Stagebeleidsplan cluster WonenMet
Heerhugowaard, januari 2010
1
Deel 1 ................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Algemene informatie Esdégé-Reigersdaal en WonenMet ....................................................... 4 Ter inleiding....................................................................................................................... 4 De doelstelling van Esdégé-Reigersdaal .......................................................................... 4 Inhoudelijke visie .............................................................................................................. 5 Het support-concept.......................................................................................................... 5 Relaties ................................................................................................................................ 5 Respect................................................................................................................................. 5 Vaardigheden....................................................................................................................... 6 Deelname ............................................................................................................................. 6 Keuzes ................................................................................................................................. 6 Onze werkwijze: ................................................................................................................ 6 Lien Gisolfland .................................................................................................................... 7 Van de Veldelaan................................................................................................................. 7 Dommel ............................................................................................................................... 7 Clustermanager, administratief medewerkster, gedragswetenschappers en de teamarts .............................................................................................................................. 7 Informatie voor en over stagiaires, stages, stageplaatsen binnen het cluster WonenMet...... 9 Het vinden van een stageplaats ........................................................................................ 9 Inwerkperiode...................................................................................................................... 9 Gesprekken en beoordelingen ........................................................................................... 10 Schoolopdrachten en stagebegeleiders .............................................................................. 10 Verwachtingen van de stageplek t.a.v. stagiaires .............................................................. 10 Ziekmelding/betermelding................................................................................................. 11 Vrije dagen ........................................................................................................................ 11 Stage overeenkomst ........................................................................................................... 11 Stagevergoeding ................................................................................................................ 11 Behoud van privacy ........................................................................................................... 11 Verantwoordelijkheid ........................................................................................................ 11 Leerplanning stagiaire ............................................................................................................ 12 Voorwaarden vooraf:......................................................................................................... 12 In de eerste periode:........................................................................................................... 12 Vervolgens gaan we door met: .......................................................................................... 12 Derde deel van de stage:.................................................................................................... 12 Laatste en afrondende deel van de stage: .......................................................................... 13 Eind van de stage............................................................................................................... 13 BEROEPSHOUDING: ........................................................................................................... 14 OMGAAN MET CLIENTEN ........................................................................................... 14 EIGEN LEERHOUDING.................................................................................................. 15
2
Inleiding Esdégé-Reigersdaal biedt ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking. Om kwalitatief goed personeel in dienst te hebben is een goede opleiding van medewerkers van groot belang. Daarom biedt Esdégé-Reigersdaal mensen de mogelijkheid om tijdens hun opleiding stage te lopen. Een van de plekken waar stage gelopen kan worden is binnen een van de locaties van het cluster WonenMet. In het stagebeleidsplan schrijven wij van het cluster WonenMet wat je als stagiaire zoal binnen het cluster zal vinden.
3
Algemene informatie Esdégé-Reigersdaal en WonenMet Ter inleiding WonenMet is een cluster dat aangesloten is bij de Stichting Esdégé-Reigersdaal. Het cluster bestaat uit drie teams die ondersteuning verlenen aan volwassen mensen met een verstandelijke beperking en bijkomende problematiek. Het team van de Dommel biedt 24 uurs-zorg aan cliënten die individueel wonen in de Rivierenbuurt in Heerhugowaard. Aan Lien Gisolfland 33 in de Zuidwijk van Heerhugowaard bevindt zich het kantoor van het 2de team van het cluster. Dit team biedt ondersteuning aan cliënten die individueel wonen in de geschakelde woonvorm aan het Lien Gisolfland. Het derde deel van het cluster bestaat uit een team op de Van de Veldelaan 40. Zij leveren 24 uurs-ondersteuning aan cliënten wonende in het Hoefplan van Alkmaar. Iedere cliënt van het cluster WonenMet heeft een eigen ondersteuningsplan waarin staat beschreven wat de cliënt wil bereiken en welke ondersteuning de cliënt daarbij nodig heeft. De cliënt heeft zelf de verantwoordelijkheid voor de invulling van zijn of haar leven. De cliënt heeft zijn eigen cliëntbegeleider die het ondersteuningsplan samen met de cliënt maakt en in de gaten houdt of het goed wordt uitgevoerd. In het ondersteuningsplan moet heel helder aangeven staan welke ondersteuning een cliënt nodig heeft. Dit omdat de ondersteuning vaak door meerdere collega’s wordt uitgevoerd.
