het tijdperk van de
ROMANTIEK De ontdekking van het eigene
Duitsland als cultuurnatie: Novalis: ‘Duitsland loopt langzaam maar zeker vóór de andere Europese landen uit. Terwijl deze het druk hebben met oorlog, speculatie en partijpolitiek, ontwikkelt de Duitser zich vol ijver tot deelgenoot van een hogere cultuur, en die voorsprong moet hem in de loop der tijd een aanzienlijk overwicht over de anderen bezorgen’
Friedrich Schiller: ‘Mag de Duitser op dit moment, waarop hij roemloos uit het tranendal van een oorlog huiswaarts keert, (…) mag hij zich beroemen en verheugen op zijn naam? (…) Ja, dat mag hij! Het Duitse Rijk en de Duitse Natie zijn twee dingen. De majesteit van de Duitser rustte nooit op het hoofd van zijn vorst. Terzijde van het politieke heeft de Duitser zijn eigenwaarde gevestigd, en ook als het imperium ten onder zou gaan, bleef de Duitse waardigheid onaangevochten (…) Zij is een zedelijke grootheid, zij huist in de cultuur’
Historische context: ware poëzie ontstaat in een ongekunstelde maatschappij → dicht bij de natuur, weinig complex Alleen in een dergelijke maatschappij gebeuren nog wonderlijke en onverwachte dingen die het gemoed direct beroeren en is de taal nog in een stadium van ongevormdheid die haar een natuurlijk, hartstochtelijk en sterk beeldend karakter geeft centrale rol voor barden en dichters Orpheus → zanger, wetgever, filosoof
Blindheid Homerus: innerlijke (door de goden gegeven) inspiratie → extatisch: profetisch en godgelijk
Vergilius
Vergilius → formalistisch, gekunsteld Homerus → natuur zelf komt aan het woord
Homerus’ werk: ‘het grote drama van het leven, opgevoerd voor onze ogen’
Zou de archaïsche, middeleeuwse westEuropese cultuur ook een Homerus hebben kunnen voortbrengen…?? Geen sporen van…
Johan Jakob Bodmer
1748 → ontdekking van de Codex Manesse (of het Manessische Handschrift), een verzameling middeleeuwse ‘minneliederen’ door o.a. Wolfram von Eschenbach en Walther von der Vogelweide
Johan Jakob Bodmer
1755 → ontdekking van het Nibelungenlied, een ridderepos over de daden van Siegfried ten tijde van de Volksverhuizing
Johan Jakob Bodmer
Homerus vs Nibelungenlied: voorkeur voor de Germaanse helden met hun ‘gevoelens van eer, edelmoedigheid en rechtschapenheid die wij in die opvallende vorm niet bij Homerus’ helden aantreffen’
Fragments of Ancient Poetry collected in the Highlands of Scotland (1760) Fingal, an Ancient Epic Poem (1762) Temora, an Ancient Epic Poem (1763)
The Works of Ossian (1765)
Hugh Blair (1763)
↔ Zuiden: dichter van helderheid, licht en levenslust; Levendig en vrolijk (bijzaken);
Beschrijvend, buitenkant; ↓ Klassieke cultuur van het Zuiden was vrolijk maar oppervlakkig
Noorden: dichter van duisternis, somberheid en pijn; Sobere, plechtige eenvoud (‘mythologie van de menselijke natuur’); Beschouwend, het innerlijk rakend; ↓ Keltische cultuur van het Noorden was melancholiek en diepzinnig
Ossian begroet de gevallen Franse helden, Anne-Louis Girodet (1805) Ossian en Malvina, Johann Peter Krafft (1810)
De droom van Ossian Jean Auguste Dominique Ingres (1813)
Bewonderaars: Napoleon, Diderot,Thomas Jefferson, Johann Gottfried Herder e.a. Invloed op o.a. Walter Scott, Klopstock, Goethe Vertalingen in het Frans (tussen 1762 en 1777), Duits (1768-69), Deens ((1790) en Zweeds (1794-1800).Vervolgens vertalingen in het Italiaans, Spaans, Russisch, Nederlands, Pools, Hongaars, enz.
De opera Ossian, ou Les bardes van Le Sueur (1804) was een enorm succes en zorgde voor uitverkochte zalen in de Parijse Opera. Franz Schubert zette een aantal gedichten uit de Ossian op muziek. Felix Mendelssohn bezocht in 1829, geïnspireerd door Ossian, de Hebriden en schreef vervolgens zijn Hebrides Overture, beter bekend als ‘Fingal's Cave’.
