ZORGPLAN 2011 – 2015
samenwerkingsstichting voortgezet onderwijs rocva
1
Inleiding Dit is het algemene zorgplan van de Samenwerkingsstichting VO ROCvA. Het plan is geschreven voor de periode januari 2011 tot januari 2015 Dit zorgplan heeft de status van een algemeen basisplan voor alle scholen van de Samenwerkingsstichting Voortgezet Onderwijs ROCvA. Dit plan beschrijft de interne zorgstructuur en de wettelijke kaders waarbinnen zorg plaatsvindt. Het zorgplan dat voor u ligt is bedoeld om docenten, ouders en leerlingen te laten zien welke zorg in de schoolloopbaan geboden wordt en hoe de zorg binnen de school georganiseerd is. Een goede zorg- of begeleidingsstructuur biedt specialistische zorg en begeleiding aan een leerling, daar waar nodig is, als extra ondersteuning in de schoolloopbaan. Dit zorgplan beschrijft de taken en rollen van alle verschillende medewerkers van school in deze zorg en begeleiding. Daarnaast benoemt het zorgplan de samenwerking met externe partners in de zorg en in het Samenwerkingsverband Amsterdam. Elke locatie kan dit zorgplan aanvullen met een eigen aanpak rekening houdend met de specifieke doelgroep. Binnen het kader van ‘Zorg op Maat’ vanuit het Samenwerkingsverband Amsterdam hebben de scholen zich verplicht tot het schrijven van een jaarlijkse evaluatie van de kwaliteit van de zorg op school en stelt de zorgcoördinator een verbeterplan op. De Directie
2
Hoofdstukindeling 1. Missie en visie. 2. Onderwijs en zorg •
Zorg/begeleidingsstructuur
3 Pedagogisch/ didactisch klimaat 4
Aanname- en uitstroombeleid • • •
KP1 Intake en aanname/plaatsing KP2 Schoolwisselaars KP2 Uitstroom met of zonder diploma
5. Opbouw in de zorg • • • • •
Zorgstructuur Rollen in de eerste en tweede en derdelijnszorg Zorgpartners en alle betrokken partners Zorgcoördinator als hart van de zorg in en om school. Overige zorgfunctionarissen in de school
6. Algemene en specifieke zorgroute • • •
Toelichting stroomschema’s Kwaliteitscyclus van de zorg Zorgroutes
7. Individueel Handelingsplan 8. Zorgdossier 9. Kwaliteitszorg 10. Ontwikkelingen. 11. Overzicht bijlagen
3
Hoofdstuk 1 Missie en visie Missie De samenwerkingsstichting ziet het als haar missie om onderwijs te bieden dat voor elke leerling maximale talentontwikkeling nastreeft, met een goed passende plek op vervolgopleiding of arbeidsmarkt als resultaat. Visie op onderwijs Het onderwijs heeft tot taak om leerlingen in een positieve sfeer en gestructureerde leeromgeving uit te dagen en te ondersteunen om zich maximaal in te zetten om eigen talenten te ontplooien en te werken aan het verzamelen van kennis en aan de ontwikkeling van vaardigheden en actief burgerschap. Zorg op school Iedere leerling heeft recht op passende zorg en extra ondersteuning in de schoolloopbaan. Elke medewerker van de school heeft een aandeel in de algemene zorg en begeleiding van de leerlingen. Een medewerker die eventuele problemen en opvallend gedrag signaleert, bespreekt dit met de mentor van de leerling. De mentor is de spil in het zorgnetwerk op school. Hij is het eerste aanspreekpunt voor de leerling, de ouders/verzorgers, docenten en andere medewerkers van de school. De zorgcoördinator is het hart van de zorg op de school. Hij is verantwoordelijk voor de inhoud en de organisatie van de gehele zorgstructuur binnen de school. Onder zorg verstaan we alle algemene maatregelen en acties die in de pedagogisch en didactische aanpak genomen worden om de leerling in zijn schoolloopbaan versterken. Daarnaast loopt de specifieke zorgroute voor leerlingen die extra aandacht nodig hebben, met daarin de specialistische begeleiding die door de zorgaanbieders geboden wordt. Conform de landelijke ontwikkelingen, is er een actieve aanpak om leerlingen met een achterstand in taal en rekenen naar het gewenste niveau te brengen.
