Routing toeleiding werkervaring Versie Status
10 augustus 2011 Besproken en goedgekeurd op de Stuurgroep Werkervaring op 7 juli 2011 Gevalideerd door VDAB op 10 augustus 2011
Inhoud: 1. 2. 3. 4. 5. 5.1 5.2 5.3 6. 7. 8. 9. 9.1 9.2 9.3 9.4 10. 11.
Doelstelling van het document ........................................................................................................ 1 Algemene situering toeleiding ......................................................................................................... 1 Wie kan toeleiden? .......................................................................................................................... 2 Toeleiding door werkervaringsspecialisten en de trajectbegeleiders VDAB ................................... 2 Stappenplan screening en toeleiding door VDAB ........................................................................... 3 Doelgroepwerknemer is in traject bij VDAB (warme doorverwijzing) .......................................... 3 Doelgroepwerknemer is niet in traject bij VDAB .......................................................................... 4 Spontane aanmelding bij een promotor ...................................................................................... 4 Profiel van de kandidaten ................................................................................................................ 5 Warme doorverwijzing en warme overdracht .................................................................................. 5 Activeringsscreening ....................................................................................................................... 5 Goede praktijken toeleiding ............................................................................................................. 6 Lokaal overleg ............................................................................................................................. 6 Ruime verspreiding van de vacatures ......................................................................................... 6 Infosessies ................................................................................................................................... 7 Jobkrant WEP en WIP werkervaring (door VDAB)...................................................................... 7 VDAB evaluatie............................................................................................................................ 7 VDAB contactpersonen ............................................................................................................... 8
1. Doelstelling van het document Dit document ‘Routing toeleiding werkervaring’ bundelt de afspraken tussen VDAB en de werkervaringspromotoren over de toeleiding in het kader van werkervaring.
2. Algemene situering toeleiding 1
Zoals bepaald in het Besluit van de Vlaamse regering betreffende werkervaring van 10 juli 2008 en 2 de nota aan de leden van de Vlaamse regering over werkervaring is VDAB, in het verlengde van de decretale opdracht, verantwoordelijk voor de toeleiding van de doelgroep naar de interne als de externe promotoren. Het beleid gaf aan dat op basis van de beheersovereenkomst met de Vlaamse overheid kandidaten uit de sluitende aanpak voorrang krijgen en dat gestreefd wordt naar een positieve oververtegenwoordiging van laaggeschoolden, ouderen (50+), allochtonen en personen met een arbeidshandicap. VDAB heeft zich geëngageerd om maximale inspanningen te leveren op het vlak van toeleiding en evalueert jaarlijks. VDAB neemt initiatief om toeleidingsacties te organiseren in overleg met de leerwerkbedrijven. Dat kan zowel collectief als individueel.
1 2
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende werkervaring. 10 juli 2008, Hoofdstuk IV. Toeleiding, artikel 7. Nota aan de leden van de Vlaamse regering over werkervaring. 7 mei 2008, p.7.
Routing toeleiding werkervaring
1/9
Rond de organisatie hiervan worden tussen VDAB en de leerwerkbedrijven praktische afspraken gemaakt. VDAB neemt hiervoor initiatief. Binnen het gebied van een LKC overleggen VDAB en de betrokken leerwerkbedrijven over de organisatie van de toeleiding, de warme doorverwijzing en de warme overdracht. Algemene principes van de toeleiding: • Toeleiding kan door VDAB, andere arbeidsbemiddelaars uit de werkwinkel of de promotor. • Enkel VDAB attesteert of de betrokkene voldoet aan de formele doelgroepcriteria en staat afwijkingen toe. Tevens wordt gevalideerd of WE zinvol is in het traject van de werkzoekende. • Er kan een afwijking op de doelgroep van 10% door VDAB worden toegestaan. • De werkzoekende met de grootste afstand tot de arbeidsmarkt dient toegeleid te worden naar de LWB. Daarvoor wordt een indicatieve vragenlijst gehanteerd (cfr. bijlage). • De matching tussen vacature en kandidaat is een samenspel en geen 1-richtingsverkeer. • De toeleiding is niet vrijblijvend. Plaatsen dienen tijdig te worden ingevuld. • Het succes van de werkervaring wordt mede bepaald door een gedegen toeleiding. Er is een verband tussen een kwaliteitsvolle toeleiding en een succesvolle en duurzame uitstroom. • Werkervaring is ingebed in de trajectwerking, dus de toeleiding wordt georganiseerd door WEspecialisten en trajectbegeleiders (TB). • Indien een promotor een door de VDAB toegeleide kandidaat weigert, moet dit worden gemotiveerd. Deze motivatie wordt door de VDAB beoordeeld en meegenomen bij de algemene evaluatie van de promotor.
