STADS- EN STREEKARCHIEF ZUTPHEN ARCHIEFNUMMER 84 INVENTARIS VAN HET ARCHIEF VAN DE SINT ANTHONY GROOTE BROEDERSCHAP 1451-1934
© STADS- EN STREEKARCHIEF ZUTPHEN
INHOUD INLEIDING............................................................................................................................................... 3 INVENTARIS ........................................................................................................................................... 8 1.
Algemeen .................................................................................................................................. 8
2.
Preuvingen en begeving van woningen.................................................................................... 9
3. 3.1 3.2 3.3
Financieel beheer.................................................................................................................... 10 Algemeen..............................................................................................................................10 Rekeningen ..........................................................................................................................11 Verdere stukken betreffende het beheer..............................................................................19
4. 4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.4 4.1.5 4.1.6 4.1.7 4.2 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4
Eigendommen ......................................................................................................................... 25 Onroerende goederen ..........................................................................................................25 Algemeen ........................................................................................................................25 Zutphen ...........................................................................................................................26 Hengelo ...........................................................................................................................26 Steenderen ......................................................................................................................28 Warnsveld........................................................................................................................29 Eerbeek ...........................................................................................................................33 Voorst ..............................................................................................................................34 Renten ..................................................................................................................................34 Algemeen ........................................................................................................................34 Rentebrieven ten laste van de stad Zutphen ..................................................................34 Rentebrieven uit huizen binnen Zutphen ........................................................................35 Rentebrieven uit boerderijen en landerijen buiten Zutphen ............................................37
5.
Renten ten laste van de broederschap................................................................................... 38
6. 6.1 6.2 6.3
Het Ruitershofje ...................................................................................................................... 38 Algemeen..............................................................................................................................38 Bewoners..............................................................................................................................39 Gebouwen ............................................................................................................................39
7.
Stukken waarvan het verband met het archief niet is gebleken ............................................. 40
REGESTENLIJST ................................................................................................................................. 41 INDEX.................................................................................................................................................. 115
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 2
INLEIDING In 1450 besloten enige burgers van Zutphen zich te verenigen in een broederschap ter ere van God, zijn moeder Maria en Sint Anthonius, waarna richter en schepenen van Zutphen op 11 april 1451 hun officiële goedkeuring hechtten aan de oprichting van de Sint Anthonis Broederschap en hiervoor regels vaststelden. Tot aan het begin van de zestiende eeuw heette de broederschap het Sint Anthonis Gilde in de Grote Kerk, nadien het Sint Anthonis Grote Gilde ter onderscheiding van de eveneens in de Walburgskerk gevestigde Sint Anthonis Kleine Broederschap. In de negentiende eeuw komt de naam Sint Anthony of Sint Anthonie Grote Broederschap in zwang. Ter wille van de uniformiteit is in de inventaris de benaming Sint Anthonis Grote Broederschap gebruikt. Dat men voor de nieuwe broederschap Sint Anthonius abt als schutspatroon had gekozen, ligt geheel in de lijn van de grote verering die deze egyptische kluizenaar, die van ca. 250 tot 365 leefde, in de middeleeuwen genoot. Nadat in de elfde eeuw zijn gebeente was overgebracht naar de parochiekerk van St. Didier de la Motte-au-Bois in de Dauphiné in Frankrijk, welk stadje nadien St. Antoine de Viennois werd genoemd, begon een snelle verspreiding van zijn verering door Europa, niet in het minst door de wonderbare genezingen die zijn relieken teweeg brachten van de vreselijke ziekte die werd veroorzaakt door het eten van graan dat door moederkoren was aangetast. De orde van de Hospitaalbroeders van St. Anthoine, in 1095 door paus Urbanus II bevestigd, werd nadien een geestelijke orde, die in 1247 de regel van Sint Augustinus aannam. Overal in Europa werden commanderijen of priorijen gesticht, die overigens sterk afhankelijk bleven van de abt van St. Antoine. De verering van Sint Anthonius werd door deze zodanig gemonopoliseerd, dat men zonder zijn toestemming geen kapellen of kerken, gewijd aan Sint Anthonius, mocht oprichten of afbeeldingen van de heilige maken. De commanderijen hadden in hun gebied recht op alles wat de devotie tot Sint Anthonius in kerken en kapellen aan aalmoezen, schenkingen en legaten opbracht, waarvan steeds een deel moest worden afgestaan aan de abt en het hospitaal van St. Antoine. Ook de nieuwe opgerichte Sint Antonis Broederschap in Zutphen was derhalve onderworpen aan de moederabdij. In 1455 bezocht de procurator van de abt en het klooster van St. Antoine Zutphen en sloot een overeenkomst met de broederschap, waarbij ondermeer werd bepaald dat de broederschap geen schenkingen zou aanvaarden zonder toestemming van de abt. Telkenjare wanneer de relieken van Sint Anthonius in Zutphen zouden komen, zou de broederschap deze in de kerk met groot eerbetoon ontvangen en bij die gelegenheid als erkenning voor de bescherming, die de broederschap van het moederklooster ontving, een rijnse gulden betalen. Of deze overeenkomst ooit effect heeft gehad, kunnen wij niet nagaan, daar de rekeningen van uitgaven eerst met 1582 beginnen. Of de broederschap ooit toestemming van de abt heeft gevraagd om schenkingen te aanvaarden, blijkt nergens. Het doel van de Sint Anthonis Broederschap, gevestigd in de Sint Walburgskerk, waar men al spoedig een eigen altaar had, was in de eerste plaats gericht op het zieleheil van haar leden, daarnaast op de beoefening van de liefdadigheid door spijziging der armen. Aanvankelijk tweemaal, later drie maal per week werden missen opgedragen, op woensdag voor de levende broeders en zusters van de broederschap, op vrijdag voor de gestorven leden, terwijl op zaterdag een mis voor O.L. Vrouwe werd gehouden. Viermaal per jaar kondigde op zondag de kapelaan vanaf de preekstoel de namen af van alle gestorven leden van de broederschap en liet voor hen een Pater noster en een Ave Maria bidden, terwijl men hen op de maandang erna met vigiliën gedacht en op alle altaren in de kerk voor hen missen opdroeg. Uiteraard waren alle leden ook verplicht de uitvaart van een der hunnen bij te wonen. Van materiële aard waren de “spindingen” aan de huiszittende armen. Iedere zondag werd bij een deur van de kerk, waar een apart gebouwtje was geplaatst, door een venster brood en boter uitgereikt aan die in Zutphen wonende armen, die dit het meest nodig hadden. Uitgesloten waren hiervan behalve bedelaars en landlopers ook degenen, die een uitkering genoten van het Bornhof. Op de vier hoogtijdagen Pasen, Pinksteren, kermisdag (de eerste zondag na 17 augustus) en Kerstmis werd op ieder brood een geldstuk gestoken, terwij iedere arme die een “preuving” genoot, dan tevens anderhalf pond varkensvlees kreeg uitgereikt. Deze daadwerkelijke armenzorg was overigens ook van betekenis voor het zieleheil van de leden van de broederschap, want door lid te worden, kreeg men deel aan de goede werken van de Sint Anthonis Broederschap zoals in een akte van 1483 uitdrukkelijk wordt vermeld. Dit en de wekelijkse mis voor de
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 3
doden maakte het aantrekkelijk een reeds gestorvene alsnog te laten inschrijven in het dodenboek van de broederschap, zoals blijkens een akte van 1489 wel plaatsvond. De gezelligheid werd eenmaal per jaar beoefend, wanneer men op zondag na Sint Anthonis (17 januari) bijeenkwam om “het gilde te drinken”, uiteraard op kosten van de broederschap. Na de Reformatie vonden deze bijeenkomsten nog maar zelden plaats, niet meer in januari, maar op een willekeurig gekozen dag. Dat men in 1717 bijeenkwam op 13 juni, de feestdag van Sint Anthonius van Padua, wijst er op dat men reeds toen ten onrechte meende dat deze heilige en niet Sint Anthonius abt de beschermheilige van de broederschap was, zoals men in de negentiende en ook in de twintigste eeuw dacht. In de akte van 1451 werd bepaald dat zowel mannen als vrouwen lid van de broederschap konden worden, maar dat het aantal mannelijke leden niet meer dan vijftig zou mogen bedragen. Alhoewel er niets over wordt bepaald, moeten wij wel aannemen dat ook het aantal vrouwen tot vijftig was beperkt. Tot het eind van de zestiende eeuw werden nog vrouwen als lid aangenomen, nadien waren uitsluitend mannen lid van de broederschap, waarbij men zich vrij stipt hield aan het maximum, dat in 1451 was gesteld. Toen in 1710 het aantal leden was gestegen tot 58, besloot men de broederschap tot 30 leden te laten “uitsterven” en dan tien nieuwe leden aan te nemen “om daardoor de costen te menageren en den armen niet te zeer beswaaren”. De leden waren namelijk alleen een intreegeld verschuldigd. In de negentiende eeuw nam het aantal leden sterk af. Vanaf 1842 werden meermalen zeer jonge kinderen als lid ingeschreven, soms al vóór hun eerste verjaardag. Toch leidde dit niet tot een sterke toeneming van het ledenaantal. In 1913 werden voor het laatst leden aangenomen, sedertdien bestaat de broederschap uitsluitend uit de vijf bestuursleden. In de oprichtingsakte van 1451 was bepaald dat vier van de broeders zouden worden gekozen om de renten te innen en de bezittingen te beheren. Na een jaar zouden twee dezer aftreden en twee nieuwe door de gildebroeders worden gekozen, waarna voortaan ieder jaar de twee bestuursleden die het langst zitting hadden gehad, zouden aftreden. Het is zeer de vraag of deze in 1451 opgestelde regeling ooit in werking is getreden. Terwijl vanaf 1452 steeds sprake is van olderlieden en gildemeesters, welke benaming niet in de stichtingsakte wordt gebruikt, blijkt vanaf 1461 het bestuur te bestaan uit drie olderlieden, die levenslang zitting hadden, en twee gildemeesters, van wie aanvankelijk ieder jaar één aftrad. Sedert 1461 werd blijkens de nog aanwezige lijsten één van de olderlieden gekozen of door de magistraat benoemd uit de leden van de magistraat; de twee andere olderlieden werden gekozen uit de gildebroeders, zoals ook de gildemeesters. Later werd het gewoonte dat de in anciëniteit oudste gildemeester automatisch opvolger werd van een overleden olderman uit de broederschap, waarna een nieuwe gildemeester uit de broeders werd benoemd, die dit bleef tot zijn bevordering tot olderman dan wel tot zijn overlijden toe. Sedert 1610 behoorde één van de twee uit de broederschap gekozen olderlieden tot een adellijk geslacht. Dat dit geen toevalligheid was, blijkt in 1683, toen Gerrit Kreynck, die vanaf 1677 olderman vanwege de magistraat was, benoemd werd tot olderman uit de adel, waarna de magistraat een ander uit zijn midden tot olderman benoemde. Alhoewel nadien meermalen sprake is van de olderman “uit de ridderschap”, betekende dit niet, dat men toegelaten moest zijn tot de ridderschap van het Kwartier van Zutphen. Van de tien olderlieden die sedert 1683 tot 1705 uit de adel werden gekozen, behoorden zes tot de ridderschap van het Kwartier van Zutphen, één tot die van de Veluwe, terwijl drie van hen in geen enkele ridderschap zitting hadden. In tegenstelling tot Gerrit Kreynck, traden drie van zijn opvolgers eerst op als olderman uit de adel en nadien als olderman uit de magistraat. Tot 1795 representeerden de drie olderlieden derhalve het stadsbestuur, de adel en de broederschap. De omwenteling van 1795 bracht uitermate met zich mede, dat W.A. de Rode van Heeckeren als olderman vanwege de magistraat aftrad, al keerde hij in 1798 als gildemeester weer terug in het bestuur. Eerst op 20 juni 1793 werd de representant van het volk van Zutphen G.J. Harmsen vanwege het nieuwe stadsbestuur uit zijn midden tot olderman benoemd. Inmiddels was op 11 juni 1795 J.D.C. van Heeckeren van Kell, de vertegenwoordiger van de inmiddels afgeschafte adel, overleden. Tot zijn opvolger werd benoemd de gildemeester A.W.W. (baron) Sloet, die tot 1795 lid van de magistraat was geweest. In 1796 trad als olderman vanwege het stadsbestuur op de arts J. Tengbergen die zich met groot enthousiasme aan zijn bestuurstaak wijdde. De strijd tussen de meer gematigde revolutionairen en de
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 4
felle vleugel van de unitarissen kwam ook in Zutphen tot uiting. Op zondagavond 1 juli 1797 werd een vergadering van de gehele burgerij belegd in de Walburgskerk, waarin de meeste radicalen een stemming afdwongen, waarbij een tiental leden van het stadsbestuur, waaronder Tengbergen, afgezet werden verklaard. Resultaat had dit besluit weliswaar niet, maar na de staatsgreep van januari 1798, toen ook in Zutphen de radicalen aan het bewind kwamen, keerde Tengbergen niet meer terug in het stadsbestuur. Als olderman kon hij niet gehandhaafd worden. Wilde de broederschap de Jacobijnen een slag voor zijn? Men benoemde in januari Engelbert Opgelder tot nieuwe olderman, al had deze geen zitting in het stadsbestuur, terwijl even later de nieuwe stadsregering uit haar midden G. Kaecks tot olderman benoemde. Zo bezat de broederschap nu vier olderlieden. Weliswaar moest G. Kaecks weer het veld ruimen, toen in juli de gematigden weer aan de regering kwamen, maar tot zijn opvolger werd D. van Sittert benoemd. Met de maire L. van Heeckeren tot de Wierse kwam in 1812 een einde aan het eeuwenoude gebruik, dat het stedelijk bestuur iemand uit zijn midden tot olderman aanstelde, al zijn nadien nog vele olderlieden en gildemeesters eveneens lid van de gemeenteraad of wethouder geweest. Het aantal olderlieden bedroeg sedertdien weer drie, zoals voor 1798. Vanaf 1820 woonde de president-burgemeester q.q. alleen die vergaderingen bij, waarin de rekening van de rentmeester werd afgehoord en goedgekeurd, die hij mede ondertekende. De band met het gemeentebestuur bleef echter bestaan, daar de olderman A.W.W. baron Sloet tevens lid van de gemeenteraad was. Deze overleed echter in 1824. In 1829 merkte het bestuur van de Sint Anthonis Grote Broederschap op, dat geen enkel lid van de stedelijke regering meer zitting had als olderman. Daar hen uit het archief was gebleken, dat steeds het oudste lid van de regering als zodanig tevens oudste olderman van de broederschap was geweest, verzochten zij burgemeester P.J. Swabing q.q. als olderman zitting te nemen. Al was deze uitnodiging hem “weggevallig”, tot een benoeming als olderman kwam het niet. Zoals voorheen bleef hij alleen die vergaderingen bijwonen, waarop de jaarrekening van de rentmeester moest worden goedgekeurd. En toen in 1841 G.P.C. baron van Heeckeren van Waliën tot burgemeester van Zutphen werd benoemd, deelde hij mede dat hij slechts gewoon lid van de broederschap wenste te blijven. Ook de bovengenoemde vergaderingen woonde hij niet meer bij, daar de jaarrekeningen voortaan door de gemeenteraad werden goedgekeurd. Nadat de stedelijke overheid in 1451 de oprichting van de Sint Anthonis Broederschap had goedgekeurd, werd aanwijsbaar vanaf 1461 de goede relatie met het stadsbestuur gewaarborgd, doordat steeds een olderman hiervan deel uit maakte. De overheid, die in het verleden steeds optrad als beschermer van de “personae miserabiles”, van armen, weduwen en wezen, oefende een zeker toezicht uit op de financiën van de broederschap, daar deze naast zielzorg ook de liefdadigheid beoefende. De rekeningen van de rentmeester (vanaf 1615, mogelijk al eerder, door de magistraat benoemd) werden afgehoord en goedgekeurd in bijzijn van een der stadssecretarissen, die de rekeningen sedert 1587 steeds ondertekende. Voor grote verkopingen van bezittingen van de broederschap, zoals boerderijen, land en bomen, die het vermogen van de armen zouden kunnen aantasten, vroegen de olderlieden en gildemeesters steeds toestemming. Aankopen daarentegen behoeften geen goedkeuring van de overheid. Evenmin blijkt de magistraat enige bemoeiingen gehad te hebben met de vaststelling van de preuvingen in 1796. Toen in 1799 wegens de landing der Engelsen een compagnie burgers was uitgetrokken naar Haarlem, richtte het gemeentebestuur het verzoek tot de Sint Anthonis Grote Broederschap een gift te doen ter ondersteuning van de vrouwen en kinderen van de uitgetrokken burgers. Alhoewel drie van de vier olderlieden bereid waren een voorschot van vierhonderd gulden te verstrekken, weigerde de olderman A.W.W. Sloet zijn goedkeuring te geven. Alhoewel er geen algemeen reglement voor de broederschap bestond, was het blijkbaar de gewoonte dat besluiten met eenparigheid van stemmen werden genomen. Het stadsbestuur, dat zich niet wilde neerleggen bij deze zaak, bepaalde toen, dat de olderlieden met meerderheid van stemmen zouden kunnen besluiten, waardoor in de eerstkomende vergadering besloten kon worden een lening van vierhonderd gulden aan de stad te verstrekken, zij het met één stem tegen. Eerst in 1836 werd bij de benoeming van een nieuwe rentmeester voor deze een instructie volgens een ontwerp van olderlieden en gildemeesters vastgesteld door Burgemeester en Wethouders. Hierin werd de bepaling opgenomen, dat voortaan de jaarlijkse begroting en rekening ter goedkeuring bij dit college zou worden ingediend.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 5
Ingevolge de in 1854 van kracht geworden wet tot regeling van het armbestuur verzochten Burgemeester en Wethouders aan de broederschap op te geven tot welke der in art. 2 van genoemde wet vermelde categorie de Sint Anthonis Grote Broederschap behoorde. Olderlieden en gildemeesters antwoordden, dat zij eenstemming van oordeel waren, dat deze liefdadige instelling gerangschikt moest worden onder litt. d. van art. 2 der wet, namelijk als “instelling van gemengde aard, in welker regeling of bestuur door de burgerlijke overheid en vanwege eene kerkelijke gemeente of door bijzondere personen of bijzondere, niet kerkelijke vereenigingen gezamenlijk wordt voorzien”. Het college van Burgemeester en Wethouders was het hier niet mee eens en evenmin de Minister van Binnenlandse Zaken, die ook van mening was dat de Sint Anthonis Grote Broederschap een instelling was door bijzondere personen of niet-kerkelijke verenigingen geregeld en bestuurd. Maar, omdat het bestuur van de broederschap dit nu eenmaal zo wenste, liet men de Sint Anthonis Grote Broederschap maar staan onder litt. d. Dientengevolge moest een reglement door de gemeenteraad en het bestuur van de broederschap gezamenlijk worden vastgesteld. De gemeenteraad en een daaruit benoemde raadscommissie waren weinig enthousiast over het concept, dat de broederschap had ingediend. Dat bij een vacature in het bestuur, waarin men levenslang zitting bleef houden, het oudste der voor de broederschap ingeschreven leden, d.w.z. degene die het langste lid was, in het bestuur werd opgenomen, vond men “eigenaardig” en “geenzins verkieselijk”. Pogingen om de olderlieden en gildemeesters tot andere inzichten te brengen, faalden, daar dezen vonden dat dit “juist het kenmerkende der instelling uitmaakte”. De raadscommissie en de gemeenteraad berustten daarom in deze kwestie, in de hoop dat enige door haar voorgestelde en aangenomen wijzigingen het gevaar van “misbruiken althans eenigszins zullen voorkomen”. Aldus werd het reglement in 1856 aangenomen. Ook over het concept van een nieuw reglement was de gemeenteraad in 1889 allerminst enthousiast. Hierin werd bepaald dat voortaan een nieuw bestuurslid door de olderlieden en gildmeesters zou worden gekozen voor de tijd van vijf jaar, terwijl ieder jaar één bestuurslid zou aftreden, maar direct herkiesbaar zou zijn. Nadat de gemeenteraad een motie had verworpen, waarin gezegd werd dat de Raad bevoegd was een zelfstandig oordeel uit te spreken en een eventueel geschil met de Broederschap dan aan een hogere beslissing te onderwerpen, werd in 1889 het ingediende reglement vastgesteld zonder belangrijke wijzigingen op principiële punten. Een door het bestuur van de broederschap voorgestelde reglementswijziging, in hoofdzaak betreffende het Ruitershofje, werd in 1889 door de gemeenteraad zelfs onveranderd vastgesteld. De broederschap, die haar vermogen in hoofdzaak had belegd in een vijftigtal jaarrenten uit huizen, enkele boerderijen en enige korenrenten, besteedde de opbrengst van haar vermogen vrijwel geheel aan de uitdeling van brood, boter, varkensvlees en enkele andere uitkeringen aan de armen, waarvan in 1582 iedere week 69 personen hun deel kregen. Dit aantal preuvingen werd geleidelijk opgevoerd. In 1798 werd het aantal van 99 tot 106 verhoogd door aan alle bewoners van het Ruitershofje een preuving tot te kennen. In de negentiende eeuw werd het aantal van tijd tot tijd verhoogd. In 1627 kocht de broederschap een huisje aan het Armenhage, dat sindsdien als armenhuisje ter bewoning aan behoeftigen ter beschikking werd gesteld. Het accent bleef echter geheel liggen op de uitdeling van voedsel. In 1784 kwam hier echter een verandering in door de aankoop van het Ruitershofje. Zoals bijna iedere vermogende familie in de middeleeuwen, bestemde ook de familie Ruyter enige huisjes tot bewoning door bejaarde armen, door haarzelf aan te wijzen. Hierdoor kon men onder meer bejaard dienstpersoneel gratis onderdak verschaffen. In 1512 kochten Zwene, dochter van Gerrit Ruyter, en Anna, dochter van Lambert Holtsnider, een huisje in de Bakkerstraat, mogelijk vanaf die tijd al als armenhuisje in gebruik. In 1545 kocht Henrick Ruyter, een broeder van Zwene, in de Lokenstraat, later Gasthuisstraat genaamd, de plaats, waar een huis gestaan had en waarvan nu alleen nog enkele muren overeind stonden. In het jaar erop kocht hij nog een naastgelegen huis, en hier bouwde hij één of meer armenhuizen, terwijl hij in 1570 een hier weer naastgelegen huis kocht. Blijkens een inmiddels verdwenen gevelsteen trok hij hier in 1571 een complex van 19 armenhuisjes op, het Ruiteshofje, dat ook wel het Sint Barbaragasthuis werd genoemd. Met het armenhuisje in de Bakkerstraat kwam het Ruitershofje vervolgens in het bezit van de familie Van der Hell. In 1729 droeg Casijn van der Hell het recht van dispositie en het bewind over de weduwen- en armenhuizen over aan Joost Schomaker, wiens zoon mr. Herman Schomaker in 1782 failliet werd verklaard. Bij openbare verkoping werd in 1784 het recht van collatie en, al werd dit niet genoemd, uiteraard ook het beheer van het Ruitershofje, verkocht aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, die hierbij tevens de verplichting op zich nam aan iedere bewoner 5 gulden per jaar uit te keren. Het kapitaal van twee
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 6
duizend gulden, waarvan deze uitkering van 100 gulden per jaar moest geschieden, werd echter niet in de failliete boedel aangetroffen. Het is duidelijk dat de broederschap, die voor het geheel 140 gulden moest betalen, zich bij deze aankoop louter heeft laten leiden door de belangen van de armen. De armenhuisjes op de Nieuwstad, die in zeer vervallen staat verkeerden, werden door de Sint Anthonis Grote Broederschap vervangen door 10 nieuwe huisjes, waarvan één bestemd werd voor een portier. De begeving van de woningen werd zo geregeld, dat de collatie bij toerbeurt zou plaats vinden. Het eerst zou de olderman uit de magistraat een bewoner mogen aanwijzen, vervolgens de olderman uit de adel, dan die uit de broederschap en tenslotte de eerste en tweede gildemeester. In het reglement van 1789 werd bepaald dat men de protestantse godsdient moest belijden, hetgeen tot in deze eeuw verplicht bleef. In 1897 kocht de Sint Anthonis Grote Broederschap grond aan langs de Berkelsingel, waar een nieuw complex van 31 woningen in 1898 verrees. De oude armenhuisjes werden verkocht. De wekelijkse uitdelingen aan de armen vond sedertdien ook hier plaats, terwijl de rentmeester en het bestuur hier ook eigen vertrekken kregen. In 1910 werden de uitkeringen in natura vervangen door een bedrag van f 1,-- per week, waarbij het aantal preuvingen werd gebracht op tweehonderd, inclusief de bewoners van het Ruitershofje. In 1957 werd besloten de opengevallen preuvingen niet meer te vergeven maar de gelden hiervan te reserveren voor verbetering van het Ruitershofje. Per 1 januari 1965 werd de betaling van de laatste preuvingen aan Sociale Zaken beëindigd. Het archief van de Sint Anthonis Grote Broederschap werd, zoals voor het eerst vermeld in 1704, bewaard in een kist ten huize van de rentmeester. De olderlieden hadden ieder één van de sleutels van de drie sloten, waarmede de kist gesloten was. Tot in het begin van de negentiende eeuw werd het archief in “de kist” bewaard. Vanaf 1821 vergaderde het bestuur, dat voordien in een der herbergen in de stad of ten huize van de rentmeester bijeenkwam, in een vertrek boven de portierswoning van het Ruitershofje. Het archief bleef echter bij de rentmeester aan huis berusten. In 1837 werd aan de waarnemend rentmeester opgedragen de in het archief voorhanden “titels van de uitgangen ten behoeven dezer Broederschap geheven wordende” ter hand te stellen aan mr. L.A.J.W. baron Sloet van de Beele, toen procureur te Zutphen, met het verzoek te willen onderzoeken of deze ook enig licht zouden kunnen verspreiden over het bestaan van die uitgangen, waarvan de inning op moeilijkheden stuitte. Sloet maakte een inventaris van de hem ter hand gestelde charters. Verder bleef het archief ongeïnventariseerd. Nadat in 1898 het archief in het nieuwe Ruitershofje in een daartoe gebouwde kluis was opgesteld, inventariseerde en bestudeerde dr. K.O. Meinsma tussen 1909 en 1924 het archief. In 1924 rapporteerde deze aan olderlieden en gildemeesters dat hij het archief in orde had bevonden. In 1960 werd het archief in bewaring gegeven aan het gemeentearchief. Hierbij is de grens gelegd bij 1934, een vrij willekeurig bepaald jaar, voornamelijk omdat toen een nieuw notulenboek in gebruik werd genomen. In 1965 is begonnen met de inventarisatie van het archief, waaraan weer zijn toegevoegd enige stukken en charters, die om onbekende redenen al veel eerder in het gemeentearchief waren beland. Kort voor het ter perse gaan van de inventaris kwamen nog een aantal stukken tevoorschijn, die als bisnummers zijn ingevoegd. Niet opgenomen in de inventaris is het missaal, omstreeks het midden van de vijftiende eeuw waarschijnlijk te Hulsbergen geschreven, dat in 1473 werd aangekocht voor het Sint Anthonisaltaar door de executeurs van de overleden vicaris heer Asse Buelken en de gildebroeders van de Sint Anthonis Broederschap. Als ms. 7 is dit missaal opgenomen in de Stedelijke Bibliotheek. De oorkonden zijn in regest gebracht tot 1600, een willekeurig gekozen jaartal. De voorkeur die de broederschap gaf aan belegging in rentebrieven, waarvoor men na aflossing andere rentebrieven kocht, verklaart het groot aantal regesten. Deze inventaris werd gemaakt door de heer R. Wartena en werd in 1976 gepubliceerd door het Gemeentearchief Zutphen en De Walburg Pers. In 2007 is de inventaris vrijwel geheel ongewijzigd gedigitaliseerd.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 7
INVENTARIS 1. 1
ALGEMEEN
Cartularium, aangelegd ca. 1500. Na 1503 zijn nieuwe katernen ingevoegd en is het geheel doorlopend gefolieerd. Bijgehouden tot 1579. 1 band (reg. no. 1-7, 9-71, 73-146, 148-152, 154-189, 191-196, 199-201, 204-207, 209-224. 228, 229, 231-239, 241-256, 258, 260, 261, 263-279, 284-286, 289-291, 293-308, 311, 315, 318-322, 325-338, 340-342, 344, 346, 348, 349, 351-353, 355-357, 359, 360, 362, 363, 368-380, 382, 385-387, 389396, 399-401, 403-406, 408) N.B. Behalve afschriften van rentebrieven en eigendomsbewijzen van vaste goederen bevat dit deel ook aantekeningen over jaarrenten enz. Een inhoudsopgave van de niet in regest gebrachte aantekeningen ligt voor in dit deel.
2
Gildeboek, aangelegd ca. 1513, bijgehouden tot 1710. 1 band met los toegevoegde katernen. N.B. Inhoud: reglement, lijsten van olderlieden en gildemeesters 1461-1570, lijsten van gildebroeders 1521-1710, lijsten van gestorven gildebroeders 1572-1583, aantekeningen over schenkingen enz., memorie over het houden van jaargetijden voor Henrick Kreynck 1477.
3
Gildeboek, houdende de namen van de olderlieden, gildemeesters en gildebroeders, 1724heden. Aan de ommezijde een lijst van begiftigden met preuvingen, 1804-1820. 1 deel. N.B. Zie ook inv.nr. 407.
4
Lijsten van gildebroeders, 1750-1769, ca. 1868-1873, ca. 1890-1915 en z.j. 4 stukken.
5
Reglement van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1857. Met concept. 2 stukken.
6
Stukken betreffende wijzigingen van het reglement, 1888-1889, 1911. Ten dele gedrukt. 1 omslag.
7-11
Memorie- en resolutieboeken, 1671-1933. 5 delen N.B. Sedert 1881 notulenboek genaamd. 7 8 9 10 11
12-16
1671-1826. 1827-1880. 1881-1894. 1894-1911. 1911-1933.
Ingekomen stukken, 1796-1934. 3 pakken en 2 omslagen. N.B. De jaren 1918-1920 ontbreken. 12 13 14 15 16
17
1706-1838. 1 pak. 1839-1865. 1 pak (reg.nr. 39). N.B. Genummerd 1-197. Zie inv.nr. 24. 1864-1899. 1 pak. 1902-1917. 1 omslag. 1921-1934. 1 omslag.
Stukken ingekomen van Gedeputeerde Staten van Gelderland en Burgemeester en Wethouders van Zutphen, 1900-1923. 1 pak.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 8
18
Ingekomen stukken betreffende de begeving van woningen en preuvingen. Met bijbehorende stukken, 1900-1915 en z.j. 1 omslag.
19
Ingekomen stukken betreffende de belegging en het beheer van het kapitaal van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1901-1926. 1 omslag.
20
Ingekomen stukken betreffende de verpachting van boerderijen en landerijen, 1903-1916 en z.j. 1 omslag.
21
Ingekomen stukken betreffende de verpachting van de jacht, 1901-1914. 1 omslag.
22
Ingekomen stukken betreffende de aanplant en het beheer van bossen en betreffende hout- en grasverkopingen, 1900-1917 en z.j. 1 omslag.
23
Ingekomen stukken betreffende inschrijvingen op aanbestedingen en leveranties, 18971916 en z.j. 1 omslag.
24
“Register der inkomende stukken”, 1839-1860. 1 deel.
25-27
Kopieboeken van uitgaande brieven, 1862-1934. 3 delen. 25 26 27
1862-1909. 1909-1928. 1928-1934.
28
Statistieke opgaven betreffende de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1834-1913, 19211934. Met desbetreffende circulaires. 1 pak.
29
Verslagen van de toestand van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1864-1876. 1 omslag.
29a
Verslagen van inspectiereizen door de olderlieden en gildemeesters naar de bezittingen in de gemeente Hengelo, 1918 en 1920. 2 stukken.
30
Instructie voor de rentmeester, 1895, 1921. 2 stukken.
30a
Akten van aanstelling van en borgstelling voor de rentmeester. 1871-1877. 1 omslag.
30b
Akten van volmacht voor de rentmeester, 1906-1924. 3 stukken.
31
Statuten van het Centraal Steunfonds te Zutphen, 1923. Concept. 1 katern. N.B. De Sint Anthonis Grote Broederschap was een der oprichters.
32
Stichtingsoorkonde van Pro Senectute. Met verklaring dat de Sint Anthonis Grote Broederschap als stichter is toegetreden. Met begeleidend schrijven, 1930. 3 stukken.
33
Inventarissen van het archief van de Sint Anthonis Grote Broederschap door L.A.J.W. baron Sloet, 1837, en K.O. Meinsa, 1924. 1 katern en 2 delen.
2.
PREUVINGEN EN BEGEVING VAN WONINGEN
N.B. Zie ook inv.nrs. 3, 18, 407, 595-603, 819, 822-828. 34
Reglementen op de begeving van preuvingen van de Sint Anthonis Grote Broederschap en op de begeving van de huisjes van het Ruitershofje, 1787, 1789. Met concepten. 2 stukken.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 9
35
Verklaringen van begeving van preuvingen en woningen, 1889-1919. 1 omslag. N.B. Incompleet.
36-38
Alfabetische registers van personen die met preuvingen begiftigd zijn, 1840-1915. 3 delen. 36 37 38
39
1840-1872. 1873-1898. Voorin een rooster van begevingen. 1898-1915.
Alfabetisch register van personen die met preuvingen begiftigd zijn, ca. 1898-1938. 1 deel. N.B. Dit register is geen vervolg van voorgaande serie.
40
Lijsten van gegadigden voor preuvingen, ca. 1898. 1 deeltje en 1 stuk.
40a
Alfabetisch register van personen die door de Sint Anthonis Grote Broederschap, de Sint Anthonis Kleine Broederschap, de Sint Anthonis Broederschap op de Nieuwstad en de Sint Anna Broederschap met preuvingen zijn begiftigd, 1909. 1 deel.
3.
FINANCIEEL BEHEER
3.1
Algemeen
41
Financiële jaaroverzichten, 1851-1882. 1 omslag.
42
Jaarstaten van ontvangsten en uitgaven, 1871-1876. 1 omslag.
43
Begrotingen, 1838-1934. 3 pakken. 43 44 45
46-47
1838-1887. 1888-1922. 1923-1934.
Memoriën van toelichting op de begroting; met bijbehorende staten, 1845-1914. 2 pakken. N.B. Vanaf 1915 zijn deze ingebonden bij de begrotingen. 46 47
1845-1875. 1876-1914.
48
Klad-begrotingen, 1879, 1916. 1 omslag
49
Begrotingen van onderhouds- en herstelwerkzaamheden, 1854, 1888-1899. 1 omslag.
50
Opgaven van de werkbaas D.J. Walgemoed van de te verrichten en verrichtte werkzaamheden, 1883-1903. 1 omslag.
50a
Rapport inzake de invoering van de commerciële boekhouding bij de Sint Anthonis Grote Broederschap, uitgebracht door M.J. Groot Wesseldijk, rentmeester van het Oude en Nieuwe Gasthuis, 1921. Met bijlagen. 1 omslag.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 10
3.2
Rekeningen
Het boekjaar begon op 3 februari - Sint Blasius -, vanaf 1717 op 2 februari, vanaf 1776 op 1 februari. Met ingang van 1 januari 1838 viel het boekjaar samen met het kalenderjaar. De rekeningen werden afgehoord door de olderlieden en gildemeesters, sedert 1587 ten overstaan van de secretaris van de stad Zutphen en door dezen ondertekend. Bij ontstentenis van olderlieden belastte de magistraat één of twee leden uit zijn midden met de afhoring. Vanaf 1820 werden de rekeningen afgehoord door de presidentburgemeester, olderlieden en gildemeesters, sedert 1827 werden de rekeningen ondertekend door de burgemeester en de gemeente-secretaris. Vanaf 1840 werden de rekeningen voorlopig goedgekeurd en ondertekend door de olderlieden en gildemeesters en vervolgens vastgesteld door Burgemeester en Wethouders, vanaf 1856 door de Raad van de gemeente Zutphen. 51
“Sunte Anthonys renteboick”. Rekening van de inkomsten, gehouden door Jan Coester, “maner van de renten”, 1542/43. Met aantekening over de afhoring in 1543. 1 deeltje.
51a
Rekening van de inkomsten, gehouden door Herman Beyer, 1546/47. Met aantekening over de afhoringen in 1547 en 1548. 1 deeltje.
52
“Sunten Toenis bueck”. Rekening van de inkomsten, gehouden door de rentmeester Henrick Schoelwijck, 1562/63. Met aantekening over de afhoring in 1563. 1 deeltje.
53
“Des Grotenn S. Anthonis Gildenn rentebuick”. Rekening van hetgeen na de dood van de rentmeester Henrick Schoelwijck nog over 1571-1574 moest worden ontvangen., 15731575. 1 deel.
54
Bijlagen bij niet aanwezige rekeningen van uitgaven van de rentmeester Peter Schoelwijck, 1571-1572. 4 stukken.
55
Lijst van “restanten”, overgelegd door de weduwe van de rentmeester Peter Schoelwijck, 1574. Notarieel afschrift. 1 katern.
56
Rekeningen van de rentmeester Willem Janssen, 1582/83-1594/95. 10 deeltjes. N.B. Incompleet. 56 57 58 59 60 60a 61 62 63
1582/83. 1583/84. 1584/85. 1585/86. 1590/91. Met afrekening tussen de Broederschap en de rentmeester en een afschrift van diens aanstelling in 1574. 1591/92. 1592/93. Met rendantsexemplaar, waarin enige ontvangen uit het volgende boekjaar staan geboekt. 1594/95 1594/95. Gevolgd door afrekening met de erfgenamen van de rentmeester, 1596.
64
Lijst van “restanten” over 1574-1585. Met aantekening van hetgeen hiervan door de rentmeester Willem Janssen is ontvangen. Met afrekening tussen de Broederschap en de rentmeester, 1587. 1 katern en 1 stuk.
65-85
Rekeningen van de rentmeester Lebuinus ter Spill, 1595/96-1615/16. 12 delen. 65 66 67 68 69
1595/96. 1596/97. 1597/98. N.B. Op het titelblad: “Voor de stad”. 1598/99. N.B. Op het titelblad: “Voor de stad”. 1599/1600. N.B. Op het titelblad: “Voor de stad”.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 11
70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85
1600/01. 1601/02. 1602/03. 1603/04. 1604/05. 1605/06. 1606/07. 1607/08. 1608/09. 1609/10. 1610/11. 1611/12. 1612/13. 1613/14. 1614/15. 1615/16. Met aantekening over een overeenkomsten met Albert Lanssinck over de wekelijkse leverantie voor 75 preuvingen.
86
Bijlagen bij de rekeningen van Lebuinus ter Spill, 1595/96-1610/11, 1615/16, 1616/17. 1 omslag.
87-93
Rekeningen van de rentmeester Gijsbert Verhuell, 1618/19-1625/26. Incompleet. 7 delen. 87 88 89 90 91 92 93
1618/19. 1619/20. 1620/21. 1622/23. 1623/24. 1624/25. 1625/26.
94
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1618/19-1625/26. 1 omslag.
95-130
Rekeningen van de rentmeester Melchior Wijnhoff, 1626/27-1661/62. 35 delen. 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119
1626/27. 1627/28. 1628/29. 1629/30. 1630/31. 1631/32. 1632/33. 1633/34. 1634/35. 1635/36. 1636/37. 1637/38. 1638/39. 1639/40. 1640/41. 1641/42. 1642/43. 1643/44. 1644/45. 1645/46. 1647/48. 1647/48. 1648/49. 1649/50. 1650/51.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 12
120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131-132
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1626/27-1664/65. 131 132
133-137
1651/52. 1652/53. 1653/54. 1654/55. 1655/56. 1656/57. 1657/58. 1658/59. 1659/60. 1660/61. 1661/62. In duplo.
1626/27-1643/44. 1644/45-1664/65.
Rekeningen van de rentmeester Warner Hietbrinck, 1665/66-1669/70. 6 delen. 133 134 135 136 137
1665/66. 1666/67. 1667/68. 1668/69. 1669/70. Met concept-rekening.
138
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1668/69-1699/70. 2 omslagen.
139
Rekening van de borgen van de rentmeester Warner Hierbrinck, 1670/71. 1 deel.
140
Bijlagen bij bovenstaande rekening, 1670/71. 1 omslag.
141-162
Rekeningen van de rentmeester Arnold van Megen, na 1668 van zijn weduwe, 1671/721692/93. 22 delen. 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162
163
1671/72. 1672/73. 1673/74. 1674/75. 1675/76. 1676/77. 1677/78. 1678/79. 1679/80. 1680/81. 1681/82. 1682/83. 1683/84. 1684/85. 1685/86. 1686/87. 1687/88. 1688/89. 1689/90. 1690/91. 1691/92. 1692/93. Met nadere afrekening, 1695.
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1671/72-1692/93. 1 pak.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 13
164-172
Rekeningen van de rentmeester Johan Volmer, 1693/94-1701/02. 9 delen. 164 165 166 167 168 169 170 171 172
1693/94. 1694/95. 1695/96. 1696/97. 1697/98. 1698/99. 1699/1700. 1700/01. 1701/02.
173
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1693/94-1699/1700. 1 pak.
174-191
Rekeningen van de rentmeester Gerhard Haesebroeck, na diens overlijden op 11 augustus 1719 van dr. Herman Haesebroeck, 1702/03-1719/20. 19 delen. 174 175 176 177 178 179 180 181 182 183 184 185 186 187 188 189 190 191
1702/03. 1703/04. 1704/05. 1705/06. 1706/07. 1707/08. 1708/09. 1709/10. 1710/11. 1711/12. 1712/13. 1713/14. 1714/15. In duplo. 1715/16. 1716/17. 1717/18. 1718/19. 1719/20.
192
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1702/03-1707/08. 1 omslag.
193-211
Rekeningen van de rentmeester Derck Joost Wentholt, na diens overlijden in 1742 van zijn weduwe, 1720/21-1743/44. 20 delen. N.B. Incompleet. 193 194 195 196 197 198 199 200 201 202 203 204 205 206 207 208 209
1720/21. 1721/22. In duplo. 1722/23. 1723/24. 1728/29. 1729/30. 1730/31. 1731/32. 1732/33. 1733/34. 1734/35. 1735/36. 1736/37. 1737/38. 1738/39. 1739/40. 1740/41.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 14
210 211 212-241
1741/42. 1742/43 en 1743/44.
Rekeningen van de rentmeester Johan van Hasselt, 1743/44-1774/76. 30 delen. N.B. Vanaf 1771 worden de rekeningen over drie boekjaren gezamenlijk opgesteld. 212 213 214 215 216 217 218 219 220 221 222 223 224 225 226 227 228 229 230 231 232 233 234 235 236 237 238 239 240 241
1743/44. 1744/45. 1745/46. 1746/47. 1747/48. 1748/49. 1749/50. 1750/51. 1751/52. 1752/53. 1753/54. 1754/55. 1755/56. 1756/57. 1757/58. 1758/59. 1759/60. 1760/61. 1761/62. 1762/63. 1763/64. 1764/65. 1765/66. 1766/67. 1767/68. 1768/69. Met borderel. 1769/70. Met borderel. 1770/71. Met borderel. 1771/74. 1774/76.
242
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1754/55-1774/76. 1 pak.
243
Rekening van de rentmeester Johan van Hasselt over de opbrengst van verkochte eikenbomen op het goed Riefel onder Hengelo, 1762-1767. In duplo. 2 delen.
244
Bijlagen bij bovenstaande rekening, 1762-1767. 1 omslag.
245-247
Rekeningen van de substituut-rentmeester Jan Theunis Heytingh, 1776/79-1782/85. 3 delen. 245 246 247
1776/79. 1779/82. 1782/85.
248
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1776/79-1782/85. 1 pak.
249-250
Rekeningen van de substituut-rentmeester Jan Theunis over de opbrengst van verkochte bomen op het goed Riefel en het Riefelerslag onder Hengelo, 1776-1784. 2 delen. 249 250
1776/80. 1778/84.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 15
251-253
Rekeningen van de rentmeester Cornelis Gerhard van Rhijn, 1788/91-1794/96. 3 delen. N.B. De rekening over 1785/88 ontbreekt. 251 252 253
1788/91. 1791/94. 1794/96.
254
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1785/88-1794/96. 1 pak.
255-267
Rekeningen van de rentmeester Jan Gijse, 1796/99-1832/35. 23 delen. N.B. Vanaf de rekening 1805/08 zijn alle rekeningen in duplo en beide getekend. Een borderel is slechts aan één der twee exemplaren toegevoegd. 255 256 257 258 259 260 261 262 263 264 265 266 267
1796/99. 1799/1802. 1802/05. 1805/08. 1808/11. 1811/14. 1814/17. 1817/20. 1820/23. N.B. Het tweede exemplaar is niet getekend. 1823/26. 1826/29. 1829/32. 1832/35.
268
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1796/99, 1808/11, 1811/14, 1820/23. 1 pak.
269
Kwitanties van betaalde impost over boter, 1807, 1811, 1814-1816. 3 liassen.
270-277
Rekeningen van de rentmeester Filippus Johannes Weenink, 1835/37-1844. In duplo. 16 delen. 270 271 272 273 274 275 276 277
1835/37 en 1837. 1838. 1839. 1840. 1841. 1842. 1843. 1844.
278
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1835, 1838-1844. 1 pak.
279
Rekening van de rentmeesters Filippus Johannes Weenink en Gerrit Ebbink van Dick, 1845. In duplo.
280
Bijlagen bij bovenstaande rekening, 1845. 1 omslag.
281-305
Rekeningen van de rentmeester Gerrit Ebbink van Dick, 1846-1870. In duplo. 50 delen. N.B. Deze en de volgende rekeningen werden alle voorlopig goedgekeurd door olderlieden en gildemeesters in het jaar volgende op het boekjaar en vervolgens door Burgemeester en Wethouders, sedert 1856 door de Raad van de Gemeente Zutphen vastgesteld. 281 282
1846. 1847.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 16
283 284 285 286 287 288 289 290 291 292 293 294 295 296 297 298 299 300 301 302 303 304 305 306-310
1848. 1849. 1850. 1851. 1852. 1853. 1854. 1855. 1856. 1857. 1858. 1859. 1860. 1861. 1862. 1863. 1864. 1865. 1866. 1867. 1868. 1869. 1870.
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1846-1870. 5 pakken. 306 307 308 309 310
1846-1850. 1851-1855. 1856-1860. 1861-1865. 1866-1870.
311
Staat van de kassa en de rekeningen, zoals deze zijn overgenomen door de rentmeester Hendrik Heijns, 1871. 1 stuk.
312-316
Rekeningen van de rentmeester Hendrik Heijns, 1871-1875. 5 delen. 312 313 314 315 316
1871. 1872. 1873. 1874. 1875.
317
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1871-1875. 1 pak.
318
Staat van de kaas en de rekeningen, zoals deze zijn overgenomen door de rentmeester Arnoldus Heijns, 1876. 1 stuk.
319-330
Rekeningen van de rentmeester Arnoldus Heijns, 1876-1887. 12 delen. 319 320 321 322 323 324 325 326 327 328
1876. 1877. 1878. 1879. 1880. 1881. 1882. 1883. 1884. 1885.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 17
329 330 331-333
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1876-1887. 3 pakken. 331 332 333
334-340
1888-1891. 1892-1894.
Rekeningen van de rentmeester Hendrik Willem Hasselo, 1895-1920. 26 delen. 343 344 345 346 347 348 349 350 351 352 353 354 355 356 357 358 359 360 361 362 363 364 365 366 367 368
369-377
1888. 1889. 1890. 1891. 1892. 1893. 1894.
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1888-1894. 2 pakken. 341 342
343-368
1876-1879. 1880-1883. 1884-1887.
Rekeningen van de rentmeester Gesinus Beins, 1888-1894. 7 delen. 334 335 336 337 338 339 340
341-342
1886. 1887.
1895. 1896. 1897. 1898. 1899. 1900. 1901. 1902. 1903. 1904. 1905. 1906. 1907. 1908. 1909. 1910. 1911. 1912. 1913. 1914. 1915. 1916. 1917. 1918. 1919. 1920.
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1895-1920. 9 pakken. 369 370 371 372 373
1895-1897. 1898-1899. 1900-1902. 1903-1905. 1906-1908.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 18
374 375 376 377
1909-1911. 1912-1914. 1915-1917. 1918-1920.
378
Rekening van H.W. Hasselo en H.J. Walgemoed, 1921. 1 deel.
379
Bijlagen bij bovenstaande rekening, 1921. 1 band.
380-392
Rekeningen van de rentmeester H.J. Walgemoed, 1922-1934. 13 delen. 380 381 382 383 384 385 386 387 388 389 390 391 392
393-405
406
1922. 1923. 1924. 1925. 1926. 1927. 1928. 1929. 1930. 1931. 1932. 1933. 1934.
Bijlagen bij bovenstaande rekeningen, 1922-1934. 13 banden. 393 394 395 396 397 398 399 400 401 402 403 404 405
1922. 1923. 1924. 1925. 1926. 1927. 1928. 1929. 1930. 1931. 1932. 1933. 1934.
3.3
Verdere stukken betreffende het beheer
“Sint Antonis Capitaalboek”. Manuaal van ontvangsten, 1753-1768. 1 deel. N.B. Voorin een index. Het manuaal is geschreven in het rendantsexemplaar van de rekening van 1704/05 van de overrentmeester van de stad Zutphen, Wilhelm van Hasselt, wiens kleinzoon Johan van Hasselt als rentmeester van het Sint Anthonis Grote Gilde dit manuaal heeft aangelegd. De overrentmeestersrekening van 1704/05 ontbreekt in het oudarchief van Zutphen.
407
Mauaal van ontvangsten, aangelegd 1776, bijgehouden over 1776-1784, 1839-1911. Voorin een index en een lijst van olderlieden, gildemeesters en gildebroeders in 1776, achterin lijsten van preuvingen, 1776-1784. 1 deel.
408
Manuaal van ontvangsten, aangelegd 1796, bijgehouden over 1796-1826. Voorin een index. 1 deel.
409
Manuaal van kapitalen, belegd in obligaties en hypotheken, met aantekening van de ontvangst van renten, 1845-1911. 1 deel.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 19
410
Kwartaalstaten van ontvangsten en uitgaven, 1852-1914. 1 pak. N.B. Het 1e kwartaal van 1870 ontbreekt.
411
Registers van kwartaalstaten, 1852-1871. 5 katernen.
412-463
Algemeen journaal en kasboek, 1839, 1842-1935. 52 delen. 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429 430 431 432 433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447 448 449 450 451 452 453 454 455 456 457 458 459 460 461 462
1839. 1842. 1843. 1844. 1845. 1846. 1847. 1848. 1849. 1850. 1851. 1852. 1853. 1854. 1855. 1856. 1857. 1858. 1859. 1860. 1861. 1862. 1863. 1864. 1865. 1866. 1867. 1868. 1869. 1870. 1871. 1872. 1873. 1874. 1875. 1876. 1877. 1878. 1879. 1889. 1881. 1882. 1883. 1884. 1885-1887, 31 maart. 1887, 1 april - 1891, 22 augustus. 1891, 22 augustus - 1897, 14 januari. 1897, 14 januari - 1902, 27 december 1902, 27 december - 1914, 31 mei. 1915, 1 februari - 1926, 12 juni. 1926, 17 juni - 1931, 10 december.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 20
463 464-465
Journaal van ontvangsten en uitgaven, 1872-1912. 2 delen. 464 465
466-526
1931, 10 december - 1935, 2 november.
1872-1891. 1892-1912.
Registers van ontvangsten, 1842-1921. 61delen. 466 467 468 469 470 471 472 473 474 475 476 477 478 479 480 481 482 483 484 485 486 487 488 489 490 491 492 493 494 495 496 497 498 499 500 501 502 503 504 505 506 507 508 509 510 511 512 513 514 515 516
1842. 1843. 1844. 1845. 1846. 1847. 1848. 1849. 1850. 1851. 1852. 1853. 1854. 1855. 1856. 1857. 1858. 1859. 1860. 1861. 1862. 1863. 1864. 1865. 1866. 1867. 1868. 1869. 1870. 1871. 1872. 1873. 1874. 1875. 1876. 1877. 1878. 1879. 1880. 1881. 1882. 1883. 1884. 1885. 1886. 1887. 1888. 1889. 1890. 1891. 1892.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 21
517 518 519 520 521 522 523 524 525 526
1893. 1894. 1895. 1896. 1897. 1898. 1899-1901. 1902-1915. 1916-1919. 1920-1921, september.
527
Tabellarisch kasboek van ontvangsten, 1921-1922, 2 mei. 1 deel.
528-589
Registers van uitgaven, 1839, 1842-1921. 62 delen. 528 529 530 531 532 533 534 535 536 537 538 539 540 541 542 543 544 545 546 547 548 549 550 551 552 553 554 555 556 557 558 559 560 561 562 563 564 565 566 567 568 569 570 571 572
1839. 1842. 1843. 1844. 1845. 1846. 1847. 1848. 1849. 1850. 1851. 1852. 1853. 1854. 1855. 1856. 1857. 1858. 1859. 1860. 1861. 1862. 1863. 1864. 1865. 1866. 1867. 1868. 1869. 1870. 1871. 1872. 1873. 1874. 1875. 1876. 1877. 1878. 1879. 1880. 1881. 1882. 1883. 1884. 1885.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 22
573 574 575 576 577 578 579 580 581 582 583 584 585 586 587 588 589
1886. 1887. 1888. 1889. 1890. 1891. 1892. 1893. 1894. 1895. 1896. 1897. 1898. 1899-1901. 1902-1910. 1911-1919. 1920-1921.
590
Tabellarisch kasboek van uitgaven, 1921-1922, 1 mei. 1 deel.
591-592
Rekening-courant met de Geldersche Crediet-vereeniging. 1921-1933. 2 delen. 591 592
593
1921-1928. 1928-1933.
