Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
Atelier Mooi Drenthe LOLA landscape architects
0. Inleiding >p6
1. Stads- en dorpsranden in Drenthe
2. Stadsrandprogramma
Welke stedelijke functies Wat de benadering van de onlosmakelijk zijn verbonden met de rand en rand kan betekenen voor de ruimtelijke ordening van waarom. >p24 Drenthe. >p8
3. Dorpsranden in beeld Dorpen zijn onlosmakelijk verbonden met het landschap, maar sommige randen vertonen stedelijke trekken. >p36
In deze publicatie
4. Stadsranden in beeld Gegroeid dankzij de ontwikkeling van infrastructuur. >p54
5. Stads- en dorpsranden vergeleken Hoe de glijdende schaal van dorpsheid tot stedelijkheid zich manifesteert in de stadsrand. >p68
6. Zes agendapunten Hoe de ruimtelijke kwaliteit effectief verbeterd kan worden - ook zonder grootschalige uitbreidingen. >p96
DNA-kaart van Atelier Mooi Drenthe, met daarop de 12 geselecteerde kernen
6
Inleiding
Inleiding
Atelier mooi Drenthe is een onafhankelijke werkplaats waar overheden en maatschappelijke organisaties in Drenthe samen werken aan ruimtelijke kwaliteit. Het atelier wil de kwaliteit van het landschap voor de toekomst behouden en verder versterken. Eén van de thema’s van het atelier is ‘Stads- en dorpranden’. Deze studie valt binnen dit thema en is het vervolg op het Werkboek Bedrijventerreinen (juli 2010) en een studie naar de transformatie van stads- en dorpssilhouetten in Drenthe. Ook is een beeldenboek samengesteld van de huidige silhouetten en randzones. Deze publicatie is meer dan een studie naar de stand van zaken, en vormt ook een opmaat naar concrete acties om de ruimtelijke kwaliteit van de stads- en dorpsranden in Drenthe te verbeteren. Alle 12 gemeenten in Drenthe zijn vertegenwoordigd in dit onderzoek, waardoor er 5 steden (Assen, Meppel, Hoogeveen, Coevorden en Emmen) en 7 dorpen (Beilen, Koekange, Roden, Rolde, Vledder, Valthermond en Vries) op hun randen worden onderzocht. Basis van het onderzoek wordt gevormd door een brede inventarisatie van de eigenschappen van de 5 stadsranden en 7 dorpsranden. Via een analyse van ‘stadsrandprogramma’ (hoofdstuk 2), een beeldanalyse per kern (hoofdstuk 3 en 4) en een vergelijkende analyse (hoofdstuk 5) wordt in hoofdstuk 6 een zestal agendapunten gepresenteerd voor de stads- en dorpsranden. De agendapunten vormen gezamenlijk een zo concreet mogelijk antwoord op de vraag hoe in Drenthe de ruimtelijke kwaliteit van de stads- en dorpsranden kan worden vergroot, zodat dit bijdraagt aan een betere leefomgeving en een meer aantrekkelijk recreatief landschap.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
7
8
hoofdstuk
1 Stads-
en dorpsranden in Drenthe
‘Stadsranden’ zijn een hot topic in de ruimtelijke ordening, dat misschien in het landelijke Drenthe weinig urgent lijkt. Maar voor de Drentse stad-land overgangen liggen er grote kansen voor een beter landschap.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
9
Bestorming van de stadsrand van Coevorden in 1672 Stadsrand van Houston
10
Klassieke afbeelding van de arcadische stadsrand
Stads- en dorpsranden in Drenthe
Stadsranden De stadsrand heeft altijd een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitgeoefend op de stedeling. Toen in het oude Griekenland de eerste metropolen ontstonden, ontvluchtte de culturele elite de stad. In de stadsrand vonden ze de rust en de ruimte die in de stad inmiddels ver was te zoeken. Dichters als Theocritus idealiseerden dit landschap en schreven lyrisch over het domein van de herder, waar het leven eerlijk is, de natuur weldadig en de liefde echt. Het geïdealiseerde beeld van het landschap buiten de stad leeft voort tot op de dag van vandaag en heeft in de geschiedenis een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van landschapsarchitectuur en stedenbouw. Door de ontwikkeling van snelwegen is de stadsrand naast het domein van de herder ook het domein van de automobilist geworden. In korte tijd verschoof de economische dynamiek van het stadscentrum naar de periferie, waardoor steden binnenstebuiten werden gekeerd. In de edge cities die ontstonden kwamen voor de autobezitter voldoende werkgelegenheid, nieuwe veilige woonwijken en het ommeland binnen handbereik. De doughnut city werd het schrikbeeld: in een stad als Houston was de stadsrandvorming zo sterk, dat het stadscentrum verkruimelde tot een no go area. Veel naoorlogse stadsplanologie is gericht op het beteugelen en begeleiden van de stedelijke groei aan de rand van de stad. Nu de stedelijke groei afneemt, komt de stadsrand weer in een nieuw daglicht te staan. Met de recreatieve kwaliteit en bereikbaarheid van het omringende landschap kunnen steden zich onderscheiden als woonplaats. De stadsrand is de onmisbare schakel tussen stad en land. Maar hoe ziet deze stadsrand er vandaag de dag uit? Er is geen eenduidige, algemeen aanvaarde definitie van de stadsrand. In dit onderzoek ligt de basis bij de fysieke overgang van bebouwde naar de onbebouwde omgeving, die waar mogelijk wordt uitgebreid tot een stadsrandzone: het gebied waar stad en
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
11
Bevolkingsdichtheid in Nederland per provincie Bevolkingsdichtheid (inwoners/km2) in Nederland per provincie (inwoners/km2) Bevolkingsdichtheid per provincie (inwoners/km2)
Landgebruik per provincie Landgebruik per provincie (inwoners/km2) (inwoners/km2) Verdeling landgebruik van dichtst (Zuid-Holland) en dunst (Drenthe) bevolkte provincie van Nederland
246 246 192 192 183 183 976 976
1.227 1.227
213 213
261 261
851 851
335 335
397 397
491 491 526 526
Woonterrein Woonterrein Bedrijventerrein Bedrijventerrein Semi-bebouwd terrein Semi-bebouwd terrein Verkeerterrein Verkeerterrein Recreatieterrein Recreatieterrein Water Water Bos en open natuurlijk terrein Bos en open natuurlijk terrein Agrarisch terrein Agrarisch terrein
Prognose inwoneraantal per gemeente, 2010 - 2040
Emmen
Assen
Hoogeveen
Meppel Coevorden Midden-Drenthe Noordenveld Tynaarlo Aa en Hunze Borger-Odoorn De Wolden Westerveld
12
Stads- en dorpsranden in Drenthe
Bevolkingsdichtheid per buurt (inwoners per hactare)
200
13000
26000
land elkaar direct ruimtelijk beïnvloeden. Deze stadsrandzones zijn een combinatie van stad, rand en land; dit sluit dicht aan bij de definitie die Han Wezenaar geeft in Buiten Westen: planologie op avontuur aan de stadsrand (1994), en later verbeterd toegepast is in de Stadsrandenatlas (2011). Vanuit de rand gezien verschillen de dorpen en de steden op veel punten van elkaar. De dorpen zijn vaak te klein om een randzone te onderscheiden van de rest van het dorp. Hierbij gaat het dus veel meer om de fysieke rand en het silhouet dat zich aftekent aan de horizon wanneer men het dorp benadert. Ook zijn dorpen veel beter leesbaar vanuit hun premoderne cultuurgeschiedenis: het verschil tussen bijvoorbeeld lintdorp Valthermond en esdorp Rolde is groot en te verklaren vanuit de ondergrond. Drentse dichtheid Drenthe is de dunst bevolkte provincie van Nederland. Lange tijd kende Drenthe maar twee steden, Meppel en Coevorden, die vanuit West-Nederland de toegang vormden tot een provincie die voor het overgrote deel uit woeste gronden en moerassen bestond. Verstedelijking is in Drenthe pas laat op gang gekomen: na de oorlog bestond Hoogeveen nog maar uit een aantal straten en was
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
13
Hoogtes
Hoog
Laag
14
Stads- en dorpsranden in Drenthe
de bebouwing van Coevorden nog grotendeels binnen de oude stadswallen gesitueerd. Ten opzichte van de dichtstbevolkte provincie van Nederland heeft de provincie Drenthe relatief veel agrarisch gebied, maar ook het aandeel bos- en natuurgebied is opvallend veel hoger. Ruimtelijke spreiding Wat opvalt als de provincie Drenthe als geheel bekeken wordt, is dat de spreiding van dorpen en steden over de provincie vrij egaal is. De steden zijn van vergelijkbare grootte en liggen op regelmatige afstand van elkaar. Hetzelfde geldt voor de dorpen. Er is niet één grote centraal gelegen stad, er is geen verstedelijkte agglomeratie, en er is geen bijzonder luw gedeelte van de provincie. Op de schaal tussen grootstedelijk en superlandelijk bevinden de dorpen en steden zich ergens links van het midden. Maar echt stads, of extreem dunbevolkt is het nergens. Groei en krimp Na een lange periode van stedelijke groei zijn de steden en dorpen van Drenthe in een rustiger vaarwater gekomen. Dit is geen tijdelijk crisisverschijnsel: ook de bevolkingsprognoses van het CBS laten tot 2050 geen tot weinig groei zien. Op de steden Meppel en Assen na blijven in alle kernen het inwoneraantal gelijk of het daalt zelfs: voor de kleine kernen wordt een lichte krimp voorspeld. Hierdoor komen de stads- en dorpsranden in een ander daglicht te staan: de huidige overgang van stad naar land zal voor een groot deel over 40 jaar nog steeds op dezelfde plek liggen. Dat betekent dat het interessant wordt om te investeren in de ruimtelijke ordening van de stadsrand, kwaliteiten en kansen te benutten en knelpunten op te lossen.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
15
Geomorfologie
Stuwwal Rivier gerelateerde bodem Zand Grondmorene Water Verstoord terrein Veen
16
Stads- en dorpsranden in Drenthe
