syndion jaarverslag 2010 Wat is belangrijk? Dat het niet bij woorden blijft
Oplossingen
midden in de samenleving
Om hen gaat het
Ruimte ervaren
Mogelijkheden scheppen
Regie niet overnemen
cliënten medewerkers
Eigen keuzes
spreken
Zichtbaar
Visie
Syndion
2010 was het jaar dat Syndion zich intensief bezig hield met de visie op het werk. Waar gaat het om in ons werk, wat is belangrijk? Een nieuwe visie formuleren is mooi, maar we moeten ervoor zorgen dat het niet bij woorden blijft. De visie moet spreken uit ons werk. Wat wordt dan zichtbaar? Dat cliënten hun eigen keuzes maken. Dat Syndion de regie niet overneemt, maar mogelijkheden schept en samen met de cliënten zoekt naar oplossingen. Zodat zij ruimte ervaren om zichzelf te zijn, midden in de samenleving. In dit jaarverslag beginnen we daarom niet met de organisatie, maar met het werk. We laten cliënten en medewerkers aan het woord, want om hen gaat het.
Syndion jaarverslag 2010 | 2
Sector Wonen voor mensen met een verstandelijke handicap
Een uniek project binnen Syndion “Een dag op de Anjerstraat is eigenlijk een dag zoals jij en ik die hebben”, vertelt Addi van Breugel, coördinerend begeleider. “Opstaan, ontbijten, aan het werk, lunchpauze en ’s avonds wordt er gekookt en samen gegeten. Het gewone leven.” In 2010 kwam een uniek project binnen Syndion van de grond: een woon- en werkproject voor mensen die volgens de officiële terminologie ‘SGEVG’ worden genoemd: sterk gedragsgestoord en ernstig verstandelijk gehandicapt. Carla Hendriks, als gedragskundige aan het project verbonden: “Zo’n afkorting vertelt maar een klein stukje van wat en hoe iemand is. Er zit altijd een verhaal, een geschiedenis aan vast. “ Het project is nog volop in de ontwikkelingsfase, vertelt Addi. Dat geldt voor het pand aan de Anjerstraat (waar voorheen het Kinderdagcentrum De Tuinfluiter van Syndion
gehuisvest was en waarin nu een woonhuis en slaapkamers zijn gemaakt), voor de begeleiding, voor de materialen en de activiteiten die worden aangeboden en voor de invulling van de plaatsen. “We hebben op dit moment nog vier vrije plaatsen. Maar ook dat komt goed, want we zijn hier met twee cliënten begonnen. Inmiddels hebben we zes cliënten die hier wonen en werken, plus nog twee externe cliënten die hier dagbesteding krijgen.” “Syndion heeft er goed aan gedaan dit project te starten”, vindt Addi. “Ik vind dat dit bij Syndion past: wij willen proberen
Carla Hendriks (links) en Addi van Breugel voelen zich betrokken bij bijzonder project
om voor ieder mens, ongeacht zijn of haar handicap, een passend aanbod te vinden. Daarbij zoeken we naar mogelijkheden om het gewone leven zoveel mogelijk te herstellen. We zijn hier niet bezig om alleen maar het ‘gedrag’ te beheersen. Cliënten hebben invloed op hun eigen leven. Daarbij durven wij het aan om soms eens een risico te nemen. Als we boodschappen gaan doen voor het avondeten, gaan de cliënten mee naar de supermarkt. Ze kunnen helpen kiezen. Als er gekookt wordt, kan een cliënt in de pan roeren. Dat soort dingen.” “En”, vult Carla aan, “we stoppen deze mensen niet weg, ze maken deel uit van onze samenleving. In de buurt worden lege flessen opgehaald, er worden boodschappen gedaan; we zijn zichtbaar.” “Het is belangrijk om in de buurt te investeren”, aldus Addi. “We zijn goed ontvangen en hoewel we soms wel gesprekken hebben gehad met mensen in de buurt die overlast ervoeren, zijn er geen grote incidenten geweest.” Wat de cliënten van hun plek vinden komen we niet zo eenvoudig te weten. Carla hierover: “Ze laten het niet direct merken en het gaat ook echt niet altijd goed, maar toch zien wij en ook ouders resultaten. Dat maakt het ook zo leuk om dit te doen.” En Addi besluit: “We doen het hier echt met elkaar. Dit unieke project groeit en samen zetten we de koers uit. We willen blijven werken aan ontwikkeling.”
Syndion jaarverslag 2010 | 3
Trudy van Asch-van Deenen, sectormanager Wonen voor mensen met een verstandelijke handicap “ ‘Inhoud van het werk’ heeft in 2010 een prominente plek ingenomen, naast veel praktische dingen als verbouwingen, verhuizingen en nieuwe locaties zoals Elzengaarde in Hendrik
Ido Ambacht en De Notarisappel in Hardinxveld-Giessendam. Een belangrijk inhoudelijk onderwerp was bijvoorbeeld de notitie over cliënten met een sterke gedragsstoornis en een ernstig verstandelijke handicap. Daaruit zijn de activiteiten aan de Anjerstraat in Leerdam voor deze doelgroep voortgekomen.”
Even wennen, maar nu is het fijn wonen in de Elzengaarde In de zomer van 2010 was het zo ver: de Elzengaarde is klaar, een prachtig appartementencomplex aan de rand van Hendrik Ido Ambacht.