3. Wie kan toeleiden? • • •
VDAB (trajectbegeleiders (TB), vacatureconsulenten,…); GTB kan trajectbepaling doen, maar de attestering gebeurt door de VDAB; Andere werkwinkelpartners (zoals OCMW, stad,…) indien deze in de werkwinkel zetelen (eventueel op permanentiedagen) en deel uitmaken van werkwinkeloverleg: o De partners registreren in dossiermanager; o De attestering en vacatureverwijzing gebeurt door de VDAB; o Indien het eveneens een werkervaringspromotor is dan wordt het dossier eerst doorgestuurd naar VDAB voor een formele goedkeuring en attestering.
In onderstaande tekst wordt de trajectbegeleider afgekort naar TB. De benaming wordt ruim opgevat en staat voor iedereen die kan toeleiden.
4. Toeleiding door werkervaringsspecialisten en de trajectbegeleiders VDAB Werkervaring is ingebed in de trajectwerking. In die zin moeten alle TB kunnen toeleiden. De promotoren vinden het belangrijk dat er een vast aanspreekpunt is voor werkervaring. In het VIONA3 onderzoek over werkervaring wordt verder ingegaan op de praktische organisatie van de toeleiding. VDAB leidt toe door: • Specialisten werkervaring: hebben heel wat ervaring met de maatregel, kennis van de doelgroep, de promotoren, de organisaties en de functies. • TB: zijn ingebed in het geheel van de trajectwerking en leiden toe naar verschillende projecten.
3
De Cuyper, P., (e.a.), Evaluatie van het nieuwe werkervaringsprogramma. Een analyse van de organisatie en financiële positie van de leerwerkbedrijven. HIVA, KUL, september 2010, pp. 37 – 48.
Routing toeleiding werkervaring
2/9
5. Stappenplan screening en toeleiding door VDAB Er zijn 3 parallelle circuits waarop een doelgroepmedewerker de weg naar de werkervaring vindt: • Doorverwijzing door TB vanuit de trajectwerking wanneer hij/zij oordeelt dat werkervaring een nuttige actie is in het traject van de betrokkene; • Andere dan de trajectwerking; • Spontane aanmelding bij de promotor. Binnen iedere regionale VDAB kunnen eigen accenten worden gelegd. De specifieke regionale aanpak wordt het best besproken met de regionale betrokkenen. Het proces van de trajectbepaling, het nakijken van de instapvoorwaarden en de attestering door de VDAB verantwoordelijke wordt afgerond binnen de 14 dagen.
5.1
Doelgroepwerknemer is in traject bij VDAB (warme doorverwijzing)
Werkervaring is ingebed in de trajectwerking van VDAB en de trajectbegeleiders staan in voor de matching tussen vacature en kandidaat. Fase
Toelichting
1 De TB oordeelt dat betrokkene in aanmerking komt voor WE (trajectbegeleiding). Dit kan besproken worden met de expert werkervaring binnen VDAB.
Validering dat WE zinvol is in het traject van de werkzoekende.
2 Trajectbepaling, instapvoorwaarden en attestering door VDAB trajectbegeleider. 3 VDAB Bepaalt de afstand tot de arbeidsmarkt voor doorverwijzing naar interne of externe promotor.
4.1 Indien van toepassing wordt in functie van de openstaande vacatures doorverwezen naar een infosessie (matching).
Daarbij is het belangrijk dat de kandidaat voldoende wordt ingelicht over werkervaring. • Instapvoorwaarden WE • Attestering RVA • Aanmaak lijn in het dossier Indicatielijst van VDAB om diegenen met de grootste afstand tot de arbeidsmarkt door te verwijzen naar de interne partners (LWB). Cfr. bijlage 1 Bij de infosessies in het belangrijk dat de promotoren op de hoogte worden gebracht van wie voor welke functie (evt. als gesco) in aanmerking komt. Daarbij wordt zoveel aanwezigheidslijsten.
mogelijk
gewerkt
met
Voor een goede opvolging is de aanwezigheid van VDAB of het werken met aanwezigheidslijsten een must. Terugkoppeling aan VDAB
4.2 Indien geen infosessies worden georganiseerd, worden de gegevens door VDAB doorgespeeld aan de promotor. 5 De promotor nodigt de betrokkene uit voor een sollicitatiegesprek.