Bijzondere ondergrond Het Drentse landschap bestaat uit een rijke afwisseling van stuwwallen, heideontginningen, beekdalen en veenontginningen. De spreiding van de dorpen en steden valt deels te verklaren vanuit de ondergrond. Bodemprofiel en de bodemeigenschappen maken de logica achter de afwisseling duidelijk. Centraal in Drenthe, tussen de steden in, ligt het Drents plateau: een driehoek van zandgronden en een stuwwal, beter bekend als de Hondsrug. Aan de randen liggen de steden Assen, Emmen, Coevorden en Hoogeveen. Het plateau is opgebouwd uit keileem, dat is afgezet in de voorlaatste ijstijd. Hierboven ligt op veel plaatsen een laag dekzand uit de laatste ijstijd en lokaal veen. Er zijn weinig grote hoogteverschillen; het gehele plateau ligt voornamelijk tussen de 10 en 20 meter boven NAP. Het reliëf is vooral gevormd door het landijs in de voorlaatste ijstijd. Op veel plekken liet het ijs langwerpige rechte ruggen in het landschap achter; het duidelijkste voorbeeld hiervan is de Hondsrug in het noordoosten van Drenthe. Op sommige plekken stuwde het ijs de ondergrond op tot kleine stuwwallen, een voorbeeld hiervan is de Havelterberg. Na de voorlaatste ijstijd werd dit landschap aangetast door beekjes en riviertjes, die grotendeels het patroon van de door het ijs gevormde ruggen volgden. Toen ook de mens zijn intrede in het landschap deed, werd het reliëf beïnvloed door opgehoogde bouwlanden en oude stuifduinen. Aan de randen van het Drents Plateau liggen veenontginningen in het oosten en westen, en kleigronden in het noorden. De ondergrond een nauwe relatie met het type grondgebruik, de beslotenheid van het landschap en de vorm van de dorpen. In de steden is er een gebouwde identiteit ontstaan die niet meer alleen vanuit de ondergrond valt te verklaren. In de overgang van stad naar land ontstaat er dan dus ook een overgang van twee identiteiten: die van de stad en die van het landschap. In dit onderzoek wordt juist deze overgang als een gebied op zich benaderd.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
17
Grootschalige infrastructuur
Waterweg >12m Spoorweg Hoofdweg N-weg A-weg
18
Stads- en dorpsranden in Drenthe
Waardering van het fietsnetwerk
Mooi Neutraal Schilderachtig Onbekend Lelijk / saai
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
19
Recreatieve structuur
monumenten
recreatiewoningen complex
transferium
recreatieterreinen
fietsknooppuntenroute
zwemplassen
lange afstandsroutes
landgoederen
waterroutes
natuurgebieden
groepsaccomodatie
nationaal park Dwingelderveld
hotels + logies
landgoed
kamperen
20
Stads- en dorpsranden in Drenthe
Beschermde gebieden De grote hoeveelheid bos en natuurgebied is ook terug te zien in het aantal beschermde gebieden. Er zijn Natura 2000 gebieden en ook de EHS is ruim vertegenwoordigd. (Grootgrond) bezitters zijn: Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Maar ook de gemeenten en provincie bezitten zelf grond. Netwerk De egale spreiding van de steden en dorpen wordt ook duidelijk in het netwerk, zowel het transportnetwerk (auto-, spoor-, en waterwegen) als het recreatieve netwerk (routes en fietsknooppuntennetwerk. Wat het transportnetwerk betreft: duidelijk naar voren komt de driehoek Emmen, Assen, Meppel: steden die met elkaar verbonden zijn met een bundeling van water-, spoor en snelwegen. Drents Arcadië In het eind van de 19e eeuw werd het natuurlijke Drenthe populair bij mensen uit streken waar de verstedelijking veel harder ging. Schilders als Van Gogh en Mesdag hebben een tijd in Drenthe gewoond, op zoek naar rust en inspiratie in het landschap en het landleven. Net als in het oude Griekenland werd het landschap geïdealiseerd en in feite functioneerde de hele provincie als stedelijk uitloopgebied van het veel dichter bevolkte westen van Nederland. De armoede van het interbellum trof de agrarische gemeenschappen van Drenthe hard en maakte een einde aan dit rooskleurige beeld van de ongereptheid. Maar inmiddels is Drenthe weer ongekend succesvol als recreatielandschap.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
21
Groei in werkegelegenheid in Drenthe: Recreatie en Toerisme tegenover de totale werkgelegendheid
Marketingbeelden van Provincie Drenthe 22
Stads- en dorpsranden in Drenthe
BESTE INCIE FIETSPROV LAND VAN NEDER 2011
Groeiende recreatie Omdat Drenthe relatief dunbevolkt, bosrijk en goed ontsloten is, zijn de mogelijkheden voor landschappelijke recreatie groot. Veel recreatieve ondernemers profiteren hiervan. Het gebied is in trek bij recreanten en vakantiegangers en dat vertaalt zich in werkgelegenheid. Vooral sinds 2006 is een aanzienlijke groei te zien, die veel groter is dat de groei van recreatie in omringende provincies en de totale groei van de werkgelegenheid in Drenthe. De recreatie heeft zich vooral ontwikkeld op de as tussen Assen en Emmen, over de Hondsrug. Hier lopen de grootste routes en liggen de campings en vakantieparken. Dat is vanzelfsprekend te verklaren vanuit de ondergrond: de Hondsrug is een aantrekkelijk natuurlijk en bosrijk gebied. Fietsprovincie van Nederland Het net van de fietsknooppunten is even fijnmazig als regelmatig. Het netwerk geeft toegang tot ieder landschap in Drenthe. Maar er is meer: door de oogharen bekeken is de ondergrond klaarblijkelijk belangrijk voor de waardering van het landschap. De waardering van het fietsroutenetwerk is bijvoorbeeld duidelijk lager in de veenontginningen ten oosten van de Hondsrug en de Hondsrug zelf krijgt juist een hoge waardering. Ondanks lokale verschillen is Drenthe in 2011 uitgeroepen tot fietsprovincie van het jaar, als uitkomst van een breed gehouden enquête van het Netherlands Board of Tourism & Conventions. Fietsers gaven aan dat het landschap en de rust de doorslaggevende redenen zijn voor de waardering van Drenthe. De steden en dorpen die aan of in deze landschappen liggen zijn afhankelijk van de ondergrond en het landschap in hun ruimtelijke kwaliteiten en mogelijkheden.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
23
2 Stadsrandprogramma Er zijn veel stedelijke functies die bewust in de stads- of dorpsrand worden gepland. De reden van deze situering is divers. Achttien van deze functies worden in dit hoofdstuk uitgelicht.
24
hoofdstuk
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
25
26
Stadsrandprogramma
Achttien stadsrandfuncties worden nader beschreven: zo is het mogelijk ‘stadsrandvorming’ ook bij kleinere steden en dorpen te herkennen. Deze achttien stadsrandprogramma’s zijn te vinden in stads- en dorpsranden in Drenthe. Het stadsrandprogramma valt onder te verdelen in drie systemen: dat van wonen, werken en recreëren. Een volwaardige woonomgeving voorziet niet alleen in de woonbehoefte, maar geeft ook plaats om te sporten of de hond uit te laten. Om het woonsysteem goed te laten werken zijn functies nodig zoals transformatorstations en rioolwaterzuiveringsinstallaties. Monofunctionele werkgebieden zijn meestal tussen de woonkern en de grote infrastructuur te vinden. Recreatie en toerisme vindt in principe in het gehele landschap plaats, maar sommige functies zoals bungalowparken kunnen in de in de dorpsrand profiteren van de nabijheid van zowel stad als landschap. In hoofdstuk 5 ´Stads- en dorpsranden vergeleken´ zijn deze drie systemen in kaart gebracht voor de 12 kernen.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
27
Golfbaan (Assen) Golfbanen nemen erg veel ruimte in beslag. De golfers komen vaak uit een grotere regio. Toch zijn golfbanen meestal niet in the middle of nowhere gesitueerd, maar liggen ze in de stadsrand. Sommige golfclubs zijn openbaar, maar de meeste golfbanen vormen grote ontoegankelijke gebieden aan de rand van de stad.
Vliegveld (Hoogeveen) Veel vliegvelden zijn in de stadsrand te vinden. Vliegvelden trekken bedrijvigheid aan: de stad beweegt zich richting vliegvelden. Tegelijkertijd is de beschikbaarheid van veel grond en de nabijheid van een openbaar vervoersysteem een reden om in de dorps- of stadsrand te zitten. Overlast van vliegtuigen, neerstortingsgevaar vormen natuurlijk beperkende factoren. Dit is de reden dat rondom het vliegveld in Hoogeveen alleen bedrijven gesitueerd zijn.
Bedrijventerrein (Roden) De grond op een bedrijventerrein is relatief goedkoop, er is ruimte en een goedkoop bouwsysteem valt er niet uit de toon. Daarnaast zijn bedrijventerreinen meestal goed ontsloten; tussen snelweg en stad of dorp in. Een bedrijventerrein is hierdoor voor veel bedrijven een economisch aantrekkelijke optie. De overlast die sommige bedrijven veroorzaken worden zo uit het dorp geweerd.
28
Stadsrandprogramma
Sportterrein (Koekange) Sportterreinen nemen veel plek in beslag en leveren weinig geld op. Daarom zijn ze vaak aan de rand van de stad te vinden, ook al zouden ze best in de stad kunnen liggen. In Valthermond is bijvoorbeeld te zien hoe sportvelden in het dorp zelf liggen. Als een dorp of stad verdicht, zijn de sportvelden de eerste die naar de rand verplaatsen.
Volkstuinencomplex (Roden) Samen met sportvelden zijn volkstuinen een recreatieve functie die door het grote ruimtegebruik en de geringe economische waarde vaak in de periferie terechtkomen. Afhankelijk van de vereniging kan een volkstuinencomplex zich openstellen naar publiek of juist aflsuiten van het publieke domein.
