Stage 2014 - 2015
oktober 2013
Dit boekje is voor studenten die overwegen om bij Kompaan en De Bocht stage te lopen. Je vindt hierin een overzicht van al onze stageplekken en een toelichting op de diverse groepen en hulpvormen waar we stageplaatsen hebben. Meer informatie over de hulp, de werkvormen en de organisatie staat op de website: www.kompaanendebocht.nl
2
Over Kompaan en De Bocht Onder de naam Kompaan en De Bocht bieden we hulp aan jeugd, vrouwen en gezinnen. Er werken circa 550 medewerkers bij Kompaan en De Bocht. Jeugdhulpverlening Kompaan en De Bocht biedt hulp aan jeugd van 0 tot 18 jaar en hun ouders of verzorgers bij vragen en problemen rond opgroeien en opvoeden. De hulp kan bestaan uit ondersteuning, begeleiding, training of behandeling. Soms is het beter dat een kind (tijdelijk) niet meer thuis woont. Kompaan en De Bocht biedt dan verblijf in de vorm van: dag- en nachtbehandeling, kamertraining of pleegzorg. Daarnaast bieden wij ook ambulante hulpvormen en bieden we opvang en begeleiding voor alleenstaande minderjarige asielzoekers. Voor de meeste hulp is een indicatie nodig van Bureau Jeugdzorg. Kompaan en De Bocht heeft onder andere vestigingen in Tilburg, Goirle en Waalwijk. Vrouwenhulpverlening Kompaan en De Bocht biedt als specialistische organisatie laagdrempelige hulp aan vrouwen en hun kinderen, die kampen met complexe problematiek op het gebied van huiselijk geweld, (jong) moederschap, relatie-, persoonlijke- en opvoedingsproblematiek. De hulp kan bestaan uit voorlichting, cursussen, ambulante hulp, verblijf, crisisopvang. Het Steunpunt Huiselijk Geweld is een zelfstandig onderdeel van Kompaan en De Bocht.
Stagemogelijkheden Kompaan en De Bocht heeft tot nu toe jaarlijks circa 50 stageplaatsen beschikbaar. Het gaat hier om derde en vierde jaars stages van minimaal 10 maanden. De meeste stages zijn van september tot juli. Ook komt elk jaar een aantal stages ter beschikking in februari. Dit bijvoorbeeld omdat stagiaires die in september zijn begonnen de stage hebben beëindigd of doordat wij ook werken met zogenaamde gekoppelde stages (anderhalf jaar durende stages HBO-pedagogiek). De komende jaren (vanaf 2014) heeft Kompaan en De Bocht te maken met drastische bezuinigingen op onze subsidies en inkomsten. Dit zal betekenen dat er mogelijk groepen/hulpverleningsvormen zullen sluiten/stoppen. Op dit moment is nog niet duidelijk welke groepen dit precies zijn. Wel zullen we ervoor zorgen dat we niet meer stagiaires aannemen dan we daadwerkelijk kunnen plaatsen. Daarbij is het mogelijk dat de uiteindelijke stageplek niet de plek wordt waarop je gaat solliciteren en mogelijk voor wordt aangenomen. De procedure Vanaf oktober/november bezoekt Kompaan en De Bocht de stagemarkten op de Hogescholen Fontys en AVANS in Tilburg, Breda en Eindhoven (social work en Pedagogiek). Op deze stagemarkten verstrekken wij algemene informatie over onze organisatie en een overzicht van de stageplekken. In februari 2014, op nog nader te bepalen tijdstip, organiseert Kompaan en De Bocht zelf een stagemarkt of stageinfomiddag. Op deze stagemarkt kunnen studenten zich een meer specifiek beeld vormen van de beschikbare stageplekken. Deze stagemarkt is in ons gebouw aan de Rillaersebaan 75, 5053 EA Goirle. In deze tijd is er vrije inloop wordt er een presentatie gegeven over Kompaan en De Bocht en de stagemogelijkheden. Het advies is om na deze stageinfo middag te solliciteren. Uiteraard hoef je deze niet af te wachten en kun je nu ook alvast een sollicitatiebrief insturen. Het liefst zo concreet mogelijk met de voorkeur voor een specifieke groep binnen onze organisatie. Hoe concreter, des te beter dus! Op 21 maart 2014 sluit de sollicitatietermijn en daarna worden de selectiegesprekken gepland en ontvangen de geselecteerde kandidaten een uitnodiging. De Bedoeling is dat uiterlijk 30 april alle procedures zijn afgerond en studenten weten of ze wel of geen stageplek binnen Kompaan en De Bocht hebben. Meest recente informatie is te vinden op de website: www.kompaanendebocht.nl bij werk en stage.
3
4
Voorlopig aanbod stageplekken Kompaan en De Bocht 2013-2014 Sector Lokaal en dagbehandeling Naam werkvorm
Aantal plaatsen
Typering werkvorm
Opleiding
Diverse problematiek op gebied van sociale / pedagogische problemen of stoornissen die ontwikkeling ongunstig beïnvloeden
Dagbehandeling Jeugdzorg 0-8 jaar
Villa Papegaai Villa Boterbloem Villa Zebra Villa Pelikaan villa klaproos
-ouder en baby dagbehandeling (sociaal emotioneel) -Ordening en structuur (0-7 jarigen) -behandelklas (behandeling en onderwijs 0-7 -Diverse problematiek +/ behandelklas -Diverse problematiek +/ behandelklas
5
SPH of Pedagogiek
Alle groepen in Goirle
6-18 jaar
Biervlietplein Energieplein Max Regerpark Sirius Villa Flamingo Luchthavenlaan
6-12 jarigen Tilburg 6-12 jarigen Tilburg 6-12 jarigen Waalwijk 6-12 jarigen Goirle 8-10 jarigen Goirle 12-18 jarigen Tilburg
2-5
SPH of Pedagogiek
Alle groepen mix van problematieken
Daghulp Vrouwenhulpverlening
Athena
De Poort
Woonbegeleiding (jonge)vrouwen met kind in Goirle en Tilburg
1
Geheime crisisopvang vrouwen (met kinderen)
2
Hulp aan huis aan vrouwen bij rondom seksespecifieke problemen, huiselijk geweld, bedreiging, weerbaarheid Hulp aan huis rondom problematiek bij ouders met kinderen met jeugdzorgproblematiek.
SPH, MWD, Pedagogiek SPH, MWD, Pedagogiek
Ambulant
Vrouwenhulpverlening
Gezinshulpverlening (jeugdzorg)
Jongerenhulpverlening
Hulpverlening Marokkaanse jongens en meiden
3
Hulp aan zelfstandig wonende jongeren (systeemgericht)
Ambulante hulp aan “problematische” Marokkaanse jongeren en hun (gezin)systeem
MWD of Pedagogiek
Werkgebied is heel Midden-Brabant Vorming & Training
Geven van training/cursus/voorlichting aan cliënten; hoofzakelijk vanuit de vrouwenhulpverlening. Dit hoofdzakelijk vanuit hooflocatie te Goirle, maar bijv. ook op scholen.
Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG)
SHG is een samenwerkingsverband van regionale gemeentes en 22 organisaties op het gebied van huiselijk geweld en heeft een adviserende, coördinerende en verwijzende functie.