6 De promotor rapporteert aan VDAB. 7 Individuele fiche wordt doorgestuurd aan VDAB. 8 VDAB verschaft inzagerecht. 9 Warme doorverwijzing door VDAB.
Routing toeleiding werkervaring
Feedback door de promotoren na infosessie over: • Aanwezigen • Wie al dan niet wordt weerhouden
Tijdens het gesprek wordt gepolst naar: • Motivatie • Noden • Is WE aangepast en een meerwaarde Een weigering wordt grondig gemotiveerd.
Cfr. punt 7 warme doorverwijzing
3/9
5.2
Doelgroepwerknemer is niet in traject bij VDAB
Als er via de reguliere trajectwerking te weinig kandidaten zijn, dan wordt gezocht in de pool van werkzoekenden die niet in traject zijn. Fase
Toelichting
1 De expert werkervaring VDAB selecteert potentiële kandidaten in de bestanden op doelgroepkenmerken
Opstellen van een lijst van potentiële kandidaten die aan de criteria voldoen.
Screening op jobdoelwit en achtergrond 2 De expert werkervaring en/of TB VDAB nodigt de betrokkene uit voor een intakegesprek en een beknopte oriëntering 3 Op basis van een gesprek wordt de kandidaat door VDAB gescreend. Daarbij wordt geoordeeld of de betrokkene in aanmerking komt voor WE Vervolg cfr. 5.1 (vanaf 1, 2)
5.3
Spontane aanmelding bij een promotor
Mogelijke kandidaten kunnen zich eveneens melden bij de werkervaringspromotor. Men vindt de weg door bvb mond-aan-mond reclame of gepubliceerde vacatures. Fase
Toelichting
1 Spontane aanmelding bij een promotor 2 Doorverwijzing naar VDAB door de promotor
3 VDAB wijst een TB aan (indien nog niemand is toegewezen) Trajectbepaling, instapvoorwaarden en attestering door VDAB TB
4 De kandidaat wordt al dan niet doorverwezen naar een vacature van een promotor
Dat kan bvb tijdens een jobbeurs, mond-aanmondreclame, spontaan bezoek,… Om geen voorbarige verwachtingen te scheppen wordt werkervaring beknopt toegelicht. Terwijl de promotor doorverwijst naar VDAB wordt het dossier even on-hold geplaatst. Dit gebeurt door het rijksregisternummer te bezorgen aan de verantwoordelijke binnen de regionale VDAB. Doelgroepwerknemers dienen te worden opgenomen in traject bij VDAB. Validering dat we zinvol is in het traject van de werkzoekende • Instapvoorwaarden WE • Attestering RVA Aanmaak lijn in het dossier • Informatiesessie • Sollicitatie •
VDAB geeft feedback over de kandidaat aan de promotor, ook als werkervaring niet de meest aangewezen actie blijkt te zijn. Vervolg cfr. 4.1 (vanaf 4.1 of 4.2)
Een rijksregisternummer van een potentiële kandidaat kan steeds ter attestering en validering naar de regionale verantwoordelijken van VDAB worden verstuurd. Zijn er verschillende kandidaten, bvb. na een jobbeurs, dan wordt dit het best vooraf besproken met de VDAB verantwoordelijke.
