Studentenbrochure OLV Ziekenhuis Afdeling VE Heelkunde - Orthopedie Bloklaan 5 1730 Asse Tel. 02/300 63 02
Hier komt titel van persbericht Versie 2012-2013 Pagina 1
Verwelkoming
Met deze brochure willen we je graag welkom heten op de afdeling VE Heelkunde-Orthopedie Het geeft je een idee over wie wij zijn, wat wij doen en wat je allemaal kan inoefenen op stage. We hopen dat je je vlug thuis bij ons voelt. We verzekeren onze goede wil en samenwerking om van jouw stage een leerrijk moment te maken. Tijdens deze stage maak je steeds deel uit van ons team en vragen we jouw hulp om onze doelstelling te realiseren: een kwaliteitsvolle, professionele en patiëntgerichte zorg te verzekeren aan de zieke medemens. De hoofdverpleegkundige, stagementoren en het ganse team staan je graag bij met raad en daad. Stel gerust vragen. Wij wensen je een leerrijke en boeiende stage toe. Namens de ganse equipe
Versie 2012-2013 Pagina 2
Inhoudstabel
Verwelkoming 1.
Voorstelling afdeling 1.1 1.2 1.3 1.4
Voorstelling van de verpleegafdeling Voorstelling personeel Voorstelling patiëntenpopulatie Hoe kan je de afdeling bereiken?
p. 4
2.
Stageverloop 2.1 Uurrooster/stage-uren 2.3 Evaluatiemomenten 2.4 Begeleiding 2.5 Dagtaken als student 2.6 Duidelijke afspraken
p. 6
3. 4. 5. 6. 7.
Dagindeling Meest voorkomende onderzoeken Meest voorkomende handelingen Doelstellingen/verwachtingen van de student Checklist van uit te voeren handelingen
p. 7 p. 9 p. 9 p.10 p.11
Bijlagen (indien gewenst) 1. 2
Veel voorkomende medicatie Verklaring van veel gebruikt vakjargon en afkortingen
Versie 2012-2013 Pagina 3
p.13 p.13
1.
Voorstelling afdeling
1.1 Voorstelling van de verpleegafdeling Hoofdverpleegkundige:
Sibrien Van Landuyt
Mentoren:
Grete Van Capellen, Kim Vleugels, Elke Geeroms, An Verdoodt, Marijke Van Den Brande
Telefoon:
02/300.63.02 of 02/300.60.02, onthaal: 02/300.61.11
Medische disciplines:
Orthopedie, Algemene Heelkunde, Cardio-Vasculaire Heelkunde, Plastische heelkunde, Urologie, Gynaecologie, ORL
Aantal bedden:
33 (+2 noodbedden)
Aantal kamers:
21
Bezoekuren:
13u30 tot 20u doorlopend
1.2 Voorstelling personeel Het team bestaat uit verpleegkundigen, bachelors, gediplomeerde en gebrevetteerde, zowel fulltime als halftime, en zorgkundigen. ’s Nachts wordt de verpleegkundige bijgestaan door een collega verpleegkundige van het NOë-team. (Nachtondersteunende Equipe) Ook overdag vervoegen de collega’s van de mobiele equipe het team. Referenten: - Wond-en stomazorg: Gina Verhulst - Tiltechnieken en geriatrie: Jan De Smedt - Diabetes: Lena De Geyndt en Paul Larivière - Patiëntenbegeleiding: Frieda Van De Driessche - Ziekenhuishygiëne: An Verdoodt en Nadia Bouhmidi Sociaal verpleegkundigen: Christa & Helga Kinésist: Frank Ergotherapeute: Els De sociaal VPK, ergo en kiné volgen regelmatig de briefing mee om te luisteren naar voorstellen, of zelf suggesties te doen naar patiënten toe.
