Macrofotografie Hoe, en wat is belangrijk? Macrofotografie. Een vorm van fotografie, die vaak als een van de moeilijkste fotografietakken bestempeld wordt, en vaak in verband staat met natuur. Er zijn speciale objectieven voor, en ook termen als scherptediepte, sluitertijd, vergroting, diafragma, statief, ISO, licht, tijdstip van fotograferen etc. komen vaak voorbij. Zal ze in dit artikel proberen te behandelen, zo uitgebreid mogelijk. Apparatuur Tja, wat heb je nodig, voor mooie macrofoto’s? Mijn persoonlijke voorkeur gaat uit naar een speciaal macro-objectief. Geen gedoe met losse tussenringen, en degelijke kwaliteit. Overigens zijn er zat fotograferen die prima foto’s produceren d.m.v. het gebruik van tussenringen. Daar niet van. Objectieven Objectieven zijn er in alle brandpuntsafstanden, met verschillen in prijzen. Zelf bezit ik een Tamron 90mm macro. Fijn lensje, goedkoop ook nog. Dingen om rekening mee te houden zijn bouwkwaliteit, scherpte, maar natuurlijk voor veel mensen ook de prijs. Er zijn macro-objectieven van rond de 500 euro, maar er zijn er ook die de duizend in lopen. Tip, kijk en lees vooraf veel reviews. Tweedehands kopen? Vraag dan of je de lens mag testen, wordt dat verzoek geweigerd? Dan weet je eigenlijk al genoeg wbt de lens. Maar welk objectief, is geschikt voor welk onderdeel van macrofotografie? Ik vind dit in de praktijk een goede vergelijking. (f = brandpuntsafstand) F < 100: Bloemen, stilstaande objecten, macrofotografie waarbij alle tijd aanwezig is, en je dichtbij kunt komen F ≥ 100: bewegende insecten bijvoorbeeld, macrofotografie waarbij je het je niet echt kunt veroorloven dichtbij het onderwerp kunt komen. Vind zelf rond de 100 de scheidslijn liggen tussen insecten en bloemen. Tamron 90mm is een logische keuze vanwege de prijs, en ligt zo dicht bij de 100, dat hij goed te gebruiken is voor beestjes. Let op: Iets heel belangrijks, een echt macro-objectief heeft een vergroting van 1:1, oftewel 1. Er zijn veel objectieven, met een zogeheten ‘macro’ functie. Deze halen vaak een vergroting van 1:4, en zijn dus geen echte macro-objectieven. Een vergroting van 1:1 betekent, dat het beeld even groot op de sensor wordt geprojecteerd, als dat het in werkelijkheid is. Er is geen tel zoomlens, welke een echt macro-objectief genoemd mag worden. Immers, macro begint pas bij 1:1. Een close-up-objectief zou het genoemd kunnen worden, wanneer tussen de vergrotingen 1:1 t/m 1:10 valt. Wat ook mee te nemen valt, wanneer je besluit een macrolens te kopen, is het feit dat hoe groter de brandpuntsafstand, hoe zwaarder de massa van de lens. En dus meer gewicht om mee te nemen. Handig is dit ook niet, wanneer je uit de hand schiet.
