Jaargang 10 | nr 1
RMbericht U
werk aan uw leefomgeving
Komt dat zien!
LES in Gennep
Een dag mee met Henk van Melis
ag l s e d n a a in het ed i b e g n e t i bu
In dit nummer
Voorwoord Aan de slag in het buitengebied Bezuinigingen en het RMB De week van Cindy Hagenstein Oprichting Bodemloket Brabant-Noord Komt dat zien LES in Gennep Een dag mee met Henk van Melis Traditioneel schieten Energiemarkt Sint Michielsgestel Optimalisatie onderzoek afvalinzameling Nieuws Nieuwe medewerkers
3 4 7 8 9 10 10 11 12 13 14 16 18
Het RMBericht verschijnt 3 x per jaar. Voor een (kosteloos) abonnement of een adreswijziging kunt u
Gildekamp 8 | Postbus 88 | 5430 AB Cuijk
zich aanmelden via
T (0485) 33 83 00 | F (0485) 33 83 09
www.rmb.nl/actueel
E
[email protected] | I www.rmb.nl
2
RMBericht
Aan de slag in buitengebied
Oprichting bodemloket
4 9
LES in Gennep
10
Energiemarkt
13 RMB
Het RMB ondersteunt gemeenten NoordBrabant en omstreken bij de voorbereiding en uitvoering van hun taken op het gebied van fysieke leefomgeving. Door deze werkzaamheden heeft het RMB zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot een professioneel dienstverlener voor de overheid. Nadrukkelijk kiest het RMB voor een integrale benadering van vraagstukken op het gebied van mileu en leefomgeving. Politieke en bestuurlijke vraagstukken op beide terreinen worden immers door wet-en regelgeving steeds complexer. Het vinden van duurzame en haalbare oplossingen is slechts mogelijk als er een integrale aanpak gerealiseerd wordt.
RMB 2010 voorwoord Voor u ligt een RMBericht in een nieuwe opmaak. Zoals het met veel dingen gaat in het leven, kent ook de opmaak van het RMBericht een beperkte houdbaarheidsdatum. Tijd dus voor een nieuw jasje. Al zie je steeds meer infobulletins digitaal verschijnen, een stoffelijke versie heeft ook zo zijn voordelen. Het RMBericht in gedrukte weergave neem je gemakkelijk overal mee naar toe. Vrienden, kennissen en familie kunnen snel even zien waar we mee bezig zijn. En natuurlijk ook collega’s en andere belangstellenden kiezen hun moment uit om zich te informeren over het wel en wee van het RMB. Het eerste kwartaal van 2010 zit er op. De financiële balans over 2009 is opgemaakt en die ziet er positief uit. Een en ander is te lezen in het jaarverslag 2009, dat begin mei verschijnt. Op dit moment wachten we nog op de samenstelling van het algemeen bestuur van het RMB. De colleges van de aangesloten gemeenten zijn na de verkiezingen nog niet overal gevormd maar al wel is duidelijk dat er een nagenoeg nieuwe samenstelling komt van ons bestuur. Dan is de start met een positief jaarresultaat voor dit bestuur een stuk gemakkelijker. We zullen ons de aankomende maanden extra inspannen om de nieuwe bestuursleden te informeren over het RMB. Er liggen ook mooie uitdagingen te wachten voor het nieuwe bestuur. In toenemende mate wordt gezocht naar samenwerking tussen gemeenten. De bezuinigingen en complexiteit van de uit te voeren taken liggen daaraan ten grondslag. Ook de kerntakendiscussie speelt daar voor sommigen in mee. Het RMB speelt daarin ook een rol. Zo hebben de meeste gemeenten besloten om de gemeenschappelijke regelingen voor wat betreft bezuinigingen gelijke tred te laten houden met de gemeenten. Het RMB anticipeert daarop. De personele omvang van het RMB is de afgelopen jaren stevig gegroeid en dat zal in de aankomende jaren niet veranderen. Hiermee doel ik niet op de tot voor kort nog verwachte oprichting van de RUD’s. Het verplichtende karakter van deze vorm van samenwerking is niet de drive voor het RMB. Als organisatie halen we liever onze kracht uit kwaliteit, expertise en flexibiliteit. Op deze onderdelen willen we graag een meerwaarde voor de gemeenten vormen en daar slagen we nog steeds in. Het jaar 2010 wordt dus ook weer een jaar met nieuwe uitdagingen en verbeteringen van de diensten en werkzaamheden die we voor onze opdrachtgevers uitvoeren. Jan Cremers, directeur
RMBericht
3
Aan de slag in het buitengebied Project afwaartse beweging buitengebied in versnelling Sinds 2009 is de provincie Noord-Brabant intensief bezig om vorm te geven aan het landelijke project Afwaartse beweging. Om uiteindelijk qua leefbaarheid, geurbelasting, natuurbelasting, economieën en recreatie een aantrekkelijk buitengebied te creëren, is dit grootschalige project opgezet. Eén van de consequenties is dat de activiteiten van alle intensieve veehouderijen worden beëindigd in en om het stedelijk gebied en in en rond de natuurgebieden . Dit betekent nog veel werk aan de winkel voor gemeenten. Het RMB ondersteunt de gemeenten met deze intensieve klus op een integrale manier. Kim Knijff, accountmanager Afwaartse beweging, van de provincie Noord-Brabant en Sander van Loon, projectleider RO, van het RMB aan het woord.
Eindredactie Sanne van Deelen
Het project staat in het teken van integrale samenwerking.
4
RMBericht
RMB
“ H et project Afwaartse beweging biedt kansen voor zowel de gemeente, de burgers, als voor de boeren zelf.” Verbeterd toekomstperspectief
Drie typen zones
In de reconstructie is afgesproken dat conflicterende belangen (wonen, werken, recreatie, natuur en intensieve veehouderij) ruimtelijk worden gescheiden. Dit betekent dat de intensieve veehouderij in kwetsbare gebieden – rond dorpen en natuurgebieden – op termijn afgebouwd wordt en dat deze tegelijkertijd op duurzame locaties geconcentreerd wordt door bedrijven daar ontwikkelingsruimte te bieden. Zo ontstaat een afwaartse beweging: intensieve veebedrijven komen verder van kwetsbare functies te liggen, waarmee de negatieve invloed van de sector op de omgeving afneemt. Tegelijkertijd wordt het toekomstperspectief van de sector verbeterd.
