schoolgids Schooljaar

schoolgids Schooljaar 2015-2016

Welkom! Samen met uw kind bent u van harte welkom op ODBS Pieterskerkhof. ODBS Pieterskerkhof biedt goed onderwijs voor alle leerlingen. De kwaliteit van het onderwijs staat dan ook centraal in onze visie en er wordt gewerkt vanuit de volgende uitgangspunten: 1. Onze openbare school biedt kwalitatief goed onderwijs. Kinderen voelen zich welkom en gewaardeerd op onze school. Er werkt professioneel personeel dat hoge verwachtingen heeft van de ontwikkeling van de kinderen. Er is passende aandacht voor kinderen die meer of minder kunnen. 2. Onze school biedt een uitdagend en voor kinderen inzichtelijk leerklimaat. Kinderen en ouders weten wat er van hen verwacht wordt en wat zij van de school mogen verwachten. 3. Onze school is actief op het gebied van onderwijsontwikkeling. Vernieuwingen en projecten passen in onze onderwijskundige visie. Er is aandacht voor de kwaliteit van onze school. Dit komt tot uiting in de wijze waarop op onze school schoolontwikkeling wordt opgepakt en kwaliteit systematisch wordt bewaakt. 4. Onze school staat midden in de samenleving en heeft oog voor de verschillende achtergronden van mensen. Wij werken actief aan democratisch burgerschap. Onze school biedt veiligheid en geborgenheid voor elke leerling. Ieder kind is welkom: dat schept rechten en verplichtingen voor leerlingen, ouders en personeel. 5. Onze school is één van de scholen van de Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO) Utrecht en wordt controleerbaar democratisch bestuurd. Onze school hecht waarde aan een goede betrokkenheid van de ouders/verzorgers bij het onderwijs en zij zijn dan ook welkom om op actieve wijze mee te denken en mee te doen. De medezeggenschapsraad (MR) is nauw betrokken bij de totstandkoming van ons schoolbeleid. In deze schoolgids kunt u alles lezen over het onderwijs, de aanpak en de organisatie op onze school. Wilt u meer weten over onze school, neemt u dan contact op met de directeur. Mede namens het schoolbestuur (Stichting Primair Onderwijs Utrecht) wens ik u en uw kind een goede tijd op ODBS Pieterskerkhof. Ronald Goosen Directeur ODBS Pieterskerkhof

Inhoudsopgave 1.

De school ...................................................................................................... 1

1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5.

2.

Zorg.................................................................................................................... 28 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school ..................................... 28 Gesprekkencyclus ................................................................................................. 30 De ondersteuning van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften ............................. 30 Schoolarts ........................................................................................................... 33 Buurtteam ........................................................................................................... 34 Kindermishandeling............................................................................................... 34 Verwijsindex Utrecht ............................................................................................. 34 De overgang naar het voortgezet onderwijs ............................................................. 35

Het schoolteam .......................................................................................... 36

5.1. 5.2. 5.3. 5.4.

6.

Schoolorganisatie ................................................................................................. 14 Samenstelling van het team: ................................................................................. 14 Curriculum ........................................................................................................... 16 Speciale activiteiten voor kinderen .......................................................................... 24 Toetsing .............................................................................................................. 26

Passend onderwijs ..................................................................................... 28

4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9.

5.

Missie en visie ....................................................................................................... 5 Uitgangspunten ..................................................................................................... 6 Dalton .................................................................................................................. 7 21st Century skills ................................................................................................. 9 Samenleving ........................................................................................................ 10 Onderwijs op maat: leerlingenzorg .......................................................................... 10 Pedagogisch klimaat en schoolsfeer ........................................................................ 11 Kleding personeel, ouders en kinderen .................................................................... 11 Beleid t.a.v. trakteren, eten en drinken ................................................................... 11 Beleid t.a.v. het halen van de kinderen om 14.30 uur ............................................... 12

De organisatie van het onderwijs ............................................................... 14

3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5.

4.

1 1 1 2 4

Waar de school voor staat ............................................................................ 5

2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6. 2.7. 2.8. 2.9. 2.10.

3.

Schoolgegevens..................................................................................................... Situering van de school .......................................................................................... Indicatie van de schoolgrootte ................................................................................. Het schoolgebouw .................................................................................................. Schoolveiligheidsplan .............................................................................................

De inzet van personeel .......................................................................................... 36 Vervanging .......................................................................................................... 36 Scholing van het team ........................................................................................... 37 Begeleiding en inzet van stagiaires van hogescholen ................................................. 37

De ouders ................................................................................................... 38

6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7. 6.8. 6.9.

De school en de ouders werken samen .................................................................... 38 Informatie aan de ouders over de school ................................................................. 38 Informatie en overleg over uw kind ......................................................................... 40 Inspraak: meedoen op school................................................................................. 40 Ouderactiviteiten .................................................................................................. 41 Vrijwillige ouderbijdrage ........................................................................................ 42 Schoolverzekering ................................................................................................ 42 Foto- en video-opnames ........................................................................................ 43 Klachtenprocedure ................................................................................................ 44

7. De ontwikkeling van het onderwijs in de school; kwaliteitszorg en resultaten ......................................................................................................... 46 7.1. 7.2. 7.3. 7.4.

8.

Kwaliteitszorg....................................................................................................... 46 Meerjarenbeleidsplan Dalton basisschool Pieterskerkhof 2015 – 2019 .......................... 49 De resultaten van het onderwijs ............................................................................. 51 Gegevens waarderingsvragenlijsten ........................................................................ 56

Samenwerking met andere instanties ........................................................ 63

8.1. 8.2.

9.

De school in de wijk .............................................................................................. 63 Samenwerking met anderen buiten de wijk .............................................................. 63

School- en vakantietijden ........................................................................... 64

9.1. 9.2. 9.3. 9.4. 9.5.

De schooltijden..................................................................................................... 64 Verzuim ............................................................................................................... 64 Vakanties en vrije dagen ....................................................................................... 65 Verlof aanvragen .................................................................................................. 66 Spreektijden personeel .......................................................................................... 66

10. Namen en adressen .................................................................................... 67 10.1. 10.2. 10.3. 10.4. 10.5. 10.6. 10.7. 10.8. 10.9. 10.10. 10.11. 10.12. 10.13. 10.14. 10.15.

De Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO) Utrecht ............................................. 67 Medezeggenschapsraad ......................................................................................... 67 Ouderraad ........................................................................................................... 67 Tussenschoolse opvang (overblijven) ...................................................................... 68 Voor- en naschoolse opvang .................................................................................. 68 Klachtcontactpersoon van onze school ..................................................................... 68 Vertrouwenspersoon SPO Utrecht ........................................................................... 68 Inspectie van het onderwijs ................................................................................... 68 Landelijke Klachtencommissie Onderwijs ................................................................. 68 Dienst onderwijs, DMO afdeling leerplicht ................................................................ 69 Vereniging voor Openbaar Onderwijs ...................................................................... 69 Bureau Jeugdzorg Utrecht ...................................................................................... 69 Schoolarts ........................................................................................................... 69 Leerplichtambtenaar ............................................................................................. 69 Nederlandse Dalton Vereniging ............................................................................... 70

Bijlage 1: Inacassoformulier ouderbijdrage...................................................... 71 Bijlage 2: Toelatingsbeleid ............................................................................... 72 Aanmelden ..................................................................................................................... 72 Toelating/afwijzing .......................................................................................................... 74 Plaatsingsbeleid .............................................................................................................. 74 Wachtlijst ....................................................................................................................... 75 Groepsgrootte................................................................................................................. 75 Start 76 Vaststelling toelatingsbeleid .............................................................................................. 76 Begrippenkader ............................................................................................................... 76

Bijlage 3: het toelatings- en aannamebeleid SPO Utrecht ................................. 78 Procedure onderzoek toelating leerlingen die mogelijk extra ondersteuning behoeven .............. 78

Bijlage 4: Contactpersonen ............................................................................... 81

1.

De school

1.1.

Schoolgegevens

Openbare Dalton Basisschool Pieterskerkhof Directeur: Endry van den Berg (per 1 augustus 2015) Pieterskerkhof 10 3512 JR Utrecht T 030 231 17 51 E [email protected]

1.2.

Situering van de school

Ons gebouw herbergt al sinds 1895 een instelling voor primair onderwijs. Het feit dat hier al in 1929 het Daltonmodel werd geïntroduceerd, geeft aan dat de school een rijke traditie heeft. Het gebouw heeft twee verdiepingen met een capaciteit van negen groepslokalen. Op de begane grond en de 1ste verdieping liggen de groepslokalen rond een centrale ruimte. Deze ruimte kan door kinderen gebruikt worden als werkruimte. Op de 2e verdieping is ook een klaslokaal. Tevens heeft de school een speelzaal voor kleuters, een handvaardigheid/technieklokaal en een bibliotheek. De teamkamer bevindt zich op de 1e verdieping. Bij het gebouw hoort een gymnastiekzaal, dat eigendom is van de gemeente. De school heeft een veilige ligging aan het autovrije Pieterskerkhof en beschikt over een grote, afgesloten speelplaats aan de zijde van de Kromme Nieuwegracht.

1.3. 



  

Indicatie van de schoolgrootte We hebben 9 lokalen in onze school. Gezien de wachtlijsten voor onze kleutergroepen zouden we meer kinderen kunnen plaatsen. Helaas leent ons gebouw zich niet voor uitbreiding. We starten ieder schooljaar met twee gecombineerde kleutergroepen 1/2, Na de krokusvakantie vormen de kinderen van groep 2 een aparte groep om zo een soepele overgang naar groep 3 te creëren. Na de krokusvakantie zijn er twee groepen 1, zij worden steeds aangevuld met kinderen die 4 jaar worden. Verder hebben we steeds één groep van alle groepen 3 t/m 8. De school heeft rond oktober gemiddeld zo’n 215 kinderen. Aan het eind van het schooljaar loopt dit richting de 250. De groepsgrootte ligt over het algemeen rond de dertig kinderen. In onze binnenstadsschool hebben we regelmatig te maken met verhuizingen. Hierdoor zijn de onderbouwgroepen voller dan de bovenbouwgroepen. Voor de groepsbezetting houden we een streefmaximum van 35 kinderen aan. Indien we het noodzakelijk achten kan er aan het begin van een schooljaar een combinatiegroep in de midden- of bovenbouw gestart worden. Dit heeft echter niet de voorkeur en is tot op heden ook nog niet gebeurd.

Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 1 van 82

1.4.

Het schoolgebouw

Hieronder staan de plattegronden van ons gebouw. De lokalen zonder specifieke aanduiding zijn klaslokalen. Op de begane grond is de onderbouw, op de 1e en 2e verdieping is de bovenbouw. De lerarenkamer zit op de 1e verdieping in het eerste klaslokaal bij de hoofdtrap.

Begane grond


pagina 2 van 82

1e verdieping

2e verdieping


pagina 3 van 82

1.5.

Schoolveiligheidsplan

Als ODBS Pieterskerkhof proberen wij een zo veilig mogelijke omgeving voor ons personeel en onze leerlingen te creëren. Zo hebben wij een risico-inventarisatie uitgevoerd, waarin alle risico’s onderkend zijn. Op basis van deze risico-inventarisatie hebben wij een plan van aanpak gemaakt om knelpunten te verhelpen. Ook hebben wij een professionele bedrijfshulpverleningsorganisatie ingesteld om bij calamiteiten snel adequate hulp te kunnen bieden. Onderdelen van dit beleid zijn o.a.:  Het ontruimingsplan  Opleiding bedrijfshulpverleners  Aanschaf van voldoende middelen (o.a. EHBO- en brandblusmiddelen)  De jaarlijkse ontruimingsoefening. Onze bedrijfshulpverleners dragen zorg voor:  Preventieve maatregelen / controles  Alarmeren en evacueren van personen uit de school  Het bestrijden van een beginnende brand  Het behandelen van eerste hulp bij ongevallen De BHV-groep op school houdt elk jaar ten minste twee ontruimingsoefeningen. Tijdens deze ontruimingsoefeningen gaat het alarm af en wordt de school ontruimd. Bij deze oefening neemt iedere leerkracht de noodmap mee naar buiten. Daarin zitten de noodzakelijke gegevens van de kinderen, zoals een presentielijst, de telefoonnummers van beide ouders en zogenaamde noodnummers. We vragen de ouders aan het begin van het schooljaar het noodmapformulier in te vullen, zodat dit ieder jaar actueel is. Ouders wordt verzocht om wijzigingen tijdig door te geven. Iedere ochtend worden de absenten bijgehouden op de presentielijst in de noodmap. De noodmap gaat altijd met de groep mee, bijvoorbeeld bij buiten spelen, gymlessen, uitjes etc. Verder zijn er op school de volgende zaken aanwezig: EHBO-dozen, verbanddozen en diverse brandblusmiddelen. Om deze taak goed te kunnen uitvoeren, volgt de BHVgroep jaarlijks een herhalingscursus en organiseren zij regelmatig oefeningen. Ze hebben overleg met elkaar en evalueren regelmatig met het team. Vanaf schooljaar 2013-2014 wordt er teambreed geschoold m.b.t. BHV, zodat alle leerkrachten goed op de hoogte zijn van de laatste ontwikkelingen t.a.v. de bedrijfshulpverlening. Indien u vragen heeft over de BHV – organisatie, dan kunt u deze stellen aan onze BHV – coördinator, Marjolein Portengen. Het schoolveiligheidsplan ligt op school ter inzage.


pagina 4 van 82

2.

Waar de school voor staat

2.1.

Missie en visie

Openbare Daltonschool Pieterskerkhof – Wat zijn we, wat doen we, hoe doen we dat? Ons werkterrein Openbare Daltonschool Pieterskerkhof is een basisschool in de binnenstad van Utrecht. ODBS Pieterskerkhof geeft onderwijs volgens de Daltonprincipes: verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerking, effectiviteit, reflectie en borging. De school staat voor een aanpak, die aansluit bij de hoge potentie van de Utrechtse binnenstadpopulatie. Ons bestaansrecht In een binnenstad waar veel hoogopgeleide ouders wonen is behoefte aan een school die aansluit bij de potentie van de leerlingen, zonder de zorg te veronachtzamen. Onze werkwijze De school geeft betekenis aan de behoeften van onze doelgroep door in te zetten op de volgende onderwerpen: 

Onderwijs van bovengemiddelde kwaliteit in: 1. Basisvakken Door opbrengstgericht werken uit de kinderen halen wat er in zit Door het werken op drie niveaus kinderen op hun mogelijkheden onderwijs aanbieden 2. Zaakvakken, culturele en kunstzinnige ontwikkeling Uitgaande van meervoudige intelligentie (MI) Concentrisch werken 3. Overig onderwijsaanbod Gymles door een vakdocent (groep 3 t/m 8) Een leerlijn techniek Muziekonderwijs door een vakdocent 4. Democratisch burgerschap, sociale, emotionele en persoonlijkheidsontwikkeling 5. Extra onderwijsaanbod Voor meer begaafde kinderen, onder meer door Spaans vanaf groep 6, Engels vanaf groep 1 Voor meer begaafde kinderen ook verdieping in de zaakvakken



Een procesmatige begeleiding, waarbij we bewaken dat de kinderen voldoende structuur krijgen door het inbouwen van tussenstappen.



Gedeelde verantwoordelijkheid. De doelstellingen van de school worden gehaald door de betrokkenheid van het kind, het onderwijsteam en de ouders gezamenlijk. De school doet dan ook een beroep op de ouders om deze betrokkenheid vorm te geven. De school gaat er daarbij van uit dat de ouders bewust voor de school gekozen hebben en de Daltonprincipes onderschrijven.



In het verlengde hiervan gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de gehele schoolpopulatie, ook degenen die extra zorg nodig hebben. De school kan zodoende onderwijs bieden aan leerlingen met speciale zorgbehoeften. Dit


pagina 5 van 82

gebeurt proportioneel, dus binnen de mogelijkheden die de school biedt. Specifiek gaat het om leerlingen binnen het autistische spectrum, leerlingen met het syndroom van Down, dyslexie, hoogbegaafdheid, ADHD of ADD. De school is daartoe ingericht:  Personeel: Het personeel is waar nodig gespecialiseerd. Dit geeft behalve meer deskundigheid uitdagingen aan de leerkrachten en biedt hun ontwikkelmogelijkheden. De rol van coördinatoren is daarbij belangrijk. Deze monitoren het onderwijs, houden ontwikkelingen bij en hebben een signaalfunctie naar de directie. Verder zijn er periodiek gesprekken en voldoende opleidingsmogelijkheden.  Kwaliteit: De algehele kwaliteit van de school wordt door de inspectie en de Daltonvereniging getoetst. De school werkt planmatig door het gebruiken van meerjaren- en jaarplannen. De uitvoering van deze plannen wordt periodiek geëvalueerd. Naar aanleiding van deze evaluaties kan de schoolleiding bijsturen. De school maakt o.a. twee keer per jaar een Trendanalyse n.a.v. het Cito LOVS en neemt periodiek enquêtes af onder ouders, kinderen en personeel. De kwaliteit van de lessen in het algemeen wordt gemonitord door klassenbezoeken door coördinatoren en schoolleiding. De kwaliteit op groepsniveau wordt als volgt geborgd: de leerkracht maakt meerdere keren per leerjaar een groepsplan waarin de doelen per vak en per niveau (de drie) omschreven staan. Ook wordt er twee keer per jaar een groepsoverzicht gemaakt waarin de onderwijsbehoeften per leerling beschreven staan. Om deze onderwijsbehoeften zo goed mogelijk in kaart te brengen zijn er aan het begin van het schooljaar 'startgesprekken' met alle ouders, hierbij geven ouders informatie over hun kind waarmee een optimale afstemming met thuis verzorgd wordt. De leerkracht stuurt bij waar en wanneer nodig. Wij streven naar: Openbare Daltonschool Pieterskerkhof wil voor leerlingen, leerkrachten en ouders een basisschool zijn van bijzondere kwaliteit. Onderdeel van die kwaliteit is het doorlopend streven naar verbetering. Dit kan zich op diverse niveaus afspelen b.v. ten aanzien van extra vakken, zorg, loopbaanontwikkeling of medezeggenschap en ouderparticipatie. In het schoolplan wordt verder op detailniveau beschreven hoe de school is ingericht.

2.2.

Uitgangspunten

Vanzelfsprekend moet ook ODBS Pieterskerkhof voldoen aan de kwaliteitseisen die de wet aan het primair onderwijs stelt. Drie uitgangspunten vormen daarbij het fundament voor onze aanpak van het onderwijs in de school: verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerken. Dit zijn de drie trefwoorden waarin het Daltononderwijs kan worden gevangen en die de basis vormen voor de manier waarop wij met kinderen willen omgaan. Wij vinden verantwoordelijkheid essentieel voor de ontplooiing van de persoonlijkheid van een mens. Kinderen leren met verantwoordelijkheden om te gaan binnen de ruimte die wij hun bieden (vrijheid). ODBS Pieterskerkhof wil kinderen opvoeden tot zelfstandig denkende mensen die hun verantwoordelijkheden ten opzichte van zichzelf en anderen niet uit de weg gaan.


pagina 6 van 82

Op ODBS Pieterskerkhof proberen we een sfeer te scheppen waarin ieder mens zich geaccepteerd en gerespecteerd voelt. De aandacht die deze aspecten krijgen, loopt als een rode draad door de school. Kinderen moeten zowel bij de leerkracht als bij elkaar terecht kunnen. Een goede basis van onderling vertrouwen is hierbij van groot belang. ODBS Pieterskerkhof streeft een onderwijsleersituatie na die het mogelijk maakt een continu proces te bewerkstelligen op alle onderdelen van de ontwikkeling van kinderen: de sociale, de emotionele, de verstandelijke, de motorische en de creatieve aspecten. Wij zijn voortdurend bezig een onderwijsconcept vorm te geven dat recht doet aan ieder kind. Daarbij houden we rekening met de eigen aard van de kinderen en met hun verschillen in ontwikkeling, begaafdheid, belangstelling en motivatie. Er is sprake van een open communicatie tussen school en de ouders/verzorgers. Ouders en leerkrachten/schoolleiding communiceren via een directe, korte lijn. Op beleidsterreinen denken ouders en teamleden met de schoolleiding mee in de Medezeggenschapsraad. Daarnaast is er ook nog een actieve Ouderraad die werkt als een klankbordgroep voor de school en zich inzet voor alle extra en andere leuke dingen die een school speciaal maken. Ook is er op school een extra fonds, dat door ouders wordt beheerd. Leerkrachten kunnen een beroep doen op gelden uit dit fonds om de educatie in hun klas te verrijken middels uitstapjes, leskisten, etc. Daarnaast wordt ouders gevraagd om te helpen bij diverse activiteiten zoals het begeleiden van kinderen tijdens excursies, bij projecten in de klas of bij het onderhouden van de bibliotheek. Op ODBS Pieterskerkhof vinden we het belangrijk de kinderen de mogelijkheid te bieden zich breed te ontwikkelen. Daarom bieden we naast het verplichte onderwijs een scala aan activiteiten aan, zoals culturele projecten en uitstapjes, podiumpresentaties, werken in de schooltuin, muzieklessen, sportactiviteiten, ICT-onderwijs, techniekonderwijs, Engels voor alle groepen en Spaans in de groepen 6 t/m 8.

2.3.

Dalton

ODBS Pieterskerkhof kent een lange Daltonhistorie. Onze school is een Daltonschool sinds 1929. Er vindt niet alleen binnen de school uitwisseling plaats op Daltongebied, maar ook internationaal. ODBS Pieterskerkhof is 'Member of Dalton International' en participeert actief in een netwerk van Daltonscholen in de wereld. Zo hebben we bijvoorbeeld contact met Chalabalova, een Daltonschool in Brno, een stad in Tsjechië. Daarnaast participeren we in een regionaal Dalton netwerk. De Daltonprincipes zijn het uitgangspunt om de beschrijving van de activiteiten in de verschillende ontwikkelingsfasen vorm te geven. De begrippen verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerking, effectiviteit en reflectie worden hieronder toegelicht. Daarnaast is het borgen van de kwaliteiten een essentieel element van goed Daltononderwijs.


pagina 7 van 82

Samenwerking 'The school functions as a social community' Een daltonschool is een leefgemeenschap waar leerlingen, leerkrachten, ouders, schoolleiding en bestuur op een natuurlijke en gestructureerde wijze samen leven en werken. Een daltonschool is ook een leeromgeving waar leerlingen en leerkrachten iets van en met elkaar leren. Doordat leerlingen samen met leerkrachten en medeleerlingen aan hun leertaken werken, leren zij met elkaar om te gaan en leren zij dat zij elkaar kunnen helpen. Het verwerven van kennis en vaardigheden in samenwerking met anderen kan het leren vergemakkelijken. Leerlingen leren dat er verschillen bestaan tussen mensen. Ze leren naar elkaar te luisteren en respect te hebben voor elkaar. Als leerlingen met elkaar samenwerken, ontwikkelen ze sociale vaardigheden en leren ze reflecteren op de manier waarop ze leren, zoals het beoordelen van een eigen inbreng en die van een medeleerlingen, het aangaan van de dialoog, het leren omgaan met teleurstellingen en het ervaren van een meeropbrengst uit de samenwerking. Het uiteindelijke doel is democratisch burgerschap. Een daltonschool is een oefenplek voor democratisering en socialisering.

Vrijheid en verantwoordelijkheid 'Freedom and responsibility together perform the miracle' Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken en eigen wegen te vinden. Vrijheid in het daltononderwijs is de gelegenheid krijgen om het taakwerk zelf te organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen waarbinnen de leerlingen hun vrijheid leren gebruiken. Een leerling leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn omgeving te dragen, als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt. Door leerlingen meer vrijheid te bieden kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve leerhouding ontwikkelen. Maar vrijheid betekent niet dat alles zomaar kan en mag. Het is een taak van de leerkracht om iedere leerling een structuur te bieden om vrijheid binnen grenzen te leren hanteren. Leerlingen krijgen de ruimte om te ontdekken en te experimenteren, maar worden tegelijk ook geconfronteerd met de relatie tussen wat ze doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk leerproces, waarin zelfkennis en zelfinschatting een grote rol spelen.

Effecitiviteit Dalton is een 'Efficiency measure' Dalton is een maatregel om effectiever te werken: 'a simple and economic reorganization of the school'. Parkhurst wil met haar Dalton Plan het schoolse leren doelmatiger maken. Daarom zijn effectiviteit en efficiency al vanaf het begin twee belangrijke begrippen. Effectiviteit en efficiency vooronderstellen duidelijkheid over de onderwijsopbrengsten.


pagina 8 van 82

Parkhurst vindt dat het onderwijs een brede functie heeft. Onderwijs behoort kinderen en jeugdigen ook cultureel en moreel te vormen, zodat ze zelfredzaam en sociaal verantwoordelijk worden: geoefend in, gewend aan en voorbereid op leven, werken en samenleven. Het daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen. Parkhurst wil omwille van de efficiency leerlingen juist verantwoordelijkheid in handen geven. Zij stelt dat als leerlingen een taak krijgen, waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die ze in vrijheid zelf plannen en uitvoeren, het onderwijs dan veel effectiever is dan het stilzit- en luisteronderwijs dat zij zelf doorlopen heeft. Parkhurst maakt in haar Dalton Plan van kinderen als het ware kleine ondernemers, die verantwoordelijkheid leren dragen voor het schoolwerk, hun eigen werk, dat ze in vrijheid uitvoeren.

Zelfstandigheid 'Experience is the best and indeed the only real teacher' Zelfstandig leren en werken op een daltonschool is actief leren en werken. Een leerling wil doelgericht werken aan een taak of opdracht en is in staat om tijdens dit leerproces hulp te zoeken indien noodzakelijk. Deze manier van werken stimuleert het probleemoplossend denken van leerlingen. Om later als volwassene goed te kunnen functioneren moet een leerling leren beoordelen welke beslissingen hij/zij moet nemen en wat de gevolgen daarvan zijn. De keuzevrijheid dwingt een leerlingen tot het nemen van zelfstandige beslissingen die voor hem effectief en verantwoord zijn.

Reflectie 'I would be the first to hear welcome criticism' Reflexiviteit, nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk, is op daltonscholen belangrijk. Op veel daltonscholen maken leerlingen vooraf een inschatting van de moeilijkheidsgraad en de tijd van de opdrachten. Achteraf wordt hierover ook een feitelijke beoordeling gegeven en worden in gesprekjes regelmatig de inschattingen vooraf en de feitelijke beoordelingen achteraf met elkaar vergeleken. In zulke gesprekjes kan er dan bijvoorbeeld aandacht geschonken worden aan het feit waarom een kind steeds de rekenopgaven in de weektaak vooraf moeilijker inschat dan ze (achteraf) blijken te zijn. Op andere aspecten van het werken in de klas wordt op een soortgelijke wijze gereflecteerd. Zo wordt geleidelijk de vaardigheid in het zelfstandig werken en het samenwerken opgebouwd. Het kritisch benaderen van onderwijskundige ontwikkelingen en inzichten is op een daltonschool vanzelfsprekend. Iedere docent die werkt op een daltonschool reflecteert op zijn/haar onderwijspraktijk en professioneel handelen. Ook op schoolniveau vindt reflectie over de kwaliteit van het daltononderwijs voortdurend plaats.