5
2
1-2
MWD, SPH, Pedagogiek
MWD
Voorlopig aanbod stageplekken Kompaan en De Bocht 2013-2014 Sector Intensief Naam werkvorm
(24 uurs verblijf)
Aantal plaatsen
Typering werkvorm
Opleiding
Diverse problematiek op gebied van sociale / pedagogische problemen of stoornissen die ontwikkeling ongunstig beïnvloeden
Dag- en nachtbehandeling Jeugdzorg 4-12 jaar
Steppe Orion Regge
4-7 jaar diverse problematiek 6-12 jaar nadruk op structuur Longstay diverse leeftijden, diverse problematieken
4-18 jaar diverse problematieken
Gedragstherapeutische behandelgroepen. Gemiddeld 8 maanden
Gezinshuizen 13-18 jaar GTBehandelgroep GT-Trainingsgroep & GTBegeleidingsgroep Kursushuis Toermalijn Pyriet Kamertrainingscentrum Fasehuis
Atlas (Waalwijk)
Kindwoongroepen voor alleenstaande minderjarige vluchtelingen (4-13 jarigen), 12 jeugdigen per pand
1
Kleinschalige wooneenheid
KWE’s (15-18 jarigen) 4 jeugdigen per pand
1
2-4
SPH of Pedagogiek
2-5
SPH of Pedagogiek
Gedrag, vaardigheden 6-12 jaar divers nadruk op structuur 12-16 jaar divers nadruk op structuur 16-18 jarigen; werken aan gedrag, vaardigheden en sociale systeem (KTC en fasehuis)
1 1
Dag- en nacht zorg Vrouwenhulpverlening
Diverse problematiek rondom jong moederschap, gedragsproblematiek, weerbaarheid, huiselijk geweld, veiligheid en problematiek rondom eerwraak
Vesta Flora Hera
Lima
Eva
Dana/Eos
Moeder en kind(eren) met diverse problematieken Moeder en kind(deren) met diverse problematieken Zwangere vrouwen tussen 14-24 jaar met diverse problematieken (Zwangere) tienermoeders tussen 12-18 jaar waarbij intensieve en langdurige begeleiding wordt geboden Vrouwen tussen 16-23 jaar geconfronteerd met eergerelateerde (doods)dreiging of geweld Observatie moeders met kind
3-6
SPH, MWD of Pedagogiek
SPH of Pedagogiek
Ambulant gekoppeld aan verblijf
Vrouwenhulpverlening
Gezinshulpverlening
Pleegzorg
Ambulante hulp aan vrouwen (met kind) rondom seksepecifieke vrouwenproblematiek; huiselijk geweld, weerbaarheid, opvoedingsvaardigheden, welke zijn opgenomen in een van de verblijfsgroepen van Kompaan en De Bocht Hulp aan huis rondom problematiek bij ouders met kinderen met jeugdzorgproblematiek welke zijn opgenomen in een behandelgroep van Kompaan en De Bocht. Werkgebied is heel Midden-Brabant Begeleiding pleeggezinnen met pleegkind en relatie tot biologische ouders
6
1
MWD of Pedagogiek 1
2
MWD of Pedagogiek
Sector Lokaal en Dagbehandeling
7
8
Dagbehandeling voor kinderen van 0 – 8 jaar 5 plaatsen
Voor jonge kinderen is het belangrijk dat de ruimte en mensen om hen heen zekerheid en vertrouwen geven. Dat proberen we te bereiken door de kinderen in kleine, overzichtelijke behandelgroepen te plaatsen. Iedere groep bestaat uit maximaal 9 kinderen en met vaste pedagogische medewerkers. Er zijn binnen de dagbehandeling zes groepen. Alle groepen bieden behandeling overdag. Villa Papagaai Er is bij deze kinderen sprake van emotionele problemen. In de behandelgroep staat uitlokking centraal. De kinderen worden gestimuleerd zich meer te uiten en hun zelfvertrouwen te vergroten. Villa Boterbloem en Villa Klaproos In deze groepen staat ordening en overzicht centraal. Het sociaal-emotioneel functioneren verloopt bij deze kinderen moeizaam en er is sprake van contactproblemen. In deze groepen is het opvoedingsklimaat geordend, zodat de kinderen meer overzicht hebben. Villa Duizendpoot In deze groepen staat structuur centraal. Bij deze kinderen is sprake van impulsiviteit, hyperactiviteit, overbeweeglijkheid en verhoogde prikkelgevoeligheid. Deze kinderen hebben extra behoefte aan structuur en duidelijkheid. Villa Pelikaan In deze groep worden kinderen met verschillende problematieken geplaatst. Het behandelklimaat wordt aangepast aan de hulpvragen van de kinderen en de aanpak die de kinderen nodig hebben. Villa Zebra Behandeling in samenwerking met Scholengemeenschap De Keyzer. Deze groep is voor kinderen die bijna 4 jaar zijn en een intensieve behandeling nodig hebben, waardoor ze niet in staat zijn om een volledig onderwijsprogramma te volgen
9
Dagbehandeling voor kinderen van 6 – 18 jaar 2 plaatsen De ontwikkeling van kinderen in deze behandelgroepen kan vertraagd, verstoord of ernstig bedreigd verlopen door factoren in het kind, omstandigheden in het gezin of omgeving of een combinatie van beiden. Bijna alle groepen zijn gehuisvest in een gewoon huis in gewone straten in Tilburg, Goirle en in Waalwijk. In een groep verblijven na schooltijd maximaal 9 kinderen. Een kind wordt geplaatst in een van deze groepen, meestal zo dicht mogelijk bij de eigen buurt. Het doel van de behandeling is een antwoord te geven op de hulpvraag van de ouders. Hun bijdrage in dit proces vinden wij heel belangrijk en wij willen hen dan ook zoveel mogelijk bij de behandeling betrekken. Wij nodigen ouders daarom regelmatig uit voor begeleidingsgesprekken, evaluatiegesprekken en om mee te doen met activiteiten die speciaal op ouders en hun kind gericht zijn. De ambulant hulpverlener ondersteunt de ouders bij het bereiken van de hulpverleningsdoelen. De gemiddelde behandelduur is tien maanden. Er zijn de volgende groepen: Energieplein en Biervlietplein in Tilburg voor kinderen van 6 – 12 jaar Luchthavenlaan in Tilburg voor jeugd van 12 – 18 jaar (tijdelijk 10+) Max Regerpark in Waalwijk voor kinderen van 6 – 12 jaar Sirius in Goirle voor kinderen van 5 – 8 jaar. Villa Flamingo in Goirle voor kinderen van 5 tot 8 jaar
10