Binnen het project Afwaartse beweging zijn drie typen zones te onderscheiden. De extensiveringsgebieden (de kwetsbare gebieden waar de intensieve veehouderij op de langere termijn wordt afgebouwd), de verwevingsgebieden (waar intensieve veehouderij en andere functies duurzaam naast elkaar kunnen blijven bestaan) en de landbouwontwikkelingsgebieden (waar de intensieve veehouderij duurzame ontwikkelingsmogelijkheden krijgt) vormen de integrale zonering. Door te werken met deze zogenaamde integrale zonering ontstaat er een duidelijke structuur van waar ontwikkelingen in de intensieve veehouderij mogelijk zijn en waar andere functies voorrang krijgen.
Rol van de provincie Accountmanager van de Provincie Noord-Brabant, Kim Knijff, licht de rol van de provincie toe: “Het doel van de Afwaartse beweging is het niveau van geurhinder en ammoniakdepositie terug te dringen in kwetsbare gebieden door middel van het laten afnemen van de intensieve veehouderij aldaar. Tegelijkertijd willen we ondernemers juist in andere gebieden, de zogenaamde duurzame locaties in verwevingsgebieden en de landbouw ontwikkelingsgebieden (LOG’s), de ruimte geven om te ontwikkelen. Hier komt heel duidelijk de rol van de provincie naar voren: gemeenten ondersteunen in de vorm van proces en ondernemers ondersteunen met de inzet van instrumenten rond de natuurgebieden (beëindigingregeling en verplaatsingsregeling). Het RMB ondersteunt ons en daarmee de gemeenten met het proces.”
Versnelling reconstructie Een dergelijk project is een zeer intensieve klus, die goed gestroomlijnd moet worden. Op dit moment heeft de provincie ervoor gekozen om bepaalde reconstructieprojecten te versnellen. “We moeten constateren dat de Afwaartse beweging het karakter heeft van een proces”, vertelt Kim Knijff. “Bij de eerste ronden langs gemeenten bleek namelijk dat het ontbreekt aan zicht op de doelstelling van de Afwaartse beweging en aan capaciteit om hierop in te zetten. Vanuit de provincie is toen in nauwe samenwerking met het RMB een bedrijfsvolgsysteem ontwikkeld om te kunnen beoordelen hoe ver we zijn. Dit houdt in dat we door dit stappenplan zicht krijgen op het aantal bedrijven binnen de gemeenten die hiervoor in aanmerking komen en welke meerwaarde het biedt om dit bedrijf beëindigd of verplaatst te krijgen.
>>
RMBericht
5
>> Integrale aanpak Een goede stap die op gemeentelijk niveau meer zal leiden tot projecten gericht op de Afwaartse beweging!” Sander van Loon geeft aan dat we ook te maken hebben met tijdsdruk: “De veehouderijen moeten op uiterlijk 1 januari 2013 voldoen aan bepaalde eisen op het gebied van huisvesting. Dit houdt in dat veel ondernemers die zich bezighouden met intensieve veehouderij onder andere bepaalde stalaanpassingen moeten doorvoeren om zo aan de eis voor emissiearme stallen te voldoen. De versnelling is dan ook hard nodig. Dit alles biedt kansen voor de gemeenten én voor de ondernemer, mits er nu adequaat wordt gehandeld.”
Nieuwe koers Om deze versnelling in te kunnen zetten, is besloten om een nieuwe koers te gaan varen: meer focus, meer zichtbaarheid en minder vrijblijvendheid. Kim Knijff: “De nieuwe koers geldt voor de totale uitvoering van de reconstructie. Bij het beoordelen van de resultaten is gebleken dat het resultaat op verschillende doelstellingen goed is, maar ook op een aantal onderdelen achterblijft. De provincie heeft samen met de partners besloten om gericht in te zetten op een aantal focus projecten die invulling geven aan de hoofddoelstellingen gericht op water, natuur, landbouw en leefbaarheid. Hierbij is gekeken welke doelstellingen achterblijven en op welke wijze deze projecten versneld konden worden. Eventueel met een wat minder vrijblijvend instrumentarium. De aanpassing in onze aanpak is er dus met name op gericht om wat effectiever stappen te kunnen zetten, zodat er ook daadwerkelijk resultaat wordt geboekt.”
6
Het project Afwaartse beweging is een goed voorbeeld van een mooie manier van samenwerken. Elkaar kunnen vinden op die kwaliteiten die nodig zijn om het project in goede banen te leiden en om het beloofde resultaat te bereiken. Er wordt binnen het project gebruik gemaakt van de kennis en kunde van diverse disciplines binnen het RMB: ruimtelijke ontwikkeling, GIS, juridische zaken, handhaving en vergunningverlening. Kim Knijff is een voorstander van deze manier van samenwerken: “Het onderwerp Afwaartse beweging is per definitie een zaak waarbij de gebieden milieu en RO nadrukkelijk de samenwerking zoeken. Mijn ervaring is dat de afdelingen milieu en RO bij gemeenten in veel gevallen twee afzonderlijke afdelingen zijn. Het onderwerp Afwaartse beweging is per definitie een zaak waarbij vanuit milieu en RO nadrukkelijk de samenwerking moet worden gezocht. Het gaat hierbij om het actief intrekken van lege vergunningen, het actueel houden van vergunningen (het Web-BVB) en het beoordelen van wat op de huidige locatie qua milieu en RO kan naar de toekomst. Als dit goed gebeurt, is dat van grote meerwaarde voor het eindresultaat.” Ook Sander van Loon sluit zich hierbij aan: “De Afwaartse beweging biedt een enorme kans aan gemeenten om milieu- en ruimtelijke kwaliteit te realiseren op die plekken waar nu nog een intensieve veehouderij zit. Met integrale gebiedsontwikkeling kunnen hier bovendien diverse waarden aan elkaar gekoppeld worden. Tegelijkertijd is er voor boeren een kans om op een andere locatie door te ontwikkelen, wat in de meeste gevallen door gebruik van nieuwe stalsystemen weer winst oplevert in het kader van milieu en dierenwelzijn. De Afwaartse beweging levert dus veel Win-Win-situaties op!!”
Kansen voor boeren
Kansen voor burgers
Kansen voor de gemeente
• Er wordt actief meegedacht met de huidige (knel)puntsituatie en de toekomst van het agrarisch bedrijf c.q de sector. • Bij beëindiging wordt actief meegedacht om op de oude locatie een geschikte nieuwe functie of andere mogelijkheden te verkrijgen.
• Geuroverlast voor omwonenden wordt (fors) verminderd. • Depositie van ammoniak op natuurgebieden wordt verminderd. • Overlast van fijnstof wordt verminderd. • Verkeersveiligheid verbeterd. • Landschap verbeterd door sloop van de stallen.
