!
Sportletsels aan de arm, hand en pols
Vrijdag 31 mei 2013
!
Voorjaarssymposium 31 mei 2013
Notities
Sportletsels
……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………
Lokatie: Tijd: Zaal open: Dagvoorzitter:
……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………
Hotel Breukelen 10.00 – 16.15 uur 9.30 uur Manon van den Boogaard, fysiotherapeut en voetbalster eredivisie PSV/FC Eindhoven
10.00 Opening door dagvoorzitter 10.05 Polsletsels bij sport Liesbeth Lim, Sportarts, Sportmedisch Advies Centrum Aalsmeer (SMA) en SMA Annatommie te Amsterdam
……………………………………………………………………………………………………………………… 10.35
……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………
Compex training bij sporters Arno Bosman, Country Sales Manager Compex
10.55 Discussie 11.05 Pauze
………………………………………………………………………………………………………………………
11.30 ALV (Documenten kunnen worden gedownload vanaf het ledendeel van de site)
………………………………………………………………………………………………………………………
12.30 Lunch + Sponsorenbezoek
………………………………………………………………………………………………………………………
13.30 Hand across borders 13.40 "En toen voelde ik een knapje” - Vingerblessures bij sportklimmers
……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………
Annemiek J. Videler, fysiotherapeut/ handtherapeut CHT-NL
14.10 Elleboogletsel bij honkballers Janne Buijs, fysiotherapeut en o.a. werkzaam als fysiotherapeut en strength and conditioning coach bij de KNBSB voor het Nederlands AA-team honkbal
14.30 “Echte Vent?” De impact van een sportblessure. Casusbespreking. Linda Feitsma, ergotherapeut/handtherapeut bij Prima Life handtherapie en Ergotherapie te Meppel
………………………………………………………………………………………………………………………
14.38 Discussie
………………………………………………………………………………………………………………………
14.48
………………………………………………………………………………………………………………………
15.15 Medisch elastisch tapen
………………………………………………………………………………………………………………………
15.45 Overzicht sportletsels en de nabehandeling
Pauze
Thieu Berkhout, fysiotherapeut/handtherapeut, docent Post HBO opleiding handtherapie Pro-Education
Bas Aerts, ANIOS Chirurgie, Albert Schweitzer Ziekenhuis Dordrecht
………………………………………………………………………………………………………………………
16.15 Discussie 16.25 Afsluiting en Borrel
Onze dagvoorzitter: Manon van den Boogaard, handtherapeut / fysiotherapeut, Professioneel voetbalster
Vooraankondiging Najaars-symposium Manon is een Nederlandse voetbalster, geboren in 1982 en komt sinds 2012 uit voor PSV/FC Eindhoven. Manon speelde in de jeugd van Avanti'31 uit het Brabantse Schijndel. Zij speelde bij deze club uitsluitend in jongens selectieteams. Hierna ging ze naar hoofdklasser Saestum om vervolgens in de zomer van 2007 naar FC Utrecht te gaan om mee te doen met de nieuwe Eredivisie voor vrouwen. In 2012 stapte Van den Boogaard over naar het nieuwe team PSV/FC Eindhoven.
NvvH in samenwerking met NGHT
Manon werkt 30 uur per week als handtherapeut / fysiotherapeut bij revalidatiecentrum Tolbrug te ‘s-Hertogenbosch.
Wanneer: Waar: Onderwerp:
2 november 2013 Rijnstate ziekenhuis Arnhem Het PIP gewricht
Notities
Polsletsels bij sport
………………………………………………………………………………………………………………………
Liesbeth Lim, Sportarts, Sportmedisch Advies Centrum Aalsmeer (SMA) en SMA Annatommie te Amsterdam
……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………
Polsblessures zijn veel voorkomend, maar worden vaak onderschat; het is immers een relatief "klein gewricht". De anatomie is hierbij van belang, en wordt wel eens moeilijk bevonden. De pols wordt gevormd door de distale radius en ulna en de (zeven) acht carpalia, die in twee rijen zijn gegroepeerd en die ieder een eigen vorm heeft (waarnaar sommigen ook vernoemd zijn). De carpalia zijn onderling met elkaar verbonden door ligamenten, die voor versteviging van de gewrichten tussen carpalia zorgen.