Athena woonbegeleiding voor moeders en kinderen 1 plaats De cliënten werken aan een toekomst waarin zij zelfstandig kunnen wonen met hun kind(eren). De eerste stap naar die toekomst is soms toch erg groot om in één keer te maken. Op Athena hebben de cliënten de mogelijkheid om voor die grote stap zelfstandig te werken aan hun dagstructuur. De meerwaarde van Athena is dat er door de manier van begeleiden een duidelijk beeld ontstaat hoe de cliënt straks zelfstandig zal wonen. Daarnaast wordt voornamelijk de aandacht gericht op de opvoeding, de dagbesteding en het verantwoordelijkheidsgevoel van de cliënten. De mogelijkheid om terug te vallen op de hulpverlening is beperkter. Van de cliënten op afdeling Athena wordt zo veel mogelijk verwacht dat zij zelf een oplossing zoeken voor bepaalde problemen. Begeleiding De begeleiding op Athena is vooral gericht op het verantwoordelijkheidsgevoel en het eigen inzicht van de cliënt. Op Athena wordt het ritme van de andere begeleidinggroepen meer losgelaten. Er wordt gewerkt vanuit het uitgangspunt dat een cliënt haar eigen ritme en structuur heeft, waardoor er een realistisch beeld ontstaat van hoe zij functioneert zonder begeleiding. De cliënten op Athena laten zien hoe zelfstandig en verantwoordelijk ze zijn en de begeleider ondersteunt bij zaken die nog aandacht behoeven. De toekomst van de cliënt en het belang van het kind staan hierbij centraal. De begeleiding op Athena is daarom meer individueel dan groepsgericht, met een pakket op maat, afhankelijk van de leerdoelen en capaciteiten van de cliënt. De vrouwen op Athena beschikken over een eigen woonruimte en zijn zelf verantwoordelijk voor het schoonhouden hiervan. Hun keuken delen ze met een groepsgenoot en ze hebben de mogelijkheid om individuele begeleiding te ontvangen van de werkbegeleider. De werkbegeleider biedt de cliënten ondersteuning bij het zelfstandig uitvoeren van hun huishoudelijke taken. Functie van groepswerker Er zijn op Athena nauwelijks gemeenschappelijke ruimtes, waardoor het in tegenstelling tot andere groepen van Kompaan en De Bocht een erg specifieke en zelfstandige afdeling is. Toch leven de cliënten naast en met elkaar, waardoor er toch sprake is van een groepsproces. Wat is de functie van de groepswerkers? Om de twee weken houden de groepswerkers een verplicht groepsgesprek met alle cliënten van de afdeling en de werkbegeleider. Hierin bespreekt de groepswerker de gemeenschappelijke poetstaken, het groepsproces en hoe het onderling gaat in de groep. Groepswerkers spelen in op het samenleven op Athena. De cliënten zien elkaar als buren en daarom is de insteek hoe de cliënten van de afdeling met elkaar omgaan en hoe je een goede buur bent voor elkaar. Groepswerkers bespreken ook regelmatig thema’s met de cliënten die op dat moment belangrijk zijn in de groep. Die thema’s kan de groepswerker zelf inbrengen, maar ook af laten hangen van wat de cliënten belangrijk vinden. Daarnaast zijn de groepswerkers natuurlijk betrokken bij de hulpverleningstrajecten van de cliënten op hun afdeling. Groepswerkers geven inzicht aan de casewerker en de cliënt hoe het gaat in de groep en met de zelfstandigheid.
11
De Poort, geheime crisisopvang voor vrouwen (en hun kinderen) 2 plaatsen Crisisopvang De Poort heeft een capaciteit van 20 opvang plaatsen. Dit zijn 20 reguliere opvangplaatsen en er is één noodbed als er sprake is van een crisissituatie. Cliënten (en eventueel hun kinderen) verblijven zes weken binnen Crisisopvang de Poort. Deze opname kan eventueel worden verlengd met zes weken. Gedurende deze tijd worden er hulpverleningsoverkomsten gemaakt in samenwerking met cliënt. In de hulpverleningsovereenkomsten worden de hulpvragen van de cliënt opgesteld en de daaraan te koppelen hulpverleningsdoelen. Aan deze hulpverleningsdoelen wordt gewerkt aan de hand van de toekomstgerichte methodiek. Crisisopvang De Poort zit op een geheime locatie waar de hulpverleners rust, veiligheid en de benodigde hulpverlening kunnen bieden aan de cliënten. Doelgroep De doelgroep van Crisisopvang de Poort zijn vrouwen van minimaal 18 jaar en hun eventuele kinderen. De vrouwen kunnen afkomstig zijn uit diverse culturen en hebben heel diverse achtergronden. Het kunnen omgaan met deze aspecten is een pre. Als de vrouwen kampen met psychiatrische en/of verslavingsproblematiek, worden zij niet opgenomen binnen de crisisopvang de Poort. Werkwijze Tweewekelijks is er een cliëntenbespreking. Daarbij zijn de volgende mensen aanwezig: de unitmanager (manager van de afdeling), gedragsdeskundige, alle groepswerkers en alle maatschappelijk werkers. Tijdens de cliëntenbespreking wordt de hulpverlening van de (nieuwe) cliënten besproken: hoe verloopt de hulpverlening, wat zijn aandachtspunten, waar moet aan gewerkt worden. Maar op de agenda staan ook praktische zaken die geregeld en besproken moeten worden.
12
Ambulante hulp 3 plaatsen We sluiten aan bij de positieve kwaliteiten en de sterke kanten van cliënt en de omgeving om de doelen van de hulpverlening te bereiken. De cliënt bepaalt waaraan hij of zij wil werken en wij ondersteunen daarbij. Ambulante hulp is gericht op kind en gezin, moeder en kind of jongere. Altijd met het doel dat de cliënt zelfstandig met de doelen vooruit kan.
Intensieve gezinsbegeleiding De gezinsbegeleiding is erop gericht om samen met de ouder ervoor te zorgen dat: de ouder grip heeft op het kind; er thuis weer gezelligheid en rust is; de ouder zich gesteund voelt; iedereen zich in uw gezin gehoord en gezien voelt; de gezinsleden weer leuke dingen met elkaar kunt doen; het kind zich beter aan de regels houdt; gezinsleden op een prettige manier samen kunnen overleggen; de ouder vertrouwen hebt in zijn of haar toekomst en die van het kind; de ouder trots is op wat hij of zij heeft bereikt.
Jongerenhulp Voor jeugd in de leeftijd van 14 tot 18 jaar die wel wat ondersteuning kunnen gebruiken bij het inrichten van hun leven. Een jongerenhulpverlener ondersteunt hen bij de volgende zaken: een plek vinden om te wonen het regelen van praktische zaken als je zelfstandig woont, of wil gaan wonen omgaan met geld of schulden contact met je ouders of familie school werk vinden of vasthouden problemen met politie of justitie activiteiten in je vrije tijd omgaan met vriendschappen en relaties instanties en formulieren verbeteren van sociale vaardigheden het verduidelijken van de hulpvraag
Casewerk intern Residentiële hulpverlening is er voor vrouwen die vanuit verschillende instanties door heel het land worden doorverwezen naar Kompaan en De Bocht. Zij wonen hier intern en krijgen zorg op maat. Bij de residentiele hulp wordt opvang en begeleiding geboden aan vrouwen en hun kinderen in een 24-uurssetting. Iedere cliënt die intern binnen Kompaan en De Bocht verblijft, krijgt een casewerker toegewezen.