Achter veertien huisdeuren wonen mensen via Syndion; 5 dames en 9 heren. De cliënten van Syndion wonen verspreid door het gebouw, tussen de andere bewoners in. In het pand is ook een steunpunt van Syndion gevestigd. Daar wordt op vaste tijden koffie en thee gedronken, en er kan ’s avonds gegeten worden. Maarten van Es (27) en Guido Doff (25) zijn in juni in hun huis komen wonen. “Maarten woonde er iets eerder dan ik”, vertelt Guido. Ze kenden elkaar al, via de korfbalvereniging in Zwijndrecht. Nu zijn ze elkaars buren. “Het is gezellig om hier te wonen”, vindt Guido. “Ik heb een goed contact met de Syndion-bewoners en ook met de andere mensen. Ik maak elke dag wel ergens een praatje.” Het was wel erg wennen, vertellen ze allebei. “Ik woonde hiervoor nog bij mijn ouders dus het is een flinke overgang om nu op mezelf te wonen”, zegt Guido. Maarten is het met hem eens: “Ik heb ook moeten wennen, maar het bevalt me heel goed.” Voor Guido was het belangrijk dat hij echt ‘op zichzelf’ ging wonen, maar dat er wel mensen in de buurt zouden zijn met wie hij goed kan opschieten. “Die verbondenheid vind ik wel belangrijk, anders ben je zo alleen.” Guido werkt als conciërge op een basisschool, speelt bij een korfbalvereniging en is actief bij het koor van de kerk. Maarten werkt bij de gemeente Zwijndrecht in de groenvoorziening en
korfbalt ook. Ze korfballen niet meer samen, Guido speelt een niveau hoger. Maarten houdt van koken; hij kookt een keer per week op het steunpunt. Ook zit hij in de cliëntenraad van Syndion. Waarom wonen zij hier via Syndion? “Ja”, begint Guido, maar valt dan even stil. “Ik zou het niet helemaal alleen kunnen, het is fijn dat ik ondersteuning krijg.” Maarten vertelt dat hij geholpen wordt met het huishouden. Het gaat vooral om de grotere klussen, zoals de ramen wassen. “Ik doe ook heel veel zelf.” Allebei vinden ze het prettig dat de begeleiding overdag altijd in de buurt
is, “het steunpunt is wel belangrijk”, aldus Guido. “Niet alleen voor de ondersteuning, maar ook om af en toe gezellig een ‘bakkie te doen’.” Met veel plezier denken Guido en Maarten terug aan de officiële opening van het complex. “Er waren echt heel veel mensen gekomen: ouders, familie, vrienden, buren. We lieten allemaal wensballonnen op. Het was heel gezellig.” Guido vertelt dat hij ook erg heeft genoten van zijn verjaardag. “Voor het eerst vierde ik mijn verjaardag in mijn eigen huis en ontving ik zelf al mijn gasten. Dat vond ik echt bijzonder om mee te maken.”
Guido Doff (links) en Maarten van Es in Guido’s huis samen aan de koffie
Syndion jaarverslag 2010 | 4
Sector Kind en Gezin
“Dankzij het logeerhuis kan Lisanne thuis wonen” De tienjarige Lisanne Polder is een schat van een dochter, vindt haar vader Mark. Maar voor de rust in het gezin is het zeer belangrijk dat zij in de weekenden kan logeren. “Als ze thuis is, moeten wij constant alert zijn, want Lisanne is continu in beweging en ziet geen gevaar”, vertelt haar vader. Lisanne werd geboren met een slokdarmafsluiting. Door allerlei complicaties heeft ze het eerste half jaar van haar leven voortdurend in het ziekenhuis gelegen. Wát er allemaal precies is mis gegaan, is niet bekend. Maar Lisanne heeft hierdoor blijvende schade opgelopen. Door haar beperkingen kan ze niet naar school. Daarom gaat ze overdag naar de Rollebol, kinderdagcentrum van Syndion voor kinderen met een handicap. “Daar heeft ze het goed naar haar zin”, vertelt Mark. “Lisanne houdt niet van stilzitten, en bij de Rollebol kan ze lekker naar buiten.” Lisanne logeert ook via Syndion. Ze gaat in de weekenden naar het logeerhuis in
Lisanne Polder in de sneeuw. Vader Mark: “Lisanne heeft ruimte nodig”
Werkendam. “Voor ons gezin is die logeermogelijkheid heel belangrijk”, legt Mark uit. “Als Lisanne wakker is – en dat is ze eigenlijk altijd, omdat ze geen dag/nachtritme heeft en alleen maar slaapt dankzij medicijnen – moeten wij voortdurend onze voelsprieten uitsteken. Want ze kent geen gevaar kent de waarde van dingen niet, dus het kan zomaar mis gaan. De dingen die ze doet kunnen gevaarlijk zijn; dat heeft ze zelf helemaal niet in de gaten.” Opletten geblazen dus. En daarbij heel veel structuur en duidelijkheid bieden. “Onverwachte dingen zijn voor Lisanne heel moeilijk, daar kan ze niet goed mee om gaan.”