2.4.

21st Century skills

De maatschappij in de 21e eeuw is wezenlijk anders dan de 20e eeuw. Er worden andere dingen gevraagd van mensen. Vroeger lag er meer nadruk op kennis en was de school Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 9 van 82

vooral een instituut voor kennisoverdracht met de leerkracht als instructeur. In de 21 e eeuw is kennis overal voor handen. De kinderen hebben veel kennis en middelen tot hun beschikking. Ze moeten echter leren hier mee om te gaan. Vaardigheden zijn daarmee belangrijk geworden in hedendaags onderwijs. De leerkracht heeft daarmee ook een andere rol. De ‘instructeursrol’ is minder belangrijk. De rol van begeleider en coach die de kinderen stimuleert, motiveert, begeleidt en begrenst is essentieel. Wat moeten kinderen nu leren om optimaal voorbereid te zijn op de samenleving in de 21ste eeuw? Naast taal en rekenen en de kernvakken, zijn de competenties samenwerken, creativiteit, ict-geletterdheid, communiceren, probleemoplossend vermogen, kritisch denken en sociale en culturele vaardigheden van belang. Ook een betrokken, ondernemende en nieuwsgierige houding komen van pas in de 21ste eeuw. Wij werken t.a.v. wereldoriëntatie met de werkwijze van 4 keer wijzer. Kinderen leren, gebruikmakend van de theorie over meervoudige intelligentie, naar vermogen op diverse onderwijskundige gebieden die thematisch aan elkaar gekoppeld zijn.

2.5.

Samenleving

De kinderen van onze school komen voornamelijk uit de buurt. Om de kinderen te leren dat er meer is dan de kinderen uit de directe omgeving doen wij aan actief burgerschap. We hebben diverse contacten binnen Utrecht en in de Wereld (Tsjechië) waardoor kinderen niet alleen lezen of horen over andere culturen, maar ze ook ervaren. We richten ons op het bevorderen van integratie door o.a. ontmoetingen tussen kinderen van verschillende scholen en met verschillende achtergronden. Hiermee willen we tolerantie bevorderen en discriminatie bestrijden. Bewust maakt de school dus ruimte voor thema’s zoals respect, identiteit en wereldburgerschap.

2.6.

Onderwijs op maat: leerlingenzorg

Onder leerlingenzorg wordt verstaan de (extra) aandacht voor sociaal emotionele en cognitieve ontwikkeling van kinderen. De leerlingenzorg is gericht op alle leerlingen. Vanuit onze visie op onderwijs ontfermen vooral de leerkrachten zich over de (zorg)leerlingen en wordt de hulp binnen de groep geboden. De leerkracht is immers de professional die dagelijks met het kind werkt en zodoende goed weet wat een kind nodig heeft. Dit stemt de leerkracht af met u als ouder (b.v. startgesprek) en met het kind (kindgesprek). Met al deze informatie wordt de hulp zo veel mogelijk afgestemd. De leerkracht kan ook zelf inplannen wanneer de extra hulp wordt geboden. Daarnaast is het voor kinderen goed dat de instructies en hulp eenduidig aangeboden worden. Afhankelijk van de aard van de zorg kunnen rugzakleerlingen en/of andere specifieke situaties hierop een uitzondering zijn. De leerlingenzorg bij ons op school is gebaseerd op het model ‘1-Zorgroute’, de Handelingsgerichte werkwijze. Waarbij op open en transparante wijze gewerkt wordt vanuit de driehoek Ouders - Leerkracht - Leerling. Instructies op de basisvakken worden op 3 niveaus gegeven: 1. Kinderen die weinig instructie nodig hebben krijgen een verkorte instructie en maken extra of ander werk. 2. De basisgroep krijgt de normale instructie. 3. Kinderen die meer instructie nodig hebben, krijgen verlengde instructie en eventueel aanvullende oefeningen.


pagina 10 van 82

Dit model noemen we het 'directe instructiemodel'. Door gebruik te maken van dit model krijgen alle leerlingen de aandacht die ze nodig hebben om voldoende gebruik te maken van het onderwijsaanbod. Vanaf groep 6 wordt voor een kind, dat niet genoeg heeft aan verlengde instructie, een aparte leerlijn uitgezet voor een of meerdere vakken. Dit ontwikkelingsperspectief wordt samen met ouders opgesteld. Zo kan er vroegtijdig ingezet worden op het bereiken van enkele doelen die prioriteit behoeven.

2.7.

Pedagogisch klimaat en schoolsfeer

We staan voor een veilige school. We willen dat kinderen met plezier naar school gaan en zich volop kunnen ontwikkelen. Dit kunnen we natuurlijk niet alleen. Samen met ouders en kinderen wil de school bovenstaande bereiken. We willen dan ook een open communicatie, waarin ouders, kinderen en school samen optrekken om het beste uit de kinderen te halen. Om sociale vaardigheden te ontwikkelen bij de kinderen maken de leerkrachten o.a. gebruik van lessen uit de methode: 'Kinderen en hun sociale talenten'.

2.8.

Kleding personeel, ouders en kinderen

Op onze school leven en werken we samen en is ontmoeting een belangrijk aspect. Als openbare school hebben wij respect voor verschillende achtergronden en levensovertuigingen. Daar hoort ook bij dat wij respect tonen en verwachten voor religieuze symbolen als het dragen van een kruisje of een hoofddoekje. Visueel contact en het kunnen zien van emoties op gezichten zijn belangrijke aspecten van de communicatie en ontmoeting binnen de school en van groot belang voor het pedagogisch klimaat. Daarom is het dragen van gezichtsbedekkende kleding in de school en op het schoolplein niet toegestaan. Om veiligheids- en gezondheidsredenen is tijdens de gymles het dragen van gymkleding en gymschoenen verplicht, het dragen van sieraden verboden en het dragen van een hoofddoekje alleen toegestaan in de vorm van een elastische hoofddoek. Wij verwachten dat personeel, ouders en kinderen kleding dragen die voldoet aan de algemene Nederlandse fatsoensnormen. Voor personeel geldt dat zij daarin voor kinderen ook een voorbeeldfunctie vervullen.

2.9.

Beleid t.a.v. trakteren, eten en drinken

De kinderen op ODBS Pieterskerkhof nemen op school eten en drinken mee van huis. Rond 10.00 uur is er een moment om even iets te eten en te drinken. Tussen 12.00 uur en 13.00 uur is er tijd om te lunchen. Wij zien graag dat kinderen gezond eten en drinken van hun ouders mee krijgen. Dit bevordert de ontwikkeling van een gezond lichaam en een gezonde geest. En uiteraard heeft dit ook invloed op de leer- en ontwikkelmogelijkheden van de kinderen. Op school besteden we dan ook regelmatig aandacht aan het nut en de positieve effecten van gezonde voeding. De verantwoordelijkheid voor het meenemen van gezond eten en drinken ligt bij de ouders. Wij gaan ervan uit dat de ouders deze verantwoordelijkheid ook nemen.


pagina 11 van 82

Leerkrachten zullen het meegebrachte eten en drinken van kinderen niet controleren. Indien een leerkracht opmerkt dat een kind regelmatig ongezond eten of drinken bij zich heeft, dan zal de leerkracht de ouders aanspreken op hun verantwoordelijkheid.

Traktaties Kinderen die jarig zijn mogen trakteren. Het liefst zien we ook hier gezonde traktaties. Via internet zijn er heel veel ideeën te vinden om de traktatie, naast leuk of creatief, ook gezond te laten zijn. Ook hier zal de leerkracht, indien de traktatie buitensporig of ongezond is, de ouders aanspreken. We kiezen er bewust voor om niet vanuit school een rigide handhaving en regelgeving toe te passen, we richten ons op onze verantwoordelijkheid in deze: voorlichting, educatie en communicatie. We gaan ervan uit dat ouders en kinderen hun verantwoordelijkheid nemen t.a.v. het meenemen van gezonde producten. Met elkaar zorgen we er zo voor dat we een ‘gezonde school’ zijn.

2.10. Beleid t.a.v. het halen van de kinderen om 14.30 uur Kinderen op ODBS Pieterskerkhof worden opgehaald door 4 BSO-instellingen: Partou (binnenstad), Partou (Kampong), Ludens (Salto) en het Olefantje. School ontvangt van de BSO-instelling een overzichtslijst van de kinderen die per groep gehaald worden. Ouders geven op het noodformulier van school aan op welke dagen hun kind naar de BSO gaat. Structurele wijzigingen in de lijst worden door ouders aan de BSO-instelling doorgegeven. De BSO zorgt voor een nieuwe lijst voor de school. Als ouders incidenteel afwijken van de lijst dan informeren ze de school en de BSO. Alle kinderen die door een BSO-instelling worden opgehaald, worden opgehaald in de groepen 1 t/m 3 door een van de BSO-medewerkers. De kinderen die meegaan naar Partou Maarschalkerweerd gaan naar groep 3. De leerkracht wacht in de klas tot de BSObegeleiders in de klas zijn. Na deze overdracht zijn de BSO-medewerkers verantwoordelijk voor de kinderen die ze overgedragen hebben gekregen. De BSOmedewerkers zijn 5 minuten voordat de school uitgaat (14.30 uur) aanwezig in de centrale hal tussen de groepen, zodat de kinderen niet onnodig hoeven wachten. Als de BSO-medewerkers verlaat zijn, blijven de kinderen van die BSO-instelling in de eigen klas wachten tot ze gehaald worden. De leerkracht neemt de kinderen die niet met een BSO meegaan mee naar buiten en gaan in het gele vak staan. Zodra het kind zijn ouder/verzorger ziet geeft het kind een hand aan de juf en loopt naar de ouder/verzorger. De verantwoordelijkheid voor het kind is op dat moment overgedragen aan de ouder/verzorger. Ouders blijven achter de rode lijn op het schoolplein, zodat er goed zicht is op de kinderen door zowel de ouders als de leerkrachten. Ouders die met een van de leerkrachten in gesprek willen kunnen uiteraard naar de leerkracht toe komen.


pagina 12 van 82

Kinderen van groepen 3 t/m 8 lopen om het vak heen. Kinderen van wie er geen ouder te zien is, gaan met de leerkracht mee terug naar de klas en wachten daar tot de ouder er is. Duurt dit te lang dan belt de leerkracht de ouder. Het kind wacht in de klas. BSO ’t Olefantje neemt de kinderen mee via de zijdeur naar het Pieterskerkhof. BSO Partou Maarschalkerweerd haalt de kinderen met een taxi. De chauffeur haalt de kinderen op in groep 3. Kinderen van andere groepen verzamelen zich hier. BSO Ludens neemt de kinderen mee en vertrekt via het schoolplein. BSO Partou Alendorpstraat neemt de kinderen mee en gaat spelen op het kleuterpleingedeelte, voor de kleuterlokalen op ons schoolplein.


pagina 13 van 82

3. 3.1.

De organisatie van het onderwijs Schoolorganisatie

We starten ieder schooljaar met twee gecombineerde kleutergroepen 1/2, Na de krokusvakantie vormen de kinderen van groep 2 een aparte groep om zo een soepele overgang naar groep 3 te creëren. De twee groepen 1 gaan los verder en worden steeds aangevuld met kinderen die 4 jaar worden. Verder hebben we steeds één groep van alle groepen 3 t/m 8. De school heeft steeds rond oktober zo’n 220 kinderen. Aan het eind van het schooljaar loopt dit aantal richting de 250. De klassengrootte ligt over het algemeen rond de dertig kinderen. In onze binnenstadsschool hebben we regelmatig te maken met verhuizingen. Hierdoor zijn de onderbouwgroepen voller dan de bovenbouwgroepen. Voor de groepsbezetting houden we een streefmaximum van 35 kinderen aan. Indien we het noodzakelijk achten kan er aan het begin van een schooljaar een combinatiegroep gestart worden. Dit heeft echter niet de voorkeur en is tot op heden ook nog niet gebeurd.

3.2.

Samenstelling van het team:

Pieterskerkhof Groep

Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Vrijdag

1/2 A

Feline van Eijsden

1/2 B

Annette van Toledo

Feline van Eijsden Annette van Toledo

Caroline Kamperdijk Annette van Toledo

Caroline Kamperdijk Annette van Toledo

1B vanaf de krokusvakantie 2 vanaf de krokusvakantie

n.n.b. (Lio stagiaire) Annette van Toledo




3

Caroline Kamperdijk Marjolein Portengen

Brigitte Gerris Marjolein Portengen

Feline van Eijsden Annette van Toledo n.n.b. (Lio stagiaire) Annette van Toledo Brigitte Gerris Ferieke de Heer

Brigitte Gerris

Brigitte Gerris

Ferieke de Heer

Ferieke de Heer

5

Nathalie van Heel Marian de Beurs (BAPO vervanging en studieverlof vervanging door Bart van den Elzen) Pascalla Reiffers

Nathalie van Heel Marian de Beurs

Nathalie van Heel

6

Nathalie van Heel Marian de Beurs

Hanneke van der Heijden Bart van den Elzen

Pascalla Reiffers

Sanne van Gaalen Pascalla Reiffers

Sanne van Gaalen

Sanne van Gaalen

Pascalla Reiffers

Pascalla Reiffers

4

7 8

Georgette van Rijswijk

Georgette van Rijswijk


Marian de Beurs

pagina 14 van 82

algemeen

Directeur

Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Endry van den Berg

Endry van den Berg Sarah-Lynn Reuver Herman Wigbold

Endry van den Berg

Endry van den Berg

Gym Handvaardigheid / techniek Muziek (gefinancierd door ouders) ICT

Herman Wigbold

Helga Huisjes Feline van Eijsden 10 dagen ambulant

Administratie

Helma Blom

Vervanging specialisten

Marjolein Portengen

Rugzakbegeleiding

Selma BuhrmanBeen ½ dag Hanneke van der Heijden

IB Technische conciërge Conciërge Vervanging lkr. compensatieverlof Annette

Vrijdag

Gerard Vriezen 10 dagen door n.n.b.

Gerard Vriezen


Marjolein Portengen 10 dagen Selma BuhrmanBeen ½ dag

Hanneke van der Heijden Ed van de Hoek Gerard Vriezen

Gerard Vriezen

Gerard Vriezen

pagina 15 van 82

3.3.

Curriculum

Voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen maken we gebruik van de methode 'Kinderen en hun sociale talenten'. Middels diverse thema’s, die gelijk lopen door alle klassen, leren de kinderen over hoe je kunt samen spelen, samen werken, etc. Als we constateren dat de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind, of een groep kinderen, niet volgens verwachting verloopt, dan zullen er gesprekken worden gevoerd met individuele kinderen, ouders of gehele groepen. Naast gesprekken kan het zijn dat handelingsplannen worden uitgevoerd voor individuele kinderen of voor de gehele groep.

Groep 1/2 De basis voor de leerlingen van groep 2 is al gelegd in groep 1. In dat eerste jaar vinden wij het belangrijk dat de kinderen de ruimte krijgen om op een speelse, ontdekkende wijze zichzelf te kunnen ontplooien in een veilige omgeving (de groep). In dit jaar ligt de nadruk op de sociale en emotionele ontwikkeling, de persoonlijkheidsontwikkeling en het speelgedrag van het kind. In groep 2 komt de nadruk meer te liggen op het werkgedrag. Dit omvat een positieve werkhouding waarin taakgerichtheid, concentratie en werktempo belangrijk zijn. Hier vloeit uit voort dat de cognitieve ontwikkeling zich verder verdiept en verbreedt. Door het werken aan voorbereidend rekenen, lezen en schrijven worden vaardigheden aangeleerd die nodig zijn voor groep 3. Bij de kleuters wordt thematisch gewerkt, passend bij de werkwijze van '4 keer wijzer'. De vorderingen van de kinderen worden bijgehouden via het registratiesysteem van 'Dorr'. De 'Dorr'-borden maken het mogelijk dat er goed gedifferentieerd kan worden en de kleuters steeds kunnen werken en spelen met materiaal op hun eigen niveau. Er wordt in de kleutergroepen gewerkt met een beredeneerd aanbod, waarbij alle nodige onderdelen meerdere keren per jaar worden aangeboden aan de kinderen.

Rekenen In de groepen 1 t/ 8 wordt er gewerkt uit de methode 'De Wereld in Getallen'. In groep 1 en 2 wordt het voorbereidende rekenen thematisch aangeboden. Hierbij wordt er ook gebruik gemaakt van de methodes 'Rekenrijk' en 'Wereld in getallen'. De methodes werken volgens het directe instructiemodel: De methode gaat uit van een basispakket (de basisinstructie), extra leerstof voor kinderen die dat aankunnen (korte instructie) en voor kinderen die moeite hebben met de lesstof is er, naast de basisstof, verlengde instructie. Het programma wordt indien nodig en mogelijk aangepast aan het niveau en het tempo van het kind. Aansluitend aan de voorafgaande jaren zullen de volgende onderwerpen aan de orde komen:  Tellen/aantallen. Kinderen leren zich oriënteren in de getallenwereld, krijgen inzicht in het getallensysteem en leren omgaan met hoeveelheden.  Bewerkingen: optellen, aftrekken.  Meten: Plaats van richting bepalen, bouwen met blokken, van ruimtelijke voorstelling naar Plattegrond , wegen zoeken en beschrijven, patronen voortzetten en roosterfiguren natekenen.  Diversen: reken-taalbegrippen, verhoudingen, grafieken lezen en maken. Tafels van vermenigvuldiging  De getallenlijn t/m 100  Uitbreiding van het splitsen van getallen  Geldrekenen;  Klokkijken;


pagina 16 van 82

                 

Tijdrekenen; Eenvoudige grafieken; Lengte schatten en meten; Voorbereiding oppervlakte- en inhoudsmaten. Structuur van de getallen: werken met de abacus, positiestrepen Schrijven, lezen en tellen t/m 100000 Cijferend optellen en aftrekken Veel gebruikte breuken in contextsituaties Meten: omtrek, oppervlakte, inhoud, digitale tijden Spiegelen Verhoudingen Diagrammen Werken met procenten Romeinse cijfers Werken met kommagetallen Werken met inhoud en gewichten Werken met grafieken en tabellen Werken met een rekenmachine

Taal Groep 1 en 2 Het beredeneerd aanbod voor Taal is vastgelegd in onze 'Dorr'-mappen. De leerkrachten bieden structureel activiteiten aan die voorwaardelijk zijn voor een goede voortzetting van de taalontwikkeling van de kinderen. Het materiaal wat hier o.a. voor wordt gebruikt komt uit de 'Dorr'-lesmap en uit de 'Klankkast'. groep 3 Voor het leren lezen in groep 3 gebruiken wij de methode 'Veilig Leren Lezen'. Het is een Taal/leesmethode die zowel de mondelinge als de schriftelijke taalontwikkeling stimuleert. Hierbij wordt de nadruk gelegd op:  communicatieve vaardigheden  bevordering van boekoriëntatie  bevordering van taalbegrip  vergroting van de woordenschat Samenwerken en leren van elkaar staan hierbij centraal. Het aanleren van woorden en letters gebeurt aan de hand van woordplaten en woordstroken. Woorden worden met deze woord-stroken 'gehakt ' en 'geplakt'. Bijvoorbeeld: r

oo

s

Hakken: afzonderlijk noemen van de klanken r-oo-s. Plakken: samenvoegen van de klanken r-oo-s tot het woord roos. Aan de hand van het aangeleerde woord wordt een letter aangeleerd. Door de hoeveelheid aan materialen kunnen de kinderen veelal zelfstandig met woorden en letters experimenteren. Uit de toetsen wordt snel duidelijk op welke gebieden kinderen uitvallen. De methode geeft naar aanleiding hiervan aan welke oefeningen de kinderen kunnen doen om het probleem aan te pakken. Voor kinderen die al wat meer aan kunnen t.a.v. het lezen is er een speciale leerlijn binnen de methode die we volgen. Ook passen we het directe instructie-model toe. groep 4 t/m 8 Uitgangspunt voor het taalprogramma is vanaf groep 4 t/m 8 de methode 'Taal in Beeld'. Deze taalmethode voldoet ruimschoots aan de kerndoelen voor het basisonderwijs. En aan de tussendoelen voor beginnende en gevorderde geletterdheid. Alles wat Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 17 van 82

basisschoolleerlingen moeten leren, komt in Taal in beeld aan bod. In elke groep werkt Taal in beeld aan:  Woordenschat Taal in beeld besteedt veel aandacht aan woordenschat. Kinderen zijn nadrukkelijk bezig met het leren van doelwoorden en woordenschatstrategieën.  Spreken / luisteren Effectief spreken en luisteren. Taal in beeld leert kinderen de beste strategieën. De methode maakt onderscheid tussen spreken, luisteren en een gesprek voeren. In interactieve lessen oefenen kinderen de vaardigheden die ze nodig hebben.  Schrijven (stellen) Schrijven is een proces. Taal in beeld leert kinderen de schrijfstrategieën die daarbij nodig zijn. Leerlingen gaan praktisch aan de slag met vaardigheden voor, tijdens en na het schrijven.  Taalbeschouwing Taal in beeld werkt aan drie onderdelen: o woordbouw: de functie, de opbouw en de betekenis van woorden o zinsbouw: de functie, de opbouw en betekenis van zinnen o taalgebruik: de opbouw van teksten en het gebruik van taal.

Spelling Uitgangspunt bij spelling is vanaf groep 4 t/m 8 de methode 'Spelling in Beeld'. Spelling in beeld leert kinderen de belangrijkste spellingstrategieën. Zo leren ze niet alleen zo veel mogelijk woorden correct te spellen, maar worden ze ook getraind in de juiste spellingdenkwijze. Spelling in beeld legt het accent op:  Klankstrategie: schrijven zoals je het woord hoort De klankstrategie benadrukt dat er een vaste relatie bestaat tussen een klank en het schrijven daarvan. Het kan gaan om losse klanken (/oe/ schrijf je als oe), maar ook om clusters van klanken.  Regelstrategie: het toepassen van spellingregels De regelstrategie leert kinderen regels toe te passen om woorden goed te schrijven. Een voorbeeld is de verlengingsregel. Want waarom schrijf je het woord hond met een d aan het eind? Je kunt het horen door het woord langer te maken (honden).  Weetstrategie: het inprenten van woorden Bij veel woorden is de koppeling tussen klanken en schrijfwijze niet eenduidig. De ei klinkt bijvoorbeeld hetzelfde als de ij. Kinderen leren dat ze deze woorden moeten onthouden door inprenting.  Opzoekstrategie en analogieaanpak Er blijven altijd woorden waarvan de juiste spelling voor twijfels zorgt. Spelling in beeld leert kinderen daarom ook om woorden op te zoeken in een woordenlijst of woordenboek. En ze leren woorden te schrijven naar analogie van een voorbeeldwoord.

(Begrijpend) lezen Uitgangspunt voor het taalprogramma t.a.v. begrijpend lezen is vanaf groep 4 t/m 8 de methode 'Nieuwsbegrip XL'. Nieuwsbegrip XL is een complete methode voor het begrijpend lezen in het basisonderwijs. Iedere week zijn er:  Lessen rondom verschillende tekstsoorten: verhalende teksten, brieven, stripverhalen; verslagen; een mop/raadsel, een betoog, reclameteksten, interview en Internetteksten.  Woordenschatoefeningen bij een selectie van woorden uit de actuele Nieuwsbegriples.  Functionele schrijfoefeningen.  Instructies voor het werken met de stappenplannen, strategieën en


pagina 18 van 82

sleutelschema’s.

Technisch lezen Voor technisch lezen maken we vanaf groep 4 gebruik van de methode 'Estafette'. Deze methode sluit precies aan bij 'Veilig Leren Lezen' uit groep 3. Een belangrijk didactisch uitgangspunt van Estafette is het fasenmodel bij de leesverwerving. Volgens dit model leren kinderen eerst correct lezen, waarna ze hun leessnelheid verhogen om vlot en vloeiend te leren lezen. Het gebruik van het fasenmodel is in Estafette duidelijk herkenbaar. Specifieke leesmoeilijkheden worden eerst apart geoefend. Eerst goed, dan vlot, is het devies. Vervolgens krijgen leerlingen teksten. Kinderen die dat nodig hebben, krijgen gerichte instructie en feedback. Het leesonderwijs met Estafette wordt ook op 3 niveaus aangeboden (directe instructiemodel). Daarnaast worden er verschillende leesactiviteiten ter bevordering van het leesniveau en de leesbeleving gedaan vanuit het project 'Bewust Omgaan met Verschillen in het leesonderwijs.' Natuurlijk maken de kinderen ook nog hun 'leeskilometers' met de boeken uit de schoolbibliotheek.

Schrijven Als uitgangspunt voor het schrijven wordt er vanaf groep 2 gewerkt met de methode: Pennen-streken. In deze methode wordt met behulp van systematische oefeningen de motorische, technische en communicatieve ontwikkeling ondersteund. Deze oefeningen vormen een doorgaande lijn in de hele methode. Er wordt aandacht besteed aan:  Schrijfhouding, bevordering oog-hand coördinatie en arm-, handen vingermotoriek. aanleren en inoefenen van schrijfpatronen,  Aanleren en inoefenen van letters, cijfers en leestekens.  Aanleren en inoefenen van verbonden schrift.  Leren schrijven op en tussen lijntjes.

Studievaardigheden Studievaardigheden zoals werken met kaarten, registers, woordenboeken, etc. oefenen we niet alleen binnen de andere vakgebieden, maar ook apart, vanaf groep 5. De studievaardigheid worden ook door CITO getoetst d.m.v. de CITO-eindtoets in groep 8.

Engels We geven Engels vanaf de kleuters. Hiervoor gebruiken we de methode 'Take it easy'. Deze methode heeft een doorgaande leerlijn vanaf groep 1. De opbouw van de methode is concentrisch. De Eibo (Engels in het basisonderwijs) thema’s komen voor het eerst aan bod in de leerjaren 5 en 6. In groep 7 en 8 worden de thema’s op een hoger niveau herhaald. De groepen 1 t/m 4 volgen het voortraject. De lessen van Take it easy hebben een vaste structuur. De leerlingen maken kennis met een thema via een filmpje of lied. Take it easy biedt luisteren spreekopdrachten aan in de vorm van een dialoog, cartoon, spel of ‘total physical response’ activiteit. In groep 7 en 8 werken de leerlingen aan het Taalportfolio. In het Taalportfolio staan de ervaringen van de leerling met het leren van de taal (talenpaspoort), de toetsen (dossier) en wat de leerling al kan of lastig vindt (taalbiografie).

