Grontmij is een multidisciplinair advies- en ingenieursbureau voor duurzame planning & ontwerp, infrastructuur & mobiliteit en water, energie & industrie. Wij leveren meerwaarde in het hele proces van advies, ontwerp, engineering, management en realisatie van projecten. Hierbij streven we sinds jaar en dag naar de meest globale duurzame oplossing. Grontmij heeft een brede ervaring met een zorgzame aanpak van openbare ruimte in België. Onze stedenbouwkundigen, verkeersdeskundigen en landschapsarchitecten werken samen aan kwalitatieve oplossingen.
@ Grontmij
STADS- EN DORPSKERNVERNIEUWING
PORTFOLIO
@ Grontmij
PLANNING CONNECTING RESPECTING THE FUTURE
Grontmij is een multidisciplinair adviesen ingenieursbureau voor duurzame planning & ontwerp, infrastructuur & mobiliteit en water, energie & industrie. Vanuit een toekomstgerichte visie geven wij kwalitatief advies en realiseren we creatieve ontwerpen en projecten. Wij dragen zo bij tot een betere woon-, werk- en leefomgeving. Het is onze missie om het beste duurzame advies- en ingenieursbureau te zijn en meerwaarde te bieden, van A tot Z, in het hele proces van advies, studie, ontwerp, engineering, uitvoering en managment van projecten.
STAD- & DORPSKERNVERNIEUWING Stads- en dorpskernvernieuwing zitten duidelijk in de lift. Het Vlaams plattelandsbeleid stimuleert gericht de versterking van dorpen en het Vlaamse stedenbeleid gaat voluit voor haar steden. Kernversterking van dorpen is van vitaal belang om de leefbaarheid in die dorpen te verhogen. Dorpskernvernieuwing maakt het wonen aantrekkelijk en de lokale economie kan een impuls krijgen. De herinrichting van dorpskernen is een strategische keuze om de aantrekkelijkheid te vergroten en om ontmoetingsplaatsen te creëren. Bij stadsvernieuwingsprojecten ligt de focus op de kracht van de stad als motor van maatschappelijke, economische en culturele vernieuwing, zonder de kwetsbaarheid van de stad uit het oog te verliezen. Centraal staat het fragiele evenwicht tussen de woon- en centrumfunctie van de stad. Dat evenwicht versterken ten voordele van de bewoners is cruciaal. Stedelijke vernieuwingsprojecten zijn integrale projecten die op een innovatieve wijze een positieve impact genereren, zowel op het publieke als op het private domein. Grontmij heeft een brede ervaring met een zorgzame aanpak van dorpskernen enerzijds en een dynamiserende aanpak van stedelijke projecten anderzijds, zowel in Vlaanderen als in Brussel. Onze stedenbouwkundigen, verkeersdeskundigen en landschapsarchitecten werken er samen aan kwalitatieve oplossingen. Grontmij vat stads- en dorpskernvernieuwing op als een integrale aanpak. Vanuit een stedenbouwkundig onderzoek wordt meestal een masterplan opgemaakt. Binnen dit kader worden specifieke aandachtspunten mee onderzocht: verkeer, parkeren, groenstructuren, bouwmogelijkheden en ontwikkelingsprojecten, … Hierbij hechten we veel belang aan de aanpak van de publieke ruimte. De opzet is om een ontwerp op te maken, voor de herinrichting van het openbaar domein, die de aanwezige kwaliteiten en identiteit versterkt. Wanneer hierbij ook de inwoners betrokken worden, kunnen zij zich in de toekomst beter identificeren met de nieuwe stadsdelen en heraangelegde dorpskernen ,en voelen ze zich meer betrokken bij hun lokale gemeenschap.
FELIX PAKHUIS ANTWERPEN 2005 - 2007 Restauratie en functionele vernieuwing van oude pakhuizen en verwaarloosde bedrijventerreinen versterken de stedelijke structuur. De inbreng van belangrijke publieke functies verhoogt de representativiteit van verwaarloosde stedelijke wijken en de bijhorende interventies dragen bij aan de kwaliteit van het publiek domein. De verhuis van het Antwerps stadsarchief naar het Sint-Felixpakhuis op het eilandje is een sprekend voorbeeld van een geslaagde stadsvernieuwing. Het pakhuis neemt zo opnieuw zijn plaats in als ankerpunt en als ontmoetingsplaats in de buurt. Een imposante binnenstraat is zowel inkom als passage. Grote glazen deuren maken de opening naar het eilandje. De binnenstraat verbindt de Godefriduskaai en de Oude Leeuwenrui. Het pakhuis neemt zo opnieuw zijn plaats in als ankerpunt in de buurt. Het uiterlijk van de gekasseide binnenstraat is nauwelijks veranderd, wel werd de glazen dakconstructie geheel vernieuwd net als de loopbruggen. De authentieke hijsinstrumenten werden gerestaureerd en ook de kleine laadplatforms aan de gevels van de binnenstraat bleven behouden, net als de poorten naar de straat. De laadopeningen aan de binnenstraat zijn weliswaar dichtgemaakt, maar de architecten Robbrecht en Daem plaatsten glas voor deze openingen. Vanop de binnenstraat lijkt het alsof ze nog steeds open zijn. Dit draagt bij tot de enorme ruimtebeleving in deze binnenstraat. Met de glazen koepel vormt die een meer dan 70 meter lange en 6,45 meter brede lichtstraat.
SPORENPARK EN SPORENPLEIN BERINGEN 2011 Met Be-Mine krijgt Beringen-Mijn op de 31,5 ha grote site 500 nieuwe woongelegenheden. Daarnaast is het prestigieuze project goed voor 630 nieuwe jobs door de creatie van onder meer winkels, horeca, een museum en een hotel. Be-Mine heeft als doel weer betekenis te krijgen in het leven van de inwoners. Het moet een plaats worden waar ze na verloop van tijd opnieuw hun brood verdienen of ontspanning vinden net zoals de mijn vroeger. Libost werkte in het kader van deze ontwikkeling aan een coherente visie voor een kwaliteitsvolle publieke ruimte. Een richtinggevend beeldkwaliteitsplan werd opgesteld en voor de centrale ruimte werd een park en plein ontworpen.
