Sectorplan Regio West-Brabant
Inhoudsopgave
1.
Managementsamenvatting ................................................................................................... 4
2.
Inleiding ............................................................................................................................... 5 2.1 Aanleiding voor het sectorplan ................................................................................................. 5 2.2 Visie van het sectorplan ............................................................................................................ 6 2.3 Leeswijzer .................................................................................................................................. 6
3.
Analyse regionale arbeidsmarkt ............................................................................................ 7 3.1 Inleiding ..................................................................................................................................... 7 3.2 Algemene kenmerken arbeidsmarkt regio West-Brabant ........................................................ 7 3.3 Belangrijke trends.................................................................................................................... 12 3.4 Ontwikkelingen arbeidsmarkt regio West-Brabant................................................................. 17 3.5 Groeiend aanbod en vervangingsvraag ................................................................................... 21 3.6 Conclusies ................................................................................................................................ 26
4.
Ambities van de regio ......................................................................................................... 28 4.1 Taskforce Economische Structuurversterking ......................................................................... 28 4.2 Verdere samenwerking tussen overheid,bedrijfsleven en vakbeweging................................ 29 4.3 Uitwerking gezamenlijke ambities in het sectorplan .............................................................. 29
5.
Maatregelen en activiteiten ................................................................................................ 30 5.1 Inleiding ................................................................................................................................... 30 5.2 Maatregelen “Begeleiding en bemiddeling naar een nieuwe baan” ...................................... 30 5.2.2 Maatregel 2: Aanbodgerichte activiteiten ........................................................................... 33 1. Voortraject deelnemers ............................................................................................................. 33 2. (Job)coaching ............................................................................................................................. 33 3. Infrastructuur............................................................................................................................ 34 5.3 Maatregelen “Scholing” .......................................................................................................... 34 5.3.1 Maatregel 3: Omscholing ..................................................................................................... 35 5.3.2 Maatregel 4: Bijscholing ....................................................................................................... 36 5.5 Totale kosten maatregelen...................................................................................................... 37
6.
Organisatiestructuur, uitvoering en voorwaarden ................................................................ 38 6.1 Beschrijving van de organisatiestructuur ................................................................................ 38 6.2 Beschrijving van de uitvoering en voorwaarden ..................................................................... 40
Bijlage 1 Begroting ..................................................................................................................... 42 Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 2
Bijlage 2 Specificatie maatregelen sectorplan West-Brabant ........................................................ 43 Maatregel 1 Acquisitie deelnemers............................................................................................... 43 Maatregel 2: Aanbodgerichte activiteiten .................................................................................... 47 Maatregel 3 Omscholing ............................................................................................................... 50 Maatregel 4: Bijscholing ................................................................................................................ 51
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 3
1. Managementsamenvatting De economische ambities van de regio West-Brabant zijn gericht op een transitie naar een duurzame economie waarbij de inpassing van en toeleiding naar arbeid op een duurzame manier plaats vinden. In de afgelopen periode is in de regio West-Brabant sprake van veel ontwikkelingen die van invloed zijn op de duurzame arbeidsmarktsituatie in West-Brabant. Er is sprake van negatieve ontwikkelingen, zoals de sluiting van enkele grote werkgevers in de regio (waaronder Philip Morris), waardoor veel mensen hun baan hebben verloren. Tegelijkertijd zijn er ook positieve gebeurtenissen, zoals de ontwikkelingen op vliegtuigonderhoudsgebied rond vliegbasis Woensdrecht. In deze sector wordt de komende jaren een stijging in werkgelegenheid verwacht. Deze elkaar snel opvolgende ontwikkelingen hebben in West-Brabant aanleiding gegeven tot het oprichten van een Taskforce ‘Economische structuurversterking’. De belangrijkste opdracht van de Taskforce is het opstellen van een actieplan, dat inspeelt op de regionale arbeidsmarktontwikkelingen in West-Brabant en dat aansluit op de drie innovatieve topclusters in Zuidwest Nederland: -
Maintenance, Logistiek, Biobased Economy.
Om deze opdracht concreet vorm te geven, is de regio vanaf eind 2014 aan de slag gegaan met een programmateam derde tranche sectorplannen. De samenwerking met en intensieve afstemming tussen de werkgevers vertegenwoordigd door de BZW en vakbonden vertegenwoordigd door het FNV , overheden en andere partners heeft geresulteerd in dit sectorplan West-Brabant. Met dit sectorplan nemen sociale partners in West-Brabant het voortouw om de regionale arbeidsmarkt duurzaam te versterken, waarbij een goed evenwicht tussen vraag en aanbod wordt gecreëerd. Het sectorplan West-Brabant zet in op vier gerichte maatregelen om mensen aan het werk te krijgen en te houden: - Acquisitie deelnemers, - Aanbodgerichte activiteiten, - Omscholing, - Bijscholing. Doordat de scholingsactiviteiten die de deelnemers worden aangeboden, aansluiten bij de behoeften van de betreffende werkgever, is er feitelijk sprake van een baangarantie nadat de deelnemer zijn opleiding met succes heeft afgerond. Deelnemers aan dit sectorplan, die het hele traject van werving en selectie tot en met het met goed gevolg afsluiten van de opleiding die nodig is om te voldoen aan de vraag van het bedrijfsleven, hebben doorlopen, kunnen in beginsel dan ook rekenen op een baan De totale begroting voor deze maatregelen bedraagt € 3.668.000 excl. overheadskosten. De uitvoeringsperiode van het sectorplan West-Brabant is van 1 januari 2016 tot 31 december 2017. REWIN – FNV – BZW – RWB – W & V Juli 2015 Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 4
2. Inleiding De regio West-Brabant behoort tot de top van de innovatieve, economische regio’s in Europa. In 2014 meldde de Financial Times dat Brabant de beste investeringsstrategie van alle beoordeelde West-Europese regio’s heeft en in datzelfde jaar werd de provincie Noord-Brabant zelfs de titel ‘meest ondernemende regio in Europa’ toegekend door jury van de European Entrepreneurial Region (EER). Met name het goed ontwikkelde vestigingsklimaat, het beleid om vooral het MKB tot ontwikkeling te brengen en de aansluiting bij Europese programma’s, zijn sterke punten van de regio. Om de hoge economische ambities van de hele regio ook in de toekomst te kunnen waarmaken, is de regio gebaat bij een perfect werkende arbeidsmarkt met een lage werkloosheid, hoge arbeidsparticipatie en een arbeidsvraag en arbeidsaanbod die met elkaar in balans zijn. Met het uitbreken van de wereldwijde economische crisis is het West-Brabantse bedrijfsleven de afgelopen jaren echter onder zware druk komen te staan. Met name de metaal- en vooral de bouwsector worden hierdoor in alle opzichten het zwaarst getroffen. Bijna negentig procent van de bedrijven in deze sectoren heeft omzetverliezen en driekwart heeft de orderportefeuille zien krimpen. Dertig procent heeft daardoor al bezuinigd op vast personeel en bijna vijftig procent denkt dat nog te moeten doen. Recente ontwikkelingen, zoals de sluiting van Phillip Morris in Bergen op Zoom, bevestigen de problematiek op de arbeidsmarkt en hebben een omvangrijke impact op de veerkracht van de regionale economie. Naast Philip Morris hebben ook de sluiting van andere grote werkgevers als Zalco, Thermphos, Philips Lightning en Tetrapack een negatief effect op de regionale arbeidsmarkt. Sociale partners, overheden en het Brabantse bedrijfsleven zijn tot de conclusie gekomen dat een gezamenlijke aanpak nodig is om de regionale arbeidsmarkt (weer) op gang te helpen. 2.1 Aanleiding voor het sectorplan De genoemde, negatieve ontwikkelingen op arbeidsmarktgebied hebben in de regio West-Brabant aanleiding gegeven tot het oprichten van een Taskforce “Economische structuurversterking”. Belangrijkste opdracht van de Taskforce is het opstellen van een actieplan voor de komende jaren dat een eerste aanzet is tot het verminderen van het tekort aan technisch personeel en het vergroten van investeringen in Human Capital. Het actieplan is te beschouwen als een versnellingsagenda, die aansluit bij de drie innovatieve topclusters die in Zuidwest Nederland vertegenwoordigd zijn: -
Biobased Economy, Maintenance, Logistiek.
De economische ambities van de regio West-Brabant zijn gericht op een transitie naar een duurzame economie waarbij de inpassing van en toeleiding naar arbeid op een duurzame manier plaats vinden. Om dit concreet vorm te geven is vanaf begin december 2014 op initiatief van de gemeente Bergen op Zoom een programmateam derde tranche sectorplannen aan de slag gegaan. In de eerste maanden van 2015 is een groot aantal activiteiten uitgevoerd door verschillende partijen in de regio. Dat heeft geleid tot een breed draagvlak bij bedrijfsleven, vakbeweging, overheid en onderwijs voor de ontwikkeling van een sectorplan voor de regio West-Brabant. Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 5
2.2 Visie van het sectorplan De regio West-Brabant streeft naar een goed evenwicht tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Een steeds belangrijk wordend vestigingscriterium voor bedrijven is de beschikbaarheid in de regio van voldoende gekwalificeerd personeel. Dit betekent dat er voldoende jongeren geschoold moeten worden voor de vraag die in een regio aanwezig is (de zgn. instromers). Daarnaast zet de regio in op het behoud van personeel dat nu al werkzaam is in de topsectoren. Bovendien wordt er gezocht naar personeel in de groep zij-instromers (werkzoekenden met of zonder uitkering). Geconstateerd is dat in de regio West-Brabant een groot tekort is aan technici. Het gaat hier vooral om functies op middelbaar, hoger en wetenschappelijk niveau die moeilijk invulbaar zijn of om beroepen met een belangrijk technisch component. De krapte zit met name in uitvoerende technische functies en het technisch kader. Nu de economie aantrekt, is er een reden tot zorg over de beschikbaarheid van personeel. Dit wordt versterkt door het feit dat de vergrijzing in de regio West-Brabant leidt tot het vertrek van ervaren personeel. De uitstroom vanuit het onderwijs is onvoldoende voor de regio om in deze vervangingsvraag te voorzien. Vanuit verschillende sectoren, maar vooral uit de techniek1, komt het signaal dat het gevraagde opleidingsniveau verschuift naar de hogere mbo-niveaus, naar mbo-niveau 3 en zelfs niveau 4 of hbo. Dat komt door de steeds verdergaande automatisering en innovatie, waardoor minder mensen voor regulier, veelal administratief werk nodig zijn en juist meer mensen die hele processen kunnen overzien. Zo groeit de vraag naar hbo’ers en wo’ers in verschillende technische beroepen vanwege de voortgaande innovatie. Vooral bedrijven in het maintenancecluster, waaronder bedrijven in het luchtvaartonderhoud, geven aan op korte en lange termijn behoefte te hebben aan technisch geschoold personeel met de juiste kennis en vaardigheden. Mede op basis van deze ontwikkelingen en signalen hebben partijen nu de handen ineengeslagen en in gezamenlijkheid dit sectorplan voor de regio West-Brabant opgesteld. Het sectorplan is een belangrijk initiatief voor de regio en wordt breed ondersteund door overheden, bedrijven en sociale partners. 2.3 Leeswijzer In het derde hoofdstuk van dit sectorplan wordt een kwantitatieve en kwalitatieve analyse van de arbeidsmarkt in de regio West-Brabant gegeven. Het vierde hoofdstuk beschrijft concreet de ambities van de deelnemende partijen aan het sectorplan voor de arbeidsmarkt. In hoofdstuk vijf zijn maatregelen en activiteiten opgenomen en uitgewerkt. In hoofdstuk zes wordt de organisatiestructuur, de uitvoeringswijze en de uitvoeringsvoorwaarden van het sectorplan beschreven. Tot slot volgt een aantal bijlagen.
1
Naast de techniek komen dergelijke signalen ook uit andere sectoren zoals logistiek en chemie
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 6
3. Analyse regionale arbeidsmarkt 3.1 Inleiding Deze arbeidsmarktanalyse is opgesteld voor de regio West-Brabant. Organisatorisch gezien is de regio West-Brabant een samenwerkingsverband van 19 West-Brabantse gemeenten. Dit samenwerkingsverband bestaat uit de gemeenten Aalburg, Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Bergen op Zoom, Breda, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Halderberge, Moerdijk, Oosterhout, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Tholen (Zeeland), Werkendam, Woudrichem, Woensdrecht, Zundert. Voor de geografische afbakening van de regio, waarop dit sectorplan van toepassing is, wordt dit gebied aangehouden.
Fig. 1 Overzicht van de 19 gemeenten uit West-Brabant
De 19 West-Brabantse gemeenten werken samen op verschillende beleidsterreinen als economie en arbeidsmarkt, mobiliteit, duurzaamheid, zorg, welzijn, onderwijs en ruimtelijke ontwikkelingen en wonen in samenwerking met de diverse partners uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid. In deze arbeidsmarktanalyse wordt ingegaan op de kenmerken van de regio, de ontwikkelingen op het gebied van demografie, werkgelegenheid en arbeidsmarkt en wordt nader ingezoomd op de specifieke behoeften en vraagstukken van het bedrijfsleven. 3.2 Algemene kenmerken arbeidsmarkt regio West-Brabant Bevolking De regio West-Brabant heeft 716.000 inwoners (inclusief Tholen). Onderstaande grafiek geeft aan dat de bevolking van West-Brabant krimpt. Gedurende de periode 2009-2014 is het aantal inwoners met ongeveer 2.060 personen per jaar toegenomen. Het is de verwachting dat deze stijging de komende jaren verder doorzet tot 685.710 inwoners op 1 januari 2020. De gemiddelde jaarlijkse toename van het aantal inwoners neemt daarmee af (1.660 personen per jaar), hetgeen vooral het gevolg is van een minder positieve ontwikkeling van de natuurlijke aanwas (geboorten minus sterfte). Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 7
Fig. 2: Ontwikkeling aantal inwoners en demografische componenten, 2008-2020, West-Brabant, % totale bevolking2
Aantal inwoners Natuurlijke aanwas Binnenlands migratiesaldo
De ontwikkeling van het buitenlands migratiesaldo heeft een minder structureel karakter dan de ontwikkeling van de natuurlijke aanwas en het binnenlands migratiesaldo. De reden hiervoor is dat de omvang van het buitenlands migratiesaldo voor een deel afhankelijk is van de conjunctuur. Het buitenlands migratiesaldo stijgt (met enige vertraging) naarmate het economisch beter gaat. Het is de verwachting dat het buitenlands migratiesaldo de komende jaren positief blijft.3 Zoals eerder aangegeven vergrijst de (beroeps)bevolking van West-Brabant sneller dan landelijk. De verwachting is dat in 2020 het aandeel 65-plussers in de West-Brabantse bevolking 21% gaat bedragen, tegen 12% in 1990. Op landelijk niveau stijgt het aandeel ouderen van 13% in 1990 naar 19% in 2020. Waar tot 2000 de vergrijzing in West-Brabant nog achterliep op de landelijke en Brabantse gemiddelde, moet de vergrijzing van de bevolking vanaf 2010 juist sneller toenemen dan in de rest van Nederland. In 2014 ligt het aandeel ouderen boven de 65 jaar al ruim een procent boven het landelijke percentage. 4 Beroepsbevolking Begrippen: De potentiële beroepsbevolking of beroepsgeschikte bevolking bestaat uit alle mensen in de leeftijd van 15 tot AOW gerechtigde leeftijd. De potentiële beroepsbevolking wordt onderverdeeld in beroepsbevolking en niet-beroepsbevolking. De beroepsbevolking bestaat uit alle mensen van 15 tot de AOW gerechtigde leeftijd, werkend of werkloos, die zich voor minstens 12 uur aanbieden op de arbeidsmarkt en direct beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt.
