RONDLEIDING 6/2008
Onze leidingen doen hun kunstje graag opnieuw.
INFORMATIE EN INSPIRATIE ROND KUNSTSTOF LEIDINGSYSTEMEN DOOR BUREAULEIDING
De schone missie van Vinyl 2010 Streven naar betere milieuprestaties in de hele PVC-keten
People, Planet, Profit en Polymeer Energie-efficiency in de kunststof industrie
Duidelijke taal voor de installateur ISSO montage- en verwerkingsrichtlijn Dankzij het unieke Buizen Inzamel Systeem van BureauLeiding kunnen er, op maar liefst 56 plaatsen in Nederland, dagelijks gebruikte kunststof leidingen worden ingeleverd. Van daaruit beginnen ze gewoon weer aan hun tweede leven. Of hun derde. Ze worden gereinigd, vermalen en vervolgens wordt er nieuw leven ingeblazen. Van KOMO krijgen ze dan ook nog het keurmerk mee. En daarna begint alles weer opnieuw.
Het is rond met leidingen van kunststof.
www.bureauleiding.nl/bis
BIS! We want more • Ondergronds Parijs • De ultieme woondroom • Investeren in de energiezorg • Het water komt • Verkoop uw huid duurzaam • Ook een PVC rioolleiding gaat meer dan 100 jaar mee • Kunstig hergebruik •
RONDLEIDING
INLEIDING Nog steeds duurzaam!
4
8
12
16
4
De schone missie van Vinyl 2010
8
BIS!
Kunststof leidingsystemen? U hebt wel iets anders aan uw hoofd! Bestaat er nog leven na de kredietcrisis? Wat valt er nog meer om, behalve banken? RondLeiding weet het antwoord niet. We zouden hooguit kunnen zeggen dat we nu al weer voor de 6e keer - proberen voor enige verstrooiing te zorgen door middel van ons magazine met informatie en inspiratie rond kunststof leidingsystemen.
Streven naar betere milieuprestaties in de hele PVC-keten
We want more
10
Kunstig hergebruik
12
People, Planet, Profit en Polymeer
16
Ondergronds Parijs
Kunstzinnige vazen uit PVC-buizen, van rioolbuis tot trommel
24
Zo leest u bijvoorbeeld in RondLeiding 6 dat niet alleen drukleidingen een levensduur van meer dan 100 jaar hebben - zoals 2 jaar geleden door TNO is aangetoond -, maar dat dit ook geldt voor drukloze leidingen, zeg maar de riool- en afvalwaterbuis. Minstens 100 jaar geen omkijken naar.
Energie-efficiency in de kunststof industrie
Toeristisch uitstapje en decor voor wereldberoemde musical
18
Ook een rioolleiding van PVC gaat meer dan 100 jaar mee
20
Alstublieft
22
Verkoop uw huid vooral duurzaam
24
De ultieme woondroom van UNETO-VNI
26
Het water komt!
30
Duidelijke taal voor de installateur
34
Investeren in de energiezorg
37
Van Living Machine tot soepschildpadden
38
Buizen en muizen
26
Onderzoek van TNO bevestigt het
Een gratis flexibele handleiding voor ingegraven buizen
Duurzaam Inkopen van de overheid
TV-programma zet installatiebranche in de spotlights
30
Waterschappen werken aan gevolgen klimaatverandering
De ISSO montage- en verwerkingsrichtlijn
Energie-efficiency in de kunststof industrie
Maar om verstrooiing zal het u nu niet gaan. Nee, het gaat nu om wezenlijke zaken. En toch leveren we daar een bijdrage aan! Want u hebt eigenlijk geen omkijken naar kunststof leidingen. Als ze goed worden gelegd of goed worden aangesloten, dan doen ze in alle rust, jarenlang (eeuwenlang?), hun werk. En dat geeft u de gelegenheid om over andere zaken na te denken.
34
Jaarlijkse bijeenkomst BureauLeiding in De Waterfabriek
Maar een lange levensduur alleen zegt niet alles over duurzaamheid. En dat is tegenwoordig zo’n belangrijk begrip dat u daar ook geen omkijken naar wenst. Ook dan zit u met kunststof leidingen goed. Bij alle criteria voor duurzaam inkopen die SenterNovem momenteel voor de overheid aan het opstellen is, doorstaan kunststof leidingen met gemak de toets, mede dankzij hun langcyclische karakter en het goed functionerende Buizen Inzamel Systeem BIS, waarover meer in deze uitgave. En ook over Duurzaam Inkopen - dat ondertussen geen hype meer is, maar werkelijkheid vindt u praktische informatie in RondLeiding 6. Om er voor te zorgen dat u het ook eens van een ander hoort, hebben we enkele stakeholders geïnterviewd: Tjerk Feenstra, voorzitter van de Stuurgroep PVC, over de inspanningen van de PVC industrie in Europa om PVC en haar toepassingen duurzaam te houden. Het belangrijkste initiatief is het zogenaamde “voluntary commitment”, dat PVC inzameling in heel Europa stimuleert. Erik de Ruijter, directeur van de NRK, de koepelorganisatie voor alle kunststofverwerkers in Nederland, vertelt over afspraken die deze industrie met de overheid maakt over energiebesparing en hoe de kunststof industrie daarin een duidelijke koploper is! En ook dat is duurzaam! En Oscar Nuijten van het ISSO, het kennisinstituut voor de installatiesector, gaat in op het belang van een goede opleiding voor de installateur, de rol die ISSO hierbij speelt, en wat BureauLeiding hierin kan betekenen. Een andere zorg die we u uit handen nemen is het berekenen van krachten en vervorming van ingegraven buizen. In samenwerking met Teppfa bieden we u via internet een gratis ontwerphandleiding aan. Meer informatie verder in RondLeiding, maar vooral ook via de website. Mocht u echter toch toe zijn aan wat verstrooiing, dan blijven we u dat natuurlijk ook bieden. Zo past Jonas Samson gebruikte buizen toe in zijn kunstwerken en geeft ze zo een compleet nieuw aanzien. Toegepaste kunst eigenlijk, want nadat ze door zijn handen zijn gegaan, begint de buis aan een 2e jeugd. Ik wens u wederom veel kijk- en leesplezier met deze RondLeiding
20
37
R.M.P. Loop directeur
RONDLEIDING 4
De schone missie van Vinyl 2010 De stuurgroep PVC, onder leiding van Tjerk Feenstra, zet zich in om PVC een waarheidsgetrouw imago te bezorgen
5 RONDLEIDING
RONDLEIDING 6
Streven naar betere milieuprestaties in de hele PVC-keten PVC is een van de oudste en tot op de dag van vandaag wereldwijd meest gebruikte grondstoffen. Die populariteit heeft het materiaal te danken aan de sterke verhouding tussen prijs, kwaliteit en functionaliteit. Je zou dan ook verwachten dat er een roze wolk rond het begrip PVC hangt, maar dat is allerminst zo. Er blijken nog altijd veel mythen en misverstanden rond de milieuaspecten van PVC de ronde te doen. De Stuurgroep PVC, aangesloten bij de federatie NRK (Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie), zet zich onder meer in om PVC een waarheidsgetrouw imago te bezorgen. Tjerk Feenstra is voorzitter van de Stuurgroep: “Begin jaren ’90 barstte in ons land een emotionele discussie los over PVC. Aanzet daartoe was de Likkebaard affaire. In een natuurgebied werd dioxine in de bodem aangetroffen. Dat werd toegeschreven aan PVC, maar dat bleek later niet zo te zijn. Het heeft jaren geduurd tot dat allemaal wetenschappelijk was weerlegd, maar intussen was de toon in de publieke opinie wel gezet.” De rel, want zo mogen we het rustig noemen, was voor de bedrijfskolom, van fabrikanten tot verwerkers, aanleiding om de Stuurgroep PVC in het leven te roepen. Doel: op basis van wetenschappelijke informatie een juist beeld van de milieu effecten van PVC in de markt te zetten en een bijdrage te leveren aan de vermindering van milieubelasting in de hele levenscyclus van PVC en PVC-producten.
Natuurlijke bronnen De levenscyclus van een product begint aan de basis, bij de grondstoffen. Duurzaamheid is een kardinaal begrip en zuinig omgaan met natuurlijke grondstoffen is een wereldwijd issue: “ De twee basisingrediënten voor de productie van PVC zijn chloor, gemaakt uit zout, en ethyleen, afkomstig uit aardolie of aardgas. PVC bestaat voor ongeveer 57 procent uit chloor, dat afkomstig is van de enorme, wereldwijde voorraad steenzout. Wij zijn daarnaast afhankelijk van olie, dat niet zozeer een eindige maar wel een steeds schaarsere grondstof is, hoewel slechts een klein percentage van de olie voor de fabricage van kunststoffen gebruikt wordt. De vraag naar olie wordt echter steeds groter. De productie zal dat niet kunnen bijbenen. Olie zal dan ook duurder worden en ‘eindig’ is in die zin meer een kostenbegrip. Overigens wordt voor de productie van PVC naar verhouding veel minder aardolie gebruikt dan voor de productie van andere kunststoffen.”
Voorschriften PVC wordt geproduceerd in moderne fabrieken die voldoen aan de strengste normen op het gebied van gezondheid, veiligheid en milieu. In de productie doen zich dan ook weinig problemen voor. In de gebruiksfase al evenmin: PVC is een uiterst positief materiaal dat erg effectief is in de gebruikte toepassingen. Is er in de gebruiksfase geen transitie van mogelijke risicostoffen? “Nee, dat zou onacceptabel zijn. Daar gelden 7 RONDLEIDING
ook hele scherpe restricties voor. Voor drinkwaterleidingen worden er maximum niveaus gehanteerd voor elke stof die je gebruikt.” Het enige mogelijke minpunt, vertelt Feenstra, zit in de afvalfase: “En dat minpuntje wordt sterk gereduceerd op het moment dat je het materiaal weer herverwerkt. Simpelweg omdat PVC zo een bijna oneindige levensduur krijgt.”