De nieuwe belevings- en ontmoetingsruimte is uitgewerkt in twee afzonderlijke entiteiten een park met aansluitend een verhard evenementenplein: het Sporenpark en het Sporenplein. Het ontwerp van het Sporenpark en Sporenplein maakt deel uit van de gehele landschappelijke buitenruimte van de BE-Mine met alle kenmerken van een mijnlandschap. De graslanden op de mijnterril en de pioniersvegetatie tussen de verlaten spoorlijnen vormen een bijzonder artificieel landschap, ontstaan door de industriële activiteit. Dit mijnlandschap, in het bijzonder de geklasseerde kolensporen, vormt een belangrijk uitgangspunt voor het creëren van een nieuwe publieke ruimte op BE-Mine. Rond het Sporenpark zullen nieuwe appartementen verrijzen, in een dus bijzondere erfgoedomgeving. In de zone van het plein komt eveneens een fietsinrijpunt, aangezien daar voor de nabije toekomst een belangrijk fietsknooppunt is voorzien.
BROWNFIELD ‘DE SLEUTEL’ BETEKOM - BEGIJNENDIJK 2007 - 2009 De site van de voormalige brouwerij ‘De Sleutel’ is een typische brownfield. Het terrein is grotendeels braakliggend en de ontwikkeling ervan wordt gehypothekeerd door de aanwezigheid van een bodemverontreiniging. Ook wordt het terrein nog gedeeltelijk gebruikt als bedrijventerrein. De ligging van de site nabij de dorpskern van Betekom maakt dat dit gebied uitermate grote potenties heeft voor een dorpskernversterkende ontwikkeling, zowel voor woonfuncties als commerciële en dienstverlenende functies. Omdat de moeilijkheden om het terrein te ontwikkelen het particuliere initiatief afschrikt, heeft het gemeentebestuur zelf een initiatief genomen in het kader van een brownfieldmanagement. Libost-Groep begeleidde de gemeente in het ruimtelijke en functionele onderzoek naar de mogelijkheden van de site. In dit kader werden een aantal scenario’s uitgewerkt voor vernieuwende, kernondersteunende woonprojecten.
LOONS- EN STATIONSPLEIN (vermelding in het praktijkboek openbare ruimte 2010)
BORGLOON 2007 - 2009
“Was u nog nooit in Borgloon? Dan wordt het nu hoog tijd, want het stadsbestuur koos resoluut om de oude stroopstokerij te restaureren en open te stellen voor het publiek. En daar bleef het niet bij, ook het plein veranderde van een verwaarloosde toegangsruimte naar een nieuw minimalistisch evenementenplein. Het ontwerp van Grontmij versterkt het industriële karakter van de site en is in zijn eenvoud van een gedrufde originaliteit.” (In Lokaal, april 2012, tijdschrift van de VVSG)
De vroegere stroopstokerij Wijnants in Borgloon verdiende beter dan een verwaarloosde en ongedefinieerde toegangsruimte. Een nieuw, minimalistisch evenementenplein benadrukt het industriële en historische karakter van dit monument. In 2007 won de voormalige stroopstokerij Wijnants de monumentenstrijd. Dit was voor de gemeente Borgloon de directe aanleiding om de verwaarloosde en ongedefinieerde ruimte voor deze historische site om te vormen tot een nieuw evenementenplein. De herinrichting gebeurde met respect voor het industriële karakter van het monument en versterkt de ontwikkeling van het ‘Fruit Experience Center’ in de gebouwen van de voormalige stroopstokerij. De infrastructuurwerken aan het Loonsplein maken deel uit van een groter project waarin ook het nabijgelegen stationsplein zal worden aangepakt, net als de groenvoorzieningen en de riolering.
HERINRICHTING KERKPLEIN EN CENTRUMSTRATEN BORNEM 2006 - 2007
Het centrum van Bornem kent de laatste jaren een bloeiende heropleving als gevolg van de aantrekkingskracht van het nabijgelegen ‘Klein Brabant’. Dit unieke oude Scheldelandschap heeft een toestroom aan dagjestoeristen teweeggebracht naar het centrum van Bornem. De heraanleg van het centrum vormt een bijzondere ontwerpopgave omdat een subtiel evenwicht moest worden gezocht tussen het behoud van het typische dorpse karakter enerzijds en de noden van de tijd anderzijds (parkings, busstopplaatsen, terrassen, enz.). Het ontwerp van het centrum wordt gekenmerkt door een ruimtelijke integratie van de straat, het plein en het voetpad in eenzelfde vlak. Hierdoor ontstaat één doorlopende pleinruimte van gevel tot gevel en worden de aangrenzende gebouwen sterker betrokken bij het plein. In deze doorlopende pleinruimte zocht Grontmij een subtiel onderscheid in vier verschillende gebruikszones: •
een activiteitenzone rondom het landhuis (met zitbanken, bushalte, fietsenstalling),
•
een parkeerzone die tevens ruimte biedt aan evenementen (kermis, dodentocht, markt)
•
een brede terraszone aan de zuidzijde.
De kerk krijgt een centrale plaats op het plein. De kerk wordt op een groene sokkel gezet zodat er een gepaste afstand ontstaat tussen kerk en plein. Tevens wordt de ingang van de kerk ruimtelijk versterkt door het introduceren van een ‘Kerkdreef’ in het verlengde van de huidige Kasteeldreef. Een waterlijn vormt de overgang tussen de activiteitenzone rondom het landhuis en de parking. Het geheel is uitgevoerd in kasseien. Het onderscheid tussen de verschillende gebruikszones wordt aangebracht door subtiele verschillende in de legpatronen.