2
Provincie Noord-Brabant, bewerking Etil Arbeidsmarkt monitor Noord-Brabant 2014 – Factsheet rapportage West-Brabant, 2015 4 Arbeidsmarkt West-Brabant 2014-2015 – Regionale ontwikkelingen en baanopeningen arbeidsmarkt WestBrabant, rpA West-Brabant 3
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 8
De niet-beroepsbevolking bestaat uit mensen die niet werken en ook niet op zoek zijn naar werk zoals huismannen, huisvrouwen, vervroegd gepensioneerden, studenten en arbeidsongeschikten. Hieronder worden alle drie de vormen van beroepsbevolking beschreven. Belangrijk hierbij is dat de potentiele beroepsbevolking een indicatie geeft over het aantal mensen binnen de regio WestBrabant dat kan werken. Echter, er moet naar de beroepsbevolking gekeken worden voor een juiste inschatting van het aantal mensen binnen de regio West-Brabant dat daadwerkelijke werkt. Fig. 3 Grafische weergave potentiele beroepsbevolking, peiljaar 20135
De ontwikkeling van de potentiële beroepsbevolking geeft een duidelijke indicatie over de ontwikkeling van het beschikbaar arbeidspotentieel in relatie tot de arbeidsmarkt. Deze nam tussen 2000 en 2005 nog met 1,3% toe tot ruim 456.000 personen. Tussen 2005 en 2010 trad een kentering in deze ontwikkeling op en begon de potentiële beroepsbevolking langzaam te dalen. In 2010 zijn ruim 445.000 inwoners in West-Brabant tussen 15 en 64 jaar oud. Vanaf 2010 is een grotere daling van de potentiële beroepsbevolking zichtbaar. In 2020 zal het aantal inwoners tussen 15 en 64 jaar ten opzichte van 2010 gedaald zijn met ruim 17.000 personen (-4%) tot 437.000 inwoners. 5
Arbeidsmarkt West-Brabant 2014-2015 – Regionale ontwikkelingen en baanopeningen arbeidsmarkt WestBrabant, rpA West-Brabant
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 9
Fig. 4 Potentiële beroepsbevolking 15-64 jaar West-Brabant 2000-20406
De daling van de potentiele beroepsbevolking zet na 2020 versterkt door. In 2040 zal het aantal inwoners tussen 15 en 64 jaar gedaald zijn tot 378.000 personen (-14%). Hierdoor daalt het regionale potentieel aan arbeidsaanbod in de periode 2005–2040 met 78.000 personen. Tussen 2000 en 2008 nam de West-Brabantse beroepsbevolking met 23 procent (5.000 personen) toe tot 323.000 personen. Als gevolg van de economische crisis is de groei van de beroepsbevolking in 2010 tijdelijk tot stilstand gekomen en zelfs licht gedaald. Door het afnemend aantal banen en vacatures werden personen tijdelijk ontmoedigt om zich aan te bieden op de arbeidsmarkt. De WestBrabantse beroepsbevolking is in 2010 tot 321.000 personen gedaald. Mede door een verwacht (voorzichtig) herstel van de economische groei is vanaf medio 2011 het aantal toetreders op de arbeidsmarkt gestegen en vertoont de beroepsbevolking weer een toename. In de periode 2010–2015 stijgt de beroepsbevolking met ruim 2.000 personen tot 323.000 personen in 2015 (0,6% groei). In deze periode neemt de arbeidsparticipatie van vrouwen en ouderen verder toe. Tussen 2015 en 2020 neemt de groei van de West-Brabantse beroepsbevolking aanvankelijk nog met ruim 0,1% per jaar toe. Maar in 2020 daalt zij tot een mager 0,04%. In totaal neemt de beroepsbevolking tussen 2015 en 2020 met 1.900 personen toe tot 324.930 personen. Vanaf 2020 zal de regionale beroepsbevolking sterk gaan krimpen. Deze daling van de beroepsbevolking is een direct gevolg van de afnemende bevolkingsomvang van 15–64 jaar, van de vergrijzing en van een stabilisatie van de arbeidsparticipatie van vrouwen en ouderen.
6
CBS, ABF research ; bewerking onderzoek en informatie, gemeente Breda
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 10
Had de regio West-Brabant in 2008 nog beschikking over een beroepsbevolking van 323.000, in 2040 zal deze naar verwachting bestaan uit 282.750 personen. Een verschil van 40.250 personen. Fig. 5 Ontwikkeling beroepsbevolking West-Brabant naar geslacht 2002-20137
In 2013 bestond de beroepsbevolking in West-Brabant uit 175.000 mannen en 143.000 vrouwen. De vrouwelijke beroepsbevolking is inmiddels toegenomen tot 45% van de totale beroepsbevolking. In 2000 lag dit aandeel nog op 40%. Uit de beroepsbevolkingsprognose blijkt een verdere stijging van het aandeel vrouwen tot 46% in 2015 en 47% in 2020. Zoals eerder aangegeven vergrijst de bevolking van de regio West-Brabant, en zo ook de beroepsbevolking. In de periode 2002 – 2010 steeg het aantal ouderen al met meer dan 30% en in de periode 2010 – 2013 met bijna 10%. Het aantal 45-plussers zal tot 2020 toenemen tot 145.000 personen. Het aandeel ouderen zal in 2020 45% gaan bedragen. In 2000 was dit aandeel 32%. De arbeidsparticipatie van ouderen zal de komende jaren nog verder toenemen en richting 2020 geleidelijk afvlakken. Fig. 6 Beroepsbevolking West-Brabant naar leeftijdscategorie 2002-2013 8
De groep die niet naar werkt of niet naar werk zoekt, bestaat uit het verschil tussen de beroepsbevolking en de niet-beroepsbevolking. Hiervan bestaat een deel uit scholieren en studenten 7
Arbeidsmarkt West-Brabant 2014-2015 – Regionale ontwikkelingen en baanopeningen arbeidsmarkt WestBrabant, rpA West-Brabant 8 Arbeidsmarkt West-Brabant 2014-2015 – Regionale ontwikkelingen en baanopeningen arbeidsmarkt WestBrabant, rpA West-Brabant
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 11
die de arbeidsmarkt op een later moment gaan betreden. Voor een ander deel uit arbeidsgehandicapten, maar ook een uit een deel bewust niet-werkenden zoals huisvrouwen en vervroegd gepensioneerden. Door de grotere arbeidsparticipatie en de hogere pensioengerechtigde leeftijd zal deze groep tijdelijk kleiner zijn, maar zoals aangegeven bij de beroepsbevolking, treedt een stabilisatie van deze afname op vanaf 2020. 3.3 Belangrijke trends In de regio West-Brabant is een aantal belangrijke trends waarneembaar: 1. Ontgroening en vergrijzing De beroepsbevolking van West-Brabant vergrijst de komende jaren sneller dan landelijk. Waar tot 2000 de vergrijzing in West-Brabant nog achterliep op het landelijke en het Brabantse gemiddelde, neemt de vergrijzing van de bevolking vanaf 2010 juist sneller toe dan in de rest van Nederland. In 2014 ligt het aandeel ouderen boven de 65 jaar al ruim 1 procent boven het landelijke percentage. De arbeidsparticipatie van ouderen zal de komende jaren nog verder toenemen en vanaf 2020 geleidelijk afvlakken. De komende jaren vergrijst de bevolking verder. De vergrijzing van de beroepsbevolking heeft een negatief effect op het arbeidsaanbod omdat de participatiegraad van de 55-65 jaren lager is dan voor de jongere leeftijdsgroepen. Toch blijft het arbeidsaanbod de komende jaren naar verwachting licht stijgen doordat de instroom de uitstroom voorlopig blijft overtreffen. Met de name de participatie van vrouwen zal verder stijgen door de vervanging van oudere generaties vrouwen met een lagere participatiegraad door jongere generaties met een hogere participatiegraad. De groei van het arbeidsaanbod zal door de vergrijzing op middellange termijn geleidelijk afnemen. De participatie van ouderen neemt verder toe door onder andere een latere pensionering, uitstel van de AOW en het verdwijnen van het vroegpensioen. Daarnaast blijven meer ouderen actief om een aanvullend inkomen te verwerven en/of actief te blijven. 2. Tekort aan technici in diverse sectoren Zowel landelijk als regionaal bestaat een groot tekort aan technici. Het gaat vooral om functies op middelbaar, hoger en wetenschappelijk niveau. Er zijn geen beroepen op lager en elementair niveau gevonden met een krappe arbeidsmarkt. Het gaat op middelbaar en hoger niveau vooral om technische beroepen die moeilijk invulbaar zijn, of beroepen met een belangrijk technisch component. De krapte zit in uitvoerende technische functies en technisch kader. Nu de economie aantrekt, is er reden tot zorg over de beschikbaarheid van personeel, ook mede omdat de vergrijzing uiteindelijk leidt tot het vertrek van ervaren personeel. De instroom uit het onderwijs is onvoldoende voor de regio om in deze vervangingsvraag te voorzien. Vanuit verschillende sectoren, maar vooral uit de techniek, komt het signaal dat het gevraagde opleidingsniveau verschuift naar de hogere mbo-niveaus, naar mbo-niveau 3 en zelfs niveau 4 of hbo. Dat komt door de steeds verdergaande automatisering en innovatie, waardoor minder mensen voor het “gewone” werk nodig zijn en juist meer mensen die hele processen kunnen overzien. Zo groeit de vraag naar hbo’ers en wo’ers in sommige technische beroepen vanwege de voortgaande innovatie.
3. verdringing van lager opgeleiden
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 12
De afgelopen jaren is sprake van een verdringingsproces op de arbeidsmarkt. Middelbaar en hoogopgeleiden zijn in toenemende mate, bij gebrek aan passende banen op hun niveau, de functies van lager opgeleiden gaan vervullen. Vanaf 2002 groeit de beroepsbevolking vooral bij de hoger opgeleiden. De ontwikkeling van middelbaar opgeleiden is beperkter en vanaf 2010 is de ontwikkeling van middelbaar opgeleiden zelfs gedaald. De laag opgeleide beroepsbevolking (alleen lagere school en vmbo) is trendmatig dalende. Laagopgeleiden zien hun positie op de arbeidsmarkt, versterkt door de hoge werkloosheid en gedaalde werkgelegenheid, verslechteren. Vooral laagopgeleide jongeren hebben het erg moeilijk bij de start van hun arbeidsloopbaan. 4. Verschuiving in opleidingsniveau Fig. 7: Opleidingsniveau in Noord-Brabant9
Zoals uit bovenstaande figuur blijkt heeft circa 75% van de West-Brabantse beroepsbevolking een middelbaar of hogere opleiding (vanaf havo-vwo niveau). In vergelijking met de overige gebieden binnen de provincie Noord-Brabant kent de regio West-Brabant een groter gedeelte laag en middelbaar opgeleide beroepsbevolking. Tussen 2002 en 2013 groeide de beroepsbevolking vooral bij de hoger opgeleiden (+46%). In 2013 telde West-Brabant 101.000 hoger opgeleide personen. De ontwikkeling van middelbaar opgeleiden is beperkt en kwam in 2013 uit op 139.000 personen. Vanaf 2010 daalde het aantal middelbaar opgeleiden als deel van de beroepsbevolking licht. De laag opgeleide beroepsbevolking (alleen lagere schol en vmbo) is trendmatig dalende. Tussen 2002 en 2013 daalde de omvang van deze groep met 24% tot 72.000 personen. De komende jaren blijft de ontwikkeling in de beroepsbevolking doorzetten: -
afname van lager opgeleiden, een geringe toename van middelbaar opgeleiden, een verdere toename van hoger opgeleiden.
Als gevolg van deze toename van hoger opgeleiden is sprake van een verdringingsproces op de arbeidsmarkt. Middelbaar en hoogopgeleiden vullen in toenemende mate de functies op van lager geschoolden, bij gebrek aan banen op hun eigen niveau. Hierdoor zien laagopgeleiden, hun positie op de arbeidsmarkt verslechteren, versterkt door de hoge werkloosheid en gedaalde 9
CBS, gegevens bewerkt door PSW.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 13
werkgelegenheid. Vooral laagopgeleide jongeren hebben het nu moeilijk bij de start van hun loopbaan. 5. Daling instroom beroepsonderwijs Er komen voortdurend nieuwe mensen beschikbaar voor de arbeidsmarkt, die voornamelijk bestaat uit instroom vanuit het onderwijs. Volgens cijfers van het DUO en CBS daalt het aantal leerlingen (inschrijvingen) in het mbo gedurende de periode 2009/2010-2013/2014. Deze afname gold vooral voor de mbo-niveaus 2 en 3, terwijl het aantal leerlingen op mbo-niveau 4 gedurende deze periode is toegenomen. Het aantal in West-Brabant woonachtige deelnemers in het hoger onderwijs stijgt. Deze stijging is vooral terug te zien op hbo-niveau, terwijl de ontwikkeling van het aantal inschrijvingen op woniveau stabieler is. Het opleidingsniveau van de leerlingen neemt dus toe, hetgeen vanuit het oogpunt van de upgrading van de opleidingseisen een positieve ontwikkeling is. Met behulp van de spanningsindicator van het UWV is het mogelijk een indicatie te geven van de huidige aansluiting op de arbeidsmarkt in West-Brabant. Door de afname van het aantal vacatures en de toename van het aantal geregistreerde werkzoekenden is de totale arbeidsmarktsituatie in WestBrabant zeer ruim te noemen. Voor de medische en paramedische beroepen is de situatie anders. Voor de medische en paramedische beroepen (lager en middelbaar beroepsniveau) is de arbeidsmarkt krap. Dit geldt ook voor de agrarische beroepen met een hoger beroepsniveau. Overigens geldt voor sommige beroepsklassen waaronder techniek en industrie dat er weliswaar een groot aanbod is maar dat eveneens sprake is van een belangrijke, kwalitatieve mismatch. Fig. 8 Spanningsindicator UWV naar beroepsklasse en beroepsniveau, West Brabant kwartaal 4, 201210
6. Stijging werkloosheid Sinds 2013 is de grootste stijging werkzoekenden bij ouderen zichtbaar en is de werkloosheid onder jongeren verdubbeld. Landelijk is dit 60%. De toename van oudere werklozen houdt aan en de jeugdwerkloosheid is nu bezig met een lichte daling, zoals geïllustreerd in bovenstaande figuur.