Routing toeleiding werkervaring
4/9
6. Profiel van de kandidaten 4
In het BVR worden de formele doelgroepcriteria opgelijst: Langdurige werklozen, die aan één van de hiernavolgende voorwaarde voldoen: • zonder onderbreking minstens 24 maanden volledig vergoede werkloze zijn; • zonder onderbreking minstens 12 maanden een leefloon genieten en ingeschreven zijn als werkzoekende; • zonder onderbreking minstens 12 maanden recht hebben op financiële maatschappelijke hulp en ingeschreven zijn als werkzoekende; • als niet-werkende werkzoekende gedurende minstens 24 maanden ingeschreven zijn bij de VDAB. De niet-werkende werkzoekende is gedurende deze periode geen volledig vergoede werkloze geweest, en heeft niet in loondienst gewerkt of een zelfstandig beroep uitgeoefend. Er geldt eveneens een afwijking van 10% van het totale aantal werkervaringsplaatsen, na een voorafgaande goedkeuring door VDAB, voor: • niet-werkende werkzoekende deeltijds lerenden met draaglast; • niet-werkende werkzoekenden met een psychologische, psychiatrische, medische, mentale of sociale beperking; • andere leefloongerechtigden en gerechtigden op financiële maatschappelijke hulp, dan die vermeld in punt 1°, b) en c) en die niet-werkend werkzoekend zijn. Afhankelijk van de conceptuele nood van de persoon in kwestie kan de 10% afwijking te allen tijde worden toegevoegd. Werkervaring richt zich op een duurzame uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt (NEC). Tijdens de werkervaring moeten de competenties verworven worden, nodig om deze job uit te oefenen. Concreet gaat het over basiscompetenties, technische vaardigheden en sollicitatievaardigheden. Tevens wordt gewerkt aan het wegwerken van belemmerende randfactoren. Kandidaten dienen over voldoende leerpotentieel te beschikken om in hun functioneren groeien. 5
In het VIONA-onderzoek worden 3 belangrijke belemmeringen aangehaald: motivatie, hanteerbare randproblematieken en de kennis van het Nederlands. Het is de opdracht van de promotoren om dit in de begeleiding op te nemen. Toch kan het zijn dat door een combinatie van bovenstaande factoren WE niet het meest geschikte instrument is. Een weigering wordt door de promotor gemotiveerd.
7. Warme doorverwijzing en warme overdracht In het proces van de WE zijn er 2 momenten van overdracht voorzien: de warme doorverwijzing bij de aanvang naar de promotoren en de warme overdracht aan het einde naar VDAB. Na de toeleiding door de VDAB op het moment van de aanwerving vindt er het best een warme doorverwijzing plaats waarbij de DGWN zoveel mogelijk wordt gesitueerd. VDAB werkt aan een document voor de warme overdracht. Een warme overdracht vindt plaats na de afronding van werkervaring en de nazorg door het LWB aan VDAB. Daarvoor verwijzen we naar de rapportering in CVS en het beantwoorden van de 5 standaardvragen.
8. Activeringsscreening Soms blijkt een werknemer Werkervaring tijdens de tewerkstelling ernstige problemen te vertonen en is er nood aan een screening. Dit zou in theorie niet mogen voorvallen : VDAB doet een grondige 4
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende werkervaring. 10 juli 2008, Hoofdstuk II. Toepassingsgebied, artikel 2, § 1 en 2. 5 De Cuyper, P., (e.a.), Evaluatie van het nieuwe werkervaringsprogramma. Een analyse van de organisatie en financiële positie van de leerwerkbedrijven. september 2010, p. 146.
Routing toeleiding werkervaring
5/9
screening van de kandidaat vooraleer door te verwijzen en kiest geschikte kandidaten die potentieel hebben om door te groeien naar een job in het NEC. Dit moet besproken worden met de VDABtrajectbegeleider en er kan enkel via de trajectbegeleider een (activerings)screening aangevraagd worden. Indien mogelijk blijft de Werkervaring verder lopen tot de resultaten van de screening bekend zijn. Indien niet mogelijk wordt de Werkervaring stopgezet en volgt de trajectbegeleider het dossier verder op. De kosten van deze screening zijn ten laste van de VDAB.
9. Goede praktijken toeleiding 9.1
Lokaal overleg
Een lokaal overleg tussen de werkervaringspromotoren en VDAB om af te stemmen en knelpunten aan te pakken is nuttig. Wederzijdse feedback is belangrijk om de toeleiding te optimaliseren. De partners kunnen zelf deze overlegmomenten invullen en organiseren. We stimuleren eveneens andere contacten, omdat deze de samenwerking en afstemming bevorderen. Denken we aan bezoeken van VDAB op de werkvloer, jobbeurzen, ontmoetingen tussen trajectbegeleider en inschakelingscoaches,… . Op een regionaal overleg worden volgende punten besproken: • Toeleiding; • Feedback samenwerking; • Redenen van weigering; • Registratie, in- en uitstroomprofiel; • Warme doorverwijzing en overdracht. De betrokkenen in de regio’s voeren de afspraken uit. Wederzijdse feedback is belangrijk om de toeleiding te optimaliseren. Naast het lokaal overleg is een goede lokale bekendheid een must voor een sterke lokale verankering. De werkervaringspartners zijn sterk regionaal ingebed en hebben een breed netwerk van organisaties, hulpverleningsinitiatieven, overige actoren van opleiding, begeleiding en tewerkstelling, lokale besturen en OCMW, werkgevers,… .
