Samenwerkingsverband Midden- en Oost-Friesland 3.01

Samenwerkingsverband Midden- en Oost-Friesland 3.01

2011-2012

Samenwerkingsverband 3.01 Midden- en Oost – Friesland www.leerlingenzorg.nl

Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens van het samenwerkingsverband 2. De opbrengsten van het afgelopen schooljaar Inleiding 2.1 Ontwikkelen Zorgbeleid 2. 2 Bestuur & Organisatie 2.3 Leerlingbegeleiding 2.4 Leertrajecten 2.5 Samenwerking Extern 2.6 Professionalisering 2.7 Beheer en financiën 2.8 Communicatie (intern en extern/ouders) 3. Zorgplan SWV 2011-2012 3.1 Zorgplan SWV 3.01 algemeen 3.2 Zorgplan scholen 3.2.1 Burgemeester Harmsmaschool Gorredijk 3.2.3 Singelland Burgum 3.2.2 Singelland De Venen (praktijkonderwijs) 3.2.3 Singelland Drachtster Lyceum 3.2.4 Singelland ISK 3.2.5 Singelland Surhuisterveen 3.2.6 Singelland Van Haersma Singel (VHS) 3.3 Stellingwerf College Oosterwolde 4 4.1 4.2 4.3

Begroting 2011-2012 Algemeen deel, beleidsafspraken m.b.t. verdeling van middelen (regionaal zorgbudget en rebound) Begroting Toelichting begroting

5

Planning Bijeenkomsten SWV 2011-2012

Bijlage 1: Format Zorgplan 2010-2011 Bijlage 2: Opzet Kwaliteitszorg Samenwerkingsverband 3.01 Bijlage 3: Reglement PCL SWV Midden- en Oost-Friesland 3.01 Bijlage 4: Huishoudelijk reglement PCL SWV Midden- en Oost-Friesland Bijlage 5 Beschrijving Rebound SWV 3.01, 3.02 en 3.04 Bijlage 6. VSV programma’s en financiën Bijlage 7. Leerlingenaantallen Lwoo, PrO en LGF (SWV 3.01 3.02, 3.04) Bijlage 8: Concept Werkagenda Passend Onderwijs

1. Algemene gegevens van het samenwerkingsverband Naam samenwerkingsverband Betrokken scholen

Coördinator SWV Adresgegevens

Status van het zorgplan Vervolgprocedure Rekeningnummer

Samenwerkingsverband Midden- en Oost – Friesland

Burgemeester Harmsmaschool Gorredijk SG. Singelland Drachten e.o. SG. Stellingwerf College Oosterwolde Mw. drs. E.P.M. Kortenhorst Secretariaat SWV Midden- en Oost- Friesland Van Haersmasingel 37 9201 KN Drachten 0512 - 582345 (secr.) 0512 - 750344 (coördinator SWV rechtstreeks) 0512 - 582349 (fax) [email protected] www.leerlingenzorg.nl (VO / SVO SWV 3.01) Vastgesteld in bestuursvergadering SWV 3.01 d.d. 15 juni 2010 N.v.t. 519771435 ABN AMRO

Dit zorgplan is vastgesteld door het bestuur van SWV 3.01 te Drachten op 14 juni 2011.

Mw. Drs. E.P.M. Kortenhorst Coördinator SWV 3.01

3.01

mevrouw H. Broers Voorzitter bestuur SWV 3.01

Zorgplan samenwerkingsverband 3.01 2011-2012

2. De opbrengsten van het schooljaar 2010-2011 Inleiding Dit cursusjaar heeft in het teken van de komst van passend onderwijs gestaan. Waarbij het lang uitblijven van duidelijke richtlijnen vanuit het ministerie tot onzekerheid ten aanzien van het uit te zetten beleid heeft geleid. Inmiddels zijn een aantal ‘open einden’ concreter ingevuld. Er is meer duidelijkheid over het te voeren beleid van de overheid. In de structuur zijn er belangrijke wijzigingen. Er vindt een herziening van de indeling van SWV-en plaats. Deze wordt door het Ministerie opgelegd en zal voor PO en VO gelijk zijn. In de nieuwe structuur komen er vaste geografisch afgebakende regio’s met gemeenten en postcodes als basis. De REC’s verdwijnen. Cluster 3 en 4-scholen worden onderdeel van het SWV. Omdat op dit moment nog niet duidelijk is hoe de nieuwe SWV-en er uit gaan zien, kan dit resulteren in een reactieve, afwachtende houding. De nieuw gevormde SWV-en zullen waarschijnlijk op niet al te lange termijn bekend zijn en uitgaande van het scenario van de minister dat passend onderwijs over anderhalf jaar (vanaf augustus 2012) ‘operationeel’ moet zijn. Wel is duidelijk dat de SWV-en voldoende van omvang moeten zijn qua leerlingenaantal. De Minister heeft 11.500 leerlingen als richtgetal genoemd voor VO-scholen (in rurale gebieden). Als samenwerkingsverband hebben we de ontwikkelingen echter op de ingezette weg voortgezet, waarbij het samenwerkingsverband wordt omgevormd naar een samenwerkingsverband dat ondersteunend en voorwaardenscheppend functioneert naar de scholen en steeds meer activiteiten ontplooit om in de regio tot meer onderlinge samenwerking te komen. In de hoofdlijnennotitie van 2007-2011 ‘Naar meer maatwerk in de klas’ heeft het bestuur al in grote lijnen de richting aangegeven wat de meest wenselijke rol en invulling van het samenwerkingsverband is en welke consequenties dit zou moeten hebben voor de invulling van de leerlingenzorg op schoolniveau: maatwerk in de klas. Voor het realiseren van deze goede leerlingenzorg en maatwerk in de klas is het van belang dat ‘basiszorg’ hoog op de agenda van de scholen blijft staan. Dit zullen de scholen vooral zelf moeten oppakken. De rol van het SWV is daarin uiteraard bescheiden, omdat de wijze waarop scholen hun (extra) begeleiding in de school en de klas willen integreren vooral een aangelegenheid van en verantwoordelijkheid is voor de individuele school. Nu duidelijk is dat de samenwerkingsverbanden opnieuw zullen worden ingedeeld is ervoor gekozen geen nieuwe hoofdlijnen notitie voor 4 jaar op te stellen, omdat de samenstelling van het SWV waarschijnlijk ingrijpend zal veranderen. Taakveld 1. Ontwikkelen Zorgbeleid In maart 2010 is door het bestuur de notitie Passend Onderwijs in de regio en op school: Bottom up én topdown vastgesteld. Hierin is een tweesporenbeleid uitgezet voor wat betreft de implementatie van Passend Onderwijs. Op bestuurlijk niveau initiatieven nemen tot samenwerking met –in ieder geval- de twee potentiële samenwerkingsverbanden VO. Daarnaast stappen ondernemen om op het niveau van het primaire proces activiteiten te organiseren om scholen en docenten voor te bereiden op de invoering van Passend Onderwijs. De beleidsnotitie is vervolgens ‘vertaald’ in een werkagenda, een activiteitenplan voor de implementatie van Passend Onderwijs in het SWV. Inmiddels zijn de beleidsintenties Passend Onderwijs duidelijk. Voor onderwerpen als zorgplicht, het invoeren van de onderwijszorgprofielen en contacten met ouders bevat de beleidsbrief geen verrassingen. Op een aantal andere terreinen zijn de consequenties verstrekkend. - De samenwerkingsverbanden in de huidige samenstelling verdwijnen. Daarvoor worden nieuwe vaste samenwerkingsverbanden ingedeeld op basis van geografische, regionale criteria (van bovenaf per AMvB opgelegd). De VSO cluster 3 en 4 scholen worden daarbij ingedeeld. De regio-indeling voor PO en VO is gelijk. - Voor LWOO en PrO-indicatie komt er een overgangsregeling, wat inhoudt een afbouw van de huidige systematiek naar volledige budgettering in 2018-2019. De PCL en RVC

4


-

-

voor het VO blijven daarom voorlopig bestaan (voor PO verdwijnen de PCL en de RVC). Ondertussen wordt een nieuwe beoordelingssystematiek ontwikkeld die recht doet aan een handelingsgerichte werkwijze. Het referentiekader (nog in ontwikkeling) zal hiertoe een eerste aanzet moeten bieden. De taken van het samenwerkingsverband worden uitgebreid. De middelen gaan, zoals nu het geval is, niet meer naar een ‘kassierschool’. De bevoegde gezagsorganen van het nieuwe samenwerkingsverband dienen een privaatrechtelijke rechtspersoon in te stellen. De procedures en criteria voor verdeling en toekenning van middelen en plaatsing van leerlingen wordt een van de belangrijkste taken van het samenwerkingsverband. De indicatiestelling van leerlingen die voorheen in aanmerking kwamen voor de cluster 3 en 4 scholen, komt volledig in handen van de samenwerkingsverbanden. Het handelingsplan wordt afgeschaft. Daarvoor in plaats daarvan komt een ‘ontwikkelingsperspectief’.

In bijeenkomsten met de zorgcoördinatoren en de scholen hebben de scholen hun onderwijszorgprofielen opgesteld. De eerste conclusies zijn: 1. Scholen beschikken over een adequaat functionerende zorgstructuur; 2. De zorgleerlingen zijn goed in beeld (logboekanalyses); 3. Een aandachtspunt hierbij is dat de focus op ‘zorg’ niet leidt tot nog meer ‘zorg’. 4. Scholen investeren fors in leerlingbegeleiding, materieel en immaterieel; 5. Begeleiding in de klas behoeft aandacht en verdere ontwikkeling. Alle door de scholen aangeleverde onderwijszorgprofielen zijn vervolgens geanalyseerd per zorgniveau: basis-, breedte-, en dieptezorg. Ook is gebruik gemaakt van de logboekanalyses van de scholen. Het doel ervan was zicht te krijgen op wat de scholen van het samenwerkingsverband zelf aan begeleiding en maatwerk kunnen leveren en wat aan aanvullende extra begeleiding nodig is, de witte vlekken binnen het huidige SWV. De ontwikkelingen die op de korte en middellange termijn aan de orde zijn vallen uiteen in twee terreinen. Ten eerste schooloverstijgende activiteiten waar een ‘leading’ rol van het samenwerkingsverband voor de hand ligt. En in de tweede plaats de activiteiten waar scholen hun eigen verantwoordelijkheid moeten nemen en het samenwerkingsverband een makelaars- en/of dienstverlenende functie kan bieden. Activiteiten vanuit het samenwerkingsverband Voor alle drie hieronder genoemde punten is het noodzakelijk op regionaal niveau afspraken te maken over opzet, inrichting en aanpak. 1. Intensiveren van samenwerking met clusterscholen: ‘leerlingen schoolnabij’ en ‘zorgcontinuüm’: a. Kennis en competenties van leraren in de school versterken; b. (Ambulante) begeleiding in de school organiseren; c. Symbiosevormen opzetten; d. Aparte voorzieningen in de regio. 2. Een dekkend netwerk en aanpak realiseren voor ‘multiproblemleerlingen’ en leerlingen waar ‘thuisproblematiek’ een belangrijke oorzaak is voor falen op school (beide i.s.m. ketenpartners en SMW). 3. Herzien en herdefiniëren van de Reboundvoorziening: komen de oorspronkelijke doelstellingen en daadwerkelijke uitvoering met elkaar overeen. Activiteiten van de individuele scholen Voor het realiseren van een goede leerlingenzorg en maatwerk in de klas is het van belang dat ‘basiszorg’ hoog op de agenda van de scholen blijft staan. Dit zullen de scholen vooral zelf moeten oppakken. De rol van het SWV is daarin uiteraard bescheiden, omdat de wijze waarop scholen hun (extra) begeleiding in de school en de klas willen integreren vooral een aangelegenheid van en verantwoordelijkheid is voor de individuele school.

5


Het SWV kan daar een stimulerende rol in vervullen door: - pilots te initiëren (denk aan de vijf pilots die momenteel lopen); - organiseren van bijeenkomsten waar docenten met elkaar ervaringen en ‘good practice’ uitwisselen; - het vormen van ‘communities of learners’ te stimuleren: uitwisseling op specifieke deelterreinen, zoals nu bijv. gebeurt t.a.v. dyslexie, taal (begrijpend lezen) en rekenen; - organiseren van bijeenkomsten waarin kennis gemaakt kan worden nieuwe ontwikkelingen en theorieën; - het stimuleren van de kwaliteitszorg t.a.v. leerlingbegeleiding in de scholen door bijvoorbeeld het aanleveren van (zelfevaluatie)instrumenten, uitvoeren van audits en observaties en collegiale consultatie in het ZMT. Per 2012 moet het samenwerkingsverband een privaatrechtelijke rechtspersoon worden. Samenwerkingsverbanden krijgen in de nieuwe situatie een grotere verantwoordelijkheid bij de toekenning en besteding van middelen aan scholen; de procedures voor plaatsing in de cluster 3 en 4 scholen; de wijze waarop ouders door scholen worden geïnformeerd en het instellen van een geschillencommissie. Het uitbreiden van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden brengt o.a. met zich mee dat kwaliteitszorg en verantwoording van de middelen door de scholen een nieuwe taak wordt van het samenwerkingsverband. (zie notitie “onderwijszorgprofielen en het samenwerkingsverband 15 mrt 2011”) Taakveld 2. Bestuur & Organisatie Het afgelopen schooljaar is voor de afdelings- en locatiedirecteuren twee bijeenkomsten georganiseerd. Deze bijeenkomsten dragen een sterk informatief karakter, maar zij moeten ook bijdragen aan een betere afstemming tussen het leerlingenzorgbeleid van het samenwerkingsverband en de scholen. Tot voor kort waren de zorgcoördinatoren de linkingpin tussen samenwerkingsverband en schoolleiding. Het bestuur van het samenwerkingsverband heeft vorig schooljaar besloten de verantwoordelijkheid van het beleid ten aanzien van leerlingenzorg meer te verleggen naar de scholen/locaties en afdelingen. Hierdoor komen de afdelings- en locatiedirecties nadrukkelijker in beeld. Een positief effect van deze ontwikkeling is dat het zorgplan nog meer wordt geïntegreerd in het school(activiteiten)plan. Taakveld 3. Leerlingbegeleiding De éénzorgroute , bedoeld om oplossingsgericht handelen van zorgteams en docenten te stimuleren, is in ontwikkeling. De gemeente voert hier de regie over vanuit het CJG. Van de kant van de gemeente is het stil rondom de ontwikkeling van het CJG. Deze activiteit is ook opgenomen in de ‘Werkagenda’. Het krijgt aandacht bij de thema’s zorgplicht, indicering, toelating en plaatsing. De zorgcoördinatoren (ZMT) hebben een scholing van het NJI gehad over het functioneren van hun eigen ZAT en de positie van het ZAT binnen de eigen school, de privacy-wetgeving en de toekomst van het ZAT in passend onderwijs. In een 2e middag is er gekeken naar de procedures voor verwijzing naar het ZAT en zijn de concrete routes uitgewisseld. Verder is het thema handelingsgericht werken binnen de ZAT’s besproken en hoe dat verbeterd zou kunnen worden. Met deze informatie zijn zorgcoördinatoren hun ZAT-opzet gaan verbeteren. Zowel in het ZMT als in het overleg met de locatie- /afdelingsdirecteuren is het gebruikmaken van de logboeken en het doel van de logboekanalyses besproken. De logboekanalyses kunnen worden beschouwd als een kwaliteitszorginstrument; zij maken deel uit van de uitvoering van de pdca cyclus binnen de school c.q. de zorgteams. Logboekanalyses

6


ondersteunen scholen om een objectiever beeld te krijgen van de zorgbehoeften van hun leerlingenpopulatie. Nieuw beleid en zorgplanactiviteiten zijn mede te baseren op de evaluaties van de logboekanalyses. Zoals afgesproken is door iedereen een zelfde mal gebruikt, waarmee een SWV-brede analyse is gemaakt. De PrO-monitor is dit schooljaar door alle scholen uitgevoerd. Met de PrO-monitor worden de leerlingen met een PrO-indicatie op het VMBO gedurende hun gehele schoolloopbaan gevolgd. Ook voor de PrO-monitor is gewerkt met een vaste structuur. Taakveld 4. Leertrajecten De LWOO-, PrO- en LGF-leerlingen worden op elke locatie, binnen het SWV en voor het eerst ook de regio gemonitord (zie bijlage 6) Het valt op dat in SWV 3.01 meer ‘zorg’ voorkomt dan in de andere SWV-en, in SWV 3.02 (ZO) het minst. Deze verschillen zien we zowel bij de LWOO-indicaties, de PrO-indicaties als de LGF-leerlingen. De grootste verschillen tussen de SWV-en zien we bij PrO en LGF. De vraag of deze verschillen toe te schrijven zijn aan onderwijskundig beleid, visie op leerlingenzorg, denominatieve factoren of anderszins is lastig te beantwoorden. In totaal zijn in het schooljaar 2009/2010 205 LWOO- en 120 PrO-beschikkingen aangevraagd. De RVC heeft slechts twee afgewezen. In totaal volgen 64 leerlingen met een PrO-indicatie niet onderwijs op De Venen; ruim de helft van deze leerlingen zit op een VMBO-locatie, de andere helft op de ISK-afdeling (zie onderstaande tabel). De LWOO-geïndiceerde leerlingen scoren op alle onderdelen van de toetsen binnen het LWOO gebied (tussen de 25% en 50% (=leerachterstand tussen de 1½ tot 3 jaar); de proleerlingen scoren net binnen het LWOO gebied nl leerachterstand tussen de 45 en 49% en niet boven de 50% (data RVC Fryslân). Bij de LWOO-indicaties is voor meer dan 1/3 deel sprake van sociaal-emotionele problematiek. RVC beschikingen 09/10 80

75

70 57

60

47

50

lwoo

40

pro

32 30 18

20 10

13 8

8

7

5

1

0

0 Burgum

VHS

Surhveen

BHS

StC

De Venen

Tabel ?? Overzicht RVC beschikkingen Lwoo en PrO 2009-2010 De contacten met cluster 4 zijn in schooljaar 2008-2009 geïntensiveerd door in de PCL een ambulant begeleidster van Renn 4 op te nemen. Deze medewerkster brengt de extra kennis en kunde van Renn 4 in, wanneer scholen (mogelijke) rugzakleerlingen ter consultatie inbrengen in de PCL. Dit wordt gecontinueerd. Project Maatwerk: structuurklas voor leerlingen met ASS en vergelijkbare problematieken Drie scholen, Liudger, Singelland, De Zwaai, AB REC3 Fryslan en AB RENN4 voor regulier en speciaal voortgezet onderwijs in Drachten hebben vorig schooljaar een projectgroep samengesteld om in het kader van Passend Onderwijs zich te oriënteren op eventuele samenwerking t.a.v. een mogelijke opvang voor HAVO-VWO leerlingen met een LGFindicatie. De scholen hebben zich toen gebogen over de vraag hoe ze tegemoet kunnen komen aan de toenemende vraag van onderwijs op maat voor HAVO/VWO leerlingen.

7


Zij zagen een toename in het aantal rugzakleerlingen, evenals het aantal niet-geïndiceerde leerlingen met vergelijkbare problematiek. Bovendien constateerden de scholen dat vakdocenten en mentoren onvoldoende konden inspelen op de begeleidingsvraag van deze leerlingen door tijdgebrek, door onvoldoende competentie en deskundigheid op dit gebied en door de aandacht die de andere leerlingen van hen vragen. Dit heeft geleid tot een document Project Maatwerk waarin een dergelijke structuurklas is uitgewerkt. Dit schooljaar is op het Drachtster Lyceum (DL) in het 1e en 2e leerjaar met een structuurklas gestart. Het betreft in totaal 15 leerlingen. Op het SCG Liudger is dit schooljaar in leerjaar 1 met een vergelijkbare klas gestart met 8 leerlingen in een klas van 22. 12 januari 2011 zijn beide projecten tussentijds geëvalueerd. De conclusies zijn als volgt: 1. Op beide scholen draait een gelijkwaardig project. Het DL is echter een jaar eerder gestart met een pilotklas. Liudger is sinds dit schooljaar daadwerkelijk hiermee gestart. 2. Uit evaluaties van docenten, leerlingen en ouders op beide scholen blijkt dat docenten vinden dat deze klassen beter functioneren dan gewone klassen. Ze ervaren een werksfeer en houding en totale sfeer die beter is dan in menig andere klas. Alle leerlingen, niet alleen de PDD-ers en ADD-ers hebben duidelijk baat bij de extra structuur. Ze vinden het plezierig om aan deze klassen les te geven, maar het vraagt wel meer voorbereiding m.n. hoe pak ik de extra structuur in deze lessen aan. Bij ouders en leerlingen treffen we vergelijkbare opmerkingen aan in de evaluaties. 3. Gezien de positieve ervaringen wordt in de evaluatie met de werkgroep benoemd dat het uitbreiden van een structuurklas in het VMBO en wellicht een deel van de structuuraanpak naar alle klassen een goed idee zou kunnen zijn.(DO-overleg) 4. Bij beide teamleiders is wel de zorg dat er teveel leerlingen buiten het reguliere voedingsgebied op deze klassen afkomen. Hiervoor is afgesproken dat er niet teveel ruchtbaarheid aan wordt gegeven en dat de conrectoren van het DL en Liudger elkaar steeds op de hoogte houden van “shoppende ouders” voor deze klassen. Ook worden voornamelijk leerlingen uit onze eigen SWV-en toegelaten. 5. Met Renn4 AB kan nog forser onderhandeld worden om de AB-uren te clusteren (40 uur per ll op jaarbasis) om zo structureel een begeleider binnen de school te hebben die in de school? kan begeleiden. 6. Met de onderwijsconsulent van Renn4 wordt nog gekeken hoe volgend jaar in klas 3 deze leerlingen adequater voorbereid kunnen worden of eventueel deels vrijgesteld moeten worden bij vaardigheden zoals samenwerken, werken aan projecten, profielwerkstukken maken in tweetallen in de bovenbouw van de havo. Rekenen In schooljaar 2008-2009 is een werkgroep rekenen begonnen met de ontwikkeling van leerlijnen voor rekenen. Er zijn ‘rekendrempels’ en screeningstesten voor verschillende niveaus ontwikkeld. De materialen van de werkgroep zijn beschikbaar gesteld voor screening voor alle VO scholen in het SWV. De aanpak is geïmplementeerd: de screeningsinstrumenten zijn afgenomen voor alle nieuwe leerlingen en er de positionering van het vak rekenen in het curriculum is aan de orde gesteld. Tevens is er ervaring opgedaan met de matrix oefenstof. Omdat het dyscalculiprotocol op zich laat wachten is er nog geen begin gemaakt met een dyscalculi-onderzoek en protocolafspraken binnen het SWV. Zo gauw hier meer duidelijkheid over is wordt dit opgepakt. De diagnostiek van rekenproblemen is nog onvoldoende behandeld. Om beter op de eindtoets rekenen aan het einde van de schoolloopbaan van de leerlingen in te kunnen spelen, is het voorstel gedaan om een 2e toets te ontwikkelen voor begin klas 3 om te kunnen monitoren hoever de VMBOleerlingen met rekenen zijn op weg naar het bepalen van het F2 niveau.

8


Begrijpend lezen Per 1 augustus jl. is het wetsvoorstel Referentieniveaus Nederlandse taal (en rekenen) door de Eerste en Tweede kamer goedgekeurd. De Referentieniveaus beschrijven wat een leerling aan het eind van een schooltype (= basisschool, voortgezet onderwijs ( BBL t/m VWO) en middelbaar beroepsonderwijs) moet beheersen aan kennis en vaardigheden op het gebied van de Nederlandse taal (en rekenen). Leerlingen die in het schooljaar 2013-2014 examen doen voor Nederlands en rekenen, krijgen in dat jaar voor het eerst te maken met eindexamens waarin de referentiekaders zijn verwerkt. Tot het schooljaar 2013-2014 krijgen scholen de tijd om leerlijnen te ontwikkelen en om leerlingen zoveel mogelijk klaar te stomen voor de voor hen bedoelde niveaus. In dit verband hebben alle brugklassers meegedaan aan de toets tekstbegrip van Diataal. De uitslag van deze toets per locatie i.v.m. de andere deelnemende scholen van het SWV is gepresenteerd in het SWV door mw. dr. J. Prenger van de Rijksuniversiteit Groningen. Aan de hand van de resultaten van de deelnemende scholen van het SWV Drachten is per locatie stilgestaan bij vragen als ‘welke leerlingen zouden op basis van de toetsresultaten extra ondersteuning verdienen?’, ‘hoe zou de ondersteuning van deze leerlingen vorm moeten krijgen?’ en ‘wat voor implicaties hebben de toetsresultaten voor het taalbeleid op school?’. Van hieruit kunnen de scholen zelf met subsidie van het SWV verder taalbeleid opzetten eventueel samen met de RUG/ETOC.

Hoogbegaafdheid Op de scholen van het SWV vinden verschillende projecten rondom hoogbegaafdheid plaats. Het Drachtster Lyceum is in januari 2011 i.s.m. OPO Furore de Topklas gestart voor leerlingen groep 8 van basisscholen uit de gemeenten Smallingerland en Tytsjerksteradiel. Het gaat om leerlingen met hoge intelligentie die ondanks de interventies van de basisschool onvoldoende tot ontwikkeling komen. Zij hebben bijvoorbeeld meer behoefte hebben uitdaging, en/of vinden te weinig aansluiting met gelijkgestemden in de klas. De programmaonderdelen op de woensdagochtend zijn achtereenvolgens: kringgesprek, hersenkrakers in de vorm van puzzels en spelletjes, Spaanse les, project, metacognitieve oefeningen, individueel gesprek met de mentor en logboek bijwerken. Dit schooljaar is de omvang van het programma 20 woensdagochtenden. Het is de bedoeling het programma na evaluatie in schooljaar 2011-2012 uit te breiden tot een volledig programma. Op het Stellingwerf College kunnen leerlingen van groep met extra talent en ambitie deelnemen aan het groep acht-plus project. In dit project staan vaardigheden centraal op het gebied van multimedia, werken met foto- en videocamera en het bewerken daarvan, en het maken van een jeugdjournaal met behulp van stop-motion animatie. Aan de verwerkingsopdracht zijn diverse excursies gekoppeld. De presentaties zijn voor ouders en de basisschool te volgen op een eigen website: http://groep8swc.blogspot.com. Er doen momenteel 20 enthousiaste leerlingen naar alle tevredenheid mee aan dit project. In de T8P-groep verzorgt de BHS op de woensdagochtend een speciaal programma voor hoogbegaafde leerlingen van diverse basisscholen van het voedingsgebied van de school. De doelstelling van het onderwijs aan de leerlingen in de T8P-groep is gericht op het contact met gelijkgestemden. Dit schooljaar is voor de 4e keer een T8Pklas georganiseerd, in 20072008 is de BHS er mee gestart. In totaal hebben nu circa 60 leerlingen deelgenomen. Per jaar doen er maximaal 15 leerlingen mee en ook voor het schooljaar ‘11/’12 is de aanmelding nagenoeg rond. Het verspreidingsgebied van de leerlingen was bij de start iets ruimer dan nu het geval is. Binnen de eigen regio komen de leerlingen nu vooral uit Opsterland en uit het aangrenzende deel van de gemeente Heerenveen (regio Jubbega).

