkaarten een overzicht wordt gemaakt waarin de meest relevante gegevens die worden ingevoerd ook in het controleoverzicht worden geplaatst. Als die kwaliteitsslag is gemaakt, is in één oogopslag te zien of aan alle voorwaarden is voldaan.
2.4.3
Verbeterpunten Door de gevoerde procedure is het als medewerker zeer moeilijk om te frauderen met de gehandicaptenparkeerkaarten. Uiteraard zijn er mogelijkheden, maar dan dienen de collega’s met elkaar samen te werken. Om de fraude ook voor de externe controle verborgen te houden zal men ook alle formulieren moeten vervalsen.
risicoanalyse vergunningen
16
Afsluitbare werkruimte Een zwak punt is dat de ruimte waar de kaarten worden aangemaakt voor een ieder toegankelijk is. Als alle medewerkers de kamer hebben verlaten zou een voorbijganger een aantal blanco kaarten kunnen ontvreemden. Dit zal echter snel ontdekt worden waarna de kaarten in Den Haag onbruikbaar worden gemaakt. Voorkomen is echter beter dan genezen. Wij adviseren daarom om bereikbaarheid van de kaarten verder te beperkten. Dat kan door: • de kamer af te sluiten met een digitale sleutel. Op die manier wordt niet alleen voorkomen dat de kaarten worden ontvreemd, tevens kan zo worden nagegaan wie er op welk moment in de kamer aanwezig was. • de werkvoorraad gehandicaptenparkeerkaarten in een daartoe bestemde kluis te plaatsen. Ook op die manier is na te gaan wie wanneer de kluis heeft geopend. Extern medisch advies bij verlenging Een tweede punt van verbetering is het verlengen van de kaart. Nu wordt deze automatisch na 5 jaar verlengd. Het is dan niet duidelijk of de persoon in kwestie nog steeds beperkingen ondervindt van de handicap. Wij adviseren daarom om bij verlenging steeds een extern medisch advies te vragen ter beoordeling van het nut en de noodzaak voor verlenging van de kaart. Dit kan via de GG+GD, maar ook via een ander indicatieorgaan. Alleen in bijzondere omstandigheden kan daarvoor vrijstelling worden verleend (bijvoorbeeld dwarslaesie, of andere handicap waarvan men zeker is dat de hinder blijvend is). Vignet in plaats van gehandicaptenparkeerkaart achter de ruit. Gehandicapten zijn krachtens art. 4 van de Verordening parkeerbelastingen 2008 vrijgesteld van het betalen van parkeerbelastingen. Zij komen derhalve ook niet in aanmerking voor een vergunning. De vrijstelling wordt verkregen door het tonen van de gehandicaptenparkeerkaart achter de voorruit. Dit kan leiden tot diefstal van de kaart. Deze diefstal kan worden voorkomen door de gehandicapte in plaats van de gehandicaptenparkeerkaart een vignet te laten gebruiken waarop het kenteken van het voertuig is vermeld4. Omdat deze kaart kentekengebonden is en uitsluitend geldig is in Den Haag, is deze niet aantrekkelijk voor dieven. Bij handhaving van de bestaande vrijstelling dient het vignet gratis beschikbaar te zijn voor iedereen die beschikt over een gehandicaptenparkeerkaart. Gehandicapten betalen het normale tarief Als alternatief voor bovengenoemde oplossing kan de gemeente er ook voor kiezen om de vrijstelling voor het betalen van parkeerbelastingen voor gehandicapten te laten vervallen. Het oorspronkelijke bezwaar, dat het voor gehandicapten moeilijk is om de parkeerautomaten te bedienen en mogelijk lange afstanden naar de parkeerautomaten, is met de introductie van GSM parkeren komen te vervallen. Ter gewenning kan de gemeente besluiten om de abonnementskosten voor haar rekening te nemen. Deze
4
Voor niet-zelfrijdende gehandicapten kunnen er eventueel meerdere kentekens op worden vermeld.
risicoanalyse vergunningen
17
bedragen circa 20,- tot 25,- per jaar per abonnement. Het parkeren op gehandicaptenparkeerplaatsen kan gratis blijven5.
2.5
Conclusie De gehandicaptenparkeerkaart is vanwege zijn anonimiteit, slechte handhaafbaarheid en lange geldigheidsduur een aantrekkelijk object voor diefstal en andere vormen van misbruik. De uitgifte is binnen de gemeente echter zo georganiseerd dat de kans op fraude vanuit DSB/Parkeren minimaal moet worden geacht. De kans op diefstal uit het gemeentehuis is beperkt maar het verdient aanbeveling om de betreffende afdeling te voorzien van een deur die op slot kan met een digitaal slot of een speciale kluis met een digitaal slot. Misbruik van de kaart na het stelen uit de auto wordt tegengaan doordat de betreffende kaart direct geblokkeerd kan worden (mits er aangifte is gedaan). De procedure voor verlenging kan stringenter. Het huidige beleid dat een gehandicaptenparkeerkaart zonder keuring wordt verlengd zal er toe leiden dat personen een kaart in hun bezit hebben die er feitelijk geen recht meer op hebben. De vraag is in hoeverre het noodzakelijk is dat gehandicapten gratis parkeren. Als vrijstelling is verstrekt omdat de parkeerautomaten slecht toegankelijk zijn voor gehandicapten, dan is vrijstelling niet meer noodzakelijk omdat met GSM parkeren betalen voor iedereen mogelijk is geworden.
5
Ook al zou de gemeente besluiten om het parkeren op gehandicaptenparkeerplaatsen te fiscaliseren, dan is daarvoor geen aparte parkeerapparatuur noodzakelijk.
risicoanalyse vergunningen
18
3 Bijzondere vergunningen
3.1
Bestaansrecht Parkeerregulering op basis van parkeerbelastingen kan mede op basis van parkeervergunningen. De grondslag voor deze vorm van parkeerregulering is art. 225 van de gemeentewet. Krachtens dat artikel is de gemeente bevoegd om voorwaarden te verbinden aan het gebruik van de parkeervergunningen. De gemeente heeft 10 verschillende vergunningen in omloop, met daarop verschillende varianten. Deze paragraaf gaat over 5 van deze vergunningen, te weten: • Onderhoudsvergunning • Hotelvergunning; • Algemene vergunning; • Bedrijfsvergunningen; • Bewonersvergunning zonder kenteken.
3.1.1
Onderhoudsvergunning Doel Met de ‘onderhoudsvergunning’ faciliteert de gemeente voertuigen van aannemers, groenbedrijven etc. die voor werkzaamheden het voertuig nodig hebben. De vergunning is geldig in de hele stad. De geldigheidsduur is één kalenderdag en wordt verstrekt aan bedrijven of personen die in opdracht van derden werkzaamheden verrichten. Kanttekening(en) Evenals de (meeste) andere vergunningen is deze vergunning ontwikkeld voordat GSM parkeren mogelijk werd. De vraag is dan ook wat de bedoeling is van deze parkeervergunning. Gaat het om het faciliteren van een beroepsgroep, of gaat het om het beperken van de parkeerkosten van de beroepsgroep? Alleen als het laatste het geval is, heeft de vergunning nog een actuele waarde. ECORYS - AVM vraagt zich daarom af of deze vergunning nog bestaansrecht heeft. Met GSM parkeren is het mogelijk om in de hele stad te parkeren, zonder steeds een ticket aan de automaat te moeten halen. Tevens betaalt men met GSM parkeren op maat. Indien het onderhoud op 1 locatie plaats vindt, is het niet nodig dat de vergunning in de gehele stad geldig is. Conclusie Tenzij de vergunning is bedoeld om dergelijke bedrijven een kostenvoordeel te bieden is de huidige vorm van de vergunning achterhaald met de introductie van het GSM parkeren. Voor het gedurende lange tijd op 1 locatie parkeren volstaat een generieke dag (week- of maand-)kaart.
