Schoolgids 2013-2014 Jaar van de ontdekking.
schoolgids 2013 – 2014 Lindenlommerbasisschool – Hoeven
1
Inhoudsopgave schoolgids ‘Lindenlommer’.
0. DE SCHOOLGIDS 0.1. EEN WOORD VOORAF VAN DE DIRECTIE VAN DE LINDENLOMMER. 0.2. HET SCHOOLPLAN. 1.
DE SCHOOL 1.0. ADRESGEGEVENS 1.1. TOELICHTING OP DE NAAM LINDENLOMMERBASISSCHOOL. 1.2. DE LESPLAATSEN 1.3. DE SCHOOLGROOTTE 1.5. DE IDENTITEIT VAN DE SCHOOL
2.
ONZE VISIE EN MISSIE 2.1. OPVOEDING 2.2. PRIORITEITEN IN ONS ONDERWIJS 2.3. SAMENLEVING 2.4. HET KLIMAAT VAN DE SCHOOL
4 4 5 5 5 5 6 6 6 7 8 8 9 10
3. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS
11
3.1. GROEPSINDELING 3.2. HET TEAM 3.3. SCHOLING VAN DE LERAREN 3.4. DE BEGELEIDING EN INZET VAN STAGIAIRES 3.5. WERKRUIMTEN. 3.7. ARBOBELEID.
11 11 13 13 13 14
4, ACTIVITEITEN IN DE GROEPEN 4.1. GROEPEN 1/2 4.2. GROEPEN 3 EN 4 4.3. GROEP 5 T / M 8 4.4. DE VAKKEN BETER BEKEKEN 4.5. GEBRUIK VAN SOCIAL MEDIA, INTERNET EN E-MAIL 4.6. BIJZONDERE ACTIVITEITEN 5. HET AANMELDEN VAN LEERLINGEN 5.1. NIEUWE LEERLINGEN 5.2. LEERLINGEN MET EEN HANDICAP. 6. DE ZORG VOOR ONZE LEERLINGEN 6.1. PASSEND ONDERWIJS VOOR ALLE LEERLINGEN 6.2. HET VOLGEN VAN DE ONTWIKKELING VAN DE KINDEREN IN DE SCHOOL 6.3. DE SCHOOLPOPULATIE EN EXTRA ZORG OP DE LINDENLOMMER 6.4. KINDEREN MET EEN ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF(OPP) 6.5. MEERBEGAAFDE LEERLINGEN 6.6 DE PLUSKLAS 6.7. DE SPECIALE ZORG VOOR KINDEREN MET ANDERE SPECIFIEKE BEHOEFTEN. 6.8. HET ONDERWIJSKUNDIG RAPPORT 6.9. DE SCHOOLGEBONDEN DYSLEXIEVERKLARING 6.10. DOUBLURE 6.11. DE OVERGANG NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS 6.12. UITSTROOMGEGEVENS SCHOOLJAAR 2012-2013 6.13. DE NIEUWE WERKWIJZE VAN JEUGD EN GEZIN
14 14 16 16 17 20 21 22 22 23 23 23 24 25 26 26 26 27 28 28 28 29 30 31 33 2
33 7. OUDERS IN DE SCHOOL 7.1. DE BETROKKENHEID VAN OUDERS BIJ ONZE SCHOOL 7.2. HET BELANG VAN DE BETROKKENHEID VAN OUDERS 7.3. INFORMATIE AAN OUDERS OVER ONS ONDERWIJS EN DE SCHOOL 7.4. HOE KUNT U DE VORDERINGEN VAN UW KIND VOLGEN EN BESPREKEN 7.5. HET VERSTREKKEN VAN INFORMATIE AAN NIET MET HET OUDERLIJK GEZAG BELASTE OUDERS 7.6. OVERLEGORGANEN 7.7. ZORG VOOR DE RELATIE “SCHOOL EN OMGEVING” 7.8. DE OVERBLIJFMOGELIJKHEDEN 7.9. BUITENSCHOOLSE OPVANG (BSO). 7.10. KLACHTENPROCEDURE 8. STEEDS OP ZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING. 8.1. INVOEREN NIEUWE METHODEN EN WERKWIJZEN. 8.2. HET PERSONEEL 8.3. HET SCHOOLPLAN 8.4. HET ZORGPLAN 9. SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN 9.1. SCHOOLTIJDEN VOOR DE GROEPEN 1 TOT EN MET 8 9.2. VAKANTIEROOSTER SCHOOLJAAR 2013-2014 9.3. VERANTWOORDING VERPLICHTE ONDERWIJSTIJD 9.3. VERLOF 9.4. GEOORLOOFD EN ONGEOORLOOFD VERZUIM 10. PRAKTISCHE INFORMATIE 10.1. ZIEKMELDEN VAN UW KIND 10.2. VERVANGING BIJ ZIEKTE/AFWEZIGHEID VAN LEERKRACHTEN 10.3. MOBIELE TELEFOONS, SPELCOMPUTERS EN MP-3 SPELERS 10.4. DE FIETSENSTALLING 10.5. PARKEREN VOOR DE SCHOOL 11. NAMEN EN ADRESSEN 11.1. STICHTING BORGESIUS 11.2. HET KWALITEITSFORUM LINDENLOMMERBASISSCHOOL 11.3. DE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD 11.4. GMR 11.5. DE OVERBLIJFOUDERS 11.6. DE VERKEERSOUDERS 11.7. DE OUDERVERENIGING 11.8. INSPECTIE BASISONDERWIJS 11.9. VERTROUWENSPERSONEN BINNEN DE SCHOOL: 11.10. JEUGDGEZONDHEIDSDIENST (GGD AFD.JGZ) 11.11. DE KINDERTELEFOON 11.12. ADRES VAN DE KLACHTENCOMMISSIE WIE IS WIE OP DE LINDENLOMMERBASISSCHOOL IN HOEVEN?
33 33 34 34 34 36 36 38 39 40 41 42 43 43 44 44 44 44 44 45 45 46 46 46 47 47 47 48 48 48 48 48 49 49 49 49 49 49 49 50 50 50
verzoek om te reageren: Als u tijdens of na het lezen van deze schoolgids vragen, opmerkingen of suggesties heeft, nodigen we u van harte uit om daarover met ons te komen praten. We stellen het erg op prijs om uw reacties te vernemen. Ouders en school samen zorgen tenslotte voor de opvoeding van de kinderen. U kunt altijd met de directeur, Marjon de Gronckel, een afspraak maken.
3
0. De schoolgids
0.1. Een woord vooraf van de directie van de Lindenlommer.
Als directie en team van de Lindenlommerbasisschool willen we ons ten opzichte van ouders, bestuur en inspectie verantwoorden voor de manier waarop wij het onderwijs vorm geven. Tevens willen we alle belangstellenden informeren over de gang van zaken binnen onze school. De documenten, waarin verantwoording en informatie zijn opgenomen, zijn het schoolplan, de schoolspecifieke schoolgids (samen met de schoolkalender) en de algemene schoolgids van de Borgesiusstichting. Deze schoolgids is geschreven voor de ouders van de kinderen op onze school. De schoolgids biedt de informatie over de school, waar de ouders recht op hebben en die het hen mogelijk maakt mee te praten over de kwaliteit van de Lindenlommer. Tevens is hij bedoeld voor ouders die nog een schoolkeuze gaan maken. De schoolgids kan ouders helpen bij het maken van een verantwoorde keuze voor een school, die voldoet aan hun eisen en verwachtingen. De schoolgids laat zien waar de school voor staat en heeft een informerende functie. Maar ook legt de school via deze gids aan iedereen verantwoording af. De schoolgids staat vanaf maandag 26 augustus 2013 op de website van de Lindenlommer (www.lindenlommer.nl). Als u dat wenst kunt u een papieren versie opvragen bij de directie. Tevens zal de bovenschoolse schoolgids van “de Borgesiusstichting” op de website worden geplaatst, zodat u deze digitaal kunt raadplegen. In deze algemene schoolgids vindt u onderwerpen, die vastgesteld zijn voor onze “Borgesiusstichting”. Alle ouders ontvangen in de eerste week van het schooljaar de schoolkalender. Behalve een handige kalender, waarop alle belangrijke data en activiteiten voor het huidige schooljaar staan aangegeven, bevat deze mededelingen, die betrekking hebben op de dagelijkse gang van zaken op de school. De schoolgids en de kalender zijn samengesteld door de directie van de school in samenwerking met het team, de medezeggenschapsraad en de oudervereniging van de school. De bovenschoolse Borgesiusbrede schoolgids is samengesteld door het bovenschools management in samenspraak met het Borgesius Directeuren Overleg.
4
0.2. Het schoolplan. Het schoolplan beschrijft het beleid dat binnen de school wordt gevoerd, zoals: Het onderwijskundig beleid: dit beschrijft de ontwikkeling van het onderwijs voor de eerstkomende jaren voor onze school. Het personeelsbeleid: dit beschrijft de inzet, de deskundigheidsontwikkeling en taakverdeling in relatie tot het onderwijskundig beleid. Het beleid met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs: dit beschrijft het beleid met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs aan de hand van volgende componenten: x inhoud geven aan de kwaliteit van het onderwijs x bewaken dat die kwaliteit wordt gerealiseerd x vaststellen welke maatregelen ter verbetering van de kwaliteit nodig zijn. Het schoolplan voor 2012-2016 ligt voor belangstellenden ter inzage bij de directeur.
1.
De school
1.0. Adresgegevens Lindenlommer Const. Huygensplein 15 4741AZ Hoeven Tel. 0165-505086 E-mail:
[email protected] Internet: www.lindenlommer.nl 1.1. Toelichting op de naam Lindenlommerbasisschool. LINDENLOMMER is een op de heemkundige achtergrond van het terrein van de school geënte naam. Een deel van de voormalige “Tuin van Gerlagh”werd LINDENLOMMER genoemd. Omdat ook de school in de lommer van de linden staat, vinden we deze naam heel passend als nieuwe naam voor de school. Deze naam is bedacht door oud-collega, Margit Kaspers. De school stond daarvoor bekend als Mariaschool en is al sinds 1921 gevestigd in het huidige gebouw, dat natuurlijk in de loop van de tijd is aangepast aan de eisen van modern onderwijs. De Lindenlommer is één van de achttien Lindenlommer basisschool scholen, die vallen onder het bestuur “Borgesius”. De naam van de nieuwe scholenstichting is ontleend aan minister Hendrik Goeman Borgesius, de bewindsman die verantwoordelijke was voor de invoering van de leerplicht in 1901. 5
Onder dit bestuur vallen de volgende scholen: De Bukehof, De Klinkert, Mariaschool, De Schakel Joannesschool, St. Bernardusschool Lindenlommer, De Reuzelaar De Aventurijn St. Jozefschoool ’t Bossche Hart De Steiger Vinkenbos Mariadonk St.Martinusschool Willibrordusschool, Maria Gorettischool St.Martinusschool
Oudenbosch Oud-Gastel Hoeven Standdaarbuiten Noordhoek Bosschenhoofd Stampersgat Sprundel Zegge Rucphen St.Willebrord Schijf
1.2. De lesplaatsen Lindenlommerbasisschool: Const. Huygensplein 15 , 4741 AZ Hoeven (0165-505086) Sporthal De Parrestee: Bovendonksestraat 60 , 4741 EJ Hoeven (0165-503374) 1.3. De schoolgrootte Aan het einde van het schooljaar 2012 - 2013 hadden we op onze school de zorg voor 319 leerlingen. Deze leerlingen waren verdeeld over drie kleutergroepen (1/2) en 9 midden - en bovenbouw groepen (3 t/m 8). Aan het begin van schooljaar 2012-2013 starten we met 294 leerlingen, verdeeld over 12 groepen. We starten met 3 kleutergroepen1/2, een groep 3, een groep 3/4, een groep 4, een groep 5, een groep 5/6, een groep 6, een groep 7 en twee groepen 8. Op de school werken 8 fulltime teamleden en 12 parttime teamleden. Ons team wordt dit jaar versterkt door stagiaires vanuit de opleidingen voor klassenassistente, leerkracht en pedagogiek. 1.4. Situering van de school De huidige Lindenlommer ligt in de oude dorpskern van Hoeven, omringd door de oorspronkelijke bebouwing, bejaardenwoningen en nieuwbouw. De bibliotheek is inpandig in de school en dorpshuis “Het Kompas”grenst aan het schoolterrein. Besprekingen over de Brede School in Hoeven zijn al langer aan de gang. De beide scholen in Hoeven worden in de toekomst gehuisvest in één gebouw, samen met een aantal andere geledingen. 1.5. De identiteit van de school De Lindenlommer is een katholieke school. We willen samen met de ouders de kinderen opvoeden in de sfeer van het katholieke geloof met de daarbij behorende waarden en normen. ¾ We willen werken aan de totale ontwikkeling van leerlingen. ¾ We willen respect, saamhorigheid, vertrouwen en openheid uitdragen en deze waarden aan de leerlingen bijbrengen. ¾ We willen ieder kind gelijkwaardig behandelen en zijn alert op alle mogelijke vormen van discriminatie (pesten, rassenonderscheid, onderscheid jongen-meisje enz.). 6
¾ We willen de leerlingen leren, voor zover mogelijk, kritisch tegen de maatschappij aan te kijken. ¾ We willen de leerlingen gevoelig maken voor de godsdienstige, sociale en humanitaire, kant van het leven. ¾ Er worden wederzijdse contacten onderhouden met de diverse werkgroepen binnen de parochie. We maken binnen het catecheseonderwijs gebruik van projecten bij de methode Trefwoord. Via deze projecten werken alle kinderen op de school gedurende enkele weken aan eenzelfde thema. Deze thema’s sluiten aan bij de belevings- en ervaringswereld van de kinderen (bijvoorbeeld: “Geluk.”), en vraagstukken uit de samenleving (bijvoorbeeld “Omgaan met pesten”) De lessen uit Trefwoord worden afgewisseld met lessen uit de methode “Goed gedaan”, die we hebben gekozen om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen te begeleiden. In de loop van het schooljaar wordt in vieringen aandacht besteed aan feestdagen als Kerstmis, Pasen e.d.