9


Taakveld 5. Samenwerking Extern Verwijsindex De gemeenten in Fryslân werken met partners aan de verbetering van de zorgstructuur voor de jeugd om daarmee snel hulp te kunnen verlenen aan jongeren en ouders die problemen hebben met opvoeden en opgroeien. In december 2008 is een provinciaal convenant Centrum Jeugd & Gezin afgesloten met de provincie Fryslân en de Friese gemeenten. Alle gemeenten hebben besloten om één Fries systeem voor risicosignalering van jongeren in te richten: VIF – ZiZeO. VIF - ZiZeO is een digitaal risicosignaleringssysteem dat via (beveiligd) internet toegankelijk is met als doel dat professionals uit onderwijs, zorg, buurt, werk en veiligheid elkaar sneller weten te vinden voor het afstemmen van signalen en een gezamenlijke aanpak van de door hen gesignaleerde risicosituatie. Op basis van deze signalen van professionals uit verschillende organisaties kan vervolgens op tijd passende en op elkaar afgestemde zorg worden gegeven. Met de scholen is afgestemd wie (zorgcoördinatoren, en/of teamleiders en/of andere zorgprofessionals binnen de scholen) gaan melden en wanneer (meldingscriteria) in dit risico signaleringssysteem wordt gemeld. Alle scholen van Singelland in Smallingerland melden nu met enige regelmaat. De locatie VHS meldt het vaakst mede omdat de zorgmanager van die locatie participeert in de projectgroep VIF-Zizeo van deze gemeente. Voor het SWV heeft de zorgmanager van de VHS dhr. A. Visser een voorlichting gegeven over de locaties van Singelland Drachten over het invoeren in de verwijsindex. Er is een meldcode ontwikkeld/beschreven waar de professionals van deze locaties zich naar richten. Bij elke zorgteam VHS- en PCL-bijeenkomst wordt standaard de vraag gesteld of er gemeld is of dient te worden. Er zijn ondertussen meer instanties betrokken bij VIF Zizeo (zij hebben zich allen aangesloten bij het convenant VIF-Zizeo) en dit leidt ook tot meer matches. SWV en BJZ verkorte indicatie route De verkorte indicatieroute met BJZ is gerealiseerd. Op grond van het dossier wat scholen veelal al verzamelen voor hun ZAT’s en in het verlengde van hun ZAT bespreking gaan samenstellen kan binnen 2 weken een indicatie voor hulp worden afgegeven door BJZ mits de veiligheid niet in het gedrang is. Dat betekent dat als scholen een dossier volgens afspraken met BJZ aanleveren scholen/leerlingen niet meer 3 maanden hoeven te wachten voor er een indicatie voor hulp wordt afgegeven. Hieronder vind u de route uitgewerkt. Zorgcoördinatoren, SMW-ers en Orthopedagogen zijn gevraagd om leerlingen waarvan zij vinden dat BJZ moet worden ingeschakeld dit op deze wijze te gaan uitvoeren. De werkwijze is ontwikkeld in pilots die het afgelopen jaar op de VHS zijn gedraaid en kan nu in het hele SWV worden toegepast. BJZ en het SWV hebben de orthopedagogen van de scholen en de SMW-ers en ANW-ers geschoold in het samenstellen van het dossier. Project verkorte route bovenschoolse ZAT/PCL in het VO stap Procedure I.

II.

III.

In Zorgteam school/ZATSWV wordt leerling gesignaleerd die z.s.m. naar hulpverlening via BJZ zou moeten SMW van school/ reboundbegeleider voert gesprek met ouders en vult met ouders vragenlijsten van BJZ in Ortho (school of SWV) werkt vragenlijsten uit met gegevens SMW / Rebound begeleidergesprek in kort sociaal emotioneel onderzoek

Wie afname/regie Zorgteam schoolniveau

SMW/reboundbegeleider Zorgteam schoolniveau/ ortho

10


IV. V.

Melden casus bij ZATSWV/ PCL en eventueel inplannen Petra tijdens PCL/ ZATSWV BJZ zegt toe binnen 2 weken een indicatie af te zullen geven op grond van volledig dossier van de school

ZATSWV/PCL BJZ

SWV en jeugdhulp Nadat er met BJZ een geslaagde samenwerking voor een verkorte indicatieroute tot stand gekomen is, heeft jeugdhulp zich gemeld met de vraag of wij met hen ook een samenwerking zouden kunnen opzetten. Met de manager Zuid-Friesland Jeugdhulp is in november 2010 een verkennend gesprek gevoerd over mogelijke samenwerking. Afgesproken is het volgende: Evenals de pilot BJZ gaat een werkgroep de mogelijkheden voor samenwerking verkennen en dit vervolgens in de praktijk toetsen in een pilot. In die werkgroep zullen plaatsnemen: 2 managers van jeugdhulp (noord en zuid) en 2 coördinatoren SWV. Op de VHS en de Rebound worden pilots uitgevoerd. Ondertussen liggen er concrete voorstellen om de afstemming tussen jeugdhulp en de scholen te verbeteren. Hierbij wordt de zorgcoördinator het eerste aanspreekpunt en spil in het contact tussen de school en jeugdhulp. Voorheen liepen de contacten via mentoren, maar dit verliep meestal stroef. Verder heeft jeugdhulp de toezegging gedaan meteen na het plaatsen van een leerling binnen een jeugdhulphuis ouders toestemming te vragen om contact met school op te mogen nemen. Het behandelplan en het handelingsplan van de school zullen op het niveau van orthopedagoog/gedragsdeskundige worden uitgewisseld om van daaruit samen te komen tot 1 kind 1 plan. In een werkplaats 16 mei 2011 zullen de betrokkenen met elkaar kennismaken, de afstemmingsafspraken met elkaar gedeeld en de werkwijze van beide organisaties toegelicht. VSV-gelden Voor de periode 2008 – 2011 heeft het kabinet extra financiële middelen beschikbaar gesteld aan scholen voor VO en MBO voor het verminderen van het aantal VSV-ers. Die middelen worden langs twee lijnen beschikbaar gesteld: voor elke VSV-er minder een bedrag van € 2000,00 (hierover zijn in schooljaar 2007/2008 convenanten getekend) en via de zogenoemde programmagelden voor de samenwerkende onderwijsinstellingen in een RMCregio. De coördinator van het SWV participeerde in de werkgroepen die de programma’s voor deze gelden hebben uitgewerkt. Het doel van de programma’s is het verminderen van het aantal VSV-ers in de RMC-regio. Momenteel worden er in samenwerking met de scholen van de SWV-en 3.01, 3.02, 3.04 een viertal programma’s uitgewerkt: A. Preventieproject VMBO-MBO en daarbinnen vooral de overdracht van dossiers etc.; B. Methodiekontwikkeling binnen de Reboundvoorziening(en); C. Versterking verzuimregistratie (bv. de verdere implementatie verzuimprotocol, versterking deskundigheid personeel etc., melding en registratie via het digitaal VSVloket (verplicht onderdeel van de aanvraag); D. Versterking Zorgadviesteams (ZAT’s) in VO en MBO en het versterken van de zorgstructuur op de werkvloer. De acties A tot en met D van het VSV-programma zijn dit jaar uitgevoerd. De vervolgacties voor 2011-2012 zijn vastgesteld en zullen worden uitgevoerd door de scholen. In onderstaande factsheet zijn de VSV-resultaten van de scholen van het SWV in per 1 oktober 2008 weergegeven. VSV-ers Schooljaar 2009 -2010 In de grafiek hieronder staan de officiële gegevens over voortijdig schoolverlaten landelijk en in regio De Friese Wouden vermeld. Dit zijn de gegevens van alle VO en MBO-scholen van de regio. De gegevens van de scholen van het SWV zijn in de twee tabellen erna weergegeven.

11


In de regio is een hoog aantal VSV-ers gemeld in de monitor. Bij navraag op de scholen blijken alle reguliere leerlingen dan wel in cluster 4, het MBO of een gewone VO-school te zijn ingeschreven. Alleen de grote groep ISK leerlingen is een ander verhaal. Deze groep hoofdzakelijk Ama’s is slechts voor een deel te traceren. Als de leerlingen 18+ zijn (geen status), worden ze naar een ander AZC overgeplaatst. Hierna mogen ze niet meer verder leren, dus worden ze niet meer op een school ingeschreven. Dit betreft 8 leerlingen van de ISK. De ISK probeert leerlingen voor hun 18e op een MBO te plaatsen, zodat ze in ieder geval een niveau kunnen halen. Aangezien er nu heel veel 17,5 jarigen aangemeld worden op de ISK-afdeling, is het niet haalbaar ze voor hun 18e op een MBO te plaatsen qua niveau. Deze leerlingen zullen weer naar hun land terug moeten keren. Tot die tijd tellen ze als VSV-er. In grote lijnen volgt de regio de landelijke dalende trend. In het VO valt de lichte stijging op. Maar gezien de ‘ruis’ in de data zijn hier moeilijk conclusies aan te verbinden. VSV-ers RMC regio Friese Wouden 4,5 4 3,5

4

3,9 3,6

3,5

3,4

3,2

3,2 2,9

3

3 2,8

2,5

Regio De Friese Wouden Landelijke Cijfers VO

2 1,5

Landelijke Cijfers

Regio de Friese Wouden VO

1,7 1,5

1,5 1,2

1,5 1,3 1,2

1,3 1,1

1

1

0,5 0 2005/06

2006/07

2007/08

2008/09

2009/10

Aantal RMC 19

Singelland totaal (excl. ISK) BHS

1

Stellingwerfcollege Totaal SWV 3.01

3 23

VSV-ers SWV 3.01 Schooljaar 2008-2009 per 30/9/2009

Singelland locaties

Aantal gemeld rmc feb’11 3

Aantal gemeld Duo 20/3/’11 30

Totaal vsv-ers RMC+D uo 33

Singelland ISK

32

69

111

Vsv-ers In Renn 4 en Rec3 18 1 rec 3 0

Vsv-ers in MBO/ VO

Overig LPA/luzac/ afkickkliniek

Uiteindelijk def aantal vsv

10 MBO

1 luzac

3

BHS

2

8

10

7

2

1 nl.afkick-kliniek

37 (18+) 44 (MOB) 1

Stellingwerfcollege

8

10

18

1

13

2 LPA

2

Totaal SWV 3.01

45

117

172

27

53

4

86 VSV-ers

28

VSV-ers SWV 3.01 Schooljaar 2009-2010 per 30/9/2010

12


In SMV 3.01 is een hoog aantal VSV-ers gemeld, vooral op Singelland in de monitor van www.vroegtijdigschoolverlaten.nl. Bij navraag op de scholen blijken echter alle reguliere leerlingen dan wel in cluster 4 dan wel in MBO of een gewone VO school te zijn ingeschreven. De grote groep ISK-leerlingen behoeft enige toelichting. Deze groep, hoofdzakelijk Ama’s, is slechts voor een deel te traceren. Er is sprake van twee groepen: 1. MOB: dat zijn leerlingen die ‘Met Onbekende Bestemming’ zijn vertrokken, oftewel verdwenen (het betreft in totaal 44 ll.) 2. De 18+ leerlingen: Als leerlingen 18 jaar en ouder zijn en geen ‘status’ hebben, worden ze naar een ander AZC overgeplaatst. Hierna mogen ze niet meer verder leren, dus worden ze niet meer op een nieuwe school ingeschreven. Dit betreft 37 leerlingen van de ISK. Deze school probeert leerlingen voor hun 18e op een MBO te plaatsen, zodat ze in ieder geval een niveau kunnen halen. Aangezien er momenteel veel 17 ½ - jarigen aangemeld worden op de ISK , is het niet haalbaar ze voor hun 18e op een MBO te plaatsen qua niveau. Als de leerlingen worden overgeplaatst naar een ander AZC en ze zijn ouder dan 18 gaan ze niet meer naar school(regel van COA).Veel van deze leerlingen zullen uitgeplaatst worden naar het land van herkomst. Tot die tijd tellen ze bij DUO als VSV-er. Het lastige in het hele VSV-dossier is: 1. de verschillende lijsten: RMC lijst, DUO lijst (februari’11) 161 lln. en Duo lijst (mrt ’11) 88 lln. Steeds duiken er weer nieuw namen op en lijsten. Daar valt niet op te monitoren en te sturen. 2. leerlingen die onterecht als vsv-er worden bestempeld: • Leerlingen die zijn ingeschreven op Renn4 en 3 • Leerlingen ingeschreven op particuliere scholen zonder brinnummer zoals bv Luzac • Leerlingen die een opleidig bij defensie volgen (vorig schooljaar) • De ISK populatie met veel 18+ leerlingen en MOB leerlingen Voor het goed monitoren van VSV-activiteiten door het SWV is het noodzakelijk dat scholen/locaties doorlopend uitstroom van leerlingen bijhouden, zodat het SWV over een upto-date overzicht beschikt. De eenmalige DUO-meting voldoet niet aan dit doel. Aan scholen zal worden voorgesteld van een nieuwe lijst gebruik te maken om hun mutaties vanaf komend schooljaar bij te houden. De afspraken met MBO worden via het VSV-project A gerealiseerd. Dit schooljaar is het overgangsprotocol voor alle scholen via de zorgcoördinatoren en de decanen van de scholen provinciebreed nog verbeterd en verspreid. De afspraken die de samenwerkingsverbanden op provinciaal niveau hebben gemaakt met de vertegenwoordigers van het MBO (inclusief AOC) ten aanzien van de ‘warme overdracht’ zijn vastgelegd op een overzichtelijke jaarplanner. Deze is aan het begin van het jaar aangepast en wederom naar alle betrokken scholen verstuurd. Ook de decanen van de scholen zijn hierin betrokken. Tevens is er een nieuw overdrachtsformulier gemaakt met de opmerkingen van het afgelopen jaar. Dit is onder de scholen verspreid. Zaak is nu nog dat alle scholen (met name decanen en zorgcoördinatoren) hiernaar gaan handelen en zorg dragen voor een warme overdracht van de zorgleerlingen. Uit evaluaties blijkt dat dit nog onvoldoende geïmplementeerd is. De projectgroepen VSV-gelden worden voortgezet en worden op provinciaal project-niveau geëvalueerd (zie bijlage 6 voor de activiteiten). Plusvoorziening1

1

Zie ook bijlage 6: programma’s vsv

13


De Plusvoorziening is door de overheid opgezet vanuit de volgende overwegingen: ‘Overbelaste jongeren beschikken in principe over de capaciteiten om hun schoolloopbaan met minimaal een startkwalificatie af te sluiten, maar lopen door een opeenstapeling van problemen (gedragsproblemen, psychische problemen, instabiele thuissituatie, schulden en criminaliteit in de directe omgeving) een groot risico op zowel school- als maatschappelijke uitval. Leerproblemen worden hier niet onder begrepen. ’ 2 Voor de Plusgelden is de volgende aanpak gekozen. In november 2009 is een plan van aanpak geschreven hoe in RMC regio’s Fryslan-Noord en de Friese Wouden een Plusvoorziening wordt opgezet of uitgebouwd. Gekozen is om aan te sluiten bij de huidige Reboundvoorzieningen. De middelen voor de plusvoorzieningen zijn bedoeld voor ‘overbelaste’ jongeren. Dit is een kleine groep jongeren die problemen ervaart op één of meerdere leefgebieden. De schatting is dat landelijk 25% van de nieuwe VSV-ers overbelast is. Het gaat landelijk om een groep van 16.000 jongeren, een relatief kleine groep leerlingen, maar wel met de grootste problemen. De plusvoorzieningen zijn dus bedoeld voor de zwaarste doelgroep zorgleerlingen Dit betekent in aantallen ‘overbelaste jongeren’ in de provincie Friesland over het convenant jaar 2-2009-2010 het volgende: Nieuwe VSV-ers 2009-2010 (tussen () aantallen vorig jaar) VO MBO Totaal Overbelaste jongeren (=25%) Fryslan Noord 130 (187) 396 (553) 626 (740) 157 (185) Fryslan 61 (55) 160 (199) 221 (254) Zuidwest 55 (64) Friese Wouden 224 (202) 421 (500) 655 (702) 164 (176) 1502 Totaal Friesland 415 (444) 977 (1252) (1696) 376 (425)

Plusgelden worden inmiddels ingezet in de ISK voor inzet pluscoach en een ontbijtservice. De plusgelden worden ingezet voor de pluscoach (maatschappelijk werker) in de Rebound voor leerlingen van de Rebound en de mogelijkheid om deze pluscoach ook als ambulante Maatschappelijk werker in te zetten in scholen met veel jongeren die binnen de Plusgelden passen (bv ISK leerlingen). Zowel voor de Reboundleerlingen als ook voor andere overbelaste jongeren van de betrokken scholen kan de pluscoach een rol spelen bij de terugkeer naar regulier onderwijs. Rebound De Rebound-entree draait ondertussen 2 ½ jaar. Omdat de Rebound een voorziening is van de samenwerkingsverbanden 3.01, 3.02 en 3.04 maakt een van de bestuursleden deel uit van de stuurgroep Rebound. De Rebound heeft een zelfstandige teamleider. De teamleider participeert in de adviesgroep. In de adviesgroep zitten bovendien de drie coördinatoren van de participerende SWN-en en de directeur van de Sluisgroep (Cluster 4). Voor de Rebound is bij de invoering wel een mandateringspatroon opgesteld, waarin de eind-, taak- en resultaatverantwoordelijkheden van alle partners staan beschreven. Het SWV functioneert als kassierschool. De kinderziektes zijn er langzamerhand uit. Vorig schooljaar is een gezamenlijke evaluatie uitgevoerd. Vooral de samenwerking op de werkvloer tussen Renn4en Reboundmedewerkers is verbeterd en de communicatie met de scholen is geïntensiveerd. 2

Uit : Tijdelijke regeling Plusvoorziening OC&W ’10.

14


In onderstaande tabellen zijn de verwijzingen van de SWV 3.01, 3.02 (ZOF) en 3.04 die samenwerken m.b.t. de rebound voorzieningen in Drachten en Heerenveen opgenomen. Tevens zijn in onderstaande overzichten de leerlingengegevens van de observatiegroep in Drachten meegenomen. Officieel valt dit onderdeel van de Rebound onder de verantwoordelijkheid van RENN4, maar omdat we een totaalbeeld willen hebben van de verwijzingen naar de Rebound zijn ook deze data meegenomen in het overzicht. Bij de uitwerking van onderstaande tabellen is dankbaar gebruik gemaakt van de gegevens van de Reboundvoorziening. Gedetailleerde informatie is te vinden in de ‘Monitor Rebound’ (verkrijgbaar via de teamleider rebound ). In de tabellen worden de absolute aantallen genoemd. Vanwege het relatief geringe aantal leerlingen vertroebelen percentages het beeld, omdat geringe veranderingen tot grotere fluctuaties leiden. In tabel 1 is te lezen dat het aantal leerlingen in de Rebound Drachten (inclusief de observatiegroep) lijkt te stabiliseren. Bij de Rebound in Heerenveen zien we een toename. Landelijk wijst de inspectie in haar verslag er op dat een toename ook te maken kan hebben met het aanbod van een voorziening. Opgemerkt moet worden dat alle drie SWV-en gebruik maken van de voorziening op beide locaties. Tabel 2 geeft duidelijk aan dat SWV 3.01 en SWV 3.04 het meeste gebruik maken van de reboundvoorziening. Bij SWV 3.01 zien we het afgelopen schooljaar een stijging; bij SWV 3.02 (ZOF) een daling en bij SWV 3.04 een stabilisering. In tabel 3 is het aantal verwijzingen per school binnen het SWV 3.01 in beeld gebracht. Bij de VHS, BHS en de Venen zien we het afgelopen schooljaar een stijging, dit in tegenstelling tot het Stellingwerfcollege waar sprake is van een dalende tendens. Het Drachtster Lyceum heeft het afgelopen jaar geen leerlingen verwezen. De locatie Surhuisterveen verwijst nauwelijks leerlingen naar de Rebound. Opmerkelijk is dat de locatie Burgum tot nu toe geen leerlingen heeft verwezen naar de Rebound. Het doel van de Rebound voorziening is er voor te zorgen dat leerlingen uiteindelijk weer in het reguliere onderwijs teruggeplaatst worden. In tabel 4 is te lezen dat we hier nog niet volledig in slagen. Dit wordt mede veroorzaakt door de zware (multi)problematiek van de leerlingen die naar de Rebound worden verwezen. Regulier Onderwijs is voor leerlingen met deze problematiek dan vaak niet meer haalbaar. De logboekanalyses van de zorgteams bevestigen de toename van complexe leerling problemen. Hiermee is ook de kentering in plaatsing naar REC4 en ROC verklaard. Er worden sinds vorig jaar meer leerlingen verwezen naar REC4 en minder naar ROC. Aantal leerlingen Rebound

Aantal leerlingen per SWV (Drachten en Heerenveen, incl observatiegroep)

100

45

90

70

33 16

50 32

26

26

Heerenveen

30

Drachten obs

25

Drachten

20

30

15

20

10

10

28

31

07-08

08-09

32

28

35

34

33

35

23

60

40

40

40

80

28 3.01 3.02 zof 3.04

14 10

10

5 0

0 09-10

Tabel 1: aantal leerlingen Rebound per SWV

07-08

08-09

09-10

Tabel 2: Aantal Verwezen leerlingen

15


Verw ijzing Rebound scholen SWV 3.01 (Drachten en Heerenveen, incl observatiegroep) 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 0

Terugplaatsing en verwijzing (Drachten en Heerenveen)

19

25 22

21

20

13

20

12

07-08

10 7 5

5

2 0 VHS

Dr. L.

1 1 1 S'hveen

0 0 0

0

Burgum

PrO De Venen

7 5

09-10 4

07-08

13

08-09 10

8

8

3

1 BHS

15 15

08-09

9

09-10

7

5

STC

0

Tabel 3: verwijzing Rebound per School SWV 3.01 terugplaatsing en verwijzing Rebound

Regulier

Cluster 4

ROC

Tabel 4:

Taakveld 6. Professionalisering Het SWV heeft dit schooljaar verschillende professionaliseringactiviteiten georganiseerd en zelf uitgevoerd. De activiteiten zijn uitgevoerd als ‘werkplaatsen’, waarin de scholen zelf een belangrijke bijdrage hebben geleverd. Het accent bij de ‘werkplaatsen’ ligt voornamelijk op uitwisseling van ervaringen en expertise. De onderwerpen van de werkplaatsen waren: 27 september 2010 verzuimprotocol 17 januari 2011 leerlijn begrijpend lezen Alle/Joanneke Prenger 24 jan 2011 voorlichting aanvragen indicatie via de verkorte route BJZ en de scholen 16 mei 2011 voorlichting en kennismaking met jeugdhulp Cursus interpretatie WISC III Voor orthopedagogen en psychologisch assistenten van binnen en buiten het SWV is een eendaagse-cursus interpreteren van de intelligentietest de WISC III georganiseerd Intervisiebijeenkomsten Intervisie voor SoVa trainers Wederom zijn er intervisiebijeenkomsten georganiseerd voor SoVa-Intervisie met als doel 1) uitwisseling van methoden en materialen uitwisselen, positioneren van de SoVa-training binnen de school en 2) planmatig/methodisch werken leren aan de hand van praktijkcases. Intervisie voor dyslexiecoaches Voor dyslexiecoaches zijn drie intervisie/voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd • de organisatie en rol als coach aan de orde geweest • Huiswerk-demonstratie Twee netwerkbijeenkomsten Schoolmaatschappelijk werk De PCL heeft twee netwerkbijeenkomsten voor Schoolmaatschappelijk werkers uit het SWV opgezet. 21 september 2010 zijn de analysemallen van de SMW-ers van de scholen van SWV 3.01 naast elkaar gelegd van de problematieken die SMW-ers/AMW-ers op de scholen aan hun tafel krijgen. Ondertussen hebben alle scholen behalve locatie singelland Burgum een analyse van de problematieken gemaakt. Vanuit deze analyses worden ontwikkelingen en trends geanalyseerd op SWV niveau. Deze worden in de analyse van het SWV vertaald naar actiepunten voor beleid. Op 19 oktober 2010 en 24 januari 2011 werd voorlichting geven over het aanvragen van een indicatie via de verkorte route BJZ en de scholen voor de schoolmaatschappelijk werkers en algemeen maatschappelijk werkers van het SWV 3.01.

16


Taakveld 7. Beheer en financiën Voor de begroting: zie hoofdstuk 4 en de toelichting hierop. Taakveld 8. Communicatie met ouders Op het gebied van Communicatie binnen het SMV zijn geen nieuwe ontwikkelingen opgezet. De website wordt ‘in de lucht gehouden’ maar is niet erg actief meer gebruikt. Wat betreft de communicatie met ouders zijn de volgende zaken te vermelden: Vooruitlopend op de ontwikkeling van Passend Onderwijs waarbij ouders als groep meer zeggenschap krijgen op de afspraken die besturen binnen het regionale netwerk maken zijn in de werkgroep ‘maatwerk’ van het Drachtster Lyceum ouders uit de MR en werkgroep passend onderwijs betrokken in de hele planvoering en opzet van deze structuurklas. Zij hebben meegedacht en hun inbreng in deze werkgroep gehad en zijn nu verder opgegaan in een ouderklankbordgroep voor deze klas op de school zelf. Verder hebben ouders in principe een relatie met de school waar hun zoon/dochter zit en niet rechtstreeks met het SWV. De verantwoordelijkheid over toelating ligt dan ook bij de scholen. Mochten ouders een toelichting op een besluit of advies willen hebben of een klacht in willen dienen dan geldt daarvoor de algemene klachtenregeling van de scholen zelf. Hetzelfde geldt voor het ter consultatie inbrengen van leerlingen in de PCL en adviezen vanuit de PCL van het SWV. Ouders worden ingelicht door de betreffende scholen. De privacy afspraken hiervoor zijn n.a.v. de scholing van het NJI door de scholen aangescherpt. Ook hier geldt dat ouders voor toelichting op de adviezen van de PCL in eerste instantie terecht kunnen bij de school. Mochten er dan onduidelijkheden overblijven dan kunnen zij zich tot de coördinator van het SWV wenden. Dit schooljaar is een enquête ´samenwerking met ouders´uitgevoerd. Hiervoor is gebruik gemaakt van de betreffende NJI-enquête. De enquête is afgenomen bij de zorgcoördinatoren van de scholen van het SWV. Uit de enquête kwamen de volgende zaken naar voren: Alle scholen geven aan dat ze de noodzaak inzien om ouders meer te betrekken. Zowel in algemene zin als in het geval van extra begeleiding van leerlingen. Veel scholen zijn trots op hun open communicatie met ouders. Interessant zou zijn na te gaan of ouders dat ook vinden. De scholen noemen de volgende verbeteren actiepunten (in willekeurige volgorde): - Afnemen van een ouder-enquête in het kader van passend onderwijs (nul meting); - Scholen melden ook positief nieuws per telefoon of mail; - Ouders (meer) betrekken bij het opstellen en uitvoeren van het handelingsplan; - De zorgmogelijkheden van de school (onderwijszorgprofiel) en duidelijk de grenzen van de zorg aangeven. Wellicht zou een AB-er hier nog een rol in kunnen spelen; - Ouderbetrokkenheid en inzet verhogen door ouderparticipatie project Pro (informatie hierover van PrO); - Ouders meer betrekken bij het onderwijsprogramma, zodat ze inzien wat een en ander betekent voor school, hun kind en welke rol ze zelf kunnen spelen.

17


3. Zorgplan SWV 3.01 2011-2012 In dit zorgplan wordt dezelfde matrix gehanteerd als in de vorige edities. De Hoofdlijnennotitie 2007-2011, het nieuwe beleid Passend Onderwijs en de deelzorgplannen van de scholen hebben als basis gediend voor opzetten van het algemene deel van het zorgplan. Het samenwerkingsverband is vooral volgend en voegt toe wat voor de scholen gemeenschappelijk van belang is. De zorgplannen in de scholen hebben op deze wijze een eigen plek gekregen binnen het schoolbeleid. Het deelzorgplan is niet meer een autonoom fenomeen, maar geïntegreerd in de schoolontwikkeling. Het samenwerkingsverband stimuleert deze meer integrale visie op leerlingbegeleiding. Voor de uitwerking van de deelzorgplannen van de scholen wordt gebruik gemaakt van een algemene matrix. In bijlage 1 is deze matrix, inclusief de toelichting, opgenomen.

18


3.1 Zorgplan SWV 3.01 algemeen Activiteit

Doel

1 Ontwikkeling zorgbeleid o Ontwikkeling Passend onderwijs: uitvoeren van de werkagenda Passend Onderwijs

o

Resultaat

o Uitvoeren van de werkagenda passend onderwijs De werkagenda is als bijlage toegevoegd (bijlage 8)

De werkagenda wordt overeenkomstig de planning uitgevoerd.

