Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
1
Instituut Voor Natuurbehoud
Samenwerking tussen het Instituut voor Natuurbehoud en de Administratie voor Waterwegen en Zeewezen. Activiteitenverslag 2003
W.Huybrechts (red.)
Verslag van het Instituut voor Natuurbehoud IN.0.2004.12
2
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
3
Inhoud 1 Inleiding
1
2 Onderzoeksprojecten in 2003
2
2.1 Algemeen
3
2.2 Projectfiches
4
3 Financieel overzicht
19
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
1
1.Inleiding Sinds 1996 werken de Administratie voor Waterwegen en Zeewezen en het Instituut voor Natuurbehoud samen in een aantal onderzoeksprojecten. Deze hebben betrekking op waterlopen die onder de bevoegdheid van AWZ vallen, maar ook op hun oevers en de aansluitende valleigebieden. In deze gebieden is het waterbeheer in het algemeen en het waterloopbeheer in het bijzonder een belangrijke sturende factor voor de ecologische potenties en de ecologische waarde. De waterbeheerder speelt hierin een belangrijke rol. Naar aanleiding van de Europese Kaderrichtlijn Water, waar het duurzaam beheer van rivieren en het garanderen van een ‘goede ecologische toestand’ van het oppervlaktewater centraal staan, zal deze verantwoordelijkheid zeker niet verminderen. In het kader van het integraal waterbeheer is de afstemming van doelstellingen met betrekking tot de veiligheid, de milieucondities en de natuurpotenties en –waarden trouwens een belangrijk basisgedachte. De onderzoeksprojecten in het samenwerkingsverband tussen IN en AWZ passen hier volledig in. Het IN heeft een ruime ervaring met Integraal Waterbeheer in het algemeen, en de beschikbare kennis bestrijkt een reeks disciplines die er invulling aan kunnen geven: gaande van hydrologie en ecohydrologie, over aquatische en terrestrische ecologie, tot soortenkennis en voedselketens. Anderzijds is de uitvoering van de onderzoeksprojecten mogelijk dank zij de financiële inbreng van AWZ. Deze financiële middelen worden in hoofdzaak gebruikt voor de aanwerving van contractuele personeelsleden die de projecten moeten realiseren. Daarnaast is een substantiële bijdrage van diverse andere personeelsleden van het IN, vaak met veel ervaring en hoge anciënniteit. De hieronder toegelichte onderzoeksprojecten zijn tevens omringd door een reeks activiteiten en projecten die betrekking hebben op dezelfde materie, en waarin het IN betrokken is of die door het IN worden geleid. Dit is belangrijk voor de succes- en kwaliteitsvolle uitvoering van de projecten. De onderzoeksconcepten en de uitvoering van de projecten worden uitgewerkt in nauw overleg met de verschillende afdelingen van AWZ: afdeling Beleid Havens, Waterwegen en Zeewezen, afdeling Zeeschelde en afdeling Maas en Albertkanaal. Tijdens 2003 werd aan 5 projecten gewerkt (zie par. 2). Een eerste groep van projecten heeft betrekking op het beheer van rivieren en hun valleien. Zij ondersteunen de ontwikkeling van nieuwe beheersconcepten die door AWZ worden voorbereid. Het betreft meer bepaald het Schelde-estuarium en de Gemeenschappelijke Maas. In ondersteuning van het toekomstig rivierbeleid van AWZ worden verder ecologische gebiedsvisies voorbereid voor waterlopen die onder de verantwoordelijkheid van AWZ vallen met onder andere IJzer, Bovenschelde, Durme, Dender, Moervaart en Durmekanaal, de Toeristische Leie, Gouden Leie, het kanaal GentBrugge, Leopoldkanaal, Bergenvaart. Dit verslag geeft een overzicht van de activiteiten die binnen de verschillende onderzoeksprojecten tijdens het werkingsjaar 2003 werden ontwikkeld. Het bevat voor elk onderzoeksproject een projectfiche, waarin het algemene kader van het project wordt geschetst en de vorderingen van het project in 2003 worden toegelicht. Bijkomende informatie betreft publicaties, adviezen en medewerkers aan het project. Hieruit blijkt telkens een bijzonder grote output en de specifieke inzet van meerdere IN onderzoekers ten behoeve van de AWZ-projecten. Een tweede gedeelte van dit verslag omvat een overzicht van de financiële middelen en de besteding binnen de projecten. Tenslotte wordt een projectie gemaakt voor het jaar 2004.
2
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
2. Onderzoeksprojecten in 2003 2.1 Algemeen Overzicht Project
Aanvang
Status
01/02/97
Lopend
01/12/96
Lopend
01/09/97
Lopend
01/01/01
Lopend
26/10/98
Lopend
Maas Onderzoek van de oevers van de Gemeenschappelijke Maas in het kader van het project ‘Levende Grensmaas’
Schelde Geïntegreerde inventarisatie en biomonitoring van de Zeeschelde en haar vallei Natuurherstel- en ontwikkeling in het Schelde-estuarium: advisering en monitoring Visie-ontwikkeling voor het ecologisch herstel van het Schelde-estuarium en de Zeeschelde
Ecologische Gebiedsvisies Opmaak van ecologische gebiedsvisies voor de Vlaamse waterwegen beheerd door AWZ
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
3
2.2 Projectfiches
Onderzoek van de oevers en dijken van de Gemeenschappelijke Maas in het kader van het project ‘Levende Grensmaas’ Doelstellingen en activiteiten De algemene doelstelling van dit onderzoeksproject is de ecologische onderbouwing en advisering van het beheer van de Gemeenschappelijke Maas, en meer specifiek een bijdrage leveren aan het herinrichtingsproject van de Maasvallei, dat door AWZ, in samenwerking met AMINAL afdeling Natuur, wordt voorbereid. Hierbij zal vooral aandacht gaan naar de consequenties van dit herinrichtingsproject voor het natuurlijke milieu en de natuurlijke ecosystemen in de vallei. De impact van de inrichting en het beheer van de oevers en de winterdijken van de Maas op aanwezige levensgemeenschappen wordt onderzocht. Vanuit deze kennis worden de inrichting en het beheer naar ecologische maatstaven geargumenteerd. Om tot een herinrichtingsproject te komen in de Maasvallei, staan enerzijds de veiligheid en anderzijds het natuurlijk milieu en de vallei-ecosystemen centraal. Verschillende herinrichtings- en beheervoorstellen worden op deze aspecten getoetst. AWZ staat in voor de evaluatie van de veiligheid en de hydrologische performantie van de scenario’s. Het Instituut voor Natuurbehoud evalueert de voorstellen op de consequenties voor de natuur in rivier en vallei. Een iteratief proces van evaluatie en bijsturing moet leiden tot een haalbaar en optimaal scenario. Dit project sluit dan ook nauw aan bij de hydraulische en hydrologische modelleringen die in het kader van het grensoverschrijdende project Levende Grensmaas worden uitgevoerd in de Maasvallei. Het Instituut voor Natuurbehoud werkt mee aan het opstellen en onderzoeken van ontwerpvarianten, inrichtingseisen en beheersaspecten, met het oog op de harmonisatie van veiligheids- en natuurdoelstellingen voor het gebied. Hiervoor doet het noodzakelijk onderzoek zoals verder toegelicht. • Inventarisatie van levensgemeenschappen en standplaatsfactoren van oevers en winterbed • Inventarisatie van beschikbare ecologische en ecohydrologische gegevens van de Maasvallei • Overleg met beheerders en beleidsverantwoordelijken inzake natuur • Onderzoek naar de relaties tussen het rivierbeheer en vallei-ecotopen en -levensgemeenschappen. • Onderzoek van de relatie tussen waterpeilen in de rivier en de grondwaterpeilen • Uitbouw en monitoring van ecologisch en ecohydrologisch meetnet • Verkennen van natuurpotenties en streefbeelden voor valleigebieden • Evalueren van herinrichtings- en beheerscenario’s op hun natuurwaarde • Formuleren van voorstellen voor inrichting en beheer, rekening houdend met veiligheidsaspecten en natuurwaarden (zowel op Vlaams als stroomgebiedsniveau) • Begeleiden van de hydraulische modellering
In 2003 werden volgende onderzoeken afgerond: 1. Opmaak en rapportage ECODYN model De rapportage van het Cumulatieve Onderzoek voor de Vlaams-Nederlandse projectingrepen, werd aangegrepen om het langjarige onderzoek van het Instituut voor Natuurbehoud te bundelen in een ecologische modellering die de ontwikkelingen in het gebied voorspelt na de ingrepen, over een periode van 50 jaar. Dit model ECODYN, koppelt de vele onderzoeksfacetten in één dynamische modellering, waarin de verschillende ecologische ontwikkelingen op elkaar inspelen, binnen het model de verschillende module-applicaties Successie-module, bos-module, pionier-module, begrazing-module. Naast de voorspelling van de ontwikkeling van het gebied, geeft het model ook inzicht in de effecten van ingrepen, in de ruimtelijke samenhang van de rivierdynamiek en vegetatieontwikkeling (en bosontwikkeling) en het in te zetten beheer om de gewenste verdeling in vegetatiestructuur (vanuit rivierbeheers- en natuurbeheersoogpunt) te bekomen. 2. Opzetten en onderhouden monitoring-meetnetten en pilootprojectmonitoring Voor het nieuwe pilootproject Meeswijk, alsook de pilootprojecten ‘Meers’en ‘De Groeskens’, een pilootproject voor het vernieuwde beheer van het overstromingsgebied (inclusief een erosieve hoogwatergeul), werden in 2003 monitoring-meetnetten opgezet en verdergezet naar de ontwikkelingen van vegetatie en invertebraten, om een evaluatie te kunnen geven van de ontwikkeling en inrichting in deze projecten. 3. Rapportage afgeronde onderzoeken Voor het beheersplan voor de Maasdijkenplan, werd de geplande evaluatie in 2003 uitgevoerd en in een advies voor het beheersbestek omgezet. Het onderzoek van de loopkevers in de grindbanken en oevers, de bosontwikkeling en vegetatieontwikkeling op de Maasoevers en de relatie met de rivierdynamiek, werd gerapporteerd in het rapport van het Cumulatief Onderzoek en in vaktijdschriften en colloquia. Het ecohydrologische onderzoek dat in samenwerking met de Universiteit Antwerpen en de Vrije Universiteit Brussel werd uitgevoerd, werd in een eindrapport gebundeld.
