“Samen voor goed onderwijs”
Z ORGPLAN 2013-2014
Janny Zondervan
Intern begeleider
Definitieve versie oktober 2013
29-10-2013
Algemeen
3
Visie:
3
Onderwijskundige visie:
4
De school organisatie:
4
Taakverdeling met betrekking tot de zorg
5
De leerkracht
5
De intern begeleider
5
De (rugzak)leerling begeleider
7
De schoolleiding
7
ZORGSTRUCTUUR OP DE RIETLANDEN
8
De toetskalender
8
Zorgniveaus
9
Niveau 1: Zorg op groepsniveau, klassenorganisatie
9
Niveau 2: Extra zorg in de groep, groepsplannen
9
Niveau 3: Speciale zorg, ontwikkelingsperspectief (OPP)
10
Niveau 4: Groot zorgteam, zorg door externen
12
Niveau 5: Ander Passend Onderwijs
12
Werkwijze per vakgebied
13
Adaptief onderwijs
13
Levensbeschouwing / geestelijke stroming
13
Begrijpend lezen
13
Rekenen
14
Spelling
15
(Technisch) Lezen
15
Dyslexie
15
Schrijven
16
Zaakvakken
16
Engels
16
Computergebruik
16
REGISTRATIE
18
De klassenmap
18
De Leerlingenmap
18
Het leerling-dossier
19
Het digitale leerling-dossier
19
Oudergesprekken (digitale map)
19
Groeps-leerling-besprekingen (digitale map)
19
Het leerlingvolgsysteem op de Rietlanden
20
1
29-10-2013
Doel van het leerlingvolgsysteem
20
Hoe signaleren?
20
Sociaal-emotionele ontwikkeling
21
Begaafde kinderen
21
De speciale zorg voor kinderen
21
Samenwerkingsverband Volendam/Marken
21
Procedure bij het volgen van de leerlingen/groepsbesprekingen
22
Groot Zorgteam bespreking
22
Checklijst bij de overgang van groep 2 naar groep 3 voor kinderen die 6 jaar worden in de periode september tot en met december. 23 HGW / Zorgroute Waterland
24
2
29-10-2013
ALGEMEEN Visie: De Rietlanden gaat per 1-1-2014 deel uit maken van de Stichting Confessioneel Onderwijs Waterland. De Rietlanden is een Protestants Christelijke school. Wij vinden het belangrijk dat:
Kinderen zich thuis voelen op onze school Kinderen het als prettig ervaren te kunnen presteren op hun eigen niveau Kinderen uitdagingen tegenkomen Wij als school de kinderen ondersteunen en hen hiermee het vertrouwen geven in hun eigen kunnen.
Het adaptief onderwijzen is ons uitgangspunt:
Relatie: welkom zijn, kinderen voelen zich veilig in hun omgeving Competentie: voor vol worden aangezien, kinderen worden op hun eigen niveau aangesproken. Autonomie: ruimte krijgen, kinderen leren eigen keuzes maken, verantwoording te dragen, beslissingen te nemen en te organiseren. Deze kernbegrippen laten wij in ons onderwijs vooral tot zijn recht komen in onze manier van onderwijzen / begeleiden en de manier waarop onze leerlingen ‘leren’.
3
29-10-2013
Onderwijskundige visie: Goed onderwijs is het bieden van passend, kwalitatief goed onderwijs binnen een leefgemeenschap tussen volwassenen en kinderen die elkaar respecteren, waarderen en vertrouwen en vanuit dat vertrouwen elkaar verantwoordelijkheden durven te geven. Wij treffen voorzieningen voor leerlingen die moeilijkheden ondervinden om hun leer- en ontwikkelingsproces goed te laten verlopen. Met deze voorzieningen willen wij er voor zorgen dat elke leerling van de Rietlanden een doorgaande ontwikkeling doormaakt die recht doet aan deze leerling. Wij bieden onze leerlingen adaptief onderwijs aan en differentiëren binnen ons onderwijs op verschillende niveaus. De instructies worden ‘effectief aangeboden’ en er is veel ruimte om je als leerling te ontwikkelen op je eigen niveau.
De school organisatie: De Rietlanden heeft de laatste jaren een leerlingenaantal van rond de 170 leerlingen. De leerlingen zijn verdeeld in zogenaamde ‘jaargroepen’. Sommige jaargroepen zitten in combinatiegroepen. Op dit moment zijn er de volgende groepen: Groep 1 en 2 (dit wordt vanaf februari 2014 groep 1) Groep 3 (dit wordt vanaf februari 2014 groep 2 en 3) Groep 4 Groep 5 en 6 Groep 6 en 7 Groep 8
4
29-10-2013
TAAKVERDELING MET BETREKKING TOT DE ZORG De leerkracht De belangrijkste taak op onze school is weggelegd voor de leerkracht. De leerkracht is de spil van de zorg voor uw kind. Welke kwaliteiten vragen wij van onze collega’s om deze zorgtaak te kunnen vervullen? L:\Zorgplan\Competenties leerkrachten, sept. 2013.docx De leerkracht: geeft de leerlingen voldoende tijd en gelegenheid tot leren is duidelijk op de hoogte van en gebruikt onderwijskundig verantwoorde methoden. stelt duidelijke (minimum) doelen geeft effectieve instructie en verwerking voert een klassenmanagement hanteert een leerlingvolgsysteem schept een positief werkklimaat hanteert een flexibele klassenorganisatie werkt samen met collega’s, vraagt om hulp indien nodig evalueert regelmatig de vorderingen van de leerlingen signaleert een leerling die opvalt in zijn ontwikkeling en/of leervorderingen. Kan, eventueel in overleg met de intern begeleider, de juiste toets- en observatieinstrumenten kiezen en toepassen de uitkomsten van deze toets en observatie helder kunnen weergeven (verslag doen) een diagnose kunnen stellen een handelingsplan (betreffende een individueel kind of een groep) kunnen opstellen en uitvoeren De uitvoering van dit plan kunnen evalueren
De intern begeleider De intern begeleider is onder verantwoordelijkheid van de directeur belast met het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling van het bovenschoolse zorgbeleid, de coördinatie en uitvoering van het zorgbeleid in de school, de begeleiding van leraren en is verantwoordelijk voor professionalisering. https://www.google.nl/?gws_rd=cr&ei=kGNBUrr7FdLT4QT3oYHgAQ#q=competenties+intern+begele ider+PO Resultaatgebieden 1. Bijdrage beleidsvoorbereiding bovenschoolse zorgbeleid. analyseert de zorgactiviteiten, toetsresultaten en leerling-besprekingen en werkt op basis daarvan didactische leerlijnen uit adviseert de directeur bij het ontwikkelen van onderwijs- en zorgbeleid in de school en het bovenschoolse zorgbeleid adviseert de directeur t.a.v. de aanname van nieuwe (zorg)leerlingen vertegenwoordigt de school in intern en extern overleg over zorgbeleid stelt het bovenschools en schoolspecifiek zorgplan op levert een bijdrage aan de evaluatie van het zorgbeleid in de school, bij de werkgever en in het samenwerkingsverband 2. Coördinatie en uitvoering zorgbeleid in de school draagt zorg voor opzet en uitwerking van het leerlingvolgsysteem volgens afspraken in het zorgplan stelt op basis van het zorgbeleid de jaarlijkse toetskalender op, bewaakt de uitvoering en verzamelt toetsgegevens en/of groepsoverzichten organiseert onderzoek en speciale hulp m.b.t. zorgleerlingen, zorgt voor dossiervorming t.b.v. zorgleerlingen
5
29-10-2013
ontwikkelt procedures, protocollen en afspraken m.b.t. leerlingenzorg en bewaakt deze is voorzitter bij leerling-besprekingen met de ambulant begeleider, groepsbesprekingen en het zorgoverleg en bereidt de bijeenkomsten voor coördineert aanmeldingen en verwijzingen van leerlingen organiseert en neemt deel aan intern en extern overleg m.b.t. zorgleerlingen coördineert activiteiten m.b.t. schoolverlaters, bewaakt de procedure van aanmelding voor het leerwegondersteunend (LWOO) en praktijkgericht onderwijs (PRO) coördineert de terugplaatsing van leerlingen vanuit het speciaal onderwijs in het basisonderwijs