Recovinyl Al in 1991 werd in Nederland door BureauLeiding (toen nog FKS) een landelijk inzamelsysteem opgezet voor alle vrijkomende, gebruikte PVC-leidingen. Dit systeem kennen we tegenwoordig als BIS. De leidingen die retour komen, worden herverwerkt in een duurzaam product met hoogwaardige technische en functionele eigenschappen. “In 1995 begonnen de fabrikanten van kunststof kozijnen met een soortgelijk systeem. Deze twee grote stromen hebben in ons land een sterke terugname van het product geregeld. In het jaar 2005 is door de Europese Vereniging van Vinylproducenten het project Recovinyl gestart: een initiatief waarbij door gerichte subsidies de recycling van PVC wordt gestimuleerd. Dit heeft ertoe geleid dat naast buizen en kunststof kozijnen ook ander afval wordt gerecycled, zoals kabelafval, verpakkingen en dergelijke. De subsidies worden gegeven aan degenen die PVC afval verzamelen en sorteren en dit vervolgens naar geaccrediteerde afvalverwerkers en recyclingbedrijven sturen. Recovinyl werkt dan ook met een breed scala van partners uit de industrie, ondernemingen op afvalgebied, herverwerkers en lokale en landelijke overheden.” (Meer info via http://nl.recovinyl.com/)
200.000 ton Recovinyl is een project binnen Vinyl 2010, het meerjarenprogramma van de gehele Europese PVC-industrie om te komen tot structurele verbetering van de milieuprestaties in de gehele PVC-keten. Doel is om zoveel mogelijk PVC uit ‘post consumer’, niet gereglementeerde stromen te sorteren en zo voor een gestage toevoer aan de Europese recyclingstroom te zorgen. Een van de milestones van deze verbintenis is 200.000 ton post consumer PVC recyclen in 2010. Vorig jaar zaten we bijna aan 150.000 ton. Belangrijk is dat Vinyl 2010 sinds dit jaar een andere financieringsstructuur kent. De financiering is ondergebracht in de Vinyl Foundation. Die krijgt zijn geld van producenten en verwerkers en besteedt deze fondsen aan projecten als bijvoorbeeld BIS, de recycling van de VKG en Recovinyl. Het subsidiesysteem van Recovinyl is gericht op
alle partijen in de inzamel- en sorteerfase. Een sorteerder of inzamelaar ontvangt subsidie als hij kan aantonen dat hij een bepaalde hoeveelheid PVC uit de stromen heeft gehaald. Dat is belangrijk omdat je voor de grote stromen wel systemen zoals BIS kunt opzetten, maar je houdt dan lekken op het niveau van de kleinere hoeveelheden afval. Deze kleinere stromen ontstaan bijvoorbeeld door doe-het-zelven of andere kleinschalige activiteiten. Als je die lekken kunt dichten ben je goed bezig.
PVC of alternatieven Laatste vraag: wat zou het voor Nederland betekenen als PVC wegvalt? “Heel veel. Zonder enige twijfel kun je in een
aantal applicaties een andere kunststof toepassen, echter niet met dezelfde optimale eigenschappen of dezelfde prijsprestatie verhouding. Bovendien is er een aantal toepassingen waarbij PVC onvervangbaar is. Raamprofielen is een heel duidelijk voorbeeld: er is in dit geval geen andere kunststof die aan alle eisen voldoet. Bij leidingsystemen kun je PVC door andere kunststoffen vervangen, maar ik denk niet dat zoiets kosteneffectief is. Ook op milieugebied leidt vervanging van PVC in leidingsystemen helemaal niet vanzelfsprekend tot een verbetering. De recycling zoals we die in Nederland hebben opgezet, zorgt voor een “level playing field” voor alle kunststoffen.” RONDLEIDING 8
BIS dateert al uit 1991 en is hiermee het eerste operationele kunststof inzamelsysteem in Nederland. Maar gek genoeg blijkt dat het Buizen Inzamel Systeem niet bij iedereen even goed bekend is. En dat terwijl BIS steeds vaker voorkomt in bestekteksten als het gaat om het verwijderen van gebruikte kunststof leidingen. Binnenkort wordt BIS ook opgenomen in de criteria voor Duurzaam Inkopen (zie ook p. 22). Voldoende aanleiding dus om BIS nog eens nadrukkelijk onder de aandacht te brengen.
Wat kan naar BIS? In principe alle afval van (gebruikte) kunststof leidingen dat vrijkomt bij sloop- of renovatiewerkzaamheden, ongeacht de toepassingen, van GWW tot installatie. Alle buizen en hulpstukken van PVC, PE en PP kunnen worden ingezameld via BIS.
Cradle to Cradle Rondom het begrip ‘cradle to cradle’ (letterlijk: van wieg tot wieg), bestaan meerdere opvattingen. De centrale gedachte van de cradle to cradle filosofie is dat alle gebruikte materialen na hun leven in het ene product, nuttig kunnen worden ingezet in bijvoorbeeld een ander product. Het grote verschil met conventioneel hergebruik is dat er geen kwaliteitsverlies is en geen restproducten die alsnog gestort worden. Dus geen downcycling naar een ‘minderwaardige’ toepassing, maar recycling tot producten die aan dezelfde strenge eisen en criteria voldoen als producten die volledig uit nieuwe grondstof bestaan. En dat is wat BIS doet. En dat al ver voordat dit begrip ooit werd geïntroduceerd.
Hoe werkt BIS?
Wat gebeurt er mee?
BIS! We want more Al heel wat jaren geleden, toen we ons in Nederland nog weinig tot geen zorgen maakten over ons klimaat en een kreet als ‘duurzaam ondernemen’ nog niet was uitgevonden, bestond er al een recyclingsysteem voor kunststofleidingen: het Buizen Inzamel Systeem, kortweg BIS genoemd. BIS wordt voor de volle 100% gefaciliteerd door BureauLeiding. 9 RONDLEIDING
Kunststof leidingafval dat via BIS wordt ingezameld, komt terecht bij een van de twee grote verwerkers waarmee BureauLeiding afspraken heeft gemaakt. De diverse kunststofsoorten worden gescheiden, daarna vermalen tot granulaat of, in het geval van PVC, gemicroniseerd tot poeder, waarna de grondstof weer voor de productie van bijvoorbeeld nieuwe, 3-laags kunststofleidingen met keurmerken als KOMO kan worden gebruikt.
U brengt het schone kunststof leidingafval naar een van de ruim 50 inzamelpunten, verspreid over heel Nederland (zie www.bureauleiding.nl/bis voor de adressen). Maak vooraf een afspraak en controleer zorgvuldig of het afval aan de eisen voldoet, om een nodeloze rit te voorkomen. Voor grote volumes bestelt u via BureauLeiding een BIS container. Deze 30m3 container (die ca. 2 à 3 ton kunststof leidingafval kan bevatten) wordt bezorgd en uiteraard t.z.t. weer opgehaald door SITA. U krijgt hiervoor weliswaar transport- en huurkosten in rekening gebracht, maar u ontvangt ook een vergoeding over het schone kunststof leidingafval, waardoor uw kosten doorgaans lager zijn dan bij het rechtstreeks storten als bouwafval.
Voordelen in meerdere opzichten! Kunststof leidingafval komt op deze wijze niet meer terecht op de vuilnisbelt of in de verbrandingsoven. BIS is echter niet alleen winst voor het milieu, maar ook winst voor degene die van het kunststof leidingafval af moet. Via BIS kan men kosteloos van schoon kunststof leidingafval af. In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld bij 2 ton en meer schoon afval, wordt er zelfs een vergoeding per kilo gegeven. Maar wat is nu schoon kunststof leidingafval? Heel simpel: PVC, PE of PP buizen en hulpstukken moeten vrij zijn van modder, zand, klei, chemische of andere vervuiling. Andere soorten kunststof, en/of andere producten worden niet ingenomen. In geval van twijfel kan men altijd contact opnemen met BureauLeiding. RONDLEIDING 10
Kunstig hergebruik
Kunstzinnige vazen uit PVC-buizen Jonas Samson is productontwerper. Hij maakt kunstzinnige vazen van PVC-buizen. Om een duurzame draai aan zijn ontwerpen te geven oriënteert hij zich op de mogelijkheden om in de productie van de vazen gebruik te maken van te recyclen PVC-buizen. BureauLeiding denkt met hem mee. “Ik heb aan de Kunstacademie in Utrecht de opleiding Industrieel Productontwerpen gedaan. De vazen zijn een resultaat van een van mijn afstudeerprojecten. Het idee was een product te ontwerpen dat goedkoop kan worden geproduceerd maar dat toch uniek is, dus geen massaproduct. Daarmee wil ik aantonen dat je op een industriële manier iets kunt maken waar je de liefde voor het ontwerp nog in terugziet. De eerste rioleringsbuis heb ik gewoon bij de bouwmarkt gekocht. Met een PET preform, die normaal wordt gebruikt voor het maken van cola-flesjes, ben ik de buis gaan opblazen. Maar dat leverde niet het verwachte resultaat op. Daarna ben ik met PVC gaan experimenteren. Uiteindelijk heb ik BureauLeiding benaderd met de vraag of zij een idee hadden waar ik geschikte PVCbuizen vandaan kon halen. Ze reageerden enthousiast op mijn sponsorverzoek en hebben me tips en advies gegeven. Ik heb toen voor een aardig bedrag aan PVC-buizen gekregen.” “Ik ben nu bezig om de vazen daadwerkelijk in productie te laten nemen. Daarvoor wil ik te recyclen PVC-buizen gebruiken. Daarmee krijgt het ontwerp ook een duurzaam element. Ik vind het een mooi idee om van een oude, lelijke buis een mooie vaas te maken. BureauLeiding denkt ook mee in het productieproces. Via hen heb ik een goed inzicht in de PVCwereld gekregen. Er zijn al een aantal publicaties over de vazen in designtijdschriften geweest. Daar heb ik positieve reacties op gekregen. Ik zou het ontwerp het liefst bij een designerlabel willen onderbrengen. Die onderhandelingen lopen ook. Het uiteindelijke resultaat is wat mij betreft een design vaas met een aantrekkelijk prijskaartje.”