……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………
In een onderzoek van het Erasmus MC werd voor preventie en sneller behandeling van hand- en polsverwondingen bepleit. Deze komen zeer vaak voor in vergelijking met andere letsels en brengen dientengevolge hoge kosten met zich mee. Per jaar is 13% van alle sportblessures, die op de Spoedeisende Hulp (SEH)-afdeling behandeld worden, toe te wijten aan een polsblessure, die tijdens sporten is opgelopen. Polsblessures staan daarmee, na enkelblessures op een tweede plaats wat betreft het aantal sportblessures, waarvoor SEH-behandeling nodig is. Vingerblessures komen op de derde plaats (VeiligheidNL i.s.m. Erasmus MC). Ruim drie op de vier polsblessures ontstaan door een val en de meest voorkomende polsblessure is dan ook een fractuur. In veel andere gevallen raakt de sporter geblesseerd door contact met een object, meestal een bal. Polsblessures ontstaan ook regelmatig door lichamelijk contact, bv. een trap/schop of een botsing. Polsblessures die op de SEH-afdeling behandeld moeten worden, worden vooral opgelopen door jeugdige sporters: drie kwart valt in de leeftijdscategorie 5 tot en met 19 jaar. Ook de kans om een polsblessure op te lopen tijdens het sporten is bij jeugdige sporters het grootst. Het aantal en het type polsblessures zijn afhankelijk van het type sport. Voor de wedstrijden de topsporter hebben chronische blessures een grote impact en komen vaak voor door de frequente herhalingen van de (vaak eenzijdige) belasting of als laat gevolg van een acute blessure. Tijdens de lezing wordt ingegaan op de verschillende (overbelasting)blessures.
“Compex elektrostimulatie training bij sporters”
Sportletsels van hand, pols en elleboog
Arno Bosman, Country Sales Manager en Elektrostimulatie Expert Compex
Bas Aerts, Arts-assistent chirurgie, Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht, Klinisch onderzoeker orthopedie, Amphia ziekenhuis Breda en AMC/ Coronel Instituut Amsterdam
Elektrostimulatie heeft (helaas) in NL een passief, niet bewezen, negatief imago, gedateerd uit de jaren ’80-’90! De stroom toepassing was onhandig, de materie te technisch (veel stroomvormen), te complex en soms onveilig (etsing). Daarbij werd het niet meer appart vergoed en maakte fysiotherapie Nederland een kentering naar actieve revalidatie en hands off. Elektrotherapie is hierdoor in de ijskast verdwenen en daarmee ook onze kennis over elektrotherapie. Maar wat is elektrotherapie eigenlijk? Elektrostimulatie zorgt voor een directe prikkeling van de motorische zenuw. De spier merkt geen verschil tussen een bewuste contractie en een elektrisch uitgelokte contractie: de arbeid die de spier levert is identiek. Het aantal impulsen per seconden, ookwel Herz genoemd bepaald de type van de contractie, een twitch of een (getande) tetanische contractie, en welke type spiervezel (type I en/of II) wordt gestimuleerd. Op basis van de frequentiekeuze kunnen we elektrostimulatie inzetten ten behoeve van herstel, pijnbestrijding, revalidatie en training. Elektrostimulatie is inderdaad passief inzetbaar, echter wanneer je elektrostimulatie inbrengt in je actieve oefenstof, dan wordt elektrotherapie pas echt boeiend. Want wat is nu fijner om al excentrisch of een type II spiervezel te kunnen trainen zonder de uitwendige zware belasting! Met een portable en draadloos elektrostimulatietoestel is elektrostimulatie goed toepasbaar geworden in de actieve revalidatie.
Hand-, pols en elleboogletsels zijn frequent voorkomende letsels bij sporters. In Nederland laten jaarlijks ongeveer 700.000 mensen zich behandelen op een spoedeisende hulp vanwege een sportblessure. De sporten die de meeste letsels aan de onderarm veroorzaken zijn balsporten (volleybal, handbal, tennis en basketbal), contactsporten (judo, voetbal, turnen en boxen) en snelheidssporten (skiën, wielrennen, schaatsen en skeeleren). De incidentie van sportblessures in Nederland varieert van 3,1 per 1000 uren bij basketbal, 2,1 per 1000 uren bij voetbal en tot 1,1 per 1000 uren bij tennis. Deze letsels worden in het algemeen veroorzaakt door een directe inwerkende kracht op onderliggende structuren of ten gevolge van microtraumata door repeterende bewegingen, waarbij de aard van het letsel afhangt van de sport die wordt beoefend. Een letsel van de bovenste extremiteit kan verstrekkende gevolgen hebben voor de carrière van een sporter. Het tijdig stellen van de juiste diagnose en inzetten van behandeling is van groot belang en zal er op gericht zijn de sporter zo snel mogelijk weer op het oude prestatieniveau te krijgen. In deze presentatie zal een kort overzicht worden gegeven van veel komende hand/pols letsels bij sporters, alsmede vaak voorkomende elleboog letsels bij tennissers. Er wordt tevens behandeld bij welke sport deze letsels het vaakst voorkomen en aandacht besteed aan de daarbij behorende diagnostiek en behandeling.
