Studiedag Lerarenopleiding GZW
Evalueren in de gezondheidswetenschappen Workshop 1 Integratief evalueren d.m.v. een casustoets
Katrien Staessens Sint-Franciscusinstituut voor verpleegkunde Leuven 29 april 2015
HBO verpleegkunde Leuven
1 Situering
- Praktijkgerichte, generieke opleiding verpleegkunde (HBO5) - Modulair en competentiegericht curriculum - Geen vakken, maar geïntegreerde thema’s - Permanente evaluatie tijdens de module, gecombineerd met afsluitende geïntegreerde casustoets op het einde van de module
HBO verpleegkunde Leuven
Modulaire opleiding verpleegkunde 5 modules – Hoger Beroeps Onderwijs (HBO5) MODULE 1 Initiatie verpleegkunde
MODULE 2
Verpleegkundige basiszorg
MODULE 3
MODULE 4
Oriëntatie geestelijke gezondheidszorg en ouderenzorg
Oriëntatie algemene gezondheidszorg
MODULE 5A
MODULE 5B
MODULE 5C
MODULE 5D
Geestelijke gezondheidszorg
Algemene gezondheidszorg
Geriatrische gezondheidszorg
Thuis gezondheidszorg
DIPLOMA VAN GEGRADUEERDE IN DE VERPLEEGKUNDE HBO verpleegkunde Leuven
2 Visie op evalueren (1) - Sluitstuk van het onderwijsleerproces. - Wijze van evalueren bepaalt - hoe je als docent les geeft - hoe je als student studeert - aanvangsniveau van de beginnende beroepsbeoefenaar. - Competentiegerichte opbouw van het onderwijsleerproces Onder een competentie verstaan we een complexe beroepsvaardigheid die één geïntegreerd geheel vormt van kennis, vaardigheden en attitudes en waarbij het verpleegkundig handelen van de aanstaande verpleegkundige centraal staat.
HBO verpleegkunde Leuven
2 Visie op evalueren (2) 10 kerncompetenties in het curriculum Voorbeeld: KC2 De beginnende verpleegkundige is competent om in samenspraak vanuit reële of potentiële verpleegproblemen, verpleegkundige zorgen te plannen. KC5 De beginnende verpleegkundige is competent om de zorgvrager doorheen het ziekteproces te begeleiden en te coachen en daarover te rapporteren.
HBO verpleegkunde Leuven
2 Visie op evalueren (3) - Plaats van ‘kennis’ - Verwerven van kennis als voorwaarde voor het ontwikkelen van competenties (en niet als doel op zich) - Leerproces als constructief proces van kennisverwerving (en niet louter kennisoverdracht) - Keuze voor permanente evaluatie, bestaande uit: - permanente toetsen per geïntegreerd thema tijdens de lesperiodes - begeleiding en evaluatie van de stage - geïntegreerde casustoets op het einde van de module - portfolio
HBO verpleegkunde Leuven
3 De casustoets Wat? Een op de praktijk gebaseerd probleem waaraan toepassingsgerichte vragen zijn gekoppeld uit meerdere leergebieden. Doel Nagaan of de student de verworven (theoretische) inzichten kan toepassen in een (geschreven) praktijksituatie. - integratie tussen theorie en praktijk - integratie tussen verschillende leergebieden - integratie van vaardigheden Concreet - Casusbeschrijving (verhaal) - Geïntegreerde casustoets (casusvragen) - Constructie en verbeteren van de casustoets - Voorbereiding van de student op het werken met een casustoets
HBO verpleegkunde Leuven
3.1 Casusbeschrijving Voorbeeld Tips/valkuilen - Regelnummering - Zorg dat de casus dynamisch genoeg is - geen pure beschrijving van een toestand, laat dingen gebeuren in de casus! - Steek een tijdslijn in de casus. Werk met tussentitels (vb. dag van opname, dat 1 postoperatief) die de beschrijving structureren. - Schrijf alles in de tegenwoordige tijd. - Herlees de casus eens alleen vanuit het tijdsperspectief. - Geef de student een plaats in het verhaal (dit laat toe om de casusvragen later handelingsgericht te formuleren).
HBO verpleegkunde Leuven
3.2 De casusvragen Voorbeeld Tips/valkuilen (1) - Verwijs bij elke vraag naar de regelnummers in de casusbeschrijving, naar de competentie die bevraagd wordt en naar het aantal punten. - Laat de casusvragen de chronologie van de casusbeschrijving volgen. Dit draagt bij tot het geïntegreerd karakter van een casustoets. De vragen worden dus niet gebundeld per thema! Ook de patiënt komt niet per thema naar de verpleegkundige! - Vermijd passieve constructies. - Vermijd negatieve formuleringen, zeker dubbel negatief.