De doelstelling van Esdégé-Reigersdaal Esdégé-Reigersdaal biedt ondersteuning aan mensen met een handicap met als doel het bevorderen van de kwaliteit van hun bestaan. De ondersteuning vindt plaats op het gebied van wonen, werken, vorming/scholing en recreatie. Afhankelijk van de vraag van de cliënt krijgt de ondersteuning de vorm van onder meer advisering, begeleiding, verzorging en/of behandeling. Bij het bieden van ondersteuning wordt ervan uitgegaan dat: Ieder mens uniek is en derhalve beschikt over een unieke combinatie van mogelijkheden en beperkingen. Ieder mens behoefte heeft aan ontplooiing van mogelijkheden. Ieder mens behoefte heeft aan het leven in relatie met andere. Mensen, ongeacht hun mogelijkheden en beperkingen, fundamenteel gelijkwaardig aan elkaar zijn. Ieder mens behoefte heeft op eigen wijze invulling te geven aan het eigen bestaan. Dit betekent voor de dienstverlening dat deze: De eigenheid, de eigen identiteit, van het individu respecteert. Ondersteuning biedt bij het maken van eigen keuzes door het individu. Het individu ondersteunt bij het ontwikkelen en behouden van relaties. Uitgaan van het gewone en speciale voorzieningen treft waar nodig. Gericht is op het verwerven dan wel behouden van een volwaardige plaats van het individu in de samenleving. De dienstverlening is gericht op het beantwoorden van de individuele vraag van de cliënt. Hierbij is Esdégé-Reigersdaal verantwoordelijk voor de professionele kwaliteit van de
4
dienstverlening. De cliënt met zijn of haar belangenbehartiger houdt de regie over het eigen leven en is daar verantwoordelijk voor. De dienstverlening van Esdégé-Reigersdaal is vervolgens gericht op het creëren van voorwaarden die er toe leiden dat mensen met een handicap onder gewone omstandigheden kunnen wonen, werken en recreëren. Dat betekent dat het beïnvloeden van de samenleving, waardoor deze steeds meer open komt te staan voor en plaats biedt aan mensen met een handicap, een integraal onderdeel van de dienstverlening vormt. Op bovenstaande wijze biedt Esdégé-Reigersdaal als professionele dienstverlener een aanvulling op de steun die het individu ervaart vanuit het netwerk van familie en vrienden. Esdégé-Reigersdaal houdt zich verantwoordelijk voor een sluitend aanbod in de regio’s waar zij werkzaam is. Waar wenselijk gebeurt dat in samenwerking met andere instellingen en met cliëntenorganisaties.
Inhoudelijke visie Esdégé-Reigersdaal is een organisatie met een duidelijke visie. Geen beweging om de beweging. Maar veranderen omdat we vinden dat het nodig is. Esdégé-Reigersdaal is erop gericht mensen met een handicap juist die zorg en ondersteuning te bieden die bij ieder van hen leidt tot een goede kwaliteit van leven, maar deze si daaraan niet gelijk. De (mens)visie van Esdégé-Reigersdaal gaat er van uit dat ieder mens uniek is en beschikt over een unieke combinatie van mogelijkheden en beperkingen; dat ieder mens behoefte heeft aan ontplooiing van zijn talenten; dat ook ieder mens behoefte heeft aan een leven met anderen; dat mensen ondanks hun verschillen fundamenteel gelijkwaardig zijn en de behoefte hebben op een eigen wijze invulling re geven aan het leven. Consequentie van deze visie is dat mensen met een handicap moeten kunnen wonen, werken en recreëren zoals andere mensen wonen, werken en recreëren. Dat het vanzelfsprekende in het leven van mensen zonder gediagnosticeerde handicap ook vanzelfsprekend wordt in het leven van de mensen met een handicap. De mensen met een handicap moeten kunnen kiezen of en zo ja met wie ze willen samen wonen, in wat voor huis en met welke ondersteuning; dat ze met niet gehandicapte kinderen naar school moeten kunnen gaan; dat ze kunnen werken en zelf bepalen hoe ze hun vrije tijd invullen. Deze uitgangspunten, gebaseerd op de (mens)visie van Esdégé-Reigersdaal, geeft het kader aan voor wat als goede kwaliteit van leven beschouwd moet worden en vormt daarmee de leidraad voor de ontwikkeling van beleid. Ontwikkeling van het inhoudelijk beleid, het beleid personeel en organisatie, het financieel beleid, het accommodatiebeleid en het communicatiebeleid.