Aantekenboekjes betreffende leveranties en werkzaamheden, verricht door verscheidene ambachtslieden ten behoeve van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1886-1896. 8 deeltjes ---------------
594
Rekening van verschotten, gedaan door de rentmeester, 1846-1863. Met bijbehorende stukken. 1 omslag. N.B. Zie ook inv.nrs. 597-599.
595
Staten van de boter, aangekocht door de rentmeester en door hem uitgegeven aan de gildeknecht om uit te delen, 1859-1871. 1 deel.
596
Staten van door de gildeknecht ontvangen en uitgedeelde boter, 1868-1871. 2 stukken.
597-599
Staten van betaalde onderstand aan de bewoners van het Ruitershofje, van aangekochte en uitgedeelde boter, van verschotten, gedaan door de rentmeester, rekening-courant met de werkbazen, 1872-1914. 3 delen en een inliggend katern. 597 598 599
1872-1890. 1891-1909. 1910-1914.
600
Blanco staten van leveranties van stro aan de bewoners van het Ruitershofje en van het witten van de woningen (1870). 3 stukken.
601
Akte waarbij Wilhelm Bruggink en Maria Sluiters, zijn vrouw, 500 gulden tot onderpand stellen voor het bakken van brood voor de wekelijkse uitdeling en voor de administratie van het daartoe geleverde koren, waarvoor zij hun huis aan de Markt verbinden, 1739. Extract. 1 stuk. N.B. In 1736 verbinden zij hiervoor een huis op de hoek van de Franckensteeg.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 23
602
Voorwaarden van aanbesteding en contracten van levering van roggebrood, 1871-1901. 1 omslag.
603
Voorwaarden van aanbesteding en contracten van levering van spek, 1878-1880. 3 stukken. ---------------
604
Staten van verpachtingen, 1869-1932. Met stukken betreffende de reductie van de pacht over 1931. 1 omslag.
605-606
Akten van verpachting van huizen, boerderijen en landerijen, 1673-1935. 2 pakken. 605 606
1673, 1683, 1696, 1750, 1797-1901. 1902-1935.
607
Kwitantieboekje van de pacht van het goed Hesselink onder Warnsveld, 1865-1872. 1 deeltje.
608
Akten van verpachting van het jachtrecht op landerijen van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1866-1931. 1 omslag.
609
Register van opbrengsten van de verkoop van garvezaden en akkermaalshout per boerderij geboekt, 1814-1856. Aan de ommezijde register van de opbrengsten van de verkoop van garvezaden van de Sint Anthonis Kleine Broederschap, 1825-1827. 1 deeltje.
610-611
Registers van verkopingen van garvezaden van de Sint Anthonis Grote Broederschap en het Sint Anna Gilde, 1785-1856. 2 delen. 610 611
1785-1840. 1841-1856.
612
Staat van de opbrengst van het garvezaad over 1814-1856, opgemaakt ca. 1856. 1 katern.
613
Akten van verkoping van garvezaden, 1673, 1812-1848. 1 pak. N.B. De akte van 1673 betreft de Onze Lieven Vrouwen Kamp buiten de Spittaalspoort.
614
Taxatiën en verdere stukken betreffende de opbrengsten van garvezaden, 1832-1856. 1 omslag.
615
Register van verkoping van akkermaalshout, 1842-1907. 1 deel.
616
Taxatiën en aankondigen van de verkoop van akkermaalshout, 1858-1897. 1 omslag.
617-618
Registers van houtverkopingen, 1776-1865. 2 delen. 617 618
1776-1798. 1800-1865.
619
Akten van verkoping van houtgewassen en bijbehorende stukken, 1811-1891. 1 pak.
620
Taxatiën en stukken betreffende de verkoop van bomen, 1853-1917. 1 omslag.
621
Register van de opbrengst van verkocht gras en houtgewassen, 1867-1876. 1 deel.
622
Stukken betreffende verkopingen in 1871 en 1876. 1 omslag.
622a.
Begrotingen van het bosbeheer, 1917-1918. 2 stukken.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 24
4.
EIGENDOMMEN
4.1
Onroerende goederen
4.1.1 Algemeen 623
Leggers van de bezittingen van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1878. Met kladlegger. 3 delen en 1 katern. N.B. Een der delen bevat kaarten en aantekeningen over “plaats gehad hebbende veranderingen”, een ander aantekeningen over rechten en verplichtingen.
624
Legger als boven, aangelegd ca. 1905, bijgehouden tot 1920. 1 deel. N.B. Met gekleurde kaarten van de bezittingen.
625
Kaartboek van de bezittingen van de Sint Anthonis Grote Broederschap, door de landmeter J. van Gelder, 1681. Op perkament, gekleurd. 12 kaarten in omslag. N.B. Van deze kaarten, die steeds losbladig zijn bewaard, dragen de eerste zes een oude foliëring 1-6, de volgende zijn met potlood doorgefolieerd.
626
Kaarten van de bezittingen, 1846, sommige bijgewerkt in 1875. Gekleurd. 1 omslag.
627
Kaarten van de boerderijen, ca. 1850. Gekleurd. 5 kaarten.
627a
Kaarten van de bezittingen [door D.J. Walgemoed], ca. 1890. Gekleurd. 6 kaarten.
628
Kaartboek van de bezittingen, 1906. Gekleurd. 1 deel.
629
Beschrijvingen van de bezittingen met opgave van de kadastrale nummers, de namen en grootte van de percelen en de belastbare opbrengst, 1838-1862 en z.j. 1 omslag.
630
Uittreksels uit de perceelsgewijze kadastrale leggers, 1862-1906. 1 omslag.
631
Kennisgevingen van de hernummering van kadastrale percelen, 1845-1875, 1894. 1 omslag.
632
Verklaring over de onjuiste tenaamstelling in de kadastrale leggers van de percelen Hengelo sectie D nrs. 1126 en 1127, 1911. 1 stuk.
633
Kennisgeving van de uitkomsten van meting en schatting voor de grondbelasting, 18551921. 1 omslag.
634
Kennisgevingen van de herziening van de belastbare opbrengst der ongebouwde eigendommen, 1875-1905. 1 omslag.
635
Kennisgevingen van de herziening van de belastbare opbrengst der ongebouwde eigendommen, 1856, 1885-1889. 1 omslag.
636
Taxatiën van de waarde en huurwaarde van de eigendommen, 1856-1894, 1915, 1922. 1 omslag. ---------------
637
Stukken betreffende de verkoop van het ijzererts in de weide Het Slag te Vorden, de Stroetweide te Hengelo en het Elzenbroek te Warnsveld, 1887-1894. 1 omslag. ---------------
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 25
638
Polissen en verdere stukken betreffende de verzekering van eigendommen, 1882-1898. 1 omslag.
4.1.2 Zutphen N.B. Voor het Ruitershofje zie hoofdstuk 6. 639
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een huisje op het Armenhage, 1627. 1 charter.
640
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een vierde gedeelte van het huis De Denemarken op de Nieuwstad, 1692. Met extract uit een schuldbekentenis, staande op dit huis en op het huis De Drie Klaverbladeren, 1671. 1 charter en 1 stuk.
641
Eigendomsbewijs voor Gardina Pikkard van een huis op de Nieuwstad op de hoek van de Zeven Notenbomenstraat, 1765. 1 charter. N.B. Het is niet gebleken bij welke gelegenheid dit charter in het archief is gekomen.
642
Akte, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap de pandschap van Onser Lieven Vrouwenkamp buiten de Hospitaalspoort wordt overgegeven, 1627. Met akte van pandschap, 1544. Met akte waarbij een stuk van deze kamp tot stortplaats van het stadsvuil wordt afgenomen en de pandsom verhoogd, 1727. Met beschikking over de aflossing van de pandsom voor deze kamp, die in 1796 voor de fortificatiën is vergraven, 1799. 3 getransfigeerde charters (reg.nr. 317) en 1 stuk.
643
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de bouwlanden de Scheurweide en de Lange en Korte Voren, gelegen in de Hoven, 1920. Met bijbehorende stukken en retroacta, 1839-1920. 1 omslag.
644
Kaart van de bezittingen van de Sint Anthonis Grote Broederschap in Zutphen, ca. 1900. Gekleurd. 1 kaart.
4.1.3 Hengelo 645-654
Stukken betreffende het goed Riefel, 1478-1911. 645
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap en het Sint Anna Gilde van het goed Groot Riefel en de halve hofstede Zarynck, gelegen in de buurschap Beekveld, met de verplichting voor beide gilden twee preuvingen meer te geven dan tot dusverre, 1494. Met oudere eigendomsbewijzen, 1478, 1482. 3 charters (reg.nrs. 102, 117 en 178).
646
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de Haickinckskamp en de daarbij gelegen pootbrink, gelegen in de buurschap Beekveld, 1609. Met retroacta, 1544, 1607. 2 charters (reg.nr. 314) en 1 stuk.
647
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap en het Sint Anna Gilde van een stuk land op de Grijsenegge naast Refeler Spalle, 1619. 1 charter.
648
Volmacht voor de rentmeester Jan Gijse tot aankoop van een stuk grond, 1824. 1 stuk.
649
Bestek van herstelwerkzaamheden aan het Riefel, 1830. 1 katern.
650
Akte, waarbij een graf op de Nieuwe Begraafplaats te Warnsveld wordt afgestaan aan eigenaren van het goed Riefel, 1837. 1 stuk.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 26
655-660
651
Notariële akte, waarbij het Sint Anna Gilde haar helft van het goed Riefel verkoopt aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1841. In duplo. 2 katernen.
652
Kaart van het goed Riefel, 2e helft 19e eeuw. 1 stuk.
653
Plattegrond en begroting voor een verbouwing van de deel van het goed Riefel, 1917. 2 stukken.
654
Stukken betreffende een grensscheiding van het goed Riefel en eigendommen van vrijheer M.J.F.J.A.A.V. von Twickel, 1910-1911. Met kaart. 1 omslag.
Stukken betreffende het goed Groot Bannink, gelegen in de buurschap Noordink, 15441916. 655
Stukken betreffende de verkoop van het goed Groot Bannink aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1683. Met oudere eigendomsbewijzen en met akten van belening, 1544-1789. 8 charters (reg.nrs. 316 en 410) en 1 omslag.
656
Akte, waarbij twee graven op de Nieuwe Begraafplaats te Warnsveld worden afgestaan aan de Sint Anthonis Grote Broederschap als eigenares van de erven Bannink en Gotink, 1837. 1 stuk.
657
Begroting van de bouwkosten van een schuur, 1878. Met tekening. 2 stukken.
658
Bestek en voorwaarden van het herstel van schuren, 1888. 2 stukken.
659
Akte van grensscheiding van het land de Lange Brake, 1906. Met bijbehorend stuk. 2 stukken.
660
Stukken betreffende verbouwingen van de boerderij Groot Bannink, 1916, 1924, 1929. Met 5 tekeningen. 1 omslag.
661-664b Stukken betreffende het goed Gotink, gelegen onder Hengelo, 1619-1884. N.B. Zie ook inv.nr. 656. 661
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed Gotink, 1724. Met volmacht, 1724, en ouder eigendomsbewijs, 1619. 2 charters en 1 stuk.
662
Verklaring van Anton Hoenink, dat de grond naast zijn huis de Moesbek, gelegen op de Vellekesenk, eigendom is van de Sint Anthonis Grote Broederschap, dat hij deze grond mag blijven gebruiken en dat hij daarvoor het toezicht zal uitoefenen op de Haytinkkamp, 1839. 1 stuk.
663
Akte van afkoop van een uitgang uit de Meyerskamp. 1842. 1 stuk.
664
Eigendomsbewijzen voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het bouwland, De Hof bij Gotink genaamd, en andere percelen bouw- en weiland, 1858, 1875, 1884. 1 omslag.
664a Kaart van het goed Gotink, 1921. 1 kaart. 664b Stukken betreffende verbouwingen van de boerderij Gotink, 1927, 1932. 1 omslag. 665
Koopcondities en kwitanties voor de Sint Anthonis Grote Broederschap wegens de aankoop van een weiland bij de Lokreyse naast de Refeler slagen en van de Lokreyse van de Leemkuil, 1731-1732. 2 stukken.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 27
666
Overeenkomst, waarbij J.H.A. baron van der Heyden van Baak aan de Sint Anthonis Grote Broederschap het recht van uitweg verleent vanuit het bos de Lookreize door het bos de Koster en over de Dringerburgerdijk, waarvoor hij de vrije jacht op de goederen het Riefel en Gotink zal genieten, 1822. Met bijbehorend stuk, 1822. 2 stukken.
667
Stukken betreffende de toedeling van gronden van de mark van Hengelo aan de Sint Anthonis Grote Broederschap als eigenares van de goederen het Riefel, Gotink en Bannink, 1824. 2 stukken.
668-670
Stukken betreffende het goed Klein Bannink, 1860-1894. 668
Akte van ruiling van heidegrond en dennenbos tussen Hendrik van Oordt en de Sint Anthonis Grote Broederschap, waarbij laatstgenoemde het Ronde Veen verwerft, 1860. 1 stuk.
669
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de opstal van het goed Klein Bannink, waarvan de grond reeds aan de broederschap toebehoort, 1866. 1 katern.
670
Stukken betreffende de bouw van een nieuwe boerderij op Klein Bannink, 1894 en van een nieuw schuur, 1925. Met 4 tekeningen. 1 omslag.
671
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk bosgrond en bouwland te Noordink bij het goed Langeler, 1874. 1 katern.
672
Kaart van de buurschap Noordink, 1875. Gekleurd. 1 stuk.
673
Kaartje van het bos het Langeler, ca. 1880. 1 stuk.
674
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een daghuurdersplaatsje aan de Lankhorsterstraat te Hengelo, 1878. Met ouder eigendomsbewijs en 3 kaarten, 1871-1898. 1 omslag.
675
Extract uit het kadastrale plan van de heidevelden behorende tot de goederen het Riefel, Groot Bannink en Klein Bannink, 1902. Gekleurd. 1 kaart.
676
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed Faalverink, met bijbehorende stukken en kaart, 1906. 1 omslag.
677
Stukken betreffende de bouw van een nieuwe boederij en bijgebouwen op Faalverink, 1906-1907, 1925-1927. Met 4 tekeningen. 1 omslag.
677a
Kaart van het goed Faalverink, 1929. Blauwdruk. 1 kaart.
677b
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van gedeelten van het perceel Hengelo sectie A nr. 259, 1923. 1 katern.
677c
Akte van ruiling tusssen de Sint Anthonis Grote Broederschap en G. Menkhorst, waarbij eerstgenoemde tegen afstand van een gedeelte van het bouwland Hengelo sectie K 2087 verkrijgt een gedeelte van het bouwland Hengelo sectie K 2086, 1925. 1 katern.
4.1.4 Steenderen 678
Akte, waarbij het verwin op het weiland de Witten Haege, gelegen in de Toldijk, wordt overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1675. Extract, 1683. 1 stuk. N.B. In dorso: “Dit perceel is verkocht en behoort niet meer aan de broederschap”.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 28
679
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de halve Heeckerenswaarden, gelegen in de buurschap Baak, 1738. Met koopakte, 1737. 1 charter en 1 stuk.
680
Akte inzake een uitweg over de Heeckerenswaard, 1826. 1 stuk.
681
Stukken betreffende de verdeling van de Heeckerenswaard of Hazebroeksklooten, gelegen in de Bakerweerd, tussen de Sint Anthonis Grote Broederschap en Gerrit Jan Schieven, 1857. Met afschrift van een ouder eigendomsbewijs, 1819. 1 omslag.
682
Kaart van de Heeckerenswaard, 1878. 1 kaart.
682a
Stukken betreffende de bemaling van de Bakerwaard Oostelijk Gedeelte, 1906-1907. 1 omslag.
682b
Bestek en voorwaarden voor de vernieuwing van een brug over de waterleiding in de Heeckerensewaard, met inschrijving, 1927-1928. 1 omslag.
4.1.5 Warnsveld N.B. Voor de graven op de Nieuwe Begraafplaats zie ook inv.nrs. 650 en 656. 683-707
Stukken betreffende het goed Aalderink in Warken en daarbij aangekochte landerijen, 1369-1915. N.B. Zie ook inv.nr. 711, 714-718. 683
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed Aalderink, 1454. Met ouder eigendomsbewijs, 1432. 2 charters (reg.nrs. 16 en 40).
684
Akte, waarbij Reyner Hoen het leengoed Aalderink tot een vrij eigen goed maakt en Johan van Ripen van de leenplicht ontslaat, 1369. 1 charter (reg.nr. 3).
685
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een jaarrente van 20 molder winterrogge uit het halve goed Aalderink, 1454. Met ouder eigendomsbewijs, 1437. 2 charters (reg.nrs. 17 en 44).
686
Eigendomsbewijs voor Hendrik Addinck en Mechteld, zijn vrouw, van het land het Londincks Haarcken, 1472. Met akte van toestemming van de tynsheer, 1472. 2 charters (reg. no. 92 en 93). N.B. Het is niet gebleken wanneer dit land door de Broederschap is verworven. Zie echter inv.nr. 690 en 694.
687
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de Braemelermaat, gelegen op de grens van de buurschappen Warken en Bramel, 1479. Met ouder eigendomsbewijs, 1455. 2 getransfigeerde charters (reg.nrs. 48 en 104).
688
Akte waarbij de smalle tienden uit het goed Aalderink worden geschonken aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1483. 1 charter (reg.nr. 125).
689
Akte betreffende het onderhoud van de afscheiding tussen de Alerdinck Nyemaat en het goed van Gerrit Smedinck, 1489. 1 charter (reg.nr. 158).
690
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het land, genaamd het Londinck Hilter, 1512. 1 charter (reg.nr. 229).
691
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschapp van de pandschap van twee stukken land op de Sijdeneng en de Hogeneng, 1513. Met akte van verpanding, 1489. 2 getransfigeerde charters (reg.nrs. 153 en 230).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 29
692
Akte waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap tegen afstand van de Alerdinckkamp het land de Byvanck verwerft, 1514. 1 charter (reg.nr. 235).
693
Akte van verpanding van het Harmelynck Broekslag aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1527. 1 charter (reg.nr. 275).
694
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het Londinckskampje, 1532. Met ouder eigendomsbewijs, 1509. 2 getransfigeerde charters (reg.nrs. 224 en 282).
695
Akte, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap tegen afstand van de Maatakker en een stuk land bij de Braamheuvel de Steenakkers verkrijgen, 1534. 1 charter (reg.nr. 289).
696
Akte, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap een lijfrente uit het goed Aalderink verkopen, 1552. 1 charter (reg.nr. 350).
697
Eigendomsbewijzen voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de Kerseboomskamp, 1555-1556. 2 charters (reg.nrs. 358 en 364).
698
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een hofstede, gelegen tegenover het goed Aalderink, 1574. 1 stuk (reg.nr. 402).
699
Akte, waarbij een jaarrente wordt gevestigd in het goed Aalderink, 1586. 1 charter (reg. no. 413).
700
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een half molder land in de Warkense Eng, 1608. 1 charter.
701
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het Averdijckinckstukje, 1657. Met ouder eigendomsbewijs, 1633. 2 charters.
702
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een jaarrente van 4 molder rogge en 2 schepel gerst uit het goed Aalderink, 1650. 1 charter.
703
Bestek en conditiën van aanbesteding van de leverantie van hout voor het bouwen van een nieuwe schuur op het erf Aalderink, 1797. 1 katern.
704
Akte, waarbij een graf op de Nieuwe Begraafplaats te Warnsveld wordt afgestaan aan de Sint Anthonis Grote Broederschap als eigenares van het goed Aalderink, 1837. 1 stuk.
705
Akte, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap een stukje land afstaat met de verplichting tot onderhoud van de duiker bij de Vroet in de Lage Lochemse Weg, maar met behoud van het pootrecht langs deze weg, 1844. Met akte betreffende het onderhoud van de duikers, 1834. 2 stukken.
706
Akte van ruiling van heidegrond tussen de Sint Anthonis Grote Broederschap en Coenradina H. van Haersolthe, echtgenote van L.A.P.H. baron van Heeckeren, 1873. In duplo. Met ouder eigendomsbewijs, 1843. 3 stukken.
707
Stukken betreffende verbouwingen van de boerderij Aalderink, 1916 en 1928. Met 4 tekeningen. 1 omslag.
708-713a Stukken betreffende het goed Gotink in Warken en daarbij aangekochte landerijen, 16041863. N.B. Zie ook inv.nr. 714-718.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 30
708
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed Gotink, hofhorig in de hof te Zutphen, 1604. Met akten van consent van de hofrichter en van de Gelderse Rekenkamer, 1607. 3 charters, waarvan 2 getransfigeerd.
709
Akte, waarbij de Gelderse Rekenkamer het goed Gotink ontslaat uit de horigheid en tot tynsgoed maakt, 1625. Met bijbehorende stukken. 1 charter en 1 lias.
710
Akte van 16-jarige tiendvrijdom van een stuk onland op de Beitelkamp aan de Bruininckweert, 1698. Met begeleidende brief. 2 stukken.
711
Stukken betreffende een ruiling van gronden, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap tegen afstand van het Voornekampsbos en het Voornekampsweidje, behorende tot het goed Aalderink, een stuk land aan de Groeneweg op de Warkense Enk verkrijgt, 1789-1790. 1 omslag.
712
Akte, waarbij een graf op de Nieuwe Begraafplaats te Warnsveld wordt afgestaan aan de Sint Anthonis Grote Broederschap als eigenares van het goed Gotink, 1837. 1 stuk.
713
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het land het Bruggestukje en het Korte Gaardeken, gelegen op de Warkense Enk, 1863. 1 katern.
713a Stukken betreffende verbouwingen van de boerderij Gotink, 1926 en 1930. Met 2 tekeningen. 1 omslag. 714-718
Stukken betreffende de goederen Aalderink en Gotink onder Warken, 1822-1888. 714
Akte van onderlinge afkoop van een jaarrente uit een huis op de Nieuwstad te Zutphen en uit het goed Valke te Eefde ten laste van de Domeinen en van een uitgang uit de goederen Aalderink en Gotink en uit de Havik- of Haykinkkamp en de Brummelermaat te Warken, ten laste van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1822. Met betalingsmandaat, 1822. 2 stukken.
715
Akte van afkoop van de Wijnbergse of Warkense tienden, gaande uit de goederen Aalderink en Gotink, 1865. 1 stuk.
716
Akte van afkoop van een tiend uit landerijen van de goederen Aalderink en Gotink, 1871. 1 stuk.
717
Stukken betreffende tienden uit de goederen Aalderink en Gotink, 19e eeuw. 4 stukken.
718
Stukken betreffende een verbouwing van schuren op de erven Aalderink en Gotink, 1888. Met 4 tekeningen van de bestaande en ontworpen toestand. 1 omslag.
719
Stukken betreffende de toedeling van grond van de mark van Warken aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1833, 1836. 3 stukken.
720
Stukken betreffende de onteigening van gronden onder Warnsveld voor de aanleg van de grindweg van Zutphen naar Lochem, 1840-1841. 1 omslag.
721
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk heide, gelegen in de buurschap Warken aan de nieuwe weg van Vorden naar Almen, 1853. 1 stuk. N.B. Op de omslag staat: “Bosschen achter Hesselink”.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 31
722
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk heide in het Grote Veld te Warken, 1854. 1 stuk. N.B. Op de omslag staat: “Bosschen achter Hesselink”.
723-724a Stukken betreffende de boerderij Veldkamp en daarbij aangekocht land, 1818-1866. 723
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het daghuurdersplaatsje Veldkamp, gelegen in de buurschap Warken, 1854. Met retroacta, 1814, 1853. 1 omslag.
724
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de landerijen de Timp, de Voorste Veldsneede, het Veld en het Achterste Langebosch, 1866. Met bijbehorend stuk. 1 katern en 1 stuk.
724a Stukken betreffende een verbouwing van de boerderij Veldkamp, 1917, 1927. Met 2 tekeningen. 1 omslag. 725
Kaarten van het goed Hesselink onder Warnsveld. Met opgaven van de grootte van de percelen, 19e eeuw. 4 stukken. N.B. Van één kaart ontbreekt een gedeelte. Het goed Hesselink werd in 1863 door de Sint Anthonis Grote Broederschap aangekocht.
726
Kaart van de bossen bij de goederen Hesselink en Blankeveen onder Warnsveld en Vorden, 19e eeuw. Gekleurd. 1 kaart.
727
Kaart van het Warkense Veld, 1864. Bijgewerkt, 1875. Gekleurd. 1 kaart.
728
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk bosgrond aan de Lochemse weg en van het servituut van waterleiding van het erf Hesselink en andere gronden van de Broederschap, 1865. 1 katern.
729
Contract tussen de rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap en W. Abbing, waarbij eerstgenoemde verklaart de koopsom ontvangen te hebben voor het pootrecht met de daaropstaande bomen langs de weg van Zutphen naar Lochem onder Warken, en waarbij W. Abbing het onderhoud van deze weg op zich neemt, 1870. 1 stuk.
730
Stukken betreffende de afstand van gronden onder Warnsveld ten behoeve van de aanleg van de spoorlijn Zutphen-Winterswijk, 1876-1877. Met kaartje. 1 omslag.
731
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het land de Karskamp onder Warnsveld, 1899. Met akte van ruiling van een streepje grond, 1901. Met 2 gekleurde kaarten. 1 omslag.
732
Akte van verkoop door de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk land te Warnsveld, belast met het recht van uitweg van de percelen sectie A nrs. 178 en 179, 1903. 1 katern.
733
Akte van verkoop door de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk bosgrond, weg en water, onder behoud van het recht van uitweg over sectie A nrs. 181, 1903. 1 stuk.
734
Plattegrond, doorsnede en aanzicht van een boerderij, vermoedelijk onder Warnsveld gelegen, ca. 1900. Gekleurd. 1 tekening.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 32
4.1.6 Eerbeek 735-743
744-746
Stukken betreffende het goed ten Veen, vanaf de zestiende eeuw Wensinck genaamd, 1388-1878. 735
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed ten Veen, 1516. Met ouder eigendomsbewijs van een daarbij gelegen hofstede, 1446. 2 charters (reg.nrs. 25 en 241).
736
Akte, waarbij Rense ten Vene c.s verklaren geen vrijgeld van hun goederen verschuldigd te zijn, 1338. 1 charter (reg.nr. 6).
737
Akte, waarbij Garselis van den Gruythuys verklaart Jutte ter Veen schadeloos te zullen houden voor een ten onrechte afgegeven kondschap dat zij uit haar goed een halve blauwe gulden verschuldigd zou zijn, 1460. 1 stuk (reg.nr. 58).
738
Akte, waarbij de proost van Werden Berend ten Veen beleent met het goed ten Veen, 1469. 1 charter (reg.nr. 86).
739
Akte van ruiling tussen de graaf van Bronckhorst en de Sint Anthonis Grote Broederschap, waarbij de Broederschap tegen afstand van een hofstede, horende in het goed ten Veen, een streep land, gelegen in het goed ten Veen, verkrijgt, 1546. 1 charter (reg.nr. 327).
740
Stukken betreffende de aanbesteding van een nieuwe boerderij op het goed Wensink, 1757. 1 omslag.
741
Stukken betreffende de bouw van een nieuwe boerderij op het goed Wensink, 1808. 1 omslag.
742
Akte van afkoop van tienden uit het goed Wensink, 1878. 4 stukken.
743
Kaarten van het goed Wensink, 19e eeuw. Gekleurd. 2 kaarten.
Stukken betreffende het goed Illink, 1550-1838. 744
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed Illink, 1554. 1 charter (reg.nr. 356).
745
Akten van belening met het goed Illink door de heer van Spaensweerd, 1550-1786. Met extract uit het leenboek, 1708. 9 charters en 1 stuk (reg.nrs. 345, 397 en 415).
746
Notariële akte van verkoping door de Sint Anthonis Grote Broederschap van het goed Illink, 1838. 1 katern.
747
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de Bentinckmaat, 1575. 1 charter (reg.nr. 405).
748
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk land in de buurschap Hall, 1575. 1 charter (reg.nr. 406).
749
Akte van ruiling, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap tegen afstand van een stuk land, een stuk land bij de Huyskamp in het kerspel Hall verkrijgt, 1643. 1 charter.
750
Extracten uit het markeboek van Hall betreffende het land het Goor onder Eerbeek, 1816. 1 stuk.
751
Kennisgeving van toedeling van percelen land van de mark van Hall en Eerbeek aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1857. 2 stukken.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 33
752
Akte van ruiling, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap tegen afstand van een stuk bouwland een akkermaalsbos verkrijgt, 1873. 1 stuk.
753
Stukken betreffende de verkoop van grond onder Hall en Eerbeek voor de aanleg van de spoorlijn Apeldoorn-Dieren, 1885-1886. Met 2 kaartjes. 1 omslag.
754
Akte van verkoop door de Sint Anthonis Grote Broederschap van een stuk heide onder Hall, 1903. 1 stuk.
755
Uittreksels uit de kadastrale plans van Hall, 1858, 1876, 1896. Gekleurd. 9 kaarten. ---------------
756
Markeboek van Hall, aangelegd in 1726 door ds. J. van Someren, bijgehouden tot 1731. 1 deel. N.B. De oudste aantekeningen betreffen 1614.
4.1.7 Voorst 757
Veilingcatalogus van het landgoed de Beele, 1905. Gedrukt, met aantekeningen. Met kaart. Met akten van verpachting van de Freuleweide en de Kleikamp, 1898, 1902. 1 omslag. N.B. In 1905 heeft de Sint Anthonis Grote Broederschap verscheidene percelen op deze veiling aangekocht.
758
Vergunning voor een uitweg op de Rijksweg van Apeldoorn naar Zutphen van perceel Voorst sectie D nr. 1015, 1907. 1 stuk.
759
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van de weide de Komskolk, gelegen op de Voorsterklei, 1910. Met oudere eigendomsbewijzen, 1748, 1819. 2 katernen en 1 stuk.
760
Akte over de eigendom en het onderhoud van heggen langs de Barmentlosche weide, de Bheeler allée, de Bongerdsweide en de Bongerdskamp, 1910. 1 stuk.
761
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een huis en bouwland te Voorst, 1920. Met ouder eigendomsbewijs, 1918. 2 stukken.
4.2
Renten
4.2.1 Algemeen 762
Stukken betreffende de inschrijvingen op het Grootboek der Nationale Schuld, 1834-1906. 1 omslag.
763
Verklaring over de wijziging van de rentevoet van een hypotheek, 1915. 1 stuk.
4.2.2 Rentebrieven ten laste van de stad Zutphen 764
Rentebrief van 8 gouden rijnsguldens voor de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1486. 1 charter (reg.nr. 40).
765
Rentebrief van 10½ gouden rijnsgulden voor de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1486. 1 charter (reg.nr. 141).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 34
766
Inventaris en afschriften van rentebrieven ten laste van de stad Zutphen voor de Sint Anthonis Grote Broederschap, 19e eeuw. 1 omslag (reg.nrs. 72, 94, 99, 133, 139-141, 144, 148, 159, 166, 196-198, 257, 259, 292, 309, 310, 312, 322, 329, 365, 381 en 407).
4.2.3 Rentebrieven uit huizen binnen Zutphen N.B. Tenzij anders vermeld zijn de navolgende rentebrieven van de Sint Anthonis Grote Broederschap. 767
Rentebrief van 1½ joachimsdaler uit een huis aan de Bredestraat, 1547. 1 charter (reg.nr. 333).
768
Rentebrief van 5 philipsguldens uit een huis aan de Bredestraat, 1555. 1 charter (reg.nr. 359).
769
Rentebrief van 3½ gulden uit een huis in de Bornhovestraat ten gunste van het Onze Lieve Vrouwengilde in de Broederenkerk, 1522. 1 charter (reg.nr. 263). N.B. Deze jaarrente is in 1544 door de Sint Anthonis Grote Broederschap verworven.
770
Rentebrief van 3 gouden rijnsgulden uit een huis in de Bornhovestraat ten gunste van Frans die Witte en Derrikje, zijn vrouw, 1523. 1 charter (reg.nr. 268). N.B. Deze jaarrente is in 1544 door de Sint Anthonis Grote Broederschap verworven.
771
Rentebrief van 5 philipsgulden uit een huis in de Bornhovestraat, 1555. 1 charter (reg.nr. 362).
772
Rentebrief van 1 pond uit een hof op de Bovenberg, 1504. 1 charter (reg.nr. 201).
773
Rentebrief van 6¼ rijnsgulden uit ¾ van een huis in de Halterstraat en van één voor de Engepoort, 1461. Met akte, waarbij deze jaarrente wordt gevestigd, 1454. 2 charters (reg.nrs. 45 en 63).
774
Rentebrief van 18 carolusguldens uit een huis en brouwerij in de Kolenstraat, 1638. 1 charter.
775
Rentebrief van 8 gouden rijnsgulden uit een huis aan de Korenmarkt, 1525. 1 charter (reg.nr. 269).
776
Rentebrief van 7¾ rijnsgulden uit een huis aan de Korenmarkt en een hof buiten de Marspoort, 1532. 1 charter (reg.nr. 283). N.B. Niet gezegeld en doorgehaald.
777
Rentebrief van 7½ goudgulden uit een huis aan de Korenmarkt, de Papegaai genaamd, 1539. 1 charter (reg.nr. 297).
778
Rentebrief van 10 goudguldens uit een huis aan de Korenmarkt en een schuur en hof in de Kolenstraat, 1561. 1 charter (reg.nr. 377).
779
Rentebrief van 3 joachimsdalers uit het huis de Gouden Vijzel in de Korte Hofstraat, 1558. Met strookje waarop namen van latere eigenaren van dit huis staan. 1 charter en 1 stuk (reg.nr. 368).
780
Rentebrief van 4 gouden rijnsgulden uit een huis in de Kuiperstraat, 1452. 1 charter (reg.nr. 39).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 35
781
Rentebrief van 5 joachimsdalers uit een huis in de Kuiperstraat, 1561. 1 charter (reg.nr. 379).
782
Eigendomsbewijs van een jaarrente van 2 gouden Gelderse rijderguldens uit een huis in de Laarpoort en twee leerkommen op de Bovenberg, 1562. Met oudere eigendomsbewijzen, 1542-1551. 4 getransfigureerde charters (reg.nrs. 306, 343, 347 en 383).
783
Rentebrief van 3½ gouden rijnsgulden uit het huis de Rode Toren in de Lange Hofstraat, 1496. 1 charter (reg.nr. 181).
784
Akte waarbij een schuldbetekentenis van 61½ daler en een rentebrief van 3 gulden uit een huis in de Lange Hofstraat ingevolge het testament van Catharina Beyers worden overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, waarin zij een preuve heeft gesticht, 1582. Met de rentebrief, 1582. Met strookje, waarop namen van latere eigenaren van dit huis staan. 2 charters en 1 stuk (reg.nrs. 411 en 412).
785
Rentebrief van 8 dalers uit een huis buiten de Marspoort, 1581. 1 charter (reg.nr. 409).
786
Rentebrief van 2 oude gouden schilden uit een huis in de Molenstraat, 1466. 1 charter (reg.nr. 76).
787
Rentebrief van 1 pond uit een huis in de Molenstraat, 1483. 1 charter (reg.nr. 124).
788
Eigendomsbewijs van een jaarrente van 2½ pond uit een hof en gaarde buiten de Nieuwstadspoort, 1522. Met oudere eigendomsbewijzen, 1481, 1487. 3 charters, getransfigeerd geweest (reg.nrs. 115, 147 en 262).
789
Eigendomsbewijs van een jaarrente van 3 joachimsdalers uit een huis en hof, gelegen voor de Olde Nieuwstadspoort, 1563. Met oudere eigendomsbewijzen, 1550, 1556. 3 getransfigeerde charters (reg.nrs. 346, 366 en 384).
790
Rentebrief van 5 gulden uit een huis en hof in het Polsbroek, 1561. Met akte van borgstelling, 1561. 2 charters (reg.nrs. 375 en 376).
791
Rentebrief van 5 joachimsdalers uit een huis aan de Saltmarkt, 1547. 1 charter (reg.nr. 334).
792
Rentebrief van 6 gulden uit een huis aan de Saltmarkt, 1555. 1 charter (reg.nr. 360).
793
Eigendomsbewijs van een jaarrente van 10 joachimsdalers uit een huis aan de Schupstoel, 1593. Met de rentebrief, 1548. Met strookje waarop namen van latere eigenaren van dit huis staan. 2 getransfigeerde charters en 1 stuk (reg.nrs. 339 en 414).
794
Rentebrief van 2 pond uit een huis in de Spitaalspoort, 1504. 1 charter (reg.nr. 203).
795
Rentebrief voor de vicarissen in de Walburgskerk van ¾ gouden rijnsgulden uit een huis in de Sprongstraat, 1499. 1 charter (reg.nr. 190). N.B Het is niet gebleken wanneer deze rente is overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap.
796
Eigendomsbewijs van een jaarrente van 1 rijnsgulden uit een huis in de Sprongstraat. Met de rentebrief, 1467. 2 getransfigeerde charters (reg.nrs. 79 en 202).
797
Eigendomsbewijs van een jaarrente van 6¼ goudgulden uit een huis in de Turfstraat, 1544. Met de rentebrief, 1534. 2 charters (reg.nrs. 290 en 313).
798
Rentebrief van 5 goudguldens uit een huis in de Vleeshouwersstraat, 1549 (reg.nr. 340).
799
Rentebrief van 8 gulden uit een huis in de Waterstraat, 1662. 1 charter.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 36
800
Eigendomsbewijs van twee rentebrieven van respectievelijk 1 pond en 2 oude schilden, 1531. 1 charter (reg.nr. 280).
801
Eigendomsbewijs voor Rik Schoonman en Wilhelmina Catharina Kluver, zijn vrouw, van een huis met achterhuis aan de Marspoort en in de Barlheze, 1801. 1 charter. N.B. Deze huizen waren belast met een jaarrente aan de Sint Anthonis Grote Broederschap en in verband hiermee is dit eigendomsbewijs wellicht overgelegd.
4.2.4 Rentebrieven uit boerderijen en landerijen buiten Zutphen 802
Overeenkomst tussen Johan Goltstein enerzijds en de olderlieden van de Sint Anthonis Grote Broederschap en het het Sint Anna Gilde anderzijds over de betaling van een achterstallige roggerente [uit de Enserinckskloot te Hengelo op het Gooi], 1540. Chirograaf. 1 stuk. N.B. Vergelijk reg.nr. 274.
803
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een rentebrief van 3 molder rogge uit het goed Hadekinck in het kerspel Hengelo, 1545. Met de rentebrief, 1466. 2 charters (reg.nr. 75 en 318).
804
Eigendomsbewijs voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van een jaarlijkse stedigheid en de smalle tiend uit de goederen Keelholt en Baerhorst, gelegen in het kerspel Lochem, buurschap Dochteren, 1481. 1 charter (reg.nr. 113).
805
Akte, waarbij een stedigheid en de smalle tiend uit de erven Keelholt en Baerhorst, in het kerspel Lochem in de buurschap Dochteren gelegen, van de leenroerigheid worden ontslagen, 1481. Met akte van belening, 1471. 2 charters (reg.nrs. 91 en 112).
806
Akte van schadeloosstelling en onderpand voor een jaarrente van 5 molder rogge [gaande uit twee percelen land in het kerspel Vorden, buurschap Mossel] ten behoeve van de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1504. 1 charter (reg.nr. 208).
807
Rentebrief van 5 goudgulden uit de goederen Knuve en Voskamp, gelegen in het kerspel Vorden, buurschap Linde, 1554. Met voorlopige schuldbekentenis, 1554. 1 charter en 1 stuk (reg.nrs. 354 en 355).
808
Rentebrief van 5 goudguldens in een gedeelte van het goed ten Nyenhuys in het kerspel Vorden, buurschap Linde, 1556. Met akte, waarbij deze rente wordt overgedragen aan Otto Bongenhof, 1565. 2 getransfigeerde charters (reg.nrs. 367 en 388). N.B. De akte waarbij deze jaarrente wordt overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap is niet aanwezig.
809
Rentebrief van 1 molder rogge uit het kerkeland te Vorden, 1573. 1 charter (reg.nr. 401).
810
Rentebrief van 3¾ molder rogge uit het erf de Hulst en 2½ molder rogge uit het erf de Haevick [onder Eefde], 1459. 1 charter (reg.nr. 54).
811
Rentebrief van 5 molder rogge uit de halve hofstede die Haer in het kerspel Warnsveld, buurschap Warken, 1502. 1 charter (reg.nr. 195).
812
Rentebrief van 6 enkele zilveren dalers uit het goed Valcke in het kerspel Warnsveld, buurschap Eefde, 1575. 1 charter (reg.nr. 403).
813
Rentebrief van 3 molder rogge uit het goed Hunink in het kerspel Zelhem, buurschap Veldwijk, 1491. 1 charter (reg.nr. 160).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 37
814
Rentebrief van 3¾ rijnsgulden uit het goed Hunink in het kerspel Zelhem, 1495. Met akte van borgstelling, 1495. 2 charters (reg.nr. 179 en 180). N.B. Getransfigeerd geweest.
5.
RENTEN TEN LASTE VAN DE BROEDERSCHAP
N.B. Zie ook inv.nrs. 696 en 699. 815
Lijfrentebrief, groot 18 gouden rijnsgulden, voor Berent ter Feen en Geertruid, zijn vrouw, 1516. 1 charter (reg.nr. 240).
816
Lijfrentebrief, groot 12 enkele gulden, voor Johan Kiemynck en Lysbeth, zijn vrouw, 1533. 1 charter (reg.nr. 287).
6.
HET RUITERSHOFJE
Het Ruitershof bestond uit 19 woningen in de Nieuwstad en een huisje in de Bakkerstraat. De huisjes op de Nieuwstad werden tussen 1545 en 1571 gebouwd door de familie Ruiter en bestemd voor weduwen en armen. In 1729 stond Casijn van der Hell het beheer af aan Joost Schomaker. In 1784 kocht de Sint Anthonis Grote Broederschap het recht van begeving c.a. uit de desolate boedel van Herman Schomaker. In 1787 werd een nieuw hofje gebouwd op de oude plaats, in 1898 werd aan de Berkelsingel een hofje gebouwd, waarna zowel de woningen op de Nieuwstad als die in de Bakkerstraat werden verkocht. De 19 woningen op de Nieuwstad aan de Gasthuisstraat werden ook wel het Barbara Gasthuis genoemd of de woningen in de Ruytersgang of Hellengang. Daar het beheer van het Ruitershofje door de Sint Anthonis Grote Broederschap deels werd verenigd met dat van haar overige bezittingen zie men ook de hoofdstukken 1. t/m 4.1.1. 6.1
Algemeen
817
Overeenkomst, waarbij Casijn van der Hell het recht van dispositie en bewind over de 20 weduwen- en armenhuizen in de Bakkerstraat en de Nieuwstad afstaat aan Joost Schomaker en Margareta van Bayen, zijn vrouw, en zich verplicht tot de betaling aan de bewindvoerders van 80 gulden per jaar, zoals die in 1677 door Johan Ruiter tot Vieracker waren gelegateerd, 1729. 1 stuk.
818
Akte, waarbij de curatoren over de desolate boedel van mr. Herman Schomaker het recht van collatie van de Ruiters armenhuisjes overdragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap, 1786. Met extract van de akte van openbare verkoping, 1784. 1 charter en 1 katern.
819
Akte, waarbij de predikheren binnen Zutphen beloven uitkeringen te doen aan de armen en missen te zullen celebreren voor Johan Ruiter c.s., 1534. Met stukken betreffende de uitkering van de helft der preuvingen aan de armen in het Ruitershofje, 1611 en ca. 1871. 1 charter een 2 stukken (reg.nr. 288). N.B. Na de reformatie werd de uitkering gedaan door de Gedeputeerden van het Kwartier van Zutphen, later door de diaconie van de Ned. Hervormde Gemeente, die deze verplichting in 1871 overdeed aan de Sint Anthonis Grote Broederschap.
820
Instructiën voor de portier van het Ruitershofje, 1789, 1800. Afschriften. 2 stukken.
821
Inventaris van de eigendomsbewijzen van het Ruitershofje, opgemaakt 1699, aangevuld 1729. 1 stuk.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 38
6.2 822
Bewoners
Reglement op de begeving van de huisjes, [1789]. Met concept. 1 katern en 1 stuk. N.B. Vergelijk inv.nr. 34.
823
Reglementen voor de bewoners, 1898, 1903, 1933, z.j. Gedrukt. 1 omslag.
824-825
Leggers van personen die begiftigd zijn met woningen in het Ruitershofje, de Bakkerstraat, Armenhagen en het Molensteegje, ca. 1848-1922. 2 delen. 824 825
ca. 1848-1898. 1897-1922.
826
Lijsten met namen van bewoners van huisjes, 2e helft 19e eeuw. 2 stukken.
827
Lijst van de bewoners van het Ruitershofje. Met plattegrond en nummering van de huisjes, ca. 1900. Gekleurd. 1 stuk.
828
Verklaringen over de inkomsten van de bewoners van het Ruitershofje, 1898-1914. 1 omslag.
6.3
Gebouwen
829
Eigendomsbewijs voor Zwene Gerrit Ruytersdochter en Anne Lambert Holtsnidersdochter van een huisje in de Bakkerstraat, 1512. 1 charter (reg.nr. 226).
830
Eigendomsbewijs voor Henrick Ruyter Gerritsz. de jonge van een huisplaats op de Nieuwstad op de hoek van de Lokenstraat, 1546. Met ouder eigendomsbewijs, 1545. 2 charters (reg.nrs. 323 en 324).
831
Eigendomsbewijs voor Hendrik Ruyter en Geertruid van der Hell, zijn vrouw, van een huis op de Nieuwstad in de Lokenstraat, 1570. Met een rentebrief, staande op dit huis, 1555. 2 charters (reg.nrs. 361 en 398).
832
Overeenkomst tussen Walraven Schimmelpenninck van der Oye, weduwe Van der Hell, en de belanghebbende bij de munt van de stad Zutphen over een raam, dat de muntmeester in een muur van de schuur langs de woningen in de Hellengang wil aanbrengen, teneinde licht te verkrijgen in het gemak, waarin de ovens zullen worden gebouwd, 1685. 1 stuk.
833
Verklaring van Janna Lulofs, weduwe van Jan Reefman, en Petronella Reefman, haar dochter, dat zij het huisje in de Ruitersgang, dat zij levenslang mogen bewonen, op eigen kosten zullen herstellen en onderhouden, 1770. 1 stuk.
834
Aantekening van het opschrift op de gevelsteen in de armenhuisjes, in 1571 gebouwd door Henrick Ruyter en Geertruid van der Hell, zijn vrouw, en over het herstel van een in 1761 omgewaaide muur, ca. 1780. 1 stuk.
835
Resolutie van de Magistraat van Zutphen, waarbij de Sint Anthonis Grote Broederschap toestemming krijgt een gedeelte van de straat van het Gasthuis naar de zeembereidersmolen te gebruiken voor de bouw van een nieuwe muur langs de Ruiters armenhuisjes, 1786. 1 stuk.
836
Bestek van de bouw van het nieuwe Ruitershofje, 1787. Met bijbehorende stukken. 1 omslag.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 39
837
Stukken betreffende een vergroting van de vergaderkamer in het Ruitershofje, 1826. 1 omslag.
838
Bestek en voorwaarden voor het verven van het Ruitershofje, 1883. 1 katern.
839
Plattegronden van het Ruitershofje op de Nieuwstad, 19e eeuw. 2 stukken.
840
Eigendomsbewijzen voor de Sint Anthonis Grote Broederschap van gronden aan de Berkelsingel, 1897. Met oudere eigendomsbewijzen en bijbehorende stukken, 1866-1897. 1 omslag.
841
Stukken betreffende de bouw en verbouwing van het Ruitershofje aan de Berkelsingel, 1898, 1924, 1927. Met tekening. 1 omslag.
7.
STUKKEN WAARVAN HET VERBAND MET HET ARCHIEF NIET IS GEBLEKEN
842
Akte, waarbij Sander van Buren na gerechtelijk verwin een stuk land in het schependom Gent op de Vludinghen gelegen koopt, 1407. 1 charter (reg.nr. 8).
843
Akte, waarbij aan Henricus Henrici de Lochem, kanunnik, vergund wordt alle wijdingen te ontvangen, 1512. Met akte, waarbij aan Henricus Volckerinck zijn vaderlijk erfdeel wordt uitgekeerd, 1512. 2 getransfigeerde charters (reg.nrs. 225 en 227).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 40
REGESTENLIJST 1
1358, 9 februari Richter en schepenen van Zutphania oorkonden, dat zij middels Henricus Louwers, rentmeester van de stad, de stadstoren, Rundeell genaamd, met zijn toebehoren, gelegen achter het huis van Hermannus Bolte nabij de Hospitaalspoort, verhuurd hebben voor 30 solidi kleine denariën per jaar aan Hermannus voornoemd, zoals voordien aan Margareta de Renen, en geven hem vergunning, zolang de veiligheid van de stad dit toelaat, door een ijzeren deur achter zijn huis in- en uit te gaan op de stadsgracht. Datum anno domini M° CCC° quinquagesimo octavo feria sexta post purificationis beate Marie virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 41. N.B. Met drie bijbehorende akten (“ad idem”) d.d. 31 oktober 1360, 7 mei 1395 en 7 januari 1416 (reg.nr. 2, 7 en 11).
2
1360, 31 oktober Richter en schepenen van Zutphania oorkonden, dat Hermannus Bolte in handen van Henricus Louwers, rentmeester van de stad, de 30 solidi kleine denariën betaald heeft, die hij verschuldigd is wegens de stadstoren, Rundeell genaamd, uit het door hem bewoonde gebouw bij de Hospitaalspoort. Datum anno domini M° CCC° sexagesimo in vigilia Omni Sanctorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 41. N.B. Behoort bij de akte van 9 februari 1358 (reg.nr. 1).
3
1369, 2 maart Reyner Hoen verklaart, dat hij voor Gosen van den Gruuthuus en Henric van den Werve als leenmannen van de hertog van Gelre, “want ic mine wulle van minen mannen selven niet en hebbe”, het halve goed tot Alerdinck, gelegen tot Werken in het kerspel Waernsvelde, ten behoeve van Johan van Ripen van de leenroerigheid bevrijdt en deze vrijstelt van manschap. Gegheven in ‘t jaer ons heren dusent driehondert negen ende tsestich des vryedages nae sente Mathiasdach des apostels. a. Oorspr. (inv.nr. 684), met de geschonden zegels van de oorkonder en de 2e leenman en een fragment van dat van de eerste leenman. b. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 90 vso.
4
1373, 18 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Pelgrum Wassingh en Fenne, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun huis in de Nyerstad, gelegen op de hoek van de straat naar de Nyerstadeskerk, verkocht hebben aan Henrick van Bake Geerdeszoon. Gegeven in ‘t jaer ons heren dusent driehondert drie ende tseventich des sonnendages nae sente Luciendach eenre heiliger joncfrouwen. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 51. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1511. Van de door deze akte en die van 29 oktober 1376 (reg.nr. 5) gestoken transfixen is slechts die van 30 september 1485 afgeschreven (reg.nr. 135).
5
1376, 29 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Bertolt ter Steghen, Essekens broder ter Steghen, een jaarrente van 1 pond, gaande uit een huis, gelegen bij de Berleheze naast de toren, die Apenstert genaamd, en uit een gaarde in de Nyerstad aan de steeg waardoorheen men naar de Clussentoerne gaat, verkocht heeft aan Geerd de koster. Gegeven in ‘t jaer ons heren dusent driehondert seess ende tsoeventich des wonsdages nae Symon ende Judasdach twyer heiliger apostole. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 51. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. In margine: “hyer en boert mij nyet”. Van de door deze akte en die van 18 december 1373 (reg.nr. 4) gestoken transfixen is slechts die van 30 september 1485 afgeschreven (reg.nr. 135).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 41
6
1388, 7 januari Aernt ten Have, richter van Aernhem en Veluwenzoem, oorkondt, dat Reynse ten Vene, Rolof die Coster, Gert Vas, Heyn Gosenszoon, Beernt tot Edincwert, Makeriel Dobbe Wolberens en Werner Egheninck hebben verklaard, dat zij van hun goederen geen vrijgeld schuldig zijn volgens uitspraak van heer Willem, heer van Bronchorst, en Henric van Herwen. Ghegeven in den jaer ons heren M° driehondert acht ende tachtentich des vriedaghes nae sunte Poncien. a. Oorspr. (inv.nr. 736), met het geschonden zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 138 vso.
7
1395, 7 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Lochem en Alijt, zijn vrouw, aan Johan van Kempen en Wyse, zijn vrouw en hun dochter, het huis achter aan de stadsmuur tussen de Hospitaelspoort en de Laerpoort tussen “den Rondele” en het andere huis, beide van Johan van Lochem, hebben medegegeven en dat Johan van Kempen van de jaarrenten uit deze drie huizen gaande, slechts 1 pond behoeft te betalen. Gegeven in den jaer ons heren M° CCC° vijff ende tnegentich des vrijdages nae sunte Johansdach ante portam latinam. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 41 vso. N.B. Behoort bij de akten d.d. 31 oktober 1360, 9 februari 1358 en 7 januari 1416 (reg.nrs. 1, 2 en 11
8
1407, 23 februari Willem van den Wal, richter tot Ghent, Diric Palic van Aembe en Johan van den Rijn, schepenen, oorkonden, dat zij bij gerichtelijk verwin een stuk land, gelegen in het schependom van Ghent opten Vludinghen, toebehorende aan Ansem Ansemszoon hebben toegekend aan Henric Bake en dat deze het heeft verkocht aan Sander van Buren. Gegeheven in ‘t jaer ons heren dusent vierhondert ende soeven des anderen daghes na sunte Petersdach ad cathedram des heilighen apostels etc. Oorspr. (inv.nr. 842), met de zegels van de eerste twee oorkonders; dat van Johan van den Rijn is verloren.
9
1407, 16 oktober Johan van Steynberghen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Reyner Willemszoon, Alijt, zijn vrouw, en Griete van Vreden, haar moeder, een stuk land, gelegen in het kerspel Warnsfelde op de Emerenghe, overgedragen hebben aan Gerrit Schulten. Gegeven in den jair onss heren M vierhondert ende soeven op sunte Gallendach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 141 vso.