10
De arbeidsmarkt van West-Brabant
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 14
Het totaal aantal uitkeringen in de provincie Noord-Brabant eind 2013 is 222.790. Dit is een optelling van de Wajong-, WAO-, WAZ-, WIA-, WW-, WWB-, IOAW-en IAOZ-uitkeringen. In West-Brabant komt het totaal aantal van deze uitkeringen op 57.820. Dat is een stijging van 15% ten opzichte van het 4de kwartaal van 2011. In deze periode volgt de ontwikkeling van het aantal mensen met een WWen WWB-uitkering in West-Brabant de landelijke trend. Dat wil zeggen: een sterke toename van het aantal mensen met een WW-uitkering en een toename van het aantal mensen met een WWBuitkering. Fig. 9: Werkloosheid West-Brabant (NWW) naar leeftijdscategorie 2008-201411 15.000 12.000 9.000
6.000 3.000 0
jun 08
dec 08
jun 08
dec 09
15 tot 27 jaar
jun 10
dec 10
jun 11
27 tot 44 jaar
dec 11
jun 12
dec 12
jun dec 13 13
45 tot 65 jaar
De afgelopen 5 jaar is het aantal mensen in Nederland dat na een WW-uitkering in de bijstand terecht komt, meer dan verdubbeld, van bijna 14.000 tot 31.000 mensen. In 2013 stroomde in totaal 6,7% van de WW’ers door naar de bijstand. In de West-Brabantse gemeenten zijn er behoorlijke verschillen in de percentages doorstroom naar bijstand. In Breda is dit namelijk 7,8%, terwijl dit in Zundert maar 2,1% is. Fig. 10 Aantal uitkeringen naar type 2008 – 2013
11
UWV
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 15
In 2012 waren er in West-Brabant ruim 29.000 personen met een ww (19.000 ) of een wwb uitkering (10.000). De grootste groei van wwb-ers bevindt zich en de 2 grootste steden van West-Brabant, namelijk Breda en Bergen op Zoom. 46% van de ww-ers bestaat uit personen van 50 jaar en ouder en bij de de wwb is dit 41%. Er zijn ruim 2700 niet werkende werkzoekende jongeren in West-Brabant . Van alle jongeren in West-Brabant heeft 2 van de 5 geen startkwalificatie en ruim een kwart van de werkende jongeren is laagopgeleid. 12 Fig. 11 Werkloosheid West-Brabant (NWW) naar beroepsgroep 2012-201413 12.000
elementaire beroepen
10.000 8.000
lagere beroepen
6.000
middelbare beroepen
4.000
hogere beroepen
2.000
wetenschappelijke beroepen
0 mrt-2013
jun-2013
sept-2013
dec-2013
mrt-2014
De werkloosheidsstijging betreft vooral de lagere en middelbare beroepsgroepen. Bij alle beroepsgroepen, behalve de elementaire beroepen, stijgt de werkloosheid met meer dan een kwart. Bij de elementaire beroepen is de werkloosheid minder groot. Twee-derde deel van de werklozen stond in 2014 ingeschreven voor een lagere of middelbare beroepsgroep en ruim een op de zes werklozen voor een hogere of wetenschappelijke beroepsgroep, zoals geïllustreerd in bovenstaande figuur. Uit onderstaande grafieken wordt duidelijk dat met name bij de lagere beroepsgroepen veel werkloosheid is in de sector techniek en transport. Logistiek en techniek vormen de helft van totaal aantal werkzoekenden. Naar mate het opleidingsniveau stijgt, wordt de werkloosheid minder. Bij middelbaar geschoolden is bijna een kwart werkzoekend, bij hoger geschoolden ruim 10% en bij wetenschappelijk geschoolden is dat 8%. Bij de hoger geschoolden is de werkloosheid vanaf 2013 gestegen met minimaal 25%.
12 13
UWV UWV
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 16
Fig. 12 Werkloosheid West-Brabant (NWW) beroepsgroepen naar niveau maart 201414 middelbare
lagere
1% 14%
paramedisch
4%
29%
paramedisch adm-commercieel
adm-commercieel 1%
14%
agrarisch
agrarisch
gedrag en maatschappij
beveiliging 24%
docent sportvakken
docenten transport-, sportvakken 23%
juridische, bestuurlijke, beveiliging
niet-specialistisch 3%
1% 28%
0%
taalkundig, cultureel
technisch transport
verzorgend
47%
2% 3% 1%
transport
4%
1%
0%
0%
4%
3% 43%
10% 5% 11% 1% 3%
verzorgend
wetenschappelijke
hogere 1% 2%
technisch
17%
paramedisch adm-econ-commercieel gedrag en maatschappij juridisch, bestuurlijk, beveiliging landbouwkundig pedagogisch taalkundig, cultureel technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschapp. managers
8%
4%
36%
managers
paramedisch gedrag en maatschappij
19%
econ.-administratief juridisch, bestuurlijk pedagogisch
8%
technisch 8%
8%
9%
wiskundig, natuurwetensch.
3.4 Ontwikkelingen arbeidsmarkt regio West-Brabant De regio West-Brabant ontleent grote logistieke en industriële kracht aan de strategische ligging in het hart van de Benelux en tussen de wereldhavens Rotterdam en Antwerpen. Er is sprake van een goede bereikbaarheid via water, weg, spoor en buis. De diversiteit aan steden en kleine kernen, waarbij natuur steeds dichtbij is, maakt dat de kwaliteit van leven hoog is. Als provincie behoort Noord-Brabant tot de top van de innovatieve economische regio’s in Europa, mede veroorzaakt door de goede economische positie van West-Brabant. De provincie mag zich van de Europese Commissie “European Entrepreneurial Region“ (EER) noemen. Ook meldde de Financial Times in 2014 dat Brabant de beste investeringsstrategie van alle beoordeelde West-Europese regio’s heeft. Dit geeft aan dat de provincie, en daarmee ook West-Brabant, ondanks de stevige economische crisis, nog steeds wordt gezien als zeer aantrekkelijk. Ontwikkelingen in de regionale economie Recente ontwikkelingen, zoals de sluiting van Phillip Morris, hebben een omvangrijke impact op de veerkracht van de regionale economie. Naast Philip Morris hebben ook andere sluitingen van bedrijven in West-Brabant en Zeeland een negatief effect op de arbeidsmarkt in de regio, zoals Zalco, Thermphos, Philips Lighting en Tetrapack. De sluiting van Philip Morris, maar ook die van de andere bedrijven, hebben aanleiding gegeven tot het oprichten van een Taskforce “Economische structuurversterking” met als opdracht het opstellen van een actieplan voor 2014 en 2015. Dit sectorplan sluit daarop aan.
14
UWV, bewerking BBO Onderzoek en Informatie gemeente Breda
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 17
Topsectoren van de regio West-Brabant Voor ieder van de topsectoren voor de regio West-Brabant: maintenance, logistiek en biobased economy, zijn de volgende doelstellingen geformuleerd: -
West-Brabant is in 2015 een maintenance topregio waar kapitaalintensieve industrie zich graag wil vestigen en gevestigd wil blijven. West-Brabant is in 2015 een internationale logistieke hotspot voor innovatie en vestiging. West-Brabant is in 2015 een topregio geworden door biobased innovaties toe te passen in zowel de procesindustrie als de landbouw.15
Fig. 13 Verdeling werkzame personen naar speerpuntsectoren en t.o.v. totale economie 2011-201216
Biobased economy In een biobased economy nemen groene grondstoffen de rol over van fossiele grondstoffen zoals olie. Gewassen en reststromen uit de landbouw en voedingsmiddelenindustrie worden ingezet voor niet-voedseltoepassingen. Deze groene grondstoffen, ofwel biomassa, worden toegepast als materialen, chemicaliën, transportbrandstoffen en energie. Biobased economy zorgt voor nieuwe ontwikkelingen en businesskansen in de traditionele sectoren agro en chemie.17 Beide sectoren (chemie en agrofood) worden geconfronteerd met vraagstukken rondom duurzaamheid. Dat fossiele brandstoffen eindig zijn, is een feit. Van deze bedreiging een kans maken, is de uitdaging die bedrijven in de chemie en agrofood in West-Brabant samen aangaan. Bedrijven die zich met de ontwikkeling van deze sector bezighouden komen uit verschillende disciplines. Logistiek De grootste aantrekkingskracht van de regio West-Brabant voor logistieke bedrijven is de strategische ligging: tussen de wereldhavens van Rotterdam en Antwerpen en met de groeiende haven van Moerdijk. Hierdoor heeft West-Brabant een toplocatie voor aanvoer, opslag, overslag en het toevoegen van waarde aan goederen om ze te verspreiden over Europa. De ligging garandeert internationale bedrijven bovendien een snelle afzet van hun producten. In het bijzonder zijn er mogelijkheden voor combinaties van transport: over weg, water en spoor.18 Maintenance (inclusief luchtvaart) 15
Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 Arbeidsmarkt West-Brabant 2014-2015 – Regionale ontwikkelingen en baanopeningen arbeidsmarkt WestBrabant, rpA West-Brabant 17 Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 18 Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 16
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 18
Met maintenance wordt het complete levensonderhoud van (productie) systemen aangeduid. De maintenance sector begeeft zich op het terrein van luchtvaart, maritiem, energie, infra en procesindustrie. Maintenance is een multidisciplinaire en crossectorale activiteit. De sector maintenance wordt geconfronteerd met de volgende (nationale) ontwikkelingen: -
-
-
Financiële crisis: deze sector is hard geraakt door de crisis. Maar onderhoud wordt steeds belangrijker om kosten te besparen voor nieuwe installaties. Onderhoud is niet langer een kostenpost, maar ook een factor van economische waarde en onderhoud levert een belangrijke bijdrage aan de veiligheid. Verduurzaming van de samenleving. Veroudering installaties: binnen nu en 10 jaar bereiken 55% van alle installaties in Nederland het einde van hun levensduur. Bedrijven zullen keuzes moeten maken: fabriek verplaatsen naar lageloonlanden of behouden door goed onderhoud. Opkomst mechatronica: hierdoor worden er meer competenties verwacht van onderhoudspersoneel om met de toenemende complexiteit te kunnen werken. Ontgroening en vergrijzing: in de sector stromen weinig jongeren in en de komende jaren zullen veel oudere werknemers de sector verlaten. 19
Maintenance heeft betrekking op verschillende sectoren waaronder de luchtvaart. In Woensdrecht is deze sector al jaren vertegenwoordigd door bedrijven op Aviolanda. Op deze vliegbasis zijn gerenommeerde nationale en internationale ondernemingen gevestigd die gespecialiseerd zijn in militair en civiel vliegtuigonderhoud. Door algehele economische groei in de luchtvaart profiteert ook het onderhoudssector mee. De vliegtuigonderhoudsindustrie is een hoog gekwalificeerde bedrijfstak met veel toegevoegde waarde voor de regio en spin-off naar andere industriële sectoren. De ontwikkeling van kennis en kunde op het gebied van specialistische thema’s zoals composietonderhoud speelt hierin een centrale rol bij het behoud van de omvangrijke vliegtuigonderhoudsindustrie in Zuid-West Brabant. Composietenonderhoud en –reparatie zijn een hoofdspecialisme in en Unique Selling Point voor de regio West-Brabant. In West-Brabant zijn in 2012 ruim 5.000 bedrijven die gerekend kunnen worden tot de maintenancesector (asset owners, service suppliers en OEM’ers) met in totaal 45.122 medewerkers. Vanaf 2009 is een dalende lijn te zien in het aantal medewerkers in de gehele sector (-4%). Fig. 14 Overzicht totaal aantal werkzame personen in maintenance sector regio West-Brabant20
Het aantal vestigingen daarentegen is gestegen met 6% van 5.176 in 2009 naar 5.505 in 2012. Dat betekent dat er meer bedrijven zijn met relatief minder personeel. Ook het aantal uitzendkrachten is afgenomen. De maintenance is een sector van mannen, 85% van de medewerkers is man en 15% vrouw.21
19
Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 21 Verwijzing naar Werkgelegenheidsenquête West-Brabant 2009-2012 uit de Human Capital Roadmap 2013 20
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 19
De sector maintenance wordt gekenmerkt door een groot aantal hoger opgeleiden, zogenoemde kenniswerkers. De sector kent daarnaast ook een groot aandeel ouderen. Zie onderstaande figuur. Fig. 15 Aandeel hoger opgeleiden en 55+ in Brabantse topsectoren, West Brabant 2010-201122
Met name de industrie is in West-Brabant sterk vertegenwoordigd en zorgt ervoor dat het aandeel van de Maintenance in de totale werkgelegenheid in West-Brabant ruim 20% is. In West-Brabant is een aantal grote spelers op Maintenance vlak actief, waaronder Sabic, Philip Morris, SPIE, Flow Serve en Fokker Aircraft Services. Het overgrote deel van de bedrijven in de regio behoort echter tot het MKB. De Human Capital Roadmap 2013 geeft de volgende cijfers over industrie en bouwnijverheid. Deze zijn representatief voor de maintenance sector. Fig. 16 Aandeel maintenance in werkgelegenheid23
De cijfers van het laatste kwartaal van 2012 geven aan dat de industrie in deze 3 maanden wat betreft productie heel licht is gegroeid, +2%. De verwachting is dat de productie in het eerste kwartaal van 2013 gelijk blijft aan dit niveau. De verwachting is dat de omzet in deze maanden met ongeveer 9% zal stijgen maar dat de personeelsbezetting minder wordt. Het aantal banen in de industrie zal in 2012-2013 met ongeveer 2,2% afnemen is de verwachting.24 In de bouwnijverheid is de situatie minder stabiel. In het laatste kwartaal van 2012 is de productie per saldo met 22% afgenomen en de verwachting is dat dit ook in de eerste maanden van 2013 het geval zal zijn. De verwachting is dat de omzet in het eerst kwartaal van 2013 daalt met 24% en de 22
Arbeidsmarkt West-Brabant 2014-2015 – Regionale ontwikkelingen en baanopeningen arbeidsmarkt WestBrabant, rpA West-Brabant 23 Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 24 Verwijzing naar arbeidsmarktprognoses 2012-2013, UWV in Human Capital Roadmap 2013
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 20
personeelsbezetting met 39%.25 Het aantal banen in de bouw zal in 2012-2013 met ongeveer 2,3% afnemen is de verwachting.26 Voor de bouw was 2012 een zwaar jaar maar de verwachting is dat het aantal banen richting 2017 weer gaat groeien en ook het aantal vacatures zal groeien, zie volgende tabel.27 Fig. 17 Gemiddelde groei aantal banen en vacatures per jaar28
3.5 Groeiend aanbod en vervangingsvraag Eind juni 2012 stonden bij het UWV in de arbeidsmarktregio West -Brabant 1.895 openstaande vacatures geregistreerd. Een jaar ervoor waren dat er 2.595. Ten opzichte van 2011 is dit een daling van 27,0%. Ongeveer 45% van de in juni 2012 openstaande vacatures is in diezelfde maand nieuw erbij gekomen, terwijl de overige 55% al langer openstonden. Er staan vooral vacatures open voor technische en industriële beroepen (46%), economisch -administratieve beroepen (24%) en verzorgende en dienstverlenende beroepen (10%). Naar sector (ontstane vacatures) In het eerste kwartaal van 2013 zijn er in West -Brabant 5.100 vacatures ontstaan. Een jaar ervoor waren dat er nog 7.100. Ten opzichte van 2012 is dit een daling van 40%. Er zijn vooral vacatures ontstaan in de sectoren groot- en detailhandel (28%), zakelijke dienstverlening (16%), industrie (13%) en zorg en welzijn (12%). In 2014 gaat het UWV voor Nederland weer uit van een toename van het aantal vacatures. Ondanks de afname van de werkgelegenheid stijgt de economische groei in 2014 weer. De verwachte groei heeft een grotere baan-baan-dynamiek tot gevolg, hetgeen het aantal ontstane vacatures stimuleert.29
Fig. 18 Ontwikkeling aantal openstaande vacatures die per kwartaal ontstaan 2010-201330
25
Verwijzing naar conjunctuurenquête 4ekwartaal 2012, CBS in Human Capital Roadmap 2013 Verwijzing naar arbeidsmarktprognoses 2012-2013, UWV in Human Capital Roadmap 2013 27 Verwijzing naar arbeidsmarktprognoses 2012-2013, UWV in Human Capital Roadmap 2013 28 Human Capital Roadmaps maintenance, logistiek en biobased economy, regio West-Brabant. 2013 26
29 30
De arbeidsmarkt in West-Brabant, 2012 De arbeidsmarkt in West-Brabant, 2012
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 21
Zoals eerder aangegeven wordt in de regio West-Brabant ingezet op de economische topsectoren Maintenance, Logistiek en Biobased Economy. Dat deze topsectoren een grote bijdrage leveren de werkgelegenheid, blijkt uit de ruim 321.000 arbeidsplaatsen die hierdoor beschikbaar zijn. Dit blijkt uit de percentages arbeidsplaatsen van totaal aantal arbeidsplaatsen in West-Brabant: Maintenance 14%, Logistiek 14% en Biobased 1%. Van alle openstaande online vacatures hebben in februari 2015 44% betrekking op personeel in de technische en industrieberoepen. Gezien het geringe percentage van Biobased, zal de inzet op personeel in West-Brabant met dit plan, zich niet richten op deze sector maar wel op Maintenance en Logistiek. TuneTechniek, het West-Brabantse platform dat werken in de technische sector promoot, heeft berekend dat de regio in 2015 naar schatting 9.000 nieuwe technici nodig heeft, van wie 3400 vmbo’ers, 4.400 mbo’ers en 1.200 hbo’ers. De verwachting is dat vooral de vraag naar hoger opgeleid technisch personeel alleen maar zal stijgen door technische innovaties en globalisering. Een gevolg van de vergrijzing en ontgroening is het ontstaan van een grote vervangingsvraag. De verwachting is dat in West-Brabant tot 2020 tienduizenden banen zullen vrijvallen als gevolg van deze ontwikkelingen. Daar komt nog bij dat ook de arbeidsmarkt in de komende jaren aantrekt en er als gevolg van de economische situatie meer vraag zal zijn.31 Onderstaande figuur laat zien dat de vervangingsvraag in verhouding het grootst is in de agrarische, transport, technische en industrieberoepen
31
meerjarenvisie op de ontwikkeling van de regionale arbeidsmarkt 2011-2015 met een doorkijk naar 2020, rpA 2011
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 22
Fig. 19 Vervangingsvraag naar beroepsklasse, prognose 2011-2016 en realisatie 2006-2010 als gemiddeld jaarlijks percentage van de werkgelegenheid in het basisjaar32
De onderhoudssector krijgt de komende jaren te maken met een grote vervangingsvraag omdat een groot deel van het personeel de sector door pensionering gaat verlaten. Bovendien komt er door nieuwe opdrachten (Fokker Services) en door de komst van Airborne Services naar Aviolanda in Woensdrecht, dochterbedrijf van de composietonderdelen-producent Airborne een grotere uitbreidingsvraag. In de volgende grafieken is concreet en specifiek aangegeven op welke niveaus er vacatures gaan ontstaan in de periode 2015-2017 door zowel vervanging als uitbreiding. De aantallen zijn in onderstaande tabel aangegeven per werkgever die verbonden is met het luchtvaartonderhoudscluster33.