4
Hoofdstuk 2 Onderwijs en Zorg Zorg/begeleidingsstructuur In de zorg/begeleidingsstructuur is er sprake van een integratie van diverse vormen van begeleiding verbonden aan de loopbaan van de leerling. Met andere woorden de zorg is geïntegreerd in het onderwijsproces. De zorg bestaat uit een algemene begeleiding voor alle leerlingen, gedurende de gehele schoolloopbaan en een geformaliseerde zorglijn om leerlingen die specifiekere begeleiding nodig hebben, tijdig te signaleren en afgestemde hulp te kunnen geven. Het onderwijs sluit aan bij de capaciteiten, behoeften en de leerstijlen van de leerling. De zorg sluit aan bij de loopbaanbegeleiding en persoonlijke ondersteuningsbehoeften, zowel waar het gaat om keuzebegeleiding, als om ondersteuning bij leerachterstanden en bij sociaal emotionele en medische problemen.
5
Hoofdstuk 3 Pedagogisch/didactisch klimaat In het pedagogisch / didactisch klimaat streven docenten en medewerkers ernaar om: • een gestructureerde leeromgeving te bieden waarin de leerling zich veilig en geaccepteerd voelt, uitgedaagd wordt, weet waar hij/ zij aan toe is, bemoediging krijgt en zelfvertrouwen ontwikkelt. • het pedagogisch klimaat en de didactische aanpak/klassenmanagement af te stemmen op de diversiteit van de leerlingen. • bij de vormgeving van de lessen rekening te houden met verschillen tussen leerlingen en de leerling te stimuleren tot • reflectie en inzicht in eigen leerproces • een leeromgeving neer te zetten met duidelijke en consequent gehanteerde afspraken over lessen, leerstof, te behalen resultaten en houding en gedrag. • in te spelen op extra taal- rekenbehoeften. • een passend uitstroomprofiel op te stellen en een gestructureerde loopbaanbegeleiding te geven.
6
Hoofdstuk 4 Aanname- en uitstroombeleid KP1 Intake en aanname Binnen Amsterdam geldt de kernprocedure KP1: een stappenplan voor aanmelding vanuit Primair onderwijs naar het Voortgezet onderwijs. Alvorens een leerling wordt toegelaten wordt het aanmelddossier geanalyseerd door de zorgcoördinator of de orthopedagoog/ schoolpsycholoog. Afhankelijk van de Cito-score, de leerachterstanden, en het onderwijskundig document en aan de hand van een intakegesprek, wordt vastgesteld of het onderwijs en begeleidingaanbod van de school passend zijn. De opleidingsmanager of deelschoolleider is degene die verantwoordelijk is voor de uiteindelijke beslissing tot de aanname van de leerling. Na de toelating stelt de zorgcoördinator voor de zorgleerlingen een basishandelingsplan op. Ook kan de zorgcoördinator dit laten opstellen door de orthopedagoog of schoolpsycholoog. De zorgcoördinator adviseert de mentor bij het opstellen van de groepshandelingsplannen. Terugkoppeling naar het PO gebeurt op de daarvoor stadsbrede georganiseerde contactmomenten (tafeltjesmiddagen) KP2 Schoolwisselaars Volgens de kernprocedure KP2 (Samenwerkingsverband Amsterdam ) wordt de schoolwisselaars procedure gevolgd. Voordat een leerling als zij-instromer wordt toegelaten in de onder- of bovenbouw wordt vastgesteld of het onderwijs en begeleidingsaanbod van de school passend zijn. De zorgcoördinator vraagt informatie op bij de toeleverende school door middel van het schoolwisselaars- formulier. Als aan de hand van de informatie wordt vastgesteld of de school een geschikte school is voor de leerling en er volgt een intakegesprek om zicht te krijgen op de motivatie en verwachtingen van de leerling. De opleidingsmanager of deelschoolleider is degene die de