SchoolBeleidsPlan 2012 - 2015 Directie eenheid: TalentStad Zwolle Agnieten College Zwartsluis De Boog Zwolle
Opgesteld door
:
J. Kroon en M.L.Siemelink-Amse
Versie
:
Definitief
Datum
:
September 2012
Referentie
:
H…..\Organisatie\Rectoraat\Locatiebeleid\Schoolbeleidsplan 2012-2015
© 2012 TalentStad
INHOUDSOPGAVE
Voorwoord ........................................................................................................... 3 Onze opdracht ..................................................................................................... 4 1.
Schoolprofiel .............................................................................................. 6 1.1 1.2 1.3 1.4
Perspectief ............................................................................................... 6 Waar zetten we op in voor 2012-2015 ......................................................... 6 De docent is cruciaal voor goed onderwijs. Investeren in professionaliteit. ....... 6 Leerlingen behalen goede prestaties op de kernvakken en worden breed gevormd .................................................................................................. 7 1.5 Excellentie bevorderen: het begeleiden van leerlingen naar persoonlijk excelleren vanuit het concept TalentStad ..................................................................... 8 1.6 Docenten signaleren verschillen tussen leerlingen en gaan hier op een adequate wijze mee om. ......................................................................................... 10 1.7 Opbrengstgericht werken .......................................................................... 11 2.
Beleid ....................................................................................................... 12 2.1 Kwaliteitszorg .......................................................................................... 12
3.
Locatieprofiel............................................................................................ 14 3.1 TalentStad Zwolle .................................................................................... 14 3.2 Agnieten College Zwartsluis ....................................................................... 14 3.3 De Boog Zwolle ........................................................................................ 14
BIJLAGE 1:
Onderwijsvisie .............................................................................. 15
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
Voorwoord Beste lezer: collega, ouder en verzorger, MR-lid, CvB-lid, RvT-lid, Voor u ligt het Schoolbeleidsplan van de eenheid TalentStad Zwolle, Agnieten College Zwartsluis en De Boog Zwolle. Een beleidsplan dat niet alleen voortbouwt op de ontwikkelingen die gedurende de voorgaande jaren zijn ingezet, maar ook een document dat weergeeft voor welke ambities we ons gesteld weten. In het algemeen bestaat een beleidsplan uit plannen en voorgenomen acties. Een beleidsplan maakt echter tevens deel uit van een kwaliteitscyclus die mogelijkheden aanreikt tot goede evaluatie van de opbrengsten en bijstelling van de plannen. Tegelijkertijd vragen onze omstanders steeds vaker om verantwoording van ons handelen. Dit schoolbeleidsplan is dan ook ingericht op concreet te realiseren doelen. We starten dit beleidsplan met de opdracht die we als onderwijs in het algemeen en als eenheid in het bijzonder hebben, dit vanuit een maatschappelijk perspectief. Vervolgens presenteren wij ons schoolprofiel en verwoorden wij de ambities die wij als eenheid hebben voor de periode 2012-2015. Deze ambities worden vertaald in streefdoelen die gelden voor de eenheid als geheel en de locaties in het bijzonder. Buiten de kaders van dit beleidsplan vallen de teamplannen, die jaarlijks in de teams worden opgesteld, in lijn met de ambities geformuleerd in dit schoolbeleidsplan. We hopen dat bestuur, teams en medewerkers, ouders en MR, ons en elkaar bevragen of we de goede dingen doen en tevens of we de dingen goed doen.
Jan Kroon & Marlous Siemelink-Amse Directieteam TalentStad Zwolle, Agnieten College Zwartsluis en De Boog Zwolle.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
Onze opdracht Kortweg kan gezegd worden dat we met elkaar de opdracht hebben om de missie van de school te waarborgen. De scholen van Landstede VO willen toonaangevende scholen voor voortgezet onderwijs zijn. Een school waar leerlingen en medewerkers met plezier werken. Bijzonder onderwijs in de dubbele betekenis: herkenbaar waardengericht met een uitgesproken onderwijskundig profiel. In onze keuzes laten we ons als eenheid leiden door: Waardengerichtheid… De bestaansreden van de school ligt in het delen van christelijke waarden. Onze diepste overtuiging leent zich niet voor overtuigen maar is er om te delen. De aanpak die we kiezen stimuleert mensen eigen standpunten te ontwikkelen en te toetsen aan die van anderen. Deze aandacht voor waarden bindt de locaties van Landstede. Onze eenheid wil op een eigen manier invulling geven aan deze opdracht, verbonden aan de gemeenschap waarin zij staat en verbonden met de mensen die er werken. We bedienen immers verschillende groepen en stammen uit verschillende tradities. Juist deze aandacht voor waarden zien wij als een mogelijkheid om de eigenheid van onze eenheid vorm te geven. Missie… Landstede werkt vanuit een christelijke inspiratie aan de opdracht het talent van deelnemers en medewerkers te ontwikkelen en wil als instelling van maatschappelijke waarde zijn. Kernbegrippen zijn: o Talentontwikkeling o Respect voor eigenheid o Ontmoeting o Zingeving o Verantwoordelijkheid Waardering… Ieder mens – met sterke en zwakke