Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
SPRONGPRESTATIE VERBETEREN Improving Jump Performance in Volleybal Hijink G., Plomp S., Lanfer R. and Hueting T. Studenten Fysiotherapie Hogeschool Saxion, Enschede, Nederland
Samenvatting ACHTERGROND:
van
de aanvalssprong als de bloksprong bepaald
Eurosped TVT heeft geconstateerd dat zijn
met de Vertec Jump. Na 6 weken trainen heeft
speelsters de laatste periode niet meer beter
er een eindmeting plaatsgevonden, waarna de
presteren
meetgegevens met elkaar vergeleken zijn.
tijdens
De
de
coach
metingen
op
spronghoogte. Hij geeft aan dat hij denkt dat de speelsters op een plateau zitten. Na analyse
van
de
huidige
training
en
literatuurstudie is besloten voor 6 weken een
nieuw
krachttrainingsschema
te
integreren.
RESULTATEN: Van de 11 speelsters zijn er uiteindelijk 6 vergeleken voor het bepalen van de resultaten. Voor alle drie variabelen heeft er een positieve verandering plaatsgevonden. Het vermogen (P) per kilogram is gemiddeld toegenomen met 0.8844 watt (p=0.249). Bij de
DOEL: Onderzoeken of er na 6 weken
bloksprong is men gemiddeld 1 cm hoger gaan
trainen met dit schema verandering is
springen (p=0.083) en bij de aanvalssprong is
opgetreden
dit
in
de
prestaties
van
de
gemiddelde
1.33
cm(p=0.157).
speelsters, betreffende de spronghoogte en
CONCLUSIE:
het
sprongvermogen.
aantonen dat de training op zichzelf het
onderzoekspopulatie
verschil heeft gemaakt. Echter is er een
METHODE:
De
Dit
onderzoek
kan
niet
bestond uit 11 volleybalspeelsters die
aantoonbare
deelnemen aan het hoogste niveau volleybal
meetresultaten na de trainingsinterventie van 6
in Nederland, de Dela Eredivisie. Een week
weken. Het is dan ook aan te raden in de
voor de training heeft er een nulmeting
toekomst het onderzoek op grotere schaal te
plaatsgevonden.
herhalen.
Hierbij
is
het
positieve
sprongvermogen bepaald met behulp van de MR. Cube & is de hoogte van zowel
Voor contact of vragen:
[email protected]
verandering
in
de
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Inleiding De
coach
van
Eurosped
TVT
heeft
is kracht een belangrijke factor om het
geconstateerd dat zijn speelsters de laatste
vermogen te doen laten toenemen4.
periode niet meer in spronghoogte vooruit lijken
Tevens speelt de Short Stretching Cycle
te gaan. Hij geeft aan dat de speelsters op een
(SSC) een belangrijke rol. De SSC is een
plateau lijken te zitten. Gevraagd is of er een
actieve excentrische beweging gevolgd door
manier is om dit plateau te doorbreken.
een onmiddellijke contractie van dezelfde
Binnen het volleybal bestaat maar liefst 50%
spier5.
Tijdens
deze
contractie
worden
7
van de explosieve activiteiten uit sprongen1,
meerdere motorunits gerekruteerd . Hierbij
gemiddeld komt dit voor een speelster neer op
komt de bij de excentrische beweging
22 sprongen per set met een maximum van 36
opgeslagen energie vrij tijdens de contractie8.
sprongen2. Sprongen hebben als doel aan te
Vrouwen gebruiken 90% van deze energie,
vallen of te verdedigen. De zoektocht naar een
terwijl mannen slecht 50% van deze energie
methode om het sprongvermogen bij speelsters
gebruiken9.
te verbeteren is daarom niet vreemd.
Plyometrische
Zodra een speelster de intentie heeft een sprong
gedefinieerd als excentrische belasting direct
te maken, wordt dit vanuit de primaire
gevolgd door een concentrische contractie,
motorische
cortex
oefeningen
worden
aangestuurd.