Verscheidene objectieven Merk + f Grootste diafragma Sony 30mm F2.8 Nikkor 40mm F2.8 Carl Zeiss 50mm F2.0 Sigma 50mm F2.8 Canon 50mm F2.5 Sony 50mm F2.8 Nikkor 60mm F2.8 Canon 60mm F2.8 Canon mp-e 65mm F2.8 Tamron 60mm F2.0 Sigma 70mm F2.8 Nikkor 85mm F3.5 Tamron 90mm
F2.8
Canon 100mm
F2.8
Canon 100mm L
F2.8
Tokina 100mm
F2.8
Sony 100mm
F2.8
Carl Zeiss 100mm
F2.0
Sigma 105mm
F2.8
Nikkor 105mm
F2.8
Best te gebruiken voor (mijn mening) Statische Statische Statische Statische Statische Statische Statische Statische Statische Statische Statische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Statische + dynamische Dynamische Dynamische Dynamische Dynamische Dynamische
Prijs 210,210,1200,Ongeveer 300,238,Ongeveer 420,430,Ongeveer 400,814,323,400,420,429(oud)700(nieuw) 450,800,500,720,1500,650,700,-
Sigma 150mm F2.8 900,Canon 180mm L F3.5 1350,Sigma 180mm F2.8 1000,Tamron 180mm F3.5 700,Nikkor 200mm F4.0 1400,Tussenringen Heb er zelf geen ervaring mee, maar dit is ook een veelgebruikt middel om macrofoto’s te maken. Dit is een goedkopere oplossing, en erg handig als je nog niet weet of je macro leuk vindt, en het wil blijven doen (er dus een objectief voor aan wilt schaffen). Tussenringen zijn ringen die tussen de lens en camera in worden geplaatst. Hierdoor krijgt de lens een meer vergrotende werking, en verhoogt dat dus de vergroting! Kwaliteit foto neemt niet af. Iets om mee te nemen, scherptediepte wordt altijd kleiner dan bij een macrolens, bij het gebruik van tussenringen. Daardoor moet de diafragmaopening al snel een stuk kleiner zijn, wat voor storende
elementen in de achtergrond kan zorgen (achtergrond wordt scherper, omdat scherptediepte groter wordt) Voorzetlens Ook hier heb ik geen ervaring mee (ben begonnen met een macro-objectief). Dit wordt vaak de simpelste oplossing genoemd, omdat het eigenlijk werkt als een soort filter. Je schroeft de voorzetlens op je gewone objectief, daarna werkt het. Is vergelijkbaar met een leesbril, een ooglens etc. Het zorgt ervoor dat de scherpstelafstand (minimale afstand waarop scherp gesteld kan worden) wordt verkleind. Je lens kan als het ware van dichterbij ‘zien’, wat je ook kan wanneer je een bril opzet. Voordelen zijn onder andere eenvoudig, de lage prijs. Nadeel is dat de kwaliteit van de foto achteruit gaat, omdat de voorzetlens van glas is. Evenals bij het gebruik van tussenringen, is ook bij de voorzetlens sprake van een kleinere scherptediepte dan bij het gebruik van een macrolens. Daardoor moet de diafragmaopening al gauw kleiner zijn, wat tot grotere scherptediepte leidt. Maar daardoor kan de achtergrond drukker of storend worden, aangezien ook de achtergrond scherper wordt bij het vergroten van de scherptediepte! Lens omkeren? Een ander, redelijk veel gebruikte oplossing is het omkeren van de lens. Het omkeren van de lens?! Dat klinkt vrij vreemd, maar het kan wel. Een korte uitleg: Doormiddel van een speciale adapter, kan een lens omgedraaid op de camera bevestigd worden. Deze heten omkeerringen. Die plaats je op de camera, met aan de andere kant een mount voor de lens. Nadeel van deze methode, je hebt geen autofocus meer. Die werkt namelijk niet wanneer de lens omgekeerd op je camera zit. Wat ergens niet zo vreemd is. Voordeel van deze methode: erg goedkoop. Omkeerringen zijn voor weinig aan te schaffen, maar hebben zeker hun nadelen. Hoekzoeker Als macrofotograaf moet je vaak plat op de buik in het gras liggen, wil je bij dat ene