synchroon chroon
WINTER
2010 2e JAARGANG
NUMMER 3
Synchroon is het blad van Syndion over mensen met een beperking, hun plaats in onze samenleving, hun dagelijks leven en de begeleiding die daarbij gegeven wordt.
Woestijnroos helpt Egyptische kinderen met handicap
Met plezier naar je werk SYNDION VERANDERT MET OOG OP DE TOEKOMST
Het mooiste moment? Als wat je gemaakt hebt verkocht wordt!
2 COLOFON Synchroon is een uitgave van Syndion, stichting voor dienstverlening en ondersteuning aan mensen met een handicap. Het wordt verspreid onder externe relaties, cliënten en medewerkers van Syndion. Voor cliënten met een verstandelijke beperking wordt De Krant gemaakt, een uitgave met eenvoudig taalgebruik. Synchroon verschijnt driemaal per jaar. Het blad bevat informatie over de ontwikkeling in de sector dienstverlening en ondersteuning aan mensen met een handicap in het algemeen en binnen Syndion in het bijzonder. Synchroon wil bijdragen aan binding, betrokkenheid en draagvlak. Het blad geeft informatie en draagt bij aan opinievorming rondom de onderwerpen die relevant zijn voor de (professionalisering van de) gehandicaptenzorg of de plaats van gehandicapten in de samenleving. De artikelen bevatten niet altijd de mening van Syndion. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen in te korten of te weigeren.
Dienstverlening en ondersteuning aan mensen met een handicap
Syndion Postbus 3012, 4200 EA Gorinchem Tel. (0183) 651150 www.syndion.nl
[email protected] Redactie Aart Bogerd (hoofdredactie) Adrie Beumken Suzanne Doeleman Marry van Dongen Elly Geurts Jos Huibers Anke van der Kind Arianne Lievaart Claudia van Rhijn Mirjam Rinzema (eindredactie) Cees Taal Vormgeving/drukwerkverzorging Fitting Image, Giessenburg Oplage 2800 Foto’s De foto’s komen uit het Syndion-fotoarchief, tenzij anders vermeld
AAN DE LEZER Met plezier Wij werken met plezier in de zorg; ons werk geeft voldoening en arbeidsvreugde. Omdat we veel voor elkaar kunnen krijgen voor mensen die het moeten doen met een minder goed functionerend oordeelsvermogen of lichaam. Een beperking, handicap of hoe je het maar wilt noemen, waar zij zelf ook niets aan kunnen veranderen. Wat geeft er nou meer arbeidsvreugde dan er aan bij te kunnen dragen dat hun leven een waardevol leven is; voor hen zelf en voor hun omgeving? Dat ouders en familieleden ervaren dat ze er in zorg of ondersteuning niet alleen voor staan? In dit nummer van Synchroon staan veel voorbeelden van mensen die zich hier met plezier voor inzetten. Bijvoorbeeld door samen met andere ouders ruim vijf jaar te knokken voor een fijne woonplek voor jongeren met een handicap. Omdat zij nu eenmaal niet altijd thuis kunnen blijven wonen, maar het wel fijn is als ze dichtbij het ouderlijk huis kunnen blijven. Of door je, samen met anderen, jarenlang in te zetten voor medezeggenschap en inspraak voor cliënten van Syndion. Hopelijk ziet u ons plezier in het werk terug in dit nummer van Synchroon. Hopelijk ervaren de cliënten die u in dit nummer tegenkomt dat ook. Natuurlijk zijn er ook momenten dat we minder blij en tevreden zijn. Dan mopperen we op de regels en bureaucratie. Op de bezuinigingen op de AWBZ. Op het stopzetten van de PGB’s. Soms kunnen we zaken verbeteren of zorgen we dat we onze werkwijze aanpassen. Daarom vraag ik hier uw aandacht voor het interview met mij (pag. 16 en 17), waarin ik vertel over de organisatieontwikkeling die Syndion heeft ingezet. Ook leest u hier over de nieuwe indeling in regio’s, die per 1 januari 2011 ingaat. Het doel: met hetzelfde plezier blijven werken aan nóg betere dienstverlening. Want... we weten voor wie we het doen!
Een vriendelijke groet, Aart Bogerd, directeur-bestuurder (
[email protected])
INHOUD
3
“Dit droomhuis is zeker geen luchtkasteel” Marianne Hamstra over haar initiatief voor een woning voor jongeren met handicap
4
Met plezier naar je werk Is werken in de gehandicaptenzorg leuk?
6
TIP Nieuw tijdschrift: Lotje&co
7
Zorgnieuws
8
De oren en ogen van de cliënt De Centrale Cliëntenraad van Syndion over medezeggenschap
9
Column Cliëntmedezeggenschap... van die dingen
11
In beeld Buitenschoolse activiteiten: Herfstkamp 2010
12
Succesvolle invalpool blijkt kweekvijver Fleksybel bestaat drie jaar
14
‘Tussen de dingen van je werk door kijken’ Intervisie: elkaar inspireren
15
‘De enige zekerheid is de voortdurende verandering’ Syndion verandert met het oog op de toekomst
16
“Er gebeuren dingen die in het Westen ondenkbaar zijn” Lia en Diane zetten zich in voor Egyptische kinderen met een handicap
18
“Het mooiste moment? Als je werk verkocht wordt!” Twee ateliers en een cadeauwinkel: Disyn in Culemborg
20
Cliënt aan het woord Remco Vinke: “Het gaat hier echt beter met mij”
22
Questions? 4 Het interview Ieder nummer van Synchroon bevat een interview met één of meerdere interessante mensen. Deze keer:
Marianne Hamstra
“ DIT DROOMHUIS IS ZEKER GEEN LUCHTKASTEEL”
Door Mirjam de Swart
“Ik zie er eigenlijk best tegenop. Ik moet er nog niet aan denken dat Manon straks niet meer thuis woont.” Marianne Hamstra is de moeder van de 21-jarige Manon. Manon heeft een meervoudige handicap en woont bij haar ouders in Wijk bij Duurstede. Maar Marianne is ook initiatiefneemster van Stichting Droomhuis. Een stichting die zich inzet voor een woonvorm voor jongeren met een verstandelijke of meervoudige handicap in Wijk bij Duurstede. En dat ‘droomhuis’, waar Manon een van de bewoonsters van gaat worden, komt steeds dichterbij. “Eigenlijk is het de omgekeerde wereld. Gezonde pubers maken zich op een gegeven moment los van hun ouders.
Ouders van kinderen met een handicap moeten die lijntjes zelf door knippen. De kinderen kunnen dat niet. Maar je moet ze los laten; de zorg wordt zwaarder en intensiever. Het vergt veel van je als ouder. We zijn er inmiddels ook hard aan toe. Het is beslist geen traject voor watjes. Uiteindelijk groei je heel langzaam toch naar dat loslaten toe,” legt Marianne uit. De oorsprong van Stichting Droomhuis ligt in 2005. Marianne Hamstra had net een cursus gevolgd over het opzetten van een kleinschalige woonvoorziening voor gehandicapten bij oudervereniging PhiladelphiaSupport. Haar droom: het realiseren van een ‘thuis dichtbij huis’ voor haar dochter. Al snel sloten meer ouders zich aan bij dit initiatief en Stichting Droomhuis was een feit. “Met ongeveer zes ouders zijn we enthousi-
ast van start gegaan. Het is een proces van vallen en opstaan. Maar ook een feest van herkenning, en dromen, die steeds meer werkelijkheid worden.” Tegenslagen Het waarmaken van de droom ging beslist niet zonder slag of stoot, vertelt Marianne. “Als we alles van te voren hadden geweten, hadden we er waarschijnlijk niet eens aan durven beginnen. Maar straks staat het Droomhuis er en hebben we het samen mooi voor elkaar gekregen. We hebben de nodige tegenslagen gehad, maar uiteindelijk zijn we er iedere keer beter uitgekomen.” Zo waren er tegenslagen met een ondernemer die wel wilde bouwen en zich op het laatste moment terugtrok. Ook de veranderingen die de overheid aankondigde en een zorgverlener die vanwege
Answers! de recessie besloot uit het project te stappen, maakten het allemaal niet gemakkelijk. “Er komt zó ontzettend veel bij kijken. Zaken waar je als gewone ouder helemaal geen weet van hebt. Gelukkig zijn we door allerlei instanties heel goed geholpen. Ook de gemeente heeft echt zijn steentje bijgedragen. Daarnaast zijn we bij diverse ouderinitiatieven wezen kijken en toen beseften we wel dat het allemaal mogelijk is. Ons droomhuis is beslist geen luchtkasteel,” lacht Marianne.