Recycling kan op vele manieren. Je kunt van een kunststofbuis natuurlijk weer opnieuw een kunststofbuis gaan maken. Leuk. Maar het is ook leuk om te zien dat er mensen zijn die van kunststof leidingen iets totaal anders weten te maken. Trommels, bijvoorbeeld. Of zoals productontwerper Jonas Samson, die er prachtige designvazen van creëert. RondLeiding zocht beide ‘artistieke hergebruikers’ op. 11 RONDLEIDING
Van rioolbuis tot trommel Je moet er maar op komen: Christien de Kam gebruikte kunststof leidingen voor het zelf maken van trommels voor haar muziekatelier. Ze blijken prima bestand tegen het enthousiaste getrommel van de kinderen die ze lesgeeft. En wat ze zelf nog belangrijker vindt: het geluid is opvallend goed. In oktober vorig jaar is Christien de Kam in Almere gestart met haar muziekatelier ‘De Muziekkoffer’. De muziektherapeute geeft daar kleinschalig muziekonderwijs aan kinderen tussen de 6 en 12 jaar oud. Als beginnend ondernemer kon ze niet al te veel geld uitgeven aan de aanschaf van materialen. Christien: “Instrumenten zijn duur. Ik moest dus creatief zijn. Ik had al wel eens een paar knutselboeken doorgebladerd over het zelf maken van instrumenten. Maar ik twijfelde aan de kwaliteit en het geluid. Ik wilde in ieder geval trommels hebben, want die zijn heel uitnodigend voor kinderen. Opeens kwam ik op het idee om voor het maken ervan een PVC-buis te gebruiken. Maar ja, hoe kom je daaraan? Na wat speurwerk op internet kwam ik bij BureauLeiding terecht. Ze reageerden meteen enthousiast. Ik mocht langskomen om zelf buizen uit te zoeken. En daarna ben ik aan de slag gegaan. De buis is in stukken gezaagd en met plakplastic, natuurvellen van oude drumstellen en touw heb ik daar trommels van gemaakt.” “De kinderen vinden het schitterend om de mooiste trommel uit te kiezen en er met z’n allen op te spelen. De Smartiestrommel is favoriet. Qua materiaal is het ijzersterk en dat moet ook wel als je ziet hoe intensief de trommels worden gebruikt. Maar wat ik vooral heel belangrijk vind is dat het geluid goed is. Ik overweeg nu om workshops te geven waarin de kinderen zelf een trommel kunnen maken. Maar ik ben er nog niet uit of dat misschien toch te moeilijk voor ze is. Ik wil nu van dezelfde kunststof buizen proberen een djembé te maken. Ik heb nog genoeg materiaal, dus daar kan ik voorlopig mee vooruit. Met dank aan BureauLeiding!” RONDLEIDING 12
People, Planet, Profit en Polymeer
Het NRK en het dubbele resultaat van de doelstelling in de MJA
13 RONDLEIDING
RONDLEIDING 14
Energie-efficiency in de kunststof industrie De overheid heeft met een groot aantal sectoren meerjarenafspraken (MJA) gemaakt over de verbetering van de energie-efficiency. Dat heeft de afgelopen 16 jaar mandenvol vruchten afgeworpen: jaarlijks is er gemiddeld 2 procent energie bespaard. De Rubber– en Kunststofindustrie laat elk jaar zelfs een gemiddelde besparing van 3,6 procent noteren: bijna het dubbele van de doelstellingen in de MJA.
Minister Maria van der Hoeven van EZ was vorig jaar vol lof. Bij het 15-jarig jubileum van de MJA overhandigde zij koepelorganisatie NRK een oorkonde “als blijk van waardering voor de uitzonderlijke inspanningen op het gebied van energieefficiency”. Die pluim verdiende de NRK ook afgetekend op basis van de resultaten. Tot vorig jaar behaalden de Nederlandse producenten van rubber- en kunststofproducten maar liefst 63 procent energie-efficiency. Overigens, wel aardig om te vermelden: de kunststofleiding producenten van BureauLeiding hadden daar een niet gering aandeel in.
Duurzaam ondernemen De NRK behartigt de belangen van de rubber-, lijm- en kunststofindustrie. Onder het motto “Duurzaam Ondernemen. Blij met rubber- en kunststofproducten!” geeft de NRK, naast andere thema’s, prioriteit aan een gezond klimaat voor de maakindustrie, concurrentiekracht, innovatie, kennisoverdracht, milieubevordering en recycling. “De NRK focust op drie aspecten van de bedrijfsvoering: de zaken rond de productie, de marketingstrategieën en, wat wij noemen de Need To Innovate. Innovatie is een cruciale factor in onze industrie. Duurzaam ondernemen heeft nadrukkelijk de aandacht. Onze sector is onderdeel van het totaal aan oplossingen om een duurzame maatschappij te creëren, tekenen we op uit de mond van Erik de Ruijter, directeur van de NRK: “Dat geldt zeker ook voor kunststof leidingsystemen voor schoon en vuil water, elektriciteit, ICT, gas, enzovoort. Wezenlijk als basis voor ons welzijnsniveau, en de innovaties daarin raken direct aan de grote thema’s klimaatverandering, CO2, schoon en veilig water, natuur en milieu.”
Verbreding Na de eerste MJA volgde een verdieping in MJA2 en afgelopen zomer werd MJA3 geratificeerd. Gekozen is voor intensivering, verlening en verbreding van MJA2: “ De lat is veel hoger gelegd. Bij MJA2 was het nog zo dat je als bedrijf een besparingsonderzoek deed, je bracht in kaart waar en hoeveel je kon besparen. Als daar een redelijk rendement en acceptabele terugverdientijd van de kosten op zat, zette je die maatregel in je uit te voeren energie-efficiencyplan. Dat blijven we nu doen, maar we hebben ook samen als doelstelling om 30 procent besparing in 2020 te halen. Dit betekent onder meer dat bedrijven wordt gevraagd meer ambitie in hun EEP (energie-efficiencyplan, red.) te stoppen. Zij gaan eerder positief beslissen om maatregelen uit te voeren. Ook heel belangrijk is dat je niet alleen gaat kijken naar wat er in het productieproces van het bedrijf 15 RONDLEIDING
gebeurt, maar ook wat er daarna met je producten gebeurt. Dat noemen we verbredingsthema’s. Een kopje kun je bijvoorbeeld dunner maken zodat er minder materiaal in zit. Dat is slim in de gebruiksfase. Het is nog slimmer het kopje zo te maken dat je er twee keer water uit kunt drinken. Je kunt er, met andere woorden, voor zorgen dat de functionaliteit optimaal past bij het gebruik. De derde stap is dat je nadenkt over wat je met het kopje doet als het niet meer gebruikt wordt. Als het even kan recyclen. Dan kom je op wat BureauLeiding doet met het inzamelsysteem BIS. Daarmee realiseren ze een heel belangrijke doelstelling. Ze hebben een infrastructuur opgebouwd waar inmiddels alle partijen in de bouw en infra aan gewend zijn. Deze partijen hebben bouw- en sloopafvalregels en vinden het heel plezierig om zo’n BIS container te kunnen gebruiken.”
Kennis delen De Ruijter kent geen exacte cijfers, maar hij is ervan overtuigd dat de producenten van kunststof leidingsystemen goed meedoen met de energie-efficiency: “Binnen de rubber- en
kunststofindustrie gebruiken de spuitgietbedrijven, schuimende bedrijven en extrusiebedrijven behoorlijk veel energie. Het zijn allemaal bedrijven met professionele stafafdelingen en duidelijke strategieën, waarbinnen ook goed wordt gekeken naar de productieprocessen. In hun strategie en activiteiten hanteren de bedrijven duidelijk duurzaamheidscriteria en is er aandacht voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Door deze combinatie van factoren zijn ze ook voorlopers op sommige trajecten.” Kennisnetwerken is de sector niet vreemd, constateert een gedreven De Ruijter: “De bedrijven zitten bij elkaar en wisselen hun ervaringen uit, ze leren van elkaar. Oplossingen op het gebied van milieu, energie en arbo worden vaak vrijelijk gedeeld met collega’s. Ze zitten dan bij elkaar en kijken bijvoorbeeld samen naar hoe ze nog meer energie kunnen besparen in het spuitgietproces. In de markt zijn ze concurrent, maar als het gaat om dit soort maatschappelijke belangen en kosten werken ze samen. Dan zijn het 100% collega’s.”
van vier pompen te gebruiken en die bij elkaar in een huisje te zetten, buiten de productievloer, en het leidingsysteem aan te passen. Zij hebben een enorme verbetering gerealiseerd in energiegebruik, geluidsbelasting en arbeidsomstandigheden. Waarmee ik maar zeggen wil: als je integraal kijkt naar energie, milieu, arbo en duurzaamheidsaspecten, dan kun je daar heel veel aan doen. Dat is ook waar de leden van BureauLeiding mee bezig zijn en waar wij elkaar heel goed in steunen. Zij hebben de praktijkervaring en komen met de best practice oplossingen, wij maken daar beleid van en gaan dan weer naar het volgende project. Dat is onze industrie “no nonsense”: plannen maken en projecten doen!”
Lobbyen Binnen de NRK behoren de producenten van kunststof leidingsystemen tot de grotere bedrijven. Volgens Erik de Ruijter zijn dergelijke participanten, met een professionele strategie en een volwassen, toekomstgerichte visie, van wezenlijk belang voor zijn koepelorganisatie: “Binnen deze bedrijven is nagedacht over de koers die je moet uitzetten, met welke lobbies ga je richting politiek, men heeft het kaf ook al van het koren gescheiden: ‘dit lijkt interessant, maar het is een doodlopende weg.’ Op allerlei dossiers, people, planet, profit en polymeer, hebben zij vaak al over de toekomst nagedacht.”