Budget ‘11/123 €90.000-

o

Pilots Passend Onderwijs

o

Good practice PO ontwikkelen en stimuleren van innovatie bij docenten in de scholen.

o

Organiseren van presentatie/workshops van de pilots ‘10/11 in najaar 2011 en Monitoren en begeleiden van nieuwe pilots

o

Uitwerken OPDC/kenniscentrum

o

Het huidige OPDC herijken en transformeren tot een kenniscentrum voor het nieuwe SWV

o

o

De plaats van SWV 3.01 binnen de educatieve jeugdagenda

o

Bevorderen relatie Onderwijs en Jeugdzorg: de expertise van alle partijen betrekken bij de ontwikkeling en begeleiding van een kind en waar nodig afspraken maken over eigenaarschap.

o

Besluitvorming over kenniscentrum n.a.v een onderzoek naar de succesfactoren van het huidige OPDC en verkenning van de toekomstige rol van een kenniscentrum i.h.k.v. PO. Er zijn eenduidige samenwerkingsafspraken gemaakt tussen SWV/scholen, Gemeentes en jeugdzorg over verantwoordelijkheden en totstandkoming van begeleiding van kinderen. Er is een concept ‘een kind een plan’ vastgesteld.

o

Inrichten nieuw SWV

o

Communicatie / overleg (intern en extern) voortvloeiend uit samenwerking met nieuwe partners.

o

o

Implementatie van onderwijszorgprofielen in de scholen: van huidige situatie naar ambitieniveau; voorzetten van het traject onderwijszorgprofielen (‘10/11) voor de laatste tranche scholen.

o

De onderwijszorgprofielen zijn voor 1 januari 2012 door het team van de school vastgesteld. Aanvullende dieptezorg is door het SWV vastgesteld en opgezet.

o

Evalueren MBO kalender; bijstellen van de afspraken met het Primair onderwijs en REC.

o

De kalender voor de overgang MBO is in ZMT en met decanen geëvalueerd. €43.727 (overhead) Vervolgacties met MBO opzetten. In het kader van PO zullen de afspraken met Primair onderwijs en de REC’s worden bijgesteld.

o

Passend Onderwijs: Ontwikkeling zorgprofielen in de scholen

2 Bestuur & organisatie o Doorgaande leerlijnen PO-VO-MBO en samenwerking REC

3

De inhoud van de activiteiten is op dit moment nog niet te overzien. Om de overgang van de oude naar de nieuwe situatie zo soepel mogelijk te laten verlopen is het nodig om tijdig en frequent met de verschillende partners te overleggen.

€20.200 (startsubsidie PO)

Zie toelichting budget hoofdstuk 4

19


o

Sluitende aanpak rondom vsv’ ers.

o

Evalueren en bijstellen van VSV-project

o

De projectdoelen toetsen en eenduidig overzicht ontwikkelen voor het bijhouden van vsv-ers voor de scholen en SWV.

o

Plan ontwikkelen voor opzet consultatieve leerlingbegeleiding met ondersteuning vanuit SWV/OPDC aan de hand van concrete praktijkcases

o

Alle zat’s van de scholen vullen hun logboekanalyse in in de nieuwe analyse-mal Monitoring PRO geïndiceerde leerlingen uitbreiden naar andere scholen en locaties

3 Leerlingbegeleiding o

Leerlingbegeleiding binnen de scholen

o

Professionaliseren en versterken van de interne leerlingbegeleiding op de scholen

o

Logboekanalyse ZAT

o

Scholen houden logboek bij van de besproken leerlingen in hun ZAT

o

Monitoren PrO-leerlingen in VMBO

o

Participatie in RMC consultatieteam

4 Leertrajecten o Rekentoets ontwikkelen voor leerjaar 3

o

Zicht houden op ontwikkeling PrO-geïndiceerde leerlingen in VMBO

o

o

Om zicht te houden op de zwaarste categorie zorgleerlingen wordt deelgenomen aan eht RMC

o

o

Implementeren van referentieniveaus rekenen

o

Stimuleren van omgaan met diversiteit in de Scholen/klas Stimuleren van scholen tot een breed taalbeleid

o

o

Projecten hoogbegaafdheid (BHS, DL, STWC)

o

o

Taalbeleidplan voor alle scholen

o

5 Samenwerking extern o Verkorte indicatie scholen en BJZ

o

o

De coördinator participeert in het RMCconsultatieteam.

o

evalueren en implementatie borgen op alle scholen SWV

o

Er ligt een afstemmingsprotocol en een handelingsplan met gecombineerde doelen op weg naar 1 kind 1 plan Vervolg acties VSV A t/m D zijn opgesteld (2010 2011) en worden uitgevoerd door de scholen (zie bijlage 6) Eén bestuurder en de coördinator nemen deel aan resp. bijeenkomsten van de stuurgroep en de adviesgroep van de Rebound i.v.m. afstemmen beleid.

Afstemmingstraject met Jeugdhulp en de VO scholen

o Scholen en jeugdhulp stemmen hun begeleiding beter op elkaar af en komen tot 1 kind 1 plan.

o

Provinciaal project VSV

o

o

Participatie in Reboundvoorziening

o

Terugdringen schooluitval en stimuleren preventief handelen ter voorkoming van VSV (landelijk project) Afstemmen van Reboundbeleid met deelnemende SWV-en

o

o

€5. 600

Rekentoets voor leerjaar 3 ontwikkeld om Samen: vorderingen van de leerlingen tav de €3.000 rekenvaardigheden vast te kunnen stellen Monitoren van de projecten op de drie scholen Zoveel mogelijk scholen hebben een €7.000 taalbeleidplan opgepakt n.a.v. cito BL, Diataal en de RVC cijfers BL

Organiseren van korte lijnen bij verwijzing naar Jeugdzorg

o

Zorgbudget scholen: €130.000 Totaal Directe leerlingzorg € 356.467

Vsv middelen €700,-

Prov. middelen

Aparte begroting rebound.

20


6 Professionalisering o Werkplaatsen voor zorgcoördinatoren en docenten

Vraaggestuurde inhoudelijke bijeenkomsten met als o doel verdieping en/of uitwisseling van expertise

o

o

Elk jaar worden ongeveer 4 bijeenkomsten totaal georganiseerd. Thema’s worden aangedragen €4.000,door de zorgcoördinatoren. Drie bijeenkomsten per doelgroep

o

Vervolgbijeenkomsten intervisie sova-trainers en dyslexiecoaches o

Versterken van expertise door middel van collegiale uitwisseling en intervisie voor SoVa-trainers en dyslexiecoaches

o

Alle werkplaatsen en intervisiebijeenkomsten worden door deelnemers geëvalueerd in het kader van kwaliteitszorg

o

Leergang passend onderwijs

o

Professionalisering van docenten t.a.v. passend onderwijs

o

Extra bijdrage in de cursuskosten voor de leergang passend onderwijs voor schoolteams

o

Handelingsgericht indiceren

o

Indiceren op basis van onderwijsvraag van de leerling

o

Implementeren van een model voor handelingsgericht indiceren via de zorgcoördinatoren/ZMT

o

Bijstellen huidige opzet van begroting en verantwoording

o

o

Beleid ontwikkelen t.a.v. financieel beheer, verantwoording, verdeling van middelen en indicatiestelling

o

Ondersteuning van administrateur Singelland bij het opstellen van een professionele begroting en financieel beheer Zie werkagenda PO

o

Versterken zeggenschap ouders i.v.m. passend onderwijs.

o

7 Beheer, formatie & financiën o Begroting en verantwoording professionaliseren

o

Financieel beleid Passend onderwijs

8 Communicatie o Communicatie met ouders

Ouderbetrokkenheid per school inventariseren en activiteiten organiseren om ouders meer te betrekken bij begeleiding van hum kind Zie werkagenda PO

€6.500 Zie budget passend onderwijs onder 1.)

Budget passend onderwijs

21

3.2 Zorgplan scholen 3.2.1 3.2.3 3.2.2 3.2.3 3.2.4 3.2.5 3.2.6 3.3

Burgemeester Harmsmaschool Gorredijk Singelland Burgum Singelland De Venen (praktijkonderwijs) Singelland Drachtster Lyceum Singelland ISK Singelland Surhuisterveen Singelland Van Haersma Singel (VHS) Stellingwerf College Oosterwolde

3.2.1 Burgemeester Harmsmaschool Gorredijk Taakveld

1. Ontwikkeling zorgbeleid

Actiepunten 2010-2011 1. mentoraat, heterogeniteit en leerlingenzorg in de vernieuwde teamstructuur continueren. 2. Uitvoeren ontwikkelagenda ZEK 3. instellen van een kwaliteitsgroep. 4. zorg en begeleiding in de nieuwe afdelingsstructuur verder integreren. 5. continuering doorstroomonderzoek juniorklas 6. continuering werkwijze juniorklas 7. continuering werkwijze top8. 8. continuering werkwijze dyslexieprotocol en dyslexieouderavond 9. Taakomvang deskundigheid en werkwijze van dyslexiemedewerkers evalueren. 10. ontwikkelen protocollen veiligheidsmonitor 11. verzuimmonitor functioneren in de teams 12. Planmatige voorbereiding ontwikkelingen Passend Onderwijs 13. continuering invoering werkwijze CJG 14. vanaf augustus 2010 reëel werken met de verwijsindex VIFzizeo

Evaluatie oordeel 1. 4 Het mentoraat is zeer krachtig en voldoet aan optimale eisen van leerlingenzorg. dit punt komt opnieuw op de ontwikkelagenda omdat de nieuwe teamstructuur hier de basis van de leerlingbegeleiding in vindt. 2. 4 De ZEKagenda is volledig afgehandeld. 3. 4 De kwaliteitsgroep is aan de slag om een werkwijze te ontwikkelen. Hiervoor is Bureau Van Beekveld en Terpstra ingeschakeld. 4. 3 Ook volgend jaar blijft dit speerpunt in de teamontwikkeling. 5. 4 De juniorklas levert dit jaar voor de zesde maal leerlingen aan klas 1 en tevens is de klas voor 2011-2012 weer succesvol ingesteld. Er komen ook in 2011 15 leerlingen uit de juniorklas. Er is geen afstroom naar PRO. 6. zie 5. 7. 3 De Top8klas is een samenwerkingsverband met PROVO/PRIMO-Opsterland. We boeken ook dit jaar weer maximaal resultaat bij de begeleiding van hoogbegaafde leerlingen Er deden dit jaar 14 leerlingen mee. 8. 4 Het dyslexieprotocol wordt op de BHS zeer succesvol toegepast. Er is vanuit het samenwerkingsverband veel aandacht voor het relatief hoge aantal leerlingen met dyslexie. Toch is dit vergelijkbaar met de omliggende scholen binnen het samenwerkingsverband. De BHS indiceert zelf niet voor de verklaringen maar laat dat doen in OPDC-verband. De kosten van de verklaring neemt de BHS wel voor zijn rekening. Toch komt het zeer weinig meer voor dat leerlingen nog in het VO een verklaring moeten

Actiepunten 2011-2012 1. mentoraat, heterogeniteit en leerlingenzorg in de vernieuwde teamstructuur continueren. 2. zorg en begeleiding in de nieuwe afdelingsstructuur verder integreren vervolg. 3. Werkzaamheden kwaliteitsgroep uitbreiden en ook de samenstelling van de kwaliteitsgroep verbreden 4. doorstroomonderzoek en werkwijze juniorklas continueren. 5. continuering werkwijze top8. 6. werkwijze dyslexieprotocol verbreden en dyslexieouderavond vervolgen. 7. werkwijze dyslexiemedewerkers combineren met de nieuwe onderbouwstructuur. 8. RAAK- procedures verder toepassen. Dit richt zich op de sluitende aanpak van kindermishandeling. RAAK staat voor: Reflectie en Actiegroep Aanpak Kindermishandeling en de instelling van de meldcode Kindermishandeling. De zorgcoördinatie is getraind bij RAAK Fryslân en implementeert dit via IB in de teams. 9. Vervolg werken met veiligheidsmonitor 10. verzuimmonitor functioneren in de teams 11. Planmatige voorbereiding ontwikkelingen Passend Onderwijs. 12. werkwijze CJG verder uitbreiden en de verwijsindex ook actief toepassen.


krijgen. Op jaarbasis is dit minder dan 5 stuks voor de gehele eerste klas. Kinderen komen dus van het basisonderwijs met een geldige verklaring. De BHS heeft een unieke aanpak van screening en dyslexieondersteuning. Alle dyslectische eersteklassers krijgen zorg op maat. De dyslexieouderavond wordt georganiseerd door de coördinator dyslexie en de medewerkers. Ondersteuning en expertise worden verder ingekocht via het OPDC. De slagzin 'disleksie is coel en seksie' deed het dit jaar erg goed bij de ouders op de ouderavond 9. 4 De 2 medewerkers/ RT die bij de uitvoering van de dyslexiebegeleiding betrokken zijn hebben een te grote caseload voor 2 personen. Een 3e RT-medewerker is heeft ook een deeltaak in de dyslexiebegeleiding toebedeeld gekregen. Voor de afstemming tussen de coördinator en de medewerkers wordt een protocol opgesteld. 10. 4 De uitkomsten van de veiligheidmonitor zijn in het mentoraat geagendeerd en hierop wordt inhoudelijk verder mee doorgegaan. De monitor wordt gecontinueerd. 11. 4 De werkwijze rondom de verzuimregistratie en -melding wordt in alle jaarteams toegepast. 12. 4 Onder begeleiding van het SWV wordt het zorgprofiel van de school verder uitgewerkt. 13. 2 De werkwijze van het CJG is opgenomen in de werkwijze van het ZAT. Tevens zijn aan het ZAT toegevoegd mevr. M. Hettinga, coördinator CJG, en is op afroep mevr. B. Wijbinga, frontoffice WMO, voor het schoolzorgteam beschikbaar. 14. 3 Er is dit jaar wel een start gemaakt om met de verwijsindex aan de gang te gaan. De beide zorgcoördinatoren worden geschoold om te kunnen melden. KGM (afdelingsleider leerlingenzorg) blijft verantwoordelijk voor

24


meldingen. Scholing en voortgang wordt nog dit jaar afgehandeld via CJG-Opsterland.

2. Bestuur & Organisatie

1. alternatieven ontwikkelen voor vroegsignalering en preventief uitval. dit onderdeel als agendapunt inbrengen in het ZMT en ism Rebound. 2. continuering beleidsontwikkeling via werkgroep CJG Opsterland 3. Provo-werkgroepen ontwikkelen op gemeenschappelijke activiteiten, zoals techniek, rekenen, taal. 4. continuering samenwerking WSNS 5. Op SWV niveau/ Bestuur/Directie afspraken maken om aan de eisen van Passend Onderwijs te kunnen voldoen. 6. BHS houdt voor de eigen locatie vast aan het uitgangspunt dat een leerling op doelmatige wijze opgeleid kan worden voor het examen. In dit licht dienen de mogelijkheden te worden verkend.

1. 4 Het mentoraat van de BHS is een zeer krachtig instrument voor wat betreft vroegsignalering. Uitvalpreventie nog steeds hoofdzakelijk een interne aangelegenheid. De uitvalaantallen zijn zeer gering. Preventieve inzet van Rebound komt niet van de grond. Reboundinzet is in de meeste gevallen een schakeling naar zwaardere orthopedagogisch didactisch ondersteuning. De inzet van de psycholoog van SWV heeft in een aantal gevallen wel geleid tot vroegsignalering en voorkomen dat een leerling in Reboundsetting geplaatst diende te worden. 2. 3 De werkzaamheden en activiteiten van CJG zijn voortvarend opgenomen in de werkwijze van de BHS er sprake van goede afstemming met het CJG. 3. 3 Op alle drie de genoemde onderdelen is PROVO actief en succesvol. De geplande conferentie is niet geagendeerd. Wel zijn er afspraken gemaakt voor volgend jaar. 4. 2 De contacten met WSNS zijn van oudsher goedmaar wel minder intensief dan in voorgaande jaren. Dit zal volgend jaar weer actiever te worden opgepakt door de zorgcoördinatie en de onderbouwteams. 5. 3 Er zijn goede initiatieven om Passend Onderwijs voor te bereiden. De initiatieven zijn nog niet breed in de teams doorgevoerd. De bestaande BHSwerkwijze kan echter goed voldoen aan de vraag. Voor de nieuwe teamstructuur wil de BHS verdere activiteiten

1. alternatieven ontwikkelen voor vroegsignalering en preventief uitval. dit onderdeel als agendapunt inbrengen in het ZMT en ism Rebound. 2. continuering beleidsontwikkeling via werkgroep CJG Opsterland 3. Provo-werkgroepen ontwikkelen op gemeenschappelijke activiteiten, zoals techniek, rekenen, taal en een werkgroep samenwerking po/vo instellen. 4. continuering samenwerking WSNS 5. Op SWV niveau/Bestuur/Directie afspraken maken om aan de eisen van Passend Onderwijs te kunnen voldoen. 6. BHS houdt voor de eigen locatie vast aan het uitgangspunt dat een leerling op doelmatige wijze opgeleid kan worden voor het examen. Het zorgprofiel van de school zal hierop worden afgestemd

25


3.Leerlingbegel eiding

1.

2.

3.

4. 5. 6.

7.

8.

9.

10.

ontplooien 6. 3 Het zorgprofiel van de BHS is in ontwikkeling Actieplan zorg en begeleiding 1. 2 De vertrouwde werkwijze van per jaarteam ontwikkelen en mentorbegeleiding en leerlingenzorg kon gewoon uitvoeren. gecontinueerd worden. De teamontwikkeling is Ieder team een eigen Interne nog niet in zo'n stadium dat de leerlingenzorg op Begeleider met bijbehorende andere wijze aangepakt moest/kon worden. taakafspraken 2. 2 De IB-RT toedeling is in de planvorming LWOO-begeleiding geleidelijk opgenomen en zal voor het volgende schooljaar gezamenlijke worden ingevuld. verantwoordelijkheid maken van 3. 3 In de planvorming is opgenomen dat mentor en IB-er samen. Mentortaken en IB-taken binnen de teams met werkwijze LWOO zorg op elkaar dienen te versmelten. Hierbij is als mentorniveau aansturen. kanttekening dit jaar gebleken dat er scholing en RT meer koppelen aan reguliere tijdsfasering nodig is om dit binnen de lesactiviteiten. teamontwikkeling te realiseren. mogelijkheid behouden om 4. 3 De mentoren zijn en voelen zich zeer aanvullende zorg waar nodig toe betrokken bij de begeleiding van de lwoote passen op het gebied van leerlingen maar missen op dit moment de interne begeleiding, remedial structuur om dit doelmatig uit te kunnen voeren. teaching en dyslexie De bestaande werkwijze was kwalitatief goed tot ondersteuning. zeer goed gezien de opstroomgetallen. Voor Teamscholing tbv zorg en volgend jaar zal de effectiviteit op dit gebied begeleiding, ondersteuning door worden verbeterd binnen de teamontwikkeling. AB van REC’s 5. 3 Binnen de lessen Nederlands, Engels en Preventieve en vormende Wiskunde is RT-zorg is de reguliere activiteiten van mentoruur en lesorganisatie opgenomen en zal volgend jaar projectonderwijs planmatig verder worden uitgewerkt. onderdeel van de 6. 4 In de tijd die nodig is om de zorgstructuur om teamontwikkeling te vormen naar meer teamgerichte begeleiding NEW-pleinen in de loop van zal de aanvullende zorg die tot nu toe werd 2011 voor de gehele geboden op peil blijven. Dit betekent dat de BHS onderbouw, per team voorzien het niveau van IB en RT-zorg ongewijzigd zal van RT en IB zorg. continueren. Teams scholen en ondersteunen 7. 2 Het kost veel moeite om de AB-zorg op peil te om zelf preventieve en curatieve houden. De Ambulante diensten van de diverse acties te initiëren. REC's hebben vorig jaar versneld bezuinigingen

1. Actieplan zorg en begeleiding per jaarteam ontwikkelen en uitvoeren vervolgen. 2. Ieder team een eigen Interne Begeleider met bijbehorende taakafspraken nader invullen. 3. LWOO-begeleiding geleidelijk gezamenlijke verantwoordelijkheid maken van mentor en IB-er samen. 4. werkwijze LWOO zorg op mentorniveau aansturen. 5. Uitkomsten van het Onderzoek Passend Onderwijs tbv RT op NEW-pleinen toepassen in de teamstructuur. 6. Leerling-besprekingen verder uitbouwen in de nieuwe teams en bekijken of de bestaande kernteambesprekingen kunnen vervallen. 7. RT meer koppelen aan reguliere lesactiviteiten. 8. mogelijkheid behouden om aanvullende zorg waar nodig toe te passen op het gebied van interne begeleiding, remedial teaching en dyslexie ondersteuning. 9. Teamscholing tbv zorg en begeleiding, ondersteuning door AB van REC’s 10. Preventieve en vormende activiteiten van mentoruur en projectonderwijs planmatig onderdeel van de teamontwikkeling 11. NEW-pleinen in de loop van 2011 voor de gehele onderbouw, per team voorzien van RT en IB zorg. 12. Teams scholen en ondersteunen om zelf preventieve en curatieve acties te

26


11. Werkwijze LGF continueren. 12. Eigen aanpak ontwikkelen( inclusief financiering van de begeleiding) voor nietgeïndiceerde zorgleerlingen ( Actie richting ontwikkelingen passend onderwijs) 13. Beter zichtbaar maken van schoolmaatschappelijk werk binnen het kader van de ontwikkelingen rond CJG. 14. continuering van de pilot WIVO training in alle eerste klassen.

doorgevoerd, waardoor de ondersteuning van de rugzakken door DIE diensten onder druk staat. DE BHS heeft uit de reguliere begroting intern aanvullende expertise ingekocht om de lacunes op de vangen. In dit kader zijn de bezuinigingen op Passend Onderwijs al rechtstreeks in de school merkbaar. Dit is ook voor punt 12 van toepassing. De preventieve ondersteuning van teams door AB-ers is uiteraard daardoor ook onder druk komen te staan. AB-ers hebben te maken met herijking (verzwaring) van takenpakketten. 8. 4 gerealiseerd in de teams 9. 4 gerealiseerd in de plannen. Wordt geïmplementeerd in de uitvoering. 10. 2 In de nieuwe teams moet dit nadrukkelijk aan de orde komen. 11. 3 De Werkwijze LGF kan dit jaar nog redelijk goed worden gecontinueerd worden. De AB-zorg is op dit moment al aangevuld door BHS eigen aanpak. Er is grote zorg of leerlingen in de toekomst nog wel tijdig en volledig worden geïndiceerd binnen de nieuwe structuur van Passend Onderwijs. 12. 3 Zie opmerkingen bij punt 7 en punt 11. BHS is zeer proactief met het inspelen op de nieuwe situatie. Vooral door het aanstellen van eigen Interne Ambulante Begeleiding. 13. 4Schoolmaatschappelijk werk, Janneke Nijholt, is een onmisbare schakel in de zorgstructuur van de BHS. BHS pleegt structurele investeringen om deze zorg op peil te houden. Met Bureau JeugdZorg is intensiever contact op begeleiding en hulpvraag beter af te stemmen. 14. 4 Deze vorm van groepsgewijze sociale vaardigheidstraining is een uitstekend onderdeel van de reguliere mentorzorg.

initiëren. 13. Werkwijze LGF continueren. 14. Eigen aanpak ontwikkelen( inclusief financiering van de begeleiding) voor niet-geïndiceerde zorgleerlingen ( Actie richting ontwikkelingen passend onderwijs) 15. Beter zichtbaar maken van schoolmaatschappelijk werk binnen het kader van de ontwikkelingen rond CJG. 16. continuering van de WIVO training in alle eerste klassen.

27


4. Leertrajecten 1. Evaluatie werkwijze Rebound initiëren. 2. Interne en externe alternatieve trajecten onderzoeken. 3. Renn-4 verwijzing/uitwisseling stimuleren en vereenvoudigen 4. Contact jeugdzorg verbeteren 5. Overlegsituatie regievoerders Verwijsindex initiëren in de eigen ZAT-overleggen. 6. ZAT-protocol actualiseren in het licht van de nieuwe teamstructuur 7. werkwijze LGF continueren en samenwerking met de REC’s intensiveren om gezamenlijke trajecten af te spreken. 8. vervolgen van de ontwikkeling van maatschappelijke stages en buitenschools leren en leerwerktrajecten. 5. 1. PCL swv3.01 en RMC Samenwerking 2. Jeugdzorg Extern 3. WSNS 4. Provo 5. HALT 6. Buurtbewoners 7. Politie 8. Renn4 en REC2 en REC3 9. CJG/ Jong in Opsterland 10. ROC’s in de omgeving In bovengenoemde samenwerking nagaan en/of uitbreiden 6. 1. ZATstructuur en Interne Professionaliser Zorgteams afstemmen op de ing nieuwe afdelingsstructuur. 2. Teamscholing wordt deeltaak

1. 2 Dient opnieuw in de plannen te worden opgenomen. Is niet gerealiseerd binnen het SWV. 2. 2 3. 1 Hierin is geen verbetering gekomen. 4. 3 Er is intensiever contact met Jeugdzorg en men wil op afroep aansluiten bij ZAT en IB/ZC overleg 5. 3 Dit is in gang gezet met CJG 6. 3 Is goed op schema binnen de nieuwe structuur 7. 2 Door de ontwikkelingen PO is hier veel onzekerheid op dit punt 8. 3 Goed op schema

1. Evaluatie werkwijze Rebound initiëren. 2. Interne en externe alternatieve trajecten onderzoeken. 3. Renn-4 verwijzing/uitwisseling stimuleren en vereenvoudigen 4. Contact jeugdzorg verbeteren 5. Overlegsituatie regievoerders Verwijsindex initiëren in de eigen ZAToverleggen. 6. ZAT-protocol actualiseren in het licht van de nieuwe teamstructuur 7. werkwijze LGF continueren en samenwerking met de REC’s intensiveren om gezamenlijke trajecten af te spreken. 8. vervolgen van de ontwikkeling van maatschappelijke stages en buitenschools leren en leerwerktrajecten.

1. 3 2. 3 3. 3 4. 3 5. 2 6. 4 7. 4 8. 2 9. 4 10. 4

1. PCL swv3.01 en RMC 2. Jeugdzorg 3. WSNS 4. Provo 5. HALT 6. Buurtbewoners 7. Politie 8. Renn4 en REC2 en REC3 9. CJG/ Jong in Opsterland 10. ROC’s in de omgeving Alle bovenstaande externe samenwerking dient gecontinueerd 1. Voortgang afstemmen ZATstructuur en Interne Zorgteams op de nieuwe afdelingsstructuur. 2. Teamscholing verder uitwerken nu de

1. 3 We liggen met deze aanpassingslag goed op schema, maar gooien de oude schoenen niet weg voor de nieuwe goed passen. 2. 2 Dient nadrukkelijk in de planvorming te

28


van de IB-er van het Team. 3. IB-scholing 4. RT-ers scholing 5. overleg van de Interne Begeleiders met de Afdelingsleider Zorg en Begeleiding en de teamcoördinatoren in jaarplanner. 6. overleg van de RT-ers met de zorgcoördinator in jaarplanner 7. inhuren van de orthopedagoog van het samenwerkingsverband en regeling voor plaatsgebonden werkplek afspreken ( 80 uur op jaarbasis) 8. Inloopfunctie orthopedagoog regelen 9. Werkwijze en caseload van de vertrouwenspersonen evalueren

3. 4. 5.

6. 7. 8. 9.

worden opgenomen, inclusief budgettering. De middelen worden deels gegenereerd via een nieuw aan te vragen SWV-pilot Passend Onderwijs in dit verband. 2 Idem zie 2 2 Idem zie 2 4 Het IB/ZC overleg wordt systematisch in de jaarplanner opgenomen en maakt deel uit van de IB taak. Op jaarbasis wordt door deze medewerkers 240 klokuren aan dit overleg besteed. 3 Overleg is wel gerealiseerd, nog niet structureel in de agenda opgenomen. 4 Dit is dit jaar uitstekend ingevoerd en toegepast 4 idem zie 7 3 Dit jaar is de formatie voor vertrouwenspersoon uitgebreid. De werkwijze is niet structureel geëvalueerd.

3.

4. 5.

6.

7.

8.

9. 10.

planvorming veel concreter is. Het versmelten van IB en mentortaken is daar onderdeel van. IB-scholing om processen van consultatieve leerlingbegeleiding beter in de teams te begeleiden. RT-ers scholing nauwkeuriger afstemmen op de gewijzigde structuren. Opstellen en vernieuwen van protocollen taak van de leraar, mentor, Interne begeleider, remedial teacher, onderwijsassistent. overleg van de Interne Begeleiders met de Afdelingsleider Zorg en Begeleiding en de teamcoördinatoren in jaarplanner. overleg van de RT-ers met de zorgcoördinatoren actualiseren en in jaarplanner opnemen. continueren expertise van de orthopedagoog van het samenwerkingsverband en regeling voor plaatsgebonden werkplek afspreken ( 80 uur op jaarbasis) Inloopfunctie orthopedagoog regelen Werkwijze en caseload van de vertrouwenspersonen evalueren

7. Beheer en financiën

Effectiviteit van de leerlingenzorg, inclusief kwaliteitszorg nagaan. Dit punt wordt voorgelegd aan de in te richten kwaliteitsgroep.

4 De MRVscan wordt voor dit doel uitgevoerd. Om de bevindingen verder uit te werken en toe te passen moet dit punt volgend jaar gecontinueerd worden

Effectiviteit van de leerlingenzorg, inclusief kwaliteitszorg nagaan. Dit punt wordt voorgelegd aan de in te richten kwaliteitsgroep.