Spaans Spaans: Vanaf groep 6 kunnen kinderen Spaans volgen. De leidraad is de methode 'La Pandilla'. Door middel van liedjes, spelletjes, conversaties en oefeningen wordt zowel de spreek- als schrijftaal geoefend. Het Spaans wordt aangeboden aan kinderen die het basisprogramma moeiteloos kunnen volgen en gemotiveerd zijn voor het leren van de Spaanse taal. Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 19 van 82

Wereldoriëntatie Bij wereldoriëntatie wordt gebruik gemaakt van de methode 4 keer wijzer: Aardrijkskunde Anders, Geschiedenis Anders en Natuur Anders. Deze methodiek gaat uit van een grote mate van eigenaarschap van kinderen, waarbij de leerkracht, naast de rol van kennisoverdrager, meer een rol van coach aanneemt. De methode gaat uit van Meervoudige Intelligentie. In een periode van 1, 2 of 3 weken wordt thematisch gewerkt met één geschiedenis-, aardrijkskunde- of natuuronderwerp (bijvoorbeeld: China, De Romeinen of dieren op de Veluwe). Door de thema’s in volgorde op elkaar af te stemmen ontstaat een samenhangend geheel. Binnen de thema’s worden drie belangrijke interventies gehanteerd: 1. De groepsgerichte leerkrachtles. De leraar is er voor het vonkje, voor de samenhang, voor de intermenselijke relaties, voor de persoonlijk diepgang van ieder kind. Minimaal eenmaal per week geeft de leerkracht zijn of haar themales: vertelt het verhaal, nodigt een deskundige uit, organiseert een excursie, houdt een kringgesprek, benut zijn digitale schoolbord, verhaalt zijn belevenissen, geeft instructie, enz. 2. Keuzemomenten. Gedurende een aantal momenten per week hebben de kinderen de gelegenheid om op hun eigen manier en vanuit hun eigen talenten (intelligenties) het thema verder te verkennen, te onderzoeken en te ervaren. 3. De rijke leeromgeving. Er zijn diverse materialen en middelen in de klas om kinderen te prikkelen, uit te dagen en te motiveren om in het thema te duiken. De werkwijze is zó opgezet, dat het recht doet aan verschillen tussen kinderen. Kinderen die meer aankunnen, kunnen meer diepgang aanbrengen in het thema. Dit is ook wat de leerkracht met het kind bespreekt en van het kind verwacht. In groep 3 en 4 zijn de 3 vakken, aardrijkskunde, geschiedenis en natuur, geïntegreerd en worden ze thematisch aangeboden. In groep 3 sluit dit aan op de thema’s van Veilig Leren Lezen. Groep 3: thema: 2. Mijn lijf 3. De post 4. Het bos 5. Sprookjes 6. Vogels in de winter 7. Piraten 8. Talentenjacht 9. De uitvinder 10. Het museum 11. Boeken 12. Op reis Groep 4: thema: 2. De dokter en de tandarts 3. De dierentuin 4. Hallo wereld 5. Tijd (uur, jaar, eeuw, kalender) 6. Reptielen 7. Wonen 8. Beroepen (wat moet je kunnen) Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 20 van 82

9. Water 10. Kunst 11. Bloemen (planten-boeken) 12. Vervoer

Aardrijkskunde In groep 5 wordt gewerkt met kaarten en plattegronden, een kaartenbak, ingedeeld in vier thema’s, die als voorloper dient op groep 6. Vanaf groep 6 worden Nederland, Europa en de Wereld behandeld. Om zoveel mogelijk uitdaging en afwisseling te houden zijn de 12 thema’s van Aardrijkskunde Anders op een geheel unieke wijze vorm gegeven. In ieder van de drie mappen zitten vier katernen. In ieder katern wordt een spelvorm beschreven die met de gehele klas in de themaperiode van drie weken uitgewerkt wordt. Iedere periode wordt afgesloten met het klassikaal spelen van het spel. De voorbereidingen van ieder spel bestaan uit tal van opdrachten die vormgegeven zijn vanuit meervoudige intelligentie. Tijdens het maken en het spelen van het spel wordt door de kinderen veel geleerd. Doordat bij Aardrijkskunde Anders volgens de structuur van VierKeerWijzer® wordt gewerkt wordt er veel diepgang gecreëerd en trainen de kinderen vele vaardigheden. Alle 12 katernen kennen de volgende opbouw: 1. 2. 3. 4. 5.

Werkwijze en spelbeschrijving Benodigdheden Leerstofinhoud (ook als leestekst voor kinderen te gebruiken) Opdrachten Indien nodig het spelbord

Geschiedenis 'Geschiedenis anders' werkt, naast de leerkrachtles, met opdrachtkaarten ingedeeld volgens de theorie over Meervoudige Intelligentie. Naast het leren van de inhoud en het leren ontwikkelen van andere intelligenties dan de voorkeursintelligenties, is er ook een leereffect met betrekking tot de basisbehoeften van het kind: 1. Relatie De kaarten nodigen kinderen uit tot samenwerken. Bij Geschiedenis anders krijgt ieder kind binnen eenzelfde thema de gelegenheid om te laten zien wat hij of zij kan. Dit leidt tot wederzijds respect. Het gezamenlijk vieren van de grote diversiteit aan resultaten die samen binnen het thema een eenheid vormen zal leiden tot sterkere onderlinge relaties en zal de sociale vaardigheden vergroten. 2. Competentie Bij het werken met meervoudige intelligentie, het aansluiten bij de verschillende manieren van leren van ieder individueel kind, wordt ieders werk gezien en gewaardeerd. Of het nu gaat om een gebouwd Vikingschip, een zelfgemaakt oertijdlied of een bladzijde uit het dagboek van Napoleon: Het één vult het ander aan en samen leren we van en met elkaar. Ieder krijgt de belangstelling die hij of zij verdient. Dat geeft een competent gevoel, vergroot de motivatie en maakt kinderen (en leerkrachten) betrokken bij hun leren. Je mag trots zijn op wat je hebt gepresteerd. 3. Autonomie Bij Geschiedenis anders mag het kind kiezen. Welke kaart zal ik kiezen? Welke klus ga ik klaren? Behalve dat het motiveert om te mogen kiezen wat het best bij je past, leert het een kind verantwoordelijkheid te dragen voor de gekozen taak. Het kind leert plannen, hoeveel tijd heb ik nog? Wanneer is de eindpresentatie? Is mijn werk klaar? Is het goed genoeg voor de presentatie? Deze vorm van werken


pagina 21 van 82

past uitstekend binnen de Daltonvisie van de school. De volgende thema’s komen bij geschiedenis aan bod: Groep 5:  Oma’s tijd  De tijdbalk  Het schrift door de tijden heen  Pre-historie Groep 6:  Romeinen  Kloosters  Vikingen  Ridders en kastelen Groep 7:  De stad in de middeleeuwen  Ontdekkingsreizen  Tachtig jaar oorlog  Gouden Eeuw Groep 8:  Pruiken en Revoluties  Industrie  Twee keer oorlog  De laatste tijd Diversen:  Kunst door de tijden heen  Het Oude Egypte  De Oude Grieken  Azteken, Maya’s en Inca’s  Indianen en het wilde westen  Beroepen vroeger-nu-later (voorloper)  Vervoer door de tijden heen (voorloper)

Natuur De 32 thema’s van 'Natuur Anders' sluiten voor een groot deel aan bij de thema’s van Geschiedenis en Aardrijkskunde Anders. Op de voorkant van iedere kaart staat informatie over het onderwerp, op de achterkant staan tal van keuze-opdrachten. De opdrachten zijn wederom vormgegeven vanuit meervoudige intelligentie en doet recht aan de uitgangspunten zoals hierboven reeds geformuleerd.

Expressievakken: Handvaardigheid, tekenen, dans en drama Voor de vakken handvaardigheid, tekenen, dans en drama wordt de methode 'Moet je doen' als bronnenboek gebruikt. Er worden zowel individuele als groepsopdrachten gemaakt. Daarnaast maken de leerkrachten gebruik van andere bronnen en geven ze zelf ontworpen opdrachten. Meerdere malen per jaar worden er projecten van het Utrechts Centrum voor de Kunsten ingezet. De opdrachten zullen worden ingepast binnen de thema’s van 4 keer wijzer, zodat de diverse vakken elkaar kunnen versterken en het leerrendement wordt vergroot. Wekelijks krijgen de leerlingen van de groepen 5 t/m 8 gedurende 5 kwartier handvaardigheid / techniek les van de techniekcoördinator. Zowel het vakinhoudelijke aspect als het onderzoekend en ontwerpend leren staan in deze lessen centraal. Ook wordt de creativiteit van de leerlingen aangesproken.


pagina 22 van 82

Deze lessen staan niet op zich, omdat de leerlingen ook kunnen werken met de techniekkisten tijdens zelfstandig werken. Daarnaast vindt er een integratie van handvaardigheid/technieklessen in Vier keer Wijzer plaats.

Muziek Dit wordt gegeven door een vakdocent aan de groepen 1 t/m 8. Er wordt les gegevens vanuit de kerndoelen die voor muziekonderwijs op de basisschool gelden:  De leerlingen kunnen liederen uit de eigen cultuur en andere culturen in groepsverband zingen. Ze letten daarbij op zuiverheid en voordracht.  De leerlingen kunnen eenvoudige muziek spelen op schoolinstrumenten, met en zonder hulp van notatie.  De leerlingen kunnen een muziekstukje bedenken en uitvoeren op basis van een gegeven melodie, ritme of voorzin, verhaal, sfeer of stemming.  De leerlingen kunnen bij het luisteren naar muziek het volgende onderscheiden en benoemen: o klankeigenschappen (duur, hoogte, kleur en sterkte); o vormprincipes (herhaling, contrast en variatie}; o betekenis (stemming, sfeer) en functie; o gebruikte instrumenten en/of stemsoorten.  leerlingen kunnen al luisterend: o muziek typeren naar geografische en/of culturele herkomst; o klank, vorm en betekenis van muziek met bewegingen uitbeelden; o het verloop van een lied of muziekstuk meelezen met behulp van het notenschrift of een andere grafische notatie. Ook bij muziek zullen we aansluiten bij de lopende thema’s.

Bewegingsonderwijs Eén keer per week hebben de kinderen van groep 3 t/m 8 bewegingsonderwijs van een vakleerkracht en één keer per week hebben zij bewegingsonderwijs van een groepsleerkracht. De groepen 1 en 2 hebben iedere dag bewegingsonderwijs. De kinderen hebben een enorme exploratie- en bewegingsdrang. Ze hebben nog een vrij individuele instelling, maar willen toch ook al graag naast / met andere kinderen spelen. (passief sociaal gedrag). De kinderen hebben nog niet een groot uithoudingsvermogen. Ze zijn snel moe, maar ook snel hersteld. De kinderen hebben een grote creativiteit en fantasie die ze gebruiken tijdens de gymlessen. Ze hebben een spontane dwang tot het maken van bewegingen. Dit alles komt terug in de gymlessen, waarin verschillende oefenvormen op een speelse wijze worden aangeboden.

Verkeer De school werkt volgens de uitgangspunten van het Utrechts Verkeersveiligheids Label. Er is een actieve rol voor leerkrachten en ouders in een verkeerscommissie waarbij er ook gekeken wordt naar de verkeersveiligheid om de school. De commissie is aanspreekpunt voor ouders en onderhoudt externe contacten met bijvoorbeeld gemeente, politie, Veilig Verkeer Nederland of buurtbewoners. De commissie koppelt terug naar ouders van de school, direct of via de OR of MR. Middels Veilig Verkeer Nederland zorgt de school ook dat ze op de hoogte is van de nieuwste ontwikkelingen. De school stelt ieder schooljaar een Activiteitenkalender verkeersonderwijs en verkeersveiligheid op, met daarin diverse verkeersactiviteiten, zoals het praktisch en theoretisch verkeersexamen in de bovenbouw en activiteiten in en om de school op het gebied van verkeer. Daarnaast krijgen alle kinderen structureel les uit de methode 'Afgesproken'.


pagina 23 van 82

Met kinderen wordt er gekeken naar veilige school-thuisroutes en naar routes die leiden naar vaste bezoekadressen, zoals musea, theaters en voortgezet onderwijs scholen (voor groep 8)

Onderwijs aan meerbegaafde kinderen Sommige kinderen hebben behoefte aan ander werk of andere werkvormen omdat ze meer begaafd zijn. Deze kinderen leren 'anders' dan andere kinderen. Ze hebben echter ook de uitdaging en begeleiding nodig op zowel cognitief als sociaal gebied. Voor kinderen die meer begaafd zijn hebben we het volgende te bieden: Voor rekenen zijn er extra uitdagende, pittige rekenopdrachten (methode rekentijgers), voor taal/lezen werken kinderen op een hoger niveau dan gemiddeld. Moeilijker teksten op een hoger denkniveau (methode nieuwsbegrip, wat zowel lesstof heeft voor basis- als voorgezetonderwijs). Er werken kinderen op onze school met bijvoorbeeld HAVO2teksten. Door onze werkwijze met wereldoriëntatie doen we recht aan de verschillen tussen kinderen. Ook de meerbegaafde kinderen kiezen hier zelf hun opdrachten in overleg met de leerkracht. Hier kan er dus altijd op maat worden gewerkt: een uitdagende opdracht, waarbij het kind centraal staat en er via een voor hem of haar effectieve leerstrategie wordt gewerkt. Daarnaast is er groepsoverstijgend de mogelijkheid om Spaans te volgen.

Buitenschoolse activiteiten De school onderneemt veel initiatieven om ervarend te leren. Dit betekent dat er regelmatig activiteiten buiten school worden gedaan. De kinderen van groep 1/2 gaan naar het Vogelnest (Speeltuin), en doen, net als de andere groepen, diverse excursies in de stad. Groep 3 t/m 7 gaan ieder jaar op schoolreis. Eens in de drie jaar is er geen schoolreis, maar een schoolkamp. Groep 8 gaat op schoolkamp, waarbij de optie bestaat om, indien mogelijk, naar het buitenland te gaan. De school organiseert voor alle groepen één keer per jaar een sportdag. Daarnaast organiseert de Ouderraad samen met de school diverse activiteiten, zoals het paasfeest (vossenjacht), kerstfeest, Sinterklaasfeest, het eindfeest, enz. Voor het schoolkamp van groep 8 wordt een bijdrage van ouders gevraagd. De andere activiteiten worden betaald vanuit de ouderbijdragen of het extra schoolfonds.

3.4.

Speciale activiteiten voor kinderen

Tussenschoolse opvang (overblijven) De school heeft een continurooster. Overblijven valt dus onder schooltijd. De kinderen nemen van huis uit brood en drinken mee voor rond 10 uur en voor de middagpauze. De school maakt niet gebruik van vrijwilligers voor toezicht op het plein, maar organiseert dit zelf. Elke pauze zijn er minimaal 2 leerkrachten op het plein om kinderen te begeleiden in hun spel en toezicht te houden. Hierdoor is de kwaliteit van het toezicht op de kinderen en de begeleiding van het speelgedrag kwalitatief beter en gewaarborgd.

Voor- en naschoolse opvang Per augustus 2007 zijn scholen wettelijk verplicht om voor- en naschoolse opvang voor kinderen te laten organiseren. De Utrechtse schoolbesturen streven er daarbij naar om samen te werken op wijkniveau met instellingen voor kinderopvang, welzijn, kunst en cultuur en sport. In onze wijk wordt de voor- en naschoolse opvang verzorgd door SKON Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 24 van 82

(www.skon.nl), ’t Olefantje (http://www.olefantje.nl) en Cumulus (www.cumuluswelzijn.nl) Ouders nemen zelf contact op met een van de instanties en schrijven zich tijdig in. Verder verzorgt de school een brochure 'Naschools Aanbod Pieterskerkhof'. In deze brochure zijn diverse naschoolse activiteiten opgenomen die in de omgeving van de school worden aangeboden. Ouders kunnen daardoor op een overzichtelijke manier een keuze maken uit diverse naschoolse activiteiten en contact opnemen met de aanbieder.

Huiswerkbegeleiding De school zorgt voor een goed onderwijsaanbod op maat. Soms adviseert de school om extra huiswerk te maken, omdat er geconstateerd wordt dat de vorderingen van het kind wat stagneren ondanks het aanbod. Dit initiatief kan ook vanuit ouders komen. De meeste ouders helpen hun kinderen zelf bij het huiswerk. Soms komt het voor dat ouders hiertoe niet in staat zijn, of dat er meer specialistische hulp gewenst is. Ouders maken dan gebruik van een externe instantie die de huiswerkbegeleiding uitvoert. In de omgeving van school zijn diverse bureaus die huiswerkbegeleiding aanbieden. Indien er behoefte is om hiervan gebruik te maken, is het wenselijk dat er overleg is tussen ouders en de groepsleerkracht. Deze kan adviseren en eveneens overleggen met de betreffende instantie over het te maken huiswerk. De school faciliteert externe instanties door na schooltijd ruimtes beschikbaar te stellen voor huiswerkbegeleiding. Als hiervan gebruik gemaakt wil worden dan kunnen ouders/de betreffende instantie dit bespreken met de directeur.

Externe activiteiten onder schooltijd Wij vinden dat kinderen onder schooltijd op school horen te zijn om te leren. Het is hun natuurlijke leeromgeving, waarin ze op sociaal en cognitief gebied een breed aanbod krijgen. De nadruk van ons onderwijs ligt op de basisvaardigheden, omdat dit van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van de kinderen. De meeste onderwijsuren gaan dan ook naar deze vakken. Daarnaast geven we kinderen die dat nodig hebben extra begeleiding op de basisvaardigheden. De kinderen structureel onder schooltijd uit school halen kan stigmatiserend werken en sociaal-emotioneel impact hebben op het kind. Daarnaast mist het kind ook, structureel, onderwijs. Ook voor de klassenorganisatie heeft afwezigheid van kinderen een onpraktische bijkomstigheid: als kinderen onder schooltijd naar externen gaan, mist de leerkracht geregeld kinderen. Dit is niet te ondervangen met het verschuiven van vakken op het lesrooster. Door verschuivingen wordt de meest ideale opbouw van het rooster verstoord. Daarnaast kunnen kinderen bepaalde opdrachten niet of niet optimaal uitvoeren (duo-werk, groepswerk). Daarnaast lekt er ook onderwijs tijd weg, omdat er tijdens het halen en brengen geen onderwijs wordt gegeven aan de leerling. Onze argumenten om kinderen geen verlof te verlenen voor bijles zijn gestoeld op meerdere aspecten:  Kinderen uit de groep halen kan stigmatiserend werken  Kinderen verliezen onderwijstijd  Kinderen missen instructiemomenten  Kinderen missen lessen/activiteiten  Organisatorische problemen


pagina 25 van 82

Begeleiding onder of na schooltijd van kinderen met een eventuele extra onderwijsbehoefte op de basisvaardigheden Indien de ouders of de groepsleerkracht extra hulp nodig vinden, dan dient er overleg te volgen tussen beiden over hoe dit het beste kan worden georganiseerd. Hierbij wordt uitgegaan van bovenstaand grondbeginsel. Het streven is dan om het onderwijsprogramma op school te verstevigen door externe hulp (door ouders of een instantie) na schooltijd. De leerkracht, de ouders en de hulpverlener overleggen over de vorderingen en over het begeleidingsplan. Indien er geen mogelijkheid is tot effectieve naschoolse hulp bespreken leerkracht en ouders de urgentie en eventuele andere opties die het reguliere onderwijs niet belemmeren. Indien de urgentie door ouders en leerkracht gedeeld wordt, kan er voor een periode van maximaal 12 weken gewerkt worden onder schooltijd. Gedurende deze periode wordt er door ouders en externe instantie gezocht naar een oplossing na schooltijd. Zodra dit mogelijk is, geniet dit de voorkeur. Daarnaast worden de vorderingen van het kind bijgehouden en volgt er een toets om deze vorderingen in kaart te brengen. Indien er een verschil van inzicht is in de begeleiding van het kind tussen ouders en leerkracht, dan zal de expertise van de IB'er worden ingeroepen. Mocht dit niet leiden tot afstemming in de begeleiding, dan wordt dit voorgelegd aan de directeur. Mocht de urgentie, op basis van de vorderingen in combinatie met de algehele ontwikkeling, bij ouders en de groepsleerkracht blijven bestaan dan kan de periode opnieuw worden verlengd met maximaal 12 weken. Urgentie vanuit school:  als de ontwikkeling van het kind, ondanks extra hulp op school, stagneert.  als het gedrag van het kind de ontwikkeling van zichzelf of andere kinderen belemmert.  Indien er sprake is van extern les onder schooltijd, dan informeert de leerkracht directie en collega’s. Samengevat: de school staat uitzonderingen toe indien het gaat om kortdurende intensieve begeleiding die noodzakelijk is op korte termijn en waarbij er geen mogelijkheden zijn om dit na schooltijd uit te voeren. De noodzakelijkheid moet onderschreven worden door zowel de ouders als de leerkracht.

Begeleiding onder of na schooltijd van kinderen met een specifiek talent Uitgaande van onze algemene filosofie over de aanwezigheid op en betrokkenheid van kinderen bij school, verwachten we ook hier naar maximale aanwezigheid van kinderen op school. Talentbegeleiding gebeurt dan ook na schooltijd. Mocht dit ondanks alle inspanningen niet mogelijk zijn, dan kunt u contact opnemen met de directeur. Deze hanteert het beleid zoals dat is geformuleerd door de leerplichtambtenaren van de gemeente Utrecht. Meer informatie vindt u hier.

3.5.

Toetsing

De Cito toetsen die binnen de school afgenomen worden zijn opgenomen in de toetskalender. Kinderen uit groep 1 starten met het deelnemen aan de Cito toetsen na minimaal 4 maanden basisonderwijs gevolgd te hebben.


pagina 26 van 82

De volgende toetsen worden afgenomen in het midden en aan het einde van het schooljaar: Groep 1/2 :  Cito Taal voor kleuters groep 2  Cito Rekenen voor kleuters groep2  Groep 1 t/m 3 Aarnoutse, indien nodig Groep 3 t/m 8:  Avi  DMT  Cito spelling  Cito woordenschat  Cito rekenen Midden groep 4 t/m 8  Cito begrijpend lezen: Groep 7 en 8 AVI indien nog nodig Groep 8  Eindtoets Cito Daarnaast bevatten de door ons gebruikte methodes ook toetsen, deze gebruiken we om tussentijds de leerresultaten van recent aangeboden leerstof te meten.

Rapportage Wij maken gebruik van een ouderportaal zodat ouders op elk gewenst moment de vorderingen van hun kind kunnen bekijken. Hierdoor is er een doorgaande vorm van rapportage/communicatie m.b.t. de toetsresultaten. Naast deze continue rapportage m.b.t. de toetsresultaten geven leerkrachten 3 keer per jaar in het ouderportaal ook aan hoe de ontwikkeling verloopt t.a.v. de sociaal emotionele ontwikkeling en de Daltonvaardigheden. 3 keer per jaar wordt er door de kinderen een portfolio meegenomen naar huis. Een kind verzamelt gedurende zo’n 13 weken allerlei materiaal, foto’s van werk e.d. waar het trots op is. Hier moet het kind kritisch naar kijken. Wat voldoet aan mijn criteria? Wat niet? Het kind reflecteert in het portfolio ook op de afgelopen periode en formeert doelen. De leerkracht en ouders schrijven hun reactie op het portfolio op tijdens een portfolio gesprek.


pagina 27 van 82

4.

Passend onderwijs

De school heeft als taak om ‘passend onderwijs’ te organiseren voor elk kind. Voor de meeste kinderen voldoet het reguliere onderwijsprogramma, onderverdeeld in 3 instructieniveaus, aan hun onderwijsbehoeften en is daarmee passend. Conform de Utrechtse Standaard voor de Basisondersteuning werkt de school aan de ontwikkeling van kinderen op deze 3 niveaus. Sommige kinderen hebben meer nodig op cognitief of sociaal emotioneel gebied. Voor deze kinderen kunnen bij het Loket Passend Onderwijs zogeheten ‘ondersteuningsarrangement’ worden aangevraagd. Deze variëren in grootte. Er zijn arrangementen die we op onze school kunnen uitvoeren. Sommige arrangementen zijn alleen op speciale scholen te verkrijgen.

4.1.

Zorg

De term 'zorg' in het onderwijs staat voor de gewone zorg die je voor kinderen draagt, oftewel het gewone onderwijsprogramma dat je voor de kinderen opstelt. Voor sommige kinderen is extra of speciale zorg nodig. We praten over extra zorg als een kind specifieke onderwijsbehoeften heeft. Bijvoorbeeld als het kind meer instructie nodig heeft dan andere kinderen. Dit kan ook gaan over een leerling die gewoon op het landelijk gemiddelde scoort. Er hoeft geen probleem geconstateerd te zijn bij de leerling, maar door de extra zorg, d.m.v. verlengde instructie (onderwijsbehoefte), denken we dat er een betere ontwikkeling is te behalen. Bij speciale zorg is er meer nodig. In onderstaande teksten leest u meer over de vormgeving van de 'zorg' op onze school. De gehele zorgroute van de school is vastgelegd in het zorgplan. Deze is ter inzage op school aanwezig.

4.2.

Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school

Binnen de school willen we de ontwikkeling van de kinderen goed en zorgvuldig volgen. Kinderen ontwikkelen zich op verschillende manieren, de resultaten die kinderen behalen kunnen heel divers zijn. We vinden het belangrijk om uit te gaan van deze verschillen en hierop aan te sluiten bij het aanbieden van de leerstof. De afgelopen jaren hebben we vooral ingezet op het invoeren van HandelingsGericht Werken middels het project Afstemming. We werken en handelen planmatig en handelingsgericht volgens het model van de 1 zorg route. We volgen de cyclus van Handelingsgericht Werken (HGW). We werken in onze school met groepsplannen, waarin het onderwijsaanbod voor de kinderen op 3 niveaus is uitgewerkt en passen het directe instructie model toe. In een groepsoverzicht worden de leerlinggegevens verzameld. We gaan nu op elk van de drie fasen van planmatig handelen nader in en zullen daarbij ook verwijzen naar de HGW-cyclus.

Fase 1: signaleren van problemen Het startpunt is het verzamelen van gegevens. Dat gebeurt door: 1. het evalueren van het vorige groepsplan 2. het verzamelen van leerling gegevens in een groepsoverzicht (HGW-stap 1) Hierbij gaat het om het signaleren van leerlingen met specifieke Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 28 van 82

onderwijsbehoeften, zowel pedagogische als didactische. (HGW-stap 2) Door middel van methodeonafhankelijke toetsen (Cito toetsen, met een landelijke normering), methode gebonden toetsen en/of observaties wordt meerdere keren per jaar nagegaan of vorderingen van alle leerlingen overeenkomen met de gestelde doelen. Het betreft op dit moment de volgende gebieden:  diverse ontwikkelingsgebieden bij de kleuters  didactische ontwikkelingen op het gebied van Nederlandse taal, begrijpend lezen, spelling, lezen en rekenen. De Intern Begeleider maakt jaarlijks een toetskalender waarop staat aangegeven in welke weken de Cito Leerling Volg Systeem-toetsen worden afgenomen. Elke leerkracht neemt deze LVS-toetsen af en verwerkt de resultaten in Parnassys (het administratiesysteem van de school).

Fase 2: analyseren van problemen Afhankelijk van de toets resultaten wordt een analyse uitgevoerd op individueel niveau, groepsniveau of schoolniveau. Bij de analyse komen in elk geval ter sprake:  een interpretatie van de afgenomen signaaltoets  een vergelijking met de vorige toets afname  een nadere analyse van het toetsmateriaal  relevante leerling-kenmerken, items uit het startgesprek, kenmerken van de omgeving als gezin, woonsituatie etc.  verschillende onderwijskenmerken, zoals de gebruikte methode, de gegeven instructie, organisatievormen en leerkrachtaspecten. De HGW-cyclus legt hierbij de nadruk op het benoemen van onderwijsbehoeften (stap 4) en het clusteren van leerlingen met gelijke onderwijsbehoeften (stap 5) wat aansluit op het directe instructie model. Om meer informatie te verkrijgen kan de school een orthopedagoog inschakelen die meekijkt in de dossiers of in de groep. De orthopedagoog voorziet de school van adviezen t.a.v. de begeleiding en het plan van aanpak.

