Structuurschets Noordoost april 2008
Gemeente Maastricht Domein SEB Sector Ruimte
SAMENVATTING Het Noordoostelijke stadsdeel van Maastricht is een gebied met een grote diversiteit . Zware industrie wordt afgewisseld met intieme woonbuurten, oude lommerrijke landgoederen liggen naast snelwegen en spoorlijnen. Zestig jaar geleden was het gebied nog grotendeels agrarisch en lag hier de overlaat van de Maas. Nu is het gebied alweer aan vernieuwing toe, zowel wat betreft bedrijvigheid, infrastructuur als woningbouw. Het gebied vormt de belangrijkste entree van de stad, zowel met de trein als over de weg. Naast economische kansen zijn er vanwege de nabijheid van de binnenstad en Landgoederenzone ook mogelijkheden voor nieuwe woonmilieus. De Structuurschets Noordoost bevat een samenhangende visie voor het fysieke raamwerk van landschap, infrastructuur en openbare ruimtes. Daarnaast worden uitspraken gedaan over de sociaal-culturele infrastructuur, de economie en de toekomstige woon-en werkmilieus in het Noordoostelijke stadsdeel van Maastricht. Centrale opgave én kans voor Noordoost is natuurlijk de ondertunneling van de A2 traverse. Daarnaast is het cruciaal om “dwarsverbindingen” (in O.W.-richting) te realiseren, om vanuit de woonbuurten de toegankelijkheid van de belangrijkste kwaliteiten in dit stadsdeel (Geusseltpark, Maasoever en Wyck/binnenstad) structureel te verbeteren. Dit betreft o.a.: - Het maken van een nieuwe verbinding tussen Wyck en Wyckerpoort over de sporen ten noorden van het station voor openbaar vervoer, fiets en voetganger. Daarbij krijgt het station ook een duidelijke entree aan de oostzijde. - Het maken van een tunnel onder het spoor tussen Limmel
Stedelijke voorzieningen Stadsentree Centrum Oost Industrie woongebied Mogelijke locaties Buurtvoorziening
Structuurschets Noordoost
- - -
en Nazareth (Balijeweg) en het ondergronds brengen van de belemmerende en ontsierende hoogspanningsleidingen. Vormgeving van de Viaductweg als een “brug over de stad” met ongelijkvloerse kruisingen voor het lokale wegennet. Het maken van een ongelijkvloerse kruising voor langzaam verkeer tussen Nazareth en de Geusselt over de A2. Aantrekkelijke langzaam verkeer routes tussen Old Hicko ryplein – Geusselt en Voltastraat – Geusselt.
Voor het groene raamwerk is de opgave drieledig: - Vernatting, het weer “aan de praat krijgen” van het water- systeem in de Landgoederenzone, door afvoer van grond waterstromen langs de A2-tunnel en waterafkoppeling in de wijken. - Ontsnippering, o.a. door het maken van water- en rekrea- tieve verbindingen tussen de Geusselt en de Landgoederen zone . - Toegankelijkheid, o.a. door transformatie van bedrijfster- reinen langs de Maas (Limmel aan de Maas) en het aanleg- gen van een wandel- en fietspromenade langs de Maas, die uitmondt in het Griendpark. Op wijkniveau wordt door herstructurering ruimte geschapen voor twee nieuwe openbare (groen)pleinen in Wittevrouwenveld-noord en Nazareth-zuid. De verbetering van het voorzieningenniveau wordt bereikt door: - Een regionaal sport- en leisurecentrum Geusselt met o.a. regionaal zwembad, sporthal en andere in - en outdoor sportvoorzieningen. - Het creëren van een samenhangende structuur aan Wonen, Welzijns- en Zorgvoorzieningen, waardoor de bewoners van Maastricht NoordOost in staat worden gesteld, al dan niet in combinatie met zorg, zo lang mogelijk zelfstandig in hun vertrouwde omgeving/buurt woonachtig te zijn. - Streven naar twee nieuwe kindcentra (brede scholen) voor
Wittevrouwenveld/ Wyckerpoort (onderzoek naar inge- bruikname Openluchtschool na ondertunneling van de A2) en voor Limmel/ Nazareth . - Het nieuwe winkelcentrum aan de Voltastraat in samenhang met de herontwikkeling van de KPN-lokatie (hart van oost). - Een nieuw buurtwinkelcentrum Limmel-Nazareth - Onderzoek naar ruimte voor perifere detailhandel en Cul- tuur- en Congresfuncties aan weerszijden van de Noorder- brug (resp. noord- en zuidzijde). Via herstructurering worden stedelijke woonmilieus gerealiseerd (Wittevrouwenveld, Wyckerpoort, Nazareth zuid), een stadsrandmilieu in Nazareth Midden en Noord en een dorps milieu in Limmel. Voor de werkmilieus liggen de accenten op grootschalige kantoren (omgeving Geusselt), revitalisering van (maak)industrie (Beatrixhaven, uitbreiding Mosa-Limmel) en nieuwe woon-werk-combinaties (buurten). Bij de herstructurering moet nadrukkelijk rekening worden gehouden met de cultuurhistorische waardestelling. De Structuurschets wordt verder uitgewerkt in een stedenbouwkundig masterplan voor de vier buurten Limel, Nazareth, Witttevrouwenveld enWyckerpoort. Het thema Cradle to Cradle ( in welk kader recentelijk ideeën zijn verzameld voor Noordoost) is input voor de verdere uitwerking. Duurzaamheid draagt bij aan beheersing van de woonlasten en aan de gezondheid van de bewoners. In de volgende fase, de uitwerking van het masterplan, moeten de thema’s cradle to cradle en duurzaamheid verder worden uitgewerkt .
INHOUD Inleiding
7
De analyse
11
-
Cultuurhistorie 11
-
Groen, water en landschap 17
-
Verkeer
21
-
Sociaal cultureel
25
-
Economie
27
-
Wonen 31
-
Lopende projecten en gebiedsvisies 38
De Visie
44
-
Het Raamwerk 44
-
De verkeersstructuur 48
-
De openbare ruimtes 51
-
De voorzieningen 54
-
De werkmilieus 56
-
De woonmilieus 57
INLEIDING De Structuurschets Noordoost stelt de ruimtelijke kaders voor de nog op te stellen buurtplannen en gebiedsvisies in het Noordoostelijk stadsdeel. Het is een uitwerking van het Structuur en Mobiliteitsbeeld 2030 en de nota “Ruimte rond de A2”. Het incorporeert enerzijds lopende plannen en projecten, maar geeft ook een aantal “doorkijken”, die verder gaan dan de huidige plannen. Het gebied van de Structuurschets Noordoost omvat globaal: - de buurten Limmel, Nazareth, Wyckerpoort en Wittevrou wenveld - het bedrijventerrein Beatrixhaven - de Landgoederenzone
grens studiegebied
Het gebied is tamelijk versnipperd door zware infrastructuur (A2 en spoor). In de buurten is veelal een eenzijdige en verouderde woningvoorraad. Het bedrijventerrein is verouderd en niet direct bereikbaar vanaf de snelweg. Het groen is niet goed toegankelijk en slecht ingericht. Een aantal ontwikkelingen valt nu samen. - de aanbesteding van het project A2 Maastricht is in volle gang. Een belangrijke barriere zal gaan verdwijnen. - het proces voor de aanpak van de buurten is gestart - de kaders voor de ontwikkeling van het gebied tussen Lim mel en de Maas zijn vastgesteld - Het plan voor de omgeving van de Geusselt wordt op o nderdelen in uitvoering genomen, als eerste stap in de ont wikkeling van de Landgoederenzone tot een Landgoede renpark op stadsregionaal niveau. - De regionale gebiedsontwikkeling Maastricht- Valkenburg is op de rails gezet . De Provincie heeft de ambitie om, samen met publieke en private partijen en aan de hand van gezamenlijk op te stellen gebiedsprogramma’s, in een aantal geselecteerde gebieden projecten om te zetten in concrete resultaten. Eén van deze kerngebieden is de regio Maas tricht-Valkenburg. Nu is hèt moment om de kansen voor het gebied te gaan benutten.
OPGAVEN In de nota “Structuur- en Mobiliteitsbeeld Maastricht” wordt geconstateerd dat Maastricht een gemeleerde centrumrand mist. Gekoerst wordt op een geleidelijke transformatie van een aantal buurten rond de binnenstad en het via transformatie toevoegen van nieuwe woonen werkmilieus aan de stad.Voor de oostoever gaat het daarbij om nieuwe (stedelijke) woonmilieus voor o.a. gezinnen met kinderen, om het creëren van ruimte voor (verkeersaantrekkende) stedelijke en regionale functies en om handhaving/ versterking van de maakindustrie. Als contramal voor de “rode” ontwikkelingen is de opgave om ook het groen kwalitatief te verbeteren, onderling te verbinden (ontsnipperen) en meer toegankelijk te maken.. Daarnaast gaat het om het behouden en uitbouwen van de kansen die het gebied kan bijdragen aan de stedelijke economie. De maakindustrie speelt daarin een nadrukkelijke rol. De opgave vanuit het gebied zelf betreft: De buurten een nieuw toekomstperspectief geven door middel van: - verbetering van de woningvoorraad (eenzijdigheid vermin deren, meer differentiatie in woonproducten realiseren, en verbeteren van de leefbaarheid - (interne) barrières opheffen of verminderen/verzachten, verbetering (externe) oriëntatie en groenstructuur Het bedrijventerrein Beatrixhaven revitaliseren en de be reikbaarheid verbeteren. De Landgoederenzone versterken, ontsnipperen en omvor men tot een Landgoederenpark.
De Structuurschets Noordoost geeft de integrale (fysieke) samenhang weer tussen projecten en dient als (ruimtelijk) kader voor wijk- en buurtplannen. Het thema Cradle to Cradle is input voor de verdere uitwerking. Met name groene stadsrandmilieus kunnen veel groene kwaliteiten opleveren en daarmee een bijdrage leveren aan beheersing van het stadsklimaat en verbetering luchtkwaliteit. Onderzocht moet worden of dit ook in compacte milieus kan. Toepassing van energiebesparing en innovatieve energiemethoden draagt bij aan het beheersbaar houden van woonlasten.
WERKWIJZE
Projekten
In de praktijk blijkt dat het “gat” tussen het ruimtelijk (globaal) beleid (zoals vastgelegd in de nota Structuur en Mobiliteitsbeeld en ook de nota “Ruimte rond de A2”) en de operationele vertaling in de verschillende projecten te groot is. Hierdoor dreigt dat de verschillende (deel)ontwikkelingen onderling te weinig op elkaar worden afgestemd en de integrale (ruimtelijke) samenhang onvoldoende wordt bereikt. Om dit te voorkomen is dringend behoefte aan een meer uitgewerkt ruimtelijk kader dat als “tussenschakel” kan dienen voor het gebied Noordoost. De onderhavige Structuurschets voorziet in die behoefte. De gebruikelijke werkwijze voor het vervaardigen van een gebiedsvisie is eerst het maken van een analyse, gevolgd door een visie om af te sluiten met een overzicht van projecten. Deze werkwijze kan hier niet strikt gevolgd worden omdat er al een aantal majeure projecten, zoals A2, Geusselt en TREGA/Zinkwit vastliggen in Raadsbesluiten en collegestandpunten. Na de analyse wordt daarom eerst een overzicht gegeven van de stand van zaken van de projecten en gebiedsvisies, die meegenomen worden in de visie. De visie moet vooral gezien worden als het in kaart brengen van de samenhang en de kansen voor de verdere ontwikkeling van de wijken en buurten die mede juist door die majeure projecten ontstaan.
Gebieden
Nazareth
Limmel
10
Maastricht ca 1850
De Analyse CULTUURHISTORIE Historische ontwikkeling Het Noordoosten van Maastricht is vanouds een waterrijk en drassig gebied. Hier bevinden zich Landgoederen met waterpartijen, gevoed door de Kanjel en Gelei. Direct ten oosten van de spoorlijn bevond zich de overlaat van de Maas. In tegenstelling tot West kent het oostelijk stadsdeel een lineaire opbouw, voortkomend uit de landschappelijke patronen. Er is een sterke gelaagdheid van oude linten, dorpskernen, grote infrastructuur ,fabriekscomplexen en planmatig opgezette wijken. In eerste instantie is de ontwikkeling van Oost niet sterk planmatig gestuurd. Pas in de vijftiger jaren werd er vanuit een totaalstructuur gedacht. Met name Wittevrouwenveld is echter altijd een lappendeken van buurtjes gebleven. Wyckerpoort is wel planmatig opgezet, als een parochiewijk rond het Old Hickoryplein. Dit geldt ook voor Nazareth. Limmel is als zelfstandige wijk en voormalig dorp altijd te gering in omvang geweest. Het is ingeklemd door industrie. Het plan van Dingemans ”Uitbreidingsplan voor het oostelijk stadsdeel” geeft een totaalvisie, waarbij al bestaande wijken, zoals de Burgemeestersbuurt, worden geincorporeerd. Het hoofdmoment van het plan is de Pres. Rooseveltlaan, de huidige A2- traverse. De wijk Nazareth is planmatig opgezet als parochiewijk, met laagbouw, appartementen langs groene randen en een hart van de buurt met kerk, winkels en school.