Integraal innoveren Even terug naar de aanleiding van dit gesprek: de energiebesparing door de kunststofindustrie. Waar komt die jubel score eigenlijk vandaan? “Het feit dat wij de hoogste besparing realiseren komt aan de ene kant omdat onze industrie in staat is dat te doen. Dat heeft met het soort industrie, onze kunststof materialen te maken en is dus geen verdienste, maar een meevaller. Het tweede is dat bedrijven daar heel systematisch mee bezig zijn, en dat is wel hun verdienste. Derde punt is dat we hebben gezegd: iedereen kan het wel allemaal voor zich doen, maar samen werkt beter. Eén en één is dan drie. De NRK probeert de Energie-efficiency echt te stimuleren en dat geeft een goed rendement. Om nog even aan te haken bij een eerder onderwerp: milieu, energie en innovatie liggen dicht bij elkaar en moeten integraal bezien worden met andere onderwerpen. Of anders gezegd: één onderwerp kun je van verschillende kanten bekijken. Laat ik een voorbeeld geven. Als je met perslucht werkt heb je leidingsystemen, dus altijd drukverlies. Een eerste actie kan dan zijn dat je onderzoekt of de leidingen wel dicht zijn. Stel dat er 25 procent drukverlies is, dat zijn praktijksituaties, en je hebt vier van die pompen staan, dan heb je een overcapaciteit van 25 procent. Een van de vier pompen kan dan weg, of worden uitgeschakeld en als reserve fungeren. Die dingen maken ook een hoop lawaai. Er zijn bedrijven die eens goed zijn gaan nadenken hoe je daar wat aan kunt doen: geluidsvermindering, arbeidsomstandigheden verbeteren, de efficiency verhogen, dus energie en elektriciteit besparen, en ook het onderhoudsplan verbeteren. Ik ken een bedrijf dat tot de slotsom kwam dat het beter was drie in plaats
Erik de Ruijter
RONDLEIDING 16
Ondergronds Parijs Toeristisch uitstapje en decor voor wereldberoemde musical Zin in een keer iets anders dan de Eiffeltoren of de Notre Dame? Maak een excursie door de riolen van Parijs. Inderdaad geen alledaags uitstapje, maar zeker de moeite waard. Er is zelfs een heus rioolmuseum ingericht waar de bezoekers de geheimen van het ondergrondse Parijs leren kennen. Ondergronds Parijs speelt ook een belangrijke rol in de wereldberoemde musical Les Misérables. Geschiedenis en vermaak met een luchtje…
Voor het ontstaan van het huidige rioleringstelsel moeten we terug naar de Middeleeuwen. In Middeleeuws Parijs wordt afval, urine en ontlasting gewoon op straat gegooid. Met als gevolg een ondraaglijke stank in de straten. Omdat de toestand onleefbaar dreigt te worden, wordt in 1348 een verordening uitgevaardigd dat iedere burger het vuil voor zijn eigen huis moet opruimen. In 1370 wordt in Montmartre de eerste overdekte beerput gemaakt. De inhoud daarvan komt terecht in de Seine. De denkbeelden van de verlichting zorgen ervoor dat beter wordt nagedacht over de sanitaire problemen van de grootstedelijke samenleving. De cholera-epidemie in 1832, die in Parijs 20.000 slachtoffers maakt, draagt bij aan een brede maatschappelijke discussie. Riolen worden in versneld tempo aangelegd. Om de hygiëne bovengronds te verbeteren, komen er openbare toiletten, fonteinen en hydranten (brandkranen die de straten reinigen).
Weetjes: • Het riool van Parijs is in totaal 2.500 km lang, vergelijkbaar met de afstand Parijs- Istanboel. • Het boek Les Misérables is in 1862 geschreven door de Franse schrijver Victor Hugo. • In 1980 hebben Claude Michel Schönberg en Alain Boublil van het boek van Victor Hugo een musical gemaakt. • De Londense productie van Les Misérables is de langstlopende musical ter wereld (sinds 1985). • Les Misérables geldt als het begin van de musicalcultuur
Na de revolutie van 1838 wordt Parijs ingrijpend gemoderniseerd. De toevoer van water wordt verdubbeld door de aanleg van aquaducten, naar het ontwerp van de oude Romeinen. 17 RONDLEIDING
Alle huizen moeten op het openbare rioolsysteem worden aangesloten. Het is in die dagen overigens de bedoeling dat het rioolstelsel alleen het water van de straten en van de huishoudens transporteert en zeker niet urine en uitwerpselen. Tijdens de wereldtentoonstelling van 1867 zijn de Parijse riolen voor het publiek te bezichtigen. De excursies in luxe reinigingskarren en boten blijken een groot succes. De moderne riolen zijn niet langer een bron van angst en walging, maar het visitekaartje van de overheid. In hetzelfde jaar wordt begonnen met experimenten om het rioolwater door filtratie en irrigatie te reinigen. Verrassend genoeg blijkt het afvalwater in staat zelfs op onvruchtbare zandgrond gewassen te laten groeien. In 1920 komt aan deze reinigingsmethode een einde door het lozen van vergiftigd industrieel afval. Vanaf 1870 wordt het in het openbaar legen van de beerputten maatschappelijk niet langer getolereerd, zodat de inhoud ervan ook in het riool terechtkomt. Het is in die tijd overigens nog steeds droevig gesteld met de sanitaire mentaliteit van de bevolking, getuige een zinsnede in de Wet voor de afvalverzameling van 1884 waarin nadrukkelijk wordt verboden huisvuil, urine en ontlasting uit het raam te gooien. In 1892, na de laatste grote cholera-uitbarsting, breekt de maatschappelijke overtuiging definitief door dat het nodig is alles via het riool af te voeren. Onder hedendaags Parijs ligt een riolenstelsel met een lengte van meer dan tweeduizend kilometer. Een deel daarvan kunt u bekijken via het ondergrondse rioolmuseum Musée des Egouts de Paris. Vanaf daar loopt u vijfhonderd meter de riolen van Parijs in en ontdekt u op een originele manier de geschiedenis van de stad. U kunt zich ook op een andere manier in de sferen van ondergronds Parijs ‘onderdompelen’, door het bezoeken van de musical Les Misérables. Maar dan moet u wel snel zijn, de voorstelling is nog tot eind november in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam te zien. In de bekende musical van Joop van den Ende Theaterproducties dient het riool van Parijs als belangrijk decor. De musical vertelt het verhaal van Jean Valjean, een man die negentien jaar in een strafkamp heeft gezeten voor het stelen van een brood. Na zijn vrijlating schopt hij het tot fabriekseigenaar en burgemeester. Het dramatische verhaal beleeft een climax tegen de achtergrond van de Parijse studentenopstand van 1832. Als we even teruglezen is dat rond de tijd van de cholera-epidemie en voor de grote modernisering. Met een beetje fantasie ziet u het decor dan al voor u verschijnen. Het luchtje mag u er tijdens de voorstelling gelukkig zelf bij denken...
in Nederland. De première van de eerste productie was in 1991 in Het Koninklijk Theater Carré in Amsterdam.
RONDLEIDING 18
Onderzoeksrapport TNO bevestigt
Ook een rioolleiding van PVC gaat meer dan 100 jaar mee In onze allereerste uitgave van RondLeiding, in het voorjaar van 2006, stond een artikel met de enthousiaste kop: “Het keiharde bewijs is geleverd. Een waterleiding van PVC gaat meer dan 100 jaar mee.” Inmiddels zijn we tweeënhalf jaar verder en hebben we wederom een mooi resultaat te melden. Want TNO Industrie en Techniek heeft ondertussen ook enkele opgegraven PVC rioolbuizen aan inspectie onderworpen. En de resultaten mogen er wat ons betreft zijn.
In aansluiting op het project “Levensverwachting van Bestaande PVC Leiding”, waarin de restlevensduur van bestaande PVC drinkwaterleidingen werd onderzocht, werden ook PVC buizen die gebruikt werden in drukloze rioleringsystemen aan een inspectie onderworpen. In samenwerking met BureauLeiding werden o.a stukken rioleringsbuis geselecteerd vanuit het BIS inzamelsysteem (zie pagina 8). De stukken buis werden door TNO visueel en microscopisch beoordeeld en tegelijkertijd werden de oppervlakteruwheid, wanddikte en geometrische 19 RONDLEIDING
vervorming van de leiding bepaald. Hoewel sommige PVC rioleringsbuizen duidelijk sporen vertoonden van intensief gebruik, was de integriteit van de buis nog intact. De aanwezige krassen in de buis duidden op het transport van bijvoorbeeld zanddeeltjes. Aantasting door agressieve, chemische stoffen werd niet waargenomen. TNO doet al sinds de jaren ’70 van de vorige eeuw onderzoek naar de duurzaamheid van PVC leidingsystemen. Deze projecten
hebben TNO veel inzicht gegeven in het lange termijngedrag van PVC leidingsystemen. De hierbij opgedane kennis en ervaring zijn uiteraard ook van belang geweest bij de vaststelling van de levensduur van PVC rioleringssystemen. TNO komt dan ook mede dankzij deze kennis en expertise tot de conclusie dat er bij een zekere maximale wandspanning, geen scheurgroei, craze-groei of craze-initiatie kan worden verwacht, die zou kunnen leiden tot degradatie van de buis. Wanneer er geen voor PVC agressieve stoffen door de buis worden afgevoerd en het transport van zogenaamde abrasieve stoffen (bijv. zand) tot normale proporties beperkt blijft, is de verwachte levensduur van de onderzochte stukken meer dan 100 jaar. Bent u geïnteresseerd in de volledige rapportage van het onderzoek, ga dan naar de website van BureauLeiding (www.bureauleiding.nl), daar kunt u het gehele rapport als PDF bestand downloaden. RONDLEIDING 20
BureauLeiding stelt in samenwerking met de Europese branchevereniging voor de kunststof leidingindustrie Teppfa een gratis webtool ter beschikking voor het ontwerpen en berekenen van het installeren van ingegraven buizen.
Alstublieft
Binnen de kunststof leidingindustrie ontstond enige tijd geleden de behoefte om allerlei misvattingen over kunststof leiding systemen uit de wereld te helpen. Een belangrijke misvatting was bijvoorbeeld dat stijve buizen per definitie beter zouden zijn dan flexibele buizen. Ook bleek er bij ontwerpers weinig kennis aanwezig te zijn over de karakteristieken van flexibele, kunststof leidingen. Het Sustainable Municipal Pipes onderzoek (kortweg: SMP), waar we in RondLeiding al eerder aandacht aan hebben besteed, heeft aangetoond dat het met de kwaliteiten in de grond juist omgekeerd is: een flexibele buis volgt de zetting van de grond beter, hetgeen tot minder milieuschade door in- en exfiltratie leidt dan ‘stijve’ buizen. Uit het onderzoek kwam ook duidelijk naar voren dat in de praktijk de omstandigheden waaronder de buis wordt gelegd (bij wijze van spreken) van meter tot meter kunnen verschillen. Bijvoorbeeld door verschillen in de ondergrond, invloed van het weer en in de logistiek ter plekke.