Fase 3: plan van aanpak (HP) In overleg met de Intern Begeleider wordt er een groepsplan of individueel handelingsplan opgesteld met als doel middels een beredeneerd en passend lesaanbod de ontwikkeling van de kinderen te bevorderen en/of de problemen van een of meer leerlingen op te lossen. Door een groepshandelingsplan te maken krijgt de leerkracht zicht op de specifieke extra hulp die hij/zij wil geven, hoe een en ander in de groep georganiseerd moet worden, welke materialen gebruikt kunnen worden, welke doelen bereikt moeten worden en hoe de gegeven hulp zal worden geëvalueerd. Naast het groepsplan met de drie instructieniveaus is het mogelijk om 1 of 2 individuele plannen uit te voeren. Tevens is het mogelijk dat voor een aantal kinderen in een groep een doorlopend plan van aandacht opgesteld is; een continue aanpak specifiek voor een leerling (b.v. gebruik daisy speler, verlengde toetstijd, uitvergrote werkboeken, gebruik speciale werkplek, gebruik 'koptelefoon', etc). In de HGW-cyclus wordt in stap 5 aandacht gevraagd voor het opstellen van een plan voor de groep en één of meer sub groepjes. Alleen als het niet anders kan wordt een individueel HP overwogen. De hulp wordt in de groep door de eigen leerkracht gegeven. Bij het opstellen, uitvoeren en evalueren van een handelingsplan is een goede communicatie tussen alle betrokkenen (leerkracht, ouders, leerling, IB, directie en evt. externe deskundigen) van groot belang. Uiterlijk op het volgende signaleringsmoment, maar vaak ook tussentijds zal via observatie- en toets-afname het effect van de extra hulp worden vastgesteld. Als er te weinig verbetering is in het leerresultaat zal bijstelling van het handelingsplan nodig zijn. Analyse op schoolniveau kan leiden tot beslissingen


pagina 29 van 82

over de gebruikte methode(s), het lesrooster, gezamenlijke of individuele nascholing, etc. We werken met een zorgcyclus die per schooljaar drie keer doorlopen wordt. De concrete afspraken, procedures en formulieren zijn te vinden in de leerling-mappen, in een afsluitbare dossierkast in het kantoor van de administratie en worden opgeslagen in Parnassys, het administratie systeem van de school. De groepsleerkracht heeft de lopende plannen en ‘werkdocumenten’ in de groepsmap en draagt dit aan het einde van het schooljaar over aan de volgende leerkracht. In november worden alle documenten van een voorgaand leerjaar uit de groepsmap in het dossier (parnassys) gedaan.

4.3.

Gesprekkencyclus

De ouders worden 4 maal per jaar uitgenodigd om in gesprek te gaan over de ontwikkeling van hun kind. Bij de start van het schooljaar worden de ouders uitgenodigd voor een startgesprek. Tijdens dit gesprek informeren de ouders de leerkracht over hun kind. Bij de uitnodiging voor dit gesprek ontvangen de ouders een vragenlijst die als uitgangspunt bij het gesprek gebruikt kan worden. Drie keer per jaar is er een portfoliogesprek. Tijdens dit gesprek wordt het portfolio en de informatie uit Parnassys besproken. In groep 1 en 2 is dit gesprek tussen de ouders en de leerkracht. In groep 3 mogen de kinderen bij het gesprek aanwezig zijn. Vanaf groep 5 zijn de kinderen zelf aanwezig en presenteren hun portfolio aan hun ouders en de leerkracht. Deze werkwijze past uitstekend binnen de visie van de school waarbij het kind centraal staat en eigenaarschap heeft t.a.v. zijn eigen leerproces, ondersteunt en begeleidt door de ouders en leerkrachten. Naast deze gesprekken is het altijd mogelijk om gedurende het jaar met de leerkracht een gesprek te plannen, als daar aanleiding voor is. Met name wanneer er kinderen zijn die meer dan reguliere zorg nodig hebben, zullen er vaker gesprekken zijn.

4.4.

De ondersteuning van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften

Door op handelingsgerichte wijze te werk te gaan, wordt zoveel mogelijk geprobeerd aan de specifieke behoeften van ieder kind tegemoet te komen. Bij deze werkwijze wordt gekeken naar: hoe kunnen we zo goed mogelijk tegemoet komen aan de behoeften van dit kind, deze ouders, in deze groep, met deze leerkracht binnen deze school. Deze behoeften worden waar mogelijk geclusterd binnen de groepshandelingsplannen. Bij sommige leerlingen is de specifieke onderwijsbehoefte zodanig dat een individueel hulpplan nodig is. Naast het groepsplan met de drie instructieniveaus is er voor een of twee individuele plannen per groep plaats. Tevens is het mogelijk dat voor een aantal kinderen in een groep een doorlopend plan van aandacht opgesteld is; een continue aanpak specifiek voor een leerling. (bijvoorbeeld gebruik daisy speler, verlengde toetstijd, uitvergrote werkboeken, special werkplek, gebruik van ‘koptelefoon’, enz). Ouders die een Persoons Gebonden Budget ontvangen voor hun kind, kunnen dit in overleg met de school ook op school inzetten.

De ondersteuning binnen onze school ODBS Pieterskerkhof streeft er naar om de expertise op het gebied van dyslexie en meerbegaafdheid verder te ontwikkelen. Daarnaast biedt de school ruimte voor Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 30 van 82

rugzakleerlingen met een verstandelijke handicap. Hierbij zijn de mogelijkheden begrensd en wordt per individu gekeken naar de mogelijkheden tot goed en verantwoord onderwijs. In enkele gevallen gaat de problematiek onze competentie te boven en kunnen wij niet voldoende tegemoet komen aan de specifieke onderwijsbehoeften van een leerling. Deze leerling heeft meer nodig dan de basisondersteuning en meer dan wat wij als school zelf extra kunnen bieden. In dat geval schakelen we de hulp in van een leerlingbegeleider van ‘Zien in de klas’ voor tips en/of diagnose stelling Ook kan het zijn dat het verstandig is om een arrangent aan te vragen bij het Loket Passend Onderwijs. Per jaar stellen we het maximaal in te zetten aantal begeleidingsuren en onderzoekuren vast en tweemaal per jaar bepalen we naar aanleiding van leerling-besprekingen (die voortkomen uit de groepsbesprekingen) welke kinderen voor een specifiek onderzoek (door ‘Zien in de klas’) in aanmerking komen, tijdens een intakegesprek met de leerlingbegeleider. De leerlingbegeleider doet haar onderzoek altijd in de school en onder schooltijd. Het verslag van een dergelijk onderzoek bespreken we eerst met de ouders voordat er een behandeling of extra oefensituatie plaatsvindt. Soms blijkt dat het voor de leerling nodig is een Ontwikkel Perspectief Plan (OPP) op te stellen. Hiervan is sprake wanneer uit het onderzoek blijkt dat de leerling het eindniveau van groep 7 aan het eind van groep 8 niet zal kunnen behalen. Met het opstellen van een OPP worden de reëel te verwachten einddoelen voor het betreffende kind zo zorgvuldig mogelijk in beeld gebracht. Het OPP wordt opgesteld door de Intern Begeleider en de leerkracht en besproken met de ouders en het kind. Soms moeten we kinderen verwijzen naar een andere vorm van onderwijs. Dit gebeurt als de grenzen van de mogelijkheden van onze school zijn bereikt. We monitoren dit proces door te praten over deze grenzen aan het passend aanbod, door het bespreekbaar maken van de volgende 5 punten: Relatie Ontwikkeling Veiligheid Welbevinden Balans in de groep

> is het nog mogelijke een relatie te onderhouden met deze leerling? > is er nog perspectief op leren voor deze leerling? > vormt de leerling een bedreiging voor zichzelf, de leerkracht of andere leerlingen? > heeft de leerling structureel een negatieve beleving van de school en zichzelf; is de persoonsontwikkeling bedreigd? > verstoort de leerling structureel de balans in de groep, waardoor de leerkracht de andere kinderen tekort doet?

Als blijkt dat een leerling niet langer passend onderwijs kan volgen op een reguliere basisschool, dan zullen we een verwijzingsprocedure opstarten. (zie 4.3.2)

Speciale ondersteuning binnen het Samenwerkingsverband Utrecht PO SPO Utrecht biedt zoveel mogelijk kinderen passend onderwijs op de basisschool in de buurt. Als de hulp van de school niet tot de gewenste resultaten leidt, dan kunnen school en ouders ondersteuning aanvragen bij het SWV Utrecht PO, bijvoorbeeld in de vorm van een arrangement. Wanneer de school niet kan voldoen aan de onderwijsbehoefte van een leerling, en ook een ondersteuningsarrangement niet voldoende effect heeft of niet mogelijk is, doen ouders en school samen een aanvraag voor een plaatsing in het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs. SPO-scholen werken samen met de Luc Stevensschool voor sbo en de SO Herderscheeschool en SO Fier. Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 31 van 82

Een aanvraag voor toelating wordt gedaan bij de Toelatingscommissie van het SWV Utrecht PO. Meer informatie vindt u op de website van het SWV: www.swvutrechtpo.nl/ouders.

Meervoudige Intelligentie Mensen leren op verschillende manieren. De een leert door doen, de ander moet het ‘voor zich zien’ en een derde persoon moet de informatie eerst voor zichzelf ordenen alvorens deze te kunnen begrijpen. Als wij kinderen in het onderwijs iets willen leren, als wij willen dat alle kinderen begrijpen en onthouden, zullen we met de verschillen tussen kinderen rekening moeten houden. De Amerikaanse hoogleraar Howard Gardner onderscheidt acht intelligenties. Ieder mens bezit ze alle acht, men heeft er echter vaak slechts enkele sterk ontwikkeld. Deze sterk ontwikkelde intelligenties bepalen de manier waarop men leert, bepalen de voorkeur voor bepaalde activiteiten. Door kinderen te laten leren vanuit hun voorkeuren, zullen ze inhoudelijk meer leren. Daarnaast zullen kinderen ook worden gestimuleerd om eens een andere intelligentie te prikkelen. Daarmee is er ook een hogere vorm van leren aan de orde.

Sociaal-Emotionele ontwikkeling en sociale vaardigheden Binnen de school wordt de methode Kinderen en hun Sociale Talenten gebruikt. Hiermee wordt ingezet op het gebied van de sociale emotionele ontwikkeling van de kinderen en aandacht geschonken aan de sociale vaardigheden: sociale kennis, vaardigheden en houding. Elke les gaat over één van de acht categorieën: ervaringen delen, aardig doen, samen werken en spelen, een taak uitvoeren, jezelf presenteren, een keuze maken, opkomen voor jezelf en omgaan met ruzie. De methode stelt morele waarden en burgerschapscompetenties centraal.


pagina 32 van 82

Het Protocol Leesproblemen , Dyslexie en Dyscalculie Kinderen met dyslexie en dyscalculie hebben een vastgestelde leerhandicap. Door extra oefeningen en ondersteuning komen deze kinderen ook tot ontwikkeling. Dit zal echter langzamer gaan en het streefniveau zal, indien mogelijk, later dan andere kinderen worden behaald. Om kinderen met dyslexie en dyscalculie goed te kunnen begeleiden in hun ontwikkeling, maakt de school gebruik van enkele compenserende middelen. Binnen onze school is veel aandacht voor kinderen met dyslexie. De leerlingen krijgen binnen onze school extra ondersteuning binnen de groep. Ook bij de CITO toetsen wordt rekening gehouden met deze leerlingen. Er is een Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor de groepen 1 en 2, groep 3 en 4 en een Protocol voor de groepen 5 t/m 8. Bij een vermoeden van dyslexie zal na inzet binnen de groep en overleg tussen ouders, leerkracht en Intern Begeleider overgegaan kunnen worden tot onderzoek volgens het Masterplan Dyslexie of door een orthopedagoge afhankelijk van de resultaten. Actuele informatie hierover is in te zien via www.masterplandyslexie.nl Het dyslexieprotocol is aangepast n.a.v. de nieuwste richtlijnen. Deze is te vinden via onze website en/of via de directeur. Ook beschikt de school over een dyscalculieprotocol: het protocol voor Ernstige rekenprobelemen en Dyscalculie. Dit is een gestandaardiseerd protocol. D.m.v. ervaringen in de komende periode zal dit protocol steeds meer worden afgestemd op de mogelijkheden en visie van de school.

Medisch handelen Het kan voorkomen dat uw kind extra, medisch zorg nodig heeft. Als uw kind ziek wordt op school, is het uitgangspunt dat het kind naar huis moet. Dat gebeurt uiteraard altijd na overleg met ouders. Ook wanneer het toedienen van medicijnen daaraan voorafgaand nodig is, zal dat in overleg met ouders (of bij afwezigheid van de ouders in overleg met de huisarts) gebeuren. Als uw kind regelmatig, bijvoorbeeld dagelijks, medicijnen nodig heeft, overlegt u dat met de leerkracht en/of directeur. Onze medewerkers mogen uitwendig en oraal medicijnen toedienen, ouders blijven verantwoordelijk voor de aanwezigheid en opgave van dosering van de medicijnen. U legt dat samen vast, zodat er geen misverstanden kunnen bestaan. Als uw kind andere medische zorg nodig heeft, zoals injecties of bloedafname, dan kunnen en mogen wij deze zorg niet bieden. Uiteraard verlenen wij wel onze medewerking als u dat zelf, of anderen door u aangewezen, tijdens schooltijden bij ons op school komt doen. Meer informatie hierover staat beschreven in het Protocol medische handelingen op scholen SPO Utrecht, welke op school ter inzage ligt.

4.5.

Schoolarts

De leerlingen van groep 2 worden door de schoolarts uitgenodigd voor onderzoek. In groep 7 zal de verpleegkundige ook een onderzoek verrichten. Daarnaast vindt er eenmaal per jaar bij de kinderen van groep 2 een screening plaats door een logopediste. Bijzonderheden worden vanzelfsprekend aan de ouders en indien nodig aan de groepsleerkrachten doorgegeven. Er kunnen natuurlijk ook redenen zijn om uw kind tussentijds op te roepen. Het extra inschakelen van de schoolarts kan door de school of de ouders gebeuren.


pagina 33 van 82

4.6.

Buurtteam

Het buurtteam is een belangrijke instantie die school en ouders ondersteunt en kan begeleiden in de opvoeding. In samenspraak met ouders kan de school het buurtteam inschakelen. Ouders kunnen dit ook zelf doen.

4.7.

Kindermishandeling

De gemeente Utrecht hanteert een protocol voor de aanpak van kindermishandeling. Dit protocol geeft richtlijnen voor scholen wat ze moeten doen bij een vermoeden van kindermishandeling en of huiselijk geweld. Het protocol staat op: http://onderwijsutrecht.handelingsprotocol.nl

4.8.

Verwijsindex Utrecht

'ik koppel mijn naam aan jouw naam, zodat anderen weten dat ik jou ken'

Wat is de Verwijsindex? De Verwijsindex is een digitaal samenwerkingsinstrument om een ‘match’ te maken tussen professionals zoals leerkrachten, hulpverleners en begeleiders in heel Nederland. De Verwijsindex brengt professionals, betrokken bij jeugdige van 0 tot 23 jaar, bij elkaar zodat men de hulp voor de jongere/het gezin op elkaar kan afstemmen. De samenwerking tussen professionals van instellingen kan sneller op gang komen doordat bekend is wie contact hebben met een bepaald kind of jongere. De Verwijsindex is opgenomen in de wijziging van de Wet op de jeugdzorg en daarmee verplicht voor alle professionals in de jeugdketen.

Wat wordt er geregistreerd? In de Verwijsindex kun je alleen een leerling plaatsen. In de Verwijsindex staat alleen dat de school en de leerling zijn geplaatst in de Verwijsindex. Alleen die professional die dezelfde leerling ook in de Verwijsindex heeft geplaatst, ziet de gegevens. Voor andere professionals zijn de gegevens niet toegankelijk. In de Verwijsindex staat de naam van de intern begeleider, de contactgegevens van de school en de naam van de leerling. Beide betrokken professionals zoeken na het ontstaan van een match binnen 5 dagen contact met elkaar. Een van de professionals heeft de rol als matchregisseur en legt de datum van afstemming vast in de verwijsindex. Het onderwijs als vindplaats heeft een signaleringsfunctie en is doorgaans niet de matchregisseur.

Het gesprek met ouders Ouders worden geïnformeerd over de plaatsing van de leerling in de Verwijsindex. Zij kunnen de geregistreerde gegevens inzien en worden op de hoogte gesteld over de reden van de plaatsing. Ouders en school willen de beste hulp organiseren, waardoor het belangrijk is dat de communicatie tussen school en ouders open blijft.

En als ik ga verhuizen? Bij verhuizing naar een andere gemeente hoeft u niet helemaal opnieuw te beginnen. De Verwijsindex Utrecht is gekoppeld aan de landelijke Verwijsindex. De afstemming van professionals is zo door heel Nederland geregeld.Kinderen die tussentijds van onze school vertrekken, ook binnen de gemeente, zullen wij in de Verwijsindex opnemen. Dit draagt bij aan een goede overdracht in het belang van het kind.


pagina 34 van 82

De gemeente Utrecht hanteert een protocol voor de aanpak van kindermishandeling in de gemeente Utrecht. Dit protocol geeft richtlijnen voor scholen wat ze moeten doen bij een vermoeden van kindermishandeling en of huiselijk geweld. Het protocol is te vinden op: http://onderwijsutrecht.handelingsprotocol.nl/. Onze school hanteert een wettelijk verplichte meldcode, deze is op school aanwezig.

4.9.

De overgang naar het voortgezet onderwijs

Om de overgang van uw kind van groep 8 naar het voortgezet onderwijs goed te laten verlopen, is in Utrecht de POVO (Primair Onderwijs Voortgezet Onderwijs) procedure ontwikkeld. Aan het begin van het schooljaar worden de ouders en leerlingen van groep 8 geïnformeerd over de POVO-procedure. Meer informatie vindt u op de website van de POVO-commissie: www.sterkvo.nl/povo.


pagina 35 van 82

5. 5.1.

Het schoolteam De inzet van personeel

In veel groepen is sprake van een deeltijdfunctie. Overleg tussen beide leerkrachten vindt structureel plaats. Zij houden elkaar op de hoogte van de dagelijkse gang van zaken en het gevolgde programma. De leerkracht die minimaal drie dagen in de groep aanwezig is, is verantwoordelijk voor het programma, het volgen van de ontwikkeling van de kinderen en de rapportage naar ouders. Dit gaat uiteraard in afstemming en samenwerking met de duo-partner. De school spreekt elk jaar een taakverdeling af die recht doet aan een redelijke en evenredige taakbelasting. In de bijlage vindt u wie verantwoordelijk is voor welke taak op onze school. We werken op onze school met diverse specialisten. Zo is er op de school een gediplomeerd Intern Begeleider, een gediplomeerd Taal coördinator, een Schoolopleider, een Reken coördinator en Dalton coördinator. Ook hebben alle leerkracht specifieke Daltonscholing gevolgd en zijn er mensen die extra opleidingen hebben gevolgd op het gebied van ICT, remedial teaching en Special Educational Needs. Specialisten in de school krijgen ambulante tijd, naast hun taakuren, om hun taken te verrichten. De verdeling van ambulante tijd gebeurd n.a.v. het inhoudelijk jaarplan en verschilt dus jaarlijks. In schooljaar 2015-2016 hebben we 1 dag per week een vervanger die de ambulante leerkracht in de groep vervangt.

5.2.

Vervanging

Het vervangen van zieke of om andere reden afwezige leerkrachten wordt gecoördineerd door het bureau Werving en Selectie van de Stichting Primair Onderwijs (S.P.O.). Daarnaast maken we ook graag gebruik van oud-stagiaires die de school goed kennen. Een groot tekort aan invallers heeft tot gevolg gehad dat de S.P.O. een invallerspool in het leven heeft geroepen. Desondanks worden wij nog wel eens bij afwezigheid van een van de vaste leerkrachten geconfronteerd met het feit dat er geen vervangers beschikbaar zijn. We proberen dan met allerlei noodmaatregelen de kinderen zo goed mogelijk intern op te vangen. Stagiaires worden ingezet, de groep kinderen wordt verdeeld over andere groepen of leerkrachten nemen de groep van een collega over. In uitzonderlijke gevallen zijn we genoodzaakt om een groep naar huis sturen. Dat gebeurt overigens pas als de ouders hiervan op de hoogte zijn gesteld. Deze noodmaatregelen nemen we alleen in het uiterste geval. Op die momenten rekenen we ook op het begrip en de medewerking van ouders. Bij afwezigheid van de vaste leerkracht wordt zoveel als mogelijk het reguliere programma afgewerkt. Door het werken met taken, kunnen kinderen ook een gedeelte van de dag prima zelfstandig aan de slag. Indien van het programma afgeweken moet worden (bijv. als de kinderen verdeeld worden) dan krijgen ze aanvullend werk mee. Op deze manier wordt de onderwijstijd toch goed benut.


pagina 36 van 82

5.3.

Scholing van het team

Het komend jaar ligt de nadruk wat betreft de teamscholing op het doorontwikkelen van 4 keer wijzer en 21st century skills. Ook zullen we met het gehele team cursussen BHV blijven volgen, zodat iedereen gecertificeerd is en blijft. Naast de teamscholing is er een budget waar leerkrachten een beroep op kunnen doen t.g.v. een individuele studie. Deze studie komt voort uit de persoonlijke ontwikkelingsplannen die de leerkrachten schrijven en opnemen in hun persoonlijk dossier.

5.4.

Begeleiding en inzet van stagiaires van hogescholen

Alle scholen van de SPO Utrecht begeleiden stagiaires van de PABO/ALPO. We hebben afgesproken dat elke ervaren leerkracht ieder jaar stagiaires begeleidt. Hierbij kijken we wel of dit gunstig is voor de desbetreffende groep. We zien de meerwaarde in de assistentie die de stagiaire verleent in de groep naast onze inspanningsverplichting naar de maatschappij om goede nieuwe leerkrachten op te leiden. Vanuit de PABO wordt er ook steeds meer vanuit gegaan dat een stagiaire als een soort van junior-leerkracht meedraait als volwaardig teamlid. We willen het liefst niet meer dan 1 stagiaire tegelijk in een groep, om het voor kinderen overzichtelijk te houden. Met het Instituut Theo Thijssen (een pedagogische academie in Utrecht) hebben we afgesproken dat we vooral plaatsen bieden aan studenten die de Daltonvariant hebben gekozen. Ook bieden we plaats aan LIO-stagiaires, die onder verantwoordelijkheid van een van onze leerkrachten, zelfstandig lesgeven aan een groep. Naast de pabo-stagiaires bieden we ook onderwijsassistentes in opleiding een stageplaats. Dit zijn leerlingen van het ROC die twee of drie dagen per week gedurende een heel schooljaar stagelopen binnen onze school. De groepsleerkrachten fungeren steeds als mentor van de bij hen geplaatste stagiair(e) en blijven altijd eindverantwoordelijk voor de groep. De coördinatie en procesbegeleiding liggen in handen van onze Schoolopleider, Marian de Beurs.


pagina 37 van 82

6. 6.1.

De ouders De school en de ouders werken samen

De school hecht waarde aan een lage drempel voor ouders om contact te hebben over hun kind. Ouders kunnen altijd na schooltijd een afspraak maken met de groepsleerkracht voor een gesprek over hun kind. Desgewenst kan de Intern Begeleider hierbij betrokken worden. Wanneer daar aanleiding toe is neemt de leerkracht initiatief tot contact met de ouder(s). We vinden het erg belangrijk dat ouders en school elkaar goed en snel informeren, zodat alle betrokkenen goed op de hoogte zijn en adequaat kunnen handelen. Als richtlijn is voor u als ouder de vaste groepsleerkracht altijd het eerste aanspreekpunt voor alle zaken rondom uw kind. Daarnaast willen we dat er zorgvuldig en correct gecommuniceerd wordt. Erg belangrijk in deze is het om vooral niet te praten over elkaar, maar juist met elkaar. Daarom willen we korte en heldere communicatielijnen. De belangrijkste communicatievoorwaarde is dat de betrokkenen direct contact met elkaar zoeken. De school deelt de verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van de kinderen op school met de ouders. Indien er in de thuissituatie belemmerende factoren zijn, dan is het noodzakelijk dat school hiervan op de hoogte is. Om een goede samenwerking te bewerkstelligen tussen ouders en school is het erg belangrijk dat de visie van de school gedeeld wordt. Deze visie vindt zijn grondslag in de 3 Dalton-principes; zelfstandigheid, samenwerken en verantwoordelijkheid. Wij willen dat zowel kinderen, ouders, leerkrachten en alle andere betrokkenen bij school deze principes als uitgangspunt nemen in de houding, ontwikkeling en communicatie met elkaar.

6.2.

Informatie aan de ouders over de school

Informatievoorziening op onze school verloopt in principe digitaal. Indien ouders schriftelijk informatie willen, dan kunnen zij dit verkrijgen via de conciërge. Incidenteel wordt er informatie verspreid via een papieren brief of via posters in de school. Er is een intensieve informatiestroom van de school naar de ouders over het onderwijs en de school. Deze bestaat uit de volgende onderdelen:  Regelmatig verschijnt er een nieuwsbrief waarin ouders en kinderen op de hoogte gehouden worden van actuele ontwikkelingen en wetenswaardigheden van de school. Deze nieuwsbrief wordt naar ouders gemaild en op de website opgeslagen.  Regelmatig wordt er een groepsmail naar ouders gestuurd over actuele en praktische zaken die de groep betreffen. Dat kan bijvoorbeeld een verzoek zijn om materiaal mee te nemen in de onderbouw voor een project, de aankondiging dat de schoolfotograaf in de klas komt, een oproep tot medewerking aan een activiteit of de aankondiging van een ouderavond.  Op onze website kunt u algemene informatie over de school vinden. O.a. de ouderkalender en de schoolgids zijn via de website te downloaden. Daarnaast is er specifieke ruimte per groep voor actualiteit, informatie en foto’s. Van activiteiten in en rond de school wordt op onze website verslag gedaan. In de eerste maand van het nieuwe schooljaar is er een algemene ouderavond. Op deze avond presenteert de school haar jaarplan en presenteren de leerkrachten het onderwijsprogramma voor hun groep. Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 38 van 82

Daarnaast houden we 1 keer per jaar een informatieve ouderavond, waarin één of enkele aspecten van ons onderwijs wordt uitgelicht. Ook willen we minimaal 2 keer jaar een dagdeel organiseren waarbij ouders een les of werkmoment van hun kind kunnen bijwonen. Daarnaast biedt de school aan ouders de mogelijkheid om regelmatig te kijken naar presentaties/lesopbrengsten van de kinderen. Hierdoor krijgen ouders een goed beeld van hoe de school werkt. De school heeft een Kinderraad, een Ouderraad en een Medezeggenschapsraad. Deze raden hebben een eigen gedeelte op een wit prikbord boven de kapstokken van de middenbouw tot hun beschikking voor publicaties.

