2009 | 2013
Samen aan de slag
Bouwen aan cultureel diversiteitbeleid Breda
Bijlagen
Samen aan de slag Bijlagen
Breda, juni 2009
> Inhoudsopgave
Bijlage 1 Wat vooraf ging........................................................................................................... 3 Bijlage 2 Procesgang van initiatief tot realisatie....................................................................... 9 Bijlage 3 Initiatieven gericht op culturele diversiteit buiten stadsgesprekken om.............. 13 Bijlage 4 Overzicht zelforganisaties en de per zelforganisatie geïnitieerde projecten........ 17 Bijlage 5 Handreiking culturele diversiteit door het Rijk........................................................ 21
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
1
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
2
Bijlage 1 Wat vooraf ging... Inleiding Het woord “samen” is een belangrijk kernwoord in het diversiteitbeleid voor de komende jaren. Veel partijen werken intensief samen aan een stad waarin alle burgers van Breda zich thuis voelen. Een stad waar iedereen deelneemt aan alle aspecten van de samenleving. Breda een stad, waarin veilig en prettig gewoond en gewerkt wordt. Dit lijkt een vanzelfsprekendheid, maar de diversiteit van de burgers in de stad is groot en de culturele achtergronden zijn heel verschillend. Dat vereist van alle Bredase burgers inspanningen om een goede participatie in de samenleving tot stand te brengen. Om tot volwaardige participatie te komen is het van belang dat alle betrokken partijen actief deelnemen aan het proces. Samen aan de slag. Een open dialoog is een basisvoorwaarde om elkaar beter te leren kennen en begrijpen. Alleen op deze wijze kunnen bestaande knelpunten adequaat worden aangepakt. Door een open dialoog zijn we de afgelopen periode erin geslaagd om tot een breed gedragen interactief beleidsdocument Diversiteit te komen. Op weg naar dit document hebben we gebruik gemaakt van de methode ‘Waarderend vernieuwen’. Deze methodiek gaat uit van gemeend interesse in de ander tonen, elkaar stimuleren, samen werken en goed luisteren naar wat die ander vertelt. Door de stadsgesprekken zijn burgers met verschillende etnische, culturele en sociale achtergronden en professionals uit diverse disciplines samen gebracht in ontmoeting en dialoog. Gebleken is dat met name de diversheid aan afkomst en achtergrond van de deelnemers aan het proces tot verrijking aan culturele en maatschap pelijke kennis bij de deelnemers heeft geleid. Diversiteitbeleid Breda is invitatiebeleid Een aanzienlijk deel van de allochtone zelforganisaties in Breda was niet blij met de conceptnotitie ‘Meedoen & Verbinden’, diversiteitbeleid 2008 – 2011 die begin 2008 voor inspraak werd vrijgegeven. Een uitvoerige reactie van allochtone zelforganisaties “Integratie op eigen kracht” was goed voor het veranderen van de koers. In plaats van reageren op elkaars nota’s, stelde het stadsbestuur voor om samen het nieuwe diversiteitbeleid op te pakken. Deze invitatie is aanvaard en heeft ertoe geleid dat een flink aantal initiatieven wordt uitgewerkt in concrete acties. Hiervoor nodigen de initiatiefnemers op hun beurt weer vele mensen uit om mee te doen: burgers, professionals, ambtenaren, ondernemers en de bestuurders van de stad. Op deze wijze is het diversiteitbeleid van Breda een waar invitatiebeleid. Lokale leiders in het diversiteitbeleid Het stadsbestuur van Breda laat zich tijdens het maken van het diversiteitbeleid nadrukkelijk betrekken door wethouder Heerkens. Zij heeft de stadsgesprekken meegemaakt en met de leden van de Bouwgroep gesproken. De Bouwgroep is een zelfgeformeerde groep van burgers die de organisatie van de stadsgesprekken actief ter hand heeft genomen. Daarnaast heeft een aantal leden van de groep een thema toegelicht tijdens de stadsgesprekken van 5 juni en 3 september 2008. Zij zijn daarmee mede initiatiefnemer geworden. Ook heeft deze groep samen met de gemeente actief aan de vorm en inhoud van het nieuwe diversiteitbeleid gewerkt. De Bouwgroep bestaat uit betrokken burgers op persoonlijke titel, vertegenwoordigers van (vooral zelf-) organisaties en medewerkers van de Gemeente Breda. De groep wordt ondersteund door twee procesbegeleiders.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
3
De naam van de groep kwam op tijdens een bijeenkomst en werd ter plaatse direct omarmd. “Bouwgroep” drukt goed uit dat er wordt gewerkt en wordt opgebouwd. De groep staat open voor geïnteresseerden die mee willen helpen bouwen. Uitgangspunten van beleid binnen de Gemeente Breda Het Bredase diversiteitbeleid sluit aan op de in de Maatschappelijke Visie 2020 uitgesproken ambities. Gemeente en burgers zijn samen verantwoordelijk voor een diverse stad waarin het voor iedereen goed toeven is. Een goede positie op sociaal-economisch gebied is voor iedere burger van belang. Wie de Nederlandse taal beheerst, goed is opgeleid en zijn weg kan vinden in het netwerk, heeft een grotere kans op werk. Als bouwgroep sluiten wij aan bij de woorden die professor Gowrichan, hoogleraar Multi culturele samenleving op 7 maart 2008 uitsprak tijdens het Babylon seminar over Sociale cohesie te Tilburg. In zijn inleiding gaf hij aan dat arbeid en onderwijs kernbegrippen zijn als het gaat om het volwaardig kunnen meedoen aan de samenleving. Dit geldt voor jong en oud, migrant en autochtoon, vrouw en man. Arbeid en onderwijs vormen de pijlers van participatie. “Een samenleving kan zoveel verschil verdragen als zij wil”, is één van zijn uitspraken. De volgende vijf uitgangspunten geven binnen de Gemeente Breda vorm aan het diversiteitbeleid voor de periode 2009 – 2013: Diversiteit In Breda wordt vorm gegeven aan een beleid waarin diversiteit centraal staat. Diversiteit betekent culturele verschillen zien als een situatie met kansen. Diversiteit als kracht voor dialoog, verandering en vernieuwing op basis van gelijkwaardigheid binnen grondwettelijk gegeven ruimte. Diversiteitbeleid richt zich op alle burgers van de stad. Het overbruggen van de verschillen tussen burgers vormt daarbij de opdracht van het beleid. De bevolking van een stad bestaat uit (groepen) mensen met diverse etnische en culturele achtergrond. Elke burger heeft, naast verbondenheid met een groep, individuele kenmerken. Binnen het voorgestane beleid wordt zowel uitgegaan van groepskenmerken als individuele kenmerken. Iedereen, ongeacht culturele of etnische achtergrond, wordt uitgenodigd actief mee te werken aan een stad waarin diversiteit of verschil als interessant en bron van kwaliteit wordt gewaardeerd. Meedoen, daar gaat het om! Meedoen vergroot de mogelijkheden voor burgers om vooruit te komen en een eigen plek in de samenleving te verwerven. Ook biedt meedoen mogelijkheden om met anderen in contact te komen en een (sociaal) netwerk op te bouwen. De gemeente vervult hierin een belangrijke rol via het faciliteren van deze mogelijkheden. Het hebben van een baan is een belangrijke voorwaarde om goed mee te kunnen doen aan de samenleving. Werk kan meer zin aan het bestaan geven en het biedt mogelijkheden tot aanschaf van maatschappelijke goederen. Een deel van de burgers – en dit geldt zowel voor autochtone als burgers van niet-westerse afkomst – beschikt niet altijd over voldoende kennis en vaardigheden om direct een baan te verwerven. Bevordering van de deelname van meer burgers aan de maatschappij is van groot belang. Hier wordt nadrukkelijk aandacht aan besteed via stimulerend beleid op het gebied van onderwijs en werkgelegenheid. Ook Inburgeringtrajecten spelen hierin een belangrijke rol (onder meer door het aanbieden van duale trajecten als mogelijke tussenstap op weg naar betaald werk). Bij actieve participatie is niet alleen het hebben van betaald werk essentieel. Het verrichten van onbetaalde arbeid kan net zo belangrijk zijn. Participatie als vrijwilliger vormt een belangrijk alternatief voor betaald werk, omdat hiermee een belangrijke impuls wordt gegeven aan de “sociale” structuur van de samenleving. De buurtmoeder die fungeert als