Voor het gezin Polder was het daarom zeker een schok toen ze van Syndion hoorden dat het logeerhuis in Gorinchem, waar Lisanne tot dan toe logeerde, in verband met bezuinigingen gesloten moest worden. “We hadden trouwens wel aarzelingen bij de logeerplek van Lisanne, moet ik heel eerlijk zeggen”, vertelt Mark. “Ze zat niet honderd procent op haar plek in het logeerhuis Oosthoek in Gorinchem, omdat het midden in een woonwijk stond en Lisanne er niet goed naar buiten kon. Voor Lisanne waren de mogelijkheden in Oosthoek eigenlijk te beperkt. Maar tegelijkertijd was voor ons heel belangrijk dat ze in de buurt van onze eigen woonplaats terecht kon. We zaten niet te wachten op een logeerhuis verder weg, in verband met reistijd.” Toch zat er niets anders op; het logeerhuis werd gesloten. Lisanne kon terecht in Syndions logeerhuis in Werkendam. “Achteraf gezien is het eigenlijk een verbetering. De reistijd valt enorm mee, en dit logeerhuis is een betere plek voor Lisanne”, aldus Mark. “Maar dat neemt niet weg dat ik het niet eens kan zijn met de bezuinigingen van de overheid, waardoor een organisatie als Syndion genoodzaakt is om een logeerhuis te sluiten. Voor ons is deze logeermogelijkheid essentieel. Doordat wij als gezin tot rust kunnen komen als Lisanne in het weekend logeert, kan zij bij ons blijven wonen. Ik leef dan ook mee met ouders die door een andere indicatie geen geld meer krijgen om hun kind te laten logeren. Logeren zou mogelijk moeten zijn voor iedereen.”
Syndion jaarverslag 2010 | 5
Ella Korteland, sectormanager Begeleiding en ondersteuning van Kind en Gezin “Prominent in de aandacht van onze sector in het verslagjaar 2010 was de druk op het voortbestaan van de respijtzorg. Of eigenlijk nog breder: het overheidsbeleid rondom de pakketmaatregelen en de
strengere indicaties waar ouders en hun kinderen mee te maken kregen. We hebben tijd gestoken in het zoeken naar oplossingen: meer logeergezinnen, zoeken naar oplossingen in de gezinnen. Dat is ook wel positief, want als Syndion zeggen we immers dat het voor kinderen het beste is om in het gezin op te groeien.”
”Marvin hoorde er gewoon bij” Syndion vierde in 2010 dat er al tien jaar Zorg in Onderwijs werd geboden en al twaalf en een half jaar Integratieondersteuning. Marvin van Dalen ging als kleuter naar basisschool De Hoeksteen in Giessenburg. Hij werd daar ondersteund door Margret van Seumeren van Syndion. Intussen is Marvin 18 en rijdt hij in zijn eigen 45 km-auto. Hij reed nog eens terug naar zijn oude basisschool, waar hij samen met Margret zijn oude leerkrachten bezocht. Het was een feest van herkenning en er werden volop herinneringen opgehaald. Door Marvin, Margret en door de juffen Ietje en Irma. Margret begon het traject, vertelt ze. “In groep 1 en 2 heb ik Marvin op school begeleid. Dat was in die tijd best bijzonder: een kind met het Syndroom van Down op een gewone kleuterschool.” Het meest bijzonder is dat Marvin de acht jaar basisschool helemaal heeft vol gemaakt. De inspanningen van docenten, klasgenoten en ook zijn ouders hebben er zeker aan bijgedragen dat dat gelukt is. Marvin heeft een heel goede basisschooltijd gehad, vindt hij zelf. “Ik had altijd veel vrienden op school. En ik heb hier veel belangrijke dingen geleerd, zoals rekenen, lezen en taal. Met de meesters vond ik het het leukst, maar de juffen waren ook heel aardig. Ik vond het leuk dat ik gewoon kon meedoen, bijvoorbeeld met de musical in groep acht. Toen was ik cameraman.” Op de vraag of hij het leuk vindt om hier nu nog eens terug te zijn, knikt hij enthousiast. “Ja, dat vind ik heel leuk!” Ietje en Irma hebben Marvin later, toen de school de extra begeleiding van Syndion had overgenomen, begeleid. “Het is al die jaren hier op school heel goed gegaan. Marvin hoorde er gewoon bij; in de klas was er geen probleem.” Marvin helpen met de stof was een flinke uitdaging, maar ook daarin heeft
de school veel geïnvesteerd. “Ieder jaar opnieuw keken we wat haalbaar was. Voor ons stond het welbevinden van Marvin op nummer één”, aldus Ietje. Nu is de basisschooltijd van Marvin al weer een poosje achter de rug. Hij is bijna klaar met zijn vervolgopleiding en aan het nadenken over zijn toekomst: zelfstandig
wonen, aan het werk. Hij is er reuze trots op dat hij zijn brommerrijbewijs op zak heeft. Het is duidelijk: van de basisschooltijd heeft Marvin genoten, maar de tijd staat niet stil!
