School- Ondersteuningsprofiel

School- Ondersteuningsprofiel Basisschool Beppino Sarto P. Canisiuslaan 47 5645GC Eindhoven 2013-2014/ 2014-2015

Datum teambespreking: Advies MR: Datum: Vaststelling bestuur met datum:

School-ondersteuningsprofiel basisschool Beppino Sarto - juni 2014

Pagina 1

Inhoudsopgave School- Ondersteuningsprofiel 1. Inleiding 2. Algemene gegevens 2.1 Contactgegevens 2.2 Onderwijsvisie/schoolconcept 2.3 Kengetallen leerlingenpopulatie huidig schooljaar en de afgelopen 3 schooljaren 3. Basisondersteuning 3.1 Basiskwaliteit van het onderwijs 3.2 Planmatig werken 3.3 Preventieve en licht curatieve interventies 3.4 School-ondersteuningsstructuur 4. Extra ondersteuning: Onderwijsarrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften 4.1 Leer- en ontwikkelingsondersteuning 4.2 Fysiek medische ondersteuning 4.3 Sociaal-emotioneel en gedragsondersteuning 4.4 Ondersteuning in de thuissituatie 5. Randvoorwaarden 6. Conclusies en ambities Bijlage 1 Bijlage 2

pag. 3 pag. 4 pag. 4 pag. 4 pag. 5, 19, 20, 21 pag. 5 pag. 5, 6 pag. 7 pag. 8 pag. 9 t/m 15 pag. 16 pag. 16 pag. 16 pag. 16 pag. 16 pag. 17 pag. 17

IB-kalender/ als apart bestand/ document toegevoegd Voorbeeld toets-kalender/ als apart bestand/ document toegevoegd


Pagina 2

1. Inleiding Functie:  





Toelating van leerlingen op school: Het geeft inzicht over de mogelijkheid van de school om af te kunnen stemmen op de onderwijsbehoefte van een (aangemelde) leerling. Communicatie: Het school- ondersteuningsprofiel is de basis voor de communicatie met ouders. Op basis van het profiel kan uitgelegd worden wat de school wel of niet voor hun kind kan betekenen. Als ouders hun kind aanmelden bij de school, dient het ondersteuningsprofiel als onderlegger voor de afweging of een school de onderwijsondersteuning kan bieden, waaraan het kind behoefte heeft. Het ondersteuningsprofiel zal vrijwel nooit direct en eenduidig een antwoord bieden op die (éne) vraag; ieder kind en iedere situatie is namelijk uniek. Professionalisering: Het ondersteuningsprofiel ondersteunt het professionaliseringsbeleid van de school. Mede op basis van dit document kan bepaald worden welke competenties leerkrachten moeten beheersen om onderwijs en ondersteuning te verzorgen zoals de school heeft omschreven. Het ondersteuningsprofiel kan ambities van de school in kaart brengen als het gaat om extra ondersteuningsmogelijkheden. Deze ambities kunnen worden meegenomen in het schoolplan en zijn medebepalend voor het professionaliseringsbeleid.

Totstandkoming: Het ondersteuningsprofiel wordt opgesteld door het team: directie, interne begeleiders/zorgcoördinator, leerkrachten en eventueel andere medewerkers. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht bij de vaststelling. Vervolgens stelt het bevoegd gezag het ondersteuningsprofiel van de school vast, minstens eenmaal in de vier jaar.


Pagina 3

2. Algemene gegevens: 2.1 Contactgegevens: Basisschool Beppino Sarto / SKPO: Stichting Katholiek en Protestant Onderwijs Eindhoven e.o. P. Canisiuslaan 47 5645GC Eindhoven 040-2131530 [email protected] Directie: Directeur: Henk Francken Interne begeleiders: Anne Fennema – groepen 1-2 en 3 Iris van Rooij – groep 4 t/m 8 VVE coördinatie: Anne Fennema

2.2. Onderwijsvisie/schoolconcept: De visie van basisschool Beppino Sarto is samengevat in “de gouden regels”: Veiligheid (fysiek, mentaal), openheid en sfeer: respect, open communicatie, structuur en regelmaat Doelgericht-, opbrengstgericht- en planmatig werken Doorgaande lijn van groep 1 t/m 8: m.b.t. het leerstofaanbod, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de zelfstandigheidsbevordering, de afstemming met peuterwerk en kinderopvang, Korein. Grote ouderbetrokkenheid: in MR, werkgroepen, het ouderinitiatief, boekuitleen, overstap (groep 3), huiswerk (begeleiding), themabijeenkomsten, etc. Blijven ontwikkelen: individuele scholing en teamscholing Het team van basisschool Beppino Sarto gaat voor hoge opbrengsten op het gebied van leren en welbevinden bij alle leerlingen. Ouders zijn een onmisbare partner bij het behalen hiervan. Samen leggen ‘we’ de lat hoog. Basisschool Beppino Sarto is een buurtschool, die een ‘mix – populatie’ nastreeft: alle kinderen uit de gemêleerde wijk Burghplan zijn welkom en mogen een aanbod verwachten, dat aansluit bij hun mogelijkheden. Het samenwerken tussen leerlingen, o.a. bij coöperatief leren, wordt als zeer wezenlijk gezien bij hun ontwikkeling. Kennismaken met techniek is een speerpunt van onze school. .