Fig. 20 Personeelsvraag onderhoud 2015-2017 Niveau TiaT/ Functie NDO inspecteur Assemblage werktuigbouw
32
33
MBO 2+ MBO 2+ tot 4
Qis int
TiaT/ Qis ext.
15
35
LCR bouw
Fokker
Airborne
LCW
4 20
ROA
Een en ander sluit niet uit dat er een bredere vraag naar technici in de regio is. Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 23
TMS
Werkvoorbereider/calculator, monteur, engineer, verspaner, plaatwerker, composietwerker, interieurreparateur Werktuigbouwkundige Montage, demontage/ composietreparateur NDO inspecteur Electrotechnicus Electrotechnicus Assemblage electra Assemblage mechatronica Assemblage werktuigbouw Assemblage electra Assemblage mechatronica Assemblage technische informatica Assemblage bedrijfskundig/ economisch Industrieel monteur Totaal 273
MBO 2+ tot 4
MBO 2+ tot 4 MBO 4 MBO HBO MBO 4 MBO 4 HBO HBO HBO HBO HBO
40
8
23 15
10 5
35 10 3 10 10 2 2 2 2 2
30
70
50
40
23
40
In onderstaande tabellen is de vraag naar personeel van de diverse sectoren per beroepsgroep opgesplitst in onderwijsniveaus. Fig. 21 beroepsvraag technisch maintenance onderverdeeld in niveaus34 Maintenance VMBO MBO 2 MBO 3 MBO 4
HBO
WO
HBO
WO
Elektromonteurs Elektrotechnici Werktuigbouwkundigen Installateurs Metaalbewerkers Civiel Technici Mechatronica Technisch bedrijfskundigen
Fig. 22 beroepsvraag onderhoud onderverdeeld in niveaus35 Luchtvaart VMBO MBO 2 MBO 3
34 35
MBO 4
Human Capital Roadmaps, Wise Up 2013 Tiat, LCR Bouw, Fokker, Airborne, LCW/Klu (Aviolanda) 2014: behoefte aan personeel voor 2015-2017
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 24
10 10
NDO inspecteur Assemblage werktuigbouw Werkvoorbereider/ calculator Monteur Engineer Verspaner Plaatwerker Industrieel monteur Composietwerker Interieurreparateur Assemblage electra Assemblage mechatronica Assemblage werktuigbouw Assemblage electra Assemblage mechatronica Assemblage technische informatica Assemblage bedrijfskundig/ economisch
Logistiek De economische crisis is niet voorbij gegaan aan de Transport & Logistiek Sector. Met name in de periode tussen 2010 en 2014 zijn veel banen verloren gegaan. Daarnaast is in de crisisperiode een trend ontstaan waarbij Oost-Europese (vrachtwagen)chauffeurs via detacheringsconstructies zorgen voor verdringen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Ook hierdoor is veel werkgelegenheid uit Nederland verdwenen. De crisis in de sector heeft ook direct gevolgen (gehad) voor de logistieke opleidingen. Regionale Opleidingscentra hebben gemerkt dat het plaatsen van studenten op leerwerkplekken niet meer vanzelfsprekend is. Deze onderwijsinstellingen kampen de laatste jaren dan ook met een steeds groter aantal studenten dat niet geplaatst kan worden. Dit heeft enerzijds te maken met het feit dat er krapte is op de arbeidsmarkt, anderzijds willen commerciële werkgevers en detacheerders ook steeds nadrukkelijker ‘de krenten uit de pap’ halen en alleen de echte goede en goed gemotiveerde mensen aannemen. Nu de crisis over zijn hoogtepunt lijkt heen te zijn, dreigt een tekort aan goed gekwalificeerde en opgeleide mensen in de Transport en Logistieke sector te ontstaan. Aan de ene kant omdat de uitstroom met gepensioneerde medewerkers gestaag doorgaat, terwijl anderzijds met het aantrekken van de economie er veel banen bij komen. Huidige MBO opleiders kunnen echter op dit moment niet of nauwelijks al hun BBL studenten geplaatst krijgen voor een leerwerkplek in de Transport & Logistiek Sector. Het is dus van belang dat onderwijs, bedrijfsleven en vakbeweging de samenwerking opzoeken zodat meer mensen opgeleid en geplaatst kunnen worden in de sector Transport & Logistiek om te voorkomen dat er in de nabije toekomst niet voldoende en goed opgeleide mensen beschikbaar zijn om deze nieuwe banen te vullen. Naar aanleiding van overleg met regionale bedrijven en partijen in de regio West-Brabant is voorzien dat de komende twee jaar ca. 50 moeilijk vervulbare vacatures in de logistieke sector zullen Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 25
ontstaan. Bedrijven in de regio West-Brabant geven aan tekorten op de arbeidsmarkt te verwachten waardoor zij moeilijk vervulbare functies niet ingevuld zullen krijgen. Zonder adequate maatregelen zullen er niet voldoende mensen beschikbaar zijn voor deze vacatures. Scholing is hierbij het meest voor de hand liggende instrument en het belangrijke middel om de krapte op de arbeidsmarkt te minimaliseren. Nu al is te zien dat er een tekort ontstaat aan chauffeurs voor goederenvervoer en logistiek opgeleide medewerkers bij logistieke en transportbedrijven. 3.6 Conclusies De strategische ligging van West-Brabant tussen de wereldhavens van Antwerpen en Rotterdam geeft deze regio een grote logistieke en industriële kracht. De regio zet in op de economische topsectoren Maintenance, Logistiek en Biobased. De arbeidsmarkt wordt in West-Brabant gekenmerkt door 3 tendensen: -
ontgroening en vergrijzing, tekort aan technici, verdringing van lager opgeleiden.
Arbeidsmarkt – Aanbod a. Daling van (potentiële) beroepsbevolking De regio West-Brabant kenmerkt zich door een sterke daling in de groei van de verwachte potentiele beroepsbevolking. In 2020 zal het aantal inwoners tussen 15 en 64 jaar ten opzichte van 2010 dalen met ruim 17.000 personen (-4%) tot 437.000 inwoners. Dit heeft een weerslag op de beroepsbevolking van de regio. De regio West-Brabant telde in 2008 een beroepsbevolking van 323.000 personen, in 2040 zal deze naar verwachting bestaan uit 282.750 personen. Een verschil van 40.250 personen. Dit wordt o.a. veroorzaakt door een sterke vergrijzing. b. Door economische crisis sterke stijging werkloosheid De stijging van werkloosheid treft vooral ouderen en jongeren. De stijging blijft bij ouderen, jongerenwerkloosheid is iets aan het dalen. c. Beroepsgroepen en niveau Er zijn veel werkzoekenden in de beroepsgroepen techniek en logistiek op lager niveau. Bij hogere niveaus zijn geen werkzoekenden in deze beroepsgroepen. Dit betekent wel een potentieel van technisch geschoolden op lager niveau. De werkloosheid bevindt zich vooral op laag- en middelbaar niveau. Aanbod van werkzoekenden Als gevolg van ontgroening en vergrijzing krijgt West-Brabant te maken met een dalende (potentiële) beroepsbevolking. Door de economische crisis is de werkloosheid gestegen, waarbij de groep jongeren en ouderen het grootst is. Het betreft met name het lager en middelbaar niveau in de sector techniek en transport. Hieruit blijkt een potentieel aan technisch en transport personeel zit in de bestanden van UWV en gemeenten, maar dat deze geen aansluiting vinden op de arbeidsmarkt. Dit kan door het ontbreken van de juiste opleiding of ervaring (met name jongeren). De snel veranderende functies en steeds hogere eisen die gesteld worden door technologische ontwikkelingen, maakt dat er niet altijd een 1-op-1 match is tussen een functie en een oudere werkloze. Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 26
Vraag naar werknemers De vraag naar werk strekt zich uit over alle niveaus. De vraag naar technici neemt toe, terwijl het aanbod om demografische redenen in aantal daalt. Dit vergt een specifieke inzet om het slinkende aanbod te verleiden om te kiezen voor technische beroepen. Uit de analyse blijkt dat op korte termijn bij met name bedrijven in de maintenance sector een zeer concreet vraag naar technisch geschoolde arbeidskrachten voor nu al moeilijk te vervullen vacatures ontstaat. Figuur 20 op pagina 24 geeft een zeer specifieke en concrete weergave deze vraag. Concreet heeft de regio West-Brabant de komende jaren behoefte aan 270 geschikte kandidaten voor het invullen van vacatures in deze sector. Daarnaast is logistiek in West-Brabant een belangrijke sector als het gaat om het creëren van werkgelegenheid. Hoewel de logistieke sector minder gestructureerd is dan bijvoorbeeld maintenance en vacatures voor deze sector daarom minder specifiek inzichtelijk kunnen worden gemaakt, blijkt dat er in de komende twee jaar behoefte is aan ca. 50 mensen om moeilijk vervulbare vacatures te vervullen. In totaal is dit sectorplan gericht op het vervullen van 320 moeilijk vervulbare vacatures.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 27
4. Ambities van de regio Sociale partners in West-Brabant hebben de ambitie uitgesproken om met behulp van een tijdelijke impuls de arbeidsmarkt in West-Brabant duurzaam te versterken. Zoals aangetoond in de arbeidsmarktanalyse in hoofdstuk 3 kent de regio West-Brabant een zeer diverse en dynamische arbeidsmarkt. Door meerdere autonome ontwikkelingen, zoals de sluiting van meerdere grote bedrijven, vergrijzing en verschuiving van zowel vraag als aanbod, is de arbeidsmarkt stevig in beweging. Om duurzaam en toekomstgericht in te kunnen spelen op de ontwikkelingen is een groot aanpassingsvermogen van alle betrokken overheden, bedrijven en kennisinstellingen vereist. Het verbeteren van de eerder genoemde topclusters in West-Brabant is dé economische koers die met behulp van dit sectorplan wordt uitgezet en verder versterkt. Hiervoor worden reeds verschillende initiatieven genomen in de regio West-Brabant. 4.1 Taskforce Economische Structuurversterking Eind 2014 is onder voorzitterschap van gedeputeerde Bert Pauli van de provincie Noord-Brabant een Taskforce Economische Structuurversterking in het leven geroepen. Belangrijkste taak voor deze Taskforce was het opstellen van een regionaal actieplan voor West-Brabant met als doel om binnen twee jaar samen met betrokken regionale partners een versnelling aan te brengen in de versterking en verduurzaming van de regionale economie. Een regionaal sectorplan is als belangrijk onderdeel van het actieplan expliciet benoemd. Het actieplan richt zich op negen specifieke aandachtsgebieden en bevat veelbelovende acties zoals: -
-
Het ontwikkelen van een composiet onderhoudscluster in samenhang met het Dutch Composite Maintenance Center in Woensdrecht. Een verdere samenwerking tussen regionale partijen in de bouwsector. Het versterken van het Aerospace en Maintenance cluster met als basis de samenwerking tussen het Logistiek Centrum Woensdrecht van Defensie en diverse bedrijven waardoor orders voor het onderhoud aan de F-35 kunnen worden binnengehaald en andere aan de luchtvaart gerelateerde initiatieven en innovaties gerealiseerd kunnen worden. Het ontwikkelen van een MBK-programma dat de samenwerking tussen de grote bedrijven en het MKB moet versterken.