Marvin van Dalen, even terug op zijn oude basisschool
Syndion jaarverslag 2010 | 6
Sector Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap
Digitale middelen kunnen regie vergroten Hoe zorgen we er voor dat mensen met niet-aangeboren hersenletsel (NaH) de regie over hun eigen leven zoveel mogelijk terug krijgen? Met die vraag is in 2010 gezocht naar de mogelijkheden die digitale middelen bieden. Patricia van der Velden, begeleidster op de woonlocatie Volgerlanden voor mensen met een lichamelijke handicap in Hendrik Ido Ambacht legt het waarom van deze zoektocht uit: “Als je mensen vrijheid kunt
Patricia van der Velden: “GPS geeft veilig gevoel”
Steven Surentu: “Blijven zoeken en proberen”
teruggeven omdat zij zich dankzij bepaalde middelen veiliger voelen, dan moeten we dat mogelijk proberen te maken.” Eén van de cliënten van de Volgerlanden heeft bij wijze van proef gebruik gemaakt van een gps-systeem. “De aanleiding was dat deze meneer twee keer verdwaalde. Voor hem zelf was dat naar, maar ook voor zijn familie en voor ons. Hij was een keer een paar uur lang verdwenen. Dat veroorzaakte natuurlijk paniek.” Gps-apparatuur geeft de exacte locatie aan waar iemand zich bevindt. Nu kan dit niet meer gebeuren. “Dat geeft een veilig gevoel.” Overigens geeft Patricia aan dat voor deze cliënt niet dankzij de gps zijn eigen weg kan vinden. “Je kent natuurlijk de navigatieapparatuur uit de auto, die je de weg wijzen naar een bepaalde bestemming. Deze meneer heeft niet de cognitieve mogelijkheden om het apparaat zo te gebruiken. Toch is het veiligheidsgevoel wel belangrijk, voor hem zelf en voor zijn familie. Misschien functioneert het systeem op dit moment niet optimaal, maar het heeft zeker nut.” Een jonge bewoner van de Volgerlanden met een slecht functionerend korte termijngeheugen als gevolg van hersenletsel, heeft een tijdje een digitale agenda geprobeerd. Patricia: “Hij is niet meer in staat om zijn dag zelf in te delen en vergeet in welke volgorde dingen moeten gebeuren. Het idee was dat hij daar steeds door zijn agenda aan herinnerd zou worden: opstaan, koffie drinken, lunchen, werken enzovoort. Jammer genoeg lukte het deze cliënt niet om aan
het systeem te wennen. Hij werd onrustig en zelfs boos van de steeds terugkerende herinneringen. We zijn er nu mee gestopt. Misschien dat er in de toekomst iets ontwikkeld wordt wat voor hem wel bruikbaar is.” Een vergelijkbaar systeem is uitgeprobeerd bij één van de bewoners van de Meteoriet. Zijn begeleider, Steven Surentu, koos voor een PEAT-applicatie. Dit is ontwikkeld voor oorlogsveteranen die door een trauma geheugen- en concentratieproblemen hebben. Ook dit systeem geeft een melding als er een volgende activiteit gedaan moet worden. Steven: “Als het goed zou werken, zou deze man veel zelfstandiger zijn dagprogramma kunnen doorlopen. Nu kan hij niet zonder begeleiding.” De PEAT bleek na een tijdje niet de oplossing. “Een simpele melding als bijvoorbeeld ‘boodschappen doen’ was niet voldoende. Want er moet dan nog heel veel gebeuren: jas en schoenen aan, sleutel, tas en portemonnee mee, bedenken welke boodschappen er moeten komen, enzovoort. Al die stappen invoeren in het systeem is theoretisch wel mogelijk, maar bij iemand met een vertraagde informatieverwerking lukt het niet om al die informatie om te zetten in de te nemen stappen.” Het is duidelijk dat de zoektocht nog niet ten einde is. Steven: “Maar we blijven zoeken en proberen.”
Syndion jaarverslag 2010 | 7
Joke de Haan, sectormanager Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap “2010 stond in het teken van ‘zoeken naar mogelijkheden’. In de eerste plaats naar mogelijkheden voor verbetering van de kwaliteit van leven voor mensen met een lichamelijke handicap.
Wat kan Syndion daar aan bijdragen? Bijvoorbeeld met digitale hulpmiddelen, maar ook door medewerkers zo te coachen en begeleiden dat zij optimaal zorg kunnen bieden.”
”We zijn één team geworden” Een bezuiniging ombuigen naar iets positiefs. Dat is het uitgangspunt geweest van de samenvoeging van de teams die ondersteuning bieden in twee woonlocaties voor mensen met een lichamelijke handicap in Gorinchem: De Vismarkt en De Beetshof. Miriam Voor den Dag, tot oktober 2010 begeleider in De Beetshof en inmiddels ook thuis op De Vismarkt, is enthousiast over de verandering. “Eigenlijk heb ik een nieuwe baan, zonder het gedoe dat bij een nieuwe baan vaak komt kijken.” In het begin was het natuurlijk wel wennen: een ander gebouw, andere bewoners. De Beetshof is minder specialistisch gericht op mensen met nietaangeboren hersenletsel. “Deze bewoners vragen soms een andere manier van begeleiding. Dat is een uitdaging en maakt mijn werk afwisselender”, vindt Miriam. Toen de veranderingen werden aangekondigd, waren de teams van beide locaties
best sceptisch, vertelt clusterhoofd Tamara Hoogesteger. “Sommige mensen werken al jaren op De Beetshof en zijn daaraan verknocht. Zij zagen er tegen op om ook op een andere locatie te gaan werken.” Miriam vult aan: “We kenden elkaar ook nog niet goed. Inmiddels zijn we echt één team geworden.” “We zoeken naar een optimale situatie voor begeleiders en bewoners”, vertelt Tamara. “Dat gaat niet van de één op de andere dag. Het team is groter, waardoor het gemakkelijker is om ziekte binnen het team op te vangen. Je hebt daardoor minder invallers van buiten nodig. Dat is prettig, omdat bewoners dan minder vaak te maken krijgen
met iemand die zij nog nooit hebben gezien. Voor cliënten is dat belangrijk: zij hebben graag een vertrouwd iemand om zich heen. Je hoort mij niet zeggen dat álle cliënten blij zijn met de samenvoeging! Ik hoor geregeld mensen mopperen tijdens een bewonersoverleg. Toch denk ik dat de tijd zal leren dat we een goede keus hebben gemaakt.” Miriam: “We werken nu een paar maanden op deze manier. Ik merk dat mensen er aan gewend raken. En het zelfs prettig vinden. De zorg blijft van dezelfde kwaliteit. Dat is voor cliënten ook heel belangrijk.”
