Slaapproblemen op de peuterleefijd Slaapproblemen op peuterleeftijd Moeite hebben met slapen komt op de peuterleeftijd vaak voor. En dat is niet zo gek. Peuters zijn actief en willen graag oefenen wat ze net geleerd hebben: lopen, uit bed klimmen, praten enzovoorts. Ze begrijpen steeds meer, maar natuurlijk lang niet alles. Ze krijgen steeds meer fantasie en worden bang voor van alles. De angst om door de ouders verlaten te worden, is hiervan wel de meest heftige. Peuters ontdekken dat ze een eigen wil hebben en dat schreeuwen en drammen nog wel eens wil helpen. Ten slotte zijn peuters vaak niet lekker. Ze zijn nogal eens verkouden en er komen tanden en kiezen door. Een kind dat niet lekker of bang is, mag vaak bij de ouder(s) in bed en dat bevalt bijna altijd erg goed. In deze folder krijgt u tips om het slapen van uw kind te verbeteren, en adviezen voor als er al problemen zijn rond het slapen. De normale slaap van de peuter Peuters van 1,5 jaar slapen gemiddeld rond de 14 uur per etmaal. ’s Nachts slapen ze het klokje rond en overdag doen de meesten nog één slaapje. Kinderen van 4 jaar slapen gemiddeld zo’n 12 uur per etmaal. Zij slapen meestal niet meer overdag. Net als bij baby’s zie je bij peuters goed het verschil tussen kinderen die veel slaap nodig hebben en kinderen die weinig slaap nodig hebben. Ook het verschil tussen ochtend- en avondmens wordt op deze leeftijd duidelijker. Het duurt soms wel een half uur tot een uur voordat een peuter diep slaapt. Als hij eenmaal goed slaapt, volgen er periodes van rustige slaap afgewisseld met periodes van onrustige slaap. De ogen maken snelle bewegingen en het lichaam schokt af en toe. In deze periodes van onrustige slaap droomt het kind. Aangeleerde gewoontes rond het slapen Meestal onbedoeld kunnen er gewoontes rondom de verzorging van uw kind insluipen, die het goed slapen eigenlijk tegenwerken. Voorbeelden zijn: U bent gewend uw kindje in slaap te wiegen. Als hij ’s nachts wakker wordt, zal hij pas verder kunnen slapen wanneer hij ook weer gewiegd wordt. Uw kind is gewend aan een speen bij het slapen gaan. Als hij ’s nachts zijn speen kwijt is, gaat hij huilen. U moet komen om hem zijn speen te geven. U geeft uw kindje elke avond een flesje drinken in bed. Als hij ’s nachts wakker wordt, heeft hij ook een flesje drinken nodig om verder te kunnen slapen. Dit soort gewoontes kunnen op korte termijn wel prettig zijn. Maar als ze een patroon worden, kunnen ze u aardig opbreken. Elke nacht uit bed moeten voor een flesje of een speen, gaat gauw vervelen. Vaak leggen ouders een ziek of bang kind dat ’s nachts huilt, bij zichzelf in bed. Dat is heerlijk voor het kind. En iedereen slaapt snel weer verder. Sommige ouders vinden het geen enkel probleem als de kinderen bij hen in bed kruipen. Maar als u het niet wilt, dan moet u oppassen. Een nieuwe gewoonte is zó ontstaan. Eén keer in het ouderlijke bed is goed, bij de tweede keer wordt het al oppassen en bij de derde keer is er misschien een gewoonte ontstaan. En dit weer afleren kan lastig zijn!