8. Communicatie

1. Communicatie met het basisonderwijs in de ruime regio op gebied van aanbod, differentiatie en zorgbreedte en samenhang.

1. 2. 3. 4. 5.

1. Vensters Voor Verantwoording, kwaliteit van de leerlingenzorg en kwaliteitszorg met elkaar verbinden. 2. Communicatie met het basisonderwijs in de ruime regio op gebied van aanbod,

3 3 3 3 3

29


2. PR- BHS in de nieuwe afdelingsstructuur plaatsen 3. Evaluatie 'Webcommunicatie' 4. Automatisering van de zorgregistratie verder ontwikkelen 5. Participatie ouder- en leerlingenraad intensiveren.

Al deze onderdelen zijn op het goede tempo in ontwikkeling en worden gecontinueerd

3. 4. 5. 6.

differentiatie en zorgbreedte en samenhang. PR- BHS in de nieuwe afdelingsstructuur plaatsen. vernieuwing completeren van @VO. Automatisering van de zorgregistratie verder ontwikkelen Participatie ouder- en leerlingenraad intensiveren.

30

3.2.3

Singelland Burgum

Zorgplan 2011/2012 Opbrengst 2010-2011

Zorgplan 2011/2012 Evaluatie 2010/20111 (geef oordeel en toelichting)

I. Ontwikkeling zorgbeleid • Dyscalculie • Dyscalculie: begeleiding We willen ons meer richten op remediërend aspect, waarbij we ons richten op de referentieniveaus taalen rekenen, die met ingang van 2013 – 2014 onderdeel vormen van het examen. Oordeel: goed

• Sociale vaardigheden: 2010/2011 starten met groepen Continuering van intervisie van trainers

•

Sociale vaardigheidstraini ng

Oordeel: SV niet voortgezet. Intervisie wel gevolgd door docent weerbaarheidstraining

Activiteit (korte omschrijving activiteit)

• Dyscalculie Continuering van dyscalculie/ rekenbegeleiding. Professionalisering van begeleiders. • Taal algemeen Ontwikkelen van taalbeleid m.b.t. referentieniveaus. • Begrijpend lezen groep is gestart. Implementatie hiervan • Rots en Water In verband met overlap is besloten i.p.v. soc. vaardigheden, Rots en Water in te voeren. (docent wordt geschoold en voert reeds uit)

Wie en wanneer

Docenten wiskunde / rekenen (basiszorg) Talentuur

In principe dienen alle collega’s dit te doen. (basiszorg) Talentuur en reguliere lessen

Docent lich. Opvoeding. (basiszorg) Talentuur

Opbrengsten het beoogd effect/resultaat van de activiteit


•

•

•

Faalangstreductietraining andere invulling aan cursus en scholing van een docent

• Faalangstreductietrai. Sidderkuur bevalt niet. Andere cursus en scholing van docent

Weerbaarheidstraining Rots en water: docent wordt opgeleid en gaat trainingen verzorgen

Zie bovenstaande

Dyslexie: Leesbevordering. Het starten van een groep sleeplezen

Docent (basiszorg) Talentuur

Leerlingbegeleider • Dyslexie blijft gecontinueerd. Sleeplezen wordt Talentuur in gang gezet.

Oordeel:FRT niet gegeven Weerbaarheidstraing:goed Dyslexie : goed II.Organisatie •

OSBK

OSBK in klas 2 blijft om organisatorische redenen bij de mentoren. We zetten in op een betere instructie van de mentoren door de decaan. Mogelijk geeft de decaan een aantal gastlessen. Daarnaast houdt ze meer de vinger aan de pols.

• OSBK Continuering van vorig jaar. Decaan start de lessen op. Mentoren geven de lessen. Decaan verzorgt gastlessen

•

•

Decaan gaat OSBK weer voor haar rekening nemen. Heeft meer expertise in huis dan mentoren. Mentoren klas 2 verzorgen algemene studievaardigheden

Decaan (basiszorg) Mentoruur

Mentoren klas 2 (basiszorg) Mentoruur

32


Oordeel: wel gebeurd, maar niet tevreden over uitkomst

III en IV. Onderwijs- en leerlingbeleid/leerinhouden •

ICT (DPF, ELO, Webportaal, assessmentcenter, digitaal schoolbord)

• Wintoets Digitale manier van toetsen • Verder implementeren van ELO • Webportaal Verder uitbreiden. Ook met nieuwsbrieven

•

Zinvolle invulling van talenturen

• Talenturen 2010/2011 komt een nieuwe structuur in verband met zorg. Het aantal begeleidingsmomenten tijdens de talenturen uitbreiden en vooraf komen met een planning waarin alle verschillende vormen van leerlingenzorg zijn opgenomen. Hierdoor worden de begeleidingsmogelijkheden voor mentoren (en docenten) overzichtelijker. Dit zal het screenen van leerlingen door mentoren en (docenten) verbeteren. Keuzemogelijkheden van de leerlingen verbreden

• Ontwikkelen nieuwe leerling volgsysteem via kwadrantenmodel • Magister ingevoerd.

Alle docenten

• Continuering Toevoegen van begrijpend lezen

Alle docenten Talentuur

Alle docenten

33


Oordeel: Wintoets niet gedaan ELO :goed Webportaal :goed Talentuur: goed V. Samenwerking extern Toelichting Borgen

Oordeel:goed

Continuering Verwijsindex Verzuimloket

Leden ZAT, PCL, AMK, jeugdzorg, Renn 4 (breedtezorg/dieptezorg) Teamleider/zorgcoördinator (basiszorg)

VI. Professionalisering •

LGB leerlingen en omgaan met verschillen

•

We merken steeds vaker dat de specifieke begeleiding van LGB leerlingen weerstand oproept bij andere leerlingen. Ze hebben het gevoel dat er met twee maten gemeten wordt, waardoor er weerstand ontstaat. We willen het team scholen in de aanpak van leerlingen met een gedragsstoornis. Hoe gaan we hiermee om zonder dat de weerstand ontstaat? Oordeel: goed

• LGB leerlingen Continuering van afgelopen jaar.

•

Ambulant begeleider Spreekuur ambulant begeleider wordt nog een Woensdagochtend

34


Spreekuur door Ambulante begeleider Kenniscentrum op ELO

jaar ingezet •

Continuering van ELO als kenniscentrum

Oordeel: Goed •

•

Intervisie voor alle docenten.

•

We willen voor alle docenten in elk geval drie keer een intervisiebijeenkomst organiseren, waarbij leerlingenzorg een thema kan zijn. Voor startende docenten worden ook nog specifiek drie bijeenkomsten

(breedtezorg)

teamleider / docenten (basiszorg)

•

continueren

Docent coach en externen (basiszorg)

•

continueren

Docent coach (basiszorg)

Oordeel: intervisie goed

VII. Financiën en beheer Financiën vooronderzoek en begeleiding van dyscalculie zijn bij de gemeente (OTT) aangevraagd.

• •

Gemeentelijke commissie buigt zich over de verdeling van de middelen.

OTT gelden aanvragen bij gemeente • MRV scan continueren (goed zicht hebben hoe zorggelden worden besteed)

• OTT gelden nog een keer Zorgcoördinator/ Gemeente (Breedtezorg) aangevraagd.

• MRV scan handhaven

Zorgcoördinator/ directie Teye v.d. Bij (basiszorg)

35


Oordeel: goed

VIII.

Communicatie (intern en met ouders) Zie leerlingbegeleiding Toelichting:Ouders hebben webportaal toegang tot webportaal

Magister is ingevoerd. Ouders hebben ook hier toegang tot webportaal.

(basiszorg)

Oordeel: Goed

36

3.2.2 Singelland De Venen (praktijkonderwijs) Zorgplan 2010-2011 Taakveld / actiepunten Evaluatie 1. Ontwikkeling zorgbeleid Oordeel: 3 Toelichting: Het schoolmodel is • Schoolmodel pro De Venen inhoudelijk nader uitgewerkt. Voor de • Loopbaanprofielen derde fase worden loopbaanprofielen • Kennis, vaardigheden en ontwikkeld. Hierbij worden de competenties. opbrengsten van de pilot “wederzijds • Groepsdoorbrekend werken leren” meegenomen. Er is een kadernotitie geschreven over kennis, vaardigheden en competenties, waarin ook de drie uitstroomprofielen nader zijn geconcretiseerd. Door het groepsdoorbrekend werken bij de avo vakken wordt er beter afgestemd op de individuele leerling. Resultaat zijn verbeterde leeropbrengsten. De AKA opleiding is in concept gereed. • •

Planmatig werken Pedagogische lijn

Oordeel: 3 Toelichting: Het aantal contactmomenten met ouders ( en leerlingen) is verruimd in de cyclus planmatig handelen. De logboeken van het zorgteam en het ZAT zijn geanalyseerd. Er zijn plenair presentaties gehouden over het aanbod per vak. De beredeneerde didactische modellen maken deel uit van de beoordelingssystematiek. De methodiek oplossingsgericht handelen is geïntroduceerd met behulp van een pilot van het swv. De methodiek moet zich ontwikkelen als de pedagogische lijn van de school.

Zorgplan 2011 - 2012 Taakveld / actiepunten Toelichting Vervolg ontwikkeling Uit het inspectierapport kwam naar schoolmodel: voren dat er meer aandacht aan de afstemming op de individuele leerling • Implementatie is gewenst. Binnen de klassensituatie loopbaanprofielen. wordt hier aandacht aan besteed • Continuering branche gericht werken (zie opbrengsten project binnen de didactische modellen. In de IOP’s moeten meer de individuele “wederzijds leren” • Leerlijnen vrije tijd, burgerschap accenten per leerling worden beschreven. Het individuele maatwerk en wonen integreren in cluster is een verdere detaillering van het M(ens)& M(aatschappij). schoolmodel. Passende programma’s • Het aanbod koppelen aan een zijn onderdeel van de doorgaande beoordelingsystematiek. lijnen en het opbrengstgericht • Continueren: handelen. groepsdoorbrekend werken. • Uitstroommonitor analyseren en vertalen in de loopbaanprofielen. Continuering planmatig De IOP”S zijn ingevoerd, maar handelen: aandacht blijft nodig voor de • De kwaliteit van de IOP’s blijven kwalitatieve verdieping. Bij de kwaliteitsslag kan er meer aandacht aandacht vragen. De worden besteed aan de kwaliteiten leerlingbegeleiders coachen de van de leerlingen. (Verbinding mentoren. oplossingsgericht handelen.) De • Beredeneerde didactische leerlingen moeten meer bij hun IOP modellen regelmatig op de worden betrokken (eigenaarschap). agenda’s van het Vanuit de taakgroep vakgroepoverleg plaatsen. • Implementatie oplossingsgericht leerlingbegeleiding wordt via collegiale consultatie aandacht besteden aan de handelen d.m.v. leren in de verhoging van de kwaliteit. praktijk, trainingen en theorie. De methodiek oplossingsgericht • Nadere uitwerking handelen is bekend, maar moet, de oplossingsgericht handelen komende jaren, onderdeel worden van pedagogische lijn. het praktisch handelen.


2. Bestuur & Organisatie • Zorgcoördinatie • Taakgroep leerlingbegeleiding.

Oordeel: 3 Toelichting: Alle taken binnen de leerlingenzorg zijn ondergebracht bij de taakgroep leerlingenbegeleiding. Vanuit deze taakgroep vindt coördinatie en afstemming plaats.

3. Leerlingbegeleiding • Veilige en ordelijke schoolomgeving

Oordeel: 3 Toelichting: Het schoolveiligheidsplan is gereed volgens de richtlijnen van het NJI. Het project de gezonde school wordt volgens plan uitgevoerd. Samen met de leerlingen wordt het project MOOO uitgevoerd. Hierin wordt aandacht besteed aan de schoolomgeving en het respectvol omgaan met elkaar. Oordeel: 3 Toelichting: Het ZAT heeft volgens planning gefunctioneerd. De leerlingen worden besproken via het logboek. Op basis van het logboek is er ook een nadere analyse gemaakt van de problemen. Het hanteren van de verwijsindex gebeurt nog te fragmentarisch. Oordeel: 4 Toelichting: De LGF leerlingen zijn begeleid door een specifieke leerlingbegeleider. De ambulant begeleider vanuit de clusters 3 en 4 werken meerdere dagdelen op locatie met leerlingen. Binnen het ZAT wordt een aantal malen per jaar specifiek aandacht besteedt aan de LGF

•

ZAT (zorgadviesteam)

•

Begeleiding LGF leerlingen

Taakgroep leerlingbegeleiding • Continueren taakgroep leerlingbegeleiding. • De zorgcoördinator geeft leiding aan de taakgroep . • Op de agenda van de taakgroep worden naast uitvoerende werkzaamheden meer beleidsmatige punten besproken. Project “de gezonde en veilige school”: • Het tweede planningsjaar wordt uitgevoerd. • Implementatie project MOOO • Protocollen op de website plaatsen onder en knop plaatsen, zodat de actuele versie direct beschikbaar is.

De leerlingbegeleiding is voor De Venen een integraal onderdeel van alle taakvelden. De taakgroep leerlingbegeleiding heeft de taken verdeeld. Binnen het overleg vindt er afstemming, reflectie, deskundigheidsbevordering plaatst. Een volgende stap is de koppeling met het (zorg)beleid.

Continuering ontwikkeling ZAT: • Continuering werkwijze ZAT • Thematische benadering onderwerpen via het svw. • Verwijsindex hanteren volgens afgesproken procedures

De invoering van passend onderwijs heeft gevolgen voor het functioneren van de ZAT’s op schoolniveau. De beleidsvragen die hiermee samenhangen eerst op het niveau van het swv bespreken.

Continuering begeleiding LGF lln: • Aansluiten ontwikkelingen passend onderwijs. Dit heeft gevolgen voor de afbouw van de AB. • Continuering casusbesprekingen in het ZAT. • Continuering en uitbreiding van

De AB vanuit de clusters wordt afgebouwd. Binnen de reguliere leerlingbegeleiding worden deze taken overgenomen.

In het schooljaar 2009-2010 is een start gemaakt met het vierjarig project. In het project gaat het om integratie van gezondheids- en veiligheidsaspecten. In het schooljaar 2011-2012 wordt het tweede gedeelte van het plan uitgevoerd. Zie hiervoor het projectplan.

38


leerlingen. Dit jaar zijn pedagogische en didactische onderwijsassistenten ingezet voor de begeleiding van lgf leerlingen in de klas •

Leerlingvolgsysteem

•

Escalatieladder

•

Verzuimbeleid

•

Pedagogische en onderwijskundige assistenten

Oordeel: 4 Toelichting: De escalatieladder is geïmplementeerd en aangepast op grond van de evaluatie. De indeling in treden werkt naar tevredenheid. Er is duidelijk een preventieve werking vanuit gegaan. De interventies worden steeds meer uitgewerkt, waarbij o.a. gedacht moet worden aan Rots en Water, Leefstijl en sociale vaardigheidstraining. Oordeel: 3 Toelichting: Het protocol verzuim wordt uitgevoerd. De leerplichtambtenaar houdt spreekuur op locatie.

Oordeel:3 Toelichting: In het kader van een pilot passend onderwijs is er ervaring opgedaan met het werken met pedagogische en onderwijskundige assistenten. De pedagogische assistenten ( incl. LGF) zijn gekoppeld aan individuele leerlingen en aan kleine groepen leerlingen. De onderwijskundige assistenten zijn

de inzet van pedagogische en didactische onderwijsassistenten. LVS • Inrichting van het LVS binnen Magister. • Implementatie LVS vanuit het systeem leerlingbegeleiding van de school. Continuering escalatieladder: • Evalueren en aanpassen • Implementatie interventies. • Interventies met externe partners opzetten (Tjallingahiem, MEE Friesland enz)

Singelland breed wordt gebruik gemaakt van het LVS van Magister. Het LVS moet worden ingericht en, waar mogelijk, aangepast worden aan het pro. Daarna moet er ervaring mee worden opgedaan in de praktijk. De escalatieladder heeft een duidelijke plek in de leerlingbegeleiding gekregen. Dit schooljaar wordt er een vervolg gegeven aan de implementatie van de interventies.

Verzuimprotocol: • Vervolg uitvoering en evalueren. • Verzuimregistratie digitaliseren in Magister. • Resultaten analyses vertalen in het verzuimprotocol. • De intentie is de inzet van de assistenten te continueren, maar dit hangt af van de formatieve mogelijkheden. • Aansluiten ontwikkelingen passend onderwijs.

Het verzuim blijft de nodige aandacht vragen. Leerlingen haken snel af. Het spreekuur van de LPA werkt goed, maar is niet voldoende. Via een sluitende verzuimregistratie moet het verzuim worden teruggedrongen. De pilot “inzet assistenten” loopt af. Binnen de formatie en organisatie moeten er keuzes worden gemaakt, binnen de beschikbare mogelijkheden, om de assistenten structureel in de formatie op te nemen.

39


4. Leertrajecten • Aanbod

•

Van sleeplezen tot slipper

•

Rekendrempels

5. Samenwerking Extern • Nazorgarrangementen

ingezet bij het gedifferentieerd werken bij het avo onderwijs. De resultaten tonen aan dat “meer handen in de klas” leiden tot een verhoging van de onderwijskwaliteit. Een voorwaarde is de inbedding in het beredeneerd didactisch handelen. Oordeel: 2 Toelichting: In de vakgroepen is het aanbod nader uitgewerkt, maar een volledige uitwerking is er nog niet. Hierdoor ontbreken er nog teveel doorgaande leerlijnen en programma’s

Oordeel: 4 Toelichting: Voor rekenen en taal zijn er leerlijnen ontwikkeld. Binnen de AKA opleiding wordt hierbij aangesloten door gebruik te maken van de methodieken Deviant. Om de leerlingen goed in de leerlijnen te plaatsen worden er screeningsinstrumenten gehanteerd.

Oordeel: 3 Toelichting: Elke leerling gaat van

Aanbod: • Het aanbod weergeven in de afgesproken formats ( zie notitie kennis, vaardigheden en competenties). • Voor rekenen en taal de bestaande beleidsplannen aanpassen aan de referentieniveaus, volgens afspraken Singelland breed. Slipper. • De methodiek sleeplezen wordt gedigitaliseerd, zodat er op groepsniveau mee gewerkt kan worden. Deze aanpak moet zeer zwakke lezers helpen om op een functioneel leesniveau te komen Rekendrempels • De rekendrempels zijn in kaart gebracht door een onderzoek van de RUG en Cedin. • De rekendrempels zijn vertaald in de screeningsinstrumenten. • De rekendrempels zijn vertaald in een passend leerstofaanbod. • Zie het meerjarenplan onderwijsachterstanden gemeente Smallingerland. Analyse uitstroom • De nazorg wordt geanalyseerd

In de formats wordt het aanbod beschreven. Hierdoor wordt het aanbod per fase duidelijk, maar ook de doorgaande leerlijnen. De referentieniveaus zijn indirect ook van toepassing op het praktijkonderwijs. Ze vormen leidraad voor het aanbod en zijn relevant voor het AKA traject. Er is een pilot aangevraagd om, binnen de klas, ervaring op te doen met het digitale leesprogramma. De logopedist, de sleeplezenspecialist, de ict ontwikkelaar en de docenten gaan “slipper” ontwikkelen. Doel is om het programma gebruiksklaar te maken voor alle scholen van het swv. Er is al veel werk verzet om de rekendrempels in kaart te brengen. Voor het praktijkonderwijs ontstaan hierdoor specifieke vragen. Samen met de RUG worden deze vragen praktisch vertaald in een passender onderwijsaanbod op rekengebied. De resultaten komen beschikbaar voor alle belangstellende scholen met identieke doelgroepen. De nazorg duurt twee jaar en elke leerling heeft een passend

40


•

Uitstroommonitor

school af met een nazorgcontract. De zorg is in overeenstemming met het uitstroomprofiel. Voor de nazorg is er een menu opgesteld en op basis hiervan worden de concrete afspraken gemaakt.

6. • • •

Oordeel: 3 Toelichting: De basisopleiding pro medewerker is ondergebracht in de leergang passend onderwijs. Helaas is deze nog niet gestart. Op studiedagen en via interne ondersteuning is er aandacht besteed aan het werken in de klas (beredeneerde didactische modellen); het oplossingsgericht handelen als pedagogische lijn van de school. Drie medewerkers hebben de opleiding voor leefstijltrainer gevolgd. Twee collega’s zijn geschoold in het begeleiden van collega’s bij het “ omgaan met moeilijke groepen.” Twee medewerkers worden in juni 2010 geschoold als trainer Rots en Water. Hiermee wordt het aantal trainers vergroot tot 4. Oordeel: 1 Toelichting: mrv is nog niet opnieuw afgenomen.

•

Professionalisering leergang passend onderwijs oplossingsgericht handelen beredeneerd didactisch model pedagogische begeleiding groepen

7. Beheer en financiën • MRV scan

8. Communicatie • Ouderbetrokkenheid • leerlingenraad

Oordeel: 3 Toelichting: Er zijn, in het kader van het project ouderbetrokkenheid, communicatiemenu’s ontwikkeld voor de pedagogisch driehoek ouders, leerlingen, school. Er is een leerlingenraad gekozen.

•

en vertaald in preventief beleid. Hierin wordt ook de analyse van de uitstroommonitor meegenomen.

Professionalisering: • Leergang passend onderwijs uitvoeren en hierin aandacht aan de verbinding met de ontwikkelingen op schoolniveau. • Beredeneerde didactische modellen (klassenmanagement) continueren. • Oplossingsgericht handelen: implementeren in de praktijk en door middel van studiedagen. • Pedagogische begeleiding groepen implementeren door middel van begeleiding op groepsniveau en pedagogische assistenten.

Mrv scan: • Uitvoeren volgens afspraak. • Resultaten vertalen in het beleid rondom de leerlingbegeleiding. Communicatie: • Digitale nieuwsbrief voor ouders uitbrengen (Blinker) • Communicatiemenu’s implementeren. • Implementatie leerlingenraad.

arrangement. Naast de begeleiding moet er nagegaan worden wat we ervan kunnen leren. De leerlingen kunnen feedback gegeven op de succesvolle factoren in de school en op zaken die voor verbetering vatbaar zijn. Voor de schoolontwikkeling moeten we hiervan gebruik maken. Samen met het ECNO is er een leergang passend onderwijs ontwikkeld. Hierin wordt er een “ link” gelegd met de ontwikkelingsprocessen op schoolniveau, waarbij het werken in de klas steeds prominent naar voren komt. Binnen de leerlingbegeleiding komt de focus meer te liggen op de groepsaanpak. (leidraad 1 zorgroute voor het vo).

De mrv scan geeft inzicht in de synergie tussen het beleid in de school en de ingezette middelen. Samen met de locatieraad de samenwerking met ouders nader uitwerken. De betrokkenheid van ouders is een succesfactor bij de ontwikkeling van de leerling.

41


Leerlingenraad zal volgend schooljaar gaan functioneren. Ruimte voor vragen om ondersteuning/begeleiding, tips of anderszins voor het samenwerkingsverband voor komend jaar? • Zie aanvraag opdc • Pilot slipper • Presentatie methodiek oplossingsgericht handelen • Ondersteuning professionalisering en deskundigheidsbevordering, • Ondersteuning en coachen ontwikkeling taakgroep leerlingbegeleiding • MRV scan

42

3.2.3 Singelland Drachtster Lyceum

Zorgplan 2010- 2011 Taakveld / actiepunten 1. Ontwikkeling zorgbeleid • Uitbouwen/vervolg werkmodel • Ibid. mentoren taken • Escalatieladder (verzuim) invoeren. • Continueren evaluaties zorg. • Kwadrantmodel implementeren in zorg (zorgteam of leerlingbespreking?) • Opstellen ‘zorgprofiel Drachtster Lyceum’ • Status handelingsplan onderzoeken en positie binnen school verduidelijken • Eerste ervaringen opdoen met uitvoering project Maatwerk. • Uitwerking ideeën topklas.

evaluatie Oordeel: 3/4 Toelichting: zowel het werkmodel ll. beg. als de mentortaken zijn geïmplementeerd en deels geëvalueerd. -verzuimprotocol (esalatieladder) op zorgteamniveau ingevoerd. -kwadrantmodel nog op scholingsniveau (3 brugklassen, instromers h4) - format handelingsplan aangepast i.o.m. Renn4, lgf begeleiders hierin begeleid. -tussenevaluatie structuurklas 1 en 2: positief - topklas gestart + ervaringen positief - opzetten zorgprofiel

Zorgplan 2011 - 2012 Doel/ Activiteit • Verzuimprotocol schoolbreed invoeren •

Evaluatie werkmodel ll.beg. mentoren en docenten.

•

Verzuimprotocol op zorgteamniveau evalueren, op mentorniveau invoeren, ll.& ouders informeren

•

‘pilot kwadrantmodel’ uitbreiden (brugklassen, reg. Havo 4) + pilot twee klassen coachen ‘effectieve leerlingbespreking adhv kwadrantmodel Zorgprofiel afronden (grenzen en ambities)

•

beoogd resultaat • Vroegtijdig signaleren problemen, functionele klachten • Op mentoren docentniveau zicht krijgen op ervaringen werkmode • Voorkomen ‘onnodige’ belasting smw en ggd; mentoren volgen protocol; ouders en ll. Zijn op de hoogte van protocol • Zicht op begeleidingsvragen die voortkomen uit kennis kwadrantmodel krijgen. •

•

‘pilot structuurklas’ uitbreiden (h3 + ?v2) + programma voorbereiding op bovenbouw

•

•

Pilot structuurklas in reguliere havo onderbouwklas

•

•

Verkenning mogelijkheden havo bovenbouw structuurklas

•

betrokkenen • Schoolleiding, zorgteam, mentoren • •

Schoolleiding, zorgteam, mentoren, docenten Teamleiders, zorgteam, mentoren, ouders, leerlingen

•

Cursisten kwadrantmodel, schoolleiding, mentoren,docenten betreffende klassen

Grenzen van zorgmogelijkheden op DL vaststellen + ambities verleggen grenzen Leerlingen uit structuurklas zijn voldoende toegerust om in bovenbouw in reguliere klassen tot presteren te komen. Leerlingen komen tot optimaal presteren. ‘olievlekwerking’ werkwijze structuurklas

•

Directie, zorgcoördinator, ???

•

Kader voor leerlingen met spec. onderwijszorg-

•

Teamleider 2-3, docenten mentoren betreffende klassen, Renn4, lgf-team, zorgcoördinator Teamleider 2-3, docenten betreffende klas, docenten/mentoren structuurklas Teamleider havo bb, docenten bb, lgf-

•


•

Pilot topklas uitbreiden (start herfstvakantie + openstellen ll met diagnose) Kennis topklas overdragen op doc.team gym.brugklas

•

2. Bestuur & Organisatie • Vervolg 2009-2010: ervaringen opdoen (zorgteam en mentoren)

3. Leerlingbegeleiding • Terugkoppeling gegevens leerlingbegeleiding, smw en ggd naar

Oordeel: 4 Toelichting: interne communicatie verbeterd (o.a. door aanpassen format), beoogde centrale positie mentor komt pos. naar voren in Halt-enquête. Oordeel: 3/4 Toelichting: updates opgenomen in agenda zorgteam, directe terugkoppeling naar

•

Opzetten werkgroep doorlopende leerlijn mentoraat onderbouw

•

Opzetten taal-en rekenbeleid

•

• •

Volgen, evalueren en faciliteren bovengenoemde pilots.

Nieuwe werkmodel rugzakbegeleiding uitwerken en praktijkervaring opdoen. Positie en werkwijze leerlingbegeleider bovenbouw

•

behoeften om tot optimaal presteren te komen. Opgedane ervaring eerste jaar uitbreiden

team, Renn4 zorgcoördinator D. van Weelie, M. Talens, betrokken docenten Team topklas, doc.team gym.brugklas

•

•

•

Transfer opgedane kennis topklas naar gym.brugklas (denken in didaktische concepten) • Ontwikkelen doorlopende leerlijn mentoraat o.b. om ll. toe te rusten op soc. emotioneel • A. alle brugklasleerlingen zijn op brede toets getest;B. Werkgroep taalen rekenbeleid doet beleidsvoorstel (gericht op persoonlijk en schoolsucces) C. er is een programma opgezet en tot uitvoer gebracht om geconstateerde achterstanden weg te werken. • …

•

Ll.beg. onderbouw, docenten verzorging en L.O., mentoren o.b. Schoolleiding, werkgroep taalen rekenbeleid, betrokken docenten/mentoren.