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
4
aanspreekpunt voor buurtbewoners, de vrijwilliger die de kantine van de sportvereniging runt, de vader die voorzitter is van het oudercomité waar zijn kinderen op school zitten. Ook zij zijn van onschatbare waarde. De vraag naar vrijwilligers zal de komende jaren alleen maar toenemen vanwege te verwachten ingrijpende veranderingen. Hierbij dient gedacht te worden aan de voortschrijdende vergrijzing van de samenleving, het door de landelijke overheid terugbrengen van het voorzieningenpakket binnen de AWBZ, maar ook het minder vanzelfsprekend worden dat kinderen van allochtonen de zorg voor hun ouders op zich nemen. De vele vormen van vrijwilligerswerk bieden allochtonen zinvolle mogelijkheden om zich te ontwikkelen en actief bij te dragen aan de samenleving. Goed gefaciliteerd vrijwilligerswerk kan vervolgens weer een uitstekende opmaat zijn tot doorstroom naar een reguliere, betaalde baan. Voor het bereiken van een goed woon- en leefklimaat in Breda is het van belang dat burgers elkaar kennen en verantwoordelijkheid nemen voor elkaar en de omgeving waarin zij wonen en leven. Dit geldt voor iedere burger, ongeacht verschillen in etniciteit, cultuur en levens beschouwing. Verantwoordelijkheid voor elkaar nemen is tegenwoordig niet altijd meer vanzelfsprekend. Versterking van de sociale structuur is daarom hard nodig. De ingeslagen weg om tot een nieuw diversiteitbeleid te komen is een goed voorbeeld van het samen door gemeente en allochtonen zoeken naar gedeelde behoeften en gemeenschappelijke belangen. In dit proces is en wordt op open wijze en vanuit gedeelde interesse gecommuniceerd. Samenwerking met elkaar en onderlinge betrokkenheid leiden tot meer wederzijds begrip. Voor het daadwerkelijk mee kunnen doen dient iedere burger gelijke en eerlijke kansen te krijgen in de samenleving. Voor iedereen dienen terreinen als arbeid, onderwijs en gezondheidszorg op gelijke wijze toegankelijk te zijn. De overheid dient zorg te dragen voor de (rand)voorwaarden. Het is vervolgens aan de burger zelf om deze kansen actief te benutten. Eigen kracht van burgers; de overheid ondersteunt De Gemeente Breda wil burgers en hun organisaties ruimte geven voor het inbrengen van hun opvattingen en belangen. De gemeente ambieert een rol als stimulator en initiator en wil vooral faciliteren. Hiervoor is het belangrijk dat zij goed op de hoogte is van de verlangens, behoeften en knelpunten bij de burgers. Met hun reactienota “Integratie op Eigen Kracht” lieten ruim vijftien Bredase organisaties, die de belangen behartigen van een groot aantal bevolkingsgroepen in de stad, zien dat zij eigen verantwoordelijkheid nemen en over veel inzet en deskundigheid beschikken. De gemeente toonde daarop respect voor dit initiatief door de concept-notitie ‘Diversiteitbeleid 2008 – 2012, Meedoen & Verbinden’ opzij te leggen. De duidelijk aanwezige eigen kracht onder allochtone zelforganisaties hebben zij samen met ambtenaren en de wethouder ingezet tijdens een periode van dialoog en overleg. Er is in de loop van het proces een bouwgroep ontstaan en er zijn twee stadsgesprekken georganiseerd. Samen werken en samen doen staan in deze aanpak centraal. Het stadsbestuur stelt er prijs op dat allochtone groepen hun opvattingen en belangen inbrengen via stadsgesprekken. Voor deze gesprekken werden ook maatschappelijke instellingen en andere burgers van Breda uitgenodigd om mee te doen. De stadsgesprekken hebben tot goede resultaten geleid en er zijn veel actiepunten aangedragen. Burgers van diverse afkomst, gemeente en instellingen werken nu samen aan de realisatie van deze actiepunten. De Gemeente Breda, allochtone zelforganisaties en de bouwgroep moedigen burgers aan eigen verantwoordelijkheid te nemen, competenties te ontwikkelen en samen te werken aan de verdere vormgeving van de multiculturele Bredase samenleving. Wederkerigheid is voor de Gemeente een leidend uitgangspunt.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
5
Een wederzijds proces In de afgelopen twintig, dertig jaar zijn in Nederland leden van heel diverse bevolkingsgroepen komen wonen. Dit is ook zichtbaar in een aantal delen van de stad Breda. Recht doen aan diversiteit betekent dat verschillen tussen mensen erkend worden. Aan de andere kant is het evenzeer van belang dat burgers elkaar ongeacht hun verschillen accepteren en deel uitmaken van de lokale samenleving. Basisvoorwaarde daarbij is dat iedereen dezelfde rechten en plichten heeft en gelijke kansen in het economische en sociale leven. Mensen zijn voor een groot deel zelf verantwoordelijk voor wat zij van het leven maken. Dit is ook afhankelijk van de competenties waarover mensen beschikken, of die zij weten te verwerven. De gemeente speelt een belangrijke rol in het scheppen van een klimaat waarin: • Burgers zich veilig en geborgen voelen in hun sociale en fysieke leefomgeving. • Het onderwijs iedereen kansen biedt. • Personen of instellingen burgers niet discrimineren. • Blokkades om economisch of sociaal mee te kunnen doen worden opgeheven. • De goederen en voorzieningen die de lokale samenleving biedt voor iedereen bereikbaar zijn. De Gemeente doet dit uiteraard niet alleen, ook burgers zelf, woningcorporaties en maatschappelijke instellingen dragen hier medeverantwoordelijkheid in. Uiteindelijk gaat het erom dat alle burgers actief en volwaardig mee kunnen doen op alle terreinen van het sociale, culturele, politieke en economische leven. Dan is sprake van actief burgerschap. Het is voor burgers belangrijk dat zij erop kunnen rekenen dat hun plannen positief en oplossingsgericht worden benaderd. Omgekeerd mag van burgers verwacht worden dat zij hun steentje bijdragen. Het is onwenselijk dat iemand vanwege zijn culturele, etnische of geloofsachtergrond wordt belemmerd om mee te doen aan datgene wat voor hem van belang is. Indien zich vormen van intolerantie en uitsluiting voordoen, is het beleid erop gericht om dit tegen te gaan. Algemeen beleid waar mogelijk, aanvullend beleid indien nodig Voor de gemeente geldt algemeen beleid als uitgangspunt. Om algemeen te kunnen werken is nodig dat de gemeentelijke organisatie, instellingen en voorzieningen geen onderscheid maken naar etniciteit, maar dat diensten en producten, gedrag en organisatie zijn gericht op alle burgers. We moeten ons daarbij bewust blijven van specifieke factoren om deze mee te kunnen nemen in het algemene beleid. Van specifiek of aanvullend beleid kan alleen sprake zijn als daartoe noodzaak bestaat. Dit beleid is tijdelijk van aard en dient specifiek gericht te zijn op acute situaties die om verheldering of een snelle oplossing vragen. Soms is een aanpak op maat voor een nader aangeduide groep gedurende een bepaalde periode zeer wenselijk. Doel hiervan is om tot verbetering van de werkwijze van reguliere instellingen te kunnen komen. Diversiteitbeleid beperkt zich niet tot één beleidsterrein. De participatie van Bredase burgers uit etnische en culturele minderheden raakt alle gemeentelijke beleidsterreinen. De in de Maatschappelijke Visie 2020 uiteengezette ambities en bijhorende streefdoelen zijn in de komende jaren leidend bij de uitwerking van beleidsnotities. Dit is inclusief het aspect diversiteit. Vanaf april 2008 heeft de Bouwgroep Diversiteit een zeer intensief traject doorlopen. Naast de zojuist geformuleerde hoofduitgangspunten willen de leden van de bouwgroep een aantal uitgangspunten toevoegen. Op deze wijze wordt de kracht die diversiteit in zich heeft beter benut.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