De casewerker ondersteunt en begeleidt de cliënt; houdt rekening met haar cliëntsysteem;
13
signaleert knelpunten en houdt rekening met maatschappelijke ontwikkelingen en wet- en regelgeving; onderhoudt contacten met sociaal pedagogisch werkers, ambulante casewerkers en externe instanties en organisaties in het kader van de directe hulpverlening; werkt voor een optimale afstemming en overdracht nauw samen met relevante afdelingen binnen Kompaan en De Bocht; inventariseert de hulpvraag, ontwikkelt het hulpverleningsplan, draagt zorg voor de uitvoering van het hulpverleningsplan en coördineert de hulpverlening; houdt rekening met risicovolle situaties.
Casewerk extern Ambulante hulp is er voor vrouwen uit Tilburg en de regio Midden Brabant die zelfstandig wonen. Soms fungeert de hulp als overbrugging: voor cliënten die wachten op opname en voor cliënten die opname nazorg of langdurige steun wensen. Bij Ambulante hulp worden cliënten in de thuissituatie begeleid bij gerichte hulpvragen bijvoorbeeld op het gebied van weerbaarheid bij geweld en opvoedingsondersteuning. De taken van de casewerker ondersteunt en begeleidt de cliënt of het cliëntsysteem zodanig dat deze weer als zelfstandig persoon kan functioneren; betrekt hierbij de naaste omgeving en benodigde voorzieningen; inventariseert de hulpvraag, ontwikkelt het hulpverleningsplan, draagt zorg voor de uitvoering van het hulpverleningsplan en coördineert de hulpverlening; houdt rekening met risicovolle situaties, de veiligheid van betrokkenen en het bijzondere karakter van begeleiding aan huis; signaleert knelpunten en houdt rekening met maatschappelijke ontwikkelingen en wet- en regelgeving; onderhoudt u contacten met ambulant werkende sociaal pedagogisch werkers, casewerkers en externe instanties en organisaties in het kader van de directe hulpverlening; werkt voor een optimale afstemming en overdracht nauw samen met relevante afdelingen binnen Kompaan en De Bocht (inclusief de crisisopvang).
14
Vorming & Training 2 plaatsen Voor cliënten intern en extern zijn er diverse trainingen/cursussen om zelfvertrouwen te vergroten, inzicht te krijgen in oorzaken, weerbaarheid te vergroten. Maatschappelijke participatie van vrouwen. (school, werk, cursussen, voorlichtingen, workshops). AKA Een beroepsopleiding op niveau 1 (i.s.m. R.O.C.) ART Training (contact) vaardigheden voor mensen die in het dagelijks leven problemen ondervinden in de omgang met asociaal en agressief gedrag. GOLDSTEIN Training contactvaardigheden (o.a. opkomen voor jezelf, uiten van waardering en boosheid) voor mensen die in het dagelijks leven problemen ondervinden in de omgang met anderen. TRAINING: MET ALLE GEWELD EEN RELATIE Voor hen die in een geweldsituatie hebben gezeten of nog zitten, gericht op het krachtiger en meer weerbaar maken van zichzelf. OPKOMEN VOOR JEZELF Praten, luisteren, je mening geven en oefenen leren nee zeggen. STERK NA HUISELIJK GEWELD Contactgroep voor hen die ervaring hebben met huiselijk geweld. LEREN VAN ERVARINGEN Werken aan problemen en contacten in relatie tot anderen. RUZIE THUIS Een cursus voor kinderen om ruzies in de thuissituatie te kunnen verwerken. GIRLS TALK Cursus over seksualiteit, wensen en grenzen. RISICOVOLLE RELATIES Geeft inzicht hoe spanningsvolle relaties hun aantrekkingskracht hebben op jongeren. VLINDERS IN ONWEER Een groep voor paren die een gewelddadige relatie hebben of hebben gehad. GEZONDHEIDSKUNDE Met elkaar praten over gezondheid in relatie tot je zwangerschap. OPVOEDEN EN ZO Samen praten over de dingen die je tegenkomt in de opvoeding van je kind. VOORDEURGROEP Nieuw opgenomen vrouwen praten met elkaar over de hulpverlening van Kompaan en De Bocht OP WEG NAAR ZELFSTANDIGHEID Uitkering, kinderbijslag, vaste lasten, belastingen en verzekeringen komen aan bod. TAAL-REKENEN Je krijgt individueel les en bepaalt zelf wat je wil leren.
15
TEXTIELE WERKVORMEN Creatief bezig zijn met allerlei textiele werkvormen. HANDVAARDIGHEID Creatief, ontspannend bezig zijn met allerlei materialen. ZWANGERSCHAPSZWEMMEN (zwembad Stappegoor) Bewegen in warm water betekent ontspanning voor de aanstaande moeder. ROTS EN WATER Een weerbaarheidstraining waarin vaardigheden worden ontwikkeld op thema’s zoals zelfvertrouwen, veiligheid en bewaken van eigen grenzen.
16
Steunpunt huiselijk geweld 1-2 plaatsen Huiselijk geweld is een groot maatschappelijk probleem. De schatting is dat jaarlijks tussen de 200.000 en 230.000 mensen slachtoffer worden van huiselijk geweld en soms dodelijke afloop. De gevolgen van huiselijk geweld variëren van lichamelijk, psychisch en/of seksueel geweld; de impact is dan ook groot. Door de omvang en ernst van dit probleem heeft de Nederlandse overheid prioriteit gegeven aan de aanpak van huiselijk geweld. Met de nota van het Ministerie van Justitie, “Privé geweld Publieke zaak” (2002) werden gelden vrijgemaakt om in heel het land Advies en Steunpunten Huiselijk Geweld in te richten. De bedoeling was dat deze steunpunten een portaal zouden vormen voor betrokkenen en professionals die advies of consultatie wensten en huiselijk geweld wilden melden. Zo kregen 35 centrum gemeenten op projectbasis een dergelijk steunpunt. Net als elders in het land groeide het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) Midden Brabant uit tot een permanent samenwerkingsverband met nu 34 partners, waaronder 8 gemeenten. Het Steunpunt is een zelfstandige werkeenheid van de organisatie stichting Kompaan en De Bocht. De aanpak van huiselijk geweld in Midden Brabant onderscheidt zich van andere Steunpunten in Nederland. Allereerst doordat het Steunpunt er voor gekozen heeft om zich te huisvesten in het “Zorgen Veiligheidshuis Tilburg”. Tilburg kende het eerste Veiligheidshuis in Nederland, één locatie waar de straf- en zorgketen samenkomt en samenwerkt. Vanaf 2009 werd daarom ook gesproken van een Zorg- en Veiligheidshuis. Voor wat betreft huiselijk geweld is de gehele aanpak gericht op het gezamenlijk stoppen en/of terugdringen en het voorkomen van deze problematiek. De doelstelling is drieledig: Het tot stand brengen van een snelle, adequate en doeltreffende (hulpverlening)aanpak voor cliënten van het SHG en voor andere verwijzers naar de participerende organisaties; Het realiseren van een samenhangend beleidsaanbod van zorg, veiligheid en preventie op het gebied van huiselijk geweld. Het leveren van een zo optimaal mogelijke prestatie in elk onderdeel van de keten, zowel op hulpverlening- als veiligheidsgebied.