2. Onze visie en missie Onze opdracht als school is op de eerste plaats goed onderwijs te geven. Maar we willen meer dan dat. We willen een school zijn waar kinderen zich prettig, geborgen en gewaardeerd voelen. Het onderwijs dat we op school geven gaat uit van een pedagogische visie. ¾ Wij bieden kinderen de kans op individuele ontplooiing. ¾ We accepteren kinderen zoals ze zijn. ¾ We willen graag dat de kinderen zich thuis voelen op school. ¾ We willen dat de kinderen zoveel mogelijk een ononderbroken ontwikkeling doormaken in alle ontwikkelingsgebieden. Kortom onze missie is: De Lindenlommer is een leergemeenschap, waarin kinderen, hun ouders en de leerkrachten samen op weg zijn om in een uitdagende en veilige leeromgeving de totale ontwikkeling van elk kind op een zorgvuldige, passende en creatieve manier vorm te geven. Daarbij gaan we uit van de individuele onderwijsbehoeften van het kind. Om die opdracht te kunnen vervullen is een goed schoolklimaat vereist. Bepalende elementen voor het schoolklimaat zijn: · ¾ veiligheid en geborgenheid. ¾ respect voor zichzelf en anderen. ¾ goede voorbeelden doen volgen. ¾ spreken over en aanspreken op concreet gedrag. ¾ positief gedrag. Verkeersweek 2012
7
2.1. Opvoeding Samenwerking is voor ons een belangrijke werkvorm. Op die manier leren kinderen langzaam maar zeker eigen verantwoordelijkheid te dragen en op basis van gelijkwaardigheid met elkaar om te gaan. We zijn er van overtuigd dat de opvoeding van kinderen pas daadwerkelijk vorm kan krijgen als ouders en school in elkaars “verlengde” handelen. Een wisselwerking en afstemming van handelen thuis en op school is daarom van uitermate groot belang. 2.2. Prioriteiten in ons onderwijs Onze school gaat uit van het adaptieve model binnen het leerstofjaarklassensysteem. Bepalende elementen voor het adaptieve model: ¾ Kinderen hebben behoefte aan een gevoel van competentie: De kinderen moeten geloven in hun eigen mogelijkheden en daar ook plezier aan beleven. ¾ Kinderen hebben de algemeen menselijke behoefte aan relatie: De kinderen willen gewaardeerd worden en weten dat anderen met hen om willen gaan. ¾ Kinderen hebben behoefte aan een gevoel van autonomie: De kinderen willen het gevoel hebben, dat zij iets kunnen ondernemen op eigen kracht, zonder dat het nodig is dat anderen hen daarbij helpen. Het adaptief onderwijs vraagt om een leeromgeving die zich kenmerkt door de volgende elementen: ¾ Een gevarieerd leerstofaanbod, dat bijdraagt aan de ontwikkeling van historisch, cultureel en moreel besef van kinderen. ¾ Gevarieerde werkvormen, die houvast en uitdaging bieden. Ze prikkelen de leerling en stimuleren hen tot actief leren. ¾ Een rijke leeromgeving, waarin nieuwe ontwikkelingen een plaats krijgen. Het adaptief onderwijs vraagt om leerkrachtgedrag dat zich kenmerkt door de volgende elementen: ¾ De leerkracht daagt uit en ondersteunt, zodat leerlingen zich cognitief, sociaal en moreel kunnen ontwikkelen. ¾ De leerkracht bevordert de veiligheid (relatie) van de leerlingen en leren hen respect te hebben voor anderen en vertrouwen. ¾ De leerkracht bevordert het zelfvertrouwen (competentie) van de leerlingen door hoge verwachtingen te koesteren en hen het gevoel te geven zelf controle te hebben over hun eigen leerproces. ¾ De leerkracht bevordert zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid (autonomie) door de kinderen zelf actief deel te laten nemen aan hun eigen leerproces.
Verder op weg naar passend onderwijs: In het schooljaar 2013-2014 gaan we er binnen de school aan werken om vanuit het principe van adaptief onderwijs het passend onderwijs verder vorm te geven. Het uitgangspunt is: de beste kansen voor élk kind.
8
Onze samenleving wordt met de dag drukker en vooral complexer. Daardoor zijn er steeds meer kinderen die extra zorg en ondersteuning nodig hebben. Veel kinderen kunnen dankzij die extra aandacht gewoon naar de reguliere basisschool. Andere kinderen krijgen betere ontwikkelingskansen in het speciaal onderwijs. Wat we willen, is dat voor elk kind de kansen op de beste ontwikkeling centraal staan. Dus kijken we niet alleen naar de problemen, maar vooral naar de mogelijkheden. Het gaat niet om wat een kind niet kan, maar om wat een kind wél kan. Daar heeft ieder kind het volste recht op. En als school willen wij die kans dan ook bieden aan de kinderen die aan onze zorg worden toevertrouwd. Dat betekent maatwerk leveren, binnen de mogelijkheden die wij als school hebben. Daarbij kijken we zorgvuldig waar een kind de beste kansen heeft: op een reguliere school met extra aandacht of in het speciaal onderwijs, waar de juiste specialisten de ideale omgeving creëren om een kind de beste leerloopbaan te bieden. In de loop van dit schooljaar gaan we als team verder werken aan een schoolprofiel, waarin de specifieke zorg voor elke leerling centraal staat. Daarbij willen we niet alleen rekening houden met kinderen die uitvallen op één van de leergebieden of het op sociaal-emotioneel terrein moeilijk hebben. We willen ook aandacht besteden aan kinderen die extra uitdaging nodig hebben om plezier te hebben en houden in leren.
2.3. Samenleving Onze school neemt een belangrijke plaats in de dorpskern Hoeven in. We doen ons best om de omgeving zoveel mogelijk te betrekken bij de activiteiten van onze school zodat de kinderen ervaren dat de omgeving een wezenlijk onderdeel van hun leven inneemt. Er wordt regelmatig gebruik gemaakt van diensten die de samenleving in Hoeven biedt, b.v.: - muzieklessen van de fanfare - inzet van sportverenigingen tijdens sportdagen - gebruik maken van culturele mogelijkheden tijdens culturele dagen en projectweken - bezoek aan kassen/bedrijven De school heeft ook iets te bieden, b.v.: - zingen van kerstliederen in “Kroonestede” - deelname aan de carnavalsoptocht - tentoonstellingen en optredens tijdens culturele dagen
Carnaval 2013
Door in te spelen op deze verbondenheid krijgen de kinderen op onze school extra kansen om te groeien naar de samenleving waar ze zelf deel van uit maken.
9
2.4. Het klimaat van de school Het klimaat van de school wordt vooral bepaald door de omgang met elkaar. Omgang tussen leerlingen, leerkrachten, ouders en geledingen van bestuur, medezeggenschapsraad, kwaliteitsforum en oudervereniging helpen hieraan mee. Deze omgang vraagt op allerlei gebieden naast respect ook om regels: regels voor het spelen op de speelplaats, regels voor het omgaan met elkaar in de groepen, hanteren van fatsoensregels. Allemaal afspraken die de sfeer van de school helpen bepalen. Uitgangspunt is daarbij dat orde en rust nog steeds uitstekende voorwaarden voor kwalitatief goed onderwijs zijn. We besteden daarom jaarlijks in alle groepen aandacht aan normen en waarden. Onder waarden verstaan wij de manier, waarop we met mensen en situaties om willen gaan. Onder normen verstaan we de regels die daarvoor nodig zijn en daaruit voort komen. Deze regels willen we naar de kinderen en de ouders als volgt vertalen: x Jij vertelt, ik luister x Ik doe wat ik beloof x Jij mag er zijn, ik ook x Wij zorgen voor elkaars spullen! x Ik help jou, help jij mij x Wij zijn eerlijk Wij vinden een goede sfeer en het gevoel van veiligheid voor de kinderen de beste basis om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen.
Doedag 2012
schoolgids 2013 – 2014 Lindenlommerbasisschool – Hoeven
10
3. De organisatie van het onderwijs 3.1. Groepsindeling We werken dit schooljaar met 12 groepen: drie gecombineerde 1/2 -groepen (jongste, middelste en oudste kleuters), één gecombineerde 3/4-groep, één groep 3, één groep 4, één gecombineerde 5/6- groep, één groep 5, één groep 6, één groep 7 en twee groepen 8. De kinderen op de Lindenlommer zijn gegroepeerd binnen het zogenoemde leerstofjaarklassensysteem. Dat wil zeggen, dat de leerlingen zijn gegroepeerd naar leeftijd en per groep werken aan een afgebakende hoeveelheid leerstof. In de kleutergroepen ligt de nadruk op het spelend leren met ontwikkelingsmaterialen aan de hand van thema’s en ervaringen. De invulling van de thema’s vindt plaats aan de hand van de leerlijnen voor rekenen en taal. In de groepen 3 tot en met 8 gaan de leermethodes een beduidend grotere rol spelen. De kerndoelen voor het basisonderwijs vormen de basis van de leerlijnen voor kleuters en de leerlijnen binnen de verschillende methoden. We vinden het belangrijk dat de groepen zo klein mogelijk worden gehouden. Soms is een leeftijdsgroep te groot voor één groep, maar net te klein om twee afzonderlijke groepen te formeren. In die gevallen hebben we gekozen voor combinatiegroepen. De samenstelling van een combinatiegroep wordt zorgvuldig afgewogen. Als criteria voor het selecteren van kinderen voor een combinatiegroep gelden: ¾ Voldoende concentratievermogen ¾ Voldoende taakgerichtheid ¾ Zelfbewustzijn: het kind is in staat op eigen initiatief te vragen als het iets niet begrijpt. ¾ Het goed zelfstandig kunnen werken van een leerling. De samenstelling van een combinatiegroep wordt per schooljaar bekeken. Voorop staat steeds dat het kind zich ook binnen de omgeving van een combigroep optimaal kan ontwikkelen.
3.2. Het team Directie De Lindenlommerbasisschool heeft een directeur, Marjon de Gronckel en een adjunctdirecteur, Rosine Schepers. Samen geven zij leiding aan de school. Groepsleerkrachten Iedere groep heeft een groepsleerkracht, die verantwoordelijk is voor de eigen groep. Als er sprake is van een duobaan (met twee leerkrachten één groep) dan hebben beiden de verantwoordelijkheid voor de groep. De compensatiedagen van een leerkracht worden zoveel mogelijk ingevuld door dezelfde invalleerkracht. Zorgteam Martine Embregts, Saskia de Wilde, Carina v. Aert, Eline v. Hassel en Rosine Schepers vormen samen het zorgteam van de school.
schoolgids 2012– 2013 Lindenlommerbasisschool – Hoeven
11
De taken zijn globaal als volgt verdeeld: Carina: Begeleiding invoering observatiemethode KIJK RT groepen 1, 2 en 3 aansturing en uitvoer bij uitzonderlijke problematiek. Sovatraining Eline: IB-taken groepen 5 t/m 8 Coördinatie leesparade RT groepen 7 en 8 aansturing en uitvoer bij uitzonderlijk problematiek. Saskia: Gedragsspecialist. RT groepen 5 aansturing Martine: Dyslexiecoach RT groepen 4 en 6 aansturing en uitvoer bij uitzonderlijke problematiek. Rosine: IB-taken groepen 1 t/m 4 Aansturing zorgteam Coördinatie Sovatraining Externe contacten. Het zorgteam verzorgt samen met de betreffende leerkrachten de begeleiding van kinderen met een rugzak of een eigen leerlijn.
Team Lindenlommer schooljaar 2012-2013
schoolgids 2012– 2013 Lindenlommerbasisschool – Hoeven
12
Niet onderwijzend personeel. Op de Lindenlommerbasisschool werkt Helma Goossens als conciërge. Zij verzorgt kopieerwerk, kleine onderhoudswerkzaamheden en huishoudelijke taken. Tevens zorgt zij er samen met Dymph van Geel voor dat de school er uit ziet om door een ringetje te halen. 3.3. Scholing van de leraren Om de professionaliteit te vergroten blijven de leerkrachten cursussen volgen. ¾ Op teamniveau staat het komend schooljaar het verder ontwikkelen naar passend onderwijs centraal. ¾ Aan de opfriscursus BHV nemen jaarlijks enkele personeelsleden deel. ¾ Cursusdagen “Omgaan met meer- hoogbegaafdheid”. ¾ Teamcursus “Omgaan met materialen voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. ¾ Verdieping in het optimaal gebruik van het digibord. 3.4. De begeleiding en inzet van stagiaires De opleidingsscholen voor leerkrachten in het primair onderwijs doen vaak een beroep op onze school om stagiaires een plaats te bieden, zodat zij het “vak van leerkracht” ook in de praktijk kunnen leren. We werken daarvoor al jaren samen met de Hogeschool Avans in Breda. Een aantal stagiaires komt ervaring opdoen in verschillende groepen. De Pabostudenten worden begeleid door de groepsleerkrachten en speciale stagecoaches: Frank Rockx, Bep Hagenaars en Lia Verkooijen. Frank Rockx vervult de taak van stagecoach ook bovenschools op de andere scholen onder Stichting “Borgesius”. Naast de Pabo-studenten melden zich ook stagiaires van het Kellebeekcollege in Roosendaal en het Vitalisollege in Etten-Leur voor de opleiding SPW en OA. Zij doen ervaring op als onderwijsassistente of pedagogisch medewerker. In het schooljaar 2013-2014 begeleidt Rosine Schepers een stagiaire van de op leiding pedagogiek uit Rotterdam. 3.5. Werkruimten. Momenteel wordt er gebruik gemaakt van: ¾ 3 speel- werklokalen voor kleuters ¾ 1 speelzaal voor de kleuters ¾ 9 groepslokalen ¾ 1 computerlokaal ¾ 2 lokalen die flexibel kunnen worden ingezet ¾ de aula (bij de bibliotheek) ¾ een kantoor voor de directeur ¾ een teamkamer ¾ kantoorruimte voor het zorgteam ¾ kopieerruimte/ruimte voor de conciërge ¾ gymlessen krijgen de leerlingen van groep 3 t/m 8 in de sporthal De Parrestee.
Voedings- en bewegingsproject november 2012
Onze school is voor rolstoelgebruikers toegankelijk via de meest linkse deur op het schoolplein. schoolgids 2012– 2013 Lindenlommerbasisschool – Hoeven
13
3.7. Arbobeleid. De werkomgeving waarin de kinderen en leerkrachten dagelijks verkeren, dient een veilige en liefst prettige te zijn. Goede arbeidsomstandigheden vormen daarvoor een voorwaarde. Op de scholen van Stichting “Borgesius” wordt veel zorg en aandacht besteed aan deze arbeidsomstandigheden. Onderwerpen waar steeds aandacht voor is / aan gewerkt wordt, zijn: ¾ Het actueel houden van en oefenen met ontruimingsplannen. Op onze school wordt aan de hand van een dergelijk plan jaarlijks twee keer geoefend in het snel, veilig en ordelijk ontruimen van het schoolgebouw. Dit om goed voorbereid te zijn op een situatie waarbij dit echt nodig is. ¾ Het opleiden van BHV-ers (bedrijfshulpverleners). Elke school dient te beschikken over voldoende BHV-ers. Leerkrachten hebben hiervoor een basiscursus gevolgd en krijgen regelmatig een herhalingscursus. ¾ Het uitvoeren van een ASV (algemene school verkenning). Hierbij worden de schoolgebouwen en arbeidsomstandigheden gecontroleerd op allerlei gezondheids- en veiligheidsaspecten. Zaken waarvoor aanpassing noodzakelijk is, worden in een plan van aanpak opgenomen.