Pagina 4

2.3 Kengetallen leerlingenpopulatie huidig schooljaar en de afgelopen 3 schooljaren: Met ingang van het schooljaar 2013-2014 wordt de school door 190 leerlingen bezocht. Het aantal leerlingen is de laatste jaren licht gestegen. De gemiddelde groepsgrootte ligt tussen de 20 en 25 leerlingen. Het aantal groepen bedraagt 8, exclusief een schakelklas. De leerlingen zijn afkomstig uit alle lagen van de bevolking en uit diverse culturen. Het aantal ‘gewogen’ leerlingen bedraagt ongeveer 1/3 van het totaal. De wijk Burghplan, waarin de school staat, behoort tot de aandachtsgebieden in Eindhoven. Het leerling-gewicht geeft een iets vertekend beeld van de feitelijke situatie; een aantal kinderen, voornamelijk van allochtone ouders, spreekt thuis geen Nederlands, ondanks dat hun ouders een hoge(re) opleiding hebben genoten. Dit heeft consequenties voor het taalaanbod, waarbij woordenschatuitbreiding een belangrijke plaats inneemt. Tegelijkertijd moet rekening worden gehouden met kinderen, die wel een voldoende of hoog niveau voor taal hebben. Differentiatie op meerdere (minimaal drie) niveaus in elke groep is daarom voorwaardelijk. Voor kengetallen zie pagina 17, 18 en 19 3

Basisondersteuning:

3.1 Basiskwaliteit van het onderwijs: De leerprestaties en (eind) opbrengsten op onze school zijn voldoende tot goed voor wat betreft de indicatoren van de SKPO en de inspectienorm (meting 2010-211, 2011-2012 2012-2013, 2013-2014). Het laatste inspectierapport dateert uit november 2009. De school kreeg toen opnieuw een basisarrangement. Extra aandacht werd gevraagd voor door ontwikkeling van de kwaliteitszorg en de zorg. In het huidige schooljaar wordt een volgend (regulier) inspectiebezoek verwacht. Standaard zijn de volgende procedures, afspraken en activiteiten:  Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door observaties, gesprekken en het analyseren van toetsen. Zij doen dit samen met de interne begeleider op vast momenten in het schooljaar. (zie IB-kalender, bijlage 2)  Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen de leerling, de leerkracht, de groep en de leerstof om de onderwijsbehoeften te begrijpen en daarop af te stemmen. (hiervoor worden o.a. gebruikt: observaties, toets-uitslagen, onderzoeken - “KIJK’, SCOL, SAQI, NSCCT, NIO, CITO -toetsen, methodengebonden toetsen)  Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega’s. (n.a.v. klassenbezoeken, VIB – camera in de klas, enquêtes, collegiale consultatie, etc.)  Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed, die zij op de ontwikkeling van hun leerlingen hebben. Zij zijn een voorbeeld voor de kinderen, maken afspraken met hen over omgangsvormen en leerhouding.


Pagina 5

 Alle teamleden zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de leerlingen; dagelijks in de groep, ook expliciet tijdens voortgangs- en rapportgesprekken.  Leerkrachten werken samen met hun leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten de ideeën en oplossingen van leerlingen (eigenaarschap - leergesprekken) – ontwikkeling schooljaar 2014-2015:  Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige en partner bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak – aandachtpunt in het kader van ouderbetrokkenheid 2014-2015  Leerkrachten benoemen hoge, reële doelen voor lange- (einde schooljaar) en voor de korte (tussendoelen) termijn. Er wordt gewerkt met streefniveaus. Deze worden vermeld op de groepsplannen, die een aantal maal per schooljaar worden getoetst en indien nodig bijgesteld.  Leerkrachten werken met een groepsplan, waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepen en mogelijk een individuele leerling beschrijven.  Leerkrachten bespreken minstens drie keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun groepsplannen met de interne begeleider.  De onderwijs- en begeleidingsstructuur zijn voor alle betrokkenen, teamleden en ouders duidelijk. Er zijn heldere afspraken over wie wat doet, waarom, waar, hoe en wanneer.  Alle teamleden zijn open naar collega’s, leerlingen en ouders over het werk dat gedaan wordt of is. Motieven en opvattingen worden daarbij inzichtelijk gemaakt. Er heerst een open, professionele cultuur, waarin in goede balans is tussen praten en luisteren. Er wordt moeite wordt gedaan zich in de ander in te leven. Van leerkrachten wordt verwacht, dat zij in voldoende mate op hun handelen kunnen reflecteren en dat zij kunnen afstemmen op en aansluiten bij de behoeftes van kinderen en ouders.


Pagina 6

3.2 Planmatig werken: Jaarlijks, meestal in de maand juni, wordt (o.a. tijdens een studiedag) het schooljaar geëvalueerd. Het bespreken van de behaalde opbrengsten neemt daarbij een belangrijke plaats in. De uitkomst van de evaluatie bepaalt in grote mate de inhoud van het jaarplan voor het komende schooljaar. De resultaten van de Cito-E toetsen vormen de basis voor het opstellen van groeps-, subgroeps- en individuele plannen voor de start van het nieuwe schooljaar. Deze plannen worden opgesteld, uitgevoerd, geëvalueerd en bijgesteld (een cyclisch proces volgens het PDCA-model) tijdens en/ of n.a.v.: -

Groepsoverleggen (minimaal 3 x per schooljaar) Tussenevaluatie; soort groepsoverleg (2x tussen de Cito-ronden in) CLB’s (3 x per schooljaar) Dyslexieonderzoeken en besprekingen (2 x per schooljaar) Klein- en groot/ breed zorg-overleggen (6 x per schooljaar) Methoden gebonden toetsen NSCCT (leerjaar 4 en 6, 1 x per schooljaar) NIO (1 x per schooljaar, leerjaar 8) SAQI (1 x per schooljaar groep 6 t/m 8) Scol (2 x per schooljaar 5 t/m 8) “KIJK!” (2x per schooljaar – 1 t/m 5) Na iedere leerlingbespreking en/ of interventiemoment wordt nagegaan of aan de leerling(en) de zorg wordt gegeven in overeenstemming is met de behoefte, de hulpvraag. Is dit niet zo, dan wordt het aanbod bijgesteld. De manier van werken, zoals zojuist hierboven beschreven, wordt handelingsgericht genoemd (HGW); signaleren, analyseren, plannen en realiseren. Handelingsgericht werken (HGW)

