Schoolplan 2014 - 2018 Don Bosco College, Volendam
“Ambitieus in een veilige omgeving”
25 november 2014
1
Inhoud Voorwoord ................................................................................................................................................. 3 1.0
Missie en visie................................................................................................................................. 4
1.1
Kernwaarden .................................................................................................................................. 5
2.0.
Strategische doelstellingen DBC ..................................................................................................... 6
2.2
Strategische doelen ........................................................................................................................ 7
3.0
Uitwerking van de strategische doelen .......................................................................................... 8
3.1. Werken vanuit een waarden-georiënteerde onderwijsvisie om leerlingen voor te bereiden op een succesvolle eigen plek in de maatschappij .......................................................................................... 8 3.2. Gekoppeld aan een structuur van leerlingbegeleiding die in toenemende mate een geïntegreerde functie in het onderwijsproces krijgt .................................................................................. 9 3.3. Uitgevoerd door professionele, inspirerende docenten (medewerkers) die leerlingen uitdagen en die zich blijvend ontwikkelen. ............................................................................................................. 10 3.4.
Georganiseerd door teams die binnen secties en afdelingen planmatig samenwerken. ............ 11
3.5. Ondersteund door een systeem van kwaliteitszorg dat data oplevert waarmee gericht gestuurd kan worden op geformuleerde doelen. ................................................................................................... 11 3.6. Aangestuurd door een managementteam dat planmatig stuurt op de kwaliteit van medewerkers en op resultaten binnen de organisatie ........................................................................... 12 3.7. Gekenmerkt door een organisatiecultuur waar taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden duidelijk zijn omschreven en laag zijn belegd. ......................................................................................... 13 3.8. En waar verantwoording wordt afgelegd via een gesprekkencyclus waarin persoonlijke doelen en organisatiedoelen worden verbonden. ............................................................................................... 14 3.9. Ondersteund door een efficiënte, gezonde, transparante organisatie en (meerjaren) financiële exploitatie................................................................................................................................................. 14 3.10. In een gebouw dat kwalitatief en kwantitatief is toegerust om de strategische doelen te realiseren. ................................................................................................................................................. 15 4.0.
uitgewerkte voorstellen op basis van de strategische doelen ..................................................... 16
5.0.
afsluiting ....................................................................................................................................... 27
Bijlage 1: de sectieplannen....................................................................................................................... 29 Bijlage 2. De leerlingprognoses ................................................................................................................ 43
2
Voorwoord Het Don Bosco College staat bekend als een goede school. Ons imago wordt gekenmerkt door bovengemiddelde resultaten, goed onderwijs, een excellente leerlingbegeleiding, een gestroomlijnde organisatie en bovenal goede docenten. De docenten hebben hart voor de leerlingen en ze spannen zich in om de talenten van leerlingen optimaal te ontwikkelen. De recente geschiedenis van de school lijkt te worden gekenmerkt door groei. Groei van de kwaliteit, groei van het aantal leerlingen en groei van het aantal personeelsleden. Op onderdelen zijn ook tegenbewegingen waar te nemen. De groei in kwaliteit is niet op alle terreinen stabiel te noemen. Het rendement onderbouw stijgt, de slagingspercentages zijn over de hele linie stabiel maar wisselen per opleiding. De examenresultaten stijgen enigszins en de leerlingenzorg vertoont een stijgende lijn. Daartegenover fluctueert de tevredenheid van leerlingen in bepaalde domeinen, het aandeel van de vwo-leerlingen stagneert, het rendement van de bovenbouw havo/vwo neemt af en het percentage leerlingen in de beroepsgerichte leerweg daalt. Bovendien is er sprake van ruimtegebrek, waardoor de leerlingengroei niet adequaat kan worden opgevangen in het huidige gebouw. In dit schoolplan willen we de stijgende lijn van goed naar steeds beter voor ogen houden. Dat vraagt om een voortdurende bezinning op de korte en de lange termijndoelen, om een regelmatige evaluatie van resultaten en om het maken van keuzes. De uitgangspunten bij het maken van die keuzes vormen de missie, visie en kernwaarden van de school. Daarnaast is een analyse van de huidige situatie van belang om te kunnen bepalen waar we goed in zijn, wat beter kan of beter moet. In de analyse beoordelen we de sterke maar ook de zwakke punten van de interne organisatie én de ontwikkelingen vanuit de omgeving. Tot de externe factoren die van invloed zijn op het functioneren van de school behoren in ieder geval de kaders, eisen en wensen die de diverse belanghebbenden zoals de Rijksoverheid, de besturenorganisatie, ouders en de maatschappij ons stellen. De belangrijkste interne factoren die invloed hebben op ons beleid zijn: de huisvestingsproblematiek, de aansturing en organisatie, het imago en het rendement van de havo/vwo-afdeling , het financiële meerjarenbeleid, het formatie meerjarenbeleid, het taakbeleid en het scholingsbeleid. De belangrijkste externe factoren die invloed hebben op ons beleid zijn: de hogere exameneisen aan kernvakken, de grote instroom van leerlingen, de invoering Wet Passend Onderwijs, de rekentoets, de referentieniveaus taal, opbrengst gericht werken, de nieuwe examenprogramma’s vmbo en extra aandacht voor excellentie. Het uitzetten van beleid is geen eenvoudige opgave. Vanuit onze missie, visie en kernwaarden, rekening houdend met de sterke en zwakke kanten van de school en uitgedaagd door de maatschappelijke opdracht die aan ons is gegeven, zullen we doelen formuleren waaraan we de komende vier jaar willen werken. De doelen kunnen alleen verwezenlijkt worden binnen bepaalde condities. Ook die condities worden geformuleerd. In dit strategisch beleidsplan worden de strategische doelen en de condities globaal aangegeven. Vooraf gegaan door een korte inleiding / verantwoording worden de doelen geformuleerd die in een later stadium verder worden uitgewerkt in specifieke beleidsplannen. De doelen zullen bovendien richtinggevend zijn voor het opstellen van een kaderbegroting, waarin de financiële kaders en financiële ruimte worden aangegeven. 25 november 2014
I. Schermer Waarnemend rector
3
1.0
Missie en visie begeleiding wordt aangeboden aan leerlingen die extra zorg nodig hebben bij sociaalemotionele of ernstige leerproblemen.
Missie Het Don Bosco College wil zijn leerlingen opvoeden en opleiden tot kansrijke, evenwichtige, sociaal bewogen mensen, conform de onderstaande doelstellingen. Het Don Bosco College wil herkenbaar zijn voor zowel de lokale als regionale bevolking. We zijn aanspreekbaar als opvoeder en opleider.
Pedagogisch-didactische aanpak Differentiatie vormt het uitgangspunt voor wat betreft inhoud, tempo, werkvorm, vakdidactiek en toetsing. Het vergaren van kennis, het leerproces, het toepassen van vaardigheden, het leggen van verbindingen naar de eigen praktijk en het hanteren van evaluatie en reflectie zijn van belang. Er wordt aandacht besteed aan de positieve belangstelling voor leerlingen, het actief leren, de zorg voor een goed werkklimaat, de structuur in de opbouw van de les en controle op de voortgang van de prestaties van leerlingen.
Doelstelling Het onderwijs is gericht op een brede ontwikkeling van elke leerling, waarbij recht wordt gedaan aan de eigen, potentiële mogelijkheden. Het onderwijs kwalificeert de leerling tot een zo ruim mogelijke deelname aan het vervolgonderwijs en tot een verantwoorde deelname aan het maatschappelijke en culturele leven. Het onderwijs is zo ingericht dat leerlingen worden uitgedaagd om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen leerproces en voor het eigen handelen, opdat zij zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige, creatieve mensen.
School en opvoeding Het DBC heeft een specifieke taak in het opvoedingsproces met een eigen verantwoordelijkheid. De school richt zich op christelijke waarden en normen die bijdragen tot een veilig en hartelijk klimaat, waarin leerlingen, docenten en andere personeelsleden elkaar respecteren en waarderen. Hier wil de school aansluiten bij de verantwoordelijkheid van ouder(s)/verzorger(s) en waar nodig met hen samenwerken.
Visie : Een brede scholengemeenschap Het DBC wil een brede scholengemeenschap zijn die aan leerlingen optimale mogelijkheden biedt om het type onderwijs te volgen dat bij hen past.
Organisatie De organisatie op het DBC wordt gekenmerkt door professionaliteit en efficiëntie, waarbij de taken uitgevoerd en geëvalueerd worden op basis van een duidelijke functieomschrijving. Naast de verantwoordelijkheid van de directie voor het geheel, zijn binnen de eigen functie de leden zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit, de evaluatie en de maatregelen ter verbetering van het werkgebied.
Brede ontwikkeling Het DBC is in de eerste plaats gericht op leerprocessen. Daarnaast zijn morele vorming, persoonlijkheidsvorming, sociale vorming en kritische meningsvorming belangrijke aandachtsgebieden. Het wereldburgerschap van leerlingen dient niet alleen in theorie, maar ook in een daadwerkelijke interactie met verschillende culturele uitingen en de internationale gemeenschap, met name de Europese, plaats te vinden.
Leiding De schoolleiding geeft sturing aan het onderwijs- en personeelsbeleid, waarbij gestreefd wordt naar een hoge mate van medeverantwoordelijkheden van personeelsleden. De communicatielijnen zijn helder geformuleerd. De communicatie vindt plaats op basis van duidelijke afspraken tussen de verschillende groeperingen van de school. De competenties van docenten, afdelingsleiders, coördinatoren en nietonderwijzend personeel zijn afgestemd op de doelstellingen en uitgangspunten van de school.
Leerlingbegeleiding Binnen het DBC wordt op vele manieren professionele begeleiding aangeboden. De les, het mentoraat, de afdelingsleiding en het decanaat vormen de pijlers voor een intensieve begeleiding van alle leerlingen op het gebied van leerprocessen, leerproblemen, sociaal-emotionele vorming en keuzebegeleiding. Specifieke
4
1.1
Kernwaarden
Vertrouwen
je veilig voelen een relatie durven aangaan een positief zelfbeeld bevorderen openheid en transparantie nastreven duidelijke afspraken en procedures maken open communiceren met ruimte voor wederzijdse feedback respect geven
Resultaatgericht doelen, ambities en kwaliteit in heldere opbrengsten beschrijven resultaten bespreken en evalueren feedback geven en vragen Verantwoordelijkheid de persoonlijke bijdrage van de leerling aan de eigen ontwikkeling vergroten de leerling kwalificeren tot een zo ruim mogelijke deelname aan het vervolgonderwijs de leerling voorbereiden op maatschappelijke participatie ontwikkelingsgericht groei in kennis en vaardigheden bevorderen groei in morele-, sociale- en persoonlijkheidsvorming bevorderen ruimte bieden voor talenten Aandacht
erkenning dat elke leerling een volwaardig deelnemer is aan het leer- en vormingsproces aan welbevinden en tevredenheid werken erkenning van de eigenheid van de ander maatwerk aan groepen en individuen bieden
gewaardeerd worden om wie je bent en wat je kunt bevorderen van motivatie
hoge doelen en verwachtingen uitspreken leerlingen uitdagen om hun talenten maximaal te benutten (ontplooien) kwaliteit voor op stellen
Positiviteit
Ambitie
Het is belangrijk dat alle betrokkenen de visie en kernwaarden delen. Ze bepalen de identiteit van de school en ze zijn richtinggevend voor onze keuzes. Onder invloed van zowel maatschappelijke ontwikkelingen als van een eigen krachtenveldanalyse worden die keuzes in dit schoolplan voor een aantal terreinen specifiek ingevuld door middel van doelstellingen en condities. De volgende stap is om die strategische doelen te concretiseren in acties, programma’s, systemen, etc. Dit gebeurt in de volgende hoofdstukken.
5
2.0. Strategische doelstellingen DBC Deze paragraaf beschrijft de strategische doelen van het DBC voor de komende jaren in relatie tot de missie, visie en kernwaarden. In eerste instantie (2012) is het onderwijskundige deel van het vorige schoolplan (2008-2012)met het team geëvalueerd en is vanuit het team input gegeven voor het nieuwe plan. Op basis van zowel die input als van een analyse van de huidige situatie waarin de school zich bevindt zijn doelen geformuleerd. Er is gekeken wat critical friends over ons hebben te zeggen in bijvoorbeeld rapporten van de inspectie of audits van het CPS en naar zelf opgestelde evaluaties, zoals de onderwijskundige kwaliteitsrapporten of de evaluatie van het zorgplan. Hiervoor gebruiken we een sterkte/zwakte analyse, naar het voorbeeld van de SWOT-analyse: Strengths, Weaknesses, Opportunities & Threats. Hiermee duiden we ontwikkelingen die van invloed zijn op het functioneren van de organisatie door deze te waarderen als ‘sterke’ of ‘zwakke’ punten van de interne organisatie, of als ‘kansen’ en ‘bedreigingen’ vanuit de omgeving. Door te duiden wat er goed en minder goed gaat en waar bedreigingen en kansen liggen, hebben we een vertrekpunt van waaruit we gericht moeten werken om onszelf te verbeteren en de organisatie nog krachtiger te maken. 2.1.