3. Begeleiding leraren draagt kennis over leerlingenzorg over ondersteunt bij het zoeken van lesmateriaal voor remedial teaching adviseert over zorgleerlingen, didactische vragen, e.d. en organiseert collegiale consultatie begeleidt en coacht bij het analyseren van gegevens over de ontwikkeling van leerlingen, het opstellen en uitvoeren van handelings-/groepsplannen en het bewaken van het vervolg daarop begeleidt en coacht in het afnemen van eenvoudige diagnostische toetsen en het invullen van observatieformulieren observeert klassensituaties teneinde advies te geven voor aanpak van een zorgleerling ondersteunt in de contacten met ouders/verzorgers van zorgleerlingen 4. Professionalisering houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie bestudeert relevante vakliteratuur
Bevoegdheden, kader & verantwoordelijkheden Beslist bij/over: het analyseren van de zorgactiviteiten, toetsresultaten en leerling-besprekingen en het op basis daarvan uitwerken van didactische leerlijnen, het opstellen van het bovenschools en schoolspecifieke zorgplan, het zorg dragen voor opzet en uitwerking van het leerlingvolgsysteem volgens afspraken in het zorgplan, het observeren van klassensituaties teneinde advies te geven aan leraren voor aanpak van een zorgleerling. Kader: het zorgplan en beleidslijnen van de school. Verantwoording: aan de directeur van de school voor wat betreft de kwaliteit van de bijdrage aan de ontwikkeling van het bovenschoolse zorgbeleid, van coördinatie en uitvoering van het zorgbeleid in de school, van begeleiding van leraren en van de professionalisering. Kennis en vaardigheden algemeen theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de school vaardigheid in het coachen en begeleiden van leraren vaardigheid in het gebruik van relevante gesprekstechnieken vaardigheid in het motiveren van anderen vaardigheid in het opzetten van plannen en het geven van adviezen. Contacten met leraren over de begeleiding van zorgleerlingen om af te stemmen met leraren over de ondersteuningsvraag en de begeleiding van leerlingen om afspraken te maken met externe organisaties over de begeleiding van zorgleerlingen om overleg te voeren en af te stemmen
6
29-10-2013
met bovenschoolse organisaties (SWV en Platform WSNS) en netwerkcontacten van intern begeleiders over het bovenschoolse zorgbeleid om af te stemmen met de directie over de kaders waarbinnen de leerlingenzorg plaats moet vinden om te adviseren
De (rugzak)leerling begeleider Onze leerlingen worden in sommige gevallen mede ondersteund door de leerling begeleider. Haar taken zijn: het ondersteunen van de leerkracht bij het uitvoeren van een handelingsplan voor de zogenaamde rugzakleerlingen verslag uitbrengen naar de leerkracht van de vorderingen en evaluatie van het handelingsplan het onderhouden van haar specialistische kennis van remedial teaching en preteaching. het onderhouden van de contacten met collega’s uit het speciaal onderwijs en/of de Ambulant Begeleiders van de verschillende REC’s. (Regionaal Expertise Centrum)
De schoolleiding De schoolleiding heeft als taak om het onderwijs zo optimaal mogelijk te laten verlopen. De taken zijn: http://www.schoolleidersregisterpo.nl/beroepsstandaard/basiscompetenties/
schept een positief (werk)klimaat voor leerlingen, leerkrachten en ouders een schooloverzicht (van leerling-ontwikkelingen) op teamniveau bespreken mede op basis van de groepsoverzichten het ondersteunen van de intern begeleider bij het maken van- en de analysering van een trendanalyse uit de gegevens van het leerlingvolgsysteem het stellen van een schooldiagnose, in overleg met de intern begeleider op basis van de LOVS gegevens een (aangepast) onderwijsaanbod (doen) uitvoeren en laten evalueren het bewaken van de continuïteit van het leerlingvolgsysteem en de schoolverbetering
7
29-10-2013
ZORGSTRUCTUUR OP DE RIETLANDEN De zorgstructuur heeft tot doel de leerkrachten te ondersteunen bij het uitvoeren van handelingen met betrekking tot de zorg. Met andere woorden: het geeft aan hoe te handelen als een leerling zich onvoldoende ontwikkelt.
De toetskalender Jaarlijks wordt door de intern begeleider de toetskalender opgesteld. De toetskalender L:\2013-2014\Toetskalender 2013-2014.pdf is leidend in onze zorgroute van waarnemen begrijpen plannen realiseren. In de toetskalender is het schooljaar in 4 periodes verdeeld: Periode 1: In de eerste twee weken van het schooljaar worden de groepsplannen vastgesteld. Aan het einde van de periode worden de op CITO IV/V scorende kinderen tussentijds teruggetoetst (waarnemen), aansluitend worden deze resultaten alsmede de resultaten van de methodegebonden toetsen en groepsobservaties geëvalueerd door leerkracht en intern begeleider (begrijpen). De groepsplannen en evt. handelingsplannen voor wat betreft de kinderen die op de CITO toetsen IV /V scoren worden indien nodig bijgesteld naar aanleiding van de evaluatie (plannen). Tenslotte bespreekt de intern begeleider de toetsresultaten van CITO-LOVS in een plenaire teamvergadering. Periode 2: Het bijgestelde plan wordt gerealiseerd in de groep. Aan het einde van deze periode worden de Mtoetsen van CITO LOVS afgenomen. De M-toetsen van het Cito LOVS en de groepsplannen worden hierna geëvalueerd en besproken door leerkracht(en) en intern begeleider. Na evaluatie en bespreking van het groepsplan worden nieuwe groepsplannen opgesteld voor de tweede helft van het schooljaar. Tenslotte bespreekt de intern begeleider de toetsresultaten van CITO-LOVS in een plenaire teamvergadering. Periode 3: Als periode 1 Periode 4: Het nieuwe plan wordt gerealiseerd in de groep. Aan het einde van deze periode worden de Etoetsen van CITO LOVS afgenomen. De E-toetsen van het Cito LOVS en de groepsplannen worden hierna geëvalueerd en besproken door leerkracht(en) en intern begeleider. Na evaluatie en bespreking van het groepsplan worden nieuwe groepsplannen opgesteld voor het nieuwe schooljaar (zie boven). De evaluatie wordt in het groepsplan in rood aangegeven. Het groepsplan wordt vòòr de laatste schooldag van het lopende schooljaar door de huidige en nieuwe groepsleerkracht samen, op basis van de groepssamenstelling en het aangeleverde “didactische groepsoverzicht”, opgesteld. Deze groepsplannen worden opgeslagen in: Server computer Leraren Zorgstructuur groep. In de eerste twee weken van het nieuwe schooljaar reageert de IBer op de groepsplannen en bespreekt zo nodig de reacties met de groepsleerkracht. Na deze bespreking worden de groepsplannen vastgesteld en voor de directie beschikbaar gesteld. Tijdens de groepsbesprekingen staan o.a. de volgende vragen, die voorafgaande aan de evaluatie door de leerkracht middels het formulier Evaluatie formulier groepsbesprekingen CBS De Rietlanden.docx zijn beantwoord centraal: Zijn de geplande activiteiten afgerond? Zijn de vooraf gestelde doelen behaald?
8
29-10-2013
Wat zijn oorzaken voor het wel of niet behalen van de doelen? Welke aanpassingen zijn er in het volgende groepsplan nodig? Zijn de onderwijsbehoeften van de gesignaleerde leerlingen duidelijk? Bij welke kinderen moeten de onderwijsbehoeften nader bekeken worden of is verder onderzoek nodig om die onderwijsbehoefte helder te krijgen? Tegen welke problemen loopt de leraar aan bij het differentiëren binnen de groep? Heeft de leraar hierbij ondersteuning nodig?