4, Activiteiten in de groepen
4.1. Groepen 1/2 In de groepen 1/2 spelen we in op de belevingswereld van de kleuter. Door een prikkelende leeromgeving activeren we de sociale, verstandelijke, motorische, sociaal-emotionele en zintuiglijke ontwikkeling en de zelfredzaamheid. Tijdens de kringactiviteiten komen vooral de taalontwikkeling, voorbereidend rekenen, levensbeschouwelijke vorming, muzikale vorming en de ontwikkeling van sociale vaardigheden aan bod. We streven ernaar om elk kind op eigen niveau en tempo zo zelfstandig mogelijk te maken en het kritisch en creatief denken te bevorderen. In de gevoelige periodes ten aanzien van kleuren, vormen, cijfers etc. hebben we diverse materiaalsoorten waarmee de kinderen zich verder kunnen bekwamen. De kinderen leren al spelend. Dit geldt ook voor de oudste kleuters, maar hier krijgt de Kinderboekenweek 2012 leerkracht langzamerhand een meer sturende rol. De oudste kleuters bieden we allerlei speelse activiteiten aan die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. De activiteiten op gebied van voorbereidend lezen en rekenen zijn vastgelegd in leerlijnen die de continuïteit naar groep 3 waarborgen.
14
Het zelfstandig werken wordt steeds verder bevorderd. De kinderen werken regelmatig op de computer. De opdrachten zijn speels en gericht op het ontdekken van bv. kleuren, vormen, letters, cijfers. In de groepen 1/2 wordt thematisch gewerkt aan de hand van de methoden Schatkist, Wereld in Getallen en Pennenstreken. De thema’s worden bekend gemaakt in de infoflits en natuurlijk kunt u ook uw kind vragen wat het thema in die periode is. Via de Vroeg- en Voorschoolse educatie (VVE) wordt in samenwerking met de peuterspeelzaal Hummelhoeve en kinderdagverblijf De Krullevaar extra aandacht besteed aan de taalontwikkeling van de kinderen. De samenwerking van de voorschoolse instellingen en de beide basisscholen in Hoeven is gericht op het maken van onderlinge afspraken en het invoeren van een op elkaar aansluitend, doorlopend programma. Hierdoor worden eventuele achterstanden in de aspecten van de ontwikkeling van een kind aangepakt om zo veel mogelijk te voorkomen dat de kinderen met achterstanden instromen in groep 3 van de basisschool. Het programma waar de voorschoolse instellingen en basisscholen in Hoeven voor gekozen hebben is “Schatkist” en hun voorlopers. In dit programma ligt het accent op taal. ¾ Er is vooral aandacht voor interactie, woordenschat en begrijpend luisteren. ¾ De thema’s zijn gericht op stimulering van diverse ontwikkelingsgebieden: - spraak-taalontwikkeling: luistervaardigheid, spreekvaardigheid, uitspraak en zinsbouw. - Sociaal-emotionele ontwikkeling: omgaan met zichzelf en omgaan met de anderen (= met andere kleuters en met de leidsters/juffen). - Redzaamheid: wat kan het kind al? - Motorische ontwikkeling: grove en fijne motoriek. - Speel-en werkgedrag: waar speelt het kind mee en hoe speelt het kind? - Muziek: liedjes en versjes.
Kerstfeest 2012
15
4.2. Groepen 3 en 4 In de groepen 3 tot en met 8 gaan de leermethodes een beduidend grotere rol spelen. De inrichting van de lokalen is daarop aangepast. Ook hier wordt gewerkt volgens een rooster. Daarin wordt globaal weergegeven hoeveel tijd we per week aan de verschillende vakken besteden. Het gaat hier om gemiddelden die per leerjaar enigszins kunnen verschillen. De nadruk ligt op taal, lezen, schrijven en rekenen. Naast bovengenoemde vakken komen ook aan de orde: handenarbeid, tekenen, muziek, bewegingsonderwijs, verkeer, geschiedenis, levensbeschouwing, biologie, aardrijkskunde en sociaal-emotionele ontwikkeling. De lees- en rekenstof wordt ondersteund met computerprogramma’s, waaraan de kinderen mogen werken in het computerlokaal en in de klas. Het totale onderwijs wordt ondersteund door het gebruik van een digitaal schoolbord. Het lesrooster van groep 3 wordt aangepast aan de behoeften van jonge kinderen. Het lesrooster is vrijer, zodat extra speeltijd kan worden ingebouwd. Op deze manier wordt de overgang van groep 2 naar groep 3 versoepeld. 4.3. Groep 5 t / m 8 Langzamerhand wordt het aantal vakken, dat in het lesrooster staat gepland steeds groter. We besteden aandacht aan de basisvaardigheden rekenen, taal, schrijven en technisch en begrijpend lezen. Daarnaast dragen de zaakvakken (aardrijkskunde, biologie, geschiedenis, techniek, verkeer) en de expressievakken (gym, handvaardigheid, tekenen, muziek) bij aan de ontwikkeling van uw kind. Ook wordt er tijd uitgetrokken voor levensbeschouwing en de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. Op de computer leren de kinderen informatie zoeken, beoordelen en verwerken. Ook werken zij met methodeondersteunende programma’s voor rekenen en taal. Vanaf groep 6 mogen de kinderen de computer gebruiken als informatiebron bij het maken van werkstukken en het houden van boekbesprekingen en spreekbeurten. Voor het veilig werken op internet, hebben wij een protocol ontwikkeld.
16
4.4. De vakken beter bekeken In opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen verscheen een uitgave, waarin de kerndoelen voor het basisonderwijs worden beschreven. Het team van onze school heeft besloten om deze kerndoelen te vertalen naar streefdoelen. Dat geeft ons de tijd en ruimte om aan de hand van de momenteel gebruikte methodes te bepalen wat werkelijk haalbaar blijkt te zijn. De activiteiten voor de leerlingen zijn erop gericht dat - per vak beschreven – kerndoelen worden nagestreefd Lezen In groep 3 starten we met het aanvankelijk leesonderwijs. Er zijn kinderen die de letters van hun naam kunnen lezen (herkennen), maar er zijn ook kinderen die al echt kunnen lezen. Dat betekent dat we rekening moeten houden met verschillende instapniveaus. Alle kinderen beginnen met de methode “Veilig Leren Lezen”. Deze methode speelt op een bijzonder goede wijze in op het werken in verschillende niveaus. Door daarnaast gebruik te maken van diverse speel-leermaterialen en o.a. computerprogramma’s wordt het leesonderwijs extra gestimuleerd. Vanaf groep 4 beginnen we met voortgezet technisch lezen. Hieraan werken we met de methode “Leesparade”. In de hogere groepen komt de nadruk steeds meer op het begrijpend en studerend lezen te liggen. Hiervoor wordt vanaf de tweede helft van groep 4 de nieuwe digibordmethode “Leeslink” gebruikt. Daarnaast blijven we aandacht besteden aan het voortgezet technisch lezen. Taal De Lindenlommer gebruikt in de groepen 1/2 de methoden “Schatkist”, “Taalrijk” en ”Ik ben Bas”.
Verkeersweek 2012
In groep 3 is het taalonderwijs geïntegreerd in het leesonderwijs. In de groepen 4 t/m 8 werken we met de methode “Taalactief”. Aan bod komen: ¾ mondelinge taalvaardigheid, ¾ schrijfvaardigheid, ¾ taalverzorging en taalbeschouwing, ¾ woordenschat Schrijven Ook bij het schrijfonderwijs is er sprake van duidelijke “stapjes”: eerst het voorbereidend schrijven (dat bij de kleuters al vorm krijgt d.m.v. het “schrijven” van patronen), naar het aanvankelijke schrijfonderwijs en van daaruit naar het voortgezet schrijven. Voor de schrijfontwikkeling maken we in alle groepen gebruik van de methode “Pennenstreken”. In de kleutergroepen worden schrijfpatronen projectmatig aangeboden en geoefend. Het op een correcte manier vasthouden van het potlood verdient vanaf het eerste moment aandacht.
17
Vanaf groep 3 leren de kinderen vanaf het begin letters tot woorden aan elkaar schrijven. Pengreep en schrijfhouding zijn de gehele basisschoolperiode sterke aandachtspunten. Het doel is dat leerlingen een duidelijk leesbaar, verzorgd en vlot handschrift ontwikkelen. Rekenen Hier wordt gebruik gemaakt van de rekenmethode “Wereld in getallen”. Naast tafeltjes, cijferen, hoofdrekenen, het lezen en gebruiken van grafieken, maken de leerlingen ook kennis met verhaaltjessommen, meten, de klok, geldsommen, procenten, breuken en verhoudingen. De kinderen krijgen via deze methode de gelegenheid rekenproblemen die zij ook in het dagelijks leven tegen komen, op hun eigen manier en niveau op te lossen. In groep 4 werken we aan een tafeldiploma voor de tafels 1 t/m 5 en 10. Het streven is dat alle leerlingen aan het eind van groep 5 het diploma voor de tafels van 1 t/m 10 behalen. Wereldoriëntatie Bij de wereld oriënterende vakken gebruiken we de volgende methoden: ¾ aardrijkskunde Een wereld van verschil. ¾ verkeer Rondje verkeer (gr.3) en verkeerskranten VVN. ¾ geschiedenis Wijzer door de tijd. ¾ natuur en techniek Veilig de wereld in (gr.3), in vogelvlucht en schooltv. Huisje, boompje, beestje. Deze vakken worden veelal klassikaal aangeboden. Het gaat hierbij niet alleen om feitenkennis, maar ook om het aanleren van een juiste houding ten opzichte van de wereld om ons heen. De bovengenoemde methoden zijn een leidraad, ook klassengesprekken, spreekbeurten en digibord/internet zijn werkvormen en hulpmiddelen, waar we gebruik van maken. Creatieve vakken Onder creativiteit verstaan we het vermogen om uit ervaringen, gevoelens en gedachten nieuwe combinaties, ideeën of producten te vormen. Kinderen groeien hierdoor in hun ontwikkeling zodat ze komen tot een bewuste waarneming van hun omgeving. Handvaardigheid, tekenen, muziek en creatief taalgebruik nemen een belangrijke plaats in op het rooster. Om de ontwikkeling van de creativiteit goed te kunnen begeleiden maken we gebruik van de methode “Moet je doen”. We hebben gekozen voor de module “Beeldende vorming”. Binnen “Beeldende vorming” ligt de nadruk op handvaardigheid en tekenen. De opdrachten worden voornamelijk thematisch aangeboden. De kinderen maken kennis met allerlei materialen en technieken op het gebied van beeldend vormen en tekenen. Creadag 2013
Daarnaast krijgen de kinderen in het kader van “kunst en cultuur” de kans om hun denkbeelden, gevoelens en fantasieën vorm te geven in literatuur, dans, drama, cultureel erfgoed, fotografie en animatie. Muziekonderwijs geven we uit een door de muziekschool St. Frans (uit Etten-Leur) ontwikkelde methode.
18
Wat de kinderen leren op gebied van drama, zang, dans en handvaardigheid komt ultiem tot uiting in de musical, die groep 8 aan het einde van het schooljaar opvoert. Op de Lindenlommer kunnen de kinderen op nog veel meer manieren kennis maken met cultuur: ¾ tijdens voorstellingen, tentoonstellingen en projecten die de kinderen krijgen aangeboden via het cultureel programma van de Marktplaats Cultuureducatie, ¾ tijdens projectweken en creadagen, waarop kunst- en cultuur ruim aandacht krijgen, ¾ tijdens de muzieklessen, die muziekvereniging St. Caecilea in groep 4 verzorgt op onze school, ¾ tijdens de Kinderboekenweek, enz.……… Lichamelijke opvoeding, sport en spel In de kleutergroepen staat bewegingsonderwijs twee keer per week op het rooster. Er wordt tijdens de lessen gebruik gemaakt van de methode “Bewegingsonderwijs in het speellokaal”. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen twee keer per week gymles in de Parrestee. In de ene les staat een bewegingsvorm centraal en in de andere les een spelelement. De lessen worden gegeven aan de hand van de methode “Basislessen Bewegingsonderwijs”/ Sportieve school. Dansworkshop groep 3
Sociaal emotionele ontwikkeling We stimuleren de kinderen respect voor zichzelf en anderen te ontwikkelen. Het is belangrijk, dat zij oog krijgen voor de verschillen tussen mensen en het recht van elk mens om zichzelf te zijn. Zo leren de kinderen hun verantwoordelijkheid nemen en creatief om te gaan met problemen. In de groepen 1 t/m 8 maken we hiervoor gebruik van de methode “Goed gedaan”. Deze methode bevat naast een lessencyclus voor alle groepen ook een observatiesysteem. De resultaten van de observaties worden opgenomen in het Leerlingvolgsysteem Sociale en Emotionele Ontwikkeling. Naast deze methode gebruiken de leerkrachten in de groepen 1/2 ook “De doos vol gevoelens”. De titel spreekt voor zich. Aan de hand van verhaaltjes, spelletjes en rollenspellen leren de kinderen hun gevoel en dat van anderen ontdekken en hanteren. Omgaan met pesten en plagen Twee maal per jaar vullen de kinderen van de groepen 5 t/m 8 de pestvragenlijst in. Aan de hand daarvan kunnen de leerkrachten zien welke kinderen door hun klasgenootjes worden gezien als pester of gepeste. Naar aanleiding daarvan gaan de leerkrachten met de kinderen uit allebei de groepen een individueel gesprek aan om na te gaan wat deze kinderen nodig hebben om geholpen te worden. Soms is begeleiding in een groep raadzaam (sovatraining). Soms is individuele begeleiding of begeleiding door een externe een betere optie. Als team zijn we heel alert op gevallen van pesten en plagen. Kinderen én volwassenen mogen hiervan niet het slachtoffer worden.