grote stap voorwaarts,“ aldus Marianne. Woningstichting Volksbelang gaat het droomhuis met plaats voor twaalf bewoners bouwen en Syndion gaat de zorg verlenen. “Syndion is een zorgverlener die meedenkt, oplossingen biedt en het zorgbelang van cliënten vooropstelt. Daar zijn we ontzettend blij mee.” Behang Marianne is opgelucht dat dit deel van het traject nu is afgerond. “Nu kunnen we het concreet gaan maken. We willen zeker niet te hard van stapel lopen,
wat er allemaal gaat komen. We kunnen ze nog niks laten zien. Maar als ze er straks echt gaan wonen, zal het in het begin best moeilijk zijn. Op een gegeven moment wonen ze daar permanent. Dat gewenningsproces zal voor iedereen anders zijn.“Gelukkig wonen de ouders in de nabije omgeving van het droomhuis en kunnen we onze kinderen de steun blijven geven die ze nodig hebben. Ook met de verschraling in de financiering van de zorg zal het waarschijnlijk steeds meer noodzakelijk worden. Mantelzorg wordt steeds belangrijker, al is dit
“ EEN EMOTIONEEL MOMENT; HIER HEBBEN WE HET ALLEMAAL VOOR GEDAAN. WE ZIJN ER NOG LANG NIET, MAAR DIT IS EEN GROTE STAP VOORWAARTS ” De stichting werd niet alleen geholpen met praktische hulp door oudervereniging PhiladelphaSupport en MEE. De Rotary Wijk bij Duurstede heeft in de loop der jaren meer dan 100.000 euro bijeengebracht voor het Droomhuis. Leden van de Rotary leverden bovendien de nodige deskundige ondersteuning tijdens het project. “Het leeft ontzettend hier in de gemeente. Er zijn al mensen die zich hebben aangeboden als vrijwilliger als het huis er eenmaal staat. Tijdens de tegenslagen helpen ze je er doorheen. Ze geven je een schouderklop en je kunt er weer even tegenaan. En nu onze droom steeds dichterbij komt, word je soms wel tien keer per dag aangesproken door mensen die meeleven. Dat geeft weer een drive om door te gaan.” Na ruim vijf jaar knokken is het nu zeker dat het Droomhuis voor jongeren met een handicap er gaat komen. In het najaar van 2010 ondertekenden Stichting Droomhuis, woningstichting Volksbelang en Syndion een intentieverklaring. “Een emotioneel moment; hier hebben we het allemaal voor gedaan. We zijn er nog lang niet, maar dit is een
maar stiekem zijn we al bezig met het behang dat op de muur moet komen en de inrichting van de woonkamer,” lacht ze. “Maar nu komt dus ook ineens dat besef: mijn kind gaat straks de deur uit. Dat is spannend, maar doordat we zelf het heft in handen hebben genomen, groeien we heel langzaam naar het loslaten toe. Voor de kinderen die straks in het Droomhuis gaan wonen breken zeker ook moeilijke tijden aan, beseft Marianne. “Nu realiseren ze zich nog niet
eigenlijk niet de bedoeling als je kind uit huis gaat. Als wij er later niet meer zijn, moet de zorg ook gegeven worden.” Marianne: “Als ik er te veel over na ga denken voel ik heel veel emotie. Ik heb het er moeilijk mee, maar dit is wel wat ik wil. Mijn leven gaat er straks heel anders uitzien. Ik kan me er nog helemaal niks bij voorstellen, maar het is heerlijk als straks de zorg wordt overgenomen. Dan krijgen we weer energie voor de leuke dingen zonder, maar vooral ook met Manon.”
Het Droomhuis komt in de nieuwe wijk de Geer II in Wijk bij Duurstede. Er komen twaalf appartementen. Op dit moment is er nog plaats voor een aantal bewoners! Een appartement is zo’n 40-45 m2 groot en bestaat uit een zit/ slaapkamer met pantry en een wc en douche. Er zijn twee gezamenlijke woonkamers, een centrale keuken en een tuin. Meer informatie over Stichting Droomhuis: Marianne Hamstra, 0343-573358,
[email protected] of kijk op www.stichtingdroomhuis.nl. Daar is ook meer informatie te vinden voor sponsors en donateurs. Voor allerlei extra’s (zoals het inrichten en gezellig aankleden van gezamenlijke ruimten, een tuininrichting met aangepaste voorzieningen of bijvoorbeeld een snoezelruimte) zijn donateurs en sponsors namelijk onmisbaar.
5
Met plezier naar je werk 6
Is werken in de gehandicaptenzorg leuk? Door Claudia van Rhijn en Mirjam Rinzema
Je hoeft de kranten of de vakbladen maar open te slaan, of je leest over de verschraling van zorg,
de toename van bureaucratie, de enorme werkdruk, de lage salarissen. Is werken in de zorg wel leuk?
Wat vinden medewerkers van Syndion er van? Als je een paar van je collega’s vraagt of ze plezier in hun werk hebben, hoor je gelukkig bijna altijd een volmondig ‘ja’. Maar wat maakt het werk dan eigenlijk leuk? En kan een organisatie er actief aan bijdragen dat zoveel mogelijk mensen blij worden van hun werk? “Jazeker”, vindt Patricia Stigter, begeleidster 1 in een woonlocatie voor mensen met een lichamelijke handicap. “Natuurlijk kan een werkgever niet aan alle wensen die er leven voldoen, maar ik ervaar bij Syndion veel ruimte om de wensen die je hebt kenbaar te maken. Ik vind bijvoorbeeld de nieuwe methode van de functioneringsgesprekken een goed instrument. Daardoor heb ik het gevoel dat ik als waardevol individu binnen de organisatie wordt gezien. En dat brengt mij zeker arbeidsvreugde.”
een factor die meespeelt in het al of niet ervaren van arbeidsvreugde, vindt Patricia. “Als je een gezin hebt, is het fijn als je je werkuren zó kunt inrichten dat het goed te combineren is. Dat vind ik zeker een pluspunt van mijn werk.” Niet altijd even ‘leuk’ Aline Streefkerk heeft samen met haar man een gezinshuis: zij vangen in hun eigen gezin een kind met een handicap op dat door omstandigheden niet thuis bij de eigen ouders kan wonen. “Arbeidsvreugde... ik vind het op dit moment een wat lastige vraag. Wij halen onze motivatie uit het feit dat het goed is om deze opvang te bieden. En als het met ons gezinshuiskind goed gaat, soms tegen de verwachting in, dan geeft mij dat zeker arbeidsvreugde. Maar er zijn ook momenten dat het helaas niet zo goed gaat en dan is het wel eens moeilijk om het ‘leuk’ te vinden. Ik ervaar gelukkig wel dat Syndion ons helpt: samen gaan we voor het hoogst De zeven bronnen van arbeidsvreugde haalbare. Dat geeft mij wel een goed en tevreden gevoel.”
Cover_7bronnen_druk3.qxp
Paul Weermeijer Directeur Inspirit
Pagina 1
Authenticiteit en flow maken je krachtig.
Doekle Terpstra Voorzitter HBO-raad
Een mooie combinatie van wijsheid en hart.
Marie Louise van der Poest Clement Beeldend kunstenares
Het samen lol hebben en vreugde ervaren is in iedere werkgemeenschap wezenlijk.
Sylvia Borren Directeur Novib
Dit boek geeft een verfrissende en waardevolle kijk op arbeidsmotivatie.
Mark van Tooren LogicaCMG
Methode voor werken met plezier en goed presteren
Veel organisaties willen graag goed gemotiveerde en capabele mensen die bijdragen aan een goed resultaat. In de praktijk worden echter de vaak schadelijke effecten van bijvoorbeeld kostenreducties of reorganisaties ervaren: burn-out, ziekteverzuim en lage productiviteit. De kosten zijn hoog voor zowel de organisatie als de individuele medewerker. Ook de tevredenheid van klanten kan er onder lijden.
De zeven bronnen van arbeidsvreugde richt zich op managers die de resultaten en de werksfeer binnen hun team willen verbeteren. Daarnaast is het bedoeld voor alle mensen die meer vreugde in hun werk willen beleven en zo hun prestaties willen verbeteren.
De auteur, Kees Kouwenhoven, begeleidt vanuit Kouwenhoven Consultancy organisaties en individuen bij het beantwoorden van de vraag hoe je tegelijkertijd vreugdevol kunt werken en goede prestaties kunt leveren.
Wat kunt u met dit boek? Met De zeven bronnen van arbeidsvreugde kunt u individuen, teams en organisaties op weg helpen naar meer plezier in het werk en betere prestaties. Dit lees-, leer- en werkboek laat zien hoe arbeidsvreugde en prestaties maakbaar zijn. De vele cases, interviews, citaten, modellen en checklisten geven u praktische handvatten.
UITGEVERS
De zeven bronnen van arbeidsvreugde Methode voor werken met plezier en goed presteren
UITGEVERS
V M
V M
Tevredenheidsonderzoek Marjan van de Wal, coördinator P&O bij Syndion, kijkt weer vanuit een heel andere invalshoek naar het onderwerp ‘arbeidsvreugde’. “Als afdeling Personeel en Opleiding bieden wij instrumenten aan die (kunnen) bijdragen aan de arbeidsvreugde van de medewerkers.
Kees Kouwenhoven
De BV Nederland zal met dit boek productiever, creatiever, maar bovenal een stuk vrolijker werken.
09:56
De zeven bronnen van arbeidsvreugde
Goede sfeer Patricia vindt het belangrijk dat haar werk haar voldoende uitdaagt en dat er op de werkvloer een goede sfeer is. “We moeten hard werken en dat doen we ook graag. Maar daarnaast is het goed dat je ook lol hebt met je collega’s. Een goede sfeer is alles bepalend als je het hebt over arbeidsvreugde.” In de (gehandicapten)zorg zijn vrouwen oververtegenwoordigd. Het aantal parttimers binnen zorgende beroepen is in vergelijking met andere branches gemiddeld vier keer zo groot. De mogelijkheid om in deeltijd te kunnen werken, is ook
01-11-2006
We proberen bijvoorbeeld de fysieke omstandigheden optimaal te laten zijn. Als je een goede werkplek hebt, kan dat bijdragen aan het plezier waarmee je je werk doet. Maar er zijn veel meer zaken belangrijk. Het team waarin je werkt, duidelijkheid over je taak – wat hoort wel en wat hoort niet bij je werk, wordt je werk merkbaar gewaardeerd of hoor je er nooit iets over, worden er mogelijkheden geboden voor persoonlijke ontwikkeling... Allemaal belangrijk als je het hebt over arbeidsvreugde.” Medewerkers van Syndion kunnen hun mening geven over diverse aspecten van het werk door middel van een medewerkers-tevredenheidsonderzoek. Afgelopen zomer is dit weer gedaan. Marjan: “Helaas was de respons vanuit de medewerkers niet zo hoog, maar met de uitkomsten kunnen we weer aan de slag!”
Kees Kouwenhoven
V M
UITGEVERS
‘De zeven bronnen van arbeidsvreugde’, door Kees Kouwenhoven. Uitg.: VM Uitgevers. Prijs: € 29,50. ISBN 90808943-2-X.
In deze rubriek informatie over een nieuw boek, een leuke activiteit, een informatieve website, een interessante lezing of een spannende ontwikkeling. Dit keer....
nieuw tijdschrift voor ouders met zorgintensieve kinderen
Lotje&co is een stichting voor ouders van zorgintensieve kinderen, die zoekt naar de mogelijkheden achter de beperking. Het gelijknamige tijdschrift straalt dat uit: in verhalen, foto’s en vormgeving.