“ Uitbreidingsplan Oostelijk stadsdeel “ vijftiger jaren
11
12
Waardering stedenbouwkundige ensembles De waardestelling van stedenbouwkundige ensembles is nadrukkelijk informatief. Het stellen van waardes is geen verbod op sloop. Wel is het gewenst om bij plannen tot herstructurering zoveel mogelijk rekening te houden met waardevolle ensembles.
Nazareth langs A2
Nazareth langs spoorlijn
President Rooseveltlaan. Het belangrijkste ensemble van Maastricht Noordoost is de compositie van woningbouwcomplexen en openbare gebouwen langs de President Rooseveltlaan (ensemble 5) Dit ensemble is onderdeel van de parkway, waarin de overgang van het landschap naar de stad zo is vormgegeven, dat de automobilist wordt begeleid bij het binnenkomen of verlaten van de stad. De entree van de stad bestaat uit de randbebouwing van Nazareth (ensemble 3) , vervolgens twee scholen die als een poort werken en hierna de lange wanden die een soort canyon tussen Wyckerpoort en Wittevrouwenveld vormen naar het centrum van het gebied rondom de Lourdeskerk. De route mondt uit in de groene ontvangstkamer van het Koningsplein en het Oranjeplein. Hier domineren de ANWB-flat, de Gemeenteflat en de toren van Holt de ruimte. Ensembles in de wijken In Limmel is, naast de oude dorpskern, de noordelijke uitbreiding interessant als samenhangend stedenbouwkundig ensemble, met brede groenstroken. (1) Architectonisch is het noordelijk deel van Limmel monotoon, vanwege de grote hoeveelheid gelijksoortige woningen In Nazareth is een verschil tussen het deel ten noorden van de Balijeweg en ten zuiden daarvan Het zuidelijke deel heeft een gemengd, zelfs wat rommelig beeld van lintbebouwing, fabriekscomplexen, een zeer dicht ogend appartementencomlex en laagbouw. Er is weinig groen. Het noordelijk deel echter vertoont wel samenhang en is vormgegeven rond duidelijke groenstructuren.(2) De randbebouwing langs de A2 is waardevol in stedenbouwkundig opzicht (markante begeleiding van de A2). (3) Langs de spoorlijn bevindt zich een reeks naoorlogse grondgebonden woningen, die met een groenstrook de overgang naar het spoor vormen. (4) 13
14
In Wyckerpoort is het Old Hickoryplein (7) de onbetwiste parel, zowel in stedenbouwkundig als in architectonisch opzicht. Daarnaast is het buurtje op de hoek Scharnertunnel/Meerssenerweg waardevol.(9) De zogenaamde Generaalsbuurt achter de Meerssenerweg (6) is met name interessant vanwege het hoogteverschil tussen tuinen en straat. Dit heeft met de ligging in het voormalige winterbed te maken. Architectonisch is het wijkje echter niet bijzonder. Het buurtje achter het Thorbeckeplantsoen vertoont het karakteristieke beeld van een tuindorp met prominente kappen. (8) In Wittevrouwenveld is het Schepenenplein de parel.(11) De Burgemeestersbuurt is interessant vanwege de interactie tussen de pittoreske stedenbouw (verspringingen en richtingsveranderingen) en de architectuur die met details bijzondere punten markeert. (10) Het buurtje op de hoek Frankenstraat/Aartshertogenstraat heeft een fraaie architectonische samenhang.(15). Ook de omgeving van de Burgemeester Hennequinstraat (13) heeft een architectonische samenhang. De ensembles 12 , (Burg.Van Oppenstraat) 13 Burg.Hennequinstrat) en 14 (omg. Merovingenstraat) hebben een minder prominente plaats, maar hebben vanwege hun samenhang toch een bijzonder waarde.
Old Hickoryplein
Burg. van Oppenstraat
Schepenenplein
Burgemeestersbuurt 15
16
GROEN EN LANDSCHAP. Regionaal niveau Ten noorden van de stad Maastricht ligt een ecologisch netwerk op Europees niveau, dat vanaf het Heuvelland via het Geuldal naar de Grensmaas en de Kempen reikt. De Landgoederenzone is een onderdeel van deze ecologische verbindingszone. Daarnaast is het gebied ook waardevol in cultuurhistorisch opzicht door het voorkomen van een groot aantal oude landgoederen. Deze verbindingszone wordt op een aantal plekken doorsneden door de snelwegen A2 en A79 en de spoorlijnen van Maastricht naar Roermond en Heerlen. Dit is een knelpunt dat in de toekomst opgelost moet worden. Het streven, zoals dat onder andere in het Ambitiedocument van de A2 is verwoord, is om van de Landgoederenzone één samenhangend park te maken, dat goed toegankelijk is vanuit de aanliggende buurten en kernen. Door de belangrijke cultuurhistorische waarden en de ecologische waarden gekoppeld aan het watersysteem met elkaar te verbinden, kan een gebied ontstaan dat zeer geschikt is als recreatief uitloopgebied.
A2 / Landgoederenzone
Kanjel 17
Stadsdeelniveau Karakteristiek is het voorkomen van een groot aantal oude landgoederen aan de noord- en oostkant van het plangebied. Het bronnengebied van de Landgoederenzone heeft blijkbaar vroeger een grote aantrekkingskracht gehad voor de vestiging van villa’s vanwege de voeding van grachten en waterpartijen. De lokalisering van deze landgoederen hangt samen met de loop van de Kanjelbeek, een kleine beek die ontspringt in de Landgoederenzone en ten zuiden van Borgharen in de Maas uitmondt. De bij de landgoederen aangelegde parken en tuinen zijn zowel voor de sfeer als ook ecologisch van grote waarde.
Landgoed Meerssenhoven
Noordoostelijke Maasoever 18
De Maas is natuurlijk het belangrijkste landschappelijke element in dit stadsdeel, maar die is in het stadsdeel weinig voelbaar. In de huidige situatie bevindt zich tussen Limmel en de Maas een industriegebied. De Maasoever zelf heeft hier weinig verblijfskwaliteit, omdat de Borgharenweg vlak langs de oever loopt. Er zijn een aantal knelpunten wat betreft ecologische samenhang. De Kanjel is volledig gekanaliseerd en heeft daarmee geen natuurvriendelijke inrichting. Daarnaast is de beekloop op een aantal plaatsen niet zichtbaar en navolgbaar. Dit is zowel ecologisch als landschappelijk-recreatief een knelpunt. De Landgoederenzone vormt een belangrijke ecologische verbindingszone tussen Heuvelland, Geul en Maas. De gehele zone heeft een groen karakter. Op een aantal plaatsen is de ecologische kwaliteit (en daarmee de functionaliteit als verbinding) niet optimaal. Dit is met name het geval in sportpark Limmel, delen van Marienwaard en sportpark Geusselt en omgeving. Maatregelen · De oevers van de Kanjel moeten op een natuurlijke wijze worden ingericht en de beekloop moet in het landschap zichtbaar gemaakt worden. · Er moet een groen-blauwe verbinding komen vanaf de oost zijde van de stad door het Geusseltpark naar de Landgoe derenzone. Het geheel moet als één samenhangend land schapspark worden opgevat. De inrichting en het beheer van dit gebied moet geoptimaliseerd worden voor de na tuur- en recreatiefunctie.
Wijk- en buurtniveau Limmel-Noord en Nazareth-Noord kennen een duidelijke groenstructuur van parken en plantsoenen, die samenhangen met de stedenbouwkundige opzet. Dat geldt ook voor Wyckerpoort-Noord. Deze opzet moet bij de herstructurering gerespecteerd worden. Als er in de omgeving nieuwe groenstructuren worden aangelegd moet bekeken worden of de huidige groenelementen daarmee verbonden kunnen worden.
Maastricht noordoost Ecologisch waardevolle elementen
Limmel-Zuid, Nazareth-Zuid en Wittevrouwenveld daarentegen zijn bijzonder arm aan buurtgroen. Bij de herstructurering moet hiervoor ruimte geschapen worden. Het gaat daarbij om een grotere centrale groene ruimte (buurtpark) en een aantal kleinere groene speelplekken voor kleine kinderen.
19
Daarnaast moet bekeken worden hoe de overige openbare ruimte in deze wijken (straten/pleintjes) door middel van groen (bomen) een minder harde en stenige uitstraling kan krijgen. Hiermee wordt tevens een aantrekkelijkere en gezondere woonomgeving gemaakt.
Maastricht noordoost Ontwikkeling ecologische verbindingen
20
Maatregelen In Nazareth-Zuid en Wittevrouwenveld moeten nieuwe · buurtparken worden gecreëerd die middels groene routes met het Geusseltpark verbonden zijn. · In Limmel-Zuid moeten groene routes komen naar de rivier. · De verblijfskwaliteit van de rivieroever moet worden ver groot. · In alle wijken is bij de planuitwerking aandacht nodig voor kleine groene speelplekken en vergroening van de directe woonomgeving door bomen.
VERKEERSSTRUCTUUR Project A2 Het project A2 Maastricht heeft als doel de doorstroming, bereikbaarheid en leefbaarheid in het oostelijk stadsdeel van Maastricht structureel te verbeteren. Door de ondertunneling van de A2 wordt de huidige barrière van de A2-Passage opgeheven en ontstaan kansen voor stedelijke vernieuwing. Dit project is een belangrijke voorwaarde voor de benodigde buurtontwikkeling. Het project bestaat uit veel meer dan de ondertunneling van de A2Passage. Onderdelen van het project zijn tevens: het volledig maken van het knooppunt A2/A79 - - het realiseren van een directe verbinding van de Beatrixha- ven vanaf de A2 (en de A79) - het maken van een nieuwe Stadsboulevard ter plaatse van de huidige A2-Passage als wijkontsluitingsweg van Wycker- poort en Wittevrouwenveld - het ongelijkvloers maken van het kruispunt Viaductweg / Meerssenerweg Daarnaast zal op diverse locaties vastgoed worden ontwikkeld. Stadsnivo In Maastricht-Oost fungeert de A2 als de ruggengraat voor de bereikbaarheid van de stad in noord zuid richting. Na de ondertunneling, die gerealiseerd wordt in het kader van het project A2 Maastricht, wordt het doorgaande en regionale autoverkeer ontvlochten van de lokale ontsluiting. De ondertunneling van de A2 leidt (doordat de files op en voor de A2-Passage zal verdwijnen) tot afname van het sluipverkeer op parallel aan A2 lopende routes, die veelal door woonbuurten en kernen lopen. In oost-west richting lopen de hoofdstedelijke en regionale verbindingen over de Maas: het Noorderbrugtracé direct ten noorden van de binnenstad, het J.F.Kennedytracé juist ten zuiden daarvan. De huidige capaciteit van het Noorderbrugtracé, die vooral belangrijk is voor de regionale bereikbaarheid van de stad, zal worden vergroot Verkeersschema Maastricht Oost 21
door de maatregelen in het kader van het A2-project en het project Belvedère. In de planstudie Maaskruisend Verkeer wordt een breed pakket van maatregelen onderzocht ter verbetering van de Maaskruisende bereikbaarheid voor alle vervoerswijzen. Er is aan de noordzijde van de stad een tracé gereserveerd, waar op termijn indien nodig en wenselijk, een nieuwe Maaskruisende verbinding voor het autoverkeer kan worden gerealiseerd. De nieuwe verbinding tussen de A2 (en de A79), die via het A2-project wordt gerealiseerd, wordt zodanig vormgegeven dat deze op termijn desgewenst ook kan dienen als aanzet voor zo’n Maaskruisende verbinding.
Stadsboulevard gerealiseerd, met als functie de ontsluiting van de aanliggende buurten. Deze Stadsboulevard is door de inrichting en verkeersbelasting geen barrière in het gebied. Er is veel ruimte voor het langzaam verkeer en de bus. Juist ten noorden van het station is een nieuwe kruising over de sporen gepland. Deze kruising, die zowel door de bus als door het langzaam verkeer kan worden gebruikt, vermindert de barrière van het totale spoorwegemplacement en maakt het mogelijk om de centrale as voor het openbaar vervoer uit te breiden naar het oostelijk stadsdeel. Ontwikkelingsgebieden zoals de Geusselt en het Europaplein kunnen op die manier beter worden ontsloten met de bus.
