Stad Beringen JEUGDKAMPEERPLAATSEN. Bijzonder Bestek nr.:

Stad Beringen JEUGDKAMPEERPLAATSEN Bijzonder Bestek nr.: 127575-03

COLOFON Opdracht:

Beringen JEUGDKAMPEERPLAATSEN Bijzonder bestek nr. 127575-03

Opdrachtgever:

VLM Landinrichting Koning Astridlaan 10 3500 Hasselt

Ontwerper:

Soresma nv Britselei 23, 2000 Antwerpen tel fax email

+32 3 221 55 00 +32 3 221 55 03 [email protected]

Identificatienummer: 127575-03_Bijzonder_Bestek.doc Datum:

status / revisie:

Juni 2010

versie 2

Vrijgave: Jan Parys, contractmanager Projectmedewerkers:

Olivier Elsen projectleider Haijen Carolien, projectmedewerker verkeer Maes Pascale, projecttechnicus

Soresma 2010 Zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Soresma mag geen enkel onderdeel of uittreksel uit deze tekst worden weergegeven of in een elektronische databank worden gevoegd, noch gefotokopieerd of op een andere manier vermenigvuldigd.

SYNOPSIS

Bestek nr.:

127575-03

Dossier nr.:

…………………………

Provincie:

Limburg

Gemeente:

Beringen

Werken:

JEUGDKAMPEERPLAATSEN Deze opdracht omvat de herinrichting van de parking met als nieuwe invulling jeugdkampeerplaatsen en slechts enkele nieuwe parkeerplaatsen.

Aanbestedende instantie: VLM Vlaamse Landmaatschappij Gulden Vlieslaan 72 B-1060 Brussel Inlichtingen op het adres: VLM – prov. Afd. Limburg Koningin Astridlaan 10 3500 Hasselt Tel. 011/29.87.00 Wijze van gunning:

Openbare aanbesteding

Wijze van prijsbepaling:

De opdracht wordt aangezien als een gemengde opdracht bestaande uit posten met vermoedelijke hoeveelheden en posten met een forfaitaire hoeveelheid.

Opening der offertes:

De opening vindt plaats op ………………………………………….. in de kantoren van de Vlaamse Landmaatschappij, Afdeling Limburg, Koning Astridlaan 10, 3500 Hasselt.

Uitvoeringstermijn:

60 werkdagen

Erkenning:

klasse 3 of hoger categorie of ondercategorie:C, G en P

Registratie: Kostprijs bestek:

00 of 01, 02, 05, 06 en 26

……..…..€ Vooraf te storten op rekening 406-2090461-24 op naam van Soresma met vermelding “bestek 127575-03” . Het bestek wordt per reguliere post (kilopost) verzonden.

Uiterste aanvraagdatum:

……………………..

Stad Beringen: JEUGDKAMPEERPLAATSEN Nr.127575-03/PAM

1 van 61 12-7-2010

VOORAFGAANDE NOOT De indeling van onderhavig bestek is deze van het “Standaardbestek 250 v2.1 voor de wegenbouw” met dien verstande dat enkel en alleen de voorschriften worden vermeld die worden aangevuld of vervangen.


2 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK I: ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN

1. Wetgeving 1. Wet van 24 december 1993 (BS van 22-01-1994) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten. 2. Koninklijk besluit van 8 januari 1996 (BS van 26-01-1996) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken. 3. Koninklijk besluit van 26 september 1996 (BS van 18-10-1996) en latere wijzigingen tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, alsmede de bijlage bij dit Koninklijk besluit betreffende de algemene aannemingsvoorwaarden. 4. het standaardbestek 250 versie 2.1 voor de wegenbouw, goedgekeurd door de Vlaamse Regering gepubliceerd in juli 2006. 5. Het ministerieel besluit van 07/05/1999 inzake verkeersbelemmeringen op de openbare weg.

het

signaleren

van

werken

en

6. Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming en CODEX. 7. Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (BS van 18-09-1996) en latere wijzigingen en haar uitvoeringsbesluiten. 8. Koninklijk Besluit van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke en mobiele werkplaatsen (BS van 07-02-2001), inclusief latere wijzigingen. 9. Inzake erkenning van aannemers zijn van toepassing: - de wet van 20 maart 1991 (BS van 06-04-1991) gewijzigd 19 september 1994 (BS van 0803-1996) en 10 februari 1999 (BS van 23-03-1999) - het KB van 26 september 1991 (BS van 18-10-1991) - het MB van 27 september 1991 (BS van 18-10-1991). 10. Omzendbrief van 23 april 2007 – Overheidsopdrachten – Administratieve vereenvoudiging – Impliciete verklaring op erewoord betreffende de persoonlijke toestand in het kader van de kwalitatieve selectie (B.S., 27 april 2007) (hierna de “Federale Omzendbrief Verklaring Erewoord”); en 11.Rondzendbrief van 31 mei 2007 ref. BZ-OVO-07-01 betreffende Overheidsopdrachten – Vereenvoudiging van formaliteiten – Techniek van de “impliciete verklaring op erewoord” bij toepassing van de artikelen 17, 43 en 69 van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken (B.S., 21 september 2007) (hierna de “Vlaamse Omzendbrief Verklaring Erewoord”).


3 van 61 12-7-2010

2. Algemene inlichtingen Dit eerste deel heeft betrekking op de regeling tot gunning van een overheidsopdracht totdat de kandidaat is aangesteld. De bepalingen die vervat zijn in dit deel, hebben betrekking op de wet van 24 december 1993 en het KB van 8 januari 1996 en latere wijzigingen. - Voorwerp van de opdracht JEUGDKAMPEERPLAATSEN Deze opdracht omvat de aanleg van een kleinschalige waterzuiveringsinstallatie (KWZI) en aansluiting op de bestaande afvoerleiding naar de gracht. - Wijze van gunning De wijze van gunning staat vermeld in de synopsis - Aanbestedende overheid De aanbestedende overheid, staat vermeld in de synopsis. - Vereiste erkenning De vereiste erkenning staat vermeld in de synopsis. - Vereiste registratie De aannemer moet geregistreerd zijn overeenkomstig artikel 400 van het wetboek van inkomstenbelastingen 1992 en artikel 30 bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders. De vereiste registratie staat vermeld in de synopsis. 3. Hetkoninklijk besluit van 8 januari 1996 - Artikel 16 t.e.m. 20 - De kwalitatieve selectie (KB van 8 januari 1996 - artikel 18 & 19 Federale Omzendbrief Verklaring Erewoord, Vlaamse Omzendbrief Verklaring Erewoord) De inschrijver dient z’n financiële en economische draagkracht aan te tonen door indiening van volgende referenties:  Passende bankverklaringen (1)  Voorlegging van balansen, uittreksels uit balansen of jaarrekeningen van de onderneming (1)  Verklaring betreffende de totale omzet en de omzet in werken van de onderneming over de laatste 3 boekjaren. (1) De inschrijver dient z’n technische bekwaamheid aan te tonen door indiening van volgende referenties:  Studie- en beroepskwalificaties van de aannemer en/of van het ondernemingskader en, in het bijzonder, van de verantwoordelijke(n) voor de leiding van de werken. (1)


4 van 61 12-7-2010

   

Een lijst van de werken uitgevoerd tijdens de laatste 5 jaar, en gestaafd door getuigschriften (1) van goede uitvoering voor de belangrijkste werken. Een verklaring die de werktuigen, het materieel en de technische uitrusting vermeldt, waarover de aannemer zal beschikken voor de uitvoering van het werk. (1) Een verklaring die de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming en de (1) omvang van het kader weergeeft tijdens de laatste 3 jaar. Een verklaring waarin de technici of de technische diensten vermeld worden die, al dan niet deel uitmakend van de onderneming, ter beschikking zullen staan van de aannemer voor de (1) uitvoering van het werk.

- Artikel 83 – Technische specificaties De technische bepalingen die op de opdracht van toepassing zijn, worden opgesomd in de Algemene en Bijzondere Technische Bepalingen. Zo in deze Algemene en Bijzondere Technische Bepalingen wordt verwezen naar bestaande typebestekken, dan zijn enkel de technische bepalingen van deze typebestekken van toepassing, met uitsluiting van de administratieve bepalingen die deze bestaande typebestekken zouden bevatten. - Artikel 86 – Prijsbepaling In de samenvattende opmetingsstaat gaat de post vergezeld: 1. Voor de opdracht voor een globale prijs: • Van de vermelding “FH”, forfaitaire hoeveelheden, wanneer de hoeveelheid aangegeven is. • Van de vermelding “TP”, totale prijs, wanneer de hoeveelheid niet aangegeven is. 2. Voor de opdrachten volgens prijslijst: van de vermelding “VH”, vermoedelijke hoeveelheid. 3. De vaste verrekenbare som: is een voorziene som die door de aannemer verantwoord wordt aan de hand van prijsvraag voor kleine werken in uitvoering van de beschrijving der post en waarvan de leidende ingenieur zijn goedkeuring heeft gegeven voor uitvoering. De post wordt maar aan de aannemer betaald naargelang de werken zijn uitgevoerd en verantwoord met facturen van de door de leidende ingenieur goedgekeurde werken. Op de levering van materialen en onderaanneming is hij gerechtigd een marge van 10% aan te rekenen voor vergoeding van algemene onkosten en winst. Hij is echter niet gerechtigd deze vergoeding voor algemene onkosten en winst te rekenen op de proeven welke in opdracht van het opdrachtgevend bestuur worden uitgevoerd. Deze wordt aangeduid en afgekort met de vermelding “VB”, verplicht bedrag. 4. De posten “Pro Memori” (PM) zijn posten die vermeld zijn in de meetstaat maar waarvoor er geen apart inschrijvingsbedrag dient voor opgegeven te worden. Deze dienen inbegrepen te zijn in de aanneming en als dusdanig verdeeld te worden over de andere posten. - Artikel 89 - Vorm en inhoud van de offerte De inschrijver maakt zijn offerte op en vult de samenvattende opmetingsstaat in op het bij het bestek behorende formulier. Indien de inschrijver zijn offerte maakt op andere documenten dan op het voorziene formulier moet op ieder van deze documenten volgende verklaring worden opgenomen :


5 van 61 12-7-2010

"Ik ondergetekende, . . . ………………………….. . . , verklaar te hebben nagezien dat de hierna vermelde gegevens in volstrekte overeenstemming zijn met de vermeldingen op het (de) door het bestuur verstrekte model(len) van offerte, of samenvattende opmetingsstaat(-aten) en neem daartoe de volledige verantwoordelijkheid op mij. Iedere vermelding die strijdig is met het door het bestuur vastgesteld model moet als niet geschreven worden beschouwd, met uitzondering van de posten waarvan de hoeveelheden werden gewijzigd overeenkomstig artikel 96 § 2 van het KB van 8 januari 1996 die, samen met de eventuele aangevulde leemten, op de laatste bladzijden van mijn document zijn vermeld." Volgende bescheiden, modellen, monsters en inlichtingen moeten bij de offerte worden gevoegd : •

Attest registratie

•

Attest erkenning

•

RSZ-attest dat overeenstemt met de geldende onderrichtingen. o

Verklarende nota betreffende de verwezenlijking van het Veiligheids- en Gezondheidsplan minimaal omvattende:

o

in te zetten middelen

o

uitvoeringsmethodes

o

Kostprijsberekening van de individuele en collectieve beschermingsmiddelen

De documenten moeten door de inschrijver of zijn gemachtigde worden ondertekend. Doorhalingen, overschrijvingen, aanvullingen of wijzigingen, zowel in de offerte als in de bijlagen, die de essentiële voorwaarden van de opdracht zoals prijzen, termijnen, technische specificaties kunnen beïnvloeden, moeten eveneens door de inschrijver of zijn gemachtigde ondertekend worden. Deze documenten worden in 2 exemplaren bijgevoegd (1 origineel en 1 afschrift) - Artikel 90 - Bij te voegen bescheiden De inschrijver is verplicht de in het bestek gevraagde bescheiden, modellen, monsters en alle andere inlichtingen bij zijn offerte te voegen. De bijzondere aandacht van de inschrijver wordt erop gevestigd dat hij, overeenkomstig artikel 90 § 3 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 vóór de opening van de offertes een origineel attest, afgeleverd door de RSZ, voorzien van de droogstempel van deze dienst, moet voorleggen. Voor de inschrijvers van vreemde nationaliteit is artikel 17 bis § 2 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 van toepassing. De bijzondere aandacht van de inschrijvers wordt gevestigd op de artikelen 93, 94 en 95 omtrent vereniging, volmacht en vervanging. Naast de bescheiden en nota’s, vereist door de wettelijke en reglementaire bepalingen en door de documenten waarnaar dit bijzonder bestek verwijst, dient de inschrijver nog de volgende documenten bij zijn offerte te voegen:


6 van 61 12-7-2010

Het document en de afzonderlijke prijsberekening bedoeld in artikel 30, tweede lid, 1° en 2°, van het KB van 25-1-2001 betreffende de tijdelijke en mobiele werkplaatsen, met name: •

•

een document dat verwijst naar het veiligheids- en gezondsheidplan en waarin de inschrijver beschrijft op welke wijze hij de werken zal uitvoeren om rekening te houden met veiligheids- en gezondheidsplan. een afzonderlijke prijsberekening in verband met de door de het veiligheids- en gezondheidsplan bepaalde preventiemaatregelen en –middelen, inbegrepen de buitengewone individuele beschermingsmaatregelen en –middelen.

De inschrijver dient een bewijs te geven van aansluiting bij een erkende bodembeheerorganisatie. Indien de uitvoerder van het grondverzet een onderaannemer is, dient de inschrijver het bewijs van diens aansluiting bij een erkende bodembeheerorganisatie te geven. Indien de uitvoerder van het grondverzet een onderaannemer is, dienen zowel de hoofdaannemer als onderaannemer een aangeslotene bij een erkende bodembeheerorganisatie te zijn. Eveneens het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico's. - Artikel 96 § 2. - Verbetering van de vermoedelijke hoeveelheden De verbetering van de vermoedelijke hoeveelheden van de posten van de meetstaat overeenkomstig artikel 96. § 2. is NIET toegestaan. - Artikel 100 – Prijsopgave De prijzen zijn verplicht in euro en worden weergegeven tot op 2 decimalen nauwkeurig. De belasting op de toegevoegde waarde wordt in een afzonderlijke post van de opmetingsstaat vermeld om bij de prijs van de offerte te worden gevoegd. - Artikel 104 - Indienen van de offerte Het offerteformulier en de bijbehorende samenvattende opmetingsstaat moet worden geschoven in een definitief gesloten omslag waarop zijn vermeld : - de datum van de zitting waarop de offertes worden geopend; - de verwijzing naar het bestek en eventueel naar de nummers van de betrokken percelen. Bij inzending over de post, als gewoon of aangetekend stuk, moet die gesloten omslag geschoven worden in een tweede gesloten omslag met de vermelding “Offerte” en vermelding van projectnaam: “127575-3 JEUGDKAMPEERPLAATSEN” Bij inzending over de post, als gewone of aangetekende zending, wordt de definitief gesloten omslag geschoven in een tweede omslag met daarop: - het bovenvermeld adres - de omschrijving van de opdracht - de vermelding ”OFFERTE”. De offerte moet geadresseerd worden aan:


7 van 61 12-7-2010

Vlaamse Landmaatschappij, Afdeling Limburg, Koning Astridlaan 10, 3500 Hasselt. Iedere offerte moet bij de voorzitter van de zitting voor de opening van de offertes toekomen alvorens hij de zitting opent. Nochtans wordt een offerte die te laat toekomt in aanmerking genomen voor zover: 1. de aanbestedende overheid aan de aannemer nog geen kennis heeft gegeven van haar beslissing; 2. en de offerte ten laatste vier kalenderdagen vóór de dag vastgesteld voor de ontvangst van de offertes bij de post als aangetekende zending is afgegeven. - Artikel 106 - Opening van de offertes De opening van de offertes staat vermeld in de synopsis. - Artikel 113 – Varianten Het bestek legt geen varianten op (= verplichte varianten) of staat geen varianten toe (= facultatieve varianten). - Artikel 116 – Gestanddoeningstermijn Bij toepassing van artikel 116 blijven de inschrijvers gebonden door hun offerte, eventueel verbetert door de aanbestedende overheid, gedurende een termijn van 180 (honderd tachtig) kalenderdagen, ingaande de dag na de zitting voor de opening van de offertes.