kanten – is waardevol. De unieke combinatie van voelen, denken en handelen is het waard om optimaal ontwikkeld te worden. Daarom bevorderen we dat medewerkers en leerlingen elkaar met respect behandelen. Deze visie heeft ook betekenis voor de omgeving van de school en de wijze waarop we ons verantwoorden. We dragen graag bij aan een betere samenleving. Christelijk onderwijs is echter vooral goed onderwijs, zei Abraham Kuyper al. Het komt er dus vooral op aan de uitnemendheid in kwaliteit te stimuleren. Onze visie op leren, die zijn uitwerking al krijgt in de beleidslijnen van bijvoorbeeld Talentvol Ontwikkelen, TalentStad en de samenwerking met andere VO scholen, versterkt de koppeling van waarden en kwaliteit de gehele organisatie. De teamleiders van de locatie Agnieten College Zwartsluis, De Boog en TalentStad Zwolle vormen een eenheid, die samen met de directie van de eenheid vorm geeft aan bovengenoemde opdracht. Vanuit onze visie op leren, leven en werken – en met de vijf waarden van Landstede als bindmiddelen - zetten wij ons in voor zelfstandige, betrokken en verantwoordelijke mensen. Dit doen we door ons persoonlijk te verbinden met die mensen en hun omgeving, verantwoordelijkheid te nemen, doelmatig te opereren en eigentijds vakmanschap uit te oefenen. Onze belanghebbenden Wij willen als onderwijsorganisatie herkenbaar zijn voor ouders en leerlingen. Vanuit onze identiteit staan we voor een aantal waarden: betrokkenheid naar elkaar, openheid, respect tonen, vertrouwen en een veilige omgeving. Deze waarden komen tot uiting in ons pedagogisch handelen dat gericht is op waardering hebben voor elkaar. Dit betekent dat er een wezenlijke belangstelling is voor de ander. De school is een waardengemeenschap waar leerlingen vanuit de waardering voor en naar elkaar zich thuis voelen.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
Dit pedagogisch handelen leidt tevens tot persoonlijke groei van leerlingen, zowel cognitief als emotioneel. Om persoonlijke groei van leerlingen en medewerkers te realiseren willen we uitdagend en effectief onderwijs aanbieden. Op dit moment zijn er veel nieuwe inzichten over kennis en over de mogelijkheden van betekenisvol leren. De komende jaren willen wij uit deze nieuwe inzichten keuzes maken en verder vertalen naar ons dagelijks onderwijs en ons pedagogisch handelen. In het brede maatschappelijke veld werken we al samen met meerdere belanghebbenden zoals toeleverend onderwijs, vervolgonderwijs, gemeente, maatschappelijke instellingen en bedrijfsleven. Ons streven is om dit in de toekomst verder vorm te geven. Een open houding met zicht op de gezamenlijke belangen maakt dat we als school een goede speler kunnen zijn op dit brede veld. Daarmee bereiken we dat leerlingen beter kunnen presteren, beter doorstromen naar het vervolgonderwijs, sneller toetreden tot de arbeidsmarkt en beter zijn toegerust voor de maatschappij van vandaag en morgen.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
1.
Schoolprofiel
1.1
Perspectief
De school die we voor ogen hebben, wil rekening houden met verschillen in het leven van ieder die er leeft en werkt. We doen dat door een school voor te stellen die herkenbaar, actief en praktisch onderwijs verzorgt. De school moet voor jongeren een plek zijn waar ze het naar hun zin hebben en waar meer te doen is dan alleen maar lessen volgen. In een dergelijke leeromgeving komen jongeren tot mooie leerprestaties en kunnen collega’s ook andere kwaliteiten inzetten. Dit onder het motto: ‘geen prestatie zonder relatie’. We willen een school zijn met een duidelijke identiteit en met een duidelijk profiel. We willen ook een school zijn die de leerling ook de mogelijkheid biedt zich te ontwikkelen op gebieden als kunst, cultuur en sport. Deze perspectieven willen wij realiseren vanuit een duidelijk profiel. Dit profiel heeft enerzijds te maken met de wijze waarop we het vakmanschap van onderwijsgevenden tot uiting willen laten komen. Een ander profielkenmerk is dat we dit voor jongeren en volwassenen in een uitdagende en stimulerende fysieke omgeving tot uiting willen laten komen. 1.2
Waar zetten we op in voor 2012-2015
Vanuit onze ambitie, de huidige stand van zaken en het concept TalentStad is een koers uit te zetten die we de komende jaren willen volgen. Die koers hebben wij vertaald in een aantal ambities. De ambities zijn een vertaling van o.a. het meerjarige perspectief uit de strategienota van het college van bestuur van De Landstede Groep, de landelijke onderwijskundige ontwikkelingen, uitkomsten van inspectiebezoeken en het bestuursakkoord 2012 van de VO-Raad. De ambities zijn geldend voor de gehele onderwijskundige eenheid. De ambities zijn nader geconcretiseerd in streefdoelen. De hieruit voortvloeiende activiteiten kunnen per locatie c.q. team verschillen. 1. De docent is cruciaal voor goed onderwijs; investeren in professionaliteit. 2. Leerlingen behalen goede prestaties op de kernvakken én worden breed gevormd. 3. Excellentie bevorderen: het begeleiden van leerlingen naar persoonlijk excelleren vanuit het concept TalentStad. 4. Docenten signaleren verschillen tussen leerlingen en gaan hier op een adequate wijze mee om. 5. Opbrengstgericht werken; binnen onze eenheid werken wij systematisch aan het maximaliseren van prestaties van leerlingen. Deze vijf ambities met bijbehorende streefdoelen binden de vier locaties van de eenheid, die afzonderlijk hun eigen profiel hebben. In de bijlage van dit plan treft u een korte beschrijving van de scholen c.q. locaties binnen de eenheid aan. 1.3
De docent is cruciaal voor goed onderwijs. Investeren in professionaliteit.