Herkenbaar De verhalen in het blad zijn herkenbaar, ontroerend en soms confronterend. Dit is de wereld van ouders die een zorgintensief kind hebben. Wat betekent het hebben van een kind met een handicap in je dagelijks leven? Wat doet het met jou, met de andere kinderen in het gezin? Hoe kijk je naar de toekomst? Hoe los je bepaalde praktische zaken op? Het zijn allemaal vragen die in de verschillende artikelen aan bod komen en waar alle ouders hun eigen antwoorden op hebben. Bijvoorbeeld in het interview met Paul Haarhuis (ex-top tennisser) en zijn vrouw Anja. Zij hebben drie kinderen: Daan, Ella en Tom. Tom is 6 jaar. Een paar maanden nadat hij 2 was geworden – en na een heel traject van huisarts, kinderarts, orthopedagoog, medisch psycholoog – kwam de diagnose: Tom is autistisch. Paul en Anja vertellen wat dat betekent: in het gezin, in hun relatie, voor beider carrières. En ook de praktische kant komt aan bod: hoe organiseren zij zorg en begeleiding voor hun zoon Tom? Maar ook de moeilijke beslissingen die je soms moet nemen. Zonder Tom op vakantie gaan bijvoorbeeld. Paul Haarhuis zegt daarover: “We gaan met z’n vieren op vakantie. En toch klopt het plaatje dan niet. Daar kan ik heel verdrietig van worden.”
Handige tips Behalve veel herkenbare en vaak ontroerende verhalen, bevat het blad ook veel handige tips: welke zorgverzekering is de beste? Welke vakantiebestemmingen zijn geschikt voor het hele gezin? Op welke websites vind je tweedehands (en dus betaalbaar) materiaal als speelgoed en vervoermiddelen voor kinderen met een handicap? En wat doe je als je op zoek gaat naar een nieuwe baan? Vertel je in het sollicitatiegesprek over jouw situatie thuis? Lotje&co is een mooi en warm blad, dat voor de lezersdoelgroep een feest van herkenning zal zijn en waarmee zij op nieuwe ideeën kunnen komen. relatie onder druk hoe houd je dat Het blad wordt mogelijk samen-gevoel? paul en anja haarhuis: gemaakt door de NSGK 'we missen het spontane van vroeger' (Nederlandse stichting solliciteren vertel jij over je gezinssituatie? voor het gehandicapte dossier geld wie-wat-waar voor kind). Hoofdredacteur bijzondere kinderen Veronique Werz maakt het blad vanuit ‘haar wereld’, je kind is je kind, en tóch is het moeilijk haar zoon Teun is meerFoto: Mariel Kolmschot voudig complex gehandicapt doordat hij ternauwernood wiegendood overleefde. In de opening van het eerste nummer schrijft zij over haar twijfel bij het maken van dit blad: ‘Wil ik me wel 24 uur per dag met deze materie bezighouden? Raken mijn thuis en mijn werk niet teveel verweven?’ Gelukkig is de twijfel overwonnen en is het eerste nummer er gekomen. Hopelijk volgen er nog vele. NR.1 / NAJAAR 2010 | ADVIESPRIJS €�5
Als blijkt dat je een zorgintensief kind hebt, word je overspoeld door onzekerheden en onduidelijkheden. Ineens moet je leven anders worden ingericht. Er zijn veel meer vragen dan antwoorden. En in iedere nieuwe levensfase komen weer nieuwe vragen. Natuurlijk is er veel informatie, maar die is vaak zakelijk en toegespitst op details. Lang niet altijd kunnen ouders er in praktische zin mee uit de voeten. Wat je zou willen als ouder, is informatie over hoe anderen omgaan met de situatie in hun gezin, welke oplossingen zij hebben gezocht en gevonden. Van niemand leer je zoveel als van iemand die jouw situatie kent, omdat hij of zij er zelf midden in zit. Die ‘gewone’ informatie staat in dit bijzondere blad.
Lotje&co HET TIJDSCHRIFT VOOR GEZINNEN MET EEN ZORGINTENSIEF KIND
acceptatie
Lotje&co is verkrijgbaar in de losse verkoop. Een abonnement nemen is ook mogelijk. Een jaarabonnement (4 nummers) kost € 25,-. Op www.lotjeenco.nl is de informatie te vinden over het nemen van een abonnement of over de verkooppunten.
7
nieuwtjes Syndion en zorg Prezzent: nieuwe naam voor Stichting Woonvormen In januari 2010 ondertekenden Syndion en Stichting Woonvormen (een kleine zorginstelling voor mensen met een handicap in het Gelderse rivierengebied) een overeenkomst om op het gebied van diverse bureautaken samen te werken. Sindsdien voert één gezamenlijk Centraal Bureau, onder leiding van Syndion, dit uit. Het idee achter deze samenwerking is, dat het efficiënter is om deze taken door één van beide organisaties te laten uitvoeren. Sinds de zomer heeft de Stichting, die geleid wordt door bestuurder Jan de Kreij, een nieuwe naam en een nieuwe huisstijl ontwikkeld. Onder de naam Prezzent blijft de instelling zich inzetten voor goede en kleinschalige zorg voor mensen met een handicap.
Zorg en privacy Minister Klink heeft in de vorige regeerperiode (toen hij voor het CDA minister van Volksgezondheid was) het beleid gevoerd dat er in het kader van privacy van bewoners van zorginstellingen meer éénpersoonskamers moesten komen. In verpleeg- en verzorghuizen is de minister daar in geslaagd: waren er in 1998 nog bijna 28 duizend meerpersoonskamers, in 2010 is dat aantal afgenomen tot zesduizend. Helaas blijkt uit hetzelfde onderzoek dat het met de verbetering van de privacy in de gehandicaptenzorg minder goed gesteld is. In 2003 waren er ruim tienduizend plaatsen die sterk verbeterd moesten worden: op het gebied van sanitair, groepsgroottes en kleine eenpersoonskamers. In 2010 is de helft van deze tienduizend plaatsen nog niet verbeterd. Het is de vraag of hier op korte termijn verandering in kan komen, gezien de voorgenomen bezuinigingen van het nieuwe kabinet Rutte.
Nieuwe Syndion-locatie in Culemborg In het centrum van Culemborg (Ridderstraat 4) heeft Syndion in oktober een nieuwe dagbestedingslocatie geopend: Disyn (spreek uit als het Engelse design – zie ook het artikel op pagina 20 en 21). Hier kunnen mensen met een lichamelijke of een verstandelijke handicap werken. Er zijn twee open ateliers, waar cliënten met hout of met keramiek aan de slag kunnen. De producten die zij maken zijn in de winkel te koop. Na een korte toespraak van directeurbestuurder Aart Bogerd openden de cliënten zelf het pand, door de met cadeaupapier ingepakte ramen ‘uit te pakken’. Brenda van Zeeland, clusterhoofd van Syndion, zei: “Alstublieft Culemborg, een cadeau van Syndion voor u!” Veel Culemborgers kwamen een kijkje nemen, onder wie ook de burgemeester. De winkel draaide een record-omzet! Een mooie start van dit project in Culemborg.
Wethouder brengt werkbezoek bij Syndion Wethouder Wout de Jong en beleidsmedewerker Marjolein Moria van de gemeente Giessenlanden bezochten samen met de directeur/bestuurder Aart Bogerd van Syndion twee locaties: Broekgraaf in Leerdam en Nieuwstad in Gorinchem. Het werkbezoek verliep uitstekend. Wethouder De Jong en mevrouw Moria waren onder de indruk van de kwaliteit van de woningen en van het enthousiasme van de medewerkers. Zij feliciteerden Syndion daar hartelijk
mee en gaven aan dat zij graag met Syndion willen samenwerken. Syndion is (samen met woonzorgcentrum De Lange Wei in Hardinxveld-Giessendam) door de gemeente Giessenlanden aangewezen om mede-uitvoerder te zijn in twee woonzorg-complexen in Giessenburg.
Eenmalig: tijdschrift Onbeperkt Onbeperkt is een eenmalige uitgave: een tijdschrift voor jongeren tussen globaal 16 en 23 jaar met een lichamelijke handicap. Het blad is gemaakt door elf studenten van de School voor Journalistiek in Utrecht. Deze studenten ontdekten dat er geen magazine bestaat voor deze doelgroep. De insteek van het blad is positief en openhartig. De makers gaan ervan uit dat jongeren met een handicap net zo geïnteresseerd zijn in onderwerpen als mode, beauty, sport, ontspanning, liefde, cultuur enzovoort, als jongeren zonder handicap. En dat jongeren met een handicap zichzelf niet zielig vinden en bij de pakken gaan neerzitten, maar dat zij er alles aan willen doen om hun leven de moeite waard te maken. In de eenmalige uitgave staan openhartige interviews met Lucille Werner (bekend als presentatrice van onder ander Lingo) en de winnares van de Mis(s)-verkiezing van 2006, Roos Prommenschenckel. Zij vertellen over het hebben van een handicap en hun leven met een beperking. Het blad is te vinden op het internet: http://dejongejournalist.files.wordpress. com/2010/10/magazineonbeperkt.pdf
De oren en ogen van de cliënt Medezeggenschap staat bij Syndion hoog in het vaandel
9
Door Mirjam Rinzema
De Centrale Cliëntenraad van Syndion telt drie actieve leden: Gerrit Dubbeldam (voorzitter), Henk Samson en Thea Veens.
“Dat is eigenlijk niet genoeg”, vindt Gerrit. “We willen
daarom graag eens vertellen waarom we dit doen.” Syndion heeft verschillenden cliëntenraden. Er zijn vijf sectorale cliëntenraden, diverse clusterraden en er is een centrale cliëntenraad. “Het is dus goed geregeld binnen Syndion. Vanuit een sectorale raad worden mensen afgevaardigd naar de Centrale Cliëntenraad. Deze raad is een essentieel onderdeel van de organisatie. Voorzitter Gerrit: “Wij zijn er om zaken te bezien vanuit de cliënten van Syndion. In de visie van Syndion staat de cliënt centraal. Als Centrale Cliëntenraad zien wij het als onze taak om Syndion te helpen die visie in de praktijk te brengen.”
de organisatie in de gaten houden.” Gerrit, de meest doorgewinterde van de drie, beaamt deze woorden: “Ik heb 20 jaar geleden mijn betrokkenheid omgezet naar inzet voor de medezeggenschap. Dat geeft mij veel voldoening, ook omdat we als Centrale Cliëntenraad merken dat er geluisterd wordt. Als het nodig is, trekken we aan de bel; wij zijn er om te signaleren en te bewaken dat de belangen van cliënten worden gewogen als er besluiten worden genomen. Als je merkt dat jouw advies serieus genomen wordt en je resultaten boekt, weet je waar je het voor doet.”