8 van 61 12-7-2010

4. Het koninklijk besluit van 26 september 1996 - Artikel 2 - Contractuele documenten Bescheiden die eveneens op de opdracht van toepassing zijn: Op deze aanneming zijn van toepassing: 1. Onderhavig bestek 2. Het bij dit bestek horende model van offerte en de bijgevoegde samenvattende opmetingsstaat. 3. De hierna vermelde plans: De aanduidingen op de plans betreffende de bestaande toestand worden slechts bij wijze van inlichting gegeven. Derhalve wordt de inschrijver geacht het bedrag van zijn offerte volgens zijn eigen bevindingen en ramingen te hebben berekend. Hij is ertoe gebonden zich vooraf persoonlijk te vergewissen omtrent de uitvoeringsvoorwaarden betreffende de werken. Elke klacht uit oorzaak van de wijzigingen, die zouden voorkomen in verband met de toestand van de plaats der werken ten overstaan van de gegevens die gediend hebben tot het opstellen van de plans, dient, op straf van nietigheid, ingediend voor de aanvang der werken op de bewuste plaats en mits de juiste gegevens tegensprekelijk worden vastgesteld, en dit onverminderd de bepalingen van artikel 16§3 van het KB van 26/9/96. 4. Vlarem, Vlarebo en Vlarea, o.a. het besluit van 12 oktober 2001 tot wijziging van het besluit van 5 maart 1996 houdende wijziging van het Vlaams reglement betreffende de bodemsanering en de bijhorende omzendbrief LNW 2003/1 van 26 november 2003 inzake toepassing Vlarebo bij werken met grondverzet. 5. Ministerieel Besluit betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg : MB van 7/05/1999 (BS 21/05/1999) 6. De omzendbrief nr. 225/910402 van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Leefmilieu en Infrastructuur, Administratie Overheidsopdrachten, Gebouwen en gesubsidieerde Infrastructuur, Bestuur Overheidsopdrachten, betreffende het herbruik van afvalstoffen in de wegenbouwinfrastructuur. 7. Ministerieel Besluit betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg : MB van 7/05/1999 (BS 21/05/1999). Op deze opdracht zijn toepasselijk: 1.

Volgende typebestekken en voorschriften, met uitsluiting van de bepalingen die strijdig zouden zijn met de bepalingen in onderhavig bestek:

-

Standaardbestek 250 voor de wegenbouw, versie 2.1, van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;

-

A.R.A.B. (Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming);

-

A.R.E.I. (Algemeen Reglement betreffende de Elektrische Installaties);

-

N.B.N. (Normen van het Belgisch Instituut voor Normalisatie).

-

De wet van 20 maart 1991 betreffende de regeling van de erkenning van de aannemers van werken (B.S. 6 april 1991), gewijzigd door de wet van 19 september 1994 (B.S. 8 maart 1996) en door voornoemde wet van 24 december 1993.

-

Het K.B. van 26 september 1991 tot vaststelling van bepaalde toepassingsmaatregelen van de wet van 20 maart 1991, betreffende regeling van de erkenning van aannemers van werken (B.S. 18 oktober 1991)


9 van 61 12-7-2010

-

Het M.B. van 27 september 1991 tot nadere bepaling van de indeling van de werken volgens hun aard in categorieën en ondercategorieën met betrekking tot de erkenning van de aannemers (B.S. 18 oktober 1991)

-

Het M.B. van 27 september 1991 betreffende de bij de aanvragen voor erkenning, een voorlopige erkenning, een overdracht van erkenning of bij de beoordeling van de bewijzen vereist met toepassing van art. 3, §1, van de wet van 20 maart 1991, houdende regeling van de erkenning van de aannemers van werken, voor te leggen documenten (B.S. 18 oktober 1991).

-

Koninklijk Besluit van25 januari 2001 betreffende de tijdelijke en mobiele werkplaatsen

2. Plans: De hierna vermelde tekeningen opgemaakt door de ontwerper: Totaal aantal: 4 stuks (vette aanduiding) PLANNR.

Formaat Omschrijving

0 1A 1B 2A 2B

840x840 840x840 840x840 840x1043 840x1043

3A

840x840

3B

840x840

4A

840x840

4B

840x840

5A 5B 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 630x297 630x297 840x594

Overzichtsplan Opbraakplan: Jeugdkampeerplaatsen Inrichtingsplan: Jeugdkampeerplaatsen Opbraakplan: Fonteintjesstraat, Randparking en begin tracé Inrichtingsplan: Fonteintjesstraat, Randparking en begin tracé Opbraakplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de Randparking Inrichtingsplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de Randparking Opbraakplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de speeltuin ‘t Fonteintje Inrichtingsplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de speeltuin ‘t Fonteintje Opbraakplan: Toegang tot de speeltuin ’t Fonteintje en de Uitkijktorenlaan Inrichtingsplan: Toegang tot de speeltuin ’t Fonteintje en de Uitkijktorenlaan Signalisatieplan Waterhuishoudingsplan Profielen Profielen Profielen Profielen Typeprofielen Typeprofielen Inrichtingsplan: KWZI Watersnip Detailplan bovenaanzicht: KWZI Watersnip Detailplan doorsneden: KWZI Watersnip

3. Alle latere aanvullingen op deze verwijzingen geldig op datum van bekendmaking. Voor zover er niet wordt afgeweken door de bepalingen en voorwaarden van dit bijz. bestek, zijn de Belgische normen die drie maanden vóór de aanbestedingsdatum door het Belgisch Instituut voor Normalisatie werden gehomologeerd of geregistreerd, eveneens op de aanneming van toepassing. Onvolledige beschrijving der werken


10 van 61 12-7-2010

De werken worden uitgevoerd overeenkomstig de aanduidingen van de goedgekeurde tekeningen, gevoegd bij dit bijzonder bestek. Voor de werken die niet of onvolledig beschreven zijn in onderhavig bijzonder bestek, moet de aannemer de werken uitvoeren volgens 'de regels der kunst' en hij moet zich voegen naar de onderrichtingen van het leidinggevend bestuur of zijn afgevaardigde. Deze bepaling geldt alleen voor de werken, inclusief leveringen, welke ongetwijfeld behoren tot de werken welke noodzakelijk zijn om het bedoeld ontwerp te verwezenlijken. Artikel 4. § 2. – Betalingsmodaliteiten De werken worden betaald in maandelijkse betalingen in mindering. De aanvangsdatum van de maandperiodes blijft onveranderd gedurende de hele aanneming. Hij wordt bij dienstbevel vastgelegd. De door de aannemer ingediende gedetailleerde staat der werken is opgesteld volgens de norm NBN B06-006, met een bijkomende kolom voor de genormaliseerde posten.


11 van 61 12-7-2010

5. Bijlage bij het koninklijk besluit van 26 september 1996: Algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken. - Artikel 1 - Leiding van en toezicht op de uitvoering Op de uitvoering van de opdracht zal toezicht uitgeoefend worden door de Vlaamse Landmaatschappij, Afdeling Limburg, Koningin Astridlaan 10, 3500 Hasselt. Het mandaat van de toezichter bestaat enkel uit: • • • •

toezicht der uitgevoerde werken bijhouden van het dagboek opmaken staat van verletdagen opmeten van de uitgevoerde hoeveelheden.

De natuurlijke persoon die als leidende ambtenaar gemachtigd is voor de leiding en het toezicht van de werken, zal gemeld worden bij de gunning van de werken. Dit geldt eveneens voor de toezichter. Een conducteur van de aannemer dient steeds op het werk aanwezig te zijn. Leidend ambtenaar: Het mandaat van de leidend ambtenaar bestaat enkel uit: • • • • • •

de technische en administratieve opvolging van de werken tot en met de definitieve oplevering de keuring van de producten zowel de a priori als de a posteriori keuring het uitvoeren en beoordelen van de proeven in situ het nazicht van de vorderingsstaten het opstellen van de processen-verbaal het opmaken van voorstel tot de voorlopige en definitieve oplevering der werken.

De taak van de leidend ambtenaar inzake grondverzet bestaat uit: • • • •

Het ondertekenen van de grondtransportverklaring in naam van de aanbieder Het ondertekenen van de gebruiksbrief Het ondertekenen van de verklaring ontvanger in naam van de bouwheer Het ondertekenen van de vrachtbonnen of het geven van volmacht aan de vervoerder voor een exact aantal ritten in het kader van de grondtransportverklaring

MELDEN VAN PROBLEMEN OF ONREGELMATIGHEDEN INZAKE GRONDVERZET AAN DE AFDELING LANDELIJKE INRICHTING, CEL WERKEN Onderbreken van de werken indien problemen of onregelmatigheden inzake grondverzet zich voordoen. Artikel 3 § 1 - Technische specificaties De maten op de tekeningen hebben voorrang op de tekeningen zelf ingeval van tegenspraak tussen beide.


12 van 61 12-7-2010

Ingeval van twijfel dienen steeds de aanduidingen van de leidende ambtenaar gevolgd. De aandacht van de aannemers wordt gevestigd op het feit dat de aanduidingen op de plannen betreffende de bestaande toestand gegeven zijn ten titel van inlichting en zonder enige waarborg voor wat betreft de eventuele veranderingen in bestaande toestand sinds de opmetingen en het opmaken der plannen en ook voor wat betreft eventuele verborgen hindernissen. Artikel 4 § 1 - Plannen, documenten en voorwerpen opgemaakt door de aanbestedende overheid De volgende detail- en werktekeningen dienen ter goedkeuring aan de aanbestedende overheid te worden voorgelegd: De hierna vermelde tekeningen opgemaakt door de ontwerper: Totaal aantal: 4 stuks (vette aanduiding) PLANNR.

Formaat Omschrijving

0 1A 1B 2A 2B

840x840 840x840 840x840 840x1043 840x1043

3A

840x840

3B

840x840

4A

840x840

4B

840x840

5A 5B 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 840x840 630x297 630x297 840x594

Overzichtsplan Opbraakplan: Jeugdkampeerplaatsen Inrichtingsplan: Jeugdkampeerplaatsen Opbraakplan: Fonteintjesstraat, Randparking en begin tracé Inrichtingsplan: Fonteintjesstraat, Randparking en begin tracé Opbraakplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de Randparking Inrichtingsplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de Randparking Opbraakplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de speeltuin ‘t Fonteintje Inrichtingsplan: Fonteintjesstraat tussen het Koersels Kapelleke en de speeltuin ‘t Fonteintje Opbraakplan: Toegang tot de speeltuin ’t Fonteintje en de Uitkijktorenlaan Inrichtingsplan: Toegang tot de speeltuin ’t Fonteintje en de Uitkijktorenlaan Signalisatieplan Waterhuishoudingsplan Profielen Profielen Profielen Profielen Typeprofielen Typeprofielen Inrichtingsplan: KWZI Watersnip Detailplan bovenaanzicht: KWZI Watersnip Detailplan doorsneden: KWZI Watersnip

1°

Gedurende 15 kalenderdagen volgend op de dag van de gunning van de opdracht (= kennisgeving aan de inschrijver van de goedkeuring van zijn offerte) kan de aannemer de documenten in dubbel exemplaar komen tekenen bij het bestuur. Eén exemplaar is voor hem bestemd, het andere zal op voormelde dienst bewaard worden.

2°

Het bestuur levert éénmalig aan de aannemer : he t model van betalingsaanvraag en van de gedetailleerde staat van de uitgevoerde werken.


13 van 61 12-7-2010

Artikel 4 § 2 - Detail- en werktekeningen opgemaakt door de aannemer De tekeningen zijn voorzien van een titelblad volgens model door de aanbestedende overheid aan de aannemer te overhandigen. De maximale afmeting is een ISO AO. Al de tekeningen worden op duidelijke schaal opgemaakt en voorzien van de nodige en juiste maatcijfers en worden door de aannemer aan de aanbestedende overheid ter goedkeuring voorgelegd, tenminste 21 kalenderdagen voor de aanvang van de werken. Na goedkeuring door de aanbestedende overheid worden de definitieve tekeningen en documenten in minstens 2 exemplaren ingediend. Zij moeten door de aannemer gedateerd en ondertekend zijn op de daartoe bestemde plaats. Planning der werken De aannemer zal de gedetailleerde planning van de werken in 2 exemplaren indienen en dit ten laatste twee kalenderweken na ontvangst van het bevel van aanvang van de werken. Deze planning is afgestemd op de middelen die de aannemer zal inzetten en hij houdt rekening met de in het bestek gestelde uitvoeringstermijn, de gestelde deeltermijnen en met de bepalingen van het bestek. Deze planning geeft de uitvoeringsbijzonderheden van de werken van de aannemer mee, alsook de tussenkomst van andere aannemingen of organismen (o.m. levering, montage, controles,…). Na overleg met de leidend ambtenaar kunnen wijzigingen aan de planning aangebracht worden om rekening te houden met de uitvoeringsmodaliteiten. De aannemer zal maandelijks (ten laatste op de eerste werkdag van de maand) een geactualiseerde planning bezorgen, met daarop duidelijk de voortgang der werken weergegeven. As-built plan Na de uitvoering van de werken zal door de aannemer een as-builtplan worden opgemaakt. De levering zal gebeuren in DXF of DWG-formaat. De opmeting gebeurt in Lambert72 coördinaten; de lokale GPS-punten van de stad Beringen zullen als referentie dienen. De opmetingen dienen te gebeuren door een landmeter-expert, die over ervaring en referenties beschikt voor de uitvoering van terrestrische karteringen. Zijn naam en referenties zullen aan het Bestuur ter goedkeuring worden voorgelegd Het plan mag eventueel voorzien worden van een fotoreportage van de werkzaamheden ivm de plaatsing van de pompen. - Artikel 5. §1. - Bedrag van borgtocht De borgtocht bedraagt vijf procent van de oorspronkelijke aannemingssom exclusief BTW, afgerond naar het hogere tiental. - Artikel 5. § 3 - Borgstelling en bewijs van borgstelling De aannemer dient het bewijs van borgstelling binnen dertig dagen na de gunning aan de aanbestedende overheid te overhandigen.