4
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Overleg en advisering 1.Advisering beheer Maasdijken. In het rapport: ‘Stroomdalgraslanden op de Maasdijken, een beheersvisie voor het Maasdijkenplan’, werd een beheersplan opgesteld voor de periode 2000-2003. De voorziene evaluatie in 2003 werd in de periode mei-juni uitgevoerd en in overleg met de afdeling werden de problemen van maaitijdstip, struiken op de dijken, beheer van nieuw aangelegde tracés besproken en het beheer voor de komende jaren vastgelegd (concrete aspecten werden tijdens veldbezoeken geadviseerd en aan de dijkwachters toegelicht). 2. Advisering bestekken Maasdijken en onteigeningen winterbed De opmaak van bestekken voor aanpassing en aanleg van de dijktracés van Meeswijk en Heppeneert-Maaseik, werden geadviseerd op inrichting en nazorg. De inzaaiing en grondbewerking bij een aantal projecten werd geadviseerd. 3. Uittekening pilootprojecten en ingrepen Levende Grensmaas; grensoverschrijdend overleg In mei werd het Nederlandse MER vanuit Vlaanderen beoordeeld. Ecologische en morfologische knelpunten werden door het IN gesitueerd. In de Grensmaas projectteam- en grensoverschrijdende projectgroepvergaderingen word overleg gepleegd met betrekking tot ontwerpen in het Cumulatieve Grensmaas-ontwerp. De grensoverschrijdende knelpunten en noodzaak tot samenwerking in het Grensmaasproject werd duidelijk aan de hand van het morfologisch-ecologisch onderzoek uitgevoerd door het IN in de pilootprojecten. 4. Internationale uitstraling Grensmaas-beheer In de Internationale Maascommissie trekt het IN de Werkgroep Ecologie, waarin het beheer van de Gemeenschappelijke Maas tot voorbeeld strekt voor de andere lidstaten. In 2003 werden tevens de proceedings van het 1e internationale wetenschappelijke Maassymposium afgewerkt. Publicaties: GEILEN, N., JOCHEMS, H., KREBS, L., MULLER, S., PEDROLI, B., VAN DER SLUIS, T., VAN LOOY, K. & VAN ROOIJ, S. 2003. Integration of ecological aspects in flood protection strategies: defining an ecological minimum. River Research and Applications, in Press. PEDROLI, B., DE BLUST, G., VAN LOOY, K. & S. VAN ROOIJ 2002. Setting targets in strategies for river restoration. Landscape ecology 17: 5-18. VAN LOOY, K., HONNAY, O., BOSSUYT, B. & HERMY, M. 2003. The effects of river embankment and forest fragmentation on the plant species richness and composition of floodplain forests in the Meuse valley, Belgium. Belg. Journ. Bot. 136. VAN BRAECKEL, A. & VAN LOOY, K. 2004. Cumulatief Onderzoek Grensmaas. Ecologie. Verslag Instituut voor Natuurbehoud 2004.2. VAN LOOY, K., SEVERYNS, J. & JOCHEMS, H. 2003. The outcome of the Border Meuse project. Proceedings of the conference ‘Lowland River Rehabilitation 2003’. Wageningen September 29- October 2. Rapport RIZA 2003.133, NCR publication 22-2003. VAN LOOY, K., VANACKER, S., JOCHEMS, H. & DUFRÊNE M. 2003. Ground beetles as indicators for the Meuse riverbanks habitat integrity. Proceedings of the first international scientific symposium on the river Meuse. November 27-28, 2002. Maastricht, Netherlands. Aansluitende projecten: TWOL-project populatieonderzoek van het visbestand in de Grensmaas ter voorbereiding van het project “Levende Grensmaas”. EUFORGEN, European Forest Genetic Resources onderzoek, Zwarte populier onderzoek op Europese schaal. In de Maasvallei is een herintroductie uitgevoerd in 2003, deze wordt opgevolgd. Bevers in Limburg. Project van de Nederlandse Provincie Limburg om gezonde populatie Bevers te ontwikkelen langs de Maas. Herintroductie uitgevoerd langs de Grensmaas in oktober 2003. Deze wordt opgevolgd in samenwerking met Bureau Kurstjens en Drift. ICBM-werkgroep ecologie en coördinatie: afstemming visies ecologisch herstel en hoogwaterbescherming Maas. TWOL-project natuurvriendelijke inrichting oevers grindplassen Maasvallei. Onderzoeksproject van AMINALAfdeling Natuur Coördinator: Geert De Blust, Wetenschappelijk attaché Medewerkers IN die bijdragen tot dit project: ir. Stijn Vanacker , Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) ir. Kris Van Looy Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud) ir. Hans Jochems wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud) Alexander Van Braeckel, wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud) Geert De Blust , Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud) Contactpersoon AWZ: ir. Herman Gielen, ir. Joke Verstraelen , ing. Johan Jacobs (AWZ, Afdeling Maas en Albertkanaal)
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
5
Geïntegreerde inventarisatie en biomonitoring van de Zeeschelde en haar vallei Doelstellingen en activiteiten: Het opstellen en uitvoeren van een geïntegreerd monitoringprogramma is één van de basistaken van het Scheldeonderzoek aan het IN en past binnen (inter)nationale verplichtingen. De bedoeling is om tot een regelmatige rapportage te komen van de ‘toestand van de Zeeschelde’. De lange-termijn monitoring in de Zeeschelde vormt een belangrijke basis voor zowel fundamenteel gericht als beleidsondersteunend onderzoek. Naast een toestandsbeschrijving kunnen er ook trends in de tijd mee aangetoond worden. De resultaten kunnen gebruikt worden om het beleid te evalueren (bv. beheersplannen, natuurinrichting, verdieping), voor de afbakening van gebiedscategorieën (VEN, GEN, enz.), voor een gebiedsgerichte toestandsbeschrijving in het Natuurrapport en bij de implementatie van een aantal Europese richtlijnen (79/409/EEG; 92/43/EEG; 2000/60/EEG;…). Tenslotte leveren ze een input voor ecosysteemmodellen zodat voorspellingen beter gefundeerd worden. Voor de monitoring wordt vaak samengewerkt met andere universiteiten en onderzoeksinstellingen. Vooral met de UIA (onderzoeksgroep ecosysteembeheer van Prof. Meire) wordt nauw samengewerkt. De biomonitoring die door IN in het Schelde-estuarium uitgevoerd wordt gebeurt in samenwerking met AWZ en omvat water- en broedvogels, macro-invertebraten en vegetatie. Daarnaast worden, in samenwerking met de UIA, ook wateren bodemkwaliteit bestudeerd. Watervogels Watervogels zijn interessante indicatoren. Ze genieten een grote publieke belangstelling en zijn bovendien hoog gesitueerd in het aquatische voedselweb waardoor ze reageren op ingrepen in het systeem. Het doel van dit onderzoek is (1) inzicht krijgen in het aantalsverloop en de verspreiding van watervogels bij laagwater, (2) het belang van het volledige gebied als "wetland" aantonen en (3) de effecten van grootschalige ingrepen evalueren. Naast het vergroten van onze kennis over het ecologisch functioneren van het Schelde estuarium leveren deze tellingen ook een zeer belangrijke bijdrage aan de tellingen in het kader van Wetlands International. In 2003 werden de maandelijkse tellingen voortgezet. De resultaten van het laatste seizoen werden geanalyseerd en gedeeltelijk gerapporteerd (Van den Bergh et al., 2003). De getelde aantallen Grauwe ganzen en Smienten waren vergelijkbaar met de voorbije jaren, de aantallen van deze soorten schijnen zich te stabiliseren in de Beneden Zeeschelde. De Krakeend vestigde een nieuw record in december en de Wintertalingen overschreden voor de tweede opeenvolgende winter de kaap van 20.000. De aantallen Wilde eenden waren vergelijkbaar aan die van de vorige winters. Het aantal Pijlstaarten langs de Zeeschelde was niet ongewoon maar ook deze winter werd een hoge concentratie (> 200ex.) waargenomen tussen de monding van de Rupel en de sluis van Wintam. Voor de Tafeleend waren de aantallen ook deze winter spectaculair hoog, voor deze soort evolueerde de Zeeschelde van voornamelijk toevluchtsoord tijdens strenge vorstperioden ( in de winters 95/96 en 96/97) naar een belangrijk overwinteringsgebied dat bijna 4% van de populatie herbergt. Het aantal Kuifeenden op de Zeeschelde varieert sterk en het seizoensmaximum valt niet ieder jaar in dezelfde maand. De Bonte strandlopers overtroffen niet alleen het vorige record maar waren bovendien van november tot februari in grote aantallen aanwezig. Op het Groot Buitenschoor was er uitwisseling met de omliggende gebieden en verschenen grote aantallen eerder in pieken, op de Ballooi daarentegen waren er van november tot februari steeds gemiddeld 1200 exemplaren aanwezig. Het internationale belang van de Zeeschelde voor Krakeend, Wintertaling en Tafeleend neemt nog steeds toe. Ook voor Pijlstaart werd de 1% norm overschreden in de winter van 2002/2003. De resultaten van de vogeltellingen op het GrootBuitenschoor voor de periode 1990-2002 werden in detail geanalyseerd en gerapporteerd in Verbessem et al., 2002. Broedvogels De resultaten van de broedvogeltellingen volgens de Punt Transect methode in de buitendijkse gebieden werden voor de voorbije 6 seizoenen verzameld en gedeeltelijk verwerkt. De vrijwilligers werden opnieuw gecontacteerd en van formulieren voorzien om tijdens het broedseizoen 2003 opnieuw de broedvogels in de buitendijkse gebieden te monitoren op dezelfde wijze. Bodemdieren (macrobenthos) Het macrozoöbenthos in de Zeeschelde vormt een centrale schakel in het estuariene voedselweb, speelt een rol in de systeemdynamiek (structureel en functioneel) en is tevens een goede indicator van stress en vervuiling. In het kader van de baggerstortvergunning in de Beneden-Zeeschelde werd ook in 2003 het macrobenthos, tesamen met een aantal abiotische parameters zoals hoogteligging, sedimentsamenstelling (granulometrie), etc. gevolgd ter hoogte van de Plaat van Boomke en de Plaat van Doel. In het labo werden de staalnames van 1999 en 2002 verder geanalyseerd. De resultaten van de Oligochaeta campagnes van 1996 en 1999 werden vergeleken. In beide jaren is er een duidelijk verband met de saliniteit. Ter hoogte van het Groot Buitenschoor waren Tubifex heterochaetus and Tubifex costatus de twee dominante soorten. Meer stroomafwaarts nam het belang van Limnodrilus-soorten toe. Er bestaat ook een verband met de hoogteligging van de bemonsterde locatie. In 1999 was algemeen de soortenrijkdom groter, met uitzondering in de subtidale locaties. Opvallend was ook de verschuiving van Tubifex tubifex. In 1996 werd deze soort enkel in de