• In het kader van de nieuwe AMvB huisvesting en de nieuwe wetgeving met betrekking tot dierenwelzijn gaan agrariërs òf aanpassen òf andere mogelijkheden bezien. Het project Afwaartse beweging biedt een kans om hierop voorbereid te zijn en de mogelijkheden die het biedt te benutten. Zo wordt de ruimtelijke kwaliteit vergroot en wordt er milieuwinst geboekt. • Ongewenste ontwikkelingen met de kans op nog meer overlast, bijvoorbeeld door het benutten van bestaande rechten binnen milieuvergunning of bouwblok, worden actief tegengegaan.
RMBericht
RMB
bezuinigingen
actueel
en het RMB De gemeenschappelijke regelingen (GR) in Noordoost Brabant krijgen allemaal te maken met de bezuinigingen die op de gemeenten afkomen. Zoals bekend, wordt de uitkering uit het gemeentefonds de aankomende jaren aanzienlijk lager dan tot voor kort had gedacht. Over 2009 en 2010 verwachten de gemeenten een bezuiniging van circa 3 mld. euro als gevolg van lagere inkomsten en hogere uitgaven.
Dat betekent dat de gemeenten minder te besteden hebben en dit zal ook zijn doorwerking hebben naar het RMB. De aangesloten gemeenten zijn van mening dat organisaties als het RMB samen met de gemeenten ‘trapje op en ook trapje af’ moeten. Dus wanneer de gemeenten moeten bezuinigen dan ook bij de GR.
Tijdig informeren
Andere mogelijkheden zien wij ook in het door ons gedeeltelijk invullen van tijdelijk niet in te vullen vacatures bij gemeenten. Ook dit soort oplossingen dragen bij aan het invullen van bezuinigingsoperaties bij gemeenten. Intern zoekt het RMB natuurlijk ook naar mogelijkheden om hier zo vroeg mogelijk op te anticiperen. Eén van de maatregelen die we hebben doorgevoerd, is bijvoorbeeld het samenbrengen van de afdeling vergunningen en handhaving. Hierdoor besparen we op de overheadkosten. Ook zoeken we naar efficiëntievoordelen door bijvoorbeeld productieprocessen beter te laten verlopen. Zo hebben we het secretariaat in de lijn ondergebracht waardoor de aansturing direct
‘met een proactieve houding een trouwe partner blijven’
De gemeenten hebben voor het RMB, als vraaggestuurde dienstverlenende organisatie, de sleutel zelf in handen. Wij zijn bereid om samen met die gemeenten te kijken waar besparingsmogelijkheden liggen in bijvoorbeeld verminderde dienstverlening zodat het RMB ook weet voor welke onderdelen van onze organisatie dit consequenties heeft. Bij goed opdrachtgever- en opdrachtnemerschap hoort ook het tijdig informeren over de voorgenomen bezuinigingen zodat verwachtingen van beide kanten op een juiste wijze ingevuld worden.
vanuit de lijn plaatsvindt. Een betere spreiding van de werkvoorraad zorgt ervoor dat we minder beroep hoeven te doen op tijdelijke ondersteuning bij pieken van het werkaanbod. Met deze maatregelen kunnen we invulling geven aan de wens van de gemeenten om ons uurtarief voor 2011 te bevriezen. Met deze proactieve houding hopen we een trouwe partner te blijven voor onze gemeenten. Jan Cremers, directeur
RMBericht
7
De week van … stein, Cindy Hagen meente Oss erker milieu ge Beleidsmedew
Maandag
Een ideaal begin van de werkweek. ‘s Ochtend thuiswerken en ’s middags ouderschapsverlof. Ik log om half 7 in en plan in alle rust mijn werkweek. Na het ontbijt maak ik het verslag van een intern milieuoverleg. Daarna bekijk ik de lay-out van ons milieubeleidsplan, ik beantwoord een aantal vragen van collega’s en ik zet zelf ook een aantal vragen en vergaderverzoeken uit. Ten slotte maak ik een begin met een plan van aanpak evaluatie van de geurverordeningen van Oss en Lith. Half één alweer… Een productief ochtendje en dat onder de klanken van K3…
Dinsdag
Ik krijg het dossier Hoogspanningslijnen overgedragen. In een uur wordt mij duidelijk wat er speelt, wie de sleutelfiguren zijn en wat er moet gebeuren. De rest van de dag werk ik aan de opzet van de integratie van de geurverordeningen van Oss en Lith, afgewisseld met enkele werkzaamheden ter voorbereiding van het maatschappelijke debat over Q-koorts.
Woensdag
Mijn vaste vrije dag, de eerste lentedag en jarig bovendien! Vanavond vergadert de raadscommissie WOM over de Kadernota 2011 van het RMB. Dus in de zon nog even de stukken doornemen. De commissie WOM begint om 19.30 uur, maar de agenda is vol. Om 23.00 uur wordt besloten mijn agendapunt door te schuiven naar volgende week. Helaas!
Donderdag
Samen met mijn collega van vergunningverlening bespreek ik de controlepunten van een geuronderzoek. Daarna maak ik een afspraak met de brandweer voor het vervolg van het milieubeleidsplan, gevolgd door een bespreking over het milieubudget 2010. Wat hebben we te besteden en waar gaan we het aan uitgeven? Aan het eind van de dag heb ik overleg met onze beleidsmedewerker gezondheid over ons gezamenlijke speerpunt Milieu en gezondheid. Het is leuk om vanuit twee beleidsvelden samen op te trekken!
Vrijdag Ik begin de dag met het verzamelen van informatie over een geurvraag. De rest van de ochtend besteed ik weer aan de opzet van de evaluatie van de geurverordeningen. Vrijdagmiddag naar het RMB om de invulling van pilotproject GES 2010 te bespreken. Een lastige, maar goede discussie volgt. Thuis gekomen nog even kijken naar mijn mail, maar er zijn gelukkig geen dringende zaken. Tijd voor het weekend!
8
RMBericht
RMB
Oprichting Bodemloket Brabant-Noord
Bodemgegevens middels één systeem toegankelijk Bodeminformatiesystemen
Shared Services
Gemeenten zijn de belangrijkste beheerders van bodeminformatie. Voor een correcte uitvoering van de wettelijke bodemtaken, is het voor gemeenten noodzakelijk om snel een goed inzicht te hebben in de actuele bodemkwaliteit van hun grondgebied. Dit inzicht kan alleen ontstaan door een adequate digitale ontsluiting van alle bodeminformatie in een bodeminformatiesysteem (afgekort BIS).