6
De Maatschappelijke visie 2020 en diversiteit Burgers van Breda, vrijwilligers- en belangenorganisaties en maatschappelijke instellingen zijn nadrukkelijk betrokken bij het proces om tot een Maatschappelijke visie 2020 voor de stad Breda te komen. Het streven is gericht op een gemeenschappelijk gedeelde visie. De visie is gebaseerd op ideeën en verlangens van burgers en organisaties. Uiteraard is gekeken naar de huidige staat van de stad, maar evenzeer naar maatschappelijke ontwikkelingen en trends. De Maatschappelijke visie gaat over hoe wij in 2020 leven, wonen, werken, ontmoeten, ontspannen, plezier maken, ontplooien, zorgen, opgroeien, opvoeden, meedoen in Breda. De vraag: “Hoe gaan wij dat in de toekomst doen?” staat centraal. Met deze lange termijnvisie wil de Gemeente Breda een richting duiden waarin samen met de stad op weg gegaan wordt. Tal van maatschappelijke en sociale onderwerpen komen in de maatschappelijke visie aan de orde, zoals jeugd, sport, gezondheid, onderwijs, participatie, cultuur, mantelzorg, et cetera. De gewenste situatie in 2020 is aan de hand van de volgende vier thema’s in beeld gebracht: Goed toeven: een prettige stad voor bewoners en bezoekers Groeien in Breda: opgroeien en ontplooien Meedoen: meedoen aan de samenleving, participeren Gezond en zorgzaam: zorg en ondersteuning voor wie dat nodig heeft Rode draad in deze vier thema’s is de stad Breda als verbindende factor, maar zeker ook het maatschappelijke thema ‘meedoen’. Meedoen, participeren is het centrale thema van de Maatschappelijke visie. Participatie centraal thema Maatschappelijke visie De hoogste vorm van participeren is het hebben van een betaalde baan. Hiermee verwerf je een inkomen en dat is de basis voor zelfredzaamheid. Het zelf kunnen invullen van je eigen leven. Werk is (vaak) afhankelijk van de genoten opleiding. Het volgen van onderwijs en het verwerven van minimaal een startkwalificatie zijn belangrijke voorwaarden om aan een baan te komen. Zonder startkwalificatie wordt het bijzonder moeilijk. Niet iedereen benut zonder problemen de geboden onderwijskansen en is in staat om de verworven baan te behouden. In een aantal gevallen is ondersteuning nodig, een steuntje in de rug, een springplank om na uitval opnieuw de geboden kansen in het onderwijs of op de arbeidsmarkt te kunnen benutten. Voor het kunnen benutten van de geboden kansen is een goede lichamelijke en geestelijke gezondheid belangrijk. Cultuur, sport, volksgezondheid, vrijwilligerswerk, welzijnsactiviteiten bieden kansen om je als persoon in de volle breedte te ontwikkelen volgens je eigen wensen en behoeften. Ook op deze terreinen wordt aan mensen die dreigen uit te vallen steun geboden om opnieuw volwaardig te participeren. Ieder mens heeft recht op een menswaardig bestaan. Voor mensen die het niet lukt om zelfredzaam in de samenleving te functioneren biedt de gemeenschap zorgvoorzieningen aan. Bij het bieden van deze zorg blijft het streven gericht op zelfredzaamheid die iedereen ondanks eventuele beperkingen kan bereiken. Maatschappelijke visie en diversiteit De Maatschappelijke visie staat in nauwe relatie met de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De in de visie aan de orde gestelde thema’s raken alle prestatievelden van de Wmo en is daarom ook het Bredase strategisch kader voor de Wmo. In de Maatschappelijke visie wordt het strategisch kader voor de beleidsmatige invulling van het prestatieveld Preventie – onder andere in het jeugdbeleid, arbeidsmarktbeleid, beleid mantelzorg, diversiteitbeleid, sportbeleid, participatiebeleid – vastgelegd. Voor het op stapel staande nieuwe beleid betekent het meer dan ooit dat er dwarsverbanden (moeten) worden gelegd tussen beleidsvelden en synergie wordt gevonden door een aan
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
7
elkaar verbonden inzet. Samenhang en afstemming dus, gericht op het waarmaken van de ambities van de Maatschappelijke visie. Op het gebied van diversiteit betekent dit, dat de voor het diversiteitbeleid geldende uitgangspunten tot hun recht dienen te komen in beleid dat op diverse terreinen wordt ontwikkeld en uitgevoerd. Hiermee wordt de in de Maatschappelijke visie verwoorde ambitie “Breda kent een grote diversiteit, naar leeftijd, geloof, geboorteland, culturele opvattingen, dus: in leefstijlen, die in dialoog en samenwerking het veelkleurige sociale palet van Breda vorm geven en ontwikkelen” toepasbaar gemaakt. Voor de komende jaren dient nadrukkelijk aandacht uit te gaan naar: -
Goede communicatie met allochtone groepen en hun vertegenwoordigers.
- Werken aan realisatie van gelijkwaardige participatie aan onderwijs, werk, maatschappelijke voorzieningen door alle burgers van Breda. - Bevorderen van vraaggericht werken door reguliere instellingen (gericht op alle bevolkings groepen). - Indien noodzakelijk tijdelijke voorzieningen/ondersteuning op maat voor nader omschreven groepen burgers.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
8
Bijlage 2 Procesgang van initiatief tot realisatie Waarderend vernieuwen: Gemeentelijk beleid in een actieve democratie Appreciative Inquiry is een instrument dat in de Verenigde Staten in 1986 door David L. Cooperrider (Becker, 2006) is geïntroduceerd om organisaties te verbeteren en door het SIOO (een interuniversitair centrum voor organiseren, veranderen, vernieuwen en leidinggeven) omgedoopt tot waarderend vernieuwen. Deze methode van interviewen en doorvragen, helpt onderzoekers en betrokkenen in een proces om zicht te krijgen op veranderingen die ze willen realiseren. Dit proces doorloopt vier stadia: ontdekking (discovery) van wat er speelt, droomfantasieën (dream) over wat er kan, een ontwerp (design) voor verbetering, met als laatste een realisatie (delivery). Aan deze methode liggen een aantal vrijheden ten grondslag: de vrijheid te worden erkend in onderlinge relaties, gehoord te worden, gemeenschappelijk te kunnen fantaseren over organisatie en/of maatschappij verbeteringen, bij te dragen aan keuzes, te handelen en te ondersteunen en positief te zijn. Waarderend Vernieuwen staat voor respect en vertrouwen in de creativiteit en het oplossingsvermogen van burgers. Ten grondslag eraan liggen onderlinge relaties die gebaseerd zijn op een positieve waardering van burgers, waarbij in de omgang en dialoog vertrouwen en veiligheid opgebouwd worden. Deze aspecten maken gesprekken levendig, opwindend en activeren de deelnemers om in actie te komen. Steeds is men bij het Waarderend Vernieuwen alert op negatieve impulsen die