6
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
brakke zone aangetroffen, in 1999 ook in het zoetwatergedeelte (Verbessem et al, 2003). Vegetatie Buitendijks: In het kader van de baggermonitoring werden opnieuw luchtfoto’s gevlogen om een derde volledige vegetatiekartering van de schorren van de Zeeschelde op te maken. Op het Groot Buitenschoor zijn de omstandigheden op het eerste zicht gunstig voor schoruitbreiding. Nochtans groeit het schor er niet aan. Dit kan verschillende oorzaken hebben. Eén van de mogelijke oorzaken is het afvreten van de zeebiesknollen door Grauwe ganzen in de winter. In augustus 2003 werd een exclosure aangebracht of de ganzen een impact hebben op de schoruitbreiding op het Groot Buitenschoor. Vegetatie binnendijks Het vegetatie-ecologisch onderzoek in het Zeeschelde-alluvium heeft als doel om inzichten te verkrijgen in de relatie tussen landschap, vegetatie en waterhuishouding in valleigebieden om ten slotte tot een statisch vegetatiemodel te komen voor de binnendijkse niet-estuarien beïnvloede gebieden langs de Zeeschelde. Het belangrijkste studiegebied is de polder van Kruibeke, Bazel en Rupelmonde (KBR) dat als gecontroleerd overstromingsgebied (GOG) zal worden ingericht, met als nevenfunctie natuurontwikkeling. Naar aanleiding daarvan verricht het IN zowel vegetatiekundig als hydrologisch onderzoek in de polder. Wat het vegetatiekundig onderzoek betreft, is een gebiedsdekkende vegetatiekaart gemaakt. Het hydrologisch onderzoek gebeurt aan de hand van een piëzometernetwerk en startte in 1996. In 1998 is het netwerk sterk uitgebreid tot 57 piëzometers. Tot op heden worden tweemaal per maand de grondwaterstanden opgemeten. In 2003 is het netwerk aangepast waar nodig en worden ook waterpeilen in verschillende sloten opgemeten om aldus de relatie tussen oppervlaktewater en grondwater te analyseren. Ook de chemische samenstelling van het grondwater is onderzocht. Overleg en adviserig: Overlegvergaderingen en opvolging projecten − Werkgroep Monitoring Beneden Zeeschelde in het kader van de milieuvergunningen tot het terugstorten van baggerspecie in de Beneden Zeeschelde: 30/01/2003; 20/05/2003 + staalname Van Vooren: 06/10/2003; 09/10/2003 + Orthofotografie: 17/10/2003 demonstratie laser Leica 22/10/2003 controle luchtfoto’s 24/10/2003 demonstratie laser Riegl 10/12/2003 overleg meetkundige dienst St-Niklaas − Scheldewerkgroep (UIA-IN-AWZ-AN-KUL) + 06/01/2003; 03/02/2003; 03/03/2003; 31/03/2003; 28/04/2003; 18/08/2003; 13/10/2003 − Werkgroep Aquatic Ecology (UIA-IN) +22/04/2003; 16/06/2003 −
− − −
CIS 2.4.(EC) Common Strategy on the implementation of the Waterframework directive (2000/60/EEG).Working group on the typology and classification of Coastal and transitional waters. +26-28/02/2003: workshop Lissabon +10-13/09/2003: workshop Oslo VIWC KRW-subwerkgroep 1.1 'doelstellingen oppervlaktewater' (+ monitoring) + 23/01/2003; Begeleidingsgroep VMM Project: referentieconditie en beoordelingssystemen voor overgangswateren (KRLW) + 26/09/2003; 03/11/2003;05/12/2003 Onderzoek en monitoring in het Schelde estuarium (LTVS)
Werkgroep P 10 Scaldit: + 24/02/2004; 27/03/2003;01/07/2003;01/09/2003;10/12/2003 Schriftelijke adviesverlening: SPANOGHE G. 2003. Beschrijving van Bijlage I-soorten van de Europese Vogelrichtlijn en soorten die de 1 % norm halen (Conventie van Ramsar). MVG. Afdeling Natuur. 50pp. IN.A.2003.21. −
SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Monitoringsplan Waaslandhaven. Beheerscommissie Linkerscheldeoevergebied. 20pp. IN.A.2003.25. SPANOGHE G. 2003. Inventarisatie Kwetsbare zone Kruibeke. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling Natuur. IN.A.2003.86 SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Avifaunistisch belang Zuidelijke Groenzone. AMINAL. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling Natuur. 2pp. IN.A.2003.87. VANDEVOORDE B. 2003. Lijst van de aangetroffen plantensoorten op het Schor van Ouden Doel te Doel/Beveren.
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
7
Scheldefonds vzw. 2pp. IN.A.2003.157. VANDEVOORDE B., VAN DEN BERGH E. & DE REGGE N. 2003. Beoordeling van draagbare 3D laserscanners als instrument om geomorfologische veranderingen op slikken van op het land in kaart te brengen. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. AWZ. Afdeling Zeeschelde. IN.A.2003.230. VANDEVOORDE B., VERBESSEM I. & VAN DEN BERGH E. 2003. Watervogels en vegetatie ter hoogte van het industriegebied te Hoboken (LO). Haskoning Belgium. 3pp. IN.A.2003.126. VERBESSEM I. 2003. Watervogelgegevens van Rupel tot de Durmemonding voor de periode maart 1999- december 2002. Aeolus . 3pp. IN.A.2003.48. Publicaties GYSELINGS, R., 2003. Infrastructure Projects in the Port of Antwerp: Monitoring of Nature Compensations. Cursus Port Management, GHA, Antwerpen, September 2003. SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E., 2003. Monitoring van het Linkerscheldeoevergebied in uitvoering van de resolutie van het Vlaams Parlement van 20 februari 2002: resultaten van het eerste jaar. Bijlage 8.7 van het eerste jaarverslag van de Beheercommissie van het Linkerscheldeoevergebied. Verslag Instituut voor Natuurbehoud IN.O.2003.15, Brussel. VAN DAMME S., VAN HOVE D., YSEBAERT T., DE DECKERE E., VAN DEN BERGH E. & MEIRE P., 2003. Ontwikkelen van een score of index voor fytoplankton, macrozoöbenthos, macro-algen en angiospermen voor de Vlaamse overganswateren volgens de Europese Kaderrichtlijn Water. Rapport UA.. ECOBE 03-R54, Antwerpen. VAN DEN BERGH E. & GYSELINGS R., 2003. Projets d’infrastructure dans le Port d’Anvers: Monitoring des Mesures Compensatoires pour la Nature. Cursus ‘Gestion Portuaire’ GHA , Antwerpen, november 2003. VAN DEN BERGH E., 2003. Scaldit: Analyse kenmerken gebied. Hdst. 6 in PHLO/Arcadis-cursus. ‘Kaderrichtlijn Water: uitvoering van taken in 2003-2004. Conferentieoord ‘De Wageningse Berg’, Wageningen, mei 2003. VAN DEN BERGH E., VERBESSEM I., DE REGGE N & SOORS J., 2003. Zeeschelde. In Dumortier et al., 2003. Natuurrapport 2003. Toestand van de natuur in Vlaanderen: cijfers voor het beleid. Mededeling van het Instituut voor Natuurbehoud nr. 21, Brussel, 105-111. VAN DEN BERGH E., VERBESSEM I., DE REGGE N, SOORS J, DEVOS K. & ANSELIN A., 2002. Watervogels langs de Zeeschelde: Resultaten van de boottellingen 2002/2003. Vogelnieuws, 4. VERBESSEM I. (2003). Scheldemonitor; Watervogels langs de Zeeschelde. Scheldenieuwsbrief, 35, 5. VERBESSEM I., SOORS J., VAN DEN BERGH E., DE REGGE N. & YSEBAERT T. , 2003. Oligochaeta in the Zeeschelde, 9th International Symposium on Aquatic Oligochaeta, Book of Abstracts, 92, Wageningen,oktober 2003. VERBESSEM I., YSEBAERT T., VAN DEN BERGH E., DE REGGE N., SOORS J. & KUIJKEN E., 2002. 10 Jaar monitoring op het Groot Buitenschoor. Rapport Instituut voor Natuurbehoud, IN.R.2002.10., Brussel Aansluitende en ondersteunende projecten: − CIS 2.4.(EC) COMMON STRATEGY ON THE IMPLEMENTATION OF THE WATERFRAMEWORK DIRECTIVE (2000/60/EEG) Working group on typology and classification of Coastal and transitional waters: Met dit project tracht de EU richtlijnen te produceren die er moeten toe leiden dat de verschillende EU lidstaten de Kaderrichtlijn water op een vergelijkbare wijze interpreteren en implementeren. Working group 2.4, waaraan het IN deelneemt, werkt aan richtlijnen voor de typologie, het bepalen van ecologische referentietoestanden, het monitoren en beoordelen van kust- en overgangswateren. −
VMM PROJECT SCALDIT: de verschillende CIS handleidingen worden geïntegreerd getest in een aantal geselecteerde stroomgebieden of ‘Pilot River Basins’ (PRB’s) en omgezet in informatie waarmee regionale en locale overheden rekening dienen te houden bij de implementatie van de KRW. Scaldit is één van de 11 PRB projecten voor het stroomgebied van de Schelde. Het IN neemt deel aan Project groep 10: overgangswateren.