De SWOT-analyses samengevat
Tabel 1: samenvatting SWOT-analyse
Helpful
Harmful
Interne organisatie Sterktes - onze missie, visie en kernwaarden - de excellente leerlingenondersteuning - de begeleiding van het personeel en in het bijzonder van de beginnende docenten - de goede resultaten in het vervolgonderwijs - de hoge examenresultaten - het aanbieden van de traditionele vakgebieden - de inrichting onderbouw met dakpanklassen - de goede teamgeest - de platte organisatie - de kwaliteit van gebouw, (leer)faciliteiten, schoonmaak e.d. - een veiling schoolklimaat - een gezonde financiële basis - het vrijwilligerswerk Zwaktes - het differentiëren binnen de les, het activeren van leerlingen en het leveren van maatwerk is gering - een beleid dat meer pragmatisch dan strategisch is - ontbrekende fin.-e en formatieve meerjarenplannen - het laag leggen van verantwoordelijkheden komt langzaam van de grond - het HRM-beleid en instrumentarium, bijv. digitale dossiers, gesprekkencyclus, werving en selectiebeleid, functieprofielen , competentieprofielen, bekwaamheidsdossiers, taakbeleid en scholingsbeleid - het kwaliteitszorgsysteem en opbrengstgericht werken en bijv. het monitoren van resultaten. - het sterk dalend rendement bovenbouw H/A - een zwak imago v/d H/A- afdeling in de regio - weinig structuur om sectiebeleid en organisatiedoelen op elkaar af te stemmen - omvang en takenpakket van het management - de onduidelijkheden in de organisatiestructuur ten aanzien van bestuur en stichting - de onduidelijkheid in taken en verantwoordelijkheden van de sectievoorzitter - Onvoldoende overeenstemming tussen PMR, Mteam en bestuur t.a.v. een aantal beleidszaken.
6
Externe organisatie (omgeving) Kansen - het samenwerkingsverband waterland / Passend onderwijs - de externe regels en ontwikkelingen t.a.v. de onderwijsarbeidsmarkt, personeelsbeleid (convenant leerkracht, wet bio, scholen aan zet/bestuursakkoord 12-15, etc. - de groei van het leerlingenaantal - de kernvakkenregeling - de nieuwe profielen in het vmbo - het bestuursakkoord t.a.v. opbrengstgericht werken en excellentie - de teruggang van een VO-school in dezelfde gemeente Bedreigingen - de capaciteit van het gebouw/ruimte t.o.v. de leerlingenpopulatie (groeiend) - een docententekort / aanbod vakgebieden - de onevenwichtige instroom van buiten de gemeente waarbij het aandeel h/a achter blijft. - het wisselvallige en dwingende karakter van de overheid t.a.v. financiering en onderwijsinhoud - de juridisering van conflicten en de toename van conflicten.
2.2
Strategische doelen
Zoals aangegeven kijken we in dit schoolplan een aantal jaren vooruit om het DBC strategisch te positioneren voor de toekomst. De vraag is niet alleen waar we over vier à vijf jaar willen staan, maar ook hoe we daar met welke tussendoelen willen komen en wat we daartoe nodig hebben aan mensen en middelen. In deze paragraaf wordt de eerste vraag beantwoord
Het Don Bosco College werkt vanuit een waarden-georiënteerde onderwijsvisie om leerlingen voor te bereiden op een succesvolle eigen plek in de maatschappij. Gekoppeld aan een structuur van leerlingbegeleiding die in toenemende mate een geïntegreerde functie in het onderwijsproces krijgt. Uitgevoerd door professionele, inspirerende docenten (medewerkers) die leerlingen uitdagen en die zich blijvend ontwikkelen. Georganiseerd door bestaande teams die binnen secties en afdelingen planmatig samenwerken. Ondersteund door een systeem van kwaliteitszorg dat data oplevert waarmee gericht gestuurd kan worden op geformuleerde doelen. Aangestuurd door een managementteam dat planmatig stuurt op de kwaliteit van medewerkers en op resultaten binnen de organisatie Gekenmerkt door een organisatiecultuur waar taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden duidelijk zijn omschreven en laag zijn belegd. En waar verantwoording wordt afgelegd via een gesprekkencyclus waarin persoonlijke doelen en organisatiedoelen worden verbonden. Ondersteund door een efficiënte, gezonde, transparante organisatie en (meerjaren) financiële exploitatie. In een gebouw dat kwalitatief en kwantitatief is toegerust om de strategische doelen te realiseren.
7
3.0
Uitwerking van de strategische doelen
Elke paragraaf geeft een uitwerking van een strategisch doel door een aantal thema’s te benoemen. Deze thema’s zullen de komende vier jaar op de agenda staan. Het is goed mogelijk dat beoogde plannen om een langere periode van voorbereiding en uitvoering vragen dan nu is voorzien. Door de thema’s in jaarplannen, nota’s en notities nader uit te werken kan het tempo van uitvoering jaarlijks worden bijgesteld. Er moet worden opgelet dat verschillende thema’s niet gelijktijdig moeten worden uitgevoerd binnen een afdeling.
3.1. Werken vanuit een waarden-georiënteerde onderwijsvisie om leerlingen voor te bereiden op een succesvolle eigen plek in de maatschappij. Het onderwijs dient gebaseerd te zijn op onze kernwaarden om leerlingen te begeleiden bij het ontwikkelen van hun talenten en om hen een goede uitgangspositie te bieden om hun ambities in de maatschappij te realiseren. Daartoe willen we zowel de eigen ontplooiing bevorderen als hen voorbereiden op een goede aansluiting op de vervolgopleiding en de maatschappij Pedagogisch-didactische thema’s Het Don Bosco College kent geen voorgeschreven pedagogisch-didactisch model binnen haar visie. De visie en de kernwaarden geven richting, maar ze dienen door elke docent zelf vertaald te worden naar de concrete lespraktijk. Docenten hebben veel vrijheid om vorm te geven aan het onderwijs, om in te spelen op verschillen, om te differentiëren, om te werken aan een positief klassenklimaat, om een actieve leerhouding en om zelfstandigheid te bevorderen. De schoolleiding dient aan te kunnen geven of het pedagogisch- didactisch handelen goed, voldoende of onvoldoende is op elk van de bovengenoemde gebieden. De docent heeft er recht op te weten wat daarbij de norm is, opdat hij op transparante wijze wordt beoordeeld en opdat hij feedback kan vragen op zijn functioneren. Binnen de school moeten er met het team indicatoren worden vastgesteld die maatgevend zijn voor een juist pedagogisch-didactisch handelen. De volgende thema’s zullen de komende jaren op de agenda staan krijgen: indicatoren die maatgevend zijn om het pedagogisch didactisch handelen te kunnen beoordelen Lesobservaties (in het kader van de gesprekkencyclus) activerende didactische werkvormen digitale leeromgeving Onderwijskundige organisatorische thema’s Om leerlingen optimale mogelijkheden te bieden het type onderwijs te volgen dat bij hen past, kent het Don Bosco College de dakpanstructuur in de onderbouw. Het selectiemoment wordt uitgesteld tot leerjaar drie en er zijn maximale (tussentijdse) overstapmogelijkheden. Dit vereist een goede afstemming tussen de lessentabellen en leerlijnen tussen de afdelingen en leerjaren, het aanbieden van lesstof op meerdere niveaus, maar ook een goede determinatie. In de praktijk ervaren docenten dat een goede determinatie in de dakpan vmbo 1 en 2 erg lastig is omdat er rekening moet worden gehouden met drie vmbo-niveaus in één groep. In de overige dakpannen worden er leerlingen van maximaal twee niveaus bij elkaar geplaatst en vervolgens wordt er op twee niveaus getoetst. In de praktijk is de determinatie van 1 en 2 TH naar 3 havo niet makkelijk gebleken. Hetzelfde geldt voor de determinatie van 3 havo, c.q. van 3 atheneum naar leerjaar 4. Vanaf de opheffing van de dakpan 3 H/A is er sprake van een dalend rendement in de bovenbouw en een ombuiging van deze trend is noodzakelijk. Doordat we binnen onze school zowel een sectiestructuur als een afdelingenstructuur hebben, naast een brede inzetbaarheid van docenten is het lastig om organisatie- / afdelingsdoelen en sectiedoelen goed op elkaar af te stemmen. Een extra probleem lijkt zich voor te doen bij het begeleiden van leerlingen bij een examenonderdeel buiten de georganiseerde lestijd. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen.
8
de herstructurering van de onderbouw 1 VMBO, gericht op een betere determinatie en een betere aansluiting op de bovenbouw vmbo het maken van determinerende toetsen (in relatie tot scholing en ontwikkeling) een plan van aanpak om het rendement van 3 en 4 havo én het rendement van 3 en 4 atheneum te verhogen. afstemming organisatiedoelen en sectiebeleid (inclusief de rol van de sectievoorzitter) begeleiding profielwerkstukken
Inhoudelijke thema’s Om leerlingen optimaal te kwalificeren tot een zo ruim mogelijke deelname aan het vervolgonderwijs, tot een verantwoorde deelname aan het maatschappelijke leven en om te voldoen aan wettelijke verplichtingen of maatschappelijke wensen zullen we keuzes moeten maken die passen bij onze visie en waarden. Zo hebben de kernvakken een specifieke plaats gekregen binnen het eindexamen, is de maatschappelijke stage ingevoerd en weer afgeschaft, zijn er eisen gesteld aan het reken- en taalonderwijs, zijn er afspraken gemaakt over opbrengst gericht werken, staat excellentie op de maatschappelijke agenda, is internationalisering door gedrongen in het hoger en wetenschappelijk onderwijs, zijn profielen voor het vmbo in ontwikkeling en hecht de maatschappij aan een steviger vwoprofiel. Om de inhoud van ons onderwijs goed aan te laten sluiten bij wettelijke eisen en/of maatschappelijke wensen en om de civiele waarde van opleidingen en diploma’s op peil te houden en om een krachtige positie te behouden in de regio, willen we onderzoeken in hoeverre de volgende thema’s de inhoud van ons onderwijs en de positie van onze school kunnen versterken. de positie van kernvakken (in relatie tot herstructurering onderbouw) excellentie profielen in het vmbo de positie van de maatschappelijke stage taal- en rekenbeleid wetenschapsoriëntatie in de onderbouw h/a en bovenbouw atheneum talentenwerk in de vmbo-onderbouw op basis- en kaderniveau
3.2. Gekoppeld aan een structuur van leerlingbegeleiding die in toenemende mate een geïntegreerde functie in het onderwijsproces krijgt. De leerlingbegeleiding groeit uit tot een in het onderwijs geïntegreerde leerlingbegeleiding, waarbij vakdocenten – ondersteund door speciale functionarissen – steeds beter in staat zijn individuele leerlingen te ondersteunen die bij zijn/haar mogelijkheden of beperkingen past. Deze paragraaf geeft een strategische uitwerking van de component leerlingbegeleiding. De onderstaande thema’s zullen de komende periode op de agenda staan. Ze zullen vervolgens worden uitgewerkt in een aantal concrete acties. Thema’s in verband met leerlingbegeleiding Binnen de school wordt op vele manieren professionele begeleiding aangeboden. De les, het mentoraat, de afdelingsleiding, de begeleidings- en zorgstructuur en het decanaat vormen de pijlers waarop de intensieve begeleiding van alle leerlingen (en hun docenten) op het gebied van het leerproces, leerproblemen, sociaal –emotionele problematiek en keuzebegeleiding is gebouwd. Gekeken wordt naar manieren waarbij de leerlingbegeleiding nog meer geïntegreerd kan worden binnen de les, waardoor er op den duur minder gebruik gemaakt kan worden van externe professionals. In het kader van de wet op Passend Onderwijs zullen wij voor de zorg en begeleiding van leerlingen die extra zorg nodig hebben veel meer moeten gaan samenwerken met het Samenwerkingsverband “Waterland”. Zowel het ondersteuningsprofiel van het Don Bosco College als het overkoepelende ondersteuningsprofiel van het Samenwerkingsverband zijn daarbij de leidraad. De basisondersteuning die de school aanbiedt tezamen met de extra zorg die vanuit het samenwerkingsverband wordt gefinancierd moet ervoor zorgen dat de ondersteuning die de school nu biedt, kan worden voortgezet.
9
Die basisondersteuning en zorg moeten zich in de komende jaren verder ontwikkelen tot een vorm die past bij een begeleidingsschool in het vmbo. Om de ontwikkeling naar een in het onderwijs geïntegreerde leerlingbegeleiding goed te kunnen uitvoeren en te ondersteunen willen we de volgende thema’s opnemen in het schoolplan: Evaluatie en ondersteuning taken mentor en vakdocent Specifieke scholing in relatie hiermee Maatwerk leveren op basis van de leerbehoeften/leerachterstand van leerlingen Een programma ontwikkelen voor hoogbegaafden Uitbreiding en ontwikkeling begeleiding leerlingen met ernstige rekenachterstanden/dyscalculie Uitwisseling expertise tussen scholen in het Samenwerkingsverband Ontwikkelen overlegstructuur met gemeente in verband met hun rol in de jeugdzorg (vanaf 1-12015) Thema’s in verband met veiligheid De binnen de samenleving waar te nemen trend van juridisering van conflicten en van een zich snel verbreiden van een conflict, is ook binnen het onderwijs zichtbaar. De veiligheidscoördinator is steeds meer tijd kwijt aan dit onderdeel van deze taak. Gekeken moet worden naar manieren waarop we incidenten en conflicten kunnen voorkomen of kunnen de-escaleren en naar de positie van de veiligheidscoördinator.