Tamara Hoogesteger (links) en Miriam Voor den Dag zijn enthousiast over samenvoeging teams
Syndion jaarverslag 2010 | 8
Sector Dagbesteding
De Saak is van ons samen “Steeds meer overheerste bij ons het gevoel: er klopt iets niet”, vertelt Cees Krauweel, als clustermanager de eerstverantwoordelijke voor ‘de mannen’, zoals hij het zelf vaak zegt. Wat er dan niet klopte? “De oude naam PIB (project intensieve begeleiding) klopte niet meer. Er waren verschillende medewerkers bij gekomen die wel veel structuur en regelmaat nodig hebben, maar van wie het gedrag en de emoties niet zozeer ‘in toom’ gehouden hoeven te worden. Intensieve begeleiding is dan een verkeerd stempel.”
In 2010 heeft de sector Dagbesteding zich inhoudelijk verdiept in het onderwerp ‘eigenaarschap’. Dit vloeide onder andere voort uit het nadenken over en formuleren van een hernieuwde visie van Syndion.
Vidal Cuba, één van de medewerkers van De Saak
“Als wij als Syndion vinden dat cliënten zelf keuzes moeten en mogen maken over hun leven, wonen en werken, dan hoort daar ook eigenaarschap bij. Eigenaar van je werk zijn betekent dat je meedenkt en meepraat over zaken die het werk aangaan, er moet vervolgens wel wat mee gedaan worden. Daarom hebben wij eens in de twee maanden een werkoverleg met medewerkers van de Saak waar we praten over bijvoorbeeld samenwerking of agressie op de werkvloer. Wensen en ideeën van onze medewerkers worden serieus overwogen en waar kan uitgewerkt. Het is het werk van de medewerkers van de Saak”, vindt Cees. Ze gingen met de medewerkers om de tafel. Al gauw bleek dat veel medewerkers de oude naam niet goed vonden. Kenny, die nu bijna een jaar bij De Saak aan de slag is vertelt: “We hebben samen deze nieuwe naam bedacht. De Saak is een veel betere naam. Als ik aan vrienden vertel dat ik naar ‘De Saak’ ga, hoef ik verder niks uit te leggen. Iedereen snapt dat dat mijn werk is. Als ik zei: ik werk bij het PIB, wist niemand waar ik het over had.” De naamwijziging is natuurlijk maar een deel van het proces dat is doorgemaakt. Cees hierover: “We vragen de cliënten welk werk ze willen doen, of wat ze eventueel willen leren. Vervolgens zijn ze er mede verantwoordelijk voor dat een fiets wordt
gerepareerd of een stoel wordt gemaakt. ‘De mannen’ vinden hun werk belangrijk. “Met werken verdien je geld en als ik niks te doen heb word ik vervelend”, vertelt Andres die meestal met begeleider Bob buiten aan de slag is. Cees: “We geven de medewerkers verantwoordelijkheid. Het liefst zou ik ze allemaal een eigen sleutel van het pand geven. Zo ver zijn we nog niet, maar een aantal medewerkers heeft er intussen één. Dan kom ik ´s morgens binnen, en is de koffie al gezet. Dat voelt goed, we vormen hier samen De Saak, waar iedereen zijn eigen inbreng heeft!”
Syndion jaarverslag 2010 | 9
Jos Huibers, sectormanager Dagbesteding “In 2009 werden diverse dagbestedingslocaties verbouwd, verhuisden locaties naar een ander pand en werden er nieuwe projecten gestart. 2010 was daarom een jaar waarin binnen de sector juist werd gewerkt aan inhoudelijke doordenking
en verdieping van het werk. Dagbesteding is de toegangspoort naar deelname van mensen met een handicap in de samenleving. Dat mag niet verwateren en daarom moet je als sector ook nadenken over hoe je dat vorm geeft.”
“Ik heb er spijt van dat DiSyn niet eerder begonnen is” DiSyn is een werk/winkelproject in het centrum van Culemborg voor mensen met een verstandelijke, lichamelijke of meervoudige handicap. Op 16 oktober 2010 vond de officiële opening van het pand plaats, nadat in de zomervakantie de cliënten voor het eerst aan de slag gingen in deze nieuwe houten keramiekwerkplaats.