plantje kunnen, of hem goed willen fotograferen. Bij veel Canons en Nikons zit nog geen klapschermpje, waardoor je dus in het natte gras moet liggen. Een oplossing daarvoor is de zogenaamde hoekzoeker. Dit ding wordt bevestigd aan de gewone zoeker, waarmee je eigenlijk de plaats van je optische zoeker verlegd, en je dus niet plat op de buik hoeft. Je kunt de camera bij de grond houden, zelf op je knieën zitten, en zo vanaf boven als het ware de foto bekijken! Merkhoekzoekers zijn vaak vrij prijzig, tegenwoordig zijn er een aantal fabrikanten, welke hem voor lagere prijzen maken. Macroflitser / ringflitser en andere mogelijkheden Ook een veelgebruikt hulpmiddel bij macrofotografie is de ringflitser. Deze wordt op de voorkant van de lens bevestigd, waardoor schaduwen op een object opgelicht worden, en er dus geen donkere vlakken op bijv. een plant bestaan. Zelf heb ik er geen ervaring mee, maar het lijkt me een handig hulpmiddel. Wel wordt vaak genoemd, dat een ringflitser vrij vlak licht geeft, en dat diepte in de foto verloren gaat. Vaak zijn goede ringflitsers ook vrij prijzig. Ook een optie om te overwegen, is een flitskabel, of draadloze trigger. Daarmee kun je je externe flitser als het ware als ringflitser gebruiken. Statief Vaak een discutabel onderwerp onder fotograferen, het gebruik van wel of geen statief. Ik ben van mening dat een statief handig is, op sommige tijdstippen. Wanneer je s’ochtends vroeg fotografeert, en insecten niet kunnen bewegen, is er weinig licht. Dit resulteert in sluitertijden van soms wel rond de 1/10 seconde. Dat is niet uit de hand te doen. Daarvoor is dan ook echt een statief nodig. Overdag heb je geen statief nodig, dat is naar mijn mening alleen maar onhandig. In het geval dat je wel een statief wilt gebruiken, zijn daar naar mijn mening een aantal eisen aan: - Moet laag bij de grond kunnen. Ikzelf gebruik de Manfrotto 055XPROB. Dit statief kan tot 15 cm boven de grond, welke hem erg geschikt maakt voor macro’s. - Waterbestendig. S’ochtends is het vaak nat dichtbij de grond, en een statief dat erg roestgevoelig is, komt dan niet uit natuurlijk..
-
Stevig en solide. Het statief moet echt stil staan, en niet wiebelen. Dus een statief met relatief grote massa, is aan te raden. Ik vind een driepoot s’ochtends het handigst, die staat stabiel, en kan trage sluitertijden dus prima aan. Monopod’s zijn handig wanneer er licht genoeg is, je geen tijd hebt of wilt besteden aan het opzetten van een driepoot. Tip bij gebruik statief, zet de beeldstabilisatie uit. Dit kan in tegenstelling tot wat de term ‘beeldstabilisatie’ doet vermoeden, tot onscherpe foto’s leiden. Camera Ik raad toch een DSLR aan. Als je fotografeert in omstandigheden met weinig licht, is het handig wanneer de camera goed met ruis om kan gaan, dus een hoge ISO aankan, zonder kwaliteitsverlies. Maar in principe zijn veel nieuwe modellen geschikt wat dat betreft, boven ISO800 zou ik niet gaan met macro’s namelijk, en veel hedendaagse camera’s kunnen dat prima aan, op mijn oude A330 na dan.. Geen must, maar wel handig om te vermelden. Bij veel semiprofessionele modellen kan handmatig de kleurtemperatuur (witbalans) in worden gesteld. Kelvin heet dat. Dit is erg handig, en vooral nauwkeurig. Veel nauwkeuriger dan een automatisch ingestelde witbalans. Overigens is kleurtemperatuur tegenwoordig achteraf erg simpel te veranderen in o.a. Photoshop CS. Niet nodig dus, maar wel handig. Ook heeft een DSLR