risicoanalyse vergunningen
19
3.1.2
Hotelvergunning Doel Met de Hotelvergunning kunnen gasten die in Scheveningen in een hotel verblijven tegen een gereduceerd tarief maximaal 28 uur parkeren. Deze vergunning vindt zijn grondslag is de parkeerverordening (artikel 3 lid 2d) en de verordening parkeerbelastingen (tarieventabel 3.D). De vergunning is in het leven geroepen om hotels en pensions in Scheveningen te faciliteren. Klanten van deze voorzieningen krijgen zodoende tegen een gereduceerd tarief een parkeerplaats geboden in een beperkt gebied. In Scheveningen, waar voor een belangrijk deel van het gebied een maximale parkeerduur van toepassing is, biedt dit tevens de mogelijkheid om langdurig op straat te parkeren. Het aantal vergunningen waarop men aanspraak kan maken is één vergunning per 10 gastenbedden met een maximum van 5 vergunningen per hotel voor Scheveningen-Bad c.q. 1 vergunning per 3 gastenbedden (zonder maximum) voor hotels in Scheveningen – Strandweg respectievelijk 5 (Scheveningen-Bad) vergunningen per hotel. Op het aantal te verlenen hotelvergunningen Scheveningen-Bad parkeerplaatsen op eigen terrein in mindering gebracht. Kanttekening(en) Het verlenen van een hotelvergunning is een adequaat middel om gasten van een hotel te faciliteren. De noodzaak tot het faciliteren heeft primair te maken met het feit dat anders in een groot gedeelte van Scheveningen niet onbeperkt kan worden geparkeerd. Dat daarnaast een korting wordt geboden op de parkeerkosten aan de meter is sympathiek, maar niet strikt noodzakelijk. Dat bij de bepaling van het maximaal aantal vergunningen daarbij rekening wordt gehouden met het aantal parkeerplaatsen dat een hotel reeds op eigen terrein heeft, is te billijken. Het parkeren op de openbare weg dient pas in tweede instantie te geschieden. Eerst gebruik maken van het eigen terrein. In de praktijk worden de vergunningen worden 1x per half jaar verstrekt, waardoor het hotel de variatie in het aantal gasten dat kan parkeren, op kan vangen. Op de regel dat er in Scheveningen-Bad niet meer dan 5 vergunningen van één hotel op straat mogen staan wordt niet gecontroleerd. In de praktijk is een dergelijke controle ook moeilijk uitvoerbaar, omdat de controleur moet weten welke hotels er op de betreffende dag operationeel zijn. De vraag is of het maximum aantal vergunningen in een reële verhouding staat tot het aantal gastenbedden. Wij kunnen ons voorstellen dat de behoefte voor een dergelijke parkeervergunning sterk afhankelijk is van waar de gasten op een zeker moment vandaan komen. Het ene moment zal er geen behoefte zijn aan dergelijke voorzieningen, terwijl er op het andere moment iedere kamer behoefte heeft aan een parkeervoorziening. Het lijkt ons dat met een dergelijke normstelling ongelijkheid in de hand wordt gewerkt. Als de voorziening bedoeld is voor het faciliteren van gasten, bevreemdt het ons dat de uitgifte van deze vergunningen wordt gerelateerd aan het al dan niet hebben van extra bedrijfsvergunningen dat een hotel op grond van art. 2.9 van de beleidsregels kan
risicoanalyse vergunningen
20
verkrijgen. Het is ons niet duidelijk waarom een hotel moet kunnen beschikken over extra bedrijfsvergunningen, als er al een gastenvoorziening bestaat. Als die betreffende vergunningen worden aangewend voor gasten, dan ontstaat er helemaal een ongelijkheid in de parkeerkosten voor de hotelgasten in Scheveningen. Conclusie De Hotelvergunning lijkt ons een nuttige vergunning, maar niet in de vorm waarin deze thans in het beleid is verankerd. Een voorziening voor hotelgasten draagt bij aan de aantrekkelijkheid van Scheveningen als badplaats. In onze optiek verdient het aanbeveling om de vergunning niet afhankelijk te stellen van het aantal bedrijfsvergunningen en om de norm voor Scheveningen – bad en Scheveningen strandweg gelijk te trekken (allebei gelijk aantal vergunningen) en op een dusdanige wijze vorm te geven dat meer recht kan worden gedaan aan de feitelijke behoefte op een moment. Een tweede aanmerking betreft het feit dat er een gereduceerd tarief geldt voor deze hotelvergunning. Het is niet duidelijk waarom niet het normale parkeertarief zou kunnen gelden. Het belangrijkste doel is het langer kunnen parkeren dan de geldende parkeerduur, niet om een reductietarief in te stellen of bedrijven te subsidiëren. 3.1.3
Algemene vergunning Doel De algemene 60-vergunning is terug te vinden in art. 3 lid 2e van de Parkeerverordening als functionele vergunning. Deze vergunning is bedoeld voor enkele specifiek in dit lid genoemde doelgroepen: Gemeentelijke dienst (criterium: fulltime in de openbare ruimte werkzaam) Ambassade Internationale organisatie Huisarts Verloskundige die structureel met een voertuig in de gemeente werkzaam zijn. Met deze vergunning faciliteert de gemeente doelgroepen waarvan het evident is dat zij de auto nodig hebben (artsen, verloskundigen), nodig zouden kunnen hebben (gemeentelijke dienst) of vrijgesteld zijn van het betalen van belastingen (ambassades) c.q. gastvrij wil zijn (internationale organisaties). Met het besluit van college en wethouders DSB/2003.1081 heeft het college besloten tot een tariefdifferentiatie voor de ’60-parkeervergunning’ voor verloskundigen. De betreffende vergunning zou voor deze groep beschikbaar moeten zijn tegen een gereduceerd tarief. Uit de vigerende Parkeerverordening en Verordening parkeerbelastingen blijkt een dergelijke tariefsverlaging niet. Verloskundigen zijn expliciet genoemd als de gebruikers van een ‘functionele vergunning’, waarvoor slechts één tarief is opgenomen in de tarieventabel. ECORYS - AVM interpreteert dit besluit als dat het college heeft besloten over een tarief voor een bepaalde doelgroep. Dit is echter de bevoegdheid van de gemeenteraad.