Ziekenhuis (Meppel) Zonder uitzondering liggen de ziekenhuizen in Drenthe in de stadsrand. Bereikbaarheid is voor ziekenhuizen cruciaal, ze vragen vaak om zeer grote oppervlakten en een rustige omgeving heeft een positieve uitwerking op patiënten.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
29
Begraafplaats (Rolde) Begraafplaatsen zijn rustoorden die buiten de steden en dorpen worden gepland. In de Oudheid werden begraafplaatsen als steden op zich beschouwd; vanaf de Middeleeuwen werd het gebruikelijk om de doden in de stadsrand, buiten de stadsmuren te begraven. Door de groei van dorpen en steden zijn in de loop van tijd ook veel begraafplaatsen in de stedelijke omgeving komen te liggen. Toch liggen in Drenthe veel van de begraafplaatsen aan de rand van het dorp, zoals bij Rolde.
Waterwonen (Emmen) Zand- of grindwinningplassen zijn overal in het landschap te vinden. Nadat het laatste zand eruit is getrokken worden ze vaak getransformeerd in natuur- of recreatieplassen. In de stadsrand komt hier vaak een woonfunctie bij, zoals in het zuiden van Emmen of in het oosten van Coevorden. De landschappelijke of recreatieve kwaliteit worden aangewend om bijzondere woningen te maken. Net als waterplassen hebben ook bosomgevingen een bijzondere uitwerking op steden en dorpen. Een woning in de bosrand is voor iedereen bijzonder, en dus zijn er langs bosranden vaak ruime bungalows, statige villa’s of dure appartementengebouwen te vinden.
Bungalowpark (Vledder) Bungalowparken zitten vaak aan de rand van dorpen, zodat winkels in de buurt zijn en het landschap ook. Voorwaarde is wel een aantrekkelijk landschap. De bossen van Vledder bieden dat aantrekkelijke landschap.
30
Stadsrandprogramma
Buurtpark (Valthermond) Door de bouw van monofunctionele woonwijken met krappe tuinen ontstaat er een behoefte aan buurtparken. Het kleinste voorbeeld daarvan is te vinden in Valthermond. De angst voor hangjongeren is in elke gemeente aanwezig; de skateramp in het buurtpark van Valthermond ligt dan ook prima aan de rand van het dorp. Daarnaast kunnen parken die aan de rand van kern liggen vaak meeprofiteren van het landschap als het gaat om het uitzicht of het recreatieve netwerk.
IJsbaan (Rolde) Openlucht-ijsbanen zijn een mooie tussenvorm tussen agrarisch en dorps gebruik: een iets verlaagd weiland levert hooi, en kan in de winter onderlopen en worden gebruikt als veilige ijsbaan die na twee nachten vriezen gebruikt kan worden.
Milieustation (Emmen) Een milieustation wil men liever niet in de dorpskern hebben liggen. Het lokt veel verkeersbewegingen uit, het stinkt soms en het is lelijk. Daarom zijn milieustations vaak op bedrijventerreinen te vinden.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
31
RWZI (Beilen) De zuivering van stedelijk rioolwater vindt altijd plaats op een plek tussen het stedelijke rioolsysteem en een landelijke waterstructuur waarop het gezuiverde water kan worden geloosd. Vaak zijn rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) zuiver utilitaire terreinen, die met ernstige hekwerken worden beveiligd.
Transformatorstation (Beilen) Binnen de bebouwde kom bevindt het elektriciteitsnet zich voornamelijk onder de grond; buiten de bebouwde kom voornamelijk boven de grond. Op de overgang hiervan bevinden zich transformatiestations. Dit zijn weinige attractieve objecten die als een noodzakelijk kwaad in de stadsrand liggen. In Beilen ligt een klassieke utilitaire versie; in het Europark ten zuiden van Coevorden is te zien hoe met aandacht voor de vormgeving de aantrekkelijkheid kan worden vergroot.
Zorgbuurt (Vries) In Vries ligt net buiten de kern een zorgbuurt voor slechtziende en blinde mensen. Deze buurt ligt om praktische redenen niet middenin de stad, maar aan de rand van een dorp. Zo kunnen de bewoners profiteren van de voorzieningen, zonder bloot te staan aan de gevaren van bijvoorbeeld autoverkeer. Ook andere zorgcomplexen, zoals behandelklinieken of psychiatrische inrichtingen, zijn om deze reden vaak in de stads- of dorpsrand te vinden.
32
Stadsrandprogramma
Carpoolparkeerplaats (Beilen) Tussen de snelweg en de stad liggen vaak dichtbij de afslag carpoolparkeerplekken; parkeervelden met een fietsenhok en een bushalte. Deze minitransferia maken het mogelijk voor de stadsbewoner om over te stappen van het ene op het andere vervoersmiddel.
Discotheek (Vries) Zitten in de grote steden discotheken vaak midden in het centrum of juist op de meest rare plekken, de plattelandsdiscotheek is steevast in de dorpsrand te vinden. Dronken jongeren geven veel te veel overlast in de rustige dorpscentra. Daarnaast komen de discogangers vaak van nabijgelegen dorpen, waardoor een goed bereikbare plek aan de rand van het dorp ideaal is.
Tankstation (Valthermond) Het tankstation is een typische functie die aan de grens van de bebouwde kom te vinden is. Net als bij bedrijventerreinen is hier een combinatie belangrijk van maximale bereikbaarheid en minimaal overlast (en explosiegevaar). Eigenaardig is dat alle tankstations van Tinq zijn, dat daarmee een soort huismerk voor de stadsrand is.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
33
De mechanismes die er voor zorgen dat bovenstaand programma in de stads- en dorpsranden terechtkomen, variëren. Met de functie hangt de doelgroep samen en ook de driehoeksrelatie die het aangaat met woonkern en omgeving. In de genoemde voorbeelden zijn vijf mechanismes te ontdekken: uitplaatsing, verbinding, inkapseling, aanhaking en scheiding. 1. Uitplaatsing Sommige functies horen ontegenzeggelijk bij de stad, maar worden aan de rand gepositioneerd omdat de rand een aantal voordelen heeft ten opzicht van de kern. Dit kan verschillende redenen hebben. Rust en verbinding met het landschap kan een reden zijn, zoals bijvoorbeeld bij een begraafplaats. Bereikbaarheid is een belangrijke factor voor bedrijventerreinen, maar ook voor een ziekenhuis. De aanwezigheid van goedkope grond is voor bijna alle functies in de stadsrand een reden, maar met name voor functies die weinig geld opbrengen, zoals sportvelden en volkstuincomplexen. Ook zijn er functies die in de rand terecht komen omdat ze daar minder overlast of risico veroorzaken, zoals een tankstation of een milieustation. 2. Verbinding Op het gebied van infrastructuur volgen stedelijk en landelijk gebied elk een eigen systeem. Op de overgang van deze twee systemen is er een verbinding nodig: deze bevinden zich logischerwijs in de stadsrand. Zo gaan de hoofdaders van het elektriciteitsnet in het agrarisch gebied bovengronds en in stedelijk gebied ondergronds. Op de overgang van een hoogspanningslijn naar het stedelijke net is een transformatorstation te vinden. Het stedelijke rioolwatersysteem en het landelijke watersysteem zijn door middel van een RWZI met elkaar verbonden. Waar snelwegen met het stedelijke verkeersnetwerk verbonden zijn is vaak een carpoolplaats te vinden. Al deze functies liggen logischerwijs in de stadsrand. 3. Inkapseling Veel landschapselementen zoals bosgebieden, waterplassen of landgoederen lagen altijd al in het landschap, maar worden door de groeiende stad ingesloten of omarmd. Vaak krijgt het landschap Uitplaatsing hierdoor een meer stedelijke invulling en ontstaat er een mix tussen stad en land. Een voorbeeld hiervan zijn kleine villawijkjes die in het bos worden geplaatst, rijen woningen en recreatievoorzieningen die in en aan een bestaande plas worden gebouwd.
34
Uitplaatsing
Verbinding
Stadsrandprogramma
4. Aanhaking Bepaald landschappelijk en recreatief programma zou vanuit haar gebruikers gezien overal in het landschap kunnen liggen, maar kan in de stadsrand aanhaken op de stedelijke voorzieningen. De gebruikers komen uit het hele land of de hele regio, en hebben dus in principe weinig relatie met de stads- of dorpsbewoners, maar dit verschilt per geval. Voor een zorgbuurt of een bungalowpark is het belangrijk om in de rust van het landelijk gebied of de natuur gesitueerd te zijn, maar is het handig om de winkelvoorzieningen van een stad of dorp binnen handbereik te hebben.
Aanhaking
5. Scheiding Om verschillende redenen kan er in plaats van een verbinding Scheiding juist een scheiding worden opgeworpen tussen de stad en het landschap. Groene ruimtes zoals buurtparken worden vaak gebruikt als ‘uitloopgebied’ van de stad of als buffer tussen de stad en infrastructuur. Het idee van rondwegen die de stad afronden versterken de scheiding. De mechanismes achter het stadsrandprogramma kunnen ook voor de toekomstige ontwikkeling relevant zijn. Op basis van de vijf mechanismes kunnen relevante vragen worden gesteld, zoals:
Scheiding
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
- Welke andere functies zullen in de toekomst worden uitgeplaatst? - Zijn er inspirerende voorbeelden te vinden van minder utilitair vormgegeven systeemverbindingen zoals carpoolplekken? - Welke landschapstypen kunnen er naast bossen en plassen worden ingelijfd door de stad en welke beelden levert dat op? - Aantakkende functies profiteren van de stad, maar kan de stad ook van deze programma’s profiteren? - Welke functies zijn nog meer denkbaar in de randen? - Hoe kan de anonimiteit in de scheiding van stad en land worden vermeden?
