Sociale veiligheid, good practices –specifiek voor lhbt Een inspirerende uitwisselingsbijeenkomst in het kader van het project ‘sociale veiligheid- lhbt in het onderwijs’ Dinsdag 2 december 2014 verzamelde zich in Utrecht-Zuilen een gezelschap van mensen die de afgelopen twee jaar op hun school betrokken waren bij de door het ministerie van OCW gesubsidieerde pilot sociale veiligheid van lhbt-jongeren. Deze pilot had als doel vormen te vinden waarmee scholen inhoud kunnen geven aan de wijziging van het kerndoel 38 en 43 (omgaan met geestelijke stromingen, multiculturaliteit en (seksuele) diversiteit). In totaal ontvingen 140 PO en VO scholen een uitvoeringssubsidie voor deze pilot. Naast vertrouwenspersonen, docenten en leidinggevenden waren er onder andere een medewerker van een discriminatiemeldpunt in het noorden des lands en een inmiddels ex-leerling van een van de scholen; een van de initiatiefnemers van de Paarse Vrijdag Krant die op 12 december jl. inmiddels voor het derde jaar is verschenen. De medewerkers van het APS, dat de bijeenkomst had georganiseerd, leidden de deelnemers door een programma waarin informatievoorziening over beleid en onderzoek op het terrein van sociale veiligheid werd afgewisseld met uitwisseling van ervaringen. Een van de APS medewerkers startte met een terugblik op de afgelopen pilotperiode. Zij vertelde dat individuele bevlogen medewerkers op de scholen essentieel zijn gebleken voor het succes van de pilot op hun school. Zij waren degenen die ondanks weerstanden van ouders, collega’s, leidinggevenden er toch voor zorgden dat seksuele diversiteit en sociale veiligheid op de agenda beleef staan en er wat moois tot stand kwam. Er zijn mooie voorbeelden van scholen die er met deze pilot in geslaagd zijn langer lopend beleid te ontwikkelen. Bijvoorbeeld een stichting voor speciaal onderwijs, die met vier scholen deelnamen aan de pilot. Inmiddels is zodanig samengewerkt dat er een beleidsplan ‘Vriendschap- relaties en seksualiteit’ voor de hele stichting ligt. Alle scholen binnen deze stichting voor cluster 3 voeren dit beleid. Er zijn eveneens mooie voorbeelden van scholen die ondanks een traditionele leerlingpopulatie er toch in slaagden een beladen onderwerp als seksuele diversiteit homoseksualiteit goed bespreekbaar te maken. (Op die laatste school werkte ‘Theater aan zet’ goed om een grotere openheid onder leerlingen te bereiken. Meer informatie over de belangrijke vraag hoe je dat doet, een veiliger klimaat voor lhbt-jongeren scheppen, kregen de deelnemers van elkaar, in de uitwisselingsbijeenkomsten. Goede voorbeelden De bijeenkomst kende – los van het informele netwerken voor en na – twee rondes waarin deelnemers informatie konden halen bij elkaar en ervaringen konden uitwisselen. Voorafgaand aan elke ronde vertelden vertegenwoordigers van enkele scholen centraal iets over de aanpak op hun school. In de eerste uitwisselronde stonden deze presentatiescholen centraal. Deelnemers konden bij hen meer informatie gaan halen en ervaringen uitwisselen. In de tweede ronde legden drie APS medewerkers elk een vraag voor aan een groepje deelnemers, en schoof steeds een deel van de groepjes door, zodat iedereen kon reageren op elke vraag. De vragen luidden: wat is op jouw school wel bespreekbaar en wat niet; wat is voor jou op school ‘ononderhandelbaar’; in hoeverre ben je proactief als het gaat om sociale veiligheid en lhbt? Het effect van de scholenpresentaties en de beide rondes was dat dezelfde ervaringen en opvattingen steeds vanuit een iets andere invalshoek naar voren kwamen en zo werden uitgediept. Een greep uit wat er zoal te horen viel.