3.3. Uitgevoerd door professionele, inspirerende docenten (medewerkers) die leerlingen uitdagen en die zich blijvend ontwikkelen. Docenten houden hun vakkennis en vaardigheden voortdurend op peil en zijn in staat om leerlingen tot hun recht te laten komen en om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces. De school biedt voldoende faciliteiten om te scholen en te professionaliseren Thema’s in verband met deskundigheidbevordering
Om goed onderwijs te kunnen geven dienen medewerkers / docenten over de juiste vakmatige en persoonlijke kwaliteiten te beschikken, deze te onderhouden en verder te ontwikkelen. Die kwaliteiten moeten docenten ook zelf in beeld brengen. Professionalisering impliceert dat er ruimte wordt geboden voor de continue ontwikkeling van organisatie en individu. De cao-VO (deskundigheidsbevordering en professionaliseringsactiviteiten) en de Wet-Bio (bekwaamheidseisen) vragen aan school en medewerkers om actief te zijn op het gebied van personeelsontwikkeling in het licht van de onderwijskundige en maatschappelijke ontwikkelingen. Er dient een meerjarenbeleid geformuleerd te worden met betrekking tot de professionele ontwikkeling van werknemers, gekoppeld aan de ontwikkelingsdoelen van de organisatie (een professionaliseringsplan). Het kan gaan om vakspecifieke, didactische of pedagogische scholing, mede in het licht van de uitvoering van het door ons ontworpen ondersteuningsprofiel in het kader van de Wet Passend Onderwijs. Er moet daarbij niet alleen gedacht worden aan schoolbreed aangeboden scholing door specifiek instituten, maar ook aan intervisie of aan collegiale consultatie. De rol van de sectievoorzitter in het scholingsbeleid moet ook aan de orde komen. In het plan dienen de faciliteiten in tijd en/of geld opgenomen te zijn. Binnen onze school bestaat wel een uitgebreid scholings- en ontwikkelingsprogramma voor nieuw benoemde docenten, maar een dergelijk programma ontbreekt voor docenten die al langer aan school zijn verbonden. Scholing die verband houdt met de Wet op het Passend Onderwijs dient hierin eveneens een plaats te krijgen. De resultaten van de individuele scholing en deskundigheidsbevordering worden vast gelegd in een bekwaamheidsdossier. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen: een professionaliseringsplan en professionaliseringskalender een taakbelastingsbeleid waarin voldoende ruimte is voor scholing en ontwikkeling het bekwaamheidsdossier
10
3.4. Georganiseerd door teams die binnen secties en afdelingen planmatig samenwerken. Omdat een succesvol leerproces een gezamenlijke verantwoordelijkheid is, is een afstemming binnen afdelingen en binnen secties noodzakelijk. Doelen, opbrengsten, evaluaties en feedback zullen binnen de teams plaats moeten vinden om het gewenste resultaat te bereiken. Thema’s in verband met het coördineren van beleid De school is een organisatorische eenheid. Omdat er binnen de school drie afdelingen bestaan – en binnen het vmbo meerdere leerwegen en profielen, met daarbinnen vele vaksecties, vaak nog verdeeld in onder- en bovenbouw - is de sturing van de school als geheel complex. Secties zijn gericht op een verticale en horizontale vakinhoudelijke afstemming, afdelingen kennen ook die verticale- en horizontale afstemming maar meer op het organisatorische, pedagogisch-didactische vlak en voor een bepaald aantal leerjaren. De school als organisatie is meer gericht op een integrale afstemming. Een juiste afstemming tussen de doelen en het beleid van secties en die van de organisatie als geheel vraagt om een goede sturing. Zoals er een gesprekkencyclus gewenst is om tot een juiste afstemming te komen tussen de wensen van de individuele werknemer en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie, zal er ook een vorm gevonden moeten worden voor een juiste afstemming tussen de wensen van de vaksecties en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. Specifiek verdient de rol van de sectievoorzitter en die van de onderwijscoördinator daarbij de aandacht. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats vinden het opstellen en evalueren van afdelingsplannen het opstellen en evalueren van sectieplannen de taken en verantwoordelijkheden van de onderwijscoördinator de taken en verantwoordelijkheden van de sectievoorzitter
3.5. Ondersteund door een systeem van kwaliteitszorg dat data oplevert waarmee gericht gestuurd kan worden op geformuleerde doelen. Wanneer we doelgericht en systematisch willen sturen op kwaliteit zullen er data voor handen moeten zijn, zullen die data geanalyseerd moeten worden en zal er zo nodig een verbeterplan moeten komen om de afgesproken doelen te halen. Thema’s in verband met kwaliteitszorg De zorg voor kwaliteit omvat meer dan de vanzelfsprekende aandacht van de individuele medewerker voor zijn / haar werk en van de leden van het managementteam voor het geheel. Kwaliteitszorg is een gezamenlijke en planmatige inspanning, met als doel zo goed mogelijk onderwijs te verzorgen. Dat vraagt van ons dat we zo concreet mogelijk aangeven wat we onder ‘goed’ verstaan, dat we controleren of dit het geval is en dat we plannen bijstellen wanneer deze onvoldoende resultaat opleveren. De vraag is wat we onder kwaliteit verstaan. Door - indien mogelijk – de gewenste opbrengsten te benoemen kunnen we tussentijds en aan het einde van de rit het resultaat in beeld brengen . Op die manier wordt de energie zo doelmatig en effectief mogelijk ingezet en kan gelijktijdig worden voldaan aan de eisen van het inspectiekader waarin gevraagd wordt om de kwaliteit van onderwijskundige ontwikkelingen én van het lesproces duidelijk in beeld te brengen. De vraag is dan natuurlijk of en op welke manier die resultaten gemeten kunnen worden, dan wel in kaart gebracht kunnen worden. De zorg voor kwaliteit geldt voor alle inspanningen, zowel die van de individuele medewerker als die van de organisatie als geheel. Er zal in de komende periode nauwkeuriger gekeken moeten worden naar de wijze waarop we de kwaliteit in kaart brengen van het primaire proces , van het rendement, van de leerlingbegeleiding, van de tevredenheid van leerlingen /ouders en van identiteitsgevoelige activiteiten zoals de maatschappelijke stage . .De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen: Opbrengst gericht werken door docenten en secties Cyclisch, doelgericht, systematisch en integraal werken aan kwaliteit op schoolniveau Een goed kwaliteitssysteem dat meet wat we willen weten
11
3.6. Aangestuurd door een managementteam dat planmatig stuurt op de kwaliteit van medewerkers en op resultaten binnen de organisatie Het managementeam bevordert de ontwikkeling van professionele kwaliteiten bij medewerkers (docenten) opdat zij in staat zijn leerlingen maximaal te laten ontwikkelen. Het managementteam zorgt voor een goed HRM-beleid volgens de principes van formatiemanagement. thema’s in verband met personeelsbeleid Zie ook paragraaf 3.2.3. Professionalisering (en deels ook goed werkgeverschap) wordt bereikt door het voeren van een sterk personeels- en organisatiebeleid. Wanneer de organisatie wenst dat het personeel zich professionaliseert, mag het personeel verwachten dat de organisatie voldoende en systematisch ondersteuning aanbiedt. Een aantal personeelsinstrumenten kan systematischer worden ingezet, zoals werving en selectie en daarnaast verdient levensfasebewust personeelsbeleid de aandacht. De gesprekkencyclus (zie later) vormt eveneens onderdeel van het personeelsbeleid. Door de toename van het aantal leerlingen en personeelsleden neemt de werkdruk van afdelingsleiders toe. Om hen in staat te stellen hun taken en verantwoordelijkheid ten aanzien van zowel leerlingbegeleiding, onderwijskundig leiderschap als personeelsbeleid adequaat uit te voeren, zal onderzocht moeten worden in hoeverre een aantal algemene taken elders belegd kan worden in de organisatie. Reeds langere tijd is het taakbeleid onderwerp van discussie geweest. Daarnaast wordt in de nieuwe CAO-VO uit gegaan van een andere invulling van de normjaartaak. Het lijkt tijd om nieuwe afspraken te maken met de PMR en met het team over de gehanteerde systematiek van het taakbelastingsbeleid en over de normering van taken. Ten gevolge van de opname van het entreerecht voor een beperkte tijdsduur in de cao, inclusief de mogelijkheid van terugplaatsing, ontstaat een situatie van promotie in een hogere functie waarin niet is voorzien in het promotiebeleid van de school. Hiervoor is een transparant systeem van beoordeling nodig voor diegenen die volgens het entreerecht worden benoemd in een hogere functie. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen. Een personeelsbeleidsplan (werving & selectiebeleid, beloningsbeleid, verzuimbeleid, etc.) Uitwerking van de Regeling levensfasebewust personeelsbeleid Opstellen van een sociaal statuut Opstellen van een gedragscode personeel Verschuiving van algemene, organisatorische taken van de afdelingsleider naar de assistentafdelingsleider een herziening van het systeem van taakbeleid De invoering van een professionele gesprekkencyclus (zie hieronder) Een transparant beoordelingssysteem voor docenten die volgens het entreerecht worden benoemd in een LD-functie
Thema’s in verband met het formatiemanagement Om de organisatie effectief te kunnen inrichten moet periodiek goed worden nagedacht over de functies die binnen de organisatie nodig zijn. Er dient een beschrijving te zijn van de kwalitatieve formatie ( welke functies zijn nodig? ) en een kwantitatieve formatie ( hoeveel van elk?). De kwantitatieve formatie wordt beschreven in het (meerjaren)formatieplan en de (meerjaren)begroting. Om de kwaliteit van alle betrokkenen te kunnen benoemen, wordt gebruik gemaakt van competentieprofielen . Voor de docentenfuncties op het DBC zijn deze reeds beschreven. Het is tenslotte van belang voor zowel de organisatie als het individu om te werken op een plek in de organisatie die hij iemand past. Door in de gesprekkencyclus aandacht te besteden aan medewerkersontwikkeling kan hier richting aan worden gegeven. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen: opstellen van een meerjarenformatieplan (wat willen we en hoeveel van elk?) het opstellen van een (meerjaren)begroting (wat kan er?) (een nieuwe) inhoud geven aan de functiemix
12
3.7. Gekenmerkt door een organisatiecultuur waar taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden duidelijk zijn omschreven en laag zijn belegd. Door de verantwoordelijkheid eerst duidelijk te beschrijven en vervolgens zo laag mogelijk in de organisatie te leggen, kan iedereen zo zelfstandig mogelijk werken en ‘eigenaar’ zijn over het eigen werk . Die eigen verantwoordelijkheid betreft ook carrièreontwikkeling. Thema’s in verband met de organisatie In de loop der jaren was er onduidelijkheid ontstaan ten aanzien van de bestuurs- en managementstructuur van de SKOV. Dit had zijn invloed op de organisatie van het Don Bosco College. Taken en verantwoordelijkheden van directie, bestuur, hoofd staf en van de stafleden dienen regelmatig geëvalueerd te worden met het oog op een zo effectief mogelijke ondersteuning van de missie en visie van zowel SKOV als DBC. De vraag is of de huidige bestuursinvulling het meest geschikt is om de toenemende verantwoordelijkheid waar te maken. De vraag is eveneens of en op welke manier een aantal onduidelijkheden en omissies in huidige organisatie verbeterd kunnen worden. Te denken valt aan het professionaliseren van het bestuur, de aansturing van de beheerder ICT, de positie van het hoofd staf, etc. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen Aanstelling van een bezoldigd bestuurder de inrichting van de staf van de SKOV het optimaliseren van de personeels-, leerlingen- en financiële administratie Thema’s in verband met verantwoordelijkheden en rekenschap Professionalisering impliceert dat er ruimte wordt geboden voor de continue ontwikkeling van organisatie en individu. Zowel het individu als de organisatie (leidinggevende) moeten daarnaast aanspreekbaar zijn op gedrag, houding en professionele ontwikkeling om het gewenste ambitieniveau te kunnen bereiken In een professionele cultuur wordt een beroep gedaan op én recht gedaan aan ieders professionaliteit. Daarvoor is het nodig dat ieders verantwoordelijkheden en de daaraan verbonden taken en verwachtingen duidelijk worden afgesproken. Binnen afgesproken kaders (visie, kernwaarden en gezamenlijke afspraken) moet elke professional de ruimte krijgen tot vrijheid van handelen en zal die professional ook rekenschap en verantwoordelijkheid moeten afleggen voor keuzes, gedrag en resultaten De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen de mate waarin secties verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van organisatiedoelen (Zie paragraaf 4.4.3)
afstemming binnen secties over leerlingresultaten de beoordeling van de kwaliteit van leerlingprestaties door vaksecties (Zie paragraaf 4.4.4.) de verantwoordelijkheid van docenten voor de uitvoering van niet lestaken / taakbeleid de taken en verantwoordelijkheden van de sectievoorzitter (zie paragraaf 4.4.4) de taken en verantwoordelijkheden van de coördinator onderwijs
Naast duidelijke formele afspraken vormen uiteindelijk goed werkgeverschap en goed werknemerschap de basis van een gezonde organisatie. Goed werkgeverschap is het gedrag van de werkgever dat optimaal rekening houdt met de belangen van de werknemers vanuit de overtuiging dat dit voordeel heeft voor allen binnen de organisatie. De werkgever dient leiding te geven vanuit de kernwaarden , dient tijdig te informeren en te communiceren, dient ruimte te geven en zich te houden aan afspraken. Goed werknemerschap is het gedrag van werknemers dat optimaal rekening houd met de belangen van werkgevers en leidinggevende, vanuit de overtuiging dat dit voordeel heeft voor allen binnen de organisatie. De werknemer dient verantwoording af te leggen, dient de onbalans tussen werk en privé te voorkomen, dient een teamspeler te willen zijn en dient extra inzet voor de organisatie te tonen.