17
18
Sector intensief
19
20
Dag- en nachtbehandeling jeugdzorg plaatsen Voor de behandeling is een indicatie nodig van Bureau Jeugdzorg. Een indicatie kan worden afgegeven als er sprake is van de volgende zaken:
De jeugdige wordt als gevolg van aanleg- of omgevingsfactoren in de ontwikkeling bedreigd of belemmerd, toont een tekort aan vaardigheden en accepteert de situatie niet; Het gezin is uit balans geraakt: de zorg voor het kind of de opvoedingsvaardigheden van de ouders(s) zijn ontoereikend; Een breed scala aan probleemgedrag of ontwikkelings-achterstanden, veelal is er sprake van een combinatie van factoren; Overeenstemming tussen ouders, Bureau Jeugdzorg en Kompaan en De Bocht over de doelstelling en het traject van hulpverlening.
Wij zien het als onze verantwoordelijkheid om ouders zo goed mogelijk te ondersteunen bij het gewenste veranderingsproces en een passend antwoord te zoeken op hun hulpvragen. Dit, om samen met ouders zo snel mogelijk te komen tot een situatie, waarin zij (voor zover mogelijk) de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van hun kind weer volledig in eigen hand nemen.
Steppe voor kinderen van 5 – 8 jaar. Binnen De Steppe wordt aan 8 kinderen en hun gezin ondersteuning en begeleiding gegeven. Binnen de behandeling staat het bieden van een veilig, overzichtelijk en stimulerend klimaat centraal. De kinderen kunnen daardoor vanuit de volwassenen steun, acceptatie en beschikbaarheid ervaren. Op deze manier proberen we een situatie te bereiken, waarin uw kind kan profiteren van het aanbod, durft te experimenteren en nieuwe ervaringen kan opdoen. Dit alles om de ontwikkeling te stimuleren, achterstanden in te lopen of het vertrouwen in zichzelf en anderen te vergroten. Uiteraard proberen we steeds een vertaalslag te maken van uw hulpvragen en ook aandacht te hebben voor de plaats en het functioneren van uw kind in de thuissituatie. De Steppe werkt nauw samen met de behandelgroep Toendra die in hetzelfde paviljoen is ondergebracht. De nachtdiensten, weekenden en vakanties worden veelal samen ingevuld. Door een goede afstemming zijn beide teams van alle belangrijke zaken op de hoogte en kan een continue begeleiding gegarandeerd worden.
Toermalijn voor kinderen van 10 – 15 jaar Het aanleren van vaardigheden krijgt veel aandacht en de jeugdigen worden in toenemende mate op hun zelfstandigheid en verantwoordelijkheid aangesproken.
Regge kinderen/jongeren van 6 – 18 jaar Hier wonen kinderen/jongeren die niet meer thuis of in een pleeggezin/gezinshuis kunnen wonen en die succesvol uitbehandeld zijn.
Gezinshuizen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar Een gezinshuis is een gewoon huis, in een gewone buurt. Er wonen twee volwassenen (gezinshuisouders) die zorgen voor vier tot zes gezinshuiskinderen en die soms ook eigen kinderen of pleegkinderen hebben. Het gaat er grotendeels aan toe als in een gewoon gezin. Het verschil is dat (een van de) gezinshuisouders een opleiding gehad heeft in het opvoeden van jeugdigen en omgaan met probleemgedrag. Zij zullen in hun opvoeding daarom gebruik maken van bepaalde methoden om jeugdigen te helpen bij hun problemen. Gezinshuisouders worden niet de ouders van een kind want
21
ze hebben al ouders. Gezinshuisouders willen wel de kinderen een fijne woonplek bieden, een thuis. Zij hebben aandacht voor de plek van de ouders in het leven van de kinderen. Ouders zorgen het liefst zelf voor hun kinderen en kinderen wonen het liefst bij ouders thuis. Toch komt het voor dat dit niet (meer) mogelijk is. Voor kinderen is het fijn als zij dan mogen opgroeien in een zo’n gewoon mogelijke omgeving, met vaste opvoeders om zich heen die er voor hen zijn. Soms zijn er problemen in de opvoeding en ontwikkeling en is meer nodig dan het eigen gezin kan bieden. Bijvoorbeeld omdat een kind een specifieke aanpak nodig heeft. Het gezinshuis kan dit bieden. Door de deskundigheid van gezinshuisouders zijn zij in staat goed aan te sluiten bij de ontwikkeling en de specifieke omstandigheden en behoeften van een kind. Kinderen krijgen hierdoor de kans zich op een goede manier te ontwikkelen en toe te groeien naar zelfstandigheid. In een gezinshuis wonen kinderen voor langere tijd.
22
Woongroep voor jongeren van 13 tot 18 jaar In de Woongroep is er aandacht voor verschillende doelen. Zoals het aanleren van een dag- en weekstructuur, leren omgaan met regels, een goede dag- en vrijetijdsbesteding opbouwen, sociale vaardigheden verbeteren of contacten leggen. In de Woongroep wordt een jongere begeleid naar een vorm van zelfstandig wonen. Er is een vaste dagelijkse routine waar we met elkaar afspraken over maken. Bijvoorbeeld over tijden van opstaan en naar bed gaan, de verzorging, de dagbesteding, de omgang met huisgenoten en sociale contacten. Binnen de afspraken leeft een jongere zijn of haar eigen leven in het huis. Maar er zullen regelmatig momenten zijn dat begeleiders de gang van zaken met de jongere bespreken. Ze kunnen bijvoorbeeld de jongeren stimuleren, bijsturen, beschermen, structuur bieden of ondersteunen. De begeleiders hebben ook contacten met de ouders.
Gedragstherapeutische begeleidingsgroep voor jongeren van 13 tot 18 jaar Het doel is om de jongere te helpen bij het zetten van een volgende stap in zijn of haar ontwikkeling. Bijvoorbeeld een beslissing tot behandeling, tot zelfstandig wonen of om naar huis terug te gaan. Samen met de begeleiders zoekt de jongere naar antwoorden op allerlei vragen waar ze mee kunnen zitten, zoals: Waarom ben ik zo boos of bang? Waarom doe ik de dingen zoals ik ze doe? Wat wil ik veranderen? Er is veel aandacht voor het maken van eigen keuzes en het dragen van verantwoordelijkheid. Welke keuzes maakt een jongere? En wat zijn de gevolgen daarvan? Kan of moet dat anders en hoe doe je dat? De begeleiders helpen de jongere om meer inzicht te krijgen in het eigen gedrag en begeleiden hen bij de persoonlijke ontwikkeling. Ook wordt er gewerkt aan de verbetering van de sociale vaardigheden en de omgang met andere mensen.