risicoanalyse vergunningen
21
De praktijk is dat alle hier genoemde doelgroepen het zelfde bedrag betalen. Verloskundigen krijgen echter een subsidie van OCW voor de parkeerkosten. De regelgeving en de besluitvorming hieromtrent is al met al verwarrend. Kanttekening(en) Omdat deze vergunning voorbij gaat aan het gelijkheidsbeginsel is in de optiek van ECORYS - AVM sprake van een onrechtmatig product. (zie ook uitspraak Hof Leeuwarden 9 maart 2001, nr. 00/00537-E-4). De onrechtmatigheid is gelegen in het toepassen van een apart tarief voor de voor de Algemene vergunning in aanmerking komende doelgroepen in vergelijking met de doelgroepen die niet voor deze vergunning in aanmerking komen. Voertuigen van de gemeente kunnen tegen een lager tarief parkeren dan voertuigen van niet-gemeentelijke instellingen die met het zelfde doel parkeren (bezorgen van goederen, onderhoud van wegen en groen etc.). Hiermee wordt het gelijkheidsbeginsel geschonden. Als de gemeente het autogebruik van een doelgroep niet wenst te reguleren, dan kan zij besluiten om deze doelgroep integraal vrij te stellen van het betalen van parkeerbelastingen. Bij de ene doelgroep is dat goed te doen (diplomaten), maar bij de andere (gemeentelijke diensten) niet omdat er vergelijkbare vervoersbewegingen worden gemaakt door andere bedrijven en instellingen. Hetzelfde geldt voor het verstrekken van een dergelijke vergunning aan ambassades en internationale organisaties. Als de gemeente het parkeren door voertuigen van deze instellingen niet wenst te reguleren, dan kan zij vrijstelling verlenen aan die organisaties waarmee BZ een zetelovereenkomst heeft. De vraag is echter of die vrijstelling moet worden verleend aan alle medewerkers van dergelijke organisaties, of alleen aan de personen met een diplomatiek paspoort, al dan niet, in combinatie met werkzaam of woonachtig zijn in Den Haag. Dit zal verder uitgewerkt moeten worden met het bureau internationale zaken binnen de gemeente. Ook huisartsen kunnen een vrijstelling krijgen. De esculaap kan daarbij als kenmerk dienen. Verloskundigen kunnen gebruik maken van GSM parkeren of aansluiten bij de reeds bestaande zorgvergunning. Voor beide categorieën geldt wel dat de gemeente opmerkzaam en coulant moet zijn bij bezwaarschriften. Bij ernstige spoed kan het voorkomen dat de arts vergeet zijn esculaap aan te brengen of kan de verloskundige vergeten te bellen. Conclusie Deze vergunning is deels onrechtmatig en deels overbodig. Voor een groot deel kan deze worden ondervangen door vrijstellingen. Alleen de gemeentelijke voertuigen moeten hetzelfde gaan betalen als voertuigen van andere bedrijven of overheidsorganen. 3.1.4
Bedrijfsvergunning Doel Bedrijfsvergunningen worden verstrekt aan bedrijven om de bedrijfsvoering mogelijk te maken. Vergunningen kunnen worden verstrekt ten behoeve van bedrijfsvoertuigen of ten behoeve van werknemers van een bedrijf. Deze parkeervergunning dient duidelijk een
risicoanalyse vergunningen
22
economisch doel. Te weten er toe bijdragen dat de kosten voor het parkeren in zekere mate beperkt blijven voor het noodzakelijk autogebruik van bedrijven. Het aantal vergunningen waar een bedrijf aanspraak op kan maken is gekoppeld aan het aantal fte’s en wordt gecorrigeerd voor het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein (met uitzondering van garagebedrijven). Zowel het feit dat men een bedrijf is, als het aantal fte’s, en ook de POET moet worden aangetoond. Kanttekening(en) Tenzij er in een gemeente voldoende inpandige parkeerplaatsen zijn, is het verstrekken van vergunningen aan bedrijven noodzakelijk om deze te laten functioneren. Omdat voor bedrijven in tegenstelling tot voor bewoners de kosten van de vergunning aftrekbaar zijn van de belastingen, ligt het in de rede dat voor deze twee groepen andere vergunningen in het leven worden geroepen met verschillende tarieven. De regelgeving in Den Haag vertoont echter drie hiaten. • In de beleidsregels staat nergens dat de bedrijfsvergunning op naam of kenteken wordt verstrekt. Het is dus aan de vergunninghouder om daar invulling aan te geven. De Parkeerverordening stelt dat vermeld moet worden (art 5 lid 2 c): ‘de naam van de vergunninghouder of het kenteken of overige kenmerken van het voertuig waarvoor de vergunning is verleend’. ECORYS - AVM is van mening dat de gemeente er goed aan doet aan te geven wanneer een vergunning op kenteken wordt verstrekt, wanneer op naam en wanneer op een kenmerk van het voertuig. Zonodig kan aan alle drie de varianten een apart tarief worden gekoppeld. • De parkeerverordening en de beleidsregels maken het mogelijk dat een bedrijfsvergunning wordt verstrekt op een adres waar reeds een bewonersvergunning is verstrekt. Dit maakt het mogelijk om door het oprichten van een bedrijf een extra parkeervergunning te verkrijgen. Dit is overigens alleen van belang is de situatie waarbij het aantal bewonersvergunningen is gemaximaliseerd per adres of als apart vergunningenplafond. Indien bewonervergunningen ongelimiteerd worden verstrekt, dat is een relatie tussen deze vergunning en een bedrijfsvergunning niet zinvol. • Er is sprake van ongelijkheid. Bedrijven die niet zijn ingeschreven bij de KvK, een beroepsvereniging, -register etc. kunnen pas een vergunning krijgen als zij een kopie van de belastingaangifte van het voorgaande jaar kunnen overleggen. Dit betekent dat dergelijke bedrijven pas tot 15 maanden na start in aanmerking kunnen komen voor een parkeervergunning, terwijl andere bedrijven deze daags na de start kunnen aanvragen. Conclusie Het nut van de bedrijfsvergunning staat boven iedere vorm van twijfel. Zonder een systematiek van bedrijfsvergunningen zouden veel bedrijven binnen de gemeente Den Haag niet kunnen functioneren. De bestaande regelgeving vertoont echter hiaten om te komen tot een goede uitvoering van het beleid.
risicoanalyse vergunningen
23
3.1.5
De bewonersvergunning niet op kenteken. Doel De ‘bewonersvergunning niet op kenteken’ is een parkeervergunning waarop meerdere kentekens vermeld staan en wordt verstrekt aan personen die dikwijls een andere auto in gebruik hebben. Te denken valt aan medewerkers van garagebedrijven die per dag een andere auto mee krijgen. Kanttekening(en) Over het al dan niet vermelden van kentekens is de regelgeving niet eenduidig. De enige reden waarom een bewonersvergunning uitsluitend op kenteken kan worden uitgegeven is gelegen in de Verordening parkeerbelastingen. Deze benoemt de bewonersvergunning expliciet op kenteken. Omdat alle voertuigen die in aanmerking komen voor een parkeervergunning, inmiddels zijn voorzien van een kenteken is de bepaling uit de parkeerverordening ‘naam van de vergunninghouder of het kenteken of overige kenmerken van het voertuig waarvoor de vergunning is verleend’ voor bewonersvergunningen overbodig geworden. Samenvattend staat er in de drie documenten: • Parkeerverordening: naam van de vergunninghouder of het kenteken of overige kenmerken van het voertuig waarvoor de vergunning is verleend. • Verordening parkeerbelastingen: op kenteken, niets anders • Beleidsregels: Geen uitspraak, met uitzondering van een aantal in specifieke situaties, waarin wordt aangegeven dat de vergunning op kenteken (art 8.2.1 en art 8.2.3) of op meerdere kentekens (art 8.2.2) Conclusie Een bewonersvergunning, waarop meerdere kentekens vermeld staan ‘bewonersvergunning niet op kenteken’ noemen werkt verwarrend. Als de gemeente besluit om deze voorziening te handhaven, dan is een andere naam hiervoor gewenst. De vraag is overigens of de gemeente deze doelgroep moet willen faciliteren. Men heeft reeds het voordeel van het gebruik van een gratis auto. Als daar tegen over staat dat men niet in aanmerking komt voor een parkeervergunning, dan is dat de consequentie. Men moet dan een keuze maken. Wel een vaste auto en een parkeervergunning, of een wisselende auto en geen parkeervergunning.
3.1.6
Conclusies; nut en noodzaak van de vergunningen Van de betreffende 5 vergunningen is bezien in hoeverre zij nuttig zijn en in hoeverre noodzakelijk. Vanuit het oogpunt van de vergunninghouder zijn alle vergunningen zeer nuttig en absoluut noodzakelijk. De vraag is echter of ze dat ook zijn vanuit de gewenste regulering, en vanuit de gewenste efficiency van de dienst. De vraag die daarbij opdoemt is: wil de gemeente Den Haag faciliteren in de vorm van makkelijk kunnen parkeren, of wil de gemeente Den Haag voor bepaalde doelgroepen de parkeerkosten beperken. Gelet op het gelijkheidsbeginsel kan dit laatste niet de bedoeling zijn. ECORYS - AVM heeft het nut en de noodzaak dan ook beoordeeld op het faciliteren. • Onderhoudsvergunning; niet noodzakelijk;
risicoanalyse vergunningen
24
• •
• •
3.2
Hotelvergunning; Nuttig en noodzakelijk, zeker op de locaties met een beperkte parkeerduur; Algemene vergunning; Onrechtmatig voor gemeentevoertuigen, niet noodzakelijk voor de andere groepen; artsen en diplomaten kunnen vrijstelling krijgen en verloskundigen en eventueel artsen kunnen ook gebruik maken van GSM parkeren of de bestaande zorgvergunning; Bedrijfsvergunningen; Nuttig en noodzakelijk; Bewonersvergunning zonder kenteken. Niet noodzakelijk.