Ouders Alle drie zijn deze gedreven mensen ouder van een kind met een handicap. Zo zijn zij indertijd bij Syndion betrokken geraakt. “Dat is de basis waarmee je aan dit werk begint”, aldus Thea Veens. “Maar als je dan als ouder een taak als cliëntenraadslid op je neemt, moet er wel een knopje om”, vult Henk Samson aan. “Want dan gaat het niet alleen om de belangen van jouw kind, maar om de collectieve belangen van meerdere, of zelfs alle cliënten. “ “Mijn drijfveer om actief te zijn in de cliëntenraad van Syndion is heel simpel”, aldus Henk. “Ik wil iets terugdoen voor een organisatie die ons van alle kanten te hulp schoot toen we plotseling in een moeilijke situatie belandden met onze dochter Monique. Het is hartverwarmend hoe de medewerkers van Syndion zich toen hebben ingezet. Via vrijwilligerswerk op de Brandaris en de Notendop ben ik drie jaar geleden bij de cliëntenraden betrokken geraakt. En ik heb er geen spijt van. Het is voor de cliënten van Syndion belangrijk dat er mensen zijn die met en namens hen de gang van zaken binnen
Bemensing Ondanks dat waarschijnlijk alle bij Syndion betrokken ouders/ vertegenwoordigers het belang van (cliënt)medezeggenschap zullen onderschrijven, lukt het toch niet goed om mensen over de streep te trekken zich aan te melden voor de Cliëntenraad. Thea maakt sinds kort deel uit van de Centrale Cliëntenraad (daarvoor was zij al actief in de sectorale cliëntenraad). “Toen ik voor het eerst met Syndion in aanraking kwam, was ik vooral nieuwsgierig: wat is dat voor club? Ik had er nog nooit van gehoord. Nu ik een tijdje meedraai, kan ik zeggen dat het voor mij een bijzondere ervaring was dat het binnen Syndion niet nodig bleek te zijn om enorm te knokken voor onze plek. Syndion blijkt een open en toegankelijke organisatie, die in besluiten die genomen worden de balans in de gaten houdt: wat is goed voor de organisatie en wat is goed voor de cliënten. Dat laatste bewaken, dat is in mijn ogen onze taak. Binnen een organisatie als Syndion kunnen wij dat gelukkig doen in een goede sfeer.” “En”, vullen de andere twee leden aan, “graag met nog wat meer mensen.”
10
Gerrit Dubbeldam, voorzitter Centrale Cliëntenraad. Zoon Léon, 22 jaar.
Henk Samson, lid Centrale Cliëntenraad Dochter Monique, 31 jaar.
Thea Veens, lid Centrale Cliëntenraad Zoon Joost, 26 jaar.
Wat is de Centrale Cliëntenraad De CCR is de spreekbuis en het adviesorgaan van cliënten naar de directie van Syndion. De CCR ziet toe op uitvoering van het beleid conform de visie van Syndion. Tevens is de CCR laagdrempelig en bereikbaar voor cliënten en hun verwanten om inzicht te krijgen in wat relevant is voor de kwaliteit van de zorg. Wat doet de Centrale Cliëntenraad? Regelmatig vergaderen over zaken die van belang zijn voor cliënten en hun omgeving. Overleg met de directeur/ bestuurder en, indien nodig, de Raad van Toezicht over het beleid van Syndion. Participatie in andere overlegsituaties waar belangen van onze cliënten aan de orde zijn of komen. En vanaf de volgende jaargang van Synchroon, schrijven we in ieder nummer een column over ons werk, onder de titel ‘Ogen en oren’! Is uw interesse gewekt? Een sterke en daadkrachtige CCR als onderdeel van Syndion is wat wij voor ogen hebben. Wilt u een bijdrage leveren aan het algemeen belang en welzijn van onze cliënten, meldt u zich dan aan. Wij hebben u hard nodig! Ons e-mailadres is:
[email protected].
De voorzitter van de CCR op stap Gerrit Dubbeldam nam zelf het initiatief om Syndion nóg beter te leren kennen en ging op pad met clusterhoofd Brenda van Zeeland. Hij bezocht verschillende dagbestedingslocaties. Eerst naar Leerdam, waar Zorgcentrum Emma en Pand 35 werden bezocht. “In Emma werken verschillende cliënten in de huishoudelijke ondersteuning. Daisy, één van de cliënten, leidde me rond: de wasruimte, de strijkkamer, de keuken enzovoort. Daarna
gingen we naar Pand 35, een leuke winkel en naaiatelier. Er werken alleen maar dames, die tijdens de koffie wel wat stilletjes waren. Ze moesten er echt aan wennen dat er eens een man aan tafel zat!”, lacht Gerrit. Vervolgens ging de reis naar Culemborg. Na een snelle lunch in restaurant De Ontmoeting in het woonproject BonVie werd Disyn bezocht. Disyn is een nieuw atelier annex cadeauwinkel. “Het was leuk om te zien, want onze zoon Leon heeft hier ook een tijdje gewerkt. Ze maken en
verkopen echt heel mooie dingen”, vindt Gerrit. De dag vloog voorbij, helaas was er geen tijd meer om ook nog het Burgerweeshuis in Tiel te bezoeken, waar dagactiviteiten zijn voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel. “Toch is het voor mij een heel leuke dag geweest; ik ben echt onder de indruk van alle cliënten en wat zij ondanks hun beperkingen kunnen doen. Het is goed om te zien dat zij een fijne werkplek in onze maatschappij kunnen hebben.”
Column Cliëntenmedezeggenschap... van die dingen
Een paar jaar geleden belandde mijn oude moeder in een verzorgingshuis. Het gesprek ging over de inrichting van haar – overigens krap bemeten – woon-slaapkamer. Mijn moeder wilde graag een lichtgroene muur en zandkleurige vloerbedekking, dat vond ze gezellig. Helaas, dat kon niet. Lichtgroen behang zat niet in het stalenboek en de vloerbedekking die er in de kamer lag was – in de ogen van het ruim bemeten hoofd van de facilitaire dienst – “nog veel te goed om te vervangen.” Toen mijn moeder tegenwierp dat zij deze kamer toch gehuurd had en graag zelf wilde bepalen hoe haar woning er uit zag, werd zij ferm van repliek gediend. “Mevrouw”, zo klonk het “de cliëntenraad is onlangs, ook namens u, volledig akkoord gegaan met deze regeling.” “Maar”, probeerde mijn moeder nog, “ik ben hier geen cliënt, ik woon hier.” Het mocht niet baten. De inspraak bleek geregeld op instellingsniveau, niet op persoonlijk (cliënt-)niveau. Van die dingen. Nog wat langer geleden waren vier classificeerders aan het werk in een tank in de Rotterdamse haven. De steiger waar zij op stonden stortte in. De mannen kwamen om. Het bedrijf reageerde onmiddellijk: zij waren volledig gecertificeerd. Het kwaliteitsbeleid was op orde. Het was een vreselijk incident, maar het bedrijf viel niets te verwijten. Van die dingen. Zou er een verband zijn, vraag ik me wel eens af. Zou het zo kunnen zijn, dat als zaken door het bedrijf of de instelling keurig volgens de voorschriften van de overheid geregeld zijn, er daardoor in de organisatie minder aandacht is voor veiligheid of zelfbeschikking van de individuele klant? Neem de WMCZ in onze eigen zorg. WMCZ staat voor Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen. Deze wet schrijft voor hoe in zorginstellingen de inspraak geregeld moet zijn. Er is adviesrecht en instemmingsrecht over zaken als de begroting, methodiekveranderingen, de aanstelling van een nieuwe bestuurder, een verbouwing of verhuizing enzovoort. Op het niveau van de clusters en op het niveau van de sectoren praten cliënten in een cliëntenraad over deze zaken en
over de voorgenomen bezuinigingen van de overheid en over de inrichting van de AWBZ en over de gevolgen van de WMO. Van die dingen dus.
Soms klagen de leden van deze raden wel eens: dat ze de muur van hun kamer niet groen mogen verven, dat ze hun eigen ondersteuningsplan niet begrijpen, dat ze niet zelf mogen bepalen hoe laat ze eten. Of dat ze niet zelf bij de bespreking van hun ondersteuningsplan waren. Maar ja, over zulke kleinigheden gaat zo’n sectorale raad natuurlijk niet. Die hebben wel belangrijker dingen aan hun hoofd. Onlangs ging een werkproject verhuizen. De betrokken cliënten, medewerkers op dit project hadden actief meebeslist. Over waar het nieuwe pand moest komen, hoe het moest worden ingericht (de muren werden lichtgroen!), over de verhuisdatum en over het verspreiden van foldertjes in de nieuwe omgeving. Ze waren enthousiast, maar ook bezorgd: stel je voor dat de sectorale cliëntenraad haar instemming zou onthouden aan de verhuizing! Mijn moeder wilde een klacht indienen. Dat kon natuurlijk. De facilitair manager zocht na hoe dat geregeld was. “U moet natuurlijk niet bij mij klagen, daarvoor hebben we een klachtencommissie.” Er kon een brief geschreven worden, het liefst in tweevoud. “Kan die meneer of mevrouw niet even langskomen?”, probeerde mijn moeder. Maar dat kon natuurlijk niet. Die mensen konden niet voor elk wissewasje komen opdraven, die hadden allemaal drukke banen en zo. “Nee dat hebben we hier allemaal goed en efficiënt geregeld, we zijn wel professionals.” Van die dingen dus. En hoe zit het bij Syndion? Daar is de cliëntmedezeggenschap goed en professioneel geregeld, volgens de voorschriften. Niks meer aan doen. En anders is er altijd nog een klachtencommissie. Jos Huibers Sectormanager Dagbesteding (vanaf 01-01-11: regiomanager Rivierengebied)
11
Op de middenpagina’s van Synchroon brengen we steeds een deel van Syndion in beeld. Dit keer: Buitenschoolse activiteiten
IN BEELD
HERFSTKAMP 2010 Het herfstkamp is het hoogtepunt van het jaar voor veel van onze jonge cliënten. Ook dit jaar was het weer een groot succes. Bijna vijftig kinderen gingen mee en beleefden een bijzondere week. Met onder andere uitstapjes naar de natuur en naar dierenpark de Oliemeulen, waar kinderen een vogelspin op hun hand konden laten lopen of een slang om hun nek kregen.