•

•

Directie, betrokkenen bij div. pilots

•

Efficiëntere en effectievere wijze van begeleiding

•

Lgf-team

•

Snellere doorverwijzing

•

Leerlingbegeleider bovenbouw

44


•

•

teamleiders en mentoren Taakomschrijving leerlingbegeleiding in bovenbouw implementeren. Terugkoppeling handelingplan lgf leerlingen naar vakdocenten/ mentoren/teamleiders.

mentoren via teamleiders; - nieuwe leerlingbegeleider bovenbouw aangesteld, nog niet actief in rol als lid zorgteam (werkpunt: meer in de school brengen) - terugkoppeling hp middels infokaart gerealiseerd, meer comm. begeleidersdocenten. -denktankgroep ‘toekomst rugzakbegeleiding’ -verkenning mogelijkheden oudercollectief -pilot sova ‘met plezier naar school’ i.s.m. MEE succesvol

•

•

•

verduidelijk naar mentoren/docenten/tl Leerlingbegeleider bovenbouw volledig werkzaam op DL

Verkenning mogelijkheden gebruik Breingeheimen bovenbouw, evalueren brugklas en uitbreiden onderbouw Na dyslexie onderzoeken brugklas periode remediërende begeleiding, dan hertest en ev. diagnose.

•

Deelname aan zorgteamoverleggen, deel uit maken van zorgteam

•

•

Leerlingen leren efficiënt te leren.

•

•

Taalzwakke leerlingen scheiden van dyslectische leerlingen.

•

Leerlingbegeleider bovenbouw, roostermaker, zorgteam Teamleider bb, mentoren bb

Dyslexie-begeleiders, F.Riedstra

4. Leertrajecten • nvt

Oordeel:nvt Toelichting:nvt

•

nvt

•

nvt

•

nvt

5. Samenwerking Extern • Positie en werkwijze smw verder verduidelijken naar mentoren/docenten en leerlingen • Vervolg externe contacten door zorgcoördinator.

Oordeel: 4 Toelichting: positie SMW helderder in school: meer contact met mentoren, docenten; leerlingen brugklas voorlichting -contacten cluster 1,3,4, school Lyndensteyn, BJZ, etc. -betrokkenheid ‘project Cerato’ Oordeel: 3 Toelichting: zorgcarrousel succesvol gerealiseerd jan. 2011; vervolg werkplaatsen onv.

•

•

Kennis voor praktijk van DL van soc. kaart Thuiszitters met ass- en hoogbegaafdheid problematiek naar school krijgen.

•

•

Vervolg externe contacten door zorgcoördinator Continueren ‘project Cerato’

Zorgcoördinator, SWV, overig extern T. Bosma, G. v/d Stouwe, D. van Loo, T. Wagenaar, Y. van den Dries, onderwijsinspectie.

•

Vervolg kwadrantmodel

•

•

Cursisten, betrokken mentoren/docenten

•

Scholing autisme??

•

Efficiënte leerlingbespreking adhv kwadrantmodel Docenten hebben kennis van problematiek en

•

Docenten structuurklassen??

6. Professionalisering Deskundigheidsbevorderi ng: • Zorgcarrousel (iedereen)

•

•

45


•

werkplaatsen mentoren/geïnteresseer den Verdere scholing/uitwerking scholing kwadrantmodel?? Scholing autisme herhalen voor bredere groep. Raak-training meldcode train de trainer.

- scholing kwadrantmodel: vervolg + nieuwe groep gestart. -scholing autisme: niet gerealiseerd. -scholing handelingsplan + methodisch werken lgfbegeleiders gerealiseerd. -scholing breingeheimen brugklasmentoren

7. Beheer en financiën • Benodigde middelen verschaffen voor project maatwerk en topklas • Aanpassing middelen voor zorgcoördinator, smw en leerlingbegeleiding (??)

Oordeel: 4 Toelichting: subsidie SWV pilots maatwerk en topklas. - Uren smw aangepast - bijstelling uren ll. beg. 2010-2011 ob. Op projectbasis. - bijstelling uren zorgcoördinator volgt eind 2010-2011 Oordeel: 2/3 Toelichting: ivm invoer Magister is gebruik My@vo niet onderzocht. -terugkoppeling dyslexie-c. kleindeels gerealiseerd wel regeling rond dyslexie, dyscalculie en tempo pas verhelderd en gecommuniceerd binnen school - com. directie-lgf beg. verbeterd door af en toe aanwezigheid dir. bij lgf

•

• •

8. Communicatie (ouders!) • Gebruik van my@vo bij leerlingbegeleiding bestuderen en initiëren • Communicatie mbt. zorgleerlingen (via mentor) naar lesgevende docenten optimaliseren • Terugkoppeling dyslexiebegeleiders naar mentoren/teamleiders en vakdocenten

•

Scholing lgf begeleiders (diverse specialisaties)

•

•

Scholing klas 2 mentoren. breingeheimen

•

• •

Facilitering lgf-team Benodigde middelen verschaffen voor uitbreiding pilots structuurklas h3 (+ programma naar bovenbouw), structuurklas in reg. havo onderbouwklas+ pilot transfer topklas-gym.klas Aanpassen uren ll. Beg. Ob. + overige uren op projectbasis Gebruik van Magister bij leerlingbegeleiding bestuderen. Terugkoppeling dyslexiebegeleiders naar mentoren/teamleiders en vakdocenten uitwerken Afspraken maken over rol communicatie zorgcoördinator op beleidsgebied met schoolleiding ? oudercollectief pgb

•

• • •

•

•

passen deze toe in lespraktijk. Gespecialiseerde kennis in school halen, methodisch werken. Continuering brugklas naar klas 2 leerlingen leren efficiënt te leren.

•

Lgf-team

Zie eerder genoemd

• •

Directie Directie, SWV?

•

Koppelen aantal uren aan groeiend aantal leerlingen

•

Directie

•

Leerlingdossier digitaliseren.

•

•

Verbetering begeleiding in de les.

•

•

Communicatie optimaliseren

•

Schoolleiding, zorgteam, mentoren? Dyslexie-begeleiders, teamleiders ob, coördinator dyslexie, overige. Schoolleiding, zorgcoördinator.

•

Ruimte bieden aan extra sociaal emotionele begeleiding leerlingen

•

K. Beljon, zorgcoördinator, buro Horizon

46


•

•

uitwerken Verhelderen communicatielijnen directierugzakbegeleiders(team ) Verhelderen communicatielijnen met ouders rugzakleerlingen + monitoren

overleg en andersom. - algemene afspraken over vaste contactmomenten begeleider en ouders. •

Gebruik maken van ouderraad als klankbordgroep

•

vanuit pgb, communicatie met ouders leerlingen met spec. onderwijszorgbehoefte optimaliseren Structureel feedback ouders op schoolbeleid en uitvoer hiervan.

begeleiding

•

Directie, ouderraad.

47

3.2.4 Singelland ISK

Zorgplan 2010- 2011 Taakveld / actiepunten 1. Ontwikkeling zorgbeleid • Doorgaan met het coachschap.

2. Bestuur & Organisatie • Implementeren beleidsplan 20092011.

3. Leerlingbegeleiding • • • • • •

Continueren van de leerlingbegeleiders Invoeren klassenassistent Begeleidingsplan PRO leerling. Uitbreiding uren orthopedagoog. Verzuimbeleid strakker uitvoeren. Uitstroomrapportage verhuisleerlingen.

4. Leertrajecten

Evaluatie Oordeel: 2 Toelichting: Teruggegaan naar het mentoraatschap. In de uitstroomprofielen houdt de leerling dezelfde mentor. Oordeel: 3 Toelichting: Uitstroomprofielen Deskundigheidsbevordering Oordeel: Toelichting: • 3 •

3

•

1

•

4

•

4

•

4

Zorgplan 2011 - 2012 Activiteit • Heldere leerlijnen op het gebied van taalontwikkeling (lezen, luisteren, spreken, schrijven) en rekenen. • Traject zorgleerling taal en rekenen.

Betrokkenen • (Vak)secties, zorgteam.

•

Onderwijszorgprofiel implementeren.

•

Passend onderwijs.

•

Team ISK.

•

Ontwikkelingsperspectief leerlingen opstellen (RVC, groepsniveau). Klassenassistent naar behoefte.

•

Voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief

•

Mentor, orthopedagoog.

•

•

Zorgteam, docenten.

•

•

Aansluiten bij de individuele onderwijsbehoefte van de leerling. Volgen traject zorgleerling. Terugdringen verzuim.

Mentor, orthopedagoog. Mentor, zorgcoördinator, verzuimcoördinator.

•

Passend aanbod voor

•

•

•

Oordeel:

Beoogd resultaat • Duidelijke zorgstructuur aansluitend bij passend onderwijs.

•

•

4 keer per jaar klassenobservatie door orthopedagoog. Door de mentor betrokken worden bij extreem verzuim.

Symbiosetrajecten PRO en VMBO

•

•

Zorgteam,


• •

Protocol schakeling VMBO en ROC leerling opstellen. Werken met uitstroomprofielen.

5. Samenwerking Extern • • • •

Uitbreiding uren SMW. Groepstraining SMW. Werkgroep COA, Nidos en ISK m.b.t. absentie. Continueren en formaliseren contacten PRO en ROC.

6. Professionalisering •

Scholing zorgcoördinator.

7. Beheer en financiën • 8. Communicatie (ouders!) • Contacten ouders/verzorgers/v oogden verdiepen. •

Samenwerking PRO en ROC verdiepen.

initiëren.

Toelichting: • 2

•

4

Oordeel: Toelichting: • 4 •

1

•

3

•

decanen, mentoren.

leerlingen die nog niet geschakeld kunnen worden.

•

SMW in groep inzetten.

•

•

Absentiegroep COA, Nidos, LPA.

•

•

Continueren/uitbreiden contacten PRO en ROC. Deskundigheidsbevordering team PRO de Venen.

•

•

•

Veel voorkomende problemen groepsgewijs aanpakken. Geïntegreerde acties; terugdringen verzuim. Succesvolle schakeling.

•

SMW, mentor.

•

Aansluiting ISK – PRO optimaliseren.

•

COA, Nidos, LPA, ISK. Zorgteam, decanen. NT2-docenten.

•

4

Oordeel: 2 Toelichting: Scholing gevolgd, implementatie nog minimaal. Oordeel: Toelichting:

•

•

•

•

•

•

Oordeel: Toelichting: • 3

•

•

•

Gestructureerd overleg tussen zorgteam en docenten. Verslaglegging Magister m.b.t. zorgontwikkelingen.

• •

Het verstrekken van informatie. Informatievoorziening.

• •

Zorgteam, docenten Team ISK.

4

49

3.2.4

Singelland Surhuisterveen

Zorgplan 2010-2011 Taakveld / actiepunten evaluatie 1. Ontwikkeling zorgbeleid a. Oordeel: 3 • Personeelsoverleg / Toelichting: kort gezamenlijk Overleg met alle personeel overleg en daarna uiteen in werkgroepen werkt erg effectief. continueren. Verder met sectiebreed overleg op Docenten zijn meer betrokken en locatie, uitwerken kunnen zich in een kleine groep niet ‘drukken’. Iedereen is meer gericht weekplanners e.d. gebruik maken van ELO. Thema’s aan het werk. Werkmiddagen rondom voor werkmiddagen uitwerken, o.a. handelingsgericht/ oplossingsgericht handelingsgericht werken / werken verder uitwerken. Slechts voor een deel van het OP gedaan oplossingsgericht werken, handelingsplannen, plannen (ivm l.l.problematiek). Aantal malen bijeen vanwege van aandacht. samenwerking met ‘Lauwers’. Deelwerkgroepen gevormd (o.a zorg, bovenbouw, HAVO, indentiteit. • BBL/LWO-overleg en ‘minder-handen-voorde-klas’ / Continueren overleg met alle lesgevenden van desbetreffende klas. Extra aandacht voor LWO in klas 1B komend jaar (combinatieklas B-K). Extra aandacht voor rooster (afwisseling theorie en praktijk) en dagelijks contact met de mentor.

b. Oordeel: 3 Toelichting: geen speciaal overleg gehad buiten de zes-wekelijkse leerlingbesprekingen met alle lesgevenden van de klas (niet noodzakelijk). De LWO-leerlingen die in 1B zijn geplaatst (met twijfel Kader) blijken toch te zwak te scoren… Extra begeleiding (RT) geboden. Een deel zal volgend schooljaar desondanks overstappen naar 2A. Het rooster van LWO-klas is redelijk afwisselend, vaak lastige theorie in de

Doel/ Activiteit

Zorgplan 2011-2012 beoogd resultaat

A. Leerlingbesprekingen / aan de hand van Kwadrantenmodel beter zicht op l.l. en zijn/haar voorgeschiedenis, cognitie, problematiek e.d. Hierdoor mogelijkheid tot meer gerichte actiepunten voor aanpak in de klas.

A. Werkbare actiepunten in Plan van Aanpak. Beter inzicht in/kijken naar leerlingen.

B. Passend Onderwijs / pilot draaien omtrent zorg in de klas. Ondersteuning voor de docent bij oplossingsgericht werken. (Inzet ambulant begeleider) Opstellen zorgprofiel samen met te vormen denktank PO. Wat te doen bij SBO = ‘vol’. Grenzen aan de zorg, oplossingen binnen school.

B. Docenten voelen zich gesteund, praktisch gerichte begeleiding op maat.

C. LeerWegOndersteuning / Samenwerking docent en assistent in de klas. Meer aandacht voor LWO in bovenbouw, wie doet de extra begeleiding ?? Specifieke plannen / afspraken vastleggen in LWO-plan bovenbouw samen met praktijkdocenten.

C. LWO-structuur in de onderbouw wordt doorgetrokken naar de bovenbouw. Zwakke leerlingen scoren voldoende resultaten bij voldoende inzet. Geen achterstanden bij praktijkvak door zwakke zelfstandigheid in plannen modules.

betrokkenen Zorgcoördinator samen met :

Alle lesgevenden, KT als voorzitter

Alle lesgevenden, ambulant begeleider, denktank PO

Praktijkdocenten, klassenassisten


ochtend. Mentormomenten goed, studievaardigheid, SWU ook bij mentoren indien mogelijk! • Leerlingbespreking / Meer aandacht voor Plan van Aanpak in de klas. Gericht op handelen richting oplossing, evalueren en aanpassen en niet eindeloos blijven herhalen van actiepunten. Scholing : oplossingsgericht leren ?? Meer gericht kijken naar leerlingen.

c. Oordeel: 3 Toelichting: PvA wordt nog steeds niet optimaal gebruikt, vaak geen adequate handelingsgerichte actiepunten vanuit de l.l.bespreking. Afspraken vastleggen in nieuw PvA, nakomen, evalueren en evt. aanpassen. (plan-do-act-cyclus). Continueren en verbeteren !

• Klassenteamvergadering / Indien nodig overleg uitroepen of eerder in leerlingbespreking ook over de klas in z’n geheel praten en afspraken vastleggen.

d. Oordeel: 3 Toelichting: Tweemaal uitgeroepen ivm specifieke (PDD-NOS) problematiek door AB en l.l.B. Informatief en ondersteunend voor OP, zorg in de klas brengen. Daarna actie van docenten in de klas, kan beter. Bij hulpvraag contact l.l.beg.

• toelating brugklassers/contact basisscholen (instroom l.l. info soc.em. en cogn.) Screening continueren, extra aandacht voor het grote aantal PRO+ leerlingen in klas 1A. Alert zijn op inzet, motivatie en resultaat. (PCL is hier enigszins aangescherpt gaan adviseren)

e. Oordeel:4 Toelichting: LWO-leerlingen vanaf het begin goed in beeld. (allen besproken met aanleverende basisscholen). PRO+ leerlingen doen het op twee na erg goed. KT besprak de HAVO leerlingen met BO (bij twijfel, start in Th ivm evt. afstromen)

D. Toelatingscommissie / kritisch kijken naar verwijzing door BO (overeenstemming met LVS??) Indien nodig advies aanpassen. Overleg tussen KT en LWO toetsers, vastleggen niveau-criteria. Complexe (LWO-)leerlingen voorleggen bij PCL en l.l. met ouders voor de zomervakantie uitnodigen. Dossier dient zo compleet mogelijk te zijn (inclusief diagnoses, onderzoeken e.d.) L.l. met vastgestelde stoornis samen met l.l.beg. bespreken. E. Contact basisscholen / bezoek door KT en zorgc. bij alle toeleverende basis-scholen ivm aanmeldingen. Eerste rapport van klas 1 ter informatie opsturen aan BO. Resultaten dyslexieonderzoeken kortsluiten met BO van herkomst. Ook inventariseren ivm hiaten. F. Contact ouders / samen bespreken van (handelings) plannen van zorgleerlingen. Overeenstemming in handelen thuis en op school. Algemene voorlichting op koffie-avonden.

D. Leerlingen worden in de goede klas geplaatst, weinig tot geen afstroming in klas 2 en 3.

E. Onderling goed contact handhaven. Leerling blijven volgen in naschoolse carriere.

F. Gezamenlijk zorg dragen voor leerling, goede afstemming. Goede verstandhouding, de deur staat open naar beide kanten.

Toelatingscommissie, directie, PCL, BO

Kernteamleiders, zorcoo., BO

Mentoren, ouders

51


• zorgteamvergadering / Organisatie zorgcarrousel vastleggen in jaarrooster (bekostiging via gelden VSV, samenwerkingsverband ?) Er moet een duidelijker verschil zijn tussen de beide vergaderingen. Bij smal zou het voorwerk gedaan moeten worden en dit dan doortrekken naar breed en specifieke hulp vragen van de aanwezige disciplines. Notulen in de vorm van duidelijke besluitenlijst en actielijst. Tijdstip van zorgteambreed naar de donderdagochtend. Regelmatig themazorgteamvergadering uitroepen. (o.a. verzuimprotocol, Verwijsindex, functionele klachten e.d.)

f. Oordeel: 4 Toelichting: Zorgcaroussel niet in jaarrooster geplaatst. Zorgteam breed en smal effectiever door lijst met actiepunten per persoon en beperkte agenda. Aantal maal minimale aanwezigheid externen. Tijdstip zorgteam breed en smal gelijk getrokken, (tweewekelijks om en om op de woensdagochtend). Themazorgmiddagen niet geweest in zorgteam smal , wel deels in XXSsetting (Wia, Kr, Bi)

• contact basisscholen (cognitief) / continueren BOVO overleg rondom rekenen en taal en bespreken ambitie-nivo.

g. Oordeel: 3 Toelichting: werkgroepen bijeengeweest, overleg continueren. Na dyslexiescreening ook contact opnemen met BO i.v.m. reactie ouders vanwege spellings/taalproblemen van kind.

G. Mentoraat / vaste mentor (twee schooljaren aaneen) in onderbouw en bovenbouw aanhouden. Nieuwe situatie samenwerking S-L : duomentoraat ? mentor en aanspreekpunt ?? Taakomschrijving vastleggen in notitie. H. Warme overdracht (BO-VO en VO-MBO) / bezoeken aan alle toeleverende basisscholen, mondelinge toelichting aanmelding alle leerlingen. Dossiers compleet aanleveren. Overdracht naar MBO van dyslecten en zorgleerlingen (door decaan en zorcoo). Infoformulieren door mentoren bovenbouw in laten vullen.

G. In schoolcarrière van l.l. hebben de ouders voornamelijk contact met slechts twee mentoren. Zij zijn het eerste aanspreekpunt en dus herkenbaar en vertrouwd voor ouders. H. Goede begeleiding voor (zorg)leerling vanaf dag één bij overstap naar andere school.

I. I.

Taal- en rekenbeleid / doorvoeren in alle lessen. Info door coord. van Lauwers. Aansluiten bij hun beleid. Extra aandacht en tijd voor rekenen en taal ivm referentienivo’s die gehaald dienen te worden.

Aandacht voor taal en rekenen ook buiten de specifieke lessen. Leerlingen zien samenhang tussen vakken beter.

Mentoren, directie

BO,MBO vertegenwoordigers, decaan, zorgcoo., mentoren

Alle lesgevenden, taalen rekencoordinator.

52


• Leerlingendossiers / cijfers/absentie papieren versie klassenwijzer terug voor OP en alleen de nodige info met foto voor OOP. Cijfers regelmatig in @VO verwerken, ouders en l.l. hebben inzage via Teletop. Absentie koppelen aan @VO ?? Controle verzuim en snellere actie door mentoren en ZAT.

• RT & LWO / begeleiding LWO-ers in de bovenbouw structureren en vastleggen in Handelingsplannen. (o.a. inzet klassenassistent)

• Leerlingvolgsysteem / (@VO) Magister // Verder nadenken over rechten en inrichting (waar hoort wat ??)

h. Oordeel: 3 Toelichting: geen papieren versie gebruikt. Alle OP moet info uit LVS halen. Overstap naar ander LVS (Magister) vergt aanpassing en ondervindt moeilijkheden bij opstart. Verbeteringen worden aangebracht nu het systeem in de lucht is. Alertheid van een ieder gewenst. Controle verzuim door administratie, mentoren en KT blijft speerpunt. Korte lijnen en snelle actie. Protocol volgen en evt. actie LPA.

J.

Personeelvergadering-zorg / aantal (3?) maal per jaar vastleggen in jaarrooster. Voorstel 1 : uitleg zorgstructuur aan nieuwe collega’s / 2 : carousselvorm omtrent stoornissen, 3 : (nader in te vullen)

J.

‘Zorg’ is niet alleen voor de zogenaamde ‘specialisten’, maar voor iedereen !!

Alle personeel

i. Oordeel: 3 Toelichting: Handelingsplannen niet allemaal op orde. (klas 4 niet ter tekening mee, neemt te veel tijd eer alles klaar is…. Veel verschil in kwaliteit HP) Inzet klassenassistent in bovenbouw bij praktijkvakken (BB, VT en ZW) werkt goed. Pilot vaste klassenassistent in LWO-basis klas 1A goed bevallen, komend schooljaar continueren.

j. Oordeel: 3 Toelichting: (zie ook opmerkingen bij h.) Werkgroep LVS weer in het leven geroepen ivm nieuw systeem Magister. Magister sluit wel aan bij @VO, veel overeenkomsten.

53


3.2.6 Singelland Van Haersma Singel (VHS)

Zorgplan 2010 - 2011 Taakveld / actiepunten evaluatie Oordeel: 1 1. Ontwikkeling Begeleidingsvarianten uitwerken zorgbeleid Organisatie van de leerlingenzorg

Taakveld / actiepunten Organisatie van de leerlingenzorg

Zorgplan 2011- 2012 toelichting begeleidingsvarianten zijn gekoppeld aan de zorgscenario’s zoals die beschreven staan in de ketenaanpak 12-16 jaar; verder uit externe zorg en interne zorg: project zorgspoor LWT meer gaan inzetten als interventie voor leerlingen met motivatie problemen, Op basis van AKA uitgangspunten

Onderzoek indalen niveau 1 en 2 (van het MBO) op het VMBO: vooralsnog niet toepassen, maar op afstand blijven volgen

Meer werk maken van LWT als leertraject naast BBL; vanuit TOM leerroutes ontwikkelen Implementatie van de OOM aanpak: verder uitwerken en verbreden naar de regulier klassen

Werkgroep OB-> BB deelname Leerlingenbespreking OOM opzet veranderen Aansluiting vaardigheden OB -> BB realiseren 2. Bestuur & Organisatie

Aansluiting onder- en bovenbouw

Implementatie van gemaakte afspraken (leerlingenbespreking, niveautoetsen, introduceren van onafhankelijke adviestoets)

Oordeel: NVT Toelichting:

3.Leerlingbegeleiding Toelichting: 54


Mentoraat

Leer- en begeleidingsvragen gaan integreren in onderwijsaanbod; verbetering aansluiting OB -> BB Opstellen van mentor-standaarden per team als teamontwikkelingsplan beschrijven van activiteiten en begeleidingsvormen van de mentor

TEAMprofielen opstellen

Moet nog uitgewerkt worden

mentorlessen Traject starten om mentorlessen als preventieve leerlingenbegeleidingstaak te zien Peer-mediation

Veiligheid

Introduceren van peer-mediation

Continueren Rots en branding

Rots en water trainingen

Sovatrainingen

Weerbaarheidstraining instellen door eigen personeel die een scholing hebben gevolgd Sovatrainingen in de klas ipv apart van de klas

Starten met in de reguliere klassen sovatraining als integraal onderdeel van het curriculum op te nemen, instellen van een CLB-er voor de reguliere klassen onderbouw

Tienerwerk op school

Aangepaste vorm: loketdienst instellen tijdens pauze van de lln

schoolwacht instellen

TOMklas Speciale

Nadruk leggen op gezamenlijk belang van een nette schoolomgeving: leerlingen leren elkaar aan te spreken op ongewenst gedrag

Planmatig handelen is uitgewerkt: werken volgens vast protocol van aanmelden tot toelaten; ook beschikbaar maken voor

55


leerlingenhulp

onderbouw leerlingen Pilot cluster 3&4

Onvoldoende uitgewerkt vanwege bezuinigingsperikelen

Versnelde aanmelding BJZ

continueren

Continueren en PTA gaan herschrijven voor deze groep leerlingen (vanwege ziekte niet aan toe gekomen) uitgangspunten van AKA gaan integreren

4. Leertrajecten LWT

Leer Werk Trajecten

LWT/TOM Maat Werk Trajecten

TL-HAVO

Doorlopende leerlijnen TL->HAVO

TL>H

Referentieniveau Rekenen

Het screeningsinstrument is geoptimaliseerd; er zijn relaties gelegd met streef en fundamenteel rekenniveau; er zijn instructieboekjes gemaakt en rekenen is opgenomen in het curriculum van de OOM 1ste klassen

Rekencentrum

Referentieniveaus Taal

werkplan maken voor begrijpend lezen, afname diataal

Taal

Engels

werkgroep gestart (ism PO) om doorlopende leerlijn vanuit bao naar vo te realiseren

Engels

Continueren voor klas 4 Opstellen leerlingenprofiel voor toelating T/Hklas 1 rekenbeleidsplan opstellen; rekenen opnemen in het curriculum van alle leerjaren, in hoofdlijnen afgerond, starten met afstemmen teamleiders en docenten/mentoren

taalbeleidsplan opstellen met veel aandacht voor begrijpend lezen als instrument voor brede schoolaanpak samenwerking met Joanneke Pranger ETOC verder uitwerken

56


5. Samenwerking Extern Breed Probleemgerichte Leerlingenbespreking

Oordeel: 3 Bespreking van de huidige opzet, past de opzet nog in de nieuwe plannen rondom passend onderwijs en de positie van het ZAT;

ZAT

Preventieve aanpak benadrukken door thema bijeenkomsten te organiseren

Evaluatie volgt: wellicht meer casusbesprekingen op staf leerlingenzorg niveau

Themabijeenkomsten om zorg in en buiten de school beter op elkaar te laten afstemmen LPA neemt deel aan zorgteam bijeenkomsten kernteams Continueren

VI

Preventieproject Warme overdracht VSV

VerwijsIndex als instrument gaan toepassen en inzetten; risicoprofielen zijn bekend Aanpak VSV volgens de omschreven procedure aanscherpen; afstemmen van vraag en aanbod voor leerlingen die extra zorg behoeven op het MBO

VerwijsIndex

VSV

protocol verzuim VO-MBO gaan toepassen verzuim

verzuimprotocol

preventieve Ambulante Begeleiding vanuit

preventieve AB

Warme overdrachtsformulieren eerder gaan inzetten in schooljaar 4, afstemming mentoren/docenten optimaliseren

verzuimloket als instrument gaan toepassen en inzetten; afspraken hierover staan in bovengenoemd protocol spreekuur conform afspraken via verzuimloket aanmelden gebruik gaan maken van formulierenstraat en methodiek van de Rebound en Renn4,

57


REBOUND

inzetten van begeleiding ter voorkoming van plaatsing Rebound

6. Professionalisering Toelichting: werken in een Speerpunt voor zorgteam LLbegeleiding: professionele cultuur -professionele standaarden -professionele discipline

Werken in een professionele cultuur

continueren

Scholing

Staf leerlingenzorg verzorgt interne scholingen - communicatie - persoonlijkheidsproblemen - omgaan met moeilijke klassen - handelingsplannen en planmatig werken

kernkwaliteiten

Voor de te onderscheiden zorgfunctionarissen een competentieprofiel opstellen

Verbeter acties starten

Continueren

scholing

competenties

7. Beheer en financiën

Oordeel: 3 Toelichting:

8. Kwaliteitszorg en Communicatie

Oordeel: NVT Toelichting:

Kwaliteitsonderzoek tevredenheid leerlingenbegleiding

Communicatie met ouders gaat nog niet naar wens Smart geformuleerde doelen worden niet of nauwelijks gedaan

kengetallen

Jaarlijkse rapportages met kengetallen van de Kengetallen onderzoek

Gebruik maken van SWV

58


leerlingenbegeleiding (als onderdeel van en continue PDCA-cyclus

formulier/continueren

59

3.3

Stellingwerf College Oosterwolde

Zorgplan 2010- 2011 Taakveld / actiepunten 1.A Ontwikkeling zorgbeleid • Vaste koppeling mentorgroep

Evaluatie

Zorgplan 2011 - 2012 Doel/Activiteit

Beoogd resultaat

betrokkenen

Oordeel: 2 Toelichting: VWO+4 en BL Reden organisatorische barrières

•

Scholingsplan basiszorg VMBO beroepsgericht

-Handelingsrepertoire vergroten

Docenten

•

Herzien van dyslexiebeleid voor leerlingen met een dyslexieverklaring in het schooljaar 2011-2012

-Notitie met: maatregelen voor alle dyslexie leerlingen -Protocol voor maatregelen op maat

Orthopedagogen

•

Verfijnen van de determinatie schoolbreed

- Doorlopende leerlijnen

Afdelingsleiders

•

Draaiboek mentoren

Oordeel: 3 Toelichting: alle leerjaren taakomschrijving + draaiboek alle leerjaren

•

Begeleidingsplan LWOO die geen deel uitmaken van BL klassen

Oordeel: 3/4 Toelichting: nog steeds behoefte aan nieuw en gevarieerd materiaal (muiswerk)

•

LGF rugzakbegeleiders

Oordeel: 1 Toelichting: onvoldoende zicht op financiële mogelijkheden/onmogelijkheden

•

Beleidsontwikkeling basiszorg buiten de klas

- Notitie met: criteria en procedure wie hiervoor in aanmerking komt

Orthopedagogen Afdelingsleiders

•

Kwaliteitszorg

Oordeel: 3 Toelichting t.a.v. beroepsgerichte sturing scholingsbeleid

•

Hoofdlijnen notitie passend onderwijs

-Voor wie bieden we passend onderwijs? -Waar liggen de grenzen van het SWC? -Wat zijn onze ambities?