Versie 2012-2013 Pagina 4
De diëtist komt wekelijks op de afdeling, en gaat langs bij de patiënten met diabetes, en/of andere voor aanpassingen van de voeding. Artsen: Orthopedie: Heelkunde: Plastische Heelkunde: Cardio-Vasculaire: Urologie: Gynaecologie: ORL:
Dr. Morelle, Dr. Roosens, Dr. François, Dr. Bande Dr. Krick + resident Dr. Van Eeckhout, Dr. Lefèvre Dr. Cooreman, Dr. Beelen Dr. Van Thillo Dr. Verlaenen, Dr. Gabriëls, Dr. De Hondt, Dr. Schockaert, Dr. Stukkens, Dr. Traen Dr. Vanden Durpel, Dr. De Groote
1.3 Voorstelling patiëntenpopulatie Meest voorkomende pathologie: Orthopedie:
heup- en knieprothese, rugoperaties, repositie en osteosynthese van de extremiteiten, arthroscopie, kruisbandletsels, schouderoperaties, …
Heelkunde:
darmoperaties, appendectomie, laparascopische galoperaties, liesbreuken, aanleggen van tijdelijk of permanent stoma, erysipelas, …
Plastische heelkunde:
borstreconstructie, flappen
Cardio-Vasculaire:
dilataties, plaatsen stent, …
Urologie:
TURP, TURB, niersteen, …
Gynaecologie:
debulking, hysterectomie, …
ORL:
amandelen wegnemen, neustussenschot, …
1.4 Hoe kan je de afdeling bereiken? De afdeling bevindt zich op het tweede verdiep nabij het operatiekwartier, telt 33 bedden, en ligt in een L-vorm. In de nieuwbouw, kamers 232 tot 245, de H-blok, zijn er zeven tweepersoonskamers en zeven éénpersoonskamers, in het oudste gedeelte van de afdeling, kamers 222 tot 228, de G-blok, zijn er twee éénpersoonskamers, en vijf tweepersoonskamers.
Versie 2012-2013 Pagina 5
2.
Stageverloop
2.1 Uurrooster/stage-uren We werken op de afdeling in 2 teams met elke een teamleider en teamleden. De teamleider is een verpleegkundige, de teamleden kunnen verpleegkundigen, zorgkundigen en/of studenten zijn. Het stagerooster wordt door de mentor en de student opgemaakt in het begin van de stageperiode. Shiften: V8: V6: V65: G8N: A: A6: N:
7u tot 15u30 7u tot 13u 7u tot 13u54 9u tot 17u30 13u54 tot 21u54 13u54 tot 19u54 21u45 tot 07u15
2.2 Evaluatiemomenten De stagedoelstellingen graag bij aanvang van de stage aan de stagementoren overhandigen. Aan de hand van deze leerpunten worden er afspraken vastgelegd tussen de student, de praktijklector en de stagementor. We geven steeds een ‘tussentijdse evaluatie’ om aandachtspunten door te geven en om na te gaan of de geplande activiteiten tot het gewenste resultaat leiden. Voor realisatie van de doelen worden afspraken gemaakt bv. bijwonen van onderzoeken, ingrepen, … Als de leerpunten onvoldoende aansluiten bij de mogelijkheden van onze afdeling of er onduidelijkheden zijn, wordt contact genomen met de praktijklector.
2.3 Begeleiding We trachten je zoveel mogelijk met dezelfde verpleegkundigen te laten werken. Heb je vragen, of loopt het niet zoals je verwacht, aarzel dan niet om de mentoren en/of hoofdverpleegkundige aan te spreken.
2.4 Dagtaken als student De studenten nemen deel aan alle activiteiten op de afdeling: • briefing en patiëntenbespreking. • hygiënische en verpleegkundige zorgen. • hanteren van verpleegdossiers. • ronddelen en hulp bij de maaltijden. • beantwoorden beloproepen. • nazorg van de kamers. • opruimen van de spoelruimte.
Versie 2012-2013 Pagina 6
• vervoer van patiënten. • eventueel bijwonen van onderzoeken, ingrepen, … .
2.5 Duidelijke afspraken Wat verwachten we van jou?
Haalbare en aangepaste doelstellingen Neem zelf je leerproces in handen Goede gegevensverzameling alvorens een taak aan te vatten is zeer belangrijk Goede rapportage (zowel mondeling als schriftelijk) is belangrijk Een ingevulde feedbackfiche is er weinig tijd om deze in te vullen, schrijf dan dagelijks jouw aandachtspunten van de dag op, en laat dit aanvullen of ondertekenen door de verpleegkundige waarmee je hebt gewerkt Vriendelijkheid, stiptheid, inzet, initiatief, motivatie en enthousiasme Respect voor privacy en beroepsgeheim Bij ziekte: steeds tijdig de afdeling en de school verwittigen
Maaltijden Warme maaltijden kunnen genuttigd worden in de cafetaria. Je betaalt met je badge die je kan opladen aan de daarvoor bestemde machine. Warme maaltijden en broodjes moeten besteld worden vóór 10u. Vraag hiervoor hulp aan de hoofdverpleegkundige of verantwoordelijke. Broodmaaltijden kunnen op de dienst zelf genuttigd worden. Het team gaat eten in 2 shiften: om 12u en om 12u30. Koffie en water zijn vrij te verkrijgen. Kledij, schoeisel, juwelen Elke student draagt een net uniform met geluidloze schoenen. Juwelen en nagellak zijn niet toegestaan. Het haar is netjes en verzorgd, en zo van toepassing samengebonden.