19
Levensbeschouwing Bij de ontwikkeling van de levensbeschouwing maken we in alle groepen gebruik van de projecten bij de methode ”Trefwoord”. De kinderen krijgen (Bijbel)verhalen, liedjes, gespreksstof en creatieve opdrachten aangeboden, die verband houden met het thema van het project (b.v. “Pesten” of “Geluk”) Het werken met “Trefwoord” bereidt voor op de vieringen van Kerstmis en Pasen. We werken afwisselend een periode met “Trefwoord” en een periode met “Goed gedaan.” Techniek Binnen onze methode “In vogelvlucht” komen onderwerpen aan bod die te maken hebben met techniek, zoals b.v. elektriciteit, magnetisme, verbranding. Om de lessen te ondersteunen wordt er in de groepen 6 t/m 8 ook gewerkt met een maandelijks techniekcircuit waarin technische aspecten verder worden uitgediept. Bovendien nemen wij deel aan het VBTA-techniekcoach project. Dit houdt o.a. in dat een zgn. techniekcoach in de groepen 5 t/m 8 een aantal technieklessen komt verzorgen. Computeronderwijs Naast het werken met programma’s en software als Techniekles robot maken groep 6 aanvulling op de gebruikte methoden gaan de kinderen vanaf groep 6 werken met het programma AaBeeCee. In groep 6 maken de kinderen kennis met het programma Word. In groep 7 leren de kinderen een werkstuk op de computer maken. In groep 8 maken zij in tweetallen een PowerPointpresentatie, die ze presenteren aan hun klasgenoten. . Op deze manier leren kinderen op een goede manier samen te werken en onderwerpen te presenteren via het digitale schoolbord. Dit is tevens een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Een belangrijk onderwerp in het computeronderwijs is het leren werken met internet. We willen de kinderen leren: ¾ Doelmatig informatie te zoeken. ¾ Selectief te zijn m.b.t. de geboden informatie. ¾ Respectvol met elkaar om te gaan op de digitale snelweg. We hebben er bewust voor gekozen de kinderen op school geen eigen e-mailadres te geven. De kinderen kunnen vanuit de school niet mailen en chatten. 4.5. Gebruik van social media, internet en e-mail Social Media en Internet bieden jongeren veel voordelen, maar heeft ook nadelen. Denk bijvoorbeeld aan pornografische en gewelddadige sites, digitaal pesten of het verspreiden van persoonlijke beelden en gegevens. Behalve de ouders draagt ook de school verantwoordelijkheid voor de manier waarop jongeren met de digitale media omgaan. Daarom heeft de Borgesiusstichting een Internet en E-mailprotocol opgesteld om de leerlingen van de scholen zo veilig mogelijk te laten internetten. Het protocol is op alle scholen aanwezig. In dit protocol zijn duidelijke afspraken opgenomen m.b.t. het gebruik van social media, internet en email. De scholen van de Borgesiusstichting hanteren de hieronder volgende regels en afspraken.
20
¾ Surfen en gamen Ik weet dat niet alles waar is wat ik op websites zie. Ik ga nooit naar een website toe, waarvan ik weet dat die website niet op school thuishoort. Als ik iets tegenkom wat ik niet wil zien, klik ik de weg (als het niet lukt vraag ik om hulp). Als ik me vervelend voel door iets wat ik heb gezien, dan vertel ik dat aan iemand die ik vertrouw. Ik koop niets in een webwinkel. Ik speel niet zonder toestemming een spel op internet. ¾ E-mailen Ik schrijf nooit mijn naam, mijn adres of telefoonnummer in een e-mailbericht aan onbekenden. Ik open nooit e-mailtjes van onbekenden. Ik open alleen bijlagen van bekenden. Ik verstuur geen viruswaarschuwingen en geen kettingbrieven. Ik verstuur geen foto’s naar en van onbekenden. Ik verstuur geen dreigmail of haatmail. Als ik e-mailtjes binnen krijg die ik niet leuk of raar vind, dan reageer ik niet en vertel ik het aan de juf of meester. ¾ Downloaden Als ik iets wil downloaden vraag ik eerst toestemming aan mijn leerkracht. ¾ Werkstuk en huiswerk maken met internet Ik neem niet zomaar teksten over voor schoolopdrachten. Als ik iets gebruik, vermeld ik de websites waar ik de informatie vandaan heb gehaald. ¾ Printen Als ik iets wil printen vraag ik eerst toestemming. ¾ USB-stick, Cd-rom, DVD ed. Ik maak geen gebruik van deze externe informatiedragers zonder toestemming van mijn leerkracht. Dit is ook belangrijk voor de veiligheid van mijn computer thuis. 4.6. Bijzondere activiteiten We organiseren (onder schooltijd) activiteiten, die vooral de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen helpen bevorderen en daarnaast bijdragen aan een plezierig schoolklimaat. Enkele van deze activiteiten zijn: De Kinderboekenweek (in alle groepen) Schoolreis Sinterklaasviering (in alle groepen) Kerstviering (in alle groepen) Een carnavalsactiviteit (in alle groepen) Schoolvoetbaltoernooi (groep 8) De verjaardag van de leerkrachten Verkeersexamen (groep 7) Schoolkamp (groep 8) Sportdag (alle groepen) Afscheid groep 8 Paasviering (alle groepen) Projectweek of creadag(alle groepen)
21
Opening van de uitbreiding van de school 2012
5. Het aanmelden van leerlingen 5.1. Nieuwe leerlingen Ouders of verzorgers, die bij de keuze van een school voor hun kind(eren) graag kennis willen maken met de Lindenlommer, kunnen een afspraak maken met juf Rosine (0165-505086) voor een kennismakingsgesprek en een rondleiding door het gebouw. Natuurlijk zijn de kinderen hierbij van harte welkom. Ouders en kinderen kunnen samen sfeer proeven en er is volop gelegenheid om vragen te stellen. De ouders krijgen een schoolgids en een schoolkalender mee om na het gesprek de belangrijkste zaken nog eens na te kunnen lezen. Als de keuze valt op de Lindenlommer kunnen de ouders/verzorgers een inschrijfformulier inleveren. Het kind krijgt een kaartje thuis, waarmee bevestigd wordt dat het inschrijfformulier is ontvangen. Ongeveer 6 weken voor de vierde verjaardag wordt er een afspraak gemaakt voor een gesprek met juf Lia, één van onze kleuterjuffen. Zij zal ingaan op de voorschoolse ontwikkeling van de nieuwe leerling. We willen hiervan goed op de hoogte zijn omdat het voor het kind van groot belang is, dat het zo goed mogelijk wordt opgevangen en begeleid. Verdere gelden de volgende afspraken: ¾ Voor nieuwe kleuters worden vier gewenningsdagdelen afgesproken met de toekomstige leerkracht. Tijdens het eerste gewenningsmoment mogen de ouders gezellig mee komen. ¾ De dag na de vierde verjaardag is de eerste officiële schooldag. Mocht deze in het weekend of in de vakantie vallen dan is de eerstvolgende maandag de eerste schooldag. ¾ Voor kinderen die van een andere school komen, worden afhankelijk van de omstandigheden afspraken gemaakt.
22
De beide basisscholen in Hoeven hebben ook een algemene kijk- en inschrijfdag ingesteld, waarop ouders op beide scholen een kijkje kunnen nemen en tevens de benodigde formulieren voor inschrijving en informatie mee kunnen nemen. De datum van deze centrale kijk- en inschrijfdag op beide scholen is donderdag 3 april 2014. (informatierondes om 9.30 uur / 13.30 uur). 5.2. Leerlingen met een handicap. Sinterklaasfeest 2012 De Lindenlommerbasisschool kan te maken krijgen met ouders die hun kind met een “rugzak” op onze school willen plaatsen. Onze school heeft al eerder kinderen met een handicap opgevangen en onze ervaringen kunnen ons daarbij helpen. Wij staan in principe niet afwijzend tegenover het verzorgen van onderwijs aan kinderen die extra zorg behoeven. We zien echter wel kwantitatieve en kwalitatieve beperkingen. Hierbij denken we aan leermiddelen en methodes, maar ook aan gebouwelijke beperkingen. Bij aanmelding wordt het uit te voeren handelingsplan uitvoerig besproken met ouders, directie en het zorgteam om vast te stellen of dit plan uitvoerbaar is op onze school. De procedure is beschreven in de Borgesius Brede schoolgids.
6. De zorg voor onze leerlingen 6.1. Passend onderwijs voor alle leerlingen Op 01-08-2014 wordt de wet Passend Onderwijs van kracht. Dan treedt er een belangrijke wijziging op. Het schoolbestuur krijgt dan de verplichting om voor elke aangemelde leerling passend onderwijs aan te bieden. Als het kan op de school waar de leerling is aangemeld. Lukt dat niet dan dient het schoolbestuur zorg te dragen voor een passend onderwijsplaats elders. Om dat te kunnen realiseren is de scholen gevraagd te heroverwegen welke leerlingen met speciale onderwijsbehoeften zij kunnen opvangen. Er is een viertal profielen mogelijk: 1: De netwerkschool Deze school onderhoudt relaties met het (v)so en het praktijkonderwijs en heeft de externe zorgstructuur goed op orde. De school heeft de zorg voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften aan deze organisaties ‘uitbesteed’. Deze situatie deed zich, totdat de rugzak beschikbaar kwam, al op veel reguliere scholen voor. Het aantal geïndiceerde leerlingen met speciale onderwijsbehoeften ligt op deze school tussen de 0% en 1% van de totale populatie. 2: De smalle zorgschool Deze school biedt adequaat onderwijs aan een specifieke categorie leerlingen met speciale onderwijsbehoeften, bijvoorbeeld leerlingen met stoornissen binnen het autistische spectrum (ASS) en/of de minder ernstige gevallen van andere categorieën leerlingen met speciale onderwijsbehoeften. We zien dit profiel op meerdere scholen.
23
3: De brede zorgschool Deze school vangt meerdere categorieën leerlingen met speciale onderwijsbehoeften op, bijvoorbeeld slechtzienden, kinderen met ernstige spraak- en taalmoeilijkheden en leerlingen met ASS. 4: De inclusieve school De inclusieve school stelt zich open voor (nagenoeg) alle leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. De school vangt (nagenoeg) alle geïndiceerde leerlingen op. De Lindenlommer heeft gekozen voor het profiel “brede zorgschool”. Om dit te kunnen realiseren heeft het team zich geschoold in het opstellen van groepsplannen, waarin de zorg voor elke individuele leerling wordt verwoord. Het groepsplan bestaat uit twee onderdelen: - Een leerlingenoverzicht, waarin de stimulerende en belemmerende factoren voor elk kind worden ingevuld. Op deze manier kunnen we per leerling per leerstofgebied de onderwijsbehoeften formuleren. - Een groepsplan, waarin voor de leerlingen de te bereiken doelen per leergebied worden geformuleerd. Tevens worden de gebruikte materialen, het klassenmanagement en de evaluatie vermeld. 6.2. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school (Het leerlingvolgsysteem) Om een groepsplan up to date te houden zullen de leerlingen gedurende een schooljaar nauwlettend worden gevolgd. Op de eerste plaats wordt het welbevinden van de leerlingen vastgelegd door hun sterke (stimulerende) en zwakke (belemmerende) kanten goed te observeren. Dit doet de leerkracht door middel van: ¾ vrije observaties (spelen, opruimen, omgang met anderen enz.) ¾ vakgerichte observaties (werkhouding, zelfstandigheid, taakaanpak enz.) Daarnaast houdt de leerkracht de vorderingen van de leerlingen nauwlettend in de gaten, d.m.v.: ¾ registratie van vorderingen van werk ¾ registratie van toetsresultaten n.a.v. de gegeven lessen (methodegebonden toetsen) ¾ het afnemen van niet methodegebonden toetsen op vaste momenten (toetsen Citoleerlingvolgsysteem, 2x per schooljaar) Aan de hand van wat de leerkracht signaleert, wordt het kind ingedeeld in een instructieniveau. We kennen de volgende niveaus: 9 zelfstandig verwerken van de stof 9 verwerking na een korte instructie 9 verwerking na een verlengde instructie 9 verwerking aan de instructietafel
Schoolreis groepen 5,6 en 7 naar Naturalis
24
Het groepsplan wordt drie keer per schooljaar geëvalueerd en aangepast. Doordat de begeleiding van leerlingen binnen de groepen steeds beter gestalte krijgt, zal de zorg buiten de groepen de komende jaren worden beperkt. Op deze manier wordt het voor het zorgteam mogelijk om kinderen met heel specifieke problematiek binnen de Lindenlommer effectief te begeleiden. De rol van de leden van het zorgteam zal hiermee veranderen. Hun taak zal gericht zijn op: ¾ Coaching van leerkrachten in het traject van passend onderwijs. ¾ Begeleiding van leerlingen met specifieke zorgbehoeften en hun ouders. ¾ Intensieve contacten met hulpverleners buiten de school om de begeleiding te stroomlijnen. Niet alleen de ontwikkeling van de kinderen op de verschillende leerstofgebieden is van belang. Zeker zo belangrijk is de sociaal- emotionele ontwikkeling. Op dit gebied wordt er door elke leerkracht jaarlijks twee maal een observatieformulier ingevuld. Mocht blijken, dat een leerling op dit gebied extra ondersteuning nodig heeft, dan kan binnen het zorgteam worden besloten, dat het kind in aanmerking komt voor een sovatraining. Daarnaast wordt jaarlijks de pestvragenlijst ingevuld door de kinderen van de groepen 5 t/m 8. Op deze manier worden kinderen gesignaleerd die door de groep gezien worden als slachtoffer of dader m.b.t. pesterij. De ouders van deze kinderen worden in kennis gesteld en met deze kinderen wordt door de groepsleerkracht een gesprek gevoerd. Als de situatie niet verandert wordt in overleg met de ouders besproken wat nodig is om verandering te bewerkstelligen. Alle observaties en toetsuitslagen van het leerlingvolgsysteem worden opgeborgen in het leerlingendossier. We kennen een smal dossier voor alle leerlingen en een breed dossier voor kinderen met een individueel handelingsplan. In het dossier zijn gegevens opgenomen over begeleiding en de behaalde resultaten, verslag van besprekingen met ouders, leerkrachten en externe hulpverleners, verslagen van speciale onderzoeken, handelingsplannen, toets- en rapportgegevens van de verschillende leerjaren en de genomen besluiten. Het zorgteam spreekt regelmatig met de directeur de leerlingenzorg door. Tevens vindt regelmatig overleg plaats tussen het zorgteam en een orthopedagoog. 6.3. De schoolpopulatie en extra zorg op de Lindenlommer Uit de analyse van niet-methodegebonden toetsen van het leerlingvolgsysteem en de eindtoetsen van Cito blijkt, dat de schoolpopulatie wordt gekenmerkt door: ¾ Sterke prestaties op gebied van rekenen. ¾ Ruim voldoende prestaties op gebied van technisch en begrijpend lezen en spelling. ¾ Wat zwakkere prestaties op gebied van de taalgebonden vakken. Vooral de woordenschat, studievaardigheid en informatieverwerking vragen veel extra aandacht. Voor de begeleiding van de leerlingen op onze school heeft dat gevolgen: ¾ In de groepen in de onderbouw heeft de spraak-taalontwikkeling meer aandacht nodig. ¾ In de groepen 1 t/m 8 is extra zorg nodig voor de ontwikkeling van de woordenschat. ¾ In de groepen 5 t/m 8 zal extra zorg worden besteed aan het begrijpend lezen, studievaardigheid en informatieverwerking. ¾ Om het begrijpend lezen te ondersteunen blijft het technisch lezen aandachtspunt t/m groep 8.