Ambitie Alle docenten en schoolleiders voldoen aan de geldende bekwaamheidseisen en werken systematisch aan hun bekwaamheidsonderhoud (professionalisering). Streefdoelen 2015 o voor alle docenten beschikken wij over bekwaamheidsdossiers; o alle docenten hebben minimaal 1 maal per jaar een formeel gesprek met hun direct leidinggevende; o alle docenten worden minimaal 1x per jaar voorafgaand aan hun functioneringsgesprek bezocht in een van hun lessen; o 100% van de docenten die on(der)bevoegd zijn, is gestart met een opleiding om hun bevoegdheid te behalen; o 80% van de beginnende docenten binnen onze eenheid is tevreden over de begeleiding;
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
o o o o o
50% van onze docenten is geregistreerd en onderhouden hun bekwaamheden systematisch; van de schoolleiders voldoet 80% aan de geldende bekwaamheidseisen en onderhoudt zijn bekwaamheden systematisch; 75% van onze lessen wordt voor dat vak door bevoegde docenten gegeven; alle docenten zijn voldoende digitaal vaardig om smartboards, laptops, elo’s, e.d ten dienste te stellen aan hun lessen; alle docenten geven les volgens het protocol de effectieve les.
Toelichting Het belang om gemotiveerde docenten in het onderwijs te hebben is groot. Onderzoek toont aan dat hoe gemotiveerder docenten zijn hun werk te doen, hoe beter leerlingen presteren en dus een goede basis voor hun toekomst ontwikkelen. (Bakker, 2005). Binnen onze eenheid vinden wij het van belang om niet alleen het leren van de leerling centraal te stellen maar ook het leren van al onze medewerkers. Het uitoefenen van vakmanschap. Vakmanschap betekent voor onze medewerkers: liefde voor het vak, gedrevenheid en klantgerichtheid. Met vakmanschap moet je kunnen inspelen op wat de samenleving vraagt. De maatschappij verandert. Traditionele verbanden vervagen, individualisering en digitalisering komen daarvoor in de plaats. Voor onze docenten betekent dit: bereid zijn anders te communiceren en in de digitale leefwereld van onze leerlingen te stappen, deze leren te begrijpen en een nieuw type vakmanschap te ontwikkelen dat daarbij aansluit. De afgelopen jaren hebben wij hier binnen onze eenheid al een goede start mee gemaakt. Vakmanschap wordt o.a. bevorderd door: o teamgericht werken; o talentvol personeelsbeleid; gesprekkencyclus, lesbezoeken, pop’s, functiemix; o professionalisering. Wat gaan we doen Binnen de locaties van onze eenheid wordt teamgericht gewerkt. De organisatievorm van de teams is leidend voor het pedagogisch en onderwijskundig handelen. Teams zijn integraal verantwoordelijk voor een groep leerlingen en bestaan uit instructeurs, onderwijsassistenten, LB-. LC- en LD-docenten. De teams zijn samen met de teamleiding in staat om de locaties dagelijks organisatorisch en operationeel te leiden. De teamleiding maakt samen met de teams plannen om aan te werken. Onze docenten werken actief aan hun ontwikkeling en spreken elkaar aan op verantwoordelijkheid. Elkaar stimuleren en collegiale coaching is gemeengoed. Functioneringsgesprekken, lesbezoeken en professionalisering zijn hierbij goede instrumenten. Dit alles ingebed in een goed hrmbeleid waarbij lesbezoeken en functioneringsgesprekken gemeengoed zijn. Tevens wordt er per locatie een professionaliseringsprogramma aangeboden dat past bij de ontwikkelingen van de school, het team en de individuele medewerker. 1.4
Leerlingen behalen goede prestaties op de kernvakken en worden breed gevormd
Ambitie 2015 Er wordt gerichte aandacht besteed aan de kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde/Rekenen waardoor de leerprestaties van alle leerlingen op die vakken aantoonbaar verbeteren. Goede prestaties op de kernvakken en bredere vorming versterken elkaar. Streefdoelen 2015 o gemiddelde eindexamencijfers Nederlands, Engels en Wiskunde 0,2 hoger dan het landelijk gemiddelde in 2011; o alle locaties hebben een taal- en rekenbeleidsplan; o er wordt op de locaties actief beleid gevoerd teneinde het niveau van taal en rekenen aantoonbaar te verbeteren; o LOB is de rode draad in het programma voor al onze leerlingen; o 35% van onze leerlingen kiest voor techniek. Toelichting
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
Goede prestaties op en dus beheersing van de doorstroomrelevante kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde/Rekenen zijn essentieel voor doorstroom naar vervolgonderwijs en succes op de arbeidsmarkt van onze leerlingen. Ook is het van belang dat voldoende leerlingen kiezen voor opleidingen waar de arbeidsmarkt om vraagt, in het bijzonder op het gebied van bèta en techniek. Leerlingen kiezen zelf het profiel of de sector die het meest aansluit bij hun talenten en interesses. Als school zien wij het als onze taak om leerlingen te begeleiden bij die keuze, onder andere door goede loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB) aan te bieden. Beheersing van de doorstroomrelevante kernvakken is ook cruciaal voor de waarde van het VO-diploma. De basis moet op orde zijn en tegelijkertijd hebben wij als voortgezet onderwijs vanzelfsprekend een bredere vormende opdracht. Goede prestaties op de kernvakken en bredere vorming versterken elkaar. De vorming van de leerling als burger. Wat gaan we doen Binnen de locaties spreken wij af dat we een actief taal- en rekenbeleid voeren. Concreet houdt dit in dat we op verschillende momenten toetsen afnemen. In ieder geval wordt er een nulmeting gedaan. De doorlopende leerlijn naar het MBO wordt een van de pijlers waarop de onderwijsontwikkeling op de locaties wordt vormgegeven. Loopbaan oriëntatie en begeleiding is hierbij zeer belangrijk. De mentor heeft hierin een belangrijke rol en geeft vorm en inhoud aan het persoonlijk ontwikkelplan van een leerling. 1.5