zwarte woud 2 3524 SJ utrecht 030 28 56 600 postbus 85475 3508 AL utrecht www.aps.nl 1
Speak up-filmpjes Met autistische kinderen is het moeilijk praten en al helemaal als het over seksualiteit gaat. “Als je ze zomaar zou vragen: wanneer heb je voor het eerst gekust, dan kruipen ze meteen onder een stoel,” vertelde een docent. . Op deze is een middel gevonden om deze leerlingen toch aan de praat te krijgen. Onder de noemer Speak up, bekend van een landelijk initiatief voor de aanpak van pesten, maken leerlingen filmpjes van diepte-interviews met elkaar. Het bijzondere aan deze aanpak is, aldus de docent, dat het van onderaf is georganiseerd, door de leerlingen. . Deze aanpak is een onderdeel van het eerder genoemde organisatiebrede beleid ‘Vriendschap- relaties & seksualiteit, dat met behulp van deze pilot is opgezet. Mede omdat lesmateriaal over dit onderwerp voor de laag-niveau kinderen grotendeels ontbreekt, heeft men zelf een professionele film laten maken. Het resultaat mag er zijn, aldus de docent; “een hele mooie film, die dieper en verder gaat dan een normaal speakupfilmpje. Een beetje in de sfeer van ‘Over de streep’, maar dan niet zo heel erg emotioneel.” Deze film zal worden gebruikt als lesmateriaal binnen de school. Daarnaast zal de film ook benut worden om met ouders de dialoog te voeren over dit onderwerp. In februari 2015 wordt de film voor ouders vertoond. ‘Wie van de drie’ en 40 dagen niet schelden Een groenschool, was op de bijeenkomst vertegenwoordigd door een docent en een medewerker van het discriminatiepunt Tumba, “We zijn een praktische school en onze leerlingen zijn geen praters,” vertelde de docent. Om die reden is men al enige jaren geleden in zee gegaan met Tumba. Een van de voorlichtingstools van Tumba die de school gebruikt, is het spel ‘Wie van de drie’. Het gaat er hierbij om te raden wie van de drie homo is. “Kinderen worden gegrepen door het spel en door de competitie. En het mooie is dat ze het vaak niet raden. Dat ze leren: je kunt het niet aan iemand zien,” aldus de Tumbamedewerker. Een ander project dat de school met hulp van Tumba inzet is ‘40 dagen niet schelden’. Daarbij ervaren leerlingen eerst zelf wat de impact is van schelden en daarna tekenen ze een contract dat ze het zelf 40 dagen niet zullen doen. Letten op taal helpt, is de ervaring op deze school. GSA Twee (inmiddels oud-)leerlingen van een school , richtten samen meteen klasgenoot een GayStraight Alliance op zijn school op (http://www.gaystraightalliance.nl/). Dit verbond tussen ‘gays’ en ‘straights’, richten leerlingen (en docenten) zelf op om op hun school handen en voeten te geven aan een veilig schoolklimaat voor àlle leerlingen, docenten en andere medewerkers. ‘Inmiddels is mijn jongste broer de voorzitter van de GSA ” vertelt een van de oudleerlingen. “via hem ben ik nog steeds nauw betrokken”. De 2 jongens namen toen zij nog op school zaten het initiatief ‘Paarse Vrijdag Krant’ te ontwikkelen http://www.paarsevrijdagkrant.nl. Nu, inmiddels drie jaar later, verspreiden zij de krant op een groot aantal scholen in Noord Holland, en krijgen zij aanvragen vanuit het hele land om te vertellen over hun ervaringen en voorlichting te geven. Men krijgt daarbij nogal eens de reactie: ’ is het nou nodig dat jullie hier komen?’ Ze vertellen dan over de GSA en de achtergronden daarvan. Een van de eyeopeners waarmee men werkt, is leerlingen confronteren met het beeld dat homoseksuelen seksuele roofdieren zouden zijn. “Ik zeg dan tegen jongens: zitten soms alle meisjes de hele dag aan je? Waarom zou een homo dat dan doen?” In reactie op dit voorbeeld vertelde een van de deelnemers dat hij blij was met de beroemde opmerking van de Russische president Poetin dat homoseksuelen welkom zijn in zijn land, zolang ze maar van de Russische kinderen afblijven. Een schitterende ingang voor een gesprek over de beelden die achter zo’n opmerking zitten, aldus deze deelnemer. Een GSA blijkt niet voor alle scholen een geschikte aanpak. De student:” voor een levensvatbare GSA heb je paar actieve leerlingen nodig. Vervolgens is het zaak ervoor te zorgen dat er steeds nieuwe aanwas komt, dat “er broertjes en zusjes, nichtjes en neefjes bij komen.” Een van de deelnemers, een vertrouwenspersoon, vertelde dat op haar school de poging een GSA op te richten, (nog) tot weinig heeft geleid. Een docent van een andere school meldde dat ook op zijn school een GSA niet van de grond kwam. In plaats daarvan wil men nu in de gemeente waarin de school gevestigd is een aantal groepen oprichten rond lhbt en pesten. Deze groepen zullen onder andere signalering tot taak hebben. ”Misschien heeft dat ermee te maken onze leerlingen geen
zwarte woud 2 3524 SJ utrecht 030 28 56 600 postbus 85475 3508 AL utrecht www.aps.nl 2
praters zijn en dat ze het gevoel hebben dat een GSA alleen op hun schouders neerkomt”, vertelde hij. De geïntegreerde aanpak Verschillende scholen gaven aan dat ze de aandacht voor seksuele diversiteit zoveel mogelijk verwerken in het hele onderwijs. Een docent van een school in Den Haag vertelde hoe men bij haar op school er principieel voor zorgt dat als er bijvoorbeeld een studiedag ‘recht doen aan verschillen’ plaatsvindt, er ook een workshop over seksuele diversiteit bij zit. Het principe dat als het gaat over verschillen, er ook altijd aandacht moet zijn voor seksuele diversiteit, is op deze school ook vastgelegd in het schoolplan. Andere deelnemers beschreven hoe de aandacht voor dit onderwerp in de lessen wordt verwerkt. Sommige lessen lenen zich meer voor actieve bemoeienis dan andere, stelde de vertrouwenspersoon van een andere school uit Almere. Zij noemde het voorbeeld van gymnastieklessen. “Daar kun je vrij veel homo onvriendelijke en seksistische opmerkingen horen. Een goed vak dus om consequent in te gaan tegen dat taalgebruik.” De speciale aandacht voor ongewenste uitingen in de gymnastiekles maakt op deze school deel uit van een plan, een programma rond lhbt en pesten. Zo kiest de school ook ieder jaar een bepaald onderwerp rond seksualiteit. Dit onderwerp verweeft men in het programma waarbij veel gebruik wordt gemaakt van sense.nl, een voorlichtingssite die is gericht op jongeren. Een biologiedocent van een lyceum in Tilburg vertelde hoe er op zijn school een heel programma is samengesteld voor de verwerking van aandacht voor seksuele diversiteit in de vakken levensbeschouwing en biologie. De transgenderproblematiek is op zijn school een van de thema’s die aan de orde komen bij het vak nwt (natuur, wetenschap en techniek). Het natuurhistorisch museum waaraan deze docent ieder jaar een bezoek brengt met de derde klas, heeft onlangs de expositie ‘Hoezo seks?’ aangepast zodat er meer aandacht is voor homoseksualiteit bij dieren. Inclusief onderwijs Iets anders wat de biologiedocent benadrukte, evenals