Begeleidster Yusti Kilian vertelt dat in de begindagen slechts een zestal cliënten de overstap naar deze nieuwe locatie maakten. Inmiddels zijn er zeventien cliënten werkzaam en staan enkelen op de aanmeldingslijst. “Ik was enorm enthousiast over de nieuwe locatie. Het is altijd mijn droom geweest om met cliënten keramiek te maken. Samen zoeken we op internet naar ideeën om uit te voeren en op die manier vullen we onze winkel met steeds meer artikelen. We maken nu bijvoorbeeld veel schalen en armbanden. Ik betrek de cliënten bij het zoeken naar nieuwe producten maar ik ben streng op de eindafwerking, want we moeten de spullen wel verkopen. We zoeken naar mogelijkheden om het productieproces voor iedereen – ongeacht de handicap – mogelijk te maken. Soms verwacht ik er niets van. Dan denk ik dat het zal mislukken, omdat het product te moeilijk is voor iemand. Dat gebeurt soms ook, maar ze doen me ook wel eens steil achterover slaan met hun kwaliteiten!” Jan-Pieter en Jaco zijn twee cliënten die sinds de beginfase betrokken zijn bij Disyn. Jaco vertelt dat hij in de eerste weken kasten in elkaar zette en hij de inrichting hielp. Verder heeft hij zelf een succesvol product ontworpen met sterrensleutelhangers. “Alles is zo leuk hier, het is echt teveel om op te noemen. Het maken van de spullen is
leuk maar als ze dan verkocht worden soms ook wel even schrikken omdat ik er eigenlijk aan gehecht geraakt was.” Yusti licht dit toe door te vertellen dat een grote sieradenstandaard van Jaco’s hand verkocht werd op een dag dat hij niet aanwezig was. Ook JanPieter merkt dat hij steeds vaardiger wordt in het maken van schalen van klei. “Hout is mijn specialisme, daar heb ik de meeste ervaring in, maar de schalen kan ik steeds dunner maken!” Dat hij het naar zijn zin heeft bij DiSyn is duidelijk: “Ze geven me de
ruimte om zelf te ontdekken wat ik kan, maar ze helpen me als ik daarom vraag. Ik heb er spijt van dat DiSyn niet eerder begonnen is.” Als de cliënten naar huis gaan en Yusti begint met opruimen bevestigt ze nogmaals dat ze tevreden is met dit project en hoe het loopt. “Het is zo mooi om het maximale uit cliënten te halen. Langzaamaan bouwen we steeds meer op. Mensen weten ons beter te vinden en we maken steeds meer producten. DiSyn staat echt midden in de maatschappij en ik hoop dat dit nog lang zo blijft!”
Jan-Pieter (links) en Jaco aan de slag bij DiSyn
Syndion jaarverslag 2010 | 10
Syndion en de cliënten in 2010 In de visie van Syndion staan onze cliënten centraal. Zij hebben de mogelijkheid om zo gewoon mogelijk hun leven te leiden en hun eigen keuzes te maken. Binnen Syndion denken, praten en beslissen cliënten mee in de cliëntenraden. Als cliënten problemen, vragen of klachten hebben, kunnen zij terecht bij de vertrouwenspersoon. Danny Verschoor: ´Natuurlijk is de cliëntenraad belangrijk!´ Danny Verschoor, cliënt van Syndion, zit in twee ´gewone´ cliëntenraden en in de nietofficiële ´Raad zonder Naam´. “In de Raad zonder Naam zitten cliënten van verschillende raden van verschillende niveaus. Wij praten rechtstreeks met de bestuurder van Syndion over zaken die heel Syndion aangaan.” “ Ik heb me zelf erg ingezet voor de cliën tenraad, omdat ik me begaan voel met de rechten van cliënten” In de andere twee cliëntenraden (een clusterraad en een sectorale cliëntenraad) zijn in 2010 veel verschillende onderwerpen besproken: brandveiligheid, huisdieren, huisregels, het nieuwe ondersteuningsplan, verhuizingen en verbouwingen, de nieuwe indeling van Syndion in regio’s en zo nog wat onderwerpen. “Allemaal belangrijke onderwerpen, die dicht bij ons liggen. Ik heb me zelf erg ingezet voor de onderwerpen huisregels, huisdieren en maaltijden. De cliëntenraad is natuurlijk belangrijk; ik neem er deel aan omdat ik me begaan voel met de rechten van en omgang met cliënten.” Danny vindt het lastig om de vraag te beantwoorden of Syndion goed luistert naar de cliëntenraden. “Het is maar net vanuit welk perspectief je kijkt.” Danny heeft een autistische stoornis en een normale intelligentie. “Daardoor kan ik, vanuit het perspectief van Syndion, meestal wel begrijpen waarom bepaalde beslissingen genomen worden. Voor andere cliënten geldt soms dat het lijkt alsof er niet naar ons geluisterd wordt. Toch vind ik over het algemeen dat het goed gaat met de cliëntenraden.”