De hulp, die aan kinderen wordt gegeven, is onderverdeeld in 5 niveaus: -

-

-

niveau 1 – zorg op groepsniveau – opgenomen in het groepsplan – instructie volgens de methode en eventueel begeleide verwerking niveau 2 – extra zorg op groepsniveau – verlengde instructie, tijdelijk of structureel – ook vermeld in het groepsplan – eventueel inzetten van remediërend materiaal niveau 3 – extra zorg op schoolniveau door interne deskundigen (I.B.) en/ of tijdens een CLB – vermeld in groepsplan, en/of individueel handelingsplan tijdelijk of structureel – remediërend materiaal – pluskinderen krijgen verrijkingsmateriaal niveau 4 – extra zorg op schoolniveau door externe deskundigen - bespreking in Klein zorgoverleg en Groot/ Breed zorgoverleg – vermeld op monitoringlijst; mogelijk ook contact met PCL – ambulante begeleiding behoort tot de mogelijkheden (IHP) niveau 5 – doorverwijzing SO / SBO (VO) – het streven is voor alle kinderen hulp op onze school te bieden, waarbij de mogelijkheden van de zorg niet onbeperkt zijn.


Pagina 7

3.3 Preventie en lichte curatieve interventies: 

Op onze school voelen de kinderen zich veilig; er zijn groepsafspraken (hangen in elke klas) schoolafspraken, er is een gedragscode en kinderen leren op een prettige manier met elkaar om te gaan (methode Kinderen en hun Sociale talenten).



In het Klein Zorg overleg (6 keer per schooljaar; deelnemers: medewerker WijEindhoven, IB-ers en medewerker van de Kinderopvang) worden kinderen besproken, die een specifieke pedagogische/ didactische aanpak nodig hebben. Er kan een plan van aanpak worden opgesteld (IHP) met een duur van ongeveer twee manden. Dit plan wordt in het volgende overleg geëvalueerd en indien nodig bijgesteld.



Tijdens CLB- gesprekken: zie planmatig handelen en ondersteuningsteams



De Wij- Eindhoven medewerker kan indien wenselijk (op verzoek van ouders en/ of teamleden) opvoedingsondersteuning organiseren en/ of zelf bieden.



De IB-ers houden structureel gesprekjes met kinderen, die sociaal en/ of metaal ‘in de knel’ zitten.



Voor elke groep, leerjaar geldt, dat de leerstof voor taal en rekenen op drie niveaus wordt aangeboden.



Er is een aangepast, aanvullend leerstofaanbod voor kinderen: o die sneller door de leerstof heen kunnen en/ of meer uitdaging nodig hebben. o met (ernstige) lees- en of rekenproblemen; er is een dyslexieprotocol o die moeite hebben met het volgen van het basisprogramma (vanaf groep 6) – ontwikkelingsperspectief wordt opgesteld



Zowel voor ouders uit groep 1 als groep 2 wordt deelname Pedagogische Ondersteuning/ was voorheen ‘Op Stap”. Doelstelling van het programma is het vergroten van de leeropbrengst door ouder en kind thuis te laten werken aan school-gerelateerde thema’s.



Er is een protocol voor medische handelingen (specifieke gevallen).



Er is een sluitende aanpak (pedagogisch en didactisch) op Spilniveau; het pedagogisch raamplan Spil, het plan van aanpak VVE.



De kinderen van de groepen 5 t/m 8 worden wekelijks, op maandag, in de gelegenheid gesteld om hun huiswerk te maken.



Ouders worden geïnformeerd over het doel van huiswerk. Zij worden gevraagd om er op toe te zien dast het huiswerk gemaakt wordt en krijgen tips voor ondersteuning.



De ouders van de kinderen uit de groepen 1-2 krijgen bij elk thema informatie over wat de leerlingen leren – tijdens ouderbijeenkomst. Ook wordt leerstof meegegeven, die de ouders samen met hun kinderen kunnen (in) oefenen. Zie VVE-plan 2014-2015


Pagina 8



Er is structureel contact tussen de medewerker van Opstap en de VVE- coördinator. Samen stemmen zij het programma/ de inhoud van de Opstap-cursus af.

3.4 De school-ondersteuningsstructuur: Op basisschool Beppino Sarto zijn de volgende teamleden verantwoordelijk voor de ondersteuning van leerlingen:   

De directeur is eindverantwoordelijk voor het onderwijs en de zorg. De interne begeleiders zijn verantwoordelijk voor de zorgstructuur. De VVE coördinator is verantwoordelijk voor ondersteuning van de groepen 1 en 2, de vroeg-school, (en de voorschool - Spil)

Hieronder staat aangeven op welke niveaus ondersteuning aan de leerlingen wordt vormgegeven. Er wordt onderscheidt gemaakt in de volgende niveaus: Niveau 1:

Deze kinderen volgen het regulier programma. Na de basis-instructie gaan zij aan het werk. (model D.I.)

Niveau 2:

Een aantal kinderen krijgt verlengde instructie aan de instructietafel. Daarna gaan ze zelfstandig aan het werk.

Niveau 3:

Bepaalde kinderen hebben naast de verlengde instructie (niveau 2) extra begeleiding nodig. Deze kinderen kunnen worden besproken in een CLB (consultatieve leerling bespreking) De extra ondersteuning staat vermeld in het groepsplan en soms in een individueel handelingsplan. Een individueel handelingsplan wordt altijd besproken met en ondertekend door de ouder(s). Na de evaluatie en bijstelling van het plan worden zij van de voortgang op de hoogte gehouden.

Niveau 4:

Voor deze kinderen levert de begeleiding op niveau 2 en 3 niet het gewenste effect op. Er wordt externe hulp ingeschakeld. Het kind krijgt mogelijk een onderzoek. Deze kinderen worden altijd besproken in een CLB (zie niveau 3). Voor hen wordt altijd een IHP (zie niveau 3) opgesteld. Voor een aantal kinderen geldt, dat zij permanent door externen begeleid (zullen) worden. Het gaat hier om de leerlingen met een zogenaamde rugzak.

Niveau 5:

Deze kinderen kunnen ondanks de extra zorg, die zij hebben gehad, niet verder in het in het regulier basisonderwijs geholpen worden. Zij gaan naar het SBO, SO of VSO.