−
VMM PROJECT: ONTWIKKELEN VAN EEN SCORE OF INDEX VOOR FYTOPLANKTON, MACROZOÖBENTHOS, MACROALGEN EN ANGIOSPERMEN VOOR DE VLAAMSE OVERGANSWATEREN VOLGENS DE EUROPESE KADERRICHTLIJN WATER .Voor de KRW moet elk voor elk van de vernoemde kwaliteitselementen een beoordelingssysteem voor overgangswateren opgemaakt worden en een referentietoestand beschreven worden teneinde de toestand van de overgangswateren in Vlaanderen te kunnen weergeven. Dit gebeurt in opdracht van de VMM aan de UIA, in samenwerking met het IN.
−
WATERVOGELMONITORING IN VLAANDEREN in het kader van Wetlands International (Instituut voor Natuurbehoud). De resultaten van deze tellingen zijn ook een belangrijke input voor de gebiedsgerichte toestandsbeschrijving in het Natuurrapport (Toestand van de Natuur in Vlaanderen).
−
BIOMONITORING ZOUTE WATEREN DELTA (RIJKSWATERSTAAT, RIKZ). Samen met de IN-monitoring levert dit een
8
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
beeld van het voorkomen van watervogels langsheen het volledige schelde estuarium. MONITORING VAN HET LINKERSCHELDEOEVERGEBIED. In het kader van het flankerend beleid van het validatiedecreet wordt de evolutie van de natuurwaarden in het Natura 2000 gebied van het Linkerscheldeoevergebied en in de compensatiemaatgebieden voor het Deurganckdok gemonitored door het IN. (Geert Spanonghe, Ralf gyselings, Erika Van den Bergh) − 'MONITORING BENEDEN ZEESCHELDE' in het kader van de milieuvergunningen tot het terugstorten van baggerspecie in de Beneden Zeeschelde. Het IN levert hieraan bijdragen met betrekking tot watervogels, bodemdieren, sedimentkarakteristieken, bodemkwaliteit en evolutie van de schorvegetaties − ONDERZOEK EN MONITORING IN HET SCHELDE ESTUARIUM (LTVS). In 2030 moeten beslissingen van bestuursorganen gebaseerd zijn op de resultaten van een gezamenlijk beheerd, reeds langlopend monitoring- en onderzoeksprogramma. Daardoor kunnen ingrepen geëvalueerd worden en zonodig bijgesteld. Hiertoe wordt een specifiek gezamenlijk monitoring- en onderzoeksprogramma uitgebouwd. De activiteiten van het project ‘Geïntegreerde inventarisatie en biomonitoring van de Zeeschelde en haar vallei’ worden daarin geïntegreerd. Coördinator: Erika Van den Bergh, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Medewerkers die bijdragen tot dit project: Ingrid Verbessem, Erika Van den Bergh, Wetenschappelijk attaché, (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Nico De Regge, Jan Soors, eerste technicus (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Bart Vandevoorde, Koen Devos, Anny Anselin, Wetenschappelijk attachés (Instituut voor Natuurbehoud) Wim De Belder, Raf de Groot, technicus (Instituut voor Natuurbehoud) Contactpersoon AWZ: Ir. L. Meyvis, Ir. Wim Dauwe −
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
9
Visie-ontwikkeling voor het ecologisch herstel van het Schelde-estuarium en de Zeeschelde Doelstellingen en Activiteiten: Bijdragen aan de vorming van een wetenschappelijk gefundeerde lange termijn visie voor het beleid van het Scheldeestuarium met een maximale afstemming van de verschillende functies op elkaar. Meer specifiek voor het Zeescheldebekken kan van daaruit gewerkt worden aan een gefundeerde ecologische gebiedsvisie en een meer concreet ecologisch herstelplan dat ook rekening houdt met andere functies van het gebied. Het creëren van win-win situaties staat hierbij centraal. Hiervoor bieden AMIS, de actualisatie van het SIGMA-plan en de Langetermijnvisie Schelde estuarium een goed forum. Dit herstelplan kan als leidraad gebruikt worden om de invulling van het nationaal en internationaal gebiedsgericht natuurbeleid en de planning van natuurontwikkelingsprojecten en ecologische herstelmaatregelen in de Zeescheldevallei maximaal op elkaar af te stemmen in het streven naar een functioneel ecosysteem. In het traject van de Langetermijnvisie voor het Schelde estuarium (LTVS) werd naar aanleiding van het Tweede Memorandum van Vlissingen (maart 2002) de projectgroep PROSES opgericht. Deze moet de situatieschets 2010 opstellen en onderwerpen aan een MKBA. Een natuurontwikkelingsplan voor het hele Schelde-estuarium is één van de peilers van deze situatieschets. Dit NOP werd opgesteld door het IN, samen met RIKZ en UIA (Van den Bergh et al., 2003). Het IN zetelt ook in de werkgroep ecologie voor het MER en de MKBA voor de situatieschets 2010. De Vlaamse regering nam op 19 juli 2002 acte van de actualisatie van het Sigmaplan, waarin bijzondere aandacht besteed wordt aan de ‘nieuwe veiligheidsbenadering’ en ‘ruimte voor de rivier’, en gelaste de minister van openbare werken om deze voor te leggen aan het Vlaams Parlement. Deze actualisatie biedt veel perspectieven voor het koppelen van veiligheidsmaatregelen aan natuurontwikkeling, in die gebieden die zowel beantwoorden aan de criteria voor veiligheidsmaatregelen als aan die voor natuurherstel- of ontwikkelingsmaatregelen. Het IN zetelt in de multidisciplinaire ambtelijke werkgroep die conform de beslissing van de Vlaamse regering werd opgericht om het proces te begeleiden en in de stuurgroep voor het MER en MKBA voor de actualisatie van het Sigmaplan. Speciale aandacht gaat ook naar de implementatie van de Europese richtlijnen en naar de cohabitatie van natuur- en havenontwikkeling in het Antwerps havengebied. Het IN is vertegenwoordigd in de strategische planning voor het Linkerscheldeoevergebied. Om de problematiek van havenontwikkelingen in Natura-2000 gebieden in het Scheldeestuarium in een ruimer, internationaal kader te kunnen situeren werd deelgenomen aan het PARALIA project waarin een consortium van onderzoeksinstellingen, havenbedrijven en overheidsinstellingen tracht om in een aantal workshops, in overleg met de Europese commissie, een stappenplan op te stellen om bij de planning en uitvoering van havenontwikkelingsprojecten de bepalingen van artikel 6 van de vogel- en habitatrichtlijn correct te implementeren. Internationaal werden 2 Interreg IIIb projecten gestart die trachten maatregelen voor veiligheid tegen overstromingen te koppelen aan mogelijkheden voor landschaps- en natuurontwikkeling. AWZ afdeling Zeeschelde is partner in beide projecten en het IN is daar actief bij betrokken. Om de maatschappelijke gedragenheid van de voorgestelde visies te vergroten en te toetsen zetelt het IN ook in de redactieraad van de Scheldenieuwsbrief en is het IN actief betrokken bij de estuariumwerkgroep, de vereniging van de partners die het verdrag van Saeftinge ondertekenden. Overleg en advisering: Overlegvergaderingen en opvolging projecten −
− −
− −
−
−
Estuariumwerkgroep +14/01/2003; 11/03/2003 + 25/10/2003 7e Scheldedag (Ellewoutsdijk) Strategisch plan Waaslandhaven, werkgroep natuur en ecologische infrastructuur + 12/02/2003: werkgroepvergadering (AWZ, afdeling Zeeschelde); Strategisch plan Waaslandhaven, plenaire werkgroep + 04/03/2003; 25/04/2003; 07/05/2003; 05/06/2003; 02/07/2003; 15/07/2003;22/10/2003 (provinciehuis, Sint-Niklaas Adviescommissie van het Vlaams Natuurreservaat Schorren van de Durme Multidisciplinaire ambetarenwerkgroep actualisatie Sigmaplan + 28/05/2003: 27/06/2003 vergadering AWZ (Afdeling Zeeschelde) + Workshop MKBA Sigmaplan MER en MKBA actualisatie van het Sigmaplan +05/09/2003 vergadering RA overleg rond scenario’s +05/09/2003. 04/10/2003: vergadering stuurgroep kennisgevingsdossier ProSes
vergadering
10
−
−
−
− − − −
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