Uitgifte van vergunningen Voor alle soorten vergunningen is de procedure voor de uitgifte van parkeervergunningen gelijk. Het verschil zit in de criteria waarop wordt getoetst en de verschijningsvorm van de vergunning. Sommige zijn 6 maanden geldig en worden bedrukt afgeleverd, anderen zijn een dag geldig en worden blanco afgeleverd. In onderstaande afbeelding is de uitgifte van de vergunningen geïllustreerd.
Afbeelding 1. Uitgifteprocedure vergunningen
De aanvragen voor de vergunningen worden verwerkt bij de afdeling vergunningen op de begane grond. Aanvragen kunnen zowel per post, email of aan de balie worden gedaan. In het laatste geval kunnen de mensen de vergunning veelal gelijk meenemen. Wat voor de gehandicaptenparkeerkaarten geldt, geldt ook voor de afdeling vergunningen. De procedures zijn zo opgesteld dat de medewerkers slechts een deel van de handelingen doen die noodzakelijk zijn om een vergunning te verlenen. Om te kunnen frauderen is samenwerking tussen meerdere personen noodzakelijk. Daarnaast worden de blanco vergunningen beschouwd als waardepapier. Deze worden opgeslagen in de kluis als de afdeling dicht is. Ook de printer wordt dan leeggemaakt. 1 persoon is daarvoor verantwoordelijk. De voorraad wordt niet per vergunning bijgehouden, maar per ‘stapel’. Dit betekent dat het in theorie mogelijk is om een enkele blanco vergunning te ontvreemden en thuis uit te printen. Grootschalige fraude is in de optiek van ECORYS AVM nagenoeg niet mogelijk. In de afdeling is een kassa. Dagelijks heeft één persoon kassadienst, en die is gedurende die dag tevens verantwoordelijk voor de kassa. Hij heeft zijn eigen kassalade (bovenste lade). Bij lunchpauze of toiletbezoek kunnen ook anderen van de kassa gebruik maken, maar zij dienen zich apart aan te melden en gebruiken de onderste lade. Kassatekorten
risicoanalyse vergunningen
25
zijn mogelijk, maar diefstal is met deze systematiek, in combinatie met de plaats van de kassa niet mogelijk zonder dat het wordt opgemerkt. Evenals bij de uitgifte van de gehandicaptenparkeerkaart is hier het grootste risico de gelegenheidsdief. Iemand die in de ruimte moet zijn en toevallig iets ziet liggen wat van zijn gading is. Conclusie Hoewel de registratie minder stringent is dan bij de uitgifte van de gehandicaptenparkeerkaart is de procedure en organisatie van de uitgifte van vergunningen zo georganiseerd dat grootschalige of structurele fraude niet mogelijk is. Het enige daadwerkelijke verbeterpunt is de toegang tot de ruimte. Deze zou alleen toegankelijk moeten zijn voor uitsluitend mensen die daar werken. Ook hier stellen wij een digitaal slot met registratie voor. Een alternatief is de werkvoorraad vergunningen in een daartoe bestemde kluis te plaatsen. Ook op die manier is na te gaan wie wanneer de kluis heeft geopend.
3.3
Mogelijkheden tot misbruik De uitgifteprocedure biedt geen tot nauwelijks mogelijkheden voor fraude vanuit de gemeentelijke organisatie. Dat wil niet zeggen dat er helemaal geen mogelijkheden tot fraude en misbruik zijn. De mogelijkheden tot misbruik variëren per vergunning. Sommige vergunningen zijn goed te verhandelen (hotelvergunning, onderhoudsvergunning) anderen zijn relatief eenvoudig te verkrijgen omdat de omstandigheden niet controleerbaar zijn of naar de hand kunnen worden gezet (bedrijfsvergunning) of zijn gevoelig voor diefstal (alle vergunningen zonder kenteken). Zowel de Onderhoudsvergunning als de Hotelvergunning kunnen in grotere aantallen worden gekocht. De gebruiker dient deze zelf in te vullen en daarmee te valideren. Het is mogelijk om de vergunning door te verkopen aan derden. Of dat ook daadwerkelijk gebeurt, is bij ons onbekend. Vanuit de Rotterdamse situatie is bekend dat met de (oude) bezoekerskaart gehandeld werd. Ook in Nijmegen is dat het geval. De algemene vergunning is (in een aantal gevallen) bedoeld voor het gebruik tijdens het beroep. In de praktijk zal de vergunning naar onze verwachting ook voor privédoeleinden worden gebruikt. Omdat deze vergunning in de gehele stad geldig is, kan deze ook als aanvullende vergunning bij het huisadres worden gebruikt. De mogelijkheden tot fraude en misbruik bij de bedrijfsvergunning liggen meer op het vlak van het verkrijgen van een vergunning terwijl men er geen recht op heeft. Denk hierbij aan een maatschap die zich voor de aanvraag uit als verschillende BV’s. Ook het oprichten van een eigen bedrijf kan een middel zijn om een extra vergunning te verkrijgen in een gebied waar maar 1 bewonersvergunning per adres wordt verstrekt. Als de bewonersvergunning zonder kenteken zou bestaan, dan zijn de vormen van fraude en misbruik legio. Het faciliteren van bezoek (geen kenteken); het verhandelen door een
risicoanalyse vergunningen
26
voertuig tijdelijk op naam te nemen6 (kan overigens ook met een vergunning op kenteken). Maar gelukkig bestaat deze vergunning niet.
3.4
Ervaringen elders Veel gemeenten met betaald parkeren hebben ruimte gecreëerd voor bijzondere parkeerkaarten voor bijzondere groepen. Deze bijzondere kaarten zijn in twee groepen te verdelen: • Vergunningen in de maatschappelijke sfeer (mantelzorg, hulpverleners, instellingen). De criteria die voor dit soort vergunningen worden geboden liggen in de sfeer van ‘maatschappelijk nut’. Het is acceptabel als hulpverleners zonder kosten (en vooral ook tijdverlies) voor de deur kunnen parkeren. • Vergunningen voor bijzondere economische groepen (toeristen, sportverenigingen, bouwvakkers).
3.4.1
Amsterdam Maatschappelijk nut Amsterdam met zijn strenge parkeerbeleid beschikt over redelijk veel bijzondere vergunningen: • Maatschappelijke vergunningen voor politie, zorg en scholen. De vergunningen voorzien niet zozeer in een kostenvoordeel maar zijn nodig om de limiet aan het aantal vergunningen per bedrijf te omzeilen. Het ‘maatschappelijk nut’ wordt bij deze vergunning overigens breed geïnterpreteerd. In Amsterdam krijgen de maatschappelijke instellingen de extra vergunningen om tegemoet te komen aan problemen op de arbeidsmarkt. Zonder vergunning kan personeel niet met de auto op het werk komen. • Parkeervergunning voor hulpverleners: deze is beschikbaar voor hulpverleners die kunnen aantonen dat hun patiënten vooral in betaald parkeergebied wonen. Met de vergunning kan men verder zonder kosten in de hele stad parkeren. • Kraskaarten voor oudere bewoners: inwoners boven de 65 jaar kunnen een kraskaartvergunning aanvragen en met die vergunning per maand een beperkt aantal kraskaarten kopen. Met een kraskaart kan hun bezoek gedurende twee uur gratis parkeren in het betaald parkeergebied. Vergunningen voor bijzondere economische groepen In deze categorie kent Amsterdam de volgende kaarten: • Vergunningen voor sportverenigingen en • Vergunningen voor volkstuinverenigingen: met de invoering van betaald parkeren in een steeds groter gebied kwamen bezoekers aan deze (meestal slecht met OV te bereiken) instellingen in de problemen. Voor hen is een maatwerkvergunning ontwikkeld op code waar bezoekers gebruik van kunnen maken. Aan het aantal vergunningen per instelling is een limiet gesteld.