GGD regio Utrecht
033-4600046
www.ggdru.nl
Mijn kind wil ’s avonds niet gaan slapen Misschien doet uw kind nog een middagslaapje en heeft hij dat eigenlijk niet meer nodig. Of misschien slaapt hij ’s morgens wel erg lang uit. Bij jonge peuters speelt ook vaak een stukje scheidingsangst. Zij zien dat pappa of mamma weggaat, maar snappen nog niet dat de ouder altijd weer terugkomt. Peuters hebben vaak moeite om afscheid te nemen van de dag. Het leven is immers één groot feest, met klimmen en klauteren en dingen uitproberen. Peuters ontdekken dat zij een eigen wil hebben en ze zullen proberen hun zin door te drijven. De wat oudere peuters hebben een grote fantasie. Zij zien en horen allerlei spannende dingen in hun kamer en kunnen daar bang van worden: de beroemde krokodil onder het bed of een bewegend gordijn dat er heel griezelig uitziet. Uw kind wil echt het liefst bij u in de woonkamer blijven, want het is er gezellig en vertrouwd. In je eentje in bed liggen is erg onaantrekkelijk. Tips en adviezen vindt u verderop in de folder. Mijn kind wordt ’s nachts wakker Net als volwassenen worden ook kinderen een paar keer per nacht een beetje wakker. Ze draaien zich om, maken wat geluidjes en slapen lekker verder. Soms lukt dat verder slapen niet. Bijvoorbeeld als een kind niet lekker is, als hij een heel drukke dag heeft gehad of na een vervelende droom. Zo af en toe hoort dat erbij. Troost uw kind en leg hem weer lekker te slapen. Maar het wordt anders als uw kind elke nacht of zelfs een paar keer per nacht wakker wordt. Dat is voor het kind, maar vooral ook voor de ouders, een heel vermoeiende situatie. Probeer te achterhalen wat de oorzaak is: verkoudheid, spanningen in het gezin, bijzondere feestdagen (Sinterklaas!). Maar denk ook aan aangeleerde slaapgewoontes en aan beloningen die het kind onbedoeld krijgt als hij wakker wordt: knuffels, kusjes, drinken, gewiegd worden of bij de ouders in bed mogen liggen. Als ziekte of paniek niet de oorzaak is, probeer dan uw kindje in zijn eigen bed te troosten en zeg dat hij weer moet gaan slapen. Tips en adviezen vindt u verderop in de folder. Mijn kind wordt erg vroeg wakker Het kan zijn dat uw peuter helemaal uitgeslapen is en weer klaar is om aan de nieuwe dag te beginnen. Als u wilt dat uw kind nog in zijn bed blijft, kunnen de volgende tips helpen: Wanneer uw peuter roept of huilend wakker wordt, ga er naar toe, troost hem en vertel rustig, maar duidelijk dat het nog te vroeg is om op te staan. Haal uw kind niet uit bed. Geef speelgoed in bed zodat uw peuter zich daarmee kan vermaken. Zet een wekker bij het bed van uw peuter en vertel dat u komt als de wekker is afgegaan. Of zeg dat hij uit bed mag als de wekkerradio aan is, of het lampje (met tijdschakelaar) brandt. Als uw kind overdag nog slaapt en ’s morgens erg vroeg wakker is, vraag u dan af of hij dat middagslaapje nog echt nodig heeft. Tips om het slapen van uw kind te verbeteren: Bied overdag structuur en regelmaat. Een peuter doet veel nieuwe ervaringen op, die opwindend en vermoeiend zijn. Regelmaat en voorspelbaarheid geven uw kind houvast en een gevoel van veiligheid. Geef leiding aan uw kind. Vraag niet aan uw kind of hij aan tafel wíl komen,maar zeg dat hij móet komen eten. Zeg dat hij nú in bad gaat, dat u nú een boekje met hem gaat lezen en dat hij nú gaat slapen. Om goed te kunnen slapen, is het nodig om ontspannen te zijn. Kijkt uw kind nog even TV, kies dan een rustig programma uit. Vermijd wilde spelletjes voor het slapen gaan.