een groot arsenaal aan objectieven (althans de grotere merken), waardoor je wanneer je in de financiële positie bent, je kunt kiezen uit verschillende objectieven voor verschillende situaties. Macro-objectieven voor bloemen bijv., hebben een kortere brandpuntsafstand dan macrolenzen voor insecten. Een compact camera heeft een objectief wat niet verwisselbaar is. En dat zal dus ook niet in alle situaties goed geschikt zijn. Live view en klapschermpje Een onderdeel van de camera wat steeds meer gebruikt wordt. In de Sony Alpha serie zit het er standaard in, een klapschermpje met live-view. En vroeg of laat zullen ook Canon en Nikon wakker worden, live view in combinatie met een klapschermpje worden een must voor macrofotografen. Neem bijvoorbeeld de A77 van Sony. Dat scherm is zo goed, dat je prima op je knieën kunt zitten, camera dichtbij de grond, en prima handmatig scherp kunt stellen op wat dat je wilt fotograferen. Waarschijnlijk zullen live view en het klapscherm de komende jaren sterk opkomen, want deze besparen menig macrofotograaf toch weer een nat pak. Overigens hebben Canon en Nikon bij een beperkte selectie van hun camera’s klapschermen en live view aangebracht. Dat zal daar dan ook vaker worden gebruikt, zo is de verwachting. Fotografiekleding Ook iets wat me zo te binnen schiet. Tegenwoordig hebben allerlei merken (Stealth Gear onder andere) speciale fotografiekleding. Dit is kleding, met veel zakken, voor lensdoppen, afstandsbediening, zelfontspanner, etc. etc. Maar ook zijn ze vaak waterbestendig, waarmee je dus prima plat in het gras kunt gaan liggen. Kleine investering, maar het maakt het fotograferen s’ochtends een stuk leuker, aangezien je lekker droog en warm blijft. Eisen aan de DSLR: waterbestendig? Veel semiprofessionele camera’s van tegenwoordig hebben een magnesium body. Vaak zijn ze ook waterdicht, doordat knoppen etc. met een rubberen pakking af zijn gedicht. Bij objectieven is er ook een pakking aanwezig, die ervoor zorgt dat water niet de lens binnen kan dringen. Maar echt een eis wil ik het niet noemen. Behalve voor mensen die vaak in twijfelachtige weersomstandigheden fotograferen, kan dit handig zijn. Als je dicht bij de grond fotografeert, kan hij natuurlijk ook nat worden van dauwdruppels etc. Maar ik vind dat dit begint bij de fotograaf, als je voorzichtig te werk gaat, wordt je camera ook niet nat. En bespaar je heel wat geld. Compact camera en macrofotografie? Vaak wordt gedacht, dat voor macrofotografie altijd een DSLR (spiegelreflexcamera) nodig is. Groot
misverstand, deze tak van fotografie kan ook met een compactje worden beoefend. Veel compact camera’s hebben tegenwoordig een zogeheten macro functie. Vaak in de vorm van een knopje met een tulp erop. Daardoor wordt de minimale scherpstelafstand erg verkleind. Soms zelfs tot 0 centimeter! Daarmee is gelijk een probleem gebeuren. Als je echt dicht op het object zit, neemt de camera al het licht weg. Met bijv. een lamp is dat op te lossen, let wel op de witbalans, zodat de foto qua kleuren zo natuurlijk mogelijk blijft. Maar het is dus zeker mogelijk! Alleen is een DSLR handiger, omdat daar vaak lenzen voor zijn met grotere brandpuntsafstanden, betere kwaliteit etc. Maar om te beginnen is een compact camera zeker een serieuze optie, om later door te kunnen groeien naar een spiegelreflex! In de volgende alinea lees je nog iets over scherpstellen bij macro’s. Scherpstellen met de compact camera Het lastige