10
1415, 29 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Peterszoon, smid, en Mechtelt, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit het huis van Reyner van Lochem, smid, gelegen buiten de Hospitaelspoort naast het huis van Geryt Camper, smid, hebben verkocht aan Willem bastaard van Baeke. Gegeven in den jaer ons heren M° vierhondert vijfftyen op des heyligen Sacramensavent Gaets licham. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 55. N.B. Hierdoor waren gestoken de akten van 6 april 1419 en 26 maart 1491 (reg.nrs. 13 en 161). Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
11
1416, 7 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Alijt van Lochem, Johan van Gelre en Hille, zijn vrouw, en Johan van Berck en Gese, zijn vrouw, schoonzoons en dochters van Alijt voornoemd, de toren, gelegen aan het huis van Johan van Kempen en Wyse, zijn vrouw en Alijts dochter, aan dezen hebben afgestaan. Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert sestyen des dynxdages nae Dertienden. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 41 vso. N.B. Behoort bij de akten van 9 februari 1358, 31 oktober 1360 en 7 mei 1395 (reg.nrs. 1, 2 en 7).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 42
12
1417, 22 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Tydeman Ludolffs en Trude, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun huis op de hoek van de straat gaande “an schulten vaelt”, verkocht hebben aan Geryt Blyden. Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert soeventyen des saterdages nae onss heren Hemelvaertsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 21. N.B. Met de aantekening: Item desse breff is verslaepen tensij dat dyt de 2 lb. synt de Rent Wal Elten gevet.
13
1419, 6 april Aernt ten Colcke en Gert van Holthuysen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Willem bastaard van Baeke, en Geertruyt, zijn vrouw, de rentebrief van 29 mei 1415 (reg.nr. 10), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Geryt Bunynges. Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert negentyen des donredages nae sunte Ambrosiusdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 55. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 26 maart 1491 (reg.nr. 161).
14
1424, 8 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gerloff Stuerman, Wermbolt en Johan, zijn zonen, en Aleyt, Wermbolts vrouw, een jaarrente van 5 oude gouden schilden, gaande uit een huis aan de Kleynre Hofstraat gelegen behoudens het 1/6 gedeelte van dit huis en 2 schilden uit dit gehele huis, die toekomen aan Arnold Stuerman, zoon van Gerloff voornoemd, hebben overgedragen aan Wermbold Stuvenberch. Gegeven in den jaeren ons heren duysent vierhondert vier ende twyntich des saterdages nae der heiliger Driekonyngedage. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 15. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor waren gestoken de akten van 1 december 1440, 20 februari 1461 en 23 juni 1461 (reg.nr. 18, 60 en 64).
15
1432, 21 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Engelbert ten Kaerscaete en Geertruyt, zijn vrouw, een jaarrente van 1½ pond, gaande uit hun huis in de Boedikerstraat, verkocht hebben aan Johan opten Kandeler geheyten Gulick. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert twee ende dertich op sunte Petersavondt ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 20. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en 1546. Hierdoor was gestoken de akte van 1 februari 1454 (reg.nr. 42).
16
1432, 24 november Geryt van Bronchorst, bastaard, schout van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Wynant Buyck en Hille, zijn vrouw, het halve goed Elerdinck, gelegen in het kerspel Wernsvelde, buurschap Wercken, overgedragen hebben aan Henrick Nyenhuys en Katherine, zijn vrouw. Gegeven in den jaer onss heren dusent vierhondert twe ende dertich op sente Katherinenavondt der heiliger joncfrouwen. a. Oorspr. (inv.nr. 683), met het zegel van de oorkonder en een fragment van het zegel van Wynant Buyck, b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 87.
17
1437, 18 mei Andries Iseren Alphartszoon, schout van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henric Nyenhuys en Katherine, zijn vrouw, een jaarlijkse stedigheid van 20 molder winterrogge, zutphense maat, uit hun halve goed Alardinck, gelegen in het kerspel Wernesvelde, buurschap Wercken, en uit de kamp bij den Velde, het daarbij liggende Weeghstuck en de kamp bij het Papenhuys, verkocht hebben aan Henric Weerdt. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert soeven ende dertich opten heiligen Pinxsteravondt. a. Oorspr. (inv.nr. 685), met de zegels van de oorkonder en de verkoper.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 43
b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 86 vso. 18
1440, 1 december Zele Keppelman en Andries Yseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Wermbold Stuvenbergh en Geertruyt, zijn vrouw, de rentebrief van 8 januari 1424 (reg.nr. 14), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Wyer Taverkamp. Gegeven in ‘t jaer ons heren duysent vierhondert ende viertich des donresdages nae sente Andriesdach apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 15. N.B. Doorgehaald.
19
1443, 30 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Celyszoon een jaarrente van 5½ rijnsgulden, gaande uit zijn halve huis in de Boedikerstraat, verkocht heeft aan Alphart Yseren. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert drie ende viertich des wonsdages nae sente Symon ende Judasdach apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 16 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor waren gestoken de akten van 28 maart 1444, 4 april 1444 en 1 maart 1465 (reg.nrs. 20, 21 en 73).
20
1444, 28 maart Johan Stuerman en Rense Kreynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Alphart Iseren en Beerte, zijn vrouw, de rentebrief van 30 oktober 1443 (reg.nr. 19), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan heer Asse Boelkens, priester, vicaris in de Grote Kerk van Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert vier ende viertich des saterdages nae Onser Liever Vrouwendach annunciationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 16 vso. N.B. Doorgehaald. Hierdoor waren gestoken de akten van 4 april 1444 en 1 maart 1465 (reg.nrs. 21 en 73).
21
1444, 4 april Zele Keppelman en Henrick Nyenhuys, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat heer Asse Buelkens, priester, vicaris in de Grote Kerk van Zutphen, de jaarrente, vermeld in de akten van 30 oktober 1443 en 28 maart 1444 (reg.nrs. 19 en 20), waardoor deze akte is gestoken, overgedragen heeft aan Wolbert Scholdeman. Gegeven in ‘t jaer ons heren duysent vierhondert vier ende viertich opten heiligen Palmavondt. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 17. N.B. Doorgehaald. Door bovengenoemde akten was gestoken de akte van 1 maart 1465 (reg.nr. 73).
22
1444, 13 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Lambert Sturman en Kunne, zijn vrouw, een jaarrente van 5 pond gaande uit hun huis en hofstad, gelegen in de Beckerstraat, verkocht hebben aan Weerner Tollener en Gheertruidt, zijn vrouw. Gegeven in den jair onses heeren dusent vierhondert vvier ende virtich dees saterdaiches nae des heiligen Sacramensdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 74 vso. N.B. Met aantekening over rentebetaling, z.j. en 1561.
23
1446, 2 augustus Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wychman die Woeste en Eefse, zijn vrouw, een jaarrente van 2 oude gouden schilden, gaande uit hun huis in de Boedikerstraat naast het termijnhuis van de Sint Augustinusorde te Wesell, overgedragen hebben aan Hille, natuurlijke dochter van wijlen Henrick Seewynck. Gegeven in den jaeren ons heren duesent vierhondert seess ende viertich op dyngsdach nae sunte Petersdach ad vincla. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 24. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over rentebetaling in 1504, z.j. en de aflossing en herbelegging in 1513. Met transfix d.d. 15 mei 1470 (reg.nr. 88).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 44
24
1446, 15 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Joepert en Fenne, zijn vrouw, een jaarrente van twee oude gouden schilden, gaande uit hun ¾ gedeelte van een huis op de hoek van de Vranckensteeg en uit het ophuis in de Vranckensteeg, verkocht hebben aan Roloff van Tyll. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert seess ende viertich op saterdach nae sunte Victoersmysse. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 23. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1508. Hierdoor waren gestoken de akten van 16 december 1446 en 7 maart 1458 (reg.nr. 26 en 50).
25
1446, 26 november Claes Setters erkent, dat hij verkocht heeft aan Gelys, zoon van Reyner Averenck, en Jutte, zijn vrouw, een hofstad met een huis, gelegen in het kerspel Halle, buurschap Eertbeeck, zoals dat eertijds van de geërfden van Halle als tynsgoed was gekocht en hij het van Scharpenys en diens vrouws zuster Engele had gekocht. Gegeven in den yaer ons heren dusent vyerhundert sesse ind vyertich des naesten dages na sanctis Katherinendage der heliger joncfrouwen. a. Oorspr. (inv.nr. 735), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 138 vso.
26
1446, 16 december Zelle Keppelman en Andries Iseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Roleff van Tyll en Hille, zijn vrouw, de rentebrief van 15 oktober 1446 (reg.nr. 24), waardoor deze akte is gestoken, overgedragen hebben aan Evert Mengerinck en Beerte, zijn vrouw. In ‘t jaer ons heren dusent vierhondert sess ende viertich op vrijdach nae sunte Lucienmysse. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 23. N.B. Gestoken door de akte van 15 oktober 1446 (reg.nr. 24), hierdoor was gestoken de akte van 7 maart 1458 (reg.nr. 50).
27
1447, 9 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Nusinck en Reynke, zijn vrouw, een jaarrente van 1½ goudgulden, gaande uit hun huis op de Nyerstat op de hoek van de Lokenstraat, hebben verkocht aan Henrick van Essen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soeven ende viertich up maendach nae den heiligen Dertyendage. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 47 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en “Hyer en boert mij nyet”. Hierdoor was gestoken de akte van 7 juni 1452 (reg.nr. 38).
28
1447, 6 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Goesen Kloekynck en Styne, zijn vrouw, een jaarrente van 1 zutphens pond, gaande uit hun huis buiten de Laerpoort, verkocht hebben aan Henrick Aerntszoon. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soeven ende viertich op maenendach nae sunte Blasiusdach episcopi en martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol 61. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor waren gestoken de akten van 5 februari 1461 en 1 juli 1478 (reg.nr. 59 en 100).
29
1448, 16 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Goesen Kloekynck en Styne, zijn vrouw, een jaarrente van 2 zutphense ponden, gaande uit hun huis en hof buiten de Laerpoort, verkocht hebben aan Kunne ter Bruggen. Gegeven in den jaren ons heren duesent vierhondert acht ende viertich up dynsdach nae dominica Jubilate. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 63 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1546 en 1547. Hierdoor was gestoken de akte van 12 juli 1450 (reg.nr. 33).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 45
30
1448, 8 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Derick van Dryenen en Lutgart, zijn vrouw, een jaarrente van 7 gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis in de Roedentoernstraat, verkocht hebben aan Lubbert van Herwen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ende viertich op wonsdach nae dominica Exaudi. Afschrft in inv.nr. 1, fol. 33. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504, de verkoop van het huis door de Sint Anthonis Grote Broederschap in 1512 en de herbelegging. Hierdoor waren gestoken de akten van 11 mei 1448 en 19 december 1459 (reg.nrs. 31 en 56).
31
1448, 11 mei Derick van Dryenen verklaart, dat Lubbert van Herwen bij het in gebreke blijven van de betaling van de jaarrente wegens de rentebrief van 8 mei 1448 (reg.nr. 30), waardoor deze akte is gestoken, aan al zijn andere goederen mag peinden. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ende viertich opten heiligen Pynxteravent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 33. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 19 december 1459 (reg.nr. 56).
32
1450, 5 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkondenm dat Henrick ter Bruggen en Alijt, zijn vrouw, een jaarrente van 1 gouden rijnsgulden, gaande uit hun gaarde buiten de Nyerstatpoort bij de schipsmeden, achterwaarts strekkende op de Oelde Diep, verkocht hebben aan Haedewich ten Bongart. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende vijfftich up dynsdach nae dominica Cantate. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 45 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor was gestoken de akte van 12 maart 1470 (reg.nr. 87).
33
1450, 12 juli Johan Kreynck en Evert van den Walle, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Kunne ter Bruggen de rentebrief van 16 april 1448 (reg.nr. 29), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Thomas Yseren en Geryt van der Voerst, kerkmeesters, ten behoeve van het Sint Elisabethsgasthuis binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende vijfftich op sunte Margaretenaevent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 63 vso.
34
1450, 17 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Beerntszoon en Hille, zijn vrouw, 1 oude gouden schild, gaande uit hun huis in de Boedikerstraat, verkocht hebben aan Doebbert Andrieszoon. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert ende vijfftich op vrijdach nae Divisionis Apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 18. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en z.j. en over de herbelegging in Henrick Rutters huis in 1513. Hierdoor was gestoken de akte van 1 februari 1454 (reg.nr. 41).
35
1451, 11 april Richter en schepenen van Zutphen keuren de stichting van de broederschap van Sint Anthonys goed en stellen regels vast. In den jaer ons heren duysent vierhondert een ende vijfftich dominica Judica. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 1.
36
1451, 26 mei Gerselis van den Gruythuyss, richter tot Arnhem en van Veluwezoem, oorkondt, dat Johan ten Oeldenberghe en Henrica, zijn vrouw, en Griete, dochter van wijlen Gheryt Setter, een
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 46
jaarrente van 6 gouden rijnsgulden en een oort, gaande uit een stuk erf en land, dat Weertslach genaamd, gelegen in het kerspel Voirst in de buurschap Tonden, verkocht hebben aan Ceel Keppelman de jonge als “toevengher” van Derick van der Capellen, die reeds een jaarrente van 19 rijnsgulden min een oort hieruit heeft. Gegeven in ‘t jaer ons heren dusent vierhondert een ende vijfftich des guesdages nae sente Urbanusdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 112 vso. N.B. Hierdoor waren gestoken de akten van 12 maart 1460 en 26 augustus 1461 (reg.nrs. 57 en 65). 37
1452, 3 mei Alphart Schymmelpennynck, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Derick Standers en Gondert, zijn vrouw, een jaarrente van 1½ rijnsgulden, gaande uit hun huis en hofstede met de Huysacker, gelegen in het kerspel Wychmonde, begrensd door de gemene straat, de Yssell en de Hoegenwech, verkocht hebben aan Wychman Reynerszoon en Geertruyt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert twee ende vijfftich op des heiligen Cruyssdach Inventionis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 100 vso. N.B. Met aantekening dat deze jaarrente teniet is gegaan. Hierdoor was gestoken de akte van 23 september 1459 (reg.nr 52).
38
1452, 7 juni Evert van der Voerst en Evert van den Walle, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Mette van Essen voor zich en voor wijlen haar man Henrick van Essen de rentebrief van 9 januari 1447 (reg.nr. 27), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden, gildemeesters en verwaarders van de Nieuwe Broederschap van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert twee ende vijfftich optes heiligen Sacramentsavent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 47 vso.
39
1452, 24 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Kreyng Alphertszoon en Evert, zijn vrouw, een jaarrente van 4 gouden rijnsgulden uit hun huis in de Cuypikenstraat, achter strekkende aan ‘s Grevenhoff, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert twee ende vijftich up sunte Jacobsavent in den boewe. a. Oorspr. (inv.nr. 780); het stadszegel is verloren, b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 6. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1505, 1560 en 1570, de aflossing in 1846 en de muntsoorten, waarin de rente betaald en afgelost moet worden. c. Afschrift in inv.nr. 13 (onder nr. 40).
40
1454, 21 januari Steven de Boeze, scholt te Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henric Nyenhues en Katherine, zijn vrouw, het goed Elardinck, gelegen in het kerspel Wernsfelde in de buurschap Werken, overgedragen hebben aan de olderlieden en gildemeesters van de “Nyer Broederscap” van Sint Anthonysgilde binnen de Grote Kerk van Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende vijftich up maendach nae Ponciani martiris. a. Oorspr. (inv.nr. 683), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 89.
41
1454, 1 februari Hermen Berner en Werner Tollener, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Doebbe Andrieszoon en Griete, zijn vrouw, de rentebrief van 17 juli 1450 (reg.nr. 34), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van “der Nyer Broederscap ende Gylde” van Sint Anthonys in de Grote Kerk.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 47
Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert vier ende vijfftich op Onser Liever Vrouwenavent purificationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 18. N.B. Doorgehaald. 42
1454, 1 februari Henrick Kolsack en Alphert Schimmelpennynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan opten Kandeler en Eefse, zijn vrouw, de rentebrief van 21 februari 1432 (reg.nr. 15), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert vier ende vijfftich profesto Purificationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 20.
43
1454, 1 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Geryt Budde en Wobbeke, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun gaarde buiten de Laerpoort, aan de straat gelegen, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert vier ende vijfftich profesto Purificationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 64 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504, z.j. en de aflossing in 1559.
44
1454, 5 februari Bernt Weerdt en Alijt, zijn vrouw, Geryt Aetsack en Lubbe, zijn vrouw, en Johan en Henrick, zonen van wijlen Henrick Weerdt, verklaren, dat zij de jaarlijkse erfrente van 20 molder rogge, die hun vader had uit het halve goed Aelerdinck, gelegen in de buurschap Warken, benevens hetgeen Henrick Nyenhues aan achterstallige rente aan hun vader schuldig was, overdragen aan de “vorwaerres” (verwaarders) van de Nieuwe Broederschap van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen, zoals hun vader dat met het gilde was overeen gekomen en bij testament had bepaald, en dat Neze, zijn onmondige dochter, deze overdracht zal nakomen. In den jaer ons heren duesent vierhondert vier ende vijftich up sunte Aghetendach virginis et martiris. a. Oorspr. (inv.nr. 685), met de zegels van de 1e, 3e en 5e oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 88 vso.
45
1454, 28 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Menze Smedeken een jaarrente van 6¼ gouden rijnsgulden gaande uit zijn ¾ gedeelte van zijn huis gelegen voor de Eynckpoort aan de beek, achter grenzende aan de molen, en uit zijn ¾ gedeelte van een huis en gaarde op de Nyerstat aan de Hallerstraat, verkocht heeft aan Geryt Aetsack. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert vier ende vijftich dominica Quasi modo geniti. a. Oorspr. (inv.nr. 773); het stadszegel is verloren. N.B. In dorso aantekening over de verandering van de rentevoet van 6¼% in 5% in 1544. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 8 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling, 1504-1560. Een later opschrift vermeldt, dat de rente gaat uit een huis aan de Styenbrugge tegenover het stads gruithuis. N.B. Hiermede was getransfigeerd de akte van 31 maart 1461 (reg.nr. 63).
46
1455, 13 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Loedewich Johanszoon en Beele, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun huis op de Nyerstat op de hoek van de straat langs de beek en achter grenzende aan de beek, verkocht hebben aan Elsebe, weduwe van Derick Smedes. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert vijff ende vijfftich op vrijdach nae Odulphi confessoris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 46 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling, 1504-1561. Hiermede was getransfigeerd de akte van 14 juli 1463 (reg.nr. 70).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 48
47
1455, 17 oktober Johannes Beers, notaris, instrumenteert, dat heer Johannes de Castroduplo, procurator van de abt en het klooster van Sint Anthonius van de orde van Sint Augustinus de Viena, en Johannes de Benthem en Ernestus Bernardi, procuratoren van de broederschap van Sint Anthonius te Zutphania, ten overstaan van heer Hermannus Boetbergen, kanunnik van de collegiale kerk van Zutphania, Selmannus Keppelman, burgemeester, en Henricus Kaelsack, schepen van Zutphania, een overeenkomst hebben gesloten naar aanleiding van de oprichting van de broederschap te Zutphania, waarbij bepaald wordt, dat de broederschap geen schenkingen zal aanvaarden zonder toestemming van de abt, welke giften voor het klooster en welke voor de broederschap zullen zijn en dat telkenjare als de relieken van Sint Anthonius naar Zutphania komen, de broederschap deze in de kerk met groot eerbetoon zal ontvangen en bij die gelegenheid als erkenning voor de bescherming die zij van het klooster ontvangt, een rijnsgulden zal betalen. Acta fuerunt hec Zutphanie in domo habitationis venerabilis viri domini Rodolphi Bitter decani antedicte ecclesie sita infra emunitatem infra emunitatem eiusdem ecclesie sub anno a nativitate domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo quinto die vero veneris decima septima mensis octobris. Notarieel afschrift door Henricus Hegelen, notaris, in inv.nr. 1, fol. 2.
48
1455, 3 november Henrick, heer tot Wissche, ridder, drost en rentmeester van het land van Zutphen, oorkondt, dat Henrick Smeddinck een maat land, Braemelremaet genaamd, gelegen op de grens van de kerspelen Waernsfelde en Vorden en de buurschappen Warken en Braemele, heeft overgedragen aan Tyman Hynke. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert vijf ende vijftich maendach nae Allerheilligendaege. a. Oorspr. (inv.nr. 687), met het zegel van de oorkonder. N.B. Door deze akte is gestoken de akte van 28 april 1479 (reg.nr. 104). b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 99.
49
1456, 11 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wolter Straetenmaker en Alijt, zijn vrouw, een jaarrente van een oude gouden schild, gaande uit hun huis in de Moelenstraat, gelegen naast het huis van de Grote Kerk in de oude stad, achter grenzende aan de stadsmuur, overgedragen hebben aan Evert Messenmaeker en Geertruydt, zijn vrouw. Gegeven in den jaeren ons heren duesent vierhondert seess ende vijfftich op maendach nae sunte Victoersdach geheyten zantgange. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 25. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1546. Hierdoor was gestoken de akte van 5 oktober 1459 (reg.nr. 53).
50
1458, 7 maart Henrick Kolsack en Hermen Berner, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Evert Mengerynck en Beerte, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 15 oktober 1446 en 16 december 1446 (reg.nrs. 24 en 26), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van het Sint Anthonysgilde binnen de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende achte ende vijfftich op dynsdach nae dominica Oculi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 23 vso.
51
1458, 2 september Andries Yseren Tonyszoon en Herman Berner, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Gelys Yseren en Alijt, zijn vrouw, ter ere Gods en voor de zielen van zichzelf, hun ouders en vrienden, de helft min een zesde deel van de helft van de helft van een jaarrente van 7 gouden kronen, gaande uit het goed Gaesekeshorst [onder Wichmond] hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren M° CCCC° acht ende vijfftich op saterdach nae Egidii abbatis.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 49
Afschrift in inv.nr. 1, fol. 80. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1509. 52
1459, 23 september Johan Kreynck en Aernt Yseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Geertruyt, weduwe van Wychman Reynersz., en Griete, haar dochter, de rentebrief van 3 mei 1452 (reg. 37), waardoor deze akte is gestoken, ter ere Gods, voor hun ziel en die van Wychman voornoemd, hebben geschonken aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer onss heren M° CCCC° LIX° op sonnendach nae Mauritii. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 101 vso.
53
1459, 5 oktober Evert Schoeldeman en Aernt Yseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Evert Mesmaeker en Geertruyt, zijn vrouw, de rentebrief van 11 oktober 1456 (reg.nr. 49), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk, onder behoud van de lijftucht die transportanten en hun zoons broeder Engelbert en broeder Johan, jacobijnen en conventsbroeders van de Predikorde binnen Zutphen, aan deze jaarrente hebben. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende negen ende vijfftich op vrijdach nae Remigii confessoris et episcopi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 25. N.B. Doorgehaald.
54
1459, 13 oktober Steven de Boeze, scholt te Zutphen binnen en buiten, oorkondt dat Andries Iseren en jonkvrouwe Willem, zijn vrouw, een jaarlijkse stedigheid van 4 molder min een schepel rogge, gaande uit de Hulst, en van 2½ molder rogge uit de Haevick ter ere Gods voor hun zielen en die van hun ouders en vrienden gegeven hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonusgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent CCCC° end LIX op sunte Calixtusavent pape et martiris. a. Oorspr. (inv.nr. 810), met een fragment van het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 120. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en 1561.
55
1459, 7 november Gerselis van den Gruythuys, richter tot Arnhem en van Veluwenzoem, oorkondt, dat Henrick Stuerman 300 rijnsguldens schuldig is wegens medegave aan zijn schoonzoon en dochter mr. Reyner Oesterhuys en Armgart, waarvoor hij jaarlijks 18 rijnsguldens zal betalen uit zijn aandeel in het goed te Kortenoever, gelegen in het ambt Brummen in het kerspel Wychmont. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert neghen ende vijfftich op sunte Wilbrortzdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 117. N.B. Doorgehaald. Hierdoor was gestoken een akte van 3 januari 1467 (reg.nr. 78).
56
1459, 19 december Henrick Kreynck en Aernt Yseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Lubbers van Herwen en Fye, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 8 en 11 mei 1448 (reg.nrs. 30 en 31), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen, deels dienende tot betalig van drie preuvingen, gesticht door Lubbert en zijn vrouw voornoemd, deels tot aflossing van een andere door hen geschonken jaarrente. Gegeven in den jaer ons heren duesent CCCC° ende LIX op wonsdach nae Lucie virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 33 vso. N.B. Doorgehaald.
57
1460, 12 maart Evert Asse en Werner Tollener, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Derick van der Capellen en Andriesken, zijn vrouw, de helft van twee rentebrieven, namelijk van één van 18¾
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 50
rijnsgulden en van één van 6¼ rijnsgulden, welke laatste 26 mei 1451 is gevestigd (reg.nr. 36), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Henrick Kreynck. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende sestich op wonsdach nae dominica Reminiscere in der vasten. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 113 vso. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 26 augustus 1461 (reg.nr. 65). 58
1460, 26 november Garselis van den Gruythuys oorkondt, dat hij ten tijde dat hij richter was, een kondschap heeft afgegeven dat Jutte ten Veen jaarlijks een halve blauwe gulden uit haar goed verschuldigd was, maar hem hiervan de onjuistheid is gebleken en verklaart haar schadeloos te zullen houden. Gegeven in den jaer onss heren dusent vyerhondert ende tsestich des neesten woensdaiges post Katherine virginis. a. Oorspr. op papier (inv.nr. 737); het opgedrukt zegel van de oorkonder is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 139.
59
1461, 5 februari Johan van der Capellen en Werner Tolner, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Henrick Aerntszoon en Fye, zijn vrouw, de rentebrief van 6 februari 1447 (reg.nr. 28), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van het “scroedergilde”. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert een ende sestich op donredach nae Onser Lieve Vrouwen purificationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 61. N.B. Door deze akte was gestoken de akte van 1 juli 1478 (reg.nr. 100).
60
1461, 20 februari Andries Iseren Tonyszen en Werner Tolner, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Wyer Taverkamp en Neze, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 8 januari 1424 en 2 december 1440 (reg.nrs. 14 en 18), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Willem Leerynck en Henrick Kreynck ten behoeve van het huis en de vergadering geheten in ’t Spittaell. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert een ende tsestich op vrijdach nae Valentini ma[r]tiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 15 vso. N.B. Doorgehaald. Door deze akte was gestoken de akte van 23 juni 1461 (reg. 64).
61
1461, 10 maart Henrick van Avereynck, richter te Heyngloe op den Goy, oorkondt, dat Beernt van Avereynck, zijn vader, en Zweder Regenynck en Beernt Mockynck als zaakwaarnemers en borgen van de oorkonder, wegens een schuld van 50 gouden rijnsguldens een stuk land in Veltkens Eynck gelegen, begrensd door Bruenrynx hanck, Avereyncker Brynck en het Veltken, verpanden aan Johan ten Broyll Reyntkenszoon en diens moeder en belooft de voorwaarden te zullen nakomen. In den jaeren ons heren duesent vierhondert een ende tsestich des dynxdages nae Oculi in der vasten ende nae den heiligen joncfrouwendach Perpetue et Felicitatis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 81. N.B. Het opschrift luidt: Van Raesfeltsguet toe Hengele. Hierdoor waren gestokende akten van 24 november 1480 en 23 augustus 1484 (reg.nrs. 109 en 130).
62
1461, 23 maart Steven de Boese, scholt te Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Egbert Hissynck en Leisken, zijn vrouw, en Henrick zijn oudste zoon, een jaarrente van 4 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit het goed ten Stroede, gelegen in het kerspel Voirden buurschap Linden bij de Moderbonck, verkocht hebben aan Gerit Ruether de jonge en Lamme, zijn vrouw, en dat de onmondige kinderen uit het eerste huwelijk van Egbert voornoemd deze overdracht van kracht zullen laten. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert ind een en tsestich op maendach nae dominica Judica.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 51
Afschrift in inv.nr. 1, fol. 128 vso. N.B. Hierdoor waren gestoken de akten van 6 oktober 1462 en 23 juni 1506 (reg.nrs. 68 en 215). 63
1461, 31 maart Andries Iseren Tonyszoon en Werner Tolner, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Geryt Aetsack en Lubbe, zijn vrouw, de jaarrente van 28 april 1454 (reg.nr. 45), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert ende een ende sestich op dynsdach nae den heiligen Palmdach. a. Oorspr. (inv.nr. 773), met het licht geschonden zegel van de eerste oorkonder en een fragment van dat van de tweede oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 8 vso.
64
1461, 23 juni Evert van der Voerst en Willem Leerynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Henrick Kolsack en Herman Berner, op bevel der schepenen beheerders van de vergadering en het huis geheten in ’t Spitaell binnen Zutphen, de jaarrente, vermeld in de akten van 8 januari 1424, 1 december 1440 en 20 februari 1461 (reg.nrs. 14, 18 en 60), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesnt vierhondert ende een ende tsestich op sunte Johansavent te myddensoemer. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 15 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de herbelegging in een huis in de Hofstraat in 1518.
65
1461, 26 augustus Andries Iseren Tonysz. en Evert Asse, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Henrick Kreynck en Griete, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 26 mei 1451 en 12 maart 1460 (reg.nrs. 36 en 57), waardoor deze akte is gestoken, overgedragen hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren M° CCCC° ende een ende sestich op guedensdach nae Bartholomei apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 114.
66
1462, 16 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Gortemaeker en Alijt, zijn vrouw, een jaarrente van een oude gouden schild, gaande uit hun huis op de Schupstoell, hebben verkocht aan Griete van Wychmonde en aan Henrick Kreynck en Evert Scholdeman, “verwaerre der onmondiger kynder bynnen Zutphen”, ten behoeve van Truede en Johan, onmondige kinderen van Griete voornoemd. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende twee ende sestich op dynsdach nae Valentini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 34 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504. Hierdoor was gestoken de akte van 9 oktober 1489 (reg.nr. 157).
67
1462, 12 juli Johan die Boeze, scholt te Zutphen binnen en buiten, oorkondt dat Jacob Bungener en Fenne, zijn vrouw, een jaarrente van 9 gouden rijnsgulden en 1½ oort rijnsgulden, gaande uit hun goed Harrecamp, gelegen in het kerspel Gorsloe in de buurschap Eysschede, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende twee ende tsestich op sunte Margaretenaevent der heiliger joncfrouwen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 105 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en conversie van de rentevoet in 1519.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 52
68
1462, 6 oktober Henrick die Boese, tynsheer van het goed ten Stroede, hecht zijn goedkeuring aan de vestiging van een jaarrente in dit goed bij de akte van 23 maart 1461 (reg. 62), waardoor deze akte is gestoken. Gegeven in den jair ons heren M° CCCC° tweensestich op guedensdach nae Remigii episcopi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 29. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 23 juni 1506 (reg.nr. 215).
69
1463, 1 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Derick Egbertszoon en Hermanna, zijn vrouw, een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis op de Schippestoell, verkocht hebben aan Lumme, weduwe van Johan van Holten, en Metteken, dochter van Johan voornoemd. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende drie ende sestich op vrijdach nae dominica Judica. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 70. N.B. Met aantekening over een latere rentebetaling.
70
1463, 14 juli Andries Iseren Tonysz. en Henrick Kreynck, schepenen te Zutphen, oorkonden, dat Elsebe, weduwe van Derick Smedes, de rentebrief van 13 juni 1455 (reg.nr. 46), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Gerit Aetsack. Gegeven in den jaer ons heren M° CCCC° drie ende sestich op donredach nae Margrete virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 47.
71
1464, 16 november Henrick Taeverenck, gezworen richter te Hengeloe op den Goeye vanwege de hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Aelbert Hederinck een jaarrente van 6 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit het goed Hederinck, gelegen in het kerspel Hengele opten Goye bij het goed Wissinck, verkocht heeft aan Johan te Calfzeler en dat Willem Mentinck en Reynt Wernerdinck zich hebben borg gesteld. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert vier ende tsestich op vridach nae sunte Martensdach in den wynter. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 144. N.B. De akte, die hierdoor was gestoken, is niet afgeschreven.
72
1465, 21 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij met toedoen en goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 7½ rijnsgulden, gaande uit de stadsrenten, -goederen en inkomsten, verkocht hebben aan Claes Bisschop. Gegeven in den jaere ons heeren duesent vierhondert ende vieff ende sestich op sunte Petersaevent ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Door deze akte waren gestoken akten van 1470, 1486 en 1559, die niet zijn afgeschreven, en akten van 23 januari en 19 februari 1621, waarbij deze rente werd overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap (inv.nr. 766).
73
1465, 1 maart Evert Scholdeman en Aernt Iseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Wolbert Schoeldeman de jaarrente, vermeld in de akten van 30 oktober 1443, 28 maart 1444 en 4 april 1444 (reg.nrs. 19, 20 en 21), overgedragen heeft aan Henrick Kolsack en Geryt Aetsack, olderlieden, en Johan van Benthem en Henrick Huessman, gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk van Sint Walburg binnen Zutphen. Gegeven in de jaeren ons heren duysent vierhondert ende vijff ende tsestich opten yersten vrijdach in der heiliger Vasten. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 17. N.B. Doorgehaald.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 53
74
1468, 19 september Geryt die Jegher van Padtbroick, richter tot Aernhem en van Veluwenzoem, oorkondt, dat Derick van den Hoevell en Styn, zijn vrouw, een jaarrente van 3 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goederen Hengeler en des Vryesenguet, met een halve waar in de Empmerck, gelegen in het kerspel van Opvoirst in de buurschappen Emp en Noirtemp, verkocht hebben aan Johan Meggynck als een “toevenger” voor de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaar onss heren duesent vierhondert vijff ende tsestich des donredages post Lamberti etc. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 111 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504, 1561 en z.j. en over de verkoop van de rente.
75
1466, 12 april Johan Meyntinck, richter tot Hengell vanwege de hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Johan en Henrick Haedekinck, gebroeders, een jaarrente van 6 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun thynsgoed Haedekinck, gelegen in het kerspel Hengell, hebben verkocht aan Johan te Kalfsler, dat Willem Meyntinck en Herman Vroedinck zich hiervoor hebben borg gesteld en dat zij zich bij niet betaling hebben verbonden tot leisting met een paard en een boetebeding van 1 molder rogge voor iedere week achterwege blijven van de betaling. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende sess ende tsestich op saeterdach nae den heiligen Paischdach. a. Oorspr. (inv.nr. 803), met de zegels van de oorkonder, Johan Haedekinck en Willem Meyntinck; dat van Herman Vroedinck is verloren. N.B. In dorso verklaring van Jan, Koert en Albert te Kalferse, gebroeders, dat de helft van de jaarrente is afgelost. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 164 vso. N.B. Met aantekening over de betaling in 1561 en dat door de aankoop van het Seystersgoed of Haedekinckkamp door de olderlieden in 1608 deze halve rente niet meer wordt ontvangen.
76
1466, 18 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Tonys Qwyst en Ermgart, zijn vrouw, een jaarrente van twee oude gouden schilden, gaande uit hun huis in de Moelenstraat, achter strekkende aan de stadsmuur, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende sess ende sestich op vrijdach nae sunte Margrietendaege virginis et martiris. a. Oorspr. (inv.nr. 786), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. N.B. In dorso namen van eigenaren van dit huis. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 29 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504, 1546, 1556, 1561 en conversie in 1556.
77
1466, 24 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Willem van Roddeloe en Nese, zijn vrouw, een jaarrente van 2 oude gouden schilden, gaande uit hun huis in de Hoffstraat, verkocht hebben aan Henrick van den Oestendorpe. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert sees ende sestich op sunte Jacobsaevent in den bouwe. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 35 vso. N.B. Doorgehaald. Hierdoor waren gestoken de akten van 28 juli 1468 en 2 september 1470 (reg.nrs. 83 en 105). Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en 1561 en over de aflossing en herbelegging in 1556 en 1566.
78
1467, 3 januari Evert van Leyden en Gelmer Gelmers, schepenen van Deventer, oorkonden, dat mr. Reyner Oesterhuys en Armgart, zijn vrouw, de rentebrief van 7 november 1459 (reg.nr. 55), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 54
Gegeven in ’t jaer ons heren duysent vierhondert soeven ende tsestich des saterdages nae nijenjaersdage. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 118. N.B. Met aantekening over de wijziging van de rentevoet. 79
1467, 20 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Buck en Haedewych, zijn vrouw, en Mercelys then Ryne een jaarrente van 2 gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Spronckstraat en hun hof en gaarde buiten de Hospitaelspoort, achter strekkende aan Onser Lyever Vrouwencamp, verkocht hebben aan Geryt Buynynck en Zwene, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert soven ent sestich op vrijdach na dominica Invocavit. a. Oorspr. (inv.nr. 796), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. In dorso aantekening dat 1 gulden uit de hof is gelost. Door de akte is gestoken de akte van 24 januari 1504 (reg.nr. 202). b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 38 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en 1561.
80
1467, 24 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Benzeler en Mechtelt, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis buiten de Laerpoort, verkocht hebben aan Beernt Byll en Alijt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soeven ende sestich op vrijdach profesto Jacobi apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 62 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1516. Hierdoor was gestoken de akte van 7 april 1483 (reg.nr. 120).
81
1468, 19 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Aernt Voervechter en Heylewich, zijn vrouw, een jaarrente van 1½ gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis buiten de Laerpoort, verkocht hebben aan Henrick en Willem Mommenhof, gebroeders. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht en tsestich op vrijdach post Valentini martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 68 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor was gestoken de akte van 12 april 1469 (reg.nr. 85).
82
1468, 9 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Geysteren en Griete, zijn vrouw, Huebert van Geisteren en Hille, zijn vrouw, Johan van Onna en Nese, zijn vrouw, Evert Ebbynck en Bartruyt, zijn vrouw, Geryt Kannenmaeker als procurator van Lubbert en Derick Ebbynck, een jaarrente van 5 gouden rijnsgulden en een oort, gaande uit hun huis, gelegen aan de Saltmerckte naast de Blanckenburch, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ende sestich opten heiligen Palmaevent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 39 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en “hier en boert mij nyet”.
83
1468, 28 juli Henrick Kolsack en Aernt Yseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Henrick van den Oestendorp de rentebrief van 24 juli 1466 (reg.nr. 77), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Johan, Jutte en Claere, onmondige kinderen van Goessen Kerckhellen en Alijt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ende sestich op donredach nae sunte Jacobsdach in den bouwe. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 35 vso. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 2 september 1479 (reg. 105).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 55
84
1468, 5 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Geertruyt, weduwe van Johan Aerntszoon een jaarrente van 4 pond, gaande uit haar huis op de Schuppstoell, achter strekkende aan de straat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer onss heren duesent vierhondert ende acht ende sestich op saeterdach nae Alle Heiligendaghe. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 40. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504, 1543 en 1561.
85
1469, 12 april Hendrick Kreynck en Johan van der Capellen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Willem Mommenhoff de helft van de jaarrente, vermeld in de akte van 19 februari 1468 (reg.nr. 81), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Henrick Mommenhoff, zijn broeder. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert neghen ende sestich op wonsdach nae Belaeken Paeschen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 69.
86
1469, 13 juli …Johan van Lymborch, proost van het klooster te Werden, beleent Berend tem Veyne Johan Dolenzoon niet het goed tem Veyn, gelegen in het kerspel Halle, ten Stichtsen recht van Werden behoudens de rechten van Reyneken tem Veyn Dolenzoon. In den jaren unses heren doe men schreyff dusent veyrhondert negen ind sestich opp sunt Margretendach der hylger jonckfrouwen etc. a. Oorspr. (inv.nr. 738), met het geschonden zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 139.
87
1470, 12 maart Henrick Kolsack en Willem Rense, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Hadewich ten Bongart de rentebrief van 5 mei 1450 (reg.nr. 32), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk, om hiervoor jaarlijks olie voor de armen te kopen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soeventich op sunte Gregoriusdach pape. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 46.
88
1470, 15 mei Johan Kribbe en Henrick Asse, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Hille, weduwe van Vranck van Zweten, en Geryt en Hille, hun oudste en mondige kinderen de rentebrief van 2 augustus 1446 (reg.nr. 23), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soeventich op dynsdach nae dominica Jubilate. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 24. N.B. Hille is een dochter van Henrick Seewinck.
89
1470, 10 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Ludolph Coster een jaarrente van een pond, gaande uit zijn helft van de Swypercamp, gelegen op de Zutphenre Eynge tussen de Lange Maet en Holsterbroick, grenzende aan de Haedekynckcamp en de straat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert ende tsoeventich op saeterdach nae Willibrordi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 30. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1507.
90
1471, 4 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Herman Baynck en Essele, zijn vrouw, en Lubbe, zijn moeder, een jaarrente van een pond, gaande uit hun huis buiten de Laerpoort, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 56
Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert ende eyn ende tsoeventich op sunte Aghatenaevent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 65 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1557. 91
1471, 24 november Gherrit van Hacforden, drost, beleent Henrick Tympe als oudste zoon na dode van zijn vader Henrick Tympe met een jaarlijkse stedigheid van 7½ molder uit de goederen Kegelholt en Barlehorst, gelegen in het kerspel Lochem. Ghegeven in den jair ons heren dusent vieerhondert een ende tseventich op suncte Katherinenavent der hilligher joncfrouwen. a. Oorspr. (inv.nr. 805), met een fragment van het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 93 vso.
92
1472, 25 januari Gijsbert Lansynck, scholt te Zutphen binnen en buiten oorkondt dat Aelbert Londynck geheten ter Mate en Alijt, zijn vrouw, een kamp land, geheten Londincks Hercken, begrensd door de weg tussen Londincks Hoeff en het Hercken, de Werckenssche mark, Hermelinck Byvanck en de steeg van Gesynck naar de mark, gelegen in het kerspel Wernsvelde in de buurschap Wercken, hebben overgedragen aan Henrick Addynck en Mechtelt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ind twe en tsoeventich op sunte Pauwelsdach conversionis. a. Oorspr. (inv.nr. 686), met het geschonden zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 131.
93
1472, 16 maart Henrick, heer tot Homoit en Wisch, oorkondt, dat hij zijn goedkeuring hecht aan de overdracht van de kamp, genaamd Londynck Haircken, gelegen in het kerspel Wa[r]nsvelt, dat behoorde tot zijn thynsgoed Londynck, door Aelbert ther Maet geheten Londynck en Aleyt, zijn vrouw, aan Henrick Addynck. Gegeven in den jair onss heren dusent vierhondert ind twe ind tseventich des neisten manendags nae den sondach Judica. a. Oorspr. (inv.nr. 686), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 131 vso.
94
1472, 23 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 2 gouden rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Hermen Panser en Berte, zijn vrouw. Gegeven in den jair onss heren duysent vierhondert twe en tseventich op sunte Johansavent tho midzoemer. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 14. N.B. Met aantekening over een conversie van de rentevoet in 1551. b. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Door deze akte waren gestoken de akten van 18 april 1476 en 24 september 1512 (reg.nrs. 96 en 228).
95
1475, 7 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gotschalck de Hoeffsche en Griete, zijn vrouw, een rentebrief van 1½ pond, gaande uit hun huis [gelegen in de Beukerstraat] verkocht hebben aan Herman Bruyns en Lys, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert ende vijff ende tsoeventich op guedensdach nae sunte Bonifaesdach et sociorum eius. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 19. N.B. Doorgehaald. Met bijgeschreven aantekeningen over de rentebetaling en de aflossing in 1518. Door deze akte was gestoken de akte van 2 juli 1483 (reg.nr. 121), blijkens welke dit huis in de Beukerstraat lag.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 57
96
1476, 18 april Conrat Schymmelpennynck en Henrick Asse, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Herman Panser en Berte, zijn vrouw, de rentebrief van 23 juni 1472 (reg.nr. 94), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Jutte Spallen. Gegeven in den jair onss heren duysent virhondert sess en tseventich op den donredach na Passchen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 14. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 24 september 1512 (reg.nr. 228).
97
1477, 21 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Werner ten Buerle en Alijt, zijn vrouw, een jaarrente van 3½ pond, gaande uit hun hofstede buiten de Spittaelspoort, achter strekkende aan de stadsgracht, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soeven ende soeventich op sunte Petersaevent ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 57.
98
1477, 24 mei Olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen oorkonden, dat zij wegens de rente van 200 rijnsguldens uit Rectingweert en de 80 rijnsguldens, die Henrick Kreynck en joffer Griet, zijn vrouw, aan het gilde gegeven hebben, 3½ rijnsgulden ’s jaars schuldig zijn aan het corpus van gemene vicarissen in de Grote Kerk, waarvoor deze vijf jaargetijden zullen houden voor Henrick Kreynck, Johan Kreynck, zijn vader, Nese Kreynck, zijn moeder, joffer Margriet van Baeck, zijn eerste vrouw, en voor joffer Margriet, zijn tegenwoordige vrouw. Gheven in ’t jaer onss heren duysent vierhondert soeven ende tseventich op den heiligen Pynxteravent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 3.
99
1478, 20 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 7 pond, gaande uit de stadsrenten, -goederen en inkomsten, verkocht hebben aan Derick van Kranenborch en Truede, zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren dusent vierhondert acht ind tsoventich op den vrijdach nae den sonnendach Remyniscere. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 12 vso. N.B. Met aantekening over de conversie van de rentevoet, 1551. b. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 17 mei 1505 (reg.nr. 212).
100
1478, 1 juli Henrick van Leisten en Coert Schymmelpennynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Beernt Wassinck en Evert Zantacker, gildemeesters van het “scroedergylde” binnen Zutphen, de jaarrente, vermeld in de akten van 6 februari 1447 en 5 februari 1461 (reg.nrs. 28 en 59), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert ende acht ende soeventich op Onser Liever Vrouwenaevent visitationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 61 vso.
101
1478, 16 september Evert van der Voerst erkent een jaarrente van 1 zutphens pond, gaande uit het goed die Voorst, gelegen in het kerspel Wernsfelde, verkocht te hebben aan de gildemeesters van Anthonysgilde in de Oude stad binnen Zutphen in de Sint Walburghenkerk. Gescreven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert acht ende tsoeventich op sunte Lambertsavent des heiligen martelers ende bysschops. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 106 vso.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 58
102
1478, 9 november Johan Mom van Kelle, landdrost van Zutphen, oorkondt, dat Johan Enserinck en Willem, zijn vrouw, het goed de Groeten Ryeffeler, met zijn pootbrink (”potbryncke”) en vier meden, namelijk de Huesmaet, de Brynckmaet, Bruenremaet en Ryeffeler Slach, gelegen in het kerspel Hengell, buurschap Bekevelt, doch met uitzondering van een stuk land dat achter op de Campe is afgepaald, heeft overgedragen aan Derick den Wytten en Jutte, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ende soventich op maendach nae sunte Willebrortsdach. a. Oorspr. (inv.nr. 645), met de licht geschonden zegels van de oorkonder, de gerichtsman Johan Raven en de tynsheer Johan Rederinck en een fragment van het zegel van de gerichtsman Kerstken Scherpinck. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 91.
103
1478, 12 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Hungerinck en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis op de Nyerstat en uit een hof en gaarde buiten de Nyerstatpoort, verkocht hebben aan Willem Buedelmaeker en Geertruyt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ende soeventich op sunte Lucienaevent virginis et martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 48 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en “hyer en boert mij nyet”.
104
1479, 28 april Beernt van Holthuesen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Tyman Hynke en Foyse, zijn vrouw, een maat land, geheten Braemelremaat, omschreven in de akte van 3 november 1455 (reg.nr. 48), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert negen ende soventich op guedensdach nae Marcusdach evangeliste. a. Oorspr. (inv.nr. 687), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 99 vso.
105
1479, 2 september Willem van Rodderloe en Derick van den Walle, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan Verwer en Clara, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 24 juli 1466 en 28 juli 1468 (reg.nrs. 77 en 83), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert negen ende soeventich op donredach nae Egidii abbatis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 36.
106
1479, 31 december Johan Leyendecker en Gryete, zijn vrouw, verklaren, dat zij een stuk land, de Stockeracker genaamd, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Vyerackeren, grenzende aan de Moelenmaet en de Moelenstraat, hebben geschonken aan het Sint Anthonysgilde in de Oude stad binnen Zutphen in de Grote Kerk, met behoud van het recht van inlossing door de bezitter van het leengoed Eesynck. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert negen ende tsoeventich op des heiligen nyenjaersavent geheyten circumcisio domini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 103 vso.
107
1480, 20 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Leyendecker en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis in de Vleysshouwersstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildermeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert achtentich op sunte Agneetenaevent virginis et martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 39.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 59
N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en 1543 en over de aankoop van dit huis door de broederschap. 108
1480, 3 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Aernt van den Walle Derickszoon een jaarrente van 8 gouden rijnsguldens, gaande uit zijn huis in de Waeterstraat, gelegen naast het huis van heer Johan Boeven, kanunnik, achter strekkende aan huis en hof van de vicarissen van Sint Martensaltaar, met een uitgang naar de Beckerstraat, verkocht heeft aan Peter Kreyncg en joffer Adriaen, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren dusent virhondert tachtentich op dinsdach nae sunte Remeysdach confessoris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 31. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen dat door aflossing de jaarrente 4¾ gulden bedraagt. Met aantekening over de algehele aflossing in 1538. De drie akten, die hierdoor waren gestoken, zijn niet afgeschreven.
109
1480, 24 november Johan van Seyst, richter toe Hengell opten Goy vanwege de hertog van Ghelre en van Gulick, graaf van Zutphen, oorkondt, dat Henrick ten Broyll en Engele, zijn vrouw, een stuk land, gelegen in het kerspel Hengell op Veltkens Enghe, tussen Bruenrincks dam en de Avereyncks Brynck en het Veldeken, zoals dit omschreven is in de akte van 10 maart 1461 (reg.nr. 61), waardoor deze akte is gestoken, hebben verkocht aan Derick van Raesvelde onder behoud van het recht van lossing. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert tachtentich op sunte Katherinenavent virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 82. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 23 augustus 1484 (reg.nr. 130).
110
1480, 13 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Beernt Eernst en Styne, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ gouden rijnsguldens, gaande uit hun hof en gaarde in het Pulsbroek, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vierhondert tachtentich op sunte Luciendach virginis et martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 22 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over een rentebetaling.
111
1481, 7 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Geryt Coster en Tonys, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun hof en gaarde buiten de Spittaelspoort, achter strekkende aan de stadsgracht, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde. Gegeven in den jaer onss heren duesent vierhondert eyn ende tachtentich op den saeterdach nae Letare Jherusalem. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 57 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
112
1481, 18 mei Gherrit van Hacforden bevrijdt ten behoeve van de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen, na opdracht door Hendrik Tympe, de jaarlijkse stedigheid van 2 molder rogge, 2 molder gerst en de smalle tiend uit het erf Keelholt en die van 2 molder rogge en de smalle tiend uit het erf Baerhorst, gelegen in het kerspel Lochem, van de leenroerigheid aan de heerlijkheid Vorden. Ghegeven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert een ende tachtentich op den neesten vridach nae sunte Servaesdach des hilligen biscops. a. Oorspr. (inv.nr. 805); het zegel van de oorkonder is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 94. N.B. Met aantekening over de betaling in 1504.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 60
113
1481, 30 mei Claeus van Keppell, scholt binnen en buiten Lochem, oorkondt dat Henrick Tympe een jaarlijkse stedigheid van 2 molder rogge en 2 molder gerst en de smalle tiend uit het goed Keelholt en een jaarlijkse stedigheid van 2 molder rogge en de smalle tiend uit het goed Baerhorst, gelegen in het kerspel Lochem in de buurschap Duchteren, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde binnen Zutphen in de Grote Kerk. Ghescreven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert een ende tachtentich op vigilia Ascencionis Domini. a. Oorspr. (inv.nr. 804), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 94 vso.
114
1481, 11 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wyse Bredenoirt haar beide huisjes in de Bornhavestraat bij de Spittaelspoort, grenzende aan het huisje, de Rondielstoren genaamd, en een boog, achter strekkende aan de stadsmuur, overgedragen heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaeren onss heren duysent vierhondert eyn ind tachtentich opten maenendach nae den heiligen Pinxterdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 38. N.B. In 1556 overgedragen aan het Spittaal (Oud-rechterlijk archief Zutphen, inv.nr. 483, kentenissen 1555/56 fol. 170 vso).
115
1481, 25 augustus Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Berte Pansen, Gerrit Bontwercker en Fye, zijn vrouw, Henrick, Panse, Philips en Hensken, kinderen van Berte voornoemd, een jaarrente van 2½ pond, gaande uit hun hof en gaarde, gelegen buiten de Nyerstatpoort tussen de gaarden van de Proosdij van Zutphen en die van O.L. Vrouwenkerk opter Nyerstat, verkocht hebben aan Giele Wyltynck. Gegeven in den jair ons heren dusent vierhondert eyn ind tachtentich opten saterdach post Bartholomei. a. Oorspr. (inv.nr. 788), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. N.B. Hierdoor waren gestoken de akten van 24 september 1487 en 18 januar 1522 (reg.nrs. 147 en 262). b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 75. N.B. Met aantekening over de waarde van de goudgulden.
116
1482, 22 februari Derick Mentynck en Jutte, zijn vrouw, verklaren van de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde binnen Zutphen in de Grote Kerk een stuk land, genaamd de Stocketacker, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Vyerackeren, grenzende aan de Moelenmaet, gepacht te hebben voor 1 koopmans rijnsgulden. Ghegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert twee ende tachtentich op sunte Petersdach ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 104. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de betaling van de pacht in 1504 en over de aflossing.
117
1482, 3 april Steven van Kervenhem oorkondt als tynsheer, dat Aernt van Vorden en Lamme, zijn vrouw de halve hofstede met een halve maat, Saerynckmaet genaamd, gelegen in het kerspel Hengell in de buurschap Bekevelt, hebben overgedragen aan Derick die Witte en Jutte, zijn vrouw. Ghegeven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert twy ende tachtentich op den hilligen Schortellwonsdach. a. Oorspr. (inv.nr. 645), met het zegel van de oorkonder en dat van Aernt van Vorden. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 92 vso.