Excellentie bevorderen: het begeleiden van leerlingen naar persoonlijk excelleren vanuit het concept TalentStad
Ambitie Alle leerlingen binnen onze eenheid krijgen de gelegenheid om zich te oriënteren, hun talenten te ontdekken en deze te ontwikkelen. Op alle locaties binnen de eenheid is het pedagogisch didactisch model van het concept TalentStad zichtbaar. Streefdoelen 2015 o evaluatie en bijstelling van het concept TalentStad binnen de eigen eenheid; o evaluatie van het huidige onderwijsaanbod in de stad en regio met de paletscholen; o op iedere locatie binnen de eenheid is het concept TalentStad vertaald naar concrete verschijningsvormen; o LOB is de rode draad in het programma voor al onze leerlingen; o 30% van de VMBO leerlingen beschikt over een IOP, 100% van de PRO leerlingen; o er is een duidelijke koppeling tussen het beroepsgerichte programma en de avovakken; o vanuit iedere sector binnen de basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg is er een doorlopende leerlijn ontwikkeld met minimaal MBO-2. o een theoretische leerweg die past binnen het concept talentstad. Toelichting TalentStad streeft ernaar om midden in de maatschappij te staan. Zowel voor de wijze waarop onderwijs wordt gegeven als de manier waarop we ons willen verantwoorden. TalentStad is een school met een herkenbaar profiel waar leerlingen, ouders en medewerkers met plezier verblijven. Maar waar medewerkers, leerlingen en ouders ook de waarden van de school benoemen, waardoor de omgeving de waarden herkent. Ook wil TalentStad een bijdrage leveren aan de maatschappij door activiteiten met een maatschappelijke betekenis te ondernemen. In praktische zin door het opbouwen van een langdurige relatie met bedrijven en instellingen. In morele zin door het organiseren van activiteiten in relatie tot goede doelen en door het aanbieden van maatschappelijke stage. Het VMBO heeft om verschillende redenen een herpositionering in het onderwijslandschap nodig. Zo is het in de huidige maatschappij van belang dat we het VMBO onderwijs verbinden met de bedrijven, om tot een gezamenlijke verantwoordelijkheid te komen in het opleiden van jongeren. Ook is het van belang om dit gezamenlijk met de landschappen binnen het MBO te doen. Een derde reden is de leerstijl van de huidige (VMBO) generatie. Kortom: VMBO is toekomstproof wanneer je vanuit meerdere partijen tot een gezamenlijke opleiding komt, die past bij de leervraag en ontwikkeling van jongeren.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
Het concept TalentStad komt voort uit een aantal onderliggende pedagogische, didactische en maatschappelijke uitgangspunten, in combinatie met de wijze waarop deze in het onderwijs georganiseerd zijn. Uitgangspunten waarop het onderwijs wordt georganiseerd zijn; o we helpen jou met het ontwikkelen van je talent en het bereiken van je bestemming; o we organiseren het onderwijs zo dat je altijd verder kunt met waar je gebleven bent; o je werkt op het hoogste niveau en het naast gelegen niveau blijft binnen bereik; o je kiest voor beroepsgerichte verdieping op het moment dat je er aan toe bent; o deze beroepsgerichte verdieping ontstaat vanuit een consistente lijn ten aanzien van wie je bent, waar je passie ligt en wat/wie je wilt worden; o het onderwijs wordt georganiseerd vanuit een passende context, waarbij jongeren het gemakkelijkst leren vanuit passie in de praktijk; o vakmanschap ontwikkelt zich het beste in samenwerking met vakmensen. Dit zijn uitgangspunten die passen binnen ons denken over het VMBO. Daarmee geven ze richting aan het organiseren en inrichten van het concept TalentStad. Het doel hiervan is dat ze daarmee jongeren helpen de vaak grillige weg van hun bestemming in de maatschappij waarin ze leren en werken te vinden. Deze uitgangspunten hebben consequenties voor de wijze waarop het onderwijs inhoudelijk georganiseerd wordt en de wijze waarop het schoolgebouw ingericht wordt. Voor de organisatie van het onderwijs betekent dit: o dat je passie ten aanzien van inhoud moet organiseren; o dat het gehele schoolgebouw ‘talent en passie’ moet uitstralen; o dat docenten en onderwijsassistenten in staat moeten zijn om aan te sluiten op de pedagogische en didactische vraag van jongeren; o een balans zoeken tussen aansluiten op programma en begeleiding; o onderwijs verzorgen in samenwerking met de betreffende branche; o er naast de leer- en werkplekken binnen school er ook leer- en werkplekken zijn op het leerbedrijf (voorziening van onderwijs en branche), het MBO en bedrijven en instellingen. Wat gaan wij doen We kiezen ervoor om het concept TalentStad af te stemmen op de maatschappelijke ontwikkelingen. Samen met de geformuleerde uitgangspunten betekent dit dat we het huidige programma-aanbod nog meer willen afstemmen op de talentontwikkeling van onze leerlingen. Wij zien het als onze taak om leerlingen bewust te maken van hun talenten. We willen het onderwijs meer organiseren vanuit de passie die jongeren hebben ten aanzien van ‘leren en werken’. Het bieden van een podium (onze leerlingen echt centraal stellen). In alle teams binnen onze eenheid wordt de dialoog gestart over het excelleren van onze leerlingen. Daarnaast zal de inhoudelijke ontwikkeling van onze programma’s hierop afgestemd dienen te worden en moeten doorlopen in het MBO. Continuering van actief cultuurbeleid.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
1.6
Docenten signaleren verschillen tussen leerlingen en gaan hier op een adequate wijze mee om.