25
6.4. Kinderen met een ontwikkelingsperspectief(OPP) Het is mogelijk dat een leerling op één of meerdere leergebieden een achterstand op bouwt. Als die achterstand te groot wordt, kan deze leerling het eindniveau van het basisonderwijs op dat leergebied niet halen. Dan wordt er voor deze leerling een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Werken vanuit een ontwikkelingsperspectief levert een bijdrage aan: · - het vergroten van de opbrengstgerichtheid van het onderwijs (kwaliteitszorg), - het doelgericht plannen van het onderwijs aan leerlingen, - het maken van beredeneerde keuzes in leerlijnen en onderwijsaanbod, - een betere afstemming met ouders en leerling over wat de school wil bereiken en - een goede overgang naar het voortgezet (speciaal) onderwijs. Bij het vaststellen van de doelen die we willen bereiken gaan we uit van hoge verwachtingen. We willen onszelf en de leerling stimuleren om niet alleen te volgen hoe ver een leerling komt, maar juist boven verwachting te presteren. In het ontwikkelingsperspectief wordt het volgende opgenomen: ¾ De verwachte tussen- en einddoelen voor het betreffende leergebied ¾ De bijpassende leerstofplanning ¾ De manier van toetsing ¾ De verwachte uitstroom naar het VO Een ontwikkelingsperspectief kan worden opgesteld vanaf de overgang naar groep 6. Tot die tijd wordt geprobeerd de leerling de leerstof zo veel mogelijk op groepsniveau aan te bieden. Soms zal al worden gekozen voor een basisselectie binnen de leerstof. Een OPP wordt in overleg met leerkrachten en ouders opgesteld. Tijdens het volgen van een OPP wordt intensief gekeken naar wat voor de leerling mogelijk en wenselijk is. 6.5. Meerbegaafde leerlingen Leerlingen, ouders en leerkrachten maken zich zorgen als de ontwikkeling op school niet de resultaten oplevert die verwacht mogen worden. Er zijn echter ook leerlingen die de leerstof heel snel opnemen en behoefte hebben aan meer uitdaging. Ook deze leerlingen hebben specifieke onderwijsbehoeften. Het gaat hierbij niet alleen om leerlingen die aangetoond hoogbegaafd zijn, maar ook om leerlingen die op de nietmethodegebonden toetsen gedurende een lange periode hoog scoren (I-niveau) Ook voor deze kinderen is het nodig om het leerstofaanbod aan te passen. Voor de kinderen in de groepen 1 t/m 8 hebben we een goed aanbod van meer uitdagende leerstof binnen de gekozen methoden. Daarnaast heeft elk leerjaar de beschikking over materialen uit de speel- en leerkisten voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. 6.6 De plusklas In mei 2013 zijn beide Hoevense scholen in een samenwerkingsverband gestart met de Plusklas Hoeven. In deze plusklas wordt tegemoet gekomen aan de specifieke behoeften van meerbegaafde kinderen van groep 7 en 8. Deze kinderen worden geselecteerd op basis van scores op de Cito-toetsen van begrijpend lezen, rekenen, woordenschat en de NIO-score. In de plusklas wordt elke dinsdagochtend lesgegeven door juf Rosine van de Lindenlommer en juf Annet van de Reuzelaar. Per periode van ongeveer een half schooljaar wordt wisselend op de Lindenlommer en de Reuzelaar gewerkt. Aan bod komen onder andere Spaans, filosofie en themagericht werken gedurende meerdere weken. Hierin is ook ruimte voor het leren samenwerken met elkaar, de ontwikkeling van sociale vaardigheden en het presenteren aan elkaar.
26
6.7. De speciale zorg voor kinderen met andere specifieke behoeften. De afgelopen jaren is er rond de zorg voor leerlingen veel gebeurd. Weer Samen Naar School (WSNS) was erop gericht om leerlingen zoveel mogelijk binnen de reguliere basisschool te begeleiden. Samenwerking tussen scholen is steeds belangrijker geworden. Per 1 augustus 2014 zal de rol van WSNS zijn afgebouwd en werken we verder binnen Passend onderwijs De organisatie van de samenwerkingsverbanden, zoals we die kennen vanuit WSNS zal worden aangepast. In de loop van het komende jaar zult u hierover verder worden geïnformeerd. Voorlopig zal het volgende nog van kracht zijn: In de zorg kunnen we gebruik maken van de expertise en hulp van: ¾ Verschillende bureaus die zijn gespecialiseerd in onderzoek naar leer- en gedragsproblematiek en schoolbegeleiding. ¾ De GGD ¾ Schoolmaatschappelijk werk (SMW) ¾ De Regionale Verwijzings Commissie ¾ Het regionaal expertisecentrum (REC) GGD, SMW en het zorgteam van de school vormen samen een Zorg en Advies-Team. (ZAT)
Voorleeswedstrijd 2012
In de extra begeleiding van leerlingen wordt veel gebruik gemaakt van de orthotheek van onze school. Dit is een soort bibliotheek met leerprogramma’s en hulpmaterialen om specifieke problemen te kunnen begeleiden. De computer gaat een steeds belangrijker plaats innemen omdat er steeds meer goede remediërende programma’s worden ontwikkeld. Leerlingen die extra zorg hebben binnen de school, maar nog gespecialiseerdere hulp nodig hebben, kunnen te maken krijgen met:
¾ PCL (Permanente Commissie Leerlingenzorg): houdt zich vooral bezig met het beoordelen of een aangemelde leerling geplaatst kan worden op een school voor speciaal basisonderwijs. ¾ CvI (Commissie voor indicatiestelling): houdt zich vooral bezig met het beoordelen of een aangemelde leerling geplaatst kan worden op een school met specifieke expertise (bijv. een school voor kinderen met een visuele handicap). Mogelijk zal de rol van deze commissies veranderen in het kader van passend onderwijs.
27
6.8. Het onderwijskundig rapport Zodra leerlingen onze school verlaten (doorstroom van groep 8 leerlingen naar het voortgezet onderwijs, tussentijds verhuizen van leerlingen naar een andere basisschool of vanwege verwijzing naar het speciaal (basis)onderwijs) wordt er door de leerkracht, evt. in samenwerking met de intern begeleider een onderwijskundig rapport gemaakt. We gebruiken daarvoor het Onderwijskundig rapport van Esis (ons administratiesysteem). Naast vorderingen en resultaten staan daarin alle relevante gegevens die voor een goede voortgang van de begeleiding nodig zijn. Het onderwijskundig rapport gaat naar de nieuwe school. Tevens wordt dit rapport opgeslagen in het archiefdossier van de leerling die de school verlaat. 6.9. De schoolgebonden dyslexieverklaring Onze school voldoet officieel aan de eisen, zoals gesteld in het “Protocol leesproblemen en dyslexie”, opgesteld door auteurs van het expertisecentrum Nederlands in Nijmegen. Als gevolg daarvan mogen wij na gedegen onderzoek en begeleiding als school de schoolgebonden dyslexieverklaring uitschrijven. Binnen de basisschool en de scholen voor voortgezet onderwijs hebben de kinderen met deze verklaring recht op alle faciliteiten die geboden kunnen worden aan dyslectische leerlingen. De schoolgebonden dyslexieverklaring is op het moment nog niet voldoende om examenfaciliteiten te krijgen tijdens examens in het voortgezet onderwijs. Daarvoor is nu nog de dyslexieverklaring nodig, opgesteld na onderzoek door een psycholoog of orthopedagoog. Het CODE-formulier kan worden gebruikt om gegevens aan te leveren aan de zorgverzekering om aan te tonen, dat er een sterk vermoeden is van ernstige dyslexie. 6.10. Doublure Op de Lindenlommer gaan we uit van een leerstofjaarklassensysteem met adaptieve elementen. In onze pedagogische visie hebben we het volgende opgenomen m.b.t. de ontwikkeling van de kinderen: ¾ We bieden de kinderen de kans op individuele ontplooiing ¾ We willen dat de kinderen zo veel mogelijk een ononderbroken ontwikkeling doormaken in alle ontwikkelingsgebieden. Ondanks het feit, dat we de ontwikkeling ononderbroken willen laten verlopen, komt het soms toch voor dat een leerling de stof van een leerjaar niet voldoende beheerst en het niet verantwoord is om de leerling door te laten stromen naar de volgende groep. De ouders van deze leerling krijgen dan het advies de leerling te laten doubleren. De ouders worden tijdens de tweede ouderavond voorbereid op een mogelijke doublure. Minimaal 6 weken voor het einde van het schooljaar nodigt de leerkracht de ouders uit voor een gesprek, waarin een definitieve beslissing zal worden genomen. Onder doubleren verstaan we: Het tijdens het volgende schooljaar aan de leerling herhaald aanbieden van leerstof en vaardigheden uit het laatst doorlopen schooljaar. ¾ In principe kan een leerling slechts één keer doubleren. ¾ In de groepen 1 en 2 spreken we niet van een doublure. Een leerling kan bij onvoldoende rijping de kleuterperiode met maximaal één jaar verlengen. ¾ Een verlengde kleuterperiode telt dus niet als doublure.
28
Bij het advies voor doublure gaan we uit van de eindindruk aan het einde van het schooljaar, gebaseerd op ervaringen door het hele jaar heen. Het advies van de leerkracht is in principe bindend. (zie protocol voortgang en begeleiding). 6.11. De overgang naar het voortgezet onderwijs De specifieke voorbereiding op het voortgezet onderwijs gebeurt in groep 8. De keuze van een vervolgschool hangt niet alleen af van de resultaten op de basisschool, maar ook van de interesse, motivatie en aanleg van het kind. Met onderwijs op maat en de nodige begeleiding proberen we er voor te zorgen, dat het kind in de meest geschikte vorm van voortgezet onderwijs terecht komt. De schoolkeuze voortgezet onderwijs is onder andere afhankelijk van de volgende elementen: ¾ Advies van de school Het advies van de school is gebaseerd op de leerprestaties en op gegevens over de belangstelling, de werkhouding en de motivatie van het kind. Natuurlijk worden de resultaten van de voorgaande jaren hierin meegenomen. ¾ De NIO-test Deze test meet Intelligentie, Schoolvorderingen en Interesse en wordt afgenomen door een orthopedagoog of psycholoog. ¾ De CITO-eindtoets Deze toets meet kennis en inzicht op het gebied van taal, rekenen, informatieverwerking en eventueel wereldoriëntatie. De drie adviezen samen vormen het eindadvies, waarbij het advies van de school het zwaarst weegt. Op dinsdag 5 november 2013 is er een speciale ouderavond uitgeschreven voor de ouders met kinderen in groep 8. Deze avond staat helemaal in het teken van het voortgezet onderwijs en de toelatingsprocedure. Op deze avond krijgen de ouders alle benodigde informatie aangereikt en kunnen zij terecht met hun vragen. De leerlingen krijgen van de leerkracht informatie over de verschillende mogelijkheden die er zijn. Ouders en kinderen kunnen zich ook oriënteren door “de open dagen” op de diverse middelbare scholen in de regio te bezoeken. Tijdens het oudergesprek in maart, waarbij ook de leerling wordt uitgenodigd, komen de uitslagen van NIO en Cito-eindtoets en het uiteindelijk schooladvies ter sprake. Samen met de leerkracht bespreken het kind en de ouders, welk type voortgezet onderwijs het beste bij het kind past. Ouders en kind kiezen dan de vervolgschool. De ouders kunnen hun zoon/dochter in de meeste gevallen zelf aanmelden op de nieuwe school. De ouders hebben daarbij de volgende documenten nodig: - de uitslag van de NIO-test - de uitslag van de CITO-toets - het advies van de basisschool. Tevens verstrekken wij als school een onderwijskundig rapport aan de toekomstige school. In sommige gevallen heeft de groepsleerkracht contact met de brugklascoördinator.
29
In het schooljaar 2012 - 2013 kozen kinderen en ouders voor de volgende middelbare scholen: ¾ 16 leerlingen naar de Katholieke Scholengemeenschap Etten-Leur ¾ 18 leerlingen naar het Marklandcollege in Oudenbosch ¾ 2 leerlingen naar het Jan Tinbergencollege in Roosendaal ¾ 1 leerling naar het Munnikenheide College in Etten-Leur ¾ 1 leerling naar het Stedelijk Gymnasium in Breda 6.12. Uitstroomgegevens schooljaar 2012-2013 Schooltype
Aantal leerlingen
percentage
VWO
10
26,3%
Tweetalig VWO
2
5,2%
HAVO
19
50%
VMBO-T/MAVO
2
5,2%
VMBO-K/MAVO
3
7,8%
VMBO-K
2
5,2%
VMBO-B
0
0%
Praktijk Onderwijs
0
0%
LWOO
0
0%
TOTAAL
38
100%
Schoolvoetbal 2013
30
6.13. De nieuwe werkwijze van Jeugd en Gezin Jeugdgezondheidszorg door de GGD West-Brabant Uw partner bij de gezonde groei en ontwikkeling van kinderen van 4 t/m 19 jaar U wilt het beste voor uw kind: dat het gezond en gelukkig is, voor zichzelf opkomt en verstandige keuzes maakt. GGD West-Brabant helpt u daarbij zodat uw kind gezond en veilig opgroeit. Onder het motto ‘ieder kind in beeld’ zet de GGD West-Brabant zich dagelijks in met extra aandacht voor kinderen of gezinnen die dat nodig hebben. Jeugdgezondheidszorg kinderen van 4 t/m 19 jaar Vanuit de Wet Publieke Gezondheid is de GGD West-Brabant in uw gemeente verantwoordelijk voor de jeugdgezondheidszorg van kinderen van 4 t/m 19 jaar. Wij zetten ons dagelijks in om eventuele gezondheidsproblemen en –risico’s zo snel mogelijk op te sporen en zo veel mogelijk te beperken. Onder meer via deze gezondheidsonderzoeken houden wij, in nauwe samenwerking met school, zicht op de lichamelijke, geestelijke en emotionele ontwikkeling van kinderen en jongeren in West-Brabant. Zo ook op de gezondheidssituatie van uw kind. Gezondheidsonderzoeken De GGD West-Brabant onderzoekt jaarlijks op de basisschool alle kinderen van 5-6 jaar en van 10-11 jaar. In de tweede klas van het voorgezet onderwijs vindt het laatste gezondheidsonderzoek plaats. U en uw kind ontvangen automatisch een uitnodiging. De uitkomsten van ieder onderzoek sturen wij u steeds per post toe. Daarnaast noteren wij ze in het Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg van uw zoon of dochter. Het kan zijn dat wij u en uw kind uitnodigen voor een vervolgafspraak op de GGD. Soms overleggen wij graag met school of een andere partij naar aanleiding van de uitkomsten van het gezondheidsonderzoek. Dat gebeurt uiteraard altijd in overleg met u. Wat doen we tijdens het onderzoek? Het onderzoek vindt plaats op school. U hoeft hierbij niet aanwezig te zijn. De medewerker Jeugd en Gezin controleert bij uw kind de lengte en het gewicht. Uw kind hoeft hiervoor alleen de schoenen uit te doen. Op 5/6 jarige leeftijd controleert zij ook het gehoor en de ogen. Als hier aanleiding toe is controleert zij ook bij kinderen van 10/11 jaar het gehoor en/of de ogen. Voordat de onderzoeken beginnen, legt de medewerker Jeugd en Gezin in de klas uit wat zij gaat doen. Uw vragen en zorgen over de gezondheid en ontwikkeling van uw kind, die u eventueel heeft aangegeven op de vragenlijst, bekijkt zij uiteraard ook. Indien nodig nemen we daarover contact met u op. Wilt u toch graag aanwezig zijn bij het gezondheidsonderzoek? Neemt u dan contact op met het afsprakenbureau Jeugd en Gezin op telefoonnummer 076–528 2486.