HBO verpleegkunde Leuven
3.2 De casusvragen Tips/valkuilen (2) - Gebruik zoveel mogelijk enkelvoudige zinnen. Duidelijk en eenduidig taalgebruik! Een vraag die stilistisch duidelijk is en eenduidig interpreteerbaar, is daarom nog geen niveauverlaging! - Blijf in de vraag zo dicht mogelijk bij de casusbeschrijving zelf. - Formuleer de vragen toepassingsgericht. Vermijd pure kennisvragen door het verpleegkundig handelen van de student in de vraag centraal te stellen. (Is gemakkelijker als de student een plaats heeft in de casusbeschrijving.) - Vermijd om vragen te stellen die de student kan beantwoorden zonder casus. Formuleer de vragen casusgericht. - Let op met ‘verdoken’ anatomie-vragen of ‘puntjes-vragen’.
HBO verpleegkunde Leuven
3.2 De casusvragen Tips/valkuilen (3) Voorbeeld Niet: ‘Wat zijn mogelijke complicaties bij het plaatsen van een Swan Ganz katheter? En hoe kan men deze eventueel voorkomen?’ Op deze vraag kan de student ook zonder casus antwoorden! Maar wel: ‘Je moet bij mevrouw Dewind een Swan Ganz katheter plaatsen. Voor welke mogelijke complicaties moet je aandacht hebben? Hoe kan je dit eventueel voorkomen? Voorbeeld Niet: ‘Wat is een geconventioneerde arts?’ Wel: ‘Mevrouw X vraagt of ze een ereloonsupplement zal moeten betalen. Leg haar uit waarom wel/of niet.’
HBO verpleegkunde Leuven
3.2 De Casusvragen Tips/valkuilen (4) - Durf de vraag volledig toepassingsgericht te formuleren. Hulpmiddel: betrek de naam van de patiënt in de vraag. Voorbeeld: Niet: ‘Wat is euthanasie? Kan Dirk hier gebruik van maken?’ Maar wel: ‘Kan Dirk gebruik maken van euthanasie?’ - Gebruik een situatie in de casus niet om te vragen naar andere aandoeningen (tenzij er een uitdrukkelijke link is). Voorbeeld Niet: ‘Meneer heeft een scoliose van de wervelzuil. Welke 2 andere afwijkingen van de wervelzuil ken je nog en leg uit.’ - Pas op met hypothetische vragen. Voorbeeld ‘Welke info over de context zou ze gekregen hebben als ze goed geluisterd had?’
HBO verpleegkunde Leuven
3.2 De casusvragen Tips/valkuilen (5) - Vermijd om in de vragen zelf nieuwe informatie te geven! Indien dit nodig is, moet dit in de casusbeschrijving zelf worden opgenomen.
HBO verpleegkunde Leuven
3.3 Constructie en verbeteren van de casustoets Tips/valkuilen (1) - Casustoets wordt gemaakt door team docenten dat in de betreffende module les geeft; 1 verantwoordelijke docent. - Hou in de loop van de module interessante stagesituaties bij als vertrekpunt bij de constructie. - De constructie is een dynamisch proces. Maak een duidelijke tijdsplanning op! - Alle klassen van dezelfde module krijgen dezelfde casustoets (bewaken van kwaliteitseisen). - Hoed u voor ‘super-patiënten’! - Semi-definitieve versie wordt nagelezen door ‘externe’ lezer. - Er wordt voor elke casustoets een casusgerichte antwoordsleutel opgemaakt met een gedetailleerde scoringswijze.
HBO verpleegkunde Leuven
3.3 Constructie en verbeteren van de casustoets Tips/valkuilen (2) - Gezamenlijk verbeteren: elke themaleerkracht verbetert de vragen die tot zijn thema behoren, maar wel op hetzelfde moment, in hetzelfde lokaal, in aanwezigheid van alle collega’s. - Verbeter per vraag en niet per student. - Vermijd om het antwoord van een schitterende student als sleutel voor de andere studenten te gebruiken. - Maak vooraf afspraken over de wijze waarop met taalfouten wordt omgegaan, vb. aanduiden maar niet sanctioneren, behalve de afgesproken ‘vaktermen’. - Systematisch wordt het gemiddelde per klas en per module op de casustoets berekend.
HBO verpleegkunde Leuven
3.4 Voorbereiding van de student - In de lessen en in de permanente toetsen wordt als voorbereiding gewerkt met minicasussen of met casusfragmenten. - Oefencasus: uitvoerig in module 1 en 2, afbouw naar module 5 toe. - Belang van herkenbaarheid: lay-out van casustoets is in elke module identiek. - Studenten met geattesteerde dyslexie: Sprint!
HBO verpleegkunde Leuven