HERINRICHTING HEMELHOF (vermelding in het praktijkboek openbare ruimte 2012)
BORNEM 2010 - 2011
Het Hemelhof is een landhuis uit het begin van de vorige eeuw. Gelegen in het centrum van Bornem, aan de overzijde van het station, fungeert dit voormalig zomerverblijf vandaag als dienstencentrum (gemeentehuis, sociaal huis en werkwinkel). De grote stroom van bezoekers en de eisen op het vlak van toegankelijkheid en bereikbaarheid bezwaren sterk de groene buitenruimte, die ook gebruikt wordt als sportterrein en waar zelfs een verbindingsweg doorheen loopt. De uitdaging waar de ontwerpers voor stonden was om deze buitenruimte zodanig in te richten dat het groene karakter van het landhuis herkenbaar bleef, terwijl de ruimtelijke organisatie van het gebied aan de vele functionele noden een antwoord bood: sportfaciliteiten, parkeermogelijkheden en vlotte toegankelijkheid, leefbare circulatie en plaats voor het fietsverkeer, leesbare inrichting en kwaliteitsvol verblijfsgebied. Er was ook de wens om de site beter te oriënteren op het centrum van Bornem. Daarom werd gekozen om het geheel een sterkere, drieledige, structuur toe te kennen en een aantal relaties te versterken.
WIJKCONTRACT ANNEESSENSWIJK BRUSSEL 2004 - 2007 De Anneessenswijk vormt van oudsher de brug tussen het centrum van Brussel en de Zuiderwijk. De buurt was jarenlang verpauperd en sleept tot op vandaag deze negatieve connotatie mee ondanks de vele inspanningen die ondertussen geleverd zijn. De kentering kwam er met de ‘wijkcontracten’. De wijkcontracten hadden als doel de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren door gerichte ingrepen in het stedelijke weefsel. Het wijkcontract voor de Anneessenswijk betrof de heraanleg van het Anneessensplein, de aanleg van het Fontainaspark op de plaats van de puinhopen van de voormalige Philipssite en het saneren van enkele leegstaande panden samen met andere verbeteringen op het vlak van huisvesting. Het Anneessensplein speelt een centrale rol in de herwaardering van de wijk doordat het noodzakelijke ruimte biedt als ontmoetingsplaats en hiermee een draagvlak creëert voor betrokkenheid. Op en rond het plein wordt gesleuteld aan de wijkdynamiek door middel van een buurtgericht tewerkstellingsproject, de organisatie van buurtfeesten, een artistiek sociaal project. In het wijkcomité, dat verhuisde naar het Anneessensplein, wordt van gedachten gewisseld rond leefbaarheids- en veiligheidsproblemen. Het ontwerp voor het Anneessensplein wordt gekenmerkt door een klassieke ruimtelijke geleding. De randen van het plein worden begrensd door twee enkelrichtingstraten, parking en een brede voetpadzone waardoor een verkeersluw plein ontstaat. Het plein is opgebouwd uit twee complementaire stedelijke kamers: enerzijds een stadsplein omzoomd door oude lindebomen, anderzijds een besloten voorplein omzoomd door een hagenstructuur. Het aanbrengen van deze geleding laat toe klassieke proporties aan te brengen in deze van oorsprong langgerekte open ruimte. Tegelijk krijgt het schoolgebouw hiermee een klassieke ‘voortuin’ wat de monumentaliteit van het gebouw versterkt. Het geheel is uitgevoerd in eenzelfde verhardingsmateriaal (kasseien, blauwe steen) en volgens eenzelfde bestratingmotief waardoor een eenheid wordt gecreëerd tussen het stadsplein en het voorplein.
SQUARE BREUGHEL DE OUDE BRUSSEL 2004 - 2006 De Marollenwijk, gelegen tussen het Justitiepaleis en het Zuidstation, is één van de meest karakteristieke stukjes Brussel. De wijk kent een grote verscheidenheid aan bewoners, woonvormen, rommel- en antiekwinkeltjes, cafés en restaurants. Het buurtleven speelt zich vooral af rondom twee evenwijdig lopende straten: de Hoogstraat en de Blaesstraat. De Blaesstraat leidt naar het Vossenplein waar de beroemde vlooienmarkt is. De Hoogsstraat ligt, zoals de naam het zegt, hogerop tegen de heuvel aan waar in de 19de eeuw verscheidene hectaren van de Marollenwijk plaats maakten voor het Justitiepaleis. De wijk tussen Blaesstraat en Hoogstraat vormt vandaag een merkwaardig stedenbouwkundig ensemble gekenmerkt door smalle, hellende straatjes, grillige rooilijnvormen en typische trappen. Tot in de jaren tachtig van de vorige eeuw was dit een zeer verpauperde buurt. Door acties van de buurtbewoners en door toenemende beleidsaandacht voor stadsvernieuwing werd een buurtwerking opgezet, en werden budgetten vrijgemaakt voor een verregaande stadsvernieuwing. De heraanleg van het plein Breughel de Oude vormt één van de centrale stadsvernieuwingsprojecten in de Marollenwijk. Het ontwerp voor het plein wordt gekenmerkt door een subtiele transformatie van de bestaande topografie. Door de sterke hellingsgraad van het plein (gemiddeld 8 %) diende een oplossing te worden gevonden dat enerzijds een functioneel gebruik van de ruimte toelaat en anderzijds het pleineffect behoudt. Daartoe werd het plein uitgevoerd in vijf plateaus, van elkaar gescheiden door traptredes. Elk plateau is voorzien van stadsmeubilair en groenaanplanting en is toegankelijk voor mindervaliden. Op het hoogste punt van het plein is een lift geplaatst die de Marollenwijk verbindt met de hoger gelegen wijk rondom het Poelaertplein. Op het laagste punt van het plein staat een kunstwerk, de zogenaamde ‘praatboom’. De ruimtelijke geleding van het plein in vijf gelijke plateaus creëert een differentiatie in het gebruik en de beleving zonder dat de eenheid in het geheel verloren gaat. De vijf plateaus zijn uitgevoerd in kasseien met traptredes in blauwe steen.