Protocol gescheiden ouders Als school zijn wij wettelijk verplicht beide ouders op een zelfde manier van informatie te voorzien. Ook de ouder die niet kan/mag of gekozen heeft niet te zorgen heeft recht op informatie. De wet is hier heel duidelijk in. ( Wetboek 1 artikel 377) Het is de wettelijke plicht van de verzorgende ouder de andere ouder op de hoogte te houden van belangrijke zaken die hun kinderen betreft dus ook de schoolontwikkeling. Als school willen wij partij zijn voor alle betrokkenen. We hebben daarom gekozen beide ouders op dezelfde wijze te informeren. De school wil hiermee een voorbeeldfunctie vervullen, loyaliteitsproblemen bij leerlingen erkennen en een verbindende rol spelen in deze moeilijk fase. De informatievoorziening kan op deze manier geen storende rol spelen in het scheidingsproces of in de omgangsregeling na de scheiding. Er van uitgaande dat leerlingen van nature loyaal zijn aan hun pappa en mamma, wil de school ontmoedigen dat het kind moet kiezen tussen beide ouders. Deze gespleten loyaliteitsituatie zal zeer zeker leiden tot problemen als dalende schoolresultaten, opstandig gedrag en sociaal emotionele problematiek. De school hoopt voor, tijdens en na het scheidingsproces een betrouwbare buitenstaander te zijn tussen ouders en kind. De school kan daarbij een adviserende en begeleidende rol op zich nemen. De grens tussen therapie en begeleiding zal hierbij duidelijk zijn. Vanwege deze reden zal het adres van de niet verzorgende ouder evenzo in onze administratie worden opgenomen. Via de gebruikelijke kanalen zal hij/zij door de school op de hoogte worden gesteld van algemene schoolinformatie middels nieuwsbrieven en kind-gebonden informatie middels schoolrapportages, testuitslagen, etc. Als het niet toegestaan is, bijvoorbeeld via een gerechtelijke uitspraak, informatie te verstrekken vragen wij u dat schriftelijk aan de directie/leerlingbegeleiding te overleggen. Beide ouders zijn bij individuele oudergesprekken van harte welkom desgewenst op afzonderlijke tijdstippen. Wij zien het als taak van de ouders de school als partner in de opvoeding in te lichten over de gang van zaken bij de echtscheiding bijvoorbeeld in zake omgangsregeling en adres niet-verzorgende ouder. De school hoeft geen informatie te verstrekken wanneer dit strijdig is met het belang van het kind. Artikel 377c | BW1, Boek 1, Titel 15 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 377b van dit boek wordt de niet met het gezag belaste ouder desgevraagd door derden die beroepshalve beschikken over informatie inzake belangrijke feiten en omstandigheden die de persoon van het kind of diens verzorging en opvoeding betreffen, daarvan op de hoogte gesteld, tenzij die derde de informatie niet op gelijke wijze zou verschaffen aan degene die met het gezag over het kind is belast dan wel bij wie het kind zijn gewone Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 39 van 82

verblijfplaats heeft, of het belang van het kind zich tegen het verschaffen van informatie verzet.

6.3.

Informatie en overleg over uw kind

Zoals hierboven genoemd verwachten we dat er direct contact is tussen ouders en leerkracht als hiertoe aanleiding is. Er kan dus altijd een afspraak gemaakt worden. Structureel hebben we 4 gespreksmomenten ingepland. We starten met een kennismakingsgesprek (startgesprekken) tussen ouders en groepsleerkracht(en). Hier wordt er vooral informatie verteld over het kind door de ouders. Vervolgens zijn er 3 portfoliogesprekken, in november, februari en juni. Tijdens deze 10-minutengesprekken wordt de ontwikkeling van uw kind met u (en uw kind) besproken. In februari willen we iedereen zien en worden alle ouders op een gesprek verwacht. Op de andere 2 gespreksmomenten kunnen ouders intekenen voor een gesprek.

6.4.

Inspraak: meedoen op school

Medezeggenschap De MR denkt mee met de schoolleiding over zeer uiteenlopende beleidszaken die spelen op zowel korte als op de langere termijn. De MR heeft bij verschillende beleidszaken die in de school besloten worden advies- of instemmingsrecht. De MR heeft bijvoorbeeld instem-mingsrecht voor de onderwijskundige doelstellingen en het schoolreglement en adviesrecht voor de organisatie van de school en de hoofdlijnen van het meerjarig financieel beleid. De MR heeft verder als taak om openbaarheid te bevorderen door de ouders zo goed mogelijk te informeren over haar activiteiten en vindt het erg belangrijk om vragen en problemen aangereikt te krijgen door ouders en leerkrachten om steeds kritisch mee te kunnen denken over veranderingen en verbeteringen op school. De MR werkt volgens een reglement dat is opgesteld door de S.P.O. en is gebaseerd op de Wet Medezeggenschap. De leden van de MR worden middels (openbare) verkiezingen gekozen. De MR bestaat uit 2 leerkrachten en 2 ouders. De namen van de MR-leden staan op de website van de school. De MR vergadert maandelijks. De notulen van de vergaderingen gaan behalve naar de MR-leden ook naar de S.P.O., de schoolleiding en naar de ouderraad. Ouders die daar behoefte aan hebben, ontvangen de notulen per e-mail, daarnaast worden de notulen gepubliceerd op het MRinformatiebord dat centraal in de school hangt. De MR beheert een archief waarin veel (achtergrond-) informatie over allerlei onderwerpen te vinden is. De MR nodigt de directeur uit om bij de vergaderingen aanwezig te zijn. Indien u contact wilt opnemen met de MR, kunt u een e-mail sturen naar: [email protected] .

Ouderraad Naast de MR heeft de school ook een OR. Deze Ouderraad is een groep mensen die vooral praktische zaken binnen school organiseert, coördineert en (mede)uitvoert. Veel activiteiten van de OR richten zich op het gebeuren rond de seizoenen. De OR organiseert ook zaken die deze jaarlijks wederkerende activiteiten overstijgen, zoals thema-avonden of schoolfeesten of de bekostiging van het muziekonderwijs. Daarnaast Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 40 van 82

kan de ouderraad als klankbord van de oudergeleding van de MR fungeren. De ouderraad streeft naar een samenstelling van ouders waarbij alle groepen vertegenwoordigd zijn. De ouderraadsvergadering vindt gedurende het schooljaar meestal maandelijks plaats. Er is een vaste voorzitter, secretaris en penningmeester. Bij de ouderraadsvergadering is de directeur aanwezig en/of een lid van het schoolteam. Hierdoor is er altijd een schakel tussen ouderraad en schoolteam. In de ouderraad worden voor de vaste activiteiten met werkgroepen of contactpersonen gewerkt, die in samenwerking met het schoolteam de activiteiten organiseren. Daarnaast bekijkt de OR hoe ze op de korte en lange termijn het onderwijs op onze school kunnen ondersteunen. Als er bijzondere activiteiten zijn in de klas dan neemt de leerkracht contact op met de groepsouder die haar klas vertegenwoordigd in de OR. Deze ouder organiseert, samen met de leerkracht, de activiteit. Incidenteel zijn er soms meerdere ouders nodig voor een activiteit. Denk bijv. aan begeleiding bij uitstapjes. Hiervoor worden ouders via de mail en/of via lijsten in de groep gevraagd om te helpen. De definitieve samenstelling van de ouderraad wordt gepubliceerd op de website na de eerste vergadering van het schooljaar in september. Indien u contact wilt opnemen met de OR, kunt u een email sturen naar: [email protected] . Activiteiten ouderraad Pieterskerkhof De ouderraad Pieterskerkhof kent de volgende commissies/groepen waarin ouders participeren – deels bestaan deze groepen uit niet-ouderraadsleden.  Tuincommissie, deze verzorgt de moestuin aan het schoolplein. Hierin werken tijdens het groeiseizoen, elke week de kinderen van groep 3 en 7.  Bibliotheekcommissie  Sinterklaasviering/kerstviering  Pasen  Het luizenteam  Sportdag  Schoolreis/-kamp  Schoolpleinvegen  Schoolfeest  Kerstmusical  Slotfeest Daarnaast wordt door de teamleden ook in voorkomende gevallen een beroep op ouders en ouderraadsleden gedaan, zoals bij uitstapjes, schoolkamp enz.

Kinderraad De school heeft ook een KR. Deze kinderraad bestaat uit 2 kinderen van elke groep 4 t/m 8. Deze kinderen zorgen, naast de uitwisseling van informatie met hun eigen groep, ook voor een informatie-uitwisseling met de groepen 1 t/m 3. De KR buigt zich over diverse schoolzaken. Vooral de onderwerpen die hen direct betreffen of waar ze van invloed zouden kunnen zijn, worden besproken.

6.5.

Ouderactiviteiten

Aan het begin van het schooljaar worden oudersgeïnformeerd over de activiteiten die dit jaar gaan plaatsvinden en de gewenste hulp die gevraagd wordt. Ouders kunnen hierin aangeven wanneer en voor welke taak/activiteit ze beschikbaar zijn. De leerkracht of klassenouder nemen, zodra de organisatie start, contact op met de hulpouders. Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 41 van 82

6.6.

Vrijwillige ouderbijdrage

Wij vragen ieder jaar een vrijwillige ouderbijdrage aan de ouders voor extra voorzieningen en activiteiten, zoals de schoolreis, het schoolkamp en speciale activiteiten. Dit zijn activiteiten die niet tot het gewone lesprogramma behoren en dus niet door het ministerie worden betaald. De hoogte van deze vrijwillige ouderbijdrage wordt ieder jaar met instemming van de medezeggenschapsraad vastgesteld. De ouderbijdrage is vrijwillig. Uiteraard hopen wij dat u de vrijwillige bijdrage wilt betalen, zodat de school extra voorzieningen en activiteiten kan realiseren en uw kind aan de extra activiteiten die de school organiseert kan meedoen.

Muziek Muzieklessen worden niet vergoed door de overheid. Dankzij de ouderbijdrage is er een vakleerkracht die structureel alle groepen les geeft. De onderbouw heeft wekelijks muziekles. De bovenbouw krijgt les in een blokperiode van een aantal weken. Deze functie wordt momenteel ingevuld door Jeroen Schipper.

Extra fonds Naast de bovenstaande bijdragen wordt ouders gevraagd vrijwillig een bijdrage te doen in een Extra fonds. Uit dit fonds worden projecten gefinancierd die door teamleden worden voorgedragen. Voor deze projecten gelden een aantal criteria; deze zijn verwoord in de statuten van het fonds. Het fonds heeft een eigen bestuur (bestaande uit ouders) dat de activiteiten en projecten beoordeelt en al dan niet toekent.

Ontwikkeling Een delegatie ouders onderzoekt de mogelijkheid tot het oprichten van een oudervereniging, om de betrokkenheid van ouders te vergroten en de school financieel, materieel en immaterieel te ondersteunen. Naar alle waarschijnlijkheid krijgt dit vorm in schooljaar 2015-2016. Op onze website kunt u t.z.t. meer lezen over de laatste ontwikkelingen. In de bijlage treft u het ouderbijdrageformulier aan.

6.7.

Schoolverzekering

Onze school heeft de volgende verzekering die voor u en uw kinderen van belang zijn:  een ongevallenverzekering die de financiële gevolgen dekt na een ongeval in school en tijdens het overblijven;  een reisverzekering voor alle activiteiten die de school organiseert buiten het schoolgebouw.  een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering. Bij schoolreizen en andere uitstapjes komt het soms voor dat ouders groepjes kinderen met de eigen auto vervoeren. Van belang is dat u dan een inzittendenverzekering heeft afgesloten. Het is voor de school namelijk niet mogelijk dat voor de ouders te doen. In voorkomende gevallen zullen wij U daarom altijd vragen of U een inzittendenverzekering heeft. Voor nadere informatie kunt u terecht bij de directeur van de school.


pagina 42 van 82

6.8.

Foto- en video-opnames

Protocol fotograferen, video-opnamen, tv.-opnamen en publicatie op internet Ook op ODBS Pieterskerkhof moeten we rekening houden met de Wet op de Privacy en hebben we waar het gaat om foto-, video- en tv-opnamen van kinderen die op ODBS Pieterskerkhof zitten het volgende protocol opgesteld. Dit protocol is door directie en medezeggenschapsraad van ODBS Pieterskerkhof vastgesteld in december 2012. Het is ook ter informatie aan de ouders opgenomen in de schoolgids. Tevens zal er in de Nieuwsbrief verwezen worden naar dit protocol dat ook op de website wordt geplaatst.

Intern gebruik (gebruik op school) 1. Video's voor intern gebruik We onderscheiden de volgende video-opnamen:  Video-opnamen voor professionalisering van de leerkracht of stagiairs. De opnamen worden intern op teamniveau of op het opleidingsinstituut gebruikt en na bespreking gewist of vernietigd. Hiervoor vragen wij vooraf geen toestemming aan de ouders.  Ten behoeve van observatie van een specifiek kind (bijvoorbeeld voor specifieke begeleiding door een onderwijsbegeleidingsdienst of de ambulant begeleider van WSNS). De ouders van het kind wordt vooraf wel om toestemming gevraagd. De opnames worden na bespreking gewist of vernietigd.  Ten behoeve van informatieverstrekking, bijvoorbeeld tijdens voorlichtingsmomenten op school, zoals ouderavonden en informatieochtenden. De ouders wordt vooraf niet om toestemming gevraagd. Het betreft hier alleen een opname voor intern gebruik. 2. Foto’s voor intern gebruik Voor het maken van foto’s voor intern gebruik (denk hierbij aan sportdag, kamp, projecten e.d.) wordt vooraf geen toestemming gevraagd. Dit geldt ook voor het maken van foto’s voor interne activiteiten bijvoorbeeld bij een voorlichtingsavond voor ouders.

Extern gebruik 1. Algemeen  Wij verzoeken ouders schriftelijk aan de directie door te geven of ze wel of geen bezwaar hebben tegen gebruik van foto-, film-, tv- of video-opnamen (waar hun kind op staat) voor extern gebruik. Ouders geven dit aan op het aanmeldingsformulier van de school.  Het is voor de leerlingen verboden om tijdens de les film- of foto-opnamen, met bijvoorbeeld hun telefoon en/of digitale camera, te maken tenzij hiervoor toestemming is gegeven door de leerkracht.  Bij bijzondere gelegenheden op school, zoals Sinterklaas, schoolreis, kamp, sportdag, maandafsluitingen etc. lopen veel ouders rond met foto- of filmapparatuur. Wij keuren dit niet af, op voorwaarde dat de gemaakte opnamen alleen vertoond worden in huiselijke kring en per se niet geplaatst worden op openbare websites. Dit in verband met de privacy van de kinderen. 2. Tv-, film- , foto- en video-opnamen voor extern gebruik (door externen) Op ODBS Pieterskerkhof kijken we kritisch naar verzoeken voor opnamen door externen. Alle verzoeken om film- , foto- en/of video-opnamen te mogen maken


pagina 43 van 82

voor extern gebruik worden eerst ter goedkeuring aan de directie voorgelegd. De directie toetst de aanvragen aan de afspraken in dit protocol en legt de voorwaarden vast. Toestemming tot filmen of het maken van foto’s wordt alleen verleend indien  het doel en de manier van publiceren/vertonen duidelijk omschreven is.  het uiteindelijke materiaal tevoren ter inzage is voor de schoolleiding gemaakte programma’s passen binnen de waarden en normen van de school.  Indien het gaat om opnames van 1 of enkele kinderen dan geldt tevens, dat het uiteindelijke materiaal tevoren ter inzage is voor betrokken ouders en betrokken leerlingen.

Foto’s ten behoeve van de website Wij vragen ouders op het aanmeldingsformulier aan te geven of we fotomateriaal van de kinderen op onze website mogen plaatsen. Indien ouders, na plaatsing van een foto op de website, liever zien dat een foto verwijderd wordt, dan kunnen zij dat aangeven aan de directie van de school.Ouders mogen pas na toestemming van de leerkracht en/of directie foto’s of video-opnamen in de klas maken. Dit geldt ook bij de verjaardag van een kind.

6.9.

Klachtenprocedure

Als er iets niet goed gaat Onze school heeft een klachtenregeling. De regeling staat op de website van de school. Wanneer u een klacht heeft over de school of over een medewerker van de school dan kunt u hiervan gebruikmaken. Uitgangspunt van de klachtenregeling is dat klachten, problemen, vragen en dergelijke in eerste instantie worden aangekaart bij degene die direct met de kwestie te maken heeft. Een ouder met bijvoorbeeld een klacht over (het lesgeven van) een leraar, neemt hierover eerst contact op met de desbetreffende leerkracht. Wanneer dit niet tot een bevredigende oplossing leidt, kan contact op worden genomen met de directie. Hiermee wordt voorkomen dat de positie van de leraar (of diens gezag in de klas) wordt ondermijnd. Daarnaast schept dit duidelijkheid over de rol en de positie van directie.

Klachtenprocedure SPO Utrecht hanteert een klachtenprocedure. Deze ligt op school voor alle betrokkenen ter inzage. Klachtcontactpersoon Op onze school is een klachtcontactpersoon aanwezig die de klager kan adviseren op welke wijze er het best met de klacht kan worden omgegaan. Het kan zijn dat de contactpersoon verwijst naar de vertrouwenspersoon of rechtstreeks naar de klachtencommissie. Contactpersoon voor onze school is Caroline Kamperdijk en is bereikbaar via [email protected] of telefonisch via 030-2311751. Klachtenprocedure schoolbestuur Een klacht over iemand die betrokken is bij de school kan ook worden ingediend bij het bestuur of bij een Landelijke Klachtencommissie. Een klacht kan bij het bestuur worden ingediend ([email protected]). U kunt uiteraard ook eerst telefonisch contact met ons bestuur opnemen (030-2652640).


pagina 44 van 82

Ons schoolbestuur is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. De Commissie onderzoekt de ingediende klacht en brengt advies uit aan het bevoegd gezag over de gegrondheid van de klacht. De Commissie kan in haar advies een aanbeveling doen over de door het bevoegd gezag te nemen maatregelen. Op de website www.onderwijsgeschillen.nl/klachten vindt u meer informatie over onder meer de relevante regelgeving, de te doorlopen procedure bij de behandeling van klachten en de samenstelling van de Commissie. Vertrouwenspersoon Het schoolbestuur heeft een externe vertrouwenspersoon voor ouders en voor personeel benoemd. Voor ouders is dat mevrouw Anneke de Klerk. Zij is bereikbaar per mail ([email protected]) of telefonisch (06-53441601). Indien u prijs stelt op een mannelijke vertrouwenspersoon, kunt u dat bij haar kenbaar maken. De vertrouwenspersoon functioneert als aanspreekpunt bij klachten en gaat onder andere na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt.


pagina 45 van 82

7. 7.1.

De ontwikkeling van het onderwijs in de school; kwaliteitszorg en resultaten Kwaliteitszorg

Onze school werkt systematisch aan kwaliteitszorg. Onder kwaliteitszorg verstaan we: activiteiten die er op gericht zijn om de kwaliteit van het onderwijs te bepalen, te bewaken, te borgen en te verbeteren. Met andere woorden: wat vinden wij goed onderwijs, wat zijn de eisen van de overheid, welke doelen stellen we, hoe zorgen we ervoor dat we kwaliteit leveren en hoe houden we de bereikte kwaliteit vast? Onze school werkt aan de ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijs en zorgt dat zaken die goed gaan, goed vastgelegd worden. Het kwaliteitszorgsysteem maakt enerzijds gebruik van een aantal feitelijke gegevens van de school (bijv. de leerlingresultaten). Voorts wordt gewerkt met vragenlijsten voor personeel, die ingaan op de wijze van lesgeven, de inhoud van het onderwijs en het pedagogisch klimaat. Een keer in de twee jaar nemen wij ook vragenlijsten af die de waardering en tevredenheid peilen bij de ouders van de school, bij het personeel en bij kinderen van de groepen 6, 7 en 8. Op basis van deze gegevens kan de directeur een analyse maken hoe de school er voor staat. Deze analyse is weer het uitgangspunt voor schoolontwikkeling. De school maakt gebruik van interne en externe specialisten t.b.v. van gerichte teamscholing. Deze specialisten doen ook observaties in de klassen. Daarnaast voeren de coördinatoren en de directeur ook klassenbezoeken uit om feedback te geven op het onderwijs en de ingezette ontwikkelingen. Leerkrachten kijken ook bij elkaar in de klas en op andere scholen om meer afstemming en kwaliteitsverbetering te verwezenlijken.

Jaarverslag 2014-2015 We zijn weer aan het eind van het schooljaar aangekomen, waarbij we u graag willen informeren over de ontwikkelingen die we het afgelopen jaar hebben ingezet. Dit jaarverslag is mede een onderlegger voor het nieuwe jaarplan voor schooljaar 20152016. Personele perikelen Het was een vrij bewogen jaar op personeelsgebied… We hadden te maken met langdurige ziekte van Marjolein Portengen in groep 4 en van Sarah-Lynn Reuver, onze gymdocent. Daarnaast besloot Anneke Kranenburg in oktober dat ze wilde stoppen met werken. Gelukkig vonden we een goede vervanger in Lisa Pol. Helaas moeten we aan het eind van het schooljaar ook weer afscheid nemen van een aantal collega’s: Jeanine Eleveld (gr. 7) gaat zich richten op haar eigen huiswerkinstituut, Jeroen Schipper (muziek) gaat zich meer richten op zijn muziekproducties, Ronald Goosen (directeur) vliegt na 9 jaar uit naar een andere school, Lisa Pol (gr. 4) gaat meer werken in de regio Zwolle, waar ze woont en Rosa Geluk (begeleiding rugzak) gaat voor enkele jaren emigreren. En daarnaast werden we begin dit kalenderjaar getroffen door het plotselinge overlijden van onze conciërge Ruud van Beek… De primaire focus, het leerproces van de kinderen, is continu voorop blijven staan. Door bovenstaande hebben we echter wel keuzes moeten maken in de voor dit schooljaar Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 46 van 82

geplande ontwikkelingen. Veel geplande onderwerpen hebben we succesvol kunnen afronden. Enkele onderwerpen zijn opgestart en worden komend jaar gecontinueerd. Deze ziet u terug komen in het jaarplan voor schooljaar 2015-2016. ICT/Chromebooks In oktober zijn we, naast de pc’s in onze school, gaan werken met chromebooks. Middels een subsidie hebben we er 32 kunnen aanschaffen. Gedurende het schooljaar zag je dat de kinderen van groep 4 t/m 8, na een uitprobeer- en ontdekfase, de chromebooks heel functioneel gingen gebruiken. Er werden basisvaardigheden geoefend, werkstukken en websites gemaakt, informatie gezocht, gedeeld en verwerkt, en ook werd het door enkele kinderen gebruikt om Spaans te leren. De kinderen zijn gaan werken met een eigen mailadres en opslag in de ‘cloud’. Dit ging gedifferentieerd. Het is mooi om te zien hoe kinderen dit in hun eigen tempo oppakken (sommige zelfs sneller dan volwassenen!) Groep 3 werkt vooral op de vaste computers. Groep 1 en 2 werken ook op de vaste computers. We hadden ook enkele i-pads aangeschaft, maar die waren helaas gestolen. We hebben nu een flinke brandkast in de school, dus binnenkort gaan we over tot hernieuwde aanschaf… Opbrengstgericht werken Ook dit jaar hebben we de focus gelegd op opbrengstgericht werken. Leerkrachten hebben de resultaten van de kinderen scherp in de gaten gehouden, geanalyseerd en het onderwijsaanbod op de behoeften van de kinderen afgestemd. De resultaten per klas zien er mooi uit. Ook in groep 5, waar m.n. de spelling en technisch leesresultaten onder het gewenste niveau lagen, zijn de scores omhoog gegaan. De extra inzet van leerkrachten in deze groep heeft wat dat betreft een positief effect gehad. Taal/Spellingontwikkeling Dit jaar heeft het team o.l.v. de taalcoördinator enkele keren bij elkaar gezeten om het taalonderwijs onder de loep te nemen. De nieuwste inzichten zijn gedeeld en met elkaar afgestemd. Dit draagt mede bij aan de goede resultaten op ons taalonderwijs. Dyscalculieprotocol De school is dit jaar gestart met het gebruik van een dyscalculieprotocol. In dit protocol staat hoe we als school handelen in geval van ernstige rekenen wiskundeproblemen. We gaan dit het komend jaar, door de opgedane ervaringen, meer schoolspecifiek maken. Democratisch Burgerschap De school heeft een hoog democratisch gehalte. We hebben dit jaar, naast onze methode ‘kinderen en hun sociale talenten’ gewerkt met het thema ‘Ik’. Hierbij hebben de kinderen met elkaar allerlei democratische principes verkent en in de praktijk gebracht: De kinderen hebben bijvoorbeeld met elkaar de klassenregels opgesteld. De kinderen bespreken met elkaar hoe ze willen werken en wat ze van elkaar verwachten. Regelmatig zijn er hier gesprekken over. Daarnaast is er binnen ‘4 keer wijzer’ veel ruimte voor kinderen om een eigen- of groepsleervraag te hebben en die uit te voeren. Er zijn in de klas zogeheten ‘klasvergaderingen’, waarin kinderen met elkaar processen bespreken. En ook onze Kinderraad zorgt voor een goede ontwikkeling van inzichten en vaardigheden voor de kinderen t.a.v. democratisch burgerschap. Sociaal Emotionele ontwikkeling Naast het democratisch burgerschap, is de persoonlijke ontwikkeling en het welbevinden van belang om goed te kunnen functioneren. Om de vorderingen van de kinderen op sociaal emotioneel gebied te monitoren zijn we dit jaar gestart met ‘Zien’. Vanuit ‘Zien’ Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 47 van 82