+ NOP vergaderingen 07/01/2003; 04/02/2003; 20/02/2003: 10/03/2003; 24/03/2003; 28/03/2003; 01/04/2003; 10/04/2003; + 17/01/2003: Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen: overlegvergadering morfological dredging + 25/02/2003: workshop NOP¨Bergen op Zoom + Vergadering begeleidingsgroep NOP: 14/05/2003; + Vergadering werkgroep ecologie MER en MKBA: 14/04/2003; 13/05/2003; 16/06/2003;23/06/2003; 18/08/2003; + Vergadering NOP AWZ-AN-IN-UA-Proses: 29/04/2003; 15/10/2003; + 03-04/07/2003 Boottocht Grenzeloze Schelde, thema LTVS +30/10/2003: werkgroepen morfologie en ecologie Redactieraad Scheldenieuwsbrief + 15/01/2003: Redactievergadering (Afdeling Natuur Antwerpen) + 26/03/2003: Redactievergadering (Gemeentehuis, Terneuzen) +18/06/2003: Redactievergadering (VLIZ, Oostende) +1/10/2003: Redactievergadering (RIKZ, Middelburg) Instandhoudingsdoelstellingen voor het Linkerscheldeoevergebied: + vergaderingen: 27/01/2003; 03/03/2003; 16/06/2003 + workshop: 25/03/2003 Paralia Nature project (EU-IMI) + vergaderingen: 20/02/2003; 16/04/2003 + workshop: 01/12/2003. FRaME : 1-4/09/2003 bezoek projecten in de Humber FloodScape: 22-24/10/2003: workshop, London Workshop estuarine management UA, Wilrijk: IN, UA, KUL, RIKZ Haren, Environment Agency UK: 10/12/2003 Terreinbeheerdersdag Molsbroek 04/10/2003
Schriftelijke adviesverlening VAN DEN BERGH E. 2003. Bemerkingen bij het voorstel voor de selectie van natuurherstelprojecten voor de sMer en MKBA voor de LTVS. PROSES. 2pp. IN.A.2003.162. Publicaties MEIRE P., VAN DAMME S., BUIS K., VAN DEN BERGH E., DAUWE W., DE JONG D., GRAVELAND J. & BRUYNEEL M., 2003. Rehabilitating a heavily impacted lowland river: the River Scheldt case. Lowland River rehabilitation 2003. NCR-RWS, Wageningen , 29september-2oktber, book of abstracts, 23. VAN DEN BERGH E., VAN DAMME S., GRAVELAND J., DE JONG D. J., BATEN I. & MEIRE P. (2003). Voorstel voor natuurontwikkelingsmaatregelen ten behoeve van de Ontwikkelingsschets 2010 voor het Schelde-estuarium, op basis van een ecosysteemanalyse en verkenning van mogelijke maatregelen om het streefbeeld Natuurlijkheid van de Lange Termijn Visie te bereiken. RIKZ, Instituut voor Natuurbehoud, UIA.. 99 pp + bijlagen VAN DEN BERGH E., VAN DAMME S., GRAVELAND J., DE JONG D. J., BATEN I. & MEIRE P. (2003). Welke maatregelen voor natuurontwikkeling in het Schelde-estuarium? Grenzeloze Schelde, 24, 4-5. VAN DEN BERGH E., VAN DAMME S., GRAVELAND J., DE JONG D. J., BATEN I. & MEIRE P. (2003). Ecological rehabilitation of the Schelde estuary: Linking Ecology, Safety against Floods and Accessibility for Port Development. ERF biennial meeting: Estuaries on the edge, Seattle, 14-19 september 2003, book of abstracts, 139. VAN DEN BERGH E., 2003. Flemish Methodology for setting conservation objectives and developing indicators. Paralia Nature Workshop Report, “Development of Ecological Objectives and Indicators – Natura 2000”, December 2003, p.10-11. VERBESSEM I & DEBAKKER M. 2003. De Schelde, een toerismestroom. Scheldenieuwsbrief, 35, 1-3. VERBESSEM I. 2003. Inspiratiebron de Schelde; Gebed voor de Scheldewijding. Scheldenieuwsbrief, 35, 3. Aansluitende en ondersteunende projecten: LANGE TERMIJN VISIE VOOR HET SCHELDE-ESTUARIUM (LTVS) is een bilaterale, bestuurlijke projectorganisatie waarbij verschillende partners van Vlaamse en Nederlandse zijde betrokken zijn. In het tweede memorandum van Vlissingen werden een aantal principiële keuzes gemaakt die momenteel uitgewerkt worden in ProSes en in het monitoring- en onderzoeksprogramma Schelde estuarium. DE ACTUALISATIE VAN HET SIGMAPLAN (AWZ): Het oorspronkelijke Sigmaplan garandeerd niet langer voldoende veiligheid in de bewoonde gebieden in het Zeescheldegebied en is aan actualisatie toe. Het wordt niet alleen uitgebreid maar ook aangepast aan nieuwe maatschappelijke inzichten van integraal waterbeheer en het duurzaamheidsprincipe. PARALIA NATURE (IMI-EU). De betrachting van dit project is om, in overleg met de Europese commissie een stappenplan op te stellen om bij de planning en uitvoering van havenontwikkelingsprojecten de bepalingen van artikel 6 van de vogel- en habitatrichtlijn correct te implementeren. FRAME INTERREG IIIB: Het doel van het FRaME (Flood Risk Management in Estuaries) project is om overstromingsrisico's in de Noordzee-estuaria in te perken mits nieuwe en innovatieve vorman van duurzaam
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
11
landgebruik, waarbij wel de bestaande natuurwaarden van Natura 2000 gebieden worden gevrijwaard en waarbij nieuwe kansen geboden kunnen worden voor sociale, economische en ecologische projecten. Betrokken lidstaten: UK, NL, BE. FLOODSCAPE INTERREG IIIB: Het doel van het Floodscape "Creating New Landscapes for Flood Risk Management" project is om de publieke perceptie in EU lidstaten van ‘flood prevention’ te wijzigen in ‘flood risk management’ om zo het draagvlak voor risico beheer te vergroten en op een duurzame manier te kunnen omgaan met overstromingsgevaar. Dit impliceert een nieuwe manier van omgaan overstromingsgevaar waarbij en het creëren van nieuwe landschappen die naast het beheersen van overstromingen ook nog andere maatschappelijke functies kunnen vervullen. Betrokken lidstaten: UK, NL, DU, BE. STRATEGISCH PLAN LINKERSCHELDEOEVER: Op initiatief van de Vlaamse Regering werd een werkgroep opgericht waarin GHA, provincie, gemeenten, administraties en milieuverenigingen vertegenwoordigd zijn. De werkgroep tracht een strategie te ontwikkelen om de verdere uitbouw van de Waaslandhaven op een duurzame wijze te realiseren, met een verantwoorde buffering van de dorpskernen, compensatie voor de landbouw, correcte implementatie van de Vogelen Habitatrichtlijnen en met oog voor mogelijkheden om de diversiteit in het gebied te behouden en te ondersteunen bij verdere havenuitbreiding. OPSTELLEN VAN INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN voor speciale beschermingszones in het kader van de vogelrichtlijn 79/409/EEG, de habitatrichtlijn 92/43/EEG en eventuele watergebieden van internationale betekenis (Conventie van Ramsar) in deZeehaven van Antwerpen, poort van Vlaanderen in het RuimtelijkStructuurplan" Instandhoudingsdoelstellingen voor het Linkerscheldeoevergebied (UIA, in opdracht van AMINAL Afdeling Natuur). Coördinator: Erika Van den Bergh, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Medewerkers die bijdragen tot dit project: Erika Van den Bergh, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Bart Vandevoorde Wetenschappelijk attaché Contactpersoon AWZ: Ir. L. Meyvis; Ir W. Dauwe ; Ir. S. Nollet
12
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Natuurherstel- en ontwikkeling in het Schelde-estuarium: advisering en monitoring Doelstellingen: - Wetenschappelijke onderbouwing en evaluatie van natuurherstel- en natuurontwikkelingsmaatregelen in het Schelde-estuarium en haar valleigebied - Wetenschappelijke onderbouwing en evaluatie van ‘ecologisch gerichte’ bijsturingen van beheersmaatregelen in het estuarium. Ingrepen in het estuarium die gekoppeld worden aan natuurherstel en –ontwikkeling of waarvoor natuurvriendelijke uitvoeringsalternatieven gezocht worden moeten niet alleen wetenschappelijk onderbouwd worden bij de planning. Deze ingrepen moeten ook via monitoring op hun effecten beoordeeld worden om indien nodig onmiddellijk bij te sturen en als bijkomende onderbouwing bij heruitvoering van dezelfde maatregel elders. Activiteiten: AMIS-SIGMA: Het Instituut neemt deel aan het algemene overleg Milieu Impact SIGMA en brengt, in overleg met verschillende diensten van AMINAL en het IBW, een gegrond advies uit over de nog uit te voerden SIGMA-dijkwerken en algemene dijkonderhoudswerken. Hiertoe worden bestaande gegevens verzameld en indien nodig vervolledigd met aanvullend veldwerk. Eventuele alternatieven worden uitgewerkt en aan de afdeling Zeeschelde terugbezorgd.. De aan de Sigmawerken en havenontwikkeling gekoppelde M.E.R.’s worden