WIJKCONTRACT KAAIEN BRUSSEL 2003 - 2006 De heraanleg van de Vlaamsesteenweg midden jaren ’90 kadert in de aanpak van het Wijkcontract Kaaien. Naast de herwaardering van het openbaar domein is er voornamelijk aandacht voor de renovatie van verkrotte en leegstaande panden en de ontwikkeling van braakliggende terreinen. De Vlaamse Steenweg, één van de oudste invalsweg van Brussel, was in de Middeleeuwen de belangrijkste handelsweg naar het Graafschap Vlaanderen. Gezien het eerder smal, geknikt en dicht bebouwd tracé werd de functie van de Vlaamse Steenweg als invalsweg en doorgangsas in de 1890 overgenomen door de bredere en nagenoeg rechtlijnige Antoine Dansaerstraat. Tot het einde van de jaren ‘50 bleef het één van de drukste winkelstraten van Brussel. Vanaf midden jaren ‘60 trad - zoals bij zovele wijken in Brussel - het verval in met de verloedering van het handelsapparaat en in het zog hiervan leegstand en verkrotting. Er werd een typeprofiel ontworpen voor de gehele lengte van de straat. Daarbij werd gekozen voor een gedoseerd aantal parkeerstroken. De rijweg is heraangelegd in platines van natuursteen, in bruine en grijze kleur. Omwille van de veiligheid werden de voetpaden verbreed ter hoogte van de school en het Huis Bellone. De heraanleg van de Vlaamse steenweg bracht een grotere eenheid in het wegbeeld van deze historische straat en creëerde een positieve dynamiek die ook gevolgd wordt door de komst van talrijke nieuwe winkeltjes, restaurants en cafés.
HERINRICHTING MARKTPLEIN DIEPENBEEK 2003 - 2005
Om het centrum van Diepenbeek verder ruimtelijke gestalte te geven dient het Marktplein opnieuw te fungeren als een ruimtelijk plein in relatie tot het Kerkplein. De herinrichting is een impuls voor nieuwe handelsfuncties en een versterking van bestaande handelszaken. Met de herinrichting wordt een verhoging van de verkeersleefbaarheid en het woon- en leefklimaat beoogd. Het gemotoriseerd verkeer wordt ondergeschikt aan de ruimtelijke beleving van het plein. Bij de herinrichting werd een waterelement dat de verwijzing maakt naar de Paenhuisbeek, geïntegreerd in het pleinontwerp.
EZELDIJK (Vermelding in praktijkboek Publieke Ruimte 2011) DIEST 2008 - heden Bij de inrichting van Ezeldijk, een nieuwe woonsite gelegen binnen de historische ringstructuur van de stad, zijn een aantal specifieke aandachtspunten in acht genomen. Dit in functie van de beschermde monumenten en stadsgezichten ter hoogte van het Begijnhof, om het waardevolle gebied rond de site en de bebouwing langs de Begijnenstraat te respecteren. De begijnhofarchitectuur met zijn smalle steegjes en binnenkoeren schept een heel specifieke woonomgeving. Het openbaar domein vult deze architectuur aan door zijn eenvoud en soberheid. Tussen het nieuwe woongebied en het Begijnhof van Diest bevindt zich op wandelafstand een parkgebied dat terug als verblijfs- en ontspanningsgebied zal functioneren. Deze parkzone wordt zoveel mogelijk in zijn bestaande situatie behouden, waarbij nieuwe beplantingen en aanpalende groeninrichtingen maximaal worden afgestemd op de bestaande groenstructuren. De overwelfde waterlopen van de Demer worden bij de inrichting van het woongebied terug opengelegd. Deze waterlopen liggen midden in het nieuwe woongebied en zullen het bestaande parkstructuur verlengen. De oevers krijgen zowel een harde als een zachte naturlijke inrichting die de belevingswaarde ervan verhogen. Een centraal plein over de waterlopen zal de twee woonwijken van ezeldijk verbinden. Deze open ruimte krijgt een hoge beeldwaarde door de wisselwerking tussen de bebouwde ruimte langs het plein en het omliggende parkgebied. Ook het actief en passief gebruik van het plein als doorgang of verblijfsruimte verhoogt de beleving ervan. Het plein wordt op deze wijze een belangrijk baken binnen het openbaar domein.
HERINRICHTING OUDE DOKKEN GENT 2007
De omgeving van de Oude Dokken is een gebied van ongeveer 75 ha, net ten oosten van het stadscentrum van Gent. Het is een vroeger havengebied, dat ruimtelijk gedomineerd wordt door de aanwezigheid van de Oude Dokken (het Houtdok, het Handelsdok en het Achterdok). Het wateroppervlak neemt een substantieel deel (ongeveer 15 ha ) in van de totale oppervlakte van het gebied. Door de recente ruimtelijke afbakening van de zeehaven van Gent en van het grootstedelijk gebied Gent behoort de omgeving van de Oude Dokken niet meer tot de haven. De grens bevindt zich net ten noorden van het gebied. De omgeving van de Oude Dokken komt op deze manier in aanmerking voor een nieuwe stedelijke ontwikkeling aan het waterfront. Grontmij heeft de voorstudie van het RUP Oude Dokken Gent opgemaakt. Deze opdracht had tot doel een concept uit te werken voor de omzetting van het stadsontwerp van het Nederlandse bureau Office for Metropolitan Architecture (OMA) naar een juridisch verordenend plan. De voorstudie geeft de elementen aan van het stadsontwerp, die moeten opgenomen worden in een RUP, en bepaalt de vorm waaronder dit moet gebeuren. Het stadsontwerp van OMA vormt de basis voor de voorstudie van het RUP. De uitwerking van de voorstudie houdt rekening met de huidige functie van het gebied en met de bestemmingen die er gelden volgens de plannen van aanleg.