Het actieplan moet resulteren in een betere concurrentiepositie van de genoemde sectoren, een toename van het aantal arbeidsplaatsen, een betere aansluiting van onderwijs en arbeidsmarkt, een toename van (buitenlandse) investeringen in bedrijven en in een duurzame economie. Inmiddels worden de eerste resultaten uit het actieplan zichtbaar. In mei 2015 is door het Ministerie van OCW een financiële bijdrage toegekend aan het project ‘Composite Maintenance-Aviolanda’. Het project is opgesteld in samenwerking tussen het Markiezaat College in Bergen op Zoom, de gemeente Woensdrecht, Koninklijke Luchtmacht en diverse bedrijven uit de luchtvaartonderhoudssector. Het project sluit aan bij de vele innovatieve ontwikkelingen op het gebied van composietenonderhoud en –reparatie, die plaatsvinden op de vliegbasis Woensdrecht. Vanuit een gezamenlijke visie realiseren de samenwerkende partijen een betere aansluiting tussen onderwijs en beroepspraktijk. Concrete activiteiten die gaan plaatsvinden zijn onder andere het ontwikkelen van Masterclasses en cursussen composieten en het realiseren van praktijk- en Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 28
vakgerichte kennisdeling op locatie. Dit project draagt hiermee bij aan een verbetering van de aansluiting van het mbo-onderwijs op de beroepspraktijk en hiermee wordt de arbeidsmarkt in de regio West-Brabant versterkt. Ook de bouwsector heeft een stevige impuls gekregen met de toewijzing van een subsidie voor het Vakcentrum Bouwtechniek in Breda, dat zich de komende jaren gaat ontwikkelen tot hét multifunctionele platform voor alle aan de bouw gerelateerde opleidingen in West-Brabant. 4.2 Verdere samenwerking tussen overheid,bedrijfsleven en vakbeweging Ook uit andere ontwikkeling blijkt dat sprake is van een steeds nadrukkelijkere samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven in de regio West-Brabant. Eén van de belangrijkste ontwikkeling vindt plaats op vliegbasis Woensdrecht. Door het besluit van de Amerikaanse overheid over de uitbesteding van het motoronderhoud voor de F-35 wordt Woensdrecht één van de grootste Europese centra voor het onderhoud aan de motoren van de F-35. Deze positieve ontwikkeling is mede te danken aan de inzet van het Ministerie van Economische Zaken samen met de Koninklijke Luchtmacht en provincie Noord-Brabant. Ook het bedrijfsleven zoekt naar een brede benutting van kansen die het onderhoud van de F-35 biedt. Hiertoe worden in samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven ook de komende periode verschillende initiatieven ontwikkeld om werk gerelateerd aan onderhoud van andere componenten en subsystemen van de F-35 naar Nederland te halen. Bij de genoemde initiatieven hebben het bedrijfsleven, regionale overheden en het betrokken bedrijfsleven intensief samengewerkt. Echter, hoewel er een grote vraag is naar – met name – beroepskrachten in de maintenance sector (met name in de militaire als civiele luchtvaart), de logistiek en aanverwante sectoren constateren bedrijven, onderwijs en overheden in West-Brabant op dit moment een tekort aan geschikte vakkrachten. Zowel het middelbaar beroepsonderwijs als de regionale arbeidsmarkt zijn op dit moment onvoldoende toegerust op het opleiden en laten instromen van mensen met die specifieke vaardigheden en kerncompetenties voor veelal technische banen waar het bedrijfsleven nu en in de toekomst behoefte aan heeft. Tegelijkertijd is geconstateerd dat er in de regio een groot aanbod is van werklozen of werkzoekenden die nét niet de juiste kennis, vaardigheden of ervaring hebben om (weer) in te kunnen stromen op de arbeidsmarkt, maar die door middel van begeleiding, training of scholing wel geschikt kunnen worden gemaakt. Bedrijven, vakbeweging, onderwijs en overheden in de regio West-Brabant onderschrijven daarom met dit sectorplan voor de regio West-Brabant hun gezamenlijke visie, missie en doelstelling om te zorgen voor een betere aansluiting tussen aanbod en vraag op de arbeidsmarkt en zetten in op maatregelen gericht op het toeleiden van werk(loos)heid naar werk. 4.3 Uitwerking gezamenlijke ambities in het sectorplan In het sectorplan voor West-Brabant is een concrete vertaalslag gemaakt van de gezamenlijke regionale ambities naar een organisatiestructuur en bijbehorende maatregelen, waarmee de arbeidsmarkt in de regio duurzaam wordt versterkt. Het sectorplan draagt bij aan de transitie van werk(loosheid) naar werk in kansrijke beroepen in de sectoren maintenance en logistiek.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 29
5. Maatregelen en activiteiten 5.1 Inleiding Zoals aangetoond in de arbeidsmarktanalyse en door de ambities van de regio is de arbeidsmarkt in de regio West-Brabant sterk in ontwikkeling. De vraag naar technisch geschoold personeel voor met name het maintenancecluster en de luchtvaartsector neemt toe, terwijl er tegelijkertijd ook werkzoekenden zijn op lager en middelbaar beroepsniveau in andere sectoren dan techniek en logistiek. Er is daarmee een groot potentieel van technisch geschoolden voor de huidige en toekomstige vacatures, maar om meerdere redenen voldoet het aanbod van werkenden en werkzoekenden niet of niet volledig aan de vraag naar arbeid vanuit het bedrijfsleven. Om deze mismatch op de arbeidsmarkt aan te pakken, kiezen sociale partners, overheden en bedrijven in de regio West-Brabant voor een stevig pakket aan maatregelen gericht op drie kernactiviteiten: 1) Activiteiten gericht op de begeleiding en bemiddeling naar een nieuwe baan 2) Activiteiten gericht op om- of bijscholing 3) Activiteiten gericht op het opzetten en onderhouden van infrastructuur voor van-werk-naarwerk projecten De regio West-Brabant kiest hiermee voor een integrale aanpak waarbij vraag en aanbod op een efficiënte en effectieve manier op elkaar worden afgestemd. Door een gerichte werkwijze waarbij vacatures inzichtelijk worden gemaakt en potentiele kandidaten via de juiste trajecten van werk(loosheid) naar werk worden begeleid, biedt het sectorplan een oplossing voor zowel werknemers of werklozen op zoek naar een (nieuwe) baan als werkgevers op zoek naar geschikte kandidaten. De hier beschreven werkwijze wordt via de hierna beschreven maatregelen uitgevoerd. 5.2 Maatregelen “Begeleiding en bemiddeling naar een nieuwe baan” In het sectorplan zijn per kernactiviteit verschillende concrete maatregelen uitgewerkt. De doelstelling van het sectorplan West-Brabant is om 320 vacatures ingevuld te krijgen met gekwalificeerde mensen. De regio West-Brabant is per 1 januari gestart met het Werkgeversservicepunt West-Brabant (WSP WB), waar de overheidspartijen Gemeenten, UWV en Sociale Werkvoorzieningsbedrijven gezamenlijk inzetten op werkgeversbenadering. Het WSP WB is verdeeld in vier subregio’s: - Werkgeversservicepunt Breda - Werkgeversservicepunt WerkLink -Werkgeversservicepunt Brabantse Wal - Werkgeversservicepunt Hart van West-Brabant De multidisciplinaire teams (mdt’s) van de overheidspartijen werken aan 1 gezamenlijke regionale doelstelling, daarbij gebruik makend van hun subregionale expertise. Zij brengen vraag en aanbod samen, uitgaande van de vraag van het bedrijfsleven. In totaal maken ca. 60 personen deel uit van de mdt’s. Daarnaast werkt het Werkgeversservicepunt samen met private partijen zoals uitzendbureaus. Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 30
Werk en Vakmanschap is een coöperatie van werkgevers die grote ervaring heeft met het werven van (technische) kandidaten. Zij zullen zich in hoofdzaak richten op het werven van kandidaten voor de van werk-naar-werk trajecten, maar ook op de zgn. nuggers (niet-uitkeringsgerechtigden). Het Werkgeversservicepunt werkt ook al veel samen met het initiatief “Jobs2Go” . Dit is een pool van kandidaten, waar werkgevers uit kunnen putten. Uitgangpunt is het vervullen van de vacature die wordt aangedragen door de werkgever. Hierop dient het WSP WB goed in te spelen met duidelijke werk- en procesafspraken. Alleen op deze manier kan de dienstverlening er dusdanig concreet op worden ingericht dat uiteindelijk 320 vacatures worden ingevuld. De precieze contouren worden in een later stadium verder aangescherpt, maar het uitgangspunt is dat een concreet proces in werking treedt op het moment dat een werkgever zich met een vacature meldt bij het WSP WB: 1) 2) 3) 4)
De vraag van de werkgever is leidend; welke baan biedt de werkgever aan? De eis van de werkgever is belangrijk; welke eisen stelt de werkgever aan de medewerker? Benoeming van doelgroepen; gaat het om een doorstromer, instromer of overige categorie? Matching met bestanden van het UWV en gemeenten; zijn er vanuit de overheidspartijen mogelijke kandidaten? 5) Indien er geen matching kan plaatsvinden, dan zal werving en selectie op een andere (alternatieve) manier moeten plaatsvinden. Hiertoe is een aanvullend acquisitie- annex communicatieplan opgesteld. 6) Wie is er verantwoordelijk voor het traject? 7) Wie gaat er wat doen zodat de afstemming tussen vraag en aanbod daadwerkelijk leidt tot instroom van een medewerker naar de vacature? Het beschikbaar stellen van aanbod aan de werkgever, zal op diverse manieren plaatsvinden: 1. Bestanden van de overheidspartners: gemeenten (sociale diensten), UWV en sociale werkvoorziening. 2. Marketingcampagne: billboards, advertenties, flyers, social media. Een uitgebreide campagne wordt opgezet om allereerst alle inwoners van West-Brabant te bereiken voor het invullen van de vacatures, maar ook om de aandacht te vestigen op de werkgelegenheidskansen in de sector Techniek, met in het bijzonder de Maintenance en Logistiek. Deelnemers die geschikt lijken voor een functie, kunnen worden getest op leerbaarheid of geplaatst worden in een voortraject waar met behulp van een aantal gerichte instrument beoordeeld wordt of de kandidaat past bij een van de aangeboden vacatures. Voorafgaand aan plaatsing, met als doel deze kandidaten daadwerkelijk in te laten stromen in een functie, is een aantal vervolgstappen nodig. Afhankelijk van de specifieke eisen en verwachtingen van de betrokken werkgever en de beschikbare functie wordt beoordeeld welke aanvullende scholing en begeleiding voor de kandidaat noodzakelijk is. De betreffende kandidaten krijgen een op maat gemaakt coaching- en begeleidingstraject aangeboden en volgen een om- of bijscholingstraject. Na afronding van deze trajecten zijn de deelnemers voldoende gekwalificeerd voor de vacatures en kunnen zij door de werkgever worden aangenomen. Maar ook is het mogelijk dat een werkgever de Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 31
kandidaat al in dienst neemt en dat de scholing/ opleiding bij de werkgever wordt gevolgd in een gecombineerd leer- en werktraject. De regio West-Brabant kiest hiermee voor een integrale aanpak waarbij vraag en aanbod op een efficiënte en effectieve manier op elkaar worden afgestemd. Door een gerichte werkwijze waarbij vacatures inzichtelijk worden gemaakt en potentiele kandidaten via de juiste trajecten van werk(loosheid) naar werk worden begeleid, biedt het sectorplan een oplossing voor zowel werknemers of werklozen op zoek naar (een nieuwe baan) als werkgevers op zoek naar geschikte kandidaten. De hier beschreven werkwijze wordt via de hierna beschreven maatregelen uitgevoerd. 5.2.1 Maatregel 1: Acquisitie deelnemers Uit verschillende regionale bijeenkomsten, notities en input van de voor het sectorplan opgerichte werkgroep Aanbod wordt geconcludeerd dat er in de regio West-Brabant sprake is van een zeer brede doelgroep aan potentiële kandidaten. Het gaat hierbij om kandidaten met opleidingen variërend van MBO 3, MBO 4 tot hoger opgeleiden met veelal een technische opleiding tot WWaanbod van lager opgeleiden, maar ook van schoolverlaters en positieverbeteraars tot 50 plussers. Om een concrete match tussen een werkgever en een werknemer te kunnen bewerkstelligen dienen de juiste kandidaten te worden gevonden, geschikt worden gevonden of gemaakt en tot slot direct te worden gematched aan een werkgever. Hiervoor is het noodzakelijk een stevig acquisitieproject met bijbehorende communicatietraject op te zetten dat die brede doelgroep moet bereiken. Een evenredig gebruik van verschillende mediavormen is belangrijk. Tevens is vastgesteld dat het benaderen van de doelgroep deels buiten de reguliere eigen bronnen plaats moet vinden om voldoende geschikte kandidaten te vinden. Het acquisitietraject moet derhalve een aanvulling zijn op de kanalen en netwerken van de stakeholders en participanten, maar hen ook de gelegenheid bieden hier bij aan te haken. Aanvullend is vastgesteld dat het van belang is om niet alleen West-Brabant maar ook de omliggende regio’s te bereiken. De maatregel acquisitie bestaat uit acht met elkaar verbonden acties, gericht op het bereiken van de brede doelgroep. Het basisplatform wordt een interactieve website, waar alle overige uitingen naar verwijzen. Naast duidelijke en wervende teksten en uitleg voor geïnteresseerden gaat de website tevens een portal-functie bieden voor stakeholders, participanten en werkgevers die zich willen presenteren. Alle andere uitingen (van social media, commercials/filmpjes/virals, advertenties, een themakrant of ander drukwerk) verwijzen en/of leiden naar deze portal, waar geïnteresseerden zich eventueel ook kunnen (aan)melden voor additionele informatie, een (kennismakings)gesprek, etc. De verschillende uitingen moeten gericht doelgroepen aanspreken, om op deze manier een zo breed mogelijke doelgroep te bereiken. Dat betekent dat naast het gebruik van moderne, interactieve social media ook gebruik moet worden gemaakt van traditionelere vormen van media, zoals een themakrant, zodat ook ouderen (die over het algemeen minder gebruik maken van social media) worden bereikt. Concreet bestaat de acquisitiemaatrel uit de volgende acht onderdelen: 1. Website 2. Social media 3. Viral filmpje(s) Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 32
4. 5. 6. 7. 8.