enige andere aanwezigen, is dat je pas werkelijk inclusief onderwijs krijgt – onderwijs dat niemand uitsluit – als iedereen, ongeacht zijn vak of functie, actief uitdraagt dat seksuele diversiteit er mag zijn. Een medewerker van een school in Nijmegen stelde: “Alle docenten zouden vaker dingen kunnen zeggen als, wanneer het bijvoorbeeld over de tafeltjesavond gaat: komen je vader en moeder allebei of moet ik misschien zeggen: allebei je moeders? Of, als je vertelt dat je bent getrouwd: en nu vragen jullie je natuurlijk af of dat met een man of met een vrouw is.” De docent uit Tilburg noemde het concrete voorbeeld van het formulier (nota bene in het kader van het lhbt-pilotproject) waarop wordt gevraagd: Wat doet je vader? Wat doet je moeder? Deze docent maakte mee dat een leerling erop vastliep, omdat hij twee moeders had en niet wist hoe dit op het formulier aan te geven. Zorg om imago? Er was één punt waarop er principiële verschillen in benadering tussen de aanwezige scholen leken te bestaan. En dat was het punt van de mate waarin je de aandacht voor lhbt zichtbaar maakt voor de buitenwereld. Waar de ene deelnemer het ‘ononderhandelbaar’ noemde dat je meedoet aan paarse vrijdag als leerlingen daarom vragen, stelde een ander dat het zorg voor het imago van de school enorm belangrijk is. Zeker als je op een plattelandsschool werkt. Rolverdeling De uitwisseling over de vraag in welke mate iedereen in de school actief moet meewerken aan een veilig klimaat voor alle -leerlingen zette sommige deelnemers aan het denken. Zoals de vertrouwenspersoon van de school uit Almere vertelde: “Ik merkte laatst dat sommige mentoren het toch wel moeilijk vinden om over seksualiteit te praten. Dat heeft me aan het denken gezet over de vraag of ik dat eigenlijk wel van iedereen kan en mag verwachten’. Een andere deelnemer reageerde hierop met: “Inderdaad, het is niet voor iedereen, er zijn specifieke competenties voor nodig. Je moet erover durven praten, maar je moet bijvoorbeeld ook terug kunnen treden als het te veel wordt voor een leerling. Wat je wel van iedereen mag eisen, is dat alle medewerkers van een school men actief
zwarte woud 2 3524 SJ utrecht 030 28 56 600 postbus 85475 3508 AL utrecht www.aps.nl 3
mede zorg dragen voor een sociaal veilig klimaat, rekening houden met seksuele diversiteit en zonodig anderen aanspreken op onwenselijk gedrag en taalgebruik. Aanpak van schelden Over hoe dat eruit moet zien, ‘rekening houden met seksuele diversiteit’, leverde de uitwisseling een gemengd beeld op. De aanpak van schelden is voor veel scholen daarbij een vraagstuk waarover veel scholen genoeg voorbeelden kennen uit de eigen praktijk. Wanneer is het beterscheldwoorden en foute grappen te negeren. Wanneer is juist actief daartegen optreden essentieel? Het blijkt nog lang niet altijd de praktijk op scholen dat actief opgetreden wordt als er met ‘homo’ wordt gescholden. Dat zou eigenlijk wel moeten, volgens de meeste scholen. Soms lukt het wel, vertelde een van de aanwezigen: laatst zongen onze leerlingen op de gang de carnavalskraker ‘Alle Duitsers zijn gay’. Een voorbijkomend docent liet het passeren. Ik stormde mijn kamer uit en greep in”. docent langskwam en de jongens én die docent erop aansprak. Consequent optreden in dezen is niet alleen een kwestie van principes. Zoals een deelnemer opmerkte: “Het heeft ook te maken met een stukje klassenmanagement”. Personeelsbeleid