wetenschappelijk opgevolgd en er wordt op toegezien dat de aangereikte adviezen voldoende behandeld worden. In 2003 kwamen de werken aan Hamme, Kwatrecht, Lillo, Drijdijck, Steenlandpolder, Zuidelijke Groenzone, Putten West, de Zuidelijke sluiting van de Waaslandbuffer, Doelpolder Noord en het Paardenschor aan bod. Het IN is vertegenwoordigd in werkgroepen voor de actualisatie van het Sigmaplan en de inrichting van het overstromingsgebied Kruibeke Bazel Rupelmonde (KBR). GOG-KBR: Een bijzondere plaats neemt het wetenschappelijk onderzoek in naar de natuurinrichting van het GOG-KBR. In een deel van dit GOG zal mogelijk een gecontroleerd gereduceerd getij (GGG) toegelaten worden, waardoor schorvorming kan optreden. In een ander gedeelte zal door vernatting en begrazing een gevarieerde binnendijkse biotoopstruktuur ontstaan (zie ook biomonitoring, binnendijkse vegetatie). Het onderzoek naar deze inrichtingsvormen gebeurt in samenwerking met andere onderzoeks- en overheidsinstellingen. Ketenissepolder De Ketenissepolder ontstond op een voormalig schor tussen fort Liefkenshoek en Kallo sluis (linkeroever) toen de specie, die vrijkwam bij de aanleg van de Liefkenshoektunnel, er opgespoten werd tussen het zomerdijkje en de waterkerende dijk. Als compensatie voor de aanleg van de Noordzee containerterminal werd het schorgebied hersteld. In de loop van 2002 werden het steenslag van de zomerdijk en de opgespoten specie weer verwijderd en het gebied werd afgegraven tot net onder GHW met een zeer zwakke helling naar de rivier toe. Op die manier ontstond er een goede uitgangssituatie voor de ontwikkeling van ca 30 ha nieuw slik en schorgebied waar zich geulen, platen, zilte riet- en graslandvegetaties kunnen vormen. In januari 2003 zijn de werken beëindigd. De monitoring die reeds in juni 2002 was gestart is in 2003 geïntensiveerd en uitgebreid. Aangezien estuariene herstelprojecten het snelst evolueren onmiddellijk na herstel van het getijdenregime werd in elk deelgebied met monitoring gestart naargelang de werken vorderden. Langs 6 (7) dwarsraaien werden sedimentatie/-erosieplots, permanente kwadraten en peilbuizen geplaatst. Alle monitoring gebeurt in de transecten rond deze dwarsraaien. De sedimentatie/erosie wordt tweewekelijks opgemeten. Gelijktijdig worden bodemstalen genomen om de textuur, het organische stofgehalte en chlorofyl a gehalte te bepalen. Het macro-benthos is maandelijks bemonsterd om de vestiging van bodemdieren te evalueren. De vestiging van vegetatie wordt zowel op microschaal als op macroschaal onderzocht. Op microschaal wordt door de UIA zeer gedetailleerd de kolonisatie van planten geanalyseerd aan de hand van digitale beeldverwerking. Op macroschaal worden de vegetatieontwikkelingen gemonitord door middel van permanente proefvlakken en vegetatiekarteringen. Hiervoor is een gedetailleerde vegetatiekaart gemaakt van een deel van de site, terwijl aan de hand van luchtfotografische opnames geheel de projectsite kan gekarteerd worden. Geomorfologische processen zoals de vorming van geulen, worden eveneens afgeleid uit luchtfoto’s, terwijl profielen van de raaien om de drie maanden zijn opgemeten. Broedvogelterritoria zijn gekarteerd, terwijl de watervogels maandelijks in sectoren worden geteld, naast aantallen worden ook gedrag en habitatvoorkeur genoteerd. Schoonaarde-Paddenbeek: In 2003 werden de werken tussen Schoonaarde brug en de Paddenbeek beëindigd. De dijk werd naar achter verlegd zodat een nieuw stuk intergetijdengebied ontstond. Er werd 1 dwarsraai met sedimentatie/erosie plots aangelegd. Vegetatievestiging en kolonisatie door bodemdieren zal opgevolgd worden. Alternatieve oever- en schorrandverdedigingen langs de Zeeschelde: in 2003 werden in samenwerking met de KUL profielen genomen langs 5 transecten aan de alternatieve schorrandverdediging van de Cramp. Aan de hand van de profielen kan de sedimentatie in de slibvakken gereconstrueerd worden. Paardenschor: In het kader van de Natuurcompensaties Linkeroever zal de dijk van het Paardenschor eerstdaags doorstoken worden. Er werd een raai aangebracht met sedimentatie-erosieplots, de geomorfologische veranderingen, vegetatievestiging en kolonisatie door macrobenthos zullen opgevolgd worden zoals op Ketenisse polder. Overleg en advisering:
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
13
Overlegvergaderingen en opvolging projecten − − −
− − − −
− −
− −
− −
−
− −
Passende beoordelingen voor dijkwerken: 04/11/2003 Beheerscommissie KBR: 05/06/2003 Stuurgroep Natuurontwikkeling en landschapsopbouw binnendijks het overstromingsgebied Kruibeke-BazelRupelmonde. Opmaak landschapsconcept en inrichtingsconcepten. + vergadering integraal plan met Soresma 07/05/2003 en Ecorem 15/05/2003 Stuurgroep MER Dijkwerken Heusden + 13/03/2003 voorbereidend terreinbezoek Stuurgroep MER afgraving Paardenschor Stuurgroep MER dijkwerken Hamme + 11/06/2003 vergadering, Copernicus Stuurgroep MER dijkwerken Kwatrecht + 13/03/2003 voorbereidend terreinbezoek + 01/07/2003 startvergadering MER Coördinatievergadering Dijkwerken Paddebeek (Schoonaarde), Dendermonde + 20/02/2003 Stuurgroep Beheer Scheldedijken, Beoordelingscommissie offertes beheer Scheldedijken, + 22/01/2003 contractbeoordeling schaapherders + 12/05/2003 overleg maaibestek dijken Beheercommissie Natuurcompensaties Linkerscheldeoevergebied +21/01/2003;20/3/2003(bouwvergunningen compensaties);20/08/2003;16/10/2003.19/11/2003 Stuurgroep project ‘De Antwerpse Haven natuurlijker-ontwikkeling van nieuwe natuur in een wereldhaven', project Gemeentelijk havenbedrijf-Natuurreservaten-Noord +07/02/2003; 29/04/2003; 13/06/2003; 12/09/2003 stuurgroep Zuidelijke Groenzone +27/01/2003.16/10/2003 stuurgroep Landschapsbuffer + 21/02/2003; 27/02/2003; 16/10/2003 + 02/04/2003 vergadering met terreinbezoek oeverzwaluwwanden stuurgroep inrichting Drijdijck + 22/01/2003 + 19/08/2003 overleg waterhuishouding Drijdijck en Putten West stuurgroep SAM Natuurontwikkelingsmogelijkheden op Linkeroever + 10/02/2003; 05/05/2003 Vergadering ENDIS-RISKS + 19/09/2003
Schriftelijke adviesverlening GYSELINGS R., SPANOGHE G & VAN DEN BERGH E, 2003. Richtlijnen voor het ontwerp van een functionele corridor in het Antwerpse havengebied. Gemeentelijk havenbedrijf. 5pp. IN.A.2003.213. GYSELINGS R., SPANOGHE G. & VAN DEN BERGH E. 2003. Bemerkingen bij de studie 'Natuurontwikkelingsstudie van de Zuidelijke Groenzone', David Nijssen & Patrick Meire, concept van 18 februari 2003. UIA. Werkgroep ecosysteembeheer. 11pp. IN.A.2003.76. SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Aanleg riolering Waaslandhaven. MVG - LIN - AWZ. Afdeling Maritieme Toegang. 1pp. IN.A.2003.27. SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Ecologische Inrichting Polder in Linkerscheldeoevergebied. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling Natuur. 6pp. IN.A.2003.70. SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Evaluatie Verrebroekse Blikken als compensatie voor Putten Plas. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling Natuur. 4pp. IN.A.2003.123. SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Passende beoordeling voor aanleg 4e arm rotonde R2. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling Maritieme Toegang. 3pp. IN.A.2003.205. SPANOGHE G., GYSELINGS R. & VAN DEN BERGH E. 2003. Passende Beoordeling 'Aanleg rond punt Steenlandlaan/Hazopweg & verbreding brug R2'. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling Maritieme Toegang. 2pp. IN.A.2003.231. VANDEVOORDE B. & SPANOGHE G. 2003. Het voorkomen van aangemelde habitattypes en vogelsoorten in het toekomstig gecontroleerd overstromingsgebied Kruibeke, Bazel en Rupelmonde. AMINAL. Afdeling Natuur. 7pp.