14 van 61 12-7-2010

Ingeval van verzuim van borgstelling kan gehandeld worden overeenkomstig de mogelijkheden vermeld in artikel 6 § 1-2 van de algemene aannemingsvoorwaarden (verbreking van overeenkomst, andere maatregelen van ambtswege, toepassing van een straf van 0.02 % van de oorspronkelijke aannemingssom per kalenderdag vertraging met een maximum van 2 % van de oorspronkelijke aannemingssom). - Artikel 9 - Vrijgave van de borgtocht Voor de opdrachten van werken wordt, wanneer er een voorlopige en een definitieve oplevering voorzien is, iedere borgtocht teruggegeven bij helften: de ene helft na de voorlopige oplevering van de gehele opdracht, de andere helft na de definitieve oplevering, na aftrek van de sommen die de aannemer eventueel verschuldigd is aan de aanbestedende overheid. Indien er geen voorlopige oplevering voorzien is wordt de borgtocht ineens vrijgegeven na de definitieve oplevering. - Artikel 10 § 1 - Onderaannemers Indien de onderaannemers niet bekend gemaakt zijn bij het indienen van de offerte mag geen onderaannemer op de werf verschijnen, tenzij de aannemer op zijn kosten een coördinatoruitvoering aanstelt conform het KB van 25 januari 2001 op de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen Elke inbreuk op de in het standaardbestek 250 geëiste registratie en erkenning van onderaannemers zal beschouwd worden als een tekortkoming van de aannemer aan de bepalingen van zijn contract, tenzij hij, overeenkomstig ART. 8 van het Koninklijk Besluit van 26.09.1996 en voor de aanvang van de werken, een vrijstelling van die verplichting heeft gekregen. Behoudens het geval waarin een dergelijke vrijstelling is verleend, kan de aanbestedende overheid zonder ingebrekestelling de onmiddellijke stopzetting van elk werk dat door een nieterkende onderaannemer wordt uitgevoerd, en in dat geval draagt de aannemer al de gevolgen van de schorsing. Onverminderd de eventuele bovenvermelde vrijstelling, moeten de aannemer en de onderaannemer voldoen aan de verplichtingen inzake belastingen en sociale zekerheid, die hun worden opgelegd door de § 1 en 3 van ART. 12. van de wet van 24.12.1993.

- Artikel 13 – Prijsherziening De herziening van de prijs van de opdracht voor de schommelingen van lonen, sociale lasten en materialenprijzen geschiedt volgens artikel 13 §1.1 Herzieningsbepalingen van typebestek nr. VL100 van 2002. Ze gebeurt volgens de volgende de formule: p = P (0.65.s/S + 0.10.i/I+ 0.25) De opdracht omvat hoofdzakelijk beplantingswerken en arbeidsintensieve werken. - Artikel 15. § 1. - Betaling van de werken De betalingen gebeuren in mindering naargelang de uitvoering vordert. De aannemer is verplicht een gedagtekende en ondertekende schuldvordering in drie exemplaren voor te leggen die steunt op een gedetailleerde staat van de werken. Alle posten van de offerte dienen vanaf de eerste vorderingsstaat opgenomen, dus ook deze waarvoor nog geen hoeveelheden werden uitgevoerd.


15 van 61 12-7-2010

De toepassing van de artikelen 1154 en 1254 van het burgerlijk wetboek wordt uitdrukkelijk uitgesloten. Voor de werken die aanvangen nà de 15de van de maand, zal de eerste schuldvordering met gedetailleerde staat bij het einde van de volgende maand opgemaakt worden. De verrekening van lonen e.a. door de aannemer opgemaakt, wordt bij de gedetailleerde staat der uitgevoerde werken gevoegd. De maandelijkse staat der verletdagen wordt opgemaakt door de controleur der werken en voor akkoord ondertekend door de aannemer. De aannemer stuurt minstens één exemplaar van de schuldvordering met gedetailleerde staat aan de aanbestedende overheid, VLM Landinrichting. De datum van ontvangst hiervan bij de aanbestedende overheid betekent het begin van de termijn voor betaling. De aanbestedende overheid verstuurt, na nazicht en eventuele verbetering, vervolgens 1 exemplaar van voormelde schuldvordering met gedetailleerde staat, aangevuld met het procesverbaal van nazicht, aan de aannemer met verzoek een factuur voor hetzelfde bedrag, verhoogd met de B.T.W., binnen de 5 kalenderdagen in 3 exemplaren in te dienen bij en op naam van de aanbestedende overheid. De factuur wordt opgemaakt zonder BTW en bevat volgende vermelding: BTW voldaan door medecontractant volgens KB nr.1 art. 20 - Artikel 15. § 5. – Onderbreking door de aanbestedende overheid De aanbestedende overheid behoudt zich het recht voor, zonder schadevergoeding, de werkzaamheden te schorsen of de uitvoering van bepaalde werkzaamheden te verbieden ingevolge de gesteldheid van het terrein, de weersomstandigheden, broedseizoen of gevaren voor structuurbederf van de grond. Onderbrekingen, nodig voor het uitvoeren van andere opdrachten op de werf, in opdracht van de aanbestedende overheid of anderen (vb. nutsmaatschappijen), welke dienen te gebeuren vooraleer bepaalde werken, vervat in de opdracht, kunnen uitgevoerd worden, geven geen recht tot schadevergoeding (zie verder ART. 28. § 2. en 29. § 1.). - Artikel 16. §3. - Klachten en verzoeken De melding van feiten die de goede gang van de opdracht verstoren dienen per aangetekende brief bij het opdrachtgevend Bestuur toe te komen. De datum van aantekening heeft bewijskracht voor de datum van de melding. - Artikel 17. §3. - Kwijtschelding van boeten voor te late uitvoering De verzoeken tot kwijtschelding van boeten dienen per aangetekende brief bij het opdrachtgevend Bestuur toe te komen. De datum van aantekening heeft bewijskracht voor de datum van het verzoekschrift. - Artikel 19. §1. – Oplevering en waarborgtermijn De opleveringskosten zijn een aannemingslast. De kosten van prestatie in verband met opleveringen geleverd door derden zijn ten laste van de aannemer tegen de door derden gefactureerde kostprijs. De kosten van prestaties die de aannemer zelf uitvoert blijven ten zijnen laste.


16 van 61 12-7-2010

De waarborgtermijn is vastgesteld op drie jaar volgend, op de datum van voorlopige oplevering. Gedurende de waarborgtermijn is de aannemer onderhoud verschuldigd aan de werken. Hij zal overgaan tot de herstelling van alle gebreken in de uitvoering en van alle beschadigingen van welke aard ook die vanaf het ogenblik van de voorlopige oplevering nog ontdekt of zichtbaar zouden worden. Indien bepaalde herstellingen uit hoofde van weergesteltenis of seizoenomstandigheden gedurende de waarborgtermijn niet in goede omstandigheden kunnen of mogen worden uitgevoerd, wordt de waarborg van de betrokken gedeelten van de uitgevoerde werken verlengd tot na de voltooiing van de betrokken herstellingen. Vanaf het ogenblik dat de leidende ambtenaar een eventuele herstelling heeft aanvaard gaat op het herstelde gedeelte een nieuwe waarborgtermijn van 3 jaar in. - Artikel 20.§ 4. – Straffen Een boete wordt ingehouden op het bedrag van de werken ingeval van niet-naleving van de bepalingen, voorzien in dit bestek. MIDDELEN VAN OPTREDEN VAN HET BESTUUR

Ingeval van niet-naleving van de uitvoeringstermijn voor de voltooiing van de constructiedelen waarvoor proeven zijn voorgeschreven, wordt een boete van 250 Euro per kalenderdag vertraging toegepast. Deze boete is onafhankelijk van de korting die wordt toegepast wegens te late oplevering van de gezamenlijke aanneming. De enkele boete en de dagelijkse boete worden respectievelijk gebracht op 250 Euro en 125 Euro voor de volgende overtredingen : De laattijdige uitvoering van gegeven bevelen waarvoor de aannemer geen normaal aanvaardbare uitleg kan verschaffen als reden van de laattijdige uitvoering. Deze bevelen kunnen zijn : afwerking van bepaalde onderdelen van het werk, het verzekeren van toegangen tot bedrijven en woningen. Kortom alle niet-uitgevoerde bevelen waardoor de belanghebbende eigenaars en/of gebruikers schade ondergaan en die normaal vermeden kon worden. Alle vaststellingen van niet-uitvoering der werken overeenkomstig de bepalingen van het bestek en die geen aanleiding geven tot het “opnieuw opmaken”. Alle vaststellingen voor onnodige verrichte schaden, inzonderheid aan alle gewassen, afsluitingen, enz. . Ingeval van inbreuk op ART. 12. van de wet van 24.12.1993, op de ART. 30., Ier (alinea’s 1-23) en ART. 36. van de algemene aannemingsvoorwaarden of op een overeenkomstige bepaling van het bestek, zal de dagelijkse boete van rechtswege zoveel maal worden toegepast als er werknemers zijn ten opzichte van wie een inbreuk is gepleegd. Wanneer door de schuld van de aannemer de aanbestedende overheid niet in staat is dit getal juist te bepalen, wordt het forfaitair geraamd. Wanneer overeenkomstig ART. 20. §2. een tekortkoming aan één van de hiervoor vermelde bepalingen wordt vastgesteld, kan de aanbestedende overheid aan de aannemer een termijn


17 van 61 12-7-2010

toestaan om de vastgestelde tekortkoming te doen verdwijnen en dit aan de aanbestedende overheid te melden. In dat geval wordt die termijn samen met het in ART. 20. §2. bedoelde proces-verbaal aan de aannemer betekend. Heeft de aannemer de tekortkoming waarvan hij in kennis is gesteld niet doen verdwijnen en heeft hij de aanbestedende overheid daarvan niet per aangetekende brief binnen de gestelde termijn verwittigd, dan zijn de boeten eisbaar zonder ingebrekestelling en door het eenvoudig verstrijken van deze termijn, zonder dat een proces-verbaal wordt opgemaakt. De dagelijkse boete wordt toegepast vanaf de dag volgend op de betekening van bovenbedoeld proces-verbaal. Ongerechtvaardigde afwezigheid op (werf)vergaderingen geeft aanleiding tot een straf van 185 Euro Elke niet tijdig uitgevoerde onderhoudsbeurt geeft recht op een boete van 1000€. Een niet gemelde beurt komt niet in aanmerking voor betaling ervan. De aanbestedende overheid is gerechtigd de straf zoveel maal toe te passen als de inbreuk is geplaagd. - Artikel 20.§ 9. – Korting wegens minderwaarde Indien de meetmethode in dit bestek afwijkt van deze van het standaardbestek, worden de in de formules voorziene eenheden vervangen door deze voorzien in dit bestek. Indien de korting wegens minderwaarde geen 55 EUR bereikt, wordt zij niet aangerekend. - Artikel 24 § 1 en § 2 en § 3 . – Werken tegen een globale prijs en een andere dan een globale prijs In geval van tegenstrijdigheid tussen de gegevens van de omstandige opmetingsstaat, horende bij het bestek, en de samenvattende opmetingsstaat, horende bij het model van offerte, gelden de bepalingen van de omstandige opmetingsstaat, horende bij het bestek. In geval van verschillen tussen plannen en besteksbeschrijvingen, hebben de plannen voorrang - Artikel 25. §1. - Elementen die in de prijzen zijn inbegrepen De aannemer wordt geacht de aard van de bouwgronden te kennen en zijn prijzen op grond van de uitslag van zijn eigen berekeningen te hebben vastgesteld. De aannemer dient zich ter plaatse te vergewissen van de bestaande toestand van het werkgebied. Hij baseert zijn inschrijvingsprijzen op deze bevindingen. Hij kan geen bezwaren uiten noch schadevergoedingen eisen uit hoofde van afwijkingen t.o.v. de tekeningen of besteksbeschrijvingen. De aannemer is als enige verantwoordelijk voor zijn gereedschap en voor zijn materiaal dat geïnstalleerd of gestockeerd is. De aanbestedende overheid wijst alle verantwoordelijkheid af voor diefstal, brand of gelijk welke beschadiging, hoe belangrijk ook. De aannemer moet voor deze risico's de nodige verzekeringen afsluiten. Allerlei heffingen Onder voorbehoud van de bepalingen van ART. 13.A hierboven en de BTW zijn om het even welke heffingen, waaraan de aanneming onderworpen is, ten laste van de aannemer en worden zij verondersteld begrepen te zijn in de eenheidsprijzen.


18 van 61 12-7-2010

De aannemer dient zich eveneens te schikken naar het KB van 06.12.1978 tot uitvoering van de bepalingen van de wet van 10.01.1977 betreffende het Voorschottenfonds voor het vergoeden van schade veroorzaakt door het winnen en pompen van grondwater (BS 16.12.1978). De te betalen bijdrage aan het Voorschottenfonds, zowel van de aanbestedende overheid als van de aannemer, vallen volledig voor rekening van de aannemer, en er wordt verondersteld dat deze kosten begrepen zijn in de eenheidsprijzen evenals: Het omzicht opbreken en het omzicht afbreken van alle bebakening noodzakelijk voor de uitvoering der werken inbegrepen het herbouwen en herplaatsen in oorspronkelijke staat. De plaatsing, verplaatsing, het aanbrengen, het omzichtig opbreken en het omzichtig afbreken van alle nodige bebakening voor de signalisatie van de bouwplaatsen alsmede voor de signalisatie van en langs wegomleggingen. Verplaatsen van leidingen Ingeval bestaande ondergrondse of luchtleidingen en hun toebehoren de uitvoering van zijn werken hinderen, zal de aannemer met de aanbestedende overheid overleg plegen om de moeilijkheden te regelen. Hij zal zich steeds moeten onderwerpen aan de door de aanbestedende overheid getroffen maatregelen. De bestaande ondergrondse leidingen, welke naar het oordeel van de aanbestedende overheid, de uitvoering der werken belemmeren of in hun huidige ligging niet kunnen behouden blijven, moeten verplaatst worden. Dit geschiedt hetzij door de Openbare Diensten, Belgacom of door de Vergunninghoudende Maatschappijen. De kosten van deze verplaatsingen zijn niet ten laste van de aannemer, behoudens het geval dat het verplaatsen enkel nodig zou zijn om een door de aannemer gekozen uitvoeringsmethode mogelijk te maken. De aannemer staat evenwel in voor het goed behoud en de bewaring der leidingen en aanhorigheden gedurende de uitvoering der werken en voor het terugplaatsen of op gepaste hoogte brengen van de merktekens, kraankasten en dergelijke, welke ten behoeve van deze leidingen in de oppervlakte aangetroffen worden. Waar hij deze werken zelf niet kan of mag uitvoeren moet hij de verplaatsing door de betrokken eigenaars benaarstigen. Alle hindernissen, zichtbare of onzichtbare, bovengrondse en ondergrondse al dan niet aangeduid op de plannen, die de volmaakte uitvoering van de werken in de weg staan, moet door de aannemer worden uitgeroeid, afgebroken, weggenomen of verplaatst tot genoegen van de aanbestedende overheid en waar nodig geoordeeld door deze laatste hersteld in goede staat. Deze bepaling is van kracht wat ook de aard en belangrijkheid der hindernissen is. Zij slaat niet alleen op hetgeen dient gedaan om de goede uitvoering der werken mogelijk te maken, maar ook op al wat gewenst is voor het duurzaam behoud der werken. Artikel 25. § 2. - Andere factoren betreffende de aannemingsprijzen Krachtens de K.B.’s van 05.05.1952 en 20.07.1978 betreffende het opzoekingcentrum voor de wegenbouw, is de aannemer een bijdrage aan dat centrum verschuldigd. In de samenvattende meetstaat wordt hiervoor geen afzonderlijke post voorzien. Dit artikel wordt als volgt aangevuld : De uitgegraven bodem wordt verwijderd in overeenstemming met de bepalingen van het bodembeheersrapport. Als bijlage het technisch verslag en de conformverklaring. of