Zorgcoördinator + MT

•

Gezondheidsprofiel

Oordeel: 4 Toelichting: geslaagd project


1.B Implementeren

•

Dyslexieprotocol: maatregelen op maat

•

Draaiboek mentoren

•

Begeleidingsplan LWOleerlingen in kader en mavo stroom 1ste en 2e klas

•

Begeleidingsplan BL herzien

•

Verzuimbeleid

•

Overdracht VMBO/MBO

•

Aanmeldingen van leerlingen in zorgteam klein voor brugklasmentoren

1. C Evalueren, bijstellen

-Signaleringsinstrument voor mentoren -Mentoren zijn vaardig in het werken met het signaleringsinstrument -Begeleidingsplan op maat

Orthopedagogen Dyslexiecommissie

-Mentoren weten wat er gevraagd wordt en daar handelen ze ook naar

Mentoren en Afdelingsleiders

-Passend programma afgestemd op beoogde doelen leerling

Medewerker studieplein Nederlands en wiskunde/rekenen

-Passend programma afgestemd op beoogde doelen leerling

Orthopedagogen

-Verbinding LPA spreekuur

Afdelingsleiders

Bijstellen

Decaan, orthopedagogen

-Protocol en aanmeldingsformulier -Mentoren zijn vaardig in het signaleren van problemen

Orthopedagogen

61


Oordeel: 3 Toelichting: verbinding LPA

•

Verzuimbeleid

•

Verwijsindex

Oordeel: 1 Toelichting: op 18 april wordt de cursus gegeven

•

Overdracht VMBO/MBO

Oordeel: 3 Toelichting: protocol ontwikkeld bijstelling

•

Passend Onderwijs

2. Bestuur & Organisatie

3. Leerlingbegeleiding • Dyslexie

•

Oordeel: 3 Toelichting: scholingsbeleid opgezet voor VMBO docenten Oordeel: Toelichting:

Oordeel: 4 Toelichting: scholing geweest. Bijhouden spanningsveld van de verschillende taken van de studielandschap medewerker tevens dyslexiecoach.

SOVA frustratie en agressie Oordeel: 3 Toelichting: ligt een programma bij de rugzakbegeleider

4. Leertrajecten • Relaties MBO versterken

Afdelingsleiders en docenten

- Docenten zijn vaardig in het signaleren en aanmelden van problemen

•

Trainingen voor leerlingen die in het schooljaar 2011-2012 dyslectisch zijn bevonden

-Leerlingen weten wat dyslexie is, kennen hun leerstijl en hebben kennis gemaakt met nieuwe studievaardigheden

Orthopedagogen

•

Invoering training ‘alles onder controle’ voor brugklasleerlingen

-Leerlingen zijn in staat om hun emoties te beheersen

Rugzakbegeleider

Oordeel: Toelichting:

62


5. Samenwerking Extern • Onderzoek PRO leerlingen

Oordeel: 1 Toelichting: succesfactoren is maatwerk en zijn niet makkelijk over te dragen

•

Schoolmaatschappelijk werk

Oordeel: 4 Toelichting: samenwerking optimaal goeie afstemming

•

Gemeente

Oordeel: 3 Toelichting: 3 meer uren SMW nodig CJG, LOK

•

Screening rekenen (RUG)

Oordeel: 4 Toelichting: onderzoek afgerond

•

Cool 5-18

Oordeel: 3 Toelichting: bijna afgerond

• •

6. Professionalisering • BL team regelmatig vergaderen

•

Sleeplezen

•

Rugzakbegeleiders

Oordeel: 3

• •

Oordeel: 1 Toelichting: organisatorisch tot nu toe niet haalbaar

•

Bepalen of leerlingen in de goede stroom zitten Vergroten van verantwoordelijkheidsgevoel bij docenten

-Bijstellen van de les opbrengsten

Docenten + MT voor de resultaten

Scholing VMBO-docenten theorievakken Scholing VMBO-docenten beroepsgericht

-Handelingsrepertoire is vergroot -Handelingsrepertoire is vergroot

Docenten VMBO

Scholing van aantal dyslexie coachen + docenten om te leren werken met sprint-plus

-Vaardig in het werken en implementeren in de school van sprint-plus

Dyslexiecoachen + aantal docenten.

Docenten VMBO

Oordeel: 3 Toelichting: we willen toewerken naar een 2de rugzakbegeleider

63


•

Dyslexiecoach

7. Beheer en financiën • 8. Communicatie (ouders!) • Leerlingvolgsysteem

Oordeel: 4 Toelichting: gedaan inclusief intervisie

•

Orthopedagogen handelingsgerichte diagnostiek

-Vaardig zijn in handelinggerichte diagnostiek

Orthopedagogen


Oordeel: 3 Toelichting: blijft een aandachtspunt

64

4. Begroting 2011-2012 Samenwerkingsverband 3.01 4.1 inleiding Hierbij wordt de begroting 2011 aangeboden. In de bijgevoegde begroting is voor een nieuwe opzet gekozen analoog aan de begroting van Singelland. Verder is de begroting net als andere jaren gebaseerd op een gerichte verdeling van het regionaal zorgbudget. Het is een begroting met nog een aantal onzekerheden. Door de ontwikkelingen rondom passend onderwijs zijn een aantal zaken nog niet duidelijk. Leerlingbedragen zijn nog niet gepubliceerd en onduidelijk is hoe het samenwerkingsverband er uit zal gaan zien vanaf januari 2012. 4.2 Beleid De hoofdlijnennotitie liep van 2007 tot 2011. Gezien de verandering die passend onderwijs met zich mee gaat brengen is ervoor gekozen op dit moment geen nieuwe hoofdlijnen notitie voor 4 jaar op te stellen maar te werken met notities waarin we proberen, met alle onzekerheden van passend onderwijs, wel beleid verder uit te zetten. Hiervoor doen we beleidsuitspraken in de notities: “notitie passend onderwijs in de regio/scenario denken” en de notitie “onderwijszorgprofielen en het SMV” en de werkagenda. De opbouw van de begroting is een afgeleide van dit voorlopig uitgezette beleid. 4.21 Afspraken m.b.t. regionaal budget In de Regeling regionale verwijzingscommissie en zorgbudget wordt de bekostiging van de leerlingenzorg per jaar vastgelegd. De wijze waarop invulling wordt gegeven aan het gemengde bekostigingsysteem wordt in deze regeling uitgevoerd. Voor komend school verandert hierin nog niets. Er is voorlopig nog sprake van een 1 op 1 bekostiging van LWOO- en PrO-leerlingen4. De indicatiecriteria blijven van toepassing. De RVC toetst of leerlingen aan deze criteria voldoen. De RVC geeft beschikkingen af. Deze beschikkingen worden bij de instroom in het VO afgegeven. Leerlingen (alleen onderinstroom) kunnen het gehele schooljaar worden aangemeld bij de RVC. Na het eerste jaar kan een leerling niet meer worden aangemeld bij de RVC. Bovendien kan een leerling slechts eenmaal worden aangemeld bij de RVC. In het geval een leerling niet voldoet aan de toelaatbaarheidscriteria kan de school gebruik maken van de middelen uit het regionaal zorgbudget. De beschikking kan alleen worden afgegeven aan scholen met een licentie. Alle scholen van het samenwerkingsverband hebben een licentie LWOO of PrO. “Zij-instromers” komen niet voor een beschikking in aanmerking. Het samenwerkingsverband heeft de beschikking over een regionaal zorgbudget. Het aantal leerlingen in de bovenbouw VMBO (klas 3 en 4, inclusief de leerlingen die leerwegondersteunend onderwijs volgen) is bepalend voor de hoogte van het regionaal zorgbudget. Dit budget kan het samenwerkingsverband inzetten voor de extra zorg aan nietgeïndiceerde leerlingen, bovenschoolse voorzieningen, de infrastructuur van het SWV e.d. Voor het komende schooljaar wordt wederom € 227,- per leerling uitgekeerd. De inkomsten voor het regionaal zorgbudget zijn begroot op 1368 leerlingen x € 227,- = €310.536,- (vorig schooljaar 1431 leerlingen x € 227= €320.751). Er wordt overgegaan naar een kalenderjaarbekostiging. De telling van 1 oktober 2010 is bepalend voor het budget van 2011.

4

Voor LWOO- en PrO-indicatie komt een overgangsregeling, wat inhoudt een afbouw van de huidige systematiek naar budgettering systematiek vanaf 2018-2019. De PCL en RVC voor het VO blijven daarom voorlopig bestaan. Ondertussen wordt een nieuwe beoordelingssystematiek ontwikkeld die recht doet aan een handelingsgerichte werkwijze. Het referentiekader (nog in ontwikkeling) zal hiertoe een eerste aanzet moeten bieden.


De hoofdlijnen voor het financieel beleid luiden als volgt: 1. Allereerst wordt in beeld gebracht welke gemeenschappelijke voorzieningen in het SWV noodzakelijk zijn. Dit wordt vastgelegd in het zorgplan. Te denken valt aan: - Infrastructuur SWV: coördinator SWV, PCL, professionalisering, administratieve ondersteuning enz. - OPDC-voorzieningen: ondersteuning ten dienste van ons SWV - Reboundvoorziening: hierbij werkt het samenwerkingsverband samen met de andere verbanden in de regio. In de begroting is het deel van 3.01 opgenomen. Hiervoor wordt een structurele bekostiging vanaf 1/1/2007 van € 91,-. Voor komend jaar € 93,-. - Ontwikkelbudget: de scholen van het samenwerkingsverband ontwikkelen gezamenlijk producten en diensten die bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van de leerlingenzorg: passend onderwijs maakt hier momenteel een groot deel van uit. Wat betreft passend onderwijs is gekozen om middelen te reserveren voor: • het pilotssysteem ter versterking van de primaire processen; • de denktankgroep passend onderwijs; • het uitvoeren van de punten uit de werkagenda: strategie uitwerking concept wetgeving en vormgeven van een nieuw postcode SMW; • de onderwijszorgprofielen om deze verder uit te werken; • de verkenning van het uitwerken van het OPDC/kenniscentrum (handelingsgericht indiceren) wat kunnen we ter ondersteuning van scholen opzetten; • de opleiding/ leergang passend onderwijs evt. uitbreiden naar BHS en STWC. en daarnaast de professionaliseringswensen van de scholen verder uitwerken. Verder wil de rekenwerkgroep bekijken of er nieuwe toetsen ontwikkeld kunnen worden om tussentijds de rekenvaardigheden te monitoren evenals de voortdurende verbetering van de aanpak voor dyslectische leerlingen. Dit kan o.a. via het OPDC gestalte krijgen. 2 Vervolgens is er voor dit jaar gekozen voor een verdeelsleutel naar rato van het totaal aantal leerlingen per locatie. Er is dus geen onderscheid meer gemaakt tussen VMBO en Havo/VWO leerlingen omdat deze leerlingen nu volledig en even zwaar meetellen voor het zorgbudget. 3 Deze middelen kunnen worden besteed aan de leerlingenzorg op de locatie voor de niet-geïndiceerde leerlingen. Scholen vullen met behulp van de door het SWV uitgewerkte en vastgestelde zorgstandaards zelf deze vormen van leerlingenzorg in. Besteding en verantwoording vinden plaats in het deelzorgplan van een locatie. 4.3 Hoe gaan we om met leerlingen die in de Reboundvoorziening worden geplaatst? Voor de Reboundvoorziening is er een aparte begroting opgesteld. De kassierschool is het Bornego College in Heerenveen. Elk betrokken samenwerkingsverband maakt de reboundinkomsten over aan de kassierschool. Voor het komende schooljaar wordt voor elke geplaatste leerling in rebound entree, time-out, traject en observatie € 120,- per week in rekening gebracht. Deze rekening wordt betaald door de school/locatie waar de leerling formeel staat ingeschreven. Voor leerlingen die afkomstig zijn van andere samenwerkingsverbanden is er een grensverkeerregeling opgesteld. Dit betekent dat de Reboundmiddelen en de schoolgebonden bijdrage de leerling ‘volgen’. 4.4 Hoe gaan we om met het dienstencentrum OPDC?

66


Het dienstencentrum is van en voor het samenwerkingsverband. De tarieven zijn opgenomen in het zorgplan. Uitgangspunt is een sluitende begroting voor het dienstencentrum. De scholen c.q. locaties zijn de klanten van het centrum. Er wordt gewerkt met overzichten waarin de diensten zijn vastgelegd. Om de administratieve last zo gering mogelijk te houden, evenals het schuiven met gelden, worden de afgenomen diensten van het OPDC verrekend met het beschikbare zorgbudget voor elke school. In de afrekening per school of locatie worden de inkomsten en uitgaven getotaliseerd. Voor externe klanten worden andere tarieven gehanteerd en wordt er wel direct afgerekend. 4.5 Resultaat Bij de vorige begroting was geconstateerd dat het samenwerkingsverband beschikte over een reserve. Er is toen besloten om in 2 begrotingsjaren (2010-2011 en 2011-2012) een bedrag vrij te maken voor pilots voor passend onderwijs. Deze begroting gaat uit van een negatief saldo van - €46.100 maar er wordt een bedrag uit de reserve toegevoegd aan de begroting voor de genoemde pilots in het ontwikkelbudget van passend onderwijs. Daarmee ontstaat een positief saldo van €.900 4.6 Begroting SWV 3.01 2011 Begroting 2011 begroting 2011 Baten Rijksbijdragen Diensten Overige opbrengsten totaal Lasten Personeel Leerlingenzorg Begeleidingskosten Huisvestingskosten Overige kosten ondersteuning Overige kosten ontwikkelbudgetten pas ond

Saldo baten en lasten Rente baten Resultaat

Baten Rijksbijdragen rijksbijdrage

begroting 2010

jaarrekening 2009

330.700 139.000 6.300 476.000

371.231 12.495 5.563 389.289

262.836 112.247 16.740 391.823

250.500 129.900 15.700 2.900 6.500 120.200 525.700

139.081 130.000 7.689 2.177 5.262 85.566 369.775

222.817 84.999 14.140 2.513 3.554 0 328.023

-46.700

19.514

63.800

3.000

3.000

2.469

-46.700

22.514

66.269

begroting 2011 310.500

begroting 2010 320.751

jaarrekening 2009 262.836

67


passend onderwijs envelopegelden retour passend ondw sub overige Diensten diensten BHS diensten Singelland diensten Stellingwerf diensten Rebound diensten Sevenwolden diensten Primair Onderwijs diensten OPO diensten pcl 3.04 (off) diensten Lindecollege (off) overig

Overige opbrengsten vergoeding RMC-consultatieteam vergoeding vsv tot 31/12/2011 vergoeding flankerend beleid doorberekende scholingskosten

Totaal opbrengsten Lasten Personele lasten salariskosten SWV ,elly,bonny salariskosten DC jaap, aj, anke, yke,alle salariskosten coordinator verkorte indicatie BJZ reis -en verblijfkosten totaal salariskosten Detach Teije SWV professionaliseringskosten overige Materiële lasten Leerlingenzorg (bedrag naar scholen) leerlingenzorg BHS leerlingenzorg Stellingwerf leerlingenzorg Singelland totaal leerlingenzorg

0 20.200 0 330.700

50.480 0 0 371.231

0 0 0 262.836

20.400 34.700 2.600 600 14.400 19.800 6.700 23.100 16.700 0 139.000

0 0 0 0 0 0 0 0 0 12.495 12.495

37.573 22.792 3.288 1.501 16.518 17.677 8.800 0 0 4.098 112.247

5600 700 0 0 6.300

5.563 0 0 0 5.563

1.950 0 0 14.790 16.740

476.000

389.289

391.823

44.400 137.100 52.500 0 3.000 237.000 9.500 4.000 0 250.500

41.192 80.889 0 10.000 3.000 135.081 0 4.000 0 139.081

48.604 160.012 0 0 0 208.616 0 14.201 0 222.817

begroting 2011 19.600 32.800 77.500 129.900

begroting 2010 20.784 31.818 77.398 130.000

jaarrekening 2009 18.858 18.017 48.124 84.999

68


Begeleidingskosten PCL deelname Renn 4 M.T PCL detacheringskosten J. Oosterwijk Psychologische onderzoeken (Ottens) lln afhankelijke kosten materiaal kosten

Huisvestingskosten afschrijvingskosten huur ruimten Singelland kleine aanschaffingen en mob tel cateringskosten overig

Overige kosten ondersteuning administratiekosten Jelle+Henrica adm ondersteuning 50 uur Connie v. H. accountantskosten bestuurskosten overige Overige kosten ontwikkelbudgetten ontwikkelbudget passend onderwijs ontwikkelbudget alg. (rek.en taalbeleid) inrichting postcode SWV

Rente baten

5.700 7.000 1.000 2.000 15.700

0 0 0 5.689 2.000 7.689

2.720 6.798 3.992 0 630 14.140

400 1.800 200 500 0 2.900

350 1.827 0 0 0 2.177

337 1.827 349 0 0 2.513

2.000 1500 2.800 200 0 6.500

2.000 0 2.750 0 512 5.262

750 0 2.529 26 249 3.554

90.000 10.000 20.200 120.200

65.566 20.000 0 85.566

0 0 0 0

3.000

3.000

2.469

Lasten per categorie: directe leerlingzorg overhead pass ondw

356.467 43.727 118.906 519.100

69


4.7 Toelichting begroting zorgplan 2011-2012 (zie tevens bijlage 8 werkagenda passend onderwijs) De opbouw van de begroting is een afgeleide van de beleidsuitspraken werkagenda, notitie passend onderwijs in de regio/scenario denken en het zorgplan van het SMV.

2011-2012 POST Algemeen Tarieven

Verdeling inzet Regionaal zorgbudget (zie Baten Rijksbijdragen Rijksbijdragen Retour Subsidie passend onderwijs

(Rebound (niet in begroting SMV) Diensten

overig Ontvangsten RMC consultatieteam

BELEIDSUITSPRAAK

Voor 2011-2012 worden de volgende tarieven gehanteerd: • uurtarief docent schaal LB € 45,00 (op jaarbasis 1659 * € 45,00 = € 74.655 • uurtarief docent schaal LC € 51,50 (op jaarbasis 1659 * € 51,50 = € 85.440 • dagdeeltarief LB op jaarbasis € 7465,50 • dagdeeltarief LC op jaarbasis € 8544,00 • uurtarief LB op jaarbasis € 45,00 • uurtarief LC op jaarbasis € 51,50 • psycholoog € 51,50 per uur • dagdeeltarief psycholoog (op jaarbasis) 160 x € 51,50 = € 8544,00 • voor de coördinator SMW en psycholoog schaal 12 € 54,00 In de begroting komt 69%rechtstreeks ten goede aan de directe leerling-zorg in preventieve en curatieve zin. 8% is voor overhead en 23% voor passend onderwijs (zie cirkeldiagram 1 begroting) €330.700 te weten: €310.500 De inkomsten voor 2011-2012. In leerjaren VMBO 3 en 4 zitten 1368 leerlingen x €227,- (teldatum: 1/10/2010) € 20.200 Deze subsidie van €50.000 voor passend onderwijs was destijds aangevraagd voor start van passend onderwijs en is deels gebruikt voor het Breuer onderzoek. €20.156 is hiervan teruggestort en is geoormerkt om te gebruiken voor invoeren van passend onderwijs. Voorlopig reserveren voor het inrichten van nieuw SWV (ondersteuning Eugenie) € 127.224 Voor 2010 krijgt het SWV een structurele bekostiging van € 93,- per leerling (VMBO 3 en 4). Het geld wordt doorgestort aan de kassierschool van de reboundvoorziening) €139.000 Uit het deel rijksbijdragen/zorgbudget betalen scholen diensten die o.a. het SMV/OPDC voor ze uitvoert zoals coaching en ondersteuning bij dyslexie, scholing in omgaan met gedrags- en ontwikkelingproblematiek etc. €6.300 te weten €5.600 Vanuit de gemeente wordt bijgedragen in de participatie van de coördinator / PCL voorzitter in rmc consultaties

70


Vergoeding VSV tot 31-12-2012

Lasten Personele lasten SMV coördinator SMW

OPDC/Dyslexie centrum

€700 De coördinator SMV neemt deel aan werkgroepen VSV van de gemeente/provincie en krijgt hiervoor een uurvergoeding op declaratiebasis

€250.500 te weten: €44.400 Orthopedagogen en psycholoog voor het samenwerkingsverband: Elly Pruiksma; Bonny Weidgraaf €52.500 Coördinator Eugenie (0,4 coord + llz 0,1+0,1 po) €137.000 Dyslexiespecialisten (J. Stoppelenburg), ambulant begeleider (AJ Visser) en rekenwerkgroep (A.Visser) €3.000 Reis en verblijfkosten €9.500 Onderwijskundige advisering door T. vd Bij €4.000 Professionalisering d.m.v. Cursussen en trainingen voor SMV en OPDC medewerkers

Materiële lasten Leerling-zorg

€130.000 te weten: Uit het zorgbudget wordt aan de scholen direct een bedrag ter beschikking gesteld voor het vormgeven van hun zorgstructuur. Het totaal aantal leerlingen per school geldt hiervoor als uitgangspunt: leerlingenzorg BHS 19.634 leerlingenzorg Stellingwerf 32.842 leerlingenzorg Singelland 77.524 Begeleidingskosten Tbv de consultatie voor de scholen in de PCL is de PCL € 15.670 te weten samengesteld uit een AB-er van Renn 4, een internbegeleider PCL van de BHS, psycholoog van het SMW en coördinator SMW en incidenteel de inzet van een psycholoog (H. Ottens). €5.700 AB Renn 4 €7.000 Intern begeleider BHS €1.000 Psycholoog H. Ottens €2.000 Aanschaf testmateriaal voor de PCL/OPDC Huisvestingskosten €2.900 te weten: Huur werkruimtes € 1.800 Huurbedragen kamers 1.69 en 1.71. Aantal m2 is 50,6 x 1,4 (= opslagfactor gebruik gangen, trappen, wc’s e.d.). Totaal 71 m2. Begroting totale huisvestingslasten 410850 euro, zodat voor rekening van het SMV 71/12500 m2 * 410.850= 2334 euro. Afgerond 2500 euro. In mindering is gebracht dat kamer E1.71 slechts voor 50% van de week wordt gebruikt. Afschrijving €400 Vooral laptop(s) en inventaris OPDC werkruimte Kleine €200 o.a. mobiele telefoon aanschaffingen catering €500 Catering voor alle vergaderingen en bijeenkomsten voor het SMV Overige kosten ondersteuning €6.500 te weten: Fin adm. €2.000 Administratieve ondersteuning Jelle en Henrica Secr adm. €1.500 50 uur Adm.ondersteuning Conny tbv DC en zorgplan €2.800 accountantskosten €200 bestuurskosten Overige kosten

71


ontwikkelbudgetten Ontwikkelbudget passend onderwijs

Totaal passend onderwijs Ontwikkelbudget algemeen rekenen taalbeleid rente

Zie werkagenda: €90.000 te weten: €60.000 Pilots passend onderwijs: net als vorig jaar wordt er uit de reserve een bedrag vrijgemaakt voor pilots passend onderwijs €5.000 Uitwerken OPDC / kenniscentrum i.v.m. met het indiceren van zorgleerlingen en een procedure van plaatsing van zorgleerlingen in cl3/4 in samenwerking met Cl 3/4 (evt. aanvullen uit restant startsubsidie) €5.000 Leergang passend onderwijs opzetten voor BHS en Stwc €4.000 Organisatorisch vormgeven van een nieuw SMV op postcode (evt. aanvullen uit restant startsubsidie) €9.500 Ondersteuning Teye (PO denktank) €6.500 Ondersteuning Roel (PO denktank) €8.700 Ontwikkeltaak passend onderwijs Coördinator swv0,1 fte €20.200 Inrichten postcode SMV €118.900 €10.000 te weten: €3.000 Inzet deskundigen i.v.m. het ontwikkelen van een tussentijdse vorderingstoets voor de rekenvaardigheden €7.000 Inzet deskundigen i.v.m. het ontwikkelen van een taalbeleid per school €3.000

72


4.8 Toelichting voorlopige Inkomsten 2011-2012 (teldatum:1/10/2010) INKOMSTEN teldatum:1/10/2010 Aan regionaal zorgbudget is te verwachten 1368 lln x €227= €310.536 lln 3 en 4 School VMBO BHS 414 Stellingwerfcollege 259 Singelland 695 Totaal 1368

bedrag per lln. € 227 € 227 € 227

budget € 93.978 € 58.793 € 157.765 € 310.536

teldatum:1/10/2010 Voor de REBOUNDGROEPEN is te verwachten 1368 lln x €93= € 127.224 lln 3 en 4 VMBO

School

bedrag per lln. € 414 93 € 259 93 € 695 93 1368

BHS Stellingwerfcollege Singelland Totaal

budget € 38.502 € 24.087 € 64.635 € 127.224

4.8 Verdeling middelen per school School*

totaal aantal lln.

BHS Stellingwerf College

776 1298

Singelland

3064

totaal zorgbudget

5138

zorgbudget € 19.634,10 € 32.841,57 € 77.524,33 € 130.000,00

73


5. Planning bijeenkomsten SWV 2011/2012 Maand

Bestuur Locatie/ ZMT Afd.dir 4x p/j 2x p/j 5x p/j In DO VHS

OPDC

20/09

12/09

8/11

7/11

Sept.

Okt. Nov. Dec. Jan. Febr. Maart

11/10

Werk- Intervisie SMW/ plaatsen Ortho’s 2x p/j Nog plannen Begin okt Per 12/09 20/09 locatie

Opmerkingen /aandachtspunten Presentatie pilots BHS, TOM, DL, Pro Data doorgeven tussen sept en dec Inleverdatum logboek Zat en pro monitor

24/10 21/11

1/11

6/12 17/01 7/2

23/1 13/02

6/03

April Mei

3/4

Juni

12/06

13/02 12/03

Voorbereiden zorgplan 2/4 zorgplan inleverdatum 15 mei

5/06

18/06

4/6

Bestuur: dinsdagen: 14.00-16.00 ZMT: dinsdagochtenden 8.30-10.30 OPDC: ma 10-12?? Werkplaatsen maandagmiddagen: 15.00-16.30 Locatie/afdelingsdirecteuren van de VHS: (2x) tijdens een regulier MT-overleg van Singelland. Het overleg met het management (portefeuillehouders leerlingenzorg) van de overige twee scholengemeenschappen van het samenwerkingsverband, BHS en Stellingwerfcollege, wordt ad hoc (2x per jaar) door de coördinator van het samenwerkingsverband met de betrokkenen op locatie georganiseerd.