14
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
IN.A.2003.105. VANDEVOORDE B. & VAN DEN BERGH E. 2003. Advies aan AWZ afdeling Zeeschelde voor het aanplanten van Riet (Phragmites australis) ter hoogte van de dijkwerken tussen Heusdenbrug en Ringvaart (RO Melle). Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. AWZ. Afdeling Zeeschelde. IN.A.2003.56. VANDEVOORDE B. & VAN DEN BERGH E. 2003. Het gebruik van uitschietende perkoenpalen en wiepen voor de aanleg van (voor)oeververdediging langs de Zeeschelde. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. AWZ. Afdeling Zeeschelde. 2pp. IN.A.2003.91. VANDEVOORDE B. & VAN DEN BERGH E. 2003. Aanplanten van Riet ter hoogte van vernieuwde dijk tussen Heusdenbrug en Ringvaart (RO, Melle). Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. AWZ. Afdeling Zeeschelde. 2pp. IN.A.2003.164. VANDEVOORDE B. & VAN DEN BERGH E. 2003. Bouwvergunning slopen scheepswerf Scheldedijk. MVG - LIN Aminal. Afdeling Natuur. IN.A.2003.18. VAN DEN BERGH E. 2003. Zuidelijke sluiting van de Waaslandbuffer: bemerkingen bij versie 18 september. Iris Consulting DHV. 1pp. IN.A.2003.193. Publicaties VANDEVOORDE B., 2003. Vegetatiekartering polder van Kruibeke, Bazel en Rupelmonde. IBW-IN nieuwsbrief 6, 2. VERBESSEM I., 2003. Het getij keert terug in Ketenissepolder. Scheldenieuwsbrief, 37, 4-5. VERBESSEM I., 2003. Ketenissepolder: evoluties na de afgraving tot slik- en schorgebied. IBW-IN Nieuwsbrief; 6,3. VAN DEN BERGH E., 2003. Natuurcompensatie voor de aanleg van een getijdendok in vogelrichtlijngebied. Necov Wintersymposium, Wageningen, 17 januari 2003, Abstracts. Aansluitende en ondersteunende projecten: OMES- Onderzoek milieueffecten van het Sigmaplan: Het Omesprogramma is een multidisciplinaire studie van het estuariene milieu van de Zeeschelde en moet uiteindelijk resulteren in een database en modellen van het Scheldeestuarium die een wetenschappelijke onderbouwing moet geven aan toekomstige inrichtings- en beheersmaatregelen. Partners zijn UIA, IN, VUB, KUL, NIOO-CEMO, WLB, RUG. WETMAT: Wijzigingen in biogeochemie van metalen bij aanleg van overstromingsgebieden: biobeschikbaarheid, toxiciteit en risico’s. Doel van deze studie is bijdragen aan beleidsgerichte modellen die het mogelijk maken om het gedrag van metalen in gecontroleerde overstromingsgebieden te voorspellen. Dit is een DWTC-project. Partners zijn UA, RUG, het IN is eindgebruiker. ENDIS-RISKS: Endocriene verstoring in het Schelde estuarium: distributie, blootstelling en effecten. Doel is het in kaart brengen van hormoonontregelaars in het Schelde estuarium en het beschrijven van de effecten op lange termijn. Dit project is een DWTC-project met als partners: KBIN, RIKZ, en RUG. Het IN is eindgebruiker. ONDERZOEK NAAR DE ABIOTISCHE STANDPLAATSVEREISTEN VAN VERSCHILLENDE BEEKBEGELEIDENDE Alno-Padion & Alnion incanae-gemeenschappen (H. Jochems, P. De Becker, W. Huybrechts, B. Vandevoorde, W. Mertens) Integraal waterbeheersplan voor het bekken van de Barbierbeek -Projecten in het kader van het Sigma-plan en van de inrichting van Natura 2000 gebieden in de Waaslandhaven -
Landschapsstudie voor de invulling van de buffer rond de Waaslandhaven (AWZ, Afdeling Zeeschelde) Natuurontwikkeling van de zuidelijke groenzone (AWZ, Afdeling Zeeschelde) Ecohydrologische studie van de site De Putten (AWZ, Afdeling Zeeschelde) Afgraving van het Paardenschor (AMINAL afd Natuur, GHA) Inrichtingsplan Doelpolder Noord (VLM, AMINAL afd Natuur, GHA) Inrichtingsplan Brakke Kreek aan Doelpolder Noord (VLM, AMINAL afd Natuur, GHA) Inrichtingsplan Drijdijck (AWZ, Afdeling Zeeschelde) Inrichting van Putten West (VLM, AMINAL, afd Natuur, GHA) Natuurontwikkelingsplan voor de Steenlandpolder te Beveren (VLM, AMINAL afd Natuur, GHA) De Antwerpse Haven natuurlijker-ontwikkeling van nieuwe natuur in een wereldhaven', project Gemeentelijk havenbedrijf-Natuurreservaten-Noord Natuurontwikkeling en landschapsopbouw binnendijks het overstromingsgebied Kruibeke, Opmaak landschapsconcept en inrichtingsconcept (AWZ, Afdeling Zeeschelde) Dijkwerken tussen de ringvaart en Heusdenbrug (AWZ, Afdeling Zeeschelde)
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
-
15
Dijkwerken tussen Schoonaarde en de Paddenbeek (AWZ, Afdeling Zeeschelde) Landschaps en architectuurstudie van Lillo en de potpolder van Lillo (AWZ afdeling Zeeschelde)
Coördinator: Erika Van den Bergh, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Medewerkers die bijdragen tot dit project: Erika Van den Bergh, Ingrid Verbessem: Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Bart Vandevoorde, Geert Spanoghe, Ralf Gyselings ,Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud) Wim De Belder technicus (Instituut voor Natuurbehoud)
16
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Opmaak van ecologische gebiedsvisies voor de Vlaamse waterwegen beheerd door AWZ Doelstellingen en activiteiten: De Administratie Waterwegen en Zeewezen wenst binnen het beleidskader van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en het Integraal Waterbeheer de gewenste multifunctionaliteit van de waterlopen uit te werken en vast te leggen. Op die manier kan een duurzaam beleid worden gevoerd ten aanzien van de verschillende functies van de waterloop en de aanpalende gebieden. Het I.N. kreeg de opdracht voor inventarisatie en afbakening van de gebieden (zones) met een natuurfunctie langs de waterlopen beheerd door AWZ en voor de uitwerking van ecologische gebiedsvisies. Op deze manier kan AWZ beter rekening houden met de natuurfunctie bij beheer- en infrastructuurwerken aan de bevaarbare waterlopen. Deze ecologische gebiedsvisies kunnen ook fungeren als onderdeel van de op te maken bekkenbeheerplannen. Voor elke waterloop en de aanpalende gebieden (valleigebieden voor rivieren) wordt op basis van een grondige inventarisatie van het abiotisch en biotisch milieu (zgn. omgevingsanalyse) een ecologische gebiedsvisie uitgewerkt. Hierin worden, op basis van een natuurstreefbeeld, waarbij rekening gehouden wordt met een aantal harde randvoorwaarden en de natuurpotenties, verschillende natuurontwikkelingscenario's voorgesteld. Voor elk van deze inrichtingsvarianten worden zones aangeduid met een gewenste hoofd-, neven- of basisfunctie natuur. Tevens wordt ook de verenigbaarheid van de functie natuur met de andere functies aangegeven. Bijzondere aandacht gaat naar de problematiek rond waterkwantiteit en –kwaliteit, in samenwerking met het Waterbouwkundig Laboratorium. In 2003 werd voor volgende waterlopen aan een ecologische gebiedsvisie gewerkt: drukklaar maken en drukken rapporten Bovenschelde, Durme opvolging pilootprojecten: Bovenschelde, IJzer, Durme afwerken en drukklaar maken rapporten Toeristische Leie, Kanaal Gent-Brugge en Dender - verdere uitwerking van ecologische gebiedsvisies Moervaart en Durmekanaal, en Bergenvaart (kanaal VeurneSt.Winoxbergen). - inventarisatie van het studiegebied Gouden Leie en Leopoldskanaal. Activiteitenverslag per project: IJzer (Ann De Rycke (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Nevenactiviteiten - Deelname stuurgroepen/werkgroepen: ‘Vismigratie thv de Ganzenpoot’, ‘Scenarioberekingen natuurfunctie IJzer’, ‘Herstel Jaagpad en oevers langs de IJzer tussen Fintele en Roesbrugge’, Verkeersproblematiek Westhoek/doortrekking A18, Werkgroep ‘Ijzeroevers’ - Medewerking aan vergaderingen Bekkencomité IJzer: presentatie ‘Evaluatie van de NTMB-oevers langs de Ijzer tussen Diksmuide en Nieuwpoort’, Sectorale analyse Ijzerbekken - Medewerking en opvolging projecten AWZ/WWK: ‘aanleg van een natuurvriendelijke oever thv Mannekensvere, tussen Diksmuide en Nieuwpoort’ , Herstel Ijzeroevers Blankaartbekken, - Medewerking aan voorbereiding op te richten Natuurinrichtingsproject Blankaartbekken (VLM) Bovenschelde (Ann De Rycke (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Hoofdactiviteit: Drukklaar maken van de teksten en kaarten van het rapport ‘Verkennende ecologische gebiedsvisie voor de Bovenscheldevallei’ Nevenactiviteiten : - Deelname stuurgroepen/werkgroepen : ‘Bermbeheersplan kanaal Kortrijk-Bossuit’, ‘Mogelijkheden voor waterpeilverhoging in de Langemeersen’ olv de Provincie Oost-Vlaanderen, Natuurinrichtingsproject WestVlaamse Scheldemeersen (Projectcommissie) - Voordracht ‘Ecological vision for the Bovenscheldt’ in het kader van ‘River 21’ (grensoverschrijdend universitair samenwerkingsproject Frankrijk, Nederland, België) bij Afd. Bovenschelde Durme (Sophie Vermeersch (4/5) en Iris Verelst (1/5) Hoofdactiviteit: Drukklaar maken van de teksten en kaarten van het rapport ‘Verkennende ecologische gebiedsvisie voor de getijgebonden Durme’ en opmaken van CD-rom Dender (Sophie Vermeersch (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Hoofdactiviteit: - Aanvullingen en verbeteringen van de ‘gebiedsvisie voor de Dender’
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
-
17
Actualiseren van de juridische context Opstellen van Fotobijlage met terreinwerk Samenvatting van het rapport Voorbereiding van schetsen met terreinwerk Lay-outen van het rapport van de ‘gebiedsvisie voor de Dender’
Nevenactiviteiten: - Opvolging van de studie “zoetwaterbeheer tegen tekorten en tegen verdroging” - Opvolging van de sectorale analyse Dender in het kader van de bekkenwerking - Werkgroep bekkenbeheer Dender; opstellen van knelpunten en win-win situaties tussen de verschillende sectoren - Opstellen van een verkennende methodologie naar de impact van een peilverhoging op de Dender tussen Aalst en Denderleeuw Moervaart (Sophie Vermeersch (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Hoofdactiviteit: - Afwerking en lay-outen van de omgevingsanalyse Moervaart met kaartmateriaal - Historische beschrijving van het studiegebied - Voorbereiding tot potentie-analyse Nevenactiviteit: - Opvolgen van het project bebossing Vlaanderen (VEV) - Opvolgen van de regulariseringsproblematiek jachthaven Toeristische Leie (An Verboven (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Hoofdactiviteit: - Overleg scenario’s binnen IN en Aminal Natuur; aanvullingen en verbeteringen tekst en kaarten; begeleiden aanmaak landschapsschetsen, actualiseren juridische context, fotobijlage rapport maken, definitieve layout rapport en kaartenbijlage. - Voorstelling van de ‘Verkennende ecologische gebiedsvisie’ aan het directieteam AWZ Afd. Bovenschelde (7/5) Nevenactiviteit: Voordracht over ‘Mogelijkheden voor samengaan van landbouw en natuur in de praktijk’ op seminariereeks ‘Vanuit de rand’ van Steunpunt Duurzame Landbouw, UG 12/12/2003. Gouden Leie (An Verboven (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Hoofdactiviteit: - Terreinbezoeken overstromingsgebieden, meanders (met Bos en Groen), Leie (met AWZ Kortrijk) - Inleidende stuurgroepvergadering (2/3) - Voorbereiding terreinwerk : verdere aanmaak basiskaarten studiegebied, opvragen en doornemen bestaande studies. - Inventarisatie studiegebied, actualisatie BWK-kartering van het gedeelte Machelen-St.-Eloois-Vijve-Zeverenbeek - Digitaliseren oeververdediging Leie, oeverinventarisatie meanders, meersen ten tijde van Ferraris, eigen BWKkarteringen - Analyse floradatabank, inscannen oude foto’s. Nevenactiviteit: Deelname stuur- en werkgroepen: - Deelname stuurgroep Bermbeheersplan Afleidingskanaal Leie en Kanaal Roeselare Leie - Deelname stuurgroep Integraal Waterbeheer Gent (Rosdambeekvallei) - Vergadering AWZ voor inventarisatie en beheer Kaaimuren Kortrijk (02/12) Kanaal Gent-Brugge (Andy Van Kerckvoorde) Hoofdactiviteit: Finaliseren van het conceptrapport. Uitwerking van de natuurontwikkelingsscenario’s, de inrichtings- en beheersmaatregelen en de functie “natuur” binnen het studiegebied. Tekst herwerken naar de opmerkingen die werden geformuleerd tijdens de laatste stuurgroepvergadering (20/06). Fotobijlage maken, lay-outen en herwerken van de kaartenbijlage. Nevenactiviteit: Opvolgen studie getiteld ‘Ecologische inventarisatie en visievorming in het kader van integraal waterbeheer: stroomgebied van de Oude Kale’. Leopoldkanaal (Andy Van Kerckvoorde) Hoofdactiviteit: - Uitvoeren van veldwerk met de nadruk op een berm- en oeverinventarisatie.