creativiteit belemmeren, zoals een nee-cultuur en onder drukking. Mensen die zich onderdrukt voelen, ervaren niet dat ze gehoord worden en erkend. Mensen die zich niet gehoord en erkend weten, zijn niet gevoelig voor het nemen van een actieve rol ten behoeve van veranderingen of verbeteringen. Het vermogen om te leren neemt navenant het gevoel van onderdrukking af. De vrijheid om gemeenschappelijk te kunnen dromen (fantaseren, brainstormen, ideeën kunnen vormen) is essentieel. Er moeten ongevraagde ideeën, wensen en verbetervoorstellen op kunnen komen. Cooperrider (2003), de grondlegger van Appreciative Inquiry verwoordt: De beelden die wij in onze fantasie hebben (mind’s eye) en de verhalen die wij vertellen, hebben een directe impact op de persoonlijke en organisatorische bezigheden, de gezondheid en het leervermogen (Becker, 2006, p. 18). In de dialoog worden beelden (fantasieën) hetzij persoonlijk, hetzij in dienst van het belang van de organisatie of de gemeente, gemeenschappelijk eigendom. Door dromen (fantasieën) te verrijken, worden de gemeenschappelijke, gedeelde beelden (images) versterkt, samen met het potentieel om tot grotere prestaties en vitaliteit te komen. Van top-down naar bottom-up De vrijheid om te kiezen om bij te dragen, is een fundamentele omslag ten opzichte van een top-down besturingsfilosofie. In een traditionele top-down samenleving bepalen de beleidsmakers de ambities en beoordelen zij wie bij de realisering ervan een bijdrage mag leveren. In een participatieve democratie krijgt men de vrijheid om zelf invulling te geven aan een taak en wordt bovendien erkenning gegeven voor de leermogelijkheden van een ieder. In termen van Bredaas beleid: de 170.000 inwoners van Breda maken de stad en kleuren de samenleving. De 2000 ambtenaren in dienst van de Gemeente zijn ondersteunend aan deze 170.000 inwoners. Om een ondersteunende rol te kunnen vervullen, is vrijheid in denken van de burgers van Breda een absolute noodzaak voor creativiteit, meedenken en welbevinden. In organisaties of gemeentes die Waarderend Vernieuwen toepassen, wordt de werkvloer levendig van de opwinding doordat mensen creatief en ongeremd hun aandeel leveren in de samenleving zoals zij die voor zich zien. Hiervoor is het prikkelen van mensen van belang: het uitnodigen tot creatieve of vindingrijke oplossingen voor problemen en verbeteringen. Geen
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
9
afgedwongen participatie of opgelegde ideeën die zich eigen moeten worden gemaakt, maar de vrijheid om te kiezen voor een eigen invulling van leren op de werkvloer en in het leven van alledag. Op deze manier gaan mensen gevraagd en ongevraagd hun bijdrage leveren. Niet langer een top-down benadering, maar een bottom-up aanpak waarbij mensen empowered worden om hun beste beentje voor te zetten. In Breda is dit gebeurd aan de hand van stadsgesprekken. De Stadsgesprekken Uit onderzoek naar het effect van het werken met Waarderend Vernieuwen blijkt dat juist het gevoel van de oorspronkelijke initiatiefnemer om eigenaar te zijn van de eigen inspanningen een belangrijke graadmeter is voor succes. Door het ervaren van eigenaarschap bleken mensen productiever, innovatiever en creatiever. De betrokkenheid van burgers en gemeenteambtenaren wordt vergroot en kennis neemt toe door de betrokkenheid en uitwisseling van ervaringskennis van verschillende partijen. Bovendien ontstaat er bij instellingen het besef van de noodzaak om toegankelijk en uitnodigend te zijn voor alle Bredanaars, met welke culturele achtergrond dan ook. Op basis van gelijkwaardigheid en wederkerigheid. De realisering van initiatieven wordt gefaciliteerd door de eerder in de inleiding genoemde Bouwgroep waarvan vertegenwoordigers van zowel zelforganisaties als van reguliere organisaties deel uit maken. De leden van de Bouwgroep hebben op basis van de Stadsgesprekken de volgende uitgangspunten geformuleerd: Maatschappelijke instellingen die meewerken aan het diversiteitbeleid worden nadrukkelijk uitgenodigd om actief met allochtonen samen te werken met het oog op het volledig kunnen inzetten van ieders ervaring, kennis, interesses, belangen en behoeften. De samenwerking tussen allochtonen en instellingen wordt door de gemeente zodanig gevolgd en gestimuleerd dat – indien nodig – de juiste mensen in stelling worden gebracht die dit proces vlot kunnen trekken. Beleid (inclusief activiteiten, voorzieningen, en dergelijke) behoort begrijpelijk, toegankelijk en laagdrempelig voor eenieder te zijn. Wederzijds respect dient uitgangspunt te zijn bij het aangaan van gesprekken. Zoek met initiatieven en het verwezenlijken hiervan naar kansen en (door meerdere partijen) gedragen oplossingen. Activiteiten moeten meetbaar en flexibel aan te passen zijn aan de actualiteit (zowel op korte als lange termijn). Juist het op informele wijze bij elkaar komen kan leiden tot concrete, oplossingsgerichte activiteiten. Zoek naar overeenkomsten en verbreding. Ideeën verdienen een kans en de gemeente dient zorg te dragen voor (het faciliteren van) goede ondersteuning om tot verwezenlijking van die ideeën te kunnen komen. Op basis van deze uitgangspunten zijn zowel tijdens de stadsgesprekken (zie hoofdstuk 2.) als daarbuiten (zie bijlage III) vele initiatieven ontstaan.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
10
Selectie van initiatieven De Gemeente Breda zal in samenspraak met allochtone zelforganisaties en reguliere welzijnsinstellingen voor 1 oktober 2009 een toetsingskader opstellen ter selectie van die initiatieven die in aanmerking komen voor geldelijke ondersteuning. Voor 1 januari zal dan helder voor welke initiatieven budget beschikbaar is en de hoogte ervan. Functie Bouwgroep De Bouwgroep heeft zich in de afgelopen periode ontwikkeld tot een krachtig, constructief en productief orgaan dat een belangrijke bijdrage levert aan een divers Breda. De status en rol van de bouwgroep moet zich in het najaar van 2009 uit kristalliseren om een optimale rol te kunnen spelen tijdens de realisatiefase van de door de Gemeente Breda gehonoreerde initiatieven.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
11
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
12
Bijlage 3 Initiatieven gericht op culturele diversiteit buiten stadsgesprekken om Starterpakket Startende ondernemers (Luis Simoës, Oneness Africa) Het initiatief Starterpakket Startende ondernemers richt zich op de ontwikkeling van een starterpakket ter ondersteuning van de allochtone Bredanaar die een onderneming op wil richten. Het starterpakket bestaat uit de volgende onderdelen: Drie coachinggesprekken om samen met startende ondernemer de onderneming verder vorm te geven. Een pakket grafische vormgeving bestaande uit een logo en huisstijl met drie uitingen zoals een visitekaartje, website en brochure. Inschakelen van netwerk voor diverse vragen rondom financiering, locatie, regeling enz. De kleurrijke ondernemer koppelen met een gevestigde ondernemer. Oneness Africa beoogt in 2009 vijf allochtonen te begeleiden naar zelfstandig ondernemerschap en in 2010 acht. Oneness Africa werkt ten behoeve van dit initiatief samen met Urbana Concepts en de Kamer van Koophandel. SKILLS before colour (Ali Tsouli, Werkgroep Bredase Marokkanen) Het initiatief SKILLS before colour moet ertoe leiden dat allochtonen met een hoge functie zich aan monoculturele witte instellingen