Cliëntvertrouwenspersoon Annemarie Hofmans van Syndion: “Mensen vinden het fijn dat ze vertrouwelijk met mij kunnen praten” In 2010 hebben 46 cliënten contact opgenomen met de cliëntvertrouwenspersoon Annemarie Hofmans. “Ik heb de indruk dat mensen mij goed weten te vinden. Wat ik in elk geval hoop, is dat ze de stap naar mij durven zetten als ze een klacht of een probleem hebben. Cliënten hebben er recht op dat er een oplossing komt bij een klacht of een probleem. Ik hoop dat ze mij daarvoor inschakelen. Om mijzelf bij de cliënten bekend te maken, zijn er folders en posters verspreid. “ Ik hoop dat mensen de stap naar mij durven zetten als ze een klacht of een probleem hebben” Ook schrijf ik geregeld in De Krant, Syndions blad voor cliënten en ben ik bij vergaderingen van cliëntenraden”, vertelt Annemarie. Er werd gesproken over verschillende onderwerpen. Onderwerpen die geregeld aan bod kwamen waren begeleiding, bejegening door andere clienten en informatie over de organisatie. 42 klachten/problemen werden opgelost, aan vier wordt nog gewerkt. Annemarie: “Ik merk dat mensen het vooral fijn vinden dat ze mij in vertrouwen alles kunnen vertellen. ”
Gerrit Dubbeldam, voorzitter CCR “Wat hebben we niet besproken in de Centrale Clientenraad in 2010, als ik daar een rijtje van zou maken zou ik misschien sneller klaar zijn”, aldus de voorzitter van de CCR Gerrit Dubbeldam. Over veel belangrijke onderwerpen bogen de leden van de CCR zich: van inhoudelijke onderwerpen als een beleidsnota over seksualiteit tot meer ‘zakelijke’ (maar niet minder belangrijke!) onderwerpen als de controle voor het HKZ-keurmerk. “De belangrijkste items in 2010 waren het traject van organisatieontwikkeling waar Syndion mee aan de slag is en de manier waarop de cliëntenraden in de nieuwe structuur vorm krijgen.” De CCR probeert op verschillende manieren signalen uit de organisatie op te vangen en probeert ook goed bereikbaar te zijn voor iedereen die contact wil zoeken. “We hebben in 2010 een eigen ruimte op de website van Syndion ingenomen en we zijn rechtstreeks per e-mail bereikbaar. Ook zijn we begonnen met een column in Synchroon, het blad van Syndion, met de titel ‘Ogen en Oren’. “ Als CCR willen wij de ogen en oren van de cliënten en hun vertegenwoordi gers zijn” Ik ben zelf ook op werkbezoek gegaan naar een aantal locaties. Het is goed om te zien wat daar gebeurt. Ik was onder de indruk van zowel de begeleiders en hun professionaliteit als de cliënten.” Over de bemensing van de CCR is in 2010 intensief nagedacht. “We hebben afscheid genomen van mensen die zich jarenlang hebben ingezet. Daardoor waren we uiteindelijk nog met drie mensen over. Dit was echt te weinig, gelukkig vonden we weer versterking.”
Syndion jaarverslag 2010 | 11
De Raad van Toezicht van Syndion in 2010
Dat Syndion groter wordt, is onmiskenbaar. Ook in 2010 is de organisatie weer gegroeid. De heer Leo Canisius, voorzitter van de Raad van Toezicht van Syndion, legt uit dat ‘groei’ een onderwerp is dat wel ter sprake komt in de Raad, maar dat het niet iets is waar ‘het om draait’ in zijn ogen. “Als Raad van Toezicht zijn we ons steeds bewust van onze rol in de organisatie: we willen en mogen niet op de stoel van de directeur-bestuurder zitten. Natuurlijk houden we de gang van zaken binnen Syndion in het oog. Daar zijn we voor. We willen er bijvoorbeeld voor waken dat Syndion groeit ‘om het groeien’, om groter of belangrijker te worden. Groei is goed als we daarmee kunnen voldoen aan zorgvragen van bijvoorbeeld ouders.” “ Ieder jaar bezoeken we locaties. Dat is in mijn ogen een waardevolle traditie, om dat we zien wat zich op de werkvloer afspeelt” Negen keer kwamen de Raad van Toezichtleden bij elkaar in 2010. Veel jaarlijks terugkerende onderwerpen waren ook dit verslagjaar weer aan de orde, bijvoorbeeld overleg met de Centrale Cliëntenraad en de Ondernemingsraad, overleg over de jaarrekening en de begroting, een gesprek met de accountant, een functioneringsgesprek met de bestuurder. “Als Raad van Toezicht moet je je met deze zaken bezig houden, dat hoort bij ons werk. Dit is ook vastgelegd in de governance code, waar we ons aan willen houden.” Naast deze onderwerpen heeft de Raad van Toezicht in 2010 zich intensief bezig gehouden met de organisatieontwikkeling van Syndion, met de opvolging van de bestuurder in 2012 en met het beleid van Syndion, ook op het gebied van onroerend goed. “Steeds houden we bij de bespreking
van de onderwerpen rekening met onze verantwoordelijkheid. We bemoeien ons niet rechtstreeks met zaken, maar we verwachten dat de directeur-bestuurder op alle terreinen met adequate maatregelen komt. Daar zien wij als Raad van Toezicht op toe. “Het meest bijzondere dat we ieder jaar doen, is het bezoeken van verschillende Syndion-locaties. Ook dit jaar zijn we weer in drie groepen op stap geweest. Het is een waardevolle traditie in mijn ogen, waardoor we oog krijgen voor wat er zich in de praktijk op de werkvloer afspeelt. Dat is toch anders dan je denkt. Door die bezoeken, die vaak heel spontaan verlopen, beseffen we ons nóg beter met welk doel we ons als Raad van Toezicht inzetten voor Syndion”, besluit de voorzitter.