118
1482, 8 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gelmer then Wall en Margriet, zijn vrouw, erkend hebben een jaarrente van 6 rijnsguldens en een oort uit hun huis in de Waeterstraat,
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 61
gelegen langs de steeg, strekkende tot de stadsmuur, schuldig te zijn aan Esken Raeven en Alijt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert twe ende tachtentich op den maenendach nae den heiligen Paischdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 4. N.B. Doorgehaald. De rente is in 1494 veranderd in 4 gouden rijnsgulden en 9 Philipsstuivers. Hierdoor was gestoken de akte van 11 april 1494 (reg.nr. 176). 119
1482, 1 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Derick Ottenzoon geheten van Obelle en Lysken, zijn vrouw, een jaarrente van 1 gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Korte Hoffstraat, verkocht hebben aan Aernt Peynen. Gegeven in den jaeren ons heren duysent vierhondert twee ende tachtentich op sunte Remeysdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 27. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor was gestoken de akte van 14 februari 1484 (reg.nr. 126).
120
1483, 7 april Alijt Byl, vrouw van Beernt Bil, en hun dochter Beernt, verklaren, dat zij het Sint Anthonysgilde gewonnen hebben voor Bernt en Alijt, zijn vrouw, voornoemd en dat zij daarvoor de rentebrief van 24 juli 1467 (reg.nr. 80), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van genoemd gilde. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent vierhondert dry ende tachtentich opten neesten maenendach nae octave van Paeschen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 62 vso. N.B. Doorgehaald.
121
1483, 2 juli Herman Bruens en Lysken, zijn vrouw, verklaren dat zij de rentebrief van 7 juni 1475 (reg.nr. 95), waardoor deze akte is gestoken, gaande uit een huis in de Boedikerstraat, overgedragen aan het Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk, waarmede zij het gilde gewonnen hebben. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert drye ende tachtentich op visitatie Marie viginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 19.
122
1483, 21 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Willem Gerytszoon en Aelit, zijn vrouw, een jaarrente van 2 koopmans rijnsguldens, gaande uit hun huis en hof buiten de Laerpoort, achter strekkende aan de Koelsteeg, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde. Gegeven in den jaeren onss heren duesent vierhondert drye ende tachtentich op sunte Marie Magdalenenaevent. Afschrift in inv.no. 1, fol. 68. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat in 1523 deze rente is afgelost met een rentebrief uit een erf te Warken. Vergelijk ook reg.nr. 199.
123
1483, 28 augustus Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Evert Tegerinck en Aleit, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis en hof, gelegen in de Laerpoort, achter strekkende aan de Koelsteeg, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde. Gegeven in den jaer onss heren duesent vierhondert drye ind tachtentich op sunte Johansavont decollationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 65. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1555.
124
1483, 15 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gerit Rueter en Lamme, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis in de Moilenstraat, grenzende aan de gemene
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 62
steeg, achter strekkende aan de stadsmuur, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde. Gegeven in den jair onss heren duesent vierhondert drie ind tachtentich op sunte Gallenavont. a. Oorspr. (inv.nr. 787), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 28 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en 1561. 125
1483, 7 december Henric van Vorthusen Johanss. en Elsken, zijn vrouw, verklaren, dat zij de smalle tienden uit het goed Alerdynck, gelegen in het kerspel Wernsvelde in de buurschap Wercken, schenken aan Sint Anthonis in de Grote Kerk in Sint Anthonysgilde, “want men dan daer grote karitate van aelmissen voer de kerckdueren alle sonnendage ghifft ende mede van beghencnisse, myssen, luchtinge ende anders”, waarmede zij het gilde hebben gewonnen en hun zielen deelachtig worden aan alle weldaden. Ghegeven in ’t jar ons heren dusent vierhondert drie ende tachtentich op vigilia concepcionis Marie virginis. a. Oorspr. (inv.nr. 688), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 90. N.B. Met aantekening over de afstand door de heer van Bronckhorst van zijn leenrecht d.d. 17 augustus 1546.
126
1484, 14 februari Griete, weduwe van Anthonys Yseren, verklaart, dat zij de rentebrief van 1 oktober 1482 (reg.nr. 119), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gescr(even) in ’t jaer ons heren duysent vierhondert vier ende tachtentich op sunte Valentijnsdach martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 27.
127
1484, 30 april Beernt van Holthusen, schout te Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Jacob van Hacfort en jonkvrouwe Margarieta van Essen, zijn vrouw, een jaarrente van 12 molder winterrogge uit hun erf, Gruweltsgoed genaamd, gelegen in het kerspel Voirden in de buurschap Veltwijck, te leveren op meiavond of bij het staande kruis in de meimarkt, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk en dat Derick van Hacfoirt zich borg heeft gesteld. Gescreven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert vier ende tachtentich op sunte Philips ende sunte Jacobsavent geheyten meyavent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 85 en 84. N.B. De bladen zijn bij het inbinden omgewisseld en nadien gefolieerd. Doorgehaald. Met aantekeningen over de gedeeltelijke en gehele aflossing.
128
1484, 7 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Egbert Kremer en Fye, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun hofstede achter hun huis op de Nyerstat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaere onss heren duesent vierhondert vier ind tachtentich opten vrijdach nae sunte Jansdach ante portam latinam. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 50. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en “hyer en boert mij nyet”.
129
1484, 30 juli Bernt van Holthuysen, scholt te Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henrick ten Loe en Gertruydt, zijn vrouw, een jaarrente van 2 molder winterroggge uit hun goed dat Loe, gelegen in het kerspel Wernsfelde in de buurschap Wercken, verkocht hebben aan Johan Necken Hermanszoon en dat Geryt Staerinck en Werneer ter Byshorst zich met hun goederen Staerinck, gelegen in de buurschap Wercken, en Byshorst, gelegen in de buurschap Leesten, hebben borg gesteld. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert vier ende tachtentich op vridach na sunt Jacopzdage apostoli.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 63
Afschrift in inv.nr. 1, fol. 157 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1543. De hierdoor gestoken akte is niet afgeschreven. 130
1484, 23 augustus Derick van Raesvelde verklaart, dat hij de twee stukken land, gelegen in het kerspel Hengell op Veltkensenck, zoals omschreven in de akten van 10 maart 1461 en 24 november 1480 (reg.nrs. 61 en 109), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgegeven aan Sint Anthonysgilde binnen Zutphen in de Grote Kerk, om daarvan voor de kerkdeur aalmoezen te geven voor de ziel van hem en die van zijn ouders. Gegeven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert vier ende tachtentich op sunte Bartholomeusavent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 83.
131
1485, 18 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Willem Yseren en joffer Willem, zijn vrouw, een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens min drie stuivers uit hun huis in de Hoifstraat, uitgaande in de Beckerstraat en Kuypkenstraat, verkocht hebben aan de gildemeesters van Sint Anthoniusgilde. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert vijff ende tachtentich op vrijdach nae Letare Jherusalem. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 7. N.B. Doorgehaald.
132
1485, 1 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Ludolph Coster en Styne, zijn vrouw, een jaarrente van 2 koopmans rijnsguldens, gaande uit de Haykinckkamp en uit een halve maat, geheten de Swyperpass, gelegen achter aan de Nyestatenck, grenzende aan de Hulsterbrugghe, de straat en de Holstersteeg, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaere onss heren duesent vierhondert vijff ind tachtentich op des hilligen Sacramentsaevent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 49 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1507.
133
1485, 24 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 5 gouden rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde binnen Zutphen en dat zij met deze rentebrief en één ten behoeve van Herman Diepenbrynck Warnerss. een rentebrief van Lumme, weduwe van Johan van Holten, en haar onmondige dochter Metteke hebben afgelost. Gegeven in den jaeren onss heren duysent vierhondert vijff ende tachtentich op sunte Jacopsavent. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 9 vso. b. Afschrift in inv.nr. 766.
134
1485, 31 juli Willem van Vyerackeren, leenheer van het goed Yolinck, oorkondt, dat Gerrit Kystenmaker en Geertruyt, zijn vrouw, een jaarrente van 6 koopmans rijnsguldens, gaande uit hun “tweedeell” van hun goed Yolinck, gelegen in het kerspel Wernsvelde in de buurschap Eeffde, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde binnen Zutphen in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert vijff ende tachtentich op sunte Petersavent ad vincula. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 114 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 64
135
1485, 30 september Jan Kreynck en Werner Kailsack, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Bertke Troyen de jaarrenten van 3 pond, vermeld in de akten van 18 december 1373 en 29 oktober 1376 (reg.nrs. 4 en 5) en in de daardoor gestoken akten, waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert vijff ind tachtentich op sunte Jeronimusdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 52.
136
1486, 15 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Conrait van Buerloe een jaarrente van 5 gouden rijnsguldens, gaande uit zijn huis in de Torffstraat, achter met de schuur strekkende aan de watermolen en de Predikerbroederhoff, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaeren ons heren duesent vierhondert sess ind tachtentich opten guesdach nae Invocavit. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 29. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
137
1486, 22 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Keppelman, kanunnik, een jaarrente van 3 gouden rijnsguldens, gaande uit zijn huis in de Vleyshouwerstraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde. Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert seess ende tachtentich op den goensdach nae den heiligen Palmdach. Afgeschrift in inv.nr. 1, fol. 36 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1560.
138
1486, 27 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat heer Anthonius van Buyrll, priester en vicaris in de Grote Kerk, een jaarrente van 6½ gouden rijnsgulden, gaande uit zijn huis aan Zaltmerckt, achter strekkende aan de Roeden Toernestraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde. Gegeven in den jaer ons heren duysent vierhondert seess ende tachtentich op den maenendach nae den heiligen Paeschdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 37. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en latere jaren en de aflossing in 1548.
139
1486, 7 september Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 8 gouden rijnsgulden, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan de olderlieden en gemeenslieden van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk, waarmede zij een andere rentebrief hebben afgelost. In den jaer onss heren duesent vierhondertseess ende tachtentich op Onser Liever Vrouwenavent nativitatis. a. Oorspr. (inv.nr. 764), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. N.B. Deze akte is blijkens handschrift en zegel eerst na 1575 vervaardigd, mogelijk ter vervanging van het origineel. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 10 vso. c. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. De afgeloste rentebrief had een rentevoet van 6¼%, de nieuwe van 5%.
140
1486, 28 september Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 8 gouden rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde, waarmee zij een andere rentebrief hebben gelost. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert sess ende tachtentich op sunte Michielsavent.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 65
a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 11. b. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. De afgeloste rentebrief had een rentevoet van 6¼%, de nieuwe een van 5%. 141
1486, 9 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 10½ gouden rijnsgulden, gaande uit de stadsrente, goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk, waarmede zij twee rentebrieven van 11 en 2 rijnsgulden hebben afgelost. Gegeven in den jaeren onss heren duysent vierhondert seess ende tachtentich op sunte Victoersaevent. a. Oorspr. (inv.nr. 765); het zegel van de stad is verloren. N.B. Deze akte is blijkens handschrift en zegel eerst na 1575 vervaardigd, mogelijk ter vervanging van het orgineel. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 10. c. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. De afgeloste rentebrieven hadden een rentevoet van 6¼%, de nieuwe een van 5%.
142
1486, 10 november Henrick Kreynck en Margarieta, zijn vrouw, verklaren dat zij een jaarrente van 2½ gouden rijnsgulden, gaande uit hun waard., Henrick Kreyncksweerdt genaamd, gelegen in het kerspel Voerst in de buurschap Tonden, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gescreven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert ses ende tachtentich op sunte Mertensavent in den wynter episcopi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 84. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
143
1487, 10 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Herman Raven en Lysken, zijn vrouw, een jaarrente van 7 rijnsguldens en een oort, gaande uit hun huis aan de Roggenmarckt, grenzende aan de Wildeman, verkocht hebben aan Johan Raven en Griete, zijn vrouw. Gegeven in den jair onss heren dusent vierhondert seven ende tachtentich op den dinxdach na den heiligen Palmdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 53 en 71 vso. N.B. Met aantekeningen over de gedeeltelijke aflossing in 1498 en rentebetaling in 1543. Hierdoor waren gestoken twee akten van 26 juli 1498 en 16 februari 1504 (reg.nrs. 189 en 204).
144
1487, 14 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij met toedoen en goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 19 gouden rijnsgulden min een oort, gaande uit de stadsrenten, -goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Peter Kreinck en joffer Adriaen, zijn vrouw, welke jaarrente door Andries Iseren verschuldigd was en waarmede de stad, met andere rentebrieven, de tol te Zutphen heeft gelost. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert seven ende tachtentich up den hilligen Paeschavont. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 31 vso. b. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekeningen dat deze jaarrente in 1528 door Reynt van Apeldoirn en joffer Marye is overgedragen aan Johan van Vorden en Machtelt, zijn vrouw. In 1551 is de rentevoet van 6¼% veranderd in 5%. Hierdoor was gestoken de akte van 1 maart 1544 (reg.nr. 310).
145
1487, 4 april Beernt Mengherynck en Geertuyt, zijn vrouw, verklaren, dat zij een jaarrente van 2 gouden rijnsguldens, gaande uit hun hof buiten de Spittaelspoort, gelegen naast de huisarmen van heer Jacob van Hacfort, ridder, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 66
Ghescreven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert soeven ende tachtentich op den hilligen Paeschaevent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 56. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1537. 146
1487, 23 juni Derick Vroeynck en Griete, zijn vrouw, erkennen dat zij een jaarrente van 3 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goed Vroynck, gelegen in het kerspel Wernsvelde in de buurschap Vyerackeren, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert soeven ende tachtentich op sunte Johansavent toe mydzommer. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 116. N.B. Doorgehaald.
147
1487, 24 september Arnt Yseren en Henrick van Leysten, schepenen van Zutphen oorkonden, dat Giele Wiltynx de rentebrief van 25 augustus 1481 (reg.nr. 115), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Lambert Slosmecker en zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert seven ende tachtentich op manendach na sunte Matheusdach. Oorspr. (inv.nr. 788), met het geschonden zegel van de eerste oorkonder; dat van de tweede is verloren. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 18 januari 1522 (reg.nr. 262).
148
1487, 9 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Johan Rubach. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert soven en tachtentich up sunte Victoirsavont. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 32. N.B. Met aantekening over wijziging van de rentevoet van 6¼% in 5% in 1551. b. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 19 november 1545 (reg.nr. 322).
149
1488, 12 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gerit Mou en Beell, zijn vrouw, en Johan Ratinck een jaarrente van ½ gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis buiten de Spytaelspoort, achter strekkende aan de gracht, verkocht hebben aan Heylewich ten Slick. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert acht ende tachtentich op dynstdach nae sunte Agathendach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 59. N.B. Met aantekening over de aflossing in 1508.
150
1488, 2 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Steven, weduwe van Derick die Woest, en mr. Wychman, haar zoon, een jaarrente van 3 gouden rijnsguldens, gaande uit hun hof in de Kolsteeg, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde en dat zij beloofd hebben, dat wanneer Derick die Woest, die thans uitlandig is, terugkeert, en Eeffze, haar dochter en zijn zuster, mondig geworden is, dezen deze vestenis zullen goedkeuren. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ind tachtentich op vrijdach nae meydach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 66. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 67
151
1488, 24 september Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Zijbergen en Agnes, zijn vrouw, een jaarrente van drie oude schilden, gaande uit hun huis in de Korter Hoffstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert acht ind tachtentich opten goensdach nae sunte Matheusdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 28. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de herbelegging.
152
1488, 27 oktober Wennemer Lebbynck en Eeffse, zijn vrouw, en Henrick Lebbynck, hun oudste zoon, erkennen een jaarrente van 4 molder winterrogge, zutphensche maat, gaande uit hun saalweer, genaamd Lebbynck, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Vieracker, verkocht te hebben aan Beernt Tyoede en Geertruyt, zijn vrouw, en Aernt Vrusynck en Henrick Lebbynck verklaren zich hiervoor borg te stellen. Gescreven in ’t jaer ons heren duysent vierhondert ende acht ende tachtentich op sunte Symon ende Judasavent die heilige apostele. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 124 vso. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 14 januari 1508 (reg.nr. 217).
153
1489, 4 februari Bernt van Holthussen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt dat Evert Wyers en Lumme, zijn vrouw, twee stukken land, het éne stuk gelegen in de Sydenenghe, het ander in de Hogeneynghe in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warken, hebben verpand aan Engelbert Assynck en Mechtelt, zijn vrouw. Ghegeven in ’t jar ons heren dussent viirhondert nyegen en tachtentich op wonsdach post Blesii episcopi. Oorspr. (inv.nr. 691), met het lichte geschonden zegel van de oorkonder. N.B. Hierdoor is gestoken de akte van 22 januari 1513 (reg.nr. 230).
154
1489, 21 februari Vrouw Gonders, weduwe van Steven Joestzoon, en Willem, Henrick en Heyle, haar kinderen, verklaren, dat zij een jaarrente van een halve gouden rijnsgulden, gaande uit hun hofstede, huis, hof, boomgaard en kamp, gelegen in het kerspel Wychmonde bij de weem bij de kerk, begrensd door twee straten en de IJssell, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gescreven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert negen ende tachtentich op sunte Peter avent ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 102. N.B. Met aantekening dat deze jaarrente teniet gegaan is.
155
1489, 3 maart Lubbertert (sic) Hessynck en Gertruyt, zijn vrouw, en Johan Stegeman en Gryet, zijn vrouw, gaan een ruiling aan, waarbij eerstgenoemden tegen afstand van het land de Oeyrhoeff, gelegen in de buurschap Appen, en land in de Caetwijck in de buurschap Gyetell verkrijgen 4 stukken land, gelegen aan de winterdijk in de buurschap Gyetell, en een jaarrente van 5 rijnsgulden uit het goed Rensynck. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vyerhondert ende negentachtentich des dynsdages nae sunt Mathijsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 142 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat 2½ gulden gaan uit het Stegemansgoed te Voirst. Hierdoor was gestoken de akte van 17 maart 1489 (reg.nr. 156).
156
1489, 17 maart Lubbert Hessynck en Gertruyt, zijn vrouw, verklaren, dat zij de jaarrente, vermeld in de akte van 3 maart 1489 (reg.nr. 155), waardoor deze akte is gestoken, hebben verkocht aan Lubbert Gerrytssz. en Lubbe, zijn vrouw. Gegeven in ’t jair onss heren dusent vyerhondert ende negentachtentich up sunt Gertruydendach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 143 vso.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 68
157
1489, 9 oktober Alijt Huynyncks verklaart de jaarrente van 1 oude gouden schild, vermeld in de akte van 16 februari 1462 (reg.nr. 66), waardoor deze akte is gestoken, geschonken te hebben aan het Sint Anthonysgilde tot het geven van aalmoezen aan de huisarmen binnen Zutphen, onder voorbehoud van een lijfrente van 2 pond ’s jaars, terwijl de gildemeesters “eenen doeden van mijnen vrienden in gylden doedenboeck” hebben gezet. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert negen ende tachtentich op sunte Victoersavent geheiten zantganghen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 35.
158
1489, 29 november Gherrit Smedinck en Fie, zijn vrouw, verklaren, dat zij van de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonisgilde de “wrucht” tussen de Alerdinck Nyemaet en hun goed tot aan het Addinckmaetken hebben gekocht en deze ten eeuwigen dage zullen onderhouden. Ghescreven in ’t jaer ons heren dusent vieerhondert negen ende tachtentich op sunte Andriesavent. a. Oorspr. (inv.nr. 689), met het zegel van Herman ter Havick en een fragment van het zegel van Johan toe Koerenbleke. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 86.
159
1490, 24 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 7 gouden rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde en dat zij de koopsom hebben aangewend tot de betaling van de achterstallige lijftocht aan de weduwe van Geryt ter Ryt te Colne. Gegeven in den jair unss heren duesent vierhondert tnegentich op Kirssavent. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 11 vso. N.B. Met aantekening dat de rentevoet van 6¼% in 5% is veranderd. b. Afschrift in inv.nr. 766.
160
1491, 21 februari Wolter Horstinck, richter in het kerspel Seelhem, vanwege de hertog van Ghelre, graaf van Zutphen etc., oorkondt, dat Evert Poppinck en Agnieta, zijn vrouw, een jaarrente van 3 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit het goed Hunynck, gelegen in het kerspel Zeelhem in de buurschap Veltwijck, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Ghescreven in ’t jaer ons heren dusent vieerhondert een ende tnegentich op suncte Petersavont ad cathedram. a. Oorspr. (inv.nr. 813), met een fragment van het zegel van Evert Poppinck; dat van de oorkonder is verloren. N.B. Met aantekening dat i.p.v. rogge 2 goudgulden worden betaald. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 95 vso. N.B. Met aantekening over de betaling in 1504, 1561 en over de betaling in geld.
161
1491, 26 maart Engbert Meckynck en Evese, zijn vrouw, verklaren, dat zij de jaarrente, vermeld in de akten van 29 mei 1415 en 6 april 1419 (reg.nrs. 10 en 13), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgegeven aan Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk ten behoeve van het gilde en de huisarmen, aan wie men aalmoezen geeft, en dat zij hiermede het gilde gewonnen hebben. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert een ende tnegentich op den heiligen Palmaevent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 55 vso.
162
1491 april 16. Beernt van Holthuysen, scholt van Zutphen binnen en buiten en rentmeester ’s lands van Zutphen vanwege de Roemsch Koning, hertog van Gelre en graaf van Zutphen etc., oorkondt, dat Eeffse, weduwe van Wennemer Lebbynck, en Henrick Lebbynck, haar zoon, een jaarrente van 3½ molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goed Lebbynck, gelegen in het
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 69
kerspel Warnsfelde in de buurschap Vyerackeren, verkocht hebben aan Beernt Tjoeden en Geertruyt, zijn vrouw; dat Aernt Enzerinck geheten Vruyssinck en Derick Vroedynck zich hiervoor borg hebben gesteld en dat, daar Eefsse en Henrick voornoemd veel aan breuken, renten enz. van het goed Lebbynck ten achter zijn, dit goed aan de hertog zal vervallen indien deze jaarrente niet binnen zes jaar zal zijn afgelost. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert ind eyn inde tnegentich des naesten saeterdages nae den sonnendage Quasi modo geniti. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 125 vso. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 14 januari 1508 (reg.nr. 218). 163
1491, 21 mei Gelmer van den Walle, stadhouder vanwege Beernt van Holthuysen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Hermen Ywerdynck en Gerarda, zijn vrouw, een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goed Ywerdynck, gelegen in het kerspel Gorselloe in de buurschap Eysschede, verkocht hebben aan Johan van Graess en dat Henrick ten Loe en Lambert Syckynck zich met hun erven ten Loe en Syckynck, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Wercken hebben borg gesteld. Gegeven in den jaer onss heren dusent vierhondert een ende tnegentich opten heiligen Pinxsteravent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 107 vso. N.B. Doorgehaald. Hierdoor was gestoken de akte van 23 mei 1493 (reg.nr. 173).
164
1491, 29 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Kaemen en Geertruyt, zijn vrouw, een jaarrente van 5½ gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Waeterstraat, achter strekkende aan de stadsmuur, verkocht hebben aan Derick Monnick, hun zuster. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert een ende tnegentich opten vrijdach nae sunte Jacobsdach apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 7 vso. N.B. Doorgehaald. Hierdoor was gestoken de akte van 29 mei 1500 (reg.nr. 194).
165
1491, 11 augustus Herma Bunynck en Johan Egbertss., zijn zwager, verklaren het Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk, dat een jaarrente van 9½ gouden rijnsgulden min een half oort heeft uit het Grote Kerk, dat een jaarrente van 9½ gouden rijnsgulden min een half oort heeft uit het goed Herrekampt1, gelegen in het kerspel Gorsell, dat eerste oorkonder toebehoort, schadeloos te zullen houden wegens de verminderde waarde van het onderpand door het houwen van het daarop staande hout; de eerste oorkonder verklaart de tweede oorkonder schadeloos te zullen houden. Ghegeven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert een ende tnegentich op sunte Tyburciusdach marteler. Afschrift door Henrichs Hegelen, notaris, in inv.nr. 1, fol. 121. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat de olderlieden en gildemeesters in 1519 Johan Egbertss. van deze belofte tot schadeloosstelling hebben ontslagen.
166
1491, 15 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 3 gouden rijnsgulden, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde en dat zij de koopsom hebben aangewend tot betaling van een rosmolen, door de stad gekocht van Henrick Yebbekynck, en tot een betaling aan Conrait Schymmelpennynck. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert eyn ende tnegentich op dynxdach nae sunte Martensdach in den wynter. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 12. N.B. Met aantekening over de wijziging van de rentevoet van 6¼% in 5% in 1551. b. Afschrift in inv.nr. 766.
1
Ook Herlekampt en Herkamp geschreven.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 70
167
1492, 23 februari Bernt van Holthuesen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Johan Yebbekinck en Aelbert to Herlicke, bouwman op ’t Hamme, en Uelent en Wisse, hun resp. vrouwen, een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goed de Nyenkamp en uit de Nyenmaat, gelegen in het kerspel Voirden in de buurschap Veltwick, verkocht hebben aan Hille, vrouw van Herman van Ophave, en Johan en Vrede, hun kinderen, en dat Derick van Webell geheten Otten en Henrick Jebbekinck, broeder van Johan voornoemd, zich hiervoor borg hebben gesteld. Gegeven in den jair ons heren dusent vierhondert ende twie ende tnegentich des donredages nae sunte Petersdach ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 140 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling en over de aflossing in 1555.
168
1492, 7 december Beernt van Holthuesen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Andries Weedersche en Lysbeth, zijn vrouw, een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun slag sland, Wullynckslach genaamd, gelegen in het kerspel Wychmonde in der Lanckhorst, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk, “daer men die aelmyssen van gyfft voer der kerkckdoeren”, en dat Derick en Henrick Mentynck, gebroeders, zich hiervoor borg hebben gesteld. Gescreven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert twee ende tnegentich op Onser Liever Vrouwenavent conceptionis voer Kerssmysse. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 110. N.B. Doorgehaald.
169
1492, 19 december Gelmar van den Wall, stadhouder van Beernt van Holthuysen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Werner Hermeldynck een jaarrente van 4 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit zijn goed Hermeldynck, gelegen in het kerspel Wernsfelde in de buurschap Wercken, verkocht hebben aan Beernt Tjoeden en Geertruydt, zijn vrouw, en dat Henrick toe Koerenbleck en Werner Zesynck zich hierover borg hebben gesteld. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent vierhondert twee ende tnegentich op gunsdach nae sunte Luciendach der heiliger junfferen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 126 vso. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 25 mei 1509 (reg.nr. 222).
170
1493, 15 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Herman van Goch en Hilleken, zijn vrouw, een jaarrente van 3 gouden rijnsguldens en 3 oortguldens, gaande uit hun huis in de Torffstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anhonysgilde. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert drye ende tnegentich opten dynxdach post Ponciani martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 22. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en de herbelegging.
171
1493, 6 april Henrick ter Haer verklaart een jaarrente van twee molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit zijn hofstede, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Wercken, verkocht te hebben aan Huebert van Ryt en Bartruyt, zijn vrouw. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent vierhondert drie ende tnegentich opten heiligen Paeschaevent. Afschrit in inv.nr. 1, fol. 44 vso. N.B. Met aantekening over de aflossing. Hierdoor was gestoken de akte van 14 februari 1498 (reg.nr. 186).
172
1493, 9 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Conrait van Leysten en joffer Alijt, zijn vrouw, een huis, gelegen bij de Marspoerte langs de muur, verkocht hebben aan Ailbert Kersseboem en Mente, zijn vrouw.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 71
Gegeven in den jair ons heren duysent vierhondert drie ende tnegentich op den donredach na Cantate. Afschrift in inv.nr. 1. fol. 13. 173
1493, 23 mei Johan van Dorsten en Jutte, zijn vrouw, verklaren, dat zij onder voorbehoud van levenslange lijftocht schenken aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde de jaarrente van 5 molder winterrogge uit het goed Ywerdynck, gelegen in het kerspel Gorssell in de buurschap Eesschede, zoals deze door hun zoon Johan van Graess bij akte van 21 mei 1491 (reg.nr. 163) was gekocht, waardoor deze akte is gestoken, en van wien zij deze jaarrente hebben geërfd. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vierhondert drye ende tnegentich op den neesten donredach voor Pynxsteren. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 109. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1542.
174
1493, 14 augustus Willem ter Ryt erkent, dat hij met 14 gouden rijnsguldens het Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk heeft gewonnen voor zijn vader, zijn moeder, zijn vrouw en zichzelf, en dat hij deze som als jaarrente van 2 pond heeft gevestigd in zijn vierdedeel van het erf Besselynck, gelegen in het kerspel Almen. Gescreven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert drie ende tnegentich op Onser Liever Vrouwenavent toe vier hoechtiden. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 118 vso. N.B. Doorgehaald.
175
1493, 29 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Voirvechter en Alijt, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis op de Nyerstat aan de Mosmerckt, grenzende aan het huis van de klompenmaker en het Broick, verkocht hebben aan de gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert drye ende tnegentich op dynxdach nae Symonis et Jude apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 50 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504.
176
1494, 11 april Aernt Huernynck en Gelmer then Walle, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Ailbert Raeven en Geertruyt, zijn vrouw, Jan Raeven en Gryete, zijn vrouw, Gotschalck Raeven, Herman Raeven en Lyzabeth, zijn vrouw, Nyese, weduwe van Henrick Raeven, en Maryken, Henricks dochters, en Geryt, hun broeder, de rentebrief van 8 april 1482 (reg.nr. 118), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde en dat Maryken heeft beloofd, dat haar broeder Jan, die in Lijfflant is, bij zijn terugkomst afstand zal doen van zijn recht op deze jaarrente. Gegeven in den jaeren onss heren duesent vierhondert vier ende tnegentich opten vrijdach nae den sonnendach Quasi modo geniti. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 4.
177
1494, 6 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wolter Kueper en Zwena, zijn vrouw, een jaarrente van 6 pond, gaande uit hun huis en hof buiten de Laerpoort, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonysgilde. Gegeven in den jair onss heren duesent vierhondert vier ende negentich op maenendach nae Odulphi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 67. N.B. Met aantekening van de rentebetaling in 1504 en “hyer en boert mij nyet”.
178
1494, 9 juli Arnt Huyrnynck en Jacop Schymmelpennynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Derick die Wyt en Jutte to Kalffsler, zijn vrouw, het goed het Grote Rieffeler en de halve
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 72
hofstede Zarynck, gelegen in het kerspel Hengell in de buurschap Bekefelt, hebben gegeven aan Sint Annen en Sint Anthoniusgilde in de Grote kerk, waarvoor elk gilde twee preuvingen meer dan tot dusver voor de zielen van de schenkers en hun vrienden moeten uitreiken. Gegeven in den jair onss heren duesent vierhondert vier ende tnegentich op goensdach na translationis Martini. a. Oorspr. (inv.nr. 645), met de zegels van de oorkonders. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 92. 179
1495, 9 oktober Beernt Wullinck oorkondt als leenheer van het goed Huenynck, gelegen in het kerspel Seelhem, dat Evert Poppinck en Agnes, zijn vrouw, een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens min een oort, gaande uit dit goed, met zijn toestemming verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk en dat dezen aan dit leengoed mogen peinden. Ghescreven in ’t jaer ons heren dusent vierhondert vijff ende tnegentich op Zantgangenavent. a. Oorspr. (inv.nr. 814), met het geschonden zegel van de oorkonder; dat van Evert Poppinck is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 97. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en 1561.
180
1495, 16 oktober Gosen van Lennep en Gheertruit, zijn vrouw, verklaren, dat zij de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk schadeloos zullen houden van de jaarrente, die Evert Poppinck en Agnes, zijn vrouw, hun zwager en zuster, hen hebben verkocht bij akte van 9 oktober 1495 (reg.nr. 179) waardoor deze akte is gestoken. Ghegeven in ’t jaer ons heren dusent vieerhondert vijff ende tnegentich op suncte Gallendach des hilligen confessoers. a. Oorspr. (inv.nr. 814), met het geschonden zegel van Philips van Mekeren; het zegel van Gosen van Lennep is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 98.
181
1496, 15 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Andriess van Haifften en Hele, zijn vrouw, een jaarrente van 3½ gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis de Roide Torn genaamd, gelegen aan de Lange Hoffstraat tussen de Kleyne Roide Torn en de Roidetornstraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde in Zutphen. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert sess ind tnegentich op saterdach na sunt Victorsdach. a. Oorspr. (inv.nr. 783), met een fragment van het zegel en contrazegel van de stad. N.B. In dorso namen van eigenaren van dit huis. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 37 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504, 1543 en 1561.
182
1497, 30 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Beernt Schipsmeder en Geertruyt, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun hofstede in de Barlheze, grenzende aan de stadsmuur, overgedragen hebben aan Mechtelt Smedinck. Gegeven in den jaer onss heren duesent vierhondert soeven ende tnegentich op donresdach nae sunte Katherinendach. Afschrift in inv no. 1, fol. 26. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504. Hierdoor was gestoken de akte van 20 april 1499 (reg.nr. 191).
183
1498, 4 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Huebert te Ryt en Bartruyt, zijn vrouw, hun huis en hof, gelegen op de Nyerstat achter het huisje in de Hallerstraat, voor hun ziel en die van hun ouders hebben overgegeven aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair onss heren duesent vierhondert acht ende tnegentich op sunte Agathenaevent.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 73
Afschrift in inv.nr. 1, fol. 44. N.B. Met aantekening dat dit huis in 1504 het gilde is aangestorven. 184
1498, 5 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Willem Yseren en joffer Willemken, zijn vrouw, een jaarrente van 6 gouden rijnsgulden en een oort uit hun huis in de Hoffstraat verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde. Gegeven in den jaeren onss heren duesent vierhondert acht ende tnegentich op maenendach nae Lichtmysse. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 6 vso. N.B. Doorgehaald.
185
1498, 6 februari Willem Yseren verklaart, dat de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde binnen Zutphen, zo hij in gebreke blijft de jaarrente, door hem en zijn vrouw Willemken bij akte van 5 februari 1498 (reg.nr. 184) overgedragen, te betalen, mogen peinden aan al zijn goederen. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert acht ende tnegentich op dynxdach nae Lichtmysse. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 6 vso. N.B. Doorgehaald.
186
1498, 14 februari Willem Yseren en Aernt van Fuyrden, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Huebert van Ryt en Bartruyt, zijn vrouw, de rentebrief van 6 april 1493 (reg.nr. 171), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. In den jaer onss heren duesent vierhondert acht ende tnegentich op sunte Valentijnsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 45.
187
1498, 15 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gelmer van den Wall en joffer Margriet, zijn vrouw, een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis in de Waeterstraat, strekkende tot aan de stadsmuur, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniusgilde in de Grote Kerk. Ghegeven in den jaer onss heren duesent vierhondert acht ende tnegentich op donredach nae sunte Valentijnsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 5. N.B. Doorgehaald.
188
1498, 16 februari Willem Yseren en Aernt Huernynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Gelmer van den Wall en joffer Margriet, zijn vrouw, hebben verklaard, dat de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde, zo zij in gebreke blijven de jaarrente van 15 februari 1498 (reg.nr. 187) te betalen, mogen peinden aan al hun goederen. Gegeven in den jaer onss heren duysent vierhondert acht ende tnegentich op vrijdach nae sunte Valentijnsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 5.
189
1498, 26 juli Gerrit van Bruickhuisen en Arnt van den Walle, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Jan Raven en Griete, zijn vrouw, de rentebrief van 10 april 1487 (reg.nr. 143), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Ailbert Kersseboem en Mente, zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren duesent vierhondert acht ind tnegentich op donredach post Jacobi. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 53 vso. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 72. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 16 februari 1504 (reg.nr. 204).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 74
190
1499, 16 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Ecbert van Vreden en Alit, zijn vrouw, een jaarrente van 3 oort gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Spronckstraat, verkocht hebben aan de gemene vicarissen in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vierhondert negen ende tnegentich op dinxedach na Misericordia Domini. Oorspr. (inv.nr. 795); het stadszegel ontbreekt.
191
1499, 20 april Gairt Berner en Geryt van Buerloe, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Mechtelt Smedynx de rentebrief van 30 november 1497 (reg.nr. 182), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonyssgilde. Gegeven in den jaeren ons heren duesent vierhondert negen ende tnegentich op saterdach nae Misericordia Domini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 26.
192
1500, 20 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Ailbert Raeven en Geertruyt, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis opten Haigen, achter uitgaande opten Haigen, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonyssgilde. Gegeven in den jaer ons heren duysent vijffhondert opten maendach nae sunt Anthonyssdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 21 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de aflossing in 1548.
193
1500, 20 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Arnt Havelynck en Katheryne, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis in de Hospitaelspoort naast het huis van het Ailden Gasthuys, achter strekkende aan de “nyen wall”, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonyssgilde. Gegeven in den jaer ons heren vijffthienhondert opten maenendach nae sunte Anthonyssdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 58. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1504 en 1543 en over de aflossing in 1546.
194
1500, 27 mei Aernt Huernynck en Aernt van Voirden, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Lambert van Zassenhem Lambertszoon en Derick, zijn vrouw, de rentebrief van 29 juli 1491 (reg.nr. 164), overgedragen hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonyssgilde. Gegeven in den jaer ons heren duysent vijffhondert op wonsdach nae Vocem jocunditatis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 7 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1545.
195
1502, 6 mei Bernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Garrit Weynck, als erfgenaam van Henrick ter Hair, en Alijt, weduwe van Henrick ter Haer, een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun halve hofstede en gehele huis, die Haer genaamd, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap te Warcken naast Londinkxstege, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer onses heren duesent vijffhondert ind twie des frijdaeges nae onses heren Hemelfaertsdaige. a. Oorspr. (inv.nr. 811), met het geschonden zegel van de oorkonder. N.B. In dorso: “Eenen stuck landes genant die Haer bij Londincksstege toe Varcken. Dyse Haer hoert nu et gylde toe”. b. afschrift in inv.nr. 1, fol. 123.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 75
196
1502, 23 augustus Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 3 gouden rijnsguldens en een halve oort, gaande uit de stadsrenten, -goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan Henrick Kaelsack. Gegeven in den jair ons heren duesent viefhondert ende twie op sunt Bartolomeusavont. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 142. N.B. Met aantekening over de munt waarin betaald zal worden. b. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening dat deze jaarrente gevestigd is wegens een paard, dat de stad geschonken heeft aan de maarschalk Henrick Snijdewint. Met aantekening over de conversie van de rentevoet in 1551. Hierdoor was gestoken de akte van 17 december 1519 (reg.nr. 259).
197
1502, 13 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 23 gouden rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, hebben verkocht aan Johan Schimmelpenninck. Gegeven in den jaer onses heren duysent vieffhonderd ende twee op donredach nae Victoris. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening over de verrekening van de schuld van de stad aan Arnt Slyndewater en Jan Schimmelpenninck. Hierdoor was gestoken de akte van 23 april 1623.
198
1502, 24 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 11 rijnsguldens, 1½ oort en 2 klimmers, gaande uit de stadsbrouwaccijns, -renten, -goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Goesen van Lennep en Geertruit, zijn vrouw, en dat dit geld afkomstig is van Geertruids moeder, wier geld door de stad in 1499 bij de wisselbank was opgenomen tot betaling van de 2000 äeverlentsche knechten”. Gegeven in den jaere uns heeren duysent vieffhondert ind twie op Sint Katharinenaevent. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening over een wijziging van de rentevoet van 6¼% in 5%.
199
1503, 1 februari Beernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Willem Garrytz. en Alijt, zijn vrouw, op verzoek van de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde, die wegens de wijziging in de rentevoet het onderpand van het huis in de Laerpoort voor de 21 juli 1483 daarin gevestigde jaarrente van 2 rijnsguldens (reg. 122) te gering vinden, de helft van het goed Hueninck, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warcken, voor deze jaarrente mede ten onderpand stellen. Gegeven in den jaere onss heren doe men screeff duesent vijffhondert ind drye op den wonsdach ind Onser Liever Vrouwenavent purificationis geheyten Lychtmyssen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 122. N.B. Doorgehaald.
200
1503, 8 april Bernt van Holthuesen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henrick Lansynck een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit zijn erf en goed Wesselynck, gelegen in het kerspel Vorden, verkocht heeft aan Lambert Bueskens en Mente, zijn vrouw. Gegeven in den jair onses heren duesent viefhondert ind drie des saterdaiges na der sonnendaige Judica me Domine in der hilliger vastenne. Afschrift in inv.nr. 1 fol. 144 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling en herbelegging. De twee hierdoor gestoken akten zijn niet afgeschreven.
201
1504, 19 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Groessen en Lutgert, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun hof, gelegen op de Bofenberch langs de
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 76
stadsmuur, grenzende aan de Gasthuishof, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ind vier op vrijdach post Ponciani. a. Oorspr. (inv.nr. 772), met een fragment van het zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 52 vso. N.B. Met aantekeningen over de rentebetalingen in 1504, 1543 en 1561. 202
1504, 24 januari Johan Kreynck en Gerrit van Vorthuisen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Herman Buynynck en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 1 gulden, genoemd in de akte van 20 februari 1467 (reg.nr. 79), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ende vier op gunsdach post Agnetis. Oorspr. (inv.nr. 796), met de zegels van de oorkonders.
203
1504, 31 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gerrit Buenynck en Mente, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun huis in de Hospittailspoort, achter grenzende aan de stadsgracht, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde. Gegeven in den jair ons heren duesent viffhondert ind vier sgunsdaiges na sunt Pauwelsdach conversionis. Oorspr. (inv.nr. 794); het zegel van de stad verloren. N.B. In dorso en op los bijliggend strookje namen van latere eigenaren van dit huis.
204
1504, 17 februari Gerrit van Bruickhuisen en Gerrit Schymmelpenninck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Tomas Kersseboem en Marrie en Fye Kersseboems de helft van de rente, vermeld in de akten van 10 april 1487 en 26 juli 1498 (reg.nr. 143 en 189), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Mente Kersseboems, hun stiefmoeder. Gegeven in den jair ons heren dusent vijfhondert ind vier op saiterdaich na Valentini. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 53 vso. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 72.
205
1504, 17 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Tomas Kersseboem en Marrie en Fye Kersseboems de helft van een huis voor de Merspoort langs de muur, dat zij van hun vader Ailbert Kersseboem hebben geërfd, hebben overgedragen aan Mente Kersseboem, hun stiefmoeder. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ind vier op saiterdach na sunt Valentinsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 13 vso.
206
1504, 29 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Katheryne ten Wolschenhuesen en Griete, haar dochter, een jaarrente van 1 pond, gaande uit hun huis in de Lairpoort, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ind vier opten manendach nae Jubylate. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 69 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1507.
207
1504, 7 juni Bernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Bernt toe Mollenbrugge en Wilhem Addinck een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit Bernts kamp land, groot 3 molderzaad, geheten dat Nyelant, gelegen in het kerspel Voirden in de buurschap Mossel, begrensd door de Moelensruggermaethe, de straat en het veld, en uit Willems kamp, geheten den Onlandesschen Kamph, begrensd door Addinxweide, het Broekeskampken, de mark en het onland, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgskerk binnen Zutphen en dat Arnt Enserinck en Willem Addinck voornoemd zich hiervoor hebben borg gesteld.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 77
Gegeven in den jair ons heren dusent vijffhondert ind vier opten vrijdach nae sunte Bonifaciusdaege des hilligen bisscops etc. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 123 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen dat deze jaarrente alleen uit Moellenbruggekamp gaat, omdat Addinck een eigen goed is. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1567. 208
1504, 7 juni Bernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Wolter Stienmetzeler en Harmen ther Noirtwick hebben verklaard Bernt toe Moelenbrugge en Wilhem Addinck schadeloos te zullen houden voor de jaarrente, welke dezen 7 juni 1504 (reg.nr. 207) hebben gevestigd ten behoeve van Sint Anthoenis Grote Gilde in Sint Wolburg Kerk te Zutphen, en dat Wolter Stienmetzeler zijn helft van het goed Tjoecckinck, gelegen in het kerspel Hengelle in de buurschap Varsselle en Harmen ther Noirtwick zijn aandeel in het goed ther Noirtwick, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Lynde hiervoor ten onderpand hebben gesteld. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende viere opthen vridach nae sunte Bonefaciusdaeghe. Oorspr. (inv.nr. 806), met het zegel van de oorkonder.
209
1504, 3 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Garret Bueningh en Mente, zijn vrouw, een jaarrente van 2 pond, gaande uit hun huis in de Hospitalspoort, achter strekkende aan de stadsgracht, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde. Gegheven in dem jare ons heren dusend vyefhondert ende vyer des wonsdach na sunte Pauwelsdach conversionis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 58 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1504 en de aflossing.
210
1504, 5 december Berndt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henrick Gotinck en Johanna, zijn vrouw, de hofstede met het huis, genaamd Karsseboimskamph, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warcken naast het goed Gotinck, verpand hebben aan Johan Veren en Engele Gotinck, zijn vrouw, zwager en zuster van Henrick Gotinck. Gegeven in den jaere onses heren duesent viffhondert ind viere des donredaiges nae sunte Barbarendaege der hilliger jofferen. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 180 vso. N.B. Met aantekening over de overdracht van deze hofstede aan de Sint Anthonis Grote Broederschap in 1555 en 1556 (reg.nr. 358 en 364).
211
1505, 31 april Thonnyss van Zeyst, richter in het kerspel Hengello opten Goy vanwege Kairlle, hertog van Gelre en Guylick, graaf van Zutphen, oorkondt, dat Rickqwyn Zarrynck en Alijt, zijn vrouw, een jaarrente van 5 schepel winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun maat land, genaamd die Broickmaith, gelegen in het kerspel Hengello, te leveren binnen Zutphen op de meimarkt bij het staande kruis, verkocht heeft aan Wilhelma Brugginck en dat Johan ten Langen zich hiervoor heeft borg gesteld. Gegeven in den jair onss heren duysent vijffhondert ind vijff op meyavent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 132 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de aflossing in 1564.
212
1505, 17 mei Arnt Slindewater en Andries Lerinck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan van Kranenborch Derickszoon als erfgenaam van Alijt van Kraenenborch de rentebrief van 20 februari 1478 (reg.nr. 99), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ind vijf opten saterdach nae Pancracii. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 12 vso.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 78
213
1505, 8 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Anneke Glaiszemaickers van Monster een jaarrente van 1½ gouden rijnsgulden, gaande uit haar huis in de Torfstraat, achter strekkende aan het Moninckenhuis, verkocht heeft aan Zweer Meckynck en Jutte, zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren duysent viefhondert ende vijf opten dynxdach post visitacionem Marie virgynis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 74. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat haar moeder en Andries Glacemaker, haar broeder, in deze overdracht hebben toegestemd. Met aantekening over de rentebetaling en de aflossing in 1542.
214
1506, 5 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een lijfrente van 7 enkele rijnsguldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Deryck Wensynck. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ende seess opten dinxdach post Inventionem sancte crucis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 73 vso. N.B. Met aantekening dat deze lijfrente is gevestigd in plaats van het derde deel van een erfrente ten laste van de stad voor Claess Snelleborch en Elsken, zijn vrouw. Vergelijk reg.nr. 223.
215
1506, 23 juni Arnt Slindewaiter en Bernt van Ruderloe, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat pater Johan van Zwolle, pater van het Convent van Admanshuiss, door toedoen van de door de Raad aangesteld verwaarders van het convent, de jaarrente van 4 molder rogge, vermeld in de akten van 23 maart 1461 en 6 oktober 1462 (reg.nr. 62 en 68), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde in Sint Walburgiskerk, teneinde het “testament” van Gertruid, weduwe van Marten Voss, te betalen. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ind sess op sunct Johansavent nativitatis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 129 vso.
216
1507, 18 oktober Bernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henrick van Hackforth en joffrouw Marrie van Munster, zijn vrouw, een jaarrente van 4 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun land, Hamminckslach genaamd, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Delden, verkocht hebben aan Henrick van den Bussche en Niese, zijn vrouw. Gegeven in den jaire onses heren duesent vijffhondert ind soevenen des maenendaeges nae sunte Gallendaege des heiligen confessoris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 126 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de aflossing en herbelegging.
217
1508, 14 januari Andries Schymmelpennynck en Lenze Veer, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Geertruyt, weduwe van Beernt Tyoeden, de rentebrief van 27 oktober 1488 (reg.nr. 152), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaeren ons heren duysent vijffhondert ende acht opten frijdach ipso Ponciani. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 125.
218
1508, 14 januari Andries Schymmelpennynck en Lense Veer, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Geertruyt, weduwe van Beernt Tjoeden, de rentebrief van 16 april 1491 (reg.nr. 162), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaeren ons heren duysent vijffhondert ind acht opten frijdach ipso Ponciani. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 126.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 79
219
1508, 21 februari Gerrit Smedinck en Egbert, zijn zoon, erkennen een jaarrente van 2 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goed Tanckinck, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Wercken, verkocht te hebben aan Essele Lebbinx, dochter van Herman Lebbinx en Stiene Ylmerinx, en Willem Addinck en Henrick Buerinck verklaren zich hiervoor borg te stellen. Gegeven in den jaere ons heren duesent vifhondert ind acht op sunt Petersavont ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 137 vso.
220
1509, 19 januari Bernt van Holthuissen, schout van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henrick van Hackfort ter vermeerdering van de aalmoezen van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen één van zijn hofhorige lieden, met name Mechtelt, dochter van Geirt then Kortenschaite en Elsken Bartolt Santbackersdochter, geboren in het kerspel Vorden en gesproten uit het geslacht ther Aeffze, haar kinderen, kindskinderen enz., heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van genoemd gilde. Gegeven in den jair onses heren duesent vijffhondert ind negenne oppe den vrijdach nae sunte Anthonissdaige des heiligen abbatis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 130 vso.
221
1509, 19 januari Bernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt dat Henrick van Hackfort ter vermeerdering van de aalmoezen van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen één van zijn hofhorige lieden, met name Harmen, zoon van Ailbert ter Ockhorst en Truede Plasse, geboren in het kerspel Vorden en gesproten uit het geslacht Wonninx, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van genoemd gilde. Gegeven in den jaire onses heren duesent vijffhondert ind negen oppe den vrijdach nae sunte Anthonisdaige dess heilligen abbatis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 129 vso.
222
1509, 25 mei Aelt Yseren en Henrick Stuerman, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Geertken Tjoeden de rentebrief van 19 december 1492 (reg.nr. 169), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in ‘t jair ons heren duysent vijffhondert ind negen ’s frijdages post dominicam Exaudi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 127.
223
1509, 29 oktober Gerlich van der Capellen Henrixzoon en Gerlich van der Capellen Claeszoon, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Henrick Wensinck de erfrentebrief [van 5 mei 1506] (reg.nr. 214) die de stad hem schuldig is wegens de jaarrente van wijlen Claess Snellenborgh, overgegeven heeft aan zijn broeder Derick Wensinck. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert ende negen op manendach na sunt Simonis et Judedach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 73 vso.
224
1509, 13 december Bernt van Holthuessen, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Ailbert Londynck en Eeffze, zijn vrouw, het Londinxkemphken, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warcken aan de Heelerstraat, hebben overgedragen aan Johan Udynck en Griete, zijn vrouw. Gegeven in den jaere onses heren duesent wijffhondert ende negenne opten donresdach sunt Luciendaege. a. Oorspr. (inv.nr. 694); het zegel van de oorkonder is verloren. N.B. Hierdoor is gestoken de akte van 11 maart 1532 (reg.nr. 282). b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 153 vso.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 80
225
1512, 26 februari Burgemeester, schepenen en raad van de stad Lochem oorkonden, dat Gosen Voelckerinck en Fenne, zijn vrouw, aan Henrick Volckerinck, zoon uit Fenne’s eerste huwelijk, hebben overgedragen als zijn vaderlijk erfdeel een huis, hof en boomgaard binnen Lochem en een gaarde en een kamp roggeland, de Lypperkamp genaamd, gelegen buiten Lochem, tezamen een inkomen van ongeveer 22 enkele guldens gevende. Gegieven in den jair unser heren duesent vijffhondert ind twelffe des yersten dages nae sante Mathiasdach des hilghen apostels. Oorspr. (inv.nr. 843), met een fragment van het stadszegel van Lochem. N.B. Hierdoor is gestoken de akte van 4 maart 1512 (reg.nr. 227).
226
1512, 2 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wytzse Meyerinx een huisje, gelegen in de Beckerstraat, heeft overgedragen aan Zwene, dochter van Gerrit Ruyther, en Anne, dochter van Lambert Holtsnider. Gegeven in den jair ons heren duesent vijfhondert ende twelff opten dinxedach post Invocavit. Oorspr. (inv.nr. 829), met een fragment van het zegel en contrazegel van de stad.
227
1512, 4 maart De officiaal, iudex van de Curia Traiectensis, oorkondt, dat Henricus Henrici de Lochem, kanunnik in de diocees van Trajectum, alle wijdingen mag ontvangen, daar hij heeft aangetoond over een voldoende inkomen te beschikken. Datum anno domini millesimo quingentesimo die uarta martii. Oorspr. (inv.nr. 843), met een fragment van het zegel van de oorkonder in rode was en de handtekening van N. Buser. N.B. Gestoken door de akte van 26 februari 1512 (reg.nr. 225).
228
1512, 24 september Garrit van Broickhuissen en Lense Veer, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Ricolt dye poirter van de Maspoort en Hadewich, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 23 juni 1472 en 18 april 1476 (reg.nrs. 94 en 96), waardoor deze akte is gestoken, welke Hadewich heeft geërfd van Jutte Spallen, overgedragen hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaeren ons heren duysent vifhondert ind twelff fridages post Mathei apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 14 vso.
229
1512, 24 november Henrick Sturman en Peter van Apeltarn, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Eefze, weduwe van Ailbert Londynx, het land, genaamd Londynckhilter an den Bruynynck, gelegen in de buurschap Warcken, overgedragen heeft aan de olderlieden en gildemeesters van het Sint Tonis en het Sint Anna Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaeren ons heren duysent vifhondert ind twelf des goensdaiges in profesto Katerine virginis. a. Oorspr. (inv.nr. 690) met de zegels van de oorkonders. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 142.