Groepsplannen kùnnen zo nodig tussentijds worden geëvalueerd. De wijzigingen worden in groen aangegeven. Tenslotte bespreekt de intern begeleider de toetsresultaten van CITO-LOVS in een plenaire teamvergadering. In deze vergadering worden onderstaande punten besproken: Groepsgemiddelde per groep doorspreken leraar schetst het groepsprobleem leerkracht schetst voorgenomen aanpak op groepsniveau suggesties teamleden afspraken worden vastgelegd Schoolresultaten IB-er schetst stand van zaken IB-er schetst voorgenomen aanpak Suggesties teamleden Afspraken worden vastgelegd In de tweede helft van schooljaar 2013/2014 zullen we ook een analyse van de meerjarenopbrengsten en schoolstandaarden ontwikkelen met betrekking tot de opbrengsten.
Zorgniveaus De zorgstructuur op de Rietlanden is opgebouwd uit 5 niveaus van zorg. De verschillende niveaus sluiten op elkaar aan. Terugspringen in de niveaus is eveneens mogelijk. Niveau 1: Zorg op groepsniveau, klassenorganisatie Op dit niveau speelt de leerkracht een centrale rol. Hij/zij speelt in op grote en kleine problemen die uit het dagelijks onderwijs voortvloeien. De leerkracht neemt vooral ook maatregelen waarmee problemen van leerlingen worden voorkomen (preventie). In de beschrijving van de klassenorganisatie, welke zich in de klassenmap van iedere klas bevindt, wordt een omschrijving van de groep en het pedagogisch klimaat gegeven middels het formulier Didactisch - Pedagogisch overzicht \\Dkn3-server0409\leraren$\Zorgplan\Bijlagen zorgplan 20132014\Didactisch-pedagogisch groepsoverzicht_groep_1-2 leeg.docx en L:\zorgstructuur\Zorgstructuur\Zorgformulieren (LEEG)\Didactisch-pedagogisch groepsoverzicht 3-8 leeg.doc Niveau 2: Extra zorg in de groep, groepsplannen Op de Rietlanden wordt gewerkt met groepsplannen voor de vakgebieden rekenen, spelling, technisch en begrijpend lezen. Werken met een groepsplan betekent dat er activiteiten voor de hele groep, voor subgroepen en indien nodig voor individuele leerlingen zijn opgenomen. Uitgangspunt bij het opstellen van groepsplannen zijn de onderwijsbehoeften van leerlingen op pedagogisch en didactisch gebied. Indien een leerling op een bepaald vakgebied uitvalt, maar d.m.v. bijvoorbeeld verlengde instructie of aangepaste werkvormen de lesstof van de groep kan volgen, wordt de extra zorg voor deze leerling opgenomen in het groepsplan. Wanneer valt een leerling uit?
9
29-10-2013
Een leerling valt uit als: methodegebonden toetsen onvoldoende worden gescoord Cito-toetsen op IV of V niveau worden gescoord AVI leesniveau niet op niveau is Twee keer per jaar wordt in groepsplannen per vakgebied aangegeven wat het concrete aanbod voor een groep is. De groepsplannen worden op basis van de laatste groepsbespreking door de groepsleerkracht opgesteld. In een groepsplan wordt verwezen naar de leer- en ontwikkellijnen per vakgebied. Verder stelt de leerkracht per leerling doelen op basis van de vaardigheidscores (streefdoelen) http://www.sbzw.nl/pages/114/Cito-vaardigheidsscores.html?idl=135&idr=276 Voor het opstellen van het groepsplan wordt het format ‘groepsplan de Rietlanden’ L:\zorgstructuur\Zorgstructuur\Zorgformulieren (LEEG)\format groepsplan De Rietlanden.doc gebruikt. Criteria voor plaatsing in subgroepen: Instructie onafhankelijke groep : meer dan een half jaar voorsprong ( I/I+) bij resultaten van de methode-onafhankelijke toetsen Instructie afhankelijke groep (IV/V) : onder de ondergrens onderwijsinspectie ( Analyse en waardering onderwijsinspectie ) bij resultaten van de methode-onafhankelijke toetsen Instructie gevoelige groep (II/III): kinderen die niet vallen onder instructie onafhankelijk of instructie afhankelijk . Medebepalend voor plaatsing in een subgroep zijn de observatie van de leerkracht van o.a. werkhouding, resultaten methodegebonden toetsen en andere belangrijke factoren die het leerproces bepalen. De leerkracht is eigenaar van de zorg in de klas. Hij /zij brengt de andere onderwijsbehoeften ( pedagogisch didactisch overzicht) en resultaten methode gebonden toetsen in kaart. Hij/zij beslist in samenspraak met de intern begeleider op basis van criteria voor plaatsing in subgroepen tot plaatsing in de definitieve subgroep. Niveau 3: Speciale zorg, ontwikkelingsperspectief (OPP) Voor kinderen met zeer specifieke onderwijsbehoeften wordt een OPP opgesteld, waarvan het Individueel Handelingsplan of een verwijzing naar het groepsplan deel uitmaakt. Het gaat hierbij om leerlingen die eind groep 8 maximaal het eindniveau van groep 6 halen (op één of meerdere vakgebieden) als gevolg van
cognitieve belemmeringen sociaal-emotionele belemmeringen (bv. werkhouding, motivatie, faalangst) een specifieke stoornis of beperking (bv. ADHD of lichamelijke beperking. Doorgaans LGF leerlingen) een verwachte uitstroom naar PRO (Praktijkgericht onderwijs), VSO (Voortgezet speciaal onderwijs)of LWOO (Leerwegondersteunend onderwijs). ernstige lees- en/of rekenproblemen
Alleen indien de problemen van een kind te complex zijn voor het groepsplan, wordt er een individueel handelingsplan opgesteld. L:\zorgstructuur\Zorgstructuur\Zorgformulieren (LEEG)\format individueel handelingsplan De Rietlanden.doc In dit handelingsplan wordt alle speciale begeleiding van een leerling beschreven. Dit geldt voor didactische problemen, maar ook voor sociaal-emotionele en motorische problemen. Een handelingsplan wordt opgesteld door de groepsleerkracht, eventueel met hulp van de interne begeleider. Het handelingsplan wordt toegevoegd aan het digitale leerling-dossier en vermeld als aparte aanduiding onderaan het groepsplan. De uitvoering van het OPP of individueel handelingsplan is terug te vinden in de dagelijkse planning van de leerkracht .