TREFIL ARBED SITE
(opgenomen in het “werkboek kwaliteitsvolle bedrijventerreinen” - 2009) GENT 2006 - 2007 In Gent werden bij het begin van de 21ste eeuw de oude gebouwen van de Puntfabriek in Gentbrugge gesloopt. Zo verdween een staalfabriek waar begin jaren zestig duizenden mensen werkten. Trefil Arbed maakte spijkers, in alle maten en vormen. “De Punt” is vandaag een sociaaleconomisch bedrijvencentrum. Het is een duurzaam en dynamisch geheel geworden waar ook plaats is voor wonen en ontspannen, o.a. langsheen de groenas van de Schelde. Christian Kieckens en Grontmij ontwierpen de centrale collectieve parkeerplaats en het parkeergebouw. Het is een gedeeltelijk ingegraven parking met een architecturaal zuiver vormgegeven constructie en een heldere open structuur. De strakke vormgeving geeft een eigentijdse uitstraling en staat mooi in contrast met de groene omkadering van het perceel. De ruimtelijke inpassing wordt nog versterkt door de aanplanting van bomen met een typologie die aansluit bij de omliggende straten. De parkeergarage vormt door haar functie en centrale ligging een schakel tussen de verschillende gebouwen en legt ook de relatie naar de nabijgelegen woonwijk. Daarom werd de parking als een parkeerplein uitgewerkt. Het plein is vlot toegankelijk vanaf de zijkanten, geflankeerd door een bomenrij, en wordt ’ss nachts aangelicht. Het duidelijk overzicht over de parking leidt d tot een hoog veiligheidsgevoel.
CENTRUMONTWIKKELING HAMME 2009
Grontmij begeleidt de gemeente Hamme in de marktconsultatie voor het hefboomproject Nieuwstraat te Hamme. Dit project is een onderdeel van de gebiedsontwikkeling in het centrum van de gemeente Hamme. Deze uitwerking kadert ook in het citymarketingplan voor de gemeente. Dit plan vertaalt Grontmij in ruimtelijke ingrepen die waar nodig verankerd worden in een ruimtelijk uitvoeringsplan. Het ruimtelijk uitvoeringsplan geeft een concrete ruimtelijk kwalitatieve invulling aan de krachtlijnen van het citymarketingplan. De afbakening van het kernwinkelgebied is een prioriteit bij de ontwikkeling van het centrum. Vandaag is het handelsapparaat relatief verspreid en weinig overzichtelijk. Met de versterking van de ruimtelijke visuele structuur en het geconcentreerd inzetten van incentives en subsidies kan het kernwinkelgebied een sterk profiel en een opwaardering toegekend worden. Markt- en Kaaiplein worden heringericht als twee volwaardige en kwaliteitsvolle pleinruimten binnen de kern van Hamme. De langgerekte onbegrensde vorm van het Marktplein wordt daarbij verlaten. Er wordt geopteerd om een nieuw plein in te richten ter hoogte van het park langsheen de Jagerstraat. Het Kaaiplein wordt ingericht als rustpunt voor de recreatieve routes langsheen de Durme, waarbij het contact met het water zo optimaal mogelijk wordt versterkt. Voor het Marktplein en de belangrijkste winkelstraat werd ook een hefboomproject naar voor geschoven om het winkelen in het centrum te stimuleren. De Nieuwstraat wordt omgevormd tot een groene boulevard met een unieke uitstraling. Het ontwikkelen van handels, kantoor- en/ of dienstenruimte op het gelijkvloers en het wonen op de verdiepingen wordt gestimuleerd.
1. PROJECTEN
VEILINGSITE LEUVEN 2007 - 2009 Het hergebruik van verwaarloosde bedrijvensites versterkt de stedelijke structuur. Wanneer deze sites worden aangewend om nieuwe economische activiteiten te herbergen, versterkt dit het sociaal draagvlak van de omliggende stadswijken. Meestal zijn ze ook een eerste aanzet tot herinrichting van de publieke ruimte in de omgeving.
In Leuven werkte Grontmij mee aan de transformatie van de Veilingsite. De beoogde economische activiteiten dienen interessante banen aan te bieden voor laaggeschoolden. Sociaal kwetsbare bevolkingsgroepen vinden er passende jobs en de herwaardering van de site betekent een kwalitatieve verbetering van het stadsbeeld. De site vormt een eerste aanzet voor de herinrichting van deze Leuvense buurt. De site ligt op een scharnierpunt tussen de binnenstad en de woonwijk Groenveld. De herinrichting is dan ook een kans om de samenhang tussen deze wijk en de binnenstad te versterken. Daarom heeft het ontwerp veel aandacht voor de omgevingsaanleg.
KOP VAN KESSEL-LO LEUVEN 2007 - 2012
De vernieuwing van de stationsomgeving van Leuven gaat verder aan de kant van Kessel-Lo. Hierdoor krijgt deze deelgemeente een eigen gezicht aan het station. Ook de Martelarenlaan wordt verfraaid. Het meest in het oogspringend is het bouwproject op de Kop van Kessel-Lo zelf. Tegelijk versterkt het project de verbinding tussen Leuven en Kessel-Lo via nieuwe fiets- en voetgangersdoorgangen en twee pleinen. Sluitstuk op de Kop van Kessel-Lo is het zogenaamde ‘Benedenplein’ dat de verbinding legt tussen het station, de onderdoorgangen en de aansluitende straten naar Kessel-Lo. Het Benedenplein moet als overgangsplein een scharnierfunctie vervullen. Een sterke vormgeving van het Benedenplein is noodzakelijk om in deze complexe en nieuwe omgeving een betekenisvolle en leesbare plaats te verwerven. Tegelijkertijd moet het Benedenplein over voldoende verblijfskwaliteit beschikken om zich te kunnen profileren als een aantrekkelijk voorplein naar het centrum en als ontmoetingsplaats voor zijn omgeving. Dit plein wordt ongeveer 7 meter onder het bestaande (en toekomstige) rijwegniveau van de Martelarenlaan gerealiseerd. Het plein is naar boven toe gedeeltelijk afgewerkt door een nieuw en subtiel brugdek.