Wil je dat medewerkers daadwerkelijk bijdragen aan een veilig klimaat voor lhbt-leerlingen, dan moet je daar in de sollicitatieprocedure en in beoordelingsgesprekken een punt van maken, merkte een medewerker van een school op. “Dat hoort gewoon bij het hele pakket van sociale veiligheid,” zei deze docent. Minstens één andere docent gaf aan dat dit op zijn school ook praktijk is. Een aanvullende opmerking was dat je dan eigenlijk ook moet nagaan hoe de uitgesproken intenties in de praktijk uitwerken. Bijvoorbeeld door een homostel op de ouderavond uit te nodigen en te kijken hoe docenten reageren. Ouderbetrokkenheid Veiligheid op school is een groot goed, maar voor het welzijn van jongeren is het ook belangrijk dat ze thuis zichzelf kunnen zijn. Een deelnemer vertelde een somber verhaal over een homoseksuele jongen uit havo 5 die er op school helemaal bij hoorde, maar wiens geaardheid thuis niet werd geaccepteerd. Hij pleegde in 2013 zelfmoord. Zijn achtergrond speelde zeker een rol in deze beslissing, aldus deze medewerker, maar dit was iets wat op school niet bespreekbaar was. Natuurlijk gaat het bij deze geschiedenis om een probleem – of om problemen – die een school niet altijd kan oplossen of voor kan zijn. Maar het verhaal geeft wel aan hoe belangrijk het is de ouders te betrekken bij de initiatieven op het terrein van sociale veiligheid voor lhbtjongeren. Lhbt op een bijzondere school/aansluiten bij je doelgroep Is actief rekening houden met seksuele diversiteit al niet makkelijk voor iedereen op openbare scholen, op scholen met een uitgesproken religieuze identiteit kan het een heel grote stap zijn om te zetten. Maar het is te doen, vertelde de rector van een bijzondere school . Op deze school begon het ermee dat iemand op hem afstapte en zei: “Op jouw school moeten jullie het eens hebben over seksualiteit.” Er werd een werkgroep opgericht. . Deze groep besloot om de aandacht voor lhbt gefaseerd de school in te brengen. De adviseur, die ook op de bijeenkomst aanwezig was, vertelde: “We hebben gezegd, we geven eerst informatie aan de docenten. Want docenten moeten het dragen in de school, als daar misvattingen over zijn dan geeft dat geen rust. Het tweede in de school zou zijn de ouders, zorgen dat die het accepteren en rustig zijn, en daarna komt het pas bij de leerlingen terecht.” Voor de uitvoering van de voorlichtingsbijeenkomsten nodigde men externe deskundigen uit, en wel van het COC. Dit ging niet zonder slag of stoot. De rector: “Daar waren érg veel bezwaren tegen van religieuze zijde. . We hebben een heel gevecht moeten voeren. Je mocht de naam van het COC niet eens noemen.” Het COC mocht uiteindelijk toch op de school komen. En het stelde de initiatiefnemers niet teleur. “De eerste bijeenkomst met docenten is zo veilig geweest. En dat was moeilijk, heel erg moeilijk,” aldus de adviseur. De rector: “Er is toen ook een jongen uit de kast gekomen. Die dacht tot op dat moment, ik zit hier op een bijzondere school , als ik dat zeg, kan ik straks vertrekken. Maar het was heel veilig.” Ook de bijeenkomst voor ouders (van de derde klas) is uitstekend gegaan, aldus de rector. “Ze hebben de goede vragen gesteld, ook daar was het heel veilig. Terwijl velen van te voren bang waren dat het op een of andere manier uit de hand zou lopen.” Tot slot verzorgde het COC een bijeenkomst voor de derde klassen. Ook dat verliep geruisloos.