10
29-10-2013
De groepsleerkracht heeft een kopie van het plan in de leerlingenmap. De voor het plan verantwoordelijke personen zien erop toe dat de evaluatie op voorgenomen datum plaatsvindt. De resultaten van de evaluatie worden bij het handelingsplan gevoegd. Ouders worden altijd op de hoogte gesteld wanneer een handelingsplan voor hun kind wordt opgesteld en er vindt zo nodig een gesprek plaats. Na de evaluatie krijgen ouders eveneens bericht van het bereikte resultaat en het vervolg daarvan. De persoon die het handelingsplan opstelt, draagt zorg voor de informatieverstrekking aan ouders. Na eventueel verder onderzoek door de intern begeleider kan de leerkracht, met behulp van de adviezen uit de groepsbespreking of een tussentijds overleg, extra hulp bieden aan leerlingen in de vorm van bijvoorbeeld extra instructie en oefening, individueel of in een kleine groep. Deze hulp wordt binnen de klassensituatie gegeven. Het inzetten van extra remediërend materiaal of extra instructie/ eerder loslaten behoort tot de mogelijkheden. De leerkracht noteert in het handelingsplan van het ontwikkelingsperspectief wat hij extra doet en informeert de ouders. Na evaluatie van de extra begeleiding van de leerkracht in de klas, voor een periode van 8-10 weken, kan blijken dat meer of andere hulp nodig is. De leerkracht bespreekt de evaluatiegegevens met de IB-er. Mochten de maatregelen tot het gewenste resultaat leiden, dan gaat de leerling terug naar niveau 1 of 2 of blijft het in niveau 3 en worden de ouders daarover geïnformeerd. Wanneer de resultaten niet tot het gewenste resultaat leiden, gaat de leerling door naar niveau 4, het Groot Zorgteam. Er wordt aan de ouders toestemming gevraagd voor bespreking in het Zorgteam en bespreking met ambulant begeleider L:\Zorgplan\toestemmingsformulierouders AB, versie juni 2013.docx De Rietlanden bepaalt voor alle leerlingen met zeer specifieke onderwijsbehoeften een onderbouwd en realistisch ontwikkelingsperspectief. Het ontwikkelingsperspectief is nodig als basis voor het plannen van het leerstofaanbod en het volgen van de ontwikkeling van de leerling. De Rietlanden leidt hiervan tussendoelen (korte termijn doelen) af, die vervolgens leidend zijn voor het leerstofaanbod en het volgen van de vorderingen ( eigen leerlijn). Deze eigen leerlijn bevat dus: een ontwikkelingsperspectief voor het betreffende vakgebied dat is bepaald aan de hand van het verwachte uitstroomniveau van de leerling; tussendoelen die bepaald zijn aan de hand van het ontwikkelingsperspectief; een beredeneerd, gepland aanbod dat is bepaald op basis van de tussendoelen. Na elke periode (zie toetskalender) wordt de werkwijze geëvalueerd waarbij volgende vragen worden beantwoord: 1. Zijn de vooraf gestelde doelen in het plan wel of niet gerealiseerd? 2. Hebben de in het handelingsplan genoemde verantwoordelijken de afspraken in het plan uitgevoerd? 3. Blijkt uit de desbetreffende administratie dat er consequent is gewerkt aan de uitvoering van het handelingsplan? De evaluatie leidt altijd tot een beslissing over de verdere voortgang (bijvoorbeeld: herhaling, nieuw onderzoek, aansluitend handelingsplan, regulier programma). Tevens wordt gekeken of de uitkomst gevolgen heeft voor het eindperspectief van de leerling zoals dat door de school en de ouders/verzorgers werd vastgesteld. Voor het opstellen van het OPP wordt het OPP format \\Dkn3-server0409\leraren$\Zorgplan\Bijlagen zorgplan 2013-2014\SBZW format OPP september 2013.docx gebruikt.
11
29-10-2013
Niveau 4: Groot zorgteam, zorg door externen De intern begeleider brengt het kind in, voor overleg in het groot zorgteam (zie beschrijving groot zorgteam op pag. 20). Aanvullende handelingen voor de leerling worden besproken. Dit kunnen zijn: Onderzoek door de psycholoog, schoolarts, logopedist, etc. Overleg met een schoolmaatschappelijk werkster, gezinsbegeleider, e.d. Overleg met, of observatie door de consulent onderwijs De evaluatie van de aanvullende handelingen in het groot zorgteam, op een afgesproken tijdstip, leidt tot een voortgangsbeslissing. Dit zou onder ander kunnen leiden tot een bouwverlenging of het aanvragen van Ambulante Begeleiding. (zie Extra voorzieningen (“rugzakje”). Ook hier kunnen de maatregelen leiden tot het teruggaan naar een eerder niveau of leiden naar niveau 5: ander passend onderwijs. Van de te nemen stappen binnen het Zorgteam worden ouders op de hoogte gesteld door de intern begeleider. Extra voorzieningen (“rugzakje”): Per 1 augustus 2003 is het door de Wet op de Expertise Centra mogelijk geworden om kinderen, die aangewezen zijn op extra voorzieningen (“rugzakje”) onder voorwaarden te plaatsen binnen het primair onderwijs in de buurt. Het betreft kinderen die extra voorzieningen nodig hebben voor de ontwikkeling op visueel, motorisch en taal/spraak gebied. Maar ook langdurig zieke kinderen, zeer moeilijk lerende kinderen en kinderen met een neurologische aandoening of andere stoornissen. We volgen hierbij het “stappenplan Leerling Gebonden Financiering in het Primair Onderwijs”. L:\Zorgplan\infobrief_ouders_rec_-po_sept_2005.docx Niveau 5: Ander Passend Onderwijs Het kan zijn dat de conclusie van het Groot Zorgteam luidt dat de grenzen van de zorg van De Rietlanden zijn bereikt. Voor deze leerling zijn wij dan niet in staat om passend onderwijs aan te bieden. Het basisaanbod van de Rietlanden zal voor augustus 2014 beschreven staan in het kader van ‘Kind op de gang’. Na bespreking in het Groot Zorgteam wordt er dan samen met de ouders en de Intern Begeleider een onderwijskundig rapport ingevuld en een aanvraag voor verwijzing gedaan bij het zorgplatform. Dit is een regionale commissie die voor geheel Waterland functioneert en als taak heeft om na te gaan of de basisschool voldoende heeft gedaan om het kind te helpen. In het Onderwijskundig Rapport wordt een zo volledig mogelijk beeld gegeven van de ontwikkelingsgeschiedenis van de leerling. Er wordt zo duidelijk mogelijk een antwoord gegeven op de vraag waarom de school niet meer in staat is om aan te sluiten bij de didactische en pedagogische behoeften van het kind. Het Onderwijskundig Rapport wordt gedragen door alle leden van het zorgteam. Dat wil zeggen: allen dragen verantwoordelijkheid voor de kwaliteit. Alle leden van het Zorgteam ondertekenen het preadvies van het zorgplatform (ZAT) .waarna het rapport wordt opgestuurd naar de Permanente Commissie Leerlingenzorg gaat. Als ook de PCLZ (Permanente commissie leerlingenzorg) van mening is dat de school voldoende hulp heeft geboden en aan alle voorwaarden heeft voldaan, kan het kind worden aangemeld bij één van de scholen voor speciaal basisonderwijs. De ouders worden in alle stadia van dit ingrijpende proces geïnformeerd over de stand van zaken door onze intern begeleider. Ook bij het afleggen van eventuele bezoeken aan scholen voor speciaal basisonderwijs, zal de intern begeleider de ouders ondersteunen, bijvoorbeeld door mee te gaan. Overigens is het zo dat de ouders uiteindelijk de beslissing nemen of een verwijzing al dan niet doorgaat.
12
29-10-2013
WERKWIJZE PER VAKGEBIED Adaptief onderwijs Het werken met weektaken is op de Rietlanden volop in ontwikkeling. We hebben onszelf als doel gesteld dat het werken met weektaken in schooljaar 2014/2015 geïmplementeerd is. Binnen de bouwvergaderingen zal het werken met weektaken regelmatig besproken en geëvalueerd worden. Elke groep heeft een weektaak. De weektaak wordt opgeslagen op de server onder: computer leraren weektaken en dan de groep. Leerlingen met een eigen programma krijgen een eigen weektaak. Elke dag wordt het werk wat afgemaakt is aangekruist/ingekleurd door de leerling. Aan de hand van de weektaken maken de leerkrachten een weekplanning. De weekplanning wordt ook opgeslagen op de server onder: computer leraren weekplanning en dan de groep. In groep 1 en 2 wordt gestart met een groepsweektaak. In groep 3 wordt dit opgebouwd met een individuele weektaak voor lezen met de pictogrammen vanuit de methode ‘Veilig leren lezen’. Na de herfstvakantie volgt er een verdere opbouw en vanaf de kerstvakantie werkt groep 3 met de weektaak waarmee de groepen 4 t/m 8 ook werken voor lezen en rekenen. In alle klassen staat het dagprogramma en de doelen op het bord. In de onder/middenbouw aan de hand van pictogrammen. Er is in iedere klas een instructietafel aanwezig. Deze is altijd vrij voor instructie of verlengde instructie. De lessen worden interactief gegeven waarbij kinderen zelf verantwoordelijk worden gemaakt. De leerkracht loopt de zogenaamde vaste ‘GIP’ ronde \\Dkn3-server0409\leraren$\Zorgplan\Bijlagen zorgplan 2013-2014\GIP-rondes.docx, zodat de kinderen weten wanneer de leerkracht bij hen langs komt. Er wordt gebruik gemaakt van het visueel gemaakte GIP-schema in combinatie met de ‘timetimer’. Er wordt gewerkt met uitgestelde aandacht via de dobbelsteen zelfstandig werken. Elke klas maakt verder gebruik van de geluidsladder en de picto’s Zelfstandig Werken. Middels de kijkwijzer van de SBDZW L:\Zorgplan\observatielijst Rietlanden Petra.docx wordt door middel van klassenobservaties het leerkrachthandelen op niveau gehouden en getoetst.