presenteren om er een omslag in denken te bewerkstelligen die leidt tot een diverser aannamebeleid. Aansluiting bij en samenwerkig met het intiatief Een gekleurd stadskantoor van de Gemeente Breda ligt voor de hand. Ook Oneness Africa participeert graag in dit initiatief. Winners focus, losers spray (Ali Tsouli, Werkgroep Bredase Marokkanen) Bij Winners focus, losers spray worden jongeren op school bezocht door succesvolle allochtone jongeren die duidelijk maken dat een goede toekomst komt met hard werken, geduld, concentratie en een zinvolle vrije tijdsbesteding. Halal-Haram (Ali Tsouli, Werkgroep Bredase Marokkanen) Halal-Haram is een initiatief waarbij voorlichters op scholen aan Marokkaanse jongeren duidelijk gemaakt dat drugs, criminaliteit, zedeloosheid en agressiviteit niet thuishoren in de samenleving. Gebruikersraad Buurt Sport Centrum (Ronald van Geenen, Migrantenraad) Sinds januari 2009 zijn voetbalvereniging Barça, Stichting Sterren van Morgen, Stichting Oness Africa, het Bos-project, de Migrantenraad en Luzerna actief om het Buurt Sport Centrum beter door buurtbewoners te laten gebruiken. Er is inmiddels een gebruikersraad opgericht waarin een afvaardiging van bovenstaand genoemde organisaties zitting hebben. De Surinaamse ouderenorganisatie SBSB, de Poolse organisatie, het Grote Broer Project, Kick en het Buurtvaderproject hebben aangegeven te willen opereren vanuit het Buurt Sport Centrum. Het Vitalis College en het Van Cooth College zetten in het studiejaar 2009/2010 stagiaires in. Breda Actief en Surplus Welzijn zijn van zins om de gebruikersraad te onder steunen. Jeugdplan (Faysal Boulakjar, PCP) Het Jeugdplan is een door het Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling (FMO) gefinancierd project waarbij de voetbalvereniging Poscunt Concordiam Pulchra (PCP) werkt aan participatie,
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
13
interculturalisatie en een gezonde financiële situatie. De doelen van het Jeugdplan zijn: • Meer autochtone en allochtone (jeugd)leden en hun ouders actief betrekken bij het vrijwilligerswerk voor de vereniging. • Momenteel spelende jeugdleden behouden en vertrokken leden terughalen naar de club. • Nieuwe (autochtone) jeugdleden werven. • Een sterkere wijkfunctie vervullen door buurtbewoners meer dan nu te betrekken bij de club. • Contacten leggen en onderhouden met andere verenigingen in de regio. Aan de realisatie van het Jeugdplan werken de voetbalvereniging PCP, het Kleurrijk Promotieteam van Breda Aktief, de Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond (KNVB), het Instituut Win voor Multiculturele Ontwikkeling (IWMO), de Wijkraad Brabantpark, de Wijkraad Heusdenhout, Surplus Welzijn, Brabant 10, drie basisscholen, het Kenniscentrum Breedtesport, TOP; centrum voor integratie en diversiteit en de Nationale Hogeschool voor Toerisme en Verkeer (NHTV). Inmiddels zijn er twee allochtone bestuursleden aangesteld bij de PCP in het kader van een kleurrijk promotietaem voor interculturalisatie van de PCP. Ook zijn er nieuwe vrijwilligers (waaronder ouders van allochtone jeugd) aangetrokken voor hand en spandiensten bij de PCP. Daarnaast zijn er intensieve samenwerkingsrelaties aangegaan met wijkverenigingen om de wijk optimaal te kunnen laten profiteren van de faciliteiten die PCP biedt. Zo sporten basisscholen inmiddels op de voetbalvelden en gebruiken de wijkraden de kantine voor bijvoorbeeld de organisatie van de avondvierdaagse. Cultuur zonder grenzen (Abdel Bakbachi en Ruud Schalken, Stichting Sterren van Morgen) Iedere maand staat gedurende een week een land centraal. In die week wordt er gekookt volgens de tradities van het betreffende land, er is een tentoonstelling en er zijn sportactiviteiten voor jongeren. Zo zijn een jaar lang twaalf verschillende nationaliteiten met elkaar actief om meer van elkaars cultuur te weten te komen. De jongeren organiseren de activiteiten zelf en betrekken daar ook zelf mensen uit hun eigen gemeenschap bij. Zo is er een Poolse week georganiseerd waarin de Poolse gemeenschap in Breda zich heeft gepresenteerd. Een zelfde formule zal toegepast worden op elf andere nationaliteiten. Ter afsluiting zullen een week lang activiteiten georganiseerd worden die betrekking hebben op de Nederlandse cultuur. Woonleefconcept allochtone ouderen (Sabine Soet, Euro People Princess) De Iftartent (Osman Erbas, op persoonlijke titel) Erbas ambieert om tijdens de Ramadan in 2009 (medio augustus tot medio september) een tent van ongeveer 200 vierkante meter neer te zetten om 450 tot 600 mensen tijdens een Iftar-maaltijd de gelegenheid te geven om elkaar te ontmoeten. In 2009 zou de Turkse gemeenschap gastheer/vrouw kunnen zijn, in 2010 bijvoorbeeld de Marokkaanse, de Irakese of de Pakistaanse gemeenschap, waardoor ieder jaar Moslims met een andere afkomst de gelegenheid krijgen zich te presenteren en een ontmoeting met Bredanaars te arrangeren. Jouw wijk, mijn wijk...onze stad (Ali Tsouli, Werkgroep Bredase Marokkanen) Het initiatief moet leiden tot contact tussen witte organisaties en Bredase Marokkanen. Er worden workshops, presentaties en themabijeenkomsten georganiseerd over Marokkanen en Islam. Er zal samengewerkt worden met wijkraden en buurtgemeenschappen om de sociale cohesie te bevorderen. Pardon?!? (Luis Simoës, Oneness Africa) Oneness Africa wil met het initiatief bijdragen aan de veiligheid van mensen die op basis van de pardonregeling in Nederland verblijven. Sinds 2008 heeft Oneness Africa een inloop van meer dan 200 ongedocumenteerden gehad. Vijftien ongedocumenteerden hebben via bemiddeling van Oneness Africa een vergunning gekregen en veertig mensen zitten nu nog via Oneness Africa in procedure (Pardonregeling) en komen ook in aanmerking voor een vergunning. Oneness Africa werkt samen met de GGZ voor de geestelijke ondersteuning. In samenwerking met het Steunpunt Ongedocumenteerden in Breda/STOB wordt zakgeld
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
14
geregeld, Vluchtbed regelt tijdelijk onderdak, Oneness Africa regelt eten via de Voedselbank. Oneness Africa ambieert vijfentwintig extra bedden in een huis, oud-hotel, kerk, of kasteel om dit initiatief verder uit te bouwen. Participatie allochtone vrouwen (Khadija Jdamir, Marokkaanse Vrouwen Comité/MVC) Activiteiten die hiertoe bij moeten dragen zijn: -
Sport en beweging voor jonge en oudere vrouwen.
-
Naailes waar vrouwen van verschillende culturen elkaar ontmoeten en kennis uitwisselen.
- Themabijeenkomsten waar elke week/maand een thema centraal staat (bijvoorbeeld ouder worden in Nederland, thuiszorg, GGZ, diabetici). - Picknicken moeder en kind; tijdens deze activiteit wordt aangedacht besteed aan de relatie tussen de moeder en het kind en mogelijke opvoedvragen.. - Uitstapjes (bijvoorbeeld naar Brussel, waar ruim honderd vrouwen aan deelnamen en minstens zes culturen zijn vertegenwoordigd waren). - Koken voor ouderen; maandelijks wordt er een vier-gangenmenu gekookt voor ruim veertig bejaarden die voor een bedrag van € 2,50 kunnen genieten van het diner. Er staan zelfs bejaarden op de wachtlijst. - Koken met jonge meiden; tijdens deze activiteit wordt er niet alleen gekookt, maar ook onderwerpen besproken zoals relatie met ouders, liefdesrelaties, of toekomstperspectief . - Jaarlijks organiseert MVC in samenwerking met andere organisaties vrouwendag. -
Computerlessen voor vrouwen.