BUITENSCHOOLSE ACTIVITEITEN
Succesvolle invalpool blijkt ook kweekvijver 14
Fleksybel bestaat drie jaar Door Suzanne Doeleman
Drie jaar na de start heeft Fleksybel, Syndions invalpool voor begeleiders,
zijn nut dubbel en dwars bewezen. “Het geeft een goed gevoel als je een locatie snel kunt
helpen.”
Oorspronkelijk waren de ‘Fleksybellers’ alleen inzetbaar binnen de sector Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap, maar al snel kregen ook andere sectoren lucht van het gemak waarmee een flexibele invalkracht – mét kennis van Syndion – opgeroepen en ingezet kan worden. Nu is Fleksybel een Syndion-brede service, die locaties bij roosterproblemen uit de brand helpt. Het idee voor Fleksybel ontstond begin 2007 bij Bas van Ginneken, clusterhoofd Wonen LG. Bas: “Begin 2007 trad de WMO in werking. Gemeenten eisten dat zorgorganisaties binnen vijf dagen na melding zorg konden leveren aan nieuwe cliënten. Het leek mij verstandig om begeleiders paraat te hebben die direct inzetbaar waren. Ik legde een lijst van bestaande en nieuwe invalkrachten aan en noemde de invalpool ‘Fleksybel’, met sy van Syndion.” Snel een goede match Maar de verwachte toestroom van nieuwe cliënten met een lichamelijke handicap bleef uit. De ‘Fleksybellers’ werden daarom ingezet in het persoonlijk ondersteund wonen (POW), bij vakantie, ziekte en andere roosterproblemen. In het begin koppelde Bas zelf de vragers en de aanbieders maar dat werd – naast zijn eigen werk – al snel te druk. Hij vroeg Bianca van der Zouwen, toen coördinerend begeleider POW, of zij Fleksybel over wilde nemen. “Net als Bas kreeg ik het er al snel zo druk mee, dat ik het niet meer naast mijn eigen werk kon doen”, vertelt Bianca. “Sinds juli 2007 ben ik coördinator Fleksybel. Locaties bellen mij als ze een rooster-
probleem hebben en ik leg contact met mensen uit de pool. Het geeft een goed gevoel als je voor een locatie snel een goede invalkracht vindt.” Vraag overstijgt aanbod Door het succes van Fleksybel maken sinds 2009 alle sectoren gebruik van de service. Medio 2010 is er meer vraag dan aanbod. Coördinator Bianca: “De vraag groeit explosief! We proberen vaste krachten met kleine dienstverbanden te interesseren voor ‘meerwerk’ via Fleksybel en werven op de externe markt. Daarbij richten we ons vooral op herintreders, moeders met een zorgachtergrond, afgestudeerde MBO’ers en bijvoorbeeld vrijwilligers die betaald werk zoeken.” Kweekvijver Fleksybellers zijn van vele markten thuis. Door hun brede inzetbaarheid hebben ze ervaring opgedaan met verschillende doelgroepen en diensten. Ze kennen de organisatie, ook omdat ze in veel gevallen een parttime dienstverband aanvullen via Fleksybel. Het zijn daadkrachtige mensen met een praktische werkhouding, vaak ouder dan 25 jaar, die zich een situatie snel eigen maken. Zij kunnen veel ervaring opdoen en bepalen zelf hoeveel uren ze werken. Regelmatig vloeit uit een Fleksybel-contract een vast contract voort en ook dat maakt het heel aantrekkelijk. “Fleksybel is naast een invalpool ook een kweekvijver”, zegt Bas van Ginneken. “We kweken er ons eigen potentieel!”
‘Tussen de dingen van je werk door kijken’ Intervisie: een prima manier om elkaar te inspireren
15
Door Mirjam Rinzema
Begeleiders van cliënten
die thuis ondersteuning krijgen, missen soms een collega om even mee te overleggen.
Zij kwamen dan ook zelf met het idee om een intervisiegroep te starten. Het idee werd opgepikt door coördinerend begeleiders en het clusterhoofd van Drechtsteden. Carla Hendriks, sinds 2007 bij Syndion aan de slag als gedragskundige, en Jolanda de Korte, ruim twee jaar coördinerend begeleider voor cliënten met een verstandelijke handicap die vanuit Syndion persoonlijke ondersteuning krijgen bij het wonen (POW), gingen met de uitwerking aan de slag. Jolanda: “Als coördinerend begeleider heb ik een aansturende rol. Binnen mijn functie bied ik ook directe ondersteuning aan een aantal cliënten. Ik vind dat heel leuk om te doen – zo blijf ik dichtbij de praktijk van het werk. Juist ook daardoor kan ik me goed inleven in de wens van de begeleiders om ook eens ervaringen te horen van collega ‘s. Als POW-er werk je vaak heel individueel.’’ Competenties en methodieken De begeleiders leerden in vier intervisiebijeenkomsten te herkennen welke competenties er nodig waren in hun werk en zij leerden verschillende methodieken te gebruiken. “Het was heel leerzaam voor de deelnemers”, vertelt Carla. “Dat is niet iets waar je in je dagelijkse praktijk mee bezig bent. We merkten dat die inhoud mensen juist motiveerde om mee te doen.” Zo werden de incidentenmethode en de VAAK, de dilemmamethode en de Socratische dialoog gebruikt. “Bij de evaluatie hoorden we terug dat mensen er veel van hadden opgestoken”, aldus Jolanda. Meerwaarde Maar de bijeenkomsten hebben meer opgeleverd dan alleen een toename van kennis. Carla en Jolanda zien de meerwaarde van intervisie ten opzichte van individuele coaching. “We merkten dat het elkaar kunnen ontmoeten voor deze groep begeleiders heel belangrijk is. Ze wisselen ervaringen en inzichten uit en ze ontdekken bij het bespreken van de casussen dat je ook vanuit een andere invalshoek naar je werk kunt kijken – tussen de dingen van je werk door, in feite.” Eén bijeenkomst heeft veel indruk gemaakt. “De casus ging over cliënten met een kinderwens. Dat is een onderwerp dat iedereen na aan het hart ligt en dat veel emoties oproept”, vertelt Carla. Juist dan blijkt het goed om zo’n onderwerp te behandelen met een intervisie-
methode - in dit geval was dat de dilemmamethode. Die biedt veel ruimte om inhoudelijk met elkaar in gesprek te gaan. “Dat werd als zeer prettig ervaren. De deelnemers merkten dat ze hierdoor wat minder dicht op het onderwerp zaten en wat beter met hun emoties konden omgaan.” Doorgaan “Iedereen kijkt met een tevreden gevoel terug naar deze vier intervisiebijeenkomsten. We proberen daarom een vervolg te organiseren”, sluit Jolanda het gesprek af. Meer diepgang Ik werk al 15 jaar als begeleider bij Syndion. In die jaren heb ik al heel wat cursussen en thema-ochtenden gehad. Het is altijd fijn om met collega’s over je werk te kunnen praten, maar ik zocht wat meer diepgang. Situaties uit de praktijk die lastig zijn, of dilemma’s waar niet direct een oplossing voor is. Denk aan schulden, verslaving, relatieproblemen. Het bleek dat meer begeleiders met dit gevoel rond liepen. Zo zijn de intervisiebijeenkomsten gestart. Ik heb nu voor het tweede jaar meegedaan. Het is leerzaam, interessant, opbouwend en soms ook confronterend. Door passende werkmethodes bij de onderwerpen te gebruiken, fris je je kennis op in methodisch handelen en probleem oplossen. Ik vind het prettig om een situatie te kunnen bespreken met een collega die er verder buiten staat. Intervisie geeft mij stof tot nadenken en tips en adviezen voor mijn werk. De diepgang en het bespreken van dilemma’s geven echt meerwaarde. Ingeborg Vos, begeleider 1 POW
’De enige zekerheid is de voortdurende verandering’SYNDION VERANDERT DE ORGANISATIE-
16
STRUCTUUR MET HET OOG OP DE TOEKOMST Door Mirjam Rinzema
“Het eerste dat gezegd moet worden, is dat Syndion Syndion blijft”, begint Aart Bogerd als we gaan praten over het traject van organisatieontwikkeling waar Syndion aan begonnen is. “Een organisatie die werkt vanuit de visie dat mensen met een handicap – net als ieder ander – eigenschappen, vaardigheden en dromen hebben. En dat zij het recht hebben om een leven te leiden dat past bij hun mogelijkheden”, vervolgt hij. ‘Ik zit in een reorganisatie’. Hoe vaak hoor je dat zinnetje niet op een verjaardagsfeestje bij familie of vrienden. Zo’n reorganisatietraject gaat meestal gepaard met veel onrust en onzekerheid: weer een andere leidinggevende, een nieuwe werkplek, misschien een overplaatsing of zelfs angst voor ‘outplacement’, zoals dat dan zo mooi genoemd wordt. En is de ene reorganisatie achter de rug, staat de volgende alweer voor de deur. ‘De enige zekerheid is de voortdurende verandering’, inderdaad... Gaat Syndion nu meedoen in dit soort praktijken? “Nee”, is het nadrukkelijke antwoord. “Syndion zit niet in een reorganisatie, Syndion is bezig om de organisatie zodanig te ontwikkelen, dat de organisatievorm goed aansluit bij wat nodig is voor de toekomst. De zorg voor mensen met een handicap is aan het veranderen; steeds minder wordt die zorg door de landelijke overheid geregeld vanuit de AWBZ. Er komt een steeds grotere verantwoordelijkheid bij de gemeenten te liggen. In de nieuwe regeringsnota staat dat de zorgkantoren verdwijnen, en dat zorgverzekeraars verantwoordelijk worden voor de toewijzing van zorg. Allemaal ontwikkelingen waar we als Syndion rekening mee moeten houden.” Verantwoordelijkheden dichtbij de cliënt Syndion bestaat bijna 15 jaar. Toen in 1996 Syndion tot Organogram Syndion per 01/01/11
stand kwam uit een fusie tussen VGD in Dordrecht en RSD in Gorinchem, telde de organisatie zo’n 350 cliënten. Inmiddels nemen ruim 1500 cliënten diensten af van Syndion. De vier sectoren (Wonen voor mensen met een verstandelijke handicap, Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap, Dagbesteding en Begeleiding en ondersteuning van Kind en Gezin) zijn gegroeid en de locaties zijn verspreid over een groter werkgebied. “Toch is de organisatiestructuur al die tijd hetzelfde gebleven. Er kwamen clusters en clusterhoofden bij – dat kon ook niet anders – maar besluitvorming over cliëntzaken wordt er vaak niet eenvoudiger op. Dat is in mijn ogen te ver weggedreven. Door aanpassingen in de organisatiestructuur kunnen we dat verbeteren.” Een tweede motief om de organisatie aan te passen is de verschuiving van de zeggenschap over de ondersteuning. Die is in de afgelopen jaren steeds meer bij de cliënt en zijn/haar vertegenwoordigers komen te liggen. “De cliënt heeft steeds meer zelf de regie over die zorg: hoe wil ik wonen, welke ondersteuning heb ik nodig en welke niet. Ook met het oog op die ontwikkeling is het logisch om de verantwoordelijkheden rondom de zorg zo dicht mogelijk bij die cliënt te houden. Als bijvoorbeeld blijkt dat een cliënt tijdelijk extra zorg nodig heeft en er dus extra geld nodig is voor begeleiding, is het niet handig als het besluit of daarvoor geld vrijgemaakt kan worden, hoog in de organisatie wordt genomen. Dan moet het over veel schijven en duurt het allemaal veel te lang. Die besluitvorming gaat straks een niveau omlaag.”