komen gericht adviezen en tips om kinderen individueel of als groep verder te helpen. Hierbij wordt er gerefereerd naar lessen van ‘kinderen en hun sociale talenten’. We zijn er van afgestapt om alle thema’s te behandelen. Het is nu volledig maatwerk: de thema’s die het meest effectief zijn voor de groep komen hierdoor uitvoeriger aan bod. Het afgelopen jaar hebben we met het hele team een scholing ‘gedrag’ gevolgd. Hierbij kregen we inzichten en handvatten om kinderen t.a.v. hun gedragsontwikkeling goed te begeleiden. Dit hebben we gekoppeld aan ‘Zien’, zodat er een mooi geheel ontstond van het werken met een screeningsinstrument, scholing en uitvoering. Vooral ook de tips m.b.t. het voorkomen van ongewenst gedrag zijn erg nuttig. Wereldoriëntatie De maker van 4 keer wijzer is op een aantal studiemomenten bij ons geweest en heeft ook feedback gegeven op wat hij in de klassen heeft gezien. Dit heeft er toe geleid dat we zijn gecertificeerd voor ons ‘4 keer wijzer’ onderwijs! We hebben het werken met meervoudige intelligentie en eigen leervragen van de kinderen verder uitgebouwd. Kinderen leren steeds beter te plannen, keuzes te maken en te reflecteren. De eindproducten worden ook steeds van een hoger niveau. Mooi om te zien. Ook de techniek en muziek lessen sluiten steeds meer aan bij de W.O. lessen, waardoor de vakken een versterkende werking op elkaar hebben. Door de eigen leervragen en het werken met de ‘Taxonomie van Bloom’ kunnen we ook de meer- en hoogbegaafde kinderen beter onderwijs bieden. De kinderen werken met uitdagende taken op niveau. Kunst- en Cultuuronderwijs Ook dit jaar hebben we in alle groepen verder gewerkt aan het implementeren van onze kunsten cultuurleerlijn binnen de Wereldoriëntatie thema’s. De leerkrachten hebben met specialisten gewerkt aan lesvoorbereidingen, die daarna in de klas zijn toegepast. De subsidie loopt nog door, dus de komende jaren wordt dit nog verder uitgebouwd. Daltononderwijs We hebben een mooie ontwikkeling gemaakt door de klassieke Daltonwaarden te koppelen aan meervoudige intelligentie en 21st century skills. De vaardigheden van de kinderen t.a.v. zelfstandigheid, het samenwerken, verantwoordelijkheid nemen, effectief werken en reflecteren wordt door onze werkwijze met 4 keer wijzer in hoge mate gestimuleerd. Rapportage en Portfolio Bij vernieuwend onderwijs hoort ook een vernieuwde vorm van informeren van ouders en kinderen over de vorderingen. Wij werken op onze school met een ouderportaal, waar elke ouder van zijn eigen kind de toetsresultaten kan inzien. Dit zorgt ervoor dat een klassiek rapport weinig nieuwswaarde heeft. Wat we graag willen is dat ouders en kinderen ook de vorderingen t.a.v. processen zien. Dit laat zich niet vastleggen middels een cijfer, maar wel middels een portfolio. We zijn hier dit jaar mee gestart. Voor enkele kinderen en ouders was het even wennen dat e.e.a. anders ging dan ze gewend waren. Wat we hebben gemerkt is dat kinderen zich veel meer bewust zijn geworden van hun eigen leerproces en de rol die ze daar zelf in hebben. Dit past uitstekend bij onze uitgangspunten als moderne Daltonschool! Het werken met portfolio’s gaan we dan ook zeker continueren. Helaas hadden we enkele dingen niet voorzien door de leerlingrapporten slechts digitaal via het ouderportaal aan te bieden. De rapporten bleken te veranderen als er nieuwe resultaten werden ingevoerd. Dat probleem is voor volgend jaar opgelost. Ook bleek dat erin het ouderportaal geen grafieken te zien waren. Deze zullen we als bijlage toevoegen. Dorr bij de kleuters


pagina 48 van 82

Dit jaar zijn we begonnen met het digitaliseren van Dorr. Leerkrachten van groep 1 en 2 houden digitaal de ontwikkeling van de kinderen bij. Volgend jaar zullen we de mogelijkheden van ‘Dorr-digi’ verder implementeren. Opleidingsschool worden We zijn halverwege het 2-jarig traject om een erkende opleidingsschool te worden. Als we een opleidingsschool zijn dan is de samenwerking met PABO-studenten geoptimaliseerd, wat de onderwijskwaliteit op onze school ten goede komt. Nieuwe website Voor het bouwen van onze nieuwe schoolwebsite maken we gebruik van vrijwillige inzet. Ook de Ouderraad van de school wordt betrokken bij de vormgeving van de site. Door andere drukke werkzaamheden van de vrijwilliger heeft de oplevering van de site wat op zich laten wachten. De verwachting is dat de site net voor de zomervakantie de lucht in gaat. Onderwijsbegeleidingsdienst Dit schooljaar zijn we overgegaan van de CEDgroep naar 'Zien in de klas ' ten behoeve van de leerlingbegeleiding. Vanuit de evaluatie is de samenwerking van beide kanten als positief ervaren er is besloten om de samenwerking voort te zetten In het komende schooljaar. (Ook u als ouder kunt via een privé traject terecht bij ‘Zien in de klas’, dit maakt afstemming en samenwerking met school effectiever.) Passend onderwijs /’Nu voor later’ In onderwijsland wordt het steeds duidelijker dat de eerste ontwikkelingsjaren van een kind erg belangrijk zijn. In Utrecht is daarvoor het traject “Nu voor later’ gestart. Onze kleuterleerkrachten volgen de nieuwste inzichten op de voet. Wij proberen om goede contacten te onderhouden met de voorschoolse instanties. We werken nog aan een manier waarop we de doorgaande lijn van de voorschoolse instanties naar onze school kunnen optimaliseren. Het toelatingsbeleid is, met het oog op passend onderwijs, bijgesteld. En verder: - hebben we als school een medisch protocol geïmplementeerd, waarin o.a. vastgelegd is welke medische handelingen er door leerkrachten gedaan kunnen worden. Dit medisch protocol vindt u ook terug in onze schoolgids. - Hebben alle teamleden naast alle onderwijsinhoudelijke scholing, ook hun BHVcertificaat behaald, wat in geval van een calamiteit er voor moet zorgen dat er in alle gevallen zo goed mogelijk gehandeld wordt. - Is de schoonmaak verbeterd, doordat er een andere schoonmaker is aangesteld. Bovenstaande geeft aan dat we kunnen spreken van een jaar waarin er weer veel werk is verzet, ondanks enkele tegenslagen. De school heeft het hoge niveau vast kunnen houden en zich verder kunnen ontwikkelen op enkele gebieden. Documenten waar naar verwezen wordt zijn te vinden via onze website www.pieterskerkhof.com of op te vragen/in te zien bij de directeur.

7.2.

Meerjarenbeleidsplan Dalton basisschool Pieterskerkhof 2015 – 2019

Hieronder staan puntsgewijs de plannen voor de komende periode. Op de ouderavond aan het begin van het schooljaar wordt het jaarplan (2015-2016) verder toegelicht. Blauw = Invoering / aanvang Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 49 van 82

Groen = continuering. Wit = geïmplementeerd Thema Kwaliteitsbeleid - Evaluatie van de kwaliteit: zelfevaluatie team en schoolleiding. - Evaluatie van de kwaliteit: waarderingsenquête ouders, leerlingen, personeel.

’15-’16

Thema 3.Onderwijsbeleid Verder integreren diverse vakgebieden binnen themaonderwijs Spellingonderwijs, resultaten omhoog Doorontwikkelen 4 keer wijzer/ 21st century skills: - eigenaarschap voor kinderen, leerkracht als coach - Kinderen beoordelen eigen werk - De ontwikkellijn m.b.t. vaardigheden voor kinderen meer zichtbaar maken onderzoekend en ontwerpend leren

’15-’16

Het portfolio doorontwikkelen schoolbreed, reflectie uitbouwen, vanuit meervoudige intelligentie Effectiviteit bevorderen: het werken met de taak optimaliseren Leerlijn creatieve vakken verder integreren in centrale thema’s Samenwerking met andere scholen intensiveren, o.a. door gebruik van moderne media Kunst en cultuuronderwijs integreren in wereldoriëntatie, waaronder aandacht voor andere religies. Implementatie Dorr-Digi en koppeling Dorr/meervoudige intelligentie Verkeeronderwijs afstemmen op werkwijze ‘4 keer wijzer’ Thema 4.Zorg Gedragsspecialisatie scholing

’16-‘17

’17-‘18

’18-‘19

Wie? Directeur Directeur

’16-‘17

’17-‘18

’18-‘19

Wie? directeur Taalcoördinator, directeur, team Coordinator W.O., directeur, team, externe specialist

Coordinator W.O., directeur, team, externe specialist Dalton coordinator Dalton coordinator Coordinator W.O, vakdocent Coordinator W.O, Cultuurcoördinat or, directeur, team IB-er, directeur, team

’15-’16


’16-‘17

’17-‘18

’18-‘19

Verkeerscoordin ator Wie? IB-er, directeur, team

pagina 50 van 82

Verder uitwerken dyscalculieprotocol Meerbegaafdenonderwijs integreren in W.O. Samenwerking voorschoolse instanties

IB-er, directeur, team Werkgroep, directeur, team Directeur, IB, onderbouwleerkr achten IB-er, directeur, team IB-er, directeur, team IB-er, directeur, team

Het gebruik van ’Zien’ uitbouwen Scholing in executieve functies Zelfbewustzijnsbevordering bij kinderen

Thema 5.Schoolorganisatie Toelatingsbeleid Teambrede BHV-scholing Gezamenlijk voorbereiden van lessen uitbreiden Opleidingsschool worden Specialisten krijgen periodiek ambulante tijd voor onderzoek en begeleiding van collega’s, met als doel de afstemming en kwaliteit te verhogen Werken met portfolio’s en kindgesprekken Thema 6.Personeelsbeleid Invoeren specialisten conform functiemix Toepassen nieuwe CAO Collegiale consultaties en intervisie

’15-’16

’15-’16

’16-‘17

’17-‘18

Wie? Directeur, team team team Directeur, team Specialisten

Daltoncoordinat or, team ’16-‘17

’17-‘18

’18-‘19

Aanpassen werktijdfactoren of aantal werkdagen na overgang nieuwe schooltijden

7.3.

’18-‘19

Wie? Directeur, team Directeur, team Directeur, specialisten, team Directeur, team

De resultaten van het onderwijs

Wij volgen de ontwikkeling van de leerlingen nauwgezet en houden de gegevens van resultaten bij in een leerlingvolgsysteem. We gebruiken hiervoor het systeem met de naam ParnasSys. De leerlingen worden regelmatig getoetst met de zogenaamde methodegebonden toetsen. Daarnaast gebruiken we halfjaarlijks op het gebied van bijvoorbeeld rekenen/wiskunde, lezen en spelling, landelijk genormeerde toetsen van het CITO. Deze toetsen worden afgenomen volgens een planning die is vastgelegd in een toetskalender met bijbehorend toetsprotocol. Op basis van de gegevens uit de toetsen worden zo nodig de groepsplannen (het leerstofaanbod van de groepen, kleine groepjes of individuele leerlingen) op- of bijgesteld.


pagina 51 van 82

De resultaten nader bekeken. Resultaat eindtoets basisonderwijs CITO Hieronder ziet u een overzicht van de resultaten op de CITO eindtoets van de laatste drie jaar. In de beoordeling is rekening gehouden met specifieke schoolkenmerken (de leerlingpopulatie). schooljaar

Schoolscore

2014-2015 2013-2014 2012-2013

539,5 540,7 540,2

Beoordeling volgens de norm van de Inspectie van het Onderwijs Goed Goed Goed

Landelijk gemiddelde 535,3 534,4 534,7

We zijn tevreden over de score die boven het landelijke en stedelijke gemiddelde ligt. De uitslagen passen bij de resultaten die de kinderen boeken op de CITO LOVS toetsen. De inspectie hanteert een gedifferentieerde normering t.a.v. de eindopbrengsten. Wij vallen in de hoogste categorie. Wij zijn er erg blij mee en trots op dat we al meerdere jaren scoren boven deze inspectienorm. De uitstroom naar het voortgezet onderwijs schooltype v.s.o./LWOO-zorg Internationale kopklas Vmbo-k, vmbo-b, LWOO Vmbo-t Havo Vwo

De Werkplaats Bilthoven Bonifatius College Utrechts Stedelijk Gymnasium Christelijk Gymnasium Amadeus Lyceum Gerrit Rietveld College Unic Herman Jordan Lyceum Trajectum College Het nieuwe Lyceum Groenhorst College X11 Anna van Rijn College Gregorius College Schoonoord Openbaar Lyceum Zeist Oranje Nassau School

2014-2015

1 6 8 17 2012-2013 6 6 1

2013-2014 5 3 4

2014-2015 4 2 5

1

1

5 2

4 4

4 2 6 4 3

1 2 1 1

1


2

1 1 1

pagina 52 van 82

Tussentijdse resultaten Om een goed beeld te krijgen van de tussentijdse resultaten op de verschillende vakgebieden, zoals taal, rekenen/wiskunde en lezen, worden in alle leerjaren toetsen van het CITO (CITO volgsysteem primair onderwijs) afgenomen. Hieronder staat een overzicht van de resultaten van deze toetsen. Het betreft de toetsen die de Inspectie (jaarlijks) van iedere school betrekt in de eerste beoordeling of de basiskwaliteit van het onderwijs voldoende is. Het zijn de volgende toetsen die informatie geven op belangrijke momenten in de schoolloopbaan van de leerlingen:  in de groepen drie en vier dienen de leerlingen op een zodanig niveau technisch te leren lezen dat zij met succes kunnen meedoen aan alle andere onderdelen van het onderwijs;  in groep 4 staan de basisvaardigheden in het rekenonderwijs centraal.  in groep 6 wordt de overstap gemaakt naar complexere, wiskundige vraagstukken.  verder moet in groep 6 het niveau van begrijpend lezen voldoende hoog zijn  met het oog op het onderwijs in de zaakvakken. Onderstaand vindt u de tabellen zoals wij die uit Parnassys genereren. Dit geeft de informatie zoals hierboven staat vermeld en meer: uit de tabellen kunt u aflezen wat de resultaten per groep zijn en wat de ontwikkeling is geweest in de afgelopen periode. De landelijk gemiddelde score is 3.0. De maximale score is 5.0. Wij hebben als school het streven om, gezien onze populatie, gemiddeld een 4.0 of hoger te scoren (blauw). LOVS Scores ODBS Pieterskerkhof januari/februari 2015 1. Technisch lezen: CITO Drie-Minuten-Toets LOVS - Totaal Hoofdlocatie in 2010 / 2011 - 2014 / 2015 3 G e m . L/ I N I/ ivII.

S c ho o lja a r

4

5

6

7

8

III/ IV / V n = G e m . L/ I N I/ ivII.

III/ IV / V n = G e m . L/ I N iv I/ II.


III/ IV /n= V G e m . L/ I N I/ ivII.


2 0 10 / 2 0 11 II

73,4

L:70

78,1

L:76

Gewicht: 1%

I:67 III

64,3

L:62 I:57

2 0 11 / 2 0 12 II

35,0

Gewicht: 1%

L:23 I:21

I

34/28

32

59,5

4,4 22/13/3 32

III

II

3,5 19/13/13

L:54

I

I:48 69,8

L:62

23,3

Gewicht: 1% III 33,3

2 0 13 / 2 0 14 II

27,9

Gewicht: 0%

L:23

III

I:21

3,1 20/24/16 27 IV

I:33

2,3 16/36/16 27

L:23

L:36 I:33

2 0 14 / 2 0 15 II Gewicht: 0%

28,2

L:23 I:21

I

12/20

25

L:36

I:21 III 40,9

28/12

37/15

4,1 11/11/26 II

32/14

25

27

60,2

74,2

50,3

28

55,6

3,9 21/21/11 29

I

33/29

4,1 14/10/14

21 21

62,7

23/32

22 22

33/25

24

I

31/21

29

38/31

29

4,2 10/17/3

30

L:54

IV

25

I:48

2,5 28/36/12 26

L:62

IV

I:56

2,0 24/36/24 26

I

L:54 I:48

I:72

76,0

I

20/4

12/4

33/19

25

27

L:70 I:66

86,1

L:76 I:71

81,8

4,2 10/38/0 30

L:62 I:56

29

31

4,1 13/17/13 22

L:54 I:48

31

4,1 18/18/9 I

I:56

2 0 12 / 2 0 13 II

23/32

L:70 I:66

88,3

81,6

67,2

4,3 26/19/4 28

27/27

26

II

22/26

27

L:82

92,9

L:86

I:78

3,9 30/7/15 28

I

25/31

4,1 22/9/13 I

32

44/25

32

4,4 22/6/3

31

I

I:83

84,5

L:82

45/23

22

4,4 14/9/9

22

I

50/32

22

4,5

5/5/9

22

I

41/19

27

90,5

L:86

I

59/15

27

I:71

4,6

11/11/4

28

L:70

IV

8/15

26

I:66

2,3 27/27/23 26

26

4,3 8/19/8

27

I

37/22

97,7

97,7

94,6

L:82

L:86

L:82

27

II

38/15

26

96,9

L:88

I

35/31

26

100,0 L:93

I

72/16

32

4,6

0/9/3

32

I

59/22

32

4,3

3/6/9

32

I

48/19

21

93,5

L:88

I

45/25

20

98,5

99,6

L:93

L:88

107,7 L:93

4,4 15/15/0 22

95,7

L:82

I

59/19

27

4,5

11/4/7

27

35/35

26

4,2 12/12/8

I

26

I

31/31

26

4,1 19/8/12

26

II

31/23

26

4,1 27/12/8

4,5 29/0/5 22 98,1 L:86

III/ IV / V n=

4,1 7/19/15 27

4,0 12/8/15 26

4,3 26/4/11 28

L:76

46/19

I

3,9 8/27/12 26

31

I:71

L:70

91,2

3,9 19/12/15 28

L:76

I:66 89,7

II

103,5 L:88

I

24/40

25

4,1 8/20/8

26

I

100,2 L:96

26

42/39

31

4,3 0/13/6

32

I

59/22

32

4,4

9/9/0

32

I

47/42

19

4,5

5/5/0

22

I

31/31

26

4,0 15/12/12 26

98,7 L:96

II

24/28

3,8 24/16/8

103,1 L:96

I

25 25

47/22

32

4,2 19/3/9

32

Le ge nda G e m . Vaardigheidssco re (indien bekend) o f sco re L/ I L=Landelijk gemiddelde en I=Inspectieno rm (indien bekend) N iv . Niveau (bo venste cel) en niveauwaarde o p gro epsniveau (o nderste cel) I/ II

III/ IV / V

P ercentages I/II (bo venste cel) en percentages III/IV/V (o nderste cel)

n= To taal aantal geto etste leerlingen (bo venste cel) en aantal leerlingen o p 1o kto ber in leerjaar (o nderste cel). B ij minder dan 80% deelname wo rdt het bo venste vakje grijs gekleurd.


pagina 53 van 82

2. Spelling: CITO Spelling LOVS - Totaal Hoofdlocatie in 2010 / 2011 - 2014 / 2015 3 G e m . L/ I N I/ ivII.

S c ho o lja a r 2 0 10 / 2 0 11

II

112,5 L:108

III

121,0

Gewicht: 1%

2 0 11 / 2 0 12

II

L:114

110,3 L:108

Gewicht: 1%

I

4

5

6

7

8






36/32

22

4,3 14/14/5

22

I

52/29

21

4,5

5/5/10

22

I

22/22

32

118,5 L:120

117,7

2 0 12 / 2 0 13

L:114

113,1 L:108

II

Gewicht: 1% III

112,9

L:114

I

34/38

29

4,2

17/7/3

32

I

40/32

25

4,4 16/4/8

27

IV

24

17/4

II

108,0 L:108

Gewicht: 0%

III

11/21

28

V

121,8 L:120

112,7 L:114

IV

18/0

28

II

II

106,5 L:108

Gewicht: 0%

IV

0/29

21

131,5 L:127

30

27/27

22 22

121,4 L:122

134,8 L:130

III

26/9

128,7 L:127

121,1 L:120

II

31/7

23

134,7 L:130

29

131,0 L:127

3,7 17/21/24 30 122,4 L:122

II

31/17

V

28/4

29

135,1 L:130

V

13/4

25

128,3 L:127

2,2 24/19/29 21

III

23/8

4,4 27/8/4

28

I

27/31

26

4,3 31/8/4

28

I

13/34

I

32

34/31

32 31

36/18

22

I

55/9

II

26/26

22

24

132,3 L:130

I

22/30

134,8 L:134

123,8 L:127

3,2 23/19/27 28

V

7/11

138,3 L:137

141,7 L:139

II

33/15

27

II

27/8

26

II

31/8

26

135,8 L:134

I

31/22

32

II

22/25

32

141,7 L:139

II

29/10

21

142,6 L:140

I

36/23

22

143,3 L:139

1,0 22/26/33 26

37/33

27

4,4 11/15/4

27

I

15/30

I

35/23

I

35/23

I

31/23

4,4 27/12/8 143,7 L:140

20

26

142,8 L:143

26

III

19/19

21

2,7 10/24/29 21

26

I

28/32

26

142,8 L:143

26

III

23/8

26

2,8 27/19/23 26

25

4,3 12/20/8 26

142,4 L:139

I

41/25

4,3 16/6/13 142,8 L:140

4,2 9/9/23 22

137,8 L:134

III/ IV / V n=

19

4,1 19/12/12 26

4,0 19/24/19 22 140,6 L:137

II

4,2 19/4/19

4,0 22/16/16 32

135,1 L:134

32/16

3,9 20/25/10 20

4,1 19/13/16 32 139,0 L:137

I

4,2 21/21/11 20 141,5 L:140

3,8 31/15/15 26

27

27

27

4,0 23/23/19 26

4,0 19/15/15 28

26

30/11

3,6 15/15/22 27

22

27

I

4,1 15/33/11 27 138,1 L:137

31

4,3 25/3/6

I

135,4 L:134

4,0 4/26/19 28

0,9 25/8/50 26

120,3 L:120

26

4,4 14/9/14

1,3 8/16/44 26 118,0 L:122

46/15

4,3 14/14/18 22

3,6 3/24/24 30

117,5 L:120

I

4,1 28/19/6

2,9 22/9/35 22

2,0 18/21/43 29

2 0 14 / 2 0 15

13/10

4,0 18/9/18

3,1 29/25/14 29 III

30

1,1 20/20/37 31

2,1 13/25/42 27

2 0 13 / 2 0 14

13/20

2,0 17/23/27 31 118,7 L:122

4,1 31/22/3 32 III

IV

I

44/13

4,2 19/19/6

142,1 L:139

I

43/19

4,3 19/19/0

32

146,8 L:143

32

I

32/12

4,2 36/16/4

25 25

32 32

21 22

145,0 L:143

II

31/25

32

4,0 22/6/16 32


III/ IV / V



2. Spelling: CITO Spelling LOVS - Werkwoorden Hoofdlocatie in 2011 / 2012 - 2014 / 2015 7

2 0 11 / 2 0 12

8

G e m . L/ I N I/ ivII.

S c ho o lja a r


II

113,3

L:110

Gewicht: 1%

II

III/ IV / V n= 33/14

21

4,0 10/19/24 21 III

2 0 12 / 2 0 13

108,0 L:99

I

62/31

13

4,4

8/0/0

26

II

112,1 L:110

Gewicht: 1%

II

27/23

26

3,8 12/15/23 26 III

102,4 L:99

I

20/40

25

4,1 12/20/8 26

2 0 13 / 2 0 14

II

113,8

L:110

I

Gewicht: 0%

36/12

25

4,1 20/8/24 25 III

100,6 L:99

II

25/22

32

3,7 16/19/19 32

2 0 14 / 2 0 15

II

112,6

Gewicht: 0%

L:110

II

25/13

32

4,0 13/19/31 32


III/ IV / V




pagina 54 van 82

3. Begrijpend lezen: CITO Begrijpend lezen LOVS - Totaal Hoofdlocatie in 2010 / 2011 - 2014 / 2015 3 G e m . L/ I N I/ ivII.

S c ho o lja a r 2 0 10 / 2 0 11

4

5

6

7

8






II

22,7

L:13

III

27,3

L:18

Gewicht: 1%

I

43/23

4,4 17/13/3

2 0 11 / 2 0 12

II

20,1

I

30

4,3 10/17/7

31

I

36/23

37,9

31

43/23

L:13

Gewicht: 1%

30

22

38,6

4,2 14/14/14 22 III

2 0 12 / 2 0 13

14,8

-L:2

I

52/34

29

4,6 14/0/0

32

II

28,7

L:18

23,3

3,2

-L:2

I

40/4

25

L:13

34,6

II

15,8

I

2 0 14 / 2 0 15

13,4

-L:2

I

54/21

24

4,5

8/17/0

29

II

23,0

L:18

29 30

I

59/21

29

4,6

10/7/3

30

II

28/28

25

23,0

L:13

I

36/16

26

I:20

4,5

4/4/0

28

I

53/25

32

4,5 13/9/0

31

L:25 I:25

28,2

L:25 I:25

38,1

4,0 8/16/20 26 III

46/46

39,3

L:32 I:28

42,0

L:32 I:32

I

37/22

27

57,0

4,2 22/11/7 27

I

54/12

26

56,2

L:44

I

53/16

19

I:43

4,4

21/5/5

20

I

50/19

26

L:44

4,4 15/8/12 26

4,4 12/19/0

71,7

L:55

26

III/ IV / V n=

I

53/26

19

4,5

11/5/5

21

22

41/24

L:13

Gewicht: 0%

I

24

4,4 24/7/3 L:18

4,1 28/8/20 27

2 0 13 / 2 0 14

46/13

4,4 13/21/8

Gewicht: 1% III

I

L:25

L:25 I:25

23/27

22

3,9 27/5/18

II

22

44/26

27

4,5 15/15/0

I

28

52,6

39,9

L:32

I

75/16

32

I:32

4,9

6/3/0

32

I

41/23

22

L:32 I:32

51,1

L:44 I:45

56,4

4,3 18/5/14 22

L:44 I:45

25

72,4 L:55

4,2 24/8/12 26

I:55

I

I

36/20

50/13

32

71,8

4,4 22/13/3 32

L:55 I:55

I

58/23

26

4,5

8/4/8

26

I

56/20

25

4,5 16/4/4

25

25

4,1 24/4/20 26

Gewicht: 0%

48/19

27

4,4 11/19/4

I

28

27,3

L:25 I:25

30/22

27

3,6 19/11/19

II

26

43,3

L:32

I

59/15

27

I:32

4,4

7/11/7

27

53,5

L:44 I:45

43/24

21

73,8 L:55

4,3 5/19/10

22

I:55

I

I

66/9

32

4,6

9/9/6

32


III/ IV / V



4. Rekenen en wiskunde: CITO Rekenen-Wiskunde LOVS - Totaal Hoofdlocatie in 2010 / 2011 - 2014 / 2015 3 G e m . L/ I N I/ ivII.