38
HERTOG-JAN SITE LOMMEL 2003 - 2005 De Hertog-Jan site is een strategisch project om het centrum van Lommel te versterken. De site wordt ontwikkeld in functie van een nieuw administratief centrum, ‘Het Huis van de Stad’ en verschillende wooneenheden. Op dit plein krijgen handelszaken geen plaats. Zo wordt vermeden dat het huidige, wat verder gelegen, compacte winkelcentrum aan belang zou inboeten. De opdracht bestond erin om in een nauwe samenwerking en overleg met alle partners en ontwerpers de collectieve ruimte van de site vorm te geven. De eenheid en de soberheid van de architecturale omgeving wordt geaccentueerd. De inrichting wordt wel zo opgevat dat het plein multifunctioneel kan gebruikt worden.
HERWAARDERING DORPSKERN MEEUWEN - GRUITRODE 2007
Libost-Groep heeft de ontwikkeling van het centrum van Meeuwen - Gruitrode gekaderd in een overkoepelende structuurschets voor het openbaar domein. Elke invulling van het openbaar domein vraagt om een specifieke aanpak. De openbare ruimte, die het negatief is van bebouwde omgeving, vraagt om een analyse van de stedenbouwkundige karakteristieken en structureren. Dit leidt uiteindelijk tot het ontwerp dat de kwaliteiten van het projectgebied en de omgeving versterkt en er nieuwe capaciteiten aan toevoegt. Vanuit dit kader is, op basis van het mobiliteitsplan, het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan en het BPA een totaalvisie geformuleerd omtrent de volledige kern van Meeuwen.
HERINRICHTING GROTE MARKT, VROONHOF EN VEURNESTRAAT (vermelding in het praktijkboek openbare ruimte 2012)
POPERINGE 2008
De Grote Markt van Poperinge werd het laatst ingericht op het einde van de jaren ’60. De klemtoon lag toen op de vlotte verkeerscirculatie en ruime parkeervoorzieningen. Dit alles maakte het beeld van het marktplein weinig aantrekkelijk en ook de verblijfskwaliteit van dit historisch plein was vrij gering. Grontmij ondersteunt de ambitie van het stadsbestuur om Poperinge toeristisch sterker op de kaart te zetten. Het doel was om ook voor de eigen bewoners een aantrekkelijker en autoluw plein te vormen met ruimte voor terrassen en evenementen. Het plein werd bedacht van gevel tot gevel. Deze interventies zijn tegelijk een gelegenheid om de verkeersleefbaarheid te verhogen, de veiligheid te verbeteren. De herinrichting van de markt kadert in een herziening van het parkeerbeleid en de verkeerscirculatie in het centrum van de stad. Centraal in het ontwerp staat het realiseren van een groot multifunctioneel marktplein waarbij de belevingsruimte centraal staat. Hiervoor is het doseren en herschikken van de verschillende functies op het plein cruciaal. Zo wordt de huidige rijbaan, die nu het plein dwarst en fragmenteert, verlegd. Ook wordt het aantal parkeerplaatsen op het plein afgebouwd en herverdeeld over de omgeving. Parkeren wordt geclusterd in een beperkt aantal vakken. Een doordacht beplantingsplan creëert een aangename belevingsruimte en garandeert tegelijk voldoende ruimte voor het organiseren van evenementen. Het coördineren van het archeologisch onderzoek, de rioleringsstudie en afkoppeling op privaat domein vervolledigen deze studieopdracht.
HERAANLEG VAN DE DORPSKERN (Vermelding in het praktijkboek openbare ruimte 2010)
SINT-KWINTENS-LENNIK 2006 - 2008
Sint-Kwintens-Lennik, van oudsher een belangrijk handelscentrum in het Pajottenland, bezit een ruim marktplein en een markant gemeentehuis.Aanliggend aan de Markt zorgde de zeer drukke gewestweg N282 voor een sterke barrièrewerking en een geringe verkeersleefbaarheid. De congestie leidde ook tot sluipverkeer in de omliggende woonstraten en het marktplein zelf. Grontmij nam de uitdaging aan om te zorgen voor een aangenaam en een ruimer verblijfsgebied in het centrum van de gemeente, met veilige en leefbare dorpsstraten.
Op de Markt is gekozen voor een open plein, aangelegd met mozaïekkasseien in waaierverband. Een oude grote linde en het Brabants trekpaard werden behouden. Boordstenen in blauw hardsteen bakenen de ruimte af. De parkeerplaatsen zijn in een ander legverband uitgevoerd en worden slechts afgeboord met koperen nagels. Zo blijft het gebruik van het marktplein flexibel en kan hier de wekelijkse markt plaatsvinden. Het plein biedt veel kansen tot ontmoetingen. De uitwerking van gevel tot gevel bedt op een discrete wijze de routes voor het gemotoriseerde verkeer in. Aan de kant van het gemeentehuis en de groene kerkomgeving is er een ruim verblijfsgebied. Een rij van zeven fonteinen omringd door arduinblokken zorgt voor een rustgevend en speels element. De structuur van de zeven fonteinen en zitblokken is goed doorwaadbaar voor voetgangers, maar verhindert dat auto’s dwars over het marktplein rijden.