Via
met als doel neuromusculaire adaptatie van de
de
stretch reflex (SSC), elasticiteit van de spieren
zenuwbanen
bereiken
signalen
motorneuronen
die
de
hierna
spiervezels
en Golgi peessensoren7.
activeren, wat leidt tot beweging3,4. Als men
Om het sprongvermogen bij de speelsters van
zich puur en alleen richt op het springen, blijkt
Eurosped TVT te trainen is daarom gekozen
dat atleten met een hoog percentage Fast Twitch
voor de combinatie van krachttraining met
(FT) vezels meer explosieve kracht genereren,
plyometrisch trainen. Uit literatuurstudie is
oftewel
gebleken dat beide trainingsvormen een
meer vermogen. Dit vermogen is
belangrijk voor de prestaties bij de Vertical 5
Jump . Vermogen wordt
positief
effect
hebben
op
het
bepaald door de
sprongvermogen10,11,12,13,14. In dit onderzoek
formule: Vermogen (P) = Kracht in Newton(F)
is gekeken of het bij Eurosped TVT nieuw
4.6
* Snelheid in meter per seconde (V) .
geïntegreerde krachttrainingsschema, waarin
Omdat de snelheid waarmee een speelster
kracht en plyometrische oefeningen zijn
gewicht kan verplaatsen genetisch lijkt bepaald,
gecombineerd,
kon
bijdragen
aan
een
positieve verandering van de spronghoogte en het sprongvermogen bij de speelsters.
1
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Het gekozen trainingsprogramma is tot stand
Bij de CMJ werd de sprong voorafgegaan
gekomen na analyse van de huidige training en
door
een combinatie tussen de literatuurstudie en de
concentrisch) en werd uitgevoerd zonder
omgang
arminzet, de handen werden in de zij
met
financiële
en
praktische
een
inveerbeweging
(excentrisch-
beperkingen.
geplaatst.
Onderzoeksvraag
Voor een gestandaardiseerde uitvoering is gebruik gemaakt van een vooraf opgesteld
De hoofdvraagstelling voor het onderzoek:
protocol, waarbij 3 stations beschreven
Is er na het 6-weekse krachttrainingsprogramma
werden. Station 1 bestond uit het invullen
verandering opgetreden bij het sprongvermogen
van een informed consent, het noteren van
en de spronghoogte bij de A-selectie
leeftijd, het meten van gewicht, meten van
volleybalsters van Eurosped TVT?
het vetpercentage18 en het meten van de
Methode
reikhoogte van twee armen in stand. Station
Onderzoekspopulatie
testsprong en één serie van vijf CMJ’s. Met
2
Alle proefpersonen die voor het onderzoek werden geïncludeerd, volleyballen op het hoogste niveau bij Stichting Topvolleybal Twente
Eurosped.
De
vrouwelijke
bestond uit het uitvoeren van één CMJ
behulp van de MR Cube16,17 werden de prestaties van deze 5 sprongen gemeten en is uiteindelijk het vermogen (P) per kilogram bepaald.
proefpersonen waren tijdens het onderzoek
Bij de uitvoering werd gebruik gemaakt van
tussen de 18 en 26 jaar en trainden gemiddeld 5
een band om het bekken waar het koord van
keer per week.
de
Proefpersonen
met
klachten
aan
het
bewegingsapparaat werden uitgesloten van het onderzoek maar hebben wel deelgenomen aan de
training.
Alle
proefpersonen
werden
mondeling en schriftelijk geïnformeerd over het onderzoek en tekenden een informed consent.