Het support-concept Met bovengeschreven visie als uitgangspunt is door John O’Brien een nieuw dienstverleningsconcept ontwikkeld: het support-concept. In deze benadering staan vijf thema’s centraal: Relaties Op welke wijze kunnen we mensen met een handicap ondersteunen om wederkerige relaties ontwikkelen en te onderhouden? Respect Betekenisvolle relaties zijn gebaseerd op respect. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat mensen met een handicap zich gerespecteerd voelen door anderen?
5
Vaardigheden Respect hangt sterk samen met waargenomen vaardigheden. Mensen met een handicap worden veelal gezien als mensen met onmogelijkheden. Wat echter zijn hun unieke bijdragen aan de samenleving of aan de relatie met mensen in de directe omgeving. Deelname Om nieuwe relaties te ontwikkelen en bestaande relaties te onderhouden is het ook belangrijk dat mensen met een handicap aanwezig kunnen zijn op de plaatsen, waar ook andere mensen komen. Hoe kunnen we daaraan bijdragen? Keuzes Het is voor mensen belangrijk om grip te hebben op hun leven. Hoe kunnen we daarvoor zorgen? Welke keuzes dragen bij aan het ontwikkelen en behouden van een gevoel van eigenwaarde? Bij Esdégé-Reigersdaal zijn deze thema’s bekend als de kwaliteitspijlers. Dit zijn de pijlers waarop het beleid van de stichting rust en waaraan alle activiteiten binnen de stichting getoetst worden. Ondersteuning richt zich daarbij aansluitend op die zaken of levensgebieden waarop ondersteuning daadwerkelijk nodig is. De vorm en mate waarin ondersteuning geboden wordt of moet worden is uiteraard afhankelijk van de specifieke vragen van het individu. Om op een goede manier invulling te kunnen geven aan de hiervoor beschreven visie en uitgangspunten is het van belang om daarvoor de noodzakelijke voorwaarden te creëren. Een belangrijke voorwaarde is gelegen in de wijze waarop de organisatie wordt vormgegeven.
Onze werkwijze: Het cluster WonenMet werkt met een werkplan. In dit werkplan zijn de doelen van het cluster voor het aankomende jaar vastgelegd. Bij elk doel is weergegeven wie verantwoordelijk is voor het behalen van het doel en op welke wijze we denken het doel te behalen. Aan het werkplan is voor het cluster een begroting gekoppeld. Welke waar nodig is uitgesplitst naar locatie niveau. Eenmaal per jaar is er een clusterbeleidsdag met alle medewerkers werkzaam binnen het cluster. Hier wordt teruggekeken op de doelen van het afgelopen jaar en worden de doelen binnen het cluster voor het aankomende jaar vastgesteld. Het cluster bestaat uit drie teams die zich verder in dit stuk aan je voor zullen stellen. Binnen het cluster is een actieve cliëntenraad met een eigen ondersteuner. Vanuit elke locatie zijn er vertegenwoordigers in de raad. Binnen elke locatie is een cliëntenoverleg, waar de cliëntenraad voorbereid zal worden. De cliëntenraad adviseert de clustermanager op verschillende vlakken. Onder andere bij het tot stand komen van het werkplan. Binnen het cluster wordt er nauw samengewerkt tussen de verschillende locaties (bijv. bij opvang van ziek en zeer) en met andere partners binnen en buiten Esdégé-Reigersdaal (De Rotonde, GGZ, Brijder, WonenPlus, Springplank/Tio, De Waerden, Reclassering, politie, woningbouwverenigingen enz)
6