Levensbeschouwing / geestelijke stroming Op school werken we van groep 1 t/m 8 met de methode ‘Kind op Maandag’. De kinderen maken kennis met de fascinerende en veelzeggende wereld van de Bijbel in een taal die voor hen begrijpelijk is. Rond thema’s behandelen we diverse onderwerpen uit het dagelijks leven, de Bijbel, andere godsdiensten, gebruiken en feesten. De belevingswereld en de inbreng van het kind staan daarbij altijd centraal. Extra aandacht wordt gegeven aan de Christelijke feesten zoals Kerst en Pasen. De verhalen uit de Bijbel zijn waardevol. Ze roepen vragen op en wijzen de weg. Kinderen ontdekken hoe de Bijbelverhalen raken aan hun eigen leven. Het zijn verhalen om mee te leven.
Begrijpend lezen Vanaf november groep 4 wordt er twee keer per week een les uit de methode ‘Goed gelezen’ gegeven. Voor de ‘stap uit je boek’ les wordt gebruik gemaakt van ‘Nieuwsbegrip’. Heeft de leerling een IV of V score dan krijgt de leerling verlengde instructie zoals aangegeven in de methode ‘Goed gelezen’. Als de gemiddelde CITO score van een groep III of lager is, wordt er per week 1 extra les gegeven aan de hand van ‘Nieuwsbegrip’.
13
29-10-2013
Rekenen Groep 1 en 2 werkt met de methode Rekenrijk. Er worden 3 lessen per week volgens de methode aangeboden. Naast de klassikale en groepsactiviteiten voor rekenen oefenen de kinderen twee keer per week tien minuten op de computer met rekenen, via het computerprogramma ‘Bas Telt Mee’. De groepen 3 t/m 8 rekenen met de methode ‘Rekenrijk’. Daarnaast oefenen de kinderen iedere dag tien minuten op de computer via Ambrasoft met rekenen. De oefeningen behoren bij de aangeboden lesstof. Vanaf groep 4 wordt er op onderstaande wijze gedifferentieerd wat altijd in overleg gaat met de intern begeleider. Niveau
I
Ver boven het gemiddelde, 20 % van de leerlingen
De kinderen doen de instructielessen altijd mee. De kinderen maken de toets voorafgaand aan het blok.
Toets voorafgaand aan het blok
Bij meerdere fouten wordt bij voldoende per onderdeel het SLO programma gevolgd (routeboekje). Bij sterke uitval volgt het kind het reguliere programma. In de beheerste stof wordt uitdaging gezocht in overleg met de intern begeleider.
Niveau
II
Boven het gemiddelde 20% van de leerlingen Gemiddelde groep 20% van de leerlingen
Niveau
III
Niveau
IV
Onder het gemiddelde 20% van de leerlingen
Niveau
V
Ver onder het gemiddelde 20% van de leerlingen
Bij nul fout maken de kinderen de verrijkingsbladen uit de methode. Verder werken ze op eigen niveau op computer uit Rekentuin, werken ze uit De Pittige Plus Torens en werken met divers verrijkend materiaal in overleg met de intern begeleider.
Noteren of de leerlingen boven of onder de voldoendenorm zitten. Eronder: aandacht in leerling-bespreking,groepsplan actie en dit evalueren na 8 weken. Deze leerlingen krijgen verlengde instructie aan de instructietafel. Leerling-bespreking + evt. onderzoek IB’er. In het groepsplan actie opstellen en dit tussentijds evalueren, zie toetskalender. Deze leerlingen krijgen verlengde instructie aan de instructietafel. Leerling-bespreking + onderzoek IB’er kijken of deze leerling na twee keer V score een eigen programma/leerlijn nodig heeft. We hebben hiervoor het minimumprogramma (F-lijn) van ‘Rekenrijk’ met aanvullingen uit ‘Maatwerk’ en ‘Rekentuin’. Groepsplan actie opstellen en dit evalueren. Deze leerlingen krijgen verlengde instructie aan de instructietafel.
De leerlingen die wel realistisch kunnen rekenen maar het tempo niet af krijgen, kunnen werken met het minimumprogramma van de methode ’Rekenrijk’ (F-Lijn). Dit gaat wel altijd in overleg met de intern begeleider.
14
29-10-2013
Spelling Voor spelling gebruiken we voor de groepen 4 t/m 8 de methode ‘Taal op Maat/spelling’. Iedere week worden er twee spellingslessen gegeven waar 4 keer per week aan gewerkt wordt. Het alert zijn op spelling zal tevens in de lessen terug te zien zijn: in het netjes werken en eisen stellen, het letten op hoofdletters en punten, het binnen de lijnen schrijven en het verbeteren van alle fout geschreven woorden door middel van het drie keer overschrijven van deze woorden. Tijdens het lopen van de ronde let de leerkracht op de spelling en bespreekt dit ook direct met de leerlingen, zo kun je tussentijds nakijken en direct bespreken. De spellingsresultaten vanuit de methode worden geregistreerd in de groepsmap via de registratieformulieren uit de methode voor controledictees. CITO-spelling wordt afgenomen op de daarvoor genoemde momenten in de toetskalender. Als een kind een I+ of I-score heeft op de CITO-spelling dan wordt het controledictee van de methode voorafgaand aan het blok afgenomen. De hiaten worden individueel besproken en het kind gaat aan het werk met ‘taal +’ opdrachten of andere in de groep aanwezige plusmaterialen (zie groepshandelingsplan). Bij uitval op de CITO-toets worden de hiaten geremedieerd en geanalyseerd volgens ‘Taal op Maat/spelling’, ondersteund door voor- en naspel, Taalzee of Bloon (computerprogramma’s). Het groepshandelingsplanplan en de evaluatie van zorg wordt besproken met de intern begeleider. Bij ernstige uitval wordt in overleg met de intern begeleider gekeken naar het werken uit de methode ‘Spelling in de Lift’ of uit een lagere groep van ‘Taal op Maat/spelling’.
(Technisch) Lezen In groep 1 en 2 worden er veel oefeningen gedaan voor het aanvankelijk lezen. Dit gebeurt met de methode ‘Schatkist’ en een talige leeromgeving waarin visuele aspecten steeds verbonden zijn aan het talig aspect. Er is veel aandacht voor het woord en er wordt veel voorgelezen en gezongen. In groep 3 wordt er gewerkt met de methode ‘Veilig leren lezen’. Daarnaast wordt er iedere dag geflitst vanuit de methode ‘Veilig leren lezen’. In groep 4 tot en met 8 wordt er gewerkt met technisch lezen van ‘Estafette’ en begrijpend lezen van ‘Goed gelezen’. Heeft de leerling een achterstand op de DMT/AVI-toets dan wordt in het (groeps-)handelingsplan de speciale aanpak beschreven met als doel de DMT/AVI per periode omhoog te laten gaan. Bij uitval op DMT (drie-minuten-toets) wordt geoefend met het programma ‘Flits’ of uit de oefenmap AVI/DMT. Bij AVI-uitval leest de leerling elke dag een tekst uit de AVI/DMT oefenmap of een door de leerkracht in samenspraak met de leerling uitgezochte tekst. Eén keer per week wordt er geklokt hoe lang de leerling over de tekst doet. Tevens krijgt de leerling een leesboekje mee naar huis. Hierin wordt elke dag gelezen. De leerkracht geeft instructie aan de hand van ‘Voortgezet technisch lezen vanuit Estafette’ aan de groep kinderen die uitvallen op lezen binnen de groep.