Medisch elastisch tapen Thieu Berkhout, Fysiotherapeut/handtherapeut Medisch Centrum Alkmaar, afdeling revalidatie
Medisch Elastische tape is hot Steeds vaker zie je (top)sporters met kleurige tape op been, kuit, arm, hand of schouder. Mensen als Arjen Robben, Justine Henin, de Nederlandse hockeydames op de Olympische spelen maken er steeds meer gebruik van. In de fysiotherapie wordt medisch elastische tape gebruikt bij de behandeling van blessures, als spierscheuringen, overbelastingsklachten bij pezen en aanhechtingen, ter vermindering van ontstekingen of vochtophopingen, (oedeem en hematomen), om houdingscorrectie uit te lokken of spierspanning te beïnvloeden. Medisch elastische tape wordt door sommigen ingezet voor neuro-reflectoire beïnvloeding bijvoorbeeld bij hoofdpijn en menstruatieklachten. Sinds 2001 past Thieu deze vorm van taping toe bij problemen aan de hand. Tijdens de voordracht wordt ingegaan op de eigenschappen van de tape en de gangbare verklaringsmechanismen rond het effect van de tape. Aan de hand van een aantal sportletsels zoals de skiduim en kneuzingen van het PIP gewricht worden behandelstrategieën met medisch elastisch tapen gedemonstreerd. Deelnemers worden van harte uitgenodigd om casuïstiek in te brengen.
Who we are
What we do
We are a group of enthusiastic Dutch hand therapists. January 2012 the Foundation ‘Hands across Borders’ was officially established in the Netherlands. Aim of the new organization is to share knowledge and expertise with colleagues(hand)therapists in other countries.
Training on the job
Mandate and Mission
Workshops
The mission of the Foundation Hands Across Borders (HAB) is to improve expertise by sharing experience and stimulation of cooperation between the various health disciplines working with handpatients. Particularly in countries where basic knowledge is lacking the volunteers aim to improve professional skills and, where possible, to implement handtherapy into local structures.
Lectures
In order to be able to share expertise the foundation H.A.B. organizes and coordinates international projects. Teaching goals and annual plans are being developed.
www.handsacrossborders.nl
"En toen voelde ik een knapje” - Vingerblessures bij sportklimmers
Elleboogletsel bij honkballers
Dr. Annemieke J. Videler, fysiotherapeut / CHT-NL
Janne Buijs, fysiotherapeut en o.a. werkzaam als fysiotherapeut en strength and conditioning coach bij de KNBSB voor het Nederlands AA-team honkbal
De laatste jaren is de klimsport enorm aan populariteit toegenomen. Naar schatting zijn er in Nederland rond de 10.000 mensen actief met de uitoefening van deze sport. Door de toenemende populariteit van de klimsport is ook het aantal klimblessures enorm toegenomen. Veruit de meeste klimblessures betreffen de bovenste extremiteit. 60% daarvan betreft de hand en pols en daarvan betreft weer 30% blessures ter hoogte van het PIP gewricht. Acute verwondingen door valpartijen komen in de klimhal zelden voor maar ook bij het klimmen buiten zijn de zekerings- en klimtechnieken enorm verbeterd waardoor er minder valpartijen zijn. Veruit de meeste blessures ontstaan door overbelasting van het bewegingsapparaat. Veelal raken de middel- en de ringvinger aangedaan. Dit zijn de sterkste en meest gebruikte vingers bij het klimmen. Deze presentatie beoogt een overzicht te geven van de oorzaak, de behandeling en de preventie van enkele veel voorkomende vingerblessures bij klimmers. Aan bod zullen komen: het pulleyletsel, tenoperiostitis en tendovaginitis van de flexorpezen, collateraalbandletsel PIP/IP en het ‘lumbrical tear syndroom’. Om inzicht te geven in het ontstaan van dergelijke blessures en om de klimmer beter te begeleiden wordt ook kort ingegaan op de techniek van het klimmen.
Literatuur Bruens ML. Sportklimmen. Ned Tijdschrift voor Handtherapie 2013; 22(1):14-17. Merritt AL, Huang JI. Hand Injuries in Rock Climbing. J Hand Surg 2011;36A:1859-1861. Schweizer A. Biomechanics of the interaction of finger flexor tendons and pulleys in rock climbing. Sports Technol 2008;1(6):249-256. Bruens ML, Dobbelaar P, Koes BW, et al. Blessures aan de arm bij sportklimmers. Ned Tijdschr geneeskund 2008;152:1813-9. Schweizer A. Lumbrical tears in rock climbers. J Hand Surg 2003; 28B:187-89. Rooks MD, Rock Climbing Injuries, Sport Med 1997; 23(4):261-70.
De elleboog in baseball anatomie elleboog art. cubiti spier-/peesapparaat ligg. art. cubiti diagnostiek on-field bewegingsanalyse fysiotherapeutisch onderzoek echo MRI veel voorkomende letsels werperselleboog overrekking lig. collaterale mediale ruptuur lig. collaterale mediale overbelasting insertie m. triceps extentie beperking art. cubiti behandeling hands-on fysiotherapie
triggerpoints/dryneedling ketenbehandeling pols, het schoudercomplex (Stenvers) detoniseren
oefentherapie
ketentraining schoudercomplex & core, techniektraining, muscle & ligament stretching
chirurgie
Tommy-John surgery
preventie passief actief
rustdagen, pitch count ketentraining schoudercomplex & core, techniektraining, muscle & ligament (GIRD) stretching