Bestuurder Aart Bogerd: Een roerig jaar goed afgesloten 2010 was een roerig jaar voor Syndion. Drie belangrijke onderwerpen die we hier willen belichten zijn: de bezuinigingen van de overheid op het gebied van ondersteuning van mensen met een handicap, het organisatieontwikkelingstraject van Syndion, en de samenwerking met financiers en collega’s. Syndion en de financiering van zorg Verschillende voorstellen en maatregelen hadden negatieve gevolgen voor onze cliënten. Voor een organisatie als Syndion is dat moeilijk te accepteren. We hebben dan ook steeds gezocht en blijven zoeken naar oplossingen en alternatieven. Een paar voorbeelden: De zogenaamde pakketmaatregelen leidden door aangescherpte indicaties tot uitsluiting van veel mensen uit de AWBZ. De gevolgen werden in 2010 ook merkbaar voor kinderen. Indicaties vervielen, werden niet afgegeven, of verlaagd voor thuisondersteuning, kinderdagcentra en logeren. De Nederlandse Zorgautoriteit heeft haar tarief voor logeermogelijkheden nog steeds niet aangepast. We werden genoodzaakt ons logeerhuis Oosthoek in Gorinchem te sluiten. De kinderen die daar logeerden moesten uitwijken naar andere logeerhuizen van Syndion. Syndion heeft zich ingespannen voor de werving van nieuwe logeergezinnen, zodat er ook een alternatieve logeermogelijkheid geboden kon worden. In 2010 bereikten we het aantal van 90 logeergezinnen. Voor 2011 is de financiering voor het logeren gelukkig weer verruimd door de UVIT zorgkantoren. Doordat in 2009, door lagere tarieven, een traject was ingezet voor het vergroten van de dagbestedingslocaties (meer cliënten per locatie), waren er in 2010 voldoende dagbestedingsplaatsen en werd de wachtlijst
Syndion jaarverslag 2010 | 12
grotendeels bediend. Wel blijft de zorg dat we cliënten geen zekerheid kunnen bieden dat hun stageplek kan worden omgezet in een definitieve plek. Zij zullen vaker genoegen moeten nemen met een dagbestedingsplek die toevallig vrij komt. Hun keuzevrijheid komt daarmee in het gedrang. Syndion kan hier op korte termijn weinig aan veranderen. Voor de langere termijn streven we naar passende loopbaankeuze voor cliënten. Het starten van een ouderinitiatief werd bemoeilijkt, toen er in juni ineens werd besloten dat er geen nieuwe PGB’s beschikbaar zouden worden gesteld. Dat is pas vanaf 2011 weer hersteld. Syndion is ook in 2010 meerdere malen benaderd om te participeren in ouderinitiatieven. Er zijn op dit moment negen ouderinitiatieven waarbij Syndion betrokken is. Een laatste voorbeeld is het regeerakkoord met voornemens tot inperking van de AWBZ en de overheveling van delen van het werk naar de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), uitgevoerd door gemeenten. Syndion maakt zich zorgen over de gevolgen die dit kan hebben, omdat gemeenten hier nog onvoldoende op zijn voorbereid. Deze ontwikkeling is een van de redenen dat Syndion in 2010 veel energie heeft gestoken in een nieuwe werkwijze: Syndion heeft besloten om in een regiostructuur te gaan werken, om op die manier ook nauwere contacten aan te gaan met de gemeenten en met gemeentelijke welzijnsinstanties. Syndion en de inrichting van de organisatie In 2009 is Syndion een organisatieontwikkelingstraject gestart, waarin als eerste stap gewerkt is aan de ontwikkeling van een vernieuwde visie. In 2010 is de ingeslagen
weg voortgezet en werd de nieuwe organisatiestructuur vastgesteld en ingericht. Op 1 januari 2011 ging de nieuwe structuur van start. Syndion en samenwerking De samenwerking met de zorgkantoren verliep goed; nieuwe contacten zijn aangegaan met het Agis-zorgkantoor in verband met het ouderinitiatief Droomhuis in Wijk bij Duurstede waarin Syndion participeert. De samenwerking binnen de Alliantie M3 (een netwerkorganisatie van 17 zorginstellingen door het hele land) heeft door de lancering van een gezamenlijke website nog meer gezicht gekregen. Binnen de Alliantie is de samenwerking met Prezzent (voorheen Stichting Woonvormen) intensiever geworden. Syndion voert voor Prezzent alle centrale taken uit (administratie, ict, kwaliteitsbeleid, personeelszaken) en op dit moment wordt gewerkt aan een gezamenlijk dagbestedingsaanbod in het werkgebied van Prezzent (Betuwe en Bommelerwaard). Door goede contacten en samenwerking met zorgorganisaties die zich niet specifiek op zorg voor mensen met een handicap richten, deelt Syndion kennis en expertise die benut kunnen worden in ons zorgaanbod. Een voorbeeld hiervan is de samenwerking in de Zorgalliantie Waard&Land. Naast samenwerking op het gebied van huishoudelijke hulp zijn initiatieven ontstaan rondom gezamenlijke woonprojecten in Hoornaar en Giessenburg. Een tweede voorbeeld is Yulius (voorheen de Grote Rivieren), zij zal ons ondersteunen op het gebied van psychische en/ of psychiatrische problematiek bij mensen met een verstandelijke handicap. Met collega-organisatie Pameijer heeft Syndion actie ondernomen toen in 2010 sluiting
dreigde van een woonvorm voor jongeren met autisme. Dankzij het gezamenlijk optreden kon de zorg doorgang vinden. Pameijer nam het project uiteindelijk over, omdat het tot hun werkgebied behoort. Samenvattend Hoewel individuele cliënten door inperking van rechten en afnemende tarieven minder zorg kunnen krijgen, slaagt Syndion er in als organisatie goed te functioneren. Het jaar 2010 kon financieel gezond worden afgesloten. De jaarrekening en het accountantsverslag zijn niet in dit jaarverslag opgenomen, maar zijn vanaf 1 juni te vinden in het Jaardocument Zorg. Dit is in te zien op de website www. jaarverslagenzorg.nl. Mocht u een papieren versie van dit Jaardocument willen ontvangen, dan kunt u dat bij ons aanvragen (zie het colofon voor de gegevens).
Colofon Teksten Mirjam Rinzema en Jaccolien Stein Eindredactie Mirjam Rinzema Fotografie Hans Sloot en Jaccolien Stein Vormgeving Fitting Image – Giessenburg Adresgegevens Syndion Postbus 3012 4200 EA Gorinchem 0183-651150
[email protected] www.syndion.nl