Ambitie Alle docenten zijn in staat het onderwijs af te stemmen op verschillen tussen leerlingen en opbrengstgericht te werken. Al onze docenten stemmen de instructie, de verwerking en de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling van leerlingen passend binnen de huidige digitale wereld waarin wij leven. Streefdoelen 2015 o voor alle leerlingen wordt een passend traject aangeboden (30% van de VMBO leerlingen beschikt over een IOP, 100% van de PRO leerlingen); o alle docenten werken vanuit eenzelfde pedagogische visie op leren en ontwikkelen; o alle docenten zijn mentor van een groep leerlingen, de rol van mentor is essentieel in het bieden van onderwijs op maat; o het onderwijs wordt in 100% van de lessen gedifferentieerd aangeboden zowel naar niveau, tempo als werkvorm (protocol de effectieve les); o alle locaties hebben een samenwerkingsvorm met ouders ingericht anders dan de ouderraad; o alle locaties hebben een LOB-plan; o alle locaties hebben de samenwerking met het MBO verder ingericht en er zijn zichtbare en aantoonbaar succesvolle doorlopende leerlijnen VO-MBO. Toelichting Als school staan wij voor de opgave onderwijs te geven waar alle leerlingen van kunnen profiteren: leerlingen die een vlotte ontwikkeling doormaken, leerlingen die extra aandacht behoeven, leerlingen die het Nederlands als tweede taal leren en leerlingen uit gezinnen die een sociale en economische achterstand hebben. Docenten worden voortdurend uitgedaagd om onderwijs te geven dat aansluit bij het tempo en de leerbehoeften van hun leerlingen. Zowel wat de vorm betreft, als de inhoud en de timing. Ze zullen dus altijd rekening moeten houden met de verschillen tussen hun leerlingen. Dit vergt een flexibele organisatie van het onderwijs. Omgaan met verschillen doet een sterk beroep op het vakmanschap van docenten: hun pedagogisch-didactische bekwaamheid, hun vaardigheid in het organiseren van het onderwijsleerproces en hun bekwaamheid om kritisch en creatief over hun werk na te denken. De afgelopen jaren hebben wij hier binnen de eenheid al op geanticipeerd. De landelijke ontwikkeling ten aanzien van Passend Onderwijs nopen ons om ons hier verder op te ontwikkelen teneinde leerlingen onderwijs te bieden waar zij hun talenten kunnen ontwikkelen. Wat gaan wij doen De mentor is de spil in de relatie met onze leerlingen. Binnen de teams wordt gekeken naar de optimale invulling van de rol van mentor. Ieder team heeft de beschikking over een zorgcoördinator die desgewenst de mentor kan ondersteunen. Voor bepaalde leerlingen wordt een individueel ontwikkelplan opgesteld in samenspraak met ouders en leerlingen. LOB is ingebed in ons onderwijs en als rode draad zichtbaar in de dingen die wij doen. Per locatie is er een LOB-plan opgesteld. Binnen onze eenheid zien wij ouders als partners. Wij willen ouderbetrokkenheid stimuleren. Die keuze wordt ingegeven door een aantal overwegingen. Zowel ouders als school zijn nauw betrokken bij de opvoeding en de begeleiding van kinderen. Ze hebben een gezamenlijk belang, namelijk het zorgen voor optimale omstandigheden voor de ontwikkeling en het leren van kinderen, op school en thuis. Door de koppeling aan dat gezamenlijk belang wordt duidelijk dat partnerschap geen doel op zich is. Op al onze locaties wordt nagedacht over een vorm waarbij de ouderbetrokkenheid vergroot kan worden passend binnen het concept TalentStad.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
1.7
Opbrengstgericht werken
Ambitie Binnen onze eenheid werken wij systematisch aan het maximaliseren van prestaties van leerlingen, dus opbrengstgericht. Streefdoelen 2015 o alle docenten werken aantoonbaar opbrengstgericht; o iedere vakgroep heeft een vakgroepplan en voert op regelmatige basis kwaliteitsgesprekken met de schoolleiding; o de examenresultaten van alle vakken liggen ten opzichte van het landelijk gemiddelde aantoonbaar hoger dan in 2012; o het verschil tussen CE en SE ligt op max 0,3; o het is gemeengoed onder onze docenten om elkaars opbrengsten te bespreken ten einde de kwaliteit van hun onderwijs te verbeteren. Toelichting Kwaliteitszorg is het planmatig handelen met als doel de kwaliteit van het onderwijsleerproces te verbeteren. Door middel van planmatig te handelen willen we van activiteitgericht onderwijs naar opbrengstgericht onderwijs. De afgelopen jaren is binnen de eenheid de cyclus van kwaliteitszorg zorgvuldig ingezet en uitgevoerd. Verschillende instrumenten zijn hiervoor ontwikkeld en reeds in de uitvoering gebruikt. De opbrengsten hiervan lagen veelal op het niveau van de locatie. De aankomende jaren wordt deze werkwijze gecontinueerd en tot op docentniveau nader uitgewerkt. Wat gaan wij doen De vakgroep en het team vormen het platform om kwaliteitszorg als instrument verder uit te zetten. Hierbij is een aantal speerpunten geformuleerd om tot succeservaring binnen de teams en vakgroepen te komen. Dit is een belangrijke voorwaarde om tot eigenaarschap te komen. De speerpunten zijn: o het opstellen van een teamplan; o de toets- , overgangs- en examenresultaten; o het opstellen van een vakgroepplan; o het opstellen van les- en jaarplanners: o verankering: per vakgroep wordt als eerste stap tenminste één item per jaar benoemd uit de leerstof waarvan wordt omschreven hoe dat didactisch zo uit te leggen dat het “voorgoed” bij de leerling is verankerd. Een van de instrumenten om de voorgang te bewaken wordt het kwaliteitsgesprek met de vakgroep. Dit gesprek vindt tweemaal per jaar plaats waarbij de vakgroepleden, de kwaliteitszorgmedewerker en de teamleiding aanwezig zijn.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
2.