Onderzoeksmethode
MR Cube
aan bevestigd zat. De
proefpersonen plaatsten de voeten tijdens de CMJ binnen een afbakening op de grond van 42 cm x 57 cm, zodat grote verplaatsing niet mogelijk was. Tussen de sprongen zat een rusttijd van 5 seconden.17 Bij Station 3 is er de gestandaardiseerde blok en aanvalssprong test van Eurosped TVT gebruikt om de spronghoogtes van de
Er is gekozen voor de Counter Movement Jump
proefpersonen te meten. Om deze hoogtes te
(CMJ), omdat dit één van de meest gebruikte
meten is er gebruik gemaakt van de Vertec
testvormen is. De CMJ is vergelijkbaar met de
Jump19. Deze is in eigen beheer van Eurosped
sprong bij volleybal en geeft betrouwbare en
TVT.
15
reproduceerbare waarden . 2
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Het onderzoek werd uitgevoerd door vier
Dit betekende dat de speelsters elke training 3
onderzoekers, die steeds bij hetzelfde station
plyometrische oefeningen uitvoerden. Vanaf
gegevens noteerden.
week
Trainingsmethode
plyometrische oefeningen uitgevoerd (Figuur
Het trainingsprogramma is opgesteld voor
5
werden
elke
training
alle
4
3).
een periode van 6 weken, waarin op de
Intensiteit en opbouw
maandag en donderdag een uur en een
Om te zorgen dat er geen gewenning kon
kwartier getraind werd. De periode startte aan
ontstaan, werd elke 2 weken de intensiteit van
het begin van het seizoen en eindigde
de circuits verhoogd. Dit gebeurde door de
halverwege het seizoen. Elke training begon
arbeidsrustverhouding te veranderen (Figuur
met een niet gestandaardiseerde, uitgebreide
4), maar ook door het toevoegen van gewicht
dynamische warming-up van 10 minuten,
bij een aantal oefeningen. Het toevoegen van
onder
gewicht
leiding
onderzoeker.
van
continu
Vervolgens
dezelfde
volgde
een
gebeurde
onderzoekers.
na
inzicht
Technische
van
de
uitvoering
en
krachtcircuit die driemaal werd herhaald met
feedback van speelsters werden nauwlettend
aansluitend een gezamenlijke plyometrische
in de gaten gehouden om het risico op
training.
blessures te minimaliseren. Om het juiste
Krachtcircuits
trainingsgewicht voor de Barbell back squat
De krachtoefeningen werden verwerkt in twee circuits20 (Figuur 1). De speelsters
te bepalen is in week 0 een 1RM-Meting21 uitgevoerd.
werden in twee groepen verdeeld, zodat alle
De plyometrische training werd verzwaard
speelsters per week elk circuit eenmaal
door het toevoegen van sets (Figuur 3) en
konden afwerken (Figuur 2).
ook werd de hoogte bij de Box jumps aangepast. De hoogte werd per speelster met
Plyometrie
een turnmat van 6 cm aangepast wanneer
De plyometrische trainingen waren voor
deze 8 foutloze sprongen kon maken op de
beide groepen hetzelfde. Tijdtechnisch en op
huidige hoogte. Elke speelster begon op een
basis van literatuur is gekozen voor een
hoogte van 60 cm. Sommige speelsters
viertal oefeningen
8,11
. In week 1 tot en met 4
wisten uiteindelijk een hoogte te halen van
werden op maandag de cone hops uitgevoerd
102 cm. De rust tussen de sets was 1 minuut
en op de donderdag de split jumps.
en
2
minuten
tussen
de
oefeningen.
3
Projectonderwijs
10-03-2013
Circuit A Barbell back squat. Burpee. TRX row. Walking lunges (Medicine Ball). Jumping jacks. Tempo rope skips Bent over barbell row. Shoulder press. Circuit B Dumbell thrusters. Push ups. Bulgarian split Squats. (L+R) Lateral raises. Kettlebell swings. Step-ups. (L+R)
Saxion te Enschede
Gewicht. 60-80% van 1RM. Lichaamsgewicht. Lichaamsgewicht. Lichaamsgewicht & Medicine Ball 4kg. Lichaamsgewicht Lichaamsgewicht 10 kg. 10 kg. Gewicht. 5-7kg. Lichaamsgewicht. Lichaamsgewicht – 15kg. 3-5kg. 12.5kg. Gewichtsvest (10 kg).