Stadsdeelnivo De ambitie bestaat om in het kader van de ontwikkeling van het Trega-terrein de Viaductweg ongelijkvloers aan te sluiten op het locale wegennet. Daarbij zal de inrichting van de Borgharenweg worden verbeterd en uitgebreid. Deze weg zal de functie van de Willem Alexanderweg grotendeels overnemen. De huidige gelijkvloerse aansluiting van Viaductweg en Willem Alexanderweg wordt opgeheven. Onderzocht wordt welke functie de nieuwe Borgharenweg in het verkeerssysteem zal gaan vervullen. Met name wordt gekeken naar het aandeel vrachtverkeer richting Beatrixhaven. Gekoppeld aan het Noorderbrugtracé kan, met name aan de zuidzijde van de Noorderbrug (Omg. Francois de Veijestraat) ruimte worden gecreeerd voor grootschalige parkeervoorzieningen, die zowel een functie kunnen hebben voor de activiteiten ter plekke als voor het kernwinkelgebied (Park&Walk). Op korte termijn zal de nieuwe verbinding naar de Beatrixhaven behalve het bedrijventerrein ook een nieuwe Park&Ride-voorziening ontsluiten. Deze voorziening wordt gekoppeld aan een nieuwe lightrail-halte op de lijn Maastricht-Heerlen-Kerkrade. In een later stadium zal deze halte ook gebruikt worden op de lijn MaastrichtSittard. Samenhangend met een kantoorontwikkeling in de omgeving van Geusselt en stadsentree ligt er op termijn de mogelijkheid van een L.R.-halte bij de kruising van spoor en Viaductweg. Dit moet nog nader onderzocht worden. Na de ondertunneling van de A2-Passage wordt op maaiveld een 22
Mobiliteitsbeeld
In het kader van de Discussienota Fietsplan Maastricht wordt gestudeerd op de wenselijkheid van een aantal veilige en aantrekkelijke doorgaande fietsroutes in dit stadsdeel. Belangrijk zijn een fietsroute vanaf de toekomstige P&R- voorziening in de Beatrixhaven naar de binnenstad , de Meerssenerweg , een route in het verlengde van de St. Maartenslaan over de sporen via de Burg.Van Oppenstraat naar Geusselt/ Amby en de Scharnerweg. Op wijk-en buurtnivo ontbreken met name O.W. gerichte routes voor langzaam verkeer. De ondertunnelde A2 biedt een kans. Maar het ontbreekt ook aan veilige l.v.-routes naar het Geusseltpark, zowel vanuit Nazareth als vanuit Wittevrouwenveld. De spoorlijn vormt op wijknivo een barriere tussen Limmel en Nazareth..
Uit: “Discussienota Fietsplan Maastricht”
23
De structuur van “parochiewijken”
24
SOCIAAL CULTUREEL Vanouds kent het noordoostelijke stadsdeel een structuur van parochiewijken. Elke wijk had zijn eigen winkels, kerk en school. Gezien de vele barrieres van infrastructuur was dit ook deels noodzaak. Schaalvergroting heeft geleid tot het wegkwijnen van de winkelcentra. Scholen worden bedreigd met sluiting en er wordt gestudeerd op uni-locaties aan de randen van buurten. Aan de andere kant verdwijnt de barriere van de A2. Dit leidt tot nieuwe kansen. In functioneel opzicht ontstaan twee nieuwe wijken: Limmel-Nazareth en Wijckerpoort-Wittevrouwenveld. In beide wijken is in principe draagvlak voor een kind-centrum, wijkgebouw, gezondheidscentrum en winkels, waaronder een buurtsuper. In Wyckerpoort/ Wittevrouwenveld is dat draagvlak ruimschoots aanwezig, in Limmel –Nazareth wordt door de ontwikkeling van het TREGA-terrein net voldoende draagvlak gerealiseerd. Belangrijk voor de toekomst van de wijken is de “pitgedachte”. Het gaat hier om het bewust creeren van levendige ontmoetingsruimtes in het hart van de wijk of buurt.. De basisschool en het buurtwinkelcentrum zijn functies die daarin een centrale rol vervullen. Hier kunnen andere functies bij aansluiten in de sfeer van welzijn, zorg en gezondheid. Een ander uitgangspunt is de “stijgingsgedachte”. De sociale en culturele infrastructuur zal niet uitsluitend zijn gebaseerd op zorg en achterstand. Ze zal moeten uitdagen tot activiteit en ontwikkeling, zal ambitie moeten uitstralen om tot stijging te komen in wonen, werken en leren. Onderwijs, cultuur, sport, cultuur en ontmoeting en ontspanning kunnen helpn bij die persoonlijke en dus buurt/wijkontwikkeling. In de buurten moet een samenhangende structuur van Wonen, Welzijns-en Zorgvoorzieningen worden gecreeerd, waardoor de bewoners in staat worden gesteld zo lang mogelijk in hun vertrouwde buurt te blijven wonen. Zorgfuncties zouden zoveel mogelijk in de nabijheid van buurtvoorzieningen gerealiseerd moeten worden. Het ligt voor de hand om wat dat betreft aansluiting te zoeken bij het buurtwinkelcentrum.
In Wittevrouwenveld –Wyckerpoort kan zich een wijkcentrum rond de A2 ontwikkelen. Het accent ligt op de Voltastraat. De huidige Openluchtschool zou zich, gezien de centrale ligging, de goede ontsluiting door fietsroutes, en de nabijheid van een buurtpark en trefcentrum voor de vestiging van het kindcentrum van deze wijk lenen. Ook in ruimtelijk opzicht is dit gebied aantrekkelijk, vanwege de karakteristieke kerk en het waardevolle groen. Dit kan overigens pas plaatsvinden na de ondertunneling van de A2. Dit wijkcentrum kan aan de overzijde van A2 doorgezet worden in de plannen voor de omgeving van het huidige KPN- gebouw, met aanvullende centrumfuncties in de sfeer van welzijn, zorg, gezondheid en wellicht onderwijs. Voor Limmel-Nazareth ligt het ingewikkelder. De spoorlijn vormt een barriere in het gebied en beide wijken liggen met de rug naar elkaar. Er is in beginsel draagvlak voor een basisschool voor Limmel en Nazareth samen. Door de uitbreiding naar de Maas zou Limmel wat betreft woningaantallen in de buurt komen van Nazareth. Een basisschool en zorgvoorzieningen zouden zich zo mogelijk op een centrale plaats tussen beide buurten in moeten bevinden. Dan moet er wel iets gedaan worden aan de barrierewerking van de spoorlijn en de hoogspanningslijnen.
25
26
ECONOMIE Algemeen Het noordoostelijke stadsdeel, omvattende de gebieden Limmel, Nazereth, Wykerpoort Wittevrouwenveld, Beatrixhaven, Geusselt en de Landgoederenzone is vanuit economisch perspectief om diverse redenen van belang. Het gebied is als het ware de toegangspoort van Maastricht. De toegang wordt verbeterd door de ondertunneling en aftakking van de A-2, maar ook door de toekomstige light-rail. Deze leiden op hun beurt tot een grotere bereikbaarheid van de binnenstad, de bestaande economische functies, maar vooral ook voor het Geusseltgebied dat daardoor bovenstedelijke functies kan krijgen. Eén uitspringend kenmerk heeft het gebied op dit moment niet, of het zou juist moeten zijn de grote diversiteit aan functies en activiteiten, waarvan een groot deel aan een opknapbeurt toe is. En daar ligt ook de kracht van het gebied. Het bijna “rommelige” karakter – ook gezien de vele infrastructurele projecten de komende jaren - biedt juist de meeste kansen voor economische dynamiek. De “zogenaamde rommeligheid” dient vanuit dat perspectief gekoesterd te worden want dit is bij uitstek een gebied voor het creëren van mogelijkheden voor (nieuw) ondernemerschap. Bij het innoveren van wijken zou naast wonen plaats moeten zijn voor werken in de buurt. Ruim baan voor de kleine starters aan huis en kleine verzamelgebouwen. De inzet van Noordoost dient gericht te zijn op economische dynamiek. Immers het werkloosheidscijfer in dit deel van de stad en in het bijzonder in een aantal buurten is zeer hoog. Door de ondertunneling van de A2, de ombouw van het Zinkwit- en TREGAterrein en aanpak van de pracht/krachtwijken ontstaat een tijdelijke investeringsimpuls met daaraan gekoppeld tijdelijke werkgelegenheid en opleidingsmogelijkheden. Inschakeling van werklozen uit de omliggende buurten zelf zou via een gericht selectief arbeidsmarktbeleid de nodige vruchten kunnen afwerpen.
ren.Vandaar dat het zaak is om de actieve, bruisende elementen in Noordoost een logische functionele overgang te creëren en anderzijds ook scherpe keuzes af te dwingen. Bijvoorbeeld de keuze Beatrixhaven zoveel als mogelijk in te zetten voor de zwaardere bedrijvigheid, de keuzes voor de versterking van buurtwinkelcentra, het echt te kiezen voor een kwaliteitsimpuls op het gebied van toerisme, en het benutten van zichtlocaties voor (bovenregionale) kantoorontwikkeling langs de A2. Maastricht heeft zich ontwikkeld van een industriestad naar steeds meer een dienstenstad met diverse grotere regionaal verzorgende functies. In de toekomstige economische ontwikkeling van de stad is te voorzien dat de kenniseconomie en de vrijetijdseconomie de belangrijkste economische pijler zullen zijn. Deze vormen als het ware economische speerpunten, naast het meer algemene doel om meer starters/ondernemerschap te stimuleren. Dit afgezet tegen de beperkte ruimtelijke mogelijkheden in de stad, betekent dit dat nauw afgewogen moet worden welke ontwikkelingen bijdragen aan de verdere economische ontwikkeling van de stad en welke dat in mindere mate doen. Tegelijkertijd betekent dit ook het versterken van die economische functies die op dit moment zich goed ontwikkelen en die voor de toekomst potentie hebben. Noordoost is een gebied waar de komende jaren kansen hiervoor benut kunnen worden. De belangrijkste economische functies in Noord Oost zijn grofweg geconcentreerd rondom de huidige en in de toekomst gewenste zware bedrijvigheid in (met name Beatrixhaven, maar ook Mosaterrein-NS-gebied), de potenties van het toeristische en recreatieve functies van de Landgoederenzone/Geusselt en Oostelijke Maasoever-Bassin, de opleidingsvoorzieningen (buurtgebonden, lokaal en landelijk) en de detailhandel. Tot slot is op termijn voorzien in (boven) regionale kantoorfuncties aan de A-2 stadstraverse voor met name de dienstensector. In onderstaande uiteenzetting wordt met name specifiek ingegaan op de traditionele/zwaardere bedrijvigheid, de vrijetijdseconomie en kenniseconomie en de detailhandel.