We kunnen in dit geval een voorbeeld nemen aan de gemeenten in de provincie Friesland. Sinds 1 juli 2009 kunnen alle Friese burgers naar volle tevredenheid vanuit één gezamenlijke database, namelijk de Shared Services Fryslân, informatie over de bodem inzien. Het onderliggende systeem bestaat uit de Shared Services Nazca-i Bodem. Shared Services is een webapplicatie die als dienst / service door Nazca IT Solutions bv wordt aangeboden en waarop de provincie en de gemeenten een abonnement hebben.
Actualiteit en uitwisseling Veel gemeenten, zo ook die in Noordoost Brabant, maken momenteel nog veelal gebruik van een verouderd lokaal geplaatst BIS. Deze BIS-sen voldoen niet aan het landelijke SIKB-uitwisselingsprotocol 0101 en kunnen niet gekoppeld worden aan de BAG-registratie zoals de Wabo dit vereist. Overgang naar een nieuw BIS is onvermijdelijk. Daarnaast lukt het met name kleinere gemeenten niet om hun bodemgegevens structureel in te voeren, vaak door tijdgebrek. Het gevolg hiervan is dat de bodemdata in de huidige BIS-sen onvolledig en niet meer actueel is.
Regionaal bodembeleid en ketentoezicht Gezien de recente ontwikkelingen in het landelijke bodembeleid, en de doorvertaling hiervan naar een meer gebiedsgerichte aanpak op lokaal en regionaal niveau, alsmede de roep om kwaliteitsverbetering van het bodembeheer waaronder het (keten)toezicht op grondstromen, is het zeer wenselijk om te komen tot één regionale BIS. Het hebben van een regionale BIS past perfect binnen het principe van het structureren en uitwisselen van informatie voor regionale samenwerking.
De belangrijkste voordelen van het Shared Services Nazca-i Bodem systeem ten opzichte van de lokaal geplaatste systemen zijn: • aanzienlijke kostenbesparing tot wel 30 à 40% per deelnemende gemeente; • geen systeem- en applicatiebeheer met terugkerende updates en upgrades; • onbeperkte “real-time” beschikbaarheid naar derden (centrale invulling makelaarsfunctie) en uitwisselbaarheid van de meest actuele bodeminformatie; • centrale invoer volgens een vooraf vastgesteld invoer protocol is beter mogelijk.
Bodemloket Brabant-Noord Uit inventarisatie blijkt dat er bij de regiogemeenten op basis van eerder genoemde criteria duidelijk behoefte is aan een regionale BIS. Voor het RMB voldoende redenen om een 2-jarig abonnementscontract te nemen op de Shared Services Nazca-i Bodem voor de regio. Tegen een zeer aantrekkelijk tarief per inwoner kunnen regiogemeenten deelnemen aan het Bodemloket Brabant-Noord, gebaseerd op de Shared Services Nazca-i Bodem.
Meer informatie Ton Lomme •
[email protected] • 0485 33 83 00
RMBericht
9
Komt dat zien! Dinsdag 2 februari maakten alle RMB collega’s op een zeer unieke wijze kennis met de nieuwe afdeling VTH (Vergunning Toezicht en Hnadhaving). Een rondtrekkend circus liet een aantal aspecten van de vele werkzaamheden van de afdeling zien. De bezoekers kregen vijf circusacts te zien. Een grandioze éénwieleract maakte duidelijk dat samenwerking in de regio heel belangrijk is. Het Servicepunt Handhaving coördineert deze samenwerking. Een hilarische clownsact liet zien wat handhaven binnen de vier kleursporen inhoud. De nieuwe vorm van toezicht houden, namelijk handhaven met vertrouwen, werd visueel gemaakt door een spectaculaire acrobatenact. De Wet Geurhinder en Veehouderij kwam in een magische goochelact ineens boven. Een gevaarlijke leeuwenact maakte het belang van externe veiligheid duidelijk.
Op bovenstaande foto de gehele afdeling bij elkaar.
De afdeling wilde graag op een speciale manier de aandacht van collega’s vragen en vasthouden. Eindredactie Chantal de Rooij
Collega’s waren zeer enthousiast over de manier waarop de afdeling zichzelf presenteerde. Er werd nog veel over nagepraat. Binnenkort verschijnt er een special vanuit de afdeling VTH, met daarin een uitgebreid artikel over de nieuwe indeling van de afdelingen Vergunningen en Handhaving.
LES in gennep
Op 24 maart was het zover en vond voor het huis van RMB’er Marieke Martens het persmoment van de Limburgse Energie Subsidie (LES) plaats. Eindredactie Anne-marij Hendrikx De pers, lokale omroep Gennep en een aantal journalisten waren aanwezig om het geheel te aanschouwen. Gespreksleider Marcel de Wagt van het RMB trapte af door kort verslag te doen van LES. Wethouder Arnold Janssen van Gennep voegde hieraan toe waarom energie besparen zo ontzettend belangrijk is en dat we gemakkelijk allemaal ons steentje bij kunnen dragen om het klimaatprobleem aan te pakken. Ten slotte vertelden twee lokale adviseurs: Coen Boonen van T-Service en Jan ten Haaf van EPARegiomaatwerk hoe je het beste kunt isoleren bij huizen die gebouwd zijn vóór 1990 en welke mogelijkheden er zijn met behulp van de LES subsidie.
10 RMBericht
RMB
Een dag mee met…
Henk van Melis Eindredactie Sanne van Deelen
Een nieuw jasje betekent ook een aantal nieuwe onderdelen in het RMBericht. Zo wordt vanaf nu in iedere uitgave ingezoomd op een bepaald taakgebied van een RMB-er of gemeenteambtenaar. Want, inzicht in elkaars werkzaamheden betekent inzicht in eventuele samenwerkingsmogelijkheden. Ditmaal is de verslaggever mee geweest met Henk van Melis, Buitengewoon Opsporings Ambtenaar (BOA), om met eigen ogen te zien wat de meest actuele ontwikkelingen op afvalgebied zijn.