Figuur 1. Verdeling oefeningen over de circuits.
Maandag Donderdag
Groep 1
Groep 2
Circuit A Circuit B
Circuit B Circuit A
Figuur 2. Verdeling groepen over de circuits.
Plyometrie. Depth jumps. Box jumps. Cone hops. Split jumps.
Week 1. 2x8 2x8 (Ma) 3 x 8 (Do) 2 x 12
Week 2. 2x8 2x8 (Ma) 3 x 8 (Do) 2 x 12
Week 3. 3x8 3x8 (Ma) 4 x 8 (Do) 3 x 12
Week 4. 3x8 3x8 (Ma) 4 x 8 (Do) 3 x 12
Week 5. 3x8 3x8 5x8 3 x 12
Week 6. 3x8 3x8 5x8 3 x 12
Figuur 3. Plyometrische oefeningen en sets.
Week. 1 2 3 4 5 6
Arbeidsrustverhouding. 30’ arbeid – 30’ rust. 30’ arbeid – 30’ rust. 35’ arbeid – 25’ rust. 35’ arbeid – 25’ rust. 40’ arbeid – 25’ rust. 40’ arbeid – 25’ rust.
Figuur 4. Arbeidsrustverhouding per week geldend voor het krachtcircuit.
4
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Data-verwerking Tijdens het onderzoek werden de gegevens
De gegevens van de Vertec Jump werden ook
genoteerd in daarvoor gemaakte tabellen.
vergeleken. Om deze te vergelijken is
Deze
digitaal
gekeken naar het verschil in het aantal
opgeslagen. De gegevens voor de CMJ
behaalde centimeters bij de nulmeting en
werden automatisch door de software van de
eindmeting voor zowel de bloksprong als de
MR. Cube opgeslagen. Uit de gegevens van
aanvalssprong. Hierbij zijn de behaalde
de MR. Cube zijn de concentrische waarden
resultaten verminderd met de reikhoogte,
overgetypt
zodat alleen de gesprongen afstand vergeleken
gegevens
werden
zodat
de
waardes
nulmeting
makkelijker
vergeleken
met
de
later
kon
waardes
van
de
worden van
de
eindmeting. Om de waardes van de MR. Cube te vergelijken hebben we Work omgerekend naar Vermogen per kilogram. Hiervoor hebben we de volgende formules
werd.
Data-analyse De statistische analyse werd uitgevoerd met SPSS 20.022. Via “ Analyze Descriptive statistics
Explore”.
Gemiddelde
en
Standaard Deviatie zijn berekend voor alle
gebruikt:
metingen en opgenomen in Tabel 2 & 3. Met W = 0,5m*v2
behulp van de Wilcoxon Signed Rank Test23
T=S/V
is er gekeken naar de statistische significantie
P=W/T Pper kg= P/M
van alle drie de variabelen (Tabel 1). Een pwaarde van ≤0.05 werd beoordeeld als statistisch significant in alle vergelijkingen.
Hierin is: W: Work in Joule (Bepaald door de MR. Cube) M: Massa in kilogram V: Snelheid in meter per seconden S: Afstand in meters (Gemeten door MR. Cube) T: Tijd in seconden P: Vermogen in Wattage Pper kg: Vermogen per kilogram
5
Projectonderwijs
10-03-2013
Resultaten
In een recent onderzoek van González-Rave
Van de 11 speelsters die deelnamen konden er 6 worden meegenomen in het onderzoek. Redenen dat overige speelsters niet in het onderzoek konden waren:
Saxion te Enschede
worden
meegenomen
2 speelsters waren tijdens de
eindmeting afwezig, 1 speelster was afwezig bij de nulmeting, 1 speelster had de gehele periode last van een blessure en 1 speelster heeft het team verlaten.
et al.24 dat plaatsvond bij een vrouwelijk volleybalteam spelend in de hoogste Spaanse divisie, werden gedurende 24 weken (voor en tijdens het speelseizoen) 10 speelsters 4 maal onderworpen
aan
verschillende
trainingsschema’s. Week 9 tot en met 16 waren gericht op maximale kracht en power ontwikkeling, week 17 tot en met 24 waren gericht op specifieke krachttraining inclusief
Bij het sprongvermogen (P) blijkt dat er
plyometrische oefeningen. Beide trainingen
sprake is van een gemiddelde toename van
werden tijdens het speelseizoen uitgevoerd.