Bestuurder 1. (Bestuurs-) Secretariaat 2. PR & Communicatie 3. Kwaliteit
1. Bedrijfsvoering (Huisvesting, P & O, Org, ondersteuning) 2. Financieel economische zaken (Inkoop, Administratie, ICT)
College van Regiomanagers
Sectormanager
Cliëntservicebureau Regio Drechtsteden
Vakgroep Gedragskundigen Regio Alblasserwaard
Regio Rivierenland
Sector Kind & Gezin
�������������������������� ��������������������������������� ������������������
������������������������������������ �������������������������������� �������������
���������������������������������� �������������������������������������� ������������������������
Nieuwegein Vianen
Culemborg Leerdam
Hoornaar Wijngaarden Giessenburg H-I-Ambacht Papendrecht Dordrecht
Hʻveld-Gʼdam
Tiel
Meerkerk
Druten Beneden-Leeuwen
Acquoy
Arkel Gorinchem
Sliedrecht Werkendam
Zaltbommel
Sleeuwijk Aalst Wijk en Aalburg
������������� Regio Drechtsteden
������������� Regio Alblasserwaard
Alblasserdam, Dordrecht, ������������� ������������������������������� Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht,
Gorinchem, Giessenlanden, Graafstroom, ������������� Aalburg, Culemborg, Druten, Geldermalsen, �������������������������� ������������������������������� ����������������������������������� Hardinxveld-Giessendam, Liesveld, Leerdam, Lingewaal, Maasdriel, Neerijnen,
Sliedrecht, Zwijndrecht.
Nieuw-Lekkerland, Zederik.
������������� Regio Rivierengebied Nieuwegein, Tiel, Vianen, Werkendam, West
�������������������������������������������������������������������������������������������������������� Maas en Waal, Woudrichem, Zaltbommel. �������������������������������������������������������������������������������������������������������� Regiomanager: Regiomanager: �������������������������������������������������������������������������������������������������������������� Joke de Haan Trudy van Asch van Deenen Regiomanager: ����������������������������������������������������������� voorheen sectormanager Wonen LG voorheen sectormanager Wonen VG Jos Huibers ��������������������������������������������������������������������������������������������������������������� voorheen sectormanager Dagbesteding
Van sectoren naar regio’s Nu is het werk van Syndion ingedeeld in doelgroepen (of werksoorten, of sectoren – hoe je het maar wilt noemen). Dat kan nadelig zijn voor de onderlinge uitwisseling tussen die sectoren; soms is er te weinig zicht op de mogelijkheden die er zijn. Aart Bogerd: “Voor cliënten is het natuurlijk beter als de afstemming tussen de verschillende werksoorten optimaal verloopt. Als iemand bij Syndion ondersteuning afneemt op het gebied van zowel wonen als dagbesteding, is het wel handig dat dat soepel verloopt. De verwachting is dat dit verbetert als alle dienstverlening onder één regiomanager valt.” Per januari 2011 is het werk onderverdeeld in drie regio’s: de regio Drechtsteden, de regio Alblasserwaard en de regio Rivierengebied. Het werk in de genoemde regio’s zal worden aangestuurd door drie regiomanagers, die op dit moment nog actief zijn als sectormanager. Samen vormen zij een ‘college’ en staan ook gezamenlijk voor het totale Syndion-belang. “Syndion zoekt naar de beste manier om dit proces te stroomlijnen. We doen niks overhaast; ook de regio-indeling gaat gefaseerd van start. We beginnen met de zorg voor volwassenen; de sector Begeleiding en ondersteuning van Kind en Gezin blijft er nog even buiten. Daarvoor hebben we verschillende redenen; de belangrijkste is dat voor deze sector geldt dat alle werkvormen (wonen, dagbesteding, thuisondersteuning, educatie enzovoort) al onder één manager vallen. De lijnen zijn daardoor korter dan bij de dienstverlening voor volwassenen”, aldus Aart Bogerd. Cliëntservicebureau Iets wat ook gaat veranderen is het samenvoegen van de huidige drie Ingangen (waar cliënten zich kunnen aanmelden
voor dienstverlening). “Als dat meer in één hand komt, kan dit voor cliënten zeker een verbetering zijn”, denkt Aart Bogerd. Datzelfde geldt voor bijvoorbeeld de pedagogen die nu nog voor een bepaalde sector in dienst zijn van Syndion. Zij gaan met elkaar één team vormen en hun kennis is daardoor meer geïntegreerd beschikbaar. “Een goede zet voor de hele organisatie. ” Syndion klaar voor de toekomst? Is met deze wijzingen Syndion klaar voor de toekomst? “Ik denk dat je als organisatie nooit ‘klaar’ bent – zie ook het motto boven dit artikel”, lacht de directeur-bestuurder. “En dat geldt hiervoor ook. De veranderingen die per 1 januari worden doorgevoerd, zijn een zichtbare stap. Maar er gaan in de komende jaren nog meer veranderingen plaatsvinden.” Om meteen aan te vullen: “We hebben het nadrukkelijk ook steeds over een ontwikkeling: het is niet van het ene op het andere moment klaar.” Wat er nog in de komende jaren op stapel staat? “Nou, vooruit, een korte vooruitblik dan nog: Syndion gaat aan de slag met een eigen opleidingsbeleid, waarin we medewerkers nog meer dan nu het geval is zullen helpen om hun werk in te richten volgens de visie van Syndion en die om te zetten in de dagelijkse praktijk. Ook werken we aan een betere ondersteuning van medewerkers door deskundigen als psychologen en pedagogen en zal bij clustermanagers meer de nadruk komen te liggen op hun coachende rol ten aanzien van de medewerkers. Zij zullen minder in beslag genomen moeten worden door praktische zaken zoals financiën, huisvesting, personeelszaken, ICT.” Met als doel? “Dat ligt voor de hand: Minder bureaucratie, een financieel gezonde organisatie, meer werkplezier, betere dienstverlening. Wat kunnen we nog meer wensen?”
17
“Er gebeuren dingen die in het Westen ondenkbaar zijn” 18
Lia en Diane van Syndion zetten zich in voor Egyptische kinderen met een handicap Door Mirjam de Swart
Midden in de oase van El-Fayoum, zo’n 100 kilometer ten zuiden van de Egyptische hoofdstad Caïro, ligt sinds november 2004 het centrum ‘De Woestijnroos’. Hier worden kinderen met een handicap opgevangen. Het is een
bijzonder project met een
Hollands tintje, maar ook met een vleugje Syndion!