Pagina 9

Onderwijsondersteuningsteams: Op basisschool Beppino Sarto wordt door de volgende ‘ondersteuningsteams’ hulp aan leerlingen en/ of ouders geboden. Het onderwijsondersteuningsteam: De IB-er van de onderbouw, de IB-er van de bovenbouw en de directeur Zij hebben wekelijks MT- overleg met als vast agendapunt ‘de leerlingenzorg’ Consultatieve Leerling Besprekingen (CLB): Een orthopedagoog (externe dienst), de IB-er(s) en een groepsleerkracht 3 bijeenkomsten per schooljaar; leerkracht en IB-er Dyslexie bespreking - 2x per schooljaar; leerkracht, IB-er, externe OMJS Bespreking NIO (groep 8) Bespreking NSCCT (groep 4 en 6) – 1x per schooljaar; Leerkracht, IB-er en specialist externe dienst, Het Klein Spil Zorg Overleg (KSZO): De IB-ers, de Jeugdgezinswerker en de teamcoach/ vestigingsmanager Kinderopvang Komen 6 x per schooljaar bij elkaar; bespreken de kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Breed Zorg Overleg (BSZO): De IB-ers, de JGW-er, medewerker Kinderopvang, medewerker Zuidzorg, de schoolverpleegkundige, de directeur van de basisschool(voorzitter), een externe deskundige (bijvoorbeeld: de wijkbrigadier, medewerker BJZ, medewerkers GGZE) Komen 6 x per schooljaar bij elkaar. Aan de hand van ‘de monitoringlijst’ worden ‘multiproblem’ gezinnen besproken. Groepsgrootte: In de bovenbouw is de groepsgrootte tussen de 25 en 30 leerlingen. We streven ernaar om de groepen 1-2 niet groter dan 25 leerlingen te maken. Als extra ondersteuning in de klas worden o.a. ingezet: stagiaires van de PABO, Lio-stagiaires van de PABO, stagiaires onderwijsassistent van het Summa College en stagiaires Sport en Bewegen van het Summa College.


Pagina 10

Groepsplanbespreking: (ondersteuningsniveau 1-2): Minimaal drie keer jaar voert de IB-er groepsplanbesprekingen met elke leerkracht. In het midden (na de CITO M) en aan het einde van het schooljaar (na de CITO M) is hier ook de directeur bij Voor de vakgebieden, rekenen, spelling, begrijpend lezen, technisch lezen en woordenschat wordt een groepsplan opgesteld. In groep 1-2 ook voor motoriek, wanneer dit gewenst is. De leerkracht is verantwoordelijk voor het groepsplan. De IB-er ondersteunt en adviseert bij het opstellen ervan. Tijdens een groepsplanbespreking kan het besluit worden genomen om een leerling aan te melden voor een CLB (Consultatieve Leerling Bespreking). Voor elk vakgebied worden streefniveaus aan gegeven. Tijdens de evaluatie van een groepsplan wordt nagegaan of het gestelde doel bereikt is. Zie ook hoofdstuk 3.2 – Planmatig werken. Leerlingbesprekingen: (ondersteuningsniveau 3): Leerlingbesprekingen vinden tijdens de volgende overlegmomenten plaats:    

CLB- gesprekken met leerkracht, IB-er, externe – zie ook planmatig werken en groepsplanbesprekingen Tijdens overleg van het MT/ onderwijs-ondersteuningsteam; de mogelijkheid hiertoe is iedere week aanwezig In groepsplanbesprekingen; zie hierboven ‘groepsplanbespreking’ Tijdens specifieke leerling-besprekingen tussen de IB-er en de leerkracht staan vermeld op de toets(jaar)kalender van elk leerjaar (een voorbeeld is opgenomen als bijlage). Overigens geldt, dat leerkrachten altijd bij de IB-er terecht kunnen met vragen over hun leerlingen.

Aanleiding voor het aanvragen/ aangaan van een leerlingbespreking kan zijn:     

Een leerling haalt de in een groepsplan gestelde doelen niet (structureel probleem). Het is niet duidelijk, wat de specifieke leerbehoefte van een leerling is. Zicht krijgen op het ontwikkelingsperspectief van een leerling. Het vermoeden bestaat dat er sprake is van een ontwikkelingsstoornis bij de leerling. De Ib-er brengt vanuit het ondersteuningsteam/ MT een leerling in.

De Interne begeleider maakt altijd een verslag van de leerlingbespreking en plaats dit verslag in ParnasSys.


Pagina 11

Bespreking met externen: (ondersteuningsniveau 4) Als wij geen oplossing hebben voor de hulpvraag van een kind roepen wij de expertise in van een extern deskundige. Hij/ zij kan afkomstig zijn van: de Externe Dienst SKPO, OCGH, OMJS, REC 3 en 4, SSOE, Berkenschutse Het gaat om de volgende specialisten:          

Orthopedagoog Psycholoog Dyslexie deskundige Logopedist Schoolarts/ school verpleegkundige Medewerker Wij-Eindhoven Medewerker van Zuidzorg / GGD Medewerker van Bureau Jeugdzorg/ de Combinatie Medewerker van het Centrum Jeugd en Gezin Begeleider leerlingen met syndroom van Down

Communicatie naar ouders: De school wil laagdrempelig voor alle ouders zijn. Naast formele momenten van overleg zijn ouders welkom om informatie over hun kind(eren) met het team te delen. De communicatie met ouders wordt op de volgende manier vorm gegeven:   

 

    

Alle gezinnen ontvangen aan het einde van een schooljaar een (activiteiten) kalender voor het volgende schooljaar. Aan het begin van ieder schooljaar verschijnt de (nieuwe) schoolgids op de website van de school. Aan het begin van ieder schooljaar, meestal in week 3, maken de ouders op de informatieavond kennis met de leerkracht van hun kind en horen zij welke specifieke leerstof het betreffende leerjaar aanbod komt. In de maand november worden alle ouders uitgenodigd voor een voortgangsgesprek. Twee keer per schooljaar, na de M- en de E toets-ronde (CITO) krijgen de leerlingen een rapport. Tijdens het rapportgesprek dat hier op volgt, praten de leerkracht en de ouders over de vorderingen van de kinderen. Via de website, die actueel is en waarop naast algemene informatie ook (onderwijs) inhoudelijke onderwerpen zijn te vinden. Tijdens themabijeenkomsten over voorlezen, sociale media, etc. In themabrieven voor de groepen 1 en 2, die structureel aan de ouders verstrekt worden. Tijdens inloopochtenden en kijkavonden (4 x per schooljaar), waarbij al jaren een hoge opkomst is. Via Pedagogische Ondersteuning (Lumens) ouders gaan zelf thuis met hun kind aan de slag met aan het onderwijs gerelateerde oefeningen.