19 van 61 12-7-2010

De af te voeren gronden zijn niet geschikt om te hergebruiken en dienen afgevoerd te worden naar een vergunde stortplaats. of In het geval de regelgeving grondverzet (grondverzet > 250m³ of verdachte grond) van toepassing is, dan zal het opdrachtgevend bestuur, vooraleer de werken te starten, bodemanalyses uitvoeren en een technisch verslag laten opstellen om de grondkwaliteit te bepalen. Indien blijkt dat de bodem moet behandeld worden in een grondreinigingscentrum, dan worden deze reinigingskosten door het opdrachtgevend bestuur vergoed middels de voorziene post in de meetstaat (Vaste Som). De aannemer dient deze kosten middels facturen of andere bewijsstukken te staven en aan het opdrachtgevend bestuur voor te leggen. Een eventuele winstmarge op deze reinigingskosten zal NIET aanvaard worden. Voor grond die kan afgevoerd worden naar bestemmingszone ( I – II) zonder voorafgaande reiniging, zal geen aparte vergoeding betaald worden. Deze kosten worden beschouwd als een last van de aanneming. In het geval er beplanting of inzaaien voorzien is en indien deze groenaanleg pas kan uitgevoerd worden in het eerstkomende plantseizoen dan is het onkruidvrij houden van de groenzones in de tussentijd een last van de aanneming. - Artikel 28. § 1. - Bevel tot uitvoering en leiding van de werken De opdracht moet voltooid zijn binnen de termijn zoals vermeld in de synopsis. - Artikel 28. § 2. – Gelijktijdige opdrachten Van zodra hij het bericht heeft ontvangen dat het werk hem toegewezen is, vraagt de aannemer, vooraleer het werk aan te vangen, aan de concessiehoudende diensten die ondergrondse of bovengrondse leidingen, kabels en andere installaties bezitten langs het te verbeteren wegvak per aangetekende brief, de meest recente plannen van hun installaties aan. Indien hij deze plannen binnen de tien dagen niet ontvangen heeft brengt hij het opdrachtgevend bestuur op de hoogte daarvan. Het bestuur belegt zo spoedig mogelijk een coördinatievergadering, evenwel niet vroeger dan vijftien dagen na kennisgeving van de gunning aan de aannemer. Op deze coördinatievergadering worden uitgenodigd : de leidende ambtenaar, de aannemer en de exploitanten van de nutsinstallaties. De aannemer of zijn afgevaardigde dienen aanwezig te zijn op deze vergadering. Op deze vergadering wordt door de aannemer een planning voorgelegd die de andere aanwezigen toelaat de voorziene vooruitgang van het werk te kennen. De aannemer wordt er uitdrukkelijk op gewezen dat hij persoonlijk en schriftelijk de concessiehoudende diensten, waarvan sprake hierboven, tijdig moet verwittigen nopens de aanvang en het verloop van zijn uitvoering. Teneinde tijdig de nodige schikkingen te kunnen treffen met de concessiehoudende diensten zal de aannemer voorafgaandelijk op alle nodige plaatsen overgaan tot het uitvoeren van sonderingen om de gebeurlijk hinderende ondergrondse installaties op te zoeken. Indien er


20 van 61 12-7-2010

voor deze werken geen aparte post in de meetstaat is voorzien, zijn deze voor rekening van de aannemer. Hij zal met de exploitanten de nodige schikkingen treffen om de aanwezige installaties in goede staat te houden tijdens de uitvoering van de werken. Hij zal zo spoedig mogelijk per aangetekend schrijven het bestuur op de hoogte brengen van alle te verplaatsen nutsinstallaties, waarvan de verplaatsing contractueel NIET ten zijnen laste vallen, teneinde het bestuur in de mogelijkheid te stellen de nodige verplaatsingen te bevelen. Er wordt uitdrukkelijk op gewezen dat geen enkele ondergrondse leidingen of kabel, enz. in de kunstwerken der aanneming mag ingewerkt worden, zonder uitdrukkelijke toelating van het opdrachtgevend bestuur. De uitvoeringsmoeilijkheden veroorzaakt door de aanwezige kabels, leidingen, enz... kunnen in geen geval door de aannemer ingeroepen worden om prijsherziening of termijnsverlenging te bedingen, ook niet indien de door de aannemer geplande uitvoeringsmethode daardoor onmogelijk wordt. De aannemer wordt verondersteld zich dienaangaande volledig te hebben ingelicht vóór de aanbesteding. Tegelijkertijd met de uitvoering van zijn werken kunnen ook andere werken door derden, zoals o.a. werken aan nutsleidingen, enz. uitgevoerd worden, die door het opdrachtgevend Bestuur bevolen of toegelaten worden. De aannemer mag zich daarenboven niet verzetten, noch hinder veroorzaken, noch bezwaren maken, noch vergoeding of termijnverlenging vragen wegens de doorgang of het tijdelijk in gebruik nemen van terreinen door andere aannemers binnen de grenzen van zijn bouwplaats, voor zover de bouwheer zulks toelaat of beveelt. De aannemer moet met de andere aannemers en zo nodig een gemeenschappelijk werkprogramma opmaken, dat vóór de aanvang der werken moet meegedeeld worden aan het opdrachtgevend bestuur. Artikel 30. § 1. - Algemene organisatie van de bouwplaats Paragraaf 1. wordt nog aangevuld als volgt: “De aandacht van de inschrijvers wordt bijzonder gevestigd op het bestaan van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14.02.1980 en 29.03.1984 (BS van 05.08.1980 en 14.07.1984), gesloten in het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf, betreffende de meldingsplicht inzake Veiligheid en Hygiëne”. Plaatsbeschrijving De aannemer maakt bij de aanvang der werken een omstandige en tegensprekelijke opname van het terrein en de nabije omgeving. Alle beschadigingen die nadien gebeuren vallen ten zijne laste tenzij hij kan aantonen dat hij niet verantwoordelijk is. De plaatsbeschrijving is een aannemingslast. Afvalstoffen Het begraven, storten of verbranden van afvalstoffen op de werf is verboden. De aannemer is verplicht de recycleerbare afvalstoffen te selecteren en deze in de daartoe bestemde filières te brengen. Alle materiaalrestanten, afvalstoffen, tijdelijke constructies dienen bij einde der werken uit het gebied verwijderd te zijn.


21 van 61 12-7-2010

De Lijn en/of de Maatschappijen voor intercommunaal vervoer dienen tenminste één maand voor het begin van een werk verwittigd te worden indien een reiswegomlegging van een autobuslijn noodzakelijk is. De aannemer dient vooraleer de signalisatie te plaatsen of de werken aan te vangen, een toelating te vragen aan de bevoegde politiediensten. In aanvulling van de 7de alinea van art. 30 § 1 geldt het volgende: Wanneer de aannemer bij de uitvoering van de werken omkaderingen, straatpotten, straatdeksels en aanduidingspalen ontmoet, moet hij die op hun plaats laten of ze terugplaatsen indien het voor de uitvoering van de werken noodzakelijk was ze tijdelijk te verwijderen. In ieder geval mag er zich geen niveauverschil voordoen tussen de merktekens, omkaderingen, straatpotten en straatdeksels met de omgevende bestrating. In geval van herplaatsing moeten de omkaderingen, onderkaders en straatpotten zodanig herplaatst worden, dat een normale bediening van de toestellen gewaarborgd is. De aanduidingspalen moeten teruggeplaatst worden volgens de coördinaten, vermeld op de aanduidingsplaat. Planning der werken: Teneinde de verkeershinder tot een minimum te beperken en de toegankelijkheid van de woningen handelshuizen binnen de zone der werken te verzekeren, is een zorgvuldige planning der werken noodzakelijk. De aannemer dient de gedetailleerde planning vóór de coördinatievergadering ter goedkeuring voor te leggen aan de leidende ambtenaar. Veiligheidscoördinatie en veiligheidsvoorschriften De aannemer wordt erop gewezen dat het KB van 25 januari 2001 (incl. latere wijzigingen) betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen van toepassing is. Gedurende de werken draagt de aannemer met zijn personeel ertoe bij dat de veiligheidsvooschriften op alle werfactiviteiten worden nageleefd volgens : het KB van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen; de Wet op het welzijn van 04-08-1996; de Codex over het welzijn op het werk; het ARAB (waarin het AREI is opgenomen) Alle kosten die voortvloeien uit wettelijke verplichtingen en uit de contractuele verplichtingen vormen een aannemingslast en de veiligheidsmaatregelen zitten vervat in de eenheidsprijzen. Er is een aparte post op het offerteformulier waarbij de inschrijvers een afzonderlijke prijs moeten opgeven in verband met alle bijkomende door het veiligheids- en gezondheidsplan bepaalde preventiemaatregelen en –middelen, inbegrepen de buitengewone individuele beschermingsmaatregelen en –middelen volgens artikel 30 van het KB van 25 januari 2001. Artikel 30. § 2. – Algemene maatregelen, nutsleidingen (Aanvullingen) Van zodra hij het bericht heeft ontvangen dat het werk hem toegewezen is, vraagt de aannemer, vooraleer het werk aan te vangen, aan de concessiehoudende diensten die onderof bovengrondse leidingen, kabels en andere installaties bezitten binnen het werkgebied per aangetekende brief, de meest recente plannen van hun installaties aan.


22 van 61 12-7-2010

Indien hij deze plannen binnen de 10 dagen niet ontvangen heeft, brengt hij de aanbestedende overheid op de hoogte daarvan. De aannemer wordt er uitdrukkelijk op gewezen dat hij schriftelijk de concessiehoudende diensten, waarvan hierboven sprake, tijdig moet verwittigen nopens de aanvang en het verloop van zijn uitvoering. Teneinde tijdig de nodige regelingen te kunnen treffen met de concessiehoudende diensten zal de aannemer vooraf op alle nodige plaatsen overgaan tot het uitvoeren van sonderingen om de eventueel hinderende ondergrondse installaties op te zoeken. Deze werken zijn voor rekening van de aannemer. Hij zal met de exploitanten de nodige maatregelen treffen om de aanwezige installaties in goede staat te houden tijdens de uitvoering van de werken. Hij zal zo spoedig mogelijk per aangetekend schrijven de aanbestedende overheid op de hoogte brengen van alle te verplaatsen nutsinstallaties, waarvan de verplaatsing contractueel niet voor zijn rekening valt teneinde de aanbestedende overheid in de mogelijkheid te stellen de nodige verplaatsingen te bevelen. Er wordt uitdrukkelijk op gewezen dat geen enkele ondergrondse leiding of kabel, enz. in de kunstwerken der aanneming mag ingewerkt worden zonder uitdrukkelijke toelating van de aanbestedende overheid. De uitvoeringsmoeilijkheden veroorzaakt door de aanwezige kabels, leidingen, enz. kunnen in geen geval door de aannemer aangevoerd worden om prijsherziening of termijnverlenging te bedingen, ook niet indien de door de aannemer geplande uitvoeringsmethode daardoor onmogelijk wordt. De aannemer wordt verondersteld zich hierover volledig te hebben ingelicht vóór de aanbesteding.

Artikel 30. § 4. - Werfinfobord −

Op de bouwplaats wordt op twee plaatsen, een werfinfobord van het onderstaand type geplaatst. De exacte inplanting zal bij de aanvang van de werken in samenspraak met het opdrachtgevend bestuur en de leidend ambtenaar bepaald worden.

−

Het bord bestaat uit verschillende panelen. Als twee of meer woorden niet achter elkaar op het paneel passen, schrijft u ze onder elkaar zonder het lettertype te verkleinen. U verdubbelt dan de hoogte van het paneel.

−

Het bovenste paneel heeft de afmetingen 250 cm x 40 cm. Het tweede, derde en vierde paneel hebben de afmetingen 250 cm x 30 cm.

−

Op het eerste paneel wordt het logo en de naam van de aanbestedende overheid vermeld. Letterhoogte 210 mm / lettertype: Garamond Bold. Kleur paneel: wit retroreflecterende achtergrond type 1 folie. Logo met tekst: gecentreerd.

−

Het tweede paneel beschrijft zeer kort de aard van het werk. Letterhoogte 110 mm / lettertype: Arial bold. Kleur paneel: wit – retroreflecterende achtergrond type 1 folie.

−

Op het derde paneel wordt het bedrag van het werk incl. BTW, (afgerond op twee cijfers na de komma in Euro) vermeld, evenals de duur van de werken (aantal werkdagen). Letterhoogte 110 mm / lettertype: Arial bold. Kleur paneel: wit – retroreflecterende achtergrond type 1 folie.

−

Het vierde paneel vermeldt de info adressen zijnde: de ontwerper en zijn logo + tel. Letterhoogte 84 mm / lettertype: Arial bold. Kleur paneel: wit – retroreflecterende achtergrond type 1 folie.

−

Alle aangewende materialen zijn volgens het standaardbestek 250 voor de wegenbouw, versie 2.1, goedgekeurd op 17.07.2000 – hoofdstuk X – Signalisatie.


23 van 61 12-7-2010

−

De betreffende kosten met inbegrip van de onderhoudskosten zijn een last van de aanneming.


24 van 61 12-7-2010

OPDRACHTGEVER

Vlaamse Landmaatschappij Gulden Vlieslaan 72 B-1060 Brussel

JEUGDKAMPEERPLAATSEN KOSTPRIJS:

(zie synopsis)

EUR

DUUR VAN DE WERKEN:

(zie synopsis)

werkdagen

INFO

OPDRACHTHOUDER

OPDRACHTGEVER

SORESMA NV

VLM prov. Afd. Limburg

Britselei 23

Koningin Astridlaan 10

2000 Antwerpen

3500 Hasselt

tel +32 3 221 55 00

tel +32 11 29 87 00

fax +32 3 221 55 03 email [email protected]

IN SAMENWERKING MET DE VOLGENDE INSTANTIES


25 van 61 12-7-2010

- Artikel 31.- Tracé der werken Na de schriftelijke kennisgeving van de beëindiging van de verrichtingen tot uitzetting van de werken en het opstellen van een plan met de bestaande toestand waarop het tracé is aangeduid kan de leidende ambtenaar beperkte wijzigingen van tracé en profielen opleggen. De bijkomende topografische verrichtingen zijn voor rekening van de aannemer. Na beëindiging van de werken levert de aannemer aan de opdrachtgever een as-built plan aan. - Artikel 33 – Afbraakmateriaal Alle materialen, voortkomende van de afbraken en uitgravingen, welke het opdrachtgevend bestuur in eigendom wenst te houden en welke niet op het werk hergebruikt worden, moeten afgevoerd worden naar de stapelplaatsen, door het opdrachtgevend bestuur aan te duiden binnen een rijafstand van 10 km, of naar de stapelplaatsen welke nader zijn omschreven in de beschrijvende opmeting. Het laden, vervoeren, lossen en stapelen zijn ten laste van de aannemer. Alle afval en afbraakmaterialen welke het bestuur niet wenst te houden, worden eigendom van de aannemer, en moeten naar een door hem te zoeken stortplaats worden afgevoerd. Alleen het opdrachtgevend bestuur beslist wat onder afval wordt verstaan. - Artikel 37 - Dagboek der werken De aannemer houdt een dagboek bij waarin de weersgesteldheid, de uitgevoerde werken en andere toepasselijke informatie dagelijks worden genoteerd. Op deze basis worden o.a. vorderingsstaten door de leidend ambtenaar gecontroleerd. - Artikel 38 – Verzekeringen De aannemer legt binnen de 15 dagen na de betekening van de opdracht, de bewijzen voor van de verzekeringen in dit artikel bedoeld. Het afsluiten van een verzekeringspolis wordt als last van de aanneming beschouwd. - Artikel 39 - Verplichtingen van de aannemer tot de definitieve oplevering De inboet van de afgestorven planten dient jaarlijks te gebeuren vóór 31 december. Daartoe wordt door de leiding der werken een lijst bezorgd na keuring van de beplanting ten laatste op 1 oktober van het jaar van de inboet. De aannemer geeft nog één jaar garantie op de laatst ingeboete beplanting (tijdens onderhoudsperiode). De ingeboete planten moeten van dezelfde grootte zijn als de planten in het plantvak. De aannemer vergewist zich van de beplanting ter plaatse vooraleer de afgestorven planten in te boeten. Hij vervangt de afgestorven planten met evenwaardige planten. De aannemer neemt de volstrekte verplichting de werken der aanneming bij de voorlopige en bij de definitieve oplevering in volmaakte staat, volledig afgewerkt en voldoende aan de strengste eisen der kunst, af te leveren en ze voortdurend in die staat te behouden gedurende de waarborgtermijn. - Artikel 41 - Draagwijdte van de aansprakelijkheid van de aannemer De aannemer staat ten opzichte van de aanbestedende overheid in voor al de door hemzelf of door zijn onderaannemers uitgevoerde werken.