Dit betekent dat er al tijdens het ontwerp met behoorlijk veel variabelen rekening gehouden moet worden. Ontwerpers gaan over het algemeen uit van stabiele parameters en van installatie op de voorgeschreven wijze. Dit leidt steevast tot uitkomsten gebaseerd op de meest gunstige omstandigheden, die dus (vaak onterecht) leiden tot een ontwerp met lage vervorming. Maar, zoals wel vaker, is de praktijk ook hier anders. Daar blijken de parameters niet stabiel en zal er ook niet altijd optimaal worden aangelegd. Het gebruik van flexibele, kunststof leidingen blijkt hier een prima antwoord op. Een andere belangrijke les uit het onderzoek is dat kunststof leidingen een deel van hun sterkte juist aan de ondergrond ontlenen. Een lichte mate van vervorming levert dus een positieve bijdrage aan de sterkte. Vervorming blijkt een voordeel te zijn, in plaats van een nadeel, zoals tot nu toe werd aangenomen. In tegenstelling tot flexibele buizen, moeten stijve buizen het helemaal hebben van hun eigen kracht; ze verzetten zich tegen vervorming, met alle gevolgen van dien. Maar het belangrijkste blijft uiteraard een goede installatie. Dit heeft meer effect dan welke andere omgevingsfactor dan ook.
Een gratis flexibele handleiding voor ingegraven buizen 21 RONDLEIDING
Daarom heeft BureauLeiding in samenwerking met haar Europese branchevereniging Teppfa een gratis ontwerp- en berekeningshandleiding voor toepassing van ingegraven buizen beschikbaar gesteld via internet. Deze webtool is zowel via de site van Teppfa als de BureauLeiding website beschikbaar. Op dit moment alleen nog in het Engels, maar aan een Nederlandse versie wordt hard gewerkt.
Hoe de handleiding te gebruiken? De uitkomst van een berekening laat vervorming zien. Zowel onmiddellijk na aanleg als na enige tijd wanneer de grond zich heeft gezet. Voorwaarde voor een betrouwbare uitkomt is een aanleg van minimaal 60 cm diep en een diameter van maximaal 110 cm. De verschillen in de ondergrond spelen eigenlijk geen rol en ook de te verwachten verkeersbelasting is van minder belang dan gedacht. Sterker nog, een zwaardere verkeersbelasting zorgt voor het sneller zetten van de grond, waardoor de stabiele fase eerder intreedt.
RONDLEIDING 22
Verkoop uw huid vooral duurzaam
Duurzaam Inkopen. Een begrip dat u vast wel eens bent tegengekomen. De overheid streeft naar een duurzame samenleving en wil daarbij zelf het goede voorbeeld geven door als grootste “klant” in Nederland, goed voor jaarlijks meer dan 40 miljard Euro, vooral duurzame producten en diensten in te kopen.
People, Planet en Profit De filosofie erachter is helder: in het streven naar een duurzame samenleving wil de overheid zelf het goede voorbeeld geven. Door duurzaam in te kopen, denkt men de markt een stevige impuls richting duurzame producten en diensten te geven. Het gaat hier eigenlijk om de uitwerking van de 3 bekende P’s (People, Planet en Profit) in concrete, generieke milieu- en sociale criteria. Men is nu druk bezig criteria te ontwikkelen om het mogelijk te maken dat de rijksoverheid in 2010 voor 100% duurzaam kan inkopen (voor gemeenten geldt: 75% in 2010 en 100% in 2015. Provincies en waterschappen: 50% in 2010).
Bovenwettelijke criteria Maar wat is nou een duurzaam product of dienst? 100% duurzaam betekent niet letterlijk 100% duurzaam. Het wil eigenlijk zeggen dat er voor 100% ingekocht moet worden op basis van bepaalde criteria. Deze bovenwettelijke criteria worden in opdracht van het ministerie van VROM opgesteld door SenterNovem en moeten leiden tot een proportioneel duurzaamheids- of maatschappelijk effect en voorwaarden scheppen waarmee leveranciers zich kunnen onderscheiden. Deze criteria dienen wel te voldoen aan de juridische regels van het Europees aanbesteden ten aanzien van proportionaliteit, non-discriminatie, beschikbaarheid en verifieerbaarheid. Dat wil zeggen dat de overheid in deze als klant een bijzondere positie inneemt, en niet, zoals in een gewone zakelijke verhouding mogelijk is, plotseling geheel andere of zelfs onhaalbare eisen kan stellen aan producten. Deze speciale marktpositie leidt tot vele onduidelijkheden, niet in de laatste plaats bij de overheid zelf. Vandaar dat juristen alle criteria nauwlettend in de gaten houden om strijd met Europese regels en marktverstoring als gevolg daarvan te voorkomen. Juist door deze complexiteit is het waarschijnlijk niet te voorkomen dat de rechter vanaf 2010 soms uitsluitsel over toepassing van de criteria zal moeten geven.
Tachtig productgroepen SenterNovem heeft alle producten en diensten die overheidsorganisaties inkopen opgedeeld in 80 productgroepen. Die zijn niet allemaal even groot. Sommige productgroepen bevatten subgroepen waarvoor eigen criteria ontwikkeld moeten worden. 23 RONDLEIDING
Voor al deze productgroepen is een planning opgezet, waarbij doorgaans minstens éénmaal in een bijeenkomst met zogenaamde stakeholders is voorzien. Een stakeholder is in dit verband overigens iedereen die interesse heeft. Alle stakeholders kunnen hier reageren op de door SenterNovem, tezamen met direct betrokkenen ontwikkelde startnotitie. De reacties worden verwerkt in concept-criteria, waar de stakeholders nog éénmaal schriftelijk op kunnen reageren. De volgende fase speelt eigenlijk alleen nog maar bij de overheid: de conceptcriteria gaan na de consultatieronde door de ambtelijke molen om onder meer juridisch getoetst te worden en om onderling inhoudelijk te worden afgestemd. Alle uiteindelijke documentatie is op de SenterNovem Duurzaam Inkopen website te lezen en kan worden gedownload. Op dit moment is ongeveer een kwart van alle documenten met criteria gereed. Het ministerie van VROM gaat er nog steeds vanuit dat alle criteria eind 2009 gereed zijn, zodat er met ingang van 2010 voor 100% duurzaam kan worden ingekocht!
Duurzaam Inkopen en kunststof leidingsystemen Kunststof leidingsystemen komen ondermeer in de volgende productgroepen aan de orde: Riolering, Kabels & Leidingen, Kleine kunstwerken, Gebouwen, incl. renovatie en sloop. Of kunststof leidingsystemen voldoen aan de criteria? Nou en of. In bepaalde situaties worden kunststof leiding systemen zelfs als voorbeeld genomen. Bijvoorbeeld als het gaat om het goed functionerende Buizen Inzamel Systeem BIS, en het hergebruik van ingezameld kunststof leidingafval. Kunststof leidingsystemen, met hun duurzame toepassing, hun goede inzamelsysteem en het goede hergebruik, doorstaan de toets prima. Dat geldt voor alle kunststofsoorten, inclusief PVC. De kunststof industrie spreekt daarom trouwens ook liever over de 4 P’s. Die vierde is de P van Polymeer. Deze P dekt dan alles af wat met Innovatie te maken heeft, iets waarbij kunststof natuurlijk veelvuldig betrokken is.
RONDLEIDING 24
TV-programma zet installatiebranche in de spotlights Dit najaar wordt op SBS6 het woonprogramma De Ultieme Woondroom uitgezonden. Iedere aflevering brengt een onhoudbare situatie van een gezin of bedrijf in beeld. Met de hulp van een vakteam wordt een volledige renovatie van een woning of gebouw gerealiseerd. De Ultieme Woondroom is een initiatief van UNETO-VNI. Ze wil met het programma de installatiebranche op de kaart zetten. Op een herfstige woensdagmiddag bezoekt RondLeiding het vakteam op een van de locaties. In een volksbuurt in Hilversum is men bezig met de verbouwing van een eengezinswoning. Helaas mogen we niet binnen kijken. We spreken het vakteam, bestaande uit drie professionals, onder het afdak van een tentje aan de overkant van de straat. Raymon Veugen (36) is klimaatinstallateur en de oudste van het stel. Hij heeft een eigen bedrijf op het gebied van sanitair, elektra en klimaat. Hoe hij bij het programma terecht is gekomen? “Mijn vriendin zag een spotje op tv. Ik heb gereageerd omdat het programma mensen in nood helpt. Ik dacht dat het om advies achter de schermen ging, maar uiteindelijk ben ik voor de camera's terecht gekomen.” Martine Beijer (22) is loodgieter en tijdens haar werk van de straat geplukt: “Een vrouwelijke loodgieter is natuurlijk vrij uniek. Ik heb een eigen sanitairbedrijf, dus mijn eerste reactie was dat ik daar geen tijd voor heb. Ze hebben me toch weten te overtuigen en daar heb ik geen seconde spijt van gehad.” En tenslotte is daar Marc Bos (29), hij werkt bij een beveiligingsbedrijf als elektromonteur.
Erbarmelijke situaties
De ultieme woondroom van UNETO-VNI 25 RONDLEIDING
Ze zijn alledrie geschrokken van de erbarmelijke situaties die ze hebben aantroffen. Marc: “Waar we nu bezig zijn was het echt een enorme puinhoop: geen verwarming, geen douche en gas, water en licht waren afgesloten. De buurt heeft de bewoners opgegeven omdat het hele sociale mensen zijn die veel voor de buurtspeeltuin hebben gedaan.” Martine: “Ieder verhaal is bijzonder. Je gunt het de mensen echt. Heel speciaal vond ik de woonboerderij in Friesland die we hebben verbouwd voor een gezin met drie kinderen en tien pleegkinderen. Het voelt gewoon goed dat die kinderen daar nu hun plekje hebben gevonden en lekker kunnen spelen op de speelzolder.”