uiteindelijke beslissing neemt tot de aanname van de nieuwe leerling. KP2 Uitstroom met of zonder diploma Bij tussentijdse uitstroom wordt de schoolwisselaarsprocedure VO-VO of VO-MBO toegepast. Bij aanhoudende problematiek en na een intensief traject interne en aanvullende of externe zorg, kan de leerling tussentijds uitstromen naar nevenvestiging zorg, ROC op Maat, Rec 3/4, Transferium, Stop, School 2 Care, Jongerenloket of een reguliere VO school. Bij uitstroom met diploma (of certificaat) wordt de plaatsing op een passende vervolgopleiding of plaats op de arbeidsmarkt begeleid, bewaakt en geregistreerd. In de KP2 procedure zijn per locatie verschillende functionarissen verantwoordelijk voor deze taak; decaan, zorgcoördinator of doorstroom coördinator. De opleidingsmanager of deelschoolleider is degene die verantwoordelijk is voor de uiteindelijke beslissingen
7
Hoofdstuk 5 Opbouw in de zorg De zorgstructuur in een gelaagde opbouw in een eerstelijns, tweedelijns- en derdelijnszorg
De verdeling van de blokken in de driehoek is onderling flexibel. De dynamiek zit erin dat wanneer de eerste lijn een stevig fundament is en proactief werkt, dit als gevolg heeft dat de tweede en derde lijn naar boven schuiven in de driehoek.
8
Rollen in de eerste-, tweede- en derde lijnszorg Eerste lijn De eerste lijn bestaat uit alle medewerkers, docenten en mentoren van de school. Alle medewerkers hebben een rol in signaleren, reageren en doorgeven van opvallend gedrag aan de mentor van de leerling. Docenten zorgen in hun lessen voor aan een veilig groepsklimaat door een heldere pedagogische en didactische aanpak. Zij houden rekening met verschillen tussen leerlingen en geven elke leerling de juiste aandacht. Zij overleggen met de mentor en de zorg coördinator over de juiste aanpak. De informatie uit de handelingsplannen wordt door de docent gebruikt bij de vormgeving van zijn lessen. De mentor heeft een spilfunctie in de zorg voor de leerling. Hij is het eerste aanspreekpunt voor de leerling en docenten, ouders en alle medewerkers.van de school. Hij signaleert en ontvangt signalen van anderen met betrekking tot zijn mentorleerlingen en stelt de juiste acties inwerking. De mentor registreert de gegevens over de ontwikkelingen en studieresultaten in de schoolloopbaan van de leerling en informeert de betrokkenen hierover. Hij zorgt voor een goede gegevensoverdracht bij een wisseling van schooljaar of school. Hij besteedt in de mentorlessen aandacht aan het schoolgebeuren en in het bijzonder aan sociale vaardigheden Tweede lijn De zorgcoördinator is het hart van de zorg in en om school: De tweede lijn bestaat uit de zorgcoördinator en het interne zorgoverleg. De zorgcoördinator is verantwoordelijk voor de inhoud en organisatie van de gehele zorgstructuur binnen het opleidingsteam en geeft adviezen inzake de afstemming zorgbeleid-opleidingsbeleid. Derde lijn In de derde lijn werken partners in de zorg van verschillende disciplines samen in het zorgbreedteoverleg, het Zorg Advies Team Het Zat wordt ingezet binnen de doorlopende zorglijn als de eerste en tweede lijn binnen de school ontoereikend zijn. De taak van het ZAT is de adequate aanpak in gang te zetten voor leerlingen met meervoudige problematiek, en het initiëren en bewaken van geïndiceerde hulp. Het ZAT heeft onderlinge afspraken over resultaatgericht werken vastgelegd in een protocol .
9
Zorgpartners in het ZAT Onderstaand een overzicht van de belangrijkste partijen in het ZAT.