26 van 61 12-7-2010

- Artikel 43. § 2. – Voorlopige oplevering In afwijking op de artikelen 43. § 2. en § 3. worden de termijnen van oplevering van 15 op 30 kalenderdagen gebracht. De waarborgtermijn bedraagt 3 jaar. - As-built dossier Na beëindiging van de werken levert de aannemer aan de opdrachtgever een as-built plan aan. Digitaal en analoog aanleveren van plan met opmeting van effectief uitgevoerde werken (constructies, verhardingen, ondergrondse kabels en leidingen,…) Dit plan is gegeorefereerd in Lambert (72) 2005 en in TAW. - Artikel 43. § 4. Definitieve oplevering De tekst van § 3 wordt als volgt gewijzigd of aangevuld : Binnen de 30 (dertig) dagen vóór het verstrijken van de waarborgtermijn dient de aannemer de definitieve oplevering bij aangetekend schrijven aan het opdrachtgevend bestuur aan te vragen. Binnen de 30 (dertig) kalenderdagen, na de datum waarop het verzoek van de aannemer wordt ontvangen, worden de werken, ofwel definitief goedgekeurd, ofwel wordt een proces-verbaal van niet-oplevering opgemaakt, naargelang het geval. In dit laatste geval moet de aannemer achteraf bij aangetekende brief, aan het opdrachtgevend bestuur laten weten, dat de werken van de opdracht instaat van definitieve oplevering zijn gesteld en de werken worden binnen 30 (dertig) kalenderdagen nagezien, volgend op de dag van ontvangst van die mededeling gebeurd. - Artikel 48 – middelen van optreden Het totaalbedrag van de boeten wegens laattijdige uitvoering dat op een opdracht wordt toegepast mag niet hoger zijn dan 15% (ipv 5%) van de aannemingssom. Bijkomende afwijkingen Art 3 van hoofdstuk I van het standaardbestek 250 versie 2.1 vermeldt en motiveert bijkomende afwijkingen van de algemene administratieve voorwaarden.


27 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK II : ALGEMENE BEPALINGEN 6.

INBEGREPEN PRESTATIES EN LEVERINGEN

6.1

Materialen beschikbaar gesteld door de aanbestedende overheid

zie beschrijving der werken en hoofdstuk III 6.2

Materialen waarvan de aanbestedende overheid eigenaar blijft

zie beschrijving der werken en hoofdstuk III 6.3. Materialen te leveren door de aannemer zie beschrijving der werken en hoofdstuk III A. Aanvoer van grond Afkomstig van de werf van de fonteintjesstraat. Conform de bepalingen van het nog op te maken Technisch Verslag door de aanbestende overheid en de vigererende overheid. A.3. Keuring op de werf Bijkomende controlekeuringen op verzoek van de opdrachtgever zijn ten laste van de opdrachtgever indien zij niet voorzien zijn in het bijzonder bestek. In het dagboek der werken worden de resultaten van eventuele controlekeuringen vermeld. In geval van een belangrijke aanvoer van grond, of op verzoek van de opdrachtgever, maakt de aannemer een aanvullingsplan met een vaksgewijze indeling van het werk. Dit gebeurt op last van de aannemer en in overleg met de leiding der werken. In het dagboek der werken wordt genoteerd in welke vakken grond volgens aanvoer werd verwerkt. 6.4. Afvalstoffen te verwijderen door de aannemer zie beschrijving der werken en hoofdstuk III Wanneer de aanbestedende overheid afvalstoffen wil verwijderen afkomstig van de werken, omvatten de posten eveneens het laden, het vervoer en storten van deze afvalstoffen op een erkende stortplaats. De aanbestedende overheid zorgt dan, volgens de voorwaarden van art. 25. § 1. – toegevoegd punt 7° van het KB. van 26.09.1996 voor de vereiste attesten. Vooraleer de werken begonnen worden, dient de aannemer aan de leidende ambtenaar de ligging van de vergunde stortplaatsen mede te delen. Bovendien zal de aannemer de nodige stukken voorleggen waaruit blijkt dat de afvalstoffen werkelijk naar deze vergunde stortplaatsen werden afgevoerd.

8.

CONTROLES

Conform SB 250 v2.1


28 van 61 12-7-2010

9.

SPECIFIEKE KORTINGEN WEGENS MINDERWAARDE

Onvoldoende dikte of hoogte Bij de berekening van de gemiddelde dikte of hoogte worden de individuele dikten naar boven beperkt tot 1,1 maal de nominale dikte of hoogte. Onvoldoende druksterkte Bij de berekening van de gemiddelde druksterkte worden de individuele druksterkten naar boven beperkt tot 1,2 maal de vereiste gemiddelde druksterkte.

11. NUTSLEIDINGEN De aannemer dient rekening te houden met de aanwezigheid van nutsleidingen ter plaatse van de uit te voeren werken. Dit is in alle gevallen een aannemingslast. De aannemer treft alle nodige maatregelen om de leidingen ongeschonden te bewaren

12. PLANNING VAN DE WERKEN De aannemer zorgt bij de aanvang van de werken voor een gedetailleerde planning der werken. Deze werfplanning wordt voorgelegd aan de aanbestedende instantie, de leidend ambtenaar en de stad. Deze planning wordt bijgewerkt telkens er zich een wijziging voordoet. Het signalisatieplan wordt op voorhand ter goedkeuring voorgelegd aan de bevoegde politie en gemeentelijke diensten. Deze voorbereidende werkzaamheden en de nodige aanpassingen tijdens de werken zijn een aannemingslast.

13.PLAATSBESCHRIJVING. Vóór de aanvang van de werken stelt de aannemer een tegensprekelijke plaatsbeschrijving op. Hij neemt hierin alle zones waar hij zal moeten werken. Alle vaststelling van schade waarvan de aannemer niet kan bewijzen dat ze reeds bij de aanvang der werken aanwezig waren, zullen ten zijne laste worden gelegd. De plaatsbeschrijving is een aannemingslast.

14. WERFZONE EN HERSTEL De aannemer zorgt er voor dat de werfzone veilig wordt afgesloten tijdens de werken en zorgt voor de signalisatie van de omleiding voor fietsers en wandelaars. Hij treft de nodige maatregelen om omgevende straten ten allen tijde proper te houden. Na beëindiging van de werken zorgt hij dat de werfzone in oorspronkelijke staat wordt hersteld. De aannemer effent het terrein en zaait in waar nodig. Dit is een aannemingslast.


29 van 61 12-7-2010

INHOUD VOORAFGAANDE NOOT

2

HOOFDSTUK I: ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN

3

HOOFDSTUK II : ALGEMENE BEPALINGEN

28

HOOFDSTUK III : MATERIALEN

31

HOOFDSTUK IV: VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN

39

HOOFDSTUK V : ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN

42

HOOFDSTUK VI : VERHARDINGEN

46

HOOFDSTUK IX: ALLERHANDE WERKEN

53

HOOFDSTUK X SIGNALISATIE

56

HOOFDSTUK XI: GROENAANLEG EN ONDERHOUD

59

VOORAFGAANDE NOOT Deze documenten mogen noch in hun geheel, noch gedeeltelijk vermenigvuldigd, aan derden meegedeeld of ter inzage aan derden voorgelegd worden, tenzij hiervoor de toelating bekomen werd van Soresma nv. De indeling van het bestek voor het deel omgevingsaanleg is die van het Standaardbestek 250 voor de wegenbouw, versie 2.1, overheid publiceert errata op april 2008, met dien verstande dat enkel en alleen de voorschriften worden vermeld die worden aangevuld of vervangen.


30 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK III : MATERIALEN 0. Lijst van materialen waarvan het voorafgaand technisch nazicht moet gebeuren door een erkende onafhankelijke instantie vooraleer de materialen op de bouwplaats aangevoerd worden. Volgens het standaardbestek 250 versie 2.1.

3

GROND

3.3

Herbruikte grond Het betreft de te herbruiken uitgegraven grond

5

OPHOGINGS- EN AANVULLINGSMATERIALEN

5.1

Natuurlijke grondsoorten

5.1.2

Grondsoorten Het betreft de te herbruiken uitgegraven grond. Conform SB250 v2.1

6

BOUWZAND

6.2

Classificatie van bouwzand volgens toepassing Conform SB250 v2.1

6.2.4 Zand voor zandcement Conform SB250 v2.1 6.2.5 Zand voor cementbeton voor wegenwerken Conform SB250 v2.1 6.2.12 Zand als vulmateriaal voor steenslagfunderingen Conform SB250 v2.1

7

STEENSLAG, ROLGRIND, RUWE STEEN EN BROKKEN PUIN

7.1

Steenslag en rolgrind Conform SB250 v2.1


31 van 61 12-7-2010

7.1.2 Classificatie van steenslag en grind volgens toepassing Conform SB250 v2.1 7.1.2.2 Steenslag voor steenslagfunderingen met niet-continue korrelverdeling Volgens III-7.1.1.1.A kaliber 4/32 (steenslagfundering) Overige bepalingen conform SB250 v2.1 7.1.2.3 Steenslag voor steenslagfunderingen met continue korrelverdeling Conform SB250 v2.1 Volgens III-7.1.1.1.A kaliber 0/32 (steenslagfundering) Volgens III-7.1.1.1.A kaliber 1/5 (steenslagverharding) 7.1.2.5 Steenslag voor cementbeton voor wegverhardingen en lijnvormige elementen Conform SB250 v2.1

8

CEMENT Conform SB250 v2.1

11

KOOLWATERSTOFPRODUCTEN Conform SB250 v2.1

11.2

Bitumen Conform SB250 v2.1

11.4

Bitumenemulsies Conform SB250 v2.1 Er wordt geopteerd voor kationische emulsies.

12

METAALPRODUCTEN

12.1

Staalproducten voor voegen in cementbetonverhardingen Conform SB250 v2.1

12.2

Staalproducten voor het wapenen of versterken van beton Conform SB250 v2.1

12.14 Aluminium voor verkeerstekens


32 van 61 12-7-2010

Het betreft het plaatsen van een bord B5 met onderbord M10 ter hoogte van de Fonteintjesstraat zoals aangeduid op het plan 6. Conform SB250 v2.1 12.15 Verbindingselementen van roestvrij staal voor verkeerstekens Conform SB250 v2.1 12.16 Staal voor steunen van verkeerstekens Conform SB250 v2.1

13

GEOKUNSTSTOFFEN

13.2

Geotextiel

13.2.1 Beschrijving Conform SB250 v2.1 13.2.1.1.3 Geotextiel voor aardebaan of baanbed van wegen Conform SB250 v2.1 13.2.2 Monsterneming Conform SB250 v2.1

15

NABEHANDELINGSPRODUCTEN Conform SB250 v2.1

16

VOEGVULLINGSPRODUCTEN Conform SB250 v2.1

17

VOEGPLANKEN VOOR UITZETTINGSVOEGEN Conform SB250 v2.1

18

VOEGINLAGEN Conform SB250 v2.1


33 van 61 12-7-2010

19

KLEEFVERNIS Conform SB250 v2.1

20

HULPSTOFFEN EN TOEVOEGSELS VOOR MORTEL EN BETON Conform SB250 v2.1

22

CALCIUMCHLORIDE Conform SB250 v2.1

22.2

Calciumchloride in oplossing Conform SB250 v2.1

51

SOKKELS VOOR VERKEERSTEKENS

51.1

Betonsokkels voor verkeerstekens Het betreft het plaatsen van een bord B5 met onderbord M10 ter hoogte van de Fonteintjesstraat zoals aangeduid op het plan 6. Conform SB250 v2.1

53

POEDERCOATING VOOR VERKEERSTEKENS Het betreft het plaatsen van een bord B5 met onderbord M10 ter hoogte van de Fonteintjesstraat zoals aangeduid op het plan 6. Conform SB250 v2.1

62

BODEMVERBETERINGSMIDDELEN

62.2

GFT-compost Conform SB250 v2.1 met Vlaco kwaliteitslabel

62.2.2 Controle Conform SB250 v2.1

66

HOUTACHTIGE GEWASSEN Conform SB250 v2.1


34 van 61 12-7-2010

66.1

Bosgoed Conform SB250 v2.1 100/125 met naakte wortel : Rhamnus frangula (1st/m²) Sorbus aucuparia (1st/m²) Quercus robur (1st/m²)

90

MARKERINGSPRODUCTEN Conform SB250 v2.1

90.4

Thermoplasten Kleur: wit. Locatie: tegen het verhoogd fietspad ter hoogte van de Fonteintjesstraat zoals aangeduid op plan Vormgeving: 30cm breed over de volledige breedte van de verharding Overige bepalingen conform SB250 v2.1

91

GLASPARELS EN STROEFMAKENDE MIDDELEN VOOR MARKERINGSPRODUCTEN Conform SB250 v2.1 91.1

Glasparels voor voormenging

Conform SB250 v2.1 91.3

Stroefmakend middel voor nabestrooiing van markeringen

Conform SB250 v2.1

93

HOUTEN SLAGBOOM FSC – gelabeld hout. Robinia, rondhout, geschild mogelijk iets krom (rustiek). Staanders : diameter 20 cm, lengte 220 cm. Vangpaal : diameter 20 cm, lengte 220 cm. Boom : diameter 12 à 14 cm, lengte : 350 cm.


35 van 61 12-7-2010

Hang en sluitwerk in thermisch verzinkt staal. Sluiting : bajonetgrendel met hangslot.


36 van 61 12-7-2010

94

WATERKRAAN

94.1

Waterleiding Aansluiting waterleiding aan buitenzijde ¾” in koper.

94.2

Waterkraan 3/4" kraan: ca. 350 x 150 x 418 mm

94.3

Bevestigingspaal Robinia paal met diamantkop, 15/15/140cm met FSC-label.

95

CONTACTDOZEN VOOR ELECTRICITEIT

95.1

Electriciteitskast

Kleine voetpadkast: 752 x 385 x 270 mm. Licht in gewicht en gemakkelijk door één persoon te installeren: 4,5 kg. Stevige sokkel gemaakt van polyethyleenschuim (met een hoge dichtheid) in de kleur RAL 9005, en regendak in de kleur RAL 7036. Dit dak wordt op de kast bevestigd met twee anti-vandalisme schroeven. De kast is bestand tegen grondtemperaturen tot -50°C. Ingegoten pijlen aan de voorkant van de kast geven aan hoe diep de kast in de grond moet worden verzonken en hoe deze moet worden gepositioneerd.