13
3.8. En waar verantwoording wordt afgelegd via een gesprekkencyclus waarin persoonlijke doelen en organisatiedoelen worden verbonden. Wanneer de koers van school is bepaald, dient er afstemming te zijn tussen alle betrokkenen over de wijze en mate waarop er uitvoering wordt gegeven aan die koers. Thema’s in verband met loopbaangesprekken, functioneringsgesprekken, evaluatiegesprekken en beoordelingsgesprekken Het doel van de gesprekkencyclus is om te voldoen aan de eisen van de wet Bio en te voldoen aan de bepalingen in hoofdstuk 16 van de cao door een inhoudelijke relatie te leggen tussen persoonlijke doelen en organisatiedoelen. Dit gebeurt door een aantal formele gesprekken over loopbaan, over resultaten, over functioneren, over scholingswensen, etc. Een en ander wordt door de medewerker vastgelegd in een persoonlijk ontwikkelingsplan. De gesprekkencyclus is een middel om met elkaar op een gestructureerde, transparante wijze in gesprek te zijn over het bereiken van persoonlijke- en organisatiedoelen, ambities, resultaten en ontwikkeling. Het is net zo belangrijk dat er voor het Onderwijs Ondersteunend personeel en het management een regeling wordt vastgelegd waarin het doel, de onderwerpen, de procedure en de frequentie van de gesprekkencyclus wordt vastgelegd. In de komende periode zal ook moeten worden nagedacht over het voeren van structurele beoordelingsgesprekken. Door het entreerecht ontstaat er verschil in de selectieprocedure voor groepen docenten. Eerstegraads docenten die structureel in de bovenbouw lesgeven krijgen zonder meer het recht op een LD-functie, terwijl niet eerstegraads docenten te maken krijgen met een sollicitatieprocedure. Het gelijkheidsbeginsel noopt ons om na te denken of en op welke wijze beoordeeld kan worden of docenten die zonder meer het recht krijgen op een LD-functies al dan niet, of in welke mate, voldoen aan het competentieprofiel van een LD-docent. (zie verder paragraaf 3.6) De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen: Nota gesprekkencyclus Onderwijskundig Personeel Nota gesprekkencyclus Management en (Onderwijs) Ondersteunend Personeel
3.9. Ondersteund door een efficiënte, gezonde, transparante organisatie en (meerjaren) financiële exploitatie. Een kaderbegroting is wenselijk om op basis van samen gemaakte afspraken de ruimte te bepalen voor personele en materiële lasten; om te kunnen sturen op onderdelen van die lasten; om gedurende het jaar te kunnen monitoren én om een goede afstemming te krijgen tussen de doelen uit het schoolplan en de financiële kaders. Thema’s in verband met de financiële exploitatie Voor een gezonde financiële bedrijfsvoering is het noodzakelijk dat de financiële huishouding op orde is. Gezien de leerling prognoses en de toenemende – hoewel onzekere – Rijksbijdrage lijkt het verstandig rekening te houden met een voldoende bekostiging, wanneer we het huidige financiële beleid voortzetten. Er was echter tot op heden nauwelijks zicht op de principiële keuzes die ten grondslag lagen aan het sturingsmechanisme van de begroting. Er was evenmin zicht op lange termijn ontwikkelingen. Er dient, nadat de leerlingenstijging zich de komende vier schooljaren heeft voltrokken, tegelijkertijd rekening worden gehouden met een leerlingendaling op de middellange termijn. Er moet – op transparante wijze – zicht zijn op de baten en lasten over een aantal jaren. Er dient een koppeling te bestaan tussen de (meerjaren-)begroting en de (meerjaren-)formatie. Het is wenselijk dat er afspraken worden gemaakt over beleidsprogramma’s die aansluiten bij de (lange termijn)doelen uit dit schoolplan en waarvoor de financiële reserves geheel of gedeeltelijk kunnen worden aangewend. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen: Werken met een kaderbegroting Opstellen van een meerjarenbegroting Vaststellen van een aantal beleidsprogramma’s
14
3.10. In een gebouw dat kwalitatief en kwantitatief is toegerust om de strategische doelen te realiseren. Er moeten voldoende lesruimten zijn en die lesruimten dienen een kwalitatieve inrichting te hebben om zowel theoretisch als praktisch onderwijs te geven dat bovenstaande doelen en onderstaande plannen mogelijk maakt. Thema’s in verband met ruimtebehoefte en beheer gebouw Door de constante groei van de school die volgens de prognose nog een aantal jaren voortduurt, worden de grenzen binnen het huidige schoolgebouw bereikt. De capaciteit is onvoldoende en vanaf 2014/15 passen de leerlingen niet meer in het huidige gebouw, zijn verantwoorde roosters niet meer te maken en loopt de veiligheid gevaar. Een gevolg van de onvoldoende capaciteit is dat de bestaande ruimte niet toereikend is om te voldoen aan (nieuwe) onderwijskundige eisen, zoals een lokaal voor PSO, studieplekken, etc. Voor (tijdelijke en permanente) uitbreiding van de capaciteit zijn we in grote mate afhankelijk van de gemeente. Een permanente oplossing op de korte termijn (binnen schooljaar 2014- 15) is niet haalbaar. Een permanente uitbreiding heeft een dusdanige kwalitatieve meerwaarde dat het onderwijs daarbij is gebaat. Het binnenklimaat is beter beheersbaar, lange termijninvestering ( bv. in ICT) betalen zich beter terug en de uitvoering garandeert een oplossing voor de langere termijn ook wanneer de ruimtebehoefte wat afneemt. Daarnaast is het vanuit organisatorisch oogpunt wenselijk en aanvaardbaar dat voor de kortere termijn (één en hooguit twee jaar) vanwege de eerder genoemde tijdelijke leerlingentoename op de korte termijn, tijdelijke huisvesting wordt gerealiseerd op een geconcentreerde wijze. Gezien het feit dat de gemeente uiteindelijk verantwoordelijk is voor het beschikbaar stellen van voldoende huisvesting, zal in het schoolplan geen uitwerking worden gegeven van de plannen en wensen voor de huisvesting. De kwantiteit en de kwaliteit van de huisvesting wordt niet alleen beheerst door het aantal vierkante meters in permanente uitvoering, maar ook in het voorzien van voldoende en goede faciliteiten. In dit verband is invoering van een draadloos netwerk en het beschikbaar zijn van voldoende en voldoende snelle P.C ’s een belangrijke voorwaarde voor goed onderwijs. De volgende thema’s zullen binnen het schoolplan een plaats krijgen: Uitbreiding capaciteit gebouw Nota ICT Meerjaren onderhoudsplan
15
4.0. uitgewerkte voorstellen op basis van de strategische doelen 4.1. Werken vanuit een waarden-georiënteerde onderwijsvisie om leerlingen voor te bereiden op een succesvolle eigen plek in de maatschappij.
( ad. Financiële of formatieve consequenties. Vanuit de prestatie-indicatoren / resultaten zal een vertaling gemaakt moeten worden naar de begroting. Een korte- en lange termijnplanning van de uitgaven gericht op smartgeformuleerde te behalen doelen. Wanneer er geen financiële of formatieve consequenties worden verwacht ten opzichte van de huidige situatie, zijn ze hieronder niet aangegeven. Wanneer een middel/actie nog onbekend is omdat de richting nog te vaag is, wordt er ook geen financiële of formatieve consequentie vermeld. Vooralsnog is er vanuit gegaan dat de hieronder genoemde, specifieke financiële of formatieve consequenties niet ten laste komen van de reguliere bekostiging van het Don Bosco College. Aan het bestuur is of wordt een aanvraag gedaan in de vorm van beleidsimpulsprogramma’s met als bedoeling om deze programma’s ten laste te laten komen van de algemene reserves. Het betreft programma’s met een tijdelijke looptijd die soms na die looptijd in mindere mate ten laste komen van de reguliere bekostiging. Deze beleidsimpulsprogramma’s behoeven nog goedkeuring van het gehele bestuur , met uitzondering van enkele programma’s die al zijn goed gekeurd. Afhankelijk van de goedkeuring zal vervolgens door partijen moeten beoordeeld of, dan wel welke plannen tot uitvoering kunnen worden gebracht.) Pedagogisch-didactische thema’s Financiële en/of formatieve consequenties: Ad 4. + 1 fte extra op jaarbasis € 64.000 : 3 jaar (Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat 1. Operationalisering van de pedagogisch didactische aanpak
Ontwikkeling indicatoren voor pedagogischdidactisch handelen
2. Het systematischer beoordelen v.d. kwaliteit van het lesproces
Lesobservaties (in het kader van de gesprekkencyclus)
3. Bevorderen activerende didactische werkvormen
Agendapunt op clusteroverleg en databank van werkvormen aanleggen.
4. Onderzoek naar meerwaarde digitalisering onderwijs
Projectplan laptop (pilot)
Transparant systeem ter beoordeling v/h
pedagogisch- didactisch handelen van docenten. Een beeld van een goede pedagogisch-didactische aanpak Voldoen aan de kwaliteitscriteria van de inspectie. Feedback geven op / evaluatie van het lesproces Vergroting van het actieve aandeel van de leerling in het lesproces
Inventarisatie van de mogelijkheden van digitaal onderwijs
16
Ingevoerd / Afgerond per 2014/15
Verantwoordelijk directie/ afdelingleiders
2014/15
directie / afdelingleiders
Gehele periode
afdelingleiders
Voorbereiding 2014/15. Per jaar evaluatie en vervolgopdracht
directie
Onderwijs-organisatorische thema’s Financiële of formatieve consequenties: Ad. 5 - 1 fte minder op jaarbasis voor de uiteindelijke, totale herstructurering Extra investering WON, tijdelijk + 1 fte voor de ontwikkelaars : 6 jaar € 30.000,00 extra : 5 jaar Ad 6: zie 4.3. (Sub)doelen
Middelen/acties
Beoogd resultaat
5. Doorlopende leerlijnen op twee niveaus in leerjaar 1 en 2 vmbo. Aantrekkelijke onderwijspositie in de regio
Extra dakpan in vmbo 1. Invoering leerlijn wetenschapsoriëntatie in lj 1 en lj 2 h/a en in lj 3 atheneum. Wijziging lessentabel in alle afdelingen en leerjaren onderbouw.
6. Maken van determinerende toetsen (in relatie tot scholing en ontwikkeling) 7 Verhoging rendement bovenbouw h/A
Scholing toetsen maken
Betere determinatie in vmbo 1. Een sterker (h)/a-profiel in de regio én een structurele leerlijn basale wetenschappelijke vorming. Verhoging niveau Engels. Een betere voorbereiding op de profielen van bovenbouw VMBO. Vermindering aantal uren in de onderbouw. Een betere determinatie.
8. Een krachtiger uitvoering van het onderwijskundig beleid 9. Een verhoging van het niveau van de profielwerkstukken
Ingevoerd / Afgerond per 2015/16: voorbereiding 2016/17: Leerjaar 1 2017/18: Leerjaar 2 2018/19: Leerjaar 3
Verantwoordelijk directie
2014/15
afdelingsleiders
Plan van aanpak met afspraken over pedagogischdidactische aanpak, begeleiding, leren leren, etc. Aansturing van secties opnemen in taakomschrijving onderwijscoördinator
Rendement bovenbouw H/A behoort tot de 25% best scorende scholen
2014/15: voorbereiding. 2015/16 herinvoering
directie
Een betere afstemming schooldoelen en sectiebeleid
2015/16
directie
Een aanpassing in de structuur van begeleiding
Een effectievere begeleiding van profielwerkstukken
2015/16
afdelingsleider
17
Inhoudelijke thema’s Financiële of formatieve consequenties: Ad 10, 17 Zie hierboven Ad 12: + 0,5 fte: 2 jaar Ad 13: + 0,25 fte ( stagebegeleider + docent maatschappijleer) Ad 14: + 0,1 fte taalcoördinator Ad 15: + 0,1 fte structureel Ad 16: Zie hieronder ( scholing / professionalisering) Ad 18; Onbekend Ad 19. + 0,3 fte: 2 jaar (Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat
Ingevoerd / Afgerond per 2015/16: voorbereiding 2016/17: Leerjaar 1 2017/18: Leerjaar 2 2018/19: Leerjaar 3
Verantwoordelijk directie
10. Een betere uitgangspositie voor het kernvak Engels (zie herstructurering onderbouw)
Meer uren Engels in de lessentabel en aanpassing leerlijn
Betere examenresultaten
11. Aandacht voor excellentie
Onderzoek naar de verschillende mogelijkheden, w.o. aanstelling talentencoach, Deelname aan extra vakken, aan masterclasses, universitaire modules, etc. onderzoek naar de meest geschikte profielen voor het VMBO
Een kwantitatief en kwalitatief extra aanbod voor excellente leerlingen
2015/16
directie/ afdelingsleider
duidelijke aanbod van de beroepsgerichte programma's voor de start in 2017
2015/16
directie /afdelingsleider
in mei 2018 zijn de eerste examens nieuwe stijl.
2017
Het besluit om maatschappelijke stage wel of niet voort te zetten los van de wettelijke verplichting
2014/15
directie
Meetbaar betere taalresultaten bij toetsen
2014/15
afdelingsleider
Het behalen van de referentieniveaus door alle leerlingen
2014/15
afdelingsleider
12. Vernieuwing beroepsgerichte programma's in het VMBO
13. Handhaven maatschappelijke stage in het curriculum blijft 14. Het verhogen van het taalniveau van alle leerlingen
15. Het verhogen van het rekenniveau van alle leerlingen
Interviews met organisatoren en deelnemers over de toegevoegde waarden voor het onderwijs Het actie beleidsplan actualiseren en uitvoeren. Benoemen van een taalcoördinator Uitbreiding RT t.b.v. rekenonderhoud.