van de meeste compact camera’s, is dat handmatig scherpstellen erg lastig is. Dat vormt een duidelijke tegenstelling met wat ik in het verdere verloop van dit artikel bespreek, de mening die ik deel welke luidt dat bij macrofotografie handmatig scherpstellen aan te raden is. Hier komt ook het begrip weersomstandigheden terug. Want wanneer het erg waait, waait je object alle kanten op. Met de autofocus is het dan geen doen. Maar je zult moeten, aangezien het handmatig niet kan. Bij trage sluitertijden, is het handig een draadloze afstandsbediening, of een zelfontspanner te hebben. Dit om te voorkomen dat de camera trilt. Fototechniek Nu we het apparatuur gedeelte gehad hebben, belanden we aan bij de techniek. Achter een goede foto zit immers een fotograaf, en techniek, maar zeker niet alleen professionele gear. Met goedkoop en simpel spul, kun je in tegendeel tot wat sommigen beweren, de mooiste foto’s maken. Scherpstellen, automatisch of handmatig? Ik geef altijd de voorkeur aan handmatig. Gaat sneller, en vooral stukken nauwkeuriger dan wanneer je scherpstelt met AF. Overigens is dit bij de betere objectieven / camera’s natuurlijk anders. Maar bij handmatig scherpstellen kun je hem heel precies scherpstellen. Ook bij het zogenaamde ‘stacken’ is dit handiger, dan kun je zelf alle plaatsen die je scherp wilt hebben, scherp maken. De fototechniek ‘stacken’ komt later in dit artikel nog terug, wordt uitgebreid belicht. Handmatig scherpstellen vereist enige oefening, maar is vrij simpel uit te voeren. Het diafragma en de scherptediepte De instelling van het diafragma en scherptediepte hebben met elkaar te maken. Zeker bij macro, kan dit zeer grote invloed hebben. Het maakt het verschil tussen een egale, onscherpe achtergrond, en een scherpe, storende achtergrond. Formule: Hoe groter diafragmaopening, hoe kleiner F (diafragma) getal --- hoe kleinere scherptediepte Voorbeeld: Bij F2.8 is de foto op 1 klein punt scherp, onscherpte neemt snel de overhand in de rest van de foto. Maar bij F11 is een veel groter gedeelte scherp! Het diafragma is dus afhankelijk van hoe scherp je een object wilt hebben, en hoe egaal de achtergrond. Ik probeer F8 aan te houden bij macro’s, zeker s’ochtends vroeg is daar alle gelegenheid voor. Scherpstellen bij beperkte scherptediepte (groot diafragma) Macrofotografie in combinatie met kleine scherptediepte vind ik 1 van de lastigste combinaties. Zeker als je heel close op bijv. het oog van een vlinder zit, ligt de scherpte al net een millimeter te ver naar achter of naar voren. Lastig om handmatig te doen, maar automatisch is vrijwel onmogelijk. Wat je kunt doen, is zo goed mogelijk handmatig proberen scherp te stellen op wat je scherp wilt hebben in de foto, en wanneer de foto gemaakt is, inzoomen in de camera, om te kijken of hij echt goed scherp is. Je kunt natuurlijk ook een foto maken, zachtjes aan de scherpstelring draaien, en zo door. Dan ligt de scherpte op 1 van de gemaakte foto’s natuurlijk goed. Fenomeen ‘spiegel opklappen’ en onscherpe foto’s