Dyslexie Om dyslexie vroegtijdig te kunnen signaleren maken wij gebruik van het protocol dyslexie. In elke groep is het boekje voor het betreffende leerjaar aanwezig. Als wij naar aanleiding van de leerling volgsysteem toetsen en de observaties door de leerkrachten bij een kind een vermoeden hebben van dyslexie wordt er volgens de richtlijnen van het Zorgplatform extra hulp ingezet ten einde de achterstand weg te werken. Indien de achterstand ondanks alle extra inzet niet vermindert, volgt na overleg met de ouders een aanmelding bij het Zorgplatform voor een dyslexie onderzoek. Mocht het onderzoek uitwijzen dat er sprake is van enkelvoudige zware dyslexie volgt, indien ouders hiermee instemmen een behandeling bij O.N.L.
15
29-10-2013
O.N.L. is een organisatie die verspreid is over het hele land, waar kinderen met enkelvoudige zware dyslexie behandeld worden in de eigen regio. Zie ook: www.sbzw.nl http://www.swvwaterland.nl/ en www.onderwijszorgnederland.nl In schooljaar 2012/2013 hebben wij op de Rietlanden de netwerkversie van het software programma Kurzweil aangeschaft voor de kinderen met zware dyslexie. Met behulp van ouders worden leer- en werkboeken gescand. In de klas werkt het kind op een laptop en leest en werkt in Kurzweil.
Schrijven Groep 1 en 2 gebruiken 3 kantige potloden. Er worden in deze groep minimaal 1 schrijfactiviteit per week aangeboden, deze zijn gepland in het weekrooster. In de jaarplanning is te zien welke activiteiten aan bod komen. Er wordt met veel materiaal gewerkt en vooral groot, voor de grove motoriek. In de klas zijn veel letters, voelletters, lettermuur, stempel en schrijfhoek. Wasco, schrijven in het zand, etc. Het letterboekje van Schatkist is ingebed in het lesprogramma. De methode ‘Schrijven in de basisschool’ wordt gebruikt. Groep 3 schrijft met potlood. Groep 4 schrijft het eerste halfjaar met potlood. Daarna experimenteren de kinderen met; potlood, vulpen, fine-liner of balpen. Groep 5 kiest halverwege het jaar een ‘vast’ schrijfmateriaal. De methode ’Schrijven in de basisschool’ wordt verder gevolgd. Groep 6 schrijft alleen nog maar met gekozen pen. De methode ‘Schrijven in de basisschool’ wordt gevolgd. Groep 7 en 8 schrijven met het zelfgekozen schrijfmateriaal en ontwikkelen hun eigen handschrift. De methode ‘Schrijven in de basisschool’ wordt gevolgd. Sommige leerlingen schrijven in losschrift of zijn linkshandig, zij gebruiken daarvoor aangepaste schrijfschriften uit de methode, dit in overleg met de intern begeleider. Welke kinderen dit zijn staat beschreven in het groepsplan.
Zaakvakken Op dit moment oriënteren wij ons op en experimenteren met het gebruik van de methode ‘Alles in 1’. Lopende het schooljaar 2013/2014 zal een beslissing genomen worden over de aanschaf van ‘Alles in 1’ of andere methodes voor de zaakvakken. Een aanpassing in het zorgplan volgt.
Engels Het vak Engels wordt gegeven in de groepen 6, 7 en 8. De lessen worden verzorgd door een vakleerkracht. Er wordt gewerkt vanuit de methode ‘Take it Easy’. Voor het inoefenen van de woorden wordt gebruik gemaakt van het online programma ‘WRTS’. De kinderen kunnen hier ook thuis de woorden mee oefenen.
Computergebruik De leerlingen werken elke dag op de computer op hun eigen niveau. De leerkracht controleert regelmatig of dit gebeurt. Het programma ‘Flits’ wordt voor groep 3 iedere dag gebruikt. De kinderen uit de groepen 4 t/m 8 met een handelingsplan gebruiken iedere dag het programma ‘Flits’. Met het programma ‘Woordenschat’ werken de leerlingen van groep 4 t/m 8 die op de CITO toets een IV of V scoren iedere dag. De andere kinderen werken hier 2 keer per week mee. Er zijn tien thema’s per jaar. In week vier vindt er steeds een toets plaats.
16
29-10-2013
Groep 1 en 2 werkt elke dag op ‘Schatkist’, Bas gaat digitaal en/of Bas telt mee. Groep 3 werkt elke dag met het programma van ‘Veilig leren lezen’ en Ambrasoft. Groep 4 t/m 8 werkt met elke dag op de computers met de software behorende bij de methodes. De leerlingen hebben, indien van toepassing, een eigen map waarin zij al hun eigen werk opslaan. Computer leerlingen groep eigen naam
17
29-10-2013
REGISTRATIE Alle leerlingen van de Rietlanden worden gedurende hun schoolperiode gevolgd via het leerlingvolgsysteem. De verslaglegging wordt veelal digitaal gedaan op de Server computer Leraren Zorgstructuur groep , maar voor een deel ook handmatig zoals het invullen van toetsscores. Aan het einde van een schooljaar wordt de leerling en diens dossier besproken met de nieuwe leerkracht. Waarbij het overdrachtsformulier (zie bijlage) ingevuld wordt. We gebruiken twee mappen:
De klassenmap De klassenmap, bestaande uit een ringband met tabbladen, bevat de volgende onderdelen in vaststaande volgorde: Algemene gegevens: Leerlingenlijst met telefoonnummers Kindspecifieke informatie (formulier waarop de leerlingen in het kort beschreven worden denk aan: opvang, gescheiden ouders), 1 A4 Klassenplattegrond Uitgebreid weekrooster Weekplanning/weekoverzicht Weektakenformulier Groepsindeling per vak Toetskalender Alarmnummers, dokter e.d. EHBO, hoe en wat Ontruimingsplan Regels en afspraken: -Regels die voor deze groep gelden -Schoolregels -Afspraken m.b.t. adaptief onderwijs -Schoolafspraken omtrent methode, middelen en huiswerk (in ontwikkeling) -Korte overzichten leerstofaanbod -Overzicht niveaugroepen -Groepsplannen -Resultaten van de methodegebonden toetsen of bij digitaal een laatste uitdraai of waar te vinden beschrijven. -Resultaten van spreekbeurten, boekbesprekingen, presentaties, projecten etc. -Rooster: -Overzicht lezen -Data boekbesprekingen/spreekbeurten -Rooster hulpouders indien nodig
De Leerlingenmap De leerlingenmap, bestaande uit een ordner, bevat de volgende onderdelen in vaststaande volgorde: -Zorgplan -Eventueel een Sociogram -Het meest recente pedagogisch-didactisch overzicht (HYPERLINK). Naast de Cito-toetsen worden de leerlingen getoetst op hun AVI-niveau en zo nodig worden leerlingen gevolgd via toetsen van het dyslexieprotocol. De uitslagen van niet digitaal afgenomen toetsen worden bewaard in de leerlingenmap per kind in het kindspecifieke gedeelte. De individuele (niet digitaal afgenomen) toetsgegevens van CITO- toetsen worden aan het eind van het schooljaar
18
29-10-2013
een half jaar bewaard. Na de afname van de volgende toets mogen de toetsboekjes verwijderd worden. Bij zorgleerlingen (IV / V) (wordt er een analyse van de toets gemaakt. De toets en analyse worden bewaard in het leerling-dossier (kamer IB).