18
16. Alle docenten worden deskundig in het aanbieden van de items uit het taalbeleid 17. Bevordering v.e. wetenschappelijke, onderzoekende houding bij leerlingen in brede zin
Aanbieden van gerichte scholing aan een gerichte groep op taalaanpak gescreende docenten Introductie oriëntatie op wetenschap in onderbouw h/a.
Alle docenten zijn deskundig in het aanbieden van de zaken uit het taalbeleid
2014/15
afdelingsleider
Een afgesproken hoeveelheid onderzoeksvaardigheden.
2015/16: voorbereiding 2016/17: Leerjaar 1 2017/18: Leerjaar 2 2018/19: Leerjaar 3
directie/ afdelingsleider
18. Handhaving ANW en/of vervangen door Big History
Onderzoek bij leerlingen en docenten
Keuze school bepalen als overheid de verplichting voor ANW intrekt.
2018/19
directie
19. Een goede voorbereiding op beroepsgerichte programma’s
Besluit over PSO en/of talentenwerk in vmbo onderbouw
Een doorlopende leerlijn beroepsgerichte competenties
2015/16
afdelingsleider
Vervolgens: opstellen van een leerlijn
2016/17
4.2. Gekoppeld aan een structuur van leerlingbegeleiding die in toenemende mate een geïntegreerde functie in het onderwijsproces krijgt. thema’s i.v.m. Leerlingbegeleiding Financiële of formatieve consequenties: Ad 2. Zie hieronder ( scholing) Ad 3: + 0,5 fte : 3 jaar Ad 5: + 0,2 fte structureel Ad 7: + 0,5 fte structureel (Sub)doelen Middelen/acties 1. Evaluatie taakomschrijving van de mentor
Een inventarisatie van de wenselijke werkzaamheden, ook in het oog van de invoering wet op het passend onderwijs
2. Specifieke scholing ( in relatie tot scholing en ontwikkeling)
Aanbieden van gerichte cursussen wel en niet in samenwerking van het SWV Onderzoek naar mogelijkheden: -Gebruik ambulante begeleiding -huiswerkklassen -begeleidingsuren voor specifieke vakken
3. maatwerk leveren op basis van de leerbehoeften / leerachterstand van leerlingen met een specifieke hulpvraag
Beoogd resultaat -Consensus over de taakomschrijving van een mentor -reële uitsplitsing van taken voor OP en OOP - toekenning van studielesuren, taakbelastingsuren voor mentoraat . Het gemiddelde kennisniveau van de docenten t.a.v. passend onderwijs is op peil Meer structurele oplossingen voor hulpvragen
19
Ingevoerd / Afgerond per 2015/2016
Verantwoordelijk directie / afdelingsleiders/ zorgcoördinator
Aug. 2017
directie / afdelingsleiders/ zorgcoördinator
Aug 2015
afdelingsleiders/ zorgcoördinator
4. Het goed bedienen van hoogbegaafde leerlingen
5. Ontwikkeling begeleiding van leerlingen met ernstige rekenachterstanden/ dyscalculie 6. Ontwikkeling van structureel overleg en afspraken met SWV Waterland over passend onderwijs in de regio 7. voorkomen en deescaleren van conflicten
Op maat gemaakte programma’s aanbieden en onderzoek naar een doorlopende leerlijn met het p.o, Tijd inruimen bij RT en RT docent opleiden voor dit doel
een programma voor hoogbegaafde leerlingen
2015/16
directie / afdelingsleiders/ zorgcoördinator
Begeleiding van leerlingen met een rekenachterstand / dyscalculie
2015/2016
directie / afdelingsleiders/ zorgcoördinator
Deelname aan PCL, Interscolaire uitwisseling docenten, financieel beheer, deelname Ondersteuningsplan raad Een risicoinventarisatie ten aanzien van een aantal nog niet voorziene incidenten (anders dan brand)
Goedwerkend samenwerkingsverband waar leerlingen beperkt gaan instromen in VSO
2015-2017
directie / afdelingsleiders/ zorgcoördinator
Risico’s op (juridisering van) conflicten worden verkleind.
2014/15
directie / zorgcoördinator
Technische oplossingen (Camera / automatische nooddeuren) . Personele bezetting conciërge-loge.
2016/17
4.3. Uitgevoerd door professionele, inspirerende docenten (medewerkers) die leerlingen uitdagen en die zich blijvend ontwikkelen.
thema’s in verband met deskundigheidbevordering Financiële of formatieve consequenties: Ophoging van de post scholing : € 200.00,-- / jaar (Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat 1. Onderhouden van de bekwaamheid van het personeel
Een beleidsplan.professi onalisering met een keuzemenu voor het collectieve deel.
Bekwaamheden zijn in overeenstemming met het competentieprofiel
Een professionaliserings kalender (met daarin de collectieve activiteiten en faciliteiten) en een systeem voor verantwoording.
Ingevoerd / Afgerond per 2014/15
Jaarlijkse bijstelling
20
Verantwoordelijk directie
2. Optimale mogelijkheden om gebruik te maken van door de organisatie opgedragen scholing 3. Afspraken tussen directie en personeel over vorm en inhoud van het bekwaamheidsdossier
Verruiming geoormerkte scholingsruimte binnen het afgesproken taakbelastingsbeleid
Voldoende geoormerkte ruimte (5%) binnen taakbeleid voor scholing en ontwikkeling
2014/15
directie
Medewerker P&O doet een voorstel, rekening houdend met de kwaliteitseisen
Een digitaal bekwaamheidsdossier
2014/15
directie
4.4. Georganiseerd door teams die binnen secties en afdelingen planmatig samenwerken. thema’s in verband met coördineren van beleid Financiële of formatieve consequenties: (Sub)doelen
Middelen/acties
Beoogd resultaat
1. Opstellen en evalueren van afdelingsplannen
Cyclus van opstellen, evalueren en bijstellen van afdelingsplannen i.s.m. de afdeling Cyclus van opstellen, evalueren en bijstellen van sectieplannen i.s.m. de afdeling Taakomschrijving opstellen van de onderwijscoördinator
Een effectieve afstemming tussen schooldoelen (uit schoolplan) en afdelingsbeleid Een effectieve afstemming schooldoelen (uit schoolplan) en sectiebeleid
Taakomschrijving opstellen van de sectievoorzitter
2. Opstellen en evalueren van sectieplannen 3. Het regelen van de verantwoordelijkheid t.a.v. afstemming schooldoelen en sectiebeleid 4. Het regelen van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheid sectievoorzitter
Ingevoerd / Afgerond per Gehele periode
Verantwoordelijk afdelingsleider
Gehele periode
directie / onderwijscoördinator
Taakomschrijving van de onderwijscoördinator t.a.v. aansturing secties
2014/15
directie
Taakomschrijving van de sectievoorzitter
2014/15
directie
21
4.5. Ondersteund door een systeem van kwaliteitszorg dat data oplevert waarmee gericht gestuurd kan worden op geformuleerde doelen. thema’s in verband met kwaliteitszorg Financiële of formatieve consequenties: Ad.3: € 5000,-- / jaar (Sub)doelen Middelen/acties 1. Bevorderen van opbrengstgericht werken door docenten en secties 2. Stimuleren van opbrengstgericht werken op schoolniveau 3 Opbrengsten van leerlingen en docenten transparant in beeld brengen
Data als uitgangspunt nemen voor functioneringsgesprekken om te analyseren en om afspraken te maken Data (uit Magister en uit eigen onderzoek) om een kwaliteitsrapport op te kunnen stellen Invoering en gebruik van het manangementtool van Magister
Beoogd resultaat Het onderwijs verbeteren door cyclisch te bepalen aan welke opbrengst gewerkt moet worden en welke concrete resultaten men wil bereiken Het jaarlijkse rapport over onderwijskwaliteit én leerlingbegleiding vertoont meer kenmerken van opbrengstgericht werken Gemakkelijke toegang tot meer leerlinggegevens
Ingevoerd Afgerond per voortdurend
Verantwoordelijk afdelingsleiders / directie
jaarlijks
directie/ coördinator onderwijs / coördinator begeleiding directie
2015/16
4.6. Aangestuurd door een managementteam dat planmatig stuurt op de kwaliteit van
medewerkers en op resultaten binnen de organisatie thema’s in verband met personeelsbeleid Financiële of formatieve consequenties: Algemeen: + 0,6 ft. Voor beleidsmedewerker personeel Ad 6: vermoedelijk zal een ophoging in fte’s plaats vinden. De precieze uitwerking is afhankelijk van de te maken afspraken. (Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat Ingevoerd / VerantwoorAfgerond per delijk 1. Een personeelsEen transparante en 2015 / 16 bestuur Bevordering van de beleidsplan (met optimale afstemming professionele aandacht voor tussen alle kwaliteit van individu werving & selectie, personeelsinstrumenten. en organisatie sollicitatieprotocol, beloning, verzuim, etc.) 2. Beleidsplan Arbeidsvoorwaarden op 2014/ 16 directie Een duurzame inzet leeftijdsbewust maat, waarbij van alle personeelsbeleid medewerkers zelf bepalen werknemers, waarvoor het pakket aan rekening houdend arbeidsvoorwaarden met de persoonlijke wordt ingezet. situatie van medewerkers 3. Een sociaal statuut Goede kaders om een 2015/16 bestuur Adequaat omgaan sociaal plan te kunnen met de gevolgen opstellen ( bij personele van personele reductie ten tijde van reductie ten tijde krimp van de school) van krimp
22
4. Optimaliseren sociale omgang docenten onderling en docenten met leerlingen 5.. Afdelingsleiders hebben voldoende tijd voor het voeren van functioneringsgespr ekken en aansturen van mentoren. 6. Oplossen van discrepantie tussen de uit te voeren nietlesgevende taken en het aantal beschikbare taakbelastingsuren. 7. Docenten met een LD-functie voldoen aan de vastgestelde functie-vereisten
een gedragscode personeel
Duidelijke afspraken hoe personeelsleden onderling met elkaar omgaan en hoe ze omgaan met leerlingen
2014/15
directie
Verschuiving van algemene, organisatorische taken van de afdelingsleider naar de assistentafdelingsleider. Overleg met PMR en team over taken, normering van taken en de systematiek van het taakbeleid
De afdelingsleiders hebben meer tijd voor hun hoofdtaken: leerlingbegeleiding, onderwijskundig leiderschap en personeelsbeleid
2014/15
directie
Een evenwichtige verdeling van werkzaamheden voor niet lesgevende taken
2014/15
directie
Een transparant beoordelingssysteem voor docenten die volgens het entreerecht worden benoemd in een LDfunctie
Duidelijke afspraken om de juiste man / vrouw in de juiste docentenfunctie te kunnen plaatsen
Augustus 2014
directie
Ingevoerd / Afgerond per Jaarlijks in mei (2014)
Verantwoordelijk bestuur
thema’s in verband met het formatiemanagement Financiële of formatieve consequenties: Ad 12: structureel tussen de + € 75.000,-- - € 100,000,-- / jaar (Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat 8. Zicht op een gerichte kwantitatieve en kwalitatieve inzet van personeel op de middellange termijn 9. Zicht op een gerichte kwantitatieve en kwalitatieve inzet van middelen op de middellange termijn 12. Realisatie functiemix
Een meerjarenformatieplan
Voldoende input om op middellange termijn richting te geven aan en te sturen op het beleid
Een meerjarenbegroting
Voldoende input om op middellange termijn richting te geven aan en te sturen op het beleid
Jaarlijks in december (2014), met een halfjaarlijkse bijstelling (mei)
bestuur
Werken cf. notitie functiemix en n.a.v. voortschrijdend inzicht bijstellen
Optimale invulleng LC en LD-functies cf afspraken in de notitie , uiterlijk 1 oktober 2015
1 oktober 2015
directie
23
4.7.Gekenmerkt door een organisatiecultuur waar taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden duidelijk zijn omschreven en laag zijn belegd. Overige thema’s organisatie Financiële of formatieve consequenties: (Sub)doelen
Middelen/acties
Beoogd resultaat
1. Bespreking leerling resultaten per vak binnen de secties
Structureel overleg over resultaten tussen sectievoorzitter – leden sectie (leden) Functioneringsgesprek
Een doorlopende leerlijn gebaseerd op een juiste determinatie per vak
Een structureel overleg tussen sectievoorzitters en de coördinator onderwijs
Taakomschrijving coördinator onderwijs
2. Regeling verantwoordelijkhed en docenten voor niet lestaken 6. Coördinatie in de afstemming sectiebeleid en organisatiedoelen
Docenten verantwoorden zich over resultaten
Ingevoerd / Afgerond per 2014/15
Verantwoordelijk directie/ coördinator onderwijs
2014/15
afdelingsleider
directie
Overige thema’s organisatie Financiële of formatieve consequenties: (Sub)doelen
Middelen/acties
Beoogd resultaat
1. Bespreking leerling resultaten per vak binnen de secties
Structureel overleg over resultaten tussen sectievoorzitter – leden sectie (leden) Functioneringsgesprek
Een doorlopende leerlijn gebaseerd op een juiste determinatie per vak
Een gesprekkencyclus tussen sectievoorzitters en de coördinator onderwijs
Taakomschrijving coördinator onderwijs
2. Regeling verantwoordelijkhed en docenten voor niet lestaken 6. Coördinatie in de afstemming sectiebeleid en organisatiedoelen
Docenten verantwoorden zich over resultaten
24
Ingevoerd / Afgerond per 2014/15
Verantwoordelijk directie/ coördinator onderwijs
2014/15
afdelingsleider
directie
4.8.En waar verantwoording wordt afgelegd via een gesprekkencyclus waarin persoonlijke doelen en organisatiedoelen worden verbonden. thema’s in verband met de verbinding persoonlijke doelen en organisatiedoelen Financiële of formatieve consequenties: (Sub)doelen
Middelen/acties
Beoogd resultaat
1. Uitvoering onderdeel CAO: er is voor het OP is een professionele gesprekkencyclus, die aan bepaalde eisen moet voldoen.