Beleid
Om de voorgaande ambities te realiseren is het van belang dat binnen de organisatie zaken georganiseerd worden die faciliterend werken voor het realiseren van de ambities en streefdoelen. Het beleidsterrein kwaliteitszorg willen wij hier nader toelichten. 2.1
Kwaliteitszorg
Dit schoolbeleidsplan maakt onderdeel uit van de kwaliteitszorgcyclus van onze eenheid. In dit schoolbeleidsplan worden de ambities beschreven om de kwaliteit van het onderwijs te optimaliseren. Dit schoolbeleidsplan is daarmee een schakel tussen de strategienota ‘Samen naar 2015’ (opgesteld door het College van Bestuur) en de teamplannen (worden opgesteld door de teamleiders met hun team). Het schoolbeleidsplan is een tactische en organisatorische vertaling van de strategienota voor de eenheid TalentStad, Agnieten College Zwartsluis en De Boog. De teamplannen zijn gericht op de onderwijskwaliteit ten aanzien van de leerlinggroepen die behoren bij de betreffende teams. Daarmee draagt het schoolbeleidsplan bij aan de onderwijskwaliteit van Landstede VO in het algemeen en die van de eenheid in het bijzonder. In onderstaand schema staat hoe dit proces er cyclisch uitziet.
CvB
Eenheid
beleidskader
beleidskader
Beleidsplan
Beleidsplan
Actualisatie & begroting
najaarsbrief
najaarsbrief
Actualisatie & begroting
beleidskader
beleidskader
Enz.
Team
Beleidsplan
Beleidsplan
Actualisatie & begroting
Zomer
Kerst
Weten wat je meet met de kwaliteitszorgcyclus Het verbeteren en borgen van de kwaliteit is één van de belangrijkste functies van kwaliteitszorg. Dit verbeteren en borgen komt het duidelijkst tot uitdrukking in het
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
voornemen om iets te ontwikkelen, vervolgens dit uit te voeren, daarna te controleren of het voornemen gelukt is, om tot slot een en ander bij te stellen. Alle voornemens en ontwikkelingen uit het schoolbeleidsplan en de teamplannen bestaan uit deze zogenaamde PDCA cyclus, een cyclus van plannen (P), uitvoeren (D), evalueren (C) en bijstellen (A). Op deze manier willen we de voornemens optimaal en effectief invoeren.
Echter met deze vier stappen is de kwaliteit van de voornemens en daarmee het onderwijs (nog) niet gewaarborgd. De kwaliteitszorgcyclus is pas compleet wanneer ook deze cyclus zelf wordt geëvalueerd en zonodig bijgesteld.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
3.
Locatieprofiel
3.1
TalentStad Zwolle
TalentStad is de bovenbouw locatie vmbo van het Carolus Clusius College, Thomas a Kempis College en het Meander College. Het onderwijs wordt aangeboden op twee locaties. Op de locaties wordt teamgericht gewerkt. Het onderwijs is gegroepeerd rondom groepen leerlingen. De leerling staat hierin centraal. Kennen en gekend worden is uitgangspunt. Deze vorm is leidend voor het pedagogisch en didactisch handelen. TalentStad is modern en vernieuwend en bereidt de leerling goed voor op zijn toekomst. Communicatieve vaardigheden en zelfdiscipline worden ontwikkeld. Er wordt geleerd in en van de praktijk en stap voor stap meer verantwoordelijkheid te dragen voor leren en werken. Op TalentStad krijgt de leerling de gelegenheid om zich volop te oriënteren en zijn talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Er wordt geleerd op een goede manier te leren én dat leren leuk kan zijn! De locaties van TalentStad huisvesten ongeveer 720 leerlingen en bieden de volgende vormen van voortgezet onderwijs: Leerjaar 3 en 4 VMBO: o Theoretische leerweg o Kaderberoepsgerichte leerweg o Basisberoepsgerichte leerweg o Leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) 3.2
Agnieten College Zwartsluis
De persoonlijke school Vanuit onze christelijke identiteit bieden we kwalitatief goed onderwijs. Typerend is het kleinschalige, veilige karakter. Een leerling is bij ons geen nummer. Persoonlijke begeleiding staat hoog in het vaandel. Die begeleiding wordt op vele terreinen aangeboden. Het Agnieten College Zwartsluis wil een lerende organisatie zijn; leren in twee opzichten: leren aan én leren van elkaar. We dragen kennis en vaardigheden in samenhang over. De relatie tussen ouders, leerlingen en onderwijzend personeel is hierbij erg belangrijk. Daarvoor is een open opstelling nodig van allen die betrokken zijn bij de school: een luisterend oor en open staan voor kritiek. Alleen vanuit die instelling kan er vertrouwen zijn tussen leerlingen, ouders en school. Dat vertrouwen maakt het mogelijk maatwerk te leveren, waarvan de leerling optimaal kan profiteren. Samenvattend is het Agnieten College Zwartsluis, persoonlijk in aanpak en breed in ontwikkeling: de persoonlijke school zijn. De locatie Agnieten College Zwartsluis huisvest ongeveer 700 leerlingen en biedt de volgende vormen van voortgezet onderwijs: o Vmbo (leerjaar1, 2, 3 en 4 basisberoepsgerichte leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg, gemengde leerweg en de theoretische leerweg) o Havo (leerjaar1, 2 en 3) o Atheneum (leerjaar1, 2 en 3) 3.3