Lien Gisolfland Het Lien Gisolfland is een geclusterde woonvorm in de wijk Zuidwijk van Heerhugowaard. De meeste cliënten die ondersteuning krijgen vanuit het Lien Gisolfland wonen daar individueel in een appartement en zijn buren van elkaar. Het team van locatie Lien Gisolfland ondersteunt in totaal 18 cliënten. Een aantal van deze cliënten hebben naast een verstandelijke beperking ook een lichamelijke beperking. De nadruk van de ondersteuning vanuit het Lien Gisolfland ligt echter op ondersteuning aan mensen die naast een verstandelijke beperking een beperking binnen het autistisch spectrum en/of een andere psychiatrische stoornis hebben. Van de Veldelaan Aan de Van de Veldelaan in Alkmaar staat een 10 etages tellend gebouw genaamd het Hoefijzer. In dit flatgebouw bevinden zich op de begane grond het kantoor en het steunpunt van WonenMet, evenwichtig verdeeld door de gehele flat bevinden zich appartementen van de cliënten die begeleid worden vanuit het team. Deze locatie kent een 24 uurs-bezetting d.w.z. dat er 24 uur per dag en 7 dagen per week een beroep gedaan kan worden op de begeleiding. De Van de Veldelaan geeft woonbegeleiding aan mensen met een lichte verstandelijke beperking, dit maakt dat zij redelijk zelfstandig kunnen functioneren maar ook dat zij erg kwetsbaar zijn en gemakkelijk te beïnvloeden zijn. De meeste cliënten die ondersteuning krijgen vanuit de Van de Veldelaan ervaren bijkomende problemen op psychisch, sociaal of emotioneel vlak. Een aantal cliënten worden vanuit de Van de Veldelaan ambulant ondersteund op het gebied van dag- en weekstructuur, administratie, contacten met instanties en voorzieningen, structuur van de huishouding, sociale contacten, vrijetijdsbesteding, zelfredzaamheid, het vinden en/of behouden van werk/ dagactiviteiten en opvoedingsvragen. Door het samenwerken met de GGZ, MEE, de Reclassering, de Brijder, Politie, Justitie en vele andere maatschappelijke instellingen heeft onze locatie een extra dimensie. Dommel De Dommel biedt ondersteuning aan 13 cliënten. Het is een 24 uurs-voorziening. Cliënten van de Dommel wonen allen individueel in de Rivierenwijk in Heerhugowaard. Vanuit de Dommel wordt er intensieve individuele ondersteuning verleend aan mensen met een uiterst complexe ondersteuningsvraag en problemen op meerdere vlakken in het dagelijks functioneren. Cliënten van de Dommel ervaren allen bijkomende problemen op psychiatrisch, sociaal en emotioneel vlak. Clustermanager, administratief medewerkster, gedragswetenschappers en de teamarts De clustermanager is verantwoordelijk voor de organisatie, voor het zo goed mogelijk regelen van de randvoorwaarden zodat de medewerkers in de verschillende teams op een zo adequaat mogelijke wijze hun werk kunnen uitoefenen. We streven er naar elk team zo zelfsturend mogelijk te laten zijn. In elk team zijn minimaal vertegenwoordigd de functies van begeleider, cliëntbegeleider en senior cliëntbegeleider. Binnen het Lien Gisolfland en de Dommel werkt tevens een ADA medewerkster. De verschillen in functies geven geen hiërarchische verschillen weer. Bij het cluster WonenMet is een administratief medewerkster aangesloten die ondersteuning biedt op administratief vlak. Denk hierbij aan het ordenen van papieren gegevens, het voeren van correspondentie, het regelen van betalingen van facturen en het verzamelen van gegevens ten bate van de verwerking van kassen, onregelmatigheidstoeslagen, indicaties en presentie van cliënten. 7
Alle drie de teams kunnen een beroep doen op een gedragswetenschapper. Binnen de Dommel en de Van de Veldelaan vervult deze een grotere rol dan binnen het Lien Gisolfland, maar de gedragswetenschapper is wel altijd aanwezig bij de teamvergadering en inhoudelijke themabesprekingen. Daarnaast ondersteunt ze cliëntbegeleiders bij het maken van het OSP en aanvragen van indicaties. Ze is structureel of op consultbasis betrokken bij elke cliënt om zorg te dragen voor een inhoudelijk goede ondersteuning. Elk team kan een beroep doen op de teamarts welke in sommige gevallen ook de huisarts is van de cliënt. Binnen de Dommel en de Van de Veldelaan is ze structureel betrokken bij het tweewekelijkse multidisciplinair overleg en het opstellen en verloop van de uitvoering van de ondersteuningsplannen, bij het Lien Gisolfland is haar rol meer op afstand en op afroep.