74


Bijlage 1: Format Zorgplan 2011-2012

School/SWV Zorgplan 2010- 2011 Taakveld / actiepunten 1. Ontwikkeling zorgbeleid •

evaluatie

Zorgplan 2011 - 2012 Doel/ Activiteit

beoogd resultaat

betrokkenen

kosten (alleen voor SWV) •


•

•

•

2. Bestuur & Organisatie •


•

•

•

•

3. Leerlingbegeleiding •


•

•

•

•

4. Leertrajecten •


•

•

•

•

5. Samenwerking Extern •


•

•

•

•

6. Professionalisering •


•

•

•

•

7. Beheer en financiën •


•

•

•

•

8. Communicatie •


•

•

•

•

75


Kolom 1:

In deze kolom de actiepunten van het zorgplan 2010-2011 vermelden.

Kolom 2:

Oordeel en toelichting actiepunt 2010-2011 Jouw oordeel over de mate waarin de actie geslaagd is; kort aangeven met de waardering: 1, 2, 3 of 4. Er is ruimte om dit toe te lichten. Betekenis van de waardering. onvoldoende: er is (nog) geen ontwikkeling (gestart) matig: er is geen of incidenteel beleid en praktijk voldoende: er is beginnend beleid en een beginnende praktijk goed: we hebben beleid (afspraken gemaakt) en de praktijk werkt goed

Kolom 3:

Doel/Activiteiten voor nieuwe zorgplan 2011-2012 Je hoeft alleen de taakvelden te gebruiken die voor jouw school van toepassing zijn. Advies: 1. Omschrijf doel/ activiteit zo kort en concreet mogelijk, op de praktijk en het HOE gericht 2. Maak keuzes: 2 à 3 activiteiten in een jaar goed uitvoeren is beter dan een hele waslijst met activiteiten die half of helemaal niet uitgevoerd kunnen worden. Het is dus niet noodzakelijk dat alle taakvelden worden “gevuld”. 3. Betrek waar mogelijk je team bij het vaststellen van de activiteiten. 4. Zorg voor een goede afstemming op andere ontwikkelingen in je school en het samenwerkingsverband.

Kolom 4:

Beoogd resultaat Waaraan zie je en merk je dat een activiteit geslaagd is? Geef dit zo concreet en SMART mogelijk aan. Wat merken leerlingen ervan?

Kolom 5:

Betrokkenen Wie zijn betrokken bij dit doel/ activiteit? Allen zorgcoördinator of breder bv locatieleider, zorgteam, mentor etc.

76


Bijlage 2: Opzet Kwaliteitszorg Samenwerkingsverband 3.01

Taakveld

Wat

Indicatoren5

Ontwikkeling zorgbeleid

Hoofdlijnennotitie

Realiseren van (jaar) doelen

Organisatie

Resultaatverantwoor delijk uitvoering6 (incl. rapportage aan bestuur) Coord. SWV

1x 4 jaar

Zorgplan

Jaarlijks april (onderdeel van zorgplan)

Coord. SWV (algemeen deel); locatiedirecteur (schoolspecifieke deel)

Taak- en resultaatverantwoordelijkheden coördinator, zorgteamcoördinator, zorgteam, Rebound

Realiseren/uitvoer en van verantwoordelijkhe den

Mondelinge en schriftelijke evaluatie betrokkenen doelgroepen

1x 4 jaar

Coord. SWV

Standaards ZEK

ZEK SWV

1x 4 jaar

Coord. SWV

Benchmarks Resultaat van interventies Benchmarks Resultaat van interventies Benchmarks

Verslag logboek

jaarlijks

Coord. SWV

Verslag logboek

jaarlijks

Coord. SWV

Data instroom scholen SWV Data RVC Data instroom scholen

jaarlijks

Coord. SWV

jaarlijks jaarlijks

Coord. SWV Coord. SWV

Aard van de problematiek in Zorgteam (schoolniveau) Monitoren rugzak en PrOleerlingen VMBO Instapniveau PO-leerlingen Instroom hoogbegaafden PO 6

Wanneer & Frequentie

Schriftelijke evaluatie doelen Hoofdlijnennotitie Realiseren Schriftelijke evaluatie activiteiten van activiteiten zorgplan zorgplan (SWV en (SWV- én schoolniveau) schoolniveau)

Leerlingbegeleidi Kwaliteit van de begeleiding in ng SWV Aard van de problematiek in ZAT/PCL (SWV)

5

Instrument

Benchmarks Benchmarks

In deze kolom nog aangeven wanneer het bestuur vindt dat er voldoende kwaliteit is gerealiseerd (% of groei?). Het bestuur van het SWW is taakverantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van het Plan Kwaliteitszorg.

77


SWV Leertrajecten

Rebound

Benchmarks Resultaat van interventies

Verslag logboek

jaarlijks

Coord. Rebound

Samenwerking extern

Samenwerking met organisaties/omgeving

Standaards ZEK

ZEK Omgeving / Passend onderwijs

1x 4 jaar

Dir. SWV

Beheer en financiën

Inzet middelen SWV (Zorgplan)

Benchmarks

MRV-scan

1x 4 jaar

Dir. SWV

Communicatie

Communicatie binnen SWV (o.a. website)

Standaards

ZEK SWV

1x 4 jaar

Dir. SWV

Professionaliseri ng

78


Bijlage 3: Reglement PCL SWV Midden- en Oost-Friesland 3.01 Reglement van de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) zoals bedoeld in artikel 10h, vierde lid van de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO). Artikel 1

Begripsbepalingen

Dit reglement verstaat onder: Handelingsplan:

een handelingsplan zoals bedoeld in artikel 10g, derde lid of artikel 10h, zevende lid van de WVO

PCL:

de Permanente Commissie Leerlingenzorg zoals bedoeld in artikel 10h, vierde lid van de WVO

RVC:

de Regionale Verwijzingscommissie zoals bedoeld in artikel 10g, tweede lid van de WVO en artikel XIV, derde lid van de Wet van 25 mei 1998

Samenwerkingsverband:

het samenwerkingsverband zoals bedoeld in artikel 10h van de WVO

Wet van 25 mei 1998:

de Wet van 25 mei 1998 tot wijziging van onder meer de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van leerwegen in de hogere leerjaren van het middelbaar algemeen voortgezet onderwijs en het voorbereidend beroepsonderwijs, alsmede van leerwegondersteunend en praktijkonderwijs (Stb. 1998/337)

WVO:

Wet op het voortgezet onderwijs

Zorgbudget:

het bedrag dat wordt toegekend op grond van artikel 77, vierde lid van de WVO (artikel I, onderdeel JJ, onder 3, van de Wet van 25 mei 1998)

Zorgplan:

zorgplan zoals bedoeld in artikel 10h, vijfde lid van de WVO.

Artikel 2

Taak PCL

1.

De PCL heeft tot taak de volgende functies te vervullen: a. de sluis-/ zeeffunctie; b. de beoordelingsfunctie; c. de onderzoeksfunctie; d. de consultatie-/ adviesfunctie; e. de begeleidingsfunctie; f. de monitorfunctie; g. de interne afstemmingsfunctie; h. de toewijzingsfunctie.

2.

De PCL brengt desgevraagd een deskundigheidsadvies uit zoals bedoeld in artikel 10h, vierde lid, derde volzin, van de WVO.

79


Artikel 3

Samenstelling PCL

De PCL bestaat uit ten minste drie leden, onder wie de voorzitter/secretaris. Tot de leden behoren in ieder geval een diagnostisch geschoold psycholoog of orthopedagoog en een pedagoogdidacticus (iemand die kennis heeft van en zicht heeft op onderwijskundige ontwikkelingen op het terrein van het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs). Artikel 4

Benoeming leden PCL

1.

Het bestuur van het samenwerkingsverband benoemt de leden van de PCL, van wie de voorzitter in functie.

2.

De leden van de PCL worden voor de duur van vier jaren benoemd en kunnen steeds worden herbenoemd voor een gelijke termijn.

3.

De leden van de PCL ontvangen een benoemingsbrief waarin tevens het aantal te werken uren op week- dan wel jaarbasis wordt vastgelegd alsmede overige rechtspositionele aangelegenheden zijn opgenomen. In de benoemingsbrief wordt opgenomen dat de leden van de PCL hun werkzaamheden dienen te verrichten met inachtneming van het bij of krachtens dit reglement bepaalde.

4.

Een lid van de PCL kan tussentijds aftreden door middel van een schriftelijke mededeling aan (het bestuur) van het samenwerkingsverband met inachtneming van een opzeggingstermijn van drie maanden.

5.

Het bestuur van het samenwerkingsverband kan een lid van de PCL te allen tijde ontslaan indien sprake is van een onbehoorlijke vervulling van de aan hem opgedragen taken. Alvorens deze beslissing te nemen stelt het bestuur het lid in kennis van dit voornemen en wordt het lid in de gelegenheid gesteld om zijn zienswijze naar voren te brengen.

Artikel 5

Collectief ontslag leden PCL

1.

De PCL verricht haar taken met inachtneming van het zorgbeleid zoals vastgelegd in het zorgplan.

2.

Indien de PCL haar taken niet verricht met inachtneming van het zorgbeleid zoals vastgelegd in het zorgplan kan het bestuur van het samenwerkingsverband de leden van de PCL collectief ontslaan uit hun functie. Alvorens deze beslissing te nemen stelt het bestuur de PCL in kennis van dit voornemen en wordt de PCL in de gelegenheid gesteld om haar zienswijze naar voren te brengen.

Artikel 6 1.

Secretaris van de PCL

De secretariële werkzaamheden van de PCL worden door de voorzitter van de PCL uitgevoerd dan wel in onderling overleg door een van de andere leden van de PCL uitgevoerd.

80


Artikel 7

Bekostiging werkzaamheden PCL

1.

De werkzaamheden van de PCL worden bekostigd door de in het samenwerkingsverband participerende schoolbesturen. De begroting en de jaarrekening van de personele en materiële kosten van de PCL zijn onderdeel van de vaststelling van het zorgplan.

2.

Indien de PCL overweegt om zich in het kader van een beroepsprocedure tegen een beslissing van de PCL omtrent de toelaatbaarheid van een leerling tot het leerwegondersteunend onderwijs extern te laten bijstaan of vertegenwoordigen, vraagt het hiervoor goedkeuring aan het bestuur van het samenwerkingsverband. De kosten van rechtsbijstand worden bekostigd door de in het samenwerkingsverband participerende schoolbesturen.

Artikel 8

Huisvesting en bereikbaarheid

1.

Het bestuur draagt zorg voor een adequate huisvesting van de PCL en de overige materiële voorzieningen en sluit zo nodig hiervoor overeenkomsten af.

2.

Het bestuur van het samenwerkingsverband maakt het (post)adres van de PCL bekend aan alle personen en instellingen binnen het samenwerkingsverband die uit hoofde van hun taak of functie bij de werkzaamheden van de PCL zijn betrokken, onder vermelding van de tijden waarop de PCL op dit adres bereikbaar is. Het adres van de PCL wordt vermeld in het zorgplan.

Artikel 9

Informatievoorziening

1.

Het bestuur van het samenwerkingsverband draagt ervoor zorg dat de leden van de PCL het vastgestelde zorgplan en jaarverslag binnen één maand na vaststelling daarvan ontvangen. Het bestuur van het samenwerkingsverband en de daarin participerende schoolbesturen voorzien de PCL desgevraagd van alle informatie die zij voor een goede uitoefening van haar werkzaamheden nodig heeft.

2.

De PCL draagt ervoor zorg dat zij steeds op de hoogte is van de onderwijskundige mogelijkheden van de scholen in het samenwerkingsverband en van het zorgbeleid van het samenwerkingsverband.

3.

Om de benodigde informatie te verkrijgen, neemt de PCL de volgende maatregelen: a. het onderhoudt reguliere contacten met de coördinator en zorgteamcoördinatoren van het samenwerkingsverband; b. het bestudeert relevante rapporten over de leerlingenzorg; c. het onderhoudt de nodige contacten met vertegenwoordigers van scholen. d. het voert indien nodig overleg met regionale expertisecentra 1, 2, 3 en 4 en met instellingen voor jeugdzorg, jeugdgezondheidszorg , jeugdhulpverleningen andere relevante ketenpartners, die over gegevens over leerlingen beschikken met zorgvuldige inachtneming van de bepalingen hieromtrent in het door de PCL gehanteerde privacyreglement; e. het houdt zicht op de gevolgen van de door de PCL genomen besluiten en uitgebrachte adviezen;

81


Artikel 10

Beveiliging van persoonsgegevens

1.

De PCL houdt met inachtneming van de wettelijke voorschriften daaromtrent de gegevens over aangemelde leerlingen niet langer in bezit dan strikt noodzakelijk is voor de uitvoering van de aan haar opgedragen taken, zoals bedoeld in artikel 2.

2.

Het bestuur stelt een privacyreglement vast dat betrekking heeft op het functioneren van de PCL. De PCL houdt zich bij de uitvoering van de aan haar opgedragen taken aan de inhoud van het privacyreglement.

3.

Ten behoeve van de noodzakelijke beveiliging van persoonsgegevens van leerlingen gedurende de periode dat deze in het bezit zijn van de PCL, draagt de PCL zorg voor een zodanige opslag van deze gegevens dat de privacy redelijkerwijs verzekerd is.

Artikel 11

Jaarverslag

1.

De PCL stelt jaarlijks een verslag van de werkzaamheden van de PCL op over het vorige schooljaar. Het jaarverslag wordt ter kennis gebracht aan het bestuur, de coördinator, de schoolbesturen en de scholen van het samenwerkingsverband.

2.

In het jaarverslag geeft de PCL in elk geval aan: a. de procedures die zij heeft gehanteerd; b. de werkwijze die zij heeft gevolgd; c. een analyse van het logboek van de PCL op grond waarvan aanbevelingen worden geformuleerd voor het zorgplan. d. de wijze waarop de PCL zijn werkzaamheden heeft uitgevoerd (aantal vergaderingen, contacten met betrokkenen, contacten met overige personen en instellingen). 3. Ten aanzien van de door de PCL genomen adviezen omtrent de toelaatbaarheid van leerlingen tot het leerwegondersteunend onderwijs wordt onverminderd het in het tweede lid vermelde in het jaarverslag voorts nog melding gemaakt van: a.

4.

b. c.

de criteria die zij heeft gehanteerd bij deskundigheidsadviezen, zoals bedoeld in artikel 2, tweede lid; het aantal aanmeldingen, onderverdeeld naar aanleverende scholen; het aantal adviezen;

d.

het aantal leerlingen dat is doorverwezen naar de rebound.

Ten aanzien van de door de PCL gegeven adviezen omtrent de toelaatbaarheid van leerlingen tot het praktijkonderwijs is het derde lid, onderdeel a. tot en met onderdeel d. van overeenkomstige toepassing.

Artikel 12

Huishoudelijk reglement (zie bijlage 4)

Het bestuur stelt op voordracht van de PCL een huishoudelijk reglement vast waarin de werkwijze van de PCL is neergelegd en al hetgeen de PCL voorts noodzakelijk acht om de aan haar opgedragen taken naar behoren te kunnen vervullen. Artikel 13 1. 2. 3.

Slotbepalingen

Dit reglement treedt in werking met ingang van 1 juni 2000 Dit reglement kan worden aangehaald als: “Reglement PCL Midden- en OostFriesland”. Dit reglement kan door het bestuur worden gewijzigd. 82


Bijlage 4: Huishoudelijk reglement PCL SWV Midden- en Oost-Friesland 3.01 Huishoudelijk reglement van de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) zoals bedoeld in artikel 12 van het “Reglement PCL Midden- en Oost-Friesland” Artikel 1

Begripsbepalingen

Dit reglement verstaat onder: handelingsplan:

een handelingsplan zoals bedoeld in artikel 10g, derde lid of artikel 10h, zevende lid van de WVO

PCL:

de Permanente Commissie Leerlingenzorg zoals bedoeld in artikel 10h, vierde lid van de WVO

RVC:

de Regionale Verwijzingscommissie zoals bedoeld in artikel 10g, tweede lid van de WVO en artikel XIV, derde lid van de Wet van 25 mei 1998

samenwerkingsverband:

het samenwerkingsverband zoals bedoeld in artikel 10h van de WVO

Wet van 25 mei 1998:

de Wet van 25 mei 1998 tot wijziging van onder meer de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van leerwegen in de hogere leerjaren van het middelbaar algemeen voortgezet onderwijs en het voorbereidend beroepsonderwijs, alsmede van leerwegondersteunend en praktijkonderwijs (Stb. 1998/337)

WVO:

Wet op het voortgezet onderwijs

Artikel 2

Taak secretaris

1.

De functie secretaris is in de PCL gecombineerd met de voorzittersfunctie.

2.

De secretaris is belast met het opstellen van de stukken die van de PCL uitgaan, het samenstellen van de verslagen van de beraadslagingen, het houden van het register van ingekomen en behandelde aanmeldingen en het beheer van het archief, een en ander voor zover de PCL zulks niet aan zich houdt.

3.

Stukken die moeten worden ingediend bij de PCL, dienen toegezonden te worden aan het bekend gemaakte adres van de secretaris.

4.

Bij ontstentenis of belet van de secretaris worden zijn werkzaamheden waargenomen door degene die daarvoor door de voorzitter wordt aangewezen.

Artikel 3

1.

Aanmelding van een leerling voor een advies over de toelaatbaarheid tot het leerwegondersteunend onderwijs c.q. het praktijkonderwijs

Het door een school voor voortgezet onderwijs aanmelden van een leerling bij de PCL voor de advisering over de toelaatbaarheid van die leerling tot het leerwegondersteunend onderwijs of een advies over de toelaatbaarheid van die leerling tot het praktijkonderwijs vindt plaats door middel van een door de PCL vast te stellen formulier. Dit formulier wordt door de PCL aan de in het

83


samenwerkingsverband participerende scholen toegezonden en voorts desgewenst aan andere belanghebbenden. 2.

Het in het eerste lid bedoelde aanmeldingsformulier gaat in de daarin vermelde gevallen naar de PCL vergezeld van een op de desbetreffende leerling betrekking hebbend dossier waarvan deel uitmaken het onderwijskundig rapport, zorgformulier en de op schrift gestelde zienswijze van de ouders van die leerling. Het onderwijskundig rapport en zorgformulier moet ten minste: a. specificeren of de leerling voor leerwegondersteunend onderwijs of voor praktijkonderwijs wordt aangemeld; b. onderbouwen waarom een leerling daarvoor wordt aangemeld; c. verantwoorden wat er door de school al is gedaan aan de problematiek van de leerling en met welk resultaat; d. voor zover aanwezig feitelijke gegevens bevatten met betrekking tot de voor de toelaatbaarheidsbepaling en het handelingsplan relevante leerlingenkenmerken; e. inzicht verschaffen in de schoolvorderingen/resultaten op de diverse schoolse vakken (waaronder in ieder geval technisch en begrijpend lezen, spelling en rekenen/wiskunde); f. voor zover aanwezig de onderliggende (onderzoeks-) documenten bevatten, waaruit gegevens vermeld staan in het onderwijskundig rapport, zoals de resultaten van een of meer persoonlijkheidsonderzoeken met betrekking tot prestatiemotivatie, faalangst en emotionele instabiliteit die een indicatie geven van de sociaal-emotionele problematiek van de leerling in relatie tot de leerprestaties.

3.

Voor het verkrijgen van de in het tweede lid, onderdeel d., onderdeel e. en onderdeel f. bedoelde gegevens wordt gebruik gemaakt van één of meer van de door de PCL aan te wijzen screenings- of testinstrumenten. De instrumenten worden toegepast onder verantwoordelijkheid van een diagnostisch geschoold psycholoog of orthopedagoog.

4.

Indien de gegevens op het aanmeldingsformulier niet compleet zijn of de in het tweede lid bedoelde stukken ten onrechte niet daarbij gevoegd zijn, stelt de PCL de aanmeldende school in de gelegenheid alsnog de ontbrekende gegevens binnen twee weken in te sturen.

5.

De PCL draagt ervoor zorg dat uitsluitend personen die betrokken zijn bij het vaststellen van de in artikel 5 bedoelde beslissing c.q. het in artikel 6 bedoelde advies, kennis kunnen nemen van de bescheiden die daarvoor noodzakelijk zijn. De PCL zendt, nadat zij de beslissing heeft uitgebracht, onverwijld alle bescheiden die zij ten behoeve van de uitoefening van haar taak heeft ontvangen, terug aan de desbetreffende school.

Artikel 4

Verzoeken om advies c.q. tot het verrichten van diensten

1.

De door een school voor voortgezet onderwijs aan de PCL te richten verzoeken om advies c.q. tot het verrichten van diensten vindt plaats door middel van een door de PCL vast te stellen formulier. Dit formulier wordt door de PCL aan de in het samenwerkingsverband participerende scholen toegezonden en voorts desgewenst aan andere belanghebbenden.

2.

Het in het eerste lid bedoelde aanmeldingsformulier gaat in de daarin vermelde gevallen vergezeld van een op de desbetreffende leerling betrekking hebbend

84


dossier, zoals bedoeld in artikel 3, tweede lid. In die gevallen is artikel 3, derde lid, van overeenkomstige toepassing. 3.

Indien de gegevens op het aanmeldingsformulier niet compleet zijn of de in het tweede lid bedoelde stukken ten onrechte niet daarbij gevoegd zijn, stelt de PCL de school in de gelegenheid alsnog de ontbrekende gegevens binnen twee weken in te sturen.

4.

De PCL draagt ervoor zorg dat uitsluitend personen die betrokken zijn bij het vaststellen van het in artikel 7 bedoelde advies c.q. de te verrichten diensten, kennis kunnen nemen van de bescheiden die daarvoor noodzakelijk zijn. De PCL zendt, nadat zij het advies heeft uitgebracht c.q. de te verrichten diensten zijn afgerond, onverwijld alle bescheiden die zij ten behoeve van de uitoefening van haar taak heeft ontvangen, terug aan de desbetreffende school.

Artikel 5

Advisering over de toelaatbaarheid van een leerling tot het leerwegondersteunend onderwijs

1.

De PCL stelt op basis van de in artikel 3 bedoelde stukken een conceptadvies op omtrent de toelaatbaarheid van de leerling.

2.

Het advies omtrent de toelaatbaarheid van de leerling komt tot stand in een beraadslaging waarbij ten minste twee leden van de PCL aanwezig zijn. Deze beslissing wordt met volstrekte meerderheid van stemmen genomen. Als de stemmen staken, geeft de stem van de voorzitter de doorslag.

3.

De PCL kan aanvullende informatie inwinnen of de mening vragen van ter zake deskundigen. De PCL stelt vast welke personen en/of instellingen, respectievelijk welke deskundigen benaderd zullen worden en welke condities gelden voor de informatieverstrekking en raadpleging.

4.

De PCL hanteert de RVC-criteria voor de advisering betreffende de toelating tot het leerwegondersteunend onderwijs. Indien de PCL adviseert dat de leerling niet toelaatbaar wordt geacht tot het leerwegondersteunend onderwijs, gaat dit gepaard met een advies over plaatsing en opvang.

5.

Wanneer een voorgenomen advies, zoals bedoeld in het vijfde lid, plaatsing op een andere school inhoudt, overlegt de voorzitter met de school waar de leerling is aangemeld. De betrokken school stelt de ouders en de aanmeldende school op de hoogte.

Artikel 6

Advisering omtrent de toelaatbaarheid van een leerling tot het praktijkonderwijs

1.

De ambtelijk secretaris stelt op basis van de in artikel 3 bedoelde stukken een conceptadvies op omtrent de toelaatbaarheid van de leerling.

2.

Het advies omtrent de toelaatbaarheid van de leerling komt tot stand in een beraadslaging waarbij ten minste twee leden van de PCL aanwezig zijn. Deze beslissing wordt met volstrekt meerderheid van stemmen genomen. Als de stemmen staken, geeft de stem van de voorzitter de doorslag.

85


3.


4.

De PCL geeft slechts het advies dat een leerling toelaatbaar is tot het praktijkonderwijs Volgens de geldende RVC-criteria.

5.

Indien de PCL het advies geeft dat de leerling niet toelaatbaar wordt geacht tot het praktijkonderwijs, gaat dit advies gepaard met een beslissing van de PCL omtrent de toelaatbaarheid van deze leerling tot het leerwegondersteunend onderwijs c.q. met een advies over plaatsing en opvang van deze leerling in het reguliere onderwijs of op een andere onderwijssetting.

6.

Wanneer een voorgenomen advies, zoals bedoeld in het vijfde lid, plaatsing op een andere school inhoudt, overlegt de voorzitter met de school waar de leerling is aangemeld. De betrokken school stelt de ouders en de aanmeldende school op de hoogte.

Artikel 7

Besluitvorming over overige aan de PCL gevraagde adviezen

1.

De PCL stelt op basis van de in artikel 4 bedoelde stukken een concept-advies op.

2.

Het advies komt tot stand in een beraadslaging waarbij ten minste twee leden van de PCL aanwezig zijn. Deze beslissing wordt met volstrekt meerderheid van stemmen genomen. Als de stemmen staken, geeft de stem van de voorzitter de doorslag.

3.


Artikel 8

Bekendmaking, van het advies omtrent de toelaatbaarheid van een leerling tot het leerwegondersteunend onderwijs, het praktijkonderwijs en van de eventueel overige van de PCL gevraagde adviezen m.b.t. toelaatbaarheid

1.

De PCL maakt haar advies omtrent de toelaatbaarheid van een leerling tot leerwegondersteunend onderwijs, praktijkonderwijs en omtrent de eventueel overige aan haar voorgelegde vragen m.b.t. toelaatbaarheid schriftelijk bekend aan de aanmeldende school.

2.

De voorzitter / secretaris draagt ervoor zorg dat in de bekendmaking en de verdere afhandeling van het advies alle geldende voorschriften inzake berichtgeving en termijnen in acht worden genomen.

3.

Voor de niet in dit artikel genoemde onderdelen - de beslissingsbevoegdheden van de PCL bij mutatieleerlingen en de plaatsing in een centrale voorziening (rebound) e.d.- is het vastgestelde mandateringspatroon van toepassing.

Artikel 9 1.

Deskundigheidsadvies

Indien op grond van artikel 10h, vierde lid van de WVO de beslissing van een andere PCL door ouders wordt voorgelegd aan de PCL met het verzoek daarover een

86


deskundigheidsadvies uit te brengen, is artikel 3 en artikel 5 van overeenkomstige toepassing. 2.

De PCL maakt haar deskundigheidsadvies omtrent de toelaatbaarheid van een leerling tot het leerwegondersteunend onderwijs schriftelijk bekend aan de PCL waarvan de beslissing afkomstig was, de aanmeldende school en de ouders van de leerling.

3.

De voorzitter draagt ervoor zorg dat in de bekendmaking en de verdere afhandeling van het deskundigheidsadvies alle geldende voorschriften inzake berichtgeving en termijnen in acht worden genomen.

Artikel 10

Kwaliteitszorg

1.

Mede ten behoeve van het opstellen van het jaarverslag, evalueert de PCL in september haar werkzaamheden in het voorgaande schooljaar.

2.

Bij de onder het eerste lid genoemde evaluatie let de PCL speciaal op de gang van zaken bij de aanmelding van leerlingen en de daarop volgende besluitvorming. Met name de knelpunten die zich hebben voorgedaan worden, zo nodig in overleg met de betrokkenen in het onderwijs, tot een oplossing gebracht.

3.

De PCL zorgt voor reguliere contacten met andere PCL's en kan daartoe een netwerk met die PCL's vormen.

Artikel 11

Beraadslagingen

1.

De PCL houdt gemiddeld elke week een reguliere besloten beraadslaging volgens een rooster dat voor het begin van het schooljaar door de PCL wordt vastgesteld. Dit rooster wordt in het zorgplan opgenomen.

2.

De convocaties worden verzorgd door de secretaris in overleg met de voorzitter. De agenda en de benodigde stukken voor de vergadering worden ten minste 3 werkdagen voor de vergaderdatum aan de leden verstuurd. In spoedeisende gevallen kan van deze termijn worden afgeweken.

3.

De agenda voor een vergadering wordt door de voorzitter voorbereid. Ieder lid heeft het recht om agendapunten voor te stellen.

Artikel 12

Vaststelling en wijziging reglement

Het huishoudelijk reglement wordt door het bestuur vastgesteld c.q. gewijzigd op voordracht van de PCL. Een dergelijke voordracht van de PCL behoeft de instemming van alle leden daarvan.