230
1513, 22 januari Gerlich van der Capellen en Lensze Ver, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johanna Engelbertz en Gerrit, haar zoon, de pandschap van twee stukken land, vermeld in de akte van 4 februari 1489 (reg.nr. 153), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonissgilde. Gegeven in den jair ons heeren duesent vijfhondert derthien opten saterdach post Angnetis. Oorspr. (inv.nr. 691), met de zegels van de oorkonders.
231
1514, 16 januari Burgemeesters, schepenen en raad van de stad Zwolle oorkonden, dat zij door toedoen en met medeweten van de gemeenslieden een jaarrente van 7 hoornsguldens, gaande uit de stadsaccijnzen, tollen, renten, inkomsten en goederen, hebben verkocht aan Nenne Grues. Gegeven in ’t jair ons heren vijfftinhondert inde viertine up maendach nae Ponciani martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 161 vso.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 81
N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat deze jaarrente in 1548 is afgelost. Hierdoor was gestoken de akte van 29 augustus 1545 (reg.nr. 319). 232
1514, 10 februari Johan van Holthuessen, rentmeester ’s lands van Zutphen, oorkondt, dat Bernarda, weduwe van Henrick Lebbinck Wennemerszoon, en Henrick Lebbynck de oude en Harmen Lebbinck, gebroeders, als ooms van de onmondige kinderen van Henrick Lebbinck voornoemd, hun neef, voor het hofgericht 7 molder zaad haverland, gelegen in het kerspel Warnsfelt in de buurschap Vierackeren, grenzende aan het Riene, de Viirackersteeg, Rienerkamp en Raessinxkempken, voor acht jaar verpand hebben aan Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen wegens de achterstallige betaling van een jaarrente van 7½ molder rogge uit het hofhorig goed Lebbinck, dat deze pandschap binnen acht jaar moet worden ingelost, omdat anders dit goed als ledig aan de hertog als hofheer zal vervallen, en dat de jaarrente uit Lebbinck met deze akte is vervallen. Op sunt Scholtastica hoir dach anno domini duesent vijffhondert ende vierthien jaeren. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 134. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing.
233
1514, 11 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Tonnies van Ray en Effse, zijn vrouw, een jaarrente van 4 goudguldens, gaande uit hun huis buiten de Laerpoort op de hoek van de weg naar de Coelsteeg, achter strekkende aan de Koelsteeg, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vijffhondert ind viertien ’s saterdaeges post Agathe virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 30 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de rentbetaling tot 1561.
234
1514, 22 februari Johan van Holthusen, rentmeester ‘s lands van Zutphen, oorkondt, dat [voor het hofgericht] Bernarda, weduwe van Henrick Lebbinck Wennemerss., tevens voor haar onmondige kinderen heeft verklaard een jaarrente van 2½ molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit Lebbynck Nyekamp en uit het hofhorig goed Lebbynck, gelegen in het kerspel Warnsfelt in de buurschap Viirackeren, schuldig te zijn aan haar broeder Gerrit Eskinck. Gegeven in den jair ons heren duesent vifhondert unde viertien op sunte Petersdach ad vyncula. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 149 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat deze jaarrente in 1632 is gelost. Hoewel in de akte staat dat dit voor een openbaar gericht is gepasseerd, blijkt uit de bewoordingen van de akte, dat het een zitting van het hofgericht betrof.
235
1514, 14 maart Andries van Bramelle, stadhouder van Henrick Weert, stadhouder en richter van het scholtambt Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen en Johan Harmeldinck en Alijt, zijn vrouw, een ruiling hebben aangegaan, waarbij het gilde tegen afstand van de Aelerdinckkamp, grenzende aan Staerinck, Geesinck, Tanckynck hofstede en Aelerdinckkamp, een stuk groenland, de Bijvanck genaamd, grenzende aan de Haer, Londinckdijck, Londynckhoff en het veld, gelegen in het kerspel Warnsfelt in de buurschap Warcken, hebben verkregen en dat de meerwaarde van dit land door Jan Hermeldinck is aangewend tot betaling van zijn schulden. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende vierthiene des dynsdaiges post Reminiscere in der vasten. a. Oorspr. (inv.nr. 692), met een fragment van het zegel van de eerste en het licht geschonden zegel van de tweede oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 134 vso.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 82
236
1514, 9 december Willem Wynter en Lubbe, zijn vrouw, Wichman, Mechtelt, Alit, Wise en Janna, kinderen van Lubbe voornoemd, verklaren, dat zij een stuk land, gelegen in Veluwen in het kerspel Brummen in de buurschap Oeken op Hellingen overgedragen hebben aan Delis ten Feen. Gegeven in den jair onses heeren duesent vijffhondert ind viertien opten saeterdach voir sunte Lucienavont virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 151. N.B. Met aantekening dat dit land is gekomen van Bernt ten Veen.
237
1515, 20 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Andries Yseren een jaarrente van 4 gouden rijnsguldens min een oortgulden, gaande uit zijn huis op de Nyerstat in de Harlerstraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaire onses heren duesent vijffhondert ende vijffthyne saterdaiges post Anthonii. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 135 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de eigenaren van dit huis en de aflossing in 1612.
238
1515, 12 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Zeelman Oppenoirth en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 3 gouden rijnsguldens min een oort, gaande uit hun huis in de Rodentoornstraat naast de gang van de Rodertoorn, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende vijffthiene des manendaiges post Scholastice virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 136. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1524.
239
1515, 16 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Peter van Aepeldorne en joffer Andreas, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun huis in de Waeterstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anna en Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende vijffthine upten vridach post Valentini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 136 vso. N.B. In margine: “Hyer en bort mij nyet”.
240
1516, 11 maart Henrick van Vorden en Jacob Hurnynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonisgilde in de Grote Kerk een lijfrente van 18 gouden rijnsguldens verkocht hebben aan Berent ten Feen en Gertruyt, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert ind sestien sdinxdages post Judica. Oorspr. (inv.nr. 815), met sporen van de zegels van de oorkonders.
241
1516, 12 april Johan van Scerpenzeell, richter van Arnhem en Veluwezoem, oorkondt, dat Bernt ten Veen en Geertgen, zijn vrouw, hun goed die Veen, gelegen in het kerspel Hall in de buurschap Eerdtbeeck, overgedragen hebben aan Henrick die Ruyter als olderman en “toefenger” van Sint Anthonisgilde binnen Zutphen in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jair onss heren dusent vijfhondert ind sestyen des saterdaiges na den sonnendach Misericordia Domini. a. Oorspr. (inv.nr. 735), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 138.
242
1516, 31 mei Henrick Weert, stadhouder en richter van het scholtambt Zutphen, oorkondt, dat Wolter to Bocktehorst en Gertruidt, zijn vrouw, en Jan Geltinck en Mechtelt (zijn vrouw?), een jaarrente van 31½ molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit de erven Buckhorst en Geltinck,
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 83
gelegen in het kerspel Voirden in de buurschap Lynde verkocht hebben aan Harmen Wensinck en Efze, zijn vrouw. Gegeven in den jair onses heren dusent vifhondert ende sestiene op sunte Peternellendage virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 77 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de aflossing van de helft van deze jaarrente. De hierdoor gestoken akte is niet afgeschreven. 243
1517, 1 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Arnt Stoildreger en Claisken, zijn vrouw, een jaarrente van 1 enkele gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Berleheze, verkocht hebben aan Bernt Sluyter en Truyden, zijn vrouw. Gegeven in den jaer ons heren duesent vifhondert ind soeventien sgoensdaiges post Judica. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 71. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1547. Hierdoor was gestoken de akte van 10 juli 1517 (reg.nr. 244).
244
1517, 10 juli Gerlich van der Capellen Henricszoon en Henrick Stuerman, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Bernt Sluyter en Trude, zijn vrouw, de rentebrief van 1 april 1517 (reg.nr. 243), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert ind soeventien fridaiges post translacionis Martini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 71 vso.
245
1518, 11 januari Richter en schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Evert Pelser en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ enkele gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Torfstraat, achter uitgaande op de Vaeltstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vijfhondert achtien opten verswaeren manendage post Epiphanie Domini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 70.
246
1518, 12 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Bernt Ronnynck een jaarrente van 1 pond, gaande uit zijn huis in de Molenstraat, achter uitgaande in het steegje, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk, waarmede hij in het gilde is gegaan. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert ind achtien fridaiges post Scholastice virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 70 vso. N.B. Met aantekening over de aflossing in 1546.
247
1518, 12 februari Otto Keyen en Henrick van Vorden, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Bernt Ronnynck heeft verklaard, dat het Sint Anthonisgilde voor de jaarrente uit zijn huis in de Molenstraat bij nietbetaling mag peinden aan al zijn goederen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vijfhondert achttien fridages post Scholastice virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 71. N.B. Doorgehaald.
248
1518, 17 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Warnner Kremer en Gertken, zijn vrouw, een jaarrente van 3 pond, gaande uit hun huis in de Bodickerstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vijfhondert ind achtien sgoensdaiges post Esto mihi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 70.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 84
N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1545. 249
1518, 12 mei Anthonis van Seist, richter in het ambt en kerspel van Hengell op den Goy wegens heer Kairlle, hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Zweder van Karvenhem en joffer Lambrecht, zijn vrouw, een jaarrente van 10 molder rogge, zutphense maat, gaande uit het goed Meyerinck, gelegen in het kerspel Hengell in de buurschap Koewick, verkocht hebben aan Reyner Smedes en Alijt, zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren duysent vijffhondert ind achtiene op sunte Pancratiusdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 156. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 18 mei 1539 (reg.nr. 298).
250
1518, 20 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Lambert van der Grave en Antonia, zijn vrouw, een jaarrente van 1 enkele gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Berlehese, tot een jaarlijkse uitdeling aan de armen op Sint Egidius verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde en Sint Anna gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert achtien sdinxd(ages) post Divisionis apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 72 vso. N.B. Met aantekening dat deze brief om Gods wil weer teruggegeven is aan Lambert voornoemd.
251
1518, 23 juli Johan de Lege, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat hij Engelbert Harmelinck, richter te Warnsfelde, tot zijn stadhouder had aangesteld en dat deze hem heeft verklaard, dat voor hem en gerichtslieden Gerrit Ketell en Garrit Nerinx, kerkmeesters te Vorden, een jaarrente van 5 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit het land die Haepereist, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Delden hebben verkocht aan meester Johan Tenckinck, schoolmeester, en Aelijt, zijn vrouw, en dat Bernt Besselinck en Andries to Alrekamp zich hiervoor hebben borg gesteld. Gegeven in den jaire unses hern duesent vifhondert ende achtien upten vrijdach nae sunt Marien Magdalenendaege. Notarieel afschrift door Welmarus Schulten van Zutphen, openbaar notaris en gezworen schrijver, in inv.nr. 1, fol. 197. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 15 januari 1571 (reg.nr. 399).
252
1518, 23 juli Prior en gemene convent van het klooster te Windesem bij Swoll van de orde der Regulieren, oorkonden, dat zij een jaarrente van 2½ gouden rijnsgulden, gaande uit al hun goederen, verkocht hebben aan Nenne Gruse. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ende achtiin des daichs nae sunte Marie Magdalenendach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 161. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat de rente in 1547 is afgelost. Hierdoor was gestoken de akte van 29 augustus 1545 (reg.nr. 320).
253
1518, 20 augustus Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Jan Loipen en Styne, zijn vrouw, een jaarrente van 1 pond van 2½ gulden, gaande uit hun huis bij de Apenstart tussen het Monickenhuis en de Apenstart, strekkende tot aan het Moelenpand, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vifhondert ind achtien fridages post assumptionis Marie virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 73.
254
1518, 9 oktober Herman van Veelen, drost van de graafschap Zutphen vanwege heer Kaerl, hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Johan Oelynck en Mairy, zijn vrouw, een slag land, Oelynck Horst genaamd, gelegen in het kerspel Hengelo in de Hattemermarkt naast Seckbleck en de
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 85
Seckbleckerstraat, hebben overgedragen aan Frans die Witte als olderman van Sint Anthonisgilde op de Oelde Stat binnen Zutphen en Andries Obbekinck als olderman van Sint Annengilde op de Oelde Stat binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert inde achtyne op saterdach post Francissi (sic) confessoris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 137. 255
1518, 1 december Jan van Scarpenzeell, richter van Arnhem en Veluwezoem, oorkondt, dat Jan Koeps en Alijt, zijn vrouw, het goed Sloynck, gelegen in het kerspel Brummen in de buurschap Lavenem, hebben overgedragen aan Peter Pels als “tofenger” van het Sint Anthoniusgilde binnen Zutphen in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren dusent vifhondert ind achtien opten gunsdach na sunte Andriesdach apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 152.
256
1518, 24 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Hans van Calbbe en Hille, zijn vrouw, een jaarrente van 9 enkele gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis in de Langer Hofstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren dusent vifhondert achtien opten heiligen Kerstavont. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 72 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over gedeeltelijke aflossingen.
257
1519, 21 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 5½ gouden rijnsgulden, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Joanna, weduwe van Gerrit Zegefalken. Gegeven in den jaere unses heeren duysent vieffhondert ind negentien op Sint Petersaevent ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening dat deze rentebrief voortspruit uit achterstallige renten aan het klooster Zyon te Keulen. De rentebrief is 23 januari 1621 en 19 februari 1621 overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap.
258
1519, 15 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden dat Henrick Beier en Hensken, zijn vrouw, een jaarrente van 5 enkele gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Boickerstraat, verkocht hebben aan de olderlieden van Sint Antonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duysent vifhondert ind negentienen ’s frijdaiges post dominicam Judica. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 141 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de valuatie van de munt bij aflossing.
259
1519, 17 december Jacob Hunynck en Jan Berner, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Gertruyt Kailsack en Henrick Kailsack, haar zoon, de rentebrief van 23 augustus 1502 (reg.nr. 196), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jare onses heren duisent vieffhondert ind negentien satterdach post Luciee. Afschrift in inv.nr. 766.
260
1521, 16 mei Johan die Leege, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Andries van den Walle en joffer Agnes, zijn vrouw, een jaarrente van 3 enkele gouden rijnsguldens, gaande uit hun erf en goed Ensynck, gelegen in het kerspel Warnsfelt in de buurschap Evede, verkocht hebben aan Frans die Witte en Henrick Ruter als olderlieden van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 86
Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende eyn ende twyntich op donresdaghe post Servacii. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 145 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1562. 261
1521, 16 september Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Willem Voitz en Hesse, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ enkele gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis voor de Stenbruggen, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duysent vifhondert ind eyn ind twyntich op sunte Lambertzavont. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 74. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1552 en z.j. en over de aflossing en herbelegging in 1566.
262
1522, 18 januari Otto Keyen en Derick van Stienre, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Sweer Sthienhouwer de jaarrente, vermeld in de akten van 25 augustus 1481 en 24 september 1487 (reg.nrs. 115 en 147), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenys Grote Gilde in Sint Wolburgenkerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer onses heren duesent vijffhondert ende twie ende twintich upten saeterdach sunt Anthonisavont abbatis. Oorspr. (inv.nr. 788), met het zegel van de tweede oorkonder; dat van de eerste is verloren. N.B. De datering is onjuist. Sint Anthonis viel in 1522 op vrijdag 17 januari.
263
1522, 4 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Jan van Flieren en Agnes, zijn vrouw, een jaarrente van 3½ gulden, gaande uit hun huis in de Barnhofzstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Onser Liever Vrouwen Gilde ten Predicanten. Gegeven in den jaer ons heren dusent viffhondert ind twe ind twyntich fridach post Letare Jherusalem. a. Oorspr. (inv.nr. 769); het zegel en contrazegel van de stad, die dateren van na 1572, zijn bij het herstel van dit charter hieraan bevestigd. Op de zegelstaart staat met dezelfde hand als de oorkonde “d’olderlude te monicken”. In dorso aantekening, dat deze rente in 1544 door de Sint Antonis Grote Broederschap is verworven. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 176.
264
1922, 15 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gerrit Wamminckhorst een jaarrente van 1 goudgulden aan Sint Annengilde en 2 goudgulden aan Sint Anthonis Grote Gilde, gaande uit zijn huis op de Nyerstat in de Hallerstraat naast de Margenborch, heeft verkocht. Gegeven in den jaere onses heren duesent vc ende xxii opten donredach post dominicam Jubilaete. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 75 vso.
265
1522, 29 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Jan Snycke en Armgart, zijn zuster, hun hof buiten de Nysstatpoort hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonysgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duesent vifhondert twie ind twintich schunsdach post Simonis et Jude apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 75 vso. N.B. Doorgehaald.
266
1523, 12 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Derick van Goch een jaarrente van 4 enkele gouden rijnsguldens, gaande uit zijn huis in de Bodickerstraat, heeft verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 87
Gegeven in den jair ons heren duesent viefhondert ende xxiii opten maendach post Trium Regum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 76. N.B. Doorgehaald. 267
1523, 15 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Goessen van Vyanen, barbier, en Truecken, zijn vrouw, een jaarrente van een goudgulden, gaande uit hun huis in de Brede Straat, gelegen naast de Wildenman, hebben verkocht aan Hermen Raeven Henrixzoon. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende driende twintich upten fridach post Assentionis Domini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 30 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling tot 1561 en aflossing in 1568. “Ende hebben die olderlude dye pennynge utgeghieven voer wijen tot de dye maltijt”. De drie hierdoor gestoken akten zijn niet afgeschreven.
268
1523, 7 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Vlyeren en Agnes, zijn vrouw, een jaarrente van 3 gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis in de Bornehoffstraat, verkocht hebben aan Frans die Witte en Derixken, zijn vrouw. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert ende drie ende twyntich up dynsdach nae sunt Marttensdach translacionis. a. Oorspr. (inv.nr. 770), met sporen van het zegel van de stad. N.B. Met aantekening in dorso dat de Sint Anthonis Grote Broederschap deze rente 18 april 1544 heeft verworven. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 176.
269
1525, 20 april Richter en schepenen van Sutphen oorkonden, dat Goesen van Vyanen en Trude, zijn vrouw, een jaarrente van 8 gouden rijnsguldens, gaande uit hun huis aan de Koernmarkt, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jair onss heren duysent vijffhondert ende vijff ende twyntich dess donresdaiges nae den hylligen Paeschdach. a. Oorspr. (inv.nr. 775), met een fragment van het zegel en het contrazegel van de stad. N.B. In dorso: “vestenis uut Wyllem Valckenhuis”. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 76 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1561 en de aflossing en herbelegging in 1605.
270
1525, 1 september Johan van Holthuesen, rentmeester ’s lands van Zutphen, oorkondt, dat voor het hofgericht Albert van Zuderaes en joffer Trude, zijn vrouw, het land en de hofstad Mastebroick, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Vierackeren, verpand hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde en dat zij hebben beloofd het hofhorige goed Vroynck en de bovengenoemde hofstede binnen zes jaren weder in te lossen. Gegeven in den jair onses heren duesent viefhondert ind vief en twintich des vridages na sunte Jansdach decollationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 146 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de lossing.
271
1525, 5 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Karseboem en Mechtelt, zijn vrouw, een jaarrente van 5 enkele goudgulden, gaande uit hun huis aan de Brederstraat, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duysent wijffhondert ende vijff ende twintich op sonnendach post Omnium Sanctorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 76 vso. N.B. Met aantekening over de aflossing in 1571.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 88
272
1526, 5 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick van Voirthuysen Zwiederss. en Kathrina, zijn vrouw, een jaarrente van 3 pond, gaande uit hun huis, gelegen naast de Hospittailzpoort, achter strekkende aan de stadsmuur, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duysent vijffhondert ende ses ende twintich op donresdach nae den hilligen Paesdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 77. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1559.
273
1526, 3 juli Gerrit van Scherpenzeel genant Palick, landdrost van Veluwen, oorkondt, dat Johan Stegeman en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 4 philipsguldens, gaande uit een stuk land, Eygerhoiff genaamd, gelegen in het kerspel Voirst naast het Appelse heideveld, verkocht hebben aan Johan Coster als “toevenger” van de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren duysent viefhondert inde sess en twyntich opten dairden dach in der mant julii. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 147 vso.
274
1527, 30 april Anthonis van Seist, richter in het ambt en kerspel van Hengelo op den Goy vanwege heer Kairll, hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Jacop Enserinck en Gertken, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun stuk groenland, Enserinx Cloet genaamd, gelegen in het kerspel Hengelo opten Goy achter Wissinck aan de wetering verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde en Sint Annen Gilde binnen Zutphen, en dat Willem Doensberch en Johan to Wynckele zich hiervoor hebben borg gesteld. Gegeven in den jair ons heren duesent vifhondert ende soeven und twyntich op meyavont anders geheiten Philippi et Jacobi apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 148 vso. N.B. Zie ook inv.nr. 802.
275
1527, 27 juni Johan van Holthuessen, rentmeester ’s lands van Zutphen, oorkondt, dat voor het hofgericht Johan Harmelinck voor zes jaar aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenys Grote Gilde binnen Zutphen verpand heeft het Harmelynck Broickslach, gelegen in het kerspel Warnsfelt, buurschap Warcken, gehorende in het hofhorig goed Harmeldynck, waarmede hij een jaarrente van 4 molder rogge heeft afgelost. Gegeven in den jaere onses heren duesent vijffhondert soeventwintich dess donresdaiges nae sunte Johansdach to midsomer. a. Oorspr. (inv.nr. 693), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 149.
276
1528, 8 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Dubbelzoon en Margreta, zijn vrouw, een jaarrente van 4 philipsguldens min een oort, gaande uit hun huis in de Torfstraat op de hoek van de straat waardoor men naar de Predicanten gaat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de collegiale kerk Sint Wolborgen. Gegeven in ’t jair ons heren duesent viefhondert ende acht ende twinchtich op saeterdach poest Puerificationis Maria. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 77. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1554.
277
1528, 17 december Sander Schymmelpenninck, stadhouder en richter van het scholtambt Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Marryke, weduwe van Arnt Enserinck, haar kinderen en Aelbert Enserinck een jaarrente van 6 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit hun goed, Burlsche Stucke genaamd, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Delden, verkocht
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 89
hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen. Gegeven in den jair ons heren xvc ind xxviii° dess donredages post Lucie virginis ac martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 151 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1561 en 1563 en de aflossing en herbelegging in 1567. 278
1529, 13 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wyellem Frerixs en Everarda, zijn vrouw, een jaarrente van 3 goudgulden, gaande uit hun huis in de Beckerstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antoennis Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Geghyeven in den jaer ons heeren dusent vijfhoendert ende nyegen ende twyentich up saterdach poest Letare Jerusalem. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 191 vso. N.B. In margine: “…ut Lambert Daems brouhuis”.
279
1529, 13 september Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Coster Jacobszoon en Mechtelt, zijn vrouw, hun huis in de Hofstraat overgedragen hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonis Grote Gilde in de Grote collegiale Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vc ende negen en twyntich op avent Exaltationis sante crucis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 79. N.B. Doorgehaald.
280
1531, 28 januari Garrit Barner en Garrit Kreinck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Garrit van Broickhusen, burgemeester van Zutphen, en joffer Niese, zijn vrouw, twee rentebrieven van 1 pond en 2 oude schilden hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegieven in ’t jair ons heren dusent viffhondert ende ein ende dartigh opten saterdach post Agnetis virginis. Oorspr. (inv.nr. 800), met de geschonden zegels van de oorkonders.
281
(vervallen)
282
1532, 11 maart Henrick van Voirden en Luloff te Rith, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Griete Udinx het Londinxkempken, gelegen in het kerspel Wernsfelde, zoals omschreven in de akte van 13 december 1509 (reg.nr. 224), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. In den jair ons heren duesent vijffhundert ind twe ende dertich opten maendach post Letare Jerusalem. Oorspr. (inv.nr. 694), met het zegel van de tweede oorkonder; dat van de eerste is verloren.
283
1532, 27 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Schetter, Effze, zijn vrouw, en Truken, hun dochter, een jaarrente van 8 gouden rijnsguldens in een oort, gaande uit hun huis aan de Kornmarkt en uit hun hof buiten de Maspoort, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonis Grote Gilde in de Sint Walburg kerk. Gegeven in ’t jair ons heren dusent viffhondert twei ende dartich guedesdages nae den heiligen Palmdach. Oorspr. (inv.nr. 776); niet gezegeld en doorgehaald.
284
1532, 31 juli Anthonis van Zeist, richter in het ambt en het kerspel Hengele opten Goy vanwege heer Kaerle, hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Johan Heynck en Bernarda, zijn vrouw, een jaarrente van 2 molder winterrogge, zutphense maat, gaande uit de Brantzhofstede en uit het goed Swafkynck, gelegen in het kerspel Hengeloe op den Goy, verkocht hebben aan de
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 90
olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen in Sint Walburgenkerk. Gegeven in den jaer onses heren duesent viffhondert ind twiende dertich op sunt Petersavont ad vincla. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 154. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1543. 285
1533, 7 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Dubbels en Margrite, zijn vrouw, een jaarrente van 5 philipsguldens, gaande uit hun halve huis in de Torfstraat langs de Broederstraat en uit hun halve huis en hof, gelegen op de Becke naast “des zwarten monicken erfnisse”, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonis Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer onss heren duesent vc ende dri en dertich friedachs post Invocavit. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 79. N.B. Doorgehaald.
286
1533, 22 april Luedolph van Achtevelt, stadhouder van Johan van Keppel, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat de weduwe van Johan die Ricke en Joachim die Ricke, haar zoon, een jaarrente van 6 enkele goudguldens, gaande uit het land die Yssenhorst, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Lesten, grenzende aan het Leestensche Broeck en die Laicke, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen in Sint Walburgenkerk. Gegeven in den jaer onses heren duesent vijffhondert ind drie en dertich opten dinxdach post Quasi modo geniti. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 152 vso. N.B. Met aantekening over latere eigenaren van dit land.
287
1533, 10 november Olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis en Sint Anna Gilde binnen Zutphen in Sint Walburgenkerk erkennen een lijfrente van 12 enkele guldens ’s jaars verkocht te hebben aan Johan Kiemynck en Lisbet, zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren duysent viefhondert ind drie ende dertich op sunt Martensavont in den wynter. Oorspr. (inv.nr. 816), met een fragment van het zegel van de Sint Anthonis Grote Broederschap; dat van het Sint Annagilde is verloren. N.B. Gecancelleerd.
288
1534, 3 januari Broeder Henrick Kreynck, prior, broeder Garyt Kremer, subprior, broeder Henrick van Deventer, procurator, en de gemene broederen van het convent van de Predickeroerden binnen Zutphen verklaren, dat de 142 philipsgulden en de jaarrente van 6 molder rogge, die in 1505 waren geschonken door Alijt, weduwe van Johan Ruter, waarvoor jaarlijks een uitdeling van 5 molder rogge en een half vat boter aan de armen zou worden gedaan, niet naar behoren waren belegd en ook de roggerente onbekend was, dat hun vader Garyt Ruter, Alijts zoon, hiervoor 30 goudgulden had geschonken en daarenboven Garyt Ruter voornoemd 20 goudgulden heeft geschonken, waarvoor zij op Sint Barbara een gezongen mis zullen opdragen voor het Sint Barbarabeeld, staande voor Sint Thomas, dat voor 1 goudgulden wijn gehaald zal worden voor degenen die over de uitdeling staan en voor de broeders in het refter, die na de maaltijd een “miserere mei Deus” zullen lezen met een collect voor de overledenen van het geslacht Ruter en dat dezen door de priesters de volgende dag in de mis zullen worden herdacht. Gegeven in den jair onss heren dusent vijfhondert ende xxxiiii den darden dach in januario. Oorspr. (inv.nr. 819); het zegel van het convent is verloren.
289
1534, 24 januari Henrick Kiemynck, Johan Kiemynck die olde, gebroeders, en Johan Kiemynck die jonge Henrickeszoon gaan een ruiling aan met Henrick Kailsack, Frans die Witte en Henrick Rueter, olderlieden van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen, waarbij het gilde tegen afstand van
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 91
twee stukken land, die Maitacker en een akker bij de Braemhuefel, twee stukken land, die Stienackers genaamd, [onder Warken] verkrijgen. Gegeven in den jair onses heeren duesent viefhondert ind vierendertich op sunte Pauwelsavont convertionis (sic). a. Oorspr. (inv.nr. 695), met de min of meer geschonden zegels van Henrick Kiemynck, Engelbert Harmelinck, richter, Bernt Ubbekinck en de Sint Anthonis Grote Broederschap. N.B. In dorso: “buytenscap in Allerdinck”. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 153. 290
1534, 31 januari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Engelbert Meckinck en Frederica, zijn vrouw, een jaarrente van 6 goudguldens en een oort, gaande uit hun huis in de Torfstraat, hebben verkocht aan Gerthruidt Cutels. Gegeven in ’t jair ons heren dhusent viffhondert vier ind dartich opten satersdach nae conversionis Pauli. a. Oorspr. (inv.nr. 797); het stadszegel is verloren. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 30 juni 1544 (reg.nr. 313). b. Afschrift in inv.nr. 1, tol. 159. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1570.
291
1534, 11 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Arnt van Nyede en Claes, zijn vrouw, een jaarrente van 1 enkele goudgulden, gaande uit hun huis in de Berlehesen, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antonis Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer ons heren duesent vc ind vir en dartich ’s guesdaiges na Appolonie. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 78 vso. N.B. Met aantekening over de wijziging van de rentevoet.
292
1534, 30 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 8½ rijnsgulden, gaande uit de stadsrenten, -goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan joffer Henrica van Bronckhorst. Gegeven in ’t jaer ons heeren duysent vieffhonderd vier ind dertich opten wonsdag nae Innocentium. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met onderschrift dat deze rentebrief voortspruit uit een rente, gevestigd in Gerrit Iserens huis vanwege de watertol, die van zijn voorouders aan de stad is gekomen en nu gelost is door de hertog, welke rente nu door Henrica van Bronckhorst aan de stad is overgedragen. Hierdoor was gestoken de akte van 18 februari 1609.
293
1536, 25 mei Joachim Horstinck, richter te Zelhem vanwege heer Kairle, hertog van Gelre enz., oorkondt, dat Wennemer Staerinck en Mechtelt Abbinck, zijn vrouw, een jaarrente van 2 goudguldens gaande uit hun goed Abbinck, gelegen in het kerspel Zelhem in de buurschap Halle tussen Jolinck en de oude landweer, hebben verkocht aan Wolter van Haevell genaamd Elger en Wendell Kosters, zijn vrouw. Gegeven in den jair ons heren duesent vijffhondert ind ses en dartich ipso die Urbani. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 159 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1558. Hierdoor was gestoken de akte van 6 november 1545 (reg.nr. 321).
294
1536, 22 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Beyer en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 1 goudgulden, gaande uit hun huis en hof in de Boedickestraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vijfhondert ind ses ende dertich opter Thiinduesent Hilligen Mertelerdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 79 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de valuatie van de goudgulden.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 92
295
1538, 16 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan van Voirthuesen Geritszoon, burgemeester, en joffer Walburga, zijn vrouw, een jaarrente van 5 goudgulden, gaande uit hun huis en hof op de Nyestat, grenzende aan de stadsmuur, achter aan de armenhuisjes, verkocht hebben aan Johan en Ottho, gebroeders, zonen van wijlen Alphert to Bishorst en Alleit, diens vrouw, die thans gehuwd is met Johan van Harderwick. Gegeven in den jair onses heren duesent vijffhondert acht ind dartich op dinstag na Palmarum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 155 vso. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 8 oktober 1540 (reg.nr. 302).
296
1538, 1 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Goesen Baltinck en Mechtelt, zijn vrouw, een jaarrente van 3 goudguldens, gaande uit hun huis in de Lairpoort aan de wal, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jair ons heren duesent viffhondert acht und dertich op donredach Allerhilligenavent. Afschrift in inv.nr. 1, fol 154 vso. N.B. Doorgehaald.
297
1539, 1 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Oth Schroir en Margreet, zijn vrouw, een jaarrente van 7½ goudgulden, gaande uit het huis die Papegoy, gelegen aan de Koernmarkt op de hoek van het Gasthuesessteegje, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonissgilde in de Grote Kerk van Sint Walburg. Gegeven in ’t jair unsers herenn dusent viffhondert negen und dartich op saterstagavent Purificationis Marie gnant lichtmissen. a. Oorspr. (inv.nr. 777); het stadszegel is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 154 vso.
298
1539, 18 mei Derick ten Walle en Henrick Rueter, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Alijt van Verseveldt de rentebrief van 12 mei 1518 (reg.nr. 249), waardoor deze akte is gestoken, met de achterstallige rente “om Gods wil” heeft overgedragen aan Johan Coster als “toefenger” van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen en dat als de kinderen van Alijt terug zouden keren het gilde hen de helft van deze jaarrente terug zou geven. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vijffhondert ind negen ind dertich opten sonnendach nae des Heren Hemelfairtzdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 156 vso. N.B. Daar Henrick Rueter vóór de bezegeling van de akte was gestorven, heeft Gerrit Schimmelpenninck deze in zijn plaats bezegeld.
299
1539, 18 augustus Henrick Cloetbanne, stadhouder van Sweerder van Voirst, landdrost van Zutphen, oorkondt, dat Clauss Schoeltwick en Styne, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ goudgulden, gaande uit hun land die Pyeckmaetkens, gelegen in het kerspel Stiinre in de Baeckerwerdt, grenzende aan de Seelestraat, de Papenwerdt en de Peerdemaete, verkocht hebben aan Sweene Bartscherers, welke rente na haar dood zal komen aan mr. Jacob Snider van Essen, secretaris, en na diens dood aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaer unss hern duesent viefhondertt negen ind dartich up manendach nae Unser Liever Frouwendaege assumptionis. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen van Zutphen, openbaar notaris, in inv.nr. 1, fol. 192. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1628.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 93
300
1540, 23 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden dat Luycken Breckefelt en Kathrine, zijn vrouw, een jaarrente van 1 goudgulden, gaande uit hun huis in de Spiegellstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen. Gegeven in ‘t jair ons heren duesent vijffhondert ind viertich opten goensdach avent nativitatis Johannes. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 155. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling vanaf 1561 en de aflossing in 1600.
301
1540, 7 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Effze, weduwe van Telman Schull, en Henrick, Gerrith en Truyken, haar zoons en dochter, een jaarrente van 2½ goudgulden, gaande uit hun huis in de Hofstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijfhondert ind viertich opten goensdach nae convertionis (sic) Pauli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 59 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1543. In margine staat dat deze rente gaat uit een huis in de Boickerstraat.
302
1540, 8 oktober Henrick van Voirden en Thomas van Buerloe, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan toe Bischorst, zoon van wijlen Alphert toe Bischort en Aelheit, diens vrouw, thans gehuwd met Johan van Harderwick, zijn aandeel in de rentebrief van 16 april 1538 (reg.nr. 295), waardoor deze akte is gestoken, heeft verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de kerk van Sint Walburg binnen Zutphen en dat de andere helft van de rentebrief zijn broeder Ottho toebehoort. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vijffhondert ind viertich opten fridach nae Francisci. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 155 vso. N.B. Met aantekening over de aflossing en herbelegging.
303
1540, 29 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Jacob van Haegen genaamd Vrilix een jaarrente van 3 goudgulden en 1 stoter, gaande uit zijn huis in de Toerffstraat, verkocht heeft aan Johan Coster en Mechtelt, zijn vrouw. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind viertich opten maenendach avont Andree apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 157. N.B. Doorgehaald. De hierdoor gestoken aktie is niet afgeschreven. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1543.
304
1541, 27 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Reynt en Andries van Kervell, gebroeders, en Gertruyt van Kervell, hun zuster, een jaarrente van 1 gouden gelderse rijdergulden, gaande uit hun huis opten Haegen, achter strekkende aan de beek, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert eyn ind viertich opten manendach nae nativitatis Johannis baptiste. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 157 vso.
305
1541, 28 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden dat mr. Gerrith Kremer Evertszoon een jaarrente van 5 goudguldens, gaande uit zijn huis in de Waterstraat, achter grenzende aan de stadsmuur, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jair ons heren duesent vijffhondert ind eyn ind viertich opten dinxdagenavont Petri et Pauli apostolorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 157.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 94
306
1542, 6 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Lambert ten Blomendaill en Gertken, zijn vrouw, een jaarrente van 2 gouden gelderse rijdergulden, gaande uit hun huis en hof in de Laerpoort en uit hun twee kommen op de Bovenberch, verkocht hebben aan heer Reyner Broickinck, priester en vicaris in de Grote Kerk van Sint Walburg. Gegeven in ’t jaer uns heren duysent viffhondert twie ind viertich opten saterdach nae Philippi ind Jacobi apostolorum geheiten meydach. a. Oorspr. (inv.nr. 782), met een fragment van het zegel en het contrazegel van de stad. Hierdoor zijn gestoken de akten van 4 november 1549, 13 april 1551 en 9 mei 1562 (reg.nrs. 343, 347 en 383). b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 185. N.B. In margine staat dat deze jaarrente gaat uit Jan te Kalleffcers huis.
307
1543, 27 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Peter Vryese en Eeffze, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ enkele rijderguldens, gaande uit hun hof in de Koilsteeg, achter grenzende aan “unser statgraeve van der schuttenbaenen”, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonysgilde in de Grote Kerk van Sint Walburg binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert drie ind viertich upten vrijdach nae Jacobi apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 158 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1547.
308
1544, 11 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Harmen Barner en Rensse van Holthuysen, kerkmeester in de Grote Kerk binnen Zutphen, een jaarrente van 5 goudgulden, gaande uit het huis van de kerk in de Lange Hoffstraat op de hoek van Vleyshouwerstraat, dat eertijds Henrica Pluckeroesen toebehoorde, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jaer ons heren duesent vijffhondert ind vier ind viertich opten manedach post Appollonie virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 158. N.B. Doorgehaald.
309
1544, 19 februari Burgemeesters, schepenen en raad van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 5 guldens, gaande uit de stadsrenten, goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Thomas Weert en Aelheit, zijn vrouw, en dat de hoofdsom voortspruit uit “ethelicken penningen die zall. Henrick Weert to Campen uthstaende hadde, die de Van Wouw clockengieters aldaer, op de achterstedigheit inne beholden hebben”. Gegeven in ’t jaer onses heeren duysent vieffhondert vier ind viertich dinxdaeges nae Valentini martyris. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening dat deze rente in 1550 is overgedragen aan de secretaris mr. Jacob Snijder van Essen. Hierdoor waren gestoken de akten van 23 januari 1621 en 19 februari 1621, waarbij aandelen in deze en andere rentebrieven aan de Sint Anthonis Grote Broederschap werden overgedragen.
310
1544, 1 maart Luloff t’ Ryth en Derick ten Walle, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat heer Steven en heer Ryckwyn van der Voirst, gebroeders, juffer Ave, weduwe van Johan van Holthuesen, hun zuster, Giesbert van der Voirst, hun broeder, Gerrit Schimmelpenninck en juffer Geertruit, zijn vrouw, Evert van Ree, richter te Boeckholt, en juffer Teuwken van Haegenbeeck, zijn moeder, als mombers van de onmondige Hermannus van Vorden, de rentebrief van 14 april 1487 (reg.nr. 144), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde, zoals in het testament van Hendrick van Vorden was bepaald.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 95
Gegeven in ’t jaer ons heeren duesent vieffhondert ind vier ind viertich opten saterdach nae Mattheei [lees Matthie] apostoli. Afschrift in inv.nr. 766. 311
1544, 12 mei Thomas Wert, stadhouder en richter vanwege Goesen van Raesfelt, scholt van Zutphen binnen en buiten, etc., oorkondt, dat Sander Scimmelpenninck een jaarrente van 3 goudguldens, gaande uit zijn goed het Ham en uit 5 molderzaad land, genaamd Nyenkamp, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Veltwick, verkocht heeft aan Styna Koelinhus. Gegeven in ’t jair vifftinhondert ind vier ind viertich up sunte Pancraesdach martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 175. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1600.
312
1544, 14 mei Burgemeester, schepenen en raad van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 100 gouden keurvorsterguldens, gaande uit de stadsrenten, -goederen en -inkomsten, verkocht hebben aan Haio Ripperda en juffer Henrica, zijn vrouw, en dat dit geld is gebruikt om een jaarrente aan de erfgenamen van Johan Lidemans af te lossen. Gegeven in ’t jaer ons heeren duesent vieffhondert vier ind viertich opten gonsdach nae den sondaege Cantate. Afschrift in inv.nr. 766.
313
1544, 30 juni Andries Kreinck en Gerrit Raesinck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Gerthruidt Cultels de rentebrief van 31 januari 1534 (reg.nr. 290), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Thomas van Burlloe, Gerit Aitsack en Rickman Stoltenberch, olderlieden van het Grote Sint Anthonisgilde. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent viffhondert vier ind viertich opten manendach nae Petri ind Pauli apostolorum. Oorspr. (inv.nr. 797), met de geschonden zegels van de oorkonders.
314
1544, 23 augustus Sander Schymmelpennynck, rentmeester van het land van Zutphen, oorkondt, dat voor hem en tynsgenoten Bernt Haeynckinck en Heyle, zijn vrouw, het tynsgoed Haeynckinck, gelegen in het kerspel en gericht Hengell opten Goy op het Beckfelt, hebben overgedragen aan Johan van Zeyst en joffer Mechtelt, zijn vrouw. Gegeven in den jaire onsses heren duesent vieffhondert ind vier ind virtich op sunte Bartholomeusavent. Oorspr. (inv.nr. 656), met het geschonden zegel van de oorkonder.
315
1544, 17 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Anna, weduwe van Derick van Goch, als moeder, en Johan Besselinck als momber van de nagelaten kinderen van Derick van Goch, met name Harman en Hilleken, een jaarrente van 2½ goudgulden, gaande uit hun huis in de Boedickerstraat, verkocht hebben aan Zuete ter Linde. Gegeven in ’t jaer uns heren duesent viffhondert ind viertich upten vridach post Victoris et Gereonis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 175 vso.
316
1544, 17 november Wilhelm ten Holte, stadhouder van Johan van Keppel, landdrost van Zutphen vanwege Kairle, keizer van Rome enz., oorkondt, dat Henrick van der Leuw en juffer Johanna, zijn vrouw, en Henrick Hartebroick en juffer Engel, zijn vrouw, hun halve goed Bannynck, gelegen in het kerspel Hengel in de buurschap Noirtwick, hebben opgedragen aan Bernt Mockinck en Geertke, zijn vrouw. Gegeven in den jair onses heren duisent viffhundert vier ind vertich op manendach post Martini episcopi. Oorspr. (inv.nr. 655), met het licht geschonden zegel van de oorkonder.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 96
317
1544, 3 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden het stadsland, Onser Liever Frauwenkamp genaamd, gelegen buiten de Hospitailspoort, verpand hebben aan Herman, Henrick en joffer Ailheit Bushoff, broeders en zuster. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent viffhondert vier ind viertich opten goensdach nae Andree apostoli. Oorspr. (inv.nr. 642), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. N.B. Hierdoor zijn gestoken een akte van 19 maart 1627 en een extract uit het memorie- en resolutieboek van de magistraat van Zutphen van 30 december 1727.
318
1545, 10 februari Andries Schimmelpenninck en Henrick van der Capellen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Griete Kalffzelers de helft van een jaarrente, gaande uit het goed Haedekinck, gelegen in het kerspel Hengell (reg.nr. 75), overgedragen heeft aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde. Gegeven in ’t jair ons heren dusent viffhondert viff ind viertich opten dinxdach nae Agathe virginis. a. Oorspr. (inv.nr. 803), met de geschonden zegels van de oorkonders. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 165.
319
1545, 29 augustus Arnt Baeck en Gerrit Aetsack, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Nenne Gruesen de rentebrief van 16 januari 1514 (reg.nr. 231), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind vijff ind viertich upten saterdach ipso decollationis Johannis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 161 vso. N.B. Doorgehaald.
320
1545, 29 augustus Aernt Baeck en Gerit Aetsack, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Nenne Gruessen de rentebrief van 23 juli 1518 (reg.nr. 252), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair uns heren duesent vijffhondert ind vijff ind viertich upten saterdach ipso decollationis Johannis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 161. N.B. Doorgehaald.
321
1545, 6 november Andries Kreinck en Gerrit Schimmelpenninck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Wolter Elger en Ermgart, zijn vrouw, de rentebrief van 25 mei 1536 (reg.nr. 293), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de kerk binnen Zutphen en dat Johan en Wendele, onmondige kinderen uit het eerste huwelijk van Wolter met Wendele, dit van kracht zullen doen zijn, daar hun grootmoeder Elberich dit heeft bevolen en zijzelve, haar dochter Wendele, benevens Wolter, Ermgart, Johan en Wendele voornoemd hiermede in het gilde zijn gegaan. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind vijff ind viertich upten vrijdach post Omnium Sanctorum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 160 vso. N.B. Doorgehaald.
322
1545, 19 november Arndt Pieck en Gerit Aetsack, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan Joelinck en Wendelle, zijn vrouw, de rentebrief van 9 oktober 1487 (reg.nr. 148), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 97
Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind vijff ind viertich upten donredach ipso Elyzabeth. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 32. b. Afschrift in inv.nr. 766. 323
1545, 14 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat ten verzoeke van heer Henrick Maezer, hun kapelaan, voor zichzelf en voor het corpus van de elf vicarissen een huisplaats op de Nyestad op de hoek van de Lokenstraat na gerichtelijk verwin bij brandende kaarse is overgedragen aan heer Hendrick voornoemd. Gegieven in den jair ons heren duesent vijffhondert ind vijff ind viertich opten manedach post Lucie. Oorspr. (inv.nr. 830); het zegel van de stad is verloren.
324
1546, 1 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat heer Henrick Maezer, hun kapellaan, en heer Frans van Oerschot en heer Kairll van Arssen als rentmeesters van het corpus van de elf vicarissen in de Grote Kerk binnen Zutphen een huisplaats op de Nyestadt op de hoek van de Lokenstraat hebben overgedragen aan Henrick Ruyther Geritss. die jonghe. Gegieven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind seess ind viertich opten manedachavent purificationis Marie. Oorspr. (inv.nr. 830), het zegel van de stad is verloren.
325
1546, 16 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Warner Kailsack en Anthonia, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ joachimsdaler, gaande uit hun huis in de Lange Hoffstraat, achter met de kamer uitgaande in de Kaelenstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind ses ind viertich upten dinxdach post Valentini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 159 vso. N.B. Doorgehaald.
326
1546, 22 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Harman Beyer als rentmeester van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen op de wijntaveerne Vreden gerichtelijk bij brandende kaarse heeft laten verkopen het huis van wijlen Harman Bainck in de Moellenstraat genaamd de Barllehese en dat de koper Lambert van Luchteren dit huis heeft overgedragen aan het voornoemde gilde. Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind sess ind viertich upten manedach nae Reminiscere. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 163.
327
1546, 5 juni Joest, graaf ten Bronckhorst en heer to Borckelloe, oorkondt, dat hij met de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen een ruiling heeft aangegaan, waarbij het gilde een streep zaailand heeft ontvangen, gelegen in het goed ten Vene in het kerspel Halle in de buurschap Ertbecke, tegen afstand van een hofstede, gehorende in het goed ten Vene, en dat hij de lasten van een wagenpaard en hondegeld op zich zal nemen, daar deze hofstede de zaalweer van dit goed is. Gegeven upten fijfften dach junii anno vijfftienhondert sess unde viertich. a. Oorspr. (inv.nr. 739) met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 162.
328
1546, 22 november Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Trummesleger en Wobbe, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ joachimsdaler, gaande uit hun huis in de Barllehesen, achter strekkende tot aan de stadsmuur, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 98
Gegeven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind sess ind viertich opten manedach post presentationis Marie. 329
1547, 19 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 3 joachimsdalers, gaande uit de brouwaccijns hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde en dat de rentmeester Berndt Ubbekinck de hoofdsom heeft aangewend tot de “tymmeringe des floitboems in die waetermolle” in 1546. Gegeven in ’t jair ons heren dusent vijffhondert soeven ind viertich upten saterdach na Valentini. a. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 164. b. Afschrift in inv.nr. 766.
330
1547, 21 april Goessen Harmens en Lysken, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 7½ joachimsdaler, gaande uit hun huis en hofstede, Derick van Eltens hoffstede genaamd, gelegen in het kerspel Voirst in de buurschap Noirtemppe, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonysgilde in de Sint Walburgenkerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer uns heren duesent vijffhondert ind soeven en viertich upten donredach nae den sonnendaige Quasi modo geniti. Afschrfit in inv.nr. 1, fol. 165 vso. N.B. Doorgehaald.
331
1547, 10 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Vogelken van Lochem en Lysken, zijn vrouw, een jaarrente van 5½ goudgulden, gaande uit hun huis in de Lange Hoffstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Antonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent vijffhondert soeven ind viertich opten vridach nae des heiligen Sacramentsdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 166. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1561. Dit huis lag tegenover het schepenhuis.
332
1547, 17 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Ailbert toe Kalffzeler en Sweer, zijn vrouw, een jaarrente van 3 stadsponden, gaande uit hun huis op de Nyestadt, achter strekkende aan de Molenstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde. Gegeven in ’t jair ons heren duysent vijffhondert soeven ind viertich opten vrijdach nae Odulphi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 166 vso.
333
1547, 9 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Anna, weduwe van Henrick ten Goer, een jaarrente van 1½ joachimsdaler, gaande uit haar huis aan de Brederstraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van het Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegieven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind soeven ind viertich opten saterdach nae transslationis Martini. a. Oorspr. (inv.nr. 767), met het geschonden zegel en het contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 166 vso.
334
1547, 21 oktober Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Cornelis en Jenneken van Lichtenforde, kinderen van wijlen Johan van Lichtenforde, een jaarrente van 5 joachimsdalers, gaande uit hun huis aan de Saltmarkt langs het Dregerstraatje, dat op de Schupstoill uitkomt, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen en dat de nog onmondige Berthe, Jan en Gerit van Lichtenforde deze vestenis van kracht zullen doen zijn.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 99
Gegeven in ’t jaer ons heren duysent viffhondert soeven ind viertich opten fridach nae Luce evangeliste. a. Oorspr. (inv.nr. 791), met een fragment van het zegel van de stad. N.B. Met aantekening van eigenaren van dit huis. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 167. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1561 en z.j. 335
1548, 12 maart Johan Momme, richter van Aernhem en Veluwensoem, oorkondt, dat Gerith then Knoeve en Griet, zijn vrouw, een jaarrente van 25 joachimsdalers, gaande uit hun goed dat Oirtfelt, gelegen in het kerspel Voirst in de buurschap Emppe, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen en dat de pacht van dit goed niet vóór de rentebetaling ingevorderd of betaald zal worden. Gegeven in den jaer ons heren duysent vijffhondert ind acht ind viertich op maendach nae den sonnendach Letare Hierusalem. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 167 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat de rente in 1551 is afgelost.
336
1548, 14 april Aerndt upten Ass en Hinrica, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 2 joachimsdalers, gaande uit hun land, de Nyen Kamp genaamd, gelegen in het kerspel Voirst in de buurschap Voirstonden in het ambt Brummen tussen de Oirt en de Voirstonder enk, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen. Gegeven in den jair ons heren duesent vijffhondert acht ende viertich upten saterdach post Quasi modo geniti. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 169 vso. N.B. Met aantekening over de rentebetaling in 1571.
337
1548, 7 mei Gerrit ten Knuve en Griete, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 3 joachimsdalers, gaande uit hun goed dat Oertfelt, gelegen in het ambt Brummen in het kerspel Voirst in de buurschap Noertemppe, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer ons heren duesent vijffhondert ind acht en viertich upten maendach nae des hilligen Crucisdaige Inventionis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 168 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat de rente in 1551 is afgelost.
338
1548, 11 augustus Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Biele, weduwe van Johan van Coesfelt, een jaarrente van 6 joachimsdalers, gaande uit het huis de Biele, gelegen in de Torffstraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren duesent viffhondert ind acht ind viertich upten saterdach nae Laurentii martiris. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 170. N.B. Met aantekening over de voorwaarden, waarop de aflossing mag plaats vinden.
339
1548, 24 december Derick Staekenbrant en Aeltken, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 10 joachimsdalers, gaande uit hun huis op de Scuepstoel naast de schuur van het Oude Gasthuis, achter strekkende in de Boernhaefferstraat, hebben verkocht aan Johan Rueter en Eelsken, zijn vrouw. Gescreven int dem jair ons heeren wijfftiinhondert acht en twiirtich op dem hylligen Karsavent. Oorspr. (inv.nr. 793), met de geschonden zegels van de oorkonder, Willem Bongert en Henrick Rueter. N.B. Hierdoor is gestoken de akte van 7 februari 1593 (reg.nr. 414).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 100
340
1549, 16 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Ottho Keyen de jonge en joffer Sophia, zijn vrouw, een jaarrente van 5 goudguldens, gaande uit hun huis en hof in de Fleyshouwerstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonius Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegieven in ’t jair ons heren duesent vijffhondert ind niegen ind viertich opten saterdach nae Valentini. a. Oorspr. (inv.nr. 798), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 170 vso en 172 vso.
341
1549, 27 maart Gerrit Schimmelpenninck en Henrick van der Capellen, schepenen van Zutphen, medegeërfden in Veluwen, oorkonden, dat Gerrit ten Knuve en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ joachimsdaler, gaande uit hun goed het Oirtfelt, gelegen in het ambt Brummen in het kerspel Voirst in de buurschap Noirtemppe, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen en dat de pacht van dit goed niet vóór de rentebetaling ingevorderd of betaald zal worden. Gegeven in ’t jair ons heren duesent viffhondert ind niegen ind viertich upten gonsdach na Oculi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 171 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat deze rente in 1551 is afgelost.