Nota: gesprekkencyclus Onderwijskundig Personeel
De procedures, de soorten gesprekken, de frequentie, informatiebronnen en het formulier voor het persoonlijk ontwikkelingsplan zijn vastgesteld.
2. Uitvoering onderdeel CAO: er is voor het overige personeel een professionele gesprekkencyclus, die aan bepaalde eisen moet voldoen
Nota: gesprekkencyclus Management en (Onderwijs) Ondersteunend Personeel
De uitvoering kan plaats vinden cf. de nota De procedures, de soorten gesprekken, de frequentie, informatiebronnen en het formulier voor het persoonlijk ontwikkelingsplan zijn vastgesteld.
Ingevoerd / Afgerond per 2014/15
Verantwoordelijk directie
2014/15 2014/15
directie
2015/16 De uitvoering kan plaats vinden cf. de nota
4.9.Ondersteund door een efficiënte, gezonde, transparante organisatie en (meerjaren) financiële exploitatie. thema’s rond financiën en formatie Financiële of formatieve consequenties: Ad 1. PM Ad 3: P.M. nader af te stemmen tussen bestuur, directe en PMR ( betreft in het bijzonder de opstartfase van projecten) (Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat Ingevoerd / VerantwoorAfgerond per delijk 1. Transparante Jaarlijks in mei bestuur Werken met een Het voeren van een toedelingscriteria voor (2014) kaderbegroting financieel beleid personeel en materieel binnen vastgestelde waarop een jaarlijkse kaders, zoals ratio begroting wordt leerlingen – vastgesteld of kan worden bepaalde afdeling / bijgesteld leerjaar. 2. bestuur Opstellen van een Een uitzicht op inkomsten Jaarlijks in Een vertaling van en uitgaven over een december (2014), meerjarenhet beleid binnen de begroting reeks van jaren op basis met een gestelde kaders in waarvan het beleid kan halfjaarlijkse de Meerjarenworden vastgesteld of bijstelling (mei) kaderbegroting met bijgesteld. toelichting . 3. Financiering van 2014/15, met een bestuur Vaststellen van Investeren vanuit afgesproken programma’s jaarlijkse bijstelling een aantal het vermogen voor zonder dat dit ten laste beleidsprogramgerichte komt van de vaste ma’s kwaliteitsprojecten begroting (en kaders)
25
4.10. In een gebouw dat kwalitatief en kwantitatief is toegerust om de strategische doelen te realiseren. thema’s rond uitbreiding en beheer gebouw Financiële of formatieve consequenties: Ad 1: (nog onbekend, vooral afhankelijk van afstemming met gemeente Edam-Volendam) Ad 2: € 150.000,-Ad 3: € 5000,-(Sub)doelen Middelen/acties Beoogd resultaat Ingevoerd / Afgerond per 1. Permanente Vermindering van het 2014/15 Uitbreiding uitbreiding en aantal roostervrije capaciteit van het tijdelijke uitbreiding ochtenden van leerlingen. gebouw Vermindering van het aantal negende uren. 2. Wifi in het hele Docenten en leerlingen 2014/15 Uitbreiding schoolgebouw, kunnen in het hele capaciteit ICT modernisering pc’s gebouw gebruik maken van het OLC van digitale ondersteuning in het onderwijs 3. Er wordt planmatig 2016/17 Meerjaren Optimalisering gewerkt aan het onderhoudsplan onderhoud gebouw onderhoud
26
Verantwoordelijk bestuur
bestuur
bestuur
5.0. afsluiting Dit schoolplan beslaat een periode van vier jaar. Dat betekent per definitie dat tussentijds sprake moet zijn van (deel)evaluaties en op grond daarvan van eventuele bijstellingen van de koers. Een schoolplan is niet in beton gegoten. Tijdens het opstellen van dit schoolplan zijn er al ontwikkelingen die om een plaats in het schoolplan vragen, zoals een aantal afspraken die gemaakt zijn in het onderhandelaarsakkoord cao-VO 2014 / 2015. Het is nog niet bekend of het akkoord wordt aangenomen door de partners en het akkoord geldt maar voor één jaar. Een aantal onderdelen uit dit akkoord is al verwerkt in dit schoolplan en over een aantal onderdelen zullen aparte afspraken moeten worden gemaakt. Deze afspraken kunnen consequenties hebben voor de formatie en / of de begroting. Het managementteam stelt daarom per school jaar afdelingsplannen op, waarin de voornemens en korte termijndoelen voor dat schooljaar zijn aangegeven. Het schoolplan heeft betrekking op een aantal strategische doelen die uitgewerkt worden in algemene voornemens. Nadat het schoolbestuur en de MR er instemming aan hebben gegeven, worden ze nader uitgewerkt en de concreet uitgewerkte plannen worden – indien wettelijk vereist – opnieuw ter instemming aangeboden aan bestuur en MR. Het schoolplan 2014 – 2018 is opgesteld vanuit de bestaande missie en visie, die al een jaar of 10 oud zijn. Het is belangrijk dat alle betrokkenen de visie en kernwaarden delen omdat ze richtinggevend zijn voor onze keuzes. Ter voorbereiding op het volgende schoolplan willen we de komende jaren een schoolbrede discussie organiseren over onze (missie) en visie om te bezien of de richting (nog) door iedereen wordt gedeeld dan wel op onderdelen moet worden bijgesteld om ons onderwijs verder te kunnen verbeteren.
27
De MR heeft op 15 december 2014 ingestemd met deze nota .
28
Bijlage 1: de sectieplannen Naast de schoolbrede thema’s die voor de komende vier jaar zijn geformuleerd hebben de sectieleden zich uitgesproken over sectie gebonden thema’s. Deze thema’s geven de plannen aan voor de komende vier jaar op sectieniveau. Deze thema’s hebben vaakl een directe connectie met de thema’s die we op schoolniveau gaan realiseren. Aardrijkskunde Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Vakspecifiek
In uitvoering, wordt geëvalueerd en eventueel aangepast Belangrijk aandachtspunt geen aandachtspunt Methode is er minder geschikt voor Aandacht voor woordenlijst en technisch lezen. Bevordering leesmotivatie Neutraal. Geen cursus gevolgd. Slechts weinig leerlingen in de doelgroep Niet aangegeven
Biologie Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO Doorlopende leerlijn
Activering leerlingen o.a. door onderzoek (buiten de school) bevorderen (bovenbouw) Activering leerlingen o.a. door deelname aan vakoverstijgende projecten (bovenbouw) Activering leerlingen o.a. door meer practica in de tweede klassen
In uitvoering In ontwikkeling Vormt het uitgangspunt aandacht voor de excellente leerlingen vergroten, door extra opdrachten, web quests, deelname aan Biologie olympiade of …… door gebruik te maken van computermogelijkheden ( leerplein?) Taalbeleidsplan wordt gevolgd Geen info het blijven verbeteren van de doorlopende leerlijn in alle afdelingen, met name in de havo en vwo stream, door een gevarieerd lesprogramma samen te stellen in de 3e klassen, waar bij ook de praktische vaardigheden worden ontwikkeld en gewerkt wordt volgens de natuurwetenschappelijke methode (vastgelegd in een digitale map in ELO) door bijv. het doen van veldwerk, het maken van excursies, het volgen van masterclasses en het doen van experimenten op HO in het kader van een profielwerkstuk zoals de wetenschap dag/het uitnodigen van studenten die een practicum begeleiden voor een combinatie van biologie en scheikunde of aardrijkskunde werken met de microscoop, snijpractica of computer opdrachten
CKV (bovenbouw) Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep taalbeleid Bevordering ELO Kennis, inzicht en beleving van kunst en cultuur vergroten bij de leerlingen.
n.v.t. speerpunt speerpunt speerpunt speerpunt speerpunt Dit aan de hand van een zo gevarieerd mogelijk aanbod en vanuit verschillende activiteiten.
Gevarieerdheid door praktische activiteiten
In uitwerking
29
Duits Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek
Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO
Examenresultaten
Continuïteit Methode
Toepassen van de actualiteit in de les en van ”Landeskunde” Werkweek Excursie Aachen
Optimalisering, ontwikkeling en differentiatie toets materiaal, o.a. door 4 verschillende vaardigheden te toetsen (onderbouw) Differentiatie op gebied van tempo, stofomvang, niveau, mate van zelfstandig werken. het opzetten van de A3 stroom: differentiëren in tempo, zelfstandigheid, niveau, aard van de toetsen en hoeveel stof die geleerd moet worden. In uitvoering, toegevoegd met de elementen ‘een veilig klimaat in de les’, ‘afwisseling van leerlingenactiviteiten’ en een persoonlijke lesstijl In ontwikkeling Taalbeleidsplan wordt gevolgd gebruik van de ELO van Magister starten c.q. uitbreiden. Integratie van de ELO in de onderwijspraktijk. Meer integratie van ICT (ook afhankelijk van het toekomstige schoolbeleid). Consolideren en verbeteren. Bevorderen en oefenen concentratie ter voorbereiding van de eindexamens (d.m.v. examensimulatie) Nieuwe collegae inwerken en begeleiden Variatie in de lessen vergroten en meer authentiek materiaal tijdens de les inzetten. Aanschaf en inzet van E-Pack (digitaal lesmateriaal van de methode). Ruimte maken in het lesprogramma voor het lezen van langere teksten.(onderbouw) Nieuwe (druk van de) methode in de bovenbouw H/A invoeren In uitvoering Optimaliseren programma, betrokkenheid bij indeling leerlingen vergroten Uitbreiden naar alle tweede klassen
Economie Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Examenprogramma Methode
herzien van alle proefwerken en schoolexamens (in overeenstemming met het nieuwe examenprogramma) verder bekwamen in het differentiëren tussen havo en vwo in de derde klassen In ontwikkeling In ontwikkeling Taalbeleidsplan wordt gevolgd Wordt doorgevoerd invoering van het nieuwe examenprogramma volgens de commissie Teulings. verder bekwamen in het ontwikkelen van klaslokaalexperimenten
30
Engels Toetsing op niveau
Onderscheid havo / atheneumdidactiek
Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO
Versterking team Doorlopende leerlijn
Methode
Examenresultaten Cambridge English
Algemene wensen
Het ontwikkelen van toets materiaal zodat stof uit voorgaande jaren/lessen steeds terugkomt in de proefwerken (ter bevordering van een doorlopende leerlijn. Zie onder) Het hanteren van een “atheneumdidactiek” binnen 3VWO: pittiger proefwerken (waarbij meer toepassing wordt gevraagd van de leerlingen), elk trimester een mondelingen toets, meer zelfstandig werken, de excellente leerlingen worden uitgedaagd etc. In uitvoering Rekening houden met differentiatie binnen groepen en gedifferentieerde toetsen blijven afnemen in ‘dakpanklassen’. Er moet zo wie zo een verschil worden gemaakt in didaktiek, van Basis t/m Atheneum niveau Taalbeleidsplan wordt gevolgd (in schooljaar 2012-2013 wordt een begin gemaakt met integratie van e-pack in ELO). Regelmatig werken op.de computer. Een methode is aangeschaft waarbij ICT geïntegreerd is met een prima site die goed voor ELO gebruikt kan worden. Deze methode voldoet ook aan de eisen tot differentiatie bij verschillende niveaus. Daarbij wordt verschillende didaktiek gebruikt. een stabiel korps aan gekwalificeerde collega’s. Het goed leggen van de basis en het bewaken van de doorlopende leerlijnen. Om dat te bereiken streven wij daarbij naar een afgewogen mix van klassikaal onderwijs annex zelfstandig werken. Leerlingen die moeite/achterstand hebben worden voorzien van extra oefeningen. zoveel mogelijk gebruik maken van audiovisuele middelen om de materie te verlevendigen (you tube/bbc site/Malmberg site) en om aan te sluiten bij de leefwereld van de leerling. Zorgdragen voor het toepassen van het ERK (Europees Referentiekader) Gezamenlijk een lessenserie ontwikkelen omtrent de e leesvaardigheid. Hierbij is een doorlopende leerlijn vanaf de 1 t/m eindexamenklassen Bevordering/Verbetering Leesvaardigheid en daardoor betere resultaten op het eindexamen Het verder ontwikkelen van Cambridge English om op deze manier excellente leerlingen te kunnen bedienen. Cursussen voor Cambridge English op niveau te houden en om het ERK goed toe te kunnen passen een extra uur Engels in de brugklas en in Vwo 4 om te voldoen aan de eisen voor een kernvak
31
Frans
Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO Methode
Doorlopende leerlijn
Een verdere uitwerking van toetsing op twee niveaus in alle dakpanklassen, in verschillende versies. In uitvoering Of er ook ruimte is voor de verschillende werkvormen en een effectieve dbc-les in de onderbouw, hangt af van het besluit of we een uur extra krijgen in het tweede leerjaar In uitvoering en bevordering excellentie. Waar mogelijk invoering en afstemming van verschillende werkvormen, meer variatie en interactie. Onze didaktiek stemmen we regelmatig af binnen de sectievergaderingen ter bevordering van onderscheid tussen vmbo, havo- en atheneumdidactiek Taalbeleidsplan wordt gevolgd De mogelijkheden van Internet en het digitale boord zo goed mogelijk inzetten. Een goede implementatie van de nieuwe methode Grandes Lignes in zowel onder- als bovenbouw zodat er sprake is van een doorlopende leerlijn. sprake van een doorlopende leerlijn met daarin extra materiaal voor bevordering van excellentie en mogelijkheid tot differentiatie door o.a. aanbod van extra digitaal (oefen)materiaal.