De Boog Zwolle
De Boog is een Christelijke School voor Praktijkonderwijs in Zwolle. De school huisvest ongeveer 130 leerlingen. Op De Boog wordt onderwijs gegeven vanuit de Christelijke visie. Het einddoel is niet een diploma, maar een baan met certificaten. Daarom krijgen de leerlingen theorie- en praktijkvakken en speelt de stage een belangrijke rol. Het onderwijs van De Boog is verdeeld in leerjaren. Iedere leerling is er een en niemand is hetzelfde. Daarom is het onderwijs individueel ingericht. Iedere leerling heeft een individueel ontwikkelplan. Daarin staat waaraan de leerling gaat werken (doelen). Deze zijn in overleg met leerling, ouders en mentor gemaakt.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
BIJLAGE 1:
ONDERWIJSVISIE
Visie op mens en leren Ieder mens leert voortdurend. Leren gebeurt overal, zowel binnen als buiten de school. Overal waar mensen in aanraking komen met de omgeving bestaat de mogelijkheid om te leren. De vraag die hieruit naar voren komt is: “Wat zoeken leerlingen en docenten op school?” Het menselijke leren is geënt op het vervullen van drie basisbehoeften. De eerste basisbehoefte is autonomie. Ik wil het zelf doen. Een ander kan niet voor mij plaatsvervangend leren. Een kind leert zelf leren, met ondersteuning van de leerkracht. Wat iets anders is dan het alleen willen doen. De mens kan het niet alleen doen: leren is een actief en sociaal proces. De tweede basisbehoefte is het onderhouden van betekenisvolle relaties met anderen. Leren als sociaal proces. Niemand leert zonder anderen. Leerlingen komen naar school voor de uitdaging en om iets verder te komen, zich te ontwikkelen. Hiervoor zeggen leerlingen leraren nodig te hebben, als die maar niet zoveel praten. Leraren zijn nodig om te helpen met het beantwoorden van vragen. Dat zijn geen leraren die alleen voor de klas staan en het uitzicht voor de leerlingen belemmeren, maar bovenal mensen die naast de leerlingen staan en hen aanmoedigen tot het stellen van vragen. De derde behoefte is competentie. Leraren en leerlingen gaan naar school om te laten zien wat ze kunnen. Ze willen zich prettig voelen en hun zelfvertrouwen bewaken. Stelt de omgeving eisen die we niet aan kunnen, is de inspanning te groot, dan ontwijken we die situaties. Dit geldt ook voor leerlingen die voor taken geplaatst worden waar zij geen mogelijkheden in zien. De leeromgeving moet hierop inspelen. Er is geen kind dat naar school komt om te laten zien wat hij niet kan. Voorwaarde voor het vervullen van de basisbehoeften is vertrouwen en hoge verwachtingen. Wanneer de leerlingen zich vertrouwd voelen en vertrouwd zijn met de leeromgeving zijn zij in staat optimale (leer)prestaties te leveren. In een dergelijke context kunnen hoge verwachtingen aan de leerlingen en de school gesteld worden. De nadruk ligt daarom op het motiveren en stimuleren van elkaar. Leren leren De voorbereiding op de maatschappij bestaat ook uit de gedachte dat we mensen leren een leven lang te leren. Dat leren zelf betekenis geven is, maakt van dat denken deel uit. Voorheen “verkocht” de school kennis. In de toekomst verkoopt de school geen kennis meer, maar faciliteert het leven. Voor het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (VMBO) betekent het dat niet voorbereiden op een beroep maar op keuzes in het leven. De school faciliteert het leren met een leeromgeving die voor de leerlingen ertoe doet: concreet, uitnodigend tot handelen en met de mogelijkheid vanuit het handelen te leren. Al was het maar omdat regels worden ingeslepen en niet ingepraat. De didactische aanpak verandert door de andere insteek van de onderwijsorganisatie. De nieuwe didactische aanpak wordt gekenmerkt door: o o o o
kinderen die zelf hun kennis construeren; deskundigen op het gebied van (lerende) kinderen; een impliciete, intuïtieve notie is waar het leren over gaat; verschillende organisaties die elk zijn afgestemd op de verschillen die er zijn in een leertaak.