07.00 uur - Opstarten bij het RMB
09.00 uur - Bijpraten bij het RMB
We verzamelen bij het RMB. Drie dagen in de week vertrekt Henk
Nadat we de ronde in Cuijk hebben afgesloten, gaat Henk met zijn
vanuit Cuijk naar de verschillende dorpen om daar zijn functie als
collega’s van het afvalcluster alle geconstateerde gevallen bespre-
BOA-Afval uit te voeren. Vandaag gaan we als eerste een ronde
ken. “De samenwerking met mijn collega Guus Monteiro is uitste-
maken in Cuijk, omdat hier vandaag de afvalinzameling plaats-
kend. Het is erg belangrijk dat je goed op elkaar bent ingespeeld en
vindt. Tijdens het koffie drinken vertelt Henk over zijn keuze
weet wat er speelt. Vaak bellen mensen namelijk wanneer de kliko
om BOA te worden: “Het is prachtig werk. Uiteraard veel in de
niet is meegenomen voor meer informatie. Guus kan dan perfect
buitenlucht en je ziet veel, maar het mooist vind ik het praten met
aangeven wat er aan de hand is.”
de verschillende partijen. Ik heb contact met burgers, politie en medewerkers van Van Gansewinkel. In het contact met de burgers
10.00-13.00u
heb ik een soort van opvoedkundige taak. Je wilt toch dat het afval
Na de overdracht op kantoor, vervolgen we onze weg weer. Na de
de volgende keer wel goed aangeboden wordt. Het is voor mij een
controle op de tariefzakken (zijn ze wel goed dichtgebonden, zijn
uitdaging om dat met goede communicatie te bereiken.” Wanneer
het echt tariefzakken) zetten we koers richting Mill. Er is namelijk
een aangeboden kliko niet voldoet aan de eisen voor het aanbieden
melding gemaakt van een illegale dumping van afval in het bos en
van GFT, wordt deze voorzien van een ‘rode kaart’. Deze kaart
ook zijn er folders gedumpt in een open bunker. Helaas vinden we
geeft de bewoners informatie over de reden waarom de kliko niet
de folders niet, maar zijn we de illegale praktijken in de vorm van
is meegenomen.
illegale dumping wel op het spoor. Het betreft een aantal bielzen.
07.30 uur - Rondje in Cuijk Allereerst gaat Henk praten met de chauffeur van Van Gansewinkel, over de rijden route. Ook de medewerkers van Van Gansewin-
“Bielzen horen uiteraard niet thuis in het bos. Ze bevatten chemicaliën en andere hardnekkige, chemische ingrediënten. Je begrijpt het niet, maar het gebeurt helaas maar al te vaak!”.
kel controleren namelijk op het op een juiste manier aanbieden van
13.00u
het GFT afval. Het zou uiteraard zonde zijn als er dubbel werk ge-
Veiligheid staat altijd voorop binnen het werk als BOA. “Je weet
daan wordt. We starten met de ronde! Volgens Henk gaat er geen
nooit met welk type mens je te maken krijgt. Als ik nu direct
dag voorbij zonder dat alles ‘goed’ gaat: “Geheid kom ik iedere
naar de dader toe ga, zonder eerst informatie te vergaren over
dag weer zaken tegen waar ik me over verbaas. Je ziet echt van
zijn eventuele verleden met de politie, kan het wel eens misgaan.
alles in de kliko terug. Van restafval onder de bladeren en het zand
Kom niet aan de portemonnee van de mensen”. Daarom wordt er
tot zelfs goudvissen. Burgers zijn wat dat betreft sluw, ze proberen
eerst informatie ingewonnen bij de plaatselijke politie in Mill.
het iedere week weer. Maar je hebt natuurlijk ook mensen die het
Het kenteken is opgeschreven door een waakzame burger, die vervolgens de gemeente getipt heeft. Het blijkt inderdaad te gaan om een persoon die al eerder in aanraking is geweest met de politie. Daarom zal het bezoek van Henk begeleid worden door een politieagent. “Samen sta je altijd sterker en nogmaals; veiligheid staat voorop!”.
snappen wanneer de kliko niet wordt meegenomen. Bijvoorbeeld omdat de klep te ver openstaat door de hoeveelheid GFT afval dat erin zit.” We arriveren bij een huis waar dit inderdaad het geval is. Gelukkig snapt mevrouw het en haalt het overtollige afval er direct uit, zodat de kliko direct opnieuw aangeboden kan worden.
RMBericht
11
Traditioneel schieten akoestisch vogelvrij! Schutterijen die het Brabants traditioneel schieten beoefenen waren tot 1 januari 2010 vergunningsplichtig. Inmiddels is een wijziging van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (het activiteitenbesluit) doorgevoerd. Het traditioneel schieten is onder de werkingsfeer van het activiteitenbesluit gebracht. Dit betekent dat de vergunningsplicht is vervallen. In het gewijzigde activiteitenbesluit gelden voor het traditioneel schieten geen geluidsregels. Wel zijn specifieke regels opgenomen voor de bescherming van de bodem en de veiligheid van de omgeving.
‘Het traditioneel schieten is onder de werkingsfeer van het activiteitenbesluit gebracht’
Uit diverse onderzoeken, Wet milieubeheerprocedures en geluidsklachten blijkt dat de activiteiten van schutterijen vaak leiden tot hoog geluidsniveau, geluidshinder, bezwaar en beroep en streng gereguleerde voorschriften. Het geheel vrijlaten van de schietactiviteiten kan daarom leiden tot ongewenste situaties en ontwikkelingen. Gemeenten hebben de mogelijkheid om bij gemeentelijke verordening geluidsregels te stellen. Tevens kan hinder worden voorkomen door bij ruimtelijke inpassing van schutterijen rekening te houden met de geluidsgevoeligheid van de omgeving en de geluidsemissie van de inrichting. Team Geluid van het RMB heeft een handreiking voor traditioneel schieten opgesteld.
12 RMBericht
De Handreiking heeft tot doel een kader te bieden voor: 1. Het opstellen van een gemeentelijke verordening voor de schutterijen voor de aspecten geluid, bodem en veiligheid. In de Handreiking worden uitgangspunten aangereikt die door gemeenten gebruikt kunnen worden voor de motivatie en de invulling van hun beoordelingsvrijheid. 2. De beoordelingen voor de ruimtelijke inpassing van schutterijen in een omgeving. 3. De berekening van de geluidsbelasting van de omgeving van een inrichting.
Meer informatie Pieter Jans •
[email protected] • 0485 33 83 00
RMB
Energiemarkt gemeente Sint Michielsgestel Op 28 februari konden inwoners van Sint Michielsgestel een bezoekje brengen aan de energiemarkt. Inwoners konden zich laten informeren over de mogelijkheden van energiebesparing en duurzame energie. Dit werd gedaan door lokale bedrijven en – aannemers, installateurs, energieadviseurs, een aanbieder van een elektrische elektrisch autobedrijf, de woningbouwcorporatie en natuurlijk de gemeente zelf. Inez van Kronenberg en Daan Arkesteijn van het RMB waren nauw betrokken bij de organisatie van deze dag. Eindredactie Sanne van Deelen
Daan Arkesteijn en Inez van Kronenberg van het RMB tijdens de energiemarkt.