Functie
Kernpartijen Bijdragen
Voorzitter
Voorbereiding, voorzitten, bewaken regulatieve cyclus.
Zorgcoördinator
Zorgdragen voor activering en afstemming van de zorg.
Medewerker bureau jeugdzorg
Taxatie en oplossingsrichtingen inzake ernstige opvoed- en opgroeiproblematiek. Schakelen/ indiceren naar jeugdzorg.
Jeugdarts
Inbreng vanuit JGZ-dossier; taxatie en oplossingsrichtingen vanuit sociaal-medische invalshoek. Eventueel inzetten medische status; schakelen naar medische voorzieningen.
Algemeen of schoolmaatschappelijk werk
Taxatie en oplossingsrichtingen betreffende psychosociale problemen bij leerling en/of gezin. Schakelen naar lokaal aanbod.
Leerplichtambtenaar
Beoordeling verzuimbeleid en afhandeling. Eventueel inzetten verbaliseringsmacht.
Keuzepartijen Per school kunnen andere Partners in Zorg worden toegevoegd aan hat Zat:
Functie
Bijdragen
Medewerker jeugd-ggz
Probleemtaxatie en oplossingsrichtingen vanuit psychiatrische invalshoek.
Vertegenwoordiger REC Beoordelen noodzaak. Indiceren voor speciale onderwijszorg. Politie
Voorkomen beginnende criminaliteit bij leerling. Handhavings- en opsporingstaak.
Orthopedagoog/(GZ)
Beoordeling (ortho-)didactische aspecten in samenhang met ontwikkelingsaspecten. Handelingsgerichte adviezen naar schoolpraktijk. Indiceren voor speciale onderwijszorg.
psycholoog
10
De zorgcoördinator en alle betrokken partners
11
Overige zorgfunctionarissen in de school De vertrouwenspersoon De vertrouwenspersoon behandelt persoonlijke en vertrouwelijke zaken, zoals pesten, ongewenste intimiteiten, discriminatie en andere vormen van gedrag, waar de leerling in sommige gevallen niet met de mentor of de zorgcoördinator kan praten. De vertrouwenscoördinator handelt via een protocol van hoor en wederhoor. De veiligheidscoördinator De veiligheidscoördinator is eerst verantwoordelijk voor de veiligheid op school. Een van zijn taken daarbij is het beheren van het incidenten registratiesysteem IRIS. Hij doet de eerst opvang van vechtpartijen en andere conflicten. Hij verzorgt de overdracht aan mentor en zorgcoördinator en schoolleiding. De verzuimcoördinator Het veelvuldig te laat komen, verzuim, of de klas uitgestuurd worden, kan er op wijzen dat de leerling wellicht extra begeleiding nodig heeft. Om dit te kunnen signaleren worden alle berokkenen die te laat komen of verzuimen zorgvuldig geregistreerd . Aandachtsfunctionaris kindermishandeling Deze bewaakt het naleven van de wettelijk verplichte meldcode.
12
Hoofdstuk 6 Algemene en specifieke zorg “De zorg/ begeleidingsstructuur is zo ingericht dat er sprake is van diverse vormen van algemene en specifieke zorg, verbonden aan de loopbaan van de leerling” Onder de algemene zorg vallen alle beleidsmatige maatregelen met betrekking tot zorg en begeleiding, die voor alle leerlingen gelden, zoals intakeprocedure, mentorbegeleiding, volgtoetsen voor taal en rekenen, keuzebegeleiding en regelmatige leerling- en rapportbesprekingen . Onder specifieke zorg verstaan we de extra zorg die er is voor leerlingen van wie bekend is/wordt, dat er extra ondersteuning nodig is om talent maximaal te kunnen ontplooien.