31
Inentingen GGD West Brabant voert in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het Rijksvaccinatieprogramma uit. Jaarlijks vaccineren wij kinderen tegen veelvoorkomende ziekten zoals bof, mazelen en rode hond (BMR), difterie, tetanus en polio (DTP) en baarmoederhalskanker. Meer informatie: www.rivm.nl. Gaat u op vakantie? Gezond op reis begint bij de GGD. Wij bieden inentingen en advies op maat over maatregelen tegen malaria en andere infectieziekten. Niet alleen in verre oorden, maar ook in landen dichter bij huis kunt u besmet raken met bijvoorbeeld buiktyfus, gele koorts of tuberculose. Meer informatie: www.ggdwestbrabant.nl > Reizen. Jeugdgezondheidszorg op school Op basisscholen, in het voortgezet onderwijs en op de ROC’s zijn wij onder andere op de volgende manieren actief1: x Spreekuren voor leerlingen en hun ouders/verzorgers. x Advies en ondersteuning aan ouders/verzorgers (en de leerkrachten) van leerlingen die vaak afwezig zijn of met school dreigen te stoppen. x Deelname aan Zorg- en adviesteams waarin de leerlingen besproken worden die extra zorg nodig hebben. x Voorlichting en advies over en periodieke controle van hygiëne, veiligheid en een goede ventilatie op school. x Verschillende activiteiten gericht op onder andere gezonde voeding, beweging, weerbaarheid en seksualiteit. x Advies en ondersteuning bij een ingrijpende gebeurtenis of een melding van ongewenst gedrag op uw school (extern vertrouwenspersoon). 1
Het aanbod per school verschilt en is afhankelijk van de afspraken met gemeenten.
Waarvoor kunt u bij ons terecht? Zolang uw zoon of dochter gezond en gelukkig is, voor zichzelf opkomt en verstandige keuzes maakt, is er natuurlijk niets aan de hand. Maar heeft u twijfels of zorgen over de groei en de ontwikkeling van uw kind? Of over zijn of haar gedrag thuis of op school? Dan staan de jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen en doktersassistenten van GGD West-Brabant voor u klaar. Telefonisch, persoonlijk of per e-mail. Contact U kunt een telefonische of persoonlijke afspraak maken via het afsprakenbureau Jeugd en Gezin op telefoonnummer 076–528 2486. Of stuur uw vraag per e-mail naar
[email protected]. De medewerkers Jeugd en Gezin van GGD West-Brabant staan u graag te woord. Of neem een kijkje op onze website: www.ggdwestbrabant.nl, thema‘Mijn Kind’.
32
Koningslindes planten
Museumbezoek Jet en Jan
bij Kroonestede 2013
7. Ouders in de school 7.1. De betrokkenheid van ouders bij onze school De rol van de ouders binnen onze school is door de jaren heen onmisbaar geworden. Jaarlijks merken we nadrukkelijk op dat de aanwezigheid van hulpouders een noodzakelijk onderdeel van de schoolorganisatie is geworden. Daardoor is de realisatie van tal van activiteiten mogelijk. Dat geldt niet alleen voor de buitenschoolse activiteiten zoals bijv. sportdag, excursies, schoolkamp, verkeersexamen, EHBO, maar zeker ook voor het lesprogramma. Leesmoeders, computerouders, loco-moeders ondersteunen ons dagelijks. Kortom, zonder hulp van ouders zouden veel dingen op onze school gewoon niet gerealiseerd kunnen worden!
Jeugd EHBO lessen en examen 2013
Afrikaans dansen op de creadag 2013
33
7.2. Het belang van de betrokkenheid van ouders Ouders vertrouwen een belangrijk deel van de opvoeding en vorming van hun kind(eren) aan de school toe. Zonder wederzijdse betrokkenheid redden wij het als school natuurlijk niet. Het contact tussen de school en de ouders is de belangrijkste basis om kwalitatief goed, op ieder kind afgestemd, onderwijs te kunnen geven. We blijven als school graag met de ouders in gesprek en proberen door een aantal “contact-momenten” die betrokkenheid te bevorderen. De intentie van onze school is, aan de hand van op- en aanmerkingen van de ouders te bekijken, welke veranderingen we binnen de school kunnen realiseren om daardoor de kwaliteit van ons onderwijs verder te verbeteren. 7.3. Informatie aan ouders over ons onderwijs en de school ¾ Aan het begin van het schooljaar wordt er in elke groep een algemene informatieavond gehouden, waarop naast de kennismaking ook het een en ander over de leerstof en groepsregels wordt verteld. ¾ In november wordt er een informatieavond voortgezet onderwijs gehouden voor de ouders met kinderen in groep 8. ¾ De school heeft een eigen website waarop u actuele informatie en foto’s van activiteiten kunt vinden: www.lindenlommer.nl. ¾ Iedere twee weken verschijnt de INFO-flits, waarin informatie over actuele schoolzaken is opgenomen. ¾ Deze schoolgids is een middel om ouders te informeren over beleid dat gemaakt wordt om de kwaliteit van onderwijs te verbeteren en te werken aan onderwijskundig- en personeelsbeleid. De schoolgids kunt u vinden op de website van de school. Een papieren exemplaar ontvangt u op aanvraag. ¾ De Borgesius brede schoolgids kunt u vinden op de website van de school. ¾ Aan het begin van het nieuwe schooljaar ontvangt u de schoolkalender, waarop de informatie over de dagelijkse gang van zaken op school is te vinden. ¾ De oudervereniging organiseert jaarlijks in overleg met het team een algemene ledenvergadering. ¾ Tweemaal per maand is er tussen 15.30u en 16.15u. een inloopspreekuur. Tijdens het inloop – spreekuur hebben de ouders de gelegenheid kort van gedachten te wisselen met de leerkracht van hun kind. Ouders hoeven hiervoor geen afspraak te maken. 7.4. Hoe kunt u de vorderingen van uw kind volgen en bespreken Rapporten De kinderen van de groepen 1 (na min. 4 maanden onderwijs) en 2 krijgen aan het einde van het schooljaar een echt rapport, waarop de stand van de ontwikkeling duidelijk is af te lezen. In de groepen 3 tot en met 8 krijgen de kinderen drie keer per jaar een rapport. Het rapport doet verslag over de vorderingen en ontwikkelingen binnen de leergebieden. Daarnaast is er een overzicht van de toetsen uit het leerlingvolgsysteem. Dit geeft een extra, objectief beeld van de vorderingen van het kind. Rapportbesprekingen Naar aanleiding van het eerste rapport worden alle ouders uitgenodigd voor het zogenaamde 10-minuten-gesprek. Bij het tweede rapport kunnen zowel de leerkracht als de ouders het initiatief nemen tot een gesprek. De ouders worden gestimuleerd van dit gesprek gebruik te maken, wanneer ze daar om wat voor reden dan ook behoefte aan hebben. Niet alleen de resultaten hoeven bepalend te zijn!
34
Als de kinderen kort voor het derde rapport voor de laatste keer in het schooljaar hun werk mee naar huis brengen, kunnen de ouders nogmaals gebruik maken van een oudergesprek. Bij “enige twijfel” over het al dan niet overgaan van een leerling neemt de leerkracht ruim voordat het 3e rapport wordt meegegeven contact op met de ouders. Tijdens een rapportbespreking kunt u met de leerkracht nagaan of uw kind zijn/haar mogelijkheden goed benut, wat de sterke en minder sterke kanten zijn. De leerkracht kan met u bespreken welke extra zorg nodig is en op welke wijze de ouders daarbij zouden kunnen helpen. Oudergesprekken in groep 1/2 De oudste en middelste kleuters worden jaarlijks twee keer getoetst om inzicht te krijgen in hun vorderingen en schoolrijpheid. Ook deze toetsen worden tijdens de oudergesprekken met de ouders besproken. De uitslag is tevens een ondersteuning om een goed advies te kunnen geven of de kleuter naar groep 2 of 3 kan doorstromen. Verwijzingsgesprekken groep 8 In groep 8 worden alle ouders (samen met de leerling) uitgenodigd voor het verwijzingsgesprek. Bij dit gesprek zijn het advies van de leerkracht, de toetsuitslagen en het 2e rapport basis om te komen tot verwijzing naar het voortgezet onderwijs. Hockeyles kleuters en groepen 3 en 4
Aparte afspraak Wanneer ouders behoefte hebben aan een uitgebreid gesprek met de leerkracht, dan kan daarvoor altijd een afspraak worden gemaakt. Dit kan meestal op korte termijn geregeld worden. Mocht de leerkracht of de intern begeleider daar aanleiding toe zien, dan kan ook hij/zij de ouders uitnodigen voor een gesprek. In een dergelijk gesprek kunnen de schoolvisie en die van thuis met elkaar worden vergeleken. Hoe gedraagt uw kind zich thuis, in welke stemming komt uw kind thuis als hij/zij van school komt, zijn er problemen die van grote invloed zijn op het functioneren van uw zoon of dochter. Al deze informatie kan van groot belang zijn voor de leerkracht om de leerling beter te begrijpen en op zijn/haar mogelijkheden in te kunnen spelen. De leerkracht en /of intern begeleider maken van dit soort gesprekjes een kort verslag, dat ze toevoegen aan het dossier van de leerling, zodat er later nog eens naar teruggegrepen kan worden. De ouders krijgen altijd een kopie van dit verslag. Dus: ¾ Wilt u een persoonlijk gesprek met de leerkracht van uw kind dan kunt u altijd een afspraak maken. ¾ Als u een lid van het zorgteam of de intern begeleider wilt spreken, kunt u altijd een afspraak maken.
35
7.5. Het verstrekken van informatie aan niet met het ouderlijk gezag belaste ouders Ouders die niet met het ouderlijk gezag zijn belast, kunnen bij de directeur van de school een schriftelijk verzoek indienen om te worden geïnformeerd over belangrijke feiten en omstandigheden die de persoon van het kind en zijn verzorging betreffen, zoals rapporten en uitnodigingen voor ouderavonden. De directeur beslist of het schriftelijk verzoek om informatie kan worden ingewilligd. Een afwijzende beslissing wordt schriftelijk gemotiveerd. De informatie kan geweigerd worden als de informatie niet op gelijke wijze zou worden verschaft aan de gezaghebbende ouders of het belang van het kind door het verstrekken van informatie kan worden geschaad. Bij inwilligen van het verzoek wordt de informatie aan de niet-gezagdragende ouder toegezonden. 7.6. Overlegorganen De oudervereniging. De oudervereniging bestaat uit een vertegenwoordiging van ouders, die ondersteuning geeft bij de verschillende activiteiten op school. Er zijn regelmatig overlegmomenten tussen het dagelijks bestuur van de o.v. en de directeur van de school. Een teamlid is tijdens de o.v. vergaderingen aanwezig om geplande activiteiten door te spreken en informatie terug te spelen naar het team. De oudervereniging verleent haar medewerking aan vele activiteiten zoals vermeld staan in de schoolkalender. Gedurende het schooljaar voorzien ze de school van versieringen en hebben ze het schoolplein geadopteerd. Aan het begin van ieder schooljaar is er een algemene ledenvergadering waarop alle ouders van harte welkom zijn. Bij deze gelegenheid kunt u kennismaken met de leden en uzelf eventueel kandidaat stellen voor een functie binnen het bestuur van onze oudervereniging. De namen van de leden van de oudervereniging staan achter in de schoolgids. Om de activiteiten van de oudervereniging te bekostigen wordt er momenteel een vrijwillige financiële bijdrage van € 15,- per kind gevraagd. Dit bedrag wordt gebruikt om alle activiteiten te bekostigen. In het begin van het nieuwe schooljaar krijgt u hiervoor een betalingsverzoek. Het komt nogal eens voor dat ouders hun vrijwillige bijdrage vergeten wat helaas gevolgen heeft voor geplande activiteiten. Het bankrekeningnummer van de oudervereniging is: 1225.52.016 Cadeau 90 jarig bestaan namens de oudervereniging
De Medezeggenschapsraad Goed onderwijs is belangrijk voor de ontwikkeling van uw kind(eren). Het bestuur van de Borgesiusstichting is verantwoordelijk voor het onderwijs aan uw kind(eren). De overheid heeft via wetten het bestuur de mogelijkheid gegeven om die verantwoordelijkheid te kunnen nemen. Dat de overheid de inspraak van de ouders en personeel ook belangrijk vindt, blijkt uit de mogelijkheid die de overheid heeft gecreëerd.
36
De Medezeggenschapsraad (MR) is een dergelijk voorbeeld van een wettelijke regeling. Ook de Lindenlommerbasisschool heeft een MR. Deze bestaat uit 6 personen, 3 leden namens de ouders en 3 leden namens het personeel en de directeur als adviseur. De MR heeft een aantal plichten. Deze staan in het MR-reglement vermeld. Zo kan een MR adviezen geven aan het bestuur. Ten aanzien van bepaalde zaken heeft de MR instemmingsrecht. Dat betekent dat het bestuur een plan pas mag uitvoeren als de MR daarmee akkoord gaat. Daarnaast is er ook een GMR (gemeenschappelijke medezeggenschapsraad). Wat kan de MR van de Lindenlommer voor u betekenen? Het is onze missie om bij te dragen aan het optimaal functioneren van de Lindenlommerbasisschool. Wij willen ons sterk maken voor de belangen van leerlingen, ouders en personeel. Vanuit gelijkwaardigheid samen verantwoording nemen voor ontwikkelingen binnen de school. De visie van de MR is met kennis van zaken meedenken, samen werken en besluiten nemen betreffende ontwikkelingen binnen de school. De MR denkt ook mee over, en reageert op zaken welke extern van aard zijn maar wel invloed hebben of kunnen krijgen op de Lindenlommer. De achterban is betrokken en voelt zich mede verantwoordelijk voor de school. Als u vragen/opmerkingen/ideeën hebt over het beleid van de Lindenlommer kunt u naast de leerkracht of directie ook contact opnemen met de MR, via een van de leden of via de email:
[email protected] De MR bespreekt altijd beleidszaken betreffende de school. Dit is ook het verschil met de oudervereniging. Die verleent medewerking aan tal van activiteiten binnen de school. De MR streeft ernaar om 8 keer per schooljaar bij elkaar te komen voor een vergadering. Bij de vergaderingen kan de directie aanwezig zijn om advies en informatie te geven. In principe zijn deze vergaderingen openbaar.