S c ho o lja a r 2 0 10 / 2 0 11

II

41,4

L:32

Gewicht: 1%

I

4

5

6

7

8






41/18

4,2 18/14/9 III

52,4

L:43

I

57/0

22

56,0

22 21

II

45,6

L:32

III

55,9

L:43

Gewicht: 1%

I

53/13

4,4 13/16/6 I

59/17

4,4 14/10/0

2 0 12 / 2 0 13

II

40,2

L:32

Gewicht: 1%

I

40/20

4,2 12/16/12 III

45,1

L:43

II

49,2

L:32

II

24/24

32

63,8

56,9

L:52

70,5

L:62

25

I:61

56,6

27 25

Gewicht: 0% III

I

63/21

24

4,6

0/17/0

29

II

I

30

18/27

22 22

41/18

4,3 14/18/9

L:52

I

22

24/31

29

4,1 17/28/0

30

L:62

I

62/14

29

I:61

4,6

17/7/0

30

52,0

L:52

III

28/16

25

I:50

3,1 16/20/20 26

67,2

79,2

L:62

I

36/20

25

86,7

L:80 I:72

78,4

L:72

85,0

L:80

I:71

I:78

80,7

I

23/42

26

4,2 19/8/8

28

31/31

26

4,3 27/12/0

I

28

I

28/28

4,2 38/6/0 I

32

32

4,2 31/13/0

31

I

36/27

22

I:71

4,3

27/5/5

22

89,6

L:80

I

41/27

22

4,5 32/0/0

22

77,7

L:72

I:78

I:71 85,8

L:80 I:78

72,3

Gewicht: 0%

L:72 I:71

I

26/33

27

4,1 19/19/4

28

I

26/30

27

4,2 37/4/4

28

III

22/19

88,9

27

3,0 22/15/22 26

L:86 I:80

92,4

L:92 I:84

91,3

L:86

96,2

L:92

31

22/34

L:72

4,1 8/20/16 26

II

L:72 I:66

22

76,3

I:61

2 0 14 / 2 0 15

17/23

4,1 45/5/5 I

I:50

3,6 20/4/28 27

2 0 13 / 2 0 14

30

3,5 27/17/17 31

I:50

32

23/20

4,1 37/10/10 31

L:62 I:53

32 29

I

I:45

4,3 14/14/14 22

2 0 11 / 2 0 12

L:52

I:84

I:89

92,8

L:86 I:84

95,5

L:92

94,6

L:86

I:89

I:84 98,3

95,3

II

III

13/26

23

3,3 17/35/9 27

I

35/19

26

104,5 L:100 I:93 108,0 L:105 I:96

101,9 L:100

4,2 23/23/0 26 I

27/27

26

I

34/25

32

4,3 25/16/0 32 I

25/25

32

4,1 19/31/0 32

I

45/14

22

4,4 27/14/0 22

I:89

4,3

I

41/32

22

9/14/5 22

52/11

27

4,4 22/11/4 27

I

42/11

19

4,1 26/11/11 20 II

15/35

112,3 L:112

III

III/ IV / V n= 11/26

27

I:105 3,3 37/19/7 29

20

4,0 25/20/5 20

II

19/31

26

120,4 L:112

3,9 19/19/12 26 108,1 L:105

4,1 23/19/4 26

I

I:84

27

4,0 22/26/4 27

L:92

L:86

15/33

II

15/31

I

53/21

19

4,4

21/5/0

21

I

27/31

26

4,1 31/4/8

26

26

4,0 27/15/12 26

104,3 L:100 I:98 110,1 L:105

31/31

26

115,7 L:112

4,1 15/23/0

26

I:110

I

I

20/36

25

I:102 4,2 28/16/0 26

104,2 L:100 I:98 110,3 L:105

32

117,6 L:112

4,1 13/28/6 32

I:110

I

I

44/9

34/16

24/44

25

4,2 12/12/8

I

25

32

I:102 4,2 22/28/0 32

109,4 L:100 I:98

I

52/24

4,5 10/10/5

21

118,0 L:112

22

I:110

31/38

32

4,3 16/6/9

I

32


III/ IV / V




pagina 55 van 82

4. Rekenen en wiskunde: CITO Rekenen-Wiskunde 3.0 - Totaal Hoofdlocatie in 2013 / 2014 - 2014 / 2015 3

2 0 13 / 2 0 14

4

G e m . L/ I N iv I/ II.

S c ho o lja a r II

107,8 L:115

III

152,0 L:138

Gewicht: 0%

IV

III/ IV / V n = G e m . L/ I N I/ ivII. 0/0

2,2 50/50/0 29 I

25/36

4,1 21/14/4

2 0 14 / 2 0 15

III/ IV / V n=

4

II

142,0 L:115

Gewicht: 0%

I

52/19

4,3 10/5/14

28 29

21 21

179,1 L:162

41/22

27

I:161 4,3 26/7/4

I

28

Over het algemeen veel hoge scores. Veel blauw, waar we erg tevreden mee zijn. Vooral begrijpend lezen scoort erg hoog. Bijna alle groepen scoren hier blauw (4.0 of hoger). We merken dat er in onze groep 5 een aantal kinderen zit die wat meer moeite hebben met technisch lezen en spelling. Deze kinderen krijgen extra ondersteuning op deze onderdelen, zodat we verwachten dat het groepsgemiddelde bij de volgende trendanalyse verder omhoog zal lopen. Het streven is om deze groep uiteindelijk gemiddeld op of boven de 3.0 norm te krijgen. Het is ons streven om het hoge niveau minimaal te handhaven en daar waar mogelijk nog te verbeteren. Hierbij ligt de nadruk op een gepast onderwijsaanbod aan de grote groep kinderen die in de categorie I scoren en op een verdere afname van het aantal kinderen in categorie IV en V.

7.4.

Gegevens waarderingsvragenlijsten

We de nemen de waarderingsvragenlijsten 1 keer in de 2 jaar af. Hierbij de resultaten op de kwaliteitsenquête van juni 2014. Hieronder staat een samenvatting van de analyse van de ouderenquête, de enquête van kinderen uit groep 6, 7 en 8 en de leerkrachtenenquête. Aan het eind staan een aantal conclusies. We vernemen het graag als u vragen hebt! Vragenlijst Ouders. Aantal ingevulde enquêtes: 67

Gemiddelde (Maximale score is 4) Gemiddelde Vensters PO 3,3

Schoolklimaat

3

Onderwijsleerproces Informatie en communicatie De enquête laat prima scores zien t.a.v. het schoolklimaat. Volgens ouders gaan kinderen met plezier naar school (3,6). Er zijn ouders die aangeven dat er meer uitdaging t.a.v. het werk mag zijn voor sommige kinderen. De informatie/rapporten worden door enkele ouders als onduidelijk ervaren.

3,1

Onderwijs en leren Gemiddelde 3,3

Leerstof en toetsen


pagina 56 van 82

Begeleiding

3,3

Leer- en hulpmiddelen

3,5

ICT

2,6

Zorg T.a.v. de leerstof en toetsen zijn er veel hoge scores genoteerd. Ouders geven aan tevreden te zijn over het onderwijs dat de school aanbiedt, over de brede persoonlijke ontwikkeling en over de maatschappelijke en actuele thema’s. Ouders geven aan dat de school biedt wat zij beloofd. Ouders krijgen graag regelmatiger verteld hoe de vorderingen zijn m.b.t. de ontwikkeling van hun kind. Ook ziet men graag dat er meer kennis gemaakt wordt met andere geloven en culturen. T.a.v. de ICT hebben we als school nog e.e.a. te winnen. Er zouden meer computers moeten komen, zodat deze effectief kunnen worden ingezet. Zorg: Ongeveer de helft van de mensen die de enquête hebben ingevuld geven aan deze vraag niet te kunnen beantwoorden. Simpelweg omdat zij nooit te maken hebben met extra zorg. Deze vraagtekens drukken wel het gemiddelde omlaag, waardoor de score minder representatief is. Enkele ouders geven aan dat ze graag meer of andere specifieke zorg zouden zien voor hun kind.

2,9

Gemiddelde Pedagogisch klimaat: sfeer

3,6

Pedagogisch klimaat: sociale omgang

3,5

Pedagogisch klimaat: veiligheid

3,2

Handelingsgericht werken Erg hoge scores! Kinderen gaan graag naar school en er heerst een goede sociale sfeer. Het werkklimaat wordt als prettig ervaren. Ouders geven aan dat kinderen zich veilig voelen op school (3,7). De score op veiligheid zou hoger zijn als het voor ouders duidelijker zou zijn dat er een klachtencontactpersoon is op school en wat haar taken zijn (2,0 en 2,1) Veel ouders geven aan dat ze goed betrokken worden bij het onderwijsleerproces van hun kind. Enkele ouders zouden dit liever wat meer zien.

3,1

Cultuur Gemiddelde 3,5

Interactie leerkracht - ouder Interactie leerkracht - leerling Men is erg tevreden over de contacten die de leerkrachten onderhouden met zowel de leerlingen als met de ouders. Veel hoge scores. M.n. respectvol met elkaar omgaan (3,8)

3,6

Management Gemiddelde Directie De ouders geven aan dat de directeur aanspreekbaar is, op de hoogte van de gang van zaken op school en serieus omgaat met de inbreng van ouders en personeel.

3,8

Bedrijfsvoering Gemiddelde Huisvesting

3,1

Procedures

3,5

Informatievoorziening

3,4


pagina 57 van 82

Men is over het algemeen tevreden over de huisvesting. De toiletten springen er negatief uit (2,0). De procedures worden als duidelijk ervaren. De klachtenregeling is bij een aantal mensen onbekend. Niemand is echter ontevreden over de klachtenprocedure (wat op zich weer een goed teken is!) Organisatie Gemiddelde 3,4

Overlegstructuur

3,5

Ouderbetrokkenheid Ook hier prima scores. Een hoge mate van tevredenheid over hoe de overlegstructuur en de ouderbetrokkenheid op onze school is georganiseerd. Schoolkeuze

Gemiddelde 3,5

Verwachtingen Ouders geven aan dat de verwachtingen die ze hebben over het algemeen kloppen. Fijn! 0-10 Rapportcijfer

7,7

Vragenlijst Kinderen groep 6, 7 en 8. Aantal ingevulde enquêtes: 76

Gemiddelde (Maximale score is 4) Vensters Voor Verantwoording PO Gemiddelde 3,2

Schoolklimaat Onderwijsleerproces Kinderen voelen zich veilig op school en hebben het naar hun zin in de groep (3,5) Sommige kinderen gaan liever niet naar school maar doen graag iets anders (2,9)

3,2

Onderwijs en leren Leerstof en toetsen

3,3

De lessen

3,3

Begeleiding

3,2


3,2

ICT

2,7

Sfeer

3,2

Sociale omgang

3,1

Veiligheid Kinderen zouden meer over het milieu en de politiek willen praten. De meester of juf legt goed uit en weet goed wat een kind kan. 4 keer wijzer wordt als een zeer prettige manier van werken ervaren. Kinderen geven aan dat ze het naar hun zin hebben in de klas, dat de sfeer prettig is en dat de juf goed rekening houdt met de verschillen tussen kinderen (3,5). Ze geven ook aan dat leerlingen zich meer aan afspraken mogen houden (2,7) en ze zouden meer willen praten over wat ze elke dag doen en


pagina 58 van 82

3,1

meemaken. Kinderen geven aan dat ze weten dat er een klachtencontactpersoon is (3,5) en dat ze weten wat die doet (3,1). Ze voelen zich veilig op school (3,6). Ze geven aan dat er voor en na schooltijd niet op ze gelet wordt (2,2). Cultuur Gemiddelde Inspraak

3,3

Interactie leerling - directeur

3,2

Interactie leerling - meester of juf

3,4

De kinderen zijn blij met de Kinderraad en de inspraak die ze daarmee hebben. De directeur gaat goed met de leerlingen om, maar sommige kinderen zouden wel vaker met hem in gesprek willen. Het contact met de leerkrachten is voor heel veel kinderen goed, de leerkracht luistert goed naar de kinderen en ze kunnen bij de leerkracht terecht als ze een probleem hebben (3,6). Graag zouden sommige kinderen vaker willen horen hoe ze het doen op school. Huisvesting Gemiddelde 3

Schoolgebouw

3,5

Informatievoorziening Het schoolgebouw en de veiligheid worden hoog gewaardeerd. Ook hier vallen de toiletten negatief op. 0-10 Rapportcijfer

8

Vragenlijst Leerkrachten. Aantal ingevulde enquêtes: 16

Gemiddelde (Maximale score is 4) Vensters PO Gemiddelde Schoolklimaat

3,4

Onderwijsleerproces

3,3

Informatie en communicatie

3,5

Werkklimaat Leerkrachten geven aan tevreden te zijn over wat leerlingen leren op school. Ook is men tevreden over de vakbekwaamheid van de medewerkers. Graag zouden leerkrachten meer willen ontwikkelen op het terrein van meerbegaafde kinderen. Er is een hoge tevredenheid over de communicatie en contacten met ouders. Het werkklimaat wordt als zeer prettig ervaren. Met name veiligheid, samenwerking en de mogelijkheid tot scholing worden erg hoog gewaardeerd.

3,7

Onderwijs en leren Gemiddelde Leerstof

3,9

Werkvormen

3,8


3,6


pagina 59 van 82

Toetsen en toetsresultaten

3,5

ICT

2,3

Zorg Zeer hoge scores op leerstof en werkvormen. Leerkrachten weten de onderwijskundige doelstelling van de school en zijn tevreden over het onderwijsaanbod. Er wordt gedifferentieerd gewerkt t.a.v. niveau en werkvormen. Kinderen kunnen zich maximaal ontwikkelen. De Daltonvaardigheden springen er goed uit. De lesmethodes worden als zeer positief ervaren. T.a.v. de ICT zien de leerkrachten graag ook meer computers, zodat deze gericht en effectief kunnen worden ingezet. Leerkrachten geven aan dat er een goed leerlingvolgsysteem is en dat ouders goed duidelijk wordt gemaakt wanneer hun kind extra begeleiding nodig heeft (3,9)

3,5

Pedagogisch klimaat: sfeer

3,7

Pedagogisch klimaat: sociale omgang

3,6

Pedagogisch klimaat: veiligheid

3,6

Handelingsgericht werken Hoge scores, met name op sfeer, respect, omgang met en begeleiding van kinderen (3,9) Het optreden bij conflicten/incidenten wordt met een 4,0 gewaardeerd! Leerkrachten geven aan dat ouders betrokken worden bij het onderwijsleerproces (3,7)

3,6

Cultuur Gemiddelde Interactie onderling

3,8

Interactie met ouders

3,9

Interactie met leerlingen De leerkrachten zijn zeer positief over de professionele cultuur op onze school. De interactie met alle betrokkenen wordt hoog gewaardeerd.

3,9

Leiderschap en management Gemiddelde Directie Ook de manier van leiding geven van de directeur wordt door de leerkrachten hoog gewaardeerd.

3,8

Bedrijfsvoering Gemiddelde Huisvesting De leerkrachten werken in een aantrekkelijk gebouw. Ook hier worden de toiletten als onvoldoende schoon ervaren en vindt men dat er wat meer opgeruimd mag worden.

3

Gemiddelde 3,5

Informatievoorziening Procedures De website mag gemoderniseerd worden. De overige communicatie wordt hoog gewaardeerd. Procedures en gedragsregels zijn duidelijk.

3,8

Organisatie Gemiddelde Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 60 van 82

Overlegstructuur De overlegstructuur wordt gewaardeerd. De mogelijkheid tot inspraak en betrokkenheid is erg hoog (3,9)

3,6

Personeel Gemiddelde Arbeidsomstandigheden: Taken

3,8

Arbeidsomstandigheden: ARBO-beleid

3,6

Ontwikkelingsmogelijkheden

3,8

Werkklimaat De taken en taakverdeling worden als prettig ervaren. Er wordt goed gekeken naar competenties van medewerkers. Er is een adequaat ziekteverzuimbeleid (3,9). Men is zeer tevreden over de ontwikkelingsmogelijkheden en de begeleiding door school in deze. Er is een prettig professioneel werkklimaat, waarbij ontwikkeling gestimuleerd wordt.

3,8

Rapportcijfer

8,1

Conclusies die we hier o.a. uit trekken: 

  

 



Het aantal computers moet worden uitgebreid. Dat kunnen we gelukkig snel oppakken: Dankzij NCN Computers en in samenwerking met ons bestuur krijgen we de beschikking over 17 extra computers! Om computers inhoudelijk effectief te gebruiken zijn er al enkele scholingsmomenten geweest voor het team. Hierop zal ook volgend jaar ingezet worden waardoor we op dit onderdeel snel progressie kunnen boeken! De WC’s moeten beter onderhouden worden. Deels door de schoonmaker, deels door de gebruikers. Wij gaan met elkaar een plan van aanpak opstellen. Het volgende artikel is mogelijk richting gevend naar een oplossing: t.co/VoybBydlEx Meerdere ouders gaven aan dat er te vaak aan ouders gevraagd wordt om te komen kijken/helpen. We begrijpen dit en kijken hoe we dit kunnen verminderen, met toch een maximaal behoud van betrokkenheid en informatie. Enkele ouders gaven in een reactie weer dat er te veel nadruk ligt op toetsen. Wij zijn als school, net als deze ouders, ook geen voorstander van veel toetsen. Wij willen alleen toetsen om te kijken waar een kind staat, zodat we daarna de juiste oefenstof kunnen aanbieden. Wij willen dus zeker niet toetsen om het toetsen! We houden ons aan de toetsafspraken die op stedelijk niveau gemaakt zijn. Volgend jaar zal er een nieuwe website komen. Momenteel wordt e.e.a. onderzocht en uitgewerkt door enkele kinderen, ouders en leerkrachten van onze school. Een deel van de scholing volgend jaar zal zijn op het gebied van meerbegaafde leerlingen. Binnen onze structuur van 4 keer wijzer is het mogelijk om deze kinderen meer uit te dagen, intrinsiek te motiveren en op niveau te laten werken. Met de maker van 4 keer wijzer pakken we dit traject op. Door ouders is ook een aantal keren aangegeven dat er meer aandacht mag zijn voor kunst en cultuur. Wij werken momenteel samen met ClickF1 en Aorta om een Cultuurleerlijn in ons onderwijs te integreren. Daarnaast maken we regelmatig gebruik van het kunstmenu (UCK). We blijven gebruik maken van projecten en leskisten, maar willen daarnaast ook een geïntegreerde leerlijn, zodat het kunst en cultuuronderwijs geborgd is. Hier werken we de komende 3 jaar aan, middels een subsidie vanuit de gemeente Utrecht. Ook de aandacht voor andere religies zit verweven in ons Wereldoriëntatie onderwijs en willen we meer uitdiepen.


pagina 61 van 82

 

Verder valt op dat er ook op onze school qua communicatie nog e.e.a. te winnen valt. Veel communicatie wordt al als positief ervaren, zoals de enquête weergeeft. Dat is fijn! Wat bijvoorbeeld echter opvalt is dat ouders aangeven meer uitwisseling te willen over het onderwijsleerproces van hun kind en de leerkrachten aangeven dit al in ruime mate te doen. Hier zit een duidelijk verschil in interpretatie. Het is daarom van belang dat alle betrokkenen zich actief blijven inspannen om goed te communiceren. Door o.a. interpretatieverschillen, andere referentiekaders en een verschil in wensen en mogelijkheden zal communicatie nooit door iedereen als perfect worden ervaren. Door de veilige omgeving en goede sfeer die door zowel leerkrachten, kinderen als ouders wordt aangegeven is er een prima voorwaarde om met elkaar in gesprek te gaan en te blijven. Zo werken we met elkaar aan een goede afstemming en aan de ontwikkeling van de individuele kinderen en de school in het algemeen. Voor vragen omtrent bijvoorbeeld de specifieke zorg voor uw kind kunt u altijd in gesprek met de leerkracht, eventueel met de intern begeleider of directeur.

Wat regelmatig door ouders als pluspunt in de enquête genoemd werd:  Een goed contact tussen ouders en leerkrachten  Een goed contact tussen kinderen en leerkrachten  Aandacht voor 21st century skills  De werkwijze van 4 keer wijzer, thematisch werken  Ambitieus en deskundig team  Positieve grondhouding  Hoge betrokkenheid van ouders en team  Goede manier van omgang met conflicten  Fijne sfeer


pagina 62 van 82

8. 8.1.

Samenwerking met andere instanties De school in de wijk

Onze school staat in de binnenstad en heeft daarmee een rijke culturele omgeving en diverse verenigingen, organisaties en instanties in de buurt. Wij maken structureel gebruik van het Utrechtse cultuuraanbod. Daarnaast zijn er diverse contacten met andere scholen in de wijk. Met SKON, ‘t Olefantje en Ludens is er contact over de schooltijden i.v.m. de kinderopvang. Incidenteel maken we gebruik van het aanbod van o.a. theatermakers en bioscopen.

8.2.

Samenwerking met anderen buiten de wijk

Buiten onze wijk zijn er de contacten vanuit het zorgnetwerk en met de schoolbegeleidingsdienst. Er is contact met D.M.O. van de gemeente inzake de samenwerking met onze partnerschool in Brno. Voor natuuronderwijs zijn er contacten met het NME-centrum. Via hen huren we leskisten ter ondersteuning van ons onderwijsaanbod. Ook maken we gebruik van de expertise van de Gemeentelijke Bibliotheek. Voor wetenschap- en techniekonderwijs hebben we contact met het desbetreffende knooppunt op de Hogeschool Utrecht. Via hen lopen de contacten met andere scholen en specialisten om ons onderwijs te delen met anderen en inspiratie op te doen.


pagina 63 van 82

9.

School- en vakantietijden

9.1.

De schooltijden

De schooltijden in schooljaar 2015-2016 zijn als volgt: groep 1 t/m 8

maandag

dinsdag

woensdag

donderdag

vrijdag

8.30 u. - 14.30 u.

8.30 u. - 14.30 u.

8.30 u. - 12.30 u.

8.30 u. - 14.30 u.

8.30 u. - 14.30 u.

De deuren gaan om 8.20 uur open. De groepsleerkrachten staan elke ochtend bij hun klasdeur en heten alle kinderen welkom. Ouders kunnen de kinderen in groep 1 en 2 in de klas brengen. In groep 3 kan dit ook tot de herfstvakantie, daarna wordt er bij de klasdeur afscheid genomen. Vanaf groep 4 gaan de kinderen zelfstandig naar de klas. Om 8.30 uur start de les. Mocht u iets willen zien in de klas of iets willen bespreken met de leerkracht dan kunt u een afspraak met de groepsleerkracht maken. Er zijn regelmatig momenten om sfeer te proeven en werk van kinderen te bekijken. Ouders worden hiervoor uitgenodigd. Om 14.30 uur zijn de kinderen vrij. Om drukte bij de deuren en in de hal te voorkomen wachten ouders op de pleinen op de kinderen, op enige afstand van de toegangsdeur. Vanaf schooljaar 2016-2017 zal er op ODBS Pieterskerkhof gewerkt worden met een zogeheten 'horizontaal' lesrooster. Dit gaat er als volgt uitzien: groep 1 t/m 8

maandag 8.30 u. - 14.00 u.

dinsdag 8.30 u. - 14.00 u.

woensdag 8.30 u. - 14.00 u.

donderdag 8.30 u. - 14.00 u.

vrijdag 8.30 u. - 14.00 u.

Ziekmelden Als uw kind ziek is dan geeft u dit zo spoedig mogelijk zelf door aan school. Ziekmelden kan ‘s ochtends tussen 8.00 uur en 8.30 uur. Als uw kind een gedeelte van de dag afwezig is of met een bepaalde activiteit niet mee kan doen (bijvoorbeeld sport, vanwege een blessure) dan informeert de ouder tijdig de groepsleerkracht. Dit kan persoonlijk, via de telefoon of via een briefje. Mocht een kind niet om 8.30 uur op school zitten dan wordt er voor de ochtendpauze naar huis gebeld.

9.2.

Verzuim

Voor de ontwikkeling van uw kind is het belangrijk dat uw kind naar school gaat en niet verzuimt. Als een kind vier jaar is, dan mag het naar school. Vanaf het vijfde jaar is uw kind leerplichtig. Op school houden wij bij of een kind er ook altijd is. U belt ons voor schooltijd als uw kind niet naar school komt, bijvoorbeeld omdat het ziek is. Bij ongeoorloofd schoolverzuim zijn wij verplicht dit aan de leerplichtambtenaar van de gemeente Utrecht door te geven.


pagina 64 van 82

9.3.

Vakanties en vrije dagen

De 1e schooldag is maandag 24 augustus 2015. In het schooljaar 2015 - 2016 geldt het volgende vakantierooster. Vakantie Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Koningsdag Meivakantie Hemelvaartsdag Pinksteren Zomervakantie

periode za 17-10 t/m zo 25-10-2015 za 19-12-2015 t/m zo 03-01-2016 za 20-02 t/m zo 28-02-2016 ma 28-03-2016 wo 27-04-2016 Ma 25-04 t/m zo 08-05-2016 Valt in de meivakantie op 5 mei ma 16-05-2016 za 09-07 t/m zo 21-08-2016

Bovendien zijn de volgende vrije dagen voor de kinderen ingepland voor studiedagen van het team. Studiedag Studiedag Studiedag Studiedag Studiedag Studiedag middag vrij middag vrij middag vrij middag vrij

vr 16 oktober 2015 ma 9 november 2015 vr 19 februari 2016 di 29 maart 2016 vr 22 april 2016 ma 13 juni 2016 vr 4 december 2015 do 17 december 2015 vr 18 december 2015 vr 8 juli 2016


pagina 65 van 82

9.4.

Verlof aanvragen

Verlof buiten de schoolvakanties is wettelijk geregeld en wordt slechts bij zeer hoge uitzondering verleend. Verlof voor extra korte vakanties of bezoek aan het land van herkomst is wettelijk niet mogelijk. De afdeling leerplicht van de gemeente Utrecht houdt toezicht op de verlofregeling. Als u verlof wilt aanvragen dan moet u ruim van tevoren contact opnemen met de directeur. Hij kan u dan precies vertellen wat er mogelijk is en hoe u verlof moet aanvragen. Op school is de volledige regeling ter inzage aanwezig.

9.5.

Spreektijden personeel

Ouders kunnen altijd een afspraak maken met personeelsleden. Deze wordt het liefst op zo kort mogelijke termijn gepland. Als u een afspraak wilt maken, doe dat dan bij voorkeur na schooltijd, persoonlijk, via de telefoon of via de mail.


pagina 66 van 82

10. Namen en adressen 10.1. De Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO) Utrecht SPO Utrecht is het schoolbestuur van alle openbare basisscholen, de school voor speciaal basisonderwijs (Luc Stevensschool), de scholen voor Speciaal (voortgezet) onderwijs (Herderschêeschool, SO Fier en VSO Pelscollege) en de Internationale School in de gemeente Utrecht College van Bestuur: Thea Meijer (voorzitter) en Eric van Dorp Secretaris van het bestuur en de Raad van Toezicht: Ellen Groten Postadres: Postbus 9315, 3506 GH Utrecht Bezoekadres: Kaap Hoorndreef 36 te Utrecht Tel: 030 265 26 40 www.spoutrecht.nl

10.2. Medezeggenschapsraad Voorzitter: Bald de Vries Secretaris: Nicoline Fokkema / Brigitte Gerris Namen leden: Nicoline Fokkema (ouder) Meike Kerkhoffs (ouder) Bald de Vries (ouder) Brigitte Gerris (teamlid) Annette van Toledo (teamlid) Marjolein Portengen (teamlid) Contact: [email protected]

10.3. Ouderraad Voorzitter: Alice Erens Penningmeester: Karen de Bruijn Namen overige leden: Esther v. Helvoort Wendy van Buuren Nicoline Fokkema Marieka van Nunen Miriam Zwinkels Carla Mesman Anne Boerema Bald de Vries Charlotte Bel Nandine Henry Daphne Planten de Vassy Laura Verstraaten Marlous de Beer


pagina 67 van 82

10.4. Tussenschoolse opvang (overblijven) De tussenschoolse opvang valt onder de verantwoordelijkheid van de school. Aanspreekpunt in algemene zin is de schoolleiding. Specifiek verloopt de communicatie via de direct betrokken leerkracht.

10.5. Voor- en naschoolse opvang 

Partou Alendorpstraat (Partou) Alendorpstraat 7 3511 LM Utrecht T: 030-2321800



De Groene Olefant Nieuwegracht 49 3512 LE UTRECHT T: 030-2310702 (Kantoor) T: 030-2312315 (Groepen)

 

Salto (Ludens) Springweg 102C 3511 VV Utrecht T: 030-2361050 T: 06-57740523

10.6. Klachtcontactpersoon van onze school Caroline Kamperdijk 030-2311751

10.7. Vertrouwenspersoon SPO Utrecht Mevr. Anneke de Klerk, bereikbaar via 06-53441601 e-mail: [email protected]

10.8. Inspectie van het onderwijs [email protected] www.onderwijsinspectie.nl Voor algemene vragen over onderwijs kunt u terecht bij: 0800 – 8051 (gratis). Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 111 3 111 (lokaal tarief).