Gedragstherapeutische behandelgroep voor jongeren van 13 tot 18 jaar Bij de Behandelgroep is er aandacht voor verschillende doelen zoals omgang met huisgenoten, opvolgen van instructies, aanleren van een dag- en weekstructuur, leren omgaan met regels, een goede dag- en vrijetijdsbesteding opbouwen, sociale vaardigheden verbeteren, contacten leggen, omgaan met financiën. Tijdens het verblijf doorloopt de jongere een aantal fases, waarbij hij of zij steeds meer vrijheden en privileges kan verdienen. Er is een vaste dagelijkse routine bijvoorbeeld voor tijden van opstaan en naar bed gaan, persoonlijke verzorging, dagbesteding en taken. Iedere dag is er na het eten een huisoverleg om de activiteiten van de avond met de andere jongeren te bespreken. Eens in de maand is er een gezamenlijke huisvergadering en zo nu en dan is er een groepsactiviteit voor alle jongeren Pedagogisch medewerkers begeleiden niet alleen de jongere maar ook het gezin. Daarnaast kijkt een ambulant hulpverlener samen met de mentor naar het gezin en de veranderingen die daar moeten plaatsvinden en biedt hierin ondersteuning.
Gedragstherapeutische trainingsgroep voor jongeren van 13 tot 18 jaar De behandeling is gericht op het veranderen van het gedrag. Het doel is om de jongere te helpen met het zetten van een volgende stap in zijn of haar leven. Dat kan door vaardigheden te leren die daarvoor nodig zijn. Bijvoorbeeld sociale, praktische en maatschappelijke vaardigheden. Ook kan het zijn dat een jongere in de problemen komt door zijn of haar gedrag. Het gewenste gedrag wordt gestimuleerd of ontwikkeld. Voorbeelden van probleemgedrag waaraan wordt gewerkt zijn: impulsief gedrag, agressie of hyperactiviteit. De begeleiders helpen om meer inzicht te krijgen in het eigen gedrag. Ook leert een jongere zien wat de gevolgen zijn van bepaald gedrag. Ook maken we afspraken over hoe de dag van een jongere eruit ziet: Ga je werken of naar school? Op welke tijd sta je op? Wanneer ga je sporten? enz. Deze structuur noemen we de dagelijkse routine. Als dat nodig is, kan er aanvullende hulp komen. Bijv. maatschappelijk werk ter ondersteuning van de ouders, hulpverlening na seksueel misbruik, hulp van GGZ bij medicamentkeuze of psychische problemen of sociale vaardigheidstraining.
23
Kursushuis voor jongeren van 13 tot 18 jaar Het doel is dat de jongere zijn of haar leven weer op orde krijgt. De jongere leert allerlei vaardigheden die nodig zijn. Bijvoorbeeld sociale vaardigheden: Hoe ga je om met meningsverschillen? Hoe praat je ruzies uit? Maar ook: Hoe ga je om met je gevoelens bijvoorbeeld als je boos bent of verdrietig? De jongere krijgt meer grip op zichzelf en het leven. De jongere leert ook hoe hij of zij contacten met andere mensen kan verbeteren. We helpen met het bouwen aan je toekomst. De werkwijze van het Kursushuis is heel gestructureerd. Er zijn drie fases en in elke fase krijgt de jongere steeds meer verantwoordelijkheden en vrijheden. Simpel gezegd komt het erop neer dat een jongere meer mag doen en meer mag meepraten als hij of zij het goed doet en zich aan de afspraken houdt.
Fasehuis voor jongeren van 13 tot 18 jaar Het Fasehuis biedt begeleiding aan zeven jongens en meisjes van 16 tot 18 jaar. Zij bereiden zich voor op zelfstandig wonen. Daarbij is er 24 uur per dag ondersteuning van het begeleidend team pedagogisch medewerkers. Samen met de jongere willen wij zicht krijgen op wat deze al kan en op wat nog aandachtspunten zijn waaraan gewerkt moet worden. De start in het Fasehuis is voor iedereen gelijk, maar al na enige weken gaan de jongeren werken aan hun individuele leerdoelen. Het verblijf in het Fasehuis duurt 3 maanden tot maximaal één jaar. Jongeren hebben een grote eigen verantwoordelijkheid in het werken aan hun leerdoelen, waardoor ze ook zelf invloed hebben op de snelheid en duur van de begeleiding en het verblijf in het Fasehuis. Het doel is om een extra fase aan te bieden voor de grote stap naar meer zelfstandigheid; Dit gebeurt fasegewijs.
Kamertrainingscentrum (KTC) Een KTC is voor jongeren vanaf 16 jaar, die door problemen in de opvoeding en de omstandigheden thuis, niet meer thuis kunnen wonen. Een belangrijke voorwaarde om te kunnen starten bij KTC is dat een jongere zonder 24-uurs begeleiding zichzelf kan ontwikkelen, totdat hij of zij (volledig) zelfstandig en verantwoord kan leven. Binnen KTC is er in de avonduren en een groot deel van het weekend geen begeleiding aanwezig. Verder is het een voorwaarde, dat de jongere een daginvulling heeft: je gaat naar school of je hebt werk. Ook lukt het al redelijk goed om een dag- en nachtritme vast te houden. De jongere krijgt direct één van de pedagogische medewerkers als mentor toegewezen. De mentor is de persoonlijk begeleider en ondersteunt bij het leren zelfstandig wonen. De mentoren zorgen door hun aanwezigheid en houding voor veiligheid en regelmaat in het leven van alledag. De meeste jongeren hebben daarnaast contact met een jongerenhulpverlener. Deze pakt samen met de jongere allerlei zaken aan naast het wonen bij KTC, zoals schoolvoortgang, contacten met vrienden, vrijetijdsbesteding en ook het contact met de ouders. De jongerenhulpverlener biedt extra steun bij het leren van vaardigheden. In de laatste fase van het verblijf kan de jongerenhulpverlener ook samen met de jongere naar een kamer gaan zoeken.
24
Pleegzorg voor kinderen en jongeren van 0 tot 18 jaar 2 plaatsen Pleegzorgwerkers begeleiden het pleegkind en de (pleeg)ouders. Hij of zij zorgt dat er goede afspraken worden gemaakt over de begeleiding, over financiën, contacten met de ouders van het kind etc. Dit wordt door de pleegzorgwerker vastgelegd in een begeleidingsplan. De pleegzorgwerker volgt de ontwikkelingen van het pleegkind en houdt samen met pleegouders in de gaten of de doelen van de plaatsing worden gehaald.