Het leerling-dossier Op alfabetische volgorde achternaam en op volgorde van de groepen zijn van de kinderen in het leerling-dossier (kamer interne begeleider/rugzak begeleider) te vinden: -Inschrijfformulier -Intake formulier -Informatie van de peuterschool -Kopie ID bewijs -instemmingsformulier ouders identiteit -Ontwikkeling van de leesvoorwaarden van zorgleerlingen (IV/V) (papieren individuele gegevens DMT, AVI en protocol dyslexie) -Andere CITO toetsen en analyses van zorgleerlingen (IV/V) -Onderzoeken Bovengenoemde onderzoeken kunnen onderzoeken zijn die de leerkracht zelf heeft uitgevoerd, maar ook onderzoeken van de logopedist, de schoolarts, ambulant begeleider, onderzoeken van een orthopedagoog of andere specialist. De intern begeleider is verantwoordelijk voor het bijhouden van deze map. Papieren verslagen van instanties die niet in de computer kunnen worden opgeslagen,worden gescand en in het digitale leerling-dossier toegevoegd. De originele versie gaat in het leerling-dossier.
Het digitale leerling-dossier Voor de huidige vormgeving en inlogroute:L:\zorgstructuur\INLOGROUTE voor ZORGSYSTEEM.docx Alle lege formats met betrekking tot zorg zijn te vinden in: L:\zorgstructuur\Zorgstructuur\Zorgformulieren (LEEG) Per januari 2014 gaan we met het digitale dossier over op DOT.Com. Zodra de route beschreven is, zal die aangepast worden in het zorgplan.
Oudergesprekken (digitale map) Gesprekken met ouders worden digitaal opgeslagen. In het digitale leerling-dossier worden deze onder oudergesprekken door de leerkracht op de zorgkaart vermeld met een datum, aanwezigen, een korte weergave van de inhoud en gemaakte afspraken. Route: server computer Zorgstructuur groep individuele leerlingen zorgkaart
Groeps-leerling-besprekingen (digitale map) Een samenvatting van de groeps-/leerling-besprekingen worden in het digitale leerling-dossier gedocumenteerd door de betreffende leerkracht. Route: server computer Zorgstructuur groep individuele leerlingen zorgkaart
19
29-10-2013
HET LEERLINGVOLGSYSTEEM OP DE RIETLANDEN Doel van het leerlingvolgsysteem
het tijdig signaleren van kinderen die extra zorg en aandacht nodig hebben. Dit kan het geval zijn op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling op het cognitief gebied: minder goed of juist beter presteren op de toetsen in vergelijking met het landelijk niveau of op het gebied van de motorische ontwikkeling
Het schoolteam beschouwt het minder ontwikkelen van een bepaalde leerling als een gezamenlijk aandachtspunt en niet als een probleem van de leerkracht waarbij het kind op dat moment in de groep zit. Wij vinden het belangrijk om tijdig eventuele problemen op het gebied van het technisch lezen en spelling te signaleren en vervolgens te behandelen of te ondersteunen. Het dyslexieprotocol voor de groepen 1 t/m 8 helpt de leerkracht om een beeld te krijgen van de problemen die de leerling ondervindt.
Hoe signaleren? Bij ons op school wordt er gewerkt met een toetskalender (zie bijlage). Deze wordt ieder schooljaar bijgesteld. Hieronder staat beschreven welke toetsen wij als school afnemen. De digitale CITO-toetsen worden gepland door de intern begeleider in CITO LOVS en worden afgenomen via het door de intern begeleider opgestelde toetsrooster. De leerkracht blijft echter verantwoordelijk voor de uitvoering. Van de schriftelijk gemaakte toetsen blijft de recentste toets bewaard. Zij vormen bewijsmateriaal voor eventuele problemen. De toetsen van zorgleerlingen IV/ V score worden in het dossier bewaard (kamer interne begeleider/rugzak begeleider ). Voor het technisch lezen gebruiken we de AVI-toetsen. We hanteren hierbij de normering van CITO. Daarnaast maken we gebruik van de DMT-toetsen van het CITO. Voor de uitvallers op lezen volgen we het Protocol Dyslexie. Het nut van het gebruik van zowel de methode-afhankelijke als de methode-onafhankelijke toetsen zien wij in het kader van de volgende vraag: “Is het onderwijs in dit vak tot nu toe geslaagd geweest bij dit kind?” en “Op welke onderdelen wel, op welke onderdelen niet?” De volgende Cito-toetsen worden afgenomen: Sep
okt
nov
Rekenen voor peuters/kleuters Taal v kleuters Screening Dyslexie Rekenen-Wiskunde
jan M1M2 M1M2
feb
Begrijpend lezen Spelling ( niet ww)
B8 B8
Spelling ( ww) Woordenschat
B8 B8
maart
april
mei
Juni E1-E2 E1-E2
***** B8
DMT en AVI
Eindtoets groep 8
dec
**** M3M7 M3M8 M4 M3M7 M7 M3M7
E3-E7 E3-E7 E3-E4 E3-E7 E7 E3-E7 Groep 8
We oriënteren ons op het inzetten van de Cito-toetsen voor speciale kinderen en Cito begrijpend luisteren voor kinderen met speciale leerbehoeften.
20
29-10-2013
Sociaal-emotionele ontwikkeling Voor het volgen van de sociaal-emotionele ontwikkeling wordt gebruik gemaakt van het Schatkist kleutervolgsysteem voor de groepen 1 en 2. Er is gekozen voor een halfjaarlijkse signalering (januari en juni). Voor de andere groepen is gekozen voor de sociaal emotionele vragenlijst van de ‘Viseon’. Deze wordt een keer per jaar ingevuld en besproken (zie toetskalender). Indien nodig kan deze vragenlijst twee keer per schooljaar ingevuld worden.
Begaafde kinderen We zijn zoals hierboven bij het hoofdstuk vakgebieden beschreven al gedifferentieerd aan het werk. De kinderen die op de CITO toetsen I/I+ scoren, worden extra uitgedaagd. We zijn nog in de oriënterende fase hoe we het meetinstrument Sidi3 voor deze kinderen in zullen zetten. We willen in augustus 2014 Sidi3 geïmplementeerd hebben. https://www.eduforce.nl/opalfabet.html?page=shop.product_details&flypage=flypage_images.tpl&category_id=10&product_id= 142&vmcchk=1&option=com_virtuemart&Itemid=103 Verder werken we met ‘De Pittige Torens’ om tegemoet te komen aan de behoefte aan extra uitdaging. http://www.pittigeplustorens.nl/
De speciale zorg voor kinderen Onze zorg voor het kind Kinderen verschillen in hun manier van leren. Dit verschillend leren kan zowel het verschil in leercapaciteit betreffen, alsook een verschil in leerstijl en / of een verschil in leertempo. Op de Rietlanden proberen wij ons, binnen onze mogelijkheden, te richten op de behoeften, aanleg en talenten van de individuele leerling. Soms heeft een kind extra aandacht nodig. Kinderen met bepaalde leerproblemen of met een leerachterstand krijgen onder schooltijd extra hulp van de leerkrachten., al dan niet ondersteund door gericht huiswerk. Of kinderen in aanmerking komen voor zorgverbreding wordt bekeken door de intern begeleider in overleg met de eigen leerkracht. De interne begeleider speelt een belangrijke rol in de zorgstructuur van onze school. De intern begeleider heeft een ondersteunende taak voor leerkrachten bij de zorg voor leerlingen en organiseert de leerlingenzorg binnen onze school. Tevens onderhoudt de intern begeleider contacten met externe instanties.
Samenwerkingsverband Volendam/Marken Onze school maakt momenteel deel uit van een groter verband, het ‘Samenwerkingsverband Volendam/Marken’. Medio 2014 zal er een samenvoeging plaatsvinden van een aantal samenwerkingsverbanden in de regio. Zodra deze samenvoeging een feit is zal dit in het zorgplan gewijzigd worden. Vanuit het samenwerkingsverband is er professionele ondersteuning bij de pedagogische en didactische aanpak van kinderen die leer- en / of gedragsmoeilijkheden vertonen.