35
36
hoofdstuk
3 Dorpsranden
in beeld
Veel Drentse dorpen zijn groot geworden door klein te blijven: de kleinste dorpen hebben vaak een prachtige ligging in het landschap. Hoe groter het dorp, hoe stedelijker en gevarieerder de rand. Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
37
Roden
Vries
Rolde
Valthermond Beilen Vledder
Koekange
38
Dorpsranden in beeld
De dorpen hebben een sterke binding met de ondergrond. Er is een groot verschil tussen esdorpen op het zand- en beekdalenlandschap en de lintdorpen in de veenontginningen. Rolde, Beilen, Roden, Vries, Vledder zijn esdorpen. De essen, van oorsprong gemeenschappelijke akkers, zijn in veel dorpen onbebouwd gebleven, waardoor het dorp de andere kant op is gegroeid. Hierdoor is ter plekke van de es vaak een historisch raakvlak tussen de bebouwing en het open landschap. Alle esdorpen liggen in de buurt van een beekdal, dat in het ene dorp een andere dorpsrand oplevert dan in het andere dorp. Valthermond en Koekange zijn lintdorpen. Door de lijnvormigheid van de dorpen verlies je bijna nergens het contact met het landschap. Door het meer open landschap en de rechtlijnige vorm van het wegenpatroon is de manier waarop het dorp vanuit het landschap zichtbaar is veel eenduidiger. Roden en Beilen vertonen door hun grootte ook een aantal stedelijke kenmerken in hun rand: met name bedrijventerreinen en grootschalige infrastructuur hebben grote invloed op de beleving van de dorpsrand.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
39
Open beekdal
Zicht op de molen bij binnenkomst
1
2
Één van de vele recreatieve ondernemingen 4
Bos als direct uitloopgebied 40
3 Dorpsranden in beeld
Vledder
2
3 4
1
Vledder (gemeente Westerveld, 1.960 inwoners) is een klein dorp dat recreatief sterk is ontwikkeld. Alle ingrediënten van een esdorp zijn hier in vrijwel ongeschonden vorm aanwezig: historische kern, es, beekdal, brink, bos. In het noorden tekenen vanaf de Vledder Es de oude bakens – de kerk en de molen – zich scherp af tegen de horizon. Terwijl de es en het beekdal van de Vledder Aa relatief leeg en ontoegankelijk zijn gebleven, heeft het bosgebied zich ontwikkeld
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
tot een intensief recreatiegebied, met onder andere camping De bosrand, recreatiecentrum Adelhof en Herberg De Wilde Hof. Tegelijkertijd functioneert het bos als uitloopgebied voor het dorp.
41
Kerk met groentetuinen
1
Transportbedrijf in oude boerderij aan het lint
4
2
Lelijke en aftandse bebouwing in het centrum 42
Recreatieve boerderij direct buiten de dorpskern
3 Dorpsranden in beeld
Koekange
1 4 2
3
De kern van Koekange (Gemeente De Wolden, 2.390 inwoners) wordt gevormd door een multifunctioneel lint, waaraan de bebouwing langzaam verdicht daar het centrum toe. In het noorden vormt de overgang met het spoor, waar vroeger een station was, het begin van de Dorpsstraat en het begin van het centrum. In het lint hebben veel boerderijen hun agrarische functie verloren en zitten een tankstation, transportbedrijf en buurtkroeg op korte afstand van elkaar. Evenwijdig aan het
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
hoofdlint loopt de Koekangerdwarsdijk, waaraan de begraafplaats ligt. De kerk stond hier vroeger ook, maar deze is afgebroken en tussen de twee wegen herbouwd, samen met een grote volkstuin. Tussen de kerk en het lint ligt een buurt met sociale woningbouw, die zo krap is opgezet, dat in de wijk het contact met het landschap volledig is verloren.
43
Kerk en es: monumentale stad-land ontmoeting
1
Agrarische strook tussen de N33 en de zuidrand
3
Ruime onderdoorgang richting Borger 4
Grote Brink 44
2 Dorpsranden in beeld
Rolde
1
2 3
4
Rolde (gemeente Aa en Hunze, 3.955 inwoners) is een woondorp op 6 kilometer afstand van Assen. Ondanks de ligging aan de N33 is er weinig bedrijvigheid. De relatie tussen het dorp en het omringende landschap – onderdeel van Nationaal Landschap de Drentsche Aa - is groot. De historische kern grensde aan twee essen, waarvan de Noorderesch leeg is gebleven en de Zuideresch grotendeels is volgebouwd. De Jacobuskerk is een centraal baken, waarop een groot deel van
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
de radiale verkavelingsstructuur ten zuiden van Rolde is georiënteerd. Ten zuiden van de N33 heeft een bijzondere evolutie van stadsrandprogramma plaatsgevonden: een vuilstortplaats, een jaren ’70-park en een zorgbuurt van Stichting De Trans worden nu getransformeerd tot de 350 woningen tellende natuurwoonwijk Nooitgedacht, met als slogan: ‘Bijzonder thuis in de natuur’.
45
Commerciële functies langs het Zudierdiep
Dorpssilhouet vanaf 49e Laan
1
2
Verkeerskundige inrichting markeert het centrum
Skatevoorziening in nieuw aangelegd buurtpark 46
4
3 Dorpsranden in beeld
Valthermond
3 4 1
2
Valthermond (gemeente BorgerOdoorn, 3.488 inwoners) is een bont lintdorp, dat als een heldere lijn in het veenontginningslandschap ligt. Het dorp lijkt het product te zijn van een merkwaardige combinatie van ongenaakbare ordening en radicale laissez-faire. Vanaf de buitenkant is de het contrast tussen het open land en rijk beboomde lint (in het zuiden continue bomenrijen, in het noorden clusters abelen) monumentaal. Binnen deze randen heeft het dorp veel weg van Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
Wright’s Broadacre City: de afzonderlijke kavels lijken in volledige vrijheid te zijn ingevuld, waardoor arbeiderswoningen, schapenweitjes, sportvelden, villa’s en de afhaalchinees elkaar willekeurig afwisselen, zonder een enkele rooilijn te volgen. Aan de noordrand ontwikkelt zich buiten de geregisseerde randen toch ook randprogramma: een begraafplaats en een buurtparkje met skateramp, waar de lokale jeugd zonder overlast te veroorzaken kan vertoeven.
47
Uiteenlopende bedrijvigheid tussen het kanaal en de A28
Zicht op de kerktoren langs de Eswal
2
1
Vriezerweg: entreeweg met de locale discotheek
3
Verkeersborden markeren dorpsentree 4 48
Dorpsranden in beeld
Vries
4 2
1 3
Vries (gemeente Tynaarlo, 4.292 inwoners) is een rustig esdorp, dat dankzij brede groene profielen, een groot aantal brinken en boerderijen overal een natuurijk en ruraal karakter heeft. De overgang van land naar dorp is op sommige plekken zo geleidelijk, dat alleen (plaatsnaam-) borden en verkeerskundige maatregelen duidelijk maken dat men het dorp betreedt. Nieuwe ontwikkelingen vinden plaats op gepaste afstand: richting het kanaal het nieuwe gemeentehuis, een bedrijventerrein
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
tussen het kanaal en de snelweg en in het noorden een zorgbuurt voor blinden en slechtzienden. Door dit soort satellietontwikkeling blijft het dorp zelf een lage dichtheid behouden, al bewijst het bouwbord met de slogan ‘Wonen op de es’ dat dit geen principiële keuze is. De bezetting van het bedrijventerrein is ontspannen en pluriform, met verschillende categorieën bedrijvigheid en een enkele woning door elkaar.
49
Oosteinde: bedrijfsloodsen blijven op afstand
Catharinakerk met daarnaast havezathe Mensinge
1
2
Peizerdiep met laagliggend beekdal 4
Openbare golbaan Holthuizen Roden 50
3 Dorpsranden in beeld
Roden
4 1 3
2
Roden (gemeente Noordenveld, 14.533 inwoners) is tussen Assen en Groningen uitgegroeid tot de 5e plaats van de provincie. Vanuit het centrum gezien heeft het dorp aan de zuidoostkant een sterke relatie met het landschap, dankzij het open beekdal en landgoed Mensinge, dat doorloopt tot aan de centrale brink met de Catharinakerk. Golfclub Holthuizen ligt aan het beekdal en is voor iedereen toegankelijk. De noordrand van Roden wordt scherp gedefinieerd door de N372,
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
die met een bocht om het dorp heen is gelegd. Hierdoor blijft het dorp voor doorgaand verkeer op afstand. Ook de ontsluitingsweg tussen Roden en RodenWest is als een randweg vormgegeven, die in een ‘groene ader’ tussen de wijken loopt. De woonwijken zelf beginnen stedelijke proporties aan te nemen, en ook het industrieterrein is groot ten opzichte van de andere dorpen.
51
Nieuwste uitbreiding: water, jaren ’30-woningen en een omwalling 1
Station Beilen met uitzicht op het landschap 2
Domoweg: bedrijventerrein direct bij de snelwegafslag 4
Braakliggend terrein met daarachter de A28 52
3 Dorpsranden in beeld
Beilen
3
2
4
1
Beilen (Gemeente Midden-Drenthe, 11.178 inwoners) is officieel een dorp, maar heeft veel stedelijke kenmerken. De positie ten opzichte van grootschalige infrastructuur is hiervoor bepalend: het ligt volledig ingeklemd tussen spoor, snelweg en rondweg. Binnen deze randen is het dorp compact van opzet. Bij het station is het contrast tussen een stedelijke kant – met de fabriek van Friesland Foods - en een open landelijke kant zeer groot. Rond de afslagen van de A28 zijn
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
bedrijventerreinen gesitueerd, die voor de automobilist de eerste indruk van het dorp bepalen. De laatste uitbreidingen voor woongelegenheid vinden plaats richting het Dwingelderveld in het zuiden. Voor werkgelegenheid wordt de sprong over de A28 gemaakt; een bedrijventerrein met weinig allure.
53
4 Stadsranden
in beeld
In de steden is de stadsrand niet langer alleen een resultante van organische groei of agrarische ontginning, maar ook - for better and for worse van ontwerp en planning. De stadsrand wordt een wereld op zich.