Pleegzorg is de zorg voor een kind van een ander, een pleegkind. Pleegkinderen zijn kinderen tussen 0 en 18 jaar die door problemen niet thuis bij hun ouders kunnen wonen. Er zijn verschillende vormen van pleegzorg: crisisopvang, pleegzorg voor korte tijd, pleegzorg voor lange tijd, weekend-vakantiepleegzorg, pleegzorg voor moslims, netwerkpleegzorg. Kinderen worden in een pleeggezin geplaatst omdat de ouders hen om uiteenlopende redenen niet goed kunnen verzorgen of hen onvoldoende stabiliteit en/of veiligheid kunnen bieden. Zo zijn er kinderen die te weinig aandacht hebben gehad of mishandeld zijn of waarvan de ouder(s) ernstige medische of psychische problemen hebben. Pleegkinderen brengen hun eigen geschiedenis mee en dat kan hun gedrag beïnvloeden. Kinderen voelen zich bijvoorbeeld schuldig, boos of verdrietig omdat ze niet meer bij hun eigen ouders kunnen wonen. Maar ze kunnen ook opgelucht zijn omdat er eindelijk iets verandert. Hoe slecht de omstandigheden van deze kinderen ook zijn geweest, in de praktijk blijven ze zich meestal trouw (loyaal) opstellen ten opzichte van hun ouders. In bijna alle situaties hebben de pleegkinderen in meer of mindere mate contact met hun ouders. Het is belangrijk voor het kind dat de pleegouders zich in dit contact met de ouders positief opstellen. Wanneer een kind in een pleeggezin wordt geplaatst, kan dat vrijwillig gaan of gedwongen. Vrijwillig houdt in dat de ouders zelf aangeven dat ze niet goed voor hun kind kunnen zorgen en dat het beter is als hun kind (tijdelijk) niet thuis woont. Verplicht wil zeggen dat de rechter een uitspraak heeft gedaan dat een kind niet meer thuis mag wonen. De rechter benoemt dan een (gezins)voogd voor het kind. Deze voogd is een hulpverlener van Bureau Jeugdzorg. Pleegouders zijn mensen die deze kinderen proberen te helpen hun weg te vinden in al deze verwarrende gevoelens. Pleegouders zijn geen superouders. Opvoeden is moeilijk en daarbij worden soms fouten gemaakt. Pleegouders zijn mensen die zich open opstellen ten opzichte van het kind en zijn omgeving en goed kunnen samenwerken. Een praktische en reële instelling is belangrijk.
25
MAAT voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen Kinderwoongroep Atlas In een kinderwoongroep wonen twaalf kinderen in de leeftijd van 0 tot 16 jaar. Al deze kinderen zijn zonder hun ouders naar Nederland gekomen. Een aantal van hen heeft geen familie meer of weet niet waar deze is gebleven. Er zijn dag en nacht groepsleiders aanwezig om de kinderen te begeleiden. Alle kinderen gaan naar school omdat het erg belangrijk is om zo snel mogelijk de Nederlandse taal te leren. De meeste kinderen zijn lid van (sport)clubs en leren zo op een natuurlijke manier om contacten te leggen met hun leeftijdsgenoten. Het leven en werken in Globe is erop gericht om de kinderen een gevoel te geven van veiligheid en rust van waaruit ze zich verder kunnen gaan ontwikkelen. De kinderen verblijven tijdelijk in de kinderwoongroep in afwachting van een meer definitieve bestemming zoals wonen bij een pleeggezin of in een KWE.
Kleinschalige wooneenheid (KWE) In een KWE wonen alleenstaande minderjarige vreemdelingen in de leeftijd van circa 16 – 18 jaar. Zij worden voorbereid op een leven in Nederland of terugkeer naar het land van herkomst. Er is geen 24 uurs begeleiding.
26
Residentiele groepen voor vrouwen (en hun kind) 3 plaatsen EVA Eva is voor vrouwen van 16 tot 23 jaar die geconfronteerd worden met eergeralateerde dreiging of geweld. In de praktijk zijn dit vaak Islamitische vrouwen met een ernstige veiligheidsdreiging. De Bocht biedt veilige, anonieme opvang voor jonge meiden en vrouwen (eventueel met hun kinderen). De opvang is op een geheime locatie, de Extra Veilige Afdeling (EVA). Veiligheid is het eerste belang, hierin wordt nauw samengewerkt met de politie en het, Landelijk Eerwraak Centrum (LEC). Naast de opvang is er aandacht voor Empowerment, sociale activering en bemiddeling. Eergerelateerd geweld kan zich onder andere voordoen als: Gedwongen huwelijk en uithuwelijking Terugsturen naar land van herkomst Gedwongen afstand doen van kinderen Dreigementen uiten Vrijheid beperken Begeleiding
Op afdeling EVA is 24-uurs begeleiding door groepswerkers. Daarnaast krijgt iedere vrouw een casewerker. In cliëntbesprekingen wordt samen met een gedragsdeskundige, de casewerker en de groepswerkers gekeken naar de voortgang van een vrouw en worden afspraken gemaakt voor het vervolg. Op de groep wordt een aandachtsfunctionaris aangewezen die contacten met de casewerker onderhoudt en toeziet op de uitvoering van de opgestelde hulpverleningsdoelen. Deze worden per vrouw vastgelegd in een hulpverleningsovereenkomst (HVO) Als een vrouw wordt opgenomen op afdeling EVA start automatisch een observatietraject van zes weken. Hierin wordt geobserveerd aan de hand van een aantal vooraf vastgelegde punten. De groepswerker schrijft het observatieverslag en dit wordt besproken in een multi disciplinair overleg (MDO). Als een vrouw nog geen vaste dagbesteding of school heeft, is het verplicht om de uitgezette dagstructuur te volgen.
Flora en Vesta Op deze afdeling worden cliënten geplaatst met diverse problematieken. Werkwijze De eerste zes weken worden de cliënten geobserveerd. Deze periode is noodzakelijk om een eerste indruk te krijgen van de situatie van de cliënt en zicht te krijgen op de hulpvragen. Er wordt ook gekeken of er nog hulpvragen zijn met betrekking tot de kinderen. Er is aandacht voor: regelmaat en structuur; regels en grenzen (passend bij de leeftijd, consequent en consistent); stimuleren van ontwikkeling (leeftijdsadequaat, initiatieven steunen, zelfstandigheid stimuleren); positieve aandacht (affectief, begrip, betrokkenheid, dialoog, contact); zorg en bescherming (verzorging, voeding, hygiëne, rust, veiligheid. Als groepswerker is het belangrijk om de moeder-kind relatie te stimuleren. Verder worden de cliënten begeleid op het gebied van zelfstandigheid, huishouden en soms ook dagbesteding. Iedere acht weken is er een voortgangsbespreking met de casewerker, de cliënt en groepsleiding. Op de groep is ook een kookwerkbegeleidster, zij verleent ondersteuning bij de huishoudelijke en kooktaken volgens de HVO-doelen. 27
Toekomstgerichte methodiek De toekomstgerichte methodiek richt zich op de volgende punten: Het ontwikkelen van toekomstperspectieven met de cliënt door capaciteiten en potenties op te sporen en zichtbaar te maken en vaardigheids- en kennistekorten te benoemen. De kans op terugval verkleinen door het organiseren van een steunstructuur voor de cliënt en het ontwikkelen en vergroten van vaardigheden die van belang zijn bij het vinden van aansluiting binnen de nieuwe woonomgeving. Deze methodiek is ook heel erg gericht uit uitstroom en nazorg: 1) Het voorbereidingstraject => Deze oriëntatie op de toekomst vindt zijn neerslag in een toekomstplan. 2) Het nazorgtraject => Nazorgbegeleiders starten de nazorg aan de hand van in het toekomstplan geformuleerde perspectieven en stressfactoren die kunnen leiden tot problemen. Het doel van deze methodiek is de eigen invulling van het toekomstplan van de cliënt.