Godsdienst Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek
Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO
Methode
Kwaliteitsverhoging / een hoger leerrendement door een opbrengstgerichte werkwijze
Bevordering van excellentie
Er wordt slechts getoetst op één niveau. Toetsen worden aangepast aan de nieuwe methode. We gebruiken in de havo- en atheneumklassen dezelfde methode, maar de verdiepingsstof zal in het atheneum meer aandacht krijgen. We gaan de lessenstructuur met enige regelmaat op de agenda van de sectie zetten, ter versterking van de structuur en organisatie van de lessen. Zie excellentie Conform het taalbeleidsplan In de bovenbouwklassen wordt al regelmatig gebruik gemaakt van de ELO, maar dit zal het komende jaar worden uitgebreid. Opdrachten zullen via de ELO aangeboden en ingeleverd worden. Daarnaast zullen ingeleverde opdrachten ook regelmatig digitaal met elkaar vergeleken worden. De komende jaren zal de vernieuwde methode worden ingevoerd. De nadruk ligt om de inhoudelijke aansluiting van de lessen op de belevingswereld van de leerlingen. De aard van het vak en het gericht zijn op de levensbeschouwelijke vorming brengt mee dat er lang niet altijd gedacht kan worden in de termen van leerrendement en opbrengstgericht. We streven ernaar de kwaliteit te verhogen mede door excursies, onderlinge uitwisseling en gastlessen Hoewel we bij het vak Godsdienst op 1 niveau cijfers geven, proberen we toch de excellente leerlingen uit te dagen met verdiepende opdrachten en teksten
32
Geschiedenis Toetsing op niveau
Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO
Activerende werkvormen
Bevordering excellentie Examenresultaten
Nauwere samenwerking met andere secties.
Veel aandacht voor de toetsen met de daarbij behorende normeringen en het ontwikkelen daarvan. de In het schooljaar 2011 – 2012 zijn we in de 2 klassen begonnen met toetsen volgens de Peerdemanmethode. Hierbij worden er de vragen op 3 niveaus ingedeeld, hierdoor is er een goede determinatie mogelijk. De methode van toetsen en de nabespreking ervan geeft zowel de leerlingen als de docenten meer duidelijkheid over het niveau, over lacunes in de kennis en de manier van leren. In ontwikkeling het nut van elementen uit de effectieve DBC-les wordt onderschreven. Ieder sectie-lid mag hierbinnen zijn eigen speerpunten hanteren. Als sectie dragen we zorg voor een passende methode voor ieder niveau. De excellente leerling tijdig herkennen en uitdagend materiaal aanreiken. De zwakkere leerling tijdig herkennen en passend onderwijs bieden. Iedere leerling passend onderwijs (zie onder) Conform taalbeleidsplan De opzet van de nieuwe praktische opdracht is bedoeld ter voorbereiding op de presentatie van het profielwerkstuk. Hierbij maken we gebruik van de ELO. Voor de leerlingen zal een studieplanner beschikbaar zijn, die ook op de ELO staat Binnen de sectie gebruik maken van elkaars expertise. Uitwisselen staat centraal. Zeker als het gaat om activerende werkvormen. We vinden het belangrijk om nieuw lesmateriaal uit te proberen en te experimenteren met diverse didactische werkvormen. De sectie maakt een systeem waarbij intervisie een vast onderdeel zal uitmaken van de samenwerking binnen de sectie. In de schooljaren 2012-2014 oefenen en experimenten met meer activerende lesvormen uit de serie Actief Historisch denken. In de schooljaren 2014 – 2016 voor alle leerjaren en niveaus standaard activerende werkvormen in de les opzet formuleren Zie boven. Implementatie van de nieuwe praktische opdracht ter voorbereiding op het examen Nieuwe Stijl. De opzet van de nieuwe praktische opdracht is tevens bedoeld ter voorbereiding op de presentatie van het profielwerkstuk. Bijscholing over het examen Nieuwe Stijl. Het verkrijgen van goed materiaal/vaardigheden om goede schooltentamens te maken. Verdiepingscursussen. Met maatschappijleer en directie overleg voeren om het examenonderdeel “rechtsstaat” bij de sectie mij-leer onder te brengen in het HAVO omdat sectie geschiedenis in tijdnood komt in de voorbereiding op het examen Nieuwe Stijl.
33
Kunst / CKV Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek
Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid
Bevordering ELO Methode
Vocabulaire van beeldende begrippen nadrukkelijker toetsen (1x pw eind voorexamenklas en 1x tentamen periode D5) Het onderscheid wordt gemaakt vanuit het aanbod in de les: havo: meer afwisseling tussen voorbeelden en uitleg dan bij atheneum. Daarnaast is de inhoud bij de vwo klassen meer gericht op verdieping. Praktijk wordt meer als huiswerk opgegeven. Volgen beleidsplan Opdrachten (zowel huiswerk als toets opdrachten) geven veel mogelijkheid tot verdieping, zoals bijv. schrijfopdrachten, tekenopdrachten, onderzoek. Samen lezen/ daar waar woorden slecht uitgesproken worden uitleg geven In geschreven teksten wel moeilijk woorden gebruiken, maar deze mondeling of in dezelfde tekst toelichten. Verslagen op taal/ zinsopbouw nakijken (ook complimenteren wanneer een leerling formeel taalgebruik toepast.) zoveel mogelijk gaan toepassen werken met nieuwe methode Art History i.p.v. Bespiegeling Minder driedimensionale opdrachten, meer tweedimensionale praktijkopdrachten (boetseren blijft)
Algemeen
e
Meer animo ontwikkelen voor kunst in (3 )vwo klassen
Lichamelijke opvoeding Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek
Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Methode
Bevordering excellentie Sportklas
BSM
n.v.t. Geen specifiek onderscheid. Differentiatie bijna alleen mogelijk bij tactische onderdelen. Je kunt moeilijk van een havist verlangen dat hij lager springt dan een atheneum leerling. Er wordt gewerkt met een eigen standaardmodel / variant: 1= Inleiding, 2A accent op aanleren, 2B accent op toepassing en 3= evaluatie/afsluiting. didactiek: praatje-plaatje-daadje. differentiatie is ingebakken in onze didactiek. Waar mogelijk Waar mogelijk meer aandacht geven aan klimmen. Een nieuwe vorm van bewegen, de tokkelbaan beheersen, is in het swp geïmplementeerd Aantal docenten wil een extra cursus Klimmen gaan volgen In overleg met directie een gedegen, verantwoorde vormgeving nastreven, waarbij professionele begeleiding en kerndoelen centraal staan. Nu er genoeg ruimte is in de nieuwe hal kan er serieus worden nagedacht over invoering van BSM in bovenbouw H/A
34
M&O Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Bevordering excellentie
Methode
In ontwikkeling In ontwikkeling Vooral “leerdoel per les” heeft onze aandacht in het kader van de ondernemerschapslessen. Nog veel ontwikkelingswerk nodig op basis van opgedane praktijkervaringen. Krijgt meer de aandacht Taalbeleidsplan wordt gevolgd Portfolio’s via elo bijhouden Voldoen aan alle eisen die het Vecon Business School certificaat stelt voor de havo en vwo bovenbouw, zoals het verzorgen van bepaalde modules (elementair boekhouden van de Associatie van praktijkexamens, opzetten van ‘jong ondernemen’). Streven is een apart uur business school in 4 en 5 havo om aan alle vereisten te kunnen voldoen Contextgericht onderwijs (ondernemen) differentieert naar abstractie niveau : praktischer ingestelde leerlingen leren “al doende” Combineren van meer theoretisch gerichte lessen met competentiegericht onderwijs
Maatschappijleer / maatschappijwetenschappen Toetsing op niveau
Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO
Methode
Samenwerking
Alleen van toepassing in bovenbouw vmbo beroepsgericht. In lesjaar 2011-2012 zijn we begonnen met het bundelen en archiveren van alle toetsen (so’s, proefwerken en SE’s). Deze willen we beschikbaar stellen op een afgeschermde netwerkschijf. Hierdoor kunnen alle docenten MA daar gebruik van maken In ontwikkeling Vormt de basis voor de lessen Onderwijs aanbieden op passend niveau. Dit doen we door in alle “dakpan klassen” (VMBO) gedifferentieerd les te geven. Waarbij de verschillende niveaus hun eigen boek en werkplan hebben, waarbij toetsen op passend niveau worden afgenomen en waarbij extra uitleg in de klas wordt gegeven aan de laagste niveaus aanwezig. Taalbeleidsplan wordt gevolgd Het verwerken van de stof en het thuis leren gaan we optimaliseren door het aanbieden van materiaal (bijvoorbeeld extra oefenstof en power points vanuit de les) via ELO. Voor Havo en VWO is altijd een studieplanner en opdrachtenschema beschikbaar. Uitproberen van nieuwe didactiek en nieuw lesmateriaal. Te denken valt bijvoorbeeld aan nieuwe methoden (boeken) en nieuwe didactiek zoals Pepper. Havo leerlingen krijgen les vanuit een andere methode (boek). De structuur is meer thematisch en behapbaar, de overkoepelende structuur wordt later meer zichtbaar. Vwo leerlingen krijgen een abstracter, meer holistische benadering van het vak. Eerst een overkoepelend begrippenkader, dan pas thema’s. Leerlingen de maatschappij ook praktisch te laten ontdekken. Voor alle MA klassen worden gastlessen georganiseerd . Onderzocht wordt of samen met de sectie GD ook een bezoek aan een moskee, Synagoge of Mandir gebracht kan worden. De samenwerking met de sectie Nederl. voor het PO zal gehandhaafd worden. Gekeken zal verder worden naar meer samenw. met de secties geschiedenis en economie
35
Muziek Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO
Methode / bevordering bespeling instrumenten
Aandacht voor excellentie
n.v.t. n.v.t. Geen info Tijdens de lessen wordt veel gebruik gemaakt van differentiatie. De leerlingen die privéles hebben aan het keyboard, moeten niet alleen de rechterhand melodie spelen, maar ook de linkerhand partij. Als een leerling echt ver gevorderd is, staan wij hem toe zijn privé materiaal mee te nemen, om daaruit te studeren, onder onze toezicht en begeleiding. Bij de andere snaarinstrumenten, komt differentiatie aan de orde in de zin van het creëren van een betere toonvorming en het stellen van hogere eisen aan het analytische luisteren. Etc. Conform het schoolbeleid We gebruiken ELO nog niet. Omdat muziek in de onderbouw (klas 1 en 2) zit zetten wij onze informatie op Magister. We zijn bezig geweest om een nieuwe methode ( Beat & Bits) te introduceren waarbij de leerlingen ook thuis alle informatie kunnen bekijken via internet. De gedane les, verrijkingsstof etc. Helaas zijn de bedragen die we per leerling per jaar moeten betalen te hoog. Andere muziekprogramma’s zijn best zwaar en de computers trekken het niet als er meerdere leerlingen aan werken. Praktisch kan het ook slecht in het O.L.C. ook met oog op gebruik van hooftelefoons. Daarnaast zijn we best trots op de manier waarop wij de theorie via de praktijk op een leuke manier weten over te brengen. Wij willen bereiken dat in 2016 via de muziekles leerlingen zo bekend zijn met en gemotiveerd zijn voor (het bespelen van) de instrumenten binnen de muziekgroep, dat de doorstroming naar de praktijk met een muziekgroep i.s.m. Cultureel centrum de PX in Volendam vloeiend verloopt. En wel via ruime aandacht voor het (samen) bespelen van instrumenten binnen de les, via aandacht voor het notenschrift, etc. We willen niet werken op basis van één enkele methode, omdat we de vrijheid willen hebben om in te spelen op de actualiteit, omdat dat motivatie bevorderend werkt. Het materiaal in de methodes wordt vaak al snel als gedateerd ervaren. Beat & Bits belooft hierop een uitzondering te zijn omdat ze volledig digitaal werken en dus snel kunnen actualiseren. Leerlingen die excelleren worden door ons voorbereid voor het optreden voor publiek. Aangezien de organisatie van de bandjesavond en de talentenavond in onze handen is, verloopt dit proces uiterst soepel en natuurlijk
36
natuurkunde Toetsing op niveau
Het opzetten van standaardtoetsen i.v.m. de determinatie in 2hv en 2 gt. Wij volgen de methodiek Peerdeman. In deze methodiek worden met een computerprogramma de leerlingen gedetermineerd op basis van toets vragen die van tevoren in drie categorieën zijn onderverdeeld.