3.
Dagindeling
Ochtendshift: 7u00 – 15u30 7u00 – 07u15: - Korte briefing aan de vroegdienst door de nachtverpleegkundige. - De tweede waak is verantwoordelijk voor beloproepen. - Eerst worden de operatiepatiënten voorbereid, nadien patiënten die naar onderzoeken moeten. - Tijdens de verzorging worden de patiëntenoproepen zo snel mogelijk beantwoord. - Voor de nieuw opgenomen patiënten worden verpleegplannen opgestart. 8u00: Ontbijt, ronddelen van de maaltijden door het team
Versie 2012-2013 Pagina 7
8u45:
Het ontbijt worden afgeruimd door de zorgkundige en /of student
8u45 – 9u00: Korte pauze 9u00:
Verdere verzorging. na de ochtendzorg worden de verbandwagens afgeruimd en aangevuld. De spoelruimte en de linnenkar worden opgeruimd.
11u00:
Administratie, rapporteren in het patiëntendossier van de verzorging en parameters.
11u30:
Middagmaal, ronddelen van de maaltijden en medicatie.
12u00:
Middagpauze voor een deel van het team, de rest dient samen af met de zorgkundige.
12u30:
Middagpauze voor de rest van het team. De rest van het team gaat de patiënten afhalen van intensieve zorgen, antwoordt de beloproepen, en werkt de administratie af.
13u:
Namiddagverzorging: wondzorg, opname van parameters, bedopschik, installeren van nieuwe opnames
Avondshift: 13u54 – 21u54 13u54:
Dienstoverdracht aan de twee of drie verpleegkundigen van de avond – dienst. De ochtendploeg luistert zo mogelijk mee en staat intussen in voor het beantwoorden van de beloproepen.
14u15:
Verder afwerken van namiddagverzorging van de patiënten + medicatietoer.
15u00:
Administratie van de verzorging, opruimen en aanvullen van de verbandwagens.
15u15 – 15u30: 15u30 – 21u45:
Koffiepauze
Controle parameters, verbandcontrole Beloproepen beantwoorden Bereiden van IV – medicatie Registratie van parameters en de verzorging in de dossiers Klaarleggen van operatiehemd, patiëntendossier, rx en pre – medicatie voor operatiepatiënten Vervoer van en naar operatie, onderzoeken Wegleggen voorraad apotheek per patiënt en in de stock Ontslag van patënten, en de kamers opnieuw in orde zetten Opnames Pré-op onderzoeken: labo en ECG afnemen
Versie 2012-2013 Pagina 8
21u45:
Maaltijd op – en afdienen Medicatiedistributie: PO, IV, SC, IM, intra-veneus Overdracht aan de nachtverpleegkundige
Nachtshift: 21u45 – 7u15 22u:
Eerste zaalronde
24u00:
Verbandwagens aanvullen en IV – medicatie van 24u oplossen.
02u00:
IV – medicatie toedienen, ledigen van urinezakken en noteren van debiet, debiet op de redons aanduiden, parametercontrole bij operatiepatiënten.
04u00:
Registreren van de activiteiten, debieten en parameters in het dossier.
05u00:
Zaalronde, registreren van observaties.
06u00:
Temperatuuropname, blaassondes verwijderen, perfusie aanhangen van 06u en registratie van parameters.
07u00:
Overdracht aan het ganse team, tweede waak verantwoordelijk voor beloproepen.
→ → → → →
patiënten goedleggen, controle van perfusies, controle van verbanden, controle stomazakjes, vervangen van luiers en ledigen van urinaals.
Versie 2012-2013 Pagina 9
4.
Meest voorkomende onderzoeken
RX thorax, abdomen, ledematen, ingewanden en echo. CT scan, CT angio. Botdensiometrie. Botscan. Coloscopies. Gastroscopies. Ecg. Emg. Labo analyses. Vaatfoto’s, echo duplex.