Toelichting stroomschema’s Centraal staan de leerling en de leerlingbespreking in de kwaliteitscyclus van de zorg Leerlingen zonder specifieke zorgindicatie komen, als er in de leerling/rapportbespreking problematiek gesignaleerd is, in de specifieke zorgroute en krijgen specialistische zorg die door de zorgaanbieders geboden wordt. De te nemen actie en het te bereiken doel van deze extra ondersteuning worden vastgelegd in een individueel handelingsplan. Na evaluatie van de afgesproken extra ondersteuning en bij positief effect wordt deze zorg afgesloten en gaat de leerling terug in de algemene zorgroute. Evaluatie en bijstelling van de afgesproken acties en interventies gebeurt in de diagnostische kwaliteitscyclus van de zorg. Ter verduidelijking volgen er twee stroomschema’s De kwaliteitscyclus van de zorg. De rollen in de zorgroute.
13
De kwaliteitscyclus van de zorg
14
15
Hoofdstuk 7 Individueel Handelingsplan Sommige leerlingen hebben al bij aankomst een zorgindicatie: leerlingen die leerwegondersteunend onderwijs nodig hebben, leerlingen die onderwijs volgen op onze nevenvestiging zorg, leerlingen in het praktijkonderwijs en leerlingen van ROC Op Maat en voor leerlingen met een REC beschikking . Voor hen moet een handelingsplan worden opgesteld waardoor specialistische aandacht verzekerd is. Elke zorg- leerling heeft een individueel handelingsplan. Het handelingsplan wordt minimaal twee keer per jaar bijgesteld. De zorgcoördinator stelt het basishandelingsplan op basis van de gegevens uit ELK, of coördineert het opstellen van het handelingsplan door de orthopedagoog of schoolpsycholoog. De zorg coördinator organiseert de processen en procedures rond de bijstellingen. De mentor registreert verzamelt de gegevens en onderhoudt het IHP dwz: noteert de nieuwe gegevens en acties in het IHP. Het gebruik van de individuele handelingsplannen is terug te zien in de lessen. Het in de eerst twee leerjaren worden de ontwikkelingen op het gebied van taal en rekenen gemeten geregistreerd en geanalyseerd en vertaald naar acties in de klas of RT en hulplessen.
16
Hoofdstuk 8 Zorgdossier De school maakt van alle leerlingen behalve een Administratief dossier ook een Leerling-volg-dossier. Beide dossiers zijn op dezelfde wijze onderhavig aan regels voor zorgvuldig beheer. De directie van de school is eindverantwoordelijk voor alle dossiervorming en dossierbeheer. De directie kan de verantwoordelijkheid voor het aanleggen en beheer van het zorgdossier delegeren aan de zorgcoördinator. Doelstelling van dossiervorming is het vastleggen van relevante pedagogische, didactische en psychologische gegevens ten behoeve van het leerproces en de schoolloopbaan van de leerling. Wettelijk kader Het algemene kader is de Wet bescherming Persoonsgegevens (WOBP). Vanuit de WOBP is de school verplicht aan de ouders en de leerling tot: Recht op inzage dossier Recht op informatie over wat er aangaande de leerling besproken wordt. Inspraak, door het vooraf gevraagd worden om toestemming, voor bepaalde acties in gang gezet worden, zoals het bespreken van de leerling en het verstrekken van informatie aan derden. Inzage van het zorgdossier Het zorgdossier mag in ieder geval worden ingezien door de deelnemers aan het zorgoverleg en de schoolleiding. Onder schoolleiding wordt verstaan: de directie, de coördinator/leerlingbegeleider En mentor/leerkracht van de betreffende afdeling waar de betreffende leerling onderwijs volgt. Een leerling van 12 jaar of ouder heeft recht op inzage van zijn zorgdossier, Tenzij hij niet in staat is tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake. De wettelijke vertegenwoordiger van een leerling jonger dan 16 jaar heeft recht op inzage van het zorgdossier, tenzij de belangen van de leerling daardoor worden geschaad. De wettelijke vertegenwoordiger van de leerling van 16 jaar of ouder heeft slechts recht op inzage wanneer de leerling daarmee instemt. Inzage wordt aan de leerling en/of de wettelijke vertegenwoordiger geweigerd voor zover de privacy van een ander wordt geschaad en dit privacybelang zwaarwegend is Voor inzage in het zorgdossier dient een afspraak te worden gemaakt met de zorgcoördinator/teamleider.