6
Dit gebeurde veelvuldig in Amsterdam bij scholen waar leerkrachten ouders inschakelden om op hun naam een vergunning te bemachtigen.
risicoanalyse vergunningen
27
•
•
•
Belanghebbenden vergunningen: het gaat hier om een speciale vergunning voor bijvoorbeeld de politie die op de openbare weg over een aantal parkeerplaatsen voor eigen (exclusief) gebruik wil beschikken. Maandkaarten bedrijven: dit is een kaart met een normale tariefstelling – dus vrij prijzig ( 1.000) – waarmee bedrijven een hele maand vrij mogen parkeren. Er worden betrekkelijk weinig van dit soort kaarten afgenomen. Toeristenkaart: deze kaart is met een normale prijsstelling aan te schaffen door hotels en kan gebruikt worden door hun gasten. In feite gaat het om een variant op de normale dag- en weekkaarten.
Algemeen In Amsterdam spelen rond deze speciale kaarten twee bijzondere omstandigheden. Allereerst zijn de kaarten wel door de centrale stad mogelijk gemaakt maar ligt de keuze om ze al dan niet in te voeren bij de stadsdelen. Niet elke kaart is dus in de hele stad beschikbaar. Een tweede punt betreft de invoering van de digitale parkeerdatabase en handhaving. Vergunningen zonder kenteken (“op code”) zijn in deze database moeilijk op te nemen. Een oplossing is voorlopig gezocht in het koppelen van meerdere kentekens aan één vergunning. 3.4.2
Utrecht Maatschappelijk nut Utrecht kent de volgende vergunningen die omwille van matschappelijk nut worden aangegeven: • Bezoekersvergunning bewoners: op een chipkaart krijgen bewoners per maand maximaal 70 parkeeruren waarmee ze hun bezoek in het betaald parkeren gebied met 62% korting kunnen laten parkeren. De bezoekersvergunning functioneert uitstekend en is zeer populair. De gemeente acht de kans op misbruik zeer klein. • Mantelzorgkaart: deze vergunning is nog in ontwikkeling. Ze komt tot stand door politieke druk. Vergunningen voor bijzondere economische groepen Utrecht kent verder de volgende bijzondere vergunningen: • Bedrijfsvergunning: deze staat op naam van het bedrijf en is dus door meerdere werknemers bruikbaar. Ze heeft het karakter van een waardepapier (vignet) maar is door bijzondere kenmerken vrijwel niet te kopiëren. De gemeente Utrecht is tevreden over deze kaart. • Tijdelijke parkeervergunning: deze wordt uitgegeven voor een bepaalde periode aan onderhoudsbedrijven. Met de vergunning kan men in de hele stad vrij parkeren. De vergunning is echter vrij duur en er wordt weinig gebruik van gemaakt. • PIAF: in Utrecht functioneert nog steeds de PIAF meter waar andere steden belparkeren hebben ingevoerd. Op den duur zal de PIAF kaart ook in Utrecht verdwijnen. • Vergunning onderhoud en herstel: de kaart is bedoeld voor bouwvakkers en anderen die tijdelijk dicht bij hun werkplek moeten parkeren. • Marktparkeervergunning: bedoeld voor marktkooplieden op de dagen dat er markt is (in het betaald parkeergebied).
risicoanalyse vergunningen
28
•
3.4.3
Haarlem • •
•
3.4.4
Parkeerplaatsengeld. Voor parkeerplaatsen die tijdelijk aan het areaal onttrokken worden is een parkeerplaatsengeld verschuldigd. Handhaving van parkeerplaatsengeld is lastig omdat ter plekke moeilijk valt te zien wat de status is7.
Zone A vergunning: deze vergunning voor instellingen in de sfeer van maatschappelijke zorg is in de hele stad geldig. Bedrijfsparkeervergunning of bedrijfsvignet. Haarlem kent voor ondernemers in het betaald parkeergebied parkeervignetten. Het vignet is gebonden aan een kenteken en is niet overdraagbaar. In uitzonderingen is het mogelijk per vignet 2 kentekens in te schrijven. De kosten zijn beperkt. Tijdelijke parkeervergunning voor ondernemers: ondernemers in Haarlem kunnen ook een tijdelijke parkeervergunning kopen. Aan de afgifte van deze vrij dure vergunningen zijn geen limieten gesteld.
Leiden Leiden kent een beperkt arsenaal aan bijzondere vergunningen. De bedrijfsvergunningen zijn een standaard voorziening maar de afgifte is aan strenge regels gebonden. Veel duurder zijn de maand- en jaarkaarten voor bedrijven waar geen regels aan zijn verbonden. Leiden kent geen hotelvergunningen.
3.4.5
Conclusies De vraag is in hoeverre andere gemeenten vergelijkbare vergunningen hebben voor de doelgroepen waarvoor de 5 vergunningen zijn bedoeld. Hiervoor hebben wij contact gehad met 4 gemeenten (Leiden, Haarlem, Amsterdam en Utrecht). Rotterdam is vergeleken op basis van de regelgeving. De resultaten staan in onderstaande tabel. Hierbij is uiteraard gekeken naar de functionaliteit en niet naar de naam. Onderhoud Hotel algemeen bedrijf Bewoner Amsterdam -
x8
x9
x
-
Rotterdam
-
x10
x
-
11
-
Utrecht
X
-
x
x
-
Haarlem
-
-
x12
x
-
-
13
x
x
Leiden
-
x
Tabel 1. Vergunningen in andere gemeenten
7
Dit systeem zal met de invoering van de digitale handhaving problemen opleveren omdat de database geen kenmerken van plaats (anders dan parkeersector) kent. 8 Variant op dag- week- en maandkaart 9 Geen vergunning maar dag- week- maandkaart. Aan de automaat zijn dagdeelkaarten en dagkaarten verkrijgbaar; tarief gerelateerd aan ticket 10 Prepaid kaart, die van te voren kan worden aangeschaft bij stadstoezicht. Verkrijgbaar van 1 uur tot een maand. Tarief gerelateerd aan ticket. Voor diverse hulpverleningsinstellingen is er de vergunning hulpverlener 11 Dagkaart uit automaat. Tarief gerelateerd aan ticket. Ook avondkaart beschikbaar 12 Alleen voor maatschappelijke zorg 13 Dag- week of maandkaart en zorgvergunning
risicoanalyse vergunningen
29
In vergelijking met Den Haag faciliteren de andere gemeenten de doelgroepen minder specifiek. Ze kennen allemaal een generieke kaart waarmee binnen de gehele gemeente kan worden geparkeerd. Vaak zijn ze als dag-, week-, of maandkaart (DWM-kaart) verkrijgbaar. Feitelijk gaat het om een ticket (dus geen vergunning) die lang geldig is. Zowel Rotterdam als Amsterdam kennen verschillende varianten, al naar gelang het tariefgebied. Amsterdam onderscheidt drie kaarten en Rotterdam twee. Des te duurder de kaart, in des te meer gebieden men mag parkeren. In sommige gemeenten (in ieder geval Utrecht en Amsterdam) zijn de dagkaarten uit de automaat te verkrijgen. Ook kunnen deze met GSM parkeren worden gekocht. In Rotterdam hebben de kaarten de vorm van een prepaid kaart, welke van te voren bij Stadstoezicht kan worden gekocht. De Amsterdamse hotelkaart is een variant op de DWM-kaart. Naast deze kaart worden zorgvoorzieningen gefaciliteerd met een aparte vergunning. Hier wordt heel duidelijk gekozen voor het reduceren van de parkeertarieven (‘de zorg is toch al zo duur’). De onderhoudsvergunning bestaat eigenlijk alleen in Utrecht. De overige geraadpleegde gemeenten kennen deze niet. De bedrijfsvergunning wordt overal toegepast. Iedere gemeente heeft echter zijn eigen regels en tarieven voor het verstrekken van een vergunning. De problemen die Den Haag kent, kennen andere gemeenten voor wat betreft het vraagstuk wanneer sprake is van 1 of meerdere bedrijven op 1 adres. Of ook het aantal medewerkers of het POET een probleem is, is afhankelijk van het feit of de vergunning afhankelijk wordt gesteld van het aantal medewerkers, of dat er een vast aantal vergunningen per bedrijf worden verstrekt.