HERINRICHTING MARKTPLEIN SINT-LIEVENS-HOUTEM 2006 -
Grontmij en Chistian Kieckens werken aan een gebiedsgerichte strategie voor de herwaardering van de dorpskern van Sint-Lievens-Houtem. Het dorp Sint-Lievens-Houtem is ontstaan op een smalle langwerpige kouter tussen de Molenbeek – Kottembeek en de Kousmakersbeek. Deze situatie heeft het dorp een uniek groots marktplein bezorgd. Het oost-west georiënteerde plein is 359m lang en tot 80m breed. Rond dit Marktplein is de centrumbebouwing gelegen. Verder heeft het straatdorp zich ontwikkeld langs de radiale toegangswegen en de verbindingsweg van Wetteren naar Herzele, de huidge N462, die de westelijke rand van het dorpsplein raakt. De versterking en vernieuwing van de dorpskern is gericht op een aantal cruciale bouwstenen: •
het verdichten van de kern door een compacte ontwikkeling van de bebouwing;
•
het herwaarderen van het bouwkundig erfgoed en de woonfunctie op het Martktplein;
•
de herinrichting van het Marktplein;
•
het vastleggen van het gebouwengabariet;
•
maatregelen om de verkeersveiligheid en de verkeersleefbaarheid in de voornaamste straten en een aangepaste verkeerscirculatie;
•
herwaardering van de beekvalleien.
De bereikbaarheid van het centrumgebied vanuit de verschillende wijken en de omliggende open ruimte is een van de uitgangspunten van de fiets- en wandelpadenstructuur. Het netwerk wordt opgebouwd vanuit de bestaande wegels en paden en aangevuld met enkele nieuwe verbindingen. Hierdoor wordt de bereikbaarheid verzekerd naar de nieuwe woningbouwprojecten.
HERINRICHTING STATIONSSTRAAT SINT-NIKLAAS 2010 - heden
De Stationsstraat vormt de centrale as in Sint-Niklaas tussen de Grote Markt en het Stationsplein. De straat staat al decennialang symbool voor het winkelhart van de Wase hoofdstad, maar staat het laatste decennium commercieel wat onder druk. Het stadsbestuur plant daarom een ingrijpende renovatie van de straat, waarbij de groenaanleg een belangrijke rol speelt. De herinrichting van de Stationsstraat is met andere woorden het sluitstuk van de uitbouw van een compact kernwinkelgebied dat zich onderscheidt door kwaliteit, specialisme, en een complementariteit met het Waasland Shopping Center. Het project wil de Stationsstraat omvormen tot een aantrekkelijke en bloeiende winkelstraat, waar het aangenaam winkelen en wandelen is, het hele jaar rond. Een winkelstraat voor alle seizoenen. Aandacht gaat uit naar het aantrekken van bijkomende kwaliteitsvolle winkels, het versterken van de winkelsfeer, het bestrijden van leegstand door renovatiepremies, de bereikbaarheid en de promotie.
De visie gaat uit van de Stationsstraat als drager en ruggengraat van het winkelgebied. De straat wordt ontworpen als groene stedelijke winkelpromenade. Het straatprofiel wordt volledig hertekend voor een maximale verblijfskwaliteit. De Stationsstraat krijgt een quasi symmetrische gelijkgrondse pleinaanleg. Van gevel tot gevel wordt een uniforme verharding in natuursteen aangebracht. De klemtoon ligt op het gebruik, comfort en een krachtige beeldbeleving door de gebruiker. Een quasi centrale functionele strook omvat diverse groenvoorzieningen, parkeer- en laad- en loszones, bestaande en nieuwe terrassen, waterpartijen, straatmeubilair… en vormt de rode draad binnen deze herinrichting. Gemotoriseerd verkeer is mogelijk, maar wordt op een veilige en subtiele wijze als éénrichtingsverkeer over de esplanade afgewikkeld. Het ontwerp maakt het mogelijk dat de Stationsstraat tijdelijk of op termijn permanent autoluw wordt. Fietsers kunnen comfortabel in beide richtingen rijden: in de rijrichting als gemengd verkeer, tegen de rijrichting in op een leesbare gemarkeerde fietssuggestiestrook. De fietssuggestiestrook wordt gekoppeld aan de brede wandelzone. Naast deze bovengrondse aanleg wordt eveneens de riolering vernieuwd. Er wordt een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd onder de westelijke straathelft van de Stationsstraat. Afvalwater en hemelwater worden daardoor gescheiden afgevoerd, met het oog op een betere waterzuivering. Elke woning wordt individueel afgekoppeld op deze beide leidingen.
In het kader van de herwaardering en de versterking van de binnenstad van Tielt wordt een herontwikkeling voorgesteld van het binnengebied tussen de Kortrijkstraat – Ontvangerstraat – Ieperstraat en Patersdreef. Grontmij ontwierp een masterplan dat uitgaat van een visie om dit binnengebied beter te laten aansluiten bij het stadscentrum, om zo het geheel van de binnenstad te versterken. Ontwerpend onderzoek ging na op welke wijze, binnen het projectgebied, woongelegenheden, handelsvoorzieningen en horeca gerealiseerd kunnen worden. Hierbij werd gezocht naar een combinatie met parkeervoorzieningen en een integratie van een dienstencentrum. Zowel nieuwbouwpotenties als herwaardering van bestaande gebouwen komen aan bod. Omwille van de unieke bijdrage aan het stadsbeeld komen de collegegebouwen in de Kortrijkstraat in aanmerking voor hergebruik. Het programma voor de realisatie omvat een 100-tal woongelegenheden, 4500 à 5000 m² commerciële oppervlakte. Bij het herinvullen van de collegegebouwen wordt een combinatie nagestreefd van wonen (bijvoorbeeld een seniorie) met een handelsgelijkvloers en eventueel aangevuld met diensten. Het dienstencentrum Beukenhove zelf heeft een behoefte aan ongeveer 1500 m². In het project worden voldoende parkeervoorzieningen geïntegreerd in functie van het projectprogramma. Het parkeerprogramma dient eveneens publieke parkeerplaatsen te compenseren die in aanpalende straten en pleinen gereduceerd worden in het kader van de heraanleg van het publiek domein.