Ontlading De drie professionals zijn het erover eens dat het meewerken aan het programma een bijzondere ervaring is. Marc: “Je bent samen heel intensief bezig met het eindresultaat. Per aflevering hebben we twee weken om de klus te klaren. De kandidaten worden 'overvallen' door presentatrice Tooske Ragas en twee weken op een andere locatie ondergebracht. Per klus huren we vakmensen in. Tijdens een van de afleveringen waren er 39 mensen tegelijk aan het werk. Dan loop je elkaar bijna voor de voeten. Uitlopen kan niet. Als aan het eind van de dag de planning niet gehaald is, gaan we 's avonds en desnoods 's nachts door. Dat is een paar keer gebeurd. Aan het eind van die twee weken is de onthulling zowel voor de kandidaten als voor
degenen die eraan gewerkt hebben een enorme ontlading.” Raymon moet af en toe zelfs een traantje wegpinken: “Je hebt er zo hard aan gewerkt en dan is het fantastisch om te zien hoe blij de kandidaten ermee zijn."
Make-over met inhoud De huizen worden niet alleen helemaal opgeknapt, maar ook voorzien van de laatste technische hoogstandjes: zonnecollectoren, airco, computergestuurde bediening van apparaten, verwarming en beveiligingsapparatuur. Daarin zit 'm ook het verschil met andere woonprogramma's. Raymon: “Het gaat in dit programma niet alleen om het likje verf. Je ziet in detail hoe materialen worden gebruikt en technieken worden geïnstalleerd. We hebben van vakgenoten gehoord dat ze vooral dat aspect waarderen. Het programma heeft daarmee ook een informatief karakter.” Alle materialen worden door sponsors gratis ter beschikking gesteld. Dat betekent natuurlijk wel dat er regelmatig een merk wordt genoemd of in beeld wordt gebracht. Met name Marc vindt dat lastig: “Dat komt wel eens gekunsteld over. Je hebt het gevoel dat woorden je in de mond worden gelegd. Ik ben op m’n best als ik gewoon mezelf mag zijn. Maar ja, het is natuurlijk ‘part of the deal’.”
Beroepstrots Of het programma bijdraagt aan een beter imago van de branche? Martine denkt van wel. Met haar bijdrage hoopt men natuurlijk meer meisjes voor het vak te interesseren: “Het is niet alleen zwaar werk en met je bilnaad onderin keukenkastjes hangen. Het is een heel mooi beroep met steeds meer moderne technieken. Helaas ben ik nog nooit een vrouwelijke collega tegengekomen. Op school was ik ook het enige meisje. Ik vind het hartstikke leuk om in een mannenwereld te werken. Mannen zijn lekker direct en er wordt veel gelachen. Beter dan dat geroddel onder vrouwen.” Raymon hoopt dat ze als team uitstralen dat ze trots op hun beroep zijn: “Het is een mooi vak waar je alle kanten mee op kunt. En je zit nooit om werk verlegen.” Marc verwacht dat ze naar aanleiding van de reeks gevraagd worden voor beurzen en open dagen van scholen: “Ik denk dat je aan jongeren vooral de praktijk moet laten zien. Van een theoretisch verhaal worden ze niet blij. Laat ze gewoon lekker aan de slag gaan. Daar worden ze enthousiast van. En gezien het personeelstekort in de branche kunnen we in de toekomst nog genoeg nieuwe collega’s gebruiken. Daar draag ik graag mijn steentje aan bij.” RONDLEIDING 26
Het water komt!
De gevolgen van klimaatverandering Er zijn 27 waterschappen, verdeeld over heel Nederland. Die zijn verenigd in de koepelorganisatie Unie van Waterschappen. De taken van de UvW zijn gezamenlijk beleid formuleren en de belangen behartigen van de waterschappen, zowel in Den Haag als in Brussel. Veel van het nieuwe beleid heeft te maken met klimaatverandering. Want dat zal grote gevolgen hebben. ‘Het belangrijkste gevolg van het veranderende klimaat is dat de zeespiegel zal stijgen,’ vertelt Erik Kraaij. ‘Deskundigen zijn het er nog niet over eens hoeveel het precies zal zijn, maar alles wijst erop dat we toch wel moeten denken aan een stijging van een meter à anderhalf in deze eeuw. We zullen ook te maken krijgen met hogere afvoeren van rivieren. Door temperatuurstijging komt er namelijk meer smeltwater vanuit de bergen naar Nederland. Dat komt allemaal in onze delta terecht. Daarnaast zullen windpatronen gaan veranderen. Tijdens perioden van hoog water kan het dus ook flink gaan stormen en worden de golven dus nog hoger. Maar er is niet alleen sprake van wateroverlast. Door de droge zomers die we gaan krijgen, zullen we rekening moeten houden met lage rivierwaterstanden. Daarop moeten we inspelen met onze zoet waterinrichting. De verschillen tussen droge en natte perioden worden extremer. Hier gaan we ons waterbeheer op inrichten. Enerzijds door de waterveiligheid te verhogen, dus de dijken langs de rivieren en de kust, en anderzijds door de zoetwatervoorziening te verbeteren. In eerste instantie zal de discussie gaan over de nieuwe veiligheidsnormen die we gaan hanteren in de toekomst. Tegenwoordig is er een kans van 1 op 10.000 dat een dijk langs de kust doorbreekt. Voor een dijk langs de rivieren is die kans 1 op 1.250. De vraag is nu of die normen nog steeds voldoende waarborgen bieden. De waarde van de gebieden achter de dijken is namelijk flink gestegen sinds de normen voor de dijken in 1960 werden ingesteld.’
Maatschappelijke bewustwording
Waterschappen werken aan gevolgen klimaatverandering Het klimaat verandert en de waterschappen in ons land beseffen als geen ander dat we tot actie moeten overgaan om Nederland veilig en leefbaar te houden. Waterschappen willen bijdragen om Nederland klimaatbestendig te maken door de watersystemen aan te passen en daarbij in te zetten op veerkracht, weerstand en aanpassingsvermogen. Erik Kraaij, directeur van de Unie van Waterschappen, geeft zijn visie op de klimaatverandering en wat de waterschappen kunnen doen om ons land daartegen te beschermen. 27 RONDLEIDING
In toenemende mate groeit het besef dat er iets moet gebeuren om ons land goed te kunnen bescherming tegen de klimaatverandering, aldus Erik Kraaij: ‘Dat heeft natuurlijk vooral te maken met het advies van de Deltacommissie. Bovendien neemt de maatschappelijke bewustwording op het gebied van klimaatverandering alleen maar toe. Een jaar of drie geleden was het nog vooral een discussie tussen techneuten en wetenschappers, maar nu leeft het breed in de politiek en de maatschappij. En omdat het probleem zich voornamelijk zal manifesteren in water, is iedereen er nu van overtuigd dat we hier goed op voorbereid moeten zijn. Dit is voor ons een voordeel bij beleidsvorming. Waterschappen hebben zich altijd al aangepast aan veranderende omstandigheden. Ze zijn in de middeleeuwen ontstaan omdat boeren hun land wilden beschermen tegen overstromingen. Samen legden ze een dijkje aan om hun gebied, zodat ze er veilig konden wonen en gewassen verbouwen. Door de eeuwen heen hebben we ons steeds weer aangepast aan de veranderende omstandigheden in Nederland. Denk bijvoorbeeld aan de stormvloeden. Nu doen we het onder de noemer klimaatverandering, maar in feite zijn we nog steeds met hetzelfde bezig. Het is alleen een stuk ingewikkelder geworden RONDLEIDING 28
door de vele inwoners en belangen die we inmiddels hebben. Bovendien moeten we nu sneller actie ondernemen, omdat de veranderingen in het klimaat snel optreden. De wetenschap laat zich steeds duidelijker uit over waar klimaat verandering toe gaat leiden en daardoor hebben wij steeds betere uitgangspunten waar we naartoe kunnen werken. Natuurlijk moeten we daarbij wel zo flexibel blijven dat we de ruimte hebben om onze inspanningen tijdelijk te intensiveren als dat nodig is.’
Waterstijging aan beide kanten Het smeltwater dat vanuit de berggebieden richting Nederland stroomt, kan door de toenemende hoeveelheid water voor problemen gaan zorgen in de toekomst. De waterschappen kunnen hiertegen op twee manieren maatregelen nemen, geeft Erik Kraaij aan: ‘Ten eerste moeten de dijken langs onze grote rivieren hoger en sterker worden. Daar zijn we op dit moment bijvoorbeeld mee bezig door middel van het programma Ruimte voor de Rivier. Ten tweede moeten we kijken hoe we omgaan met de waterstijging aan beide kanten, aangezien er niet alleen extra water naar de zee stroomt, maar ook de zeespiegel stijgt. Al dit water komt bijvoorbeeld in de Zeeuwse delta samen. We moeten dus goed nadenken over hoe we in de toekomst de deltawerken willen bedienen en wellicht willen veranderen. Het kan best zijn dat we naar andere technische oplossingen moeten zoeken om het water beter naar zee af te voeren. Dit zal vooral spelen in Zeeland en rondom Rotterdam. Om even een voorbeeld te noemen: de stormvloedkering in de Nieuwe Waterweg kan tijdens storm en hoog water dicht om Rotterdam te beschermen. Maar aan de andere kant komt er veel water van de rivieren naar Rotterdam en Dordrecht en zo worden deze steden dan van de andere kant bedreigd, omdat het water niet weg kan vanwege de gesloten stormvloedkering. Wij denken er nu dus over om bijvoorbeeld onder Rotterdam door voorzieningen te treffen waardoor dat water wel weg kan. In Drenthe gebeurt al iets soortgelijks, maar dan kleinschaliger. Meppel is namelijk een stad die van allerlei kanten te maken heeft met water. Als door een noordwesterstorm het water in het IJsselmeer hoog wordt opgevoerd, kan het water uit de rivieren ten oosten van Meppel niet weg en dan stuwt het bij Meppel op. In het Dwingelderveld in Drenthe wordt daarom nu landbouwgrond omgezet in natuur. Water dat in het Dwingelderveld valt, wordt langer in dit gebied vastgehouden. Deze maatregel verkleint het risico op overstroming van het lager gelegen Meppel.’
De gevolgen van klimaatverandering Overbelaste rioleringen Een ander waterprobleem waar we in de toekomst mee te maken gaan krijgen is overbelasting van rioleringssystemen door de toenemende hevigheid van extreme buien. Erik Kraaij: ‘Het weerpatroon kan grilliger worden en dat betekent meer hevige regenval. Ons rioleringssysteem is daar niet op berekend, aangezien bij de aanleg daarvan werd uitgegaan van gemiddelden en niet van extremen. Als er dus ineens heel veel water tegelijk naar beneden komt, kan het geen kant op, ook omdat we vooral in stedelijke gebieden de afgelopen jaren heel veel open ruimte hebben dichtgebouwd.