Kick-off Ruim 300 inwoners bezochten de energiemarkt op 28 februari. Dit maakt het evenement erg geslaagd, aldus John van Zuijlen, milieubeleidsambtenaar Sint Michielsgestel: “De energiemarkt en de energiekrant kunnen worden gezien als de kick-off voor inwoners om het klimaatbeleid van onze gemeente onder de aandacht te brengen. Dat er zoveel mensen op af zijn gekomen doet me goed, want op basis van het bezoekersaantal wordt overwogen om de energiemarkt volgend jaar wederom te organiseren.”
Focus op jeugd Dat het belangrijk is om de jeugd zo vroeg mogelijk kennis te laten maken met duurzaamheid, bleek uit de aanwezigheid van Natuur- en Milieueducatiecentrum De Groene Poort. Zij hadden een heus kids X-perimenten laboratorium klaarstaan om kinderen zelf energieopwekkende proefjes te laten doen.
Nog meer klimaatprojecten De Energiemarkt Sint Michielsgestel maakt deel uit van de uitvoering van het Projectenboek Klimaat. Gedurende vier jaar worden verschillende projecten uitgevoerd die passen
binnen de visie op duurzaamheid vanuit de gemeente. Een andere succesvol project is het stimuleren van het aanvragen van een Energieprestatie Advies (EPA).
Ondersteuning door RMB Om Sint Michielsgestel te ondersteunen in het waarmaken van haar duurzame ambities is het RMB ingeschakeld. Daan Arkesteijn over de samenwerking met Sint Michielsgestel: “Het eerste jaar is succesvol afgesloten, door onder andere de eerdergenoemde projecten. Nu gaan we onze handen flink uit de mouwen steken want de projecten uit het projectenboek zijn nog lang niet klaar. Het enthousiasme in de gemeente, zowel ambtelijk als bestuurlijk, en de interesse en betrokkenheid van de lokale ondernemers maakt het werken aan het projectenboek erg leuk voor ons als RMB-ers. Dat geeft echt duurzame energie!”. Ook de wethouder Bert Nelissen ervaart de samenwerking als prettig: “Een positieve ervaring. Ik ken de organisatie van huis uit, maar vond met name de combinatie van creativiteit en structuur van meerwaarde voor dit project. Daarnaast doet het mij goed om op te merken dat het bedrijfsleven ook daadwerkelijk zaken heeft gedaan tijdens de markt.”
RMBericht 13
Optimalisatie onderzoek afvalinzameling Land van Cuijk en Boekel 2010
De zes gemeenten in het Land van Cuijk en Boekel werken samen op het gebied van de huishoudelijke afvalinzameling. De inzameling van huishoudelijk afval wordt georganiseerd door de Bestuurscommissie Afvalinzameling. In 2010 wordt onderzocht hoe het huidige systeem presteert ten opzichte van de landelijke doelstelling en ten opzichte van vergelijkbare gemeenten. Op deze manier ontstaat er inzicht in het niveau van afvalinzameling.
Aanleiding onderzoek De aanleiding van dit onderzoek is dat de contracten met afvalinzamelaars voor het Land van Cuijk en Boekel per 1 januari 2012 opnieuw moeten worden afgesloten. Dit is een voor de hand liggend moment om na te gaan of de huidige systematiek voldoet en of er gekozen moet worden voor een andere manier van inzameling. De drie peilers van het onderzoek zijn milieu, kosten en dienstverlening. Binnen het optimalisatie onderzoek worden drie deelonderzoeken uitgevoerd, namelijk: • sorteeranalyses restafval; • een benchmark afvalscheiding; • een tevredenheidsonderzoek.
14 RMBericht
Om inzicht te krijgen in de samenstelling van de stroom ‘huishoudelijk restafval’, worden sorteeranalyses uitgevoerd. Hiermee wordt bepaald wat de mate van afvalscheiding is en of wordt voldaan aan de landelijke doelstellingen. Ook is inzicht in de inzamelprestaties op het gebied van milieu, kosten en dienstverlening belangrijk. Daarom wordt meegedaan aan de benchmark afvalscheiding. De resultaten van de benchmark worden vergeleken met de gemiddelde prestaties van vergelijkbare gemeenten.
RMB
Tevredenheidsonderzoek Daarnaast wordt de tevredenheid van de verschillende partijen onderzocht. Hiervoor wordt een schriftelijke enquête gehouden onder de inwoners. Inmiddels zijn 3.000 enquêtes verstuurd naar bewoners van het Land van Cuijk en Boekel. Daarnaast wordt de tevredenheid van de beleidsambtenaren en van de contractanten/afvalinzamelaars onderzocht. De tevredenheid van deze partijen wordt meegewogen in de evaluatie. Eind 2010 vindt de definitieve vaststelling van het optimalisatieonderzoek en daarmee dus het nieuwe vier-jaren Afvalbeleid plaats. Hier zal de Bestuurscommissie Afval inzameling zich over buigen. Daarna worden de resultaten, conclusies en aanbevelingen gepresenteerd aan de gemeenteraden van de aangesloten gemeenten. Op basis hiervan kan besloten worden het huidige inzamelsysteem voor huishoudelijk afval al dan niet aan te passen. De resultaten van het optimalisatieonderzoek worden ook vergeleken met de resultaten die voortgekomen zijn uit het optimalisatie onderzoek dat vijf jaar geleden is uitgevoerd. Samengevat hadden de conclusies in 2005 de volgende strekking: • De afvalinzameling in het Land van Cuijk en Boekel voldoet vanuit milieuoogpunt op de meeste punten aan de landelijke doelstellingen; • de inzameling van Klein Chemisch Afval (KCA) kan worden verbeterd; • de afvalinzameling in het Land van Cuijk en Boekel is kostenefficiënt vergeleken met vergelijkbare gemeenten; • de inwoners van het Land van Cuijk zijn over het algemeen tevreden over de afvalinzameling.
De zes gemeenten in het Land van Cuijk en Boekel hebben 5 jaar geleden op basis van het rapport en de conclusies dan ook besloten het huidige inzamelsysteem voor huishoudelijke afvalstoffen grotendeels te handhaven. Naar aanleiding van de aanbevelingen uit het optimalisatie onderzoek van 2005 zijn de afgelopen jaren een aantal aanpassingen gedaan. Zo is de inzameling van Klein Chemisch Afval (KCA) in 2009 aangepast, is het aantal aan te bieden afvalstromen op de minimilieustraat in Boekel toegenomen, is de logistiek van de milieustraat in Haps verbeterd en wordt dit jaar onderzocht wat de mogelijkheden zijn om de openingstijden van de milieustraat in Haps te verruimen. Daarnaast wordt per februari 2009 plastic verpakkingsafval gescheiden ingezameld, waardoor verdergaande scheiding van restafval plaatsvindt.