21
29-10-2013
Procedure bij het volgen van de leerlingen/groepsbesprekingen 1.
Het kind ontwikkelt zich goed: kort worden de kansen van het kind besproken.
2.
Het kind ontwikkelt minder naar verwachting of op excellent niveau; de leerkracht en IB-er bespreken kort de minnen, plussen en kansen van het kind. De leerkracht stelt de behoefte van het kind en de werkwijze vast in het groepshandelingsplan. De leerkracht bespreekt dit met de ouders en evalueert op de afgesproken data uit de toetskalender.
a. Het kind ontwikkelt zich naar verwachting, geen zorg meer.
b. Het kind ontwikkelt zich niet naar verwachting. De leerkracht stelt samen met de IB-er een plan voor het kind op en beschrijft dit in het GHP. Hierin staat beschreven wie welke hulp gaat bieden aan het kind om tot de juiste ontwikkeling te komen. Dit plan wordt besproken met de ouder en als het kan met het kind. Het wordt geëvalueerd op de afgesproken data uit de toetskalender. De aanpak heeft goed gewerkt. Uit de zorg. De werkwijze van het GHP slaat goed aan maar het beoogde resultaat is er nog niet. Het kind wordt besproken in een HGPD gesprek met de leerkracht en de intern begeleider. Daarna wordt het GHP aangepast en de nieuwe/oude werkwijze voortgezet. Bij te weinig resultaat zullen deze kinderen besproken worden met de ambulante begeleider bij ons op school. Op dit moment is dat de heer J. Schilder. De leerkracht formuleert de hulpvraag middels het Format aanvraagformulier AB. L:\Zorgplan\aanvraagformulier a b scholen.docx Continuering van de zorg. De leerling ontwikkelt zich niet of nauwelijks. Het kind zal besproken worden in een HGPD gesprek met de intern begeleider en leerkracht. Vervolgens zal het kind in het groot zorgteam besproken worden nadat het besproken is met de ambulante begeleider bij ons op school. Op dit moment is dat de heer J. Schilder. Intensivering van de zorg.
Groot Zorgteam bespreking Het groot zorgteam bestaat op onze school uit: de directeur, de intern begeleider, de groepsleerkracht, de ambulant begeleider, de schoolbegeleider en op aanvraag de schoolarts of schoolverpleegkundige of de school maatschappelijk werker. De schoolbegeleider is op dit moment Anke van Erp (SBDZW.) Als een kind in het zorgteam besproken wordt dan vragen wij van te voren toestemming van de ouders/verzorgers. Indien gewenst kunnen ook de ouders gevraagd worden om erbij aanwezig te zijn. Optioneel kan ook het kind zelf uitgenodigd worden bij de bespreking aanwezig te zijn. Een deel van de bespreking wordt besteed aan verhelderingvragen over en toelichting op de hulpvraag. Het andere deel van de bespreking is oplossingsgericht: alle leden denken mee en dragen suggesties aan voor een passende begeleiding. De leerkracht bij wie het kind in de groep zit, kiest hieruit een bepaalde aanpak. Bovendien worden eventuele gevolgen van een bepaalde aanpak breed besproken en gedragen. Dit groot zorgteam vindt twee tot drie keer per jaar plaats. Naar aanleiding van de adviezen die gegeven worden in het Groot zorgteam wordt het groepsplan aangepast of wordt een individueel handelingsplan opgesteld. Indien nodig wordt nader extern onderzoek aangevraagd. Ook tijdens dit traject zullen ouders als partners betrokken worden.
22
29-10-2013
Checklijst bij de overgang van groep 2 naar groep 3 voor kinderen die 6 jaar worden in de periode september tot en met december. De werkhouding van het kind moet goed zijn: Een kind moet circa tien minuten achter elkaar door kunnen blijven werken Een kind moet gemotiveerd zijn om te werken Het kind moet ook uit zichzelf regelmatig kiezen voor ontwikkelingsmaterialen en moeilijke spelletjes. Hoe is de sociale ontwikkeling van het kind: De kleuterobservatielijst wordt bekeken waarbij het kind 80% goed moet scoren. Hoe staat het kind in de spelontwikkeling: Is er sprake van gevorderd rollenspel Zoekt het kind ook naar extra uitdagingen in het spel Kiest het ook voor moeilijke activiteiten De taal/leesontwikkeling is erg belangrijk: Spreekt de leerling in goed opgebouwde zinnen Heeft het een rijke woordenschat De leesvoorwaarden moeten in orde zijn Het kind moet minimaal 15 letters beheersen. De checklijst van kleuters uit het protocol dyslexie zal in januari, april en juni afgenomen worden. In juni zal er een 80% score moeten zijn. De Cito-toetsen van medio januari groep 2 moeten een I of een hoge II score hebben (minimaal M2 niveau). De toetsen in juni moeten een score hebben van I of een hoge II (score Eind 2) Het kind moet emotioneel stabiel zijn en zelfvertrouwen hebben. De motoriek: Het kind moet de fijne motoriek beheersen omdat het moet leren schrijven. Het kind moet schrijfpatronen kunnen maken Kan kralen rijgen Kan veters strikken Heeft een voorkeurshand bepaald Rekenen: De checklijst voor kleuters vaardigheden rekenen zal in januari, april en juni afgenomen worden. In juni zal er een 80% goed score moeten zijn. Algemeen: Het kind moet snel van begrip zijn, Een goede concentratie hebben Een brede belangstelling hebben en goed gemotiveerd zijn om naar groep 3 te gaan. Over het algemeen geldt dat kinderen bij wie overwogen wordt om vroegtijdig naar groep 3 te gaan een duidelijke voorsprong moeten hebben op leeftijdsgenoten, alles goed mee kunnen doen met groep 2 en liefst nog iets beter presteren, gedurende langere tijd. Dit omdat er bij veel kinderen in de kleuterleeftijd sprake is van ontwikkelingsvoorsprongen die later weer ingelopen kunnen worden door de anderen. Er blijft sprake van uitzonderingen omdat in groep 2 veel aandacht geschonken wordt aan de brede ontwikkeling van de kinderen en in groep 3 meer aandacht is voor het cognitieve aspect. Dit is iets waar kinderen wel aan toe moeten zijn. In geval van vroegtijdig naar groep 3 gaan, beslist de leerkracht, ib-er en directeur in overleg met ouders. Deze checklijst wordt in het eerste halfjaar van schooljaar 2013/2014 geëvalueerd. We stellen de nieuwe lijst samen naar aanleiding van de methode Schatkist.
23
29-10-2013
HGW / Zorgroute Waterland September 2013 zijn we op de Rietlanden gestart met een tweejarig ontwikkeltraject Handelingsgericht werken (HGW), onder leiding van orthopedagogen van de schoolbegeleidingsdienst Zaanstreek Waterland (SBZW). In schooljaar 2013/2014 zullen de leerkrachten kennis maken met HGPD (Handelingsgerichte Proces Diagnostiek) middels twee teamstudiemiddagen en het oefenen met HGPD-gesprekken onder leiding van medewerkers van de SBZW. Daarnaast volgt de intern begeleider een scholingstraject met als doel het kunnen leiden van HGPDgesprekken en het implementeren van de HGPD cyclus/HGW in de zorgstructuur op de Rietlanden volgens de zorgroute Waterland (zie afbeelding hieronder). Ook zullen ouders geïnformeerd worden, onder andere middels een informatieavond in november 2013. In schooljaar 2014/2015 volgt een verdere verdieping en implementatie. L:\zorgstructuur\HGPD\HGPD info voor ouders.pdf L:\zorgstructuur\HGPD\Toestemmingsformulier ouders HGPD gesprek.docx
24