54
hoofdstuk
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
55
Assen
Emmen
Meppel Hoogeveen Coevarden
56
Stadsranden in beeld
De vijf steden van Drenthe zijn kleine tot middelgrote steden. Het zijn werksteden: er zijn geen universiteiten gevestigd in Drenthe. De rol van infrastructuur en bedrijven is daarom groot. Er zijn veel kanalen aanwezig, met aftakkingen naar oude bedrijventerreinen. Spoor- en snelwegen trekken nieuwe bedrijvigheid aan; in de stadsrand zijn veel bedrijventerreinen gebouwd en gepland. In de laatste halve eeuw zijn de steden tot aan de infrastructuur gegroeid, en als in enkele gevallen de ruimte op was werden er nieuwe wijken en terreinen aan de overkant aangelegd. In de stadsrand is infrastructuur een dominante factor geworden: het is een harde barrière tussen stad en land, en veel mensen bezien de stad vanaf de infrastructuur. Gemotoriseerd verkeer zorgt voor geluids- en milieuoverlast, waarvoor weer bufferende maatregelen worden genomen. De stadsrand is hierdoor niet een plek van overgang, maar ook een plek van confrontatie. De steden liggen niet ín het landschap, het landschap ligt áán de steden. Daarbij gaat het niet om één type landschap maar om meerdere. Vanuit de stad gezien zijn er dus verschillende landschapstypes bereikbaar. Verstedelijking gedraagt zich anders bij verschillende types landschap, waardoor niet alleen het landschap maar ook de stad zich anders gedraagt in de verschillende richtingen.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
57
Europark: grootschalige bedrijven in een grootschalig landschap
Zicht vanaf de Rondweg: veel ruimte tussen bebouwing en de weg
1
2
Klinkenvlierse Plas: recreatie en nieuwbouw gecombineerd 4
Euregioweg: woonwijk achter een aarden wal 58
3 Stadsranden in beeld
Coevorden
2
4 3
1
In Coevorden (14.600 inwoners) is de geschiedenis als vestingstad nog goed af te lezen. Tot in de jaren ’60 bleef de bebouwing binnen de verdedigingswerken; alle uitbreidingen daarbuiten zijn relatief recent. De oude wallen zijn nog deels als groenstructuur aanwezig. Rondom de woonwijken in het noorden en westen is de N382 als rondweg vormgegeven. Doordat de bebouwing enigszins op afstand blijft, zijn geluidsschermen niet nodig en blijft het contact tussen
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
de bebouwing en het verkeer. Maar de rondweg is niet de uiterste grens tussen stad en land: richting het oosten worden nieuwe woonwijken gebouwd. De Klinkenvlierse Plas is volgens het roodvoor-groenprincipe getransformeerd tot waterwoonwijk met recreatiestrand. In het zuiden is het bedrijventerrein Europark tot stand gekomen door een NederlandsDuitse samenwerking, op gezamenlijk grondgebied: hier functioneert de rand als plek van ontmoeting.
59
Tunihuisverkoop aan de Blankenstein
Berggierslanden: veel water en jaren ‘30 woningen
1
2
Europalaan: woonbuurten afgeschermd met prefabwandjes 4
Spooronderdoorgand richting het Wandelbos 60
3 Stadsranden in beeld
Meppel
3 1
2
4
Meppel (27.841 inwoners) is voor Drenthe de poort naar de Randstad. In het knooppunt van rij- en vaarwegen kiest men richting naar Emmen of Assen-Groningen. De infrastructurele knoop is op sommige punten zo complex, dat er tussen spoor en weg een echt tussenland ontstaat, met uitsluitend stadsrandprogramma. Het Wandelbos rond de afslag van de A32 is een typisch bufferbos, dat bestaat bij de gratie van milieubelasting en regelgeving. In het zuidoosten is het beekdal dankzij
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
de infrastructuur relatief open gebleven. Het Diaconessenziekenhuis staat als enige complex met de voeten in het beekdal: een hechte verbinding tussen stad en land is hier eenvoudig te maken. Voor de nieuwe woonwijk in het zuiden zijn de randen als een bolwerk vormgeven en blijft de stad anoniem en het landschap slecht bereikbaar.
61
Edisonstraat: Bedrijven op afstand van de weg
Alteveerstrraat als stadentree
2
Hoogeveense Vaart: sterke scheiding tussen stad en land
3
1
Station Hoogeveen met uitzicht op bedrijven in het beekdal 62
4 Stadsranden in beeld
Hoogeveen
1
4
3
2
Hoogeveen (38.389 inwoners) is dankzij de aanleg van snelwegen na de oorlog explosief uitgegroeid van een klein veenontginningsdorp tot een stad. Nog steeds drukt de infrastructuur een grote stempel op de stadsrand: op veel plekken zorgen de kanalen, het spoor en de snelwegen voor een scherpe scheiding met het landschap. Daar waar men de infrastructuur kruist en de stad binnenkomt, ontstaat op hetzelfde moment een poort naar de stad en een poort naar het landschap. Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
Het landschap rond Hoogeveen is relatief open en agrarisch. In vergelijking met de andere Drentse steden zijn hier veel agrarische bedrijven te vinden. Omdat de recreatieve mogelijkheden in het omringende landschap voor Drentse begrippen beperkt zijn, liggen rond de boerderijen waarschijnlijk kansen voor de vergroting van het recreatieve waarde van het landschap.
63
Appartementen kijken uit over het landschap van de Drentsche Aa 1
Peelerpark: bedrijven dicht op de invalweg van Assen 2 Balkenweg: anonieme rondweg voor Kloosterveen 4
Asserbosch; maximaal verbonden met de stad 3 64
Stadsranden in beeld
Assen
2
4 3 1
Assen (67.200) is dankzij haar ligging aan de A28 naar Groningen de enige stad in Drenthe waar nog flinke groei wordt verwacht. De A28 is om de westkant van Assen heen gelegd, en vormt een grote barrière tussen stad en land. Aan de oosten zuidzijde ligt een aantal grootschalige introverte elementen: de Drentsche Golf & Country Club, Kloosterveen en TT assen. Geen van deze programma’s gaan een grote interactie aan met de omgeving. Rond Kloosterveen is met geluidswallen
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
een sterk defensieve stadsrand gecreëerd. Aan de oostkant is de wereld anders: daar opent de stad zich naar het Nationaal Landschap Drentsche Aa. Aan de rand staan woningtypologieën die maximaal gebruik maken van de positie aan het landschap. Het landschap zelf is met paden en informatieborden goed ontsloten voor recreanten.
65
Woningen aan de Grote Rietplas
1
Serviceflat aan de rand van de Emmerdennen 2
Entree naar recreatiegebied langs de Veldstukken
Affakkelingsinstallatie langs de N862 66
4
3 Stadsranden in beeld
Emmen
2
3
4
1
Emmen (109.244 inwoners) is de grootste stad van Drenthe. Ook is het de enige stad in Drenthe waar naoorlogse stedenbouw grote invloed heeft gehad op haar ontwikkeling. Emmen kan worden beschreven als ‘vingerstad’, maar anders dan in bijvoorbeeld Amsterdam is er geen duidelijk centraal stedelijk gebied. De stad heeft een lage dichtheid en kenmerkt zich meer als een compositie van stedelijke uitlopers of stadsrandzones met in het hart een klein centrum naast de omvangrijke Emmerdennen. De Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
Emmerdennen heeft zich steeds meer ontwikkeld als een centraal stadsbos zoals in Tiergarten Berlijn, met grote stadsstraten en belangrijke stadsfuncties zoals het ziekenhuis aan de rand. De wijk Angelslo is een mooi voorbeeld van hoe de groene structuur van buurten naadloos kan overlopen in het landschap. De relatie met de essen naast het centrum staat steeds meer onder druk dankzij nieuwe ontwikkelingen zoals de uitplaatsing van Dierenpark Emmen.
67
68
hoofdstuk
5 Stads-
en dorpsranden vergeleken
Van klein naar groot nemen veranderen de randen van de Drentse kernen van gedaante en nemen ze toe in stedelijkheid. Daarnaast heeft bijna elke kern een specifieke oriëntatie ten opzichte van werk- en recreatielandschappen. Naast elkaar worden de verschillen, de wetmatigheden én de uitzonderingen zichtbaar.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
69
Roden
Vries
Assen Rolde
Valthermond Beilen Vledder
Emmen
Meppel Hoogeveen Coevarden Koekange
70
Stads- en dorpsranden vergeleken
Er ligt in de stads- en dorpsranden een groot aantal kansen en bedreigingen voor de ruimtelijke kwaliteit van stad en landschap. Deze kwaliteit is natuurlijk een doel op zich, maar kan ook ‘meetbare’ consequenties hebben voor de werkgelegenheid, de huizenprijs en de recreatiecijfers. Hoe aantrekkelijk is Drenthe als plek om te wonen, werken en recreëren? Kun je het vestigingsklimaat verbeteren? Bouwen aan een beter Drenthe heeft geen snel rendement, maar het zou een voorwaarde moeten zijn voor elke ontwikkeling. Daarvoor is een breed gedragen Leitbild nodig. Dit beeld is aanwezig voor het landschap en veel dorpen en steden hebben het ook wel voor de kern, maar de stads- en dorpsranden vormen vaak een grijs gebied in beleid. Door de verschillende stadsranden en dorpen met elkaar te vergelijken, kunnen conclusies getrokken worden over bijvoorbeeld de aantrekkelijkheid voor wonen, werken en recreëren. Die conclusies leiden op hun beurt tot de benoeming van kansen en bedreigingen voor de ruimtelijke kwaliteit van de Drentse stads- en dorpsranden.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
71
1000m
1
9 72
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 73
<< reliëf
De verschillen in reliëf van de vijf steden en zeven dorpen zijn groot. Dit heeft allemaal te maken met de positie van de kernen ten opzichte van het Drents Plateau. Liggen Emmen en Rolde bijvoorbeeld relatief hoog en in een reliëfrijk gebied, Meppel ligt in laag en vlak landschap. Een aantal dorpen en steden, zoals Roden, Vledder en Vries zijn nadrukkelijk ontstaan op uitkragingen van zand- en heuvelruggen, aan beekdalen.