17
Aanvulling, verbetering en vernietiging van het zorgdossier Iedereen wiens persoonsgegevens opgenomen zijn in het zorgdossier kan de schoolleiding verzoeken de eigen persoonsgegevens aan te vullen of te verbeteren. Indien de leerling jonger is dan twaalf jaar, wordt dit verzoek gedaan door de wettelijk vertegenwoordiger. De zorgcoördinator/teamleider geeft binnen vier weken een schriftelijke reactie op dit verzoek. Wanneer hij/zij besluit dit verzoek niet te honoreren, dient hij dit te motiveren. Iedereen wiens persoonsgegevens opgenomen zijn in het zorgdossier kan de schoolleiding verzoeken de eigen gegevens te vernietigen Indien de leerling jonger is dan twaalf jaar wordt dit verzoek tot vernietiging gedaan door de wettelijke vertegenwoordiger. Aan het verzoek wordt binnen drie maanden voldaan, tenzij het bewaren van de gegevens van aanmerkelijk belang is voor een ander dan de verzoeker. Regels m.b.t het bewaren van het zorgdossier en andere gegevens Het zorgdossier van een leerling wordt bewaard op een afgesloten plaats Het zorgdossier van een leerling wordt bewaard gedurende 10 jaar nadat het zorgdossier is afgesloten. De school vernietigt het zorgdossier na afloop van de bewaartermijn. Verslagen van externe deskundigen (psychologen/pedagogen (school)maatschappelijk werk/onderwijshulpverleners worden bewaard in het zorgdossier. Een leerkracht mag geen verslagen van externe deskundigen (psychologen/pedagogen etc. bewaren in een klassenmap. Het verstrekken van informatie aan derden Wanneer in het kader van de hulpverlening aan derden schriftelijke informatie verstrekt wordt aan derden, is daarvoor toestemming vereist. De toestemming wordt gegeven door de wettelijke vertegenwoordiger wanneer de leerling jonger is dan twaalf jaar. De leerling ouder dan twaalf jaar geeft zelf toestemming, tenzij hij niet in staat is tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake. In dat geval geeft de wettelijk vertegenwoordiger toestemming. Zwaarwegende belangen van de leerling kunnen het noodzakelijk maken dat de informatie zonder toestemming wordt verstrekt. Zorgbreedte De leerling wordt geïnformeerd over een zorgoverleg, een en ander in overeenstemming met zijn ontwikkelingsniveau. De informatie heeft betrekking op de reden van bespreking en de gang van zaken in het zorgoverleg. Wanneer de leerling jonger is dan 16 jaar, wordt de wettelijke vertegenwoordiger geïnformeerd over het zorgoverleg, tenzij de informatieverstrekking het belang van de leerling kan schaden. Wanneer de leerling ouder is dan 16 jaar, wordt de wettelijke vertegenwoordiger slechts geïnformeerd als de leerling hiervoor toestemming voor geeft, tenzij de leerling niet in staat is tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake.
18
De zorgcoördinator /teamleider is verantwoordelijk voor het informeren van de wettelijke vertegenwoordiger en leerling. Hun eigen zienswijze en mening wordt gevraagd. De zorgcoördinator/teamleider kan deze taak delegeren aan de mentor. Tijdens het zorgoverleg De deelnemers aan het zorgoverleg brengen alleen gegevens over de leerling in voor zover die relevant zijn voor de vraagstelling die is ingebracht. De zorgcoördinator in verantwoordelijk voor het maken van het verslag. Na afloop van het zorgoverleg De zorgcoördinator draagt er zorg voor dat het verslag en de stukken en eventueel andere schriftelijke stukken worden opgeborgen in het pedagogisch dossier van de leerling. De zorgcoördinator in verantwoordelijk voor het spoedig informeren van de leerling van wat in het overleg besproken is.