37 van 61 12-7-2010

Er is in de kast een montageplaat aangebracht, voorzien van drie uitsparingen, voor het bevestigen van onderdelen. De geventileerde, thermoplastische kap garandeert de beschermingswaarde IP23. Daarentegen geeft de kast met een polyester kap een beschermingswaarde IP43 en een verhoogde thermische stabiliteit bij tropische temperaturen. Slagvastheid: IK10 volgens EN 62262 en IEC 62262 Specifiek geschikt voor kabeltelevisienetwerken. 95.2

Stopcontacten Elke kast dient voorzien te zijn van twee industriële stopcontacten (wandcontactdozen) geschikt voor 380V en 63A. Deze dienen volgens NBN C63-309.1, NBN C63-309.2, EN 60309-1 en En 60-309-2 te zijn opgebouwd. De behuizing en het inzetstuk zijn vervaardigd in polyamide of polycarbonaat. Elk stopcontact dient van een geschikte zekering te worden voorzien. Het type dient door de aannemer ter goedkeuring bij de leidend ambtenaar te worden voorgelegd.


38 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK IV: VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN 1

VOORBEREIDENDE WERKEN

1.1

Beschrijving De voorbereidende werken omvatten o.a.: -

het rooien van struiken het vellen en ontstronken van bomen het opbreken van verhardingen met funderingen het opbreken van verhardingen zonder funderingen verwijderen van houtsnippers het opbreken van lijnvormige elementen het opbreken van signalisatie het uitgraven van grond het ophogen van grond het profileren van oppervlakten

1.1.1 Verwijderen van houtachtige en kruidachtige vegetaties 1.1.1.1 Algemeen Conform SB250 v2.1 1.1.1.2 Beschrijving Het betreft het rooien en verwijderen van alle struiken en bomen zoals aangeduid op het grondplan. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.1.3 Meetmethode voor hoeveelheden Conform SB250 v2.1 1.1.2 Op- en afbraakwerken, al of niet voor herbruik 1.1.2A Algemeen Conform SB250 v2.1 1.1.2B Beschrijving C. Op- en afbraakmaterialen te verwijderen van het terrein met overdracht naar de aannemer. Conform SB250 v2.1 Al het op te breken materiaal.


39 van 61 12-7-2010

1.1.2C Meetmethode voor hoeveelheden Bij voorziene posten voor opbraak van verhardingen worden opgemeten per m². Bij voorziene posten voor opbraak van lijnvormige elementen worden opgemeten per lopende meter. 1.1.2.2 Opbreken van verhardingen Conform SB250 v2.1 Het betreft de opbraak van: -

asfaltverharding inclusief fundering asfaltverharding zonder fundering

1.1.2.3 Opbreken van lijnvormige elementen Conform SB250 v2.1 Het betreft de opbraak van de boordsteen en watergreppels met bijhorende fundering langsheen de huidige verharding 1.1.2.8 Opbreken van signalisatie Conform SB250 v2.1 Opbreken van het verkeersbord C1 1.1.4 Werken voor groenaanleg 1.1.4.2 Afvoeren van houtsnippers 1.1.4.2.1 Beschrijving Tussen de inrit en de houten slagboom zoals ontworpen op het grondplan dienen de huidige houtsnippers verwijderd te worden. 1.1.4.2.2 Meetmethode voor hoeveelheden De hoeveelheid wordt gemeten per m² met een welbepaalde laagdikte.

2

DROOG GRONDVERZET

2.1

Beschrijving Het betreft de uitgraving en ophoging van de oude en de nieuwe verhardingen. Conform SB250 v2.1

2.1.1 Materialen De materialen zijn:


40 van 61 12-7-2010

-

uitgegraven bodem volgens III-3 ophogings- en aanvullingsmaterialen volgens III-5

Overige maatregelen conform SB250 v2.1 2.1.2 Uitvoering 2.1.2.2 Uitgraving Conform SB250 v2.1 De uitgegraven grond wordt herbruikt voor ophoging in de aanneming. Dit wordt opgemeten in m³. 2.1.2.3 Ophoging Conform SB250 v2.1 De uitgegraven grond wordt herbruikt voor ophoging in de aanneming. Deze voldoet aan III-5.1.2. Dit wordt opgemeten in m³. 2.1.2.4 Afdekking De afdekking is in de ophoging vervat Conform SB250 v2.1 Dit wordt opgemeten in m². 2.1.2.8 Ongeschonden bewaring, verlegging en terugplaatsing van kabels en leidingen Conform SB250 v2.1 2.2

Meetmethode voor hoeveelheden De hoeveelheid grondverzet wordt berekend in m³. De hoeveelheid profilering wordt berekend in m² Conform SB250 v2.1

2.3

Controles Conform SB250 v2.1


41 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK V : ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN 2

WAPENEN VAN DE ONDERFUNDERING OF FUNDERING

2.1

Beschrijving Toegepast onder de cementbetonverharding en waar nieuwe steenslagverharding wordt aangebracht daar waar de houtsnippers zijn weggehaald. Conform SB250 v2.1

2.1.1 Materialen De materialen zijn: - geotextiel voor aardebaan of baanbed van wegen volgens III-13.2.1.3 2.1.2 Uitvoering Conform SB250 v2.1 2.2

Meetmethode voor hoeveelheden Conform SB250 v2.1

2.3


4

FUNDERINGEN

4.1

Algemene bepalingen

4.1.1 Beschrijving Het betreft de volgende type funderingen: -

steenslagfundering met niet-continue korrelverdeling schraal beton

Overige bepalingen conform SB250 v2.1 4.1.2

Meetmethode voor hoeveelheden Conform SB250 v2.1

4.1.3

Controles Overige bepalingen conform SB250 v2.1 zie ook aanpassingen errata.


42 van 61 12-7-2010

4.1.4

Specifieke kortingen wegens minderwaarde Conform SB250 v2.1

4.1.5

Herstelling van gebreken Conform SB250 v2.1

4.2

Steenslagfundering met niet-continue korrelverdeling

4.2.1 Beschrijving Conform SB250 v2.1 Toe te passen onder de cementbetonverharding. 4.2.1.1 Materialen De materialen zijn: -

zand als vulmateriaal voor steenslagfunderingen volgens III-6.2.12 steenslag voor steenslagfunderingen met niet-continue korrelverdeling volgens III-7.1.2.2 aanmaakwater volgens NBN-EN 1008

4.2.1.2 Kenmerken van de uitvoering 4.2.2.1.A Samenstelling van de lagen Conform SB250 v2.1 4.2.2.1.B Dikte van de lagen De nominale dikte van de lagen samen is 30 cm bij mechanisch verkeer. Het bestaat uit een afwerklaag van 8 cm en een onderlaag van 22 cm. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 4.2.2.1.C Profiel van het oppervlak Conform SB250 v2.1 4.2.2.1.D Vlakheid van het oppervlak Conform SB250 v2.1 4.2.2.1.E Draagvermogen Conform SB250 v2.1 4.2.1.3 Wijze van uitvoering


43 van 61 12-7-2010

Conform SB250 v2.1 4.2.2 Meetmethode voor hoeveelheden De hoeveelheid steenslagfundering wordt in m² berekend in functie van de dikte van de laag. Conform SB250 v2.1 4.2.3 Controles Conform SB250 v2.1 4.2.4 Specifieke kortingen wegens minderwaarden Conform SB250 v2.1 4.3

Steenslagfundering met continue korrelverdeling

4.3.1 Beschrijving Conform SB250 v2.1 Enkel toe te passen onder de nieuwe steenslagverharding daar waar de houtsnippers zijn weggehaald.. 4.3.1.1 Materialen De materialen zijn: -

zand als vulmateriaal voor steenslagfunderingen volgens III-6.2.12 steenslag voor steenslagfunderingen met continue korrelverdeling volgens III7.1.2.3 aanmaakwater volgens NBN-EN 1008

4.3.1.2 Kenmerken van de uitvoering 4.3.2.1.A Samenstelling van de lagen Conform SB250 v2.1 4.3.2.1.B Dikte van de lagen De nominale dikte van de lagen samen is 30 cm bij mechanisch verkeer. Het bestaat uit een afwerklaag van 8 cm en een onderlaag van 22 cm. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 4.3.2.1.C Profiel van het oppervlak Conform SB250 v2.1 4.3.2.1.D Vlakheid van het oppervlak


44 van 61 12-7-2010

Conform SB250 v2.1 4.3.2.1.E Draagvermogen Conform SB250 v2.1 4.3.1.3 Wijze van uitvoering Conform SB250 v2.1 4.3.2 Meetmethode voor hoeveelheden De hoeveelheid steenslagfundering wordt in m² berekend in functie van de dikte van de laag. Conform SB250 v2.1 4.3.3 Controles Conform SB250 v2.1 4.3.4 Specifieke kortingen wegens minderwaarden Conform SB250 v2.1


45 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK VI : VERHARDINGEN 1

CEMENTBETONVERHARDINGEN

1.1

Beschrijving Toe te passen ter hoogte van de inrit vanaf de Fonteintjesstraat als aansluiting op het fietspad. Conform SB250 v2.1

1.1.1 Materialen Conform SB250 v2.1 De materialen zijn hoofdzakelijk: - zand voor cementbeton voor wegenwerken volgens III-6.2.5, met dien verstande dat de bepaling III-6.2.5.4 alleen geldt voor de rijbanen of de deklaag van het cementbeton ingeval van tweelaagse uitvoering van cementbeton -steenslag of grind voor cementbeton, voor wegverhardingen en lijnvormige wegelementen volgens III-7.1.2.5, met dien verstande dat de bepaling III-7.1.2.5.E alleen geldt voor de rijbanen - cement CEM I (LA) of cement CEM III/A (LA) van de sterkteklasse 42.5 volgens III-8 - hulpstoffen voor morten en beton volgens III-20 - aanmaakwater volgens NBN-EN 1008 - nabehandelingsproducten volgens III-15 - staalproducten voor voegen in cementbetonverhardingen volgens III-12.1 - staal voor doorgaand gewapend beton volgens III-12.2 - bitumenemulsies volgens III-11.4 - voegvullingsproducten volgens III-16 - voegplanken voor uitzettingsvoegen volgens III-17 - voeginlagen volgens III-18 - kleefvernis volgens III-19 - calciumchloride in oplossing volgens III-22.2 1.1.2 Kenmerken van de uitvoering Conform SB250 v2.1 1.1.2.1 Meetkundige kenmerken van het profiel Conform SB250 v2.1 1.1.2.2 Meetkundige kenmerken 1.1.2.2.A Dikte De totale nominale dikte van de verharding bedraagt 20 cm. Overige bepalingen conform SB250 v2.1


46 van 61 12-7-2010

1.1.2.2.B Lengte De nominale lengte van de betonplaten is maximaal 10m. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.2.2.C Breedte De nominale breedte van de betonplaten is maximaal 10m. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.2.2.D Dwarshelling De nominale dwarshelling bedraagt 2%. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.2.2.E Gaafheid Conform SB250 v2.1 1.1.2.3 Meetkundige en constructieve kenmerken van de voegen en de wapening 1.1.2.3.A MEETKUNDIGE KENMERKEN Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.B DWARSVOEGEN De inspectieputten dienen derwijze ingeplant dat de putranden welke in de cementbetonverharding worden gebouwd t.p.v. een dwarsvoeg van de cementbetonverharding liggen. Rond het putrandraam dienen staven ingebetonneerd, er dient ook een voegopening gerealiseerd van 0,5 à 1 cm breed welke wordt opgevuld met voegvullingsmassa. Dit laatste is een last van de aanneming De dwarsvoegen worden uitgevoerd als uitzettingsvoegen. Voor de aanvang der werken zal de aannemer een gedetailleerd voegenplan overmaken aan de leidend ambtenaar ter nazicht. Overige bepalingen conform SB250 v2.1

1.1.2.3.B.1 UITZETTINGSVOEG In tegenstelling met de bepalingen van het SB 250 is geen installatie (deuvels) voorzien om de belastingsoverdracht te verzekeren. De dwarsvoegen van verschillende aangrenzende stroken bevinden zich in elkaars verlengde. Het frezen, afschuinen en vullen van de voegen wordt uitgevoerd door hoog gekwalificeerde arbeiders die ervaring hebben met deze werken. De voegplanken worden bij het afwerken van het betonoppervlak beschermd door een aangepaste metalen kap welke voldoende stijf moet zijn om een rechte voeg te verkrijgen. Het wegnemen van de kap mag slechts gebeuren als het beton voldoende verhard is.


47 van 61 12-7-2010

De uitzetvoeg is een dwarsvoeg om de uitzetting van de betonplaten toe te laten. Deze uitzetvoegen worden aangebracht bij het begin en einde van een bocht (RC kleiner dan 100 m) en bovendien in het midden van een bocht bij zeer kleine stralen (R kleiner dan 20 m), bij de aansluiting op andere wegen en in alle gevallen waar druk ten gevolge van de uitzetting moet vermeden worden. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.2.3.B.2 KRIMPVOEG De dwarsvoegen worden uitgevoerd als krimpvoegen type 3. Voor de aanvang der werken zal de aannemer een gedetailleerd voegenplan overmaken aan de leidend ambtenaar ter nazicht. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.2.3.B.3 DWARSE WERKVOEG Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.C LANGSVOEGEN De langsvoegen zijn overlangse constructievoegen tussen aangrenzende stroken of tussen de cementbetonverharding en de naastliggende kantstrook, watergreppel, parking enz... Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.C.1 LANGSE BUIGINGSVOEG Toe te passen wanneer de breedte de 4m overstijgt. Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.C.2 LANGSE WERKVOEG Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.C.3 LANGSVOEG TUSSEN ASFALT EN BETON Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.C.4 LANGSVOEG TUSSEN BETON EN LIJNVORMIG ELEMENT OF BETONNEN FIETSPAD Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.D GEZAAGDE SPONNING Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.E DEUVELS


48 van 61 12-7-2010

Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.F ANKERSTAVEN Conform SB250 v2.1 1.1.2.3.G WAPENINGEN VOOR DOORGAAND GEWAPEND BETON Conform SB250 v2.1 Tien dagen vóór het storten maakt de aannemer een plan met de aanduiding van de voegen en de voorziene wapening, over aan de leidend ambtenaar. Voor de bepaling voegen wordt rekening gehouden met het feit dat de maximale breedte drie meter en de maximale plaatlengte vijf meter bedraagt. Voor de wapening wordt rekening gehouden met de zettingen ifv de vormen van de betonplaten. 1.1.2.4 Kenmerken van het beton. Betonkwaliteit volgens NBN B 15-001 (laatste uitgave en addenda) : Gepuntlaste standaard netten (NBN A 24-303) van geprofileerde staaldraad met kwaliteit BE 400S.Voor de verharding van 20cm dikte voldoen ze aan de tweede kolom van tabel VI-1.1 De dikte van de verharding bedraagt 20 cm bij de wegen voor het mechanisch verkeer. Kleurtint : grijs Bekisting : verloren…(waar nodig) Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.1.3 Wijze van uitvoering Het storten is niet toegelaten als de temperatuur om 8 uur 's morgens lager is dan + 1°C en 's nachts lager dan - 3°C. Bij regen wordt het b etonstorten onderbroken. De aannemer neemt de nodige maatregelen om het uitwassen door regen te voorkomen. Het verdichten van het beton gebeurt verplichtend door trillen. Het gebruik van een trilbalk met voldoende trilcapaciteit om te voldoen aan de gestelde eisen is toegelaten. Het cementbeton wordt derwijze verwerkt dat de druksterkte op iedere plaats minstens 50 MN/m2 bedraagt na 90 dagen. De onmiddellijke dikte van de verharding is minstens gelijk aan de nominale dikte. De bescherming van het beton met een nabehandelingproduct dat voldoet aan NBN B 15-219 en hfdst III - index 15 van het SB 250 is voorzien in deze post en moet uitgevoerd zijn binnen de twee uur na het ledigen van de betonmolen. Iedere herstelling met mortel en iedere besproeiing van het beton om de bewerking te vergemakkelijken zijn verboden; behalve wanneer het steenskelet wordt blootgelegd. Gedurende de hardingstijd van het beton zal de toegang tot de werf volledig afgesloten worden, ook voor dieren door middel van een aangepaste afsluiting. Voorafgaandelijk aan het betonstorten wordt in de bekisting een polyethyleen beschermfolie aangebracht om te beletten dat de betonspecie te snel het aanmaakwater zou verliezen. De gebruikte plastic beschermingsfolie voldoet aan de bepalingen van III-13.1 van het SB 250.