GGD regio Utrecht
033-4600046
www.ggdru.nl
Een bedritueel geeft een duidelijk herkenbare overgang van spelen naar slapen. Kondig ruim van tevoren aan dat het bijna bedtijd is. Uw kind kan zich er dan op voorbereiden. Neem de tijd om uw kind naar bed te brengen. Doe elke avond dezelfde handelingen in dezelfde volgorde. Bijvoorbeeld tanden poetsen, boekje lezen, een dikke knuffel en een kus. Leg uw kind wakker in bed en ga als hij nog wakker is, de kamer uit. Geef hem de kans om te leren zélf in slaap te vallen; zonder mamma en zonder fles. Maak de slaapkamer en het bed gezellig. Breng uw kind hier niet naar toe als u hem wilt straffen. Dan zal hij deze plek in verband brengen met iets wat onprettig is. Overdag geeft u al uw goede zorgen en liefde aan uw kind. Neem u voor dat u de avond en de nacht voor u zelf wilt hebben. Probeer dit ook echt uit te stralen naar uw kind! Ga niet in op lijntrekken (“ik moet nog drinken”, “ik moet nog plassen” of “je moet nog even bij mij liggen”). Toon geen aarzeling en laat zeker niet merken dat u hem zielig vindt. Uw peuter is slim en zal dit zeker aangrijpen om u langer bij zich te houden. Zeg: “Nu ga je lekker slapen” en loop beslist de kamer uit. De boodschap moet duidelijk overkomen. Als de peuter uit zijn kamer komt, voel u dan niet schuldig dat u hem direct terugbrengt. U hebt immers al uw tijd aan hem gegeven voordat hij naar bed ging. Leg hem terug, wees duidelijk en beslist. Uw peuter moet weten dat ú de leiding hebt en dat híj moet gaan slapen. Geef hem vooral ook geen beloning voor het uit bed komen in de vorm van een knuffel, kusjes, drinken enzovoorts. Komt uw kind toch weer uit bed, laat uw partner hem dan terugbrengen, zodat uw kind weet dat beide ouders willen dat hij gaat slapen.
Adviezen tegen slaapproblemen Het kind met (scheidings)angst Als uw kind niet duidelijk angstig is, ga dan liever niet bij het bed zitten totdat hij in slaap is gevallen. Uw peuter moet zelf leren omgaan met een beetje angst. Haal hem om dezelfde reden ook liever niet uit bed. U kunt eventueel wel nog wat rommelen in de buurt van zijn slaapkamer. Als uw peuter wel heel angstig is, of hij heeft een nare ervaring opgedaan, dan kunt u beter wel bij het bed gaan zitten. Het geeft uw peuter een veilig gevoel. Trek u langzaam terug uit de slaapkamer volgens de beschreven 5-minuten-methode. Verkeerde slaapgewoontes stoppen Zorg voor een voorspelbaar bedritueel. Als uw kind steeds huilt om de speen, overweeg dan om de speen helemaal weg te gooien. Kunt of wilt u dat niet, zorg dan dat uw kind de speen zelf goed kan vinden; bijvoorbeeld door een nachtlampje aan te doen. Stop met drinken geven ná het bedritueel. Doe de fles weg en geef uw peuter zijn drinken voortaan uit een open beker. ‘s Nachts uit een open beker drinken is voor een kind veel minder aantrekkelijk dan uit een flesje. Als u uw peuter naar bed brengt, zeg dan “slaap lekker” en ga weg terwijl uw kind nog wakker is. Ga ervan uit dat hij zal protesteren, maar werk dan volgens de 5-minuten-methode. De 5-minuten-methode Dit is een manier om kinderen te helpen rustig te gaan slapen. Met deze methode laat je zien dat je er bent, dat je je kind lief vindt, maar dat het nu wél tijd is om te gaan slapen. 1. Volg het vaste bedritueel. Als uw kind in zijn bed ligt, zegt u: “Nu ga je lekker slapen. Mamma of pappa komt zó weer even kijken.” Laat uw kind wakker achter. 2. Laat hem alleen, maar ga - zolang hij huilt - elke 5 minuten even naar hem toe. Dat moet écht na 5 minuten zijn. Zet eventueel een eierwekker.