342
1549, 15 juni Johan van Voirthuysen en Gerrit Schimmelpenninck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan Moezell en Catherina, zijn vrouw, een jaarrente van 5 joachimsdalers, gaande uit hun hofstede, Ribbershoffstede genaamd, gelegen in het kerspel Steenre in de buurschap Koevick, verkocht hebben aan Thomas van Buerloe en Gerrit Aitsack, olderlieden, en aan de gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren dusent viffhondert negen ind viertich upten saterdach nae den hilligen Pinxterdach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 171. N.B. Met aantekening over een akte d.d. 1563, waarbij deze hofstede voor deze en een andere rente wordt verbonden.
343
1549, 4 november Gerit Schimmelpenninck en Thomas van Burlloe, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat heer Reyner Broickinck, vicaris, Harman Beyer en Lysken, zijn vrouw, en Wilhelma, weduwe van mr. Peter Stoffvoet, de rentebrief van 6 mei 1542 (reg.nr. 306), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Wilhemken Muller als lijfrente. Gegieven in ’t jaer ons heren duesent vijffhondert ind niegen ind viertich opten manedach nae Omnium Sanctorum. Oorspr. (inv.nr. 782), met het zegel van de tweede oorkonder; dat van de eerste is verloren. N.B. Hierdoor zijn gestoken de akten van 13 april 1551 en 9 mei 1562 (reg.nrs. 347 en 383).
344
1550, 8 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Andries van Karvell en Jenneke, zijn vrouw, Cornelis van Lichtenfoirde, Bartha van Lichtenfoirde en de onmondige Johan en Gerrit van Lichtenfoirde een jaarrente van 2 goudguldens, gaande uit hun huis aan de Saltmarkt op de hoek van het Dregersteegje, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren duesent viffhondert ind vifftich upten saterdach nae Onser Liever Frouwendaige purificationis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 173. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de rentebetaling in 1561 en de aflossing en herbelegging in 1562.
345
1550, 28 mei Henryck Kloeck oorkondt, dat hij Wyllem ten Knoeven als olderman van het Sint Anthonysgilde binnen Zutphen na opdracht door Ghiesberth van Wysch en joffer Thomas van
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 101
Meckeren, zijn vrouw, heeft beleend met het goed Eylynck, gelegen in het kerspel Hall in de buurschap Eertbeck, leenroerig aan het huis Spaensweerth. Gegeven in dem jaren onzers heren duysent vijffhonderth ind vijfftich dem acht ind twyntichsten may. Oorspr. (inv.nr. 745), met het zegel van de oorkonder. 346
1550, 17 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Gerit Bunckinck en Derica, zijn vrouw, een jaarrente van 3 joachimsdalers, gaande uit hun huis en hof, gelegen voor de Nyestadtpoort, verkocht hebben aan Lieffert van Graess en Jutte, zijn vrouw. Gegieven in ’t jaer ons heren duesent vijffhondert ind vijfftich opten dincxdach nae Odulphi confessoris. a. Oorspr. (inv.nr. 789), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. Hierdoor zijn gestoken de akten van 3 juli 1556 en 15 februari 1563 (reg.nrs. 366 en 384). b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 185 vso.
347
1551, 13 april Johan van Vorthusen en Ailbert van Stienre, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Herman Beyer en Lisken, zijn vrouw, en Wilhelm Berntss. en Wilhelma, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 6 mei 1542 en 4 november 1549 (reg.nrs. 306 en 343), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Wilhelma Muller, aan wie deze rente in 1549 als lijfrente was overgedragen. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent viffhondert ind ein ind vifftich opten manendach nae dem sondaige Misericordia Domini. Oorspr. (inv.nr. 782), met de zegels van de oorkonders. N.B. Hierdoor is gestoken de akte van 9 mei 1562 (reg.nr. 383).
348
1552, 13 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Helmich van Hekeren en Eeffze, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ gouden rijnsgulden, gaande uit hun huis in de Torffstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaer uns heren duysent viffhondert ind twie ind vifftich upten saterdach nae Scholastice virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 173 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1555.
349
1552, 23 september Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Cornelis toe Rieffel en Aelheidt, zijn vrouw, een jaarrente van 7½ gouden gelresche rijdergulden, gaande uit hun huis en hof in de Lairpoort, verkocht hebben aan Kunne, weduwe van Johan Besselinck. Gegeven in ’t jair uns heren duisent viffhondert twie ind vifftich upten fridach nae Mathei apostoli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 181 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening dat de armen 3 dalers uit dit huis hebben en dat deze rente in 1606 is afgelost. Hierdoor was gestoken de akte van 21 juli 1559 (reg.nr. 372).
350
1552, 16 november Olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen erkennen, dat zij een lijfrente van 3 goudgulden ’s jaars, gaande uit het goed Aelerdinck gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warcken, verkocht hebben aan Stina Kulinges, “des zaligen duerweerders maecht”. Gegeven in den jair uns heren duesent viffhondert twe ind vifftich upten wonsdach sent Martensdaige in den winter. Oorspr. (inv.nr. 696); het zegel van het gilde is verloren. N.B. Doorsneden.
351
1553, 1 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Evert ter Haffick en Johanna, zijn vrouw, een jaarrente van gulden en 1 oort, gaande uit hun huis aan de Saltmarkt op de hoek van het
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 102
Dregersstraatje, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antoennisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegheyven in den jaer uns heeren duesent vyeffhuendert unde drye en vyeffticht up den avent Purificationis beate Marie vierginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 189 vso. 352
1553, 10 mei Catharina, gravin van Gelichem, abdis, Jacob, gravin to Tekenenborch, proosdin, Ermgairt, gravin toe Ritberge, kelnerse, Magdalena, gravin van Barby, kosterse, en de kapittelheren van het adellijk en wereldlijk stift te Vreden erkennen een jaarrente van 5 goudguldens, gaande uit hun goederen Hulshoff en Mentinck, gelegen in het kerspel Grolle in de buurschap Belte, en uit het goed Aelvinckhaeffe, gelegen in het kerspel Eibergen, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgen kerk binnen Zutphen. Gegeven in dem jair unses heren viffteinhondert drie und vifftich up goensdach post Inventionis sante crucis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 173 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1561.
353
1554, 18 april Andries Kreinck en Lenze Veer, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Peter van Brandenborch en Jenneke, zijn vrouw, mede namens Adam van Brandenborch, zijn broeder, enerzijds en Thomas van Buerlo, Gerrit Aitsack en Wilhem ten Knuve, olderlieden “des Groten Sint Anthonis” in de Grote Kerk, anderzijds, ingevolge een uitspraak van Johan van Voirthuysen, burgemeester, en Luleff the Ryth, raadsvriend, overeengekomen zijn, dat het gilde het huis, dat eertijds door Claes Brandenborch was gekocht, zal overgeven aan zijn zoons Peter en Adam voornoemd, en dat de rentebrieven van 4 april 1522 en 7 juli 1523 (reg.nrs. 263 en 268), die op dit huis staan en die het gilde had afgelost, aan het gilde zullen toekomen. Gegeven in ’t jaer uns heren duysent viffhondert vier ind vifftich upten goensdach nae Jubilate. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 177 vso. N.B. Dit huis wordt ook Peter then Brinckz huys genoemd.
354
1544, 23 april Hayo Ripperda verklaart 100 goudguldens ontvangen te hebben van mr. Aellphart van Tyll en Thomas van Buerloe en hiervoor binnen een bepaalde termijn een gezegelde akte over te zullen leveren. Actum xxxiiiten aprilis LIIII. Oorspr. op papier (inv.nr. 807) met het opgedrukt cachet onder papieren ruit en de handtekening van de oorkonder. N.B. Zwaar geschonden.
355
1554, 2 mei Hayo Rypperda en joffer Henrica van Hackfort genaamd Ripperda, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 5 goudgulden, gaande uit hun goederen Knuve en Voskamp, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Linde, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair uns heren duesent viffhondert vier ind vifftich up des hilligen Crucesavont Inventionis. a. Oorspr. (inv.nr. 807), met het zegel van de oorkonder. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 177.
356
1554, 4 mei Thomas van Mekeren, weduwe van Gisbert van Wisch, verklaart dat zij en haar man in 1552 hun goed Eylinck te Halle hadden verkocht en naar leenrecht opgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in Sint Walburgenkerk binnen Zutphen en dat zij beloofd hadden het naar landrecht voor geërfden van Veluwen over te dragen, maar dat haar man voordien was overleden, weshalve zij nu bij deze het goed Eylinck, gelegen in het kerspel Halle in de buurschap Eertbeke, leenroerig aan Henrick Cloick, overdraagt aan het genoemde gilde.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 103
Gegeven in den jair unss heren duisent viffhondert vier ind vifftich upten fridach post Inventionis sancte crucis. a. Oorspr. (inv.nr. 744), met de zegels van Gijsbert van Mekeren, broeder van de oorkondster, en van mr. Ailbert van Steenre en Henrick van der Capelle als geërfden op Veluwe. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 176 vso. N.B. Met aantekening over de belening in 1568. 357
1555, 20 februari Andries Kreinck en Johan van Voirthuysen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Rensse Kreinck een jaarrente van 5 guldens, gaande uit zijn land, Quaderwick genaamd, gelegen in het kerspel Stienre in de Toldijck naast de Bronckhorsterhoevell, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antoenis Grote Gilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jair uns heren dusent viffhondert viff und vifftich upten guedesdach nae Valentini. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 178 vso. N.B. Met aantekeningen over een overdracht in 1567 en de aflossing en herbelegging in 1575 in het goed Valcke.
358
1555, 20 maart Luloff tho Rytt en Zander Schymmelpennynck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Teus Baegemaecker en Kunne, zijn vrouw, de halve Kersseboemskamp, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warckenn, grenzende aan het goed Alardynck, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegevenn in den jaer unsers heren duesent viefhundert vief unde viftich up guedesdach post dominicam Oculi. Oorspr. (inv.nr. 697), met de zegels van de oorkonders.
359
1555, 29 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Anna, weduwe van Henrick tho Goer, een jaarrente van 5 philipsguldens, gaande uit haar huis in de Brederstraat, verkocht heeft aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenisgilde in de Grote Kerk en dat Griet van Hoenen, Henrick tho Goer, Anna van Arler, Agnes ten Goir en haar kinderen en Lucas tenn Goer, kinderen en kindskinderen van Griet voornoemd, deze jaarrente van kracht zullen houden. Gegeven in den jaer unss herenn duesent viffhundert vief ende viftich up manendach post dominicam Misericordia Domini. a. Oorspr. (inv.nr. 768), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 179.
360
1555, 23 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johann Rerynck en Elizabeth, zijn vrouw, een jaarrente van 6 guldens, gaande uit hun huis aan de Zaltmarkt, achter uitgaande in de Roedentoernsstraat, verkocht hebben aan Thomas van Buerll, Gerrit Aitsack en Willem tenn Knueve, olderlieden van Sint Anthoenisgilde in Sint Walburgenkerk. Gegeven in denn jaer unss hern duesent vyefhundert vief unde vieftich up dinstdach nae Mariae Magdalenae. a. Oorspr. (inv.nr. 792); het stadszegel is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 179 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1635.
361
1555, 2 oktober Johan van Vorthusen en Luleff te Ryth, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Thomas van Carpen en Marie, zijn vrouw, een jaarrente van 6 goudguldens, gaande uit hun huis en hof op de Nyestadt voor aan de Torffstraat gelegen, grenzende aan Henrick Ruthers armenhuizen, schuldig zijn aan Thomas Verwer en Johan ten Kolcke, kerkmeesters van de Nyestadtskerk, waarbij zij hebben bepaald, dat de pastoor of de vicecureit met twee vicarissen of priesters en de koster alle donderdagen een gezongen mis van het Heilig Sacrament zullen opdragen en dat zij in de akte omschreven voorschriften hebben gegeven omtrent het bespelen van het
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 104
orgel door de koster, het zingen van het epistel en evangelium, het vertonen van het H. Sacrament, het zingen door het koor, het geven van de benedictie aan het volk en over de uitkering dezer jaarrente. Gegeven in ’t jaer uns heren dhusent viffhondert viff ind vifftich opten goensdach nae Michaelis. Oorspr. (inv.nr. 831), met de zegels van de oorkonders. N.B. In dorso verklaringen over de aflossing in 1614. 362
1555, 30 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Willem then Knueve en Zweer ten Knueve, zijn oudste zoon, een jaarrente van 5 philipsguldens, gaande uit hun huis in de Bornhaverstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk en dat Eefsche, Goessenn en Gerrit, onmondige kinderen van Willem voornoemd, deze jaarrente van kracht zullen doen zijn. Gegeven in den jaer unss herenn duesent vifhundert vief unde viftich up maenendach nae Nativitatis Christi. a. Oorspr. (inv.nr. 771), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 179 vso.
363
1555, 30 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Vurvechter en Johanna, zijn vrouw, een jaarrente van 3 gulden, gaande uit hun huis in de Torffstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in den jaer unss heren duesent viffhondert viff unde viefftich up maendach nae Nativitatis Christi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 180. N.B. Met aantekeningen over de rentebetaling.
364
1556, 7 februari Gerritt Schymmelpennynck en Jacob Slindewaeter, schepenen van Zutphenn, oorkonden, dat Jacob Ubbekynck en Hermanna, zijn vrouw, Herman Veher, Johanna Veher en Evert Veher de halve Kersseboemskamp, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Warckenn, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in den jaer unss heren duesent vifhundert sess unde viftich up vridach nae Agathae virginis. Oorspr. (inv.nr. 697), met de zegels van de oorkonders.
365
1556, 21 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 15 joachimsdalers, gaande uit het stadsland de eerste kloot van de Halve Koppel op de Wolfzelersweert en de tweede kloot van de Grote Halve Koppel, geheten ’t Slagh van de Noertveensche Brugge, verkocht hebben aan Gerrit Zelle de oude, waarmede de pandschap van deze landerijen aan Gerrit Zelle is afgelost. Gegeven in ’t jaer ons heeren duesent vieffhondert ses ind viefftich opten frijdach nae den sondaghe Esto mihi. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Deze rentebrief is in 1621 (23 januari en 19 februari) aan de Sint Anthonis Grote Broederschap verkocht.
366
1556, 3 juli Alphert van Tyll en Lense Veher, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Lyffert van Graiss de rentebrief van 17 juni 1550 (reg.nr. 346), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Jacob, Engelbert en Aeltgen ter Moelen, broeders en zuster. Gegeven in den jaer onss herenn duesent viefhundert sess unde vieftich up vriedach nae Visitationis Mariae virginis. Oorspr. (inv.nr. 789), met de geschonden zegels van de oorkonders. N.B. Hierdoor is gestoken de akte van 15 februari 1563 (reg.nr. 384).
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 105
367
1556, 13 november Berndt Meyerinck, stadhouder en richter van Goessen van Raesfelt, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Johan van Vreden een jaarrente van 5 goudguldens, gaande uit ¾ deel van de helft van het goed ten Nyenhuys, waarvan zijn broeder Johan Lanssinck ¼ deel bezit, gelegen in het kerspel Vorden in de buurschap Linde, verkocht heeft aan Johan Bongenhoff en Gertke, zijn vrouw, waarmede de jaarrente uit zijn aandeel in een huis in de Boeykerstraat en de hof voor de Hospitailspoort gelegen, is afgelost. Gegeven in ’t jair uns heren duesent viffhondert sess inde vifftich upten fridach post Martini episcopi in den winter. Oorspr. (inv.nr. 808), met het zegel van de oorkonder. N.B. Hierdoor is gestoken een akte van 24 mei 1565 (reg.nr. 388).
368
1558, 7 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Geritken, weduwe van Johan Egbertz., een jaarrente van 3 joachimsdalers, gaande uit haar huis in de Korte Hoffstraat met een uitgang door heer Berndt Kremers huis in de Broederstraat, heeft verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde binnen Zutphen en dat Goesen Kuper, vader van Geritken voornoemd, heeft beloofd, dat haar onmondige kinderen Truken, Steven, Herman, Wolbert, Effze, Lamme en Grietken deze vestenis van kracht zullen doen zijn. Gegeven in ’t jaer uns heren dusent viffhondert acht ind vifftich opten goensdach nae Nicolai episcopi. a. Oorspr. (inv.nr. 779), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. N.B. In dorso. “uyt Steven Kremers hues den Visell in de Kortste Hoffstrate”. b. Notarieel afschrift (inv.nr. 1, fol. 195) door Welmarus Schulthen.
369
1559, 9 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Claes van der Capellen en Mechtelt, zijn vrouw, een jaarrente van 5 goudguldens, gaande uit hun huis op de Nyestadt aan de Mosmarkt, verkocht hebben aan Wilhem ten Knuyfe. Gegeven in ’t jaer uns heren dhusent viffhondert negen ind vifftich upten donredach nae Esto mihi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 181. N.B. Hierdoor was gestoken de akte van 20 maart 1559 (reg.nr. 370).
370
1559, 20 maart Gerrit van der Capellen en Jacob Goltstein, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Wilhem ten Knuve, Sweer ten Knuve en Eefse ten Knuyve, Wilhems dochter, de rentebrief van 9 februari 1559 (reg.nr. 369), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Thomas van Buirlo, Gerrit Aetsack en Wilhem ten Knuyve, olderlieden van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen en dat Wilhems onmondige kinderen Goesen en Gerrit ten Knuve deze overdracht van kracht zullen houden. Gegeven in ’t jair uns heren dhusent viffhondert negen ind vifftich upten manendach na Palmarum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 181.
371
1559, 20 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wilhem Cloever en Griete, zijn vrouw, een jaarrente van 3¾ goudguldens, gaande uit hun huis op de Nyestat in de Hallerstraat, verkocht hebben aan Thomas van Burlloe, Gerrit Aetsack en Wilhem ten Knuve, olderlieden van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair uns heren dhusent viffhondert negen ind vifftich upten manendach na Palmarum. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 181 vso. N.B. Met aantekening over de aflossing in 1612.
372
1559, 21 juli Gerrit Aetsack en Rense van Holthuisen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Cunne, weduwe van Johan Besselinck, de rentebrief van 23 september 1552 (reg.nr. 349), waardoor deze akte is gestoken, tot stichting van een preuving hebben overgedragen aan de
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 106
olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair uns heren dhusent viffhondert negen ind vifftich upten vridach sent Marie Magdalenenavondt. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 182. 373
1560, 1 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Johan Botyker en Gertken, zijn vrouw, een jaarrente van 6 goudguldens, gaande uit hun huis in de Boickerstraat, hebben verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jair ons heren dusen viffhondert ind tsestich upten donredach na conversionis sancti Pauli. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 182 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1561.
374
1561, 21 februari Arnt Barryck en Cornelis Yseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Bernt Duensbarch en Lambrech, zijn vrouw, een jaarrente van 2½ rijdergulden, gaande uit een stuk groenland, Duensbarchslach genaamd, gelegen in het kerspel Sellem, verkocht hebben aan Thomas van Boerle, Garryt Atsackt en Wyellem ten Knuffe, olderlieden van Sint Antonnis Grote Gilde in de Grote Kerk. Gegyeven yn den jaer uns heeren dusent vyeffhoendert eyen unde sestycht up den frydachavent Petry ad catedram. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 186. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1598.
375
1561, 14 april Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Thomas van Luchteren en Margreta, zijn vrouw, een jaarrente van 5 guldens, gaande uit hun huis en hof in de Pulssbrueck, verkocht hebben aan Thomas van Buerloe, Gerrit Aitsack en Wilhem then Knueff, olderlieden van Sint Thoenissgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Gegeven in dem jair ons herrn duesent vijffhondertt eyn und sestich opten maenendach nae Quasimodo. a. Oorspr. (inv.nr. 790), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 184. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1642.
376
1561, 14 april Jasper Kreynck en Jacob Goltstein, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Thomas van Luchteren en Margreta, zijn vrouw, al hun goederen tot waarborg hebben gesteld voor de jaarrente, vermeld in de akte van 14 april 1561 (reg.nr. 375). Gegeven in dem jair ons herrn duesent vijffhondert eyn und sestich opten maenendach nae Quasimodo. a. Oorspr. (inv.nr. 790), met de geschonden zegels van de oorkonders. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 184. N.B. Doorgehaald.
377
1561, 9 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Catherina, weduwe van Andriess Leiendecker, Johan Presickhoff en joffer Johanna, zijn vrouw, en Ailtken Leiendecker een jaarrente van 10 goudguldens, gaande uit hun huis aan de Kornmarkt, achter uitgaande in de Kaelenstraat, en uit hun schuur en hof in de Kaelenstraat, hebben verkocht aan Thomas van Buerlloe, Gerit Aitsack en Wilhem ten Knuyve, olderlieden van het Grote Sint Anthonissgilde. Gegeven in ’t jaer uns heren duysent viffhondert ein indt seestich opten fridach nae Cantate. a. Oorspr. (inv.nr. 778), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 183.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 107
378
1561, 22 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Wyellem Bentinck en joffer Gertruyt, zijn vrouw, een jaarrente van 5 goudguldens, gaande uit hun huis en hof op het Oldewant, hebben verkocht aan Thomas van Buerlo, Garrit Atsack en Wyellem ten Knuff, olderlieden van het Grote Sint Antonnisgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Geghyeven yn ’t jaer uns heeren dussent vyeffhondert eyen und sestycht upten donderdach na Exaudy. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 184 vso.
379
1561, 23 mei Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat heer Reyner Goltstein, kanunnik en senior van de kollegiale kerk van Sint Walburg binnen Zutphen, een jaarrente van 5 joachimsdalers, gaande uit zijn huis en hof in de Kuepkenstraat, achter met de hof uitgaande op de Fischmarkt, verkocht heeft aan Thomas van Buerlloe, Gerit Aitsack en Wilhelm ten Knuyve, olderlieden van het Grote Sint Anthonisgilde in de Grote Kerk. Gegeven in ’t jair uns heren duysent viffhondert ein ind tsestich opten fridach nae Exaudi. a. Oorspr. (inv.nr. 781); het stadszegel is verloren. b. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 187.
380
1561, 11 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat joffer Johanna, weduwe van Albert van Styender, een jaarrente van 10 goudguldens, gaande uit haar huis en hof in de Waterstraat, achter strekkende aan de stadsmuur, verkocht heeft aan Thomas van Buerlo, Garrit Atsack en Wyellem ten Knuffe, olderlieden, en aan de gildemeesters van het Grote Sint Antoniusgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen en dat Garrit van der Capelle, haar broeder, heeft beloofd, dat haar onmondige dochter Byele deze overdacht van kracht zal houden. Geghyeven in ’t jaer uns heeren dusent vieffhoendert eyen ind sestycht up den doenderdach nae Conceptionis beate Marie virginis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 183 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekeningen over de aflossing en herbelegging in 1564 en 1566.
381
1562, 21 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 45½ goudgulden, gaande uit de stadslanden de tiende kloot van de Varkensweyde, Balverden genaamd, en de tweede kloot van de Brinck, verkocht hebben aan Lambert Louwerman en Andriesje, zijn vrouw, met welk geld de stad vier rentebrieven aan het klooster te Diepenveen bij Deventer heeft afgelost. Gegeven in ’t jaer uns heeren duisent vieffhondert twie ind sestich opten saterdach aevent Petri ad cathedram. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening dat Berent, Rutger, Andries en Lambert Louwerman in 1598 hiervan 25½ goudgulden hebben overgedragen aan Wilhem Veher en Gerlich van Bourloe. In 1621 is de rente overgedragen aan de Sint Anthonis Grote Broederschap.
382
1562, 16 maart Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat mr. Jasper Kreyinck een jaarrente van 2 gulden, gaande uit zijn huis in de Corter Hoeffstraat op de hoek van de Toerffstraat met het brouwhuis aan de Falt en de schuur aan de gemene straat, verkocht heeft aan de olderlieden van Sint Antoennis Grote Gilde binnen Zutphen. Geghyeven in den jaer uns heeren dusen vyeffhoendert end twye en sesticht up den mandach na Judica. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 191.
383
1562, 9 mei Arndt Berck en Steven Bentinck, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Wilhelma Mollers de jaarrente, vermeld in de akten van 6 mei 1542, 4 november 1549 en 13 april 1551 (reg.nrs. 306, 343 en 347), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Thomas van Buerloe, Gerrit Aitsack en Wilhem then Knueff, olderlieden van het Grote Sint Anthoenissgilde in de Grote Kerk.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 108
Gegevenn in dem jair ons herrn duesent vijffhondert twee unnd sestich opten satterssdach nae Herrn Hemmelfartsdach. Oorspr. (inv.nr. 782), met de zegels van de oorkonders. 384
1563, 15 februari Alphart van Till en Cornelius Iseren, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Jacob Aeltgen en Engelbert ther Mollenn, kinderen van wijlen Aelbert ther Mollen en Gertgen, zijn vrouw, de jaarrente, vermeld in de akten van 17 juni 1550 en 3 juli 1556 (reg.nrs. 346 en 366), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Thomas van Burloe, Gerrit Aitsack en Wilhem then Knueff, olderlieden van het Grote Sint Anthoenissgilde in de Grote Kerk. Gegeven in dem jair ons herrn duesent vijffhondert drie und sestich optenn maendach nae Valentini. Oorspr. (inv.nr. 789), met de geschonden zegels van de oorkonders.
385
1563, 23 februari Thomas van Buerloe verklaart een jaarrente van 4 joachimsdalers, gaande uit zijn huis in de Waterstraat, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Antoennisgilde. Geghyeven yn den jaer uns heeren dussent vyeffhuendert drye unde sestycht up suente Matiasavent. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 186. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing en herbelegging in 1566.
386
1564, 14 februari Garryt Barner en Janna, zijn vrouw, verklaren, dat zij een jaarrente van 4 daler, gaande uit hun huis in de Sproenckstraat, met de schuur achter uitgaande in de Bueykerstraat, verkocht hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Antonnisgilde binnen Zutphen. Geghyeven yn ’t jaer uns heeren dussent vieffhuendert unde vyer unde sestycht up den mandach na den soendach Esto mychi. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 186 vso. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1604.
387
1564, 8 juni Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Welmer Berntszoon en Altken, zijn vrouw, een jaarrente van 1½ gulden, gaande uit hun huis aan de Brede straat, verkocht hebben aan Thomas van Buerlo, Garrit Atsack en Harmen Barner, olderlieden van het Sint Antoniusgilde in de Grote Kerk binnen Zutphen. Geghyeven in den jair ons heeren dusent vyeffhoendert unde vyer unde sestycht opten doenderdach octava Sacramenti. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 187 vso.
388
1565, 1 juni Hennrick van der Capellenn en Johan van Vorthuesen Janss., schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan Roeloffzen en Aeltgen, zijn vrouw, de rentebrief van 13 november 1556 (reg.nr. 367), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan Otto Bonngenhoff en Styne, zijn vrouw. Gegevenn in dem jair onss herrnn vijffthienhondert vijff unnd sestich optenn frijdach nae Herrnn Hemmelfartsdach. Oorspr. (inv.nr. 808), met de zegels van de oorkonders.
389
1565, 28 september Jacob Snijder van Essen erkent een jaarrente van 2 gulden, gaande uit zijn huis in de Waterstraat, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Antoniusgilde binnen Zutphen voor een kwart vat hollantsche of fryessche boter, die zij hem jaarlijks als lijfrente zullen geven. Geghyeven in den jaer uns heeren dusent vyeffhuendert vyeff ende sesticht up avent Michgels arganlis. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 189. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1612.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 109
390
[15]65, 23 oktober Mellis van Lennep en juffer Weyme, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 12 stuiver brabants, gaande uit een huis in de Lange Hoeffstraat op de hoek van de Rodentoernstraat, verkocht te hebben aan de olderlieden van Sint Antoennis Grote Gilde binnen Zutphen. Geschyet up den 23 dach october in anno vyeff en sesticht. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 190. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing in 1598.
391
1566, 7 maart Bernt Meyerinck, stadhouder en richter vanwege Johan van Raesfelt toe Hackffoert, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Henrick Falke genaamd Kremer en Sophia, zijn vrouw, een jaarrente van 6 goudguldens, gaande uit de helft van het goed Boesenkem, gelegen in het kerspel Almen in de Huelshueck, verkocht hebben aan Harmen Barner en mr. Gaert Barner, olderlieden van Sint Antoennis Grote Gilde binnen Zutphen. Geschyet inde geghyeven in ’t jaer uns heeren vyeftien hundert sees unde sesticht up duenderdach na Invocavit. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 188. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing.
392
1566, 2 mei Joffer Luemme Putselers, weduwe van Garrit van der Capelle, erkent een jaarrente van 3 guldens, gaande uit haar huis in de Langer Hoffstraat, achter uitgaande in de Beckerstraat, verkocht te hebben aan mr. Gaert Barner en Harmen Barner, olderlieden van Sint Antonnis Grote Gilde binnen Zutphen. Geghyeven unde geschyet yn den jaer ons heeren dusent vyeffhuendert unde sees en sesticht up den doenderdach na meydach. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 189. N.B. Doorgehaald. Met aantekening over de aflossing.
393
[15]66, 25 september Henrick Rutter Henrixzoon en Fenna, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 6 gulden, gaande uit een huis, brouwhuis en schuur, gelegen in de Boeykerstraat langs de steeg, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antoennis Grote Gilde binnen Zutphen. Geschyet up den 25.dach september in ’t jaer sees en sesticht. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 190 vso.
394
[15]67, 6 april Evert ten Haffick en Johanna, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 1½ gulden, gaande uit hun hof in de Koelsteeg, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Antoennis Grote Gilde binnen Zutphen. Geschyet wesende up dye octave van Paschen in anno soeven en sesticht. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 190 vso.
395
1567, 1 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Marcus van Olst, glazenmaker, en Lucia, zijn vrouw, een jaarrente van 6 goudguldens, gaande uit hun huis in de Langer Hoffstraat, verkocht hebben aan Geert Barner en Hermen Barner, olderlieden van Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen. Gegeven in den jahre uns hern viefthienhondert soeven und sestich up den dingstdach nae Petri en Pauli apostolorum. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen in inv.nr. 1, fol. 196. N.B. In margine: “van sees daller uuth Lambert Vatebenders huus.”
396
[15]68, 15 september Derrick Symenss. en Hilleken, zijn vrouw, erkennen een jaarrente van 6 gulden, gaande uit hun huis, brouwhuis en schuur, gelegen in de Kuepkensstraat, achter met het brouwhuis en de schuur strekkende in de Beckerstraat, en uit hun hof in het Poelssbroick, achter strekkende
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 110
aan de Rouwendieck, verkocht te hebben aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoniss Grote Gilde binnen Zutphen. Geschiet wesende up den viefthienden dach september in ’t jaer van acht en sestich. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen van Zutphen, openbaar notaris, inv.nr. 1, fol. 194. 397
1568, 3 november Cracht Klock in den Spaenswert oorkondt, dat hij Wyllem Myddeldarp als een olderman van Sint Antonysgilde binnen Zutphen heeft beleend met het goed Eylinck, gelegen in het kerspel Hall in de buurschap Erdbeck. Upten darden dach nofember anno duesen fijffhondert LXVIII. Oorspr. (inv.nr. 745), met het zegel van de oorkonder.
398
1570, 20 mei Richter en schepenen van Zutphenn oorkonden, dat Johann Smeynck en zijn vrouw, Fie Smeynck, weduwe van Derick Mocking, Lisskenn Horsting, weduwe van Gerridt Smeynck, Derick Smeynck en Johann, zijn onmondige broeder, Lutgerdt en Berndt Smeynck, Henderich Smeynck en Thomas, zijn vrouw, Derick Buysscher en Anna, zijn vrouw, Carll van denn Wall en Mechteldt, zijn vrouw, Johann ther Bredeen Heyle, zijn vrouw, en Gerridt vann Eyll en Truede, zijn vrouw, een huis en hof op de Nyestadt in de Luickerstraat hebben overgedragen aan Hinderich Ruither Gerritsenn, raadsvriend van Zutphen, en juffer Gertruidt van der Heell, zijn vrouw. Geghevenn inn denn jaere unsess herenn duizenth viffhunderth undd soeventich optenn saterssdach nhae denn hillighen Pynxterdach. Oorspr. (inv.nr. 831), met het zwaar geschonden zegel en contrazegel van de stad.
399
1571, 15 januari Henrick Ruyter Gerridtszoon en Henrick van Till, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan Tenckinck de jaarrente van 5 molder, vermeld in de akte van 23 juli 1518 (reg.nr. 251), waardoor deze akte is gestoken, volgens overeenkomst verminderd tot 3 molder, heeft overgedragen aan Johan Buecker en Gertken, zijn vrouw. Gegeven in den jaer uns hern duesent viefhondert ein und soeventich up den maendach nae Pontiani. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen in inv.nr. 1, fol. 198. N.B. Vergelijk ook reg.nr. 401.
400
1572, 30 juni Gairdt Barner, Harmen Barner en Wilhem Middeldorp, olderlieden van Sint Anthonis Grote Gilde in de collegiale kerk van Sint Walburg binnen Zutphen, en Gairdt en Harmen Barner voornoemd als geërfden in Veluwen en Veluwensoem, verklaren, dat zij een lijfrente van 50 goudgulden, gaande uit het goed Alderdinck, gelegen in het kerspel Warnsfelde in de buurschap Waricken, en uit het goed Floeinck in het kerspel Brummen in de buurschap Loeven, hebben verkocht aan Garrit Zelle en beloven na het overlijden van Garrit Zelle iedere zondag voor de kerkdeur 8 preuvingen te zullen geven. Gegheven in ’t jaer ons heren vijfftiinhondert twee und soeventich den lesten dach junii. Afschrift in inv.nr. 1, fol. 207.
401
1573, 28 september Willem Veher en Garryt van Suchtelen, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Johan Tenckinck een jaarrente van 1 molder rogge, gaande uit het kerkeland te Vorden, hem nog resterende van de jaarrente, gevestigd 23 juli 1518 (reg.nr. 251), waarvan Johan Buecker nog 2 molder heeft (vergelijk reg.nr. 399), heeft verkocht aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthoenis Grote Gilde in de kerk van Sint Walburg. Gegheven den xxviiien septembris anno XVc drye ende tsoeventich. a. Oorspr. (inv.nr. 809), met het zegel van de eerste oorkonder en een fragment van dat van de tweede. b. Afschrift door Welmarus Schulthen, notaris, in inv.nr. 1, fol. 199.
402
1574, 31 mei De geërfden van de Warckenscher Mark, gelegen in het kerspel Warnsfelde, verklaren, dat zij overdragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde binnen
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 111
Zutphen een hofstede, gelegen tegenover het goed Allerdinck naast de Warckenschen boom, zoals die ontgonnen is met toestemming van de geërfden door wijlen Gijsbert Pongen, met het recht van gebruik door diens weduwe tot hertrouwen, overlijden of tot het afbranden van het huis toe en met het recht van haar erfgenamen dit huis af te breken. Actum binnen Zutphen opten lesten dach may 1574. Oorspr. op papier (inv.nr. 698), met de handtekeningen of merken van H.B. Antinck, Johan Bueker, Henrick ther Hegge, Arnt van Munster, Jan ten Loos, Willem Kieminck, Henrick to Graffel, Gaert Barner en Willem Middeldorp. 403
1575, 12 februari Johan Fredericx, stadhouder en richter vanwege Coenraet van Westerholt, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat heer Johan Schetter, proost, en heer Peter van der Vecht, deken van de collegiale kerk van Sint Walburg binnen Zutphen, en hun mede-kapittelheren een jaarrente van 6 enkele zilveren daalders, gaande uit het kapittelsgoed Valcke, gelegen in het kerspel Wernsfelde in de buurschap Eefde, hebben verkocht aan de olderlieden van het gilde van Sint Groten Anthonis en dat hun pachter deze jaarrente eerst zal betalen en op de pacht zal korten alvorens hen de pacht te betalen. Gegeven in ’t jaer ons heeren duyssent vijffhondert vijff ende tseventich den twaelffden februarii. a. Oorspr. (inv.nr. 812), met het zegel van de oorkonder. b. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen von Zutphen, openbaar notaris, in inv.nr. 1, fol. 200.
404
1575, 26 mei Johan Frerix, stadhouder en richter vanwege Coenraedt van Westerholt, scholt van Zutphen binnen en buiten, oorkondt, dat Willem Keminck een jaarrente van 6 goudguldens, gaande uit het goed Keminck, gelegen in het kerspel Warnsfeldt in de buurschap Warcken, verkocht heeft aan de olderlieden van Sint Anthoniss Grote Gilde in de collegiale kerk van Sint Walburg binnen Zutphen en dat, aangezien het goed Keminck hofhorig is, Gerrit Starrick en Engele, zijn vrouw, het goed Starinck, gelegen in Warcken, hiervoor tot waarborg hebben gesteld. Gegeven in ’t jair unsers hern vieftienhondert vief end soeventich den sess en twintigsten may. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen in inv.nr. 1, fol. 201.
405
1575, 27 oktober Arndt Wolters en zijn kinderen Gerrit en Johan Arndtsz., Luyken Jacobs en Lysken, zijn vrouw, Jorrien Janssen en Gertken, zijn vrouw, verklaren een stuk hooiland, de Bentinckmate genaamd, gelegen in het ambt Brummen in het kerspel Halle in de Eerdtbeckermeden, overgedragen te hebben aan Gaedert Barner en Willem Middeldorp, raadsvrienden van Zutphen, en Gerrit Zelle, olderlieden, en Berndt Haeck en Henrick van Cranenborch, gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgen kerk binnen Zutphen. Gegeven indt jaer ons hern dusent vijffhundert vijff en tsoventich den soven en twintichsten dach des maentz octobris. a. Oorspr. (inv.nr. 747), met de zegels van Arndt Wolters, Berndt Voet en Willem Lentinck. b. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen, openbaar notaris, in inv.nr. 1, fol. 203 vso.
406
1575, 24 november Godtschalck Hubertz en Evertken, zijn vrouw, erkennen een stuk land, gelegen in het ambt Brummen in de buurschap Halle, grenzende aan het Emperbroick, overgedragen te hebben aan Gaedert Barner en Willem Middeldorp, raadsvrienden van Zutphen, en Gerridt Zelle, olderlieden van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgen kerk binnen Zutphen. Gegeven in ’t jaer ons heren dusent viffhondert ende vijff en tsueventich den vier ende twintichsten dach novembris. a. Oorspr. (inv.nr. 748), met de zegels van Aerndt Wolters, Berndt Voet en Willem Lentinck. b. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen, openbaar notaris en gezworen schrijver, in inv.nr. 1, fol. 204 vso.
407
1576, 20 december Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat zij door toedoen en met goeddunken van de gemeenslieden een jaarrente van 24 daalders, gaande uit de stadswijn- en bieraccijnsen
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 112
en andere renten en inkomsten, verkocht hebben aan Goedert Barner, Willhem Weiddeldarp (sic) en Gerrit T. Selle, burgemeesters en raden van Zutphen, olderlieden van Sint Anthonis Grote Gilde in Sint Walburgenkerk. Gegeven den twintigsten decembris 1576. Afschrift in inv.nr. 766. N.B. Met aantekening dat het geld in het jaar 1572 en 1576 was opgenomen, in het eerste jaar voor de bouw van de sluis aan het Oertken. 408
1579, 21 juli Philips van Rossbach, ridder van Sint Johans Orde, commandeur van Arnehm en Nimmegen, oorkondt, dat hij aan de olderlieden en gildemeesters van het Grote Sint Anthonisgilde binnen Zutphen in Sint Walburgenkerk, het land dat Holtt genaamd, gelegen in het kerspel Brummen in de buurschap Loeven, heeft verpacht voor 6 stuiver brabants, te betalen aan de pastoor of in de pastorie van Spanckeren. Gegeven in den jaire unses hern duesent viefhondert niegen en tsoeventich den ein und twintichsten des mantz julii. Notarieel afschrift door Welmarus Schulthen, openbaar notaris, in inv.nr. 1, fol. 202 vso.
409
1581, 8 juli Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat Henrick Craeneborch en Aeltgenn, zijn vrouw, een jaarrente van 8 dalers, zoals zij deze hebben uit een huis buiten de Marspoort, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van Sint Anthonis Grote Gilde. Gegevenn denn viiien dach julii XVc eenn und tachtentich. Oorspr. (inv.no. 785); het stadszegel is verloren.
410
1581, 31 juli Bartoldt van Gendt, raad van het vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, stadhouder van de lenen, oorkondt, dat hij Berndt Mocking na dode van zijn vader Berndt Mocking beleend heeft met het goed Banninck, gelegen in het kerspel Hengell in de buurschap Noerdtwijck. Gegeven den lesten julii in ’t jaer ons heren duisent vijffhondert een ende tachtentich. Oorspr. (inv.nr. 655), met het geschonden grootzegel en contrazegel van Gelderland in rode was.
411
1582, 12 februari Richter en schepenen van Zutphen oorkonden, dat joffer Catharina Barners, weduwe van Jasper Cloeck, en haar onmondige kinderen een jaarrente van 3 guldens, gaande uit haar huis in de Lange Hoeffstraat achter uitkomende in de Roedenntornnstraat, verkocht heeft aan Catarina Beyers, dochter van wijlen Henrick Beyers. Gegevenn denn xii febr. XVc LXXXII. Oorspr. (inv.nr. 784), met het geschonden zegel en contrazegel van de stad. N.B. Met onderstaande aantekening over door haar vader Harmen Barner opgenomen geld. Hierdoor is gestoken de akte van 27 november 1582 (reg.nr. 412).
412
1582, 27 november Garryt Zelle en Lambert Louwerman, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Andries Barmentlo, kuiper, mr. Berndt van Vorden, rector, en Henrick Barmentlo als bloedverwanten van wijlen Henrick Barmentlo Berndtss. en mede voor Henrick Beyer of zijn kinderen ingevolge het testament van Catarina Beyer, moeder van de Bornhoeff, waarbij deze een preuving in het Sint Antonis Grote Gilde heeft gesticht, een schuldbekentenis van 61½ daler en een rentebrief van 12 februari 1582 (reg.nr. 411), waardoor deze akte is gestoken, hebben overgedragen aan de olderlieden en gildemeesters van genoemd gilde. Gegevenn denn xxvii novembris XVc LXXXII. Oorspr. (inv.nr. 784), met de zegels van de oorkonders.
413
1586, 10 mei Herman ten Holt, stadhouder en richter vanwege Coenraet van Westerholt, scholt van Zutphen, oorkondt, dat Willem Middeldarp, raadsvriend van Zutphen, en Egbert Wuestinck, olderlieden van het Grote Sint Anthonis Gilde in de collegiale kerk van Sint Walburg binnen Zutphen, - de plaats van de derde olderman is wegens het overlijden van Gaert Barner vacant - een jaarrente van 6 zilveren daalders, gaande uit het goed Alderinck, gelegen in het kerspel
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 113
Warnsfelde in de buurschap Warcken, hebben verkocht aan Johan Thiesselinck, vanwege de koning hopman en landdrost van Zutphen, scholt van Lochem en joffer Johanna, zijn vrouw. Gegeven in ’t jaer ons heren duysent vijffhondert ses ende tachtentich den thienden dach may. Oorspr. (inv.nr. 699), met het geschonden zegel van de oorkonder. N.B. In dorso aantekening over de aflossing in 1614. 414
1593, 7 februari Wilhelm Buecker, in de plaats van Jacobus Schimmelpenninck, en Jacob van Wynsshem, schepenen van Zutphen, oorkonden, dat Styene, weduwe van meester Bernt van Loberich, als medeërfgenaam van Elsken Schenck, weduwe van Johan Ruiter, de jaarrente, vermeld in de akte van 24 december 1548 (reg.nr. 339), waardoor deze akte is gestoken, heeft overgedragen aan Aernt van den Wall en Wilhem Buecker als opzieners, en Wilhem Janss. als rentmeester van het Sint Antonis Grote Gilde ingevolge het testament van Elsken voornoemd, waarbij deze een preuving in het gilde, 50 daalders aan het Weeshuis en 25 daalders aan de armen in het Broeck had gegeven. Gegeven toe Zutphen den soevenden februarii anno domini duisent vijffhondert drie unde tnegentich stylo veteri. Oorspr. (inv.nr. 793), met de zegels van de oorkonders, waarvan het eerste geschonden.
415
1594, 8 november Henrick Kloek in den Spansenwerdtt oorkondt, dat hij Willem Bueker, raadsvriend van Zutphen, ten behoeve van het Sint Anthonis Grote Gilde binnen Zutphen heeft beleend met het goed Yllinck, gelegen in het kerspel Haelle in de buurschap Erdtbeke. Geschiet tho Zutphen in die raidtkammer onder mijn signatur unde ziegell den achten novembris 1594 stylo veteri. Oorspr. (inv.nr. 745), met het zegel van de oorkonder.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
pag. 114
INDEX De volgorde in deze index is alfabetisch volgens de uitspraak, waarbij de open klinkers zijn gealfabetiseerd als dubbele klinker, dus de open a als aa, de open i als ie, de o als oo, enz. Voor de namen in de regestenlijst is de uitspraak gekozen die gebruikt werd voordat diphtongering plaats vond, dus ij als ie en ui als uu. Varianten in de schrijfwijze zijn tussen haakjes achter het trefwoord vermeld. De vrouwen zijn steeds opgenomen onder de naam van hun man. Daar, waar hun geslachtsnaam bekend was zijn zij tevens geplaatst op die naam. Een sterretje bij een cijfer duidt aan, dat het zegel van de betrokken persoon of instelling zich aan het stuk bevindt. A. Aalderink (Alardinck, Alderinck, Alerdinck, Allerdinck, Elerdinck), goed onder Warken Inv. 683-707, 711, 714-718; Reg. 3, 16-17, 40, 44, 224, 289, 350, 400, 402, 413. - (tienden uit het goed) Inv. 688, 715-717; Reg. 125. Aalderinkkamp (Aelerdinckkamp) (de) onder Warken Inv. 692; Reg. 235. Aalderink (Alerdink) Nyemaat Inv. 689; Reg. 158. Alit, dochter van Lubbe Reg. 236. Aelvinckhof, goed in het kerspel Eibergen Reg. 352. Aembe (Dirk Palic van), schepen van Gendt Reg. 8*. Apeldoorn (Aepeldorne, Apeldoirn, Apeltarn) (rijksweg van) naar Zutphen Inv. 758. - (spoorlijn van) naar Dieren Inv. 753. - (Andrea Kreynck, vrouw van Peter van) Reg. 239. - (Maria van Essen, vrouw van Reinier van) Reg. 144. - (Peter van), schepen van Zutphen Reg. 229*, 239. - (Reynt van) Reg. 144. Aetsack (Aitsack, Atsack, Atsackt) (Gerrit) olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 44, 45, 63, 70, 73. - (Gerrit), schepen van Zutphen, olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 313, 319-320, 322, 342, 353, 360, 370-372, 374-375, 377-380, 383-384, 387. - (Catherina), vrouw van Andries Leiendecker Reg. 377. - (Lubbe, vrouw van Gerrit) Reg. 44, 63. Averdijckinckstukje (het) onder Warken Inv. 701. Averenck (Avereynck) (Beernt) Reg. 61. - (Gelys) Reg. 25. - (Henrick van), richter van Hengelo Reg. 61, 71. - (Jutte, vrouw van Gelys) Reg. 25. - (Reyner) Reg. 25. Avereyncker Brinck (de) onder Hengelo Reg. 61, 109. Averkamp (Neze, vrouw van Wyer te) Reg. 60. - (Wyer te) Reg. 18, 60. Aeffze (het geslacht ter) Reg. 220. Abbing (W.) Inv. 729. Abbinck (het goed) in het kerspel Zelhem Reg. 293. - (Mechteld), vrouw van Wennemer Staerinck Reg. 293. Addinck (Addynck) (het goed) in de buurschap Mossel Reg. 207.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Hendrik) Inv. 686; Reg. 92-93. - (Mechteld, vrouw van Hendrik) Inv. 686; Reg. 92. - (Willem) Reg. 207-208, 219. Addinckmaetken (het) in de buurschap Warken Reg. 158. Addinxweide (de) in de buurschap Mossel Reg. 207. Achtevelt (Ludolph van), stadhouder van de scholt van Zutphen Reg. 286. Almen (goederen in het kerspel) Reg. 174, 391, - (weg van Vorden naar) Inv. 721. Alrekamp (Andries te) Reg. 251. Ansem Ansemsen Reg. 8. Antinck (H.B.), geërfde van de Warckense mark Reg. 402. Appen (goederen in de buurschap) Reg. 155. Appense (Appelse) heide Reg. 273. Arkel (jonkvrouwe Willem van), vrouw van Andries Iseren Reg. 54. Arler (Anna van), Reg. 359. Arnhem (Aernhem, Arnehm) commandeur van Sint Jan te) Reg. 408. - en Veluwezoom (richter van) Reg. 6*, 36, 55, 58, 74, 241*, 255, 335. Arndt Wolters Reg. 405*-406*. Arssen (heer Karel van), rentmeester van de elf vicarissen in de Sint Walburgskerk te Zutphen Reg. 324. Ass (Aerndt upten) Reg. 336. - (Henrica, vrouw van Arndt upten) Reg. 336. Asse (Evert), schepen van Zutphen Reg. 57, 65. - (Henrick), schepen van Zutphen Reg. 88, 96. Assynck (Engelbert) Reg. 153. - (Johanna Engelberts) Reg. 230. - (Mechteld, vrouw van Engelbert) Reg. 153. B. Baegemaecker (Kunne, vrouw van Teunis) Reg. 358. - (Teunis) Reg. 358. Bayen (Margaretha van), vrouw van Joost Schomaker Inv. 817. - (Herman) Reg. 90. - (Herman) Reg. 326. - (Lubbe, moeder van Herman) Reg. 90. Baak (Baeck, Baeke, Bake) (goederen onder) Inv. 679-682. .- (Arnt), schepen van Zutphen Reg. 319-320. - (Geertruyt, vrouw van Willem bastaard van) Reg. 13. - (Henrick Geerdeszoon van) Reg. 4.
pag. 115
- (Henrick) Reg. 8. - (Margriet van), vrouw van Henrick Kreynck Reg. 98. - (Willem bastaard van) Reg. 10, 13. Bakerweerd (de) Inv. 681, 682a; Reg. 299. Baerhorst (Barlehorst) (het goed) te Dochteren Inv. 804-805; Reg. 91, 112-113. Baltinck (Goessen) Reg. 296. - (Mechteld van Goch, vrouw van Goessen) Reg. 296. Bannink (Bannynck) (het goed Groot) in het kerspel Hengelo Inv. 655-660, 667, 675; Reg. 316, 410. - (het goed Klein) in het kerspel Hengelo Inv. 668670, 675. Barby (Magdalena gravin van), kosteres van het Stift Vreden Reg. 352. Barlehorst, zie: Baerhorst. Barmentlo (Andries), kuiper Reg. 412. - (Henrick Berndtsz.) Reg. 412. - (Henrick) Reg. 412. Barmentlosche weide (de) onder Voorst Inv. 758. Barner (Berner) (Gerrit), schepen van Zutphen Reg. 280*. - (Gerrit) Reg. 386. - (Gairt), schepen van Zutphen Reg. 191. - (mr. Gaert), schepen van Zutphen, olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 391-392, 395, 400, 402, 405-407, 413. - (Herman), schepen van Zutphen, beheerder van het Spittaal te Zutphen Reg. 41, 50-51, 64. - (Harmen), kerkmeester van de Sint Walburgskerk Reg. 308. - (Harmen), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 387, 391-392, 395, 400, 411. - (Jan), schepen van Zutphen Reg. 259. - (Johanna van Holthuesen, vrouw van Gerrit) Reg. 386. - (Catharina), vrouw van Jasper Cloeck Reg. 411. Bartscherer (Swene) Reg. 299. Beekveld (Bekefelt, Beckfelt) (goederen in de buurschap) Inv. 645-654; Reg. 102, 117, 178, 314. Beele (het landgoed de) onder Voorst Inv. 757. Bheeler allée onder Voorst Inv. 758. Beernt Eernst Reg. 110. - (Styne, vrouw van) Reg. 110. Beers (Johannes), notaris Reg. 47. Beyer (Griete, vrouw van Henrick) Reg. 294. - (Henrick) Reg. 258, 294, 411. - (Henrick) Reg. 412. - (Harman), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 51a; Reg. 326, 343, 347. - (Hensken, vrouw van 1) Wolter Arnts, 2) Henrick) Reg. 258. - (Catharina), moeder van het Bornhof te Zutphen Inv. 784; Reg. 411-412. - (Lysken, vrouw van Harman) Reg. 343, 347. Beins (Gesinus), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 334-342. Beitelkamp (de) onder Warken Inv. 710. Beltrum (Belte) (goederen in de buurschap) Reg. 352. Benzeler (Henrick) Reg. 80. - (Mechteld, vrouw van Henrick) Reg. 80.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Benthem (Johan van), gildemeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 47, 73. Bentinck (Geertruid de Groeff van Erckelens, vrouw van Willem) Reg. 378. - (Steven), schepen van Zutphen Reg. 383*. - (Willem) Reg. 378. Bentinckmaat (de) onder Eerbeek Inv. 747; Reg. 405. Berck (Barryck) (Arnt), schepen van Zutphen Reg. 374, 383*. - (Gese, vrouw van Johan van) Reg. 11. - (Johan van) Reg. 11. Berner, zie: Barner. Besselynck (het goed) in het kerspel Almen Reg. 174. - (Bernt) Reg. 251. - (Johan) Reg. 315, 349, 372. - (Cunera ten Kalffsler, vrouw van Johan) Reg. 349, 372. Bettinck (Aaltje), vrouw van Henrick Cranenborg Reg. 409. Byvanck (het land de) in de buurschap Warken Inv. 692; Reg. 235. Byll (Bil) (Alijt, vrouw van Beernt) Reg. 80, 120. - (Beernt) Reg. 80, 120. - (Beerntje) Reg. 120. Bishorst (Byshorst, Bischorst) (het goed) in de buurschap Leesten Reg. 129. - (Aleid, vrouw van 1) Alphert to 2) Johan van Harderwick Reg. 295, 302. - (Alphert to) Reg. 295, 302. - (Johan toe) Reg. 295, 302. - (Otto toe) Reg. 295, 302. - (Werner ter) Reg. 129. Bisschop (Claes) Reg. 72. Bitter (Rodolphus), deken van Sint Walburg Reg. 47. Blanckenburch (het huis de) aan de Saltmarkt Reg. 82. Blankeveen (het goed) onder Vorden Inv. 726. Blyden (Gerrit) Reg. 12. Blomendaill (Gertken, vrouw van Lambart ten) Reg. 306. - (Lambart ten) Reg. 306. Boelkens (heer Asse), vicaris in de Sint Walburgskerk Reg. 20-21. Boesekem (het goed) in het kerspel Almen Reg. 391. Boetbergen (Hermannus), kanunnik van Sint Walburg te Zutphen Reg. 47. Bocholt (Boekholt) (richter van) Reg. 310. Bockhorst (Geertruid, vrouw van Wolter to) Reg. 242. - (Wolter to) Reg. 242. - zie ook Buckhorst. Bolte (Hermannus) Reg. 1-2. Bongart (Bongert) (Hadewich ten) Reg. 32, 87. - (Willem) Reg. 339*. Bongenhoff (Gertken, vrouw van Johan) Reg. 367. - (Johan) Reg. 367. - (Otto) Inv. 808; Reg. 388. - (Styne Slotemaker, vrouw van Otto) Reg. 388. Bongerdskamp (de) onder Voorst Inv. 758. Bongersweide (de) onder Voorst Inv. 758. Bontwercker (Fye Pansen, vrouw van Gerrit) Reg. 115. - (Gerrit) Reg. 115.