Het feit dat het gebied versnipperd is door de A-2, spoorlijn, maakt dat de functies sterk contrasteren en met elkaar kunnen conflicte27
Traditionele/zware industrie De traditionele industrie is pregnant in het gebied aanwezig met de Beatrixhaven, het Mosa-terrein, NS-gebied, glasindustrie, Franciscus Romanusweg). Ruimte voor nieuwe en doorgroeiende bedrijven moet op voorraad voor handen zijn. Dat betekent dat de ingeslagen weg voor versterking van de Beatrixhaven moet sterk worden voortgezet. Beatrixhaven is één van de weinige multimodale bedrijventerreinen, geschikt voor de zware bedrijvigheid in de regio en van nationaal economisch belang. Het betreft een terrein van ca. 200 ha groot, met 211 bedrijven en meer dan 5400 werknemers. Een belangrijk clusters van bedrijvigheid bevindt zich rondom staal. In 2006 heeft het college van B&W het masterplan Beatrixhaven vastgesteld. In het masterplan is de visie op het terrein van 2025 vastgesteld: “Bedrijventerrein Beatrixhaven is in 2025 dé ideale vestigingslocatie voor zware bedrijvigheid in de regio Maastricht. Met de rechtstreeks op- en afrit op de belangrijke snelwegen A2 en A79, de havenfaciliteiten en de railontsluiting is het bedrijventerrein volledig ingericht om veel goederenvervoer op multimodale wijze te kunnen verwerken. Op bedrijventerrein Beatrixhaven zijn de kavels benut door bedrijvigheid in de zwaardere milieuklassen (3,4 en 5). In het bestemmingsplan is daartoe een minimale milieucategorie opgenomen. Lichtere bedrijvigheid is elders in de stad en de regio gevestigd.Voor (bedrijfs)woonfuncties of andere milieugevoelige functies is geen plek op bedrijventerrein Beatrixhaven. Daar waar het bedrijventerrein grenst aan een woonomgeving is gezorgd voor voldoende buffer zodat beiden functies geen hinder van elkaar hebben. In de nabije omgeving van bedrijventerrein Beatrixhaven worden geen ontwikkelingen toegestaan, die binnen de invloedsfeer (o.a. geluidscontouren) van het bedrijventerrein vallen. De uitstraling van het bedrijventerrein is functioneel-optimaal. De openbare en private ruimten die in het zicht zijn worden netjes verzorgd en hebben een fatsoenlijke uitstraling, waarbij het natuurlijk ook zichtbaar mag zijn dat op dit bedrijventerrein gewerkt wordt! Het professioneel opgezette parkmanagement is hét platform waar overheid en bedrijfsleven elkaar ontmoeten. Hier wordt slagvaardig het beheer en onderhoud, veiligheidsprojecten en andere kwaliteitsverbeterde projecten met elkaar afgestemd en gezamenlijk opgepakt en uitgevoerd. Een revitaliseringsslag zoals begin 21e eeuw zal daardoor niet meer nodig zijn.” 28
NS emplacement en ceramische industrie
Vrijetijdseconomie en kenniseconomie Het gemeentelijk beleid is gericht op het verder versterken van de vrijetijdseconomie en het congres en beurstoerisme in Maastricht. Hier dient te worden ingezet op een kwaliteitssprong, die voor een belangrijk deel zou kunnen worden gerealiseerd met een nieuw theater, hotel en congresvoorziening en met de verbinding van Bassin-gebied met de omgeving van de Noorderbrug. Op die manier zouden ook de huidige congresfaciliteiten sterk kunnen worden verbeterd en de pluspunten van de binnenstad hier meer aan gekoppeld worden. Streefbeeld is voorts meer (bovenregionale) recreatie in landgoederenzone en park Geusselt, ook voor de eigen bevolking. Conform het in 2006 door de gemeenteraad vastgestelde Masterplan Geusseltpark wordt hier een hoogwaardig sportpark ontwikkeld, waarbij de natuurlijke waterhuishouding van het omliggende gebied een belangrijke rol speelt (zwemmen, natuurbeleving, etc). Binnen het gebied de Geusselt is de grootste ruimtelijke concentratie van sportvoorzieningen in Maastricht aanwezig. Er zal een versterking/ upgrading en uitbouw van de bestaande sportfuncties in het gebied plaatsvinden binnen een multifunctioneel concept (flexibel vraag en aanbod) en er worden regionale sport- en recreatiefuncties toegevoegd (sporthal, doelgroepenzwembad, skatebaan, wandel- en fietspaden). De Geusselt wordt een uniek stadspark waar het goed recreëren en sporten is met elementen van veel groen, ontmoetingsplaatsen en openluchtfaciliteiten afgewisseld met veel kunst. Een echt hoogwaardig stadspark met bovenstedelijke uitstraling kan ook veel aantrekkingskracht uitoefenen voor de bezoekers van de stad Het Geusselt gebied zelf kan mede door de verbeterde bereikbaarheid meer bovenstedelijke functies krijgen op het gebied van wonen, sport, recreatie en wellness.
Landgoederenzone en Beatrixhaven
29
De Landgoederenzone als verbindende schakel van Maastricht met het Geuldal heeft potentie waardoor voor de inwoners van Maastricht (en zeker die van de aangrenzende zgn. Prachtwijken) en de bezoekers van de stad de ontsluiting met de omliggende natuur en de landschapswaarden wordt gerealiseerd. Tegelijkertijd mogen deze activiteiten niet belemmerend werken ten opzichte van de gewenste visie op de revitalisering van de Beatrixhaven. Noordoost kent tevens behoorlijk wat opleidingsvoorzieningen. Naast de lokale, buurtgebonden basisscholen, zijn er ook (boven)stedelijke middelbare scholen en landelijke opleidingen (Hotelschool,Vaeshartelt).Vooral deze laatste voorzieningen zijn een prima aanvulling op het aanbod elders in de stad van kennisinstituten. Het landgoederengebied biedt binnen de bestaande bebouwing/monumenten, uitbreidingsmogelijkheden voor de vestiging organisaties voor kennisoverdracht en onderzoek, die zich bewust aan de rand van de stad willen vestigen. Detailhandel In de recent vastgestelde gemeentelijke detailhandelsnota wordt het beleid uitgestippeld ten aanzien van de detailhandelsvoorzieningen in noordoost. Grofweg kunnen die worden samengevat in een aantal punten. Een PDV-concentratie rond het Noorderbrugtracé is wenselijk, voor een belangrijk deel voor verplaatsers. Hierdoor komen locaties vrij voor andere bedrijvigheid.Voorts kan er geconstateerd worden dat er voldoende draagvlak kan zijn voor één buurtwinkelcentrum voor Limmel en Nazareth. Door het slechten van de fysieke barrières tussen Nazareth en Limmel ontstaan kansen voor de realisatie van een een buurtwinkelcentrum met een verzorgende functie voor beide wijken. Bij nader onderzoek is o.a. aandachtspunt dat er geen koopkracht mag afvloeien naar ander centra. Tot slot is het de bedoeling Wittevrouwenveld te handhaven op het thans – deels nog te realiseren niveau – van klein wijkwinkelcentrum en derhalve niet verder op te schalen tot een groot wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum. Het aanpalende KPN-gebouw en de stadsboulevard worden vooral ingezet voor andere commerciële en maatschap-
30
pelijke functies (bijvoorbeeld medische functies) die levendigheid in het gebied brengen en niet concurreren met de Voltastraat. Op die manier wordt het meest recht gedaan aan de marktpotenties en gewenste ontwikkelingen elders in de stad. In de Geusselt is nog enige sportgerelateerde detailhandel voorzien. (Zakelijke) dienstverlening Maastricht heeft een bovenregionale kantoorfunctie en kent een enorme groei van de dienstensector.Voorzien is in de bebouwing van kantoorfuncties in de nabijheid van de tunnelmonden van de A2. Echter gezien de grilligheid van de kantorenmarkt en de demografische ontwikkelingen, zou daarbij ook gekeken kunnen worden naar meerdere economische functies die gezichts- en sfeer bepalend zijn op deze zichtlocaties. Dit alles moet uiteraard passen binnen de totale stedelijke programmering
WONEN Wyckerpoort. Het huidige woonmilieu in Wyckerpoort – Noord wordt in de nota “Wonen in beweging” aangeduid als parkwijk. Dit milieu wordt gekenmerkt door een menging van gestapelde en grondgebonden woningbouw, met een nadruk op openbaar groen. De woningmarktpositie van de sociale huurwoningen in het noordelijk deel wordt omschreven als “matig”. Volgens de nota heeft Wyckerpoort goede kansen om door te groeien naar een stedelijk woonmilieu, waarbij tevens de geisoleerde ligging wordt verminderd. Bij deze verandering kan worden ingespeeld op een aantal kansen en sterke punten: De ligging nabij het centrum en station, de ondertunneling van de A2 en de kwaliteiten van het Old Hickoryplein. Wittevrouwenveld. Het huidige beeld van de woningvoorraad in Wittevrouwenveld kan het best worden getypeerd als “tuindorp”. Het is een verzameling van kleine buurtjes, die alle worden gekenmerkt door laagbouw in rijen, weinig openbaar groen en kleine privé- tuinen.Vroeger lagen deze buurten aan de rand van de stad, maar geleidelijk aan hebben ze een centrale ligging verkregen. Volgens de nota “Wonen in beweging” zou Wittevrouwenveld geleidelijke doorkunnen groeien van een tuindorpmilieu naar een meer stedelijk woonmilieu. Dit vanwege de nabijheid van de binnenstad, het aanwezig zijn van voorzieningen en de kansen van de ondertunneling van de A2. Wyckerpoort en Wittevrouwenveld: Ontwikkeling naar een stedelijk woonmilieu. In de nota “Wonen in Beweging” is het toekomstige beeld van de wijken Wyckerpoort en Wittevrouwenveld aangeduid als stedelijk woonmilieu. Citaat: “Dit woonmilieu heeft een gemiddelde dichtheid, met zowel gestapelde als grondgebonden woningbouw. Beperkte functiemenging. Nadruk ligt op woonfunctie. Het stedelijk karakter wordt bepaald door de woningtypologie (stadswoningen) en de directe nabijheid van stedelijke voorzieningen. “Ontwikkelingsbeeld” uit Nota “Wonen in Beweging”
31
De bevolkingsopbouw is heterogeen op wijkniveau en homogeen op blokniveau. Er wonen relatief weinig huishoudens met kinderen, maar meer dan in het centrumstedelijk woonmilieu. Er wonen relatief veel alleenstaanden, maar minder dan in het centrumstedelijk woonmilieu. Bewoners hebben zowel een hoog als een laag inkomen, zijn veelal economisch gebonden aan de stad en zijn sterk gericht op stedelijke voorzieningen.” In de nota “Structuurbeeld en Mobiliteitsbeeld Maastricht” wordt dit beeld verder ingekleurd. Aan de wijken Wyckerpoort en Wittevrouwenveld wordt een nieuwe potentie toegekend. Het zijn buurten waarmee jonge en vitale bevolkingsgroepen aan de stad kunnen worden gebonden. Citaat: “Maastricht mist een gemeleerde centrumrand. Door in te zetten op een geleidelijke transformatie van een aantal buurten rond de binnenstad worden deze woon-en werkmilieus toegevoegd aan de stad. Er ontstaat zo een schil van stedelijke wijken waar woningen te vinden zijn voor de stedelijk georienteerde starters en doorstromers: Goedkope tot middeldure, veelal grondgebonden woningen. Mogelijkheden hiertoe liggen in buurten zoals Mariaberg, Nazareth, Wykerpoort en Wittevrouwenveld. Dit zijn buurten waar in het kader van de G.S.B.-aanpak de woningvoorraad moet worden aangepast aan de toekomstige woonwensen. Door herstructurering van (delen van) deze wijken ontstaan woonmilieus die inspelen op de stedelijke en regionale wensen (……) Juist in deze buurten liggen ook kansen om de kleinschalige (woon) werkmilieus te creeren voor de creative industry en nieuwe ambachtelijkheid. Hergebruik van (industriele) bebouwing, de ontwikkeling van atelierwoningen en woonwerkwoningen zorgen voor de gewenste levendigheid, stedelijkheid, variatie en informaliteit van deze buurten. Randvoorwaardelijk is het beschikbaar blijven van voldoende goedkope woningen voor de lagere inkomens Wyckerpoort en WVV herbergen immers een aanzienlijk deel van de stedelijke ijzeren woningvoorraad. De aanpak van de goedkope woningvoorraad moet daarom zijn ingekaderd in de afspraken die de gemeente met de corporaties hierover heeft gemaakt.
32
Wyckerpoort en Wittevrouwenveld: Relatie met de A2. In beide wijken ligt een grote transformatieopgave. Delen van de woningvoorraad zijn verouderd. Het is wenselijk te komen tot een goede afstemming tussen de plannen voor de A2 en de buurtontwikkeling. Daarbij gaat het om ruimtelijke samenhang (om meer O.W.-verbindingen te maken) , maar ook om programmatische afstemming. Vanwege het karakter van Wittevrouwenveld als “lappendeken”van buurtjes ligt een geleidelijke en kleinschalige transformatie voor de hand. Dat speelt minder in Wyckerpoort met zijn meer rationele en grootschalige opzet. Nazareth. Nazareth heeft in de huidige situatie overwegend een “parkwijkmilieu”, met een mengeling van gestapelde en grondgebonden woningen en, zeker in het noordelijk deel, voldoende openbaar groen. De marktpositie van de woningvoorraad is bovengemiddeld, mede vanwege de lage huurprijzen. In de nota “Wonen in beweging” wordt het toekomstbeeld voor Nazareth niet expliciet vastgelegd. Dat had toen te maken met de vele onzekerheden ten aanzien van de ontwikkelingen rondom de wijk: A2, Landgoederenzone, spoorkruising naar Limmel etc. Ondertussen is er een voorkeurstracé voor de afslag naar de Beatrixhaven. Duidelijk is dat de relatie van Nazareth met de Landgoederenzone niet zal worden verstoord door deze afslag. In de Nota “Ruimte rond de A2”is aandacht gevraagd voor de relatie van Nazareth met de Geusselt, maar het is nog niet duidelijk welke vorm dit gaat krijgen. Er zijn dus nog onzekerheden. Al met al is er reden voor een gedifferentieerd toekomstbeeld voor Nazareth. Uit de cultuurhistorische analyses blijkt dat er een groot verschil is tussen Nazareth ten zuiden van de Balijeweg en ten noorden daarvan. Nazareth Zuid is vanouds een mengeling van bedrijvigheid en wonen, met een fors aandeel gestapeld. Bovendien ligt het dichtbij het nieuwe centrum de Geusselt en sluit het door het oude lint van de Meerssenerweg aan op het stedelijke woonmilieu van Wijckerpoort.