3.5
Analyse en oplossingen Fraude en misbruik van parkeervergunningen moeten op dit moment primair worden gezocht buiten de organisatie van DSB/Parkeren. Het verlenen van een vriendendienst blijft weliswaar mogelijk, evenals het ontvreemden van een enkele vergunning. Grootschalige fraude is alleen mogelijk als bijna iedereen op de betreffende afdeling meewerkt. De belangrijkste aanbeveling op dit vlak is het aanbrengen van een digitaal slot met aanwezigheidsregistratie of een kluis waarin de werkvoorraad Gehandicaptenparkeerkaarten kan worden opgeborgen.
3.5.1
Fysieke fraude Bij vergunningen zonder kenteken is het verstrekken van duplicaten een indicatie voor de mate waarin dergelijke vergunningen worden ontvreemd. DSB/Parkeren geeft in haar memo aan dat het aanvragen van duplicaten nauwelijks voorkomt.
3.5.2
Misbruik van regels en foutief gebruik (Pogingen tot) misbruik van de regels en foutief gebruik komen voor. Bedrijven proberen om onder de regels voor wat één bedrijf is uit te komen, en een arts of verloskundige zal zijn algemene vergunning ook gebruiken als hij niet bij een patiënt is. Een deel van deze vormen van misbruik valt niet te voorkomen bij de huidige regelgeving en vergunningsystematiek. Daarvoor is het nodig dat regels scherp worden geformuleerd zonder ontsnappingsclausules. Voor een bedrijf zou dit bijvoorbeeld kunnen zijn dat als
risicoanalyse vergunningen
30
zij met andere bedrijven zijn gevestigd op 1 adres, zij worden beschouwd als 1 bedrijf. Dat betekent dat er een gezamenlijke aanvraag moet komen voor alle bedrijven op het adres, en dat men zelf de verdeling moet regelen. Stel nu dat er op 1 adres 10 eenmanszaken zijn gevestigd. In de huidige regelgeving worden 10 vergunningen verstrekt, bij een verscherpte regelgeving slechts 1. Een dergelijke aanpak zal en het draagvlak voor betaald parkeren, en het economisch functioneren van de stad niet bevorderen. Sluitende regelgeving De eerste voorwaarde om fraude en misbruik uit te sluiten is regelgeving die zo veel mogelijk sluitend is. Zo is aan de gemeente te bepalen wanneer een vergunning op kenteken, naam of een ander kenmerk wordt verstrekt; niet aan de aanvrager. Op dit moment is dat niet het geval. Regelgeving moet ook uit te leggen zijn. Zo is het waarom van de relatie tussen extra bedrijfsvergunningen voor een hotel en het aantal hotelvergunningen volstrekt onduidelijk. De bestaande regelgeving is niet sluitend en ook niet altijd even logisch. Een betere afstemming tussen de drie elementen (Parkeerverordening, Verordening Parkeerbelastingen en Beleidsregels) is noodzakelijk. Daarin zal de gemeente duidelijk moeten maken wie zij waarom wil faciliteren. Controle op POET Bij het verstrekken van parkeervergunningen wordt het hebben van parkeerplaatsen op eigen terrein afgetrokken van het aantal parkeervergunningen dat men heeft. Dit vereist een gedetailleerd beeld van de parkeercapaciteit op eigen terrein en beleid dat er op is gericht om deze capaciteit in stand te houden. Tevens dient er ook een verplichting te zijn om bij nieuwbouw voldoende capaciteit op eigen terrein te realiseren. In een dergelijke situatie hoeft men bij de vergunningaanvraag alleen te kijken of er ooit (vanaf het inventarisatiejaar) capaciteit was. Zo ja, dan betekent dat aftrek van vergunningen. Als de regelgeving bij dit voorgestane beleid passend is geformuleerd, dan doet het er niet meer toe of de parkeercapaciteit daadwerkelijk nog aanwezig is. Deze had er moeten zijn. DSB/Parkeren is een uitvoeringsorganisatie. Het formuleren van dergelijk beleid en het verrichten van een dergelijke inventarisatie is in onze optiek een taak van DSO. Zolang een dergelijk beleid er niet is, zal men het parkeren op eigen terrein onvoldoende kunnen controleren, waardoor misbruik van de regels voor blijft komen. Het voordeel van digitale vergunningen Als achteraf wordt ontdekt dat een vergunning onterecht is verstrekt kan er nauwelijks iets aan worden gedaan. Hetzelfde geldt voor de bewoner die op 1 januari zijn vergunning krijgt en op 3 januari gaat verhuizen. Sommige leveren de vergunning in (zoals het hoort), anderen vinden het wel makkelijk als ze vrienden uit de buurt gaan opzoeken en behouden de vergunning. Dan hebben ze het eerste half jaar daar een minimum aan parkeerkosten. In zekere mate is dat op te lossen door in de regelgeving op te nemen dat aan een kenteken slechts één bewonersvergunning mag zijn verbonden, al dan niet in combinatie met één bedrijfsvergunning voor een ander gebied. Als men verhuist naar een gebied waar geen regulering van toepassing is, haalt dat echter niets uit.