Pagina 12

Intervisie: Tijdens bouwbijeenkomsten wordt, indien vooraf aangegeven, tijd voor ‘intervisie-achtige’ momenten ingebouwd. Ook tijdens CLB’s, groepsbesprekingen e.d., worden deelnemers uitgedaagd om zelf een beredeneerde keuze te maken uit voorgestelde, mogelijke aangedragen oplossingen. Ook tijdens overlegmomenten van het zorgplatform, waaraan de IB-ers deelnemen, wordt tijd voor intervisie vrijgemaakt. De manier, waarop binnen het MT gezocht wordt naar een antwoord op voorkomende ‘problemen’, heeft veel overeenkomst met intervisie. Vooral de laatste vier jaren staat het reflecteren op eigen handelen voor alle teamleden hoog in het vaandel en is inmiddels onderdeel van de professionele cultuur geworden. Klassenbezoeken in het kader van kwaliteitszorg: In het kader van het monitoren op de kwaliteit van het onderwijs worden ook klassenbezoeken afgelegd. Deze klassenbezoeken worden door de interne begeleiders en de directeur afgelegd. De directeur neemt sinds april 2014 ook zogenaamde ‘flitsbezoeken’ af. Dit zijn kort durende bezoekjes aan alle klassen met als doel te reflecteren op de onderwijspraktijk. Beide interne begeleiders hebben de cursus ‘Kijken met de camera’ met succes afgerond. De directeur neemt jaarlijks minimaal 1 klassenbezoek af, waarin het didactisch handelen van de leerkracht en een speerpunt (bijvoorbeeld: coöperatief leren), dat opgenomen is in het jaarplan, aan de hand van een kijkwijzer ‘gescoord’ wordt. Tips, adviezen n.a.v. het klassenbezoek worden opgenomen in het POP/ PAP van de betreffende leerkracht. De directeur is VIB- opgeleid. Klassenbezoeken kunnen ook plaatsvinden na een hulpvraag van de leerkracht. Daarnaast zijn er minimaal twee rondes klassenbezoeken om de schoolontwikkeling te volgen (IB-er en schoolbegeleider). Coachingsgesprekken: Met nieuwe leerkrachten worden regelmatig, minstens één keer maand, door de IB-er en/of directeur coachingsgesprekken gehouden. Ook kunnen deze gesprekken plaatsvinden op initiatief van de leerkracht of het MT (bijvoorbeeld als vervolg op een klassenbezoek). N.a.v. een ‘observatie met de camera’ door de IB-er kan ook een coachingsgesprek (of traject) gestart worden.


Pagina 13

Het Leerling (Onderwijs) Volg Systeem (LOVS): De opbrengsten, de resultaten van de kinderen staan (naast de NAW gegevens), vermeld in ParnasSys, het LOVS programma dat wij op school hanteren. Deze gegevens worden gebruikt om ons onderwijs af te stemmen op de behoeften van de populatie, de groepen, de subgroepen en de individuele leerling. De cijfers zijn niet heilig, maar geven objectieve informatie, waarop geëvalueerd en gestuurd kan worden. Kinderen die sneller kunnen en kinderen die het basisprogramma niet of moeilijk kunnen volgen, worden gesignaleerd. Het leerstof aanbod wordt op hun “hulpvraag’ afgestemd. Zoals al eerder opgemerkt, wordt in elke groep de leerstof standaard op drie niveaus aangeboden. Voor de registratie van de opbrengsten in ParnasSys worden de uitslagen van de CITOtoetsen gebruikt. Het afnemen van deze toetsen gebruikt om vaste momenten in het schooljaar (de M= midden en de E= eind rondes) – zie ook groepsplannen, groepsoverleggen, etc. Op basisschool Beppino Sarto werken we met niveauwaarden voor de vakken rekenen, technisch lezen, spelling, woordenschat en begrijpend lezen. Op dit moment liggen de niveauwaarden van de onderbouw (nog) lager dan van de groepen 3 t/m 8. Dit komt, omdat een aantal kinderen start met een achterstand, o.a. op het gebied van taal (woordenschat). Toetskalender / IB- kalender: Op de toetskalender staan alle toetsen met de afnamemomenten en de specifieke groepsbesprekingen vermeld. Zie bijlage Op de IB-kalender staan alle school-specifieke overleggen (CLB, dyslexie besprekingen, etc.) vermeld. Zie bijlage De toetskalender en de IB- kalenderdocumenten zijn (digitaal) opgeslagen in ‘de map Algemeen – IB / IB kalender/ toetskalender’ Toetsresultaten bespreken: Tijdens de volgende overleggen worden de toetsresultaten geanalyseerd/ besproken:   

Groepsoverleggen – specifiek per leerjaar/ groep Plenaire teamvergaderingen (PTV); de trendanalyse, het schooloverzicht MT-overleg; na elke toetsronde, zowel op school- als op groepsniveau

Onderzoeken: Om een zo volledig mogelijk beeld van de ontwikkeling van de leerlingen te krijgen, worden er gedurende de basisschoolperiode groepsgewijs de volgende onderzoeken, testen afgenomen:   