8
Deel 2 Informatie voor en over stagiaires, stages, stageplaatsen binnen het cluster WonenMet Het vinden van een stageplaats Om in aanmerking te kunnen komen voor een stageplek binnen het cluster WonenMet is het van belang dat je kennis neemt van de volgende informatie. Het Cluster WonenMet kan de beroepspraktijkvorming bieden aan stagiaires. Elke locatie heeft maximaal 1 stageplek per periode. De Dommel en Van de Veldelaan hebben plek voor stagiaires van minimaal 18 jaar vanuit de SPW 4, MMZ 4, verpleegkundige 4, SPH en MWD. Op het Lien Gisolfland kunnen daarnaast stagiaires terecht vanuit de MMZ 3, SPW 3 en verzorgende 3. Er is slechts mogelijkheid voor langere stages van minimaal zes maanden. Een onderdeel van het werk is het uitvoeren van huishoudelijke en ADL activiteiten. Stagiaires moeten dan ook bereid zijn werkzaamheden op dit gebied uit te voeren. Een stagiaire neemt zelf contact op met het cluster middels een brief met daarin: Welke opleiding volgt de stagiaire op dit moment, Voor welke periode is de stage (lengte en start- en einddatum) Op welke dagen moet de stagiaire naar school en hoeveel uur moet de stagiaire stage lopen. Op welke van de drie locaties van het cluster WonenMet zou de stagiaire stage willen lopen. Waarom wil de stagiaire op deze plek stage lopen, welke motivatie heeft de stagiaire. En heel belangrijk: wat zie je als jouw kwaliteiten welke van nut kunnen zijn voor de locatie. Natuurlijk aangevuld met een CV met persoonlijke gegevens, opleidingsgegevens en stageen/of werkervaring. Deze brief mail je aan:
[email protected]. Of eventueel per post: Esdégé-Reigersdaal WonenMet Tav: Sandy Pauw, clustermanager WonenMet Titanialaan 4 1702 AZ Heerhugowaard Per brief of per e-mail zal je vernemen of er op dat moment een stageplek is binnen het cluster en of je uitgenodigd wordt voor een kennismakingsgesprek. Dit gesprek zal plaatsvinden met je mogelijk toekomstige werkbegeleider en de senior cliëntbegeleider van de betreffende locatie. Naar aanleiding van dit gesprek wordt de stagiaire al dan niet aangenomen en wordt een stage-overeenkomst vanuit Esdégé-Reigersdaal en een praktijkovereenkomst vanuit het opleidingsinstituur opgesteld. Van beide dient een exemplaar naar de clustermanager te komen. Voorts zul je een Verklaring Omtrent Gedrag moeten aanvragen bij de gemeente waar je woont en deze binnen een maand inleveren bij de stagecoördinator van PO&O. Je zal afspraken maken met je werkbegeleider over je eerste stagedag en je stagerooster. Inwerkperiode Alle stagiaires hebben een inwerkperiode van 3 weken In deze periode leer je de locatie kennen. Je komt er achter waar de locatie voor staat en op welke wijze de eerder beschreven visie in praktijk wordt gebracht. Ook leer je de werkwijze van de locatie kennen en krijg je de gelegenheid kennis te maken met cliënten en de medewerkers van die locatie.
9
Gesprekken en beoordelingen Na het kennismakingsgesprek krijgt de stagiaire de gelegenheid rond te kijken en wordt er kort verteld welke werkzaamheden op de locatie verricht worden en wat het belang ervan is. Halverwege de stage is er een tussentijdse beoordeling. De beoordeling vindt plaats in een gesprek. Deze vindt meestal plaats met de stagiaire, stagebegeleider en een leerkracht van de school. Hierin worden de leerpunten van de stagiaire besproken en er wordt besproken hoe de stagiaire zich verder kan ontwikkelen op deze stageplaats. Zowel de stagiaire als de praktijkbegeleider krijgt een beoordelingsformulier die door elk van hen onafhankelijk wordt ingevuld. De resultaten worden vergeleken en uit de conclusies hiervan wordt een derde beoordelingsformulier ingevuld door de stagiaire en de praktijkbegeleider samen. Dit derde formulier wordt teruggestuurd naar de leerkracht van de opleiding. Aan het eind van de stageperiode krijgt de stagiaire een eindbeoordelingsgesprek met de praktijkbegeleider. Zij bespreken met elkaar hoe de stageperiode is verlopen. Ook vullen zij weer een beoordelingsformulier in, waarvan het derde formulier weer naar de leerkracht wordt gestuurd. Tussen deze drie hoofdgesprekken door krijgt de stagiaire ook voortgangsgesprekken. Deze gesprekken worden gehouden tussen de stagiaire en de stagebegeleider. De gesprekken zijn bedoeld om terug te kijken op hoe de stagiaire functioneert in de praktijk en feedback te bespreken op het handelen. Verder worden vaak de opdrachten van de stagiaire besproken en kunnen vragen aan elkaar gesteld worden. Schoolopdrachten en stagebegeleiders Stagiaires krijgen verschillende opdrachten mee, die ze op hun stageplaats moeten uitvoeren. Als een stagiaire zelf niet verder komt met een opdracht wordt hij/zij desgevraagd gesteund of gestuurd door een stagebegeleider. Een stagebegeleider