Meer informatie Johan Bens •
[email protected] • 0485 33 83 00
RMBericht 15
NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS
Dankwoord Algemeen Bestuur RMB Na vier jaar is er een einde gekomen aan de huidige samenstelling van het Algemeen Bestuur van het RMB. Namens de directie en alle medewerkers danken wij de heren en dame voor de fijne samenwerking en het resultaat dat er in vier jaar bereikt is; de transitie van traditionele milieudienst naar integrale milieuadviesdienst. Onze speciale dank gaat uit naar voorzitter Carel van Genugten, hij heeft zijn taak maar liefst acht jaar gedreven en met enthousiasme vervuld. Als vanzelfsprekend wensen wij hem en de overige niet herkozen wethouders heel veel succes met alles wat ze in de toekomst nog gaan ondernemen.
Regionale duurzaamheidsagenda 2010-2014
Op 25 februari heeft het Algemeen Bestuur de regionale duurzaamheidsagenda vastgesteld. Dit document vormt voor de komende vijf jaar het nieuwe richtinggevende kader voor de uitvoering van regionale beleidstaken. De focus komt daarbij meer te liggen op duurzame ontwikkeling. In juni 2009 is het RMB gestart met het proces. Onder regie van een ambtelijke projectgroep - waarin het RMB en beleidsambtenaren uit de drie deelregio’s zijn vertegenwoordigd - zijn de processtappen doorlopen. In dit traject zorgde duurzaamheidsambassadeur Hendrik Hoeksema, voor de bestuurlijke inbreng. De ambtelijke werkgroep heeft er gezamenlijk voor gezorgd dat er vijf speerpunten zijn vastgesteld voor de komende periode tot en met 2014. Deze speerpunten dragen bij aan het behalen van de geformuleerde doelen, dit zijn: 1. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling 2. Maatschappelijk verantwoord ondernemen bij bedrijven 3. Energiebesparing en duurzame energie 4. Duurzame mobiliteit 5. Duurzaam gebruik van biomassa en afval
Duurzaamheid niet gemakkelijk Duurzame ontwikkeling vereist bewustzijn, besef van maatschappelijke belangen, (gemeente)overschrijdend inzicht, maar bovenal ook integraal denken en multidisciplinair werken. Het is dus geen gemakkelijk vraagstuk. Toch zijn wij ervan overtuigd dat de bovengenoemde speerpunten te bereiken zijn. In dit traject moeten we echter wel leren omgaan met onzekerheden en op een innoverende en creatieve, doch kritische manier tot oplossingen komen. Door samen te werken en samenhang te creëren in het lokale en regionale duurzaamheidbeleid kunnen we ervoor zorgen dat het effect wordt versterkt. Door regionale inspanningen te verbinden aan doelstellingen worden de inspanningen in samenhang gebracht en is beter te monitoren wat het resultaat is van het beleid. De komende jaren trekken we samen op om onze regionale duurzame doelen te realiseren. Laten we er naar streven om onze regio nog mooier, duurzamer en veiliger te maken.
Het huidige Algemeen Bestuur van het RMB.
Meer informatie
Anke Kemp •
[email protected] • T 0485 338 351 16 RMBericht
RMB
NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS • NIEUWS
Bodembeheer de Kempen Actief Bodembeheer de Kempen is het milieuprogramma dat de nadelige effecten van de historische bodemverontreiniging met zware metalen in en rondom de Nederlandse Kempen aanpakt. Naast talloze onderzoeken naar de verontreiniging van bodem en (grond)water, heeft ABdK circa 800 kilometer aan wegen laten controleren op de aanwezigheid van zinkassen en al ruim 600 particuliere tuinen en erven laten saneren. Bij deze saneringen
draagt het projectbureau 60% bij in de totale saneringskosten. Voorafgaand aan een sanering wordt een bodemonderzoek uitgevoerd, dat volledig voor rekening van ABdK is. Het is voor bewoners van het projectgebied (zie website www.abdk.nl) nog tot 1 januari 2011 mogelijk een bodemonderzoek te laten doen. Wel moet aannemelijk zijn dat er zinkassen liggen of hebben gelegen op de te onderzoeken locatie.
Saneringsprogramma externe veiligheid
Kijk voor meer informatie op www.abdk.nl of neem contact op met de gemeentelijk coördinator van ABdK: Erik Heskes, via (040) 232 92 76.
en de Regeling hebben tot doel de risico’s waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld door activiteiten met gevaarlijke stoffen in inrichtingen (bedrijven) tot een aanvaardbaar minimum te beperken. Daarvoor zijn in het Bevi milieukwaliteitseisen op het gebied van externe veiligheid geformuleerd. In de Regeling zijn deze milieukwaliteitseisen voor specifieke gevallen verder uitgewerkt.
Gemeenten in het L and van Cuijk aan de slag met Ex terne Veiligheid
Verplichting
De gemeenten in het Land van Cuijk hebben een lange geschiedenis van samenwerking op diverse beleidsterreinen. Zo ook op het gebied van Externe Veiligheid (EV). Door hun vergelijkbare risicoproblematiek hebben zij belang bij een gemeenteoverschrijdende aanpak in het kader van EV. Bovenlokaal karakter Externe veiligheid stopt niet bij de gemeentegrens. Het heeft voor een deel een bovenlokaal karakter. In het uitvoeringsprogramma van de tevens voor het Land van Cuijk vastgestelde beleidsvisie is het opstellen van het saneringsprogramma in het kader van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) opgenomen. Voor het opstellen van dit saneringsprogramma is opdracht verleend aan het RMB. Voor de sturing van dit project is een projectgroep
opgericht waarin vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten en de projectleider van het RMB zitting hebben genomen. Het definitieve saneringsprogramma zal door elk afzonderlijk bestuur van de deelnemende gemeenten worden vastgesteld.
Bevi Op 27 oktober 2004 zijn het Bevi en de Revi (Regeling Externe Veiligheid Inrichtingen) in werking getreden. Het Besluit
Voor situaties waarin niet wordt voldaan aan de externe veiligheidsafstandsnorm uit het Bevi geldt dat, om tot het opheffen van de strijdigheid te komen, voor deze situaties saneringen moeten worden uitgevoerd. Voor de zogenoemde niet-urgente saneringen geldt dat voor 1 januari 2010 een saneringsprogramma had moeten worden opgesteld. Inmiddels hebben een aantal gemeenten aangegeven zich aan te sluiten bij het saneringsprogramma externe veiligheid dat door het RMB wordt uitgevoerd. Om uiteindelijk te voldoen aan het wettelijk kader, maar natuurlijk met als hoofddoel het bieden van een aantrekkelijke en veilige leefomgeving voor burgers, boeren en bedrijven.