Soms kan het voorkomen, wanneer je macrofoto’s maakt, dat een foto onscherp is. Vaak ligt de focus simpelweg verkeerd, maar soms zie je, ondanks dat je vanaf een statief fotografeert, onscherpte. Dat is in de meeste gevallen bewegingsonscherpte, wat veroorzaakt wordt door het opklappen van de spiegel, wanneer je de foto neemt. De spiegel in de body, klapt op wanneer je een foto maakt. Dit gebeurt, zodat de sensor belicht kan worden. Dat is ook de reden dat je door je zoeker een moment een zwart beeld ziet, wanneer je de ontspanknop indrukt. Doordat de spiegel tegen de binnenkant van de camera opklapt, trilt de camera dus. Dit leidt tot ‘bewegingsonscherpte’. Maar is er een oplossing voor? Jazeker. Veel hedendaagse camera hebben een bijzondere functie. Spiegel opklappen wordt het vaak genoemd, in Engelstalige software vaak Mirror Lockup. Je drukt op de ontspanknop, en eigenlijk wordt dan alles geregeld wat normaal ook geregeld wordt als je de ontspanknop indrukt. Een groot verschil, er wordt geen foto gemaakt. Maar de spiegel wordt wel opgeklapt, maar komt niet terug in zijn oorspronkelijke positie. Wanneer je nogmaals op de ontspanknop drukt, wordt de foto daadwerkelijk gemaakt. En de spiegel in zijn oorspronkelijke positie terug te brengen. Daardoor is er geen trilling vanuit de camera, en krijg je geen bewogen onscherpte! Onscherpte door indrukken ontspanknop Wat vaak gebeurd, bij sluitertijden die onder het getal van de brandpuntsafstand ligt (voorbeeld: f = 90, sluitertijd = 1/10 s), is dat er bewegingsonscherpte ontstaat, doordat je de ontspanknop indrukt. De simpelste oplossing is de sluitertijd verhogen, maar i.v.m. hoeveelheid licht, is dat lang niet altijd mogelijk. Een oplossing is dan een draadontspanner, of draadloze afstandsbediening. Veel camera’s hebben een aansluiting, voor een bedrade afstandsbediening. Vaak goedkoop, maar doordat je niet meer op de camera drukt, beweegt de camera niet. Ook heb je deze afstandsbedieningen in draadloze variant. Omgaan met licht Licht is een heel mooi iets in de fotografie, en zeker ook in de macrofotografie. Licht kan een foto maken of juist breken. Achtergronden kunnen wanneer er dauwdruppels aanwezig zijn, prachtige bokeh bubbels krijgen. Je kunt het licht gebruiken om een mysterieuze sfeer weg te zetten. Ochtendlicht is vaak koud, avondlicht vaak warm. Ook daar kun je gebruik van maken. Mijn voornaamste tip wbt licht, beheers het d.m.v. aanpassen sluitertijd, niet d.m.v. aanpassen ISOwaarde. Maar licht kan natuurlijk ook erg vervelend werken. Hard licht overdag, werkt niet mee aan een mooi resultaat. Overbelichte plekken kenmerken dat. Met licht experimenteren kan erg leuk zijn, en leerzaam. Doormiddel van het onder controle brengen van licht, leer je het meest wbt instellingen en voorkeuren. Stacken Een manier om een egale achtergrond te behouden d.m.v. relatief groot diafragma te gebruiken, is door de techniek van het stacken toe te passen. Wat houdt het in? Stacken is eigenlijk het combineren van verscheidene foto’s welke op verschillende punten scherp zijn gesteld, maar met allen de mooie achtergrond. Je werkt vanaf statief, legt de scherpte op de punten die je uiteindelijk gecombineerd scherp wilt hebben. Je hebt bijv. 4 foto’s, waarbij de foto ongeveer gelijk is aan elkaar, maar de scherpte net dat beetje anders ligt. In Photoshop voer je de volgende handelingen uit: File – Automate – Load into stack Je laadt de foto’s in de stack, selecteert auto panorama. Selecteer alle lagen (foto’s) Dan: edit – auto allign Foto wordt nu samengevoegd tot 1 foto. Dan: edit – auto blend