Hoog
Laag
74
Stads- en dorpsranden vergeleken
geomorfologie >>
De ontstaansgeschiedenis van de ondergrond heeft een grote invloed op de verschijningsvorm van de stadsrand vandaag de dag. Dit geldt voor de fysieke rand rand tussen stad en land en voor het omringende landschap. De ondergrond is voor een deel bepalend voor de vorm en toegankelijkheid van de huidige stadsof dorpsranden. De randen op de dekzanden, beekdalen en de heuvelruggen (Emmen, Vries, Beilen) zijn opener, rafeliger en grilliger van aard dan de randen aan het veen (westkant van Assen, Hoogeveen, Valthermond). Het landschap rondom de stad vertoont een duidelijke samenhang met de ondergrond. Het grootste onderscheid is waar te nemen tussen de zand- en veengebieden: veenontginningen zijn open, overwegend agrarisch, hebben een rationele kavelopbouw en een grotere maaswijdte in het wegennet. De zandgronden kennen meer afwisseling in grondgebruik en een meer besloten landschap. Uitzondering hierin vormen de beekdalen, die nog steeds op veel plekken herkenbaar zijn door hun openheid, agrarisch gebruik en schaarse ontsluiting. Er is een wezenlijk verschil in de relatie die steden enerzijds en dorpen anderzijds met het landschap aangaan. De Drentse steden zijn aan de rand van het Drents Plateau gesitueerd, en liggen daardoor op de overgang van verschillende landschappen. De dorpen maken onderdeel uit van een specifiek landschap. Steden liggen áán verschillende landschappen en de dorpen liggen ín een specifiek landschap.
Stuwwal Rivier gerelateerde bodem Zand Grondmorene Water Verstoord terrein Veen
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
75
1000m
1
9 76
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 77
1000m
1
9 78
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 79
<< netwerk
Het mag voor zich spreken dat de steden meer te maken hebben met doorsnijding van de stadsrand door grootschalige infrastructuur dan de dorpen. Natuurlijk zijn er uitzonderingen: zo wordt Koekange doorsneden door een spoorlijn (maar heeft het geen halte). De meeste impact op een stadsrand heeft infrastructuur echter niet bij een doorsnijding, maar bij een rondweg: daar waar infrastructuur gaat werken als barrière in de uitwisseling tussen stad en land. Beilen, Hoogeveen, Assen en voor een deel Emmen: het zijn steden en dorpen die voor een groot deel ingeklemd zitten tussen spoor, snelen vaarwegen.
Mast Hoogspanningsleiding Waterweg >12m Spoorweg Hoofdweg N-weg A-weg
80
Stads- en dorpsranden vergeleken
toegankelijkheid >>
De dichtheid van het aantal verbindingen tussen stad en land kan aanzienlijk verschillen. Deze dichtheid bepaalt hoe gemakkelijk het landschap kan worden bereikt vanuit de stad. De dichtheid van het aantal verbindingen hangt samen met twee dingen: landgebruik en de aanwezigheid van grootschalige infrastructuur. Vanuit bedrijventerreinen worden er duidelijk minder verbindingen met het landschap gemaakt dan vanuit woonwijken. En bosgebieden kennen een veel fijnvertakter padenstelsel dan landbouwgebieden, waardoor aangrenzende woonwijken op meer punten kunnen aantakken. Sporen, snelwegen en kanalen vormen grote barrières die alleen met bruggen of tunnels kunnen worden overgestoken. Omdat dit een kostbare aangelegenheid is, hebben stedelijke gebieden die worden begrensd door grootschalige infrastructuur vaak weinig contactpunten met het landschap. De weinige verbindingen die er zijn worden vaak gedeeld door autoverkeer en langzaam verkeer, wat voor fietsers en wandelaars de weerstand vergroot.
Spoor trein A N wegen Water Regionale weg Autoverbinding Fietsverbinding Voetgangersverbinding
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
81
1000m
1
9 82
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 83
1000m
1
9 84
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 85
<< randzones
De rand van de bebouwde kom is de officiële grens tussen de kern en het omringende landschap. In eerste instantie worden de stads- en dorpsranden in dit onderzoek als een zone opgevat, die zich vanaf de rand zowel richting de stad als richting het landschap uitstrekt. De kleinere dorpen vallen bij deze benadering volledig in de categorie randzone: de woonkern is zo klein dat elk huis zich dichtbij de rand van de bebouwde kom bevindt. Over het algemeen geldt: hoe groter de stad, des te beter kan er een onderscheid worden gemaakt tussen een stedelijke kern en een stedelijke periferie. Een opvallende uitzondering op deze regel is Emmen. Door de vingerstructuur van de uitlopers, is in deze stad het landschap nergens ver weg; en is bijna de hele stad één grote stadsrandzone.
86
Stads- en dorpsranden vergeleken
stadsrandprogramma >>
Stadsrandprogramma is stedelijk programma dat om uiteenlopende redenen aan de rand gesitueerd wordt. Eerder zijn de mechanismes achter de plaatsing van dit programma toegelicht. Het stadsrandprogramma kan ook onderdeel uitmaken van verschillende netwerken: het recreatieve netwerk, het economische netwerk en het lokale woonnetwerk. Daarmee hangt ook de doelgroep samen. Het recreatieve netwerk is voor iedereen en soms juist voor mensen buiten de regio: voorbeelden zijn een bungalowpark en het terrein van TT assen. Het economische netwerk wordt veelal bemand door mensen uit de woonkern of uit de regio, maar kan economisch verkeer tot ver buiten de regio aantrekken: bedrijventerreinen en industrieterreinen. Het woonnetwerk wordt primair door de bewoners gebruikt, zoals een milieustraat of sportvelden. Van de kleinste tot de grootste kern is een duidelijke verkleuring van het stadsrandprogramma te zien. Bij de grotere steden is het economisch netwerk dominant in minstens één windrichting, terwijl ontginningslinten Koekange en Valthermond nauwelijks stadsrandprogramma hebben,en esdorpen als Vledder, Rolde en Roden duidelijk een recreatieve kleur hebben. Waar bij de meer ontwikkelde kernen een duidelijke rode en een groene kant is aan te wijzen, is dat bij Beilen niet het geval: dit dorp kleurt in alle richtingen rood-oranje. Op veel plekken takt het lokale netwerk van buurtparken, sportvelden en begraafplaatsen aan op het bovenlokale recreatienetwerk. Interessant is te zien hoe bij Roden deze twee netwerken in elkaar overlopen en één structuur vormen. In Emmen loopt het buurtgroen van de woonwijk Angelslo naadloos over in de Emmerduinen, en liggen eerste en tweede woningen naast elkaar aan dezelfde waterplas.
Economisch Recreatief Lokaal
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
87
1000m
1
9 88
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 89
1000m
1
9 90
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 91
<< recreatie en toerisme
Ook de verschillen in recreatie en toerisme zijn groot. Assen en Rolde bijvoorbeeld, liggen aan een nationaal landschap, zijn omringd door natuur en recreatiegebieden, hebben een dorps of stadskern met monumenten en een recreatief netwerk dat dat alles aan elkaar verbindt. Hoogeveen, Vathermond, Coevorden, Koekange en Beilen zijn wat dat betreft een ander verhaal. Natuurlijk, een aantal van deze hebben ook een interessante historische kern, maar het vertaalt zich niet in een groot aanbod van recreatieve voorzieningen of als een knooppunt in het recreatieve netwerk. Recreatie en toerisme is één van de sectoren met de snelst groeiende werkgelegenheid in Drenthe. Het rustieke landschap en de rijke natuur zijn belangrijke trekkers. De stad presenteert zich aan het landschap met zijn stadsranden. Met aantrekkelijke stadsranden kan de landelijke recreant verleid worden de stad in te trekken en heeft de stadsbewoner een aangenaam uitloopgebied. Met name voor steden en dorpen als Coevorden, Koekange, en Beilen is er op dit gebied nog een hoop te winnen.
Monument Transferium Fietsknooppuntenroute Lange afstandsroute Waterroute Groepsaccomodatie Hotels + logies Kamperen Recreatiewoningen Recreatieve activiteiten Zwemplas Landgoed Natuurgebied Nationaal Park Landgoed
92
Stads- en dorpsranden vergeleken
ontwikkeling >>
De groten worden groter en de kleinen zijn gelijk gebleven. Dat zou gezegd kunnen worden over de verschillen in omvang en ontwikkeling van de 12 dorpen en steden in Drenthe tussen 1998 en 2011. Coevorden, Meppel, Hoogeveen, Assen en Emmen hebben alle grote bedrijventerreinen en woonwijken ontwikkeld. Bij Vledder, Koekange, Rolde en Valthermond blijft het bij sporadische kleinschalige ontwikkelingen. Veel van de grootschalige ontwikkelingen hebben plaatsgevonden in de stadsrand, waarbij een stuk platteland werd geannexeerd en ingericht voor stedelijk gebruik. Veel dorpen en steden laten een duidelijke ontwikkelingsrichting zien: Coevorden ontwikkelt naar het zuiden en Meppel naar het noorden en het oosten. In deze richting is hierdoor een groot deel van de gebouwde stadsrand relatief nieuw. Mede door de crisis in de huizenmarkt zullen niet alle geplande ontwikkelingen doorgang vinden. De vraag rijst wat er met deze gronden zal gaan gebeuren. Vaak zijn de gronden al verworven door projectontwikkelaars of gemeentes, en zullen deze gronden op termijn van functie veranderen.
Ontwikkelingen 1998 - 2008 Geplande ontwikkelingen Zoekgebieden wonen en bedrijven
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
93
1000m
1
9 94
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 95
96
hoofdstuk
6 Zes
agendapunten
De stads- en dorpsranden zijn cruciaal voor de beleving en het functioneren van zowel de kernen als het landschap. Daarom worden als uitkomst van het onderzoek zes acties geagendeerd, die op effectieve wijze de ruimtelijke kwaliteit kunnen vergroten.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
97
Roden
Vries
Assen
Rolde
Beilen
Vledder
Hoogeveen
Meppel Koekange Coevarden
98
Zes agendapunten
De ontwikkeling van de stadsranden gaat niet vanzelf. Juist doordat er weinig wordt bijgebouwd aan de randen van de woonkernen, valt niet alleen de ruimtelijke maar ook de financiële motor weg achter de inrichting van de stads- en dorpsranden. Met alleen bijsturen van de stedelijke groei wordt kan maar op enkele plekken kwaliteit worden gerealiseerd. Om een kwaliteitsverbetering voor elkaar te krijgen die substantieel is, zal er een meer actieve houding moeten worden aangenomen: daarom wordt hier een agenda voor de stads- en dorpsranden van Drenthe voorgesteld. De agenda bestaat uit zes punten voor duurzame kwaliteitsverbetering op het gebied van wonen, werken, recreëren, en stad en landschap in het algemeen. Deze agenda is een eerste aanzet, die in samenwerking met lokale overheden en share- en stakeholders verder kan worden uitgewerkt. De kansen voor stad en landschap zijn meer algemeen van aard en horen daardoor ook waarschijnlijk bij de grotere overheden thuis. De andere punten kunnen worden opgepakt door partijen met een specifiek belang, waarvoor het voorgestelde agendapunt een positieve invloed heeft.