Hera Een groep voor vrouwen van 14 – 24 jaar die zwanger zijn en diverse problematieken hebben. Doelstelling Doordat de vrouwen vaak met verschillende problematieken worden opgenomen wordt er een hulpverleningsovereenkomst opgesteld (HVO-doelen) Hierin staan de korte er lange termijn doelen opgesteld voor de cliënt. De groepswerkers houden dagelijks bij via de dagrapportage van de groep en Regas (programma waar alle rapportages zijn terug te vinden van een cliënt) wat de cliënt die dag gedaan heeft. Methodiek Binnen Hera zijn er drie fases die de vrouwen doorlopen: Fase 1: Voorbereiding op de bevalling Hier wordt de cliënt voorbereid op de bevalling die komen gaat door: - een bevallinggesprek te houden - kijken naar de kraamtas van moeder en kind - voorlichtingsavond bij de Meiboom en de Zon - cursus gezondheidskunde - inventarisatie babyspullen Daarnaast wordt er via een checklist primaire vaardigheden en observaties gekeken waar er hulpvragen liggen voor de cliënt. Fase 2: Het versterken van de benodigde competenties Vanuit fase 1 zijn er hulpvragen naar voren gekomen. Hier wordt samen met de cliënt in fase 2 aan gewerkt. Daarnaast wordt er gekeken naar de interactie tussen moeder en kind door een algemene observatie van zes weken. Fase 3: Vasthouden In deze fase wordt er veel gekeken naar het toekomstperspectief. Wat heeft de cliënt nu nog eventueel nodig om tot haar doel te komen en hoe zou ze dit aan kunnen pakken? Hierbij wordt er ook gekeken naar school/werk en huisvesting.
28
Taken groepswerker Als groepswerker ben je veel bezig met het observeren van de moeder en het kind. Je kijkt naar de interactie en geeft daar waar nodig is advies. Ook probeer je dagelijks met de cliënt aan haar doelen te werken. Dit alles verwerk je in de rapportage.
Lima Voor zwangere meiden (vanaf 4 maanden zwangerschap) en/of jonge moeders tussen 12 of 18 jaar waarbij intensieve en vaak langdurige begeleiding vereist is. De doelgroep van Lima is in drie categorieën op te splitsen 1. De meiden zonder kind, maar met een intensieve zorgbehoefte welke gerelateerd is aan de vrouwenhulpverlening, bijv. slachtoffers van jeugdprostitutie; 2. Zwangere tieners, vanaf 4 maanden zwangerschap; 3. Tienermoeders. De opnameduur is gemiddeld een tot twee jaar intern. Doel Het bieden van een woonvorm/eenheid waarin (aanstaande) tienermoeder de tijd en ruimte krijgt om zichzelf te ontwikkelen naar volwassenheid (zelfstandigheid) waarin specifieke aandacht is voor persoonlijke ontwikkeling (gedragsmatig, cognitief, sociaal – emotioneel, fysiek), ontwikkeling van kind (fysiek, sociaal – emotioneel) en speciale aandacht voor de interactie tussen moeder en kind. Einddoel: De jonge (aanstaande) tienermoeder beschikt over voldoende opvoedkundige, praktische, sociale en maatschappelijke redzaamheid om zo zelfstandig mogelijk een huishouden te voeren en zich te handhaven in de maatschappij (al dan niet met ambulante ondersteuning). De kern van het werken met tienermoeders is gericht op het volgende: ´Er is een evenwicht tussen puber mogen zijn en moeder moeten zijn´. Problematiek Voor alle meiden geldt dat ze al dan niet weloverwogen kiezen voor moederschap op soms zeer jonge leeftijd. Jong moederschap kan en mag op zichzelf niet als problematiek worden beschouwd. Wel betreft het vaak meer kwetsbare vrouwen die gebaat zijn bij duidelijkheid en structuur. Vanuit een duidelijke situatie is het vaak beter mogelijk om aan persoonlijke problematiek te werken. De ervaring leert dat bijvoorbeeld vrouwen die vanuit gesloten/besloten afdelingen van een jeugdinrichting komen en tijdens hun verlof zwanger zijn geraakt, daar niet meer kunnen blijven. De problematiek van deze meiden ligt in de aard van langdurig gestoorde ontwikkelingsgeschiedenis en psychiatrische kenmerken. Door een zeer moeilijk te beïnvloeden opvoedingssituatie zijn ze gemarginaliseerd in de samenleving. Daarnaast is er een groep meiden waarvan de problematiek in de thuissituatie zodanig onhanteerbaar is geworden, dat al dan niet vrijwillig uithuisplaatsing op dat moment de beste optie lijkt. Begeleiding De vrouwen worden begeleid door een team van begeleiders op wie zij 24 uur per dag een beroep kunnen doen. Iedere vrouw heeft een casewerker, die vanaf de aanvang van het hulpverleningstraject bij de vrouw is betrokken. In de eerste fase ligt het accent van de begeleiding vooral op het voordoen en samen doen. In de loop van het traject zal het accent verschuiven en wordt er steeds meer gestreefd naar zelfstandigheid van de vrouwen. Ook wordt er geleidelijk aan steeds meer verantwoordelijkheid bij de vrouwen gelegd. Iedere vrouw heeft hierbij een individueel tijdspad. Naast de individuele persoonsgerichte begeleiding hebben de begeleiding hebben de begeleiders ook een beoordelende en controlerende taak. Dit gebeurt aan de hand van lijsten uit het trainingsprogramma en het uitreiken van certificaten. Het doel van de lijsten is om vorderingen inzichtelijk te maken. Deze lijsten worden door de begeleider ingevuld samen met de vrouw.
29
Dana-Eos
Dana-Eos is een afdeling voor intensieve observatietrajecten van twaalf weken. Centraal staat observatie en onderzoek vanuit een gerichte vraagstelling van de verwijzer. De volgende uitgangspunten liggen hieraan ten grondslag: Het in kaart brengen van de opvoedingscompetenties van de moeder en toetsen of er sprake is van leerbaarheid en/of toepasbaarheid van aangereikte vaardigheden. De veiligheid en het ontwikkelingsperspectief van het kind(eren) staan daarbij centraal. Onderbouwing aanreiken voor het kunnen nemen van een verantwoorde beslissing door de verwijzer met betrekking tot mogelijk verdere hulpverlening voor het systeem, moeder en/of het kind(eren) ten einde een positieve ontwikkeling verder te kunnen vormgeven. De doelgroep bestaat uit moeders met hun kind(eren), waarbij de verwijzer zorgen heeft over het adequaat uit kunnen voeren van de opvoedingsverantwoordelijkheid door moeder. Dit kunnen moeders zijn met hun pasgeboren kind, maar ook moeders met oudere kinderen. In sommige gevallen herenigen moeder en kind(eren) door in dit observatietraject te stappen. Dit maakt dat de achtergrond, situatie van het systeem, leeftijd van de cliënt en het kind(eren) en hulpvragen divers zijn. Het betreffen moeders met een kind(eren) die vaak al langer bekend zijn binnen het Algemeen Maatschappelijk Werk, Jeugdzorg, verslavingszorg, GGZ dan wel als risicosysteem bij de gemeente. In vele gevallen is er geen sprake van eenduidige problematiek (enkel: moeder – kind relatie), maar is er sprake van problemen op meerdere levensgebieden. Samenwerking met verwijzers en ketenpartners is hierdoor van belang. Dit zal binnen het observatietraject bewust een plaats krijgen.
30