Toenemende verzilting De kustprovincies kunnen door de stijgende zeespiegel te maken krijgen met toenemende verzilting. Erik Kraaij legt uit wat dit voor gevolgen heeft: ‘We hebben in de kustgebieden
altijd te maken gehad met brak grondwater. Door de zeespiegelstijging komt er meer landinwaartse druk van zout water. Gevolg daarvan is dat we meer te maken krijgen met het zogenaamde zoute kwel. In sommige van die gebieden liggen vlak achter de duinen intensieve landbouwgebieden. Landbouwers krijgen dus op den duur last van te zout grondwater. We pompen nu veel zout water weg daar, maar daardoor trekken we automatisch meer zout water aan en bovendien zakt de bodem steeds meer. Andere oplossingen zijn dus nodig, want de druk van het zoute water neemt alleen maar toe. Je zou daarbij kunnen denken aan andere vormen van landbouw, maar dat gaat wel heel ver. De landbouw zou ook verder landinwaarts verplaatst kunnen worden of we moeten ons watersysteem intensiever doorspoelen met zoet water. Maar daar zijn ook weer kosten aan verbonden, dus daar zal goed over nagedacht moeten worden.’
Klimaat en waterveiligheid
klimaatverandering op de uiteindelijke plannen voor het voetlicht.
Waterveiligheid is een van de primaire doelstellingen van het (re-
Hiervoor is het waterschap een aantal onderzoeken gestart:
gionaal) waterbeheer. Het gaat bij waterveiligheid om zowel de
• Doorbraakvrije dijk
kustverdediging en de bescherming tegen hoge rivierafvoeren
Onderzoek naar de mogelijkheden om op de dijk te bouwen als
als het functioneren van de regionale waterkeringen. Behalve
oplossing voor stedelijke uitbreiding langs de kustzone. Uiteraard
maatregelen om overstromingen te voorkomen, zijn de inspan-
mag de waterveiligheid ook op lange termijn niet in het geding
ningen er ook op gericht om de gevolgschade van eventuele
komen. Het waterschap bekijkt de mogelijkheden en varianten
overstromingen te beperken en potentiële rampen via calami-
van een zogenaamde ‘doorbraakvrije dijk’.
teitenplannen in goede banen te leiden.
Zwakke schakels Delflandse Kust en Scheveningen
• Buitendijkse ontwikkelingen in Markermeer/ IJmeer Om een buitendijkse ontwikkeling robuust en toekomstbestendig te laten zijn, moet het voldoende hoog worden aangelegd. Het
Op verschillende plaatsen langs de Nederlandse kust zijn locaties
waterschap, als toekomstig waterbeheerder, heeft de levens-
die op termijn niet meer voldoende veilig zijn. Zwakke schakels
duurkosten (beheer, onderhoud, inspectie, vervanging e.d.)
noemen we die plekken. De Delflandse kust en Scheveningen
van eilandvarianten onderzocht en ingebracht in de ruimtelijke
zijn twee van deze zwakke schakels. Het Hoogheemraadschap
planprocessen.
van Delfland wil de veiligheid kunnen garanderen en zorgt voor
Ruimte voor de Rivier Het programma Ruimte voor de Rivier werd net al even aangehaald. Dit is een landelijk programma dat is ontstaan na de laatste situatie van hoog water op de grote rivieren, vertelt Erik Kraaij: ‘In 1995 en in 1998 bleken onze dijken nog maar net toereikend te zijn bij hoog water. Een paar gebieden zijn toen zelfs nog uit voorzorg ontruimd. Ruimte voor de Rivier is een programma waarbij we voor alle plekken langs de grote rivieren, zoals de Rijn, de Waal, de Lek en de IJssel, hebben gekeken waar we met hoge rivierwaterafvoeren rekening moeten houden met dijkverhoging of meer ruimte gecreëerd moet worden voor de rivier. Dit laatste kan bijvoorbeeld door rivieren af te graven of dijken te verleggen. Als er maar meer water door kan. In elk gebied moet er 16.500 km3 rivierwater per seconde worden afgevoerd en per locatie bekijken hoe we dat het beste kunnen doen. Bij Zutphen en Deventer wordt Ruimte voor de Rivier bijvoorbeeld gecombineerd met een stuk natuurontwikkeling of stadsuitbreiding. Het ligt er maar net aan hoe het uitkomt.’ Erik Kraaij
29 RONDLEIDING
een stevige, aantrekkelijke zeewering.
Veilig en aantrekkelijk
• Compartimentering en vluchtroutes/ -plekken Onderzoek heeft uitgewezen dat compartimentering van Zuidelijk Flevoland economisch gezien niet zinvol is. Wel komt naar voren
Om de veiligheid ook voor de komende vijftig jaar te kunnen garan-
dat risicobeperkende maatregelen zoals de aanleg van vlucht-
deren zijn structurele, duurzame maatregelen nodig. Het Hoog-
heuvels en op hoogte bouwen de moeite waard zijn.
heemraadschap van Delfland werkt samen met andere partijen aan het versterken van de zeewering. Het gaat daarbij niet alleen om de veiligheid van het achterland, maar ook om de verbetering
• Invloed peilstijging IJsselmeer op bodemgesteldheid en kwelbezwaar (kwantiteit en kwaliteit)
van de ruimtelijke kwaliteit. De kust van Scheveningen wordt ver-
Door klimaatverandering zal in de toekomst het peil van het
sterkt met een dijk onder de nieuwe boulevard. Het strand wordt
IJsselmeer en de randmeren mogelijk stijgen tot maximaal één
breder en hoger dan nu het geval is. Daardoor hoeft de dijk in de
meter in 2100. Hierdoor neemt de kwel en kweldruk in het be-
boulevard minder hoog te zijn en blijft het zeezicht zoveel mogelijk
heergebied toe. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de hoeveel-
behouden. De Delflandse kust wordt zeewaarts versterkt door de
heid water die via gemalen moet worden afgevoerd, maar levert
aanleg van een nieuwe duinenrij. Zo ontstaat een breder duingebied
ook problemen op bij stabiliteit van dijken en het opbarsten van
met kansen voor natuurontwikkeling en een gemakkelijker te on-
de bodem. Het opbarsten van de bodem is een zeer bepalende
derhouden kustboog.
factor voor de ontgravingsdiepte, locatie en vorm van aan te
Veilig wonen in Flevoland
leggen waterpartijen.
Almere groeit. Tot 2030 worden er nog 60.000 woningen gebouwd.
Bron: Klimaat en Waterschappen, op weg naar klimaatbestendig
Waterschap Zuiderzeeland brengt de consequenties van de
waterbeheer. Te vinden op www.uvw.nl.
RONDLEIDING 30
Duidelijke taal voor de installateur 31 RONDLEIDING
RONDLEIDING 32
De ISSO montage- en verwerkingsrichtlijn In februari was het zover. Na langdurige en
Opleidingsboek
intensieve voorbereidingen kreeg het instructie-
Het instructieboek heeft een aantal doelstellingen. De eerste is het verbeteren van de kwaliteit van nieuw aan te leggen waterleidingen en rioleringen. Tweede is het bevorderen van het gebruik van kunststof leidingen bij de aanleg van sanitaire systemen: “Voor toevoerleidingen is metaal nog altijd erg populair bij installateurs. Hoewel zich nu, door de prijs van koper, toch wel duidelijk een kentering aftekent in de richting van kunststof. Voor de afvoersystemen zie je nauwelijks meer gres, gietijzer of staal, dat is al vrijwel allemaal kunststof.” Als derde moet het boek de kennis over de aanleg en het onderhoud van kunststof leidingsystemen verhogen. Ook in het onderwijs: “Bert Smit, directeur van ROI-Nederland (gezamenlijke Regionale Opleidingsbedrijven Installatietechniek), is ook betrokken geweest bij de samenstelling van het boek. De ROI’s moeten een belangrijke rol gaan spelen bij de verspreiding van de kennis die hierin zit. Zij verzorgen voor een heel groot deel de praktijkopleidingen voor de installatiebedrijven. Het is ook de bedoeling om samen met de fabrikanten van BureauLeiding deze boeken op de ROC’s te krijgen. Op de ROC’s kunnen dan instructies worden gegeven met dit boek als onderlegger. Het zou mooi zijn als deskundigen van bedrijven die zijn aangesloten bij BureauLeiding deze instructies op de scholen konden geven. Wat de haalbaarheid van zoiets is weten we nog niet, daarover is het in dit stadium nog te vroeg.” Meer informatie kunt u krijgen via www.isso.nl of via BureauLeiding.
boek ‘Montage- en verwerkingsrichtlijn kunststof leidingsystemen sanitair’ zijn officiële doop. RondLeiding toog naar ISSO en sprak met projectcoördinator Oscar Nuijten. ISSO is het kennisinstituut voor de installatiesector. Kort en bondig zijn de activiteiten van ISSO te omschrijven als kennis identificatie (waaraan heeft de installatiesector behoefte?), kennisontwikkeling en kennisoverdracht. Het instituut maakt deze kennis toegankelijk in vorm van praktische publicaties, instructiebijeenkomsten, digitale producten en andere diensten. Een van de meer recente wapenfeiten is het uitbrengen van het in de aanhef genoemde instructieboek. Aanleiding voor de samenstelling van het boek was een rondetafelgesprek bij UNETO-VNI. Beleidsmedewerker Sanitaire Technieken Will Scheffer heeft daar met een aantal grote fabrikanten uit de kunststof leidingindustrie om de tafel gezeten om de status van kunststof leidingsystemen in Nederland onder de loep te nemen. 10 tot 15 jaar geleden waren dat allemaal verschillende leidingsystemen, met dito koppelingen en geen enkele standaardisatie. Hamvraag was: "is er inmiddels wel zoveel homogeniteit dat je landelijk een onafhankelijke technische richtlijn over kunststof leidingsystemen kunt neerleggen?” Projectcoördinator en lid van het redactieteam Oscar Nuijten heeft het project van A tot Z meegemaakt. Hij deelde de mening met de overige betrokkenen dat met name het aanbod in toevoerleidingen weliswaar nog altijd behoorlijk divers is, maar dat de tijd wel rijp was voor een algemene technische richtlijn.