Het bereik van MVC is minstens driehonderd vrouwen en meiden per jaar.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
15
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
16
Bijlage 4 Overzicht (zelf)organisaties/burgers betrokken bij de bouwgroep en de per (zelf)organisatie geïnitieerde projecten Helana Alwan: Ambities stimuleren E-mail:
[email protected] Tel.: 076-5205178 Breda Actief: Sporten met kleur Corrie Marijnissen E-mail:
[email protected] Tel.: 076-5233555 Centrum voor Persoonsontwikkeling (CVP):Kinderhotel Ruud Schalken E-mail:
[email protected] Tel.: 06-55307916 Instituut Win voor Multiculturele Ontwikkeling (IWMO): De ouder als loods Peter Richelieu E-mail:
[email protected] Tel. 06-14300491 Orthwin Inacio E-mail:
[email protected] Tel.: 06-34517712 Jongerenbestuur Luctor et Emergo: De toekomst van jongeren Imro Burke E-mail:
[email protected] Tel.: 06-44363388 Marrokkaanse Vrouwen Committee (MVC) Khadija Jdamir E-mail:
[email protected] Tel. 06-24752024 Migrantenraad Breda: Onverwachte armoede/Schuldsanering en interculturalisatie maatschappelijk werk en Zolang je leeft, kun je leren en Sporten met kleur/Gebruikersraad Buurt Sport Centrum en Op eigen kracht meedoen met anderen Ronald van Geene E-mail:
[email protected] 06-30100459 Ronald Roemer E-mail:
[email protected] Tel.: 076-5141978 Ruud Braun E-mail:
[email protected] Tel.: 076-5716061
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
17
Persoonlijke titel: Khadija Ezzerga: Kinderhotel E-mail:
[email protected] Tel. 06-17127200 Persoonlijke titel: Osman Erbas: Cito-toets voorbereiding voor (allochtone) kinderen met een leerachterstand en de Iftartent E-mail:
[email protected] Tel.: 06-24660810 Persoonlijke titel: Sahin Sisic: Keep moving my friend Adres: Evert Spoorwaterstraat 33, 4827 LL Breda E-mail:
[email protected] Tel.: 06-34418044 Plataforma Antiano i Arubano: De toekomst van jongeren en Veiligheid Eric Heinze E-mail:
[email protected] Tel.: 06-41363003 Zahaira Maria E-mail:
[email protected] Tel. (werk): 076-5299135 P-team: Onverwachte armoede/Bazaar Karin Kaldenhoven E-mail:
[email protected] Amaleed Alwan E-mail:
[email protected] Tel. 06-49917388 Stichting Afro-Brabant Niko Kifu Stichting Euro People Princess: Woonleefconcept E-mail:
[email protected] D. Woods S. Koeiman Sabine Soet Stichting Lucerna Serkan Catak E-mail:
[email protected] Tel.: 06-48340968 Aziz Ozcan Stichting Islamitische jongeren Abdel Majid Jamal K. Stichting Mamio John Bien Roy Emanuels M. Resort
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
18
Stichting Marokkaanse Jongeren Breda E-mail:
[email protected] Hassan Lamou Mohamed Lamou Stichting Marokkanen Breda E-mail:
[email protected] Embarak Lamou Mohammed Chatou Stichting Oneness Africa: Het is nooit te laat en Werkgevers wordt wakker en Starterpakket Startende ondernemers en Waarderend wonen, wanneer beginnen we? en Ongedocumenteerden en Een gekleurd stadskantoor. E-mail:
[email protected] Luis Simoës Tel.: 06-24593220 Stichting Platform Marokkanen Breda Hassan Lamou Younes Nahnahi Abdel Majid Stichting Somalische Cultuur Nederland: De ouder als loods E-mail:
[email protected] Daud Ahmed Tel.: 06-43801824 A. Matan Mustaf Qorane Stichting Sport en Diversiteit: Sporten met kleur Ruud Schalken E-mail:
[email protected] Tel.: 06-55307916 Stichting Sterren van morgen: Cultuur zonder grenzen E-mail:
[email protected] Abdelhal Bakbachi Ali Ben Elhaj Stichting Turken E. Erarslan E-mail:
[email protected] Surplus Welzijn: De Voorleesexpres en Op tijd de goede hulp Jan Klerx Voetbalvereniging Poscunt Concordiam Pulchra (PCP) Breda: Jeugdplan Faysal Boulakjar E-mail:
[email protected] Werkgroep Bredase Marokkanen: Een gekleurd stadskantoor/ SKILLS before colour en Jouw wijk, mijn wijk...onze stad en Winners focus, losers spray en Halal-Haram Ali Tsouli E-mail:
[email protected] Faysal Boulakjar E-mail:
[email protected]
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
19
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
20
Bijlage 5 Beleid Rijk Het zijn de lokale ervaringen die het Rijk inspireren tot het stellen van kaders, het maken van wetten en tot de inzet van financiële middelen. Daarmee wordt door het Rijk een gemeenteoverstijgende beleidslijn uitgezet die vervolgens weer een lokale vertaling krijgt. Deze beleidslijn is te typeren aan de hand van acht onderwerpen; inburgering, onderwijs, werk, wonen, sociale integratie, actief burgerschap, emancipatie en participatie van allochtone vrouwen en veiligheid. In hoofdstuk 4 worden de inzet en ambities van het Rijk ten aanzien van diversiteitbeleid verbonden met de Maatschappelijke Visie Breda 2020. In hoofdstuk 3 is aangegeven hoe de initiatieven op het gebied van culturele diversiteit een concrete invulling geven aan de vier thema’s van de maatschappelijke visie op het Breda van 2020. Het zijn deze lokale ervaringen die het Rijk inspireren tot het stellen van kaders, het maken van wetten en tot de inzet van financiële middelen. Het Rijk zet een gemeente overstijgende beleidslijn uit die vervolgens weer een lokale vertaling krijgt. In juni 2008 heeft de toenmalige Minister voor Wonen, Wijken en Integratie een handreiking met de titel Datgene wat ons bindt uit doen gaan naar de gemeenten die als inhoudelijk houvast kan dienen om lokaal diversiteitbeleid vorm te geven. In deze handreiking is een gemeenschappelijke visie op hoofdlijnen geformuleerd die concreet is uitgewerkt aan de hand van de onderwerpen inburgering, onderwijs, werk, wonen, sociale integratie, actief burgerschap, emancipatie en participatie van allochtone vrouwen en veiligheid. De horizon van deze handreiking is 2012 en loopt daarmee gelijk aan het mandaat van de huidige regeringscoalitie. In de komende jaren zal de handreiking op basis van thematische regiobijeenkomsten worden geactualiseerd. De ambtelijke werkgroep die de handreiking Datgene wat ons bindt heeft voorbereid blijft daartoe bestaan. De integratie van allochtonen in de Nederlandse samenleving krijgt op lokaal niveau haar beslag. In de eigen buurt, wijk, school, straat of op het werk. Daar blijkt welke aanpak aanslaat en welke niet. Des te belangrijker is het om de lokale visie op Breda in 2020 te verbinden met de inzichten op Rijksniveau uit de handreiking Datgene wat ons bindt: het Rijksbeleid dient als bron van inspiratie voor Bredase initiatieven op het gebied van diversiteit. In dit hoofdstuk zullen de vier thema’s uit de visie op Breda in 2020 gerelateerd worden aan de acht beleidsterreinen die zijn onderscheiden in Datgene wat ons bindt. Goed toeven Om ervoor te zorgen dat het in 2020 goed toeven is voor iedereen is veiligheid een belangrijk ingrediënt, net als inburgering. Veiligheid in de eigen kring en in de sociale en fysieke omgeving is een cruciale randvoorwaarde voor integratie, emancipatie, participatie en burgerschap. Integratieprocessen zijn gebaat bij een effectieve veiligheidsbenadering die werkt voor alle burgers in de Gemeenten. De ambitie van het Rijk en de Gemeenten is om ten aanzien van relatief nieuwe vraagstukken in de Nederlandse samenleving zoals eer gerelateerd geweld en radicalisering met effectieve aanpakken te experimenteren, zowel preventief als repressief. Het Rijk voert momenteel het landelijk Actieplan polarisatie en radicalisering 2007-2011 uit. Daarnaast wordt gewerkt aan de uitvoering van het beleidsprogramma Eer gerelateerd geweld door middel van onderzoek, maatschappelijke preventie, bescherming en strafrechtelijke aanpak. Het meerjaren kaderprogramma Aan de goede kant van de eer wordt uitgevoerd door vier minderhedenkoepels en lokale achterbangroepen. Het project Veiligheid begint bij voorkomen tot slot, is gericht op de vermindering van criminaliteit en overlast in 2010 met 25% ten opzichte van 2002. Ten aanzien van inburgering zal het Rijk de Wet inburgering vereenvoudigen, zodat gemeenten geen ingewikkelde toets hoeven uit te voeren om vast te stellen wie wel en wie niet een inburgeringaanbod kan krijgen. Verder is het vanaf 1 januari 2008 mogelijk om een inburge-