19
Hoofdstuk 9 Kwaliteitszorg Op schoolniveau De kwaliteit van de zorg wordt bewaakt in de in hoofdstuk 7 beschreven PDCA cyclus. De planning van de leerling/rapportbesprekingen staan in de jaarplanning van de school. Wanneer
activiteit Verzamelen gegevens Okidok Analyse en samenvatten gegevens Okidoc
Wie
Opstellen van het basishandelingsplan Per klas een overzicht van de individuele niveaus in taal en rekenen en eventueel een tip in individuele ped. aanpak Groepsindeling steunlessen en R.T Toetsen l.l. klas 1 ( cito Vas, Muiswerk, Diataal ) Leerling-besprekingen, evaluatie en bijstellen van de doelen in de individuele handelingsplannen. Mentor stelt handelingsplannen bij en zorgt dat de informatie bij de docenten terecht komt
Op Samenwerkingsstichting niveau De zorgcoördinatoren van de scholen komen bij elkaar in het zorgcoördinatoren overleg met als doel professionalisering van de zorg . Het algemeen zorgplan wordt door dit overleg geëvalueerd en bijgesteld. Samenwerkingsverband Amsterdam De SWS VO ROCvA neemt deel aan het Regionaal Samenwerkingsverband Amsterdam. Het samenwerkingsverband besluit over de besteding van de extra zorggelden, die het Ministerie van Onderwijs beschikbaar stelt. Het Samenwerkingsverband initieert voortdurend de verdere professionalisering van de zorg op de scholen. Jaarlijks stellen de zorgcoördinatoren een verbeterplan zorg op voor het SWV. Vanuit het samenwerkingsverband als ook op locatieniveau vinden tevens samenwerkingsafspraken en afstemming plaats met de stadsbrede partners zoals Bureau jeugdzorg, Spirit, DMO en de jeugd GGZ, OKC om een dekkend zorgaanbod te realiseren
20
De zorg coördinatoren nemen deel aan het overleg van de zorgcoördinatoren van de eigen stadsregio ( Noord, Zuidoost,Centrum of West) Interne kwaliteit De zorgcoördinatoren stellen jaarlijks een verbeterplan op m.b.t. de interne zorg Zij implementeren in- samenwerking met de directie – de kwaliteitsafspraken c.q het verbeterplan. stellen 4 jaarlijks het zorgplan op werken mee aan auditting wonen de geplande overlegmomenten van zorgcoördinatoren bij participeren en dragen bij aan de Amsterdamse kenniskring van zorgcoördinatoren. dragen bij aan ontwikkelingen binnen het samenwerkingsverband.
21
Hoofdstuk 10 Ontwikkelingen Omdat zorg geïntegreerd is in het onderwijsproces is er een verbinding met andere onderwijsontwikkelingen, zoals in het pedagogisch- didactisch handelen en in het achterstandenbeleid. De komende jaren ligt de prioriteit, los van andere nieuwe ontwikkelingen, bij Het borgen van de zorgstructuur in de school . Het verbeteren van de kwaliteit van de handelingsplannen, de groepsoverzichten en het effectieve gebruik ervan in de klas. Het verder uitwerken van de koppeling van de gegevens uit de volgtoetsen taal en rekenen aan de handelingsplannen en het concrete gebruik ervan in de lessen. De uitwerking en verbetering van de afstemming van de taken van de zorgcoördinator en de mentor.
22
Hoofdstuk 11 Bijlagen Op elke locatie zijn de volgende bijlagen bij de zorgcoördinator in te zien Taakomschrijving zorgcoördinator Taakomschrijving mentor Taakomschrijving overige zorgfunctionarissen Format zorgverbeterplan Plan van aanpak achterstandenbeleid Protocollen dyslexie Verzuimprotocol en inzet personeel Protocol schorsen en verwijderen Format handelingsplan Format groepsoverzicht AMK protocol Schoolwisselaarsprocedure Sociale vaardigheden specifiek aanbod ( bijv FRD. leefstijl) Protocol kindermishandeling Schoolspecifiek
23