‘Ossian heeft in mijn hart Homerus verdrongen’ Werther citeert Ossian: ‘Morgen zal de zwerver komen, hij die mij zag in mijn schoonheid zal komen, zijn ronddwalend oog zal mij zoeken in het veld en hij zal mij niet vinden’ ↓ gedoemde liefde
↔ ZUIDEN OUDHEID ROME OUD,VERMOEID CLASSICISTEN
NOORDEN MIDDELEEUWEN BARBAREN JONG, VITAAL ROMANTICI
Mme de Staël (1766-1817)
‘Mij lijkt de lucht in dit land U niet wel te bekomen, en wij zijn nog niet zo diep gezonken dat wij onze modellen zouden moeten zoeken bij de volkeren die U bewondert. Uw laatste boek is uitgesproken onfrans...’
Mme de Staël (1766-1817)
August Wilhelm Schlegel
Friedrich Schiller, Goethe, Christoph Wieland
Mme de Staël (1766-1817)
‘Griekse onderwerpen zijn uitgeput’ Franse universeel-classicisme vs nationaalmiddeleeuwse principe van de Duitse cultuur
Mme de Staël (1766-1817)
Johann Wolfgang von Goethe
Johann Gottfried von Herder
‘Geen groter kwaad kan een natie worden aangedaan dan beroofd te worden van haar nationale karakter, de eigenaardigheid van haar aard en haar taal’ Über die neue deutsche Literatur (1768/‘69)
IDENTITEIT GESCHIEDENIS
TAAL
Über die neue deutsche Literatur (1768/‘69)
(1778-1798)
Auszug aus einem Briefwechsel über Ossian und die Lieder alter Völker (1773)
‘Zoals de boom zich ontwikkelt uit de wortel, zo moet ook de voortgang en de bloei van een kunst uit de oorsprong worden afgeleid. De oorsprong bevat in zich het hele wezen van het eindproduct’
‘Dit boekje moet te vinden zijn in elk huis waar frisse mensen wonen, aan het venster, onder de spiegel of waar zang- en kookboeken ook plegen te liggen’
1805 - 1808
Wilhelm Karl Grimm (1786-1859) en Jacob Ludwig Karl Grimm (1785-1863)
De gebroeders Grimm op bezoek bij Dorothea Viehmann
(1812-1822)
Kassel (b); Hanau (r)
‘Wanneer door storm… …in het eerste morgenrood’
Traditie van Herder: Het oudste verleden van een volk vertegenwoordigt het beste daarvan… ‘Hessen, als bergachtig land, ver van de grote wegen en voornamelijk agrarisch, heeft het voordeel de oude gebruiken en overleveringen beter te kunnen behoeden. Een zekere ernst, een gezonde, flinke en dappere aard, die in de geschiedenis niet onopgemerkt zal blijven, zelfs de rijzige en goedgevormde gestalte der mannen in deze omgeving, die de eigenlijke woonplaats der Chatten was, zijn op deze wijze bewaard gebleven. Het gebrek aan comfort en elégance in tegenstelling tot andere landen, dat men bijvoorbeeld uit Saksen komend, heel spoedig opmerkt - lijkt eerder een winstpunt. Dan ondervindt men ook, dat de weliswaar ruigere, maar vaak verrukkelijke omgeving evenzeer bij het geheel behoort als een zekere strengheid en soberheid in de levenswijze. In ieder geval moeten de Hessen tot die volkeren van ons vaderland gerekend worden, die ondanks alle veranderingen in de loop der tijden, het meest zowel aan hun oude woonplaatsen als aan het karakteristieke van hun wezen hebben vastgehouden’
Duitsland als cultuurnatie: Novalis: ‘Duitsland loopt langzaam maar zeker vóór de andere Europese landen uit. Terwijl deze het druk hebben met oorlog, speculatie en partijpolitiek, ontwikkelt de Duitser zich vol ijver tot deelgenoot van een hogere cultuur, en die voorsprong moet hem in de loop der tijd een aanzienlijk overwicht over de anderen bezorgen’
Friedrich Schiller: ‘Zij is een zedelijke grootheid, zij huist in de cultuur’ Novalis: ‘Elk volk heeft zijn dag in de geschiedenis, maar de dag van de Duitser is de oogst van heel de tijd’
Feest op de Wartburg, oktober 1817
‘Ehre, Freiheit,Vaterland’
Symbolische verbranding van voorwerpen en boeken, waaronder een Frans wetboek, het boek Geschichte des deutschen Reichs van August von Kotzebue (die in 1819 zou worden vermoord), de Germanomanie van de Joodse auteur Saul Ascher, en ook militaire kleding en een pruik uit Pruisen, Hessen en Oostenrijk.