De zuidrand van Nazareth leent zich door de nabijheid van de stadsentree voor economische functies en er ligt op langere termijn wellicht de mogelijkheid van een LightRailhalte. Het zuidelijk deel van Nazareth leent zich ook voor woon-werkwoningen. Alle reden dus om de aanduiding “Stedelijk woonmilieu” te handhaven. Nazareth ten noorden van de Balijeweg heeft een geheel ander karakter. Het is in één keer opgezet in de vijftiger jaren als een “parkwijk” met ruime groenstroken, gestapelde bouw aan het groen en rijtjeswoningen , vergelijkbaar met de wijken in Maastricht West. Het ontleent zijn kwaliteit ook niet aan de nabijheid van stedelijke voorzieningen, maar eerder aan de groene rand van de landgoederenzone. Reden om Nazareth in de termen van de nota Wonen in beweging als stadsrandmilieu te betitelen. Citaat: “Dit woonmilieu bestaat overwegend uit laagbouw in relatief lage dichtheden. De nadruk ligt op privégroen en parkeren op of in de directe nabijheid van het eigen terrein. Eventuele stapeling is er alleen in de nabijheid van voorzieningen. De functiemenging is beperkt, voorzieningen zijn geconcentreerd in buurt-en wijkcentra. De bevolkingsopbouw is homogeen, zowel op wijk- als op bloknivo. In verhouding tot andere woonmilieus is de sociale cohesie relatief klein. In een aantal wijken kan het wonen als anoniem worden gekenschetst. Het aandeel huishoudens met kinderen is het grootst, het aandeel alleenstaanden relatief klein. Dit woonmilieu is aantrekkelijk voor woningzoekenden die op zoek zijn naar rust, groen en speelgelegenheden in de wijk.”
Limmel De huidige marktpositie van de woningvoorraad in Limmel is beneden het gemiddelde van de stad, met uitzondering van de eengezinshuurwoningen. De wijk is ingeklemd tussen industrien, braakliggende terreinen, spoorlijn en hoogspanningstracés. Het aantal inwoners is te klein voor het in stand houden van voorzieningen. In de nota “Wonen in beweging”wordt geen expliciet toekomstbeeld geschetst voor deze buurt vanwege de onzekere externe factoren. In dit alles kan verandering komen als het plan voor de Maasoevers (Zie ook: Lopende projecten, TREGA)wordt gerealiseerd. Dan kan Limmel zich orienteren op de Maas. De situatie wordt vergelijkbaar met Heugem: Een dorpskern met daaromheen laagbouwbuurten, die zich orienteren op de Maas. In termen van woonmilieu betekent dit een combinatie van dorpmilieu en stadrandmilieu. Geusselt In het ontwikkelingsbeeld uit de nota “Wonen in beweging”is de Geusselt aangeduid als een centrumgebied. Hier is ruimte voor 300400 appartementen in koop- en huursector.
33
34
MILIEU Voor het niveau van de structuurschets NO zijn met name het Natuur en Milieuplan en het Waterplan vanwege hun strategische waarde relevant. In de uitwerking van deze schets in de vorm van masterplannen voor de buurten zullen de milieuthema’s per deelgebied verder aan de orde komen.
groen en water in de wijk en bevolkingsparticipatie horen daarbij. Vanuit de opgave om de stad klimaatbestendig te (her)ontwerpen is met name de aandacht voor bomen (koeling en effect op luchtkwaliteit) en water (koeling en opvang extra pieken hemelwater) in de wijken belangrijk. Per gebied wordt dit in de vervolgtrajecten verder uitgewerkt.
N.M.P. In het N.M.P. wordt gesproken over een Maastricht in twee snelheden. Daarbij worden twee netwerken onderscheiden: het hoogdynamische netwerk van verkeer en vervoer en de laagdynamische netwerken van water & ecologie. De strategie situeert daarbij intensieve functies, zoals bedrijvigheid met veel goederen- en of personenvervoer, industrie, intensieve recreatie wonen in hoge dichtheden, aan het hoogdynamische netwerk: ov-haltes en knooppunten. Extensieve functies, zoals natuur, waterwinning, waterbuffering, (afval)waterzuivering, bosbouw, extensieve niet-centrumstedelijke woonvormen, landbouw en recreatie, worden aan het laagdynamische netwerk gekoppeld. Maastricht noordoost ligt overwegend binnen het hoogdynamische netwerk. In het milieustructuurbeeld 2030 wordt dit verder uitgewerkt. Het belang van Geusselt/Kanjelzone/Landgoederen als groen verbindingsgebied is aangegeven. De Beatrixhaven moet aan de zuidzijde een overgangszone met extensief werken krijgen , als overgang naar het woongebied. Limmel, Nazareth, Wijckeropoort en Wittevrouwenveld worden in dit beeld aangeduid als intensief wonen/werken, in tegenstelling tot bv. Amby, dat is aangeduid als extensief wonen. Per gebied wordt dit verder uitgewerkt. Door de menging en/of onderlinge nabijheid van wonen en intensieve functies zal de leefkwaliteit in de woongebieden speciale aandacht blijven vragen. (Her)ontwikkeling van deze gebieden zal op een duurzame wijze plaats moeten vinden. Ook energiemaatregelen, 35
Spoorwegemplacement Als speciaal aandachtspunt is van belang rekening te houden met de risicocontour rond het spooremplacement. De aanwezige risicocontour dient te worden verkleind. Als milieuvriendelijk alternatief voor vervoer over de weg zal het transport over spoor naar verwachting toenemen. Samen met betrokken partijen zullen zodanige risicoreducerende bronmaatregelen worden genomen dat gewenste ontwikkelingen, zowel met betrekking tot railvervoer als binnenstedelijke intensivering, mogelijk zijn. De barrièrewerking van het spoor op de oost-west fietsverbindingen van de stad wordt verkleind door een nieuwe spoorkruising voor fietser, wandelaar en het openbaar vervoer (bus). Het streefbeeld voor het gehele gebied is een intensieve mix van wonen en werken. Het park Oranjeplein-Koningsplein kan daarbij een groen tegengewicht bieden.
Milieustructuurbeeld 2030
36
Maastrichts waterplan. Algemeen: Vanuit de thema’s Waterkwantiteit en Waterkwaliteit en ecologie is een aantal belangrijke opdrachten te definiëren, die met behulp van de ruimtelijke ordening moeten worden vervuld. Het gaat om de volgende opdrachten: - aansluiten bij de natuurlijke waterkringloop en gradiënten in het landschap. Afkoppelen van verhard oppervlak vande riolering en zoveel mogelijk infiltreren is hiervoor een be langrijk middel; - zoveel mogelijk voldoen aan de watervraag van de functies. In de landgoederenzone is tekort aan water om de vijvers en grachten op peil te kunnen houden; - schoon oppervlaktewater, geen overlast uit de riolering en alleen zuiveren van vervuild afvalwater. Ook hiervoor is het scheiden van schone en vuilwaterstromen door afkoppelen de aangewezen oplossing. Afkoppelen van verhard oppervlak van de riolering vereist een aanpassing van de ont- en afwateringsstructuur. Momenteel wordt al het water immers ondergronds afgevoerd. Op lokaal niveau moet ruimte worden gevonden om water te kunnen infiltreren, te bergen en af te voeren. Flankerend beleid kan richting geven aan de ruimtelijke waterstructuur. Een voor de hand liggende structuur om bij aan te sluiten is de groenstructuur. Op de middellange termijn zijn er wensen om de groenstructuur verder te versterken, bijvoorbeeld ten noordwesten van Malberg/Caberg en in de Landgoederenzone. Ook de huidige groenstructuur kan goed worden gebruikt om de waterstructuur een plaats te geven in de stad.
Maastricht Oost Evenals in West geldt hier: eerst water vasthouden en dan pas bergen en afvoeren, maar er ligt ook een duidelijke watervraag. De landgoederen kunnen immers meer water gebruiken. Daarom wordt het systeem hier meer gericht op oppervlakkige afvoer van hemelwater. Het water vanaf de terrassen wordt evenals in de huidige situatie aan de oostrand van de stad afgevangen en in noordelijke richting naar Amby en de Geusselt geleid. Water dat in het bebouwd gebied ten oosten van de A2 kan worden afgekoppeld wordt zoveel mogelijk verzameld in een zone oostelijk van de A2 en vervolgens in noordelijke richting afgevoerd richting Geusseltvijvers en naar de landgoederenzone. Infiltratie in het oostelijk stedelijk gebied is minder effectief dan in het westen, aangezien bij hoge Maasstanden de grondwaterstanden hoog zijn.
Schema waterplan Maastricht Oost
37
LOPENDE PROJECTEN EN GEBIEDSVISIES Het gaat hierbij om omvangrijke projecten en gebiedsvisies, die bepalend zijn voor de structuur van het stadsdeel . Visie corporaties In 2006 hebben het projectburo A2, de gemeente Maastricht en de 3 corporaties opdracht gegeven aan stedenbouwkundig buro Kraaijvanger/Urbis voor het opstellen van een structuurvisie voor Maastricht Noordoost. De visie laat zien wat de kansen zijn voor Wijckerpoort en Wittevrouwenveld, na ondertunneling van de A2. Het aantal O.W. verbindingen kan toenemen, waardoor één samenhangende wijk kan ontstaan, met een centrum rond de Voltastraat en de Professor Cobbenhagenstraat. De groenstructuur van Landgoederenzone en Kanjelzone speelt een grote rol. De Noordkant van Nazareth en wellicht ook de noordzijde van Limmel verkleuren in de richting van een ontspannen stadsrandmilieu in het groen. Limmel wordt uitgebreid tot aan de Maas. De zuidzijde van Nazareth, die sterk onder de invloed is van de tunnelmond van de A2 wordt vervangen door kantoorbebouwing. Op hoofdlijnen volgt deze visie de Nota “Ruimte rond de A2”. Revitalisering Beatrixhaven Voor de modernisering van het bedrijventerrein Beatrixhaven is een revitaliseringsplan opgesteld. Doel is dit bedrijventerrein te intensiveren en beter te laten functioneren voor bedrijven in de zwaardere milieucategorieën. Door optimalisatie van bijvoorbeeld het akoestisch gebruik binnen het gebied zou het mogelijk gemaakt kunnen worden dat er geen negatieve en beperkende effecten optreden voor de omgeving. Het beleid is er op gericht dat niet-bedrijfsmatige functies zoveel mogelijk worden verplaatst naar elders in de stad.Verder wordt het bedrijventerrein direct bereikbaar gemaakt vanaf de A2 (en de A79). Dit laatste is onderdeel van het project A2 Maastricht.Voor de uitvoering van de plannen is subsidie verkregen van het Rijk “Visie Maastricht Noordoost”2006
38
Landgoederenpark. Maastricht- Valkenburg In het kader van het provinciaal programma Investeren in Ruimte is door de Provincie een aantal kerngebieden voor gebiedsontwikkeling gedefinieerd. De Provincie heeft daarbij de ambitie om, samen met publieke en private partijen en aan de hand van gezamenlijk op te stellen gebiedsprogramma’s, in deze gebieden projecten om te zetten in concrete resultaten. Eén van deze kerngebieden is de regio Maastricht-Valkenburg Doelstelling is : Het beter toegankelijk en meer geschikt maken van het Geuldal vanuit Valkenburg en Maastricht als een aantrekkelijk uitloopgebied waar het goed toeven is. Hierbij hoort tevens het verder ontwikkelen van de relatie van het Geuldal met de Plateaus en het ontsluiten van de aanwezige grotten en groeven. Niet alleen om er te wandelen en te fietsen, maar ook door het toevoegen van passende, kwalitatief hoogstaande extensieve recreatieve functies. De Landgoederenzone moet als verbindende schakel van Maastricht met het Geuldal ontwikkeld worden, waardoor voor de inwoners van Maastricht (en zeker die van de aangrenzende zgn. Prachtwijken) en de bezoekers van de stad de ontsluiting met de omliggende natuur en de landschapswaarden wordt gerealiseerd. Deze ontwikkeling zal tevens bijdragen in de verbetering van de grensoverschrijdende ecologische verbindingszone tussen het Nationaal Landschap en het Kempisch Plateau. Tevens wordt de ambitie ten aanzien van de verbrede groenopgave van de A2 ondertunneling in dit project bepaald. Vanuit verschillende kanten zijn initiatieven genomen en visies neergelegd om de doelstellingen voor het gebied te realiseren. Er ligt een gebiedsvisie van het ministerie van L&V en de provincie voor de gehele Landgoederenzone incl. het Geuldal. Met financiele middelen van de gebiedscommissie is een eerste aanzet tot realisatie mogelijk. De opgave is om verdere substantiële financiële dragers voor de uitvoering van het beleid te vinden.