Meer informatie Antoon Janssen •
[email protected] • T 0485 338 558 RMBericht 17
Nieuwe medewerkers
Vita Hesen Stagiaire DIV, Afdeling Bedrijfsbureau
[email protected] T 0485 338 321
Chantal Kroekenstoel Adviseur Vergunningen Agrarisch, Afdeling VTH
[email protected] T 0485 338 300
Anja Hagendoorn Gebiedsontwikkelaar, Afdeling TABC
[email protected] T 0485 338 300
Maartje Vekemans Medewerker Secretariaat, Afdeling VTH
[email protected] T 0485 338 366 18 RMBericht
Mijn naam is Vita Hesen en ik ben stagiaire op de afdeling DIV sinds december 2009. Mijn doel bij het RMB is mijn stage goed af te ronden en mijn SOD diploma halen. In mijn vrije tijd lees ik graag een boek of kijk ik een goede film. Ik vind het ook leuk om te tennissen en leuke dingen te doen met mijn vrienden. Werkervaring heb ik nog vrij weinig, daarom vind ik het erg fijn dat ik de kans heb gekregen om deze bij het RMB op te doen.
Even voorstellen! Ik ben Chantal Kroekenstoel. Ik ben per 1 maart begonnen op de afdeling vergunningen als Adviseur Vergunningen agrarisch. Hiervoor heb ik HAS veehouderij gedaan en daarna iets meer als vijf jaar gewerkt voor Beljaars Schapenpraktijk in Rijkevoort als binnendienst medewerker. Ik woon in Nieuw-Bergen samen met mijn vriend William Jaspers. In mijn vrije tijd rijd ik graag paard in de bossen van de Maasduinen en ben ik vaak te vinden op het melkveebedrijf van mijn ouders. Mijn eerste doel is om zo snel mogelijk ingewerkt en ingelezen te zijn, zodat ik met frisse moed aan de slag kan!
Mijn naam is Anja Hagendoorn. Na mijn studie milieu-economie heb ik als beleidsadviseur gewerkt bij het ministerie van LNV. Daar heb ik me beziggehouden met allerlei onderwerpen op het raakvlak van economie en ecologie. Toch was me dat uiteindelijk te abstract, ik wilde graag meer ‘in het veld’ gaan werken aan concrete projecten, zoals het realiseren van ecologische verbindingszones en het begeleiden van gebiedsprocessen. Na ruim een jaar bij een adviesbureau ben ik sinds 1 januari als gebiedsontwikkelaar aan het werk bij het team RO van het RMB. Tot nu toe bevalt het erg goed! Ik hoop met mijn werk een bijdrage te kunnen leveren aan het mooier maken van ons buitengebied. In mijn vrije tijd ben ik ook graag buiten: hardlopen, (vakantie)fietsen en in onze tuin werken met de geweldige hulp van onze twee zoontjes.
Sinds 29 november 2009 ben ik werkzaam als secretarieel medewerker op de afdeling VTH. Hiervoor heb ik bijna twee jaar gewerkt bij TSL in Boxmeer als receptioniste/telefoniste, maar helaas had ik daar te weinig te doen. Gelukkig is dit helemaal goed gekomen bij het RMB, ik heb het dan ook prima naar mijn zin en ik vind het heerlijk om weer samen met collega’s op een kamer te zitten en om lekker hard te werken. Naast mijn werk sport ik erg graag, en houd ik van lekker eten (dan is sporten dus wel nodig!).
RMB
Mark Gruijters Huismeester, Afdeling Bedrijfsbureau
[email protected] T 0485 338 300
Anne-Marie Muskens Stagiaire Planologie
[email protected] T 0485 338 300
Anneke van de Weerd Medewerker Secretariaat, Afdeling VTH
[email protected] T 0485 338 300
Mijn naam is Mark Gruijters, getrouwd met Helle en vader van twee kinderen; een meisje van twaalf en een jongen van negen jaar. Op 22 maart ben ik in dienst gekomen van het RMB als medewerker facilitair binnen Interne Zaken. Het is voor mij een nieuwe uitdaging en ook verwacht ik meer regelmaat te krijgen. Tijdens mijn vroegere werk als chef-kok was dit namelijk niet het geval. Wel heb ik er mijn passie voor lekker eten en koken aan overgehouden!
Ik ben een masterstudent Planologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en ben 1 februari begonnen met mijn afstudeerstage bij het RMB. Centraal in mijn onderzoek staat de afstemming tussen provincie en gemeenten bij de uitvoering van de reconstructie. Mijn interesses voor het landelijk gebied komen voort vanuit mijn agrarische achtergrond en de afgeronde studie Plattelandsvernieuwing. Door deze afstudeerstage kan ik de theorie in de praktijk toepassen en maak ik kennis met het toekomstige werkveld. Ik houd van hockeyen, lezen, koken en gezellige dingen ondernemen met vrienden/vriendinnen.
Ik ben Anneke en ben de afgelopen 20 jaar werkzaam geweest bij de Rabobank en daarvoor bij de ABN Bank (voor de fusie met de AMRO). Ik ben mijn carriere begonnen bij Bank Mees en Hope N.V. Kortom; altijd in het bankwezen, maar wel binnen verschillende afdelingen en ik heb in deze jaren ook een aantal fusies meegemaakt. Werken bij het RMB betekent voor mij een hele nieuwe uitdaging en ik zie er dan ook naar uit om mij volledig voor het bedrijf in te zetten en zo snel mogelijk alle voorkomende taken op het secretariaat eigen te maken. Ik kan genieten van de kleine dingen des levens; gewoon lekker een stuk lopen of fietsen, een terrasje ‘pakken’, een leuke film kijken of een spannend boek lezen. Ik woon samen met mijn jongste zoon van 12 en onze kat, waar ik erg van geniet. Verder heb ik nog een zoon van 17, die zeer regelmatig langskomt.
RMBericht 19
U
werk aan uw leefomgeving
Gildekamp 8 | Postbus 88 | 5430 AB Cuijk T (0485) 33 83 00 | F (0485) 33 83 09 E
[email protected] | I www.rmb.nl
Colofon Eindredactie Sanne van Deelen Druk Drukkerij Efficiënt Vormgeving ter Haar Romeny & Ketel Fotografie Heleen van der Wilt