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
21
ringaanbod te doen dat direct opleidt voor het staatsexamen en komt er meer ruimte voor maatwerk vanwege de sterk verschillende capaciteiten en ambities van inburgeraars. Het Rijk biedt extra middelen voor vergroting van het bereik van inburgeringtrajecten. Daarbij is het in navolging van de Rijksambitie de bedoeling om de activiteiten steeds zo in te richten dat ze ondersteunend zijn aan het betrekken van oudkomers bij de samenleving. Dit wil zeggen dat oudkomers steeds uitgedaagd worden om situaties aan te gaan waarin ze de Nederlandse taal toepassen in de praktijk en daadwerkelijk in contact komen met de Nederlandse samenleving. Groeien in Breda Wil Breda in 2020 optimale kansen bieden aan ieder opgroeiende Bredanaar, dan is onderwijs een onmisbaar element. Onderwijs is een van de belangrijkste kruiwagens om in de Nederlandse samenleving een plek te verwerven. Het verschil tussen allochtone en autochtone kleuters wordt niet bepaald door hun etniciteit, maar door het opleidingsniveau van hun ouders. Hoe hoger dat is, des te groter de onderwijskansen van een kind, zo weten sociologen, leraren en beleidsmakers als vele decennia. De gewichtenregeling is daarom aangepast. Niet langer is het geboorteland van de ouders bepalend voor de toekenning van budgetten aan scholen, maar het opleidingsniveau van de ouders. De achterstand van kinderen met ouders met een laag opleidingsniveau kan worden verkleind door ze samen met kinderen van ouders met een hoog opleidingsniveau in een klas te stoppen. Want hoe hoger het gemiddelde niveau in een klas, des te beter alle leerlingen gaan presteren. Dat komt ondermeer doordat leerkrachten hun onderwijs vaak afstemmen op de gemiddelde leerling. Scholen met veel kansrijke leerlingen trekken betere leraren aan en leerlingen leren ook van elkaar. Toch zijn er behalve de verhouding tussen kansrijke en kansarme kinderen in een klas nog veel meer factoren die de prestaties van een klas bepalen. Denk bijvoorbeeld aan de pedagogischdidactische onderwijskoers van het team en de talenten van juist die ene geniale of zwakke leerkracht. Toch is de samenstelling van de klas wel degelijk van invloed. Hoe beter een klas, hoe beter ook ieder individueel kind leert. Ook voor kinderen van ouders met een hoog opleidingniveau heeft dit voordelen: het is goed voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Door naast een kind met een andere culturele achtergrond te zitten worden ze beter voorbereid op de multiculturele samenleving en maken ze bovendien kennis met kinderen uit andere sociale milieus. De gemengde school is een must vanuit een maatschappelijk onderwijs ideaal van gelijke of zo min mogelijk ongelijke kansen voor alle kinderen. In de woorden van emeritus hoogleraar onderwijs pedagogiek Jan Terwel: Ik sta voor 100% achter de gemengde school. Het is bijna misdadig om achterstandskinderen allemaal bij elkaar te zetten en witte en zwarte scholen te laten ontstaan. Via de Wet Onder wijsachterstandenbeleid moeten scholen integratie bevorderen en segregatie tegengaan. Na de basisschool blijken allochtonen in Nederland veel minder vaak het hoger onderwijs te halen dan in een land als Frankrijk. Niet omdat ze minder talent hebben, maar omdat het Nederlandse onderwijsstelsel drempels voor hen opwerkt. We lopen veel potentie mis, omdat twaalf jaar te vroeg is voor een schoolkeuze die de loopbaan van de leerlingen grotendeels bepaalt. Het Nederlandse onderwijssysteem hoeft niet overhoop gehaald te worden om het probleem op te lossen. Maurice Crul, onderwijskundige aan de Universiteit van Amsterdam pleit bijvoorbeeld voor het opzetten van zogeheten Havo kansklassen, klassen voor vmbo’ers die als ze goed presteren na twee jaar over kunnen stappen naar de havo. Ook Kopklassen kunnen goed werken: een extra jaar na de basisschool om achterstanden weg te werken en voor al veel eerder; de Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE). Ook schakelklassen, de ontwikkeling van brede scholen, extra taalonderwijs, kleinere klassen, klassenassistenten en het voorkomen van vroegtijdig schoolverlaten helpen. Voortijdig schoolverlaten komt onder allochtone jongeren twee keer zo vaak voor als onder hun autochtone leeftijdgenoten. Het Rijk beoogt dit verschil weg te nemen door het onderwijs in met name het VMBO effectiever te maken en een betere aansluiting van VMBO naar MBO te realiseren. Voortijdig schoolverlaten moet in 2012 gehalveerd zijn onder invloed van het landelijke project Aanval op de uitval. Eerder opgedane scholingsachterstanden van volwassenen worden idealiter ingelopen via inburgeringprogramma’s. Met ingang van 1 januari 2009 is er een leerwerkplicht tot 27 jaar en een kwalificatieplicht tot 18 jaar vanaf schooljaar 2007/2008. Tot slot zet het Rijk in op een betere aansluiting
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
22
tussen onderwijs en arbeidsmarkt. De ambitie van het Rijk en de Gemeenten is om al dit type instrumenten in te zetten ter bevordering van een optimale ontwikkeling van kinderen. Meedoen Meedoen heeft betrekking op de beleidsthema’s werk, wonen, actief burgerschap en op emancipatie en participatie van allochtone vrouwen. Ook al is de kredietcrisis een verstorende factor; werk is de sleutel tot maatschappelijk aanzien en erkenning en daarmee meedoen in de samenleving. Arbeid maakt de mens economisch onafhankelijk en sociaal vitaal en draagt bij aan identificatie met de samenleving. De ambitie van het Rijk en de gemeenten is om de arbeidsparticipatie van allochtonen tussen 25 en 65 jaar van 51% nu naar 58% in 2018 te doen toenemen. Het lage percentage van 51% wordt voor een groot deel verklaard door ondervertegenwoordiging van Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse vrouwen in de arbeidsmarktstatistieken en door de tweemaal zo hoge werkloosheid onder de niet westerse jeugd ten opzichte van autochtone leeftijdsgenoten. De te lage arbeidsdeelname van allochtonen van niet-westerse afkomst heeft te maken met de werkzoekenden (gebrekkige scholing en opleiding), maar ook met werkgevers die nog altijd allochtonen (onbewust) discrimineren en met de markt omdat allochtonen onvoldoende in het netwerk zitten dat banen biedt. Naast regulier arbeidsmarktbeleid zullen speciale maatregelen ingezet worden om niet-westerse allochtone vrouwen en jongeren de arbeidsmarkt op te trekken. Door te investeren in scholing van mensen die onvoldoende gekwalificeerd zijn, maar ook door een verbeterde bemiddeling richting arbeidsmarkt en de bestrijding van discriminatie. Afspraken tussen het kabinet, de werkgevers, de werknemers en gemeenten moeten leiden tot de actieve bestrijding van discriminatie en het realiseren van meer stageplaatsen. De invoering van nieuwe reintegratie-instrumenten voor de onderkant van de arbeidsmarkt zijn van belang. Te denken valt aan coaching, netwerkvorming intensieve bemiddeling, toonkamers, regionale en lokale marktbewerking