Oscar Nuijten
Wijze mannen Zo werd besloten de ‘ISSO Montage- en verwerkingsrichtlijn kunststof leidingsystemen sanitair’ gestalte te geven. Het opleidingsfonds van de installatiebranche (OTIB) tekende voor financiële steun. De opzet en de inhoud van het boek kwamen tot stand in samenwerking met specialisten op dit gebied. Bij de redactiecommissie waren verschillende marktpartijen als adviseurs, ontwerpers, installateurs, fabrikanten en docenten betrokken. De vier marktleiders op het gebied van kunststof leidingsystemen en de UNETO-VNI vakgroepen Projectmatige Sanitair Installateurs en Sanitair Techniek maakten hun wensen ten aanzien van de inhoud kenbaar. Dit is door ISSO vertaald in een inhoudsopgave. Vervolgens is met een veelkoppig redactieteam de inhoud ontwikkeld. “Het is een montagerichtlijn en daarom echt bestemd voor de doelgroep die met de handen bezig is, de werkvoorbereiders, installateurs en andere uitvoerenden in de sanitaire techniek. Dat vraagt om eenvoudige taal. We hebben daarvoor het bureau Tutorial benaderd, dat gespecialiseerd is in educatieve teksten. “ 33 RONDLEIDING
RONDLEIDING 34
Investeren in de energiezorg Meten is weten Machines of groepen machines zijn uitgerust met meet- en regelinstrumenten. Door de metingen wordt vastgesteld wanneer de machine het meest efficiënt produceert in relatie tot het energie- en grondstoffenverbruik.
Elders in deze RondLeiding wordt in een interview met NRK-directeur Erik de Ruijter het onderwerp energie-efficiency belicht. Een topic dat niet is weg te denken uit de agenda van maatschappelijk verantwoord ondernemen. De afgelopen jaren hebben leden van BureauLeiding, geflankeerd door de NRK, tal van maatregelen getroffen om zo efficiënt mogelijk om te gaan met energie. Een bloemlezing.
Good housekeeping Bij een professioneel energiezorgsysteem hoort ook aandacht voor simpele, veelvoorkomende dingen als het licht uitdoen als je de ruimte verlaat, bewust omgaan met airconditioning, elektronica niet op stand-by maar op off als het niet wordt gebruikt, enzovoort. Dit scheelt 1 tot 2 procent energie per jaar. Dat lijkt misschien weinig, maar na 5 jaar is er wel 10 procent bespaard.
Machines isoleren Van extrusie- en spuitgietmachines kunnen delen worden geïsoleerd. Dit heeft tot resultaat dat de machinewarmte niet de hal in gaat maar bij de machine blijft. Je hoeft daardoor minder energie toe te voeren om het proces op de juiste warmte te houden en het verwarmen gaat sneller. Dit kan heel substantieel zijn. In het verlengde hiervan is onderzocht of de warmte tijdens de processen niet een graadje omlaag kan, uiteraard met als uitgangspunt dat dit geen kwalitatieve achteruitgang mag betekenen. Elke graad omhoog kost naast energie ook tijd. Tijd winnen betekent ook dat de cyclustijd omlaag gaat. Bij spuitgieten impliceert dit dat er meer geproduceerd kan worden in dezelfde tijd. Zo gaat energie besparen samen met meer rendement.
Warmtekrachtkoppeling Bij een productieproces komt warmte vrij. Deze overtollige warmte wordt bij een aantal leden van BureauLeiding in de bodem opgeslagen en ’s winters gebruikt om de gebouwen te verwarmen.
Lay-out Moderne machines zijn vergaand geautomatiseerd. Dit betekent dat de noodzaak van veel ruimte om de machines (voor bediening en onderhoud) minder wordt. Gevolg is dat er op de beschikbare oppervlakte meer machines geplaatst kunnen worden. Efficiëntere productie, wat onder meer leidt tot een efficiënter energiegebruik.
Productontwikkeling Gerecycled leidingmateriaal wordt gebruikt voor de productie van een drielaags leiding. Door te schuimen tussen de binnenen buitenwand is er geen derde laag nodig en blijft de prestatiekwaliteit minimaal gelijk. Er is minder materiaal nodig en het recyclaat kan worden toegepast op een hoogwaardig product. Er is iets meer energie nodig voor het schuimen, maar per saldo wordt er veel meer grondstof uitgespaard.
35 RONDLEIDING
RONDLEIDING 36
- advertentie -
Van Living Machine tot soepschildpadden
Educatie van het zuiverste water
BureauLeiding sympathiseert sterk met deze initiatieven en levert dan ook een sponsorbijdrage. Wilt u ook een waterzuiveringsunit sponsoren, bel dan Basic Water Needs Foundation via 06 - 455 50 539. Kijk voor de sponsoring van het centrum of de bus op www.avalokita.org of bel 06 - 481 09 085 / 06 - 536 41 106.
24 37 RONDLEIDING
Jaarlijkse bijeenkomst BureauLeiding in De Waterfabriek De jaarlijkse BureauLeiding dag vond deze keer plaats in het Dierenpark Emmen. Aanleiding voor deze locatie was het unieke project De Waterfabriek, waarover u in ons vorige nummer van RondLeiding al uitgebreid hebt kunnen lezen. Elk jaar zoekt BureauLeiding een passende locatie voor de jaarlijkse bijeenkomst voor haar leden en andere genodigden. Waren we in 2007 nog te gast in het Watermuseum in Arnhem, dit keer was de locatie voor velen een feest van herkenning en weerzien. Want wie is er nou niet eerder in het Dierenpark Emmen geweest? Sommigen als kind, anderen als ouder of zelfs als grootouder. De ontvangst vond plaats in het ondergrondse Auditorium, vlak bij de hoofdingang van het park. Na een welkomstwoord van voorzitter Maarten Roef, volgde een korte presentatie over de activiteiten van BureauLeiding in de afgelopen twee jaren. Na de naamswijziging van FKS in BureauLeiding begin 2006 en de sindsdien ontplooide marketingactiviteiten, is de vereniging volgens Maarten Roef van een “stoffig clubje uitgegroeid naar een dynamische branchevertegenwoordiger, die op een geheel eigentijdse wijze met haar stakeholders communiceert en als partner ook zeker serieus wordt genomen." Arjan Frentz van VEWIN, Vereniging van Waterbedrijven in Nederland, gaf daarna een zeer interessante presentatie, waarin de standpunten van VEWIN ten aanzien van het waterbeleid in Nederland helder werden weergegeven en tevens aanleiding waren voor een interessante discussie. De presentatie van Arjan Frentz betekende tevens het einde van het officiële gedeelte, waarna de groep in tweeën werd verdeeld voor een rondleiding door respectievelijk De Waterfabriek “Living Machine” en de unieke pinguïnkolonie. Hoewel bij de laatste locatie zeker ook de soepschildpadden de aandacht trokken.
De dag werd afgesloten met een “beestachtige” borrel bij de steuren, een dinerbuffet tussen de citroenhaaien en eindigde met een avondrondleiding in het dierenpark. We zijn benieuwd naar de locatie voor 2009!
RONDLEIDING 38
Informatie en inspiratie rond kunststof leidingsystemen. Dat is RondLeiding. Geen technisch en productgericht vakblad. Daar zijn er naar onze mening al genoeg van en bovendien kunt u voor meer gedetailleerde en goed gedocumenteerde productinformatie terecht bij de leden van BureauLeiding. Bezoekt u daarvoor ook eens onze website www.bureauleiding.nl. Maar naast onze eigen website zijn er ook nog diverse andere, interessante sites die de moeite waard zijn. Dus als u meer wilt weten over de onderwerpen die in deze RondLeiding zijn behandeld, kijkt u op deze sites.
www.nrk.nl Hét domein voor de Nederlandse Rubber en Kunststofindustrie.
www.isso.nl ISSO, het kennisinstituut voor de installatiesector, voorziet in de technische kennisbehoefte van die sector. ISSO versterkt de installatietechniek in de bouwkolom, bevordert de eenduidigheid en maakt via normatieve richtlijnen de kwaliteit van installaties inzichtelijk.
www.senternovem.nl/duurzaaminkopen/index.asp SenterNovem ontwikkelt criteria en praktische instrumenten om Duurzaam Inkopen in de organisatie op te starten en om duurzaamheid bij inkopen en aanbestedingen mee te nemen.
COLOFON
RondLeiding is een uitgave van BureauLeiding, informatiebureau kunststof leidingsystemen. RondLeiding verschijnt tweemaal per jaar. RondLeiding wordt naar een vast aantal adressen verstuurd binnen een door BureauLeiding gedefinieerde doelgroep. Het magazine kan ook worden aangevraagd via www.bureauleiding.nl Aan de hand van sfeervolle artikelen, reportages en zeer uiteenlopende onderwerpen, brengt RondLeiding de innovatieve wereld van kunststof leidingsystemen onder de aandacht van een brede doelgroep. Wij zijn uiteraard geïnteresseerd in uw mening. Heeft u opmerkingen of suggesties, laat het ons weten:
[email protected] Aan dit magazine werkten mee: Concept, vormgeving, tekst en beeldbewerking: DeFirma marketing, reclame en communicatie, Hengelo. Eindredactie: BureauLeiding. Fotografie: Studio Paul Haverkort, Enschede, stockbeelden en BureauLeiding. Druk: Den Haag Media Groep Met dank aan Alphacan, DYKA, Martens Kunststoffen, Pipelife en Wavin, voor redactionele bijdragen en het beschikbaar stellen van foto’s. © Zonder schriftelijke toestemming van BureauLeiding is gehele of gedeeltelijke overname van teksten, foto’s, illustraties en onderwerpen uitdrukkelijk verboden. Aan de in deze uitgave vermelde feiten en gegevens kunnen geen rechten worden ontleend.
www.teppfa.com De site van The European Plastic Pipes and Fittings Association. De Europese koepelorganisatie voor de kunststof leidingenindustrie.
www.uvw.nl De website van de Unie van Waterschappen voor de waterprofessional ontsluit informatie over waterbeleid en de uitvoering ervan door de waterschappen.
Postbus 152 2260 AD Leidschendam Telefoon: 070 4440650 Fax: 070 4440661 www.bureauleiding.nl
[email protected]
RONDLEIDING 39