Selecteer de tweede optie. Beetje bijsnijden, en je hebt een foto die scherp is waar je hem scherp wilt hebben! Dit is dus een ‘gestackte’ foto. Nabewerking (verscherpen, ruis, detail etc.) Nabewerking is bij iedere foto anders. Echt standaard tips zijn er niet voor te geven. Ene keer mag de saturnatie wat hoger, andere keer is er enige ruis zichtbaar. Controleer altijd of kleuren te warm of te koud zijn, persoonlijk wil ik ze altijd zo natuurlijk mogelijk houden. Dan ligt de kleurtemperatuur vaak rond 5000-5500. ISO en sluitertijden Eerste hint, overdag de ISO altijd op 100 laten staan. Zeker als de zon fel schijnt, heeft het helemaal geen nut de ISO op te krikken. Zorgt alleen maar voor meer overbelichte plekken. Sluitertijden verschillen nogal. Vaak probeer ik d.m.v. sluitertijden belichting correct te krijgen. (ik schiet altijd in manuele stand). Niet door het diafragma aan te passen, want dat beïnvloed immers de scherptediepte, en dus eveneens de achtergrond. Daarom probeer ik door het aanpassen van de sluitertijd belichting te corrigeren, en niet met de ISO. Dit geeft ook een voordeel in de nabewerking, het kost een stuk minder tijd, wanneer je alleen de foto wat op hoeft te helderen, i.p.v. allerlei overbelichte plekken weg te werken. Overigens kunnen veel nieuwe camera’s ruisloze foto’s produceren t/m ISO 6400. Dus ISO800 is voor mij vaak de grens, voor een ander kan ISO 6400 prima hanteerbaar zijn. Witbalans Ook niet te vergeten, en oorzaak van veel fouten in kleuren, de witbalans. Vaak zet ik hem s'ochtends vroeg op daglicht, daar behaal je de meest natuurlijke kleuren mee. Als je zelf een kleurtemperatuur in kan stellen (Kelvin), raad ik je aan om dat te doen. Je kunt dan namelijk zelf naar wens de kleuren in koelte en warmte aanpassen. Handmatig scherpstellen bij veel wind (en eventueel uit de hand) Da’s een erg lastig iets. Handmatig scherpstellen bij veel wind vereist veel aandacht en geduld. Want immers, bij het minste of geringste zuchtje wind beweegt een plantje al alle kanten op. Het is in mijn ogen niet volledig beïnvloedbaar door de fotograaf. Maar wel gedeeltelijk. Vanaf een statief, is het een kwestie van of wachten op minder wind, of proberen zo nauwkeurig mogelijk scherp te stellen, om vervolgens veel foto’s achter elkaar te nemen, in de hoop dat er een goede foto tussen zit. Maar wanneer je uit de hand fotografeert, leg je jezelf eigenlijk een restrictie extra op. Je zit nu ook met eigen beweging namelijk. Je hebt beweging van camera, en beweging van object. Naar mijn mening wordt het dan al sneller een toevalstreffer, dan wanneer je fotografeert met statief. De kans op een scherpe foto neemt gewoon af. Maar verder gelden dezelfde tips als met een statief, plus dat je moet proberen de camera zo stil mogelijk te houden. Scherpte over het gehele lijf insect met een laag F-getal (diafragmagetal) Wat vaak een issue is onder fotograferen, is het proberen een vlinder volledig scherp te fotograferen vanaf een zijaanzicht, maar met een laag diafragmagetal (F5 bijvoorbeeld). De oplossing hiervoor, is de vlinder als het ware frontaal op de lens te zetten. Wanneer je met een bovenaanzicht op de camera en vlinder kijkt, moet het lichaam van de vlinder precies recht op de lens liggen, zodat je met een kleine scherptediepte kan werken! Achtergrond (egaal maken?) Een lastig onderwerp (uit eigen ervaring) voor de beginnende macrofotograaf is de achtergrond. Vaak zie je prachtige foto’s voorbij komen, met prachtige egale achtergronden. Maar hoe doe je dat? Een tip die ik in dit artikel vaak noem: fotografeer s’ochtends. Dit heeft (vind ik) echt heel veel voordelen ten opzichte van overdag. Enige nadeel is dat je vroeg op moet staan, maar het loont echt.