zwarte woud 2 3524 SJ utrecht 030 28 56 600 postbus 85475 3508 AL utrecht www.aps.nl 4
Toen men na dit eerste experimentele jaar een bijeenkomst met het COC voor ouders van de tweede klas belegde, kwam er niemand opdraven. “En dat was positief”, zo legde de religieuze adviseur uit. “Als de ouders van onze school het ergens niet mee eens zijn, komen ze dat wel melden. En voor de informatie hoeven ze niet altijd bij ons te komen. We zijn een kleine school, er zijn maar twee derde klassen. Ouders kennen elkaar en horen dingen ook van elkaar.” Het lukte om dit onderwerp geaccepteerd te krijgen, aldus de rector, omdat ze konden zeggen: het moet van de overheid. Het scheelde ook dat het COC op verzoek van de school geen expliciete seksuele voorlichting gaf, maar in de bijeenkomsten de nadruk legde op het belang van sociale veiligheid voor individuen. De afspraak is nu dat het COC met ingang van schooljaar 2014-2015 jaarlijks twee voorlichtingsbijeenkomsten verzorgt op de school, een voor de tweede klas en een voor de vierde klas. Onderzoek en beleid in vogelvlucht Voor en na de uitwisselrondes presenteerden APS-medewerkers informatie over onder andere de uitkomsten van de vragenrondes onder de ambassadeursscholen, aanbevelingen vanuit het SCP onderzoek naar deze pilot (link) en de Onderwijsraad, het wetsvoorstel sociale veiligheid van staatssecretaris Dekker en het actieplan Sociale Veiligheid van VO- en PO-raad. Deze informatie komt ook beschikbaar op de nieuwe werksite https://sites.google.com/site/lhbtinhetonderwijs. Hier zullen we enkele opvallende gegevens noemen die op de bijeenkomst de revue passeerden. Een aantal daarvan werd ook geïllustreerd in de verhalen die deelnemers vertelden. Een belangrijke uitkomst van de vragenrondes onder de ambassadeursscholen was dat je met je inspanningen moet aansluiten bij wat er al wordt georganiseerd op school. Duidelijk werd ook dat een financiële injectie echt helpt om dingen van de grond te krijgen. Een herkenbare maar belangrijke aanbeveling die het SCP gaf op grond van zijn onderzoek, is om de schoolleiding bij lhbt-initiatieven te betrekken: de steun van de schoolleiding is eigenlijk onontbeerlijk voor het draagvlak in de school. Opvallend in het advies van de Onderwijsraad was dat volgens dit instituut scholen niet alleen een resultaatverplichting moet worden opgelegd, maar ook een inspanningsverplichting. Belangrijk nieuws dat aan de orde kwam bij de presentatie van het recente wetsvoorstel sociale veiligheid was dat de inspectie scholen komend jaar kan gaan vragen verslag uit te brengen van het gevoerde beleid ten aanzien van sociale veiligheid. Scholen krijgen de verplichting om hun inspanningen op dit terrein te monitoren. De monitor sociale veiligheid De nieuwe verplichting om de inspanningen te monitoren was voor APS ook aanleiding om het ITS (Instituut voor toegepaste Sociale Wetenschappen) uit te nodigen. Dit instituut, verbonden aan de Radboud Universiteit, maakt sinds 2006 in opdracht van de overheid monitors op het gebied van sociale veiligheid. De jongste versie van de monitor voor scholen, die dateert uit 2014, bevat ook vragen specifiek voor lhbt-leerlingen. Omdat dit het eerste jaar is waarin vragen voor deze groep zijn opgenomen, kunnen de uitkomsten op dit punt nog niet vergeleken worden met eerdere jaren. Wel geven de resultaten over 2014 aan dat lhbt-leerlingen zich op school minder veilig voelen dan andere leerlingen, aldus de ITS-medewerker. De presentatie van de ITS- monitor riep verschillende vragen op onder de deelnemers. Zo vroeg iemand welke definitie van sociale veiligheid was gehanteerd bij het opstellen van de monitor, ofwel hoe de validiteit van de test vastgesteld kon worden. De ITS-medewerker reageerde hierop met: “We hebben er bewust voor gekozen niet te veel te definiëren en de interpretatie van de gegevens aan de gebruikers over te laten.” Verschillende deelnemers hadden vragen over de vergelijkingsmogelijkheden. Kon je de resultaten van een school bijvoorbeeld afzetten tegen een landelijk beeld? De ITS-medewerker antwoordde dat de waarde van dergelijke vergelijkingen betrekkelijk is, omdat scholen nogal verschillen in populatie en andere kenmerken die relevant zijn voor de sociale veiligheid. De meest zinnige vergelijking die je volgens hem kon maken, was die met de resultaten van je eigen school in eerdere jaren. De presentatie riep bij een enkeling ook enige irritatie op. Scholen krijgen al zoveel aangeboden, meldde een deelnemer, en er wordt ook al gewerkt met andere monitors, zoals die van de GGD.