Themakrant Advertenties (ook online) Promotiemateriaal Beurzen Krachten bundelen/netwerken koppelen
Deze maatregel hangt nauw samen met maatregel 6: infrastructuur, waarbij concrete inspanningen worden verricht om kandidaten ‘aan de voorkant’ te selecteren voor het vervolgproces. Deze werkwijze wordt nader toegelicht bij maatregel 6. Aantal unieke deelnemers Totale kosten
1.280 € 100.00036
5.2.2 Maatregel 2: Aanbodgerichte activiteiten De tweede maatregel bestaat uit een drietal aanbodgerichte activiteiten. Deze zijn onder te verdelen in drie trajecten: 1. Voortraject deelnemers Om te bepalen welke van de aangeleverde kandidaten uiteindelijk daadwerkelijk gematched kunnen worden, dient er per deelnemer te worden bepaald welk traject dient te worden doorlopen. Dat kunnen – afhankelijk van enerzijds de kennis en ervaring van de deelnemer en anderzijds de gestelde eisen van de werkgever –de volgende (niet-limitatieve) trajecten zijn: 1. Een loopbaanadvies. Er worden loopbaanadvies- en coachingstrajecten georganiseerd op basis van maatwerk voor mensen die ondersteuning nodig hebben in hun loopbaan en/of hun persoonlijk functioneren. 2. Het in kaart brengen competenties. Van werkzoekenden met (ruime) werkervaring maar zonder de benodigde diploma’s of certificaten worden hun competenties in kaart gebracht. 3. Een capaciteitstest. Voor vacatures waar een bepaalde capaciteit voor nodig is worden specifieke capaciteitstesten aangeboden aan potentiele kandidaten. 4. Het opbouwen van een portfolio. Werkzoekenden en potentiele kandidaten zonder krijgen de mogelijkheid om een uitgebreid cv en een portfolio op te bouwen, waardoor zij beter zichtbaar worden voor een werkgever. Waar blijkt dat andere trajecten dan hier worden genoemd beter van toepassing zijn, en mits deze voldoen aan de regeling, kunnen deze ook worden ingezet. Na afronding van één of meerdere van deze trajecten wordt definitief bepaald of de deelnemer gematched kan worden met een werkgever. 2. (Job)coaching De 320 deelnemers die concreet worden gematched aan een werkgever krijgen een op maat gemaakt coachings- en begeleidingstraject. Deze begeleiding bestaat uit een aantal adviesgesprekken en begeleiding bij sollicitatieprocedures. Daarbij wordt zo veel mogelijk aangesloten bij de kennis, ervaring en vaardigheden van de kandidaten. Op deze manier wordt deze categorie een reëel perspectief geboden. Naast een individueel begeleidingstraject volgt een groot deel van 320 36
Een specificatie van de kosten is te vinden in bijlage 2. Dit geldt ook voor alle andere maatregelen.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 33
gematchte kandidaten een om- of bijscholingstraject. Ook is het mogelijk om jobcoaching in te zetten nadat de kandidaat in dienst is gekomen bij de werkgever. De verwachting is dat het hierbij gaat om ca. 120 deelnemers die werkzaam zijn maar worden bedreigd met werkloosheid. Voor deze personen is een bijscholingstraject nodig. Bij de overige 200 deelnemers gaat het om werkzoekenden, waarvan een gedeelte met een WW-uitkering, waarvoor een omscholingstraject nodig is. 3. Infrastructuur In het sectorplan zijn per kernactiviteit verschillende concrete maatregelen uitgewerkt. De doelstelling van het sectorplan West-Brabant is om 320 vacatures ingevuld te krijgen met gekwalificeerde mensen. Om 320 vacatures ingevuld te krijgen is het noodzakelijk te starten met het benaderen van 1.200 potentiele kandidaten (factor 4) voor de in te vullen vacatures. Deze factor is gebaseerd op ervaringen van de organisaties die zijn verenigd in het Werkgeverservicepunt. Het uitgangspunt bij de maatregelen is dan ook dat 1.280 deelnemers de kans krijgen om gebruik te maken van de maatregelen. Het startpunt van het sectorplan ligt bij het acquireren van 1.280 potentiele deelnemers door middel van een gerichte acquisitie. Het Werkgeversservicepunt speelt hierbij een belangrijke rol maar ook andere organisaties zoals Werk en Vakmanschap en commerciële uitzendbureaus kunnen hiervoor worden ingeschakeld. Voor de sector logistiek zal een specifiek initiatief worden gestart vanuit bedrijven in de sector, maar ook hierbij zal het WSP WB een belangrijke rol vervullen. Voorafgaand aan plaatsing met als doel deze kandidaten daadwerkelijk in te laten stromen in een functie zijn een aantal vervolgstappen nodig. Afhankelijk van de specifieke eisen en verwachtingen van de betrokken werkgever en de beschikbare functie wordt beoordeeld welke aanvullende scholing en begeleiding voor de kandidaat noodzakelijk is. De betreffende kandidaten krijgen een op maat gemaakt coaching- en begeleidingstraject aangeboden en volgen een om- of bijscholingstraject. Na afronding van deze trajecten zijn de deelnemers voldoende gekwalificeerd voor de vacatures en kunnen zij door de werkgever worden aangenomen. Maar ook kan de werkgever deze kandidaten al vóór de scholing aannemen in een leer-werktraject. De totale kosten voor plaatsing van 320 deelnemers zijn berekend op € 1.168.000. Dit betekent dat de totale plaatsingskosten per deelnemer uitkomen op € 3.650. Aantal unieke deelnemers Totale gemiddelde kosten per deelnemer Totale kosten
320 € 3.650 € 1.168.000
5.3 Maatregelen “Scholing” Met dit sectorplan worden concrete maatregelen uitgevoerd gericht op de om- en bijscholing van werkenden en werklozen op zoek naar een (nieuwe) baan. Voor de gematchte kandidaat met interesse in een (toekomstige) vacature, die nog niet beschikt over de vereiste diploma’s of certificaten, is een scholingstraject noodzakelijk. Bij een scholingstraject gaat het om een voor de beschikbare functie vereiste opleiding, training en/of cursus. Voorwaarde Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 34
voor het volgen van een scholingstraject is dat het gaat om een algemeen erkende vorm van opleiding. In het sectorplan voor de regio West-Brabant zijn twee vormen van scholing mogelijk. Voor werkenden die van werk naar een ander of hetzelfde beroep gaan is bijscholing mogelijk. Voor werklozen (ww-uitkeringsgerechtigden en overigen) is omscholing mogelijk. 5.3.1 Maatregel 3: Omscholing Het sectorplan West-Brabant voorziet in de omscholing van 200 deelnemers. Het gaat hier om deelnemers die door omstandigheden hun baan zijn kwijtgeraakt en op dit moment niet participeren op de arbeidsmarkt. Op basis van het doorlopen traject bij het onderdeel ‘begeleiding en bemiddeling naar een nieuwe baan’ zijn deze kandidaten geschikt bevonden om in te kunnen stromen in de moeilijk vervulbare vacatures. Hiervoor dienen zij wel een vakgerichte omscholingscursus te volgen. In figuur 20 op pagina 24 worden de moeilijk vervulbare functies genoemd waarvoor het bedrijfsleven op korte en lange termijn geschikte medewerkers nodig heeft. Deelnemers die in aanmerking komen voor omscholing kunnen, afhankelijk van hun vooropleiding, werkervaring en persoonlijke ambities, kiezen voor bijvoorbeeld de volgende opleidingen of onderdelen daarvan: -
-
-
-
NDO Inspecteur: deze opleiding is opgezet voor mensen binnen de luchtvaart en in de apparaten staalbouw industrie die in hun werkzaamheden regelmatig met het vakgebied “Niet Destructief Onderzoek“ (NDO) in contact komen, zoals bijvoorbeeld werkvoorbereiders, engineers, management en mensen werkzaam bij een kwaliteitsafdeling Elektrotechniek: bij de opleiding elektrotechniek wordt de deelnemer geschoold in de theoretische en praktijkgerichte kennis over hoe elektrotechnische installaties aan moet worden gelegd, hoe deze moeten worden onderhouden, hoe deze moeten worden getest en hoe deze in gebruik moeten worden gesteld. De kandidaat leert kasten bedraden, buis- en kabelsystemen aan te leggen, te werken met relais en aandrijvingen en installaties door te meten. Werktuigbouwkundige: Werktuigbouwkunde is een verzamelnaam voor verschillende technieken in de metaal. Er kan een keuze worden gemaakt uit opleidingen op het gebied van plaatwerken en constructiebank / lassen , verspanen of montage en onderhoud. Een werktuigbouwkundige produceert en onderhoud transportwerktuigen, motoren, gereedschappen, machines en pompen. Chauffeur goederenvervoer: een chauffeur goederenvervoer vervoert binnen Nederland en/of Europa goederen met een vrachtauto, oplegger met container, een tankauto, een gesloten of een open wagen. In veel gevallen laadt en lost de chauffeur ook zelf. De lading moet compleet en onbeschadigd aankomen op de plaats van bestemming, waarbij de chauffeur ook rekening moet houden met de veiligheid van de overige medeweggebruikers. De opleiding voor chauffeur goederenvervoer is een relatief kostbare opleiding in verband met de wettelijke vereisten (bezit van rijbewijs en vakbekwaamheid)
Naast deze vier opleidingen zijn er nog tal van andere opleidingen die in aanmerking komen voor omscholingstrajecten, afhankelijk van de specifieke vacature en de voorkennis en –opleiding van de kandidaat. Op basis van maatwerk en individuele begeleiding wordt voor elke gematchde kandidaat Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 35
een geschikt opleidingstraject aangeboden, waardoor de kandidaat succesvol kan instromen in de vacature. Iedere opleiding heeft zijn eigen prijs. Zo is er sprake van relatief dure opleidingen voor bijvoorbeeld een functie als NDO Inspecteur of chauffeur goederenvervoer, maar zijn de kosten voor de meer reguliere opleidingen lager. Zo kan een gemiddeld BBL-traject voor ca. € 5.500 worden gevolgd, maar is een algemene opleiding op het gebied van composietonderhoud- of reparatie al een stuk duurder. De gemiddelde kosten per opleidingen bedragen ca. € 7.500. Opleidingen duren, conform de regelgeving, maximaal 1 jaar. Kosten omscholing Aantal unieke deelnemers 200 Totale kosten per deelnemer € 7.500 Totale kosten € 1.500.000 5.3.2 Maatregel 4: Bijscholing Het sectorplan West-Brabant voorziet in de bijscholing van 120 deelnemers. Het gaat hier om met werkloosheid bedreigde werkenden op zoek naar dezelfde of een andere baan bij een andere werkgever. Op basis van het doorlopen traject bij het onderdeel ‘begeleiding en bemiddeling naar een nieuwe baan’ zijn deze kandidaten geschikt bevonden om in te kunnen stromen in de moeilijk vervulbare vacatures. Hiervoor dienen zij wel een vakgerichte bijscholingscursus te volgen. Voor deze kandidaten zijn dezelfde opleidingen beschikbaar als voor de kandidaten die een omscholingstraject volgen. Ook hier geldt dat op basis van maatwerk en individuele begeleiding een gematchde kandidaat een geschikt opleidingstraject krijgt aangeboden, waardoor de kandidaat succesvol kan instromen in de vacature. Iedere opleiding heeft zijn eigen prijs. Zo is er sprake van relatief dure opleidingen voor bijvoorbeeld een functie als NDO Inspecteur of chauffeur goederenvervoer, maar zijn de kosten voor de meer reguliere opleidingen lager. Zo kan een gemiddeld BBL-traject voor ca. € 3.500 - € 5.500 worden gevolgd, maar is een algemene opleiding op het gebied van composietonderhoud- of reparatie al een stuk duurder. De gemiddelde kosten per opleidingen bedragen ca. € 7.500. Kosten bijscholing Aantal unieke deelnemers 120 Totale kosten per deelnemer € 7.500 Totale kosten € 900.000
De regio West-Brabant kiest met deze maatregelen voor een integrale aanpak waarbij vraag en aanbod op een efficiënte en effectieve manier op elkaar worden afgestemd. Door middel van een gerichte werkwijze waarbij vacatures inzichtelijk worden gemaakt en potentiele kandidaten via de juiste trajecten van werk(loosheid) naar werk worden begeleid, biedt het sectorplan een oplossing voor zowel werknemers of werklozen op zoek naar (een nieuwe baan), als voor werkgevers op zoek naar geschikte kandidaten.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 36
5.5 Totale kosten maatregelen De totale kosten voor het uitvoeren van deze vier maatregelen zijn: Maatregel Acquisitie deelnemers Aanbodgerichte maatregelen Omscholing Bijscholing TOTAAL
Kosten € 100.000 € 1.168.000 € 1.500.000 € 900.000 € 3.668.000
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 37