9.2
Ruime verspreiding van de vacatures
Interne en externe werkervaringspromotoren kunnen generieke en specifieke vacatures publiceren via VDAB. Deze zijn belangrijk voor een kwalitatieve toeleiding. Tal van promotoren verspreiden hun vacatures ook ruimer om een breder publiek aan te spreken en laagdrempelig te werken (bvb Streekkrant en regionale media, folders met vacatures, netwerk met andere doorverwijzers,…). Belangrijk is om de functies en profielen (competenties, taken en werkomstandigheden) zo duidelijk en gedetailleerd mogelijk te omschrijven. Dit zorgt voor een goede matching en een gerichte doorverwijzing. Daarbij is het eveneens belangrijk om de vacature in een leesbare en eenvoudige taal te omschrijven. Belangrijke aandachtspunten voor de vacatures zijn: • Tijdig bekendmaken aan VDAB; • Duidelijke en eenvoudige omschrijving van de functie, competentie en werkomgeving. Vacatures kunnen eveneens door Jobkanaal worden verspreid als de onderstaande stappen worden doorlopen: • VDAB bezorgt werkervaringsvacatures aan jobkanaal; • Jobkanaal neemt contact op met de werkervaringspromotor die al dan niet toestemt met de publicatie van de vacatures op Jobkanaal. De vacatures op Jobkanaal zijn gesloten vacatures. Dit houdt in dat de namen van de werkervaringspromotoren niet weergegeven worden op de vacature. Arbeidsbemiddelaars richten zich voor vragen tot de vacature naar VDAB.
Routing toeleiding werkervaring
6/9
9.3
Infosessies
In diverse regio’s worden infosessies georganiseerd. Dit is een uitstekend moment om de organisatie, het instrument, de werkvloeren, de voorwaarden,… toe te lichten. Een doelgroepwerknemer kan daarbij informatie inwinnen en een keuze maken. Na een collectieve infosessie volgen individuele gesprekken met de promotoren. Een infosessie is geen sollicitatie. De TB verwijzen werkzoekenden door naar de infosessies. Voor een goede opvolging en doorstroming wordt de voorkeur gegeven aan de aanwezigheid van een VDAB verantwoordelijke op de infosessies. Indien geen VDAB vertegenwoordiger kan aanwezig zijn, is het belangrijk dat de promotor wordt ingelicht over de deelnemers en de verwijzingen naar de specifieke vacatures. De infosessies worden regionaal georganiseerd en ingevuld, in die zin zijn er enkele accentverschillen: • Al dan niet aanwezigheid van VDAB; • Voorafgaandelijke toelichting en situering; • Aanbeveling van de infosessie door de TB (van vrijblijvend tot verplichting); • Periodiciteit (bvb maandelijks,…); • Locatie van de infosessies (werkwinkel, werkvloer bij promotoren,…); • Toelichting en situering door TB (soms weten potentiële doelgroepwerknemers niet waarvoor ze komen); • De sollicitatiegesprekken worden later (bvb 2 weken nadien) georganiseerd • Eigen accenten afhankelijk van de lokale realiteit en de bereikbaarheid. Gezien de typische regionale accenten bespreken de specifieke regionale actoren de modaliteiten voor samenwerking.
9.4
Jobkrant WEP en WIP werkervaring (door VDAB)
De Jobkrant voor werkervaring centraliseert openstaande vacatures. Dit wordt als een nuttig instrument ervaren en is op eenvoudige aanvraag te verkrijgen bij de regionale contactpersoon van VDAB.