Diane van der Wind, werkzaam op De Rollebol, kinderdagcentrum van Syndion in Gorinchem, en Lia den Boef van Pand 35, dagbestedingsproject van Syndion in Leerdam, zijn als vrijwilligers betrokken bij het Egyptische kindercentrum ‘De Woestijnroos’. Diverse malen al vlogen zij naar Egypte om ter plekke praktische hulp te bieden, maar ook in Nederland zetten zijn zich volop in voor dit project. “Het werk dat we daar doen is absoluut niet te vergelijken met de gehandicaptenzorg hier in Nederland. Je moet dat ook niet willen vergelijken. Ze zijn daar vooral nog met de basiszorg bezig. Bovendien zijn er niet zoveel wetten en regels zoals in Nederland”, vertelt Diane van der Wind. “Er gebeuren soms dingen die hier in het Westen echt ondenkbaar zijn.” Onvergelijkbaar, maar niet slechter Maar volgens Diane moet niet iedereen denken dat het in Egypte dus allemaal veel slechter gaat dan in Nederland. “Ik weet nog dat ik in het kindercentrum verbleef en er een gezin langskwam om hun kind aan te melden. Binnen twintig minuten was het allemaal geregeld en kon het kind al meedraaien in de groep. Nou, dat gaat in Nederland wel even anders... talloze formulieren en gesprekken volgen voordat een aanmelding echt definitief is. En dan heb je vaak ook nog een wachtlijst.” Ook het vervoer naar het kindercentrum is niet te vergelijken met de comfortabele taxibusjes waarmee de kinderen hier in Nederland worden vervoerd. “Er zijn geen normen over het aantal kinderen dat mee mag in de bus. Ook maakt het niks
uit hoe de kinderen in de bus zitten. Gordels kennen ze vaak niet. Bovendien zijn de busjes, maar vooral ook de wegen, heel anders dan hier in Nederland. Als de chauffeur iets te hard op de rem trapt zit je bij elkaar op schoot”, lacht Diane. Maar De Woestijnroos is zeker wel een plek waar op een professionele manier wordt gewerkt. Ondank de, in Westerse ogen, vaak primitieve omstandigheden waarin gewerkt moet worden, wordt er van de medewerkers wel een hoge mate van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid verwacht. “Alle begeleiders die er in het centrum aan het werk zijn, worden door Caroline Kleinjan, initiatiefneemster van het project, opgeleid.” Ook worden er trainingen gegeven aan de moeders. Diane: “Het is heel bijzonder om te zien hoe de moeders tijdens deze sessies met elkaar in gesprek raken. Ze geven elkaar ontzettend veel steun.” En dat is nodig want kinderen met een handicap worden vaak weggehouden uit de samenleving en soms zelfs veracht en verwaarloosd. Egypte telt opvallend veel kinderen met een handicap: meer dan drie procent van de bevolking heeft een verstandelijke handicap. Dit percentage is hoger dan in Westerse landen. Deels komt dit doordat er veel binnen familie getrouwd wordt en bovendien worden de meeste Egyptenaren niet goed voorgelicht over medicijngebruik tijdens de zwangerschap. Focus op mogelijkheden De kinderen die De Woestijnroos bezoeken krijgen onderwijs gericht op hun mogelijkheden. Ook de families van de kinderen krijgen de steun en trainingen die zij nodig hebben
19
om optimaal voor hun kinderen te kunnen zorgen. Het land rondom het centrum wordt gebruikt voor veehouderij. De kinderen werken mee aan de groenteteelt of verzorgen de geiten, koeien en schapen. De activiteiten zijn vooral gericht op het beleven, leren en ontwikkelen van vaardigheden. Maar er wordt nog veel meer gedaan op het centrum. Zo is er in mei gestart met een naaigroep. Hier komt Lia om de hoek kijken met haar ervaring die ze ondermeer heeft opgedaan als begeleidster bij Pand 35 in Leerdam. “Ik ben daar in het voorjaar heen geweest om de juf alle instructies te geven. Zij moest eerst zelf leren naaien voordat ze met de kinderen aan de slag kon. In het begin zal het best wennen zijn. Uiteindelijk is het de bedoeling dat het echt vanuit de kinderen zelf komt. Het moet niet zo zijn dat de juf alles zelf in elkaar naait. Dat kwartje moest daar nog wel even vallen, maar uiteindelijk hebben we samen een stappenplan ontwikkeld waar mee gewerkt kan worden. Het is wel grappig om te zien dat de stappenplannen die wij hier gebruiken nu voorzien zijn van Arabisch schrift”, lacht Lia. Bijdragen aan ontwikkeling De Woestijnroos is een initiatief van de Nederlandse Caroline Kleinjan met wie Diane en Lia al jaren bevriend zijn. Caroline zette samen met haar Egyptische echtgenoot Youssef Fawzy het kindercentrum op. Zij heeft jarenlange ervaring met het werken met mensen met een handicap. Hier in Nederland, maar ook in Caïro. Het tweetal wil met het centrum niet alleen de kinderen met een handicap en hun families helpen, maar ze willen ook een bijdrage leveren
aan de ontwikkeling van de lokale bevolking. “Het centrum gebruikt alleen spullen uit het land zelf. Naaimachines worden bijvoorbeeld niet uit Nederland gehaald, maar gewoon in Egypte aangeschaft. Stoffen worden op de lokale markt gekocht en er wordt nauw samengewerkt met andere plaatselijke ondernemers. Het centrum moet echt iets zijn van de bevolking daar, en geen Hollandse nederzetting worden in het midden van de woestijn. Daarom werken er bijvoorbeeld ook geen Hollandse artsen of verpleegkundigen”, legt Lia uit. Lia en Diane bieden niet alleen ter plaatse praktische hulp aan. Ook wanneer zij in Nederland zijn, steken ze vaak de handen uit de mouwen voor het kindercentrum in El-Fayoum. Zo liepen zij dit jaar mee met de Vierdaagse van Nijmegen om geld in te zamelen. Diane: “We hebben toen ruim 1700 euro bij elkaar gelopen. De reacties vanuit Egypte waren trouwens wel erg grappig. Zij begrepen er niks van; dat wij zo’n eind gingen wandelen zomaar voor de lol. En dat we daar dan geld voor kregen! Ze vonden dat echt ontzettend vreemd. ‘Gekke vrouwen’ zeiden ze, maar de dankbaarheid straalde uit hun ogen.” Meer informatie over De Woestijnroos is terug te vinden op www.woestijnroos.info. Mensen die het project financieel willen steunen kunnen geld overmaken naar bankrekening 117452890 t.n.v. Stichting De Woestijnroos in Zwijndrecht.
“Het mooiste moment?
Als wat je gemaakt hebt verkocht wordt!”
20
TWEE ATELIERS EN EEN CADEAUWINKEL IN ÉÉN GROOT PAND: DISYN IN CULEMBORG Door Mirjam Rinzema
‘Hard duwen. Deur klemt’, is het eerste dat je ziet als je Disyn wilt binnengaan. Het valt wel mee; de deur zwaait toch vrij gemakkelijk open. Binnen
overheerst de rust.
Water klatert uit een blauwe, bolvormige fontein van keramiek.
“Mooi”, zeg ik tegen Niels, die aan de tafel druk bezig is met boetseerklei, maar toch even opkijkt wie er binnen komt. “Kopen?” vraagt hij meteen. Om er aan toe te voegen: “Ik heb er al twee
van
gemaakt, mooi hè? Nu wil ik graag dat het ook verkocht wordt.” Disyn (spreek uit als het Engelse design) is een nieuw dagbestedingsproject van Syndion in het centrum van Culemborg. In de zomer van 2010 is het team van start gegaan. Yusti, een van de begeleidsters: “We wilden eerst rustig kunnen opstarten. Een nieuw project is toch een hele klus en je wilt goed voor de dag komen. De cliënten die hier zijn gaan werken, moesten ook wennen. Maar toen we eenmaal het gevoel hadden dat het allemaal lekker liep, wilden we ook graag een echt openingsfeest vieren en dat hebben we half oktober dan ook gedaan.” Er wordt met grote tevredenheid teruggeblikt op dat feest. “Er was heel veel aanloop, ook van Culemborgers die Syndion helemaal niet kennen maar die in de krant hadden gelezen dat we officieel geopend zouden worden”, vertelt Yusti. Hout en keramiek Disyn telt twee ateliers: een houtatelier, waar cliënten werken die goed met de hamer, zaag en verfkwast overweg kunnen en een keramiekatelier, waar precisie vereist is die weer beter bij andere medewerkers past. Met dunne latjes en houten rolstokken wordt de boetseerklei tot de goede dikte plat gerold. Vandaag begeleidt Yusti twee cliënten bij dit werk. Eén van hen, Niels, heeft ervaring in dit werk, dat is aan alles te zien. Hij pakt een stuk klei, legt het op een plastic ondergrond tussen twee latjes en maakt er in een handomdraai een platte lap van, een paar millimeter dik. Met een liniaal worden vierkante plakken van ongeveer tien bij tien centimeter uitgemeten en uit de grote lap gesneden. Het lapje wordt opgerold tot een steel en vervolgens komt er een bol hoedje op. Met een substantie die eruit ziet als sterk verdunde, waterige klei
wordt alles goed dicht gemaakt. “Paddenstoeltjes”, legt Niels uit. “We hebben ze in de etalage staan, maar als er een paar verkocht worden, moeten we weer nieuwe voorraad hebben.” Behalve de paddenstoeltjes staan in de winkel nog veel meer mooie producten van keramiek: vlinders op bamboe stokken, bedoeld om in de tuin te zetten, schalen en schaaltjes in allerlei kleuren, soorten en maten, de al eerder genoemde ronde fontein. Hoe verzinnen ze eigenlijk wat ze willen gaan maken? “Het meeste komt eerlijk gezegd uit mijn koker”, vertelt begeleidster Yusti. “Maar ik probeer de makers er wel bij te betrekken. Toevallig vanmorgen hebben we bedacht dat we wat meer kerstachtige materialen willen maken.” Ze wijst naar Jacco, die ook in de weer is met klei. “Jacco heeft bedacht dat we raamhangers kunnen maken en heeft een malletje gemaakt van een kerstboom. Dus je staat aan de wieg van een nieuw product in ons assortiment!” Jacco zelf is intussen druk bezig met dit nieuwe product. Met een spatel snijdt hij het kerstboompje uit de lap klei en vraag Yusti hoe ze het vindt. Yusti is niet tevreden. “Nee”, zegt ze, “dit vind ik niet zo goed gelukt. We doen het even over. Sorry Jacco, ik ben streng.” De klei wordt opnieuw uitgerold tot de juiste dikte. “Kijk, ik zal het even voordoen. Als je het met een satéprikker snijdt, worden de randen veel mooier. Want het moet natuurlijk wel mooi worden, wat we hier maken. Anders koopt niemand het.” Jacco vindt het maar lastig. “Die klei plakt zo. Het is de allereerste keer dat ik met klei aan de slag ben. Ik heb altijd op het houtatelier gewerkt, maar wilde wel eens iets anders proberen. Dat is leuk, dat dat hier kan. Je kunt altijd iets nieuws leren op die manier.”
21
warme oven. Of eigenlijk is het logisch – bijna alle kleine poppenmoeders zijn immers dol op roze!