MR schooljaar 2012-2013
37
Plannen van de MR voor het schooljaar 2013 – 2014: ¾ instemming/advies geven aan c.q. over besluiten die door het bestuur en directie jaarlijks worden genomen, t.a.v. bijvoorbeeld het schoolplan, het school specifieke zorgplan, het vakantierooster, de nascholing, meerjarenplan, Arbo-zaken, ICT-plan (Informatie -en Communicatietechnologie), bespreking budgets en de schoolbegroting; ¾ bespreken plannen die voor besluitvorming in de GMR aan de orde komen, bv. zorgplan, Weer Samen Naar School, Passend onderwijs, meerjarenbeleidplan, formatieplan; ¾ samenstellen jaarverslag; ¾ volgen en reageren op beleid wat door de algemeen directeur van de Borgesiusstichting wordt aangedragen, bv. kwaliteitszorg in de school, personeelsbeleid; ¾ bijzondere aandacht van de MR zal worden gegeven aan de plannen voor de huisvesting binnen de nieuw te bouwen brede school en de wijze van (vergaande) samenwerking tussen de verschillende participanten in de Brede School. Door actief mee te denken over het Programma van Eisen en het ontwerp, zal de MR zoveel mogelijk bijdragen aan de totstandkoming van een Brede School die zo goed mogelijk aansluit bij de wensen van de gebruikers: leerlingen én team.
Het kwaliteitsforum Ouders fungeren als ‘een kritische vriend’ voor de directie met het doel de kwaliteit van de School te behouden en te verbeteren. Zij doen dit door nauwkeurig te kijken naar de rapportage van de directie over een aantal belangrijke kwaliteitsindicatoren. Zij bevragen de directeur doordringend over juistheid van de analyse: waarom zijn de resultaten zoals ze zijn? Zij reageren op de voorgestelde verbetermaatregelen en geven zelf ook suggesties. Zij vragen na of de verbetermaatregelen die de directie plant daadwerkelijk worden uitgevoerd en of deze het gewenste resultaat opleveren. Het gesprek vindt plaats op basis van vertrouwen en gericht op de inhoud: ‘hard’, maar ook met ‘hart’ voor de eigen school. Precies zoals het een ‘kritische vriend’ betaamt: hardt met d/t Wilt u meer weten over het kwaliteitsforum, kijk dan op de website van de “Borgesiusstichting”, www.borgesiussichting.nl Het e-mailadres van het kwaliteitsforum van de Lindenlommer:
[email protected] 7.7. Zorg voor de relatie “school en omgeving” De school onderhoudt met heel veel personen en instanties contacten om zoveel mogelijk in te spelen op datgene wat er in de maatschappij, maar zeker ook in de dorpsgemeenschap leeft. Vandaar dat we goede contacten onderhouden met: ¾ Andere basisscholen (de directeur is lid van het Directieberaad, waarin de directeuren van de 18 scholen van de Stichting “Borgesius” samenwerken, de IB-ers en ICT-ers nemen deel aan de netwerkvergaderingen.). ¾ Peuterspeelzaal “Hummelhoeve”. ¾ Kinderdagverblijf “De Krullevaar”. ¾ Scholen voor speciaal basisonderwijs (vooral als er een verwijzing van een leerling plaatsvindt). ¾ Scholen voor speciaal onderwijs (REC 1 t/m 4) ¾ De onderwijsinspectie (belast met toezicht, maar ook adviserend).
38
¾ Gespecialiseerde bureaus voor leerling- en schoolbegeleiding. ¾ Avans hogeschool Brabant, sector pedagogisch onderwijs; de PABO “levert” jaarlijks stagiaires die bij ons op school praktijkervaring op komen doen. Zij verzorgen ook bijscholingscursussen ¾ Vanuit het Kellebeek College en het Vitaliscollege ontvangen wij stagiaires die zich bezig houden met de opleiding SPW of onderwijsassistentes. ¾ Vanuit de Hogeschool Rotterdam komt dit schooljaar een studente pedagogiek stage lopen. ¾ Het nieuw te vormen samenwerkingsverband in het kader van Passend Onderwijs. ¾ De Marktplaats Halderberge, die de scholen ondersteunt bij het opzetten van het culturele programma op de scholen. ¾ De parochie als het gaat om overleg over thema’s en zaken die zowel de kerk als de school betreffen: Eerste Communie, Vormsel, gezinsvieringen. ¾ De openbare bibliotheek voor o.a. het lenen van materiaal en leesbevorderings-projecten. ¾ De gezondheidsdienst (GGD afdeling Jeugdgezondheidszorg) geeft ondersteuning bij zaken m.b.t. gezondheidseducatie en onderzoeken kinderen. ¾ Het schoolmaatschappelijk werk vanuit de Markenlanden. Schoolmaatschappelijk werk is er voor kinderen met problemen op school, maar ook de thuissituatie kan erbij een rol spelen. 7.8. De overblijfmogelijkheden Wij bieden de mogelijkheid om op school over te blijven. Aan het begin van het schooljaar ontvangen de ouders een formulier, waarop kan worden aangegeven op welke dag(-en) een kind “vast” overblijft. Ook is het mogelijk incidenteel over te blijven. Wij bieden u de mogelijkheid om een “strippenkaart” te kopen, waarmee uw kind 10 keer kan overblijven. U kunt ook per keer betalen. De betalingsregeling kunt u vinden in de infokalender. Tevens vindt u daar de overblijfregels. Tijdens het overblijven worden de kinderen begeleid door ouders, die hiervoor zijn opgeleid. De kinderen van groep 1/2, de kinderen van de groepen 3 t/m5 en de kinderen van groep 6 t/m 8 blijven over in aparte ruimtes binnen de school. Bij mooi weer wordt er op het schoolplein gespeeld. Bij slecht weer kunnen er binnen spelletjes worden gedaan. De kinderen eten onder toezicht, krijgen van de school thee of melk aangeboden en er wordt gezorgd voor apart spelmateriaal. De poort wordt tussen de middag van kwart over twaalf tot één uur gesloten, zodat de overblijvers niet van de speelplaats af kunnen. Als een ‘vaste overblijver’ een keer niet overblijft, dient een ouder hiervan schriftelijk bericht te geven. Met het inleveren van het formulier moet het abonnementsgeld gestort worden op Raborekeningnummer 1225.12.189 t.n.v. Overblijfcommissie Lindenlommerbasisschool – Hoeven.
39
7.9. BuitenSchoolse Opvang (BSO).
Surplus Kinderopvang biedt u en uw kinderen opvangarrangementen bij u in de buurt. Surplus Kinderopvang is dichtbij, je kunt er te voet naartoe. Surplus Kinderopvang is actief, je kunt er heerlijk buiten spelen Surplus Kinderopvang is persoonlijk, je mag er jezelf zijn en doen wat jij leuk vindt. Uw kinderen van 0-4 jaar ontvangen wij graag in kinderdagverblijf de Krullevaar. Voor uw kinderen op de basisschool bieden wij vanuit bso Kamelot voorschoolse-, naschoolse en vakantie opvang gedurende het gehele jaar. Ook op roostervrije dagen van de school kunnen kinderen op de buitenschoolse opvang terecht, mits er voldoende aanmeldingen zijn. Buitenschoolse opvang (BSO) Voor en na schooltijd staat een enthousiast en professioneel team van pedagogisch medewerkers klaar om uw kinderen een leuke en actieve invulling van hun vrije tijd te geven in een ontspannen en gezellige sfeer.
Kinderdagverblijf De Krullevaar President van Rijenlaan 1 4741 DG Hoeven tel: 0165-502063
Buitenschoolse opvang locatie Kamelot President van Rijenlaan 1 4741 DG Hoeven tel: 0165-502063
Tussenschoolse opvang (TSO) Wij kunnen als organisatie TSO diensten aanbieden indien er voldoende vraag naar deze dienst is, zowel op verzoek vanuit de school maar ook op onze locatie. Wanneer u behoefte heeft aan tussenschoolse opvang van uw kind vragen wij u dit bij ons kenbaar te maken, dan kunnen we bekijken wat de mogelijkheden zijn.
40
Gastouderopvang Wij bieden tevens voor kinderen van 0 tot 13 jaar gastouderopvang. Deze vorm van opvang is flexibel, kleinschalig, persoonlijk en zoveel mogelijk afgestemd op de wensen van de ouder(s), de gastouder en het gastkind. De opvang vindt plaats bij de gastouder of bij u thuis. Aanmeldingen lopen via het gastouderbureau van Surplus Kinderopvang. Wij zijn een bekend, veilig en vertrouwd adres voor ouders en kinderen in de buurt van uw basisschool. Neem gerust eens contact met ons op om te zien of we iets voor u en uw kinderen kunnen betekenen. Het locatiehoofd en haar medewerkers ontvangen u graag en met trots in hun kindercentrum bij u in de buurt. Kijk voor meer informatie en inschrijven op www.surpluskinderopvang.nl Wij wensen u en uw kinderen een prettig schooljaar. Met vriendelijke groet,
KindercentrumKrullevaar/Kamelot
[email protected]
Surplus Kinderopvang Marianne Vermeiren, locatiehoofd
[email protected]
7.10. Klachtenprocedure Kwaliteit Iedere school probeert onderwijs van een goede kwaliteit te bieden. Het blijft echter mensenwerk. Daardoor kan bij u als ‘klant’ van de school wel eens een ontevreden gevoel ontstaan. Wat kunt u daar mee doen? Dat vertellen we u stap voor stap. Praat met de school Als ouder kunt u mee bouwen aan een open contact met de mensen op school. Geen gemor onder elkaar, geen zwijgen uit gemakzucht. Wanneer er iets is waar u vragen over heeft, of wat u niet lekker zit, kom er dan mee. Eerst probeert u het probleem uit te leggen aan de groepsleerkracht van uw kind. Lukt dat niet, of vindt u dat moeilijk, dan is er altijd nog de directie van de school waar u terecht kunt. In de meeste gevallen zal op deze manier aandacht aan uw vraag geschonken worden om uw ontevredenheid weg te nemen of te verminderen. Klachtenregeling Onze school heeft een klachtenregeling. Wanneer u een klacht heeft over de school of over een medewerker van de school, dan kunt u hiervan gebruik maken. Uitgangspunt van de klachtenregeling is dat klachten, problemen en vragen en dergelijke in eerste instantie worden aangekaart bij degene die direct met de kwestie te maken heeft. Een ouder met bij voorbeeld een klacht over een leerkracht of zijn/haar manier van lesgeven kan dus niet terecht bij de directeur of het algemeen management van de Borgesiusstichting, voordat de ouders het probleem hebben besproken met de betrokken leerkracht. Hiermee wordt voorkomen dat de positie van de leerkracht of diens gezag in de klas wordt ondermijnd.
41
Bij een klacht wordt het volgende stappenplan gevolgd: ¾ Stap 1: De ouders nemen de klacht rechtstreeks op met de leerkracht. ¾ Stap 2: Vinden de ouders en/of de leerkracht geen bevredigende oplossing voor het probleem, dan wordt de directeur van de school ingeschakeld. Deze kan overigens ook al in de eerste stap worden betrokken, maar alleen met instemming van beide partijen. Ook hier bestaat nl. het gevaar dat het gezag van de leerkracht wordt ondermijnd. ¾ Stap 3: Indien ook na het overleg met de directeur de kwestie niet bevredigend kan worden opgelost, wordt de zaak voorgelegd aan de algemeen directeur van de Borgesiusstichting. Deze zal in voortdurend overleg met de directeur de kwestie bekijken en hopelijk tot een oplossing kunnen brengen. Ook kan worden besloten om de aan de school verbonden vertrouwenspersoon in te schakelen. Deze zal in voortdurend overleg met alle betrokkenen nagaan of de klacht via bemiddeling kan worden opgelost. Momenteel zijn juf Marlies en meneer Frank onze vertrouwenspersonen. De vertrouwenspersoon luistert naar uw verhaal en kan in overleg met u twee dingen doen: ¾ Proberen te bemiddelen tussen u en de school. ¾ In ernstige gevallen of als bemiddeling niet lukt, zal de vertrouwenspersoon u aanraden een klacht in te dienen bij de klachtencommissie. Hij/zij zult u daar zo nodig bij helpen. Klachtencommissie De Borgesiusstichting is aangesloten bij een landelijke klachtencommissie. Hoe dat werkt staat omschreven in het reglement voor de klachtencommissie. Dit reglement is desgewenst op school te verkrijgen. Bij de klachtencommissie worden in principe allerlei soorten klachten behandeld. Voor bepaalde klachten gelden aanvullende spelregels. Bij vermoeden van een zedenmisdrijf zijn leerkrachten verplicht dit aan het bestuur te melden. Het bestuur moet in een dergelijk geval aangifte doen bij justitie. In dit soort zaken kan het bestuur advies krijgen van een speciale vertrouwensinspecteur. Samen komen we er wel uit Het hele verhaal klinkt zwaar. Het is een weg die, wanneer dat nodig is, zeker bewandeld moet worden. Gelukkig geldt voor verreweg de meeste ontevredenheden dat we er samen wel uit komen. Bij een positief contact tussen ouders en school worden een heleboel problemen in een vroeg stadium waargenomen, besproken en opgelost. 8. Steeds op zoek naar kwaliteitsverbetering. Op een aantal manieren werkt de Lindenlommerbasisschool aan verdere kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden, bijscholing van het personeel, het consequent volgen van de resultaten van de leerlingen en het verder ontwikkelen van het onderwijs met behulp van het schoolplan en een uitgebreid zorgplan dat voortdurend in ontwikkeling is.
42
8.1. Invoeren nieuwe methoden en werkwijzen. In het schooljaar 2013-2014 gaan we ons als team richten op de volgende items: ¾ Verder perfectioneren van handelingsgerichte procesdiagnostiek. ¾ Verder invoeren van groepsplannen voor begrijpend lezen in het kader van Passend Onderwijs. ¾ Perfectioneren van het werken met Ontwikkelingsperspectief. ¾ Verder uitbreiden van de vernieuwde methode voor technisch lezen in de groepen 7 en 8: Leesparade. ¾ Verdere oriëntatie op computerprogramma’s en het gebruik van de computer in de klas en in de remedial teaching. ¾ Via het leerlingvolgsysteem analyseren van de gemaakte toetsen en het aanpassen van de leerstof n.a.v. de geconstateerde onderwijsbehoeften per groep en per leerling. ¾ Verdere uitbouw van het cultuurprogramma en het techniekprogramma. ¾ Verder ontwikkelen van interne coaching. ¾ Verdere oriëntatie op nieuwe leerstof en materialen voor meerbegaafde leerlingen. ¾ Ervaringen opdoen met het werken in de Plusklas.
Recycle project groep 8
8.2. Het personeel De leerkrachten besteden veel tijd aan samenwerking en overleg. Wekelijks is er een teamvergadering of werkgroep- of bouwvergadering. Het zorgteam komt minimaal zes keer per schooljaar bij elkaar. Het is belangrijk, dat de leerkrachten zo veel mogelijk weten in te spelen op het niveau van de kinderen. De leerkracht zal extra zorg bieden aan kinderen die dat nodig hebben. Naast de gebruikte methoden wordt er soms een aangepast programma gevolgd. De teamleden volgen jaarlijks cursussen om hun taak beter te kunnen verrichten. Het team wordt begeleid bij het oriënteren op nieuwe methoden en de invoering daarvan.