0.8844 Watt per kilogram (+2.83%), p =
De prestaties bij de CMJ nam van week 9 tot
0.249. Bij de bloksprong is er sprake van een
week 24 toe met 4.62%. Een ander onderzoek
gemiddelde toename van 1cm (+2.07%), p =
bij 10 speelsters spelend in de hoogste divisie
0.083
een
van Portugal, toont na 12 weken trainen
gemiddelde toename van 1.33 cm (+2.14%),
tijdens het speelseizoen een vooruitgang van
p = 0.157 (Tabel 1,2 & 3)
3.8% in spronghoogte (cm) bij de CMJ25.
Discussie
Robert U. Newton et al.26 onderzocht tijdens
De gemiddelde toename is niet statistisch
wijziging van de laatste 4 weken in de
significant. Het ontbreken van de statistische
trainingsmethode,
significantie is te verklaren doordat de
sprongprestaties
interventiegroep
6
voorkomen of minimaliseren. De eerste 7
speelsters. Het trainingsprogramma is gestart
weken werd er alleen op maximaal kracht
met 11 speelsters, maar door blessures en
getraind,
afwezigheid van speelsters gedurende het
weerstandsoefeningen
trainingsprogramma, hebben niet alle 11
plyometrische oefeningen. De prestaties van
speelster
de CMJ over de gehele 11 weken stegen,
en
bij
deel
eindmeting.
de
aanvalssprong
slechts
kunnen
het speelseizoen gedurende 11 weken of een
bestaat
nemen
uit
aan
de
afname bij
vanaf
van
volleybalsters
week
8
vervangen
kon
werden door
echter vonden de grootste veranderingen plaatst in week 8 tot en met 11.
6
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Voor de aanvalssprong namen in de eerste 7
de vooruitgang volledig is bewerkstelligd door
weken de prestaties af met 5.4%. In week 8-
de trainingsinterventie.
11 namen de prestaties bij de aanvalssprong toe met 5.3%. Dit betekent een daling in de prestaties van 0.32% over een periode van 11 weken. In ons onderzoek namen de prestaties bij de aanvalssprong toe met 2.14% over een periode van 6 weken.
Het is gebleken dat zware krachttraining (squaten
e.d.)
in
combinatie
met
plyometrische oefeningen, effectief is voor de toename van vermogen11. Daarnaast is er een verband aangetoond tussen de Squat en het sprongvermogen: Hoe hoger de 1 RM bij de
Tevens nam in ons onderzoek de hoogte in
Squat, des te hoger de sprong27. In ons
cm van de CMJ toe met 5.24%.
De
onderzoek valt op dat de speelster die de
waargenomen hogere percentuele toename in
hoogste score behaalde bij de aanvalsspong en
een kortere periode in vergelijking met de
bij het vermogen per kilogram bij het
bevindingen van González-Rave et al.24 &
uitvoeren van de CMJ (Eindmeting: 69cm /
Mario C. Marques et al.25 kan worden
33,58 Watt), ook de hoogste 1 RM had
verklaard door het feit dat er voor de
(135kg) en de speelster met de laagste score
trainingsinterventie geen sprake was van de
(Eind:53cm / 29,82 Watt) de laagste 1 RM
combinatie
(65kg). Bij de bloksprong is een dergelijk
weerstandstraining
met
plyometrische oefenvormen. In het onderzoek
verband niet gevonden.