39
Geusselt De ambitie is om van het Geusseltpark een levendig park te maken met water als beeldbepalend element. In de toekomst zal het Geusseltpark in ruimtelijke zin op verschillende schaalniveaus van betekenis moeten zijn: op het hoogste schaalniveau als een park dat het beeld van - de noordelijke stadsentree bepaalt en dat een schakel vormt in de recreatieve netwerken van het Terraspark Oost/Middenterras en de landgoederenzone; - op stadsdeelniveau als een park dat ontspanningsmogelijk heden biedt voor de bewoners van de wijken Wittevrou- wenveld en Scharn; - op lokaal niveau als een park dat een aantrekkelijke setting biedt voor een nieuw woon- en werkmilieu. De Geusselt wordt een hoogwaardig park , waarbij de natuurlijke waterhuishouding van het omliggende gebied een belangrijke rol speelt (zwemmen, natuurbeleving, etc). Binnen het gebied De Geusselt is de grootste ruimtelijke concentratie van sportvoorzieningen in Maastricht aanwezig. Er zal een versterking/upgrading en uitbouw van de bestaande sportfuncties in het gebied plaatsvinden binnen een multifunctioneel concept (flexibel vraag en aanbod) en er worden bovengemeentelijke sport- en recreatiefuncties toegevoegd (sporthal, doelgroepenzwembad, skatebaan, wandel- en fietspaden). Door de koppeling van intensieve en extensieve recreatie in combinatie met de ligging van het gebied, zal het bovengemeentelijk gebruik verstrekt worden. In het masterplan Geusseltpark wordt het volgende voorgesteld: - (her)inrichting en uitbreiding van het Geusseltpark met ver ruiming van bestaande en aanleg van nieuwe waterpartijen, speel- en verblijfsplekken, evenementenpark, en bijvoor beeld de aanleg van een kasteeltuin, skeelerbaan en open luchttheater; - aanvulling/uitbreiding van de ontsluitingsstructuur van het gebied (op termijn vervanging bestaande rotonde door kruising met verkeerslichten, additionele kruising ter plaatse van Oostermaasweg alsmede verdubbeling profiel Terblijter weg); 40
Masterplan Geusseltpark - - - - - - -
bouw nieuwe (grootschalige) kantoorvolumes (circa 40.000 m2 bvo) aan noord- en westzijde stadion; bouw van circa 400 woonappartementen in drie scheggen bouw leisurecentrum (circa 10.000 m2) aan oostzijde van het stadion; algehele reshuffeling/opwaardering van het sportpark bin nen de ruimtelijke kaders van het Masterplan; locatie voor een zwembad en de bouw van sporthal, handhaving touringcar-overstappplaats en ruimte voor rijexamens/rijlessen op het voorplein stadion. Een voetgangers/fietsersbrug over de A2 maakt weliswaar deel uit van de eindvisie van het park in samenhang met de A2-ontwikkeling, doch maakt geen deel uit van de onder havige grondexploitatie.
Trega/Zinkwit De visie voor TREGA/ZINKWIT voorziet in een volledige transformatie van de oostelijke oever van de Maas. Industrie wordt vervangen door woningbouw in de laagbouwsfeer. De Willem Alexanderweg verdwijnt. Het nieuwe woongebied kan daardoor één geheel gaan vormen met Limmel. De Borgharenweg wordt opgewaardeerd als een wijkontsluitingsweg langs de Maas, met een brede promenade voor wandelaars en fietsers. Deze promenade loopt door onder de Noorderbrug en verbreedt zich tot het Griendpark. De verkeersfunctie van deze nieuwe wijkontsluitingsweg is nog onderwerp van studie. Rond de Noorderbrug bevinden zich stedelijke voorzieningen . Aan de noordzijde wordt gestudeerd op vormen van perifere detailhandel. Aan de zuidzijde wordt gedacht aan functies in de sfeer van Cultuur en Congres. Hieraan worden ook grootschalige parkeervoorzieningen gekoppeld, zodat er de mogelijkheid ontstaat om vanaf hier lopend de binnenstad te bereiken. (P.+W)
Schetsvoorstel “Limmel aan de Maas”
41
Centrum Oost Het gebied tussen Voltastraat en station wordt een levendig centrumgebied, met winkels en voorzieningen voor de beide buurten Wittevrouwenveld en Wyckerpoort. Het winkelcentrum Voltastraat en het centrumplan Wittevrouwenveld zijn in uitvoering. Dit gebied wordt de schakel voor voetganger, fietsers en bussen tussen het noordoostelijke stadsdeel en Wyck/binnenstad. In het plan voor “Centrum Oost” worden Voltastraat en Professor Cobbenhagenstraat als één doorlopende straat vormgegeven, aan beide zijden van de A2. Het huidige KPN- gebouw wordt gesloopt en vervangen door een ensemble van gebouwen rond pleinen en doorsteken. Op deze wijze kan een levendige en interessante wandelroute ontstaan, die uiteindelijk via een nieuwe traverse over de sporen leidt naar het station en Wyck .
“Centrum Oost”
OV Fiets Voetganger Studie OV/ fietsverbinding over de sporen 42
Schets Jo Coenen voor voormalig KPN - gebouw
Stationsomgeving. Er ligt momenteel geen plan voor een grootscheepse transformatie van de omgeving van het stationsemplacement. Daar is ook weinig aanleiding toe. Er is geen aanwijzing dat het aantal sporen wordt verminderd. Aan de westzijde van het emplacement ligt het zgn. Laloterrein. (Omgeving Botermijn). Hier wordt momenteel studie gedaan naar mogelijke invulling met woningbouw in aansluiting op de wijk St. Maartenspoort. Randvoorwaardelijk is daarbij de stedelijke programmering. Voor het gebied van het huidige winkelcentrum Noorderbrug en de omgeving Francois de Veijestraat ligt er een studie voor de vestiging van een Congrescentrum en een aantal aanverwante functies. In verband hiermee speelt de vraag of op termijn versmalling van de westwaarts afbuigende spoorbundel ter plekke mogelijk is. In het Structuur/Mobiliteitsbeeld is er een traverse over de sporen voorzien juist ten noorden van het huidige station. In maart 2004 is een ambtelijke notitie opgesteld, waarin de mogelijkheid van een nieuwe spoorkruising ten noorden van het station verkeerskundig en ruimtelijk is onderzocht. Doel is de barrierewerking van het spoor te verminderen. In de notitie wordt voorgesteld om voor openbaar vervoer, fiets en voetgangers een nieuwe traverse te realiseren over de sporen juist te noorden van het huidige stationsgebouw.Vanaf de St. Maartenslaan gaat een hellingbaan omhoog naar een busstation in twee lagen. Het verkeer kruist de sporen en gaat via een hellingbaan weer naar beneden om aan te sluiten op de Meeerssenerweg en de Prof. Nypelsstraat.Voetgangers gaan via een trap naar het Thorbeckeplantsen. Onderzocht moet worden of deze nieuwe brug over de sporen ook kan dienen om de perrons te ontsluiten. In dat geval kan de huidige spoortraverse vervallen. Veel aandacht is nodig voor de vormgeving van hellingbanen en brug. Als er een nieuwe traverse komt, zullen er minder of geen bussen door de Scharnertunnel gaan. Er komt meer ruimte voor het autoverkeer. De vraag kan dan gesteld worden of de huidige gelijkvloerse overgang bij de Heederweg voor gemotoriseerd verkeer gesloten kan worden.
Gezicht vanaf nieuwe traverse
Visie “over de sporen” 2004 43
De Visie De visie doet in de eerste plaats uitspraken over het raamwerk van groen , verkeer en openbare ruimtes. Het ontwikkelen van dit raamwerk is een lange termijn-zaak. Er wordt stukje bij beetje aan gewerkt. Kansen moeten worden benut waar en wanneer ze zich aandienen. Maar het bepaalt wel de basiskwaliteiten van het stadsdeel. Daarnaast doet de visie uitspraken over de sociaal-culturele infrastructuur. De structuur van voorzieningen is daarin bepalend. Leidend daarbij is de zgn pitgedachte.Voorzieningen kunnen elkaar versterken, zodat levendige ontmoetingsplaatsen kunnen worden gecreeerd. Tenslotte doet de visie uitspraken over woon- en werkmilieus, passend binnen de totale stedelijke programmering van de stad. HET RAAMWERK stadsregionaal niveau. Geusselt/Landgoederen/Kanjel Voor de leefkwaliteit van de buurten in Noordoost is de uitbouw van de regionale groenstructuur van het grootste belang. Het gebied Geusselt/Landgoederenzone/Kanjel is in cultuurhistorisch en ecologisch opzicht één gebied, maar is zwaar versnipperd door de infrastructuur. Bovendien heeft er verdroging plaatsgevonden in het gebied De opgave is drieledig: vernatting, ontsnippering en toegankelijkheid. Vernatting In de eerste plaats moet onderzocht worden hoe het oorspronkelijke watersysteem weer “aan de praat” te krijgen is. Aspecten die daarbij een rol spelen zijn: de afkoppeling van de wijken, de afvoer van grondwaterstromen i.v.m. de A2 tunnel. De rol van de Ambyvijver en de nieuwe waterpartijen van het Geusseltpark moeten daarbij onderzocht worden. Ontsnippering De ontsnippering richt zich met name op de barriere die de A2 in het gebied vormt. In het ambitiedocument is aangegeven dat het gebied rond de voormalige Wielerbaan en het parkje ten noorden van Nazareth tezamen één waterrijk gebied moeten gaan vormen, 44
Het raamwerk op stadsregionaal niveau
met voldoende waterverbindingen onder de weg door. Daarnaast is het streven om onder of over de A2 heen een aantal recreatieve verbindingen te realiseren: Met name een verbinding bij de voormalige Wielerbaan, die het park de Geusselt rechtstreeks en de omgeving van Dr. Poelsoord/Marienwaard met elkaar verbindt. Tenslotte moet de verbinding tussen het gebied rond Dr. Poelsoord/ Marienwaard en de omgeving van de Hotelschool in recreatief en ecologisch opzicht versterkt worden.Voor de recreatieve verbinding kan wellicht gebruik gemaakt worden van de nog aan te leggen LightRailhalte. Dit moet nog nader worden onderzocht. Deze route zou als fiets/wandelpad verder moeten lopen naar de Maas. Stadsdeelniveau. Het raamwerk voor Noordoost heeft de volgende opbouw: Emplacement Rond het emplacement blijft een omvangrijk gebied gereserveerd voor de huidige industrie. De woongebieden richten zich enerzijds zoveel mogelijk naar de Maas, anderzijds op het Geusseltpark. Dit wordt ondersteund door een stelsel van bestaande en nieuwe langzaam-verkeersverbindingen. Centrum Oost Centrum Oost (in geel aangegeven) wordt een levendig centrumgebied aan weerszijden van de A2. Dit centrum is met een aantrekkelijke wandel- en fietsverbinding over de sporen direct verbonden met Wijck. Ook is daar een nieuwe busroute aan gekoppeld. Er komt een nieuwe Light-Railhalte in de Landgoederenzone. Een optie, die nader onderzocht moet worden is een Light-Railhalte bij de Viaductweg. A2 De A2 is ondertunneld en vormt geen barriere meer in het gebied. Maasoever Door de transformatie van het TREGA terrein en Zinkwit ontstaat de kans om de Maasoever een groen en openbaar karakter te geven. Er wordt gestreefd naar een groene wandel-en fietspromenade, die begint bij het Griendpark en doorloopt tot een de sluis van Borgharen. Koningsplein/Oranjeplein Dit blijft de “groene parel” in Oost. Door de ondertunneling van de A2 zal het verblijfsklimaat en de toegankelijkheid verbeteren. Onderzocht zal worden of ook de recreatieve gebruikswaarde van het park voor de omliggende buurten kan verbeteren. Het groene raamwerk op stadsdeelniveau
45
Het groene raamwerk op wijkniveau. Wyckerpoort/Wittevrouwenveld. Hoewel binnenkort een buurtparkje wordt gerealiseerd op het voormalige Essent-terrein blijft er een tekort aan groen in Wittevrouwenveld. Daarnaast is de orientatie van de wijk op het park de Geusselt slecht. Het voorstel is om in het kader van de herstructurering te streven naar een buurtpark van formaat in het noordelijk deel van Witttvrouwenveld. Dit buurtpark wint aan kwaliteit als het gelegen is aan een groene kindvriendelijke route die in O.W.-richting het Old Hickoryplein en de Geusselt met elkaar verbindt. Aan de zuidzijde van Wittevrouwenveld is vooral een veilige en aantrekkelijke verbinding met de Geusselt van belang. In de plannen voor de Geusselt is een ongelijkvloerse verbinding over de Terblijterweg voorzien ter hoogte van de Habsburgerstraat. Deze zou kunnen worden opgenomen in een groene route die van de Voltastraat naar de Geusselt loopt. Gezien de nabijheid van de Geusselt is in dit deel van Wittevrouwenveld een groot buurtpark niet nodig. Wel moeten in het kader van de herstructurering kleinschalige groene speelplekken in de directe woonomgeving worden opgenomen.