Groep 4 & 6: NSCCT Groep 6-7-8: SAQI (vragenlijst – welbevinden) Groep 8: NIO (NPV-J, PMT-K)


Pagina 14

Procedure bij aanvraag voor verwijzing naar Speciaal Basis Onderwijs en Speciaal onderwijs (ondersteuningsniveau 5): Ondanks de eerder beschreven zorg voor onze leerlingen, is het helaas in een enkel geval niet mogelijk om binnen onze school aan de hulpvraag (op leer- en/ of gedragsgebied) van een kind te voldoen. Voor de begeleiding wordt een traject richting het SBO of SO ingezet. De uiteindelijke beslissing hiertoe wordt door het MT in samenspraak met de ouders genomen. Het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO Eindhoven bepaalt vanaf 1 augustus 2014 zelf - binnen de wettelijke kaders - hoe de procedure voor toelating tot het SBO en SO ingericht wordt. Dat houdt tevens in dat de procedures van de eerdere PCL (Permanente commissie leerlingenzorg voor het SBO) en CvI (Commissie voor indicatiestelling voor het SO) komen te vervallen. De toelaatbaarheid wordt voortaan door het SWV bepaald op basis van handelingsgericht arrangeren en niet meer op basis van strikte criteria. Voor het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring kiest het samenwerkingsverband Passend onderwijs PO Eindhoven voor de samenwerking (triade) tussen school (of verwijzende instelling), ouders en het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs. Deze drie-eenheid komt in overleg tot een gezamenlijke overeenkomst over de benodigde (tijdelijke) plaatsing in SBO of SO. Ook worden er vooraf afspraken gemaakt over de duur van de tijdelijke plaatsing en worden er duidelijke terugplaatsingsafspraken gemaakt. Voor kinderen die ‘mogelijk’ in aanmerking komen voor het SBO of SO geldt:    

De leerling is regelmatig en uitgebreid besproken tijdens de leerlingenbesprekingen/ CLB’s. De ouders zijn hiervan op de hoogte. Er is planmatig (helaas zonder succes) gewerkt aan het terugdringen van de achterstand van de leerling. Vrijwel altijd is de leerling door een externe onderzocht (WISC o.i.d.) en is er een diagnose gesteld voor het leer en/ of gedragsprobleem. De ouders stemmen in met het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring.

Terugplaatsing vanuit het SBO in het reguliere basisonderwijs: Incidenteel wordt voor een leerling uit het SBO terugplaatsing naar het reguliere basisonderwijs aangevraagd. De SBO-school neemt in dat geval contact op met de basisschool. In eerste instantie verloopt het contact via de interne begeleider. Het verzoek wordt besproken in het MT, zorg-ondersteuningsteam. Indien tot terugplaatsing wordt overgegaan, draagt de SBO-school zorg voor een adequate begeleiding van de leerling gedurende het eerste jaar dat de leerling op zijn/ haar nieuwe school zit.


Pagina 15

4. Extra ondersteuning: onderwijs voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften 4.1 Leer-en ontwikkelingsondersteuning. Huidige situatie: Vragen over leervorderingen en ontwikkeling kunnen betrekking hebben op intelligentie, leerachterstand of voorsprong, het hele curriculum of specifiek voor één vakgebied. Deskundigheid

Binnen het team zijn leerkrachten, IB-ers, die expertise hebben opgebouwd, cursussen hebben gevolgd, op het gebied van rekenen (dyscalculie), taal, lezen (dyslexie) en sociale vaardigheden.

Aandacht en tijd

De gemiddelde groepsgrootte bedraagt 25 leerlingen. Er is één professional per groep. Structureel worden stagiaires van de Fontys PABO en het Summa College (onderwijsassistent - onderbouw, sport en beweging) aan alle leerjaren verbonden. Een leraar in opleiding (lio-er) is verbonden aan de groep, waarin de vraag voor extra ondersteuning het grootst is. Kinderen met een taalachterstand (uit groep 4 t/m 7) en die beschikken over voldoende capaciteiten kunnen ongeveer 5-6 uur per week terecht in ‘de schakelklas’. In alle klassen wordt de leerstof op meerdere niveaus aangeboden. Op schoolniveau is structureel aandacht voor het didactisch handelen. De directeur beoordeelt aan de hand van observatielijsten de kwaliteit hiervan. Daar waar nodig wordt coaching, begeleiding georganiseerd.

Voorzieningen

Er zijn twee interne begeleiders; één voor de groepen 1 t/m 3, één voor de groepen 4 t/m 8. De inrichting van de lokalen is ondersteunend aan de onderwijsbehoeften van de kinderen; beredeneerd aanbod, uitdagende leeromgeving, hoeken in de onderbouw. (Ook) voor plusleerlingen is er een aangepast programma. Voor leerlingen uit groep 4 t/m 7 is er een Schakelklas – zie ‘aandacht en tijd’. Er zijn diverse ondersteunende programma’s aanwezig, zoals: Maatwerk, Rekentijgers en Compact en Rijk. De kinderen van de groepen 5 t/m 8 kunnen elke maandag gebruik maken van ‘de huiswerkklas’.

Gebouw en de ruimten erom heen

Het gebouw, de lokalen en andere ruimten, zijn opgeruimd, kindvriendelijk en stralen ‘rust’ uit. De grote hal en de gangen zijn een verlengde speel- en leeromgeving voor de kinderen. Voor kinderen, die even extra rust en/of veiligheid nodig hebben, zijn er aparte ruimtes (time-outplaatsen). De kinderen van de onderbouw hebben een aparte tuin en speelplaats. De kinderen van de groepen 3, 4, 5 en de kinderen van de groepen 6, 7, en 8 hebben apart van elkaar tussen de middag pauze. Tijdens deze middagpauze wordt gebruik gemaakt van de grote speelplaats en de gemeentelijke groen- speelvoorziening nabij de school.

Samenwerking

Er wordt veel waarde gehecht aan samenwerking binnen het team, met ouders en externen om het onderwijs aan alle leerlingen zo goed mogelijk aan te sluiten bij hun behoeften (beredeneerd aanbod).