S’ochtends heb je alle tijd om achtergronden aan te passen etc. Een aantal manieren om de achtergrond naar wens aan te passen: - Schaartje meenemen De meest logische manier is natuurlijk de afstand tussen object en achtergrond te vergroten, door de achtergrond volledig weg te knippen. Want, hoe groter de afstand object – achtergrond, hoe egaler de achtergrond. Persoonlijk geef ik aan deze manier niet de voorkeur, omdat ik moeite heb om een meter natuur weg te knippen. Weerlegging ook van mijn kant, je maait natuurlijk ook het gras. Maar persoonlijk blijf ik er moeite mee hebben. - Een antenne, of iets wat je de grond insteekt in combinatie met een wasknijper Een manier die ik zelf veel fijner vind werken. Ik heb op de rommelmarkt een antenne gekocht, die ik in de grond steek. Die gaat dan een meter de lucht in, hoog genoeg. Ik knip het plantje wat ik wil fotograferen af, en ‘plak’ die met een wasknijper aan de bovenkant van de antenne. Doordat hij nu een meter hoog hangt, is de afstand tussen object – achtergrond natuurlijk veel groter, waarmee je makkelijker met een klein diafragma kunt werken, wat zijn voordelen heeft wbt scherptediepte. - Eigen achtergrond Hier heb ik zelf geen ervaring mee. Sommige fotografen nemen een eigen achtergrond mee, een plaat die egaal groen is bijvoorbeeld. Die wordt achter het object gezet, waardoor je eigenlijk met welk diafragma je ook schiet, altijd een egale achtergrond hebt! Ook kun je een stuk karton nemen als achtergrond, en die achter het object steken met bijv. een antenne of iets dergelijks. - Diafragma veranderen Natuurlijk is een manier, de F-stop (diafragma) te veranderen. Wanneer je het diafragma groter maakt (F4 bijvoorbeeld, eerst F8) wordt de achtergrond een stuk egaler. Wanneer je het F getal hoger zet (van F4, naar F8 bijv.) wordt de achtergrond scherper, want, immers de scherptediepte wordt groter. Tijdstip van fotograferen Zoals al een paar keer vermeld, geef ik met klem de voorkeur aan s’ochtends vroeg fotograferen. Het gaat allemaal een stuk makkelijker. Want, insecten moeten wanneer de zon opkomt nog opwarmen. Ze bewegen dan een uur of 2 (kan verschillen) niet, totdat ze uiteindelijk wegvliegen. Daarom zorg ik altijd dat ik rond zonsopkomst op locatie ben, en eigenlijk kan beginnen met fotograferen. Je hebt tijd om achtergrond te veranderen, compositie etc. Overdag is het een stuk uitdagender, maar zul je over het algemeen met veel mindere resultaten thuiskomen. Je hebt immers geen tijd om rustig na te denken wbt fotografische elementen, maar hebt maar 1 kans, voor de vlinder weer weg vliegt. Daarom geen ik een sterke voorkeur af aan rond zonsopkomst fotograferen. Je zou zelfs nog een leuke landschapsfoto mee kunnen pikken, mits je op de goede plaats bent. Zijn de weersomstandigheden van invloed? Zeker! Bijv. de hoeveelheid zonlicht heeft sterke invloed op het licht, en dus ook achtergrond, belichting, instellingen etc. Maar misschien voor veel mensen nog wel belangrijker, je wilt natuurlijk niet om vijf uur s’ochtends in de stromende regen in een weiland liggen. Dus houd wat dat betreft altijd een weerbericht in de gate. Ook warmte is belangrijk, hoe helder een nacht was etc. Wanneer het een koude, heldere nacht was zonder al te veel bewolking, zijn er vaak veel dauwdruppels aanwezig. Andersom juist veel minder dauwdruppels. Wind is een belangrijk element. Zeker wanneer je handmatig scherpstelt, kan een object alle kanten op waaien. Ga dus alleen op pad, wanneer het qua windsnelheid te doen is. Er is voor mij sprake van ideale omstandigheden wanneer: - Het een heldere nacht is geweest - Het een koude nacht is geweest - Het vrij warm is in de ochtend (om bevriezing lichaamsdelen te voorkomen :P)
- Het niet regent (vanzelfsprekend) - Zon goed schijnt, i.v.m. effecten achtergrond - Weinig wind Ook iets wat leuk is om eens te proberen, zijn bokeh bubbels. Dit zijn dauwdruppels, die als grote, vage rondjes in de achtergrond worden weergegeven. Erg leuk om eens te proberen! Ook daarvoor zijn weersomstandigheden sterk van op invloed. Wanneer de zon amper schijnt, worden de dauwdruppels ook amper opgelicht, en heb je dus geen bubbels. Misschien wel de grootste tip.. Veel fotograferen, niet opgeven, je niet laten ontmoedigen door commentaren die je krijgt, maar er juist lering uit trekken. Ik begon ruim een jaar geleden aan het macroavontuur, ging in het begin zeker niet snel, en je krijgt heus veel teleurstellingen tegen je. Maar als je kritiek positief oppakt, en ze onthoudt bij je volgende fotografietocht, ga je snel vooruit! Succes!