zwarte woud 2 3524 SJ utrecht 030 28 56 600 postbus 85475 3508 AL utrecht www.aps.nl 5
Deze opmerking leidde tot een uitwisseling over de kenmerken van verschillende monitors en tot het voorstel van het APS om een overzicht te maken van deze instrumenten. Duidelijk werd in ieder geval dat de ITS-monitor hier als een voorbeeld werd gepresenteerd en dat het gebruik daarvan niet verplicht zal worden gesteld. Overigens kunnen scholen in het schooljaar 2015-2016 gratis gebruik maken van de veiligheidsmonitor van het ITS. Tot slot De scepsis tegenover de ITS-monitor had ook te maken, zo liet een deelnemer doorschemeren, met de waardering voor een ander onderdeel van deze bijeenkomst: de uitwisseling van ervaringen met andere deelnemers. Dit gevoel werd breed gedeeld. Velen waren te spreken over de inspirerende werking van de bijeenkomst. “Ik leer hier zo veel van,” viel te horen bij meer dan één deelnemer. Bij een paar deelnemers ging de lof gepaard met de vraag waar de andere scholen waren die in het project zaten. Lang niet alle deelnemende scholen waren namelijk vertegenwoordigd op de bijeenkomst. Misschien helpt dit verslag om die scholen te motiveren een volgende keer wel mee te doen. In ieder geval wilden de aanwezigen wel vaker op deze manier bij elkaar komen. Wat verder ter tafel kwam Tips en voorstellen uit de groep: - Vermijd de aanduiding ‘anders’. Daarmee plaats je mensen buiten de groep; - Voeg de ‘a’ van aseksualiteit toe aan lbht. Het is een geaardheid die ten onrechte nooit aandacht krijgt; - Voeg ‘id’ van in dubio toe aan lhbt. De groep die nog niet weet hoe zij/hij is geaard, wordt te vaak vergeten; - Organiseer een aantal inhoudelijke scholingsbijeenkomsten over lhbt op school, vergelijkbaar met de bijeenkomsten over culturele diversiteit die op scholen worden gehouden; - De conferentie Sociale Veiligheid vindt op 16 april 2015 plaats. Genoemde films en documentaires: - De documentaire ‘Alleen die week hebben wij homo’s in huis’ (2014) laat de worsteling zien van drie vo-scholen die proberen de aandacht voor seksuele diversiteit vorm en inhoud te geven. (Te zien via vimeo.); - De film ‘Pride’ (2014) is een erg leuke film over lhbt’ers; - De Paarse Vrijdag Krant van 2014 bevat een overzicht van films en documentaires. Websites: - gayandschool.nl, bevat veel materiaal dat op school is te gebruiken https://sites.google.com/site/lhbtinhetonderwijs (of vul “lhbtinhetonderwijs” in in zoekregel google). Deelnemers kunnen zelf voorbeelden op deze site laten plaatsen en via deze site met elkaar communiceren. - veiligvo.nl, veiligpo.nl, itsvemo.nl, alle voor de ITS-monitors. - sense.info, ‘voor al je vragen over seks’, gericht op jongeren. Contactgegevens APS-medewerkers: Dimph Rubbens,
[email protected] 06-25051950, Saskia Mulder,
[email protected] Monica Robijns,
[email protected]
zwarte woud 2 3524 SJ utrecht 030 28 56 600 postbus 85475 3508 AL utrecht www.aps.nl 6