is iemand die is opgeleid om stagiaires te ondersteunen en te begeleiden met de praktijk en de schoolopdrachten die in de praktijk dienen te worden uitgevoerd. We streven er naar om iedere stagiaire 2 stagebegeleiders toe te wijzen om er op die manier zorg voor te dragen dat je je stagebegeleider regelmatig kan zien. Van belang is ook dat iedere medewerker van een team in staat is een stagiaire te ondersteunen en antwoord te geven op vragen. Hiermee hoeft een stagiaire niet te wachten tot de stagebegeleider weer aanwezig is. Verwachtingen van de stageplek t.a.v. stagiaires Als iemand bij ons stage komt lopen voor een bepaalde tijd dan hebben wij als cluster en als organisatie daarvan een bepaalde verwachting: Zo wordt er onder andere van je verwacht dat: Je, je in zal zetten voor de locatie en voor het welslagen van de stage. Dat je zal handelen volgens de visie die we binnen de organisatie hanteren. Dat je de privacy van anderen in acht zal nemen. Dat je eerlijk bent. Dat je een betrouwbare collega bent. Dat je, je verantwoordelijkheid kent en weet te nemen. Dat je, je taken en afspraken nakomt. Om het werk in de volle breedte te leren wordt van je verwacht dat je bereid bent om in onregelmatige diensten te werken (inclusief de weekenden). In overleg met je stagebegeleider werk je aan je leerdoelen. Een onderdeel van het werk is het uitvoeren van huishoudelijke en ADL activiteiten. Stagiaires moeten dan ook bereid zijn werkzaamheden op dit gebied uit te voeren. Ook verwachten we van je dat je bereid bent overleggen (zoals teamvergaderingen) bij te wonen. 10
Anderzijds mag je er van uit gaan dat je bij ons de ruimte krijgt om te leren (en eventueel fouten te maken) en dat je bij ons veel zal leren. Ook wij dienen ons aan afspraken te houden. Van ons mag je een goede werkbegeleiding verwachten. Ziekmelding/betermelding Afwezigheid door ziekte dien je zo snel mogelijk door te geven aan de clustermanager en aan je stageplek (ook als je die dag niet ingeroosterd stond). Hersteld melden doe je op het moment dat je weer in staat bent om te werken. (Dit kan dus ook op een school of vrije dag zijn). Bij langdurige afwezigheid kan in overleg met de stagiaire en/of de school worden besloten om de vakantieperiode extra te komen en toch aan voldoende stage-ervaring en uren te komen. Vrije dagen In principe ben je alle schoolvakanties vrij. Maar verder gelden voor de stagiaires dezelfde regels als voor ‘gewone’ medewerkers. Op schooldagen loop je geen stage. Verder heb je in principe recht op 1 vast vrij dagdeel (om b.v. te sporten) Andere vrije dagen of voorkeuren moeten besproken worden met je stagebegeleider. De schoolvakanties/ schooldagen en vrije dagen moeten zo spoedig mogelijk doorgeven worden aan de stagebegeleider. Stage overeenkomst In het begin van de stage zal het cluster een stageovereenkomst en een praktijkovereenkomst sluiten met de stagiaire en de school. De overeenkomsten worden getekend door de stagiaire, de stagebegeleider, de school en de clustermanager. De clustermanager regelt na ondertekening van het stagecontract de stagevergoeding. Daarnaast dien je binnen een maand een Verklaring Omtrent Gedrag in te leveren. Stagevergoeding Vanaf 1 september 2003 hebben stagiaires recht op een stagevergoeding. Voorwaarden voor toekenning van de stagevergoeding zijn dat het een stage betreft, die in het opleidingsprotocol als een verplichte stage wordt aangemerkt en dat deze langer duurt dan een maand. Tevens zal er een stageovereenkomst ingevuld moeten worden en een verklaring ondertekend. De overeenkomst maakt deel uit van het totaalpakket dat door de clustermanager en de stagiaire in orde gemaakt moet worden om voor een vergoeding in aanmerking te komen. Behoud van privacy Tot een professionele beroepshouding hoort het bewaken van de privacy van de cliënten. Wij verwachten dat de stagiaire discreet omgaan met wat hem/haar ter ore komt over de cliënt en dat hij/zij het vertrouwelijke karakter dient te begrijpen. Discreet omgaan houdt bijvoorbeeld in dat je geen papieren van/over cliënten buiten de locatie brengt, je niet inhoudelijk over cliënten praat met vrienden, familie en dergelijke. Dat mocht je voor school iets over een activiteit met een cliënt schrijven je altijd zal zorgen dat de cliënt niet herkenbaar in het stuk is, enz Verantwoordelijkheid Een stagiaire kan alleen staan tijdens een activiteit en is altijd verantwoordelijk voor het eigen handelen en de keuze die hij/zij daarbinnen maakt. De cliëntbegeleider blijft te allen tijde verantwoordelijk voor het verloop van de ondersteuning. Dit alleen kunnen staan is een leerproces en zal een stagiaire in het begin van de stage nog niet kunnen. Dit zal dan ook niet van je verwacht worden.