10. VDAB evaluatie 6
Zoals bepaald in het BVR maakt VDAB jaarlijks een evaluatie. De evaluatie van de promotor: • De doorstroom van de DGWN naar NEC, SEC, opleiding en VDAB (warme overdracht); • Het aantal geweigerde personen + de reden; • Het individueel begeleidingsplan: inhoud; • De mate waarin het werkervaringsproject aansluit bij het JAP en MJOP; • De samenwerking tussen promotor, LWB en VDAB. De evaluatie van het LWB: • De doorstroom van de DGWN naar NEC, SEC, opleiding en VDAB (warme overdracht); • De duurzaamheid van de jobs na doorstroming naar het NEC; • De samenwerking tussen het LWB en VDAB. • De kwaliteit van de dossiers in CVS.
6
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende werkervaring. 10 juli 2008, Hoofdstuk VIII. Evaluatie, artikel 31.
Routing toeleiding werkervaring
7/9
11. VDAB contactpersonen De centrale contactpersoon: Carole Castelein
Projectleider werkervaring
02 506 29 05
[email protected]
053 76 71 65 03 202 17 09
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
De contactpersonen uit de regio’s: VDAB
Verantwoordelijke Werkervaring
Aalst Antwerpen
Hasselt
Raphaël De Staelen Chris Verbeeck Nell Kuilman Ellen Van Put Isabelle Hessens Nadine Bague Ingrid Brusseel Stefaan Peeters
Kortrijk Leuven Mechelen
Brugge Gent
050 44 04 32 09 265 47 20 011 26 06 28
[email protected] [email protected] [email protected]
Nancy Veys Lena Engelborghs Chris Vandevin
056 24 74 17 016 29 86 55 015 29 71 07
[email protected] [email protected] [email protected]
Oostende Sint-Niklaas
Margot Speckens Carina Corne Rita Van Clapdurp
059 55 65 00 03 780 38 12
[email protected] [email protected] [email protected]
Turnhout
Jan Dufraing
014 44 51 03
[email protected]
Tongeren Vilvoorde
Peter Claes Ethel Delbaere
012 39 87 71 02 255 92 41
[email protected] [email protected]
Routing toeleiding werkervaring
8/9
Bijlage: Document VDAB (indicatieve vragenlijst) voor het bepalen van de afstand tot de arbeidsmarkt Er is nog geen gevalideerd instrument om de afstand tot de arbeidsmarkt te bepalen, maar hieronder volgen enkele vragen die richting kunnen geven van hoe ver iemand nog van de arbeidsmarkt verwijderd is : a : kan betekenen : weinig stappen nodig, kortbij werk b : kan betekenen : meer stappen nodig, nog langere weg af te leggen Uiteraard moet deze bevraging deel uitmaken van een grondige intake. Sociaal contact
Zelfvertrouwen
Gezondheid Mobiliteit Financiële drijfveer
Ambitie
Sociale zekerheid / veiligheid
Scholing Gezinstoestand
Maatschappelijke status
a. Een voordeel van werk is dat je dagelijks veel mensen ontmoet. b. Ik heb geen werk nodig voor mijn sociale contacten. a. Ik ben interessant voor een werkgever omwille van mijn kennis en ervaring. b. Ik denk dat ik een werkgever weinig te bieden heb. a. Ik ben fit genoeg om te gaan werken. b. Gaan werken is om gezondheidsredenen niet mogelijk. a. Ik kan zorgen voor vervoer naar mijn werk. b. Ik kan alleen gaan werken in mijn onmiddellijke omgeving. a. Ik heb extra geld nodig, en daarom wil ik snel aan het werk. b. Het verhogen van mijn inkomen is op dit moment geen reden om te gaan werken. a. Dankzij mijn werk kan ik ervoor zorgen dat ik makkelijker vooruit kom in het leven. b. Ik heb geen werk nodig om hoger op de maatschappelijke ladder te stijgen. a. Onvoorziene omstandigheden zijn beter op te vangen wanneer ik werk heb (meer geld, meer vrienden, meer mogelijkheden…). b. Vooruit kijken en plannen heeft niet veel zin, problemen los ik op het moment zelf op. a. Ik ben voldoende geschoold om gepast werk te vinden. b. Ik ben niet voldoende geschoold om gepast werk te vinden. a. Mijn huishouden is zo te organiseren dat ik direct kan gaan werken. b. Ik ben thuis onmisbaar, waardoor, ik voorlopig niet kan gaan werken. a. Ik zou graag buitenshuis werken omdat werkende mensen meer aanzien hebben. b. Als werkzoekende voel ik mij helemaal niet schuldig tegenover de maatschappij.
Routing toeleiding werkervaring
9/9