Ambitie

De school, het team wil doorgaan op de ingeslagen weg. De 1- Zorgroute op individueel-, groeps- en school wordt verder ontwikkeld en uitgewerkt. De werkwijze m.b.t. het dyslexieprotocol is uitgebreid t/m groep 4. “KIJK” wordt geborgd in de voor- en groep 1 t/m 4 op het gebied van sociale ontwikkeling. De invoering van het programma geschiedt in 2014-2015 voor groep 5.


Pagina 16

4.2 Fysieke en medische ondersteuning: Huidige situatie:  De school heeft een protocol voor het toedienen van geneesmiddelen. In groep 5 zit een meisje met epilepsie – voor haar zijn specifieke medicijnen op school aanwezig. Deskundigheid

Binnen het team zijn leerkrachten (en IB-ers) die ervaring opdoen, ervaring hebben opgedaan, scholing volgen of hebben gevolgd met/ over kinderen met - Epilepsie - Syndroom van Down Ook wordt in een sommige situaties samengewerkt met externe begeleiders.

Aandacht en tijd

Aandacht en tijd wordt binnen de groep gegenereerd door een goed georganiseerd klassenmanagement en door het werken met uitgestelde aandacht.

Voorzieningen

Er is een protocol ‘medisch handelen’. Er kan een beroep gedaan worden op de schoolverpleegkundige en schoolarts.

Gebouw

De school heeft een lift, waardoor het mogelijk is kinderen die slecht ter been zijn naar de 1e verdieping te laten gaan. Het schoolgebouw beschikt twee toiletten voor mindervalide. Er zijn ruimtes, waarin kinderen verzorgd kunnen worden; verschonen, sondevoeding e.d.

Samenwerking

Er kan een beroep gedaan worden op de schoolverpleegkundige en schoolarts. Er wordt structureel samengewerkt met de Zuidzorg, diverse logopedisten, de GGD, S.S.O.E., Kempenhaeghe, Blixembosch, etc.

Ambitie

De school spant zich in om kinderen met een fysieke beperking opvang en onderwijs te bieden.


Pagina 17

4.3 Sociaal-emotioneel en gedragsondersteuning: De Ib-ers voeren gesprekken met kinderen, die sociaal- emotioneel in de knel zitten. Zij zijn hier beiden voor geschoold. Ook begeleiden zij leerkrachten bij de aanpak van deze leerlingen. Dit natuurlijk alleen na overleg met de ouders van deze kinderen. De betreffende doelgroep wordt op zorgniveau 3 en 4 besproken in het klein- en indien nodig breed zorg overleg. Voor het huidige schooljaar staat het maken van groepsplannen voor sociaalemotionele ontwikkeling op de rol. Deskundigheid

Er zijn teamleden die gespecialiseerd / geschoold zijn op het gebied van: - Autisme - ADD/ ADHD - Beeld-denken - NLD In geval van handelingsverlegenheid wordt de begeleiding van externe instanties (WIJEindhoven, GGD, GGZE, SSOE, externe dienst SKPO, etc. ) ingeroepen.

Aandacht en tijd

De gemiddelde groepsgrootte bedraagt 25 leerlingen. Er is één professional in de groep. Structureel worden stagiaires van de PABO en het Summa – onderwijsassistent- aan de groepen verbonden. Op school zijn twee IB-ers aanwezig die de leerkrachten ondersteunen bij het opstellen en uitvoeren van groepsplannen. Aandacht en tijd wordt binnen de groep gegenereerd uit een goed klassenmanagement. De leerstof wordt school-breed op minimaal drie niveaus aangeboden. Daar waar noodzakelijk wordt een individueel handelingsplan opgesteld.

Voorzieningen

Aanwezigheid van interne- begeleiding en zorgteams (KZO, BSZO, CLB, etc.) Samenwerking met externen – zie ‘deskundigheid’ In 2014-2015 wordt een pestprotocol opgesteld.

Gebouw

Ruime, lichte lokalen Uitdagende leeromgeving, die afgestemd is op de onderwijsbehoefte van de kinderen. Ruimten waar kinderen tot rust kunnen komen (time-out plekken). Werkhoeken op de gang.

Samenwerking

Met ouders Zie ‘externe deskundigen’

Ambitie

De ambitie van de school is om de aanwezige kennis en vaardigenheden up to date te houden en verder uit te breiden.


Pagina 18

4.4 Ondersteuning in de thuissituatie: Bij problemen in de thuissituatie kan het gaan om onder-stimulering, pedagogische verwaarlozing en over-bescherming: Door Pedagogische ondersteuning 1-2 en Thuis groep 3 De VVE geïndiceerde kinderen van groep 1 en 2 krijgen samen met hun ouders Opstap aangeboden. Dit is met als doel om de achterstand die de kinderen hebben (vaak op het gebied van taal) weg te werken/ kleiner te maken. Door ‘Thuis’: Alle kinderen van groep 3 werken aan Overstap. Dit is een programma om ouders intensief te betrekken bij het onderwijsleerproces van hun kind. Door de generalist van WIJ-Eindhoven (preventief en curatief), die samen met ouders antwoord probeert te vinden op opvoedingsvraagstukken. Deskundigheid

Er is op dit gebied ervaringsdeskundigheid opgebouwd in samenspraak met externe deskundigen en ouders (jarenlange ervaring). Zie ook Plan VVE - ouderbetrokkenheid

Aandacht en tijd

Tijdens de intake wordt een verwachting op gebied van ouderbetrokkenheid en participatie uitgesproken. Vaste afspraken m.b.t. de rapportage over de voortgang van de leerlingen. Activiteiten gedurende het schooljaar:: - Infoavond begin schooljaar - Minimaal maandelijks infobulletin - Voortgangs- en rapportgesprekken - Inloopochtenden, thema-afsluitingen - Themabijeenkomsten m.b.t. opvoedkundige en educatieve kwesties. - Huiswerkklas en informatie hierover

Voorzieningen

Via het zorgteam van de school zijn er korte lijnen met WIJ-Eindhoven en andere instanties (op het gebeid van zorg). Dankzij deze samenwerking beschikt de school over brede ondersteuningsmogelijkheden.