GGD regio Utrecht
033-4600046
www.ggdru.nl
3. Blijf maximaal 30 seconden in zijn kamertje. Stel hem gerust, aai even over zijn bolletje en zeg weer vriendelijk, maar duidelijk “slaap lekker”. 4. Blijf dit herhalen tot uw kind slaapt. De eerste avonden zal uw peuter zeker protesteren. En het kost u energie om vol te houden. Begin er dus alleen aan als u denkt dat u dit kunt opbrengen. Realiseer u wel dat uw avonden en nachten een stuk rustiger zullen worden als uw kindje eenmaal goed slaapt! Methode: Steeds verder bij het bed vandaan Is uw kind eraan gewend dat u naast hem ligt als hij gaat slapen? En wilt u daarvan af? Dan kunt u nu de 5-minuten-methode gebruiken. Maar als u dit moeilijk vindt, is de volgende methode een goed alternatief: 1. Ga op een stoel naast het bed van uw kind zitten. Hou dit drie dagen vol. Ga niet in op verzoeken om de oude positie weer in te nemen. 2. Ga vervolgens elke dag iets verder weg zitten totdat u op de gang zit. Zolang u bij uw kind op de kamer zit, zorg dan dat u géén contact hebt met uw kind. Zeg alleen “nu gaan slapen” en ga zelf een boek lezen of een muziekje luisteren met de koptelefoon. Kijk uw kind in geen geval aan. Ga desnoods met uw rug naar uw kind zitten. Negeer hem helemaal. U bent er wel, maar niet om hem te vermaken. 3. Zit u eenmaal op de gang, dan is de volgende stap dat uw kind u niet meer ziet, maar wel nog kan horen. 4. Uiteindelijk is ook het kunnen horen niet meer nodig en is het probleem opgelost. Een paar bijzondere onderwerpen rondom slapen Nachtelijke angst Ongeveer 3% van de jonge kinderen heeft last van nachtelijke angst. Dit treedt meestal op in de eerste helft van de nacht. De peuter zit met wijd geopende ogen rechtop in bed en schreeuwt hard en ziet er angstig uit. Soms zweet hij. Kenmerkend is dat uw kind wel wakker lijkt, maar niet reageert op spreken. Wanneer u probeert hem op te pakken, verzet hij zich hevig. Hij lijkt wakker, maar is het niet! Het geheel duurt 10 tot 30 minuten. De volgende dag weet uw kind er niets meer van. Deze aanvallen komen het meest voor bij kinderen tot ongeveer 6 jaar. Wat kunt u eraan doen? Eigenlijk niet zo veel. Alles wat u doet, is vooral voor u zelf, want een kind met nachtelijke angst is een indrukwekkend gezicht. Tegen uw kind praten of over zijn rug wrijven, kan rustgevend werken. Wordt hij er juist onrustig van, dan kunt u dit beter niet doen. Uit bed halen geeft meestal extra onrust en strijd. Niet doen dus. Als uw kind elke avond of nacht om ongeveer dezelfde tijd angstig wakker wordt, dan kunt u hem eventueel een kwartier voor deze tijd even wakker maken. Sommige kinderen hebben meer last van nachtelijke angst als het overdag heel druk is geweest. Dromen en nachtmerries Alle mensen dromen, het meest in de tweede helft van de nacht. Kinderen dromen waarschijnlijk ook al van jongs af aan, maar zij kunnen er nog niet over vertellen. Vanaf een jaar of 2 kunnen de meeste kinderen wel iets duidelijk maken over hun dromen. Dromen kunnen ook eng zijn: nachtmerries. Als een kind een nachtmerrie heeft, wordt hij angstig wakker. Hij wil het liefst door zijn ouder getroost worden. Neem hier de tijd voor, tot hij weer gekalmeerd is. Laat uw kind vertellen over de droom. Soms helpt het om samen iets te verzinnen dat de dromen weghoudt; bijvoorbeeld een knuffelbeest. Als u uw kind bij u zelf in bed neemt, geeft u aan dat uw bed veiliger is dan zijn eigen bed. U loopt het risico dat hij elke nacht opnieuw komt. Hoofdbonken Hoofdbonken is een ritmisch slaan met het hoofd tegen bijvoorbeeld de zijkant van het bed. Sommige kinderen schudden hun hoofd of rollen met het hele lichaam heen en weer. Vaak brommen of neuriën ze erbij. Het bonken begint rond de leeftijd van 8 à 9
GGD regio Utrecht
033-4600046
www.ggdru.nl
maanden. Jongens doen het meer dan meisjes. De meeste kinderen bonken een aantal maanden; sommige houden het (veel) langer vol. Na het 4e jaar is bonken een uitzondering. Het bonken gebeurt om tot rust te komen, meestal vlak voor het inslapen of net na het wakker worden. Het maakt een indrukwekkend geluid. Probeer dit te negeren. In het algemeen doen kinderen zich geen pijn. Het bonken onderbreken heeft weinig zin. Als u weg bent, bonkt uw kind gewoon weer verder. Hoofdbonken wordt erger bij spanningen. Probeer de dag rustig af te sluiten. Meer informatie? Hebt u vragen over het slapen van uw kind? Neem dan contact op met de jeugdverpleegkundige van de GGD regio Utrecht.
GGD regio Utrecht
033-4600046
www.ggdru.nl