43
8.3. Het schoolplan Het schoolbeleid op onderwijskundig gebied en personeelsterrein en de kwaliteitszorg staat beschreven in het schoolplan. Dit plan moet elke vier jaar opnieuw vastgesteld worden. Het plan voor de jaren 2012 t/m 2016 is vastgesteld en ligt ter inzage op school. 8.4. Het zorgplan We hebben de afgelopen jaren erg veel tijd en aandacht besteed aan de wijze waarop wij de zorg voor de leerling vorm willen geven. Het zorgteam stelt haar activiteiten telkens bij om zo optimaal mogelijk hulp te kunnen bieden aan die leerlingen die dat erg nodig hebben. Dit alles staat beschreven in het zorgplan. 9. School- en vakantietijden 9.1. Schooltijden voor de groepen 1 tot en met 8 Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag zijn de schooltijden voor de groepen 1 tot en met 8: ¾ 's ochtends: van 08.45 uur tot 12.00 uur ¾ ‘s-middags: van 13.15 uur tot 15.30 uur ¾ 's woensdags: van 08.45 uur tot 12.15 uur De kinderen van groep 1/2 hebben dit schooljaar totaal 20 extra vrije dagen; De groepen 3/4 hebben dit schooljaar totaal 5 extra vrije dagen. Dit noemen we de collectieve compensatiedagen. U kunt ze vinden op de schoolkalender. 9.2. Vakantierooster schooljaar 2013-2014 Herfstvakantie: 14 t/m 18 okt. 2013 Kerstvakantie: 23 dec. 2013 t/m 3 jan. 2014 Voorjaarsvakantie: 3 t/m 7maart. 2014 Borgesiusdag: 26 maart 2014 Pasen: 18 t/m 21 april 2014 Meivakantie: 28 april t/m 9 mei 2014 Studiemiddag: 12 nov. 2013 en 15 mei 2014 Hemelvaart: 29 en 30 mei 2014 Pinksteren: 9 juni 2014 Zomervakantie: 14juli t/m 22 aug. 2014 Extra vrije dagen voor de groepen 1/2: 2 t/m 4 juni 2014 (i.v.m. schoolkamp)
Voedings- en bewegingsproject groep 7, 2012-2013
44
9.3. Verantwoording verplichte onderwijstijd De overheid heeft bepaald hoeveel uren de kinderen van een basisschool per jaar ten minste naar school moeten. Verdeeld over acht schooljaren moeten de kinderen 7520 uur naar school. Op onze school is dat gemiddeld 7540 uur. huidige groep 7 6 5 4 3 2 1
20122013 991,00 991,00 991,00 958,00 958,00 877,50 877,50 uren tot nu toe
huidige groep 7 6 5 4 3 2 1
6647,25 5641,75 4641,75 3649,25 2694,50 1743,00 877,50
20112012 984,50 984,50 951,50 951,50 871,00 865,50
20102011 990,00 946,00 946,00 865,50 865,50
gepland gepland 2013-2014 20142015 20112012 985,50 985,50 984,50 985,50 984,50 958,00 984,50 958,00 950,00 877,50 950,00 877,50 950,00
20092010 954,75 954,75 874,25 874,25
gepland 20152016 20122013
984,50 984,50 990,00 990,00 950,00
20082009 959,5 879,0 879,0
20072008 886,5 886,5
20062007 881,0
gepland 20162017 20132014
984,50 990,00 990,00 990,00
over / te kort in 8 jaar
990,00 990,00 990,00 990,00 990,00
990,00
112,75 uren over 91,75 uren over 76,25 uren over 40,75 uren over 52,5 uren over 10,5 uren over 95 uren over
9.3. Verlof De toekomst van uw kind Onderwijs is van groot belang voor de toekomst van uw kind. Onderwijs vergroot de kansen in de maatschappij van morgen. Het is daarom erg belangrijk dat uw kind alle lessen op school volgt. De Nederlandse overheid heeft in de “Leerplichtwet 1969” vastgelegd dat ieder kind naar school moet. In die leerplichtwet staat dat het de taak van de ouders is om te zorgen dat het kind iedere dag naar school gaat. Een leerling mag nooit zomaar van school wegblijven. U dient uw verzoek voor verlof altijd in te dienen bij de directeur van de school. Dit dient schriftelijk te gebeuren. Het hiertoe ontworpen standaardformulier is op school te verkrijgen of te downloaden van de website. Zie verder de Borgesius Kerstlunch 2012 brede schoolgids.
45
9.4. Geoorloofd en ongeoorloofd verzuim Ziekteverzuim Het kan voorkomen dat uw kind wegens ziekte tijdelijk niet naar school kan. Meld in dat geval uw kind ’s morgens tijdig ziek, zodat de school weet wat de reden en de vermoedelijke duur van het verzuim is. Ongeoorloofd schoolverzuim Verlof dat zonder toestemming van de directeur of de leerplichtambtenaar wordt opgenomen, wordt aangemerkt als ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur van de school is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden, die vervolgens een onderzoek naar de reden van het verzuim zal instellen. Afhankelijk van zijn/haar bevindingen kan er een proces-verbaal opgemaakt worden. Bij ongeoorloofd verzuim voor vakantie onder schooltijd wordt altijd proces-verbaal opgemaakt. Slotopmerking namens de directies van de Borgesiusscholen Houdt u zich a.u.b. aan deze wettelijke voorschriften. Dit voorkomt teleurstellingen en eventuele problemen. De leerplichtwet moet helpen ongeoorloofd schoolverzuim tot het uiterste te beperken. De school is verantwoordelijk voor het onderwijs aan de, bij haar ingeschreven, leerlingen. Een nauwkeurige absentieregistratie moet de school helpen hieraan te werken. Ook het zorgvuldig beoordelen van verzoeken om extra verlof hoort daarbij. Aan ouders vragen wij met klem zich zoveel mogelijk te richten naar de vakantieperiodes zoals die in deze schoolgids zijn opgenomen.
Toestemming voor extra verlof Wanneer u extra verlof voor uw kind wilt aanvragen moet u daarbij gebruik maken van een verlofaanvraagformulier dat bij de groepsleerkracht is op te vragen. Gelieve het verzoek bijtijds (ten minste 2 weken van tevoren) bij de directie in te dienen. U krijgt dan zo snel mogelijk bericht. 10. Praktische informatie 10.1. Ziekmelden van uw kind Als uw zoon/dochter ziek is of vanwege een bezoek aan een dokter later op school komt, kunt u dit bij voorkeur voor kwart voor negen doorgeven aan de school. Graag naam en groep vermelden. (telefoon school: 0165-505086) Wanneer er om negen uur geen melding is binnengekomen, zal de school contact zoeken om te informeren, wat de reden van afwezigheid is. Wilt u zo min mogelijk broertjes of zusjes laten melden dat één van de kinderen ziek is. Dit wordt nogal eens vergeten ! Wilt u het bezoeken van huis- of tandarts of een medisch specialist zoveel mogelijk buiten schooltijd plannen. Als dat bezoek toch onder schooltijd plaatsvindt, wilt u dan de leerkracht hiervan mondeling of schriftelijk in kennis stellen. Ouders, die beiden werken, worden verzocht om naam en telefoonnummer door te geven van iemand die (bijvoorbeeld bij ziekte) onder schooltijd bereikbaar is.
46
10.2. Vervanging bij ziekte/afwezigheid van leerkrachten De school doet er alles aan om het onderwijsproces zo lang als verantwoord is te continueren, maar zal mogelijk toch op enig moment tot een andere oplossing komen. Wat doen we bij ziekte: ¾ uit de vervangingspool van centrum personeelsvoorziening West-Brabant worden mensen benaderd om te komen vervangen; ¾ aan de parttimers wordt gevraagd om te komen invallen; ¾ een aanwezige 4e jaars stagiaire wordt onder verantwoordelijkheid van de directeur voor de betreffende groep geplaatst; ¾ we schuiven met compensatiedagen. De vervanger van een collega, die compensatie heeft vervangt de zieke leerkracht en de leerkracht die eigenlijk compensatie heeft komt in de eigen groep lesgeven; ¾ leerkrachten met andere taken worden voor de betreffende groep geplaatst (eerst de intern begeleider, vervolgens de remedial teacher en daarna de onderwijsassistent); ¾ de schoolleiding vervangt tijdens de ambulante tijd voor ten hoogste een week; ¾ de kinderen uit de groep van de afwezige leerkracht worden opgedeeld over andere groepen, of parallelgroepen worden tijdelijk (ten hoogste voor één week) samengevoegd; ¾ de ouders van niet-leerplichtige kinderen (4 jarigen uit groep 1) wordt gevraagd hun kinderen voor ten hoogste een week thuis te houden. Daardoor kunnen de kinderen uit groep 2 worden samengevoegd; ¾ als na 2 weken aaneengesloten afwezigheid van een leerkracht geen permanente oplossing voor handen is zal naar een combinatie van de hierboven besproken mogelijkheden worden gezocht. 10.3. Mobiele telefoons, spelcomputers en Mp-3 spelers Bovenvermelde zaken bieden tegenwoordig veel digitaal vertier en het is geweldig om de voor verjaardag gekregen mobiele telefoon of muziekspeler in zakformaat aan je juf of je meneer te laten zien. Buiten bovenvermelde uitzondering zijn op onze school en op ons schoolplein geen mobiele telefoons, spelcomputers en mp-3 spelers toegestaan. Op de Lindenlommer zitten ook enkele kinderen die op de weg van school naar huis en van huis naar school fietsend een behoorlijke afstand moeten afleggen. Indien zij van een mobiele telefoon gebruik willen maken, wordt dat eerst met de ouders afgesproken. De mobiele telefoon wordt dan ’s morgens aan de leerkracht gegeven. 10.4. De fietsenstalling In verband met de kleine fietsenstalling geven we een grens aan, zodat iedereen weet of hij/zij wel of niet met de fiets naar school mag komen! Leerlingen mogen met de fiets naar school komen als ze aan één van onderstaande regels voldoen: ¾ Als je aan de Arnoutlaan woont of er voorbij ¾ Als je voorbij de Halderbergselaan, de Sprangweg woont ¾ Als je aan of voorbij de Hoge Akker woont ¾ Als je aan de Bovendonksestraat woont of er voorbij. ¾ Als je in groep 8 zit.
47
Verkeersweek 2012
10.5. Parkeren voor de school De situatie voor de school wordt er door de wachtende ouders in auto’s en op fietsen zeker niet veiliger door. Om de veiligheid van alle kinderen zoveel mogelijk te waarborgen verzoeken we iedereen vriendelijk en dringend de uitgang van de school zo veel mogelijk vrij te houden. Door de grote drukte van auto’s en fietsen is er nauwelijks overzicht … en dus gevaar! Wij verzoeken u op loopafstand van school te parkeren en niet voor de school. 11. Namen en adressen 11.1. Stichting Borgesius Het Borgesius Huis Algemene directie: Dhr. J.v.d. Buys en dhr. J. Krebbekx, Markt 32, 4731 HP Oudenbosch Telefoon: 330894 11.2. Het kwaliteitsforum Lindenlommerbasisschool Margriet Visser Marijke Heyens Christian v.d. Linden Jolanda Valentijn Marjon de Gronckel Rosine Schepers
Lenia Lips
11.3. De medezeggenschapsraad oudergeleding: Peter Wapstra Hans Venneman, Ellen Mey teamgeleding: Eline van Hassel Henriette van de Koedijk Anke de Jong adviseur: Marjon de Gronckel,
voorzitter MR, tevens lid GMR lid
leerkracht groep 7a secretaris MR leerkracht groep 6 leerkracht groep 5a/8a directeur
48
11.4. GMR Voorzitter: Natasja Buckens –Gubbels en Aukje Nooijens,
[email protected] Secretariaat: Brenda Maas,
[email protected] 11.5. De overblijfouders Maandag: Mevr. v Geel Mevr. Goossens Mevr. Mol Mevr. Roozen
Dinsdag: Mevr. Braspenning Mevr. Goossens Mevr. v Geel Mevr. Roozen
Donderdag: Mevr. Goossens Mevr. v Geel Mevr. Mol Mevr. Roozen
Vrijdag: Mevr. Braspenning Mevr. Goossens
11.6. De verkeersouders Monique Wijnen en een vacature. 11.7. De oudervereniging Nicole v.d. Ven Inge v. Rie Wendy Lips Mieke van Loon Linda Matijsen Debby Mallens Desiree Dankers Vanessa Vergouwen Carrisima Paauwe
voorzitter secretaris penningmeester Joan Braspenning Marieke v.d. Meijden Deliana v.d. Wegen Patricia Roozen Angelique Simon
Ingrid van Baal Anita Michaël Linda Hendrikx Myrian v. Burik
11.8. Inspectie basisonderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: tel. 0800-8051 (gratis) Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-1113111 (lokaal tarief) 11.9. Vertrouwenspersonen binnen de school: Marlies van Beek en Frank Rockx. 11.10. Jeugdgezondheidsdienst (GGD afd.JGZ) GGD West-Brabant, tel.: 076-5282000 Schorsmolen 6 Breda Postadres: Postbus 3369 4800 DJ Breda Jeugdarts: Mevr. S. Voets Jeugdverpleegkundige : Mevr. L.Andeweg
49
11.11. De Kindertelefoon tussen 14.00 (twee) en 20.00 (acht) uur:
Telefoon: 0800-0432
11.12. Adres van de klachtencommissie Klachtencommissie voor het katholiek onderwijs, Postbus 82324, 2508 EH Den Haag WIE is WIE OP DE Lindenlommerbasisschool in Hoeven?
Marjon de Gronckel directeur
Rosine Schepers adjunct-directeur intern begeleider
Anke Beljaars Groep 1/2a
Lia Verkooyen Groep 1/2b
Nel v.d. Berg Groep 1/2b (do) Groep 1/2a (vrij)
Honorée Rampaart Groep 1/2c (wo/do/vr)
Vivian Aerts Groep 1/2c(ma/di) Groep 5a (wo/do) Groep 3a (vrij)
Carina v.Aert Groep 3a zorgteam
Bep Hagenaars Groep 3/4b (ma/di/wo)
Toos v.d. Klundert Groep 3/4b (do/vr)
Winy v. Nieuwenhuyzen Frank Rockx Groep 4a Groep 8b (ma/di/wo/vr) (di/wo)
50
Sakia de Wilde Groep 5a(ma/di/vr) Zorgteam
Henriëtte v.d. Koedijk Groep 6a
Jac Vergouwen Leerkracht
Anke de Jong Groep 7a (do) Groep 8a (vr)
Eline van Hassel Groep 7a Zorgteam
Helma Goossens Conciërge Interieurverzorgster
Marlies v. Beek Groep 5/6b (ma/di/wo/do)
Sakia Halters Groep 8b
Martine Embregts Groep 5/6b (vr) Groep 4a (do) Zorgteam (ma)
Ingrid Gevers Groep 8a (ma t/m do)
Dymph van Geel Interieurverzorgster
51