Gebouw

Diverse spreekkamers Multifunctionele vergaderruimte Ouderlokaal Huiswerkklas- ruimte

Samenwerking

Er is sprake van een goede, structurele samenwerking met ouders: - MR, werkgroepen (ook lezen, verkeer) - Externe instanties zoals Lumens, Zuidzorg, GGD, GGZE, SSEO, etc.

Ambitie

De school wil adequaat en proactief reageren, wanneer er problemen in de thuissituatie zijn.


Pagina 19

5. Randvoorwaarden: Het team van basisschool Beppino Sarto is bereid de grenzen van haar zorg (mogelijkheden) te verkennen en daar waar mogelijk te verleggen. In schooljaar 2012-2013 is hier een start mee gemaakt. In schooljaar 2014-2015 gaat zij hiermee verder. Zie ook aannamebeleid op pagina 10./ Ambities – scholing hieronder Aannamebeleid: Onze school heeft een aannamebeleid. Hierin staat o.a. dat bij aanmelding van een leerling gekeken wordt in hoeverre ‘de hulpvraag’ van het betreffende kind zich verhoudt tot de draagkracht van de school, de groep, het leerjaar, alvorens tot wel/ niet inschrijven wordt overgegaan. 6. Ambities: Ambitie: een groepsplan voor de sociaal emotionele ontwikkeling. Hier is in schooljaar 20132014 een start mee gemaakt (KIJK groep 1 t/m 4). →2014-2015 M.b.t. de extra zorg aan leerlingen heeft onze school de komende jaren de volgende ambities:     

Leergesprekken met kinderen (eigenaarschap) Werken met pedagogische groepsplannen Intervisie Werken met referentie- niveaus Gerichte bijscholing / ontwikkeling richting passend onderwijs


Pagina 20

Beschikbare deskundigheid Deskundigheid

logopedist

Beschikbaar

Wijze waarop beschikbaar

nee

Uit eigen Formatie

Op Bestuursniveau

Op Niveau SWV

x

jeugdarts Medewerker BJZ

ja

Inhuur op afroep

Toelichting

x x

x

x

x

CJG

x

ZAT

x

Indien bereikbaar!

x x

x

Fysiotherapeut

x

x

Ergotherapeut

x

x

Schoolmaatschappelijk werker/ JGW psycholoog

x

x

Nog wel

x

x

orthopedagoog

x

x

speltherapeut

x

x

Remedial teacher

x

x

Motorisch remedial teacher

x

x

Coach en video interactie begeleiding Ambtenaar leerplicht

x

x

x

x

Politie

x

x


Pagina 21

Algemene gegevens van de school: School:

Beppino Sarto

Adres:

Petrus Canisiuslaan 47, 5645GC Eindhoven

Brinnr:

17TG/ bestuurs-nummer: 40378

Directeur:

Henk Francken

Telefoon:

040-2131530

Email:

[email protected]

Internbegeleider(s):

Anne Fennema, onderbouw, groep 1 t/m 3 Iris van Rooij, bovenbouw, groep 4 t/m 8

Bestuur:

SKPO

Samenwerkingsverband Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Eindhoven e.o.

Leerlingaantallen ( feitelijke aantallen) Teldatum Teldatum Teldatum 1-10-2010 1-10-2011 1-10-2012 190 179 181

Teldatum 1-10-2013 191

Teldatum 1-10-2014 193

Teldatum 01-10-2015 195?

Teldatum 1-10-2013 33%

Teldatum 1-10-2014 34%

Teldatum 1-10-2015 32%?

Het percentage gewogen leerlingen Teldatum 1-10-2010 33%

Teldatum 1-10-2011 34%

Teldatum 1-10-2012 33%

Aantal en percentage deelnemers voorschoolse opvang groep 1 ( PZ en/of KDV met VVE): periode 2013-2014/ 01-09-2013 / periode 2014-2015/ 01-10-2014 Aantal 19/ 30 Percentage van 20 (2 groepen)/ van 30(3 groepen)

95% / 100% (variërend in tijd)


Pagina 22

Overzicht van het aantal leerlingen dat in het ZAT/BSZO is besproken Schooljaar

13/14

10/11

11/12

12/13

Aantal leerlingen

14 v 193

10 v 179

8 v 181

12 v 191

Percentage

7,3%

6%

4,5%

6%

Uitstroompercentage VO Aantal en percentage per 1 okt. > 12 jaar Schooljaar

13/14

10/11

11/12

12/13

Aantal leerlingen

5/193

7v179

3v181

7v191

3,9%

1,6%

3,6%

Percentage ll. > 12 jaar dat niet is doorgestroomd 2,5%

Aantal verwijzingen naar SBO (niet voor SBO) Aantal en percentage per 1 okt. Schooljaar

13/14

10/11

11/12

12/13

Aantal leerlingen

193

179

181

191

Aantal naar SBO

0

0

0

0

Percentage

0%

0%

0%

0%

Schooljaar

13/14

10/11

11/12

12/13

SO 4

0

0

0

0

SO 3

0

1

0

0

SO 2

0

1

0

0

SO 1

0

0

0

0

totaal

0

2

0

0

Aantal verwijzingen naar SO Einde schooljaar


Pagina 23

Aantal lln met LGF-financiering Einde schooljaar Schooljaar

13/14

10/11

11/12

12/13

REC 4

0

0

0

0

REC 3

1

0

0

0

REC 2

0

0

0

0

REC 1

0

0

0

0

Totaal

0

0

0

0

13/14

10/11

11/12

12/13

groep 6

0

0

0

0

groep 7

0

0

0

0

groep 8

0

0

0

0

Leerlingen met een OPP Einde schooljaar.


Pagina 24

School- Ondersteuningsprofiel

Recommend Documents