Groene Raamwerk Wyckerpoort-Wittevrouweveld
46
Nazareth zuid. Met name in Nazareth Zuid is een tekort aan buurtgroen. De Geusselt is vlakbij, maar niet bereikbaar. De opgave is om bij herstructurering (bijvoorbeeld bij het Rijdam-complex) ruimte te scheppen voor een openbare ruimte met verblijfskwaliteit. Deze ruimte zou via een doorsteek en een brug over de A2 met het Geusseltpark moeten worden verbonden, zodat er een duidelijke groene route in het hart van deze buurt kan ontstaan. Nazareth Midden en Noord. Hier is voldoende buurtgroen van goede kwaliteit beschikbaar. Bovendien is er een uitloop mogelijk naar de Landgoederenzone. De huidige groenstructuur, die bepaald wordt door het Miradorplein , is uitgangspunt voor nieuwe ontwikkelingen. Limmel Op buurtniveau is het streven om Limmel met de Maas te verbinden. Dat kan gebeuren met groene parkzones die vanuit de wijk naar de rivier lopen. Eén daarvan bevindt zich in het verlengde van de Populierenweg en sluit aan op het centrale plein met de kerk en buurtcentrum. De andere, die meer zuidelijk ligt, sluit aan op een bestaande doorsteek in de lintbebouwing van de Dolmansstraat. De groenstructuren in Limmel- Noord zijn uitgangspunt bij verdere planontwikkelingen. Bij de eventuele ontwikkeling van het Hoolhoesterrein moet rekening gehouden worden met het streven om vanaf de Balijeweg een recreatieve verbinding te maken , die aansluit op de Beukenlaan naar Vaeshartelt.
Groene Raamwerk Limmel - Nazareth
47
VERKEERSSTRUCTUUR Stadsdeelnivo De A2 vormt tezamen met Viaductweg , Terblijterweg en de afslag Beatrixhaven/Galjoenweg het hoofdraamwerk voor de auto-ontsluiting van het stadsdeel. De A2 ten noorden van de Geusselt en de Viaductweg hebben een duidelijke stroomfunctie en hebben ongelijkvloerse aansluitingen en kruisingen met de fietsstructuur. De Terblijterweg is een hoofdontsluitingsweg met een regionale functie. Deze zal worden verbreed naar 2 x 2 rijstroken. Kruisingen met langzaam verkeer moeten bij voorkeur ongelijkvloers plaatsvinden. Ten zuiden van de Geusselt wordt de A2 ondertunneld. Daarbovenop komt een stadsboulevard. Deze heeft , net als de Franciscus Romanusweg,Verlegde Borgharenweg, Balijeweg en Scharnerweg een functie als wijkontsluiting. Deze wegen hebben een ontsluitingsfunctie voor wijkverkeer en hebben een profiel van 2x1 rijstrook. Op de pres. Rooseveltlaan komen daar nog stroken voor het o.v. bij. Deze wegen hebben een maximale belasting van 15000-20000 mvt./etmaal en zijn goed oversteekbaar. De verkeersfunctie van de verlegde Borgharenweg moet nog nader worden bepaald. Met name de relatie met Beatrixhaven (vrachtverkeer) zal worden bestudeerd. Langzaam verkeer Alle wegen in het stadsdeel zijn ook befietsbaar en gelijkvloers oversteekbaar, behalve de A2 ten noorden van de Geusselt , de Viaductweg en de Terblijterweg. Langs de Terblijterweg komt aan de noordzijde een fietspad/ventweg in twee richtingen. Er zijn een aantal routes te benoemen die op het nivo van het stadsdeel rechtstreekse fietsverbindingen vormen. Deze moeten veiligheid en comfort voor de fietser bieden. Andere weggebruikers, met name auto’s zijn “te gast”.Voor compleet kruisingsvrije en vrijliggende fietspaden is in dit stadsdeel weinig ruimte. Onderscheid wordt gemaakt tussen functionele en recreatieve verbindingen. De functionele verbindingen zijn radiaal. Het gaat om :
Verkeersstructuur gemotoriseerd verkeer 48
- - - - - - -
de Meerssenerweg, de route Amby, Geusselt, burg.Van Oppenstraat,Voltastraat, prof. Cobbenhagenstraat en over de sporen naar Wijck. De Frankenstraat Scharnerweg Noormannensingel een vrijliggend fietspad in twee richtingen langs de Maasoe ver richting Borgharen een fietsverbinding vanuit Beatrixhaven naar de stad
Eén belangrijke functionele fietsroute is niet radiaal: Het fietspad langs de Noorderbrug. Deze route is voor veel fietsers niet aantrek kelijk.(Windhinder, luchtkwaliteit, sociale veiligheid) In het kader van het gemeentelijk fietsplan zal bekeken worden of deze aantrekkelijker kan worden gemaakt, dan wel of er een alternatief is. Daarnaast zijn er een aantal recreatieve fiets-wandelverbindingen - Over (of onder) de A2 komen twee kruisingen voor langzaam verkeer die de Geusselt met de Landgoederenzone en met Nazareth verbinden. Ook wordt er gestreefd naar een recreatieve verbinding tussen de omgeving Dr. Poelsoord en het gebied Kanjel/ Hotelschool. Dat zou alleen als een ongelijkvloerse kruising met de spoorlijn kunnen worden vormgegeven. Onderzocht moet worden of er een combinatie is te maken met de toekomstige LightRailhalte bij de Landgoederenzone. - Er wordt gestreefd naar een fiets-wandelpad langs de Kanjel naar het Julianakanaal - De Beukenlaan naar Vaeshartelt wordt verlengd en krijgt een verbinding naar de Balijeweg. De Viaductweg ten oosten van de spoorlijn krijgt twee onderdoorgangen: één is de huidige Meerssenerweg, de andere is een fietsonderdoorgang om Wijckerpoort direct met Nazareth te verbinden. Het Geusseltpark wordt vanuit Wittevrouwenveld op 4 punten ontsloten: Een tunneltje in het verlengde van de Prof. Beauduinstraat onder de Terblijterweg door, de kruising met de Olympiaweg, een fiets/voetbrug bij de Markies van Ledestraat en een nieuwe aansluiting bij de Oostermaasweg. Tenslotte komt er ten noorden van het station een nieuwe kruising over de sporen.
Verkeersstructuur langzaam verkeer 49
Openbaar vervoer Spoor De spoorlijn Maastricht-Heerlen-Kerkrade wordt binnenkort omgevormd tot een light-rail. Dit betekent dat er op deze plaats extra halten worden gerealiseerd. In eerste instantie zal er een halte worden gemaakt ter hoogte van de Beatrixhaven (ten zuiden van de spoorwegovergang Limmelderweg). Gekoppeld aan deze halte komt er een Park & Ride-voorziening. Naar de toekomst toe wordt vooralsnog opengehouden dat er t.z.t. ook een lightrail-halte wordt gerealiseerd ter hoogte van de Viaductweg. Bus Na realisering van de spoorkruising, juist ten noorden van het stationsgebouw, en na de ondertunneling van de A2-Passage Maastricht, wordt de centrale as voor het openbaar vervoer uitgebreid naar het gebied ten oosten van het spoor. Deze route loopt via de Prof. Nijpelsstraat naar het hart van het oostelijk stadsdeel. Bij de inrichting van de nieuwe Stadsboulevard, die ontstaat na ondertunneling van de A2, wordt rekening gehouden met ruimte voor de bus. Daardoor wordt het mogelijk de gebieden rond de knooppunten Geusselt en Europaplein goed te ontsluiten met het openbaar vervoer.
50
OPENBARE RUIMTES Na ondertunneling zal de Pres. Rooseveltlaan een belangrijke openbare ruimte van dit stadsdeel worden. Deze loopt in N.Z.-richting, evenwijdig aan de Maas. Daarnaast lopen er ook een aantal historische lijnen met lintbebouwing parallel aan de Maas: Meerssenerweg, Dolmansstraat, Ambyerstraat De “dwarsverbindingen” in O.W. richting zijn minder duidelijk, omdat ze vaak doodlopen op de Maas of op het emplacement. In de huidige situatie zijn de enige doorgaande O.W.-routes de Viaductweg, de Balijeweg en de Scharnerweg. Dit is problematisch omdat daardoor de belangrijkste externe kwaliteiten van het stadsdeel , namelijk het park de Geusselt, de Maasoever en Wijck/Binnenstad slecht toegankelijk zijn. Eén van de belangrijkste opgaven voor dit stadsdeel is dan ook het verbeteren van de dwarsverbindingen, zowel in continuiteit als in de kwaliteit van de inrichting. Dwarsverbindingen Spoorkruising Op het niveau van het stadsdeel is een kruising over de sporen ten noorden van het station van het grootste belang. Deze kruising zou moeten dienen voor openbaar vervoer, fietsers en voetgangers. Een ondertunneling is onaantrekkelijk, gezien de breedte van het emplacement ter plaatse. Een brug geeft minder gevoelens van onveiligheid en bovendien is er dan de mogelijkheid van een busstation in twee lagen, waardoor een compacte oplossing van het busstation mogelijk wordt.Voor fietsers en bussen zijn lange hellingbanen noodzakelijk. Het is moeilijk om die in de bestaande straten in te passen. Het voorstel is een brug direct ten noorden van het station die fietsers, bussen en voetgangers combineert. Hier komen verschillende historische “lange lijnen” samen. Aan de oostzijde Prof. Nijpelsstraat/Prof. Cobbenhagenstraat /Voltastraat en Frankenstraat en aan de westzijde St. Maartenslaan/Wilhelminabrug en Stationsstraat/Servaesbrug. De fiets en o.v. verbinding loopt vanaf de St. Maartenslaan via hellingbanen naar de Prof. Nijpelsstraat en vice versa. De andere zijn voetgangersverbindingen met trappen. Aan de oostzijde loopt de brug rechtdoor via een trap naar het Thorbeckeplantsoen om zo in het hart van Oost uit te komen. De huidige spoortraverse kan vervallen.