Valthermond
Emmen
Bij een onderwerp als de stadsranden is een gebalanceerde aanpak cruciaal. In agendapunt 1 wordt het belang van diversiteit en vrijheid in de stadsrand aangegeven: een eenzijdige benadering van de stadsrand zou de diversiteit en vrijheid juist onder druk kunnen zetten. Daarom wordt elk agendapunt van twee kanten belicht. Daarnaast worden mogelijke partijen genoemd die bij de uitvoering van de agendapunten een belangrijke rol kunnen spelen. Hiernaast zijn de kansen voor agendapunten 2 tot en met 6 aangegeven, in de stadsranden van de 12 onderzochte kernen. Elke kern laat zo een eigen palet aan relevante maatregelen zien.
agendapunt 2] Ontwikkel een rijke landschapsrand agendapunt 3] Koester monumentale stad-land ontmoetingen agendapunt 4] Ontwerp aan stads- en dorpsentrees agendapunt 5] Overbrug barrières agendapunt 6] Zet de stadsrand in voor een Drents imago
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
99
De zes agendapunten zijn gebaseerd op de conclusies van het onderzoek. De relatie tussen de conclusies en de agendapunten wordt hieronder beschreven. Het is niet zo dat elke conclusie van het onderzoek automatisch is vertaald in een agendapunt; een belangrijke factor die heeft meegewogen in de selectie van agendapunten is de politieke en economische haalbaarheid van de voorstellen. In het eerste hoofdstuk kwam naar voren dat er sinds lange tijd twee denkbeelden over de stadsrand naast elkaar bestaan: die van de economische, op autoverkeer gerichte edge city, en het romantische beeld van de pastorale stadsrand als domein van boeren en buitenlui. Door een afwisseling tussen deze twee benaderingen zijn in de loop van de tijd veelkleurige stadsranden ontstaan. In Drenthe, de dunst bevolkte gemeente van Nederland, is nauwelijks sprake van stedelijkheid en de verwachting is dat deze in de komende dertig jaar nauwelijks toe zal nemen. Van oudsher al is Drenthe vanwege het rustieke landschap een populaire bestemming. Toerisme en recreatie floreert in Drenthe en vormt een belangrijke economie. Dit bepaalt de grondhouding ten opzichte van de agenda voor de dorps- en stadsranden: weinig nadruk op de gebouwde omgeving en veel nadruk op het landschap, omdat hier de kracht en de ontwikkelkansen van Drenthe liggen. Alle agendapunten dragen bij aan de ruimtelijke verbetering van het landschap. In het tweede hoofdstuk werd geconcludeerd dat in alle kernen, hoe klein ook, in meer of mindere mate sprake van ‘stadsrandvorming’. In de rand bevinden zich functies die zich onderscheiden van de functies die men in het landelijk gebied en in de stad tegenkomt. Er zijn vijf mechanismes ontdekt achter deze stadsrandvorming: uitplaatsing, verbinding, inkapseling, aanhaking en scheiding. Deze mechanismes kunnen ook voor de toekomstige ontwikkeling relevant zijn. Op basis van de vijf mechanismes kunnen relevante vragen worden gesteld, die zouden moeten worden beantwoord in de uitwerking van de zes agendapunten.
100
Zes agendapunten
Voor agendapunt 2 – ontwikkel een rijke landschapsrand – is interessant om na te gaan of er naast bos en water ook andere landschapstypen kunnen worden ingelijfd door de stad, zodat er een nieuwe hybride ontstaat. Ook is interessant om na te gaan of er trends zijn of voorspellingen gedaan kunnen worden over de toekomstige uitplaatsing van stedelijk programma naar de stadsrand, en welke kansen dit oplevert. Voor agendapunt 6 – zet de stadsrand in voor een Drents imago – is het belangrijk om te zoeken naar goede voorbeelden van ‘systeemverbindingen’ zoals carpoolplekken en ‘scheidingselementen’ zoals bufferbosjes en geluidswallen, die wel op een positieve manier bijdragen aan het imago van de stad. Een belangrijke conclusie van de beeldanalyse in het derde hoofdstuk is dat veel dorpen een geleidelijke overgang van kern naar landelijk gebied vertonen en er alleen een verkeerskundige markering is van de entree naar de kern. Het vierde agendapunt – ontwerp aan stads- en dorps entrees – richt zich op de verfraaiing van deze entrees. Daarnaast zijn er in de oudste delen van de kernen vaak fantastische monumentale ontmoetingen tussen dorp en land, waar de tijd lijkt stilgestaan te hebben. Vanuit het oogpunt van de stads- en dorpsranden is het cruciaal dat deze worden beschermd, vandaar agendapunt 3: Koester monumentale stad-land overgangen In het vierde hoofdstuk, stadsranden in beeld, blijkt dat ook in steden mooie cultuurhistorische stad-land overgangen bewaard gebleven zijn. Daarnaast worden er ook nieuwe monumentale stad-land overgangen gemaakt, zoals bij ziekenhuizen of treinstations. Deze zijn ook opgenomen in agendapunt 3: koster monumentale stadland overgangen. Hoe groter de stad, hoe vaker er anonieme buffers tussen stad en land zijn te zien. Deze hebben een slechte invloed op de beleving van de stad en worden onder de loep genomen in agendapunt 6: zet de stadsrand in voor een Drents imago. Doordat veel steden grenzen aan infrastructuur, vormen de bruggen en tunnels die de infrastructuur kruisen belangrijke stadsentrees.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
101
1000m
1
9 102
Vledder
2 Koekange
5 Vries
6 Roden
Meppel
10 Hoogeveen
3 Rolde
4 Valthermond
7 Beilen
8 Coevorden
11 Assen
12
Emmen 103
Deze zijn vaak achteloos vormgegeven. Dit wordt in agendapunt 4 ontwerp stads- en dorpsentrees - aan de kaak gesteld. Het vijfde hoofdstuk - stads- en dorpsranden vergeleken – laat veel interessante wetmatigheden en uitzonderingen zien. Een belangrijke conclusie is dat hoe groter de kern is, hoe sterker deze wordt begrensd door grootschalige infrastructuur. Dit heeft nadelige gevolgen voor de bereikbaarheid van het landschap, vandaar agendapunt 5: overbrug barrières. De agendakaart De Agendakaart is opgebouwd uit een aantal lagen, die tezamen een indicatie geven van de kansen rondom de onderzochte kernen. Deze kaart is niet uitputtend en is bedoeld als aanzet; in vervolgonderzoek kunnen deze punten verder worden uitgewerkt. Het tweede agendapunt - ontwikkel een rijke landschapsrand – is gevisualiseerd door alle boerderijkavels in het directe ommeland van de steden en dorpen aan te geven. Deze kavels laten zien hoe agrarisch een gebied nog is, maar ook is de ruimtelijke opbouw er uit af te lezen. Veel kavels zullen in de komende decennia waarschijnlijk van functie veranderen. Daarom zijn ze een indicatie van mogelijke verrijking van het landschap rondom de stad. Het derde agendapunt – Koester monumentale stad-land ontmoetingen – is in de agendakaart aangegeven als een combinatie van gebouwen en landschap. In het samenspel tussen gebouw en landschap ontstaan de monumentale stad-land ontmoetingen. Aan de gebouwde kant van de stadsrand zijn monumentale panden en nieuwe beeldbepalende gebouwen aan de rand van de kernen geselecteerd. Aan de kant van het landschap zijn essen, beekdalen en open veenontginningsgronden geselecteerd.
104
hoofdstuk
Het vierde agendapunt – Ontwerp aan stads- en dorpsentrees is relevant voor alle wegen die de kernen en het land met elkaar verbinden. Het grootste effect zal echter worden behaald bij de drukst bereden wegen. Daarom zijn op de kaart alle plekken aangegeven waar een regionale weg of een afslag van de snelweg een kern binnenkomt. Voor het vijfde agendapunt – overbrug barrières – zijn de randen aangegeven waar landschap en stad worden gescheiden door grootschalige infrastructuur; snelweg, spoor of kanaal. Hier belemmert de infrastructuur een goede verbinding tussen stad en land. Voor het zesde agendapunt – zet de stadsrand in voor een Drents imago – zijn alle randen van de kernen aangegeven die goed zijn te zien vanaf autowegen. Dit gaat dus niet alleen om snelwegen, maar ook om wegen van een lagere orde, zoals wijkontsluitingswegen. In maar weinig gevallen is er aandacht besteed aan hoe de kern zich aan deze wegen presenteert.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
105
agendapunt 1]
Ga voor de diverse stadsrand
A. Verscheidenheid in landschap Steden en dorpen kunnen sturen op een veelzijdige stadsrand, die het leefklimaat van de stad verrijkt. Aan de landzijde biedt de diversiteit in de ondergrond belangrijke aanknopingspunten. De afwisseling van beekdalen,heideontginningen, veenontginningen en stuwwallen zijn door de ruilverkaveling in de landbouw uitgevlakt, waardoor er door de tijd heen een meer eenzijdig landelijk gebied is ontstaan. In het kader van natuurontwikkeling en waterberging liggen er kansen om de verschillen weer leesbaar te maken, en zo diversiteit van het uitloopgebied van de steden en dorpen te vergroten. B. En verscheidenheid in stad Aan de stadzijde is er een belangrijk verschil tussen de dorpen en de steden. In de meeste steden is de diversiteit al aanwezig: werkgebieden, woongebieden en parken wisselen elkaar af. Het gaat bij de steden vooral om de bewustwording dat omwille van de diversiteit het goed is om zowel strak geregisseerde randen te hebben als free zones waar meer mogelijk is, niet alle landbouw rondom de stad in natuur hoeft worden omgezet, niet alle haventerreinen in woningbouw die elders ook aanwezig is. Dat begint bij visievorming: geen van de steden heeft op dit moment een geformuleerde visie op de stadsranden als geheel.