De optimale leer-, leef- en werkomgeving stelt leerling en docent in staat maximaal “leerrendement” te bereiken. De school faciliteert het leren. Talent Talent zien begint met waarnemen wat elk mens te bieden heeft, vanuit de overtuiging dat iedereen talenten heeft (ook al heeft de een ze verder verborgen dan de ander). Talent zien en ontwikkelen betekent oog krijgen voor wat er –in potentie- al is. Dat vergt
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
openstaan voor mensen, voor hun eigenaardigheden, voor hun persoonlijkheid, voor hun eigen stijl. Dat geldt natuurlijk voor onze deelnemers, maar evenzo voor onszelf. Ieder van ons moet nagaan of en hoe onze eigen competenties aansluiten bij onze doelen en de eisen die de omgeving stelt: de leraar als rolmodel voor de leerling. Dat vraagt van ons de bereidheid om al innoverend te leren en zo de verbinding te leggen met onszelf, de werksoorten in onze organisatie en de omgeving. Daarmee zeggen we dat ook wijzelf authentiek eigenaar zijn van ons eigen leerproces. Competentiegericht leren Het traditionele diplomagericht onderwijs waarin de vorm en de inhoud vast staan wordt ingeruild voor een onderwijsvorm waarin de inhoud en de vorm leerlinggestuurd worden ingericht. Het moderne onderwijs is gericht op de leerlingen en hun competenties. In het traditionele onderwijs ligt de nadruk op het verwerven van kennis en specifieke praktische vaardigheden. In het competentiegerichte onderwijs ligt de nadruk niet op het verwerven van deze vaardigheden, maar op het verkennen van de verschillende beroepenvelden en het verwerven van sociaal-emotionele vaardigheden. De vaardigheden worden ontwikkeld naast de cognitieve vaardigheden, maar binnen een grotere context. Het onderwijs verandert van productgestuurd naar procesgestuurd. De aanpak is gericht op flexibilisering en maatwerk. Het competentiegerichte onderwijs wordt vormgegeven door: o o o o
onderwijs in de vorm van levensechte praktijkopdrachten; integratie van vakken (theorie en praktijk); meer opdrachten buiten de school (in de levensechte praktijk); nadruk op ontwikkeling van sociale vaardigheden naast de cognitieve vaardigheden binnen een grotere context.
Het competentiegericht onderwijs wordt leerlinggericht ingevuld. Dit onderwijs kent geen traditioneel lesrooster meer. De leerlingen volgen onderwijs aan de hand van weektaken. De weektaken bestaan uit opdrachten die onderdeel zijn van modules. Het initiatief van het onderwijs ligt bij de leerling. De leerling stelt aan de hand van modules zijn eigen “maatprogramma” samen. De modules zijn sector overstijgend en variëren qua diepgang. De modules kunnen idealiter intern maar ook extern gevolgd worden (afhankelijk van de zelfstandigheid van de leerling). De leerling volgt via weektaken zijn eigen onderwijsprogramma. De leerling vraagt actief om begeleiding via “just-in-time”-informatie. Het onderwijs is daarmee optimaal vraaggericht. De leerlingen worden intensief begeleid door de docenten bij het maken van keuzes en het monitoren van hun ontplooiing. De leerlingen houden hun voortgang bij in portfolio’s waarin ze reflecteren op eigen leerervaringen en laten zien welke acties nodig zijn. Deze portfolio’s zijn digitaal. Zij geven leerlingen, ouders en mentoren de mogelijkheid de vorderingen te volgen. De portfolio’s spelen een belangrijke rol bij de doorstroom naar het MBO. De onderwijsorganisatie Het nieuwe onderwijs stelt specifieke eisen aan de onderwijsorganisatie, zowel qua organisatievorm als qua opzet (kleinschaligheid). Binnen het nieuwe onderwijs is het waarborgen van de kleinschaligheid een noodzakelijkheid. Om de begeleiding optimaal tot haar recht te laten komen is het van belang dat de leerlingen en docenten gekend worden en elkaar kennen. De organisatieopzet geeft een mate van geborgenheid en veiligheid waardoor leerlingen en docenten gestimuleerd worden optimale (leer)prestaties te ontwikkelen. Kleinschaligheid moet geborgen blijven binnen het gebouw. De onderwijsorganisatie is ondersteunend aan de leerstrategie. Vanuit een veilige omgeving (thuisbasis) kunnen leerlingen in simulatiewerkplekken praktijkvaardigheden ontplooien. De betere VMBO-leerlingen kunnen uiteindelijk al vanaf het VMBO hun kennis en vaardigheden inzetten binnen levensechte leerbedrijven.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015
Het onderwijs wordt georganiseerd rondom “stamgroepen”. Een stamgroep is een heterogene groep van aselect gekozen leerlingen. Een stamgroep heeft een omvang van tussen de 125 en 150 leerlingen. Een stamgroep zorgt voor integratie van verschillende werkniveaus, waardoor het van elkaar leren gestimuleerd wordt. Elke stamgroep is opgebouwd uit kleinschaligere eenheden van circa 40 tot 50 leerlingen. Binnen een eenheid zijn tutorgroepen (circa twaalf tot zestien leerlingen). De tutorgroepen vormen voor leerlingen de vaste basis voor hun gehele schoolcarrière. In de nieuwe onderwijsorganisatie wordt het lesrooster losgelaten. Alle leerlingen volgen weektaak gebonden onderwijs. Gevolg is dat alle docenten een werkdag kennen in plaats van een lesdag (aanwezigheidsmanagement). Hierdoor zijn altijd voldoende docenten aanwezig voor het geven van de noodzakelijke leerlingenbegeleiding. In de school zijn werkplekken aanwezig die van acht uur ’s ochtends tot eind van de middag of in de avond beschikbaar zijn. De toekomstige school heeft ruimere openingstijden. De bezetting van de werkplekken en de onderwijsruimten wordt daardoor verbeterd.
Schoolbeleidsplan 2012 - 2015