49 van 61 12-7-2010

Op plaatsen waar lokale elementen zoals putranden ed. in de verharding dienen te worden ingewerkt, dient de aannemer als last van de aanneming rond deze elementen een wapening in de verharding aan te brengen. Het beton is afkomstig van een gekeurde betoncentrale met voldoende capaciteit. De aannemer mag tijdens het betonstorten geen wijziging aan de samenstelling uitvoeren zonder voorafgaande toestemming. De samenstelling van het cementbeton wordt overgelaten aan de keuze van de aannemer maar moet aan 1.1.1 voldoen. De juiste samenstelling wordt ten laatste 10 dagen vóór het storten meegedeeld aan het Bestuur. De grootste normale maat van de steenmaterialen bedraagt evenwel 32 mm (volgens NBN B 11-101). De hoeveelheid cement per kubieke meter gestort beton is niet kleiner dan 375 kg. De water-cement factor bedraagt 0,45. De hulpstoffen (multifunctionele toeslagstof in poedervorm) voor de toplaag hebben de volgende kenmerken: - Het wapent het beton met propyleenvezels waardoor het risico op scheurvorming te wijten aan de krimp aanzienlijk beperkt wordt. - Het verhoogt de slijtageweerstand van het betonoppervlak en reduceert de porositeit van het oppervlak. - Het bezorgt het beton een uitzonderlijke weerstand tegen dooi/ vries cycli en tegen dooizouten. Oppervlaktebehandeling Aanbrengen vertrager Onmiddellijk na het afwerken van de sierlaag wordt een aangepaste oppervlaktebindingsvertrager egaal aangebracht door verstuiving à rato van 1lter per 4m². Een speciale verstuiver met een aangepaste sproeikop wordt aanbevolen. De kracht van de vertrager wordt bepaald na voorafgaandelijke proeven. De vertrager zorgt voor een licht uitgewassen uitzicht (0,8 à 1,5 mm) De kenmerken van de vertrager zijn: licht schuimend pH: 3+/-1 dichtheid: 1,06 +/- 0,02 De betonoppervlakken worden uitgewassen. De bezems moeten het toelaten de textuur over de volledige breedte aan te brengen. Het oppervlak wordt onmiddellijk na het afprofileren gebezemd met harde borstels waarvan de haren dicht bij elkaar staan Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.2

Meetmethode voor hoeveelheden De prijs voor de cementbetonverharding wordt bepaald volgens VH per m². Alle nodige werken, leveringen en vervoer zijn inbegrepen.


50 van 61 12-7-2010

Overige bepalingen conform SB250 v2.1 1.3

Controles De controle à posteriori op de dikte en de drukweerstand gebeurt op kernen. Er wordt één kern per 1000 m2 verharding geboord met een minimum van 3 kernen. Plaatselijk bedraagt de tolerantie op de dikte in min. 20 % van de nominale dikte. De oneffenhedenheden, gemeten met de rij van 3 meter, op het vers beton zijn kleiner dan 4 mm en kleiner dan 7,5 mm op het verharde beton. Overige bepalingen conform SB250 v2.1

1.4

Specifieke kortingen wegens minderwaarde Conform SB250 v2.1

4

ANDERE VERHARDINGEN

4.6

Verharding in steenslag voor autoverkeer

4.6.1 Beschrijving De nieuwe verharding is een steenslagverharding met als type IIA. Conform SB250 v2.1 4.6.1.1 Materialen De materialen zijn: -

Zand als vulmateriaal voor steenslagfunderingen volgens III-6.2.12 Steenslag met continue korrelverdeling volgens III-7.1.2.3 Cement volgens III-8 Aanmaakwater volgens NBN-EN 1008 zand voor zandcement volgens III-6.2.4

4.6.1.2 Kenmerken van de uitvoering 4.6.1.2. A Samenstelling van de lagen Het toevoegsel is cement. Het is tweelaags. Overige bepalingen conform SB250 v2.1 VI-4.5.1.2.A 4.6.1.2. B Dikte van de lagen De bovenlaag heeft een dikte van 12cm en bestaat uit steenslag met continue korrelverdeling.


51 van 61 12-7-2010

4.6.1.2 C Profiel van het oppervlak Conform SB250 v2.1 VI-4.5.1.2.C 4.6.1.2 D Vlakheid van het oppervlak Conform SB250 v2.1 VI-4.5.1.2.D 4.6.1.2 E Draagvermogen De samendrukbaarheidsmodulus M1 is minstens 110 MPa 4.6.1.3 Wijze van uitvoering Het wordt bol aangelegd met een hoogteverschil van ongeveer 3cm ten opzichte van de randen van de verharding. Er wordt geen lijnvormige afbakening voorzien. Conform SB250 v2.1 VI-4.5.1.3 4.6.2 Meetmethode voor hoeveelheden De hoeveelheid steenslagverharding wordt gemeten per m² per laagdikte. De meetmethode is volgens II-5.1 4.6.3 Controles Conform SB250 v2.1 VI-4.5.3 4.6.4 Specifieke kortingen wegens minderwaarde Conform SB250 v2.1 VI-4.5.4


52 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK IX: ALLERHANDE WERKEN 21

DIVERSEN

21.1

HOUTEN SLAGBOOM

21.1.1 Beschrijving Het omvat het leveren en plaatsen van een houten slagboom inclusief fundering. Deze wordt achter de parkeerplaatsen geplaatst om de jeugdkampeerplaatsen autovrij te houden wanneer gewenst. Zie plan 1B. 21.1.2 Materialen De materialen zijn: -

Houten slagboom volgens III-93 Schraal beton volgens de norm NBN B15-001 met sterkteklasse C12/15

21.1.3 Uitvoering Het element wordt in de grond geplaatst voorzien van 2 funderingsblokken met afmeting 30x30x30cm. 21.1.4 Meetmethode voor hoeveelheden De houten slagboom wordt berekend per stuk. Het leveren en plaatsen evenals de fundering zit inbegrepen in deze post. Het betreft een vemoedelijke hoeveelheid 21.1.5 Controles De voorschriften van de norm NBN B15-002 zijn van toepassing op de fundering van schraal beton. 21.2

WATERKRAAN

21.2.1 Beschrijving Het omvat het leveren en plaatsen van een waterkraan en waterleiding bevestigd aan een holle paal die gefundeerd wordt in de grond. De waterleiding beperkt zich tot tegen de paal op een diepte van 80cm. 21.2.2 Materialen De materialen zijn: -

Waterleidingen volgens III-94.1 Waterkraan volgens III-94.2


53 van 61 12-7-2010

-

Bevestigingspaal volgens III-94.3 Schraal beton volgens de norm NBN B15-001 met sterkteklasse C12/15

21.2.3 Uitvoering

Een goot voor de waterleiding uit de paal frezen. En een gat doorheen het midden van de paal frezen om de kraan te kunnen bevestigen. De kraan aan de bevestigingspaal vestigen. De bevestigingspaal 60cm in de grond steken in een fundering van schraal beton van 30x30x30cm. De waterleiding tot op een diepte van 80cm plaatsen. De verdere aansluiting op watertoevoernet gebeurt door nutsmaatschappij.

het de

21.2.4 Meetmethode voor hoeveelheden De waterleidingen worden gemeten per lopende meter. De waterkraan wordt opgemeten per stuk. De bevestigingspaal wordt tevens ook opgemeten per stuk. Het leveren en plaatsen zit inbegrepen in deze post. Het betreffen vermoedelijke hoeveelheden. 21.2.5 Controles Er wordt ten minste een praktische controle uitgevoerd ter controle van de werking. 21.3

STOPCONTACTEN

21.3.1 Beschrijving


54 van 61 12-7-2010

Het omvat het leveren en plaatsen van stopcontacten op twee locaties zoals aangeduid op het plan B. 21.2.2 Materialen De materialen zijn: -

Electriciteitskast volgens III-95.1 Stopcontacten volgens III-95.2

21.2.3 Uitvoering Volgens de voorschriften van de fabrikant. De aansluiting op het electriciteitsnet gebeurt door de nutsmaatschappij. 21.2.4 Meetmethode voor hoeveelheden De electriciteitskast worden gemeten per stuk. De stopcontacten worden opgemeten per stuk. Het leveren en plaatsen zit inbegrepen in deze post. Het betreffen vermoedelijke hoeveelheden. 21.2.5 Controles Er wordt ten minste een praktische controle uitgevoerd ter controle van de werking.


55 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK X SIGNALISATIE 1.

NIET-INWENDIGE VERLICHTE VERTICALE VERKEERSTEKENS

1.1

Beschrijving Het betreft het plaatsen van een bord B5 met onderbord M10 ter hoogte van de Fonteintjesstraat zoals aangeduid op het plan 6. Conform SB250 v2.

1.1.1 Materialen De materialen zijn: - Aluminium voor verkeerstekens volgens III-12.14; - verbindingselementen van roestvrij staal voor verkeerstekens volgens III-12.15; - staal voor steunen van verkeerstekens III-12.16; - betonsokkels voor verkeerstekens volgens III-55.1; - coating voor verkeerstekens volgens III-53; Conform SB250 v2.1 1.1.2 Uitvoering Conform SB250 v2.1 1.1.2.1 Borden 1.1.2.1.B Middelgrote borden

Verkeersbord met bekledingsmateriaal type I -

Onderbord M10

Verkeersbord met bekledingsmateriaal type 3.1 -

Bord B5

Conform SB250 v2.1 1.1.2.2 Omrandings-, verbindings- en bevestigingselementen voor borden

Conform SB250 v2.1 1.1.2.3 Coating

Conform SB250 v2.1 1.1.2.4 Bekleding van het beeldvlak

Conform SB250 v2.1


56 van 61 12-7-2010

1.1.2.5 Steunen

Conform SB250 v2.1 1.1.2.6 Sokkels

Conform SB250 v2.1 1.1.2.7 Opstelling van verkeerstekens

Conform SB250 v2.1 1.1.2.8 Stabiliteit van verkeerstekens

Conform SB250 v2.1 1.1.2.9 Verpakking van de onderdelen bij levering

Conform SB250 v2.1 1.1.2.10 Herstelling van oppervlakkig beschadigde verkeerstekens

Conform SB250 v2.1 1.1.2.11 Onderhoud van verkeerstekens

Conform SB250 v2.1 1.2

Meetmethode voor hoeveelheden Alle nodige werken, leveringen en vervoer zijn inbegrepen in de post per stuk verkeersbord. Het betreft een vermoedelijke hoeveelheid. Conform SB250 v2.1

1.3


2.

MARKERINGEN

2.1

Beschrijving Het betreft het aanbrengen van een stopstreep ter hoogte van de Fonteintjesstraat zoals aangeduid op het plan 6. Conform SB250 v2.1

2.1.1 Opvatting Conform SB250 v2.1


57 van 61 12-7-2010

2.1.2 Materialen De materialen zijn: - thermoplasten volgens III-90.4; - glazen meng- en nastrooiparels voor thermoplasten volgens III-91.1 - stroefmakend middel voor nabestrooien markeringsproducten volgens III-91.3; Conform SB250 v2.1 2.1.3 Kenmerken van de uitvoering Thermoplastische markering met dikte 1.5mm voor de aanduiding van een stopstreep. Conform SB250 v2.1 2.1.4 Wijze van de uitvoering Conform SB250 v2.1 2.2

Meetmethode voor hoeveelheden Alle nodige werken, leveringen en vervoer zijn inbegrepen in de post. Het betreft een vermoedelijke hoeveelheden en wordt gemeten in m². Conform SB250 v2.1

2.3



58 van 61 12-7-2010

HOOFDSTUK XI: GROENAANLEG EN ONDERHOUD 1

ALGEMENE BEPALINGEN Conform SB250 v2.1

5

VERWERKEN VAN BODEMVERBETERINGSMIDDELEN

5.1

Verwerken van eigenlijke bodemverbeteringsmiddelen

5.1.1 Beschrijving Conform SB250 v2.1 Van toepassing bij het aan te planten bosgoed. 5.1.1.1 Materialen De materialen zijn bodemverbeteringsmiddelen volgens III-62. GFT-compost naar rato van 1m³/are. Conform SB250 v2.1 5.1.1.1 Uitvoering Conform SB250 v2.1 5.2

Meetmethode voor hoeveelheden Alle nodige werken, levering en vervoer zijn inbegrepen in de prijs. Het betreft een vermoedelijke hoeveelheid en wordt gemeten per are. Conform SB250 v2.1

5.3


10

AANPLANT VAN HOUTACHTIGE VEGETATIES

10.5

Aanplanten van bosgoed

10.5.1 Beschrijving


59 van 61 12-7-2010

Tussen jeugdkampeerplaats 4 en jeugdkampeerplaats 3 wordt er een zone beplant met bosgoed. Deze zone is ongeveer 20m breed en zorgt voor een visuele scheiding tussen de beide kampeerplaatsen. Zie plan 1B. Conform SB250 v2.1 10.5.1.1 Materialen De materialen zijn: -

bosgoed volgens III-66.1 bodemverbeteringsmiddel volgens III-62 begietingswater

Conform SB250 v2.1 10.5.1.2 Uitvoering Conform SB250 v2.1 Op termijn (voorbij de waarborgtermijn) zal een eventuele dunning noodzakelijk zijn. 10.5.2 Meetmethode voor hoeveelheden Het aantal planten wordt gemeten per stuk. De plantdichtheid wordt bij de post vermeld. Het betreffen vermoedelijke hoeveelheden. Alle nodige werken, levering en vervoer zijn inbegrepen in de prijs. Conform SB250 v2.1 10.5.3 Controles Conform SB250 v2.1 10.5.4 Specifieke kortingen wegens minderwaarden Conform SB250 v2.1 10.5.5 Herstellingswerken of vervangingen Conform SB250 v2.1


60 van 61 12-7-2010

NR 127575-3

JEUGDKAMPEERPLAATSEN: GRONDBALANS

A

voor gebruik binnen de werf

UITGRAVING a)

B

de uitgraving inclusief afgraving in compacte grond voor de realisatie van het nieuwe baanbed

VH m³

41,50

VH m³

-41,50

afkomstig van de werf

OPHOGING b)

de ophoging inclusief afdekking in compacte grond voor de opvulling van het oude baanbed afkomstig van de Fonteintjesstraat

C

c)

de ophoging inclusief afdekking in compacte grond voor de opvulling van het oude baanbed

VH m³ -1.956,13

b) c) d)

UITGRAVING voor gebruik binnen de werf OPHOGING afkomstig van de werf OPHOGING afkomstig van de Fonteintjesstraat