Onderscheid havo / atheneumdidactiek
Vaardigheden en voorkennis voor het nieuwe examenprogramma natuurkunde voor havo en vwo (NiNa) uitzoeken en de belangrijkste daarvan al in het onderbouwcurriculum implementeren Streven naar afwisselende lessen met afwisselende didactiek en les opzet. In ontwikkeling Het leren schrijven van samenvattingen over een lap natuurkunde tekst. Het niet in behandeling nemen van verslagen die zijn geschreven in kleutertaal met teveel d’s en t’s fouten. Samen lezen en verduidelijken van vak begrippen, aangaan van communicatie over en weer, geven van taalsteun en het inkaderen in context. Vooral in de onderbouw op proefwerken een aantal moeilijke woorden overhoren (bijvoorbeeld opgave nul op het bord). Tijdens sectieoverleg nieuwe ideeën over taalsteun uitwisselen. Invoering vervolmaken Benadrukken van het vak natuurkunde als onontbeerlijke en logische keuze bij het kiezen van een exact profiel voor VMBO, HAVO en VWO. In vmbo 2gt, 3H en 3V in de vakles meer aandacht geven aan het kiezen van natuurkunde in de bovenbouw
Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid
Bevordering ELO Algemeen
37
Nederlands Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum did. Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Doorlopende leerlijnen: literatuur
Mondelinge taalvaardigheid
Het ontwikkelen / aanschaffen van goede leesvaardigheidstoetsen (cito ontwikkelt geen bruikbare voortgangstoetsen meer). Het aanleggen van een schrijfdossier
Nog) meer aandacht voor woordenschat, taalverzorging, spelling en interpunctie. Algemeen
In ontwikkeling In ontwikkeling Wordt toegepast In ontwikkeling Taalbeleidsplan wordt gevolgd Het gebruiken van de ELO om er naslagmateriaal voor de leerlingen te plaatsen. De ontwikkeling van een goed doortimmerd literatuurprogramma. We willen de leerlingen laten ervaren dat literatuur leuk is door ze in de onderbouw zoveel mogelijk positieve ervaringen op te laten doen met boeken en gedichten en daaraan gerelateerde activiteiten. In de bovenbouw komt dan de stap naar literatuur voor volwassenen. Dit vergt een intensieve samenwerking met de mediatheek. Ook afstemming op het programma van de MVT is gewenst. Bij voorkeur in samenwerking met andere vakken (via taalbeleid). Van eerste brugklasspreekbeurt naar PWSpresentatie in de examenklas. Wellicht ook meer aandacht voor discussie en debat. Met het oog op het CSE is het belangrijk om een goed beeld te hebben van de leesvaardigheid van leerlingen. Het toets materiaal van de methode biedt onvoldoende mogelijkheden. Een dossier waarin per leerling de ontwikkeling op het gebied van schrijfvaardigheid in kaart gebracht wordt. Voor de bovenbouw blijkt Tio minder geschikt We zouden ons daarbij graag gesteund zien door de andere vakken (via taalbeleid). Het terugbrengen van de werkbelasting. Het is alleen mogelijk om werkelijk vooruitgang te boeken wanneer wij daarvoor gefaciliteerd worden. Wat wij nodig hebben is dus een andere opslagfactor en/of ontwikkelingsuren. De sectie heeft heel veel in huis als het gaat om ervaring en specialismen maar kan daar momenteel veel te weinig gebruik van maken. Scholing: we hebben goede ervaringen met het APS. Misschien ook in company-begeleiding van APS
38
NLT Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep
Taalbeleid Bevordering ELO
Nieuwe structuur vanaf 2012 in klas 4
Opbrengst gericht werken
n.v.t. n.v.t. De bedoeling is om te komen tot een grote variëteit aan werkvormen, waaronder: Klassikale instructie door de docent (of gastdocent), onderwijsleergesprek, volgens het model van de effectieve dbcles; Zelfstandig doorwerken van aangeboden lesstof. Door de verschillende achtergrond van de leerlingen is het de bedoeling leerlingen in groepjes te laten werken, waarbij er op gelet moet worden dat de leerlingen uit één groepje elkaar aanvullen: Technisch ontwerp. Bij techniek hebben leerlingen in de onderbouw de stappen van het technisch ontwerpen geleerd etc. Binnen het groepswerk vindt differentiatie plaats doormiddel van een taakverdeling die aansluit bij de specifieke kwaliteiten van elke individuele leerling. Conform het beleidsplan ICT-gebruik zal een belangrijke rol in NLT spelen. Elk tentamen kent ICT-toepassingen. Al het lesmateriaal staat ter beschikking in de ELO. Daar is ook de planning te vinden in de studiewijzer. Leerlingen krijgen een eigen werkplaats waarin ze onder andere materiaal voor portfolio kunnen verzamelen en aanbieden. Aanpassing van het programma. Rekening houden met verminderde voorkennis. Regulier modules verdelen over drie jaar i.p.v. over twee jaar Vanaf het begin van het vak worden de lessen NLT aan het einde van klas 5 en klas 6 geëvalueerd. Daarbij wordt gecontroleerd of de geformuleerde doelstellingen van het vak gerealiseerd zijn. Daarnaast wordt contact onderhouden met vervolgopleidingen, het NLT-ondersteuningspunt en de partner-school het Caland Lyceum in Amsterdam. Hoewel er geen centraal examen is, kan er op die manier toch opbrengstgericht gewerkt worden.
SDV Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Methode
Afstemming
In ontwikkeling n.v.t. In ontwikkeling Geen topic Volgens beleidsplan In ontwikkeling Aanpassing van het programma voor de onderdelen Veiligheid en Dienstverlening. e e Invoering van het digitale portfolio in de 3 klas en 4 klas. Invoering van de presentatie van het portfolio. Onderzoek naar mogelijkheden tot afstemming van het SDVprogramma op de programma’s van vervolgopleidingen, zoals VEVA en Sport & Bewegen. Onderzoek naar mogelijkheden tot afstemming van het beroepsgerichte programma op de beroepsgerichte programma’s van Zorg & Welzijn en van Horeca & Toerisme (samen met UM en AV) Daadwerkelijke afstemming van de verschillende beroepsgerichte programma’s. Streven naar de afstemming van de beoordeling van leerlingen binnen de verschillende beroepsgerichte vakken waar competentiegericht onderwijs wordt gegeven.
39
Scheikunde Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek Gebruik effectief lesmodel
n.v.t. In ontwikkeling Het geven van meer aandacht aan het zelfstandig werken en leren bij de uitvoering van proeven en PO’s in het Science Lab en streven naar meer verantwoordelijkheid van de leerlingen binnen het VMBO, Havo en VWO.
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Methode
In ontwikkeling Volgens het beleidsplan Toename gebruik Het implementeren van de Nieuwe Scheikunde. Het continueren van een practica mmv de sectie biologie om toegepaste scheikunde en biologie te ondervinden. het verder uitbouwen van het Science Lab met computerproeven en onderzoeken, met speciale aandacht voor de klassen in de onder- en bovenbouw in het VMBO, Havo en VWO.
Science lab
Tekenen Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneumdidactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Professionalisering, profilering, erkenning en ontwikkeling van het (belang van het) vak tekenen. Kwaliteitsverhoging / verhoging rendement Excellentie
n.v.t. gezien praktische invulling van het vak Zie: onderdeel differentiatie Wordt gevolgd Er wordt groepsgewijs op cognitief aanbod gedifferentieerd en individueel op praktisch aanbod Beleidsplan wordt gevolgd Wordt voortgezet Wij zetten ons ontwikkelingsproces voort in alle facetten en dragen daarmee bij aan de visie (elk talent telt) en toekomst plannen van de school. Blijvend streven naar vooruitgang en ontwikkeling d.m.v. gezamenlijke reflectie en groei Punt van voortdurende aandacht Aandacht voor excellentie op algemeen niveau en individueel niveau.
40
Techniek Toetsing op niveau
Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Speerpunten
De leerlingen maken per afdeling één type toets. In deze toetsen zitten verschillende soorten vragen. Om tot een doorstroom-advies te komen worden de cijfers voor de proefwerken, voor het werk in de klas en voor het praktisch werk meegenomen; plus daarbij de indruk die de docent van de leerling heeft na een jaar werk bij Techniek. Alle cijfers die behaald worden tellen even zwaar mee. Ook is geen verschil in de weging per trimester. Daarom hecht de sectie Th dan ook aan invoering van een jaarcijfer. Een leerling kan bijv. in het eerste trimester een zwaarder lesblok doen dan in het derde. De bijpassende toets kan ook in zwaarte verschillen. Door het jaar heen maakt elke leerling in z’n totaliteit ongeveer dezelfde lesblokken. n.v.t. De sectie werkt niet met het format van de effectieve les. Afhankelijk van de soort les is het zinvol of niet om de leerdoelen per les aan te geven. Wel wordt vrijwel altijd begonnen met een vast onderdeel: de inleiding. Daarna verloopt de les volgens een vast stramien: De leerlingen werken aan verschillende lesblokken, via zelfwerkzaamheid in tweetallen (daardoor is een centrale reflectie niet aan de orde). Minder van toepassing in de uitvoering Volgens het beleidsplan In ontwikkeling Opzet van een databank met eigen ontwikkelde lessen/lesinleidingen. (De docenten kunnen datgene wat zij ontwikkelen/ bedenken daarin zetten. Er ontstaat per afdeling en per leerjaar een overzicht van lesmateriaal bij de verschillende hoofdstukken.) Ontwikkelen van lessen waarbij het zoeken naar eigen oplossingen gestimuleerd wordt.
Wiskunde Toetsing op niveau
Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO rekenbeleid
Methode
Aanvulling; In leerjaar 2 en 3 van de havo en vwo moeten de toetsen voor de algebraïsche vaardigheden opgenomen worden in de jaarplanning en in het PT In ontwikkeling Wordt toegepast In ontwikkeling Conform taalbeleidsplan Volgens beleidsplan Sectie wil het rekenbeleid afstemmen met de reken-coördinator: de methode, de tijdsinvestering, een portfolio. Een tijdelijke rekenmachineverbod is prima. De leerlingen moeten wel een rekenmachine casio fx-82ms aanschaffen. Nog meer aandacht voor algebraïsche vaardigheden in de bovenbouw mede in het licht van het mogelijk afschaffen van het gebruik van de grafische rekenmachine. 0-meting in HA4 met terugkoppeling naar onderbouw. Uitwerkmappen worden in de vooreindexamenklassen met beleid ter beschikking gesteld. Het digitale bord stelt ons in staat programma’s de wiskunde programma’s, Math4all, Google SketchUp, GeoEnzo, Geogebra en Cabri en Cabr-3D te gebruiken. Jan Keizer is bereid een sectiecursus te geven over het vernieuwde Cabri-3D programma. Onderzoeken of de Digitale Werkomgeving gebruikt kan/mag worden.
41
Zorg en Welzijn Toetsing op niveau Onderscheid havo / atheneum didactiek Gebruik effectief lesmodel
Differentiatie binnen de groep Taalbeleid Bevordering ELO Methode
Portfolio
Scholing Stage Faciliteiten
Algemeen
Aansluiting MBO
Al het toetsmateriaal controleren en aanpassen. n.v.t. Wordt uitgevoerd en aangevuld met Variatie in werkvormen. Het opzetten van een theorieles aan de hand van ‘gereedschappen voor het werk’ van het APS staat centraal. We moeten nog meer aandacht besteden aan de effectieve les. Leerdoelen en lesdoelen moeten duidelijk gemaakt worden naar leerlingen toe en beter en vaker gecheckt worden De activering van de leerlingen versterken. Conform beleid Huiswerk wordt genoteerd in de ELO van Magister Een nieuwe, dan wel geactualiseerde methode (met nadruk internetopdrachten), die de werkdruk kan verminderen. De mappen in de kast moeten volledig worden gemaakt, alle modules, aanvullende opdrachten en toetsen moeten in de juiste mappen zitten en voor docenten Z&W toegankelijk zijn. Het portfolio moet als onderdeel van het PTA geïntegreerd zijn in het programma. Er moet meer tijd vrij komen voor het voeren van groeigesprekken. Vanaf begin leerjaar 3 beginnen leerlingen al met het verzamelen van materiaal voor het portfolio Het volgen van een BHV-cursus Onderzoek naar een andere vorm / tijdstip van de stage. In lokaal 008 moeten minimaal 4 computers geïnstalleerd zijn in 2016. Docenten kunnen leerlingen zo direct en beter controleren op het efficiënt werken aan ICT opdrachten. Tijdens het CSPE BB en KB kunnen leerlingen dan veelal doorlopend hun examenonderdelen uitvoeren. Docenten Z&W kunnen als surveillant efficiënter ingezet worden, nl bij rollenspellen en schriftelijke uitwerkopdrachten i.p.v. in het OLC. Uitbreiding formatie klassen assistent tot een volledige weektaak De afgelopen jaren 2010/11 en 2011/12 is de sectie gecoacht door een supervisor van buiten onze school. Veel aandacht is besteed aan het verbeteren van de eindexamenresultaten, het verkleinen van het verschil tussen CSPE en CSE en het werken volgens de effectieve les. In het bijzonder: de modules dienen de kerndoelen te dekken; meer aandacht voor theorielessen, huiswerk, het verwerken van leesteksten en begrippen uit het boek; Dit proces van kwaliteitszorg dient geconsolideerd te worden, o.a. door structureel sectieoverleg. Samenwerking met het ROC Purmerend is hervat: medewerkers van het ROC zullen gastlessen verzorgen. Oriënteren of een vak college Z&W er voor onze school haalbaar is.
42
Bijlage 2. De leerlingprognoses Ter informatie worden in onderstaande tabel de leerlingenprognoses weer gegeven. Tabel 2: leerlingenprognoses DBC (Bron VKO, november 2013)
Jaartal Aantal leerlingen 2020 1.777
2013 1.658
2021 1.730
2014 1.723
2022 1.674
2015 1.800
2016 1.830
2023 1.618
43
2024 1.559
2017 1.846
2025 1.505
2018 1.857
2026 1.460
2019 1.827
2027 1.427