5.
Meest voorkomende handelingen
Handhygiëne
Bedopschik
Manutentie, hef-en tiltechnieken, gebruik van actieve en passieve tillift
Fixatie
Hygiënische zorg: o
Ochtendzorg in bed/aan lavabo, ADL
o
Detailzorgen: mondzorg, haartooi, scheren van de mannelijke zorgvrager
Vitale parameters: o
Meten van temperatuur, hartslag , bloeddruk en saturatie
o
Observatie bewustzijn en pijn
Toediening van zuurstof, aërosol
Gebruik van bedpan, urinaal, incontinentiemateriaal, urinecollector
Toedienen lavement
Hulp bij eten en drinken
Toedienen medicatie per os, intramusculair, subcutaan, en intraveneus
Wondzorg: o
DAV en absorberend verband
o
Verwijderen van drains en redons
o
Verwijderen van hechtingen: draad en haakjes
Blaascatheterisatie, nemen van urinestaal, verwijderen van blaassonde
Plaatsen en verwijderen maagsonde
Stomazorg
Plaatsen en verwijderen perfusie
Versie 2012-2013 Pagina 10
6.
Doelstellingen/verwachtingen van de student
De student is verantwoordelijk voor zijn eigen leerproces, de afdeling is medeverantwoordelijk voor het creëren van een boeiende leeromgeving. De taak van de hoofdverpleegkundige in studentenbegeleiding wordt beperkt tot het uitwerken van organisatorisch kader. De mentor is een aanspreekpunt, contactpersoon voor de student op de afdeling. Iedere verpleegkundige wordt beschouwd te kunnen functioneren als begeleidende verpleegkundige voor de student.
7.
Checklist van uit te voeren handelingen
→ A – handelingen: • het observeren, het herkennen en het vastleggen van de gezondheidsstatus, zowel op psychisch, fysisch als sociaal vlak. • het omschrijven van verpleegproblemen. • het informeren en adviseren van de patiënt en zijn familie. • het voortdurend bijstaan, uitvoeren en helpen uitvoeren van handelingen, waar – door de verpleegkundige/student het behoud, de verbetering en het herstel van de gezondheid van gezonde en zieke personen en groepen beoogt. → B – handelingen: ◦ B1 = verstrekkingen waarvoor geen voorschrift van de arts nodig is. ◦ B2 = verstrekkingen waarvoor een voorschrift van de arts nodig is. a. Behandelingen: 1. ademhalingsstelsel: B1 → zuurstoftoediening. 2. bloedsomloopstelsel: B1→ plaatsen van intraveneuze katheters in een perifere vene, bloedafname en intraveneuze perfusie, eventueel met gebruik van een debietregelaar. B2→ aanbrengen van verbanden en kousen ter preventie en/of behandeling van veneuze aandoeningen. → voorbereiding, toediening van en toezicht op intraveneuze perfusies en transfusies. → verwijderen arteriële katheters. → bloedafname.
Versie 2012-2013 Pagina 11
3.
spijsverteringsstelsel: B1→ manuele verwijdering van fecalomen. B2→ voorbereiding, uitvoering en toezicht op: ∟ lavement. ∟ darmspoeling.
4.
urogenitaal stelsel: B1→ aseptische vulvazorgen. B2→ voorbereiding, uitvoering en toezicht op: ∟ blaassondage. ∟ blaasinstillatie.
5.
huid en zintuigen: B1→ voorbereiding, uitvoering en toezicht op: ∟ wondverzorging. ∟ verzorging van stomata. ∟ verzorging van wonden met wieken en drains. B2→ voorbereiding, uitvoering en toezicht op: ∟ verwijderen van cutaan hechtingsmateriaal, wieken en drains. ∟ verwijderen epidurale katheter.
6.
metabolisme: B2→ voorbereiding, uitvoering en toezicht op: ∟ hemoperfusie.
7.
medicamenteuze toedieningen: B2→ voorbereiding en toediening van medicatie via volgende toegangswegen: ∟ oraal – inhalatie inbegrepen. ∟ rectaal. ∟ subcutaan. ∟ intramusculair. ∟ intraveneus. → voorbereiding en toediening van een medicamenteuze onderhoudsdosis via door een arts geplaatste katheter: epidurale met als doel een langdurige analgesie bij de patiënt te bekomen.