106
Zes agendapunten
agendapunt 2]
Ontwikkel een rijke landschapsrand
A. Stimuleer verrijking van het landschap Terwijl de dynamiek van de stad afneemt, gaan de veranderingen in het landschap onverminderd door. Sinds lange tijd neemt het aantal boeren af en veranderen boerenerven en landbouwpercelen van functie. Er zijn steeds meer woningen met paardenweides te vinden, boerenbedrijven met recreatieve nevenfunctie en natuurontwikkeling. Positief uitgelegd is dit een verrijking van het landschap, die de recreatieve waarde en natuurwaarde van het platteland vergroot. In de stadsrand liggen speciale kansen voor recreatie, woningbouw en retail, omdat een grote groep gebruikers hier dichtbij woont. Er ligt dus een kans om de landbouw die toch al in beweging is, te sturen richting duurzame en recreatief interessante bedrijvigheid. Hierbij gaat het om maatwerk en kleinschalige ontwikkeling. De klassieke projectontwikkelaar is geen partij; deze ontwikkeling is het best in handen bij individuele recreatieve en duurzame ondernemers, een wooncollectief of een verlichte boer. Er zijn heel wat steden (zoals Nijmegen en Tilburg) die actief slow food-ondernemers benaderen om zich in de stadsrand te vestigen. Transformatie van boerenerven, bijvoorbeeld volgens het knooperven-concept, vergroten de recreatieve draagkracht en het woonplezier in de stadsrand. B. Kijk uit voor verrommeling Alleen met een sterke regie op hoofdlijnen en een gemeenschappelijke hoge ambitie leidt ontwikkeling van onderop ook echt tot ruimtelijke kwaliteit en verrijking. Door zo maar al het agrarische gebied rond de stad weg te geven aan nieuwe ondernemers en burgers met een woondroom, wordt de kans dat verrijking in verrommeling overslaat erg groot. Het is belangrijk om ambities te kanaliseren, en om ook gebieden ongemoeid te laten.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
107
agendapunt 3]
Koester monumentale stad-land ontmoetingen
A. Bescherm monumentale stad-land ontmoetingen voor ontwikkeling Er is een groot aantal bijzondere stad-land ontmoetingen die één oogopslag de kwaliteit van Drenthe laten zien. Dit heeft alles te maken met de cultuurhistorie: een groot aantal essen is onbebouwd gebleven, terwijl dorpen en steden de andere kant op groeiden. Hierdoor kan het hart van het dorp samen met het boerenland in één oogopslag worden bekeken. Hetzelfde geldt voor veel beekdalen die langs de dorpen lopen en voor de open weides aan de rand van veenontginningslinten. Op deze plekken voel je de cultuurhistorie, en daarom hebben ze ook een grote toeristische potentie. Het beeld kan op deze plekken snel verstoord raken door een ongelukkig geplaatste bedrijvenloods, of door opzichtige recreatieve voorzieningen. De imagoschade is in die gevallen hoogstwaarschijnlijk groter dan de economische opbrengst. Het beschermen van deze plekken en het kritisch benaderen van het adagium ‘behoud door ontwikkeling’ lijkt hier op zijn plaats. B. Ontwikkel monumentale stad-land ontmoetingen Niet alleen op oude plekken komen stad en land op een bijzondere manier bij elkaar. Op een aantal treinstations (Beilen en Hoogeveen) is een groot contrast te ervaren tussen een stadzijde en een landzijde. Dit zijn bij uitstek plekken van waaruit de recreant het landschap intrekt, en verleid kan worden ook even de stad in te gaan. Het aanzetten van dit contrast en het beleefbaar maken van beide zijden kan een groot effect hebben op het imago en de toeristische aantrekkingskracht van een stad. Bij bijzondere nieuwbouwprogramma’s aan de rand van de stad, zoals het ziekenhuis in Meppel of het Dierenpark in Emmen, ligt er de kans om een nieuwe monumentale stad-landontmoeting te creëren. Al deze plekken kunnen uitgroeien tot toeristische bestemmingen op zich en krachtige beeldmerken voor het imago van de steden en dorpen. Door bestaande en toekomstige monumentale stad-landontmoetingen te benoemen en de recreatieve potenties ervan te onderzoeken, kan er een rijke verzameling stadsrandparels ontstaan.
108
Zes agendapunten
agendapunt 4]
Ontwerp aan stads- en dorpsentrees
A. Maak dorps- en stadsentrees De rand wordt het meest bewust ervaren als men de woonkern betreedt of verlaat. Deze overgang is maar zelden zo monumentaal als de voorbeelden die bij agendapunt 3 worden beschreven. Door het relatief besloten landschap is op veel plekken geen sprake van een dorpssilhouet en zijn overgangen van stad naar land geleidelijk. In de dorpen wordt de bestuurlijke overgang tussen binnen de bebouwde kom en buiten de bebouwde kom vaak gemarkeerd door verkeerskunde (plaatsnaam- en informatieborden, de eerste rotonde van het dorp, een bushalte, overgang naar losliggende fietspaden) en culturele uitingen (aankondiging van evenementen, reclame). Met relatief weinig middelen is het mogelijk om deze dorpsentrees ook een ruimtelijke component mee te geven. De steden worden veelal begrensd door infrastructuur. Het aantal punten waar men over de snelwegen, kanalen en spoorwegen heen de stad betreedt, zijn hierdoor beperkt. Deze overbruggingen of onderdoorgangen zijn in potentie de poorten naar de stad. Enkele goede voorbeelden zijn al te vinden, zoals aan de noordkant van Assen. Maar ook afslagen van snelwegen zijn belangrijke entrees, waar men een eerste indruk van de stad krijgt. Juist hier zijn vaak bedrijven, industrie en parkeervelden gesitueerd, wat de aantrekkelijkheid niet vergroot. Esthetische regie op deze entrees is een effectief middel. B. Trek het landschap de stad in In sommige dorpen en steden houdt het landschap niet op. Daar vormt de bebouwingskern onderdeel van het landschap en is het zo dooraderd met groene structuren en ruimtes dat er van een overgang van stad naar land nauwelijks sprake is. Met het doortrekken van landschappelijke structuren de stad in (water, lanen) wordt de overgang van landschap naar stad geleidelijker en wordt de nabijheid van het landschap vanuit de bebouwingskern vergroot. Voor de verschillende stads- entrees zijn dus meerdere strategieën denkbaar: de overgang markeren of juist verzachten.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
109
agendapunt 5]
Overbrug barrières
A. Maak meer verbindingen Infrastructuur domineert de stadsrand in Drenthe. Kanalen, snelwegen en sporen belemmeren een optimale uitwisseling tussen stad en land: op veel plekken wordt de stad hierdoor introvert en kan het landschap alleen via enge tunnels of drukke verkeersbruggen bereikt worden. Deze verbinding kan veel beter. Net als de ontwikkeling van wildwissels, zou er in de provincie een serie recreantenwissels kunnen worden gemaakt. Omdat deze ook vanaf het spoor en de snelweg goed zichtbaar zijn kunnen ze net als wildwissels ook goed zijn voor het imago van Drenthe als geheel: men kan zien dat deze provincie veel aandacht besteedt aan fietsers en wandelaars. B. Maak mooie barrières Niet alle landschappen aan de steden en dorpen hoeven direct ontsloten te worden. Sommige plekken mogen best onontdekt blijven. En de barrières van wegen en kanalen kunnen daarin een rol spelen. Drenthe kent een groot aantal kanalen, die doorlopen tot in de steden. Deze vormen een waardevolle structuur om recreatieve routes van de stad naar land te ontwikkelen. Dit kan worden meegenomen in herstructurering van industrieterreinen langs deze kanalen, maar ook afzonderlijk worden ontwikkeld.
110
Zes agendapunten
agendapunt 6]
Zet de stadsrand in voor een Drents imago
A. Maak de façade van de stad De stadsrand heeft een grote impact op het beeld dat men van een stad heeft. In Drenthe zijn er veel ontspannen stadsranden, waar er tussen de waarnemer en de bebouwing aanzienlijke ruimte is, wat een landelijke uistraling geeft. In recente uitbreidingen is er steeds meer sprake van ‘defensieve’ stadsranden, waarbij omwille van de efficiëntie de ruimte tussen de waarnemer (de weg) en de bebouwing is dichtgezet met geluidswallen of –schermen. Niet overal lijkt men zich bewust van de gevolgen: de stad wordt er anoniem door of zelfs lelijk. Hoge gebouwen krijgen onbedoeld meer impact op de beleving van de stad. Een visie op de stadsrand als ‘façade van de stad’ kan aanzetten tot een serie maatregelen die kunnen variëren van kleine investeringen in mooie geluidsschermen tot het behouden van kleinschalige landjes in de stad, tot inrichting van randwegen als parkways. B. Laat de achterkant van de stad Een esthetische regie op de stads- en dorpsranden is goed voor het imago van de stad, maar er moet ook geleefd worden. Net als woningen een minder representatieve achterkant hebben waar meer kan worden aangerommeld, hebben steden en dorpen dat als het goed is ook. De stadsrand verdient esthetische aandacht, maar dit moet niet tot gevolg hebben dat het in een knellend keurslijf verandert, waarin in de stad geen vrijheid meer heeft. Dus bewust géén plannen maken of regels bedenken voor delen van de stadsrand is cruciaal.
Agenda stads- en dorpsranden Drenthe
111
Colofon
Tekst, afbeeldingen, vormgeving, foto’s: LOLA landscape architects Kaart pagina 4-5: Atelier Mooi Drenthe Afbeeldingen pagina 8: Rijksmuseum, Mauritshuis, Texas Medical Center Archive Foto’s pagina 20: Marketing Drenthe Geraadpleegde literatuur van Atelier Mooi Drenthe: Drentse Stads- en dorpssilhouetten, beeldenboek stads- en dorpsranden. Opdrachtgever: Atelier Mooi Drenthe Datum: 22 december 2011