pag. 116
Boeze (Henrick die) Reg. 68. - (Johan die), scholt van Zutphen Reg. 67. - (Steven die), scholt van Zutphen Reg. 40*, 54*, 62. Botyker (Gertken, vrouw van Johan) Reg. 373. - (Johan) Reg. 373. Boeven (heer Johan) kanunnik Reg. 108. Borculo (Borckelloe), zie: Bronckhorst. Brake (het goed de Lange) onder Hengelo Inv. 659. Bramel (goederen in de buurschap) Inv. 687; Reg. 48. Bramelle (Andries van), stadhouder van het scholtambt Zutphen Reg. 235*. Braemelremaat (Brummelermaat) (de) onder Warken en Bramel Inv. 687, 714; Reg. 48, 104. Braamheuvel (Braemhuefel) (de) onder Warken Inv. 695; Reg. 289. Brandenborch (Adam van) Reg. 353. - (Jenneken, vrouw van Peter van) Reg. 353. - (Claes) Reg. 353. - (Peter van) Reg. 353. Brantzhofstede (de) in het kerspel Hengelo Reg. 284. Brede (Heyle, vrouw van Johan ther) Reg. 398. - (Johan ther) Reg. 398. Bredenoirt (Wyse) Reg. 114. Breckevelt (Katharina Kreinck, vrouw van Lucas) Reg. 300. - (Lucas) Reg. 300. Brinck (Peter then) Reg. 268, 353. Brynckmaet (de) in de buurschap Beekveld Reg. 102. Broekeskamp (de) in de buurschap Mossel Reg. 207. Broekhuizen (Broeckhuizen, Broickhuisen, Bruickhuisen) (Gerrit van), burgemeester van Zutphen Reg. 189, 204, 228, 280. - (Niese van Ruerlo, vrouw van Gerrit van) Reg. 280. Broickmaet (de) in het kerspel Hengelo Reg. 211. Broekslag, zie: Harmelynck. Bronckhorst (Bronchorst) (graaf van) Inv. 739; Reg. 327. - (heer van) Reg. 125. - (Gerrit van), bastaard, schout van Zutphen Reg. 16*. - (Henrica van) Reg. 292. - (Joost graaf van), heer van Borculo Reg. 327*. - (heer Willem van) Reg. 6. Bronckhorster hoevell (de) in het kerspel Steenderen Reg. 357. Broickinck (heer Reyner) vicaris in de Sint Walburgskerk Reg. 306, 343. Broyll (Engele, vrouw van Henrick ten) Reg. 109. - (Henrick ten) Reg. 109. - Reyntkenszoon (Johan ten) Reg. 61. Bruggen (Alijt, vrouw van Henrick ter) Reg. 32. - (Henrick ter) Reg. 32. - (Kunne ter) Reg. 33. Bruggestukje (het) onder Warken Inv. 713. Bruggink (Maria Sluiters, vrouw van Willem) Inv. 601. - (Willem) Inv. 601. - (Wilhelma) Reg. 211. Brummelermaat (de), zie: Bramelremaat. Brummen (goederen in het ambt) Reg. 55, 336-337, 341, 405-406.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (goederen in het kerspel) Reg. 236, 255, 400, 408. Bruynynck (de) onder Warken Reg. 229. Bruininckweert (de) onder Warken Inv. 710. Bruenremaet (de) in de buurschap Beekveld Reg. 102. Bruenricksdam (de) in het kerspel Hengelo Reg. 109. Bruenrynxhanck (de) onder Hengelo Reg. 61. Bruens (Bruyns) (Herman) Reg. 95, 121. - (Lyse, vrouw van Herman) Reg. 95, 121. Budde (Gerrit) Reg. 43. - (Wobbe, vrouw van Gerrit) Reg. 43. Buck (Hadewich, vrouw van Johan) Reg. 79. - (Johan) Reg. 79. Buckhorst (het goed) in het kerspel Vorden Reg. 242. - zie ook: Boekhorst. Bungener (Fenne, vrouw van Jacob) Reg. 67. - (Jacob) Reg. 67. Bunckinck (Derica, vrouw van Gerrit) Reg. 346. - (Gerrit) Reg. 346. Burlsche Stuk (het goed de) in het kerspel Vorden Reg. 277. Bushoff (Aleida) Reg. 317. - (Henrick) Reg. 317. - (Herman) Reg. 317. Bussche (Henrick van den) Reg. 216. - (Niese, vrouw van Henrick van den) Reg. 216. Buedelmaeker (Geertruit, vrouw van Willem) Reg. 103. - (Willem) Reg. 103. Buyck (Hille, vrouw van Wijnant) Reg. 16. - (Wijnant) Reg. 16*. Buecker (Geertruida ter Stege van Suchtelen, vrouw van Johan) Reg. 399. - (Johan) Reg. 399, 401-402. - (Willem), schepen van Zutphen, olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 414*415. Bunynck (Bueningh, Buenynck, Buynynck, Bunynges) (Gerrit) Reg. 13. - (Gerrit) Reg. 79. - (Gerrit) Reg. 203, 209. - (Griete, vrouw van Herman) Reg. 202. - (Herman) Reg. 165, 202. - (Mente, vrouw van Gerrit) Reg. 203. - (Zwene, vrouw van Gerrit) Reg. 79. Buren (Sander van) Inv. 842; Reg. 8. Buerinck (Henrick) Reg. 219. Buerloe (Boerle, Bourloe, Buerll, Buirlo, Burlloe) (heer Anthonis van), vicaris van de Sint Walburgskerk Reg. 138. - (Alijt, vrouw van Werner ten) Reg. 97. - (Gerlich van) Reg. 381. - (Gerrit van), schepen van Zutphen Reg. 191. - (Conrait van) Reg. 136. - (Thomas van), schepen van Zutphen, olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 302, 313, 342-343*, 353-354, 360, 370371, 374-375, 377-380, 383-385, 387. - (Werner ten) Reg. 97. Buser (N.) Reg. 227. Buysscher (Anna Smeinck, vrouw van Dirk) Reg. 398. - (Dirk) Reg. 398. Bueskens (Lambert) Reg. 200.
pag. 117
- (Mente, vrouw van Lambert) Reg. 200. C. zie K. D. Deventer Reg. 381. - (schepenen van) Reg. 78. - (Henrick van), procurator van het predikherenklooster te Zutphen) Reg. 288. Delden (goederen in de buurschap) Reg. 216, 251, 277. Diepenbrynck Warnersz. (Herman) Reg. 133. Diepenveen (het klooster te) Reg. 381. Dieren (spoorlijn Apeldoorn-) Inv. 753. Dick, zie: Ebbink van Dick. Dirk (Derick) Egbertszoon Reg. 69. - (Hermanna, vrouw van Dirk Egbertszoon) Reg. 69. - Ottenzoon, zie: Obelle. - (Symonsz.) Reg. 396. - (Hilleken, vrouw van) Reg. 396. Doebbert Andrieszoon Reg. 34. Dotinckhem (Anna van), vrouw van Dirk van Goch Reg. 315. Dochteren (Duchteren) (goederen onder) Inv. 804805; Reg. 112-113. Dolen (Johan) Reg. 86. Domeinen (’s rijks) Inv. 714. Dorsten (Johan van) Reg. 173. - (Jutte, vrouw van Johan van) Reg. 173. Dryenen (Dirk van) Reg. 30-31. - (Lutgard, vrouw van Dirk van) Reg. 30. Dringerburgerdijk (de) onder Hengelo Inv. 666. Dubbelzoon (Dubbels) (Henrick) Reg. 276, 285. - (Margreta, vrouw van Henrick) Reg. 276, 285. Duitsland (Roomskoning van) Reg. 162. - (Karel V, keizer van) Reg. 316. Duensbarch (Doensberch) (Bernt) Reg. 374. - (Lambrech Wetinck, vrouw van Bernt) Reg. 377. - (Willem) Reg. 274. Duensbarchzslag (het) in het kerspel Zelhem Reg. 374. E. Ebbynck (Bartruyt, vrouw van Evert) Reg. 82. - (Dirk) Reg. 82. - (Evert ) Reg. 82. - (Lubbert) Reg. 82. Ebbink van Dick (Gerrit), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 279-310. Edincwert (Beernt tot) Reg. 6. Eefde (Eeffde, Evede) (goederen onder) Inv. 714, 810, 812; Reg. 134, 260, 357, 403. Egheninck (Werner) Reg. 6. Elardinck (Elerdinck), zie: Aalderink. Emerengh (land op de) Reg. 9. Eerbeek (Eerdtbeeck, Erdbeck, Ertbecke) (goederen in de buurschap) Inv. 735-755; Reg. 25, 241, 327, 345, 356, 397, 415. Eerdtbeckermeden (land in de) Reg. 405. Eschede (Eesschede, Eysschede) (goederen in de buurschap) Reg. 67, 163, 173. Eesynck (het goed) in de buurschap Vierakker Reg. 106. Eibergen (goederen in het kerspel) Reg. 352.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Eygerhoiff (het land het) in het kerspel Voorst Reg. 273. Eyll (Gerrit van) Reg. 398. - (Trude van Karpen, vrouw van Gerrit van) Reg. 398. Eylinck, zie: Illink. Elberich Reg. 321. Elger (Ermgard in de Krauwel, vrouw van Wolter) Reg. 321. - (Johan) Reg. 321. - (Wendele) Reg. 321. - (Wendele Kosters, vrouw van Wolter van Haevell genaamd) Reg. 293, 321. - (Wolter van Haevell genaamd) Reg. 293, 321. Elzenbroek (het) onder Warnsveld Inv. 637. Elten (Wal) Reg. 12. Eltenshofstede (Derick van) in het kerspel Voorst Reg. 330. Empe (Emp, Emppe) (goed in de buurschap) Reg. 74, 335. Emperbroick Reg. 406. Engelberts, zie: Assynck. Engele reg. 25. Enserinck (Albert) Reg. 277. - (Arnt) Reg. 207, 277. - (Gertken, vrouw van Jacob) Reg. 274. - (Jacob) Reg. 274. - (Johan) Reg. 102. - (Marryke, vrouw van Arnt) Reg. 277. - (Willem, vrouw van Johan) Reg. 102. - genaamd Vruyssinck (Arnt) Reg. 162. Enserinckskloot (de) onder Hengelo Inv. 802, Reg. 274. Ensynck (het goed) in de buurschap Eefde Reg. 260. Ernestus Bernardi, gildemeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 47. Eskinck (Bernarda), vrouw van Henrick Lebbinck Reg. 232, 234. - (Gerrit) Reg. 234. Essen (Margaretha van), vrouw van Jacob van Hackfort Reg. 127. - (Maria van), vrouw van Reinier van Apeldoorn Reg. 144. - (Mette van) Reg. 38. - (Henrick van) Reg. 27, 38. - zie: Snijder. F. zie V. G. Gaikhorst (Gaesekeshorst) (het goed de) onder Wichmond Reg. 51. Gaardeken (het Korte) onder Warken Inv. 713. Gelichem (Catharina gravin van), abdis van Vreden Reg. 352. Geert de koster Reg. 5. Geesinck (Gesynck) (het goed) in de buurschap Warken Reg. 92, 235. Geysteren (Griete, vrouw van Johan van) Reg. 82. - (Hille, vrouw van Hubert van) Reg. 82. - (Hubert van) Reg. 82. - (Johan van) Reg. 82. Gelder (J. van) landmeter Inv. 625. Gelderland (Gelre) (hertog van) Reg. 71, 75, 109, 160, 162, 211, 232, 292.
pag. 118
-
(leenmannen van de hertog van) Reg. 3. (Gedeputeerde Staten van) Inv. 17. (raad van) Reg. 410. (rekenkamer van) Inv. 708-709. (stadhouder van de lenen van) Reg. 410. (zegel van) Reg. 410. (Karel, hertog van) Reg. 211, 249, 254, 274, 284, 293. Gelmert Gelmers, schepen van Deventer Reg. 78. Gelre (Hille, vrouw van Johan van) Reg. 11. - (Johan van) Reg. 11. Geltinck (het goed) in het kerspel Vorden Reg. 242. - (Jan) Reg. 242. - (Mechteld, vrouw van Jan) Reg. 242. Gent (Ghendt, Ghent, Gendt) (land in het schependom) Inv. 842; Reg. 8. - (richter van) Reg. 8*. - (schepenen van) Reg. 8*. - (Bartold van), raad van Gelderland Reg. 410. Gerrit Arndtsz. Reg. 405. - , zoon van Johanna Assynck Reg. 230. Gerritje Arndtdr. Reg. 405. Gyetell (land in de buurschap) Reg. 155. Glacemaker (Andries) Reg. 213. Glaiszemaickers van Monster (Anneke) Reg. 213. Godtschalck Hubertsz. Reg. 406. - (Evertken, vrouw van) Reg. 406. Goch (Aelheit van), vrouw van Thomas Weert Reg. 309. - (Anna van Dotinckhem, vrouw van Dirk van) Reg. 315. - (Dirk van) Reg. 266, 315. - (Herman van) Reg. 170. - (Harman) Reg. 315. - (Hilleken, vrouw van Herman van) Reg. 170. - (Mechteld van), vrouw van Gosen Baltinck Reg. 296. Goltstein (Jacob), schepen van Zutphen Reg. 370, 376*. - (Johan) Inv. 802. - (heer Reinier), kanunnik van de Sint Walburgskerk Reg. 379. Gooi (Goy), zie: Hengelo. Goor (het) onder Eerbeek Inv. 750. Goer (Goir) (Agnes ten) Reg. 359. - (Anna Haifkens van Groll, vrouw van Henrick ten) Reg. 333, 359. - (Henrick ten) Reg. 333, 359. - (Henrick tho) Reg. 359. - (Lucas tenn) Reg. 359. Goessen Harmensz. Reg. 330. - (Lysken, vrouw van) Reg. 330. Gotink (het goed) onder Warken Inv. 708-718; Reg. 210. - (tienden uit het goed) Inv. 715, 717. - (het goed) in het kerspel Hengelo Inv. 656. 661664b, 666-667. - (de hof bij) in het kerspel Hengelo Inv. 664. - (Engele), vrouw van Johan Veren Reg. 210. - (Henrick) Reg. 210. - (Johanna, vrouw van Henrick) Reg. 210. Gorssel (Gorsselloe, Gorsloe) (goederen in het kerspel) Reg. 67, 163, 165, 173. Gortemaeker (Alijt, vrouw van Johan) Reg. 66. - (Johan) Reg. 66. Graess (Johan van) Reg. 163, 173. - (Jutte, vrouw van Lieffert van) Reg. 346.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Lieffert van) Reg. 346, 366. Grave (Antonia, vrouw van Lambert van der) Reg. 250. - (Lambert van der) Reg. 250. Graffel (Henrick to) Reg. 402. Griete, dochter van Geertruid Reg. 52. Groeff van Erckelens (Geertruid de), vrouw van Willem Bentinck Reg. 378. Groeneweg (de) onder Warken Inv. 711. Groenlo (Grollo) (goederen in het kerspel) Reg. 352. Grues (Gruse) (Nenne) Reg. 231, 252. Groessen (Gruesen, Gruessen) (Johan van) Reg. 201. - (Lutgert, vrouw van Johan van) Reg. 201. - (Nenne) Reg. 319-320. Gruythuys (Gerselis van den), richter van Arnhem en Veluwezoom Inv. 737; Reg. 36, 55, 58. - (Gosen van) Reg. 3*. Gruweltsgoed (het erf) in de buurschap Veldwijk Reg. 127. Grijsenegge (de) onder Hengelo Inv. 647. Gulick (Guylick), zie: Kandeler en Gelderland. Gijse (Jan) rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 255-269, 648. H. Hadekink (Haedekinck, Haeynckinck) (het goed) onder Hengelo Inv. 803; Reg. 75, 314, 318. - (Bernt) Reg. 314. - (Heyle, vrouw van Bernt) Reg. 314. - (Henrick) Reg. 75. - (Johan) Reg. 75*. Haedekinckskamp (Haickinckskamp, Haytinkkamp, Havikkamp) (de) onder Hengelo Inv. 646, 662; Reg. 75. Haykinkkamp (de) onder Warken Inv. 714. Haifkens van Grollo (Anna), vrouw van Henrick ten Goer Reg. 333, 359. Haifften (Andries van) Reg. 181. - (Hele, vrouw van Andries van) Reg. 181. Haege, zie: Witte. Haegen genaamd Vrilix (Jacob van) Reg. 303. Hagenbeeck (Teuwken van), vrouw van N.N. van Ree Reg. 310. Haeck (Berndt), gildemeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 405. Haickinckskamp, zie: Haedekinckskamp. Haeynckinck, zie: Hadekink. Haepereist (het land de) in het kerspel Vorden Reg. 251. Haer (Hair) (de hofstede de) onder Warken Inv. 811; Reg. 195, 235. - (Alijt, vrouw van Henrick ter) Reg. 195. - (Henrick ter) Reg. 171, 195. Haarcken, zie: Londinck. Haersolthe (Coenradina H. van), vrouw van L.A.F.H. baron van Heeckeren Inv. 706. Haesebroeck (Gerhard), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 174-192. - (Dr. Herman) Inv. 174-192. Haesebroeckskloten onder Baak Inv. 681. Haytinkkamp, zie: Haedekinckskamp. Have (Arnt ten), richter van Arnhem en Veluwezoom Reg. 6*. Haevell, zie: Elger. Havelynck (Arnt) reg. 193.
pag. 119
- (Katharina, vrouw van Arnt) Reg. 193. Haevick (Havick, Haffick) (het goed de) onder Eefde Inv. 810, Reg. 54. - (Evert ter) Reg. 351, 394. - (Herman ter) Reg. 158*. - (Johanna, vrouw van Evert ter) Reg. 351, 394. Havikkamp, zie: Haedekinckskamp. Hackfort (Hacfoirt, Hacforden, Hacfort) (Dirk van) Reg. 127. - (Gherrit van), landdrost van Zutphen Reg. 91*, 112. - (Henrick van) Reg. 216, 220-221. - (Henrica), vrouw van Hayo Ripperda Reg. 312, 355. - (Jacob van) Reg. 127, 145. - (Maria van Munster, vrouw van Henrick van) Reg. 216. - , zie ook: Raesfelt. Hall (Halle) (geërfden van) Reg. 25. - (goederen in het kerspel) Inv. 748-749, 751, 753-755; Reg. 25, 86, 241, 327, 345, 356, 397, 405-406, 415. - zie ook: Eerbeek. - en Eerbeek (mark van) Inv. 750-751, 756. Halle (goederen in de buurschap) in het kerspel Zelhem Reg. 293. Ham (Hamme) (het goed het) in het kerspel Vorden Reg. 167, 311. Hamminckslach (het) in het kerspel Vorden Reg. 216. Harderwick (Aleida, vrouw van 1) Alphert to Bishorst 2) Johan van) Reg. 295, 302. - (Johan van) Reg. 295, 302. Harmelynck (Harmeldinck) (het goed) in de buurschap Warken Reg. 275. - (Alijt, vrouw van Johan) Reg. 235. - (Engelbert), richter van Warnsveld Reg. 251, 289*. - (Johan) Reg. 235, 275. - (het) Broekslag onder Warken Inv. 693; Reg. 275. Harrecamp (het goed) in de buurschap Eschede Reg. 67. Hartebroick (Engel, vrouw van Henrick) Reg. 316. - (Henrick) Reg. 316. Hasselo (Hendrik Willem), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 343-379. Hasselt (Johan van), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 212-244, 406. - (Wilhelm van), overrentmeester van de stad Zutphen Inv. 406. Hattemermark (land in de) Reg. 254. Hederinck (het goed) in het kerspel Hengelo Reg. 71. - (Albert) Reg. 71. Hegelen (Henricus), notaris Reg. 47, 165. Heeckeren (Hekeren) (Eeffse Peltzer, vrouw van Helmich van) Reg. 348. - (Helmich van) Reg. 348. - (Coenradina H. van Haersolthe, vrouw van L.A.F.H. baron van) Inv. 706. - (L.A.F.H. baron van) Inv. 706. Heeckerenswaarden (de) onder Baak Inv. 679-682, 682b. Heelerstraat (de) in de buurschap Warken Reg. 224. Heyden van Baak (J.H.A. baron van der) Inv. 666.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Hein Gosenszoon Reg. 6. Heynck (Bernarda, vrouw van Johan) Reg. 284. - (Johan) Reg. 284. Heyns (Arnoldus), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 318-333. - (Hendrik), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 311-317. Heytingh (Jan Theunis), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 245-250. Hegge (Henrick ter) Reg. 402. Hell (Geertruid van der), vrouw van Hendrik Ruiter Inv. 831, 834, Reg. 398. - (Casijn van der) Inv. 817. - (Gerard Casijn van der) Inv. 832. - (Walraven Schimmelpenninck van der Oye, vrouw van Gerard Casijn van der) Inv. 832. Hellingen (land op de) in de buurschap Oeken Reg. 236. Hendrik (Henrick) Aerntszoon Reg. 28. - zoon van Steven Joostzoon Reg. 154. Hengeler (het goed) in het kerspelVoorst Reg. 74. Hengelo (Hengell, Hengeloe, Hengello, Hengelle) op het Gooi (goederen onder) Inv. 29a, 243-244, 249-250, 632, 637, 645, 677b-c, 802-803; Reg. 61, 71, 75, 102, 109, 117, 130, 178, 208, 211, 249, 254, 274, 284, 314, 316, 318, 410. - (richter van) Reg. 61, 71, 75, 109, 211, 249, 274, 284. - (wetering in het kerspel) Reg. 274. Herlicke (Albert te) Reg. 167. - (Wisse, vrouw van Albert te) Reg. 167. Herman, zoon van Johan Egbertsz. Reg. 368. Hermeldynck (het goed) onder Warken Reg. 169. - (Werner) Reg. 169. - Byvanck (het) onder Warken Reg. 92. Herrekamp (het goed) in het kerspel Gorssel Reg. 165. Herwen (Henric van) Reg. 6. - (Lubbert van) Reg. 30-31, 56. - (Fye, vrouw van Lubbert van) Reg. 56. Hesselink (het goed) in het kerspel Warnsveld Inv. 607, 725, 728. - (bossen achter het goed) Inv. 721-722, 726. Hessels (Margaretha), vrouw van Thomas van Lochteren Reg. 375-376. Hessynck (Geertruit, vrouw van Lubbert) Reg. 155156. - (Lubbert) Reg. 155-156. Hietbrinck (Warner), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 133-140. Hilter, zie: Londinck. Hynke (Foyse, vrouw van Tyman) Reg. 104. - (Tyman) Reg. 48, 104. Hissynck (Egbert) Reg. 62 - (Henrick) Reg. 62. - (Leisken, vrouw van Egbert) Reg. 62. Hueckelum (Weyme van), vrouw van Amelis van Lennep Reg. 391. Hoen (Reyner) Inv. 684; Reg. 3*. Hoenen (Griet van) Reg. 359. Hoenink (Anton) Inv. 662. Hoevell (Derick van den) Reg. 74. - (Styne, vrouw van Derick van den) Reg. 74. Hof (de), zie: Gotink. Holt (het land het), in het kerspel Brummen Reg. 408.
pag. 120
- (Herman ten), stadhouder en richter van de schout van Zutphen Reg. 413*. Holte (Wilhelm ten), stadhouder van de landdrost van Zutphen Reg. 316*. Holten (Lumme, vrouw van Johan van) Reg. 69, 133. - (Mette van) Reg. 69, 133. Holthuisen (Holthuesen, Holthuysen, Holthussen) (Ave van Voirst, vrouw van Johan van) Reg. 310. - (Beernt van), schout van Zutphen Reg. 104*, 127, 129, 153*, 162-163, 167-169, 195*, 199200, 207-208*, 210, 216, 220-221, 224. - (Gert van), schepen van Zutphen Reg. 13. - (Johan van), rentmeester van het land van Zutphen Reg. 32, 234, 270, 275*, 310. - (Johanna van), vrouw van Gerrit Barner Reg. 386. - (Rense van), schepen van Zutphen, kerkmeester van de Sint Walburgskerk Reg. 308, 372. Holtsnider (Anne Lambertsdochter) Inv. 829; Reg. 226. Hoeffsche (Godschalk die) Reg. 95. - (Griete, vrouw van Godschalk die) Reg. 95. Hogeneng (Hogeneynghe) (de) onder Warken Inv. 691; Reg. 153. Homoet (Homoit) en Wisch (Henrick heer van) Reg. 93*. Horstinck (Joachim), richter te Zelhem Reg. 293. - (Lisken), vrouw van Gerrit Smeynck Reg. 398. - (Wolter), richter te Zelhem Reg. 160. Hulshoff (het goed) in het kerspel Groenlo Reg. 352. Hulst (het goed de) onder Eefde Inv. 810; Reg. 54. Hungerinck (Griete, vrouw van Johan) Reg. 103. - (Johan) Reg. 103. Huelshoek (de) in het kerspel Almen Reg. 391. Hunink (Hueninck, Hunynck, Huynynck) (het goed) onder Zelhem Inv. 813-814, Reg. 160, 179. - (het goed) onder Warken Reg. 199. - (Alijt) Reg. 157. - (Jacob), schepen van Zutphen Reg. 259. Huernynck (Huyrnynck) (Arnt), schepen van Zutphen Reg. 176, 178*, 188, 194. - (Jacob), schepen van Zutphen Reg. 240. Huysacker (de) onder Wychmond Reg. 37. Huyskamp (de) onder Eerbeek Inv. 749. Huesmaet (de) in de buurschap Beekveld Reg. 102. Huessman (Henrick), gildemeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 73. I. Yseren (Iseren) (Alijt, vrouw van Gelys) Reg. 51. - (Aelt), schepen van Zutphen Reg. 222. - (Alphart) Reg. 19-20. - (Andries Alphartszoon), schout van Zutphen Reg. 17*. - (Andries), schepen van Zutphen Reg. 18, 26. - (Andries Tonyszoon), schepen van Zutphen Reg 51, 60, 63*, 65, 70. - (Andries) Reg. 54, 144. - (Andries) Reg. 237. - (Aernt), schepen van Zutphen Reg. 52-53, 56, 73, 83, 147*. - (Beerte, vrouw van Alphart) Reg. 20. - (Gelys) Reg. 51.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Gerrit) Reg. 292. - (Griete, vrouw van Anthonys) Reg. 126. - (Cornelis), schepen van Zutphen Reg. 374, 384*. - (Thomas), kerkmeester Reg. 33. - (Walburga), vrouw van Johan van Voirthusen Reg. 295. - (Willem), schepen van Zutphen Reg. 131, 184186, 188. - (Willem van Arkel, vrouw van Andries) Reg. 54. - (Willem, vrouw van Willem) Reg. 131, 184-185. IJssel Reg. 37, 154. Ywerdynck (het goed) in de buurschap Eschede Reg. 163, 173. - (Gerarda, vrouw van Herman) Reg. 163. - (Herman) Reg. 163. Illink (Eylinck, Eylynck, Yllinck) (het goed) onder Eerbeek Inv. 744-746; Reg. 345, 356, 397, 415. Ylmerinck (Stine), vrouw van Herman Lebbinck Reg. 219. Yssenhorst (het land de) onder Leesten Reg. 286. J. Janna Lulofs, vrouw van Jan Reefman Inv. 833. Jebbekinck (Yebbekynck) (Henrick) Reg. 166-167. - (Johan) Reg. 167. - (Uelent, vrouw van Johan) Reg. 167. Jegher van Padtbroick (Gerrit die), richter van Arnhem en Veluwezoom Reg. 74. Joeden (t’), zie: Tjoeden. Joepert (Fenne, vrouw van Johan) Reg. 24. - (Johan) Reg. 24. Johan Arndtsz. Reg. 405. - (Geertruid, vrouw van) Reg. 84. - Beerntsz. Reg. 34. - (Hille, vrouw van) Reg. 34. - Celyszoon Reg. 19. - Egbertsz. Reg. 165. - (Effze, dochter van), vrouw van Tilman Schull Reg. 301. - (Effze, dochter van) Reg. 368. - (Gerritken Kuper, vrouw van) Reg. 368. - (Grietken, dochter van) Reg. 368. - (Lamme, dochter van) Reg. 368. - (Truken, dochter van) Reg. 368. - Frederix, stadhouder en richter van de scholt van Zutphen Reg. 403*-404. - Petersz., smid Reg. 10. - (Mechteld, vrouw van) Reg. 10. - Roelofsen Reg. 388. - (Aeltgen, vrouw van) Reg. 388. - , zoon van Griete van Wychmond Reg. 66. Johanna, dochter van Lubbe Reg. 236. Jolinck (Joelinck, Yolinck) (het goed) in het kerspel Zelhem Reg. 293. - (het goed) in de buurschap Eefde Reg. 134. - (Johan) Reg. 322. - (Wendele, vrouw van Johan) Reg. 322. Jorrien Janssen Reg. 405. K. Kaelsack (Kailsack, Kolsack) (Anthonia Kremers, vrouw van Warner) Reg. 325. - (Geertruid, vrouw van N.) Reg. 259.
pag. 121
- (Henrick), schepen van Zutphen, beheerder van het Spittaal, olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 42, 47, 50, 64, 73, 83, 87. - (Henrick) Reg. 196. - (Henrick), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 259, 289. - (Warner), schepen van Zutphen Reg. 135. - (Warner) Reg. 325. Kaemen (Effze van), vrouw van Johan Schetter Reg. 283. - (Geertruid, vrouw van Johan van) Reg. 164. - (Johan van) Reg. 164. Capellen (Andriesken, vrouw van Dirk van der) Reg. 57. - (Dirk van der) Reg. 36, 57. - (Gerlich van der) Henrixzoon, schepen van Zutphen Reg. 223, 244. - (Gerlich van der) Claaszoon, schepen van Zutphen Reg. 223, 230*. - (Gerrit van der), schepen van Zutphen Reg. 370, 380, 392. - (Henrick van der), schepen van Zutphen, Reg. 318*, 341, 356*, 388*. - (Johan van der), schepen van Zutphen Reg. 59, 85. - (Johanna van der), vrouw van Albert van Steenre Reg. 380. - (Claes van der) Reg. 369. - (Lumme Putseler, vrouw van Gerrit van der) Reg. 392. - (Mechteld, vrouw van Claes van der) Reg. 369. Kaerscate (Engelbert ten) Reg. 15. - (Geertruid, vrouw van Engelbert ten) Reg. 15. Caetwyck (land in de) in de buurschap Gietel Reg. 155. Calbbe (Hans van) Reg. 256. - (Hille, vrouw van Hans van) Reg. 256. Kalfseler (Kalferse, Kalffzeler, Kalleffcer) (Albert) Reg. 75. - (Albert toe) Reg. 332. - (Griete) Reg. 318. - (Johan ten) Reg. 71, 75. - (Jan) Reg. 75. - (Jan ten) Reg. 306. - (Jutte), vrouw van Dirk die Wyt Reg. 102, 117, 178. - (Koert) Reg. 75. - (Kunne ten), vrouw van Johan Besselinck Reg. 349, 372. - (Sweer, vrouw van Albert toe) Reg. 332. Camp (de) in de buurschap Beekveld Reg. 102. Campe (Geertruid van den), vrouw van Gosen van Lennep Reg. 180, 190. Kampen Reg. 309. Camper (Gerrit), smid Reg. 10. Kandeler (Eefse, vrouw van Johan opten) Reg. 42. - (Johan opten) geheyten Gulick Reg. 15, 42. Kannenmaeker (Gerrit) Reg. 82. Carpen (Maria van Wachtendonck, vrouw van Thomas van) Reg. 361. - (Thomas van) Reg. 361. - (Trude van), vrouw van Gerrit van Eyll Reg. 398. Karseboem, zie: Kerseboom. Karskamp (de) onder Warnsveld Inv. 731. Karvell (Kervell) (Andries van) Reg. 304, 344. - (Evert van) Reg. 360.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Geertruid van) Reg. 304. - (Jenneken van Lichtenforde, vrouw van Andries van) Reg. 334. - (Reynt van) Reg. 304. Castroduplo (Johannes de), procurator Reg. 47. Kegelholt (het goed) in het kerspel Lochem Reg. 91. Keelholt (het goed) te Dochteren Inv. 804-805; Reg. 112-113. Keminck (Kieminck) (het goed) in de buurschap Warken Reg. 404. - (Henrick) Reg. 289*. - (Johan) Inv. 816; Reg. 287. - (Johan) die olde Reg. 289. - (Johan) die jonge Henrickszoon Reg. 289. - (Lysbeth, vrouw van Johan) Inv. 816; Reg. 287. - (Willem) Reg. 402, 404. Ketell (Gerrit), kerkmeester van Vorden Reg. 251. Kelle, zie: Mom. Keyen (Otto), schepen van Zutphen Reg. 247, 262. - (Otto) Reg. 340. - (Sophia Loenis, vrouw van Otto) Reg. 340. Kempen (Johan van) Reg. 7, 11. - (Wyse van Lochem, vrouw van Johan van) Reg. 1, 7. Keppel (Johan van), scholt van Zutphen Reg. 286. - (Johan van), landdrost van Zutphen Reg. 316. - (Claas van) scholt van Lochem reg. 113*. Keppelman (heer Johan), kanunnik van Sint Walburg Reg. 137. - (Zeel), schepen van Zutphen Reg. 18, 21, 26, 47. - (Zeel) de jonge Reg. 36. Kerckhellen (Aleid, vrouw van Goessen) Reg. 83. - (Goessen) reg. 83. - (Johan) Reg. 83. - (Jutte) Reg. 83. - (Clara), vrouw van Johan Verwer Reg. 83, 105. Kersseboem (Karseboem) (Albert) Reg. 172, 189, 205. - (Fye) Reg. 204-205. - (Henrick) Reg. 271. - (Maria) Reg. 204-205. - (Mechteld, vrouw van Hendrick) Reg. 271. - (Mente, vrouw van Albert) Reg. 172, 189, 204205. - (Thomas) Reg. 204-205. Kerseboomkamp (de) onder Warken Inv. 697; Reg. 210, 358, 364. Kervel, zie: Karvel. Kervenhem (Karvenhem) (Lambrecht, vrouw van Zweder van) Reg. 249. - (Steven van) Reg. 117*. - (Zweder van) Reg. 249. Keulen (Colne) Reg. 159. - (het klooster Syon te) Reg. 257. Kiemynck, zie: Keminck. Kystenmaker (Geertruid, vrouw van Gerrit) Reg. 134. - (Gerrit) Reg. 134. Kleikamp (de) onder Voorst Inv. 757. Kloeck (Cloeck, Klock) (Hendrik), heer van Spaensweerd Reg. 345*, 356. - (Henrick), heer van Spaensweerd Reg. 415*. - (Catharina Berner, vrouw van Jasper) Reg. 411. - (Cracht), heer van Spaensweerd Reg. 397*. Kloekynck (Goesen) Reg. 28-29. - (Styne, vrouw van Goesen) Reg. 28-29.
pag. 122
Cloetbanne (Henrick), stadhouder van de landdrost van Zutphen Reg. 299. Cloever (Griete, vrouw van Willem) Reg. 371. - (Willem) Reg. 371. Klompenmaker Reg. 175. Kluver (Wilhelmina Catharina), vrouw van Rik Schoonman Inv. 801. Knuve (Knoeve, Knueven, Knuve, Knuff, Knueff, Knuyfe, Knuffe) (het goed) in het kerspel Vorden Inv. 807; Reg. 355. - (Eefse ten) Reg. 362, 370. - (Gerrit ten) Reg. 335, 337, 341, 362, 370. - (Goessen ten) Reg. 362, 370. - (Griet, vrouw van Gerrit ten) Reg. 335, 337, 341. - (Willem ter), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 45. - (Willem ten), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 353, 360, 362, 369371, 374-375, 377-380, 383-384. - (Zweer ten) Reg. 362, 370. Colcke (Arnt ten), schepen van Zutphen Reg. 13. - (Johan ten), kerkmeester van de Nieuwstadskerk. Reg. 361. Colner (Effze), vrouw van Anthonis van Ray Reg. 233. Collener, zie: Tollener. Komskolk (de) onder Voorst Inv. 758. Koelinhus (Styna) Reg. 311. Koeps (Alijt, vrouw van Jan) Reg. 255. - (Jan) Reg. 255. Koerenbleck (Henrick toe) Reg. 169. - (Johan toe) Reg. 158*. Coesfelt (Biele, vrouw van Johan van) Reg. 338. - (Johan van) Reg. 338. Covik (Koevick, Koewick) (goed in de buurschap) Reg. 249, 342. Kortenoever (goed te) Reg. 55. Kortenschaite (Elsken Santbacker, vrouw van Gerrit ten) Reg. 220. - (Gerrit ten) Reg. 220. - (Mechteld ten) Reg. 220. Koster (Coster, Coester) (het bos de) onder Hengelo Inv. 666. - (Gerrit) Reg. 111. - (Jan), maner van de renten van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 51. - (Johan), toevanger van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 273, 298, 303. - Jacobszoon (Johan) Reg. 279. - (Ludolph) Reg. 89, 132. - (Mechteld, vrouw van Johan) Reg. 279, 303. - (Rolof die) Reg. 6. - (Styne, vrouw van Ludolph) Reg. 132. - (Tonys, vrouw van Gerrit) Reg. 111. - (Wendel), vrouw van Wolter van Haevell Reg. 293. - Zie ook: Geert. Kraenenborch (Craeneborch, Cranenborch) (Aeltgen Bettink, vrouw van Henrick) Reg. 409. - (Alida van) Reg. 99, 212. - (Dirk van) Reg. 99, 212. - (Geertruid, vrouw van Dirk van) Reg. 99. - (Henrick van); gildemeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 405, 409. - (Johan van) Reg. 212. Krans (Hesse), vrouw van Willem Voit Reg. 261.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Krauwel (Ermgard in de), vrouw van Wolter Elger Reg. 321. Kremer (Anthonia), vrouw van Warner Kailsack Reg. 325. - (heer Berndt) Reg. 368. - (Egbert) Reg. 128. - (Gerrit), subprior van het Predikherenklooster te Zutphen Reg. 288. - (mr. Gerrit) Evertszoon Reg. 305. - (Gertken, vrouw van Warner) Reg. 248. - (Fye, vrouw van Egbert) Reg. 128. - (Sophia, vrouw van Henrick Falke genaamd) Reg. 392. - (Steven) Reg. 368. - (Warner) Reg. 248. Kreynck (Adriaen, vrouw van Peter) Reg. 108, 144. - (Andrea), vrouw van Peter van Apeldoren Reg. 239. - (Andries), schepen van Zutphen Reg. 313*, 321, 353, 357. - (Evert, vrouw van Johan Alphertszoon) Reg. 39. - (Gerrit), schepen van Zutphen Reg. 280*. - (Henrick), schepen en weesmeester van Zutphen Inv. 2; Reg. 56-57, 60, 65-66, 85, 98, 142. - (Henrick), prior van het Predikherenklooster te Zutphen Reg. 288. - (Jasper), schepen van Zutphen Reg. 376*, 382. - (Johan), schepen van Zutphen Reg. 33, 52. - (Johan Alphertszoon) Reg. 39. - (Johan) Reg. 98. - (Johan), schepen van Zutphen Reg. 135. - (Johan), schepen van Zutphen Reg. 202*. - (Katharina), vrouw van Lucas van Breckefelt Reg. 300. - (Margriet van Baeck, vrouw van Henrick) Reg. 65, 98, 142. - (Nese, vrouw van Johan) Reg. 98. - (Peter) Reg. 108, 144. - (Rense), schepen van Zutphen Reg. 20. - (Rense) Reg. 357. Kreyncksweerd (Henrick) in de buurschap Tonden Reg. 142. Kribbe (Johan), schepen van Zutphen Reg. 88. Kulinges (Styna) Reg. 350. Kueper (Kuper) (Gerritken), vrouw van Johan Egbertsz. Reg. 368. - (Goesem) Reg. 368. - (Wolter) Reg. 177. - (Zwena, vrouw van Wolter) reg. 177. Cutels (Geertruid) Reg. 290, 313. Quaderwick (het land) in het kerspel Steenderen Reg. 357. Qwist (Ermgard, vrouw van Tonys) Reg. 76. - (Tonys) Reg. 76. L. Laicke (die) in de buurschap Leesten Reg. 286. Lavenem, zie: Leuvenheim. Langebosch (het Achterste) onder Warken Inv. 724. Langeler (het goed) onder Hengelo Inv. 671. - (het bos het) Inv. 673. Langen (Johan ten) Reg. 211. Lanckhorst (de) in het kerspel Wichmond Reg. 168. Lanckhorsterstraat (de) onder Hengelo Inv. 674. Lanssinck (Lansynck) (Albert) Inv. 85.
pag. 123
- (Gijsbert), scholt van Zutphen Reg. 92*. - (Henrick) Reg. 200. - (Johan) Reg. 367. Lebbynck (het goed) in Vierakker Reg. 152, 162, 232, 234. - (Bernarda Eskinck, vrouw van Henrick) Reg. 232, 234. - (Eeffse, vrouw van Wenemar) Reg. 152, 162. - (Essele) Reg. 219. - (Henrick Wennemerszoon) Reg. 152, 162, 234. - (Henrick) de oude Reg. 232. - (Wenemar) Reg. 152. Lebbynck Nyekamp (de) in de buurschap Vierakker Reg. 234. Lege (Johan de), scholt van Zutphen Reg. 251, 260. Leemkuil (de) in het kerspel Hengelo Inv. 665. Lerinck (Leerynck) (Andries), schepen van Zutphen Reg. 212. - (Willem), schepen van Zutphen Reg. 60, 64. Leesten (Leisten, Leysten, Lesten) (goederen in de buurschap) Reg. 129, 286. - (Alijt, vrouw van Conrait van) Reg. 172. - (Henrick van), schepen van Zutphen Reg. 100, 147. - (Conrait van) Reg. 172. Leestensche Broeck (het) Reg. 286. Leeuw (Leuw) (Henrick van der) Reg. 316. - (Johanna, vrouw van Henrick van der) Reg. 316. Leyden (Evert van), schepen van Deventer Reg. 78. Leiendecker Ailtken) Reg. 377. - (Andries) Reg. 377. - (Griete, vrouw van Johan) Reg. 106-107. - (Johan) Reg. 106-107. - (Johanna), vrouw van Johan Presickhoff Reg. 377. - (Catharina Aetsack, vrouw van Andries) Reg. 377. Lennep (Lenep) (Amelis van) Reg. 390. - (Geertruid van den Campe, vrouw van Gosen van) Reg. 180, 198. - (Gosen van) Reg. 180, 198. - (Weyme van Hueckelum, vrouw van Amelis van) Reg. 390. Lentinck (Willem) Reg. 405*-406*. Leuvenheim (Lavenem, Loeven) (goederen in de buurschap) Reg. 255, 400, 408. Lidemans (Johan) Reg. 312. Lijfland Reg. 176. Lichtenforde (Bartha van) Reg. 334, 344. - (Gerrit van) Reg. 334, 344. - (Jan van) Reg. 334, 344. - (Jenneke van), vrouw van Andries van Karvell, Reg. 334. - (Cornelis van) Reg. 334, 344. Lymborch (Johan van), proost van het klooster Werden Reg. 86*. Linde (Lynde) (goederen in de buurschap) Reg. 62, 208, 242, 355, 367. - (Zuete ter) Reg. 315. Lypperskamp (de) bij Lochem Reg. 225. Lobberich (Loberich) (mr. Bernd van) Reg. 414. - (Styne, vrouw van Bernd van) Reg. 414. Loenis (Sophia), vrouw van Otto Keye Reg. 340. Lochem (burgemeesters, schepenen en raad van) Reg. 225*. - (goederen onder) Inv. 804-805; Reg. 91, 112113, 225.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
-
(scholt van) Reg. 113*, 413. (weg van Zutphen naar) Inv. 705, 720, 728-729. (Alijt van) Reg. 11. (Alijt , vrouw van Johan van) Reg. 7. (Gese van), vrouw van Johan van Berck reg. 11. (Henricus Henrici de), kanunnik Inv. 843; Reg. 225, 227. - (Henrick Vogelken van) Reg. 331. - (Hille van), vrouw van Johan van Gelre, Reg. 11. - (Johan van) Reg. 7. - (Lysken, vrouw van Henrick Vogelken van) Reg. 331. - (Reyner van), smid Reg. 10. - (Wyse van), vrouw van Johan van Kempen Reg. 7. - zie ook: Volckerinck. Lochteren (Luchteren) (Lambert van) Reg. 326. - (Margaretha Hessels, vrouw van Thomas van) Reg. 375-376. - (Thomas van) Reg. 375-376. Lokreyse (Lookreize) (de) in het kerspel Hengelo Inv. 665-666. Londynck (het goed) in de buurschap Warken Reg. 93. - (Alijt, vrouw van Albert) Reg. 92-93. - (Albert) gehet ter Mate Reg. 92-93. - (Albert) Reg. 224. - (Eeffze, vrouw van Albert) Reg. 224, 229. Londinckdijk (de) in de buurschap Warken Reg. 235. Londincks Haircken (Hercken) (het land het) in de buurschap Warken Inv. 686; Reg. 92-93. - Hilter (het) onder Warken Inv. 690; Reg. 229. - Hof Reg. 92, 235. - Kampje (het) onder Warken Inv. 694; Reg. 224. Londincksteeg (de) in de buurschap Warken Reg. 195. Loe (het goed dat) in de buurschap Warken Reg. 129, 163. - (Geertruid, vrouw van Henrick ten) Reg. 129. - (Henrick ten) Reg. 129, 163. Lodewijk (Beele, vrouw van Johanszoon) Reg. 46. - Johanszoon Reg. 46. Loipen (Jan) Reg. 253. - (Styne, vrouw van Jan) reg. 253. Loos (Jan ten) geërfde van de Warkense mark Reg. 402. Louwerman (Andries) Reg. 381. - (Andriesje Ubbekinck, vrouw van Lambert) Reg. 381. - (Berend) Reg. 381. - (Lambert), schepen van Zutphen Reg. 381, 412*. - (Lambert) Reg. 381. - (Rutger) Reg. 381. Louwers (Henricus) Reg. 1-2. Lubbert Gerritszoon Reg. 156. - (Lubbe, vrouw van) Reg. 156. Lucas (Luyken) Jacobs Reg. 405. - (Lysken Arndtsdr., vrouw van) Reg. 405. M. Makeriel Dobbe Wolberens Reg. 6. Maatakker (de) onder Warken Inv. 695; Reg. 289. Mate, zie: Londynck.
pag. 124
Maezer (heer Henrick), kapellaan van de Sint Walburgskerk te Zutphen Reg. 323-324. Mastebroick (het goed het) in de buurschap Vierakker Reg. 270. Megen (Arnold van), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 141-163. Meeckeren (Meckeren, Mekeren) (Gijsbert van) Reg. 356*. - (Philips van) Reg. 180*. - (Thomas van), vrouw van Gijsbert van Wisch Reg. 345, 356. Meggynck (Johan) Reg. 74. Mechteld, dochter van Lubbe Reg. 236. Meyerinck (het goed) in het kerspel Hengelo Reg. 249. - (Berndt), stadhouder en richter van de scholt van Zutphen Reg. 367*, 391. - (Wytzse) Reg. 226. Meyerskamp (de) in het kerspel Hengelo Inv. 663. Meinsma (K.O.) Inv. 33. Meckynck (Engbert) Reg. 161. - (Engelbert) Reg. 290. - (Eefse, vrouw van Engbert) Reg. 161. - (Frederica, vrouw van Engelbert) Reg. 290. - (Jutte, vrouw van Zweer) Reg. 213. - (Zweer) Reg. 213. Mengerinck (Mengherynck) (Beernt) Reg. 145. - (Beerte, vrouw van Evert) Reg. 26, 50. - (Derikje), vrouw van Frans die Witte Reg. 268. - (Evert) Reg. 26, 50. - (Geertruid, vrouw van Beernt) Reg. 145. Menkhorst (G) Inv. 677c. Mentynck (Meyntinck) (het goed) in het kerspel Groenlo Reg. 352. - (Dirk) Reg. 116, 168. - (Henrick) Reg. 168. - (Johan), richter van Hengelo Reg. 75*. - (Jutte, vrouw van Dirk) Reg. 116. - (Willem) Reg. 71, 75*. Mesmaeker (Messenmaeker) (Engelbert), broeder in de Predikheren Orde te Zutphen Reg. 53. - (Evert) Reg. 49, 53. - (Geertruid, vrouw van Evert) Reg. 49, 53. - (Johan), broeder in de Predikheren Orde te Zutphen Reg. 53. Myddeldorp (Myddeldarp, Weiddeldarp (Willem), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 397, 400, 402, 405-407, 413. Moesbek (het huis de) in het kerspel Hengelo Inv. 662. Moezell (Johan) Reg. 342. - (Catharina, vrouw van Johan) Reg. 342. Mockynck (Mocking) (Beernt) Reg. 61. - (Bernt) Reg. 316. - (Bernt) Reg. 410. - (Bernt) Reg. 410. - (Dirk) Reg. 398. - (Fie Smeinck, vrouw van Dirk) Reg. 398. - (Geertken, vrouw van Bernt) Reg. 316. Mollenkempken (het in de buurschap Warken Reg. 289. Mom (Momme) (Johan), richter van Arnhem en Veluwezoom Reg. 335. - van Kell (Johan), landdrost van Zutphen Reg. 102*. Mommenhof (Henrick) Reg. 81, 85.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Willem) Reg. 81, 85. Monnick (Dirkje) Reg. 164. Monster, zie: Glaiszemaickers. Moderbonck (de) in de buurschap Linde Reg. 62. Moelen (Mollen) (Aeltgen ter) Reg. 366, 384. - (Albert ter) Reg. 384. - (Engelbert ter) Reg. 366, 384. - (Gertgen, vrouw van Albert ter) Reg. 384. - (Jacob ter) Reg. 366, 384. Moelenbrugge (Mollenbrugge) (Bernt toe) Reg. 207208. Moelenbruggermaat (de) in de buurschap Mossel Reg. 207. Moelenmaet (de) in de buurschap Vierakker Reg. 106, 116. Moelenstraat (de) in de buurschap Vierakker Reg. 106. Mossel (Mossele) (land in de buurschap) Inv. 806; Reg. 207. - (de mark) Reg. 207. Mou (Beell, vrouw van Gerrit) Reg. 149. - (Gerrit) Reg. 149. Muller (Moller) (Willemken) Reg. 343, 347, 383. Munster (Arnt van) Reg. 402. - (Maria van), vrouw van Henrick van Hackfort Reg. 216. N. Neede (Nyede) (Arnt van) Reg. 291. - (Claes, vrouw van Arnt van) Reg. 291. Nerinck (Gerrit), kerkmeester van Vorden Reg. 251. Necken (Johan Hermansz.) Reg. 129. Nyelant (het) in de buurschap Mossel Reg. 207. Nyemaat (de) in de buurschap Veldwijk Reg. 167. - zie ook: Aalderink. Nijmegen (Nimmegen) (commandeur van Sint Jan te) Reg. 408. Nyenhuys (Nyenhues) (het goed) onder Vorden Inv. 808; Reg. 367. - (Henrick), schepen van Zutphen Reg. 16-17*, 21, 40, 44. - (Katharina, vrouw van Henrick) Reg. 16-17, 40. Nyenkamp (het goed de) in de buurschap Veldwijk Reg. 167, 311. - (het land de) in het kerspel Voorst Reg. 336. Noortempe (Noert Emppe, Noirt Emppe, Noirt Emp) (goederen in de buurschap) Reg. 74, 330, 337, 341. Noordink (goederen in de buurschap) Inv. 655-660, 671-672. Noordwijk (Noerdtwijck, Noirtwick) (het goed ter) in de buurschap Linde Reg. 208, 316, 410. - (Herman ter) Reg. 208. Nusinck (Johan) Reg. 27. - (Reynken, vrouw van Johan) Reg. 27. O. Obbekinck (Ubbekinck) (Andries), olderman van het Sint Anna Gilde te Zutphen Reg. 254. - (Andriesje), vrouw van Lambert Louwerman Reg. 381. - (Bernt), overrentmeester van de stad Zutphen Reg. 289*, 329. - (Hermanna, vrouw van Jacob) Reg. 364. - (Jacob) Reg. 364.