Versie 2012-2013 Pagina 12
b. Voedsel – en vochttoediening: B1→ enterale vocht – en voedseltoedniening. B2→ parenterale voeding. c. Mobiliteit: B1→ de patiënt in een functionele houding brengen met technische hulp – middelen en het toezicht hierop. d. Hygiëne: B1→ specifieke hygiënische zorgen als voorbereiding op een onderzoek of behandeling. → hygiënische zorgen bij patiënten met ADL – dysfunctie. e. Fysische beveiliging: B1→ vervoer van patiënten die een bestendig toezicht nodig hebben. → maatregelen ter voorkoming van lichamelijke letsels: fixatiemiddelen, isolatie, beveiliging en toezicht. → maatregelen ter preventie van infecties. → maatregelen ter preventie van decubitus. f.
Verpleegkundige handelingen die verband houden met het stellen van de diagnose en de behandeling: B1→ meting van parameters behorende tot de verschillende biologische functiestelsels. B2→ gebruik van apparaten voor observatie van de verschillende functiestelsels. → staalafname en collectie van secreties en excreties. → bloedafname – veneus of capillair. - arterieel.
g.
Assistentie bij medische handelingen: B1→ voorbereiding van een patiënt op de chirurgische ingreep.
→ C – handelingen – toevertrouwde medische handelingen:
Versie 2012-2013 Pagina 13
Specifieke handelingen van afdeling VAC-therapie Stomazorg
Bijlagen (indien gewenst) 1.
Veel voorkomende medicatie
Paracetamol, Taradyl, Tradonal, Litican, Zantac, Primperan, Augmentin, Dalacin, Dipidolor, Omic, Ibuprofen, Panthomed, Clexane, Torental, Plavix, Asaflow, Voltaren, Dynastat
2
Verklaring van veel gebruikt vakjargon en afkortingen
→ → → → → →
AB: antibioticum. AER: aerosol. AMI : acuut myocard infarct. AP: anus praeter. APTT: geactiveerde partiële tromboplastine tijd. AVVZ: arm aan verzadigde vetzuren.
→ BS: blaassonde. → BD: bloeddruk → → → →
CA: kanker. CI : centraal infuus. COPD/COLD: chronic obstructive pulmonary disease. CT: computerized tomography.
→ → → → →
DAT: daling algemene toestand. DAV: droog aseptisch verband. ∆: diabetes. DNR: do not reanimate. DVT: diep veneuze trombose.
→ EKG: elektrocardiogram. → EMG: elektromyografie. → EPP: epidurale pijnpomp. → #: fractuur. → HA: huisarts. → HOLA: hechtingen onder locale ansthesie. → KV: kortverblijf
Versie 2012-2013 Pagina 14
→ → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → →
LF: longfunctie. LV: licht verteerbaar. MS: maagsonde. NH: naar huis. NI: nierinsufficiëntie NIDDM: niet – insuline dependente diabetes mellitus. NMR: nucleaire magnetische resonantie. NNG: nog niet gewaterd. NNO: nuchter na ontbijt. NOK: niet op de kamer NPO: niets per os. OZ: onderzoeken. PC: packet cells. PCEA: patiënt gecontroleerde epidurale analgesie = epidurale pijnpomp. PCIA: patiënt gecontroleerde intraveneuze analgesie = intraveneuze pijnpomp. PI: perifeer infuus. PLIF: posterior lumbar interbody fusion. PP: perifere pijnpomp. PTT: protrombinetijd. RO: rustoord SILS: single incision laparascopic surgery. SVH: systematisch verpleegkundig handelen. THP: totale heupprothese. TKP: totale knieprothese. TLC: tender love and care. TOT: transobturator tape = netje achter de vagina. TUIP: transuretrale incisie van de prostaat. TUN: transuretraal nazicht. TURP: transuretrale resectie van de prostaat. TVT: tension free vaginal tape = spanningsvrije vaginale band. (lusvormige band onder de urethra) UD: urinedebiet. UN: urethraal nazicht. UWI: urineweginfectie. VAC: vacuum assisted closure. VHT: vaginale hysterectomie. VKO: verkeersongeval.
Versie 2012-2013 Pagina 15
OLV Ziekenhuis VE Heelkunde-Orthopedie Campus Asse Bloklaan 5 1730 Asse
Contact T. 02 300 63 02 T. 02 300 60 02 Email:
[email protected]
Versie 2012-2013 Pagina 16