18
-
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Verzamelen en aanvragen van gegevens in het kader van de omgevingsanalyse. Opmaken startnota en 1ste stuurgroepvergadering (28/10). Uitschrijven van een groot deel van de omgevingsanalyse.
Bergenvaart (Ann De Rycke (4/5) en Iris Verelst (1/5)) Hoofdactiviteit: - Veldwerk en verdere verwerking data, literatuuronderzoek, historische data-analyse, potentieanalyse, ontwikkeling van 2 inrichtingsvarianten voor de Bergenvaart - Voorbereiding van 2 stuurgroepvergaderingen (29/1 en 5/11) in het kader van de ‘Verkennende ecologische gebiedsvisie voor de Bergenvaart’ Limburgse kanalen (Sophie Vermeersch) Nevenactiviteit : Stuurgroepvergaderingen betreffende het opstellen van bermbeheersplannen voor de sectie Kanne-Genk van het Albertkanaal, het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten, het kanaal Bocholt-Herentals, het kanaal naar Beverlo en het kanaal Briegden -Neerharen Overleg en advisering: DE RYCKE A., DEVOS K., DEMAREST L. & GODDERIS W. Voorstel tot oeverherstel langs de IJzer ter hoogte van het Blankaartbekken. Advies van het IN (IN/A.2003/111) en Afd Natuur West-Vl. DE RYCKE A., DEVOS K., SAMAIN B., SAS M. & DECLEER K. A protection strategy for the floodplains of the river Yzer (Flanders, Belgium). Lezing en publicatie in de proceedings van het Ecofloodcongres. 6-13/9/2003, Warsawa, Polen. VERBOVEN A. An Ecological vision for the river Leie (focus on part ‘Tourist Leie’): Methodology and constraints. Posterpresentatie op congres Lowland River Rehabilitation 29/9-2/10, Wageningen, Nederland DE RYCKE A. & DEVOS K. Voorstel voor beplanting van de winterdijk ter hoogte van de nieuw aangelegde oeverzone te Mannekensvere, 8/10/2003, IN/A.2003/189. Publicaties en rapporten : VERMEERSCH S., VANDENBUSSCHE V., VAN DEN BERGH E. & DECLEER K. Verkennende ecologische gebiedsvisie voor de tijgebonden Durme. Rapport van het Instituut voor Natuurbehoud 2003.03. DE RYCKE A., DE KNIJF G. & DECLEER K. Verkennende ecologische gebiedsvisie voor de Bovenschelde. Rapport van het Instituut voor Natuurbehoud 2003.04. VAN KERCKVOORDE A., MARTENS L. & DECLEER K. 2003. Verkennende ecologische gebiedsvisie van het kanaal GentBrugge en omgeving. Conceptrapport mei 2003. Verslag IN. 2003.08. Coördinator: Kris Decleer, Wetenschappelijk attaché Medewerkers die bijdragen tot dit project: Ann De Rycke, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Andy Van Kerckvoorde, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) An Verboven , Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Iris Verelst, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor natuurbehoud AWZ budget) Sophie Vermeersch, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud AWZ budget) Kris Decleer, Wetenschappelijk attaché (Instituut voor Natuurbehoud) Contactpersoon AWZ: Nathalie Devaere (AWZ, Afdeling Beleid Havens, Waterwegen en Zeewezen)
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
19
3 Financieel overzicht Tabel 3.1 : Overzicht van budgettaire overdrachten van AWZ naar IN (in miljoen bf en Euro)
Totaal
11.04 personeel
12.03 werking
74.02 investering
Via 12.05
1996 (bf)
5.9
0.7
1.7
3.5
5.9
1997 (bf)
16
11.7
3.3
1.0
5.9
1998 (bf)
19.8
15.4
3.3
1.1
19.8 21.8 23.8 589987 589987 589987
15.4 16.7 18.3 453645 453645 453645
3.3 3.6 3.9 96678 96678 96678
1.1 1.5 1.6 39663 39663 39663
1999 (bf) 2000 (bf) 2001 (bf) 2002 (€) 2003 (€) 2004 (€) (projectie)
In tabel 3.1 wordt een overzicht gegeven van de middelen die sinds 1996 door AWZ ter beschikking werden gesteld van de onderzoeksprojecten. De bedragen worden uitgedrukt in Belgische frank of Euro, afhankelijk van het wettelijk betaalmiddel op dat ogenblik. Tot 2001 groeide het budget gestaag tot 23.8 miljoen bf, met de toename van het aantal projecten. Vanaf 2001 blijft het budget constant, en werd een wisselend pakket van projecten uitgevoerd.
20
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Tabel 3.2 : Aanwending van de middelen in 2003 (in Euro)
Project
Schelde
(*) Totaal kost
Budget in overeenkomst volgens artikel 11.04 12.03 74.02 personeel werking investering
Personeel Totaal
179022
155677.
30987
10164
59252
55000
7500
2500
Ecologische gebiedsvisies
228790
230000
11500
11500
Totaal
467064
436463
49987
24164
253000 Sophie Vermeersch Ann De Rycke Andy Van Kerckvoorde Ann Verboven Iris Verelst 510614
Voorziene overdracht begroting
453645
453645
96678
39663
589987
Verschil
-13418
17182
46691
15499
79373
Maas
Voorziene saldo
196828 Ingrid Verbessem Nico De Regge Jan Soors Erika Van den Bergh 65000 Stijn Vanacker
48772
(*)¨Opm: Reële personeelskosten, inclusief bijkomende kosten voor Instituut voor Natuurbehoud sinds 2003. Een unilaterale beslissing van LIN leidde ertoe dat een reeks kosten nu door het Instituut zelf moeten worden gedragen, daar waar deze vroeger door de Algemene Middelen van LIN/AAD werden gedragen. Deze kosten hebben betrekking op algemene werking (bureaubenodigdheden, telefonie etc. ), reis en verblijfkosten, vorming en verbruikskosten. Deze kosten worden berekend op € 5500 per jaar per persoon. Met deze kosten kon bij de opmaak van de contracten geen rekening worden gehouden, gezien dit een nieuwe ontwikkeling is.
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
21
Bovenstaande tabel bevat enerzijds de budgetten die in de overeenkomsten tussen het IN en AWZ zijn opgenomen voor de verschillende studies. Anderzijds werden de reële personeelskosten in de eerste kolom opgenomen. De werkings- en investeringskosten werden niet per project bijgehouden. De werkingskosten hadden betrekking op kosten voor reproductie van rapporten, gebruik van centrale computerinfrastructuur, huur van licenties software, gebruik dienstwagens, analyses van water en bodem, en overheadkosten. Het investeringsbudget werd besteed voor de aankoop van wetenschappelijke apparatuur zowel voor het veld als voor het labo, computers, organisatie werkplek en labo. Het belangrijkste gedeelte van het beschikbare budget werd besteed aan personeelskosten van contractuele medewerkers: in 2003 ongeveer 70 %. Het overschot aan middelen dat blijkt uit tabel 3.2 compenseert door de tekorten die over werkingsjaar 2002 werden vastgesteld en die door het IN werden gedragen. In de becijfering worden verder de tijdsbestedingen van niet op AWZ middelen aangeworven contractuele en statutaire medewerkers niet begroot; deze worden geraamd op 2.5 VTE, wat beduidend meer is dan het zgn. ‘overschot’. In 2004 zullen naar alle waarschijnlijkheid dezelfde projecten worden voorgezet. De budgettaire situatie is vergelijkbaar met 2003, evenals de eigen inbreng door het IN. Dit bevestigt de toegevoegde waarde van de projecten voor beide partijen.
22
Samenwerking IN-AWZ Activiteitenverslag 2003
Tabel 3.3 : Raming besteding van de middelen in 2004 (in Euro)
Project
Schelde
Totaal kost (*)
Budget in overeenkomst volgens artikel Totaal 11.04 12.03 74.02 personeel werking investering
Personeel
180029
157164
30987
59252
55000
7500
Ecologische gebiedsvisies
235254
230000
11500
Totaal
474535
436463
49987
11500 253000 Sophie Vermeersch Ann De Rycke Andy Van Kerckvoorde Ann Verboven Iris Verelst 24164 510614
Voorziene overdracht begroting
453645
453645
96678
39663 589987
Verschil
-20889
17182
46691
15499
Maas
Voorziene saldo
(*) zie opmerking tabel 3.2
10164 198315 Ingrid Verbessem Nico De Regge Jan Soors Erika Van den Bergh 2500
65000 Stijn Vanacker
79373
41301