11
Leerplanning stagiaire Dit is een voorbeeld van een mogelijke planning van een leertraject van een stagiaire. Voorwaarden vooraf: - De stagiaire wordt begeleid door twee stagebegeleiders. - In overleg met de stagebegeleiding wordt de stagiaire ingeroosterd. - Minimaal 1 keer per week werken stagiaire en stagebegeleider een dienst samen. - Het gaat om een stage van ongeveer 10 maanden en minimaal 3 dagen per week. - De stagiaire is minimaal 1 keer per kwartaal aanwezig op de teamvergadering en bespreekt haar leerdoelen met het team. - Er wordt gewerkt met een stageschrift: dit dient als doel communicatie tussen de stagiaire en de twee stagebegeleiders. - Er wordt gewerkt met een leerplanning een checklist voor het inwerken en aan de hand van de punten benoemd bij beroepshouding; hierop kunnen stagiaire en begeleider afvinken hoever de stagiaire is met de stage. - De stage start na de zomervakantie. In de eerste periode: Inwerkprogramma afwerken Meekijken en vragen stellen Contact leggen met collega’s en cliënten Werkwijze leren kennen Leerdoelen formuleren en bespreken met praktijkbegeleider en team (in de vergadering) Opdrachten van school bekijken en bespreekbaar maken met pb en team Rapporteren in de algemene rapportage op kantoor en individuele rapportage bij cliënten thuis Telefoon aannemen Kleine activiteiten met cliënt samen doen (bijv. koken of boodschappen) en dit voor en nabespreken met een collega Vervolgens gaan we door met: Opkomen voor jezelf en zorgen dat er naar je geluisterd wordt Naar cliënten samen met collega op de achtergrond (voor en nabespreken) Leerdoelen voortgang bespreken en bijstellen met pb en team (in de vergadering) Cliënt ondersteunen in afspraken maken, bijv. taxi, dokter Enkele ondersteuningen zelfstandig kunnen doen Derde deel van de stage: Uitbreiding van ondersteuningen Ondersteuningen zelfstandig zonder collega (voor en nabespreken) Leerdoelen voortgang en bespreken en bijstellen met pb en team (vergadering) Initiatief nemen Zelfstandig rapporteren in map cliënt in de woning of kantoor (computer) Mee naar arts/ tandarts/ specialist en rapportage overbrengen
12
Laatste en afrondende deel van de stage: Dingen durven aangeven, wat zie je, wat merk je? Zelfstandig handelen in onverwachte situaties Zelfstandig een planning maken voor de dienst Eigen inbreng in overleg met collega’s Collega’s kunnen aanspreken (feedback geven), o.a. om eigen grenzen te bewaken Eind van de stage Ochtend-, dag- of weekenddienst alleen kunnen draaien met een collega op kantoor Late dienst als werknemer draaien met een collega op kantoor Afhankelijk van de opleiding en de leerdoelen kunnen daarin aanvullingen komen zoals het schrijven van een ondersteuningsplan, samenvatten van rapportage, themapresentatie geven aan het team, deelnemen aan een werkgroep etc.