Zicht vanaf de Voltastraat
51
Viaductweg De intensiteiten op de Viaductweg gaan nog toenemen. Nu al is het een forse barriere in de stad en een bron van geluidhinder en vervuiling. De Viaductweg zal zoveel mogelijk moeten worden vormgegeven als een “brug over de stad”, met ongelijkvloerse kruisingen met het locale wegennet. Het gaat daarbij om een ontvlechting van doorgaand en locaal verkeer, waarbij op maaiveld de verblijfswaarde toeneemt, doordat het meeste verkeer zich op de brug bevindt. Een referentie daarbij is de kruising van de Kennedybrug met de Avenue Ceramique. De kruising met de Meerssenerweg wordt ongelijkvloers en de kruising met de Willem Alexanderweg vervalt en wordt vervangen door een ongelijkvloerse aansluiting op een verbrede en gedeeltelijk verlegde Borgharenweg. Balijeweg Gezien de toenemende intensiteiten op de spoorlijn moet de huidige gelijkvloerse oversteek van de Balijeweg worden vervangen door een tunnel. Dit zal de veiligheid sterk verbeteren. Aandachtspunt bij de vormgeving van de tunnel is de subjectieve en objectieve sociale veiligheid.Voorkomen moet worden dat de tunnel juist beleefd wordt als een nieuwe barriere tussen de beide buurten. Gezien de ligging van het spoor op een dijk bestaan hiervoor goede mogelijkheden. (doorzicht). Naast het spoor vormen ook de hoogspanningslijnen een barriere, vanwege het “niemandsland” dat ze veroorzaken tussen de beide buurten. Onderzocht moet worden of ze ondergronds kunnen worden gebracht, zodat er ruimte komt voor wonen en eventueel buurtvoorzieningen Kanjelpad Vanuit de Geusselt moet er een recreatieve verbinding komen met de Landgoederenzone via een verbinding over of onder de A2 door, ter hoogte van de voormalige Wielerbaan. Daarna volgt deze route min of meer de loop van de Kanjel tot aan de Maas. Om deze route te realiseren kan welicht aangehaakt worden op de vormgeving van de toekomstige Light-Railhalte en de transformatie van de gemeentewerf te Limmel. Routes naar het Geusseltpark. Ook op buurtniveau ontbreken veelal routes in O.W.-richting. Een aantal aantrekkelijke “dwarsroutes”, gericht op langzaam verkeer , Oost west routes 52
zou de interne structuur van de wijken versterken en de orientatie op Geusselt en binnenstad verbeteren. Bij voorkeur vallen ze samen met de gewenste groene verbindingen. In Wittevrouwenveld is dat de route Old Hyckorieplein- Geusselt en de route Voltastraat- Geusselt. De nadruk ligt op brede trottoirs, autoluw karakter, ruimte voor grote bomen en waar mogelijk groenstroken en verbredingen tot pleinen of parkjes. Deels is hiervoor transformatie van de bestaande bebouwing noodzakelijk. Nazareth- Geusselt. In Nazareth is er behoefte aan een route vanaf de Meerssenerweg via de Kasteel Daelenbroeckstraat naar de Geusselt, via een ongelijkvloerse kruising met de A2. Noord-Zuidroutes A2/Pres. Rooseveltlaan. Deze wordt vormgegeven als een boulevard met brede trottoirs en een middenberm, waardoor de oversteekbaarheid wordt vergemakkelijkt. De intensiteit wordt zodanig dat op voetgangersoversteekplaatsen zonder stoplichten kan worden overgestoken. Belangrijke kruispunten worden wel met lichten geregeld.. Ten noorden van de Voltastraat heeft de A2 het karakter van een brede stadsstraat, ten zuiden daarvan gaat ze over in een “parkway”, waar het groen overheerst. Franciscus Romanusweg/Borgharenweg. Deze route ontwikkelt zich tot een nieuwe Maasboulevard. Hij bestaat uit 2x1 rijstrook met een brede middenberm en is goed oversteekbaar. Nadere studie naar de verkeersfunctie van de nieuwe Borgharenweg, tussen Noorderbrug en Baljeweg moet nog plaatsvinden. Direct langs de Maas is een brede groene promenade met een fiets-en wandelpad. Meerssenerweg. Deze historische route blijft haar huidige beeld behouden. Het streven is om de intensiteit van het autoverkeer te verlagen , daar de nieuwe traverse de functie van wijkontsluitingsweg gedeeltelijk gaat overnemen.
Noord Zuid routes 53
DE VOORZIENINGEN Onderwijs In Noordoost is draagvlak voor twee kindcentra, één voor Wijckerpoort-Witttevrouwenveld en één voor Limmel-Nazareth. De huidige openluchtschool in Wittevrouwenveld leent zich het best om het kindcentrum te vestigen voor de wijken Wijckerpoort en Wittevrouwenveld. Ze ligt centraal en er kunnen functies worden uitgewisseld met het Trefcentrum, en wellicht het St. Maartenscollege. In de omgeving kan ruimte gevonden worden voor kinderopvang, creche etc. Bovendien ligt het in een autovrij gebied met een buurtpark, dat tijdens schooluren als speelruimte kan dienen voor de oudere kinderen. Zoveel mogelijk kinderen uit Wittevrouwenveld en Wijckerpoort gaan naar dit nieuwe kindcentrum naar school. Overigens kan dit pas gerealiseerd worden na de ondertunneling van de A2. Voor Limmel- Nazareth wordt gezocht naar een uni-locatie voor de huidige scholen. Dit zal in het buurtplan aan de orde komen. Belangrijk daarbij is een kindvriendelijke en veilige oversteek over de spoorlijn.Vanwege de centrale ligging lijkt Hoolhoes de aangewezen locatie voor een kindcentrum. Dit moet nader worden onderzocht. Detailhandel, zorg en welzijn Voorzieningen in de sfeer van welzijn, zorg en gezondheid sluiten zoveel mogelijk aan op de winkelcentra. Deze liggen in het hart van de buurt, zijn goed bereikbaar, en dragen bij aan de vorming van een levendig centrumgebied. In Limmel-Nazareth kan draagvlak zijn voor een buurtwinkelcentrum. Bij voorkeur is deze centraal gelegen, bijvoorbeeld op het huidige Hoolhoesterrein. Onderzocht moet worden of hier ook zorgvoorzieningen hun plaats zouden kunnen krijgen. Er liggen plannen om te investeren in het huidige winkelcentrum van Nazareth. Dit ligt echter decentraal in de wijk . Dit moet vooralsno beschouwd worden als een tijdelijke situatie, waarbij desinvesteringen moeten worden voorkomen. In Wijckerpoort-Wittevrouwenveld komt een klein wijkwinkelcentrum aan de Voltastraat. Dit is nu in aanbouw. 54
Voorzieningen
Op langere termijn kan het centrum aan de Voltastraat richting de A2 aangevuld worden met functies die bijdragen aan de levendigheid van het gebied. Ook langs de Professor Cobbenhagenstraat en de huidige K.P.N.- locatie is ruimte voor voorzieningen en diensten op wijknivo. Het streven is om hier het “hart van Oost” te realiseren, zowel in sociaal en economisch opzicht. Zorgfuncties zouden hierop moeten aansluiten. Overigens moet zorgvuldig gekeken worden naar de invulling en het programma. Er is geen marktruimte voor de ontwikkeling van een stadsdeelcentrum. Wel is er ruimte voor maatschappelijke functies in de sfeer van medische zorg, baliefuncties en wellicht speciaalzaken. Hierbij dient ook de Frankenstraat in beschouwing te worden genomen. De huidige mogelijkheden voor detailhandel in de Voltastraat, Frankenstraat en de KPN-locatie zijn input voor een nader uit te werken toekomstvisie voor het Hart van Oost. Deze uitwerking gebeurt naar aanleiding van de detailhandelsnota, waarbij in overleg met de betrokken partijen de gemaakte afspraken m.b.t. de drie locaties (Voltastraat, Frankenstraat, KPN-lokatie) worden (her)bezien. Het resultaat van die uitwerking wordt vastgelegd in het ruimtelijk masterplan. Rond de Noorderbrug kan zich een gebied ontwikkelen met stedelijke en regionale functies. Levendigheid is hier belangrijk, omdat dit gebied vanuit Limmel de poort vormt naar de binnenstad. Er wordt gestudeerd op een locatie voor perifere detailhandel juist te noorden van de Noorderbrug: Een stedelijke bouwmarkt, en winkels in de sfeer van woninginrichting vormen de kern van het programma. Een dergelijke ontwikkeling is alleen bespreekbaar als er daarmee geen barriere tussen de nieuwe woonwijken aan de Maas en de binnenstad gaat ontstaan. De vormgeving en uitstraling van dit centrum is dus van het grootste belang. Het vormt vanaf de Noorderbrug toch een onderdeel van het zicht op de stad.Vanaf de nieuwe Maaspromenade moet het een duidelijke begeleiding vormen. Belangrijk is het “gezicht naar de Maas.”
Cultuur en Congres Ten zuiden van de Noorderbrug zijn functies voorzien in de sfeer van Cultuur en Congres. Deze zijn aanvullend op het culturele programma rond het Bassin en vormen een goede beeindiging van het Griendpark als publieke ruimte. Bovendien is hier een grote Parkeergarage voorzien, die met een brug verbonden is met de omgeving van het Bassin. Sport en leisure De Geusselt ontwikkelt zich tot een regionaal sport en leisurecentrum. Hier komt een grote sporthal, een regionaal zwembad, fitness, bowling, kegelbaan en overdekte speeltuin.. Het huidige sportpark wordt in oppervlakte verkleind, maar in gebruik geintensiveerd. De wandel- en fietsmogelijkheden in het gebied worden vergroot door de aanleg van en park met waterpartij. Dit park wordt onderdeel van een regionaal landschapspark, dat loopt vanaf de oostrand van de stad naar de Landgoederenzone en het Geuldal. Operatie coffeecorner In het raadsstuk van 17 april 2007 zijn de zoekgebieden voor het spreidingsplan coffeeshops aangewezen, nl. Köbbesweg, Brusselseweg (ter hoogte van de spoordijk) en Francois de Veyestraat. Bij laatstgenoemd zoekgebied is aangegeven dat dit is gekozen in afwachting van het vinden van een (definitieve) locatie in de Beatrixhaven in relatie tot de studie naar de ontwikkeling van de A2.
55
WERKMILIEUS. Industrie De Beatrixhaven en de omgeving van het emplacement handhaven zich als locatie voor de maakindustrie in de zwaardere milieucategorien. De Beatrixhaven krijgt een inwaartse zonering, waarbij de zuidzijde afgezoomd wordt met lichtere milieucategorien. De functie als bedrijventerrein wordt gehandhaafd en geintensiveerd.. Kantoorontwikkeling of detailhandel is uitgesloten. De industrien rond het emplacement hebben vastgestelde geluidscontouren. Geusselt De Geusselt vormt samen met de omgeving van het Geusseltplein een gebied voor functies , die gerelateerd zijn aan de stadsentree, onder meer grootschalige kantoren. Met name in Wittevrouwenveld en Wijckerpoort en Nazareth zuid moet bij herstructurering ruimte zijn voor combinaties van wonen en werken.
56
werkmilieus
WOONMILIEUS Algemeen: Het totale aantal woningen in dit stadsdeel zal in de bestaande woongebieden als gevolg van herstructurering niet toenemen. Wyckerpoort en Wittevrouwenveld De unieke potenties van Wijckerpoort en Wittevrouwenveld en wellicht ook Nazareth Zuid als stedelijk woonmilieu voor alle categorien bewoners moet worden uitgenut. Het gaat hier voor een belangrijk deel om grondgebonden woningen in de luwte van de stad. De toekomstwaarde van de bestaande woningvoorraad moet kritisch worden onderzocht. Bij de bestaande woningen moet worden gekeken naar de cultuurhistorische waarde en als het kleine woningen betreft de mogelijkheid tot uitbreiding op het eigen kavel. Wellicht moeten er centraal (gebouwde) parkeervoorzieningen worden aangelegd. Bij nieuwbouw ligt het accent op ruime grondgebonden woningen met tuin. De kavels zijn niet groot, maar dit wordt gecompenseerd door goed ingerichte openbare ruimtes met brede trottoirs en straatbomen , waarbij het parkeren deels onder of achter de woningen wordt opgelost. Belangrijk is de uitbreidbaarheid van de woningen, naar boven of naar achter. De wijk moet zich kunnen blijven ontwikkelen, ook bij veranderende woonwensen. In deze wijken moet de mogelijkheid van collectief en wellicht zelfs individueel opdrachtgeverschap worden onderzocht. Referentie is de wijk Roombeek in Enschede. Nazareth Nazareth midden en noord worden vormgegegeven als een stadsrandmilieu, met de nadruk op grondgebonden woningbouw. In Nazareth Noord is sloop en nieuwbouw wellicht het perspectief. De huidige monotone rijwoningen kunnen worden vervangen door ruimere woningen op grotere kavels. Deels wellicht halfvrijstaand . Individueel opdrachtgeverschap is ook hier wellicht mogelijk. In Nazareth Zuid liggen potenties voor een stedelijk woonmilieu. Er liggen stedelijke voorzieningen (Geusselt) in de nabijheid en er is via de Meerssenerweg een organische aansluiting met Wijckerpoort. Woonmilieus
57
De toekomst van de gestapelde bouw langs de A2 is afhankelijk van de planvorming rond de A2. Onderzocht wordt of de woonfunctie langs de Viaductweg kan worden gehandhaafd i.v.m. het leefklimaat ter plaatse Limmel Voor Limmel noord geldt hetzelfde als voor Nazareth Noord. Als de markt daar om vraagt zouden de huidige rijwoningen vervangen kunnen worden door ruimere woningen in een stadsrandmilieu. Zoals bij de analyse al gesteld zou het dorpsmilieu van Limmel kunnen worden uitgebouwd. De aanwezigheid van de dorpskern kan bijdragen aan de nieuwe identiteit van “Limmel aan de Maas”. Aan de Maas komt een laagbouwbuurt met brede groenstroken die vanuit de dorpskern naar de Maas lopen. Ook hier moeten de mogelijkheden voor individueel opdrachtgeverschap worden onderzocht. Naar het zuiden toe is ruimte voor een meer stedelijk milieu met appartementengebouwen met uitzicht op de Maas. Geusselt Er is voorzien in de bouw van 300- 400 appartementen ten zuidoosten van de stadion. Deze appartementen zijn letterlijk parkwoningen, vanuit de entreehal loop je direct het park in.
58
59
60