MASTERPLAN VOOR COLLEGESITE TIELT 2007
HERWAARDERING DORPSKERN WESTVLETEREN 2004 - 2007
De heraanleg van de doortocht van de N321 in Westvleteren vormde de aanzet tot een strategisch project voor de vernieuwing van het dorp. De bestaande weg gaf aan het dorp slechts een schraal beeld. De weg en kruispunten waren op veel plaatsen overgedimensioneerd waardoor het verblijfsgebied zeer sterk was ingeperkt. Het belang van deze weg als ‘dorpsruimte’ is niet te onderschatten. Westvleteren is immers in hoofdzaak een straatdorp waar woningen en functies langsheen de weg zijn uitgespreid. De kerkingang staat haast pal op de verkeersweg. Westvleteren is heringericht vanuit het idee van een ‘parkdorp’. Om de beleving en uitstraling van het dorp te vergroten, werd niet enkel het publieke domein opgewaardeerd, maar ook de overgangen en contactpunten met het landschap werden aangepakt. Zo werd de beleving van de waterstructuur versterkt: elke toegangsweg naar het dorp kruist namelijk een beekvallei. Centraal in de herinrichting stond het kerkplein. Hier werd gekozen voor een volledige heraanleg van gevel tot gevel in een kleinschalig bestratingsmateriaal. Rond de kerk werd een erfachtige aanleg met een hoge sokkel afgeboord met een brede boordsteen. Een dergelijke uitvoering verhoogt niet alleen de verblijfskwaliteit maar het maakt ook het (wild)parkeren beheersbaar. Op het plein is verder een zone voorzien voor dwarsparkeren, afgebakend met klinknagels, en wat verder op een zone voor langparkeerders. Voor de kern werden verder een verlichtingsconcept en groenconcept uitgewerkt.
HERINRICHTING DORP MACHELEN AAN DE LEIE (winnaar prijs Publieke Ruimte 2009) ZULTE 2007 - 2009 Machelen is ontstaan aan de oevers van de Leie. De ligging aan de Leiearm is nog altijd heel bijzonder, je kunt er picknicken, hengelen of wandelen. Achter het plein ligt Raveels ‘Muur van Verbeelding’ en wat verder het Roger Raveelmuseum. Voor de herinrichting van het dorpsplein en de centrumstraten zocht Grontmij naar een subtiel evenwicht tussen het behoud van het typische karakter en de leefbaarheid van het dorp, en de toeristische behoeften: bereikbaarheid en parkeergelegenheid. De centrale publieke ruimten zijn vormende bestanddelen voor de ruimtelijke samenhang, de belevingswaarde en de sociale cohesie. Een aangepaste materiaalkeuze en het herprofileren van de openbare ruimte, aansluitend bij het lagesnelheidsprofiel, versterken het verblijfskarakter van het dorp. De materialisatie in een uniforme verharding – natuursteen van gevel tot gevel – zorgt voor een eenduidig leesbaar centrumgebied. Het openbaar domein is als een gedeelde ruimte opgevat. Hier is gekozen voor eenzelfde uniforme verharding in natuursteen. De autovrije ruimte geeft mogelijkheden voor ontmoeten en ontdekken. Er is plaats voor een terrasje en enkele speelse elementen, zoals een fontein.
“Het ontwerp is niet modisch. Het wil goede publieke ruimte maken: een degelijke bestrating, mensen tot aan het water brengen en een zitplaats aan de waterkant maken” (Christian Rapp - in nominatie voor de Belgische Prijs Openbare Ruimte)
^ Waar nodig wordt in enkele smalle straten, d.m.v. een boordsteen, de ruimte voor het plaatselijk wegverkeer aangegeven. Een centrale goot vangt er het water op. Dit lineaire element is ook toegepast op het Dorpsplein, het hart van het sociaal leven.
< Het Leieplein was tot voor kort een povere asfaltvlakte. Door de reorganisatie van de parkeerplaatsen ontstond ruimte voor een kwaliteitsvolle en representatieve heraanleg van het plein. Het legt nu opnieuw contact met de Leiearm. Deze continuïteit krijgt vorm door middel van een terrasvormige afzink van het plein naar het watervlak. Deze nieuwe oever is evenwichtig ingebracht naast de groene oevers in het dorp. Op die manier versterkt het groene kader de belevingswaarde van dit herstelde, authentieke plein.
CONTACT MAATSCHAPPELIJKE ZETEL
Groot-Bijgaarden
Louvain-la-Neuve
Gossetlaan 28-28A
Avenue Athéna 6
Brussel
1702 Groot-Bijgaarden
1348 Louvain-la-Neuve
Kunstlaan 3/4/5
T +32 2 383 06 40
T +32 10 24 19 03
B-1210 Brussel
F +32 2 380 36 08
F +32 10 24 20 70
T +32 2 209 07 76
[email protected]
[email protected]
Hasselt
Mechelen
Herckenrodesingel 101
Stationsstraat 51
3500 Hasselt
2800 Mechelen
T +32 11 26 08 70
T +32 15 45 13 00
F +32 11 26 08 80
F +32 15 45 13 10
LOCATIES
[email protected]
[email protected]
Antwerpen
Herentals
Zelzate
Nieuwe Weg 1
Herenthoutseweg 236 M
Michel Gillemanstraat 5
2070 Zwijndrecht
2200 Herentals
9060 Zelzate
T +32 3 560 11 90
T +32 14 28 27 20
T +32 9 345 70 67
F +32 3 560 11 99
F +32 14 28 27 29
F +32 9 345 53 67
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Brugge
Kapellen
Oostendse Steenweg 146
Starrenhoflaan 44-19
8000 Brugge
2950 Kapellen
T +32 50 45 79 80
T +32 3 664 21 71
F +32 50 45 79 90
F +32 3 664 00 39
[email protected]
[email protected]
Gent
Leuven
Meersstraat 138A
Diestsesteenweg 52, bus 0101
9000 Gent
3010 Kessel-Lo
T +32 9 241 59 20
T +32 16 89 34 40
F +32 9 241 59 30
F +32 16 89 57 83
[email protected]
[email protected]
F +32 2 209 07 71
[email protected]
www.grontmij.be april 2012