risicoanalyse vergunningen
31
In zijn algemeenheid speelt het gebrek aan controlemogelijkheden op straat de gemeente daarbij parten. Een eenmaal onterecht verstrekte parkeervergunning of een verlopen vergunning is niet van de straat te halen. Het op deze wijze controleren van de geldigheid van vergunningen is ondoenlijk. Het overstappen op digitale vergunningen biedt meer mogelijkheden op het gebied van handhaving. De vergunning is gekoppeld aan een database. De handhaving vindt plaats op basis van deze database en is (afhankelijk van het gekozen systeem) real time of werkt met een vertraging van maximaal 24 uur. Dit betekent dat met onmiddellijke ingang een vergunning kan worden geblokkeerd en dat daar ook op straat tegen kan worden opgetreden. Daarnaast wordt het ook moeilijker om met digitale vergunningen te frauderen. Een vergunning wordt pas verstrekt als een aanvraag compleet is, inclusief check op gemeentelijke basisadministratie en RDW. Om iemand een illegale vergunning te bezorgen moet veel meer moeite worden gedaan dan een blanco formulier regelen. Doordat de betaalfrequentie omhoog kan (bijvoorbeeld 1 keer per maand in plaats van 1 keer per half jaar) kan ook vaker worden gecontroleerd of iemand nog recht heeft op een vergunning. Een derde voordeel is dat met digitale vergunningen meer mogelijk is dan papieren vergunningen. Hieronder 3 mogelijkheden die meer maatwerk voor bedrijven mogelijk maken. • Een vergunning kan worden verstrekt met een vastrecht. In tegenstelling tot de huidige vergunning kan binnen de betaaltijden (en de tijden dat de vergunning geldig is), niet onbeperkt worden geparkeerd, maar (bijvoorbeeld) maximaal 20 uur per week. Indien de vergunninghouder meer parkeert, betaalt hij daarvoor het reguliere parkeertarief. Afrekening aan het eind van de maand via automatische incasso. Buiten de eigen sector is de vergunning te gebruiken als gsmparkeerabonnement. Een dergelijke opzet doet recht aan het feit dat een bedrijfsvergunning vooral is bedoeld voor voertuigen die voor het werk noodzakelijk zij, dus een deel van de tijd niet in het gebied geparkeerd staan. • Aan een bedrijf worden per week (bijvoorbeeld) maximaal 500 uur aan parkeeruren verkocht door middel van 50 vergunningen. De vergunninghouder belt in en het aantal uren wordt van het totaal afgetrokken. Als de 500 uur op zijn, wordt voor ieder extra uur het reguliere tarief betaald. Dit kan dus betekenen dat de ene werknemer in de week 40 uur afneemt, terwijl de ander maar 5 uur parkeert. Met deze systematiek vindt in Nijmegen een pilot plaats. • Een hotel heeft voor iedere kamer 1 digitale vergunning in huis. Bij uitgifte wordt het gebruik van de vergunning net als bij GSM parkeren aangemeld. Dit kan per telefoon of internet. Als de gast de vergunning weer inlevert, wordt de parkering afgemeld. Het hotel verrekent het parkeren desgewenst met de gast. De gemeente factureert het hotel voor de afgenomen parkeeruren (of –dagen). In de tarieven kan men eventueel variëren naar seizoen. Nut en noodzaak (deels) achterhaald Hoewel parkeervergunningen een belangrijk instrument zijn om te reguleren, moet men ook het faciliterende element niet onderschatten. Iemand die in het bezit is van een parkeervergunning betaalt veel minder aan parkeerbelastingen dan iemand die aan de automaat betaalt. Een parkeervergunning is daarmee een begerenswaardig stuk papier
risicoanalyse vergunningen
32
geworden. Het geeft waarde aan het parkeren. Het is dus niet verwonderlijk dat allerhande doelgroepen de politiek onder druk zetten om specifieke situatie een aparte vergunning in het leven te roepen. Zij willen worden gefaciliteerd. De vraag is waar het reguleren stopt en het faciliteren begint. Deels hangt dit samen met het tarief (men wil zo goedkoop mogelijk kunnen parkeren); deels met de omslachtigheid van het systeem Het productenscala van Den Haag stamt nog uit de tijd dat GSM parkeren nog niet bestond. Niet in het bezit zijn van een parkeervergunning betekende altijd lopen naar de meter en een schatting maken van de parkeerduur. Dat voor veel gebruikers zoiets niet werkt is evident. Een verloskundige weet niet hoe lang een bevalling duurt en bij een klus kan iets mee of tegen zitten. Een vergunning voor de betreffende doelgroepen is dan een logische oplossing. Daarnaast is het in Den Haag niet mogelijk om een dagkaart uit de automaat te kopen. De meeste gemeenten hanteren een tariefplafond voor een dag waarmee een kalenderdag kan worden geparkeerd. Andere gemeenten verkopen het product aan de balie en er zijn gemeenten die ook werken met een week- en maandkaart (geen vergunning!). Voor de doelgroepen die vaak in de stad moeten zijn is dit een uitkomst. Uiteraard is het voor de ene groep gebruikers aantrekkelijker dan de andere. In combinatie met GSM parkeren is de noodzaak voor het huidige productenscala voor een belangrijk deel komen te vervallen. 3.5.3
Conclusies Algemene maatregelen Om misbruik en fraude met parkeervergunningen tegen te gaan zijn een aantal maatregelen nodig op het vlak van de parkeerproducten en de bijbehorende regelgeving. • Beperk het aantal uitzonderingen. Achterdeuren in de regelgeving zijn vaak ideaal om ‘illegaal’ een vergunning te krijgen. Het feit dat een bewonersvergunning op naam wordt uitgegeven, terwijl in de belastingverordening uitsluitend van een bewonersvergunning op kenteken geeft aan dat de regelgeving niet sluitend is. • Beperk het aantal vergunningen. Hoe meer vergunningen, hoe meer mogelijkheden tot misbruik. Een deel van de vergunningen zijn met de komst van GSM parkeren overbodig geworden. • Stap over op digitale vergunningen. Met digitale vergunningen wordt het mogelijk om op straat de geldigheid van ieder vergunning te controleren. Ook wordt het onterecht verkrijgen van een vergunning moeilijker door de intensievere controle bij aanvraag en tussendoor. • Formuleer stringent beleid met betrekking tot parkeren op eigen terrein. Dit is niet de taak van DSB/Parkeren, maar DSB/Parkeren moet er wel mee werken. Een juiste beoordeling van een vergunningaanvraag kan uitsluitend als verificatie van de aanvraag mogelijk is. Van achter de PC moet beoordeeld kunnen worden of een pand is voorzien van POET. • Introduceer een generieke dagkaart. Deze kaart moet verkrijgbaar zijn uit de automaat. Personen die langdurig moeten parkeren, ongeacht of dat beroepsmatig is of privé, of personen die op één dag op verschillende plaatsen in de stad moeten zijn, worden zodoende gefaciliteerd. Desnoods kunnen twee kaarten
risicoanalyse vergunningen
33
worden geïntroduceerd. Één kaart die geldig is in de hele stad tegen een hoog tarief, en één kaart die geldig is in het gebied waar het parkeren 1,50 per uur kost. Maatregelen voor de specifieke producten Voor de afzonderlijke producten adviseren wij het volgende: • Onderhoudsvergunning; Afschaffen. Deze doelgroep kan gebruik maken van GSM parkeren of van de generieke dagkaart. De gebruiker dient zelf te beoordelen wat voor hem de beste oplossing is. • Hotelvergunning; Handhaven, maar de criteria dusdanig aanpassen dat er in relatie tot het aantal bedden een maximaal aantal vergunningen kunnen worden gekocht per jaar. Het hotel kan deze dan naar believen inzetten, afhankelijk van de drukte en de gebruikte vervoermiddelen van de gasten op dat moment. Uitvoering kan ook op basis van kraskaarten (waarmee verschrijvingen worden voorkomen) of op met behulp van digitale vergunningen. • Algemene vergunning; Afschaffen. Voertuigen met een CD nummerbord vrijstellen van parkeerbelasting; Artsen die gebruik maken van de esculaap vrijstellen van parkeerbelasting. De overige gebruikers van deze vergunning dienen het normale tarief te betalen. Zij kunnen uiteraard gebruik maken van de bestaande producten. • Bedrijfsvergunningen; Handhaven. Winst in bestrijding van misbruik ligt in de ontwikkeling van beleid op POET en de toepassing van digitale vergunningen. • Bewonersvergunning zonder kenteken; Afschaffen. Overigens maken digitale vergunningen het wel makkelijker om het kenteken te wijzigen. Overigens is het ook niet wenselijk dit onbeperkt toe te laten.