87


Bijlage 5: Beschrijving REBOUND (Drachten, Heerenveen) De Rebound is een gezamenlijke voorziening van de SWV-en 3.01, 3.02 en 3.04. 1. Missie doel en visie: De rebound is bedoeld om voortijdig schoolverlaten tegen te gaan. Rebound is een onderwijsopvang waarin de leerling een niet-vrijblijvend programma krijgt aangeboden om binnen een afgebakende periode, van enkele maanden, een nieuwe start te maken, met het oog op het vervolgen van de schoolloopbaan. Rebound richt zich op leerlingen met gedragsproblematiek van 12 tot 18 jaar uit het voortgezet onderwijs. Over het algemeen zijn de problemen niet nieuw, veelal wordt er in het basisonderwijs al melding gemaakt van bewerkelijk, onaangepast gedrag. Eenmaal in het voortgezet onderwijs lopen de jongeren meer risico. Specifieke aandachtpunten voor de doelgroepbeschrijving zijn: er moet aandacht zijn voor de havo/vwo leerlingen, want juist hiervoor zijn weinig mogelijkheden. Het betreft hier de “afstromers” met hoge capaciteiten. er moet ingegrepen worden wanneer er een kans op terugkeer ook reëel is. Dus niet aan het eind van de escalatieladder. de schooldoelstellingen worden niet gehaald. de doorgaande ontwikkelingslijn van een leerling is bedreigd. De negatieve spiraal waarin kind en ouder zitten, moet worden doorbroken. leerlingen waarover handelingsverlegenheid is op schoolniveau leerlingen waarover handelingsverlegenheid is binnen het samenwerkingsverband. 2. Denominaties De besturen van de deelnemende samenwerkingverbanden hebben zich uitgesproken voor een interzuilaire regionale (Heerenveen en Drachten) opzet van de reboundvoorziening. Het bestuur van de rebound bestaat uit drie leden van de besturen van de drie samenwerkingsverbanden. De stuurgroep rebound heeft aan de ECNO de opdracht verstrekt om een bestuurlijke notitie te schrijven. 3. Verantwoordelijkheid Het bevoegd gezag van de school waar de leerling staat ingeschreven, blijft gedurende de plaatsing in een reboundvoorziening verantwoordelijk voor het onderwijs aan de leerling. Het bestuur van de Reboundvoorziening is verantwoordelijk voor de onder artikel 4 (Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorziening Gele katern nr. 76) genoemde voorwaarden: te stimuleren dat scholen gezamenlijk een reboundvoorziening inrichten; criteria op te stellen betreffende de toeleiding, de inhoud van het traject en de terugplaatsing; een niet vrijblijvende kans te bieden aan de leerling om zijn/haar schoolloopbaan te kunnen vervolgen; een inspanningsverplichting aan te gaan om de leerling na afloop van zijn verblijf van enkele maanden in een reboundvoorziening zijn schoolloopbaan te kunnen laten vervolgen; via een samenhangende aanpak te garanderen dat een leerling een passende onderwijsplek krijgt; daartoe wordt samengewerkt met in ieder geval REC’s en gemeenten; te komen tot een aanpak voor een leerling die aansluit bij de aanpak van de desbetreffende leerling in het basisonderwijs of het speciaal basisonderwijs; daartoe wordt overleg gevoerd met samenwerkingsverbanden WSNS. 88


4. Verwachte aantallen Er wordt uitgegaan van de leerling populatie die op de scholen van de samenwerkingsverbanden staan ingeschreven. De basispopulatie voor deze rebound Drachten/Heerenveen wordt gevormd door de leerlingen die ingeschreven zijn bij RMC De Friese Wouden. Voor de reboundvoorziening gaan we op basis van de landelijke cijfers en ervaringsgegevens uit van de volgende inschatting: Van de totale leerling populatie is 20% zorgleerling, 2 % heeft zware zorg nodig en 0,5% zal gebruik maken van de rebound. Qua aantal komen we structureel uit op een 56 leerlingen in de regio Drachten en 21 leerlingen in de regio Heerenveen. Voor het “grensverkeer” zal per gemeente een oplossing moeten worden gezocht. Deze aantallen zijn een eerste indicatie. In de evaluatie van januari 2007 zal blijken of dit reëel is. 5. Locaties & huisvesting Er zijn huisvestingsaanvragen gedaan op basis van Cluster 4 norm (groepsgrootte 7) voor de reboundlocaties Drachten en Heerenveen. De voorkeur gaat uit naar een locatie die niet ligt in de directe nabijheid van scholen voor voortgezet onderwijs, wel moet gezocht worden naar de mogelijkheid om praktijkvakken te kunnen volgen in een reguliere school voor voortgezet onderwijs. Bovendien is het van belang dat er op redelijke afstand van de locatie een sportfaciliteit beschikbaar is. Minimaal is nodig: twee of drie groepsruimtes voor het onderwijs één ruimte voor de individuele (gedrags)interventies en begeleiding ruimte voor ontspanning en activiteitenprogramma 6. Indicatoren (procesmatig) Indicaties voor aanmelding bij de reboundvoorziening kunnen zijn:

veiligheidsproblematiek verzuimproblematiek gedragsproblematiek motivatieproblematiek gezagsproblematiek werkhoudingsproblematiek milieuproblematiek

7. Observatie en diagnostiek Het betreft (handelingsgerichte) diagnostiek en probleemtaxatie ( leervorderingen, pedagogisch-didactisch onderzoek, onderzoek van psychosociale en gezinsproblemen e.d.) Basisgegevens behoren aanwezig te zijn, zoals: volledig ingevuld ICRaanmeldingsformulier, concrete hulpvraag, aanvullende dossiergegevens. In het dossier moeten de volgende gegevens te vinden zijn:

een argumentatie waarom de school niet in staat is een programma aan te bieden op grond waarvan doorstroom naar het MBO gerealiseerd kan worden. een compleet onderwijskundig rapport, een algemeen deel en specifiek deel betreffende de sociaal-emotioneel problematiek de handelingsplannen die gevolgd zijn (pedagogisch en didactisch handelen gericht op het probleemgedrag) inclusief de resultaten van acties en opbrengsten. een onderbouwing van de reden waarom de school zich ernstig handelingsverlegenheid respectievelijk onmachtig voelt. relevante rapportage over intelligentie en persoonlijkheidsonderzoeken 89


een milieurapportage door een (school) maatschappelijk werker de zienswijze van de ouders/ voogden

Daarnaast is veelal aanvullende diagnostiek noodzakelijk, met name bij jongeren die niet (langer) gemotiveerd zijn voor het onderwijs en die kampen met ontwikkelingsproblemen, waarbij sprake is van problemen in het gezin of de bredere leefomgeving. Hierover worden afspraken gemaakt met Bureau Jeugdzorg en het speciaal onderwijs, GGD en algemeen maatschappelijk werk. In een acute crisissituatie kan het voorkomen dat het dossier gecompleteerd wordt na plaatsing. Verder wordt er gebruikgemaakt van de specialistische expertise van de scholen in het samenwerkingsverband. 8. Contra-indicatoren Om de opgedragen doelstelling van het ministerie zoals beschreven in Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorziening 2005 te kunnen halen zijn de volgende contra-indicaties geformuleerd. Verslavingsproblematiek bij de jongere; Gediagnosticeerde psychiatrische problematiek; Cluster 4 indicatie; Deelname aan Herstart programma; Straf- en civielrechtelijke plaatsing; Excessief geweld waarbij de veiligheid van anderen in gevaar komt; 9. Verloop van de aanmelding bij de PCL en de ICR Voorwaarden voor de aanmelding: De school moet de leerling in het zorgadviesteam hebben ingebracht. Het zorgadviesteam verzamelt en formuleert de onder 7) Observatie en diagnostiek genoemde gegevens. De gemandateerde van de school meldt de leerling aan bij de PCL via ICRaanmeldingsformulier (Indicatiecommissie Rebound). De PCL controleert het dossier en meldt aan bij (ICR/ JAT)ICR neemt een beslissing over plaatsing in de rebound en het te volgen traject binnen de rebound. Gemandateerde van de PCL is verantwoordelijk voor de terugkoppeling van het advies naar de school. De verantwoordelijkheden worden nader uitgewerkt in het mandateringspatroon. De interne zorgstructuur van de rebound bestaat uit manager,orthopedagoog, gemandateerde van de school en jeugdzorg. Onder leiding van de case-manager wordt gezamenlijk een handelingsplan gemaakt. Het handelingsplan wordt onder leiding van de case-manager met de leerling en de ouders besproken. Leerling en ouders worden probleemeigenaar. 10. Zorgstructuur van de samenwerkingsverbanden. De scholen van de deelnemende samenwerkingsverbanden hebben op dit moment op alle locaties zorgadviesteams. De structurele deelname van schoolexterne medewerkers kan echter nog verbeterd worden, zoals: e gegarandeerde participatie van schoolmaatschappelijk werk in de 1 lijn structurele deelname GGD De Jeugdzorgadviesteams zijn gekoppeld aan de PCL. De functionarissen van Jeugdzorg binnen de JAT’s moeten mandaat hebben van Jeugdzorg en de bevoegdheid een indicatiestelling in werking te zetten, zodat één kind, één plan ook daadwerkelijk een feit wordt. Het RMC- consultatieteam regio De Friese Wouden wordt omgevormd tot twee ICR’s, Deze ICR’s (Drachten en Heerenveen) gaan meer regionaal werken. De portefeuillehouders van het RMC hebben zich akkoord verklaard met deze constructie, en staan garant voor het 90


behoud van de middelen en de faciliteiten. Deze middelen die nu in het RMCconsultatieteam worden ingezet, worden overgeheveld naar de ICR’s. Aan de ICR’s worden de twee netwerkconsulenten van Jeugdzorg toegevoegd. Bij intake voor de Rebound wordt de risicoleerling door de betrokken school in kaart gebracht en wordt contact opgenomen met WSNS. Bij uitstroom naar een ROC/AOC wordt het zorgdossier overgedragen en worden er aanbevelingen gedaan om een succesvolle start te garanderen. 11. Meerwaarde van de Reboundvoorziening Op termijn heeft de Reboundvoorziening een meerwaarde voor de veiligheid, de kwaliteit van het onderwijs en de opvang van risicoleerlingen in het bijzonder.

mogelijkheid tot analysen en diagnosticeren van probleemgedrag en daardoor zoeken naar structurele oplossingen voor de leerling. vergroten van de veiligheid in het onderwijs verminderen van het aantal Voortijdig School Verlaters. terugplaatsing in het regulier voortgezet onderwijs kwalitatief verbeteren toewerken naar “één kind, één plan”.

12. Succesfactoren. Factoren die de slaagkans voor de leerling in de rebound vergroten zijn: integrale benadering van de problematiek, begeleiding door casemanager maatwerk d.m.v. individueel traject in een krachtige, flexibele leeromgeving. begeleiden d.m.v. positief actieplan. begeleiding bij terugkeer in het Voortgezet Onderwijs of ROC door casemanager. mogelijkheid tot snel ingrijpen. ouders intensief betrekken bij aanpak kind. 13. Trajecten Rebound In de Rebound worden drie trajecten onderscheiden. A. Time-Out Voor schoolgaande leerlingen die vanwege individuele redenen erbij gebaat zijn tijdelijk onderwijs te volgen buiten de school. Plaatsing in de Time Out voorkomt dat de schoolcarrière van leerlingen stagneert en geeft zicht op de factoren die een rol spelen bij schoolproblematiek. Vaak betreft het hier aangeleerd verkeerd gedrag. De leerling is tijdelijk niet op school, maar werkt wel door aan het schoolprogramma. Doel is herbezinning, verbetering attitude, Is er noodzaak voor observatie dan geen plaatsing in Time-Out. Timeout is niet bedoeld om dossier op te laten bouwen. B. Observatiegroep Ernstig aangeleerd probleemgedrag of vermoeden van leer- en of gedragsstoornissen. Allereerst wordt er een gedragstherapeutisch onderzoek verricht. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door een gekwalificeerd gedragswetenschapper. Om een relatie te kunnen leggen met de thuissituatie van de leerling wordt hierbij tevens een schoolmaatschappelijk werkende betrokken. Van dit onderzoek wordt een rapportage opgesteld. Op basis van de rapportage wordt voor de leerling een programma opgesteld, waarvan wordt verwacht dat de leerling na het doorlopen hiervan in staat is terug te keren naar het reguliere onderwijs of trajectbegeleiding. 91


Als uit het persoonlijkheidsonderzoek blijkt dat de leerling thuishoort in cluster 4, wordt daarnaast een traject gestart voor het opbouwen van een dossier ten behoeve van de indicatie via de CVI. C. Trajectgroep Voor volledig leerplichtige leerlingen die geen interesse of motivatie meer hebben voor een vijfdaagse schoolloopbaan en niet in aanmerking komen voor einddiplomering. Met plaatsing in dit traject wordt voorkomen dat leerlingen thuiskomen te zitten. Het onderhouden van de schoolse vaardigheden en het zicht krijgen op arbeidsmogelijkheden staan centraal. Leerlingen in de trajectgroep worden voorbereid op niveau 1 of 2. Diplomering niveau 1 is mogelijk. De leerlingen krijgen 2 dagen les en volgen 3 dagen een stageprogramma. 14. Curriculum Curriculum van de Time Out Het programma van de Time Out is schoolvervangend. Het programma omvat studie met als doel het inhalen en bijblijven bij het reguliere programma van de plaatsende school en het verbeteren van de leerprestaties. Daarnaast zijn er individuele en groepsactiviteiten waarbij de jongeren door middel van een ervaringsgerichte aanpak werkt aan zijn/haar sociale vaardigheden ( ontwikkelen van eigenwaarde, leren maken van keuzes, meer inzicht krijgen in eigen gedrag, leren omgaan met probleemsituaties, agressiereductie) De leerling volgt een compleet dagprogramma. Van de aanleverende school wordt verwacht dat zij: dossier compleet aanlevert door middel van weekplanners per vak of leergebied de leerstof aanbiedt zorg draagt voor de antwoordenboeken, docentenhandleidingen en toetsen wekelijks contact houdt met de Time Out over de leerling. terugplaatsing wordt georganiseerd door de casemanager en de gemandateerde van de school. Curriculum van de observatiegroep. Wanneer uit het dossier blijkt dat de oorzaken van het probleemgedrag nader onderzocht moeten worden, wordt de leerling geplaatst in de observatiegroep. Voor deze groep leerlingen zal tijd uitgetrokken moeten worden voor gedragstherapeutisch onderzoek en een analyse van de thuissituatie. Op basis van de onderzoeksrapportage met betrekking tot het gedrag wordt een programma samengesteld wat de mogelijkheid op instroom in het onderwijs openhoudt. Indien uit het persoonlijkheidsonderzoek blijkt dat de leerling waarschijnlijk thuishoort in cluster 4, wordt daarnaast een traject gestart voor het opbouwen van een dossier ten behoeve van de indicatie van de leerling via de CVI. De leerling volgt een compleet dagprogramma Indien nodig wordt aanvullend didactisch onderzoek verricht en/of een beroepskeuze test afgenomen. Verder staat het uitvoeren van het handelingsplan centraal: reguleren gedrag en aanleren sociale vaardigheden continueren van het onderwijs Curriculum trajectbegeleiding Voor leerlingen waarbij terugkeer in het regulier voortgezet onderwijs niet direct mogelijk is en waarbij geen sprake is van plaatsing op het speciaal onderwijs wordt de trajectbegeleiding in gang gezet. Van belang is dat er een onderwijsinstelling in beeld komt waar de leerling qua interesse en mogelijkheden het beste past. De leerling volgt een compleet dagprogramma. 92


Er volgt een oriënterend gesprek op de gekozen instelling en er worden afspraken gemaakt over de volgende zaken: concrete haalbaarheid van de plaatsing. aanpassing van het programma, om overgang zo soepel mogelijk te laten plaatsvinden. samenstellen portfolio, model Friesland. inventariseren noodzaak voor het lopen van stage. intakeprocedure. termijnafbakening voor plaatsing. Voor de trajectgroep zijn er de volgende “ritsmogelijkheden”: leerwerktrajecten, begeleidingsklas Friese Poort, WorkSkills CWI en Friese Poort, Werken met de stad Friesland College, Techno 1 Friesland College, re-integratie trajecten RMC, Pasvorm Drenthe College, Extreme learning Friesland College, MBO Pas-Groen, zorgboerderij. 15. Betrokken organisaties De volgende organisaties zijn betrokken bij het tot stand komen en realiseren van de reboundvoorziening. Bestuurlijke organen waarin de scholen samenwerken (Fricolore, Pompeblêd e.d.) De samenwerkingsverbanden Brinnummer: 3.01, 3.02, 3,04, 2.01 Samenwerkingsverbanden WSNS RENN4 De RMC-fie regio de Friese Wouden Bureau Jeugdzorg (toegang) Stichting jeugdhulp Fryslân (geïndiceerde zorg) GGD Maatschappelijk werk. ROC’s en AOC’s 16.Bekostiging Voor de bekostiging van de rebound zijn de volgende bronnen in beeld:

RMC-middelen voor de indicering (bekostiging deelnemers SWV) Gemeentelijke financiering voor plaatsing in het observatietraject (nu sluisgroep) Cluster 4 -bekostiging (Sluisgroep: observatie en traject) Reboundgelden van de samenwerkingsverbanden Schoolmiddelen ( maandbedrag per leerling ) Kompas-gelden om de arbeidsmarkt in het Noorden op te krikken Landmangelden- subsidie voor werkgeversbegeleiding om staters in dienst te nemen.

16 Stuurgroep De stuurgroep wordt gevormd door de vertegenwoordigers van de besturen van de samenwerkingsverbanden die aan de reboundvoorziening deelnemen. Naast beleid en organisatie van de reboundvoorziening is de communicatie met en de verantwoordelijkheid van de gemeente punt van overleg. De stuurgroep van de rebound bestaat uit de volgende personen: T. Wagenaar (3.01) C. Hoogeveen (3.02 R. Popping (3.04) W. Algra (3.02) 93


17 Adviesgroep De stuurgroep wordt geadviseerd door een adviesgroep die bestaat uit de coördinatoren van de drie deelnemende samenwerkingsverbanden, de coördinator van het RMC in de regio en de vertegenwoordiger van Renn4. De adviesgroep bestaat uit Eugenie Kortenhorst (3.01), Karin Kooijman (RMC), Marjan Resink (3.04), Gerard Wijtsma( 3.02) en Jan Harder RENN 4

94


Bijlage 6. VSV programma’s en financiën Monitoring Acties Programmagelden VSV Actie A: Verbetering aansluiting VO- MBO RMC Titel omschrijving Regio De Waar blijven die 50 Volgen van 50 risicojongeren in H’v en 50 i Friese Drachten (potentiële VSV’ersvan Wouden bovenbouw VO t/m leerjaar 2 MBO

Eindresultaat/doel In beeld brengen van problematiek en aandachtspunten van deze risicogroep en afspraken maken met de verschillende instanties en onderwijsinstellingen die bij dit volgen betrokken zijn??

VSV-reductie 3-5% Actie B: Verbetering Verzuimbeleid RMC Titel omschrijving Eindresultaat/doel Regio De Friese Verzuim melden en Verzuimprotocol + verzuimcoördinatie op 2010 en 2011 implementatie protocol Wouden aanpakken alle deelnemende scholen i.s.m. RMC Eind 2011 indaling in de structuur Verzuimconferentie VSV 3-5% Ludieke acties en flyers Actie C: Rebound en Time-Out RMC Titel omschrijving Eindresultaat/doel Regio De Friese Sterke inhoud Rebound en Time-out zijn in ontwikkeling, Een sterke Rebound en Time out voorziening, professioneel Wouden Rebound/Time Out daarbij is een risicoanalyse van groot werkend. (provinciaal belang bij de afhandeling en zorgen betere afstemmen en methodieken voor een snellere en VSV 2-5% betere effectiever behandelingswijze methodieken) Actie D: Versterking in- en externe zorgstructuur RMC Titel omschrijving Resultaten tot 1 okt. ‘10 acties Eindresultaat/doel Regio De Friese Zorg “actie team” Afsluiten convenant met FC heeft een mini ZAT Totstandkoming Concept na 3 jaar klaar Wouden Geen advies maar ketenpartners, ontwikkelen op niveau 1. Verplicht convenant: aansluiten voor gebruik in de actie en toepassen van om per 3000 cursisten 1 bijontwikkeling CJGscholen

95


Mogelijkheid tot organiseren van scholing bv met behoud van een zorgcarrousel voor OOP en NOP over problematieken van zorgleerlingen

kwaliteitscriteria voor de ZAT’s en koppeling met positie decaan in Zorgsysteem

Zat te hebben. Idem FP. VO heeft al langer (ervaring met ) ZAT

Scholen (vindplaats voor Jongeren) en ontwikkeling van Zorg in en om de school.

Workshops over alle vormen van leerling problematieken (ADHD, PDD, ODD, etc.) evt. in combinatie met zorgverleners die toelichten binnen de school wat zij doen met zorgleerlingen

Een aantal scholen heeft hier gebruik van gemaakt;

Een aantal scholen heeft zich hiervoor voor komend jaar gemeld

2 – 5% (in later stadium)

96


Bijlage 7. Leerlingenaantallen Lwoo, PrO en LGF (SWV 3.01 3.02, 3.04) Het totale aantal leerlingen in deze regio bedraagt ruim 14.000 leerlingen. De leerlingenaantallen zijn redelijk evenwichtig verdeeld over de huidige SWV-en. Ook met een krimpende leerlingenpopulatie in het vooruitzicht zal het naar alle waarschijnlijkheid aan de norm voor passend onderwijs - 11.500 - blijven voldoen. Verdeling leerlingen per SWV 08/09

4587; 32%

4.888; 34% 3.01 3.02 ZO 3.04

4955; 34%

Fig 1: Totaal aantal leerlingen regio De wijze van indicatiestelling van LWOO- en PrO-leerlingen verandert, van 2012 tot 2018 is sprake van een overgangsregeling. Ondertussen zal een nieuwe systematiek van bekostiging worden ontwikkeld. Van de drie huidige SWV-en in onze regio is het aantal LWOO- en PrO-geïndiceerde leerlingen in beeld gebracht. Bovendien is dit uitgewerkt op schoolniveau voor SWV 3.01. De overzichten hierna laten het volgende zien (zie ook fig 2, 3 en 4). 1. In absolute zin en percentueel is het aantal LWOO-leerlingen in 3.01 aanmerkelijk hoger dan in de andere twee SWV-en (fig 2 en 3). 2. Bij de scholen van het SWV 3.01 constateren we, m.u.v. BHS, bij alle scholen een stabiliserende ontwikkeling in de LWOO-indicaties. Dit is in overeenstemming met de landelijke trend. Bij het Stellingwerfcollege zien we na een aanvankelijk sterke stijging ook een stabilisering. Dit heeft te maken met het verkrijgen van een LWOO-licentie. In Gorredijk (BHS) is dat ook gebeurd, maar de stijging van LWOO-indicaties is waarschijnlijk mede beïnvloed door het inrichten van een juniorklas (zie fig 4). lwoo per SWV abs 08/09

lwoo per SWV % 08/09

1000

25,0 903

900 800

20,0

19,3

700 594

600

547

15,0

500 400

12,3

12,3

3.02 ZO

3.04

10,0

300 200

5,0

100 0

0,0 3.01

3.02 ZO

3.04

Fig 2: aantal LWOO-geïndiceerde leerl. per SWV leerl. per SWV

3.01

Fig 3: % LWOO-geïndiceerde

97


geindiceerde lwoo-leerlingen SWV 3.01 500

463 454 433 451 401

450 400 350

05-06 300

06-07

258

250

07-08

222 201

08-09

200 152 150

103 103 110 95 91 88

100 50

09-10 128 111 113117

27 30 27 22 28

25

Burgum

VHS

Surhveen

Gorredijk

Oosterwolde

Fig 4: aantal LWOO-geïndiceerde leerlingen per school SWV 3.01 3. In fig. 5 is de ontwikkeling van de leerlingenaantallen op de drie PrO-scholen in onze regio weergegeven. Opvallend is dat De Venen en De Compagnons beide een redelijk stabiele leerlingenpopulatie kennen en dat de PrO-afdeling van SG DE Liudger een sterke afname in leerlingenaantallen kent. De Venen en Liudger PrO zitten in hetzelfde gebouw. Percentueel zien we grote verschillen per SWV. De verschillen tussen 3.01 en 3.02 zijn substantieel. De vraag is of dit bv. met aannamebeleid of kwaliteit van het onderwijs heeft te maken. Bekend is dat De Compagnons dit schooljaar (‘10/’11) te maken heeft met een forse daling van leerlingen. PrO-indicaties per SWV % 08/09

PrO indicaties 3.01 3.02zo 3.04 5,0

250 222

225

215 217

4,3

4,5

202 4,0

200 166 150

156

154

145

147 150 153 146

3,0

06-07

123 121 100

3,5

3,5

05-06 2,6

07-08

2,5

08-09

2,0

09-10 1,5

50

1,0 0,5 0,0

De venen

Liudger

De Comp

3.01

Fig 5: aantal PrO-geïndiceerde leerl. per SWV SWV

3.02 ZO

3.04

Fig 6: % PrO-geïndiceerde leerl. per

4. In fig 7 zien we dat in ‘08/’09 de meeste LGF leerlingen in SWV 3.01 zitten. Bovendien wordt hierin duidelijk dat het grootste deel van de leerlingen tot de categorie cluster 4 behoord. Het aantal leerlingen met een cluster 4-indicatie is in alle SWV-en de afgelopen jaren gegroeid (fig. 8) LGF leerlingen aantallen '08/09

Cluster 4 leerl. aantal per SWV

140

120 109

122 120

100

100

93

88

80

80

cl 3 en 4

64 60

93

59

cl 4

71 56

60

59

08/09 09/10

48

48 40

40 20

20 0

0 3.01

3.02 ZO

3.04

3.01

3.02

3.04

98


Fig 7: aantal LGF leerl. per SWV

Fig 8: aantal cluster 4 leerl. per SWV

Uit fig. 9 blijkt dat de meeste cluster 4 leerlingen in SWV 3.01 zitten. In SWV 3.01 komen bijna 2 x zoveel cluster 4 leerlingen voor als in SWV 3.02 (fig. 10). cluster 4 09/10

LGF leerlingen % 08/09 3,0 2,5 2,5

71; 30% 1,9

2,0

3.01

109; 46%

1,5

3.02

% lgf

1,3

3.04 1,0

0,5

56; 24% 0,0 3.01

Fig 9: verdeling cluster 4 leerlingen

3.02 ZO

3.04

Fig 10: cluster 4 leerlingen % per SWV

Fig 11 laat de aantallen cluster 4 leerlingen in het SWV 3.01 zien. De meeste cluster4 leerlingen komen voor op de locatie VHS van Singelland. Op bijna alle scholen is (m.u.v. Surhuisterveen en VHS) is sprake van een stijging. Op de VHS is het aantal cluster 4 leerlingen in tegenstelling tot de landelijke trends licht gedaald. LGF leerlingen SWV 3.01 50

46

45 40 40 35 28 29

30

08/09

25 19

18

20 15 15 9

10

09/10

16

14

8

5

5

5

5 0 DL

Bur

PrO

VHS

Sur

BHS

STC

Fig. 11 Aantal cluster4 leerlingen per school Conclusies Opvallend is dat in SWV 3.01 meer ‘zorg’ voorkomt dan in de andere SWV-en, in SWV 3.02 (ZO) het minst. Deze verschillen zien we zowel bij de LWOO-indicaties, de pro-indicaties als de LGF-leerlingen. De grootste verschillen tussen de SWV-en zien we bij PrO en LGF. De vraag of deze verschillen toe te schrijven zijn aan onderwijskundig beleid, visie op leerlingenzorg, denominatieve factoren of anderszins is lastig te beantwoorden. We kunnen er van uitgaan dat de drie SWV-en met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid in de nabije toekomst met elkaar te maken zullen krijgen. Alleen aan de norm van 20.000 leerlingen wordt niet voldaan. De bekostiging zal voor de huidige LWOOen PrO-leerlingen na verloop van worden aangepast en gebudgetteerd (overgangsregeling tot 2018). Voor de LGF-leerlingen wordt de regeling sowieso afgeschaft. Hiervoor in plaats komt een budgetfinanciering. Voor de huidige LGF-leerlingen zal bovendien de beschikking in het eerste uitvoeringsjaar herzien moeten worden.

99


Bijlage 8: Concept Werkagenda Passend Onderwijs t.b.v. nieuwe SWV

100

Samenwerkingsverband Midden- en Oost-Friesland 3.01

Recommend Documents