6. Organisatiestructuur, uitvoering en voorwaarden 6.1 Beschrijving van de organisatiestructuur Inleiding In de regio West-Brabant zijn een aantal organisaties actief op het terrein van de economische structuurversterking. REWIN (met als aandeelhouders de 18 West-Brabantse gemeenten, de gemeente Tholen en RWB) versterkt de regionale economie door bedrijven te stimuleren in WestBrabant te investeren. REWIN richt zich daarbij op clusters van bedrijven in de topsectoren logistiek, maintenance en biobased economy in de regio en ondersteunt bedrijven in die topsectoren bij de ontwikkeling van nieuwe producten, diensten of vormen van samenwerking. REWIN ziet in haar contacten met de clusters ook steeds vaker de vraag naar het aanbod van personeel in de regio aan de orde komen. Voor het versterken van het arbeidsaanbod in de regio is het regionaal platform Arbeidsmarkt (rpA) West-Brabant ingesteld. Zijn belangrijkste missie is het bevorderen van een goed functionerende arbeidsmarkt door het verbinden van lokaal en sectoraal arbeidsmarktbeleid. Het rpA is aangehaakt bij het RWB. Onder het rpA is het Werkgeverservicepunt West-Brabant actief. In het Werkgeversservicepunt zijn de werkzaamheden gebundeld van de gemeenten, UWV, de SW bedrijven. In 4 subregio ’s zijn teams actief die vanuit één aanpreekpunt, zowel actief als passief, werkgevers ondersteunen bij het vervullen van hun vacatures. Daarnaast hebben de werkgeverservicepunten de opdracht werkgelegenheid te vinden voor werkzoekenden uit de regio aan de onderkant van de arbeidsmarkt. De organisaties die zich richten op versterking van de economische structuur in West-Brabant (de vraagzijde) en de organisaties die zich richten op het aanbod hebben tot nog toe in de uitvoering slechts beperkt samen opgetrokken. Het gevolg daarvan was dat inhoudelijke ontwikkelingen in het regionale bedrijfsleven en de gevolgen daarvan voor de aard en omvang van de behoeften aan personeel nog maar nauwelijks met elkaar in verband werden gebracht. Dit is voor een belangrijk deel verklaarbaar vanuit de verschillende verantwoordelijkheden van de betreffende organisaties. Tegelijkertijd is er bij de betrokken partijen vanuit overheid, onderwijs, vakbeweging en bedrijfsleven steeds meer behoefte om ontwikkelingen op elkaar af te stemmen. Met de ontwikkeling van het Sectorplan West-Brabant is gebleken dat er sprake kan zijn van een belangrijke wederzijdse toegevoegde waarde wanneer REWIN, RWB/rpA, Werk en Vakmanschap en het Werkgeverservicepunt West-Brabant vanuit een gedeelde visie en verantwoordelijkheid gezamenlijk activiteiten oppakken. Een belangrijke beleidsmatige ondersteuning van deze ambitie is het gegeven dat de regio verwacht dat tussen 2015 en 2025 naar schatting 100.000 werknemers het arbeidsproces zullen verlaten en dat de uitstroom van het onderwijs (veel) te klein zal zijn om in de vraag om personeel die dan ontstaat te voorzien. De betrokken organisaties in de regio zullen vanuit dat perspectief gezamenlijke oplossingen moeten ontwikkelen. Het Sectorplan West-Brabant biedt mogelijkheden om de samenwerking vorm en inhoud te gaan geven. Vraagstukken die voor de ontwikkeling van de samenwerking van belang zijn, en die in de komende periode worden opgepakt, betreffen onder meer: Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 38
1. Doen de partners goede dingen op een goede manier, m.a.w. waar is verbetering mogelijk en op welke manier? 2. Hoe verhouden de ontwikkelingen en behoeften in de regio en de ontwikkelingen en behoeften in specifieke sectoren zich tot elkaar? 3. Wat zijn centrale thema’s die de regio in de komende jaren moet oppakken? 4. Hoe kan het arbeidsaanbod in en voor de regio vergroot en verbeterd worden? 5. Hoe kunnen activiteiten van de werkgeversservicepunten en van REWIN elkaar versterken? 6. Kan economische structuurversterking en acquisitie van bedrijven strategisch worden ingezet zodat ook de onderkant van de arbeidsmarkt wordt bediend? Tijdens de looptijd van het Sectorplan West-Brabant vindt uitvoering vooralsnog plaats langs de lijnen van de huidige organisaties en worden organisaties vanuit hun specifieke verantwoordelijkheden ingezet. Mede op basis van het overleg over de bovengenoemde vragen zullen in de periode 2016 - 2017 partijen naar elkaar toe groeien en hun werkzaamheden in toenemende mate op elkaar afstemmen vanuit hun gezamenlijke ambities voor de regio WestBrabant. Gelet op bovenstaande ontwikkeling is REWIN bereid om als aanvrager van het Sectorplan WestBrabant op te treden. De centrale uitvoering en coördinatie van het sectorplan is belegd bij het RWB. Vanuit het RWB zal een structuur worden opgezet die bestaat uit de volgende elementen: Stuurgroep sectorplan regio West-Brabant. Deze stuurgroep bestaat uit een vertegenwoordiger van REWIN (aanvrager), RWB en de gemeente Bergen op Zoom (respectievelijk coördinator en initiatiefnemer), Werk & Vakmanschap, BZW en FNV. De bewaakt de algehele uitvoering van het project in relatie tot het ingediende sectorplan. De stuurgroep vergadert eens per 3 maanden. Vanuit de stuurgroep worden de verschillende achterbannen , waaronder de Stuurgroep Economische Structuurversterking, op de hoogte gehouden van de stand van zaken in het sectorplan. Kerngroep sectorplan regio West-Brabant. De kerngroep bestaat uit een vertegenwoordiger van de stuurgroep, twee vertegenwoordigers van de meest betrokken gemeenten Bergen op Zoom en Woensdrecht, twee vertegenwoordigers van de betrokken bedrijven, twee vertegenwoordigers van de uitvoerders, een vertegenwoordiger van BZW en een vertegenwoordiger van FNV. De kerngroep vergadert eens per maand. RWB is voorzitter en secretaris van de kerngroep. Voor de uitvoering van het sectorplan worden zowel de eigen organisatie van de partners ingezet, als de externe organisaties . Waar het de eigen organisatie van de partners betreft, kan het onder meer gaan om personeel van de aangesloten partners van het Werkgeversservicepunt West-Brabant, het RWB , Werk en Vakmanschap en leden van het rpA . Wanneer externe organisaties worden ingeschakeld, worden hierbij de gebruikelijke regels en voorwaarden rond offerteprocedures en aanbestedingen voor het inschakelen van derden in acht genomen. Werkzaamheden waarvoor Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 39
externe organisaties zullen worden ingeschakeld, hebben onder meer betrekking op opleiding en scholing, werving van deelnemers, diverse voortrajecten, jobcoaching en begeleiding, etc. In de beschrijving van de Administratieve Organisatie en de Interne Controle (AO/IC) die, voorafgaand aan de uitvoering van het sectorplan wordt opgesteld, dat wil zeggen voor 1 januari 2016, wordt e.e.a. uitgewerkt. In de AO/IC wordt inzicht gegeven in de eisen en voorwaarden van de subsidieregeling en in de manier waarop RWB voorzieningen treft om te waarborgen dat haar administratie van de maatregelen aan deze eisen en voorwaarden zal voldoen. Voor het sectorplan wordt een projectleider benoemd. Deze projectleider is verantwoordelijk voor alle inhoudelijke en administratieve aspecten van het project. De projectleider legt verantwoording aan de Stuurgroep. 6.2 Beschrijving van de uitvoering en voorwaarden In dit onderdeel van het sectorplan wordt beschreven hoe een volledig, correcte en gestructureerde projectadministratie tot stand wordt gebracht en gehouden. Het volgen van de juiste procedures, instructies en voorwaarden zijn essentieel om een juiste administratieve uitvoering van het sectorplan te verzekeren, dan wel om een goed inzicht in de voortgang en de kwaliteit van het sectorplan te behouden. REWIN is hoofdaanvrager van het sectorplan West-Brabant. Regio West Brabant (RWB) is hoofduitvoerder. Alle deelnemende partijen aan het samenwerkingsverband zullen de informatie die nodig is om een juiste projectadministratie te voeren tijdig en volledig aan hoofdaanvrager/projectleider ter beschikking stellen. In onderstaand overzicht worden per onderdeel de standaard processen voor de uitvoering van het sectorplan toegelicht. Deze processen zijn niet onderhevig aan het regelingenkader van de subsidieregeling Cofinanciering Sectorplannen. Mocht op een standaard proces een aanvulling nodig zijn om te kunnen voldoen aan de vereisten voortvloeiend uit de subsidieregeling, dan is het aanvullend proces uitgewerkt in de betreffende procesbeschrijvingen behorend bij de afzonderlijke maatregelen (deelprojecten). Inkoopproces RWB kent een gecontroleerd inkoopproces dat wordt gehanteerd bij het inkopen van diensten en producten voor projecten & duurovereenkomsten. In dit proces zijn de kaders benoemd waarbinnen de inkoop moet plaatsvinden en welke stappen worden doorlopen om tot een opdrachtverlening te komen. Naast het gecontroleerd inkoopproces is ook een proces gedefinieerd voor de inhuur van externe uitvoerders voor de uitvoering van de deelprojecten. Doel van dit proces is te kunnen voldoen aan de marktconformiteitseisen zoals gesteld in de “Leidraad Regeling Cofinanciering Sectorplannen Projectadministratie” en in de “Regeling cofinanciering sectorplannen 2015”. In de leidraad wordt ingegaan op de mogelijke wijze van aantonen van de marktconformiteit, echter er worden geen specifieke richtlijnen gesteld. RWB heeft ervaring met gesubsidieerde projecten en heeft daarom gekozen om, voor de selectie van de externe uitvoerders bij de maatregelen, altijd een openbare en transparante offerteprocedure te hanteren. Hierbij geldt dat als de opdracht die wordt uitbesteed het drempelbedrag van € 50.000,– te boven gaat, in ieder geval drie offertes worden opgevraagd. De publicatie van de bestekken verloopt via de website www.aanbestedingskalender.nl. De aanbestedingsregels zijn echter niet van toepassing op de offerteprocedures. Het inkoopproces Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 40
wordt afgerond met het verstrekken van een opdracht. Uitgestuurde opdrachten en eventuele aanvullingen daarop worden gearchiveerd. Financieel Het samenwerkingsverband huurt bij een groot deel van de uitvoering van de maatregelen uit het sectorplan externe uitvoerders in. Ook worden externe scholingstrajecten ingekocht. De facturatie, mandatering en betaling verlopen volgens de standaard processen De mandaatregeling maakt onderdeel uit van het financiële proces. Na toewijzing van het project zal in de mandaatregeling worden ingegaan op het aangaan van een verplichting, het afhandelen van facturen en de betaling van facturen. Urenregistratie De uren die, voor zover van toepassing, worden gemaakt in het kader van de uitvoering van het sectorplan worden door middel van urenregistratie bijgehouden. Hiervoor zal een administratieve urenregistratie worden ingericht. Dossiervorming, bewaarplicht en archiefstructuur RWB voert een digitale projectadministratie voor het sectorplan West-Brabant. Hiervoor worden de documenten digitaal ontvangen, opgeslagen en gearchiveerd. Een digitaal projectdossier betekent dat op het vlak van Back-up/Recovery van digitale data, een proces moet zijn ingericht. In het proces moet zijn gewaarborgd dat de projectadministratie voor een langere periode beschikbaar en te raadplegen is. In de regeling Cofinanciering Sectorplannen, specifiek in de Leidraad Regeling Cofinanciering Sectorplannen, staan de vereisten m.b.t. de bewaarplicht vermeld. RWB dient alle administratieve bescheiden die betrekking hebben op het sectorplan West-Brabant gedurende een periode van vijf jaren te bewaren. De vijfjaarsperiode wordt gerekend vanaf de datum van de subsidievaststelling na afloop van de maatregelen in het sectorplan. De projectleider zal er op toezien dat de gehele digitale projectadministratie bewaard blijft conform de voorgeschreven vereisten. De projectadministratie wordt digitaal gearchiveerd binnen de huidige ICT-systemen.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 41
Bijlage 1 Begroting (deze wordt afzonderlijk ingediend)
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 42
Bijlage 2 Specificatie maatregelen sectorplan West-Brabant Maatregelen gericht begeleiding en bemiddeling naar een nieuwe baan
Maatregel 1 Acquisitie deelnemers Activiteit regeling
Artikel regeling
Begeleiding en bemiddeling richting een nieuwe baan in een ander of hetzelfde beroep bij een andere werkgever -
Van werk naar een ander beroep Van werk naar hetzelfde beroep Vanuit de WW naar een ander of hetzelfde beroep Van overig naar een ander of hetzelfde beroep
Knelpunt
Er zijn verschillende manieren waarop werkgevers en werkzoekenden met elkaar in contact kunnen komen in de regio West-Brabant. Zo zijn de verschillende werkgevers servicepunten gespecialiseerd in het matchen van gemotiveerd lager en middelbaar opgeleid personeel. Waar de werkgevers servicepunten echter niet toereikend in voorzien, is het creëren van fysieke ontmoetingsplaatsen waar werkgevers en werkzoekenden elkaar kunnen ontmoeten.
Omschrijving maatregel
Het basisplatform voor de acquisitie van deelnemers wordt een website, waar alle overige uitingen naar verwijzen. Naast duidelijke (wervende) tekst en uitleg voor geïnteresseerden kan dit tevens een portal-functie bieden voor stakeholders, participanten en werkgevers die zich willen presenteren. Alle andere uitingen (van social media, commercials/filmpjes/virals, advertenties, een themakrant of ander drukwerk) verwijzen en/of leiden naar deze portal, waar mensen zich eventueel ook kunnen (aan)melden voor meer informatie, een (kennismakings)gesprek, etc. De verschillende uitingen moeten gericht doelgroepen aanspreken en kunnen qua ‘tone of voice’ (aanspreekstijl) onderling verschillen. Een werkgever of bestuurder benader je anders dan een schoolverlatende MBO'er. Het zwaartepunt van het tijdspad ligt aan het begin. Juist dan moet dit initiatief zo spoedig mogelijk wereldkundig worden gemaakt. Daarna is het met name een kwestie van strategisch in beeld blijven en eventueel inspringen op ontwikkelingen. Een en ander wordt zo veel mogelijk in een campagne- en contentplan gevat. Dat plan moet wel enige ruimte houden (ook budgettair) voor het inspelen op actualiteiten.