24
van González-Rave et al. neemt de prestatie van de CMJ na de eerste 4 weken met 7.5% toe terwijl de training ‘slechts’ gericht was op het verbeteren van de algehele kracht en conditie. Het gemiddelde vermogen geleverd bij de CMJ steeg in ons onderzoek met 2.67%. Dit steeg in het onderzoek van Robert
Door gebrek aan materiaal was het voor ons onmogelijk om het hele team 2 keer in de week
te
onderwerpen
weerstandtraining.
Hierdoor
aan
zware
waren
we
genoodzaakt om te improviseren en te werken met de voorhanden zijnde materialen. Op basis van literatuur denken we dan ook dat er
26
U. Newton et al. met 5,5% over een periode van 11 weken.
speelsters wel 2 keer in de week aan zware
De gemeten vooruitgang in de prestaties tijdens overeen
deze
trainingsinterventie
met
vergelijkbare
resultaten
komen
in
andere
onderzoeken24,25,26.
Echter
kunnen we door afwezigheid van een controlegroep
meer uit de training te halen valt wanneer
en
het
ontbreken
van
statistische significantie niet concluderen dat
krachttraining kunnen worden onderworpen. Tot slot, kunnen mentale factoren een rol hebben gespeeld bij het behalen van de resultaten. Speelsters hebben aangegeven dat ze het gevoel hadden dat de training zinvol was. Dit kan leiden tot extra motivatie om tijdens de eindmeting beter te presteren.
7
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Conclusie
Het is voor trainers en coaches dan ook aan te
Uit de resultaten is gebleken dat er sprake is
training te laten zijn.
van
Dankwoord
een
raden dit een belangrijk onderdeel van de
gemiddelde
vergelijkbaar vergelijkbare
is
met
toename
die
resultaten
uit
onderzoeken.
De
gemeten
We willen Safe Fitness Almelo bedanken
gemiddelde vooruitgang in sprongvermogen
voor het kosteloos beschikbaar stellen van
en spronghoogte is echter niet statistische
trainingsmateriaal. Door deze steun was het
significant.
mogelijk twee trainingscircuits op te stellen
Het is aan te raden het onderzoek in de toekomst
te
vervolgen
om
te
kunnen
bevestigen dat de training het verschil maakt. Hierbij zal de onderzochte populatie groter moeten zijn, er moet gewerkt worden met een controlegroep
en
tevens
een
waarin het mogelijk was om oefeningen te verzwaren. Tevens willen we ook Jim Easton (Monitored Rehab Systems) bedanken voor het kosteloos beschikbaar stellen van de MR. Cube.
langere
trainingsperiode die wordt voorafgegaan door minimaal 2 weken aanleren van de juiste techniek. Mocht hieruit blijken dat de training
Dit artikel is ter controle aangeboden bij Dr. F.G.J. Oosterveld, Lector gezondheid en bewegen.
zinvol is, zou men op redelijk goedkope wijze de sprongprestaties van speelsters binnen een team kunnen verbeteren.
Praktische Toepassing Ondanks
de
financiële
en
praktische
beperkingen waarmee rekening gehouden moest worden, heeft deze trainingsinterventie kunnen leiden tot een gemiddelde toename van de prestaties. Voor trainers en coaches betekent dit dat het op redelijk goedkope wijze mogelijk is de prestaties van speelsters tijdens het speelseizoen te onderhouden dan wel te verbeteren. Daarnaast toont dit onderzoek het belang van de combinatie weerstandstraining met plyometrisch trainen tijdens het speelseizoen aan.
8
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Tabellen Tabel 1. p-waarde meetgegevens voorde CMJ, de bloksprong en de aanvalssprong.
Statistische Significantie
p-waarde
Mean Watt per Kilogram Nulmeting CMJ - Mean Watt per Kilogram Eindmeting CMJ Mean Centimeters CMJ - Mean Centimeters CMJ Mean Centimeters Bloksprong Nulmeting - Mean Cetimeters Bloksprong Eindmeting
0.249 0.249
Mean Centimeters Aanvalssprong Nulmeting - Mean Cetimeters Aanvalssprong Eindmeting
0.083 0.157
Tabel 2. Gemiddelde en Standaard Deviatie (SD) van de prestaties bij de CMJ.