Handige jongen In het houtatelier loopt vandaag alleen Hans rond; zijn collega’s zijn vrij omdat het vakantie is. “Beetje saai, maar ook wel rustig”, vindt Hans. Hij werkt vandaag aan een poppenbedje, maar hij kan van alles maken van hout. Een echte handige jongen dus? “Ja, dat wel”, grinnikt Hans bescheiden. Hij wijst naar een schattig karretje op twee wieltjes. “Dat maak ik ook. En lampjes, lijsten voor spiegels. Steeds iets anders. Dat is leuk.” Intussen staan er een paar klanten in de winkel. Eén van hen, een oudere dame, loopt het houtatelier binnen. De vrouw bekijkt alle producten die in de maak zijn. “Ik vind het zo’n prachtige ruimte, het is hier zo
heerlijk licht”, zegt ze. Mevrouw vertelt dat ze ook bij de opening was. “Toen dacht ik: ik kom later wel even terug om iets te kopen. Ik vind het prachtig dat Culemborg nu deze winkel heeft.” Het wordt een houten vlinder, die aan de muur gehangen kan worden. “Voor mijn kleindochter.” Na het afrekenen zegt ze bij de deur nog gauw: “Ga zo door hoor! Zo krijgen we een betere wereld.” Tot Hans’ grote plezier neemt een andere klant een roze poppenbedje mee. “Ik vind het fijn als mijn spullen verkocht worden!” Hij loopt opgewekt naar de ruimte waar ook de keramiekoven staat te snorren om te controleren of het verfwerk goed droogt. Opvallend veel roze staat er op de tafel naast de
Genoeg te doen Als de laatste klant tevreden en volgepakt de winkel heeft verlaten (‘Wat fijn dat je hier gewoon kunt pinnen; dat kan lang niet altijd in dit soort bijzondere winkels’) zegt Yusti: “Het is heel leuk om met z’n allen zo’n winkel te runnen, maar tegelijk is het niet eenvoudig. We hebben nu al veel spullen verkocht, maar we hebben wel tijd nodig om nieuwe producten te maken. De houten producten hebben een flinke doorlooptijd, maar dat geldt zeker ook voor het keramiek. Drogen, bakken, nog eens bakken, glazuren – je bent zo een week of drie verder. We hoeven ons in elk geval niet te vervelen”, besluit ze. “Er is altijd genoeg te doen.” Disyn, Ridderstraat 4, Culemborg. Tel: 0345 - 524203. Open: ma t/m vrij 9.30 - 16.00 uur.
C 22
liënt aan “Het gaat hier echt beter met mij” het woord... ..........
Remco Vinke woont zelfstandig en krijgt ondersteuning aan huis Door Mirjam Rinzema
Remco Vinke, 25 jaar, woont sinds een paar weken in zijn eigen huis in Alblasserdam. Hij geniet er met volle teugen van. “Ik kan gewoon doen waar ik zin in heb. Ik heb mijn vrijheid terug.” Synchroon ging bij hem op bezoek om hem in deze rubriek aan het woord te laten.
Remco, wil je om te beginnen iets over jezelf vertellen?
“Ik ben Remco Vinke en ik ben 25 zomers jong. Ik woon in Alblasserdam, in mijn eigen huis. Ik woon hier nog maar net, dus het is nog niet helemaal klaar. Er moeten nog wat dingen worden opgehangen enzo. Maar dat soort klusjes doe ik meestal in het weekend, want door de week kom ik daar niet echt aan toe. Ik woon hier alleen, samen met mijn kat Mischa. Ze moet hier nog wennen, want ze is nog jong. Verder heb ik een vriendin, Margot, met wie ik in de weekenden altijd samen ben. Ze woont in Dordrecht. En ik werk bij Copydrecht, in Dordrecht.”
Waar woonde je voordat je hier naartoe verhuisde?
Toen ik op mezelf ging wonen, ben ik bij Syndion terecht gekomen. Ik heb eerst in De Staart in Dordrecht gewoond en daarna heb ik anderhalf jaar in De Volgerlanden in Hendrik Ido Ambacht gewoond. Nu woon ik dus hier en ik krijg ondersteuning van Syndion. Iedere week komen er drie verschillende begeleiders die me helpen, zodat ik hier zelfstandig kan wonen. Kim helpt me om het huis schoon te houden, Babs helpt me met de was, strijken, opvouwen, in de kast leggen enzovoort en twee middagen in de week komt Debby. Met haar praat ik over hoe het gaat en zij helpt me bij het koken. Want daar ben ik nog niet zo heel erg goed in. Het is gezellig om het samen te doen, maar alleen begin ik er niet aan. Dan haal ik gewoon zo’n kant-en-klaar maaltijd die je in de magnetron kunt opwarmen.”
Waarom heb je ondersteuning nodig; wat is er eigenlijk met je aan de hand Remco?
“Ik ben elf jaar geleden aangereden door een bus. Ik zat op de fiets en wilde oversteken. Ik zag die bus niet aankomen. Hij mij wel, maar toen was het al te laat. De chauffeur kon niet meer remmen en pats, daar lag ik. Ik heb een hele tijd in coma gelegen; ze hebben me zelfs nog een tijdje kunstmatig in coma gehouden omdat er anders misschien nog meer schade op zou treden. Daarna heb ik zeven maanden gerevalideerd. Wat ik heb heet dus: niet-aangeboren hersenletsel. Voor het ongeluk was ik gezond, ik mankeerde niks. Ging gewoon naar school, had vrienden, maakte lol. Nu heb ik een beperking.”
Kun je omgaan met het feit dat jou dit is overkomen?
“Tja, wat moet ik zeggen. Ik probeer het altijd maar zo te bekijken: Je kunt wel blijven nadenken over hoe mij dit is overkomen en waarom dit bij mij is gebeurd. Maar het heeft geen zin, het helpt niet. Je moet toch door met je leven. En ik kan nu zeggen dat het wel goed met me gaat, zeker nu ik hier woon.”
23
Wat heeft de verhuizing naar je eigen huis voor jou dan betekend?
“Het is een hele verbetering. Vooral omdat ik nu zelf kan bepalen wat is doe, wanneer ik dat doe, met wie ik dat doe. Ik hoef aan niemand verantwoording af te leggen. Vroeger moest ik het altijd melden als ik de deur uitging; al ging ik maar even een brief posten. We moesten samen eten, dat vond ik ook niet fijn. Hier komen steeds dezelfde mensen de ondersteuning geven die ik nodig heb. Dat is fijn: je maakt afspraken en je weet wie er wanneer komt. In De Volgerlanden was het zó rommelig. Er waren heel veel personeelswisselingen en steeds kwam er weer iemand anders. Iedere keer moest je alles opnieuw uitleggen. Hier gaat het echt beter met me. Mijn ouders zeggen dat ook, ze zeiden dat vorige week nog. Ik ben vrolijker, ik let meer op wat ik aantrek omdat ik nu meer naar buiten ga en ik ga beter met andere mensen om. Het is ook fijn om in deze buurt te wonen. De buren zijn al op de koffie geweest en de overburen zeiden toen mijn ouders vertelden dat ik een beperking heb: ‘Maak je maar geen zorgen, wij houden wel een oogje in het zeil’. In deze wijk is iedereen echt met elkaar begaan.”
Hebben je ouders je geholpen om hier te komen wonen?
“Mijn ouders hebben gezien dat ik niet gelukkig was in De Volgerlanden. Zij waren ook niet erg enthousiast over hoe het daar met mij ging. Zij hebben ook last gehad van wisselende leiding en dergelijke. Het was voor mij vanuit De Volgerlanden ook altijd een gedoe om mijn ouders op te zoeken. Zij wonen hier ook in Alblasserdam, dus ik moest altijd met de taxi, altijd op de klok letten. Nu kan ik op ieder moment dat ik daar zin in heb even een bakkie doen. Zij regelen nog een hoop financiële zaken voor mij, dus dat is heel gemakkelijk, dat ik nu zo dichtbij hen woon.”
Wat doe je graag in je vrije tijd?
“Ik ben dol op films kijken, ik ben een echt filmfanaat. Soms kijk ik er wel twee op een dag. Ik hou vooral van comedy en horror. Ken je Jim Carey? Dat vind ik een heel goede acteur. Verder houd ik ook van gamen op de pc en ik kijk ook wel graag naar voetbal, al doe ik dat nu niet zo heel veel meer. Vroeger, toen ik nog op school zat, heb ik een seizoenskaart gehad van Feijenoord, maar ja... dat was toen nog goed en nu helemaal niet meer. Als ik vakantie heb gaan mijn vriendin en ik graag mee met de reizen die georganiseerd worden door Flow: reizen voor jongeren met een beperking. Je kunt kiezen of je een actieve reis kiest, of juist een rustige. Wij kiezen altijd een rustige reis.”
Bedankt voor je tijd en voor het interview, Remco. “Graag gedaan hoor.”
RSD catering Voor zowel particulieren als voor bedrijven bieden wij uiteenlopende mogelijkheden. Er is van alles mogelijk: van het inschenken van een kopje koffie tot een in de puntjes verzorgd luxe buffet. Wij kunnen u een totaalpakket aanbieden met gebruik van zaal, ingerichte partytent en/of muziek. We verzorgen alles hieromheen, zoals de aankleding, de inrichting en het opruimen. Bij RSD catering bent u aan het juiste adres voor de complete verzorging van al uw familie- of bedrijfsfeesten, vergaderingen, congressen, bruiloften e.d. Naast het verzorgen van de catering op locatie, bieden wij u een breed assortiment producten: - warme en koude buffetten - salades - bittergarnituren - eenvoudige en luxe lunches - koffietafels - warme maaltijden In het team van RSD-catering werken ook mensen met een verstandelijke handicap. Deze medewerkers hebben zelf gekozen voor het werken binnen de horeca. Binnen RSD-catering worden zij opgeleid tot allround cateringmedewerkers. Hierbij worden zij begeleid door beroepskrachten.De combinatie van jarenlange werkervaring en voltooide vakopleidingen garanderen een professioneel werkend team. Dat is echter niet het enige. U kunt er namelijk ook van uit gaan dat achter onze producten en diensten een grote dosis enthousiasme, werkplezier en doorzettingsvermogen zit! Voor meer informatie kunt u bellen met Willeke Brosky, bedrijfsleider telefoon 0184-652107
U bent van harte welkom om een kijkje te komen nemen!
LANDELIJK HOUT Noorder Elsweg 14, 3329 KH in Dordrecht. 06-20446778 Openingstijden: maandag tot en met vrijdag van 9.00-15.30 uur.