41,50 VH m³ -41,50 VH m³ VH m³ -1.956,13

GRONDBALANS

GRONDVERZET = NEGATIEF OVERSCHOT = AANVOER

Document 1275755004-3

VH m³

-1956,13

Laatst gewijzigd op 10-06-2010

NR 127575-3 Post CodeNr°

JEUGDKAMPEERPLAATSEN: KOSTENRAMING BB Omschrijving der werken

PV

EH

AANTAL

EP

TOTAAL

ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN

0100.00000 1

0100.10000

*

Opmaken van een as-built dossier

TP

st

1,00

400,00

400,00

2

0100.10001

*

Topografische opmetingen tijdens de werken

TP

st

1,00

100,00

100,00

3

0100.10002

*

Herstel werfzone

TP

st

1,00

150,00

150,00

SUBTOTAAL ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRITEN

0100.00000

650,00

0400.00000

VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN

0401.uvxyz


4

0401.10020

Rooien van struiken volgens IV-1.1.1.2.B

VH

m²

300,00

8,00

2.400,00

5 6

0401.10031 0401.10032

Vellen van bomen volgens IV-1.1.1.2.C -, omtrek: 0,5m < C ≤ 1,5 m -, omtrek: 1,5m < C ≤ 3,0 m

VH VH

st st

16,00 13,00

70,00 75,00

1.120,00 975,00

7 8

0401.10051 0401.10051

Volledig ontstronken van bomen volgens IV-1.1.1.2.E -, omtrek: 0,5m < C ≤ 1,5 m -, omtrek: 1,5m < C ≤ 3,0 m

VH VH

st st

16,00 13,00

50,00 55,00

800,00 715,00

0401.20xyz

Op- en afbraakwerken volgens IV-1.1.2

0401.21xyz

Insnijden, verbrokkelen en affrezen van verhardingen volgens IV-1.1.2.1

0401.21013

Insnijden van bitumineuze verharding volgens IV-1.1.2.1 -, diepte 10 cm < H ≤ 15 cm grens met de straat

VH

m

35,00

6,50

227,50

0401.22xyz

Opbreken van verhardingen volgens IV-1.1.2.2

0401.221yz

Opbreken van verhardingen met fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.1

VH

m²

5.436,00

10,00

54.360,00

VH

m²

1.850,00

6,00

11.100,00

VH

m

580,00

4,50

2.610,00

VH

m

2.590,00

5,50

14.245,00

VH

st

1,00

40,00

40,00

VH

m²

100,00

4,00

400,00

9

Opbreken van asfaltverharding en fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.2 -, dikte E 20 <= 40 cm 37cm asfaltverharding, ter hoogte van het begin van de Fonteintjesstraat en die zones waar helemaal geen verharding meer overblijft

10 0401.22123

0401.222yz

Opbreken van verhardingen zonder fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.2 Opbreken van asfaltverharding volgens IV-1.1.2.2 -, dikte E 10 <= 20 cm 12cm asfaltverharding

11 0401.22223

0401.23xyz

Opbreken van lijnvormige elementen volgens IV-1.1.2.3 Opbreken van kantopsluitingen met fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.3 -, geprefabriceerde trottoirbanden ingewerkte boordsteen langsheen de parkeerplaatsen -, geprefabriceerde kantstroken ingewerkte boordsteen langsheen de verharding

12 0401.23022 13 0401.23023

0401.28xyz

14 0401.28014

Opbreken van signalisatie volgens IV-1.1.2.8

*

0401.40xyz 0401.44010 15 0401.44011

0402.uvxyz

Opbreken van verkeersborden volgens IV-1.1.2.8 (inclusief steun en sokkel) -, type C1 op de huidige parking Groenaanleg volgens IV-1.1.4

* *

Verwijderen en afvoeren van houtsnippers tussen de bomen -, dikte laag 10 cm Tussen de bomen ter hoogte van de toegang GRONDVERZET

16 0402.30020

Uitgraving volgens IV-2.1.2.3 -, in compacte grond baandbed, Tussen de bomen ter hoogte van de toegang

VH

m³

41,50

8,00

332,00

17 0402.20063

Profileren van oppervlakken van uitgraving volgens IV-2.1.2.2 -, breedte B ≥ 2,5 m baanbed

VH

m²

145,00

1,00

145,00

VH

m³

41,50

8,00

332,00

VH

m³

1.956,13

8,00

15.649,04

m²

5.399,00

1,00

5.399,00

18 0402.30010 19 0402.30020

20 0402.30043 0400.00000

Ophoging volgens IV-2.1.2.3 -, met uitgegraven bodem, afkomstig van de werf oud baandbed -, met uitgegraven bodem, afkomstig van de fonteintjesstraat oud baandbed

Profileren van oppervlakken van ophoging volgens IV-2.1.2.3 -, breedte B ≥ 2,5 m VH oud baandbed SUBTOTAAL VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN

110.849,54



0500.00000

ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN

0502.uvxyz

Wapenen van de onderfundering of fundering volgens V-2 Wapenen van de onderfundering of fundering volgens V-2 -, met geotextiel onder de steenslagverharding daar waar de houtsnippers zijn weggehaald en het cementbeton

21 0502.00200

0504.uvxyz

PV

EH

AANTAL

EP

TOTAAL

VH

m²

145,00

1,00

145,00

Fundering volgens V-4

22 0504.02030

*

Steenslagfundering met niet-continue korrelverdeling volgens V-4.2 -, dikte 30 cm onder het cementbeton

VH

m²

45,00

1,00

45,00

23 0504.03030

*

Steenslagfundering met continue korrelverdeling zonder toevoegsels volgens V-4.3 -, dikte 30 cm onder de steenslagverharding daar waar de houtsnippers zijn weggehaald

VH

m²

100,00

1,00

100,00

#### 0500,00000

SUBTOTAAL ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN

0600.00000

VERHARDINGEN

0601.uvxyz

Cementbetonverhardingen volgens VI-1

0601.2vxyz

Doorgaand gewapende cementbetonverharding -, dikte E = 20 cm aansluiting op de Fonteintjesstraat

24 0601.25220

0604.uvxyz

Andere verhardingen volgens VI-4

0604.6vxyz

Verharding in steenslag voor autoverkeer volgens VI-4.6 Verharding in steenslag volgens VI-4.6 -, dikte 12 cm

25 0604.50012 #### 0600,00000

VH

m²

45,00

40,00

1.800,00

VH

m²

2.101,00

14,00

29.414,00

SUBTOTAAL VERHARDINGEN

31.214,00

ALLERHANDE WERKEN

0900.00000 0921.vuxyz

290,00

*

Diversen

26 0921.00010

*

-, houten slagboom leveren en plaatsen (incl fundering) volgens IX-21.1

VH

st

1,00

350,00

350,00

27 0921.00021 28 0921.00023 29 0921.00024

* * *

Waterkraan leveren en plaatsen volgens IX-21.2 -, waterleiding -, waterkraan -, bevestigingspaal (incl fundering)

VH VH VH

m st st

1,00 1,00 1,00

20,00 150,00 80,00

20,00 150,00 80,00

30 0921.00025 31 0921.00023

* *

Contactdozen voor electriciteit leveren en plaatsen volgens IX-21.3 -, electriciteitskast -, stopcontacten

VH VH

st st

1,00 4,00

700,00 70,00

700,00 280,00

SUBTOTAAL ALLERHANDE WERKEN

0900.00000 1100.00000

GROENAANLEG EN GROENONDERHOUD

1105.uvxyz

Verwerken van bodemverbeteringsmiddelen volgens XI-5

32 1105.01110

1110.uvxyz

33 1110.05104 34 1110.05104 35 1110.05104 1100.00000

Groencompost -, naar rato van 1 m³/are Voor het bosgoed

1.580,00

VH

are

VH VH VH

st st st

8,94

16,00

143,04

300,00 300,00 300,00

2,50 2,50 2,50

750,00 750,00 750,00

Aanleg van houtachtige vegetaties volgens XI-10 Aanplanten van bosgoed, met naakte wortel -, plantmaat 100/125 Rhamnus frangula (1st/m²) Sorbus aucuparia(1st/m²) Quercus robur(1st/m²) SUBTOTAAL GROENAANLEG EN GROENONDERHOUD

2.393,04



PV

EH

AANTAL

EP

TOTAAL

OVERZICHT SUBTOTALEN 0100.00000

SUBTOTAAL ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRITEN

650,00

0400.00000

SUBTOTAAL VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN

110.849,54

0500.00000

SUBTOTAAL ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN

290,00

0600.00000

SUBTOTAAL VERHARDINGEN

31.214,00

0900.00000

SUBTOTAAL ALLERHANDE WERKEN

1.580,00

1100.00000

SUBTOTAAL GROENAANLEG EN GROENONDERHOUD

2.393,04

TOTAAL IN € (EXCL. BTW)

146.976,58



JEUGDKAMPEERPLAATSEN: MEETSTAAT BB Omschrijving der werken

PV

EH

AANTAL

ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN

0100.00000 1

0100.10000

*

Opmaken van een as-built dossier

TP

st

1,00

2

0100.10001

*

Topografische opmetingen tijdens de werken

TP

st

1,00

3

0100.10002

*

Herstel werfzone

TP

st

1,00

0400.00000

VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN

0401.uvxyz


4

0401.10020

Rooien van struiken volgens IV-1.1.1.2.B

VH

m²

300,00

5 6

0401.10031 0401.10032

Vellen van bomen volgens IV-1.1.1.2.C -, omtrek: 0,5m < C ≤ 1,5 m -, omtrek: 1,5m < C ≤ 3,0 m

VH VH

st st

16,00 13,00

7 8

0401.10051 0401.10051

Volledig ontstronken van bomen volgens IV-1.1.1.2.E -, omtrek: 0,5m < C ≤ 1,5 m -, omtrek: 1,5m < C ≤ 3,0 m

VH VH

st st

16,00 13,00

0401.20xyz

Op- en afbraakwerken volgens IV-1.1.2

0401.21xyz

Insnijden, verbrokkelen en affrezen van verhardingen volgens IV-1.1.2.1

0401.21013

Insnijden van bitumineuze verharding volgens IV-1.1.2.1 -, diepte 10 cm < H ≤ 15 cm grens met de straat

VH

m

35,00

0401.22xyz

Opbreken van verhardingen volgens IV-1.1.2.2

0401.221yz

Opbreken van verhardingen met fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.1

VH

m²

5.436,00

VH

m²

1.850,00

VH

m

580,00

VH

m

2.590,00

VH

st

1,00

VH

m²

100,00

9

Opbreken van asfaltverharding en fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.2 -, dikte E 20 <= 40 cm 37cm asfaltverharding, ter hoogte van het begin van de Fonteintjesstraat en die zones waar helemaal geen verharding meer overblijft

10 0401.22123

0401.222yz

Opbreken van verhardingen zonder fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.2 Opbreken van asfaltverharding volgens IV-1.1.2.2 -, dikte E 10 <= 20 cm 12cm asfaltverharding

11 0401.22223

0401.23xyz

Opbreken van lijnvormige elementen volgens IV-1.1.2.3 Opbreken van kantopsluitingen met fundering en onderfundering volgens IV-1.1.2.3 -, geprefabriceerde trottoirbanden ingewerkte boordsteen langsheen de parkeerplaatsen -, geprefabriceerde kantstroken ingewerkte boordsteen langsheen de verharding

12 0401.23022 13 0401.23023

0401.28xyz

14 0401.28014

Opbreken van signalisatie volgens IV-1.1.2.8

*

0401.40xyz 0401.44010 15 0401.44011

0402.uvxyz

Opbreken van verkeersborden volgens IV-1.1.2.8 (inclusief steun en sokkel) -, type C1 op de huidige parking Groenaanleg volgens IV-1.1.4

* *

Verwijderen en afvoeren van houtsnippers tussen de bomen -, dikte laag 10 cm Tussen de bomen ter hoogte van de toegang GRONDVERZET

16 0402.30020

Uitgraving volgens IV-2.1.2.3 -, in compacte grond baandbed, Tussen de bomen ter hoogte van de toegang

VH

m³

41,50

17 0402.20063

Profileren van oppervlakken van uitgraving volgens IV-2.1.2.2 -, breedte B ≥ 2,5 m baanbed

VH

m²

145,00

VH

m³

41,50

VH

m³

1.969,82

VH

m²

5.436,00

18 0402.30010 19 0402.30020

20 0402.30043

#### 0500.00000 0502.uvxyz

Ophoging volgens IV-2.1.2.3 -, met uitgegraven bodem, afkomstig van de werf oud baandbed -, met uitgegraven bodem, afkomstig van de fonteintjesstraat oud baandbed Profileren van oppervlakken van ophoging volgens IV-2.1.2.3 -, breedte B ≥ 2,5 m oud baandbed ONDERFUNDERINGEN EN FUNDERINGEN Wapenen van de onderfundering of fundering volgens V-2


JEUGDKAMPEERPLAATSEN: MEETSTAAT BB Omschrijving der werken Wapenen van de onderfundering of fundering volgens V-2 -, met geotextiel onder de steenslagverharding daar waar de houtsnippers zijn weggehaald en het cementbeton

21 0502.00200

0504.uvxyz

PV

EH

AANTAL

VH

m²

145,00

Fundering volgens V-4

22 0504.02030

*

Steenslagfundering met niet-continue korrelverdeling volgens V-4.2 -, dikte 30 cm onder het cementbeton

VH

m²

45,00

23 0504.03030

*

Steenslagfundering met continue korrelverdeling zonder toevoegsels volgens V-4.3 -, dikte 30 cm onder de steenslagverharding daar waar de houtsnippers zijn weggehaald

VH

m²

100,00

VH

m²

45,00

VH

m²

2.101,00

#### 0600.00000

VERHARDINGEN

0601.uvxyz

Cementbetonverhardingen volgens VI-1

0601.2vxyz

Doorgaand gewapende cementbetonverharding -, dikte E = 20 cm aansluiting op de Fonteintjesstraat

24 0601.25220

0604.uvxyz

Andere verhardingen volgens VI-4

0604.6vxyz

Verharding in steenslag voor autoverkeer volgens VI-4.6 Verharding in steenslag volgens VI-4.6 -, dikte 12 cm

25 0604.50012

ALLERHANDE WERKEN

0900.00000 0921.vuxyz

*

Diversen

26 0921.00010

*

-, houten slagboom leveren en plaatsen (incl fundering) volgens IX-21.1

VH

st

1,00

27 0921.00021 28 0921.00023 29 0921.00024

* * *

Waterkraan leveren en plaatsen volgens IX-21.2 -, waterleiding -, waterkraan -, bevestigingspaal (incl fundering)

VH VH VH

m st st

1,00 1,00 1,00

30 0921.00025 31 0921.00023

* *

Contactdozen voor electriciteit leveren en plaatsen volgens IX-21.3 -, electriciteitskast -, stopcontacten

VH VH

st st

1,00 4,00

VH

are

8,94

VH VH VH

st st st

1100.00000

GROENAANLEG EN GROENONDERHOUD

1105.uvxyz

Verwerken van bodemverbeteringsmiddelen volgens XI-5

32 1105.01110

1110.uvxyz

33 1110.05104 34 1110.05104 35 1110.05104

Groencompost -, naar rato van 1 m³/are Voor het bosgoed Aanleg van houtachtige vegetaties volgens XI-10 Aanplanten van bosgoed, met naakte wortel -, plantmaat 100/125 Rhamnus frangula (1st/m²) Sorbus aucuparia(1st/m²) Quercus robur(1st/m²)

300,00 300,00 300,00


Stad Beringen JEUGDKAMPEERPLAATSEN. Bijzonder Bestek nr.:

Recommend Documents