Gegevens CMJ
Nulmeting
Mean Arbeid (W) in Joule 319.19 Vermogen (P) in Watt 2074.31 Vermogen (P) in Watt per Kilogram 30.21 Spronghoogte (CM) 48.78
Eindmeting SD 77.66 310.63 2.63 8.65
Mean 346.92 2131.35 31.09 51.48
SD 65.52 295.47 1.70 5.71
Tabel 3. Gemiddelde en Standaard Deviatie van de prestaties bij de bloksprong en aanvalssprong. Spronghoogte is bepaald door de absolute hoogte te verminderen met de reikhoogte in stand.
Bloksprong Spronghoogte (CM) Absolute hoogte (CM)
Nulmeting Mean 47.33 272.00
Aanvalssprong Spronghoogte (CM) Absolute hoogte (CM)
Eindmeting SD 3.44 4.93
Mean 48.33 273.00
Nulmeting Mean 61.33 286.00
SD 3.93 5.18
Eindmeting SD 3.88 11.79
Mean 62.67 287.33
SD 5.57 13.49
9
Projectonderwijs
10-03-2013
Saxion te Enschede
Referenties 1.
Kraemer William J. & Häkkinen Keijo. Strength
Training
for
sport.
9.
Oxford:
Utilization of stored elastic energy in leg
Blackwell Science Ltd; 2002 2.
extensor muscles by men and women. Journal of Science and Medicine in Sport. 1978; 10 (4):
Mark D. Tillman, Chris J. Hass, Denis Brunt, Gregg R. Bennett. Jumping and landing techniques
Paavo V. Komi & Carmelo Bosco (1978).
261-265. 10.
in elite women’s volleyball.
Michael G. Miller, Jeremy J. Herniman, Mark D. Ricard, Christopher C. Cheatham & Timothy J.
Journal of Applied Sport Science and
Michael. The effects of a 6-week plyometric
Medicine. 2004; 3: 30-36.
training program on agility. Journal of Sports 3.
Burgerhout W.G., Mook G.A., de Morree J.J. & Zijlstra W.G. Fysiologie leerboek paramedische
4.
opleidingen.
voor
(4e
Science and Medicine. 2006; 5:459-465. 11.
druk)
Mike Climstein. The effect of Six Weeks of
Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg; 2006.
Squat,
Wilmore Jack H. & Costill David L.
Training on Power Production. Journal of
Psysiology of Sport and Excercise. Human
Applied sport Science Research. 1992; 6(1): 36-
Poel
Gerard
sportfysiologie.
M.
Inspannings-
Maarssen:
en
12.
Squat-Plyometric
Goran Markovic . Does plyometric training
review. British Journal of Sports Medicine. 2007; 41: 349-355.
Kroon S. Vertical jump ability of elite
13.
volleybal players compared to elite athletes in other
team
Mathias Alexander
sports.
Voelzke,
Norman
Thorhauer
&
Stutzig, Urs
Hans-
Granacher.
Promoting lower extremity strength in elite
www.aipass.it/upload/VJperformance.pdf.
volleyball players: Effects of two combined
2000. Accessed September 16 2012.
training methods. Journal of Science and
G. Verkerk, J.B. Broens, P.A.M. de Groot, W. Kranendonk, J.L. Sikkema, J.J. Westra &
Medicine in Sport. 2012; 15: 457-462. 14.
Leenders, T. Specifieke krachttraining voor
I.M. Wevers-Prijs. Binas, Informatieboek
volleybal.
Havo-VWO voor het
http://www.tonleenders.nl/files/Complete_bokpr
onderwijs in
de
natuurwetenschappen. Groningen: Wolters-
ojekt_(kracht)training_voor_volleybal.pdf 2002.