10.9. Landelijke Klachtencommissie Onderwijs Postadres: Onderwijsgeschillen


pagina 68 van 82

Postbus 85191 3508 AD Utrecht Telefoon: 030 - 280 95 90 Fax: 030 – 280 9591 Email: [email protected] Bezoekadres: Gebouw 'Woudstede' Zwarte Woud 2 3524 SJ Utrecht

10.10.

Dienst onderwijs, DMO afdeling leerplicht

Postbus 2158 Kaatstraat 1 3500 GD Utrecht 030-2865999 fax 030-2862667

10.11.

Vereniging voor Openbaar Onderwijs

Blekerstraat 20 Postbus 10241 1301 AE Almere 036-5331500 fax 036-5340464

10.12.

Bureau Jeugdzorg Utrecht

Postbus 9076 3505 GB Utrecht 030-2316426

10.13.

Schoolarts

Jeugdarts: Jeugdverpleegkundige: Gezondheidscentrum De Brug Martin Overweg 50 3555 HZ Utrecht 030-2452140

10.14.

Cindy Karsten Annemiek van Engelen

Leerplichtambtenaar

Mevr. M. Stolk Postbus 2158 3500 GD Utrecht Bezoekadres Kaatstraat 1 Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 69 van 82

3513 BK Utrecht 030 - 286 26 60

10.15.

Nederlandse Dalton Vereniging

Bezuidenhoutseweg 251-253 2594 AM Den Haag T: 070-331 52 81


pagina 70 van 82

Bijlage 1: Incassoformulier ouderbijdrage Incassoformulier Ouderbijdragen schooljaar 2015-2016 Invulinstructie: per kind graag 1 formulier invullen. Graag duidelijk uw

IBAN

banknummer vermelden en het formulier ondertekenen. Bij vragen kunt u contact opnemen met de contactouder van uw klas of met de penningmeester van de Ouderraad via [email protected]

Naam kind: ................................................. Groep: ............................................... IBAN Bank – of girorekeningnummer: ........................................................................................................ T.n.v: ......................................................... (naam bij bank)

Vaste bijdrage □ Mijn ouderbijdrage: 50,00 euro per kind □ Mijn bijdrage voor het muziekonderwijs: 30,00 euro per kind □ Mijn Twijnfonds-bijdrage: 20,00 euro per kind Totaal vaste bijdrage 100 euro

Handtekening incasso ……………………………………………………………………… Extra bijdrage □ een boek voor de bibliotheek □ extra materiaal voor techniekles □ voor de schooltuin □ bijdrage schoolplein □ eigen budget voor de kinderraad □ extra materialen voor 4 keer wijzer □ extra materialen voor gym □ extra materialen voor in de klas □ Website voor school □ Extra grote schoonmaak □ overige .....................................................

10 euro 5 euro 10 euro 50 euro 5 euro 10 euro 10 euro 10 euro 15 euro 25 euro ………… euro

Handtekening incasso ………………………………………………………………………

Wilt u het formulier uiterlijk 1 oktober inleveren? U kunt het inleveren in het postbakje Penningmeester, naast de ingang van de grote gymzaal. De bedragen zullen in één keer worden geïncasseerd in oktober-november 2015. Heeft u een U-pas? Dan graag een kopie hiervan inleveren met het incassoformulier, in dit geval wordt geen bijdrage gevraagd. Liever gespreid betalen? Neem contact op met de penningmeester via [email protected] Betalen bij voorkeur via incasso. Wilt u echt liever per bank betalen? Stuur dan na betaling een specificatie van de eventuele extra bijdrage via mail naar [email protected] Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016 pagina 71 van 82

Bijlage 2: Toelatingsbeleid Aanmelden Op ODBS Pieterskerkhof willen we alle informatie op een vaste manier verspreiden. Er wordt eenmaal per maand een informatieochtend georganiseerd voor ouders die belangstelling hebben voor ‘ODBS Pieterskerkhof’. De organisatie hiervan berust bij de directeur. Elke maand is er een ‘open huis’ van 8.30 uur tot ongeveer 10.00 uur. We informeren uitvoerig over de gang van zaken op school en over ons Daltononderwijs, we verzorgen een rondleiding door de school. Alle lokalen zijn voor de ouders op dat moment toegankelijk en de leerkrachten en leerlingen geven nog een extra toelichting op de gang van zaken in hun groep. Op ‘ODBS Pieterskerkhof’ hebben we liever geen wachtlijsten. Helaas is het samenstellen van een wachtlijst door een sterke toeloop onvermijdelijk. Leerlingen krijgen altijd de gelegenheid om in hun nieuwe omgeving te komen wennen. Nieuwe kleuters mogen maximaal 5 dagdelen komen wennen en voor kinderen in andere groepen is er meestal een kennismaking van een dag. De informatie van de vorige school/dagverblijf wordt digitaal opgeslagen in Parnassys (onze dossieromgeving) en vormt de start van de dossieropbouw op onze school. Een schooljaar loopt van 1 oktober tot 30 september. Per jaar kunnen wij 35 kinderen inschrijven in groep 1 op onze school. Kinderen starten als ze 4 jaar oud worden. Stappen aanmelden 1. Vooraanmelding Kinderen jonger dan 3 jaar kunnen worden opgegeven voor de lijst van vooraanmelding (mits een van de ouders/verzorgers een informatieochtend heeft bijgewoond). N.B. De dag waarop het vooraanmeldingsformulier door de school is ontvangen, is (mede)bepalend voor de positie van uw kind op de vooraanmeldingslijst. 2. Definitieve aanmelding (vanaf 3 jaar) Vanaf de leeftijd van 3 jaar mogen kinderen aangemeld worden. Kinderen die op de lijst van vooraanmelding staan hebben voorrang. Als aanmeldingsdatum wordt genomen de datum waarop het aanmeldingsformulier volledig ingevuld en ondertekend is ingeleverd bij de administratie van de school (inclusief een kopie van een document om het BSN-nummer te verifiëren). Aanmelden van een kind van een andere school kan alleen in overleg met de directie van de andere school. Mocht er sprake zijn van stoornissen, handicaps of beperkingen in de onderwijsparticipatie, dan moet u dit op het aanmeldingsformulier aangeven. De school onderzoekt vervolgens of dit binnen de onderwijsaanpak past. 3. Toelating/afwijzing Binnen 6 weken en uiterlijk 10 weken na ontvangst van het aanmeldingsformulier hoort u of uw kind geplaatst is. Mocht dit niet het geval zijn, dan kan er een verzoek worden ingediend het kind op de wachtlijst te zetten Is er geen toelating mogelijk, dan ontvangen de ouders uiterlijk binnen 4 weken na de aanmelding een beargumenteerde brief. Binnen 6 weken en uiterlijk 10 weken na aanmelding wordt de definitieve beslissing genomen of een kind al dan niet wordt toegelaten.


pagina 72 van 82

Informatie over de school inwinnen kan via de  maandelijkse informatie-ochtenden met een rondleiding door de school  de schoolgids  website Volgorde van plaatsing 1. Broertjes en zusjes van kinderen die al op school zitten 2. Kinderen uit het bedieningsgebied: het gebied tussen Lichte Gaard, Donkere Gaard, Haverstraat, Paulusbrug, Herenstraat, Maliesingel, Nobelstraat, Janskerkhof, Oudkerkhof, Vismarkt. 3. Kinderen die niet onder bovengenoemde categorieën vallen worden geplaatst in volgorde van binnenkomst van de vooraanmelding.

Aanmeldingsdatum Als aanmeldingsdatum wordt genomen de datum waarop het aanmeldingsformulier volledig ingevuld en ondertekend is ingeleverd bij de administratie van de school (inclusief een kopie van een document om het BSN-nummer te verifiëren).

Akkoord op Daltonprincipes De school zet in op een goede samenwerking met ouders conform de visie afstemming en handelingsgericht werken. Van ouders wordt verwacht dat zij de school en de leerkracht steunen in de gekozen aanpak en dat zij thuis zo veel als mogelijk complementair handelen. Daartoe vragen we van ouders om de schoolgids goed te lezen en middels een handtekening op het aanmeldingsformulier aan te geven dat zij de school ondersteunen in de aanpak en de visie en werkwijze van de school ondersteunen.

Kleuters (vanaf 3 jaar) Kinderen vanaf 3 jaar mogen definitief worden aangemeld via een aanmeldingsformulier. Kinderen die op de lijst van vooraanmelding staan en voor wie plaats is, krijgen in de week nadat ze 3 jaar zijn geworden het aanmeldingsformulier toegestuurd. U stuurt vervolgens het volledig ingevulde aanmeldingsformulier binnen 5 werkdagen terug om de aanmelding definitief te maken. Binnen 6 weken na ontvangst hoort u of uw kind geplaatst is. Mocht dit niet het geval zijn, dan kunt u een verzoek indienen het kind op de wachtlijst te zetten. Na hun 4e verjaardag worden de namen van de niet-aangemelde kinderen van de lijst verwijderd.

Aanmelding kinderen van een andere school Aanmelden van een kind van een andere school kan alleen als dit ook kenbaar is gemaakt aan de directie van deze andere school. De andere school schrijft vervolgens een onderwijskundig rapport dat samen met het schoolondersteuningsprofiel van onze school bepaalt of een kind al dan niet wordt toegelaten. Een dag proefdraaien in de beoogde klas kan onderdeel uitmaken van het onderzoek naar de toelaatbaarheid van het kind.

Aanmelding kinderen met een extra zorgvraag Mocht er sprake zijn van stoornissen, handicaps of beperkingen in de onderwijsparticipatie, dan moet u dit op het aanmeldingsformulier aangeven. De school kan dan kijken of dit binnen de onderwijsaanpak past. Is er sprake van een kind van wie vermoed wordt dat het extra ondersteuning behoeft, dan vindt er nader onderzoek plaats. Op grond van de bevindingen wordt besloten of de school de gewenste ondersteuning kan bieden. Is dit niet het geval, dan heeft de school waar de leerling als eerste aangemeld is, zorgplicht. Dit betekent dat deze school een Schoolgids ODBS Pieterskerkhof 2015-2016

pagina 73 van 82

inspanningsverplichting moet leveren ten aanzien van een passende plaats. Indien op een school geen plaatsruimte beschikbaar is, blijft een onderzoek naar de extra ondersteuning achterwege. Ook de inspanningsverplichting ten aanzien van een passende plaats is dan niet aan de orde.

Toelating/afwijzing Ouders krijgen binnen 6 weken na ontvangst van de aanmelding schriftelijk bericht of hun kind geplaatst is. Mocht de beslissing niet binnen 6 weken kunnen worden genomen, dan kan deze termijn met ten hoogste 4 weken worden verdaagd. Ouders worden hierover schriftelijk geïnformeerd.

Het voornemen tot afwijzing Is er geen toelating mogelijk, dan ontvangen de ouders uiterlijk binnen 4 weken na de aanmelding een brief van de directeur dat deze voornemens is hun kind niet toe te laten. In de brief wordt de reden hiervan duidelijk en onderbouwd aangegeven. De ouders worden uitgenodigd voor een gesprek of voor een schriftelijke reactie waarin zij hun zienswijze hierop naar voren kunnen brengen. De directeur licht toe waarom in de optiek van de school de leerling niet kan worden toegelaten. Van het gesprek wordt een verslag gemaakt en de ouders ontvangen hiervan een afschrift.

De afwijzing Binnen 6 weken na aanmelding wordt de definitieve beslissing genomen waarbij de gevolgde stappen worden vermeld. De ouders ontvangen een schriftelijk bericht dat hun kind niet wordt toegelaten waarbij de redenen worden vermeld. Indien de beslissing niet binnen 6 weken kan worden genomen, kan deze termijn met ten hoogste 4 weken worden verdaagd. Ouders worden hierover schriftelijk geïnformeerd.

Plaatsingsbeleid Algemeen Elke school die valt onder de Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO) spant zich in om zoveel mogelijk leerlingen die toelaatbaar zijn ook daadwerkelijk te kunnen plaatsen. Er worden jaarlijks prognoses gemaakt en de school wordt zo efficiënt mogelijk ingericht, passend bij de onderwijskundige doelstellingen van de school. In verband met een evenwichtige opbouw van jaargroepen in de school kan dit betekenen dat er lokaalruimte beschikbaar moet blijven voor volgende schooljaren. Elke SPO-school heeft in overleg met de medezeggenschapsraad een gemotiveerde norm bepaald en vastgelegd van het maximaal aantal leerlingen per groep. Deze norm is onder meer afhankelijk van het aantal vierkante meters lokaalruimte, de onderwijskundige schooldoelstellingen en het schoolconcept.

Volgorde van plaatsing 1.

Broertjes en zusjes van kinderen die al op school zitten


pagina 74 van 82

2.

Kinderen uit het bedieningsgebied: het gebied tussen Lichte Gaard, Donkere Gaard, Haverstraat, Paulusbrug, Herenstraat, Maliesingel, Nobelstraat, Janskerkhof, Oudkerkhof, Vismarkt. De meeste kinderen op ODBS Pieterskerkhof wonen in het centrum van Utrecht. Hoewel we ook graag kinderen van buiten de wijk een plek op onze school zouden willen bieden, blijkt dit in de praktijk steeds lastiger te worden. Dit komt door de toename van het aantal gezinnen met jonge kinderen in het centrum.

3.

Kinderen die niet onder bovengenoemde categorieën vallen worden geplaatst in volgorde van binnenkomst van de vooraanmelding.

Wachtlijst Op ODBS Pieterskerkhof hebben we liever geen wachtlijsten. Helaas is het samenstellen van een wachtlijst door een sterke toeloop onvermijdelijk. Indien een leerling wel toelaatbaar is, maar wegens ruimtegebrek niet geplaatst kan worden kunnen de ouders verzoeken hun kind tot het bereiken van de leerplichtige leeftijd op de wachtlijst te plaatsen. De directeur meldt de ouders dat het kind wegens ruimtegebrek niet toegelaten kan worden en verzoekt hun aan te geven of het kind op de wachtlijst geplaatst moet worden.

Berichtgeving aan ouders met kinderen op de wachtlijst Aan het einde van het kwartaal waarin de leerling op de wachtlijst 3 jaar is geworden, worden de ouders schriftelijk geïnformeerd of plaatsing van hun kind bij 4-jarige leeftijd mogelijk is. Als herziening van de eerdere afwijzing niet mogelijk is, hebben de ouders nog voldoende de tijd een andere school te zoeken. Ouders die een kind op de wachtlijst hebben dat al 3 jaar is, krijgen aan het einde van het daaropvolgende kwartaal bericht of uiterlijk op 1 april voorafgaand aan het betreffende schooljaar. Indien een kind niet geplaatst kan worden, vervalt zijn plaats op de wachtlijst. Indien ouders hun kind op de wachtlijst willen laten staan, dienen zij hiertoe schriftelijk een verzoek in.

Groepsgrootte Per jaar kunnen wij 35 kinderen inschrijven in groep 1 op onze school. Door verhuizingen vanuit de binnenstad zal dit aantal in de hogere groepen afnemen. Het aantal van 35 is gebaseerd op het huidige beleid van de school waarin we de norm voor de groepsgrootte stellen op gemiddeld 32 leerlingen per groep. Het streven is om de groepen 1 t/m 4 niet groter te laten worden dan 35 kinderen.


pagina 75 van 82

Start Het kind start als het 4 wordt. Leerlingen krijgen altijd de gelegenheid om in hun nieuwe omgeving te komen wennen. Nieuwe kleuters mogen maximaal 5 dagdelen komen wennen en voor kinderen in andere groepen is er meestal een kennismaking van een dag. Na enkele weken is er een startgesprek met de groepsleerkracht waarbij de eerste indrukken en vragen besproken worden. Graag ontvangen wij van ouders schriftelijke informatie van de voorschool. Deze wordt tijdens het startgesprek besproken.

Vaststelling toelatingsbeleid Het SPO toelatings- en plaatsingsbeleid is in overleg met de directeuren opgesteld, voorgelegd ter advisering aan de GMR en vastgesteld door het bestuur van SPO Utrecht. Na het schooljaar 2014/2015, doch uiterlijk voor 1 januari 2016, zal het beleid geëvalueerd en zo nodig bijgesteld worden.

Begrippenkader Het SPO toelatings- en plaatsingsbeleid geldt voor de scholen voor openbaar basis- en speciaal (basis)onderwijs van de SPO Utrecht. Het wordt door de scholen als bijlage in de schoolgids opgenomen zodat ouders van dit beleid op de hoogte zijn. Voor schoolspecifieke situaties kan de school aanvullend beleid formuleren dat niet strijdig mag zijn met het SPO beleid. Vooraanmelding

Lijst van vooraanmeldingen

Aanmelding

Toelatingsbeslissing

Tijdelijke plaatsing

een bij de school ingediende aanvraag ter verkrijging van een beslissing omtrent de voorlopige toelating van een kind dat nog geen 3 jaar is als leerling van de school. De vooraanmelding wordt gedaan door het invullen van een vooraanmeldingsformulier. een lijst van kinderen waarvan een vooraanmelding is ontvangen. In deze lijst kan onderscheid worden gemaakt tussen kinderen waarvoor naar verwachting ruimte is op de school, en kinderen waarvoor naar verwachting wegens plaatsgebrek geen ruimte is. Als een leerling op deze lijst staat, heeft de school nog geen zorgplicht. een bij de school ingediende aanvraag ter verkrijging van een beslissing omtrent de toelating van het kind als leerling van de school nadat het kind 3 jaar is geworden, op grond van artikel 40 lid 2 van de Wet op het Primair Onderwijs. Deze aanvraag kan worden gedaan door het invullen van een aanmeldingsformulier. Als een leerling formeel is aangemeld, heeft de school zorgplicht als blijkt dat de leerling extra ondersteuning behoeft. de door de directeur van de school te nemen beslissing op grond waarvan het kind het recht verkrijgt om als leerling van de school te worden ingeschreven op de leerlingenlijst van de school. een inschrijving van het kind in de leerlingenlijst van de school en tijdelijke plaatsing, waartoe wordt


pagina 76 van 82

Wachtlijst

Inschrijving Plaatsing

overgegaan in afwachting van een definitieve beslissing inzake toelating, op grond van artikel 40 lid 7 van de Wet op het Primair Onderwijs. een lijst van namen van kinderen ten aanzien van wie wegens plaatsgebrek een negatieve beslissing op een aanvraag inzake de toelating tot de school is genomen, echter met de toezegging dat bij het beschikbaar komen van plaatsruimte op de school opnieuw over de toelating zal worden beslist. het opnemen van de naam van de aangemelde leerling in de leerlingenlijst van de school zodra aan de toelatingsvoorwaarden is voldaan. de handeling waarbij de leerling feitelijk in de gelegenheid wordt gesteld in de groep het onderwijs te volgen.


pagina 77 van 82

Bijlage 3: het toelatings- en aannamebeleid SPO Utrecht Procedure onderzoek toelating leerlingen die mogelijk extra ondersteuning behoeven 1. Toelichting op de procedure Hoewel voor leerlingen met specifieke behoeften geen plaatsingsplicht is, hanteert de SPO de missie 'Dichtbij de basis, speciaal als het moet'. In deze bijlage wordt omschreven op welke wijze het besluit tot toelating van een leerling met specifieke ondersteuning is geregeld. Aangezien er allerlei factoren meespelen, zal de school voor ieder verzoek tot plaatsing een afweging maken. Kern van deze afweging is de vraag of de combinatie van de handicap en de extra onderwijsondersteuning die noodzakelijk is, spoort met de mogelijkheden van de school, in combinatie met mogelijke ondersteuning vanuit het Samenwerkingsverband Utrecht PO. Aan de hand van de onderwerpen die in onderstaand schema zijn opgenomen worden de onderwijskundige vragen ten aanzien van het kind doorgenomen en bekeken of de school in staat is de goede onderwijskundige antwoorden te geven. Uitgangspunten hierbij zijn:  het belang van het kind  de mogelijkheden van de school (in combinatie met het SWV en ketenpartners) om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen De directeur van de school besluit tot toelating of weigering, waarbij het team een adviserende rol heeft. Er wordt immers van uitgegaan dat bij toelating de leerling in beginsel de hele basisschoolperiode op de school welkom zal zijn.

2. De procedure fase 1: Aanmelding De ouders melden het kind aan bij de directie van de school, waarbij ze kenbaar maken of de school van aanmelding ook de eerste school van aanmelding is. In het gesprek met de ouders wordt een toelichting gegeven op de visie van de school en de procedure en de ouders wordt schriftelijk toestemming gevraagd om informatie bij derden op te vragen. Tevens is er een ontmoeting met het kind. fase 2: Het verzamelen van informatie Er worden gegevens opgevraagd bij bijvoorbeeld de huidige school of de voorschool, de onderwijsbegeleidingsdienst, medisch kleuterdagverblijven, zorginstellingen, het zorgcircuit en het medisch circuit. fase 3: Het bestuderen van de informatie De binnenkomende gegevens worden bestudeerd en besproken door de directie en de intern begeleider. Eventueel kan besloten worden om het kind te observeren binnen zijn huidige school. fase 4: Inventarisatie met betrekking tot het kind wordt het volgende in kaart gebracht:


pagina 78 van 82

Wat vraagt het kind? Zijn er stimulerende en belemmerende factoren

Mogelijkheden van de school (op basis het van SOP)

Onmogelijkheden Wat kan extern van de school worden (op basis van het gehaald? SOP)

Pedagogisch Didactisch Kennis en vaardigheden v.d. leerkracht Organisatie school en klas Gebouw en materieel Medeleerlingen ouders fase 5: Overwegingen de school onderzoekt op basis van het schema in fase 4 welke mogelijkheden zij zelf heeft en welke ondersteuningsmogelijkheden geboden kunnen worden en door wie. De basis hiervoor vormt het schoolondersteuningsprofiel, waarvan een samenvatting is opgenomen in de schoolgids. Hierbij wordt gekeken naar: 1. de aanwezige deskundigheid binnen het team; 2. de aandacht en tijd die het team kan vrijmaken voor een leerling; 3. de protocollen, aanpakken, programma’s, methodieken en materialen die de school heeft; 4. de mogelijkheden van het schoolgebouw; 5. de samenwerkingsrelaties met ouders en onderwijs- en ketenpartners. fase 6: Besluitvorming de inventarisatie van de hulpvragen van het kind wordt afgezet tegen de visie van de school en de mogelijkheden een goed onderwijsaanbod te realiseren. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met de ondersteuningsmogelijkheden (zowel materieel als immaterieel) die geboden kunnen worden (zie ook het SOP). In het besluit wordt ook het advies van het schoolteam meegenomen. Fasen 1 t/m 6 moeten uiterlijk binnen 4 weken zijn afgerond.

3. Toelating De directeur kan beslissen het kind toe te laten, tijdelijk toe te laten of niet toe te laten. Dit besluit wordt uiterlijk 2 weken na afronding van fase 6 schriftelijk aan de ouders bevestigd. Bij toelating van het kind wordt een plan van aanpak opgesteld. Als niet onmiddellijk duidelijk is of toelating succesvol kan zijn, kan worden besloten het kind voorlopig te plaatsen. Gedurende een vooraf bepaalde observatieperiode zal dan nader worden onderzocht of definitieve toelating mogelijk is, waarna een definitief besluit hierover door de directeur genomen wordt. De school koppelt in het eerste jaar de ontwikkeling van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften terug aan de voorschoolse voorziening of de vorige school. Indien het kind niet wordt toegelaten, worden daarbij de redenen benoemd. Weigering is alleen mogelijk als de school er zorg voor heeft gedragen dat een andere school bereid is


pagina 79 van 82

de leerling aan te nemen. Bezwaar tegen de beslissing is mogelijk bij een toelatingscommissie.


pagina 80 van 82

Bijlage 4: Contactpersonen Taak Coördinatie Coördinator kleuterbouw 1,2 Coördinator middenbouw 3,4,5 Coördinator bovenbouw 6,7,8 Coördinator UCK / Cultuur / Coördinator sportdag Werkgroep sportdag Werkgroep sportdag kleuters Coördinator School- en gemeentebibliotheek Coördinator kinderboekenweek Coördinator – werkgroep Sinterklaas Contactpersoon OR versiering Sint Coördinator – werkgroep Kerst Contactpersoon OR versiering Kerst Coördinator maatjesontbijt Coördinator BHV (+ ontruiming, EHBO) Werkgroep BHV

Coördinator Ned. Taal/lezen Coördinator rekenen Coördinator Spaans Coördinator Engels Coördinator techniek Coördinator wereldoriëntatie Coördinator Gedrag Coördinator Verkeer Coördinator sportactiviteiten (Cumulus/ KNVB e.d.) Werkgroep website/multimedia Coördinator Veiligheid (vertrouwenspersoon/bhv/anti -pestcoördinator) Beheer Beheer magazijn beneden Beheer magazijn bovenbouw Beheer media-ruimte Beheer teamruimte Beheer benedenruimte Piet/ speellokaal Beheer Handvaardigheidlokaal wo-do-vr Beheer middenruimte 1e verdieping Beheer zolderruimte

Annette Marjolein Georgette Caroline Sarah-Lynn Caroline Annette, Feline Nathalie

Nathalie, Brigitte Annette, Caroline Nathalie Brigitte Marjolein Marjolein, Nathalie, Pascalla, Feline, Pascalla Brigitte Nathalie Pascalla Herman Nathalie Georgette Sanne Sarah-Lynn Feline, Nathalie Caroline

Annette Herman Herman Pascalla Annette, Feline Sanne + groep 7 Pascalla Herman


pagina 81 van 82

Beheer EHBO kisten Contactpersonen Contactpersoon schooltuin / Contactpersoon schoolbiologie (NMC) Contactpersoon schoolfotograaf Contactpersoon Avondvierdaagse Vossenjacht Schoolreisjes Vogelnest uitstapje Schoolreis 3 t/m 7 Schoolkamp groep 8 Bestellingen Bestellingen algemeen verbruik en techniek handvaardigheid Piet Diversen Personeelsgeleding MR

Gerard Annette Brigitte Nathalie

Pascalla, Ferieke Annette, Feline, Caroline Brigitte, Marian Pascalla + Sarah-Lynn + diverse collega’s Herman

11. Marjolein, Brigitte, Annette 12. ouder Pascalla Pascalla 13. Feline, Annette Caroline Herman Betreffende leerkrachten Hanneke, Caroline Iedereen 14. Iedereen

GMR Eindspel / musical groep 8 POVO contact groep 8 Intake nieuwe leerlingen Lief en leed Techniekkisten maken Leerkracht met rugzakleerling Teamuitje Toezicht lunchpauze Bijwonen evenementen – bijeenkomsten Notuleren (om de beurt, zie Iedereen notuleerrooster) Vertegenwoordiger team in OR Iedereen Coördinator ICT Coördinator leerlingenzorg Coördinator toetsmateriaal Schoolopleider Ziekmelding Personeel Nieuwsbrief Leerlingenadministratie Coördinator Dalton Kinderraad + nieuwsbrief

Feline Hanneke Hanneke Marian Endry Endry Helma Nathalie Endry


pagina 82 van 82

schoolgids Schooljaar

Recommend Documents