en banenplannen. Verder zullen afspraken worden gemaakt over streefcijfers met de werkgevers van de overheid. Bedrijven worden via een landelijk netwerk diversiteitmanagement benaderd, overheidsprojecten worden bij voorkeur gegund aan bedrijven die in hun offerte aantonen de werkgelegenheid van allochtonen te bevorderen, microkrediet wordt verstrekt aan startende ondernemers en een beeldvormingcampagne over allochtone jongeren voor werkgevers zal worden gevoerd. Ook zullen initiatieven ondersteund worden ter vergroting van sollicitatievaardigheden en soft skills onder allochtone jongeren. Het Rijk heeft met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) afgesproken dat het aantal bijstandsgerechtigden met 75.000 gereduceerd zal moeten worden, dat 25.000 niet-uit keringsgerechtigden naar werk en anders naar maatschappelijk nuttige activiteiten toegeleid worden, dat er leerwerkloketten zullen komen, dat zelfstandig ondernemerschap wordt bevorderd en dat er een specifieke aanpak komt voor hoogopgeleide vluchtelingen. Ten aanzien van het beleidsthema wonen is de ambitie van het Rijk en de gemeenten om een te hoge concentratie van huishoudens met lage inkomens te verminderen en segregatie naar inkomenspositie te vermijden. Een combinatie van fysieke ingrepen, sociale voorzieningen en overheidssturing op de woningvoorraad moet leiden tot een betere menging van inkomensgroepen. Belangrijke partner voor de overheid zijn in deze de woningcorporaties die de maatschappelijke taak hebben om lage inkomensgroepen te huisvesten. Fysieke ingrepen zijn sloop en nieuwbouw in wijken met een eenzijdige, goedkope woningvoorraad om deze te mengen met andere en duurdere woningtypen. Overheidssturing kan plaats vinden door integratie en veiligheid op te nemen in de Gemeentelijke woonvisie, door instroom van lage inkomensgroepen in de concentratiewijken te reguleren en door de instroom van nieuwe migrantengroepen in concentratiewijken te beperken (met name uit voormalig Oost-Europa). De huisvesting van gepardonneerde ex-asielzoekers zal via een Gemeentelijke taakstelling verspreid worden over Nederland, er zal een aanpassing van de huisvestingswet plaatsvinden waarbij leefbaarheid als criterium wordt toegevoegd voor woningtoewijzing. Verenigingen van Eigenaren worden aangepakt bij achterstallig onderhoud en regionale woningproductieafspraken moeten leiden tot spreidingsontwikkeling van woningbouw.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
23
Onder de noemer actief burgerschap willen het Rijk en de Gemeenten gemeenschappelijkheid bevorderen; een gezamenlijk gedeeld burgerschap waarmee een ieder meedoet in de samenleving. Daarvoor is nodig dat alle burgers een beroep kunnen doen op elementaire vrijheden en rechten die hier gelden, maar dat ook iedereen enige kennis heeft over de identiteit van dit land, zoals het door de geschiedenis vorm heeft gekregen. De overheid heeft hierin een belangrijke rol als bewaker van de rechtsstaat en als generator van onderlinge verbondenheid. Bij bevordering van actief burgerschap gaat het om respect voor elkaars rechten en respect voor verschillen in culturele en/of religieuze achtergrond. Het Rijk heeft ter bevordering van actief burgerschap een Handvest voor verantwoordelijk burgerschap uitgegeven. Dit wordt onder andere in het onderwijs gehanteerd. De invoering van de naturalisatieceremonie als een landelijke dag van het Nederlanderschap is gericht op de bevordering van het besef van onderlinge verbondenheid. Het bevorderen van actief burgerschap en het bestrijden van processen die dit in de weg staan, zoals uitingen van discriminatie en racisme zijn van groot belang, net als de bevordering van een landelijke dekkend netwerk van anti-discriminatievoorzieningen via wetgeving en financiële middelen. Tot slot wordt het debat over de kernwaarden van de rechtsstaat, over de relatie tussen religie en samenleving en over wederzijds respect gestimuleerd. Een groot deel van de 830.000 allochtone vrouwen in Nederland doet nog niet actief mee in de samenleving. Ze spreken niet of nauwelijks Nederlands en zijn sterk op de eigen kring gericht. Deze situatie moet doorbroken worden, want ook zij mogen meedoen. Dat is niet alleen voor de vrouwen zelf van belang, maar ook voor hun kinderen, gelet op het risico van overerving van sociale achterstand. De ambitie van Rijk en gemeenten is dat deze vrouwen actief worden in de samenleving, bijvoorbeeld via betaald werk. Daar voor is nodig dat zij de Nederlandse taal op basisniveau beheersen en enige arbeidskwalificatie opbouwen. Is de afstand tot de arbeidsmarkt nog te groot, dan is maatschappelijke participatie via vrijwilligerswerk een optie. Rijk en gemeenten zijn hier samen mee aan de slag op basis van de instrumenten en methodieken die zijn beschreven in de emancipatienota Meer kansen voor vrouwen. Omdat emancipatie van vrouwen soms wordt belemmerd door de opvattingen van mannen over vrouwen richt het emancipatiebeleid zich ook op mannen en jongens uit deze groepen. Het Rijk heeft de toolkit participatie uitgezet. Breda is een van de vier Gemeenten die hier in de pilotperiode (2004) al ervaring mee op heeft gedaan. Het is een instrument dat Gemeenten in kunnen zetten om een samenhangend beleid ter bevordering van de participatie van allochtone vrouwen te ontwikkelen. Ook vergemakkelijkt de toolkit de creatie van paraprofessionele functies waarmee vrouwen zonder formele startkwalificaties mogelijkheden krijgen om werkervaring op te doen en door te stromen op de arbeidsmarkt. Op de participatietop is afgesproken dat sectoren worden gestimuleerd om dergelijke functies te creëren. Zelfstandig ondernemerschap wordt gestimuleerd met microkredieten en het vergroten van zelfredzaamheid door vrouwelijke en mannelijke rolmodellen in te zetten. Plannen worden ontwikkeld om de participatie en emancipatie van allochtone mannen en jongens te bevorderen en om eer gerelateerd geweld uit te bannen.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
24
Gezond en zorgzaam Om zorg voor elkaar te kunnen bieden, is sociale integratie van groot belang, want wie anoniem en geïsoleerd leeft, staat er alleen voor. Het Rijk en de gemeenten willen graag dat (groepen) burgers zich meer betrokken voelen bij elkaar en zo mogelijk samen gaan werken bij onderwerpen van gemeenschappelijk belang. Dat kan heel verschillend zijn: samen eten, samen sporten, samen verenigingen besturen, samen deelnemen aan culturele activiteiten enz. Daadwerkelijke sociale integratie vindt plaats in wijken en buurten. Het Rijk zal dit lokale beleid ondersteunen. Het Rijk geeft daarbij de voorkeur aan projecten die leiden tot vanzelfsprekende en/of herhaalde ontmoeting, omdat dit leidt tot duurzame verandering en functionele identificatie met Nederland. Een andere belangrijke ambitie is de combinatie van beleidsterreinen die op het vlak van sociale integratie op elkaar inwerken, bijvoorbeeld de verbinding van jeugdbeleid met opvoedingsondersteuning. Het Rijk investeert in acties om de binding tussen burgers te bevorderen, bijvoorbeeld via de landelijke stimuleringsregeling Ruimte voor contact die plannen van burgers om op lokaal niveau samen te werken financieel ondersteunt. Ook in de oprichting van Centra voor Jeugd en Gezin wordt geïnvesteerd, het elektronisch kinddossier wordt ingevoerd en een 100% dekking van de Zorg- en Adviesteams (ZAT’s) gerealiseerd.
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
25
Bouwen aan cultureel diversiteitsbeleid Breda 2009 - 2013
26