pag. 125
Oeyrhoeff (de) in de buurschap Appen Reg. 155. Oeken (land in de buurschap) Reg. 236. Ockhorst (Albert ter) reg. 221. - (Harmen ter) Reg. 221. Olst (Lucia Stoeffvoet, vrouw van Marcus van) Reg. 395. - (Marcus van), glazenmaker Reg. 395. Onlandesschen Kamp (de) in de buurschap Mossel Reg. 207. Onna (Johan van) Reg. 82. - (Neze, vrouw van Johan van) Reg. 82. Obelle (Dirk Ottenzoon geheten van) Reg. 119. - (Lysken, vrouw van Dirk Ottenzoon geheten van) Reg. 119. - zie ook: Webell. Oeldenberghe (Henrica, vrouw van Johan ten) Reg. 36. - (Johan ten) reg. 36. Oelynck (Johan) Reg. 254. - (Marie, vrouw van Johan) Reg. 254. Oelynckhorst (de) in het kerspel Hengelo Reg. 254. Oerschot (heer Frans van), rentmeester van de elf vicarissen in de Sint Walburgskerk te Zutphen Reg. 324. Oirt (de) in het kerspel Voorst Reg. 336. Oordt (Hendrik van) Inv. 668. Oirtfelt (Oertfelt) (het goed) in het kerspel Voorst Reg. 335, 337, 341. Oestendorp (Henrick van den) Reg, 77, 83. Oosterhuys (Armgard Stuerman, vrouw van mr. Reyner van) Reg. 55, 78. - (mr. Reyner van) Reg. 55, 78. Ophave (Herman van) Reg. 167. - (Hille, vrouw van Herman van) Reg. 167. - (Johan van) Reg. 167. - (Vrede van) Reg. 167. Opten Noort (Oppennoirth) (Griete, vrouw van Zeelman) Reg. 238. - (Zeelman) Reg. 238. Otten, zie: Webell en Obelle. P. Papenhuys (land bij het) onder Warnsveld Reg. 17. Papenweerd (de) in het kerspel Steenderen Reg. 299. Padtbroick, zie: Jegher. Pansen (Panser) (Berte, vrouw van Herman) Reg. 96, 115. - (Fye), vrouw van Gerrit Bontwercker Reg. 115. - (Henrick) Reg. 115. - (Hensken) Reg. 115. - (Hermen) Reg. 94, 96. - (Panse) Reg. 115. - (Philips) Reg. 115. Peerdemaete (de) in de Bakerweerd Reg. 299. Peynen (Arnt) Reg. 119. Pelser (Peltzer) (Evert) Reg. 245. - (Eeffze), vrouw van Helmich van Hekeren Reg. 348. - (Griete, vrouw van Evert) Reg. 245. - (Peter), toevanger van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 255. Pieck (Arndt), schepen van Zutphen Reg. 322. Pyeckmaetkens (de) in het kerspel Steenderen Reg. 299. Pikkard (Gardina) Inv. 641.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Plasse (Truede), vrouw van Albert ter Ockhorst Reg. 221. Pluckeroesen (Henrica) Reg. 308. Pongen (Gijsbert) Reg. 402. Poppinck (Agnita, vrouw van Evert) Reg. 160, 179180. - (Evert) Reg. 160*, 179-180. Presickhoff (Johan) Reg. 377. - (Johanna Leiendecker, vrouw van Johan) Reg. 377. Pro Senectute Inv. 32. Putseler (Lumme), vrouw van Gerrit van der Capelle Reg. 392. R. Ray (Anthonis van) Reg. 233. - (Effze Colner, vrouw van Anthonis van) Reg. 233. Raesfelt (Raesveld) (Dirk van) Reg. 109, 130. - (Goesen van), scholt van Zutphen Reg. 311, 367. - (Johan van) tot Hackfort, scholt van Zutphen Reg. 391. Raesfeltsgoed (het) onder Hengelo Reg. 61. Raesinck (Gerrit), schepen van Zutphen Reg. 313*. Raessinckskampje (het) in de buurschap Vierakker Reg. 232. Ratinck (Johan) Reg. 149. Raven (Raeven) (Alijt, vrouw van Esken) Reg. 118. - (Albert) Reg. 176, 192. - (Esken) Reg. 118. - (Geertruid, vrouw van Albert) Reg. 176, 192. - (Gerrit) Reg. 176. - (Godschalck) Reg. 176. - (Griete, vrouw van Johan) Reg. 143, 176, 189. - (Herman) Reg. 143, 176. - (Herman Henrickszoon) Reg. 267. - (Johan) Reg. 102*, 143, 176, 189. - (Jan) Reg. 176. - (Lysken, vrouw van Herman) Reg. 143, 176. - (Maryken) Reg. 176. Ree (Evert van), richter van Bocholt Reg. 310. Rederynck, zie: Rerynck. Reefman (Jan) Inv. 833. - (Janna Lulofs, vrouw van Jan) Inv. 833. - (Petronella) Inv. 833. Regenynck (Zweder) Reg. 61. Renen (Margaretha van) Reg. 1. Rerynck (Rederynck) (Elisabeth, vrouw van Johan) Reg. 360. - (Johan), thynsheer Reg. 102*. - (Johan) Reg. 360. Reynier Willemszoon Reg. 9. - (Alijt, vrouw van) Reg. 9. Rectingweert Reg. 98. Renze (Willem), schepen van Zutphen Reg. 87. Rensynck (het goed) in de buurschap Gietel Reg. 155. Ribbershofstede (de) in het kerspel Steenderen Reg. 342. Riefel (Rieffel, Ryeffeler) (het goed) onder Hengelo Inv. 243-244, 249-250, 645-654, 666-667, 675; Reg. 102, 178. - (Alijd, vrouw van Cornelis toe) Reg. 349. - (Cornelis toe) Reg. 349.
pag. 126
Ryefelerslagen (Refeler) (de) in het kerspel Hengelo Inv. 249-250, 665; Reg. 102. Ryefeler Spalle (Refeler) onder Hengelo Inv. 647. Ricke (Joachim die) Reg. 286. - (Johan die) Reg. 286. Ricolt, portier van de Marspoort te Zutphen Reg. 228. - (Hadewich, vrouw van) Reg. 228. Rijn (Johan van den), schepen van Gendt Reg. 8*. Riene (het) in de buurschap Vierakker Reg. 232. Rijne (Mercelis ten) Reg. 79. Rienerkamp (de) in de buurschap Vierakker Reg. 232. Ripen (Johan van) Reg. 3. Ryt (Ryth, Rytt, Rith) (Bartruyt, vrouw van Hubert van) Reg. 171, 183, 186. - (Hubert te) Reg. 171, 183, 186. - (Lulof te), schepen van Zutphen Reg. 282*, 310, 353, 358*, 361*. - (Willem ter) Reg. 174. - (de weduwe van Gerrit ter) Reg. 159. Rietberg (Ritberg) (Ermgard, gravin van), kelnerse van Vreden reg. 352. Ripperda (Hayo) Reg. 312, 354*-355*. - (Henrica Hackfort, vrouw van Hayo) Reg. 312, 355. Rhijn (Cornelis Gerhard van), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 251-254. Ronde Veen (het) onder Hengelo Inv. 668. Ronnynck (Bernt) Reg. 246-247. Rossbach (Philips van), commandeur van Sint Jan te Arnhem en Nijmegen Reg. 408. Rubachen (Johan) Reg. 148. Ruerloo (Roderlo, Roderloe, Ruderloe) (Bernt van), schepen van Zutphen Reg. 215. - (Nese, vrouw van Willem van) Reg. 77. - (Nese, van), vrouw van Gerrit van Broekhuizen Reg. 280. - (Willem van) schepen van Zutphen Reg. 77, 105. Ruiter (Rueter, Ruether, Ruyther, Rutter, Ruter) (familie) Reg. 288. - (Alijt, vrouw van Johan) Reg. 288. - (Aeltken), vrouw van Dirk Staekenbrant Reg. 339. - (Elsken Schenck, vrouw van Johan) Reg. 339, 414. - (Fenna Vatebender, vrouw van Henrick) Reg. 393. - (Geertruid van der Hell, vrouw van Hendrik) Inv. 828, 836; Reg. 398. - (Gerrit) de jonge Reg. 62, 124, 226. - (Gerrit) Reg. 288. - (Henrick die), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap, schepen van Zutphen Reg. 34, 241, 260, 289, 298. - (Henrick Gerritsz.) de jonge, schepen van Zutphen Inv. 830-831, 834; Reg. 324, 339*, 361, 398-399. - (Henrick Henrickszoon) Reg. 393. - (Johan) Inv. 819; Reg. 288. - (Johan) Reg. 339, 414. - (Johan) tot Vierakker Inv. 817. - (Lamme, vrouw van Gerrit) Reg. 62, 124. - (Zwene) Inv. 829; Reg. 226.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
S. Zarynck (Zarrynck) (het goed) in de buurschap Beekveld Inv. 645; Reg. 178. - (Alijt, vrouw van Ricquyn) Reg. 211. - (Ricquyn) Reg. 211. Saerynckmaat (de) in de buurschap Beekveld Reg. 117. Zantacker (Evert), gildemeester van het schroedergilde Reg. 100. Santbacker (Bartolt) Reg. 220. - (Elsken), vrouw van Gerrit ten Kortenschaite Reg. 220. Zarrynck, zie: Zarynck. Zassenhem (Dirkje, vrouw van Lambert) Reg. 194. - (Lambert Lambertszoon van) Reg. 194. Scharpenys Reg. 25. Schenen (Trude), vrouw van Goessen van Vyanen Reg. 267, 269. Schenck (Elsken), vrouw van Johan Ruiter Reg. 339, 414. Schetter (Eeffze van Camen, vrouw van Johan) Reg. 283. - (Johan) Reg. 283. - (heer Johan), proost van Sint Walburg te Zutphen Reg. 403. - (Truken) Reg. 283. Scherpenzeel genaamd Palick (Scarpenzeel, Scerpenzeell) (Gerrit van), landdrost van Veluwe Reg. 273. - (Johan van), richter van Arnhem en Veluwezoom Reg. 241*, 255. Scherpinck (Kerstken), gerichtsman te Hengelo Reg. 102*. Schieven (Gerrit Jan) Inv. 681. Schimmelpenninck (Alphart), schepen van Zutphen, scholt van Zutphen Reg. 37, 42. - (Andries), schepen van Zutphen Reg. 217-218, 318*. - (Geertruid van Voorthuizen, vrouw van Gerrit) Reg. 310. - (Gerrit), schepen van Zutphen Reg. 204. - (Gerrit), schepen van Zutphen Reg 298, 310, 321.341-343, 364*. - (Jacob), schepen van Zutphen Reg. 178*. - (Jacob), schepen van Zutphen Reg. 414. - (Johan), Reg. 197. - (Conrat), schepen van Zutphen Reg. 96, 100, 166. - (Sander), stadhouder en richter van het scholtambt Zutphen, rentmeester van het land van Zutphen, schepen van Zutphen Reg. 277, 311, 314*, 358*. - (Walraven) van der Oye, vrouw van Gerard Casijn van der Hell Inv. 832. Schipsmeder (Beernt) Reg. 182. - (Beertruid, vrouw van Beernt) Reg. 182. Scholdeman (Evert), schepen van Zutphen Reg. 53, 66, 73. - (Wolbert) Reg. 21, 73. Schoelwyck (Schoeltwick) (Henrick), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 52-53. - (Claas) Reg. 299. - (Styne, vrouw van Claas) Reg. 299. - (Peter), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 54.
pag. 127
- (weduwe van Peter) Inv. 55. Schomaker (mr. Herman) Inv. 818. - (Joost) Inv. 817. Schoonman (Rik) Inv. 801. - (Wilhelmina Catharina Kluver, vrouw van Rik) Inv. 801. Schroir (Margreet, vrouw van Oth) Reg. 297. - (Oth) Reg. 297. Schull (Schuel) (Eeffze Johan Egbertsdr., vrouw van Tilman) Reg. 301. - (Gerrit) Reg. 301. - (Henrick) Reg. 301. - (Tilman) Reg. 301. - (Truyke) Reg. 301. Schulten (Schulthen) (Gerit) Reg. 9. - (Welmarus), notaris Reg. 251, 299, 368, 395396, 399, 401, 403-406, 408. Zegefalken (Gerrit) Reg. 257. - (Janna, vrouw van Gerrit) Reg. 257. Seelestraat (de) in de Bakerweerd Reg. 299. Zesynck (Werner) Reg. 169. Seewynck (Henrick) Reg. 23, 88. - (Hille), vrouw van Vranck van Zweten Reg. 23, 88. Zeyst (Seyst) (Anthonis van), richter van Hengelo Reg. 211, 249, 274, 284. - (Johan van), richter van Hengelo Reg. 109. - (Johan van) Reg. 314. - (Mechteld, vrouw van Johan van) Reg. 314. Seystergoed (het) in het kerspel Hengelo Reg. 254. Seckbleck (het) in het kerspel Hengelo Reg. 254. Seckbleckerstraat (de) in het kerspel Hengelo Reg. 254. Zelhem (Zeelhem) (goederen onder) Inv. 813-814; Reg. 160, 179, 293, 374. - (landweer in het kerspel) Reg. 293. - (richter te) Reg. 160, 293. Zelle (Selle) (Gerrit) schepen van Zutphen, olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 405-407, 412*, 365, 400. Setter (Griete, dochter van Gerrit) Reg. 36. Setters (Claes) Reg. 25*. Zybergen (Agnes, vrouw van Johan van) Reg. 151. - (Johan van) Reg. 151. Sydeneng (de) onder Warken Inv. 691; Reg. 153. Syckynck (het goed) in de buurschap Warken Reg. 163. - (Lambert) Reg. 163. Slag (het) onder Vorden Inv. 637. Slick (Heilwich ten) Reg. 149. Slindewater (Slindewaeter, Slindewaiter, Slyndewater) (Arnt), schepen van Zutphen Reg. 197, 212, 215. - (Jacob), schepen van Zutphen Reg. 364*. Sloet (L.A.J. W. baron) Inv. 33. Sloynck (het goed) in de buurschap Leuvenum Reg. 255. Slotemaker (Slosmecker) (Styne), vrouw van Otto Bongenhoff Reg. 388. - (Lambert) Reg. 147. Sluyter (Sluiters) (Bernt) Reg. 243-244. - (Maria), vrouw van Wilhelm Bruggink Inv. 601. - (Trude, vrouw van Bernt) reg. 243-244. Smedeken (Menze) Reg. 45. Smedes (Alijt, vrouw van Reyner) Reg. 249. - (Elsebe, vrouw van Dirk) Reg. 46, 70. - (Reyner) Reg. 249.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Smedinck (Egbert) Reg. 219. - (Fie, vrouw van Gerrit) Reg. 158. - (Henrick) Reg. 48. - (Gerrit) Inv. 689; Reg. 158, 219. - (Mechteld) Reg. 182, 191. Smeinck (Anna) vrouw van Dirk Buysscher Reg. 398. - (Berndt) Reg. 398. - (Dirk) Reg. 398. - (Fie), vrouw van Dirk Mocking Reg. 398. - (Gerrit) Reg. 398. - (Hendrik) Reg. 398. - (Johan) Reg. 398. - (Johan) Reg. 398. - (Lisken Horsting, vrouw van Gerrit) Reg. 398. - (Lutgert) Reg. 398. - (Thomas, vrouw van Dirk) Reg. 398. Smid, zie: Johan Peterszoon. Snellenborch (Elsken, vrouw van Claes) Reg. 14. - (Claes) Reg. 214, 223. Snijder (Snider) van Essen (Jacob), secretaris van Zutphen Reg. 299, 309, 389. Snydewint (Henrick), maarschalk Reg. 196. Snycke (Armgart) Reg. 265. - (Jan) Reg. 265. Someren (ds. J. van) Inv. 756. Spaensweerd (Spaensweerth, Spaenswert, Spansenwerdtt) (heer van de) Inv. 745; Reg. 345*, 356, 397*, 415*. Spallen (Jutte) Reg. 96, 228. Spanje (koning van) Reg. 413. Spankeren (Spanckeren) (pastoor van) Reg. 408. Spill (Lebuinus ter), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 65-86. Stakebrant (Staekenbrant) (Aeltken Ruter, vrouw van Dirk) Reg. 339. - (Dirk) Reg. 339*. Staerinck (Starrick) (het goed) in de buurschap Warken Reg. 129, 235, 404. - (Engele, vrouw van Gerrit) Reg. 404. - (Gerrit) Reg. 129. - (Gerrit)Reg. 404. - (Mechteld Abbinck, vrouw van Wennemer) Reg. 293. - (Wennemer) Reg. 293. Standers (Dirk) Reg. 37. - (Gondert, vrouw van Dirk) Reg. 37. Stege (Steghen) (Bertolt ter) Reg. 5. - (Esseken ter) Reg. 5. - van Suchtelen (Gertken ter), vrouw van Johan Bueker Reg. 399. Stegeman (Griet, vrouw van Johan) Reg. 155, 273. - (Johan) Reg. 155, 273. Stegemansgoed (het) in het kerspel Voorst Reg. 155. Steenakkers (Stienakkers) (de) onder Warken Inv. 695; Reg. 289. Steynberghen (Johan van), schout van Zutphen Reg. 9. Steenderen (Steenre, Stiinre) (goederen onder) Inv. 678-682; Reg. 299, 342, 357. Steenhouwer (Sthienhouwer) (Sweer) Reg. 262. Stienmetseler (Wolter) Reg. 208. Steenre (Styender, Stienre) (Albert van), schepen van Zutphen Reg. 347*, 356*, 380. - (Byele) Reg. 380. - (Dirk van), schepen van Zutphen Reg. 262*.
pag. 128
- (Johanna van der Capelle, vrouw van Albert van) Reg. 380. Steven Joestzoon (Gonders, vrouw van) Reg. 154. - (Heyle, dochter van) Reg. 154. - , zoon van Johan Egbertsz. Reg. 368. Stoildreger (Arnt) Reg. 243. - (Claisken, vrouw van Arnt) Reg. 243. Stoffvoet (Stoefvoet) (Lucia), vrouw van Marcus van Olst Reg. 395. - (mr. Peter) Reg. 343. - (Wilhelma, vrouw van Peter), nadien vrouw van Wilhelm Berntss. Reg. 343, 347. Stockerakker (Stocketacker) (de) in de buurschap Vierakker Reg. 106, 116. Stoltenberch (Rickman), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 313. Straetenmaker (Aleid, vrouw van Wolter) Reg. 49. - (Wolter) Reg. 49. Stroede (het goed ten) in de buurschap Linde Reg. 62, 68. Stroetweide (de) onder Hengelo Inv. 637. Stuerman (Sturman) (Aleid, vrouw van Gerloff) Reg. 14. - (Armgard), vrouw van mr. Reyner Oesterhuys Reg. 78. - (Arnold) Reg. 14. - (Gerloff) Reg. 14. - (Henrick) Reg. 55. - (Henrick), schepen van Zutphen Reg. 222, 229*, 244. - (Johan), schepen van Zutphen Reg. 14, 20. - (Kunne, vrouw van Lambert) Reg. 22. - (Lambert) Reg. 22. - (Wermbolt) Reg. 14. Stuvenbergh (Geertruid, vrouw van Wermbolt) Reg. 18. - (Wermbolt) Reg. 14, 18. Suchtelen (Gerrit van), schepen van Zutphen Reg. 401*. - zie ook: ter Steghe. Zutphen Inv. 67, 764-766; Reg. 196-197, 292, 402, 414-415. - (zegel der stad) Reg. 39, 45, 76*, 79*, 115*, 124* 140*-141, 181*, 190, 201*, 203, 226*, 263*, 268*-269*, 290, 297, 306*, 317*, 323-324, 333*334*, 340*, 346*, 359*-360, 362*, 368*, 375*, 379, 398*, 409, 411*. - (armen te) Inv. 819, Reg. 288, 349. - (accijnsen te) Reg. 198, 329, 407. - (brouwerij te) Inv. 774; Reg. 278, 382, 393, 396. - (Gedersche Credietvereeniging te) Inv. 591-592. - (de hof te) Inv. 708. - (hofgericht van) Reg. 232, 234, 270, 275. - (hofrichter van) Inv. 708. - (olderlieden en gildemeesters van het lakenscheerdersgilde) Reg. 59, 100. - (leerkommen te) Inv. 782; Reg. 306. - (meimarkt te ) Reg. 127, 211. - (molens te) Reg. 45, 136, 166, 329. - (munt te) Inv. 832. - (rentebrieven op de stad) Reg. 72, 94, 99, 133, 139-141, 144, 148, 159, 166, 196-198, 214, 257, 292, 309, 312, 329, 381, 407. - (rosmolen te) Reg. 166. - (spoorlijn - Winterswijk) Inv. 730. - (tol te) Reg. 144, 292. - (watermolen te) Reg. 136, 329.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (weg van Apeldoorn naar) Inv. 758. - (weg van Lochem naar) Inv. 720, 729. - (wisselbank te) Reg. 198. (Zutphen) (landerijen) - (stadslanderijen van) Reg. 365, 381. - (Balverden bij) Reg. 381. - (Brinck bij) Reg. 381. - (eng te) Reg. 89, 132. - (Haedekynckkamp op de eng te) Reg. 89, 132. - (Holsterbrink op de eng te) Reg. 89. - (Holsterbrug bij) Reg. 132. - (Holstersteeg bij) Reg. 132. - (land in de Hoven te) Inv. 643. - (huizen en boven buiten de Hospitaalspoort) Reg. 10, 79, 97, 111, 145, 149, 317, 367. - (Koppel bij) Reg. 365. - (Korte Voren bij) Inv. 643. - (huizen en boven buiten de Laarpoort) Reg. 2829, 43, 80-81, 90, 122, 177, 233. - (Lange Maet op de eng te) Reg. 89. - (Lange Voren bij) Inv. 643. - (huizen en boven buiten de Marspoort) reg. 283, 409. - (Nieuwstadseng te) Reg. 132. - (hoven en gaarden buiten de Nieuwstadspoort te) Inv. 788; Reg. 32, 103, 115, 265. - (Noortveensebrug bij) Reg. 365. - (Olde Diep bij) Reg. 32. - (Onze Lieve Vrouwen Kamp bij) Inv. 613, 642; Reg. 79, 317. - (Oertken bij) Reg. 407. - (Scheurweide) Inv. 643. - (een gaarde bij de Schipsmeden bij) Reg. 32. - (Swypercamp op de eng te) Reg. 89. - (Swyperpas bij) Reg. 132. - (Varkensweide bij) Reg. 381. - (Wolfselersweerd bij) Reg. 365. (Zutphen) (straten, bruggen, poorten, muren) - (Apenstert) Reg. 5, 253. - (Armenhage te) Inv. 639, 824-825. - (Bakkerstraat te) Inv. 817, 824-825, 829; Reg. 22, 108, 131, 226, 278, 392, 396. - (Barlheze te) Inv. 801; Reg. 5, 182, 243, 250, 291, 326, 328. - (Beek te) Reg. 45-46, 285, 304. - (Berkelsingel te) Inv. 840-841. - (Berhardsteeg), zie: Dragerstraatje. - (Beukerstraat te) Reg. 15, 19, 23, 34, 95, 121, 248, 258, 266, 294, 301, 315, 367, 373, 386, 393. - (Bovenberg te) Inv. 772, 782; Reg. 201. - (Bornhovestraat te) Inv. 769-771; Reg. 114, 263, 268, 339, 362. - (Bredestraat te) Inv. 767-768; Reg. 267, 271, 333, 359, 387. - (Broederenstraat te) Reg. 276, 285, 368. - (Bussentoren te) Reg. 5. - (Dregerstraatje te) Reg. 334, 344, 351. - (Eynkpoort te) Inv. 773; Reg. 45. - (Fortificatiën te) Inv. 642. - (Frankensteeg te) Inv. 601; Reg. 24. - (Gasthuisstraat te) Inv. 835. - (Gasthuissteegje te) Reg. 297. - (gracht van de stad) Reg. 1, 97, 111, 149, 203, 209, 307. - (Haigen) Reg. 192.
pag. 129
- (Halterstraat te) Inv. 773; Reg. 45, 183, 237, 264, 371. - (Hofstraat te) Reg. 77, 184, 279, 301. - (Korte Hofstraat te) Inv. 779; Reg. 14, 119, 151, 368, 382. - (Lange Hofstraat te) Inv. 783-784; Reg. 64, 131, 181, 256, 308, 325, 331, 390, 392, 395, 411. - (Kolenstraat te) Inv. 774, 778; Reg. 325, 377. - (Koolsteeg te) Reg. 122-123, 150, 233, 307, 394. - (Korenmarkt te) Inv. 775-778; Reg. 269, 283, 297, 377. - (Kuiperstraat te) Inv. 780-781; Reg. 39, 131, 379, 396. - (Laarpoort te) Inv. 782; Reg. 7, 123, 199, 206, 296, 306, 349. - (Lokenstraat te) Inv. 641, 830-831; Reg. 27, 323-324, 398. - (Markt te) Inv. 601. - (Marspoort) (huizen buiten de) Inv. 776, 785, 801; Reg. 172. - (Molenpand te) Reg. 253. - (Molensteegje) Inv. 824-825. - (Molenstraat te) Inv. 786-787; Reg. 49, 76, 124, 246-247, 326. - (Mosmarkt te) Reg. 175, 369. - (stadsmuur te) Reg. 7, 49, 76, 114, 118, 124, 164, 172, 182, 187, 201, 272, 295, 305, 328, 380. - (Nieuwstad te) Inv. 640-641, 714, 817, 831; Reg. 4-5, 27, 45-46, 103, 115, 128, 175, 183, 201, 237, 264, 295, 323-324, 361, 369, 371, 398. - (Nieuwstadspoort te) (huizen en hoven bij de) Inv. 789; Reg, 346. - (Oudewant te) Reg. 378. - (Polsbroek te) Inv. 790; Reg. 110, 375, 396. - (hof van de Predikheren te) Reg. 136. - (Rijkenhage te) Reg. 304. - (Roggemarkt te) Reg. 143. - (de stadstoren het Rondeel) Reg. 1-2, 7, 11, 114. - (Rodetorenstraat te) Reg. 30, 138, 181, 238, 360, 390, 411. - (Rouwendijk te) Reg. 396. - (Salmarkt te) Inv. 791-792; Reg. 82, 138, 334, 344, 351, 360. - (Schultenvaelt te) Reg. 12. - (Schupstoel te) Inv. 793; Reg. 66, 69, 84, 334, 339. - (Schuttenbaan te) Reg. 307. - (Spiegelstraat te) Reg. 300. - (Spittaalspoort te) Inv. 613, 794; Reg. 1-2, 7, 114, 193, 203, 209, 272. - (Sprongstraat te) Inv. 795-796; Reg. 79, 190, 386. - (Steenbrug te) Reg. 45, 261. - (Turfstraat te) Inv. 797; Reg. 36, 170, 213, 245, 276, 285, 290, 303, 338, 348, 361, 363, 382. - (Vaaltstraat te) Reg. 245, 382. - (Vismarkt te) Reg. 379. - (Vleeshouwersstraat te) Inv. 798; Reg. 107, 137, 308, 340. - (wallen van de stad) Reg. 193, 296. - (Waterstraat te) Inv. 799; Reg. 108, 118, 164, 187, 239, 305, 380, 385, 389. - (Zeven Notenbomenstraat), zie: Lokenstraat.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
(Zutphen) (huizen). - (Biele in de Turfstraat) Reg. 338. - (Brandenborchhuis te) Reg. 268. - (Denemarken te) Inv. 640. - (de Drie Klaverbladeren te) Inv. 640. - (’s-Gravenhof te) Reg. 39. - (gruithuis te) Reg. 45. - (Margenborch te) Reg. 264. - (Papegaai te) Inv. 777; Reg. 297. - (raadkamer te) Reg. 415. - (Rode Toren te) Inv. 783; Reg. 181, 238. - (Kleine Rode Toren te) Reg. 181. - (schepenhuis te) Reg. 331. - (Gouden Vijzel te) Inv. 779; Reg. 368. - (wijntaveerne Vreden te) Reg. 326. - (Wildeman te) Reg. 143, 267. - (zeembereidersmolen te) Inv. 835. (Zutphen) (ambtenaren) - (burgemeester van) Reg. 47, 280, 295, 353. - (burgemeesters, schepenen en raad van) Reg. 309, 312. - (burgemeester en wethouders van) Inv. 17, 281. - (deurwaarder te) Reg. 350. - (gemeenslieden van) Reg. 72, 94, 99, 133, 139141, 144, 148, 159, 166, 196-198, 214, 257, 292, 309, 312, 317, 329, 365, 381, 407. - (magistraat van) Inv. 835. - (muntmeester van) Inv. 832. - (notaris te) Reg. 368, 395-396, 399, 401, 403406, 408. - (overrentmeester van) Inv. 406; Reg. 329. - (portier van de Marspoort te) Reg. 228. - (raad van) Reg. 118, 215. - (raad van de gemeente) Inv. 281. - (rector van de latijnse school te) Reg. 412. - (richter en schepenen van ) Reg. 1-2, 4-5, 7, 1012, 14-15, 19, 22-24, 27-30, 32, 34-35, 39, 43, 45-46, 49, 66, 69, 72, 76-77, 79-82, 84, 89-90, 94-95, 97, 99, 103, 107-108, 110-111, 114-115, 118-119, 122-124, 128, 131-133, 136-141, 143144, 148-151, 159, 164, 166, 170, 172, 175, 177, 181-184, 187, 190, 192-193, 196-198, 201, 203, 205-206, 209, 213-214, 226, 233, 237-239, 243, 245-246, 248, 250, 253, 256-258, 261, 263269, 271-272, 276, 278-279, 281, 283, 285, 290292, 294-297, 300-301, 303-308, 315, 317, 323326, 328-329, 331-334, 338, 340, 344, 346, 348349, 351, 359-360, 362-363, 365, 368-369, 371, 373, 375, 378-382, 387, 395, 398, 407, 409, 411. - (richter van het scholtambt) Reg. 235*, 242. - (secretaris van) Reg. 299, 309. - (schepenen van) Reg. 13, 18, 20-21, 26, 33, 38, 41-42, 47, 50-53, 56-57, 59-60, 63*, 65, 70, 73, 83, 85, 87-88, 96, 100, 105, 135, 147*, 178*, 186, 188-189, 191, 202*, 204, 212, 215, 217218, 222-223, 228-230*, 240, 244, 259, 262*, 280*, 282*, 298, 302, 310, 313*, 318*-322, 341, 343*, 347*, 353, 357-358*, 364, 366*, 374, 376*, 383*, 388*, 398-399, 401*, 405-406, 412*, 414*. - (schout van) Reg, 9, 16*-17*, 37, 40*, 54*, 62, 67, 92*, 104*, 127, 129, 153*, 162-163, 167-169, 195*, 199-200, 207-208*, 210, 216, 220-221, 224, 251, 260, 286, 311, 367, 391, 403-404, 413. - (stadhouder en richter van het scholtambt) Reg. 277, 267, 392, 403*-404, 413*.
pag. 130
- (stadhouder van het scholtambt) Reg. 235*, 242. (Zutphen) (kerken en in de kerken gevestigde broederschappen te) - (Sint Walburgskerk te) Reg. 47, 125. - (deken van Sint Walburg te) Reg. 47, 403. - (deur van de Sint Walburgskerk te) Reg. 125, 130, 168, 400. - (immuniteit van de Sint Walburgskerk) Reg. 47. - (kanunnik van Sint Walburg te) Reg. 47, 108, 379. - (kapelaan van Sint Walburg te) Reg. 323-324. - (kapittelheren van Sint Walburg te) Reg. 403. - (kerkmeester van de Sint Walburgskerk te) Reg. 308. - (proost van Sint Walburg te) Reg. 403. - (vicarissen in de Sint Walburgskerk te) Inv. 795; Reg. 20-21, 98, 138, 190, 306, 323-324. - (vicarissen van het Sint Martensaltaar in de Sint Walburgskerk te) Reg. 108. - (huis van de Sint Walburgskerk te) Reg. 49, 308. - (gaarde van de proosdij van Sint Walburg te) Reg. 115. - (Sint Annagilde in de Sint Walburgskerk te) Inv. 40a, 610-611, 645, 647, 651; Reg. 178, 264. - (olderlieden van het) Inv. 802; Reg. 254. - (olderlieden en gildemeester van het) Reg. 229, 239, 287. - (Sint Anthonis Grote Broederschap in de Sint Walburgskerk te) Inv.nrs. passim; Reg. 30, 35, 47, 72, 79, 106, 120-121, 125, 130, 157, 161, 165, 174, 178, 208, 210, 232, 247, 257, 263264, 268, 287*, 289*, 298, 309, 326-327, 353, 365, 381. - (gildebroeders van de) Inv. 2-4, 407. - (gildeknecht van de) Inv. 595-596. - (gildemeesters van de) Inv. 2-3, 407; Reg. 101, 131, 157, 175, 380, 405. - (olderlieden van de) Inv. 2-3, 407, 802; Reg. 241, 254, 258, 260, 267, 289, 313, 342, 345, 353, 360, 370-371, 374-375, 377-380, 382384, 387, 390-392, 395, 397, 400, 403-405, 407, 413-415. - (olderlieden en gildemeesters van de) Inv. 29a, 281; Reg. 38, 40-44, 50-54, 56, 63-65, 67, 73-76, 78, 82, 84, 87-90, 97-98, 100, 104-105, 107, 110-114, 116, 120, 122-124, 126-128, 132142, 145-146, 150-151, 154, 158-160, 165-166, 168, 170, 173, 176-177, 179-181, 183-188, 191195, 199, 201-203, 206-207, 212, 215, 217-218, 220-222, 228-230, 233, 235, 237-240, 244-246, 248, 250, 253, 256, 259, 261-262, 265-266, 269287, 291, 294-297, 299-302, 304-305, 307-308, 310, 318-322, 325, 327-338, 340-342, 344, 348, 350-352, 355-359, 363-364, 368, 372-373, 385386, 389, 393-394, 396, 401-402, 405, 408-412. - (preuvingen van de) Inv. 3, 18, 34-40, 85, 407, 594-603; Reg. 372, 400, 412, 414. - (procurators van de) Reg. 47. - (rentmeester van de) Inv. 30-30b, 51-406, 594-595, 597-599, 648; Reg. 326, 414. - (roggezolder van de) Reg. 146. - (toevanger van de) Reg. 241, 255, 260, 273, 298. - (woningen van de) Inv. 12-13, 28; zie ook: Ruitershofje. (Zutphen) (Sint Anthonis Kleine Broederschap in de Sint Walburgskerk te) Inv. 40a, 609.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Sint Anthonis Broederschap op de Nieuwstad te) Inv. 40a. - (Nieuwstadskerk te) (kerkmeester van de) Reg. 4, 361. - (koor van de) Reg. 361. - (koster van de) Reg. 361. - (orgel van de) Reg. 361. - (pastoor van de) Reg. 361. - (vicarissen in de) Reg. 361. - (vicecureit van de) Reg. 361. - (gaarde van de) Reg. 115. - (Ned. Hervormde Gemeente van) Inv. 819. (Zutphen) (kloosters, gasthuizen, liefdadige stichtingen). - (pater van het Adamanshuis) Reg. 215. - (verwaarders van het Adamanshuis) Reg. 215. - (armenhuisjes op de Nieuwstad) Reg. 295. - (Bornhof, moeder van het) Reg. 412. - (Broek) Reg. 175. - (Burgerweeshuis te) Reg. 414. - (Centraal Steunfonds te) Inv. 31. - (Elisabethsgasthuis te) Reg. 33. - (Oude Gasthuis te) Reg. 193, 339. - (rentmeester van het Oude en Nieuwe Gasthuis te) Inv. 50a. - (gasthuishof op de Nieuwstad) Reg. 201. - (Hellengang te) Inv. 832. - (Predikherenklooster) Inv. 819, Reg. 136, 213, 253. - (broeders in het Predikherenklooster te) Reg. 53, 288. - (prior van het Predikherenklooster te) Reg. 288. - (procurator van het Predikherenklooster te) Reg. 288. - (subprior van het Predikherenklooster te) Reg. 288. - (refter van het Predikherenklooster te) Reg. 288. - (Sint Barbarabeeld in de Broederenkerk te) Reg. 288. - (Sint Thomasbeeld in de Broederenkerk te) Reg. 288. - (O.L. Vrouwengilde in de Broederenkerk te) Inv. 769; Reg. 263. - (Ruitersgang te) Inv. 833. - (Ruitershofje te) Inv. 34, 597-600, 817-841; Reg. 361. - (portier van het Ruitershofje te) Inv. 820. - (provisorenkamer in het Ruitershofje te) Inv. 837. - (Spitaal te) Reg. 60, 64, 114. - (termijnhuis van de Sint Augustinusorde van Wesell) Reg. 23. - (zwarte monnik te) Reg. 285. Zutphen (landdrost van) Reg. 91*, 102*, 254, 299, 316, 342, 357, 413. Zutphen (drost en rentmeester van het land van) Reg. 48*. Zutphen (rentmeester van het land van) Reg. 162, 232, 234, 270, 275*, 314. Zutphen (Gedeputeerden van het Kwartier van) Inv. 819. Suderas (Zuderaes) (Albert van) Reg. 270. - (Trude, vrouw van Albert van) Reg. 270. Swafkynck (het goed) in het kerspel Hengelo Reg. 284. Zweten (Gerrit van) Reg. 88.
pag. 131
- (Hille Seewinck, vrouw van Vranck van) Reg. 23, 88. - (Hille van) Reg. 88. Zwolle (Swol) Reg. 252. - (burgemeesters, schepenen, raad en gemeenslieden van) Reg. 231. - (inkomsten en goederen van) Reg. 231. - (Johan van), pater van het Adamanshuis te Zutphen Reg. 215. T. Tanckinck (het goed) in de buurschap Warken. Reg. 219, 235. Tegerinck (Aleid, vrouw van Evert) Reg. 123. - (Evert) Reg. 123. Tecklenburg (Tekenenborch) (Jacoba gravin van), proosdin van Vreden Reg. 352. Tenkinck (Aleid, vrouw van Johan) Reg. 251. - (Johan), schoolmeester Reg. 251. - (Johan) Reg. 399, 401. Tydeman Ludolfs Reg. 12. - (Trude, vrouw van) Reg. 12. Thiesselinck (Johan), landdrost van Zutphen, schout van Lochem Reg. 413. Tyll (Till) (Alphert van), schepen van Zutphen Reg. 354, 366*, 384*. - (Henrick van), schepen van Zutphen Reg. 399. - (Hille, vrouw van Roelof van) Reg. 26. - (Roelof van) Reg. 24, 26. Timp (de) onder Warken Inv. 724. Tympe (Henrick) Reg. 91, 112. - (Henrick) Reg. 91. Tjoeden (Tyoeden, t’Joeden) (Beernt) Reg. 152, 162, 169. - (Geertruid, vrouw van Beernt) Reg. 152, 162, 169, 217-218. - (Geertken) Reg. 222. Tjoecckinck (het goed) in de buurschap Varsel Reg. 208. Toldijk (goederen in de) onder Steenderen Inv. 678; Reg. 357. Tolner (Tollener, Collener) (Geertruid, vrouw van Werner) Reg. 22. - (Werner), schepen van Zutphen Reg. 22, 41, 57, 59-60, 63*. Tonden (goederen in de buurschap) Reg. 36, 142. Troyen (Bertken) Reg. 135. Trummesleger (Henrick) Reg. 328. - (Wobbe, vrouw van Henrick) Reg. 328. Twickel (vrijheer M.J.F.J.A.A.V. von) Inv. 654. U. Ubbekinck, zie: Obbekinck. Udynck (Griete, vrouw van Johan) Reg. 224. - (Griete) Reg. 282. - (Johan) Reg. 224. Utrecht (Traiectum) (kanunnik in de diocees van) Reg. 227. - (officiaal van) Reg. 227*. V. Faalverinck (het goed) onder Hengelo Inv. 676677a.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Vatebender (Fenna), vrouw van Henrick Ruiter Reg. 389. Valke (Valck) (het goed) onder Eefde Inv. 714; Reg. 357, 403. - (Willem) Reg. 269. - Genaamd Kremer (Henrick) Reg. 391. - (Sophia Kremer, vrouw van Henrick) Reg. 391. Varsel (Varselle) (goed in de buurschap) Reg. 208. Varsseveld (Verseveldt) (Aleid) Reg. 298. Vas (Gert) Reg. 6. Veelen (Herman van), landdrost van Zutphen Reg. 254. Veluwe (geërfden op de) Reg. 341, 356*, 400. - (landdrost van) Reg. 273. Veluwezoom, zie: Arnhem. Veen (Feen, Vene, Veyn, Veyne) (het goed ten) onder Eerbeek Inv. 735-743; Reg. 6, 86, 241, 327. - (Berend ten) Inv. 738; Reg. 86. - (Berend ten) Inv. 815; Reg. 236, 240-241. - (Delis ten) Reg. 236. - (Geertruid, vrouw van Berend ten) Inv. 815; Reg. 240-241. - (Jutte ten) Inv. 737; Reg. 58. - (Reyneken ten) Dolenzoon Reg. 86. - (Rense ten) Inv. 736; Reg. 6. - , zie: Ronde. Veer (Veher, Ver) (Evert) Reg. 364. - (Herman) Reg. 364. - (Johan) Reg. 210. - (Joahnna) Reg. 364. - (Lenze), schepen van Zutphen Reg. 217-218, 228, 230*. - (Lenze), schepen van Zutphen Reg. 353, 366*. - (Willem), schepen van Zutphen Reg. 381, 401*. Vecht (heer Peter van der), deken van de Sint Walburgskerk te Zutphen Reg. 403. Veld (het) onder Warken Inv. 724. - (het Grote) onder Warken Inv. 722. Velde (de kamp bij den) onder Warnsveld Reg. 17. Veldeken (Veltken) (het) in het kerspel Hengelo Reg. 61, 109. Veldkamp (het goed) onder Warken Inv. 723-724a. Veltkenseng (Vellekesenk) (de) in het kerspel Hengelo Inv. 662; Reg. 61, 109, 130. Veldsnede (de voorste) onder Warken Inv. 724. Veldwijk (Veldwick) (goederen in de buurschap) onder Zelhem Inv. 813; Reg. 127, 160, 167, 311. Verhuell (Gijsbert), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 87-94. Verseveldt zie: Varsseveld. Verwer (Johan) Reg. 105. - (Clara Kerkhellen, vrouw van Johan) Reg. 105. - (Thomas), kerkmeester van de Nieuwstadskerk Reg. 361. Vianen (Geertruida Schenen, vrouw van Goessen van) Reg. 267, 269. - (Goessen van), barbier Reg. 267, 269. Vienne (Viena) (klooster van Sint Anthonius te) Reg. 47. Vierakker (Vyeracker, Viirackeren) Inv. 830. - (goederen in de buurschap) Reg. 106, 116, 146, 152, 162, 232, 234, 270. - (Willem van) Reg. 134. Vierackersteeg (de) Reg. 232.
pag. 132
Flieren (Vlyeren) (Agnes, vrouw van Jan van) Reg. 263, 268. - (Jan van) Reg. 263, 268. Floeinck (het goed) in het kerspel Brummen Reg. 400. Vludinghen (land op de) onder Gent Inv. 842; Reg. 8. Voet (Voit) (Berndt) Reg. 405*-406*. - (Hesse Krans, vrouw van Willem) Reg. 261. - (Willem) Reg. 261. Volckerinck (Voelckerinck) (Fenne, vrouw van Gosen) Reg. 225. - (Gosen) Reg. 225. - (Henrick) (Henricus Henrici de Lochem) Inv. 843; Reg. 225. Volmer (Johan), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 164-173. Vogelken, zie: Lochem. Voornekampsbos (het) onder Warken Inv. 711. Voornekampsweide (de) onder Warken Inv. 711. Voorst (Voerst, Voirst, Opvoirst) (goederen onder) Inv. 757-761; Reg. 36, 74, 142, 155, 273, 330, 335-337, 341. - (het goed de) in het kerspel Warnsveld Reg. 101. - (Ave van), vrouw van Johan van Holthuesen Reg. 310. - (Evert van der), schepen van Zutphen Reg. 38, 64. - (Evert van der) Reg. 101. - (Gerrit van der), kerkmeester Reg. 33. - (Gijsbert van) Reg. 310. - (Ryckwyn van) Reg. 310. - (Sweder van), landdrost van Zutphen Reg. 299. Voorsterklei (de) Inv. 758. Voirstonden (goederen in de buurschap) Reg. 336. Voirstonder Enck Reg. 336. Voorthuizen (Voirthuisen, Vorthusen) (Elsken, vrouw van Henrick van) Reg. 125. - (Geertruid van), vrouw van Gerrit Schimmelpenninck Reg. 310. - (Gerrit van), schepen van Zutphen Reg. 202*. - (Henrick Johansz van) Reg. 125*. - (Henrick Zwedersz. van) Reg. 272. - (Johan Gerritsz. van), burgemeester van Zutphen Reg. 295, 342, 347*, 353, 357, 361*. - (Johan Jansz. van) Reg. 388*. - (Kathrina, vrouw van Henrick van) Reg. 272. - (Walburga Yseren, vrouw van Johan van) Reg. 295. Voirvechter (Voervechter, Vurvechter) (Aleid, vrouw van Johan) Reg. 175. - (Arndt) Reg. 81. - (Heilwich, vrouw van Arndt) Reg. 81. - (Johan) Reg. 175. - (Johan) Reg. 363. - (Johanna, vrouw van Johan) Reg. 363. Vorden (Fuyrden, Voirden) Reg. 220-221. - (bossen onder) Inv. 726. - (goederen onder) Inv. 637, 806-809; Reg. 48, 62, 127, 167, 200, 207-208, 216, 242, 251, 277, 311, 355, 367. - (kerkeland te) Reg. 401. - (kerkmeester van) Reg. 251. - (lenen van de heerlijkheid) Reg. 112. - (weg van Almen naar) Inv. 721.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
- (Arndt van), schepen van Zutphen Reg. 117*, 186, 194. - (mr. Bernd van), rector van de latijnse school te Zutphen Reg. 412. - (Henrick van), schepen van Zutphen Reg. 240, 247, 282, 302, 310. - (Hermanus van) Reg. 310. - (Johan van) Reg. 144. - (Lamme, vrouw van Arndt van) Reg. 117. - (Machteld, vrouw van Johan van) Reg. 144. Voss (Geertruid, vrouw van Marten) Reg. 215. Voskamp (het goed) in de buurschap Linde Inv. 807; Reg. 355. Vreden (abdis, proosdin, kelnerse, kosteres en kapittelheren van) Reg. 352. - (Alijd, vrouw van Egbert van) Reg. 190. - (Alijd, dochter van Griete van) Reg. 9. - (Egbert van) Reg. 190. - (Griete van) Reg. 9. - (Johan van) Reg. 367. Freuleweide (de) onder Voorst Inv. 757. Vrilix, zie: Haegen. Vryese (Eefse, vrouw van Peter) Reg. 307. - (Peter) Reg. 307. Vryesengoed (het) in het kerspel Voorst Reg. 74. Vroynck (Vroeynck, Vroedynck) (het goed) onder Vierakker Reg. 146, 270. - (Dirk) Reg. 146, 162. - (Griete, vrouw van Dirk) Reg. 146. - (Herman) Reg. 75. Vroet (de) onder Warken Inv. 705. Vrusynck (Arnd) Reg. 152. Vruyssinck, zie Enzerinck. Fuyrden, zie: Vorden. W. Waer, zie: Haer. Wachtendonck (Maria van), vrouw van Thomas van Carpen Reg. 361. Walgemoed (D.J.) Inv. 50, 627a. - (H.J.), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 378-405. Walle (Wal, Wall) (Agnes, vrouw van Andries van den) Reg. 260. - (Andries van den) Reg. 260. - (Arnt Dirksz. van den) Reg. 108. - (Arnt van den), schepen van Zutphen Reg. 189. - (Arnt van den), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 414. - (Dirk van den), schepen van Zutphen Reg. 105. - (Dirk ten), schepen van Zutphen Reg. 298, 310. - (Evert van den), schepen van Zutphen Reg. 33, 38. - (Gelmer van den), schepen van Zutphen, stadhouder van de scholt van Zutphen Reg. 118, 163, 169, 176, 187-188. - (Carel van den) Reg. 398. - (Margriet, vrouw van Gelmer van den) Reg. 118, 187-188. - (Mechteld, vrouw van Carel van den) Reg. 398. - (Willem van den), richter van Gendt Reg. 8*. Warken (Varcken, Waricken, Warcken, Wercken) (goederen onder) Inv. 683-724, 727, 811; Reg. 3, 16-17, 40, 44, 48, 92, 122, 125, 129, 153, 158, 163, 169, 171, 195, 199, 210, 219, 224,
pag. 133
229, 235, 275, 282, 289, 350, 358, 364, 400, 402, 404, 413. - (mark van) Inv. 719; Reg. 92, 402. Warkense boom (de) Reg. 402. - Eng (land in de) Inv. 700, 711, 713. - tienden (de) Inv. 715. - veld (het) Inv. 727. Warnsveld (Waernsfelde, Wansvelt, Warnsfelde, Wernsfelde) (goederen onder) Inv. 607, 637, 683-734, 811-812; Reg. 3, 9, 16-17, 40, 48, 9293, 101, 106, 116, 125, 129, 134, 146, 152-153, 158, 162-163, 169, 171, 195, 199, 210, 219, 224, 229, 232, 234-235, 260, 270, 275, 282, 286, 289, 350, 358, 364, 400, 402-404, 413. - (de Nieuwe Begraafplaats te) Inv. 650, 656, 704, 712. - (richter van) Reg. 251. Wassinck (Wassingh) (Beernt), gildemeester van het scroedergilde, Reg. 100. - (Fenne, vrouw van Pelgrum) Reg. 4. - (Pelgrum) Reg. 4. Webell geheten Otten (Dirk van) Reg. 167. - zie ook: Obelle. Weedersche (Andries) Reg. 168. - (Lysbeth, vrouw van Andries) Reg. 168. Weeghstuck (het land het) onder Warnsveld Reg. 17. Weenink (Filippus Johannes), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 270-280. Weynck (Gerrit) Reg. 195. Weerdt (Weert, Wert) (Aleid, vrouw van Bernt) Reg. 44. - (Aleida van Gogh, vrouw van Thomas) Reg. 309. - (Bernt) Reg. 44. - (Henrick) Reg. 17, 44. - (Henrick) Reg. 44. - (Henrick), stadhouder en richter van het scholtambt Zutphen Reg. 235*, 242, 309. - (Johan) Reg. 44. - (Neze) Reg. 44. - (Thomas), stadhouder en richter van het scholtambt Zutphen Reg. 309, 311. Weertslach (het) onder Tonden Reg. 36. Wetinck (Lambrech), vrouw van Bernt Duensbarch Reg. 374. Welmer Berntsz. Reg. 387. - (Aleid, vrouw van) Reg. 387. Wensinck (het goed) onder Eerbeek Inv. 735-743. - (Dirk) Reg. 214, 223. - (Eefse, vrouw van Harmen) Reg. 242. - (Henrick) Reg. 223. - (Herman) Reg. 242. Wentholt (Derk Joost), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 193-211. Werden (proost van) Inv. 738; Reg. 86*. Wernerdinck (Reynt) Reg. 71. Werve (Henrick van den) Reg. 3*. Wesselynck (het goed) in het kerspel Vorden Reg. 200. Westerholt (Coenraad van), scholt van Zutphen Reg. 403-404, 413. Wise, dochter van Lubbe Reg. 236. Wichman, zoon van Lubbe Reg. 236. - Reynerszoon Reg. 37. - (Geertruid, vrouw van) Reg. 37, 52. - (Griete, dochter van) Reg. 52.
Sint Anthony Groote Broederschap (archiefnummer 84) © Stads- en Streekarchief Zutphen
Wichmond (land onder) Reg. 37, 51, 55, 154, 168. - (de hoge weg onder) Reg. 37. - (de kerk te) Reg. 154. - (de weem te) Reg. 154. - (Griete van) Reg. 66. - (Trude, dochter van) Reg. 66. Weyers (Evert) Reg. 153. - (Lumme, vrouw van Evert) Reg. 153. Wijnbergense tienden (de) onder Warken Inv. 715. Wijnhoff (Melchior), rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 95-132. Willem (Wilhelm) Berntsz. Reg. 347. - (Wilhelma, vrouw van 1) Peter Stoffvoet 2) Wilhelm Berntss Reg. 343, 347. - Frerixz. Reg. 278. - (Everarda, vrouw van) Reg. 278. - Gerritsz. Reg. 122, 199. - (Aleid, vrouw van) Reg. 122, 199. - Jansz., rentmeester van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 56-64; Reg. 414. - , zoon van Steven Joostsz. Reg. 154. Wiltynck (Giele) Reg. 115, 147. Windesheim (prior en convent van) Reg. 252. Wynckel (Johan to) Reg. 274. Winshem (Wynsshem) (Jacob van), schepen van Zutphen Reg. 414. Wynter (Lubbe, vrouw van Willem) Reg. 236. - (Willem) Reg. 236. Winterswijk (spoorlijn van Zutphen naar) Inv. 730. Wisch (Wysch, Wissche) (Gijsbert van) Reg. 345, 356. - (Henrick, heer tot), ridder, drost en rentmeester van het land van Zutphen Reg. 48*. - (Thomas van Meeckeren, vrouw van Gijsbert van) Reg. 345. - Zie: Homoet. Wissink (het goed) in het kerspel Hengelo Reg. 71, 274. Witte (Wytten, Wyt) (Dirk den) Reg. 102, 117, 178. - (Dirkje Mengerinck, vrouw van Frans die) Inv. 770; Reg. 268. - (Frans die), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Inv. 770; Reg. 254, 260, 268, 289. - (Jutte Kalffsler, vrouw van Dirk die) Reg. 102, 117, 178. Witten Haege (de) onder Steenderen Inv. 678. Woest (Dirk die) Reg. 150. - (Eefse, vrouw van Wychman die) Reg. 23. - (Eefse die) Reg. 150. - (Steven, vrouw van Dirk die) Reg. 150. - (Wychman die) Reg. 23. - (Wychman die) Reg. 150. Wolbert, zoon van Johan Egbertsz. Reg. 368. Wolschenhuesen (Griete ten) Reg. 206. - (Katharina ten) Reg. 206. Wolter Arnts (Hensken, vrouw van) Reg. 258. Wonnink (het geslacht) Reg. 221. Wouw (de klokkengieters Van) Reg. 309. Wullinck (Beernt) Reg. 179*. Wullinckslach (het) onder Wichmond Reg. 168. Wuestinck (Egbert), olderman van de Sint Anthonis Grote Broederschap Reg. 413. IJ. zie I. Z. zie S.
pag. 134