Doelstelling
Het acquireren van potentiele kandidaten voor de moeilijk vervulbare vacatures
Doelgroep
Werkzoekenden en werkgevers in de regio West-Brabant
Aantal toepassingen
8 toepassingen: Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 43
1) Website Het meest flexibele communicatieplatform is natuurlijk een website. Hier kun je algemene uitleg geven aan je doelgroep en deze aanpassen of aanvullen wanneer ontwikkelingen en mogelijkheden wijzigen. Het is dus zaak dat het onderhoud gedurende het traject goed en snel gebeurt. Je zorgt met actuele content dat de site interessant blijft en gebruikt deze tevens om (direct) contact met mensen te onderhouden. Men moet zich er kunnen melden wanneer er serieuze interesse is voor werken in de techniek bijvoorbeeld maar we willen ook algemener kunnen uitnodigen voor onder meer een beurs of kennismaking (open dag) bij een bedrijf. De site kan bij gebleken interesse tevens een portal vormen voor stakeholders en werkgevers in de regio, die een eigen pagina krijgen waar zij zich nader kunnen voorstellen of zelfs vacatures kunnen aanbieden. 2) Social media Via social media bereik je allang niet meer alleen jongere mensen, al is dat nog steeds een hele grote doelgroep. Deze kanalen worden deels gekoppeld aan de website maar hebben ook eigen content, bedoeld om veel mensen te informeren over het initiatief, de mogelijkheden en om ze naar de website te leiden bij gebleken interesse. Om dit tot een succes te maken en snel een groot publiek te bereiken is conversie genereren erg belangrijk. Daarvoor zijn tools die zorgen dat er snel een serieus aantal ‘volgers’ is, waardoor de beoogde boodschap, mededelingen en eventuele uitnodigingen (o.a. voor beurzen op een open dag) snel en gericht bij de doelgroep terecht komen. Vervolgens is geregeld concreet inhoudelijk onderhoud (zorgen voor de juiste en voldoende content) erg belangrijk om de band met die doelgroep te versterken en vergroten. 3) Viral filmpje(s) Als ondersteuning van het snel vergroten van het bereik is het maken van ‘virals’ zeer effectief gebleken, mits goed uitgevoerd natuurlijk. We willen een aansprekend filmpje maken dat op de site moet komen maar vooral ook via de social media kanalen veel mensen aanspreekt. Vanzelfsprekend zit er een call-to-action aan verbonden: mensen zo veel mogelijk de website laten bezoeken. Een goed filmpje krijgt, afhankelijk van de inhoud, zeker veel aandacht van grote doelgroepen. 4) Themakrant Met een huis-aan-huiskrant bereik je veel adressen. De lezers ervan zijn qua leeftijdsgroep veelal 30+ en dat vult het bereik via internet mooi aan. In zo’n krant aansprekende redactionele stukken die lezers inspireren. Denk aan mensen die een (nieuwe) carrière vonden in de techniek, werkgevers die vertellen wat ze zoeken én wat ze bieden maar ook politici en bekende gezichten uit de regio die vertellen over hoe mooi het is in deze sector. Of we laten een burgemeester eens een dagje meelopen met een techneut; levert ook goed materiaal op om elders campagnematig in te zetten. In andere redactionele stukken leggen we uit wat voor (omscholings)mogelijkheden er zijn voor werkzoekenden, liefst met een aansprekend interview/praktijkvoorbeeld er bij. Eventueel kunnen werkgevers er vacatures in plaatsen, dat geeft lezers nog meer een beeld van de kansen die er liggen. Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 44
5) Advertenties (ook online) De Kracht van de Herhaling! Daarmee zorg je gedurende het traject in beeld te blijven bij de doelgroep. Dat kan met advertenties (al zijn die prijzig), bijvoorbeeld in goed gelezen huis-aan-huisbladen maar zeker ook met banners online of zelfs billboards. Er zijn meerdere partijen die dit ook beide aanbieden en hierdoor een voordeliger dan wel effectiever totaalpakket kunnen aanbieden. 6) Promotiemateriaal Er zijn volop gelegenheden en locaties waar je in beeld wilt komen, van een school tot een beurs bijvoorbeeld maar ook op de verschillende vestigingen van stakeholders en in dit project participerende partijen. Dat kan door er de themakrant weg te leggen en met posters, flyers, give-aways (de spreekwoordelijke bedrukte pennen) of bijvoorbeeld een rolbanner. 7) Beurzen Om het contact met de doelgroep persoonlijker te maken is het van belang om ze ook direct (aan) te spreken. Het is enerzijds een optie om zelf een of twee beurzen te organiseren maar er kan natuurlijk ook worden aangehaakt bij bestaande initiatieven. Dat scheelt in (gedeelde) kosten, er is al een zekere bekendheid en publiek en je vergroot zo je draagvlak en netwerk, waarmee wederom het bereik toeneemt. Ook binnen zo’n samenwerkingsverband zijn er mogelijkheden om, naast een eigen stand, ruimte te creëren voor werkgevers die zich willen presenteren en wellicht zelfs inspirerende sprekers of andere sessies aan te bieden. 8) Krachten bundelen/netwerken koppelen De verschillende uitingen kunnen vanzelfsprekend een verlengstuk zijn van de deelnemende partijen, stakeholders en bijvoorbeeld werkgevers maar we zien dit ook graag andersom. We zetten er op in dat gemeentes en andere participerende (semi-)overheid, het bedrijfsleven, vakbeweging, belangenorganisaties, dienstverleners, maar bijvoorbeeld ook onderwijs en opleidingscentra onze boodschap actief ‘delen’, zowel online als offline. Het voor dit sectorplan te creëren platform moet alle partners en hun contacten tevens samen brengen. We gaan dus actief verbintenissen en aansluiting zoeken bij bestaande, succesvolle initiatieven zoals ook Werk en Vakmanschap dat met succes doet. Te denken valt aan doelgroepgericht aansluiten bij initiatieven als de Week van de Techniek / Dutch Technology Week of een High Tech Ontdekkingsroute. De bijbehorende kosten vallen verdeeld onder de hieronder genoemde stelposten. Verwachte resultaten
Kosten en financiering
Het verwachte resultaat van deze maatregel is dat 1.280 deelnemers worden bereikt. 1) 2) 3) 4) 5)
Website + onderhoud 2 jaar Social media + onderhoud/ conversie genereren 2 jaar Viral filmpje(s) Themakrant (redactie/opmaak, drukken verspreiden) Advertenties (ook online) 2 jaar
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 45
€ 10.000 € 15.000 € 10.000 € 20.000 € 20.000
6) Promotiemateriaal (posters, flyers, give-aways) 7) Beurzen
€ 10.000 € 15.000
Totaal € 100.000 Planning
De maatregel start bij aanvang van de uitvoering van het sectorplan. Doel is om in het eerste jaar van uitvoering 800 personen te acquireren 480 in het tweede uitvoeringsjaar.
Uitvoering
Deze maatregel wordt uitgevoerd door externe partijen
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 46
Maatregel 2: Aanbodgerichte activiteiten Activiteit regeling
Artikel regeling
Begeleiding en bemiddeling richting een nieuwe baan in een ander of hetzelfde beroep bij een andere werkgever -
Van werk naar een ander beroep Van werk naar hetzelfde beroep Vanuit de WW naar een ander of hetzelfde beroep Van overig naar een ander of hetzelfde beroep
Knelpunt
Werkzoekenden en met ontslag bedreigde werknemers die jarenlang in een specifieke sector hebben gewerkt en daar een specifieke functie hadden, weten vaak niet waar zij met de daar opgedane kennis, expertise en vaardigheden nog meer terecht kunnen. Ook voor werkgevers is het op basis van alleen een cv en een gesprek vaak niet duidelijk of een kandidaat geschikt is voor de functie. Er dienen dan ook meerdere (voor)trajecten te worden doorlopen een werkzoekende geschikt te krijgen voor een vacature, jobcoaching te worden aangeboden en een infrastructuur te worden opgezet.
Omschrijving maatregel
Deze maatregel bestaat uit drie onderdelen: 1. Voortrajecten Om dit knelpunt aan te pakken worden met de werkzoekenden verschillende voortrajecten doorlopen. Hieruit kan worden gekozen uit bijvoorbeeld één van onderstaande (niet-limitatieve) trajecten: 1. Loopbaanadvies. Er worden loopbaanadvies- en coachingstrajecten georganiseerd op basis van maatwerk voor mensen die ondersteuning nodig hebben in hun loopbaan en/of hun persoonlijk functioneren 2. In kaart brengen competenties. Van werkzoekenden met (ruime) werkervaring maar zonder de benodigde diploma’s of certificaten worden hun competenties in kaart gebracht. 3. Capaciteitstest. Voor vacatures waar een bepaalde capaciteit voor nodig is worden specifieke capaciteitstesten aangeboden aan potentiele kandidaten. 4. Portfolio. Werkzoekenden en potentiele kandidaten zonder krijgen de mogelijkheid om een uitgebreid cv en een portfolio op te bouwen, waardoor zij beter zichtbaar worden voor een werkgever 2. Jobcoaching Bij deze maatregel krijgen alle deelnemers aan op maat gemaakt coachingsen begeleidingstraject. Deze begeleiding bestaat uit een aantal adviesgesprekken en begeleiding bij sollicitatieprocedures. Daarbij wordt zo veel mogelijk aangesloten bij de kennis, ervaring en vaardigheden van de kandidaten. Op deze manier wordt deze categorie een reëel perspectief geboden om in te stromen op de arbeidsmarkt. 3. Infrastructuur Het uitgangspunt bij de maatregelen is dat er 4x zoveel kandidaten Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 47
gesproken zullen worden om 320 vacatures op te vullen. 1.280 deelnemers krijgen daarmee de kans n om gebruik te maken van de maatregelen. Het startpunt van het sectorplan ligt bij het acquireren van 1.280 potentiele deelnemers door middel van een gerichte acquisitie. Het Werkgeversservicepunt speelt hierbij een belangrijke rol maar ook andere organisaties zoals Werk en Vakmanschap en commerciële uitzendbureaus kunnen hiervoor worden ingeschakeld. Voor de sector logistiek zal een specifiek initiatief worden gestart vanuit bedrijven in de sector. Alle deelnemers behoren tot doelgroepen die zijn genoemd in de regeling. Het is de verwachting dat ongeveer de helft na een eerste ronde afvalt. De 640 overgebleven kandidaten komen in een voortraject. In dit voortraject wordt met behulp van een aantal gerichte instrument beoordeeld of de kandidaat past bij een van de aangeboden vacatures. De verwachting is dat ook hier ongeveer de helft afvalt. Uiteindelijk blijven dan uiteindelijk 320 kandidaten over die in contact worden gebracht met de betrokken werkgevers. Dit is een continu proces waarbij niet alle kandidaten in 1 x worden geworven, maar de regio streeft naar een werkproces die door ervaring met het plaatsen van de 320 kandidaten, een duurzame zal zijn. Voorafgaand aan plaatsing met als doel deze kandidaten daadwerkelijk in te laten stromen in een functie zijn een aantal vervolgstappen nodig. Afhankelijk van de specifieke eisen en verwachtingen van de betrokken werkgever en de beschikbare functie wordt beoordeeld welke aanvullende scholing en begeleiding voor de kandidaat noodzakelijk is. De betreffende kandidaten krijgen een op maat gemaakt coaching- en begeleidingstraject aangeboden en volgen een om- of bijscholingstraject. Na afronding van deze trajecten zijn de deelnemers voldoende gekwalificeerd voor de vacatures en kunnen zij door de werkgever worden aangenomen. De regio West-Brabant kiest hiermee voor een integrale aanpak waarbij vraag en aanbod op een efficiënte en effectieve manier op elkaar worden afgestemd. Door een gerichte werkwijze waarbij vacatures inzichtelijk worden gemaakt en potentiele kandidaten via de juiste trajecten van werk(loosheid) naar werk worden begeleid biedt het sectorplan een oplossing voor zowel werknemers of werklozen op zoek naar (een nieuwe baan) als werkgevers op zoek naar geschikte kandidaten. De hier beschreven werkwijze wordt via de hierna beschreven maatregelen uitgevoerd.
Doelstelling
Doelstelling van deze maatregel is om 320 deelnemers te plaatsen
Doelgroep
Werkzoekenden
Aantal toepassingen
320
Verwachte resultaten
320 kandidaten worden geplaatst bij een werkgever
Kosten en financiering
De kosten per traject bedragen ca. € 3.650. Bij 320 toepassingen zijn de totale kosten € 1.168.000. Deze kosten worden vanuit de regio al sinds jaar en dag, ook in diverse projecten waarbij het Ministerie van Sociale Zaken betrokken Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 48
is, als lumpsum bedrag met een succesfee, met de uitvoerders verrekend. Planning
De maatregel start bij aanvang van de uitvoering van het sectorplan. Doel is om in het eerste jaar van uitvoering 200 personen te laten deelnemen aan de trajecten en 120 in het tweede uitvoeringsjaar.
Uitvoering
Deze maatregel wordt uitgevoerd door de Regio West-Brabant in nauwe samenwerking met het UWV en de Werkgevers servicepunten. Daarnaast zullen externe partijen zullen worden gevraagd om de trajecten uit te voeren.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 49
Maatregelen gericht op scholing
Maatregel 3 Omscholing Activiteit regeling
Omscholing
Artikel regeling
-
Van werk naar een ander beroep Van overig naar een ander of hetzelfde beroep Vanuit een uitkering naar een ander of hetzelfde beroep
Knelpunt en motivatie aantal deelnemers
Diverse werkgevers in de regio West-Brabant, met name in de sectoren maintenance en luchtvaartonderhoud, geven aan dat vacatures moeilijk gevuld kunnen worden. Grootste knelpunt hierbij is het gebrek aan voorkennis en opleiding van de kandidaten die reageren op de openstaande vacatures.
Omschrijving maatregel
Door het bieden van gerichte algemene opleidingen worden potentiele kandidaten die niet voldoen aan de gestelde eisen van de werkgever geschikt gemaakt voor de vacatures. Veelal hebben kandidaten wel de juiste vooropleiding genoten maar op een lager niveau, of zonder die specifieke modules te hebben gevolgd die nodig zijn voor de baan. Door deze personen om te scholen via een algemene opleiding zijn zij voor de werkgever interessante kandidaten.
Doelstelling
200 werkloze kandidaten een omscholingstraject aan te bieden, waardoor zij geschikte kandidaten worden voor de gevraagde vacatures
Doelgroep
Doelgroep zijn deelnemers met relevante werkervaring die door omstandigheden hun baan zijn kwijtgeraakt. Op basis van hun werkervaring komen zij in aanmerking voor een omscholingstraject.
Aantal toepassingen
200
Verwachte resultaten
Na afloop van deze maatregel hebben 80 deelnemers een omscholingstraject gevolgd. Hierdoor zijn zij gekwalificeerd voor de gevraagde vacatures.
Kosten en financiering
Een algemene opleiding in de sector maintenance en logistiek kost gemiddeld € 7.500. Bij 200 deelnemers bedragen de totale kosten € 1.500.000.
Planning
De maatregel start bij aanvang van de uitvoering van het sectorplan. Doel is om in het eerste jaar van uitvoering 120 personen te laten deelnemen aan de omscholingstrajecten en 80 in het tweede uitvoeringsjaar.
Uitvoering
Deze maatregel wordt uitgevoerd door de Regio West-Brabant in nauwe samenwerking met diverse opleiders in (met name) de maintenance sector.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 50
Maatregel 4: Bijscholing Activiteit regeling
Bijscholing
Artikel regeling
- Vanuit de WW naar een ander of hetzelfde beroep - Van overig naar een ander of hetzelfde beroep - Van werk naar hetzelfde beroep Diverse werkgevers in de regio West-Brabant, met name in de sectoren maintenance en luchtvaartonderhoud, geven aan dat vacatures moeilijk gevuld kunnen worden. Grootste knelpunt hierbij is het gebrek aan voorkennis en opleiding van de kandidaten die reageren op de openstaande vacatures. In de maintenance sector zijn veel werknemers werkzaam met veel kennis en ervaring. Toch ontbreekt het vaak aan die specifieke kennis en expertise die nodig is om door- of in te stromen op een complexere functie.
Knelpunt en motivatie aantal deelnemers
Omschrijving maatregel
Door het bieden van gerichte algemene bijscholing worden potentiele kandidaten die niet voldoen aan de gestelde eisen van de werkgever geschikt gemaakt voor de vacatures. Veelal hebben kandidaten wel de juiste vooropleiding genoten maar op een lager niveau, of zonder die specifieke modules te hebben gevolgd die nodig zijn voor de baan. Door deze personen bij te scholen via een algemene opleiding zijn zij voor de werkgever interessante kandidaten.
Doelstelling
120 met werkloosheid bedreigde werknemers een bijscholingstraject aan te bieden, waardoor zij geschikte kandidaten worden voor de gevraagde vacatures
Doelgroep
Doelgroep zijn met werkloosheid bedreigde werknemers die door omstandigheden hun baan dreigen kwijt te raken. Op basis van hun specifieke situatie komen zij in aanmerking voor een bijscholingstraject.
Aantal toepassingen
120
Verwachte resultaten
Na afloop van deze maatregel hebben 140 met werkloosheid bedreigde werknemers een bijscholingstraject gevolgd. Hierdoor zijn zij gekwalificeerd voor de gevraagde vacatures. Op deze manier blijven zij betrokken bij het arbeidsproces en wordt voorkomen dat zij werkloos worden en aanspraak moeten maken op een ww-uitkering.
Kosten en financiering
Een algemene opleiding kost gemiddeld € 7.500. Bij 120 deelnemers bedragen de totale kosten € 900.000
Planning
De maatregel start bij aanvang van de uitvoering van het sectorplan. Doel is om in het eerste jaar van uitvoering 80 personen te laten deelnemen aan de bijscholingstrajecten en 40 in het tweede uitvoeringsjaar.
Uitvoering
Deze maatregel wordt uitgevoerd door de Regio West-Brabant in nauwe samenwerking met diverse opleiders in (met name) de maintenance sector.
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 51
Bijlage 2 Intentieverklaringen Sectorplan West-Brabant
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 52
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 53
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 54
Sectorplan Regio West-Brabant – Juli 2015 55