13
BEROEPSHOUDING: OMGAAN MET CLIENTEN ASPECTEN
AANWIJZING VOOR POSITIEVE HOUDING
ORGANISATIE VERMOGEN
AANWIJZING VOOR NEGATIEVE HOUDING
overziet het werk deelt het werk goed in geeft leiding en aanwijzingen waar dat nodig is geeft kort en helder aan waar het om gaat en hoe de zaak er voor staat houdt zich aan afspraken
leeft zich in de ander in voelt zich betrokken bij de ander hoog ontmoetingsgehalte werkt uitnodigend op anderen zoekt samenwerking en overleg deelt onzekerheden en vragen
laat anderen in haar waarde past zich aan kan vreemde nukken van anderen verdragen heeft geduld houdt rekening met de ander kan incasseren
GEDULD
kan luisteren springt niet onmiddellijk in voert consequent afspraken uit verandert niet steeds van idee
haastig zenuwachtig chaotisch impulsief
BESCHEIDENHEID
biedt ruimte voor anderen dringt zich niet op de voorgrond accepteert leiding kent haar/zijn plaats laat anderen in hun waarde
brutaal hautain altijd haantje de voorste neemt het anderen uit handen (‘redder’)
BEGRIP
TOLERANTIE
wanordelijk, chaotisch weet niet wat zij moet doen kan hoofdzaken en onbelangrijke details niet onderscheiden
walst over anderen heen dringt haar mening op snapt (de gevoelens van) de ander niet laat de ander aan haar lot over handelt uit vooroordelen feedback wordt niet opgepikt en dringt niet door
eigenwijs gauw geprikkeld voelt zich snel aangevallen (‘slachtoffer’) drijft snel op de spits gaat gauw dreigen (‘aanklager’)
14
BEROEPSHOUDING: EIGEN LEERHOUDING ASPECTEN
AANWIJZINGEN VOOR POSITIEVE AANWIJZINGEN VOOR HOUDING NEGATIEVE HOUDING
ZELFSTANDIGHEID
VERANTWOORDELIJKHEID
neemt zelf beslissingen en voert die uit treedt doortastend op neemt initiatief hoeft niet alles te vragen men durft er wat aan over te laten kan alleen, zonder hulp, werken heeft een eigen standpunt kan een eigen standpunt verwoorden vraagt voldoende informatie om zelfstandig te kunnen werken
werkt accuraat en zorgvuldig volgens de opgegeven richtlijnen doet soms iets meer dan noodzakelijk heeft belangstelling, merkt veel op is bestendig gemotiveerd heeft respect voor anderen is werkelijk geïnteresseerd houdt zich aan regels geeft op tijd goede informatie door aan collega’s respecteert privacy is collegiaal en spreekt van ‘wij’ gaat zorgvuldig om met bezittingen van anderen geeft blijk van toewijding door goede aandacht voor het detail
moet alles vragen, ook onbelangrijke vanzelfsprekende zaken is onzeker weifelt heel vaak, durft niet te kiezen leunt veel op anderen is erg afhankelijk wacht vaak af beslist impulsief en krabbelt terug bij het zien van de consequenties
loopt kantjes ervan af drukt zich valt niet op in positieve zin heeft geen individuele inbreng doet nooit iets extra’s roddelt spreekt van ‘ze’
15
BEROEPSHOUDING: OMGAAN MET JEZELF ASPECTEN
AANWIJZINGEN VOOR POSITIEVE AANWIJZINGEN VOOR HOUDING NEGATIEVE HOUDING
NETHEID/ STIPTHEID
ordelijk correct in kleding werkt de dingen goed af komt op tijd komt gemaakte afspraken na werkt zeer nauwkeurig als dat nodig is
slordig onafgemaakte handelingen laat de boel slingeren komt te laat ‘vergeetachtig’
kan omgaan met eigen emoties, zowel positieve als negatieve kan kritiek verdragen en onderscheid maken tussen persoonlijke en zakelijke kritiek kent eigen grenzen heeft en toont plezier in haar werk durft op vreemde situaties af te stappen niet bang voor gezag kent eigen angsten frustratiebestendig, kan tegen een stootje bereid te leren kan tegenstrijdige opdrachten verwerken kan zich handhaven bij tegenstrijdige belangen
is onzeker instabiel, zeer wispelturig in de zin van inconsequent en stuurloos geeft vaak anderen de schuld heeft het ‘ja-maar’ voor in de mond weet het altijd beter ziet niet wat er om haar heen gebeurt neemt geen notitie van de gevolgen van haar gedrag neiging tot zelfmedelijden hang naar depressie, apathie of agressie speelt veel ‘toneel’
kan improviseren niet voor één gat te vangen raakt niet gauw in paniek bereid tot samenwerken
komt in moeilijke situaties voor zichzelf op heeft moed is kritisch laat zich niet alles welgevallen neemt een eigen standpunt in en houdt vol ondanks moeilijkheden
ZELFVERTROU WEN/ ZELFKENNIS
FLEXIBILITEIT
ASSERTIVITEIT
star eigenwijs wil steeds hetzelfde kunstje uitvoeren halsstarrig niet met redelijkheid te overtuigen is verlegen bang voor het ‘gezag’
16