Noordhoff; 1998. 7.
and
improve vertical jump height? A meta-analytical
Elsevier
Gezondheidszorg; 2006.
6.
Plyometric
41.
Kinetics; 2004. Via de vertaling door van der
5.
Kent Adams, John P. O’Shea, Katie L. OShea &
Accessed September 18 2012. 15.
Nicole J. Chimera, Kathleen A Swanik, C. Buz Swanink & Stephen J. Straub . Effects of Plyometrisc Training on Muscle-Activation
van Melick, N. en van Cingel, R.E.H. Testhertestbetrouwbaarheid
van
de
ProJump-
sprongmat. Sport & Geneeskunde. 2010; 5: 6-10.
in Female Athletes. Journal of Athletic Training. 2004; 39: 24-31. 8.
Lehnert Michael, Lamrová Ivona & Elfmark Milan (2009).
Changes
in speed and
strength in female volleyball players during and after a plyometric training program.Acta Univ. Palacki Olomuc, Gymn. 2009; 39(1): 59-66.
10
Projectonderwijs
16.
17.
10-03-2013
Monitored Rehad Systems
B.V. MR. Cube.
Saxion te Enschede
25.
Mário C. Marques, Roland van den Tillaar,
http://www.mrsystems.nl/MR%20Cube/MRCube%
Jason D. Vescovi & Juan José González-
20basis.html Accessed September 5 2012.
Badillo (2008). Changes in Strengt hand Power Performance in elite Senior Female
C. Drostenborg, L. Otten, N. Hulshof & K. Groot Zevert.
MR.
Cube,
Reproduceerbaarheid.
Validiteit
Personal
Professional Volleyball Players During the In-
&
Season: A Case Study. Journal of Strength and
communication.
Conditioning Research. 2008; 22(4): 1147-
Accessed Oktober 2012.
1155. 18.
19.
Durnin J.V.G.A. & J. Wormersley. Body fat
26.
Robert U. Newton, Ryan A. Rogers, Jeff S.
assessed from total body density and its estimation
Volek, Keijo Häkkinen & William J. Kraemer
from Skinfold Tickness. Measurement on 381 men
(2006). Four Weeks of Optimal Load Ballistic
and woman aged 16 to 72 years. British Journal of
Resistance Training at the End of Season
Nutrition. 1974; 32: 77-92.
attenuates Declining Jump Performance of
Vertec Jump,:
Women Volleyball Players. Journal of Strength and Conditioning Research.
http://www.topendsports.com/testing/equipment-
2006;20(4):955-961.
vertec.htm Accessed September 5 2012. 27. 20.
Dr.
Vos
J.A.
Introductie
cursus
opleiding
fysiotherapie..
16-21.
http://www.tonleenders.nl/files/Introductiecursus_i nspanningsfysiologie-dr._J.A._Vos.pdf
Accessed
September 12 2012. 21.
LeSuer
DA,
U. Wisloff, C. Castagna, J. Helgerud, R. Jones and J. Hoff. Strong correlation of maximal squat strength with sprint performance and vertical jump height in elite soccer players. British Journal of Sports Medicine. 2004; 38: 285-288.
McCormick
JH,
Mayhew
JL,
Wasserstein RL & Arnold MD. The accuracy of prediction
equations
for
estimating
1RM
performance in the bench press, squat, and deadlift. Journal of Strength and Conditioning Research. 1997; 11(4): 211-213 22.
IBM© SPSS© Statistics version 20. http://www01.ibm.com/software/nl/analytics/spss/ Accessed December 20 2012.
23.
Green, S. B., & Salkind, N. J. Using SPSS for Windows
and
Macintosh:
Analyzing
and
understanding data (5th ed.) Upper Saddle River, NJ: Pearson Prentice Hall; 2007. 24.
José M. González-Rave, Alfredo Arija & Vincente Clemente-Suarez (2011). Seasonal Changes in Jump Performance and Body composition in Women Volleyball Players. Journal of Strength and Conditioning Research. 2011; 25(6): 1492-1501
25.
11