risicoanalyse vergunningen
34
Bijlage 1; Gehanteerde bronnen
Documenten • • • • • • • • • •
Verordening parkeerbelastingen 2008; rb 154 d.d. 1 november 2007 Parkeerverordening 1992; rb 168 d.d. 29 november 2007 Beleidsregels Parkeervergunningen; DSB/2005.1165 I d.d. 8 november 2008 Wijziging beleidsregels parkeervergunningen; DSB/2007.297 d.d. 27 maart 2008 60-parkeervergunning artsen en verloskundigen; DSB/2003.1081 d.d. 7 mei 2004 Beleidsregels gehandicaptenparkeren; DSB 2003/951 d.d. 9 december 2003 Werkinstructie vergunningen (WI 3.1); DSB/parkeren d.d. 23 april 2008 Memo DSB/Parkeren systematiek verstrekking vergunningen; d.d. 28 februari 2008 Regeling gehandicaptenparkeerkaart (zie bijlage 2) Gemeentewet, art. 225 (zie bijlage 3)
Personen • • • • •
Gemeente Amsterdam dIVV; de heer Kuné Gemeente Amsterdam Stadsdeel Zeeburg; de heer Hansen Gemeente Utrecht; de heer Van den Houten Gemeente Leiden; mevrouw Van der Vlugt Gemeente Haarlem; de heer G. Nijland
risicoanalyse vergunningen
35
Bijlage 2; Regeling gehandicaptenparkeerkaart
De Minister van Verkeer en Waterstaat, Gelet op artikel 13, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994, de artikelen 49 en 55 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer en de artikelen 85 en 86 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990; Besluit: Paragraaf 1. Criteria voor de afgifte van gehandicaptenparkeerkaarten Artikel 1 1. Voor een gehandicaptenparkeerkaart kunnen in aanmerking komen: a. bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen en van brommobielen, die ten gevolge van een aandoening of gebrek een aantoonbare loopbeperking hebben van langdurige aard, waardoor zij - met de gebruikelijke loophulpmiddelen - in redelijkheid niet in staat zijn zelfstandig een afstand van meer dan 100 meter aan een stuk te voet te overbruggen; b. passagiers van motorvoertuigen op meer dan twee wielen en van brommobielen, die ten gevolge van een aandoening of gebrek een aantoonbare loopbeperking hebben van langdurige aard, waardoor zij - met de gebruikelijke loophulpmiddelen - in redelijkheid niet in staat zijn zelfstandig een afstand van meer dan 100 meter aan een stuk te voet te overbruggen en die voor het vervoer van deur tot deur continu afhankelijk zijn van de hulp van de bestuurder; c. bestuurders en passagiers van motorvoertuigen op meer dan twee wielen en van brommobielen, die ten gevolge van een aandoening of gebrek permanent rolstoelgebonden zijn; d. bestuurders en passagiers van motorvoertuigen op meer dan twee wielen en van brommobielen, andere dan bedoeld onder a en b, die ten gevolge van een aandoening of gebrek aantoonbare ernstige beperkingen, andere dan loopbeperkingen hebben; e. het bestuur van instellingen ten behoeve van het personeel belast met het vervoer van bewoners die voldoen aan de criteria onder b, c of d. 2. Op de gehandicaptenparkeerkaart wordt met een hoofdletter B aangegeven of het een gehandicapte bestuurder betreft en een hoofdletter P of het een gehandicapte passagier betreft. Een combinatie van beide is mogelijk. Een gehandicaptenparkeerkaart, bestemd voor een instelling als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, wordt aangeduid met een hoofdletter I. 3. De afgifte van de gehandicaptenparkeerkaart geschiedt niet elektronisch. Paragraaf 2. Geneeskundig onderzoek
risicoanalyse vergunningen
36
Artikel 2 1. Een gehandicaptenparkeerkaart wordt niet afgegeven alvorens een geneeskundig onderzoek heeft plaatsgehad met betrekking tot de handicap van de aanvrager. 2. Een geneeskundig onderzoek kan achterwege worden gelaten, indien: a. aan de aanvrager eerder een gehandicaptenparkeerkaart is verstrekt en aan de verstrekkende instantie bekend is dat de aanvrager nog steeds voldoet aan de in artikel 1 omschreven criteria; b. aan de aanvrager eerder een gehandicaptenparkeerkaart is verstrekt en de keurende instantie van oordeel is dat de aanvrager nog steeds voldoet aan de in artikel 1 omschreven criteria; c. Op grond van artikel 49, derde lid, van het BABW een gehandicaptenparkeerkaart wordt verstrekt in verband met een kortstondig verblijf. 3. Een geneeskundig onderzoek wordt achterwege gelaten indien een gehandicaptenparkeerkaart is aangevraagd door het bestuur van een instelling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e. Artikel 3 1. Ingeval de gehandicaptenparkeerkaart wordt afgegeven door het gemeentelijk gezag, bedoeld in artikel 49 van het BABW, wordt het geneeskundig onderzoek verricht door de Gemeentelijke Gezondheidsdienst dan wel - bij externe advisering - door een vanwege het gemeentelijk gezag aangewezen deskundige. 2. Ingeval de gehandicaptenparkeerkaart wordt afgegeven door de Minister van Verkeer en Waterstaat, wordt het onderzoek verricht door een door de Minister van Verkeer en Waterstaat aan te wijzen arts, die niet de behandelend arts van de aanvrager is. Paragraaf 3. Wijze van aanbrengen van de gehandicaptenparkeerkaart Artikel 4 De gehandicaptenparkeerkaart moet op zodanige wijze bij de voorruit worden aangebracht, dat de voorzijde ervan buiten het voertuig behoorlijk leesbaar is. Paragraaf 4. Model van de gehandicaptenparkeerkaart Artikel 5 1. Als model van de gehandicaptenparkeerkaart wordt vastgesteld het in de bijlage bij deze regeling opgenomen model. 2. Blanco gehandicaptenparkeerkaarten worden door de met de afgifte van gehandicaptenparkeerkaarten belaste autoriteiten rechtstreeks besteld bij CIB verkoop en advies BV, onderdeel van VNG Diensten BV. Paragraaf 5. Gelijkstelling van in het buitenland afgegeven gehandicaptenparkeerkaart Artikel 6 Met een ingevolge artikel 49 BABW afgegeven gehandicaptenparkeerkaart wordt gelijkgesteld: a. een gehandicaptenparkeerkaart overeenkomstig het communautair model, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese
risicoanalyse vergunningen
37
Gemeenschappen of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte; een gehandicaptenparkeerkaart, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag buiten b. Nederland, voor zover aan de voorzijde van de kaart het in de bijlage bij deze regeling opgenomen symbool of een nagenoeg daaraan gelijk symbool voorkomt. Paragraaf 6. Slotbepalingen Artikel 7 De regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 1 oktober 1991, nr. RVR 103389, houdende vaststelling van regels betreffende de invalidenparkeerkaart (Stcrt. 202), wordt ingetrokken. Artikel 8 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2001. Artikel 9 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling gehandicaptenparkeerkaart. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De Minister van Verkeer en Waterstaat, T. Netelenbos
risicoanalyse vergunningen
38
Bijlage
•
Indien de kaart wordt verstrekt aan een instelling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, wordt: geen pasfoto op de kaart aangebracht. Voorts wordt in dat geval bij `Naam'de naam van de directeur van de instelling, en bij `Voornaam'de naam van de instelling vermeld.
•
De kaart is pas geldig indien hij volledig is ingevuld en ondertekend door de houder of, indien het om een kind gaat, door een van de ouders of verzorgers.
risicoanalyse vergunningen
39
Bijlage 3; Gemeentewet artikel 225
1. In het kader van de parkeerregulering kunnen de volgende belastingen worden geheven: a. een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij de belastingverordening dan wel krachtens de belastingverordening in de daarin aangewezen gevallen door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze; b. een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze. 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt onder parkeren verstaan het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- en uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op de binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden. 3. De belasting, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, wordt geheven van degene die het voertuig heeft geparkeerd. 4. Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt degene die de belasting voldoet dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen. 5. Zolang geen voldoening van de in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde belasting heeft plaatsgevonden wordt de houder van het voertuig aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd. Met betrekking tot een motorrijtuig dat is ingeschreven in het kentekenregister, bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994, wordt als houder aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven. De tweede volzin vindt geen toepassing indien: a. blijkt dat ten tijde van het parkeren een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, in welk geval die ander wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd; b. een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze
risicoanalyse vergunningen
40
overeenkomst de huurder van het voertuig was, in welk geval de huurder wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd. 6. De belasting wordt niet geheven van degene die ingevolge het vijfde lid is aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig gebruik heeft gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen. 7. De belasting, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd. 8. Het tarief van de in het eerste lid bedoelde belastingen kan afhankelijk worden gesteld van de parkeerduur, van de parkeertijd, van de ingenomen oppervlakte en van de ligging van de terreinen of weggedeelten.
risicoanalyse vergunningen
41